Belangrijkste wijzigingen van reparatie-kb van 22 mei 2014 in KB Uitvoering

Belangrijkste wijzigingen van reparatie-KB van 22 mei 2014 in KB Uitvoering Versie september 2014

Belangrijkste wijzigingen van reparatie-KB van 22 mei 2014 in KB Uitvoering

1

Inhoudsopgave Inleiding ............................................................................................................................... 3 1

De nieuwe betalingsregels .................................................................................... 3

1.1

Juridisch kader ........................................................................................................ 3

1.2

Betalingsvoorwaarden ............................................................................................. 4

1.3

Concrete werkwijze.................................................................................................. 4

1.3.1

Algemeen ................................................................................................................ 4

1.3.2

Opdrachten met verificatieprocedure ....................................................................... 5

1.3.3

Opdrachten zonder verificatieprocedure .................................................................. 6

2

Andere wijzigingen en verduidelijkingen ............................................................. 7

2.1

Afwijkingen en onbillijke bedingen (artikel 9 KB Uitvoering) ..................................... 7

2.1.1

Absolute verboden ................................................................................................... 7

2.1.2

Principieel verbod op verlenging van de betalings- en verificatietermijn ................... 7

2.1.3

Verbod van kennelijk onbillijke bedingen en praktijken ............................................ 8

2.1.4

Afwijken van andere bepalingen .............................................................................. 9

2.2

Varia ........................................................................................................................ 9

2.2.1

Toepassingsgebied (artikel 6 § 1 – artikel 5 §§3 en 4 KB Uitvoering)....................... 9

2.2.2

Schorsing betalingstermijn in geval van verzet of derdenbeslag (artikel 68 KB Uitvoering) ..............................................................................................................10

2.2.3

Intrest voor laattijdige betaling en vergoeding voor invorderingskosten (artikel 69 KB Uitvoering) ........................................................................................10

2.2.4

Bepalingen inzake oplevering (artikel 92 en artikel 156 KB Uitvoering) ...................10

2.2.5

Aangetekende zending ...........................................................................................11


2

Inleiding Op 30 mei 2014 werd het koninklijk besluit van 22 mei 2014 tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken gepubliceerd (hierna ‘het tweede reparatie-KB’). Met dit tweede reparatie-KB stemt de wetgever de door het KB Uitvoering van 14 januari 2013 hervormde betalingsregels beter af op de Europese richtlijn 2011/7/EU betreffende de bestrijding van betalingsachterstand. Naast de aanpassing van de betalingsregels (1) werden er ook nog een aantal andere zaken gewijzigd of verduidelijkt (2). Het tweede reparatie-KB treedt in werking de tiende dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad. De hernieuwde uitvoeringsregels zijn van toepassing op alle opdrachten die werden bekendgemaakt vanaf 9 juni 2014 (of waarvoor ondernemingen vanaf 9 juni werden uitgenodigd in het kader van een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking).1 In praktijk brengt deze inwerkingtreding echter weinig verschil met zich mee. Hieronder vindt u een bespreking van de belangrijkste aangebrachte wijzigingen en verduidelijkingen, alsook een korte vergelijking met de uitvoeringsregels vóór de reparatie.

1 De nieuwe betalingsregels 1.1 Juridisch kader Het KB Uitvoering van 14 januari 2013 voerde nieuwe betalingsregels in. Deze betalingsregels gelden principieel voor alle overheidsopdrachten met een geraamd bedrag groter dan 8.500 euro.2 De nieuwe betalingsregels voor overheidsopdrachten waren het resultaat van een (laattijdige) omzetting van de Europese richtlijn 2011/7/EU betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties. De richtlijn 2011/7/EU werd ook omgezet in de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties (hierna “wet betalingsachterstand”).3 De wet betalingsachterstand vormt het algemeen wettelijk betalingskader en komt inhoudelijk grotendeels overeen met het KB Uitvoering. Voor overheidsopdrachten met een geraamd bedrag tot en met 8.500 euro geldt deze wet indien noch de opdrachtnemer, noch de aanbestedende overheid betalingsvoorwaarden hebben bepaald. Aangezien de opdrachtnemer in de praktijk nagenoeg steeds over eigen voorwaarden beschikt, is het aangewezen om als aanbestedende overheid zelf voorwaarden te bepalen. Dit om te vermijden dat de betalingsvoorwaarden van de opdrachtnemer van toepassing zouden zijn. 1

Artikel 21 tweede reparatie-KB Artikel 5 §4 KB Uitvoering; let op dat dit het geraamde opdrachtbedrag betreft en dus los staat van het factuurbedrag 3 Wet van 22 november 2013 tot wijziging van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties 2


3

De in het KB Uitvoering omgezette betalingsregels kwamen evenwel niet geheel overeen met de bepalingen uit de Europese richtlijn 2011/7/EU. Hoewel er, gelet op de rechtstreekse werking van deze richtlijn, geen twijfel bestond dat de betalingsregels uit het KB Uitvoering richtlijnconform geïnterpreteerd dienden te worden, was de tekst van het KB Uitvoering niet altijd even duidelijk. Met het oog op een betere coherentie tussen de bepalingen van de Europese richtlijn 2011/7/EU en van het KB Uitvoering bracht de wetgever met het tweede reparatie-KB een aantal (beperkte) wijzigingen en vooral verduidelijkingen aan. Zoals reeds vermeld, treedt het tweede reparatie-KB in werking de tiende dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad. Voor overheidsopdrachten die werden bekendgemaakt vanaf 9 juni 2014 (of waarvoor ondernemingen vanaf 9 juni werden uitgenodigd in het kader van een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking), gelden dus de hernieuwde (betalings)regels.4 In praktijk brengt deze inwerkingtreding echter weinig verschil met zich mee, aangezien het tweede reparatie-KB de tot nu toe gehanteerde interpretatie van de betalingsregels bevestigt. Hieronder vindt u de algemene principes. De uitzonderlijke gevallen waarin u in de opdrachtdocumenten andersluidende betalingsregels kunt opnemen, worden hier dan ook buiten beschouwing gelaten.

1.2 Betalingsvoorwaarden De betaling kan slechts plaatsvinden indien twee voorwaarden zijn vervuld: 1) de aanbestedende overheid moet een proces-verbaal opmaken van zodra zij meent dat de opdracht dermate is gevorderd dat zij vatbaar is voor betaling, én 2) de opdrachtnemer moet een schuldvordering indienen.5 Betalingen mag u in beginsel alleen doen voor verstrekte en aanvaarde prestaties.6 In uitzonderlijke gevallen kunt u echter voorschotten toestaan, die in beginsel maximaal 50% van de oorspronkelijke opdrachtsom mogen bedragen. In bepaalde gevallen moet u zelfs deze drempel van 50% niet respecteren, bijvoorbeeld bij opdrachten voor leveringen en diensten die, volgens de gebruiken, op basis van een abonnement worden gesloten of die een voorafbetaling vereisen.7

1.3 Concrete werkwijze 1.3.1 Algemeen Waar de in het KB Uitvoering gehanteerde bewoording ‘ingeval voor een bepaalde opdracht niet in de voormelde verificatie zou zijn voorzien’ onduidelijkheid creëerde over het al dan niet aanwezig zijn van een verificatietermijn indien de opdrachtdocumenten hieromtrent niets vermelden, brengt het tweede reparatie-KB duidelijkheid. 4

Artikel 21 tweede reparatie-KB Artikel 66 KB Uitvoering 6 Artikel 7 Wet van 15 juni 2006 overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten 7 Artikel 67 KB Uitvoering 5


4

Het tweede reparatie-KB bevestigt immers als principieel uitgangspunt een verificatietermijn van maximaal 30 dagen, gevolgd door een betalingstermijn van maximaal 30 dagen. Dit behoudens een andersluidende bepaling in de opdrachtdocumenten. Binnen de verificatietermijn dient de aanbestedende overheid de conformiteit van de werken, leveringen of diensten met de overeenkomst vast te stellen.8

1.3.2 Opdrachten met verificatieprocedure Het startpunt van de verificatieprocedure is ofwel de datum van ontvangst van de schuldvordering die steunt op de gedetailleerde werkenstaat, ofwel de datum van ontvangst van de levering (datum leveringslijst), ofwel de datum van beëindiging van de diensten (datum ontvangst prestatiestaat), naargelang het respectievelijk een opdracht van werken, leveringen of diensten betreft.9 Vanaf dit startpunt beschikt de aanbestedende overheid over maximaal 30 dagen om alle nodige verificatiehandelingen te verrichten. Deze handelingen zijn afhankelijk van de kwalificatie van de opdracht. Bij overheidsopdrachten voor werken moet u tijdens de verificatietermijn: (1) de gedetailleerde werkenstaat nazien; (2) een proces-verbaal opmaken van de voor betaling aanvaarde werken; (3) dit proces-verbaal ter kennis brengen van de aannemer met de vraag om binnen 5 dagen een factuur in te dienen.10 Bij overheidsopdrachten voor leveringen en diensten moet u tijdens de verificatietermijn: (1) een proces-verbaal (al dan niet van voorlopige oplevering) opmaken; (2) dit proces-verbaal ter kennis brengen van de opdrachtnemer, bij voorkeur met de vraag om binnen een bepaald aantal dagen een factuur in te dienen.11 Het is aangewezen om dit in de opdrachtdocumenten duidelijk uit te werken en – bijvoorbeeld conform de bepalingen voor werken – te voorzien in een termijn van 5 dagen om de factuur in te dienen. Het is met andere woorden aanbevolen om een duidelijk onderscheid te maken tussen achtereenvolgend aanvaarding (‘verificatie’), kennisgeving en tot slot de uitnodiging tot het indienen van een factuur (gevolgd door de ontvangst van de factuur). Indien u geen dergelijk onderscheid maakt, zal de factuur reeds bij de leveringslijst of prestatiestaat gevoegd zijn en zullen alle verificatiehandelingen verricht zijn op het moment van de kennisgeving van het proces-verbaal aan de opdrachtnemer. De verificatietermijn verstrijkt op de datum van beëindiging van verificatie (d.i. wanneer alle nodige handelingen verricht zijn) én voor zover de aanbestedende overheid beschikt over de factuur (en eventuele andere vereiste documenten).12 8

Artikel 95 §4, artikel 120 en 127 lid 4, artikel 156 en 160 lid 3 KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 9 Artikel 95 (werken), artikel 120 (leveringen), artikel 156 (diensten) KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 10 Artikel 95 §2 KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 11 Artikel 120 lid 2 en artikel 156 lid 1 KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB


5

Vanaf deze datum van beëindiging van verificatie start de betalingstermijn van 30 dagen. Indien u bijvoorbeeld op dag 21 kennisgeeft van het proces-verbaal samen met de vraag tot het indienen van een factuur én u deze factuur ontvangt op dag 24 (d.i. binnen de gevraagde termijn van 5 dagen), start de betalingstermijn op dag 25. In tegenstelling tot het tot nu toe onduidelijk geformuleerde vertrekpunt ‘vanaf het verstrijken van de verificatietermijn’, verduidelijkt het tweede reparatie-KB met andere woorden dat het verstrijken van de termijn van 30 dagen niet dient te worden afgewacht, indien de datum van beëindiging van verificatie reeds vroeger valt. Deze verduidelijking is ingegeven door de Europese richtlijn 2011/7/EU waarin de datum van aanvaarding of verificatie als aanknopingspunt wordt gehanteerd. Het tweede reparatie-KB bevestigt ook dat de verificatietermijn en de betalingstermijn een globale termijn vormen die steeds gerespecteerd moet worden. De wetgever wou vermijden dat, gezien de sanctie van de intrest voor laattijdige betaling en de vergoeding voor invorderingskosten op het overschrijden van de betalingstermijn is geplaatst, en het overschrijden van de verificatietermijn op zich niet is gesanctioneerd, de verificatietermijn in de praktijk al te vaak zou worden miskend en daardoor de sancties op het overschrijden van de betalingstermijn volledig zouden worden uitgehold. Zodoende wordt nu ook voorzien in een sanctionering van het overschrijden van de verificatietermijn. In het geval de aanbestedende overheid de verificatietermijn overschrijdt, wordt de betalingstermijn verminderd naar rato van het aantal dagen overschrijding van de verificatietermijn.13 Logischerwijze leidde dit dan ook tot het schrappen van de financiële sanctie voor het overschrijden van de verificatietermijn door de schuld van de aanbestedende overheid, die het KB uitvoering enkel bij opdrachten voor leveringen vermeldde.14 Indien de opdrachtnemer evenwel de termijn om zijn factuur in te dienen (of om een antwoord inzake sociale of fiscale schulden te geven) overschrijdt, wordt de betalingstermijn geschorst naar rato het aantal dagen overschrijding van die termijn.15 De wetgever spreekt hier niet langer over een verlenging van de betalingstermijn, maar wel over een schorsing van de betalingstermijn. Daarnaast breidt het tweede reparatie-KB deze sanctie uit naar zowel opdrachten voor werken als opdrachten voor leveringen en voor diensten.

1.3.3 Opdrachten zonder verificatieprocedure U heeft echter steeds de mogelijkheid om in de opdrachtdocumenten uitdrukkelijk te bepalen dat er niet in een verificatietermijn is voorzien. Voor sommige opdrachten van leveringen is het bijvoorbeeld niet opportuun om een procedure van verificatie te hanteren. Om onduidelijkheid te vermijden, is het evenwel aangewezen om in de opdrachtdocumenten telkens uitdrukkelijk aan te geven of u als aanbestedende overheid al dan niet beschikt over een verificatietermijn. 12

Artikel 95 §3, artikel 127 lid 1, artikel 160 lid 1 KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 13 Artikel 95 §5 lid 1, artikel 127 lid 5, artikel 160 lid 4 KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 14 Artikel 120 KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 15 Artikel 95 §5 lid 2, artikel 127 lid 6, artikel 160 lid 5 KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB


6

Indien er bij overheidsopdrachten voor werken niet in een verificatietermijn wordt voorzien, moet de betaling plaatsvinden binnen 30 kalenderdagen na ontvangstdatum van de schuldvordering of indien de ontvangstdatum van de schuldvordering niet vaststaat, binnen 30 kalenderdagen na de ontvangst van de gedetailleerde staat van de gerealiseerde werken. Indien u de schuldvordering vroeger ontvangt dan de realisatie van de werken, moet de betaling plaatsvinden binnen 30 dagen na de realisatie van de werken.16 Betalingen bij overheidsopdrachten voor leveringen en diensten dienen in beginsel plaats te vinden binnen 30 kalenderdagen na de ontvangstdatum van de factuur of binnen 30 kalenderdagen na de levering of beëindiging van de dienst indien de ontvangstdatum van de factuur niet vaststaat of indien de factuur vroeger wordt ontvangen.17

2 Andere wijzigingen en verduidelijkingen Naast de aanpassing van de betalingsregels – de hoofdmoot van het tweede reparatie-KB – bracht de wetgever met dit tweede reparatie-KB ook een aantal andere wijzigingen en verduidelijkingen aan.

2.1 Afwijkingen en onbillijke bedingen (artikel 9 KB Uitvoering) Artikel 9 van het KB Uitvoering bepaalt in welke gevallen en onder welke voorwaarden er al dan niet kan worden afgeweken van de in het KB Uitvoering bepaalde uitvoeringsregels.

2.1.1 Absolute verboden Er zijn een aantal bepalingen waar men, voor zover ze van toepassing zijn, absoluut niet van mag afwijken. Het betreft de algemene bepalingen, de regels rond wijzigingen van de opdracht, de bepaling inzake voorschotten van betaling en tot slot de bepaling over intrest voor laattijdige betaling en vergoeding voor invorderingskosten.18

2.1.2 Principieel verbod op verlenging van de betalings- en verificatietermijn Het is principieel verboden om de betalings- en verificatietermijn te verlengen.19 Het tweede reparatie-KB verduidelijkt dat dit principieel verbod tot verlenging van de betalingstermijn geldt onverminderd de schorsing van de betalingstermijn in geval van verzet of van derdenbeslag ten laste van de opdrachtnemer. Verder specifieert of wijzigt het tweede reparatie-KB de artikels waarnaar daarbij wordt verwezen. Dit als gevolg van een aantal verplaatsingen in en tussen de artikelen rond betalingen.20 Op dit principieel verbod zijn er een aantal strikt geformuleerde uitzonderingsvoorwaarden. Zo moet elke verlenging, zowel van de betalings- als de verificatietermijn:

16

Artikel 95 §4 KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB Artikel 127 lid 4 en artikel 160 lid 3 KB Uitvoering zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 18 Meer bepaald hoofdstuk 1, artikel 37 en 38, artikel 67 en artikel 69 (artikel 9 §1 KB Uitvoering) 19 Artikel 9 §2 lid 1 KB Uitvoering 20 Artikel 9 §2 lid 1 KB Uitvoering, zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 17


7

(1) uitdrukkelijk in de opdrachtdocumenten voorzien zijn; (2) objectief gerechtvaardigd zijn op grond van de bijzondere aard of eigenschappen van de opdracht en, op straffe van nietigheid, uitdrukkelijk gemotiveerd worden in de opdrachtdocumenten; Waar deze tweede voorwaarde voorheen enkel gold voor het verlengen van de betalingstermijn, koppelt het tweede reparatie-KB deze voorwaarde voortaan ook aan het verlengen van de verificatietermijn. De wetgever wil hiermee benadrukken dat de uitzonderlijke mogelijkheid tot verlenging van de verificatietermijn enkel gerechtvaardigd zou kunnen zijn bij complexe opdrachten. Bovendien bevestigt het tweede reparatie-KB hier uitdrukkelijk de algemene regel dat ook deze afwijkingen, net zoals afwijkingen van andere essentiële bepalingen, op straffe van nietigheid uitdrukkelijk moeten worden gemotiveerd in de opdrachtdocumenten. Tot slot kent zowel de verlenging van de betalingstermijn als deze van de verificatietermijn een eigen voorwaarde: (3) een verlenging van de betalingstermijn mag maximaal leiden tot een termijn van 60 dagen (3) een verlenging van de verificatietermijn is enkel mogelijk indien deze geen kennelijke onbillijkheid jegens de opdrachtnemer behelst.21 Met andere woorden, het tweede reparatie-KB bevestigt het uitzonderlijke karakter van de mogelijkheid tot verlenging van de betalings- en verificatietermijn.

2.1.3 Verbod van kennelijk onbillijke bedingen en praktijken Bedingen en praktijken met betrekking tot de datum of termijn voor verificatie of betaling die jegens de opdrachtnemer een kennelijke onbillijkheid uitmaken, worden voor niet geschreven gehouden. Om uit te maken of er sprake is van een dergelijke kennelijke onbillijkheid, reikt de wetgever een beoordelingskader aan waarbij alle omstandigheden in aanmerking moeten worden genomen, inzonderheid de goede handelspraktijken, de aard van de opdracht en de vraag of de aanbestedende overheid objectieve redenen heeft om af te wijken van de verificatie- of de betalingstermijn.22 Het KB Uitvoering sprak voorheen eveneens over het al dan niet aanwezig zijn van objectieve redenen om af te wijken van de in artikel 69 KB Uitvoering bepaalde wettelijke intrestvoet of vergoeding voor invorderingskosten.23 De wetgever zag echter terecht in dat deze bepaling zonder voorwerp was aangezien het op grond van artikel 9 §1 KB uitvoering absoluut verboden is om af te wijken van de bepaling over intrest voor laattijdige betaling en vergoeding voor invorderingskosten. Deze bepaling verdween dan ook met het tweede reparatie-KB. De wetgever trok deze lijn echter niet door in de overige bewoordingen van deze bepaling, waardoor artikel 9 §3, lid 1 en lid 3 KB Uitvoering nog steeds spreekt over kennelijke onbillijkheid met betrekking tot de intrestvoet voor betalingsachterstand of de vergoeding voor invorderingskosten. Hierbij wordt een uitsluiting van intrest of vergoedingskosten als

21

Artikel 9 §2 lid 2 en lid 3 KB Uitvoering, zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB Artikel 9 §3 lid 2 KB Uitvoering, zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 23 Artikel 9 §3 lid 2, 3° KB Uitvoering zoals voor de wijziging door het tweede reparatie-KB 22


8

respectievelijk kennelijk onbillijk en vermoedelijk kennelijk onbillijk beschouwd. 24 Dit lijkt, rekening houdende met de bedoeling van de wetgever, om een vergetelheid te gaan. Aangezien deze bepalingen in praktijk geen betekenis hebben, lijkt het dan ook aangewezen om deze als dode letter te beschouwen.

2.1.4 Afwijken van andere bepalingen Het afwijken van andere verplichte bepalingen dan de verificatie-en betalingstermijn is slechts mogelijk voor zover de bijzondere eisen van de opdracht dit noodzakelijk maken. De lijst van de bepalingen waarvan wordt afgeweken, moet uitdrukkelijk vooraan in het bestek vermeld worden.25 Aan het afwijken van een aantal uitdrukkelijk opgesomde essentiële bepalingen is een bijkomende voorwaarde verbonden. Deze afwijkingen moeten uitdrukkelijk in het bestek worden gemotiveerd. Indien deze motivering ontbreekt, wordt de afwijking voor niet geschreven gehouden (tenzij er sprake is van een door de partijen ondertekende overeenkomst).26 De lijst van essentiële bepalingen werd door het tweede reparatie-KB licht aangepast. Zo werd ook hier de verwijzing naar de bepaling over intrestvoet en invorderingskosten geschrapt. Zoals reeds vermeld is het immers absoluut verboden om af te wijken van deze bepaling. Daarnaast omvat de opsomming, analoog met de reeds vermelde bepaling over wijzigingen van de werkenopdracht, nu ook de specifieke bepalingen inzake opdrachtwijzigingen voor opdrachten voor leveringen en diensten.27

2.2 Varia 2.2.1 Toepassingsgebied (artikel 6 § 1 – artikel 5 §§3 en 4 KB Uitvoering) Artikel 6 §1 van het KB Uitvoering sluit, ongeacht het geraamde opdrachtbedrag, een aantal opdrachtcategorieën uit van het materieel toepassingsgebied van het KB Uitvoering. Dit evenwel met uitzondering van artikel 9 §§2 en 3 KB Uitvoering, de bepalingen betreffende het principieel verbod tot verlenging van de betalings-en verificatietermijn en de kennelijk onbillijke bedingen en praktijken.28 De wetgever maakte van de gelegenheid gebruik om in het verslag aan de Koning te verduidelijken wat dit concreet betekent. Het van toepassing verklaren van artikel 9 §§ 2 en 3 KB Uitvoering impliceert dat er een aantal (andere) bepalingen van toepassing zullen zijn. Artikel 9 §§2 en 3 KB Uitvoering stellen immers op hun beurt dat artikel 9 §§1 en 4 KB Uitvoering van toepassing is. Kort samengevat gaat het om de bepalingen over de verificatieen betalingstermijnen, de algemene bepalingen uit hoofdstuk 1, de regels rond wijzigingen van de opdracht, de bepaling inzake voorschotten van betaling, de bepaling over intrest voor

24

Artikel 9 §3 lid 1 en lid 3 KB Uitvoering, zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB Artikel 9 §4 lid 1 KB Uitvoering 26 Artikel 9 §4 lid 2 KB Uitvoering 27 Artikel 9 §4 lid 2 KB Uitvoering, zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 28 Artikel 6 §1 lid 1 KB Uitvoering 25


9

laattijdige betaling en vergoeding voor invorderingskosten en de afwijkingsvoorwaarden uit artikel 9 §4 KB Uitvoering.29 Tot slot bracht de wetgever ook een zuiver technische correctie aan in de artikel 5 §§ 3 en 4 KB Uitvoering vermelde drempelbedragen ter bepaling van de toepassing van de uitvoeringsregels. Hiermee worden de drempelbedragen in overeenstemming gebracht met deze die gelden ter bepaling van de toepassing van de plaatsingsregels.30

2.2.2 Schorsing betalingstermijn in geval van verzet of derdenbeslag (artikel 68 KB Uitvoering) De betalingstermijn wordt geschorst in geval van verzet tegen de betaling of van bewarend derdenbeslag ten laste van de opdrachtnemer.31 De bepaling dat de aanbestedende overheid in dat geval beschikt over een bijkomende betalingstermijn van 15 dagen werd geschrapt. Dit wegens de onverenigbaarheid met de bepalingen omtrent de betalingstermijn. Bovendien botst de idee van een verlenging van een termijn met het principe van schorsing van diezelfde termijn.

2.2.3 Intrest voor laattijdige betaling en vergoeding voor invorderingskosten (artikel 69 KB Uitvoering) Wanneer de in het KB Uitvoering bepaalde betalingstermijn overschreden wordt, heeft de opdrachtnemer van rechtswege en zonder ingebrekestelling recht op de betaling van een intrest (naar rato van het aantal dagen overschrijding) en een vergoeding voor invorderingskosten.32 De wetgever verbeterde enkele artikelnummers opdat er correct zou worden verwezen naar de relevante artikels inzake betalingen. Daarnaast werd de onderscheiden regeling voor opdrachten gesloten vóór 16 maart 2013 en opdrachten gesloten na die datum opgeheven. Dit onderscheid ging immers uit van de veronderstelling dat het KB Uitvoering reeds in werking zou treden vóór 16 maart 2013 en het niet de bedoeling kon zijn dat de, aan de Europese richtlijn inzake betalingsachterstand, aangepaste betalingsregels ook van toepassing zouden zijn op opdrachten gesloten vóór 16 maart 2013 (de deadline voor omzetting van de richtlijn in kwestie). Tot slot bevestigt het tweede reparatie-KB dat de berekeningsbasis voor de intresten en vergoeding voor invorderingskosten de bedragen exclusief BTW betreft.

2.2.4 Bepalingen inzake oplevering (artikel 92 en artikel 156 KB Uitvoering) Met het oog op overeenstemming met de hernieuwde betalingsprocedure wijzigde de wetgever de specifieke bepalingen inzake oplevering bij een opdracht voor werken en bij een opdracht voor diensten.

29

Meer bepaald artikelen 95, 120, 127, 156 en 160, hoofdstuk 1, artikel 37 en 38, artikel 67 en artikel 69 30 Artikel 5 §§ 3 en 4 KB Uitvoering, zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 31 Artikel 68 KB Uitvoering, zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 32 Artikel 69 KB Uitvoering, zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB


10

Bij opdrachten voor werken is de aanbestedende overheid niet langer een vergoeding verschuldigd bij overschrijding van de termijn voor de voorlopige oplevering.33 Deze bepaling strookt immers niet met de nieuwe regeling inzake verificatieen betalingstermijnen die onder meer een nieuwe benadering op het vlak van het sanctioneren van termijnoverschrijdingen impliceert. Bij opdrachten voor diensten werd de bepaling over oplevering, analoog aan de regeling bij werken en leveringen, aangepast aan het systeem van betaling voorafgegaan door verificatieverplichtingen en opleveringsformaliteiten.34 Daarnaast werd ook de bepaling die voorzag in een stilzwijgende oplevering om dezelfde reden opgeheven.35

2.2.5 Aangetekende zending Het tweede reparatie-KB voorziet in een vervanging van de woorden ‘aangetekend(e) schrijven/brief’ door de woorden ‘aangetekende zending’. Dit met het oog op de toekomstige elektronische aangetekende zending.36

33

Artikel 92 §2 lid 3 KB Uitvoering werd geschrapt Artikel 156 lid 1 KB Uitvoering, zoals gewijzigd door het tweede reparatie-KB 35 Artikel 156 lid 3 KB Uitvoering werd geschrapt 36 Artikel 3 tweede reparatie-KB 34


11

Belangrijkste wijzigingen van reparatie-kb van 22 mei 2014 in KB Uitvoering

Recommend Documents