Beeldkwaliteitsplan & Welstandsappendix ‘T Nieuwe Havenkwartier
april 2015
in opdracht van:
Provast Soeters Van Eldonk architecten 7 april 2015, Amsterdam
2
Inhoudsopgave 1. Inleiding Voorwoord Borging beeldkwaliteit Welstand
2. Beeldkwaliteit in een breder verband Relatie met bestemmingsplan
3. Stedebouwkundig plan Het stedebouwkundig plan Openbare ruimte
4. Algemene richtlijnen openbare ruimte Overgang openbaar - privé Materialisering Groen Elementen Verlichting Overige (technische) eisen
5. Visie beeldkwaliteit Geschiedenis van de bollenschuren Identiteit
6. Richtlijnen beeldkwaliteit Betekenis Materiaalgebruik Duurzaamheid Richtlijnen voor de Haven Richtlijnen voor de grondgebonden woningen Richtlijnen voor het losstaande appartementengebouw
3
1. Inleiding
Voorwoord Het huidige Hobaho-terrein in Lisse wordt de komende jaren ontwikkeld tot een nieuwe woonbuurt. Dit Beeldkwaliteitsplan vormt samen met het Stedebouwkundig plan de basis voor de ontwikkeling van ‘t Nieuwe Havenkwartier. Het Beeldkwaliteitsplan geeft richtlijnen voor de bebouwing met als doel de ruimtelijke kwaliteit te waarborgen. Aan de hand van dit Beeldkwaliteitsplan kan de uitwerking van gebouwen in ‘t Nieuwe Havenkwartier worden getoetst op het aspect van beeldkwaliteit. De in het Beeldkwaliteitsplan geformuleerde architectonische richtlijnen vormen voor de ontwikkelaar, de gemeente en de architect een kader voor de verdere uitwerking. De richtlijnen garanderen dat de samenhang, ambitie en uitgangspunten van het stedebouwkundig plan overeind blijven en worden versterkt in het uiteindelijk ontwerp voor woningen en openbare ruimte. Voor sommige onderdelen of aspecten worden heel concrete en gedetailleerde richtlijnen gesteld. Voor andere doelstellingen t.a.v. het beeld wordt volstaan met een meer abstracte beschrijving, die het ontwerp weliswaar een richting geeft, maar de creativiteit en het voortschrijdend inzicht niet in de weg staat. Zowel de concrete als abstracte richtlijnen moeten geïnterpreteerd worden als richtinggevende startpunten voor het ontwerp en voor de beoordelende instanties. Het Beeldkwaliteitsplan is vooral ook een inspiratiebron. Het geeft een indruk van de beoogde sfeer en de kwaliteiten van ‘t Nieuwe Havenkwartier. Met dit Beeldkwaliteitsplan wordt inzicht verschaft in het gewenste beeld-vocabulair of de architectonische taal.
4
De bollenvelden van Lisse
Borging beeldkwaliteit Met het Beeldkwaliteitsplan zijn richtlijnen opgesteld die de kwaliteit van het te ontwikkelen gebied zullen waarborgen. De richtlijnen hebben betrekking op de architectuur van de gebouwen en bieden een kader voor de inrichting van de openbare ruimte. Met de kaders en richtlijnen wordt niet alleen de kwaliteit van individuele gebouwen en straten gewaarborgd, maar wordt vooral ook de samenhang binnen het plan zeker gesteld. Het Beeldkwaliteitsplan wordt bewust als instrument ingezet om eenheid in sfeer en architectuur te waarborgen. Dit streven komt voort uit de idee dat de expressie van het individuele gebouw moet passen in de context van een groter geheel: architectuur is ondergeschikt aan stedebouw. Het is essentieel een juiste balans te vinden tussen variatie en harmonie van de architectuur, die recht doet aan de stedebouwkundige setting. In ‘t Nieuwe Havenkwartier geldt, in de woorden van Raymond Unwin: “the variety of each is dominated by the harmony of the whole”
“the variety of each is dominated by the harmony of the whole”
Naast randvoorwaarden en uitgangspunten voor het ontwerp, geeft het Beeldkwaliteitsplan ook inzicht in het proces dat nodig is om de gewenste kwaliteit tot stand te brengen.
5
Welstand De Welstandscommissie is een onafhankelijk adviesorgaan, dat het gemeentebestuur adviseert over ruimtelijke kwaliteit. Zij bewaakt de ruimtelijke kwaliteit en esthetische samenhang in ontwikkelingen en baseert zich daarbij op het door de gemeente vastgestelde welstandsbeleid. In Lisse behandelt de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (welstandscommissie) ‘Dorp Stad en Land’ nieuwe bouwplannen voor de gemeente. Deze commissie geeft integrale aandacht aan stedebouw, architectuur, cultuurhistorie en landschap. Het Beeldkwaliteitsplan zal ter advisering worden voorgelegd aan de Welstandscommissie en daarna worden vastgesteld door de raad als formeel toetsingskader voor de welstandsbeoordeling van ‘t Nieuwe Havenkwartier. Het Beeldkwaliteitsplan zal daartoe worden toegevoegd als appendix van de ‘Welstandsnota Lisse 2012’ .
6
Plangebied ‘t Nieuwe Havenkwartier
Lisse met daarin het plangebied met rood aangegeven
Plangebied
2. Beeldkwaliteit in een breder verband Relatie met het bestemmingsplan Het bestemmingsplan regelt onder meer de functie en het ruimtebeslag van bouwwerken; de stedebouwkundige envelop. De vormgeving van de bouwwerken valt buiten de reikwijdte van het bestemmingsplan. Het Beeldkwaliteitsplan bestaat uit een combinatie van stedebouwkundige en architectonische bepalingen. Stedebouwkundige uitgangspunten uit het Beeldkwaliteitsplan zoals ruimtebeslag en functie zullen tezamen met het stedebouwkundig plan als leidraad dienen voor een nieuw bestemmingsplan. Overige uitgangspunten kunnen in de toelichting van het bestemmingsplan worden opgenomen.
C - 46 appartementen sociale woningbouw
B - 47 zorgwoningen
D - 39 grondgebonden woningen
A - 24 appartementen vrije sector
Plangebied
7
3. Stedebouwkundig plan
Stedebouwkundig plan
Openbare ruimte
Het huidige Hobahoterrein is geheel bebouwd met hallen waar vroeger de bollenveilingen plaats vonden. In het nieuwe stedebouwkundig plan ondergaat het gebied een gedaanteverwisseling. De grootschalige hal wordt vervangen door een nieuwe woonbuurt. Dit betekent dat er minder oppervlak wordt bebouwd met kleinschaliger gebouwen en dat er meer ruimte ontstaat: privé buitenruimte zoals tuinen, maar ook openbare ruimte die onderdeel wordt van het plaatselijke stedelijke weefsel. Het plan heeft interactie tussen mensen in de openbare ruimte als uitgangspunt. Door ‘het krimpen van de openbare ruimte’ ontstaan condities waardoor mensen elkaar tegenkomen.
De inrichting van de openbare ruimte in het stedebouwkundig plan sluit aan bij de directe omgeving. Uitgangspunt is een openbare ruimte met hoogwaardige materialen die lang mee gaan en mooi verouderen. Rode klinkers en bomen maken de sfeer. Er zal gestreefd worden naar het zoveel als mogelijk beperken van obstakels in de openbare ruimte.
Het hart van ‘t Nieuwe Havenkwartier wordt gevormd door de 2e Havendwarsstraat. De ruimte wordt hier gevormd door woningen die de straat omsluiten. De straat begint smal, om door verspringende voorgevels van de huizen steeds breder te worden zodat er een brede autovrije ruimte in het midden ontstaat, om vervolgens middels verspringingen weer smal te eindigen. De straat krijgt hierdoor een besloten karakter; er ontstaat een ruimte die niet alleen geschikt is voor beweging, maar ook voor verblijf. Vanuit deze straat is er ook doorzicht naar de doorgang tussen de twee appartementen gebouwen die aan de Haven staan. Deze appartementen gebouwen vormen de stedelijke wand van het plein. De bouwblokken zijn geleed in verschillende vertikale bouwdelen met elk een eigen architectonische vocabulaire, ordening, materiaal en kleur. De reeks van gevelvlakken vormt een aangenaam gevarieerd beeld, aansluitend bij de perceelsgewijze korrel van de overige wanden van het lommerrijke plein. Het appartementengebouw op de hoek van de Hobahostraat daarentegen staat los in de stedelijke structuur. Het gebouw is 6 lagen hoog en markeert de entree van de buurt.
In de openbare ruimte zijn bomen en groen belangrijke middelen die dienen om te voorkomen dat geparkeerde auto’s het straatbeeld domineren. In functioneel opzicht wordt de ruimte ontworpen op basis van het concept van ‘shared space’: door de inrichting van het plangebied zo vorm te geven dat parkeerplaatsen eenzelfde materialisering krijgen als de rijweg en het trottoir zal de ruimte op verschillende manieren gebruikt kunnen worden. De parkeernorm gaat uit van de maximale situatie waarbij lang niet alle parkeerplaatsten de hele dag bezet zullen zijn. Door de gelijksoortige inrichting ontstaat de mogelijkheid om niet bezette parkeerplekken anders te gebruiken. Daarnaast zullen de parkeerplaatsen zoveel mogelijk gecentreerd worden zodat er ook parkeervrije plekken ontstaan.
Een lommerlijk plein uit: ‘Great Streets’, Allan B. Jacobs
Appartementenblok aan een plein Mariënburg, Nijmegen
8
N
0
500
2500 m.
Plankaart schaal 1 op 750
9
4. Algemene richtlijnen openbare ruimte
De openbare ruimte van ‘t Nieuwe Havenkwartier heeft verschillende sferen; het stedelijke plein aan de Haven, het woonmilieu van de 1e en 2e Havendwarsstraat en de entree van het plan vanaf de Hobahostraat. In dit Beeldkwaliteitsplan worden de richtlijnen voor de openbare ruimte alleen op hoofdlijnen beschreven. Op basis van deze richtlijnen zal in een later stadium het inrichtingsplan openbare ruimte voor ‘t Nieuwe Havenkwartier worden gemaakt.
Groen Bomen en planten spelen een belangrijke rol in de woonbuurt. Groen geeft de straten en het plein een prettige uitstraling, biedt verkoeling en ruimte aan biodiversiteit. Daarnaast zal het groen er voor zorgen dat de auto minder dominant aanwezig is in het straatbeeld. De grondgebonden woningen hebben tuinen met een achterpad. Er zal gestimuleerd worden dat de erfgrenzen met groen worden afgebakend in plaats van stenen of hekwerken.
Overgang openbaar – privé Het uitgangspunt van het stedebouwkundig plan is dat de gebouwen de wanden van de openbare ruimte vormen. De appartementen aan de Haven zijn 1,5m opgetild ten opzichte van het maaiveld niveau. Hierdoor hebben bewoners genoeg privacy en zijn er vanuit de appartementen ‘ogen op de straat’, een term die Jane Jacobs hanteerde om te beschrijven hoe dit tot contact tussen mensen en tot sociale veiligheid in het openbaar gebied kan leiden. De entrées van de appartementen liggen op maaiveld niveau. De grondgebonden woningen hebben korte voortuinen die als buffer werken tussen woning en trottoir. Het profiel van de woonstraten biedt voldoende ruimte voor groen, spelen en andere vormen van verblijf. Rondom het lossstaande appartementengebouw is een groene inrichting gewenst. De Hobahostraat vormt de entree van het gebied. Door ook hier uit te gaan van ‘shared space’, waarbij de inrichting van de straat een geheel vormt voor de voetganger, parkeerplaatsen en de rijweg, voorkom je dat de ruimte opgesplitst wordt en dat parkeerplaatsen het beeld domineren.
Materialisering Een hoogwaardige inrichting en materialisering van de openbare ruimte is daarbij belangrijk. Hoogwaardig worden materialen genoemd die lang mooi blijven, minder snel vervuilen en minder gevoelig voor schadiging zijn. Dit zijn producten die door en door van een materiaal zijn, zoals gebakken stenen voor de vloer, natuursteenblokjes of randen voor functieaanduidingen etc. De bestrating van de verschillende openbare ruimten dient zo rustig mogelijk te zijn. Dit betekent in principe geen overgangen in materiaal, kleur en hoogte, maar eenheid in kleur en sfeer.
Wonen op de bel-etage, Sluseholmen Kopenhagen
Elementen In principe zal er straatmeubilair worden toegepast die aansluit aan de directe omgeving. De keuze van straatmeubilair en verlichting dient zodanig te geschieden dat ze bijdraagt aan de karakteristiek van de verschillende openbare ruimten, zonder de continuïteit van deze ruimten te verstoren. Er zal naar gestreefd worden om waar mogelijk elementen te combineren om het aantal losse objecten te beperken. Eventuele nutsvoorzieningen zoals trafo’s mogen het ontwerp van de openbare ruimte niet verstoren en zullen zoveel mogelijk in de bebouwing worden opgenomen.
Verlichting Voor de verlichting van de openbare ruimten zullen elementen aan gevels of paaltop elementen worden ingezet. De appartementen gebouwen zullen verlichte entreeportieken hebben en zijn ook verder geschikt om er verlichtingselementen voor de openbare ruimte aan te bevestigen. De grondgebonden woningen zijn minder geschikt daarvoor; in de woonstraten zullen paaltoparmaturen de verlichting verzorgen.
‘Shared space’ waarbij de straat ook stoep en speelterrein is Langestraat, Amsterdam
Overige (technische) eisen De in dit document opgenomen richtlijnen voor de openbare ruimte hebben alleen betrekking op de kwaliteit van het beeld. Overige door de gemeente opgestelde eisen ten aanzien van de openbare ruimte, zoals standaarddetails voor straatwerken en riolering, uitgangspunten voor wegprofielen en technische eisen ten aanzien van afwatering, verlichting en verkeersveiligheid zullen worden opgenomen in een later te vervaardigen inrichtingsplan.
Stadsplein, Spijkenisse Oostpoort, Amsterdam Voorbeelden van een hoogwaardige inrichting
10
Vogelvlucht plangebied 11
5. Visie beeldkwaliteit
Het stedebouwkundig plan bestaat in de eerste plaats uit een plan waarin de openbare ruimten gedefinieerd worden. Ook bij de beschrijving van de beeldkwaliteit van het gebied is de openbare ruimte als vertrekpunt gehanteerd. Het uitgangspunt is dan ook dat de gevels van de gebouwen vanuit het gezichtspunt van de openbare ruimte ontworpen worden; zij vormen als het ware de wandbekleding van de stedelijke ruimte. De straten en de pleinen zijn te lezen als een verzameling huizen en gebouwen met ieder een eigen identiteit binnen een gezamenlijke bandbreedte. Deze identiteit wordt sterk gevormd door de plek en de geschiedenis van de locatie. Voor Lisse is de cultuur rondom de bloembollen een belangrijke referentie. De ‘genius loci’, de eigenheid van de plek, is in belangrijke mate bepaald door de bloementeelt en handel, met als gebouwde componenten de karakteristieke bollenschuren en de herenhuizen van de bollentelers aan de Heereweg. Bollenschuur type 1 - 1850-1890
Bollenschuur type 2 - 1890-1900
Bollenschuur type 3 - vanaf 1910
Bollenschuur type 4 - vanaf 1925
Geschiedenis van de bollenschuren in de begin periode van de bollencultuur (1850-1890) werden de bollenschuren voornamelijk van hout gebouwd. Het waren schuren van één of twee bouwlagen en een zadel- of een mansardedak. In de schuren bevinden zich lange stellingen waar de bloembollen konden drogen. Tussen 1890 en 1900 werden de bollenschuren steeds vaker van baksteen gemaakt. Het volume was meestal twee lagen hoog en had nog steeds een mansardekap of zadeldak. De mansardekap bood extra ruimte voor stellingen om de bollen te laten drogen. Direct onder de kap lagen bollen te drogen die het meeste warmte nodig hadden. Vanaf 1910 werden de bollenschuren met een plat dak gebouwd. Dit bood meer ruimte, juist ook boven in. Alle bollenschuren werden tot dan toe natuurlijk geventileerd door middel van ramen en openslaande deuren. Rond 1925 kwamen er ventilatoren op de markt wat het uiterlijk van de bollenschuren ingrijpend veranderde; de openslaande deuren waren niet meer nodig en werden dichtgemetseld. De nieuwe bollenschuren hadden slechts nog kleine stalen ramen. In plaats daarvan zaten er ventilatieroosters in de gevel.
12
Vanaf het begin van de twintigste eeuw ging het de bollenboeren echt voor de wind. In die tijd verrijzen er aan de Heereweg, de hoofdweg van Lisse die Sassenheim met Hillegom verbindt, steeds meer kwekersvilla’s en herenboerderijen. De welvarende bollenboeren bouwden hun eigen huis in baksteen en gebruikten daarbij veel ornamentiek in de gevels en de daken. Naast de bollenschuren en kwekersvilla’s werden er ook veilinghuizen voor de bollen gebouwd, zoals de Hobahohallen in het plangebied. De NV. Hollands Bloembollenhuis Hobaho (afkorting van de oprichters Homan, Bader en Hoogewoning) pakte het groots aan. Aan de haven in Lisse werd een enorme hal gebouwd met interne sloten zodat de boten konden binnenvaren. Voordat de haven gedempt werd, was dit water aangesloten op de Ringvaart en zorgde voor de distributie van de bollen vanaf de veiling.
Identiteit
Houten bollenschuur rond 1900, Santpoort-Noord
Anzichtkaart van een bollenschuur / bloemisterij
De Hobahohallen met de karakteristieke zwanen op de daklijst
Rijk gedecoreerde kwekerswoning Heereweg 4, Lisse
De geschiedenis van de streek vormt een belangrijke referentie voor het Beeldkwaliteitsplan. De kleuren, materialen en typologieën komen terug in de uitwerking van de richtlijnen voor het plangebied. Het ontwerp van elke afzonderlijke gevel dient enerzijds een identiteit in de reeks van gevels te zijn, anderzijds onderdeel van de reeks uit te maken, volgens het principe: “the variety of each is dominated by the harmony of the whole”, De reeks wordt gevormd door ritme, verticale opbouw van de gevel bestaande uit basis, middendeel en top. Hoeken hebben een tweezijdige oriëntatie op de openbare ruimte en geven daarmee extra expressie aan het plan. Bronnen: - www.bollenschuren.nl - ‘Cultuur historisch onderzoek bollenschuren’ door Max Popma, 1998 - Jaarboek Monumentenzorg 1994. Monumenten van een nieuwe tijd. Architectuur en stedebouw 1850-1940. Waanders Uitgevers, Zwolle / Rijksdienst voor de Monumentenzorg, Zeist 1994
13
6. Richtlijnen Beeldkwaliteit
Betekenis In het Stedebouwkundig plan voor ‘t Nieuwe Havenkwartier zijn drie verschillende gebieden met eigen karakter en sfeer te herkennen: De Haven, de woonstraatjes en de omgeving rond het lossstaande appartementengebouw op de hoek Ruishornlaan / Hobahostraat. De Haven is het meeste stedelijke deel. De appartementen staan aan een lommerrijk plein waar bomen en de nieuwe bouwblokken de sfeer bepalen. De straten met grondgebonden woningen zijn groen, kindvriendelijk en kleinschalig. Het losstaande appartementengebouw vormt de markering en entree van de nieuwe buurt. Samen zorgen deze sferen voor een nieuw stukje Lisse op een menselijke schaal.
14
Stedelijke sfeer waarbij elk pand een eigen uitstraling heeft Provinciehuis Friesland
Straat met een vriendelijke uitstraling Eindehoutstraat, Haarlem
Kindvriendelijke straat in Leiden
Het appartementengebouw staat net als een bollenschuur los in de ruimte Het functioneert als entree voor het nieuwe plangebied
Materiaalgebruik Door een familie van materialen te selecteren wordt de samenhang in een gebied versterkt: - Metselwerk in verschillende (aard)tinten: rood, bruin, paars, warmgrijs, oranje en geel, incidenteel wit - Keramische dakpannen in gevarieerde kleuren - Potdekselwerk incidenteel - Witte elementen, beton & hout voor gevelbanden en daklijsten - Geglazuurde sierstenen Algemeen geldt dat er wordt gekozen voor materialen die mooi verouderen en dat gebouwen gevarieerd van detaillering zijn.
De dwars- en langskappen hebben een grote invloed op de sfeer in de straat, ‘An imaginary town’, Raymond Unwin
Materialenpalet
De gedecoreerde dwarskap versterkt het karakter per woning Heereweg 297, Lisse
Tulpenmuseum aan de Grachtweg Hoekpand, Heereweg 304, Lisse Ornamenten zoals witte banden, sierstenen, daklijsten en dakkappellen
Duurzaamheid Een nieuwe plangebied heeft meer toekomstwaarde als er duurzaam omgesprongen wordt met energie en materiaal. Als er zorgvuldig wordt ontworpen en er geïnvesteerd wordt in duurzame materialen, heeft de nieuwe woonbuurt een betere kans mooi, aantrekkelijk, netjes en daarmee waardevol te blijven. Het maken van een nieuwe buurt in de dorpskern van Lisse betekent een intensivering van het bestaande dorp. De leegstaande loodsen worden vervangen door woningen en appartementen voor verschillende doelgroepen en leeftijden. Door te investeren in de kern wordt de aantrekkingskracht en het draagvlak van het centrum versterkt. Nieuwbouw moet volgens het bouwbesluit voldoen aan een EPC van 0,4. Daarmee zijn alle woningen in basis al voorzien van een hoogwaardige isolatie en een laag energiegebruik. Alle gebouwen hebben op de daken ruimte voor het plaatsen van zonnepanelen. Deze panelen komen niet in het zicht door de kappen aan de straatzijde. De zorgwoningen in appartementengebouw B zijn levensloopbestendig. Het gebouw is flexibel ontworpen, de zorgwoningen kunnen in een later stadium worden getransformeerd tot appartementen.
15
Richtlijnen voor de Haven Aan de Haven ligt het meest stedelijke deel van het nieuwe plangebied. Er komen twee flinke bouwblokken te staan die samen één zijde van de stedelijke wand aan het plein zullen vormen. De parkeerplaatsen op de Haven mogen de sfeer niet domineren. Flinke bomen zullen van de Haven een lommerrijke plek maken. Daarnaast zal de architectuur van de bouwblokken bijdragen aan de sfeer van een stedelijk plein. De zuidzijde van de bouwblokken vormt de stedelijke wand van de 2e Havendwarsstraat. De daktuinen en terrassen aan deze gevel zorgen voor plastiek en een gelaagde overgang tussen de grondgebonden woningen en de grotere maat van de appartementen. Voor de architectuur gelden de volgende richtlijnen: Algemeen: Stedelijk uitstraling met een eigen karakteristiek per pand door variatie in materiaal, kleur en ornamentiek.
Binnen het bouwblok heeft elk pand een eigen uitstraling Provinciehuis Friesland
Verschil in kleur, materiaal en plastiek versterken de identiteit per pand Sluseholmen, Kopenhagen
Stedelijk bouwblok met duidelijke geleding Bloemgracht, Amsterdam
Plein 44, Nijmegen Entree als visitekaartje
Parcelering: De bouwblokken aan de Haven krijgen een duidelijke geleding door middel van parcelering. Erkers, balkons, verschillen in plint behandeling en bovenbeëindiging zijn middelen om de eigenheid van de gebouwdelen te versterken en een rijker gevelbeeld te creëren. Dakbeëindigingen Daken en daklijsten alsmede de hoogte van de overgang tussen gevel en “dak” bepalen sterk het karakter van een perceel. Plinten Per perceel verschil in kleur en hoogte van de plint. De entrees van appartementengebouwen dienen onderscheidend gedetailleerd te zijn; aan het plein is het belangrijk dat de panden individueel leesbaar zijn, o.a. door verschil in de materialisering en maat van de plint. De entree’s komen prominent in beeld .
16
Portiek in Oostpoort, Amsterdam
Sfeerimpressie van de Haven
17
Richtlijnen voor de grondgebonden woningen De kwekerswoningen aan de Heereweg vormen een belangrijke inspiratie voor de grondgebonden woningen. De bakstenen huizen zijn versierd met witte stenen, gevelbanden, dakranden en versieringen. Aan de 1e Havendwarsstraat staan 2-onder-1 kapwoningen die ten opzichte van elkaar verspringen zodat een levendig straatbeeld ontstaat. Elke woning heeft een kap met karakteristiek dakspant. In 2e Havendwarsstraat staan rijtjeswoningen waarbij elk tweede huis een eigen gezicht krijgt door een langskap. Ook deze kapranden zijn versierd. Voor de architectuur van de 1e en 2e Havendwarsstraat gelden de volgende richtlijnen: Algemeen: Vriendelijke uitstraling. Zowel de architectonische eenheid van het ensemble als het ritme in ramen, voordeuren en daken per woning zijn van belang. Bescheiden ornamentiek in gevelbanden en sierstenen. Eenheid in kleurenpalet baksteen, lichte variatie in kozijntype en kleur.
Baksteengevel met witte ornamentiek en een stijle kap Bleyenburgstraat Utrecht
Eenheid en diversiteit in de straat Bos en Vaartstraat, Haarlem
Rijke plastiek en ornamentiek Heereweg 4, Lisse
Rode baksteen met witte kozijnen, ornamenten en daklijsten Heereweg 304 & Grachtweg 1, Lisse
Plastiek: De grondgebonden woningen maken gebruik van repetitie in de plastiek om de eenheid te versterken. De verspringende rooilijnen en de expressie van de dakkappen zorgen voor een duidelijke articulering van de woningen. Dakbeëindigingen De kappen van de woningen bepalen in sterke mate het straatbeeld: afwisselende dwars- en langskappen geven individuele woningen een gezicht. De hoekwoningen worden geaccentueerd door de kap en zijn steeds op twee straten georiënteerd. Plinten De grondgebonden woningen hebben door hun voordeuren en de korte stoep een in materiaal onderscheidende plint. Plint kan zowel van baksteen als natuursteen zijn.
18
Sfeerimpressie van de 2e Havendwarsstraat
19
Richtlijnen voor het losstaande appartementengebouw Het appartementenblok op de hoek van de Hobahostraat markeert de entree van de nieuwe buurt. Omdat het gebouw als een los blok in de ruimte staat, is het van belang dat het gebouw een sterke expressie en eigen identiteit heeft. Voor de architectuur gelden de volgende richtlijnen: Algemeen: Het gebouw past in de architectuur tradities van de streek; de gevel van roodbruine bakstenen en potdekselwerk, hoge smalle ramen in wit en blauw. Verzorgde plint behandeling en een lijstachtige bovenbeëindiging. Plastiek: Hoewel het gebouw in de eerste plaats bestaat uit een strak en functioneel strakbouwvolume, is dit volume geleed door middel van balkon nissen en naar voren en terug springende geveldelen.
Houten potdekselwerk van de Hobahohallen aan de Haven
Bollenschuuruit1925;geaccentueerdehoeken,langesmalleramenenhorizontale banden, Loosterweg 10, Lisse
Roodbruine baksteen en witte kozijnen met groene draaiende delen Heereweg 335, Lisse
Loosterweg 8, Voorhout
Dakbeëindigingen: De contour van het gebouw wordt versterkt door duidelijk geprofileerde dakranden. Plinten: Eenduidige plint voor het appartementenblok. Het blok staat met zijn voet in het groen. De gezamenlijke entree van het gebouw wordt duidelijk gemarkeerd door een dubbelhoge pui.
20
Veurseweg 267, Voorschoten
Perspectief Appartementenblok
21