Centrum Ondergronds Bouwen Workshop Tunnel Facility Management 1 en 2 april 2003 9 mei 2003
Stationsplein 1
Centrum Ondergronds Bouwen
Postbus 907 3800 AX Amersfoort Telefoon 033 467 7777 www.tg.nl Twynstra Gudde Management Consultants BV KvK 31031754
Workshop Tunnel Facility Management 1 en 2 april 2003
ir. J.W.M. van de Ven ing. C. Lemmens drs. J. de Jeu Amersfoort, 9 mei 2003 3//21484/JAV/MUH
Inhoudsopgave
1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Inleiding Aanleiding voor de workshop Doel van de workshop Organisatie en opzet van de workshop Deelnemers Leeswijzer
1 1 1 1 2 3
2 2.1 2.2
Trends en Ontwikkelingen Werkwijze: identificatie trends en ontwikkelingen Resultaat: de geclusterde en geprioriteerde trends en ontwikkelingen
4 4
Problemen en aandachtspunten Werkwijze: identificatie trends en ontwikkelingen Resultaat: de geclusterde en geprioriteerde trends en ontwikkelingen
8 8
3 3.1 3.2
4 4.1 4.2
5 5.1 5.2 5.3
4
8
TFM in relatie tot System Support en Facility Management Werkwijze: vergelijking met andere werkvelden Resultaat: toepassingsmogelijkheden uit andere werkvelden en verschillen
14 14
De toekomst Werkwijze: te onderzoeken aspecten Resultaat: eerste aanzet onderzoeksagenda Vervolg van deze bijeenkomst
18 18 18 21
Bijlagen Programma workshop Deelnemerslijst workshop Presentatie Ben Viveen Totaallijst Trends en Ontwikkelingen Totaallijst Problemen en Aandachtspunten Presentatie van Jan de Jeu en Carol Lemmens Presentatie van Wim Brouwer
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
15
1
1.1
Inleiding
Aanleiding voor de workshop Het professioneel beheren en in bedrijf houden van tunnels, met al de aanverwante tunneltechnisch installaties vergt steeds meer aandacht, doordat enerzijds het aantal tunnels en overkluizende toeneemt en anderzijds de complexiteit toeneemt. Het beheer en de instandhouding van andere complexe installaties dan tunnels, zoals kantoren, ziekenhuizen en industriële installaties is reeds ver geprofessionaliseerd. Er zijn verschillende hulpmiddelen en managementmodellen ontwikkeld en er bestaan zelfs gespecialiseerde opleidingen voor. Men spreekt hierbij dan ook over Facility Management (FM) of System Support Management (SSM). Het Centrum Ondergronds Bouwen (COB) is van mening dat ook het beheer en het in bedrijf houden van ondergrondse installaties verder kan worden geprofessionaliseerd, zodat men kan spreken over Tunnel Facility Management (TFM). De noodzaak om te professionaliseren wordt steeds groter vanwege de hiervoor geschetste ontwikkelingen. TFM moet nog ontwikkeld worden. Dit zal nog het nodige onderzoek vergen. COB, Hogeschool Zeeland (HZ) en Twynstra Gudde hebben door middel van het organiseren van de workshop de eerste stap gezet tot het opstellen van een onderzoeksagenda.
1.2
Doel van de workshop Het doel van de workshop was om een eerste stap te zetten in de richting van een onderzoeksagenda voor TFM. Een onderzoeksagenda is een document waarin wordt weergegeven welk precompetitief onderzoek naar TFM verricht dient te worden met hieraan verbonden een tijdspad en een uitvoerder. De nevendoelstelling was om de besluitvormers op het gebied van TFM met elkaar in contact te brengen.
1.3
Organisatie en opzet van de workshop COB, HZ en Twynstra Gudde hebben de workshop in samenwerking georganiseerd. Voorafgaand aan de workshop is reeds een eerste inventarisatie gehouden van trends en ontwikkelingen en van problemen en aandachtspunten.
1
De opzet van de workshop was als volgt: - allereerst heeft Ben Viveen, hoofd beheer en onderhoud van de droge dienstkringen van RWS DNH, in een presentatie de ontwikkelingen en problemen bij het beheer en onderhoud binnen zijn werkgebied weergegeven - vervolgens zijn de trends en ontwikkelingen die beheer en onderhoud van tunnels beïnvloeden in kaart gebracht en geprioriteerd - daarna zijn problemen en aandachtspunten geïdentificeerd en geprioriteerd - de deelnemers hebben zich laten inspireren door professionals met ervaringen met Facility Management (FM) bij kantoren en ziekenhuizen en met System Support Management (SSM) van industriële installaties - vervolgens hebben de deelnemers gediscussieerd over de mogelijkheden om FM en SSM toe te passen voor tunnels en daaraan gekoppeld de vraag beantwoord welke onderzoeken daarvoor moeten worden uitgevoerd - uiteindelijk zijn de mogelijkheden om dit initiatief te vervolgen besproken. Het programma van de dag is opgenomen in bijlage 1. 1.4
Deelnemers De deelnemers waren personen die op strategisch niveau besluiten over hoe het beheer, onderhoud en instandhouding van tunnels wordt georganiseerd. De deelnemers vertegenwoordigen een organisatie die eigenaar van tunnels zijn of het beheer en onderhoud (en de beslissing hierover) gedelegeerd hebben gekregen. De deelnemerslijst is opgenomen in bijlage 2.
2
1.5
Leeswijzer In dit document worden de resultaten van de workshop beknopt weergegeven. In het document is de volgorde die ook tijdens de workshop is gehanteerd aangehouden. Het document is rijk geïllustreerd met behulp van de tekeningen die door een sneltekenaar zijn gemaakt naar aanleiding van de gevoerde discussies. De tekeningen spreken voor zich. De tekeningen zijn verzorgd door Beeldleveranciers, mevrouw Peti Buchel, www.beeldleveranciers.nl.
3
2
Trends en Ontwikkelingen
In dit hoofdstuk worden de belangrijkste trends en ontwikkelingen die nu en in de toekomst zullen spelen op het gebied van beheer en onderhoud van tunnels weergegeven.
2.1
Werkwijze: identificatie trends en ontwikkelingen Voorafgaand aan de workshop is een basislijst met trends en ontwikkelingen opgesteld door een e-mail inventarisatie onder de deelnemers. In de presentatie van Ben Viveen (zie bijlage 3) is bovendien nog een aantal zaken naar voren gekomen die aan de lijst zijn toegevoegd. Vervolgens is door de deelnemers in groepsverband de lijst gecomplementeerd. Uiteindelijk hebben de deelnemers aangegeven waar voor hen prioriteit lag en is een clustering aangebracht. De totale lijst van geïdentificeerde trends en ontwikkelingen is opgenomen in bijlage 4.
2.2
Resultaat: de geclusterde en geprioriteerde trends en ontwikkelingen De volgende trends en ontwikkelingen hebben de grootste invloed op het beheer en onderhoud van tunnels:
4
Veiligheid (9 stemmen) Er worden steeds strengere eisen gesteld aan het veiligheidsniveau van de tunnels voor de gebruikers en voor onderhoudspersoneel (Arbo). Hier zijn hoge kosten mee gemoeid.
Beschikbaarheid (8 stemmen) - er is meer aandacht voor het borgen dat de tunnels beschikbaar zijn voor gebruikers (8) onderhoud wordt complexer omdat dit in korte tijdvensters dient plaats te vinden (2).
5
Life cycle benadering (5 stemmen) Ontwerp, bouw en beheer en onderhoud worden beter geïntegreerd. Er wordt gekeken naar optimalisaties binnen de gehele life-cycle.
Klant centraal (4 stemmen) Er wordt meer aandacht besteed aan het achterhalen wat de weggebruiker (als klant) belangrijk vindt en hierop wordt ingespeeld bij het beheren en onderhouden van de tunnels.
6
Contracten (2 stemmen) Er wordt meer gebruik gemaakt van integrale (beheer, inspectie en onderhoud en soms financiering) contracten en de innovatieve manier om deze aan te besteden.
Geld (2 stemmen) De druk op de budgetten voor onderhoud en beheer neemt verder toe.
7
3
Problemen en aandachtspunten
In dit hoofdstuk worden de belangrijkste problemen en aandachtspunten die aan het licht komen bij het beheer en onderhoud van tunnels weergegeven. 3.1
Werkwijze: identificatie trends en ontwikkelingen Voor deze stap is een identieke werkwijze als bij de voorgaande stap toegepast. De totale lijst van geïdentificeerde problemen en aandachtspunten is opgenomen in bijlage 5.
3.2
Resultaat: de geclusterde en geprioriteerde trends en ontwikkelingen Er wordt een groot aantal problemen en aandachtspunten geïdentificeerd door de deelnemers. Deze zijn zeer divers en derhalve slechts op grof te clusteren in vier groepen. Hieronder worden per groep de meest diverse zaken in volgorde van vaak genoemd naar minder vaak genoemd weergegeven: Technische vraagstukken (11 stemmen) - het is lastig om de beschikbaarheid van de tunnels en daardoor de bereikbaarheid te garanderen in periodes van onderhoud - de technische systemen (inspectie en monitoring) worden steeds complexer en de betrouwbaarheid van de werking is niet altijd gegarandeerd - de logistiek van beheer en onderhoud is erg complex - system engineering is lastig in te voeren - betrouwbaarheid noodstroom voorziening.
8
Management vraagstukken (10 stemmen) - de benodigde cultuurverandering bij beheerders is lastig te bereiken - er is geen benchmark / data om deze uit te voeren beschikbaar - er vindt weinig kennisoverdracht plaats van beheer en onderhoud naar ontwerp en uitvoering - mensen met goede competenties zijn niet altijd te vinden - er wordt weinig systematisch omgegaan met beheer en onderhoud - het plannen van beschikbaarheid is lastig - beheer en onderhoud heeft een slecht imago.
9
10
Politieke keuzes (8 stemmen) - de kosten nemen sterk toe door strengere veiligheidseisen - de invloed van brandweer en bestuurders op het werkveld van de beheerders is groot en vaak onvoorspelbaar - politiek reageert vaak wispelturig waardoor langere termijn planning niet haalbaar is - er wordt gesneden in budgetten voor beheer en onderhoud.
11
Goede contracten (4 stemmen) - het is lastig om goede / meetbare vraagspecificaties op te stellen voor prestatie contracten - aanvankelijk lijken er grote kostenbesparingen met prestatiecontracten geboekt te worden maar het is onduidelijk of dit ook op langere termijn het geval blijft - de RWS kaders vormen een belemmering voor nieuwe contracten.
12
13
4
TFM in relatie tot System Support en Facility Management
In dit hoofdstuk worden de belangrijkste punten uit de discussies naar aanleiding van de presentaties over andere werkvelden weergegeven. 4.1
Werkwijze: vergelijking met andere werkvelden Tijdens de workshop zijn twee presentaties gehouden over de aanpak van beheer en onderhoud en life-cycle denken binnen twee andere typen constructies: kantoorgebouwen en ziekenhuizen (Facility Management) en van industriële installaties (System Support Management). Na de presentaties is in subgroepjes gediscussieerd over de presentaties.
Twee vragen werden gesteld als startpunt voor de discussie: - wat prikkelde je tijdens de presentatie; wat zou je in je eigen werkgebied kunnen toepassen? - wat is anders binnen je eigen vakgebied; wat kan absoluut niet worden toegepast?
14
4.2
Resultaat: toepassingsmogelijkheden uit andere werkvelden en verschillen Hieronder zijn de belangrijkste punten uit de discussies weergegeven: Prikkels: hier zouden we ons voordeel mee kunnen doen - de manier waarop met contractmanagement wordt opgegaan, hoe je bepaalt wat je wel en niet wilt uitbesteden en met de manier van aanbesteden - de overdracht van bouw naar beheer: deze zou geleidelijker moeten plaatsvinden: tijdens ontwerp en bouw dient men al bezig te zijn met de organisatie van beheer en onderhoud - de manier waarop onderhoud voorspelbaar wordt gemaakt: door monitoring en benchmarken kan van tevoren voorspeld worden wanneer uitgaven in de tijd zijn te verwachten - het klantgericht denken van de facilitaire organisatie: er zou meer vanuit de achterliggende redenen om te onderhouden moeten worden geredeneerd - onderhoudsinformatie generen uit gegevens: vaak zijn er wel gegevens beschikbaar maar doordat deze niet voor alle tunnels gelijkvormig worden verzameld zijn deze niet bruikbaar - het sluiten van service level agreements en prestatiecontracten: bedenken wat je echt belangrijk vindt (rentabiliteit, beschikbaarheid, klanttevredenheid) en een opdrachtnemer vragen deze te bereiken, hoe maakt niet uit - onderhoud en veiligheidsaanpassingen niet zien als kosten maar als investering: door de investering kan er een beter product worden geleverd.
15
Verschillen tussen SSM en/of FM - bij FM ligt de focus juist niet op de core-business maar op alle bedrijfsonderdelen die het primair proces faciliteren. Het verbinden is de belangrijkste functie van een tunnel, derhalve is het in stand houden (TFM) van de verbinding juist de core-business - beide methoden komen als harde management methode over, maar de cultuur en mentaliteit van de mensen die de tunnels onderhouden maakt daadwerkelijk het verschil. De aandacht voor de mensen en hun vakmanschap is bovendien onontbeerlijk - levensduur van de gebouwen en systemen is over het algemeen veel korter dan van tunnels.
16
17
5
De toekomst
In dit hoofdstuk wordt de eerste aanzet voor de onderzoeksagenda gegeven. Er wordt weergegeven waar in de toekomst onderzoek naar dient te worden gedaan. Daarnaast wordt gekeken hoe het proces om te komen tot een onderzoeksagenda verder kan worden voortgezet. 5.1
Werkwijze: te onderzoeken aspecten Na het identificeren van de trends en ontwikkelingen en de problemen en aandachtsgebieden en de parallellen en verschillen met andere werkgebieden is de deelnemers gevraagd hoe Tunnel Facility Management verder gebracht zou kunnen worden. Wat moeten we gaan onderzoeken? Wat moet worden gedaan? Om de vraag zo concreet mogelijk te stellen is de deelnemers gevraagd in subgroepen de volgende vraag te beantwoorden: - over welke onderwerpen zou je meer te weten willen komen; wat is de titel van de publicatie die jij graag zou willen lezen?
5.2
Resultaat: eerste aanzet onderzoeksagenda Meer weten De deelnemers hebben aangegeven dat zij graag over de volgende onderwerpen meer zouden willen weten: - de Reliability Availability Maintainability eisen (RAMs) en de systematiek die hier achter zit - de Systems Engineering methode - de ervaringen die zijn opgedaan bij de Westerschelde tunnel: welke modellen zijn toegepast, welke resultaten heeft dit gebracht? - hoe de modellen en methoden, die al wel redelijk bekend zijn, zo concreet kunnen worden gemaakt dat zij te implementeren zijn? - de ervaring die is opgedaan bij beheer en onderhoud van spoortunnels en wegentunnels in vergelijking tot elkaar. Deze ervaring zou onderling gedeeld dienen te worden - een goede methode om de tunnels onderling te benchmarken - welke mogelijkheden er zijn om de status en kwaliteit van tunnels te monitoren gedurende de levensduur - welke Key Performance Indicatoren kun je het beste stellen voor tunnels, wat is haalbaar, wat is wenselijk en hoe zijn ze eenduidig te meten? - hoe ziet een goed prestatiecontract eruit, hoe werken bonus malus regelingen, hoe werkt verkoop van tijdsvensters?
18
19
Uitvoeren De volgende activiteiten dienen ondernomen te worden: - onderlinge afspraken maken over welke informatie binnen een landelijke benchmark zou moeten worden bijgehouden - state of the art report opstellen: een rapport waarin de praktijk bij een aantal tunnels in beeld wordt gebracht (o.a. beschikbaarheidsvraagstuk). Dit kan met de Systems Engineering structuur als kapstok - meer bijeenkomsten beleggen om kennisuitwisseling te bewerkstelligen - politiek overtuigen van de winst die te halen is bij het meer integreren van onderhoud en beheer met ontwerp en bouw: life-cycle management in plaats van jaarlijkse budgetten. Deze onderwerpen dienen onderdeel uit te maken van een toekomstige uitgewerkte onderzoeksagenda:
20
5.3
Vervolg van deze bijeenkomst De deelnemers geven aan de bijeenkomst gewaardeerd te hebben. Er dient vervolg aan gegeven te worden. Besloten wordt om in een “petit comité” bijeen te komen om de resultaten van vandaag verder te brengen tot een onderzoeksagenda met stappen voor de toekomst. Er worden twee belangrijke lijnen gezien waarlangs het onderwerp verder kan worden gebracht: - Het delen van informatie. Het opstellen van een ‘best practises rapport’ is hiervoor een goede manier. Dit kan dan later verder worden uitgewerkt tot een bredere benchmark van diverse Nederlandse (en buitenlandse) tunnels. - Het verdiepen van kennis: op een aantal aspecten zou dieper ingegaan dienen te worden in vervolgbijeenkomsten: formuleren en meten van prestatie-eisen monitoringstechnieken in tunnels integreren van ontwerp en onderhoud met behulp van systems engineering methode.
21
22
Bijlagen
Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
1: 2: 3: 4: 5: 6:
Programma workshop Deelnemerslijst workshop Presentatie Ben Viveen Totaallijst Trends en Ontwikkelingen Totaallijst Problemen en Aandachtspunten Presentatie van Jan de Jeu en Carol Lemmens
Bijlage 7: Presentatie van Wim Brouwer
Programma workshop
Bijlage 1
Programma
Tunnel Facility Management Workshop 1 en 2 april 2003 Locatie: Hogeschool Zeeland, locatie Edisonweg Programma dag1 17.30 uur 18.00 uur
18.30 uur 19.30 uur 20.00 uur
Ontvangst & snack Welkom & introductie – Han Admiraal Doel & aanpak workshop – Han Admiraal Programma workshop – Jan van de Ven Presentatie: “Onderhoud en Beheer van tunnels” – Ben Viveen Inchecken (+ borrel) Aan tafel
dag 2 9.00 uur 9.10 uur 9.15 uur 9.25. uur
10.00 uur
11.00 uur
11.40 uur 12.00 uur 13.00 uur
Ontvangst met koffie op Hogeschool Zeeland Welkom – Han Admiraal “Resultaten e-mail inventarisatie” – Jan van de Ven Programma van de dag – Jan van de Ven Brainstorm - Aanvullen e-mail inventarisatie - Prioriteren ontwikkelingen - Categoriseren - Terugkoppeling in de groep Presentatie en discussie: Facility Management bij Kantoren en Ziekenhuizen - Carol Lemmens en Jan de Jeu Discussie over presentatie in 3 groepen - Waar zou je meer over willen weten? - Wat zijn de onderwerpen die prikkelen (wat kan wel, wat juist niet) Terugkoppeling groepsresultaten lunch Presentatie en discussie: System Support Management door W. Brouwer
Bijlage 1
13.45 uur
15.00 uur 15.20 uur 15.45 uur 16.00 uur
Aanvullen n.a.v deze presentatie in 3 groepen - Waar zou je meer over willen weten? - Wat zijn de onderwerpen die prikkelen (wat kan wel, wat juist niet) Vervolg discussie: welke zaken moeten wij nader gaan onderzoeken: - Wat zijn de twee a drie publicaties die je zou willen zien? Wie moet ze schrijven en wat moeten we daarvoor doen? Presentatie resultaten subgroepen aan elkaar Samenvatten en Bespreken resultaten en maken afspraken o.l.v. Han Admiraal Toelichten vervolg en afsluiten – Han Admiraal Einde programma
Bijlage 1
Deelnemerslijst workshop
Bijlage 2
Presentatie Ben Viveen
Bijlage 3
Totaallijst Trends en Ontwikkelingen
Bijlage 4
Totaallijst Trends en Ontwikkelingen Welke trends en ontwikkelingen ziet u op het gebied van beheer en onderhoud van infrastructuur en meer specifiek voor ondergrondse infrastructuur? - intensiever gebruik van het (spoor)wegennet waardoor de eisen voor de beschikbaarheid verhoogd worden - grotere druk op efficiëntie - strengere veiligheidseisen tijdens uitvoer werkzaamheden. Effecten daarvan op kosten en uitvoeringsduur - maatschappelijke druk op beschikbaarheid tunnel - kortere onderhoudsperiodes vanwege hoge verkeersintensiteiten in de verkeerstunnels. Alleen nachten vanaf 21 uur tot 04 uur zijn effectieve werkuren. Nachtafsluitingen mede afhankelijk capaciteit en beschikbaarheid mensen dienstkringen RWS. Grotere afsluitingen alleen mogelijk in het weekend tegen grote verkeersmaatregelen en hoge kosten - strengere veiligheidseisen voor werkmensen tijdens uitvoerwerkzaamheden,omdat alleen nog gewerkt kan en mag worden als het verkeer van de rijbaan af is - reeds in de ontwerpfase zal nagedacht moeten worden over beschikbaarheid, betrouwbaarheid en onderhoudbaarheid van het systeem - 24 uurs beschikbaarheid van spoortunnels waardoor onderhoud niet of nauwelijks uitvoerbaar is en met hoge kosten uitgevoerd kan worden - hoge eisen aan preventieve maatregelen in het kader van tunnelveiligheid, en de beschikbaarheid daarvan, let ook op de gevolgen welke veroorzaakt worden door gebruiksvergunningen welke worden afgegeven - lagere acceptatie van niet beschikbaarheid door publiek / gebruikers - lagere acceptatie van ongepland of uitlopend onderhoud - innovatieve nieuwbouwcontracten (Design Construct Maintain) waardoor: meer verantwoordelijkheid bij de aannemer ligt de eerste onderhoudsperiode gekoppeld is aan de bouwperiode - innovatieve integrale onderhoudscontracten (voor langere tijd) - nieuwe bouwmethodes (o.a. boortunnels) - ontwerpen op een bepaalde levensduureis (Westerschelde Tunnel, HSL)
Bijlage 4
- toenemende (maatschappelijke/politiek) behoefte om bestedingen voor beheer en onderhoud ook zichtbaar 'op straat' te zien (goed beheer is zichtbaar) - druk op budgetten door bezuinigingen - introductie van nieuwe begrippen en functies door nieuwe veiligheidsvoorschriften, zoals tunnelmanager - hogere eisen aan service gerichtheid, betere communicatie, gebruikersonderzoeken - publieksgerichtheid: door samenwerking tussen regionale en rijkswegbeheerders - langdurige / gemeenschappelijke / integrale onderhoudscontracten - prestatiebestekken en functionele in plaats van technische eisen - uitbesteden van storingsdiensten, - opstellen van uniforme bestrijdingsplannen - private financiering - agentschapvorming.
Bijlage 4
Totaallijst Problemen en Aandachtspunten
Bijlage 5
Totaaloverzicht Problemen en Aandachtspunten
Welke specifieke problemen of uitdagingen komt u tegen of verwacht u bij het beheer van tunnels? - tunnel vraagt veel meer onderhoud dan een gewoon wegvlak - we hebben geen benchmark; we weten niet wat het beheer en onderhoud bij ander tunnels kost - we hebben wel een benchmark; we weten wel wat het beheer en onderhoud bij ander tunnels kost. Navraag bij de diverse dienstkringen wat we aan onderhoud en waar uitgeven - beschikbaar budget houdt geen gelijke tred met kostenontwikkeling - beschikbaar budget houdt geen gelijke tred met kostenontwikkeling, RWS mag zelf niets meer doen. Alle onderhoud moet naar de markt, of dit de juiste werkwijze is? (politiek) - hoe om te gaan met verzoeken van OHD om de tunnel te gebruiken voor calamiteitenoefeningen. Probleem als we dat per tunnel en dus per gemeente 1 keer per jaar toestaan, dan is de Betuwe Route dus 7 maal per jaar gedurende vele uren niet beschikbaar. De zeven tunnels tegelijkertijd oefenen kan ook niet want de centrale bewaking en besturing is slechts uitgelegd voor 1 calamiteit tegelijk. En als infrastructuurbeheerder hebben we contracten richting vervoerders waarin de beschikbaarheid is vastgelegd en zo'n lange niet beschikbaarheid past daar niet in. Het is wel een specifiek Prorail probleem maar een algemeen beleid over het toestaan van tunnels voor calamiteitenoefeningen speelt denk ik voor de hele doelgroep van de workshop - bereikbaarheid voor onderhoud - beschikbaarheid onderhoud uit te voeren. vanwege verkeersdrukte alleen 's nachts tunnel beschikbaar. Afsluiten buisnoodzakelijk om werkzaamheden uit te kunnen voeren. Omleiding via andere tunnelbuis niet overal mogelijk - blijven voldoen aan veiligheidseisen, die ten gevolge van externe ontwikkelingen en gebeurtenissen vaak zelf nog aan wijzigingen onderhevig zijn
Bijlage 5
- beschikbaarheid van personeel zowel uitvoerend als veiligheid, (spoor) - vanwege ondergronds bouw, beperkte (binnenzijde) of geen (buitenzijde) toegang voor inspecties en uitvoeren van onderhoud - een tunnel wordt pas gebouwd als er een groot infrastructureel probleem opgelost moet worden waarvoor geen andere oplossing bestaat; daardoor wordt een langdurige en betrouwbare beschikbaarheid verwacht - continue waarborg dat veiligheidsprocedures werken en worden nageleefd - problemen met te hoge vrachtwagens en valse meldingen - richtlijnen belemmeren soms oplossingen (voorbeeld de verlichting moet boven de weg maar hoogte probleem kan opgelost door verplaatsen naar zijkant) - verkeerscentrale is erg duur maar wel noodzakelijk voor tunnels - “moeilijke” onderhoudsvensters verhogen de prijs van onderhoud - organisatie is nog niet volledig gericht op publieksgericht opereren, hoe kan dit veranderd worden? - achterstallig onderhoud, en gebrek aan geld om dit structureel op te lossen. (ook noodzaak op te upgraden naar huidige veiligheidsniveau) - “rode rand –richtlijn” niet uitvoerbaar doordat tunnels te krap zijn - weinig budget vrijheid (over meerdere jaren) zodat structurele aanpak moeilijk wordt gemaakt.
Bijlage 5
Presentatie van Jan de Jeu en Carol Lemmens
Bijlage 6
Presentatie van Wim Brouwer
Bijlage 7