Mandaatmatrix Personele aangelegenheden behorend bij de Bevoegdhedenregeling Erasmus MC De (portefeuillehouder van de) Raad van Bestuur is bevoegd besluiten te nemen. Ten aanzien van een aantal besluiten inzake personele aangelegenheden heeft de (portefeuillehouder van de) Raad van Bestuur deze bevoegdheid gemandateerd. In deze matrix is weergegeven waar de bevoegdheid ligt met betrekking tot het nemen van besluiten inzake personele aangelegenheden ten aanzien van de individuele medewerker. Er geldt dat, indien met betrekking tot een rechtspositioneel besluit ten aanzien van een individuele medewerker in deze matrix niets is opgenomen, de bevoegdheid dus bij de (portefeuillehouder van de) Raad van Bestuur ligt. Besluiten betreffende meerdere medewerkers dan wel de bevoegdheid met betrekking tot het stellen van eisen van bekwaamheid, vaststellen van codes, regels, waardering van functies etc. vallen hier niet onder. Deze bevoegdheid is niet gemandateerd en ligt dus bij de Raad van Bestuur. Bevoegdheid betreft het nemen van besluiten met betrekking tot de medewerkers vallend onder het gezagsbereik van de betreffende functionaris. Voor de bevoegdheidstoedeling in de mandaatmatrix wordt onderscheid gemaakt tussen in groepen (RvB, A t/m D) ingedeelde functies. Voor de precieze groepsindeling wordt verwezen naar de volmachtmatrix.
Vastgesteld door Raad van Bestuur op 1 november 2011 en treedt in werking met ingang van 1 januari 2012 1/8
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D zie opm.
C zie opm.
B zie opm.
A zie opm.
RvB
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D zie opm.
C zie opm.
B zie opm.
A zie opm.
RvB
B
A
RvB
A
RvB
B
A
RvB
B
A
RvB
Opmerking
CAO-UMC Hoofdstuk 2 WERVING, SELECTIE EN (AANVANG) DIENSTVERBAND Besluiten o.g.v. artikel 2.1, derde lid (vergoeding reiskosten/overige kosten sollicitant) Besluiten o.g.v. artikelen 2.3 en 2.4 t/m 2.4.5 (inzake dienstverband)
Hoofdstuk 3 SCHOLING, LOOPBAAN, ONTWIKKELING EN FUNCTIONEREN Besluiten o.g.v. artikel 3.1.4 (Hardheidsclausule) Alle overige besluiten op grond van dit hoofdstuk Hoofdstuk 4 BELONING Besluiten o.g.v. artikelen 4.3, 4.3.1 (inschaling , salarisverhoging) Besluiten o.g.v. artikel 4.7.5 (toelage op andere gronden) Besluiten o.g.v. artikel 4.8 t/m 4.8.2 (arbeidsmarkttoelage/bindingspremie) Besluiten o.g.v. artikel 4.9 (stimulering mobiliteit) Alle overige besluiten op grond van dit hoofdstuk
D
C
De aanstelling van medewerker is in het algemeen de bevoegdheid van de direct leidinggevende, Uitzonderingen: -aanstelling van een UHD(14) en UHD(15) behoeft een besluit van de decaan. De aanstelling van een UHD (15) blijft de bevoegdheid van een afdelingshoofd voor die UHD’s die eerder aan de decaan/commissie bevordering WP zijn voorgelegd. -aanstelling van een hoogleraar, afdelingshoofd en (thema)directeur behoeft een besluit van de RvB. Mededeling van bovengenoemde besluiten aan de medewerker wordt ondertekend door de direct leidinggevende. UD = Universitair Docent, UHD = Universitair HoofdDocent.
Het voorbehoud o.g.v. de aanstelling van specifieke functionarissen (zie artikelen 2.3-2.8) geldt ook bij inschaling en bevordering.
Vastgesteld door Raad van Bestuur op 1 november 2011 en treedt in werking met ingang van 1 januari 2012 2/8
D Hoofdstuk 5 VERGOEDINGEN EN TEGEMOETKOMINGEN Besluiten o.g.v. artikel 5.2 (buitenlandse dienstreis) Besluiten o.g.v. artikel 5.4.6 (hardheidsclausule) Besluiten o.g.v. artikel 5.9 (rechtsbijstand) Alle overige besluiten op grond van dit hoofdstuk Hoofdstuk 6 ARBEIDSDUUR EN WERKTIJDEN Alle besluiten op grond van dit hoofdstuk Hoofdstuk 7 VAKANTIE, VERLOF EN BUITENGEWOON VERLOF Besluiten o.g.v. artikel 7.3.9 (buitengewoon verlof in overige gevallen) Besluiten o.g.v. artikel 7.1.5 (aanwijzen brugdagen) Alle overige besluiten op grond van dit hoofdstuk Hoofdstuk 8 ZIEKTE EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID Besluiten o.g.v. artikel 8.5.3 (beroepsziekte/dienstongeval) Besluiten o.g.v. artikel 8.5.5 en 8.5.6 (geen aanspraak op bezoldiging en sanctieregime) Besluiten o.g.v. artikel 8.8.3 (aanvulling WIA bij beroepsziekte/dienstongeval) Alle overige besluiten op grond van dit hoofdstuk Hoofdstuk 9 OVERIGE RECHTEN EN PLICHTEN Besluiten o.g.v. artikel 9.1 (overplaatsing en tijdelijk ander werk) Besluiten o.g.v. artikelen 9.2 t/m 9.2.2 (aansprakelijkheid UMC/medewerker en vergoeding schade) Besluiten o.g.v. artikel 9.3 ( toestemming nevenwerkzaamheden)
B
A
RvB
B
A
RvB
C
B
A
RvB
D
C
B B
A A
RvB RvB
D
C
B
A
RvB
C zie opm.
B zie opm
A zie opm
RvB
A
RvB
A
RvB
A
RvB
A
RvB
A
RvB
D
C
C
C
B
B
D
C
B
A
RvB
D zie opm.
C zie opm.
B zie opm.
A zie opm.
RvB
A
RvB
A
RvB
B
Opmerking
T.a.v. verlof in het kader van verblijf in het buitenland (zie Richtlijn 14F) is uitsluitend de RvB bevoegd.
Het voorbehoud bij de aanstelling van specifieke functionarissen (zie artikel 2.3-e.v.) geldt ook bij overplaatsing en tijdelijk ander werk. Voor schadeclaims boven € 1500,-Voor schadeclaims tot € 1500,-- is de directeur Personeel en Organisatie bevoegd.
Vastgesteld door Raad van Bestuur op 1 november 2011 en treedt in werking met ingang van 1 januari 2012 3/8
Besluiten o.g.v. artikelen 9.6.1 en 9.6.2 (bijzondere ziektekosten/kosten behandeling beroepsziekte/dienstongeval) Alle overige besluiten op grond van dit hoofdstuk Hoofdstuk 10 OP NON-ACTIEFSTELLING Besluiten o.g.v. artikel 10.1 (inhouding bezoldiging bij van rechtswege op nonactiefstelling) Besluiten o.g.v. artikel 10.2 (op nonactiefstelling op andere gronden) Besluiten o.g.v. artikel 10.3 (horen en besluit handhaving op non-actiefstelling op andere gronden) Hoofdstuk 11 DISCIPLINAIRE STRAFFEN Alle besluiten op grond van dit hoofdstuk Hoofdstuk 12 EINDE DIENSTVERBAND Besluiten o.g.v. artikelen 12.2 en 12.3 (ontslag op verzoek en ontslag wegens pensioen en FPU) Besluiten o.g.v. artikelen 12.6, 12.7 en 12.9 (ontslag wegens niet tijdige werkhervatting, tussentijds ontslag en inzake politieke functie) Besluiten o.g.v. artikelen 12.8, 12.10, 12.11 en 12.13.1 (ontslag wegens reorganisatie, ziekte, op overige gronden en bij niet passende functie)
D
C
B
A A
RvB RvB
D
C
B
A
RvB
C
B
A
RvB
C
B
A
RvB
A
RvB
A
RvB
D
D
C
B
A
RvB
C zie opm.
B zie opm.
A zie opm.
RvB
B zie opm.
A zie opm.
RvB
Opmerking
Het voorbehoud bij de aanstelling van specifieke functionarissen (zie artikel 2.3-e.v.) geldt ook bij de besluitvorming t.a.v. handhaving op nonactiefstelling op andere gronden
Het voorbehoud o.g.v. de aanstelling van specifieke functionarissen (zie artikel 2.3-e.v.) geldt ook bij einde dienstverband op grond van dit artikel. Zie voor de bevoegdheden inzake belangrijke organisatieveranderingen en daarmee het van toepassing verklaren Sociaal Beleidskader. artikel 1.4 1e lid onder d en artikel 1.17 van de Bevoegdhedenregeling. Het voorbehoud o.g.v. de aanstelling van specifieke functionarissen (zie artikelen 2.3-e.v.) geldt ook bij einde dienstverband op grond van dit artikel. Inclusief aanwijzing tot herplaatsingskandidaat o.g.v. artikelen 12.8, 12.10, 12.11.
Vastgesteld door Raad van Bestuur op 1 november 2011 en treedt in werking met ingang van 1 januari 2012 4/8
D
C
B
A A zie opm.
RvB RvB
B
A
RvB
B zie opm.
A
RvB
A
RvB
A
RvB
A
RvB
Besluiten op grond van artikel 12.12 (ontslag op andere gronden)
Hoofdstuk 13 BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR BASISARTSEN EN ARTS-ASSISTENTEN Alle besluiten op grond van dit hoofdstuk en op grond van bijlage H (opleidingsreglement aios) Hoofdstuk 14 BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR MEDISCH SPECIALISTEN Besluiten o.g.v. artikel 14.5 (dienstverband universiteit) Besluiten o.g.v. artikel 14.7 (einde dienstverband) Hoofdstuk 15 BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR ACADEMISCH MEDISCH SPECIALISTEN Besluiten o.g.v. artikel 15.1 (toepassingsbereik < 18 uur en kaakchirurg) Besluiten o.g.v. artikelen 15.4.3, 15.4.4 en 15.4.5 (mobiliteitstoelage, managementtoelage en aanvulling salaris) Besluiten o.g.v. artikel 15.4.6 (excellentietoelage) Besluiten op grond van artikel 15.5 (gratificatie arbeidsduuroverschrijding) Besluiten o.g.v. artikel 15.8 (productiegebonden verlofdagen) Alle overige besluiten op grond van dit hoofdstuk Hoofdstuk 16 BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR LEERLINGEN
Opmerking Het voorbehoud o.g.v. de aanstelling van specifieke functionarissen (zie artikel 2.3-e.v.) geldt ook bij einde dienstverband op grond van dit artikel. Inclusief eventuele aanwijzing herplaatsingskandidaat.
Het voorbehoud bij de aanstelling van specifieke functionarissen (zie artikel 2.3-e.v.) geldt ook bij dit artikel. Door de Erasmus MC-vorming is dit artikel alleen van toepassing op hoogleraren.
RvB
B
A
RvB
A
RvB
A
RvB
Vastgesteld door Raad van Bestuur op 1 november 2011 en treedt in werking met ingang van 1 januari 2012 5/8
Alle besluiten op grond van dit hoofdstuk
Hoofdstuk 17 BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR OVERIG PERSONEEL IN OPLEIDING Besluiten o.g.v. artikel 17.3 (salaris/inschaling oio) Besluiten o.g.v. artikel 17.4.4 (promotiebonus oio) Besluiten o.g.v. artikel 17.5, 2e lid (herplaatsingsonderzoek) Hoofdstuk 18 KEUZEMODEL ARBEIDSVOORWAARDEN Besluiten o.g.v. artikel 18.5 (hardheidsclausule) Alle overige besluiten op grond van dit hoofdstuk BIJLAGEN Besluiten op grond van bijlage G (stagevergoeding)
D D zie opm.
C C zie opm.
B B zie opm.
A A
RvB RvB
B
A
RvB
B
A
RvB RvB
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
Opmerking Leerling verpleegkundigen behoren tot het taakgebied van het Opleidingsinstituut (directie O&O). T.a.v. beoordeling zie ook Richtlijn 4B: 1e leidinggevende stelt de beoordeling op, bij bedenkingen stelt de naasthogere leidinggevende vast.
Zie t.a.v. mandaten betreffende ontslag H12.
Opmerking
Richtlijnen 1 Richtlijn 3B FLEXIBEL PERSONEEL Alle besluiten op grond van deze richtlijn Richtlijn 3C MEDISCHE STUDENTENTEAMS Alle besluiten op grond van deze richtlijn Richtlijn 5A SALARIERING VAN MEDEWERKERS IN HET ERASMUS MC Alle besluiten op grond van deze richtlijn
1
In de richtlijnen staan ook informatie over besluiten die op grond van de CAO worden genomen. Voor deze besluiten gelden de mandaten zoals deze zijn geregeld voor de CAO-UMC. In deze matrix gaat het om besluiten die zijn grondslag hebben in de richtlijn (en dus niet in de CAO). Vastgesteld door Raad van Bestuur op 1 november 2011 en treedt in werking met ingang van 1 januari 2012 6/8
Richtlijn 5B AFBOUWREGELING ONREGELMATIGHEIDSTOESLAG Alle besluiten op grond van deze richtlijn Richtlijn 5C FUNCTIETYPERING EN FUNCTIEWAARDERING Alle besluiten op grond van deze richtlijn
Richtlijn 6A WOON-WERKVERKEER Alle besluiten op grond van deze richtlijn Richtlijn 6B VERHUISPLICHT Alle besluiten op grond van deze richtlijn Richtlijn 7A WERKTIJDREGELING EN DIENSTROOSTERS Alle besluiten op grond van deze richtlijn Richtlijn 9B ZIEKTEVERZUIM EN REINTEGRATIE Alle besluiten op grond van deze richtlijn Richtlijn 9C CONFLICTOPLOSSING Besluiten op bezwaar
Alle overige besluiten op grond van deze richtlijn Richtlijn 10A HERPLAATSINGEN Aanwijzing tot herplaatsingskandidaat wegens onverenigbaarheid van karakters Plaatsing/proefplaatsing/bovenformatieve plaatsing
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
A zie opm.
RvB
D
C
B
A
RvB
D
C
B
A
RvB
D zie opm.
C zie opm.
B zie opm.
A zie opm.
RvB
Opmerking
Geldt niet t.a.v. besluiten m.b.t. toevoegen functietypering functiegebouw dan wel aanpassing van functietypering of competentieprofiel (=RvB)
De portefeuillehouder is bevoegd tot beslissen op bezwaar tegen besluiten van een lager gemandateerde. (zie art. 1.4, 2e lid Bevoegdhedenregeling).
Overige herplaatsingen vinden plaats op grond van het betreffende CAO-artikel Het voorbehoud bij de aanstelling van specifieke functionarissen (zie artikel 2.3-e.v.) geldt ook bij plaatsing.
Richtlijn 14H BINDINGSPREMIE, ARBEIDSMARKTTOELAGE EN SCHAARSTETOESLAG
Vastgesteld door Raad van Bestuur op 1 november 2011 en treedt in werking met ingang van 1 januari 2012 7/8
D
C
B
A
RvB RvB
Opmerking Na advisering door Toetsingscommissie schaarstetoeslag T.a.v. bindingspremie en arbeidsmarkttoelage, zie betreffende CAO-artikel
D zie opm.
C zie opm.
B zie opm.
A zie opm.
RvB
Het voorbehoud bij de aanstelling van specifieke functionarissen (zie artikel 2.3-e.v.) geldt ook bij plaatsing.
D
C
B
A
RvB
Besluiten m.b.t. toekenning schaarstetoeslag
SOCIAAL BELEIDSKADER 2009-2011 Plaatsing
Aanwijzing tot herplaatsingskandidaat
Vastgesteld door Raad van Bestuur op 1 november 2011 en treedt in werking met ingang van 1 januari 2012 8/8