Raadsinformatie Datum:
31 oktober 2014
Aan:
Gemeenteraad van Hof van Twente
Kopie aan: Van:
Burgemeester en wethouders van Hof van Twente
Voor informatie:
Richard Klein Tank, Concernstaf
Onderwerp:
Beantwoording vragen begroting/2e berap commissie 21 oktober
1. Samenvatting In de commissie Algemeen van 21 oktober 2014 is gesproken over de 2e berap 2014 en de programmabegroting 2015. De nog resterende vragen worden beantwoord in deze memo. 2. Inhoud 1. Bruggen: info over aanpak, kosten en bijdrage van Rijkswaterstaat Zodra er meer duidelijkheid is over de uitkomst van het BO MIRT (Bestuurlijk Overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport) inzake kostenverdeling, volgt een afzonderlijk raadsvoorstel. 2. Eindrapportage KunstWerk incl. financiën Het project KunstWerk Diepenheim bevindt zich in de laatste fase. Alle werkzaamheden worden dit jaar opgeleverd. De eindrapportage KunstWerk zal worden aangeboden aan de raad in het voorjaar van 2015. De financiële haalbaarheid van de exploitatiebegroting is in een raadsmemo van 8 januari 2013 beschreven. De exploitatie wordt geagendeerd in de komende stuurgroepvergadering Kunstwerk. 3. Memo specificatie € 249.000 aangegane verplichtingen transities Het bedrag van € 249.000 komt uit onderstaande financiële tabel bij de projectrapportage. Begroting en realisatie Transities datum: augustus 2014 Totaal kosten
Dekking middels raadsbesluit
Uitgegeven
Aangegane verplichtingen
Verplichtingen nog aan te gaan
Totaal uitgaven
€ 409.000
€0
€ 160.000
€ 249.000
€ 409.000
“RAADSMEMO” is de vorm van actieve informatievoorziening aan de gemeenteraad, waarbij een actuele ontwikkeling of aanvullende informatie wordt meegedeeld door een portefeuillehouder. Een raadsmemo is bedoeld ter kennisname. “RAADSINFORMATIE” is de vorm van actieve informatievoorziening aan de gemeenteraad, waarbij de actuele stand van zaken van een beleidsonderwerp uit programmabegroting/collegeprogramma of van een project wordt beschreven. De raadsinformatie wordt door het college aangeboden aan de raad en wordt standaard geagendeerd voor de eerstvolgende vergadering van de commissie Algemeen of Fysiek.
-2Essentie van genoemd bedrag bij “Verplichtingen nog aan te gaan” is dat het volledige bedrag voor invoering transities vooralsnog beschikbaar moet blijven. Er moeten nog kosten gemaakt worden. Deels zijn deze bekend en is er een verplichting aangegaan. Deels is dit nog niet het geval maar weten we dat er kosten aan zitten te komen. De aangegane verplichtingen van het invoeringsbudget ad € 409.000,00 zijn voor wat betreft de belangrijkste onderdelen en de stand per 26 oktober 2014 in afgeronde bedragen als volgt: Kostensoort Betaling Samen 14 Inhuur extra capaciteit (financiën, beleid en ICT) Communicatie en Hofpanel Kosten meldpunt 2014 Diversen Totaal aangegane verplichtingen
Bedrag 63.000 100.000 30.000 30.000 5.000 228.000
Dit bedrag is door tijdsverloop inmiddels € 68.000,00 hoger dan het bedrag van € 160.000 genoemd in de 2e bestuurdersrapportage. Blijft over een bedrag van € 181.000 voor “ verplichtingen nog aan te gaan”. Dit budget is onder meer nodig voor dekking kosten in 2014 en 2015 op het gebied van: - Opleiding en training van kennis en vaardigheden - Extra inzet personeel (tijdelijk) voor met name herindicaties en extra werkzaamheden in het overgangsjaar. 4. Waarvoor wordt het reconstructie budget ingezet? Het reconstructiebudget wordt ingezet om bij rioolvervangingsprojecten ook enigszins iets te kunnen doen aan de herinrichting van de bovengrond. Daar waar de inrichting van de bovengrond gedateerd is zijn geen structurele middelen binnen groen en verharding aanwezig om mee te gaan. In de afgelopen jaren is een aantal projecten uitgevoerd waarbij in eerste instantie alleen de riolering zou worden aangepast. Op aandringen van de omgeving is hierbij soms ook de bovengrondse inrichting (straten, pleintjes, parkeerplaatsen, openbaar groen o.a. vervangen beplanting en bomen, openbare verlichting) aangepast. Voorbeeld uitgevoerd Koekoek Markelo, Regenwicestraat Diepenheim, Borculoseweg Diepenheim. Dit is echter ten koste gegaan van de post groot onderhoud. Recent voorbeeld is de Nieuwstraat in Delden waarbij in eerste instantie geen herinrichting was voorzien. Op verzoek vanuit de buurt en de gemeenteraad is uiteindelijk incidenteel geld gezocht. Voor het plan Stokkummerweg in Markelo is geen geld voor vervanging van beplanting in de groenexploitatie beschikbaar, terwijl de bomen gaan verdwijnen. De komende jaren komen meerdere rioolprojecten aan de orde waarbij een zelfde discussie zal gaan spelen. Denk aan Hooijerinck fase 2, Oranjebuurt Delden. Uit de uitvoeringsplannen GRP voor de komende jaren zullen meerdere projecten volgen. Op een vervangingsinvestering voor riolering van 2 tot 2.6 in project Nieuwstraat is een opslag van 15 % nodig voor de aanpassingen van de bovengrond. Deze 15% loslatend op een investeringsvolume van € 2mln per jaar levert een jaarlijks bedrag op van € 300.000. Dit bedrag is voor 2015 als eenmalig bedrag opgevoerd. 5. Bespreking Nota reserves en voorzieningen De nieuwe nota reserves en voorzieningen wordt in het voorjaar 2015 voor behandeling aangeboden aan de raad. Het college heeft hiervoor een algehele screening van alle reserves en voorzieningen gemaakt. Het is onze bedoeling ook de raad in de gelegenheid te stellen een principiele discussie te kunnen voeren over met name de vraag: Van welke reserves (bestaand of nieuw) vinden we het toekomstgericht wenselijk om ze in stand te houden? Evenals in 2011 is voorzien of de nieuwe Nota reserves en voorzieningen gelijktijdig in procedure te brengen met de geactualiseerde Nota risicomanagement en Nota grondbeleid.
-36. Uitleg systematiek financiering kunstgrasveld Markelo (kapitaallasten, besparing onderhoud) De totale kosten ad € 502.150 worden geactiveerd. De onderlaag (€ 241.032) wordt afgeschreven in 30 jaar en de toplaag (€ 261.118) in 15 jaar. Hierbij wordt gerekend met het renteomslagpercentage van 3,5%. Het renteomslagpercentage wordt gebruikt voor alle investeringen. Voor dit kunstgrasveld is een afschrijvingsreserve ingesteld ten laste van de reserve Majeure Projecten. Dit houdt in dat de kapitaallasten (rente en afschrijving) worden gedekt uit deze reserve en geen effect hebben op de exploitatie (begroting). Indien deze afschrijvingsreserve niet wordt ingesteld dan komen de kapitaallasten volledig ten laste van de exploitatie (begroting). Het eerste jaar bedragen de kapitaallasten ruim € 43.000. Deze lasten nemen de komende jaren af. Over de hoogte van de besparing van het onderhoud bestaat op dit moment nog geen duidelijkheid, omdat er nog overleg plaatsvindt met Sportclub Markelo over het aantal af te stoten grasvelden en het eventueel door SC Markelo uit te voeren onderhoud aan de velden. Gevraagd is of een alternatief zou kunnen bestaan uit een projectfinanciering. De gemeente hanteert totaalfinanciering zoals is opgenomen in de Nota afschrijvingsbeleid 2013 en werkt niet met het instrument projectfinanciering. Dit houdt in dat er geen afzonderlijke leningen per project worden afgesloten en er altijd met het renteomslagpercentage wordt gerekend. De financieringslasten worden op deze manier evenredig over alle producten verdeeld. Een lagere rente voor een eventuele incidentele lening heeft daardoor nauwelijks invloed op de te berekenen financieringslasten. Een alternatief is niet de financieringsvorm maar de dekking. Een alternatieve dekking zal binnen de exploitatie gevonden moeten worden. Dit betekent dat er alternatieve bezuinigingen moeten worden aangedragen. 7. Toelichten toekomstige vervanging kunstgrasvelden? Het onderwerp toekomstige vervangingen van kunstgrasvelden wordt meegenomen in de gesprekken met partijen over verdere privatisering. 8. Uitleg bezuiniging en afrekening 2014 straatverlichting Wat is de verklaring voor verhoging energiekosten € 45.000 als autonome ontwikkeling bij de 2e bestuurdersrapportage 2014? Hoe wordt de verwachte besparing € 25.000 op onderhoud openbare verlichting gerealiseerd? Verhoging energiekosten € 45.000 Bij het opstellen van het beleidsplan openbare verlichting is voor wat betreft de bepaling van toekomstige energiekosten gekeken naar de werkelijke energielasten over de voorafgaande jaren (2008 t/m 2011). Het gemiddelde bedrag daarvan is als uitgangspunt voor de raming in het beleidsplan gehanteerd. In de jaren daarna zijn afrekeningen van diverse energieleveranciers over meerdere jaren ontvangen. Hieruit bleek dat het gemiddelde bedrag over de voorgaande jaren hoger had moeten zijn. Bij de 2e berap 2014 is de begroting energiekosten aangepast mede op basis van de huidig bekende gegevens over energieverbruik in de afrekeningen over de jaren 2012 en 2013. De besparing op onderhoud openbare verlichting zoals opgenomen in de kadernota 2013 is inmiddels verwerkt in het in 2013 vastgestelde Openbare Verlichtingsplan. Een extra besparing zal leiden tot aanpassing van het Openbare Verlichtingsplan. 9. Beantwoording aankoop gronden € 1 miljoen (is het gebruikt en wat is aangeschaft?) Dit betreft de strategische grondaankoop. Hier is nog niets uitgegeven.
-410. Beantwoording centralisatie gemeentewerf, waarom pas een besparing in 2018 Toelichten besparing op gemeentewerf en waarom pas in 2018? Door centralisatie van de gemeentewerf is de verwachting dat op termijn de kosten van energie, onderhoud, verzekeringen, belastingen zullen verminderen. Op dit moment loopt een onderzoek naar samenwerking buitendienst (project Samen verder). De besparing wordt pas gerealiseerd nadat de nodige investeringen zijn gedaan en daadwerkelijke centralisatie een feit is. Vooralsnog is de beoogde besparing in 2018 ingeboekt. 11. Wat betekent de besparing op Wegen en hoe is de verhouding ten opzichte van het beheerplan? Nadere uitleg proces budgetoverheveling groot onderhoud? Recentelijk heeft de gemeenteraad besloten voor het wegenonderhoud beeldkwaliteitsniveau B te hanteren. Het wegenbeleid en –beheerplan geeft aan dat op dit moment 86% van de gemeentelijke wegen hieraan voldoet. Bij de beeldkwaliteitssystematiek wordt een afwijking van 10% ten opzichte van het afgesproken niveau als acceptabel beschouwd. Conform de CROW systematiek zijn 6% van de gemeentelijke wegen onvoldoende en 8% slecht. Bij het doorvoeren van een structurele bezuiniging op het wegenonderhoud van € 100.000 zal het percentage wegen dat niet aan het door de gemeenteraad vastgestelde beeldkwaliteitsniveau B voldoet, toenemen. In relatie hiermee neemt ook het percentage wegen die volgens de CROW systematiek onvoldoende of slecht zijn toe. Dit heeft risico’s tot gevolg. Hierbij dient gedacht te worden aan mogelijke aansprakelijkheidstellingen en kapitaalvernietiging. Proces uitvoering groot onderhoud wegen: 4e kwartaal 2014 : uitvoeren inspecties en opstellen voorlopig onderhoudsplan 4e/1e kwartaal 2015 : opstellen bestek 2e kwartaal 2015 : aanbestedingsprocedure/gunning 2e/3e kwartaal 2015 : uitvoering Door al in een eerder jaar te starten met de inspecties wordt de budgetoverheveling zoveel mogelijk voorkomen. 12. Beantwoording loonheffing werkkostenregeling Vanaf 2015 geldt de Werkkostenregeling (WKR). Het Rijk wil hiermee vereenvoudiging en administratieve lastenverlichting realiseren. Voor de invoering dient behoorlijk wat in de administratie aangepast te worden. Als we als gemeente door de WKR meer loonheffing moeten afdragen terwijl we gelijktijdig de eis van budgettaire neutraliteit handhaven, dan kan de WKR gevolgen hebben voor aantal en hoogte van (onkosten)vergoedingen. In de risicoparagraaf is opgenomen dat het genoemde financieel risico van € 50.000,- is gebaseerd op een simulatieberekening rekeningcijfers 2010. Dit najaar volgt een nieuwe simulatieberekening. Inmiddels kunnen we constateren dat fiscaal gezien de WKR niet tot een financieel nadeel voor de gemeente leidt. Een versobering van de (onkosten)vergoedingen om die reden ligt niet voor de hand. Wel eindigen met de invoering van de WKR een aantal door de belastingdienst opgelegde (en door de gemeente overgenomen) beperkende voorwaarden rond bijv. het fietsplan. We onderzoeken nog hoe daarmee om te gaan. De WKR is voor het Rijk ook aanleiding geweest om diverse onkostenvergoedingen voor raadsleden en bestuurders die onder de WKR vallen, en dus in het vervolg netto uitgekeerd moeten worden, aan te passen en de lokale overheden verplichte netto-bedragen voor te schrijven. Daarover zijn raadsleden eerder geïnformeerd. 13. Is het mogelijk in plaats van verlaging van de afvalstoffenheffing de middelen in te zetten voor duurzaamheidsmaatregelen? Het antwoord is ja mits deze direct gekoppeld kunnen worden aan de afvalinzameling en verwerking. Verdere uitwerking van deze suggestie kan betrokken worden bij de opstelling van het afvalbeleidsplan. De planning hiervan wordt momenteel uitgewerkt.
-514. Beantwoording marktbenadering bij ongediertebestrijding in relatie tot zorg volksgezondheid. Wat betekent de besparing op ongediertebestrijding? De werkzaamheden op het gebied van ongediertebestrijding betreffen bestrijding van wespen, eikenprocessierups en rattenbestrijding. De besparing op ongediertebestrijding betekent dat uitsluitend de wettelijke taak met betrekking tot rattenbestrijding wordt uitgevoerd. 15. Info aantal verstrekte GPK’s in 2014 Tot nu toe (27-10-2014) hebben wij 105 aanvragen voor een GPK toegekend (19 nieuwe aanvragen en 86 vervolgaanvragen) 16. Kunstelement Cobercofabriek betrekken bij participatie In de verdere uitwerking van de inrichting van het plein zal in het participatietraject rekening worden gehouden met de aanwezige mozaieken. 17. Bij evaluatie GRP doorrekening maken naar rioolheffing en reserve De evaluatie van het gemeentelijk rioleringsplan met doorrekening en gevolgen voor de heffing kan naar verwachting in het eerste kwartaal van 2015 middels raadsinformatie aan de raad worden aangeboden. 18. Beantwoording kostendekkendheid quick scan belastingtarieven. Wat is het beleid in percentage kostendekkendheid en is er nog voordeel te behalen voor de burgers? Het uitgangspunt bij het vaststellen van belastingtarieven is streven naar 100% kostendekkendheid. De gemeente dient een juiste balans te vinden tussen werkelijke kosten, het historisch perspectief, maatschappelijk aanvaardbare tarieven en lastendruk. Binnen de drie titels van de legesverordening is kruissubsidiëring mogelijk. Met kruissubsidiëring wordt bedoeld dat de kostendekkendheid niet op het niveau van afzonderlijke onderwerpen binnen een titel wordt bepaald maar dat de kostendekkendheid van een gehele titel wordt nagestreefd. Zo is het dus mogelijk dat binnen een titel het belastingtarief van een onderwerp hóger maar ook láger is dan 100%; zolang de gehele titel wel onder de 100% zit. Hierop zijn enkele wettelijke uitzondering (zie verderop in dit antwoord). Ter illustratie van het voorgaande wordt verwezen naar het document bij de commissievergadering van 21 oktober “Belastingverordening 2015 Quick Scan”. Zie in dit document bij Titel 1 “Burgerzaken”, onderwerp “Omzetten partnerschap/huwelijk”. Dit onderwerp heeft een percentage van 112,2%; terwijl de kostendekkenheid van deze gehele titel ligt op slechts 98,2%. Indien uw raad voor één of meerdere onderwerpen (en dus op het geheel!) besluit tot een verlaging van het belastingtarief dan betekent dit automatisch dat hiertegenover ook een verhoging van een ander belastingtarief dient te staan van een gelijke financiële omvang om het dan ontstane begrotingsgat te dichten. Anders gezegd: een belastingverlichting op de ene plek, dient te worden opgevangen door een belastingverzwaring op een andere plek. Uitzonderingen Titel1 Binnen titel 1 is kruissubsidiëring mogelijk. Er zijn echter ook tarieven die gebonden zijn aan een wettelijk vastgesteld maximum, dit zijn: Titel 1 -- hoofdstuk 2. Reisdocumenten (hele hoofdstuk) Titel 1 -- hoofdstuk 3 Rijbewijzen onder 1.3.1 en 1.3.3 Titel 1 – hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen onder 1.4.2 Titel 1 – hoofdstuk 9 Overige publiekszaken onder 1.9.1 Titel 1 – hoofdstuk 16 Kansspelen onder 1.16.1.1 t/m 1.16.1.4
-6De wettelijke tarieven zijn maximumtarieven; het is toegestaan om lagere tarieven vast te stellen (uitzondering hierop is legesakten burgerlijke stand onder 1.1.16, dit is een wettelijk verplicht tarief). Titel 3 Titel 3 valt onder de Europese Dienstenrichtlijn (EDR) op basis waarvan kruissubsidiëring wel mogelijk is. De kruissubsidiëring is daarbij echter beperkt tot onderling sterk samenhangende vergunningstelsels binnen titel 3. Dus binnen de evenementenvergunningen is kruissubsidiëring wel mogelijk, maar bijvoorbeeld niet mogelijk tussen evenementenvergunningen en Drank/Horeca-vergunningen. 3. Vervolg De behandeling van de programmabegroting vindt plaats in de begrotingsraad van 11 november 2014.
Burgemeester en wethouders van Hof van Twente, de secretaris, de burgemeester,
mr. G.S. Stam
drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM
