10 januari 2014
De energiescan: Effectief genoeg?
Hidde Vink
- N&G - biologie
- A6A
- CSG Comenius
Melissa Woltjer
- N&G - biologie
- A6A
- CSG Comenius
Margit van der Werff
- E&M - maatschappijwetenschappen
- A6B
-CSG Comenius
Begeleider: mevrouw W. Timmer
1 De energiescan is een methode van FrieslandCampnia om het energieverbruik bij melkveehouders te verlagen. Men moet zich afvragen hoe effectief deze methode is. De energiescan wordt namelijk slechts door 10%1 van de melkveehouders gebruikt. Waarom is dit percentage zo laag? Onopvallend milieuprobleem De aarde warmt op en de zeespiegel stijgt. Onze volgende generaties zullen daarom veel last krijgen van de gevolgen. Onlangs bleek uit onderzoek2 dat de mens zelf de grootste veroorzaker is van de klimaatveranderingen op aarde. De aarde warmt op omdat de mens ervoor zorgt dat er meer broeikasgassen in de lucht komen dan nodig is om de aarde op temperatuur te houden. De broeikasgassen zorgen er namelijk voor dat de warmte die de aarde terugkaatst in de vorm van infrarood licht binnen de dampkring blijft. Er wordt veel geïnvesteerd in het verminderen van de uitstoot. Vooral voertuigen staan vaak in de spotlights als het gaat om de vermindering van broeikasgassen. We zijn de laatste jaren veel bezig met het verduurzamen van auto’s. Maar een sector waar men normaal gesproken minder snel aan zou denken, zijn de veehouderijen. Deze hebben wereldwijd een uitstoot van 18%3.
thema’s. Één van de thema’s is productieproces. Hieronder valt energiebesparing. Energiescan als uitgangspunt Een manier om het energieverbruik bij melkveehouders te verminderen, is de energiescan van FrieslandCampina. Het is een enquête over het jaarverbruik van gas en elektriciteit die melkveehouders online in kunnen vullen. Wanneer deze enquête is ingevuld, krijgen melkveehouders een monitor die laat zien hoeveel energie zij verbruiken. Ook krijgt de melkveehouder via de monitor adviezen om het energieverbruik te verminderen. In de monitor staat hun energieverbruik in kWh per 1000 kilo melk van 2010/2011, 2011/2012 en 2012/2013 en het gemiddelde energieverbruik in kWh per 1000 kilo melk van alle melkveehouders zodat de melkveehouders hun verbruik kunnen vergelijken. De energiescan is opvallend genoeg slechts door 10%5van de melkveehouders ingevuld. Wij vragen ons af hoe dit percentage zo laag kan zijn en of de energiescan dus wel een effectieve manier is om energie te besparen. Om dit te onderzoeken moeten we de volgende hoofdvraag beantwoorden: Is de energiescan een goede manier om het energieverbruik bij melkveehouders van FrieslandCampina in Friesland te verminderen? De deelvragen die we hierbij hebben opgesteld zijn:
Samen met FrieslandCampina We hebben gekozen om een onderzoek bij melkveehouderijen te starten omdat er erg veel melkveehouderijen in onze omgeving zijn. Samen met FrieslandCampina is er een onderzoek ontstaan dat genoeg ingeperkt is en realiseerbaar is voor ons PWS. Omdat we samen hebben gewerkt met FrieslandCampina, is het belangrijk om te melden wat FrieslandCampina aan duurzaamheid doet. FrieslandCampina is erg actief in het verduurzamen van de sector. Zij gaan hierbij uit van het MVO4 beleid. Aan de hand van dit beleid hebben zij bij het aspect ‘duurzame melkveehouderij’ Foqus Planet opgezet. Dit is bedacht zodat alle boeren dezelfde aanpak van kwaliteit, voedselveiligheid en duurzaamheid hebben. Foqus Planet is opgedeeld in vier verschillende thema’s met verschillende regels. De melkveehouder is verplicht door FrieslandCampina te investeren in één van deze 1
Greet Hof, duurzaamheidadviseur Marleen de Roode, ‘Mens hoogst waarschijnlijk grootste oorzaak in opwarming aarde’, scientias, 17 oktober 2013http://www.scientias.nl/menshoogstwaarschijnlijk-grootste-oorzaak-opwarmingaarde/92674 2
Waarom hebben melkveehouders van FrieslandCampina in Friesland niet meegewerkt aan de energiescan? Heeft de energiescan een positieve invloed op de energiebesparing van melkveehouders van FrieslandCampina in Friesland? - Hebben de adviezen van de energiescan een positieve invloed op de energiebesparing van melkveehouders van FrieslandCampina in Friesland? - Hebben de gegevens over het energieverbruik van de monitor een positieve invloed op de energiebesparing? Waarvoor gebruiken melkveehouders de energiescan?
3
Agriholland, ‘Dossier klimaatverandering en landbouw’, agriholland, 29 november 2013, http://www.agriholland.nl/dossiers/klimaatverand ering/ 4 maatschappelijk verantwoord ondernemen 5
Greet Hof, duurzaamheidadviseur
2 De onderzoekswijze
Scope
We gaan ons onderzoek opdelen in twee deelonderzoeken. Het eerst beschreven deel bestaat uit een onderzoek met melkveehouders die de energiescan niet hebben ingevuld. Het andere deel bestaat uit een onderzoek met melkveehouders die de energiescan wel hebben ingevuld. Belangrijk is dat het eerste deelonderzoek op meningen van de melkveehouders gebaseerd is. Het tweede deelonderzoek op feiten. Het eerste deel van het onderzoek geeft antwoord op de deelvraag: Waarom hebben melkveehouders van FrieslandCampina in Friesland niet meegewerkt aan de energiescan? Om een juist antwoord te krijgen op deze deelvraag hebben we een kwalitatief onderzoek gedaan. Dat betekent dat we minder melkveehouders hebben geënquêteerd, maar daarnaast zijn we wel dieper op het onderzoek in gegaan. We hebben van FrieslandCampina contactgegevens van dertig melkveehouders gekregen en deze telefonisch benaderd. Tien hiervan wilden meewerken en hebben de enquête ingevuld. Deze enquête hebben we zelf opgesteld en bestaat uit open vragen over duurzaamheid. Met drie van de tien hebben we de enquête door middel van ‘face to face’ gesprekken afgenomen om persoonlijkere reacties van de melkveehouders vast te stellen.
Bij dit onderzoek bedoelen we met energiebesparing de verandering van het elektriciteitsverbruik in kWh per 1000 kilo melk. Andere vormen van energie, zoals gas, betrekken we niet bij het onderzoek. Wanneer we het over energieverbruik hebben, gebruiken we de eenheid: kWh per 1000 kilo melk. Wel moet vermeld worden dat wij de economische factoren niet meenemen in ons onderzoek. We stellen dat investeringen in energiebesparing op de lange termijn altijd worden terugverdiend. Hierdoor kan er geen financiële reden zijn voor de melkveehouders om niet meer te investeren in energiebesparing, maar gaat het alleen om de daling of stijging van het energieverbruik. Ook zullen wij in dit deel van het onderzoek er van uit gaan dat de energiescan het enige middel is waardoor melkveehouders beïnvloed kunnen worden, wanneer er sprake is van energiebesparing of wanneer er sprake is van energieverhoging.
Het tweede deel geeft antwoord op de andere deelvragen. We hebben van FrieslandCampina contactgegevens gekregen van dertig melkveehouders die de energiescan hebben ingevuld en deze melkveehouders telefonisch benaderd. Twaalf hiervan wilden meewerken en FrieslandCampina heeft van deze melkveehouders de monitoren opgestuurd. Door middel van de gegevens over het energieverbruik van de monitor hebben we de subdeelvraag ‘Hebben de gegevens over het energieverbruik van de monitor een positieve invloed op de energiebesparing?’ beantwoord. Om de overige deelvraag en subdeelvraag te beantwoorden hebben we een andere enquête opgesteld. Om de subdeelvraag over de invloed van de adviezen te beantwoorden hebben we gevraagd of de melkveehouders de adviezen wel of niet hebben opgevolgd en zo niet, of ze dit nog van plan zijn. Deze gegevens hebben we gecombineerd met het energieverbruik van de melkveehouders. In de enquête hebben we de melkveehouders gevraagd waarvoor zij de energiescan gebruiken. Dit beantwoordt de laatste deelvraag.
Deelonderzoek 1: De gedachte achter het niet meewerken aan de energiescan Bij het beantwoorden van de deelvraag ‘Waarom hebben melkveehouders van FrieslandCampina in Friesland niet meegewerkt aan de energiescan?’ kan er niet alleen worden gekeken naar het antwoord op de vraag waarom ze de scan niet hebben ingevuld. Ook andere vragen hebben invloed op de uitkomst van deze vraag. Deze vragen zullen hieronder stuk voor stuk aan bod komen. Toen we de melkveehouders voor het eerst benaderden, werd door de meeste melkveehouders niet enthousiast gereageerd. ‘’Ze moesten al zoveel enquêtes invullen voor FrieslandCampina’’. Hierdoor vermoeden wij dat zij duurzaamheid niet erg belangrijk vinden. Na het afnemen van de enquêtes bleek dit vermoeden niet te kloppen. Een belangrijke uitkomst van ons onderzoek was namelijk dat melkveehouders duurzaamheid belangrijk vinden en dan specifiek met het oog op de komende generaties. Dit houdt dus in dat melkveehouders inzien dat de volgende generatie niet op eenzelfde manier kan produceren als er op een niet-duurzame wijze geproduceerd blijft worden. We kunnen dus concluderen dat melkveehouders het belang van duurzaamheid wel inzien, maar dat ze dit niet realiseren door middel van de energiescan.
3 Melkveehouders zien het belang van duurzaamheid wel in, maar dan blijft de vraag waarom ze zich met een ander aspect van duurzaamheid bezig houden. Bij deze vraag waren er twee antwoorden die het meest werden gegeven. De eerste was: ‘Ik ben wel met energiebesparing bezig, maar niet door middel van de energiescan’. De tweede was: ‘Er is sneller resultaat bij andere aspecten van duurzaamheid’. De twee antwoorden hangen met elkaar samen omdat de energiescan alleen adviezen geeft, de melkveehouders moeten daarna nog afwegen wat bij hun bedrijf van toepassing kan zijn. Tegenwoordig stelt FrieslandCampina elke melkveehouder verplicht om punten te halen bij hun kwaliteitsborgings- en duurzaamheidsprogramma. Zoals in de inleiding vermeld, zijn er vier aspecten waarop melkveehouders punten kunnen halen. FrieslandCampina kan haar melkveehouders niet verplichten om zich met de energiescan bezig te houden, maar wel om zich met duurzaamheid bezig te houden. De vraag die wij de melkveehouders hebben gesteld, is met welk aspect melkveehouders zich bezig houden. Hieruit kwam naar voren dat veel melkveehouders zich met meerdere aspecten bezig houden, maar dat de meesten zich wel met het productieproces bezig houden. Hieruit kunnen we concluderen dat melkveehouders duurzaamheid wel degelijk belangrijk vinden en het productieproces, waaronder energiebesparing valt, ook belangrijk vinden. Toch gaven de meeste melkveehouders hetzelfde antwoord op de vraag of FrieslandCampina haar ledenmelkveehouders meer moet stimuleren: ‘Melkveehouders hoeven niet nog meer gestimuleerd te worden door FrieslandCampina’. De reden hiervoor was dat melkveehouders baas van het eigen bedrijf moeten kunnen blijven. Hieruit kunnen we opmaken dat melkveehouders duurzaamheid als een eigen verantwoordelijkheid zien, het moet niet worden opgelegd door FrieslandCampina. Om melkveehouders toch meer met energiebesparing bezig te laten houden, hebben we de vraag gesteld: ‘Wat moet er veranderen zodat melkveehouders de energiescan in gaan vullen’. Er werd vrij uiteenlopend geantwoord op deze vraag, maar het hangt er over het algemeen mee samen dat FrieslandCampina de energiescan makkelijker moet maken of dat het aantrekkelijker moeten worden om de energiescan in te vullen. Met het makkelijker maken van het invullen van de energiescan bedoelen de melkveehouders dat het beter mogelijk gemaakt moet worden dat zij hun energieverbruik van het huis en het bedrijf kunnen scheiden. Dan zouden melkveehouders echt kunnen zien wat hun bedrijf aan energie verbruikt. Met het aantrekkelijker maken
van de energiescan bedoelt men dat je met het invullen van de energiescan meer punten zou moeten krijgen voor Foqus Planet. Het wordt dan aantrekkelijker om er mee bezig te gaan omdat je dan in een hogere kwaliteitsschaal terecht komt. We kunnen dus concluderen dat het voor melkveehouders aantrekkelijker en gemakkelijker moet worden gemaakt zodat ze de energiescan in gaan vullen. Melkveehouders vinden dus wel dat FrieslandCampina dit moet verwezenlijken. Tot slot een van de belangrijkste vragen: ‘Waarom hebben de melkveehouders de energiescan niet ingevuld’. Hier had iedere melkveehouder zo zijn eigen reden voor. Wel hangen de antwoorden samen met de antwoorden op de vorige vraag. Het heeft volgens de meeste melkveehouders te maken met het feit dat ze niet de goede gegevens paraat hebben omdat het energieverbruik van het huis en het bedrijf samen wordt gemeten. Dit is een nadeel omdat melkveehouders slechts willen weten wat het verbruik van het bedrijf is en niet het verbruik van het huis en het bedrijf samen. We kunnen nu concluderen dat de melkveehouders die de energiescan niet hebben ingevuld, dit niet hebben gedaan omdat ze duurzaamheid, en daarmee energiebesparing, onbelangrijk vinden. Er is geen enkele melkveehouderij die het belang van duurzame innovaties niet inziet. Toch realiseren melkveehouders duurzaamheid niet door middel van de energiescan. Het antwoord op de vraag waarom ze dit niet doen is voornamelijk omdat er bij het invullen van de energiescan geen direct resultaat is. Melkveehouders zullen de adviezen zelf nog moeten uitvoeren. De melkveehouders zijn bang dat ze hun vrijheid zullen verliezen als ze bindende afspraken gaan maken met FrieslandCampina. Daarom zullen de melkveehouders er niet aan toegeven om zich te laten verplichten. Als FrieslandCampina wil dat de melkveehouders de energiescan toch in gaan vullen, moeten ze de energiescan makkelijker en aantrekkelijker maken om in te vullen maken. De oplossing zou zijn dat melkveehouders meer punten krijgen voor het kwaliteitsborgingsen duurzaamheidsprogramma Foqus Planet en dat de goede gegevens aanwezig kunnen zijn.
4 Deelonderzoek 2: de invloeden van de energiescan Uit de berekeningen van het energieverbruik over de drie jaren van alle melkveehouders die we geënquêteerd hebben, blijkt dat er in totaal een gemiddelde daling is van 0,5%6. Het lijkt dus of de energiescan een positieve invloed heeft op de energiebesparing. Het is ons alleen opgevallen dat er melkveehouders zijn die voor het invullen van de energiescan investeerden in energiebesparing maar dit na het invullen niet meer deden. We vragen ons af waarom dit zo is en wat voor invloed de energiescan hier op heeft. Daarnaast zouden de adviezen die bij de energiescan worden gegeven een positieve invloed kunnen hebben op de investering in energiebesparing bij melkveehouders wanneer de adviezen wel of niet worden opgevolgd. Er zijn bij dit deel van het onderzoek vier verschillende groepen vanwege de verschillende afwegingen die de melkveehouders kunnen maken: Een groep melkveehouders die voor het invullen van de energiescan wel en na het invullen van de energiescan niet investeerden in energiebesparing (1). Een groep melkveehouders die voor en na het invullen van de energiescan niet investeerden in energiebesparing(2). Een groep melkveehouders die voor en na het invullen van de energiescan wel investeerden in energiebesparing (3) Een groep melkveehouders die voor het invullen van de energiescan niet en na het invullen van de energiescan wel investeerden in energiebesparing (4).
melkveehouders vinden dat zij genoeg in energiebesparing hebben geïnvesteerd. De energiescan heeft hier op lange termijn een negatieve invloed. Ook de adviezen zijn bepalend voor de invloed van de energiescan op de energiebesparing van de melkveehouders in deze groep. Aan onze berekeningen is te zien dat de melkveehouders die van plan zijn om de adviezen op te volgen, geen daling in hun energieverbruik hebben ondervonden maar een stijging van 13,8%8. Dit komt niet naar voren in het gemiddelde van de verandering tussen 2010 en 2013 van groep 1, omdat de melkveehouders die van plan zijn de adviezen op te volgen relatief een kleine groep is. Wel kunnen we hieruit concluderen dat de groep die nog geen daling in zijn energieverbruik heeft gehad, wel motivatie heeft om hier verandering in te brengen omdat zij van plan zijn de adviezen op te volgen. Deze groep melkveehouders van groep 1 worden dus positief beïnvloed door de energiescan. Wat ook te zien is aan onze berekeningen, is dat de melkveehouders die niet van plan zijn de adviezen op te volgen, 13,7 %9 gedaald zijn in hun energieverbruik. Dit bevestigt onze eerdere opvatting dat de energiescan een negatieve invloed heeft op deze groep. Zij zijn namelijk niet van plan iets met de adviezen te doen, waarschijnlijk omdat zij al flink zijn gedaald in hun energieverbruik.
Bij groep 1 kun je opmerken dat de energiescan wellicht een negatieve invloed heeft gehad, omdat de melkveehouders na het invullen niet meer investeerden terwijl zij dit hiervoor wel deden. Deze groep heeft wel een gemiddelde daling van 4,54%7 in 3 jaar. Dit betekent dat de melkveehouders in deze 3 jaren hun energieverbruik flink verlaagd hebben. Dat de melkveehouders niet meer investeren kan komen doordat zij na het invullen van de energiescan aan de monitor kunnen zien dat hun energieverbruik al gedaald is en onder het gemiddelde van alle melksystemen zit. Hierdoor kunnen de
Bij groep 2 verwachten we dat de energiescan weinig invloed heeft, omdat de melkveehouders hun investering op het gebied van energiebesparing niet veranderen. Het blijkt uit de gegevens dat iedere melkveehouder uit deze groep onder het gemiddelde zit qua energieverbruik. Doordat deze groep ook na het invullen van de energiescan niet investeert daalt hun energieverbruik niet. Sterker nog, uit onze berekeningen blijkt dat het energieverbruik stijgt met 3,53%10. Om te kunnen bepalen wat de invloed is van de energiescan moeten we ook kijken wat de invloed is van de adviezen. Het blijkt dat elke melkveehouder uit groep 2 van plan is iets met de adviezen te doen. We kunnen hieruit concluderen dat de melkveehouders de adviezen als goede adviezen beschouwen. Het is alleen de vraag of de melkveehouders iets gaan doen met deze adviezen ondanks dat ze het van plan zijn, omdat ze hiervoor ook nooit geïnvesteerd hebben in energiebesparing. We kunnen hieruit dus concluderen dat de energiescan wel goede adviezen geeft maar dat de
6
9
7
10
Met de investeringen na het invullen van de energiescan bedoelen we de investeringen die de melkveehouder heeft gedaan in de tijd tussen het invullen van de energiescan en het moment van meedoen aan ons onderzoek.
Tabel 1 Tabel 1 8 Tabel 2
Tabel 2 Tabel 1
5 groep te weinig gemotiveerd wordt om hun energieverbruik te verminderen, omdat de groep gemiddeld gezien al rond het gemiddelde zit van alle melkveehouders. Er zal dus een manier gevonden moeten worden om er zeker van te zijn dat deze groep gaat investeren. Bij groep 3 kunnen we aan de hand van de investering op het gebied van energiebesparing niet veel zeggen over de invloed van de gegevens van de energiescan. Zij investeren namelijk voor en na het invullen van de energiescan al in energiebesparing. Wel kunnen de adviezen invloed hebben op de energiebesparing. Uit onze enquête blijkt dat iedere melkveehouder in deze groep de adviezen heeft opgevolgd of dit nog van plan is te gaan doen, en dat zij een daling van 13,2%11 in hun energieverbruik hebben. Omdat deze groep veel investeert in energiebesparing en adviezen opvolgt of dit van plan is, kun je stellen dat ze erg gemotiveerd zijn. Omdat de adviezen een positieve invloed hebben kunnen we ook stellen dat de energiescan in zijn geheel een positieve invloed heeft, omdat de gegevens bij deze groep geen invloed hebben. Bij groep 4 verwachten we een positieve invloed van de energiescan, omdat zij voor het invullen niet investeerden op het gebied van energiebesparing maar dat na het invullen wel doen. Hier kan de monitor van de energiescan dus juist een positieve invloed uitoefenen doordat de melkveehouders hieraan zien dat ze nog veel op hun energieverbruik kunnen besparen. Hun energieverbruik tussen 2010 en 2013 is wel 5,76 %12 gestegen dus zou je niet direct kunnen zeggen dat de invloed positief is, maar dit kan komen doordat de investeringen die in het laatste jaar gedaan zijn nog niet waarneembaar zijn in de energiescan. Waarschijnlijk worden de investeringen pas bij de volgende energiescan zichtbaar. Daarnaast heeft een groot deel van de melkveehouders een lagere melkproductie in het laatste jaar. Dit zou kunnen komen door slechte omstandigheden. Hierbij moet er gedacht worden aan ziekte van koeien of minder weidegang door slechte weersomstandigheden. Het energieverbruik is alleen niet zodanig gedaald dat het de daling van de melkproductie opvangt. Hierdoor wordt de verhouding energieverbruik/melkproductie hoger waardoor het lijkt dat investeringen geen nut hebben gehad. De stijging van het energieverbruik bij deze groep zegt dus niet iets over de invloed van de energiescan. Wel kunnen we stellen dat deze groep na het invullen van de energiescan wel heeft
geïnvesteerd in energiebesparing terwijl ze dat hiervoor niet deden. Dat kunnen we opvatten als een positieve invloed van de energiescan. Dit is alleen nog niet zichtbaar in het energieverbruik van de melkveehouders. Als de adviezen door deze groep worden opgevolgd of als ze dat van plan zijn te gaan doen, kunnen we stellen dat de energiescan alsnog een positieve invloed heeft op deze groep. Het blijkt dat 75%13 in deze groep van plan is iets met de adviezen te gaan doen. Omdat ze nu wel investeren in energiebesparing, kun je stellen dat deze groep gemotiveerd is geraakt door de energiescan en de adviezen ook echt gaat opvolgen. Op dit moment hebben de adviezen nog geen invloed op de energiebesparing bij deze groep, maar waarschijnlijk zal dit nog wel veranderen. De overige 25%14 volgt de adviezen niet op en daar hebben adviezen dus geen invloed op gehad. Deze 25% heeft ook een grotere stijging in het energieverbruik dan de melkveehouders die de adviezen wel van plan zijn op te volgen. Dit bevestigt onze eerdere opvatting over de motivatie van de melkveehouders die de adviezen van plan zijn op te volgen. Ze gaan dit dus hoogstwaarschijnlijk wel doen. Omdat het overgrote deel wel van plan is wat met de adviezen te doen, kunnen we zeggen dat de adviezen een positieve invloed hebben op de energiebesparing van deze groep. De melkveehouders zijn naast de investeringen die ze hebben gedaan na het zien van de energiescan ook van plan adviezen op te volgen. Omdat de adviezen invloed hebben op de energiebesparing van groep 4, kunnen we dus concluderen dat de energiescan een positieve invloed heeft op de energiebesparing van deze groep. De invloed van de monitor Door het bespreken van alle groepen kunnen we de subdeelvraag ‘Hebben de gegevens over het energieverbruik van de monitor een positieve invloed op de energiebesparing?’ beantwoorden. Uit onze berekeningen is gebleken dat de gegevens van de monitor op 83,3%15 van de melkveehouders een positief effect heeft op korte termijn. Hierdoor lijken de gegevens van de monitor een positieve invloed op de energiebesparing te hebben. Dit kun je niet meteen stellen omdat het op lange termijn slechts 16,7%16 van de melkveehouders een positief effect heeft. Wij vinden dat de energiescan pas een positieve invloed heeft op de energiebesparing van
11
14
12
15
Tabel 1 Tabel 1 13 Tabel 3
Tabel 3 Tabel 4 16 Tabel 4
6 melkveehouders als dit op lange termijn is. De conclusie voor deze sub-deelvraag is dus dat de gegevens van de monitor geen positieve invloed op de energiebesparing van melkveehouders hebben. De invloed van de adviezen Ten eerste is het bij de sub-deelvraag “hebben de adviezen invloed op de energiebesparing?” van belang dat het duidelijk wordt gemaakt dat 25%17 van de ondervraagde melkveehouders de adviezen niet hebben opgevolgd en dit ook niet van plan zijn om te doen. Er is gebleken dat zij al een daling van hun energieverbruik van 6,9%18 hebben. Zij zijn dus niet gemotiveerd genoeg om de adviezen op te volgen en de adviezen hebben hier dan ook geen invloed. De overige 75%19 heeft de adviezen opgevolgd of is dit van plan te gaan doen. Voor deze groep geldt dat de adviezen een positieve invloed hebben omdat het eigenlijke doel van de adviezen is dat de melkveehouders ze opvolgen en dat hiermee hun energieverbruik zal dalen. Uit onze berekeningen is gebleken dat de melkveehouders die de adviezen hebben opgevolgd een daling van hun energieverbruik van 11,9%20 hebben. De melkveehouders die van plan zijn de adviezen op te volgen hebben nog geen daling in hun energieverbruik maar een stijging van 3,3%21. Toch kun je hier zeggen dat de adviezen een positieve invloed hebben omdat de adviezen een motiverende werking hebben op de energiebesparing van de melkveehouders. We kunnen dus concluderen dat de adviezen een positieve invloed hebben op de energiebesparing van de melkveehouders.
melkveehouder of hij wel of niet goed zit. Slechts 25%23 vult de energiescan in om punten voor Foqus Planet te behalen en 16,7%24 is echt benieuwd naar de mogelijkheden om het energieverbruik te verminderen. Dit betekent dat de melkveehouders niet erg gemotiveerd zijn om hun energieverbruik te verminderen en ook niet om mee te werken aan een duurzame melkproductie, maar vooral hun energieverbruik in de gaten willen houden vanwege financiële redenen. Is de energiescan een effectieve manier om het energieverbruik bij melkveehouders van FrieslandCampina in Friesland te verminderen?
Om de deelvraag ‘waarvoor hebben de melkveehouders de energiescan ingevuld?’ te beantwoorden, hebben we door middel van de enquête gevraagd waarvoor melkveehouders de energiescan gebruiken. De energiescan wordt niet alleen gebruikt door melkveehouders omdat ze benieuwd zijn naar de mogelijkheden om hun energieverbruik te verminderen. 58,3%22 van de ondervraagde melkveehouders vult de energiescan namelijk alleen in om inzicht in hun energieverbruik te krijgen. De energiescan berekent hun kWh verbruik per 1000 kilo melk en geeft het gemiddelde verbruik van alle melksystemen. Hierdoor weet de
Het is nu dus de vraag of de energiescan wel echt een effectieve manier is om energie te besparen. Door enquêtes uit te zetten bij melkveehouders en berekeningen te maken van de cijfers zijn we op de volgende conclusies gekomen. We kunnen nu concluderen dat melkveehouders die de energiescan wel ingevuld hebben de energiescan voornamelijk gebruiken voor inzicht in het energieverbruik. De melkveehouders gebruiken de energiescan niet om energie te besparen, ondanks dat dit het eigenlijke doel is van de energiescan. Daarnaast blijkt ook dat melkveehouders die de energiescan niet hebben ingevuld de energiescan ook geen effectieve manier vinden om energie te besparen. Deze groep vindt de energiescan geen effectieve manier om energie te besparen omdat het volgens hen te veel moeite kost om de energiescan in te vullen als je het vergelijkt met wat het oplevert. Daarnaast verschilt het bij de melkveehouders die de energiescan wel hebben ingevuld wat voor invloed de energiescan op de energiebesparing heeft. Op korte termijn heeft de energiescan bij 83,3%25 van de melkveehouders een positieve invloed. Op lange termijn heeft de energiescan slechts bij 16,67%26 van de melkveehouders een positieve invloed. Dit betekent dat de energiescan nauwelijks positieve invloed heeft op de energiebesparing bij melkveehouders op de lange termijn, maar wel op de korte termijn. Dat betekent dat er wel degelijk energie is bespaard, maar deze besparingen niet doorzetten. Omdat energiebesparing bedoeld is voor de lange termijn, kunnen we ook hieruit concluderen dat de energiescan geen effectieve manier is om het energieverbruik bij melkveehouders van FrieslandCampina in Friesland te verminderen.
17
22
18
23
De functie van de energiescan
Diagram 1 Tabel 2 19 Diagram 1 20 Tabel 2 21 Tabel 2
Diagram 2 Diagram 2 24 Diagram 2 25 Tabel 4 26 Tabel 4
Bijlagen Tabel 1- Stijging of daling in het energieverbruik per groep Gemiddelde van Verandering tussen 2010 en 2013 in procenten Groep Totaal 1 -4,54% 2 3,53% 3 - 13,21% 4 5,76% Eindtotaal -0,53% Deze gegevens zijn gebaseerd op de monitor van de energiescan Tabel 2 - Stijging of daling in het energieverbruik per keuze per groep Gemiddelde van Verandering tussen 2010 en 2013 in procenten Groep Ja/Nee/Plan 1 Ja Nee -13,7% Plan 13,8% Eindtotaal -4,5% Deze gegevens zijn gebaseerd op onze enquête en de monitor van de energiescan
2
3 -11,9%
3,5% 3,5%
-14,6% -13,2%
Tabel 3 – Percentage melkveehouders per keuze per groep Groep
Groep 1 Groep 2 Groep 3 Groep 4 Totaal
Adviezen opgevolgd Percentage Ja/Nee/Plan melkveehouders per keuze per groep Nee 66,7% Plan 33,3% Plan 100% Ja 50% Plan 50% Plan 75% Nee 25% Ja 16,7% Nee 25% Plan 58,3%
Deze gegevens zijn gebaseerd op onze enquête Tabel 4 – Invloed energiescan op korte en lange termijn Groep Groep 1 Groep 2 Groep 3 Groep 4 Totaal
Percentage melkveehouder per groep 25% 25% 16,7% 33,3% 100%
Korte termijn positief
Lange termijn positief
25 x 16,7 33,3 83,3
x x 16,7 x 16,7
4 Eindtotaal -11,9% 6,9% -6,9% 5,4% 3,3% 5,8% -0,5%
8 Deze gegevens zijn gebaseerd op onze enquête en de monitor van de energiescan
Diagram 1 – Adviezen uit de monitor van de energiescan wel of niet opgevolgd
Deze gegevens zijn gebaseerd op de uitkomsten van onze enquête. Diagram 2 – Achterliggende gedachten van melkveehouders om de energiescan in te vullen
Punten Foqus Planet
Deze gegevens zijn gebaseerd op de uitkomsten van onze enquête.
9 Diagram 3 – De gedachte achter het niet invullen van de energiescan
Waarom heeft u geen aandacht aan de energiescan besteed? 10% 30%
10%
Geen goede gegevens paraat door verschil in verbruik tussen huis en bedrijf. Aandere energiescan opgesteld. Geen belang bij gegevens over energieverbruik.
10%
Kan niet omgaan met internet.
20%
20%
Geen belang bij aangezien het bedrijf al lage kosten heeft.
De gegevens zijn gebaseerd op de uitkomsten van onze enquête.
Diagram 4 – Mogelijke aanpassingen voor de energiescan
Wat zou er moeten veranderen zodat u de energiescan in gaat vullen? 10%
Verbruik gegevens van huis en bedrijf zouden gescheiden moeten kunnen worden.
10%
10%
10%
10% 20%
30%
Niets, er zijn andere manieren om het energieverbruik vast te stellen Niets, het is de verantwoordelijkheid van de mens zelf om er aandacht aan te besteden. FrieslandCampina moet het makkelijker maken voor melkveehouders om het in te vullen.
De gegevens zijn gebaseerd op de uitkomsten van onze enquête.
10 Enquête deelonderzoek 1 In atheneum 6 moeten wij en profielwerkstuk maken. Dit werkstuk is eigenlijk je slot opdracht voordat je aan je examens gaat beginnen. Wij doen ons profielwerkstuk over duurzaamheid bij melkveehouderijen. We hebben één aspect van de gehele productieketen van de melkveehouderij uitgekozen. Het aspect waar wij ons op willen richten is het energiegebruik. Friesland Campina heeft hier een enquête opgesteld om mensen adviezen te geven over hun energiegebruik. Wij zouden graag willen weten waarom u de energie-enquête niet heeft ingevuld en hebben ook nog een aantal andere vragen met betrekking tot duurzaamheid. Enquête voor de mensen die de energie-scan nog nooit hebben ingevuld 1. Heeft u wel eens van de energie-enquête gehoord? 1.1 Ja, maar u heeft er verder geen aandacht aan besteed. 1.2 Nee, dit is een enquête die bestaat uit een aantal vragen over het energieverbruik op uw bedrijf. Uit deze vragen komt een rapport, hierin staat hoeveel kilowattuur per 1000 liter melk wordt gebruikt. Aan de hand van de beantwoorde vragen krijg je een bepaald advies op het gebied van energiebesparing. Het is niet verplicht om deze enquête in te vullen, waardoor het goed kan dat u niet op de hoogte was van de energie-enquête. 2. Zo ja bij vraag 1, waarom heeft u er geen aandacht aan besteed? 3. Zo nee bij vraag 1, zou u de energie-enquête invullen nu u weet wat de energie-enquête inhoudt? 4. Waarom houdt u zich wel met een ander aspect van duurzaamheid bezig en niet met de energieenquête 5. Hoe denkt u over duurzaamheid op het gebied van de melkveehouderij? 6. Weet u dat Friesland Campina zich bezig houdt met duurzaamheid? 6.1 Zo ja, wat vindt u hiervan? 6.2 Zo nee, hoe kan het dat u hier niet van op de hoogte bent? 7. Zo ja bij vraag 6, wat doet u wel op het gebied van duurzaamheid? 8. Zo nee bij vraag 6, zou u meer op de hoogte gesteld willen worden? 9. Friesland Campina heeft drie doelstellingen op het gebied van duurzame en efficiënte productieketens: - Het gebruik van energie, water en afvalwater in 2020 met twintig procent ten opzichte van 2010 reduceren. - Honderd procent gebruik groene energie in 2020. - Duurzame productie van alle ingekochte (landbouw)grondstoffen. 9.1 Denkt u dat de eerste doelstelling haalbaar is? 9.2 Denkt u dat de tweede doelstelling haalbaar is? 9.3 Denkt u dat de derde doelstelling haalbaar is? 10. Vindt u dat melkveehouders meer gestimuleerd moeten worden door Friesland Campina om zich met duurzaamheid bezig te houden? 10.1 Ja, u bent het hier mee eens 10.2 Nee, u bent het hier niet mee eens 11. Zo ja bij vraag 10, hoe denkt u dat Friesland Campina melkveehouders kan stimuleren om dit te doen? 12. Zo nee bij vraag 10, waarom vindt u dat Friesland Campina de melkveehouders hier niet meer voor moet stimuleren? 13. Wat zou er moeten veranderen zodat u de energie-enquête wel in gaat vullen?
11 Enquête deelonderzoek 2 Geachte Heer / Mevrouw, Bedankt dat u onze enquête wilt invullen. Het invullen van de enquête duurt niet langer dan 5 minuten. De enquête bestaat uit 4 delen. Deel 1 is verplicht. Deel 2, 3 of 4 zijn afhankelijk van uw keuze bij vraag 8. U heeft de enquête dus voltooid wanneer u 2 delen heeft ingevuld.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
U bent melkveehouder nummer: Wat is de reden geweest om de energiescan in te vullen? Bent u van plan het komende jaar de energiescan weer in te vullen? Heeft u een verbeteringspunt voor de enquête van de energiescan? Wat voor cijfer op een schaal van 1 tot 10 geeft u de enquête van de energiescan? In welke leeftijdscategorie zit u? Investeerde u voor het invullen van de energiescan aan energiebesparing? Investeert u nu, na het invullen van de energiescan, aan energiebesparing? Heeft u de adviezen uit de monitor van de energiescan opgevolgd?
Deel 2 10. Kunt u aan de gegevens van de energiescan zien dat u energie heeft bespaard met de adviezen? 11. Hoeveel energie verwacht u te besparen met de opgevolgde adviezen? Deel 3 12. Wat is/zijn de reden(en) geweest om de adviezen op te volgen? (meerdere antwoorden mogelijk) Deel 4 13. Wat is de reden dat u de adviezen niet opvolgt? (meerdere antwoorden mogelijk) 14. Waarom bent u van plan om de adviezen op te volgen? (meerdere antwoorden mogelijk) 15. Heeft u een idee hoeveel energie u gaat besparen met uw plannen?
12 Motivatie keuze van het onderwerp We wonen alle drie in Friesland en zochten dan ook naar een geschikte sector om het PWS goed uit te voeren. Aangezien een groot deel van de veehouders in Friesland melkveehouder is, hebben we deze sector als meest geschikt gezien. Om het onderzoek op de juiste manier in te perken, hebben we hierbij de hulp ingeschakeld van deskundigen op dit gebied. Hierbij moet gedacht worden aan grote bedrijven zoals FrieslandCampina, maar ook aan duurzaamheidsadviseurs. FrieslandCampina is bij ons onderzoek erg belangrijk geweest. Zij hebben ons ondersteuning gegeven en hebben ons geholpen bij het verzamelen van de gegevens van de melkveehouders. Zo is er samen met FrieslandCampina een onderzoek tot stand gekomen dat genoeg ingeperkt is en die realiseerbaar is voor een PWS. Alle processen in een melkveehouderij hebben invloed op elkaar. We zochten daarom naar het meest onafhankelijke aspect van de melkveehouderij en zijn er achter gekomen dat energie het best te onderzoeken is. Dit onderzoek valt in de categorie van sociaalwetenschappelijke onderzoeken. Discussiepunten. We hebben toch een aantal discussiepunten die we willen vermelden aangezien wij vinden dat ze erg van belang zijn. Deze punten hebben niet eens heel veel impact gehad op ons onderzoek, maar geven wel iets aan over de acceptatie en toepasbaarheid van duurzaamheid bij melkveehouderijen.
De gegevens zijn niet betrouwbaar genoeg omdat er in totaal maar 22 mensen mee hebben gewerkt aan ons onderzoek. Het is de vraag of het dus representatief is voor de realiteit. Wel hebben we het maximale uit het onderzoek gehaald omdat we maar 80 uur hadden om het onderzoek te doen. Het geeft natuurlijk ook al heel wat aan dat er maar zo weinig melkveehouders zijn die überhaupt mee willen werken. Wij vermoedden dat dit ten eerste komt omdat het slechts een schoolonderzoek is, maar ten tweede denken we ook dat melkveehouders helemaal geen zin hebben in deze bemoeienis met hun bedrijven. FrieslandCampina kan ondanks de druk van de maatschappij niet te veel verplichtingen opleggen aan de melkveehouder. Dit omdat de melkveehouder anders snel een andere partner zoekt om melk aan te leveren. Daardoor kan FrieslandCampina melkveehouders niet verplichten om de energiescan in te vullen. Hierdoor zal de energiescan nooit een hele grote invloed kunnen uitoefenen op de energiebesparing.
13 Werk/tijdplan Week 39(PWS dag)
Wat -
40-42
-
43(Herfstvakantie)
-
44-46
-
47(PWS dag)
-
48-51
-
52 1-2
-
Aanpassen van hoofd- en deel- vragen Aanpassen van opzet Afspraken maken met dairy campus en duurzaamheidsdeskundige Voorbereiden van gesprekken: Interview maken, Verdieping Informatie tot ons nemen
Waar School
Interview Dairy campus Interview Duurzaamheidsadviseur Interviews verwerken Voorbereiding opstellen eigen criteria duurzame melkproductie. Inzicht krijgen over Campina boeren, waar zitten ze etc. Voltooien opstellen criteria duurzame melkproductie Enquêtes maken voor boeren. Afspraken maken met boeren. Wellicht naar boeren voor enquêteren en onderzoeken boerderijen.
-Dairy campus -
Naar boeren voor enquêteren Voorbereiding verwerken gegevens Uitwerking gegevens Resultaten weergeven Conclusie opstellen Duidelijk verslag met uitgewerkte gegevens Wetenschappelijk artikel schrijven. Argumentenschema voor Hoofdtekst afschrijven Conclusies trekken Artikel aanpassen en verbeteren
-Friesland
-School/Thuis -School/Thuis -School/Thuis -Thuis -Thuis -Thuis -Friesland
-School/Thuis -School -School -School -School -School/Thuis -School/Thuis Thuis Thuis
14 Logboek Margit van der Werff (totaal 98 uren)
Datum
Plaats
Verrichte werkzaamheden
Resultaat of opmerkingen
Tijd
24 juni 2013
School
Instructie profielwerkstuk, brainstormen en woordspin maken.
Een goed beeld gekregen van wat er van ons verwacht wordt en een onderwerp bedacht.
4 uren
25 juni 2013
School
Voorlichting over het zoeken van betrouwbare informatie, voorlichting over het opstellen van hoofd- en deel vragen.
Uiteindelijk hebben we een hoofdvraag bedacht en ons onderzoek verder uitgewerkt.
4,5 uren
26 juni 2013
School
Bespreken hoofd- en deelvragen met docent. Workshop van de RUG
Hoofdvraag grotendeels aangepast en deelvragen bedacht.
4 uren
27 juni 2013
School
Workshop over het schrijven van een wetenschappelijk artikel. Daarna hebben we de opdrachten van de formulieren gemaakt en ingelezen in het onderwerp
Opdrachten van de formulieren afgemaakt en verschillende soorten bronnen gevonden voor ons onderzoek.
4 uren
29 augustus 2013
Bibliotheek
Samen met Hidde naar de bibliotheek geweest om boeken te zoeken
Vier boeken gevonden: -boeren met smaak, -Alles van melk, -Buorkje Yn Frslân, -Het grote groene misverstand.
1 uur
23 Thuis september 2013
Onderzoek gedaan naar de dairy campus te Leeuwarden
Opgeschreven wat hun motieven zijn en wat hun grote onderzoeksvragen zijn
30 minuten
24 School september 2013
Gesprek met PWS begeleidster mevr. Timmer
Feedback over onze opzet.
30 minuten
26 School september 2013
Pws-dag
Bezig geweest met het aanpassen van onze toenmalige opzet. Deelvraag een grotendeels beantwoord en veel informatie gezocht over de duurzame melkproductie bij Friesland Campina
10 uren
7 oktober 2013
Bezig geweest met eerste deelvraag.
Duidelijk overzicht van eerste deelvraag gemaakt. Besloten om ons op twee pijlers over de doelstellingen van 2020 van Friesland Campina te richten.
2 uren
Verschillende contactpersonen besproken en veel algemene informatie/tips gekregen over de melkveehouderij.
1 uur
Thuis
10 oktober Leeuwarden Gesprek gehad met Carla 2013 van der Leij over haar rol bij ons pws. Bekeken wat
15
zij voor ons kan betekenen. 11 oktober School 2013
gesprek gehad met pws begeleidster mevr. Timmer
Opzet besproken en cijfer van het eerste beoordelingsmoment gekregen.
30 minuten
14 oktober Thuis 2013
Praktische zaken afgehandeld en voorbereidingen getroffen.
Contact gehad met Rixt Muller en Rom Glazema over hun eventuele bijdrage aan het pws. Gesprek met Carla van der Leij samengevat. Voorbereid op gesprek met Acronius Roorda. Verder nog literatuur onderzoek gedaan naar praktische zaken over een melkveehouderij en uiteindelijk een verdiepende planning van week 41, 42 en 43 gemaakt.
2 uren
16 oktober Oldebekoop 2013 en Wolvega
Afspraak gehad met Tjerk en Greet Hof en Acronius Roorda
Heel veel kennis opgedaan en pws opnieuw deels verandert
6 uren
17 oktober Thuis 2013
Voorbereid op tweede beoordeling moment
Gesprekken beschreven, planning tot nu toe bijgewerkt en hele verslag in elkaar gezet.
4 uren
22 oktober Leeuwarden Bij Hidde thuis bezig 2013 geweest met profielwerkstuk
Interview gemaakt voor de mensen die de energie-scan nog nooit hebben ingevuld
4 uren
25 oktober Grou 2013
Bij mij thuis bezig geweest met het profielwerkstuk
Melkveehouder 1 bezocht die de energie-scan nog nooit heeft ingevuld. Daarna gegeven verwerkt
5 uren
18 november 2013
Thuis
Mensen bellen die de energiescan niet hebben ingevuld gebeld
Afspraak gemaakt met 3 melkveehouders
3 uren
20 november 2013
Thuis
Mensen bellen die de energiescan niet hebben ingevuld
Afspraak gemaakt met 7 melkveehouders
2 uren
25 november 2013
Reduzum/ school
Twee melkveehouders bezocht die de energiescan niet hadden ingevuld. Daarna naar school gegaan en taken verdeeld en met taken bezig geweest.
Vragenlijsten allemaal uitgewerkt en digitaal gezet. Daarna de gegevens geanalyseerd en in ‘subantwoorden’ verdeeld.
10 uren
8 december 2013
Thuis
Antwoorden in ‘subantwoorden’ verdeeld.
Alle ‘sub-antwoorden’ in cirkeldiagrammen gezet.
3 uren
15 december 2013
Thuis
Bezig geweest met hoofdtekst van het artikel.
Begin gemaakt met opzet deelvraag
3,5 uren
16
19 december 2013
Thuis
Bezig geweest met mijn conclusies gemaakt bij deelvragen deel van de hoofdtekst van het artikel.
1,5 uur
22 december 2013
Reduzum
Bezig geweest met mijn Mijn deel van de hoofdtekst af. deel van de hoofdtekst van het artikel.
5 uren
27 december 2013
Thuis
Bezig geweest met het gehele artikel.
Alle stukken doorgelezen en dusdanig verbeterd.
1,5 uur
3 januari 2014
Leeuwarden Bezig geweest met het gehele artikel.
Artikel ingekort en verbeterd.
4,5 uren
5 januari 2014
Thuis
Bezig geweest met het gehele artikel.
Aanpassingen gemaakt in gehele tekst.
2 uren
6 januari 2014
Thuis
Bezig geweest met het gehele artikel.
Aanpassingen gemaakt in gehele tekst.
2 uren
9 januari 2014
Leeuwarden Bezig geweest met het gehele artikel.
Gehele artikel af.
7 uren
Logboek Melissa Woltjer (totaal: 102 uren)
Datum
Plaats
Verrichte werkzaamheden
Resultaat of opmerking
Tijd
24 juni 2013
School
Brainstormen over onderwerp met groepje. Instructie PWS
Bronnen gevonden over duurzaam voedsel produceren.
4 uren
25 juni 2013
School
Voorlichting over het zoeken van betrouwbare informatie, voorlichting over het opstellen van hoofd en deelvragen
Tot een hoofdvraag gekomen, verdere informatie gevonden
4,5 uren
26 juni 2013
School
Bespreken hoofd en deelvragen met docent, Workshop van de Rug
Hoofdvraag aangepast en deelvragen bedacht
4 uren
27 juni 2013
School
Workshop wetenschappelijk artikel, afvinklijst gemaakt
Literatuurlijst gemaakt, 4 uren indeling van ons wetenschappelijk artikel gemaakt en de relatie tussen PWS en toekomst beschreven.
20 september 2013
Thuis
Website Dairy Campus geanalyseerd
Achtergekomen wat Dairy Campus inhoud, wat ze doen en wat hun doelen zijn.
30 minuten
17
24 september 2013
School
Gesprek met pws-begeleider mevr. Timmer
Meer duidelijkheid over onderzoek en beter onderzoeksvraag
30 minuten
26 september 2013
School
PWS dag
Nieuwe hoofd en deelvragen opgesteld. Informatie gevonden over wetgeving op het gebied van duurzame melk productie.
10 uren
10 oktober 2013
Huis van Carla van der Leij
Gesprek met Carla van der Leij om te kijken wat zij voor ons kan betekenen.
Algemene informatie gekregen over de melkveehouderij. Verschillende contactpersonen die ons kunnen helpen
1 uur
11 oktober 2013
School
Gesprek met pws-begeleider mevr Timmer.
Opzet besproken en cijfer eerste beoordelings moment.
30 minuten
14 oktober 2013
Thuis
Verdiept in wetgeving in Nederland op het gebied van duurzame veehouderij
Overzicht van de routeplanner van het UDV
2 uren
15 oktober 2013
Thuis
Gekeken welke punten van het UDV voor ons van belang zijn
Uitwerking van deze punten.
2 uren
16 oktober 2013
Wolvega en Oldeberkoop
Afspraak met meneer en mevrouw Hof. Afspraak met Acronius Roorda van FrieslandCampina.
Kennis opgedaan en verbetering in ons PWS aangebracht.
6 uren
16 oktober 2013
Thuis
Verdiept in energie scan. Planning tot nu toe
Informatie over energie schan. Planning waargemaakt en motivatie voor afwijkingen.
1 uur
17 oktober 2013
Thuis
Voorbereidingen 2de beoordelings- moment
Opdrachten voor tweede beoordelingsmoment af
1 uur
22 oktober
Leeuwarden
Samen bezig geweest voor profielwerkstuk
Enquête gemaakt voor de melkveehouders die de energiescan wel hebben ingevuld
4 uren
25 oktober
Grou
Melkveehouder 1 die de energiescan niet heeft ingevuld bezocht
Enquête afgemaakt
5 uren
18 november
School
Melkveehouders gemaild
Melkveehouders bereikt
1 uur
20 november
Thuis
Mensen bellen die energiescan wel hebben ingevuld
Melkveehouders bereikt
2 uren
22 november
Thuis
Mensen belldie die energiescan wel hebben ingevuld
Melkveehouders bereikt
2 uren
18
25 november
Reduzum/school
Twee melkveehouders bezocht die de energiescan niet hadden ingevuld. Daarna naar school gegaan en taken verdeeld en met taken bezig geweest.
10 uren
8 december
Thuis
Deelvragen behandeld
uitwerkingen van de deelvragen
2 uren
14 december
Thuis
monitoren van melkveehouders in groepen verdeeld en tabellen gemaakt
overzicht van de groepen
2 uren
16 december
Thuis
Beginnen met mijn deel hoofdtekst
Groot deel van mijn deel hoofdtekst af
2 uren
20 december
Thuis
Verder mijn deel hoofdtekst
mijn deel hoofdtekst af
2 uren
22 december
Thuis
Samen met hidde door hoofdtekst gegaan
aanpassingen gedaan en Tekst verbeterd
5 uren
27 december
Thuis
Conclusies trekken
Conclusies af
1 uren
2 januari
Thuis
Margit haar deel en inleiding doorgelezen
Verbeterpunten
1 uur
3 januari
Leeuwarden
bezig geweest met gehele artikel
verbeterd en ingekort
4,5 uren
5 januari
Thuis
Artikel aanpassen
Artikel verbeterd
1,5 uren
6 januari
Thuis
Artikel aanpassen
Artikel verbeterd
1,5 uren
7 januari
Thuis
Artikel aanpassen
Voetnoten en aanpassingen
2 uren
8 januari
Leeuwarden
Met Hidde bezig geweest
Aanpassingen en conclusie af
5 uren
9 januari
School
Artikel aanpassen
Artikel verbeterd
2,5 uren
9 januari
Leeuwarden
Artikel aanpassen
Artikel verbeterd
3 uren
9 januari
Thuis
Artikel afgemaakt
AF
2 uren
19 Logboek Hidde Vink (totaal: 98 uren)
Plaats
Verrichte werkzaamheden
Resultaat of opmerking
Tijd
24 juni 2013
School/Thuis
Brainstormen over onderwerp met groepje. Instructie PWS
Bronnen gevonden over Duurzaamheid.
4 uren
25 juni 2013
School
Nog een keer goed bedacht wat de hoofdvraag zou kunnen zijn en deze inkrimpen. Een tijdelijke hoofdvraag bedacht.
Niet helemaal uit de hoofdvraag de volgende dag mee verder... Plus presentatie Dhr. Postma over infromatie zoeken
4,5 uren
26 juni 2013
School
Workshop.. Hoofdvraag beter geformuleerd en deelvragen gemaakt
We moeten ons nu richten op het informatie zoeken over de onderwerpen.. Ons inlichtichten
4 uren
27 juni 2013
School
Verslag maken van opzet We hebben vandaag het verslag al PWS.. Informatie zoeken.. afgerond, goede stap richting Ook workshop Mevr. Vd. volgend jaar Schaaf over schrijven wetenschappelijk artikel.=
4 uren
29 augustus 2013
Bibliotheek
Samen met Margit naar de bibliotheek geweest om boeken te zoeken
Vier boeken gevonden: -boeren met smaak, -Alles van melk, Buorkje Yn Frslân, -Het grote groene misverstand.
1 uur
24 september 2013
School
Gesprek met PWS begeleidster
Feedback gekregen over toenmalige opzet
1 uur
26 september 2013
School
Pws-dag
Bezig geweest met hoofd- en deelvragen. Mailtjes verstuurd naar contactpersonen. Informatie gezocht over regelgeving op het gebied van duurzame melkproductie.
10 uren
6 oktober 2013
Thuis
Onderzoek gedaan naar verschillende meetlatten voor duurzaamheid bij boerderijen en deelvraag twee.
Criteria en beoordelingsrichtlijnen van college van deskundigen MDVA gevonden en daarbij hun maatlat voor een duurzame melkveehouderij.
2 uren
10 oktober 2013
Huis Carla van der Leij
Gesprek Cara van der Leij over haar eventuele bijdrage aan ons pws
Datum
2 uren
20
11 oktober 2013
School
Gesprek pws-begeleider mevr. Timmer
30 minuten
14 oktober
Thuis
Begin van inleiding wetenschappelijk artikel
1 uur
16 oktober
Wolvega en omstreken
Afspraken met Tjerk hof en Acronius Roorda
17 oktober
Thuis
Inleiding gemaakt en voorbereiding beoordelingsmoment 2
22 oktober
Thuis
Samen bezig geweest met profielwerkstuk
Enquête gemaakt voor de melkveehouders die de energiescan wel hebben ingevuld
4 uren
25 oktober
Grou
Melkveehouder 1 bezocht die de energiescan niet heeft ingevuld
Enquête voor de melkveehouders die de energiescan wel hebben ingevuld verder afgemaakt
5 uren
18 november 2013
Leeuwarden
Melkveehouders gemaild
Aangekomen
1 uur
20 november 2013
Leeuwarden
Mensen bellen die de energiescan hebben ingevuld
Melkveehouders gevraagd om invullen enquête
2 uren
25 november 2013
school
Bezig geweest met inleiding. Daarna naar school gegaan en taken verdeeld en met taken bezig geweest.
Vragenlijsten allemaal uitgewerkt en digitaal gezet. Daarna de gegevens geanalyseerd en in ‘subantwoorden’ verdeeld.
10 uren
29 november 2013
Thuis
Verder met inleiding
Beta inleiding af
2 uur
8 december 2013
Thuis
Uitwerken deelvragen
Deelvragen uitgewerkt
3 uren
15 december 2013
Grou
Bezig geweest met hoofdtekst van het artikel.
Begin gemaakt met opzet deelvragen
4 uren
19 december 2013
Thuis
Bezig geweest met mijn deel van de hoofdtekst van het artikel.
conclusies gemaakt bij deelvragen
1,5 uur
22 december 2013
Reduzum
Bezig geweest met mijn deel van de hoofdtekst van het artikel.
Mijn deel van de hoofdtekst af.
5 uren
Kennis opgedaan, veranderingen aangebracht in PWS
6 uren 4 uren
21
27 december 2013
Thuis
Bezig geweest met het gehele artikel.
Alle stukken doorgelezen en dusdanig verbeterd.
1,5 uur
3 januari 2014
Thuis
Bezig geweest met het gehele artikel.
Artikel ingekort en verbeterd.
5 uren
6 januari 2014
Thuis
Bezig geweest met het gehele artikel
Aanpassingen gemaakt in gehele tekst.
2 uren
7 januari
Thuis
Bezig geweest met gehele artikel
Laatste aanpassingen
1 uur
8 januari
Thuis
Met Melissa bezig geweest
Laatste aanpassingen gedaan
5 uur
9 januari
Thuis
Aller laatste aanpassingen gedaan
Artikel af
6 uren
22 Bronnenlijst Internetbronnen
1. Dairy Campus Leeuwarden (z.d.). Geraadpleegd op 23 september 2013. 2. 3.
4.
5. 6. 7. 8. 9.
10.
http://www.dairycampus.nl/nl/Home.htm. Dairy Campus Leeuwarden (z.d.). Geraadpleegd op 23 september 2013. http://www.dairycampus.nl/nl/Home/Over-Dairy-Campus.htm Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (z.d). Geraadpleegd op 26 september 2013. http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/voeding/duurzame-productie FrieslandCampina foqus planet (z.d.). Geraadpleegd vanaf 26 september. http://www.frieslandcampina.com/nederlands/sustainability/~/link.aspx?_id=3A976E0AE6BD455FA681D04B B96096DB&_z=z Friesland Campina maatschappelijk verantwoord ondernemen. (z.d.). Geraadpleegd vanaf 26 september. http://www.frieslandcampina.com/nederlands/sustainability/csr-house.aspx Friesland Campina duurzame melkveehouderij. (z.d.). Geraadpleegd vanaf 26 september. http://www.frieslandcampina.com/nederlands/sustainability/sustainable-dairy-farming.aspx FrieslandCampina duurzame en efficiënte productieketens. (z.d.). Geraadpleegd vanaf 26 september. http://www.frieslandcampina.com/nederlands/sustainability/efficient-and-sustainable-production-chains.aspx FrieslandCampina doelstellingen voor het jaar 2020. (z.d.). Geraadpleegd vanaf 26 september. http://www.frieslandcampina.com/nederlands/sustainability/csr-2020-goals.aspx. Nieuws over technologie en wetenschap: Mens grootse veroorzaker klimaatverandering. (z.d.). Geraadpleegd op 22 december 2013. http://www.scientias.nl/mens-hoogstwaarschijnlijk-grootsteoorzaak-opwarming-aarde/92674 Uitstoot bij veehouderijen. (z.d.). Geraadpleegd op 22 december 2013. http://www.agriholland.nl/dossiers/klimaatverandering/
Boeken 1. P.J. Reinders, Aad Vernooij (2013). Alles van melk: geschiedenis van de Nederlandse zuivelindustrie. Zwolle: WBOOKS 2. Jacob de Hoop, Ytsen Kooistra, Adriaan Dost (2012). Boeren met smaak: biologische pioniers met hart en ziel. Leeuwarden: PENN.nl 3. J.A. Boone (2012). Duurzame landbouw verantwoord: methodologie om de duurzaamheid van Nederland. Wageningen: Wettelijke Onderzoekstaken Natuur & Milieu Artikelen 1. Meulen, D. van der, (6 november 2010). Alleen gezonde koe geeft veel melk. Leeuwarder Courant 2. Meulen, D. van der, (10 oktober 2010). Duurzaamheid en groei kunnen samen. Leeuwarder Courant 3. Meulen, D. van der, (1 maart 2011). Koe in de wei, moedig en verstandig. Leeuwarder Courant. Personen 1. 2. 3. 4.
Leij, C. van der. (10 oktober 2013). Hof, T. & Hof, G. (16 oktober 2013). Roorda, A. (16 oktober 2013). Veenstra, A. (Gedurende de gehele periode onze contactpersoon van FrieslandCampina).