Gastouderbureau De Veenborg Van Arnhemslaan 2 9615 TD Kolham 0598-397895 06-26.26.28.97 kvk 02089524 Bankrekening 4393506 www.deveenborg.nl
Bezoekregistratie gastouderbureau Handtekening Datum
Onderwerp
…………… …………… …………… …………… …………… …………… …………… …………… …………… …………… …………… …………… ……………
……………………… ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… …………………………
…….… …….… …….… …….… …….… …….… …….… …….… …….… …….… …….… …….… …….…
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Als de GGD langskomt : 1. orginele VOG’s laten zien 2. orginele diploma MBO ZW 3. Geldig EHBO certificaat laten zien 4. Geldige ID kaart / paspoort 5. RIV&G laten zien
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Belangrijke telefoonnummers : Alarmnummer : 112
Vraagouders thuis : ………………………… Mobiel moeder : ………………………… Werk moeder Mobiel vader Werk vader
: ………………………… : ………………………… : …………………………
Huisarts Tandarts
: ………………………… : …………………………
Opa en oma Opa en oma
: ………………………… : …………………………
Andere
: …………………………
Gastouderbureau De Veenborg : 0598 – 397.895
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Inhoudsopgave werkmap Hoofdstuk 1 Pedagogische visie van De Veenborg 1.1Waarom een pedagogisch beleid 1.2. Pedagogische visie van DE VEENBORG 1.3 Pedagogisch beleid van DE VEENBORG 1.4 Uitvoering pedagogisch beleid van DE VEENBORG 1.5 Aanvullende kwaliteitscriteria voor gastouderopvang 1.6 Leeftijdsbeleid 1.7 Het toetsen van de uitvoering van het beleid Hoofdstuk 2 Het pedagogische beleid in de praktijk 7 regels voor omgaan met kinderen Hoofdstuk 3 Veiligheid 3.1 Risico inventarisatie bij de gastouders 3.2 Verbranding 3.3 Vallen 3.4 Deuren 3.5 Extra tips Hoofdstuk 4 Gezondheid 4.1 Hygiëne 4.2 Persoonlijke hygiëne: 4.3 Ventilatie: 4.4 Geneesmiddelen en medisch handelen 4.5 Voedselveiligheid 4.6 Protocol kindermishandeling Hoofdstuk 5 De relatie tussen gastouder en vraagouder 5.1 Kennismaking 5.2 Zakelijke relatie of vriendschappelijke 5.3 Communicatieve vaardigheden 5.4 Wennen Hoofdstuk 6 Financiële zaken 6.1 Het invullen van het urenbriefje 6.2 De Belastingdienst 6.3 Gastouders en ondernemerschap 6.4 Verzekeringen
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Voorwoord Deze werkmap is geschreven voor de gastouders van Gastouderbureau De Veenborg. In deze map staan afspraken die wij hebben gemaakt en tips die je kunnen helpen bij het uitvoeren van je taak. Gastouderbureau De Veenborg heeft als doelstelling: Het bieden van gastouderopvang van een goede kwaliteit met veel persoonlijke aandacht voor zowel de vraagouders als de gastouders. Wanneer de kinderopvang goed geregeld is, is het gemakkelijker om het gezin en het werk met elkaar te combineren. Dat is onze uiteindelijke doelstelling! Gastouderbureau De Veenborg is op 1 april 2006 gestart, en dit werkboek is toen voor het eerst uitgegeven. Aan de ene kant is het verstrekken van informatie vanuit het bureau naar de gastouders toe zeer belangrijk, maar het is ook de bedoeling dat deze werkmap een prettig leesbaar naslagwerk is. Tips ter verbetering van dit werkboek zijn uiteraard welkom. De Veenborg is een vrij jonge organisatie, en wij willen heel graag dat onze gastouders meedenken om onze dienstverlening zo goed mogelijk te maken. Dus heb je een idee, laat van je horen.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Hoofdstuk 1 Pedagogische visie van De Veenborg 1.1Waarom een pedagogisch beleid Wanneer een kind bij een gastouder opgevangen wordt is het belangrijk dat ouders en gastouders op één lijn zitten voor wat betreft de opvoeding en verzorging van hun kind. De ouder die de zorg van zijn/haar kind uitbesteedt wil graag weten hoe de gastouder omgaat met het kind, en de gastouder wil graag weten wat de wensen van de ouders zijn. Daarom is het in ieders belang dat de hoofdlijnen van het pedagogische beleid kunnen dienen als uitgangspunten voor het maken van afspraken over de opvang en opvoeding van het kind. Daarbinnen kan een ieder zijn eigen “kleur” toevoegen. Er is ruimte voor eigen kwaliteiten en vaardigheden. De uiteindelijke verantwoordelijkheid van de opvoeding van het kind ligt bij de ouders, maar het is belangrijk dat een kind opgroeit tot een gelukkig en zelfstandig mens. Een goede samenwerking tussen de ouders en de gastouders levert hieraan een bijdrage. 1.2. Pedagogische visie van DE VEENBORG Het pedagogische doel van gastouderbureau De Veenborg is ieder kind een veilige en vertrouwde opvangomgeving te bieden, zodat de opvang kan bijdragen aan een goede en gezonde ontwikkeling van het kind in een veilige en gezonde omgeving. Een veilige en vertrouwde omgeving is voor een kind van belang zodat een kind alle mogelijkheden kan krijgen om zijn persoonlijke aanleg, zelfvertrouwen en zelfstandigheid te kunnen ontwikkelen (persoonlijke competentie). Naast het kunnen ontwikkelen van persoonlijke competentie is het van belang dat een kind in de gastouderopvang ook leert omgaan met anderen (sociale competentie). Tot slot is het pedagogisch doel van gastouderbureau De Veenborg om een kind in de opvang de voorwaarden te bieden om te kunnen leren wat de normen en waarden zijn van de maatschappij waarin het kind leeft. De Veenborg heeft de visie dat ieder kind de wens en de drang heeft om zichzelf te ontwikkelen. Ieder kind doet dat in zijn eigen tempo en op zijn eigen unieke manier afhankelijk van aanleg en temperament. Kinderen ontwikkelen zich in een actieve wisselwerking met de omgeving. De omgeving kan op een positieve wijze bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen tot evenwichtige volwassenen, die vertrouwen hebben in zichzelf en anderen, hun mogelijkheden kennen en gebruiken. GOB De Veenborg streeft naar een omgeving bij de gastouders waarin dit zo optimaal mogelijk is voor ieder kind dat opgevangen wordt. 1.3 Pedagogisch beleid van DE VEENBORG Bovenstaande pedagogische visie is uitgewerkt in een pedagogisch beleid met als uitgangspunt die vier basisdoelen van dr Riksen Walraven: 1. Het bieden van veiligheid In dit kader bedoelen we met het bieden van veiligheid het bieden van emotionele veiligheid. Dit vormt de basis van elke ontwikkeling. Als er geen emotionele veiligheid geboden wordt aan een kind kan een kind niet persoonlijk en sociaal competent worden. Ook het overbrengen van normen en waarden zal niet tot het gewenste resultaat leiden. Onze gastouders hebben als basistaak het bieden van emotionele veiligheid. Hierdoor krijgt een kind zelfvertrouwen en kan het de wereld om zich heen gaan ontdekken. De gastouder draagt hier positief aan bij door voldoende tijd en aandacht te besteden aan het gastkind en oog te hebben voor zijn gevoelens en behoeftes. Daarnaast is het van belang dat gastouders in staat zijn consequent te zijn in haar omgang met kinderen. Tegelijkertijd vindt De Veenborg het belangrijk dat er rust en regelmaat is in de opvang. Dat laat zich zien in bijvoorbeeld een vaste dagindeling, terugkerende activiteiten, rituelen enz. Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
2. het bieden van gelegenheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie Vanuit een emotioneel veilige omgeving kan een kind zich persoonlijk ontwikkelen. De gastouder kan hier een bijdrage aan leveren door oog te hebben voor de cognitieve en motorische ontwikkeling van het kind en mogelijkheden te creëren om een kind deze ontwikkeling te laten doormaken. Het dagelijks leven biedt veel mogelijkheden om het kind spelenderwijs te stimuleren. Door het kind zoveel mogelijk zelf te laten proberen en waar nodig te helpen, ontwikkelt het kind eigen initiatieven en zelfstandigheid. De omgeving die de gastouder schept voor het kind moet een omgeving zijn waarin voldoende mogelijkheden aanwezig zijn die het kind uitdagen om zich te ontwikkelen; een veilige omgeving met leeftijdsadequaat speelgoed en materiaal voor alle verschillende ontwikkelingsgebieden. Concreet betekent dit bijvoorbeeld dat een gastouder een kind van drie, dat het leuk vindt om te helpen met karweitjes,laat helpen de tafel te dekken. De gastouder geeft het kind de ruimte om mee te helpen ook al duurt het tafeldekken daardoor veel langer. 3. het bieden van gelegenheid tot het ontwikkelen van sociale competentie Vanuit een emotioneel veilige omgeving kan een kind zich sociaal ontwikkelen. Met sociaal ontwikkelen wordt onder andere bedoeld dat een kind leert rekening te houden met anderen, op zijn beurt te wachten en op te komen voor zichzelf. De gastouder leert deze vaardigheden door allereerst zelf het goede voorbeeld te geven. Zij stimuleert positief gedrag en is op de hoogte wat in de verschillende leeftijdsfasen van kinderen verwacht kan en mag worden. Zij houdt daarmee rekening met de eigenheid van het kind. Concreet betekent dit bijvoorbeeld dat een gastouder een kind stimuleert om tegen een ander kind te zeggen wat het niet leuk vindt. Of dat een gastouder een kind een compliment geeft als het een ander kind troost als het gevallen is. 4. het bieden van de gelegenheid tot het overbrengen van normen en waarden. Door het stellen van regels geeft de gastouder overdracht van normen en waarden. Spelregels, huisregels, gedragregels zijn allemaal voorbeelden van overdracht van normen en waarden. Ook hier is de gastouder het voorbeeld voor de kinderen. Dit gebeurt vooral in de dagelijkse omgang met elkaar. Concreet betekent dit bijvoorbeeld dat in een gastgezin het de regel is dat je naar elkaar luistert als een ander iets verteld. Dat houdt in dat kinderen wachten met praten totdat een ander kind is uitgepraat.
1.4 Uitvoering pedagogisch beleid van DE VEENBORG 1. Kinderen van 0 tot 2 ½ jaar (babyfase) In deze fase groeit het kind heel hard en omdat groeien energie kost, heeft het kind veel behoefte om regelmatig te eten en te slapen. Het accent ligt in deze fase op het voelen, waarnemen en luisteren. Een baby vraagt om intense verzorging, dit is nodig om zich te leren hechten aan anderen. Een rijke leeromgeving is ook belangrijk, afgewisseld met perioden van rust. Variatie in speelgoed (van kunststof, hout tot stof en met en zonder geluidjes, etc) is noodzakelijk. Ook het fysiek nabij zijn is erg belangrijk voor een baby om zich veilig te voelen. O.a. via kriebelspelletjes, kirren, knuffelen en liedjes zingen, samen spelen leert het kind communiceren en komt het in aanraking met taal. Rond de zes maanden is het belangrijk om het kind in de ‘vrije’ ruimte te laten bewegen. Het kind verkent zijn omgeving ook door in beweging te zijn via het zelfstandig zitten, kruipen/tijgeren, lopen en wat later d.m.v klauteren.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Van de gastouders verwachten we in de deze fase dat ze: - met aandacht zorg verlenen aan het kind - het kind voldoende rust en regelmaat bieden - het kind koesteren door contact te maken: knuffelen, troosten, verzorgen - samen met het kind spelen - voldoende gevarieerd en veilig speelgoed aanbieden - veel tegen het kind praten - een veilige ruimte creëren tijdens slapen, eten en spelen. - hulp, ondersteuning, begeleiding bieden - aandacht hebben voor de grove motoriek (grijpen, tijgeren, kruipen, lopen) - het kind positief stimuleren 2. Kinderen van 2 ½ tot 4 jaar (peuterfase) Deze fase staat voor een kind in het teken van het ontdekken van de wereld om zich heen. Hij wil veel dingen ‘zelf’ doen. Dat doet hij door het inzetten van al zijn zintuigen en door taal te gebruiken om de omgeving te laten weten wat hij wil. De motoriek gaat van grof naar meer verfijnd. De oog-handcoördinatie kan gestimuleerd worden door het bouwen met duplo, rijgen van kralen en het maken van een puzzel. Door te knippen en plakken, zelf te eten met een vork, etc, In deze fase moeten kinderen de ruimte krijgen om zowel binnenshuis als buitenshuis de wereld en zichzelf middels het eigen lichaam te leren verkennen. Peuters hebben veel energie en beweging is erg belangrijk. Evenals het voorlezen van boekjes, samen TV kijken en het zingen van liedjes en versjes om de taal te bevorderen. Veel praten met een peuter en alles in de omgeving benoemen bevordert zijn woordenschat. Een peuter vraagt veel aandacht omdat hij zo nieuwsgierig is en zichzelf gemakkelijk overschat. Op zijn tijd rust is dan ook heel belangrijk. Aan het einde van de peuterfase is zindelijkheidstraining ook een punt van aandacht. Een peuter kan heel goed met andere kinderen spelen, maar reageert nog vooral egocentrisch. Van de gastouders verwachten we in de deze fase dat ze: - het kind verzorgen en beschermen - erop toezien dat het kind voldoende rust krijgt - activiteiten binnen- en buitenshuis organiseren die de motoriek bevorderen - het gebruik van taal stimuleren (voorlezen, alles benoemen, liedjes leren) - het kind de ruimte geven om zelfstandig handelingen te verrichten - hulp, ondersteuning, begeleiding bieden mb.t. het exploratiegedrag van het kind - het kind positief stimuleren - het kind hulp bieden tijdens de zindelijkheidstraining - het kind in contact brengen met andere kinderen - consequent zijn in het benaderen van het kind 3. Kinderen van 4 tot 8 jaar (jonge kind) Het jonge kind is speels en nieuwsgierig. Het verkent de wereld buiten zijn eigen omgeving door meer in contact te komen met de ‘grote wereld’. Een kind van vier jaar denkt nog egocentrisch, maar kan al wel rekening houden met anderen. De fijne motoriek wordt uitgebreid en het kind kan steeds meer dingen zelf. In deze fase lijken kinderen onvermoeibaar. Jonge kinderen kunnen zich al goed concentreren op een ‘taakje’ en houden van duidelijke grenzen en afspraken. De taal en het communiceren met anderen is in deze fase heel erg belangrijk. Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Woorden en begrippen krijgen een betekenis door concrete handelingen (bouwen, iets bekijken of knutselen). Het lezen mag flink gestimuleerd worden op deze leeftijd. Veel kinderen vinden het heerlijk om voorgelezen te worden of om jou voor te lezen! Kinderen leren van en met elkaar en daarom is het belangrijk om in deze fase kinderen met elkaar in contact te brengen. Een jong kind wil graag uitgedaagd worden en een rijk aanbod, gerelateerd aan de ‘grote mensenwereld’ qua activiteiten en speelgoedkeuze is noodzakelijk. Van de gastouders verwachten we in de deze fase dat ze: - het kind stimuleren steeds zelfstandiger te worden - hulp en ondersteuning bieden mbt deze zelfredzaamheid - activiteiten binnen- en buitenshuis organiseren die de motoriek bevorderen (grove en fijne motoriek) - Actief gebruik van taal stimuleren (voorlezen, samen tv kijken, samen spelen, vragen stellen, dingen bekijken en er over praten, etc) - het kind bewegingsvrijheid geven, zowel binnen als buiten - samen met andere kinderen laten spelen - duidelijke grenzen stellen en afspraken maken - positief belonen (complimentjes) - het kind succeservaringen laten opdoen (gepaste taak) - gevarieerd speelgoed aanbod, o.a. gerelateerd aan de werkelijkheid. 4. Kinderen van 8 t/m 12 jaar (schoolkind) Een schoolkind is leergierig en kan zich verplaatsen in de ander. Het is energiek en kan zijn lichaam steeds beter beheersen. Hij kent zijn plek in de werkelijkheid en kan zich uitdrukken in taal en gedrag. Hij kan zijn eigen gedrag overzien en dit is dan ook bij uitstek de periode waarin er geoefend kan worden met het zich houden aan spelregels en rekening houden met anderen. Positief gedrag belonen werkt stimulerend. Het kind wordt steeds zelfstandiger en zoekt zijn eigen weg in de omgeving van huis en school. Het blijft van belang om het samen met andere kinderen spelen te stimuleren, zowel binnen als buiten. Gezonde voeding en voldoende beweging zorgen ervoor dat het kind een goede conditie behoudt. Het is ook heel zinvol om een schoolkind lid te laten worden van een (sport)clubje. Van de gastouders verwachten we in de deze fase dat ze: - het kind ondersteunen m.b.t het vergroten van zijn zelfredzaamheid - hulp, ondersteuning en begeleiding bieden - samen activiteiten ondernemen die motorisch en cognitief uitdagend zijn - sociale betrokkenheid en vaardigheden bevorderen - duidelijke afspraken maken en die consequent hanteren - taal blijven stimuleren (bibliotheek, via computerspelletjes, vertellen, redeneren en laten uitleggen) - het kind stimuleren om buiten te spelen met andere kinderen - het kind het gevoel geven competent en succesvol te zijn (aangepaste taak, complimenteren, zelf problemen laten oplossen, belonen)
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
1.5 Aanvullende kwaliteitscriteria voor gastouderopvang: De omgeving waarin het kind opgevangen wordt, speelt een grote rol bij het bevorderen van de ontwikkeling van kinderen. • De binnenruimte moet dusdanig ruim zijn, dat er met meerdere kinderen tegelijk samen kan worden gespeeld (minimaal 3 vierkante meter grondoppervlak per kind in bijvoorbeeld de woonkamer). Jonge kinderen hebben veel loop-en speelruimte nodig. U kunt tijdens de opvanguren grote obstakels aan de kant zetten, zodat er een grotere en veilige verblijfsruimte ontstaat. • ER MAG NOOIT WORDEN GEROOKT OP DE OPVANGLOPCATIE. OOK NIET ALS DE KINDEREN IN HUN EIGEN HUIS WORDEN OPGEVANGEN ! EN OOK NIET BIJV. ZATERDAGAVOND TIJDENS FEESTJES • Voor kinderen tot 3 jaar is een aparte, afgescheiden slaapruimte verplicht (In een slaapkamer van 7 vierkante meter kunnen best twee kindjes tegelijk slapen in aparte bedjes) Denk ook aan het ventileren van de slaapkamer (15 minuten het raam open zetten zorgt voor voldoende frisse lucht in een gemiddelde slaapkamer). • Schoolkinderen spelen of knutselen graag aan een tafel. Maak een eettafel vrij zodat er meerdere kinderen tegelijk aan kunnen werken/spelen. Ook is het handig om een computerhoek of leeshoek te creëren op een rustige plek in de woonkamer of in een aparte kamer. In iedere leeftijdsfase raden wij aan om elke dag even met het kind naar buiten te gaan! Dit geeft een kind bewegingsvrijheid, de kans om weerstand op te bouwen (om frisse lucht in te ademen) en om energie kwijt te raken. Buiten spelen hebben ze nodig om te ervaren dat ze deel uitmaken van de maatschappij en hieraan actief deel te nemen. Dit kan in een aangrenzende tuin, maar een speelveldje in de buurt is ook prima. Houd uw gastkind ten alle tijden onder toezicht. Oudere kinderen houden van competitie en kunnen ook gebruik maken van sportveldjes in de buurt om zich te meten met andere kinderen. Toon belangstelling en ga er eens kijken om aan te moedigen (of sport mee) 1.6 Leeftijdsbeleid De gastouder mag volgende de Wet kinderopvang maximaal 6 kinderen tegelijkertijd opvangen, inclusief de eigen kinderen onder de tien jaar. Met als kanttekening dat er niet meer dan 2 kinderen onder de 1 jaar mogen worden opgevangen, en maximaal 4 kinderen onder de twee jaar, maximaal 5 onder de vier jaar mogen worden opgevangen. De kinderen die door de gastouder worden opgevangen mogen in de leeftijd zijn van 0 tot 13 jaar. 1.7 Het toetsen van de uitvoering van het beleid Het gastouderbureau ziet toe dat de gastouders op de hoogte zijn van de visie van het gastouderbureau. Elke gastouder krijgt bij de start van het gastouder zijn een gesprek waarin de gastouder over visie en de uitvoering van de visie wordt geïnformeerd. Alle gastouders krijgen voordat ze beginnen met hun werkzaamheden een cursus waarin deze werkmap wordt uitgereikt. We nemen de gehele werkmap gezamenlijk door zodat een gastouder precies weet wat er van haar (of hem) verwacht wordt. Tevens wordt de mogelijkheid geboden om bij vragen contact op te nemen met het gastouderbureau. Daarnaast toetst het gastouderbureau minimaal drie keer per jaar door individuele gesprekken middels een huisbezoek met de gastouders of de gastouders handelen conform de visie van het gastouderbureau. Ook worden er regelmatig themabijeenkomsten gehouden voor gastouders met als doel het verkrijgen van informatie rondom een thema en met als doel het uitwisselen van ervaringen. Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Hoofdstuk 2 Het pedagogische beleid in het kort : de praktijk Gastouderbureau De Veenborg hanteert 7 regels die zeer belangrijk zijn voor het omgaan met jonge kinderen. 1. Prijzen en belonen Prijs het kind wanneer het iets goed doet, en niet alleen de eerste keer. De beste beloningen zijn aandacht complimenten en liefde. Snoep en cadeautjes zijn niet nodig. Stickers, stempels of sparen voor een bijzonder cadeautje kunnen helpen bij het ondersteunen van goed gedrag. 2. Consequent zijn Spreek met iedereen vaste regels af en houd je er aan. Geef niet toe omwille van de rust of omdat je er zelf last van hebt. Zorg ervoor dat alle verzorgers min of meer dezelfde lijn volgen voor wat betreft de opvoeding van de kinderen. Als kinderen dingen steeds anders moeten doen raken ze in de war. Zorg ervoor dat er altijd goed overleg is tussen de ouders en gastouder. 3. Routine Zorg voor een opgeruimd huis en voor regelmaat. Vaste tijden voor opstaan, eten en naar bed gaan zijn erg belangrijk. De routine is een kader waarbinnen best een keer afgeweken mag worden, bijvoorbeeld tijdens een feestje of vakantie. Regelmaat geeft zekerheid, herkenning en veiligheid. 4. Grenzen Kinderen hebben grenzen nodig. Het geven van complimenten is een cruciaal onderdeel van het bijbrengen van de grenzen. Grenzen geven een gevoel van veiligheid. 5. Uitleg Uitleg is tweeledig. Ten eerste weet klein kind niet hoe het zich moet gedragen als jij hem dat niet verteld. Wanneer je uitlegt waarom iets niet mag geef je het kind de gelegenheid om zijn gedrag te veranderen. Vraag of het kind begrijpt waarom iets wel of niet mag (terugkoppeling), dan weet je zeker dat het is doorgedrongen. Leg dingen op een manier uit die past bij zijn leeftijd. Verder is het belangrijk om een kind voor te bereiden wanneer iets op stapel staat, bijvoorbeeld wanneer een kind in bad moet, of wanneer je een kind op bed doet. Hiermee bevestig je routine en geef je veiligheid. 6. Zelfbeheersing Beantwoord een driftbui niet met een woedeaanval, maar blijf zelf altijd rustig. Een kind mag zijn emoties voelen, en geef begrip voor het feit dat het boos of verdrietig is. 7. Verantwoordelijkheid De kindertijd staat in het teken van opgroeien. Laat kinderen kleine karweitjes doen om hun zelfvertrouwen te stimuleren en nieuwe vaardigheden te leren. Praat niet in kindertaal, maar spreek normaal tegen de kinderen. Hierdoor wordt de taalvaardigheid gestimuleerd.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Hoofdstuk 3 Veiligheid 3.1 Risico inventarisatie bij de gastouders Kinderen ontwikkelen zich snel, zijn nieuwsgierig en willen de wereld om zich heen ontdekken. Daarbij zien ze geen gevaar. Hoe ouder kinderen worden, hoe beter ze leren wat wel en wat niet mag en wat wel en wat niet gevaarlijk is. Omdat het voor de gastouder onmogelijk is om elke minuut van de dag het gedrag van de kinderen in de gaten te houden, is een veilige omgeving van groot belang. Niet alle veiligheidsrisico’s kunnen worden afgedekt, maar wel moeten de risico’s tot een aanvaarbaar minimum worden beperkt en de kans op ernstig letsel worden voorkomen. Ieder jaar voert het gastouderbureau in iedere woning waarin gastouderopvang plaatsvindt een risico inventarisatie Veiligheid uit. Voor deze inventarisatie gebruiken wij Veiligheidsmanagement, methode voor de gastouderopvang van de Stichting Consument en Veiligheid. Deze methode maakt het mogelijk om op een gestructureerde manier de veiligheid en gezondheid in de gastouderopvang te waarborgen, en bevat vijf onderdelen: • het uitvoeren van de risico inventarisatie • registratie van ongevallen • maken en uitvoeren van een actieplan • controleren van de brandveiligheid • schrijven van een veiligheidsverslag
3.2 VERBRANDING Brandwonden zijn zeer pijnlijk en veroorzaken vaak blijvend letsel. Het zijn met name kleine kinderen die veelvuldig het slachtoffer worden. Het merendeel van dit soort ongelukken gebeurt gewoon thuis terwijl er een volwassene aanwezig is. Veel brandwonden kunnen voorkomen worden door deze maatregelen te treffen: 1. Gebruik geen tafelkleden. 2. Zet geen kopjes of potten hete thee/koffie op plaatsen waar het kind gemakkelijk bij kan. Wanneer je thee hebt gezet, voeg dan een beetje koud water toe om de kook eraf te halen. Je proeft het verschil niet en het gevaar wordt een stuk kleiner. 3. Bewaar koffie en thee in een thermoskan. 4. Drink geen koffie of thee met het kind op schoot 5. Plaats stelen van pannen naar achteren en kook bij voorkeur op de achterste pitten of kookplaten 6. Geef het kind een speelhoekje ver bij het aanrecht vandaan 7. Controleer altijd de temperatuur van het douchewater/badwater met je hand!! Ook bij thermostaatkranen en bij thermometers die in het bad liggen!! Leer kinderen de gevaren van de hete kraan. 8. Zorg dat kinderen niet bij lucifers of aanstekers kunnen komen 9. Leer kinderen dat ze niet in de buurt van vuur mogen komen. 10. Steek geen kaarsen of olielampjes aan terwijl er oppaskinderen aanwezig zijn. 11. Op iedere verdieping moet een werkende rookmelder aanwezig zijn.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
3.3 Vallen Kinderen worden groot met vallen en opstaan. Een aantal van deze vallen is onschuldig en niet of nauwelijks te voorkomen. Maar er zijn ook valongevallen die minder goed aflopen en ernstig letsel tot gevolg hebben zoals een val uit het raam. Een raambeveiliger zorgt ervoor dat een raam niet verder dan 10 cm open kan. Vallen van de trap is één van de meest ernstige ongevallen. Het zijn met name kinderen van één en twee jaar oud die de meeste risico’s lopen. Plaats twee traphekjes één bovenaan en één onderaan de trap. Natuurlijk moet een kind ook leren traplopen. Laat het kind als jij er bij bent voor je uit aan de brede kant van de trap naar boven gaan. Leer hem zodra hij bij de leuning kan, om altijd met één hand de leuning vast te houden. Ga voor het kind uit de trap af. Het traphekje moet minsten 75 cm hoog zijn vanaf de vloer, en de ruimte eronder mag niet meer zijn dan 6 cm. Bij verticale spijlen moet de afstand tussen de 4,5 en 6,5 cm liggen. Een goedkope oplossing is gewoon een houten bord op maat te zagen, en aan iedere kant van het kozijn twee latjes te timmeren. Dan schuif je het bord er gewoon tussen. Een harmonicahekje is niet veilig! Kinderen kunnen erop klimmen, bekneld raken of ze rollen gewoon onder het harmonicahekje door.
3.4 Deuren Iedereen heeft wel eens met zijn vingers tussen de deur gezeten. Vrijwel geen kind wordt groot zonder deze pijnlijke ervaring. Meestal is het leed te overzien. Echter in een groot aantal gevallen is na een beknelling het topje van de middelvinger gekneusd of gebroken. Jaarlijks worden 3.300 kinderen op de eerste hulp van een ziekenhuis behandeld omdat ze een hand of vinger tussen de deur hebben gekregen. Er bestaan een aantal mogelijkheden om dit soort ongelukken te voorkomen: 1. Een deurbuffer zorgt ervoor dat de deur niet snel dicht slaat 2. Een deurspleetbeveiliger voorkomt dat de kinderen hun vingers aan de scharnierkant beknellen 3. Voor een deur die wel open mag blijven staan zijn schuimrubberen blokjes te koop die je op de deur drukt zodat hij niet dicht valt. Of je gooit een handdoek bovenop de deur. 3.5 Extra tips • Controleer de woonkamer op de aanwezigheid van sterke drank, volle asbakken en rookwaren, olielampjes en giftige planten. • Til kinderen nooit aan de handen omhoog, je hebt kant dat je een “zondagsarmpje” krijgt, waarbij de elleboog van het kind uit de kom schiet. • Kinderen mogen niet rennen in huis, dat doen ze maar buiten. Kans op uitglijden en daardoor Letsel. • Check de keuken op giftige huishoudproducten. Let op, ook een emmer met sop kan gevaarlijk zijn of een potje terpentine met een gebruikte kwast. • Kijk in de slaapkamer of er medicijnen liggen (de ‘pil’ hoestdrank vitaminen) • Let in de badkamer op cosmetica parfum en verzorgingsproducten, luchtverfrisser, wc-reiniger, toiletblokjes enz. • Controleer de berging op chemische stoffen (terpentine, kwastenreiniger, verf lijm, bestrijdingsmiddelen enz.) • In iedere woning is een complete EHBO doos aanwezig. De medicijnkast is op slot of zo hoog dat de kinderen er niet bij kunnen. Dit geldt ook voor apparaten in de badkamer en scheerspullen. • In de keuken moeten kasten met reinigingsmiddelen op slot of deze dienen zo hoog te worden geplaatst zodat de kinderen er niet bij kunnen. Dit geld tevens voor scherpe messen, scharen enz. Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
3.6 Registratie van ongevallen We doen met z’n allen ons uiterste best om ongevallen te voorkomen. Door middel van de risico inventarisatie worden alle mogelijke gevaarlijke plaatsen in kaart gebracht. Maar mocht ondanks al onze voorzorgmaatregelen toch nog een ongeval gebeuren, dan moet dit worden gemeld aan het gastouderbureau. Door middel van registratie kunnen we eventueel onze protocollen aanpassen, en ongelukken voorkomen. Registratieformulier ongevallen : Datum ongeval :………….. Datum registratie :…………..
Ingevuld door : ……………… Volgnummer formulier: ………
1. Naam van het kind dat bij het ongeval was betrokken : …………………. 2. Waren er ook andere kinderen of ouders bij betrokken : ………………………… 3. Waar vond het ongeval plaats : 0 speeltuin/buiten 0 Entree/garderobe 0 Trap 0 Woonkamer 0 Slaapkamer 0 Keuken 0 Berg/wasruimte 0 Toilet 0 Badkamer 0 Anders, namelijk ………………. 4. Hoe ontstond het letsel ? 0 ergens vanaf gevallen 0 gestoten/gebotst 0 ergens door geraakt 0 gesneden of geprikt 0 bekneld geraakt 0 vergiftiging 0 (bijna) verdrinking 0 anders, namelijk………………
0 gestruikeld/uitgegleden/verstapt 0 door stoeien/bijten/slaan 0 gebrand
5. Waar was het kind mee bezig ? ……………………………………………………… 6. Beschrijf het ongeval in eigen woorden …………………………………………….. 7. Wat voor letsel heeft het kind opgelopen ? …………………………………………. 8. Welk lichaamsdeel heeft het kind letsel opgelopen? ………………………………. 9. Is het kind na het ongeval behandeld ? 0 Nee 0 Ja, door : 0 huisarts 0 Spoedeisende hulp in ziekenhuis 0 Opgenomen in ziekenhuis 0 Anders
Hoe kan het ongeval in de toekomst voorkomen worden ? ………..…………………………………………………………………………………. ………..…………………………………………………………………………………. ………..…………………………………………………………………………………. ………..………………………………………………………………………………….
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
3.7 De regels voor het vervoer van kinderen in de auto: Kinderen tot 18 jaar en kleiner dan 1,35 meter moeten voorin en achterin de auto in een goedgekeurd autokinderzitje worden vervoerd. Kinderen groter dan 1,35 meter moeten voorin en achterin de auto de autogordel om en mogen als het nodig is een zittingverhoger gebruiken. Kind voorin of achterin de auto Kinderen mogen zowel voorin als achterin de auto worden vervoerd. Dit maakt voor de veiligheid weinig verschil. Wel is het veiliger kinderen (baby’s) zo lang mogelijk tegen de rijrichting in te vervoeren. Definitie autokinderzitje Een autokinderzitje is een babyautostoeltje, een kinderautostoeltje of een zittingverhoger. Een autokinderzitje moet goedgekeurd zijn volgens Europese veiligheidseisen. Airbag en vervoer kind Op een zitplaats met een airbag ervoor mag u een kind niet vervoeren in een babyautostoeltje dat tegen de rijrichting is geplaatst. Dit mag alleen als de airbag is uitgeschakeld. Daarnaast is het verstandig kinderen tot 12 jaar niet bij een ingeschakelde airbag te zetten. Kan het niet anders, zet dan de autostoel zo ver mogelijk naar achteren. Gordels en kinderzitjes goed gebruiken Het is verplicht de autogordels en autokinderzitjes te gebruiken op de door de fabrikant voorgeschreven manier. Zo zijn ze ook getest. Gordelverlenger niet toegestaan bij kinderzitje Het gebruik van een gordelverlenger bij een autokinderzitje is niet toegestaan, omdat er geen zicht is op de kwaliteit ervan. Is de gordel te kort, dan moet u een andere goedgekeurde autogordel laten monteren. Beperkt gebruik aparte gordelgeleider Een gordelgeleider (gordelclip) zorgt ervoor dat het diagonale deel van de autogordel over de schouder loopt en niet over de hals. Een gordelgeleider maakt vaak deel uit van een zittingverhoger. Er zijn ook aparte gordelgeleiders te koop. Een aparte gordelgeleider mag alleen gebruikt worden door: 1.
kinderen kleiner dan 1,50 meter waarvoor geen zittingverhoger is omdat ze er te zwaar voor zijn (36 kilo of zwaarder); 2. volwassenen die kleiner zijn dan 1,50 meter. In alle andere gevallen is het gebruik van een aparte gordelgeleider verboden. Ook mag een aparte gordelgeleider alleen aan het diagonale deel van de autogordel zijn bevestigd. Een gordelgeleider die het heupdeel met het diagonale deel verbindt, is dus altijd verboden.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
3.8 Overige regels vervoer van kinderen : 1. Fiets of snorfiets: kinderen beneden de acht jaar mogen alleen achterop de fiets vervoerd worden als ze zitten op een doelmatige en veilige zitplaats met voldoende steun voor rug, handen en voeten. Bij het vervoer achter op een snorfiets is het dragen van een helm niet verplicht; 2. (Fiets)aanhanger: vervoer van personen in een aanhanger achter een fiets is toegestaan. Deze aanhangers mogen niet meer dan 1 meter breed zijn en ze moeten voorzien zijn van reflectoren. In een aanhanger achter een bromfiets of auto mogen geen personen worden vervoerd; 3. Bakfiets: in de wet zijn geen regels opgenomen over het vervoer in een bakfiets. U kunt als richtlijn voor veilig vervoer kijken naar de eisen die voor een fiets of bromfiets gelden; 4. Bromfiets: ook hier moeten kinderen onder de acht jaar een doelmatige en veilige zitplaats hebben met voldoende steun voor rug, handen en voeten. Bovendien moeten ook passagiers een goed passende helm dragen, die door middel van een sluiting op deugdelijke wijze op het hoofd is bevestigd. De helm moet zijn voorzien van een goedkeuringsmerk. Vervoer in de laadbak van een (bak)bromfiets of brommobiel mag niet; 5. Motor: gastouders mogen geen kinderen vervoeren met een motor. 6. Taxi: voor vervoer in de taxi gelden dezelfde regels als vervoer in de auto.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
3.9 Verklaring vervoersregeling : Hierbij geef ik toestemming voor mijn kind(eren) om in een auto met de gastouder mee te rijden. De gastouder neemt altijd de veiligheidsregels in acht. Autogebruik door gastouders en kinderen vindt plaats tijdens de opvanguren. De gastouder heeft een ongevallen inzittenden verzekering afgesloten. Kinderen worden vervoerd volgens de regels die in de werkmap staan onder punt 3.7 en 3.8. Voor akkoord ondertekend door ouder en gastouder, Plaats en datum: ………………………………………… Naam ouder(s)/verzorger(s) ………………………………………… Naam gastouder: ………………………………………… Handtekening ouder:
Handtekening gastouder:
___________________________ ___________________________ kopie administratie gastouder
Verklaring vervoersregeling Hierbij geef ik toestemming voor mijn kind(eren) om in een auto met de gastouder mee te rijden. De gastouder neemt altijd de veiligheidsregels in acht. Autogebruik door gastouders en kinderen vindt plaats tijdens de opvanguren. De gastouder heeft een ongevallen inzittenden verzekering afgesloten. Kinderen worden vervoerd volgens de regels die in de werkmap staan onder punt 3.7 en 3.8. Voor akkoord ondertekend door ouder en gastouder, Plaats en datum: ………………………………………… Naam ouder(s)/verzorger(s) ………………………………………… Naam gastouder: ………………………………………… Handtekening ouder:
Handtekening gastouder:
___________________________ ___________________________ kopie ad administratie gastouderbureau
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Hoofdstuk 4 Gezondheid De Wet Kinder Opvang regelt dat de opvang moet bijdragen aan een gezonde ontwikkeling van het kind in een gezonde omgeving. In de wet is vastgelegd dat ook voor de gezondheid jaarlijks een risico inventarisatie uitgevoerd dient te worden. Gastouderbureau De Veenborg maakt gebruik van Gezondheidsmanagement, methode voor de gastouderopvang van het LCHV (landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid). Dit bestaat uit drie onderdelen: 1. Inventarisatie 2. Actieplan 3. Gezondheidsverslag
4.1 Hygiëne Bij iedere vorm van kinderopvang is hygiëne zeer belangrijk en worden er een aantal regels hoog in acht genomen. Als een kind ziek is en het is voor de gastouder te intensief het te verzorgen of wanneer het de gezondheid van de andere kinderen in gevaar brengt, moet het kind meteen worden opgehaald. Bij het intake gesprek wordt dit duidelijk gemeld. Tevens wordt bij het intake gesprek gevraagd naar de huisarts van het kind zodat die in geval van een noodsituatie kan worden geraadpleegd. Indien de huisarts niet aanwezig is bij benauwdheid, plotseling hoge koorts, bewusteloosheid en ongevallen zal een ambulance worden ingeschakeld. Bel dan 112 Gezondheidsrisico’s kunnen worden beperkt door extra aandacht te besteden aan de hygiëne. Hierbij gaat het om een schone leefomgeving, een goede persoonlijke hygiëne en het voorkomen van risicovol gedrag waardoor bacteriën zich kunnen vermenigvuldigen tot grote hoeveelheden. Door een goed beleid op het gebied van medicijnverstrekking, hygiëne en wondverzorging kunnen gezondheidsrisico’s tot een minimum worden beperkt.
4.2 Persoonlijke hygiëne: • • •
Handen wassen voor: het aanraken of bereiden van voedsel het eten of meehelpen met eten wondverzorging
• • • • •
Handen wassen na: hoesten niezen of snuiten toiletgebruik / billen afvegen het verschonen van een kind het buiten spelen schoonmaakwerkzaamheden Tijdens het handenwassen wordt gebruik gemaakt van stromend water en vloeibare zeep. Handen worden afgedroogd aan een katoenen handdoek die dagelijks wordt verschoond. Theedoeken en vaatdoeken ook dagelijks verschonen.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
• • •
Wanneer je een washandje gebruik, ook deze dagelijks verschonen en voor ieder kind een eigen washandje gebruiken. Open wondjes worden afgedekt door een pleister De gastouder heeft kortgeknipte nagels Besmettelijke ziekten worden meteen gemeld aan het gastouderbureau
• • •
Kinderen krijgen de volgende hoest en niesdiscipline aangeleerd; Hoest of nies niet in de richting van een ander Hoofd buigen en hand voor de mond tijdens het hoesten/niezen Snottebellen worden meteen afgeveegd met een tissue (geen katoenen zakdoek) en de tissue gaat meteen in de vuilnisbak
• • • • • • • •
Toilet hygiëne: Toilet en wastafels zijn middels een opstapje of kindertrap bereikbaar Handen wassen na ieder toiletbezoek met water en zeep. Potjes na gebruik omgooien in het toilet en naspoelen met water en zeep. Het verschonen en de voedselbereiding worden strikt gescheiden Kinderen worden verschoond op een aankleedkussen welke goed reinigbaar is Het verschoonkussen wordt na gebruik gereinigd met een nat papieren doekje Luiers worden meteen weggegooid in een daarvoor bestemde luieremmer Geen speelgoed meenemen naar het toilet Tanden poetsen : Zorg ervoor dat tandenborstels ieder kwartaal worden vervangen. Berg tandenborstels in een hoesje op, zodat ze niet tegen elkaar staan. Zorg ervoor dat de naam van het kind op de tandenborstel staat. Veilig Slapen bij de gastouder: Ieder kind heeft een eigen bedje, dus beddengoed wordt niet door verschillende kinderen gebruikt. Het beddengoed wordt wekelijks verschoond en gewassen. Ook knuffels die mee gaan in bed worden wekelijks gewassen. Leg een baby altijd op de rug te slapen. Gebruik de eerste twee jaar een slaapzak, met een lakentje of deken. Geen dekbed gebruiken. En vooral geen tuigjes om de baby of peuter is vast te leggen in verband met verstikken. Alle bedjes dienen goedgekeurd te zijn en spijlen te hebben die maximaal 5 cm uit elkaar staan. Zorg ervoor dat de omgeving van het kinderbedje vrij is en geen snoeren e.d. in de buurt hebben hangen. Let vooral op touwtjes van de luxaflex Speelgoed wassen : Hard speelgoed zoals lego moet halfjaarlijks worden gereinigd (kan gemakkelijk in een kussensloop in de wasmachine). Stoffen speelgoed zoals knuffels en verkleedkleren moeten maandelijks worden gewassen. Zwembadjes: Het water waarmee het badje gevuld wordt moet van drinkwaterkwaliteit zijn. Ververs het water bij intensief gebruik het liefst enkele keren per dag. In ieder geval dient een badje dagelijks schoongemaakt te worden en na gebruik droog opgeborgen te worden. Vloeren waarop kinderen met blote voeten lopen moeten stroef zijn om uitglijden te voorkomen.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
De zwembadjes moeten hygiënisch en veilig zijn. Kinderen mogen niet eten en drinken in het zwembad. Kinderen altijd onder direct toezicht laten spelen in het zwembad. EEN PEUTER KAN AL IN 10 CM WATER VERDRINKEN !!! Dus ben je aan het belle, of moet even iemand naar de wc, alle kinderen uit bad en meenemen naar binnen.
Zandbak: De zandbak moet een deksel hebben en afgesloten zijn als de kinderen er niet in spelen. Zand in de zandbak jaarlijks vervangen.
Teken Door een tekenbeet kun je de ziekte van Lyme oplopen, als het dier besmet is met de bacterie Borrelia. Zorg dus dat je de teek snel verwijdert. In Nederland lopen jaarlijks naar schatting 1,2 miljoen mensen een tekenbeet op. Het aantal teken neemt toe, waarschijnlijk doordat steeds meer natuurgebieden aan elkaar worden gekoppeld en de teek zich makkelijker kan verspreiden. Teken worden actiever naarmate de temperatuur stijgt. De meeste tekenbeten komen voor in de maanden mei, juni en juli. Een piepklein spinnetje Een teek is een piepklein spinnetje van 1 tot 3 millimeter groot. Onvolwassen teken (nimfen) zijn waarschijnlijk de belangrijkste overbrengers van besmettingen op de mens. Teken komen vooral voor in bossen, heidevelden, weilanden en duingebieden, maar je kunt ze ook gewoon in de tuin aantreffen. De meeste tekenbeten vinden plaats in het bos en in de tuin. Tekenbeet Een tekenbeet kan op elke plek op het lichaam voorkomen. Teken hebben wel een voorkeur voor warme plaatsen, zoals de bilnaad, de liezen en de knieholtes. Ook op het hoofd en achter de oren komen ze vaak voor. De teek boort zich met zijn kop in de huid en zuigt bloed op. Daardoor kan hij opzwellen tot een bolletje van wel 1 centimeter in doorsnee. Na een paar dagen laat de teek meestal vanzelf weer los.
Een teek die zich heeft volgezogen met bloed kan een doorsnee bereiken van 1 cm. Tips voor het verwijderen van een teek • • • • • •
Gebruik, voordat je de teek verwijdert, geen alcohol, jodium, olie of andere middelen. Pak de teek zo dicht mogelijk bij de huid beet, bij voorkeur met een puntige pincet of speciaal tekenverwijderinstrument. Probeer niet op het lijfje van de teek te drukken. Trek de teek er langzaam uit. Als een stukje van de kop van de teek in de huid achterblijft, is dat ongevaarlijk. Dat komt er op den duur vanzelf weer uit. Ontsmet het beetwondje na het verwijderen van de teek met 70% alcohol of jodium. Noteer de datum waarop je bent gebeten in je agenda. Houd daarna tot 3 maanden na de tekenbeet de huid rondom de beet in de gaten.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Wespen : Het is raadzaam wespensteken zoveel mogelijk te proberen te voorkomen door de volgende maatregelen te nemen: •
• • •
Wees erg voorzichtig met buiten eten en drinken wanneer er wespen in de buurt zijn. Dek eten zo lang mogelijk af en controleer iedere hap of slok. Laat kinderen niet zonder toezicht buiten eten. Sla niet naar wespen. U maakt hen bang en vergroot daarmee de kans op steken. Beweeg zo min mogelijk tot de wesp is weggevlogen. Vermijd plaatsen waar veel wespen zijn. Laat wespennesten door de gemeente verwijderen. Wees zuinig met het gebruik van sterk geurende parfums, zepen en andere huidverzorgingsproducten. Wespen worden hierdoor aangetrokken. Dit geldt overigens ook voor de geur van transpiratievocht.
Zijn kinderen overgevoelig of allergisch voor wespensteken, tref dan aanvullende voorzorgsmaatregelen ! Overleg met de ouders over hoe om te gaan met de allergie.
• • • •
4.3 Ventilatie: Regelmatig een raam open in huis. Tijdens het opmaken van de bedden moeten de ramen open staan. Liefst dagelijks goed stofzuigen en dweilen Stof afnemen met een natte doek, anders verplaats je de stof alleen maar. Roken : In een huis waarin kinderen worden opgevangen mag absoluut niet worden gerookt! In geen enkele ruimte, en ook niet wanneer er geen kinderen zijn, bijvoorbeeld in het weekeinde. Deze maatregel staat in de wet kinderopvang 2010 en er mag dus niet van worden afgeweken.
•
• • •
4.4 Geneesmiddelen en medisch handelen Ouders moeten vooraf altijd schriftelijk toestemming geven voordat een gastouder een medicijn aan een kind mag geven. Dat geldt ook voor huismiddelen zoals Paracetamol of hoestdrank !! Zie het formulier Protocol medicatie op de volgende bladzijde. Vul dit protocol altijd in, op deze manier weet je zeker dat er geen fouten gemaakt worden, en kunnen de ouders je niet aansprakelijk stellen, mocht er iets aan het medicijn mankeren. Er moet worden vastgesteld om wat voor geneesmiddel het gaat, hoe vaak dat gegeven moet worden, of welke manier en hoe lang. Geneesmiddelen mogen alleen in de originele verpakking worden aangeboden en moeten op naam staan van het betreffende kind Ouders dienen een nieuw geneesmiddel eerst thuis te gebruiken ivm bijwerkingen.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
PROTOCOL MEDICATIE VOOR KINDEREN Hierbij geeft naam ouder / verzorger adres ouder / verzorger
…………………… ……………………
toestemming aan naam gastouder adres gastouder
…………………… ……………………
om aan het onderstaande kind naam kind geboortedatum kind
…………………… ……………………
tijdens het verblijf bij de gastouder de volgende medicatie te verstrekken : naam medicijn / zelfzorgmiddel …………………… sterkte van medicijn (aantal mg/gram) …………………… Hoe vaak mag het medicijn worden verstrekt ? Aantal keer per dag …………… keer Maximaal aantal keer per week …………… keer per week Tijdstip(pen) van de medicatie ….. Uur …….. Uur ………….. Uur Begin datum …………………… Eind datum …………………… Wijze van toedienen : O mond O oor O oog O neus O huid O Anaal O Anders, nl. ……… Naam van de huisarts Telefoonnummer van de huisarts Naam apotheek Telefoonnummer van de apotheek of op aanwijzing ouder/verzorger zelf
…………………… …………………… …………………… …………………… ja / nee
Let er op dat het medicijn niet over datum is. Medicijnen mogen alleen in de orginele verpakking aan de gastouders worden verstrekt. Let op de aanwijzingen van de verpakking, bijvoorbeeld innemen met water, voor of na de maaltijd, wel of juist niet met melkprodukten. Datum ondertekening
……………………
Handtekening ouder
Handtekening gastouder
…………………………………………..
…………………………………………
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
• • • • •
• •
4.5 Voedselveiligheid Van alle voedingsmiddelen wordt de houdbaarheidsdatum regelmatig gecontroleerd. Levensmiddelen die koel bewaard moeten worden, gaan bij aankomst meteen in de koelkast. De temperatuur van de koelkast ligt tussen de 2 en 7 graden. Dit wordt maandelijks gecontroleerd. Babyvoeding wordt niet aangemaakt aangeleverd maar in poedervorm! Afgekolfde moedermelk gaat meteen in de koelkast en wordt direct die dag opgemaakt. Bevroren moedermelk staat in de koelkast te ontdooien of eventueel onder de kraan met stromend water van ongeveer 20 graden. Moedermelk mag niet in de magnetron warm gemaakt worden! Iedere baby heeft zijn eigen fles met zijn naam er op (dit geld ook voor tuitbekers). Bekers, flesjes en spenen worden na gebruik meteen gereinigd en omgekeerd op een schone doek bewaard. Flessen en spenen worden dagelijks drie minuten uitgekookt. Restjes voeding worden niet weer opgewarmd maar weggegooid. Flesvoeding wordt aangemaakt met gekookt leidingwater strikt volgens de gebruiksaanwijzing. De temperatuur van de voeding wordt op de pols gecontroleerd. Eventuele allergieën zijn vooraf bekend en worden in het logboek genoteerd.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Hoofdstuk 5 KINDERMISHANDELING, versie november 2012 Sinds oktober 2012 is er een nieuwe protocol kindermishandeling : Protocol Kindermishandeling voor alle beroepskrachten die werken met kinderen tot 19 jaar en-of hun ouders. Op de website : http://www.protocolkindermishandeling.nl het volledige protocol Kindermishandeling. In deze werkmap staat een samenvatting, aangezien het volledige protocol uit bijna dan 70 pagina’s bestaat. 5.1. Wat is kindermishandeling: 1. Lichamelijke mishandeling : Het toebrengen van verwondingen zoals kneuzingen, blauwe plekken, snij-, brand-, of schaafwonden, botbreuken, hersenletsel. Deze verwondingen kunnen ontstaan door slaan, schoppen, knijpen, door elkaar schudden, branden, snijden, krabben, verstikking, vergiftiging. Ook een uitgevoerde of dreigende meisjesbesnijdenis valt onder kindermishandeling. 2. Lichamelijke verwaarlozing : Aan het kind onthouden wat het voor zijn lichamelijke gezondheid en ontwikkeling nodig heeft, zoals goede voeding, voldoende kleding, voldoende slaap, goede hygiëne en benodigde medische verzorging. 3. Psychische of emotionele mishandeling: Stelselmatig vernederen, kleineren, pesten, bang maken, bedreigen met geweld, achterstellen, het verbieden met anderen om te gaan, eisen stellen waaraan het kind niet kan voldoen. Ook getuige zijn van huiselijk geweld valt hieronder. 4. Psychische of emotionele verwaarlozing: Aan het kind onthouden wat het voor zijn geestelijke gezondheid en ontwikkeling nodig heeft: aandacht, respect, veiligheid, scholing, contact, warmte, liefde, genegenheid en bevestiging. 5. Seksueel misbruik: Seksuele handelingen bij of met het kind, die niet passen bij leeftijd of ontwikkeling, of seksuele handelingen waaraan het kind zich niet kan onttrekken. Dit gaat van het betasten van het lichaam tot verkrachting en komt voor bij kinderen van alle leeftijden. Ook het tonen van pornografisch materiaal aan een kind valt onder seksueel misbruik. Meestal gaat het om een combinatie van bovenstaande vormen. Jaarlijks zijn in Nederland naar schatting 119.000 kinderen het slachtoffer van kindermishandeling. Het gaat om kinderen in alle leeftijden, om jongens en meisjes met de meest uiteenlopende achtergronden. Kindermishandeling is een beladen begrip. Ouders mishandelen hun kinderen vaak niet met opzet, maar omdat het hun niet lukt om hun kinderen de zorg te geven die ze nodig hebben. 5.2 Signalen voor kindermishandeling : *Achterblijven in ontwikkeling (taal spraak motorisch of verstandelijke ontwikkeling) * Regressief (gaat achteruit) gedrag, bijvoorbeeld ineens niet meer zindelijk. * Onderdanig gedrag naar de ouders, bang voor de ouders, onverschillig naar de ouders, het kind vertoont ineens een heel ander gedrag als de ouders in de buurt zijn. * Bij aanraken houdt het kind zich opvallend stijf (bevriezen) * Allemansvriend of juist tegenovergesteld, wantrouwend, waakzaam * Speelt niet met andere kinderen, niet geliefd bij anderen kinderen Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
* Plotselinge gedragsverandering * Geen spontaan spel, geen interesse in spel * Angstig, passief, teruggetrokken of juist tegenovergesteld : agressief hyperactief * geen emoties :niet lachten of huilen * Eetproblemen slaapstoornissen, lusteloosheid * Lichamelijke kenmerken : blauwe plekken wonden * Slechte hygiene * Ouder klaagt veel over het kind, troost kind niet bij huilen, weinig belangstelling voor het kind * Vaak verhuizen, vaak wisselen van school en opvang
5.3.Stappenplan Kindermishandeling en Huiselijk geweld Kinderen opvoeden is naast voeden en verzorgen, ook het overbrengen van normen en waarden. Normen en waarden zijn zeer subjectief, en zijn afhankelijk van de manier waarop je zelf bent opgevoed. Wat jouw normen en waarden zijn over opvoeden, dat kan verschillen met de normen en waarden van de ouders. Bijvoorbeeld lijfstraffen zijn in sommige culturen heel normaal, maar in Nederland zijn ze verboden. Er is een heel groot grijs gebied over wat wel en wat geen kindermishandeling is. Een gastouder of het GOB is niet verantwoordelijk voor het vaststellen of er wel of geen sprake is van kindermishandeling! Maar zodra je signalen oppikt waarover je je zorgen maakt, dan moet je deze objectief registreren, vandaar dit stappenplan. Stap 1 : Breng signalen in kaart : Beschrijf wat u ziet en hoort. Kijk ook naar de risico- en beschermende factoren (alles wat van invloed is op het welzijn en de gezondheid van het kind.) Beschrijf de signalen objectief. Trek niet te snel conclusies en ga niet interpreteren. Belangrijk: wees voorzichtig. Het zien van signalen hoeft nog niet te betekenen dat er ook werkelijk sprake is van kindermishandeling! Belangrijk: wijzen de signalen overduidelijk op een acuut onveilige situatie? Neem dan direct contact op met de politie, nog voor stap 2! Bekijk overzicht en signalen in het Protocol kindermishandeling (hoofdstuk 3). Objectief beschrijven: Schrijf bijvoorbeeld: ‘Stefan ziet wit, heeft wallen onder de ogen en gespannen trekken in zijn gezicht’ in plaats van: ‘Stefan ziet er slecht uit’. Eigen deskundigheid staat voorop. Ga altijd uit van uw eigen deskundigheid. Vertrouw op uw kennis, ervaring en intuïtie en neem uw gevoel over de situatie serieus. Maak foto’s en zet de datum er bij.
Stap 2 : Vraag advies, neem contact op met het GOB! Voorbeeldformulier : Gebruik het voorbeeldformulier ‘intern overleg bij signalen van kindermishandeling’ (Protocol kindermishandeling hoofdstuk 4). Neem contact op met het gastouderbureau!
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Stap 3 : Praat met de ouders of het kind, samen met het GOB. Praat met de cliënt of ouder(s) en/of kind om uw zorgen te delen, informatie te verzamelen of hen te motiveren voor hulp. Bereid u goed voor en geef cliënt, ouder(s) en/of kind tijd en ruimte om te reageren. Bedenk uw openingszin van tevoren. Bedenk ook wie u straks voor u heeft. Begin het gesprek met belangstellende vragen.Vertel daarna het doel van het gesprek. • Spreek vanuit uzelf (ik denk, ik zie), maak de cliënt of ouder(s) geen verwijten. Rond het gesprek af met een samenvatting en check of de boodschap duidelijk is. Lees alle tips in het Protocol kindermishandeling (hoofdstuk 5).
Stap 4 : Weeg aard ernst en risico op kindermishandeling of huiselijk geweld. Signalen, advies en gesprek samen geven u veel informatie. Nu gaat het erom met die informatie te bepalen hoe ernstig de situatie is en wat er precies aan de hand is. Gebruik hierbij zo mogelijk een risicotaxatie-instrument. Met de LIRIK uit het Protocol kindermishandeling kunt u de risico's van de situatie inschatten. Let erop dat u zo objectief mogelijk beschrijft wat u heeft gezien en gehoord.
Stap 5 : Beslis : na overleg met het GOB, gaat het GOB wel of geen melding doen bij BJZ-AMK-SHG. Het gaat om de bescherming van cliënt, ouder(s) en/of kind. U maakt de keuze: melding doen of zelf hulp regelen/bieden. Ga uit van uw competenties en verantwoordelijkheden. Belangrijk bij melding: laat dit eerst aan de cliënt, de ouder(s) en/of het kind weten. Biedt u zelf hulp? Volg dan de effecten en doe alsnog melding als de situatie niet verbetert.
Bureau Jeugdzorg/Advies- en Meldpunt Kindermishandeling
0900 123 123 0 landelijk telefoonnummer (5 cent per minuut) Steunpunt Huiselijk Geweld
0900 126 26 26landelijk telefoonnummer (5 cent per minuut) Politie 112 alarmnummer (gratis)0900 8844als er geen spoed is (lokale gesprekskosten)
Ga zorgvuldig met je vermoedens om, bescherm ieders privacy! Zorg dat informatie altijd binnenshuis blijft. Neem bij twijfel altijd contact op met het gastouderbureau.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Hoofdstuk 6 De relatie tussen gastouder en vraagouder 6.1 Kennismaking In het belang van de kinderen is een goede communicatie tussen de ouders en gastouders van groot belang. Hoe vaak krijgt de baby de fles, hoe vaak en hoe laat gaat het ongeveer slapen. Bij iets oudere kinderen bijvoorbeeld wat het kind graag eet, en vooral wat zijn de normen en waarden zijn die de ouders hanteren. Vind je bijvoorbeeld tafelmanieren erg belangrijk of hanteer je regels met betrekking tot spelen en opruimen. Het is belangrijk dat het ‘klikt’ tussen vraagouder en gastouder. Tijdens het kennismakingsgesprek komen een aantal onderwerpen aan bod komen, zoals: • wat is de opvoedingsstijl van de (gast)ouders • wat zijn de huisregels van de (gast)ouder • hoe is de sfeer in huis • hoe gaat de gastouder met haar eigen kinderen om • en vooral hebben de vraagouders en gastouders een goed gevoel bij elkaar Vooral in het begin is het belangrijk om goede afspraken te maken met betrekking tot de communicatie. Neem de tijd om elkaar goed te leren kennen. Plan regelmatig een kwartiertje voor overleg, eventueel in bijzijn van iemand het gastouderbureau.
6.2 Zakelijke relatie of vriendschappelijke Natuurlijk is een goede verstandhouding tussen gastouders en vraagouders noodzakelijk, maar houd de relatie toch zakelijk. Ga consequent met de afspraken met betrekking tot bijvoorbeeld het halen en brengen of de vergoedingen om. Dit voorkomt dat later onduidelijkheden of ergernissen ontstaan. Mochten bepaalde afspraken niet duidelijk zijn of moeten deze herzien worden, maak dan een afspraak met het gastouderbureau om een overleg te voeren. Heb respect voor elkaars positie. De opvoeding thuis en de opvoeding bij de gastouder kunnen nooit 100% gelijk zijn. Maar dit hoeft geen problemen te geven. Overleg met elkaar hoe je bepaalde dingen aanpakt, en hoe je problemen oplost. Wanneer je begrip hebt voor elkaars standpunt kun je beter omgaan met de verschillen. Vooral wanneer een kind een langere tijd bij de gastouder verblijft, neemt het en deel van de opvoeding van de gastouder mee naar huis. Dit kan bedreigend zijn voor de ouder. Respecteer elkaars positie als ouder en als gastouder. Ouders hebben de eindverantwoordelijkheid voor de opvoeding van hun kind en hebben het recht om te weten wat er tijdens de opvang met hun kind gebeurt, en waarom jij kiest voor een bepaalde handelswijze. Bepreek de manier waarop je met het kind omgaat en waarom je dit doet. Wanneer jij duidelijk bent ontstaat er vertrouwen onderling. Je hoeft het niet altijd met elkaar eens te zijn maar accepteer elkaars mening. En vooral zeer belangrijk: respecteer elkaars privacy.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
6.3 Communicatieve vaardigheden Er zijn vier essentiële vaardigheden om goed te kunnen communiceren. 1. Aandacht geven :
- laat zien dat je aandacht hebt voor wat er gezegd wordt - ga niet vast je eigen antwoord bedenken - probeer je in te leven in de positie van de ander
2. Vragen stellen :
- stel open vragen (die beginnen met wie wat waar waarom en hoe) - vraag naar wat iemand wil bereiken met dit gesprek - vraag naar hoe iemand zich voelt, onderzoek eens waarom
3. Luisteren
- laat de ander uitpraten, val niet in de rede - let op wanneer je gedachten afdwalen, - geef dan een samenvatting om weer bij te komen
4. Samenvatten
- vertel in eigen woorden wat je gehoord hebt - zet de belangrijkste punten op een rijtje - vertel ook welke gevoel / emotie je opmerkt bij je partner
6.4 Wennen Indien een kind bij een nieuwe gastouder wordt geplaatst is het natuurlijk belangrijk dat het eerst even went aan de nieuwe situatie. De ouders en gastouders gaan eerst gezamenlijk een keertje even koffiedrinken bij de gastouder thuis. Daarna wordt het kind na een paar uurtjes (bijvoorbeeld van 8.00 uur tot 11.30 uur) weer opgehaald. De volgende keer kan hij weer iets langer blijven totdat het zich prettig en stabiel voelt in zijn nieuwe omgeving. Ouder moeten te allen tijde telefonisch bereikbaar zijn voor de Gastouder in verband met calamiteiten of ziekte !!
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Hoofdstuk 7 Financiële zaken 7.1 Het invullen van het urenbriefje Er wordt per maand één formulier per kind door de gastouder ingevuld. De urenbriefjes ontvang je per e-mail. De gastouder houdt per gezin per kind het aantal uren per dag bij. Na afloop van de maand stuurt de gastouder een e-mail met het werkbriefje naar het gastouderbureau en naar de vraagouder. Hierbij een dringende oproep : Stuur de urenbriefjes op tijd in, op uiterlijk de vijfde van de volgende maand moeten ze bij het gastouderbureau binnen zijn. Wij moeten alle werkbriefjes verwerken, en wanneer wij ze te laat binnenkrijgen komen we in de problemen met de facturatie en het uitbetalen van de gastouders. Omstreeks de twintigste van de maand betaalt het gastouderbureau de vergoeding aan de gastouder uit. Stuur je werkbriefjes naar :
[email protected] Zie het voorbeeld op de volgende bladzijde… Vergeet niet je naam in te vullen, en de naam van het oppaskind. Wij krijgen soms briefjes binnen en dan moeten we maar raden van wie ze zijn… Let ook op de manier van het noteren van de uren. Een half uur is 30 minuten, maar is 0,50 uur. Een kwartier is 15 minuten, maar is 0,25 uur. Wanneer je de uren op deze manier noteert, kan je gemakkelijk alles bij elkaar optellen. Dus één keer een uur en drie kwartier, één keer drie kwartier, en één keer anderhalf uur is in totaal : 1,75 + 0,75 + 1,50 = 4 uur in totaal (kom je er niet uit, bel dan gewoon met het gastouderbureau, dan leggen we het even uit).
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
GOB DE VEENBORG VAN ARNHEMSLAAN 2 9615 TD KOLHAM Maandbriefjes voor de gastouder Naam gastouder : Naam kind: Geboortedatum kind:
uurvergoeding g.o. : uur per dag
evt. maaltijden
€ 3,70
per uur
dinsdag
1-jan-08
1,50
woensdag
2-jan-08
2,50
1x brood
aantal uur opvang :
donderdag
3-jan-08
3
1xwarm
7
vrijdag
4-jan-08
zaterdag
5-jan-08
totaal uur vergoeding g.o.:
zondag
6-jan-08
€ 25,90
maandag
7-jan-08
dinsdag
8-jan-08
vergoeding maaltijden :
woensdag
9-jan-08
€ 1,00 voor brood
donderdag
10-jan-08
€ 1,60 voor warm
vrijdag
11-jan-08
zaterdag
12-jan-08
Totaal vergoeding maaltijden :
zondag
13-jan-08
€ 2,60.
maandag
14-jan-08
dinsdag
15-jan-08
Totaal vergoeding g.o.
woensdag
16-jan-07
maaltijden + uurvergoeding :
donderdag
17-jan-08
€ 28,50
vrijdag
18-jan-08
zaterdag
19-jan-08
zondag
20-jan-08
maandag
21-jan-08
1 uur = 4 kwartier
dinsdag
22-jan-08
1 kwartier = 0,25 uur
woensdag
23-jan-08
VOORBEELD
donderdag
24-jan-08
1 uur en drie kwartier = 1,75 uur
vrijdag
25-jan-08
en geen 1,45 uur
zaterdag
26-jan-08
zondag
27-jan-08
maandag
28-jan-08
dinsdag
29-jan-08
1,75
woensdag
30-jan-08
1,75
donderdag
31-jan-08
datum : handtekening gastouder
Uur
LET OP!!!
WANT 2x 1 uur en drie kwartier =
3,5 uur datum : handtekening vraagouder
EN GEEN 1,45 1,45 2,9 uur
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
7.2 De Belastingdienst In het belastingstelsel dat in 2001 is ingevoerd is er sprake van heffingskortingen. Dit is een vermindering van het bedrag dat aan de belastingdienst betaald zou moeten worden. Iedereen heeft recht op de algemene heffingskorting. Verder heb je als je werkt ook nog recht op Arbeidskorting, en eventuele op Kinderkorting. De vergoeding die je ontvangt van het gastouderbureau wordt door de belasting gezien als inkomen. Die kan je opgeven als bijverdiensten op je aangifte inkomstenbelasting. Voor het jaar 2008 is het drempelbedrag voordat je belasting moet gaan betalen € 6150,- Verder moet een bijdrage voor de zorgverzekeringswet worden afgedragen, namelijk 4,4% van de inkomsten. Sommigen die niet werken laten hun heffingskortingen maandelijks als voorschot overmaken door de belastingdienst ( de zogenaamde huisvrouwenpremie van bijna €180,-- per maand). Wanneer je gaat bijverdienen, is het verstandig om deze voorschot te verlagen of stop te zetten. Het is dus niet zo dat je het belastingvoordeel kwijt bent ! Maar je voorkomt hiermee dat je aan het eind van het jaar een deel moet terugbetalen.
• • • • •
Een gastouder is niet bij het gastouderbureau in loondienst. Je kunt het beschouwen als freelance werk. De inkomsten worden door de belasting deels als inkomen gezien en deels als onkosten. De belastingsdienst heeft regels gesteld welke onkosten fiscaal wel of niet in aanmerking genomen kunnen worden. Bijvoorbeeld : extra kosten voor eten en drinken voor de kinderen extra speelmateriaal voor de gastouderopvang reiskosten (0,19 per km) telefoonkosten, administratiekosten, postzegels, verzekeringen Denk om het bewaren van de bonnetjes! De Veenborg biedt voor haar gastouders een belastingservice aan voor iedereen die er (tegen een kleine vergoeding) gebruik van wil maken. Wij kunnen helpen met het invullen van de belastingaangifte. Verder verwijzen wij voor meer informatie over belasting, aftrekposten enz. naar de website van Jan Pellegrom www.janpellegrom.nl. Dit bedrijf is gespecialiseerd in belasting en gastouders, en geeft allerlei adviezen en tips om de belastingpapieren zo gunstig mogelijk in te voeren.
Houdt er rekening mee dat er nog belasting betaald moet worden over datgene wat je hebt verdiend. Wij houden geen belasting in over de vergoedingen die we uitbetalen. Reserveer voor de zekerheid een deel van je vergoeding voor de belastingaanslag. Wat je meer aan inkomen hebt als €6000 per jaar (DUS 500 PER MAAND), daarover moet je 35% belasting betalen. Zwartwerken kan niet, wij moeten aan de belastingdienst doorgeven hoeveel we aan wie hebben uitbetaald.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
7.3 Gastouders en ondernemerschap Een van de laatste ontwikkelingen in de gastouderopvang is het zelfstandig ondernemerschap van gastouders. Deze ontwikkeling komt voornamelijk voort uit de fiscale voordelen die dit biedt en de aftrekbaarheid van de gemaakte kosten. Maar ook de wens van gastouders een “echte baan” te hebben en professioneel met de opvang om te gaan is een van de beweegredenen. Veel gastouders vinden het vervelend om alsmaar gezien te worden als “gewoon een oppas” en “iemand die een beetje bijverdiend”. De meeste gastouders nemen de opvang zeer serieus en voelen zich sterk verantwoordelijk voor hetgeen zij doen. Met het zelfstandig ondernemerschap kunnen gastouders zich beter profileren, hebben zij een eigen onderneming in de gastouderopvang en kunnen ze de opvang verder professionaliseren.
De “gewone” gastouder versus de zelfstandig ondernemer In veel opzichten lijkt een “gewone” of “freelance” gastouder op een zelfstandig ondernemer. Kinderen worden bemiddeld via een gastouderbureau en zijn ze gebonden aan allerlei bepalingen onder de Wet Kinderopvang. Ook praktisch gezien verloopt de opvang van de kinderen op dezelfde manier waarbij gastouderopvang zich kenmerkt dat kinderen worden opgevangen in een gezinssituatie waar boodschappen, de afwas, enz. net zo gewoon zijn als spelen, lezen, eten en slapen.
Wat zijn de verschillen? Ten eerste het al genoemde aanzien. Het hebben van een eigen onderneming is voor een aantal gastouders een meerwaarde bij het opvangen van kinderen. Hierdoor kunnen wij zich professioneler opstellen en uitdragen dat gastouderopvang voor hun een serieuze baan is. Maar het grootste verschil c.q. voordeel zit hem waarschijnlijk op het financiële en fiscale vlak. Als gewone gastouder heb je naast de standaard heffingskorting recht op extra kortingen. Deze zijn echter beperkt en de gemaakte kosten zijn niet of nauwelijks aftrekbaar. Als zelfstandig ondernemer heb je in ieder geval recht op een zelfstandigen aftrek die begint bij € 9.096 ( 2008) per jaar en de eerste drie jaar een starters aftrek van ongeveer € 2.035 ( 2008) . Verder zijn alle gemaakte kosten aftrekbaar. Dit geldt niet alleen voor speelgoed, eten en drinken maar ook voor gas, water, licht, cursussen, vakliteratuur, enz.
Criteria Gastouders worden slechts als zelfstandig ondernemer gezien als ze per jaar minimaal € 8.500 omzet hebben in hun eigen onderneming.
Meerdere opdrachtgevers Het hebben van meerdere opdrachtgevers is voor gastouders, in tegenstelling tot andere freelancers, over het algemeen geen probleem aangezien iedere ouder tevens opdrachtgever is. Vaak hebben gastouders zelfs 3, 4 of meer ouders waarvoor ze kinderopvang bieden. De belastingdienst geeft hiervoor geen aantallen maar verstandig is te richten op minimaal 3 opdrachtgevers c.q. ouders.
Zelfstandig werven van opdrachtgevers Gastouders dienen in eerste instantie zelfstandig opdrachtgevers te werven. Dit kan middels een folder, briefjes bij de supermarkt, advertenties, enz. Het is aan te raden wat reclame te maken al is het maar door het hebben van een A4’tje met de basis informatie van de onderneming.
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Zelfstandig aangaan van contracten Een zelfstandig ondernemer dient zelf contracten aan te gaan met de opdrachtgevers. Gelukkig is dit reeds het geval middels de Overeenkomst van Opdracht. Dit is een overeenkomst tussen de ouder en de gastouder waarin de afspraken staan m.b.t. de opvang. Dat deze wordt opgemaakt door het gastouderbureau is geen probleem evenals de mededeling dat de ouder en gastouder zijn bemiddelt door het gastouderbureau. Belangrijk hierbij is dat geen van de partijen een arbeidsrelatie aangaat maar dat het gaat om het uitvoeren van de opdracht: het opvangen en verzorgen van kinderen.
Het houden van een financiële administratie Een belangrijke eis voor de ZZP’er is het houden van een financiële administratie. Dit klinkt erg gecompliceerd maar het is niet meer dan het administreren van de facturen en de rekeningen c.q. bonnetjes: Wat komt er binnen en wat gaat eruit? Natuurlijk kan dit met allerlei ingewikkelde boekhoud programma’s maar letterlijk bijhouden van een kasboek is echter voldoende.
7.4 heel belangrijk !!! VERZEKERINGEN Vraag even na bij je verzekeringsagent of schade veroorzaakt tijdens jouw werk als gastouder ook gedekt is ! Vraag of ze je schriftelijk een antwoord willen sturen, dan heb je het zwart op wit staan. Een groot deel van de verzekeringen ziet gastouderschap als WERK. En schade veroorzaakt door je werk, wordt niet door je privé WA gedekt! Bij sommige maatschappijen wel, maar ook een heel aantal niet. Stel je voor dat ondanks al onze voorzorgen er toch iets gebeurt met een oppaskind, en je bent niet verzekerd, dan is de ellende niet te overzien !! Dus bij twijfel, sluit een bedrijfs aansprakelijkheids verzekering af. Voor de prijs hoef je het niet te laten !!! Wij hebben met Unive een hele goede deal afgesproken. Onze gastouders krijgen korting op de WA verzekering. De kosten voor deze verzekering zijn €82,00 per jaar, excl 8% assurantiebelating. (prijs van 2011) Ons contactpersoon bij Univé is :
Renate Poelman
Teammanager MKB / Agrarisch Univé Noord-Oost Navolaan 15-39, 9501 VJ Stadskanaal Postbus 210, 9500 AE Stadskanaal Tel.nr.: 0599 – 519 511 E-mail:
[email protected] www.univenoord-oostgroep.nl
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Aanvraag Aansprakelijkheidsverzekering Zakelijke dienstverlening (gastoudergezin, zonder poliskosten te sluiten : 0240.077800) Nieuwe verzekering ( indien bekend ook clientnummer invullen) Wijziging bestaande verzekering Cliëntnummer: 0240._____________ Als verzekeringnemer bent u verplicht de onderstaande vragen zo volledig mogelijk te beantwoorden. Dit geldt ook voor feiten en omstandigheden van (een) bij de verzekering belanghebbende(n) van 16 jaar en ouder. Vragen waarvan u het antwoordt al bij Univé bekend veronderstelt, moet u toch beantwoorden. Ook feiten en omstandigheden die u bekend worden nadat de aanvraag is verzonden, maar voor ontvangst van uw polis, moet u alsnog meedelen. Als u uw mededelingsplicht schendt, kan dat ertoe leiden dat het recht op uitkering wordt beperkt of zelfs vervalt. Als u met opzet tot misleiden van Univé heeft gehandeld of Univé bij kennis omtrent de ware stand van zaken de verzekering niet zou hebben gesloten, heeft Univé het recht de verzekering op te zeggen.
1. Verzekeringsnemer 1. Naam en voorletters
____________________________
2. Handelsnaam Adres _________________ Woonplaats ____________________ Geslacht Telefoonnummer E-mailadres Bank-/Gironummer Betalingstermijn
_______________________________________________________ ____________________________ Postcode ____________________________
Geboortedatum ___________
Land
Man Vrouw ____________________________ Zakelijk _________________ _______________________________________________________ _______________________________________________________ Jaar Halfjaar Kwartaal Maand ( Bij maandbetaling is automatische incasso verplicht)
2. Hoedanigheid 1. Geef een omschrijving van de activiteiten / aard van het uitgeoefende beroep: Gastoudergezin 2. Hoeveel kinderen heeft u onder zich als gastouder: _________________________________
3 Dekking 1. Verzekerd Bedrag
€ 1.000.000,-
2. Dekkingsgebied
Nederland
3. Gewenste Ingangsdatum
____________________
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
4. Persoonsgegevens 1. Heeft u of had u of (een) andere belanghebbende(n) bij de verzekering, Eerder een aansprakelijkheidsverzekering? Ja Nee Zo ja, bij welke verzekeraar _____________________________ Onder welk polisnr. _____________________________ Tot welke datum _____________________________ 2. Is deze verzekering reeds door u opgezegd?
Ja
Nee
3. Heeft u of (een) andere belanghebbende (n) bij de verzekering de afgelopen 5 jaar schade geleden als gevolg van een risico, waartegen de aangevraagde verzekering dekking biedt? Ja Nee Zo ja, wanneer ______________________________ Toedracht ______________________________ ______________________________ Voor welk bedrag € _____________ 4. Heeft zich vóór de ingangsdatum een omstandigheid / gebeurtenis voorgedaan waarvoor u in de toekomst aansprakelijk kunt worden gesteld? Ja Nee Zo ja, graag toelichten ________________________________ _________________________________________________________________________ 5. Werd u of (een) ander belanghebbende (n) bij de verzekering in de afgelopen 5 jaar een verzekering geweigerd, opgezegd of onder beperkende voorwaarden voorgesteld? Ja Nee Zo ja, graag bijzonderheden vermelden ________________________________ ________________________________________________________________________
5. Strafrechterlijk verleden In geval van een niet-particuliere aanvraag gelden de onderstaande vragen ook voor: - een personenvennootschap en de vennoten; - de statutair directeur(en), bestuurder(s) en aandeelhouder(s) van de rechtspersoon. Bent u of een andere belanghebbende bij deze verzekering, in de laatste acht jaar, als verdachte of ter uitvoering van een op opgelegde (straf)maatregel, in aanraking geweest met politie of justitie in verband met: - Wederrechterlijk verkregen of te verkrijgen voordeel, zoals diefstal, verduistering, bedrog, oplichting, valsheid in geschrifte of poging(en) daartoe; - Wederrechterlijk benadeling van anderen, zoals vernieling of beschadiging, mishandeling, afpersing, en afdreiging of enig misdrijf gericht tegen de persoonlijke vrijheid of tegen het leven of poging(en) daartoe; - Overtreding van de Wet wapens en munitie, de opiumwet of de wet economische delicten? Ja
Nee
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
6. Ondertekening Belangrijk Lees voor ondertekening van dit aanvraagformulier de toelichting op de reikwijdte van de mededelingsplicht, boven aan het aanvraagformulier. Door ondertekening van dit aanvraagformulier verklaart de verzekeringsnemer dat hij een verzekering wil sluiten tegen de in de reglementen van verzekering omschreven dekking en dat hij akkoord gaat met de toepasselijkheid van de daarbij behorende reglementen van verzekering. Deze reglementen liggen ter inzage op alle Univé-kantoren en worden op verzoek vóór het afsluiten van de verzekering toegezonden, maar in ieder geval bij het afgeven van de polis. Het Algemeen reglement en de speciale reglementen worden tevens beschikbaar gesteld via www.unive.nl. Wanneer u een verzekering bij N.V. Schade heeft, bent u gratis lid van Coöperatie Univé U.A. Univé heet u geïnformeerd over het lidmaatschap. Indien u geen lid wilt worden kruist u dan het hokje hiernaast aan. Dit formulier is naar waarheid ingevuld en ondertekend door: Naam: _____________________________ Datum: _____________________________ * De jaarpremie bedraagt € 102,- excl.21% assurantiebelasting
Handtekening verzekeringsnemer:
_________________________________________
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Naschrift Deze werkmap is inmiddels de vijfde versie. In de loop der jaren is de inhoud uitgebreid en aangepast. Tips, op- of aanmerkingen zijn van harte welkom. Verder vind je verschillende folders met betrekking tot veiligheid achterin deze map. Lees ze regelmatig even aandachtig door. Een ongeluk zit in een klein hoekje, en we doen alles er aan om de kinderen zoveel mogelijk veiligheid, gezondheid en vooral natuurlijk gezelligheid te bieden. Rest mij alleen nog om iedereen een heel prettige samenwerking toe te wensen.
Met vriendelijke groet,
Marian van Dijken Gastouderbureau De Veenborg Van Arnhemslaan 2 9615 TD Kolham 0598- 397.895 e-mail :
[email protected]
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Hierbij verklaar ik dat ik kennis genomen heb van de risico inventarisatie Veiligheid en Gezondheid bij mijn gastouder. Naam vraagouder
Handtekening
……………………
…………………
……………………
…………………
……………………
…………………
……………………
…………………
……………………
…………………
……………………
…………………
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012
Werkmap voor gastouders GOB De Veenborg Kolham, versie november 2012