Bijdrage tot de geschiedenis van het onderwijs te Werchter en Wakkerzeel (vervolg) A. Aerts Van na de eerste schooloorlog tot na de Eerste Wereldoorlog (2)
Dr. Jan Bols was de jongste zoon van de Werchterse schoolmeester Jozef-Arnold Bols en de vier jaar jongere broer van schoolopziener Gustaaf Bols. Voor de buitenstaander is Jan Bols een Vlaamse taal- en letterkundige, die in Werchter op 9 februari 1842 geboren werd en in Aarschot op 15 januari 1921 overleed. Hij werd leraar aan het Sint-Romboutscollege te Mechelen (1866-1876), en werd na zijn priesterwijding stichtend directeur van het Sint-Jozefscollege te Aarschot (1876-1884), pastoor van de Sint-Kathelijnekerk te Mechelen (1884-1887) en van Alsemberg (1887-1907). Voor de intellectuelen is hij briefwisselend lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde (vanaf 1887), daarna titelvoerend lid (16 december 1891), en sinds 25 juli 1912 doctor honoris causa van de Leuvense Universiteit. Tot voor de Tweede Wereldoorlog werden in de colleges en normaalscholen de lijvige bloemlezingen van Bols en Muyldermans (eveneens leraar en directeur te Aarschot) gebruikt. Jan Bols schreef heel wat studies en boeken, o.a. Een reisje naar Zwitserland, Brieven aan Jan-Frans Willems, Honderd oude Vlaamse liederen met woorden en zangwijzen. Maar in de streek is Jan Bols vooral de man die het pas gestichte Sint-Jozefscollege van Aarschot als eerste directeur een stevige basis heeft gegeven. "Hij was een geboren pedagoog. Hij werkte met gezag en goedheid. Hij hield van zijn leerlingen, leidde hen met strenge maar zachte hand, moedigde hen aan en kwetste nooit hun eergevoel. Hij leerde zijn jongens eenvoudig en waar zijn en van eigen kennis uitgaan om anderen te leren kennen. Orde en nauwgezetheid leerde hij hen aan door zijn eigen voorbeeld. Hij ontwapende iedereen door zijn gulle lach en open karakter." 1 Dr. Jan Bols was een groot Vlaming. Hij ijverde voor het onderwijs in de moedertaal en was ervan overtuigd dat het schoonheidsgevoel van de leerlingen moest aangekweekt worden door de moedertaal. Daarom leerde hij aan zijn leerlingen eerst en vooral de eigen Vlaamse schrijvers kennen. Toen iedereen nog zweeg van Gezelle, leerde hij hen zijn geliefde schrijver bewonderen. Uit een onuitgegeven lezing in 1910 voor de leerlingen van het Damiaaninstituut te Aarschot blijkt zijn bezorgdheid voor het onderwijs in de moedertaal : "De platte Vlaamsche streektaal, dus het plat Werchtersch, het plat Aarschotsch of Betekomsch of wat ook zij, is aan de studenten altijd en overal verboden ... Beminde leerlingen, ik druk op de noodzakelijkheid van dit punt. Indien gij geen Vlaamsch spreekt dat met de geschreven letter overeenkomt, indien gij niet tamelijk op de letter spreekt, een taal die goed klinkt en die bevallig is, gelouterd en beschaafd, dan is er met dit
l
J. MUYLDERMANS, Dr. Jan Bols herdacht, Gent, 1924, p. 19.
198
_____,0--j\'--Vlaamsch spreken niets gewonnen. "2 Tijdens zijn verblijf te Aarschot en ook na zijn ontslag als directeur van het college kwam pastoor Bols vaak op bezoek bij zijn broer Gustaaf. Tussen beide broers is er steeds een grote verknochtheid geweest. Na zijn opruststelling in 1907 nam hij zijn intrek bij de weduwe van zijn broer en bij zijn nichten. In 1914 vluchtte hij met zijn schoonzuster en haar dochters naar Engeland en was er gedurende één jaar pastoor van de Belgische vluchtelingen te Grimsby. Hij kwam in 1916 over Nederland terug naar Aarschot en overleed er op 15 januari 1921.3 Met deze laatste woorden over de familie Bols, die volledig uit Werchter verdween, zitten we reeds in de twintigste eeuw. Laten we even terugkeren naar de jaren '80 van de negentiende eeuw. Na de schooloorlog en de schermutselingen, politieke en andere, die daarop volgden, brak voor het lager onderwijs in België een periode aan van relatief grote rust. Het aantal schoolgaande kinderen was gevoelig toegenomen. In 1884 had de katholieke regering aanvankelijk verscheidene zogenaamd overbodige scholen laten sluiten, tot groot ongenoegen van de Koning. Het mocht dus als een stap in de goede richting worden bestempeld toen in brede kringen werd aanvaard dat 's lands equipering in scholen nog altijd zeer onvolledig was, zowel in kwaliteit als kwantiteit, en dat de bekommernis van de natie in de eerste plaats moest uitgaan naar verdere uitbreiding. De wetgever zou dit standpunt bevestigen en in 1895 besliste het parlement dat de afschaffing van scholen niet langer door ondergeschikte besturen kon uitgevaardigd worden; voortaan mocht dit nog alleen gebeuren bij koninklijk besluit. Zoals we in een vorige aflevering reeds schreven, had de gemeenteraad van Werchter beslist drie nieuwe lokalen te bouwen voor de meisjesschool. Deze werden in de tuin van de zusters gebouwd en grensden langs achter aan de Grote Straat (toen aardeweg, nu de Rochusstraat). Tegenwoordig bevindt zich op dit terrein de Gemeentelijke Kleuterschool in weer nieuwe gebouwen. Het werd een nieuwe school. Elke klas was 9 m lang, 7 m breed en 4,5 m hoog. In vergelijking met vorige schoollokalen was dit werkelijk een gezonde en ruime school. Twee klassen werden bevolkt met de meisjes van de lagere school, de derde werd de voorlopige bewaarschool. Het meisjesonderwijs te Werchter was terug gemeentelijk geworden. Van den Plas, Maria, Sylvia Geboren te Ottenburg op 10 mei 1868. Kloosternaam : Maria-Wivina. In 't klooster getreden der Zusters van Maria te Leuven op 12 oktober 1885, geprofest op 22 april 1888. Diploma Fröbel, Leuven, 18 september 1900. Benoemd te Werchter in augustus 1901 en direkt in functie. Vroegere diensten : aangenomen bewaarschool Linden. Haar wedde bedroeg in 1901 : 525 fr. Overleden te Leuven op 29 maart 1943. Toen in 1907 er een derde lagere meisjesklas bij kwam, verhuisde kleuterleidster zuster Van 2 3
Ibid. , p. 19. Zie: Jan Bols (1842-1921), in: HOGT, 7 (1992), nr. 3.
199
den Plas met haar kleuters naar de gebouwen van de vroegere katholieke school in de Wal. Zij kreeg daar de hulp van een tweede bewaarschoolonderwijzeres : zuster Elisabeth De Clerck. Beide waren toen reeds gediplomeerde kleuterleidsters, of beter, bewaarschool onderwijzeressen, zoals men ze toen noemde. Het diploma van kleuterleidster verwierf men toen niet in een normaalschool, maar men volgde tijdens de vakantie een cursus van ongeveer een maand over de Fröbelpedagogiek en deed dan een examen voor een examencommissie; vandaar de vroegere benaming Fröbelschool en Fröbelonderwijzeres. De Clerck, Maria, Elisabeth Geboren te Houwaart op 10 november 1865. In 't klooster getreden bij de Zusters van Maria te Leuven op 11 februari 1887. Gekleed op 24 juli 1887, geprofest op 19 mei 1889. Kloosternaam : Maria-Engelberta. Benoemd tot bewaarschoolonderwijzeres op 1 oktober 1907 en direkt in functie tot 1908. Vroegere diensten : vrije bewaarschool te Leuven van 1895 tot 1907. Gestorven te Leuven op 15 november 1957. Begraven te Kessel-Lo. Zuster De Clerck werd verplaatst op 1 oktober 1908 en vervangen door Marie Hulsbosch. Hulsbosch, Marie, Amelie, Française Geboren te Bree op 29 januari 1886. Kloosternaam : Anna. Fröbelgetuigschrift jury Leuven op 23 september 1908. Onderwees te Werchter van 1 oktober 1908 tot juni 1910. Overleden in 1910. Ze werd vervangen door Clementine Buyens, die te Werchter de kleuters onderwees tot 1912. Buyens. Clementine Geboren te Oosterlo (Zammel) op 23 april 1867. In 't klooster getreden der Zusters van Maria te Leuven op 2 januari 1890. Gekleed op 7 april 1890, geprofest op 12 juli 1891. Kloosternaam : Maria-Cecilia. Fröbelgetuigschrift : jury Leuven op 28 september 1899. Onderwees te Werchter van 1910 tot 1912. Overleden op 21 januari 1946, begraven te Kessel-Lo.
200
-----�'---In tegenstelling met de lagere meisjesschool, die een gemeenteschool was, werd de kleuterschool een aangenomen vrije school, d.w.z. dat ze door het Rijk en de gemeente gesubsidieerd werd, maar de leiding bij de parochiale geestelijkheid berustte. In de derde, bijkomende klas van de "nieuwe" lagere meisjesschool werd zuster Eyckens door de gemeenteraad met algemene stemmen benoemd. Eyckens, Maria, Josephina Geboren te Peer op 11 april 1862. Kloosternaam : Albertine. Diploma Lagere Normaalschool Tongeren. Benoemd als hulponderwijzeres te Werchter op 19 september 1907, in functie op 1 oktober 1907. Voorheen hulponderwijzeres te Heppen. Wedde : 1100 fr. (1908) en 1200 fr. in (1912). Overleden te Werchter op 18 april 1918. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden de meubelen en de binneninrichting van de meisjesschool door de Duitsers vernield. Op het einde van de Eerste Wereld'oorlog stierf zuster Eyckens. Zij werd vervangen door zuster Oomsch, eveneens met algemeenheid van stemmen benoemd door de gemeenteraad. Oomsch, Hendrika Geboren te Peer op 13 mei 1895. Kloosternaam : ? Lager onderwijzeres diploma langs de Middenjury te Brussel op 9 augustus 1913. Benoemd als hulponderwijzeres op 16 mei 1918 en onmid dellijk in functie. Voorheen hulponderwijzeres te Leuven, Vesaliusstraat, van 1 oktober 1915 tot april 1918. In zijn boek 200 jaar geestelijkheid te Werchter en Wakkeneel vermeldt Bernard Van Roosendael nog enkele Zusters van Maria die in Werchter hebben gewerkt, maar waarover we in het kantonnaal archief geen gegevens terugvinden. Dit werk steunt sterk op mondelinge overleveringen, zodat vergissingen mogelijk zijn. Volledigheidshalve geven we hier de lijst van deze Zusters van Maria die te Werchter als onderwijzeres of kleuterleidster gewerkt hebben : - Zuster Stanislas (Antonia Stoffijn), geboren te Sint-Jans-Molenbeek op 26 februari 1840. In Werchter van 1880 tot 1886, dus tijdens de schoolstrijd. - Zuster Felicitas (Maria Elisabeth Josephina Terken), geboren te Peer op 10 juni 1857. In Werchter van 1886 tot 1888. - Zuster Maria-Ludovica (Anna Catharina Van de Zegel), geboren te Bonheiden op 15 mei 1856. In Werchter van 1886 tot 1888. - Zuster Maria Agnes (Theresia Libeert), geboren te Antwerpen op 1 mei 1845. In Werchter van 1887 tot 1890. ...
201
Meester Henri 't Servranckx en zijn klas vóór de uitgebrande kerk van Werchter in 1919.
202
------�- Zuster Maria Dorothea (Maria Constantia Aerden), geboren te Wouw (Nederland) op 2 februari 1858. In Werchter van 1890 tot 1897. - Zuster Maria-Stanislas (Anna Maria Elisabeth Cornelissen), geboren te Bree op 23 april 1856. In Werchter van 1890 tot 1897. - Zuster Ermelinde (Catharina Peeters), geboren te Wuustwezel op 15 september 1865. In Werchter van 1895 tot 1896. - Zuster Maria Eugenie (Maria Victorina Van Rompuy), geboren te Begijnendijk op 17 december 1869. In Werchter van 1890 tot 1897. - Zuster Maria-Dominica (Maria Maurissen), geboren te Tongeren op 27 juli 1890. In Werchter van 1912 tot omstreeks 1917. Dat de dossiers van deze zuster-leerkrachten niet voorkomen in het kantonnaal archief moet ons niet verwonderen. De inrichtende machten van het plaatselijk onderwijs werden wel voor een aantal ambten gesubsidieerd door de centrale overheid (het Ministerie), maar de wedden van de leerkrachten werden betaald door de inrichtende macht. In Werchter waren dat voor het lager onderwijs, het gemeentebestuur, en voor de vrije school van de Wal, de parochiale overheid. Wie in het dorp les gaf, was van minder belang voor het onderwijsministerie, wel hoeveel gesubsidieerde ambten er waren. Er was op het einde van de 19de eeuw een grote omwisseling tussen de zusters, die, zoals dat met de geestelijke leerkrachten veel gebeurde, veelvuldig werden verplaatst. Zij werden immers door hun kloosteroverste gestuurd en door hun inrichtende macht aangesteld. We vermoeden daarom dat het meisjesonderwijs te Werchter een vrij katholiek onderwijsinitiatief bleef, totdat de gemeente de nodige moderne lokalen had gebouwd om de meisjes daarin onder te brengen. In de gemeentelijke jongensschool gaf Louis Heylighen ontslag als hoofdonderwijzer in 1899. Hij werd opgevolgd door Henri 't Servranckx, die in Schriek hulponderwijzer was, maar van Werchter afkomstig. 't Servranckx, Henri, Frans, Albert Geboren te Werchter op 7 juli 1869. Onderwijzer, leek, ongehuwd. Diploma Lagere Normaalschool Mechelen op 24 oktober 1887. Benoemd als hoofdonderwijzer te Werchter op 8 december 1899. Eedaflegging als hoofdonderwijzer op 26 november 1899. In functie als hoofdonderwijzer op 1 januari 1900. Ontslag als hoofdonderwijzer op 1 april 1924. Vroegere diensten : hoofdonderwijzer te Zoerle-Parwijs (1 oktober 1887 tot 1 februari 1894), te Schriek (1 februari 1894 tot 1 oktober 1899) en Werchter (1 oktober 1899 tot 1 januari 1899). Wedde: 1200 fr. (in 1891), 2000 fr. (in 1912). Ereteken: Médaille civile de le classe, 1913. Lid van de fanfare "De Vlaamse Leeuw-Bannelingen" en van de Kon. Wipmaatschappij "De Verenigde Vrienden". Afgevaardigde van het Nationaal Werk der Oorlogswezen en van de slachtoffers van de Arbeid. Overleden te Werchter op 18 april 1947.
203
In die jaren gaf het schoolhoofd nog avondonderwijs aan volwassenen en kreeg daarvoor een jaarlijkse vergoeding van 350 fr. Henri 't Servranckx bleef in dienst als schoolhoofd tot 1 april 1924. Hij bleef ongehuwd en genoot lang van zijn pensioen. In 1943 kreeg ik nog heel wat inlichtingen van hem over het onderwijs te Werchter. In 1899 kwam Jan Stroobants als hulp onderwijzer naar Werchter. Hij bleef slechts enkele maanden, want hij werd datzelfde jaar nog hoofdonderwijzer te Buken. Daarna werden Jacobs van Rotselaar en Eduard Nagels uit Haacht onderwijzers aan de gemeenteschool te Werchter. Nagels,Eduard Geboren te Mortsel op 27 februari 1881. Onderwijzer, leek, gehuwd met Anna Vanhout, 6 kinderen. Diploma lager onderwijzer Mechelen op 2 oktober 1902. Benoemd te Werchter op 20 december 1902; in functie op 20 januari 1903. Wedde: 1100 fr. (in 1903), 1200 fr. (in 1904). Ontslag te Werchter op 30 april 1908. Benoemd te Haacht op 7 mei 1908. Werd kantonnaal inspecteur in het schoolkanton Beringen op 3 augustus 1925. Overleden te Hasselt op 3 juli 1975, op 94-jarige leeftijd. Titels : ere-rijksinspecteur L. 0. ere-diocesaan inspecteur eerste voorzitter en medestichter C.l. V. (Christen Inspecteurs Verbond) Ridder in de Kroonorde medaille "Pro Ecclesia et Pontifice" ereteken St.-Lambertus van het bisdom Luik. Pierre Glazemakers volgde Nagels op toen die in Haacht werd aangesteld (over deze onderwijzer meer in een volgend hoofdstuk). Jacobs.Denis Geboren te Rotselaar op 19 februari 1880. Gehuwd met Beken, M. Diploma lager onderwijzer Gent op 4 augustus 1900. In dienst te Werchter van 1 april 1901 tot 20 december 1902. Aangesteld te Rotselaar als hulponderwijzer op 25 novem ber 1902. Schoolhoofd van de school van Rotselaar-Heikant op 19 januari 1917. Wedde : 1100 fr. (1901), 1400 fr. (1911). Gestorven op 6 januari 1925.
204
-----'��
Het schooltje van de Bollebaan. Zie F. HENDRICKX, Wal was Wakkerzeel ?, Handzame, 1977, p. 38.
Wczçkon:ool. - óe-:i11i'entek,0Js
�j�-�: }.<
De tiendeschuur aan het dorpsplein te Wakkerzeel.
205
Vermelden we nog dat vanaf het jaar 1900 het schoolsparen in de gemeentescholen van Werchter werd ingevoerd. En wat gebeurde er ondertussen op onderwijsgebied in het andere deel van de gemeente, te Wakkerzeel ? · Tijdens de schoolstrijd was de onderwijzer van de gemeenteschool, C. Buedts, gestorven en de hulponderwijzer was met alle leerlingen, min één, naar de katholieke, niet-gesubsidieerde school van de Bollebaan overgelopen. Hij werd in het officieel onderwijs vervangen door Frans (Saaike) Michiels. Saaike was geen Cornelius Buedts. Om zijn gezag te handhaven wist hij er niets anders op te vinden dan te roffelen op zijn lessenaar met al wat hij bij de hand had, zo hard dat de mensen het op straat konden horen4 . Toen de "ongelukswet" in 1884 afgeschaft werd, bleven de kinderen voor een groot deel in de lokalen van de Bollebaan (nu Kelfsstraat) en naar we vermoeden bleef het onderwijs in handen van het katholiek schoolcomité, want nergens vinden we in het kantonnaal archief melding van die periode. (vervolgt)
4
F. HENDRICKX, o.c., p. 42.
206