Beleidsplan 2014 – 2017 “SamenWerken”
Drachten-Smallingerland
bezoekadres Gauke Boelensstraat 2 9203 RM Drachten postadres Postbus 10.000 9200 HA Drachten
1
telefoon 0512 – 58 12 34 internet www.smallingerland.nl e-mail
[email protected]
2
Kerngegevens Realisatie 2010
Realisatie 2011
Realisatie 2012
Aantal inwoners - inwoners < 20 jaar - Inwoners > 64 jaar
55.434 13.641 9.659
55.501 13.512 10.005
55.454 13.410 10.345
Aantal woonruimten (naast woningen ook
25.109
25.240
25.551
Leerlingen primair onderwijs Leerlingen voorgezet onderwijs Leerlingen expertisecentra
5.800 4.922 826
5.750 5.050 900
5.610 4.944 827
Aantal bijstandgerechtigden *) WWB en WIJ
1.489
1.500
1.541
Aantal uitkeringsontvangers
4.713
4.804
4.972
Aantal lage inkomens
8.630
8.350
8.350
nb nb
23.347 5.374
22.623 5.428
63.250 84.300
63.250 84.340
63.240 83.900
2.840
3.055
3.055
nb
9.4%
9.9%
12.614
12.618
12.618
606 (+ 2,3%)
658 (+8,6%)
664 (+0.9%)
*)
bijvoorbeeld recreatie en zorgcomplexen)
*)
Aantal banen >15 uur per week *) Aantal banen <15 uur per week Klantenpotentieel lokaal Klantenpotentieel regionaal Bedrijfsvestigingen Werkloosheidspercentage
*)
Hectare land en binnenwater Lokale lasten gemiddeld gezin met **) een eigen woning
Gegevens gemarkeerd met *) komen uit gemeentelijke administraties, met **) uit de COELOaltas. De andere zijn afkomstig uit de meest recente publicaties voor het Gemeentefonds. Daarin worden soms gegevens uit voorgaande jaren als bron gehanteerd. Recente ontwikkelingen kunnen daardoor na-ijlen of later tot bijstelling van gegevens uit vorige jaren leiden.
3
Aanbiedingsbrief Het Beleidsplan 2014-2017 bouwt verder op de thema’s van de raadsperiode die over enkele maanden tot een einde komt. Het speerpunt ‘ werk, werk, werk’ uit ons collegeprogramma blijft onverminderd actueel en lijkt dat de komende jaren ook te blijven. Zoals aangekondigd in de perspectiefnota bevat dit beleidsplan een evaluatie van ons collegeprogramma, waarin we ook op dit punt zullen ingaan. Als gemeente hebben we een belangrijke rol om als het om werkgelegenheid gaat initiatieven te nemen, te ondersteunen en aan te jagen. Dat doen we als één van de spelers in een pluriforme groep van organisaties, ondernemingen en overheden, die werkt aan een gezamenlijk belang. Daar ligt de oorsprong van de titel van dit beleidsplan, ‘Samenwerken’. Samenwerking keert terug in veel elementen uit het investeringsprogramma van dit beleidsplan. We noemen de Samenwerkingsagenda en de samenwerking met de Provincie Fryslân, het samen met schoolbesturen realisatie van onderwijshuisvesting, de Streekagenda, de aanpak van de cultuurhuisvesting met De Lawei en De Meldij, de samenwerking met ondernemers en onderwijs om vraag op de arbeidsmarkt af te stemmen op het opleidingsaanbod, maar ook de voltooiing van de centrumplannen samen met projectontwikkelaars en beleggers. Niet onbelangrijk is de betrokkenheid van burgers via allerhande vormen van participatie en inspraak. Zo leidt samenwerking tot draagvlak en tot een vergroting van realisatiekansen, met de mogelijkheid alternatieve dekkingsmiddelen aan te boren en in te zetten. Tot en met 2017 staat een eenmalige inzet gepland voor nieuw beleid van ruim € 46 miljoen voor tal van projecten. Daarnaast bevat dit beleidsplan bijna € 0,6 miljoen aan nieuw structureel beleid. Vergeleken met de Perspectiefnota 2014-2017 hebben we enkele aanvullingen opgenomen. De economische crisis blijft vragen om maatregelen van – met name – de rijksoverheid. Die maatregelen hebben hun weerslag op onze structurele en eenmalige financiële positie. Vergeleken met de perspectiefnota van eerder dit jaar zijn sommige gevolgen van Haagse bezuinigingen voor gemeenten nu beter te duiden en financieel te vertalen. De Mei- en Septembercirculaire vallen samen aanvullend structureel € 2,1 miljoen negatief voor ons uit. Dat is in dit beleidsplan meegenomen. Voor de ophanden zijnde decentralisaties geldt dat niet. Er is nog onvoldoende duidelijkheid (en zekerheid) over de taken, verantwoordelijkheden en bijbehorende middelen die overgaan van het rijk naar de gemeenten. Dat neemt niet weg dat we in samenwerking met een groot aantal organisaties in provinciaal verband – waar mogelijk – bezig zijn met de voorbereiding op onze nieuwe taken. In de Perspectiefnota 2014-2017 noemden we drie financiële vertrekpunten. We spraken de verwachting uit dat we deze bij het beleidsplan konden handhaven. Die verwachting komt uit: -
-
-
In 2014 is er een structureel sluitende begroting (met een ruimte van € 2 miljoen). In de jaren erna ontstaat een structureel tekort. Dat tekort is ten opzichte van de perspectiefnota, met name voortkomend uit rijksbeleid, toegenomen van € 1 miljoen naar € 3 miljoen. We zetten, vergeleken met het Beleidsplan 2013-2017 in op aanvullend € 7,4 miljoen nieuw eenmalig beleid. Dit was € 5 miljoen in de perspectiefnota. Daarbij is er een eenmalige ruimte van ruim € 3,2 miljoen en een weerstandsvermogen van € 19,7 miljoen. Bij de perspectiefnota ging dit om € 1,1 miljoen en € 19,3 miljoen. De lokale lastendruk daalt in 2014. Dit komt door een lagere rekenrente en aanpassingen in de overheadtoerekening. In combinatie met een eenmalige verlaging met € 50 van de afvalstoffenheffing vallen deze ontwikkelingen samen gunstiger uit dan de verhoging van heffingen met de trendmatige ontwikkeling van lonen en prijzen van 2,95%. 4
De keuze bij de perspectiefnota, om niet in te zetten op een structureel sluitende begroting vertaalt zich in dit beleidsplan in een grotere opgave voor de toekomst. Het negatieve saldo in 2017 van afgerond structureel € 3 miljoen. Het wegnemen van dit saldo wordt een opgave voor de nieuwe raadsperiode. Met de raad is een proces afgesproken om inzicht te verschaffen in de inhoudelijke en financiële gevolgen van bezuinigingsmogelijkheden. We houden er rekening mee dat de financiële opgave er bij de perspectiefnota van volgend jaar weer anders uitziet. Dit kan even goed een positieve als een negatieve ontwikkeling betekenen. Afgezien van de effecten van de decentralisaties, die onvoorspelbaar zijn, zijn in dit beleidsplan alle noodzakelijke en onvermijdelijke ontwikkelingen verwerkt. Naast de eerder genoemde circulaires zijn er – zoals ook al opgenomen in de perspectiefnota – reserveringen gemaakt voor het structurele onderhoud van kapitaalgoederen. Voor de Wet Werk en Bijstand is aangesloten bij de meest actuele cijfers van het rijk, met als gevolg dat onze afhankelijkheid van aanvullende uitkeringen sterk is teruggelopen. We hebben budgetneutraal enkele aanpassingen gepleegd, zodat ons loongebouw en de toerekening aan het grondbedrijf weer toekomstbestendig zijn. Door maximaal op te nemen wat financieel moet en onvermijdelijk is, ontstaat voor de toekomst een zo reëel mogelijk beeld. Bij die onvermijdelijkheden hoort ook een afweging over de hoogte van de leges voor de omgevingsvergunning. Onze huidige tarieven horen bij de laagste van het land, maar ze blijken in de praktijk niet kostendekkend te zijn. De gerealiseerde baten blijven ver achter bij de ramingen. Bij de perspectiefnota hebben we voorgesteld de tarieven met ingang van 2014 te verhogen met 130%, om daarmee het uitgangspunt van volledige kostendekkendheid uit ons collegeprogramma te realiseren. De raad heeft ons gevraagd alternatieven aan te reiken. Onze inzet was om bij dit beleidsplan aanvullende informatie beschikbaar te hebben. Het blijkt erg ingewikkeld te zijn om tot betrouwbare vergelijkingen te komen van formatie, productie en tarieven. We stellen daarom voor om voor 2014 de tarieven ongewijzigd te laten en op een later moment in 2014, op basis van voldoende betrouwbaar materiaal een besluit te nemen over een eventuele aanpassing. Onze inzet zal daarbij gericht blijven op 100% kostendekking. Het mogelijke nadelige effect van deze benadering in 2014 zal bij de concernrapportages moeten worden opgelost. In ons collegeprogramma gaven we in 2010 aan voor een grote opgave te staan. We hebben ervoor gekozen in te blijven zetten op ontwikkeling. Dat doen we ook in ons laatste beleidsplan. We blijven investeren in nieuw beleid en verwerken vanuit een realistisch perspectief onontkoombare financiële gevolgen. Zo geven we invulling aan de ambities en speerpunten uit ons collegeprogramma en laten we keuzes voor de periode die gaat volgen aan de besturen van dat moment. Drachten, oktober 2013 Burgemeester en wethouders van Smallingerland,
secretaris drs. E. Bos
burgemeester drs. T. van Bekkum
5
Inhoudsopgave Kerncijfers Aanbiedingsbrief Inhoudsopgave
3 4 6
1. Samenvatting 1.1 Leeswijzer 1.2 Ontwikkeling financiële ruimte 1.3 Prijsaccressen en lokale heffingen 1.4 Nieuw beleid 1.5 Financieel overzicht totale begroting
7 7 7 7 8 9
2. Evaluatie collegeprogramma
10
3. Ontwikkeling financieel kader
14
3.1 3.2 3.3 3.4
Leeswijzer Ontwikkeling structurele ruimte Ontwikkeling eenmalige ruimte Niet-kwantificeerbare ontwikkelingen, risico's en onzekerheden
14 14 16 18
4. Beleidsprogramma’s
21
4.1 Leeswijzer Gemeenteraad Burger en bestuur Economie Werk en inkomen Wonen Onderwijs Sport en recreatie Cultuur Welzijn en zorg Leefomgeving Veiligheid Bedrijfsvoering
21 22 26 30 36 42 48 54 60 64 70 80 84
5. Paragrafen 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8
88
Leeswijzer Lokale heffingen Weerstandscapaciteit Onderhoud kapitaalgoederen Financiering Bedrijfsvoering Grondbeleid Verbonden partijen
88 88 91 93 96 98 98 100
6. Vaststelling
103
6.1 Leeswijzer 6.2 Vaststelling financiële middelen per programma 6.3 Vaststellingsbesluit
Bijlagen A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K.
103 103 104
105
Detailoverzicht structureel nieuw beleid Detailoverzicht eenmalig nieuw beleid en doorgeschoven middelen Ontwikkeling algemene reserve Ontwikkeling bestemmingsreserves Niet-trendmatige ontwikkelingen Trendmatige ontwikkelingen Productenramingen Subsidiestaat Verbonden partijen Totaaloverzicht bezuinigingen Tussenbalans collegeprogramma
6
106 107 109 111 112 113 114 116 117 118 120
1. Samenvatting 1.1
Leeswijzer
In dit hoofdstuk vatten we het Beleidsplan 2014-2017 samen. We gaan in op de ontwikkeling van de financiële ruimte, overige ontwikkelingen, nieuw beleid en de ontwikkeling van de lokale lasten. We sluiten af met een overzicht van de totale begroting op programmaniveau. 1.2
Ontwikkeling financiële ruimte
Sinds de Perspectiefnota 2014-2017 aan de raad is aangeboden hebben verschillende ontwikkelingen onze structurele en eenmalige ruimte beïnvloed. Structureel is de ruimte afgenomen met € 2 miljoen. Dit heeft een aantal oorzaken, waarvan de effecten van de Meien Septembercirculaire de belangrijkste zijn. Eenmalig is onze ruimte toegenomen met ruim € 2 miljoen. Dit is voornamelijk het gevolg van vrijvallende reserveringen, een positief saldo in Concernrapportage 2013-II, aangevuld met positieve rente-effecten. Ontwikkeling financiële ruimte Bedragen x € 1.000
Perspectiefnota 2014-2017 Ontwikkeling Beleidsplan 2014-2017
Structureel -944 -1.996 -2.940
Eenmalig 1.110 2.136 3.246
Verschillende ontwikkelingen zijn in hun inhoudelijke en financiële uitwerking nog onzeker. Ze zijn in dat geval nog niet verwerkt in dit beleidsplan. De aanstaande decentralisaties van het rijk zijn hier het meest in het oog springende voorbeeld van. We constateren dat het negatieve structurele perspectief vanaf 2015 ontstaat. In 2014 is er nog sprake van een ruimte van bijna € 2 miljoen. Op basis daarvan handhaven we onze lijn uit de perspectiefnota, waarin we afzien van bezuinigingsvoorstellen om in meerjarenperspectief te komen tot een sluitende begroting. Deze bezuinigingskeuzes zullen in 2014 worden gemaakt door een nieuwe gemeenteraad, op basis van de actuele financiële inzichten van dat moment. Na afstemming met de raad is een proces gestart om inzicht te verschaffen in de mogelijkheden en onmogelijkheden van bezuinigingen. Ter dekking van risico's is een eenmalig weerstandsvermogen beschikbaar van € 19,7 miljoen. Naast een algemeen deel van € 5 miljoen is er € 9,7 miljoen opzij gezet voor risico's in grondbedrijfprojecten en € 5 miljoen voor risico's bij verbonden partijen. We achten dit bedrag toereikend om in voorkomende gevallen kosten te kunnen dekken, dan wel enige tijd te overbruggen. 1.3
Prijsaccressen en lokale heffingen
Evenals in voorgaande jaren worden lokale heffingen, leges en tarieven geïndexeerd in verband met loon- en prijsontwikkelingen, zoals voorzien door het Centraal Plan Bureau. In 2014 bedraagt de aanpassing 2,95 %. De rioolbelasting voor eigenaren wordt € 172 (in 2013 € 171). De afvalstoffenheffing wordt in 2014 eenmalig verlaagd met € 50 per huishouden. Het tarief voor meerpersoonshuishoudens daalt van € 205 naar € 161 en van eenpersoonshuishoudens van € 174 naar € 130. In de paragraaf lokale heffingen wordt op beide ontwikkelingen teruggekomen.
7
1.4
Nieuw beleid
Tot aan 2017 wordt bijna € 0,6 miljoen ingezet voor structureel nieuw beleid. Dekking voor het onderwijshuisvestingplan (€ 0,4 miljoen) is hierin het grootste deel. Verder is € 100.000 gereserveerd voor noodzakelijk onderhoud aan oeverbeschoeiing, is € 60.000 opgenomen voor groot onderhoud aan gebouwen en zijn er daarnaast nog enkele wat kleinere onderwerpen. Structureel nieuw beleid In mutaties ten opzichte van voorgaande jaren (- = nadeel) Bedragen x € 1.000
Programma 6 Onderwijs 10 Leefomgeving 12 Bedrijfsvoering
2014 -400 -122 -60 -582
2015
2016
2017
Totaal -400 -122 -60 -582
In dit beleidsplan is ruim € 46 miljoen opgenomen aan eenmalig nieuw beleid. Het bedrag van € 20 miljoen voor de samenwerkingsagenda vormt samen met middelen voor de cultuurhuisvesting, centrumplannen, Drachtstervaart, verkeersprojecten en investeringen in sportaccommodaties de hoofdmoot. Eenmalig nieuw beleid (- = nadeel) Bedragen x € 1.000
2 3 4 5 7 8 9 10 11 12
Programma Burger en Bestuur Economie Werk en Inkomen Wonen Sport en Recreatie Cultuur Welzijn en Zorg Leefomgeving Veiligheid Bedrijfsvoering
2014 352 -40 -1.000 -2.500 -1.865 -7.289 -295 -5.717 -35 -20 -18.409
2015 -470 -3.110
2016
2017
-80
-40
-86
-2.050
-368
-295 -8.551
-250 -5.192
-7.100
-120 -12.632
-7.572
-7.508
Totaal -118 -3.270 -1.000 -2.500 -4.369 -7.289 -840 -26.560 -35 -140 -46.121
Een nadere toelichting op alle nieuw beleid vindt u in de programma’s uit hoofdstuk 4.
8
1.5
Financieel overzicht totale begroting
Per programma zijn in het onderstaande overzicht de totale baten en lasten opgenomen. Hierbij zijn bestaand en nieuw beleid bij elkaar opgeteld. Hoofdstuk 4 biedt u per programma meer inzicht in zowel het nieuw beleid, de baten en lasten als ook in de onttrekkingen aan reserves. In hoofdstuk 6 wordt de formele recapitulatie gepresenteerd die is bedoeld voor de vaststelling van de begroting door de raad en daarmee de autorisatie van het college om verplichtingen aan te gaan. Begroting 2014 (- = nadeel) Bedragen in €
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Programma Gemeenteraad Burger en Bestuur Economie Werk en Inkomen Wonen Onderwijs Sport en recreatie Cultuur Welzijn en Zorg Leefomgeving Veiligheid Bedrijfsvoering Structureel vrije ruimte Totaal voor resultaatbepaling Toevoeging bestemmingsreserves Onttrekking bestemmingsreserves Toevoeging algemene reserve Onttrekking algemene reserve Totaal
Lasten 973.230 3.896.220 2.599.030 50.972.580 12.057.760 11.695.550 6.888.780 13.026.500 20.309.260 31.573.860 2.882.690 15.833.630 1.997.260 174.706.350 737.640
Baten 0 74.101.810 545.500 41.742.440 7.854.160 1.747.720 966.450 0 1.088.000 15.306.290 109.310 10.032.230 0 153.493.910 238.700
4.030.290 179.474.280
9
25.741.670 179.474.280
Saldo -973.230 70.205.590 -2.053.530 -9.230.140 -4.203.600 -9.947.830 -5.922.330 -13.026.500 -19.221.260 -16.267.570 -2.773.380 -5.801.400 -1.997.260 -21.212.440 -737.640 238.700 -4.030.290 25.741.670 0
2. Evaluatie collegeprogramma In het laatste beleidsplan van deze raadsperiode willen we stilstaan bij de voornemens uit ons collegeprogramma 2010-2014. Als vertrekpunt voor deze evaluatie nemen we de tussenbalans die was opgenomen in de Perspectiefnota 2013-2016, zodat we gerealiseerde onderwerpen niet hoeven te herhalen. Destijds was de conclusie dat 'het schip op koers' lag. Een evaluatie is normaal gesproken een afsluiting, waarbij de vraag kan worden gesteld of 'het schip de haven heeft bereikt'. In dit geval zijn er verschillende zaken die doorlopen in – en wellicht zelfs tot na – de volgende raadsperiode. Het schip zal dus blijven doorvaren. We hebben samen met anderen een omvangrijk en ambitieus investeringsprogramma neergezet, waarvan de uitvoering op verschillende punten in gang is gezet en op andere onderdelen volop wordt voorbereid. Dit programma vloeit logischerwijze voort uit de speerpunten van ons collegebeleid van de afgelopen periode. Het zal op een later moment vruchten afwerpen. We gaan kort in op de speerpunten van ons collegeprogramma en lopen daarna het programma door aan de hand van de openstaande punten van de tussenbalans uit de Perspectiefnota 2013-2016. De tussenbalans is opgenomen in bijlage K. Speerpunten Werk, werk, werk was – en geldt spijtig genoeg nog steeds als – het belangrijkste mantra. Direct en indirect zullen de beoogde investeringen hier een bijdrage aan leveren. De grote projecten die we vier jaar geleden benoemden zijn allemaal onomkeerbaar in gang gezet, dan wel naderen hun afronding. Op het Raadhuisplein worden de eerste winkels in 2014 in gebruik genomen, nadat bezoekers hun auto in de parkeergarage eronder hebben gezet. Binnen enkele maanden zal de gehele nieuwbouw van Liudger gereed zijn, wanneer na het Splittingdeel ook het deel aan de Raai wordt opgeleverd. Samen met de investeringen van ROC Friese Poort begint het Leerpark zo meer en meer gezicht te krijgen. De vaart komt erin! Aan het Moleneind wordt volop gewerkt aan de heropening van de Drachtstervaart. De ver(nieuw)bouw van De Lawei en De Meldij is gestart. Bij aanvang van het seizoen 2014/2015 zullen de werkzaamheden klaar zijn. De spoorlijn komt er niet. Onze inzet op een alternatief heeft in goed overleg met de Provincie Fryslân geleid tot de Samenwerkingsagenda 2.0. Hierbij waren de mogelijke oplossingen leidend en niet eventuele problemen. Deze agenda bevat investeringsplannen en financiële middelen, waarmee kan worden ingezet op bereikbaarheid en werkgelegenheid. In onze ogen is dit een voorbeeld om via gezamenlijke ontwikkeling kansen te benutten. Ondanks alle bezuinigingen is het sterke sociale gezicht van Smallingerland behouden gebleven. Er zijn structureel extra middelen ingezet om bij toenemend gebruik het minimabeleid op niveau te houden en schuldhulpverlening uit te breiden. Onderzoeken laten zien dat klanten tevreden zijn over het voorzieningenaanbod in de Wmo. Wat de WMO betreft, is gestart met een integrale uitwerking van de gevolgen van de decentralisaties. Het WMO-beleidsplan dat in deze collegeperiode is vastgesteld, dient hiervoor als vertrekpunt. Het is gelukt om tot en met 2014 sluitende begrotingen te presenteren. Om dit te bereiken is in totaal ruim € 5 miljoen structureel bezuinigd. In dit beleidsplan is vanaf 2015 sprake van een structureel tekort dat oploopt tot bijna € 3 miljoen in 2017. Het is voor ons een erg ongebruikelijke situatie om een dergelijk perspectief voor te leggen aan de gemeenteraad. 10
We zijn van mening dat het sluitend maken van de begroting zodanige keuzes vraagt dat hiervoor meerjarig draagvlak is in een nieuwe raadsperiode. De sluitende begroting voor 2014 en het eenmalig weerstandsvermogen van bijna € 20 miljoen zijn in onze ogen de resultaten van een gezond en evenwichtig financieel beleid. Werk en inkomen De werkloosheid is sinds de tussenbalans toegenomen. Medio 2013 zaten we in Smallingerland op 11,1%, waar het Friese gemiddelde 9,7% was. De doelstelling om het verschil met het Friese gemiddelde te verkleinen zal daarmee niet worden gehaald. Waar Smallingerland vanuit de regiofunctie in tijden van groei relatief sterk profiteert, hebben we relatief veel last van de economische crisis. Dat vraagt om nog meer gerichte inzet, zowel in de re-integratie als in de acquisitie, zowel voor nieuwe als bestaande ondernemers, gericht op de bovenkant en de onderkant van de arbeidsmarkt. We noemen een aantal acties en resultaten: -
-
De structurele rijksmiddelen voor re-integratie lopen terug. We hebben Europees geld binnengehaald om in te kunnen blijven zetten op de reactivering van jongeren. Met grote betrokkenheid van de raad is in 2012 ons economisch beleidsplan vastgesteld. De inzet op innovatie is een belangrijk onderdeel van de Samenwerkingsagenda met de provincie. Hiervoor is € 16 miljoen gereserveerd als cofinanciering voor een zelfde bedrag uit het bedrijfsleven. In het innovatiecluster weten enkele grote Smallingerlandse ondernemingen elkaar inmiddels steeds beter te vinden. In het O3-project werken onderwijs, ondernemers en overheid samen om de vraag naar arbeidskrachten en het aanbod uit onderwijs en uit de arbeidsmarkt beter op elkaar aan te sluiten. De samenwerking met de provincie en de F4- gemeenten, de vier grootste gemeenten van Friesland, heeft een structurele inbedding gekregen. We blijven onze gemeente samen met lokale ondernemers promoten en profileren op bedrijfsbeurzen. Het ondernemersfonds voor ondernemers in het centrum van Drachten is operationeel. Onderzoek naar verbetering van de bereikbaarheid van onze haven via de vaarweg Drachten is één van de onderwerpen van de Samenwerkingsagenda.
Naast deze positieve ontwikkelingen moeten we constateren dat in lijn met het landelijke beeld de verkoop van kavels nagenoeg geheel tot stilstand is gekomen. Er wordt onderzoek gedaan naar ons grondprijzen beleid. Bij concrete belangstelling gaan we na in welke mate ruimtelijke aanpassingen acceptabel zijn, om daarmee verkoop te bevorderen. Ruimte, Wonen, Duurzaamheid Bij de speerpunten refereerden we al aan het afmaken van het Raadhuisplein en de heropening van de Drachtstervaart. Voor Vogelzang zullen we de raad een voorstel doen, waarbij aansluiting wordt gezocht op het kwaliteitsniveau van de Stationsweg en de centrumplannen. Het GVVP is eind 2013 vastgesteld door de raad. Bereikbaarheid is een belangrijk thema in de Samenwerkingsagenda met de provincie. We zetten onder meer in op een ontsluiting vanaf de A7 naar Drachten Zuid en op realisatie van een transferium en plus-haltes. Op verschillende plekken in de gemeente zijn verkeersaanpassingen gemaakt, ter bevordering van de doorstroming en/of de verkeersveiligheid. Er liggen nog verschillende ambities. De meeste hiervan zijn voorzien van middelen en kunnen in de komende jaren worden gerealiseerd.
11
De herstructurering van Noordoost en De Bouwen loopt nog enige tijd door. De financiële mogelijkheden van woningbouwcorporaties nemen af. Er zijn afspraken gemaakt over de continuering van hun inzet in deze beide projecten. We hebben ingezet op ISV-subsidie voor nieuwe projecten. Die zullen qua schaal en kosten beperkter van omvang zijn. In deze raadsperiode wordt uitsluitsel over onze aanvraag verwacht. De structuurvisie zal eind 2013 ter vaststelling aan de raad worden aangeboden. Deze visie geeft richting aan de gewenste ruimtelijke inrichting van Smallingerland. We hebben met de raad, de dorpen en het maatschappelijk middenveld gesproken over de effecten van de afnemende bevolkingsgroei. Hieruit kwam naar voren dat vooral het behoud van kindvoorzieningen aandacht vraagt. In enkele dorpen zijn hiervoor al eerste aanzetten gegeven. We zullen de raad verslag doen van onze bevindingen en voornemens. In deze raadsperiode wordt een nieuwe welstandsnota voorbereid. Om in te zetten op duurzaamheid zijn eenmalige middelen gereserveerd. De inzet hiervan zal nader worden uitgewerkt. Een brainstormsessie met de raad heeft hiervoor de nodige inbreng opgeleverd. Cultuur De ver(nieuw)bouw van De Lawei en De Meldij is gestart. De beide instellingen hebben zich uitgesproken over samenwerking en samenvoeging. Daarmee ontstaat op inhoud, huisvesting en exploitatie een toekomstbestendige situatie voor het podium- en cultuureducatieaanbod in Smallingerland. Ook de opwaardering van Iduna tot volwaardig poppodium is begonnen. Na realisatie van deze beide bouwprojecten is de huisvesting van alle cultuurinstellingen in Drachten weer bij de tijd. De bibliotheek en het museum realiseerden al eerder aanpassingen. Toerisme, Recreatie, Sport Het nieuwe sportbeleidsplan is tot stand gekomen via een projectmatige opzet, waarin de raad meer aan de voorkant van het proces is betrokken. In regioverband wordt gewerkt aan een Streekagenda om zo onder meer een impuls te geven aan recreatie en toerisme in onze regio. In december 2013 zal de raad om instemming worden gevraagd. Voor zwembad De Welle wordt een werkconferentie met experts georganiseerd. De informatie die hiermee wordt gegenereerd kan worden gebruikt ter voorbereiding op toekomstkeuzes in 2016. Er is voorzien in structurele financiële dekking voor de combinatiefuncties, waardoor de continuering van bewegingsstimulering is geborgd. Samenwerking Wat samenwerking aangaat, is het accent in de tweede helft van deze periode verschoven van discussies over herindeling naar gesprekken over het samen realiseren van kansen. We noemen in dit verband de Samenwerkingsagenda met de provincie, afstemming in F4verband en de samenwerking in de regio Zuidoost voor de Streekagenda.
12
Het voorliggende beleidsplan voorziet in middelen om de communicatie van onze gemeente in brede zin verder te ontwikkelen en te verbeteren. Financiën We haalden eerder de gerealiseerde bezuinigingen aan, evenals het niet sluitende structurele perspectief. Een ander belangrijk financieel punt is de ontwikkeling van de lokale lastendruk. Deze is naar onze mening redelijk geweest. In de basis zijn – zoals gebruikelijk – de ontwikkelingen van lonen en prijzen gevolgd. We zijn er daarbij in geslaagd om een structurele en een eenmalige verlaging te realiseren van de afvalstoffenheffing. Voor begraafrechten is inmiddels ingestemd met tariefverhogingen. Voor de omgevingsvergunning achten we dit eveneens onvermijdbaar. Het is echter op dit moment niet mogelijk een voldoende betrouwbare referentie te maken van de noodzakelijke formatie en kosten in relatie tot de productie. We komen hierop zo snel mogelijk terug met een voorstel. Onze inzet zal zich blijven richten op 100% kostendekking van de leges. Hoewel zulke voorstellen niet prettig zijn, achten we het niet verantwoord ze achterwege te laten. Minder dan 100% kostendekking vergroot de structurele opgave in de begroting. Het gevolg daarvan is dat er keuzes ten koste van het collectief gemaakt moeten worden, ter behoud van het incidentele individuele voordeel. Dat vonden we bij aanvang van deze periode geen wenselijke situatie. Dat vinden we nog steeds.
13
3. Ontwikkeling financieel kader 3.1
Leeswijzer
In dit hoofdstuk worden de ontwikkelingen in de structurele en eenmalige ruimte beschreven sinds de Perspectiefnota 2014-2017. In paragraaf 3.2 beschrijven we de ontwikkelingen in de structurele ruimte. Paragraaf 3.3 bevat een toelichting op de eenmalige ruimte. In paragraaf 3.4 treft u een overzicht aan van de niet-kwantificeerbare ontwikkelingen, risico's en onzekerheden. 3.2
Ontwikkeling structurele ruimte
De volgende tabel toont de ontwikkeling van de structurele ruimte van de perspectiefnota naar het beleidsplan. We lichten vervolgens deze ontwikkelingen toe.
Ontwikkeling structurele ruimte van perspectiefnota naar beleidsplan (- = nadeel) Bedragen x € 1 miljoen
Perspectiefnota a) b) c) d) e) f) g) h)
-944
Gemeentefonds Trendmatige ontwikkeling Niet-trendmatige ontwikkeling Regionalisering brandweer Ruimtescheppende maatregelen Aanpassing interne rekenrente WWB Concernrapportage 2013-II
-2.119 224 127 -176 -439 237 -91 241
Beleidsplan
-2.940
a) Gemeentefonds De doorrekening van de Mei- en Septembercirculaire geeft ten opzichte van de perspectiefnota een structurele teruggang van ruim € 2,1 miljoen. De voornaamste oorzaak hiervan is de doorwerking van rijksbezuiniging van € 6 miljard in een voor ons € 1,8 miljoen lagere uitkering. Daarnaast zijn er nog diverse kleinere voor- en nadelen die onder andere ontstaan door ontwikkeling van het aantal bijstandontvangers, aantal inwoners etc. b) Trendmatige ontwikkeling Verfijning van de trendmatige ontwikkeling leidt vergeleken met de perspectiefnota tot een positieve bijstelling van € 224.000. c) Niet-trendmatige ontwikkeling Ten opzichte van de perspectiefnota is één onderdeel aangepast. Dit is de beheersbegroting. Zoals elk jaar leidt de vertaling van de globale doorrekeningen van de perspectiefnota naar gedetailleerde ramingen in het beleidsplan tot verschillen. Die vallen dit keer structureel € 127.000 positief uit.
14
d) Regionalisering brandweer Na de behandeling van de perspectiefnota is in regioverband besloten om naast alle brandweergerelateerde personeel en materieel ook het vastgoed over te dragen. Het nadelige herverdeeleffect wordt daarmee groter. Voor ons gaat het, oplopend tot en met 2018, om ruim € 200.000. Binnen de planperiode van dit beleidsplan is hiervan € 176.000 structureel verwerkt. e) Ruimtescheppende maatregelen De creatie van structurele ruimte ten koste van eenmalige middelen is in dit beleidsplan verplaatst van 2014 naar 2015. Daarmee kan deze beweging bij een volgende perspectiefnota in samenhang met andere afwegingen en bezuinigingskeuzes opnieuw worden afgewogen. Wel moeten we constateren dat het effect van de maatregelen structureel € 439.000 ongunstiger uitvalt. Dit komt omdat het Rijk in de Septembercirculaire heeft aangegeven dat de OZB-suppletie aan gemeenten wordt afgebouwd. f)
Aanpassing interne rekenrente In de Perspectiefnota 2014-2017 was het structurele effect van de aanpassing van de interne rente van 5% naar 4% gecalculeerd op € 740.000. Bij de uitwerking naar het beleidsplan is deze calculatie verder verfijnd. Daarbij blijken vooral de effecten die samenhangen met heffingen voordeliger uit te vallen. Dit geeft een groter positief effect op de structurele ruimte van € 233.000.
g) Wet Werk en Bijstand (WWB) Vergeleken met de perspectiefnota hebben we twee op zichzelf staande ontwikkelingen financieel vertaald, die per saldo een structureel nadeel geven van € 91.000. In de Septembercirculaire is rekening gehouden met een aanzienlijke toename in de komende jaren van het aantal bijstandscliënten. Daarmee ontvangen we een vergoeding voor toenemende uitvoeringskosten. Voor evenwichtigheid in de begroting is het nodig om vervolgens ook voor deze kosten te ramen. Aansluitend op de aantallen in het gemeentefonds reserveren we oplopend naar 2017 structureel € 894.000 aan lasten. Kort voor de afronding van het beleidsplan ontvingen we een nieuwe beschikking voor het inkomensdeel van de Wet Werk en Bijstand. Als gevolg van een hoger macrobudget neemt onze rijksvergoeding aanzienlijk toe. Een deel van deze toename moet worden gereserveerd voor een voorziene stijging van het aantal bijstandscliënten. Per saldo blijft er dan vanaf 2014 structureel een voordeel van € 803.000 over. h) Concernrapportage 2013-II Enkele onderdelen uit Concernrapportage 2013-II hebben een structurele doorwerking. We noemen in dat verband de voordelige doorwerking van de aanbesteding van het leerlingenvervoer en de hogere opbrengst van de OZB. Voor meer informatie verwijzen we naar de concernrapportage.
15
De onderstaande tabel laat de ontwikkeling van de structurele ruimte zien sinds het vorige beleidsplan. De bedragen die zijn opgenomen, zijn een optelsom van de ontwikkelingen die hiervoor zijn toegelicht en de cijfers uit de Perspectiefnota 2014-2017.
Ontwikkeling structurele ruimte (- = nadeel) Bedragen x € 1.000
Beleidsplan 2013-2016 Concernrapportage 2013-01 Ruimte 1/1 Gemeentefonds Trendmatige ontwikkeling Niet-trendmatige ontwikkeling Regionalisering brandweer Taakmutaties Ruimtescheppende maatregelen Aanpassing interne rekenrente Lokale heffingen Bezuinigingen WWB Concernrapportage 2012-II Nieuw beleid Ruimte 31/12
2013 51 144
2014
2015
2016
2017
195 1.871 -1.088 -276 -51 102
1.997 -2.602 -762 -178 -209 3 592
-1.301 -49 -775 -23 -199
-2.150 115 -789 278 -200
165 -307
374 -177
-194
-1.301
-2.150
-2.940
977 -180 201 587 241 -582 1.997
195
We constateren dat onze inzet bij de perspectiefnota op een sluitende begroting voor 2014 is gerealiseerd. De structurele opgave is toegenomen van afgerond € 1 miljoen structureel bij de perspectiefnota naar bijna € 3 miljoen in dit beleidsplan. 3.3
Ontwikkeling eenmalige ruimte
Dit beleidsplan sluit met een vrij besteedbare ruimte voor eenmalig nieuw beleid van afgerond € 3,2 miljoen. De presentatie in de onderstaande tabel laat zien hoe de ruimte zich in de loop van de planperiode ontwikkelt. Ontwikkeling eenmalige ruimte (- = nadeel) Bedragen x € 1.000
Jaarrekening 2012 stand 31/12 Resultaat 2012 na bestemming Concernrapportage 2013-I eenmalig voordeel Concernrapportage 2013-I doorgeschoven Concernrapportage 2013-IIeenmalig voordeel Concernrapportage 2013-II doorgeschoven Concernrapportage 2013-II naar voren gehaald Beleidsplan 2013-2016 Stand 1/1
2013 71.051
2014
2015
2016
2017
70.832
49.066
37.657
32.081
4.030 -25.796 49.066 -2.500 46.566
2.053 -13.462 37.657 -2.500 35.157
1.996 -7.572 32.081 -2.500 29.581
1.773 -8.408 25.446 -2.500 22.946 -5.000 -9.700 -5.000 3.246
4.786 684 1.360 307 7.430 -135 -14.651
Toevoegingen Onttrekkingen Stand 31/12 Buffer Algemene Reserve Weerstandsvermogen algemeen Weerstandsvermogen grondbedrijf Weerstandsvermogen verbonden partijen Ruimte eenmalig nieuw beleid
16
In de perspectiefnota was een eenmalige ruimte beschikbaar van afgerond € 1,1 miljoen. De ontwikkeling van dit bedrag naar de ruimte in dit beleidsplan is op hoofdlijnen geschetst in de onderstaande tabel en wordt vervolgens toegelicht.
Ontwikkeling eenmalige ruimte van perspectiefnota naar beleidsplan (- = nadeel) Bedragen x € 1 miljoen
a) b) c) d) e)
Perspectiefnota
1.110
Concernrapportage 2013-II Nieuw beleid Technische aanpassingen Aanpassen weerstandsvermogen Rente
307 -365 1.882 -400 712
Beleidsplan
3.246
a) Concernrapportage 2013-II De effecten van Concernrapportage 2013-II werken op verschillende manieren eenmalig door in dit beleidsplan. Het gaat om zaken die samen per saldo voor het positieve resultaat van de rapportage zorgen en om onderwerpen waarvoor bedragen in de tijd naar achteren worden geschoven, dan wel naar voren zijn gehaald. Deze laatste twee categorieën hebben afgezien van rente-effecten geen invloed op de ontwikkeling van de eenmalige ruimte. Voor meer details verwijzen we naar de concernrapportage. b) Nieuw beleid In dit beleidsplan hebben we in aanvulling op de perspectiefnota enkele aanvullende reserveringen opgenomen voor nieuw beleid. Het gaat om: - verbeterplan communicatie € 110.000 (Bedrijfsvoering) - brug it Eilân Goëngahuizen € 15.000 (Leefomgeving) - verkiezingen € 80.000 (Burger en bestuur) - overdracht beheer vaarwegen aan Provincie € 160.000 (Leefomgeving) Deze onderwerpen worden in de afzonderlijke programma’s toegelicht. c) Technische aanpassingen We hebben een reservering van € 1 miljoen voor de aanpak van de parkeergarage Van Knobelsdorffplein geschrapt, omdat deze als gevolg van de Samenwerkingsagenda dubbel gedekt was. Voor de investeringen in duurzaamheid bij de cultuurhuisvesting was bij de perspectiefnota € 600.000 gereserveerd. Bij de aanbesteding is hier € 289.000 van ingezet, zodat conform het besluit van de raad € 311.000 weer wordt toegevoegd aan de eenmalige ruimte. Als uitvloeisel van de motie om de ruimtescheppende maatregelen uit te stellen tot 2015 wordt € 577.000 toegevoegd aan de eenmalige ruimte i.p.v. de structurele ruimte. d) Aanpassing weerstandsvermogen In de perspectiefnota gingen we uit van een weerstandsvermogen van € 19,3 miljoen. Dit bedrag is opgebouwd uit drie delen: een algemeen deel (€ 5 miljoen), een deel voor het grondbedrijf (€ 9,3 miljoen) en een deel voor verbonden partijen (€ 5 miljoen). De doorrekeningen voor het grondbedrijf zijn geactualiseerd. Ze laten een toename zien van het maximale risico naar € 9,7 miljoen. We hebben in dit beleidsplan ons weerstandsvermogen hierop aangepast. Dat vraagt € 0,4 miljoen.
17
e) Rente Reserveringen voor eenmalig nieuw beleid nemen we op als onttrekking aan de algemene reserve. Uitsluitend voor grote, meerjarige programma’s zoals de herstructureringen vormen we specifieke reserves. Veranderingen in de tijd (renteeffecten) of in de hoogte van bedragen werken zo direct door in de eenmalige ruimte. Wij geven de voorkeur aan deze methode die we transparanter achten dan de vorming van specifieke reserves. De ontwikkelingen die hiervoor zijn beschreven, geven per saldo een positief rente-effect van € 712.000. 3.4
Niet-kwantificeerbare ontwikkelingen, risico's en onzekerheden
Om een indruk te krijgen bij de noodzaak, dan wel wenselijkheid van structureel en eenmalig weerstandsvermogen zetten we hier de belangrijkste niet-gekwantificeerde ontwikkelingen, risico's en onzekerheden op een rij. Het gaat om rijp en groen, eigen ambities en externe ontwikkelingen, structureel en eenmalig door elkaar, zonder in de presentatie enige prioriteit of rangorde te willen suggereren. Wanneer de ontwikkeling zich daar voor leent, zal deze een volgende keer in een beleidsplan of perspectiefnota van een raming worden voorzien en daarmee uit dit overzicht verdwijnen. •
Nieuw kabinetsbeleid De vertaling van het kabinetsbeleid in de Septembercirculaire maakt dat we in dit beleidsplan maximaal bij zijn met het inzichtelijk maken van financiële effecten voor onze meerjarenbegroting. Het blijft echter onzeker in hoeverre dit beleid wordt gehandhaafd, dan wel wordt gewijzigd of aangevuld. Zoals blijkt uit de Mei- en Septembercirculaire kunnen nieuwe ontwikkelingen leiden tot een groot (structureel) effect.
•
Decentralisaties De drie majeure decentralisaties die het Rijk de komende jaren wil doorvoeren, hebben allemaal betrekking op het sociaal domein: Participatiewet, AWBZ en Jeugdzorg. Wat duidelijk is, is dat gemeenten meer verantwoordelijkheden zullen krijgen. Het is echter – ook nu – nog steeds niet duidelijk om welke taken het gaat en welke middelen er meegaan. Het Rijk heeft ingezet op een bezuiniging op de huidige budgetten. Dat maakt het onzeker of er voor de toekomst een adequate uitvoering kan worden gegarandeerd. We houden er rekening mee dat onze jaarlijkse kosten door de decentralisaties gaan toenemen met enkele tientallen miljoenen euro’s per jaar. Daaruit blijkt wel dat de structurele gevolgen, zowel positief als negatief, groot kunnen zijn. We achten het wederom nog niet mogelijk om indicaties te geven.
•
Herijking gemeentefonds Het Rijk bereidt een herijking van het gemeentefonds voor die zal leiden tot herverdeeleffecten. Er zijn afspraken gemaakt om deze effecten tijdelijk te beperken tot maximaal € 15 per inwoner per jaar. Dat zou voor onze gemeente neerkomen op € 0,8 miljoen per jaar. Hoe lang deze beperking duurt en hoe de herverdeling uiteindelijk zal uitpakken, is nog niet duidelijk. Wij blijven dit punt nauwlettend volgen.
•
Sociale werkvoorziening / Caparis Volgens de plannen van het Rijk houdt de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) in 2015 op te bestaan. De instroom in de WSW stopt dan. Wel heeft het Rijk bepaald dat de bestaande groep recht blijft houden op een WSW-dienstverband. Omdat de bestaande WSW-bedrijven niet voorkomen in de toekomstplannen van het Rijk ontstaat een sterfhuisconstructie. Dit vraagt om een heroriëntatie van de positie van Caparis. Mogelijk moet er gekozen worden voor een geleidelijke of gedeeltelijke liquidatie.
18
•
Inkomensdeel Wet Werk en Bijstand (WWB) De afgelopen jaren bleek ons eigen risico voor de WWB groter te zijn dan 10% van de rijksinkomst. We hebben voor 2010 en 2011 een Incidentele Aanvullende Uitkering (IAU) toegekend gekregen. Eind 2013 wordt een uitspraak verwacht over de IAU aanvraag 2012 (ruim €1,4 miljoen). Voor 2013 tot en met 2015 is een Meerjarige Aanvullende Uitkering (MAU) aangevraagd. Bij honorering van onze aanvraag, kan het eigen risico van 10% worden verlaagd. Afhankelijk van de omvang van de verlaging scheelt dat enkele tonnen per jaar. Op basis van de laatste beschikkingen van het Rijk blijkt ons eigen risico in 2014 kleiner te worden dan 10%. Ondanks dat zetten we onze aanvraag voor een MAU door. Naar onze mening is er namelijk sprake van enkele onevenwichtigheden in het landelijke verdeelmodel. Bovendien is de rijksvergoeding aan verandering onderhevig, waardoor de situatie over enige tijd weer ongunstiger zou kunnen liggen. Ook over de MAU verwachten we rond de jaarwisseling duidelijkheid.
•
Participatie en re-integratie Met de invoering van de Participatiewet in 2015 worden de rijksmiddelen voor de WSW en re-integratie samengevoegd. We constateren dat bij ongewijzigd beleid er onvoldoende rijksgeld beschikbaar blijft. Daar komt bij dat de instroom in de WWB in de toekomst zal toenemen, omdat andere regelingen zoals de Wajong en de WSW voor nieuwe gevallen niet langer zullen bestaan. We verwachten meer mensen te moeten bedienen met minder geld. Dit zal vragen om inhoudelijke en financiële afwegingen. Voor meer informatie verwijzen we naar het programma Werk en Inkomen.
•
Zwembad De Welle Er zijn middelen beschikbaar om zwembad De Welle tot 2020 in stand te houden. Voor de toekomst moeten inhoudelijke keuzes worden gemaakt. Die vragen in alle gevallen om een aanvulling op de structureel gereserveerde vrijgevallen kapitaallasten van € 237.000.
•
Herstructurering Aan de herstructurering van de wijken Noord-Oost en De Bouwen wordt volop gewerkt. We blijven onderzoeken waar en op welke wijze herstructurering elders in de gemeente een vervolg moet en kan krijgen. Daarvoor is een globaal inzicht nodig in de kosten en de dekking, waarbij niet alleen de gemeente maar ook andere belanghebbende partijen zullen moeten participeren.
•
Areaaluitbreiding Bij het huidige prijspeil is de jaarlijkse niet-trendmatige raming van € 40.000 toereikend voor de relatief grote stukken openbare ruimte die in het reguliere onderhoud terechtkomen. Wanneer de prijzen gaan oplopen, vraagt dat meer geld.
•
Vliegveld We bereiden een toekomstvisie voor die in 2014 aan de raad zal worden voorgelegd. Voor meer informatie verwijzen we naar het programma Economie.
•
GVVP / verkeersmaatregelen Voor verkeersmaatregelen, Bestemming Drachten en de bereikbaarheid van Drachten zijn middelen gereserveerd. Dit sluit niet uit dat nieuwe onderwerpen actueel worden om – mede met gemeentelijk geld – te worden aangepast of opgelost.
•
Geluidswal In het programma Leefomgeving hebben we aangegeven in gesprek te zijn met de provincie. Mogelijk vraagt dat om aanpassing van de reservering van eenmalig € 1 miljoen.
19
•
Verbonden partijen en garantstellingen Op de (financiële) bedrijfsvoering van verbonden partijen hebben we niet of nauwelijks invloed. Er is in ons weerstandsvermogen € 5 miljoen opgenomen vanwege deze risico’s. We trachten daarom relevante ontwikkelingen bij deze organisaties zo goed mogelijk te volgen om eventuele risico's tijdig te signaleren. De exploitatie van het bedrijvenpark A7, de sociale werkvoorziening en Caparis, HVC, Hûs en Hiem en onze positie ten opzichte van corporaties hebben daarbij bijzondere aandacht. De regionaliseringen voor de brandweer en de FUMO zijn financieel in meerjarenperspectief vertaald. Ook hier blijven we de ontwikkelingen voorlopig volgen. Meer informatie is te vinden in de paragraaf Verbonden Partijen.
•
Automatisering Al enige tijd kondigen we aan dat de Reserve Automatisering langzaam opraakt. Tot op heden hebben we ons met de beschikbare middelen kunnen redden. Er zijn op dit moment verschillende omvangrijke investeringen actueel. Wanneer die achter de rug zijn, kan de balans worden opgemaakt en kunnen we kijken of aanpassing van het budget noodzakelijk is.
•
Grondbedrijf Onze benadering van grondbedrijfprojecten is behoedzaam. Investeringen en verwervingen worden gepleegd wanneer inkomsten voldoende zeker zijn. Resultaatverwachtingen zijn gebaseerd op reële, beperkte verkopen. De toerekening van personele lasten is in dit beleidsplan verder beperkt. Toch zijn lagere verwachtingen en nieuwe verliezen niet uit te sluiten. In ons weerstandsvermogen is hierin voorzien. Volledigheidshalve benoemen we hier dit onderwerp.
•
Structuurvisie De besluitvorming over de structuurvisie kan structurele en eenmalige financiële gevolgen hebben. De Commissie Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) heeft regels gesteld voor de waardering en kostentoerekening van grond waarvoor in de nabije toekomst geen ontwikkeling wordt voorzien. Bij de voorstellen over de structuurvisie zullen we eventuele financiële consequenties inzichtelijk maken.
•
Projectrisico’s Voor de komende jaren staat er vanuit onze gemeente eenmalig nieuw beleid gepland voor ruim € 46 miljoen. Daar komt nog circa € 9 miljoen aan doorgeschoven middelen bij, plus alle inzet die door anderen (overheden, marktpartijen, gesubsidieerde instellingen) wordt gepleegd. Binnen een dergelijk investeringsvolume zijn afwijkingen en tegenvallers onvermijdelijk. Er zullen zich evenzeer kansen voordoen om kosten te besparen of terug te verdienen. We zetten in op reële begrotingen, in combinatie met transparantie over risico’s en onzekerheden.
•
Vennootschapsbelastingplicht De Europese commissie wil Nederlandse overheden vennootschapsbelastingplichtig maken per 1 januari 2016. Dit heeft dan betrekking op alle economische activiteiten. De staatssecretaris zal in het najaar van 2013 met een officiële reactie komen. Daarna zullen de vormgeving, de reikwijdte en de gevolgen van de wet langzamerhand contouren krijgen.
20
4. Beleidsprogramma’s 4.1
Leeswijzer
In dit hoofdstuk wordt het nieuwe beleid op hoofdlijnen besproken. We hebben onze voornemens, die veelal rechtstreeks zijn afgeleid uit het collegeprogramma, ingedeeld in verschillende programma’s. Per programma wordt ingegaan op de (op het collegeprogramma afgestemde) doelstellingen, de belangrijkste ontwikkelingen, de samenstelling van budgetten, de bijbehorende beleidsproducten, reserveringen voor nieuw beleid en kengetallen. Deze kengetallen en indicatoren slaan soms niet rechtstreeks terug op de doelstelling, maar beschrijven ontwikkelingen die verband houden met de inhoud van het programma. Samen met enkele leden van de auditcommissie is een inventarisatie gemaakt van relevante indicatoren. Dat heeft in dit beleidsplan tot verschillende aanvullingen geleid. Elk programma wordt afgesloten met een gedetailleerd overzicht van reserveringen voor nieuw beleid. In dat overzicht hebben we ook de bedragen opgenomen die in Concernrapportage 2013-II zijn doorgeschoven. De ramingen die voor 2013 gepresenteerd worden, zijn de budgetten na Concernrapportage 2013-II. Hieronder kunt u zien waar u de verschillende beleidsvelden kunt vinden. Programma Gemeenteraad Burger en bestuur Economie Werk en inkomen Wonen Onderwijs
Pagina 22 26 30 36 42 48
Programma Sport en recreatie Cultuur Welzijn en zorg Leefomgeving Veiligheid Bedrijfsvoering
Pagina 54 60 64 70 80 84
Het programma Gemeenteraad is geschreven door de griffie onder verantwoordelijkheid van de Gemeenteraad. Gemeenten moeten met ingang van 2013 nadrukkelijker dan in het verleden inzichtelijk moeten maken welke baten en lasten structureel zijn en welke eenmalig. Met de opsomming van reserveringen aan het einde van elk programma voldoen we daar aan: voor nieuw beleid is expliciet aangegeven of het structureel of eenmalig is, voor budgetten uit onze exploitatie geldt dat ze structureel zijn.
21
Gemeenteraad Doelstelling
De gemeenteraad heeft drie hoofddoelstellingen: • Volksvertegenwoordiging: zicht hebben op wat speelt in de samenleving; ontwikkelingen, problemen en misstanden signaleren en agenderen; • Kaderstelling: bepalen van, duidelijke en begrijpelijke, hoofdlijnen van het gemeentelijk beleid; • Controle: het uitgevoerde beleid toetsen aan kwaliteitseisen en evalueren op basis van de gestelde hoofdlijnen. De raad wil zijn inspanningen gericht op het realiseren van deze doelstellingen, aanscherpen en verbeteren.
Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
-888.432 -888.432
-961.350 -961.350
-973.230 -973.230
-888.432
-961.350
-973.230
Toevoeging algemene reserve Onttrekking algemene reserve Netto resultaat
22
Ontwikkelingen
Kwaliteit eigen functioneren In de twee voorgaande beleidsplannen is eerder ingegaan op het proces waarin de raad zijn functioneren als collectief bestuursorgaan wil versterken. Een belangrijk onderdeel van dit proces is het zoeken naar een verbeterde wijze van vergaderen. De daarvoor geformeerde commissie 8 maart heeft in dit kader in 2013 een uitgewerkt voorstel aan de raad aangeboden. De raad heeft op basis daarvan besloten over te schakelen naar een vergadersystematiek waarbij een fasering wordt aangebracht in de besluitvorming. Door het besluitvormingstraject op te knippen in een informatieve fase, een meningsvormende fase en een besluitvormende fase probeert de raad enerzijds tot een beter en duidelijker debat te komen. Anderzijds is het de bedoeling dat met deze fasering de burgers en maatschappelijke organisaties een duidelijker plaats krijgen in de besluitvorming omdat zij nadrukkelijk worden uitgenodigd om de raad van informatie te voorzien voor dat er debat gevoerd wordt en voor dat er besluiten worden genomen. Vanaf het najaar 2013 gaat dit systeem op proef draaien. Uitgangspunt is dat na een evaluatie in het voorjaar van 2014 de nieuw gekozen gemeenteraad definitief met dit systeem gaat werken. Mogelijk zal de nieuwe werkwijze extra kosten met zich meebrengen. Daar staat tegenover dat in ieder geval op één punt ook een besparing gerealiseerd kan worden. Doordat de commissieleden "oude stijl" verdwijnen en daarvoor in de plaats een kleiner aantal burgerleden terug komt wordt naar schatting ongeveer € 4.000, bespaard. In de evaluatie moet in de volle breedte duidelijk worden of de nieuwe werkwijze inzet van extra middelen noodzakelijk maakt. In de proefperiode is het uitgangspunt de werkzaamheden binnen de bestaande budgetten uit te voeren. Mocht in de evaluatie blijken dat er inzet van extra middelen noodzakelijk is dan zal dit bij de eerstvolgende perspectiefnota aan de orde komen. Papierloos werken De raad werkt nu met een volledig digitaal informatiesysteem. Raadsleden maken daarvoor gebruik van I-pads. Het werken met een dergelijk systeem heeft een bepaalde leerperiode nodig. Inmiddels kan iedereen goed overweg met de nieuwe werkwijze. De technische aanloopproblemen zijn zo goed als opgelost. Het blijkt in de praktijk lastig om goed inzicht te krijgen in de besparing die het papierloze werken opbrengt. Waar op dit moment inzicht in is betreft de besparing die gerealiseerd wordt doordat er minder papier wordt gebruikt. Een eerste berekening leert dat dit op jaarbasis om ongeveer € 5.000 gaat. Een veel grotere besparing zit waarschijnlijkheid in de "handling" van het papier. Deze loonkosten werden op verschillende plekken in de organisatie gemaakt, o.a. bij de drukkerij, facilitaire zaken, verzendhandelingen en kosten enz. Complicatie is dat dit nogal versnipperd is waardoor deze uren niet zomaar kunnen worden bespaard. De bedoeling is dat we in 2014 op dit punt meer helderheid kunnen geven. Verkiezingen In maart 2014 zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Vanuit de politieke partijen zijn de voorbereidingen daarvoor alweer in volle gang. Dat is in de eerste plaats natuurlijk de verantwoordelijkheid van deze partijen. Er wordt daarnaast momenteel nog gekeken naar de vraag of de raad als collectief in het kader van deze verkiezingen activiteiten wil ontwikkelen die boven het specifieke partijbelang uitgaan. Mocht dit het geval zijn dan is vooralsnog het uitgangspunt dat dit binnen het bestaande budget wordt opgevangen. Als dit niet mogelijk blijkt dan zal hiervoor incidentele aanvullende financiering worden gezocht. In overleg met de fractievoorzitters zal naar behoefte een inwerkprogramma voor de nieuwe raadsleden opgezet worden. Ook hiervoor geldt dat dit in principe binnen het bestaande budget geregeld wordt. 23
24
Vervolg
Mochten er scholingsvragen komen die dit noodzakelijk maken dan wordt dit aanvullend incidenteel opgelost. De dekking wordt dan bij de opstelling van Concernrapportage 2014-II beoordeeld. Jaarcyclus en perspectiefnota In het vorige beleidsplan is de vraag aan de orde gesteld naar de verhouding tussen het beleidsplan en de perspectiefnota (PPN). De raad heeft op advies van de auditcommissie besloten dat de PPN in principe een stuk van het college wordt. Met het aanbieden van de PPN biedt het college de raad handvatten om kaders te stellen. De kaders worden vervolgens bij het vaststellen van het beleidsplan in het najaar door de raad vastgesteld. Dat betekent in praktische zin dat de PPN niet meer zoals in het verleden geamendeerd wordt. De raad stuurt met moties. Als het college in het najaar het beleidsplan aan de raad aanbiedt houdt het college rekening met de politieke consequenties van deze moties. Vermindering aantal politieke ambtsdragers Het kabinet had het voornemen het aantal politieke ambtsdragers te verminderen. Dit zou betekenen dat de gemeenteraden kleiner zouden worden. Het voorstel is echter gesneuveld in de eerste kamer. Dat betekent dat een reductie van het aantal raadsleden in ieder geval tot 2018 niet aan de orde is. In de vorige meerjarenraming was op basis van het kabinetsvoornemen rekening gehouden met een vanwege deze reden door te voeren reductie op het gemeentefonds van structureel € 150.000. Deze stelpost voor lagere lasten is in dit beleidsplan geschrapt. Programmabegroting Een werkgroep van de auditcommissie heeft in brede zin gekeken naar de kwaliteit van de systematiek die wordt gehanteerd bij het samenstellen van de programmabegroting. Geconcludeerd is dat er de afgelopen jaren stap voor stap verbeteringen zijn aangebracht waardoor het huidige kwaliteitsniveau voldoende wordt geacht. Een punt van aandacht blijft het formuleren van de juiste indicatoren in de begroting. Rekenkamercommissie Voor 2013 is het budget voor de rekenkamercommissie met € 30.000 verlaagd. In dat jaar heeft de rekenkamercommissie het onderzoek naar het integriteitbeleid afgerond en is zij gestart met een onderzoek naar de effecten van het economisch beleid en het werkgelegenheidsbeleid. Tevens wordt er deelgenomen aan een gezamenlijk onderzoek naar HVC. De onderzoeksagenda voor 2014 is nog niet definitief ingevuld. Er zijn op dit moment echter geen aanwijzingen dat de activiteiten niet binnen het gestelde budget zouden kunnen worden uitgevoerd.
Beleidsproducten
Gemeenteraad
25
Burger en bestuur Doelstelling
Er wordt gestreefd naar een dienstbare en faciliterende overheid en van daaruit naar een open en constructieve verhouding met inwoners, maatschappelijke organisaties, bedrijfsleven en andere overheden. De communicatie met wijken en dorpen zal worden geïntensiveerd. De gemeente wil een actieve rol spelen in de discussie over mogelijke gemeentelijke herindeling. De voorkeur gaat daarbij uit naar een variant waarbij zoveel mogelijk recht wordt gedaan aan de centrumfunctie van Drachten. Het behoedzame financieel beleid, zoals dat in de afgelopen periodes is gevoerd wordt voortgezet. De komende periode zal € 4 miljoen worden bezuinigd, daarbij worden meerdere lijnen gevolgd. Kritisch kijken naar onbenutte ruimte in de begroting, kostendekkend maken van leges en tarieven, optimaliseren van efficiency en herijken van bestaand beleid en taken (inclusief formatieve gevolgen).
Indicatoren/ Kengetallen
Ontwikkeling inwoneraantal 1 januari 31 december Effect
Realisatie 2012 55.516 55.454 -62
Prognose 2013 55.454 55.450 -4
Prognose 2014 55.450 55.500 +50
Realisatie 2012 43.442 3:18 5:08
Prognose 2013 37.000 2:52 4:56
Prognose 2014 40.000 3:00 5:00
Realisatie 2011 5.435 3.716 8.719 17.870
Realisatie 2012 4.042 4.893 5.612 14.547
Prognose 2013 3.500 4.200 4.400 12.100
Realisatie 2012 4.000 600 850
Prognose 2013 3.800 1.100 700
Prognose 2014 3.600 1.500 500
Realisatie 2010 99% 1% 0%
Realisatie 2013 95% 4% 1%
Dienstverlening burgerzaken Aantal cliënten Gemiddelde wachttijd in minuten Gemiddelde afhandeltijd in min.
Afgegeven documenten burgerzaken Rijbewijzen Paspoorten ID-kaarten Totaal
Aangiften verhuizingen Via balie Via e-mail of digid Schriftelijk
Klanttevredenheid burgerzaken (Zeer) tevreden Niet tevreden/niet ontevreden Ontevreden
26
Ontwikkelingen
Burgerzaken Er wordt al langdurig gesproken over de Wet Basisregistratie Personen die op 1 januari 2016 in werking moet treden. Deze wet is inmiddels goedgekeurd door de Tweede Kamer en is bedoeld om plaatsonafhankelijke dienstverlening mogelijk te maken Hiervoor is het noodzakelijk dat de persoonsgegevens in de gemeentelijke basisadministraties (GBA) op orde zijn. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken monitort elke maand de kwaliteit van onze GBA. Hier komen geen noemenswaardige onregelmatigheden aan het licht. We voldoen tot dusver aan de gestelde eisen. De minister besluit binnenkort of het ontwikkelen van nieuwe software wordt voortgezet. Het blijft nog onduidelijk welke organisatorische en financiële consequenties de plaatsonafhankelijke dienstverlening zal hebben. Hogere kosten zijn niet uitgesloten. Verkiezingen In de begroting is voorzien in structurele middelen voor het organiseren van één verkiezing per jaar. Voor 2014 worden twee verkiezingen voorzien. Om die reden wordt eenmalig € 80.000 geraamd. Nationaal Uitvoeringsplan (E-NUP) Voor de verdere digitalisering van de overheid stelt het Rijk via het gemeentefonds tijdelijk middelen beschikbaar. In de jaren 2011 t/m 2014 krijgen we per jaar € 100.000 die vervolgens in 2015 moet worden terugbetaald. Per saldo geeft dit een beperkt rentevoordeel. Suppletie-uitkering OZB Sinds het Rijk de OZB voor niet-woningen een aantal jaren geleden heeft afgeschaft, ontvingen we elk jaar via het gemeentefonds een suppletieuitkering. Deze was als eenmalige inkomst begroot. In de Perspectiefnota 2014-2017 hebben we voorgesteld deze inkomst structureel te ramen. De raad heeft hierover een motie aangenomen die maakt dat deze aanpassing in dit beleidsplan in 2015 wordt gemaakt en niet in 2014. Parallel daaraan heeft het Rijk in de Septembercirculaire kenbaar gemaakt dat de suppletie-uitkering wordt afgebouwd. In 2014 ontvangen we € 412.000 in plaats van € 645.000 waar eerder op gerekend werd. Daardoor loopt het bedrag in omvang terug naar ruim € 200.000 in 2017. Vanaf 2015 is de suppletie in dit beleidsplan verwerkt als structurele inkomst. Begraafplaatsen In dit beleidsplan zijn de besluiten verwerkt die de raad in 2013 heeft genomen over de tariefberekeningen voor gemeentelijke begraafplaatsen. Aan de hand van de gepresenteerde indicatoren kunnen in de toekomst exploitatieverschillen worden geanalyseerd. Bezwaarschriften WOZ We constateren de laatste jaren een toenemend aantal bezwaarschriften voor de WOZ. Dat komt mede doordat er op no cure no pay-basis allerhande aanbieders bereid zijn om voor eigenaren bezwaar te maken. Daarnaast is het in de huidige markt met dalende waarden lastig dat de WOZ-waarde een jaar teruggrijpt. Dat leidt regelmatig tot interpretatieverschillen die uitmonden in bezwaren.
27
Indicatoren/ Kengetallen
Begraafplaatsen Nieuw uitgegeven graven - enkel - dubbel / tweediep - overig Verlengde contracten Graven waarvan afstand is gedaan Begravingen en bijzettingen Vrij beschikbare graven per 1/1 - tweediep graven - ééndiep graven
Realisatie 2012 51 2 36 13 130
Prognose 2013 49 8 20 21 111
Prognose 2014 62 30 32 20 113
54
49
50
100
100 899 800 99
100 921 800 121
Realisatie 2012 601 314
Prognose 2013 667 336
Prognose 2014 720 370
2,3%
2,7%
2,7%
Realisatie 2012 97 34
Prognose 2013 145 50
Prognose 2014 130 45
Rekening 2012 72.166.692 -4.322.071 67.844.621
Begroting 2013 71.834.400 -4.255.820 67.578.580
Begroting 2014 74.101.810 -3.896.220 70.205.590
Bezwaarschriften WOZ Ingediend Gehonoreerd Percentage aanslagen waarop bezwaar is gemaakt
Overige bezwaarschriften (afgehandeld) WMO en sociale voorzieningen Overige bezwaren Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming
33.904 -745.000
-745.000
-512.290
67.133.525
66.833.580
69.853.300
Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging bestemmingsreserve Reserveringen
244 -1.394 -64.000 66.833.580
69.853.300
Netto resultaat
160.000
67.068.375
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
Structureel Eenmalig
2014
2015
352
-470
28
2016
2017
Totaal 0 -118
Vervolg
Wachtgeld oud-wethouders Onze lopende wachtgeldverplichtingen voor oud-wethouders eindigen in 2015. Nieuw beleid Burger en bestuur Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
2014 Eenmalig Verkiezingen Wachtgelden oud-wethouders Suppletie uitkering afschaffing OZB Nationaal Uitvoeringsplan (E-NUP) Beleidsproducten
Wetgeving en algemene zaken Bestuurlijke zaken Verkiezingen Belastingen
-80 -80 412 100
2015
2016
-70 -400
Dagelijks bestuur Bevolkingsadministratie Gemeentelijke begraafplaatsen Algemene uitkering
29
2017
Totaal -80 -150 412 -300
Economie Doelstelling
Het hebben van werk maakt mensen economisch zelfstandig en maatschappelijk actief. Het bevorderen van de werkgelegenheid heeft daarom deze periode prioriteit. De gemeente zal zich in de faciliterende rol tot het uiterste inspannen om aan het eind van deze periode de werkloosheid terug te dringen tot het Fries gemiddelde. Daartoe zal het college een sociaal-economisch beleid voeren dat uitgaat van een integrale aanpak volgens drie hoofdthema's: - het bevorderen van het vestigingsklimaat - het intensiveren van het acquisitiebeleid - het reactiveren van mensen Het centrum van Drachten is een economische factor van betekenis; er wordt daarom onverkort vastgehouden aan de ambities zoals die zijn neergelegd in het Masterplan Centrum. Aansluiting op het spoorwegennet is van groot belang.
Indicatoren/ Kengetallen
Grond (in hectares) Verkoop bedrijventerrein *) Voorraad bedrijventerreinen per 1 januari **) Opties en reserveringen
Realisatie 2012 1,9
Prognose 2013 0,4
Prognose 2014 0,0
55,1
54,7
54,7
5,0
1.9
*)
Deze cijfers zijn inclusief Bedrijvenpark Azeven dat gezamenlijk met Opsterland wordt geëxploiteerd. **) Het gaat hier om grond in lopende projecten.
Vestigingsklimaat Nieuwe bedrijfsvestigingen (KvK) waarvan starters Bedrijfsbeëindigingen
Realisatie 2011 407 285 227
*)
Realisatie 2012 370 320 256
Prognose 2013 305 278 187
Realisatie 2012 9,9% 9,5% 2.358
Prognose 2013 11,1% 9,7% 2.670
Realisatie 2010 23.702 5.327 -552 -3.774
Realisatie 2011 23.347 5.374 -395 -829
Realisatie 2012 22.623 5.428 -724 -1.789
Realisatie 2010 45%
Realisatie 2011 27%
Realisatie 2012 14%
*) Prognose 2013 is tot medio september
Ontwikkeling werkloosheid Werkloosheid Smallingerland Werkloosheid Fryslân Aantal werklozen
*)
*) Prognose is cijfer medio lopende jaar
Ontwikkeling werkgelegenheid Arbeidsplaatsen > 15 uur / week Arbeidsplaatsen < 15 uur / week ontwikkeling gemeente ontwikkeling provincie
Aantal Reactiveringen Voorlopig resultaat
30
Ontwikkelingen
Ontwikkeling centrum Het centrum van Drachten is een belangrijke economische pijler. De voortvarendheid waarmee de afgelopen jaren is gewerkt aan de vernieuwing wordt in 2014 voortgezet. Wij blijven alert op de concurrentiepositie en dagen ondernemers uit om ook hun rol te pakken. De traditionele aanpak werkt niet meer en aandacht voor funshopping, toegankelijkheid via internet en aandachttrekkende acties blijft noodzakelijk. We investeren niet alleen fysiek maar ook in evenementen en communicatie. Raadhuisplein De bouwput verandert weer in een leefgebied. In de eerste helft van 2014 is een groot deel van het openbaar gebied ingericht en een groot deel van de parkeergarage in gebruik genomen. Winkels en Grand Café zijn geopend en ook de woningen worden bewoond. De afronding van het project is voorzien in 2016 dus ook de werkzaamheden (vooral aan de Drift kant) gaan door. Vogelzang We houden vast aan de oorspronkelijke visie zoals verwoord in het Masterplan Centrum, al is deze op dit moment niet uitvoerbaar. In het najaar van 2013 wordt besluitvorming voorzien over een tijdelijke oplossing, waarbij wordt aangesloten op de kwaliteitsniveaus van de Stationsweg. De openbare ruimte wordt wel opgeknapt en de kruising Vogelzang – Stationsweg wordt opnieuw ingericht. Het moment van uitvoering wordt afgestemd met andere projecten zodat de bereikbaarheid van het centrum wordt gewaarborgd. Centrumcommunicatie Specifieke aandacht voor centrumcommunicatie blijft wat ons betreft in ieder geval noodzakelijk t/m 2017. Ook zullen wij de positie van Drachten in de regio meer profileren. Wij zijn trots op ons centrum. Het centrum dat dankzij de projecten aantrekkelijk blijft om te bezoeken. Dit moeten we uitdragen en we blijven daarom bezoekers informeren en acties initiëren en ondersteunen. Hiervoor is tot en met 2017 eenmalig € 0,24 miljoen gereserveerd. Herontwikkeling van het busstation Van Knobelsdorffplein Dit plan is onderdeel geworden van de Samenwerkingsagenda 2.0 die in 2013 is vastgesteld. De provincie levert een financiële bijdrage van € 2 miljoen voor de aanpak van het busstation, tevens parkeergarage, en de openbare ruimte. We gaan uit van uitvoering na afronding Raadhuisplein in 2016. Visie op de Kaden Wij verwachten de visie in 2014 aan de raad voor te leggen. De visie gaat uit van een herinrichting waarmee de Kaden goed bereikbaar blijft en waardoor ook een aantrekkelijker verblijfsgebied ontstaat. De uitvoering is aan de orde na afronding Raadhuisplein en in nauwe samenhang met andere projecten als Vogelzang zodat de bereikbaarheid van het centrum gewaarborgd blijft. Parkeren In 2014 komt een groot deel van de bijna 700 plaatsen tellende nieuwe parkeergarage Raadhuisplein beschikbaar. Het is inmiddels mogelijk om te betalen via de mobiele telefoon, dit levert naast gemak voor bezoekers ook het voordeel op dat alleen wordt betaald voor de exact geparkeerde tijd. De parkeerexploitatie is in dit beleidsplan geactualiseerd, rekening houdend met nieuwe ontwikkelingen. We komen hier in het programma Leefomgeving op terug.
31
Indicatoren/ Kengetallen
Economie van Smallingerland Realisatie 2011 1,9% 14%
Realisatie 2012 2,8% 8,5% 4,7% 7,1%
Rekening 2012 1.317.258 -4.245.391 -2.928.133
Begroting 2013 1.028.120 -4.619.180 -3.591.060
Begroting 2014 545.500 -2.599.030 -2.053.530
Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingreserve Saldo na resultaatbestemming
100.000 3.478.234
2.971.050
1.420.850
650.101
-620.010
-632.680
Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging bestemmingsreserve Resultaatbestemming
654 -374.287 -75.600 -620.010
-632.680
Leegstand bedrijfsterreinen *) Leegstand kantoren **) Leegstand winkels aantal ***) Leegstand winkels m2 ***) *) inschatting op basis gegevens DTZ Zadelhoff (>750 m2 vvo) **) inschatting op basis gegevens DTZ Zadelhoff (>500m2 vvo) ***) cijfers van Locatus per 1 januari 2013 Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming
Netto resultaat
200.868
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
Structureel Eenmalig
2014
2015
2016
2017
-40
-3.110
-80
-40
32
Totaal 0 -3.270
Vervolg
Financiën Voor de aanpak van het centrum is het beschikbare kader eenmalig € 5,6 miljoen. Dit wordt aangevuld met het resterende budget voor de Stationsweg. De aanpak van het laatste deel hiervan en de aansluiting met Vogelzang zal namelijk in samenhang met de aanpak van de Vogelzang zelf plaatsvinden. Op dit moment wordt verwacht dat er na uitvoering van alle plannen, inclusief de extra middelen voor centrumcommunicatie, nog € 0,3 miljoen eenmalig beschikbaar is voor realisatie van aanvullende wensen in het centrum. De raad zal een voorstel ontvangen over mogelijke aanwending van dit bedrag. Voor de visie op de Kaden is separaat € 370.000 gereserveerd. Economisch beleid Wij gaan door op de ingeslagen weg. Het vastgestelde beleid in 'Samen werken – economische visie en uitvoeringsagenda Smallingerland' blijft de basis. Wij blijven investeren in onze economische ontwikkeling, zowel met fysieke projecten als door het samenwerken met (startende) ondernemers en het aanjagen van initiatieven. Innovatiekracht staat centraal. Het innovatiecluster In 2014 wordt invulling gegeven aan de opgestelde tweejarenkalender (activiteiten onder andere kennisdeling, personeel uitwisselen, uitvinderswedstrijd, basisscholenprogramma, ingenieur voor de klas programma's met universiteiten, HBO en MBO) en verwachten wij verdere doorontwikkeling van dit succesvolle initiatief. De deelnemende bedrijven zijn enthousiast en inventief en overtuigd van de meerwaarde. In het kader van de Samenwerkingsagenda 2.0 heeft ook de provincie zich enthousiast getoond en een bijdrage toegekend van € 8 miljoen voor de komende acht jaar, mits de gemeente een gelijke bijdrage levert en het bedrijfsleven € 16 miljoen investeert. De gemeentelijke bijdrage is gereserveerd. Onze inzet is om Drachten als innovatiestad te profileren. Dit gaat verder dan alleen het cluster. Er is sprake van een olievlek rond het speerpunt innovatie. Een goed voorbeeld is het initiatief van de Ondernemersvereniging Drachten om te komen tot de oprichting van een innovatiehuis. Diverse andere concrete projecten worden de komende jaren ontwikkeld. Het gaat om projecten gericht op verbinding onderwijs en bedrijfsleven, startende ondernemers, communicatie, zichtbaarheid, aanwezigheid, lobby, imago. Dit alles in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven want onze rol richt zich op aanjagen en faciliteren. Arbeidsmarkt en Onderwijs Wij willen een actieve rol spelen in het leggen van verbindingen tussen onderwijs, arbeidsmarkt en sociale zaken. Het leggen van die verbindingen heeft de afgelopen jaren geleid tot een veelheid aan contacten en initiatieven. Om hieraan meer structuur te geven wordt de aanpak O3 Drachten|Smallingerland uitgerold. Een aanpak door krachten te bundelen en met elkaar (onderwijs, ondernemer en overheid) aan tafel te zitten om kansen te benutten en knelpunten aan te pakken, bij voorkeur in verbinding met andere initiatieven. Activiteiten in 2014 in dit kader zijn o.a. structurele kennismaking Arbeidsmarkt en Onderwijs, Organisatie van beurzen in Drachten voor werkzoekenden, intensivering trajecten voor kwetsbare jongeren, begeleiding niet uitkeringsgerechtigden naar de arbeidsmarkt, het ontzorgen van de ondernemer bij plaatsing kwetsbare personen (opstellen van ervaringsprofielen en bindende studieadviezen) en voortzetting werkgeversbenadering.
33
Werkgeversbenadering In het verlengde van de uitvoering van O3 is een team voor de werkgeversbenadering samengesteld waarin intern de benadering van bedrijven verder wordt gestroomlijnd. Doelstelling is dat werkgevers, onderwijs en gemeente elkaar versterken in de uitvoering van de opdracht dat er voor iedereen die kan werken een plekje is op die arbeidsmarkt. Bedrijventerreinen De verkoop is ook in onze gemeente gestagneerd. Wij hebben een aantrekkelijk aanbod maar de economische crisis en de terughoudende financieringsbereidheid van banken zorgen er voor dat er (bijna) geen kavels worden verkocht. We verwachten in 2014 nog geen verandering in deze situatie. Bij Concernrapportage 2013-II zijn de grondexploitaties geactualiseerd. Voor de jaren 2013 t/m 2015 hebben we de verwachte verkopen op nihil gesteld. Als er in deze periode wel grond verkocht wordt, heeft dit een positief effect op de resultaatverwachting. Aantrekkelijkheid geldt niet voor het gebied Tussendiepen. Het project om samen met ondernemers te komen tot ideeën voor verbetering van dit gebied moet leiden tot een ideeënboek. In 2013 zijn verkenningen uitgevoerd en in 2014 moet duidelijk worden of deze verkenningen leiden tot haalbare ontwikkelingen. Vliegveld In 2014 wordt een toekomstvisie op het vliegveld aan de raad voorgelegd. Het doel blijft een beschrijving op basis waarvan een keuze kan worden gemaakt tussen het sluiten of openhouden, al dan niet met ruimtelijke en functionele uitbreiding van vliegveld Drachten. Ontwikkeling Breedband We streven naar een zo breed mogelijke uitrol van een toekomstbestendige breedband infrastructuur. Dit doen we samen met de andere F4 gemeenten en de provincie. De gemeenten richten zich hierbij op de rendabele gebieden waarvoor geen overheidsinvesteringen nodig zijn. De provincie richt zich op de onrendabele gebieden. Voor de verdere uitwerking van een plan van aanpak is nog een budget van € 80.000 beschikbaar. Wij hopen dat minimaal één marktpartij medio 2014 begint met investeren. Vaarweg De Vaarweg (alternatief tracé en ruimer profiel) is voor ons een speerpunt en maakt onderdeel uit van de samenwerkingsagenda met de provincie. De vergroting van de bereikbaarheid van Drachten voor grotere schepen is voor havengebonden bedrijven essentieel. Inmiddels zijn een Stuurgroep en Externe projectgroep ingesteld met een vertegenwoordiging van de belangrijkste stakeholders in het gebied. Na het startdocument is de probleemanalyse gedeeld met alle stakeholders en wordt een KKBA (kengetallen kosten baten analyse) uitgevoerd. In 2014 zal de businesscase gereed komen voor besluitvorming.
34
Nieuw beleid Economie Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
Eenmalig Centrumplannen Centrumcommunicatie Visie de Kaden Eenmalig doorgeschoven uit 2013 Centrumplannen Centrumcommunicatie ICT breedband Beleidsproducten
Markt Economisch beleid Bouwgrondexploitatie economie
35
2014
2015
2016
2017
Totaal
-40
-2.660 -80 -370
-80
-40
-2.660 -240 -370
-1.211 -90 -80
-1.211 -90 -80
Werk en inkomen Doelstelling
Er wordt gestreefd naar het maximaal benutten van de mogelijkheden om mensen (opnieuw) aan werk te helpen, dan wel maatschappelijk te activeren. Het uitgangspunt daarbij is het ‘work first’-principe. Er wordt een duidelijke regierol gespeeld bij het uitvoeren van re-integratietrajecten en -projecten waarbij doelmatigheid het criterium is. Ook de mogelijkheden van de bijzondere bijstand dienen optimaal benut te worden.
Indicatoren/ Kengetallen
Ontwikkeling aantal cliënten WWB Cliënten WWB* Cliënten overige regelingen Totaal
Realisatie 2012 1.541 85 1.626
Prognose 2013 1.700 90 1.790
Prognose 2014 1.850 95 1.845
Realisatie 2012 702 568 115 156 1.541
Prognose 2013 710 560 115 315 1.700
Prognose 2014 750 625 115 360 1.850
Realisatie 2011 26,6% 15,7% 25,1% 13,2% 19,4%
Realisatie 2012 29,8% 14,5% 26,1% 12,3% 17,3%
Prognose 2013 26,8% 21,1% 25,7% 13,8% 12,6%
Realisatie 2012 1.569 1.040 2.651 1.747 597
Prognose 2013 1.650 1.000 2.750 1.825 600
Prognose 2014 1.700 1.000 2.850 1.825 600
2.787
2.850
2.900
Realisatie 2012 1.947 255 496.000
Prognose 2013 1.900 275 522.000
Prognose 2014 1.950 258 503.000
Realisatie 2012 573
Prognose 2013 550
Prognose 2014 550
*inclusief personen verblijvend in een inrichting
Sluitende aanpak WWB Cliënten met een ontheffing Cliënten op traject per 31/12 Cliënten in de intake Cliënten in de rustfase Totaal
Uitkeringsduur Korter dan 1 jaar 1 tot 2 jaar 2 tot 5 jaar 5 tot 10 jaar Meer dan 10 jaar
Minimabeleid Aanvragen bijzondere bijstand Verstrekte langdurigheidtoeslagen Regelingen maatschappelijke participatie Collectief verzekerden Cliënten schuldhulp en schuldsanering Huishoudens bereikt met bijzondere bijstand, langdurigheidstoeslag en regeling maatschappelijke participatie
Kwijtscheldingsbeleid Toegewezen aanvragen Gemiddeld bedrag per toewijzing Totaalbedrag kwijtscheldingen
Re-integratie Nieuwe toeleidingen WWB
36
Ontwikkelingen
Bijstand Toename cliëntenaantal Als gevolg van de economische crisis is het aantal uitkeringsgerechtigden met een WWB-uitkering in 2013 verder gestegen. Wij verwachten dat deze trend in 2014 zal doorzetten. Vanaf 2015 wordt de potentiële doelgroep van de nieuwe Participatiewet nog groter, omdat instroom in de Wsw niet meer mogelijk is en de toegang tot de Wajong wordt beperkt. Hierdoor verwachten we dat ook het aantal uitkeringsgerechtigden in 2015 verder zal stijgen. In 2014 is in totaal een bedrag aan uitkeringen geraamd van € 28,4 miljoen. Met dit bedrag kunnen 1.960 uitkeringsgerechtigden worden bediend. Het voorschot van de rijksvergoeding is bepaald op € 26,9 miljoen, wat aanzienlijk hoger is dan de afgelopen jaren. Het eigen risico dat hieruit volgt, bedraagt € 1,5 miljoen en komt voor het eerst sinds jaren onder de 10% eigen risico. Of een aanvullende uitkering moet worden aangevraagd over 2014 hangt ook af van het rijksbesluit of al dan niet een meerjarige aanvullende uitkering (MAU) wordt toegekend en daarmee een lager percentage eigen risico. Er is een aanvraag ingediend voor de jaren 2013 tot en met 2015. Eind 2013 verwachten we uitsluitsel van het Rijk. Het Rijk heeft nog verzocht om een plan van aanpak in te dienen om het tekort op het inkomensdeel terug te dringen. Mogelijk leidt dat voor deze drie jaar tot een verlaging van ons percentage eigen risico. Cijfermatig is hier in dit beleidsplan geen rekening mee gehouden. Aanpassing WWB Het voornemen van het Kabinet was dat de WWB nog vooruitlopende op de invoering van de Participatiewet zou worden aangepast. Het gaat dan onder andere om de invoering van de kostendelersnorm, aanscherping maatregelen bij het niet voldoen aan verplichtingen, uniformering van verplichtingen, invoering plicht tot tegenprestatie, algemene arbeids- en re-integratieplicht, invoering zoektijd van vier weken voor iedereen, afschaffing huidige langdurigheidstoeslag en de invoering van een individuele toeslag. Waarschijnlijk worden deze aanpassingen uitgesteld tot 1 januari 2015 en worden ze meegenomen in de Participatiewet. Voor uitkeringsgerechtigden betekenen de voorgenomen maatregelen zwaardere voorwaarden. De maatregelen moeten leiden tot een verlaging van de uitkeringen. Uitvoeringskosten De doorgaande groei van het aantal cliënten WWB geeft ook een toename van de uitvoeringskosten. In 2014 is hiervoor op basis van aantallenontwikkelingen uit de Septembercirculaire een reservering gemaakt van € 216.000. Dit bedrag loopt op tot bijna € 0,9 miljoen in 2017. Op deze manier kunnen we mogelijke kosten dekken, waarvoor nu via het gemeentefonds reeds een vergoeding wordt verstrekt.
37
Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming
Rekening 2012 36.162.053 -44.020.473 -7.858.420
Begroting 2013 35.977.040 -45.849.300 -9.872.260
Begroting 2014 41.742.440 -50.972.580 -9.230.140
Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming
1.000.000 150.055
1.500.000
1.000.000
-6.708.365
-8.372.260
-8.230.140
Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging bestemmingsreserve
-23.634 -8.372.260
-8.230.140
Netto resultaat
-6.731.999
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
2014 Structureel Eenmalig
-1.000
38
2015
2016
2017
Totaal 0 -1.000
Ontwikkelingen
Participatie In het regeerakkoord van 2012 staat dat het Kabinet één regeling wil voor de "onderkant van de samenleving". Met de invoering van één regeling via de Participatiewet wil het Kabinet mensen die nu aan de kant staan meer kansen bieden. De Participatiewet moet door de gemeenten worden uitgevoerd. Strikt genomen is de Participatiewet niet een geheel nieuwe wet maar een aanpassing van de huidige Wet Werk en Bijstand (WWB). Door het sociale akkoord van 11 april 2013 tussen de sociale partners en het Kabinet is de invoering van deze wet uitgesteld tot 1 januari 2015. De doelstelling van de Participatiewet blijft echter wel hetzelfde. Met de invoering van deze wet worden de re-integratie gelden en de WSW middelen samengevoegd. Dit gaat gepaard met een bezuinigingstaakstelling. Met de invoering van de Participatiewet wordt de toegang tot de WSW afgesloten en wordt de Wajong in die zin aangepast dat alleen personen die duurzaam volledig arbeidsongeschikt zijn, recht houden op een Wajong-uitkering. Dit houdt in dat jongeren die gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn, hun Wajong uitkering verliezen en aangewezen zijn op de Participatiewet. Voor ons betekent dit meer cliënten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. De onderstaande tabel maakt dit financieel inzichtelijk. Uit het overzicht blijkt dat de rijksmiddelen ontoereikend zijn voor ongewijzigde uitvoering van beleid. In 2014 zullen we beleidskeuzes afwegen in samenhang met de mogelijkheid om extra gemeentelijke middelen toe te voegen.
Ontwikkeling participatiewet (x € 1.000) (- = nadeel)
Rijksmiddelen *) Meeneemregeling (saldo vorig jaar) Beschikbare middelen Kosten WSW Re-integratie Werkgeversbenadering WIW Schuldhulpverlening Loonkosten Begeleid/opleidingskosten WSW'ers Overig Saldo
2014 3.100 900 4.000 2.500 150 80 100 200 200 50 720
2015 13.918 720 14.638 11.373 2.500 150 80 100 200 200 50 -15
2016 13.208
2017 12.473
13.208 11.148 2.500 150 80 100 200 200 50 -1.220
12.473 10.863 2.500 150 80 100 200 200 50 -1.670
*) Vanaf 2015 worden de middelen van het participatiebudget en dat van de WSW samengevoegd
Naast de hierboven geschetste ontwikkelingen zijn we bezig om onze inspanningen op het gebied van de participatie te koppelen aan onze andere activiteiten in het sociaal domein. We verwijzen naar het programma Welzijn en Zorg voor meer informatie. Re-integratie In 2013 is een start gemaakt met de uitvoering van de werkgeversbenadering, vanuit een model dat de lokale werkgeversbenadering als basis neemt voor regionaal coördinatieoverleg. De invulling van de lokale dienstverlening aan de werkgevers bepaalt iedere gemeente zelf. Samenwerking met het Werkgeversservicepunt (UWV) is daarbij essentieel. Ook in 2014 zal deze dienstverlening belangrijk zijn bij het plaatsen van uitkeringsgerechtigden op de arbeidsmarkt. De nieuwe Participatiewet kiest voor het instrument loonkostensubsidie. De loonkostensubsidie overbrugt het verschil tussen de loonwaarde van de 39
40
Vervolg
werknemer en het Wettelijk minimumloon (WML). De werkgever betaalt het WML of het loon dat overeenkomstig de CAO geldt. Voorts is in het sociaal akkoord afgesproken dat de werkgevers gefaseerd tot 2026 in totaal 125.000 banen voor mensen met een arbeidsbeperking zullen creëren. Indien blijkt dat dit niet lukt, wordt er een quotumregeling ingevoerd op basis waarvan de werkgevers verplicht worden mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Sociale Werkvoorziening Omdat de voorgenomen wijziging van de WSW per 1 januari 2014 een jaar later zal ingaan blijft de rijksvergoeding in 2014 op het niveau van 2013. Met de invoering van de Participatiewet in 2015 wordt de toegang tot de WSW uitgesloten voor nieuwe gevallen. De bestaande groep houdt recht op een WSW-dienstverband. Dit heeft uiteraard gevolgen voor de uitvoering van de WSW. De WSW moet worden afgebouwd en dat betekent ook dat de WSWuitvoeringsorganisatie moet veranderen. In het sociale akkoord is afgesproken dat er 35 regionale werkbedrijven worden ingevoerd (waarvan één in Friesland). In deze werkbedrijven moeten de werkgevers/vakbonden /UWV en de gemeenten samenwerken. De werkbedrijven worden belast met de uitvoering van de voorziening beschut werk bedoeld voor mensen met een beperking die aangewezen zijn op een beschutte werkomgeving (geleidelijk in te voeren tot 30.000 plekken in 2020) en met het toeleiden van werkzoekenden met een beperking. De werkbedrijven moeten de schakel worden tussen de mensen met een arbeidsbeperking en de werkgever. Hoe deze werkbedrijven precies worden vormgegeven en in hoeverre de bestaande SW-bedrijven een rol gaan spelen bij de uitvoering is nog niet duidelijk. Deze onduidelijkheid werkt door naar de mensen die op dergelijke voorzieningen zijn aangewezen. Voor ons als gemeente komt er een aanzienlijke onzekerheid bij. De wijziging houdt ook in dat de Rijkssubsidie in stappen wordt verlaagd. Het subsidietekort van de gemeenschappelijke regeling kan oplopen van € 5 miljoen nu tot € 10 miljoen in 2019. Voor Smallingerland betekent dit bij ongewijzigd beleid een stijging van het subsidietekort van € 1,1 miljoen in 2013 naar € 2 miljoen in 2019. Dat staat los van eventuele kosten om de uitvoeringsorganisatie om te vormen en of te ontmantelen. In totaal is in 2014 € 1,4 miljoen beschikbaar voor tekorten en transitie- of reorganisatiekosten. Hiervan is € 1 miljoen eenmalig en € 0,4 miljoen structureel. Nieuw beleid Werk en inkomen Bedragen x € 1.000 (- = nadeel) 2014 2015 2016 2017 Totaal Eenmalig Sociale werkvoorziening
Beleidsproducten
-1.000
Inkomensoverdracht (sociale zekerheid) Fraude bestrijding Uitstroombevordering
41
-1.000
Wonen Doelstelling
Diversiteit en evenwichtigheid in een beheerst woningaanbod is een belangrijk uitgangspunt in een markt die onder druk staat vanwege economische omstandigheden en autonome vraagontwikkelingen. De leefbaarheid en het voorzieningenniveau in het bijzonder in de dorpen vraagt aandacht bij stagnerende en teruglopende bevolking. De herstructurering van de wijken Noordoost en De Bouwen wordt met kracht voortgezet en – voor zover het gaat om het gemeentelijk aandeel - zoveel mogelijk in deze periode afgerond. Op één of meer locaties zal welstandsvrij bouwen worden gerealiseerd. Marktpartijen en woningbouwcorporaties zullen worden uitgedaagd om in vernieuwende concepten iets te doen aan jongerenhuisvesting.
Indicatoren/ Kengetallen
Woningbouw Woningen per 31 december Ontwikkeling Verhouding huur-koop bestaande woningen
Realisatie 2012 24.318 80
Prognose 2013 24.496 178
Prognose 2014 24.732 236
40,2%/59,8%
40,4%/59,6%
40,1%/59,9%
Realisatie 2011 46,4% 22,3% 11,2% 20,1%
Realisatie 2012 50,9% 20,9% 10,3% 17,9%
Realisatie 2012 694
Prognose 2013 633
Prognose 2014 650
Realisatie 2012 297 293 127 193 910
Prognose 2013 218 204 98 140 660
Prognose 2014 220 275 100 186 781
Waarde-opbouw woningen < € 150.000 € 150.000 tot € 200.000 € 200.000 tot € 250.000 > € 250.000
Wabo-vergunning Beschikkingen
Wabo-aanvragen Bouwen Kappen Strijdig gebruik Overig Totaal
42
Ontwikkelingen
Woningbouw Het programma gaat voor 2014 uit van een netto toevoeging met 236 woningen (nieuwbouw minus sloop) De prognose voor 2014 is gebaseerd op de meest recente projectenplanning van september 2013. De nieuwbouwplanning voor dat jaar bedraagt 391 woningen. De realisatie van circa 40% van de geplande nieuwbouw voor 2014 is nog afhankelijk van de afzet van woningen in de markt. De reeds ingezette projecten blijven op het programma staan. Voor 2014 betekent dit dat vooral wordt gewerkt aan de nieuwbouw op het Raadhuisplein. Met de corporaties werken we verder aan de wijkvernieuwingen van Noordoost en De Bouwen (zie hierna, Stedelijke Vernieuwing). Collectief particulier opdrachtgeverschap wordt uitgewerkt in de Peinder Mieden in Opeinde. De nieuwbouwwijken Maartenswouden, Drachtstervaart, Boornbergum en Vrijburgh worden ontwikkeld in het tempo dat passend is bij de vraag vanuit de markt. Stedelijke Vernieuwing In 2014 wordt doorgewerkt aan de meerjarenprojecten herstructurering De Bouwen en herstructurering Noordoost. In de Bouwen ligt het accent in 2014 op de woningvoorraad en niet zozeer op de openbare ruimte. Zo pakt WoonFriesland in 2014 de sloop/nieuwbouw van de huurwoningen aan de Burefen en de woningen aan het oostelijk deel van de Klaverweide op. Voor Accolade zal het accent liggen op het afronden van het zuidelijke gedeelte van de locatie Hooiweg-Burefen en vervolgens de renovatie/het groot onderhoud van de woningen aan Boekweitkamp, Roggepad en Haverstuk. Tot slot wordt de aanpak van het noordelijke deel van de locatie Hooiweg-Burefen ook in 2014 verwacht. Hier zijn door Koopmans Projecten een zevental grondgebonden rijwoningen en een appartementengebouw met ruim 20 (zorg)appartementen gepland. In Noordoost ligt het accent op de afronding van de laatste woningbouwprojecten Robijnekamp en de invulling van het voormalige kassencomplex van de gemeente. Dit gebied is onderdeel van het zogenaamde parkensnoer. In 2014 zal met de uitvoering een start gemaakt worden. Daarnaast worden de laatste straten in het kader van de herstructurering heringericht. De afronding van deze grootschalige herstructurering is voorzien in 2016. In 2014 denken we ongeveer € 2 miljoen te investeren in de herstructureringswijken. De kosten worden grotendeels gedekt ten laste van de Reserve wonen. Het saldo van de reserve wonen (januari 2013 € 7,4 miljoen) is voldoende om de resterende herstructureringskosten van de komende jaren op te vangen. Daarnaast worden de kosten die gemaakt worden voor de riolering ten laste gebracht van het GRP. Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) In 2013 is er duidelijkheid gekomen over de verdeling van de resterende ISV3middelen. De provincie heeft hiervoor een verordening opgesteld. Ook de programmagemeenten kunnen projecten indienen. De provincie heeft voor de periode 2013/2014 per regio € 2,5 miljoen beschikbaar gesteld. Projecten moeten betrekking hebben op verbetering woonomgeving en verbetering van woningen of op hergebruik/herbestemming van leegstaande of vrijkomende panden of locaties. Er worden aanvragen ingediend voor de herontwikkeling locatie Vogelzang te Drachten en het MFC te Oudega. Daarnaast worden de subsidiemogelijkheden onderzocht voor de wijkvernieuwing Robijnekamp en 43
Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming Aanvullende mutaties in reserves Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging bestemmingsreserve Netto resultaat
Rekening 2012 2.583.344 -4.691.918 -2.108.574
Begroting 2013 5.087.150 -11.644.200 -6.557.050
Begroting 2014 7.854.160 -12.057.760 -4.203.600
200.000 3.618.423
2.580.000 2.557.130
2.630.000 58.700
1.709.849
-1.419.920
-1.514.900
-1.419.920
-1.514.900
-2.350.842 -640.993
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
2014 Structureel Eenmalig
-2.500
44
2015
2016
2017
Totaal -2.500
de voormalige zuivelfabriek te Oudega. Eén van de provinciale criteria is gemeentelijke cofinanciering ter grootte van de ISV-subsidie. Genoemde projecten zijn in de gemeentelijke begroting opgenomen, waarmee ze voldoen aan de eis van cofinanciering. In 2014 wordt bekend welke projecten in Smallingerland uit de resterende ISV3-middelen eventueel subsidie ontvangen. Opeinde Zuid Afhankelijk van de groepsgrootte van potentiële kopers, kunnen voor Opeinde Zuid, inmiddels De Peinder Mieden genaamd, de volgende stappen worden gezet. In 2014 zal het gaan om het uitwerken van de plannen tot een definitief ontwerp, het opstellen van een nieuw bestemmingsplan en het doorlopen van de benodigde procedures voor vergunningen. Mogelijk kan ook een begin worden gemaakt met de nieuwe vorm van beheer van het gebied. Een en ander hangt sterk samen met het aantal potentiële kopers. Mocht er nog niet voldoende belangstelling zijn, dan worden bovengenoemde werkzaamheden later uitgevoerd óf er wordt gekozen voor een gefaseerde aanpak. Vrijburgh Wij proberen de ontwikkeling van dit gebied te stimuleren maar erkennen dat het een kwestie is van lange adem. Wellicht komt in 2014 een klein woningbouwplan tot ontwikkeling maar dit blijft afhankelijk van belangstelling vanuit de markt. De Pi-groep gaat wel bouwen in 2014. Boornbergum Middelgeast Ook voor Boornbergum geldt dat de woningbouwinvulling meer tijd vraagt. De belangstelling voor vrije kavels is beperkt, op basis waarvan de woningbouwprogrammering is getemporiseerd. De projectmatige bouw in fase 2 wordt naar verwachting in 2014 afgerond. De projectmatige bouw in fase 3 is in 2013 in de verkoop gebracht. Er is concrete belangstelling voor de eilandkavels. Verwacht wordt dat in 2014 in fase 3 de eerste woningen worden opgeleverd. Drachtstervaart De vaart komt er in. In 2014 wordt het eerste gedeelte tussen de Noorderhogeweg en de Tjalling Wagenaarstraat gegraven en medio 2014 kan er over de nieuwe brug de Pijp in de Noorderhogeweg worden gereden. Verder concentreren in 2014 de werkzaamheden zich op de aanleg van het gedeelte tussen het carillon en de Tjalling Wagenaarstraat. Zowel in 2013 als in 2014 is eenmalig € 2,5 miljoen beschikbaar.
45
46
Vervolg
Herziening bestemmingsplannen De actualisatie van bestemmingsplannen is een doorlopend proces dat kan worden aangemerkt als regulier werk. Bestemmingsplannen moeten iedere tien jaar worden geactualiseerd. Onderstaand schema geeft een overzicht voor de komende jaren. Bestemmingsplan Drachtstervaart (uit te werken) Tussendiepen Burmaniapark Paardensportcentrum Maartenswouden Boornbergum, Middelgeast Bedrijvenpark Azeven Noord Vrijburgh
Planfase per 15 juli Ontwerp Ontwerp Voorontwerp In voorbereiding In voorbereiding In voorbereiding Nog op te starten Nog op te starten
Vaststelling vereist voor: 1 juli 2013 1 juli 2013 2 september 2013 1 oktober 2015 7 februari 2016 7 februari 2016 3 juli 2017 2 oktober 2017
De actualisatie van het bestemmingsplan buitengebied is in de basis gereed. Voor afrondende werkzaamheden en afhandeling van aan dit bestemmingsplan gerelateerde onderwerpen die nog kunnen leiden tot aanpassingen in dit plan is nog een bedrag van € 130.000 beschikbaar. Nieuw beleid Wonen Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
2014 Eenmalig Drachtstervaart Eenmalig doorgeschoven uit 2013 Herziening bestemmingsplan buitengebied Beleidsproducten
Ruimtelijke ordening Bouwzaken
2015
-2.500
Totaal 0 -2.500
-130
-130
Volkshuisvesting Bouwgrondexploitatie wonen
47
2016
2017
Onderwijs Doelstelling
De gemeente heeft de regiefunctie in de afstemming tussen onderwijs en andere functies binnen het jeugdbeleid. Doel is het bieden van optimale ontwikkelingskansen voor de Smallingerlandse jeugd. Hier wordt samen met het onderwijsveld en andere instellingen vorm en inhoud aan gegeven. Daarnaast richt de gemeente zich primair op de wettelijke taken: de leerplicht, het RMC, het leerlingenvervoer, de voorschoolse educatie, de schakelklassen en de huisvesting van primair, speciaal en voortgezet onderwijs. Goede onderwijshuisvesting houdt prioriteit.
Indicatoren/ Kengetallen
Leerlingen Primair onderwijs Expertisecentra Voortgezet onderwijs Totaal
Realisatie 2011/2012 5.610 827 4.944 11.381
Realisatie 2012/2013 5.490 851 4.961 11.302
Prognose 2013/2014 5.400 800 5.000 11.200
Realisatie 2010/2011 288
Realisatie 2011/2012 286
Realisatie 2012/2013 265
Deelname leerlingenvervoer Aantal leerlingen
Lange termijnprognose leerlingen aantal basisonderwijs Prognose 2012 Prognose 2013
2011 5.200 5.200
2015 4.900 4.900
2020 4.600 4.600
Realisatie 2010/2011 451
Realisatie 2011/2012 289
Realisatie 2012/2013 348
Verzuimmeldingen leerplicht Aantal meldingen
Begeleide jongeren kwalificatieplicht in Regio De Friese Wouden Realisatie 2010/2011 374
Aantal jongeren
Realisatie 2011/2012 440
Realisatie 2012/2013 398
Voortijdige schoolverlaters in Regio De Friese Wouden1 (in aantallen jongeren)
Realisatie 2010/2011 619 751 1.370 -369 -252 749
Dossiers begin schooljaar Nieuwe dossiers Sub-totaal Herplaatsingen Andere uitstroom Dossiers einde schooljaar
1
Realisatie 2011/2012 781 866 1.647 -300 -382 965
Realisatie 2012/2013 957 687 1.644 -218 -353 1.073
Het aantal dossiers aan het einde van een schooljaar is niet gelijk aan het aantal dossiers aan het begin van het volgende schooljaar. Dat heeft onder meer te maken met veranderingen in persoonlijke situaties, zoals verhuizingen. Een andere reden is dat definities soms wijzigen. Om die reden is het aantal geregistreerde jongeren in 2011/2012 hoog, doordat ook de 251 jongeren met een baan zijn geregistreerd.
48
Ontwikkelingen
Onderwijshuisvesting In de Concernrapportage 2013-II hebben we een overzicht gepresenteerd van de beschikbare middelen voor onderwijshuisvesting. We hebben geconstateerd dat er in 2023 sprake is van een sluitende exploitatie en dat de Reserve Onderwijshuisvesting dan nog € 0,4 miljoen bevat voor dekking van onvoorziene zaken. Dit bedrag is lager dan het gepresenteerde saldo van onvoorzien van € 1,1 miljoen in het jaarverslag. Dit wordt veroorzaakt doordat in 2013 enkele besluiten zijn genomen die een beroep doen op deze dekking, namelijk: - aanvullende investering groei vmbo Singelland € 200.000 - extra investering Drachtster Lyceum € 250.000 - aanvulling gymlokaal MFC Oudega € 160.000 - aanvulling nieuwbouw Liudger € 340.000 In 2014 wordt het budget structureel verhoogd met € 400.000 om het eerder vastgestelde huisvestingsprogramma te kunnen realiseren (RENN 4 Zwaai, Swetten/Ambyld, Leerpark). Dit is in lijn met het beleidsplan van verleden jaar. Daarnaast verlagen we het budget als gevolg van de aanpassing van de rekenrente van 5% naar 4%. Deze aanpassing komt eveneens uit op € 400.000 en is in lijn met de effecten van de rekenrenteaanpassing die in de perspectiefnota zijn gepresenteerd. De afgelopen jaren zijn er aanzienlijke investeringen gedaan in onderwijshuisvesting. Ook in de komende jaren komen er nog de nodige opgaven op ons af. Voor een deel zal het daarbij gaan om aanpassing en vernieuwing van bestaande gebouwen, voor een ander deel zal het gaan om het aanpassen aan de veranderende samenstelling van de bevolking. Veranderingen die onvoorspelbare gevolgen kunnen hebben op de behoefte aan schoollokalen. De schoolbesturen zijn met ons als gemeente in gesprek om te zoeken naar de oplossing. In Rottevalle is de oplossing gevonden door te werken aan het samengaan van de beide scholen en de nieuwe school te combineren met andere gemeenschapsvoorzieningen. In de komende periode zullen wij verder zoeken naar antwoorden in de andere dorpen. Behalve de dynamiek in de dorpen, zijn er ook in Drachten de nodige ontwikkelingen. Uw raad heeft toestemming gegeven voor de stichting van de evangelische school Drachten. Die school zal in het komend jaar geaccommodeerd moeten worden als de minister de school definitief op de lijst van nieuwe scholen plaatst. Daarnaast groeit ons voortgezet onderwijs met ongeveer 50 leerlingen per jaar. We lopen de belangrijkste projecten uit het investeringsprogramma langs. Nieuwbouw Swetten en Ambyld Voor de scholen in de Swetten zijn eerder middelen gereserveerd (€ 5,3 miljoen) met als insteek vanaf 2015 nieuwbouw voor deze scholen te realiseren. Bij het onderzoek naar de nieuwbouw zal ook aandacht dienen te worden besteed aan de veranderende bevolkingsopbouw in Drachten. Er zal medio 2014 een notitie verschijnen waarin zal worden ingegaan op de lokaalbehoefte in de Swetten. De lokaalbehoefte in die wijk hangt samen met de ontwikkelingen op de scholen in de omgeving. Naar verwachting zal op die scholen leegstand ontstaan.
49
Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming Aanvullende mutaties in reserves Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging bestemmingsreserve Bestemming resultaat Netto resultaat
Rekening 2012 2.653.525 -12.786.598 -10.133.073
Begroting 2013 1.955.220 -12.221.300 -10.266.080
Begroting 2014 1.747.720 -11.695.550 -9.947.830
-10.266.080
-9.947.830
-10.266.080
-9.947.830
93.500 796.430 -250.000 -9.493.143
-1.060.791
-10.553.934
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
Structureel Eenmalig
2014 -400
50
2015
2016
2017
Totaal -400 0
Gomarus Gomarus is op dit moment gehuisvest in een oud schoolgebouw aan de Eikesingel. Het gebouw is inhoudelijk en economisch niet goed te exploiteren. Reden voor ons om te onderzoeken of andere huisvestingsmogelijkheden een optie zijn. Binnen de reguliere middelen voor onderwijshuisvesting is er geen ruimte dit probleem op te lossen. Onderzocht wordt of door aanboring van (provinciale) subsidiemogelijkheden er ruimte kan worden gevonden de herhuisvesting van deze school te versnellen. Afhankelijk van de uitkomsten van dit subsidietraject zullen we dit project mogelijk betrekken bij de integrale afweging voor de perspectiefnota volgend jaar. De Zwaai Voor de school voor speciaal onderwijs De Zwaai is € 2,5 miljoen beschikbaar voor nieuwbouw. Door de ontwikkelingen rondom Samen Kansrijk (een samenwerkingsverband van alle speciaal onderwijs besturen in de gemeente) is gewacht met de definitieve locatiekeuze voor de school. De nieuwbouw zal daardoor later plaatsvinden. Binnen het speciaal onderwijs wordt nu definitief ingezet op campusvorming. Op die campus zullen de grenzen tussen REC 3 en 4 scholen verdwijnen en zal de samenwerking met ook het speciaal basisonderwijs worden geïntensiveerd. Dit betekent dat de locatiekeuze nu van start kan. Wij verwachten in 2014 de voorbereidingen van de bouw te kunnen starten. Evangelische basisschool Binnen het primair onderwijs zal huisvesting moeten worden verzorgd voor de nieuw te realiseren evangelische basisschool Drachten. Hiervoor wordt in eerste instantie gedacht aan het huisvesten van deze school in de leegstaande lokalen in de school aan de Hunze. Een investering van naar verwachting € 250.000 inclusief inrichting zal hiervoor volstaan in 2014. Dit bedrag kan worden opgevangen binnen de reguliere middelen voor onderwijshuisvesting. Onderhoud onderwijsgebouwen Het kabinet heeft besloten de verantwoordelijkheid voor een aantal onderhoudstaken voor onderwijsgebouwen over te hevelen. Als gemeente worden we hiervoor structureel gekort in het gemeentefonds voor ruim € 1,1 miljoen. In afwachting van definitieve duidelijkheid handhaven we voorlopig ons budget van € 0,4 miljoen. In de loop van 2014 verwachten we een bijstelling te kunnen presenteren, gekoppeld aan een raming van onze resterende verplichtingen. Overdracht gymlokalen Momenteel vindt onderzoek plaats of het beheer en exploitatie van de gymzalen overgedragen kan worden aan het Sportbedrijf, in navolging van de sporthallen. Leerlingenvervoer In 2013 is het leerlingen- en gym- en zwemvervoer opnieuw Europees aanbesteed. In de beoordelingscriteria zijn duurzaamheidaspecten meegenomen wat heeft onder andere geresulteerd in de inzet van voertuigen op groen gas. De inschrijving is gunstig uitgevallen. Dit leidt met ingang van het schooljaar 2013/2014 tot een structureel voordeel van € 0,3 miljoen.
51
RMC/leerplicht/kwalificatieplicht Op basis van het convenant voortijdig schoolverlaters 2013-2015 geldt voor onze regio dat er in 2016 niet meer dan 550 nieuwe voortijdige schoolverlaters (vsv-ers) mogen zijn. In de afgelopen schooljaren bedroeg dit aantal 607 (2010-2011) en 598 (2011-2012). Het aantal vsv'ers in het afgelopen schooljaar zal in 2014 door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen bekendgemaakt worden. De volgende concrete acties worden genomen om deze doelstelling te halen: • •
•
•
•
samenwerking met partijen met betrekking tot het bindend studieadvies. het inrichten van een beroepsbegeleidende leerweg mbo (bbl)-monitor waardoor jongeren in beeld worden gebracht die een bbl (willen gaan) volgen, dreigen uit te vallen uit een bbl-baan of de opleiding verlaten zonder diploma. het aanstellen van 2 bbl-coaches die leerwerkplekken voor jongeren zoeken en daarin bemiddelen tussen jobhunters van onderwijsinstellingen, gemeenten, provincie en uitzendbureaus. het invoeren van een vacaturegerichte intake op scholen om op grond van de arbeidsmarkt in de regio te bepalen welke kansrijke en realistische beroepen er zijn passend bij de wensen en mogelijkheden van een jongere. de introductie van een digitaal doorlopend ervaringsprofiel waarin een jongere zonder startkwalificatie de leer- en loopbaangegevens kan verzamelen. Het doel hiervan is om op de arbeidsmarkt competenties te verwerven die uiteindelijk leiden tot een startkwalificatie.
De rijksvergoeding die we als centrumgemeente ontvangen voor uitvoering van de RMC-functie is maatgevend voor het jaarlijkse budget van € 0,7 miljoen. Daarnaast kan – waar nodig – voor eenmalige projectmatige zaken worden geput uit de Voorziening RMC. De gemeente Skarsterlân maakt nu deel uit van RMC-regio de Friese Wouden. Na de bestuurlijke fusie tot de nieuwe gemeente De Friese Meren gaan deze werkzaamheden waarschijnlijk over naar RMC-regio Súdwest Fryslân. De financiële en formatieve gevolgen van deze overgang zijn nog punt van gesprek tussen beide gemeenten. Onderwijsverordening Achterstand en Kwaliteit Schooljaar 2014-2015 is het laatste jaar van de huidige vierjarige tijdvak. Na afloop van dat schooljaar zullen de definitieve resultaten zichtbaar worden. Om snel te kunnen anticiperen op mogelijke aanpassingen in het beleid zal scholen conform de verordening worden gevraagd om eind 2013 een inhoudelijk verslag aan te leveren met de resultaten tot dat moment. Daarnaast gaan we tijdens het schooljaar 2013-2014 via een tussentijdse evaluatie onderzoeken hoe verschillende partijen aankijken tegen de huidige subsidieregeling. De beide documenten, de evaluatie en het inhoudelijk verslag, zullen worden gebruikt als input om te bepalen hoe de gelden voor achterstand en kwaliteit na het schooljaar 2014-2015 het beste kunnen worden ingezet. Een dergelijke analyse is ook noodzakelijk, omdat vanaf schooljaar 2015-2016 nog slechts de helft van het oorspronkelijke budget beschikbaar zal zijn (€ 375.000).
52
Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) De huidige rijksregeling gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid 20112014 (VVE) eindigt na 2014. In 2014 ontvangen we nog een specifieke uitkering van € 0,5 miljoen voor de uitvoering van deze taak. De verwachting is dat er vanuit het Rijk nog steeds geld beschikbaar zal blijven voor de uitvoering van VVE, maar dat er wel de nodige aanpassingen zullen plaatsvinden, aangezien na de bestandsopname van de onderwijsinspectie in 2012 is gebleken dat landelijk gezien een aantal onderwerpen op dit moment onderbelicht blijft. Hoewel VVE in Smallingerland overall als voldoende is beoordeeld, zullen ook wij extra aandacht besteden aan enkele thema's. Voor de volgende periode, vanaf 2014, zal er in overleg en in samenwerking met de MOS en de scholen (OPO en PCBO) een nieuw plan van aanpak worden geschreven. Daarin zal extra aandacht worden besteed aan het bevorderen van ouderbetrokkenheid binnen het VVE beleid, het verbeteren van de doorgaande lijn tussen voorschool en vroegschool. Ook zal in het nieuwe plan aandacht worden besteed aan de aansluiting met (jeugd)zorg. Passend onderwijs Er wordt op dit moment onderzoek gedaan naar de toekomst van het speciaal onderwijs in Drachten door de betrokken besturen. Binnen een tijdsbestek van enkele jaren – rond 2020 – zullen alle scholen voor speciaal onderwijs voor kinderen tussen 4 en 12 jaar geherhuisvest dienen te worden. Ruimtelijk dienen hiervoor voorbereidende maatregelen te worden genomen. Vooralsnog gaan wij er vanuit dat passend onderwijs voor ons als gemeente geen directe, grote gevolgen zal hebben. Krimp leerlingen primair onderwijs Het aantal leerlingen in het primair onderwijs zal in Smallingerland in de komende 10 jaar met ongeveer 15% dalen. De daling is niet gelijk verdeeld over de gemeente. In de dorpen wordt een daling verwacht van bijna 40% en in Drachten minder dan 10%. Ook binnen de stad zijn er grote verschillen. Drachten Noord en Drachten West zullen elk rond de 30% leerlingenverlies laten zien, terwijl de overige wijken een geringe groei (bv. Swetten) tot forse toename (Noordoost) laten zien. Nieuw beleid Onderwijs Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
2014 Structureel Onderwijshuisvesting Beleidsproducten
-400
Lokaal bestuurlijke onderwijstaken Onderwijshuisvesting Volwasseneneducatie
53
2015
2016
2017
Totaal -400
Sport en recreatie Doelstelling
Toerisme en recreatie is één van de meer kansrijke economische sectoren. Het toeristisch product "Smallingerland" kan nog op verschillende punten verder worden verstevigd. Belangrijke aandachtspunten hierbij zijn het Polderhoofdkanaal, de Drachtstervaart en De Welle. Op het gebied van de sport ligt de prioriteit bij het organiseren van het optimaal gebruik van beschikbare voorzieningen.
Indicatoren/ Kengetallen
Zwembad De Welle Bezoekers recreatief zwemmen Verenigingszwemmen Doelgroepzwemmen
Realisatie 2011 182.499 2.398 uur 28.474
*)
Realisatie 2012 177.343 2.489 uur 28.240
Prognose 2013 150.000 2.500 uur 28.000
Realisatie 2012 83% 77% 73%
Prognose 2013 70% 75% 70%
Bezettingsgraad binnensportaccommodaties Realisatie 2011 81% 71% 73%
Sportcentrum Sporthal De Drait Sportzaal De Wiken
*)
*) De prognoses voor het lopende jaar zijn een weergave van de subsidieafspraken met het Sportbedrijf.
Sport en bewegen Deelnemers schoolsportagenda
Realisatie 2011 6.503
Realisatie 2012 7.209
Prognose 2013 6.000
Realisatie Small.land 2012
Realisatie Fryslân 2012
74%
78%
69% 59% 65% 36% 65%
68% 62% 67% 40% 70%
Realisatie 2011 108 95
Realisatie 2012 109 85
Smallingerland in beweging
Lid sportclub groep 7 basisonderwijs Lid sportclub, klas 1/2 voortgezet onderwijs Sportdeelname volwassenen *) Voldoet aan NNGB Sportdeelname ouderen Voldoet aan NNGB *) NNGB = Nederlandse norm gezond bewegen
Arbeidsplaatsen toerisme en recreatie Realisatie 2010 106 107
Fulltime Parttime
54
Ontwikkelingen
Beleidsplan Sport en Bewegen Doelstellingen uit het beleidsplan sport en bewegen 2013-2016 zijn grotendeels vertaald in de nieuwe activiteitenafspraken met het Sportbedrijf. De gemeente zorgt daarnaast zelf in 2014 voor de evenementensubsidies, de netwerkbijeenkomst sport en de talentondersteuning. VV ONT (Opeinde) Voetbalvereniging ONT komt op basis van de capaciteitsberekening één natuurgras wedstrijdveld te kort. Het is de bedoeling om in 2014 op het bestaande sportcomplex een extra natuurgrasveld te realiseren mits dit technisch mogelijk is. Vanwege de ligging van het complex is de ruimte zeer beperkt. Voor de uitbreiding is € 675.000 gereserveerd. Kunstgrasvelden Op basis van een meerjarenprognose groot onderhoud en vervangen kunstgrasvelden zijn bedragen gereserveerd in dit beleidsplan. Voor de jaarschijf 2014 is naast de reguliere reservering van € 510.000 ook de doorgeschoven reservering van 2013 van € 51.000 beschikbaar. Voor 2015 is er € 36.000 en voor 2017 € 250.000 gereserveerd. In 2016 worden op dit moment geen vervangingen of groot onderhoud voorzien. De twee kunstgras hockeyvelden aan de Sportlaan zijn verouderd en moeten worden vervangen. De eenmalige aanlegkosten worden geraamd op € 600.000. Voor het gemeentelijk aandeel is € 450.000 gereserveerd en de eigen bijdrage van de vereniging zal € 150.000 (25%) bedragen. We zijn in overleg met de vereniging over de eigendomssituatie van de kunstgrasvelden, waarbij we er naar streven dat de gemeente net als bij alle andere kunstgrasvelden eigenaar wordt. Zwembad De Welle In 2012 heeft de raad besloten dat uiterlijk in 2016 een besluit moet worden genomen over de gewenste toekomstvariant van zwembad De Welle. De nieuwbouwconcepten richten zich op een combinatie van topsport en een recreatievoorziening met een voedingsgebied van minimaal de drie noordelijke provincies. In 2014 werken gemeente en provincie vanuit de samenwerkingsagenda aan de verdere ontwikkelingen op dit gebied. In afwachting van definitieve besluitvorming is in totaal bijna € 2,5 miljoen gereserveerd voor noodzakelijk onderhoud tot 2020. Atletiekbaan Met het overnemen van het eigendom van de atletiekbaan zijn we tevens verantwoordelijk geworden voor (groot) onderhoud. Aan het einde van de planperiode wordt dit voorzien voor een bedrag van € 118.000. Schoolzwemmen De voorgestelde wijziging op het schoolzwemmen is bij de behandeling van de nieuwe activiteitenafspraken met het Sportbedrijf tijdelijk geparkeerd. Eind 2013 vindt nadere besluitvorming plaats over het vangnet binnen het schoolzwemmen, die mogelijk leidt tot een aanpassing in 2014. Combinatiefuncties Voor schooljaren 2013/2014 tot en met 2016/2017 vindt inzet van 5,3 fte plaats op het gebied van onderwijs en sport. Het Sportbedrijf heeft deze combinatiefunctionarissen in dienst en jaarlijks vindt koppeling tussen scholen, verenigingen en combinatiefunctionarissen plaats zodat er een gemeentebrede inzet gerealiseerd kan worden. 55
Financien
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming
Rekening 2012 1.750.743 -4.659.666 -2.908.923
Begroting 2013 951.910 -5.407.900 -4.455.990
Begroting 2014 966.450 -6.888.780 -5.922.330
Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming
1.385.000 1.015.944 -85.000 -71.170 -664.149
1.004.850
2.272.300 180.000
-3.451.140
-3.470.030
Aanvullende mutaties in reserves Toevoeging bestemmingsreserve
-1.147.157
Netto resultaat
-1.811.306
-3.451.140
-3.470.030
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
Structureel Eenmalig
2014
2015
2016
2017
Totaal
-1.865
-86
-2.050
-368
-4.369
56
Vervolg
Voor onderwijs en cultuur is 1,3 fte beschikbaar. Hiervan is 0,5 fte ingezet bij De Lawei voor het project "Jij in De Lawei" en 0,8 fte bij het Museum voor het promoten van Dada en de Stijl bij de jeugd. In 2014 zal daarnaast uitbreiding plaatsvinden met 1fte als talentcoach voor het Regionaal Trainingcentrum Zwemmen in Drachten en nog 0,7 fte nader in te vullen. Daarmee is in totaal 8,3 fte werkzaam als combinatiefunctionaris in onze gemeente. De gemeente heeft structureel € 135.000 gereserveerd voor de uitvoering van de combinatiefuncties en van het rijk wordt jaarlijks € 165.800 ontvangen. Het Sportbedrijf en Museum dragen zelf ook bij in het project. Nationaal Actieplan Sport en Bewegen Het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen (NASB) eindigt medio 2014. De resultaten van de extra impuls op het reguliere sport- en beweegbeleid worden eind 2014 gerapporteerd en afgerekend. Over de hele uitvoeringsperiode 2010-2014 is een totaalbudget van € 240.000 beschikbaar gesteld. Hiervan is € 160.000 door het rijk bijgedragen en € 80.000 door de gemeente uit lokaal gezondheidsbeleid. Sportbesluit sportaccommodaties Er zijn afspraken gemaakt met de belastingdienst om onze buitensportaccommodaties onder het Sportbesluit te laten vallen. De eerste effecten hiervan kwamen tot uiting in de jaarstukken over 2012. In 2014 leidt dit tot een eenmalig voordeel van € 97.000. Dit voordeel is verrekend in de reserveringen voor de kunstgrasvelden. Polderhoofdkanaal Onze (financiële) verantwoordelijkheden in het project Polderhoofdkanaal zijn vastgelegd in een overeenkomst met de gemeente Opsterland. Onze bijdrage is inmiddels betaald, op een bedrag van € 230.000 na. Dit zullen we overmaken bij succesvolle afronding van het project. Toeristisch recreatieve voorzieningen Jachthavens In 2012/2013 is groot onderhoud uitgevoerd aan de havens Rottevalle en Oudega waarbij onder meer de kades rondom de haven volledig zijn vernieuwd. In 2014 worden nog aanvullende (deels wettelijk verplichte) maatregelen voorzien die ook bijdragen aan de aantrekkelijkheid van de havens voor passanten (elektrische oplaadpunten, vuilwateropvang, en dergelijke). Hiervoor is in het programma Leefomgeving een bedrag van eenmalig € 241.000 en structureel € 4.000 opgenomen. De mogelijkheid tot het uitbreiden van de passanten voorzieningen voor de watersport in Opeinde worden onderzocht. Met deze maatregelen kan de aantrekkelijkheid van de Lits-Lauwersmeerroute worden versterkt. Oostelijke poort Friese Meren Drachten als oostelijke poort naar de Friese Meren maakt deel uit van de Samenwerkingsagenda met de provincie. Verschillende projecten en ontwikkelingen kunnen hieraan worden gekoppeld. In 2014 zal samen met provincie Fryslân en Wetterskip Fryslân de projectaanpak voor de Gebiedsontwikkeling Oudega aan het Water worden voorbereid en ter besluitvorming worden voorgelegd. Hierbij zullen afspraken worden gemaakt over onder meer rolverdeling, projectorganisatie en processtappen.
57
Een van de eerstvolgende stappen zal zijn het verkennen van de bereidheid tot medewerking van de betrokken grondeigenaren. Belangrijk onderdeel hierbij vormt dan ook de communicatie met de streek, waaronder grondeigenaren, stakeholders en dorpsbewoners. Meer concreet kan de in dit kader voorgestelde fietsverbinding van Drachten richting Oudega via het plan De Peinder Mieden worden voorbereid en uitgewerkt. Verenigingsgebouw watersportverenigingen Kanovereniging De Frosken, Roeivereniging de Dragt en Watersportvereniging Drachten – Veenhoop hebben in 2013 een convenant gesloten om gezamenlijk met financiële steun van de gemeente een verenigingsgebouw te realiseren. Daarnaast is een subsidieaanvraag ingediend bij de provincie. Procedure voor vergunningen, bouwrijp maken en bouw van het onderkomen staan gepland voor 2014. Voor onze bijdrage is € 65.000 gereserveerd. Wanneer de realisatie hiermee kan worden zeker gesteld, overwegen we om uit de ruimte in de reserve toerisme, recreatie en landinrichting eventueel extra geld in te zetten. Fietspad Suderein Het versterken van het regionale fietsroutenetwerk in de omgeving van Drachten maakt deel uit van het Toeristisch Recreatie Ontwikkelingsplan en de Streekagenda Zuidoost Fryslân. De fietsverbindingen Utein en Suderein zijn aangemeld voor een laatste subsidietender van het projectbureau Plattelânsprojekten Zuidoost-Fryslân. Voor het fietspad Utein waren al middelen gereserveerd binnen de reserve toerisme, recreatie en landinrichting. Voor het fietspad Suderein zijn nog niet eerder middelen gereserveerd. In dit beleidsplan willen we daarom € 180.000 reserveren. De dekking kan plaatsvinden uit de reserve toerisme, recreatie en landinrichting. Uitvoeringsprogramma Recreatie en Toerisme Voor 2014 staan diverse zaken op de rol. In regionaal verband willen we Zuidoost Fryslân als wandelregio op de kaart zetten door het uitwerken van plannen voor de invoering van een wandelknooppuntennetwerk. De in 2013 ingevoerde verruiming van de pontbediening bij De Veenhoop gaan we monitoren. Realisatie van de heropening van de Drachtstervaart zal Drachten en Smallingerland nadrukkelijker opnemen in het vaarroutenetwerk. We willen samen met Staatsbosbeheer een plan maken voor de opwaardering van het dag- en verblijfsrecreatieterrein bij paviljoen De Leijen. Het project Doarp yn 't Grien en Singellân Oudega staat in de startblokken. Voor deze onderwerpen is in de jaren 2014-2016 in totaal nog € 150.000 gereserveerd. Streekagenda Met de uitvoering van de projecten uit de streekagenda Zuidoost willen wij onze regio op een duurzame wijze ontwikkelen en de bijzondere kwaliteiten verder versterken. Het is onze ambitie dat Zuidoost Friesland in 2020 een hoogwaardig gebied is om te wonen, werken en recreëren. Hierbij hebben wij aandacht voor actuele demografische en maatschappelijke ontwikkelingen. In december 2013 wordt de raad om instemming met de Streekagenda Zuidoost gevraagd. Het jaar 2014 is een overgangsjaar in de regionale samenwerking. Daarom is het jaarplan 2014 enigszins op pragmatische wijze opgesteld en uitvoering mede afhankelijk van beschikbare cofinanciering van de provincie. Financiële dekking wordt in eerste instantie gezocht binnen bestaande budgetten.
58
Nieuw beleid Sport en recreatie Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
Eenmalig Toerisme en recreatie Fietspad Suderein Kunstgrasvelden Kunstgrasvelden hockey Sportvelden Opeinde Zwembad Atletiekbaan Eenmalig doorgeschoven uit 2013 Herhuisvesting watersportverenigingen Polderhoofdkanaal Groot onderhoud De Welle Groot onderhoud kunstgrasvelden Beleidsproducten
Sportstimulering en ontwikkeling Veldsportaccommodaties Sportbedrijf Toeristische en recreatieve voorzieningen
59
2014
2015
2016
-50 -180 -510 -450 -675
-50
-50
-36
2017
-250
-2.000 -118 -65 -230 -471 -51
Totaal -150 -180 -796 -450 -675 -2.000 -118 -65 -230 -471 -51
Cultuur Doelstelling
Smallingerland onderscheidt zich op het terrein van de cultuur. Het bevorderen van het culturele klimaat is één van de speerpunten, mede door het onverminderd inzetten op uitvoering van de cultuurnota "Meemaken". De gereserveerde middelen voor de cultuurclustering worden ingezet op het verbeteren van de huisvestingsituatie van een aantal culturele instellingen, waarbij Meldij en Lawei prioriteit hebben.
Indicatoren/ Kengetallen
Bezoekers / leden Realisatie 2010 86.672 3.965 13.962 9.000 9.512
Realisatie 2011 81.301 3.912 13.905 15.500 11.190
Realisatie 2012 61.380 4.066 13.787 18.450 14.406
Realisatie 2010 5 2 5.000
Realisatie 2011 6 4 10.600
Realisatie 2012 6 4 11.300
Rekening 2012 15.060 -5.241.107 -5.226.047
Begroting 2013 0 -10.120.210 -10.120.210
Begroting 2014 0 -13.026.500 -13.026.500
De Lawei (eigen voorstellingen) De Meldij Bibliotheek Museum Iduna (in eigen huis)
Bezoekers culturele evenementen Aantal zondagen Aantal producenten Aantal bezoekers Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming
2.336.000 62.243
4.500.000
7.289.000
-2.827.804
-5.620.210
-5.737.500
Aanvullende mutaties in reserves Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging bestemmingsreserve
-1.342.784
Netto resultaat
-4.170.588
-5.620.210
-5.737.500
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
2014 Structureel Eenmalig
-7.289
60
2015
2016
2017
Totaal 0 -7.289
Ontwikkelingen
Cultuuraccommodaties De werkzaamheden voor nieuwbouw en renovatie van De Lawei en De Meldij zijn gestart en zullen naar verwachting in september 2014 worden afgerond. De kosten voor het gehele project zijn geraamd op € 19 miljoen, waarvan het gemeentelijke aandeel € 13,3 miljoen bedraagt. De laatste aanbestedingsresultaten laten een financiële opgave zien. We spannen ons in om deze binnen de beschikbare middelen op te lossen. Bij aanvang van het seizoen 2014/2015 zal ook de samenvoeging van de beide instellingen zijn gerealiseerd, zodat een toekomstbestendige organisatie in een up-to-date gebouw kan werken aan de doorontwikkeling van het podium- en cultuureducatie-aanbod. Ook het opknappen en verbouwen van Iduna tot een volwaardig poppodium wordt in 2014 voltooid. Hiervoor is € 1 miljoen beschikbaar. Samen met de interne opknapbeurt van Museum Dr8888 in 2011 en de restyling van de bibliotheek in 2012 zijn met ingang van het culturele seizoen 2014/2015 alle culturele instellingen up-to-date. Cultuuractiviteiten De cultuuractiviteiten hebben als doel een bloeiend cultureel klimaat mogelijk te maken. Dat doen we door zelf uitvoering te geven aan de door de raad vastgestelde cultuurnotitie 'Meemaken', samenwerking tussen culturele instellingen te stimuleren en waar mogelijk andere initiatieven te faciliteren. Belangrijke pijlers zijn: 'JIJ in de Lawei', het Simmerdeisfestival, Culturele Zondagen en het uitreiken van (twee- en driejaarlijkse) prijzen op verschillende deelterreinen van cultuur. Voor culturele ontwikkelingen is in 2014 een budget van € 608.000 beschikbaar, waarvan nog circa € 275.000 vrij beschikbaar is. In 2016 wordt het budget verlaagd met € 92.000 als uitvloeisel van raadsbesluiten over bezuinigingen. De evaluatie van de cultuurbeleidsnotitie 'Meemaken' zal begin 2014 afgerond worden. Dit kan nog in 2014 beleidswijzigingen of accentverschuivingen met zich mee brengen. De kansen en effecten van de verkiezing van Leeuwarden/Fryslân tot Culturele Hoofdstad 2018 worden daar in meegenomen. Monumenten, cultuurhistorie en archeologie Bij de bezuinigingen is besloten om de frequentie van de themajaren terug te brengen naar eens in de twee jaar. 2013 heeft volop in het teken van de skûtsjes gestaan en in 2014 zal worden gestart met de voorbereidingen voor een cultuurhistorisch thema in 2015. Met het kernteam zal een thema bedacht worden en zullen andere betrokken organisaties worden gevraagd mee te denken en plannen uit te werken.
61
Vervolg
Amateurkunst Ook in 2014 kunnen (amateurkunst)verenigingen en organisaties een beroep doen op de subsidieregelingen voor amateurkunst. De laatste jaren doen steeds meer organisaties een beroep op deze regeling om de financiering van hun evenement rond te krijgen. Een van de redenen hiervoor is dat de mogelijkheid van sponsoring vanuit het bedrijfsleven aanzienlijk moeilijker is geworden. Jaarlijks is € 60.000 beschikbaar voor evenementen op dit gebied. Torenstraat 3 / Museumwoning Het museum Dr8888 heeft het initiatief genomen om in het pand Torenstraat 3 een Van Doesburg-Rinsemahuis te realiseren. Wij hebben in principe besloten medewerking te verlenen aan overdracht van dit pand aan het museum op basis van een ingediend bedrijfsplan en meerjaren exploitatieraming. Dankzij deze toezegging is het museum nu druk bezig met het werven van fondsen en sponsoren voor de renovatie en inrichting van de museumwoning. Zodra de externe financiering van dit project rond is, zal definitieve besluitvorming plaatsvinden. Onze inzet is om de gemeentelijke bijdrage te beperken tot een eenmalige investeringsbijdrage. De exploitatie moet reëel sluiten, zonder, dan wel met een zeer beperkte structurele gemeentelijke subsidie.
62
Nieuw beleid Cultuur (x € 1.000) (- = nadeel)
2014 Eenmalig Cultuurontwikkelingen Beleidsproducten
2015
-7.289
Openbare bibliotheek Amateuristische kunstbeoefening Museum Smallingerland Schouwburg "De Lawei" Culturele evenementen
63
"De Meldij" Beeldende kunst Monumentenzorg Media lokale omroep
2016
2017
Totaal -7.289
Welzijn en zorg Doelstelling
In principe moet iedere inwoner kunnen deelnemen aan het maatschappelijk verkeer, via werk, onderwijs, maatschappelijke activiteiten of een combinatie daarvan. Leefbaarheid in de dorpen wordt bevorderd omdat die onder druk staat bij afnemende bevolking en voorzieningenniveau
Indicatoren/ Kengetallen
Voorzieningen WMO Realisatie 2012 1.149 1.844 448 1.148 394 150
Rolstoelen Vervoersvoorzieningen Woonvoorzieningen Huishoudelijke zorg HV1 Huishoudelijke zorg HV2 PersoonsGebondenBudget
Prognose 2013 1.175 1.775 450 1.125 400 175
Prognose 2014 1.150 1.800 400 1.150 400 150
Realisatie 2012 626 1.235 571 2.727 1.803 639
Prognose 2013 732 1.305 408 2.763 1.842 450
Budget 2014 752 1.406 998 2.835 1.890 550
Realisatie 2012 6.751
Prognose 2013 8.500
Prognose 2014 8.500
Realisatie 2012 51
Prognose 2013 10
51
10
Middelen Voorzieningen WMO (x € 1.000) Rolstoelen Vervoersvoorzieningen Woonvoorzieningen Huishoudelijke zorg HV1 Huishoudelijke zorg HV2 PersoonsGebondenBudget
Klantencontacten WMO-loket Klantencontacten
Inburgering Gestarte voorzieningen Waarvan in combinatie met re-integratie
64
Ontwikkelingen
Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) Vanuit het beleidskader 'Wmo beleidsplan 2013-2016' wordt per jaar een uitvoeringsprogramma opgesteld. Hierin zijn operationele acties opgenomen die een bijdrage leveren aan de realisatie van de doelstellingen en de vier centrale ambities van de Wmo. Enkele belangrijke acties voor 2014 zijn: • Pilots sociale wijkteams • Pilots rondom de nieuwe taken binnen de Wmo (transitie Jeugdzorg en decentralisatie AWBZ-taken) • Gesprekken met gesubsidieerde organisaties rondom wonen, welzijn en zorg over nieuwe vormen van samenwerking en financiering Het uitvoeringsprogramma voor 2014 zullen we na gereed komen ter kennisname aan de raad beschikbaar stellen. In totaal is € 100.000 beschikbaar voor nieuwe beleidsvoornemens met betrekking tot de Wmo. Daarnaast is tot en met 2016 per jaar € 250.000 eenmalig gereserveerd. In totaal is er nu een structureel bedrag van € 9,3 miljoen beschikbaar voor uitvoering van de Wmo. Voor de Reserve Wmo geldt een plafond van € 0,75 miljoen. Integrale aanpak sociaal domein Het jaar 2014 staat in het teken van de voorbereiding van de transitie van de Jeugdzorg, de invoering van de Participatiewet en de transitie van de AWBZ. Uiteindelijk zal in 2015 een nieuwe Wmo en Jeugdwet worden ingevoerd. Met de transities krijgt de gemeente er taken bij. De transitie Jeugdzorg betekent dat de gemeente verantwoordelijk wordt voor alle Jeugdzorg. Bij de transitie AWBZ krijgt de gemeente de verantwoordelijkheid voor de extramurale begeleiding en persoonlijke verzorging van mensen met een lichtere ondersteuningsbehoefte. Ook op het gebied van Werk en Inkomen zal op termijn een Participatiewet worden ingevoerd, waardoor de gemeente te maken krijgt met een nieuwe doelgroep, die nu nog onder de Wajong valt. Tenslotte hebben de ontwikkelingen binnen het passend onderwijs ook gevolgen voor de gemeente, met name daar waar passend onderwijs raakt aan de zorg voor jeugd. Er zit meerwaarde in het integraal benaderen van de verschillende transities. Het biedt de gemeente de kans om een ontkokerd stelsel te maken van maatschappelijke ondersteuning voor alle leefgebieden van de burger. De opdracht van de verschillende transities verschilt niet: vereenvoudigen van het stelsel en verbeteren van de effectiviteit van ondersteuning en hulp. Om de integrale aanpak te realiseren is het project "Integrale aanpak van het sociaal domein" opgezet. Het project is gericht op verbinden, afstemmen, coördineren en vernieuwen. De vernieuwingsmogelijkheden zullen als acties, projecten en pilots worden opgenomen in het uitvoeringsprogramma Wmo voor 2014. Ten tijde van het opstellen van dit beleidsplan is nog niet duidelijk welke taken en middelen er naar gemeenten overgaan. De verwachting is dat onze jaarlijkse kosten met enkele tientallen miljoenen zullen toenemen. In hoeverre rijksvergoedingen toereikend zijn, zal moeten blijken. Gegeven alle onzekerheden over inhoud, de omvang van de geldstroom en de voornemens van het rijk om efficiencykortingen toe te passen, zien we dit net als andere gemeenten als een groot financieel risico. 65
Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming
Rekening 2012 1.567.483 -16.292.550 -14.725.067
Begroting 2013 1.088.000 -19.320.210 -18.232.210
Begroting 2014 1.088.000 -20.309.260 -19.221.260
1.192.450 34.331
3.768.390
2.580.390
Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming
-13.498.286
Aanvullende mutaties in reserves Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging bestemmingsreserve Resultaatbestemming
2.588.799 -245.726 -27.600
Netto resultaat
-2.250.000
-11.182.813
-16.713.820
-16.640.870
-16.713.820
-16.640.870
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
Structureel Eenmalig
2014
2015
2016
-295
-295
-250
66
2017
Totaal 0 -840
Ontwikkelingen
Transitie Jeugdzorg Als alles volgens planning verloopt, wordt in 2015 de nieuwe Jeugdwet van kracht. De gemeente is op basis van die wet verantwoordelijk voor alle zorg voor jeugd. Het Centrum Jeugd en Gezin (CJG) gaat hierin een spilfunctie vervullen. In 2014 worden voorbereidingen getroffen om het CJG klaar te maken voor haar nieuwe taak als dé toegang voor informatie, voorlichting en hulpverlening voor ouders en kinderen met vragen op het gebied van gezondheid, opvoeden en opgroeien. De CJG-kernpartners gaan langzaamaan een integraal team vormen dat naar buiten werkt: het CJG wil dáár zijn waar de opvoeders en kinderen/jeugdigen zijn, bijvoorbeeld op de kinderopvang, bij themabijeenkomsten en op school. Op deze manier kan inhoud worden gegeven aan preventie en kunnen problemen, daar waar die zich voordoen, vroegtijdig worden gesignaleerd en opgepakt. Het uitgangspunt van deze aanpak is dat de eigen kracht van kinderen en ouders wordt versterkt. Als er sprake is van complexe problemen, zorgt het CJG voor een gecoördineerde aanpak op basis van 1 kind/gezin, 1 plan, 1 contactpersoon (1G1P). Dit houdt ook in dat kinderen niet worden doorverwezen, maar dat de hulp rondom en in nauw overleg met het kind/gezin wordt georganiseerd. De veranderingen als gevolg van de nieuwe Jeugdwet zijn net als bij de andere transities op dit moment inhoudelijk en financieel nog onduidelijk. MFC Oudega De bouw van het multifunctionele centrum (mfc) heeft vertraging opgelopen als gevolg van bezwaren tegen de ruimtelijke procedures. Bij een positieve rechterlijke uitspraak zal eind 2013 worden gestart met de bouw van het mfc. In 2014 zal dan een accommodatie met een gymzaal, jeugdsoos, oudheidskamer, huisartspraktijk en voorzieningen voor de korfbalclub worden gerealiseerd. Voor korfbal wordt ook een kunstgrasveld aangelegd. De stichtingskosten van het nieuwe mfc zijn geraamd op € 1,7 miljoen, de bijkomende kosten bedragen € 0,3 miljoen. De gemeentelijke bijdrage in het plan is € 1,4 miljoen, inclusief de bijdragen van sport, onderwijs en de WMO. De investering wordt verder gedekt door (provinciale) subsidies, een eigen bijdrage vanuit het dorp, schenkingen en een hypotheek. MFC Rottevalle In Rottevalle worden op dit moment stappen gezet om de intentie tot vorming van een multifunctionele accommodatie om te zetten in realiteit. In de komende maanden zal gewerkt worden aan de samenwerking van de schoolbesturen, de verhoudingen tussen partijen en zal de architect een plan gaan schetsen. In 2013 is voor de voorbereiding € 150.000 beschikbaar gesteld. Het restant van de gereserveerde middelen (afgerond € 1,1 miljoen) is doorgeschoven naar 2014. In de loop van het jaar zal een definitief besluit over de realisatie worden genomen.
67
Lokaal gezondheidsbeleid We gaan uitvoering geven aan de ambities die zijn geformuleerd in de derde nota lokaal gezondheidsbeleid, die de raad in juli 2013 heeft vastgesteld. Aandacht voor een gezonde omgeving waarin ‘de gemakkelijke keuze de gezonde keuze is’ en een gezonde leefstijl staan hierin centraal. Het gaat hierbij om preventie maar ook om curatie. Voor de uitvoering van het lokale gezondheidsbeleid is in 2014 € 70.000 gereserveerd. Deze middelen worden ingezet voor meerjarige projecten, zoals de Gezonde School, Nationaal Actieplan Sport en Bewegen (NASB) en Jongeren op gezond gewicht (JOGG). Voor 2014 is nog € 28.000 vrij besteedbaar. Na afloop van het project NASB wordt op het budget vanaf 2015 € 20.000 bezuinigd. Ontwikkelingsamenwerking In 2013 is een begin gemaakt met het ondersteuningsprogramma voor de verbetering van de gemeentelijke organisatie in Gobabis. De burgemeester heeft een zogenaamd Memorandum of Understanding ondertekend waarin de volgende speerpunten staan genoemd die in 2014 worden uitgevoerd of ondersteund: • • • • •
verbetering technische dienst opstellen beheerplan gemeentelijke voertuigen opstellen ICT-plan Gobabis business plan voor gebruik grootschalige zonne-energie afronden sanitatieplan (bouw en beheer 400 droogtoiletten)
Voor de uitvoering van dit programma is in 2014 en 2015 nog jaarlijks € 35.000 gereserveerd. Voor de Werkgroep Ontwikkelingssamenwerking Smallingerland (WOS) is er naast de reguliere subsidie van € 10.510 nog tijdelijk voor 2014 en 2015 € 10.000 gereserveerd voor de uitvoering van verschillende programma's en projecten in Gobabis. Inburgering Inburgering is geen taak meer van de gemeente. De inburgeraar is nu zelf verantwoordelijk. Lopende inburgeringstrajecten worden afgemaakt, maar er zijn geen nieuwe meer.
68
Nieuw beleid Welzijn en zorg Bedragen x € 1.000) (- = nadeel)
Eenmalig Uitvoeringsprogramma Gobabis Uitvoeringsprogramma WOS WMO Eenmalig doorgeschoven uit 2013 MFC Oudega Dorpshuis Rottevalle Beleidsproducten
Maatschappelijke dienstverlening Minderheden Ouderenwerk Opvang en inburgering verblijfsgerechtigden Sociaal cultureel werk Vrijwilligersactiviteiten
69
2014
2015
-35 -10 -250
-35 -10 -250
-1.212 -1.073
2016
-250
2017
Totaal -70 -20 -750 -1.212 -1.073
Jeugdbeleid Peuterwerk en kinderopvang Mondiaal beleid Preventieve gezondheidszorg Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Leefomgeving Doelstelling
Er wordt behoedzaam omgegaan met onze leefomgeving en vanuit verschillende gezichtspunten invulling gegeven aan duurzaamheid, waarbij de kadernota Duurzame Ontwikkeling Smallingerland 2009-2012 uitgangspunt is. De aantrekkelijkheid van de leefomgeving krijgt gestalte door bereikbaarheid, een goed onderhoudsniveau en zorg en aandacht voor veiligheid.
Indicatoren/ Kengetallen
Tevredenheid woonomgeving (bron: wijkatlas) Totale woonomgeving Speelgelegenheden Groenvoorzieningen Parkeergelegenheden Verkeersoverlast Openbaar vervoer Straatverlichting
Realisatie 2008 6,8 6,8 7,2 6,4 6,1 5,8 7,4
Realisatie 2011 6,9 6,9 7,1 6,4 6,2 6,1 7,4
Realisatie 2012 34.633 623 68,5%
Prognose 2013 36.095 649 66%
Prognose 2014 33.300 600 70%
Realisatie 2011 847 150 2.136
Realisatie 2012 874 141 2.127
Prognose 2013 876 143 2.162
Huishoudelijk afval Hoeveelheid afval x 1.000 kg Hoeveelheid afval per inwoner Scheidingspercentage
Energieverbruik Bedrijfsgebouwen MWh Bedrijfsgebouwen x 1.000m³ gas Openbare verlichting MWh
*) De prognose voor het lopende jaar is gebaseerd op de hoeveelheden die zijn gebruikt in het aanbestedingsbestek.
70
Ontwikkelingen
Afvalinzameling en verwerking Grondstoffenbeleid: meer hergebruik, verdere reductie van restafval In het afvalbeleid is de laatste jaren een snelle ontwikkeling zichtbaar naar een zogenaamd grondstoffenbeleid. Dit uit zich bijvoorbeeld in productontwerpen die geen milieudruk geven, als ook bij de verwerking van afvalstoffen naar nuttige toepassingen. Het Landelijk Afvalbeheerplan 2009-2021 (LAP2) vormt een kader voor het gemeentelijk afvalbeleid. In LAP2 zijn de hergebruikdoelstellingen voor gemeenten opgetrokken van 51% naar 60% in 2015. Op dit moment voldoen we aan deze doelstellingen. Van de totale ingezamelde hoeveelheid afval werd in 2012 68% hergebruikt. Doordat de verbranding van restafval in LAP2 wordt beschouwd als ‘nuttige toepassing’, voldoen we eveneens aan de doelstelling om 95% van ons afval nuttig toe te passen. Het houdt voor ons niet op nu de doelstellingen van 2015 zijn gehaald. We blijven voortdurend zoeken naar instrumenten en manieren om de hoeveelheid afval terug te dringen en om afvalscheiding en hergebruik te stimuleren. Een reductie van de hoeveelheid restafval per persoon van 174 kg in 2012 naar circa 25 kg in 2025 moet mogelijk zijn. Op het gebied van afval betekent dit, dat er geen sprake meer is van afval, maar dat alle grondstoffen en producten in duurzame kringlopen rondgaan. We produceren anders, consumeren anders en als we dan toch restproducten overhouden, dan worden deze gebruikt voor de productie van duurzame warmte en energie. De inspanningen voor de komende periode spitsen zich toe op: het minimaliseren van de hoeveelheid restafval in de grijze container; het nuttig hergebruiken van gescheiden ingezamelde afvalstoffen; het verbeteren van c.q. het vinden van nieuwe technieken voor de verwerking van afvalstoffen. Dit vraagt onder meer om het optimaliseren van de huidige voorzieningen, samen met ondersteunende communicatieactiviteiten zoals educatie en voorlichting. Een van de maatregelen is de aanleg van milieuparkjes op 14 locaties in de wijken en dorpen en bij winkelcentra. Voor de inrichting van deze parkjes en het plaatsen van meer dan 110 ondergrondse containers is een budget gereserveerd van € 1,1 miljoen. Een dergelijke verschuiving in het hergebruik van afval zal gevolgen hebben voor de inzamel- en verwerkingskosten van afval. Naarmate resultaten worden behaald zal zich dat jaarlijks vertalen in bijstellingen van de begroting. Een punt van aandacht is daarbij de mate waarin we – nog meer – afhankelijk worden van de opbrengsten van verschillende deelstromen. Mede als gevolg van de afgewezen schadeclaim van Afvalsturing (Omrin) kan een deel van de opgebouwde buffer in de Voorziening Afvalstoffenheffing worden terugbetaald aan de burgers. De tarieven voor de Afvalstoffenheffing in 2014 worden hierdoor na de trendmatige verhoging eenmalig verlaagd met € 50 per huishouden en bedragen € 130 voor eenpersoonshuishoudens en € 161 voor meerpersoonshuishoudens.
71
Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming
Rekening 2012 15.036.178 -21.850.714 -6.814.536
Begroting 2013 14.972.950 -28.425.820 -13.452.870
Begroting 2014 15.306.290 -31.573.860 -16.267.570
4.474.020 2.005.362
5.792.130
8.254.130
-335.154
-7.660.740
-8.013.440
-7.660.740
-8.013.440
Aanvullende mutaties in reserves Toevoeging bestemmingsreserve Onttrekking bestemmingsreserve
-2.008.100 196
Netto resultaat
-2.343.058
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
Structureel Eenmalig
2014 -122 -5.717
72
2015
2016
2017
-8.551
-5.192
-7.100
Totaal -122 -26.560
Voorziening Afvalstoffenheffing De huidige tarieven zijn op dit moment niet volledig kostendekkend. Bij ongewijzigde omstandigheden zal de komende jaren een tekort van tussen de € 0,4 miljoen en € 0,5 miljoen ontstaan. De hiervoor genoemde inspanningen zullen een positieve uitwerking op het exploitatieresultaat hebben waardoor het tekort zal worden ingelopen. De voorziening Afvalstoffenheffing dient als buffer voor het opvangen van calamiteiten en de exploitatietekorten. Eind 2013 wordt de stand van de voorziening geraamd op € 3,5 miljoen. In 2014 wordt hier eenmalig € 1 miljoen van gebruikt voor de terugbetaling aan de burgers (€ 50 per aansluiting). Daarnaast wordt € 0,6 miljoen gebruikt voor investeringen in het optimaliseren van voorzieningen. Jaarlijks wordt bij het opstellen van de perspectiefnota de exploitatie met de meest actuele gegevens doorgerekend en wordt beoordeeld of het exploitatieresultaat, de tarieven en de hoogte van de voorziening met elkaar in evenwicht zijn. Riolering Binnen het Gemeentelijk RioleringsPlan (GRP) worden in 2014 diverse projecten opgepakt. -
-
-
-
-
-
-
In het oostelijk deel van het Moleneind tussen het carillon en Dunlop wordt het bestaande riool vervangen en een kokerriool en regenwaterriool aangelegd. Tijdens de herstructurering in De Bouwen wordt ook hemelwater afgekoppeld, onder andere in De Drift en het oostelijk deel Klaverweide tot aan de Zuiderdwarsvaart. In Noord-Oost, ook een herstructureringswijk, wordt in de Torenstraat (noordelijk van Vogelzang) het vuilwaterriool vergroot en een regenwaterriool aangelegd. Deze laatste voert ook het vijverwater van Parkensnoer af naar de Friese Boezem. Het Voermanspad/(gedeelte) Tipelkamp wordt van een nieuw riool voorzien inclusief een afkoppelleiding. Verder wordt een vuilwaterriool en regenwaterriool aangelegd in Robijnekamp en omgeving. In de Venen zijn grondwater meetbuizen geplaatst. Afhankelijk van de uitkomsten van de waarnemingen wordt lokaal in de Venen afgekoppeld. In het afstromingsgebied van de Gauke Boelensstraat wordt lokaal in de Singels, gebied Reidingweg, verder gegaan met de aanleg van afvoerriolen voor hemelwater. Om regenwateroverlast tegen te gaan in omgeving Eikesingel, wordt het vuilwaterriool in de Esseweg vergroot, en gekoppeld met het stamriool in de Fabriciuslaan. Voor de schoonwaterafvoer van met name Bertilla wordt een groot regenwaterriool aangelegd richting (te vergroten) vijvers van De Singels. Hier zijn raakvlakken met het Gemeentelijk Waterplan dat onderzoekt welke mogelijkheden er zijn om een waterverbinding te maken tussen de Bouwen en de Singels. De capaciteit van het vuilwaterriool van De Teijen dient verhoogd te worden. Er komt een grotere vuilwaterriolering en hemelwater wordt afgekoppeld. Op het parkeerdek van het Raadhuisplein wordt lijnafwatering aangelegd. Vanaf de Bolder richting Rioolwaterzuivering in de Hemmen worden twee rioolstrengen van het stamriool gerelined. Er volgen aanvullende werkzaamheden aan de overstort bij de Loswal, waaronder het aanleggen van een remmingwerk ter bescherming van de overstort bij aanvaringen.
73
Gemeentelijk Waterplan De raad heeft in december 2012 met het gemeentelijk waterplan ingestemd. In 2014 wordt onder andere gewerkt aan aanleg van vegetatiedaken en natuurvriendelijke oevers, berging en afvoer rioolsloten, aanpak van grondwater en verbetering van de waterstructuur Boppeste-Noorderhogeweg. De kosten voor grondwaterstandregulering en opvang hemelwater worden gedekt uit het GRP. Daarnaast is in 2014 eenmalig € 196.000 gereserveerd. Samenwerkingsagenda In de samenwerkingsagenda 2.0, vastgesteld door provincie en gemeente in 2013, is een aantal projecten opgenomen waaraan ook financiële middelen zijn gekoppeld. Deze projecten komen in dit beleidsplan apart aan de orde. De aanpak en voortgang worden gemonitord op basis van een plan van aanpak. Samen met het college van GS komen we twee keer per jaar samen om de stand van zaken door te nemen. Wij zijn tevreden over dit instrument en deze vorm van samenwerking en willen dit de komende jaren voortzetten. De onderstaande tabel laat zien welke investeringen zijn opgenomen in de samenwerkingsagenda en hoe deze worden gedekt.
Samenwerkingsagenda 2.0 (bedragen x € 1 miljoen) Innovatiecluster REP middelen Innovatieomgeving Drachten Gebiedsontwikkeling Drachten west Vaarweg drachten Duurzaamheid Drachten, Leerpark Cultuurhuisvesting Bereikbaarheid Drachten, openbaar vervoer Bereikbaarheid Drachten oost Subtotaal investeringsagenda Oostelijke poort merengebied Stimulering binnenvaart Drachten Overige projecten Subtotaal NUON middelen Totaal samenwerkingsagenda
Investering Provincie Gemeente 32,0 8,0 8,0 2,0 1,0 1,0 0,1 0,1 0,2 0,2 3,0 1,0 1,0 2,0 2,0 13,0 5,8 57,2 21,5 1,3 1,2 24,0 81,2
13,0 5,8 30,2 10,75 0,65 0,6 12,0 42,2
10,0 10,75 0,65 0,6 12,0 22,0
Derden 16,0
1,0
17,0
0,0 17,0
Verkeersmaatregelen De bebouwde kom van Houtigehage wordt gedeeltelijk heringericht tot aan de Fabryksloane en er worden drie kruispuntplateaus aangebracht op de ds. Visscherwei. Tevens worden er fietsstroken aangebracht op deze weg. Voor de uitvoering hebben we € 568.000 gereserveerd. De aanleg van de noodontsluiting Tussendiepen richting Loswal is afhankelijk van de medewerking van de eigenaar van het perceel aan de Tussendiepen. De Tsjerkebuorren in Drachtstercompagnie zal circa 20 cm worden verbreed en worden voorzien van hogere banden ter voorkoming van het platrijden van de groenvoorziening ter plaatse van een in 2002 aangebrachte wegversmalling; daarna zal nieuwe beplanting worden aangebracht. Hiervoor is een bedrag gereserveerd van € 47.000. De aansluiting van de op- en afritten van De Wâldwei op de Noorderhogeweg zullen worden omgevormd tot twee turborotondes. De uitvoering zal gezamenlijk met Rijkswaterstaat en de Provincie Fryslân worden opgepakt. Wij hebben een bedrag van € 600.000 gereserveerd voor ons aandeel in de kosten en € 100.000 voor eventuele bijkomende kosten. 74
Belangrijk onderdeel van de bovengenoemde Samenwerkingsagenda is de bereikbaarheid. De provincie heeft in dit kader geld beschikbaar gesteld voor de bereikbaarheid van Drachten aan de oostzijde (Ureterpverlaat) en de zuidzijde. De laatste voorziet in een parallelle ontsluiting van de afslag De Haven West met It Sûd. De projecten worden in 2014 verder uitgewerkt. Voor de noordzijde is een aantal turborotondes op de kruising Wâldwei Noorderhogeweg in uitvoering. Daarvoor waren de financiële middelen al eerder beschikbaar. Naast de infrastructurele werken die te maken hebben met de bereikbaarheid van de invalswegen naar Drachten worden ook projecten uitgewerkt die te maken hebben met het binnenstedelijke wegennet. Als voorbeelden kunnen genoemd worden de verbetering van een aantal kruispunten op de Noorderhogeweg en de Zuiderhogeweg maar ook de verbetering en herinrichting van de Splitting. In 2013 is een Openbaar Vervoer Visie opgesteld. In het kader van de samenwerkingsagenda is ook hiervoor geld beschikbaar gesteld door de provincie. De uitwerking van de projecten vindt in nauw overleg met de provincie plaats in de eerste helft van 2014. Naast de verbetering van de businfrastructuur wordt ook nadrukkelijk gekeken naar de kwaliteit van het busstation en de haltes en worden aan de rand van de stad een transferium gerealiseerd. Voor diverse projecten hebben we eenmalige reserveringen opgenomen. Het onderstaande overzicht laat zien welke kosten er zijn geraamd (x € 1.000). -
Turborotondes Wâldwei Verkeersmaatregelen De Trisken Rotonde De Bolder Maatregelen Kletsterlaan Ontsluiting Leerpark
700 190 450 1.000 450
Om de realisatie volledig te dekken zal nog een subsidie van € 210.000 moeten worden gerealiseerd. Geluidswal Voor een afkoopsom voor overdracht van (groot) onderhoud van de geluidswal in het Drachtstervaartproject aan de provincie is eenmalig € 1 miljoen geraamd. We zijn met de provincie in gesprek over de hoogte van de afkoopsom. Dat kan ertoe leiden dat deze eenmalige reservering moet worden verhoogd. Het is ook mogelijk dat we afzien van afkoop en opteren voor zelf beheren en onderhouden. In dat geval valt de eenmalige reservering vrij en komen er structurele lasten van € 45.000 voor in de plaats. De gesprekken zijn nog niet zodanig gevorderd dat we een besluit kunnen nemen om wel of niet over te dragen. De reservering van € 1 miljoen plaatsen we in 2015, zodat overdracht kan plaatsvinden na realisatie van de werkzaamheden voor de Drachtstervaart aan het Moleneind. Bruggen De oude brug in de Westersanning wordt niet vervangen door een brug maar door een duiker die voor kano's geschikt is. Dit wordt meegenomen in het Landinrichtingsplan De Alde Feanen. Er is eenmalig € 85.000 gereserveerd. Voor de brug in Goëngahuizen is een bijdrage van € 15.000 opgenomen. 75
Parkeerexploitatie De aanstaande ingebruikname van de parkeergarage aan het Raadhuisplein is aanleiding voor een actualisatie van de parkeerexploitatie. De onderstaande grafiek laat hiervan de uitkomst zien en spiegelt dit aan de huidige begroting. Ontw ikkeling Parkeerexploitatie € 1.600.000 € 1.400.000 € 1.200.000 € 1.000.000 € 800.000 € 600.000 € 400.000 € 200.000 €0 2014 2016 2018 2020 2022 2024 2026 2028 2030 2032 2034
Prognose parkeerexploitatie
Begroting beleidsplan
Het huidige beeld is dat er in de jaren 2014 en 2015 overschotten worden gerealiseerd op de begroting, die de aanloopverliezen in de jaren 2016 tot 2020 als gevolg van de opening van de parkeergarage Raadhuisplein grotendeels compenseren. Vanaf 2020 valt de exploitatie positiever uit dan de huidige begroting. Gezien de onzekerheden die er nog zijn met betrekking tot de effecten van de openstelling van de parkeergarage Raadhuisplein stellen wij voor op dit moment geen budgettaire aanpassingen te maken. We zullen het gebruik van de garage en de ontwikkeling van de parkeervraag monitoren. Mogelijk leidt dat in 2014 tot voorstellen om de tijdelijke overschotten te reserveren voor voorziene aanloopverliezen. Om de betaling van parkeergeld via mobiele telefoons mogelijk te maken is structureel € 6.000 gereserveerd. Duurzaamheid In februari 2014 organiseren wij een duurzaamheidsbeurs met als thema 'Duurzaam wonen'. Dit thema sluit aan bij één van onze beleidsspeerpunten duurzaamheid. Inzet is om de bestaande woningbouw te verduurzamen. Wij bieden daartoe particulieren ontzorging aan in het proces de eigen woning energiezuiniger te maken. Tevens bieden wij particulieren de mogelijkheid van een duurzaamheidslening voor dit doel. Er is € 90.000 beschikbaar in 2014. In de projecten Cultuurhuisvesting en Leerpark is duurzaamheid nadrukkelijk een thema. Bij Cultuurhuisvesting speelt vooral energiegebruik een rol, maar bij het Leerpark gaat het nadrukkelijk ook over de niet bebouwde omgeving. Duurzaamheid zoals bedoeld in onze integrale toekomstvisie. In het kader van duurzaamheid bij bedrijven wordt het derde koploperproject gehouden waarin bedrijven wedijveren om de MVO-prijs op basis van een voorgestelde scan door een milieuadvies bureau. Het project wordt door projectbureau A7Westergo gesubsidieerd, inhoudelijk door een milieuadviesbureau uitgevoerd, door de gemeente begeleid en met een regionaal symposium afgerond. Aan nieuwe vestigingen op bedrijventerreinen wordt de milieuprofitscan aangeboden. Voor duurzaamheid is in dit beleidsplan vier keer € 100.000 eenmalig gereserveerd. De invulling hiervan is onderwerp van onderzoek. De brainstormsessie die raad en college met elkaar hebben gehouden, levert hier een bijdrage aan.
76
Leerpark De nieuwbouw van Liudger wordt in 2013 afgerond. De ontwikkeling van de schoollocatie van de Friese Poort is dan ongeveer halverwege de gewenste ontwikkeling. Door de gemeente wordt rondom het Liudger de infrastructuur aangepast. Dit overeenkomstig de gedachten zoals die zijn neergelegd in het masterplan. In 2014 vindt de verdere invulling plaats van het gehele leerpark waarbij het van een gesloten locatie een open ruimtelijke structuur wordt die ook (recreatieve) mogelijkheden geeft voor de omliggende wijken. Ook krijgt het gebied functionele toevoegingen die een meerwaarde zijn voor de wijken. In 2013 wordt een onderzoek afgerond waarin de mogelijkheden van het Breeamcertificaat excellent wordt onderzocht, als bewijs van de duurzaamheid van deze ontwikkeling. In aanvulling op bestaande reserveringen van € 1,1 miljoen is € 716.000 extra gereserveerd in 2014. Vervanging beplanting In het reguliere groenonderhoud is beperkt budget voor het vervangen van verouderde groenvoorzieningen. In 2014 zullen een aantal heestervakken (circa 20.000 m²) worden omgevormd naar gazon. Er is een bedrag van € 125.000 beschikbaar in 2014. Hiermee wordt slechte beplanting opgeruimd en zullen de onderhoudskosten structureel met € 15.000 per jaar afnemen. Waterwegen Inventarisaties hebben inzichtelijk gemaakt dat er geld nodig is voor structureel onderhoud. We ramen hiervoor structureel € 100.000. Voor de komende jaren zijn er tijdelijk extra middelen beschikbaar in verband met versnelde aanpak van locaties met achterstand in het onderhoud. Deze tijdelijke inzet is mogelijk vanuit de structureel gereserveerde onderhoudsmiddelen voor het Polderhoofdkanaal (€ 150.000), die daarvoor nu nog niet nodig zijn. We willen de resultaten van deze totale inzet over enkele jaren evalueren. Het vervangen van de damwanden nabij de Hooidamsbrug wordt in 2014 afgerond. We zijn voornemens in 2014 het vaarwegbeheer van grotere waterwegen over te dragen aan de provincie. Er moet een afkoopsom betaald worden voor de bagger die zich tot aan het moment van overdracht nog vormt. Omdat we de afgelopen jaren het baggeren consequent hebben opgepakt, is de afkoopsom beperkt tot eenmalig € 160.000. Ook voor het stedelijk waterbeheer is er (al enkele jaren) sprake van het voornemen tot een overdracht aan Wetterskip Fryslân. We zetten in op afwikkeling in 2014, maar zijn afhankelijk van de inzet van het waterschap. Openbare verlichting De uitvoering van de maatregelen, die opgenomen zijn in het door de raad vastgestelde beleidsplan openbare verlichting, zullen deels ook in 2014 worden uitgewerkt en daarna worden uitgevoerd. Het gaat onder meer om het vervangen van lichtmasten, het meer toepassen van dimmers en ledverlichting en het vervangen van lichtmasten in het buitengebied door reflectoren. Het pilotproject Oudega en omgeving kan hierbij als basis dienen. Omgevingsvergunning Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu is bezig de bestaande wetgeving om te bouwen tot één nieuwe Omgevingswet. Na een aanvankelijke planning van 2014 wordt nu een ingangsdatum van 2018 genoemd.
77
Kostendekking leges omgevingsvergunning Uit een analyse bij de Perspectiefnota 2014-2017 blijkt dat er op basis van het huidige kostenniveau een tariefverhoging van 130% nodig is om het uitgangspunt van volledige kostendekkendheid vanaf 2014 te realiseren. In lijn met afspraken met de raad zijn we informatie gaan verzamelen om inzicht te krijgen in de omvang van onze formatie in relatie tot de productie. Daarmee kan een uitspraak worden gedaan over de redelijkheid van tarieven en ontstaat er inzicht in de effecten van het alternatief: dekking ten laste van de algemene middelen. Het is niet mogelijk gebleken om deze informatie tijdig beschikbaar te hebben voor de behandeling van het beleidsplan. Tussen gemeenten onderling zijn grote verschillen in het takenpakket en de invulling ervan. Dit maakt cijfers moeilijk vergelijkbaar. In sommige gevallen lijkt formatie klein, maar worden niet alle wettelijke taken volledig uitgevoerd. In andere gevallen is het lastig om een verspreide inzet van personeel in zijn geheel inzichtelijk te krijgen. Onze conclusie is dat we op dit moment geen betrouwbare inzichten kunnen geven in de redelijkheid van onze kosten in relatie tot onze tarieven. Daarom zien we op dit moment af van ons voorstel om de leges met ingang van 2014 te verhogen. We stellen voor de tarieven voor 2014 op dit moment ongewijzigd te laten. Zodra we voldoende betrouwbaar vergelijkingen kunnen maken, zullen we de raad een voorstel doen. Dat kan dan bij positief besluit met onmiddellijke ingang worden geëffectueerd. Onze inzet zal zich dan nog steeds richten op 100% kostendekking. Wat dit voor de tariefaanpassing betekent, is afhankelijk van eventuele effecten op de kosten. Cijfermatig is in dit beleidsplan uitgegaan van 100% kostendekking met ingang van 2014. Het nadelige effect van besluitvorming op een later moment voor onze inkomsten zal bij de concernrapportages worden verwerkt. De ruimte in de jaarschijf 2014 biedt hiervoor voldoende mogelijkheden. Vergunningen en handhaving Over de kwaliteit van de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving is al jaren discussie. In de packagedeal tussen Rijk, IPO en VNG, die ook als basis diende voor de regionale uitvoeringsdiensten (in Fryslân FUMO) is afgesproken dat er kwaliteitscriteria worden ontwikkeld en vastgesteld waaraan vergunningverlening, toezicht en handhaving (de VTHtaken) in het omgevingsrecht moeten voldoen. Deze criteria zijn bedoeld om de uitvoering van deze taken door gemeenten en provincies te professionaliseren en de kwaliteit in de organisatie te borgen. De criteria gaan over proces, inhoud en kritische massa. De kwaliteitscriteria zijn (nog) niet wettelijk vastgesteld. Het wetgevingstraject hiervoor is gestart. De planning is dat per 1 januari 2015 alle overheidsorganisaties moeten voldoen aan de kwaliteitscriteria. Om dit te bewerkstelligen is een landelijk implementatietraject gestart. De coördinatie van dit traject ligt voor Fryslân bij de provincie. We streven ernaar om bij een volgende perspectiefnota indicaties te af te geven over eventuele gevolgen. Speelvoorzieningen Voor vervanging van speeltoestellen in de openbare ruimte is jaarlijks € 75.000 beschikbaar. Uitgangspunt is het meerjarenplan speelvoorzieningen 2012-2016. In een cyclus van vijf jaar wordt per wijk of dorp de kwaliteit van de speeltoestellen en de speelwaarde getoetst. Speeltoestellen die af zijn, worden vervangen door nieuwe op de doelgroep afgestemde speeltoestellen. 78
Speeltuingebouw de Draaikolk De binnenaccommodatie van speeltuin de Draaikolk verkeert in een dusdanige slechte staat dat deze gesloopt moet worden. Momenteel wordt geïnventariseerd welke (bouwkundige) aanpassingen er in het naastgelegen activiteitencentrum van Noorderbrug moeten plaatsvinden om samenwerking mogelijk te maken. We hebben structureel € 12.000 en eenmalig € 43.000 gereserveerd. Rond de jaarwisseling wordt duidelijk of er in 2014 gebruik kan worden gemaakt van een gezamenlijke voorziening. Wijkbudgetten en buurtbudgetten Jaarlijks is er in totaal € 99.000 voor buurtbudgetten en € 39.000 voor wijk- en dorpsbudgetten. Ideeën om de leefbaarheid van dorp, wijk of straat te verbeteren kunnen voor een bijdrage uit deze middelen in aanmerking komen. Nieuw beleid Leefomgeving Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
2014 2015 2016 2017 Totaal Structureel -100 Oeverbeschoeiing -100 -4 Onderhoud havens -4 -12 Speeltuingebouw -12 -6 Mobiel parkeren -6 Eenmalig Bestemming Drachten -4.000 -4.000 -4.000 -12.000 REP middelen -2.940 -1.000 -1.000 -3.000 -7.940 -1.500 Bereikbaarheid Drachten -750 -750 -125 Groenvakken aanpak -125 -47 Groenvakken Tjerkebuorren -47 -294 Wegonderhoud Raai/Splitting -294 -43 Speeltuingebouw Draaikolk -43 -241 Havens -241 -339 Gemeentelijk waterplan -196 -51 -92 -400 Duurzaamheid -100 -100 -100 -100 -90 Duurzaamheidsleningen -90 -716 Leerpark -716 -2.650 Openbare verlichting (afb. boekwaarde) -2.650 -160 Overdracht vaarwegen aan Provincie -160 -15 Brug it Eilân Goëngahuizen -15 Eenmalig doorgeschoven uit 2013 -1.000 Geluidswal -1.000 -700 Turbo rotondes Wâldwei -700 -85 Brug Oudega -85 -250 Damwanden Hooidammen -250 -310 60 km/uur buitengebied -310 -380 Bereikbaarheid Drachten -380 -568 Fietsverbinding Houtigehage - Rottevalle -568 -214 Bushaltes -214 -900 Kruising Gauke Boelensstraat -900 Beleidsproducten
Straatnamen Schoonhouden leefomgeving Vervoer en mobiliteit Parkeervoorzieningen Openbaar groen Spel- en speelvoorzieningen Inzameling huishoudelijk afval Rioleringen Bescherming leefmilieu
Verkeerswegen te land Fysiek wijk- en dorpsbeheer Openbaar vervoer Waterwegen Landschap en natuurbeheer Wijkmanagement Inzameling bedrijfsafval Milieubeleid algemeen Handhaving milieuwetten 79
Veiligheid Doelstelling
Veiligheid komt op lokaal niveau vooral tot uiting in de beleving van de directe leefomgeving van mensen. Het college wil daarom samen met hen werken aan een goed woon- en werkklimaat, zodat wijken en dorpen schoon, heel en veilig zijn. De gemeente vervult daarin een regierol en stimuleert en initieert ontwikkelingen op het gebied van integrale veiligheid. De gemeente kan geen ultieme veiligheid garanderen. Onze inzet is gericht op het waarmaken van wettelijke, gemeentelijke taken. Het controle- en handhavingsbeleid zal zich kenmerken door begrip enerzijds, maar anderzijds door strakke handhaving met sancties waar nodig is.
Indicatoren/ Kengetallen
Veiligheidsgevoel (bron: wijkatlas) Overdag ’s Nachts
Realisatie 2008 8,0 7,2
Realisatie 2011 8,0 7,2
Realisatie 2011 4% 21% 70% 5%
Realisatie 2012 3% 21% 72% 4%
Prognose 2013 5% 16% 72% 7%
Realisatie 2011 335 70 405
Realisatie 2012 258 111 369
Prognose 2013 210 100 310
Rekening 2012 173.522 -2.367.939 -2.194.417
Begroting 2013 144.570 -2.824.720 -2.680.150
Begroting 2014 109.310 -2.882.690 -2.773.380
35.000
35.000
-2.645.150
-2.738.380
-2.645.150
-2.738.380
Opkomsttijden Brandweer Minder dan 8 minuten 8 tot 10 minuten 10 tot 18 minuten Meer dan 18 minuten
Repressief optreden Brandweer Brand Hulpverlening Totaal
Financiën
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Saldo voor resultaatbestemming Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming
-2.185.416
Aanvullende mutaties in reserves Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging bestemmingsreserve
-232
9.001
Netto resultaat
-2.185.648
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
2014 Structureel Eenmalig
-35 80
2015
2016
2017
Totaal -35
Ontwikkelingen
Integraal veiligheidsbeleid (IVB) Sinds 2013 is de Nationale politie een feit, en wordt in Noord Nederland gewerkt op basis van een regionaal beleidsplan 2013-2014. Kernprioriteiten hierin zijn: jeugd en veiligheid, geweld (onder andere huiselijk geweld en uitgaansgeweld/geweld op straat), woninginbraken en georganiseerde criminaliteit. De kadernota IVB 2013-2014 van Smallingerland sluit hier inhoudelijk nauw op aan. Aanvullende prioriteiten vanuit Smallingerland voor 2014 zijn versterking regie op IVB rond onderwerpen zoals probleembuurten en woonoverlast, burgerparticipatie, wijk- en gebiedsgericht werken en inzet wijkagenten, SVS toezicht en gemeentelijke handhaving. Toezichtmodel Smallingerland In nauwe samenwerking met politie en SVS is in 2013 gewerkt aan een Toezichtmodel Smallingerland, dat naar verwachting in het najaar van 2013 gezamenlijk kan worden vastgesteld. Het Toezichtmodel is er op gericht om meer structuur aan te brengen in de communicatie en samenwerking tussen alle partijen die zich bezig houden met toezicht en handhaving. In de basis zijn dit de politie, de SVS en de gemeentelijk toezichthouders, maar andere partijen zoals corporaties of beveiligingsbedrijven kunnen hierbij op termijn ook bij aanhaken. Door verbetering van de onderlinge samenwerking en afstemming kan de aanpak van overlast, overlastgevend gedrag en criminaliteit verder worden versterkt. Zo zal er betere opvolging zijn van meldingen van toezichthouders en handhavers door de politie en kan de politie zich meer op haar kerntaken richten. Veiligheidshuis Fryslân Het Veiligheidshuis Fryslân (VHF) is van en voor Friese gemeenten; na een transitieproces is niet langer het OM maar centrumgemeente Leeuwarden de centrale trekker namens alle Friese gemeenten. Door regionalisatie van partners zoals politie, openbaar ministerie, reclassering, Halt en zorginstellingen is het ook voor gemeenten steeds belangrijker om krachten te bundelen en samen te werken. Het VHF draagt hier aan bij, vooral als het gaat om preventie en veiligheid, zoals het voorkomen van sociaal maatschappelijke uitval en ernstige vormen van overlast en criminaliteit. Zowel voor 2013 als voor 2014 participeert Smallingerland voor € 35.000 in het VHF. In 2014 wordt nader in kaart gebracht wat de investering in samenwerking in het VHF concreet oplevert. Op basis hiervan wordt afgewogen of Smallingerland structureel blijft participeren in het VHF. Handhavingsarrangement Bijzondere Wetten Met de inwerkingtreding van de nieuwe Drank- en Horecawet zijn extra taken en bevoegdheden naar gemeenten gedecentraliseerd. Daarom is in 2013 in de driehoek een nieuw integraal handhavingsarrangement vastgesteld voor horeca, coffeeshops, drugs en kansspelen. De uitvoering hiervan krijgt in 2014 volop de aandacht. Naar verwachting wordt in 2014 ook de prostitutiewet aangenomen. De handhaving hiervan wordt zo spoedig mogelijk opgepakt in nauw overleg met partners uit de regio. We verwachten in 2014 helderheid te krijgen over eventuele financiële gevolgen. In dit beleidsplan volstaan we met een PM-raming.
81
Vervolg
Regionalisering brandweer Met ingang van 2014 is de regionalisering van de brandweer een feit. Alle gemeentelijke personeel, materieel, voertuigen en vastgoed zijn met ingang van 1 januari ondergebracht bij de GR Veiligheidsregio Fryslân (VRF). Tot de overdracht van het vastgoed, de brandweerkazernes, is besloten na de behandeling van de perspectiefnota. Uit het oogpunt van een efficiënte bedrijfsvoering voor de brandweer is dit een logisch besluit. De regionalisering leidt tot een herverdeling van kosten tussen gemeenten. Voor ons betekent dit een structureel nadeel dat tot en met 2018 geleidelijk oploopt tot structureel € 850.000. De overdracht van het vastgoed heeft ons nadeel verder vergroot ten opzichte van de perspectiefnota. In de komende jaren zal moeten blijken in hoeverre de VRF in staat is om via efficiencyverbeteringen en schaalvoordelen hier in enige mate op in te verdienen.
82
Nieuw beleid Veiligheid Bedragen x € 1.000) (- = nadeel)
2014 Structureel Handhaving drank en horeca Eenmalig Veiligheidshuis Beleidsproducten
Brandweer Openbare orde en veiligheid
2015
2017
Totaal
pm
pm
-35
-35
Dierenasiel
83
2016
Bedrijfsvoering Doelstelling
Uitgangspunt is een op efficiency gerichte bedrijfsvoering en een daarbij passende bedrijfscultuur. Daaraan gekoppeld een continue aandacht voor het versnellen, normeren en vereenvoudigen van de processen en het verbeteren van de (publieks-) dienstverlening. Hierbij is van belang: - De (door-)ontwikkeling van een geautomatiseerde omgeving die digitale dienstverlening, informatievoorziening en (rationeel) beheer mogelijk maakt. - Een ondersteunend personeel- en organisatiebeleid.
Indicatoren/ Kengetallen
Personeel Formatie (in fte’s) Werkzame personen (vaste dienst) Feitelijke bezetting Ziekteverzuim (exclusief zwangerschaps- en bevallingsverlof)
Financiën
Realisatie 2011 420 403 448
Realisatie 2012 423 396 455
Prognose 2013 424 405 450
4,6%
5,8%
5%
Rekening 2012 13.710.960 -15.134.288
Begroting 2013 11.211.150 -14.987.010 -51.230 -3.827.090
Begroting 2014 10.032.230 -15.833.630 -1.997.260 -8.209.160
125.000
100.000
-4.630.090 -770.720 -9.102.900
-3.518.000 -737.640 -11.954.300
-9.102.900
-11.954.300
Budget (in €) (- = nadeel)
Baten Lasten Structurele vrije begrotingsruimte Saldo voor resultaatbestemming
-1.423.328
Onttrekking algemene reserve Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging algemene reserve Toevoeging bestemmingsreserve Saldo na resultaatbestemming
413.000 24.100 -19.208.758 -1.160.798 -21.355.784
Aanvullende mutaties in reserves Onttrekking bestemmingsreserve Toevoeging bestemmingsreserve Reserveringen
51.250 -270.376 -400.000
Netto resultaat
-21.974.910
Nieuw beleid (x € 1.000) (- = nadeel)
Structureel Eenmalig
2014 -60 -20
84
2015 -120
2016
2017
Totaal -60 -140
Ontwikkelingen
Personeel en organisatie Het Berenschot-onderzoek naar de werksfeer binnen de gemeente Smallingerland mondde uit in een aantal aanbevelingen voor de gemeentelijke organisatie. Aanbevelingen gericht op urgente problemen zijn met voorrang opgepakt, de andere worden geïntegreerd (projectmatig) opgepakt. Dat betreft de aanbevelingen gericht op vergroting en borging van de veiligheid en optimalisatie van de werksfeer binnen de gemeentelijke organisatie (zoals positionering van directie/P&O; helderheid bij benoemingen, etc.) Vanuit een samenhangend beeld worden in die projectmatige aanpak ook elementen betrokken die niet als zodanig door Berenschot zijn aanbevolen, maar ook van belang zijn, waaronder integriteit. Communicatie De gemeenteraad heeft recent de kadernota 'Koers op communicatie' vastgesteld. Het vervolg daarop is een plan van aanpak om de organisatie communicatief vaardiger te maken. Het gaat dan om het verbeteren van tweezijdige communicatie met inwoners, bedrijven en organisaties (schriftelijk en mondeling). Het plan kent twee hoofdmoten. De eerste is praktisch, en bestaat uit het trainen van vaardigheden en bieden van faciliteiten. De tweede is strategisch, gericht op het communicatief vaardiger maken van de organisatie. De kosten van het plan zijn geraamd op eenmalig € 110.000. Dit bedrag is gesplitst over de jaarschijven 2014 en 2015. Informatisering en automatisering Op 1 januari 2015 eindigt het Nationaal Uitvoeringsprogramma Dienstverlening en e-overheid (NUP). Het programma omvat de invoering van digitale bouwstenen, die we als gemeente kunnen inzetten om de dienstverlening sneller, beter en efficiënter te maken. Een belangrijk element vormt de opbouw van basisregistraties, in meerjarige trajecten. Zo zullen in 2014 de deelregistraties voor weg- en groenbeheer en de grootschalige basiskaart worden samengevoegd tot de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). De opbouw gebeurt volgens landelijke standaards en het bijhouden grijpt in binnen de gemeentelijke processen. Een belangrijk streven is de aansluiting op de landelijke voorziening vóór 1 januari 2016. Bij de basisregistratie WOZ staat deze mijlpaal al in de loop van 2014 gepland. Vanaf dat moment kunnen burgers en bedrijven hun gegevens op een centrale plek raadplegen. Bij de gemeentelijke dienstverlening kan in steeds meer gevallen gebruik worden gemaakt van landelijk beschikbare hulpmiddelen. Zo komt de 'berichtenbox' beschikbaar, een persoonlijke postbus op mijnoverheid.nl voor elektronische berichten aan burgers. Dit als formeel alternatief voor fysieke post. Verder krijgt de burger via 'lopende zaken' een overzicht van lopende (en afgeronde) zaken bij de overheid. Het gebruik kunnen maken van deze voorzieningen vormt voor de organisatie een extra stimulans om te gaan werken volgens een zaakgerichte procesinsteek. Bezuinigingsproces In meerjarenperspectief is dit beleidsplan financieel niet structureel sluitend. Samen met uw raad hebben we geconstateerd dat de keuzes die nodig zijn om weer tot een sluitend perspectief te komen, een afweging dient te zijn van de bestuurders die aantreden ná de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2014. Om ze te bedienen bij het maken van deze keuzes wordt in afstemming met de auditcommissie een document voorbereid dat inzicht geeft in de mogelijkheden en onmogelijkheden van beleidskeuzes, met daarbij de inhoudelijke en financiële gevolgen van die keuzes. 85
Diverse aanpassingen binnen personele ramingen In dit beleidsplan hebben we een aantal samenhangende ramingen aangepast, die in totaliteit budgettair neutraal uitwerken. Het gaat daarbij om: -
een lagere toerekening van personeel aan het grondbedrijf (extra ten opzichte van een eerdere verlaging, effect € 0,45 miljoen negatief) het beperkt schrappen van (al langere tijd niet ingevulde) vacatureruimte (effect € 0,28 miljoen positief) het schrappen van de stelpost WGA-premie (effect € 0,12 miljoen positief) aanpassen stelpost salarisraming; deze stelpost is ontstaan bij de vertaling van globale ramingen naar gedetailleerde; de aanpassing is zodanig dat er ruimte blijft om wachttijden van standaard- naar uitloopschaal te bekorten (effect per saldo € 50.000 positief)
BTW-compensatiefonds Gemeenten kunnen een groot deel van de betaalde BTW compenseren bij het Rijk. Vanaf 2015 krijgt het BTW-compensatiefonds (BCF) een plafond. Wanneer het fonds in enig jaar niet volledig nodig blijkt, worden de resterende middelen toegevoegd aan het Gemeentefonds. Als het BCF ontoereikend is, wordt het Gemeentefonds juist aangesproken. In de Septembercirculaire rekent het Rijk op een structurele onderuitputting van het BCF. Als gevolg daarvan gaat men uit van een toevoeging aan het Gemeentefonds die voor onze gemeente een inkomst van circa € 600.000 zou genereren vanaf 2015. De aannames en uitgangspunten bij deze rekenexercitie zijn nog onduidelijk. We hebben daarom in dit beleidsplan afgezien van het inboeken van deze inkomst. Bij de eerstvolgende perspectiefnota willen we dit punt op basis van een goede onderbouwing opnieuw afwegen. Bedrijfsvoeringsonderzoeken; overhead en rente toerekening Voor 2013 zijn twee bedrijfsvoeringsonderzoeken gepland. Afronding van het onderzoek naar de rente voorzien we in 2014. Het onderzoek naar de overhead op heffingen en rechten is nagenoeg afgerond. Vooruitlopend op die afronding zijn een aantal uitkomsten reeds verwerkt in dit beleidsplan. Voor 2014 komt dit erop neer dat op de directe personele kosten een opslag van 54,5% in de berekeningen wordt meegenomen. Dit percentage is lager dan de opslag waar tot en met 2013 mee is gerekend. In de perspectiefnota hebben we al geanticipeerd op de budgettaire effecten van een lagere opslag. In Concernrapportage 2014-I zullen we de laatste, beperkte aanpassingen maken, op basis van het definitieve percentage. Omdat er grote veranderingen op stapel staan in de taken en de kosten van gemeenten zullen we de komende tijd elk jaar opnieuw een opslagpercentage vaststellen. Wanneer we weer in wat rustiger vaarwater zitten, is het streven om het percentage iets minder frequent te actualiseren Dubieuze debiteuren In de afgelopen jaren is gebleken dat debiteuren vaker hun rekeningen niet (kunnen) voldoen. We verhogen daarom ons budget ter dekking van dubieuze debiteuren met € 80.000. Daarmee geeft onze begroting een reëel beeld en verkleinen we de kans op tegenvallers in de jaarrekening. Onderhoud gebouwen Een actualisatie van onderhoudsramingen voor gebouwen die de gemeente aan derden verhuurt, laat zien dat de instandhouding structureel € 60.000 vraagt.
86
Gemeentelijke eigendommen De verhuuropbrengst van enkele gemeentelijke eigendommen is jarenlang vanwege de tijdelijkheid van huurcontracten geraamd als eenmalige inkomst. Op basis van uitspraken van de commissie BBV ramen we deze baten met ingang van 2015 structureel. Dit is verwerkt in de structurele ruimteontwikkeling van dit beleidsplan. Wijkatlas Verleden jaar is besloten de frequentie waarmee de wijkatlas wordt geproduceerd te verlagen naar eens in de vier jaar. We hebben in het afgelopen jaar gemerkt dat deze frequentie te laag is. Voor de wijkatlas van 2013/2014 is een financiële oplossing gevonden binnen bestaande middelen. We zullen bij een volgende perspectiefnota overwegen hoe we hier in structurele zin mee om willen gaan. Continuering beleid na ID Met het opheffen van de ID-subsidies met ingang van 2013 zou op onderdelen de continuering van gemeentelijk beleid mogelijk onder druk komen te staan. Er zijn daarom structurele middelen gereserveerd, voor zowel eigen werkzaamheden als die van enkele gesubsidieerde instellingen. Deze oplossingen kosten tijdelijk iets meer dan het structurele bedrag van € 300.000 dat was gereserveerd. In 2014 en 2015 nemen deze extra kosten af, waarna we vanaf 2016 een structureel eindbeeld hebben gerealiseerd binnen het oorspronkelijke financiële kader. Nieuw beleid Bedrijfsvoering Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
2014 Structureel Onderhoud gebouwen Eenmalig Gemeentelijke eigendommen Continuering beleid na ID Wijkatlas Verbeterplan communicatie Onderhoud gebouwen Beleidsproducten
2015
2016
-55 -100
Personeel Informatie- en automatiseringsbeleid Organisatiebeleid Interne zaken Concernfinanciën Verzekeringen Financieel beheer Bedrijfsinterne milieuzorg
87
Totaal -60
-60 165 -30
2017
-15 -50 -55
Dienstverlening derden Algemeen beheer Geldleningen Beleggingen Algemene baten en lasten Publieksbalie Juridische zaken Overheidscommunicatie
165 -45 -50 -110 -100
5. Paragrafen 5.1
Leeswijzer
In het beleidsplan is een aantal – verplichte – paragrafen opgenomen om de raad op onderdelen een beter inzicht te geven in de financiële positie van de gemeente. Paragraaf
Pagina
Lokale heffingen Weerstandscapaciteit Onderhoud kapitaalgoederen Financiering Bedrijfsvoering Grondbeleid Verbonden partijen
5.2
88 91 93 96 98 98 100
Lokale heffingen
Inleiding De lokale heffingen volgen in beginsel alleen de inflatoire ontwikkelingen. Daarnaast wordt rekening gehouden met de kostendekkendheid en met effecten van toekomstige plannen. Onroerende Zaak Belasting Conform onze beleidslijn zullen de tarieven OZB worden aangepast voor trendmatige ontwikkelingen (2,95%). De tarieven voor 2014 kunnen we nog niet presenteren. Die zijn afhankelijk van de definitieve uitkomsten van de (jaarlijkse) herwaardering en tariefdifferentiatie (compensatie verschuiving belastingdruk woningen en niet woningen). De herwaardering is nog niet beschikbaar. In december 2013 leggen we de tarieven op basis van de bovenstaande uitgangspunten ter vaststelling aan de raad voor. Rioolheffingen Het GRP is in 2010 door de raad vastgesteld. De tarieven voor de rioolbelasting worden aangepast voor de trendmatige ontwikkeling met 2,95%. Naast deze indexering wordt het tarief voor eigenaren jaarlijks structureel, op basis van het vastgestelde GRP, verhoogd met € 10 per aansluiting. Er zijn echter ook een aantal ontwikkelingen met een positief effect op de tarifering voor eigenaren. Dit leidt tot een gunstiger tariefontwikkeling dan indicatief berekend bij de perspectiefnota. Het gaat hierbij onder meer om de verlaging van de interne rekenrente van 5% naar 4%, een hoger aantal aansluitingen, een iets lagere toerekening van salarislasten en overhead. Hierdoor stijgt het tarief voor eigenaren volgend jaar met € 1 naar € 172. In 2014 wordt het GRP voor de jaren 2015-2018 opgesteld. Dan zullen de uitgangspunten voor de tariefberekeningen van het vorige GRP opnieuw beoordeeld en aangescherpt worden. Voor de gebruikerslasten is er een kleine aanpassing van de tarieven vanwege een iets lagere toerekening van de concernoverhead en de trendmatige ontwikkeling. Tariefontwikkeling Rioolheffing Bedragen in € per aansluiting
Jaar 2012 2013 2014
Gebruiker 86 88 89
Eigenaar 158 171 172
88
Afvalstoffenheffing Dankzij de juridische uitspraak inzake Omrin/Afvalsturing kan een deel van de gevormde buffer in de voorziening Afvalstoffenheffing aan de burger worden terugbetaald. In 2014 vloeit eenmalig € 1 miljoen terug naar de betalers van de afvalstoffenheffing in de vorm van een eenmalige verlaging van € 50 per huishouden. De tarieven voor 2014 worden dan naast de trendmatige verhoging van 2,95% eenmalig verlaagd met € 50 per huishouden. De tarieven komen uit op € 161,43 voor meerpersoonshuishoudens en € 129,56 voor eenpersoonshuishoudens. In de belastingverordening 2014 worden deze bedragen afgerond op hele euro's naar € 161, respectievelijk € 130. Kostendekkendheid heffingen In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de kostendekkendheid van de heffingen. Het tarief van de rioolheffing voor gebruikers is niet kostendekkend, omdat een deel van de kosten voor vegen niet worden doorberekend in het GRP. Dat is een raadskeuze geweest bij het vaststellen van het GRP in 2010.
Overzicht kostendekkendheid heffingen Bedragen * € 1.000
Afvalstoffenheffing Directe lasten (bijv. kapitaallasten, salarislasten, verwerkingskosten) Te compenseren BTW Aandeel concernopslag/overhead Overige baten en subsidies Te dekken lasten Ten laste van voorziening Opbrengst heffingen Percentage kostendekking
Rioolheffing Eigenaren Gebruikers
4.907
3.159
2.054
627 657 -771 5.420 -1.574 3.846 71%
1.298 75 -3 4.529
203 279 2.537
4.529 100%
2.278 90%
Parkeertarieven De tarieven voor het parkeren worden trendmatig verhoogd met 2,95%. Dit betekent voor het maaiveldparkeren in 2014 een verhoging van € 1,38 per uur naar € 1,42. Om praktische reden is het wenselijk dat het uur tarief wordt afgerond op minimaal 5 eurocent. Wij stellen voor het uurtarief voor 2014 vast te stellen op € 1,40 per uur. Het tarief voor de parkeergarage komt in 2014 uit op € 1,22 per uur inclusief BTW, afgerond op € 1,20. Vooralsnog gaat dit tarief ook gelden voor de nieuwe parkeergarage. Dit tarief kan nog aangepast worden, afhankelijk van de uitwerking van de Wet Markt en Overheid. Ontwikkeling woonlasten In de volgende tabel wordt de ontwikkeling van de woonlasten in beeld gebracht. Hierbij is uitgegaan van een meerpersoonshuishouding, in bezit van een eigen woning met een gemiddelde WOZ-waarde zoals die in Smallingerland geldt. Voor de gehanteerde prijsaccressen voor de jaren 2014 t/m 2017 wordt verwezen naar bijlage F. Ontwikkeling Woonlasten Bedragen in €
OZB eigenaren Rioolheffing eigenaren Rioolheffing gebruikers Afvalstoffenheffing (gebruikers) Totale woonlasten
2012 219 158 86 199 662
2013 224 171 88 205 688
2014 2015 231 235 172 186 89 91 161* 215 653 727
* inclusief eenmalige restitutie van € 50 per huishouden
89
2016 239 199 92 219 749
2017 244 213 94 223 774
Er worden ook nog andere heffingen in rekening gebracht. Sommige hebben een algemeen karakter, andere zijn gericht op levering van specifieke diensten (leges). De heffingen waarvan de opbrengst hoger is dan € 0,5 miljoen zijn in onderstaande tabel opgenomen. Heffingen met een opbrengst groter dan € 0,5 miljoen Bedragen x€ 1.000
Onroerende zaakbelasting Afvalstoffenheffing Rioolheffing Parkeeropbrengsten Leges omgevingsvergunning
Realisatie 2011 10.270 5.106 5.601 1.616 782
Realisatie 2012 10.694 4.577 6.402 1.609 578
Prognose 2013 11.203 4.708 6.733 1.576 803
Prognose 2014 11.582 3.846 6.807 1.638 1.445
Overige tarieven Voor de omgevingsvergunning bevat dit beleidsplan een voorstel om de kostendekking op begrotingsbasis ook op rekeningbasis te kunnen realiseren. Voor begraafplaatsen heeft de raad in 2013 besluiten genomen die in dit beleidsplan financieel vertaald zijn. Kwijtschelding Kwijtschelding kan worden verleend aan personen met een inkomen gelijk aan of lager dan de bijstandsnorm. Voor kwijtschelding komen in aanmerking de afvalstoffenheffing, het gebruikersdeel rioolheffing, de hondenbelasting (één hond) en de ID-kaart. Het totaalbedrag aan kwijtscheldingen wordt in 2014 geraamd op € 502.740. De eenmalige verlaging van het tarief afvalstoffenheffing is hierin niet meegenomen.
90
5.3
Weerstandscapaciteit
Deze paragraaf geeft aan welke mogelijkheden (weerstandscapaciteit) onze gemeente heeft om risico's en niet begrote kosten op te vangen. De onzekerheid over de effecten van het nieuwe kabinetsbeleid, over grondexploitaties en over de financiële positie van verbonden partijen vragen om een relatief grote weerstandscapaciteit. Voor 2014 is de weerstandscapaciteit vrij nauwkeurig te bepalen. Voor latere jaren geldt dat het aangegeven bedrag een indicatie is, bepaald op grond van onze huidige inschattingen van de ontwikkelingen en uitgaande van volledige keuzevrijheid voor de raad. Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit wordt berekend voor structurele en eenmalige bedragen. In de onderstaande tabel wordt de verwachte ontwikkeling van onze weerstandscapaciteit getoond voor de komende jaren. Weerstandscapaciteit Bedragen x € 1 000
Weerstandscapaciteit in het vermogen Buffer in algemene reserve Weerstandsvermogen Eenmalige vrije begrotingsruimte Nieuw beleid 2015 – 2017 Sub-totaal
2014
2015
2016
2017
2.500 19.700 26.866
2.500 19.700 15.457 13.462 51.119
2.500 19.700 9.881 21.034 53.115
2.500 19.700 3.246 29.442 54.888
2.047
pm 50 -1.301 582 -669
pm 50 -2.150 582 -1.518
pm 50 -2.940 582 -2.308
51.113
50.450
51.597
52.580
49.066
Weerstandscapaciteit in de exploitatie Onbenutte belastingcapaciteit OZB Onvoorzien Structurele vrije begrotingsruimte Nieuw beleid 2015 – 2017 Sub-totaal
pm 50 1.997
Totaal generaal
Aan het einde van de planperiode resteert een weerstandscapaciteit van bijna € 52,6 miljoen. In het vorige beleidsplan presenteerden we een capaciteit van € 71,1 miljoen. Dat betekent dat de weerstandscapaciteit met € 18,5 miljoen is gedaald. De belangrijkste oorzaak voor de terugloop is dat er in 2014 een groot bedrag aan eenmalige reserveringen (€ 9 miljoen) wordt besteed aan projecten zoals de cultuurhuisvesting en de Drachtstervaart. Andere factoren die meespelen zijn de omslag van de weerstandscapaciteit in de exploitatie van een overschot in een tekort (€ 4 miljoen), de renteaanpassing van 5% naar 4% (€ 3 miljoen) en het effect op de eenmalige ruimte van de maatregelen om structureel ruimte te scheppen (€ 4 miljoen). De verhoging van het weerstandsvermogen van € 18,5 miljoen naar € 19,7 miljoen werkt weer positief door in de weerstandscapaciteit. Bij de berekening van de weerstandscapaciteit is het uitgangspunt dat de gemeenteraad alle reserveringen voor nieuw beleid na de eerste jaarschijf kan heroverwegen en schrappen. Voor sommige reserveringen kan daar een kanttekening bij worden geplaatst, wanneer er sprake is van lopende projecten waarvoor reeds verplichtingen met andere partijen zijn aangegaan. Het gepresenteerde bedrag moet dan ook nadrukkelijk als indicatie van een maximumsituatie worden gezien.
91
Zoals verwacht neemt onze weerstandscapaciteit af naarmate grote eenmalig gedekte projecten gerealiseerd gaan worden. Wat er vervolgens resteert aan weerstandscapaciteit bestaat uit ons weerstandsvermogen (€ 19,7 miljoen), aangevuld met de ruimte voor eenmalig nieuw beleid. Hier moet het structurele tekort van 2017 op in mindering worden gebracht, totdat er helderheid is over een maatregelenpakket om de begroting in meerjarenperspectief sluitend te maken. Materiële risico's Voor een overzicht van de belangrijkste risico's, onzekerheden en niet-gekwantificeerde ontwikkelingen verwijzen we naar hoofdstuk 3.4. Vergelijking weerstandscapaciteit en risico's Aan het einde van de planperiode is onze weerstandscapaciteit uitsluitend eenmalig en ligt er structureel een opgave. We zijn van mening dat onze eenmalige weerstandscapaciteit naar de huidige inzichten toereikend is om effecten te dekken wanneer risico's werkelijkheid worden. Het blijft wel zaak om de omvang jaarlijks bij perspectiefnota's en beleidsplannen te toetsen. Structureel ligt er zoals gezegd een opgave. Smallingerland heeft een traditie om de begroting niet alleen structureel te laten sluiten, maar om binnen die begroting zelfs nog enige ruimte te hebben. In de afgelopen paar jaar is gebleken dat die aanpak ruimte geeft om flexibel in te spelen op externe ontwikkelingen, zonder dat dit meteen ten koste gaat van eigen gemeentelijke beleid(svoornemens). Door de bezuinigingen van de afgelopen jaren is er veel flexibiliteit en ruimte uit de begroting verdwenen. Dat maakt het minder eenvoudig om tegenvallers op te vangen of om nieuwe ambities mogelijk te maken.
92
5.4
Onderhoud kapitaalgoederen
In deze paragraaf wordt via een dwarsdoorsnede van de begroting inzicht gegeven in de onderhoudslasten voor kapitaalgoederen. Wegen De gemeente beschikt over een wegennet met een lengte van circa 416 km met een totale oppervlakte van ruim 3,25 miljoen m² (inclusief bermen). Van dit wegennet ligt 250 kilometer binnen en 166 kilometer buiten de bebouwde kom. Kengetallen Wegen Gesloten verhardingen Open verhardingen Onverhard/Zandwegen Bermen
1.070.350 m² 1.609.850 m² 67.460 m² 50 ha
Voor rationeel wegbeheer wordt gebruik gemaakt van het wegenbeheersplan. Het uitgangspunt van het wegenonderhoud in Smallingerland is een te handhaven kwaliteitsniveau. Dit is lager dan voorheen, nu de structurele middelen die beschikbaar worden gesteld in totaal met € 350.000 is verlaagd vanwege bezuinigingen. Er is echter nog steeds sprake van een acceptabel kwaliteitsniveau. Renovatie van complete wegdekken zal minder vaak mogelijk zijn, het onderhoud zal zich hoofdzakelijk beperken tot gerichte reparaties van gebreken in wegdelen. Riolering In 2014 zal een nieuw GRP-plan opgesteld worden voor de periode 2015-2018. Het grondwaterbeheer zal hier onderdeel van uitmaken, dit is nu nog opgenomen in het Waterplan. De gemeente voldoet hiermee aan alle verplichtingen uit diverse wetgevingen, zoals bijvoorbeeld de Wet Milieubeheer en de Wet gemeentelijke watertaken. Kengetallen Riolering Vrijverval riolering Persleidingen Kleine rioolgemalen Losstaande sturingskasten Tunnelgemalen Grote rioolgemalen Aantal straatkolken Aantal huisaansluitingen Bergbezinkbassins IBA's Beregenings- en rondspoelpompen
586 km 132 km 288 12 8 43 24.550 26.168 4 76 28
Onderhoud waterwerken De gemeente bezit veel waterwerken. Het gaat in totaal om 15.035 stuks. Kengetallen Waterwerken Vaste stalen bruggen Vaste betonnen bruggen Vaste houten bruggen Beweegbare bruggen Betonnen gesloten tunnels Duikers Te onderhouden sloten
14 66 90 4 7 14.854 276 km
De inventarisatie van de onderhoudstoestand van de bruggen en andere kunstwerken (viaducten, tunnels, kademuren, duikers, damwanden en andere oeververdedigingen, uitgezonderd oeverbeschoeiing) op locaties buiten stedelijk gebied is eind 2011 afgerond. 93
Voor de belangrijkste geconstateerde gebreken geldt dat er al actie ondernomen is of dat dit op stapel staat. Te denken valt aan het vervangen van de damwanden nabij de Hooidamsbrug, dat in 2014 wordt afgerond. De grote ingrepen worden steeds eenmalig gefinancierd, voor het normale onderhoud is een structureel budget beschikbaar. Voor kademuren geldt dat twee maal per jaar de diepte van het water voor de kademuren gemeten wordt om zo onderloopsheid tijdig te signaleren en aan te pakken. Op het onderhoud van de oeverbeschoeiing wordt nader ingegaan in het programma Leefomgeving. Het vaarwegbeheer van de grotere waterwegen wordt in 2014 overgedragen aan de provincie. Na de overdracht zijn wij niet langer verantwoordelijk voor het baggeren hiervan. Ook voor het stedelijk waterbeheer is er (al enkele jaren) sprake van het voornemen tot een overdracht aan Wetterskip Fryslân. De onderhoudstoestand van duikers, stuwen en dergelijke binnen Drachten is in 2013 in kaart gebracht, voornamelijk in het kader van de overdracht van stedelijk waterbeheer naar het Wetterskip Fryslân. Eventuele financiële consequenties van zowel de overdracht als van de geconstateerde onderhoudstoestand zullen worden betrokken bij de besluitvorming over de eigendomsoverdracht en indien noodzakelijk ook worden meegenomen in de perspectiefnota. Het Baggerbeleidsprogramma 2011-2020 zal worden herzien, nu er sprake is overdracht aan provincie en eventueel ook aan het Wetterskip. Er blijven verschillende vaarwegen, vijvers en ontwateringsloten waar gebaggerd moet worden. Het baggeren van waterpartijen binnen de bebouwde kom vormt onderdeel van het Verbreed GRP, omdat deze waterpartijen voornamelijk de functie hemelwateropvang en grondwaterstandregulering hebben. Deze zullen vanaf 2015 in het GRP worden opgenomen en niet langer onderdeel vormen van het Baggerbeleidsprogramma. Openbare verlichting Investeringen in openbare verlichting worden in 2014 voor de verlichtingsarmaturen en lichtmasten in 40 jaar afschreven. Het tussentijds vervangen, na 20 jaar, van de verlichtingsarmaturen wordt gezien als onderhoud en uit de eenmalige middelen gedekt. De gemeente bezit volgens de laatst bekende cijfers van Ziut 12.116 lichtmasten met 12.409 verlichtingsarmaturen en 13.784 lampen, waarvan 232 schijnwerpers (peildatum 1 oktober 2013). Met ingang van 2014 wordt het administratief beheer en het onderhoud van onze openbare verlichting in eigen hand genomen. Er is een administratief beheerpakket aangeschaft, dat vanaf 1 januari 2014 volledig operationeel moet zijn, gevuld met de juiste gegevens. Hiervoor zal nog een grote inventarisatie plaatsvinden van het areaal aan OV dat in Smallingerland in gebruik is. Het onderhoud aan de openbare verlichting wordt nog in 2013 aanbesteed. Openbaar groen Het totale te beheren areaal groen is 364 ha. Kengetallen Openbaar groen Groen bebouwde kom Braakliggende terreinen Bermen buiten de bebouwde kom Bosjes en houtwallen Sportvelden Begraafplaatsen
261 ha 43 ha 50 ha 10 ha 49 ha 6 ha
Voor het onderhoud van het openbaar groen is een beeldgericht onderhoudsplan opgesteld. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een digitaal beheerssysteem. Het beheer en onderhoud, 94
met uitzondering van de bomen, is uitbesteed aan derden. Schapen begrazen ongeveer 12 ha. De braakliggende terreinen (43 ha) zijn deels aan derden in gebruik gegeven of worden deels twee keer per jaar geklepeld. Iedere vijf jaar wordt het openbaar groen opnieuw aanbesteed aan derden. Deze aanbesteding is voor 2015 weer gepland. Het onderhoud van sportvelden wordt in 2014 weer opnieuw aanbesteed. Speeltoestellen Het aantal speeltoestellen binnen de bebouwde kom (inclusief die op schoolpleinen, welke ook buiten de schooltijden toegankelijk zijn voor spelende kinderen) is 1.120. Deze speeltoestellen staan op 184 speelvelden en 14 schoolpleinen. Op 4 (niet openbare) speeltuinen staan in totaal 80 speeltoestellen. Alle speeltoestellen worden jaarlijks op veiligheid gecontroleerd. Gebouwen en overige objecten Het gebouwenbestand van de gemeente Smallingerland bestaat uit verschillende objecten, waaronder het gemeentehuis, gymlokalen, welzijnsaccommodaties en diverse bestemmingen. Gebouwen en overige objecten Gemeentelijke huisvesting Gymzalen Sporthallen Welzijnsaccommodaties Woningen Overige objecten Elektrakasten Watertappunten
10 11 2 12 3 23 24 10
Er zijn meerjarenonderhoudsplannen voor wijkgebouwen, dorpshuizen en voor de gemeentelijke huisvesting (gemeentehuis, de bedrijfsgebouwen aan de Tussendiepen en de brandweerkazerne). Voor gebouwen in gebruik bij derden is dit nu ook opgesteld, en een bijbehorend structureel bedrag voor onderhoud bijgeraamd. Naast deze gebouwen staan er in onze gemeente enkele tientallen schoolgebouwen. De gemeente moet zorgdragen voor nieuwbouw. Hiervoor wordt een investeringsprogramma opgesteld, dat is voorzien van financiële dekkingsmiddelen. Rollend materieel Voor de uitvoering van verschillende taken zetten we allerhande voertuigen in. Er wordt gewerkt met een meerjarenvervangingsschema. Voor de kapitaallasten van vervangingen wordt een structurele reservering opgenomen. De structurele budgetten voor onderhoud zijn afgestemd op ervaringscijfers van de afgelopen jaren.
95
5.5
Financiering
In onze financiële verordening staan de kaders beschreven waarbinnen het college geldstromen, vermogenswaarden, posities en risico's kan en moet beheren. Renterisico In de Wet Financiering Decentrale Overheden staat vermeld dat gemeenten zich moeten houden aan de renterisiconorm. Het doel van de renterisiconorm is om ervoor te zorgen dat het renterisico bij herfinanciering beheerst wordt. De jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen mogen niet meer bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Dit is voor de gemeente Smallingerland € 179 miljoen in 2014. De renterisiconorm voor 2014 is daardoor € 36 miljoen. De Gemeente Smallingerland zit met een reguliere aflossingsverplichting van € 0,9 miljoen ruim onder deze norm. Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet geeft aan tot welk bedrag een gemeente mag financieren met kort geld. Deze limiet bedraagt voor ons 8,5% van het begrotingstotaal. Dit komt voor 2014 neer op € 15,2 miljoen. Tot dit bedrag kunnen we 'rood' staan bij de BNG, waarvoor een relatief lage rente in rekening gebracht wordt. Komen we hierboven, dan moet een financieringsplan worden gemaakt. Wanneer het teveel 'rood staan' te lang duurt, moet formeel een langlopende geldlening worden aangetrokken. Financieringsbehoefte Met de huidige stand van de liquide middelen en de geplande investeringen voor de komende beleidsperiode zal de gemeente extra financiering aan moeten trekken. Investeringen in grote projecten zoals de parkeergarage Raadhuisplein (€ 27 miljoen), bestemming Drachten (€ 20 miljoen), cultuuraccommodatie (€ 13 miljoen), onderwijs (€ 6 miljoen), riolering (€ 18 miljoen) en herfinanciering van een lening (€ 8 miljoen) geeft eind 2017 een verwacht financieringstekort van € 80 miljoen. Op basis van een meerjaren liquiditeitsprognose zal een passende financieringsvorm worden gezocht. Bij de financiering van een dergelijk bedrag – dat we beschouwen als maximale uitwerking van het huidige investeringsprogramma – loopt onze netto schuldenlast (zonder leningen aan woningbouwcorporaties) op van circa 35% naar circa 75%. Daarmee blijven we ruim binnen de richtinglijnen van de VNG. De financieringslasten van eventuele leningen zijn gedekt binnen de voorliggende meerjarenbegroting. Renteontwikkeling In de rentenotitie Smallingerland 2008 zijn uitgangspunten en beleidsregels vastgesteld voor het bepalen van de hoogte van de interne rentevoet. Deze mag maximaal 1,5% hoger en maximaal 0,25% lager zijn dan de marktrente. Voor de marktrente wordt uitgegaan van het BNG-tarief voor een lening met lineaire aflossing in 25 jaar. De marktrente lag ten tijde van het opstellen van de Perspectiefnota 2014-2017 net onder de 3%. Nu de marktrente zich stabiel beweegt rond de 3% is de interne rekenrente verder verlaagd naar 4%. De financiële consequenties van deze verlaging zijn in dit beleidsplan verwerkt. Wet Houdbaarheid Overheid Financiën (wet Hof) De rijksoverheid wil met de wet Hof (het wetsvoorstel ligt ter afronding bij de Eerste Kamer) bereiken dat de Europese afspraken over het EMU-saldo worden vastgelegd in de nationale wetgeving en hiermee de decentrale overheden (provincies, gemeenten en waterschappen) verplichten hieraan en bijdrage te leveren. Voor gemeenten is voor 2013 een maximum EMU tekortnorm vastgesteld van 0,38% van het Bruto Binnenlands Product (BBP).
96
Door verschillen in de boekhoudkundige regels van de gemeenten (stelsel van baten en lasten) en de rijksoverheid (kasstelsel) kan dit er toe leiden dat de normering gemeenten belemmert in de uitvoering van haar investeringen. In het wetsvoorstel is opgenomen dat de normering collectief wordt vastgesteld. Overschrijding van de normering kan leiden tot sancties (lagere algemene uitkering). De keuze voor een individuele normering zou aanzienlijke gevolgen kunnen hebben gehad voor ons investeringsprogramma voor de komende jaren en de daarmee samenhangende financieringsbehoefte. Nu gekozen lijkt te worden voor een collectieve normering schatten we de gevolgen voor 2014 en 2015 beperkt in. We blijven de ontwikkelingen volgen. Schatkistbankieren Het kabinet wil de gemeenten verplichten hun kasoverschotten onder te brengen bij de rijksoverheid. Door consolidatie van de onderlinge schuldverhoudingen tussen de rijks- en decentrale overheden zou de EMU-schuld van de collectieve sector dalen. De VNG ziet het verplichte schatkistbankieren als een ernstige aantasting van de gemeentelijke autonomie. Daarnaast kunnen de financiële gevolgen aanzienlijk zijn voor gemeenten (en de andere lagere overheden) met kasoverschotten. De rente die het rijk vergoedt zou aanmerkelijk lager liggen dan rendementen die overheden in de markt realiseren. We voorzien voor onze gemeente geen directe gevolgen. Evenals in het verleden zal de gemeente hooguit bij uitzondering tijdelijk beschikken over een positief kassaldo. Indirect zou het gevolgen kunnen hebben als bijvoorbeeld de provincie Fryslân minder rente ontvangt op haar beleggingen en daarmee minder subsidiemogelijkheden krijgt. Het wetsvoorstel ligt bij de Eerste Kamer ter afronding. Overzicht van de algemene dekkingsmiddelen Algemene dekkingsmiddelen 2014 Bedragen in €
Gemeentefonds Lokale heffingen Saldo financieringsfunctie Dividend Totaal
60.617.000 11.843.100 6.091.360 318.440 78.869.900
97
5.6
Bedrijfsvoering
Voor een toelichting op de bedrijfsvoering verwijzen we u naar het programma Bedrijfsvoering.
5.7
Grondbeleid
Beleidsregels grondexploitatie In 2011 heeft de raad beleidsregels vastgesteld voor de risicobepaling en -dekking grondbedrijf. De uitgangspunten die worden gehanteerd zijn behoedzaamheid, transparantie, periodieke actualisatie en een weerstandsbuffer op maat. Nieuwe BBV voorschriften Met ingang van 2012 mag aan grond waarvoor geen plannen zijn om deze binnen afzienbare tijd in ontwikkeling te nemen, geen rente en kosten meer worden toegerekend. Voor ons heeft dat gevolgen voor 113 ha. grond met een boekwaarde van € 160.000. Deze grond is toegevoegd aan de voorraad grond en er worden geen rente en andere kosten meer aan toegerekend. Na definitieve vaststelling van de structuurvisie kan blijken dat er meer gronden zijn die in deze categorie vallen. Zodra hierover duidelijkheid is, komen we hierop terug inclusief de financiële consequenties. Ontwikkeling na Beleidplan 2013-2016 Vergeleken met het vorige beleidsplan zijn de verwachtingen over de uitvoering van plannen verder bijgesteld. Door de aanhoudende slechte economische omstandigheden zijn de verkoopverwachtingen verder verlaagd en is grond voorlopig uit de exploitatie genomen. Daarnaast is de interne rekenrente in 2014 verlaagd van 5% naar 4%. Dit heeft effect op het verloop van de boekwaarden gedurende de planperiode en op de resultaatverwachting. Ontwikkelingen grondgrondbedrijf Bedragen x € 1 miljoen
BP 2013 Boekwaarde grond niet in exploitatie Begin planperiode Eind planperiode Maximaal verschil boekwaarde en agrarische waarde
JV 2012
PPN 2014
BP 2014
6,5 8,5 0,5
9,0 11,2 0,8
9,0 10,9 0,9
9,0 10,9 0,9
Boekwaarde grond in exploitatie Begin planperiode Eind planperiode Maximale boekwaarde
5,3 8,0 8,0
5,4 8,5 8,5
6,2 6,2 8,4
6,2 6,2 8,8
Verwacht resultaat
5,5
3,7
4,1
5,5
Maximaal risico
8,5
9,3
9,3
9,7
Ontwikkeling van de boekwaarden In het Jaarverslag 2012 zijn de verkoopverwachting verder verlaagd. Gelijktijdig is ook besloten om gronden uit fase 2 en 3 van Vrijburgh en fase 3 van bedrijventerrein Nijtap voorlopig uit de exploitatie te nemen. De boekwaarde van de grond niet in exploitatie is hierdoor met bijna € 2 miljoen toegenomen. De boekwaarde van de grond in exploitatie is met eenzelfde bedrag verlaagd, maar doordat er meer kosten dan baten zijn geweest, verandert deze boekwaarde per saldo nauwelijks.
98
Ontwikkeling van de risico's We houden rekening met risico's op de gronden niet in exploitatie (maar met wel een voorziene ontwikkeling) voor zover de boekwaarde de agrarische waarde overstijgt. Aan het begin van de planperiode is die boekwaarde lager dan de agrarische waarde, maar door rentebijschrijving zal dit omslaan aan het einde van de planperiode. De rentebijschrijving boven het omslagpunt, zal te zijner tijd als verlies verwerkt moeten worden. In 2015 gaat het om € 0,1 miljoen en daarna jaarlijks om € 0,4 miljoen. In de planperiode 2014 t/m 2017 is dat in totaal € 0,9 miljoen. Dit bedrag wordt meegenomen in de bepaling van het weerstandsvermogen voor het grondbedrijf. De maximale boekwaarde van de gronden in exploitatie binnen de planperiode wordt ook als risico beschouwd. De schommelingen in de boekwaarde, en daarmee in het risico, worden veroorzaakt doordat de baten en lasten van de grondexploitatie op de boekwaarde worden verwerkt. Ook winst- c.q. verliesname en het in exploitatie nemen van nieuwe complexen beïnvloedt de boekwaarde. De maximale boekwaarde die in de komende planperiode wordt voorzien is € 8,8 miljoen. Daarmee komt het totale weerstandsvermogen voor het grondbedrijf in dit beleidsplan uit op € 9,7 miljoen. Bij de uitvoering van de bestaande en eventuele nieuwe plannen blijven we een behoedzame lijn volgen, zodat geen onverantwoorde risico’s worden gelopen. Pas als we verzekerd zijn van voldoende inkomsten worden er investeringen gepleegd. Ontwikkeling van het verwachte resultaat In de onderstaande tabel is te zien hoe de winstverwachting is opgebouwd in de verschillende rapportages. Winstverwachtingen grondexploitaties (- = nadeel) Bedragen x € 1 miljoen
Complex Industrieterrein de Haven Ureterpvallaat Middelgeast Bedrijvenpark NHW/Nijtap Diversen complexen wonen Totaal
BP 2013
JV 2012 2,5 2,4 0,6 5,5
2,7 0,5 0,1 0,4 3,7
PPN 2014 3,1 0,5 0,1 0,4 4,1
BP 2014 3,1 2,3 0,1 5,5
Door het voorlopig uit exploitatie nemen van bedrijventerrein Nijtap fase 3 (Jaarverslag 2012), daalt de winstverwachting van bedrijvenpark met € 2,3 miljoen. Aan de andere kant is er een toename van de verwachte winst bij Industrieterrein de Haven en Middelgeast. Dit komt doordat de plannen goedkoper kunnen worden uitgevoerd dan eerder werd gecalculeerd. Doordat de uitvoering van de verschillende plannen langer duurt, wordt het grootste deel van het resultaat na deze planperiode gerealiseerd. Toerekening personele kosten In de begroting wordt rekening gehouden met een jaarlijkse toerekening van salarislasten aan grondbedrijfprojecten. Er werd na een eerdere bijstelling in 2012 nog structureel € 850.000 toegerekend. Door de aanhoudende recessie nemen de werkzaamheden voor het grondbedrijf nog steeds verder af. Voor de projecten is voor de komende jaren maar een personele inzet nodig van € 400.000. Daarom is in dit beleidsplan de structurele doorbelasting van personele lasten aan het grondbedrijf met € 450.00 verlaagd.
99
5.8
Verbonden partijen
Verbonden partijen zijn volgens het BBV organisaties waarin de gemeente zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft. In bijlage I is een overzicht opgenomen van verbonden partijen. In deze paragraaf staan we stil bij de verbonden partijen waarvoor we in 2013 bijzonderheden voorzien. Caparis / Sociale werkvoorziening Fryslân Met de invoering van de participatiewet stopt de instroom van WSW-ers in Caparis. Dat zal zijn weerslag hebben op de organisatie en op de exploitatie. Hoe zich dat concreet vertaalt in mogelijkheden en onmogelijkheden, moet blijken. Enkele gemeenten hebben aangekondigd om vooruitlopend op de nieuwe wet bepaalde taken en mensen uit Caparis te willen halen. Voor 2014 is € 1,4 miljoen gereserveerd om tekorten, dan wel transitiekosten te dekken. Voor de jaren erna is structureel € 0,4 miljoen beschikbaar. We houden er rekening mee dat deze reserveringen niet toereikend zijn om de gevolgen van de nieuwe wet te dekken. Servicebureau De Friese Wouden Er is overeenstemming bereikt over het volledig opheffen van de gemeenschappelijke regeling. Alle personeel van de GR gaat over naar de Fumo. Het formele traject tot opheffing wordt gestart. De zeven betrokken gemeenteraden zullen hierover een besluit moeten nemen, waarbij een positief besluit van vijf volstaat om tot opheffing te kunnen overgaan. Veiligheidsregio Fryslân (VRF) De VRF is een gemeenschappelijke regeling van alle Friese gemeenten en verzorgt de wettelijke taken op het gebied van veiligheid en gezondheid voor de ruim 645.000 inwoners van de provincie. Per 1 januari 2014 maken ook de gemeentelijke brandweertaken onderdeel uit van de regio. Alle gemeentelijke personeel, materieel, voertuigen en vastgoed zijn ondergebracht bij de VRF (zie ook toelichting bij programma Veiligheid). Daarmee verdubbelt de omzet van de VRF. Smallingerland levert in 2014 een bijdrage van € 3,4 miljoen. Hiervan heeft € 1,7 miljoen betrekking op de regionale brandweertaken en bevolkingszorg, € 1,3 miljoen op de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) en € 0,4 miljoen op de preventieve gezondheidszorg. De VRF heeft een taakstellende bezuiniging om de bijdrage van gemeenten met 12% te verlagen in de periode 2011-2014. Dit percentage is gerelateerd aan de korting op het gemeentefonds. Deze bezuiniging is al in de gemeentelijke bijdrage verdisconteerd. Huisvuilcentrale Alkmaar (HVC) We zijn aandeelhouder van HVC. De aandeelhouders staan garant voor een aantal door HVC aangegane geldleningen. Ons aandeel daarin bedraagt begin 2013 ongeveer € 15,8 miljoen. Voor de garantstelling ontvangen we een provisie van 1%, derhalve € 158.000. Zoals eerder aangekondigd is het bedrag aan gegarandeerde leningen, en daarmee ook ons aandeel in het risico, lager dan het voorgaande jaar. Dit is in de lijn met onze wens en die van de andere aandeelhouders. HVC bereidt verschillende investeringsprogramma’s en toekomstscenario’s voor. Dit laatste houdt onder meer verband met ontwikkelingen op de afvalmarkt. Wanneer die invloed hebben op onze garantiepositie zullen we de raad bij de besluitvorming hierover betrekken. Afvalsturing Friesland (Omrin) We zijn nog wel aandeelhouder van Afvalsturing maar geen klant. Ons part in het aandelenkapitaal is 12%. We beraden ons nog over de wenselijkheid en de mogelijkheid om onze aandelen te vervreemden.
100
Stichting Veiligheidszorg Smallingerland (SVS) Het wegvallen van inkomsten voor gesubsidieerde arbeidsplaatsen heeft een stevige wissel getrokken op de exploitatie van de Stichting Veiligheid Smallingerland. Met ingang van 2013 is de gemeentelijke subsidie structureel met € 162.000 verhoogd. Er ligt echter nog een opgave voor 2014 en verder. Deze opgave is ten tijde van het opstellen van dit beleidsplan nog onderwerp van onderzoek. Zodra de resultaten bekend zijn, zal de raad hierover worden geïnformeerd, dan wel om een besluit worden gevraagd. Gemeenschappelijke regeling Bedrijvenpark Drachten Azeven Door de aanhoudende slechte economische omstandigheden zijn de verkoopverwachtingen in de jaarstukken 2012 bijgesteld en is een verlies genomen van € 1,9 miljoen. Tot en met 2016 wordt naast twee ha. die contractueel is vastgelegd niet gerekend op nieuwe verkopen. Vanaf 2016 wordt een lichte verbetering in de vraag naar bedrijventerreinen verwacht. Vooralsnog worden er geen nieuwe investeringen gedaan. Op deze manier wordt eraan gewerkt om de boekwaarde (€ 14,6 miljoen eind 2012) stabiel te houden. Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing De Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing (FUMO) wordt per 1 januari 2014 operationeel. De FUMO gaat voor Smallingerland de basistaken en de taken die ondergebracht zijn bij het Servicebureau de Friese Wouden uitvoeren. Het servicebureau wordt opgeheven. Hûs en Hiem Als gevolg van de economische crisis is het aantal aanvragen voor welstandsadvies bij Hûs en Hiem flink gedaald. Dat heeft gevolgen voor de inkomsten, met als gevolg dat de exploitatie niet langer sluit. Het algemeen bestuur van Hûs en Hiem heeft een principekeuze gemaakt voor een oplossing. Daarbij is het voornemen om de formatie te verkleinen en te flexibiliseren. Gelijktijdig met de behandeling van dit beleidsplan wordt gemeenten gevraagd om een zienswijze te geven op deze principekeuze. De keuze gaat gepaard met transitiekosten. Het aandeel van Smallingerland ligt op circa € 120.000. Het exacte bedrag is afhankelijk van verschillende factoren, zoals de herplaatsbaarheid van medewerkers. Na definitieve besluitvorming van het algemeen bestuur zullen we ons aandeel in de kosten een plek geven in de perspectiefnota van volgend jaar. Risico's en weerstandsvermogen Bij verschillende verbonden partijen is er in de nabije toekomst een reële kans op verlies of meerkosten. In de meeste gevallen zijn de financiële gevolgen – mede – voor onze gemeente. Om die reden bestempelen we binnen de algemene reserve sinds 2013 een bedrag van € 5 miljoen als weerstandsvermogen voor verbonden partijen. Daarmee is dit bedrag niet langer beschikbaar voor eenmalig nieuw beleid. Wanneer we dan vervolgens voor kosten komen te staan, kunnen deze uit het weerstandsvermogen worden gedekt, zonder dat de continuïteit van eigen beleidsvoornemens daaronder hoeft te lijden.
101
Verstrekte en gegarandeerde geldleningen Hoewel verstrekte en gegarandeerde leningen niet beslist een relatie met verbonden partijen hoeven te hebben, vinden wij het belangrijk om inzicht te geven in de ontwikkeling van deze leningen. U vindt ze in de onderstaande tabel. Verstrekte en gegarandeerde leningen Bedragen x € 1 miljoen
Begin 2014 Verstrekte geldleningen aan woningbouwverenigingen Overige garantieleningen Totaal
43,9 18,5 62,4
Aflossing 2,7 2,7
Nieuw
Eind 2014 0
41,2 18,5 59,7
Voor het merendeel van de gegarandeerde geldleningen geldt dat er op eerste aanzegging een hypotheekrecht gevestigd kan worden. In een aantal gevallen is ook daadwerkelijk een hypotheekrecht gevestigd. De verstrekte geldleningen aan woningbouwcorporaties lopen langzaam af. In 2024 zal dit bedrag geheel zijn afgelost. De corporaties hebben te kennen gegeven met ons te willen praten over een versnelde vorm van aflossen. Van de overige garantieleningen geldt dat ruim € 15,8 miljoen voortkomt uit garantstellingen voor HVC. De andere garanties lopen evenals de leningen aan de corporaties langzaam af. Voor de drie corporaties die in Smallingerland actief zijn, WoonFriesland, Accolade en Nieuw Wonen Friesland, staan wij in enige mate als achtervang garant bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Een actualisatie van onze achtervangpositie presenteren we in het jaarverslag, evenals een beschrijving van onze achtervangpositie ten aanzien van particulieren met een Nationale Hypotheek Garantie.
102
6. Vaststelling 6.1
Leeswijzer
In dit hoofdstuk wordt een recapitulatie gepresenteerd van de begroting 2014. Deze recapitulatie wordt vastgesteld door de gemeenteraad. Hiermee wordt het college geautoriseerd verplichtingen aan te gaan voor de bedragen in de verschillende programma’s.
6.2
Vaststelling financiële middelen per programma Programma
Lasten
Baten
Saldo Bedragen in € (- = nadeel)
1 Gemeenteraad 2 Burger en bestuur 3 Economie 4 Werk en inkomen 5 Wonen 6 Onderwijs 7 Sport en recreatie 8 Cultuur 9 Welzijn en zorg 10 Leefomgeving 11 Veiligheid 12 Bedrijfsvoering Structurele vrije begrotingsruimte
Totaal voor resultaatbestemming
Toevoeging aan reserve: Algemene reserve Rentetoevoegingen aan bestemmingsreserves
973.230 3.896.220 2.599.030 50.972.580 12.057.760 11.695.550 6.888.780 13.026.500 20.309.260 31.573.860 2.882.690 15.833.630
0 74.101.810 545.500 41.742.440 7.854.160 1.747.720 966.450 0 1.088.000 15.306.290 109.310 10.032.230
-973.230 70.205.590 -2.053.530 -9.230.140 -4.203.600 -9.947.830 -5.922.330 -13.026.500 -19.221.260 -16.267.570 -2.773.380 -5.801.400
1.997.260
0
-1.997.260
174.706.350 153.493.910
-21.212.440
4.030.290 737.640
Onttrekking aan reserves: Algemene reserve Reserve Wonen Reserve Toerisme, recreatie en landinrichting Totaal mutaties reserves
25.741.670 58.700 180.000
25.741.670 58.700 180.000
25.980.370
21. 212.440
179.474.280 179.474.280
0
4.767.930
Totaal na resultaatbestemming
103
-4.030.290 -737.640
6.2
Vaststellingsbesluit
Het Beleidsplan 2014-2017 omvat het (financiële) beleidskader voor de komende jaren. Dit bevat in de eerste jaarschijf de begroting 2014, zoals hiervoor gerecapituleerd. Aldus vastgesteld door de Raad van de gemeente Smallingerland in zijn openbare vergadering van 12 november 2013. , voorzitter
, griffier
104
Bijlagen A. B. C. D. E. F. G. H. I. J. K.
Detailoverzicht structureel nieuw beleid Detailoverzicht eenmalig nieuw beleid en doorgeschoven middelen Ontwikkeling algemene reserve Ontwikkeling bestemmingsreserves Niet-trendmatige ontwikkelingen Trendmatige ontwikkelingen Productenramingen Subsidiestaat Verbonden partijen Totaaloverzicht bezuinigingen Tussenbalans collegeprogramma
105
106 107 109 111 112 113 114 116 117 118 120
Bijlage A: Structureel nieuw beleid Bedragen x € 1.000 In mutaties ten opzichte van vorige jaren (- = nadeel)
Omschrijving
Programma
Onderwijshuisvesting Sub-totaal Oeverbeschoeiing Onderhoud havens Speeltuingebouw Mobiel parkeren Sub-totaal Handhaving drank en horeca Sub-totaal Onderhoud gebouwen Sub-totaal
Onderwijs Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Veiligheid Bedrijfsvoering
Totaal structureel nieuw beleid
106
2014
2015
2016
2017
Totaal
-400 -400 -100 -4 -12 -6 -122 pm pm -60 -60
-400 -400 -100 -4 -12 -6 -122 pm pm -60 -60
-582
-582
Bijlage B: Eenmalig nieuw beleid Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
Omschrijving
Programma
Suppletie uitkering afschaffing OZB Nationaal Uitvoeringsprogr. (E-NUP) Wachtgelden wethouders Verkiezingen Sub-totaal Centrumplannen Centrum communicatie Visie de Kaden Sub-totaal Sociale werkvoorziening Sub-totaal Drachtstervaart Sub-totaal Toerisme en recreatie Fietspad Suderein Atletiekbaan Sportvelden Opeinde Kunstgrasvelden hockey Kunstgrasvelden Zwembad Sub-totaal Cultuurontwikkelingen Sub-totaal Uitvoeringsprogramma Gobabis Uitvoeringsprogramma WOS Wmo Sub-totaal Bestemming Drachten REP middelen Bereikbaarheid Drachten Aanpak groenvakken Wegonderhoud Raai/Splitting Duurzaamheid Duurzaamheidleningen Leerpark Openbare verlichting (afb boekwaarde) Gebouw speeltuin Draaikolk Haven Oudega Haven Rottevalle Gemeentelijk waterplan Overdracht vaarwegen naar Provincie Brug it Eilân Goëngahuizen Sub-totaal Veiligheidshuis Sub-totaal Gemeentelijke eigendommen Onderhoud boerderij Vrijburgh Compensatie WIW/ID Verbeterplan communicatie Wijkatlas Sub-totaal
Burger en Bestuur Burger en Bestuur Burger en Bestuur Burger en Bestuur Economie Economie Economie Werk en inkomen Wonen Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Cultuur Welzijn en Zorg Welzijn en Zorg Welzijn en Zorg Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Veiligheid Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering
Totaal eenmalig nieuw beleid
107
2014 412 100 -80 -80 352
2015
2016
2017
Totaal
-51
-92
-8.551
-5.192
-7.100
0
0
0
-20
-15 -55 -50 -120
0
0
412 -300 -150 -80 -118 -2.660 -240 -370 -3.270 -1.000 -1.000 -2.500 -2.500 -150 -180 -118 -675 -450 -796 -2.000 -4.369 -7.289 -7.289 -70 -20 -750 -840 -12.000 -7.940 -1.500 -172 -294 -400 -90 -716 -2.650 -43 -223 -18 -339 -160 -15 -26.560 -35 -35 165 -100 -45 -110 -50 -140
-18.409
-12.632
-7.572
-7.508
-46.121
-40 -40 -1.000 -1.000 -2.500 -2.500 -50 -180
-400 -70 -470 -2.660 -80 -370 -3.110
0
0
-80
-40
-80
-40
0
0
0
0 -50
0 -50
0
-118 -675 -450 -510 -1.865 -7.289 -7.289 -35 -10 -250 -295 -2.940 -750 -172 -294 -100 -90 -716
-36 -86 0 -35 -10 -250 -295 -4.000 -1.000 -750 -100
-250 -2.000 -2.050
-368
0
0
-250 -250 -4.000 -1.000
0 -4.000 -3.000
-100
-100
-2.650 -43 -223 -18 -196 -160 -15 -5.717 -35 -35 165 -100 -30 -55
Doorgeschoven middelen Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
Omschrijving
Programma
Centrumplannen Centrumcommunicatie ICT Sub-totaal Groot onderhoud De Welle Groot onderhoud kunstgrasvelden Polderhoofdkanaal Huisvesting watersportverenigingen Sub-totaal Herziening bestemmingsplannen Sub-totaal Dorpshuis Rottevalle MFC Oudega Sub-totaal Bereikbaarheid Drachten Geluidswal Fietspad Houtigehage Buitengebied 60km Bushaltes Kruising Gauke Boelensstraat Brug Westersanning Damwanden Hooidamsbrug Turborotondes Wâldwei Sub-totaal
Economie Economie Economie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Wonen Welzijn en Zorg Welzijn en Zorg Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving
Totaal doorgeschoven middelen
2014 -1.211 -90 -80 -1.381 -471 -51
2015
2016
2017
Totaal
-85 -250 -700 -2.507
-1.000
0
-900
-1.211 -90 -80 -1.381 -471 -51 -230 -65 -817 -130 -130 -1.073 -1.212 -2.285 -380 -1.000 -568 -310 -214 -900 -85 -250 -700 -4.407
-6.890
-1.230
0
-900
-9.020
0
0
0
-230
0
0
0
0
0
0
0
0
-230 -65 -587 -130 -130 -1.073 -1.212 -2.285 -380
-1.000 -568 -310 -214 -900
De gepresenteerde reserveringen voor eenmalig beleid en doorgeschoven middelen worden gedekt via onttrekkingen aan de algemene reserve. Het overzicht in deze bijlage kan daarmee worden beschouwd als overzicht van incidentele baten en lasten (BBV, art. 19).
108
Bijlage C: Ontwikkeling algemene reserve Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
2013
2014
2015
2016
2017
70.832
49.066
37.657
32.081
Toevoegingen Rentetoevoegingen - Algemene reserve 4% - Rente reserve projecten in uitvoering - Voorzieningen Sub-totaal rente
2.833 240 280 3.353
1.963 240 250 2.453
1.506 240 250 1.996
1.283 240 250 1.773
Suppletie uitkering afschaffing OZB gebruikers Gemeentelijke eigendommen Nationaal Uitvoeringsprogramma (E-NUP) Sub-totaal
412 165 100 4.030
-400 2.053
1.996
1.773
-70 -2.660 -80
-80
-40
Jaarrekening 2012 stand 31/12
71.051
Resultaat 2012 na bestemming Concernrapportage 2013-I: eenmalig voordeel Concernrapportage 2013-I: doorgeschoven middelen Concernrapportage 2013-II: eenmalig voordeel Concernrapportage 2013-II: doorgeschoven middelen Mutaties beleidsplan 2013-2016
4.786 684 1.360 307 7.295 -14.651
Stand 1/1
Onttrekkingen Verkiezingen Wachtgelden wethouders Centrumplannen Centrumcommunicatie ICT breedband Visie de Kaden Sociale werkvoorziening Drachtstervaart Actualisatie bestemmingsplan buitengebied Groot onderhoud De Welle Herhuisvesting watersportverenigingen Kunstgrasvelden Kunstgrasvelden hockey Toerisme en recreatie Polderhoofdkanaal Atletiekbaan Sportvelden Opeinde Cultuurontwikkelingen Wmo Dorpshuis Rottevalle MFC Oudega Uitvoeringsprogramma Gobabis Uitvoeringsprogramma WOS Aanpak groenvakken Groenvakken Drachtstercompagnie Buitengebied 60 km Fietsverbinding Houtigehage-Rottevalle Turborotondes Wâldwei Verkeermaatregelen de Trisken Duurzaamheidsleningen Duurzaamheidsleningen (naar 2013) Leerpark Leerpark (Breeam naar 2013) Brug Westersanning Oudega Brug 't Eilân Goëngahuizen Wegonderhoud Raai/Splitting Bushaltes
Burger en bestuur Burger en bestuur Economie Economie Economie Economie Werk en inkomen Wonen Wonen Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Sport en recreatie Cultuur Welzijn en zorg Welzijn en zorg Welzijn en zorg Welzijn en zorg Welzijn en zorg Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving
109
-80 -80 -1.211 -130 -80
-370 -1.000 -2.500 -130 -471 -65 -561 -450 -50
-2.000 -36 -50 -230
-250 -50 -118
-675 -7.289 -250 -1.073 -1.212 -35 -10 -125 -47 -310 -568 -700 -380 -100 10 -781 65 -85 -15 -294 -214
-250 -35 -10
-250
Ontwikkeling algemene reserve (vervolg) Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
2013 Damwanden Hooidammen Bereikbaarheid Drachten REP-middelen REP-middelen, innovatiecluster (naar 2013) Bestemming Drachten Geluidswal Kruising Gauke Boelensstr-Noorderhogeweg Gebouw speeltuin Draaikolk Havens Rottevalle en Oudega Afboeken boekwaarde openbare verlichting Gemeentelijk waterplan Duurzaamheid Overdracht vaarwegbeheer aan provincie Veiligheidshuis Compensatie WIW/ID Verbeterplan communicatie Wijkatlas Onderhoud boerderij Vrijburgh Sub-totaal
Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Veiligheid Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering
Stand 31/12 Risicobuffer Eenmalige ruimte nieuw beleid Weerstandsvermogen Aanvulling weerstandsvermogen grondbedrijf Weerstandsvermogen verbonden partijen Vrij besteedbaar
110
2014
2015
2016
2017
-250 -750 -3.000 60
-750 -1.000
-1.000
-3.000
-4.000
-4.000
-4.000 -1.000
-900 -43 -241 -196 -100 -160 -35 -30 -55
-2.650 -51 -100
-92 -100
-100
-15 -55 -50
-100 -25.796
-13.462
-7.572
-8.408
49.066
37.657
32.081
25.446 -2.500 22.946 -5.000 -9.700 -5.000 3.246
Bijlage D: Ontwikkeling bestemmingsreserves Bedragen x.€ 1.000 (- = onttrekking)
1 januari RenteToevoe- Onttrek- 31 december 2014 Toevoeging ging king 2014 Wonen Reserve Wonen Subtotaal Onderwijs Reserve onderwijshuisvesting Reserve onderhoud onderwijshuisvesting Subtotaal Sport en recreatie Reserve toerisme, recreatie en landinrichting Reserve onderhoud sporthallen Subtotaal Cultuur Reserve beeldende kunst Subtotaal Welzijn en zorg Reserve onderhoud wijkcentra / dorpshuizen Reserve WMO Subtotaal Leefomgeving Reserve rioleringen Subtotaal Bedrijfsvoering Egalisatiereserve automatisering Reserve frictiekosten concern Reserve onderhoud gebouwen eigen gebruik Reserve onderhoud gebouwen gebruik derden Subtotaal Totaal
7.507 7.507
300 300
4.577 203 4.780
183 8 191
400 343 743
16 14 30
0
-180
236 357 593
311 311
12 12
0
0
323 323
230 750 980
9 30 39
0
0
239 780 1.019
2.367 2.367
95 95
0
0
2.462 2.462
735 650 240 129 1.754
29 26 10 5 70
0
0
764 676 250 134 1.824
18.442
737
0
-239
18.940
0
0
-59 -59
7.748 7.748
0
4.760 211 4.971
-180
De rentetoevoeging is verwerkt in het programma Bedrijfsvoering. De overige toevoegingen en onttrekkingen zijn terug te vinden in de afzonderlijke programma's. Door afronding van bedragen kunnen er kleine verschillen ontstaan in de tellingen uit deze tabel en in de bedragen die in de programma's zijn verwerkt.
111
Bijlage E: Voor een aantal onderwerpen wordt ieder jaar beoordeeld of er naast loon- en prijsontwikkelingen nog andere aanleidingen zijn voor budgetaanpassingen. Afgezien van enkele bijzondere ontwikkelingen gaat het meestal om stijgingen of dalingen in aantallen. Die aantallen kunnen dan bijvoorbeeld betrekking hebben op cliënten, woningen of m² openbare ruimte.
Niet-trendmatige ontwikkelingen Bedragen x € 1.000 (- = nadeel)
Omschrijving Accres OZB woningen Aanvulling bijzondere bijstand Zwembad de Welle WMO-voorzieningen Areaaluitbreiding openbare ruimte Gladheidbestrijding Openbare verlichting BTW-effecten GRP Vervangingsinvesteringen Continuering beleid na ID Dubieuze debiteuren Vrijval kapitaallasten Beheersbegroting 2014 Totaal
Programma Burger en bestuur Werk en inkomen Sport en Recreatie Welzijn en zorg Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Leefomgeving Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Divers Divers
112
2014 50 -40
2015 50
2016 50
-1 -40 -7 -22 -95 -30
-40
-40
-217 -15
-88 15
-80 61 -73 -276
45
40
-178
-23
2017 Totaal 200 50 -40 -1 -90 -90 -160 -40 -7 -22 -195 205 -45 15 -80 299 153 -73 278 -199
Bijlage F: Jaarlijks worden de lasten en baten in het beleidsplan trendmatig bijgesteld in verband met algemene loon- en prijsontwikkelingen. Deze worden jaarlijks berekend op basis van de meest recente gegevens van onder andere het Centraal Plan Bureau (CPB). Voor het bepalen van de accressen wordt de volgende methode gehanteerd: 1. basis voor de indexeringen voor het komende begrotingsjaar zijn de ramingen van het CPB en de diverse relevante CAO's. Voor autonome salarisontwikkelingen voor de gemeente wordt per jaar 1% gehanteerd. 2. deze basis wordt aangevuld met de afwijking tussen de werkelijke ontwikkelingen in het laatst afgeronde jaar en het meest recent toegepaste accres voor dat jaar. 3. vervolgens wordt de basis aangevuld met een eventueel verschil tussen een actuele inschatting van het accres voor het lopende jaar en het toegepaste accres voor het lopende jaar. Door de laatste twee stappen wordt een eerder te hoog of te laag ingeschat accres weer gecorrigeerd in de berekening voor het komende jaar. In de onderstaande tabel zijn de percentages weergegeven. Er wordt een vergelijking gemaakt tussen het percentage uit het vorige beleidsplan en het huidige.
Trendmatige ontwikkelingen Lasten Salarissen Goederen en diensten
Overige inkomensoverdrachten (subsidies e.d.) - Welzijn - Bibliotheek - Kunsten - Lawei en Sportbedrijf - Overige gesubsidieerde instellingen Baten Onroerende zaak belasting (OZB) Leges / overige lokale heffingen en tarieven voor derden
2014
2015
2016
2017
BP 2013 BP 2014 BP 2013 BP 2014
2,00% 3,38% 1,83% 2,74%
2,00% 2,00% 1,83% 1,75%
2,00% 2,00% 1,83% 1,75%
2,00% 2,00% 1,83% 1,75%
BP 2013 BP 2014 BP 2013 BP 2014 BP 2013 BP 2014 BP 2013 BP 2014 BP 2013 BP 2014
1,33% 2,24% 1,33% 1,94% 1,33% 2,58% 1,33% 2,00% 1,33% 2,24%
1,33% 1,30% 1,33% 1,30% 1,33% 1,30% 1,33% 1,30% 1,33% 1,30%
1,33% 1,30% 1,33% 1,30% 1,33% 1,30% 1,33% 1,30% 1,33% 1,30%
1,33% 1,30% 1,33% 1,30% 1,33% 1,30% 1,33% 1,30% 1,33% 1,30%
BP 2013 BP 2014 BP 2013 BP 2014
1,89% 2,95% 1,89% 2,95%
1,89% 1,84% 1,89% 1,84%
1,89% 1,84% 1,89% 1,84%
1,89% 1,84% 1,89% 1,84%
De percentages van 2014 zijn gebaseerd op de netto trendmatige ontwikkelingen.
113
Bijlage G: Productenramingen 2014 Bedragen in €
Beleidsproduct 01 Gemeenteraad Totaal gemeenteraad
Lasten 973.230 973.230
Baten 0 0
Saldo -973.230 -973.230
02 Dagelijks bestuur 03 Wetgeving en algemene zaken 05 Bestuurlijke zaken 06 Bevolkingsadministratie 07 Verkiezingen 08 Gemeentelijke begraafplaatsen 11 Belastingen 12 Algemene uitkering Totaal burger en bestuur
974.530 244.050 166.010 922.100 210.030 462.750 916.750 0 3.896.220
0 128.800 0 943.840 0 475.900 11.936.270 60.617.000 74.101.810
-974.530 -115.250 -166.010 21.740 -210.030 13.150 11.019.520 60.617.000 70.205.590
14 Markt 16 Economisch beleid 91 Bouwgrondexploitatie economie Totaal economie
23.730 2.171.730 403.570 2.599.030
5.000 136.930 403.570 545.500
-18.730 -2.034.800 0 -2.053.530
17 Inkomensoverdracht 18 Fraude bestrijding 19 Uitstroombevordering Totaal werk en inkomen
33.882.080 213.950 16.876.550 50.972.580
27.172.920 14.569.520 41.742.440
-6.709.160 -213.950 -2.307.030 -9.230.140
20 Ruimtelijke ordening 21 Volkshuisvesting 22 Bouwzaken 23 Bouwgrondexploitatie Totaal wonen
3.999.530 71.850 1.517.770 6.468.610 12.057.760
7.770 13.040 1.364.740 6.468.610 7.854.160
-3.991.760 -58.810 -153.030 -4.203.600
27 Lokaal bestuurlijke onderwijstaken 28 Onderwijshuisvesting 29 Volwasseneneducatie Totaal onderwijs
3.078.270 8.506.520 110.760 11.695.550
1.309.200 333.520 105.000 1.747.720
-1.769.070 -8.173.000 -5.760 -9.947.830
466.820 2.375.150 3.355.390 691.420 6.888.780
0 71.100 844.940 50.410 966.450
-466.820 -2.304.050 -2.510.450 -641.010 -5.922.330
1.288.070 1.212.870 145.700 58.550 450.620 171.310 1.736.510 39.160 7.923.710 13.026.500
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
-1.288.070 -1.212.870 -145.700 -58.550 -450.620 -171.310 -1.736.510 -39.160 -7.923.710 -13.026.500
30 Sportstimulering en ontwikkeling 31 Veldsportaccommodaties 32 Sportbedrijf 34 Toeristisch/recreatieve voorzieningen Totaal sport en recreatie 35 Openbare bibliotheek 36 De Meldij 37 Amateuristische kunstbeoefening 38 Beeldende kunst 39 Museum Smallingerland 40 Monumentenzorg 41 Schouwburg De Lawei 42 Media lokale omroep 88 Culturele evenementen Totaal cultuur
114
Productenramingen 2014 (vervolg) Bedragen in €
Beleidsproduct 44 Mondiaal beleid 45 Maatschappelijke dienstverlening 46 Minderheden 47 Ouderenwerk 49 Opvang en inburgering verblijfsgerechtigden 50 Sociaal cultureel werk 51 Vrijwilligersactiviteiten 52 Jeugdbeleid 53 Peuterwerk en kinderopvang 54 Preventieve gezondheidszorg 87 Wet maatschappelijke ondersteuning 89 Centrum voor Jeugd en Gezin Totaal welzijn en zorg
Lasten 87.550 723.150 114.160 870.730 50.080 4.667.220 141.270 264.220 675.460 488.620 10.314.740 1.912.060 20.309.260
Baten 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1.088.000 0 1.088.000
Saldo -87.550 -723.150 -114.160 -870.730 -50.080 -4.667.220 -141.270 -264.220 -675.460 -488.620 -9.226.740 -1.912.060 -19.221.260
55 Straatnamen 56 Verkeerswegen te land 57 Schoonhouden leefomgeving 58 Fysiek wijk- en dorpsbeheer 59 Vervoer en mobiliteit 60 Openbaar vervoer 61 Parkeervoorzieningen 62 Waterwegen 63 Openbaar groen 65 Spel- en speelvoorzieningen 66 Wijkmanagement 67 Inzameling huishoudelijk afval 68 Inzameling bedrijfsafval 69 Rioleringen 70 Milieubeleid algemeen 71 Bescherming leefmilieu 72 Handhaving milieuwetten Totaal leefomgeving
43.850 10.485.100 1.246.990 1.083.320 425.490 214.420 1.687.190 2.167.040 2.897.260 311.580 315.610 4.333.460 737.560 4.955.190 479.990 114.970 74.840 31.573.860
0 2.600 0 0 0 0 1.964.960 123.280 3.030 0 0 5.617.710 783.970 6.806.700 0 4.040 0 15.306.290
-43.850 -10.482.500 -1.246.990 -1.083.320 -425.490 -214.420 277.770 -2.043.760 -2.894.230 -311.580 -315.610 1.284.250 46.410 1.851.510 -479.990 -110.930 -74.840 -16.267.570
1.763.330 1.008.750 110.610 2.882.690
30.840 78.470 0 109.310
-1.732.490 -930.280 -110.610 -2.773.380
654.300 13.180 2.368.540 8.459.900 17.710 318.440 536.710 286.000 715.260 568.210 1.792.790 22.940 2.286.990 5.580 40.570 0 3.666.190 86.380 807.060 0 164.410 0 999.030 83.580 315.650 0 713.910 0 566.490 0 188.020 188.020 15.833.630 10.032.230 1.997.260 174.706.350 153.493.910 737.640 238.700 4.030.290 25.741.670 179.474.280 -179.474.280
-641.120 6.091.360 300.730 -250.710 -147.050 -1.769.850 -2.281.410 -40.570 -3.579.810 -807.060 -164.410 -915.450 -315.650 -713.910 -566.490 0 -5.801.400 -1.997.260 -21.212.440 -498.940 21.711.380 0
73 Brandweer 74 Openbare orde en veiligheid 86 Dierenasiel Totaal veiligheid 04 Overheidscommunicatie 09 Geldleningen 10 Beleggingen 13 Algemene baten en lasten 15 Gemeentelijke eigendommen 75 Personeel 76 Informatie- en automatiseringsbeleid 77 Organisatiebeleid 78 Interne zaken 79 Concernfinanciën 80 Verzekeringen 81 Financieel beheer 83 Juridische zaken 84 Algemeen beheer 85 Publieksbureau 90 Dienstverlening derden Totaal bedrijfsvoering Structureel vrije begrotingsruimte Totaal programma's voor resultaatbepaling Toevoeging / onttrekking bestemmingsreserves Toevoeging / onttrekking algemene reserve Totaal programma's na resultaatbepaling 115
Bijlage H: Subsidiestaat Bedragen in €
Aanvrager Programma Burger en bestuur Oranjevereniging Subtotaal Programma Economie Stichting Vliegveld Subtotaal Programma Onderwijs (aan diverse schoolbesturen) Voor- en vroegschoolse educatie Coöperatie Brede Scholen Smallingerland Lokaal onderwijsbeleid Subtotaal Programma Sport en Recreatie Stichting Sportbedrijf Smallingerland Onderhoudssubsidies sportverenigingen Tourist Info Fryslân De Marrekrite Subtotaal Programma Cultuur Bibliotheek Smallingerland Centrum voor de kunsten De Meldij *) Muziek-, toneel- en zangverenigingen Kunstuitleen Drachten, SBK Fryslân Museum Smallingerland Schouwburg De Lawei *) Smelne FM Subtotaal Programma Welzijn Minderheden Ontwikkelingssamenwerking Stichting Maatschappelijk Werk Fryslân Stichting Maatschappelijk Onderneming Smallingerland Dorpshuizen Vrijwilligersorganisaties Speeltuinorganisaties Fier Fryslân Verslavingszorg Noord Nederland Subtotaal Programma Leefomgeving Milieu educatief centrum De Naturij Subtotaal Programma Veiligheid Stichting Veiligheidszorg Smallingerland Stichting Slachtofferhulp Stichting HALT Vereniging Dierenbescherming Drachten e.o. Subtotaal Totaal subsidies
Subsidie 2013 Subsidie 2014 4.500 4.500
4.500 4.500
10.340 10.340
10.570 10.570
510.820 51.210 728.660 1.290.690
525.890 52.360 740.000 1.318.250
2.125.675 15.920 16.500 60.510 2.218.605
2.174.355 16.260 16.500 60.510 2.267.625
1.258.750 1.272.410 77.260 14.770 436.080 1.577.910 37.760 4.674.940
1.283.510 1.200.900 78.990 12.770 446.040 1.707.410 38.610 4.768.230
117.350 10.510 737.140 3.245.390 43.000 170.180 60.930 22.150 76.030 4.482.680
118.560 10.510 718.650 3.214.810 43.970 172.920 62.300 22.160 77.220 4.441.100
84.540 84.540
86.430 86.430
325.340 13.800 11.000 102.180 452.320
307.070 13.875 11.000 104.980 436.925
13.218.615
13.333.630
*) In deze opstelling is nog geen rekening gehouden met de invoeging van De Meldij in De Lawei. Dat betekent dat met ingang van het seizoen 2014/2015 er vanuit de gemeente sprake zal zijn van één subsidie aan De Lawei voor zowel podiumaanbod als cultuureducatie.
Subsidies kleiner dan € 1.000 zijn evenals incidentele subsidies niet in dit overzicht opgenomen. Bijdragen aan Gemeenschappelijke Regelingen zijn geen subsidies.
116
Bijlage I: Overzicht verbonden partijen Bedragen x € 1.000
Omschrijving
Rechtsvorm Participatie
Gemeenteraad / Burger en bestuur 1 Vereniging Nederlandse Vereniging Gemeenten 's-Gravenhage 2 Vereniging Friese Vereniging Gemeenten Leeuwarden Economie 3 Stichting Vliegveld Drachten Werk en inkomen 4 Sociale Werkvoorziening Fryslân Drachten 5 Caparis Drachten / Leeuwarden NV Drachten Wonen 6 Welstands- en monumentenzorg Hûs en Hiem Leeuwarden 7 Exploitatiemaatschappij Bedrijvenpark Drachten Sport en recreatie 8 Recreatieschap voor het Friese Waterland Marrekrite Grou\ Welzijn en zorg 9 Veiligheidsregio Fryslân Leeuwarden Leefomgeving 10 Servicebureau De Friese Wouden Drachten Veiligheid 11 Stichting Veiligheidszorg Smallingerland Bedrijfsvoering 12 Bank Nederlandse Gemeenten 's-Gravenhage 13 Openbaar Lichaam Afvalverwijdering Friesland 14 Afvalsturing Friesland = Omrin 15 HuisVuilCentrale Alkmaar
Aandeel gemeente 2014
Eigen Resultaat Vermogen 2012 31-12-2012
Contributie
65
58.808
1.730
Contributie
18
151
-7
Stichting
Subsidie
10
GR
Bijdrage
11.453
NV
Subsidie via GR en inkoop
60
-5.031
GR
Inkoop
-16
-99
GR
Resultaat
0
0
GR
Bijdrage
54
4.413
377
GR
Bijdrage
3.400
4.259
1.347
GR
Bijdrage
0
2.837
-4
Stichting
Subsidie
Nnb
145
1
NV
Dividend
-127
2.752.000
332.000
GR
NVT
NVT
NVT
NV
Dividend
-11
41.634
1.183
NV
Garantstelling
-158
68.200
-19.500
GR= Gemeenschappelijke Regeling NV= Naamloze Vennootschap
117
Bijlage J: Totaaloverzicht bezuinigingen Programma
2011
Gemeenteraad Rekenkamercommissie
C
Burger en bestuur Kleine kwaliteit Hogere legesopbrengsten Doorbetaling OZB Bedrijvenpark WOZ taxaties in eigen beheer uitvoeren Lokale VVV Nieuwjaarsfeest
A A B B C C
Economie Werkbudget werken Bijdrage A7 projectenfonds Vliegveld Privatisering Markt
C C C C
2012
2013
2014
Bedragen x € 1.000 2015 2016 Totaal
30
30
9 6
14 10 100 50 9 6
14 10 100 50
35 35 10 9
35 35 10 9
Werk en inkomen Wonen Kostendekkend maken bouwleges Grootschalige basiskaart Nederland
A B
Onderwijs Subsidieregeling Achterstand en kwaliteit Subsidieregeling Achterstand en kwaliteit
B C
Sport en recreatie BOS-impuls, gecombineerd met bezuiniging Sportbedrijf
B
Cultuur Taakstellende bezuiniging bibliotheek Culturele evenementen Culturele evenementen Subsidie kunstuitleen Monumentenzorg themajaar eens per twee jaar
B B C C C
Welzijn en zorg Inburgering (AZC) Ad hoc subsidieaanvragen jeugdbeleid Peuterwerk Ad hoc subsidieaanvragen minderheden Openingstijden wijkcentra en De Holdert Sluiten buurtwerkplaats Noord-Oost Beperking vrije ruimte projectcapaciteit stichting MOS Beperking vrije ruimte projectcapaciteit stichting MOS Gebiedsgerichte netwerken MOS stopzetten educatie en voorlichting Vrijwilligersactiviteiten Vrijval middelen OKE Lokaal gezondsheidsbeleid
A A A B B B B C B C B B B
118
350
350 10
10
50 130
195
100
100
60
60 50 92 17 18
50 92 17 18
50 15 15 20 50 42 30 30 49 62 16 100 20
50 325
50 15 15 20 50 42 30 30 49 62 16 100 20
Totaaloverzicht bezuinigingen Programma
2011
Lokaal gezondsheidsbeleid Vervoersvoorziening eigen auto Hulp bij huishouden persoonsgebonden budget Verlagen tarieven persoonsgebonden budget Invoeren van een eigen bijdrage WMO Vrije ruimte WMO Vrije ruimte WMO Vrije ruimte CJG Vrije ruimte CJG Maatschappelijk Werk Fryslân
C B B C B B C B C C
Leefomgeving Diensten voor derden verkeerswegen Kostendekkend maken afvalstoffenheffing Hogere opbrengsten bedrijfsafval Kostendekkend maken rioolbelasting Budget ad hoc onderzoeken milieubeleid Handhaving milieuwetten: kosten Servicepunt Handhaving milieuwetten: budget goederen en diensten Dagelijks en besteksonderhoud wegen Dagelijks en besteksonderhoud wegen Dagelijks en besteksonderhoud groen Doorbelasting kosten wijkbeheer naar afvalstoffenheffing Extra inkomsten waterschap Servicebureau Friese wouden Wijk- en dorpsbudgetten
A A A A A A A B C C B B B C
90 295 25 807 20 15 29
Veiligheid Dienstverlening brandweer Rampencoördinatie
A B
20
Bedrijfsvoering Rente Financieel beheer Compensabele btw gemeenschappelijke regelingen Garantieprovisie HVC Verlaging onvoorzien Personeelsbudgetten Aanpassing overige bedrijfsvoeringsbudgetten Wijkatlas eens in de vier jaar
A A A A A B B C
300 30 40 40 132
Totaal
e
A = BP 2011-2014 fin. technische bezuinigingen (1 tranche) A e B = BP 2012-2015 bezuinigingen (2 tranche) B C = BP 2013-2016 reservepakket en aanvullende bezuinigingen C
2013
2014
Bedragen x € 1.000 2015 2016 Totaal 20
20 65 100 100 100 25 25 75 75 35
65 100 100 100 25 25 75 75 35
90 295 25 807 20 15 29 100 250 120 45 50 11 20
100 250 81
24
15
45 50 11 20
20 15
15
300 30 40 40 132 157 110 23
157 110 23 2.296
1.198
1.008
201
165
374
2011 2.296
2012
2013
2014
2015
2016
1.198
352 656 1.008
50 151 201
0 165 165
2.296
119
2012
1.198
5.242
Totaal 2.296 0 1.600 374 1.346 374 5.242
Bijlage K: Tussenbalans collegeprogramma Het is goed om halverwege de raadsperiode terug te kijken op de voornemens in het collegeprogramma 2010-2014, vanuit de geformuleerde voornemens gas te geven waar de mogelijkheden liggen of waar dat noodzakelijk zou blijken en nieuwe afspraken te maken binnen de context van veranderde inzichten en omstandigheden. Er is veel gebeurd en er is al veel bereikt; kortheidshalve verwijzen we naar jaarverslagen over 2010 en 2011. Daarnaast hebben we veel zaken inmiddels op de rails gezet, deels zullen die de komende collegeperiode geëffectueerd of opgestart worden. Een belangrijke constatering is dat de doorlooptijd van veel projecten groot is. Tussen start en realisatie zit als regel 5 tot 10 jaar. Op majeure ontwikkelingen is daardoor niet altijd jaarlijks een vooruitgang te bespeuren. Desalniettemin is ons totaalbeeld positief; het schip ligt op koers. Werk, werk, werk. Deze mantra is meegegeven aan het collegeprogramma. Halverwege de rit is duidelijk dat dat nog even actueel en noodzakelijk is als twee jaar terug. Financiën In het collegeprogramma werd een bezuinigingstraject voorzien in twee tranches. De eerste tranche beliep een bezuiniging van € 4 miljoen structureel. Deze bezuiniging is conform het collegeprogramma verwerkt in het Beleidsplan 2012-2015. Het betrof een evenwichtig pakket van bezuinigingen, die de minima in onze gemeente ongemoeid hebben gelaten (voor de minima zijn zelfs substantiële extra bedragen uitgetrokken) en belangrijke voorzieningen in stand hebben gehouden. Het Beleidsplan 2012-2015 voldeed met deze bezuiniging ruimschoots aan de vereisten zoals geformuleerd in het collegeprogramma. De economische crisis duurt langer, c.q. grijpt dieper in, dan we destijds dachten (of hoopten). De druk op de overheidsfinanciën neemt toe. Onderhandeling over het ‘catshuisakkoord’ leiden tot de val van het kabinet. Dit baande de weg voor het “lenteakkoord”. De gevolgen van dit akkoord voor de gemeentefinanciën zullen substantieel zijn. In deze perspectiefnota hebben we dat indicatief becijferd op ca negatief € 2 miljoen structureel. Indicatief, er is nog geen circulaire beschikbaar en dus is en blijft het natte vingerwerk. Ook indicatief omdat de politieke werkelijkheid tot 2016 nog drastisch kan wijzigen, bijvoorbeeld als gevolg van verkiezingen. De negatieve ontwikkeling maakt nieuwe afwegingen noodzakelijk. Bij het Beleidsplan 20122015 hebben we uw raad naast de bezuinigingen van € 4 miljoen een ‘reservelijst’ van ruim € 1,5 miljoen gepresenteerd; een lijst van mogelijke bezuinigingen die naar de beoordeling van ons college reële aanvullende en/of alternatieve bezuinigingsopties bevatten. Reëel ook in de zin dat ze – in onze beoordeling – aan dezelfde criteria voldoen als het pakket van € 4 miljoen; de minima worden ontzien en het effect op de voorzieningen is beperkt en beoordeeld als acceptabel. Met name door jurisprudentie over het hanteren van inkomensgrenzen binnen de Wmo hebben we een aantal bezuinigingsopties uit de reservelijst moeten laten vallen. We hebben de lijst aangevuld. Beide lijsten zijn opgenomen in bijlage E van de Perspectiefnota 2013-2016. In het collegeprogramma is expliciet aangegeven dat in geval van bezuinigingen boven de € 4 miljoen lastenverzwaring in de vorm van OZB verhoging zal worden onderzocht. Deze afweging ligt nu dus expliciet op tafel. Er zal een optimale mix gevonden moeten worden tussen nieuw beleid, bezuinigingen en lokale lasten. De contouren voor deze afweging zijn in deze perspectiefnota geschetst.
120
Werk en Inkomen Een belangrijke inspanning die in het collegeprogramma is geformuleerd is de werkloosheid (destijds 10%) terug te dringen tot het fries gemiddelde. Halverwege de rit lijken we die doelstelling niet te halen. De werkloosheid is eind 2011 weliswaar lager dan 10% (9,4%), maar boven het fries gemiddelde (7,6%). Zoals uit de toename van het aantal banen in Smallingerland (in 2011 meer dan 500) en de verkochte ha ‘s bedrijventerreinen (over de afgelopen twee jaar meer dan 20 ha.) geconcludeerd mag worden, werkt onze acquisitie en wordt het vestigingsklimaat in onze gemeente als goed beoordeeld. Dergelijke cijfers werken niet één op één door in lagere werkloosheidscijfers. Dat is jammer, maar we zien er een bevestiging in van de regiofunctie van onze gemeente. Versterking van die regio komt uiteindelijk ook weer ten goede van ons. De hoge werkloosheidscijfers zien we als een (extra) prikkel door te gaan op de inzet vanuit het collegeprogramma en de ingeslagen weg. Dat betreft de komende jaren onder andere: − Het reactiveren van mensen; vooral trajecten voor jongeren. Binnen de beschikbare middelen krijgen alle uitkeringsgerechtigde jongeren een re-integratietraject aangeboden; in het overgangsjaar 2012 werken we daartoe met een pilot (en € 1 miljoen incidenteel extra middelen). − Opstellen van een economisch beleidsplan (nog dit jaar aan de raad aan te bieden). − Bevorderen en steunen van de noordelijke technologische innovatie-ecologie. Stimulans voor nieuwe bedrijvigheid; voeding geven aan verbinding tussen onderwijs en kennisinstellingen. − Zoeken/uitbouwen van samenwerking met provincie en F4-gemeenten. − Een acquisitiebeleid dat nadrukkelijk het eigen bedrijfsleven een rol geeft (inschakeling van bedrijven op beurzen). − Gerichte acquisitie op bedrijven die voor onze gemeente interessant kunnen zijn (Lead force of mogelijke opvolger). − Evaluatie beleid ten aanzien van en behoefte aan woon-werkkavels (naar het beschikbare aanbod lijkt weinig vraag). − In kaart brengen van noodzaak (op termijn) en mogelijkheden tot herstructurering van bestaande bedrijventerreinen. − Verbetering van de bereikbaarheid van onze haven vanwege het belang van watergebonden economische bedrijvigheid. Ruimte, Wonen, Duurzaamheid Vorig jaar stelde uw raad de integrale visie voor Smallingerland vast. Een belangrijk document, dat als paraplu dient voor uitwerking in (deel-)visies en plannen op diverse beleidsterreinen. Eén van de uitwerkingen betreft de structuurvisie, die we dit jaar nog aan de raad zullen aanbieden. Voor Smallingerland en de (grote) regio is de positie van Drachten van belang. Een economische motor die bereikbaar moet zijn en een hart dat moet kloppen. Het ‘afmaken’ van een aantal eerder in gang gezette trajecten is zeker hier van belang, maar zoals eerder aangegeven tevens een kwestie van lange adem. Vanuit het adagium ‘de aanhouder wint’ gaan we dus door: − Raadhuisplein en Vogelzang zijn belangrijke speerpunten in de effectuering van het Masterplan Centrum; de vorderingen op het Raadhuisplein zijn voor iedereen zichtbaar. Binnenkort verwachten we samen met de ontwikkelaar duidelijkheid te kunnen geven over de toekomst van Vogelzang. − Onder leiding van een onafhankelijke derde is – conform collegeprogramma – de samenwerking binnen het Drachtstervaartproject gestalte gegeven. Nadrukkelijke inzet van onze kant is om binnen die samenwerking op zo kort mogelijke termijn ‘met het graven van de vaart” te starten.
121
Blijvende bereikbaarheid en doorstroming zijn belangrijke vereisten voor het in stand houden van de economische motor, die Drachten is. In het concept-GVVP staat een aantal maatregelen dat daaraan kan bijdragen. Op dit moment ontbreken de financiële mogelijkheden om die maatregelen allemaal te kunnen effectueren. Verdere uitwerking vindt plaats, ook omdat de mogelijkheden op termijn wellicht wèl zullen ontstaan. In dit kader is het alternatief pakket van belang dat we samen met Gedeputeerde Staten willen gaan uitwerken, nu de trein niet doorgaat. De herstructurering van de Bouwen en Noord Oost gaat gestaag door. De komende periode zullen we ons oriënteren op noodzaak en mogelijkheden om ook in andere wijken die vernieuwing op te pakken. In dit kader is van belang dat de provincie heeft aangegeven een ‘eigen ISV-beleid’ te willen gaan voeren, nu de landelijke regeling ten einde loopt. Binnenkort zullen we een notitie presenteren die een korte inleiding zal bevatten over de afnemende bevolkingsgroei en de gevolgen daarvan voor dorp en wijk kort beschouwt. We willen graag (samen met uw raad) over deze materie in gesprek met dorpen en maatschappelijk middenveld om breed gedragen beleid te kunnen voeren op thema’s als ontgroening en vergrijzing. Stagnatie in woningverkopen leidt tot verslechtering van posities in het grondbedrijf. We prijzen ons gelukkig dat de maatregelen die hiervoor de afgelopen jaren zijn genomen tot een volledig behapbaar risicoprofiel hebben geleid. Binnen de algemene reserve wordt een buffer aangehouden om alle risico’s verbonden aan complexen in exploitatie te kunnen opvangen. We werken op dit moment aan de evaluatie van de welstandsnota. Beperking van regelgeving is daarbij een expliciet aandachtspunt. Over jongerenhuisvesting zijn met corporaties afspraken gemaakt; in het verlengde van die afspraken worden de mogelijkheden onderzocht in overigens een concurrerende markt (de vraag naar sociale huur neemt toe). De nota Duurzame Ontwikkeling 2009-2012 was bij de opstelling van het collegeprogramma de basis voor de wijze waarop we invulling (willen) geven aan onze verantwoordelijkheid voor onze leefomgeving. We werken op dit moment aan de uitvoering van deze nota en de verdere integratie van duurzaamheid binnen de verschillende beleidsvelden. Een voorstel is in voorbereiding om de komende periode de focus te leggen op de uitvoering van een aantal speerpunten op het gebied van duurzaamheid. Cultuur Kortgeleden is de architectenselectie voor de vernieuwbouw van Lawei en Meldij afgerond. Daarmee is weer een stap gezet in het realiseren van dit project binnen de financiële randvoorwaarden, zoals die daarvoor in het collegeprogramma zijn gesteld. Veel ambities uit de pizzanota zijn inmiddels gerealiseerd of op de rails gezet; eind dit jaar zullen we de resultaten tegen het licht houden en het cultuurbeleid actualiseren. Toerisme, Recreatie en Sport Kortgeleden vond het debat plaats tussen vertegenwoordigers van de sport in onze gemeente en de raad. Dit is een eerste stap om dit jaar te komen tot een nieuw sportbeleidsplan. Een element binnen het sportbeleidsplan betreft de bewegingsstimulering. De zogenaamde combinatiefuncties vervullen daarin een belangrijke rol. Vooruitlopend op het sportbeleidsplan hebben we binnen deze perspectiefnota rekening gehouden met tijdelijke continuering. Voor het beleidsplan onderzoeken we de mogelijkheden van structurele dekking.
122
De afgelopen periode constateerde u als raad dat het te vroeg is om (nu al) definitief te beslissen over de toekomst van de Welle. In deze perspectiefnota zijn – conform uw besluit – middelen geraamd die de instandhouding van het bad in de huidige vorm mogelijk maakt tot 2020. Als uitwerking van het beleidsplan toerisme en recreatie wordt gewerkt aan een uitvoeringsplan. Toerisme en recreatie heeft overigens primair een regionaal karakter. Het is dus bij uitstek een thema dat zal worden uitgewerkt binnen kaders van de samenwerkingsen de streekagenda. Samenwerking Kortgeleden verscheen de provinciale visie inzake de gewenste bestuurlijke structuur van Noord en Zuid-Oost Friesland. De provincie meent dat – in tegenstelling wat de raad eerder concludeerde – de bestuurlijke inrichting in Zuid Oost Friesland voorlopig toekomstbestendig is. Binnenkort bespreken we met uw raad een reactie op deze visie. Het onderzoek naar de wenselijkheid en mogelijkheid van een fusie met Heerenveen is eerder uitgesteld naar 2014. Open en constructieve verhoudingen en gericht op oplossingen is een voortdurende doelstelling van het gemeentelijk handelen. Een keur aan initiatieven draagt daar aan bij, zoals bijvoorbeeld wethouderspreekuren, gesprekken met dorpen (minimaal eens per jaar met de dorpswethouder, maar als er aanleiding is (veel) vaker), inspraakprocedures etc. We zullen daar de tweede helft van de raadsperiode nadrukkelijk aandacht aan blijven besteden. We hopen dat een discussie met uw raad over het binnenkort te verschijnen rekenkameronderzoek over communicatie daaraan kan bijdragen. Voorzieningen, Wmo, decentralisaties In het collegeprogramma is een belangrijk uitgangspunt dat – in het licht van bezuinigingen – voorzieningen niet onverantwoord mogen worden aangetast. Tot op heden is dat gelukt. We zijn er immers in geslaagd extra geld weg te zetten voor nieuwe voorzieningen (bijvoorbeeld onderwijshuisvesting, dorpshuizen). De financiële situatie zal nog krapper worden. Daar komt bij dat het Rijk (naar verwachting) een aantal decentralisaties gaat doorvoeren (AWBZ, jeugdzorg, passend onderwijs) gepaard gaand met een efficiencykorting. Daarnaast is een herziening van WSW en WWB aanstaande (hoewel op basis van het lenteakkoord uit- en/of afstel mag worden verwacht). De genoemde ontwikkelingen zijn zowel bedreiging (financieel) als kans. Met het Wmobeleidsplan is een koers ingezet (uitgaan van mogelijkheden, individuele voorzieningen leveren niet altijd de beste oplossingen, zoeken binnen eigen kracht, creëren van algemene voorzieningen) die naar onze opvattingen ook mogelijkheden biedt om ook op de andere terreinen haalbare, zinvolle en succesvolle oplossingen te zoeken. Reeds gerealiseerde bezuinigingen, maar ook het aangevulde reservepakket betreffen in een aantal gevallen kortingen op de ruimte die voor Wmo en Wmo-gerelateerde beleidsvelden beschikbaar is. Omdat we de basisvoorzieningen goed 'op orde' hebben, kunnen ondanks die kortingen met een goede inzet en prioriteitstelling de doelstellingen van het beleid toch gehaald worden. Dat is althans de inzet van een aantal nota’s die we zullen evalueren, c.q. in voorbereiding hebben (zoals lokaal gezondheidsbeleid, actieplan Alcohol en Jeugd, Jong in Smallingerland).
123