Curriculum Verplichte Permanente Educatie ‘professioneel-kritische instelling’ Verantwoording De NBA besteedt aandacht aan de bewustwording rond het thema ‘professioneel-kritische instelling’. Dit initiatief komt mede voort uit haar rapport “Lessen uit de kredietcrisis”. Conform het ‘Plan van Aanpak’ wordt ter verbetering van de kwaliteit aangegeven dat een beroepsbreed programma gericht op gedragsverandering zal worden ontwikkeld, met name gericht op de verbetering van professionele scepsis, inclusief verplichte permanente educatie. De NBA projectgroep ‘Professional Scepsis’ heeft tot taak dit programma te ontwikkelen. Het is namelijk een actueel, maar complex thema waarvoor meerjarige aandacht noodzakelijk is, van zowel de beroepsorganisatie als de beroepsgroep. De NBA heeft de ‘professioneel kritische instelling’ als verplicht onderwerp aangewezen voor permanente educatie voor 2012. Het is voor leden al mogelijk om in 2011 aan deze verplichting te voldoen. Doelstelling De verplichte Permanente educatie beoogt de bewustwording, het begrip en de toepassing van de AA en RA, aangaande de professioneel-kritische instelling, te vergroten. De inhoud richt zich op vier aspecten: het kritisch beoordelen van ontvangen informatie; het kritisch staan ten opzichte van het eigen oordeelsvormingsproces; de borging van de professioneel-kritische instelling; ‘de rug recht houden’, hoe standvastig te communiceren. Aangezien de doelstelling zich vooral richt op het gedrag en de attitude van de deelnemer wordt niet gesproken van een cursus maar van een training. De doelgroep Tot de doelgroep behoren AA 's en RA's die: - werkzaam zijn als openbaar accountant - werkzaam zijn als intern of overheidsaccountant In de uitvoering van de training wordt onderscheid gemaakt tussen leden die: • assurance en eventueel aan assurance verwante opdrachten verrichten; • alleen aan assurance verwante dan wel samenstel opdrachten verrichten; • werkzaam zijn als intern of overheidsaccountant. Het bestuur heeft één curriculum vastgesteld waarbinnen voor ieder van deze doelgroepen afzonderlijke accenten worden gelegd. In de bijlage is een specificatie van de doelstellingen van het trainingsprogramma per doelgroep opgenomen. Uitvoering Randvoorwaarden De omvang van de verplichting bedraagt 12 PE punten. De training staat onder leiding van minimaal twee trainers. De eerste heeft aantoonbare kennis en ervaring met de betreffende doelgroep en de praktijk waarin zij werkzaam zijn. Daarnaast heeft hij uiteraard vaardigheid op het gebied van doceren en kennis van de regelgeving en kennis van de actuele discussie rond de professioneel-kritische instelling. De tweede is een 1
gedragstrainer met de vaardigheid om met een dilemmagerichte aanpak het (professioneelkritisch) gedrag van deelnemers bespreekbaar te maken. Deze trainer zal met name de communicatieve elementen met deelnemers uitwerken en hen feedback geven hoe de opstelling, positionering en communicatie te verbeteren in (lastige) gesprekssituaties. Voorbereidingsopdracht Voorafgaand aan de training is iedere deelnemer verplicht een voorbereidingsopdracht te doen in de vorm van pre-learning. Voor iedere doelgroep wordt door de NBA een aparte op de doelgroep toegesneden pre-learning module ontwikkeld. Een pre-learning module bestaat uit drie delen: -
-
Deel één van de pre-learning heeft een documentair karakter in de vorm van een video en bestaat uit een aansprekende introductie op het thema ‘de professioneel-kritische instelling’ doorspekt met een serie interviews met klanten, de AFM, bestuursleden van de NBA, enkele leden van raden van commissarissen, spraakmakende en aansprekende vertegenwoordigers uit de beroepsgroep. Voor alle doelgroepen genoemd in de specificatie wordt een op de doelgroep toegesneden video aangeboden. Deel twee van de pre-learning bevat een aantal artikelen over het onderwerp professioneel-kritische instelling waarvan de deelnemers kennis moeten nemen. In deel drie van pre-learning plegen de deelnemers reflectie op het eigen professioneelkritische gedrag gerelateerd aan de informatie uit deel één.
Deze pre-learning wordt aangeboden door de (onderwijs)instelling die ook de andere onderdelen van de verplichte PE-training zal uitvoeren. De pre-learning wordt ontwikkeld door NIVRA en NOvAA en wordt aangeboden aan (onderwijs)instellingen waarvan het cursusmateriaal om de verplichte PE-training te doceren is erkend door de afdeling PE van NIVRA/NOvAA. De pre-learningmodule is naar verwachting medio september 2011 gereed. De deelnemer is verplicht de pre-learning minimaal één week voorafgaand aan de klassikale training af te ronden en de resultaten van zijn reflectie toe te sturen aan de (onderwijs)instelling waar hij de cursus gaat volgen. Trainingsuitvoering De trainingsgroep is niet groter dan 20 deelnemers. In het eerste gedeelte van de klassikale training worden de resultaten uit de pre-learning uitgewerkt. Bij de behandeling van casuïstiek wordt gebruik gemaakt van bestaande praktijksituaties en best practices. De werkwijze wordt gekenmerkt door het hanteren van dilemma’s, het leren van elkaars ervaringen. De vorm waarin dit gebeurt is – bijvoorbeeld - de socratische vraagtechniek en in de vorm van het zogenaamde Lagerhuisdebat. Gedurende deze hele training staat bij de behandeling van cases de ‘professioneel-kritische instelling’ en het daarbij behorende gedrag centraal. Binnen het eerste deel van de klassikale training zijn beide trainers actief. Follow-up Nadat de deelnemers aan de training de basisbegrippen en –technieken hebben aangereikt gekregen gaan zij daarmee in de praktijk aan het werk. Na een periode van minimaal vier weken, maar maximaal vier maanden nemen zij deel aan een verplichte follow-up workshop die zich zal richten op de verdieping van de theorie en de ervaringen bij het toepassen van het geleerde in praktische situaties. De inhoud van de workshop wordt verder bepaald door de trainers en eventuele wensen en verwachtingen van de deelnemers. Ook in deze follow-up staat bij de behandeling van cases de ‘professioneel-kritische instelling’ en het daarbij behorende gedrag centraal. Bij de follow-up workshop is ten minste de gedragstrainer aanwezig, hoewel ook een bijdrage van de inhoudelijk trainer wordt geadviseerd. 2
Zowel in de klassikale training als in de follow-up workshop worden deelnemers uitgedaagd te experimenteren met nieuw gedrag. Indicatieve tijdsindeling training Pre-learning Voorbereidingsopdracht deel één en twee Voorbereidingsopdracht deel drie
1 uur 1 uur
Training: Introductie Algemeen kader en bespreking voorbereidingsopdracht Specifieke regelgeving doelgroep en casuïstiek Detecteren van onregelmatigheden en casuïstiek Oordeelsvorming en casuïstiek Inrichting van eigen praktijk & organisatie en casuïstiek Afsluiting en evaluatie met reflectieopdrachten voor de eigen praktijk en voorbereidingsopdrachten voor de follow-up workshop
½ uur 1uur 1 uur 1 uur 1 uur 1 uur ½ uur
Follow-up workshop
4 uur
Deelnemers hebben pas voldaan aan de verplichting tot het volgen van het verplichte PEonderwerp als zij alle onderdelen volgtijdelijk hebben afgerond. Aanbieden van de training Iedere (onderwijs)instelling die in aanmerking wil komen om deze verplichte permanente educatie te verzorgen voor AA’s en/of RA’s dient daarvoor (vooraf) een aanvraag in te dienen bij de afdeling PE van NIVRA/NOvAA met daarbij een uitgewerkte trainingsmanual. Hierin staat een uitwerking van de training en trainingsmaterialen. Ook geeft de (onderwijs)instelling aan welke trainers deze training gaan verzorgen en verzorgt zij een kort CV van iedere trainer. De afdeling PE van NIVRA/NOvAA beoordeelt de aanvraag en wijst een erkenning voor het verzorgen van de verplichte permanente educatie al dan niet toe. Een toegekende erkenning geldt voor beide titeldragers. Voorts verplicht de (onderwijs)instelling zich: • Kennis te nemen van de Toolkit “professioneel-kritische instelling” met daar in opgenomen artikelen en mogelijk te behandelen dilemma’s en/of casuïstiek.
3
Bijlage 1: Specificatie doelstellingen voor de accountant die assurance opdrachten en eventueel aan assurance verwante opdrachten uitvoert als openbaar accountant Doelgroep AA's en RA’s die assurance en eventueel aan assurance verwante opdrachten verrichten als openbaar accountant. Kennisdoelstelling Na afloop van de training kennen de deelnemers: 1. De aanleiding voor de aandacht voor het thema professionele-kritische instelling. 2. De definitie van het begrip professioneel-kritische instelling; 3. De wijze waarop de eigen oordeelsvorming tot stand komt. 4. Hulpmiddelen en werkschema's waarmee zij zowel individueel als voor hun organisatie de professioneel-kritische instelling kunnen toetsen en borgen.
Vaardigheidsdoelstelling Na afloop van de training kunnen de deelnemers: 1. Voor de eigen praktijk aan de hand van de werkschema's en hulpmiddelen bepalen welke stappen zij moeten nemen om de professioneel-kritische instelling van zichzelf te borgen. 2. Vanuit een professioneel-kritische instelling in (lastige) gesprekssituaties met cliënten, medewerkers en/of collega’s standvastig en op basis van argumenten de eigen positie neerzetten. 3. Diverse communicatie strategieën inzetten om in (lastige) gespreksituaties ‘de rug recht te houden’. Attitudedoelstelling Na afloop van de training kunnen de deelnemers reflecteren op de eigen professioneel-kritische instelling en die van hun organisatie. Te behandelen in de training en het trainingsmateriaal De aanleiding voor de training professioneel-kritische instelling. De verwachtingen van het maatschappelijk verkeer en cliënten. De definitie van het begrip, de samenhang met de regelgeving. Het model voor de professioneel-kritische instelling (Nelson) en de factoren die daar van invloed op zijn. Specifieke regelgeving voor de te onderscheiden doelgroepen. Opstelling en positionering in (lastige) gesprekssituaties met medewerkers/collega’s en klanten. Communicatie strategieën om op een overtuigende wijze het eigen handelen en bevindingen te bespreken met medewerkers/collega’s en klanten. Hulpmiddelen om de eigen oordeelsvorming en die van hun organisatie te verbeteren. Aandachtspunten voor de accountantsorganisatie bij de verbetering van de professioneelkritische instelling en het aansturen van medewerkers. Dilemma’s, best-practices en case-studies gericht op assurance en assurance verwante opdrachten.
4
Bijlage 2: Specificatie doelstellingen voor de accountant die samenstelopdrachten uitvoert als openbaar accountant
Doelgroep: AA 's en RA’s die alléén aan assurance verwante opdrachten (samenstelopdrachten) uitvoeren als openbaar accountant. Kennisdoelstelling Na afloop van de training kennen de deelnemers: 1. De aanleiding voor de aandacht voor het thema professionele-kritische instelling, 2. De definitie van het begrip professioneel-kritische instelling in relatie tot de VGC en COS 4410. 3. De wijze waarop de eigen oordeelsvorming tot stand komt. 4. Hulpmiddelen en werkschema's waarmee zij zowel individueel als voor hun organisatie de professioneel-kritische instelling kunnen toetsen en borgen; Vaardigheidsdoelstelling Na afloop van de training kunnen de deelnemers: 1. Aangeven welke stappen zij moeten nemen om de integriteit van het kantoor (VGC) en de professioneel-kritische instelling van zichzelf te borgen. 2. Vanuit een professioneel-kritische instelling in (lastige) gesprekssituaties standvastig en op basis van argumenten de eigen positie neerzetten. 3. Diverse communicatie strategieën inzetten om in (lastige) gespreksituaties ‘de rug recht te houden’. Attitudedoelstelling Na afloop van de training kunnen de deelnemers reflecteren op de eigen professioneel-kritische instelling en die van hun organisatie. Te behandelen in de training en het trainingsmateriaal - De aanleiding voor de training professioneel-kritische instelling. - De verwachtingen van het gebruikers en cliënten. - De definitie van het begrip, de samenhang met de regelgeving - Het model voor de professioneel-kritische instelling (Nelson) en de factoren die daar van invloed op zijn. - Specifieke regelgeving voor de te onderscheiden doelgroepen. - Opstelling en positionering in (lastige) gesprekssituaties met medewerkers/collega’s en klanten. - Communicatie strategieën om op een overtuigende wijze het eigen handelen en bevindingen te bespreken met medewerkers/collega’s en klanten. - Hulpmiddelen om de eigen oordeelsvorming en die van hun organisatie te verbeteren. - Aandachtspunten voor de accountantsorganisatie bij de verbetering van de professioneelkritische instelling en het aansturen van medewerkers. - Dilemma’s, best-practices en case-studies specifiek voor de accountant die samenstelopdrachten uitvoert.
5
Bijlage 3: Specificatie doelstellingen voor de intern of overheidsaccountant die assuranceopdrachten uitvoert De doelgroep AA’s en RA’s die, in hun functie van intern dan wel overheidsaccountant, assurance-opdrachten uitvoeren. Kennisdoelstelling Na afloop van de training kennen de deelnemers: 1. De aanleiding voor de aandacht voor het thema professionele-kritische instelling. 2. De definitie van het begrip professioneel-kritische instelling en de regelgeving; 3. De wijze waarop de eigen oordeelsvorming tot stand komt. 4. Hulpmiddelen en werkschema's waarmee zij zowel individueel als voor hun collega’s bij de accountantsafdeling de professioneel-kritische instelling kunnen toetsen en borgen. Vaardigheidsdoelstelling Na afloop van de training kunnen de deelnemers: 1. Voor de eigen accountantsafdeling aan de hand van de werkschema's en hulpmiddelen bepalen welke stappen zij moeten nemen om de professioneel-kritische instelling van zichzelf en het audit team en/of de accountantsafdeling te borgen. 2. Vanuit een professioneel-kritische instelling in (lastige)gesprekssituaties standvastig en op basis van argumenten de eigen positie en die van het auditteam en/of de accountantsafdeling neerzetten. Dit geldt voor mondelinge en schriftelijke rapportages met auditees, hoogste leiding van de organisatie, externe accountant én auditcommissie. 3. Diverse communicatiestrategieën inzetten om in (lastige) gespreksituaties ‘de rug recht te houden’. Hierbij valt te denken aan beïnvloeding en overtuigen van de auditees, hoogste leiding, externe accountant en auditcommissie. 4. Beleid en richtlijnen opstellen met uitgangspunten van de professioneel-kritische houding voor medewerkers van de accountantsafdeling. Dit betreft zaken die verankerd kunnen worden in het kwaliteitsborgingsysteem van de accountantsafdeling dat voor assurance en aan assurance verwante opdrachten geldt. Attitudedoelstelling Na afloop van de training kunnen de deelnemers reflecteren op de eigen professioneel-kritische instelling en die van (de collega’s binnen) hun accountantsafdeling. Te behandelen in de training en het trainingsmateriaal De aanleiding voor de training ‘professioneel-kritische instelling’. De verwachtingen van ‘het maatschappelijk verkeer’, cliënten en auditees. De definitie van het begrip ‘professioneel-kritische instelling’, de samenhang met de regelgeving. - Het model voor de professioneel-kritische instelling (Nelson) en de factoren die daar van invloed op zijn. Specifieke regelgeving voor de te onderscheiden doelgroepen. Opstelling en positionering in gesprekssituaties met medewerkers/collega’s, cliënten en auditees. Communicatiestrategieën om op een overtuigende wijze het eigen handelen en bevindingen te bespreken met medewerkers, collega’s, cliënten en auditees. Hulpmiddelen om de eigen oordeelsvorming en die van de eigen organisatie/afdeling te verbeteren. Aandachtspunten voor de accountantsorganisatie/accountantsafdeling bij de verbetering van de ‘professioneel-kritische instelling’ en het aansturen van medewerkers. Dilemma’s, best practices en case-studies. Deze dilemma’s richten zich bijvoorbeeld op cultuur, ‘tone at the top’, MVO, integriteit, security en persoonsgebonden informatie. 6