Checklijst projectcontrole SC-530

Checklijst projectcontrole SC-530 Bedrijfsnaam: Clevers Asbestsanering B.V. Datum

:

18/08/2015

Projectlocatie-adres

:

Beatrixlaan 3

Plaats

:

Weert

Geauditeerde

:

dhr. Cox

Geauditeerde

:

Projectnummer: 15084

Locatie / fase

: tussen fase

Functie: DTA Functie:

Het betreft een:

Onder:

Containment werk

x*

O Risicoklasse

1*

Open lucht werk

O*

O Risicoklasse

2*

Glove-bag werk

O*

X Risicoklasse

3*

KORTE OMSCHRIJVING VAN DE WERKZAAMHEDEN:

Verwijdering van board en restanten uit de gymzaal. Naar aanleiding van de besmetting is 5 meter uitgezet om te reinigen. Tekortkoming: - geen.

-

Opmerkingen: - berekening saneringsgebied is niet correct uitgevoerd, maar er is ruim voldoende capaciteit om de onderdruk te waarborgen. Vanuit de voorbereiding is voldoende capaciteit gereserveerd. - het bedrijf voert zelf fittesten uit, maar verklaart niet dat dit plaatsvindt conform het HSE-protocol (asbestprotocol).

Opgesteld door

:

R. Blom

Overzicht van de afwijkingen: De afwijkingen zijn omschreven in de afwijkingsrapporten; de classificatie van de afwijkingen is volgens tabel 5.5.3 (Bijlage H) van de SC-530. Categorie I – afwijking Categorie II – afwijking Categorie III – afwijking Categorie IV – afwijking

aantal aantal aantal aantal

Checklijst projectcontrole SC-530, versie 05-01-2015pag. 1 van 13

Check-list Opening SC 530 inspectie in het veld Opening (Ø behandelde onderwerpen)

Ø Uitleg doel van de inspectie. (regulier bezoek). Ø Voorstellen inspecteur en dat deze gekwalificeerd is voor de inspectie. Ø Uitleg werkwijze: Ø Vaststellen dat organisatie voldoet, niet zoeken naar fouten. Ø Inspectie, ondersteund door bewijs. Ø Aangeven dat er een uitwisselingsprotocol is met ISZW. Ø Aangeven dat aantekeningen en foto’s gemaakt worden. Ø Uitleg rapportage (NCR’s, observaties, escalatieladder, evt. eindrapport)  Indien RvA/I SZW de inspectie bijwoont, voorstellen en uitleg geven over hun rol. Ø Geheimhoudingsverklaring. Ø Evt. noodzakelijke veiligheidsmiddelen, bedrijfs- en veiligheidsregels die ter plaatse spelen. Ø Situaties waarbij inspectie kan worden afgebroken: veiligheid, niet aanwezig zijn essentiële documentatie, belemmeringen. Ø Vraag om vragen.


Tabel 1 Punt: 12, 13 en 14 Naam Vraag 12 T A 12 13 DAV

13

Datum medische keuring

Diploma

Fittest / vv

R. Cox 8-4-1979

12-5-2017

04A-280514-39369

Vision 3 29-4-2015 ml Vv 19-12-2014

K. Koch 8-3-1989

16-12-2015

51B-010313-212143

T. Jansen 12-4-1980 inleenovereenkomst 9-7-2015

10-10-2016

04B-121213-43525

Vision 3 29-4-2015 Vv 17-12-2014 12-1-2015 Vv 7-7-2015 deel 1

13 Kraanmachinist 14 L-DAV 40 x8 =320 750 aanwezig Tabel 2. Punt: 57, 59, 64, 66 ,67, 68 en 69 Vraag Apparatuur

Nummer

Gekeurd tot

57

Masker / PBM Masker / PBM Masker / PBM Masker / PBM

254922-1 CL3102-1

26-1-2016 26-1-2016

60

Reserve ABM

365788

26-1-2016

69

Overdrukcabine

71

Reserve filter ODM / kraan

Ja

59

Onafhankelijke unit

Ja, set

26-1-2016

64

Deco unit / wms

400527

22-8-2015

25

Legionella

leegloopsysteem

18-8-2015

30

Reserve filter 5mm

Ja

66

Stofzuiger

9-1-2016 12-12-2015

71

Reserve stofzuigerzakken

Wap alto 500118 Wap alto 400801 Ja

67

ODM

400709 400712 E37992 400511 400513 AB32753764

17-11-2015 17-11-2015 12-12-2015 21-8-2015

ODR Compressor Transport


Opslag verzamelcontainet bij het bedrijf. LI 512018 VIXX

Nr. 1

Afwijkingen projectlocatie

SC 530

Bij het verwijderen van asbest worden niet alle maatregelen getroffen die behoren bij de wettelijk voorgeschreven risicoklasse.

Cluster

Cat.

A

II

Toelichting Akkoord, maatregelen voor RK2 binnen zijn getroffen. Risicoklasse RK2, board en restanten. Sloopmelding: gemeente Weert Melding 2015/0382/mg d.d. 14-7-2015.

2

3

Op de werklocatie is geen asbestinventarisatierapport conform SC-540 (met risicoklassering) aanwezig;

7.14.3

Het werk is niet gemeld aan AI, CI en Gemeente.

5.1 7.14.5

E

III

HMB d.d. 11-8-2015, 15247001K d.d. 15-72015, met aanvulling risicobeoordeling Board 2 stuks, (10m3 restant in RK3).

I

III

Gemeld via centrale systeem en inspectiedienst, Bureau Veritas en de gemeente is geïnformeerd middels een aparte email van de inspectie szw melding. Melding 634540.

I

III

Meldingsdatum 12-08-2015, uitvoeringsdatum 14-8-2015 tot 18-8-2015 16:00 uur.

Op de werklocatie is geen werkplan conform 7.12.1 7.14.4 het Arbobesluit (artikel 4.50) en SC-530, aanwezig.

L(a)

III

Werkplan conform arbobesluit en SC-530.

4

De meldingstermijn is in niet acht genomen.

5

7.14.5

Opdrachtgever: Stichting Aloysius.

6

Het werkplan is niet volledig

7.12.1 7.14.4

L(a)

III

Werkplan is volledig en voorgelegd ter goedkeuring aan de opdrachtgever.

7

Het werkplan is niet door de projectverantwoordelijke DTA geaccordeerd

7.9.4.3

L(a)

IV

Handtekening DTA staat voorop het werkplan.

8

De in het werkplan beschreven werkwijzen zijn niet in overeenstemming met het de risicoklasse en de wijze van afscherming zoals voorgeschreven in de SMA-rt

7.14.4

E

II

Werkplan en SMA-rt uit de asbestinventarisatie rapporten komt overeen: ACMAA R150700065.1 d.d. 9-72015 board amo 30-60% SMA-rt 37846 RK2 binnen.

9

Op de werklocatie is geen V&G-plan Uitvoeringsfase óf een aan het V&G-plan of de bedrijfsgebonden RI&E ontleende projectgebonden RI&E / TRA aanwezig.

7.12.1 7.14.4.1 7.14.4

K

IV

Volledig V&G-plan met veiligheidstabellen.

10

Het bedrijf beschikt niet over een calamiteitenplan of er is geen calamiteitenplan aanwezig op de werkplek

7.13.3

L(c)

IV

Calamiteitenplan is aanwezig in het V&Gplan / saneringsplan en de alarmkaart geeft de belangrijkste telefoonnummers.

L(c)

IV

Calamiteitenplan is volledig.

Het calamiteitenplan is niet volledig 11

De werkzaamheden worden afwijkend van het werkplan uitgevoerd

7.14.4 7.15 7.16 7.17

L(a)

III

Akkoord, juiste omschrijving.

12

Er is geen DTA met een geldig persoonscertificaat volgens SC-510 aanwezig op de asbestverwijderingslocatie

7.14.6 7.15.1

G

II

Zie tabel 1

12a

Op niet alle plaatsen waar asbest wordt verwijderd is toezicht door een DTA

G

II

DTA houdt toezicht en werkt met medewerkers die hij geschikt acht voor het werk.


Nr.


SC 530

Cluster

Cat.

Toelichting

13

De asbestverwijderingsmedewerker(s) op locatie is (zijn) geen DAV(’s) met een geldig persoonscertificaat volgens SC-520.

7.14.6

G

II

Zie tabel 1

14

Op het asbestverwijderingswerk zijn meer dan twee leerling-DAV’s per mentor-DTA aanwezig;

7.11.2.1

G

II

n.v.t.

15

De werklocatie is niet afgebakend/ afgeschermd conform SC-530.

7.14.4.4 7.15.6

C

II

De saneringslocatie is duidelijk afgezet met waarschuwingsborden en lint. Afscherming van de achterzijde van de saneringslocatie is gewenst, aangezien de DTA daarop geen rechtstreeks zicht heeft.

16

De DTA volgt het werkplan niet op

7.8 7.14.4 7.15.1 7.15.2 7.15.3 7.15.4 7.15.8

H

IV

Plan wordt opgevolgd, inrichtingstekening is aangepast.

IV

DTA houdt logboekgoed bij, registraties zijn duidelijk en leesbaar.

De DTA houdt het logboek niet bij

De dagelijkse asbest-uren regitratie is bijgewerkt. IV

Alle relevante procesparameters zijn vastgelegd.

C

II

Sinds de start van het werk zijn er geen aanvullende asbesthoudende materialen aangetroffen.

H

III

n.v.t.

De relevante procesparameters volgens SC530 zijn niet vastgelegd 17

Er zijn aanvullend asbesthoudende/verdachte materialen / producten / verontreinigingen op vooraf niet bekende plaatsen zijn aangetroffen, zonder dat passende maatregelen zijn getroffen

7.8 7.12.4.1 7.15.4

De getroffen maatregelen zijn niet geregistreerd In het logboek vinden per project(-fase) geen registraties plaats van: 18

alle aanwezige medewerkers met in- en uitgangstijden asbestverwijderingsgebied;

19

alle bezoekers, opzichters, inspecteurs, directievoerders, laboratoriummedewerker(s) e.d. met in- en uitgangstijden en hun bevindingen;

20

de van toepassing zijnde risicoklassering(en) (als mate van blootstelling);

7.8 7.12.1 7.12.4.1 7.12.5 7.13.3 7.13.5.1 7.13.5.2 7.14.4 7.15.1 7.15.3 7.15.5 7.15.6 7.15.7 7.15.8

Dagelijkse registratie wordt goed bijgehouden. III

Registratie van in en uitsluizen medewerkers is adequaat.

III

Bezoekers, laboranten kunnen worden ingetekend in het logboek. Bezoeker genoteerd bij eerdere vrijgave.

III

Risicoklasse 3 board en restanten . Van de verwijdering is een beschrijving opgenomen in het saneringsplan.

21

het continu in werking zijn geweest van de onderdrukventilatie;

III

25 Pa

22

de onderdrukwaarden (minimaal 1 x per shift, of per gewaarmerkte onderdrukmonitor registraties);

III

Berekening = 10x6x2= 120 m3 120 m3 x1,25x6 = 900 m3/h Opmerking: berekend is 120x6=720 m3/h is niet correct, maar de sanering loopt geen gevaar. Aanwezig 7500 + 2000 m3 dit is ruim voldoende, 10x overcapaciteit.

23

storingen, klachten, schades, incidenten (calamiteiten in het calamiteitenplan);


III

Geen storingen, klachten, schades, incidenten waargenomen en daarom ook geen registraties in het logboek.

Nr.


SC 530

Cluster

Cat.

Toelichting

24

aanvullingen op, afwijkingen / wijzigingen van het werkplan, V&G-plan (in het werkplan, V&G-plan, of logboek);

III

Is nog niet noodzakelijk, aanvink mogelijkheden zijn ingevuld voor dit werk.

25

de periode van stilstand en conditie douchewatervoerende installatie, actuele waterbron-(nen), spoel-, reinigings- en/of desinfectiemaat-regelen, analyses op Legionella van watermonsters per decontaminatie-unit.

III

Geen periode van stilstand. Watermanagement wordt gevuld met kraanwater. De legionella preventie is overbodig bij leegloopsysteem.

Er is geen volledige decontaminatie-unit aanwezig en/of deze staat voor aanvang asbestverwijdering/-sanering niet gebruiksklaar opgesteld.

7.14.4.8

27

De decontaminatie-unit is, indien technisch mogelijk, niet direct gekoppeld aan het werkgebied.

7.14.4.9

C

II

Direct gekoppeld aan het werkgebied.

28

Er wordt gebruik gemaakt van de transitprocedure, zonder dat de argumenten daarvoor zijn vastgelegd in het werkplan / controleplan / logboek.

7.14.4.9

C

III

Geen transitroute.

29

De decontaminatieprocedure of de transitprocedure wordt niet correct uitgevoerd, bij risicoklasse 3 werkzaamheden bij risicoklasse 2 werkzaamheden

7.14.4.9 7.15.1 7.15.3

C

II

Niet te beoordelen.

30

Het met asbest verontreinigde afvalwater wordt niet opgevangen en (stapsgewijs) door een afvalwater-filtering afgevoerd met een laatste filter met poriëndiameter van 5 micro-meter.

7.11.1 7.11.3 7.14.4.1 8

D

II

Het afvalwater wordt correct gefilterd en daarna geloosd in opvangbak.(2 filters waaronder 5um).

31

Er wordt geen geschikte ademhalingsbescherming toegepast.

7.11.1 7.11.3 7.14.4

B

26

32

33

C

II

De platensluizen zijn voor aanvang van de sanering opgesteld en inwerking gesteld. Er is een volledige doucheunit opgesteld, ruimte was daarvoor ook voldoende.

Zie tabel 2.

Het bedrijf beschikt niet over de middelen beschikt of ze zijn niet op de werkplek aanwezig:

II

Middelen en reserve middelen zijn aanwezig op locatie of in de bedrijfsbus.

De middelen zijn op de werkplek aanwezig (maar worden niet gebruikt)

III

Zover te beoordelen worden de aangereikte middelen gebruikt.

Er worden geen geschikte beschermende werkkleding en PBM toegepast.

7.11.1 7.11.3 7.14.4 7.15.2

B

Volgelaatsmaskers met aanblaasunit, wegwerp overalls en kleding. Veiligheidschoeisel en handschoenen.

Het bedrijf beschikt niet over de middelen of ze zijn niet op de werkplek aanwezig

II

Middelen en reserve middelen zijn aanwezig in de omkleedruimte.

De middelen zijn op de werkplek aanwezig (maar worden niet gebruikt)

III

Zover te beoordelen worden de aangereikte middelen gebruikt.

II

n.v.t.

Voor aanvang van de asbest-verwijdering is de niet-besmette inventaris/inboedel niet uit/van de werklocatie verwijderd

7.12.4.1 7.14.4 7.15.2

C


Nr.


SC 530

Voor aanvang van de asbest-verwijdering is de niet-besmette inventaris/inboedel niet vezeldicht afgeplakt / afgeschermd.

Cluster

Cat.

Toelichting

C

II

n.v.t.

34

Wanneer er in de naaste omgeving zodanige (sloop-)activiteiten plaatsvinden dat daardoor het resultaat van het asbestverwijderingswerk en/of de eindbeoordeling wordt benadeeld en er tijdens de asbestverwijdering en/of de eindbeoordeling geen doeltreffende maatregelen zijn getroffen.

7.14.4

-

II

n.v.t.

35

Er worden geen brongerichte emissiebeperkende maatregelen toegepast bij werkzaamheden in containment of afgeschermde werkruimte condities

7.12.4.1 7.14.4

C

II

Brongerichte emissiebeperkende maatregelen worden getroffen.

C

II

Vocht / water wordt toegepast.

Er worden geen brongerichte emissiebeperkende maatregelen toegepast bij werkzaamheden in openlucht condities of met de glove-bag methode 36

Er vinden, ook bij verwijderingswerk in openlucht condities, geen afdoende doeltreffende eindreinigingen van alle daartoe relevante locaties / oppervlakken plaats.

7.15.10 7.15.11

D

II

Asbestsanering is nog niet afgerond, daarna wordt er schoongemaakt.

37

Het glove-bag werk wordt niet correct uitgevoerd.

7.14.4 7.15 7.16 7.17

C

II

n.v.t.

38

Het asbestafval/asbestbesmette afval dat buiten het containment, de afgeschermde werkruimte, of de glove-bag locatie, of bij openlucht condities buiten de afgezette en gemarkeerde, directe verwijderingslocatie aanwezig is, is niet volledig beschermd of de verpakking is niet vezeldicht . Het betreft niet-hechtgebonden asbest

7.11.3 7.15.9

D

II

Beperket hoeveelheid afval wordt door de decodouche uit het gebied gesluisd.

III

Het betreft hechtgebonden asbest 39

7.15.10 Het asbestafval/asbestbesmette afval dat buiten het containment, de afgeschermde werkruimte, of de glove-bag locatie, of bij openlucht condities buiten de afgezette en gemarkeerde, directe verwijderings-locatie aanwezig is, is niet volgens de eisen minimaal dubbel én lucht- en vezeldicht in een deugdelijke, stoot- en scheurbestendige verpakking (0,2 mm dikke of hi-tec pe-folie) verpakt t.b.v. de afvoer vanaf de werkplek. Het betreft niet-hechtgebonden asbest

D

Het betreft hechtgebonden asbest


II

III

Akkoord, materiaal wordt deugdelijk verpakt en afgespoeld in de unit.

Nr.


SC 530

Cluster

Cat.

Toelichting

40

Gereedschappen, machines, klimmaterieel, uitrustingsstukken, etc., die met asbeststof in aanraking zijn geweest, zijn niet doeltreffend gereinigd, dan wel niet volgens de eisen minimaal dubbel én lucht- en vezeldicht in een deugdelijke, stoot- en scheurbestendige verpakking (0,2 mm dikke of hi-tec pe-folie) verpakt t.b.v. het vervoer en de opslag buiten de werkplek.

7.13.3 7.15.9 7.15.11 7.15.12

D

II

Akkoord, afvoer vindt plaats gelijk aan asbestafval; schoongemaakt, ingepakt en afgespoeld.

41

De afsluitklep(pen) van de onderdrukventilatiemachine(s) (ODM’s) is (zijn) niet lekvrij afgedicht.

7.13.3 7.12.4.1 7.15.9

C

II

Niet te beoordelen sanering is nog bezig.

42

De verpakkingen van asbestafval en/of asbestbesmette onderdelen, uitrusting stukken e.d. zijn niet uitwendig gemarkeerd met de voorgeschreven asbestwaarschuwingsstickers (Productenbesluit Asbest 2005)

D

II

Nog niet allemaal te beoordelen, sanering is net afgerond.

45

Na de eindbeoordeling en vrijgave door eindbeoordelingsinstelling én de laatste visuele eindcontrole door het asbestverwijderings-bedrijf vóór de oplevering, is de veilig te achten saneringslocatie visueel niet vrij van als asbesthoudend/-besmet te beschouwen resten afkomstig uit het asbestverwijderingswerk; Het betreft niet-hechtgebonden asbest:

Wel gezien de stofzuiger, masker, deco-unit met asbeststicker.

7.16.2 7.16.4 7.16.6

D

Er is geen doeltreffend gesloten containment opgericht.

Fibrecount staat gepland. Eerder is de besmette buitensituatie gesaneerd en vrijgegeven VI152080 d.d. 14-8-2015.

III

Het beteft hechtgebonden asbest: 46

II

7.11.1 7.11.3 7.12.4.1 7.14.4 7.15.1 7.15.9

C

II

De onderdruk en de folie van het containment bevestigen de doeltreffendheid van het containment. Containment is op onderdruk en gesloten. Het containment is in te kijken.

47

Er is niet gewaarborgd, dat er geen asbestvezelemissie/-besmetting naar de omgeving buiten het containment kan plaatsvinden

7.12.4.2 7.14.2 7.15.3

C

II

Akkoord.

48

Het containment wordt niet permanent op een onderdruk van minimaal 20 Pascal (Pa) gehouden, indien substantieel lager dan 20 Pa en het containment wordt minder dan 6 keer per uur geventileerd:.

7.12.5 7.14.4 7.15.3

C

II

Permanente registratie middels kassarol.

49

Het containment wordt minder dan 6 keer per uur geventileerd.

7.14.4 7.15.1 7.15.3

C

III

Meer dan 6x.

50

Het werkplan / logboek bevat geen of niet de juiste berekening(en) van de benodigde ventilatiecapaciteit.

7.14.4 7.15.1 7.15.3

C

III

De benodigde ventilatiecapaciteit is ruim voldoende aanwezig. Vanuit de voorbereiding is de juiste hoeveelheid berekend / materieel gereserveerd.

51

Bij risicoklasse 2 werk: de onderdruk die in het containment heerst wordt a. niet continue gemeten

7.12.5 7.14.4 7.15.1

C

III

Ja, registratie vindt plaats in het logboek.


Nr.


SC 530

Cluster

b. niet per shift in het logboek geregistreerd.

Cat.

Toelichting

III

26 Pa.

52

Bij risicoklasse 3 werk: de onderdruk die in het containment heerst wordt niet continue gemeten én tegelijk continue geregistreerd (onderdruk-registratiemonitor).

7.12.5 7.14.4 7.15.1

C

III

Continue meting onderdruk, met registratie kassabon.

53

Bij asbestverwijderingswerk onder risicoklasse 3 condities wordt geen omgevingslucht onafhankelijke ademhalingsbescherming toegepast, óf ademhalingsbescherming met een afdoende verhoogde beschermings-factor.

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.14.4

B

II

Compressoren zorgen voor omgevingslucht onafhankelijke lucht voor de DAV’ers. Reserve compressor is aanwezig.

Het bedrijf beschikt niet over de middelen of ze zijn niet op de werkplek aanwezig

II

Middelen zijn op locatie.

De middelen zijn wel op de werkplek aanwezig, maar worden niet toegepast

II

De juiste middelen worden toegepast.

III

Er is ruimte voor een normale sluis, maar gezien de beperkte hoeveelheid afval is er afgezien van een afvalsluis.

54

55

7.14.4.1 Er is geen apart aan het containment / de 3 afgeschermde werkplek gekoppelde afval7.15.9 /materiaalsluis toegepast, hoewel dat technisch mogelijk is en vanwege de hoeveelheid af te voeren afval-verpakkingen nodig is. De uitsluis- en afvoerprocedure voor het asbestafval (en de verpakte, als asbestbesmet te beschouwen uitrusting stukken) is niet correct uitgevoerd bij risicoklasse 3 werkzaamheden

7.14.4 7.15.1 7.15.8 7.15.9

C

DTA; mogelijk extra emissiepunt.

D

bij risicoklasse 2 werkzaamheden

II

n.v.t.

II

n.v.t.

56

Indien het apart uitsluizen van de asbestafvalverpakkingen niet mogelijk is, moeten de verpakkingen lucht- en vezeldicht verpakt/afgeplakt en los van de vloer in het containment / de afgeschermde werkruimte opgeslagen zijn.

7.14.4 7.15.1 7.15.9

D

II

n.v.t.

57

Ademhalingsbeschermings-middelen (ABM’s) voldoen niet aan de keuringseisen.

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.14.4

B

III

Akkoord, zie tabel 2

58

De filters voor de ABM zijn niet bestand tegen asbeststof en de eventuele additionele schadelijke stoffen en/of voldoen niet aan de vereiste specificaties.

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.14.4

B

II

De juiste filters zijn aangebracht in de aanblaasunits. Aan de hand van reserve filter is dit vastgesteld.

59

Additionele uitrustingsstukken, zoals koppelstukken, leefluchtslangen, compressor/ventilator en leefluchtfilters voor van de omgevingslucht onafhankelijke ABM’s voldoen niet aan de keuringseisen.

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.14.4

B

III

Akkoord, zie tabel 2 ABM is als geheel gekeurd.


Nr.


SC 530

Cluster

Cat.

60

Op de werklocatie is geen reserveset ABM met voldoende beschermings-factor voor de gegeven risicoklasse aanwezig

61

62

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.14.4

B

III

Het reserve ABM is aanwezig.

Er worden ABM(‘s) gebruikt die zodanig zijn beschadigd, dat dit de veilige werking nadelig kan beïnvloeden.

7.11.3

B

II

ABM ziet er schoon en onbeschadigd uit.

Er worden ABM(‘s) gebruikt die niet schoon zijn (inwendig en uitwendig) m.b.t. stof, vuil, restfracties, schimmels, etc. De vervuiling is niet schadelijk voor de gezondheid:

7.11.3 7.11.4 7.11.6

B

III

Maskers in- en uitwendig aantoonbaar gereinigd, geen restanten /schimmels waargenomen.

II

n.v.t.

De vervuiling is wel schadelijk voor de gezondheid: 63

64

De gebruikte filter(s) van de ABM(‘s) zijn niet correct gemarkeerd of luchtdicht afgedopt.  decontaminatie-unit(s) en/of  de onderdrukventilatiemachine(s)  watermanagementsysteem, voldoen niet aan de keuringseisen.

Toelichting

7.11.3 7.11.4 7.11.6

D

II

ABM correct gemarkeerd en luchtdicht afgedopt.

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.14.4 7.15.4

C

III

Zie tabel 2

65

De decontaminatieunit is beschadigd waardoor er geen veilige werking is

7.11.3 7.15.1

C

II

De harde plaatsluizen, het is niet aantoonbaar dat de veilige werking in gevaar komt.

66

Veiligheidszuigsystemen (zoals HEPAfiltrerende asbeststofzuigers) voldoen niet aan de keuringseisen.

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.14.4

C/D

III

Niet beoordeeld, stofzuiger is in containment.

67

Onderdrukventilatiemachine(s) (ODM’s) voldoen niet aan de keuringseisen.

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.12.5 7.14.4

C

III

Zie tabel 2.

68

Onderdrukregistratiemonitor voldoet niet aan de keurings- en calibratie-eisen.

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.12.5 7.14.4

C

III

Zie tabel 2.

69

Machine(s) die voorzien moeten zijn van een overdruk-cabine, voldoet(n) niet aan de keuringseisen.

7.11.1 7.11.3 7.12.1 7.12.4.1 7.12.5 7.14.4

C

III

n.v.t.

70

De gebruikte machine(s) zijn zodanig beschadigd dat er geen veilige werking is.

7.11.3 7.15.1

C

II

Nog niet te beoordelen sanering is nog aan de gang.


Nr.


SC 530 7.15.1 7.15.4

71

Vervangende stof-/afvalzakken voor de asbeststofzuiger(s) en/of vóór-filters voor de onderdrukventilatie-machine(s) zijn niet voorradig.

72

7.11.2.4 De DTA / DAV die asbestverwijderingswerkzaamheden uitvoert is niet geïnstrueerd over het juist gebruik van ABM via www.vezelveiligheid.nl/adembescherming en / of draagt geen passend ABM beoordeeld op basis van een fittest volgens het HSE protocol.

Cluster

Cat.

C/D

III

Voldoende reserve filters en reserve stofzuigerzakken aanwezig.

II

Zie tabel 1 Alle medewerkers zijn in het bezit van een ademfittest en hebben de instructie gevolgd via www.vezelveiligheid.nl (minimaal deel 1).


Toelichting


Check-list close-out meeting SC 530 inspectie in het veld CLOSE-OUT MEETING (Ø BEHANDELDE ONDERWERPEN)

Ø Samenvatting inspectie en bevindingen. Geef duidelijk aan welke afwijkingen er zijn geconstateerd. - Geef aan dat de afwijkingen in de escalatietabel worden opgenomen. - NCR niveau 2/3 betekent altijd follow up bezoek. Dit telt dan niet mee voor het aantal inspecties dat jaarlijks gehouden moet worden. - Afhandeling NCR’s (Tijdslijnen, financiële consequenties, follow-up bezoek). - Geef aan dat het afsluiten van de afwijkingen door de betrokken inspecteur moet worden gedaan. - Maak duidelijk de afwijkingen die door de back office worden verzonden. - Geef aan dat het bedrijf een zienswijze kan indienen. (Binnen 10 dagen na ontvangst formele brief zienswijze aantekenen). Ø Eindrapportage. Ø Vraag om vragen. Ø Bedank voor gastvrijheid en medewerking.


Checklijst projectcontrole SC-530

Recommend Documents