2012
Buurtbemiddeling Assen Jaarverslag
Gemeente Assen Maart 2013
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Inleiding
Blz. 2
Hoofdstuk 2: Werkwijze
Blz. 4
Hoofdstuk 3: Organisatie
Blz. Blz. Blz. Blz. Blz. Blz.
6 6 6 7 7 7
Blz. Blz. Blz. Blz. Blz. Blz. Blz. Blz. Blz.
8 8 9 10 11 12 13 14 15
Projectgroep buurtbemiddeling Voorlichting Naamsbekendheid buurtbemiddeling Landelijk Netwerk Linked In
Hoofdstuk 4: Resultaten Aantal meldingen per wijk Aard van de klachten Meldingen via verwijzers Verdeling conflictmeldingen in huur / koop Type Woning Leeftijd melders Samenstelling huishoudens Bemiddelingsproces
Hoofdstuk 5: Ontwikkeling van het instrument Buurtbemiddeling Groepsbemiddeling
Blz. 17 Blz. 17
Hoofdstuk 6: Aanbevelingen en conclusies
Blz. 18
Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
Blz. Blz. Blz. Blz. Blz.
1; 2; 3; 4; 5;
Proces- en categorie indeling Artikel Telegraaf d.d. 17-10-2012 Artikel Libelle Artikel Asserjournaal d.d. 03-11-2012 Artikel Drenthe Journaal d.d. 08-11-2012
1
19 20 21 22 23
1. INLEIDING Voor u ligt alweer het vijfde jaarverslag van buurtbemiddeling Gemeente Assen. Buurtbemiddeling is speciaal bedoeld voor een vroegtijdige aanpak van problemen. Onafhankelijke buurtbemiddelaars helpen buren of buurtgenoten die met elkaar in conflict zijn of ruzie hebben om het onderlinge contact te herstellen en afspraken te maken die voor beide partijen aanvaardbaar zijn. In Assen heeft deze aanpak al sinds eind 2007 veel succes. In steeds meer gemeenten in het land komen Buurtbemiddelingsprojecten. Het aantal groeit gestaag. Het aantal buurtbemiddelingsorganisaties per 31 december 2012: 157 projecten in 174 gemeenten Ten opzichte van 2011 betekent dit een groei van 5 projecten en 12 gemeenten
NIEUWE AANVRAGEN IN 2012 VOOR ERKENNING Voor 16 projecten is er een aanvraag ingediend in 2012. Hiervan zijn 14 projecten erkend. Assen valt ook hieronder.
2
Ook in Assen bloeit Buurtbemiddeling. Harde muziek, slaan met deuren en bonken op de trap, blaffende honden, overhangende takken, auto’s op de stoep. Veel mensen hebben wel eens last van hun buren. Dit hoeft gelukkig lang niet altijd tot langdurige problemen te leiden. Soms lopen de irritaties echter zo hoog op, dat er een ogenschijnlijk onoplosbaar conflict ontstaat en de situatie steeds onprettiger wordt. Het risico op escalatie en strafbaar gedrag groeit, maar vaak gaat het niet zo ver dat justitie of politie moet worden ingeschakeld. Dan kan Buurtbemiddeling uitkomst bieden. Er kwamen het afgelopen jaar 79 aanmeldingen binnen en een twintigtal telefoontjes/e-mail met verzoek om advies en informatie voor problemen waar Buurtbemiddeling niet voor geschikt was, maar die wel aandacht vroegen. Dit mede naar aanleiding van de flyer die we huis aan huis verspreid hebben. De meeste meldingen heb ik doorverwezen naar de daarvoor geëigende professionals. Ook vanuit andere gemeenten wordt gevraagd om buurtbemiddeling (Borger-Odoorn, Aa en Hunze, Diever en Meppel). De gemeente Borger-Odoorn wil starten met buurtbemiddeling, vanuit het College en vanuit de politie, daarvoor hebben we voorlichting gegeven. Ook kwam er uit Norg een verzoek om buurtbemiddeling, dat hebben we met informatie en advies opgelost. Er is ook vanuit het Openbaar Ministerie een aanvraag om bemiddeling gekomen, die we met succes hebben kunnen afsluiten. De 79 aanmeldingen dit jaar leidden tot 10 bemiddelingsgesprekken met beide buren aan tafel. In 10 situaties werd een verbetering bereikt via een intakegesprek of een coachgesprek met één van de buren. 19 keer is iets opgelost via informatie en advies. Er zijn ook drie groepsbemiddelingen geweest. Verdere details over de aanmeldingen en de resultaten in 2012 kunt u lezen in hoofdstuk 4 van dit jaarverslag.
3
2. WERKWIJZE Buurtbemiddeling werkt met goed getrainde vrijwilligers: de buurtbemiddelaars. Zij luisteren naar het verhaal van beide partijen en proberen hen samen aan tafel te krijgen. Vervolgens leiden zij het bemiddelingsgesprek. De buurtbemiddelaars geven geen oordeel en kiezen geen partij. Bovendien geven zij geen adviezen en leggen geen oplossingen op. Alles wat besproken wordt houden zij vertrouwelijk. De bemiddelaars helpen de buren de angel uit het conflict te halen en zelf een oplossing te vinden die voor beiden aanvaardbaar is. Het bemiddelingsproces start met een telefonisch intakegesprek van de coördinator met de persoon die een oplossing wil voor zijn probleem met de buren. Het contact met deze eerste partij komt in de meeste gevallen tot stand na via verwijzing van een instantie als woningbouwcorporatie, politie, gemeente of maatschappelijke dienstverlening. Soms is de aangeklaagde buur, de tweede partij, ook verwezen, maar noodzakelijk is dat allerminst. Ook nemen mensen op eigen initiatief contact op met Buurtbemiddeling. De volgende stap is een bezoek van een team, bestaande uit twee bemiddelaars, aan de eerste partij. Wanneer deze partij bemiddeling wenst, benaderen de bemiddelaars de tweede partij. Als ook de tweede partij bemiddeling wenst, volgt een bemiddelingsgesprek met beide partijen aan tafel. Dit gesprek vindt plaats op neutraal terrein, meestal in een wijkcentrum, en wordt geleid door de betreffende bemiddelaars. Bijna altijd blijkt één bemiddelingsgesprek van 1,5 uur voldoende om tot een oplossing te komen. Na ongeveer 6 weken nemen de bemiddelaars contact op met partijen om te horen of ze nog steeds tevreden zijn. Na een geslaagde bemiddeling blijkt het contact tussen de buren dan meestal weer normaal te verlopen en is de rust weergekeerd. De interventie van Buurtbemiddeling kan bij elke stap in het proces eindigen. Zo komt het voor dat de eerste partij, na het telefonische intakegesprek met de coördinator, toch nog eerst zelf met de buren gaat praten, of dat hij/zij wil afwachten hoe de situatie zich ontwikkelt. Ook komt het voor dat de tweede partij weigert of besluit om zelf met zijn of haar buren te gaan praten. Verder kan blijken dat de situatie zich niet leent voor Buurtbemiddeling, of dat een van beide partijen niet bereid is om mee te werken aan bemiddeling. Tenslotte kan het proces eindigen doordat een van de buren besluit te verhuizen. Het blijkt ook nodig om aandacht te besteden aan psychische problematiek. Mensen met deze achtergrond worden steeds meer in de wijk geplaatst en krijgen daar de zorg (extramuralisering) die zij voorheen in een instelling kregen. Ook wordt er gekort op dagbesteding, waardoor mensen meer thuis zitten. Meestal gaat dat goed, maar er zijn mensen die overlast in de buurt veroorzaken. Als niet tijdig wordt ingegrepen kan dit uitmonden in extreme woonoverlast. Buurtbemiddeling kan hier in een vroegtijdig stadium een rol spelen. Maar het valt buiten het officiële werkkader dat ooit is opgesteld (oa. geen psych. problematiek, geen verslaving, geen geweld et cetera: de grijs-gebied zaken). In die tijd was er nog geen extramuralisering in de zorg gaande. Bij veel projecten speelt de vraag: Kan buurtbemiddeling deze mensen, maar bovenal de mensen die er om heen wonen en overlast ervaren, uitsluiten van het gebruik maken van buurtbemiddeling? De toename van complexe zaken waarin psychische problematiek een rol speelt, heeft invloed op de rol van de coördinator. Hoe herken je deze mensen, en hoe sta je ze te woord, en hoe gaan de vrijwilligers een gesprek aan? Er is bijvoorbeeld sprake van veel borderliners, mensen met autisme, verslaving, ADHD, licht verstandelijke handicap (LVG). Iemand noemt als voorbeeld dat borderliners buurtbemiddeling kunnen gaan misbruiken als een soort ‘het spijt
4
me’- fenomeen. Partij B zit daar niet op te wachten. Of er zijn melders met een LVG die ieder half jaar terugkomen. Ook dat kost tijd en aandacht. Een probleem is dat in de intake niet altijd blijkt wat er speelt. Zeker als de psychisch kwetsbare een zelfmelder is en dus niet is doorverwezen door corporatie of politie. Meestal komen de bemiddelaars er in hun eerste gesprek pas achter. Het wordt voor bemiddelaars steeds moeilijker om een zaak op te lossen. Voor hen moet het wel leuk blijven. Als in de telefonische intake al blijkt dat er een probleem speelt, willen veel coördinatoren toch wat ondernemen. Dit soort bemiddelingen kost veel tijd, er wordt veel gependeld en gecoacht. Ook gaat er tijd zitten in de warme doorverwijzing (die echt “warm” is, dus je neemt uitgebreid de tijd om de zaak over te dragen aan de geschikte hulpverlening). Het kost dus meer uren om de zaken in het grijze gebied aan te pakken en dat kan ten koste gaan van de ‘gewone’ aanmeldingen. De GGZ heeft over de diverse psychische ziektebeelden een presentatie gehouden.
5
3. ORGANISATIE De buurtbemiddelaars zijn vrijwilligers die werken onder verantwoordelijkheid van een betaalde coördinator. Voordat zij aan het werk gaan krijgen de bemiddelaars een basistraining in actief luisteren en conflictbemiddeling. Buurtbemiddelaars werken in tweetallen van wisselende samenstelling. Beginnende vrijwilligers gaan de eerste paar keer met een ervaren bemiddelaar op pad. Aan teambuilding en deskundigheidsbevordering wordt gewerkt via bijeenkomsten (7x in 2012), waarbij, naast uitwisseling, intervisie en verdieping plaatsvindt. In maart is de cursus “groepsbemiddeling” aangeboden aan de vrijwilligers. Ook geven de vrijwilligers zelf presentaties en voorlichting aan elkaar. In 2012 bestond het team uit 24 buurtbemiddelaars. In de loop van het jaar zijn 3 vrijwilligers gestopt. Zij waren te druk met andere bezigheden. Tevens hebben 6 personen de basistraining buurtbemiddeling gevolgd. Nog steeds melden mensen zich aan om buurtbemiddelaar te worden. Mede door verspreiding van de folder ,die door de hele stad verspreid is, voorlichting en artikelen in de media melden mensen zich spontaan aan. Er vindt wel een selectieproces plaats, omdat niet iedereen zonder meer geschikt is. Een enkele keer leidt dit tot een afwijzing. Er is ook aandacht voor andere leuke activiteiten, in het kader van teambuilding, samen koken en een wereldspelmiddag. Er is 20 uur per week een coördinator Buurtbemiddeling werkzaam. Zij begeleidt de bemiddelaars, voert telefonische intakegesprekken en zet de bemiddelingszaken uit bij de bemiddelaars. Het geven van voorlichting en presentaties hoort ook tot de taken. Daarnaast onderhoudt ze frequent contact met betrokken medewerkers van verwijzende instanties, zoals politie, woningbouwcorporaties, gemeente (ook vanuit het Klant Contact Centrum) en Stadstoezicht. Er is een registratiesysteem van het Centrum Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV), waar nu ook de vrijwilligers hun eigen aantekeningen bij casussen in kunnen zetten en bijwerken. Ieder heeft nu een wachtwoord, dat scheelt nogal wat administratieve tijd, hoewel het inwerken in het systeem niet zo eenvoudig is. Hierover hebben de vrijwilligers een voorlichting gekregen. Ook zijn in 2012 diverse voorlichtingen gegeven over onder andere het GGZ en de diverse ziektebeelden waar men mee te maken zou kunnen krijgen en de werkzaamheden van de wijkagenten. Er is een excursie geweest naar het politiebureau. PROJECTGROEP BUURTBEMIDDELING De Projectgroep Buurtbemiddeling bestond in 2012 uit de dames Dialla Akop/Hannah van der Feen (gemeente) en Gea Veldmeijer (Actium) en de heren Eric op ’t Eijnde (Noordermaat) en Harry Mulder (politie). De projectgroep is in 2012 niet bij elkaar geweest, de meeste zaken zijn per mail en met één op één gesprekken afgehandeld. VOORLICHTING Instanties als woningcorporaties, maatschappelijk werk, politie en gemeente (o.a. KCC, Meldpunt en Stadstoezicht) vervullen een belangrijke rol als verwijzer. In verband daarmee onderhoudt de coördinator frequente contacten met betrokken medewerkers. Afgelopen jaar zijn ook nieuwe contacten gelegd en is er voorlichting gegeven over de mogelijkheden om naar Buurtbemiddeling te verwijzen (o.a. bij de Lionsclub). Ook stonden we op de vrijwilligersmarkt en het wijkfeest Assen Oost met een informatiestand.
6
NAAMSBEKENDHEID BUURTBEMIDDELING Het geven van bekendheid aan de mogelijkheden van Buurtbemiddeling vraagt voortdurende aandacht. Diverse middelen worden hiervoor ingezet oa: - Tips voor gesprek met de buren - Het plaatsen van een artikel in de Libelle - Berichten van de Brink - Diverse artikelen in wijkkranten LANDELIJK NETWERK Het Centrum Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) heeft de rol van landelijk aanspreekpunt voor Buurtbemiddeling. Hieronder vallen activiteiten als het verspreiden van de ‘best practice Buurtbemiddeling’, kwaliteitsborging, monitoring en het doorontwikkelen van het instrument. Op dit moment zijn er van de 443 gemeenten 174 gemeenten die aan Buurtbemiddeling doen en het aantal neemt nog steeds toe. De coördinatoren van deze projecten organiseren zelf regiobijeenkomsten. In 2012 waren dit er 3. Buurtbemiddeling Assen valt onder de regio Noord (met o.a. Leeuwarden, Groningen, Assen, Hoogeveen, Heerenveen, Hoogezand Sappemeer, Drachten en Midden-Drenthe). De coördinatoren ondersteunen en informeren elkaar over hun werkwijze, begeleiden nieuwe initiatieven en doen aan deskundigheidsbevordering. Het CCV organiseerde 3 landelijke bijeenkomsten voor vertegenwoordigers van de regiobijeenkomsten, waarvan Assen 1 bezocht. Linked In De coördinator van Assen heeft op Linked In het initiatief genomen een groep coördinatoren buurtbemiddeling op te richten zodat we informatie kunnen uitwisselen en aan kennisoverdracht kunnen doen via internet. Inmiddels zijn 94 van de 152 coördinatoren in Nederland deelnemer. Er hebben inmiddels diverse discussies plaatsgevonden op Linked In. Daarnaast heeft de coördinator van Assen eind 2011 ook een groep buurtbemiddeling opgericht, waar bemiddelaars en andere geïnteresseerden zich kunnen aanmelden voor uitwisseling, informatie en discussie. Deze groep begon met 7 leden en heeft zich inmiddels uitgebreid naar 72 leden.
7
4. RESULTATEN
Toelichting:
AANMELDINGEN: Centrum Noorderpark Marsdijk Assen – Oost Baggelhuizen Lariks Peelo Kloosterveen Pittelo Wapse
: : : : : : : : : :
10 17 3 15 7 6 8 6 6 1
Totaal
: 79
Het aantal aanmeldingen in 2012 was 79. De aanmeldingen kwamen uit alle stadsdelen. De wijk Noorderpark stond in 2012, net zoals in 2011, bovenaan in de meldingen, gevolgd door Assen-Oost. Sommige wijken in Assen zijn sociaal economisch minder sterk dan andere wijken. Ook de bereidheid om door te verwijzen en tot Buurtbemiddeling over te gaan kan in de ene wijk groter zijn in een andere wijk, net als mondigheid. Het aantal meldingen in Marsdijk is afgenomen, in Baggelhuizen toegenomen. In 2011 waren er 78 meldingen in totaal. Ongeveer gelijk dus.
8
21 17
12
12 9
8
13 11 7
6
6 3
1
1
Toelichting: Problemen met betrekking tot geluidsoverlast van personen waren groot dit jaar, evenals pesten/schelden en bedreiging. Als je deze klachten bij elkaar op telt, staan ze met stip bovenaan. Een grote toename weer in vergelijking met vorig jaar. Mensen krijgen een korter lontje, worden bedreigender voor de medemens en gedragen zich huftiger. Dierenoverlast is iets verminderd. Tuinproblemen bleven gelijk, wel aardig hoog. Het netjes houden van de tuin wordt ook minder.
9
36
20 12 7 4
Toelichting: Er zijn in totaal 79 meldingen binnengekomen, dat is er eentje meer dan in 2011. Er zijn 43 meldingen van verwijzers en 36 van mensen zelf. Vorig jaar was dat ongeveer hetzelfde. De meeste verwijzingen kwamen van de politie, net als in 2011. Het verschil met de melders van de woningcorporatie(s) en gemeente is groter geworden.
10
79
52
27
Toelichting:
In tegenstelling tot vorig jaar is er een minder evenwichtige verdeling tussen huur- en koopwoningen. Toen was het gelijk. Er zijn nu meer huurwoningen betrokken bij meldingen. Er zijn meer overlastmeldingen en minder goed tuinonderhoud bv, betekent dat dat huurders onverschilliger worden en niet meer zo goed op huis en haard passen? Hun mondigheid mondt uit in schelden en treiteren, kortere lontjes. Het kan ook een link hebben met de economische crisis, meer mensen zonder werk, dus meer geluidsoverlast?
11
56
22
1
Toelichting: Het blijkt dat de meeste conflictmeldingen voorkomen bij eengezinswoningen. Ten opzichte van 2011 is dit ongeveer gelijk gebleven. De verwachting zou eerder zijn dat het wonen in een flat/appartement meer aanleiding tot conflicten zou geven. In flats is echter gauwer sprake van corrigerend gedrag naar buren toe, bijvoorbeeld bij geluidsoverlast trekt men sneller aan de bel bij de buren.
12
27
.
24 17
9 2
Toelichting: De conflictmelders bij Buurtbemiddeling komen in alle leeftijdsgroepen voor. Er is een redelijke spreiding, met als grootste groep de mensen tussen de 40 en 60 jaar. Dit is hetzelfde als vorig jaar. Beneden de 20 jaar zijn er in 2012 twee meldingen geweest, tegen geen enkele melding in 2011.
13
21
22
23
7
5 1
Toelichting: De mensen met kinderen, paren zonder kinderen en éénpersoonshuishoudens melden zich nu het meest bij Buurtbemiddeling. Er is daartussen niet veel verschil. Het aantal éénpersoonshuishoudens neemt toe in Nederland, door scheiding, langer zelfstandig wonen, extramuralisering van psychiatrische bewoners, etc. Dus dan is het ook logisch dat deze groep in aantal toeneemt bij meldingen.
14
19
12 9
11
10
3
4 2
4 1
2
1
1
Toelichting:
Er kan geconcludeerd worden dat in 43 van de 79 meldingen Buurtbemiddeling een positieve oplossing heeft bereikt. Dat is 55 %. Onder positieve oplossing wordt verstaan: - meldingen die hebben geleid tot aanpassen van de woonsituatie/verhuizing : 3 - meldingen die zijn opgelost door informatie en adviezen te verstrekken : 19 - meldingen die zijn opgelost na huisbezoek / intakes : 9 - meldingen die door een bemiddelingsgesprek zijn opgelost : 10 - melding die zijn opgelost door coaching of melder zelf : 2 Opgelost door een bemiddeling via Buurtbemiddeling wil zeggen dat er daadwerkelijk een bemiddelingsgesprek met ondersteuning van 2 buurtbemiddelaars heeft plaatsgevonden. Het gaat daarbij om 10 geslaagde bemiddelingen. In 2011 was het oplossingspercentage 62%, iets meer dus. Het aantal “moeilijke”casussen neemt toe, daardoor is de oplossing ook niet altijd even dichtbij. Toch zijn we zeer tevreden.
15
Buurtbemiddeling heeft niet alleen een oplossende en ondersteunende taak maar ook een doorverwijs taak. Er is sprake van een goed netwerk. Doorverwezen wordt naar instanties als kernteam, politie, woningcorporatie, Oggz netwerk, mediation (bij zakelijk geschil) of gemeentelijke instantie. Het is een warme overdracht. Dit is in 12 gevallen gebeurd, je zou kunnen zeggen dat het dan ook is opgelost, maar mag je het zo beschouwen? Mensen worden wel verder geholpen. De benchmark van het CCV gaat hier wel van uit. Dat zou betekenen dat de oplossing 82% is. Partijen weigeren bemiddeling soms uit onwil (men wil niet met de ander om tafel), maar ook uit angst voor represailles. Dit wordt de verwijzer altijd gemeld. Er wordt ook altijd een folder achtergelaten, zodat mensen op een eerdere weigering terug kunnen komen.
16
5. ONTWIKKELING VAN HET INSTRUMENT BUURTBEMIDDELING Afgelopen jaar is verder gewerkt aan het doorontwikkelen van het instrument “groepsbemiddeling” bij Buurtbemiddeling: GROEPSBEMIDDELING HOUDT IN:
Voor situaties bij buurtbemiddeling waarbij er een conflict is tussen meerdere partijen, bijvoorbeeld de bewoners van zes portiekwoningen die meningsverschillen hebben of een hele buurt is tegen één bewoner, dan kan een groepsbemiddeling uitkomst bieden. Groepsbemiddeling is in zekere zin ingewikkelder dan (buurt)bemiddeling tussen twee partijen. Soms spelen er meer of andere krachten een rol (denk aan roddel en het opstoken tegen elkaar). De training (in maart 2012) ging dieper in op de extra stappen in de bemiddeling en de mogelijkheden om een groepsbemiddeling gestructureerd aan te pakken. De problematiek waarmee de bemiddelaars tijdens sommige bemiddelingen te maken krijgen vraagt niet alleen om een inhoudelijke verdieping maar ook om zelf beter met de conflicten en problematiek om te gaan. Tijdens een deel van het programma was ruimte voor een emotioneel-mentale training om ze weerbaarder te maken.
17
6. AANBEVELINGEN EN CONCLUSIES. Buurtbemiddeling blijft succesvol, we bestaan inmiddels 5 jaar, sinds november 2007. Net als in de voorgaande jaren heeft de projectcoördinator heeft veel tijd gestoken in het ontwikkelen van nieuwe vormen van Buurtbemiddeling en de training en begeleiding van (nieuwe) vrijwilligers. Er is nog steeds een wachtlijst voor bemiddelaars. De evaluatiecriteria zijn ruimschoots gehaald. Ook zijn de organisatie, de PR, de werving, training en begeleiding volgens plan verlopen. Buurtbemiddeling bestaat voor een groot deel ook uit administratieve handelingen, zoals registratie, notulering, post, etc. naast de reguliere intakes, monitoring en bemiddelingsadministratie. In verband daarmee is adequate administratieve ondersteuning een “must”. Die ondersteuning wordt als vrijwilliger door mevrouw Iwona Douwes verricht, waarvoor onze hartelijke dank. Bij afwezigheid van de coördinator is de heer Willem Krouwel als vrijwilliger altijd bereid tot vervanging, ook hiervoor onze dank. Daarnaast wordt er door de noordelijke coördinatoren een beroep op elkaar gedaan, bij drukte en vervanging bijvoorbeeld. Buurtbemiddeling is een succes als buren leren om op de één of andere manier weer verder te kunnen met elkaar. Het draait niet alleen om de opgeloste burenruzies, maar ook om het verwerven van nieuwe inzichten, om buren die de confrontatie aandurven, om het ophelderen van misverstanden, om nieuwe kennis over andere cultuur of leefwijze, om te leren onderhandelen. Dit is tot nu toe goed gelukt. Vaak worden conflicten opgelost na een adviesgesprek met de coördinator of na het intakegesprek met de bemiddelaars. Een buurtbemiddelingsgesprek is dan niet eens meer noodzakelijk. Aandacht moet besteed worden aan de 2e partij, wanneer deze niet mee wil werken, gaan we dan pendelen? We hebben een aantal mensen gecoacht in het omgaan met de problematiek, soms met warme doorverwijzing naar professionele hulpverlening. Ook hebben we aandacht besteed aan groepsbemiddeling, wat heeft geresulteerd in 3 groepsbemiddelingen in het afgelopen jaar. In 2013 gaan we met pendelbemiddeling door middel van verdiepingstraining aan de slag. Wel wordt het jaar 2013 spannend in het kader van de gemeentelijke ontwikkelingen zorg en welzijn. Blijft buurtbemiddeling binnen de gemeentelijke organisatie of wordt ze onderdeel van een nieuwe welzijnsorganisatie? Assen, maart 2013 Gea Smith
18
BIJLAGE 1
19
BIJLAGE 2
20
BIJLAGE 3
21
BIJLAGE 4
22
BIJLAGE 5
23