CO2-emissierapportage emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V. Jaarrapportage 2013
Definitief
Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 27 maart 2014
GM GM-0129089, revisie D1
1
Inleiding en basisgegevens
1.1 Inleiding Grontmij Nederland Holding B.V. verplicht zich tot continue verbetering van de energieenergie efficiëntie en vermindering van de bijbehorende CO2-emissies. Hiermee sluitit Grontmij NederNede land B.V. aan bij de Corporate Responsibility (CR) doelstellingen van Grontmij N.V. Inzicht in het energieverbruik verbruik van het bedrijf is hierbij van groot belang. Met de deelname aan de CO2-prestatieladder geeft Grontmij op een concrete wijze vorm aan de ambities om onze doelstellingen op het terrein van duurzaamheid te realiseren. Het opstellen van de periodieke periodieke rapportage is onderdeel van de stuurcyclus binnen het enerene giemanagementsysteem dat mede in het kader van de CO₂-prestatieladder is ingevoerd. Deze stuurcyclus maakt deel uit van ons kwaliteitsmanagementplan zoals omschreven in het docudoc ment “Procedure Duurzame rzame Bedrijfsvoering”. Deze rapportage geeft een samenvatting van de belangrijkste kentallen, grafieken, voortgang, en andere informatie. Voor een nadere toelichting op de herkomst en het verwerkingsproces van de data wordt verwezen naar de separate achtergrondrapportage. 1.2 Beschrijving van de organisatie & Organisatorische Grenzen Grontmij, opgericht in 1915, is een van de grootste advies- & ingenieursbureaus bureaus van NoordNoor west-Europa Europa en levert adviezen en ingenieursdiensten met betrekking tot de gebouwde en natuurlijke leefomgeving, mobiliteit, water en energie. De organizational boundary oundary voor deze CO2-emissierapportage is Grontmij Nederland Holding B.V. Kortgezegd betreft dit nagenoeg alle (>96%) (>96%) locaties, activiteiten en werknemers van Grontmij in Nederland. Grontmij Nederland Holding B.V. omvat de juridische entiteiten Grontmij Nederland B.V., Grontmij Capital Consultants B.V. en Grontmij rontmij Vastgoedmanagement B.V. Een nadere toelichting op de Organizational Boundary en de totstandkoming hiervan wordt geg geven in het document “Organizational Boundary Grontmij Nederland Holding B.V.” 1.2.1 Aanpassing boundary en basisjaar Grontmij Vastgoedmanagement B.V. (VGM) is per 2013 onder Grontmij Nederland Holding Hold B.V. komen te vallen en daarom per gelijke datum opgenomen in de organizational boundary. Dit betekent dat de CO2-emissies emissies van VGM worden toegevoegd toegevo aan onze CO2-footprint en een correctie wordt toegepast over de afgelopen jaren en het basisjaar 2009. Alle in dit rapport verve melde cijfers en informatie zijn gebaseerd op de nieuwe boundary inclusief VGM, tenzij anders aangegeven. De aanpassingen van de CO2-emissies emissies in het basisjaar worden nader toegelicht en gekwantificeerd in de achtergrondrapportage bij bi deze emissierapportage. 1.3 Rapportageperiode Deze periodieke rapportage beschrijft de CO2-emissies over geheel 2013. 1.4 Verificatie Conform het Handboek CO2-Prestatieladder Prestatieladder laten wij onze CO2-footprint footprint minimaal eenmaal per drie jaar verifiëren door een daartoe daar bevoegde instantie.
GM-0129089, revisie D1 GM Pagina 3 van 10
2
Basisjaar jaar 2009
2.1 Basisjaar Het eerste jaar waarop Grontmij Nederland Holding B.V. een volledige emissie-inventarisatie emissie heeft uitgevoerd is 2009. Dit is het basisjaar, ten opzichte waarvan de voortgang wordt vergelevergel ken. Sinds 2010 wordt de CO2-emissie-inventaris inventaris halfjaarlijks opgesteld. Ten gevolge van wijziwijz gingen van conversiefactoren heeft eerder (in 2011) een herberekening van het basisjaar plaatsgevonden voor de uitstoot als gevolg van elektriciteit, stadsverwarming en vliegreizen. vliegreiz Basisjaar en historische gegevens 2.2 De CO2-footprint van het (herberekende) berekende) basisjaar ziet er op basis van de meest actuele conco versiefactoren als volgt uit: Tabel 2-1 Scope
(Herberekende) emissies over (de helft van) het basisjaar Uitstoot (ton CO₂)
Per fte (2471)
1 Verwarming
Emissiestroom
1.224
0,50
1 Lease- & Bedrijfsauto's
5.321
2,15
2 Elektra - Grijs
2.778
1,12
2 Vliegreizen
137
0,06
2 Privéauto - Zakelijk
1.685
0,68
3 Privéauto - woon/werk
1.032
0,42
3 OV – zakelijk
96
0,04
286
0,12
Subtotaal Scope 1
6.545
2,65
Subtotaal Scope 2
4.601
1,86
Subtotaal Scope 3
1.414
0,57
12.560
5,08
3 OV – woon/werk
Totale Uitstoot
Scope 3 werd in 2009 nog niet bepaald. Bovengenoemde waarden voor scope 3 zijn daarom bepaald op basis van extrapo xtrapolatie van de gegevens uit 2010.
GM-0129089, revisie D1 GM Pagina 4 van 10
3
CO2-emissies emissies in 2013
3.1 Directe recte en indirecte emissies 2013 De CO2-uitstoot uitstoot per emissiestroom en per scope – zowel absoluut als per werknemer (in fulltifullt me equivalent of fte) – wordt weergegeven in onderstaande grafiek en tabel. Het gemiddeld aantal fte’s over de gerapporteerde periode bedraagt 1913.
Figuur 3-1
Tabel 3-1 Scope
Grontmij Nederland Holding B.V. CO2-emissies per emissiestroom in 2013
Emissies in 2013 Emissiestroom
Energieverbruik Hoeveelheid (x mln.) eenheid
1 Kantoren verwarming
0,5 m3 (gas)
1 Lease- & bedrijfsauto's
1,8 Liter brandstof
2 Kantoren elektra (NL windenergie)
4,5 kWh
2 Vliegreizen
Uitstoot (ton CO₂) CO Absoluut per fte 894
0,47
5.233
2,74
67
0,04
0,9 km
134
0,07
2 Privéauto - Zakelijk
5,7 km
1.198
0,63
3 Privéauto - woon/werk
7,2 km
1.504
0,79
3 OV - zakelijk
1,1 km
72
0,04
3 OV - woon/werk
3,1 km
174
0,09
Subtotaal Scope 1
6.12 6.127
3,20
Subtotaal Scope 2
1. 1.399
0,73
Subtotaal Scope 3
1.750
0,91
9.2 9.276
4,85
Totale Uitstoot
De CO2-uitstoot van onze werkzaamheden in (met CO2-gunningsvoordeel gunningsvoordeel verkregen) projecten is gebaseerd op de hierboven aangegeven verdeling. Een nadere specificatie hiervan is in de achtergrondrapportage opgenomen.
GM-0129089, revisie D1 GM Pagina 5 van 10
CO2-emissies in 2013
3.2 Energieverbruik en wijzigingen kantoren Het energieverbruik van onze panden wordt meegeteld zolang wij eindgebruiker zijn van (en/of de energierekening betalen voor) het pand, dus ook wanneer het pand inmiddels leeg staat. Dat zijn alle panden zoals genoemd in de adressenlijst op onze website, ebsite, plus een aantal leeglee staande locaties en kleinere panden zoals laboratoria labo en projectlocaties. Een nadere specificatie van de in onze emissieberekening opgenomen panden en de wijziginwijzigi gen daarin, is te vinden in het achtergrondrapport.
GM-0129089, revisie D1 GM Pagina 6 van 10
4
Voortgang CO2-reductie
4.1 CO2-reductiedoelstellingen reductiedoelstellingen Grontmij heeft CO2-reductiedoelstellingen reductiedoelstellingen geformuleerd voor 2015. Deze doelstellingen zijn geg formuleerd per fte en ten opzichte van basisjaar 2009. Voor Voor de doelstellingen voor tussenligtussenli gende jaren wordt uitgegaan van lineaire voortgang. Doelstelling voor 2013 is dus als volgt: Tabel 4-1
Emissiedoelstellingen per 2015 en e – daaruit afgeleid – voor 2013
Scope
Emissiestromen
Doelstelling 2015
Doelstelling 2013
Scope 1
Leaseauto’s, Gas, Warmte,
15 %
10 %
Scope 2
Elektra, Vliegreizen, Privéauto Priv zakelijk
40 %
26,7 %
Scope 3
OV en Woonwerk--kilometers
0%
0%
De sterke reductie in het kantorenaantal (waardoor veel medewerkers verder van hun standstan plaats zijn komen te wonen) en de ambitie tot meer OV-gebruik, OV gebruik, maken het voorkómen van een toename van de uitstoot voor scope 3, een ambitieuze doelstelling. 4.2 Voortgang emissiereductie Onderstaande grafiek geeft ft een overzicht van de uitstoot per fte, sinds het basisjaar. De doelstelling voor het gerapporteerde gerapporteerd jaar is eveneens als aparte balk toegevoegd.
Figuur 4-1
Ontwikkeling CO2 uitstoot per emissiestroom en per fte, vanaf 2009.
Tabel 4-2 geeft de (actuele) relatieve omvang van elke emissiestroom weer, en de voortgang ten opzichte van basisjaar 2009, zowel in absoute zin als per fte. In de laatste kolom is de bijbi drage aan de totale verandering dering weergegeven, bepaald door het voortgangspercentage te vermenigvuldigen met de (initiële initiële) relatieve omvang van de emissiestroom.
GM-0129089, revisie D1 GM Pagina 7 van 10
Voortgang CO2-reductie CO2
Tabel 4-2
Voortgang CO2-Emissies 2013 t.o.v. 2009
Emissiestroom
(Act.) relatieve omvang
Voortgang absoluut
Voortgang/fte
Invloed op totaal
Verwarming Leaseauto's (zk + ww)
10% 56%
-27% -2%
-6% +27%
-1% +11%
Elektriciteit Vliegreizen Privéauto zakelijk
1% 1,5% 13%
-98% -3% -29%
-97% 26% -8%
-21% 0% -1%
Privéauto woonwerk Collectief (OV) - zakelijk Collectief (OV) - woonwerk
16% 0,7% 2%
+46% -26% -39%
+88% -4% -21%
+7% 0% 0%
Subtotaal Scope 1 Subtotaal Scope 2 Subtotaal Scope 3
66% 15% 19%
-6% -69% +24%
+21% -61% +60%
+11% -22% +7%
TOTAAL
100%
-26%
-4,6%
-4,6%
Tussen 2009 en 2013 is het aantal fte’s fte bijna net zo sterk gedaald als de uitstoot. uitstoot De uitstoot per fte is daardoor slechts beperkt afgenomen. Hierbij moet een aantal zaken opgemerkt worden: • Meer gebruik van het OV wordt beschouwd als een wenselijke maatregel om (de groei van) het aantal autokilometers te beperken. • De sterke daling van het aantal fte’s fte zorgt vooral bij verwarming dat de voortgang veel beb perkter is dan deze geweest zou zijn bij bij een gelijkblijvend aantal werknemers. • Grootste punt van zorg is de sterke stijging van de uitstoot door (lease)autokilometers per fte en de woon-werkkilometers werkkilometers met privéauto’s, mede veroorzaakt door de vermindering van het aantal kantoren. 4.3 Toelichting op de resultaten Verschillende zaken hebben bijgedragen aan dit resultaat. • De reorganisatie ‘Green reen by design’ bracht een centralisatie van diensten met zich mee. Ook de verdeling van expertises en werkzaamheden heeft een minder regionaal karakter. Door de centraler aangestuurde organisatie zijn de medewerkers niet meer alleen in hun eigen regio maar ook meer nationaal inzetbaar. Hierdoor is het aantal kilometers dat gemaakt wordt in projecten, toegenomen. Ook hebben meer werknemers een functie die wordt uitgeuit oefend op verschillende locaties. Op basis van de beschikbare gegevens valt invloed van dit effect op dit moment echter niet nader te kwantificeren. • De sluiting van kantoren leidt tot een toename van het aantal aant woon-werkkilometers. werkkilometers. Met de sluiting van meer er kantoren zal dit effect de eerstvolgende jaren onvermijdelijk verder toenetoen men. Op langere termijn verwachten we dat dit effect weer verdwijnt als gevolg van wijziginwijzigi gen in personeelsbestand en de woonplaatsen van onze medewerkers. • De maximumsnelheid op veel (snel)wegen is verhoogd. Het brandstofverbruik (dus ook CO2uitstoot) per kilometer neemt snel toe bij snelheden boven de 100 kilometer/uur. Op basis van de verbruiksgegevens zoals deze gemeten worden, valt deze invloed echter niet exact te kwantificeren. ren. Wel blijkt van onze leaseauto’s het daadwerkelijk brandstofverbruik per kik lometer beduidend minder snel af te nemen dan het normverbruik. • Aangenomen wordt dat dit effect bij privéauto’s niet anders zal zijn, maar dat is in onze beb rekening niet zichtbaar. Dit komt doordat onze cijfers over de kilometers met priveauto’s niet op basis van liters maar op basis van gedeclareerde kilometers worden berekend. • De verwachte sterke afname van ons energieverbruik op kantoren kanto ging gepaard met een vergelijkbare afname fname van ons personeelsbestand. Het verbruik was dus lager, maar wordt vervolgens ook gedeeld door een kleiner aantal fte’s. fte . Zonder deze vermindering van ons aantal fte’s zou deze reductie van deze emissiestromen groter zijn geweest.
GM-0129089, revisie D1 GM Pagina 8 van 10
5
Actuele maatregelen en aanpak
5.1 Maatregelen in 2013 In de afgelopen jaren heeft Grontmij al veel maatregelen genomen om onze CO2-uitstoot te reduceren, waaronder: • Energieverbruikscriteria voor nieuwe leaseauto’s en bedrijfsauto’s; bedrijfsauto • Installatie van energyprofilers op kantoren; kantoren • Waterzijdig inregelen van verwarmingen; verwarmingen • Invoering videoconferencing / MS Lync binnen de gehele Grontmij groep; • Criteria voor duurzaam inkopen; inkopen • Halvering van het kantooroppervlak; • Invoering van Het Nieuwe Werken (HNW); • Overstap naar 100% groene stroom (windenergie uit Nederland); Nederland) • Duurzaamheidscriteria dscriteria voor nieuwe kantoren; kantoren • Aanbieden van e-Driver Driver (programma voor veilig en zuinig rijden) aan ons personeel. personeel 5.2 Aanvullende maatregelen Ondanks de reeds genoemde maatregelen blijkt de behaalde CO2-reductie reductie per fte, nog achter te blijven bij onze doelstelling. Daarom werken wij aan aanvullende maatregelen en hebben wij in 2013 onder meer de volgende maatregelen genomen: • Het Nieuwe Werken. Steeds meer kantoren richten richten wij in op Het Nieuwe Werken (HNW). Als kennisorganisatie richten wij ons daarbij niet zozeer op meer thuiswerken, maar wel op de mogelijkheid voor medewerkers om tijdtijd en plaatsonafhankelijk te kunnen werken. Continue verbetering van efficiënt gebruik van van onze systemen, zoals het gebruik van Lync ter reductie van het aantal kilometers, blijft een speerpunt. • Cleaner Car Contracts. Voorjaar 2013 heeft Grontmij het initiatief ‘Cleaner Car Contracts’ Con ondertekend en zich daarmee aangesloten bij de oproep van een een consortium van bedrijven en NGO’s gericht aan de auto-industrie. auto . In deze verklaring roepen de ondertekenaars de auto-industrie op om meer vaart te maken met het op de markt brengen van energiezuinige aua to’s. • Milieuregister. Mede in het kader van ISO 14001 14001 (Milieumanagement) houden wij een rer gister van interne milieuaspecten bij. Hierin worden de voor Grontmij van belang zijnde milimil euaspecten geïdentificeerd ceerd en geprioriteerd. In 2013 hebben we een aantal verbeteringen doorgevoerd in de structuur van dit milieuaspectenregister waardoor het veel beter inzetbaar wordt als hulpmiddel voor de prioritering van onze CO2-reductiemaatregelen. reductiemaatregelen. • Energielabels kantoren. Er is een inventarisatie gestart rt naar de mate waarin GrontmijGrontmij kantoren voldoen aan energielabels (EPA, GPR, BREEAM, LEED, etc.) en waar wenselijk is begonnen met het verkrijgen van een BREEAM-label BREEAM (Rotterdam, Zwolle). • Energiegebruik kantoren. Aan energiebesparende maatregelen in onze kantoren willen wij dit jaar meer prioriteit geven. De naleving van de wettelijke verplichting om alle energiebeenergieb sparende maatregelen te nemen die binnen 5 jaar terugverdiend kunnen worden (Activitei(Activite tenbesluit artikel 2.15), willen wij nog verder verbeteren. • Mobiliteitsregeling. Ten aanzien van onze mobiliteitsregeling wordt wordt een strakkere handhahandh ving op de regels ingevoerd (12.000 km grens privé kilometers) en is een structurele wijziwijz ging van de mobiliteitsregeling op de langere termijn te verwachten. Ook op andere punten blijven wij werken aan energiebesparing en CO2-reductie. tie. Focus voor aanvullende maatregelen blijft ft liggen op het reduceren van de uitstoot door onze leaseauto’s leaseauto en
GM-0129089, revisie D1 GM Pagina 9 van 10
Actuele maatregelen en aanpak
op de herziening van onze huisvesting omdat dit laatste op vrijwel elk van de besproken emissiefactoren van invloed is. Ook aan het bevorderen van duurzamer woon--werkverkeer willen wij uitdrukkelijke aandacht gaan besteden. Medewerkersbijdrage 5.3 In 2012 is ons nieuwe Grontmij Integrity Management System (GIMS) gecommuniceerd. Dit systeem bestaat uit het Grontmij Ondernemingsbeleid & Beginselen en de de Gedragscode. Ons ondernemingsbeleid vormt het strategische kader voor het gedrag waar we voor staan in onze bedrijfsvoering. Onze gedragscode bepaalt de norm voor het gedrag dat wij van onze werknewerkn mers verlangen, zowel buiten als binnen het bedrijf. De onderwerpen o milieu ilieu en maatschappij zijn een belangrijk onderdeel van de ondernemingsbeginselen. Concreet verwachten wij van onze medewerkers een actieve houding in het reduceren van ons energieverbruik op kantoor,, in projecten, en in ons mobiliteitsgedrag. De reductiemogelijkheden voor onze CO2-uitstoot worden immers voor een belangrijk deel bepaald door het gedrag van onze medewerkers. Wij willen daarom de komende tijd ook sterker inzetten op bewustwording en gedragsverandering. ragsverandering. Het aanbieden van e-Driver e aan onze leaserijders afgelopen jaar maakte hier ook deel van uit. Ook communiceren wij tips en aandachtspunten via ons intranet. Daarnaast willen wij ook onze aandacht voor technische maatregelen voortzetten. 5.4 Maatregelen in projecten Gezien de aard van onze werkzaamheden bestaat onze eigen CO2-emissie emissie binnen onze projecproje ten uit de CO2-emissiestromen emissiestromen zoals besproken in dit document. Ditzelfde geldt daardoor voor de maatregelen die hierop van toepassing zijn. Vaak ak echter bestaat onze grootste invloed op de CO2-uitstoot uitstoot van projecten niet uit onze eigen CO2-uitstoot, maar uit de uitstoot veroorzaakt door het aanleggen, uitvoeren, of gebruik van de door ons gemaakte ontwerpen. Daarom proberen wij ook de CO2-uitstoott van onze projecten te beperken. Een overzicht van inspanningen die wij in of vanaf 2013 hebben geleverd: • Suspindle. Met de Suspindle biedt Grontmij haar medewerkers de mogelijkheid om duurduu zaamheid mee te nemen in elk denkbaar (ontwerp)project. De Suspindle Suspindle geeft een kader waarin we bij Grontmij werken aan het verduurzamen van onze projecten, uitgaande van de levenscyclus van het product of dienst. Nadat de Suspindle eerst alleen als gedrukte waaier was verstrekt, is na verzoeken uit de organisatie in 2013 ook een digitale gemaakt. • Andere methodes. Naast de Suspindle hebben onze projectleiders en adviseurs ook diverdive se andere duurzaamheidstools tot hun beschikking, zoals BREEAM, DuboCalc of andere (eigen) methodieken zoals Laagste Maatschappelijke Kosten (LMK) en ‘Mensen Maken De Stad’. • Branchegerichte Toelichting CO2-prestatieladder. Mede naar aanleiding van de BranBra chegerichte Toelichting op de CO2-prestatieladder hebben wij in 2013 verschillende analyanal ses uitgevoerd om de belangrijkste emissiestromen in projecten te bepalen en kwantificeren. Daarnaast hebben we het bepalen en reduceren van CO2-emissiestromen emissiestromen ook beter en exe plicieter opgenomen in de kwaliteitsprocedures die van toepassing zijn op onze projecten. • Interne trainingen over duurzaamheid in projecten. proj Om onze medewerkers goed in staat te stellen om duurzaamheid als belangrijk onderdeel mee te nemen in hun ontwerpen en projecten, worden diverse interne trainingen voor onze medewerkers georganiseerd. VoorVoo beelden hiervan zijn trainingen over het gebruik gebruik van de Suspindle voor projecten in het ala gemeen, trainingen in het gebruik van DuboCalc voor de Grond-, Grond Weg- en Waterbouw. BinBi nen onze afdeling Bouw & Vastgoed is daarnaast een uitgebreide training geïntroduceerd over duurzaamheid in het algemeen en BREEAM B in het bijzonder. • Herziening MVO beleid. In I 2013 is een transparant MVO beleid opgesteld waarbinnen duurzaamheid in projecten een prominente rol heeft. heeft. Voor projectleiders is een vernieuwde Instructie “Sustainability by Design” in projecten opgesteld die in de eerste helft van 2014 wordt geïmplementeerd.
GM-0129089, revisie D1 GM Pagina 10 van 10