De blauwe fee helpt mus Tuur
De blauwe fee helpt mus Tuur. “Tjilp tjilp tjilp,” klinkt het boven het nest van de familie mus. Er zijn acht jongen geboren. Mama en papa mus zijn druk in de weer. Ze vliegen heen en weer, van en naar het nest. Ze wroeten in de aarde met hun snavels op zoek naar lekkere hapjes. “Tjilp tjilp tjilp,” klinkt het zonder ophouden in het nest. Kinderen laten ‘tjilpen’ > heeft iemand al een mussenjong gezien? Gehoord? We doen een mussenjong na. Waarom zou een mussenjong zo veel tjilpen denk je??
Die kleine mussenjongen lijken wel uitgehongerd. Ze strekken hun hals en sperren hun bek wijd open. Ze tjilpen om hun mama of papa te laten horen dat ze honger hebben. Zodra ze een lekker hapje inslikken beginnen ze snel terug te tjilpen “Nog een hapje, nog een hapje, nog een hapje!”, lijken ze te tjilpen. Onvermoeibaar vliegen mama en papa mus af en aan. De kleine mussen zitten dicht tegen elkaar in het nest. Weggedoken in een bed van zachte veertjes. Alleen de bekjes zijn goed zichtbaar. Als het donker wordt zijn de mussenjongen eindelijk stil. Met hun buikje vol slapen ze tevreden in. Kinderen laten neer liggen, ogen dicht en handen op hun buik. Voel maar eens goed aan jou buik!
De avond is vol zachte klanken. In het nest is alles veilig en stil. Papa en mama mus zitten op de rand van het nest te rusten. KLANKSCHALEN REGENSTOK
Plots hoort mama mus één van haar jongen snikken. Ze kijkt bezorgd rond in het nest. “Wat is dat? Heeft iemand pijn of verdriet?”, vraagt ze. Ze duwt met haar snavel de mussenjongen uit elkaar. Helemaal achteraan in het nest vindt ze een heel klein jong dat zachtjes zit te wenen. “Wat is er Tuur? Heb je buikpijn? Ben je bang in Vrij te gebruiken voor Kinderwijze doeleinden. Auteursrechten voorbehouden: Ann Marie Ackaert© www.helendeverhalen.be - Helende Verhalen
p1/8
De blauwe fee helpt mus Tuur
het donker?”, vraagt mama mus bezorgd. “Nee mama, helemaal niet. Maar ik heb honger, reuzenhonger mama!”, snikt kleine Tuur. Mama en papa mus kijken verbaasd. “Maar Tuur, hoe kan dat nu? We hebben zoveel lekkere hapjes gevonden in het lente bos?”, vraagt mama. Jullie hebben de ganse dag getjilpt en elk bekje kreeg hapjes. “Maar mama, kijk als ik mijn bekje wijd opensper om te tjilpen dan gebeurt dit,” snikt Tuur nog harder. Het kleine musje strekt zijn hals, spert zijn bek wijd open, haalt diep adem en er gebeurt helemaal niets. Uit het bekje van Tuur komt geen enkel geluid, geen enkel getjilp! Mama mus haar bek valt open van verbazing. “Kun jij dan niet tjilpen, Tuur?” stamelt ze, “Hoe kan dat nu?” Papa mus zit te luisteren. “Vreemd hoor,” zegt hij, “maar zo raakt Tuur natuurlijk niet aan eten! Immers als een mussenjong niet tjilpt dan lijkt het alsof het geen honger heeft.” Mama knikt begrijpend. Geen wonder dat Tuur honger heeft. “Geen nood,” zegt papa snel, “ik haal nog wat lekkere hapjes voor je. De zon is nog niet helemaal onder, dus ik vind nog wel één en ander!” Terwijl papa om eten vliegt, troost mama haar kleine jong. Ze betast Tuur aandachtig en onderzoekt zijn buikje, nek en snavel. Ze kan helemaal niets vreemds ontdekken aan haar kleinste mussenjong! “Zucht, hoe moet dat nu verder met Tuur?” denkt ze bezorgd, “Een mus die niet kan tjilpen. Wat erg!” Kinderen laten neer liggen, ogen dicht en handen op hun buik. Voel je adem op je keel, voel je adem in je buik. Je buik gaat op en neer…
Het nieuws van het ongelukkige mussenjong verspreidt zich snel door het bos. De kabouterfamilie van Petertje zit aan de voet van hun eikenboom avondthee te drinken. Daar horen ze het verhaal van mus Tuur. “Oh, wat erg,” stamelt Petertje, “een mussenjong dat niet kan tjilpen is precies een kabouterbaby die niet kan wenen. “Als je niet kan wenen, kan je dan wel leren praten?”, vraagt Petertje zich af. Alle kabouters praten nu door elkaar. Iedereen vindt het zo erg voor mus Tuur. Elke vogel in het bos, elke kabouter heeft toch zijn eigen stem, zijn eigen unieke geluid!
Vrij te gebruiken voor Kinderwijze doeleinden. Auteursrechten voorbehouden: Ann Marie Ackaert© www.helendeverhalen.be - Helende Verhalen
p2/8
De blauwe fee helpt mus Tuur
Kinderen door elkaar laten praten. Luister eens naar je eigen stem. Praat eens ‘hoog’, ‘laag’, luid, stil. Voel daarbij aan je keel en aan je buik
“We kunnen aan de blauwe fee vragen om Tuur te helpen. Morgen laten we haar ophalen door de witte zwanen aan het meer.”, besluit de papa van Petertje. Een eekhorentje springt snel weg en brengt het goede nieuws naar de mussen. Morgenvroeg, van zodra het licht wordt, komt de blauwe fee Tuur helpen! Iedereen in het bos kan nu rustig gaan slapen. Ook Tuur slaapt die nacht zalig. Zijn buikje is volgepropt met lekkere hapjes. Hij voelt dat alles goed komt! Als het langzaam licht wordt horen de mussenjongen het klapwieken van de grote witte vleugels van de sierlijke zwanen. De blauwe fee vliegt tot bij het nest. XYLOFOON HANDPIANO
“Dag kleine mus, ben jij Tuur?” vraagt de fee. Tuur knikt verlegen. “Ik heb gehoord dat je niet kan tjilpen?” gaat de fee verder, “Kom, ik neem je mee onder mijn vleugels. Samen gaan we op zoek naar je eigen unieke geluid.” Tuur zijn hart klopt heel hard. Hij is eigenlijk bang. Hij is nog nooit uit het nest geweest. “Toe,” spreekt papa mus, “wees maar niet bang Tuur. Ik vlieg met je mee!” Wie vliegt nog met ons mee? Tot heel hoog in de lucht. Strek je armen, je vleugels maar heel goed uit!
KLANKSCHALEN XYLOFOON
De zwanen dragen mus Tuur, zijn papa en de blauwe fee tot heel hoog in de lucht. “Zo hoog kan een mus alleen nooit vliegen”, denkt papa mus. “Hier zo hoog in de lucht vind je de stilte” zegt de fee. Luister maar…
Vrij te gebruiken voor Kinderwijze doeleinden. Auteursrechten voorbehouden: Ann Marie Ackaert© www.helendeverhalen.be - Helende Verhalen
p3/8
De blauwe fee helpt mus Tuur
We proberen het zo stil mogelijk te maken in de groep We trippelen voorzichtig rond op onze tenen.
“De stilte bezit een bijzondere kracht en vertelt soms meer dan woorden of een lied.”, fluistert de blauwe fee. De stilte is wel mooi,” fluistert Tuur, “maar met stilte maak je toch geen lied?”. “Dat is juist Tuur, kom we vliegen naar beneden. Daar in de toppen van die groene bomen vinden we vast een nieuw geluid. “Hoor je dit Tuur? De bladeren van de bomen fluisteren in de wind. Soms is dat zacht en stil. Maar de wind kan ook stoer en luid klinken, luister maar.”, zegt de blauwe fee. Kinderen zetten zich terug neer om naar het nieuwe geluid te luisteren We houden onze handen aan onze oren om beter te horen
OCEANDRUM WINDBUIZEN
“Is dit jouw unieke geluid Tuur?” vraagt de blauwe fee. “Ik denk het niet fee,” antwoordt Tuur zachtjes. Hoewel ik het ook heel erg mooi vind.” “Kom, laat ons dan verder vliegen Tuur, er valt nog zoveel te ontdekken.”, lacht de fee. Weldra vliegen ze boven een riviertje dat zachtjes van een helling stroomt. Fijne libelles zweven boven het kabbelende water. Het zijn bijna doorschijnende vliegertjes. Ze dansen dolblij heen en weer. “Luister goed,” zegt de blauwe fee, “deze libelles maken een heel fijn geluid. Ze praten precies met hun vleugels!” BELLETJES WINDGONG
Dat klinkt heel erg mooi lieve fee, maar mijn vleugels zijn niet zo doorschijnend. Ik heb pluimen en veren. Kijk maar,” zegt Tuur terwijl hij schudt met zijn veren. “Ja, je hebt gelijk, laat ons eens wat vogels opzoeken,” stelt de fee voor.
Vrij te gebruiken voor Kinderwijze doeleinden. Auteursrechten voorbehouden: Ann Marie Ackaert© www.helendeverhalen.be - Helende Verhalen
p4/8
De blauwe fee helpt mus Tuur
“Luister! Hoor jij die koekoek?”, vraagt de fee. “Hij nodigt de zon uit om op te staan. Wordt maar wakker allemaal. Wordt maar wakker!”, lacht de fee vrolijk. De kinderen stappen rond, rekken zich uit. Wanneer de drums starten > stampen met de voeten! Verschillende ritmes.
FLUIT DRUM / DJEMBE
Samen voelen Tuur en de fee hoe de zon haar stralen steeds warmer worden. Het volledige bos lijkt wel tot leven te komen. Eekhorentjes springen van tak tot tak, muisjes lopen door de bladeren, mieren kruipen over de bodem. “Amai, al die kleine dieren samen kunnen ook wel veel geluid maken! Ze kruipen en wriemelen allemaal door elkaar,” merkt Tuur op. “Elk miertje op zich is bijna onhoorbaar, maar samen is het een heus concert hé Tuur!” merkt de fee op. Hun aandacht wordt getrokken naar de rand van het beukenbos. De kabouters komen daar tevoorschijn met kletterende klompen en mutsen met belletjes aan. Ze springen en hollen vrolijk door elkaar. Ze zijn blij voor weer zo een mooie nieuwe leuke dag. GETOKKEL (STOKJES) BELLETJES
“Wat een vrolijke bende toch die kabouters!” schatert de blauwe fee. Ze kijkt naar Tuur. De kleine mus kijkt verdrietig en helemaal niet vrolijk. “Waarom ben jij verdrietig Tuur?” vraagt de blauwe fee verbaasd. “We hebben nu al zoveel mooie geluiden gehoord lieve blauwe fee, maar geen eentje herken ik als dat van mezelf” snikt Tuur ontroostbaar. Petertje is ondertussen in de buurt van de fee en het mussenjong aangekomen. “Dag blauwe fee, hebben jullie het unieke geluid van Tuur al gevonden?” vraagt Petertje. “Nee Petertje, dat is niet zo eenvoudig. We hebben al de stilte, de wind, de koekoek, de zon en de mieren gehoord. Maar iedereen zijn eigen geluid is anders. Vrij te gebruiken voor Kinderwijze doeleinden. Auteursrechten voorbehouden: Ann Marie Ackaert© www.helendeverhalen.be - Helende Verhalen
p5/8
De blauwe fee helpt mus Tuur
Weet jij waar we verder kunnen zoeken?” vraagt de fee. “Kom, laat ons eens naar de vijver gaan kijken,” stelt Petertje voor, “daar is ook altijd veel te ontdekken.” Terwijl ze de vijver naderen horen ze de kikkers die aan de rand van de vijver van de zon zitten te genieten. Kinderen laten kwaken KIKKERGELUID
“Dag kikker,” spreekt Tuur, “wat heb jij een bijzonder en uniek geluid! Ik ben zelf op zoek naar mijn eigen geluid. Kun jij ons helpen?” ‘Ik denk het wel”, kwaakt de kikker. “Hier diep in de vijver onder het zeewier leeft een grote wijze walviskoning, hij kent het geheim van alle geluiden. Hij kent de oorsprong van ieder zijn uniek geluid. Je moet me wel vertrouwen. Ik maak een grote luchtbel voor je en die zal je beschermen. Kom, spring samen met mij de vijver in.”, zegt de kikker. GONG > langzaam opbouwend
Tuur doet wat de kikker hem vraagt. Hij hapt een grote hap lucht en springt in de luchtbel die de kikker voor hem maakt. De kikker duwt de luchtbel het water in en gaat steeds dieper en dieper de vijver in. Aan de rand van het zeewier wordt het steeds donkerder. De zon dringt bijna niet meer door zo diep in het water. Plots horen ze de oude walviskoning zacht zingen en zoemen. GONG LAGE TONEN OP GITAAR
“Dag koning, wat vind ik je geluid mooi en uniek. Dat heb ik nog nergens anders gehoord. Kan jij me helpen? Ik ben op zoek naar mijn eigen geluid. Ik kan niet tjilpen, als ik mijn bek opensper komt er helemaal geen geluid uit! Hoe wijd ik hem ook opensper en hoe hard ik ook blaas.”, vertelt Tuur. De walviskoning begint hard te lachen. “Tuur toch, geluid komt niet alleen uit je bekje! Je eigen unieke geluid dat ontstaat immers helemaal onderaan in je buik. Dan stijgt het omhoog langs je longen Vrij te gebruiken voor Kinderwijze doeleinden. Auteursrechten voorbehouden: Ann Marie Ackaert© www.helendeverhalen.be - Helende Verhalen
p6/8
De blauwe fee helpt mus Tuur
en je keel om ten slotte langs je bek naar de buitenwereld te stromen.” “Mijn buik?” vraagt Tuur verbaasd, “dat heeft me nog niemand verteld! Kan ik dan zelf dat geluid in mezelf ontdekken” “Jazeker, vraag maar hulp aan de blauwe fee. Zeg haar dat jij gewoon niet bang mag zijn je eigen geluid te maken, je eigen geluid te voelen en te laten opborrelen uit je buik.” antwoordt de wijze koning. Opgewonden keert Tuur snel met de kikker terug naar de rand van de vijver. De blauwe fee zit rustig te wachten op een lelieblad, terwijl ze zacht zingt voor de waterdieren in de vijver. Tuur vertelt snel wat de walviskoning diep onder water hem verteld heeft. “Kom,” stelt de fee voor, “laat ons dat samen proberen.” ZOEMEN KINDEREN LATEN MEEDOEN
Langzaam maar zeker voelt Tuur hoe zijn geluid ontstaat in zijn eigen buik. Hij voelt de lucht door zijn keel naar boven stromen. Langzaam begint zijn keel te trillen. De blauwe fee neemt een lange rietstengel. “Ik speel een krachtlied voor jou hier op de rietstengel, voel jij maar goed in je buik, en laat het maar stromen.”, zegt de fee. FLUIT
Tuur laat eerst aarzelend, maar dan steeds harder en vrolijker het geluid uit zijn buik naar boven stromen. Hij voelt het kriebelen in zijn longen en keel. Zijn bekje wijdt open zingt en tjilpt hij erop los! Hij is blij, vrolijk en uitgelaten. Ja, ook hij heeft een eigen uniek geluid. Naast al die mooie unieke geluiden die hij vandaag gehoord heeft, vult hij nu ook zijn longen barstensvol lucht en hoort zijn eigen getjilp het bos invliegen. Wat een slimme walviskoning toch. KINDEREN TJILPEN
Vrij te gebruiken voor Kinderwijze doeleinden. Auteursrechten voorbehouden: Ann Marie Ackaert© www.helendeverhalen.be - Helende Verhalen
p7/8
De blauwe fee helpt mus Tuur
Doe-tips Werken, experimenteren met klank / geluid: klinkers uiten – voelen hoe de luchtstroom en het geluid vanuit onze buik opstijgt, borstkas, lucht, keel, lippen.. Elk kind gaat op zoek naar het instrument dat hem/haar het meeste aanspreekt. We bouwen dan samen een klankspel op, we luisteren naar elkaar, we spelen samen opeenvolgend, samen, etc…
Vrij te gebruiken voor Kinderwijze doeleinden. Auteursrechten voorbehouden: Ann Marie Ackaert© www.helendeverhalen.be - Helende Verhalen
p8/8