Borstreconstructie na een amputatie Meer dan een op de tien vrouwen krijgt borstkanker. Tegenwoordig wordt dit steeds vroeger gediagnosticeerd en zijn de behandelmethoden beter geworden. Vaak wordt alleen een deel van het borstweefsel verwijderd (mammasparende therapie) en worden patiënten nabestraald. Soms moet de borst verwijderd worden. Men spreekt dan van een ‘ablatio’ of van borstamputatie. Er worden ook wel preventieve ablatio’s gedaan bij bijvoorbeeld patiënten met een BRCA-1 of BRCA-2 gen mutatie. Het onder- gaan van een ablatio na borstkanker kan een grote impact hebben op de sociale interactie van een vrouw. Er zijn verschillende mogelijkheden voor een borstreconstructie. In deze brochure geven wij een overzicht van de verschillende opties, maar niet alle opties kunnen bij u van toepassing zijn. Tijdens het gesprek met de plastisch reconstructieve chirurg zal duidelijk worden welke methode voor u het beste is.
Op welk tijdstip moet een borstreconstructie plaatsvinden? Meestal is er geen haast bij het nemen van een beslissing over een borstreconstructie. De reconstructie kan in dezelfde operatie plaatsvinden als de ablatio (directe reconstructie), maar kan ook jaren na een ablatio (late reconstructie) nog plaatsvinden. Het heeft duidelijke technische voordelen om een reconstructie te doen tijdens dezelfde operatie waarbij een borst ablatio gedaan wordt. Immers, tijdens de operatie zal het kwaadaardige weefsel verwijderd worden. Indien de huid gespaard kan blijven, zal de huid gebruikt worden om de prothese te bedekken. Als u al een ablatio gehad heeft, en wilt u dan later een reconstructie ondergaan, dan adviseren wij u te wachten tot minimaal zes maanden na de ablatio.
Bezoekadressen: Meander Medisch Centrum Maatweg 3 3813 TZ Amersfoort Locatie Baarn Molenweg 2 3743 CM Baarn Locatie Barneveld (Medisch Centrum de Burgt) Nederwoudseweg 17 3772 TD Barneveld Locatie Nijkerk (De Nije Veste) Oranjelaan 104 3862 CX Nijkerk Postadres: Postbus 1502 3800 BM Amersfoort Telefoonnummers: Algemeen: 033 – 850 50 50 Afspraken: 033 – 850 60 70 KvK Gooi en Eemland: 32082917 www.meandermedischcentrum.nl
In gevallen waarbij een mogelijkheid bestaat op nabestraling is het beter om met de borstreconstructie te wachten tot na de bestraling. Bestraling kan namelijk veel littekenvorming om de prothese geven (een kapsel vormen), wat pijnklachten kan veroorzaken. Na bestraling adviseren wij u minimaal een jaar te wachten voordat een borstreconstructie gedaan kan worden.
Wie komt in aanmerking voor een borstreconstructie? De meeste vrouwen die een borst ablatio gehad hebben, kunnen medisch gezien een reconstructie krijgen. De beste kandidaten zijn de patiënten waar de kanker, voor zover dat bepaald kan worden, volledig verwijderd is.
Wat zijn de voordelen van een borstreconstructie? Een borstamputatie kan invloed hebben op het zelfvertrouwen van een vrouw en de kwaliteit van leven beïnvloeden. Een externe prothese kan zich soms onbedoeld verplaatsen of bij bukken eruit vallen, wat erg vervelend kan zijn. Tevens worden patiënten met een externe prothese ‘s avonds geconfronteerd met de ablatio bij het afdoen van de prothese. Een borstreconstructie kent deze nadelen niet.
Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
Vergoedt mijn verzekering een borstreconstructie? In het algemeen vergoedt de verzekering borstreconstructies. In gevallen waarbij een prothese gebruikt wordt, moet echter eerst toestemming gevraagd worden bij de verzekering. De aanvraag bij de verzekering moet gedaan worden voordat de operatie plaats vindt. Wat zijn de verschillende manieren van borstreconstructie? Er zijn in principe drie manieren om een nieuwe borst te reconstrueren: A. Reconstructie met een prothese (borstimplantaat) B. Reconstructie met de rugspier (LD flap) C. Reconstructie met de huid en spier van de buik (TRAM flap) De keuze is afhankelijk van uw algemene gezondheidstoestand en van uw persoonlijke voorkeur.
A. Reconstructie door middel van een prothese (borstimplantaat) Bij deze methode wordt gebruikt gemaakt van een siliconen prothese. Dit is de meest gebruikelijke methode. Het is belangrijk dat u zich realiseert dat de oude borst niet exact nagemaakt kan worden met de prothese. In een BH oogt een reconstructie met een prothese vaak heel mooi. Zonder BH is er niet het natuurlijke “hangen” van de oorspronkelijke borst. Wat gebeurt er tijdens een late reconstructie met prothese? Als er in het verleden een borst ablatio gedaan is door de chirurg, moet de huid eerst uitgerekt worden met een ballonnetje (tissue expander). De tissue expander wordt geplaatst ter hoogte van het oorspronkelijke litteken. Hierbij wordt de borstspier gedeeltelijk losgemaakt van de ribben. Indien de huid voldoende is uitgerekt, kan de definitieve prothese geplaatst worden. Vaak is dit vier tot zes maanden na plaatsing van de tissue expander. Vervolgens wordt na vier tot zes maanden de definitieve prothese geplaatst. Ook dan wordt het oude litteken weer gebruikt. Na beide operaties heeft u een drain die het overtollige wondvocht kan afvoeren.
Het gebruiken van het oude litteken
De tissue expander wordt onder de borstspier gelaatst
Eindresultaat
Hoe gebeurt het bijvullen van een tissue expander? Twee weken na de operatie beginnen wij met het bijvullen van fysiologisch zout in de tissue expander door middel van een dun naaldje. Dit wordt poliklinisch gedaan zonder verdoving. De grootte van de borst bepaalt uiteraard hoeveel keer de bijvulling moet worden gedaan. Gemiddeld vullen we tussen de zes tot acht keer. Na de laatste bijvulling wordt een geschikte prothese uitgekozen Wij wachten gemiddeld vier tot zes maanden voordat wij de definitieve prothese plaatsen. Dit geeft de huid tijd om te wennen aan de nieuwe positie. 2 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
Wat gebeurt er tijdens een directe reconstructie? In dit geval proberen wij in dezelfde operatie waarin de chirurg de borst ablatio verricht, een prothese te plaatsen. Als de huid te dun is, plaatsen wij eerst een tissue expander, waarbij na vier tot zes maanden alsnog de definitieve prothese geplaatst wordt. Hierbij kan de huid op enkele plaatsen naar binnen getrokken worden om nieuwe “huidplooien”te maken. Deze puntjes trekken binnen enkele weken tot maanden weg. De huid heeft een paar maanden tijd nodig, om de prothese strak aan te trekken. Wie komt niet in aanmerking voor een prothese? 1. Patiënten die in het verleden bestraald zijn of op dit moment bestraald worden, kunnen beter geen prothese krijgen. Wij adviseren dan een methode waarbij de rug of buikvet gebruikt kan worden. 2. Patiënten die om medische redenen niet in aanmerking komen voor een directe reconstructie. Wat zijn de complicaties van deze operaties? Dit kunnen bloedingen, infecties, vocht ophoping of een lelijk litteken zijn. Indien van toepassing, adviseren wij vrouwen te stoppen met roken. Nicotine kan een negatieve invloed hebben op wondgenezing en littekenvorming. Bij directe reconstructies is de kans op complicaties klein (± 6%), mits vrouwen niet roken, geen suikerziekte (diabetes mellitus) hebben en niet te zwaar zijn. Bij vrouwen die wel boven genoemde risicofactoren hebben, is de kans ± 10-15% dat er wel problemen optreden. Daarnaast geldt dat bij kleinere protheses (kleiner dan 400 gram) minder vaak infecties optreden. Indien er een infectie optreedt, kan een antibioticakuur voldoende zijn. Echter soms moet de prothese worden verwijderd. In dat geval laten we de wond vervolgens eerst tot rust komen, waarna wij minimaal drie maanden later opnieuw een prothese kunnen plaatsen. Als patiënten lichaamsvreemd materiaal ingebracht krijgen, ontwikkelen zij een zogenaamd ‘kapsel’ om dit materiaal heen. Dit kapsel kan soms hard worden, zelfs jaren na de plaatsing van de prothese. Dit noemen wij een kapsel contractuur. Als dit kapsel erg hard wordt, kan het gevoelig worden voor de patiënt. In dat geval kan een operatie nodig zijn om het kapsel te verwijderen. Patiënten die bestraald zijn, hebben een verhoogde kans op een kapsel contractuur. Hoe gevaarlijk zijn siliconen prothesen? Er is grondig onderzoek gedaan naar de gevolgen op lange termijn van siliconen. Er is vaak discussie geweest of siliconen reuma-achtige klachten zouden kunnen veroorzaken. De Amerikaanse Vereniging van Reumatologen heeft echter bewezen dat dit onjuist is. De Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) heeft in november 2006 opnieuw grondig gekeken naar alle bewijzen rondom de vraag of er een relatie bestaat tussen bijwerkingen bij vrouwen die een siliconen borstprothese hebben. Dit is niet aangetoond. Het advies van de FDA is te lezen op hun website. Er is meer informatie over borstprotheses te lezen op www.fda.gov/cdrh/breastimplants, maar het is belangrijk te realiseren dat de medische systemen in de Verenigde Staten en Nederland niet helemaal vergelijkbaar zijn. Op de website staat wel waardevolle informatie over de veiligheid van de siliconen prothese. Meer informatie over de voordelen en nadelen van borstprotheses is te vinden op www.breastimplantsafety.org. Hoe lang kunnen de protheses blijven zitten? De nieuwe generatie protheses (uit begin jaren negentig) zijn van betere kwaliteit dan de vroegere protheses. De makers van de siliconen prothesen geven aan dat de nieuwste typen protheses langer dan 25 jaar mee moeten kunnen gaan. Wij adviseren patiënten om na vijftien jaar toch hun protheses radiologisch (bijv met een MRI-scan) te laten onderzoeken. Er is een kleine kans dat de prothese gaat lekken. De chirurg geeft u na de operatie een merknaam en type van de prothese de bij u geplaatst is. Deze moet u zorgvuldig bewaren.
Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
3
Zijn mijn borsten symmetrisch na het plaatsen van de definitieve prothese? Er bestaat een kans dat u na de operatie een asymmetrie van de borsten heeft. Vaak is het dan nodig een borstverkleining van de andere kant te laten verrichten. Dit wordt meestal vier tot zes maanden na het plaatsen van de definitieve prothese gedaan. Wat is de nabehandeling van deze ingreep? Per operatie bent u gemiddeld een tot twee dagen in het ziekenhuis. Na de operatie kunt u pijn hebben. Waarschijnlijk is de eerste operatie pijnlijker, omdat hierbij de borstspier wordt losgemaakt. Tegen de pijn wordt in het ziekenhuis een pijnstiller gegeven. Voor thuis adviseren wij paracetamol, zo nodig maximaal viermaal daags 1 gram paracetamol. De hechtingen zijn oplosbaar. Vaak kunt u al naar huis terwijl de drain nog aanwezig is. Voor ontslag legt de verpleegkundige uit wanneer de drain (om eventueel wondvocht af te voeren) verwijderd kan worden. In principe gebeurt dit als de vochtproductie minder is dan 20 ml/24 uur is. U moet het verband laten zitten tot u bij ons terug komt op de polikliniek. Wij willen u een week na de operatie terug zien op de polikliniek van de Plastische- en Reconstructieve Chirurgie. Leefregels na ontslag Gedurende de eerste twee weken na de operatie adviseren wij u om geen auto te rijden of om te fietsen. De prothese of tissue expander ligt onder de borstspier en door extra wrijving kan de productie van wondvocht toenemen. Na twee weken mag u wel lichte inspanningen verrichten, zoals fietsen. Bij het plaatsen van een tissue expander mag u geen externe borstprothese gebruiken. Dit kan druk op de operatiewond geven. Bij het plaatsen van een definitieve prothese adviseren wij u een goede ondersteunende BH te dragen als het verband verwijderd word (een week na de operatie). Er kan een asymmetrie zijn met de andere kant, en daarom adviseren wij u geen dure BH te kopen, maar bijvoorbeeld een Sloggi. Deze kan uitrekken en ondersteuning geven aan de gereconstrueerde borst en de niet-geopereerde borst. Een beugel-BH mag pas weer gedragen worden drie maanden na de operatie. Na het plaatsen van de prothese adviseren wij u een BH 24 uur per dag te dragen gedurende de eerste vier weken. Dit is niet nodig bij het plaatsen van een tissue expander. Als wij het verband laten verwijderen mag u weer gaan douchen. U mag de eerste twee weken na de operatie niet in bad. De eerste zes weken mag u de arm aan de kant van de tissue expander of prothese niet boven 90 graden heffen (elleboog niet boven schouderniveau) en niet op de buik slapen. U mag wel op uw zij slapen. U mag zes weken geen zware voorwerpen optillen. Hier kunt u denken aan stofzuigen of spullen hoog (hoger dan de schouders) uit een kastje halen. Sportactiviteiten zoals tennissen, hardlopen en zwemmen kunt u beter de eerste zes weken na de operatie niet doen. Na zes weken mag u alles weer rustig gaan opbouwen. U mag twee weken na de operatie de wonden masseren. U mag een littekencrème kopen, maar vaak is een goede handcrème al voldoende.
4 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
B. Reconstructie met de rugspier (LD flap)
Wat is de ‘rugspier-methode’? Bij deze methode wordt de nieuwe borst gereconstrueerd uit huid en spier (musculus latissimus dorsi) van uw rug. Een eiland van huid en spier wordt vrij gemaakt en door een huidtunnel via de oksel naar voren verplaatst. Tijdens deze ingreep krijgt u een 15 cm lange snede op de rug. Het gemis van deze spier heeft niet veel gevolgen. De schoudergordel heeft vele andere spieren met een vergelijkbare functie. De huid van de rug wordt ingezet in het litteken van de borst ablatio. Meestal is de huid van de rug te dun om een borst te creëren die vergelijkbaar is met de andere kant. In dat geval moeten wij ook nog een prothese plaatsen. De operatie duurt gemiddeld twee tot drie uur. Voor wie is deze operatie bedoeld? Patiënten die een ablatio hebben gehad en vervolgens bestraald zijn, komen in aanmerking voor deze methode. Immers, de bestraalde huid is te kwetsbaar om met een tissue expander uit te rekken. Door niet-bestraald weefsel naar de borstregio te verplaatsen, kan er wel weefsel uitgerekt worden met een tissue expander of kan er direct een prothese worden geplaatst. Wat is de nabehandeling van deze operatie? Patiënten verblijven gemiddeld drie tot vijf dagen in het ziekenhuis. Net na de operatie krijgt u een drain in de borst- en de rugregio. Afhankelijk van de hoeveelheid wondvocht dat geproduceerd wordt, mag deze drain weer verwijderd worden. Na de operatie kunt u pijn ondervinden. Wij adviseren u de eerste week na de operatie regelmatig paracetamol te gebruiken. De hechtingen zijn oplosbaar. Vaak kunt u met een drain naar huis. Voor ontslag legt de verpleging uit wanneer de drain verwijderd kan worden. In principe is dat wanneer de vochtproductie minder dan 20 ml/24 uur is. U moet het verband laten zitten tot u bij ons terugkomt op de polikliniek. Wij willen u een week na de operatie terugzien op de polikliniek van de Plastische- en Reconstructieve Chirurgie. Leefregels na ontslag Na het verwijderen van het verband (een week na de operatie) adviseren wij u een goede ondersteunende BH te dragen. Een beugel-BH mag pas weer drie maanden na de operatie gedragen worden. Bij het plaatsen van de prothese adviseren wij u 24 uur per dag een BH te dragen gedurende de eerste vier weken. 5 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
Als wij het verband laten verwijderen, kunt u weer gaan douchen. De wond mag de eerste twee weken niet weken in bad. Gedurende de eerste twee weken na de operatie adviseren wij u niet auto te rijden of te fietsen. De prothese ligt onder de lattisimus dorsi-spier en door extra wrijving kan de productie van het wondvocht toenemen. Na twee weken mag u wel lichte inspanningen verrichten, zoals fietsen. De eerste zes weken mag u de arm aan de kant van de prothese niet boven 90 graden heffen (elleboog niet boven schouderniveau) en niet op de buik slapen. U mag wel op uw zij slapen. Gedurende zes weken mag u ook geen zware voorwerpen optillen. Denk bijvoorbeeld aan stofzuigen of spullen hoog (hoger dan de schouders) uit een kasje halen. Sportactiviteiten zoals tennissen, hardlopen en zwemmen kunt u beter de eerste zes weken na de operatie niet doen. Na zes weken mag u alles weer rustig gaan opbouwen. U mag twee weken na de operatie de wonden masseren. U mag een littekencrème kopen, maar vaak is een goede handcrème al voldoende.
Wat zijn de voor- en nadelen van deze ingreep? Voordelen: De borst wordt gereconstrueerd uit lichaamseigen weefsel. Deze methode kan gebruikt worden bij bestraalde huid. De nieuwe borst heeft een meer natuurlijke vorm dan bij reconstructies waar alleen een prothese gebruikt wordt. Nadelen: Vaak is na deze methode alsnog een prothese nodig. Er is een langere operatietijd vergeleken met operaties waarbij alleen een prothese geplaatst wordt. Er is een langer verblijf in ziekenhuis dan bij de vorige methode. Er is soms kleurverschil. De huidskleur van de rug is iets anders dan van de borst. Er is een extra litteken op rug en een litteken bij de gereconstrueerde borst. Hoe loopt het litteken? Het litteken kan horizontaal of meer verticaal (meer dan 45 graden) lopen. Uiteraard hebben beide sneden voor- en nadelen. Het hangt bijvoorbeeld af van wat voor badkleding u verkiest: een bikini (dan kiest u voor de horizontale snee) of een badpak (dan krijgt u een litteken dat 45 graden wegloopt).
Wat kunnen de complicaties van deze ingreep zijn? 1. Infectie. Erg zeldzaam. 2. Nabloeding. Meestal is geen ingrijpen nodig. Slechts bij ernstige nabloedingen is soms een tweede operatie nodig om de bloeding te stoppen. 6 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
3. 4. 5. 6. 7.
Seroom (dit is een ophoping van extra wondvocht op de rug). Deze kan meestal niet-chirurgisch behandeld worden. Vet necrose. Zeldzaam. Tijdens vet necrose zijn er (vet-) gebieden in de “nieuwe” borst die niet genoeg bloed krijgen. Dit weefsel wordt harder en kan, indien nodig, eventueel later worden verwijderd. Volledig afsterven van weefsel. Zeldzaam. Soms zijn er kleine gebieden die niet genoeg bloed krijgen waardoor er kleine wondjes ontstaan. Dit geneest meestal zonder problemen. Krachtsverlies van de schouder. Het gemis van de rugspier heeft niet veel gevolgen. Bij jonge patiënten die erg fanatiek sporten (bijvoorbeeld zwemmen) is dit misschien geen goede optie. Problemen met wondgenezing (ongeveer 2% van patiënten).
C. Reconstructie middels de huid en spier van de buik (TRAM flap) Wat is een TRAM-flap? Het kan gebeuren dat een vrouw aangeeft dat zij absoluut geen prothese wil hebben en dat zij graag alleen haar eigen weefsel wil gebruiken voor een reconstructie. Door gebruik te maken van huid en spieren van de buik kunnen we een dergelijke borstreconstructie verrichten. Dit noemen we een ‘transverse rectus abdominus myocutaneus’-flap, ofwel een TRAM-flap. Deze methode is voor het eerst in 1982 beschreven en is wereldwijd de meest gebruikte methode als er niet voor een prothese gekozen wordt. Bij de buik is vaak voldoende weefsel aanwezig om een volledige borst te reconstrueren. Bij deze methode wordt in één procedure de huid en de vulling van de borst gereconstrueerd. De huid en onderliggende spier worden als een zwaailap naar de borst verplaatst. Als de huid-spier-lap wordt losgemaakt, maar de bloedvoorziening nog wel uit het oorspronkelijke gebied komt, heet dit een “gesteelde” TRAM-flap. Als de huid-spier-lap helemaal wordt losgemaakt spreekt men van een “vrije” TRAM-flap. De bloedvoorziening komt dan uit het nieuwe (borst) gebied. In Meander Medisch Centrum passen wij alleen de “gesteelde” TRAM flap toe.
7 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
Wat gebeurt er tijdens een TRAM-flap? Tijdens deze operatie wordt het litteken van de borst ablatio gebruikt. U krijgt een nieuwe snede laag op uw buik waarbij het buikvet van het onderliggende weefsel losgemaakt wordt. In de middenlijn blijft het buikvet aan de onderliggende spier vastzitten. Wij verplaatsen de huid-spier-lap door middel van een huidtunnel naar de borst. Hier creëren wij dan een nieuwe borst. Voordat wij de buikwond sluiten, hechten wij nog een kunststof matje in. De operatie duurt gemiddeld drie tot vier uur. Na de operatie plaatsen wij drains bij de buikwond en borstwond. Afhankelijk van de wondproductie worden de drains meestal na enkele dagen verwijderd. Wie komt in aanmerking voor een TRAM-flap? 1. Patiënten die voldoende buikvet hebben om een borst te maken. 2. Patiënten die niet roken. 3. Patiënten dienen goed gemotiveerd te zijn en een goede conditie hebben. 4. Kan als directe of late reconstructie gedaan worden. Bij wie adviseren wij geen TRAM-flap? 1. Patiënten die te weinig vetweefsel in de buik hebben. 2. Patiënten met overgewicht. 3. Patiënten die te sportief zijn. 4. Patiënten die littekens op de buik hebben van eerdere operaties. 5. Patiënten met rugklachten (relatieve contra-indicatie). 6. Patiënten die roken (relatieve contra-indicatie).
8 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
Wat is de nabehandeling voor een TRAM flap? U verblijft gemiddeld vijf tot zeven dagen in het ziekenhuis. Na de operatie kunt u pijn ondervinden. Indien nodig kunnen wij de patiënt direct na de operatie tijdens het verblijf in het ziekenhuis morfine geven. Daarnaast, en ook eventueel thuis, adviseren wij patiënten regelmatig paracetamol te gebruiken. Wij zullen de patiënt de eerste drie tot vijf dagen in de “stoelhouding” verplegen. Dat is om de spanning van de buikwond te halen. Om de doorbloeding in de borst goed te bekijken, zullen wij de verpleging vragen de borst regelmatig te controleren. Vaak kunt u met een drain naar huis. Voor ontslag legt de verpleging uit wanneer de drain verwijderd kan worden. In principe is dat wanneer de vochtproductie minder dan 20 ml/24 uur is. U mag het verband laten zitten tot u bij ons terugkomt op de polikliniek. Wij willen u een week na de operatie terug zien op de polikliniek van de Plastische- en Reconstructieve Chirurgie. Leefregels na ontslag Gedurende de eerste twee weken na de operatie adviseren wij u om niet auto te rijden of te fietsen. Na het verwijderen van het verband (een week na de operatie) adviseren wij u een goede ondersteunende BH te dragen. Een beugel-BH mag pas weer drie maanden na de operatie. Als wij het verband laten verwijderen, mag u weer douchen. De wond mag de eerste twee weken na de operatie niet in bad. U mag twee weken na de operatie de wonden masseren. U mag een littekencrème kopen, maar vaak is een goede handcrème al voldoende. De eerste zes weken na de operatie mag u de arm aan de kant van de reconstructie niet boven 90 graden heffen (= elleboog niet boven schouderniveau) en niet op de buik slapen. U mag wel op uw zij slapen. De eerste zes weken mag u ook geen zware voorwerpen optillen. Denk bijvoorbeeld aan stofzuigen of spullen hoog (hoger dan de schouders) uit een kasje halen. Na zes weken mag u alles weer rustig gaan opbouwen. De hechtingen zijn vrijwel altijd oplosbaar en hoeven dus niet verwijderd te worden. Wij adviseren de patiënt tevens om pas vanaf zes weken na de operatie weer met sporten te starten en om dat langzaam op te bouwen. Wat kunnen de complicaties van de TRAM-flap zijn? 1. Nabloeding. Meestal is er geen ingrijpen nodig. In geval van ernstige nabloedingen is soms een tweede operatie nodig om de bloeding te stoppen. 2. Infectie. Zeldzaam. Komt vaker voor bij vrouwen die roken, overgewicht hebben of patiënten die vroeger bestraald zijn. 3. Seroom (ophoping van vocht). Dit kan meestal niet-chirurgisch opgelost worden. 4. Problemen bij de wondgenezing (bij ngeveer 10% van patiënten met een TRAM-flap). 5. Vet necrose. Dit betekent dat er gebieden in het vetweefsel van de “nieuwe” borst zijn die niet genoeg bloed krijgen. Dit weefsel wordt harder en kan indien nodig eventueel later verwijderd worden. Dit komt bij 10-15% van de patiënten voor. 6. Volledig afsterven van weefsel. Dit komt bij 2-5% van alle “vrije TRAM-flappen” voor. In Meander Medisch Centrum verrichten wij alleen gesteelde TRAM-flappen. Hierbij is het uiterst zeldzaam dat het weefsel niet volledig overleeft. Soms zijn er kleine gebieden die niet genoeg bloed krijgen waardoor kleine wondjes kunnen ontstaan. Meestal geneest dit zonder problemen. 7. Ontstaan van een buikhernia. Er wordt een matje geplaatst op de plaats waar een van de twee buikspieren is verwijderd. Naast dit matje kan in minder dan 5% van de gevallen een uitstulping ( hernia) ontstaan. Dit is zeldzaam, maar in ernstige gevallen kan een operatie nodig zijn. 8. Er bestaat een kans dat op de plaats waar de buikspier naar de borst verplaatst is, een bult ontstaat. Deze bult verschilt van persoon tot persoon. Drie tot zes maanden na de operatie krimpt deze bult, omdat de spier niet meer gebruikt wordt. 9 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
Wat zijn de voor- en nadelen van een TRAM-flap? Voordelen: De “nieuwe” borst voelt natuurlijk aan en heeft een kleur die redelijk vergelijkbaar is met de andere borst. De gereconstrueerde borst veroudert mee met de niet-geopereerde zijde. Als de andere borst groter of kleiner wordt, verandert de “ nieuwe” borst mee. Het is een reconstructie met eigen weefsel en dus zonder gebruik van een prothese. Reconstructie is goed bestand tegen eventuele radio- therapie. Bestraling in het verleden is geen contra-indicatie voor deze operatie. De buik is platter na de operatie Nadelen: De narcose duurt langer (drie tot vier uur), waardoor er een langer verblijf is in het ziekenhuis. De herstelperiode kan zes tot twaalf weken duren. Sommige vrouwen geven aan dat ze wel een jaar nodig hebben om volledig te herstellen. Er is een kleine kans dat het verplaatste weefsel gedeeltelijk of geheel afsterft. De buik wordt minder sterk (hoewel de meeste vrouwen daar in hun dagelijks leven weinig van merken). Er komt een extra litteken op de buik. Er is een verminderd gevoel in de buikwand en het bovenbeen. Voorbeeld van een TRAM-reconstructie
http://www.vch.ca/breastreconstruction/method_transfer.htm Vergoedt de verzekering deze ingreep? In principe vergoedt de verzekering deze ingreep. Om logistieke redenen wil de verzekeraar dat bij operaties waarbij een prothese gebruikt wordt, eerst toestemming wordt aangevraagd voor de operatie verricht kan worden. Bij de patiënten waar een tissue expander, of eigen weefsel gebruikt wordt, is geen toestemming nodig omdat deze ingreep altijd vergoed wordt.
10 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
Tepel en tepelhofreconstructie Hoe wordt een tepelreconstructie gedaan? De tepelhof wordt doorgaans gemaakt door middel van een tatoeage. Dit wordt gedaan op de polikliniek Plastische Chirurgie. De huid moet het pigment van de tatoeage opnemen. Deze huidopname bepaalt hoeveel behandelingen nodig zijn. Het is niet ongebruikelijk dat er meerdere (2-3) behandelingen nodig zijn. Kiest de patiënt ook voor een tepel, dan zijn er verschillende mogelijkheden. Is de andere tepel groot genoeg, dan kunnen we een stukje hiervan afnemen en naar de gereconstrueerde borst verplaatsen. Is de andere tepel niet groot genoeg, dan kunnen we een stukje huid op de plaats van de nieuwe tepel “oprollen” en daarvan een tepel maken. In beide gevallen is de behandeling poliklinisch. Na de behandeling moet u druk op de tepel voorkomen en krijgt u voor twee weken een beschermend verband. Enkele maanden later kan een tepelhof getatoeëerd worden. U mag twee weken geen intensieve sport beoefenen. Wanneer kan een tepelreconstructie gedaan worden? Omdat littekenweefsel direct na de operatie het pigment van de tatoeage minder goed opneemt dan littekenweefsel dat al uitgerijpt is, wachten we gemiddeld zes maanden na de laatste operatie voor we de tatoeage plaatsen. Kiest u om eerst een tepel te laten reconstrueren, dan kan dat sneller na de laatste operatie. Daarna is nog wel zes maanden wachttijd nodig voor een tatoeage. Vergoedt de verzekering deze ingreep? In principe vergoedt de verzekering deze ingreep en is geen toestemming nodig.
Verdere informatie Heeft u nog vragen? Als u na het lezen van deze brochure nog vragen heeft, neem dan contact op met de afdeling Plastische Chirurgie. Heeft u nog opmerkingen of suggesties over de informatie in deze brochure, laat het ons dan weten. Bereikbaarheid en vragen De afdeling Plastische Chirurgie is bereikbaar maandag tot en met vrijdag van 8.00 - 12.00 uur via het algemene telefoonnummer van Meander Medisch Centrum, 033 - 850 50 50 (vragen naar de afdeling Plastische Chirurgie). Video Voor een technische video over borstreconstructie kunt u kijken op de website van de Amerikaanse Vereniging van Plastische Chirurgie: www.plasticsurgery.org/patients_consumers/ procedures/procedure-animations.cfm U moet dan klikken op “breast procedures” en daarna op “breast reconstruction”. Andere websites www.bapras.org.uk/cms_subcat/333/Breast-Reconstruction.htm www.optionsforbreastreconstruction.com www.vch.ca/breastreconstruction www.kankerpatient.nl www.kwfkankerbestrijding.nl www.borstkanker.nl http://www.gezondheid.nl/medische-dossiers/informatie/ Borstcorrectie-ABMedical.pdf http://www.gezondheid.nl/medische-dossiers-infotxt.php?ditId=172&medischdossierID=96
11 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.
Adressen Borstkanker Vereniging Nederland Postbus 8065, 3503 RB Utrecht Tel: 030 - 291 72 22
KWF Kankerbestrijding Delflijn 17, 1062 EA Amsterdam
KWF Kanker infollijn 0800 - 022 66 22
Samenvatting In onderstaand overzicht vindt u de verschillen tussen reconstructie met behulp van een implantaat versus de eigen weefselmethode:
Kenmerken
Aantal operaties Gemiddelde operatietijd Bloedtransfusie Gemiddeld verblijf in ziekenhuis Gemiddelde hersteltijd
Borstimplantaat Gebruik van borstimplantaat Geen extra littekens Spierkracht blijft intact
Rugspiermethode Mogelijk gebruik van borstimplantaat Extra litteken op rug Mogelijk minimale verzwakking in schouder
Meestal twee operaties, soms 1 operatie * 1 à 2 uur Zeldzaam 1 à 3 dagen
Meestal 1, wel vaak twee operaties * 2 à 3 uur Zeldzaam 5 à 7 dagen
Buikspiermethode In principe geen borstimplantaat Extra litteken op buik Mogelijk langdurige verzwakking van buik. Plattere buik Meestal 1, wel vaak twee operaties * 3 à 4 uur Mogelijk 5 à 7 dagen
2 à 4 weken
3-6 weken
6-12 weken
* Bij een tepelreconstructie is sprake van nog een operatie.
26819_pla_borstreconstructie_dec13 12 Deze informatie is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie waaraan geen rechten kunnen worden ontleend.