Hovap Serie 8700 Varioflow double safety afsluiters Bedrijfsvoorschriften DN 40-100
1 Inhoud 2 Inleiding 2.1 Gebruiksdoel 2.2 Toepassingsgebied 2.3 Te ontraden gebruik
2 2 2 2
3 Veiligheid
2
4
2
Transport en opslag
5 Installatievoorschriften 5.1 Plaatsing 5.2 Inbouw in leidingwerk 5.3 Schakelruimte 5.4 Montageruimte
2 2 2 2 2
6 Bediening 6.1 Aansturen met lucht 6.2 Signalering van de stand van de afsluiter 6.3 Besturingsunit
3 3 3 3
7 Reiniging en onderhoud 7.1 Reiniging 7.2 Controletermijn 7.3 Veiligheidsmaatregelen tijdens onderhoud 7.4 Te gebruiken vetsoorten 7.5 Demontage van de afsluiter 7.6 Demontage van de luchtcilinder 7.7 Montage van de luchtcilinder 7.8 Montage van de afsluiter 7.9 Storingen
3 3 3 3 4 4 4 5 5 5
Appendix A: Doorsnede
6
Appendix B: Onderdelen en reservedelen Bestellen van onderdelen
7 7
Appendix C: Technische specificatie 8 Materiaal afsluiter 8 Materiaal afdichtelementen 8 Geluidsniveau8 Luchtdruk8 Luchtverbruik8 Uitvoering en bestelcode 8
www.pentair.com/valves
© 2012 Pentair Ltd. All Rights Reserved.
HOVSB-0016-NL-1408
Hovap Serie 8700 Varioflow double safety afsluiters Bedrijfsvoorschriften DN 40-100 2 Inleiding
4 Transport en opslag
2.1 Gebruiksdoel De Hovap Varioflow double safety afsluiter is een afsluiter met een dubbele afdichtfunctie. Productvermenging bij een defecte klepafdichting wordt voorkomen. De lekvloeistof wordt buiten de afsluiter gevoerd.
De afsluiter wordt verpakt in plastic. Hierdoor wordt voorkomen dat stof en vuil in het inwendige van de afsluiter komt. Verpak het binnenwerk van de afsluiter als dit bij montage uit het afsluiterhuis wordt gehaald.
2.2 Toepassingsgebied De afsluiter is ontworpen voor gebruik in de voedingsmiddelen- en genotmiddelen- en farmaceutische industrie. 2.3 Te ontraden gebruik De afsluiter is niet geschikt voor toepassing in gassystemen. Vloeistoffen met harde vaste deeltjes veroorzaken een grotere slijtage aan de afdichtelementen. 3 Veiligheid De afsluiter dient zodanig te worden geplaatst of te worden afgeschermd dat reinigings- of lekvloeistoffen, die uit de drainpijp komen, geen letsel aan personen of schade aan de omgeving kunnen veroorzaken. Onder en boven de afsluiter dient een vrije ruimte aanwezig te zijn van minimaal 150 mm. Dit voorkomt het bekneld raken van lichaamsdelen tijdens schakelen. Voorkom dat tijdens onderhoudswerkzaamheden het leidingwerk, waarin de afsluiter is geplaatst, onder vloeistofdruk kan komen te staan. Voorkom dat tijdens schakelen met een losse afsluiter bij onderhoud vingers bekneld raken tussen klep en zitting.
5 Installatievoorschriften 5.1 Plaatsing Voor een goede werking van de lekmelding van de afsluiter dient deze verticaal, met de luchtcilinder naar boven, te worden geplaatst. 5.2 Inbouw in leidingwerk De afsluiter kan direct in het leidingwerk worden geplaatst. Aan het huis kan worden gelast nadat het afsluiterbinnenwerk met alle afdichtelementen is verwijderd. 5.3 Schakelruimte Onder en boven de afsluiter dient een vrije ruimte aanwezig te zijn van minimaal: - 60 mm, voor de afsluiters 1½”, 2”, DN 40 en DN 50. - 70 mm, voor de afsluiters 2½”, 3”, DN 65 en DN 80. - 80 mm, voor de afsluiters 4” en DN 100. 5.4 Montageruimte Om onderhoudswerkzaamheden mogelijk te maken dient boven de afsluiter een vrije ruimte aanwezig te zijn van minimaal: - 350 mm, voor de afsluiters 1½”, 2”, DN 40 en DN 50. - 420 mm, voor de afsluiters 2½”, 3”, DN 65 en DN 80. - 490 mm, voor de afsluiters 4” en DN 100.
Bij onderhoud aan de luchtcilinder dient men zorgvuldig vlg. de aanwijzingen in 7.6 en 7.7 te handelen om verwondingen te voorkomen die kunnen ontstaan door het ontspannen van de drukveren. Tijdens reinigen en bij doorstromen van hete producten kan de afsluiter zo heet worden dat aanraken brandwonden veroorzaakt.
2
Hovap Serie 8700 Varioflow double safety afsluiters Bedrijfsvoorschriften DN 40-100 6.3 Besturingsunit De afsluiter kan ook voorzien worden van een besturingseenheid. Hiervoor zijn separate bedrijfsvoorschriften beschikbaar.
PI
P II
7 Reiniging en onderhoud P III
7.1 Reiniging De afsluiter is geschikt voor C.I.P. reiniging. De drainruimte kan gereinigd worden door tijdens reinigen van de afsluiter een aantal malen gedurende enkele seconden luchtdruk te zetten op aansluiting P III (tijdens reinigen van bovenhuis) of op aansluiting P I (tijdens reinigen van onderhuis). Zie punt 6.1. Het materiaal van de afsluiter is bestand tegen de normaal in de voedingsmiddelenindustrie toegepaste reinigingsmiddelen, zoals een loog (NAOH) of zuur (HNO3) oplossing van ca. 1% bij een temperatuur van ca. 80°C. Na de reiniging dient altijd gespoeld te worden met schoon water om corrosie te voorkomen.
6 Bediening 6.1 Aansturen met lucht De afsluiter is voorzien van drie luchtaansluitingen met ⅛” BSP binnendraad: P I: Reiniging van de drainruimte via het onderhuis. P II: Openen van de afsluiter. P III: Reiniging van de drainruimte via het bovenhuis. De aansturing van de afsluiter dient zodanig geregeld te zijn dat er geen luchtdruk kan komen op meer dan één aansluiting tegelijkertijd. Ook tijdens reinigen mogen P I en P III niet gelijktijdig aangestuurd worden. Tussen de aansturing van openen/sluiten en drainreiniging dient een pauze van 10 seconden te zitten. Luchtaansluitingen die niet gebruikt worden dienen voorzien te zijn van ontluchtingsnippels.
7.2 Controletermijn De controle op afdicht- en slijtelementen dient 1x per jaar te geschieden. Bij speciale toepassingen (zoals bijv. hoogviskeuze of kristalliserende vloeistoffen) dient de controletermijn in overleg te worden aangepast. 7.3 Veiligheidsmaatregelen tijdens onderhoud Bij demontage van de afsluiter dient ervoor gezorgd te worden dat het leidingwerk leeg is. Bij gedemonteerde afsluiters moet voorkomen worden dat de leiding gevuld wordt door bijv. het inschakelen van een pomp of het aansturen van een afsluiter. Het demonteren en monteren van de luchtcilinder dient volgens de voorschriften te gebeuren. Drukveren, in een afgesloten verenpot, drukken de luchtcilinder onderdelen bij demontage ca. 10 mm uit elkaar.
6.2 Signalering van de stand van de afsluiter De afsluiter kan voorzien worden van een console voor plaatsing van naderingsschakelaars. De volgende situaties zijn mogelijk:
Open melding
Dicht melding
Open/dicht melding 3
Hovap Serie 8700 Varioflow double safety afsluiters Bedrijfsvoorschriften DN 40-100 Demontage met kolomboormachine
Demontage met draadeind
4
16
M12
Detail gat voor uitdrukken borgring
7.4 Te gebruiken vetsoorten Zie bijlage A Productzijde Quad-ringen 17 en o-ringen 23, 40, 41 en 49 mogen alleen ingevet worden met Molykote 111. Andere smeermiddelen hebben nadelige invloed op de werking van de afsluiter. O-ring 25 wordt droog gemonteerd. Niet-productzijde Deze o-ringen kunnen ingevet worden met een vet dat goedgekeurd is voor gebruik in de voedingsmiddelenindustrie. 7.5 Demontage van de afsluiter Zie bijlage A A - Verwijder de eventueel aanwezige terugmeldinrichting. B - Draai de nippels uit de luchtaansluitingen. C - Neem de klemkoppeling 7 aan de kant van cilinder 3 los. D - Trek cilinder 3 met onderklep 31 en bovenklep 32 uit afsluiterhuis 1. E - Draai standmelder 26 los. F - Trek onderklep 31 en bovenklep 32 uit cilinder 3. G - Draai met een pengatsleutel opzetstuk 39 uit bovenklep 32. H - Neem de klemkoppeling 7 aan de kant van beschermbus 2 los.
I - Verwijder beschermbus 2. J - C ontroleer alle afdichtelementen, beide lagers 11, geleidering 42 en cilindrisch lager 36. K - Vervang geleidering 42 en o-ringen 49, wanneer deze van de bovenklep 32 zijn geweest. 7.6 Demontage van de luchtcilinder Zie bijlage A A - Plaats de complete luchtcilinder op de tafel van een kolomboormachine. Zet een buisje op deksel 4 om veerschotel 10 heen. Bij ontbreken van een kolomboormachine kan een draadstang met moeren gebruikt worden. B - Druk deksel 4 ca. 10 mm omlaag tegen de veerdruk in. Let op: veerspanning! C - Druk borgring 16 uit de groef m.b.v. een pen. D - Ontspan de veren en demonteer de luchtcilinder. E - Controleer afdichtelementen en cilindrisch lager 15.
4
Hovap Serie 8700 Varioflow double safety afsluiters Bedrijfsvoorschriften DN 40-100 7.7 Montage van de luchtcilinder Zie bijlage A A - Plaats de o-ringen. B - Zet alle onderdelen los in elkaar. C - Plaats de luchtcilinder op de tafel van een kolomboormachine of gebruik een draadstang. D - Druk deksel 4 omlaag tegen de veerdruk in. Let op: veerspanning! E - Plaats borgring 16. F - Ontspan de veren, let op dat borgveer 16 goed in de groef van deksel 4 komt. 7.8 Montage van de afsluiter Zie bijlage A A - Plaats o-ring 25 in opzetstuk 39. Plaats o-ringen 40 en 41 (alleen bij afsluiters van 2½” en groter) in bovenklep 32. Plaats ingevette o-ringen 49 in de groeven van geleidering 42 en monteer dit geheel op bovenklep 32 door opzetstuk 39 aan te draaien met pengatsleutel, smeer hierbij eerst montagepasta op de draadverbinding. B - Plaats o-ringen 20 en 23, TV o-ring 18 en veer 27 in bovenklep 32. C - Plaats TV o-ring 18 om onderklep 31. D - Plaats o-ring 22 om klepstang 6. E - Schuif onderklep 31 in bovenklep 32 en plaats buis 46. F - Plaats kleppenstel 31/32 in cilinder 3. G - Zet standmelder 26 vast. H - Plaats beide lagers 11 in afsluiterhuis 1. I - Rek quad-ringen 17 licht op en plaats deze in afsluiterhuis 1. J - Plaats cilinder 3 met kleppenstel 31/32 en o-ring 19 in afsluiterhuis 1. K - Controleer de juiste plaatsing van quad-ringen 17. Dit kan door te blazen op de spoelgaten in de lantaarnstukken. L - Zet klemkoppeling 7 aan cilinderkant vast. M - Plaats beschermbus 2. N - Sluit de luchtleidingen aan. O - Controleer of de afsluiter soepel schakelt.
7.9 Storingen Zie bijlage A Lekkage uit spoelgaten bij klemkoppeling 7 Controleer quad-ringen 17. Lekkage via drainpijp 30 Controleer TV-ringen 18 bij lekkage in gesloten stand. Controleer o-ring 25 bij lekkage in open stand. Luchtlekkage via deksel 4 Controleer o-ringen 20 en 21. Luchtlekkage via aansluitingen P II of P III (zie 6.1) Controleer o-ringen 20. Luchtlekkage bij klemkoppeling 7 Controleer o-ring 19. Vloeistof in de luchtcilinder Controleer o-ringen 23. Afsluiter schakelt langzaam Luchtdruk is beneden 6 bar. Luchtleiding is te lang of heeft een te kleine doorlaat. Vloeistof in luchtcilinder. Afsluiter schakelt met schokkende beweging Quad-ringen pos. 17 zijn droog. Vervangen door met Molykote 111 ingevette quad-ringen.
5
Hovap Serie 8700 Varioflow double safety afsluiters DN 40-100 / Bijlage A - Doorsnede
6
Hovap Serie 8700 Varioflow double safety afsluiters DN 40-100 / Bijlage B - Onderdelen en reservedelen Onderdelen Pos. 1 2 3 4 6 7 9 10 11 15 16 17 18 19 20 21 22
Aantal 1 1 1 1 1 2 1 1 2 1 1 4 2 1 3 2 1
Omschrijving Afsluiterhuis Beschermbus Cilinder Deksel Klepstang Klemkoppeling Verenpot Veerschotel Lager Cilindrisch lager Borgring Quad-ring TV-o-ring O-ring O-ring O-ring O-ring
Reservedelen Pos. 11 15 17 18 19 20
Aantal 2 1 4 2 1 3
Omschrijving Lager Cilindrisch lager Quad-ring TV o-ring O-ring O-ring
21 22 23 25 36 40 41 42 49
2 1 2 1 1 1 1 1 2
O-ring O-ring O-ring O-ring Cilindrisch lager O-ring O-ring Geleidering O-ring
Pos. 23 25 26 27 28 29 30 31 32 36 39 40 41 42 46 49
Aantal 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2
Omschrijving O-ring O-ring Standmelder Veer Pen Hulpzuiger Drainpijp Onderklep Bovenklep Cilindrisch lager Opzetstuk O-ring O-ring (2½” en groter) Geleidering Buis O-ring
1½”-2” DN 40-50
2½”-3” DN 65-80
4” DN 100
69.0 x 5.33 59.69 x 5.33 88 x 3 85.32 x 3.53
90.0 x 5.33 78.74 x 5.33 108 x 3 104.37 x 3.53
99.0 x 5.33 88.27 x 5.33 124.5 x 3 123.42 x 3.53
22 x 3 15 x 1.5 31.34 x 3.53 50.17 x 5.33
22 x 3 15 x 1.5 31.34 x 3.53 66.04 x 5.33
22 x 3 15 x 1.5 31.34 x 3.53 78.74 x 5.33
52 x 2
72 x 3 48 x 3
82 x 3 48 x 3
63.22 x 1.78
82.27 x 1.78
91.7 x 1.78
Bestellen van onderdelen Voor het bestellen van onderdelen dient vermeld te worden: • Het afsluiternummer. • De bestelcode van de afsluiter. Zie bijlage C. • De afsluitermaat. • Het pos. nummer van het onderdeel. • Voor quad-ringen en o-ringen de kwaliteit. Zie bijlage C.
7
Hovap Serie 8700 Varioflow double safety afsluiters DN 40-100 / Bijlage C - Technische specificatie Uitvoering en bestelcode De volgende uitvoeringen zijn mogelijk: Uitvoering
Bestelcode
8711 8712 8721 8722
Materiaal afsluiter Alle metalen onderdelen die met de vloeistof in aanraking komen zijn van roestvast staal W.Nr. 1.4401. De niet met de vloeistof in aanraking komende onderdelen zijn van roestvast staal W.Nr. 1.4301 of van kunststof. De lagers in de luchtcilinders zijn gemaakt van zelfsmerend brons. Materiaal afdichtelementen De quad- en o-ringen aan productzijde zijn van EPDM. De TV o-ringen in de klep hebben een FKM kern met een FEP mantel. De overige o-ringen zijn van NBR. Alternatieven voor het materiaal van quad- en o-ringen aan productzijde zijn mogelijk. Geluidsniveau Het door de afsluiter veroorzaakte geluid heeft een A-gewogen equivalente continue geluiddruk lager dan 70 dB(A). Luchtdruk De luchtdruk dient te liggen tussen 5 en 10 bar. Aanbevolen wordt droge lucht van 6 bar te gebruiken. Luchtverbruik Het luchtverbruik in nl per slag is weergegeven in onderstaande tabel. Het verbruik is berekend bij 6 bar luchtdruk.
Maat 1½” - 2” DN 40-50 2½” - 3” DN 65-80 4” DN 100
Openen 4.7
Reinigen drainruimte via bovenhuis 1.1
Reinigen drainruimte via onderhuis 0.7
8.4
1.4
0.9
12.0
2.6
1.3
PENTAIR VALVES & CONTROLS www.pentair.com/valves Alle handelsmerken en logo's zijn het eigendom van Pentair Ltd. Alle andere merk- of productnamen zijn handelsmerken of geregistreerde merken van de betreffende eigenaren. Omdat we onze producten en diensten continu verbeteren, behoudt Pentair zich het recht voor om productontwerpen en -specificaties te wijzigen zonder voorafgaande mededeling. Pentair voert als werkgever een gelijkekansenbeleid. © 2012 Pentair Ltd. Alle rechten voorbehouden.
8