BELEIDSPLAN VAN DE PROTESTANTSKERK TE VORCHTEN (KR versie )

Beleidsplan protestantse kerk te Vorchten KRversie-2015

BELEIDSPLAN VAN DE PROTESTANTSKERK TE VORCHTEN (KR versie - 2015)

Kerk anno 1800

Kerk anno 2015

INHOUD

1. DE GEMEENTE 2. EREDIENST 3. PASTORAAT 4. ZENDING, EVANGELISATIE EN GEMEENTE GROEI 5. DIACONAAT 6. KERKVOODGDIJ 7. JEUGDWERK 8. CATECHESE

1


1. DE GEMEENTE 1.1. Visie op het gemeente zijn De gemeente is niet minder dan een wonder van God. Zij is een menselijke organisatie, maar door God geroepen uit de wereld waarin we leven. Zij is even onverklaarbaar als de Here God uit het midden van de volkeren Israël uitkoos om Zijn volk te zijn, terwijl Hij Zijn volk tot een God zou zijn (leviticus 26:12). De gemeente wortelt in het verbond dat God sloot met Zijn volk Israël. Christus is het fundament van zijn gemeente en daarom hoort zij aan hem toe (1 petr. 2:9, 1 kor.1:2, efeze 1:1). Op de vraag hoe wij aan de opdracht om gemeente van Jezus Christus te zijn gestalte willen geven zouden meerdere bijbelse kernwoorden en beelden gebruikt kunnen worden. Wij willen ons met name concentreren op de gemeente als het lichaam van Christus. Dit beeld komen we tegen in 1 Korinthe 12:12-31. De leden van de gemeente worden hier vergeleken met lichaamsdelen. Zoals ieder gemeentelid nodig is om de gemeente van Christus goed te laten functioneren. De gemeente als lichaam van Christus zien wij als en fundamenteel bijbelse grondlijn voor ons gemeente zijn. Juist omdat hierin met name verbondenheid en gemeenschap naar voren komt. Primair is er de verbondenheid aan Christus, die het Hoofd is van Zijn gemeente. In Hem vindt de gemeente haar oorsprong. Van Hem is zij afhankelijk. Door Hem wordt ze geleid en geregeerd. In de tweede plaats is er de gemeente die opkomt uit verbondenheid met Christus uitkomend in onderlinge saamhorigheid, eenheid in verscheidenheid en onderlinge liefde. Met name met het oog op de gemeente als gemeenschap kunnen we ook nog aan een ander beeld denken waarin ieder gemeentelid zijn steentje kan bijdragen. Wij worden geroepen om levende stenen te zijn en zo mee te werken aan de bouw van een geestelijk huis (1 Petrus 2: 4 en 5). (1) Wat betekent nu het bovenstaande voor de concrete situatie waarin wij ons als gemeente bevinden ? Door in het gemeente-zijn accent te leggen op het leven met Christus en het leven met elkaar kan zowel een bewarende als wervende invloed uitgaan van de gemeente. Bewarend in die zin dat wij door te leven uit Gods Woord, behoed worden voor de zuigkracht van het moderne levensgevoel en normen en waarden in onze samenleving. Bewaren houdt ook in dat zij zich niet zal laten ontnemen wat haar in Jezus Christus werd toevertrouwd (Zijn heil, Zijn liefde en genade) en zal zij er voor waken dat zij niet door interne conflicten, jaloersheid of wantrouwen wordt verdeeld. Wervend behoort de gemeente te zijn naar hen toe die vervreemd zijn van God en zijn gemeente. Werfkracht mag ook uitgaan van de gemeente met het oog op de geestelijke opbouw van de gemeente. De Here wil haar opbouw, zowel in de diepte als in de breedte temidden van alle tekortkomingen en gebrokenheid. Wat staat ons concreet voor ogen in het gemeente zijn: “LIEFDEVOLLE GEMEENTE VAN CHRISTUS ONDER DE VLEUGELS VAN DE ALMACHTIGE VADER” - Gemeente zijn rond het Woord en de Sacramenten. - Het is onze roeping en taak er te zijn voor jongeren en ouderen, zieken en gezonden ! Kortom er voor elkaar zijn. - De gemeente zal een open gemeente zijn, uitnodigend en wervend waarbij wij ook denken aan evangelisatie, zending. Op deze wijze menen wij het meest vruchtbaar te kunnen zijn voor God en zijn Rijk. - Er zal aandacht zijn voor gemeenschapszin en onderlinge saamhorigheid, alsook het gebruik maken van de gaven van de gemeenteleden. De kerkenraad zal zich moeten beraden hoe dit concrete kan worden gemaakt. (2) - Stimuleren van gemeenteleden om actief deel te nemen aan het gemeenteleven. Als levende stenen je in laten voegen.

2


1.2 Organisatie van de gemeente 1.2.1. Plaatsbepaling De Hervormde Gemeente van Vorchten maakt deel uit van de Protestantse kerk in Nederland (PKN) en behoort tot de classis Hattem. Ons uitgangspunt ligt in Schrift en Belijdenis. Dit betekent dat wij ons willen stellen onder de Bijbel als gezaghebbend Woord van God in prediking en toerusting, in 1 en 2 zijn aandachtspunten leer en leven. Wij staan voor bijbels prediking die bewust oog heeft voor de geloofsbelijdenis en levensvragen van de gemeenteleden. 1.2.2. Samenstelling Onze gemeente telt 236 leden. Het aantal is onderverdeeld in: 2015 85 belijdende leden 113 doopleden 38 geboorte en overige leden 2004

106 belijdende leden

102 doopleden

34 geboorte en overige leden

1.2.3 De burgerlijke gemeente Het dorp Vorchten hoort tot de burgerlijke gemeente Heerde. Het zou mogelijk zijn dat er in geringe mate huizen gebouwd worden, waardoor er wellicht sprake zal zijn van enige groei. Er wonen veel jonge gezinnen. 1.2.4 Samenwerken Op het terrein van school en kerk is er contact met de Christelijke basisscholen “De Zaaier” te Veessen en “De Goede Herder school” te Wapenveld. Onze kerkelijke gemeente heeft een quasi-pastoraal verbinding met de Hervormde Gemeente Noord te Heerde. 1.2.5 Informatie en overleg Maandelijks worden gemeenteleden geïnformeerd doormiddel van ons kerkblad. Een á twee keer per jaar worden gemeenteleden formeel geïnformeerd doormiddel van gemeenteavonden. 1.2.6 Samenstelling van huidige kerkenraad 1 3 3 3

Voorzitter (Predikant) voor 50% Ouderlingen Kerkrentmeesters Diakenen

De kerkenraadsleden kunnen zowel vrouw als man zijn. De kerkenraad komt 1x per maand bijeen.Het moderamen stelt de agenda samen voor de kerkenraadsvergadering.. Het moderamen bestaat uit de predikant, een ouderlingscriba, een diaken, een ouderlingkerkvoogd. Voor de kerkenraadsvergadering vergadert het consistorie (het ouderlingenberaad). Zaken rond pastoraat worden besproken.

3


2. EREDIENST 2.1 Bijbelse lijnen De bijbelse lijnen zijn als volgt samen te vatten:”De structuur van het verbond, waarin de heilige God gemeenschap zoekt met de zondige mens en deze brengt tot het antwoord van het geloofsvertrouwen en de geloofsgehoorzaamheid. Dit is bepalend voor de structuur en de inhoud van de eredienst waarin wij voor het aangezicht van Hem treden, die ons dient met Zijn heil, verzoening en verlossing door Jezus Christus. Tegelijk draagt de dienst een tweeledig karakter. Wij mogen Hem dienen met het antwoord van gebed en lofzang, met onze belijdenis, onze gaven en onze dankbaarheid. De samenkomst is als oefening van de gemeenschap met Christus en met elkaar, gericht op de opbouw van de gemeente als missionaire gemeenschap tot de dienst des Heren in het volle leven, tot zegen van de Wereld.” 2.2 Huidige situatie 2.2.1 Gewone diensten Onze erediensten worden gekenmerkt door in principe de volgende orde van dienst te volgen: Voor de dienst 1. Orgelspel 2. Binnenkomst predikant en kerkenraad 3. Voorlezen van de mededelingen 4. Zingen ter voorbereiding op de dienst (Aanvangslied) 5. Predikant wordt door de dienstdoende ouderling naar de kansel gebracht De Eredienst 1. Stil gebed 2. Votum en groet 3. Zingen 4. Lezing van het gebod of het belijden van het geloof (staande) 5. Zingen 6. Gebed om verlichting door de Heilige Geest (kinderen naar nevendienst) 7. Schriftlezing 8. Zingen 9. Prediking 10. Zingen 11. Dankgebed en voorbede 12. Dienst der offerande (kinderen komen terug de kerk in) 13. Zingen 14. Zegen Na de dienst 15. De kerkenraad verlaat de kerk 16. Onder orgelspel verlaat de gemeente de kerk 17. Eventueel dienst der offerande (deurcollecte) Opmerking: -

-

Sinds mei 2013 wordt er gezongen uit het nieuwe Liedboek . In de bijzondere diensten kunnen liederen uit andere bundels worden gezongen.Bijv. Joh. De Heer/op toonhoogte /opwekking… Bij het laatste lied gaat de gemeente staan, nadat de organist daar (na voorspel) gelegenheid toe gegeven heeft. Bijbel: Als uitgangspunt de Nieuwe Bijbel vertaling 2004/2007; echter kunnen ander vertalingen na overweging van de kerkenraad ook worden gebruikt. Het gebruiken van video- en/of fototoestellen moet vooraf door de kerkenraad worden goedgekeurd onder bepaalde voorwaarden; bijv. dat de opnames niet de dienst en voorganger verstoren e.d.

2.2.2 Prediking De prediking wordt gekenmerkt door de volgende steekwoorden: Trinitarisch (drie eenheid), exegetisch (onderwijzend), pastoraal (zorgend) en praktisch. Het hart van de verkondiging is het verzoenend lijden en sterven van de opgestane Christus.

4


2.2.3 Bijzondere diensten Vier maal per jaar wordt er een avondmaalsdienst gehouden. De diensten ervoor staan in het teken van de voorbereiding . De dienst zelf staat in teken van de dankzegging. Een aantal keren per jaar vindt er een doopdienst plaats. Voorafgaande aan de doopdienst krijgen de ouders dooponderwijs tijdens de doopzitting. Op de feestdagen wordt er op enkele punten afgeweken van de gewone diensten: - Tijdens diensten op eerst Kerstdag, eerste Paasdag, eerste Pinksterdag. Tijdens de dienst worden ook andere liederen gezongen in plaats van alleen psalmen en gezangen. - Op Goede Vrijdag is er een avonddienst en viering van Heilige avondmaal. Ieder jaar zijn er nog enkele andere bijzonder dienst - Op Bid- en Dankdag - Opendeurdiensten – 1x per maand - Ontmoetingsdienst – een lage drempel moet zorgen voor ontmoeting met mensen die niet zo vaak/ niet / of elders naar de kerk gaan. - Aanbiddingsdienst – een dienst waarin aanbidding d.m.v. muziek en zingen centraal staat.

5


3. PASTORAAT 3.1 Doel Het doel van het pastoraat kan worden aangegeven met de woorden:” Gemeenteleden helpen om Jezus te volgen “. De opdracht van de ambtsdrager is in eerste instantie het voeren van een pastoraal gesprek, waarin het gaat om de vraag, wat het volgen van Jezus inhoudt in de specifieke situatie waarin dit gemeentelid verkeert. Wat betekent het volgen van Jezus Christus in werk en werkloosheid, in gezondheid en ziekte, als jongere en als oudere, als gehuwde en als ongehuwde. Als kerkenraad hechten we aan trouw en zorgvuldig pastoraat, omdat dit de opdracht is van de goede Herder en omdat wij ervan overtuigt zijn , dat dit de gemeente en de onderlinge gemeenschap bouwt. Het is onze ervaring, dat van trouw en zorgvuldig pastoraat een gemeentebewarende en gemeentewervende invloed uitgaat. 3.2 Vormen van pastoraat 3.2.1 Huisbezoek De ouderlingen gaan in de periode van oktober tot en met april op huisbezoek bij de gemeenteleden die dat wensen. We proberen tijdens dit reguliere huisbezoek alle gezinsleden, dus ook de jongeren, te betrekken. Zo alleen kan gezinspastoraat plaatsvinden. Tot op heden gaat de voorganger nog mee op huisbezoek; de kerkenraad zal zich hierover moeten bezinnen of deze ingeslagen weg nog gewenst is. 3.2.2 Crisispastoraat Rondom ziekte, opname in een ziekenhuis of psychiatrische kliniek en het sterven vindt crisispastoraat plaats. Deze vorm van pastoraat wordt meestal bedreven door de voorganger. Er valt een toename te constateren van met name oudere gemeenteleden die last hebben van eenzaamheid, depressiviteit, soms overgaand in dementie. Soms heeft de gemeente ambulante psychiatrische hulp (bijv. door het RIAGG ) nodig; hierin kan de voorganger een rol hebben als ondersteuning en bemiddelaar om mensen op de juiste (formele) weg te helpen. De kerkenraad is zich ervan bewust dat de ingewikkeldheid van de samenleving en het ouderenbeleid van de overheid, dat erop gericht is ouderen zolang mogelijk thuis te laten wonen, ertoe zullen bijdragen dat we in de toekomst steeds meer met psychische ziekten bij met name oudere gemeenteleden te maken zullen krijgen. 3.2.3 Rouwpastoraat Na het overlijden van een gemeentelid zal er bij de naaste familieleden gestructureerd rouwpastoraat moeten plaatsvinden. Deze vorm van pastoraat wordt bedreven door de voorganger, ondersteund door de ouderling. 3.2.4 Dooppastoraat Als ouders doopaangifte doen, gaat de voorganger en ouderling bij hen op bezoek om over de doop te spreken en volgt de doopzitting in de regel o.l.v. de predikant. 3.2.5 Pastoraat rondom huwelijk en samenwonen De kerkenraad is dankbaar dat er in ons midden steeds weer (jonge) mensen zijn die in het huwelijk treden en het verlangen hebben dat hun huwelijk wordt bevestigd en ingezegend in een kerkdienst. In de Bijbel staat de huwelijksvoltrekking altijd in relatie met de woorden trouw en verbond. Op deze begrippen rust ook de relatie tussen God en volk. Het huwelijk tussen man en vrouw is dan een afspiegeling van de relatie die God onderhoudt met de kerk. Zijn bruid. Als we het beeld vasthouden voor het huwelijk tussen twee mensen, dan is de keuze voor leden van de christelijke gemeente niet moeilijk. We vinden hier niets anders dan God volgen in Zijn trouw. Liefde en trouw vinden hun plaats in de totaalrelatie die het huwelijk is. Wij worden in deze tijd meer en meer geconfronteerd met andere samenlevingsvormen dan het huwelijk nl. samenwonen. Het is niet uit te sluiten dat we te maken hebben met het feit, dat samenwonenden bevestiging en inzegening vragen van hun alsnog te sluiten huwelijk. De kerkenraad wenst zich, met een beroep op de Bijbel te houden aan het huwelijk als enige samenlevingsvorm. Toch wil zij verzoeken tot huwelijksbevestiging en inzegening, met name vanuit een pastoraal oogpunt, niet afwijzen. Er zullen gesprekken gevoerd worden, waarin gesproken wordt over het verschil tussen huwelijk en

6


samenwonen. Tevens zal worden nagegaan wat de motieven zijn op grond waarvan men een huwelijksinzegening wenst. De beslissing valt onder verantwoordelijkheid van de kerkenraad. In het verlengde hiervan zal de kerkenraad de komende jaren meer specifieke aandacht geven aan huwelijkscatechese. Op grond van bovenstaande overwegingen is het volgende beleid vastgesteld: - Als kerkenraad houden wij vast aan het huwelijk als enige door God ingestelde samenlevingsvorm tussen man en vrouw - De kerkenraad bevordert onder haar leden de inzegening van het huwelijk in de kerk - Hoewel zij samenwonen in strijd ziet met de hoofdlijnen van Gods woord, schrijft zij samenwonenden niet af. Daarom zal zij op huisbezoek en in ander pastorale situaties het te hebben over trouwen en deze gemeenteleden blijven ondersteunen. - Bij een gesprek over een eventuele kerkelijke bevestiging van het huwelijk zullen de motieven gewogen worden op grond waarvan men een huwelijksinzegening wenst. - De kerkenraad stelt verder alles in werking om in prediking, catechese en pastoraat de vragen rond het huwelijk en samenwonen aan de orde te stellen. - De inzegening van het huwelijk wordt door eigen predikant gedaan. Als het bruidspaar valt onder de pastorale zorg van de gemeente is de kerkenraad verantwoordelijk voor de invulling van de huwelijksdienst. 3.3 Pastoraat rondom begraven en cremeren Wij belijden in verbondenheid met de algemene christelijke Kerk van alle plaatsen en tijden dat Jezus Christus gestorven, begraven en opgestaan is. In navolging van Hem zijn wij voor begraven. Nu wordt er in onze samenleving meer en meer ruimte geboden voor een andere wijze van lijkbezorging. Wij denken hier met name aan cremeren. Bij cremeren gaat het om een bewuste vernietiging van het lichaam, wat Paulus “een tempel van de Heilige Geest” noemt. Wij begraven in het vooruitzicht van de lichamelijke opstanding. Op grond van bovenstaande overwegingen is het volgende beleid vastgesteld: -

-

-

Hoewel de kerkenraad crematie op Bijbelse gronden afwijst, wil ze haar pastorale verantwoordelijkheid voor hen die achterblijven niet uit de weg gaan. In gesprekken met hen die de wens tot crematie uitspreken zal de kerkenraad aan de orde stellen dat begraven in de lijn van Gods Woord en in de lijn van de apostolische geloofsbelijdenis is. De kerkenraad is van mening dat ondanks haar bezwaren tegen cremeren de kerk haar roeping heeft om tot op de begraafplaats en tot in het crematorium aanwezig te zijn met het Woord van God. Belangrijk voor de kerkenraad is dat hierbij wel sprake is van een pastorale band met de overledenen en zijn of haar familie.

3.4 Ouderenpastoraat De oudere gemeenteleden vormen een steeds grotere groep in onze gemeente. Ook bij ons is de vergrijzing merkbaar. Deze groep heeft zeer zeker pastorale hulp nodig. Minimaal eens per jaar gaat de voorganger bij gemeenteleden van 70 jaar en ouder op bezoek. 3.5 Toekomstig beleid De kerkenraad wil zich bezinnen op het aanstellen van een bejaardenouderling. Dit heeft de komende jaar een hoogste prioriteit. Ook zal de kerkenraad zich bezinnen of de huidige vorm van huisbezoek, waarin de uitvoering vaak als taak van de voorganger wordt gezien.

7


4. ZENDING, EVANGELISATIE EN GEMEENTE GROEI 4.1 Algemeen Zowel dichtbij als ver weg ligt de grote opdracht vanuit de gehele Schrift het verzoenende werk van Jezus Christus in woord en daad de mensen gekend te maken. De commissie voor gemeente opbouw wil in de gemeente helpen hieraan gestalte te geven. Deze commissie moet warmte uitstralen, zorgen voor licht en open deuren. Zo wordt de gemeente een levende gemeente. 4.2 Inventarisatie Om het bovenstaande vorm te geven bestaat er momenteel binnen onze gemeente een zendingscommissie, een Gemeente Groei Groep en een goed lopende Alpha cursus (deze start twee keer in het jaar). De kerkenraad zal zich moeten bezinnen welke specifieke werk taken in de zending, evangelisatie en gemeente groei bestaan en waar deze vervolgens zullen worden ondergebracht. 4.3 Aandachtspunten - Meer aandacht voor zending en evangelisatie in de prediking en de voorbede. - Een toename van betrokkenheid van de kerkenraad bij de opdracht voor de zending en evangelisatie. - Stimuleren van het lezen van informerende en toerustende bladen van diverse zendings-en evangelisatieorganen en –organisaties. - Ledenwerving voor de zendings- en evangelisatieorganen en –organisaties blijft van belang. - Het opnieuw hebben van een zendings- en evangelisatie project, waardoor het werk concreet wordt gemaakt voor de gemeente en de betrokkenheid wordt vergroot. - De binding van jongeren met het zendingswerk vergroten. 4.4 Beleidsvoornemens 1. Bezinning op zending en evangelisatie. 2. Een commissie voor zending, evangelisatie en gemeente groei in het leven roepen. Deze commissie dient te bestaan uit een vertegenwoordiger vanuit elk werkgroep binnen de gemeente. Er zal een centraal aanspreekpunt binnen de kerkenraad moeten worden aangesteld; dit in de vorm van een evangelisatie ouderling/diaken. Deze commissie zal niet alleen het bovenstaande moeten waar maken, maar ook zorgen voor toerusting van gemeenteleden. De kerkenraad zal zich buigen over een ontwerp waarbinnen deze commissie kan arbeiden, het nader invullen van taken en het sturen van deze commissie. 3. Gebed en het nemen van initiatieven om gebed en voorbede voor zending en evangelisatie binnen de gemeente te bevorderen. Tevens onderzoeken of een specifieke gebedskring voor zending en evangelisatie wenselijk en mogelijk is en het informeren van de bestaande gebedskringen. 4. Zoeken van contacten met een zendingsproject en/of een zendeling in het binnen- en buitenland. Grote voorkeur verdient hierbij de mogelijkheid iemand uit onze eigen gemeente uit te zenden. Indien dit niet mogelijk blijkt, kunnen we iemand “adopteren”. 5. Aandacht schenken aan toerusting van ouderlingen/diaken voor zending en evangelisatie, commissie- en gemeenteleden. 6. Wegen (blijven) zoeken om hen te bereiken die tot geen enkele kerk meer behoren. 7. Wegen (blijven) zoeken om hen te bereiken die niet meer (zo) meeleven met onze gemeente. 8. Een verdere bezinning op gang brengen over de tot nu toe gevolgde methoden van evangelisatie (alpha cursus) en hoe daarmee in de toekomst verder te gaan. Tevens het creatief zoeken naar nieuwe mogelijkheden voor evangelisatie binnen ons eigen gemeenschap. 9. Wegen zoeken om de gemeente betrokkenheid bij gemeente-/thema avonden te vergroten. 10. Aandacht schenken aan de doopleden die nog geen belijdenis hebben gedaan.

8


5. DIACONAAT 5.1 Samenstelling Het college van diakenen wordt gevormd door 3 diakenen uit de gemeente. 5.2 Taken Het college heeft in het bijzonder tot taak: - De zorg voor de algemene diaconale belangen van de centrale gemeente - Het bestuur te voeren over de diaconie van de centrale gemeente - Het opstellen van de centrale begroting en rekening. - Het voeren van de financiële diaconale administratie. - Het meewerken aan de voorbereiding en de opstelling van het beleidsplan. - Gastheer zijn in de kerkdiensten; ondersteunen bij het bedienen van avondmaal. Het diaconaat krijgt verder gestalte in: - Het betrachten van onderling dienstbetoon. - Het verlenen van bijstand, verzorging of bescherming aan hen die dat uit diaconaal oogpunt behoeven. - Het bijeenbrengen van de voor de uitoefening van het diaconaat in en buiten Nederland benodigde gelden (o.a. werelddiaconaat). - Het dienen van de kerk in haar taak om overheid en samenleving te wijzen op haar roeping ten aanzien van sociale vraagstukken de gerechtigheid te betrachten. - Het verrichten van andere taken op diaconaal terrein. 5.3 Diaconaal beleidsplan Het college van diakenen heeft een eigen beleidsplan voor de centrale Hervormde Gemeente van Vorchten. Voor nader informatie verwijzen we naar dit beleidsplan. (Deze wordt op latere tijdstip toegevoegd als bijlage)

9


6. KERKVOOGDIJ 6.1 Samenstelling - In onze gemeente zijn 3 kerkvoogden zijn.

Ouderling/kerkvoogden, die tevens lid van het college van

6.2 Taken De kerkvoogdij heeft in het bijzonder tot taak, zulks in overleg met de kerkenraad en in daarvoor in aanmerking komende gevallen in overleg met het college van diakenen - Het voorzien in de stoffelijke behoeften der gemeente. - Het medewerken aan de voorbereiding en opstelling van het beleidsplan van de centrale kerkvoogdij. - Het zorgdragen voor de geldwerving. - Het regelen van de wijze van gebruiken van de kerkgebouwen, kerkhof, landerijen en andere kerkelijke gebouwen ten dienste van de gemeente. - Het behouden van de register van de gemeente en van de doop-, lidmaten- en trouwboeken. - Het verrichten van de werkzaamheden t.b.v. de verkiezing van ambtsdragers. - Het informeren van de nieuwe lidmaten wat de taken zijn van de kerkvoogdij. Onder de verantwoordelijkheid van de kerkenraad is de kerkvoogdij in het bijzonder belast met: - De voorbereiding van en de orde in de eredienst, waaronder begrepen de zorg voor de in de eredienst benodigde zaken. - De orde bij de inzameling van de gaven. - Het stimuleren van en het toezicht houden op de geldwerving in de gemeente. - Het toezicht houden op het onderhoud van de ten dienste van de gemeente staande gebouwen, landerijen en kerkhof. - Op verzoek van de kerkenraad en in overleg met de betreffende ouderling kan deze pastorale werkzaamheden verrichten. - Het samenstellen van dat deel van de Commissie van Bijstand dat tot onze gemeente behoort. 6.4 Beleidsplan van de kerkvoogdij Het college van kerkvoogden heeft een eigen beleidsplan samengesteld voor de centrale Hervormde Gemeente. Voor meer informatie verwijzen we naar dit beleidsplan.

10


7. JEUGD EN JEUGDWERK 7.1 Doel Het jeugdwerk heeft ten doel kinderen en jongeren te vertellen over en te onderwijzen in het Evangelie van Jezus Christus. Daarnaast biedt het jeugdwerk een verantwoorde manier van vrijetijdsbesteding en de mogelijkheid elkaar te ontmoeten. Het vormen van de jeugd wat betreft normen en waarden vanuit Gods Woord en het leren omzien naar elkaar en het in liefde zorg dragen voor elkaar van onze jeugd zien we als onze Bijbelse opdracht. Kortom: Het doel van het kerkelijk jeugdwerk is de vorming van de jeugd vanuit het Woord van God op een voor hen aanspreekbare wijze. 7.2 Inventarisatie Er bestaat een jeugdraad. Deze heeft zijn eigen statuten en bestaat uit een lid vanuit elk jeugdgroep, de voorganger en een jeugdouderling en diaken; die fungeert als centraal aanspreekpunt naar de kerkenraad toe. De jeugdraad zorgt voor de uitwerking van visie en beleid opgesteld door de kerkenraad. De -

volgende activiteiten, speciaal gericht op de jeugd, kunnen worden genoemd: oppas voor de kinderen van 0 tot 4 jaar kinderlevendienst voor kinderen van 4 – 12 jaar jongens- en meisjes clubs van kinderen (Worldclub) van 8 – 12 jaar tienerclubs voor jongeren van 12 – 15 jaar en 15 + jaar opendeurdiensten, themadiensten en sing-inn’s vakantie-bijbel-week

7.3 Visie Het binnen de kaders van de jeugdraad gestelde programma zo op jongeren en kinderen overbrengen dat het in hun harten wordt verankerd zodat ze een bewuste keuze maken voor de Here Jezus. Hiertoe zal steeds getoetst moeten worden welke middelen hiervoor optimaal aangewend dienen te worden. Gebruik van moderne (multi)media is een geschikt middel om jeugd in hun leefwereld optimaal te bereiken. Met het oog op de betrokkenheid van onze jeugd bij de eredienst zie paragraaf Eredienst. 7.4 Aandachtspunten 1. het helpen ontdekken van het geloof en de geschonken gaven van de Geest in het leven van jongeren en helpen deze tot ontwikkeling te brengen. 2. het vormen en toerusten van onze meelevende jongeren, opdat zij levende getuigen zullen zijn. 3. het bereiken van de niet-meelevende en niet- kerkelijke jongeren. 4. het jeugdwerk moet aanvullend en ondersteunend zijn aan de geloofsopvoeding thuis. 5. het jeugdwerk moet gericht zijn op de dagelijkse navolging van de Levende Christus. 6. het dient zich te richten op alle jongeren. 7. het geloof moet worden vertaald naar alle terreinen van het leven van deze jongeren, ook bijvoorbeeld hun vrije tijd! 8. het jeugdwerk moet bijdragen aan het wederzijds waarderen en elkaar verrijken van ouderen en jongeren in de gemeente. 9. dit gezamenlijk optrekken van jongeren en ouderen moet zijn vertrekpunt hebben in een breed gedragen visie in onze gemeente op wat onze missie is, hoe we het geloof dagelijks handen en voeten geven waarom we elkaar nodig hebben.

11


8. CATECHESE 8.1 Algemeen Het catechetisch leerproces binnen de Hervormde gemeente wortelt in de verbondsgedachte en kent een duidelijke structuur. Door Jezus in de kracht van de Heilige Geest tot God komen. De lijn loopt via de catechese naar de openbare geloofsbelijdenis en de avondmaalsviering. Deze bijbelsreformatorische structuur vormt de leest waarop de jongerencatechese binnen onze gemeente is geschoeid. Vanuit de doop is er een gemeenschappelijk vertrekpunt voor ouders en gemeente als basis voor de geloofsoverdracht. De (christelijke) school vervult daarbij een helpende functie. Vanuit deze visie op leren in het kader van het verbond, is het catechetisch onderwijs gericht op het leren kennen van de Heer de God van het verbond in een leven van geloof en bekering. God leren dienen met het hoofd, hart en handen vormt de basis van de catechetisch leerinhoud. 8.2 Inventarisatie Momenteel wordt er catechese verzorgd door de voorganger, daarin eventueel bijgestaan door catecheseteam. Er wordt gewone catechisatie en belijdenis catechisatie (ook voor ouderen) gegeven. In het kader van de catechese is er de mogelijkheid gebruik te maken van een groeiende voorraad audiovisueel materiaal. 8.3 Aandachtspunten 1. Het aantal aankomende “1ejaars”-catechisanten verschilt ieder jaar steeds meer van het getal der belijdeniscatechisanten, wat betekent dat we heel wat catechisanten onderweg “verliezen” of op zijn minst een poosje niet zien, totdat ze terugkeren om belijdenis te gaan doen. Steeds meer is er sprake van “afhaken”. Ook is er een groep 18-plussers die “lang” blijft zonder tot de openbare geloofsbelijdenis te komen. Het verdient aanbeveling in de breedte van het leren binnen de gemeente op alle niveaus, hieraan aandacht te besteden. 2. De betrokkenheid van de kerkenraden en ouders moet (verder) worden vergroot, bijvoorbeeld d.m.v. het vormen/uitbreiden van catecheseteams en met het organiseren/voortzetten van ouderavonden. 3. Om kinderen in de leeftijdscategorie 10-11 jaar voor te bereiden op het catechetisch leerproces zou moeten worden onderzocht in hoeverre het mogelijk is om met basiscatechese te beginnen. 4. Het catecheseteam kan in de toekomst ook de organisatie van doopkringen, kringen voor ouder van peuters, kleuters en die van tieners verzorgen; ten behoeve van catechese. Hierover zal de kerkenraad zich nog moeten buigen. 5. De huwelijkscatechese is binnen onze gemeente nog niet aan de orde. Hierover zal de kerkenraad zich nog moeten bezinnen. 6. Het verzorgen van thema’s.

12

BELEIDSPLAN VAN DE PROTESTANTSKERK TE VORCHTEN (KR versie )

Recommend Documents