Bijlagen A. B. C. D. E. F. G. H. L. M. N. O. P.
De Europese Randvoorwaarden GLB mei 2007 (GLMC, cross compliance en base-line) Gegroepeerde relevante baselines Groene en Blauwe diensten Definities Clusterbeschrijvingen Vergoedingsdifferentiatie landbouwkundige werkzaamheden Vergoedingsdifferentiatie niet-landbouwkundige werkzaamheden Vergoedingsdifferentiatie gebruiksbepalingen Staatssteungevoeligheid en aanmeldingsverplichting Onderbouwing vergoedingsdifferentiatie werkzaamheden Onderbouwing vergoedingsdifferentiatie gebruiksbepalingen Bepaling waardedaling bij funtiewijziging Werkwijze bij samenstellen dienst Werkwijze bij samenstellen regeling
catalogus GBD 20 december 2007
23
Bijlage A. De Baseline: de Europese Randvoorwaarden en overige relevante voorschriften Verordening 1698/2005 bepaalt dat agro-milieubetalingen slechts mogen worden verleend voor verbintenissen die verder gaan dan de de zogenoemde baseline. Artikel 39 van verordening 1698/2005 biedt het kader om te bepalen wat de baseline is: 1. de relevante dwingende normen als bedoeld in de artikelen 4 en 5 van verordening 1782/2003 (beheerseisen en voorschriften inzake de goede landbouw- milieuconditie: zogenoemde cross-compliance-eisen of randvoorwaarden (artikelen 4 en 5 en de bijlagen III en IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003), 2. de minimumeisen inzake het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, 3. en andere relevante dwingende eisen die in nationale wetgeving zijn vastgelegd en in het programma zijn gemeld. Opgemerkt wordt dat de wettelijk vastgestelde nationale eisen breder zijn dan de cross compliance bepalingen. Indien nationale wetgeving verder gaat dan de minimumnorm die voortvloeit uit de artikelen 4 en 5 van verordening 1782/2003, dan is de baseline de verdergaande nationale norm. Opgemerkt wordt dat een beperkt aantal nationaal vastgelegde wettelijke eisen soms strenger zijn dan de Randvoorwaarden GLB. Dit doet zich met name voor bij de bepalingen ten aanzien van de identificatie en registratie van dieren en bij de dierenwelzijnseisen. Nederland vult deze baseline – zoals dat ook onder POP II (periode vanaf 2007) is gedaan - als volgt in: Ad 1. Relevante dwingende normen als bedoeld in de artikelen 4 en 5 en de bijlagen III en IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003, ook wel genoemd de randvoorwaarden GLB De Randvoorwaarden GLB - welke ook gelden ten aanzien van de verlening van directe betalingen in het GLB (inkomenssteun of bedrijfstoeslagen) - zijn: - de beheerseisen zoals opgenomen in bijlage I bij de Regeling GLB-inkomenssteun 2006 (zie ook bijlage I bij de Beleidsregels normenkader randvoorwaarden GLB opgenomen beheerseisen en GLMC-eisen) - de GLMC-eisen zoals opgenomen in artikel 6 van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006
De beheerseisen en de GLMC-normen op grond van de artikelen 3 en 6 van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006 EU-wetgevings-kader
Nederlands wetgevingskader
Artikel(en)
Onderwerp van controle
MILIEU 1 Vogelrichtlijn (richtlijn 79/409/EEG van 2 april 1979, artikel 3, art. 4 leden 1, 2 en 4, art. 5, 7 en 8) 1.1 Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG) Natuurbeschermingsart.19d wet 1998
catalogus GBD 20 december 2007
Het verbod om zonder geldige vergunning een project of handeling uit te voeren in een aangewezen Vogelrichtlijngebied of in strijd met de vergunningvoorwaarden te
24
handelen
1.2
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet
art.9 in samenhang met art.31, eerste lid
1.3
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet
art.10 in samenhang met art.31, tweede lid
1.4
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet
art.11
1.5
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet
art.12
1.6
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet
art.13
1.7
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet
art.14
1.8
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet
art.15
1.9 1.10
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG) Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet Flora- en faunawet
art.37 art.50 lid 3
1.11
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet
1.12
Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)
Flora- en faunawet
Het verbod op doden, verwonden, vangen, bemachtigen of met het oog daarop opsporen van beschermde inheemse vogels Het verbod op het opzettelijk verstoren van beschermde inheemse vogels Het verbod op het verstoren of vernielen van nesten van beschermde inheemse vogels Het verbod op het rapen of bezitten van eieren van beschermde inheemse vogelsoorten Het verbod op het in bezit hebben van en handel in (producten van) beschermde inheemse of uitheemse vogels Het verbod op het uitzetten van vogels en eieren in de vrije natuur Het verbod op het in bezit hebben van of handelen in niet toegestane jachtmiddelen
De verplichting goed jachthouder te zijn Het verbod op het zich voor de jacht in het veld bevinden met niet toegestane jachtmiddelen en doden van beschermde vogels art.53 in samenhang met art.46 Het verbod op de jacht met niet toegestane middelen, op niet toegestane dagen en tijdstippen en op niet toegestane plaatsen art.72 lid 5 en in samenhang met Het verbod op jacht in strijd met vergunart. 5, 6, 7 en 9 van Besluit beningsvoorwaarden of met niet toegestane heer en schadebestrijding dieren (niet diervriendelijke) jachtmiddelen
2. Grondwaterbescherming (Richtlijn 80/68/EEG van 17 december 1979, art.4 en 5) 2.1 GrondwaterbeLozingenbesluit Bodembescherart.25 scherming (Richtlijn 80/68/EEG) ming
Het verbod op het lozen van niet huishoudelijk afvalwater of koelwater in of op de bodem zonder geldige vergunning
3. Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG van 12 juni 1986, art.3)
catalogus GBD 20 december 2007
25
3.1
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.1b, eerste lid in samenhang artikel 1b, derde lid, eerste alinea, en artikel 1c, eerste lid
3.2
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art. 1b, eerste lid in samenhang met artikel 1b, derde lid, onderdeel a
3.3
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art. 1b, eerste lid, in samenhang met artikel 1b, derde lid, onderdeel b, en vierde lid
3.4
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.1b, eerste lid
3.5
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.3
Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op bevroren of besneeuwde grond
3.6
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.1d
3.7
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.3a
3.8
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.3b
3.9
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.4
Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib als dit de gezondheid van dieren en mensen schaadt Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib indien de bovenste bodemlaag met water verzadigd is Het verbod op het gebruik zuiveringsslib tegelijkertijd met het beregen of bevloeien of infiltreren van de grond. Het verbod op het gebruik zuiveringsslib van 1 september t/m 31 januari
3.10
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.5
3.11
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.6
3.12
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.6a
3.13
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
art.6b
catalogus GBD 20 december 2007
De verplichting om bij gebruik van zuiveringsslib op landbouwgrond, te voldoen aan toetsingswaarden na bemonstering en analyse Het verbod op het gebruik van vloeibaar zuiveringsslib als de maximaal toegestane hoeveelheid droge stof per hectare wordt overschreden Het verbod op het gebruik van steekvast zuiveringsslib als de maximaal toegestane hoeveelheid droge stof per hectare wordt overschreden alsmede de verplichting om voor het betreffende aantal hectaren gedurende bepaalde perioden het grondgebruik ongewijzigd te laten Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op andere grond dan landbouwgrond
De verplichting om zuiveringsslib emissiearm aan te wenden De verplichting om zuiveringsslib gelijkmatig over het perceel te verspreiden Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op steile hellingen (> 7%) met geulenerosie (geulen > 30 cm diep) Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op niet beteelde gronden met een hellingspercentage van 7% of meer
26
3.14
art.6d
Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op bouwland of braakland met een hellingspercentage van 18% of meer
4. Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG van 12 december 1991, art.4 en art.5) 4.1 Nitraatrichtlijn (Richtlijn Besluit gebruik meststoffen 91/676/EEG)
art.2
4.2
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.3
4.3
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.3a
4.4
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.3b
4.5
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.4
4.6
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.4a
Het verbod op gebruik van dierlijke meststoffen op natuurterrein en op andere grond dan landbouwgrond of natuurterrein Het verbod op het gebruik van dierlijke meststoffen of stikstofkunstmest op bevroren of besneeuwde grond Het verbod op het gebruik van dierlijke meststoffen of stikstofkunstmest op natte of ondergelopen grond (waterverzadigde grond) Het verbod op het gebruik van dierlijke meststoffen of stikstofkunstmest tegelijkertijd met het beregen of bevloeien of infiltreren van de grond Het verbod op het gebruik van dierlijke mest van 1 september t/ m 31 januari Het verbod op het gebruik van stikstofkunstmest van 16 september t/m 31 januari
4.7
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG) Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG) Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.4b
Besluit gebruik meststoffen
art.5
Besluit gebruik meststoffen
art.6
4.10
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.6a
4.11
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.6b
4.12
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.6c
4.13
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.6d
4.8 4.9
Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG) Besluit gebruik meststoffen
catalogus GBD 20 december 2007
Het verbod om op grasland de graszode te vernietigen De verplichting om de dierlijke mest emissiearm aan te wenden De verplichting om de dierlijke mest of stikstofkunstmest gelijkmatig over het perceel te verspreiden Het verbod op het gebruik van dierlijke mest of stikstofkunstmest op steile hellingen (> 7%) met geulenerosie (geulen > 30 cm diep) Het verbod op het gebruik van dierlijke mest op niet beteelde gronden met een hellingspercentage van 7% of meer Het verbod op het gebruik van stikstofkunstmest op niet beteelde gronden met een hellingspercentage van 7% of meer Het verbod op het gebruik van dierlijke mest of stikstofkunstmest op bouwland of
27
braakland met een hellingspercentage van 18% of meer 4.14
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG) Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Besluit gebruik meststoffen
art.8a
Lozingenbesluit open teelt en veehouderij
art.16 in samenhang met art.13
4.16
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Meststoffenwet
4.17
Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)
Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet
art.7 in samenhang met art.8 onder a en b, 9 en 10 en in samenhang met art.24, 25, 26 en 27 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet art.28 in samenhang met art.27, 29, 30 en in samenhang met art.36 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet
4.15
5. Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG van 21 mei 1992, art.6, 13, 15 en 22 onder b) 5.1 Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Natuurbeschermingswet 1998 art.19d
5.2
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
art.8
5.3
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
art.9 in samenhang met art.31, eerste lid
5.4
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
art.10 in samenhang met art.31, tweede lid
5.5
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
art.11
5.6
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
art.12
5.7
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
art.13
catalogus GBD 20 december 2007
De verplichting omtrent de volgteelt van maïs op zand- en lössgronden Het verbod op toepassing van meststoffen in de mestvrije zone of de mestvrije zone is niet gelijk aan de teeltvrije zone Het verbod in enig kalenderjaar op een bedrijf meststoffen op of in de bodem te brengen, tenzij de stikstofgebruiksnormen in acht zijn genomen De verplichting voldoende opslagcapaciteit voor dierlijke mest op het bedrijf te hebben die in de periode september t/m februari wordt geproduceerd
Het verbod om zonder geldige vergunning een project of handeling uit te voeren in een aangewezen Habitatrichtlijngebied of in strijd met de vergunningvoorwaarden te handelen Het verbod op plukken, vernielen, in bezit hebben, verkopen, etc. van beschermde inheemse planten Het verbod op doden, verstoren, in bezit hebben, verkopen etc. van beschermde inheemse diersoorten Het verbod op het opzettelijk verstoren van beschermde inheemse diersoorten Het verbod op het verstoren of vernielen van rustplaatsen of holen van beschermde inheemse dieren Het verbod op het rapen of bezitten van eieren van beschermde inheemse diersoorten. Het verbod op het in bezit hebben van en handel in (producten van) beschermde inheemse of uitheemse dieren en planten
28
5.8
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
art.14
5.9
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
art.15
5.10 5.11
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
art.37 art.50 lid 3
5.12
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
5.13
Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) Flora- en faunawet
Het verbod op het in de vrije natuur uitzetten van dieren of het planten of uitzaaien van planten Het verbod op het in bezit hebben van of handelen in niet toegestane jachtmiddelen
De verplichting goed jachthouder te zijn Het verbod op het zich voor de jacht in het veld bevinden met niet toegestane jachtmiddelen en doden van beschermde dieren art.53 in samenhang met art.46 Het verbod op de jacht met niet toegestane middelen, op niet toegestane dagen en tijdstippen en op niet toegestane plaatsen art.72 lid 5 en in samenhang met Het verbod op jacht in strijd met vergunart.5, 6, 7 en 9 van Besluit beheer ningsvoorwaarden of met niet toegestane en schadebestrijding dieren (niet diervriendelijke) jachtmiddelen
GEZONDHEID (MENS, DIER EN PLANT) 6. I&R varkens (Richtlijn 92/102/EEG van 27 november 1992, art.3, 4 en 5, 7) 6.1 I & R Varkens (Richtlijn 92/102/EEG) Regeling identificatie en registratie van dieren
art.2, lid 1 tot en met 5, in samenhang met artikel 4
6.2
I & R Varkens (Richtlijn 92/102/EEG)
Regeling identificatie en registratie van dieren
art.8, lid 2, in samenhang met artikel 12
6.3
I & R Varkens (Richtlijn 92/102/EEG)
Richtlijn 92/102/EEG,
art.5, lid 1, onder a
6.4
I & R Varkens (Richtlijn 92/102/EEG)
Gezondheids- en welzijnswet artikel 104, tweede lid van de voor dieren, Regeling identificatie Gezondheids- en welzijnswet en registratie van dieren voor dieren in samenhang met art.10 en 11 Regeling I&R
6.5
I & R Varkens (Richtlijn 92/102/EEG)
Regeling identificatie en registratie van dieren
Artikel 31, lid 1 en 3
De verplichting correct te zijn geregistreerd als houder van varkens en wijzigingen in de gegevens tijdig te melden. De verplichting alleen toegelaten identificatiemiddelen voor varkens te gebruiken en deze te verkrijgen zoals toegestaan. De verplichting varkens binnen een bepaalde termijn te voorzien van identificatiemiddelen. Het verbod op het merken of hermerken van varkens, tenzij is voldaan aan specifieke voorschriften. De verplichting tot het hebben van een bedrijfsregister en voorschriften wat er in het bedrijfsregister vermeld moet worden en termijnen die moeten worden aangehouden.
7. I&R runderen (Verordening (EG) 911/2004 van 29 april 2004 (vervangt Verordening (EG) 2629/97), art.6, 8 en 9; Verordening (EG) 1760/2000 van 17 juli 2000, art.4 en 7)
catalogus GBD 20 december 2007
29
7.1
I & R Runderen (Verordening (EG) 1760/2000)
Regeling identificatie en registratie van dieren
art.2, lid 1 tot en met 4, in samenhang met artikel 4
7.2
I & R Runderen (Verordening (EG) 1760/2000)
Regeling identificatie en registratie van dieren en Verordening (EG) 1760/2000
art.8, lid 1, Regeling I& R in samenhang met artikel 4, eerste lid, Vo. 1760/2000 en artikel 12 Regeling I& R
7.3
I & R Runderen (Verordening (EG) 1760/2000)
Verordening (EG) 1760/2000
artikel 4, lid 2 en 3
7.4
I & R Runderen (Verordening (EG) 1760/2000)
7.5
I & R Runderen (Verordening (EG) 911/2004, Verordening (EG) 1760/2000)
Gezondheids- en welzijnswet artikel 104, tweede lid van de voor dieren, Regeling identificatie Gezondheids- en welzijnswet en registratie van dieren voor dieren, en art.10 in samenhang met artikel 11 Regeling I&R Regeling identificatie en registra- artikel 7, lid 1, verordening tie van dieren, Verordening (EG) 1760/2000 in samenhang artikel 1760/2000 19, eerste lid, tot en met "verordening 911/2004", en tweede tot en met vijfde lid, Regeling I&R
7.6
I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000
Verordening (EG) 1760/2000
art. 7, lid 1, tweede gedachtestreepje
8. I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004 van 17 december 2003, art.3, 4 en 5) 8.1 I & R Schapen en geiten (VerordeRegeling identificatie en registra- art.2, lid 1 tot en met 4 en lid 6, ning (EG) 21/2004) tie van dieren in samenhang met artikel 4 en 7 8.2
I & R Schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)
Regeling identificatie en registratie van dieren
art.8 lid 4, in samenhang met artikel 12 Regeling I& R
8.3
I & R Schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)
Verordening (EG) 21/2004
artikel 4, lid 1 en 4
catalogus GBD 20 december 2007
De verplichting correct te zijn geregistreerd als houder van runderen en wijzigingen in de gegevens tijdig te melden. De verplichting alleen toegelaten identificatiemiddelen voor runderen te gebruiken en deze te verkrijgen zoals toegestaan. De verplichting runderen binnen een bepaalde termijn te voorzien van identificatiemiddelen. Het verbod op het merken of hermerken van runderen, tenzij is voldaan aan specifieke voorschriften. De verplichting tot het hebben van een bedrijfsregister en voorschriften wat er in het bedrijfsregister vermeld moet worden en termijnen die moeten worden aangehouden. De verplichting ten aanzien van runderen tot het centraal melden van mutaties aan het I&R gegevensbestand
De verplichting correct te zijn geregistreerd als houder van schapen en geiten en wijzigingen in de gegevens tijdig te melden. De verplichting alleen toegelaten identificatiemiddelen voor schapen en geiten te gebruiken en deze te verkrijgen zoals toegestaan. De verplichting schapen en geiten binnen een bepaalde termijn te voorzien van identificatiemiddelen.
30
8.4
I & R Schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)
Gezondheids- en welzijnswet artikel 104, tweede lid van de voor dieren, Regeling identificatie Gezondheids- en welzijnswet en registratie van dieren voor dieren, en art.10 in samenhang met artikel 11, 34a en 34b Regeling I&R
Het verbod op het merken of hermerken van schapen en geiten tenzij is voldaan aan specifieke voorschriften.
8.5
I & R Schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)
Regeling identificatie en registratie van dieren
De verplichting tot het hebben van een bedrijfsregister en voorschriften wat er in het bedrijfsregister vermeld moet worden en termijnen die moeten worden aangehouden.
artikel 36, eerste lid tot aan het woord "alsmede" en tweede en vierde lid
9. Gewasbescherming (Richtlijn 91/414/EEG van 15 juli 1991, art.3) 9.1 GewasWet gewasbeschermings-middelen art. 20 bescherming (Richtlijn 91/414/EEG) en biociden 9.2
Gewasbescherming (Richtlijn 91/414/EEG)
Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden
art. 22
9.3
Gewasbescherming (Richtlijn 91/414/EEG)
Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Artikel 26, eerste en tweede lid
10. General Food Law (Verordening (EG) 178/2002 van 28 januari 2002, art.14, 15, 17 lid 1, 18, 19 en 20) 10.1 General Food Law (Verordening Kaderwet diervoeders art.2 in samenhang met art. 14, (EG) 178/2002) 15, 17, eerste lid, 19 en 20 van Verordening (EG) 178/2002
10.2
General Food Law (Verordening (EG) 178/2002)
catalogus GBD 20 december 2007
Kaderwet diervoeders
art.4, lid 3
Het is verboden een niet toegelaten gewasbeschermingsmiddel of biocide te gebruiken, voorhanden of in voorraad te hebben. Het verbod op handelen in strijd met gebruiksvoorschriften die bij toelating zijn vastgesteld De verplichting te beschikken over een gewasbeschermingsplan en de voorschriften met betrekking tot goede gewasbeschermingspraktijken en geïntegreerde bestrijding toe te passen
Het verbod onveilige diervoeders, toevoegingsmiddelen en voormengsels te bereiden, te be- of verwerken, te verpakken, te etiketteren, voorhanden of in voorraad te hebben, te vervoeren of in het verkeer te brengen en de verplichting dat alle diervoeders in alle stadia van de productie traceerbaar zijn, alsmede de verplichting onveilige diervoeders terug te halen. Het verbod diervoeders – met andere dan bij communautaire maatregel aangewezen bijzondere voedingsdoelen – voorhanden of in voorraad te hebben of in het verkeer te brengen
31
10.3
General Food Law (Verordening (EG) 178/2002)
Regeling diervoeders
art. 74 in samenhang met art. 15 Verordening (EG) 178/2002
Het verbod om onveilige diervoeders te voederen aan landbouwhuisdieren
10.4
General Food Law (Verordening (EG) 178/2002)
Warenwetbesluit bereiding en behandeling van levensmiddelen
artikel 2, lid 10 in samenhang met art. 14, 18 en 19 van Verordening (EG) 178/2002
10.5
General Food Law (Verordening (EG) 178/2002)
Regeling preventie, bestrijding en art.113a in samenhang met art. monitoring van besmettelijke 18 Verordening (EG) 178/2002 dierziekten en zoönosen en TSE’s
Het verbod eet- en drinkwaren in de handel te brengen en de verplichting dat alle eeten drinkwaren in alle stadia van de productie traceerbaar zijn, alsmede de verplichting onveilige eet- en drinkwaren terug te halen. De verplichting dat voedselproducerende dieren bestemd voor de productie van levensmiddelen en diervoeders in alle stadia van de productie traceerbaar dienen te zijn
11 Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005 van 12 januari 2005) 11.1 DiervoederRegeling diervoeders hygiëne (Verordening (EG) 183/2005)
11.2
Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005)
Regeling diervoeders
11.3
Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005)
Regeling diervoeders
11.4
Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005)
Regeling diervoeders
catalogus GBD 20 december 2007
art.73a in samenhang met art.5 lid 1 van Verordening (EG) 183/2005 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder I onder 4e en 4g van Verordening (EG) 183/2005
De verplichting voor exploitanten van diervoederbedrijven afval en gevaarlijke stoffen apart en veilig op te slaan en rekening te houden met de resultaten van analyses van monsters van primaire producten of andere monsters die van belang zijn voor de voederveiligheid art.73a in samenhang met art.5 De verplichting voor exploitanten van dierlid 1 van Verordening (EG) voederbedrijven een registratie bij te hou183/2005 in samenhang met Bij- den van het gebruik van gewasbescherlage I, deel A, onder II onder 2a, mingsmiddelen en biociden, het gebruik 2b en 2e van Verordening (EG) van genetisch gemodificeerd zaai- en poot183/2005 goed en de bron en hoeveelheid van elk diervoeder dat het bedrijf binnenkomt en de bestemming en hoeveelheid van elk diervoeder dat het bedrijf verlaat art.73a in samenhang met art.5 De verplichting voor veehouders diervoeder lid 5 van Verordening (EG) gescheiden op te slaan van chemische stof183/2005 in samenhang met Bij- fen en andere voor diervoeder verboden lage III, onder 1, 1e alinea, 1e zin producten en gemedicineerde en nieten 3e alinea van Verordening gemedicineerde diervoeders zo op te slaan (EG) 183/2005 dat het risico van vervoedering aan dieren waarvoor zij niet zijn bestemd, wordt beperkt art.73a in samenhang met art.5 De verplichting voor veehouders om nietlid 5 van Verordening (EG) gemedicineerde diervoeders gescheiden te 183/2005 in samenhang met Bij- hanteren van gemedicineerde diervoeders lage III, onder 2, 3e zin van Verordening (EG) 183/2005
32
11.5
Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005)
Regeling diervoeders
12 Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004 van 29 april 2004) 12.1 Levensmiddelenhygiëne (VerordeWarenwetbesluit hygiëne van lening (EG) 852/2004) vensmiddelen
art.73a in samenhang met art.5 lid 6 van Verordening (EG) 183/2005
De verplichting voor exploitanten van diervoederbedrijven en veehouders alleen diervoeders te gebruiken van veevoederbedrijven die zijn geregistreerd en/of erkend
art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder II, onder 4g, 4h en 5f van Verordening (EG) 852/2004
De verplichting voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven afval en gevaarlijke stoffen apart op te slaan en voorzorgsmaatregelen te nemen de insleep en verspreiding van besmettelijke, via levensmiddelen op de mens overdraagbare ziekten te voorkomen
12.2
Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder II, onder 4j en 5h, m.u.v. zinsnede ‘gewasbeschermingsmiddelen en’ van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met art.6 lid 3 en art.7 lid 1 van de Diergeneesmiddelenwet
De verplichting voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven toevoegingsmiddelen voor diervoeders en geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik en biociden correct toe te passen
12.3
Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder II, onder 6 van Verordening (EG) 852/2004
De verplichting voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven om passende herstelmaatregelen nemen als tijdens officiële controles hygiëneproblemen zijn vastgesteld
12.4
Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder III, onder 8a, 8d en 8e van Verordening (EG) 852/2004
De verplichting voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven om registers bij te houden over de aard en de oorsprong van aan de dieren gevoerde diervoeders, de resultaten van analyses van bij de dieren genomen monsters of van andere monsters voor diagnosedoeleinden en alle toepasselijke controles van dieren of producten van dierlijke oorsprong
catalogus GBD 20 december 2007
33
12.5
Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder III, onder 9a en 9c van Verordening (EG) 852/2004
De verplichting voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven een registratie bij te houden van alle gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en van biociden en van alle resultaten van voor de volksgezondheid relevante analyses van bij planten genomen monsters of van andere monsters
12.6
Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)
Diergeneesmiddelenwet
art.40 lid 2 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 en in samenhang met Bijlage I, deel A, onder III, onder 8b van Verordening (EG) 852/2004 en in samenhang met art.91 en 92 van de Diergeneesmiddelenregeling
De verplichting voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven een registratie bij te houden van de ontvangst, de toepassing of de vervoedering van diergeneesmiddelen en gemedicineerde voeders, evenals andere behandelingen die de dieren hebben ondergaan, data van toediening of behandeling en wachttijden
13 Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004 van 29 april 2004 13.1 Specifieke hygiënevoorWarenwetbesluit hygiëne van le- art.2 lid 2 in samenhang met De verplichting bij de productie van rauwe schriften voor levensmiddelen van vensmiddelen art.3 lid 1 van Verordening (EG) melk de algemene gezondheidsvoorschrifdierlijke oorsprong (Verordening 853/2004 in samenhang met Bij- ten in acht te nemen (EG) 853/2004) lage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 1b, 1c, 1d en 1e van Verordening (EG) 853/2004 13.2
Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)
catalogus GBD 20 december 2007
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 2a, 2b en 2c en in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 3a, 3b en 3c van Verordening (EG) 853/2004
De verplichting bij de productie van rauwe melk de gezondheidsvoorschriften m.b.t. tuberculose en/of brucellose in acht te nemen
34
13.3
Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 4 van Verordening (EG) 853/2004
Het verbod om rauwe melk van dieren die niet voldoen aan de (algemene) gezondheidsvoorschriften, in het bijzonder dieren die individueel positief hebben gereageerd op de preventieve test op tuberculose of op brucellose, voor menselijke consumptie te (laten) gebruiken
13.4
Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 5 van Verordening (EG) 853/2004
De verplichting om dieren die besmet zijn of waarvan vermoed wordt dat zij besmet zijn met een ziekte, op doeltreffende wijze worden geïsoleerd om negatieve gevolgen voor de melk van andere dieren te vermijden
13.5
Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel II, onder A, onder 1, 2, 3 en 4 van Verordening (EG) 853/2004
De verplichting om melkinstallaties en de lokalen waar melk wordt opgeslagen zo te bouwen, in te richten en te onderhouden dat verontreiniging van de melk zoveel mogelijk wordt beperkt
13.6
Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel II, onder B, onder 1a, 1d, 2, 4a en 4b van Verordening (EG) 853/2004
De verplichting het melken onder hygiënische omstandigheden te verrichten en de melk onmiddellijk gekoeld op te slaan, behalve als koeling niet noodzakelijk is i.v.m. (snelle) verwerkingsmethoden
13.7
Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)
Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen
art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie X, Hoofdstuk I, onder 1 m.u.v. de zinsnede ‘en tot op het moment van verkoop aan de consument’ van Verordening (EG) 853/2004
De verplichting eieren op het bedrijf schoon, droog en vrij van vreemde geuren te houden en op afdoende wijze te beschermen tegen schokken en rechtstreeks zonlicht.
catalogus GBD 20 december 2007
35
14 Hormonen & bèta-agonisten (richtlijn 96/22 van 29 april 1996, art.3, 4, 5 en 7) 14.1 Hormonen & bèta-agonisten Richt- Diergeneesmiddelenart.2 lid 1 lijn 96/22) wet 14.2
Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)
Diergeneesmiddelenwet
art.44 in samenhang met art.82 Diergeneesmiddelenregeling
14.3
Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)
Diergeneesmiddelenbesluit
art.46 in samenhang met art.81 lid 1 Diergeneesmiddelenregeling
14.4
Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)
Regeling verbod handel met beart.2 lid 1 onder a en c paalde stoffen behandelde dieren en producten *
14.5
Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)
Regeling verbod handel met beart.3 lid 1 paalde stoffen behandelde dieren en producten *
14.6
Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)
Verordening PVV Verbod op gebruik van bepaalde stoffen met hormonale werking en van bepaalde stoffen met thyreostatische werking, alsmede bètaagonisten 1997 (2005-I) *
art.2
14.7
Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)
Verordening PVV Identificatie en registratie van paardachtigen (PVV) 2004
art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1, in samenhang met 22
Het verbod een niet geregistreerd diergeneesmiddel te bereiden, voorhanden of in voorraad te hebben, af te leveren of bij dieren toe te passen Het verbod om door de minister aangewezen substanties voorhanden of in voorraad te hebben Het verbod om genoemde substanties (o.a. met thyreostatische, oestrogene, androgene of gestagene werking of bèta-agonisten) toe te dienen aan landbouwhuisdieren of aquacultuurdieren Het verbod om landbouwhuisdieren, verwerkte producten of vlees van dieren waaraan op enigerlei wijze stoffen met thyreostatische, oestrogene, androgene of gestagene werking alsmede ß-agonisten zijn toegediend, in de handel te brengen De verplichting om alleen landbouwhuisdieren, verwerkte producten of vlees in de handel te brengen die zijn behandeld volgens de regels van de Diergeneesmiddelenwet Het verbod om landbouwhuisdieren, verwerkte producten of vlees van dieren waaraan op enigerlei wijze stoffen met thyreostatische, oestrogene, androgene of gestagene werking alsmede ß-agonisten zijn toegediend, in de handel te brengen Het verbod paardachtigen ouder dan 7 maanden te houden die niet zijn voorzien van een geldig paspoort
15 Kennisgeving van ziekten: MKZ (Richtlijn 2003/85/EEG van 29 september 2003 (vervangt Richtlijn 85/511/EEG), art.3), Varkenspest (Richtlijn 92/119/EEG van 17 december 1992, art.3) BSE (Verordening (EG) 999/2001 van 22 mei 2001, art.11) en Bluetongue (Richtlijn 2000/75/EEG van 20 november 2000, art.3)
catalogus GBD 20 december 2007
36
15.1
MKZ (Richtlijn 2003/85/EEG), VarGezondheids- en welzijnswet kenspest (Richtlijn 92/119/EEG), BSE voor dieren (Verordening (EG) 999/2001), Bluetongue (Richtlijn 2000/75/EEG)
16 BSE (Verordening (EG) 999/2001 van 22 mei 2001, art.7, 12, 13 en 15) 16.1 BSE (Verordening (EG) 999/2001) Regeling diervoeders
art.19 lid 1
De verplichting (het vermoeden van) de aanwezigheid van een besmettelijke dierzieke terstond te melden
art.68
Het verbod om eiwitten of daarvan afgeleide producten afkomstig van zoogdieren, aan herkauwers te voeren evenals het verbod om gesmolten vet van herkauwers aan herkauwers te voeren.
DIERENWELZIJN 17 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG van 19 november 1991, art.3 en art.4) 17.1 MinimumRichtlijn 91/629 art.4 in samenhang met Bijlage normen kalveren (Richtlijn onder 1 91/629/EEG)
17.2
Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 2
17.3
Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 3
17.4
Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 4
17.5
Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 6
catalogus GBD 20 december 2007
De verplichting bij de bouw van de stallen en met name voor de boxen en de uitrusting materialen te gebruiken die niet schadelijk zijn voor de kalveren en moeten grondig kunnen worden gereinigd en ontsmet De verplichting elektrische leidingen en apparatuur zo te installeren dat de kalveren geen elektrische schokken kunnen krijgen De verplichting te zorgen voor een zodanige isolatie, verwarming en ventilatie van de stal dat deze niet schadelijk is voor de kalveren De verplichting alle electrische en mechanische apparatuur dagelijks te controleren en het mechanische ventilatiesysteem te voorzien van een alarmsysteem dat regelmatig wordt getest De verplichting kalveren een goede verzorging te geven
37
17.6
Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 8
Het verbod op het aangebonden houden van kalveren
17.7
Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 9
De verplichting lokalen, hokken, uitrusting en gereedschap voor kalveren op passende wijze te reinigen en te ontsmetten
17.8
Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 11
17.9
Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 13
De verplichting kalveren te laten beschikken over op hun leeftijd en gewicht afgestemd voederen dat beantwoordt aan de met hun gedrag samenhangende en hun fysiologische behoeften De verplichting kalveren te voorzien van voldoende vers water van passende kwaliteit
17.10 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 14
17.11 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Richtlijn 91/629
art.4 in samenhang met Bijlage onder 15
17.12 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Kalverenbesluit
art.3
Het verbod kalveren te huisvesten in eenlingboxen indien de kalveren ouder zijn dan 8 weken
17.13 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Kalverenbesluit
art.4 lid 1
De verplichting te voldoen aan de minimale afmetingen van eenlingboxen voor kalveren
17.14 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Kalverenbesluit
art.4 lid 2
De verplichting te voldoen aan de minimale vloeroppervlakte per kalf in andere huisvestingssystemen dan eenlingboxen
17.15 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Kalverenbesluit
art.5
17.16 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Kalverenbesluit
art.6
De verplichting dat als kalveren zijn gehuisvest in een stal met ligboxen, het aantal ligboxen ten minste gelijk is aan het aantal kalveren De verplichting te voldoen aan de inrichtingseisen m.b.t. voedersystemen voor kalveren
catalogus GBD 20 december 2007
De verplichting voeder- en drinkinstallaties zo te ontwerpen, bouwen, plaatsen en onderhouden dat gevaar voor verontreiniging van voer en water wordt beperkt De verplichting kalveren zo spoedig mogelijk na hun geboorte en in elk geval binnen zes uur koebiest te geven
38
17.17 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Kalverenbesluit
art.7
De verplichting dat kalveren naast elkaar gehouden in eenlingboxen, elkaar kunnen zien en aanraken
17.18 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Kalverenbesluit
art.8
De verplichting te voldoen aan de minimale ligruimte per kalf in andere huisvestingssystemen dan eenlingboxen
17.19 Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)
Kalverenbesluit
art.9
De verplichting te zorgen voor voldoende dag- of kunstlicht voor kalveren
18 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG van 19 november 1991, art.3 en art.4 lid 1) 18.1 MinimumRichtlijn 91/630 art.3 lid 1 onder a normen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
De verplichting te voldoen aan de minimale vrije vloerruimte per gespeend varken of gebruiksvarken
18.2
Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
art.3 lid 1 onder b eerste volzin in samenhang met art.4 lid 4 van het Varkensbesluit en in samenhang met art.3 lid 9 van Richtlijn 91/630/EEG
De verplichting te voldoen aan de minimale vrije vloerruimte per gelte na dekking en per zeug wanneer gelten en/of zeugen in groep gehouden worden
18.3
Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
art.3 lid 2 onder a in samenhang met art.3 lid 9
De verplichting te voldoen aan de minimale afmetingen van gedeeltelijk dichte vloeren voor gelten na dekking en drachtige zeugen
18.4
Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
art.3 lid 2 onder b in samenhang met art.3 lid 9
De verplichting te voldoen aan de minimale afmetingen van roostervloeren voor gelten na dekking en drachtige zeugen
18.5
Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
art.3 lid 4 onder a in samenhang met art.3 lid 9
18.6
Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
art.3 lid 4 onder b in samenhang met art.3 lid 9
18.7
Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
art.3 lid 6
De verplichting zeugen en gelten in groepen te houden vanaf vier weken na het dekken tot één week vóór de verwachte werpdatum De verplichting dat zeugen en gelten zich gemakkelijk kunnen draaien indien zij – bij uitzondering – apart gehouden mogen worden De verplichting er voor te zorgen dat ieder dier voldoende voedsel tot zich kan nemen
catalogus GBD 20 december 2007
39
18.8
Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
Bijlage, Hoofdstuk I, onder 5, 2e zin
18.9
Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
Bijlage, Hoofdstuk I, onder 8, 1e De verplichting te voldoen aan de regels zin t/m het 1e gedachtenstreepje m.b.t. het verkleinen van tanden van biggen en in samenhang met art.2 lid 1 en beren onder q van het Ingrepenbesluit
18.10 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
Bijlage, Hoofdstuk I, onder 8, 1e De verplichting te voldoen aan de regels zin met 2e gedachtenstreepje in m.b.t. het couperen van de staart samenhang met Bijlage, onder 8, 2e alinea
18.11 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
Bijlage, Hoofdstuk I, onder 8, 1e zin met 4e gedachtenstreepje in samenhang met art.2 lid 1 onder l van het Ingrepenbesluit
De verplichting te voldoen aan de regels m.b.t. het aanbrengen van neusringen bij mannelijke varkens
18.12 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Richtlijn 91/630
Bijlage, Hoofdstuk I, onder 8, 3e alinea, 2e zin
18.13 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art. 2b, eerste lid, onderdeel d, en tweede lid
De verplichting het castreren en couperen van de staart bij dieren ouder dan zeven dagen onder anesthesie en met aanvullende langdurige analgesie uitsluitend te laten uitvoeren door een dierenarts De verplichting dat dieren die apart gehouden worden i.v.m. agressie, verwondingen of ziekte zich gemakkelijk kunnen draaien
18.14 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.3 lid 1
Het verbod op het aangebonden houden van gelten of zeugen
18.15 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.3 lid 2
18.16 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.5 lid 7
18.17 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.9 lid 1
De verplichting dat een stal bestemd voor een zeug of een gelt zodanig in te richten dat achter de zeug of de gelt voldoende vrije ruimte beschikbaar is voor het natuurlijke of het begeleide werpen De verplichting vloeren van de stal zo te ontwerpen, bouwen of onderhouden dat bij de varkens geen letsel of pijn kan worden veroorzaakt De verplichting te zorgen voor voldoende en adequaat ligmateriaal in de stal voor een beer of een zeug met biggen
catalogus GBD 20 december 2007
De verplichting dat vloeren stevig, vlak en stabiel zijn en aangepast aan het gewicht en de grootte van de dieren
40
18.18 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.9 leden 2 en 3 in samenhang met art.3 lid 9 van Richtlijn 91/630
De verplichting te zorgen dat varkens permanent beschikken over voldoende en nietschadelijk onderzoek- en speelmateriaal
18.19 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.10 lid 1
De verplichting de stal te voorzien van voldoende dag- of kunstlicht
18.20 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.10 lid 2
Het verbod op een te hoog geluidsniveau of plotseling lawaai in de stal
18.21 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.11 lid 2
De verplichting te zorgen dat bij een individueel of niet-ad libitum voersysteem alle varkens tegelijkertijd kunnen eten
18.22 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.13 lid 1
De verplichting alle varkens ten minste eenmaal per dag te voeren
18.23 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.13 lid 2
De verplichting alle varkens ouder dan twee weken permanent van vers water te voorzien
18.24 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.13 lid 3
De verplichting om aan guste en drachtige zeugen en gelten voldoende bulk- of vezelrijk en energierijk voer te verstrekken
18.25 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Varkensbesluit
art.15
18.26 Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)
Wet op de uitoefening van de diergeneeskunde
art.2 in samenhang met art.7 lid 2 onder c
De verplichting het castreren van mannelijke varkens, die ouder zijn dan zeven dagen, uitsluitend te laten uitvoeren onder anesthesie en met aanvullende langdurige analgesie en uitsluitend door een dierenarts Het verbod op het castreren van mannelijke biggen anders dan door een dierenarts of door een bevoegde houder van de dieren
19 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG van 20 juli 1998, art.4) 19.1 Bescherming landbouwhuisBesluit welzijn productiedieren art.3 lid 1 dieren (Richtlijn 98/58/EEG) 19.2
Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
catalogus GBD 20 december 2007
Besluit welzijn productiedieren
art.3 lid 2
Het verbod op het zo ver beperken van de bewegingsruimte van een dier dat het onnodig lijdt of letsel wordt toegebracht De verplichting dieren indien aangebonden voldoende ruimte te laten voor zijn fysiologische en ethologische behoeften
41
19.3
Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.3 lid 3
19.4
Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.4 lid 1
19.5
Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.4 lid 2
19.6
Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.4 lid 3
19.7
Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.4 lid 4
19.8
Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.4 lid 5
19.9
Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.4 lid 6
19.10 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 1
19.11 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 2
19.12 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 3
19.13 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 4
19.14 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 5
catalogus GBD 20 december 2007
De verplichting dieren indien buiten gehouden te beschermen tegen slechte weersomstandigheden, roofdieren en gezondheidsrisico’s De verplichting dieren te laten verzorgen door personen die beschikken over voldoende kennis en vaardigheden of vakbekwaam zijn De verplichting een gehouden dier regelmatig dan wel tenminste dagelijks te controleren De verplichting dieren die ziek of gewond lijken onmiddellijk op passende wijze te verzorgen of een dierenarts te raadplegen De verplichting een dier voldoende, gezond en geschikt voer te geven De verplichting erop toe te zien dat door het voer, het drinken of de wijze van toediening het dier niet onnodig lijdt of letsel wordt toegebracht De verplichting een dier te voederen met tussenpozen die bij zijn fysiologische behoeften passen De verplichting te zorgen voor voldoende verlichting voor een grondige controle van het dier op elk willekeurig tijdstip De verplichting een ziek of gewond dier zo nodig af te zonderen in een passend onderkomen De verplichting voor de behuizing materiaal te gebruiken dat niet schadelijk is voor het dier en grondig gereinigd en ontsmet kan worden De verplichting behuizingen en inrichtingen voor de beschutting van een dier zo te ontwerpen, maken en onderhouden dat het dier zich niet kan verwonden Het verbod op een luchtcirculatie, stofgehalte van de lucht, temperatuur, relatieve luchtvochtigheid en gasconcentraties in de omgeving van het dier die schadelijk zijn voor het dier
42
19.15 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 6
19.16 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 7
19.17 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 8
19.18 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 9
19.19 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.5 lid 10
19.20 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.6 lid 1
19.21 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Besluit welzijn productiedieren
art.6 lid 2
19.22 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Gezondheids- en welzijnswet voor dieren
art.34 in samenhang met het Besluit aanwijzing voor productie te houden dieren
19.23 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Gezondheids- en welzijnswet voor dieren
art.40 in samenhang met het Ingrepenbesluit
19.24 Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)
Gezondheids- en welzijnswet voor dieren
art.55 in samenhang met het Besluit voortplantingstechnieken bij dieren
Het verbod om dieren die in een gebouw worden gehouden permanent in het donker of permanent in kunstlicht te houden De verplichting kunstmatig ventilatiesystemen te voorzien van een noodsysteem zodat als hoofdsysteem uitvalt een alarmsysteem in werking treedt en het alarmsysteem regelmatig te testen De verplichting een dier voldoende schoon water te geven of anderszins aan zijn behoefte aan water te voldoen De verplichting een voeder- of drinkinstallatie zo te ontwerpen, bouwen en plaatsen dat verontreiniging van voeder en water wordt voorkomen De verplichting automatische of mechanische apparatuur ten minste eenmaal per dag te controleren en defecten onmiddellijk te herstellen De verplichting een register bij te houden van alle medische zorg en het aantal sterfgevallen en het register ten minste drie jaar te bewaren Het verbod om stoffen aan dieren toe te dienen of te voeren die schadelijk zijn voor de gezondheid of het welzijn van een dier Het verbod om niet-aangewezen dieren voor landbouwdoeleinden te houden Het verbod een of meer lichamelijke ingrepen bij een dier te verrichten, tenzij dit onder voorwaarden is toegestaan De verplichting om alleen gebruik te maken van toegestane methoden van fokken met dieren
GOEDE LANDBOUW- EN MILIEUCONDITIE (GLMC) 20 Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003 van 29 september 2003, art.5 juncto Annex-IV)
catalogus GBD 20 december 2007
43
20.1
Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)
Verordening HPA erosiebestrijding landbouwgronden 2003 ** en Verordening PT bestrijding erosie tuinbouwgronden 2004 **
20.2
Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)
Verordening HPA erosiebestrijding landbouwgronden 2003 ** en Verordening PT bestrijding erosie tuinbouwgronden 2004 **
20.3
Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)
Verordening HPA erosiebestrijding landbouwgronden 2003 ** en Verordening PT bestrijding erosie tuinbouwgronden 2004 **
20.4
Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)
Verordening HPA erosiebestrijding landbouwgronden 2003 ** en Verordening PT bestrijding erosie tuinbouwgronden 2004 **
art.3
De verplichting een meer dan normale erosie te melden onder aangeving van de meest geschikte (combinatie van) landbouwkundige maatregelen om deze adequaat te bestrijden art.4 De verplichting tot uitvoering van maatregelen:• gerichte grondbewerking na elke oogst ter voorkoming van bodemerosie; • wissen trekkersporen bij inzaaien bieten of maïs; • verplichte inzaai groenbemester op bouwland na teelt maïs en granen; • waterremmende voorziening realiseren aan onderzijde percelen art.5 Het verbod op: • het telen van een erosiebevorderend gewas op hellingen met hellingspercentage van 2% of meer, tenzij met toepassing van specifieke voorschriften; • andere exploitatie van de grond dan als grasland op hellingen met hellingspercentage van meer dan 18% art.6 in samenhang met het BeDe verplichting uitvoering te geven aan een sluit HPA voorschriften bedrijfse- goedgekeurd bedrijfserosieplan, indien een rosieplan 2003 en art.6 in saondernemer daarover beschikt. Bepaalde menhang met het Besluit PT onderdelen van art. 4 en art. 5 zijn dan niet voorschriften bedrijfserosieplan van toepassing 2003
21 Bodemstructuur en organisch stofgehalte (Verordening (EG) 1782/2003 van 29 september 2003, art.5 juncto Annex-IV) 21.1 Bodemstructuur en organisch stof- Regeling GLB-inkomenssteun art.7 lid 1 sub a en e in samenDe verplichting een groenbemester te hebgehalte (Verordening (EG) 2006 hang met art.8 en 26 ben op percelen die uit productie zijn ge1782/2003) nomen in het kader van de bedrijfstoeslagregeling (inzaaien voor 31 mei en niet voor 31 augustus vernietigen) 21.2 Organische stof in de bodem, stop- Regeling GLB-inkomenssteun art. 8a Het verbod om gewasresten op bouwland pelbeheer op bouwland (Verorde2006 na de oogst te verbranden, tenzij de landning (EG) 1782/2003) bouwer beschikt over een ontheffing. 22 Minimaal onderhoud en voorkomen achteruitgang habitats (Verordening (EG) 1782/2003 van 29 september 2003, art.5 juncto Annex-IV)
catalogus GBD 20 december 2007
44
22.1
Minimaal onderhoud en achteruitgang van habitats voorkomen (Verordening (EG) 1782/2003)
Boswet
art. 2 in samenhang met art. 1, derde en vierde lid en art. 5
Het verbod om bepaalde houtopstanden te (doen) vellen, anders dan bij wijze van dunning, zonder dat een voorafgaande tijdige kennisgeving aan de Minister is gedaan.
22.2
Minimaal onderhoud en achteruitgang van habitats voorkomen (Verordening (EG) 1782/2003)
Boswet
art. 3 in samenhang met art. 1, derde en vierde lid, en art. 5 en het koninklijk besluit van 20 juni 1962, houdende regelen ten aanzien van de verplichting tot herbeplanting, bedoeld in artikel 3 van de Boswet (Stb. 220)
De verplichting om bepaalde houtopstanden die, anders dan bij wijze van dunning, geveld zijn of op andere wijze tenietgegaan binnen 3 jaar na velling of het tenietgaan te herbeplanten overeenkomstig het bepaalde in het koninklijk besluit
22.3
Minimaal onderhoud en achteruitgang van habitats voorkomen (Verordening (EG) 1782/2003)
Boswet
art. 13 in samenhang met art. 1, derde en vierde lid
Een verbod op het (doen) vellen, anders dan bij wijze van dunning, van bepaalde bij besluit van de de ministers van OCW en LNV aangewezen bossen of andere houtopstanden.
Toelichting * In geval de PVV-verordening niet (langer) van kracht is, gelden de bepalingen van de Regeling verbod handel met bepaalde stoffen behandelde dieren en producten: ze zijn elkaars vangnet. ** Deze verordeningen zijn van toepassing op land- en tuinbouwgronden voorzover deze geheel of gedeeltelijk zijn gelegen in de navolgende gemeenten: Eijsden, Maastricht, Meerssen, Stein, Sittard-Geleen, Beek, Schinnen, Nuth, Voerendaal, Simpelveld, Vaals, Gulpen-Wittem, Margraten, Valkenburg aan de Geul, Onderbanken, Brunssum, Landgraaf, Heerlen, Kerkrade. Ze zijn echter niet van toepassing op de hiervoor bedoelde land- en tuinbouwgronden, voor zover deze gronden zijn gelegen: – – – – –
in het watervoerend en waterbergend winterbed in het Maasdal; in de inundatiegebieden van de rivier de Geul; ten noorden van de wegen Sittard–Wehr en Sittard–Urmond. in de inundatiegebieden van de rivier de Geul; ten noorden van de wegen Sittard–Wehr en Sittard–Urmond.
Aanvullende randvoorwaarden voor agromilieubetalingen ex artikel 36 onder a iv), van Verordening (EG) 1698/2005
catalogus GBD 20 december 2007
45
EU-wetgevingskader
NL-wetgevingskader
Artikel(en)
Onderwerp van controle
25
Meststoffen (zoals nader gedefinieerd in hoofdstuk 5.3.2.1 van Bijlage II bij Verordening (EG) 1974/2006)
25.1
Plattelandsverordening (Verordening (EG) 1698/2005)
26
Bestrijdingsmiddelen (zoals nader gedefinieerd in hoofdstuk 5.3.2.1 van Bijlage II bij Verordening (EG) 1974/2006)
26.1
Plattelandsverordening (Verordening (EG) 1698/2005)
Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden
art.76 lid 1
26.2
Plattelandsverordening (Verordening (EG) 1698/2005)
Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden
art.18
26.3
Plattelandsverordening (Verordening (EG) 1698/2005) Plattelandsverordening (Verordening (EG) 1698/2005)
Lozingenbesluit Open teelt en art.13 Veehouderij Lozingenbesluit Open teelt en art.15 Veehouderij
26.4
catalogus GBD 20 december 2007
Meststoffenwet
art.7 in samenhang met art.8 onder c, 11 en 12, lid 4 en 5 en in samenhang met art.30 t/m 35 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet
Het verbod in enig kalenderjaar op een bedrijf meststoffen op of in de bodem te brengen, tenzij de fosfaatgebruiksnormen in acht zijn genomen
Het verbod op het ontvangen, voorhanden hebben of gebruiken van gewasbeschermingsmiddelen of biociden zonder een geldig bewijs van vakbekwaamheid De verplichting om voldoende zorg in acht te nemen voor een juiste en veilige opslag van bestrijdingsmiddelen en biociden De verplichting bij het gebruik van bestrijdingsmiddelen een teeltvrije zone aan te houden De verplichting, bij het gebruiken van gewasbeschermingsmiddelen binnen een afstand van 14 m vanaf de insteek van het oppervlaktewater, de daarbij horende voorschriften na te leven
46
Ad 2. Minimumeisen inzake het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen. De minimumeisen inzake het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, zoals bedoeld onder 2. zijn nader gedefinieerd in hoofdstuk 5.3.2.1 van Bijlage II bij Verordening (EG) 1974/2006: specifiek voor de toepassing van artikel 39, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1698/2005, de minimumeisen inzake het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen en de andere relevante dwingende eisen; de minimumeisen voor meststoffen moeten onder meer omvatten de codes van goede landbouwmethoden die op grond van Richtlijn 91/676/EEG zijn ingevoerd voor de landbouwbedrijven buiten de kwetsbare zones in de zin van die richtlijn, en eisen betreffende de vervuiling met fosfor; de minimumeisen voor gewasbeschermingsmiddelen moeten onder meer omvatten de eis in het bezit te zijn van een vergunning voor het gebruik van dergelijke producten, de eis de opleidingsverplichtingen na te komen, eisen betreffende een veilige opslag, eisen betreffende het controleren van de machines voor toediening van dergelijke producten en regels betreffende het gebruik van bestrijdingsmiddelen dicht bij water en op andere gevoelige locaties, zoals vastgelegd bij nationale wetgeving;
Deze bedoelde minimumeisen omvatten ten algemene (NB: dit komt uit het POP2) : 1. Minimumeisen voor het gebruik van meststoffen
1a. Stikstofmaatregelen Als onderdeel van de randvoorwaarden GLB: Het Derde Nederlandse Actieprogramma (2004-2009) inzake de Nitraatrichtlijn is van toepassing verklaard op het hele Nederlandse grondgebied (waarmee Nederland in zijn geheel als kwetsbaar gebied voor nitraat is aangemerkt). Derhalve zijn, ingevolge artikel 3, vijfde lid, van de Nitraatrichtlijn noch afzonderlijke kwetsbare zones voor nitraat in Nederland aangewezen noch, ingevolge artikel 4 van de Nitraatrichtlijn, aparte codes van goede landbouwpraktijken beschreven. Voor stikstof zijn in 2009 de stikstofgebruiksnormen op een zodanig niveau zijn vastgesteld dat de norm voor grondwater van 50 mg nitraat per liter kan worden bereikt. De minimumeisen voor meststoffen zijn daarom de nationale eisen uit de Nederlandse wet- en regelgeving zoals die van kracht is per 1-1-2006. De stikstofmaatregelen bestaan uit twee componenten: gebruiksnormen en middelvoorschriften. De relevante eisen uit beide componenten - voor zover van toepassing in het kader van het voldoen aan de artikelen 4 en 5 van de Nitraatrichtlijn - zijn al benoemd als Randvoorwaarden GLB (cross compliance). Ter illustratie worden de stikstofgebruiksnormen, onderscheiden naar gebruiksnormen voor dierlijke mest en gebruiksnormen voor totale stikstofbemesting, nogmaals toegelicht: • gebruiksnorm dierlijke mest Nederland hanteert, overeenkomstig de Nitraatrichtlijn, een gebruiksnorm van 170 kg stikstof per ha uit dierlijke mest, met uitzondering van bedrijven die in aanmerking komen voor derogatie. De baseline voor het berekenen van de beheersvergoeding voor de agromilieubetalingen gaat uit van de Nitraatrichtlijn en gaat dus uit van een gebruiksnorm dierlijke mest van 170 kg stikstof per ha per jaar. Het is niet nodig voor bepaalde gevallen een lagere norm te stellen: daar waar nodig zullen de gebruiksnormen voor totale bemesting met stikstof onderscheidenlijk fosfaat vanzelf leiden tot een lager gebruik van dierlijke mest. Bijvoorbeeld het gebruik van varkensmest zal vanwege het hoge fosfaatgehalte en de fosfaatgebruiksnorm in het algemeen niet hoger zijn dan ca. 140 kg stikstof per hectare. • gebruiksnorm totale stikstofbemesting Per gewas en per grondsoort zijn gebruiksnormen voor de totale stikstofbemesting worden vastgesteld (zie bijlage A). Waar nodig om de milieudoelen van de Nitraatrichtlijn te realiseren - 50 mg nitraat per liter in het grondwater resp. 11,3 mg totaalstikstof in het oppervlaktewater en het reduceren van de eutrofiëring - zijn strengere gebruiksnormen vastgesteld. Dit laatste is het geval bij gras, maïs en een aantal akker- en tuinbouwgewassen op zandgronden. De normen voor zandgronden zullen geleidelijk aan jaarlijks worden aangescherpt, zodat met de normen van 2009 het doel van 50 mg nitraat per liter in het grondwater wordt bereikt. Aanvullende voorwaarden voor meststoffen: geen.
catalogus GBD 20 december 2007
47
1b. Fosfaatmaatregelen De fosfaatmaatregelen zijn eveneens opgenomen in het Derde Nederlandse Actieprogramma (2004-2009) inzake de Nitraatrichtlijn. De centrale aanpak om fosfaatemissies te reduceren is het verminderen van het fosfaatoverschot op alle bedrijven op alle grondsoorten. Het stelsel van gebruiksnormen zal daarom voor alle grondgebruikers ook normen bevatten ter begrenzing van het totale gebruik van fosfaatmeststoffen. Het doel is het bereiken van evenwichtsbemesting in 2015. Dit uitgangspunt is in de Meststoffenwet verankerd. Evenwichtsbemesting houdt in dat het gebruik van fosfaat overeen moet komen met opname door het gewas inclusief een onvermijdbaar verlies2. Hiervoor is een traject vastgesteld waarmee geleidelijk naar dit doel wordt toegewerkt. Dit is tevens een belangrijk onderdeel van de taakstelling van de Kaderrichtlijn Water. Nederland wil deze doelstelling gefaseerd bereiken, rekening houdend met de economische consequenties en het aanpassingsvermogen van de sector. De fosfaatmaatregelen omvatten twee componenten: • Als onderdeel van de randvoorwaarden GLB: middelvoorschriften Middelvoorschriften zijn onderdeel van een goede bemestingspraktijk in de landbouw. Ook voor fosfaat zijn er nadere voorschriften vastgesteld voor het aanwijzen van periodes waarin het gebruik van kunstmest niet is toegestaan, het gebruik van meststoffen op steile hellingen, het gebruik van meststoffen in de nabijheid van waterlopen en methoden voor de aanwending van kunstmest. Daarnaast zijn er enkele aanvullende voorschiften. Deze zijn gebaseerd op twee uitgangspunten: het voorkomen van onnodige milieuverontreiniging en gebruik maken van de stand der techniek als goede bemestingspraktijk in de landbouw. Het betreft voorschriften voor de aanwending van dierlijke mest in najaar en winter, het scheuren van grasland en vanggewas na maïs op zand en lössgronden. De relevante eisen - voor zover van toepassing in het kader van het voldoen aan de artikelen 4 en 5 van de Nitraatrichtlijn - zijn al benoemd als Randvoorwaarden GLB (cross compliance). • Aanvullende minimumeisen voor fosfaat: gebruiksnormen totale fosfaatbemesting Er is een traject van fosfaatgebruiksnormen vastgesteld, zoals aangegeven in onderstaande tabel, waarmee geleidelijk naar het doel ‘evenwichtsbemesting’ wordt toegewerkt. Deze fosfaatgebruiksnormen zijn geen onderdeel van de Randvoorwaarden GLB. Het startpunt voor dit traject is afgeleid van de fosfaatverliesnormen in 2005, met dien verstande dat in het nieuwe stelsel alle fosfaatmeststoffen inclusief fosfaatkunstmest onderdeel zullen zijn van de gebruiksnormen. Tabel 1:
Fosfaatgebruiksnormen (maximaal gebruik dierlijke mest in de betreffende jaren tussen haakjes) in kg P2O5 per ha per jaar Jaar Grasland Bouwland
2005 130 (110) 115 (85)
2006 110 95 (85)
2007 105 90 (85)
2008 100 85
Vanaf 2006 en verder zullen de fosfaatgebruiksnormen geleidelijk dalen. Om te voorkomen dat er een toename plaatsvindt van het gebruik van dierlijke mest, is een aparte norm van 85 kg fosfaat per ha per jaar voor bouwland opgenomen voor 2006 en 2007. De norm van 85 kg fosfaat is hetzelfde als onder het stelsel van verliesnormen voor 2005. Vanaf 2008 is het niet meer nodig om onderscheid te maken tussen dierlijke mest en kunstmest. Op basis van nieuwe inzichten over de fosfaatopname door het gewas, de fosfaatbehoefte en de fosfaatbelasting naar de bodem en het oppervlaktewater zullen vanaf 2009 de fosfaatgebruiksnormen en de mate van differentiatie voor die jaren definitief worden vastgesteld.
2. Minimumeisen voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen NB: Bestrijdingsmiddelenwet 1962 en de daaronder liggende regelgeving is vervangen door de Wet bestrijdingsmiddelen en biociden en daaronder liggende regelgeving. Wellicht kun je dit met Hans opnemen. In onderstaande tekst aanpassen. 2
Als onvermijdbare verlies wordt beschouwd een verlies < 5 kg fosfaat ha/jr.
catalogus GBD 20 december 2007
48
2a. Als onderdeel van de randvoorwaarden GLB Algemeen Ten aanzien van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen geldt dat slechts toegelaten of geregistreerde bestrijdingsmiddelen door de landbouwer in voorraad gehouden mogen worden of mogen worden gebruikt (artikel 2 van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962).: vervallen Tevens dienen de bij toelating of registratie gegeven wettelijke gebruiksvoorschriften door de landbouwer in acht te worden genomen die betrekking kunnen hebben op tijdstippen en plaatsen van het gebruik, de klimatologische omstandigheden waaronder, de doseringen waarin, de wijze waarop, of de technische hulpmiddelen waarmede het middel uitsluitend dan wel niet mag worden gebruikt, alsmede op de bij het gebruik in acht te nemen veiligheidstermijnen (artikel 10 van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962). vervallen Dompelvloeistoffen voor bloembollen of –knollen mogen slechts de toegelaten wijze worden verwijderd (artikel 2 van de Regeling verwijdering dompelvloeistof bloembollen en bloemknollen). Tenslotte is van belang dat de landbouwer voorschriften toepast met betrekking tot goede gewasbeschermingspraktijken en geïntegreerde bestrijding, waarbij en waardoor het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen wordt beperkt tot het strikte minimum dat noodzakelijk is om populaties van organismen onder de niveaus te houden waarbij in economisch opzicht onaanvaardbare schade of verliezen optreden. De landbouwer is verplicht een gewasbeschermingsplan op te (laten) stellen waarin hij per teelt aangeeft op welke wijze hij bij de behandeling van uitgangsmateriaal, tijdens het telen en bij de behandeling van geoogste planten of plantaardige producten goed invulling en uitvoering zal geven of zal laten geven aan de beginselen van goede gewasbeschermingspraktijken en geïntegreerde bestrijding (artikel 2 van het Besluit beginselen geïntegreerde gewasbescherming).idem Al deze minimumeisen zijn reeds Randvoorwaarde GLB (cross compliance). 2b. Aanvullende minimumeisen voor gewasbescherming: Vergunningplicht Voor het beroeps- of bedrijfsmatig gebruik maken van gewasbeschermingsmiddelen is een vergunning uitvoeren gewasbescherming vereist (artikel 3 van het Besluit houdende voorschriften omtrent de vakkennis- en vakbekwaamheidseisen inzake bestrijdingsmiddelen).idem Opleiding De vergunning uitvoeren gewasbescherming wordt slechts verleend aan degene die in het bezit is van één van de bij regeling van de minister aangewezen diploma's, certificaten, getuigschriften, verklaringen van vakbekwaamheid of andere bescheiden (spuitlicentie) (artikel 6 en 7 van het Besluit houdende voorschriften omtrent de vakkennis- en vakbekwaamheidseisen inzake bestrijdingsmiddelen).idem Opslag De opslag van bestrijdingsmiddelen dient aan regels met betrekking tot veiligheid te voldoen, zoals onder meer een deugdelijk slot en constructie, doelmatig ingericht en geventileerd, een waarschuwingssignaal betreffende giftige stoffen met daaronder een duidelijk leesbaar opschrift luidende: "Bestrijdingsmiddelen". De bestrijdingsmiddelen moeten droog, koel en rodelijk worden opgeslagen. Dit laatste om te voorkomen dat de verpakking van middelen beschadigt of vermenging van middelen kan plaatsvinden (artikel 9 t/m 12 van de Bestrijdingsmiddelenbesluit). idem Controle toedieningsmachines Voorschriften met betrekking tot de gebruikte toedieningsapparatuur voor gewasbeschermingsmiddelen onder verschillende omstandigheden zijn opgenomen in artikel 15 van het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij (artikel 15 van het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij).
catalogus GBD 20 december 2007
49
Gebruik van bestrijdingsmiddelen dicht bij water en op andere gevoelige locaties De eisen met betrekking tot het gebruik van bestrijdingsmiddelen dicht bij water en andere gevoelige locaties is geregeld in het Lozingenbesluit open teelt een veehouderij. Het algemene principe is dat het gebruiken van gewasbeschermingsmiddelen nabij oppervlaktewater is verboden, tenzij de voorschriften gesteld bij of krachtens de artikelen 13 en 14 in acht worden genomen, en verboden binnen een afstand van 14 m vanaf de insteek van het oppervlaktewater, tenzij de voorschriften gesteld bij of krachtens artikel 15 in acht worden genomen. De belangrijkste daaruit zijn het verbod op het lozen van bestrijdingsmiddelen en verplichting tot het op een voorgeschreven wijze inrichten en aanhouden van een teeltvrije zone langs oppervlaktewater. Voor verschillende typen gewassen zijn in artikel 13 en 16 verschillende breedtes van de teeltvrije zone verplicht. In artikel 15 worden (art. 13, 14 en 16 van het Lozingenbesluit open teelt een veehouderij). Deze minimumeisen zijn ook reeds als Randvoorwaarde GLB (cross compliance) benoemd. Ad 3. Andere relevante dwingende eisen die in nationale wetgeving zijn vastgesteld en in het programma zijn vermeld. De minimumeisen, zoals bedoeld onder 3. en die geen onderdeel zijn van de Randvoorwaarden GLB (onderdeel 1.) noch van de minimumeisen inzake het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen (onderdeel 2.), kunnen zijn: - de verplichting in enkele provincies (Friesland, Utrecht, Zuid-Holland, Zeeland, Noord-Brabant) om haarden van de akkerdistel (Cirsium arvense) op landbouwgrond te verwijderen voor ze tot bloei komen - de verplichting om het jaar voorafgaande aan het contract op bedrijfsniveau ten minste 4 verschillende gewassen te hebben geteeld, waaronder graan - de minimale veebezetting en.of het passend regime van 0 gve/ha - in het kader van de randvoorwaarden GLB in van toepassing artikel 13 van het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen beperkt tot alleen het gebruik van zuiveringsslib. Als baseline geldt de volledige tekst van artikel 13, waarmee ook cmpost en combinaties van zuiveringsslib, compost en dierlijke mest onder het verbod vallen. Bijlage A. Stikstofgebruiksnormen behorende bij artikel 28 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006 2007 2008
2009
2006 2007
2008 2009
Grasland (kg N per ha per jaar) Grasland met beweiden, klei
345
345
325
310
Grasland met beweiden, veen
290
290
265
265
Grasland met beweiden, zand/löss
300
290
275
260
Grasland met volledig maaien, veen*1
330
330
300
300
Grasland met volledig maaien, zand/löss*1
355
350
345
340
55
50
Grasland met volledig maaien, klei*1
385
385
365
350
Tijdelijk grasland (kg N per ha per periode) van 1 januari tot minstens 15 april
70
70
65
60
60
60
van 1 januari tot minstens 15 mei*2
120
120
115
110
105
100
95
90
van 1 januari tot minstens 15 augustus*2
275
275
260
250
240
230
220
210
van 1 januari tot minstens 15 september*2
310
310
295
280
270
260
250
235
van 1 januari tot minstens 15 oktober*2
345
345
325
310
300
290
275
260
vanaf 15 april tot minstens 15 oktober
345
345
325
310
300
290
275
260
vanaf 15 mei tot minstens 15 oktober
310
310
295
280
270
260
250
235
vanaf 15 augustus tot minstens 15 oktober
105
105
100
95
90
85
85
80
35
35
30
30
30
30
25
25
0
0
0
0
0
0
0
0
vanaf 15 september tot minstens 15 oktober vanaf 15 oktober
catalogus GBD 20 december 2007
50
Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006 2007 2008
2009
2006 2007
2008 2009
Akkerbouwgewassen (kg N per ha per teelt) Consumptieaardappelrassen hoge norm*3 (zie bijlage A.1)
300
300
275
275
290
275
Consumptieaardappelrassen overig*3
275
275
250
250
265
250
Consumptieaardappelrassen lage norm*3 (zie bijlage A.1)
250
250
225
225
240
225
Consumptieaardappel, vroeg (loofvernietiging voor 15 juli)
130
130
120
120
120
120
Pootaardappelrassen hoge norm (zie bijlage A.2)
150
150
140
140
140
140
Pootaardappelrassen overig
130
130
120
120
120
120
Pootaardappelrassen lage norm (zie bijlage A.2)
110
110
100
100
100
100
Pootaardappelen, uitgroeiteelt (loofvernietiging na 15 augustus)
200
200
180
180
180
170
Zetmeelaardappelen
265
265
240
240
240
230
Suikerbieten
165
165
150
150
150
145
Cichorei
75
75
70
70
70
70
Voederbieten
180
180
165
165
165
165
Wintertarwe*3*7
240
240
220
220
160
160
Zomertarwe
155
155
140
140
140
140
Wintergerst*7
140
155
155
140
140
140
Zomergerst
90
90
80
80
80
80
Triticale*7
175
175
160
160
160
150
Winterrogge*7
155
155
140
140
140
140
Haver*7
110
110
100
100
100
100
Maïs, bedrijven met derogatie*4
160
160
160
160
155
155
Maïs, bedrijven zonder derogatie*4
205
205
185
185
185
175
45
45
40
40
40
40
0
0
0
0
0
0
Graszaad, Engels raaigras, 1e jaars
180
180
165
165
165
155
Graszaad, Engels raaigras, overjarig
220
220
200
200
200
190
Graszaad, rietzwenkgras
155
155
140
140
140
135
65
65
60
60
60
55
120
120
110
110
110
105
Graszaad, veldbeemd, volgteelt
65
65
60
60
60
55
Graszaad, roodzwenkgras, 1e jaars
95
95
85
85
85
80
Luzerne, eerste jaar Luzerne, volgende jaren
Graszaad, rietzwenkgras, volgteelt Graszaad, veldbeemd
Graszaad, roodzwenkgras, 1e jaars, volgteelt Graszaad, roodzwenkgras, overjarig Graszaad, roodzwenkgras, overjarig, volgteelt
40
40
35
35
35
35
125
125
115
115
115
110
50
50
45
45
45
45
Graszaad, westerwolds
120
120
110
110
110
105
Graszaad, Italiaans
145
145
130
130
130
125
Graszaad, overig
100
100
90
90
90
85
Graszaad, overig, volgteelt
50
50
45
45
45
45
Graszoden
375
375
340
340
340
340
Ui, zaaiui, overig
130
130
120
120
120
120
Winterui, 2e jaars plantui
185
185
170
170
170
160
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
145
145
130
130
130
125
Blauwmaanzaad
120
120
110
110
110
105
Karwij
165
165
150
150
150
145
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
100
100
90
90
90
85
Koolzaad, winter
225
225
205
205
205
195
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
175
175
160
160
160
150
Koolzaad, zomer
130
130
120
120
120
120
75
75
70
70
70
70
220
220
200
200
200
190
Vlas Akkerbouw overig
catalogus GBD 20 december 2007
155
150
51
Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006 2007 2008
2009
2006 2007
2008 2009
Bladgewassen (kg N per ha per teelt) Spinazie, 1e teelt
285
285
260
260
210
200
Spinazie, volgteelt
205
205
185
185
160
150
Slasoorten, 1e teelt
200
200
180
180
180
170
Slasoorten, volgteelt
115
115
105
105
105
105
Andijvie, 1e teelt
200
200
180
180
180
170
Andijvie, volgteelt
100
100
90
90
90
90
Selderij, bleek/groen
220
220
200
200
200
190
Prei
270
270
245
245
245
235
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
110
110
100
100
100
95
Bladgewassen, overig, eenmalige oogst
165
165
150
150
150
145
Bladgewassen, overig, meermalige oogst
300
300
275
275
275
260
320
320
290
290
290
275
55
55
50
50
50
50
Wittekool
350
350
320
320
320
305
Rodekool
315
315
285
285
285
270
Savooiekool
315
315
285
285
285
270
Spitskool
315
315
285
285
285
270
Bloemkool
255
255
230
230
230
220
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
130
130
120
120
120
115
Broccoli
295
295
270
270
270
255
Chinese kool
200
200
180
180
180
170
Boerenkool
185
185
170
170
170
160
Paksoi
200
200
180
180
180
170
Raapstelen
155
155
140
140
140
135
Kruiden, bladgewas, eenmalige oogst
165
165
150
150
150
145
Kruiden, bladgewas, meermalige oogst
300
300
275
275
275
260
Kruiden, wortelgewassen
220
220
200
200
200
190
Kruiden, zaadgewassen
110
110
100
100
100
95
Aardbei (wachtbed, vermeerdering)
130
130
120
120
120
115
Aardbei (productie)
185
185
170
170
170
160
90
90
80
80
80
75
Komkommerachtigen (augurk, courgette, meloen, pompoen)
210
210
190
190
190
180
Suikermaïs
220
220
200
200
200
190
Stam/stokboon, vers
130
130
120
120
120
115
Landbouwstambonen, rijp zaad
150
150
135
135
135
135
Veld- en tuinbonen, vers +rijp zaad
55
55
50
50
50
50
Tuinbonen, vers/peulen
80
80
75
75
75
75
Erwt, vers + rijp zaad
35
35
30
30
30
30
100
100
90
90
90
85
Koolgewassen (kg N per ha per teelt) Spruitkool waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
Kruiden (kg N per ha per teelt)
Vruchtgewassen (kg N per ha per teelt)
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
Peul Stengel/knol/wortelgewassen (kg N per ha per teelt) Asperge (excl. opkweek)
95
95
85
85
85
80
Knolselderij
220
220
200
200
200
190
Knolvenkel/venkel
200
200
180
180
180
170
Koolraap
185
185
170
170
170
160
catalogus GBD 20 december 2007
52
Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006 2007 2008
2009
2006 2007
Koolrabi
200
200
180
180
180
170
Kroten/rode bieten
205
205
185
185
185
175
Winterpeen/waspeen
120
120
110
110
110
110
Bospeen
55
55
50
50
50
50
Rabarber
275
275
250
250
250
240
Radijs
90
90
80
80
80
80
Schorseneer
185
185
170
170
170
170
Witlof
110
110
100
100
100
100
Vollegrondsgroenten, overig
220
220
200
200
200
190
65
65
60
60
60
60
2008 2009
Groenbemesters *5 (kg N per ha per teelt) Niet-vlinderbloemige groenbemesters (o.a. bladrammenas, gele mosterd, gras, granen) Vlinderbloemige groenbemesters (wikke)
35
35
30
30
30
30
100
100
90
90
90
90
Acidanthera
280
280
255
255
255
240
Anemone coronaria
145
145
130
130
130
125
Fritillaria imperialis
150
150
135
135
135
130
Hyacint
240
240
220
220
220
210
Iris, grofbollig
185
185
170
170
170
160
Iris, fijnbollig
155
155
140
140
140
135
Krokus, grote gele
190
190
175
175
175
165
Krokus, overig
100
100
90
90
90
85
Narcis
160
160
145
145
145
140
Tulp
220
220
200
200
200
190
Dahlia
120
120
110
110
110
105
Gladiool, pitten
285
285
260
260
260
245
Gladiool, kralen
210
210
190
190
190
180
Knolbegonia
165
165
150
150
150
145
Lelie
170
170
155
155
155
145
Zantedeschia
120
120
110
110
110
110
Overige bolgewassen
180
180
165
165
165
155
Appel
195
195
175
175
175
165
Blauwe bes
110
110
100
100
100
95
Braam
165
165
150
150
150
140
Framboos
165
165
150
150
150
140
Kers
195
195
175
175
175
165
Peer
195
195
175
175
175
165
Pruim
195
195
175
175
175
165
Rode bes
165
165
150
150
150
140
Druif
110
110
100
100
100
95
Zwarte bes
195
195
175
175
175
165
Buitenbloemen hoge norm (zie bijlage A3)
220
220
200
200
200
200
Buitenbloemen overig
165
165
150
150
150
150
Tagetes Bloembollengewassen (kg N per ha per teelt)*7
Fruitteeltgewassen (kg N per ha per jaar)
Buitenbloemen (kg N per ha per teelt)
Boomkwekerijgewassen (kg N per ha per jaar)
catalogus GBD 20 december 2007
53
Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006 2007 2008 Laanbomen: onderstammen
45
Laanbomen: spillen
100
100
90
90
90
90
Laanbomen: opzetters
125
125
115
115
115
115
Sierheesters
85
85
75
75
75
75
Coniferen (incl. kerstsparren en -dennen)
90
90
80
80
80
80
Rozen (incl. zaailingen, onderstammen)
75
75
70
70
70
70
Bos- en Haagplantsoen
105
105
95
95
95
95
Vaste planten
195
195
175
175
175
175
35
35
30
30
30
30
Vruchtbomen: moerbomen
120
120
110
110
110
110
Vruchtbomen
100
100
90
90
90
90
90
90
80
80
80
80
Snijgroen
105
105
95
95
95
95
Ericaceae
75
75
70
70
70
70
105
105
95
95
95
95
100
100
90
90
90
90
110
110
110
110
110
110
Trek- en besheesters
Buxus
40
2006 2007
45
Vruchtbomen: onderstammen
40
2009
40
2008 2009
40
Bosbouw (kg N per ha per jaar) Snelgroeiend houtsoorten voor biomassaproductie Vaste norm op bedrijfsniveau*6 (kg N per ha per jaar) Vaste norm
*1 Onder grasland met volledig maaien wordt mede verstaan grasland waar uitsluitend jongvee van runderen niet ouder dan 2 jaar wordt geweid, voorzover het aantal stuks jongvee in de wei niet groter is dan het aantal op het bedrijf gehouden ouderdieren. Daarnaast mogen hobbymatig gehouden dieren worden geweid. *2 Deze gebruiksnormen zijn alleen van toepassing voorzover ze zijn toegestaan binnen de regels van het Besluit gebruik meststoffen. *3 Voor consumptieaardappel en wintertarwe op lössgronden gelden de gebruiksnormen die zijn weergegeven in onderstaande tabel. Lössgronden zijn gronden die zijn ontstaan in eolisch materiaal en binnen 80 cm van het maaiveld voor meer dan de helft bestaan uit leem (fractie kleiner dan 50 m ). Akkerbouwgewassen op löss
2006
2007
Consumptieaardappelrassen hoge norm (zie bijlage A.1)
275
265
Consumptieaardappelrassen overig Consumptieaardappelrassen lage norm (zie bijlage A.1)
250 225
240 215
Wintertarwe
220
220
2008
2009
*4 De normen van maïs zijn inclusief de norm van de daarop aansluitend geteelde groenbemesters. *5 Deze gebruiksnormen zijn alleen van toepassing indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden. Voor groenbemesters op zand geldt: inzaaien voor 1 september en na 1 december ploegen. Op klei geldt: inzaaien voor 15 september en na 1 december ploegen. Een uitzondering wordt gemaakt voor groene braak en indien de groenbemester minimaal 10 weken in het groeiseizoen op het land staat indien aansluitend daarop een volggewas wordt geteeld. De normen gelden niet voor groenbemesters die aansluiten op maïs. *6 Deze vaste norm op bedrijfsniveau geldt als het gewogen gemiddelde van de gebruiksnormen van de geteelde gewassen of gewasgroepen uit tabel A op het bedrijf in dat kalenderjaar minstens 100 kg N/ha bedraagt. *7 De gebruiksnorm wordt volledig toegerekend aan het jaar van oogsten.
catalogus GBD 20 december 2007
54
Bijlage B. Gegroepeerde relevante baselines Groene en Blauwe diensten Blok 1
Vegetatie clusters Beheerseenheid is niet bemest en wordt geen bagger opgebracht -> Baseline is •
•
•
• • •
• • •
Besluit van 26-10-2005, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 4 Bgm Besluit van 23 juli 2001, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 29 BOOM Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 13 Lotv (de teeltvrije zone langs natuurlijke waterlopen die een ook mestvrij moet zijn, staan aangegeven op de kaart die als bijlage bij artikel 3 zijn aangewezen van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet) Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 16 Lotv Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8 en 9
Meststoffenwet
Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8, 9, 10, en 11 Meststoffenwet en Artikel 28 en bijlage A (apart bijgevoegd) van de Uitvoeringsregeling Besluit van 26-10-2005 tot wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 2 Bgm
Artikelen 65 t/m 70 van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet
Artikelen 24 tot en met 27 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet .
Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan -> • Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden •
Blok 2 Weidevogel clusters Rust in gebieden en tijdens rustperiode is het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen niet toegestaan –> • • •
• • •
•
Besluit van 26-10-2005, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998 en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 4 Bgm Besluit van 23 juli 2001, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 29 BOOM Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 13 Lotv (de teeltvrije zone langs natuurlijke waterlopen die een ook mestvrij moet zijn, staan aangegeven op de kaart die als bijlage bij artikel 3 zijn aangewezen van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet) Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 16 Lotv Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8 en 9
Meststoffenwet Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8, 9, 10, en 11 Meststoffenwet en Artikel 28 en bijlage A (apart bijgevoegd) van de Uitvoeringsregeling Besluit van 26-10-2005 tot wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998 en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 2 Bgm
catalogus GBD 20 december 2007
55
• •
Artikelen 65 t/m 70 van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet Artikelen 24 tot en met 27 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet .
Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan -> • Wet gewasbeschermings-middelen en biociden • Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Blok 3 Nestbescherming clusters Aanwezige nesten worden gemarkeerd, geregistreerd en beschermd. -> Flora- en Faunawet, Artikelen 8, 9 juncto 31, art.10 juncto 31, 11, 12, 13, 14, 15, 37, 50 lid 3, 53 juncto 46, 72 lid 5 en juncto art. 5, 6, 7 en 9 van het Besluit beheer en schadebestrijding dieren
In geval van extra rustperiode geldt dezelfde baseline als bij het weidevogelpakket: Rust in gebieden en tijdens rustperiode is het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen niet toegestaan -> •
•
•
• • •
• • •
Besluit van 26-10-2005, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 4 Bgm Besluit van 23 juli 2001, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 29 BOOM Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 13 Lotv (de teeltvrije zone langs natuurlijke waterlopen die een ook mestvrij moet zijn, staan aangegeven op de kaart die als bijlage bij artikel 3 zijn aangewezen van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet) Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 16 Lotv Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8 en 9
Meststoffenwet Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8, 9, 10, en 11 Meststoffenwet en Artikel 28 en bijlage A (apart bijgevoegd) van de Uitvoeringsregeling Besluit van 26-10-2005 tot wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 2 Bgm
Artikelen 65 t/m 70 van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet
Artikelen 24 tot en met 27 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet.
Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan -> • Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Blok 4 Cluster Faunaranden Mechanische en chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan -> Bemesting en opbrengen bagger niet toegestaan: Baseline is •
•
Besluit van 26-10-2005, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 4 Bgm Besluit van 23 juli 2001, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 29 BOOM
catalogus GBD 20 december 2007
56
•
• • •
• • •
Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 13 Lotv (de teeltvrije zone langs natuurlijke waterlopen die een ook mestvrij moet zijn, staan aangegeven op de kaart die als bijlage bij artikel 3 zijn aangewezen van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet) Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 16 Lotv Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8 en 9
Meststoffenwet Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8, 9, 10, en 11 Meststoffenwet en Artikel 28 en bijlage A (apart bijgevoegd) van de Uitvoeringsregeling Besluit van 26-10-2005 tot wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 2 Bgm
Artikelen 65 t/m 70 van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet
Artikelen 24 tot en met 27 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet .
Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan -> • Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Blok 5 Cluster Roulerend graandeel en chemie en kunstmestvrij Geen bemesting en chemische onkruidbestrijding -> Baseline: • • •
• • •
• • •
Besluit van 26-10-2005, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998 en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 4 Bgm Besluit van 23 juli 2001, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998 en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 29 BOOM Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 13 Lotv (de teeltvrije zone langs natuurlijke waterlopen die een ook mestvrij moet zijn, staan aangegeven op de kaart die als bijlage bij artikel 3 zijn aangewezen van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet) Lozingenbesluit open teelt en veehouderij Artikel 16 Lotv Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8 en 9
Meststoffenwet
Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8, 9, 10, en 11 Meststoffenwet en Artikel 28 en bijlage A (apart bijgevoegd) van de Uitvoeringsregeling Besluit van 26-10-2005 tot wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998 en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 2 Bgm
Artikelen 65 t/m 70 van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet Artikelen 24 tot en met 27 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet.
Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan -> • Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Blok 6 Akkerfauna en flora Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan -> • Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden •
Flora- en Faunawet Artikelen 8, 9 juncto 31, art.10 juncto 31, 11, 12, 13, 14, 15, 37, 50 lid 3, 53 juncto 46, 72 lid 5 en juncto art. 5, 6, 7 en 9 van het Besluit beheer en schadebestrijding dieren
catalogus GBD 20 december 2007
57
Blok 7 Clusters Landschap Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan -> • Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden • Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden Regeling gewasbeschermingsmiddelen en biociden Werkzaamheden worden verricht in periode 1 september tot 1 april -> gaat om niet verstoren van broedvogels -> •
Flora- en Faunawet Artikelen 8, 9 juncto 31, art.10 juncto 31, 11, 12, 13, 14, 15, 37, 50 lid 3, 53 juncto 46, 72 lid 5 en juncto art. 5, 6, 7 en 9 van het Besluit beheer en schadebestrijding dieren
Voor rietzoompakket -> geen bemesting -> • • • •
• • •
Besluit van 26-10-2005, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998 en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 4 Bgm Besluit van 23 juli 2001, houdende wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 29 BOOM Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8 en 9
Meststoffenwet
Wet van 15-09-2005 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering gebruiksnormen) Artikelen 7, 8, 9, 10, en 11 Meststoffenwet en Artikel 28 en bijlage A (apart bijgevoegd) van de Uitvoeringsregeling Besluit van 26-10-2005 tot wijziging van het Besluit gebruik dierlijke meststoffen 1998, het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij, Artikel 2 Bgm
Artikelen 65 t/m 70 van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet
Artikelen 24 tot en met 27 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet .
Het verbod om bepaalde houtopstanden te (doen) vellen, anders dan bij wijze van dunning, zonder dat een voorafgaande tijdige kennisgeving aan de Minister is gedaan. • Boswet, art. 3 in samenhang met art. 1, derde en vierde lid, en art. 5 en het koninklijk besluit van 20 juni 1962, houdende regelen ten aanzien van de verplichting tot herbeplanting, bedoeld in artikel 3 van de Boswet (Stb. 220)
Blok 8 Cluster Ganzen Mogen in foerageergebieden geen handelingen plaatsvinden die ganzen verontrusten. -> Flora- en
Faunawet Artikelen 8, 9 juncto 31, art.10 juncto 31, 11, 12, 13, 14, 15, 37, 50 lid 3, 53 juncto 46, 72 lid 5 en juncto art. 5, 6, 7 en 9 van het Besluit beheer en schadebestrijding dieren
catalogus GBD 20 december 2007
58
Bijlage A. Stikstofgebruiksnormen behorende bij artikel 28 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006
2007
2008
2009
2006
2007
2008
2009
345
345
325
310 290
290
265
265
300
290
275
260
Grasland met volledig maaien, veen*1
330
330
300
300
Grasland met volledig maaien, zand/löss*1
355
350
345
340
Grasland (kg N per ha per jaar) Grasland met beweiden, klei Grasland met beweiden, veen Grasland met beweiden, zand/löss Grasland met volledig maaien, klei*1
385
385
365
350
Tijdelijk grasland (kg N per ha per periode) van 1 januari tot minstens 15 april
70
70
65
60
60
60
55
50
van 1 januari tot minstens 15 mei*2
120
120
115
110
105
100
95
90
van 1 januari tot minstens 15 augustus*2
275
275
260
250
240
230
220
210
van 1 januari tot minstens 15 september*2
310
310
295
280
270
260
250
235
van 1 januari tot minstens 15 oktober*2
345
345
325
310
300
290
275
260
vanaf 15 april tot minstens 15 oktober
345
345
325
310
300
290
275
260
vanaf 15 mei tot minstens 15 oktober
310
310
295
280
270
260
250
235
vanaf 15 augustus tot minstens 15 oktober
105
105
100
95
90
85
85
80
35
35
30
30
30
30
25
25
0
0
0
0
0
0
0
0
Consumptieaardappelrassen hoge norm*3 (zie bijlage A.1)
300
300
275
275
290
275
Consumptieaardappelrassen overig*3
275
275
250
250
265
250
Consumptieaardappelrassen lage norm*3 (zie bijlage A.1)
250
250
225
225
240
225
Consumptieaardappel, vroeg (loofvernietiging voor 15 juli)
130
130
120
120
120
120
Pootaardappelrassen hoge norm (zie bijlage A.2)
150
150
140
140
140
140
Pootaardappelrassen overig
130
130
120
120
120
120
Pootaardappelrassen lage norm (zie bijlage A.2)
110
110
100
100
100
100
Pootaardappelen, uitgroeiteelt (loofvernietiging na 15 augustus) Zetmeelaardappelen
200
200
180
180
180
170
265
265
240
240
240
230
Suikerbieten
165
165
150
150
150
145
75
75
70
70
70
70
Voederbieten
180
180
165
165
165
165
Wintertarwe*3*7
240
240
220
220
160
160
Zomertarwe
155
155
140
140
140
140
Wintergerst*7
155
155
140
140
140
140
90
90
80
80
80
80
Triticale*7
175
175
160
160
160
150
Winterrogge*7
155
155
140
140
140
140
Haver*7
110
110
100
100
100
100
Maïs, bedrijven met derogatie*4
160
160
160
160
155
155
155
150
Maïs, bedrijven zonder derogatie*4
205
205
185
185
185
175
45
45
40
40
40
40
0
0
0
0
0
0
vanaf 15 september tot minstens 15 oktober vanaf 15 oktober Akkerbouwgewassen (kg N per ha per teelt)
Cichorei
Zomergerst
Luzerne, eerste jaar Luzerne, volgende jaren
catalogus GBD 20 december 2007
59
Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006
2007
2008
2009
2006
2007
Graszaad, Engels raaigras, 1e jaars
180
180
165
165
165
155
Graszaad, Engels raaigras, overjarig
220
220
200
200
200
190
Graszaad, rietzwenkgras
155
155
140
140
140
135
65
65
60
60
60
55
120
120
110
110
110
105
Graszaad, veldbeemd, volgteelt
65
65
60
60
60
55
Graszaad, roodzwenkgras, 1e jaars
95
95
85
85
85
80
Graszaad, rietzwenkgras, volgteelt Graszaad, veldbeemd
Graszaad, roodzwenkgras, 1e jaars, volgteelt
40
40
35
35
35
35
125
125
115
115
115
110
50
50
45
45
45
45
Graszaad, westerwolds
120
120
110
110
110
105
Graszaad, Italiaans
145
145
130
130
130
125
Graszaad, overig
100
100
90
90
90
85
Graszaad, roodzwenkgras, overjarig Graszaad, roodzwenkgras, overjarig, volgteelt
Graszaad, overig, volgteelt
50
50
45
45
45
45
Graszoden
375
375
340
340
340
340
Ui, zaaiui, overig
130
130
120
120
120
120
Winterui, 2e jaars plantui
185
185
170
170
170
160
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
145
145
130
130
130
125
Blauwmaanzaad
120
120
110
110
110
105
Karwij
165
165
150
150
150
145
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
100
100
90
90
90
85
Koolzaad, winter
225
225
205
205
205
195
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
175
175
160
160
160
150
Koolzaad, zomer
130
130
120
120
120
120
75
75
70
70
70
70
220
220
200
200
200
190
Spinazie, 1e teelt
285
285
260
260
210
200
Spinazie, volgteelt
205
205
185
185
160
150
Slasoorten, 1e teelt
200
200
180
180
180
170
Slasoorten, volgteelt
115
115
105
105
105
105
Andijvie, 1e teelt
200
200
180
180
180
170
Andijvie, volgteelt
100
100
90
90
90
90
Selderij, bleek/groen
220
220
200
200
200
190
Prei
270
270
245
245
245
235
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
110
110
100
100
100
95
Bladgewassen, overig, eenmalige oogst
165
165
150
150
150
145
Bladgewassen, overig, meermalige oogst
300
300
275
275
275
260
320
320
290
290
290
275
55
55
50
50
50
50
Wittekool
350
350
320
320
320
305
Rodekool
315
315
285
285
285
270
Savooiekool
315
315
285
285
285
270
Spitskool
315
315
285
285
285
270
Bloemkool
255
255
230
230
230
220
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
130
130
120
120
120
115
Vlas Akkerbouw overig
2008
2009
Bladgewassen (kg N per ha per teelt)
Koolgewassen (kg N per ha per teelt) Spruitkool waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
catalogus GBD 20 december 2007
60
Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006
2007
2008
2009
2006
2007
Broccoli
295
295
270
270
270
255
Chinese kool
200
200
180
180
180
170
Boerenkool
185
185
170
170
170
160
Paksoi
200
200
180
180
180
170
Raapstelen
155
155
140
140
140
135
Kruiden, bladgewas, eenmalige oogst
165
165
150
150
150
145
Kruiden, bladgewas, meermalige oogst
300
300
275
275
275
260
Kruiden, wortelgewassen
220
220
200
200
200
190
Kruiden, zaadgewassen
110
110
100
100
100
95
Aardbei (wachtbed, vermeerdering)
130
130
120
120
120
115
Aardbei (productie)
185
185
170
170
170
160
90
90
80
80
80
75
Komkommerachtigen (augurk, courgette, meloen, pompoen)
210
210
190
190
190
180
Suikermaïs
220
220
200
200
200
190
Stam/stokboon, vers
130
130
120
120
120
115
Landbouwstambonen, rijp zaad
150
150
135
135
135
135
Veld- en tuinbonen, vers +rijp zaad
55
55
50
50
50
50
Tuinbonen, vers/peulen
80
80
75
75
75
75
35
35
30
30
30
30
100
100
90
90
90
85
2008
2009
Kruiden (kg N per ha per teelt)
Vruchtgewassen (kg N per ha per teelt)
waarvan ten hoogste na 31/12 (winterteelt)
Erwt, vers + rijp zaad Peul Stengel/knol/wortelgewassen (kg N per ha per teelt) Asperge (excl. opkweek)
95
95
85
85
85
80
Knolselderij
220
220
200
200
200
190
Knolvenkel/venkel
200
200
180
180
180
170
Koolraap
185
185
170
170
170
160
Koolrabi
200
200
180
180
180
170
Kroten/rode bieten
205
205
185
185
185
175
Winterpeen/waspeen
120
120
110
110
110
110
Bospeen
55
55
50
50
50
50
Rabarber
275
275
250
250
250
240
90
90
80
80
80
80
Schorseneer
185
185
170
170
170
170
Witlof
110
110
100
100
100
100
Vollegrondsgroenten, overig
220
220
200
200
200
190
65
65
60
60
60
60
Radijs
Groenbemesters *5 (kg N per ha per teelt) Niet-vlinderbloemige groenbemesters (o.a. bladrammenas, gele mosterd, gras, granen) Vlinderbloemige groenbemesters (wikke)
35
35
30
30
30
30
100
100
90
90
90
90
Acidanthera
280
280
255
255
255
240
Anemone coronaria
145
145
130
130
130
125
Tagetes Bloembollengewassen (kg N per ha per teelt)*7
catalogus GBD 20 december 2007
61
Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006
2007
2008
2009
2006
2007
Fritillaria imperialis
150
150
135
135
135
130
Hyacint
240
240
220
220
220
210
Iris, grofbollig
185
185
170
170
170
160
Iris, fijnbollig
155
155
140
140
140
135
Krokus, grote gele
190
190
175
175
175
165
Krokus, overig
100
100
90
90
90
85
Narcis
160
160
145
145
145
140
Tulp
220
220
200
200
200
190
Dahlia
120
120
110
110
110
105
Gladiool, pitten
285
285
260
260
260
245
Gladiool, kralen
210
210
190
190
190
180
Knolbegonia
165
165
150
150
150
145
Lelie
170
170
155
155
155
145
Zantedeschia
120
120
110
110
110
110
Overige bolgewassen
180
180
165
165
165
155
Appel
195
195
175
175
175
165
Blauwe bes
110
110
100
100
100
95
Braam
165
165
150
150
150
140
Framboos
165
165
150
150
150
140
Kers
195
195
175
175
175
165
Peer
195
195
175
175
175
165
Pruim
195
195
175
175
175
165
Rode bes
165
165
150
150
150
140
Druif
110
110
100
100
100
95
Zwarte bes
195
195
175
175
175
165
Buitenbloemen hoge norm (zie bijlage A3)
220
220
200
200
200
200
Buitenbloemen overig
165
165
150
150
150
150
40
2008
2009
Fruitteeltgewassen (kg N per ha per jaar)
Buitenbloemen (kg N per ha per teelt)
Boomkwekerijgewassen (kg N per ha per jaar) Laanbomen: onderstammen
45
45
40
40
40
Laanbomen: spillen
100
100
90
90
90
90
Laanbomen: opzetters
125
125
115
115
115
115
Sierheesters
85
85
75
75
75
75
Coniferen (incl. kerstsparren en -dennen)
90
90
80
80
80
80 70
Rozen (incl. zaailingen, onderstammen)
75
75
70
70
70
Bos- en Haagplantsoen
105
105
95
95
95
95
Vaste planten
195
195
175
175
175
175
Vruchtbomen: onderstammen
35
35
30
30
30
30
Vruchtbomen: moerbomen
120
120
110
110
110
110
Vruchtbomen
100
100
90
90
90
90
90
90
80
80
80
80
105
105
95
95
95
95
75
75
70
70
70
70
105
105
95
95
95
95
Trek- en besheesters Snijgroen Ericaceae Buxus
catalogus GBD 20 december 2007
62
Gewas
Klei
Zand/löss en Veen
2006
2007
2008
2009
2006
2007
100
100
90
90
90
90
110
110
110
110
110
110
2008
2009
Bosbouw (kg N per ha per jaar) Snelgroeiend houtsoorten voor biomassaproductie Vaste norm op bedrijfsniveau*6 (kg N per ha per jaar) Vaste norm
*1 Onder grasland met volledig maaien wordt mede verstaan grasland waar uitsluitend jongvee van runderen niet ouder dan 2 jaar wordt geweid, voorzover het aantal stuks jongvee in de wei niet groter is dan het aantal op het bedrijf gehouden ouderdieren. Daarnaast mogen hobbymatig gehouden dieren worden geweid. *2 Deze gebruiksnormen zijn alleen van toepassing voorzover ze zijn toegestaan binnen de regels van het Besluit gebruik meststoffen. *3 Voor consumptieaardappel en wintertarwe op lössgronden gelden de gebruiksnormen die zijn weergegeven in onderstaande tabel. Lössgronden zijn gronden die zijn ontstaan in eolisch materiaal en binnen 80 cm van het maaiveld voor meer dan de helft bestaan uit leem (fractie kleiner dan 50 µm). Akkerbouwgewassen op löss
2006
2007
Consumptieaardappelrassen hoge norm (zie bijlage A.1)
275
265
Consumptieaardappelrassen overig Consumptieaardappelrassen lage norm (zie bijlage A.1)
250 225
240 215
Wintertarwe
220
220
2008
2009
*4 De normen van maïs zijn inclusief de norm van de daarop aansluitend geteelde groenbemesters. *5 Deze gebruiksnormen zijn alleen van toepassing indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden. Voor groenbemesters op zand geldt: inzaaien voor 1 september en na 1 december ploegen. Op klei geldt: inzaaien voor 15 september en na 1 december ploegen. Een uitzondering wordt gemaakt voor groene braak en indien de groenbemester minimaal 10 weken in het groeiseizoen op het land staat indien aansluitend daarop een volggewas wordt geteeld. De normen gelden niet voor groenbemesters die aansluiten op maïs. *6 Deze vaste norm op bedrijfsniveau geldt als het gewogen gemiddelde van de gebruiksnormen van de geteelde gewassen of gewasgroepen uit tabel A op het bedrijf in dat kalenderjaar minstens 100 kg N/ha bedraagt. *7 De gebruiksnorm wordt volledig toegerekend aan het jaar van oogsten.
catalogus GBD 20 december 2007
63
Bijlage C. Definities De Catalogus hanteert de volgende termen met bijbehorende definitie: Aanbieder
Zie dienstverlener
Dienstverlener
agrarisch ondernemer, particulier, terreinbeherende organisaties
GD-verkenning
regelingen die in Nederland als pilot voor groene en blauwe diensten zijn ontwikkeld
Gebruiksbepaling
combinatie van vereisten die aan het landbouwkundig gebruik wordt gesteld en als zodanig de primaire landbouwkundige productie beperkt en opbrengstderving tot gevolg heeft, waarvoor wordt gecompenseerd
Cluster
kwalitatieve omschrijving van de doelstelling van beheer van een eenheid, de voorschriften voor aanleg en onderhoud, de aard van de vergoeding, c.q. compensatie die mogelijk is.
Vrager/Initiatiefnemer
overheden (Rijk, provincie, waterschap, gemeenten) in de rol van regelingseigenaar/ initiatiefnemer tot dienstverlening
Werkzaamheden
aanleg- en onderhoudsactiviteiten die deel uitmaken van een cluster
catalogus GBD 20 december 2007
64
Bijlage D. Clusterbeschrijvingen
catalogus GBD 20 december 2007
65
Natuur op landbouwgronden Doelstellingen Door aangepast management op landbouwbedrijven kan de biodiversiteit van landbouwgronden worden vergroot. Het gaat daarbij om de volgende doelstellingen: Ontwikkelen en beheren van soortenrijke graslanden of randen van graslanden op gronden die voedselarm worden gemaakt en gehouden. Het betreft graslandvegetaties kenmerkend voor de specifieke bodemkundige en hydrologische omstandigheden, zoals schraallanden, bloemrijke hooilanden, etc. Deze vegetaties zijn tevens een belangrijk leefgebied voor veel insecten, kleinere zoogdieren, e.d. Ontwikkelen en beheren van weidevogelpopulaties op graslanden en akkers door in het landbouwkundige management specifieke voorzieningen te treffen waardoor deze populaties kunnen broeden, opgroeien en overleven. Daarvoor worden delen van de percelen later gemaaid en geoogst dan de rest en worden specifieke bemestingsclusteren genomen door beweiden vroeg in het voorjaar en door toepassen van ruige mest. Ontwikkelen en beheren van zeldzame inheemse huisdierrassen die genetische eigenschappen bezitten die voor selectie van gangbare huisdierrassen van belang kunnen zijn in de toekomst. Deze zeldzame inheemse huisdierrassen worden in de gangbare landbouw niet standaard gehouden vanwege lagere rentabiliteit. Burgers en boeren toegang verlenen tot het landelijk gebied voor de beleving van rust en ruimte en tevens de betekenis doen ervaren van de landbouw voor beheer en ontwikkeling van het landelijk gebied. De soortenrijke graslanden ontstaan hetzij op vlakdekkende percelen hetzij op de randen van percelen. In dat laatste geval vormen zij tevens een bufferzone naar een watergang en belemmeren daarmee het oppervlakkig transport van mineralen en andere stoffen naar het water. Daardoor neemt naast de biodiversiteit ook de waterkwaliteit toe. Vlakdekkende percelen hebben een milieubetekenis onder meer in gebieden waar drinkwaterwinning plaatsvindt. Bij het landbouwkundig beheer van graslanden kan beweiding een toegevoegde waarde hebben: de structuur van de graslanden wordt diverser en daardoor ontstaan luwtegebieden waar insecten zich kunnen ontwikkelen, die behalve hun intrinsieke waarde ook weer een belangrijke voedselbron zijn voor vogels.
catalogus GBD 20 december 2007
66
1
Cluster Akkers
Doelstelling Het aanpassen van de vruchtwisseling op bouwland (minimaal 0,5 ha) zodat de doelstellingen ten aanzien van flora en/ of fauna worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Op het bouwland wordt (periodiek) een vervangend gewas geteeld. Afhankelijk van de doelstelling betreft het graan (niet zijnde maïs), grassen of kruiden.
Landbouw
Natuur
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Vergoeding op basis van opbrengstderving gerelateerd aan de van toepassing zijnde gebruiksbepaling. Afhankelijk van de doelstellingen voor het grasland kan één van de volgende gebruiksbepalingen worden opgelegd: o “Verschraling” o “Uit primaire landbouwkundige productie”. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving en waardedaling dan toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor zover benodigd voor het realiseren van de doelstelling, worden onderhoudswerkzaamheden vergoed. Zie bijlagen E en F.
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Vergoeding op basis van waardedaling.
“Creëren van foerageergebied”: er is nog sprake van landbouwkundige productie. Dus worden voor wat betreft de landbouwkundige werkzaamheden (zie bijlage E) alleen die werkzaamheden vergoed die aanvullend zijn op de GLMC. “Extensiveren landbouwkundige productie”: er is nog sprake van landbouwkundige productie dus worden voor wat betreft de landbouwkundige werkzaamheden (zie bijlage E) alleen die werkzaamheden vergoed die aanvullend zijn op de GLMC. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 1,5,6 Voorbeeld pakketten Chemie en kunstmestvrij (SAN 25)
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Alle werkzaamheden voor zover benodigd voor het realiseren van de doelstelling, worden vergoed. Zie bijlagen E en F. Indien de grond de bestemming natuur heeft, dan worden alle werkzaamheden vergoed die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling.
Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Akker (SN 19)
67
2. Cluster Beweiding met zeldzame inheemse huisdierrassen Doelstelling Het beweiden van landbouwgronden met zeldzame inheemse huisdierrassen (runderen en schapen) Aanleg N.v.t.
Landbouw
Natuur
Grond De gronden waarop beweiding plaatsvindt hebben de hoofdfunctie/ bestemming landbouw. De vergoeding vindt plaats op basis van opbrengstderving volgens de gebruiksbepaling “Beweiding zeldzame inheemse huisdierrassen”. Onderhoud Er wordt niet vergoed voor onderhoudswerkzaamheden. Materialen Er wordt niet vergoed voor materialen. GLMC Blok: geen Voorbeeld pakketten Beweiding met zeldzame inheemse huisdierrassen (puntensysteem Midden Delfland)
3. Cluster
Botanische graslanden
Doelstelling Het zodanig ecologisch beheren van grasland (minimaal 0,5 ha) dat de botanische doelstellingen worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Eventuele inrichtingsmaatregelen noodzakelijk om de geformuleerde doelstellingen te kunnen realiseren komen voor vergoeding in aanmerking. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Vergoeding op basis van opbrengstderving gerelateerd aan de van toepassing zijnde gebruiksbepaling. Afhankelijk van de doelstellingen voor het grasland kan één van de volgende gebruiksbepalingen worden opgelegd: o “Verschraling” o “Uit primaire landbouwkundige productie”. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving en waardedaling dan toelaatbaar worden geacht. Onderhoud catalogus GBD 20 december 2007 Onderhoudswerkzaamheden voor zover benodigd voor het realiseren van de doelstelling en voor zover deze niet tot normaal agrarisch gebruik moe-
Natuur Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Vergoeding op basis van waardedaling. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer .
Onderhoud 68 Alle werkzaamheden voor zover benodigd voor het realiseren van de doelstelling, worden vergoed. Zie bijlagen E en F.
catalogus GBD 20 december 2007
69
4. Cluster
Graslandranden
Doelstelling Het ecologisch beheren van een voor flora en/of fauna aantrekkelijke rand langs graslandpercelen met een minimale lengte van 25 meter. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Landbouw: vergoeding op basis van opbrengstderving gerelateerd aan de van toepassing zijnde gebruiksbepaling. Afhankelijk van de doelstellingen voor het grasland kan één van de volgende gebruiksbepalingen worden opgelegd: o “Verschraling” o “Uit primaire landbouwkundige productie”.
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Natuur: vergoeding op basis van waardedaling.
In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving en waardedaling dan toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Onderhoudswerkzaamheden voor zover benodigd voor het realiseren van de doelstelling en voor zover deze niet tot normaal agrarisch gebruik moeten worden gerekend worden vergoed. Zie bijlagen E en F.
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer .
Onderhoud Alle werkzaamheden voor zover benodigd voor het realiseren van de doelstelling, worden vergoed. Zie bijlagen E en F.
“Verschralen”: er is sprake van landbouwkundige productie, dus worden voor wat betreft de landbouwkundige werkzaamheden (zie bijlage E) alleen die werkzaamheden vergoed die aanvullend zijn op de GLMC. “Uit primaire landbouwkundige productie”: indien de grond uit landbouwkundige productie wordt genomen, worden alle werkzaamheden vergoed die noodzakelijk zijn voor het realiseren van de doelstellingen.
Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Mechanische en chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, met uitzondering van pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een zaadmengsel van grassen
catalogus GBD 20 december 2007
Indien de grond de bestemming natuur heeft, dan worden alle werkzaamheden vergoed die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling.
Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking van het naastgelegen perceel. Mechanische en chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, met uitzondering van pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan.
Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een zaadmengsel van grassen
70
en/ of bloemen Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 1,4 Voorbeeld pakketten Bonte weiderand (SAN 12) Bonte hooirand (SAN 13) Bloemrijke rand (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant) Grasland flora- en fauna rand (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
en/ of bloemen Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Bloemrijke rand (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
5. Cluster Recreatief medegebruik Doelstelling Het beheren (na aanleg) van recreatieve infrastructuur over agrarische gronden en natuur. De paden dienen onderdeel uit te maken van een doorgaande wandelroutestructuur. Bij aanleg en beheer van de paden dient afstemming plaats te vinden met inrichters/beheerders van de routestructuur waarvan het pad deel uitmaakt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Inrichtingsmaatregelen die noodzakelijk zijn voor de toegankelijkheid en begaanbaarheid van de paden worden vergoed. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Vergoeding op basis van opbrengstderving gerelateerd aan de gebruiksbepaling “Uit primaire landbouwkundige productie”.
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Vergoeding op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen.
In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving en waardedaling dan toelaatbaar worden geacht.
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Onderhoud Bij onderhoud voor ‘recreatief medegebruik’ op Bij onderhoud voor ‘recreatief medegebruik’ op gronden met de hoofdfunctie bestemming landgronden met de hoofdfunctie bestemming natuur bouw geldt de gebruiksbepaling “uit primaire worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden landbouwkundige productie” Derhalve worden alle voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het bijlagen E en F). realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F). Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking Periodieke controle en onderhoud van paden van de doelstellingen: en voor toegankelijkheid en begaanbaarheid catalogus GBD 20 december 2007
71
Periodieke controle en onderhoud van paden en voor toegankelijkheid en begaanbaarheid noodzakelijke voorzieningen.
Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok: Voorbeeld pakketten Wandelpad over boerenland (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant, ministerie van LNV)
noodzakelijke voorzieningen.
Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Wandelpad over boerenland (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant, ministerie van LNV) Recreatiepakket (SN 58) Openstellingstoeslag (SN) Openstellingstoeslag voor terreinbeherende organisaties (SN)
6. Cluster (Weide)vogelgraslanden Doelstelling Het zodanig beheren en gebruiken van grasland (minimaal 0,5 ha) dat de doelstellingen ten aanzien van (weide)vogels worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Eventuele inrichtingsmaatregelen noodzakelijk om de geformuleerde doelstellingen te kunnen realiseren komen voor vergoeding in aanmerking. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Vergoeding op basis van opbrengstderving gerelateerd aan de van toepassing zijnde gebruiksbepaling. Afhankelijk van de doelstellingen voor het grasland kan één van de volgende gebruiksbepalingen worden opgelegd: o “Creëren van foerageergebied” o “Optimaliseren broed- en opgroeimogelijkheden” o “Creëren nat biotoop” o “Uit primaire landbouwkundige productie” In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving en waardedaling dan toelaatbaar worden geacht.
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is voor de hoofdfunctie/ bestemming: Vergoeding op basis van waardedaling.
Onderhoud Onderhoudswerkzaamheden voor zover benodigd
Onderhoud Alle werkzaamheden voor zover benodigd voor het
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer .
72
voor het realiseren van de doelstelling en voor zover deze niet tot normaal agrarisch gebruik moeten worden gerekend worden vergoed. Zie bijlagen E en F. “Creëren van foerageergebied”: er is nog sprake van landbouwkundige productie. Dus worden voor wat betreft de landbouwkundige werkzaamheden (zie bijlage E) alleen die werkzaamheden vergoed die aanvullend zijn op de GLMC, zoals het herinzaaien van grasland. “Optimaliseren broed- en opgroeimogelijkheden”: er is nog sprake van landbouwkundige productie. Dus worden voor wat betreft de landbouwkundige werkzaamheden (zie bijlage E) alleen die werkzaamheden vergoed die aanvullend zijn op de GLMC. “Creëren nat biotoop”: er is nog sprake van landbouwkundige productie. Dus worden voor wat betreft de landbouwkundige werkzaamheden (zie bijlage E) alleen die werkzaamheden vergoed die aanvullend zijn op de GLMC. “Uit primaire landbouwkundige productie”: indien de grond uit landbouwkundige productie is genomen worden alle werkzaamheden vergoed die noodzakelijk zijn voor het realiseren van de doelstellingen. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 2,3 Voorbeeld pakketten Nestbescherming/ wildredder (Puntensysteem Midden Delfland Weidevogelgebied/ -grasland o Algemeen (SAN) o Belangrijk algemeen (SAN) o Soortenrijk, met kritische soorten (SAN) o Zeer soortenrijk, met kritische soorten (SAN) Weidevogelgrasland met rustperiode (SAN 16) Mozaïekplanning graslandgebruik (Puntensysteem Midden Delfland) Vluchtheuvels voor weidevogels (SAN) Plasdras voor broedende en trekkende weidevogels (SAN) Vluchtstroken voor weidevogels (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant) Landschappelijk waardevol grasland (SAN 15) Gedogen van ganzen en andere wintergasten (Puntensysteem Midden Delfland)
catalogus GBD 20 december 2007
realiseren van de doelstelling, worden vergoed. Zie bijlagen E en F.
Indien de grond de hoofdfunctie/bestemming natuur heeft, dan worden alle werkzaamheden vergoed die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling.
Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Nestbescherming/ wildredder (Puntensysteem Midden Delfland) Weidevogelgebied/ -grasland o Soortenrijk, met kritische soorten (SN 34) o Zeer soortenrijk, met kritische soorten (SN) Wintergastenweide (SN) Gedogen van ganzen en andere wintergasten (Puntensysteem Midden Delfland)
73
Landschap Doelstelling voor Landschap in landbouw en natuurgebieden Nederland kent verschillende cultuurhistorisch waardevolle landschappen, waarvan het karakter wordt bepaald door de bodem en de specifieke vereisten in de tijd dat zij zijn ontstaan. We kunnen in het landschap onze geschiedenis lezen. Veel van deze cultuurhistorische kenmerken hebben geleid tot een hoge diversiteit aan planten en diersoorten. Zij zijn het leefklimaat voor vele soorten insecten, kleine zoogdieren, maar ook bijvoorbeeld de dassen. De doelstelling van het landschapsonderdeel van de catalogus is dan ook: In stand houden en herontwikkelen van karakteristieke elementen uit de cultuurhistorie, zoals houtwallen, steilranden, rietzomen, etc., etc. Beheer van deze landschapselementen afstemmen op de potentiële natuurwaarden van de elementen. Ruimtelijke arrangement van de landschapselementen behouden en herstellen en daarmee de diversiteit in landschap in standhouden en ontwikkelen, mede ten behoeve van de recreant op zoek naar rust en ruimte. Veel landschapselementen vervullen, evenals randen op akkers en weilanden potentieel de functie van ecologische verbindingen. Vandaar dat het ruimtelijk arrangement van elementen van groot belang is. Een gericht beheer van deze landschapselementen vergroot de biodiversiteitwaarde van deze elementen. Zo winnen slootkanten aan natuurwaarde als het talud wordt verflauwd (plasdras situaties) en worden houtwallen ecologisch interessanter als door periodiek dunnen een grotere variatie in micromilieu ontstaat waar insecten, maar ook mossen sterk in soortenaantal op reageren.
catalogus GBD 20 december 2007
74
7. Cluster
Akkerranden
Doelstelling Het ecologisch beheren van een voor flora en/of fauna aantrekkelijke rand langs akkerbouwpercelen met een minimale lengte van 25 meter. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: spontane ontwikkeling of jaarlijks inzaaien. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Voor akkerranden die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek bewerken (maaien en/of onderwerken). Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Mechanische en chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, met uitzondering van pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruiskruid; Geen of alleen lichte bemesting is toegestaan. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een akkermengsel van granen, een (samengesteld) zaadmengsel van granen en kruiden of een zaadmengsel van alleen kruiden. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 6 Voorbeeld pakketten
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor akkerranden die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek bewerken (maaien en/of onderwerken). Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Mechanische en chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, met uitzondering van pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruiskruid; Geen of alleen lichte bemesting is toegestaan. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een akkermengsel van granen, een (samengesteld) zaadmengsel van granen en kruiden of een zaadmengsel van alleen kruiden. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten
75
Faunarand (SAN 23) Akkerflora randen (SAN 28) Akkerflora- en faunarand (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant/ R4)
8. Cluster
Akkerflora- en faunarand (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant/ R4)
Bomen
Doelstelling Het beheren (na aanleg) van bomen (solitair, rijen of groepen), zodanig dat de doelstellingen ten aanzien van landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Bij aanplant gebruik maken van inheemse bomen. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor bomen die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud uitvoeren; Snoeiafval versnipperen, verbranden of afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan, m.u.v. pleksgewijze bestrijding van Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruiskruid; Niet branden in of in de directe omgeving van het element
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor bomen die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud uitvoeren; Snoeiafval versnipperen, verbranden of afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan, m.u.v. pleksgewijze bestrijding van Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruiskruid; Niet branden in of in de directe omgeving van
76
Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten Landschapsboom (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
9. Cluster
het element Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten Landschapsboom (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
Kruidenrijke graanstroken (hoofdader)
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van hoofdaders van duurzame graanstroken, zodanig dat de doelstellingen ten aanzien van flora en fauna worden verwezenlijkt. De graanstroken moeten qua inrichting en maatvoering passen bij de schaal en maat van het desbetreffende landschapstype. De graanstroken hebben een minimale breedte van 20m. Uitgangspunt is dat voor elke hoofdader een toekomstvisie is vastgesteld, of wordt vastgesteld alvorens dienstverlening van toepassing kan zijn. Ten behoeve van de uitvoering van de toekomstvisie kan de realisatie plaatsvinden door middel van ‘maatwerkpakketten’ die bestaan uit een samengesteld, samenhangend geheel van uiteenlopende clusters. Op het moment dat een toekomstvisie voor een hoofdader nog ontbreekt, is het mogelijk dat deze door de aanvragers (de dienstverleners) zelf wordt opgesteld. Essentieel is dat deze visie wordt goedgekeurd door de verantwoordelijke organisaties, zoals waterschappen en provincie. De dienst heeft een collectief karakter (gezamenlijke toekomstvisie), maar iedere aanvrager dient individueel een aanvraag in. De individuele aanvragen zijn inhoudelijk op elkaar en op de toekomstvisie afgestemd. De aanvragers stellen op basis van de toekomstvisie, al dan niet gezamenlijk, een aanlegen onderhoudsplan op. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur Grond Vergoeding voor de inzet van grond op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd in combinatie met aanleg. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele restantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Graanstroken hebben de hoofdfunctie/bestemming natuur (zie grond). Alle werkzaamheden worden dan ook vergoed die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling. Zie bijlagen E en F.
catalogus GBD 20 december 2007
77
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Hoofdaders (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
10. Cluster
Greppels
Doelstelling Het ecologisch beheren van greppels, zodanig dat doelstellingen ten aanzien van landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. Greppels die voor vergoeding in aanmerking komen zijn lijnvormige elementen met een breedte van minimaal 0,5 m en een lengte van minimaal 25 m. Deze greppels hebben geen landbouwkundige functie maar worden vanuit een ecologische doelstelling (nat microreliëf) aangelegd en/of beheerd. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Onderhoud Voor greppels die de hoofdfunctie landbouw heb- Voor greppels die de hoofdfunctie natuur hebben ben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire worden alle benodigde onderhoudswerkzaamhelandbouwkundige productie” worden alle benodig- den voor het realiseren van de doelstelling verde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren goed (zie bijlagen E en F). van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Geen wijzigingen aanbrengen in het profiel van de greppel Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud.
catalogus GBD 20 december 2007
Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Geen wijzigingen aanbrengen in het profiel van de greppel Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. 78
Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok: geen Voorbeeld pakketten
11. Cluster
Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten
Hagen
Doelstelling Het ecologisch beheren van lijnvormige, aaneengesloten opgaande begroeiing van inheemse struiken, zodanig dat de doelstellingen ten aanzien van flora en/ of fauna, landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. Het element is minimaal 25 meter lang. Aanleg Noodzakelijke voorschriften voor aanleg: Lijnvormig landschapselement met aaneengesloten opgaande begroeiing van inheemse, overwegend struikvormende soorten; Beschermen tegen schade als gevolg van vee of bewerking op aangrenzende gronden. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor hagen die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud, afhankelijk van doelstelling of type haag of heg; Snoeiafval versnipperen, verbranden of afvoeren; Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Tijdstip van uitvoering werkzaamheden afhankelijk van doelstellingen. Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan, m.u.v. pleksgewijze behandeling van Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, Robinia, akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruis-
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor hagen die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud, afhankelijk van doelstelling of type haag of heg; Snoeiafval versnipperen, verbranden of afvoeren; Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Tijdstip van uitvoering werkzaamheden afhankelijk van doelstellingen. Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan, m.u.v. pleksgewijze behandeling van Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, Ro-
79
binia, akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in of in de directe omgeving van het element. Materialen Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover be- Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. nodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Cross compliance & GLMC Blok 7 Blok 7 Voorbeeld pakketten Voorbeeld pakketten Houtwal, houtkade, haag en singel (SAN) Knip- en scheerheg (SN, Groen Blauw Stimule Knip- en scheerheg (SAN, Groen Blauw Stimuringskader Noord Brabant) leringskader Noord Brabant) Houtwal, haag en singel (SN) Hagen en heggen (Puntensysteem Midden Hagen en heggen (Puntensysteem Midden Delfland) Delfland) Struweelhaag (Groen Blauw Stimuleringskader Struweelhaag (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant) Noord-Brabant,)
kruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in of in de directe omgeving van het element
12. Cluster
Hakhout
Doelstelling Instandhouding (na aanleg) van een bomen- en struikenstructuur die periodiek wordt afgezet, zodanig dat doelstellingen ten aanzien van flora en fauna, landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: De elementen bestaan uit inheemse soorten, geschikt als hakhout (zoals eik, es, zwarte els, wilg); Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor hakhout dat de hoofdfunctie landbouw heeft, maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor hakhout dat de hoofdfunctie natuur heeft worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
80
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek afzetten; Snoeiafval versnipperen, verbranden en/of afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, m.u.v. pleksgewijze stobbenbehandeling van ongewenste soorten, zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element;
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek afzetten; Snoeiafval versnipperen, verbranden en/of afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, m.u.v. pleksgewijze stobbenbehandeling van ongewenste soorten, zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element; Materialen Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover be- Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. nodigd bij aanleg en onderhoud. Bij aanleg en inboet alleen inheems plantmateriaal Bij aanleg en inboet alleen inheems plantmateriaal (bomen en struiken) gebruiken. (bomen en struiken) gebruiken. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Cross compliance & GLMC Blok 7 Blok 7 Voorbeeld pakketten Voorbeeld pakketten Hakhoutbos(je) (Groenblauw Stimuleringska Hakhoutbos(je) (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant) der Noord-Brabant) Geriefhoutbos(je) (SAN, Puntensysteem Mid Hakhout en griend (SN) den Delfland, Geriefhoutbos(je) (SN, Puntensysteem Midden Griend(je) (Groenblauw Stimuleringskader Delfland) Noord-Brabant) Griend(je) (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
13. Cluster
Houtwallen
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van een lijnvormige opgaande begroeiing van inheemse bomen en struiken (ook hakhout) met een maximale breedte van 20 meter, zodanig dat de doelstellingen ten aanzien van flora en/of fauna worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Lijnvormig element (al dan niet op een aarden wal) met opgaande begroeiing bestaande uit inheemse bomen en struiken; Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de
catalogus GBD 20 december 2007
81
relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie”.
grond. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen.
In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor houtwallen die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht.
Noodzakelijke werkzaamheden ter instandhouding van het element: Periodiek onderhoud (zoals snoeien/ afzetten), verwerken van snoeiafval. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, m.u.v. pleksgewijze stobbenbehandeling van ongewenste soorten, zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element; Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij aanleg en inboet mag alleen inheems plantmateriaal (bomen en struiken) worden gebruikt. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4 Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten Houtwal, houtkade, haag en singel (SAN 32) Houtsingels (Puntensysteem Midden Delfland) Houtwal, -singel (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
Noodzakelijke werkzaamheden ter instandhouding van het element: Periodiek onderhoud (zoals snoeien/ afzetten), verwerken van snoeiafval. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, m.u.v. pleksgewijze stobbenbehandeling van ongewenste soorten, zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element; Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij aanleg en inboet mag alleen inheems plantmateriaal (bomen en struiken) worden gebruikt. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4 Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten Houtwal, haag, singel (SN 42) Houtsingels (Puntensysteem Midden Delfland) Houtwal, -singel (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
catalogus GBD 20 december 2007
Onderhoud Voor houtwallen die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
82
14. Cluster
Knotbomen
Doelstelling Het beheren (na aanleg) van knotbomen (solitair, rijen of groepen), zodanig dat de doelstellingen ten aanzien van landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Bij aanplant gebruik maken van inheemse bomen. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor knotbomen die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht.
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud uitvoeren; Snoeiafval versnipperen, verbranden of afvoeren; Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Werkzaamheden vinden alleen plaats in de periode tussen 1 september tot 1 april. Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan, m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruiskruid; Niet branden in of in de directe omgeving van het element. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij aanleg en inboet alleen inheems plantmateriaal gebruiken.
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud uitvoeren; Snoeiafval versnipperen, verbranden of afvoeren; Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Werkzaamheden vinden alleen plaats in de periode tussen 1 september tot 1 april. Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan, m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruiskruid; Niet branden in of in de directe omgeving van het element. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij aanleg en inboet alleen inheems plantmateriaal gebruiken.
catalogus GBD 20 december 2007
Onderhoud Voor knotbomen die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
83
Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten Knotbomen (SAN, Puntensysteem Midden Delfland) Knotboom (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant,
15. Cluster
Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Knotbomen (SN, Puntensysteem Midden Delfland) Knotboom (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
Milieuranden
Doelstelling Het zodanig beheren van perceelsranden (akker- en graslandranden) dat de milieudoelstellingen worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Randen inzaaien met ‘vanggewas’, zoals bloeiend akkerfloramengsel, grassen of kruidenmengsel). Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Voor milieuranden die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen Periodiek inzaaien met ‘vanggewas’, zoals bloeiend akkerfloramengsel, grassen of kruidenmengsel. Periodiek maaien en afvoeren Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Geen bemesting toegestaan; Geen gewasbeschermingsmiddelen toegestaan, lokale onkruidbestrijding toegestaan;
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor milieuranden die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen Periodiek inzaaien met ‘vanggewas’, zoals bloeiend akkerfloramengsel, grassen of kruidenmengsel. Periodiek maaien en afvoeren Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Geen bemesting toegestaan; Geen gewasbeschermingsmiddelen toegestaan, lokale onkruidbestrijding toegestaan;
84
Beweiding toegestaan. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Vanggewas bestaat uit bijvoorbeeld bloeiend akkerfloramengsel, grassen of kruidenmengsel. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 4,6 Voorbeeld pakketten
16. Cluster
Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Vanggewas bestaat uit bijvoorbeeld bloeiend akkerfloramengsel, grassen of kruidenmengsel. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten
Natuurlijke waterloop (hoofdader)
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van waterlopen en bijbehorende oevers die onderdeel zijn van een robuust netwerk (blauwe dooradering) zodanig dat één of meerdere doelstellingen ten aanzien van flora, fauna, water, landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. De waterloop moet qua inrichting en maatvoering passen bij de schaal en maat van het desbetreffende landschapstype. Uitgangspunt is dat voor elke hoofdader een toekomstvisie is vastgesteld, of wordt vastgesteld alvorens dienstverlening van toepassing kan zijn. Ten behoeve van de uitvoering van de toekomstvisie kan de realisatie plaatsvinden door middel van ‘maatwerkpakketten’ die bestaan uit een samengesteld, samenhangend geheel van uiteenlopende clusters. Op het moment dat een toekomstvisie voor een hoofdader nog ontbreekt, is het mogelijk dat deze door de aanvragers zelf wordt opgesteld. Essentieel is dat deze visie wordt goedgekeurd door de verantwoordelijke organisaties, zoals waterschappen en provincie. De dienst heeft een collectief karakter (gezamenlijke toekomstvisie), maar iedere aanvrager dient individueel een aanvraag in. De individuele aanvragen zijn inhoudelijk op elkaar en op de toekomstvisie afgestemd. De aanvragers stellen op basis van de toekomstvisie, al dan niet gezamenlijk, een aanlegen onderhoudsplan op. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Inrichtingsmaatregelen die noodzakelijk zijn om de geformuleerde doelstellingen te kunnen realiseren komen voor vergoeding in aanmerking. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur Grond De vergoeding voor de inzet van grond is Natuur: vergoeding op basis van waardedaling voor de grond. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele
catalogus GBD 20 december 2007
85
reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor natuurlijke waterlopen(hoofdaders) die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals maaien, baggeren); Materiaal dat vrijkomt afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in of in de directe omgeving van het element. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Hoofdaders (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
17. Cluster
Oevers
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van een voor flora en/of fauna aantrekkelijke oever langs sloten en kleine waterlopen. (fijne blauwe dooradering) Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Onder profiel brengen van de oevers. De vorm van het profiel is afhankelijk van de geformuleerde doelstelling; Overige inrichtingsmaatregelen noodzakelijk om de geformuleerde doelstelling te kunnen realiseren komen voor vergoeding in aanmerking; Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen.
catalogus GBD 20 december 2007
86
In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Voor oevers die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor oevers die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals maaien); Maaisel afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan Geen bemesting toegestaan
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals maaien); Maaisel afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan Geen bemesting toegestaan Materialen Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover be- Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. nodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Cross compliance & GLMC Blok: Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Voorbeeld pakketten Natuurlijke oever (Puntensysteem Midden Del- Natuurlijke oever (Puntensysteem Midden Delfland) fland) Terrastaluds (Puntensysteem Midden Delfland) Terrastaluds (Puntensysteem Midden Delfland)
18. Cluster
Poel
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van poelen zodanig dat doelstellingen ten aanzien van flora en fauna worden verwezenlijkt. De oppervlakte van een poel is minimaal 0,5 are en maximaal 50 are. De waterdiepte van de in de diepste delen van de poel is minimaal 0,5 m in de periode tussen 1 oktober en 1 april Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
catalogus GBD 20 december 2007
87
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Voor poelen die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor poelen die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek schonen en baggeren Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in of in de directe omgeving van het element; Er vindt geen wateronttrekking plaats, behalve ten behoeve van het drenken van vee op aangrenzende percelen;
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek schonen en baggeren Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in of in de directe omgeving van het element; Er vindt geen wateronttrekking plaats, behalve ten behoeve van het drenken van vee op aangrenzende percelen; Materialen Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover be- Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. nodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Cross compliance & GLMC Blok 7 Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Voorbeeld pakketten Poel(en) (SAN 44, Puntensysteem Midden Del- Poel(en) (SN, Puntensysteem Midden Delffland) land) Amfibieënpoel (Groenblauw Stimuleringskader Amfibieënpoel (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant) Noord-Brabant) Weidevogelpoel (Groenblauw Stimuleringska- Weidevogelpoel (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant) der Noord-Brabant)
catalogus GBD 20 december 2007
88
19. Cluster
Productiebos
Doelstelling Instandhouding van snelgroeiend bos met loof- of naaldboomsoorten, zodanig dat doelstellingen ten aanzien van flora worden verwezenlijkt. Het bos heeft een minimale oppervlakte van 5 hectare. (Bomen die zijn bestemd om te dienen als kerstbomen worden hier niet onder gerekend) Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving gerelateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie”. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor productiebos dat de hoofdfunctie landbouw heeft maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Uitvoeren van periodiek onderhoud Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten Snelgroeiend loofbos (SAN 29) Snelgroeiend naaldbos (SAN 30)
20. Cluster
Rietzoom
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van rietzomen zodanig dat doelstellingen ten aanzien van flora en fauna worden verwezenlijkt.
catalogus GBD 20 december 2007
89
Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Onder profiel brengen van oevers zodanig dat de omstandigheden geschikt zijn voor rietontwikkeling, dan wel het aanplanten van riet; Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Voor rietzomen die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek maaien Maaisel afvoeren Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan m.u.v. pleksgewijze behandeling van ongewenste soorten, zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element; Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een akkermengsel van granen, een (samengesteld) zaadmengsel van granen en kruiden of een zaadmengsel van alleen kruiden. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4.
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele restantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor rietzomen die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek maaien Maaisel afvoeren Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan m.u.v. pleksgewijze behandeling van ongewenste soorten, zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element; Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een akkermengsel van granen, een (samengesteld) zaadmengsel van granen en kruiden of een zaadmengsel van alleen kruiden. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4.
90
Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten Rietzoom en klein rietperceel (SAN 45) Rietkragen en rietlanden (Puntensysteem Midden Delfland)
21. Cluster
Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Rietzoom en klein rietperceel (SN 55) Rietkragen en rietlanden (Puntensysteem Midden Delfland) Natuuroever riet (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
Ruigtestroken
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van ruigtestroken op zodanige wijze dat doelstellingen ten aanzien van flora, fauna en landschap worden verwezenlijkt. De ruigtestroken hebben een minimale breedte van 1 meter en zijn minimaal 25 meter lang. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: de ruigtestrook bestaat uit een vegetatie van grassen en kruiden. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Voor ruigtestroken die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek maaien; Maaisel afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden;
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor ruigtestroken die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek maaien; Maaisel afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden;
91
De ruigtestrook mag voor een beperkt percentage uit opgaande begroeiing bestaan. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een zaadmengsel van grassen en/ of kruiden. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten ruigtestrook (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
22. Cluster
De ruigtestrook mag voor een beperkt percentage uit opgaande begroeiing bestaan. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een zaadmengsel van grassen en/ of kruiden. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten ruigtestrook (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
Singels
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van een lijnvormige opgaande begroeiing van inheemse bomen en struiken (ook hakhout) met een maximale breedte van 50 meter, zodanig dat de doelstellingen ten aanzien van flora en/of fauna worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Lijnvormig element met opgaande begroeiing bestaande uit inheemse bomen en struiken; Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele restantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Onderhoud Voor singels die de hoofdfunctie landbouw hebben Voor singels die de hoofdfunctie natuur hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landworden alle benodigde onderhoudswerkzaamhebouwkundige productie” worden alle benodigde den voor het realiseren van de doelstelling veronderhoudswerkzaamheden voor het realiseren goed (zie bijlagen E en F). van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter instandhouding van het element: Periodiek onderhoud (snoeien/ afzetten) Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking
catalogus GBD 20 december 2007
Noodzakelijke werkzaamheden ter instandhouding van het element: Periodiek onderhoud (snoeien/ afzetten)
92
Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, m.u.v. pleksgewijze behandeling van ongewenste soorten zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element; Materialen Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover be- Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. nodigd bij aanleg en onderhoud. Bij aanleg en inboet alleen inheems plantmateriaal Bij aanleg en inboet alleen inheems plantmateriaal (bomen en struiken) gebruiken. (bomen en struiken) gebruiken. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4 Voor wijze van vergoeden zie § 3.4 Cross compliance & GLMC Cross compliance & GLMC Blok 7 Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Voorbeeld pakketten Houtwal, houtkade, haag en singel (SAN 32) Houtwal, haag, singel (SN 42) Houtsingels (Puntensysteem Midden Delfland) Houtsingels (Puntensysteem Midden Delfland) Houtwal, -singel (Groen Blauw Stimulerings Houtwal, -singel (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant) kader Noord-Brabant) Elzensingel(s) (SAN 36, Puntensysteem Mid Elzensingel(s) (SN 46, Puntensysteem Midden den Delfland) Delfland) van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, m.u.v. pleksgewijze behandeling van ongewenste soorten zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element;
23. Cluster
Steilranden
Doelstelling Het ecologisch beheren van steilranden zodanig dat doelstellingen ten aanzien van flora, fauna, aardkundige waarden, landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. Steilranden zijn lijnvormige hoogteverschillen, van oorsprong altijd in combinatie met opgaande beplantingen. Een steilrand komt voor vergoeding in aanmerking als het element minimaal 25 meter lang is en een hoogteverschil van minimaal 0,25m kent. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar
93
maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Voor steilranden die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals maaien en afzetten); Maaisel/snoeiafval afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; In een strook met een breedte van 2 maal het hoogteverschil of minimaal 1 meter, aan boven- en onderzijde, worden geen werkzaamheden uitgevoerd die de morfologie van de steilrand aantasten (zoals ploegen of diepwoelen). Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten
24. Cluster
worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor steilranden die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals maaien en afzetten); Maaisel/snoeiafval afvoeren. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; In een strook met een breedte van 2 maal het hoogteverschil of minimaal 1 meter, aan boven- en onderzijde, worden geen werkzaamheden uitgevoerd die de morfologie van de steilrand aantasten (zoals ploegen of diepwoelen). Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten
Zomen
Doelstelling Het ecologisch beheren van een voor flora en/of fauna aantrekkelijke zoom met (ruigte)kruiden en grassen en maximaal 10% inheemse bomen en/of struiken. De zoom dient gelegen te zijn langs landschapselementen (opgaande begroeiing, rietkraag of waterloop). De zoom heeft een minimale lengte van 25 meter. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Spontane ontwikkeling of inzaaien met inheems plantenmengsel. Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking van het naastgelegen perceel Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw Grond
catalogus GBD 20 december 2007
Natuur Grond
94
De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Voor zomen die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek maaien van maximaal 50% van de oppervlakte, maaisel afvoeren Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan (m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruiskruid); Geen bemesting toegestaan; Geen bagger opbrengen; Geen beweiding toegestaan. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een inheems plantenmengsel. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 4,6 Voorbeeld pakketten Kruidenrijke zoom (SAN 14, Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant R2)
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor zomen die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek maaien van maximaal 50% van de oppervlakte, maaisel afvoeren Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan (m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruiskruid); Geen bemesting toegestaan; Geen bagger opbrengen; Geen beweiding toegestaan. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij inzaaien gebruik maken van een inheems plantenmengsel. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Kruidenrijke zoom (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant R2)
95
Cultuurhistorie Doelstelling voor Cultuurhistorie De cultuurhistorisch waardevolle landschappen kennen elementen in bebouwing, infrastructuur en/of functies, die functioneel zijn geweest in de tijd van ontstaan, maar nu alleen door extra inspanningen kunnen worden behouden. De doelstelling voor cultuurhistorisch waardevolle elementen is dan ook: Behoud en onderhoud van kenmerkende elementen uit de cultuurhistorie van het landschap. Sommige van deze elementen hebben ook een belangrijke waarde voor behoud van biodiversiteit, zoals hoogstamfruitbomen (genetische diversiteit) of eendenkooien (specifieke plantensoorten).
25.
Cluster
Cultuurhistorische gebouwen
Doelstelling Beheren van historische (bij)gebouwen op het erf. Onderscheid tussen natuur en landbouw is voor dit cluster niet aan de orde. Aanleg Het betreft bestaande gebouwen. Grond Er wordt geen vergoeding voor grond uitgekeerd. Onderhoud Karakteristieke locaties hebben de hoofdfunctie/ bestemming cultureel/ landschappelijk erfgoed. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals goten schoonmaken, dakpannen recht leggen, nokken en schoorstenen controleren, voegwerk, gevelherstel, partiele reparatie kozijn/ raam/ deur, schilderwerk, behandelen tegen houtworm, boktor en schimmels en ander algemeen conserverend onderhoud) Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Voorbeeldpaketten Historisch hoofdgebouw (Puntensysteem Midden Delfland) Historische bijgebouwen (Puntensysteem Midden Delfland) Karakteristieke bijzondere bijgebouwen (Puntensysteem Midden Delfland)
26. Cluster
Cultuurhistorische objecten (erf)
Doelstelling Het beheren van historische (kleine) objecten op het erf. Onderscheid tussen natuur en landbouw is voor dit cluster niet aan de orde. Aanleg Het betreft bestaande objecten. catalogus GBD 20 december 2007
96
Grond Er wordt geen vergoeding voor de ondergrond uitgekeerd. Onderhoud Cultuurhistorische objecten (erf) hebben de hoofdfunctie/ bestemming cultureel/ landschappelijk erfgoed. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek (conserverend) onderhoud (zoals herstel/ onderhoud verhardingen, onderhoud aan metsel- en voegwerk, schilderwerk, behandelen tegen houtworm, boktor en schimmels en ander algemeen onderhoud) Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Voorbeeldpakketten Karakteristieke elementen erf en landschap (Puntensysteem Midden Delfland)
27. Cluster
Eendenkooi
Doelstelling Het ecologisch beheren van een vanginstallatie voor eendachtigen, geregistreerd als eendenkooi in de Openbare Registers, bestaande uit een kooiplas en omringend struweel of bos. Het element is maximaal 4 ha groot. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur Grond De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van waardedaling voor de grond. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen eendenkooi. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor een eendenkooi die de hoofdfunctie natuur, cultureel/ landschappelijk erfgoed heeft worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
catalogus GBD 20 december 2007
97
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud aan struweel en/of bos en kooiplas. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Pleksgewijze stobbenbehandeling van Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik of Robinia is toegestaan. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Eendenkooi (SN 53)
28. Cluster
Erfbeplanting
Doelstelling Instandhouding (na aanleg) van beplantingen op huiskavels, zodanig dat doelstellingen ten aanzien van flora, fauna, landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. Onderscheid tussen natuur en landbouw is voor dit cluster niet aan de orde. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Gebruik van overwegend inheems en streekeigen plantmateriaal; Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal. Grond Er wordt geen vergoeding voor grond uitgekeerd. Onderhoud De erfbeplantingen hebben de hoofdfunctie/ bestemming cultureel/ landschappelijk erfgoed. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals snoeien, maaien, afzetten). Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, m.u.v. pleksgewijze behandeling van ongewenste soorten zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen begrazing toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Bij aanleg en inboet alleen inheems plantmateriaal (bomen en struiken) gebruiken.
catalogus GBD 20 december 2007
98
Voor wijze van vergoeden zie § 3.4 Voorbeeldpakketten Erfbeplanting (Puntensysteem Midden Delfland) Leibomen (Puntensysteem Midden Delfland) Boerentuin (Puntensysteem Midden Delfland
29.
Cluster
Hoogstamfruitbomen
Doelstelling Het beheren (na aanleg) van hoog- of halfstamfruitbomen, zodanig dat de doelstellingen ten aanzien van landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. (Laagstamfruitbomen zijn uitgesloten van vergoeding) Aanleg Noodzakelijke voorschriften voor aanleg: Bij aanplant gebruik maken van hoog- en/of halfstamfruit- en/of notenbomen. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur
Grond Grond De vergoeding voor de inzet van grond is De vergoeding voor de inzet van grond is Vergoeding op basis van opbrengstderving ge- Vergoeding op basis van waardedaling voor de relateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire grond. De vergoeding voor waardedaling kan landbouwkundige productie”. alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving toelaatbaar worden geacht.
Onderhoud Voor hoogstamfruitbomen die de hoofdfunctie landbouw hebben maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud uitvoeren; Boomgaard periodiek maaien of laten begrazen. Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan, m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruiskruid; Niet branden in of in de directe omgeving van het element; Bemesting: Uitsluitend gebruik van ruige mest, uitgezonderd pluimveemest, of kalk toegestaan.
catalogus GBD 20 december 2007
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Onderhoud Voor hoogstamfruitbomen die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud uitvoeren; Boomgaard periodiek maaien of laten begrazen. Geen chemische bestrijdingsmiddelen toegestaan, m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring en Jacobskruiskruid; Niet branden in of in de directe omgeving van het element; Bemesting: Uitsluitend gebruik van ruige mest, uitgezonderd pluimveemest, of kalk toegestaan.
99
Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Plantmateriaal: hoog- en/of halfstam fruit- en notenbomen Voor wijze van vergoeden zie § 3.4 Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten Hoogstamboomgaard (SAN) Hoogstam fruitboomgaard (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
30.
Cluster
Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Plantmateriaal: hoog- en/of halfstam fruit- en notenbomen Voor wijze van vergoeden zie § 3.4 Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Hoogstamboomgaard (SN 52) Hoogstam fruit (Puntensysteem Midden Delfland)
Holle wegen/Grubbe/Graften
Doelstelling Het ecologisch beheren van bestaande lijnvormige, smalle, diep ingesneden dalen, op zodanige wijze dat doelstellingen ten aanzien van flora, fauna, landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. Onderscheid tussen natuur en landbouw is voor dit cluster niet aan de orde. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal. Grond Er wordt geen vergoeding voor grond uitgekeerd. Onderhoud Holle wegen, grubben en graften hebben de hoofdfunctie/ bestemming cultureel/ landschappelijk erfgoed. Daarnaast hebben zij vanuit flora en fauna oogpunt een hoge ecologische waarde. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (snoeien/ afzetten/ maaien, herstel afspoeling) Snoeiafval en/of maaisel afvoeren Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, m.u.v. pleksgewijze stobbenbehandeling van ongewenste soorten, zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan; Niet branden in, of in de directe omgeving van het element; Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Voorbeeldpakketten Grubbe en holle weg (SAN 41, SN 51)
catalogus GBD 20 december 2007
100
31.
Cluster
Karakteristieke Cultuurhistorische locaties
Doelstelling Herinrichting en het onderhouden van een karakteristieke cultuurhistorische locatie, zodanig dat aan de doelstellingen ten aanzien van landschap, cultuurhistorie en recreatie worden verwezenlijkt. Onderscheid tussen natuur en landbouw is voor dit cluster niet aan de orde. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Gebruik maken van de locale historische kennis van bijvoorbeeld een Cultuurhistorische Vereniging/ Heemkundekring. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal Grond Er wordt geen vergoeding voor grond uitgekeerd. Onderhoud Karakteristieke cultuurhistorische locaties hebben de hoofdfunctie/ bestemming cultureel/ landschappelijk erfgoed. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4.
32.
Cluster
Onverharde wegen
Doelstelling Het ecologisch beheren van wegen en/of bermen met bijzondere cultuurhistorische, landschappelijke en/of ecologische waarden op zodanige wijze dat doelstellingen ten aanzien van flora, fauna, landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal Grond Er wordt geen vergoeding voor grond uitgekeerd. Onderhoud Onverharde wegen hebben de hoofdfunctie/ bestemming cultureel/ landschappelijk erfgoed. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (snoeien/ afzetten/maaien); Snoeiafval en/of maaisel afvoeren; Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen:
catalogus GBD 20 december 2007
101
1.
Chemische onkruidbestrijding is niet toegestaan, m.u.v. pleksgewijze stobbenbehandeling van ongewenste soorten, zoals Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik, akkerdistel, ridderzuring en jacobskruiskruid; Geen bemesting toegestaan;
Materialen
Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4
catalogus GBD 20 december 2007
102
Natuur Doelstelling voor Natuur in natuurgebieden Nederland kent belangrijke natuurlijke en halfnatuurlijke systemen van nationale en internationale betekenis. In het deltagebied broeden en overwinteren veel vogelsoorten van (inter)nationaal belang. Ook verschillende belangrijke plantensoorten en andere diersoorten (amfibieën bijvoorbeeld) zijn afhankelijk van deze systemen. De halfnatuurlijke landschappen zijn veelal relicten van voormalige landbouwsystemen, die nu niet meer rendabel zijn, maar die een belangrijke biodiversiteitswaarde hebben, bijvoorbeeld heidegebieden, natte schraallanden, etc. Natuurgebieden met deze soorten liggen versnipperd in het landschap. Het verbinden van deze terreinen is één belangrijke strategie om levensvatbare populaties te ontwikkelen, dan wel te behouden. De doelstellingen van de clusters t.b.v. natuur zijn daarom: Door gericht beheer de waardevolle biodiversiteit in de natuurterreinen te behouden en ontwikkelen; Inrichten, ontwikkelen en beheren van nieuwe gebieden in aansluiting op de bestaande natuurterreinen; Door specifieke clusters bepaalde soortengroepen een extra bescherming bieden. Belangrijke gebieden zijn opgenomen in de Natura 2000 lijst waarbij zowel voor gebieden als soorten instandhoudingdoelstellingen worden geformuleerd, die met deze clusters moeten worden gerealiseerd.
catalogus GBD 20 december 2007
103
33.
Cluster
Ecologische verbindingszone (EVZ)
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van verbindingszones zoals aangegeven op de plankaarten van het streekplan, op zodanige wijze dat de doelstellingen ten aanzien van flora, fauna en landschap worden verwezenlijkt. De ecologische verbindingszone moet qua inrichting en maatvoering passen bij de schaal en maat van het desbetreffende landschapstype. Uitgangspunt is dat voor elke EVZ een toekomstvisie is vastgesteld, of wordt vastgesteld alvorens dienstverlening van toepassing kan zijn. Ten behoeve van de uitvoering van de toekomstvisie kan de realisatie plaatsvinden door middel van ‘maatwerkpakketten’ die bestaan uit een samengesteld, samenhangend geheel van uiteenlopende clusters. Op het moment dat een toekomstvisie voor een EVZ nog ontbreekt, is het mogelijk dat deze door de aanvragers zelf wordt opgesteld. Essentieel is dat deze visie wordt goedgekeurd door de verantwoordelijke organisaties, zoals waterschappen en provincie. De dienst heeft een collectief karakter (gezamenlijke toekomstvisie), maar iedere aanvrager dient individueel een aanvraag in. De individuele aanvragen zijn inhoudelijk op elkaar en op de toekomstvisie afgestemd. De aanvragers stellen op basis van de toekomstvisie, al dan niet gezamenlijk, een aanlegen onderhoudsplan op. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur Grond Ecologische verbindingszones hebben hoofdfunctie/ bestemming natuur. Vergoeding voor de inzet van grond op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor ecologische verbindingszones die de hoofdfunctie natuur hebben worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F). Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Ecologische verbindingszones (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant)
catalogus GBD 20 december 2007
104
34.
Cluster
Grote eenheid natuur
Doelstelling Het zodanig beheren van grote aaneengesloten eenheden van natuur dat de doelstellingen ten aanzien van flora en fauna worden verwezenlijkt. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, materieel en materiaal
Landbouw
Natuur Grond Grote eenheden natuur hebben hoofdfunctie/ bestemming natuur. Vergoeding voor de inzet van grond op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor grote eenheden natuur die worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F). Omdat een vergoeding voor waardedaling wordt uitgekeerd moeten de baten van een eventuele reststantoogst vanuit natuurbeheer worden verrekend met de vergoeding voor natuurbeheer . Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Natuurlijke eenheid (SN 21)
35.
Cluster
Heide
Doelstelling Het ecologisch beheren van terreinen/ percelen met een heidevegetatie (heidesoorten in combinatie met grassen, kruiden, (korst)mossen, stuifzand, struweel, bos en/of water) op zodanig wijze dat doelstellingen ten aanzien van flora, fauna, landschap en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. De oppervlakte is minimaal 0,5 ha. Aanleg
catalogus GBD 20 december 2007
105
Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur Grond Heide heeft de hoofdfunctie/ bestemming natuur. Vergoeding voor de inzet van grond op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Heide heeft de hoofdfunctie/bestemming natuur. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F). Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Bestrijding van vergrassing door plaggen of chopperen. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Ontwikkeling van bos en struweel is in beperkte mate toegestaan Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Heide (SN 16) Soortenrijke heide (SN 31)
36.
Cluster
Moeras
Doelstelling Het ecologisch beheren van percelen met een moerasvegetatie zodanig dat doelstellingen ten aanzien van flora en fauna worden verwezenlijkt. Het moeras heeft een oppervlakte van minimaal 0,5 ha. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur Grond Moerassen hebben hoofdfunctie/ bestemming natuur. Vergoeding voor de inzet van grond op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan
catalogus GBD 20 december 2007
106
te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Moeras heeft de hoofdfunctie/bestemming natuur. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F). Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals maaien en maaisel afvoeren) Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Hetzelfde deel van de beheerseenheid wordt nooit in twee opeenvolgende jaren gemaaid. Bos en struweelontwikkeling is in beperkte mate toegestaan Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Moeras (SN 13) Veenmosrietland en moerasheide (SN 27)
37.
Cluster
Natuurbos
Doelstelling Het ecologisch beheren of omvorming van bossen op zodanige wijze dat doelstellingen ten aanzien van flora en fauna worden verwezenlijkt. (Het bos bestaat voor bepaald percentage uit een of meerdere inheemse boomsoorten. Het percentage en de soorten zijn o.a. afhankelijk van het ontwikkelingsstadium en de doelstellingen van het bos.) Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Het element bestaat voornamelijk uit inheemse bomen en struiken. Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Aanlegwerkzaamheden vinden alleen plaats in de periode tussen 1 september en 1april. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur Grond Natuurbossen hebben hoofdfunctie/ bestemming natuur. Vergoeding voor de inzet van grond op ba-
catalogus GBD 20 december 2007
107
sis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Natuurbos heeft de hoofdfunctie/bestemming natuur. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F). Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud ten behoeve van het ecologisch beheren en de en omvorming van bos gericht op de doelstellingen. Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Bos (SN 20) Bos met verhoogde natuurwaarde (SN 37, SN 38) Natuurbos (SN 39) Middenbos (SN 41) (klein) bosje (Groenblauw Stimuleringskader Noord-Brabant
38.
Cluster
Open water
Doelstelling Het ecologisch beheren van op natuurlijke wijze ontstane wateroppervlakken en directe omgeving, zodanig dat doelstellingen ten aanzien van flora, fauna en cultuurhistorie worden verwezenlijkt. De oppervlakte van het element is minimaal 0,1 ha, het oppervlak bestaat voor minimaal 80% open water. Aanleg Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
catalogus GBD 20 december 2007
108
Landbouw
Natuur Grond Open water heeft de hoofdfunctie/ bestemming natuur. Vergoeding voor de inzet van grond op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Open water heeft de hoofdfunctie/bestemming natuur. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F). Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Regulier onderhoud ten behoeve van het ecologisch beheer van het element Noodzakelijke voorschriften ter verwezenlijking van de doelstellingen: Beschermen tegen schade als gevolg van beweiding of bewerking op aangrenzende gronden; Geen werkzaamheden verrichten die wijzigingen van het landschapselement tot gevolg hebben, anders dan ten behoeve van het behoud van het element. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Plas en Ven (SN 12) Soortenrijke plas (SN 22) Soortenrijk ven (SN 23) Beek en duinrel (SN 24)
39.
Cluster
Rietperceel
Doelstelling Het ecologisch beheren van rietpercelen op zodanige wijze dat doelstellingen ten aanzien van flora en fauna worden verwezenlijkt. Het rietperceel heeft een oppervlakte van minimaal 0,5 ha. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw catalogus GBD 20 december 2007
Natuur 109
Grond Rietperceel heeft de hoofdfunctie/ bestemming natuur. Vergoeding voor de inzet van grond op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Rietperceel heeft de hoofdfunctie/bestemming natuur. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F). Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek maaien van (een deel van) het perceel; Maaisel afvoeren. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Rietcultuur (SN 14) Overjarig rietland (SN 26) Rietlanden (Puntensysteem Midden Delfland)
40.
Cluster
Struweel
Doelstelling Het ecologisch beheren (na aanleg) van struwelen op zodanige wijze dat doelstellingen ten aanzien van flora, fauna en landschap worden verwezenlijkt. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Struweel bestaat uit een opgaande begroeiing van inheemse bomen, struiken en kruidachtigen; Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is Landbouw: vergoeding op basis van opbrengstderving gerelateerd aan de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie”.
Grond De vergoeding voor de inzet van grond is Natuur: vergoeding op basis van waardedaling voor de grond. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen.
In bijlage G en M zijn deze gebruiksbepalingen inzichtelijk gemaakt en wordt aangegeven welke maximumvergoedingen voor opbrengstderving
In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht.
catalogus GBD 20 december 2007
110
toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Voor struweel dat de hoofdfunctie landbouw heeft maar met de gebruiksbepaling “uit primaire landbouwkundige productie” worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F). Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals afzetten, maaien) Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Blok 7 Voorbeeld pakketten
41.
Cluster
Onderhoud Voor struweel dat de hoofdfunctie natuur heeft worden alle benodigde onderhoudswerkzaamheden voor het realiseren van de doelstelling vergoed (zie bijlagen E en F).
Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud (zoals afzetten, maaien) Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Struweel (SN 17)
Stuifzand
Doelstelling Het ecologisch beheren van stuifzanden op zodanige wijze dat doelstellingen ten aanzien van flora en fauna worden verwezenlijkt. Het stuifzand heeft een oppervlakte van minimaal 0,5 ha. Aanleg Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal
Landbouw
Natuur Grond Stuifzand heeft de hoofdfunctie/ bestemming natuur. Vergoeding voor de inzet van grond op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Stuifzand heeft de hoofdfunctie/bestemming natuur. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F). Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Vrijhouden van bos en struweel. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover be-
catalogus GBD 20 december 2007
111
nodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Soortenrijk stuifzand (SN 30)
42.
Cluster
Veen
Doelstelling Het ecologisch beheren van veen op zodanige wijze dat doelstellingen ten aanzien van flora en fauna worden verwezenlijkt. Het veen heeft een oppervlakte van minimaal 0,5 ha. Aanleg Noodzakelijke voorschriften: Aanleg betreft het scheppen van de randvoorwaarden voor het ontwikkelen van nieuwe venen. Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid, machines en materiaal.
Landbouw
Natuur Grond Veen heeft de hoofdfunctie/ bestemming natuur. Vergoeding voor de inzet van grond op basis van waardedaling. De vergoeding voor waardedaling kan alleen worden uitgekeerd voor nieuw aan te leggen elementen. In bijlage N is inzichtelijk gemaakt welke vergoeding voor de waardedaling maximaal toelaatbaar worden geacht. Onderhoud Veen heeft de hoofdfunctie/bestemming natuur. Alle werkzaamheden die benodigd zijn voor het realiseren van de doelstelling worden dan ook vergoed (zie bijlagen E en F). Noodzakelijke werkzaamheden ter verwezenlijking van de doelstellingen: Periodiek onderhoud ten behoeve van het ecologisch beheren veen, te plegen onderhoudsmaatregelen afhankelijk van de specifieke doelstelling. Materialen Vergoeding voor materialen alleen voor zover benodigd bij aanleg en onderhoud. Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Cross compliance & GLMC Niet van toepassing Voorbeeld pakketten Hoogveen (SN 18) Trilveen (SN 25) Levend hoogveen (SN 33)
catalogus GBD 20 december 2007
112
Educatie en professionalisering Doelstelling voor Educatie en professionalisering Er is een tendens naar een toenemende belangstelling van particulieren voor natuur- en landschapsbeheer. Op scholen ontstaat meer aandacht voor het cultuurlandschap en de ontwikkeling en het beheer daarvan. Om de doelen op gebied van natuur, landschap en cultuurhistorie via particulier initiatief te realiseren zet Nederland in op training en educatie. De doelen hiervan zijn: Vergroten van kennis en bewustzijn van particulieren en andere burgers van het belang van natuur, landschap en cultuurhistorie; Aan grondeigenaren specifieke kennis overdragen en samen met hen nieuwe kennis ontwikkelen over beheer en ontwikkeling van natuur en landschap.
catalogus GBD 20 december 2007
113
43.
Cluster
Educatie
Doelstelling Voorlichting verzorgen en medewerking verlenen aan educatieve activiteiten. Onderscheid tussen landbouw en natuur is niet aan de orde. Vergoeding Vergoeding op basis van werkelijke kosten voor arbeid en materiaal. Materialen Voor wijze van vergoeden zie § 3.4. Voorbeeldpakketten Openstellen voor recreanten/ scholen (Puntensysteem Midden Delfland) Openstellen bedrijf voor publieksactiviteiten (Puntensysteem Midden Delfland)
44.
Cluster
Professionalisering
Doelstelling Professionalisering van groenblauwe dienstverlening door aanbieders van diensten (dienstverleners) op te leiden in hun activiteiten. Dienstverleners wordt de mogelijkheid gegeven om trainingen en cursussen te volgen. Onderscheid tussen landbouw en natuur is niet aan de orde. Vergoeding De kosten voor het volgen van trainingen en cursussen door dienstverleners mogen worden vergoed. In bijlage F is aangegeven welke maximumvergoedingen voor ‘professionalisering ‘ toelaatbaar worden geacht. Noodzakelijke voorschriften: De aanvrager van de opleiding/cursus is tevens verlener van (een van de) diensten. (M.a.w. heeft een overeenkomst gesloten voor aanleg, onderhoud en/of inzet van grond); De opleiding/cursus is in de regeling erkend, of kan op basis van de eisen in de regeling subsidiabel worden geacht; De dienstverlener(s) kan een bewijs van succesvolle afronding van de opleiding/cursus overleggen; De dienstverlener(s) kan een aan hem/haar gerichte factuur overleggen, afkomstig van de instelling die betreffende opleiding of cursus aanbiedt. Van de opleiding of cursus worden (een percentage van) de werkelijke kosten vergoed. Voorbeeldpakketten Cursussen en trainingen (Groen Blauw Stimuleringskader Noord-Brabant) Professionalisering (SAN-OS) Voorwaarde Indien van toepassing zal de selectie van de instanties waaraan de uitvoering van de trainingen en cursussen worden toegekend, geschieden overeenkomstig richtlijn 2004/18/EG. In gevallen waar de hiervoor genoemde richtlijn niet van toepassing is, zullen zulke instanties op een open en transparante wijze worden geselecteerd zonder dat hierbij sprake is van discriminatie.
catalogus GBD 20 december 2007
114
Bijlage E
Vergoedingsdifferentiatie landbouwkundige werkzaamheden
Eenheid
Maximale vergoeding
Differentiatie / grondsoort
Werkzaamheden / gebruiksbeperkingen
Categorieën
Hoofdcategorie
Vergoedingen zijn gebaseerd op het prijspeil van 2006
Grondwerken Grondbewerking Cultivateren Eggen Frezen Ploegen
Zand / veen Klei Zand Klei
Slepen Cultuurtechnisch grondwerk
Begreppelen Schonen / uitdiepen sloten
Grondverbetering Bemesten
Bekalken Opruimingswerkzaamheden
Verspreiden bagger
Onderhoud groenvoorziening Grassen en krui- Maaien met cyclomaaier / maaibalk catalogus GBD 20 december 2007
€ € € € € € €
1,41 per 1,83 per 2,43 per 2,80 per 3,11 per 3,63 per 0,73 per
are are are are are are are
€ 113,84 per km Handmatig Machinaal
€ 166,50 per 100 m1 € 113,50 per 100 m1
Ruige mest (rijland) Ruige mest (vaarland) Dierlijke mest (rijland)
€ 84,46 per € 157,84 per € 84,46 per € 102,08 per
ha ha ha ha
€ 21,65 per 100 m1
€ 3,96 per are 115
den Maaien met bosmaaier Maaien met zeis Maaien talud met korfmaaier Maaien talud met bosmaaier Schudden Wiersen
Handkracht Machinaal Handkracht Machinaal
Inzaaien Zaadbedbereiding Vals zaadbed Pleksgewijs onkruid bestrijden Opruimwerkzaamheden
Maaisel verzamelen en afvoeren
Onderhoud infrastructuur en terreininrichting Terreininrichting Onderhoud raster
catalogus GBD 20 december 2007
€ 7,54 per € 41,62 per € 23,00 per € 9,35 per € 3,74 per € 0,49 per € 4,44 per € 0,47 per € 1,13 per € 72,33 per € 152,42 per € 1,95 per
are are 100 m1 are are are are are are ha ha are
Handmatig
€ 13,30 per are
Machinaal
€ 2,89 per are
€ 34,58 per 100 m1
116
Bijlage F Vergoedingsdifferentiatie niet-landbouwkundige werkzaamheden Vergoedingen zijn gebaseerd op het prijspeil van 2006 HoofdCategorieën categorie Grondwerken Cultuurtechnisch grondwerk
Onderhoud groenvoorziening Bomen
Werkzaamheden / gebruiksbeperkingen Baggeren
Knotten
Snoeien
Differentiatie / grondsoort
Afzetten
Afzetten onder talud Onderhoud onderbegroeiing wallen en singels Knippen (elektrische heggeschaar) Knippen (klepelmaaier) Afzetten haag catalogus GBD 20 december 2007
Eenheid
0-500 m2
€ 197,34 per are
> 500 m2
€ 554,50 per ha
Diameter Diameter Diameter Diameter Diameter Diameter Diameter Diameter
stam stam stam stam stam stam stam stam
< 30 cm 30 - 60 cm > 60 cm < 20 cm 20 - 40 cm 40-60 cm 60-80 cm > 80 cm
Snoeien fruitbomen Markeren bomen Begeleiden natuurlijke verjonging Meten Uitslepen Dunnen Brandpreventie Beplanting
Maximale vergoeding
< 50 stammen per are 50-100 stammen per are 100-150 stammen per are 150-230 stammen per are
€ 5,62 per € 16,52 per € 22,13 per € 9,91 per € 23,97 per € 34,47 per € 52,44 per € 92,40 per € 20,82 per € 1,10 per € 1,32 per € 0,29 per € 3,01 per € 198,30 per € 1,10 per
€ € € €
€ 71,46 per 142,88 per 214,24 per 328,60 per 161,94 per € 21,81 per
st st st st st st st st st 100 m3 per jaar ha per jaar 100 m3 per jaar 100 m3 per jaar ha ha are are are are are are
€ 58,40 per 100 m1 € 42,58 per 100 m1 € 201,94 per 100 m1 117
Afzetten snijgriend Plaggen Chopperen Fythosanitaire maatregelen Water en riet
Maaien riet (maaikorf) Maaien riet (bosmaaier) Schonen water Regelen waterstand
2.500-5.500 m2
Opruimwerkzaamheden
Versnipperen takhout
Diameter Diameter Diameter Diameter
Verzorgen vee Verzorgen
Nestbescherming broedvogels Nestbescherming
catalogus GBD 20 december 2007
€ 1.136,70 per € 1.449,60 per € 94,67 per € 6,87 per
ha ha ha per jaar ha per jaar
Stortkosten
Controleren en verzorgen dieren Verzorgen drinkwater vee
€ 44,00 per ha per jaar € 13,75 per ha per jaar
Verwerken snoeiafval Afvoeren takhout
Oriënterend en verkennend veldonderzoek broedvogels Nesten zoeken
< 40 cm 40-60 cm 60 - 80 cm > 80 cm
ha ha per jaar ha per jaar ha per jaar
€ 6,27 per boom € 9,12 per boom € 11,76 per boom € 32,70 per boom € 55,99 per 100 m1 € 4,71 per st € 13,87 per st € 18,59 per st € 56,05 per are € 75,48 per are € 92,13 per are € 22,27 per 100 m1 € 8,99 per boom € 13,48 per boom € 17,98 per boom € 22,48 per boom € 49,46 per 100 st € 71,94 per 100 st € 98,91 per 100 st € Regionale invulling
Versnipperen haagafval Verbranden takhout
stam stam stam stam
€ 93,62 per € 796,88 per € 517,97 per € 4,28 per
Diameter stam < 30 cm Diameter stam 30 - 60 cm Diameter stam > 60 cm < 50 stammen per are 50-100 stammen per are 100-150 stammen per are Diameter stam < 40 cm Diameter stam 40-60 cm Diameter stam 60 - 80 cm Diameter stam > 80 cm Snoeihoogte takhout 0-2 meter Snoeihoogte takhout 2-4 meter Snoeihoogte takhout 4-6 meter
€ 2,75 per ha € 55,00 per nest 118
Plaatsen nestbeschermers Extra werk maaien ter bescherming van nesten Extra werk schudden ter bescherming van nesten Nesten ontzien bij bemesten Vlakdekkende kartering opstellen Onderhoud infrastructuur en terreininrichting Infrastructuur Onderhoud infrastructuur
Terreininrichting Oevers
€ 4,68 per nest € 28,06 per nest € 8,56 per nest € 2,20 per nest € 5,77 per nest
0-5 dammen 5-10 dammen
Onderhoud wandelpad
€ 24,29 per ha € 68,58 per ha € 27,50 per 100 m1
Onderhoud wandelvoorzienigen Opbreken raster Onderhoud oeverbescherming
€ 27,75 per 100 m1 € 27,75 per 100 m1 € 1,38 per ha per jaar
Onderhoud objecten en voorzieningen Daken en goten Goten schoonmaken Dakpannen rechtleggen Nokken controleren Schoorstenen controleren
€ 50,00 per uur, inclusief materieel € 50,00 per uur, inclusief materieel € 50,00 per uur, inclusief materieel € 50,00 per uur, inclusief materieel
materiaal en
€ 50,00 per uur, inclusief materieel € 57,50 per uur, inclusief materieel € 57,50 per uur, inclusief materieel € 57,50 per uur, inclusief materieel € 4,15 per m3
materiaal en
materiaal en materiaal en materiaal en
Muren en houtwerk Schilderen Plaatselijk voegwerk Partiele reparatie kozijn / raam / deur Overige gevelbehandeling Behandeling tegen houtworm / boktor / schimmels
catalogus GBD 20 december 2007
Inhoud 900 m3, matig bereikbaar Inhoud 1.100 m3, goed bereikbaar
materiaal en materiaal en materiaal en
€ 1,50 per m3 119
Inhoud 1.300 m3, matig bereikbaar Inhoud 2.500 m3, matig bereikbaar Conserveren houtconstructies
€ 3,00 per m3 € 62,50 per uur, inclusief materiaal en materieel € 62,50 per uur, inclusief materiaal en materieel
Conserveren steenconstructies
Algemeen onderhoud
€ 2,40 per m3
Algemeen onderhoud in eigen beheer
€ 25,00 per uur, inclusief materiaal en materieel € 60,00 per uur, inclusief materiaal en materieel € 3,35 per m2
Algemeen onderhoud door vaklieden Opstoppen of inboeten riet (daken) Transport Rijland Vaarland Overige kosten Monitoring Professionalisering
Educatie
catalogus GBD 20 december 2007
Aan- en afrijtijden Aan- en afvaartijden
< 2,5 km > 2,5 km
5% over totale arbeidsbehoefte € 0,29 per km €0.58 per km
Veldinspectie
€ 27,50 per uur
Volgen trainingen en cursussen Organisatiekosten
€ Op basis van werkelijke cursuskosten € 27,50 per uur
Verzorgen voorlichting
€ 27,50 per uur
120
Bijlage G Vergoedingsdifferentiatie gebruiksbepalingen
Opbrengstderving Beperkte primaire Optimaliseren broed- en opproductie groeimogelijkheden
Creëren nat biotoop
T/m 23 mei
Grasland
Periode 1 april t/m 31 mei
Grasland
Periode 1 april t/m 7 juni
Grasland
Periode 1 april t/m 14 juni
Grasland
Periode 1 april t/m 21 juni
Grasland
Periode 1 mei t/m 15 juni
Grasland
Periode 1 mei t/m 22 juni
Grasland
catalogus GBD 20 december 2007
Periode 1 november - 1 april Grasland
Periode 1 november - 1 april Bouwland
Regio Nederland
Periode 15 februari - 15 april Grasland
Eenheid
Maximale vergoeding
Bouwplan Nederland Regio Nederland Regio Nederland Regio Nederland Regio Nederland Regio Nederland Regio Nederland Regio Nederland Regio Nederland Regio Nederland
Periode 15 februari - 15 mei Grasland Creëren foerageergebied (ganzen en smienten)
Grondsoort
Grondgebruik
Differentiatie
Gebruiksbepaling
Categorieën
Hoofdcategorie
Vergoedingen zijn gebaseerd op het prijspeil van 2006
€ 145,00 per ha
€ 188,00 per ha € 276,00 per ha € 368,00 per ha € 415,00 per ha € 154,00 per ha € 154,00 per ha € 516,00 per ha € 819,00 per ha € 152,61 per ha
€ 231,00 per ha 121
Verschraling
Beweiden zeldzame inheemse huisdierrassen
Uit primaire productie
Uit primaire landbouwkundige productie
catalogus GBD 20 december 2007
Fase 2 Veldgids
Grasland
Fase 3 Veldgids
Grasland
Fase 4 Veldgids
Grasland
Regio Nederland Regio Nederland Regio Nederland Regio
€ 861,00 per ha € 875,00 per ha € 986,00 per ha
Runderen
€ 120,00 per dier
Schapen
€ 18,00 per dier Bouwland
Nederland
€ 1.233,00 per ha € 1.100,00 per ha
Grasland
Provincie NoordBrabant Nederland Provincie NoordBrabant
€ 1.024,00 per ha € 1.100,00 per ha
122
Bijlage H
vrijstelling Generiek verenigbaar met vrije markt formele aanmelding is niet verplicht (wel de EC informeren)
Staatssteungevoeligheid & Aanmeldingsverplichting steunmaatregelen (volledige tekst in paragraaf 2.2)
begunstigde
ondernemingen landbouwsector
in welke gevallen?
wat is vrijgesteld?
investeringen nietproductieve erfgoedelementen in traditionele landschappen het ontbreken van de relatie met landbouwkundige productie kunnen onderbouwen
investeringen in productief erfgoed (o.a. bedrijfsgebouwen), mits niet resulterend in productiestijging
aanleg geen onderhoud geen inzet van grond
onderhoud
maatregelen
kosten voor opleiding en onderwijs landbouwer/ bedrijfsmedewerker
ondernemingen ove- rige sectoren
investeringen in activa en immateriële goederen
particulieren/ verenigingen en stichtingen
geen economisch voordeel voor begunstigde geen selectieve toekenning geen negatieve beïnvloeding mededinging of handelsverkeer
catalogus GBD 20 december 2007
reis- en verblijfkosten organisatiekosten vervangende diensten (bedrijfsverzorging)
plafond
steilranden erfbeplanting holle wegen eendenkooi onverharde wegen hoogstamfruitbomen houtwallen hagen singels hakhout poelen greppel cultuurhistorische objecten (erf) cultuurhistorische gebouwen karakteristieke cultuurhistorische locaties
opleiding en cursussen
aanleg
recreatief medegebruik
aanleg onderhoud inzet van grond
alle maatregelen
bron
100% werkelijk gemaakte kosten in de kosten kan een redelijke vergoeding voor de door de dienstverlener zelf verrichtte werkzaamheden zijn begrepen, met een maximum van € 10.000,--/ jaar.
VO. 1/2004 (vrijstelling landbouwsector)
tot 60% subsidiabele uitgaven (75% probleemgebieden) 100% extra kosten voor aanwending traditionele materialen
VO. 1/2004 (vrijstelling landbouwsector)
tot € 100.000,--/ 3 jaar of 50% van de in aanmerking komende kosten indien hoger
regioafhankelijk afhankelijk van de grootte van het bedrijf n.v.t.
Per 1/1/2007 treedt nieuwe verordening in werking.
Per 1/1/2007 treedt nieuwe verordening in werking. VO. 1/2004 (vrijstelling landbouwsector) Per 1/1/2007 treedt nieuwe verordening in werking. VO. 70/2001 (vrijstelling KMO) EG-verdrag (Artikel 1)
123
vrijstelling De minimis verenigbaar met vrije markt aanmelding niet verplicht (wel informeren EC)
vrijstelling
doelgroep ondernemingen landbouwsector
doelgroep
catalogus GBD 20 december 2007
in welke gevallen? werkzaamheden die verband houden met productie, verwerking en afzet van landbouwproducten
in welke gevallen? werkzaamheden die verband houden met productie, verwerking en afzet van producten
wat is vrijgesteld?
aanleg onderhoud inzet van grond (waardedaling)
wat is vrijgesteld? aanleg onderhoud inzet van grond (inkomstenderving)
maatregelen CULTUURHISTORIE gebouwen objecten (erf) Eendenkooi Erfbeplanting Hoogstamfruitbomen Holle wegen/ Grubbe/ Graften Karakteristieke Cultuurhistorische locaties Onverharde wegen
maatregelen LANDBOUW: akkers botanische graslanden weidevogelgraslanden graslandranden (verschraling) recreatief medegebruik beweiding zeldzame inheemse huisdierrassen LANDSCHAP Akkerranden Bomen Kruidenrijke graanstroken Greppels Hagen Hakhout Houtwallen Knotbomen Milieuranden Natuurlijke waterloop Oevers Poel Productiebos Rietzoom
plafond tot € 3.000,-- /3 jaar per begunstigde onderneming totaal envelop voor NL
bron VO. 1860/2004 ) (de minimis landbouwsector)
plafond tot € 3.000,--/3 jaar/ begunstigde onderneming totaal envelop voor NL
bron VO. 1860/2004 (de minimis landbouwsector)
124
vrijstelling
doelgroep
in welke gevallen?
wat is vrijgesteld?
ondernemingen overige sectoren
werkzaamheden die geen verband houden met productie, verwerking en afzet van landbouwproducten
catalogus GBD 20 december 2007
aanleg onderhoud inzet van grond (inkomstenderving of waardedaling)
zie maatregelen “de minimus landbouwsector”
maatregelen Ruigtestroken Singels Steilranden Zomen
NATUUR EVZ Grote eenheid natuur Heide Moeras Natuurbos Open water Rietperceel Struweel Stuifzand Veen tot € 100.000,-- /3 jaar
plafond
bron
VO. 69/2001 (steun van geringe omvang)
125
Bijlage L
Onderbouwing vergoedingen werkzaamheden
Voor het bepalen van de tijdnormen zijn zoveel mogelijk normenboeken gebruikt die door Europa zijn geaccepteerd. Er zijn verschillende normboeken gebruikt, te weten: - Instituut voor Mechanisatie, Arbeid en Gebouwen (IMAG)-normenboek 2001 - Normboek Regeling Beheersovereenkomsten en natuurontwikkeling (Rbon) 1997 - Normenboek Staatsbosbeheer 2006 en - ‘Eigen normen’. Dit zijn normen die door bijvoorbeeld beherende organisaties zelf zijn berekend. In de toekomst zal worden gestreefd om zo weinig mogelijk eigen normen in de Nederlandse Catalogus groenblauwe diensten op te nemen. In overleg zal worden bekeken of deze normen in de geaccepteerde normenboeken kunnen worden opgenomen. Voor het bepalen van vergoedingen is gebruikt gemaakt van de volgende boeken en Centrale Arbeidsovereenkomsten. - Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap (prijspeil 2006) - Kwantitatieve informatie (KWIN) veehouderij 2005-2006 - Kwantitatieve informatie (KWIN) akkerbouw en vollegrondsgroenteteelt 2002 - Centrale arbeidsovereenkomst (CAO)-bedrijfsverzorging - Centrale arbeidsovereenkomst (CAO) -bouw - Centrale arbeidsovereenkomst (CAO)-HBA (Hoofd Bedrijfschap Ambachten) - Centrale arbeidsovereenkomst (CAO)-Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf De bedragen die in deze bijlage genoemd staan hebben het prijspeil 2006.
catalogus GBD 20 december 2007
126
Inhoud 1
Grondwerken .......................................................................................................................... 128 Grondbewerking ............................................................................................................. 128 Cultuurtechnisch grondwerk ........................................................................................... 130 Grondverbetering ........................................................................................................... 132 Opruimingswerkzaamheden ............................................................................................ 133 Onderhoud groenvoorziening .................................................................................................. 134 2.1 Bomen............................................................................................................................ 134 2.2 Beplanting ...................................................................................................................... 138 2.3 Grassen en kruiden......................................................................................................... 142 2.4 Water en riet .................................................................................................................. 145 2.5 Opruimingswerkzaamheden ............................................................................................ 147 Verzorgen Vee ........................................................................................................................ 152 3.1 Verzorgen....................................................................................................................... 152 Nestbescherming weidevogels ................................................................................................ 152 4.1 Nestbescherming ............................................................................................................ 152 Onderhoud infrastructuur en terreininrichting.......................................................................... 155 5.1 Infrastructuur ................................................................................................................. 155 5.2 Terreininrichting ............................................................................................................. 156 5.3. Oevers………………………………………………………………………………… ………………………………161 Onderhoud objecten en voorzieningen .................................................................................... 157 Transport................................................................................................................................ 157 7.1 Rijland ............................................................................................................................ 157 7.2 Vaarland ......................................................................................................................... 157 Overige kosten........................................................................................................................ 158 8.1 Monitoring ...................................................................................................................... 158 8.2 Professionalisering .......................................................................................................... 158 8.3 Educatie ......................................................................................................................... 158 1.1 1.2 1.3 1.4
2
3 4 5
6 7 8
catalogus GBD 20 december 2007
127
1.
Grondwerken
1.1
Grondbewerking
1.1.1
Cultivateren
Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel. Activiteit: Cultivateren Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Cultivator Brandstof
Benodigde uren Uurtarief 0,03 0,03 0,03 0,03
uur uur uur uur
€ € € €
27,50 15,36 4,29 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 0,82 € 0,46 € 0,13 € 0,30 € 1,71
Eenheid per per per per per
are are are are are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
1.1.2
Eggen
Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel. . Activiteit: Eggen, grondsoort zand / veen Arbeid / machines Benodigde uren Uurtarief Arbeid Machines
Trekker Eg Brandstof
0,03 0,03 0,03 0,03
uur uur uur uur
€ € € €
27,50 15,36 18,11 10,00
Totaal Activiteit: Eggen, grondsoort klei Arbeid / machines Benodigde uren Uurtarief Arbeid Machines
Trekker Eg Brandstof
0,04 0,04 0,04 0,04
uur uur uur uur
€ € € €
27,50 15,36 18,11 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 0,83 € 0,46 € 0,54 € 0,30 € 2,13
Eenheid
Maximale vergoeding € 1,10 € 0,61 € 0,72 € 0,40 € 2,83
Eenheid
per per per per per
per per per per per
are are are are are
are are are are are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
catalogus GBD 20 december 2007
128
1.1.3 Frezen Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel. Activiteit: Frezen Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Frees Brandstof
Benodigde uren Uurtarief 0,05 0,05 0,05 0,05
uur uur uur uur
€ € € €
27,50 15,36 13,07 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 1,38 € 0,77 € 0,65 € 0,50 € 3,30
Eenheid per per per per per
are are are are are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
1.1.4 Ploegen Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel. Activiteit: Ploegen, grondsoort zand Arbeid / machines Benodigde uren Uurtarief Arbeid Machines
Trekker Ploegen Brandstof
0,06 0,06 0,06 0,06
uur uur uur uur
€ 27,50 € 15,36 € 9,10 € 10,00
Totaal Activiteit: Ploegen, grondsoort klei Arbeid / machines Benodigde uren Uurtarief Arbeid Machines
Trekker Ploegen Brandstof
0,07 0,07 0,07 0,07
uur uur uur uur
Totaal
€ 27,50 € 15,36 € 9,10 € 10,00
Maximale vergoeding € 1,65 € 0,92 € 0,54 € 0,60 € 3,71
Eenheid
Maximale vergoeding € 1,92 € 1,07 € 0,64 € 0,70 € 4,33
Eenheid
per per per per per
per per per per per
are are are are are
are are are are are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
1.1.5 Slepen Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel.
catalogus GBD 20 december 2007
129
Activiteit: Slepen Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Sleep Brandstof
Benodigde uren Uurtarief 0,015 0,015 0,015 0,015
uur uur uur uur
€ 27,50 € 15,36 € 6,16 € 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 0,41 € 0,23 € 0,09 € 0,15 € 0,88
Eenheid per per per per per
are are are are are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Programma Beheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
1.2
Cultuurtechnisch grondwerk
1.2.1
Baggeren
Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel. Activiteit: Baggeren oppervlakte 0- 500 m2 Arbeid / machines Benodigde uren Uurtarief Arbeid Machines
Trekker Aanbouw maaikorf Wallenfrees Brandstof
1,9 uur 1,9 uur 1,9 uur
€ 27,50 € 15,36 € 13,30
1,065 uur 1,9 uur
€ 86,00 € 10,00
Totaal Activiteit: Baggeren > 500 m2 Arbeid / machines Benodigde uren Uurtarief Arbeid Machines
Trekker Aanbouw maaikorf Wallenfrees Brandstof
Totaal
8 uur 8 uur 8 uur
€ 27,50 € 15,36 € 13,30
1,27 uur 8 uur
€ 86,00 € 10,00
Maximale vergoeding € 52,25 € 29,18 € 25,27 € 91,59 € 19,00 € 216,34
Maximale vergoeding € 220,00 € 122,88 € 106,40 € 109,22 € 80,00 € 634,50
Eenheid per are per are per are per are per are per are
Eenheid per ha per ha per ha per ha per ha per ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: normenboek RBON 1997 en het boek Normkosten 2006 Staatsbosbeheer. o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006, KWIN-akkerbouw en Vollegrondsgroenteteelt 2002 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
catalogus GBD 20 december 2007
130
1.2.2. Begreppelen Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel. Activiteit: Begreppelen Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Greppelfrees Brandstof
Benodigde uren Uurtarief 2 2 2 2
uur uur uur uur
€ € € €
27,50 15,36 14,06 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 55,00 € 30,72 € 28,12 € 20,84 € 133,84
Eenheid per per per per per
km km km km km
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
1.2.3. Schonen / uitdiepen sloten Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft en de sloten mogen niet opgenomen zijn in de KEUR (de KEUR is het wettelijke kader met voorschriften van de waterschappen ten aanzien van het waterbeheer waaraan grondeigenaren/-gebruikers dienen te voldoen. Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel.
Activiteit: Schonen / uitdiepen sloten (handmatig) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 6 uur € 27,50 Machines Handgereedschap 6 uur € 0,25 Totaal
Maximale vergoeding € 165,00 € 1,50 € 166,50
Eenheid
Activiteit: Schonen / uitdiepen sloten (machinaal) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 1 uur € 27,50 Machines Wallenfrees 1 uur € 86,00 Totaal
Maximale vergoeding € 27,50 € 86,00 € 113,50
Eenheid
per 100 m1 per 100 m1 per 100 m1
per 100 m1 per 100 m1 per 100 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 en het normenboek RBON uit 1997 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006)., KWINakkerbouw en Vollegrondsgroenteteelt 2002.
catalogus GBD 20 december 2007
131
1.3
Grondverbetering
Bemesten Bij het bemesten wordt onderscheid gemaakt in ruige mest en overige dierlijke mest op rijland en vaarland. Met vaarland wordt bedoeld, land dat niet over land te bereiken is. Dit land is omringd door water. Rijland is land dat bereikbaar is over de weg. Ruige mest Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel.
Activiteit: Bemesten ruige mest (rijland) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 1,6 uur Machines Trekker 1,6 uur Mestverspreider 1,6 uur Brandstof 1,6 uur Totaal Activiteit: Bemesten ruige mest (vaarland) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 3 uur Machines Trekker 3 uur Mestverspreider 3 uur Brandstof 3 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 15,36 € 9,92 € 10,00
Uurtarief € 27,50 € 15,36 € 9,92 € 10,00
Maximale vergoeding € 44,00 € 24,58 € 15,88 € 16,00 € 100,46
Eenheid
Maximale vergoeding € 82,50 € 46,08 € 29,76 € 30,00 € 187,84
Eenheid
per per per per per
per per per per per
ha ha ha ha ha
ha ha ha ha ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Rijland : IMAG-normenboek 2001 Vaarland: Volgens Veenweidepakket Laag-Holland o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 Overige dierlijke mest Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel.
Activiteit: Bemesten overige dierlijke mest (rijland) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 1,6 uur € 27,50 Machines Trekker 1,6 uur € 15,36 Mestverspreider 1,6 uur € 9,92 Brandstof 1,6 uur € 10,00 Totaal
catalogus GBD 20 december 2007
Maximale vergoeding € 44,00 € 24,58 € 15,88 € 16,00 € 100,46
Eenheid per per per per per
ha ha ha ha ha
132
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 Bekalken Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft Het bekalken is een beheerswerkzaamheid die gedaan wordt vanuit de noodzaak voor het natuurbeheer.Het betreft hier geen bewerking die landbouwkundig gewenst is. Activiteit: Bekalken Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Kalkstrooier Brandstof
Benodigde uren 1,5 uur 1,5 uur 1,5 uur 1,5 uur
Uurtarief € € € €
27,50 15,36 25,19 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 41,25 € 23,04 € 37,79 € 15,00 € 117,08
Eenheid per per per per per
ha ha ha ha ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Volgens Veenweidepakket Laag-Holland o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
1.4
Opruimingswerkzaamheden
1.4.1
Verspreiden bagger
In verband met de natuurwaarden die nagestreefd worden in een strook langs een watergang en ter voorkoming van ophoging van de voedselrijkdom van deze strook is het gewenst geen bagger op deze rand op te brengen. Het verspreiden van de bagger buiten deze rand heeft kosten tot gevolg die worden vergoed. Activiteit: verspreiden bagger Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Mestverspreider Brandstof
Benodigde uren 0,41 uur 0,41 uur 0,41 uur 0,41 uur
Totaal
Uurtarief € 27,50 € 15,36 € 9,92 € 10,00
Maximale vergoeding € 11,28 € 6,30 € 4,07 € 4,10 € 25,75
Eenheid per per per per per
100 100 100 100 100
m1 m1 m1 m1 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
catalogus GBD 20 december 2007
133
2.
2.1
Onderhoud groenvoorziening
Bomen
2.1.1. Knotten De diameters die bij de verschillende bomen staan genoemd, zijn gemeten op 1,30 meter boven maaiveld. Activiteit: Knotten diameter stam < 30 cm (omtrek gemiddeld 0,50m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 0,17 uur € 27,50 € 4,68 Machines Motorzaag (zwaar) 0,17 uur € 5,55 € 0,94 Totaal € 5,62 Activiteit: Knotten diameter stam 30-60 cm (omtrek gemiddeld 1,40 m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 0,5 uur € 27,50 € 13,75 Machines Motorzaag (zwaar) 0,5 uur € 5,55 € 2,77 Totaal € 16,52 Activiteit: Knotten diameter stam > 60 cm (omtrek groter dan 1,90 m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 0,67 uur € 27,50 € 18,42 Machines Motorzaag (zwaar) 0,67 uur € 5,55 € 3,71 Totaal € 22,13
Eenheid per st per st per st
Eenheid per st per st per st
Eenheid per st per st per st
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Normenboek RBON 1997, januari 1997. In het IMAG-normenboek zijn geen tijdnormen opgenomen voor het knotten van bomen. Middels extrapolatie is de arbeidsduur voor andere diameterklassen berekend. o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.1.2. Snoeien overig De diameters die bij de verschillende bomen staan genoemd, zijn gemeten op 1,30 meter boven maaiveld. Activiteit: Snoeien diameter stam < 20 cm (omtrek gemiddeld 0,30m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 0,3 uur € 27,50 € 8,25 Machines Motorzaag (zwaar) 0,3 uur € 5,55 € 1,66 Totaal € 9,91 Activiteit: Snoeien diameter stam 20-40 cm (omtrek gemiddeld 0,95m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 0,48 uur € 27,50 € 13,20
catalogus GBD 20 december 2007
Eenheid per st per st per st
Eenheid per st
134
Machines
Motorzaag (zwaar) Hoogwerker
0,48 uur 0,48 uur
€ 5,55 € 16,90
Totaal
€ 2,66 € 8,11 € 23,97
Activiteit: Snoeien diameter stam 40 - 60 cm (omtrek gemiddeld 1,55m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 0,69 uur € 27,50 € 18,99 Machines Motorzaag (zwaar) 0,69 uur € 5,55 € 3,82 Hoogwerker 0,69 uur € 16,90 € 11,66 Totaal € 34,47 Activiteit: Snoeien diameter stam 60-80 cm (omtrek gemiddeld 2,20m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 1,05 uur € 27,50 € 28,88 Machines Motorzaag (zwaar) 1,05 uur € 5,55 € 5,82 Hoogwerker 1,05 uur € 16,90 € 17,74 Totaal € 52,44 Activiteit: Snoeien diameter stam > 80 cm (omtrek groter dan 2,50m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 1,85 uur € 27,50 € 50,88 Machines Motorzaag (zwaar) 1,85 uur € 5,55 € 10,26 Hoogwerker 1,85 uur € 16,90 € 31,26 Totaal € 92,40
per st per st per st
Eenheid per per per per
st st st st
Eenheid per per per per
st st st st
Eenheid per per per per
st st st st
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.1.3. Snoeien fruitbomen Het snoeien van een hoogstamfruitboomgaard heeft aanzienlijke meerkosten tot gevolg ten opzichte van de reguliere laagstam fruitbomen. Deze meerkosten komen voor vergoeding in aanmerking. Activiteit: Snoeien fruitbomen Arbeid / machines Arbeid Machines Totaal
Handgereedschap
Benodigde uren 0,75 uur 0,75 uur
Uurtarief € 27,50 € 0,25
Maximale vergoeding € 20,63 € 0,19 € 20,82
Eenheid per st per st per st
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
catalogus GBD 20 december 2007
135
2.1.4. Markeren bomen Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de bestemming natuur heeft. Het markeren van bomen heeft tot doel aan te geven welke bomen verwijderd moeten worden vanuit de ecologische doelstelling van het bos. Activiteit: Markeren bomen Arbeid Arbeid Totaal
Benodigde uren 0,04 uur
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 1,10 € 1,10
Eenheid per 100 m3 per 100 m3
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
2.1.5. Begeleiden natuurlijke verjonging Door middel van deze activiteit kan een vergoeding worden uitgekeerd om zaailingen van inheemse boomsoorten vrij te zetten. Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de bestemming natuur heeft. Activiteit: Begeleiden natuurlijke verjonging Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,04 uur Machines Motorzaag (zwaar) 0,04 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 5,55
Maximale vergoeding € 1,10 € 0,22 € 1,32
Eenheid per ha per jaar per ha per jaar per ha per jaar
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.1.6. Meten Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de bestemming natuur heeft. Het meten van bomen betreft een beheerswerkzaamheid t.b.v. het ecologische bosbeheer. Activiteit: Meten Arbeid / machines Arbeid Machines Totaal
Handgereedschap
Benodigde uren 0,01 uur 0,01 uur
Uurtarief € 27,50 € 0,25
Maximale vergoeding € 0,28 € 0,01 € 0,29
Eenheid per 100 m3 per 100 m3 per 100 m3
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
catalogus GBD 20 december 2007
136
2.1.7. Uitslepen van bomen Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de bestemming natuur heeft. Het uitslepen van bomen betreft een beheerswerkzaamheid t.b.v. het ecologische bosbeheer. Activiteit: Uitslepen Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Brandstof
Benodigde uren 0,07 uur 0,07 uur 0,07 uur
Uurtarief € 27,50 € 15,36 € 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 1,93 € 1,08 € 0,70 € 3,71
Eenheid per per per per
100 100 100 100
m3 m3 m3 m3
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006.
2.1.8. Dunnen Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de bestemming natuur heeft. Het dunnen van bomen (het verwijderen van het teveel aan jonge bomen op een kleine oppervlakte) betreft een beheerswerkzaamheid t.b.v. het ecologische bosbeheer. Activiteit: Dunnen Arbeid / machines Arbeid Machines Totaal
Motorzaag (zwaar)
Benodigde uren 6 uur 6 uur
Uurtarief € 27,50 € 5,55
Maximale vergoeding € 165,00 € 33,30 € 198,30
Eenheid per ha per ha per ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Normkosten 2006 Staatsbosbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.1.9. Brandpreventie Deze activiteit mag alleen worden opgenomen voor bosgebieden en heideterreinen. Deze tijdseenheid is bedoeld voor het omklappen van bordjes, waarop staat aangegeven of er brandgevaar aanwezig is. Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de bestemming natuur heeft.
Activiteit: Brandpreventie Arbeid / machines Arbeid Totaal
Benodigde uren 0,04 uur
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 1,10 € 1,10
Eenheid per ha per ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
catalogus GBD 20 december 2007
137
2.2. Beplanting
2.2.1. Afzetten Afzetten van onder meer houtwallen en singels betreft een beheersmaatregel ten behoeve van het ecologische beheer van deze elementen. Het draagt tevens bij aan de ontwikkeling van cultuurhistorische en landschappelijke waarden Activiteit: Afzetten < 50 stammen per are Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 2,35 uur Machines Handgereedschap 1,17 uur Motorzaag (zwaar) 1,18 uur Totaal Activiteit: Afzetten 50 – 100 stammen per are Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 4,7 uur Machines Handgereedschap 2,35 uur Motorzaag (zwaar) 2,35 uur Totaal Activiteit: Afzetten 50-150 stammen per are Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 7,05 uur Machines Handgereedschap 3,53 uur Motorzaag (zwaar) 3,51 uur Totaal Activiteit: Afzetten 150-230 stammen per are Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 10,81 uur Machines Handgereedschap 5,41 uur Motorzaag (zwaar) 5,4 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 0,25 € 5,55
Uurtarief € 27,50 € 0,25 € 5,55
Uurtarief € 27,50 € 0,25 € 5,55
Uurtarief € 27,50 € 0,25 € 5,55
Maximale vergoeding € 64,63 € 0,29 € 6,54 € 71,46
Eenheid
Maximale vergoeding € 129,25 € 0,59 € 13,04 € 142,88
Eenheid
Maximale vergoeding € 193,88 € 0,88 € 19,48 € 214,24
Eenheid
Maximale vergoeding € 297,28 € 1,35 € 29,97 € 328,60
Eenheid
per per per per
per per per per
per per per per
per per per per
are are are are
are are are are
are are are are
are are are are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek-2001. Er is gerekend met een gemiddelde stamdiameter van 0,10 m. Hiervoor wordt 0,047 uur. (dit is overeenkomstig de Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer). o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.2.2. Afzetten onder talud Afzetten onder talud van houtwallen betreft een beheersmaatregel ten behoeve van het ecologische beheer van deze elementen. Het draagt tevens bij aan de ontwikkeling van cultuurhistorische en landschappelijke waarden
catalogus GBD 20 december 2007
138
Activiteit: Afzetten onder talud Arbeid / machines Arbeid Machines Totaal
Motorzaag (zwaar)
Benodigde uren 4,9 uur 4,9 uur
Uurtarief € 27,50 € 5,55
Maximale vergoeding € 134,75 € 27,19 € 161,94
Eenheid per are per are per are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Ervaringscijfers van DLG in samenwerking met de Stichting Instandhouding Kleine Landschapselementen. Gerekend is met een gemiddelde stamdikte van 0,047m o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.2.3. Onderhoud onderbegroeiing Verwijderen en/of afzetten van overmatige onderbegroeiing in b.v. houtwallen en singels ten behoeve van een goede ecologische opbouw van deze elementen. Activiteit: Onderhoud onderbegroeiing Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,66 uur Machines Motorzaag (zwaar) 0,66 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 5,55
Maximale vergoeding € 18,15 € 3,66 € 21,81
Eenheid per are per are per are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG normenboek - 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.2.4. Knippen heggen Het knippen van bijv. een heg betreft een beheersmaatregel ten behoeve van het ecologische beheer van deze elementen. Het draagt tevens bij aan de ontwikkeling van cultuurhistorische en landschappelijke waarden Activiteit: Knippen (elektrische heggenschaar) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 2 uur Machines Elektrische heg2 uur genschaar Totaal Activiteit: Knippen (Trekker met klepelmaaier) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,5 uur Machines Trekker 0,5 uur Klepelmaaier 0,5 uur Brandstof 0,5 uur Totaal
catalogus GBD 20 december 2007
Uurtarief € 27,50 € 1,70
Maximale vergoeding € 55,00 € 3,40 € 58,40
Uurtarief € € € €
27,50 15,36 20,36 10,00
Maximale vergoeding € 13,75 € 7,68 € 21,15 € 5,00 € 47,58
Eenheid per 100 m1 per 100 m1 per 100 m1
Eenheid per per per per per
100 100 100 100 100
m1 m1 m1 m1 m1
139
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.2.5. Afzetten haag Het afzetten van een haag betreft een beheersmaatregel ten behoeve van het ecologische beheer van deze elementen. Het draagt tevens bij aan de ontwikkeling van cultuurhistorische en landschappelijke waarden. De beheersmaatregel is een variant op het knippen van een heg hetgeen andere ecologische waarden oplevert. Activiteit: Afzetten haag Arbeid / machines Arbeid Machines
Handgereedschap Motorzaag (zwaar)
Benodigde uren 6,8 uur 4,3 uur 2,5 uur
Uurtarief € 27,50 € 0,25 € 5,55
Totaal
Maximale vergoeding € 187,00 € 1,07 € 13,87 € 201,94
Eenheid per per per per
100 100 100 100
m1 m1 m1 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.2.6. Afzetten snijgriend Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft Het afzetten is noodzakelijk beheer voor het ecologisch ontwikkelen van grienden. Het draagt tevens bij aan de ontwikkeling van cultuurhistorische en landschappelijke waarden. Activiteit: Afzetten snijgriend Arbeid / machines Arbeid Machines Totaal
Handgereedschap
Benodigde uren 3,38 uur 2,68 uur
Uurtarief € 27,50 € 0,25
Maximale vergoeding € 92,95 € 0,67 € 93,62
Eenheid per are per are per are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.2.7. Plaggen Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Plaggen is het verwijderen van de toplaag van een heidevegetatie ten behoeve van een goede ontwikkeling van de heidevegetatie en ter voorkoming van verbossing.
catalogus GBD 20 december 2007
140
Activiteit: Plaggen Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Plagmachine Brandstof
Benodigde uren 8 uur 8 uur 8 uur 8 uur
Uurtarief € € € €
27,50 15,36 56,75 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 220,00 € 122,88 € 454,00 € 80,00 € 876,88
Eenheid per per per per per
ha ha ha ha ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Normkostenboek 2006 Staatsbosbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.2.8. Chopperen Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Chopperen is het verwijderen van een kleine toplaag van een heidevegetatie ten behoeve van een goede ontwikkeling van de heidevegetatie en ter voorkoming van verbossing. Het is minder ingrijpend dan plaggen met vergelijkbaar resultaat. Activiteit: Chopperen Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Chopperingsmachine Brandstof
Benodigde uren 5,2 uur 5,2 uur 5,2 uur 5,2 uur
Uurtarief € € € €
27,50 15,36 56,75 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 143 € 79,87 € 295,10 € 52,00 € 569,97
Eenheid per per per per per
ha ha ha ha ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.2.9. Fytosanitaire maatregelen Fytosanitaire maatregelen zijn maatregelen om insecten te bestrijden en dode en zieke bomen op te ruimen. Dit betreffen maatregelen ter voorkoming van ziekten in bomen in natuurgebieden. Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de bestemming natuur heeft. Activiteit: Fytosanitaire maatregelen Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,1 uur Machines Trekker 0,1 uur Brandstof 0,1 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 16,36 € 10,00
Maximale vergoeding € 2,75 € 1,53 € 1,00 € 5,28
Eenheid per per per per
ha ha ha ha
per per per per
jaar jaar jaar jaar
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer 2000 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006.
catalogus GBD 20 december 2007
141
2.3. Grassen en kruiden
2.4.1 Maaien Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of is aangemerkt als natuur. Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel.
Activiteit: Maaien (cyclomaaier / maaibalk) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,06 uur Machines Trekker 0,06 uur Cyclomaaier 0,06 uur Brandstof 0,06 uur Totaal Activiteit: Maaien (bosmaaier) Arbeid / machines Arbeid Machines Totaal
Bosmaaier
Activiteit: Maaien (zeis) Arbeid / machines Arbeid Machines Totaal
Handgereedschap
Uurtarief € € € €
27,50 15,36 13,26 10,00
Benodigde uren 0,25 uur 0,25 uur
Uurtarief
Benodigde uren 1,5 uur 1,5 uur
Uurtarief
€ 27,50 € 2,70
€ 27,50 € 0,25
Maximale vergoeding € 1,65 € 0,92 € 0,79 € 0,60 € 3,96
Eenheid per per per per per
are are are are are
Maximale vergoeding € 6,87 € 0,67 € 7,54
Eenheid
Maximale vergoeding € 41,25 € 0,375 € 41,62
Eenheid
per are per are per are
per are per are per are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Imag-normenboek-2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.4.2 Maaien talud Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Het betreft hier géén landbouwkundige werkzaamheid maar een beheerwerkzaamheid ten behoeve van het natuurdoel. Activiteit: Maaien talud (bosmaaier) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,31 uur Machines Bosmaaier 0,31 uur Totaal Activiteit: Maaien talud (korfmaaier) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,41 uur Machines Trekker 0,41 uur
catalogus GBD 20 december 2007
Uurtarief € 27,50 € 2,70
Uurtarief € 27,50 € 15,36
Maximale vergoeding € 8,52 € 0,83 € 9,35
Eenheid
Maximale vergoeding € 11,27 € 6,28
Eenheid
per are per are per are
per 100 m1 per 100 m1
142
Maaikorf Brandstof
0,41 uur 0,41 uur
€ 13,30 € 10,00
Totaal
€ 5,45 € 4,10 € 27,10
per 100 m1 per 100 m1 per 100 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Imag-normenboek-2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.4.3 Schudden Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of is aangemerkt als natuur. Activiteit: Schudden (handkracht) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,135 uur Machines Handgereedschap 0,135 uur Totaal Activiteit: Schudden (machinaal) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,01 uur Machines Trekker 0,01 uur Cirkelschudder 0,01 uur Brandstof 0,01 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 0,25
Uurtarief € 27,50 € 15,36 € 7,45 € 10,00
Maximale vergoeding € 3,71 € 0,03 € 3,74
Eenheid
Maximale vergoeding € 0,27 € 0,15 € 0,07 € 0,10 € 0,59
Eenheid
per are per are per are
per per per per per
are are are are are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Imag-normenboek-2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.4.4 Wiersen Deze activiteit mag alleen worden gebruikt als de grond uit landbouwkundige productie is genomen of is aangemerkt als natuur. Activiteit: Wiersen (handkracht) Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,16 uur Machines Handgereedschap 0,16 uur Totaal Activiteit: Wiersen (machinaal) Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Harkkeerder Brandstof
Totaal
catalogus GBD 20 december 2007
Benodigde uren 0,01 uur 0,01 uur 0,01 uur 0,01 uur
Uurtarief € 27,50 € 0,25
Uurtarief € 27,50 € 15,36 € 5,67 € 10,00
Maximale vergoeding € 4,40 € 0,04 € 4,44
Eenheid
Maximale vergoeding € 0,27 € 0,15 € 0,05 € 0,10 € 0,57
Eenheid
per are per are per are
per per per per per
are are are are are
143
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Imag-normenboek-2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.4.5
Inzaaien
Deze activiteit mag alleen gebruikt worden als de activiteit aanvullend is op de primaire landbouwkundige productie en bijdraagt aan het realiseren van de doelstelling. Er mag géén strijdigheid zijn met de goede landbouwpraktijk. Het betreft hier bijvoorbeeld het inzaaien van een rand met zaad ten behoeve van vlinders. Het gebruikte zaaizaad heeft geen landbouwkundige waarde. Activiteit: Inzaaien Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Zaaimachine Brandstof
Benodigde uren 0,02 uur 0,02 uur 0,02 uur 0,02 uur
Uurtarief € € € €
27,50 15,36 14,00 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 0,55 € 0,30 € 0,28 € 0,20 € 1,33
Eenheid per per per per per
are are are are are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek-2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
2.4.6 Zaadbedbereiding Deze activiteit mag alleen gebruikt worden als de activiteit aanvullend is op de primaire landbouwkundige productie en bijdraagt aan het realiseren van de doelstelling. Er mag géén strijdigheid zijn met de goede landbouwpraktijk. Deze zaaibed bereiding is een werkzaamheid ten behoeve van specifieke natuurwaarden zoals een rand voor vlinders. Het betreft geen bewerking ten behoeve van landbouwkundige doeleinden. Activiteit: Zaadbedbereiding Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Rotoreg Brandstof
Benodigde uren 1 uur 1 uur 1 uur 1 uur
Uurtarief € € € €
27,50 15,36 29,47 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 27,50 € 15,36 € 29,47 € 10,00 € 82,33
Eenheid per per per per per
ha ha ha ha ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: KWIN akkerbouw en vollegrondsgroenteteelt o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
2.4.7
Vals zaaibed
Deze activiteit mag alleen gebruikt worden als de activiteit aanvullend is op de primaire landbouwkundige productie en bijdraagt aan het realiseren van de doelstelling. Er mag géén strijdigheid zijn met de goede landbouwpraktijk. Deze bewerking betreft een voorbereiding voor het zaaien van een kruiden mengsel. Daarbij wordt het zaaibed gereed gemaakt, vervolgens niet direct wordt gezaaid. Hierdoor kunnen de snel kiemende onkruiden kiemen en worden deze vervolgens verwijderd. Daarna wordt het
catalogus GBD 20 december 2007
144
zaaibed ingezaaid met een kruidenmengsel voor het specifieke natuurdoel zoals b.v. een rand voor vlinders. Het betreft geen bewerking ten behoeve van landbouwkundige doeleinden Activiteit: Zaadbedbereiding Arbeid / machines Arbeid Machines
Trekker Eg Brandstof
Benodigde uren 2,5 uur 2,5 uur 2,5 uur 2,5 uur
Uurtarief € € € €
27,50 15,36 18,11 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 68,75 € 38,40 € 45,27 € 25,00 € 177,42
Eenheid per per per per per
ha ha ha ha ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: KWIN akkerbouw en vollegrondsteelt o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006
2.4.8
Pleksgewijs onkruid bestrijden
De pleksgewijze bestrijding van kruiden is een maatregel om te voorkomen dat volleveldsbestrijding plaatsvindt die vanuit landbouwkundig oogpunt gebruikelijk is. Vollevelds bestrijding van onkruiden is vanuit ecologisch oogpunt ongewenst. In natuurgebieden kan pleksgewijze onkruidbestrijding noodzakelijk zijn tegen snel woekerende onkruiden. Activiteit: Pleksgewijs onkruid bestrijden Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,07 uur Machines Handgereedschap 0,07 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 0,25
Maximale vergoeding € 1,93 € 0,02 € 1,95
Eenheid per are per are per are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006). 2.4. Water en riet
2.4.9 Maaien riet Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Activiteit: Maaien riet met maaikorf Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 30,6 uur Machines Trekker 10,3 uur Aanbouw maaikorf 10,3 uur Brandstof 10,3 uur Totaal
Uurtarief € € € €
27,50 15,36 13,30 10,00
Maximale vergoeding € 841,50 € 158,21 € 136,99 € 103,00 € 1239,70
Eenheid per ha per ha per ha per are per ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Normenboek RBON 1997 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur,
catalogus GBD 20 december 2007
145
Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006) Activiteit: Maaien riet met bosmaaier Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 48 uur Machines Bosmaaier 48 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 2,70
Maximale vergoeding € 1.320,00 € 129,60 € 1.449,60
Eenheid per ha per ha per ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Normenboek RBON 1997 / IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006)
2.4.10 Schonen water Deze activiteit mag alleen gebruikt worden voor het schonen (verwijderen van afval en overmatige plantengroei) van grote natuurlijke wateren, plassen en vennen. Activiteit: Schonen water Arbeid / machines Arbeid Machines
Boot Handgereedschap Brandstof
Benodigde uren 2,5 uur 2,5 uur 2,5 uur 2,5 uur
Uurtarief € 27,50 € 10,12 € 0,25 € 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 68,75 € 25,30 € 0,62 € 25,00 € 119,67
Eenheid per per per per per
ha ha ha ha ha
per per per per per
jaar jaar jaar jaar jaar
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer 2000 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Normkosten Staatsbosbeheer 2006 en het Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.4.11 Regelen waterstand Deze activiteit mag alleen gebruikt worden als de activiteit aanvullend is op de primaire landbouwkundige productie en ten hoeve van het realiseren van de doelstelling. Er mag dus geen strijdigheid zijn met de goede landbouwpraktijk. Het betreft hier het regelen van het waterbeheer ten behoeve van de natuurfunctie. Activiteit: Regelen waterstand Arbeid / machines Arbeid Totaal
Benodigde uren 0,25 uur
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 6,87 € 6,87
Eenheid per ha per jaar per ha per jaar
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer 2000 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
catalogus GBD 20 december 2007
146
2.5
Opruimingswerkzaamheden
2.5.1
Versnipperen takhout
Het betreft het verwerken van het takhout dat afkomstig is van beheerswerkzaamheden aan landschaps- of natuurelementen. Activiteit: Versnipperen takhout (stamdiameter boom < 40 cm, omtrek gemid. 0,60m ) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,16 uur € 27,50 € 4,40 per boom Machines Versnipperaar 0,08 uur € 8,05 € 0,64 per boom Trekker 0,08 uur € 15,36 € 1,23 per boom Brandstof 0,08 uur € 10,00 € 0,80 per boom Totaal € 7,07 per boom Activiteit: Versnipperen takhout (stamdiameter boom 40-60 cm, omtrek gemid. 1,55m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,23 uur € 27,50 € 6,32 per boom Machines Versnipperaar 0,12 uur € 8,05 € 0,96 per boom Trekker 0,12 uur € 15,36 € 1,84 per boom Brandstof 0,12 uur € 10,00 € 1,20 per boom Totaal € 10,32 per boom Activiteit: Versnipperen takhout (stamdiameter boom 60-80 cm, omtrek gemid. 2,20m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,3 uur € 27,50 € 8,25 per boom Machines Versnipperaar 0,15 uur € 8,05 € 1,21 per boom Trekker 0,15 uur € 15,36 € 2,30 per boom Brandstof 0,15 uur € 10,00 € 1,50 per boom Totaal € 13,26 per boom Activiteit: Versnipperen takhout (stamdiameter boom > 80 cm, omtrek groter dan 2,50m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,84 uur € 27,50 € 23,10 per boom Machines Versnipperaar 0,41 uur € 8,05 € 3,30 per boom Trekker 0,41 uur € 15,36 € 6,30 per boom Brandstof 0,41 uur € 10,00 € 4,10 per boom Totaal € 36,80 per boom Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.5.2
Versnipperen haagafval
Het betreft het verwerken van het haagafval dat afkomstig is van beheerswerkzaamheden aan landschapselementen.
catalogus GBD 20 december 2007
147
Activiteit: Versnipperen haagafval Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 1,1 uur Machines Versnipperaar 1,1 uur Trekker 1,1 uur Brandstof 1,1 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 8,05 € 15,36 € 10,00
Maximale vergoeding € 30,25 € 8,85 € 16,89 € 11,00 € 66,99
Eenheid per per per per per
100 100 100 100 100
m1 m1 m1 m1 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.5.3
Verbranden takhout
Het betreft het verwerken van het takhout dat afkomstig is van beheerswerkzaamheden aan landschaps- of natuurelementen. Activiteit: Verbranden takhout < 50 stammen per are Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 2,02 uur € 27,50 € 55,55 per are Machines Handgereedschap 2,02 uur € 0,25 € 0,50 per are Totaal € 56,05 per are Activiteit: Verbranden takhout 50-100 stammen per are Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 2,72 uur € 27,50 Machines Handgereedschap 2,72 uur € 0,25 Totaal
Maximale vergoeding € 74,80 € 0,68 € 75,48
Eenheid
Activiteit: Verbranden takhout 100-150 stammen per are Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 3,32 uur € 27,50 Machines Handgereedschap 3,32 uur € 0,25 Totaal
Maximale vergoeding € 91,30 € 0,83 € 92,13
Eenheid
per are per are per are
per are per are per are
Activiteit: Verbranden takhout (stamdiameter <30 cm, gemid. omtrek 0,50m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,17 uur € 27,50 € 4,67 per boom Machines Handgereedschap 0,17 uur € 0,25 € 0,04 per boom Totaal € 4,71 per boom Activiteit: Verbranden takhout, (stamdiameter 30-60 cm, gemid. omtrek 1,40m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,5 uur € 27,50 € 13,75 per boom Machines Handgereedschap 0,5 uur € 0,25 € 0,12 per boom Totaal € 13,87 per boom
catalogus GBD 20 december 2007
148
Activiteit: Verbranden takhout (stamdiameter > 60 cm, gemid. omtrek 1,90m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,67 uur € 27,50 € 18,42 per boom Machines Handgereedschap 0,67 uur € 0,25 € 0,17 per boom Totaal € 18,59 per boom Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001. o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.5.4 Verwerken snoeiafval Onder deze activiteit wordt het ‘op hopen zetten’ en ‘het op rillen leggen’ verstaan van snoeiafval. Activiteit: Verwerken snoeiafval Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 1,8 uur Machines Handgereedschap 1,8 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 0,25
Maximale vergoeding € 49,5 € 0,45 € 22,27
Eenheid per 100 m1 per 100 m1 per 100 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.5.5 Afvoeren takhout Het betreft het afvoeren van het takhout dat afkomstig is van beheerswerkzaamheden aan landschaps- of natuurelementen. Activiteit: Afvoeren takhout (stamdiameter boom <40 cm, gemid. omtrek 0,60m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,2 uur € 27,50 € 5,50 per boom Machines Wagen 0,2 uur € 2,10 € 0,42 per boom Trekker 0,2 uur € 15,36 € 3,07 per boom Brandstof 0,2 uur € 10,00 € 2,00 per boom Totaal € 10,99 per boom Activiteit: Afvoeren takhout (stamdiameter boom 40-60 cm, gemid. omtrek 1,55m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,3 uur € 27,50 € 8,25 per boom Machines Wagen 0,3 uur € 2,10 € 0,63 per boom Trekker 0,3 uur € 15,36 € 4,60 per boom Brandstof 0,3 uur € 10,00 € 3,00 per boom Totaal € 16,48 per boom
catalogus GBD 20 december 2007
149
Activiteit: Afvoeren takhout (stamdiameter boom 60-80 cm, gemid. omtrek 2,20m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,4 uur € 27,50 € 11,00 per boom Machines Wagen 0,4 uur € 2,10 € 0,84 per boom Trekker 0,4 uur € 15,36 € 6,14 per boom Brandstof 0,4 uur € 10,00 € 4,00 per boom Totaal € 21,98 per boom Activiteit: Afvoeren takhout (stamdiam. boom > 80 cm, gemid. omtrek groter dan 2,50m) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale ver- Eenheid uren goeding Arbeid 0,5 uur € 27,50 € 13,75 per boom Machines Wagen 0,5 uur € 2,10 € 1,05 per boom Trekker 0,5 uur € 15,36 € 7,68 per boom Brandstof 0,5 uur € 10,00 € 5,00 per boom Totaal € 27,48 per boom Activiteit: Afvoeren takhout (100 st, snoeihoogte takhout 0-2 meter) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 1,1 uur € 27,50 € 30,25 Machines Wagen 1,1 uur € 2,10 € 2,31 Trekker 1,1 uur € 15,36 € 16,90 Brandstof 1,1 uur € 10,00 € 11,00 Totaal € 60,46 Activiteit: Afvoeren takhout (100 st, snoeihoogte takhout 2-4 meter) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 1,6 uur € 27,50 € 44,00 Machines Wagen 1,6uur € 2,10 € 3,36 Trekker 1,6 uur € 15,36 € 24,58 Brandstof 1,6 uur € 10,00 € 16,00 Totaal € 87,94 Activiteit: Afvoeren takhout (100 st, snoeihoogte takhout > 4 meter) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 2,2 uur € 27,50 € 60,50 Machines Wagen 2,2 uur € 2,10 € 4,62 Trekker 2,2 uur € 15,36 € 33,79 Brandstof 2,2 uur € 10,00 € 22,00 Totaal € 120,91
Eenheid per per per per per
100 100 100 100 100
st st st st st
Eenheid per per per per per
100 100 100 100 100
st st st st st
Eenheid per per per per per
100 100 100 100 100
st st st st st
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
catalogus GBD 20 december 2007
150
2.5.6
Maaisel verzamelen en afvoeren
Deze activiteit mag alleen gebruikt worden als de activiteit aanvullend is op de primaire landbouwkundige productie en bijdraagt aan het realiseren van de doelstelling. Er mag géén strijdigheid zijn met de goede landbouwpraktijk. Het betreft een beheersmaatregel die noodzakelijk vanuit natuurbeheer en het gevolg van andere natuurbeheersmaatregelen. Activiteit: Maaisel verzamelen en afvoeren (handmatig) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 0,31 uur € 27,50 Machines Trekker 0,31 uur € 15,36 Handgereedschap 0,31 uur € 0,25 Brandstof 0,31 uur € 10,00 Totaal
Maximale vergoeding € 8,52 € 4,70 € 0,08 € 3,10 € 16,40
Eenheid
Activiteit: Maaisel verzamelen en afvoeren (machinaal) Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 0,03 uur € 27,50 Machines Trekker 0,03 uur € 15,36 Opraapwagen 0,03 uur € 53,96 Brandstof 0,03 uur € 10,00 Totaal
Maximale vergoeding € 0,82 € 0,46 € 1,61 € 0,30 € 3,19
Eenheid
per per per per per
per per per per per
are are are are are
are are are are are
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
2.5.7 Stortkosten Aan het storten van snoeiafval of maaisel zijn kosten verbonden. De stortkosten per m3 zijn per regio verschillend. Er is dan ook geen vaststaand bedrag opgenomen. De regio zal zelf moeten aangegeven, bijvoorbeeld op basis van een offerte of contract, hoeveel de stortkosten per m3 bedragen.
catalogus GBD 20 december 2007
151
3.
Verzorgen Vee 3.1.
Verzorgen
3.1.1.
Controleren en verzorgen dieren
Deze activiteit mag alleen worden toegepast voor vee dat ten behoeve van natuurbeheer wordt losgelaten in natuurgebieden.. Activiteit: Controleren en verzorgen dieren Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 1,6 uur Totaal
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 44,00 € 44,00
Eenheid per ha per jaar per ha per jaar
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
3.1.2.
Verzorgen drinkwater vee
Deze activiteit mag alleen worden toegepast voor vee dat ten behoeve van natuurbeheer wordt losgelaten in natuurgebieden.. Activiteit: Verzorgen drinkwater vee Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,5 uur Totaal
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 13,75 € 13,75
Eenheid per ha per jaar per ha per jaar
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
4. Nestbescherming weidevogels 4.1.
Nestbescherming
De vergoedingen voor de onderstaande agrarische werkzaamheden (4.1.4 t/m 4.1.6) zijn gerelateerd aan de extra inspanning. Dit betreffen die werkzaamheden die nodig zijn om een ruimere omgeving van de nesten te kunnen ontzien, zodat een beter broedbiotoop voor deze vogels wordt gecreëerd.
4.1.1. Oriënterend en verkennend veldonderzoek broedvogels Deze werkzaamheden betreffen het op kaart lokaliseren van potentiële weidevogelgebieden. Het betreft voorbereidende werkzaamheden voor weidevogelonderzoek Activiteit: Oriënterend en verkennend veldonderzoek broedvogels Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 0,1 uur € 27,50 € 2,75 Totaal € 2,75
Eenheid per ha per ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Volgens Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
catalogus GBD 20 december 2007
152
4.1.2.
Nesten zoeken
Deze werkzaamheden betreffen het vanaf de openbare weg opsporen van weidevogelnesten in landbouwpercelen. Activiteit: Nesten zoeken Arbeid / machines Arbeid Totaal
Benodigde uren 2 uur
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 55,00 € 55,00
Eenheid per nest per nest
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Volgens Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
4.1.3.
Plaatsen nestbeschermers
Deze werkzaamheden betreffen het markeren/plaatsen van nestbeschermers bij nesten van weidevogels in landbouwpercelen. Activiteit: Plaatsen nestbeschermers Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,17 uur Totaal
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 4,68 € 4,68
Eenheid per nest per nest
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Volgens Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
4.1.4. Extra werk maaien ter bescherming van nesten Deze werkzaamheden betreffen de extra werkzaamheden die het gevolg zijn van weidevogelbeheer door nestbescherming in landbouwgebieden die uitgaat boven de bestaande goede landbouwpraktijk. Activiteit: Extra werk maaien ter bescherming van nesten Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 0,5 uur € 27,50 Machines Trekker 0,5 uur € 15,36 Cyclomaaier 0,5 uur € 13,26 Brandstof 0,5 uur € 10,00 Totaal
Maximale vergoeding € 13,75 € 7,68 € 6,63 € 5,00 € 33,06
Eenheid per per per per per
nest nest nest nest nest
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Volgens Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
4.1.5. Extra werk schudden ter bescherming van nesten Deze werkzaamheden betreffen de extra werkzaamheden die het gevolg zijn van weidevogelbeheer door nestbescherming in landbouwgebieden die uitgaat boven de bestaande goede landbouwpraktijk.
catalogus GBD 20 december 2007
153
Activiteit: Extra werk schudden ter bescherming van nesten Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 0,17 uur € 27,50 Machines Trekker 0,17 uur € 15,36 Cirkelschudder 0,17 uur € 7,45 Brandstof 0,17 uur € 10,00 Totaal
Maximale vergoeding € 4,68 € 2,61 € 1,27 € 1,70 € 10,26
Eenheid per per per per per
nest nest nest nest nest
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Volgens Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
4.1.6.
Nesten ontzien bij bemesten
Deze werkzaamheden betreffen de extra werkzaamheden die het gevolg zijn van weidevogelbeheer door nestbescherming in landbouwgebieden die uitgaat boven de bestaande goede landbouwpraktijk. Activiteit: Nesten ontzien bij bemesten Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,08 uur Totaal
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 2,20 € 2,20
Eenheid per nest per nest
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Volgens Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
4.1.7.
Vlakdekkende kartering opstellen
Deze werkzaamheid betreft het vlakdekkend op kaart aangeven van de gesignaleerde nesten ter administratie. Activiteit: Vlakdekkende kartering opstellen Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,21 uur Totaal
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 5,77 € 5,77
Eenheid per nest per nest
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Volgens Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
catalogus GBD 20 december 2007
154
5. Onderhoud infrastructuur en terreininrichting 5.1.
Infrastructuur
5.1.1.
Onderhoud infrastructuur
Deze activiteit wordt ingezet in en gebruikt als de grond de hoofdfunctie / bestemming natuur heeft. Het betreft het onderhoud aan b.v. dammen en duikers die in verband met de toegankelijkheid van natuurgebieden van belang zijn. Activiteit: Onderhoud infrastructuur 0-5 dammen per 100 ha Arbeid / machines Benodigde Uurtarief uren Arbeid 0,8 uur € 27,50 Machines Trekker 0,8 uur € 15,36 Brandstof 0,8 uur € 10,00 Totaal
Maximale vergoeding € 22,00 € 12,29 € 8,00 € 32,29
Activiteit: Onderhoud infrastructuur 5-10 dammen per 100 ha Arbeid / machines Benodigde Uurtarief Maximale veruren goeding Arbeid 1,6 uur € 27,50 € 44,00 Machines Trekker 1,6 uur € 15,36 € 24,58 Brandstof 1,6 uur € 10,00 € 16,00 Totaal € 84,58
Eenheid per per per per
ha ha ha ha
Eenheid per per per per
ha ha ha ha
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Veenweidepakket Laag-Holland o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Materieel: KWIN-veehouderij 2005-2006
5.1.2.
Onderhoud wandelpad
Het betreft het onderhoud aan de wandelpaden zoals het dichten van kuilen en het opruimen van afval. Activiteit: Onderhoud wandelpad Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 1 uur Totaal
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 27,50 € 27,50
Eenheid per 100 m1 per 100 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Deze tijdnorm is gebaseerd op het tweejaarlijks controleren van het wandelpad en het handmatig egaliseren en weer wandelklaar maken. o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
catalogus GBD 20 december 2007
155
5.2.
5.2.1.
Terreininrichting
Onderhoud wandelvoorzieningen
Het betreft het onderhoud aan de wandelvoorzieningen zoals bijv. banken, bewegwijzering en klaphekjes. Activiteit: Onderhoud wandelvoorzieningen Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 1,0 uur Machines Handgereedschap 1,0 uur Totaal
Uurtarief € 27,50 € 0,25
Maximale vergoeding € 27,50 € 0,25 € 27,75
Eenheid per 100 m1 per 100 m1 per 100 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Deze tijdnorm is gebaseerd op het tweejaarlijks controleren van het wandelpad en het handmatig egaliseren en weer wandelklaar maken. o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
5.2.2. Onderhoud raster Deze activiteit mag alleen gebruikt worden als de activiteit aanvullend is op de primaire landbouwkundige productie en bijdraagt aan het realiseren van de doelstelling. Er mag géén strijdigheid zijn met de goede landbouwpraktijk. Activiteit: Onderhoud raster Arbeid / machines Arbeid Machines
Handgereedschap Trekker Aanhanger Brandstof
Benodigde uren 0,4 uur 0,4 uur 0,4 uur 0,4 uur 0,4 uur
Uurtarief € 27,50 € 0,25 € 15,36 € 2,10 € 10,00
Totaal
Maximale vergoeding € 27,50 € 0,10 € 6,14 € 0,84 € 4,00 € 38,58
Eenheid per per per per per per
100 100 100 100 100 100
m1 m1 m1 m1 m1 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Normenboek RBON 1997. o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: KWIN-veehouderij 2005-2006 en het concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006).
5.2.3. Opbreken (tijdelijk verwijderen) raster tbv beheer element Deze activiteit mag alleen gebruikt worden als de activiteit aanvullend is op de primaire landbouwkundige productie en bijdraagt aan het realiseren van de doelstelling. Er mag géén strijdigheid zijn met de goede landbouwpraktijk. Het betreft het tijdelijk verwijderen van het raster in verband met de natuurbeheerwerkzaamheden aan het naastliggende element. Activiteit: Opbreken raster Arbeid / machines Arbeid
catalogus GBD 20 december 2007
Benodigde uren 1 uur
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 27,50
Eenheid per 100 m1
156
Machines Totaal
Handgereedschap
1 uur
€ 0,25
€ 0,25 € 27,75
per 100 m1 per 100 m1
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: IMAG-normenboek 2001 o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging o Machines: Concept Normenboek Natuur, Bos en Landschap Staatsbosbeheer (prijspeil 2006). 5.3.
Oevers
5.3.1.
Onderhoud oeverbescherming
Het betreft het onderhoud aan oeverbescherming in natuurgebieden vennen en beken. Activiteit: Onderhoud oeverbescherming Arbeid / machines Benodigde uren Arbeid 0,05 uur Totaal
Uurtarief € 27,50
Maximale vergoeding € 1,38 € 1,38
Eenheid per ha per jaar per ha per jaar
Gehanteerde bronnen en prijzenboeken o Tijdnorm: Overeenkomstig Subsidieregeling Natuurbeheer o Arbeid: CAO-bedrijfsverzorging
6. Onderhoud objecten en voorzieningen De genoemde bedragen uit bijlage F zijn de CAO-bedragen van de betreffende vaklieden inclusief het benodigde materieel en materialen.
7. Transport 7.1.
7.1.1.
Rijland
Aan- en afvoertijden
Voor de aan- en afvoertijden wordt onderscheid gemaakt in afstanden. Het volgende wordt hiervoor gehanteerd. Activiteit: Aan- en afvoertijden Afstand tot het object Afstand < 2,5 km Afstand > 2,5 km 7.2.
Vergoeding vergoeding 5% over totale arbeidsbehoefte van de werkzaamheden Vergoeding per km (0,29 per km)
Vaarland
7.2.1. Vaartijden Uit berekening van DLG blijkt dat het transport voor werkzaamheden op vaarland twee keer zo duur zijn dan voor rijland. Daarom worden de rijland normen voor vaarland verdubbeld.
catalogus GBD 20 december 2007
157
8. Overige kosten 8.1.
Monitoring
Monitoring kan worden vergoed op basis van het uurtarief volgens de CAO-bedrijfsverzorging. De regelingseigenaar kan per dienst zelf het aantal uren monitoring bepalen. Echter hier zal wel een onderbouwing voor aangeleverd moeten worden. 8.2.
Professionalisering
De kosten voor het volgen van cursussen en trainingen kunnen worden vergoed op basis van de werkelijke cursuskosten. Ten behoeve van de professionalisering worden samenwerkingsverbanden gestimuleerd om de verschillende beheersaspecten (kennisbevordering, samenwerking, promotie, administratie) te organiseren. Ook deze kosten kunnen worden vergoed op basis van het uurtarief volgens de CAObedrijfsverzorging. 8.3.
Educatie
De kosten voor het geven van voorlichting op bijvoorbeeld scholen, het openstellen van het bedrijf of het verzorgen van rondleidingen kunnen worden vergoed op basis van het uurtarief volgens de CAObedrijfsverzorging. De regelingseigenaar zal het aantal uren dat hiervoor in de regeling wordt opgenomen moeten onderbouwen.
catalogus GBD 20 december 2007
158
dienst landelijk g eb ied voor ontwikk eling en b eheer
BIJLAGE 1c DIENST LANDELIJK GEBIED Toelichting vergoedingen SAN Programma beheer. De vergoedingen voor programma beheer zijn berekend met de voor Nederland gebruikelijke rekenregels. De Goede landbouwpraktijk (GLP) is het uitgangspunt. Voor grasland is het melkveebedrijf het uitgangspunt met de bemestingsnormen zoals die in 2009 gaan gelden en zonder derogatie (170 kg N). Voor de akkerbouw zijn de gegevens ontleend aan de kwantitatieve informatie akkerbouw en vollegrondsgroenten (KWIN AGV). In de KWIN zijn saldoberekeningen opgenomen met opbrengsten kosten en prijzen die afgeleid zijn van de gerealiseerde bedrijfsresultaten in de afgelopen vijf jaar. Voor de SAN Akkerbouw is de KWIN 2001 gebruikt. In 2006 zal deze worden herzien op basis van het nieuwe gemeenschappelijke landbouwbeleid (GLB). Voor de vergoedingen bij de ganzenpakketten is 2005 als referentie jaar gebruikt. In de berekening van de subsidiebedragen zijn geen EU premies betrokken. Derhalve is de EU inkomens hectaretoeslag die met ingang van 2006 worst uitgekeerd, niet van invloed om de subsidiebedragen. Hiermee is geborgd dat er geen ongewenst overcompensatie optreedt. De volgende rekenregels zijn toegepast: Grasland. 1. De referentieopbrengst grasland is ontleend aan het rapport gebruiksnormen van WUR zie bijgevoegde notitie. 2. De botanische pakketten kennen een opbrengst die afgeleid is van het natuurdoel en zijn beschreven in de veldgids. In deze veldgids zijn alle stadia van graslanden beschreven en hun opbrengsten. Er worden vijf stadia onderscheiden. 3. Er is rekening gehouden met 4 % lagere opbrengst als gevolg van niet beheren in het voorjaar. Niet rollen en slepen. Geen onkruidbestrijding. 4. De derving als gevolg van maaidata zijn gebaseerd op de gewasgroei modellen en door het landbouwkundig onderzoek in Wageningen (WUR) vastgesteld. 5. De besparing aan kunststof is als correctie berekend. 6. De VEM prijs is gebaseerd op het tweejarige gemiddelde van standaard krachtvoerprijzen die door LEI WUR worden gepubliceerd. 7. In elk pakket is rekening gehouden met 1 uur extra arbeid als gevolg van inzet van de ondernemer bij oogstwerk. 8. Bij de graslandpakketten is geen EU premie betrokken. Gelden niet bij grasland. Bouwland. 1. KWIN AGV 2001 saldo’s en niet gemaakte kosten. 2. Het lozingenbesluit voor Nederland en het effect op de opbrengst. 3. De bepalingen in de pakketten en de dervingen en kosten die daaruit voortvloeien. 4. In de voor 2005 berekende vergoedingen SAN akkerbouw zijn geen EU premies verwerkt. Ganzen. 1. Voor grasland is GLP uitgangspunt met bemesting en opbrengsten in het voorjaar. 2. In de winter gewas wat niet door het vee is opgenomen. catalogus GBD 20 december 2007
159
3. Voor bouwland is een berekening gemaakt voor schade in wintertarwe. Het gewas wordt geheel vervangen door zomertarwe. Daardoor geen probleem met opslag van wintertarwe. De kosten zijn het saldoverschil winter en zomertarwe, extra zaaizaad brandstof en smeermiddelen voor het zaaien in eigen beheer en een derving in de bruto opbrengst zomertarwe van 5 % als gevolg van twee weken te laat zaaien. 4. Kosten en opbrengstdervingen bij oogstresten zijn berekend op basis van ervaringen en gebruikelijke prijzen in de praktijk. 5. In de berekening voor ganzen zijn geen EU premies betrokken. Bijlage berekening wintertarwe vervangen door zomertarwe. saldo verschil zomer en wintertarwe € 192 zaaizaad en fungiciden € 69 zaaien in eigen arbeid en machines toeg. Kost € 25 derving normale opbrengst 5% hoofdproduct € 39 Totale inkomensderving. € 325
catalogus GBD 20 december 2007
160
Bijlage ”Referentiebedrijf”. De opbrengst van grasland wordt bepaald door de bemesting van het grasland in combinatie met de natuurlijke omstandigheden. Al deze aspecten zijn beschreven in de bemestingsadvisering. Deze is vastgesteld door de werkgroep adviesbasis bemestingsnormen grasland. Zij is de basis voor de Goede Landbouw Praktijk in Nederland (GLP) Nu Nederland door het hofarrest om gaat schakelen van het MINAS systeem naar het systeem van gebruiksnormen is een werkgroep ( Werkgroep Onderbouwing Gebruiksnormen, WOG) van WUR gevraagd advies uit te brengen over de gebruiksnormen voor de adviesbasis bemesting grasland en de milieukundige effecten. De uitgebreide berekeningen en bevindingen staan in rapport nr 79 van maart 2004: “ Gebruiksnormen bij verschillende landbouwkundige en milieukundige uitgangspunten.” Uit de resultaten van dit rapport zijn de gebruiksnormen voor de gewassen, waaronder grasland vastgesteld. Na uitvoerige onderhandelingen heeft Nederland op 1juli 2004 overeenstemming bereikt over de gebruiksnormen, die de kern vormen van het Actieprogramma Nitraatrichtlijn 2004-2009. Op basis van deze vastgestelde en door de EU goedgekeurde normen is de bemestingsadvisering voor grasland bepaald. Vanuit de graslandbemestingsnormen die aldus zijn vastgesteld is met behulp van modellen de opbrengst van grasland te berekenen. In de huidige systematiek van de SAN gebruikt DLG het BBPR simulatiemodel. In dit model zijn de bemestingsadviesnormen opgenomen en zijn de rekenregels gebaseerd op de resultaten van het praktijkonderzoek in Nederland. Ook is op basis van bemestingsnormen N opnames N en droge stof producties te berekenen. Aan deze berekening liggen dezelfde rekenregels ten grondslag als die in BBPR zijn ingevoerd. De basis van de referentie grasland is vastgesteld onder de gunstige productieomstandigheden in Nederland. Via de bemestingsnormen zijn opbrengsten te berekenen. En in het simulatiemodel BBPR worden netto gewasopbrengsten berekend. Beide berekeningen zijn uitgevoerd en de resultaten zijn nagenoeg gelijk. (Minder dan 1 % afwijking die een gevolg is van afronding bij het berekenen) De volgende werkwijze is gevolgd: 1. De benadering via bemesting, N opname, droge stof en KVEM productie is gevolgd. BBPR is getoetst. 2. De bemestingsnormen die zijn vastgesteld voor 2009: zand 260, klei 310, veen 265 kg N. Gemiddeld 278 kg N. 3. Bij deze bemesting hoort een N opname. Deze zijn uit het rapport 79 gehaald. 4. De fosfaatbemesting is niet beperkend voor de gewasproductie. 5. Per kg N wordt er 3,3 kg droge stof geproduceerd. 6. Per kg droge stof is het VEM gehalte in 2006 900 kg en in 2009 880 kg per ton droge stof. Dit resulteert in de onderstaande tabel: Bemestingsnormen N voor grasland en de daarbij te realiseren opbrengsten. N-norm N-opname kg ds 2006 2009 2006 2009 2006 zand 300 260 383 355 11606 klei 345 310 412 391 12485 veen 290 265 371 356 11242 gemiddeld 312 278 389 367 11778
2009 10758 11848 10788 11131
kVEM 2006 10445 11236 10118 10600
Voor de referentie graslandopbrengst is gerekend met de gemiddelde bemestingsnorm 2009 van 278 kg N per ha en een opbrengst van 9796 kg VEM per ha. De opbrengsten bij toepassing van SANpakketten zijn afgezet tegen deze referentieopbrengst.
catalogus GBD 20 december 2007
161
2009 9467 10427 9493 9796
In de gehanteerde systematiek wordt de referentieopbrengst alleen beperkt door de stikstofgebruiksnorm, d.w.z. de norm voor de totale bemesting met werkzame stikstof. Die bemesting kan bestaan uit kunstmest en/of dierlijke mest. Daarbij moet de ondernemer zich houden aan de gebruiksnorm dierlijke mest, van 170 kg N per ha. De oppervlakte met beheersvergoedingen is van dien aard dat in de reguliere bedrijfsvoering de bemesting op basis van goede landbouw praktijk (GLP) kan worden uitgevoerd zonder dat er organische mest behoeft te worden afgevoerd. Op de intensieve melkveebedrijven is maximaal 30 % van de oppervlakte inpasbaar. Gezien de praktijk is de omvang pakketten met de sterkste bemestingseffecten veelal minder dan 10%. Dit ligt in de marge van goed management van het bedrijf bij de huidige normen en regels: de mest die niet mag of kan worden aangewend op de beheerspercelen kan adequaat worden benut op de overige percelen. De afvoer van organische mest en de daarbij gehanteerde vergoeding in de SAN pakketten kan daarmee komen te vervallen.
catalogus GBD 20 december 2007
162
Bijlage M
Onderbouwing vergoedingsdifferentiatie gebruiksbepalingen
De gehanteerde bedragen die in deze bijlage genoemd staan hebben het prijspeil 2006. De arbeid is berekend met € 27,50 per uur.
1.
Gebruiksbepalingen
1.1
Optimaliseren broed- en opgroeimogelijkheden
Om weidevogels tijdens de broedperiode te beschermen kan een vergoeding worden uitgekeerd voor opbrengstderving als gevolg van het “optimaliseren van broed- en opgroeimogelijkheden”. Hiervoor kan gebruik worden gemaakt van de gebruiksbepaling “optimaliseren broed- en opgroeimogelijkheden”. Deze is van toepassing op grasland of bouwland. In de rustperiode mag de beheerseenheid niet worden beweid, gemaaid, gerold, gesleept, gescheurd, gefreesd, (her) ingezaaid, doorgezaaid of bemest. In deze periode is het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen niet toegestaan. Rustperiode t/m 23 mei 1 april t/m 31 mei 1 april t/m 7 juni 1 april t/m 14 juni 1 april t/m 21 juni 1 mei t/m 15 juni 1 mei t/m 22 juni
Vergoeding € 145,00 € 188,00 € 276,00 € 368,00 € 415,00 € 154,00 € 154,00
Financiële onderbouwing Bij het bepalen van de vergoeding voor de gebruiksbepaling ‘optimaliseren broedmogelijkheden’ is gebruik gemaakt van de berekeningen van de “Werkgroep onderbouwing gebruiksnormen”, waarin de onderzoeksinstituten Alterra, PRI en ASG vertegenwoordigd zijn. Deze vergoedingen komen overeen met de vergoedingen die opgenomen zijn in de Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer 2006.
1.2
Creëren nat biotoop
Ten behoeve van broedende en trekkende weidevogels wordt toegestaan dat ten minste 60% van de beheereenheid een waterpeil heeft van minimaal 5 cm boven maaiveld en maximaal 20 cm boven maaiveld. Inundatieperiode 15 februari – 15 april 15 februari – 15 mei
Vergoeding (DLG) € 516,00 € 819,00
Financiële onderbouwing Bij het bepalen van de vergoeding voor ‘Creëren van nat biotoop’ is gebruik gemaakt van de berekeningen van de “Werkgroep onderbouwing gebruiksnormen”, waarin de onderzoeksinstituten Alterra, PRI en ASG vertegenwoordigd zijn. Deze vergoedingen komen overeen met de vergoedingen die opgenomen zijn in de Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer 2006.
catalogus GBD 20 december 2007
163
1.3
Creëren foerageergebied
Toegestaan wordt dat ganzen en andere grazende vogels, dan wel bepaalde diersoorten (everzwijn, herten) op gras- of bouwland foerageren. De vergoeding is gebaseerd op de verminderde productie als gevolg van schade aan de grasmat of gewassen. Diersoort Ganzen en Smienten
Periode
Vergoeding
Rustperiode 1 nov-1 april Grasland Bouwland
€ 152,61 € 231,00
Herten Wildzwijn
Financiële onderbouwing Grasland o De vergoeding voor ganzen op grasland in de winterperiode is afgestemd op de berekeningen die door de EU zijn goedgekeurd. De berekeningen zijn gebaseerd op het grasgroeimodel van ASG/WUR. Bouwland o Voor bouwland is een berekening gemaakt voor schade in wintertarwe. Het gewas wordt geheel vervangen door zomertarwe. Daardoor is er geen probleem met opslag van wintertarwe. De kosten zijn het saldoverschil winter en zomertarwe en een derving in de bruto opbrengst zomertarwe van 5% als gevolg van twee weken te laat zaaien.
1.4
Verschralen
Vanuit botanisch oogpunt wordt verschralingsbeheer toegepast: maaien en maaisel afvoeren. Onderscheid wordt gemaakt naar het stadium waarin de verschraling zich bevindt (toetsing aan veldgids). De vergoeding is gebaseerd op de verschillende fasen uit de Veldgids ‘Ontwikkeling van botanisch waardevol grasland’ (lt.16). Naarmate het verschralingsbeheer langer wordt toegepast, neemt de graslandproductie af en de hoogte van de vergoeding evenredig toe. Uiteraard vindt er geen bemesting met kunstmest plaats. Percelen mogen incidenteel worden beweid, randen niet. Ten behoeve van de instandhouding is uitsluitend ruige mest toegestaan (uitgezonderd pluimveemest of kalk). Fase veldgids Fase 2 Fase 3 Fase 4
Vergoeding € 861,00 € 875,00 € 986,00
Financiële onderbouwing Bovenstaande vergoeding is gebaseerd op de ‘Veldgids, ontwikkeling van botanisch waardevol grasland’ en is gebruik gemaakt van de berekeningen van de “Werkgroep onderbouwing gebruiksnormen”, waarin de onderzoeksinstituten Alterra, PRI en ASG vertegenwoordigd zijn. Deze vergoedingen komen overeen met de vergoedingen die opgenomen zijn in de Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer 2006.
catalogus GBD 20 december 2007
164
1.5
Beweiden zeldzame inheemse huisdierrassen
Er vindt minimaal 150 dagen per jaar beweiding plaats. Er wordt beweid met ‘erkende’ zeldzame huisdierrassen, te weten: • zeldzame runderrassen (Groninger Blaarkop, Brandrode rund, Roodbont Fries Vee, Witrik en Lakenvelder) met een bloedvoering van minimaal 87,5%; • schapenrassen (bijv. Zwartbles, Drents heideschaap, Schoonebeeker, Blauwe Texelaar, Mergellandschaap, Kempisch heideschaap, Zeeuws melkschaap, Fries melkschaap en het Veluws heideschaap) De maximale veebezetting is over het gehele bedrijf is 2,5 gve per ha voedergewassen. Zeldzaam inheems huisdierras Melkvee (jaarrond) Melkvee vanaf 22 juni Zoogvee Schapen
Vergoeding € 100 per GVE € 200 per GVE € 35 per GVE € 20 per ooi
per per per per
jaar jaar jaar jaar
Financiële onderbouwing Conform de Steunmaatregel N 128/2005 Zeldzame Landbouwhuisdierrassen is de vergoeding vastgesteld. Deze is gebaseerd op het productieverschil, tussen een ‘gangbaar’ dier en een dier van een zeldzaam inheems ras. Runderen tellen voor 1 gve en schapen tellen voor 0,15 gve.
catalogus GBD 20 december 2007
165
1.6
Uit primaire landbouwkundige productie
Om op (randen van) percelen en langs landschapselementen en waterlopen voor flora en / of fauna aantrekkelijke omstandigheden te creëren worden gronden tijdelijk (5 tot 7 jaar) uit de primaire agrarische productie genomen. Afhankelijk van de ecologische specifieke doelstelling worden op die percelen of delen van percelen (randen / zomen) dan andere gewassen verbouwd, zoals granen en / of kruiden. De vergoeding is gebaseerd op 100% primaire productie derving en afhankelijk van grondgebruik, grondsoort en bouwplan. Onderscheid wordt gemaakt naar bouw- en grasland. Ook wordt onderscheid gemaakt in een nationaal bouwplan en een regionaal bouwplan. Door deze mogelijkheid kunnen regio’s onderbouwd afwijken van het landelijke bouwplan, waardoor beter aangesloten kan worden op de realiteit. Voor de bepaling van het bouwplan dient gebruik gemaakt te worden van productiegegevens die objectief beschikbaar zijn (via de in de catalogus vermelde onderzoeksinstituten). Daarbij wordt uitgegaan van het regionaal gemiddelde bouwplan. Door de toepassing van een regionaal bouwplan wordt overcompensatie en een te lage vergoeding voorkomen. Bouwplan
Grondgebruik
Nationaal bouwplan
Bouwland Grasland Bouwland / Grasland
Regionaal bouwplan
Provincie Noord-Brabant (Stimuleringskader Groene en Blauwe Diensten)
Vergoeding per ha € 1.233,00 € 1.024,00 € 1.100,00
Financiële onderbouwing De vergoedingen voor de verschillende bouwplannen zijn als volgt berekend: Nationaal bouwplan Grasland: o Bovenstaande vergoeding is gebaseerd op de gewasschade norm voor uitgebruik nemen van grasland zonder dat de gangbare bedrijfsvoering wordt aangepast. Het tekort aan ruwvoer wordt aangekocht. Bron DLG. Nationaal bouwplan Bouwland o Voor het bepalen van de opbrengstderving is gebruik gemaakt van de KWIN akkerbouw en vollegrondteelt 2006 concept. Het saldo is het gemiddelde bouwplan saldo van klei en zand in Nederland. Bron DLG SAN 2007. Regionaal bouwplan Provincie Noord – Brabant (Stimuleringskader Groene en Blauwe Diensten) o Voor het bepalen van de opbrengstderving is gebruik gemaakt van de KWIN akkerbouw en vollegrondteelt 2002, Handboek Rundveehouderij 1997 en KWIN0veehouderij 2003-2004. Voor gedetailleerde informatie zie rapportage ‘Berekening vergoeding t.b.v. opbrengstderving, type vrijgroen’.
catalogus GBD 20 december 2007
166
Bijlage N Bepaling waardedaling bij functiewijziging
Voor landbouwgrond die wordt omgezet in natuurterrein zal een vergoeding worden gegeven die gelijk is aan de waardedeling van de grond. Aan deze specifieke maatregel zijn dezelfde voorwaarden verbonden als aan de Nederlandse maatregel "programma beheer – functieverandering" (N344/B/1999). Boeren gaan vrijwillig een overeenkomst met de staat aan waarin zij accepteren dat een definitief einde wordt gebracht aan alle agrarische activiteiten op (een deel van) hun land om het vervolgens om te zetten in natuurterrein. De boeren blijven de eigenaar van het land. Alleen grond waarop sinds 31 juli 1992 landbouwactiviteiten worden ontplooid, of bouwland dat in het kader van een desbetreffend programma is braakgelegd, kan in aanmerking worden genomen. Een eventuele subsidieverlening voor braaklegging van de betrokken grond wordt beëindigd zodra een subsidie in het kader van de onderhavige maatregel wordt toegekend. Met het oog op de functieverandering van landbouwgrond wordt door de deelnemende landbouwers een civielrechtelijke overeenkomst gesloten met de staat. Deze overeenkomst bevat een juridische verplichting voor de landbouwer om (een deel van) zijn grond om te zetten in natuurgebied. Deze juridische verplichting is bindend voor alle achtereenvolgende eigenaren of personen met een objectief recht op de grond (zoals pachters of hypotheeknemers). De juridische verplichting wordt gevestigd door middel van een notariële akte. Als tegenprestatie ontvangt de landbouwer een vergoeding voor het verschil in waarde tussen landbouwgrond en natuurgebied. De waarde van de landbouwgrond wordt bepaald door middel van individuele taxaties of op basis van de gemiddelde prijs die Bureau Beheer Landbouwgronden vaststelt op basis van transacties in het voorgaande jaar in het gebied voor landbouwgrond. Het Nederlandse grondgebied is daartoe verdeeld in dertien gebieden om rekening te houden met de verschillen in waarde van landbouwgrond. Zoals in de maatregel "programma beheer – functiewijziging" (N344/99) wordt de waarde van natuurgebied vastgesteld op basis van betaalde prijzen in transacties met natuurgrond in voorafgaande jaren. Op te merken valt dat in de waarde van natuurgebied geen enkel element is begrepen dat een weerspiegeling vormt van mogelijke toekomstige ontwikkelingen ten aanzien van de functie van de grond, aangezien de landbouwgrond definitief in natuurgebied wordt omgezet. De vergoeding voor het waardeverlies kan eenmalig worden uitbetaald of in annuïteiten over een periode van dertig jaar. De vergoeding die wordt uitbetaald in annuïteiten bevat een rente om tot de contante waarde te komen. Het rentepercentage is gebaseerd op de gemiddelde rentevergoeding voor Nederlandse staatsobligaties met een looptijd van tien jaar. Het jaarbedrag van de vergoeding is gekoppeld aan de consumentenprijsindex. Als de bovengenoemde civielrechtelijke overeenkomst niet wordt nageleefd, worden de volgende handhavingsmaatregelen cumulatief toegepast: -intrekking van de betrokken subsidie en terugbetaling van de in totaal ontvangen subsidie, verhoogd met de wettelijke rente; -een civielrechtelijke vordering die is gericht op herstel van de vroegere toestand, gecombineerd met de oplegging van een boete ten bedrage van 50% van de waarde van de betrokken grond. Op te merken valt dat de civielrechtelijke vordering is gebaseerd op de juridische verplichting van de landbouwer om een deel van zijn landbouwgrond in natuurgebied om te zetten en op de betrokken grond geen agrarische/economische activiteiten meer te beginnen. Deze juridische verplichting is gekoppeld aan de grond en daarom blijft het mogelijk om zich er ook tegenover latere eigenaren van de grond op te beroepen.
catalogus GBD 20 december 2007
167
catalogus GBD 20 december 2007
168
catalogus GBD 20 december 2007
169