k.ERF BELEIDSPLAN CULTUREEL-ERFGOED 2009-2014
Balen Dessel Geel Laakdal Meerhout Mol Retie
erfgoedbeleidsplan k.ERF
1/56
Inhoudstafel Woord vooraf
4
1. Inleiding
5
1.1. Opzet projectvereniging
5
1.2. Opzet cultureel-erfgoedbeleidsplan
7
1.2.1. Samenstelling werkgroep 1.2.2. Inspraakdag en andere inspraakmomenten
7 9
1.2.3. Afstemming op andere beleidsplannen
9
2. Omgevingsanalyse
13
2.1. Historisch
13
2.2. Een landelijke regio
14
2.3. Een regio met aandacht voor erfgoed 2.3.1. Structurele en projectmatige initiatieven binnen het cultureel erfgoeddecreet
15 15
2.3.2. Structurele en projectmatige initiatieven van regiowaarde 2.4. Bestaande regionale samenwerkingsverbanden
16 18
2.5. Het culturele erfgoed 2.5.1. Het erfgoedaanbod
19 20
2.5.1.1. Roerende erfgoedcollecties
20
2.5.1.2. Immaterieel erfgoed 2.5.1.3. Onroerend erfgoed
21 22
2.5.1.4. Organisch erfgoed 2.5.2. Erfgoedzorgers 2.5.2.1. Organisaties met erfgoedzorg als kerntaak 2.5.2.2. Organisaties waarvoor de erfgoedzorg geen kerntaak is
22 24 24 25
2.5.3. Erfgoedintermediairen
27
2.5.4. Andere partners 2.5.4.1. Lokale partners
28 28
2.5.4.2. Bovenlokale partners 2.5.4.3. Landelijke partners
28 29
3. SWOT-analyse van de regio
30
3.1. SWOT-analyse
30
3.1.1. SWOT “archivering” 3.1.2. SWOT “materieel: data”
30 31
3.1.3. SWOT “materieel: roerend erfgoed” 3.1.4. SWOT “immaterieel erfgoed”
32 32
3.1.5. SWOT “organisch en onroerend erfgoed” 3.1.6. SWOT “regio k.ERF”
33 34
3.2. SWOT-analyse: conclusies
35
3.2.1. Sterktes 3.2.2. Zwaktes
35 35
3.2.3. Kansen 3.2.4. Bedreigingen
36 36
erfgoedbeleidsplan k.ERF
2/56
4. Interculturaliteit
37
5. Visie en missie
39
5.1. Visie
39
5.2. Missie
39
6. Doelstellingen
40
6.1. Strategische doelstellingen
40
6.2. Operationele doelstellingen
40
7. Vormgeving van de erfgoedcel
47
7.1. Aanwerving personeel 7.2. Standplaats van de erfgoedcel
47 47
7.3. Andere structuren rond de projectvereniging 7.3.1. Raad van Bestuur
48 48
7.3.2. Werkgroep Erfgoed
48
7.3.3. Projectteams 7.3.4. Erfgoedforum
48 48
8. Planning
49
8.1. Meerjarenplanning 8.2. Meerjarenbegroting
49 53
9. Bijlagen
56
9.1. Statuten intergemeentelijke projectvereniging k.ERF
56
9.2. Infofiches partnergemeenten
erfgoedbeleidsplan k.ERF
3/56
Woord vooraf Omdat het de moeite loont! De Kempen, een gebied dat niet altijd duidelijk en herkenbaar af te bakenen is. Met subregio’s die verschillen naargelang de thematiek. Het Kempische thema blijft buiten clichés moeilijk te typeren en toch herkennen we het en vereenzelvigen we ons ermee. Een identiteit die gekenmerkt wordt door kleine nuances en elementen die vooral door het verleden, de ontwikkeling en de geografische en natuurlijke omgeving bepaald worden. Je herkent een Kempenaar aan z’n dialect of klankkleur, aan z’n waardes, aan z’n aandacht voor volkscultuur en verbondenheid met z’n streek. Vroeger werd het landelijke en de beperkte ontwikkeling van de regio, ook wel eens ten nadele gebruikt voor belastende industriële initiatieven, eerder meewarig bekeken. Nu vormt dit een van de troeven in het cultureelerfgoedverhaal. De identiteit van de Kempenaar is cultureel erfgoed. In die zin is er bij de bewoners van de streek een uitgesproken genegenheid voor volkscultuur, tradities en materiële elementen die dit ‘hard’ maken. Erfgoed is trouwens al een hele tijd ‘in’. Over de X-factor is er geen discussie meer. Maar krijgt het ondanks deze troeven de verdiende aandacht? De zeven gemeentes van k.ERF geloven dat de lokale overheden en de andere lokale actoren hun volle potentieel nog niet benut hebben. Ook het brede publiek kan en mag nog sterker bij dit thema betrokken worden. Balen, Dessel, Geel, Laakdal, Meerhout, Mol en Retie geloven dat zij een ideale cluster vormen om dit potentieel ten volle tot bloei te laten komen. Hiervoor beschikken ze over een stevige basis: een werkbaar aantal partners; een mooi gesloten gebied; een gezonde kritische massa aan lokale erfgoedactoren; het evenwicht tussen de aanwezigheid van professionele krachten en vrijwilligersorganisaties. Samenwerking tijdens voorbije erfgoeddagen bewijst de haalbaarheid. Met deze regio bestrijken we een niet te onderschatten deel van de Antwerpse Kempen en bereiken we een publiek van meer dan 130.000 inwoners. Deze gemeentes hebben elkaar gevonden in een visie rond regionaal cultureel-erfgoedbeleid. Hiervoor werden zowel beleidsmensen, professionele krachten als deskundigen op het terrein gehoord. Strategische plannen waaronder in eerste instantie de cultuurbeleidsplannen, de typische Kempische en lokale erfgoedthema’s en de gekende behoeftes en noden vormden het uitgangspunt. Bovendien garanderen een gezamenlijke inspraakdag en dagelijkse informele contacten een gedragen groei van de operationalisering van deze visie. Het ligt voor de hand dat dit moet resulteren in een strategisch cultureel-erfgoedbeleidsplan waarmee we een antwoord willen bieden op de behoeftes en het potentieel van deze regio. De betrokken gemeentes willen vanuit deze beleidsvisie met de Vlaamse overheid onderhandelen over een cultureel-erfgoedconvenant om de werking te versterken en de kansen op succes te vergroten. Met de start van de intergemeentelijke projectvereniging k.ERF werd een volgende stap gezet. De gemeentes geloven in de rol van de lokale actoren en willen deze zowel vanuit de gemeentelijke als vanuit de regionale benadering volop kansen geven. Deze afstemming kan in haar gelaagdheid een verdere verfijning van gekende en ongekende expertise verzekeren. Ze kan de uitwisseling en groei in deskundigheid versterken en een afstemming van ondersteuning garanderen. Contacten met andere erfgoedregio’s en deskundigen op Vlaams niveau leren ons dat dit potentieel de moeite loont om planmatig en in samenwerking met de Vlaamse overheid werk te maken van een stevig cultureel-erfgoedbeleid. Wij zijn er van overtuigd dat u als lezer in de volgende bladzijden niet alleen mee overtuigd zal raken. Wij geloven dat u met eenzelfde enthousiasme als dat van alle mensen die meewerkten aan dit document, uit zal kijken naar de projecten die deze samenwerking wil realiseren.
Werkgroep cultureel-erfgoedbeleid k.ERF.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
4/56
1. Inleiding 1.1. Opzet projectvereniging
Projectverenigingen in de regio Legende: Groen: convenantregio Noorderkempen Blauw: convenantregio Kempens Karakter Geel: regio k.ERF
Gemeente
Bevolkingscijfer op 01/01/2008
Balen
20.632
Dessel
8.927
Geel
36.020
Laakdal
15.083
Meerhout
9.582
Mol
33.398
Retie
10.550
Totaal
134.192
erfgoedbeleidsplan k.ERF
5/56
Werkingsgebied De gemeentes Balen, Dessel, Geel, Laakdal, Meerhout, Mol en Retie vormen samen een ruit van meer dan 450 km² met een inwonersaantal van meer dan 130.000. Met Mol en Geel beschikt het samenwerkingsverband over twee grotere gemeentes met een professionele archiefwerking, cultuurcentra en musea met professionele omkadering. Deze grotere gemeentes bestaan anderzijds uit typische Kempische kerkdorpen en kennen zo de lokale erfgoedwerking die ook in de kleinere gemeentes aanwezig is. Hoewel niet elk thema en type werking in elke gemeente komt bovendrijven of actief aanwezig is, vormen de zeven een gebied dat voor elke actor garanties biedt om partners te vinden die expertise-uitwisseling laat renderen. Vanuit bestaande relaties op aanverwante domeinen als Leadergroep ‘Regio middenkempen beweegt’, Kempisch Landschap, toerisme en cultuur hebben deze gemeentes elkaar gevonden in een gezamenlijke visie rond erfgoed.
Goedkeuring projectvereniging Op de gemeenteraden van september 2008 keurden de betrokken gemeentes de intentieverklaring tot oprichting van een intergemeentelijke projectvereniging goed. Het kader voor deze intentieverklaring kwam tot stand door intens overleg in de maanden juni en juli. Vanaf september werden de statuten verder op punt gezet en kregen de praktische afspraken rond de toekomstige werking van de projectvereniging vorm. De gemeenteraden van oktober/november keurden de statuten goed. Op 8 december 2008 werd in Geel de oprichtingsakte door de verschillende burgemeesters en secretarissen ondertekend. k.ERF was geboren.
Benaming projectvereniging De projectvereniging kreeg de naam k.ERF. Dit is de afkorting van ‘Kempisch erfgoed’. Tegelijk verwijst het ook naar andere erfgoedelementen. Zo verwijst het begrip naar ‘iets op zijn kerfstok hebben’. Een kerfstok is oorspronkelijk een stokje waar men met een scherp voorwerp, zoals een mes of een steen, sneetjes in maakte om te kunnen tellen (vergelijk met het hedendaagse "turven"). Juridisch gezien is het een stok waarin meerdere kerven gesneden zijn en die daarna doormidden is gespleten. De twee halve stokken dienen als bewijsmateriaal voor iets dat in bewaring is gegeven. Degene die het object in bewaring neemt, bewaart zijn helft van de kerfstok, en alleen degene die de andere helft heeft, kan het object weer in ontvangst nemen. Alleen als de kerven van de twee helften exact passen, is de kerfstok echt. Een kerfstok werd vroeger ook gebruikt in herbergen. Men kon zo op de pof drinken en op het einde van de week betalen. ‘Veel op je kerfstok hebben’ wil dan ook zoveel zeggen als ‘veel schuld hebben’. K.ERF refereert ook naar ‘kerven’. Deze techniek gebruikte men vroeger om aardewerk te versieren of te merken. Uiteraard willen wij er ook voor zorgen dat met de convenant mensen in hun dagelijks leven meer aandacht krijgen voor erfgoed. Erfgoed willen we gebruiken als manier om de sociale cohesie van de regio te vergroten. We willen met andere woorden onze sporen (of ‘kerven’) na laten in de gemeenschap. Het punt in k.ERF verwijst naar het transitkarakter van onze regio. De regio is niet centraal gelegen, maar geldt wel al eeuwenlang als doorgangshaven, zowel over de weg als over water.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
6/56
1.2. Opzet cultureel-erfgoedbeleidsplan 1.2.1. Samenstelling werkgroep De deelnemende gemeentes besloten op 14 mei 2008 de lokale haalbaarheid van een gezamenlijk erfgoedbeleid af te toetsen. Op 19 juni werd op basis van lokale engagementen en een eerste brainstormdag de opportuniteit en haalbaarheid van dit project bevestigd. December 2008 werd de richtdatum om het cultureel-erfgoedsbeleidsplan af te ronden. Een nieuw opgerichte werkgroep moest het opstellen van het beleidsplan in goede banen leiden. Het erfgoed kreeg in enkele betrokken gemeentes al uitgesproken aandacht in hun cultuurbeleidsplan. Een grote aandacht voor methodische aanpak en inbreng van alle partners moest de gedragenheid van elke volgende stap garanderen. Daarom werd er ook gekozen voor een gemixte samenstelling van de werkgroep: de schepen van cultuur en de ambtenaar verantwoordelijk voor erfgoed (veelal cultuurbeleidscoördinatoren). Vanuit Mol en Geel werden de erfgoedconsulente en de archivaris extra afgevaardigd. Voor de verslaggeving deed de werkgroep soms beroep op administratieve krachten uit één van de deelnemende gemeentes. Binnen de stuurgroep werden er kleinere werkgroepjes opgericht. Zo ontstond er een redactiegroep, een werkgroep voor de inspraakdag (zie lager), een werkgroep voor de statuten en een werkgroep verantwoordelijk voor de verzameling van erfgoedinfo.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
7/56
Kalender verschillende bijeenkomsten stuurgroep en werkgroepen Datum
Doel
Werkgroep
Locatie
14 mei 2008
Startvergadering regio
Stuurgroep
Geel
26 mei 2008
Voorbereiding brainstormdag
Werkgroep Brainstorm
Mol
Stuurgroep
Geel
Werkgroep Statuten
Geel
5 juni 2008
12 juni 2008
Brainstormdag en kennismaking regioerfgoed Vragen naar cbs ivm onderhandelingsruimte en ruimte voor projectvereniging Voorbereiden van de afbakening van de projectvereniging
19 juni 2008
Afspraken afbakening projectvereniging
Stuurgroep
Geel
17 juli 2008
Verfijning en voorbereiding Stuurgroep inspraak
Geel
24 juli 2008
Voorbereiding inspraaktraject
Werkgroep Inspraak
Balen
5 augustus 2008
Afronding verzameling lokale gegevens en kader voor SWOT
Stuurgroep
Retie
7 augustus 2008
Voorbereiding SWOT
Werkgroep SWOT
Geel
27 augustus 2008
SWOT-analyse regio
Stuurgroep
Mol
11 september 2008
Afwerken statuten projectvereniging
Werkgroep Statuten
Mol
18 september 2008
Voorbereiding inspraakdag Stuurgroep
Retie
20 september 2008
Inspraakdag lokale actoren en bevolking
Mol
25 september 2008
Verwerking inspraakdag
Stuurgroep
Balen
3 oktober 2008
Redactie beleidsplan
Werkgroep Redactie
Retie
17 oktober 2008
Doelstellingen beleidsplan
Stuurgroep
Dessel
22 oktober 2008
Redactie beleidsplan
Werkgroep Redactie
Retie
3 november 2008
Redactie beleidsplan
Werkgroep Redactie
Retie
17 november 2008
Goedkeuring beleidsplan
Stuurgroep
Laakdal
8 december
Ondertekening Akte k.ERF
Burgemeesters en schepenen
Geel
9 december
Installatievergadering Raad van bestuur k.ERF
Raad van bestuur k.ERF
Geel
erfgoedbeleidsplan k.ERF
8/56
23 december
Goedkeuring beleidsplan door Raad van bestuur k.ERF
Raad van bestuur k.ERF
Geel
1.2.2. Inspraakdag en andere inspraakmomenten Van in het begin werd besloten om dit plan op alle domeinen te verzekeren van een stevige gedragenheid. Dit betekende een geregelde en afgestemde terugkoppeling naar het college van burgemeester en schepenen, naar cultuurraden en soms ook naar erkende lokale adviesorganen rond erfgoed. Tijdens het ganse traject bleven de werkgroepleden contact houden met lokale actoren om de vorderingen te toetsen en het draagvlak te versterken. Om de inbreng van het terrein verder te garanderen werd Annemie Rossenbacker (procesbegeleiding A-jouR) gevraagd een inspraakdag te organiseren om individuele actoren en verenigingen de kans te geven mee na te denken over de richting van het regionale cultureel-erfgoedbeleid. Bovendien werd er bij dit contact ruimte gegeven om een eerste keer stil te staan bij een mogelijk praktische aanpak. De gekende actoren en verenigingen werden aangeschreven, de regionale pers werd gecoördineerd benaderd en elke gemeente schakelde haar lokale kanalen in om deze inspraakdag zo breed mogelijk kenbaar te maken. Op zaterdag 20 september namen uiteindelijk 48 personen deel. De groep was van ideale grootte om op een gestructureerde manier zo veel mogelijk ideeën te verzamelen rond de meerwaarde die het convenant voor onze regio en de lokale actoren kan hebben.
1.2.3. Afstemming op andere beleidsplannen Elke gemeente bewaakte voor zich de afstemming op de lokale beleidsplanning. De strategische en cultuurbeleidsplannen van de verschillende gemeenten werden echter opgesteld voor er sprake was van de opmaak van een cultureel-erfgoedbeleidsplan. Dit betekent dat niet alle gemeenten erfgoed hebben opgenomen op het strategische niveau. Sommige doelstellingen uit de gemeentelijke beleidsplannen hebben dan ook meer duiding nodig. We verwachten echter dat erfgoed een belangrijk thema wordt bij de opmaak van de lokale jaarlijkse actieplannen. Hieronder volgen de expliciete lokale strategische engagementen:
Balen Cultuurbeleidsplan Balen De Balenaar is trots op zijn gemeente en kent haar kleine en grote monumenten, de typische folklore en mondelinge overlevering (roerend, onroerend en immaterieel erfgoed van Balen). Strategisch plan Balen Initiatieven om het culturele erfgoed toegankelijk te maken voor het grote publiek worden ondersteund. Waar mogelijk moet er permanente ontsluiting zijn en bij prioriteit moeten beschermde gebouwen een nieuwe functie krijgen, met respect voor hun architecturale waarde. We denken o.a. aan het oude gemeentehuis, dat een grondige renovatie zal ondergaan, aan de pastorijen van Wezel en Olmen, en aan de Balense watermolens.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
9/56
Dessel Cultuurbeleidsplan Dessel Dessel beschikt nog niet over een cultuurbeleidsplan. Strategisch plan Dessel Door middel van een actief cultuurbeleid brengen we zo veel mogelijk cultuur naar mensen en mensen naar cultuur. Acties en activiteiten om het historisch besef van Dessel uit te breiden of te verbeteren worden ondersteund terwijl er respectvol omgegaan wordt met het cultuurhistorisch erfgoed. De Desselse heemkundige kring is daarbij een bevoorrechte partner.
Geel Cultuurbeleidsplan Geel Het erfgoed van Geel draagt iedereen als een visitekaartje op zak. Fier zijn op erfgoed. Een visitekaartje met je identiteit. Je pakt er graag mee uit, geeft het weg. Als bezoeker heb je het ook snel op zak, gekregen en gewaardeerd. Erfgoed wordt iets van iedereen, niet alleen van de liefhebbers, de ingewijden: het draagvlak van erfgoed wordt verbreed. Strategisch plan Geel Geel profileert zich als aantrekkingspool voor ontmoeting, gezondheidszorg en onderwijs, met het centrum als trekpleister. Geel is een levendige stad met een uniek verleden. Het lokaal bestuur wil deze uitstraling van Geel alle kansen geven, zonder daarbij de typische Geelse eigenheid te verliezen. “Tegen 2009 wordt de visie over erfgoed bepaald en wordt beslist of een erfgoedconvenant wordt afgesloten met de Vlaamse overheid.”
Laakdal Cultuurbeleidsplan Laakdal Laakdal bevordert het erfgoed als identiteit van de gemeente. Door heemkundige impulsen wil de gemeente de burgers betrekken bij het erfgoedgebeuren, het klompenmuseum promotioneel ondersteunen en de natuurrecreatie uitbouwen ter bevordering van het cultuurtoerisme. Strategisch plan Laakdal Laakdal is een levendige en bruisende gemeente voor en door de Laakdaller waar activiteit, participatie en beleving centraal staan.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
10/56
Meerhout Cultuurbeleidsplan Meerhout Zoveel mogelijk inwoners krijgen kansen op zowel een actieve als op een passieve culturele ontplooiing. Het bloeiende socio-cultureel gebeuren in de gemeente zorgt voor een verhoging van het gemeenschapsgevoel en verhoogt de kwaliteit van de samenleving. Het thema ‘erfgoed’ krijgt een plaats binnen beide doelstellingen waarbij onder andere informatieverstrekking, ondersteuning van het verenigingsleven en gemeenschapsversterkende initiatieven als beleidsinstrumenten worden weergegeven. Strategisch plan Meerhout In het beleidsprogramma nam Meerhout geen aparte doelstelling omtrent erfgoed op. Het thema ‘erfgoed’ loopt doorheen de verschillende beleidsdomeinen waarbij in de korte en lange termijnrealisaties voornamelijk aandacht besteed wordt aan onroerend erfgoed met onder andere “monumentenzorg” en “de herbeplanting van de dreven”. Met dit cultureel erfgoedbeleidsplan k.ERF wil Meerhout deze aandacht verder uitbreiden naar immaterieel en roerend erfgoed.
Mol De doelstellingen uit het strategisch plan en het cultuurbeleidsplan van Mol zijn sectoroverschrijdend opgesteld. Dit om de schotten tussen de verschillende administratieve diensten zoveel mogelijk te doorbreken en de leefwereld van de burger zoveel mogelijk te benaderen. Daarom zijn noch in het cultuurbeleidsplan, noch in het strategisch beleidsplan aparte erfgoeddoelstellingen opgenomen. Erfgoed heeft een plaats gekregen in (bijna) elke beleidsdoelstelling. Cultuurbeleidsplan Mol De burger ervaart een actieve informatiebemiddeling van de instellingen. Deze doelstelling bevat acties omtrent het digitaal aanbieden van zo veel mogelijk historische informatie, het digitaliseren en microfilmeren van kwetsbaar erfgoed en het uitlenen van historische films. Vrijetijdsinstellingen stimuleren levenslang en levensbreed leren. Hierbij hebben we aandacht voor het tentoonstellingsbeleid, het organiseren van erfgoedlezingen en workshops en het ontwikkelen van een educatief product afgestemd op de leeftijd 4+. We voorzien in de juiste productontwikkeling, uitgebalanceerd tussen vraag en aanbod. Hieronder verstaan we het ontwikkelen van een collectie- en bewaarbeleid rond erfgoed. Strategisch plan Mol Voor de vrijetijdsbeleving is Mol een centrum met regionale uitstraling. Dit betekent onder meer dat het aanwezige erfgoed voor een breed publiek ontsloten wordt. Andere doelstellingen vragen aandacht voor onder andere infrastructuur, publieksontsluiting en gevarieerd aanbod.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
11/56
Beleidsplan Jakob Smitsmuseum Het enige erkende museum uit de regio is gevestigd in Mol. Dit museum heeft uiteraard een eigen beleidsplan. Om die reden is de plaats van het Jakob Smitsmuseum in het cultuurbeleidsplan eerder beperkt.
Retie Cultuurbeleidsplan Retie Meer inwoners zijn vertrouwd met het eigen erfgoed. Het erfgoed vormt mee de identiteit van de gemeenschap en wordt ook uitgespeeld als toeristische troef. Retie kent nog heel wat “levende tradities” zoals Driekoningen, Goriën zingen, Folklorefeest, Krikkrak en Sint-Maarten. De laatste jaren beginnen een aantal van deze tradities te verwateren. Daarnaast wordt Retie gekleurd door typische landschappen en monumenten. Strategisch plan Retie Retie heeft respect voor haar vrijwilligers. Een levend dorp kan niet zonder vrijwilligers. Retie stimuleert en ondersteunt het vrijwilligerswerk. Retie ondersteunt het verenigingsleven. Verenigingen brengen mensen samen. We ondersteunen hun werking. Samenwerking en wisselwerking zijn hierbij belangrijke aspecten. Retie bewaakt haar levende tradities. Retie kent nog heel wat “levende tradities” zoals Driekoningen, Goriën zingen, Folklorefeest, Krikkrak en Sint-Maarten.
Het is duidelijk dat vanuit deze uitgangspunten gewerkt moest worden. Anderzijds is er bij het proces rond de opbouw van de regiovisie rekening gehouden met een evenwichtige inbreng van alle gemeentes. Daarom werd rekening gehouden met een wisselwerking tussen de groei van de regionale visie en de lokale visie. Het proces liet elke gemeente toe om ook lokaal verder te werken aan een erfgoedvisie. In deze fase werd er eveneens contact gehouden met lokale actoren. Dit moet een geïntegreerde aanpak met een sterk lokaal draagvlak garanderen.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
12/56
2. Omgevingsanalyse 2.1. Historisch De k.ERF-regio wordt al eeuwenlang bewoond. Hoewel archeologisch onderzoek in de regio nog in de kinderschoenen staat, tonen vondsten uit het Paleolithicum aan dat er toen al jagers-verzamelaars rondtrokken. Verder zijn er in het verleden ook heel wat verhalen opgetekend over begraafplaatsen en de vondst van “snuifdozen en aspotten”. Deze voorwerpen werden vaak gevonden rond plaatsen die bekend staan als “asberg” of “alvenberg”. De arme zand- en heidegrond was echter geen aantrekkingspool voor sedentaire groepen. Pas in de middeleeuwen kan de streek rekenen op een bevolkingsaangroei. De regio viel in het middeleeuwse lappendeken van heerlijkheden, vrijheden en domeinen uiteindelijk uit elkaar in drie delen. Het Land van Geel behoorde toe aan de heren van Grimbergen en bestond onder andere uit Retie, Millegem (Mol), Eindhout, Veerle en Varendonk (allen Laakdal). Later werd het Land van Geel de
overgenomen door de Berthouts, een belangrijke Brabantse familie. Al in de 13 eeuw kreeg Geel de toestemming om jaarlijks vier vrije jaarmarkten te organiseren. De befaamde “Palmenmarkt” is daar nog een overblijfsel van. Twee eeuwen later groeide Geel zelfs uit tot een regionaal centrum van textielnijverheid. De Halle, prominent aanwezig op de markt, is hier nog steeds een getuige van. Balen, Dessel en Mol vormden drie voogdijdorpen die afhankelijk waren van de abdij van Corbie en de hertogen van Brabant. Later werden ze bestuurd door plaatselijke heren. Mol zette zwaar in op schapenteelt en zou eveneens uitgroeien tot een belangrijk textielcentrum, vermaard om het Molse laken. Postel, dat in de Franse periode bij Mol gevoegd zou worden, werd gedurende de middeleeuwen beheerd door de plaatselijke abdij. Meerhout duikt hier als buitenbeentje op. De gemeente was een korte periode afhankelijk van de hertogen van Brabant, maar maakte lange tijd deel uit van het graafschap Loon en behoorde zelfs enige tijd tot het bezit van Oranje-Nassau. De godsdienstoorlogen van de 17
de
eeuw lieten ook onze regio niet ongemoeid. Rondtrekkende
bendes namen wat ze nodig hadden. In 1637 sloten afgevaardigden van Balen, Geel, Mol, Meerhout, Retie, Dessel, Olmen, Veerle, Eindhout en Vorst een samenwerkingsverband. Ze beloofden elkaar bij te staan met mannen en wapens telkens zij door klokkengelui gewaarschuwd werden. Het eerste samenwerkingsverband van de k.ERF-gemeenten was een feit. de
Wanneer in de 19 eeuw de industrialisatie in sneltempo België de moderne tijd binnenvoert, blijft de focus in de k.ERF-regio grotendeels op landbouw liggen. Zelfs Geel, de enige stad in de k.ERF-regio, de
blijft een landbouwgemeente, ook na de landbouwcrisis van de 19 eeuw. Enkel in Mol en Balen laat de industrialisatie sporen na. De ontginning van wit zand (Mol en Dessel), de aanleg van kanalen en spoorlijnen (IJzeren Rijn) en de non-ferro industrie (Balen en Mol) zorgen voor nieuwe woonwijken en werkgelegenheid. Naast de landbouwgemeenten (Geel, Retie, Dessel en Meerhout) en de geïndustrialiseerde gemeenten (Mol en Balen) wordt Laakdal eerder gekenmerkt door de inzet van arbeidskrachten in de regio. Terwijl de industriële revolutie bijna volledig voorbijging aan de gemeente, zochten heel wat voormalige boerenknechten hun heil in “de put en de biet”, twee toonaangevende sectoren in Limburg en Vlaams-Brabant.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
13/56
De 19
de
eeuw wordt verder gekenmerkt door een sterk emancipatiestreven van de gehuchten. In Geel
leidt dit tot de oprichting van een parochiekerk in elk gehucht zodat de stad momenteel maar liefst 12 parochies telt. ste
In de 20
eeuw zoekt Geel aansluiting met de industriële regio’s. De aanleg van de Koning
Boudewijnsnelweg (E313) en het Albertkanaal biedt kansen om nieuwe industrieterreinen aan te leggen. Hoewel in Mol de traditionele sectoren (non-ferro en glas) belangrijk blijven in bepaalde gehuchten, richt het centrum zich meer en meer op de dienstensector. De komst van een nucleair onderzoekscentrum (Studiecentrum voor Kernenergie, SCK), de berging van nucleair afval in Mol en Dessel en de oprichting van het Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) biedt nieuwe (financiële) mogelijkheden. De kleinere gemeenten richten zich in de eerste plaats op wandelen fietstoerisme en spelen hun rustige, groene omgeving als troef uit.
2.2. Een landelijke regio De k.ERF-regio wordt gevormd door Balen, Dessel, Geel, Laakdal, Meerhout, Mol en Retie. Ze situeert zich in het zuidoosten van de provincie Antwerpen. De regio grenst zowel aan Nederland, Limburg als Vlaams-Brabant en vormt zo een aaneengesloten gebied dat ruim 133.000 inwoners telt. Op een totale oppervlakte van 450 km² geeft dit een bevolkingsdichtheid van nauwelijks 295 inwoners. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat de kernwoorden van de regio groen, water, rust en stilte zijn. Deze lage bevolkingsdichtheid zorgde er echter ook voor dat heel wat milieubelastende economische activiteiten naar de “stille Kempen” doorgeschoven werden. Onder de zeven k.ERF-gemeenten tellen we één stad en zes gemeenten. Zowel Geel als de zes gemeenten worden gekenmerkt door een groot aantal gehuchten. Dit verklaart mee het landelijke karakter van de regio. Bovendien zorgt dit lappendeken van gemeenschapjes ervoor dat de regio rijk is aan volksgebruiken. Van de 133.000 inwoners nemen Geel en Mol er elk ongeveer 35.000 voor hun rekening. Twee middelgrote gemeenten, Balen en Laakdal, tellen respectievelijk 20.000 en 15.000 inwoners. Het bevolkingsaantal van de drie “kleintjes” schommelt rond de 10.000 inwoners. Het aantal niet-Belgen in de regio is verwaarloosbaar klein. Van die niet-Belgische inwoners nemen Nederlanders veruit het grootste deel voor hun rekening, soms tot 75% van het totale aantal vreemdelingen. Enkel Geel en Mol beschikken over grotere gemeenschappen van migranten. Het economisch profiel van de regio wordt gekenmerkt door de termen “agrarisch”, “doorvoer” en “industrieel verleden”. Tot de jaren 1960 was landbouw dé toonaangevende economische activiteit. De ontsluiting van de Antwerpse Kempen door het Albertkanaal, de E313 en het kanaal DesselSchoten zorgde voor het ontstaan van enkele economische zwaartepunten. Zowat alle industriegebieden die de regio rijk is, liggen aan deze verkeersaders. De regio vormt dan ook een belangrijk knooppunt tussen de haven van Antwerpen en het Duitse Ruhrgebied. Umicore (Balen), BP (Geel) en Exxon (Meerhout) zijn momenteel nog steeds de paradepaardjes van de Belgische nonferro en chemische industrie. Dat er voor de opslag van radioactief afval en voor de vestiging van het Studiecentrum voor Kernenergie (SCK) ook naar de Kempen gekeken werd, is evenmin een verrassing. Deze vestiging trok ook innoverende en hoogtechnologische bedrijven aan met als bekendste voorbeeld het Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek (VITO) in Mol.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
14/56
Andere economische troeven zijn de zandwinning in Mol en Dessel, de aanwezigheid van het Nikedistributiecentrum in Laakdal en de Water Container Terminal (WCT) in Meerhout. Deze economische activiteiten nemen niet weg dat de regio op toeristisch vlak gewaardeerd wordt om zijn groene karakter. De aanwezigheid van verschillende natuurgebieden, kilometers wandel- en fietspaden en provinciale (groene) recreatiedomeinen als het Zilvermeer in Mol en het Prinsenpark op de grens Retie-Geel vormen een paradijs voor de wandel- en fietstoerist die op zoek is naar rust en stilte. Op vlak van cultureel leven en sociale voorzieningen vervullen Mol en Geel een centrumfunctie. Beide gemeenten beschikken immers elk over een cultureel centrum, verschillende musea en een ziekenhuis. Terwijl elke gemeente een ruime keuze aan kleuter- en lager onderwijs kan aanbieden, is het secundair onderwijs beperkt tot Mol en Geel. Met de vestiging van de Katholieke Hogeschool Kempen (KHK) beschikt Geel bovendien over een onderwijstroef die een veel groter werkingsgebied dan de k.ERF-regio bestrijkt. Tenslotte moeten we hier natuurlijk ook de gezinsverpleging in Geel vermelden. Dit heeft Geel immers de naam “Barmhartige Stede” opgeleverd.
2.3. Een regio met aandacht voor erfgoed Het overzicht van het culturele erfgoed dat je verder in dit beleidsplan kan terugvinden, toont aan dat elke gemeente over ten minste één heemkundige kring beschikt. Daarnaast zijn er nog verschillende andere erfgoedorganisaties actief binnen de k.ERF-regio. We willen in dit hoofdstuk echter vooral aandacht hebben voor grotere projecten en instellingen die hun opgebouwde expertise kunnen inzetten in de hele regio. De laatste jaren is er binnen de regio k.ERF naast cultureel-erfgoedprojecten ook aandacht voor een structurele aanpak. Hoewel deze initiatieven tot nu toe vooral vanuit de lokale basis en overheden komen, kunnen deze initiatieven met de stap naar intergemeentelijke samenwerking, op regioniveau gewaardeerd worden. Voor de partners van de samenwerking vormt dit een fundamenteel onderdeel van de mogelijke convenantwerking. 2.3.1. Structurele en projectmatige initiatieven binnen het cultureel erfgoeddecreet. De aanwezige structurele werking die al gehonoreerd werd vanuit het cultureel erfgoeddecreet krijgt een vaste plaats in het beleidsplan. De regio wil deze ondersteuning verder zetten en wil de werking een plaats geven in het regioverhaal. Voor de gehonoreerde projectwerking wordt eerder gekeken naar het uitgangspunt en de intussen gegroeide expertise. Zo moet ook deze werking een plaats krijgen in de regioaanpak op het vlak van uitwisseling in deskundigheid, groei en structurele ondersteuning.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
15/56
Initiatief
Gemeente Jaarlijkse decretale
Jaarlijkse eigen inbreng
toelage Jakob Smitsmuseum (erkend op basisniveau) Jaarboek Erfgoed Balen vzw
Mol
Balen
Molse Tijdingen
Mol
Publicaties Geels Geschiedkundig
Geel
Genootschap (project) Tussen de mensen (project) Geel
Totalen:
12.500 EUR
100.000 EUR (met inbegrip van personeelskosten en ondersteuning van de vrienden van het JSM) Via gemeentelijke subsidie aan de
900 EUR 1.000 EUR
betrokken vereniging: 5.000 EUR Via gemeentelijke subsidies aan de betrokken verenigingen
1.200 EUR Via gemeentelijke subsidies aan het (gemiddelde laatste Geels Geschiedkundig 3 jaren)
Genootschap (GGG)
50.000 EUR per fase/jaar tot 2009
7.500 EUR (naast inbreng particuliere partners)
Structureel tot 2014: 12.500 EUR Projectmatig 2009: 50.000 + 3.100 EUR
Ruim 110.000 EUR
Indicatieve cijfers 2008 Het spreekt voor zich dat k.ERF deze initiatieven wil verankeren in het nieuwe cultureel erfgoedbeleidsplan en zo ook in het af te sluiten convenant. Daarom willen we de gemeentelijke inbreng op regioniveau waarderen.
2.3.2. Structurele en projectmatige initiatieven van regiowaarde Naast de bovenstaande initiatieven zijn er binnen de regio nog heel wat zaken aanwezig die onmiddellijk een regiowaarde kunnen krijgen binnen een intergemeentelijke werking. Het Gasthuismuseum is een belangrijke erfgoedactor voor Geel én voor de regio. Hoewel het museum in eerste instantie focust op de geschiedenis van de Geelse verzorgingsinstellingen, is het ook begaan met het roerende erfgoed van de Geelse kapellen en kerken. Vanuit dit oogpunt ligt het voor de hand dat deze binnen de k.ERF-regio opgenomen worden in de convenantwerking. Voor de kleinere musea willen we een plaats vinden binnen het bewaar- en ontsluitingsverhaal. Daarom willen we een beduidend percentage van de gemeentelijke inspanningen op regioniveau waarderen (zie lager bij de meerjarenplanning). Erfgoedorganisaties en -projecten beschikken met toerisme over een belangrijke partner om het erfgoed van de regio mee te promoten. De middelen die via deze wisselwerking geïnvesteerd worden in erfgoed, zijn moeilijk in een som te vatten. Toch mogen we aannemen dat het om belangrijke inspanningen gaat wanneer we kijken wat er de laatste jaren gerealiseerd werd. Bijna alle gemeenten bieden dialectenroutes en andere erfgoedwandelingen aan. Bij de ontwikkeling van deze wandelingen werd zonder enige twijfel lokale expertise opgedaan waar de hele regio van kan meegenieten.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
16/56
Gezien de erkenning van het Aalsters carnaval, wil k.ERF ook de carnavalinitiatieven binnen haar regio een gewaardeerde plaats geven. Verder zijn sommige gemeentes al bezig met het opzetten van initiatieven die straks via de regio verder uitgebouwd kunnen worden. De Sint-Dimpnaverering en de Geelse gezinsverpleging werden onlangs opgenomen in de “Inventaris van immaterieel cultureel erfgoed Vlaanderen”. Het project “Tussen de mensen” hangt hier nauw mee samen. Dit project wil de Geelse gezinsverpleging in al zijn aspecten op diverse manier ontsluiten. Het materiaal voor het project wordt verzameld via interviews, mondelinge bronnen en het in kaart brengen van particuliere collecties. Initiatief
Gemeente
Jaarlijkse eigen inbreng
Beeldenbank archief
Mol
4.750 EUR
Beeldenbank archief
Geel
3.500 EUR
Film Dimpna (Unescodossier)
Geel
3.000 EUR (eenmalige ontwikkelingskost)
Subsidie Dimpnacomité
Geel
12.400 EUR
Subsidie Gasthuismuseum
Geel
4.465 EUR
Subsidie Klompenmuseum (toelage aan bezoekerscentrum
Laakdal
2.500 EUR
Den Eik) Ondersteuning lokaal erfgoedmuseum (personeel en
Balen
te beschikking stellen ruimte) Ondersteuning Torenmuseum
15.000 EUR (dit bedrag is een indicatie van de inspanning)
Mol
5.000 EUR
Ondersteuning Beiaard
Mol
15.000 EUR
Carnaval Balen
Balen
1.250 EUR
Carnaval Olmen
Balen
700 EUR
Carnaval Winkelomheide
Geel
en Historisch Museum
Totalen
1.500 EUR meer dan 65.000 EUR aan structurele uitgaven Indicatieve cijfers 2008
Conclusie k.ERF wil het Jakob Smitsmuseum, de gezinsverpleging en Dimpnaverering (Gasthuismuseum, Dimpnadagen/-ommegang) een fundamentele plaats geven binnen de regiowerking. De expertise die lokaal opgebouwd werd in relatie tot toerisme willen we eveneens snel op regioniveau brengen. Het carnaval en de stoetenwerking binnen de regio kan dan weer gelinkt worden aan de Vlaamse waardering voor verwant cultureel erfgoed en krijgt speciale aandacht inzake expertise-uitwisseling en ondersteuning. De rol van de musea wordt verder verkend binnen de hele bewaar- en ontsluitingsproblematiek. De ondersteuning van cultureel erfgoedverenigingen die duidelijk inzetten op de regio wordt verder uitgewerkt binnen de operationalisering van de k.ERF-doelstellingen. Dit houdt in dat ook de lokale inspanningen in deze op regioschaal moeten gewaardeerd worden.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
17/56
2.4. Bestaande regionale samenwerkingsverbanden Hoewel de k.ERF-gemeenten tot op heden niet actief waren in een formeel samenwerkingsverband waarin enkel deze gemeenten actief zijn, kunnen we toch een heel aantal samenwerkingsverbanden opsommen waarin de gemeenten elkaar gevonden hebben. BALDEMO BALDEMO is een sociaal intergemeentelijk dienstenbedrijf dat opgericht werd door de PWA’s van Balen en Dessel en de OCMW’s van Balen, Dessel en Mol. Ondertussen zijn ook de PWA en het OCMW van Retie hierbij aangesloten. Erfgoeddag Balen, Geel en Mol werkten in 2006 en 2007 samen rond de Erfgoeddag. Zo werd er een thema(fiets)route uitgestippeld langs de erfgoedlocaties van de drie gemeenten. De expertise die opgedaan werd dankzij deze samenwerking zal de regio ongetwijfeld inspireren om in de toekomst de erfgoeddag regionaal aan te pakken. Intercommunale Ontwikkelingsmaatschappij voor de Kempen De Intercommunale Ontwikkelingsmaatschappij voor de Kempen (IOK), gevestigd in Geel, telt naast de zeven k.ERF-gemeenten nog 22 andere leden uit de Antwerpse Kempen. Sinds 2003 is IOK opgesplitst in een dienstverlenende vereniging IOK en een opdrachthoudende vereniging IOK Afvalbeheer. Op die manier staat de Intercommunale in voor de begeleiding van de gemeenten op uiteenlopende terreinen. Van ruimtelijke ordening tot afvalverwerking, van juridische adviesverlening tot milieubeleid. Leader - Regio Midden-Kempen beweegt! Zeven landelijke gemeentes, waaronder de k.ERF-gemeenten Balen, Geel, Meerhout en Retie, ondertekenden in 2007 een intentieverklaring om een Leaderwerking op te zetten onder de noemer “Regio Midden-Kempen beweegt!”. In het Leader-gebied kunnen lokale initiatiefnemers met Europese en provinciale steun projecten indienen die de ontwikkeling van het platteland ten goede komen. Lokale politiezones • Balen, Dessel en Mol • Geel, Meerhout, Laakdal • Retie (Arendonk en Ravels) Musea Zuiderkempen Het Jakob Smitsmuseum (Mol), het Gasthuismuseum (Geel) en het Da Vinci museum (Tongerlo Westerlo) werken samen onder de koepel “Musea Zuiderkempen”. Deze samenwerking resulteerde in de uitgave van een museumspel. Regionaal landschap Kleine en Grote Nete Zeventien gemeenten uit de provincie Antwerpen richtten samen de vzw “Regionaal landschap Kleine en Grote Nete” op. Alle k.ERF-gemeenten met uitzondering van Laakdal zijn vertegenwoordigd in deze vereniging die zich inzet om het streekeigen karakter van de regio te bewaren. Daarnaast zet de vereniging zich in voor het beheer en behoud van kleine landschapselementen.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
18/56
Sportregio Zuiderkempen Sportregio Zuiderkempen is een samenwerkingsverband op sportief vlak tussen de zeven k.ERFgemeenten plus Kasterlee dat gecoördineerd wordt door provincie Antwerpen, het Instituut voor Sportbeheer en de Stichting Vlaamse Schoolsport. Stichting Kempens Landschap De vzw Kempens Landschap is een landschapsvereniging in de zuiverste zin van het woord die bestaat uit maar liefst 46 gemeenten, waaronder de zeven k.ERF-gemeenten. Haar doelstelling is het veiligstellen van het zo typische Kempense landschap door gericht gebieden aan te kopen of in beheer te nemen en te beschermen. Op die manier wil de vereniging het landschappelijk erfgoed in de regio bewaren. Plattelandsproject de Merode Het oorspronkelijke domein de Merode werd in 2005 verkocht aan verschillende actoren. Om een versnipperd beheer te vermijden, besloten de betrokken natuurverenigingen en (lokale) overheden samen te werken rond duurzame streekontwikkeling onder coördinatie van de Vlaamse Landmaatschappij (VLM). Het domein de Merode strekt zich uit over Geel, Laakdal en een vijftal andere gemeenten. Toeristische regio’s • Vallei van de Grote Nete: Geel, Laakdal en Meerhout (plus Westerlo, Herselt en Hulshout) • Kempense Meren: Balen, Dessel, Mol en Retie
2.5. Het culturele erfgoed In de volgende pagina’s geven we een overzicht van het cultureel erfgoedveld van de k.ERF-regio. Met dit overzicht streven we geen volledigheid na. Het is een eerste aanzet om het uitgebreide erfgoedveld in onze regio te benaderen. De indeling in de verschillende categorieën gebeurde op basis van de huidige kennis van ons erfgoedveld. We zijn er ons van bewust dat we deze kennis de komende jaren nog moeten verdiepen. Dit zal dan ook één van de eerste en belangrijkste taken van de erfgoedcel zijn. We hebben er bewust voor gekozen om het erfgoedveld in te delen in categorieën en deze categorieën als geheel te bespreken. Deze aanpak leek ons interessanter dan het opnemen van lijsten met de namen van alle verenigingen en organisaties. Deze lijsten leveren immers geen wezenlijke bijdrage in de analyse. Ze zijn per gemeente wel opgenomen als bijlage. We maken eerst en vooral een onderscheid tussen het erfgoedaanbod en de erfgoedzorgers uit onze regio. Bij de beschrijving van het aanbod geven we een beeld van het erfgoed dat onze regio rijk is. Vervolgens geven we ook een overzicht van de soort organisaties en andere erfgoedzorgers die actief zorg dragen voor dit erfgoed of op een andere manier betrokken zijn bij de ontsluiting ervan. Tot slot geven we ook nog een overzicht van de andere lokale, bovenlokale en nationale partners van de erfgoedregio en geven we aan wat de gemeenten uit de k.ERF-regio momenteel al besteden aan het erfgoed in onze regio.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
19/56
2.5.1. Het erfgoedaanbod 2.5.1.1. Roerende erfgoedcollecties Documentaire erfgoedcollecties In onze regio zijn enkele belangrijke documentaire erfgoedcollecties te vinden. Het gaat dan zowel om archieven als om erfgoedbibliotheken. De belangrijkste erfgoedbibliotheek is uiteraard de bibliotheek van de abdij van Postel. Naast 350 Plantin drukken beheren zij eveneens een indrukwekkende verzameling handschriften en oude drukken. Ook de verschillende heemkundige kringen en lokale archieven bewaren vaak een erfgoedbibliotheek. Het gaat dan vooral om lokale publicaties, zoals kranten en tijschriften. Zo beheert het Geels Geschiedkundig Genootschap een collectie ‘Oude drukken’. Daarnaast vinden we in de regio ook nog verschillende, meer thematisch opgebouwde erfgoedbibliotheken. Het gaat dan bijvoorbeeld om de bibliotheek van het OPZ Geel rond gezinsverpleging en psychiatrie, de bibliotheek van het Jakob Smitsmuseum rond de schilder Jakob Smits en de Molse School en de bibliotheek van het Gasthuismuseum van Geel. Elk van de zeven gemeenten die deel uitmaakt van deze regio heeft uiteraard een eigen gemeentelijk archief. Deze archieven gaan vaak zeer ver terug. Het oudste archiefstuk van de stad Geel dateert uit 1391. Ook het archief van de voogdij Mol-Balen-Dessel wordt in de regio bewaard. Daarnaast vinden we in de regio nog een heleboel andere belangrijke archiefcollecties. Deze allemaal opsommen zou ons te ver leiden. Wel willen we hier het archief van het OPZ Geel, de archieven van scholen en van de parochies vermelden. Deze worden vaak nog bij de archiefvormer in kwestie bewaard. Ze worden steeds vaker overgedragen aan een lokale erfgoedzorger zoals een archiefdienst of een heemkundige kring. Naast archiefcollecties en erfgoedbibliotheken vinden we nog heel wat andere documentaire erfgoedcollecties. Het gaat dan om collecties bidprentjes, foto’s of persknipsels. Deze worden meestal bij heemkundige kringen of archiefdiensten bewaard, maar we vinden ze ook terug bij een aantal privé-personen. Museale, archeologische en kunstcollecties Er zijn heel wat grote en kleine musea actief. Deze musea bewaren allemaal een collectie rond een bepaald thema. Vaak is er een duidelijke link tussen de invalshoek van de collectie en de gemeente waar ze bewaard worden. • een indrukwekkende verzameling oude bakkerijmaterialen en een bakhuis anno 1900 met allerhande bakkerijmachines (Bakkerijmuseum Worfthoeve Geel) • collectie van een 600-tal verschillende werkende klokken en horloges (Klokkenhuisje Geel) • collectie van zo’n 1300 lampen (Lampenmuseum Geel) • collectie schilderijen, aquarellen en tekeningen van Jakob Smits en de Molse School (Jakob Smitsmuseum Mol) • collectie rond de werking van het gasthuis en het leven van de gasthuiszusters (Gasthuismuseum Geel)
erfgoedbeleidsplan k.ERF
20/56
• collectie kunstschatten uit Geelse kerken en kapellen (Gasthuismuseum Geel) • collectie kunstvoorwerpen uit de parochie Sint-Pieter en Pauwel (Torenmuseum Mol) • beiaardcollectie (Torenmuseum Mol) • collectie rond het maken van klompen (Klompenmuseum Laakdal) • verschillende collecties die opgebouwd zijn rond het lokale leven (collectie Kruiermuseum Balen, collectie Historisch Museum Mol) • het “kleinste schooltje van het land”, met inbegrip van het oorspronkelijke meubilair (Laakdal) • gemeentelijke en stedelijke kunstcollecties: bijna elke deelnemende gemeente heeft doorheen de jaren een eigen kunstcollectie opgebouwd. Deze collecties bestaan vooral uit werken van lokale kunstenaars en hangen meestal in gemeentelijke gebouwen. Een echt bewaarbeleid is er meestal niet. 2.5.1.2. Immaterieel erfgoed Het immaterieel erfgoed heeft een belangrijke maatschappelijke impact. Het staat dicht bij de mensen. De verhalen en legenden over een ver of dichtbij verleden, over gebeurtenissen in de nabije omgeving en over dorpsfiguren zijn erg herkenbaar voor de lokale bevolking. Het vormt als het ware het cement dat een gemeenschap bij elkaar houdt. Identiteit en trots zijn dan ook kernbegrippen binnen het immaterieel erfgoed. Bij veel van dit immaterieel erfgoed kunnen we ook een belangrijke materiële component onderscheiden. Denk bijvoorbeeld maar aan streekgerechten: het recept wordt vaak mondeling overgeleverd, maar het gerecht zelf is materieel. Omdat het immateriële aspect in deze gevallen primeert op het materiële, zijn ze hier opgenomen. Helaas dreigt deze schat aan informatie door de vergrijzing verloren te gaan. Daarnaast vormt ook het gebrek aan aandacht vanuit het beleid voor dit minder tastbare erfgoed een bedreiging. In onze regio spelen verhalen, legenden en gebruiken een heel belangrijke rol. Ook nu nog kleuren ze een belangrijk deel van ons lokaal en regionaal maatschappelijk leven. Volgende zaken springen in de regio het meest in het oog: • Dialecten • Streekproducten • Processies, stoeten, kermissen en andere festiviteiten Al deze ‘evenementen’ zijn gekoppeld aan een lokale heilige of een lokaal gebruik. Het belang en de invulling ervan zijn gebaseerd op wat vanuit andere generaties is overgeleverd. Onze regio telt heel wat van dergelijke stoeten, processies en kermissen. Hierbij denken we aan de vijfjaarlijkse Sint-Dimpnaprocessie en de jaarlijks Dimpnaviering (Geel), Sint-Odradastoet (Balen), H. Doornstoet (Mol), Sint-Maarten zingen en Sint-Maartensvuur (Mol, Retie, Dessel), Nieuwjaarszoete zingen (Meerhout, Geel, Balen), Krik Krak en Gorieën zingen (Retie), Molenfeesten (Meerhout), Boerenkermis (Laakdal), Lichtstoeten (Mol), Sint-Antoniusvieringen (Geel en Mol), jaarmarkten, wijkkermissen, … • Erfgoedwandelingen rond legendes In verschillende gemeenten organiseren gidsenverenigingen, VVV’s of heemkundige kringen op regelmatige basis wandelingen en tochten waarbij ze de deelnemers het verhaal van een bepaald gebied of een bepaald gebruik vertellen. Voorbeelden zijn de Heksentocht (Laakdal en Balen) of de Pootzakkenwandeling (Laakdal).
erfgoedbeleidsplan k.ERF
21/56
2.5.1.3. Onroerend erfgoed Het onroerend erfgoed vormt niet de kern van dit beleidsplan. We hebben het hier toch opgenomen omwille van de complementariteit. Vooral de verhalen achter het onroerend erfgoed maken dit erfgoed interessant in het kader van het erfgoedconvenant. Elke gemeente bezit interessant onroerend erfgoed, waarachter roerend en immaterieel erfgoed schuilgaat. Bovendien bepaalt dit erfgoed in sterke mate de identiteit en eigenheid van deze regio. Kerken en kapellen De volks- en mariadevotie speelde hier altijd een grote rol. Dit resulteerde in de bouw van vele kapelletjes. Tot op de dag van vandaag worden deze kapellen nog goed verzorgd door veelal vrijwilligers uit de buurt. Ook worden we echter geconfronteerd met de gevolgen van de vergrijzing en de toenemende laïcisering. Landschappelijk erfgoed Onze regio is een groene regio. We hebben dan ook heel wat waardevol landschappelijk erfgoed. De historische invalshoek wordt daarbij vaak gebruikt als toeristische aantrekkingskracht. Molens Een landbouwregio wordt vanzelfsprekend gekenmerkt door een groot aantal molens. Hoewel het grootste deel al verdwenen is, zijn er nog enkele pareltjes actief. Sommige zijn erkend als monument. Hoeves en schuren Hoeves en schuren werden volgens een typische stijl gebouwd. Ook hiervan zijn er heel wat afgebroken. Toch zijn er ook al enkele erkend als monument. Industriële architectuur de
ste
De regio kende vooral op het einde van 19 en het begin van de 20 eeuw een sterke industrialisering. Van de oude bedrijfsgebouwen blijven vaak nog weinig sporen over. Typisch voor onze streek was wel dat rond deze oude bedrijven woonwijken werden opgetrokken voor de arbeiders die er werk vonden. Ook nu nog bepaald dit het uitzicht van vele wijken en buurten in onze regio. Daarnaast hadden deze industriële activiteiten ook een ingrijpende invloed op ons landschap: kanalen werden getrokken, plassen werden gegraven, …
2.5.1.4. Organisch erfgoed Onze regio is ook rijk aan heel wat organisch en levend erfgoed. Typische fauna en flora zijn de heide, gagel en het Kempisch heideschaap. Veel van deze typische elementen zijn met uitsterven bedreigd. Verschillende organisaties zetten zich om dit te voorkomen. Deze typische fauna en flora heeft ook zijn invloed op de lokale gastronomie en streekproducten. De regio kent verschillende typische bieren en gerechten. Campina, Postel en Corsendonk zijn waarschijnlijk de bekendste.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
22/56
Conclusies • We weten heel wat, maar nog niet alles. Bepaalde elementen moeten verder ingevuld worden, zoals de private collecties. • In de centrumgemeenten (Geel, Mol) is er heel wat aanbod. • De regio heeft heel wat te bieden op vlak van erfgoed. Er is een breed en divers aanbod, maar er zitten ook heel wat gelijkaardige collecties tussen. • Het aanbod wordt momenteel niet gecoördineerd. • Wat met privécollecties? Deze kennen we nog te weinig. We weten ook niet hoe ze bewaard en beheerd worden. • Er leven heel wat bekommernissen over het beheer en de bewaring van kwetsbare beeld- en geluidsfragmenten. • Kennis over het beheer van specifieke erfgoedcollecties is in sommige gemeente sterk aanwezig, in andere minder. Het uitwisselen van expertise is een uitdaging. Hierbij moeten we ook rekening houden met de gevoeligheden van de mensen die de collecties beheren. • Voor alle soorten collecties geldt dat er grote problemen zijn met betrekking tot de fysieke bewaring. Zelden zijn er voldoende middelen om de bewaarruimten aan te passen volgens de normen. Herlocatie zou een oplossing kunnen zijn. Op termijn moeten we bekijken of we in de regio geen netwerk van depots kunnen opzetten die elk gespecialiseerd zijn in de bewaring van een bepaald type erfgoed. Uiteraard volgen we hierbij ook de ontwikkelingen op binnen het regiodepot van de provincie Antwerpen en binnen de nabijgelegen erfgoedcellen.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
23/56
2.5.2. Erfgoedzorgers Het erfgoedverhaal van een regio is een verhaal dat mee geschreven wordt door tal van erfgoedzorgers. Het gaat om allerhande personen en organisaties met een rijke bron aan kennis en interesses. We maken hierbij wel het onderscheid tussen erfgoedzorgers waarbij de erfgoedzorg een kerntaak is en erfgoedzorgers wiens eerste taak niet het beheer van dit erfgoed is. We gaan ervan uit dat beide groepen in sommige gevallen een andere aanpak en benadering vereisen.
2.5.2.1. Organisaties met erfgoedzorg als kerntaak Heemkundige Kringen Elke gemeente telt minstens één heemkundige kring. Zij verzamelen meestal alles wat te maken heeft met de geschiedenis van een lokale entiteit, meestal de gemeente, maar soms ook een specifiek gehucht. Deze kringen ontwikkelen een breed scala aan activiteiten, zoals tentoonstellingen, uitstappen, Erfgoeddagen, …. De meeste heemkundige kringen zorgen voor de uitgave van een of meerdere nieuwsbrieven per jaar en/ of voor de uitgave van een jaarboek. De werking van deze heemkundige kringen is gebaseerd op vrijwilligerswerk. Vaak wordt hen door de gemeente een lokaal of gebouw ter beschikking gesteld, al dan niet tegen een bepaalde huurprijs. In Mol en Geel is de heemkring gevestigd binnen de lokalen van de gemeentelijke archiefdiensten. Hier merken we een nauwe verstrengeling tussen de werking van heemkring enerzijds en archiefdienst anderzijds. Balen heeft geen eigen archiefdienst, maar ondersteunt de lokale heemkring en het heemkundig museum.
Musea (met inbegrip van heemmusea) Onze regio telt verschillende musea. Hiermee bedoelen we die organisaties of personen die op een vaste plaats en op regelmatige tijdstippen hun collectie tonen aan het publiek of opengesteld zijn voor het publiek. Drie musea binnen de regio maken deel uit van een gemeentelijke werking. Alle drie zijn ze gevestigd in Mol (Jakob Smitsmuseum, Torenmuseum, Historisch Museum). Het beheer valt onder de verantwoordelijkheid van de gemeentelijke erfgoedconsulent. De inhoudelijke werking van het Jakob Smitsmuseum wordt echter uitgewerkt door de vzw Vrienden van het Jakob Smitsmuseum. Ook het Gasthuismuseum Geel heeft verschillende mensen in dienst. Dit museum wordt beheerd door een vzw waarbij de stad actief betrokken is. De gemeente Balen ondersteunt zoals gezegd de werking van de vzw Erfgoed Balen, met inbegrip van het beheer van het Kruiermuseum. Ook het Klompenmuseum in Laakdal wordt professioneel ondersteund. De opbouw van de collectie in de tentoonstellingsruimte is uitbesteed aan een professionele firma. Het beheer is echter in handen van vrijwilligers. Hetzelfde geldt voor de andere musea in onze regio. Ze worden meestal beheerd door een heemkundige kring, soms ook door een particulier persoon. Dit is tegelijk een sterkte en een zwakte van de museale sector in onze regio. De heemkundige musea zijn voor hun voortbestaan afhankelijk van de continuïteit binnen de beheersstructuur en van de financiële middelen die de gemeentelijke overheden ter beschikking stellen van deze musea. Anderzijds leeft er bij de beheerders heel wat enthousiasme om de materie die zij behandelen te tonen aan het publiek en te vrijwaren voor toekomstige generaties.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
24/56
Archiefdiensten Enkel Geel en Mol hebben een eigen gemeentelijke archiefdienst. Deze dienst draagt zorg voor het eigen statische en dynamische archief van de gemeentelijke administraties. De andere gemeentes hebben geen ambtenaar die specifiek belast is met het beheer van het eigen archief. Dit heeft uiteraard zijn invloed op de bewaring en de ontsluiting van dit erfgoed. Gemeentebesturen en heemkundige kringen zien hierin een rol weggelegd voor de erfgoedcel. In een minimumscenario zou de erfgoedcel advies moeten geven over het beheer van archief in samenwerking met de archiefdiensten van Geel en Mol. De erfgoedcel zou daarnaast ook projectmedewerkers kunnen aanwerven om het statische archief per gemeente te ontsluiten. Erfgoedgerelateerde publicaties De hierboven beschreven personen en organisaties publiceren vaak eigen nieuwsbrieven of jaarboeken waarmee ze het erfgoed uit hun streek in de kijker willen zetten. Het spreekt voor zich dat deze publicaties verder gaan dan de eigen gemeentegrenzen, zowel qua opzet als qua publiek. De oplage varieert van 200 tot 750 exemplaren. Drie van deze jaarboeken ontvangen momenteel een subsidie van de Vlaamse Gemeenschap. Het gaat om: • Molse Tijdingen: jaarboek van de VVVG – afdeling Mol, de vzw Kamer voor Heemkunde en het gemeentearchief Mol (oplage: 750 - subsidie in 2008: 750 euro) • Jaarboek vzw Erfgoed Balen (oplage: 600 - subsidie in 2008: 900 euro) • Jaarboek van de Vrijheid en het Land van Geel: jaarboek van het Geels Geschiedkundig Genootschap vzw (oplage: 300 – subsidie in 2008: 1.200 euro)
2.5.2.2. Erfgoedzorgers waarvoor de erfgoedzorg geen kerntaak is en degenen die erfgoed levend houden (zonder zelf noodzakelijkerwijs erfgoed te ‘bezitten’) Hier hebben we die organisaties en verenigingen opgenomen die een belangrijke erfgoedcollectie hebben, maar waarvoor het beheer van dat erfgoed geen kerntaak is. Ook de organisaties en personen die erfgoed levend houden, maar niet noodzakelijk erfgoed ‘bezitten’ hebben we hier opgenomen. Deze types hebben we apart opgenomen omdat we ervan uitgaan dat deze groep een andere soort ondersteuning en benadering nodig heeft dan de voorgaande. We hebben ze wel gegroepeerd omdat er een grote overlap is tussen beide. Het gaat vaak om dezelfde soorten organisaties zoals gilden of volksdansgroepen. Of deze organisaties zelf nog een erfgoedcollectie beheren, is eerder afhankelijk van de interesses van de vereniging in kwestie. Kerkfabrieken Kerkfabrieken hebben vaak een grote erfgoedcollectie (archieven, kunstschatten, …), maar het beheer van dit erfgoed is niet hun kerntaak. In de eerste plaats beheren zij de materiële middelen die nodig zijn voor de uitoefening van de eredienst in de parochie. Erfgoedzorg neemt daarin weliswaar een belangrijke plaats in, maar vormt geen prioriteit. De kerkfabrieken hebben vaak heel wat vragen met betrekking tot erfgoedzorg. We merken in heel de regio dat deze kerkfabrieken meer en meer een beroep doen op gemeenten om dit beheer van hun erfgoed over te nemen. In onze regio tellen we een 40-tal kerkfabrieken.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
25/56
Gilden Onze regio telt nog heel wat gilden. Deze hebben een lange geschiedenis en beheren vaak een erg waardevolle erfgoedcollectie. Hun archieven bieden een schat aan informatie omtrent het sociaalculturele leven van de regio. Deze verenigingen spelen een heel belangrijke rol in het levend houden van de tradities waar zij voor staan. Zij richten feesten of processies in waarbij ze hun werking en hun ambachten en tradities in de kijker stellen. De nog bestaande gilden kampen met vergrijzing. Een groot aantal gilden is echter verdwenen. De erfgoedcel staat voor de belangrijke uitdaging om ook hun erfgoed in kaart te brengen en de laatste nog resterende sporen te bewaren. Voorbeelden van nog bestaande gilden zijn de Sint-Antoniusgilde - Meerhout (schutters), Koninklijke Kolveniersgilde OLV in de Wijngaard – Laakdal (koningsschieten/ karabijnschieten), Koninklijke Sint-Sebastiaansgilde (Retie) en ’t Bieke (Laakdal). Verzamelaars Binnen onze regio zijn heel wat verzamelaars actief. Zij verzamelen een uitgebreid scala aan objecten (bijv: poppen, teddyberen, postzegels, bidprentjes, mechanische orgels, …). Een aantal verzamelaars zijn ons bekend, maar we vermoeden dat dit slechts het topje van de ijsberg is. Buurt-, wijk- en kermiscomités Het wijk- en buurtleven is sterk ontwikkeld in onze regio. Elke gemeente telt verschillende comités die het wijk- en buurtleven levendig houden. Deze comités richten zich vooral op het organiseren van sociale en culturele activiteiten. Regelmatig zetten zij daarbij ook de geschiedenis van de wijk of buurt in de kijker. De sleutelfiguren binnen deze comités vormen voor de erfgoedcel belangrijke aanspreekpunten. Bovendien geven de meeste comités ook lokale blaadjes uit. Hun archief bevat hierdoor een schat aan informatie. Bedrijven In onze regio zijn enkele belangrijke bedrijven gevestigd, ook al zijn er de laatste jaren heel wat gesloten. Al deze bedrijven hebben een uitgebreid bedrijfsarchief. Dit bevat zeer interessante informatie over de activiteiten van deze bedrijven. Voorbeelden hiervan zijn SCK-CEN, Glaverbel of Sibelco. Veel van deze bedrijven hebben een grote impact gehad op de samenleving. Denken we maar aan de landschappelijke gevolgen van zandwinning of de impact die de bouw van fabriekswijken had op het sociale leven van de arbeiders. Oudstrijdersverenigingen Deze verenigingen bekommeren zich vooral om het voortbestaan van de nagedachtenis aan WOI en WOII. De werking van deze verenigingen wordt bedreigd doordat de laatste overlevenden, en dus ook de laatste rechtstreekse getuigenissen, vaak niet meer in staat zijn om deze verenigingen te blijven trekken. Sociaal-maatschappelijke en culturele diensten en verenigingen We denken hierbij aan onderwijsinstellingen, verzorgingsinstellingen, sportclubs of fanfares. De archieven van veel van deze diensten en verenigingen vormen een interessante bron voor historisch onderzoek. Zij kunnen eenvoudige cursussen over het beheer van hun archief gebruiken, zodat dit in goede geordende staat op termijn aan een archiefdienst kan worden overgedragen.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
26/56
Verenigingen actief rond organisch erfgoed Onze regio telt een aantal verenigingen die actief betrokken zijn bij het laten voortbestaan van organisch erfgoed. Denken we bijvoorbeeld aan de vzw KEMP (in stand houden en promoten van het zeldzame kempisch heideschaap) en in mindere mate de Gagel (natuureducatie). Conclusies Het belang van de erfgoedzorgers is groot. Verschillende organisaties en verenigingen zijn heel actief op dit vlak. Zowel bij vrijwilligers als professionelen is een schat aan kennis en informatie aanwezig. Dit overzicht vertoont vermoedelijk nog een aantal hiaten. Ook beschikken we nog niet over een volledig overzicht van alle spelers en hun collecties. Het verder verkennen van het erfgoedveld is dan ook één van de prioriteiten van de erfgoedcel. Er zijn in onze regio ook veel organisaties die daarom geen uitgebreide erfgoedcollectie bezitten, maar die op hun manier wel een deel van dit erfgoed levend trachten te houden. Signalen dat bepaalde gebruiken dreigen te verdwijnen, maken van deze organisaties belangrijke partners. Het erfgoedveld is sterk van onderuit opgebouwd en ontwikkeld. De erfgoedcel moet de juiste manier vinden om als netwerkmakelaar de spelers op het terrein als gelijkwaardige partners te betrekken. De gedeelde zorg voor ons erfgoed moet hierbij centraal staan.
2.5.3. Erfgoedintermediairen Deze organisaties en verenigingen beheren zelf geen erfgoedcollecties, maar zij creëren de noodzakelijke voorwaarden om erfgoed te bewaren en te ontsluiten. Met andere woorden: zij ondersteunen de erfgoedzorgers in hun beheer van het erfgoed en hun werking naar het publiek. Zij vormen een onmisbare schakel in het geheel. Voor de erfgoedcel worden zij een belangrijke partner. De contacten zullen echter meer gericht zijn op het opzetten van publiekswerking en het creëren van de noodzakelijke randvoorwaarden voor een goed erfgoedbeheer. We onderscheiden hierin verschillende groepen: Cultuurbeleidscoördinatoren Alle gemeenten, met uitzondering van Dessel hebben een cultuurbeleidscoördinator. Vooral in kleine gemeenten vormen zij een belangrijke tussenschakel tussen het gemeentebestuur en bijvoorbeeld de lokale heemkring. Zij coördineren vaak ook deelnames aan dagen als Erfgoeddag en Open Monumentendag. Regelmatig krijgen zij ook vragen rond technische aspecten van bewaring en ontsluiting. In Geel en Mol hebben de cultuurbeleidscoördinatoren eerder een louter coördinerende rol ten opzichte van erfgoed. Navraag leert dat de cultuurbeleidscoördinatoren tussen vijf en twintig procent van hun tijd werken rond erfgoed. Diensthoofden toerisme Een aantal gemeenten spelen erfgoed uit als een belangrijk element in hun toeristisch aanbod. Het ligt dus voor de hand dat ook de diensthoofden van toeristische diensten af en toe met erfgoed bezig zijn. Denken we maar aan het uitwerken van erfgoedwandelingen of het organiseren van Open Monumentendag.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
27/56
Gidsenverenigingen en VVV’s Zij organiseren vaak activiteiten rond erfgoed. Voorbeelden zijn historische wandelingen of fietstochten rond de geschiedenis van een streek, tochten rond plaatselijke legendes, tochten waarbij het culinaire erfgoed van de gemeente in de kijker wordt geplaatst, … Lokale pers Zij spelen een belangrijke rol in het vergroten van het draagvlak van erfgoed bij de inwoners en de bezoekers. De erfgoedcel zal de pers moeten bespelen om erfgoed zoveel mogelijk onder de aandacht te brengen. Culturele centra en bibliotheken In hun gebouwen gaan vaak erfgoedgerelateerde activiteiten door (tentoonstellingen, lezingen, …). Allerlei deskundigen In onze regio wonen heel wat mensen die vanuit hun (vroegere) werkomgeving een specifieke kennis hebben opgedaan rond de bewaring van erfgoed of rond archiefwerking. Deze personen zijn vaak verbonden aan een lokale erfgoedvereniging zoals een heemkring. Afhankelijk van het thema en de daaraan verbonden vragen zullen zij op bepaalde momenten belangrijke aanspreekpunten zijn voor de erfgoedcel.
2.5.4. Andere partners 2.5.4.1. Lokale partners Politiek verantwoordelijken De erfgoedcel heeft meer mogelijkheden om erfgoed onder de aandacht te brengen. Door een groeiend draagvlak bij het publiek moet ook het beleid overtuigd raken van het belang van erfgoed voor deze en toekomstige generaties. Scholen en jeugdbewegingen We moeten jongeren warm maken voor erfgoed. Deze aandacht voor erfgoed kunnen we enkel in samenwerking met scholen en jeugdbewegingen ontwikkelen. 2.5.4.2. Bovenlokale partners Provincie De provincie kan bij bepaalde projecten een interessante partner zijn. De provinciale museumconsulent kan adviseren en begeleiden bij museale projecten. Toerisme Provincie Antwerpen zal een belangrijke partner vormen wanneer we erfgoed toeristisch in de kijker willen plaatsen. Andere erfgoedcellen Er is binnen Vlaanderen al heel wat expertise ontwikkeld. Een groot deel daarvan zit binnen bestaande en nog op te richten erfgoedcellen. In onze onmiddellijke omgeving zijn een aantal erfgoedcellen in wording die een natuurlijke bondgenoot vormen voor k.ERF.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
28/56
Heemkunde Gouw Antwerpen en Kring van Archivarissen van de Provincie Antwerpen (KAPA) Deze organisaties groeperen bepaalde soorten erfgoedactoren. Zij organiseren vaak interessante activiteiten en kunnen doorverwijzen naar specialisten in andere regio’s.
2.5.4.3. Landelijke partners Steunpunten en belangenbehartigers (FARO, Heemkunde Vlaanderen, VMV en VVBAD) Op Vlaams niveau vinden we een aantal organisaties terug die optreden als steunpunt of als belangenbehartiger voor bepaalde deelsectoren binnen erfgoed. Het spreekt vanzelf dat de erfgoedcel regelmatig op hun diensten beroep zal moeten doen. Erfgoeddag Dit nationaal evenement zet erfgoed jaarlijks in de kijker. De eerste formele samenwerking binnen k.ERF zal zich al in 2009 enten op deze Erfgoeddag. Open Monumentendag Terwijl de Erfgoeddag zich richt op roerend en immaterieel erfgoed, zet de Open Monumentendag in op het onroerende erfgoed. Vlaamse Gemeenschap De Vlaamse Gemeenschap is onder meer bevoegd voor erfgoed. De beleidslijnen die de Vlaamse Gemeenschap hierover uitzet, worden op de voet gevolgd. Vlaams Gewest Het Vlaamse Gewest is onder meer bevoegd voor monumentenzorg.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
29/56
3. SWOT-analyse van de regio 3.1. SWOT-analyse Na de omgevingsanalyse gaf elke gemeente aan op welke domeinen er bij voorkeur ingezet moest worden. De resultaten werden geclusterd en vormden meteen een uitgangspunt voor de SWOTanalyse. Op die manier werden volgende clusters gevormd: 1. Archivering 2. Materieel: data (geschreven bronnen) 3. Materieel: roerend erfgoed (niet-geschreven bronnen) 4. Immaterieel: mondeling erfgoed en volksgebruiken 5. Organisch en onroerend erfgoed 6. Regio k.ERF De dwarsverbindingen tussen deze clusters hebben betrekking op andere beleidsdomeinen (mobiliteit en ruimtelijke ordening), netwerken, communicatie, doelgroep/publiek (deelhebben en deelnemen). Per cluster werd een SWOT-oefening gemaakt. 3.1.1. SWOT “archivering” Sterk
Kans
•
Twee grote gemeentelijke archieven, bemand door 2 archivarissen
•
Verenigingen en particulieren kennen het bestaan van heemkundige kringen
•
Begonnen met digitalisering gemeentelijk archief (burgerlijke stand Retie)
•
Sommige particulieren (vb. maken werk van archiefbeleid
•
Vrijwilligers in archief Mol en Geel
•
Interesse in lokale geschiedenis stijgt
•
Ruimte voor collectief archiefbeleid
•
Grote privéarchieven (vb. SCK, OPZ,
musea)
Postel,…) Zwak
Bedreiging
•
Beheer van het gemeentelijk archief in kleinere gemeenten
•
Spanning tussen vrijwilligers en professionele aanpak
•
Weinig of geen archiefpersoneel in kleine gemeenten
•
Bestuurswissel bij verenigingen zorgt vaak voor versnippering van het archief
•
Plaatsgebrek: zowel voor bewaring als
•
Verschillende methodes van archivering
werkruimte in archief
•
Leeftijd vrijwilligers heemkundige kring
•
Beperkte openingsuren heemkundige kringen
•
Plaatsgebrek heemkundige kringen (archief en werkruimte)
erfgoedbeleidsplan k.ERF
30/56
Conclusie Terwijl de grote gemeenten kunnen terugvallen op een professionele archiefwerking met ondersteuning door vrijwilligers, kampen de kleine gemeenten met een gebrek aan personeel en ruimte om een degelijke archiefwerking te kunnen verzekeren. Heemkundige kringen en grote private archieven zijn bevoorrechte partners inzake archivering. Toch moet er blijvend aandacht zijn voor de spanningen die kunnen ontstaan tussen vrijwilligers en professionelen in verband met methodieken.
3.1.2. SWOT ‘Materieel: Data (geschreven bronnen)’ Sterk
Kans
• Geel en Mol: deskundig erfgoedpersoneel
• Aanwezige data bij kerkfabrieken, verenigingen, heemkundige kringen, private collecties, musea, ...
• Moderne bewaartechnieken zijn mogelijk: de technologie is er
• Heemkundige kringen beschikken over knowhow inzake beheer van “data” • Erfgoedactoren zijn gemotiveerd om “data” te bewaren Zwak • Kleinere
Bedreiging gemeenten:
geen
financiële
ruimte of professionele omkadering • Geen topprioriteit binnen gemeentelijk beleid • Geen duidelijk beeld over te archiveren data (wat zit bij wie?) • Geen eenduidige vrijwilligers
methodiek
door
• Waardevolle documenten verdwijnen door commercialisering, versnippering
onwetendheid,
• Regelgeving rijksarchief: kerkfabrieken bisdom • Wat als motivatie van erfgoedactoren daalt (vb omwille van vergrijzing ledenbestand)
• Beperkte toegankelijkheid voor derden Conclusie Geel en Mol beschikken over gespecialiseerd personeel die zorg dragen voor het gemeentelijk archief. De meeste kleinere gemeenten kunnen niet beschikken over deze professionele omkadering. Bovendien vormt het gemeentelijk archief geen topprioriteit binnen het gemeentelijke beleid. Andere erfgoedactoren beschikken over rijke databestanden en springen er steeds omzichtiger mee om. Toch blijft sensibilisering nodig om ook het particuliere veld alert te houden. Een regiodepot zou een grote troef zijn om deze materialen op een veilige manier te bewaren.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
31/56
3.1.3. SWOT ‘Materieel: roerend erfgoed (niet-geschreven bronnen)’ Sterk
Kans
• Bestaande musea worden professioneel beheerd
• Bestaande musea kunnen rekenen op voldoende vrijwilligers
• De musea hebben aandacht voor doelgroepenwerking (jongeren, toerisme,
• Stijgende aandacht voor erfgoed brengt ook niet-gekende verzamelingen naar
onderwijs)
boven
• De musea hebben veel aandacht voor presentatie en promotie Zwak
Bedreiging
• De doelgroepenwerking naar doelgroepen is vaak te beperkt
overige
• Versnippering door commercialisering, onwetendheid en plaatsgebrek
• Plaatsgebrek • Bezoekersaantallen zijn onvoldoende • Nog te weinig netwerking binnen de regio • Geen overzicht kunstpatrimonium
van
het
• Roerend erfgoed is fragiel
volledige
• Hoge kostprijs voor bewaring restauratie zorgt voor uitstel • Toegankelijkheid
collecties
niet
en altijd
klantvriendelijk • Ontbreken van bewustzijn van de waarde • Ontbreken van uniforme inventarisering
Conclusie Hoewel er voor bepaalde doelgroepen al een degelijke doelgroepenwerking bestaat, zijn er nog heel wat doelgroepen die uit de boot vallen. Daarnaast is er in de regio vooral nood aan expertiseuitwisseling en -opbouw. Op die manier kan het aanwezige roerend erfgoed op een duurzame manier bewaard en beheerd worden. Het betrekken van culturele centra en bibliotheken of de uitbouw van een regiodepot zou een enorme hefboom betekenen om deze doelen te bereiken.
3.1.4. SWOT ‘immaterieel erfgoed’ Sterk • Dialectenwoordenboek (Mol), beluisteren van dialect (Retie)
Kans online
• Aanwezigheid streekproducten • Aandacht voor volksdevotie/ kapellen
• Verschillende dialecten in de regio • Stoeten (carnaval, lichtstoet, volksgebruiken zijn gemeenschapsvormend
• “Tussen de mensen”: project mondelinge geschiedenis van de Geelse gezinsverpleging
• Groot aanbod aan (wijk)kermissen
• Sint-Dimpna en de Geelse gezinsverpleging opgenomen in de Inventaris
• Laagdrempelig karakter (publiek)
immaterieel cultureel erfgoed Vlaanderen
erfgoedbeleidsplan k.ERF
…)
en sterk
• Aanwezigheid schuttersgilden • Handelaars promoten streekproducten • Samenwerking met onderwijs, jeugdbeleid en ouderenbeleid
32/56
Zwak • Geen gemeenschappelijke “levend erfgoed”
Bedreiging visie
rond
• Onvoldoende contactpersonen bekend van comités of organisatoren die erfgoedevenementen opzetten • Te weinig aandacht omwille van het immaterieel karakter (niet-tastbaar) • Onvoldoende communicatie rond bestaan van immaterieel erfgoed
het
• Vergrijzing van organisatoren erfgoedevenementen leidt tot
van het
afbrokkelen tradities • Veranderende
randvoorwaarden
bedreigen volksgebruiken (bijvoorbeeld: deur aan deur zingen: meer verkeer, onveiligheidsgevoel) • Verdwijnen van bijnamen, dorpsfiguren en gebruik van dialect • Verdwijnen van het collectieve geheugen van de lokale geschiedenis (oorlogen, dagelijks leven)
Conclusie Immaterieel erfgoed heeft een enorm belangrijke maatschappelijke impact. Toch blijft het vaak onderbelicht. Tegelijkertijd is het onmogelijk om gebruiken en tradities geforceerd te ontwikkelen. Er moet zeker nagedacht worden over de rol van particuliere initiatieven en de rol van de erfgoedcel. Moet deze enkel ondersteunen, ook coördineren of zelfs regisseren? Tenslotte moet er ook nagedacht worden over het fysiek bewaren van dit immaterieel erfgoed, hoe tegenstrijdig dit op het eerste gezicht ook mag klinken.
3.1.5. SWOT ‘organisch en onroerend erfgoed’ Sterk
Kans
• Themadagen en -weken • Leader-gebied dekt groot deel van de regio
• Veel verenigingen en particulieren zijn betrokken, ook zonder zuivere erfgoedachtergrond (milieuverenigingen, gidsen)
• Aandacht voor streekeigen planten bij aanplantingen door gemeente
• Link met immaterieel oogstfeesten, molenfeesten
• Aandacht voor open ruimte en stilte
• Onroerend erfgoed imponeert
• Aanwezigheid en beheer van molens
• Herkenbaarheid geeft identiteit
erfgoed:
• Project “Behaag de Kempen” • Aanwezigheid van groengebieden Zwak
Bedreiging
• Versplinterde bevoegdheden: ruimtelijke ordening, milieu, toerisme
• Particulieren kiezen steeds meer voor exotische plantensoorten
• Beperkte communicatie
• Verdwijnen van ambachten door vergrijzing
• Aandacht voor archeologie
• Heel breed onderwerp: versnippering van communicatie en doelpubliek
• Toerisme focust nog sterk op “verkoopthema”
erfgoedbeleidsplan k.ERF
• Aanbieders beschouwen elkaar vaak als concurrenten: nefast voor netwerking
33/56
Conclusies Organisch erfgoed is vaak een buitenbeentje. Het is net als immaterieel erfgoed moeilijk vast te nemen en wordt ook binnen de onroerend erfgoedsector vaak stiefmoederlijk behandeld. Toch heeft dit type erfgoed een grote impact op vlak van gemeenschapsvorming en de vorming van een regioidentiteit. Expertise-uitwisseling en het vormen van netwerken met het Leader-project of toerisme zijn zeker uitdagingen.
3.1.6. SWOT ‘Regio k.ERF’ Sterk
Kans
• Samenwerking met zeven is haalbaar
• Landelijk karakter spreekt aan
• De gemeenten beschikken voldoende kritische massa
over
• De k.ERF-regio bestaat uit een mix van grote en kleine gemeenten • We beschikken over expertise die vertaald
• Aantrekkingskracht van “Kempisch” • Een geschiedenis van “ondergaan” in plaats van “gekozen” zorgt voor een gevarieerde omgeving (industrie, cités, kastelen en parken, pendelen, landelijk) • Een sterk en actief verenigingsleven
kan worden naar erfgoed
• Bestaande samenwerkingen en netwerken kunnen gemakkelijk verder uitgebouwd worden Zwak
Bedreiging
• Kerktorenmentaliteit: veel eenheden • Verschillende intergemeentelijke
vormen samenwerking
• Kerktorenmentaliteit leidt tot versnippering van met
• Clusters met andere partners (bijvoorbeeld toerisme) leggen andere accenten
diverse partners, ook buiten de k.ERFregio
Conclusie De k.ERF-regio beschikt over voldoende kritische massa en blijft toch beheersbaar. Een mix van grote en kleine gemeenten werkt inspirerend en biedt kansen op expertise-uitwisseling. Toch moeten we alert blijven om iedereen mee aan boord te houden. De versnippering in gehuchten en het engagement in clusters met andere partners kan zeker verrijkend zijn, maar vraagt ook extra inspanningen om iedereen blijvend te betrekken.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
34/56
3.2. SWOT-analyse: conclusies 3.2.1. Sterktes • Twee goed gestructureerde archieven (Geel en Mol), bemand door twee archivarissen • De bestaande musea worden professioneel geleid • Gebruik van moderne bewaartechnieken • Aandacht voor dialect (Mol en Retie) • Uitgebreid aanbod streekproducten • Aandacht voor volksdevotie en kapellen • Veel aandacht en acties rond behoud en beheer “organisch erfgoed” • Werkbare mix van grote en kleine gemeenten • Project “Tussen de mensen” • Sint-Dimpna en de Geelse gezinsverpleging op Inventaris Immaterieel cultureel erfgoed k.ERF omvat een regio bestaande uit grote en kleine gemeenten. Dit zorgt voor een interessante mix met voldoende professionele massa en een ruim aanbod van door vrijwilligers gedragen erfgoedinitiatieven. Doorheen het grote aantal landelijke dorpskernen, herken je een karakterbepalende rol van het levend en organisch erfgoed.
3.2.2. Zwaktes • Archiefbeheer in kleine gemeentes vaak ondermaats door gebrek aan personeel en financiële middelen: geen prioriteit • Ruimtegebrek gemeentearchieven en musea • Doelgroepenwerking van andere doelgroepen dan jongeren, toeristen en onderwijs • Bezoekersaantallen musea • Netwerk van verschillende musea en archieven • Private collecties en contactpersonen niet in kaart gebracht • Geen gemeenschappelijke visie rond “levend erfgoed” • Te weinig aandacht voor immaterieel erfgoed bij beleid omwille van het vluchtige karakter • Versnippering beheer en beleid “organisch erfgoed”: milieu, toerisme, landbouw • Weinig tot geen aandacht voor archeologie In de regio liggen heel wat uitdagingen op vlak van inzet van middelen, regionale afstemming van het erfgoedveld en netwerking. Net door het typische gegeven van de regio (kleine & grote spelers/grote aantal dorpskernen) kunnen we spreken van een versnippering van middelen en mogelijkheden.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
35/56
3.2.3. Kansen • Verenigingen weten dat ze terecht kunnen bij Heemkundige Kring met hun archief • Stijgende interesse in lokale geschiedenis • Aanwezigheid grote privé-archieven (SCK, OPZ, abdij van Postel, ...) • Inspelen op de kennis van heemkundige kringen • Bereidheid van erfgoedorganisaties om mee te werken aan regioverhaal • Aanwezigheid verschillende dialecten binnen de regio • Gemeenschapsvormend karakter van immaterieel erfgoed • Bestaan van actieve schuttersgilden • Handelaars promoten de streekproducten mee • Lage drempel voor deelname aan immaterieel en organisch erfgoed • Aantrekkingskracht van de term “Kempisch” De regio beschikt over een interessante kritische massa. Naast een paar grote spelers en sterke organisaties, zorgen heel wat lokale actoren door hun (ervarings)deskundigheid voor de voeding van deze kritische massa. Ook de aantrekkingskracht van het erfgoed biedt extra kansen. In het bijzonder het immaterieel erfgoed dat een zekere sympathie opwekt, soms net door het feit dat het dreigt te verdwijnen (dialect, bepaalde gebruiken, …). Het verhaal van de regio is het verhaal van de “Stille Kempen”. Dit Kempisch verhaal biedt ons kansen om regionaal te werken, en verbindt ons als regio.
3.2.4. Bedreigingen • Spanningen tussen vrijwilligers en professionals in verband met aanpak • Geen of niet-uniforme archiveringsmethoden van erfgoed bij verenigingen • Vergrijzing vrijwilligers heemkundige kringen en organisatoren erfgoedevenementen zorgt voor verdwijning van kennis en afbrokkeling tradities • Plaatsgebrek archieven van heemkundige kringen • Beperkte openingstijden heemkundige kringen • Versnippering en verlies van private collecties en verzamelingen • Beperkt bewustzijn van de waarde van het eigen erfgoed • Immaterieel erfgoed raakt in onbruik (dialect, bijnamen, dorpsfiguren) • Veranderend kader volkscultuur (meer verkeer, onveiligheid bij deur-aan-deur zingen) • Verdwijnen “collectieve geheugen” wegens vergrijzing • Verdwijnen oorspronkelijke plantensoorten • Verdwijnen van ambachten en hun materiaal •
“Kerktorenmentaliteit” in de verschillende gemeenten
Een aantal maatschappelijke tendensen vormen bedreigingen: • Fenomeen van de vergrijzing ondermijnt het collectief geheugen. • Een enorm aanbod op vlak van vrijetijdsinvulling zorgt voor een concurrentiestrijd. Het shoppen tussen verschillende interessesferen en het veranderend patroon van de vrijwilliger dreigt structurele werkingen in gevaar te brengen. • Kerktorenmentaliteit: angst voor het verliezen van z’n eigenheid in een regionaal verhaal.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
36/56
4. Interculturaliteit Uit de omgevingsanalyse van de regio leiden we af dat binnen het beleidsdomein cultureel erfgoed er geen afzonderlijke doelstelling nodig is rond interculturaliteit. Dit thema zal eerder als dwarsverbinding aandacht krijgen doorheen alle doelstellingen. Elke gemeente van de regio kent tal van “vreemde” nationaliteiten. Veelal overheerst de Nederlandse. Echte concentraties van een nationaliteit vinden we niet terug. Door de verstedelijking in Geel en Mol zien we in de cultuurbeleidsplannen van deze twee gemeenten het thema terug komen. Beide gemeentes maakten beleidsmatig ook ruimte voor personele opvolging. Mol Beleidsdoelstelling 4. Voor de cultuurbeleving is Mol een centrum met lokale en regionale uitstraling. Operationele doelstelling 4.1.: We voorzien in de juiste productontwikkeling, uitgebalanceerd tussen vraag en aanbod Actieplan 4.1.16: Een jaarlijks onderdeel van de programmering kleurt multicultureel, maar niet meer onder de noemer ‘La Cantina’ (eigenaar: cultuurcentrum) Ook binnen het beleidsplan van het Jakob Smitsmuseum werd in de operationalisering rekening gehouden met interculturaliteit. Geel In de Barmhartige Stede wordt de ander iedereen. Doelgroepenwerking als wipplank om uiteindelijk iedereen te bereiken, met een belangrijke link naar gemeenschapsvorming. Via het diversiteitsthema wordt dit verder geoperationaliseerd: “Het lokale bestuur bepaalt een visie rond diversiteit tegen 2009 en voert een integraal diversiteitsbeleid.”
Vanuit dit oogpunt ligt het voor de hand dat naast een algemene aandacht in dwarsverbindingen, bij de doelgroepenwerking interculturele elementen geïntegreerd wordt. In die zin moeten daarom volgende conclusies uit de SWOT-analyse gemarkeerd worden: Sterktes • Dankbaar, laagdrempelig, iedereen behoort erbij • Hoe levend houden? • Grote impact (gemeenschapsvormend): rol uitklaren Zwaktes • Doelgroepenwerking van andere doelgroepen dan jongeren, toeristen en onderwijs • Te weinig aandacht voor immaterieel erfgoed bij beleid omwille van het vluchtige karakter
erfgoedbeleidsplan k.ERF
37/56
Kansen • Gemeenschapsvormend karakter van immaterieel erfgoed • Lage drempel voor deelname aan immaterieel en organisch erfgoed • Ook de aantrekkingskracht van het erfgoed biedt extra kansen. In het bijzonder het immaterieel erfgoed dat een zekere sympathie opwekt, soms net door het feit dat het dreigt te verdwijnen (dialect, bepaalde gebruiken, …) Bedreigingen • Spanningen tussen vrijwilligers en professionals in verband met aanpak • Beperkt bewustzijn van de waarde van het eigen erfgoed • Verdwijnen “collectieve geheugen” wegens vergrijzing Het
laagdrempelige
van
het
culturele
erfgoed
en
de
link
met
cultuurcompetentie
en
gemeenschapsvorming daagt de regio en de gemeentes zelf uit om extra linken te leggen vanuit het algemeen cultuurbeleid. Bij de erfgoedcel ligt de uitdaging om in de netwerkvorming de ruimte voor interculturaliteit en diversiteit te bewaken.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
38/56
5. Visie en missie 5.1. Visie Deze Kempische regio is zich bewust van de erfgoedwortels van haar identiteit en dit is voelbaar in andere beleidsdomeinen. Daardoor transformeert erfgoed tot een totaal belevingsconcept voor inwoners en bezoekers. De aanwezige erfgoedactoren zijn hierbij de bevoorrechte partners.Zij inspireren de regio vanuit hun eigen expertise en activiteiten en worden hierin omgekeerd ook door de regio geïnspireerd. Wij garanderen de afstemming van aanpak en ondersteuning, bieden zelf ondersteuning en vormen een meerwaarde op het lokale verhaal. We vervullen dus de rol van netwerkmakelaar.
5.2. Missie De erfgoedcel van k.ERF bouwt een regionaal cultureel erfgoedbeleid uit. Hierbij stimuleert ze vanuit een geïntegreerde aanpak een kwaliteitsvolle en duurzame zorg voor en ontsluiting van het cultureel erfgoed. Dit impliceert het verbreden van het maatschappelijke draagvlak en het uitbouwen van een netwerk van expertise. Dit betekent onder meer dat de erfgoedcel: • De zorg voor en het bewaren van cultureel erfgoed in de regio stimuleert. • Erfgoedinitiatieven en culturele ontwikkelingen stimuleert die de mogelijkheden van een afzonderlijke partnergemeente overstijgen en hiervoor projecten op schaal van de regio ontwikkelt. • Onderzoek verricht op vlak van cultureel erfgoed en de resultaten hiervan ontsluit voor een breed publiek. • Via een degelijk erfgoedbeleid en via contacten met verwante beleidsdomeinen werkt aan de uitstraling van de streek.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
39/56
6. Doelstellingen 6.1. Strategische doelstellingen 1. Efficiënte en gestructureerde erfgoedorganisaties dragen bij tot het regiopotentieel. 2. Een doordacht en onderbouwd behoud en beheer van het cultureel erfgoed in de k.ERF-regio vrijwaart dit erfgoed voor toekomstige generaties. 3. Het regionale erfgoed beweegt inwoners en bezoekers.
6.2. Operationele doelstellingen 1. Efficiënte en gestructureerde erfgoedorganisaties dragen bij tot het regiopotentieel. 1.1. De erfgoedorganisaties kunnen terugvallen op een regionale deskundigheid om hun werking te optimaliseren. 1.2. De erfgoedorganisaties hanteren een onderbouwd en hedendaags beleid. 2. Een doordacht en onderbouwd behoud en beheer van het cultureel erfgoed in de k.ERFregio vrijwaart dit erfgoed voor toekomstige generaties. 2.1. Naar een regionale erfgoedkaart. 2.2. Naar een regionaal bewaarbeleid én regionale bewaardeskundigheid. 2.3. Naar een eenvormig regionaal ontsluitingsbeleid. 3. Het regionale erfgoed beweegt inwoners en bezoekers. 3.1. Een actieve erfgoedrol van elke inwoner garandeert een breder draagvlak voor erfgoed. 3.2. Erfgoed is een fundamenteel onderdeel van onze regio-identiteit. 3.3. Een doordacht communicatiebeleid promoot het k.erfgoed en sensibiliseert waar nodig. 3.4. Bij erfgoedbeleving wordt ook ingespeeld op verwante beleidsdomeinen.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
40/56
1. Efficiënte en gestructureerde erfgoedorganisaties dragen bij tot het regiopotentieel. 1.1. De erfgoedorganisaties kunnen terugvallen op een regionale deskundigheid om hun werking te optimaliseren. Tijdens de inspraakdag werd de vraag naar administratieve ondersteuning meermaals gesteld. Erfgoedorganisaties steken veel tijd in het samenstellen van subsidiedossiers, het zoeken naar subsidiemogelijkheden en ander papierwerk. De erfgoedcel kan werk maken van het bundelen van de subsidiemogelijkheden in een “subsidiewijzer”. Daarnaast kan er een databank met subsidiedossiers opgericht worden die inspirerend kan werken. Het uitwisselen van contactgegevens van organisaties die soortgelijke projecten organiseerden, kan het sluitstuk worden van een regionaal ondersteuningsbeleid. Ook het erfgoedveld moet nog verder in kaart gebracht worden. Bij de opmaak van dit beleidsplan is hier al heel wat aandacht aan gegeven, maar er zijn ongetwijfeld nog lacunes. Het inventariseren van alle erfgoedspelers moet op termijn leiden tot het samenstellen van een regionale expertisekaart. Op die manier kunnen netwerken gevormd worden en beschikt de erfgoedcel over de noodzakelijke contactgegevens om het erfgoedbeleid in de regio te coördineren. Het uitwisselen van regionale expertise gebeurt bij voorkeur tijdens studiedagen en infomomenten waarop het regionale erfgoedveld uitgenodigd wordt. De organisatie van een halfjaarlijks erfgoedforum kan hier zeker toe bijdragen. Gezien de omvang van de regio is er ongetwijfeld genoeg kritische massa om verenigingen toe te laten soortgelijke organisaties te vinden. Zo kunnen ze expertise uitwisselen of samen projecten uittekenen. Bij het uitbouwen van een erfgoednetwerk wordt de term “erfgoed” best ruim geïnterpreteerd. We willen niet enkel de “traditionele” erfgoedorganisaties betrekken, maar ook minder voor de hand liggende partners zoals scholen, verenigingen, kerkfabrieken of toeristische diensten. De erfgoedcel moet zich profileren als de motor binnen het erfgoedveld. Zij moet er voor zorgen dat alle actoren zich voldoende betrokken voelen bij het regionale erfgoedbeleid. De erfgoedcel fungeert dan ook als communicatie-, expertise- en informatiecentrum. Ze vervult deze taken niet alleen naar de lokale actoren, maar ook naar de inwoners van de regio toe. Voorbeelden • ontwikkeling subsidiedatabank • ontwikkeling subsidiewijzer • afsluiten raamcontract met drukkerij zodat publicaties tegen vaste tarieven gedrukt kunnen worden • vorming rond “erfgoedtechnieken” voor het hele erfgoedveld • organisatie halfjaarlijks erfgoedforum • aanstellen regionale archivaris(sen) • samenwerking rond themadagen: Erfgoeddag, Week van de Smaak, ... • ontwikkeling regionale huisstijl
erfgoedbeleidsplan k.ERF
41/56
1.2. De erfgoedorganisaties hanteren een onderbouwd en hedendaags beleid. De inspraakdag bracht aan het licht dat heel wat erfgoedorganisaties te kampen hebben met vergrijzing of een gebrek aan vrijwilligers. We willen deze organisaties de tools aanreiken om (opnieuw) een aantrekkelijke organisatie te worden die potentiële leden aanspreekt. Dit kan gerealiseerd worden via vormingsmomenten en via de uitwisseling van “good practices” tussen erfgoedorganisaties uit de regio. Naast het optimaliseren van de werking van de erfgoedorganisaties is het natuurlijk ook belangrijk dat de buitenwereld weet dat de organisatie bestaat en hoe ze te bereiken is. Een overzicht van de kernwerking van de organisatie, de contactgegevens en openingsuren worden bij voorkeur regionaal verspreid. Op die manier kan er een hecht netwerk groeien. De zichtbaarheid van een vereniging wordt eveneens vergroot door de juiste inzet van communicatiemiddelen en perscontacten. Ook rond deze thema’s kan er op regionaal vlak gewerkt worden. Op termijn kunnen deze (gezamenlijke) communicatieacties gestroomlijnd worden in een regionale huisstijl. Voorbeelden • vorming rond vrijwilligersbeleid • vorming rond communicatie
2. Een doordacht en onderbouwd behoud en beheer van het cultureel erfgoed in de k.ERFregio vrijwaart dit erfgoed voor toekomstige generaties. 2.1. Naar een regionale erfgoedkaart. Met een regionale erfgoedkaart bedoelen we zowel de erfgoedorganisaties als de erfgoedcollecties én de losse stukken die her en der opgeslagen liggen. Er zal dus ook aandacht gaan naar particuliere verzamelingen of naar de archieven van verenigingen. We willen in kaart brengen wat er (nog) is en waar het zich bevindt. Na de registratie van de collecties, moet er werk gemaakt worden van de inventarisatie op stukniveau. De inventarisatie van dit materiaal moet gebeuren op een eenvormige manier die wetenschappelijk onderbouwd is. Enkel zo kan er later werk gemaakt worden van een functionele ontsluiting. Goede afspraken en samenwerking tussen de verschillende regio-partners zijn in dit kader noodzakelijk. De resultaten van de inventarisatie worden bij voorkeur meteen ingegeven in een regionale databank. Er is al heel wat energie en vrijwilligerswerk gestoken in het registreren en inventariseren door verschillende erfgoedorganisaties. In de mate van het mogelijke moet hier dan ook aandacht gegeven worden aan de compatibiliteit met bestaande databanken. De mogelijkheden van een decentrale invoer moeten in dit verhaal zeker overwogen worden. Naast de traditionele tekst- en fotobestanden, verdienen ook het kunstpatrimonium en het immateriële erfgoed voldoende aandacht. Beiden worden immers bedreigd door respectievelijk commerciële motieven en veranderende gebruiken. Door deze vormen van erfgoed in kaart te brengen, is de kans op definitief verlies een stuk kleiner.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
42/56
Voorbeelden • de aandacht van verenigingen en particulieren vestigen op de waarde van hun erfgoed (cfr. doelstelling 3.2.) • het op elkaar afstemmen van bestaande digitale ontsluitingssystemen als aanzet tot de ontwikkeling van een regionale erfgoeddatabank • het op elkaar afstemmen van bestaande inventarisatiesystemen om te komen tot een eenvormig en bruikbaar regionaal inventarisatiesysteem • inzetten van externe expertise om het inventariseren mee te begeleiden • interviews en reminiscentie om het immateriële erfgoed te bewaren
2.2. Naar een regionaal bewaarbeleid én regionale bewaardeskundigheid. Na de inventarisatie is het noodzakelijk dat het roerende en immateriële erfgoed ook bewaard blijft. Het optekenen van verhalen, recepten en volksgebruiken kan gezien de lage drempel een speerpunt vormen. Maar ook eigenaars van materieel erfgoed zullen aangespoord worden om hun erfgoed goed te bewaren. Hierbij wordt er niet enkel gedacht aan erfgoedorganisaties. Particuliere eigenaars en verenigingen moeten eveneens meestappen in het verhaal rond erfgoedzorg. De bewaring en conservatie van archeologische voorwerpen staat nog in de kinderschoenen. Dit biedt natuurlijk het voordeel dat we zonder al te veel problemen een eenvormig systeem kunnen invoeren. Anderzijds moet er nog heel wat in kaart gebracht worden en is het nog onduidelijk welke partners we hiervoor best aanspreken. Roerend erfgoed wordt vanzelfsprekend best bewaard in een omgeving die de materialen niet aantast. Zowel gemeenten als erfgoedorganisaties hebben meermaals aangehaald dat ze kampen met plaatsgebrek en/of niet beschikken over ruimtes die geschikt zijn om waardevolle stukken op een verantwoorde manier te bewaren. Een regionaal depot, binnen k.ERF of in samenwerking met een andere convenantregio, lijkt het beste antwoord te bieden op deze bezorgdheid. Hoewel onroerend erfgoed formeel geen deel uitmaakt van het convenant, kunnen we niet voorbij aan de relatie die het vaak heeft met roerend erfgoed. Het in stand houden van de Kempische schapenteelt is niet mogelijk zonder aandacht te hebben voor heidegebieden. Ook dorpspleintjes of molens hebben vaak banden met volksgebruiken, typische streekgewassen of andere tradities. Voorbeelden • vorming voor particuliere eigenaars en verenigingen die erfgoed beheren • vorming voor erfgoedorganisaties die erfgoed beheren • samenbrengen van collecties op locaties met ideale bewaaromstandigheden (regionaal erfgoeddepot?) • overleg met beheerders van onroerend erfgoed • aanstellen van (een) regionale archivaris(sen) die gemeenten en verenigingen mee kan begeleiden bij het beheer van hun archiefstukken
erfgoedbeleidsplan k.ERF
43/56
2.3. Naar een eenvormig regionaal ontsluitingsbeleid. Het aanwezige erfgoed in kaart brengen en op een verantwoorde wijze bewaren vormt natuurlijk niet het einde van het verhaal. Het erfgoed moet immers ook “beleefd” kunnen worden. Dat wil niet noodzakelijk zeggen dat waardevolle en fragiele stukken door iedereen gebruikt kunnen worden. Het wil wel zeggen dat alle stukken en hun basisinformatie op een eenvoudige manier teruggevonden moeten kunnen worden. De ontwikkeling van een regionale databank lijkt hier opnieuw de oplossing te bieden. Terwijl teksten, foto’s, audio-fragmenten zonder problemen via een databank ontsloten kunnen worden, ligt dat voor voorwerpen iets moeilijker. Een foto met omschrijving van het voorwerp in de databank plaatsen, is een begin. Een locatie waar het voorwerp bekeken kan worden, kan dan een volgende stap zijn. Om te vermijden dat elke gemeente een klein, lokaal museumpje moet inrichten, gaat de voorkeur uit naar een regionaal museum waar het Kempische leven ten volle tot uiting komt. Heel wat geschreven bronnen vereisen een basiskennis van paleografie en oude talen. Steeds minder mensen bezitten deze kennis. Vorming rond deze thema’s moet vermijden dat de inhoud van geschreven bronnen verloren gaat. Voorbeelden • ontwikkeling van een regionale databank met ruimte voor tekst, afbeeldingen en audio die openbaar toegankelijk is • uitbouw van een regionaal depot als voorloper van een regionaal museum • vorming rond oude talen, ontsluitingstechnieken, ICT
3. Het regionale erfgoed beweegt inwoners en bezoekers 3.1. Een actieve erfgoedrol van elke inwoner garandeert een breder draagvlak voor erfgoed Het bewaren, beheren en promoten van erfgoed kan moeilijk op een structurele manier aangepakt worden wanneer er geen draagvlak is binnen de regio. De eigen inwoners moeten ten minste sympathie
en
begrip
hebben
voor
de
aandacht en middelen
die gaan
naar
erfgoed,
erfgoedevenementen en -publicaties. De sympathie voor erfgoed kan maar groeien wanneer er voldoende ruchtbaarheid aan gegeven wordt én wanneer de eigen inwoners zich kunnen identificeren met hun erfgoed. Communicatie (3.3.) en het beleven van erfgoed (3.2.) zijn doelstellingen die niet los gezien kunnen worden van deze doelstelling. Erfgoedactiviteiten, volksgebruiken of themadagen zijn natuurlijk mooi als uithangbord en wekken zonder enige twijfel sympathie op. Ze zijn echter ook zeer vluchtig. Het verspreiden van “tastbare erfgoedproducten” zoals regiopublicaties, catalogi, ... zal mee zorgen voor een verankering van de erfgoedaandacht in de regio. Het waarderen van erfgoed begint bij voorkeur op jonge leeftijd. Scholen en jeugdverenigingen lijken dan ook belangrijke partners om de inwoners bewust te maken van de waarde van hun erfgoed.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
44/56
Particulieren en verenigingen bezitten vaak een schat aan (lokaal) erfgoed, maar ze zijn er zich vaak niet bewust van. Als we het erfgoed in kaart willen brengen én ervoor willen zorgen dat het ook bewaard blijft, moeten we hen laten beseffen welke belangrijke rol ze kunnen spelen. Het aanbieden van een regiodepot kan de stap naar een goede bewaring vergemakkelijken. Het draagvlak voor erfgoed moet niet enkel bij het publiek verbreed worden. Het is zeker zo belangrijk dat ook de politieke verantwoordelijken voeling blijven houden met het regionale erfgoed. Een goede terugkoppeling, in de vorm van een jaarlijks werkingsverslag, naar het lokale beleid, lijkt dan ook een minimumvereiste. Voorbeelden • uitbouwen van een regionaal communicatiebeleid rond erfgoed • erfgoed is tegen het einde van de beleidsperiode sterker vertegenwoordigd in de nieuwe strategische beleidsplannen en cultuurbeleidsplannen • uitgeven van bruikbare instrumenten die particulieren helpen bij het bewaren van hun erfgoed
3.2. Erfgoed is een fundamenteel onderdeel van onze regio-identiteit. Volksgebruiken zorgen er voor dat erfgoed kleur krijgt én dat de eigen inwoners belang gaan hechten aan hun erfgoed. Dit erfgoed heeft immers een bijzonder lage drempel. Toch blijkt uit de SWOTanalyse dat heel wat volksgebruiken het moeilijk hebben. We willen binnen de regio deze volksgebruiken laten openbloeien door in eerste instantie aandacht te geven aan het creëren van ideale randvoorwaarden. Het “levend erfgoed” blijft een typische uiting van de Kempische aard. Erfgoedorganisaties als schuttersgilden, volksdansgroepen, processies en andere stoeten hebben het leven in de Kempen steeds gekruid. Erfgoed bewaren is natuurlijk een mooie doelstelling. Maar erfgoed (laten) beleven is zonder enige twijfel nog interessanter. In de verschillende gemeenten zijn er nog vrijwilligers actief die instaan voor het beheer van (wijk)kapelletjes. Deze getuigen van de ooit alomtegenwoordige Mariadevotie in de Kempen hebben echter dringend nood aan een opknapbeurt. Via een erfgoedinsteek kunnen we de buurten sterker betrekken bij het onderhoud van hun wijkkapelletjes en bij de buurtwerking in het algemeen. De Kempen worden nog altijd getypeerd als een groene, stille omgeving. Dit vormt de laatste jaren steeds meer een troef. Het organische erfgoed van de Kempen moet dan ook uitgespeeld worden. De verbindingen met beleidsdomeinen als ruimtelijke ordening en milieu komen sterk naar voor als we denken aan de restauratie van heide en schapenteelt, het inrichten van erfgoedtuinen of het in stand houden van gebruiken rond molens. Bovendien stopt het landschappelijk erfgoed niet aan de gemeentegrenzen. Dit type erfgoed vormt hét domein bij uitstek waarop we regionaal kunnen werken. Voorbeelden • uitbouwen van een netwerk van organisaties en actoren met een sterke interesse voor levend en landschappelijk erfgoed • stimuleren van goede praktijken bij het onderhoud van lokale kapellen • stimuleren van acties door lokale actoren rond bepaalde volksgebruiken
erfgoedbeleidsplan k.ERF
45/56
3.3. Een doordacht communicatiebeleid promoot het k.erfgoed en sensibiliseert waar nodig. Een efficiënte communicatie en profilering is niet alleen noodzakelijk voor de lokale erfgoedorganisaties. Ook op regionaal niveau moet hier aandacht aan gegeven worden. Als we onze inwoners trots willen laten zijn op de regio, mag communicatie, promotie en publiekswerking zeker niet verwaarloosd worden. Uit de SWOT-analyse bleek dat de musea al sterk inzetten op bepaalde doelgroepen, maar dat dit niet voor het hele erfgoedveld geldt. We willen dan ook meer mensen aanspreken, zowel via doelgroepenwerking als via algemene promotieacties. Zonder de voeling met de rest van de eigen inwoners te verliezen, willen we vooral aandacht hebben voor jongeren, scholen en toeristen die de regio bezoeken. Erfgoed en volkscultuur stopt niet aan de gemeentegrenzen. De erfgoedcel gaat actief op zoek naar gemeentegrensoverschrijdende erfgoedthema’s en zet projecten op rond deze thema’s in samenwerking met de lokale actoren. Voorbeelden • samenwerking rond themadagen en -weken • opzet projecten met scholen • gezamenlijke communicatieacties bij themadagen en -weken • ontwikkeling van een regionale erfgoedwebsite • digitale erfgoednieuwsbrief • ondersteuning bij erfgoedprojecten van lokale actoren
3.4. Bij erfgoedbeleving wordt ook ingespeeld op verwante beleidsdomeinen Erfgoed staat natuurlijk niet op een eiland. Als erfgoed op sympathie moet kunnen rekenen, is het zeker van belang dat andere sectoren ook “gebruik” kunnen maken van het regionale erfgoed. Toerisme en cultuur zijn vanzelfsprekend bevoorrechte partners, maar ook beleidsdomeinen als milieu of ruimtelijke ordening kunnen zeker mee zorgen voor een verankering van het erfgoedbeleid. De verschillende lokale cultuurbeleidsplannen geven al heel wat aandacht aan erfgoed. Door hier op in te spelen én door de cultuurbeleidscoördinatoren nauw te blijven betrekken kunnen deze verbindingen dieper uitgewerkt worden. Voorbeelden • toeristische diensten warm “voorlichtingscursussen”
maken
voor
erfgoed
door
informele
contacten
en
• toeristische lokale erfgoedproducten worden in kaart gebracht om goede praktijken te verspreiden
erfgoedbeleidsplan k.ERF
46/56
7. Vormgeving van de erfgoedcel Het cultureel erfgoeddecreet vraagt de oprichting van een erfgoedcel. In de opbouw van dit strategisch plan is hiermee rekening gehouden. De erfgoedcel vormt het hart van de k.ERForganisatie. We zien de erfgoedcel als aanspreekpunt, motor voor netwerkvorming, uitwisseling van deskundigheid en expertise en communicatiecentrum. Dit vraagt een cel die ook haar eigen deskundigheid versterkt door ervaringsuitwisseling met collega-erfgoedcellen, voeling heeft met externe erfgoedprojecten en eigen competenties ontwikkelt. In de voorgestelde meerjarenplanning is rekening gehouden met de groei van de erfgoedcel in het kader van uitwisseling en groei van expertise op het terrein, de ontwikkeling van methodes voor inventarisatie, bewaring en ontsluiting, het organiseren van activiteiten, het opzetten van projecten en de netwerking. De erfgoedcel coördineert de inhoudelijke werking en regio-aanpak. Vanuit de gemeentes zelf zal de afstemming van het lokale verhaal bewaakt worden. Dit betekent ook dat lokale erfgoed-initiatieven, in eerste plaats deze van de gemeentebesturen zelf, in afstemming met de erfgoedcel opgezet worden. Het lokale initiatief moet anderzijds de nodige ruimte blijven krijgen om vanuit deze wisselwerking de typische eigenheid en herkenbaarheid te bewaren. Daarom zal vanuit de deelnemende gemeentes ook lokaal personeel verder ingezet worden rond het cultureel-erfgoedthema.
7.1. Aanwerving personeel De inzet van eigen personeel van de erfgoedcel is noodzakelijk om de regionale erfgoedwerking op een hoger niveau te tillen. De coördinator en de communicator zullen zich vooral bezighouden met de inhoudelijke aspecten van het erfgoedveld. Daarnaast willen we een administratieve kracht voorzien die zich bezig houdt met de administratie van de erfgoedcel en die de permanentie mee kan garanderen. In het kader van een convenant wil k.ERF de erfgoedcel op volgende manier invullen: A: 1 persoon - voltijds - master of gelijkgesteld; coördinator: inventarisatie, bewaring, expertise-groei/uitwisseling B: 1 persoon - voltijds - bachelor of gelijkgesteld; communicator-uitvoerend: publiekswerking, doelgroepenwerking, sensibilisering en communicatie C: 1 persoon – voltijds - middelbaar onderwijs; administratief-uitvoerend: administratieve ondersteuning, permanentieverzekering
Verwachte kennis en vaardigheden van het team • ervaring met de culturele sector in het algemeen en de erfgoedsector in het bijzonder • inhoudelijke kennis van het erfgoedbeheer en de erfgoedsector • ervaring met het socio-culturele leven, bij voorkeur met erfgoedverenigingen • ervaring met coördinatie van projecten • ervaring met het opmaken van beleidsplannen • netwerker zijn (cfr. veelheid van erfgoedactoren en andere betrokkenen) • diplomatisch zijn (met het oog op de politieke engagementen in de projectvereniging) • beheerstechnische vaardigheden: dagelijkse opvolging financiën en administratieve uitvoering
erfgoedbeleidsplan k.ERF
47/56
• sterke communicatieve vaardigheden, zowel mondeling als schriftelijk • creatief en innovatief organisatietalent • zelfstandig kunnen werken, initiatief en verantwoordelijkheid nemen binnen een team • verslaggeving • voeling en ervaring met nieuwe media-technieken en ICT • noties van de regelgeving met betrekking tot openbare besturen (overheidsopdrachten, openbaarheid van bestuur)
7.2. Standplaats van de erfgoedcel De administratie van de projectvereniging (secretariaat en boekhouding) zal voorlopig gedragen worden door Geel. Na de oprichting van een erfgoedcel zal zij deze taken op zich nemen. De erfgoedcel zal gehuisvest worden in Geel. Er wordt momenteel nog gezocht naar een geschikte locatie, bij voorkeur buiten een administratief centrum of gemeentehuis om de projectvereniging de kans te geven een eigen profiel te ontwikkelen.
7.3. Andere structuren rond de projectvereniging 7.3.1. Raad van Bestuur De projectvereniging k.ERF die in 2008 werd opgericht, wordt geleid door een Raad van Bestuur. Deze bestaat uit vertegenwoordigers van alle deelnemende gemeenten. De Raad van Bestuur geeft richting aan het algemene beleid van de projectvereniging. De statuten van de projectvereniging (als bijlage) bieden meer informatie over de samenstelling en werking van dit orgaan. 7.3.2. Werkgroep Erfgoed Terwijl de Raad van Bestuur de grote lijnen van de werking van de projectvereniging uittekent, volgt de Werkgroep Erfgoed de dagelijkse werking mee op. De werkgroep bestaat uit de erfgoedcel, de motor van het regionale erfgoedbeleid, aangevuld met cultuurbeleidscoördinatoren, archivarissen, cultuurconsulenten of andere ambtenaren die werken rond erfgoed. Er is in deze werkgroep ook ruimte voor een afvaardiging van het bestuur. 7.3.3. Projectteams Een projectteam werkt in de schoot van de erfgoedcel een afgelijnd project of actie uit. Hoewel de erfgoedcel over drie voltijds medewerkers kan beschikken, hebben we in de meerjarenplanning ook ruimte voorzien om projectmedewerkers aan te nemen. Zij ondersteunen de erfgoedcel bij de gekozen hoofdthema’s inzake projectwerking en bij de algemene projectwerking. 7.3.4. Erfgoedforum Een regionaal erfgoedbeleid heeft natuurlijk maar zin als het van onderuit gedragen wordt. Het engagement van de basis moet gekoesterd worden. Niet alleen bij de opmaak van het beleidsplan, maar ook tijdens de uitvoering. Vanaf 2010 willen we alle erfgoedactoren uit de regio jaarlijks uitnodigen voor een erfgoedforum. De erfgoedactoren fungeren dan als klankbordgroep en blijven betrokken bij de keuzes die gemaakt worden op het vlak van het regionale erfgoedbeleid. De
erfgoedbeleidsplan k.ERF
48/56
erfgoedcel blijft op haar beurt betrokken bij het lokale verhaal. Bovendien biedt een erfgoedforum een kans om de regionale netwerken te versterken.
8. Planning 8.1. Meerjarenplanning Voor elke doelstelling zijn reeds enkele acties aangeduid die nodig zijn om succes te garanderen. Deze aanzet geeft anderzijds geen definitief en absoluut kader waarbinnen moet gewerkt worden. Het ligt voor de hand dat de onderhandelingen over het convenant bepalend gaan zijn. Toch vinden we het belangrijk nu reeds enkele speerpunten per doelstelling aan te duiden: (zie volgende pagina)
erfgoedbeleidsplan k.ERF
49/56
SD
OD
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Eigen logo
Forum
Forum Technische vorming
Forum Technische vorming
Forum Technische vorming
Forum Technische vorming
Projectpersoneel
Projectpersoneel
Projectpersoneel Subsidiekennis
Projectpersoneel
1 1
(Raamconctract) Vorming Inventariseren
2
Vorming
actoren 1
2
Beeldenbank
Afstemming
Vorming actor Antwoorden
in
Vorming op
problematieken
problematieken
In kaart brengen
In kaart brengen
In kaart brengen
Bewaardeskundigheid Reminiscentie (groei)
Bewaardeskundigheid Bewaardeskundigheid Reminiscentie Reminiscentie
Bewaardeskundigheid Reminiscentie
Musea (groei)
Musea
Musea
In kaart brengen
databanken Reminiscentie Musea
Reminiscentie Musea
2
Musea Regiodepot
3
1 3
Vorming Inzicht
Subsidiëring
Subsidiëring
Ontsluiting
uitgave publicaties
uitgave publicaties
Subsidiëring uitgave Subsidiëring publicaties (groei) publicaties
k.ERF Themadagen
Convenant Themadagen
Themadagen
2
Ontsluiting
Ontsluiting
uitgave Subsidiëring publicaties
Ontsluiting uitgave Subsidiëring publicaties
uitgave
Themadagen
Themadagen
Themadagen
Regio-evenement
Regio-evenement
Regio-evenement
3
Beleidsplan
Doelgroepen
Doelgroepen
Doelgroepen
Doelgroepen
4
Contacttraject
Contacttraject
Contacttraject
Contacttraject
Contacttraject Meerjarenplanning erfgoedcel k.ERF
erfgoedbeleidsplan k.ERF
50/56
Duiding: • Afstemming databanken: voor de erfgoedcel ligt er een belangrijke rol in de afstemming van lokale initiatieven (niet enkel beeldenbank); verdere verfijning van de regiorol is aan de orde. • Antwoorden op problematieken: de erfgoedcel is het aanspreekpunt voor vragen. Ze biedt ook een antwoord op deze vragen, eventueel na bijkomend onderzoek. • Beeldbank: er is reeds lokale werking rond beeldbanken; deze initiatieven worden door regionaal overleg afgestemd en naar de toekomst toe eerder vanuit de regio gecoördineerd (zie ook lager). • Bewaardeskundigheid: projectinitiatieven (vet: hoofdproject voor projectpersoneel en extra inzet middelen). • Contacttraject: de erfgoedcel werkt een contactentraject uit met belendende sectoren (contactdagen, bezoek, gezamenlijke vorming, …); dit is een extra stap in netwerking. • Convenant: het bekend maken van de goedkeuring van convenant en het beleidsplan (zie lager) en de daarbij horende mogelijkheden voor het terrein en haar actoren. • Doelgroepen: specifieke doelgroepen krijgen aandacht (denk aan scholen). • Eigen logo: herkenbaar maken ‘k.ERF-communicatie’. • Forum: jaarlijks actief netwerkmoment. • In kaart brengen: doorheen de jaren worden er verschillende projectinitiatieven genomen om deze doelstelling te halen; indien de operationele opsplitsing vet is weergegeven betekent dit dat dit voor dat jaar het hoofdproject is voor het projectpersoneel en extra inzet van middelen verdient. • Inventarisatie actoren: een belangrijke opdracht van de erfgoedcel, zeker in een eerste beleidsperiode. Dit is ook een manier om kennis te maken met het terrein. • Inzicht in de specifieke actor problematieken en zicht krijgen op tendensen: vanaf er een beter zicht is op de prioritaire nodige acties kan hierop beter ingespeeld worden. • k.ERF: het bekend maken projectvereniging. • Musea: de bestaande ondersteuning wordt verder gezet, later volgen de spreiding van expertise en opname in de projectwerking; daarom is er ook een groei van het ondersteuningsbudget voorzien. • Ontsluiting: projectinitiatieven (vet: hoofdproject voor projectpersoneel en extra inzet middelen) • Projectpersoneel: dit personeel wordt ingezet op de hoofdthema’s die gekozen zijn in projectwerking en ondersteunt de erfgoedcel in haar algemene projectwerking. • Raamcontract:
via
een
raamcontract
drukwerk
willen
we
particuliere
erfgoedwerking
ondersteunen. • Regiodepot: noden van ‘verzamelaars’ en kleine ‘musea’ zijn gekend en met andere erfgoedregio’s wordt overlegd rond de mogelijkheden van een regiodepot en eventueel een regiomuseum. • Regio-evenement: op een feestelijke en toegankelijke, plezante manier pakt de regio uit met resultaten en nieuwe trajecten; dit gebeurt samen met actoren op het terrein zelf en het kan gekoppeld worden aan themadagen. • Reminiscentie: de bestaande projecten (denk aan ‘Tussen de mensen’ in Geel) worden verder gezet, later volgen de spreiding van expertise en opname in de projectwerking; daarom is er ook een groei van het ondersteuningsbudget voorzien. • Subsidiekennis: een duidelijker zicht op de bestaande subsidies, vertaald in subsidiewijzers met aansluitend de begeleiding; dit kan eventueel resulteren in een databank met antwoorden op subsidievragen.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
51/56
• Subsidiëring uitgave publicaties: de bestaande ondersteuning wordt verder gezet, later volgen de spreiding van expertise en opname in de projectwerking; daarom is er ook een groei van het ondersteuningsbudget voorzien. • Technische vorming: combinatie van het in kaart brengen van de aanwezige expertise en uitwisseling van deze expertise en het ontbreken ervan en de daaruit volgende vorming. • Themadagen: regionale samenwerkingsinitiatieven bij themadagen zoals de erfgoeddag. De inzet en acties die een antwoord moeten bieden op de doelstellingen zijn samen te vatten in enkele grotere thema’s. Deze thema’s zijn overgenomen in de meerjarenbegroting. Verder krijgen projectinitiatieven hierdoor een structurele inbedding in het erfgoedbeleid van de regio.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
52/56
8.2. Meerjarenbegroting Inkomsten 2009
2010
2011
2012
2013
2014
Bijdragen gemeentes
20.000
26.600
26.600
26.600
26.600
26.600
Lokale bijdragen p.m.
p.m. (48.000)
p.m. (48.000)
p.m. (48.000)
p.m. (48.000)
p.m. (48.000)
p.m. (48.000)
0
334.400
334.400
334.400
334.400
334.400
0
15.600
15.600
15.600
15.600
15.600
0
40.000
40.000
40.000
40.000
40.000
20.000
416.600
416.600
416.600
416.600
416.600
Vlaamse Overheid: Convenantsubsidie Vlaamse Overheid: Bestaande subsidie Erfgoeddecreet Bestaande ondersteuning vanuit de gemeentes die op regioniveau gewaardeerd wordt TOTAAL
Budgetpost
Korte achtergrond
Bijdragen gemeentes:
De deelnemende gemeentes dragen in 2009 0,15 EUR per inwoner bij; vanaf 2010 (afsluiten convenant) wordt dit 0,20 EUR per inwoner.
Lokale bijdragen p.m.
Niet alle bijdragen zijn duidelijk te berekenen: de pro memorie-bijdragen bestaan uit inzet van cultuurbeleidscoördinatoren en andere cultuur- of erfgoedmedewerkers, logistieke inbreng en vrijwilligersinzet. Deze zijn niet meegeteld in de tabel aangezien het een nuloperatie geeft bij in en uit.
Vlaamse Overheid: Convenantsubsidie
Gezien de grootte van de regio, het aantal actoren en het aantal inwoners heeft k.ERF de ambitie vanaf de eerste convenant snel op kruissnelheid te
Vlaamse Overheid: Bestaande subsidie
De bestaande initiatieven worden verder gezet en ingebed in het regionale verhaal. Naar de toekomst toe willen we de expertise van deze initiatieven
Erfgoeddecreet
regionaal laten renderen en versterken. Dit wordt geactiveerd vanaf het afsluiten van het convenant. Dit is een waardering van huidige structurele
raken en fundamentele resultaten aan de doelstellingen te binden.
erkenning van het regioerfgoed. Bestaande ondersteuning vanuit
Enkele initiatieven hebben voldoende regiopotentieel om deze onmiddellijk regionaal te laten renderen. Het inzetten op gemeentelijke samenwerking
de gemeentes die op regioniveau
mag niet tot gevolg hebben dat lokale inbreng in deze initiatieven niet zou gewaardeerd worden. Daarom werd een percentage van 25 % van de
gewaardeerd wordt
gemiddelde lokale inbreng overgenomen op regioniveau gespreid over de volgende jaren. Dit wordt geactiveerd vanaf het afsluiten van het convenant.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
53/56
Overige inkomsten pro memorie Naast de middelen uit de convenant, de financiële bijdrage van de partners in de projectvereniging en de ondersteuning vanuit de lokale overheden, worden er nog verschillende logistieke inspanningen geleverd ten voordele van de werking van k.ERF. Zo bieden de gemeentes voor de werking en initiatieven van de erfgoedcel o.a. hun faciliteiten in de regel gratis aan. De vertaling van deze inspanningen naar budgettering zou ons op dit moment te ver leiden. Wel kan gewezen worden op de tarieven die in de verschillende gemeentes voor de huur van lokalen en logistieke inspanningen gehanteerd worden, laat staan de tarieven die op de privémarkt voor soortgelijke diensten en faciliteiten betaald moeten worden. Verder kunnen we de lokale inzet van de cultuurbeleidscoördinatoren, erfgoedmedewerkers (erfgoedconsulente en archivaris) en cultuurmedewerkers (van niveau A tot C) bij een gemiddelde inzet tot 0,13 VTE per gemeente toch hertalen naar 48.000 EUR. De lokale inzet van vrijwilligers inzake erfgoed in de werking van k.ERF kan op dit moment moeilijk ingeschat worden.
Uitgaven 2009 Algemene administratie
2010
2011
2012
2013
2014
0
36.000
32.500
32.500
32.500
32.500
1.500 0
1.500 160.000
160.000
160.000
160.000
160.000
• Projectwerking
0
0
40.000
40.000
40.000
40.000
Projectwerking
0
50.000
85.000
85.000
85.000
85.000
Vorming,
0
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
13.500
20.000
20.000
38.500
38.500
38.500
5.000
20.000 5.000
5.000
5.000
5.000
60.000
60.000
80.000
80.000
80.000
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
(48.000)
(48.000)
(48.000)
(48.000)
(48.000)
(48.000)
20.000
349.500
404.500
443.000
443.000
443.000
Personeel • Admin. k.ERF • Cel (A,B,C)
expertiseuitwisseling en netwerken Themadagen / erfgoedevenementen Start communicatie Doelgroepenwerking Ondersteuningsbeleid Uitgaven lokale inbreng p.m.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
54/56
Budgetpost Algemene administratie Personeel • Admin. k.ERF
Korte achtergrond In het startjaar worden er extra inspanningen naar het terrein toe genomen Hierin zitten de budgetten die duidelijk aan personeel kunnen toegewezen worden: Vooraleer er een erfgoedcel kan aangesteld worden neemt Geel de administratie op, de kosten worden hiervoor geraamd op 1.500 EUR
• Cel (A,B,C)
Vanaf het voorjaar 2010 wordt de cel actief: 3 personeelsleden onder verschillende niveau’s
• Projectwerking
Vanaf 2011 worden middelen voorzien om via personeelsuren grotere projecten te ondersteunen en de kleinere mee te begeleiden.
Projectwerking
Hiervoor zien we de eerste aanzet in 2010 en kruissnelheid vanaf 2011
Vorming, expertiseuitwisseling en netwerken Themadagen / erfgoedevenementen
Hierin zitten de kosten voor expertise-uitwisseling en netwerken: algemene kosten voor de initiatieven op dit vlak. Hierin zien we middelen die in de eerste plaats het publieksbereik vergroten, eerst via de gekende themadagen, daarna ook via een mobiliserend regio-evenement. Hoewel communicatie een dwarsverbinding is en een belangrijk aspect
Start communicatie
doorheen alle evenementen, projecten, de netwerking en het doelgroepenbeleid, wordt in de startfaste een afzonderlijke budget gereserveerd: denken we aan het logo en de promotie van deze nieuwe werkvorm naar de ganse regio.
Doelgroepenwerking
Ondersteuningsbeleid
productenontwikkeling met en voor doelgroepen. k.ERF wil de middelen die nu reeds vanuit het decreet tot deze regio komen verder verzekeren en verder versterken. Daarom ook de verhoging vanaf 2012 om te ondersteuningsbeleid.
komen
tot
een
breder
structureel
regionaal
Uitgaven lokale
de lokale inbreng wordt uiteraard weer uitgegeven voor het regionale
inbreng p.m.
erfgoedverhaal.
Overige uitgaven pro memorie Zoals bij de inkomsten gewezen is op de logistieke en andere inspanningen van de gemeentes, wordt het gratis aanbieden van deze door de deelnemende gemeentes, bij de uitgavenkant weer opgeheven.
erfgoedbeleidsplan k.ERF
55/56
9. Bijlagen 9.1. Statuten intergemeentelijke projectvereniging k.ERF 9.2. Infofiches partnergemeenten
erfgoedbeleidsplan k.ERF
56/56
9.1 Statuten intergemeentelijke projectvereniging k.ERF HOOFDSTUK 1: NAAM, ZETEL, DOELSTELLINGEN EN DUUR Artikel 1 - Naam van de projectvereniging De projectvereniging wordt genoemd “k.ERF”. De projectvereniging is onderworpen aan de bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, en door deze statuten." Artikel 2 - Zetel van de projectvereniging De zetel van de vereniging is gevestigd te Geel: stadhuis Geel, Werft 20, 2440 GEEL. Artikel 3 deelnemers aan de projectvereniging De deelnemers aan de projectvereniging zijn de gemeenten Balen, Dessel, Geel, Laakdal, Meerhout, Mol en Retie. Artikel 4 - Doel van de projectvereniging Het hoofddoel van “k.ERF” is een cultureel erfgoedbeleid uit te bouwen: vanuit een geïntegreerde aanpak een kwaliteitsvolle en duurzame zorg voor en ontsluiting van het cultureel erfgoed stimuleren. Dit impliceert het verbreden van het maatschappelijke draagvlak en het uitbouwen van een netwerk van expertise. Dit betekent onder meer: - Stimuleren van het bewaren van cultureel erfgoed in de regio. - Erfgoedinitiatieven en culturele ontwikkelingen stimuleren die de mogelijkheden van een afzonderlijke gemeente overstijgen en hiervoor projecten op schaal van de regio ontwikkelen. - Onderzoek verrichten op vlak van cultureel erfgoed en de resultaten hiervan ontsluiten voor een breed publiek. - Het afsluiten van een erfgoedconvenant met de Vlaamse Gemeenschap. - Via een degelijk erfgoedbeleid werken aan de uitstraling van de streek. - Ruimte creëren als denkplaats voor de ontwikkeling van een breed regionaal cultuurbeleid. Artikel 5 - Duur van de projectvereniging § 1. De projectvereniging wordt opgericht voor de periode 2008 tot en met 2013. Tijdens die periode is geen uittreding mogelijk. § 2. De projectvereniging kan opeenvolgende keren voor het verstrijken van de termijn opnieuw verlengd worden voor een periode van maximum 6 jaar indien dit de unanieme wil is van de deelnemende gemeenten. Tijdens die periode is geen uittreding mogelijk.
HOOFDSTUK 2: BESTUUR VAN DE VERENIGING Artikel 6 - Bestuur van de vereniging § 1. De projectvereniging wordt geleid door een raad van bestuur waarvan de leden benoemd worden door de deelnemende gemeenten. § 2. Deze raad van bestuur heeft uitsluitend de bevoegdheid tot het nemen van beslissingen die kaderen binnen het doel van de vereniging. Het mandaat van bestuurder wordt beëindigd indien de respectievelijke raad die hij vertegenwoordigt zijn mandaat intrekt en in dezelfde raadsvergadering zijn vervanger aanduidt.
Artikel 7 - Samenstelling raad van bestuur § 1. De raad van bestuur bestaat uit stemgerechtigde leden en uit leden met raadgevende stem. § 2. Elke gemeenteraad vaardigt één stemgerechtigd lid af naar de raad van bestuur, zijnde een gemeenteraadslid verkozen op een lijst waarvan de verkozenen deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen of aangesteld zijn als voorzitter van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. De voorzitter wordt gekozen uit de stemgerechtigde leden. Elk stemgerechtigd lid beschikt over slechts één stem. Elke gemeenteraad duidt één plaatsvervanger aan, zijnde een gemeenteraadslid verkozen op een lijst waarvan de verkozenen deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen of aangesteld zijn als voorzitter van het openbaar
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
centrum voor maatschappelijk welzijn. Deze plaatsvervanger kan het stemgerechtigd lid, bij diens afwezigheid, vervangen in de raad van bestuur. § 3. Daarnaast duidt elke deelnemende gemeente één afgevaardigde aan, als lid met raadgevende stem. Deze afgevaardigden zijn steeds raadsleden in de deelnemende gemeenten, verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen of aangesteld is als voorzitter van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Elke deelnemende gemeente duidt één plaatsvervanger aan. Deze plaatsvervanger kan het lid met raadgevende stem, bij diens afwezigheid, vervangen in de raad van bestuur. Deze plaatsvervanger is een raadslid, verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen of aangesteld is als voorzitter van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. § 4. Er bestaat een onverenigbaarheid tussen het mandaat van bestuurder van de projectvereniging en verschillende ambten, functies en mandaten zoals bepaald in artikel 48 en 51 van het decreet van 6 juli 2001. § 5. De bestuurders worden benoemd voor de duur van de projectvereniging, maar zijn van rechtswege ontslagnemend bij verlies van hun openbaar mandaat of tot het ogenblik van de algehele vernieuwing van de gemeenteraden. Artikel 8 - Werkingsmodaliteiten De raad van bestuur maakt een huishoudelijk reglement op waarin de werkingsmodaliteiten van de raad van bestuur worden vastgelegd. Dat huishoudelijk reglement kan worden gewijzigd bij eenvoudige beslissing van stemgerechtigde leden van de raad van bestuur. Artikel 9 - Vergaderingen raad van bestuur De raad van bestuur vergadert ten minste twee keer per jaar. De uitnodigingen worden minstens twee weken vooraf verstuurd, vergezeld van een agenda. Om rechtsgeldig te beslissen moet de helft van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn. Beslissingen worden genomen bij gewone meerderheid van stemmen. Artikel 10 - Presentiegeld De leden van de raad van bestuur zullen geen presentiegeld ontvangen. Artikel 11 - Ondersteuning raad van bestuur De raad van bestuur kan werkgroepen of adviesgroepen oprichten om de vergaderingen van de raad van bestuur voor te bereiden en kan specifieke opdrachten uitbesteden aan derden. De bepalingen met betrekking tot samenstelling en werkwijze van de adviesgroepen en werkgroepen worden door de raad van bestuur vastgelegd in haar huishoudelijk reglement. Artikel 12 - Verslaggeving aan de gemeenteraden § 1. De vergaderingen van de raad van bestuur zijn niet openbaar. De notulen van de vergaderingen en de bijhorende documenten worden, maximaal één maand na de vergadering, ter inzage gelegd van de gemeenteraadsleden op het secretariaat van alle aangesloten gemeenten. § 2. De raad van bestuur legt de jaarrekeningen, samen met het activiteitenverslag en het verslag van de accountant jaarlijks, voor eind mei, voor aan de gemeenteraden.
HOOFDSTUK 3: FINANCIEEL BEHEER Artikel 13 - Begroting en rekeningen § 1. De boekhouding wordt gevoerd overeenkomstig de wetgeving op de boekhouding van de ondernemingen en met naleving van de richtlijnen die de overheid uitvaardigt m.b.t. de boekhoudkundige verrichtingen. § 2. De raad van bestuur stelt de rekening van het afgelopen jaar vast uiterlijk op 31 maart na het verstreken boekjaar. De raad van bestuur legt de jaarrekening samen met het verslag van de accountant en het activiteitenverslag ter goedkeuring voor aan de gemeenteraden van de
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
deelnemende gemeenten. De begroting wordt goedgekeurd door de Raad van Bestuur uiterlijk op 15 september van het jaar dat voorafgaat. Artikel 14 - Financiering De gemeentebesturen financieren de projectvereniging via een jaarlijkse subsidie op basis van het aantal inwoners. Elk bestuur betaalt eenzelfde bedrag per inwoner. Het bedrag wordt bepaald conform de noden en de te verwachten kosten van de projectvereniging, opgenomen in een jaarlijks budget dat voorgelegd wordt aan de deelnemende gemeenten. Na akkoord wordt dit bedrag vastgelegd in de schoot van de raad van bestuur. Het financiële engagement van de gemeenten wordt jaarlijks goedgekeurd in een aparte gemeenteraadsbeslissing van de respectievelijke gemeenteraad. Artikel 15 - Financiële controle De raad van bestuur benoemt een accountant die de controle op de financiële toestand uitvoert en hierover jaarlijks rapporteert.
HOOFDSTUK 4: WIJZIGING STATUTEN, TOETREDING, ONTBINDING Artikel 16 - Wijziging van de statuten, toetreding De wijzigingen van de statuten en de aanvaarding van de toetreding van nieuwe leden behoeven de instemming van twee derden van de deelnemende gemeenten, op basis van een gemeenteraadsbeslissing. Artikel 17 - Ontbinding van de vereniging De vereniging kan voortijdig ontbonden worden mits een akkoord van 2/3 van de bestuurders. De vereniging stelt hiertoe een vereffenaar aan. Artikel 18 - Bestemming van de activa In geval van ontbinding van de vereniging worden de activa, na aanzuivering van de eventuele passiva, overgedragen aan de deelnemende gemeenten in verhouding tot de betaalde financiële bijdragen, in het laatste jaar. Bij de ontbinding van de vereniging zullen de eventueel in gebruik gegeven goederen worden teruggegeven aan de eigenaars, in zoverre hun rechten daarop kunnen bewezen worden aan de hand van geschreven overeenkomsten. Voor alles wat niet in deze statuten is voorzien gelden de bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking (BS 31.10.2001).
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
9.2 Infofiches partnergemeenten Lokale infofiche: Gemeente Balen 1. Identiteitskaart gemeente Algemeen Aantal inwoners 20.660
Totale oppervlakte 7.289 ha
Aantal woonkernen 11
1.1. Globale situering Balen is een uitgestrekte, landelijke gemeente met heel wat groen. Ook een aantal rivieren bepalen het uitzicht van onze gemeente (o.a. het samenvloeien van Grote en Kleine Nete in Scheps). De gemeente wordt doorkruist door het kanaal Kwaadmechelen – Dessel en door het Kanaal van Beverlo. De gemeente grenst in het zuiden aan de provincie Limburg en heeft als aangrenzende gemeenten/steden: Mol (N), Meerhout (W), Lommel (NO), Hechtel-Eksel (O), Leopoldsburg en Ham (Z). Tot voor de fusies in 1976 was Olmen een zelfstandige gemeente met een oppervlakte van ongeveer 1.700 ha en 3.000 inwoners. Ze is nu een deelgemeente van Balen.Balen is voor de rest samengesteld uit 11 deelkernen: Centrum, Gerheide, Hulsen, Rijsberg, Rosselaar, Schoorheide, Stotert, Wezel, Vennen, Scheps, Olmen. Postcodes: Balen = 2490; Olmen = 2491. 1.2. Demografisch -
Aantal inwoners op 31/12/07: 20.660 inwoners. o We merken hier een jaarlijkse stijging. Er is sprake van een lage natuurlijke aangroei, en een positief migratiesaldo (130 in 2005, 52 in 2006).
-
Aantal nationaliteiten: 69, waarvan Nederlanders & Duitsers de twee grootste groepen vormen. 4,19% van totaal aantal inwoners is niet-Belg. Er zijn op 31/12/2007 in totaal 713 vreemdelingen in Balen ingeschreven in de bevolkingsregisters (355 mannen, 358 vrouwen). In het vreemdelingenregister zijn op dat ogenblik 122 vreemdelingen ingeschreven (70 mannen, 52 vrouwen).
-
-
Leeftijd: o Aantal Belgen jonger dan 21: 4188 (20,227%) o Aantal niet-Belgen jonger dan 21: 194 (0,93%) o Aantal Belgen tussen 21 en 65: 12298 (59,52%) o Aantal niet-Belgen tussen 21 en 65: 610 (2,95%) o Aantal Belgen + 65: 3307 (16,0%) o Aantal niet-Belgen + 65: 63 (0,30%)
1.3. Economisch Er bevinden zich drie industrieterreinen in de gemeente Balen: Holven, Berkenbossen en een nieuw industrieterrein in Wezel. Van de 10 industriële sectoren ligt de aanwezigheidsindex hoger dan 1 in de houtnijverheid, de sector bouwmaterialen, de sector staal en non-ferro en de bouwnijverheid. Wat deze sectoren gemeen hebben is dat zij vooral mannen tewerkstellen. Het grootste bedrijf in Balen in zonder twijfel UMICORE dat 661 werknemers tewerkstelt en dat gespecialiseerd is in de raffinage van zink. Op de tweede
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
plaats volgt het bedrijf WILLEMS METAALCONSTRUCTIES met 231 werknemers. Op de derde plaats is er de producent van basischemicaliën AJINOMOTO OMNICHEM dat 111 werknemers telt. Buiten deze industrieën is Balen nog voornamelijk een landbouwstreek. Tussen 1990 en 2006 merken we een stijging van het aandeel landbouwbedrijven met tussen 10 en 30ha cultuurgrond, tussen 30 en 50 ha, en met meer dan 50 ha. Er is een lichte daling te merken van het aandeel landbouwbedrijven met minder dan 10 ha cultuurgrond. Wel zien we een daling van het aantal land- en tuinbouwbedrijven in Balen de laatste 8 jaar. In 1999 bedroeg de werkloosheidsgraad in Balen 10,1%, waarna een daling optrad tot 7,4% in 2002, en opnieuw een lichte stijging tot 7,7% in 2006. Balen zit hiermee steeds iets boven het gemiddelde voor het arrondissement Turnhout en het Vlaams Gewest, maar onder het provinciaal gemiddelde van de laatste jaren. 1.4. Toeristisch Het aantal toeristische overnachtingen in 2006 (zowel Belgen als vreemdelingen) bedraagt in 46.693. Dit is een neerwaartse trend t.o.v. 2003 (52.459). Voor het ogenblik kent Balen wel nieuwe mogelijkheden voor overnachtingen, zoals een nieuwe Bed & Breakfast en Hoevetoerisme. Daarnaast zijn er een aantal nieuwe ontwikkelingen, zoals de Sint-Jozefhoeve en het nieuwe wandelgebied in Scheps. De toeristische troeven van Balen situeren zich op vlak van groen, water, rust en stilte. Maar ook recreatie vormt een belangrijke troef: Recreatiedomein Keiheuvel, de Olmense Zoo, en Aeroclub Keiheuvel zijn drie belangrijke toeristische actoren. Overzicht van toeristische troeven Balen: • Het recreatie- en natuurpark Keiheuvel: beschikt over een avontuurlijke speeltuin, een vernieuwd zwem- en plonsbad, een kinderboerderij, sportfaciliteiten, een sporthotel en een 60ha groot natuurgebied. • De Olmense Zoo is een attractief kindvriendelijk park van 10ha. • De watermolens in Balen trekken jaarlijks heel wat toeristen aan. De Hoolstmolen en de Straalmolen kunnen bezocht worden, eventueel met gidsbegeleiding in het kader van een dagexcursie. De Topmolen kan men voor het ogenblik niet meer bezoeken. • Er zijn een 10-tal uitgestippelde wandelingen waarvan de afstanden variëren tussen de 5 en 8 km, en 3 uitgestippelde fietsroutes. • Nieuw natuurgebied in Scheps met een route van 5km en één van 7 km. Dit natuurgebied biedt eveneens een knuppelpad en een vogelwand aan om te verkennen. • Centennial City is een pittoresk cowboydorp in de deelgemeente Olmen, waar men zich in de Far West waant met haar saloons, pistoolschoten en cowboykledij. Regelmatig wordt hier een speciaal “treffen” georganiseerd. • De Jachthaven van Kerkhoven, die voor een groot deel op Balens grondgebied ligt, is een pareltje in onze gemeente. • Bourgondisch Balen kunnen we onze gemeente ook noemen doordat we verschillende streekgerechten en –dranken kunnen aanbieden. • Eveneens de “Allesberg”, de zandheuvel die Balen in 2 helften verdeelt, geeft een grote toegevoegde waarde aan onze gemeente. Door de werking van rivieren, wind, regen en door de menselijke activiteiten (weghalen van zand, landbouwontginning, veeteelt, verandering van flora), is deze heuvel veel lager geworden en op vele plaatsen geheel verdwenen. Nu resten hiervan nog de Keiheuvel, het Roth, de Bosberg, de Nagelsberg en de Kopberg. Dit landschap zou een grote invloed hebben op de algemene geschiedenis van BALEN. Zo vestigden de jagersvolkeren zich op de droge hoogten van de “Allesberg”. De latere veetelers gaven de voorkeur aan het vochtige zuiden en westen. 1.5. Sociaal-maatschappelijk -
Onderwijs: Wat betreft onderwijs beschikt Balen zowel over kleuter- als over basisonderwijs, en dit van alle netten (gemeentelijk-, gemeeschaps- en vrij onderwijs).
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
-
-
-
Het secundair onderwijs in Balen is beperkt tot een vestiging van de centra voor deeltijds onderwijs. Er zijn twee instellingen die kunstonderwijs verzorgen in de gemeente: o de Muziekschool v.z.w. o een filiaal van de Molse Academie voor Beeldende Kunsten. Buitenschoolse kinderopvang: De gemeente Balen organiseert een voor- en naschoolse kinderopvang gespreid over 5 locaties in de gemeente. Daarnaast is er de kinderoppasdienst van de Gezinsbond: Een vorm van dienstverlening aan jonge gezinnen. Zij biedt de ouders de gelegenheid om samen ontspanning te nemen of om familiale en andere verplichtingen na te komen. De Dienst Onthaalouders van Landelijke Kinderopvang organiseert opvang van kinderen bij onthaalouders thuis.
-
De Schakel in Balen is een vereniging zonder winstoogmerk voor de opvang en begeleiding van volwassenen met een matig of ernstig mentale handicap in dag- en/of nachtverblijf.
-
De thuisdienst van het OCMW in Balen organiseert gezinszorg, poetsdienst, warme maaltijden en personenalarmsysteem.
-
Naast het OCMW-huis vind je sinds enkele maanden het nieuwe Dienstencentrum Tewerkstelling. Den Travoo is er voor mensen die hun kansen op de arbeidsmarkt willen vergroten. Samen met de werkzoekende gaan ze op zoek naar kansen die binnen hun mogelijkheden liggen. Dat kan met groepsvormingen (vb. cursussen ‘leren solliciteren’, ‘budgetteren’, ‘basiskennis PC’) of met individuele begeleiding (vb. jobclub, trajectbegeleiding). Zij organiseren ook infomomenten zoals vb. huisvesting, budget en kinderopvang,… Er is een leslokaal met 12 opleidingscomputers voor de cursussen pc en een leslokaal waar een ruime keuken in geïnstalleerd is voor opleidingen rond voeding. Ook het stijkatelier en de dienstencheque-organisatie Baldemo zijn ondergebracht in Den Travoo.
-
Gemeente en OCMW werken samen aan de uitvoering van het lokaal sociaal beleidsplan 2008-2013.
-
Er zijn drie rusthuizen in Balen: o OCMW rusthuis Ter Vest o Privé rusthuis Home Keiheuvel o Privé rusthuis Nethehof
1.6. Regionale partners (formele samenwerking) -
BalDeMo (sociale tewerkstelling) Lokale politiezone Balen – Dessel – Mol Brandweergewest: Balen, Dessel, Mol, Retie IOK Toerisme Kempische Meren Erfgoeddag 2006 + 2007: Balen, Geel en Mol
2. Lokale erfgoed Wat doet de gemeente (in 2008) voor/rond erfgoed (enkel roerend en immaterieel erfgoed)?
Personele middelen (FTE’s met functie, ev. kort uitgelegd) 1 FTE administratief medewerkster (Erfgoed Balen vzw)
Financiële middelen
Logistieke ondersteuning
- Personeelskost:
- infrastructuur ter beschikking van heemkundige verenigingen (oud-gemeentehuis Balen en oud-schoolhuis Olmen)
- financiële ondersteuning van heemkundige verenigingen
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
0,05 FTE cultuurbeleidscoördinator
- ondersteuning bij uitwerking van projecten Wie is er lokaal actief (zowel gemeentelijke diensten als andere instellingen en verenigingen)? Actor Heemkunde Olmen vzw Erfgoed Balen vzw Bepaalde verenigingen: katapultclub, boogschietclub Kruiermuseum Gidsen (VVV vzw) North Hill Country Dance Volkstuinen Olmen-Stotert Verzamelaar van mechanische klokken Verzamelaar van orgels Studium Generale vzw
Professioneel/vrijwilliger Vrijwilligers Vrijwilligers Vrijwilligers
omschrijving
Vrijwilligers (Erfgoed Balen vzw) Vrijwilligers Vrijwilligers Vrijwilligers Vrijwilliger Vrijwilliger Vrijwilliger
uitvoeren en begeleiden van onderzoek en studiewerk Kuntpatrimonium
Kerkfabrieken: … Harmonies: 3
Zijn er specifieke lokale gebruiken of erfgoedevenementen (kermissen, stoeten, …)? Naam Carnavalstoet Balen Carnaval Olmen
Lokaliteit Balen Centrum Olmen
Sint-Odrada stoet + paardenwijding
Balen Centrum Scheps (kapel H. Odrada) Wezel, Olmen, Scheps Balen Centrum Alle wijken
Kerstboomverbranding Ambachtenmarkt Lokale kermissen, parochiefeesten, … Balen Jaarmarkt Trekpaardenwedstrijd Sint-Hubertusviering Nieuwjaarszingen Gehucht in de kijker
Omschrijving (ev. ook de inrichter) Carnavalvereniging van Balen Carnavalpartijen Olmen: traditionele Vastenavond (zingen), défilé op Markt Olmen, hanekap. Processie tot aan kapel, met aan kapel traditionele paardenwijding.
Om het jaar
Landelijke Gilde Wijding van dieren
Hulsen Hulsen
Ook aandacht voor lokale erfgoed.
Periodieke erfgoedpublicaties Naam
Vereniging
Jaarboek (2002-2008) Herinneringen I – IV
Erfgoed Balen vzw Erfgoed Balen vzw
Nieuwsbrief
Erfgoed Balen
Omschrijving (indien niet duidelijk op basis van naam en vereniging)
Oplage
periodiciteit
?
Jaarlijks
Foto’s van bepaalde wijk uit Balen
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Jaarlijks
4 x /jaar
Gesubsidieerd door Vlaamse Gemeenschap (Erfgoeddecreet)? Zo ja, hoogte subsidiebedrag ?
vzw Jaarboek: ’t Heemkunde Schreneel Olmen vzw Overzicht beschermd onroerend erfgoed Naam Hoolstmolen Omgeving van watermolen Hoolstmolen Sint-Andrieskerk Balen Oud Gemeentehuis Hoeve Peeters Sint-Luciakapel Omgeving van de sintLuciakapel Sint-Thomas van Kantelberg (kapel) Pannenhuis Schoor Topmolen Omgeving Topmolen Sint-Willibrorduskerk Olmen Pastorie Olmen: poortgebouw & brug Omgeving Pastorie Olmen Straalmolen Olmen Omgeving Straalmolen Olmen Voorlopig beschermd: Kapel van ’t Steeg (Steeg) Kapel Heilige Johannes (Hoolst) Sint-Jan de Doper Kapel (Gerheide)
Type Bouwkundig Landschap Bouwkundig Bouwkundig Bouwkundig Bouwkundig Landschap
Jaarlijks, sinds1983
Eigenaar en/of uitbater
Gemeente Balen
Bouwkundig Bouwkundig Bouwkundig Landschap Bouwkundig (toren & oude gedeelten) Bouwkundig Landschap Bouwkundig Landschap Bouwkundig Bouwkundig Bouwkundig
Bos- en akkercomplex Bel, Hulsen en Heidehuizen Bos- en duingebied Millegem, Gompel, Wezel, Gerheide Grote Netevallei te Balen met de Most Schoorheide: zie landschapsatlas (puntrelicten, lijnrelicten, 3. Welke expertise kan regionaal ingezet worden? Omschrijving expertise - Vanuit organisatie Ambachtenmarkt door Erfgoed Balen vzw. Bewaring, digitalisering van archieven Kennis lokale geschiedenis
Wie heeft de expertise? Erfgoed Balen vzw
Erfgoed Balen vzw Gidsen Erfgoed Balen vzw Heemkunde Olmen vzw
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Lokale fiche Dessel 1. Identiteitskaart gemeente Algemeen Aantal inwoners 8927
Totale oppervlakte 2703ha
Aantal woonkernen 2
Globale situering Dessel is een kleine gemeente in de Antwerpse zuiderkempen, in arrondissement Turnhout. Dessel heeft een oppervlakte van 2703 ha en grenst in het noorden en het westen aan Retie en in het oosten en het zuiden aan Mol. De noordelijke grens met de gemeente Retie wordt gevormd door de Werbeekse Neet. In het westen loopt de grens bijna gelijk met de provinciebaan van Retie naar Geel. Ten oosten grenst Dessel aan Postel, gehucht van Mol en ten zuiden is Achterbos het aanpalende gehucht van Mol. Van oudsher telt het vier gehuchten, die nu nog de vier belangrijkste woonkernen vormen ; Dessel-centrum, vroeger de Plaetse genoemd; Brasel, vroeger Berousel ; De Heide en Witgoor, vroeger ook wel op't Eynde geheten. De kern van het gehucht Witgoor werd in deze eeuw ongeveer één km naar het oosten verplaatst en vormt sindsdien ook een afzonderlijke parochie. De scheiding tussen Dessel (Parochie Sint-Niklaas) en Witgoor (Parochie H. Familie) wordt gevormd door "de gracht", een afwateringskanaal dat Dessel van Noord tot Zuid in tweeën deelt.
Demografisch Dessel telde op 31 december 2007 8927 inwoners. De laatste jaren stijgt het inwonersaantal. Dessel kent 344 niet-Belgen, dit is 3,8%, Nederlanders vormen hierbij de grootste groep buitenlanders. Aantal ouder dan 65: 1466 inwoners; aantal jonger dan 21: 2002 inwoners; aantal tussen 21 en 65: 5459 inwoners. Toeristisch Dessel is een landelijke gemeente. Dessel verleent zich tot wandel- en fietstoerisme door zijn uitgestrekte natuur, vele bossen en kanalen. Zo was Dessel de eerste Vlaamse gemeente die een mountainbike route, het campinapad had. Ook op een rustig tempo kan je fietsen langs de vaartketserroute die je langs de mooiste plekjes van Dessel, Mol en Retie loodst. Op grondgebied van Dessel, sas IV kruisen de drie kanalen Bocholt-Herentals, Dessel-Schoten, Dessel-Kwaadmechelen, een unicum in Europa. Om deze reden werd er dan ook gekozen om op dit kanalenkruispunt een uitkijktoren te plaatsen., de toren is 37 meter hoog en geeft een schitterend uitzicht. Van hieruit kan men ook de zandontginningsputten zien. Deze zijn wereldbekend en hebben een zixhtbare impact op het landschap: grote waterplassend die na ontginning natuur-of recreatiegebied worden.
Regionale partners - Politiezone Mol-Balen -Dessel - Brandweergewest Mol (Mol-Dessel-Retie-Balen) - IOK - Sportregio Zuiderkempen - BALDEMO - LOGO Zuiderkempen - Kempense Meren vzw - De Sprong - Kringwinkel Zuiderkempen - Bosgroep Kempische Heuvelrug
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
2. Lokale erfgoed Wat doet de gemeente (in 2008) voor/rond erfgoed (enkel roerend en immaterieel erfgoed)? Personele middelen (FTE’s met functie, ev. kort uitgelegd) 0, FTE vrijetijdsconsulent
Financiële middelen
Logistieke ondersteuning
Gemeentelijke subsidies aan culturele verenigingen Projectsubsidies cultuurraad
• communicatie van het aanbod van verenigingen (website, infoblad,pers) • gratis ter beschikking stellen van tentoonstellingsborden en tentoonstellingskasten • ter beschikking stellen van vergaderruimte • materiële ondersteuning erfgoedverenigingen (huisvesting heemkundige kring)
Wie is er lokaal actief (zowel gemeentelijke diensten als andere instellingen en verenigingen)? Actor Kerkfabriek Sint-Niklaas
Professioneel/vrijwilliger vrijwilliger
Kerkfabriek Heilige Familie Heemkundige Kring De Griffioen Kermiscomités
vrijwilliger vrijwilliger
K. Fanfare De Eendracht Desselina Oud-Strijders en Krijgsgevangenen VVV Pleintjes met een verhaal
vrijwilliger
Verzamelaars Karel Ooms Verzamelaars Brouwerij Keersmaekers
omschrijving
Gemeentearchief, Kerkarchief Publicaties informatieblad, gynealogie staan in voor de organisatie van de verschillende buurtkermissen
vrijwilliger
vrijwilliger vrijwilliger vrijwilligers
Werkgroep rond kunst op verschillende Desselse pleintjes
vrijwilligers Vrijwilligers
Zijn er specifieke lokale gebruiken of erfgoedevenementen (kermissen, stoeten, …)? Naam Driekoningen zingen Kerstboomverbranding Dessel Jaarmarkt Sinksenfoor Hei Kermis Witgoor Kermis Bergen Kermis Kerstmarkt Herdenking Oud-Strijders Open Monumentendag Sint-Maarten
Lokaliteit
Centrum Centrum Heide Witgoor Bergenstraat
Omschrijving (ev. ook de inrichter) zaterdag na Driekoningen eerste maandag van maart Pinksteren
11 november
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Kaarske met Lantaarn Nacht van de geschiedenis Wekelijkse markt Centrum Periodieke erfgoedpublicaties Naam
Vereniging
Artikel infoblad Desselaar Historische boeken
Heemkundige Kring De Griffioen Heemkundige Kring De Griffioen
Omschrijving (indien niet duidelijk op basis van naam en vereniging)
Laatste weekend september Davidsfonds-Heemkundige kring
Oplage
periodiciteit
3800
maandelijks
Gesubsidieerd door Vlaamse Gemeenschap (Erfgoeddecreet)? Zo ja, hoogte subsidiebedrag Neen
Overzicht onroerend erfgoed Naam Goor Groesgoor De Boeretang Monumentale Pomp De Pastorij Orgel Kerk Witgoor Kapelleke Hei
Type landschap landschap bouwkundig + landschap bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig
3. Welke expertise kan regionaal ingezet worden? Omschrijving expertise Bewaring, digitaliseren van archieven Publicaties
Wie heeft de expertise? Heemkundige Kring
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Eigenaar en/of uitbater
privé gemeente gemeente Kerkfabriek Heilige Familie
Lokale fiche erfgoedconvenant: Geel 1. Identiteitskaart gemeente Algemeen Aantal inwoners 36.020 (31/12/2007)
Totale oppervlakte 10.978 hectare
Aantal woonkernen 12 parochies (centrum + acht gehuchten)
Globale situering Geel is gelegen in de Antwerpse Kempen, in de zuidoosthoek van de provincie. Met een oppervlakte van 10.978 hectare is het één van de meest uitgestrekte gemeenten van het land. Sinds 1985 mag Geel zich officieel stad noemen. De stad vormt het belangrijkste centrum in de Zuiderkempen. Geel telt twaalf parochies, waarvan vier in het centrum van de stad (St. Amands, St. Dimpna, Holven, Elsum, Larum, Punt, Ten Aard, Bel, Winkelomheide, Stelen, Oosterlo, Zammel). De Geelse gemeente grenst in het O. aan Mol, in het Z.O. aan Meerhout, in het Z. aan Laakdal, in het W. aan Westerlo en Olen, in het N.W. aan Lichtaart en Kasterlee en in het N.O. aan Retie. Het grondgebied wordt begrensd door de Kleine Nete in het N. en doorsneden door het kanaal BocholtHerentals, de spoorlijn Antwerpen-Munchen-Gladbach, het Albertkanaal en de autosnelweg E 313. Rond deze twee laatste zijn de industrieterreinen ontstaan. Verder omvat het grondgebied oude natuurgebieden, bossen, duinen, moeras- en broeklandschappen naast akker- en weilanden. Internationaal geniet Geel een grote bekendheid omwille van de unieke manier waarop er al sinds eeuwen geesteszieken verpleegd worden. Nog altijd worden deze mensen liefdevol opgevangen door heel gewone gezinnen, zonder dat die op enige psychologische scholing kunnen terugvallen. Deze gezinsverpleging is ontstaan vanuit de St.-Dimpnalegende en bezorgde de stad de eretitel van ‘Barmhartige Stede’. Demografisch Op 31 december 2007 telde onze stad 36.020 inwoners. De jongste jaren is het inwonersaantal fors gestegen. Die stijging is vooral het gevolg van een record aantal inwijkelingen en een daling van de overlijdens. De Geelse bevolking is met 97 verschillende nationaliteiten zeer divers te noemen. De stad telt 1.309 niet-Belgen, dit is 3,6 %. De Nederlanders vormen de grootste groep (403), gevolgd door de Marokkanen (104). Op 31 december 2007 zijn 7.741 Gelenaars onder de 21, 22.525 Gelenaars zijn tussen de 21 en de 65 en 5.754 Gelenaars zijn boven de 65. De laatste jaren zit Geel met een ondervertegenwoordiging van de -20tigers terwijl +70tigers oververtegenwoordigd zijn Economisch Tot voor enkele tientallen jaren bleef de landbouw de belangrijkste inkomstenbron voor een groot deel van de bevolking. Sinds de jaren ’60 is de economische en sociale eigenheid van Geel grondig gewijzigd. Vooral langs het Albertkanaal en de E 313 kwam een belangrijk industriegebied tot stand. Vandaag vervult de stad verschillende functies: • een agrarische: vooral het noordelijk deel van de stad; • een industriële: vooral het zuidelijk deel; • een handels- en centrumfunctie: de brandweer, de politie, de ziekenhuizen • het onderwijs Binnen Geel is de organisatie IOK (Intercommunale Ontwikkelingsmaatschappij van de Kempen) gehuisvest. Deze instelling overkoepelt de meeste gemeentebesturen van het arrondissement en ijvert voor de ontwikkeling van de streek. Ook de Kempense Kamer voor Handel en Nijverheid en CIPAL hebben hier kantoren. De scheikundige nijverheid vormt de hoofdbrok van de industriële activiteit. In de landbouwsector is vooral de veelteelt belangrijk. Ondanks de semi-industrialisering was, is en blijft de werkloosheid in de Zuiderkempen en in Geel zelf, relatief omvangrijk. Als gevolg van de centrumfunctie, blijft de stad Geel het fenomeen van
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
inwijking van de socio-economische lagere groep kennen. Deze concentratie als stedelijk fenomeen, nemen we vooral in het stadscentrum waar.
Sociaal-maatschappelijk Geel kent een belangrijke onderwijsfunctie. Op het grondgebied bevinden zich 15 basisscholen, 7 scholen secundair onderwijs en 3 scholen buitengewoon onderwijs (twee basis en één secundair). Voor het hoger onderwijs is er de Katholieke Hogeschool Kempen (KHK). Ook het deeltijds kunstonderwijs is vertegenwoordigd in de Academie voor Beeldende Kunsten en de Academie voor Muziek, Woord en Dans. Op het vlak van volwassenenonderwijs is er het Centrum Basiseducatie voor de regio Zuiderkempen, het CVO Kempen (gemeenschapsonderwijs) en het Centrum voor Volwassenen Onderwijs Hoger Instituut der Kempen (vrij gesubsidieerd onderwijs). Geel telt vijf bejaardentehuizen. Op vlak van gezondheidszorg is er het Sint-Dimpnaziekenhuis en het Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis. De gemeente zelf heeft een gezondheidswerkster en een drughulpverlener in dienst. Toeristisch Geel heeft een aantal interessante monumenten, musea en toeristische sites. De Belse bossen, de Zegge, het Malesbroek en het Zammelsbroek vormen interessante natuurgebieden. Het landschap van de vallei van de Grote Nete vormt ook een toeristische trekpleister. De stedelijke dienst toerisme werkt veel samen met de gidsenbond, de kerkwachters en de VVV. De dienst organiseert ook de grotere evenementen in de stad: Geel Zomert, stadsfestival, Eurofeesten, kerstmarkt en ze ondersteunt de Dimpnadagen. Tenslotte coördineert deze dienst ook de internationale contacten van de stad. Regionale partners - politie: Politiezone Geel, Laakdal, Meerhout - brandweer: gewestelijke brandweer: Geel, Meerhout, Laakdal - toerisme: Samenwerkingsverband Vallei van de Grote Nete (Geel, Herselt, Laakdal, Hulshout, Meerhout, Westerlo) - musea: Samenwerkingsverband Jacob Smits, Gasthuismuseum en Tongerlo. - Erfgoeddag: Samenwerking erfgoeddag 2006-2007 tussen Mol, Balen en Geel; - Leader: Europees initiatief voor plattelandsontwikkeling: Balen, Geel, Kasterlee, Retie, Meerhout, Lille, Vorselaar - IOK (alle partners) - Stichting Kempens Landschap - Conferentie van Kempische Burgemeesters 2. Lokale erfgoed Wat doet de gemeente (in 2008) voor/rond erfgoed? Personele middelen (FTE’s met functie, ev. kort uitgelegd) 1FTE archivaris 2 FTE archiefmedewerkers
Financiële middelen
Logistieke ondersteuning
Personeelskosten 2008: Archief: 151.185 euro Werkingskosten 2008: Archief: 11.794 euro
Ter beschikking stellen van vergaderlokalen Materiële ondersteuning activiteiten verenigingen(uitleen tentoonstellingspanelen…) Communicatie van activiteiten verenigingen (vb. via website, evenementenkrant) Kennisondersteuning door cultuurdienst (wetgeving, vrijwilligerswerk…)
Cultuurbeleidscoördinator
Kosten infrastructuur Archief: 778: 3.250 euro
Diensthoofd dienst toerisme
Eigen subsidies: GGG, Gasthuismuseum, SintDimpnacomité, Carnaval De Heiknuiters, Project ‘Tussen de mensen’ (mondelinge geschiedenis
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
gezinsverpleging) Subsidies aan culturele verenigingen via cultuurraad Aparte subsidies muziekverenigingen Wie is er lokaal actief (zowel gemeentelijke diensten als andere instellingen en verenigingen)? Actor Bestuur Stadsarchief Toerisme Openbare bibliotheek Cultureel Centrum OPZ Gasthuismuseum SintDimpna Bakkerijmuseum en Molen van’t Veld Lampenmuseum ‘t Klokkenmuseum VVV en gidsenbond Geels Geschiedkundig Genootschap Sint-Dimpnacomité Zeuntcomité Kerkfabrieken 12 parochies Plattelandscentrum Hooibeekhoeve Scholen en academies Davidsfonds Vrienden Geelse Molens Carnavalvereniging De Heiknuiters Nieuwsblad van Geel
Professioneel/vrijwilliger Prof. Prof. Prof. Prof. Prof. Prof. Prof.
Andere cultuurverenigingen die erfgoed beheren
Vrijw.
omschrijving Beleid en beheer patrimonium
Jaarlijkse deelname Erfgoeddag Erfgoedgerelateerde activiteiten Archief en project ‘Tussen de mensen’
Vrijw. Vrijw. Vrijw. Vrijw. Vrijw. Vrijw. Vrijw.
Organisatie Dimpnadagen Promotie streekprodukten
Prof.
Erfgoedgerelateerde activiteiten
Prof. Vrijw. Vrijw. Vrijw.
Beheer roerend erfgoed Erfgoedgerelateerde activiteiten
Prof.
Erfgoedgerelateerde artikels en activiteiten
Zijn er specifieke lokale gebruiken of erfgoedevenementen (kermissen, stoeten, …)? Naam Erfgoeddag Open Monumentendag Carnavalsstoet Palmenmarkt Kerstmarkt Kerststallentocht Dimpnaviering 15 mei Dimpnadagen + -processie (vijfjaarlijks) Nacht van de Geschiedenis Erfgoedwandelingen Geel Mystery Tour
Sint-Antoniusviering Project ‘Tussen de mensen’
Lokaliteit
Omschrijving (ev. ook de inrichter)
Winkelomheide
Davidsfonds Gidsenbond Samenwerking tussen Nieuwsblad van Geel, Gasthuismuseum, Gidsenbond en dienst toerisme Bel Mondelinge geschiedenis van de Geelse
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
gezinsverpleging: samenwerking tussen Stad geel, OPZ, KOGEKA, Gasthuismuseum en GGG Nieuwjaarszingen Dorpskermissen (16) Periodieke erfgoedpublicaties Naam
Vereniging
Jaarboek van de Vrijheid en het Land van Geel
Geels Geschiedkundig Genootschap vzw vzw OMV Gasthuismuseum Sint-Dimpna
Vrienden van het Gasthuismuseum
Omschrijving (indien niet duidelijk op basis van naam en vereniging)
Oplage
periodiciteit
300 ex.
1 x /jaar
Gesubsidieerd door Vlaamse Gemeenschap (Erfgoeddecreet)? Zo ja, hoogte subsidiebedrag ja
2 x /jaar
Nee
Overzicht onroerend erfgoed (enkel indien beschermd!) Naam Gasthuismuseum Sint-Dimpna Sint-Amandskerk Sint-Dimpnakerk Sint-Lambertuskerk Bel: toren + orgel Molen van’t Veld Windmolen Gansakker Windmolen Larum + omgeving Mechanische maalderij Larum Pastorie Zammel Oud Gemeentehuis (Halle) Huis ‘De Ooievaarsnest’ Huis ‘De Waaiburg’ Houtopslagplaats Leurs en omgeving Hoeve De Brukel en omgeving Sint-Dimpnakapel van de Groenenheuvel Sint-Dimpnakapel Elsum Sint-Dimpakapel Zammel Landschap van Bel Zammelsbroek Malesbroek-Scherpenbergen De Zegge De Reivennen Gooreind Snepkensvijver en omgeving (Kasterlee, Geel, Olen, Herentals) Hezeschranshoeve Grafmonument baron Coppens Huis Verluyten, Stationsstraat Van Disselhuis
Type
Eigenaar en/of uitbater vzw OMV Gasthuismuseum Sint-Dimpna Kerkfabriek Sint-Amands Kerkfabriek Sint-Dimpna Kerkfabriek Bel
Privé dorpsgezicht
Stad Geel Geelse Bouwmaatschappij stadsgezicht
Privé
dorpsgezicht
Privé
landschap landschap landschap landschap landschap landschap landschap
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Privé
Stad Geel
3. Welke expertise kan regionaal ingezet worden? Omschrijving expertise Expertise beheer museum Expertise bewaring en beheer archieven Expertise rond mondelinge geschiedenis Organisatie erfgoedevenementen
Wie heeft de expertise? Conservator/ Personeel Gasthuismuseum Archivaris/Personeel Stadsarchief Archivaris OPZ Coördinatoren project ‘Tussen de mensen’ Dienst toerisme, SintDimpnacomité, coördinator Erfgoeddag, cubeco
Eigen subsidies: regiowaarde binnen convenant St.-Dimpnacomité: 12.400 EUR. In Geel is een van de belangrijke erfgoedelementen de Dimpnalegende en bijhorende zaken (museum, Dimpnadagen, processie, gebruiken, gezinsverpleging …). Naast de structurele aandacht via toerisme en andere sectoren, voorziet de stad jaarlijks een bijdrage aan het Dimpnacomité en aan het museum. Het Dimpnacomité organiseert met deze bijdragen om de 5 jaar de Dimpnadagen met processie, massaspektakels, vormingsaanbod voor scholen, mobilisatie van vrijwilligers, verhoging kennis rond Dimpna en aanverwante zaken bij jeugd, regio en bezoekers, aangepaste gidsenwandelingen, congres, publicaties… : verschillende erfgoedactoren en de bevolking in het algemeen worden in en via verschillende methodieken betrokken bij een brede benadering van erfgoed. Gasthuismuseum: 4.465 EUR Het Gasthuismuseum is in Geel één van de belangrijkste erfgoedelementen. Naast een schets van de Geelse geschiedenis van de verzorgingsinstellingen, geeft het tevens een beeld van de evolutie van een heiligenverering tot de aanzet van de hedendaags psychiatrische instelling (OPZ) en van de hedendaagse gezinsverpleging waarvan de wortels teruggaan tot de Middeleeuwen. Het Gasthuismuseum is tevens begaan met het roerende erfgoed van Geelse kerken en kapellen (stelt dossiers samen voor o.a. St.-Dimpnakerk als objecten moeten gerestaureerd, doet prijsvragen etc.) Het Gasthuismuseum organiseert om de 2 jaar een thematische tentoonstelling om een aspect of deelcollectie, aangevuld met bruiklenen, in de kijker te zetten. Dit resulteert gewoonlijk in een publicatie. In samenwerking met het onderwijs worden projecten voor kinderen en jeugd ontwikkeld om jongeren de weg naar erfgoed en museum te leren ontdekken (museumspelen). Tussen de mensen: 7.500 EUR De stad Geel is in binnen- en buitenland bekend voor zijn unieke gezinsverpleging van psychiatrische patiënten. Het verleden van de gezinsverpleging in Geel maakt onmiskenbaar deel uit van het Vlaamse en zelfs internationale culturele erfgoed. Het doel van het project “Tussen de mensen… de spraakmakende geschiedenis van de Geelse gezinsverpleging.” is om aan de hand van interviews een collectie mondelinge bronnen over de Geelse gezinsverpleging in al zijn aspecten aan te leggen en te valoriseren door diverse manieren van erfgoedontsluiting. Bovendien is het de bedoeling om via de interviews ook zicht te krijgen op de particuliere collecties rond de thuisverpleging in Geel. Om dit project voldoende draagvlak te geven is er een netwerk van diverse actoren betrokken bij het initiatief (professionals, erfgoedvrijwilligers, archief, museum, onderwijs,…). De deelnemende partners zijn de KOGEKA vzw., het OPZ-Geel, de Stad Geel, het OMV Gasthuismuseum St.-Dimpna
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
en het Geels Geschiedkundig Genootschap. Voor het afnemen van de interviews wordt samengewerkt met een werkgroep van vrijwilligers en met leerlingen van het laatste jaar secundair onderwijs van twee scholen. Zij worden dus ook vertrouwd gemaakt met de verschillende methodieken. Het project wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap. GGG 3.500 EUR Het Geels Geschiedkundig Genootschap werd opgericht in 1961. Door de jaren heen heeft de vereniging een uitgebreide wetenschappelijke bibliotheek uitgebouwd met algemene historische naslagwerken, werken over de geschiedenis van het oude hertogdom Brabant, de Kempen en Geel. De bibliotheek wordt jaarlijks aangevuld met nieuwe publicaties. Het GGG beschikt ook over een verzameling heemkundige tijdschriften uit de wijde omgeving, die voornamelijk tot stand kwam via ruil met hun eigen publicatie. Naast de bibliotheek werd een collectie bidprentjes en doodsbrieven, kaarten en plannen, prentkaarten en foto’s aangelegd. Dit documentatiecentrum vormt een goede aanvulling op de eigen collecties van het stadsarchief en bevindt zich dan ook in dezelfde lokalen. Bijna 40 % van de bezoekers komen van buiten Geel. Het GGG geeft jaarlijks een jaarboek uit, een wetenschappelijk werk waarin ook artikels worden gepubliceerd die interessant zijn voor de geschiedenis van de Kempen. Het jaarboek wordt ook gekocht door geïnteresseerden buiten Geel. Ten slotte organiseert de vereniging jaarlijks een aantal lezingen over een historisch onderwerp. Carnaval 750 EUR (2008: 7.500 EUR)
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Lokale infofiche Laakdal Algemeen Aantal inwoners 15.083
Totale oppervlakte 4.248 ha.
Aantal woonkernen 5
Globale situering De gemeente Laakdal is gelegen in de Provincie Antwerpen en behoort tot het administratief en het gerechtelijk arrondissement Turnhout en het kieskanton Westerlo. De gemeente is ten zuiden begrensd door de provinciën Limburg en Vlaams-Brabant. Aangrenzende gemeenten zijn: Geel, Meerhout, Ham, Tessenderlo, Herselt, Scherpenheuvel-Zichem. De gemeente is gemakkelijk te bereiken via de E313 Antwerpen-Hasselt, afslag Geel-Oost en via de A2 Leuven-Hasselt, afslag Diest. Laakdal is een landelijke gemeente gegroeid uit de fusie van de gemeenten Eindhout, Veerle en Vorst in 1977. De gemeente Varendonk werd enkele jaren voordien reeds bij Veerle gevoegd. Veerle kent nog een andere leefkern Veerle-Heide. Vorst kent twee leefgemeenschappen: Vorst-centrum en Vorst-Meerlaar (ook wel Klein Vorst genoemd). De Grote Laak, Kleine Laak of Rode Laak lopen door de deelgemeenten, vandaar de naam Laakdal, die de binding van de deelgemeenten aangeeft. De gemeente is opgesplitst in twee postcodes: 2431 Veerle-Laakdal en 2430 voor de rest van de gemeente. Voor de telefonie vallen Eindhout en Veerle onder het zonenummer 014 (Herentals), Vorst en Vorst-Meerlaar bevinden zich in de 013-zone (Diest). Demografisch - aantal inwoners op 31/12/2007 = 15.083 - aantal nationaliteiten = 45 + de twee grootste groepen Nederlanders (36.6%) en Polen (8.7%) + 1.68% niet-Belgen op het aantal inwoners - leeftijd: aantal jongeren onder 21 jaar = 3176 + aantal inwoners tussen 21 en 65 jaar = 9513 + aantal ouder dan 65 jaar = 2787 De steeds smaller wordende basis van de bevolkingspiramide duidt op een sterke vergrijzing van de bevolking. Ook het totale bevolkingsaantal stagneert. Niet allen de natuurlijke bevolkingsbeweging zijn daarbij van belang maar ook beperkte mogelijkheden inzake huisvesting, industrie en werkgelegenheid, inspraak en onthaal, commerciële functies zoals lokale handel en nijverheid, onderwijs, infrastructuur recreatie, ontbreken van markten en pleinen, slechte mobiliteit, e.d. kunnen oorzaak zijn van de bijna onbestaande bevolkingsaangroei. Economisch De geschiedenis leert ons dat in de prehistorie de onvruchtbare Kempische gronden weinig aantrekkingskracht uitoefenden op de mens. Pas in de Vroege Middeleeuwen vestigden de mensen er zich voor het eerst definitief. De voormalige deelgemeenten behoorden tot verschillende grondheren de en bisdommen. Gemeenschappelijk is dat alle woonkernen van het huidige Laakdal vanaf de 14 eeuw kerkelijk bestuurd werden door de Norbertijnen van Abdij van Averbode, ook al waren de parochies gelegen in verschillende bisdommen. Door ontginning van de gronden en drooglegging van sommige beekdalen langs Laak en Nete werd en bleef landbouw de belangrijkste bron van inkomsten. de De eeuwenoude dorpen leken in te dommelen. De industriële revolutie in de 19 eeuw bracht verhoging van de welstand en had gevolgen voor de seizoen-, mijn – en fabrieksarbeid in Laakdal maar samenhangende industrialisatie bleef uit. De materiële groei zorgde wel voor een kentering van de geest waarbij de taak van de voornaamste instellingen werden herzien. Laakdal wilde een groeigemeente worden maar door te weinig financiële middelen en door interne politieke strijd werden noodzakelijke beslissingen op de lange baan geschoven. Volgens de cijfergegevens van de GOM Antwerpen telt Laakdal slechts 59 bedrijven die meer dan 5 werknemers tewerkstellen. Uitkeringsgerechtigde werklozen
1999
2000
2003
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
2006
Mannen Vrouwen
282 558
247 484
269 497
241 454
Totaal
839
730
765
695
Het ontwerp gemeentelijk ruimtelijk structuurplan werd goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 02 juli 2003. Laakdal bezit een wegennetwerk van 183 km, waarvan 17 km onverhard. De gemeente heeft 21 km. de de waterlopen van 1ste categorie, 15 km van 2 cat. en 19 km van 3 cat. op haar grondgebied. Volgens het gewestplan is 51 ha als industriezone en 41 ha als ambachtelijk gebied ingekleurd. Het Economisch Netwerk Albertkanaal (ENA) voorziet industriële en ambachtelijke gebieden tussen de E313 snelweg en het Albertkanaal in de nederzetting Langvoort. Daar bevindt zich reeds de Amerikaanse multinational Nike en ten noorden van Eindhout bevindt zich het petrochemisch bedrijf BP Chemicals. Vanwege de beperkte reserves industriegebied voorziet Laakdal een uitbouw van het bedrijventerrein langs Langvoort met 10 ha. Ook de carpoolparking bij Triangel in Eindhout wordt uitgebouwd. Voor woningbouw tot 2007 bestond nog een aanbod voor 400 woningen en Laakdal voorziet bijkomend prioritair nog 250 woningen met spreiding in elke woonkern. Er komen geen landbouwbedrijven bij en men voorziet slechts een beperkte uitbreiding van de bestaande landbouwbedrijven. Inzake verblijfsrecreatie is een regularisatie/herbestemming gepland voor de camping langs Verboekt aan het kasteel Meerlaar. De toeristisch recreatieve structuur langs De Roost wordt uitdovend en de TRS Achter de Bergen wordt behouden en gesaneerd. Op het lokaal vlak staat de uitbouw van het fietsroutenetwerk op het programma en betreffende de jeugdinfrastructuur is een herlokatie voor de Chiro van Meerlaar en een uitbouw van de speelbossen langs Eindhout en Veerle gepland. In Laakdal worden geen wekelijkse- of jaarmarkten gehouden. Elke leefkern heeft wel twee kermissen behalve in Veerle-Heide, daar is maar 1 kermis voorzien maar jaarlijks begin augustus organiseren de parochiale verenigingen er een grote rommelmarkt met regionale uitstraling. Toeristisch De talrijke stukjes ongerepte natuur in de riviervalleien langs Laak en Nete zijn liefelijk en woest tegelijkertijd. Natuurreservaten zoals Trichelbroek, De Roost, Varenbroek, De Werft, Craeywinkel, Maekelsbroek, Peiren, Swinnenbroek en Ossenbroeken, werden gevormd door samenspel van aarde, water en wind. Ze bieden de bezoeker een gevarieerde fauna en flora. De plaatselijke VVV-Toerisme biedt de bezoeker 75 km bewegwijzerde wandelwegen en 50 km afgepijlde fietsroutes aan. Naast de natuurlijke schatkamers toont Laakdal het aanzien van het bouwkundig verleden in de Kempen. Tussen de monumenten horen enkele pareltjes van Vlaamse renaissancestijl zoals enkele pastorijs en oude gemeentehuizen, de imposante gotische St.-Gertrudiskerk met barokinterieur, een Klompenmuseum, een eeuwenoude bedevaardkapel gewijd aan St.-Bavo, een industrieelarcheologische stoomzagerij en een neorenaissance kasteel in Meerlaar. De kijk- en wandelgemeente met haar gave cultuurhistorische landschappen is tevens een uitgelezen plek voor hengelaars. De gemeente biedt ook verblijfsaccommodatie aan met een camping en enkele gastenverblijven. Dan zijn er nog de culinaire eethuisjes verspreid in de gemeente. Op sommige locaties kan men smullen van een streekgebakje “Laakdals klavertje” of het streekgerecht “Laakdals stoofpotje”. Er is veel sportinfrastructuur in de gemeente aanwezig en de kinderen kunnen terecht in de speeltuin Dennenoord en de kinderboerderij Ooievaarsnest kent regionale uitstraling. Spotnamen: “Endertse Tutten” voor inwoners van Eindhout en “Pootzakken” (wortelkwekers) voor de inwoners van Vorst. De inwoners van woonkern Klein Vorst werden ook wel “die van de Kapel” genoemd door hun medeburgers van Groot Vorst. Varendonk was zo klein dat het op geen enkele wegenkaart te vinden was en ook het voormalige gemeentehuis was het kleinste van het land. Bij een huwelijk konden alleen de burgemeester en het bruidspaar erin plaatsnemen. Sociaal-maatschappelijk Onderwijs De gemeente Laakdal telt 435 leerlingen in het kleuteronderwijs en 944 leerlingen in het lager onderwijs (schooljaar 2006-2007).
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Sinds 2002 werd de Gemeentelijke Basisschool van Eindhout en de Gesubsidieerde Vrije Basisschool van Eindhout gefusioneerd tot één Gemeentelijke Basisschool in de Schoolstraat 42, 2430 Laakdal. Tel. 014/86.63.40. In de leefgemeenschap Vorst is er een Vrije Bassischool gevestigd langs de Smissestraat 50, 2430 Laakdal, Tel. 013/66.12.59 en in Vorst-Meerlaar is een Gesubsidieerde Vrije Gemengde Lagere- en Kleuterschool, Meerlaarstraat 95, 2430 Laakdal Tel. 013/66.17.27 gevestigd. In Veerle (postnummer 2431 Laakdal) bestaan de drie onderwijsnetten: Gemeenschapsonderwijs: Basisschool De Wissel, langs Kapellestraat 9, Tel. 014/84.12.02 Gesubsidieerde Vrije Lagere en Kleuterschool, langs Veerledorp 39, Tel. 014/84.13.96 Gemeentelijke Basisschool De Schans, langs Veerledorp 18, Tel. 014/84.12.80 en de Gemeentelijke Basisschool Schanske, langs Zandstraat 58, Tel 014/84.01.80 in Veerle-Heide Daar is ook secundair onderwijs mogelijk aan de Vrije St.-Lambertusschool, langs de Vorstsebaan 3, Tel. 014/84.04.26. Een groot deel van de schoolplichtige inwoners van Laakdal genieten onderwijs buiten het grondgebied van de gemeente (voornamelijk secundair en hoger onderwijs buiten universiteit) in Diest, Geel, Hasselt, Tessenderlo en Westerlo. Kunstonderwijs: De Stedelijke Academie voor muziek, woord en dans van Geel biedt algemene muzikale vorming en notenleer aan in drie bijafdelingen, elk werkzaam in een deelgemeente. In 2006 volgden in totaal 342 leerlingen muziekonderricht in de Laakdalse afdelingen. Info: Stedelijke Academie Geel, Stationsstraat 26, 2440 Geel. Tel. 014/58.80.04. Meermaals is gepoogd ook een afdeling van een Academie voor Schone Kunsten binnen de gemeentegrenzen te krijgen maar er waren telkens te weinig belangstellenden. De Laakdalse Kunstkring en De Penseelvrienden lenigen voorlopig die noden door privé opvang en initiatie plastische kunsten te verzorgen. Buitenschoolse kinderopvang Het OCMW organiseert ook buitenschoolse kinderopvang “’t Kakelnestje” in de “Witte School” langs Meerlaarstraat 122 in 2430 Laakdal. Coördinator: Karine Den Hondt. Tel. 013/67.38.83. Scholieren van de 6 basisscholen in Laakdal kunnen tijdens het schooljaar in ’t Kakelnestje of in de kleinere lokaties in de verschillende leefgemeenschappen terecht vanaf 6.30 u tot het begin van de lessen en vanaf het einde van de lessen tot 18 u. Op woensdagnamiddag worden de kinderen opgehaald met de autobusjes van het OCMWdagcentrum voor centrale opvang. Ook gehandicapte kinderen kunnen in ’t Kakelnestje terecht. Tijdens de vakantieperiode sluiten de kinderclubs van 19 juli tot 3 augustus. De kinderopvang is tijdens de vakantie partner van de Jeugddienst om gezamenlijk activiteiten te organiseren voor kinderen met Grabbelpas en Swappas. Andere instellingen of diensten Binnen de schoot van het OCMW is ook een Dagcentrum voor 30 niet-werkende gehandicapten werkzaam. Dit centrum is gelegen langs Vogelzang 48 in Vorst. Verantwoordelijke: directeur Frans Schoeters, Tel. 013/66.34.16. Vanaf 2004 bouwen de OCMW’s van Laakdal en Geel ook een nachtverblijf voor volwassen gehandicapten uit in de voormalige dokterswoning Eeckhout, langs Meerlaarstraat 79 in Vorst-Meerlaar. Verantwoordelijke: directeur Paul Snoeckx, Tel. 013/53.14.26. Op het Laakdals grondgebied zijn twee privé rustoorden aanwezig: Op ’t Haanven, langs de gelijknamige straat en De Winde langs de Werftstraat. Het OCMW bezit een aantal bejaardenwoningen langs Wijngaardbos. Het Centrum Basiseducatie Zuiderkempen telde 14 Laakdallers tussen haar schoolbevolking. Daar wordt vorming geboden voor laaggeschoolden met als programma’s: lezen, schrijven, rekenen, Nederlands voor anderstaligen, opkomen voor jezelf, geheugentraining met hulpmiddelen om te concentreren en te onthouden, eerst hulp bij stress, rijbewijs, surfen en mailen op computer. Het CBS is gevestigd in 2440 Geel, Kollegestraat 21. Tel. 014/58.41.91 of
[email protected] Lokale actoren 5 kerkfabrieken:
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
-St.-Gertrudisparocchie Vorst -St.-Nicolasparochie Vorst-Meerlaar -St.-Lambertusparochie Eindhout -Parochie O.L.Vrouw in de Wijngaard Veerle -Pärochie St.-Jozef Werkman Veerle-Heide
Regionale partners - Laakdal heeft zich aangesloten bij de politiezone Geel-Meerhout-Laakdal en valt ook onder het beschermingsgebied van de Geelse brandweer. - Interlokale vereniging Opvoedingsondersteuning Geel-Laakdal-Meerhout - Logo Zuiderkempen (OCMW’s) - De Sprong (sociaal tewerkstellingsproject) - Centrum Basiseducatie Zuiderkempen - Kringwinkel Zuiderkempen - IOK - Toeristische cluster Vallei van de Grote Nete. - Stuurgroep Domein De Merode, Prinsheerlijk Platteland - Stichting Kempens Landschap - Bosgroep Zuiderkempen - Sportregio Zuiderkempen - Nacht van de duisternis met Westerlo en Herselt - Bib- gedichtendagen met Westerlo en Herselt - Zonneslag (milieu) met Meerhout, Olen, Westerlo en Herselt - Tankslag (milieu) met Olen, Westerlo en Herselt
2. Lokale erfgoed Wat doet de gemeente (in 2008) voor/rond erfgoed (enkel roerend en immaterieel erfgoed)? Personele middelen (FTE’s met functie, ev. kort uitgelegd) - 0,20 FTE culbeleidscoördinator - 0,10 FTE Admin. medewerkster
Financiële middelen
Logistieke ondersteuning
-
Werkingsbudgetten:
-
-
Personeelskost:
-
Infrastructurele kost:
-
-
Gemeentelijke subsidies aan de culturele verenigingen projectsubsidies cultuurraad verzekering expo’s Bijdrage klompenmuseum Communicatie van het aanbod van verenigingen, … via de gemeentelijke kanalen (website, infoblad, infoborden, persartikels…) Ter beschikking stellen van vergaderlokalen Ondersteuning bij de voorbereiding van erfgoedgerelateerde projecten (uitlenen tentoonstellingspanelen, begeleiden bij het verrichten van opzoekingen, …)
Wie is er lokaal actief (zowel gemeentelijke diensten als andere instellingen en verenigingen)? Kerkfabriek St.Gertrudisparochie Vorst
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Kerkfabriek St.Nicolaasparochie VorstMeerlaar Kerkfabriek-St.Lambertusparochie Eindhout Kerkfabriek Parochie O.L.Vrouw in de Wijngaard Veerle Kerkfabriek Parochie St.Jozef Werkman VeerleHeide Vrienden van het Klompenmuseum Heemkring De Klomp
vrijwilligers
Beheer en demonstraties klompenmuseum
vrijwilligers
Laakdalse Werkgroep Geschiedenis&Heemkunde Kon. Kolveniersgilde OLVrouw in de Wijngaard Parochie Veerle Abdij van Averbode Mijnwerkersbond St.BarbaraVorst… Mijnwerkers-brancardiers Vorst Hanekappers Imkersvereniging ‘t Bieke Missienaaikring Vlegeldorsers LD kloppers Vorsters verenigingenkomitee… Kerkfabrieken Veerle, VH, Vorst, VM en Eindhout Oudstrijders Eindhout Kerstmarkt Vorst
vrijwilligers
Organiseren van thematische tentoonstellingen privécollecties Beheer van deel gemeentelijke archief via beheersovereenkomst Koningsschietingen/karabijnschietingen en begeleiding processie 15 aug Jaarlijkse processie en openluchtmis 15 aug
vrijwilligers
Oud-mijnwerkers
Diverse bijeenkomsten
hanekapfeesten Missietentoonstellingen Demonstraties oude ambachten/oogstfeesten Overkoepeling Vorsterse verenigingen en meiboomplanting
Zijn er specifieke lokale gebruiken of erfgoedevenementen (kermissen, stoeten, …) Naam meiboomplanting Cultuurmarkt (multicultureel) Heidense feesten Heksentocht
Lokaliteit Vorst Vorst en Eindhout Veerle-Heide Vorst
Pootzakkenwandeling Boerenkermis sinterklaasfeesten in de gehuchten Nacht van de geschiedenis opening toeristisch seizoen Zonne-Run
Vorst Vorst
Vejelse metten erfgoedwandelingen door VVV, Agentschap B&N en Natuurpunt Historische wandelingen en
Veerle Eindhout Veerle Laakdal
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Omschrijving (ev ook de inrichter) minitaptoe + jaarlijkse rommelmarkt KLJ Jaarlijkse heksentocht tot 1200 deelnemers VVV – KWB Vorst Jaarlijks weekend half aug KWB, KVLV en gezinsbonden Davidsfonds VVV en dienst Toerisme Rondrit motors met zijspan voor ste gehandicapten 1 zondag juli ste 1 zondag juli
schelmentocht door LWGH Erfgoeddag Open Monumentendag
LWGH De Klomp
KERMISSEN VAN LAAKDAL 1e kermis Eindhout....................................................................................................1e zondag na Pasen Vorst-Centrum ..........................................................................................2e zondag na Pasen Vorst-Meerlaar ..........................................................................................2e zondag na Pasen Veerle ................................................................................................... laatste zondag van juni 2de kermis Eindhout.........................................................................................tweede zondag van oktober Vorst-Centrum ............................................................................. laatste zondag van augustus Vorst-Meerlaar ................................................................................ eerste zondag van oktober Veerle ........................................................................................ eerste zondag van september Periodieke erfgoedpublicaties Naam
Vereniging
De lustige Pootzak De Klomp
Voormalig soldatenkrantje Vzw Vrienden van het klompenmuseum LWGH
Laakdalse Heemtijdingen
Omschrijving (indien niet duidelijk op basis van naam en vereniging) Volkskrantje
Oplage
periodiciteit
200 ex.
6 X jaar
Gesubsidieerd door Vlaamse Gemeenschap (Erfgoeddecreet)? Zo ja, hoogte subsidiebedrag Neen
Tijdschrift
Jg 14
4 X jaar
Neen
Tijdschrift
Jg 23
4 X jaar
Neen
Overzicht onroerend erfgoed (enkel indien beschermd!) Veerle -
de
voormalige pastorie van 1851 n.o.v. E. Gife, Veerledorp 17 en 17 eeuwse omgrachting van de vroegere pastorie met uitzondering van het recent aanbouwsel (dd 13/05/2002) Sint-Jozefkapel, Tessenderloseweg (dd 12/04/2002) Kapel van Watereynde, Grote Steenweg 47 (dd 12/04/2002) Typisch Kempische langsschuur, Herseltseweg 11 (dd 12/04/2002) Typisch Kempische langsschuur, Blaardonk 2 (dd 12/04/2002) Kasteel van Zerezo de Tejada, Diestsebaan 62 (dd 12/04/2002) Onze-Lieve-Vrouw-Hemelvaartkerk (toren), Veerledorp (dd 25/03/1938) Pomp: Marktplein, (dd 25/07/1986)
Eindhout -
Kapel O.L.-Vrouw van Lourdes, Norbertijnenstraat (dd 12/04/2002) Typisch Kempische langsschuur , Poeleinde 25 (dd 12/04/2002) Typisch Kempische langsschuur, Sint-Bavostraat 17 (dd 12/04/2002) Voormalig gemeentehuis, Eindhoutdorp 13 (dd 12/04/2002)
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
-
Landhuis “Het Paviljoen”, Oude Vorstseweg 29, dd 12/04/2002 Hoevecomplex horende bij het landhuis het Paviljoen, Paviljoenstraat 1 (dd 12/04/2002) Pastorie, Norbertijnenstraat (dd 13/04/1953) Sint Bavokapel, Sint Bavostraat (dd 27/05/1971) Sint Bavokapel met omgeving, Sint Bavostraat (dd 27/05/1971) Rundershoek 15 – Hoeve Rundershoek (dd 14/11/1984) Omgeving van de hoeve Rundershoek (dd 14/11/1984) Kapel Onze-Lieve-Vrouw-van-Zeven-Weeën (dd 25/07/1985) Sint Lambertuskerk (met inbegrip van het meubilair (dd 13/11/1986) Zammelsbroek 1 (Zammelsbuitenbroek) (ook te Geel) (dd 16/07/1991)
Groot Vorst -
Voormalig gemeentehuis, Markt 1 (dd 12/04/2002) Het dubbelhuis, Markt 14 (dd 12/04/2002) Pastorie, Markt (dd 30/05/1936) Sint Gertrudiskerk, Kerkstraat (dd 30/05/1936)
Klein Vorst -
Pastorie van Meerlaar en het perceel gevormd door de vroegere schans, Meerlaarstraat 120 (dd 13/05/2002) - Het landhuis, Meerlaarstraat 84 (dd 12/04/2002) - Het kapelleken van Schollaert, Verboekt (dd 13/10/1986) - Het “Kapelleken van Schollaert” omgevende aanleg van dreven (dd 13/10/1986 - Stoomzagerij, Heistraat 2 (met toebehoren, gebouwen en schoorsteen) (dd 16/07/1993) Kasteel Meerlaar, Verboekt 115 (dd 14/03/00) Natuurgebieden in Laakdal Laakdal is rijk aan natuurgebieden in de Laakvalleien. Langs de oevers van de Kleine Laak liggen de natuurgebieden Ossenbroeken, Craeywinckel en Swinnebroeken. Het is een groengebied van 170 ha waarvan Natuurpunt 11 ha in beheer heeft. Het natuurgebied Varenbroek, behorend bij het uitgestrekte domein van de Bossen van de Merode sluit naadloos aan bij het Zammelsebroek in Geel in de vallei van de Grote Nete. Langs de Rode Laak liggen de natuurgebieden De Werft en Peiren. Het natuurgebied de Werft staat onder beheer van het Agentschap Natuur en Bos. Aan de oevers van de Grote Laak liggen de natuurgebieden Varendonk, Trichelbroek en De Roost. Dit zijn vooral moerasvelden als gevolg van de vroegere uitgestrekte turfwinningen en ijzerertsdelvingen. Er liggen wandelpaden doorheen de gebieden Trichelhoek en De Roost. Natuurpunt organiseert geleide natuurwandelingen door de moerassen. Conservator: Vic Van Dyck, Tel. 014/840210.
3. Welke expertise kan regionaal ingezet worden? Omschrijving expertise Expertise beheer museum Expertise bewaring en beheer archieven Expertise rond mondelinge geschiedenis Organisatie erfgoedevenementen
Wie heeft de expertise? Conservator/ Klompenmuseum Laakdalse Werkgroep G&H Coördinator/gids F. Van Gehuchten Dienst toerisme, coördinator Erfgoeddag, cubelco
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Lokale fiche Meerhout 1. Identiteitskaart gemeente Algemeen Aantal inwoners (op 31/12/07) 9 582 inwoners
Totale oppervlakte 2 36,29 km
Aantal woonkernen 4 woonkernen
Globale situering Meerhout is een Kempense gemeente die behoort tot de provincie Antwerpen, arrondissement Turnhout. De gemeente ligt aan de provinciegrens met Limburg. Meerhout grenst aan de gemeenten Laakdal, Geel, Mol, Balen (provincie Antwerpen) en Ham (provincie Limburg). Het zuiden van de gemeente wordt doorsneden door de autosnelweg E313 Hasselt-Antwerpen en het ermee parallel lopende Albertkanaal. Drie gewestwegen lopen door de gemeente: noord-zuid de N 110 Mol-Meerhout-Tessenderlo en de N 126 Geel-Zittaart-Klein Vorst-Tessenderlo; oost-west de N 102 Zittaart-Meerhout. Langs het kanaal loopt een goederenspoorweg tot ter hoogte van Zittaart. Geografisch ligt Meerhout in de overgangszone tussen Centrale- en Zuiderkempen. De Diestiaanzanden (typisch voor het Kempische Heuvelland van de Zuiderkempen) zorgen plaatselijk voor heuvelvorming in het zuiden van de gemeente, maar het noorden leunt meer aan bij de zandige laagvlakte van de Centrale Kempen door de afwisseling van brede valleien en hogere interfluvia met plaatselijke stuifduinen. De gemeente heeft vier dorpskernen: Berg, Centrum, Zittaart en Gestel. De bebouwing is voornamelijk geconcentreerd op de NO-ZW georiënteerde Diestiaanrug waar Meerhout, Berg en Zittaart aan elkaar zijn verlint. Gestel komt nog vrijwel geïsoleerd in de open ruimte voor. Daarnaast komen verspreid vele gehuchten voor (Genelaar, Genebroek, Hakkenrode-Veedijk, Lil …).
Demografisch (toestand op 31/12/2007) 2 De gemeente Meerhout beslaat 36,29 km en had op 31 december 2007 een inwonersaantal van 2 9 582. Dit komt overeen met een bevolkingsdichtheid van 264 inwoners/km . De laatste jaren stijgt het inwonersaantal. Deze stijging is het gevolg van een groter aantal nieuwkomers dan vertrekkers in de gemeente. Op 31 december 2007 telde Meerhout 2 011 -21-jarigen. 5 904 personen waren tussen 21 en 65 jaar oud en 1 667 mensen waren +65. Ook in de gemeente Meerhout zien we een stijging van het aantal senioren. Deze veroudering blijft zich voortzetten. Het aantal niet-Belgen in Meerhout is zeer klein. Slechts 1,9 % van de Meerhoutse bevolking bestaat uit niet-Belgen die 28 nationaliteiten vertegenwoordigen. Het gaat om 186 personen waarvan 96 Nederlanders, 10 personen uit de Federatie van Rusland en 10 Turken. Eind 2007 waren 51 niet-Belgen van buiten de Europese Unie ingeschreven in de vreemdelingenregisters. Het aantal nietBelgen neemt geleidelijk toe.
Economisch Meerhout mag beschouwd worden als een woon- en leefgemeenschap met een overwegend landelijk en groen karakter. In oppervlakte is er dan ook een sterke dominantie van landelijke gebieden. Een
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
tachtigtal overwegend gezinsbedrijven beoefent agrarische activiteiten, voornamelijk rundvee en akkerbouw. De industrie heeft zich gevestigd of vestigt zich langs het Albertkanaal. De meeste bewoners zijn aangewezen op pendelarbeid. Binnen de ruimtelijk economische structuur van Meerhout kunnen de volgende elementen onderscheiden worden: bedrijvenzones, verweven handel en bedrijven in de dorpskernen, verspreid liggende handel en bedrijven in de open ruimte. Bedrijvenzones met eerder lokaal profiel Op het grondgebied van de gemeente zijn drie zones voor ambachtelijk bedrijvigheid gelegen; Zeggeman, Lil en Bevrijdingslaan-Zuid. Bedrijvenzones van het ENA Het economisch netwerk van het Albertkanaal (ENA) doorkruist de gemeente Meerhout in het uiterste zuiden. Daardoor bevinden zich op het grondgebied van de gemeente een aantal industriezones geënt op deze watertransportweg, die ook gedeeltelijk in Geel en Laakdal gelegen zijn. Hier bevinden zich onder andere NIKE, en de Water Container Transport-terminal (WCT). De bedrijfszetel van NIKE is in Laakdal gelegen, maar een gedeelte van het bedrijf is op het grondgebied van Meerhout gevestigd. Op de grensoverschrijdende bedrijvenzone t.h.v. Biezenhoed tussen de E313 en het Albertkanaal is het bedrijf Exxon Chemicals gelegen, een dochteronderneming van ESSO Belgium. Verweven handel en bedrijven in de kern Hiermee worden de handels- en bedrijfsactiviteiten bedoeld die tot de dorpskernen behoren. Elke deelkern heeft een kleinhandelsfunctie op buurtniveau: voor dagelijkse behoeften kan men in de eigen deelkern terecht. De winkelinfrastructuur van Meerhout-centrum is beduidend beter uitgebouwd zodat deze een aantrekkingskracht uitoefent op de andere deelkernen en van een gemeentelijk-verzorgend niveau is. Voor de minder dagelijkse behoeften wordt meestal uitgeweken naar Geel, Mol, Turnhout en soms zelfs naar Antwerpen. Verspreid liggende handel en bedrijven Hiermee worden de (non-agrarische) economische activiteiten bedoeld die niet in de kernen of niet op bestaande bedrijvenzones zijn gelegen.
Sociaal-maatschappelijk Meerhout staat sinds jaar en dag bekend als zorggemeente, met extra aandacht voor bejaarden en gehandicapten. Meerhout telt momenteel drie tehuizen voor fysiek gehandicapten. Deze tehuizen zijn verenigd onder de naam 't Volderke. Het OCMW van Meerhout herbergt een tachtigtal bejaarden in rusthuis De Berk. Ze beschikt ook over 41 aangepaste bejaardenwoningen die verspreid liggen over de verschillende woonkernen. In het woon-en zorgcentrum Ter Kempen worden demente bejaarden opgevangen en verzorgd. Voor ziekenhuizen is men vooral aangewezen op Mol en Geel, maar ook op Herentals, Diest en Turnhout. In de gemeente Meerhout zijn drie schoolnetten vertegenwoordigd met drie basisscholen. Het kleuteren lager onderwijs worden georganiseerd door Basisschool van de Vlaamse Gemeenschap De Boomgaard in het Centrum, door de Vrije Basisschool de Egelantier met een vestiging in Zittaart en één in Gestel en door de gemeentelijke basisschool De Duizendpoot met kleuteronderwijs op de Berg en kleuter en lager onderwijs in het Centrum. Voor secundair onderwijs moeten de jongeren uitwijken naar scholen in de regio. Vooral de scholen in Geel, Mol en Tessenderlo tellen Meerhoutse jongeren onder hun leerlingen. De Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans van Geel heeft een afdeling in Meerhout. Deze onderwijsinstelling voor deeltijds kunstonderwijs biedt in Meerhout muziekonderwijs aan na de schooluren. Kinderen vanaf acht jaar kunnen op een leuke manier een stap in de muzikale wereld
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
zetten. Tweemaal per week is er les algemene muzikale vorming. Vanaf het tweede leerjaar kunnen de leerlingen een instrument kiezen. Toeristisch Meerhout is een uitgesproken molen-, wandel- en fietsdorp. In Meerhout kan men maar liefst tien bewegwijzerde wandelingen volgen. Door Meerhout lopen drie bewegwijzerde themafietsroutes en het fietsroutenetwerk doet ook de gemeente aan. Bovendien loopt ook de langeafstandsfietsroute Kempenroute door Meerhout. Midden in de bossen ligt de familiale buitenspeeltuin Kinderweelde waar kinderen hun hart kunnen ophalen. Aan de visvijver ’t Gewad, die midden in het groen ligt, is het aangenaam vertoeven. Jaarlijks werkt de gemeente Meerhout mee aan De Schakel, de promotiedag Drieprovinciënroute, de Wandel-Mee, Op stap in de Vallei van de Grote Nete en de War Mertenstrip voor wielertoeristen. Het infokantoor van de Vallei van de Grote Nete is in het centrum van Meerhout gevestigd. Regionale partners (formele samenwerking) - Conferentie Kempische burgemeesters - de lokale politiezone Geel/Laakdal/Meerhout - brandweer Geel: Geel, Laakdal en Meerhout - de interlokale vereniging gemeentelijke administratieve sancties: Geel, Laakdal, Meerhout, Herentals, Grobbendonk, Herenthout, Olen en Vorselaar - Logo Zuiderkempen (OCMW’s) - De Sprong (sociaal tewerkstellingsproject) - Werkwinkel - Kringwinkel Zuiderkempen - IOK - Bosgroep Zuiderkempen - Stichting Kempens Landschap - Leader - Midden-Kempen beweegt!: Vorselaar, Lille, Kasterlee, Retie, Geel, Meerhout en Balen - Vallei van de Grote Nete vzw: Geel, Herselt, Hulsthout, Laakdal, Meerhout en Westerlo - sportregio Zuiderkempen
2. Lokale erfgoed Wat doet de gemeente (in 2008) voor/rond erfgoed (enkel roerend en immaterieel erfgoed)? Personele middelen (FTE’s met functie, ev. kort uitgelegd) - 0,12 FTE cultuurbeleidscoördinator (combinatieambtenaar: cultuur, jeugd, senioren, ontwikkelingssamenwerking en welzijn) - 0,05 bibliothecaris (secretaris Cultuurraad van de Kempen) - 0,05 FTE baliemedewerker (onthaal)
Financiële middelen
Logistieke ondersteuning
-
personeelkost
-
-
werkingsbudgetten:
-
-
infrastructurele kost:
-
-
-
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
gemeentelijke subsidies aan socio-culturele verenigingen toelagen aan Heemkundige Kring, Hoge Gildenraad, Molenfonds, VVV, vaderlandslievende verenigingen projectsubsidies Culturele Raad huisvesting Heemkundige Kring + nutsvoorzieningen ter beschikking stellen lokaal Fotoclub Focus + nutsvoorzieningen ter beschikking stellen lokaal VVV en Vallei van de Grote Nete + nutsvoorzieningen ter beschikking stellen van
-
-
-
vergaderruimten ter beschikking stellen van de Prinskensmolen aan vrijwillige molenaars communicatie van het aanbod van verenigingen, adviesraden, … via de gemeentelijke lokalen (website, infoblad, infoborden, persartikels…) verzekering expo’s ondersteuning bij de voorbereiding van erfgoedgerelateerde projecten (uitlenen tentoonstellingspanelen, begeleiden bij het verrichten van opzoekingen, …)
Wie is er lokaal actief (zowel gemeentelijke diensten als andere instellingen en verenigingen)? Actor Professioneel/vrijwilliger omschrijving Kerkfabrieken (4) Vrijwilligers Beheer kerkarchief Heemkundige Kring Vrijwilligers Uitbouw en beheer documentatiecentrum Meerhouts patrimonium Uitgave Meerhouts Patrimonium (tijdschrift) en allerhande publicaties MOS Vrijwilligers Ondersteunen van Meerhoutse ontwikkelingswerkers (o.a. missies) Gidsen Vrijwilligers erfgoedwandelingen Sint-Antoniusgilde Vrijwilligers schutters Fotoclub Focus Vrijwilligers tentoonstellingen Meerhoutse Hobbyclub Vrijwilligers Ruilclub postkaarten, postzegels e.a. Kastaar Semi-professioneel Volksmuzikanten, zingen in een typisch Kempisch dialect met humoristische ondertoon Militair Team Meerhout Vrijwilligers In stand houden herdenkingen wereldoorlogen Molenvrienden Berg vzw Vrijwilligers Vrijwaren en in werking houden Prinskensmolen Karel Heuvelmans Vrijwilliger Vrijwaren en in werking houden Haenvense molen Wim Van den Broeck Vrijwilliger Orgel en beiaard Maurice Dockx Vrijwilliger Ter beschikking stellen Pinskenshoeve voor allerhande erfgoedgerelateerde activiteiten Jos Sterckx Vrijwilliger Deskundige heemkunde Fil Ceustermans Vrijwilliger Deskundige dialect Ward Gastmans Vrijwilliger Deskundige stambomen en Meerhoutse naamgeving Ludo Van Wuytswinkel Vrijwilliger Deskundige WO I en Meerhout Herman Van De Poel Vrijwilliger Restaureren analoog beeldmateriaal en digitaliseren Frans Maes Vrijwilliger Archief fotomateriaal Raymond Cornelis Vrijwilliger Verzameling audio Roger Belmans Vrijwilliger Verzameling wielerattributen Helga Torfs Professioneel Verzameling teddyberen
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Zijn er specifieke lokale gebruiken of erfgoedevenementen (kermissen, stoeten, …)? Naam De Meerhoutse katten Kattenfeesten
Lokaliteit Marktplein en omgeving (Centrum)
Streekproducten
Boomplanting
Op verschillende plaatsen in de gemeente (elk jaar op een andere plaats)
Herdenkingen oud-strijders
Centrum en Zittaart
Bezoeken aan Drossaardshuis en Koning Davidshuis en omgeving Open Monumentendag de Organisatie 15 molenaarscursus Opening toeristisch seizoen Dag van de Trage Weg Wekelijkse markt
Centrum
Sinterklaasfeesten in de gehuchten Kerstboomverbranding Nieuwjaarszingen Kerstmarkt Kerstmarkten op de scholen Feestmarkt Kermissen met foor: 2 x per jaar In totaal 8 kermissen
Omschrijving (ev. ook de inrichter) Bijnaam van de Meerhoutenaren Jaarlijkse openluchthappening voor jong en oud met optredens en kinderanimatie. - Merretse katjes: chocoladelekkernij - Merrets drupke: aperitiefdrankje - Merretse kattendrol: koffiekoek die gemaakt werd naar aanleiding van de Kattenfeesten - Paardenmelkjenever De boomplanting is een initiatief dat de naam Meerhout illustreert. Sinds 1980 organiseert het gemeentebestuur jaarlijks een boomplantdag voor de kinderen die het voorgaande jaar werden geboren. 14 feb Vleugel 8 mei Bevrijding politieke gevangen 13 sep Bevrijding Meerhout 11 nov Wapenstilstand Bezoek onder begeleiding van gidsen
Organisatie gemeentebestuur en vzw Levende Molens
Veldstraat en marktplein (Centrum) gans de gemeente Gestel gans de gemeente Veldstraat en marktplein (Centrum) Centrum en Zittaart Veldstraat en marktplein (Centrum) Berg, Centrum, Gestel en Zittaart
Periodieke erfgoedpublicaties Naam Vereniging Omschrijving (indien niet duidelijk op basis van naam en
Oplage
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Georganiseerd door verenigingen
Basisscholen De Egelantier en De Boomgaard juni
periodiciteit
Gesubsidieerd door Vlaamse Gemeenschap (Erfgoeddecreet)? Zo ja, hoogte
vereniging) Heemkundige tijdschrift Kring Meerhouts Patrimonium vzw Overzicht onroerend erfgoed Meerhouts Patrimonium
Naam Drossaardshuis (Centrum) Koning Davidshuis (Centrum) Sint-Trudokerk en kerkhofmuur (Centrum) Sint-Niklaaskapel (Zittaart) Haenvense molen (Zittaart) Prinsksensmolen (Berg) Monnikerhoeve(Centrum) Liefkenshoeve (Zittaart) Schuur van de Prinskenshoeve (Berg) Scherpenbergen-Malesbroek (Zittaart) Omgeving Haenvense molen (Zittaart) Omgeving Monnikerhoeve (Centrum) Omgeving Liefkenshoeve (Zittaart) De Biezenhoed 13 natuurgebieden
225
4 keer per jaar
subsidiebedrag neen
Type (landschap, bouwkundig, archeologische zone) bouwkunde bouwkunde bouwkunde
Eigenaar en/of uitbater
Bouwkunde Bouwkunde Bouwkunde Bouwkunde Bouwkunde en landschap Bouwkunde Landschap Landschap Landschap Landschap Natuurreservaat Natuurgebied
Gemeente Meerhout Privé Gemeente Meerhout Privé Privé Privé Privé Privé Privé Privé Privé
Gemeente Meerhout Gemeente Meerhout Gemeente Meerhout
3. Welke expertise kan regionaal ingezet worden? Onderwerp Evenementen en tentoonstellingen
Omschrijving expertise Organiseren erfgoedevenementen en tentoonstellingen
Archief
Uitbouw, beheer en ter beschikking stellen archief Opzoeken, schrijven en uitgeven van allerhande boeken, tijdschriften en artikels Vrijwaren en in werking houden
Publicaties
Molens Kerkorgel en beiaard
Dialect Familiekunde Filmmateriaal Erfgoedrondleidingen Oorlogsherdenkingen
Kennis orgelbouw en beiaardbouw en bespelen instrumenten Inventariseren Meerhouts en Laakdals dialect Kennis Meerhoutse families van de de 17 eeuw tot heden Restaureren analoog beeldmateriaal en digitaliseren Organiseren rondleidingen langs Meerhouts erfgoed Organiseren herdenkingen en bijeenkomsten en contacten
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Wie heeft de expertise? Cultuurdienst Dienst politie, veiligheid, verkeer en mobiliteit Dienst onthaal Communicatiedienst Milieudienst Heemkundige Kring Meerhouts patrimonium Heemkundige Kring Meerhouts patrimonium Heemkundige Kring Meerhouts patrimonium Jan Melis Jef Druyts Wim Van den Broeck
Fil Ceustermans Ward Gastmans Herman Van De Poel Roger Mees Michel Cruysberghs Staf Lievens (Militair Team Meerhout)
andere vaderlandslievende verenigingen
Lokale fiche Mol 1. Identiteitskaart gemeente Algemeen Aantal inwoners (op 31/12/07) 33 398 inwoners
Totale oppervlakte 114,26 km² (11426 ha)
Aantal woonkernen 12 (centrum + 11 gehuchten)
Globale situering Mol is een zeer uitgestrekte, deels verstedelijkte nijverheids- en woongemeente in het hart van de Kempen. Mol grenst aan volgende gemeenten: Balen, Meerhout, Geel, Dessel, Retie (in de provincie Antwerpen), Lommel (de provincie Limburg) en in het noorden aan de grens met Nederland. Mol heeft 12 woonkernen. Het gaat om het centrum en 11 gehuchten (Achterbos, Millegem, Ginderbuiten, Ezaart, Rauw, Wezel, Sluis, Heidehuizen, Donk, Gompel en Postel). Elk gehucht heeft zijn eigen geschiedenis en karakter. Het centrum van Mol is niet formeel opgedeeld in wijken. Het zijn de bewoners zelf die zich in wijkraden en comités hebben verenigd. Het gaat dan om een hoofdstraat of plein en de omringende straten. Voorbeelden zijn: Rondplein, Keirlandse Zillen, Ginderbroek, Rozenberg en De Hutten. Ook in grotere gehuchten is dit het geval, onder andere in Ginderbuiten. Mol is een vlakke, groene gemeente met veel bossen, weiden en open ruimte. De Oude Nete en de Molse Nete meanderen van het Limburgse plateau naar de Antwerpse laagvlakte. De gemeente wordt doorkruist door verschillende gewestwegen. Belangrijkste is de Zuiderring (N71) die Lommel verbindt met Geel. Mol is gelegen aan de kanalen Bocholt-Herentals en Kwaadmechelen-Dessel. De gemeente is prima bereikbaar met de trein. Het station heeft zowel een verbinding naar Antwerpen als naar Hasselt en Neerpelt. De verschillende buslijnen van en naar de gemeente komen samen aan het treinstation. De gemeente heeft buslijnen naar vrijwel alle buurgemeenten. Daarnaast zijn er verdere verbindingen naar Leuven, Hamont en Turnhout. Ook zijn er verschillende belbussen actief. Demografisch (bij voorkeur op 31/12/07) Mol telde op 31/12/07 33.398 inwoners. We zien sinds 2000 jaarlijks een stijging van het aantal inwoners. Het grootste deel van de aangroei van de bevolking vloeit voort uit het geboorteoverschot. Ook de immigratie is groter dan de emigratie. 6,40% van de Molse bevolking bestaat uit buitenlanders. Eind 2007 telde Mol niet minder dan 81 nationaliteiten. De Nederlanders zijn het best vertegenwoordigd, de Duitsers volgen op de tweede plaats. Op 31/12/07 was 21,79% van de bevolking jonger dan 21 jaar, 61,62% was tussen de 21 en 65 jaar en 16,58% was ouder dan 65 jaar. 18,40% van de bevolking behoorde tot de jeugd (0 tot 17 jaar), 64,05% vormde de beroepsbevolking (18 tot 64 jaar), de gepensioneerden vormden 17,51% van de totale bevolking. Iets meer dan de helft van de bevolking bestaat uit vrouwen. Economisch De belangrijkste industriële takken in de gemeente zijn de zandwinning, de glasindustrie, toerisme en het nucleaire gebeuren. Mol is enkele belangrijke industriezones rijk. De witzandwinning was één van de belangrijkste industrieën in Mol. De glasfabriek Glaverbel is een belangrijke werkgever. Al meer dan 50 jaar is Mol onlosmakelijk verbonden met het SCK, Studiecentrum voor Kernenergie. Op de nucleaire site is ook het VITO – Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek – actief. In de industriezone van de Berkenbossen en in de ambachtelijke zone van Achterbos zijn verschillende KMO’s gevestigd.
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
In 1999 bedroeg de werkeloosheidsgraad in Mol 9,3% tegenover 7,3% voor het Vlaamse Gewest. Er was een daling in Mol tot 2001 om daarna terug te stijgen tot in 2004 tot 8,3%, hetzelfde percentage als het Vlaamse Gewest. In 2002 bedroeg het gemiddeld inkomen per inwoner 12.954 euro tegenover 13.002 euro in het Vlaamse Gewest en 12 936 euro in de structuurondersteunende steden. Mol is een groene gemeente met veel bossen, weiden en open ruimte. De agrarische sector in Mol kan in twee categorieën ingedeeld worden. Enerzijds is er de economische levensvatbare beroepslandbouw die zich voornamelijk in de uithoeken van het grondgebied Mol, daar waar nog grote landbouwblokken te vinden zijn, heeft ontwikkeld. Anderzijds vinden we de hobbyboeren of boeren in nevenberoep die op de sterk versnipperde perceeltjes tussen de woongebieden en losse zones wordt bedreven. Uit de officiële NIS-landbouwtelling blijkt dat Mol nog 65 agrarische bedrijven telt. Deze agrarische bedrijven vertegenwoordigen volgende sectoren: melkvee, vleesvee, pluimvee, akkerbouw, groenten- en fruitteelt en sierteelt. Toeristisch Toeristen uit binnen- en buitenland vinden in Mol alle ingrediënten om een ideale gezinsvakantie te beleven. Het toerisme (bijna een miljoen overnachtingen per jaar) vormt dan ook een belangrijke bron van inkomsten. Aan recreatief groengebied ontbreekt het niet: provinciaal Domein Zilvermeer, het Zilverstrand, het Familiestrand en Sunparks. Mol heeft ook verschillende beschermde natuurgebieden waar veel gefietst en gewandeld wordt. De Bleken en ’t Feyends Heike staan onder beheer van natuurvereniging De Gagel. Samen met Natuurpunt beheert De Gagel ook De Langvennen. Natuurpunt afdeling Netebronnen is ook actief in het natuurgebied Buitengoor-Meergoor en op De Maat-Den Diel. Op de grens met Retie bevindt zich het unieke natuurgebied De Ronde Put (210 ha). Het bezoekerscentrum Ecocentrum De Goren, een samenwerking tussen de provincie en het gemeentebestuur, wil de samenhang tussen ecologie, educatie en toerisme in de gemeente versterken. De gemeente heeft een gezellig winkelcentrum met zowel de bekendere winkelketens als de kleinere zelfstandigen. Regionale partners (formele samenwerking) - lokale politiezone strekt zich uit over de gemeenten Balen, Dessel en Mol - brandweergewest Mol, bestaande uit de gemeenten Mol, Dessel, Retie en Balen - Grenspark De Kempen: Mol en Lommel in Belgie en Eersel, Bergeijk, Bladel en Reusel - De Mierden in Nederland - IOK - sportregio Zuiderkempen, - BALDEMO (sociale tewerkstelling) - Overleg Kempische Burgemeesters - Erfgoeddag: informeel samenwerkingsverband rond Erfgoeddag 2006 – 2007 (Mol, Geel, Balen)
2. Lokale erfgoed Wat doet de gemeente (in 2008) voor/ rond erfgoed (enkel roerend en immaterieel erfgoed)? Personele middelen (FTE’s met functie, ev korte uitleg) - 1 FTE erfgoedconsulent: archivaris/ conservator (diensthoofd archief + Jakob Smitsmuseum) - 1 FTE suppoost/ conciërge Jakob Smitsmuseum - 1,8 FTE baliemedewerker archiefdienst - 1 FTE onderhoudsmedewerker musea - 0,20 FTE
Financiële middelen -
-
Werkingsbudgetten: 80.199 euro (budget van toerisme rond erfgoed, zoals Week van de Smaak, …) niet meegerekend Personeelskost: 189.663 euro (zonder loonkost cubeco en toerisme)
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Logistieke ondersteuning -
-
-
Tournee Generale: ondersteunen van het gehucht dat dat jaar cultureel ambassadeur is (regelmatig geschiedenistentoonstellingen) Communicatie van het aanbod van verenigingen, … via de gemeentelijke kanalen (website, infoblad, infoborden, …) Ter beschikking stellen van vergaderlokalen Ondersteuning bij de voorbereiding van erfgoedgerelateerde projecten (uitlenen
-
cultuurbeleidscoördinator 0,20 FTE diensthoofd toerisme
-
tentoonstellingspanelen, begeleiden bij het verrichten van opzoekingen, …) Kennisondersteuning door cultuur- en erfgoeddienst
Infrastructurele kost:
Subsidies aan vzw Vrienden van het JSM, bepaalde cult verenigingen, Gidsen Wie is er lokaal actief (zowel verenigingen als gemeentelijke diensten)? -
Actor Jakob Smitsmuseum Torenmuseum Historisch Museum Gemeentearchief/ erfgoeddienst Gidsen Kemp vzw
Professioneel/vrijwilliger Prof. Prof. Prof. Prof.
Kamer voor Heemkunde (vzw) Werkgroep Cultuur en Heemkunde Rauw Vzw Vrienden van het Jakob Smitsmuseum vzw Beiaardcomité Klepperman
Vrijw
vrijw Vrijw
Comité rond de beiaard Lokale volksdansgroep. Enkel de seniorenafdeling is nog actief (12 actieve leden).
Abdij van Postel ’t Kristallijn
Prof/ vrijw
Molse Tijdingen
vrijw
socio-culturele stichting van Sibelco. Organiseren sporadisch erfgoedrelateerde tentoonstellingen Samenwerkingsverband van verschillende verenigingen. Maken jaarlijks een jaarboek over de geschiedenis van de gemeente.
11 parochies 8 fanfares en harmoniën 4 wijkcomités Vrienden van de Molen van Ezaart Vrienden van de kapel van Ezaart
Vrijw. Vrijw
Omschrijving
een vereniging die zich bezighoudt met zowat alles wat met schapen te maken heeft. Een belangrijk doel voor de vzw is het in stand houden en promoten van het zeldzame “kempisch heideschaap” dat hier vroeger in grote getale voorkwam .
vrijw Vrijw
vrijw vrijw vrijw vrijw
Zijn er specifieke lokale gebruiken of erfgoedevenementen (kermissen, stoeten, …) Naam kerstboomverbrandingen meiboomplantingen Cultuurmarkt (multicultureel) Hoffeesten lichtstoeten halloween Sint-maartensvuur sinterklaasfeesten in de gehuchten magietochten van de KWB gemeentelijke kerstmarkt op het Rondplein
Lokaliteit drietal Molse gehuchten Ezaart en Ginderbuiten Ginderbuiten Rauw Rozenberg en Ginderbuiten Ginderbuiten en Rauw Wezel
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Omschrijving (ev ook de inrichter)
‘fleurig Mol’, Mon Mol Martre erfgoedwandelingen door de Molse Gidsen (straatnamen naar bekende personen en gebeurtenissen; centrumwandeling over het dorpsleven vroeger…) Erfgoeddag Open Monumentendag Dierenmarkt Wekelijkse markt halfvasten foor met de jaarmarkt
Centrum Centrum
Periodieke erfgoedpublicaties Naam
Vereniging
Omschrijving (indien niet duidelijk op basis van naam en vereniging)
Jakob Smits
Vzw Vrienden van het Jakob Smitsmuseum Molse kamer voor Heemkunde vzw en het Gemeentearchief Mol Molse Tijdingen
Hét tijdschrift van het JSM, gaat breder dan een nieuwsbrief
Nieuwsbrief
Molse Tijdingen
Jaarboek van het Vlaams Verbond van Gepensioneerden, afdeling Mol, de vzw Kamer voor Heemkunde en het Gemeentearchief van Mol.
Oplage
periodiciteit
4 X jaar
Gesubsidieerd door Vlaamse Gemeenschap (Erfgoeddecreet)? Zo ja, hoogte subsidiebedrag Neen
250
3 X jaar
Neen
750
1 X jaar
Ja
Overzicht onroerend erfgoed (enkel indien beschermd!) Naam restant van de schandpaal Sint-Pieterstoren Sint-Pieter en Pauwelkerk met inbegrip van het monument van de Boerenkrijg en het monument slachtoffers WOI Baxenshuis, Markt 5 de dekenij, Graaf de Broquevillestraat 2 Oud gemeentehuis, Markt Het Steentje, Markt 7 Huis ‘De Lelie’, Markt 34 Huis ‘De Wildeman’, Markt 38 Huis ‘Den Engel’, Markt 32 Huis De Clercq, Markt 22 huis Helsen, Graaf de Broquevillestraat 5
Type (landschap, bouwkundig, archeologische zone) bouwkundig bouwkundig bouwkundig
Eigenaar en/of uitbater gemeente gemeente
bouwkundig bouwkundig
privé
bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig
privé
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Millegemhof, Edmond Van Hoofstraat 11 Oude Post, Markt 16a atelier Jakob Smits in Achterbos Sint-Willibrorduskapel in Ezaart de windmolen van Ezaart hoeve Berghmans in Ezaart Nieuwe Wezelse Hoeve in Wezel Norbertijnenabdij en omgeving Postel sassencomplex nr. 2 met kanaalstrook tot sas nr. 1 Buitengoor-Meergoor in Rauw Den Diel met sas 3 in Postel Ronde Put en omgeving, Postel
bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig bouwkundig natuurgebied bouwkundig natuurgebied
3. Welke expertise kan lokaal ingezet worden Omschrijving expertise Expertise rond museumbeheer
Expertise rond archiefbeheer Expertise rond organisatie van (toerisme) erfgoedevenementen Expertise rond digitalisering
Wie heeft de expertise? Erfgoedconsulent, suppoost JSM, vzw Vrienden van het JSM erfgoedconsulent Erfgoedconsulent, diensthoofd toerisme erfgoedconsulent
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
privé
Lokale fiche Retie 1. Identiteitskaart gemeente Algemeen Aantal inwoners 10.550
Totale oppervlakte 48,39 km²
Aantal woonkernen 3
Globale situering Retie moet gesitueerd worden in de Antwerpse Oosterkempen en maakt deel uit van het arrondissement Turnhout. De groene gemeente wordt in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ingedeeld in “buitengebied”. De gemeente bestaat uit een kerndorp dat omgeven wordt door een groot aantal gehuchten. De gehuchten Schoonbroek en Hodonk beschikken over een belangrijke woonfunctie. Binnen deze gehuchten neemt Schoonbroek een speciale plaats in. Schoonbroek werd als enige deelgemeente bij Retie gevoegd bij de fusie in 1977. Voordien maakte het deel uit van OudTurnhout. Schoonbroek beschikt nog steeds over een eigen gemeenschapsleven. Retie bevindt zich tussen Turnhout (Regionaal Stedelijk Gebied), Mol en Geel (beiden Structuurondersteunend Kleinstedelijk Gebied). Deze drie gemeenten oefenen heel wat aantrekkingskracht uit op de inwoners van Retie inzake winkelen of (culturele) vrijetijdsbesteding. Retie is een landelijk woondorp met een sterk agrarisch karakter. Ongeveer een derde van de oppervlakte wordt gebruikt voor landbouw. Verder wordt de gemeente doorkruist door een aantal rivierarmen die samen de bovenloop van de Kleine Nete vormen. Hier dankt Retie de titel “Dorp der Zeven Neten” aan. Demografisch Retie telde op 31 december 2007 exact 10550 inwoners, waarvan 764 niet-Belgen (7,24%). De gemeente heeft een eerder jonge bevolking in vergelijking met de rest van Vlaanderen. In de leeftijdscategorie onder de 30 jaar scoort Retie duidelijk boven het gemiddelde. De categorie vanaf 55 jaar is dan weer ondervertegenwoordigd. Toch mogen we de volgende jaren een relatieve vergrijzing verwachten. In het leeftijdssegment 35-50 jaar scoort de gemeente immers ook ruim boven het Vlaamse gemiddelde. Het inwonersaantal van de gemeente stijgt jaar na jaar. In vergelijking met de regio en het Vlaams Gewest kent de gemeente zelfs een heel sterke stijging. Tweederde van die bevolkingsgroei is toe te wijzen aan een positief migratiesaldo. De meeste inwijkelingen behoren tot de middenklasse. Deze bevolkingsgroei zou geen probleem mogen opleveren aangezien Retie met 216 inwoners/km² de laagste bevolkingsdichtheid in de regio laat optekenen. Net als in de buurgemeenten vormen Nederlanders veruit de grootste groep buitenlanders. Deze bevolkingsgroep situeert zich vooral in de (hogere) middenklasse en vindt vrij gemakkelijk aansluiting bij het culturele leven in de gemeente. Tenslotte moet opgemerkt worden dat de gemeente relatief weinig kansarmen en anderstaligen telt. Aantal inwoners op 31/12/2007: 10550 (764 niet-Belgen: 7,24%) Aantal nationaliteiten: 47 Twee grootste groepen: Nederlanders (588) en Portugezen (41) inwoners -21: 2506 inwoners 21-65: 6451 inwoners 65+: 1593 Economisch Retie kent ten opzichte van de Vlaamse Gemeenschap een eerder lage werkloosheid (6,2% tegenover 8,3%). Toch is de werkgelegenheid in de eigen gemeente niet hoog. Ongeveer een derde van het grondgebied bestaat uit landbouwgrond. Retie beschikt enkel over een ambachtelijke zone waar KMO’s gevestigd zijn. Zware industrie is volledig afwezig. Naast de gemeente zorgen enkele
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
bouwfirma’s voor de meeste werkgelegenheid. Bovendien werken er heel wat Retienaren bij bouwfirma’s in de buurgemeenten. De scholingsgraad ligt dan ook, net als in de rest van het arrondissement, onder het gemiddelde van de Vlaamse Gemeenschap. Retie is gemakkelijk te bereiken met de wagen dankzij de ligging langs de E34 (AntwerpenEindhoven). De gemeente ligt bovendien op de drukke verkeersas Turnhout-Mol. Ook de invalswegen naar Geel, Kasterlee en Arendonk worden frequent gebruikt. Om het dorpscentrum te ontlasten van doorgaand verkeer, werd in 1967 de westelijke ringweg aangelegd. De centrale ligging in de driehoek Turnhout-Mol-Geel zorgt er eveneens voor dat heel wat buslijnen Retie aandoen. De verschillende gehuchten in de gemeente vinden aansluiting op het net van De Lijn via de Belbus. Om de trein te nemen moet er dan weer uitgeweken worden naar Turnhout, Tielen, Geel of Mol. Sociaal-maatschappelijk De gemeente telt 1 gemeentelijke en 4 vrije kleuterscholen. Ook de vrije kleuterschool Hoeven, net over de grens met Kasterlee, telt heel wat Retiese leerlingen. Verder kunnen leerlingen terecht in een gemeentelijke (met een afdeling in Schoonbroek) en een vrije lagere school. Ook het gemeenschapsonderwijs is actief in Retie via de buitengewone lagere school “De Regenboog”. Voor secundair en hoger onderwijs moeten de jongeren uitwijken naar de scholen in de regio. Zowel de secundaire scholen van Arendonk, Geel, Kasterlee, Mol en Turnhout tellen heel wat Retiese jongeren onder hun leerlingen. Zorgsector: - Serviceflats (gemeentelijk) - rusthuis in aanbouw - seniorenwoningen in aanbouw Toeristisch Retie is één van de fraaiste kerndorpen uit de Antwerpse Kempen. Het is een landelijke gemeente, omgeven door verschillende groene gehuchten. Het ontbreken van zware industrie biedt Retie op recreatief gebied tal van voordelen. Aan water is hier geen gebrek: de vele kronkelende beekjes vormen samen het bekken van de Kleine Nete. Retie is het dorp van de Zeven Neten. De graanwatermolen uit 1765 is dan ook één van de vele bezienswaardigheden. Van hieruit start een mooi kanotraject. Naast deze watermolen beschikt Retie ook over het neogotische kasteel van Rethy, liggend in een Engels landschapspark. Op het marktplein staat de eeuwenoude Retiese dorpslinde, met een omtrek van vier meter. De neogotische Sint-Martinuskerk torent hoog boven deze gerechtslinde uit. Heel bijzonder is de ligging van de voormalige pastorie in Vlaamse renaissancestijl. Ook bezit Retie windmolen De Heerser. Verder ontbreekt het in Retie ook niet aan folklore: tal van evenementen en dorpsfeesten zorgen ervoor dat Retie een klein maar gezellig en bijzonder dorp is! Regionale partners - Politiezone Arendonk-Retie-Ravels - Brandweergewest Mol (Mol-Dessel-Retie-Balen) - IOK - Sportregio Zuiderkempen - BALDEMO - LOGO Noorderkempen - Kempense Meren vzw - LEADER
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
2. Lokale erfgoed
Wat doet de gemeente (in 2008) voor/rond erfgoed (enkel roerend en immaterieel erfgoed)? Personele middelen (FTE’s met functie, ev. kort uitgelegd) 0,10 FTE cultuurbeleidscoördinator
Financiële middelen
Logistieke ondersteuning
Werkingsbudgetten: - uitgave brochure restauratie kapel Werbeek: 1000 euro - Driekoningen: 250 euro - digitalisering aktes burgerlijke stand: 27000 euro
communicatie van het aanbod van verenigingen (website, infoblad, regiopers) gratis ter beschikking stellen van tentoonstellingsborden en tentoonstellingskasten ondersteuning en coördinatie erfgoedprojecten
Personeelskost (+- 60 uur) Werkingssubsidies erfgoedverenigingen: 677 euro
materiële ondersteuning erfgoedverenigingen (huisvesting en archiefruimte): 750 euro
Werkingsmiddelen cultuurraad: 1750 euro
Wie is er lokaal actief (zowel gemeentelijke diensten als andere instellingen en verenigingen)? Actor Kerkfabriek Sint-Martinus
Professioneel/vrijwilliger vrijwilliger
omschrijving beheer kerkarchief
Kerkfabriek Sint-Job
vrijwilliger
beheer kerkarchief beheer Retabel Sint-Job
Heemkundige Kring Zeven Neten Sint-Sebastiaansgilde Retie Sint-Sebastiaansgilde Schoonbroek Imkersgilde SintAmbrosius Kermiscomités
vrijwilliger
vrijwilliger
Buurtcomités Sint-Maarten
vrijwilliger
Levende Molens vzw Oud-Strijders en Krijgsgevangenen K. Verbond Veteranen Albert I
vrijwilliger vrijwilliger
vrijwilliger vrijwilliger vrijwilliger staan in voor de organisatie van de verschillende buurtkermissen staan in voor de praktische omkadering van de Sint-Maartenvuren in hun buurt beheer water- en windmolen
vrijwilliger
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
Zijn er specifieke lokale gebruiken of erfgoedevenementen (kermissen, stoeten, …)? Naam Driekoningen zingen
Lokaliteit
Kerstboomverbranding Goriën zingen Retie Jaarmarkt Koningsschieten gilden Schoonbroek Leeft Kinschot Kermis Hodonk Kermis Looiend Kermis Brand Kermis Internationaal Folklorefeest Retie Kermis Open Monumentendag Krik-Krak zingen Sint-Maarten Ceciliafeesten Erfgoedwandelingen Heemkundige Kring Wekelijkse markt
Centrum Schoonbroek Centrum
Omschrijving (ev. ook de inrichter) Retie: 5 januari Schoonbroek: 6 januari zaterdag na Driekoningen zaterdag na 12 maart derde maandag van maart
Schoonbroek Kinschot Hodonk Looiend Brand Centrum Centrum
zondag na 10 mei OH Hemelvaart eerste weekend juli tweede zondag juli laatste weekend juli 15 augustus eerste zondag na 8 september
Centrum
laatste zondag van september 11 november
Centrum
Periodieke erfgoedpublicaties Naam
Vereniging
Ledenblad
Heemkundige Kring Zeven Neten
Omschrijving (indien niet duidelijk op basis van naam en vereniging)
Oplage
periodiciteit
400
driemaandelijks
Gesubsidieerd door Vlaamse Gemeenschap (Erfgoeddecreet)? Zo ja, hoogte subsidiebedrag Neen
Overzicht onroerend erfgoed (enkel indien beschermd!) Naam
Lindeboom Oude Pastorie Kapel Onze Lieve Vrouw Ter Sneeuw Sint-Pieterskapel Watermolen Windmolen De Heerser Retabel Sint-Job
Type (landschap, bouwkundig, archeologische zone) landschap bouwkundig + landschap bouwkundig + landschap
Eigenaar en/of uitbater
bouwkundig + landschap bouwkundig + landschap bouwkundig + landschap
gemeente privé gemeente kerkfabriek Sint-Job
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF
gemeente gemeente gemeente
3. Welke expertise kan regionaal ingezet worden? Omschrijving expertise organisatie erfgoedevenementen
Wie heeft de expertise? cultuurdienst dienst toerisme
Lokale infofiches k.ERF bijlage bij het cultureel-erfgoedbeleidsplan k.ERF