Botuline bij dystonie
Sinds de jaren ’80 van de vorige eeuw is het mogelijk om verschillende vormen van dystonie te behandelen met botulinetoxine. Botulinetoxine wordt vooral als behandeling gebruikt bij focale dystonieën, zoals torticollis, blefarospasme, spasmodische dysfonie, oromandibulaire dystonie en schrijfkramp. In 80 tot 90 procent van de gevallen verbeteren deze aandoeningen door botulinetoxine in de overactieve spieren te injecteren. Na twee tot vier maanden wordt de behandeling herhaald omdat de botulinetoxine dan is uitgewerkt. Bij een dystonie van meerdere lichaamsdelen worden de injecties met botulinetoxine vaak gecombineerd met bepaalde medicijnen.
Wat is Botulinetoxine?
Botulinetoxine is een giftige stof die wordt gemaakt door een bacterie met de naam ‘Clostridium botulinum’. Er zijn twee typen Botulinetoxine beschikbaar: Botulinetoxine type A (namen Botox®, Dysport® en Xeomin®); Botulinetoxine type B (naam Neurobloc®). De preparaten Botox® en Dysport® worden in Nederland het meest gebruikt. Zij hebben een verschillende samenstelling, maar een vergelijkbaar effect. In het Radboudumc wordt Dysport® gebruikt.
• •
Hoe werkt Botulinetoxine?
Botulinetoxine werkt op de plaats waar de zenuwuiteinden verbinding maken met de spiervezels. Het zorgt ervoor dat de zenuw geen signaal, ook wel ‘prikkel’ genoemd, kan doorgeven aan de spier. Dit gebeurt doordat botulinetoxine aan het zenuwuiteinde gaat zitten en voorkomt dat ‘de boodschapper’ een prikkel kan doorgeven aan de spier. Deze boodschapper (ofwel neurotransmitter) heet Acetylcholine (Ach). De prikkeloverdracht is nodig om de spier te laten aanspannen. Na het toedienen van botulinetoxine verslapt de spier.
Toepassing
Botulinetoxine wordt geïnjecteerd in de spier of spieren die zich onwillekeurig samentrekken. Het gaat meestal om één of meerdere spieren. Bij de behandeling met botulinetoxine wordt nauwkeurig bepaald welke spier het probleem veroorzaakt. Afhankelijk van de soort dystonie, verschilt het aantal injecties van een tot twaalf stuks. De behandeling duurt tien tot vijftien minuten en gebeurt poliklinisch.
1
Meestal wordt tijdens de behandeling de spieractiviteit gemeten via de injectienaald die is aangesloten op een zogenaamd EMG-apparaat. Zo kan de arts nog nauwkeuriger de spier(en) vinden en gebieden met veel activiteit opzoeken. Het effect is na één tot twee weken merkbaar, maar verdwijnt weer na twee tot vier maanden. Dit komt omdat de zenuw een nieuwe uitloper vormt met een nieuw zenuwuiteinde, die weer verbinding maakt met de spier. Het nieuwe zenuwuiteinde geeft weer de neurotransmitter af, waardoor de spier opnieuw samentrekt. De behandeling wordt iedere twee tot vier maanden herhaald voor een optimaal resultaat.
Bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook botulinetoxine bijwerkingen veroorzaken. Niet iedereen krijgt deze bijwerkingen. Soms kan een injectie pijn doen of irritatie veroorzaken. Ook kan het voorkomen dat er wat botulinetoxine terechtkomt in een aangrenzende spier, die daardoor ook verslapt. Dit trekt na verloop van tijd vanzelf weg. Bij de behandeling van torticollis kunnen slikproblemen, een droge mond en te slappe nekspieren ontstaan en bij de behandeling van blefarospasme kan het bovenste ooglid omlaag gaan hangen of kunnen droge ogen ontstaan. Een enkele patiënt krijgt griepachtige verschijnselen na de injectie. Er kan een blauwe plek ontstaan op de plaats van de injectie. Als één van deze bijwerkingen ernstig wordt of u moeilijkheden krijgt met slikken, spreken of ademhalen, neem dan contact op met de arts die de injecties gegeven heeft.
Wat zijn de effecten op lange termijn?
Er zijn geen nadelige effecten op lange termijn bekend. Veel patiënten in het Radboudumc krijgen al jaren deze injecties zonder problemen. Wel is het zo dat door de behandeling van torticollis de nekspieren dunner kunnen worden. En bij sommige patiënten neemt het resultaat van de injecties na een bepaalde tijd af. Dit gebeurt bijvoorbeeld doordat het patroon van de dystonie verandert. Of doordat de patiënt antistoffen vormt tegen de botulinetoxine. Als dat mogelijk het geval is, wordt er een test gedaan (de zogenaamde EDB-test).
2
Gang van zaken
Bij voorkeur heeft u eerst een afspraak op de polikliniek Neurologie met een neuroloog die als aandachtsgebied bewegingsstoornissen heeft. Tijdens dat bezoek kan de neuroloog onder andere kijken of de diagnose juist is en wat de behandelmogelijkheden zijn. Wanneer u in aanmerking komt voor een behandeling met botulinetoxine, wordt u verwezen naar de afdeling Klinische Neurofysiologie. De eerste keren dat u behandeld wordt, zoekt de arts uit welke spieren met welke dosering geïnjecteerd moeten worden. Hij of zij streeft ernaar om zo weinig mogelijk spieren met zo min mogelijk botulinetoxine te behandelen. Daardoor kan het effect de eerste keren tegenvallen. Maar op deze manier voorkomt de arts onverwachte bijwerkingen. Tijdens de botulinespreekuren is er alleen tijd voor het geven van de injecties en is er helaas weinig tijd en ruimte om op andere zaken in te gaan. Als u vragen heeft, kunt u daarmee terecht bij uw eigen neuroloog, een verpleegkundig specialist of uw huisarts.
Opleidingsziekenhuis
Het Radboudumc is een opleidingsziekenhuis is. Het opleiden van neurologen, ook in de behandeling met botulinetoxine, is daarom een belangrijke taak van het Radboudumc. Neurologen in opleiding geven alleen injecties onder supervisie van een neuroloog of neurofysioloog. Houd er rekening mee dat u niet altijd dezelfde arts krijgt. In Nederland worden de injecties met botulinetoxine steeds vaker gegeven door gespecialiseerde verpleegkundigen. Dat gebeurt soms ook in het Radboudumc.
3
Ruimte voor uw notities
03-2016-6880
Adres Polikliniek Neurologie Ingang oost Reinier Postlaan 4, route 943 6525 GC Nijmegen Postadres Radboudumc 943 Polikliniek Neurologie Postbus 9101 6500 HB Nijmegen Contact Callcenter Neurologie: 024 - 361 66 00 Bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 8.30-12.45 uur en van 13.15-16.45 uur. E-mailadres:
[email protected] Website: www.radboudumc.nl/bereikbaarheid
Radboud universitair medisch centrum