Bacheloropleiding Accountancy en masteropleidingen Accountancy en Auditing en Accountancy en Controlling NIVRA-Nyenrode Nyenrode Business Universiteit
Juni 2007 Versie t.b.v. aanvraag accreditatie
Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: Fax: E-mail: Internet:
030 230 3100 030 230 3129
[email protected] www.qanu.nl
© 2007 QANU Tekst en cijfermateriaal uit deze uitgave mogen, na toestemming van QANU en voorzien van bronvermelding, door middel van druk, fotokopie, of op welke andere wijze dan ook, worden overgenomen.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
2
Inhoudsopgave Voorwoord
5
Deel I
Algemeen deel
7
1. De visitatie NIVRA-Nyenrode
9
Deel II
Opleidingsdeel
15
1. De bacheloropleiding Accountancy en de masteropleidingen Accountancy en Auditing en Accountancy en Controlling aan de Nyenrode Business Universiteit
17
Bijlagen
55
Bijlage A: Bijlage B: Bijlage C:
Curriculum vitae van de leden van de visitatiecommissie Het programma van het visitatiebezoek Domeinspecifieke eisen
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
57 59 63
3
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
4
VOORWOORD Dit rapport is onderdeel van de kwaliteitsbeoordeling van universitaire bachelor- en masteropleidingen in Nederland. Het doel van het rapport is om een betrouwbaar beeld te geven van de resultaten van de voor beoordeling voorgelegde opleidingen, alsmede een terugkoppeling te geven naar de interne kwaliteitszorg van de betrokken organisaties en als basis te dienen voor de accreditatie van de betrokken opleidingen door de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). De stichting Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) beoogt onafhankelijke, objectieve en kritische beoordelingen te laten plaatsvinden en opbouwende kritiek te leveren, zo veel mogelijk uitgaande van een gestandaardiseerde set van kwaliteitscriteria met oog voor specifieke omstandigheden. De visitatiecommissie van de QANU heeft haar taken met grote toewijding uitgevoerd. De bacheloropleiding Accountancy, de masteropleiding Accountancy en Auditing en de masteropleiding Accountancy en Controlling, zijn binnen een duidelijk beoordelingskader beoordeeld op een grondige en zorgvuldige manier. Wij verwachten dat de oordelen en de aanbevelingen in zorgvuldige overweging zullen worden genomen door de opleidingen en het bestuur van NIVRA-Nyenrode en het College van Bestuur van Nyenrode Business Universiteit. Wij zeggen dank aan de voorzitter en de leden van de visitatiecommissie voor hun bereidheid deel te nemen aan deze beoordeling en voor de toewijding waarmee ze hun taak hebben uitgevoerd. Ook gaat onze dank uit naar de staf van de betrokken opleidingen voor hun inspanningen en hun medewerking aan deze beoordeling. Quality Assurance Netherlands Universities mr. C.J. Peels directeur
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
drs. J.G.F. Veldhuis voorzitter bestuur
5
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
6
DEEL I: ALGEMEEN DEEL
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
7
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
8
1.
De visitatie NIVRA-Nyenrode
Taak en samenstelling van de commissie De samenstelling van de commissie is totstandgekomen mede aan de hand van suggesties vanuit NIVRA-Nyenrode. De samenstelling is vervolgens in conceptvorm voorgelegd aan de hiervoor genoemde opleidingen teneinde hen in de gelegenheid te stellen bezwaren aan te tekenen, een en ander conform C.2.2.1 van het QANU-kader. Van deze mogelijkheid is geen gebruikgemaakt. Vervolgens is de commissie door het QANU-bestuur vastgesteld. De visitatiecommissie bestond uit de volgende personen: • • • • • • • • •
Prof.dr. A.J. (André) Bindenga RA, voorzitter, EUR; Prof.dr. J.J.A. (Hans) Leenaars RA; Prof.dr. J.A. (Jaap) van Manen RA, RUG en PWC; Prof.dr. H. (Henri) Olivier, Universiteit Gent, België; Prof.dr. D.M. (Dirk) Swagerman, RUG; Drs. J.H. (Hanne) Ten Berge (onderwijskundige), UU; Drs. L. (Liesbeth) Smulders (onderwijskundige), LEI; C.J. (Christiaan) Sneep, studentlid, VU; Drs. M.J.C. (Marie-Jet) Fennema, secretaris QANU.
In bijlage A zijn de curricula vitae van de leden opgenomen. De commissieleden en de secretaris hebben door het tekenen van de onafhankelijkheidsverklaring kenbaar gemaakt een volkomen onafhankelijke positie ten opzichte van de te visiteren opleidingen in te kunnen nemen en vrij te zijn van elk denkbare verstrengeling van belangen. De taak van de commissie was om op basis van de door NIVRA-Nyenrode aan te leveren informatie en door middel van ter plaatse te voeren gesprekken: 1. een oordeel te geven over de verschillende kwaliteitsaspecten van de opleidingen, zoals beschreven in het QANU-kader; 2. op basis daarvan vast te stellen of de opleidingen naar haar oordeel voldoen aan de criteria voor basiskwaliteit; 3. de aspecten van de opleidingen te identificeren die naar haar oordeel voor verbetering vatbaar zijn. Werkwijze commissie De visitatiecommissie heeft het visitatiebezoek voorbereid op basis van de studiegids, de zelfstudie van de opleiding, de analyse van de zelfstudie en tevoren opgevraagde aanvullende informatie. De bevindingen zijn gehanteerd bij de gesprekken en de verdere oordeelsvorming van de commissie. De commissie heeft in de vergadering voorafgaande aan het bezoek afspraken gemaakt over een taakverdeling in de aandachtsgebieden binnen de commissie. Dit betekende overigens niet dat de leden zich in hun oordeelsvorming tot de hun toebedeelde aandachtsgebieden beperkten. Voorafgaande aan het bezoek werd de commissieleden gedurende enige tijd toegang verschaft tot de website en digitale leeromgeving van de opleidingen. Het visitatiebezoek duurde twee dagen en verliep volgens het als bijlage B bijgevoegde programma. Tijdens het bezoek zijn gesprekken gevoerd met verschillende betrokkenen, zoals de opstellers van de zelfstudie, het bestuur van NIVRA-Nyenrode en de president van Nyenrode Business Universiteit, docenten, studenten, verantwoordelijken voor de kwaliteitszorg, leden van de curriculumcommissies,
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
9
leden van de examencommissies, studieadviseurs en alumni. Bovendien werd door de commissie allerlei ter tafel liggend informatiemateriaal geraadpleegd, zoals onderwijsliteratuur, tentamenopgaven, richtlijnen en regelingen voor stages en scripties, evaluatieverslagen van het onderwijs, roosters, opzet en eindtermen van modulen, notulen van de opleidingscommissie en examencommissie, diverse beleidsstukken en dergelijke. Voorafgaand aan het bezoek is een selectie van de laatste 25 eindscripties opgevraagd. Ieder commissielid heeft minimaal twee scripties beoordeeld aan de hand van het beoordelingsformulier dat QANU daarvoor hanteert. De bevindingen zijn onderling besproken. De beoordeling van de commissieleden is vergeleken met de waardering door de opleidingen om vast te stellen of het eindniveau van de opleiding adequaat wordt bewaakt. Daarnaast is de beoordeling van de eindwerken een goede steekproef om vast te stellen of de beoogde eindkwalificaties worden gerealiseerd. Tijdens het bezoek is ook tijd gereserveerd voor een inloopspreekuur. NIVRA-Nyenrode heeft haar studenten en docenten tijdig geïnformeerd over deze mogelijkheid om de visitatiecommissie persoonlijk te spreken. Er is geen gebruikgemaakt van het spreekuur. Bijzondere situatie Bij de visitatie van de opleidingen NIVRA-Nyenrode is sprake van een bijzondere situatie. Bij de visitatie zijn, gaande het visitatieproces, verbeteringen doorgevoerd die door de visitatiecommissie zijn meegenomen in de uiteindelijke beoordeling. De reden is dat er vlak voor het bezoek een wetswijziging heeft plaatsgevonden met ingrijpende gevolgen voor de te visiteren opleidingen NIVRA-Nyenrode. Kort voor het bezoek, in het najaar 2006, is de Wet Toezicht Accountantsorganisaties van kracht geworden en is er een einde gekomen aan de verantwoordelijkheid van het Examenbureau voor de opleidingen NIVRA-Nyenrode. Het Examenbureau bepaalde voor die tijd de exameneisen en daarmee indirect zowel de eindtermen als de kwaliteitsborging van de opleidingen van NIVRANyenrode. In de praktijk werden ook de contouren van het onderwijs door het Examenbureau voorgeschreven. Met het wegvallen van het Examenbureau werd NIVRA-Nyenrode zelf verantwoordelijk voor de vormgeving van haar opleidingen. Tijdens het bezoek in november 2006 constateerde de visitatiecommissie een aantal tekortkomingen in aspecten van de wetenschappelijke oriëntatie in met name de bacheloropleiding. De visitatiecommissie heeft een aantal verbetersuggesties gedaan, bijvoorbeeld het verhogen van de aandacht voor academische vaardigheden, het geven van meer colleges op NIVRA-Nyenrode, het aantrekken van docenten met actuele onderzoekservaring en het invoeren van een bachelorscriptie. Na afloop van het bezoek heeft de visitatiecommissie NIVRA-Nyenrode in de gelegenheid gesteld om concrete verbeterplannen aan de visitatiecommissie voor te leggen voor de volgende punten: het toevoegen van een bachelorscriptie, het organiseren van meer centraal onderwijs in de bacheloropleiding, het verhogen van het wetenschappelijke personeel met actuele onderzoekservaring, de begeleiding van bachelorstudenten bij de profielkeuze en het verhogen van de kwaliteit van de scripties. NIVRA-Nyenrode herkende de tekortkomingen en had voor een aantal ervan reeds in een eerder stadium verbetermaatregelen in gang gezet. Door het wegvallen van het Examenbureau en de toegenomen eigen verantwoordelijkheid, heeft NIVRA-Nyenrode meer mogelijkheden gekregen om een eigen invulling te geven aan de wetenschappelijke vorming in de bachelorfase. Op 17 januari 2007 heeft NIVRA-Nyenrode per memo een aantal verbeterplannen en aanvullingen op de zelfstudie aan de visitatiecommissie voorgelegd. De informatie had betrekking op het toevoegen van een bachelorscriptie, het organiseren van meer centraal onderwijs in de bacheloropleiding, het verhogen van het wetenschappelijke personeel met actuele onderzoekservaring, de samenstelling en werkwijze van de examencommissies, het organiseren van alumnionderzoeken, de begeleiding van bachelorstudenten bij de profielkeuze en het verhogen van de kwaliteit van de scripties. Op 25 januari 2007 heeft de visitatiecommissie de informatie besproken. De commissie kon zich vinden in de uitgezette richting van de verbeterplannen, maar vond op een aantal onderdelen nadere
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
10
aanscherping noodzakelijk. De visitatiecommissie wilde in algemene zin weten hoe NIVRA-Nyenrode het wetenschappelijke klimaat binnen NIVRA-Nyenrode wilde versterken en in hoeverre daarbij inbedding plaatsvindt in de wetenschappelijke omgeving van Nyenrode Business Universiteit. Verder wilde de commissie ook dat de eindtermen van de masteropleiding Accountancy en Auditing voor de Bestuurlijke Informatieverzorging werden aangescherpt. De visitatiecommissie heeft NIVRANyenrode bij brief van 30 januari 2007 over haar bevindingen geïnformeerd. Vervolgens hebben de voorzitter en secretaris van de visitatiecommissie de bevindingen op 2 februari 2007 besproken met de directeur van NIVRA-Nyenrode en de programmamanager Accountancy. Op 12 februari 2007 heeft NIVRA-Nyenrode, met en onder verantwoordelijkheid van het College van Bestuur van de Nyenrode Business Universiteit, concrete verbeterplannen inclusief streefdoelen, aan de visitatiecommissie voorgelegd. Op 16 februari 2007 is de visitatiecommissie bijeengekomen om de verbeterplannen te bespreken. De visitatiecommissie heeft geconstateerd dat de Nyenrode Business Universiteit en NIVRA-Nyenrode de aanbevelingen van de visitatiecommissie adequaat hebben opgepakt en goed hebben uitgewerkt in concrete verbeterplannen ten einde de wetenschappelijke oriëntatie in het algemeen en in het bijzonder van de bacheloropleiding te verhogen. De visitatiecommissie heeft, gelet op de getoonde daadkracht en de verbeterplannen van NIVRA-Nyenrode, vertrouwen in de toekomst en acht alle opleidingen van NIVRA-Nyenrode accreditabel. In het onderliggende beoordelingsrapport zijn de verbeterplannen van NIVRA-Nyenrode in het oordeel meegenomen. Schematisch overzicht van tekortkomingen, aanbevelingen en verbetermaatregelen NIVRA-Nyenrode Facet F2 F3 F4 F10
F3 F4 F12 F14
F15
Tekort- Aanbevelingen Verbetermaatregelen koming Wo• Integratieve scriptie in • Opnemen van een integratieve scriptie oriëntatie bachelorfase. van 7-8 EC, zelfstandig te maken. In te in voeren per najaar 2007 voor studenten • Meer aandacht voor Bachelor die in 2003 zijn gestart. Aparte academische vaardigheden. positionering vanaf 2008. • Invoeren vanaf 2007-2008 academic research papers. • Summercourses (onderzoeksproject) vanaf 2007-2008. Wo• Versterken wetenschappelijk • Reservering 2.5 miljoen voor stimuleren oriëntatie klimaat. onderzoek (o.a. PhD) en aantrekken algemeen • Meer wp. wetenschappelijk personeel, meer hoogleraren • Verdere inbedding van NIVRANyenrode in Nyenrode Business en minder freelancers. Universiteit. • Uitbreiding vaste wp-staf van 10.8 fte naar 15 fte per januari 2008 en terugdringen, dan wel bijscholen freelancers zonder onderzoekservaring. • Uitbreiden promovendi van 6 naar 10 per januari 2008. • Verhogen inzet gepromoveerde docenten van 8% naar 15% per juli 2008. Meer centraal onderwijs, vooral • Vergroten band student-universiteit, in de bacheloropleiding. o.a. door verdubbeling centrale colleges in bachelor, per 2007-2008. • Summercourses in elk bachelorjaar, per
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
11
F7 F16 F20
F17 F21
F19 F19 F1
2007-2008. Vanaf voorjaar 2007 gerichte begeleiding, o.a. informatie over verschillen in beroepsuitoefening. Proactievere begeleiding bij maken scriptie; scriptievolgsysteem. Versterken methodologieonderwijs. 2e scriptiebeoordelaar en begeleiding door wp omhoog (90% scriptanten). • Mogelijk maken van Summercourse voor het schrijven van de scriptie. • Aandacht in premasterfase voor methodologie. Afspraken Maken werkveld over faciliteren bij schrijven scriptie. Taken examencommissie Werkafspraken taken examencommissie, per uitwerken. december 2006. Interne kwaliteitszorg uitwerken; Vanaf 2006 elke 3 jaar een alumnionderzoek alumnionderzoek. volgens PDCA-cyclus. Hiaat in Aanscherpen eindtermen BIV. Aanpassing eindterm Ma Accountancy: eindterm diepgaand inzicht in het gehele vakgebied van BIV Ma de BIV. Accountancy Studiebegeleiding intensiveren; • meer aandacht voor profielkeuze in bacheloropleiding en proactiever bij scriptie- • begeleiding. Verhogen kwaliteit scripties. • •
Na het opstellen van het conceptbeoordelingsrapport door de secretaris, heeft de commissie de tekst per e-mail besproken. Na vaststelling door de visitatiecommissie is de rapportage in het kader van de hoor- en wederhoorprocedure aangeboden aan NIVRA-Nyenrode. Ten slotte is na bespreking van de ontvangen reacties de tekst bijgesteld. Vervolgens heeft de bestuurlijke toetsing nog geleid tot enkele verduidelijkingen en wijzigingen in het rapport. Het rapport is door de commissie in zijn definitieve vorm vastgesteld per telefonische conferentie op 15 juni 2007.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
12
4.
Beoordeling en referentiekader
4.1
Beoordeling
De opleiding is in de eerste plaats getoetst aan de criteria van de NVAO, de zogenoemde ‘21 facettenlijst’ . Deze 21 facetten zijn samengenomen in zes onderwerpen: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Doelstellingen; Programma; Personeel; Voorzieningen; Kwaliteitszorg; Resultaten.
Voor elk van deze zes onderwerpen geeft de commissie een samenvattend oordeel, waarbij volgens de regels van de NVAO de tweedeling Voldoende/Onvoldoende is gehanteerd. Op het niveau van de 21 facetten is differentiatie in de oordelen aangebracht, met behulp van een vierpuntsschaal: • • •
Excellent: Goed: Voldoende:
•
Onvoldoende:
best practice, kan (inter)nationaal als voorbeeld dienen; de kwaliteit stijgt uit boven de basiseisen; voldoet aan de basiseisen van het facet; datgene wat van een universitaire wetenschappelijke opleiding verwacht mag worden; voldoet niet aan de basiseisen van het facet.
De commissie heeft conform het verzoek van QANU de score ‘voldoende’ als standaardscore gehanteerd. Deze score ‘voldoende’ wordt gebruikt wanneer de opleiding voldoet aan het criterium. Voor een score ‘goed’ moet de opleiding zich duidelijk positief onderscheiden. In de opleidingsrapporten wordt bij elk facet kort aangegeven op welke gegevens de commissie zich baseert en tot welk oordeel de commissie is gekomen. Daarbij is gebruikgemaakt van beschikbare documenten – waaronder vooral de zelfstudies – en informatie op grond van de gevoerde gesprekken. Informatie uit de ene bron is steeds geconfronteerd met informatie uit de andere. De commissie heeft tevens tot taak “die aspecten van de opleiding te identificeren welke naar haar oordeel voor verbetering vatbaar zijn”. Daarom komen in het opleidingsrapport ook opmerkingen, kanttekeningen of aanbevelingen voor die niet alleen een rol spelen bij de onderbouwing van het oordeel en de score per facet, maar die tevens aangeven op welke aspecten verbetering mogelijk zou zijn. Het geven van suggesties tot verbetering impliceert op zich dus geenszins dat de opleiding op dit moment op dat facet noodzakelijk onvoldoende scoort. In haar afweging heeft de commissie waar nodig ook rekening gehouden met de gehele context en het ontwikkelingsstadium van de opleiding. Daarbij is steeds zorgvuldig afgewogen of eventuele verbeterpunten qua aantal of gewicht de basiskwaliteit van een facet niet aantasten.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
13
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
14
DEEL II: OPLEIDINGSDEEL
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
15
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
16
1.
De bacheloropleiding Accountancy en de masteropleidingen Accountancy en Auditing en Accountancy en Controlling aan de Nyenrode Business Universiteit
Administratieve gegevens Bacheloropleiding Accountancy: Naam opleiding: CROHO-nummer: Niveau: Oriëntatie: Studielast: Graad: Variant(en): Locatie(s): Einddatum accreditatie:
Accountancy 56435 Bachelor Wo 180 EC Bachelor Deeltijd Breukelen en regionaal 31 december 2007
Masteropleiding Accountancy en Auditing: Naam opleiding: CROHO-nummer: Niveau: Oriëntatie: Studielast: Graad: Variant(en): Locatie(s): Einddatum accreditatie:
Accountancy en Auditing 66435 Master Wo 60 EC Master Deeltijd Breukelen en regionaal 31 december 2007
Masteropleiding Accountancy en Controlling: Naam opleiding: CROHO-nummer: Niveau: Oriëntatie: Studielast: Graad: Variant(en): Locatie(s): Einddatum accreditatie:
Accountancy en Controlling 66436 Master Wo 60 EC Master Deeltijd Breukelen 31 december 2007
Het bezoek van de commissie aan NIVRA-Nyenrode, School of Accountancy en Controlling van de Nyenrode Business Universiteit vond plaats op 28 tot en met 30 november 2006.
1.0.
Structuur en organisatie van de faculteit
NIVRA-Nyenrode valt onder de aangewezen Nyenrode Business Universiteit. Alle leden van de faculty zijn in dienst van Nyenrode. De faculty wordt weer ter beschikking gesteld aan NIVRA-Nyenrode. De ‘faculty’ is concentrisch opgebouwd. Dat wil zeggen dat er per vakgebied vakgroepen zijn gevormd en de kern daarvan bestaat uit een ‘facultylid’. Dit is, op één vakgroep na, een hoogleraar die
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
17
verantwoordelijk is voor onderwijs en onderzoek. In de schil daaromheen bevinden zich de leden van de vak- en kerngroepen. Dit zijn freelance medewerkers die vanuit de praktijk meedenken over de inrichting van het onderwijs. In de tweede schil bevinden zich de docenten. Dit zijn eveneens freelance medewerkers die samen met de hoogleraren en de leden van de vak- en kerngroepen het onderwijs verzorgen. Binnen Nyenrode Business Universiteit zijn er twee schools, te weten de Business School en de NIVRA-Nyenrode School of Accountancy & Controlling. De laatste school, die in een stichting is ondergebracht, heeft als doel het geven van onderwijs en executive education en het doen van onderzoek op het terrein van accountancy en controlling. De stichting kent een stichtingsbestuur dat als directie opereert en een Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht wordt gevormd door de directeur van het bureau NIVRA en het College van Bestuur van Nyenrode. De Raad van Toezicht heeft instemmingsrecht op de beleidsplannen, de begroting en de jaarrekening. De directieleden maken op hun beurt deel uit van het managementteam van Nyenrode. Er is periodiek overleg tussen het bestuur van de Stichting NIVRA-Nyenrode en de president en de rector van de Universiteit. Met de nieuwe Wet Toezicht Accountantsorganisaties van oktober 2006, is ook de betrokkenheid van het NIVRA ten aanzien van NIVRA-Nyenrode verminderd. De directie van NIVRA-Nyenrode vormt samen met de programmamanager Accountancy het managementteam. Dat team stuurt het proces van beleid en uitvoering, ontvangt voorstellen en rapportages vanuit de vak- en kerngroepen en secretariaten en bespreekt deze ter besluitvorming. De NIVRA-Nyenrode School of Accountancy & Controlling is onderverdeeld in twee afdelingen, te weten de afdeling Accountancy en de afdeling Controlling. Bij de afdelingen zijn alle opleidingen rond de afzonderlijke gebieden ondergebracht.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
18
Figuur 1. Organogram NIVRA-Nyenrode Nyenrode Business Universiteit (voorzitter CvB) (rector) NIVRA
(directeur)
Raad Toezicht
van
Curatorium RC
Bestuur/directie
Faculty (vakgroepen Nyenrode)
NN
en
centers
Secretariaat Accountancy Curcie Acc.
Stafafdelingen
Secretariaat Controlling Curcie Contr.
Excie Acc.
BSc Accountancy
1.1.
MSc Accountancy
Excie Contr.
Postmaster RA
MSc Controlling
Postmaster RC
Invoering bachelor-masterstructuur en afbouw ongedeelde opleidingen: stand van zaken
Halverwege de jaren negentig heeft het Koninklijk NIVRA er voor gekozen om de beroepsopleiding tot registeraccountant in samenwerking met de huidige Nyenrode Business Universiteit te academiseren. De opleiding werd toen onder de naam Information Management in het CROHO opgenomen. Mede naar aanleiding van de visitatie van de Inspectie Hoger Onderwijs, is de opleiding Information Management in het studiejaar 2000-2001 omgezet in een doctoraalopleiding Accountancy. Deze opleiding is daarna ondergebracht in de Stichting NIVRA-Nyenrode, waardoor er nog meer afstand ontstond tussen de opleiding en de beroepsorganisatie. In 2003-2004 is de opleiding in stappen omgezet naar de bachelor- en masterstructuur. Voor studenten die in de ongedeelde opleiding zijn begonnen, geldt een overgangsprogramma. In 2005 zijn de eerste bachelorstudenten afgestudeerd van het overgangsprogramma. In december 2007 zullen de eerste studenten van het nieuwe bachelorprogramma afstuderen. Vanaf juli 2006 worden er geen ongedeelde doctoraaldiploma’s meer uitgereikt. De ongedeelde opleiding Accountancy kende twee afstudeerrichtingen, Accountancy en Auditing en Accountancy en Controlling. De afstudeerrichtingen zijn omgezet in respectievelijk de masteropleiding Accountancy en Auditing en de masteropleiding Accountancy en Controlling. Beide masteropleidingen sluiten aan op de bacheloropleiding Accountancy. De bacheloropleiding kent aan het einde een voorsorteertraject gericht op genoemde masteropleidingen.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
19
Genoemde bachelor- en masteropleidingen maken onderdeel uit van een opleidingscontinuüm (zie figuur 2). Na de masteropleiding kunnen in beide richtingen vervolgopleidingen worden gevolgd. Voor de accountants een postmasteropleiding Registeraccountant en voor de controllers een postmasteropleiding Registercontroller die naast de titel van Registercontroller, ook de titel van Executive Master of Finance and Control met zich meebrengt. Beide opleidingstrajecten vormen het theoretische deel van de opleiding tot respectievelijk Registeraccountant en Registercontroller. De postinitiële accountantsopleiding, en in het verlengde daarvan ook de bachelor- en masteropleiding Accountancy, is op 27 juni 2006 beoordeeld op de naleving van Europese en nationale richtlijnen voor de opleiding voor registeraccountant, door een panel van de QANU, in opdracht van het Examenbureau Registeraccountants. De opleiding tot Registercontroller is op 8 november 2005 beoordeeld door een panel van de NVAO in opdracht van de Vereniging van Registercontrollers en de negen betrokken instellingen. Figuur 2. Opleidingscontinuüm en instroomstructuur, onder vermelding van de nominale studieduur
1 jaar
2 jaar
0.5 jaar
4 1/2 jaar totaal
post-master RA
master Accountancy
Executive Master Finance and Control (RC)
master Controlling
profieldeel accountancy
profieldeel controlling
bachelor Accountancy
2,5 jaar
pre-master Accountancy HBO-AA HBO-RA
1,5 jaar
pre-master Accountancy HBO-BE
premaster Controlling
HBO
HBO
post-HBO Non-Financials
HBO, WO 1,5 jaar propedeuse
VWO
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
20
1.2.
Het beoordelingskader
1.2.1. Doelstellingen opleiding F1: Domeinspecifieke eisen De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk).
Beschrijving
Inleiding onderwijs- en wetenschapsvisie opleidingen NIVRA-Nyenrode Visie op onderwijs De complete domeinspecifieke eisen zijn als bijlage C toegevoegd. Zoals bij 1.1 genoemd, zijn de opleidingen van NIVRA-Nyenrode van oorsprong beroepsgerichte opleidingen en kreeg de wetenschappelijke vorming eigenlijk pas halverwege de jaren negentig echt zijn beslag. Ook het wetenschappelijk onderzoek in het vakgebied kent een relatief korte traditie. Tot oktober 2006 bepaalde het Examenbureau in grote lijnen hoe de opleidingen vormgegeven moesten worden. Met het van kracht worden van de Wet Toezicht Accountantsorganisaties en de daaruit voortvloeiende nieuw ingestelde Commissie Eindtermen Accountantsopleiding, is voor NIVRA-Nyenrode meer ruimte ontstaan om een eigen invulling te geven aan de opleidingen, in het bijzonder aan de wetenschappelijke vorming in het initiële deel van de opleiding. De onderwijsvisie van NIVRA-Nyenrode moet in het licht van de ontstaansgeschiedenis worden gezien. NIVRA-Nyenrode verwijst bij de uitwerking van haar onderwijsvisie naar de Commissie-Franssen, die in 2001 een advies uitbracht over accreditatiekaders en onderscheid maakte tussen drie mogelijke doelstellingen van het wetenschappelijk onderwijs, te weten 1) academische vorming 2) de opleiding tot professioneel docent of onderzoeker en 3) de opleiding tot academisch professional, bijvoorbeeld arts. De opleidingen van NIVRA-Nyenrode vallen in derde categorie en hebben als doel om studenten te leren op adequate wijze, wetenschappelijke kennis op het terrein van accountancy en controlling beroepsmatig toe te passen en daardoor een bijdrage te leveren aan de maatschappelijke betekenis van dit terrein. Het onderwijs van Accountancy is lange tijd vakgericht geweest. De invoering van de bachelormasterstructuur in 2003 is aangegrepen om een aantal veranderingen door te voeren. Zo is het programma verder gemodulariseerd. Er is meer samenhang in het programma gebracht en er is meer aandacht voor de wetenschappelijke component gekomen. Ook het didactisch concept is gewijzigd; colleges krijgen het karakter van werkcolleges en het behandelen van de theorie in hoorcolleges wordt tot een minimum beperkt; studenten worden geacht de theorie zelfstandig te bestuderen terwijl docenten het leerproces volgen. Dit didactische concept wordt toegepast op zowel de vakmatige theorie als op de wetenschappelijke theorieën en publicaties. Om de academische vorming van studenten te bevorderen, is een meer ‘betekenisgerichte’ leerstijl geïntroduceerd. Een leerstijl die inhoudt dat studenten zelf artikelen analyseren, bredere verbanden leggen en een eigen visie ontwikkelen. Het kunnen relateren, structureren en kritisch verwerken, zijn daarin belangrijke te verwerven competenties. Hoewel de visitatiecommissie het belang van verwerking van de leerstof en de rol die werkcolleges hierin kunnen spelen onderschrijft, merkt ze op dat het afschaffen van hoorcolleges niet noodzakelijk een verbetering is. Hoorcolleges bieden de mogelijkheid om studenten een gestructureerd betoog te geven, gelardeerd met goede voorbeelden en verwijzingen naar de actualiteit. Zeker wanneer tijdens hoorcolleges activerende technieken worden ingezet passen hoorcolleges in een didactisch concept waarin studenten worden aangezet tot het actief verwerken van leerstof.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
21
Het onderwijs typeert zich door het behandelen van de theorie in combinatie met een casus uit de praktijk. Studenten worden betrokken bij de bespreking van de theorie en de behandeling van de cases vindt plaats in de vorm van (sub)groepsbesprekingen. Studenten worden gestimuleerd om van en met elkaar te leren en samen te werken. Bij een aantal vakken bij Accountancy wordt ook gewerkt met referaten, werkstukken, groepsopdrachten en presentaties. Bij Controlling wordt vervolgens de theorie ook nog door middel van een praktijkopdracht in de eigen praktijksituatie toegepast. Dit is bij ruim de helft van de vakken in deze masteropleiding het geval. Zie ook facet 10, afstemming tussen vormgeving en inhoud. Het wetenschapsgebied van Accountancy en Controlling Het wetenschapsgebied van Accountancy omvat het geheel van vraagstukken met betrekking tot de kwaliteiten waaraan informatie moet voldoen en het inrichten en functioneren van systemen ten behoeve van besluitvorming, beheersing en verantwoording in en omtrent organisaties. Het gaat daarbij in het bijzonder om informatie van economische aard. Het onderzoek kan zich op basis van actuele inzichten richten op het oplossen van praktijkproblemen op een wetenschappelijk verantwoorde wijze, op het leveren van een bijdrage aan theorievorming of op de samenhang tussen beide. Het wetenschapsgebied Accountancy omvat twee deelgebieden die zich van elkaar onderscheiden door verschil in functie. Het wetenschapsgebied Auditing is gericht op vraagstukken met betrekking tot het beoordelen van de informatie en de inrichting en het functioneren van systemen. Het wetenschapsgebied Controlling is gericht op het bepalen van de kwaliteiten waaraan informatie moet voldoen en het inrichten en functioneren van systemen. In Nederlandse en internationale publicaties bestaat overeenstemming over de hoofdonderwerpen van de kennisdomeinen. De NIVRA-Nyenrodeopleidingen zijn mede hierop gebaseerd. Het wetenschapsgebied van de Controlling kan gezien worden als een brug tussen de Accountancy en de (Bedrijfs)Economie en Bedrijfskunde. Bij Controlling ligt een sterke nadruk op de systemen voor besluitvorming en beheersing en op de informatie die nodig is voor het afleggen van verantwoording. Mede als gevolg van deze specialisatie heeft de controlling zich tot een eigen wetenschapsgebied ontwikkeld. Desalniettemin wordt een geïntegreerde benadering nagestreefd met naastliggende vakgebieden zoals de Gedragswetenschappen, de (Bedrijfs)Economie, de Bedrijfskunde, de Informatiekunde en de Juridische- en Fiscale Wetenschappen. Dat betekent dat diverse invalshoeken bij onderzoek aan de orde kunnen zijn. Ook de steeds groter wordende reikwijdte van informatiesystemen maakt dat onderzoekers van verschillende vakgebieden hun onderzoek integreren. Daarom is bij de inrichting van de opleidingen NIVRA-Nyenrode gekozen voor een interdisciplinaire benadering in opleiding en onderzoek. Actuele ontwikkelingen in de samenleving In de opleidingen van NIVRA-Nyenrode wordt ingespeeld op de actuele ontwikkelingen in het veld. In de zelfstudie wordt een aantal ontwikkelingen opgesomd. Zoals het feit dat door de boekhoudschandalen, het belang van ethiek en het bewustzijn van de publieke- en persoonlijke verantwoordelijkheden van de beroepsgroep is toegenomen en de regels voor de beroepsgroep zijn uitgebreid. Een andere ontwikkeling is dat door het internationale opereren van bedrijven, de behoefte aan beheersing, risicoreductie en verantwoording is toegenomen. Daarbij hebben bestaande organen andere taken gekregen, waardoor er meer behoefte is aan institutioneel toezicht. Voorts zijn de ontwikkelingen op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie van invloed op het informatiesysteem, de verslaggeving en de controle. Daarnaast is de betekenis gegroeid van beheersingssystemen en de aandacht van het publiek voor corporate governance, wat onder meer heeft geleid tot diverse nationale- en internationale gedragscodes zoals de Nederlandse Corporate Governance code. Ook zijn er accentverschuivingen en veranderingen waarneembaar in wet- en regelgeving in de richting van internationale harmonisatie, zijn er trends in de verslaggeving en is de behoefte aan transparantie en verantwoording toegenomen. En tot slot vindt er om zekerheid aan de informatie toe te voegen, verbreding plaats van de controle- naar de assurancefunctie.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
22
Kenmerken van de bachelor- en masteropleidingen Accountancy van NIVRA-Nyenrode In de zelfstudie wordt een opsomming gegeven van wat de bachelor- en masteropleidingen van NIVRA-Nyenrode typeert: • een combinatie van werken en studeren: Accountancy-studenten zijn zonder uitzondering in de externe, interne of overheidsaccountancy werkzaam. Het is formeel een deeltijdopleiding en geen duale opleiding. De opleiding is immers niet verantwoordelijk voor het werken in de praktijk en er worden ook geen EC voor gegeven; • een combinatie van centraal onderwijs op de locatie Nyenrode en decentraal onderwijs op meerdere locaties in het land; • de omvang van de accountancyopleidingen; circa 2.800 studenten; • de verbondenheid van de verschillende fasen in het opleidingscontinuüm: de bachelor-, masteren postmasteropleiding vormen het theoretische deel van de opleiding tot Registeraccountant. Parallel aan de laatste fase van het theoretische deel, wordt bovendien een driejarige praktijkopleiding gevolgd; • het is mogelijk de postmasteropleiding te volgen nog voordat studenten met de masterscriptie zijn begonnen; • het theoretisch deel van het accountantsexamen werd tot 1 oktober 2006 afgenomen onder verantwoordelijkheid van het Examenbureau Registeraccountants (EB-RA, verder EB genoemd). Kenmerken van de masteropleiding Controlling • Deeltijdonderwijs: hoewel de studenten veelal in de beroepspraktijk werkzaam zijn, kan de opleiding los daarvan worden gevolgd; • centraal onderwijs op de locatie Nyenrode in groepen van maximaal 55 studenten; • de omvang van de masteropleiding: ruim 240 studenten; • de scheiding tussen de masteropleiding Controlling en de Executive Master Finance and Control: in tegenstelling tot de accountancyopleidingen, moeten studenten eerst de masteropleiding Controlling afgerond hebben en relevante werkervaring hebben opgedaan voordat met de vervolgopleiding kan worden begonnen; • bij de masteropleiding worden docenten van zowel Nyenrode als NIVRA-Nyenrode ingezet: voor de bedrijfskundige vakken worden hoogleraren van de Business School gevraagd, voor de accountancyvakken hoogleraren van de Accountantsopleiding van NIVRA-Nyenrode. Domeinspecifieke eisen bachelor- en masteropleiding Accountancy In oktober 2006 is de Wet toezicht accountantsorganisaties (WTA) van kracht geworden en is een einde gekomen aan de verantwoordelijkheid van het Examenbureau voor de accountantsopleidingen. Tot dan toe bepaalde een landelijk Examenbureau de exameneisen voor elk tentamen en daarmee ook de eindtermen van de bachelor- en de masteropleiding Accountancy. Met de wetswijziging zijn de taken van het Examenbureau overgenomen door de Commissie Eindtermen Accountantsopleiding die zich op de postmasteropleiding Accountancy richt, waarvoor nationale en internationale (wettelijke) kaders en richtlijnen gelden (de Achtste EG-Richtlijn). De richtlijn stelt minimumeisen aan het niveau en de inhoud van de opleidingen en het examen van toekomstige accountants. Voor de bachelor- en masteropleidingen Accountancy is geen aparte eindtermencommissie. De eindtermen van de bachelor- en masteropleidingen Accountancy zijn afgeleid van de toelatingseisen en eindtermen van de postmasteropleiding Registeraccountant. De domeinspecifieke eisen zijn tot stand gekomen in onderling overleg tussen de universiteiten en het NIVRA en zijn gedifferentieerd naar het in de praktijk vereiste theoretische en wetenschappelijke competentieniveau. De theoretische opleidingen hebben als doel om op basis van academische vorming studenten vanuit een werk-studiecombinatie voor te bereiden op een adequate beroepsmatige toepassing van wetenschappelijke kennis op het gebied van accounting en auditing. In de opleidingen staat de functie van de controlerende accountant, met de daarbij behorende adviesfunctie, centraal. Eindtermen bacheloropleiding Accountancy In de zelfstudie staat dat het doel van de bacheloropleiding Accountancy tweeërlei is. Ten eerste is het een onderdeel in het opleidingscontinuüm tot Registeraccountant. Ten tweede is het een zelfstandige
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
23
opleiding waarbij afgestudeerden het niveau van junior assistent-accountant en gevorderd assistentaccountant bereiken. Het profiel en de bijbehorende eindtermen zijn te verdelen in drie categorieën: wetenschappelijke, vakmatige en algemene vaardigheden. De laatste vaardigheden zijn weer te verdelen in: leervaardigheid, communicatieve vaardigheden en ethische afweging. De eindtermen van de bacheloropleiding Accountancy zijn: a. Afgestudeerden hebben kennis van de grondslagen van de Accountancy, te weten de kernvakgebieden: Auditing & Assurance, Financial Accounting en Bestuurlijke Informatieverzorging en de ondersteunende vakgebieden: (Belasting)Recht, Statistiek, en Management Accounting. b. Afgestudeerden zijn in staat om de eerste beginselen van wetenschapsbeoefening (statistiek en kennis van vaktermen) toe te passen en hebben kennis en inzicht in de beroepspraktijk. Studenten kunnen zelfstandig en in teamverband werken en beschikken over communicatieve vaardigheden. c. Afgestudeerden beschikken over basiskennis en inzicht in de wetenschapsbeoefening, zowel de kernvakgebieden als de ondersteunende vakgebieden. d. Afgestudeerden zijn op de hoogte van actuele ontwikkelingen ten aanzien van corporate governance; de internationale aspecten van het Geld- en Bankwezen; ICT en de rol en betekenis ervan voor de informatievoorziening en verslaggeving; controle, objecten en technieken bij verschillende soorten assurancewerkzaamheden; de toegenomen behoefte aan beheersing en risicoreductie; de eigen oordeelsvorming en het ethisch handelen met betrekking tot risico’s tot fraude, misstanden en assurance en tot slot het kennen van de eigen beperkingen wanneer het gaat om assurancevraagstukken. Eindtermen masteropleiding Accountancy In de zelfstudie staat dat het doel van de masteropleiding Accountancy tweeërlei is. De masteropleiding is enerzijds een fase in de opleiding tot registeraccountant en anderzijds een zelfstandige opleiding die opleidt tot het competentieniveau van een beginnende controleleider. Het profiel en de bijbehorende eindtermen zijn te verdelen in drie categorieën: wetenschappelijke, vakmatige en algemene vaardigheden. De laatste vaardigheden zijn weer te verdelen in: leervaardigheid, communicatieve vaardigheden en ethische afweging. Eindtermen masteropleiding Accountancy, in aanvulling op de bacheloropleiding: a. Afgestudeerden kunnen verschillende typen wetenschappelijk onderzoek verrichten, zowel individueel als in teamverband. b. Afgestudeerden hebben diepgaand inzicht in de vakgebieden Bestuurlijke Informatieverzorging, Externe Verslaggeving, Auditing en Risicoanalyse, en kennis en inzicht in de met deze vakgebieden verbonden aspecten van interne beheersing en geautomatiseerde systemen. c. Afgestudeerden beschikken over vaardigheden om oplossingen voor problemen te vinden, belangen tegen elkaar af te wegen, tot een gefundeerd oordeel te komen, ethische aspecten en verschillende invalshoeken te onderkennen en dit alles op de juiste wijze te communiceren. d. Afgestudeerden zijn op de hoogte van actuele ontwikkelingen ten aanzien van corporate governance; Amerikaanse externe verslaggeving; nieuwe regelgeving op het gebied van de ethiek; nieuwe vormen van externe verslaggeving, het verwerken van ethische aspecten in de oordeelsvorming en het communiceren middels managementletters. Het profieldeel Controlling in de bacheloropleiding Accountancy De bacheloropleiding Accountancy kent naast een profieldeel Accountancy, ook een profieldeel Controlling. Inhoudelijk sluit het profieldeel Controlling aan bij de ingangseisen en de eindtermen van de masteropleiding Controlling. Hierna wordt ingegaan op de masteropleiding Controlling. Domeinspecifieke eisen masteropleiding Controlling De domeinspecifieke eisen van de masteropleiding Controlling zijn afgeleid van het beroeps- en opleidingsprofiel, zoals dat door de beroepsorganisatie Vereniging van Register Controllers (VRC) is opgesteld, en zijn afgeleid van de beroepspraktijk van de Registercontroller. Het ontwikkelen van wetenschappelijke kwaliteiten is nadrukkelijk in de masteropleiding komen te liggen. Het profiel is tevens geactualiseerd op basis van een recent onderzoek door NIVRA-Nyenrode in samenwerking
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
24
met de VRC en het NIVRA . De beroepspraktijk van de controller kan als volgt kan worden omschreven: De controller vervult de financieel-economische en administratieve functie van de organisatie en bewaakt deze; de controller is het bedrijfseconomische geweten van de organisatie. Een controller vervult op bedrijfseconomisch terrein een spilfunctie en is daarom nauw verbonden met de topleiding van de organisatie. Hierbij worden drie rollen onderscheiden, te weten een 1) vertrouwensrol, 2) een beheersingsrol en 3) een ondersteunende rol. 1) In de vertrouwensrol verleent de controller betrouwbaarheid aan de accountingcijfers en bewaakt hij of zij de aansluiting op wet- en regelgeving. 2) In de beheersingsrol houdt de controller toezicht op een adequate bedrijfsvoering. 3) In de ondersteunende rol ondersteunt de controller de realisatie van de bedrijfsstrategie, door middel van het ontwerpen en implementeren van een effectief managementcontrolsysteem, en het actief geven van advies en informatie aan leden van het bedrijf. Er is sprake van een ontwikkeling van de rol van de controller, zowel in de richting van verbreding als verdieping. Het opleidingsprogramma van de VRC voor de Registercontroller is wat de hoofdvakken betreft aangepast aan de masteropleiding. De hoofdvakken zijn voor de masteropleiding Controlling, Finance, Management Accounting, Bestuurlijke Informatieverzorging, Organisatiekunde en Strategie. Het profiel en de bijbehorende eindtermen zijn te verdelen in drie categorieën: wetenschappelijke, vakmatige en algemene vaardigheden. De laatste vaardigheden zijn weer te verdelen in: leervaardigheid, communicatieve vaardigheden en het kunnen maken van ethische afwegingen. De eindtermen van de masteropleiding Controlling zijn: a. Afgestudeerde controllers beschikken over actuele state of the art inhoudelijke kennis van, inzicht in en overzicht over de bedrijfs- en informatieprocessen; de relatie ervan met de omgeving; en beschikken over vaardigheden om leemten in het functioneren van de organisatie op een goede manier te presenteren. b. Afgestudeerde controllers zijn in staat om integer, objectief en oplossingsgericht op te treden. c. Afgestudeerde controllers zijn in staat om zich verder te ontwikkelen en te blijven leren met behulp van tijdens de opleiding ontwikkelde vaardigheden. d. Afgestudeerde controllers zijn in staat om (vak)kennis integraal toe te passen op de actuele praktijkproblematiek. e. Afgestudeerde controllers kunnen verschillende typen wetenschappelijk onderzoek verrichten, zowel individueel als in teamverband. f. Afgestudeerde controllers hebben diepgaand inzicht in de vakgebieden Finance, Management Accounting, Organisatiekunde, Strategie en Bestuurlijke Informatieverzorging en kennis en inzicht in de met deze vakgebieden verbonden aspecten van interne beheersing en geautomatiseerde systemen. g. Afgestudeerde controllers beschikken over vaardigheden om oplossingen voor problemen te vinden, belangen tegen elkaar af te wegen, tot een gefundeerd oordeel te komen, ethische aspecten en verschillende invalshoeken te onderkennen en dit alles op de juiste wijze te communiceren. Oordeel De visitatiecommissie is van mening dat de eindtermen van de verschillende opleidingen die nog voor de wetswijziging tot stand zijn gekomen, goed zijn afgestemd op de instroomeisen en eindtermen van de (post)masteropleidingen van de Registeraccountant en Registercontroller, waarvoor nationale en, in het geval van de Registeraccountant, internationale richtlijnen gelden. Alhoewel studenten in de regel na de bacheloropleiding doorgaan met één van de masteropleidingen, vindt de commissie dat studenten die besluiten om dit toch niet te doen, vanuit de opleidingen voldoende bagage hebben meegekregen om te kunnen functioneren op het niveau van respectievelijk (junior/gevorderd) assistent-accountant of (beginnend) controller. De visitatiecommissie merkt tot slot op dat NIVRA-Nyenrode ten tijde van het visitatieproces in de eindtermen van de masteropleiding Accountancy, voor wat betreft het vakgebied Bestuurlijke Informatieverzorging, een wijziging heeft aangebracht. In de eindtermen staat nu dat studenten een diepgaand inzicht moeten hebben ten aanzien van het gehele vakgebied van de Bestuurlijke
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
25
Informatieverzorging. Feitelijk was daar al eerder invulling aan gegeven doordat NIVRA-Nyenrode de eindtermen Bestuurlijke Informatieverzorging van de gezamenlijke vakhoogleraren hanteert als richtlijn voor de uitwerking van het curriculum van Bestuurlijke Informatieverzorging. Er bestaat een geïnstitutionaliseerd proces om de eindkwalificaties af te leiden van wetgeving en beroepsprofielen van beroepsorganisaties. Daarnaast wordt de inhoud van de hoofdvakken afgestemd in de Permanente Werkgroep Accountancy (PWA). De afstemming op de eisen van vakgenoten en de beroepspraktijk is daarmee goed. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is goed. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is goed. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is goed. F2: Niveau: Bachelor en Master De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een Bachelor of een Master.
Beschrijving In de bijlage van de zelfstudie wordt een overzicht gegeven van de mate waarin de afzonderlijke delen voldoen aan de Dublin-descriptoren. NIVRA-Nyenrode gaat bij de opzet en invulling van de verschillende opleidingen uit van een opleidingscontinuüm tot respectievelijk Registeraccountant en Registercontroller. De bachelor- en masteropleidingen zijn weliswaar formeel aparte opleidingen met formele uitstapmomenten, maar functioneren in de praktijk niet als zodanig. Dat resulteert erin dat de bachelor- en masteropleidingen feitelijk niet opleiden tot een eindniveau in het beroepenveld. In de praktijk echter zullen de meeste studenten hun opleidingstraject vervolgen. Op het moment van visiteren constateerde de visitatiecommissie bij vooral de bacheloropleiding onvolkomenheden in het behalen van de Dublin-descriptoren ten aanzien van het wetenschappelijke niveau; te weten ‘Toepassen van kennis en inzicht’ en de ‘Oordeelsvorming’. Het bestuur van NIVRA-Nyenrode heeft reeds een aantal maatregelen genomen. Zo is in de bacheloropleiding een verplichte integratieve eindscriptie opgenomen van 7-8 EC. Het onderwerp van deze scriptie moet multidisciplinair zijn en mag niet gerelateerd zijn aan een casus uit de praktijk van de kantoren waar de studenten werken. De scriptie wordt in het najaar van 2007 ingevoerd. Alle bachelorstudenten die thans bezig zijn met hun opleiding, ook degenen die eind 2007 hopen af te studeren, moeten deze scriptie maken. NIVRA-Nyenrode zal extra aandacht schenken aan de opstart van het scriptieproces, met name voor de eerste groep bachelorstudenten. Verder zullen met ingang van studiejaar 2007-2008 de zogenaamde ‘Academic Research Papers’ worden ingevoerd, conform het model dat Nyenrode Business Universiteit reeds hanteert bij andere opleidingen. Ook heeft NIVRANyenrode maatregelen genomen om per studiejaar 2007-2008 het aantal dagen waarop studenten colleges volgen op de campus, te verdubbelen. Het gaat dan met name om die elementen die de wetenschappelijke oriëntatie moeten versterken. Onderdeel hiervan vormt de jaarlijkse summercourse, waar studenten werken aan een onderzoeksproject waarin de samenhang en integratie van de gevolgde vakken aan de orde komt. De summercourses worden gegeven door de wetenschappelijke staf. Bij facet 3 wordt nader ingegaan op de wetenschappelijke oriëntatie en bij de facetten 4 en 14 wordt nader ingegaan op de eisen die worden gesteld aan het wetenschappelijk onderwijs en het personeel. Oordeel Bacheloropleiding Accountancy De visitatiecommissie meent dat de opleiding voldoende aandacht besteed aan de aspecten oordeelsvorming en communicatie. Het aspect leervaardigheden is voldoende uitgewerkt en studenten worden goed voorbereid op een vervolgstudie. De visitatiecommissie constateert dat op het moment van visiteren de descriptoren gericht op ‘kennis en inzicht’ onvoldoende worden uitgewerkt, dat studenten onvoldoende op de hoogte worden gebracht van recente ontwikkelingen in het vakgebied en onvoldoende worden getraind om verbanden te leggen tussen de verschillende disciplines. Ook vindt de commissie dat de descriptor ‘communicatie’ onvoldoende wordt gehaald. NIVRA-Nyenrode heeft, mede gestimuleerd door de
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
26
visitatie, op korte termijn de hierboven genoemde verbetermaatregelen genomen om de tekortkomingen weg te werken. De visitatiecommissie heeft deze plannen bestudeerd en besproken met NIVRA-Nyenrode. Een van de gesprekspunten betrof de mogelijkheden om de intrinsieke motivatie van studenten voor de wetenschap te verhogen. NIVRA-Nyenrode beoogt met de hierboven beschreven plannen om de wetenschappelijke oriëntatie van de bacheloropleiding te vergroten en ook de intrinsieke motivatie van studenten voor de wetenschap te verhogen. Ten aanzien van de descriptor ‘communicatie’ tekent NIVRA-Nyenrode aan dat er weliswaar formeel sprake is van aparte bachelor- en masteropleidingen, maar dat er feitelijk sprake is van een opleidingscontinuüm, waarbij vrijwel alle studenten na de bachelor- en masteropleiding een postmasteropleiding volgen. In de postmasteropleidingen komt de descriptor in voldoende mate aan bod en ontwikkelen studenten alsnog de leervaardigheden die zij formeel al eerder hadden moeten opdoen. De commissie kon tijdens het visitatieproces uitsluitend afgaan op de verbetermaatregelen. De commissie stemt echter in met de door NIVRA-Nyenrode ingezette koers, zowel qua inhoud als qua proces en heeft er vertrouwen in dat de verbeterplannen er toe zullen leiden dat het wetenschappelijke niveau van de opleiding verhoogd zal worden. Masteropleiding Accountancy Alhoewel de visitatiecommissie in algemene zin van mening is dat er meer aandacht moet zijn voor de koppeling met het wetenschappelijk onderzoek, vindt de commissie de descriptoren ten aanzien van kennis en inzicht, gegeven de beroepsmatige context, wel voldoende ingevuld. Ook het aspect oordeelsvorming vindt de commissie voldoende ingevuld. De twee laatste descriptoren, te weten communicatie en leervaardigheden, zijn evenwel onvoldoende. Echter, zoals ook bij de bacheloropleiding is genoemd, gaat NIVRA-Nyenrode ervan uit dat studenten doorstromen naar de postmasteropleiding. Gelet daarop zijn de leervaardigheden op dit punt voldoende. Mocht een student onverhoopt niet doorstromen, dan sluiten de verkregen leervaardigheden in de masteropleiding onvoldoende aan op de beroepspraktijk. Dit blijkt in de praktijk echter nauwelijks voor te komen. Masteropleiding Controlling De descriptoren kennis en inzicht zijn goed uitgewerkt. Het toepassen van de verworven kennis en inzicht is voldoende. Het integreren van de verworven kennis en verkregen inzicht en het omgaan met complexe materie worden niet bij alle onderdelen getraind. Naar de mening van de visitatiecommissie worden studenten onvoldoende geoefend in het leren oordelen op basis van onvolledige of beperkte informatie en daarbij rekening te houden met diverse verantwoordelijkheden. De opleiding besteedt in de onderdelen wel voldoende aandacht aan de verschillende communicatieaspecten. De leervaardigheden zijn voldoende tot goed ingevuld ten aanzien van het wetenschappelijk onderzoek, maar niet ten aanzien van de beroepspraktijk. Overigens geldt ook bij deze opleiding dat ervan wordt uitgegaan dat studenten zullen doorstromen naar de vervolgopleiding. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F3: Oriëntatie WO: De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de volgende beschrijvingen van een Bachelor en een Master: • De eindkwalificaties zijn ontleend aan eisen vanuit de wetenschappelijke discipline, de internationale wetenschapsbeoefening en voor daarvoor in aanmerking komende opleidingen de relevante praktijk in het toekomstige beroepenveld. • Een WO-bachelor heeft de kwalificaties voor toegang tot tenminste één verdere WO-studie op masterniveau en eventueel voor het betreden van de arbeidsmarkt. • Een WO-master heeft de kwalificaties om zelfstandig wetenschappelijk onderzoek te verrichten of multi- en interdisciplinaire vraagstukken op te lossen in een beroepspraktijk waarvoor een WO-opleiding vereist is of dienstig is.
Beschrijving Algemeen Zoals bij het inleidende gedeelte de doelstellingen zijn beschreven, maken de bachelor- en masteropleidingen Accountancy en Controlling onderdeel van een opleidingscontinuüm en zijn de
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
27
eindkwalificaties ontleend aan de diverse vervolgtrajecten. De verschillende eindkwalificaties zijn ontleend aan eisen die aan de beroepsgroep worden gesteld en zijn vastgelegd in wetgeving en of afspraken met de beroepsgroep. Verder zijn er voor de opleidingen Accountancy op landelijk niveau afspraken gemaakt tussen de hoogleraren van de instellingen die bachelor- en masteropleidingen Accountancy aanbieden. Bacheloropleiding De bacheloropleiding Accountancy bereidt studenten voor op de masteropleidingen Accountancy en Controlling. Afhankelijk van de keuze voor het vervolgtraject, kunnen studenten tijdens de bacheloropleiding voorsorteren. Studenten die verder willen in de Accountancy, doen het profieldeel Accountancy en studenten die verder willen in de Controlling, volgen het profieldeel Controlling. Zoals eerder gezegd, kunnen studenten formeel na de bacheloropleiding uitstappen, maar zullen zij dat in de praktijk niet doen omdat het voor studenten geen reële optie is. Studenten willen immers Registeraccountant of Registercontroller worden. Omdat NIVRA-Nyenrode uitgaat van het opleidingscontinuüm, sluiten de eindkwalificaties van de bacheloropleiding goed aan op de verschillende masteropleidingen en in mindere mate op functies op de arbeidsmarkt. Masteropleidingen Conform de eisen die aan wetenschappelijk onderwijs worden gesteld, moeten masteropleidingen studenten gelegenheid bieden om 1) zich te kwalificeren om zelfstandig onderzoek te doen of om 2) multi- en interdisciplinaire vraagstukken op te lossen in een beroepspraktijk waarvoor een academische opleiding vereist of dienstig is. Bij beide masteropleidingen is de aandacht voor het zelfstandig verrichten van wetenschappelijk onderzoek onvoldoende. Dat heeft onder meer te maken met het feit dat het wetenschapsgebied van de Accountancy en Controlling tamelijk jong is en dat de omvang van het onderzoek relatief gering is. Dit laatste wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door de aanzuigende werking die van de markt uitgaat op accountants en controllers. Bij beide masteropleidingen is het tweede aspect, te weten het oplossen van multi- en interdisciplinaire vraagstukken, wel opportuun. De commissie is van mening dat in de masteropleiding Accountancy en de aandacht hiervoor weliswaar voldoende is, maar dat deze meer aandacht verdient. Bij de masteropleiding Controlling wordt in verhouding tot de masteropleiding Accountancy meer aandacht besteed aan het multi- en interdisciplinair oplossen van vraagstukken. Na de masteropleiding Accountancy kunnen de afgestudeerden zich verder bekwamen in het onderzoek en solliciteren naar een PhD-plaats. In nauwe samenwerking met het Limperg Instituut en andere universiteiten wordt afgestudeerden een opleiding voor onderzoekers aangeboden. Het programma behelst de onderdelen Management Accounting, Financial Accounting, Auditing en Information Management. NIVRA-Nyenrode PhD-kandidaten dienen dit programma en een aantal keuzevakken te volgen, alvorens zij met hun daadwerkelijke onderzoek kunnen starten. Oordeel In zijn algemeenheid wordt er in de opleidingen voldoende aandacht besteed aan de algemene kenmerken van het wetenschappelijk onderwijs. De vertaling naar de economische context is voldoende. De aandacht voor het logisch redeneren, de reflectie op het eigen denken zijn op het moment van visiteren bij de bacheloropleiding onvoldoende, maar bij beide masteropleidingen goed. De aandacht voor de beroepsmatige aspecten, zoals het bekend zijn met de standaarden voor de toets der wet, zijn voldoende voor zowel de bachelor- als de masteropleiding Accountancy. Dit aspect speelt in mindere mate voor de masteropleiding Controlling. De training in het overzien van de consequenties van wetenschappelijke- en technologische ontwikkelingen, is bij de bacheloropleiding onvoldoende, bij de masteropleiding Accountancy voldoende en bij de masteropleiding Controlling goed. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
28
Oordeel over het onderwerp ‘Doelstellingen opleiding’ Op basis van de beoordelingen per facet komt de commissie tot een samenvattend oordeel over het onderwerp ‘Doelstellingen opleiding’. Voor de bacheloropleiding Accountancy luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Auditing luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Controlling luidt het voldoende.
1.2.2. Programma Beschrijving van de programma’s: Overzicht programma bacheloropleiding Accountancy Vak studiepunten (EC) Propedeuse Introductiecasus 1 Beginselen Accountancy 4 Comptabele Aspecten Financial Accounting 1 4 Financiële Rekenkunde 3 Financiering 1 4 Beginselen Recht 4 Belastingrecht LB/OB 4 Statistiek 1 6 BIV-Beginselen Management Information Systems 7 Comptabele Aspecten Financiering 4 Management Accounting 1 4 BIV-Beginselen Informatietechnologie 4 Comptabele Aspecten Management Accounting 4 Auditing Beginselen 7 Totaal propedeuse 60
werkvorm
toetsvorm
W W W W W W W W
I T/S/P/I T T T T T T
H/W W W W W H/W
T/S/P/I T T/S T T T
9 4 10 4 4 4 4 9
H/W W H/W H W W W H/W
T/T T T/T/S S T/S T T/S T
Hoofdfase Algemene Economie (1+ 2) Management Accounting 2 Management & Organisatie (1+ 2) Beginselen Methodologie Statistiek 2 Financiering 2 Comptabele Aspecten Financial Accounting 2 Financial Accounting Keuzemodule 1 Marketing of Fraude & Witwassen of Keuzemodule 2 Business Engels of Bedrijfsopvolging Ondernemingsrecht Belastingrecht IB Belastingrecht Vpb BIV-Theory of Accounting Information Systems Management Control Totaal hoofdfase zonder profieldeel
5
W
R/I
5 9 4 5 12 10 98
W W W W W H/W
R/I T T T T T/S
Profieldeel Accountancy Levensverzekeringswiskunde Auditing Theory
4 12
W H/W
T T
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
29
Financial Accounting Theory Totaal profieldeel Accountancy
6 22
H/W
T
Profieldeel Controlling Introductie Finance Advanced 1 Logistiek 1 Audit for Control Marketing Referaat bachelor Totaal profieldeel Controlling
1 5 4 4 4 4 22
H/W W W H H/W H/W
P T T/P T S/S PO
Totaal bacheloropleiding Accountancy
180 werkvorm W H/W H/W H H/W W
toetsvorm R/I/M S/I/M S/I/M R S S
werkvorm H W H/W W W W W H/W
toetsvorm T R/P T R R/P S/T S/T S/P
H/W Z
S/T/P S/P
Overzicht programma masteropleiding Accountancy Vak studiepunten (EC) Externe Verslaggeving 15 BIV-Interne Beheersing 10 Advanced Auditing 10 Corporate Governance 4 Methodologie 4 Masterscriptie 17 Totaal 60 Overzicht programma masteropleiding Controlling Vak studiepunten (EC) BIV-Interne Beheersing 1 4 BIV-Interne Beheersing 2 4 Finance Advanced 2 4 Strategisch Management 4 Statistische Methoden 4 Logistiek 2 3 Human Resources Management 4 Onderzoeksmethodologie 4 Onderzoek in Management Accounting en Control (1-3) 12 Scriptie 17 Totaal 60 Werkvormen: Toetsvormen:
H = hoorcollege, W = werkcollege, Z = zelfstandig T = schriftelijk tentamen, M = mondeling tentamen, S = schrijfopdracht, R = referaat, P = presentatie, I = inzet (participatie), PO = praktijkopdracht
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
30
F4: Eisen WO Het programma sluit aan bij de volgende criteria voor het programma van een HBO- of een WO-opleiding: • Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats in interactie tussen het onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek binnen relevante disciplines. • Het programma sluit aan bij ontwikkelingen in de relevante wetenschappelijke discipline(s) door aantoonbare verbanden met actuele wetenschappelijke theorieën. • Het programma waarborgt de ontwikkeling van vaardigheden op het gebied van wetenschappelijk onderzoek. • Bij daarvoor in aanmerking komende opleidingen heeft het programma aantoonbare verbanden met de actuele praktijk van de relevante beroepen.
Beschrijving In de zelfstudie wordt een overzicht gegeven van de mate waarin de verschillende programmaonderdelen tegemoet komen aan de eisen die aan het wetenschappelijk onderwijs worden gesteld. Bacheloropleiding Accountancy In het vak Beginselen Methodologie leren de studenten op wetenschappelijke wijze te analyseren. In de vakken BIV-Theory of Accounting Systems en Auditing Theory wordt hierop voortgebouwd bij de behandeling van cases uit de beroepspraktijk. In het vak Financial Accounting Theory presenteren wetenschappers hun onderzoeken en analyseren studenten wetenschappelijke artikelen, presenteren zij hun bevindingen en formuleren zij stellingen. Het programma anticipeert op ontwikkelingen in de relevante wetenschappelijke discipline(s). Zo zijn de eindtermen van het vak Financial Auditing door de hoogleraren Accountantscontrole bijgesteld en vertaald naar in het onderwijs te realiseren leerdoelen. Zo hebben de hoogleraren Externe Verslaggeving van alle universiteiten, waaronder Nyenrode, nieuwe eindtermen voor het vak beschreven, die weer zijn vertaald in de leerdoelen van de modulen. Het vak Interne Beheersing is actueel vooral door de ontwikkelingen op het gebied van Corporate Governance. Voorts zijn er recent nieuwe eindtermen Bestuurlijke Informatieverzorging opgesteld. Het programma besteedt aandacht aan het ontwikkelen van vaardigheden op het gebied van wetenschappelijk onderzoek, door studenten vertrouwd te maken met de vaktermen, inzicht te ontwikkelen in de wetenschappelijke issues en theorieën op het gebied van de Accountancy; door wetenschappelijke artikelen te bestuderen, te analyseren en te bespreken; en door een betoog te schrijven. Met de reeds eerder bij de inleiding en de facetten twee en drie genoemde verbetermaatregelen om de wetenschappelijke oriëntatie van de bacheloropleiding te versterken, zoals het invoeren van de scriptie, kan beter tegemoet worden gekomen aan het ontwikkelen van vaardigheden bij studenten op het gebied van de wetenschappelijke vorming. Masteropleiding Accountancy Het programmaonderdeel waarin met name de interactie met wetenschappelijk onderzoek plaatsvindt, is de scriptie. Voorafgaand aan de scriptie, bij het vak Methodologie, schrijven studenten een onderzoeksvoorstel voor de scriptie. Naast de scriptie houden de studenten ook referaten waarin op wetenschappelijke wijze een vraagstuk behandeld wordt. Bijvoorbeeld bij de vakken Externe Verslaggeving, BIV-Interne Beheersing en Corporate Governance. Het programma sluit aan bij ontwikkelingen in de relevante wetenschappelijke discipline(s) door aantoonbare verbanden te leggen met actuele wetenschappelijke theorieën. Zoals beschreven bij de bacheloropleiding, zijn voor de hoofdvakken Financial Auditing, Externe Verslaggeving en Bestuurlijke Informatieverzorging nieuwe eindtermen/leerdoelen beschreven. Het programma waarborgt de ontwikkeling van vaardigheden op het gebied van wetenschappelijk onderzoek door studenten werkstukken, een scriptie te laten schrijven, literatuurstudie te laten doen en referaten te laten houden. Bij daarvoor in aanmerking komende onderwerpen heeft het programma aantoonbare verbanden met de actuele praktijk van de relevante beroepen. In de masteropleiding zijn een aantal leerdoelen direct gericht op kennis en inzicht van de actuele beroepspraktijk. Bijvoorbeeld ten aanzien van de externe verslaggeving en rapportering, in-control statements, risicomanagement, Corporate Governance en de (beroeps)ethiek en beroepsreglementering.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
31
Masteropleiding Controlling Er zijn twee programmaonderdelen waarin een grote mate van interactie met het wetenschappelijk onderzoek plaatsvindt: de drie modulen van Onderzoek in Management Accounting en Control en de masterscriptie. In de drie modulen verrichten de studenten empirisch onderzoek in de beroepspraktijk, wordt empirisch wetenschappelijk onderzoek geoefend en worden de resultaten gebruikt in de publicaties van hoogleraren en docenten die de modulen verzorgen. Daarnaast vindt in de masterscriptie ook interactie plaats met het wetenschappelijk onderzoek. Voorafgaand aan de scriptie wordt de module Onderzoeksmethodologie gegeven. Het programma sluit aan bij ontwikkelingen in de relevante wetenschappelijke discipline(s) doordat de docenten via hun eigen onderzoek actuele ontwikkelingen in het programma inbrengen. Een aantal leerdoelen is direct gericht op kennis van en inzicht in de actuele theorieën en de actuele beroepspraktijk. Bijvoorbeeld die van Finance Advanced 2 (risico-analyse), Management Accounting (agency theory, contingency research en behavioural benaderingen), BIV-Interne Beheersing (Corporate Governance en internationale normen voor interne beheersing). De masterstudenten ontwikkelen hun onderzoeksvaardigheden bij de vakken Statistische Methoden, Onderzoeksmethodologie, onderzoek in Management Accounting & Control en Accounting Information Systems. Zij ontwikkelen hun vaardigheden door zelf onderzoek te verrichten, wetenschappelijke artikelen te bestuderen, te analyseren en uiteindelijk een scriptie te schrijven. De actuele praktijk van het controllerberoep komt op diverse manieren in het programma aan de orde, bijvoorbeeld door de keuze van de stof en de onderwerpen, via docenten, praktijkdocenten en gastsprekers die ook in de beroepspraktijk zijn, in de praktijkopdrachten (studenten mogen zelf de cases aandragen) en door middel van de masterscriptie (keuze onderwerp). Oordeel De visitatiecommissie heeft geconstateerd dat, op het moment van visiteren, de interactie tussen onderwijs en onderzoek met name bij de bacheloropleiding Accountancy onvoldoende was. Ook viel het de visitatiecommissie op dat (voormalige) studenten desgevraagd aangeven geen behoefte te hebben aan aandacht voor de wetenschappelijke context en de meerwaarde voor de beroepsuitoefening er ook niet van zien. De visitatiecommissie constateert dat op het moment van visiteren de interactie tussen onderwijs en onderzoek bij beide masteropleidingen al wel voldoende was. Om de interactie met het wetenschappelijk onderzoek in alle opleidingen te versterken, heeft NIVRANyenrode de omvang van de masterscripties verhoogd en de eisen ten aanzien daarvan aangescherpt. Bij de invoering van het bachelor- en mastermodel zijn er drie nieuwe bachelorvakken ingevoerd die starten met een wetenschappelijke onderbouwing en is de core-faculty Accountancy uitgebreid. De commissie waardeert deze maatregelen, maar acht een extra stimulans noodzakelijk. De visitatiecommissie was dan ook verheugd te vernemen dat NIVRA-Nyenrode al voor het visitatiebezoek diverse acties in gang had gezet ten einde het wetenschappelijke klimaat van alle opleidingen van NIVRA-Nyenrode te versterken. Eén van de acties betreft de verdere inbedding van NIVRA-Nyenrode in de Nyenrode Business Universiteit en wetenschappelijke (onderzoeks)omgeving van Nyenrode Business Universiteit. Door de inbedding kunnen er met behulp van het onderzoeksfonds van Nyenrode Business Universiteit, een aantal onderzoeksprojecten en promovendi van NIVRA-Nyenrode gefinancierd worden. Ook kunnen de onderzoeksinspanningen verder worden geïntensiveerd en kan er uitwisseling plaatsvinden tussen de wetenschappelijke staf. Het is het streven dat per januari 2008 de vaste wetenschappelijke zal zijn uitgebreid van 10,8 fte naar 15 fte en het aantal promovendi van zes naar tien. Per juli 2008 zal het aantal gepromoveerde docenten verdubbeld moeten zijn van 8% naar 15%. Voor het versterken van het wetenschappelijke klimaat is in totaal 2,5 miljoen euro beschikbaar. De visitatiecommissie heeft er vertrouwen in dat de reeds in gang gezette plannen om het wetenschappelijke klimaat van de opleidingen te versterken en de aanscherping daarvan naar aanleiding van de visitatie, het beoogde effect zullen sorteren. De visitatiecommissie is ervan overtuigd dat door het investeren in de onderzoeksomgeving, het verhogen van het aantal promovendi en de promotiegraad van docenten en het vergroten van de interactie in de opleidingsprogramma’s, NIVRANyenrode ondanks dat er sprake is van een matige onderzoekstraditie en een aantrekkelijk
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
32
marktperspectief, toch in staat zal blijken te zijn om het wetenschappelijk klimaat in voldoende mate te versterken en ook in staat zal blijken te zijn om studenten te enthousiasmeren voor de wetenschap. De aansluiting bij actuele ontwikkelingen van relevante wetenschappelijke disciplines wordt over het algemeen bij alle drie de opleidingen gewaarborgd. De visitatiecommissie tekent daarbij aan dat bij de vakken Financiering 1 en 2 van de bacheloropleiding meer rekening gehouden zou moeten worden met actuele ontwikkelingen. De commissie twijfelt of studenten bij de bacheloropleiding Accountancy voldoende in aanraking komen met wetenschappelijk onderzoek en pleit ervoor om studenten al vroeg in het bachelorprogramma in contact te brengen met aspecten van het wetenschappelijke onderzoek, bijvoorbeeld in de vorm van een klein leeronderzoek. Ook pleit de visitatiecommissie ervoor om aan het einde van de bacheloropleiding een integratieve scriptie in te voeren. Zoals eerder bij facet 2 al aan de orde is gekomen, heeft NIVRA-Nyenrode beide suggesties ten aanzien van de bacheloropleiding overgenomen. Bij beide masteropleidingen acht de visitatiecommissie de wetenschappelijke borging voldoende. Gegeven de duidelijke verbanden met de beroepspraktijk, is het een vereiste dat alle drie de opleidingen aansluiten bij actuele ontwikkelingen in het beroepenveld. De commissie is van mening dat alle drie de opleidingen dit goed doen. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F5: Relatie tussen doelstellingen en inhoud programma Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties, qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. De eindkwalificaties zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken.
Beschrijving In de zelfstudie wordt beschreven in welke mate het programma aandacht besteed aan de eindkwalificatie, qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. In de bijlagen van de zelfstudie wordt per module een beschrijving gegeven van de eindkwalificaties en de leerdoelen. Deze modulebeschrijvingen zijn gebaseerd op de beschrijvingen in de onderwijsprogramma’s die de studenten via het zogenaamde ‘StudenteNNet’ kunnen downloaden en – voor de opleidingen Accountancy – ook de beschrijvingen van de tentamenprogramma’s, zoals die jaarlijks werden vastgesteld door het Examenbureau en het Curatorium. De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. De onderwijsprogramma’s van de opleidingen van NIVRA-Nyenrode moeten in vaste volgorde worden gevolgd. Het komt voor dat studenten van de vaste volgorde afwijken en een individueel traject volgen. Doordat de behaalde studieresultaten van individuele studenten worden bijgehouden, is na te gaan of individuele studenten de eindtermen ook daadwerkelijk hebben gehaald halen of dat zij op onderdelen nog extra scholing nodig hebben. Oordeel Zoals eerder opgemerkt, houdt NIVRA-Nyenrode bij de opzet en de invulling van de afzonderlijke opleidingen rekening met het totale opleidingscontinuüm. De visitatiecommissie constateert dat op het moment van visiteren niet alle eindtermen in het programma van de drie opleidingen in gelijke mate zijn verwerkt. Dit betreft met name de eindtermen met betrekking tot de wetenschappelijke vorming. Gelet op de reeds eerder genoemde en inmiddels in gang gezette verbetermaatregelen, verwacht de commissie dat ook deze eindtermen vanaf 2007 in voldoende mate aan bod komen. De commissie constateert dat de inhoud van het programma de studenten de mogelijkheid biedt om de geformuleerde eindkwalificaties zoals deze zijn afgeleid van de beroepsvereisten te bereiken, met name op het punt van de beroepsvoorbereiding.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
33
Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F6: Samenhang programma Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend studieprogramma.
Beschrijving In de zelfstudie wordt een beschrijving gegeven van de opbouw van het studieprogramma. Het programma van de drie opleidingen NIVRA-Nyenrode is zo samengesteld dat er geen onnodige herhalingen zijn. De horizontale afstemming van de vakken vindt plaats in de curriculumcommissie. Om de samenhang in de propedeuse van de bacheloropleiding te vergroten is in 2005 een propedeusecoördinator aangesteld. Het curriculum is concentrisch opgebouwd. Dat geldt met name voor de hoofdvakken, waarin steeds wordt voortgebouwd op de stof in de voorafgaande fase. NIVRA-Nyenrode geeft in de recente verbeterplannen aan dat er in de bacheloropleiding nadrukkelijk meer aandacht zal worden besteed aan de opbouw van academische vaardigheden. Deze worden vervolgens in de masteropleidingen verder uitgebouwd. Zo is er bij alle vakken in de masterfase sprake van het zelfstandig maken van referaten, leerverslagen en/of werkstukken en vindt er veelal een mondeling tentamen plaats in de vorm van een presentatie van het werkstuk. In de masteropleiding Accountancy kennen met name de hoofdvakken een concentrische opbouw, waarbij steeds wordt voortgebouwd op de stof in de voorafgaande fase. De verzwaring van het landelijk tentamen Financial Auditing maakte het wenselijk dat elementen van Externe Verslaggeving en Bestuurlijke Informatieverzorging in het opleidingsprogramma niet ver van het onderdeel Financial Auditing worden aangeboden en dat de inhoud van die vakken goed op elkaar aansluit. Bij beide masteropleidingen komt een integratie van de cognitieve modellen tot stand als studenten hun scriptie schrijven. Momenteel wordt overwogen om tot een grotere horizontale integratie te komen door vanaf de bachelorfase onderzoeksprojecten te starten waarbij kennis vanuit verschillende vakken moet worden benut en waarvan het niveau bepaald wordt door de eindtermen van de betreffende fase. Oordeel Zoals eerder opgemerkt, wordt de samenstelling van de Accountancy-opleidingen gedicteerd door (wettelijke) eisen, die automatisch tot samenhang leiden, tot synergie en een opgaande lijn in de opleidingen. Er is geen onnodige overlap van onderdelen. De concentrische opbouw van het programma is vooral te vinden in de hoofdvakken van de verschillende opleidingen. De commissie constateert op het moment van het bezoek dat de leerlijn voor de wetenschappelijke oriëntatie in de bacheloropleiding onvoldoende is. Gelet op de hiervoor genoemde maatregelen die bij de eerdere facetten genoemd zijn, verwacht de visitatiecommissie dat de wetenschappelijke oriëntatie vanaf 2007 in orde zal zijn. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F7: Studielast Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen.
Beschrijving In de zelfstudie wordt een beschrijving gegeven van de manier waarop NIVRA-Nyenrode probeert om eventuele belemmeringen in de studievoortgang weg te nemen. Er is een groot aantal factoren dat van invloed kan zijn op de studievoortgang; te weten de studiebelasting, studielast en de roostering.
Studiebelasting: uit evaluaties blijkt dat geplande studietijd overeenkomt met de feitelijke inspanningen van studenten. Uit de evaluaties blijkt dat studenten de studiebelasting als hoog ervaren vanwege de hoge werkdruk op de arbeidsplek. Om die reden zijn er bij meerdere vakken participatiebevorderende maatregelen ingevoerd om ervoor te zorgen dat studenten ondanks de druk vanuit hun werkpraktijk, wel studievoortgang blijven maken. De ingestelde aanwezigheidsverplichting geeft studenten de mogelijkheid om hun studietijd beter af te schermen van hun werk. Spreiding studielast: de programmaonderdelen zijn geconcentreerd in de maanden september tot en met december en half maart tot begin juli. In de tussenliggende periode vinden er zo min mogelijk colleges of tentamens plaats. De reden hiervoor is dat het op de kantoren waar de studenten werkzaam zijn in de maanden januari tot half maart te druk is. De visitatiecommissie waardeert het dat NIVRA-Nyenrode rekening houdt met de drukte op de werkplekken van studenten, maar vraagt zich af of dit ook gevolgen heeft voor het studieritme van studenten en de nominale studieduur. Roostering: NIVRA-Nyenrode zorgt ervoor dat roosterwijzigingen, uitval en dergelijke tijdig worden doorgegeven. Desgewenst worden er, voorafgaand aan de tentamens, ’s avonds repetitiecursussen georganiseerd. In de masteropleidingen wordt de grootste vertraging veroorzaakt door de scriptie. Alhoewel de scriptie in zes maanden geschreven zou moeten kunnen worden, wordt er in het programma negen tot twaalf maanden voor uitgetrokken. Toch is de doorlooptijd vaak langer dan twaalf maanden. De oorzaken zijn dat studenten moeite hebben met de keuze voor hun onderwerp en dat studenten na het afronden van het laatste vak moeite hebben om aan de scriptie te beginnen. Daar speelt bij mee dat de meeste werkgevers voor het schrijven van de scriptie geen studietijd beschikbaar willen stellen. NIVRA-Nyenrode heeft een aantal maatregelen getroffen om studievertraging bij de scriptie te voorkomen, zoals de indeling van studenten in scriptiegroepjes, extra voortgangsbewaking door de scriptiecoördinator en het invoeren in het programma van de module Beginselen Methodologie in de hoofdfase van de bacheloropleiding en in de premastertrajecten. Verder wordt vanaf cursusjaar 20062007 de module Methodologie uitgebreid met de keuzemodulen Statistiek en Casestudies, worden begeleiders hierop bijgeschoold en wordt de module voorafgaand aan de scriptie gegeven. Ook is de scriptie verplaatst naar het einde van de masteropleiding. Eén van de consequenties daarvan is overigens dat er een stuwmeer dreigt te ontstaan van studenten die met de scriptie bezig zijn. Daarom worden er thans maatregelen genomen om de scriptiebegeleidingscapaciteit te verhogen. Er worden nog aanvullende maatregelen overwogen, zoals de mogelijkheid van een summercourse, waarin de studenten intensief worden begeleid bij het schrijven van hun scriptie. Een andere mogelijkheid is het na de propedeuse starten van onderzoeksprojecten. Oordeel De commissie constateert dat NIVRA-Nyenrode er veel aan doet om het programma studeerbaar te houden, onder andere door de programmering van de verschillende onderdelen te organiseren rond de piekbelastingen bij de kantoren. De scriptie is het grootste struikelblok in de masterfase. De commissie waardeert de maatregelen die NIVRA-Nyenrode heeft genomen om de studievertraging terug te dringen, maar is van mening dat één van de oorzaken van de studievertraging ook is gelegen in de matige wetenschappelijke oriëntatie en het onvoldoende opdoen van academische vaardigheden tijdens met name de bacheloropleiding. Omdat het schrijven van de scriptie als grootste veroorzaker van studievertraging kan worden gezien, vraagt dit om een systeem waarbij scriptieschrijvers actief worden gevolgd. NIVRA-Nyenrode heeft aangegeven de voortgang maandelijks actief te toetsen, middels een studievoortgangssysteem. In zijn algemeenheid wordt de mate waarin de opleidingen studeerbaar zijn maar ten dele bepaald door de programma’s zelf. Met name de mate waarin studenten door hun werkgevers worden gefaciliteerd bij het maken van hun scriptie, lijkt de doorslag te geven in de kans op studievertraging. Alhoewel er formeel geen sprake is van een duale opleiding en NIVRA-Nyenrode dus ook niet gaat over de werkplekken van haar studenten, is de visitatiecommissie van mening dat NIVRA-Nyenrode wel gericht actie op dit punt moet ondernemen. Tijdens het visitatiebezoek heeft het bevoegd gezag van Nyenrode Business Universiteit aangegeven om toch het gesprek aan te gaan met het werkveld, te beginnen met de grote kantoren (de zogenaamde big four). De visitatiecommissie juicht dit toe.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
35
Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F8: Instroom Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: WO-bachelor: VWO, HBO-propedeuse of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. WO-master: bachelor en eventueel (inhoudelijke) selectie.
Beschrijving Zoals eerder aangegeven is er bij de opleidingen NIVRA-Nyenrode sprake van een opleidingscontinuüm, waarbij de eindtermen van de ene opleiding aansluiten bij de instroomeisen van de vervolgopleiding. In de zelfstudie worden de instroomeisen van de verschillende opleidingen NIVRA-Nyenrode beschreven. Met name bij de masteropleidingen vindt relatief veel zij-instroom vanuit het hbo plaats. Studenten moeten een aanvullend premastertraject volgen dat afhankelijk is van de gevolgde vooropleiding en voor een deel individueel wordt bepaald. Uit het oogpunt van kwaliteitsbewaking vindt er regelmatig overleg plaats tussen NIVRA-Nyenrode en de verschillende hogescholen over de premastertrajecten. Tijdens dit gesprek worden onder meer de evaluaties en eventuele maatregelen te verbetering besproken. Voor de premasters Accountancy zijn standaardprogramma’s vastgesteld voor hbo-BE-, hbo-AA- en hbo-RA-afgestudeerden. Toelating tot de premasteropleiding Controlling vindt plaats na een intakegesprek met een lid van het programmamanagement. Punten van aandacht zijn daarbij de vooropleiding, de werkervaring, de functie en de attitude van de student. Ook wordt gekeken naar de groepsomvang en de aansluiting op persoonlijk niveau. De omvang van het premasterprogramma is afhankelijk van de aard van de vooropleiding. De toetsing gebeurt in de vorm van tentamens. In de opleidingsspecifieke delen wordt nader ingegaan op de vrijstellingen die gegeven worden en de wijze waarop dat gebeurt. Bacheloropleiding Accountancy • Vwo-getuigschrift (met vakkeneisen Wiskunde en Economie); • propedeuse van een relevante financieel-economische hbo- of wo-opleiding, die aansluit op Accountancy (bijvoorbeeld Economie of Bedrijfseconomie). Er wordt individueel bekeken of er recht is op vrijstellingen en hoe het studietraject eruit komt te zien. Dit geldt ook voor studenten met andere vooropleidingen. Masteropleiding Accountancy • Bacheloropleiding Accountancy van NIVRA-Nyenrode; • in geval van een bacheloropleiding Accountancy of een andere relevante bacheloropleiding, wordt individueel vastgesteld welke vakken uit de bachelorfase nog moeten worden gedaan. Relevante opleidingen: Bedrijfskunde, Bedrijfseconomie en Economie; • afgerond hbo-getuigschrift hbo-BE of hbo-SPD, hbo-AA of hbo-RA in combinatie met een premastertraject; • afgeronde wo- of hbo-opleiding van andere, niet financiële richtingen, in combinatie met een post-hbo-schakelprogramma en daarna een premastertraject hbo-BE. De duur van een premasteropleiding of het post-hbo-schakelprogramma is afhankelijk van de vooropleiding. Masteropleiding Controlling • Bacheloropleiding Accountancy NIVRA-Nyenrode, met profieldeel Controlling; • hbo-BE of -SPD, hbo-RA, hbo-AA , post-hbo-controlleropleiding plus premasteropleiding. Oordeel Er is sprake van een hoge mate van zij-instroom in de masteropleidingen NIVRA-Nyenrode. Dat is bij een opleiding die de facto duaal is, te begrijpen. De commissie waardeert dan ook de mogelijkheden die NIVRA-Nyenrode biedt aan zij-instromers. Tegelijkertijd ziet de commissie een
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
36
punt van aandacht ten aanzien van de academische vaardigheden, omdat het percentage studenten dat vanuit een niet-wetenschappelijke vooropleiding instroomt, relatief hoog is en omdat een groot deel van de schakelprogramma’s op de hbo-instellingen plaatsvinden. De commissie constateert dat de inhoud van de premastertrajecten vooral op kennis is gebaseerd en nauwelijks op vaardigheden. In de verbeterplannen besteedt NIVRA-Nyenrode expliciet aandacht aan de schakelprogramma’s. Naast de verplichte vaktheoretische onderbouwing is ook een module Methodologie opgenomen. Alhoewel NIVRA-Nyenrode zich bewust is van het feit dat studenten afkomstig uit het hbo een achterstand hebben op het gebied van academische vaardigheden, vindt NIVRA-Nyenrode het, mede gelet op het instroombeleid bij de zusteropleidingen, te ver gaan om een scriptie als ingangseis te hanteren. De visitatiecommissie geeft NIVRA-Nyenrode evenwel in overweging om bij studenten die afkomstig zijn vanuit het hbo, alert te zijn op academische vaardigheden. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F9: Duur De opleiding voldoet aan formele eisen m.b.t. de omvang van het curriculum: WO-bachelor: in de regel 180 studiepunten. WO-master: minimaal 60 studiepunten, afhankelijk van de opleiding.
Beschrijving Het programma van de bacheloropleiding Accountancy omvat 180 EC en voldoet daarmee aan de formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum. Het programma van de masteropleiding Accountancy en Auditing omvat 60 EC en voldoet daarmee aan de formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum. Het programma van de masteropleiding Accountancy en Controlling omvat 60 EC en voldoet daarmee aan de formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum. Oordeel Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F10: Afstemming tussen vormgeving en inhoud Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept.
Beschrijving In de zelfstudie wordt een beschrijving gegeven van het didactisch concept van NIVRA-Nyenrode, de uitwerking daarvan in de inrichting in het leerproces en keuze van de verschillende werkvormen. De combinatie van werken en tegelijkertijd studeren bevordert dat studenten het geleerde direct kunnen toepassen in hun werksituatie. Aanvullend op de al bestaande toepassingsgerichtheid, is het didactisch concept erop gericht de wetenschappelijke vorming te bevorderen door een zogenaamde ‘betekenisgerichte leerstijl’ na te streven. Een leerstijl waarbij studenten worden gestimuleerd om de bedoelingen van de auteurs te achterhalen, bredere verbanden te leggen en een eigen visie te ontwikkelen. Het gekozen onderwijsmodel is dat van interactief onderwijs in werkcolleges. In de masteropleiding Controlling worden er wetenschappelijke praktijkopdrachten uitgevoerd. Bij sommige onderdelen is dat een werkelijk wetenschappelijk en empirisch onderzoek dat in groepsverband wordt uitgevoerd. Bij het profieldeel Controlling schrijven studenten een referaat. Als afsluiting van beide masteropleidingen schrijven studenten scripties.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
37
In de zelfstudie en in de bijlage wordt aangeven welke werkvormen bij welke vakken worden gerealiseerd, de verhouding hoor- en werkcolleges, de wijze van tentamineren en de verdeling van het aantal uren over de verschillende onderdelen. Oordeel De commissie meent dat het didactisch concept van NIVRA-Nyenrode in lijn is met de doelstellingen van de opleidingen waarbij de discussie over de theorie en over toepassingsopdrachten plaatsvindt in werkgroepen en de gekozen werkvormen aansluiten bij het didactisch concept. Studenten kunnen met het didactische concept van NIVRA-Nyenrode academische vaardigheden ontwikkelen en de opgedane kennis direct toepassen in de praktijk van het eigen werkveld. Alhoewel er op het moment van visiteren beperkte concrete resultaten van de nieuwe ‘betekenisgerichte leerstijl’ waren, nam de commissie waar dat de nieuwe leerstijl aanslaat en dat studenten en docenten enthousiast zijn. De commissie meent dat de gekozen weg goed aansluit bij de opleidingen van NIVRA-Nyenrode en waardeert de inzet om meer variatie en met name meer interactiviteit in de werkvormen te krijgen. Met het wegvallen van het Examenbureau heeft NIVRANyenrode daar ook meer mogelijkheden voor. De commissie is van mening dat er een substantieel en integratief toetsmoment in de bachelorfase zou moeten komen waarop studenten dwarsverbanden tussen de afzonderlijk vakken kunnen leggen en de commissie pleit dan ook voor het invoeren van een scriptie aan het einde van de bachelorfase. Zoals eerder genoemd, heeft NIVRA-Nyenrode deze suggestie overgenomen. Bij het profieldeel Controlling van de bacheloropleiding is thans reeds sprake van een referaat aan het einde. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F11: Beoordeling en toetsing Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd.
Beschrijving In de zelfstudie en de bijbehorende bijlage wordt een overzicht gegeven van de wijze van toetsen en van beoordelen. Met het van kracht worden van de Wet Toezicht Accountantsorganisaties, is de eindverantwoordelijkheid voor de eindtermen en de exameneisen voor de bachelor- en masteropleidingen Accountancy gewijzigd. Voor de exameneisen is er een examencommissie en voor de eindtermen is er een Commissie Eindtermen Accountantsopleiding. De laatste commissie buigt zich vooral over de eindtermen van de postmasteropleiding Accountancy. Omdat de eisen die aan het wettelijke accountantsexamen worden gesteld grote overlap vertonen met de eisen die aan de bachelor- en masteropleidingen Accountancy worden gesteld, heeft NIVRA-Nyenrode ervoor gekozen om de besluiten van het Examenbureau Registeraccountants te volgen. De examencommissie van NIVRA-Nyenrode richtte zich voor de bachelor- en masteropleiding Accountancy op dit Examenbureau. Op het moment van visiteren was de Wet Toezicht Accountantsorganisaties pas net ingevoerd, het Examenbureau pas net komen te vervallen en toetste en beoordeelde NIVRANyenrode nog conform de eisen van het Examenbureau. Voor de opleidingen Controlling is inmiddels een eigen examencommissie ingesteld. In vrijwel alle tentamens worden opdrachten gegeven die betrekking hebben op praktijksituaties, of open vragen gesteld naar aanleiding van een casus. De wijze van toetsing sluit daarmee aan bij het gegeven onderwijs. Voor de samenstelling van de tentamens en de beoordeling geldt een uitgebreide procedure die gekenmerkt wordt door veelvuldig overleg en die tot doel heeft de objectiviteit te waarborgen. In de bachelorfase worden uitslagen van schriftelijke tentamens normaal gesproken binnen zes weken bekend gemaakt. Studenten beschikken desgewenst over de tentamenopgaven, kopieën van de eigen uitwerkingen en ook over de genormeerde antwoordindicaties of de standaarduitwerkingen. Voor
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
38
diverse vakken worden plenaire tentamenbesprekingen voor afgewezen kandidaten georganiseerd. Onder bepaalde voorwaarden kan een individuele tentamenbespreking worden aangevraagd. Schriftelijke tentamens worden twee keer per jaar aangeboden, mondelinge vier keer. Wanneer er sprake is van een schrijfopdracht, betreft dit meestal een casusuitwerking waarvoor bonuspunten kunnen worden verdiend. Andere toetsvormen zijn referaten en praktijkopdrachten. Uit de evaluaties van tentamens tijdens de bachelorfase blijkt dat studenten tevreden zijn over de wijze van tentamineren. In de masteropleiding Accountancy vindt geen tentamenevaluatie meer plaats, omdat de vorm van toetsing dat bemoeilijkt. De visitatiecommissie vindt dat NIVRA-Nyenrode verder zou kunnen zoeken naar manieren om de tentamens in de masteropleiding Accountancy te evalueren. Bij de masteropleiding Controlling worden de tentamens wel geëvalueerd. De objectiviteit van het mondelinge tentamineren is geborgd door de aanwezigheid van twee examinatoren. De masteropleidingen worden afgesloten met het schrijven en verdedigen van een scriptie. Studenten kunnen aan de scriptie beginnen als zij nog maximaal twee vakken hebben openstaan. Voorafgaand aan en in samenhang met de scriptie wordt de module Methodologie gevolgd. De studenten kunnen binnen vier weken na het einde van de module een onderzoeksvoorstel indienen bij de programmacoördinator. Dit voorstel behelst in ieder geval: de aanleiding tot het onderzoek, de probleemstelling, deelvragen, de onderzoeksmethodiek, een eerste aanzet van een hoofdstukindeling en een literatuurlijst. De module Onderzoeksmethodologie is behaald wanneer het onderzoeksvoorstel is goedgekeurd. Voor de beoordeling van de voorstellen, de scriptiebegeleiding en de beoordeling van de scripties gelden heldere procedures. Nadat de begeleider de scriptie heeft goedgekeurd, wordt deze ter goedkeuring voorgelegd aan de hoogleraar van het desbetreffende vakgebied en wordt de scriptie verdedigd. Het cijfer wordt vastgesteld door de hoogleraar in overleg met de begeleider. Het proces wordt inhoudelijk gestuurd door een scriptiecommissie, bestaande uit hoogleraren, begeleid door een scriptiebegeleider en gevolgd door een scriptiecoördinator. De beoordeling richt zich met name op inhoudelijke aspecten, onder andere de formulering van de probleemstelling, de uitwerking van de deelvragen en de beantwoording van de probleemstelling, de keuze van de literatuur, de wetenschappelijke verantwoording en dergelijke. Oordeel Op het moment van visiteren was er net een einde gekomen aan het gedetailleerde toezicht op de toetsing door het Examenbureau en was de vorming van de nu veel zelfstandiger examencommissies van de opleidingen nog in volle gang. De commissie constateert dat met de gehanteerde wijze van toetsen en beoordelen adequaat wordt getoetst of studenten de leerdoelen van de programma’s hebben gerealiseerd. In de voorbereiding op het wegvallen van het toezicht door het Examenbureau is speciale aandacht besteed aan de eigen borging van de kwaliteit. De exameneisen die het voormalige Examenbureau stelde, zijn in de praktijk overgenomen door de examencommissies van de opleidingen die uiteindelijk een volwaardige rol zullen gaan spelen. Kort na het visitatiebezoek, heeft NIVRA-Nyenrode concrete werkafspraken gemaakt voor de invulling van de taken van de examencommissies, zoals die worden vermeld in de Onderwijs- en Examenregeling. NIVRA-Nyenrode heeft de invulling van de examencommissies aan de visitatiecommissie voorgelegd. Het betreft afspraken over fraude, algemene tentamenregeling, regeling mondelinge tentamens, tentamenuitslagen, aanvullend/vervangend tentamen na overschrijding geldigheidsduur, aanvullende eisen vakkenpakket, toelating tot de opleiding, specifieke toelatingseisen, behandeling aanvragen voor vrijstellingen, bezwaar en beroep, wijziging Onderwijs- en Examenregeling en aanvullende richtlijnen voor de Examencommissie. Ook is de samenstelling van de nieuwe examencommissies veranderd. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
39
Oordeel over het onderwerp ‘Programma’ Op basis van de beoordelingen per facet komt de commissie tot een samenvattend oordeel over het onderwerp ‘Programma’. Voor de bacheloropleiding Accountancy luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Auditing luidt dat oordeel voldoende en voor de masteropleiding Accountancy en Controlling luidt het voldoende.
1.2.3. Inzet van personeel F12: Eisen WO De opleiding sluit aan bij de volgende criteria voor de inzet van personeel van een WO-opleiding: Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door onderzoekers die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het vakgebied.
Beschrijving In de zelfstudie wordt per opleiding een overzicht gegeven van de verschillende categorieën onderwijsgevenden en het percentage gepromoveerden. De core faculty, de wetenschappelijke staf in vaste dienst voor alle drie de opleidingen Accountancy, (dus inclusief postmaster) bestaat uit 6,4 fte, verdeeld over negentien personen, waarvan er veertien hoogleraar zijn. De opleiding werkt daarnaast met een groot aantal (500) freelance docenten die in de beroepspraktijk werkzaam zijn. Een docent verzorgt ongeveer één of twee programmaonderdelen per jaar. Het programma wordt centraal opgesteld, ontwikkeld en bewaakt door de voorzitters van de vakgroepen, die op één na, allemaal hoogleraar zijn. Binnen de vakgroepen vallen de kerngroepen die de docenten voorzien van, door de betreffende kerngroep samengesteld, studiemateriaal, instructie met opgaven en overhead- of PowerPointpresentaties. Dit materiaal wordt stelselmatig geactualiseerd. De hoogleraren en hun promovendi leveren voor een belangrijk deel van hun tijd bijdragen aan de ontwikkeling van het vakgebied: hetzij als onderzoeker, hetzij door publicaties in vaktijdschriften. Van de publicaties wordt jaarlijks een onderzoeksverslag gemaakt. De hoogleraren maken tevens deel uit van het Center for Accountancy Research NIVRA-Nyenrode en werken samen met collega’s binnen Nyenrode Business Universiteit, het Limperg Instituut en de stuurgroep Statistical Auditing. Alle vakgroepvoorzitters – en op één na alle overige hoogleraren – verzorgen colleges in de bacheloren masterfase. Meestal zijn dat de centrale hoorcolleges. Een aantal hoogleraren verzorgt daarnaast werkcolleges in de bachelor- (een keuzemodule) en masterfase en proefcolleges voor kandidaatstudenten. Het onderwijsprogramma van de masteropleiding Controlling wordt ontwikkeld en deels gegeven door hoogleraren en docenten die zelf onderzoek verrichten en daarover publiceren. In het jaar 20052006 is door 34 personen aan het programma bijgedragen. Er zijn drie typen docenten: hoogleraren, die mede op basis van onderzoek bijdragen aan de ontwikkeling van het vakgebied; docenten, niet zijnde hoogleraren, die deel uitmaken van een Center van Nyenrode of van een vak- of kerngroep van NIVRA-Nyenrode en die op basis van onderzoek en praktijkervaring bijdragen aan de ontwikkeling van het vakgebied en tot slot, freelance docenten, gastdocenten en praktijksprekers, die vrijwel allemaal werkzaam zijn in de beroepspraktijk en van daaruit hun ervaring inbrengen. Op één vak na zijn de hoogleraren verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de onderwijsprogramma’s. Oordeel In alle opleidingen NIVRA-Nyenrode komen studenten in voldoende mate in aanraking met professionele rolmodellen. Dit geldt niet voor het in aanraking komen met wetenschappelijke rolmodellen. Met name in de bachelorfase wordt het onderwijs in onvoldoende mate verzorgd door wetenschappelijk gekwalificeerd personeel. Er zijn relatief veel freelance en parttime docenten en weinig gepromoveerden en er worden bij de werkgroepen geen hoogleraren ingezet. In de masteropleidingen wordt het onderwijs wel voor een belangrijk deel verzorgd door onderzoekers die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het vakgebied.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
40
NIVRA-Nyenrode deelt de constateringen van de visitatiecommissie en heeft daarom reeds in een eerder stadium een aantal verbeteracties uitgezet. Op het moment van visiteren echter kon het effect van deze maatregelen nog niet in voldoende mate worden waargenomen. Eén van maatregelen heeft betrekking op de freelance docenten. Om de betrokkenheid en de kwaliteit van freelancers te vergroten, zijn er in 2004 een aantal maatregelen genomen ten aanzien van het uniformeren van docentenhandleidingen, het regelmatig houden van docentenbijeenkomsten, het begeleiden van nieuwe docenten, het geven van een didactische training aan nieuwe docenten inclusief een didactische begeleiding ter plekke en het uitroepen van docenten van het jaar. Verder heeft NIVRA-Nyenrode, zoals al eerder is genoemd, samen met Nyenrode Business Universiteit maatregelen genomen om de wetenschappelijke oriëntatie van de opleidingen te vergroten en zijn daarvoor financiële middelen beschikbaar gesteld. Zo wil NIVRA-Nyenrode graag meer wetenschappelijk personeel in vaste dienst en een evenwichtiger verdeling van parttime versus fulltime docenten. NIVRA-Nyenrode zal de reeds ingezette werving van wetenschappelijk georiënteerd personeel in versterkte mate doorvoeren, te beginnen met vacatures voor hoogleraren en universitair hoofddocenten op de vakgebieden Bestuurlijke Informatieverzorging en Auditing. Per 1 januari 2007 is reeds een tweede hoogleraar Externe Verslaggeving aangesteld, alsmede twee promovendi. De reeds aanwezige wetenschappelijke staf is meer colleges gaan geven, freelance docenten met onderzoekservaring zullen meer worden ingezet en het aantal freelancers dat geen onderzoekservaring heeft zal worden teruggedrongen of eventueel verder wetenschappelijk worden geschoold. Het terugdringen van het aantal freelancers is mogelijk omdat het aantal centrale colleges wordt verdubbeld en het aantal decentrale colleges wordt teruggedrongen. Het percentage scriptanten dat wordt begeleid en/of geëxamineerd door een gepromoveerde, wordt per najaar 2007 verhoogd van 70% naar 90%. Op korte termijn wordt de vaste wetenschappelijke staf uitgebreid van 10,8 fte naar 15 fte, per januari 2008, en wordt de inzet van gepromoveerde docenten verhoogd van 8% naar 15% per juli 2008. De visitatiecommissie waardeert de door NIVRA-Nyenrode samen met Nyenrode Business Universiteit uitgezette koers en de genomen maatregelen. Het verbeterbeleid is voldoende concreet om op grond daarvan erop te vertrouwen dat dit ertoe zal leiden dat het onderwijs van de bachelor- en masteropleidingen van NIVRA-Nyenrode in voldoende mate wordt verzorgd door wetenschappelijk gekwalificeerd personeel. De commissie onderstreept dat dit oordeel een kredietkarakter heeft en dringt er op aan dat de realisatie hiervan wordt bewaakt. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F13: Kwantiteit personeel Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen.
Beschrijving In de zelfstudie en in de bijbehorende bijlage, wordt de gevraagde informatie gegeven van het aantal fte onderwijs, het aantal ingeschreven studenten, het aantal studenten per fte-onderwijs en het aantal afgestudeerden per fte-onderwijs. NIVRA-Nyenrode merkt op dat een vergelijking met de ratio’s van andere universiteiten niet veelzeggend is, omdat NIVRA-Nyenrode uitsluitend met deeltijdonderwijs werkt. In de zelfstudie wordt aangegeven dat de maximale groepsgrootte 28 is in de bacheloropleiding en zestien tot achttien in de masteropleiding. Studenten waarderen de bereikbaarheid van docenten. Uit evaluaties blijkt dat studenten geen kritiek hebben op de groepsgrootte. Naast onderwijsgevenden beschikt de opleiding uiteraard ook over ondersteunend personeel. Oordeel De commissie is van mening dat de hoeveelheid docenten voor alle drie de opleidingen voldoende is om de opleidingen met de gewenste kwaliteit te verzorgen. Docenten, studenten en alumni bevestigen het positieve beeld.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
41
Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F14: Kwaliteit personeel Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma.
Beschrijving In de zelfstudie wordt het personeels- en scholingsbeleid van NIVRA-Nyenrode omschreven, dat valt onder de verantwoordelijkheid van de directie. Binnen dit beleid bewaken de vakgroepen zelf de kwaliteit van hun docenten. Bij het besluit tot benoeming van een docent worden de volgende criteria gehanteerd: vakinhoudelijke kennis, relevante praktijkervaring en didactische kwaliteiten/onderwijservaring. Ook de motivatie om als docent van NIVRA-Nyenrode te willen fungeren is een selectiecriterium. De criteria worden getoetst in een intakegesprek met de vakgroepvoorzitter en de vakgroepsecretaris. Voor de zogenoemde core faculty – de docenten in vaste dienst die deel uitmaken van de wetenschappelijke staf – gelden verder als aanvullende eisen: wetenschappelijke onderzoekservaring en publicaties. Aan nieuw aangestelde docenten wordt een training Didactische Vaardigheden aangeboden, waarin onder meer wordt ingegaan op het werken met een voorgeschreven lesplan, diverse werkvormen om de stof aan te bieden, communicatieve vaardigheden en didactische uitgangspunten, het geven van feedback, het omgaan met weerstanden in een groep, het gebruik van hulpmiddelen, een introductie van NIVRA-Nyenrode en een kennismaking met directie en bureau. De training Didactische Vaardigheden wordt verzorgd door een onderwijskundige die door opleiding en onderzoek over de nodige deskundigheid beschikt. Voorafgaand aan de cursus krijgt elke nieuwe docent een mentor toegewezen die gedurende de eerste cursus beschikbaar is voor feedback en begeleiding. Ook vindt een cursusbezoek plaats door een lid van de vakgroep en – op verzoek van de docent – door de docent Didactische Vaardigheden ten behoeve van nadere ondersteuning en afstemming. Per vak is een uitgebreide docentenhandleiding ontwikkeld en wordt vakspecifiek ondersteunend materiaal aangeboden. Ook vindt per vak ten minste éénmaal per jaar een docentenbijeenkomst plaats waarin de vakinhoudelijke ontwikkelingen worden toegelicht vanuit de vakgroep, zodat alle docenten een gelijk informatieniveau behouden. Bij onvoldoende functioneren, blijkend uit een onvoldoende waardering door de studenten – al dan niet in combinatie met een laag slagingspercentage – wordt met de desbetreffende docent gesproken door de vakgroepvoorzitter en de vakgroepsecretaris. Bij een eerste onvoldoende waardering (< 6,0) is dit gesprek in principe bedoeld ter verbetering van het functioneren. Indien een docent onverhoopt nogmaals onvoldoende scoort, volgt een exitgesprek. Bij een zeer slechte waardering (< 5,0) volgt echter direct bij de eerste maal een exitgesprek. Indien NIVRA-Nyenrode tijdens de cursus al signalen ontvangt over onvoldoende functioneren, dan wordt indien nodig de desbetreffende docent al tijdens de cursus vervangen. Dit betreft slechts uitzonderlijke situaties. NIVRA-Nyenrode kan vanwege de aard van de freelance arbeidsrelaties relatief eenvoudig de samenwerking met ondermaats functionerende docenten beëindigen. De voorzitter van de directie voert jaarlijks functioneringsgesprekken – in de vorm van voortgangsgesprekken – met de vakgroepvoorzitters en met de overige leden van de core faculty. Inmiddels is in gang gezet dat de vakgroepvoorzitters ook functioneringsgesprekken houden met de voorzitters van hun kerngroepen. De evaluaties laten zien dat de studenten over het algemeen voldoende te spreken zijn over de docenten. In 2004-2005 gaven de studenten de docenten gemiddeld een 7,1 op een schaal van 10. Studenten en alumni vinden dat de opleiding over het geheel genomen goed is georganiseerd. Oordeel De commissie heeft vastgesteld dat het personeels- en scholingsbeleid van NIVRA-Nyenrode naar behoren functioneert. De commissie waardeert de didactische trainingen die aan nieuwe docenten worden aangeboden. De commissie heeft oog voor de filosofie achter de decentrale organisatie van de
opleidingen Accountancy. Evenwel meent de commissie, onder meer na gesprekken met studenten en alumni van met name de bacheloropleiding Accountancy, dat door de decentrale opzet, in combinatie met het grote aantal deeltijddocenten, het moeilijk is om de hand te houden op de kwaliteit van het docentencorps. Docenten zijn minder makkelijk aan te spreken voor studenten en voor praktische en organisatorische kwesties, wat de kans op studievertraging kan vergroten. De eerder genoemde verbetermaatregelen ten aanzien van de wetenschappelijke oriëntatie en het personeel voorzien in een centralere opzet van het onderwijs van met name de bacheloropleiding en een andere verhouding van parttime versus fulltime docenten. De commissie is ervan overtuigd dat NIVRA-Nyenrode door deze maatregelen de kwaliteit van haar docentencorps in voldoende mate kan borgen. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. Oordeel over het onderwerp ‘Inzet van personeel’ Op basis van de beoordelingen per facet komt de commissie tot een samenvattend oordeel over het onderwerp ‘Inzet van personeel’. Voor de bacheloropleiding Accountancy luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Auditing luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Controlling luidt het voldoende.
1.2.4. Voorzieningen F15: Materiële voorzieningen De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren.
Beschrijving In de zelfstudie wordt een beschrijving van de materiële voorzieningen gegeven. De studenten van de masteropleiding Controlling volgen hun hele opleiding op de locatie Nyenrode. Het onderwijs aan de studenten van de opleidingen Accountancy wordt deels centraal, op Nyenrode, en deels decentraal, verspreid over regio’s, gegeven. De accommodatie van Nyenrode is van uitstekende kwaliteit en wordt door studenten in het algemeen als voldoende gewaardeerd. De kwaliteit van de decentrale locaties, doorgaans commerciële zaalverhuurbedrijven, varieert. In de cursusevaluaties worden ook de accommodaties geëvalueerd. Het beeld dat hieruit naar voren komt, is overwegend positief en eventuele klachten worden opgepakt. Studenten Accountancy van met name de bacheloropleiding volgen het merendeel van hun colleges op decentrale cursuslocaties. Voor hen worden zogenaamde blokdagen op Nyenrode-campus georganiseerd die door alle groepen tegelijkertijd gevolgd worden in één van de grote auditoria op Nyenrode. De kleinere zalen op Nyenrode-campus worden over het algemeen gebruikt voor cursussen die in zijn geheel op Nyenrode worden gegeven, zoals de keuzemodulen. Ook worden deze zalen in toenemende mate gebruikt als alternatief voor de decentrale locatie Utrecht. NIVRA-Nyenrode heeft als uitgangspunt dat centrale colleges de extra reistijd waard moeten zijn. Uit evaluaties blijkt dit sinds de hernieuwde aandacht voor de blokdagen in 2003-2004 het geval te zijn. Ook centrale tentamenlocaties als de sporthal van Nyenrode en de zogenaamde cubicles voor de mondelinge tentamens voldoen aan de te stellen eisen. De collegezalen, variërend in omvang voor groepen van circa 25 studenten tot circa 200 studenten, zijn van meer dan voldoende niveau. Er zijn diverse voorzieningen voor koffie, thee, lunches, diners en zelfs om te overnachten. Veel studenten waarderen het park van Nyenrode, omdat het uitnodigt tot reflectie. De aanwezigheid op het park van onder andere meerdere ‘typen’ studenten, draagt bij aan een ‘inspirerende leeromgeving’. Studenten zijn soms minder positief over de bereikbaarheid van Nyenrode.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
43
Studenten kunnen gebruikmaken van zowel de bibliotheek van Nyenrode als de – in het vakgebied bij uitstek gespecialiseerde – bibliotheek van het NIVRA. Momenteel wordt eraan gewerkt dat beide bibliotheken ook digitaal toegankelijk zijn. Oordeel De commissie vindt dat de centrale voorzieningen op de Nyenrode Business Universiteit in Breukelen zonder meer uitstekend zijn. Studenten van de masteropleiding Accountancy en Controlling volgen uitsluitend centraal onderwijs. Het onderwijs van de masteropleiding Accountancy en Auditing vindt deels centraal en deels decentraal plaats. Het onderwijs aan studenten van de bacheloropleiding Accountancy vindt overwegend decentraal plaats. In de bacheloropleiding worden alleen hoorcolleges centraal aangeboden. NIVRA-Nyenrode zal ingaande cursusjaar 2007-2008 het aantal centrale colleges in de bacheloropleiding verdubbelen van 36 naar 71. De visitatiecommissie acht de kwaliteit van de decentrale huisvesting niet altijd even optimaal. Maar de commissie heeft gemerkt dat eventuele klachten serieus worden aangepakt en dat studenten de decentrale huisvesting zeer waarderen. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is goed. F16: Studiebegeleiding De studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten zijn adequaat met het oog op studievoortgang. De studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten sluiten aan bij de behoefte van studenten.
Beschrijving De informatievoorziening aan studenten verloopt grotendeels via het intranet van NIVRA-Nyenrode (NN), het zogenaamde ‘StudenteNNet’ en aan docenten via DocenteNNet. Via StudenteNNet kunnen studenten zich onder meer aanmelden/inschrijven voor cursussen en tentamens, persoonlijke studiegegevens en studievoortganggegevens inzien. Daarnaast wordt via het StudenteNNet algemene informatie gegeven over de opleiding, zoals studiemededelingen, planningen en roosters, oefenmateriaal, onderwijs- en examenprogramma’s, de studiegids, het Besluit examenregeling van het Examenbureau et cetera. Voor docenten is er het DocenteNNet met een gelijksoortige functionaliteit. Docenten kunnen via dit net ook de door hen verstrekte studieopdrachten, sheets en dergelijke aan hun studenten doen toekomen. Algemene informatie wordt ook in hard copy verstrekt via de jaarlijkse in juni te publiceren studiegids en via het informatiebulletin OnderwijsInfo, dat ten minste viermaal per jaar aan de studenten wordt toegezonden. Daarnaast vindt uitwisseling van dit type informatie plaats via telefonische contacten en e-mail. Vanuit het secretariaat van Accountancy wordt de informatievoorziening met name verzorgd door de afdelingen Studiebegeleiding en Studentenzaken. De afdeling Studiebegeleiding heeft naast informatievoorziening, tot taak de studievoortgang te bewaken en de algemene – niet vakinhoudelijke – begeleiding van studenten te verzorgen. Dit gebeurt op initiatief van de student. Als er problemen zijn met de studievoortgang, neemt de studiebegeleider contact op met de student. Bij vakinhoudelijke problemen wordt doorverwezen naar de vakdeskundige. Er zijn op maat speciale voorzieningen voor bijvoorbeeld dyslexie of een fysieke handicap. Naast de algemene studiebegeleiding is er een scriptiecoördinator voor het begeleiden en adviseren van studenten in het scriptietraject. Vanuit het secretariaat van Controlling zijn er voor de masteropleiding Controlling één programmaassistent en één programmacoördinator, die studenten helpen met de voortgang van de studie. De programmacoördinator is tevens scriptiecoördinator en begeleidt en adviseert de studenten gedurende dit traject.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
44
De geautomatiseerde studentenadministratie biedt de mogelijkheid op elk willekeurig moment studievoortgangsoverzichten op te leveren, zowel van individuele studenten als van bepaalde groepen of jaarcohorten, op grond waarvan eventueel tot actie vanuit de afdeling Studiebegeleiding kan worden overgegaan. Het beleid is erop gericht om de voortgangsregistratie meer proactief te laten te zijn, zodat eventuele studievertraging bijtijds gesignaleerd kan worden en zo mogelijk voorkomen. Oordeel De commissie constateert op basis van de zelfstudie en op basis van gesprekken met studenten en de studiebegeleiders dat het systeem van studiebegeleiding en informatievoorziening adequaat is met het oog op de studievoortgang en dat deze aansluit bij de behoefte van studenten. De afdeling Studiebegeleiding houdt de studievoortgang bij, evenals de behaalde resultaten. Het systeem van studiebegeleiding is thans vooral gericht op het signaleren van problemen. NIVRANyenrode heeft aangegeven toe te willen naar een systeem dat proactiever werkt, inclusief de begeleiding van scriptanten. De commissie juicht dit toe, zeker omdat dit, zoals Nyenrode heeft aangegeven, ook voor de scriptiebegeleiding geldt. Zie ook facet 2 ‘Niveau’, facet 7 ‘Studeerbaarheid en studielast’ en facet 20 ‘Resultaten’. Hoewel studenten desgevraagd aangeven dat zij tevreden zijn met de studiebegeleiding, acht de commissie het toch wenselijk dat in de studiebegeleiding ook aandacht is voor het aspect van de combinatie van werken en leren. Hoe kunnen studenten bijvoorbeeld geholpen worden met het omgaan met de werkgever in relatie tot de studie? En hoe kunnen studenten geholpen worden bij de keuze voor het profieldeel in de bacheloropleiding? NIVRA-Nyenrode heeft deze suggestie van de visitatiecommissie voortvarend opgepakt. Met ingang van het voorjaar van 2007 krijgen alle vierdejaars bachelorstudenten, tevens de eerste groep bachelorstudenten, een persoonlijke brief waarin de keuzemogelijkheden tussen de profieldelen Accountancy en Controlling worden aangekondigd en toegelicht. In de diverse programmaonderdelen, vanaf de introductiecasus en ook in de summercourses, wordt aandacht besteed aan de verschillen in de beroepsuitoefening van accountants en controllers. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. Oordeel over het onderwerp ‘Voorzieningen’ Op basis van de beoordelingen per facet komt de commissie tot een samenvattend oordeel over het onderwerp ‘Voorzieningen’. Voor de bacheloropleiding Accountancy luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Auditing luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Controlling luidt het voldoende.
1.2.5. Interne kwaliteitszorg F17: Evaluatie resultaten De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen.
Beschrijving De interne kwaliteitszorg van Accountancy maakt een belangrijk deel uit van de reguliere bedrijfsvoering. Kenmerkend is dat er veel en systematisch overleg plaatsvindt van het management met alle betrokkenen: studenten, docenten en beroepenveld. In het overleg worden de resultaten van de evaluaties, op het gebied van onderwijs in de brede zin, betrokken. Er worden verslagen gemaakt, dossiers bijgehouden en actiepunten bewaakt. Het kwaliteitsdocumentatiesysteem is ingedeeld naar de PDCA-cirkel van Deming. Evaluatie van de gerealiseerde kwaliteit van de doelstellingen, het programma en de voorzieningen vindt plaats door een schriftelijke enquête voor ieder vak, onder studenten en docenten. Een aantal evaluatievragen is standaard, daarnaast kunnen aanvullende specifieke vragen per vak worden
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
45
toegevoegd. De tentamens worden meegenomen in de evaluatie. Als een onderdeel van een evaluatie minder dan 6 scoort, vraagt het aandacht van het management. Het streefcijfer is een 7 op een schaal van 10, voor de optelsom van de afzonderlijke onderdelen. De onderwijsrendementen worden besproken in het managementoverleg, de examencommissie en tot oktober 2006, ook met het Examenbureau. Naar aanleiding van de resultaten van de cursusevaluaties, zijn er bij verschillende vakken verbeteringen doorgevoerd. Oordeel De commissie constateert dat op het moment van visiteren, mede gelet op het wegvallen van de bevoegdheden van het Examenbureau en de daardoor veranderde verantwoordelijkheid voor de opleidingen, het interne kwaliteitszorgplan nog in ontwikkeling is en niet voor alle opleidingen in dezelfde mate is uitgekristalliseerd. De commissie heeft geconstateerd dat bij de opleidingen Accountancy structureel overleg plaatsvindt tussen de betrokken partijen, management, studenten, docenten en afnemend veld. Van alle opleidingen worden de cursussen standaard geëvalueerd. Evaluatie op opleidingsniveau vindt evenwel niet plaats, anders dan de periodieke beoordeling op de behaalde resultaten. Ook zijn er (nog) niet op alle onderdelen toetsbare streefdoelen. De commissie heeft waargenomen dat NIVRA-Nyenrode in de dagelijkse praktijk openstaat voor suggesties van haar docenten, studenten en het werkveld. Docenten en studenten geven desgevraagd aan dat NIVRA-Nyenrode vrijwel altijd rekening houdt met eventuele verbetersuggesties ten aanzien van zowel het onderwijsprogramma, de inzet van docenten als het proces eromheen zoals faciliteiten en studiebegeleiding. Ook heeft de commissie vastgesteld dat er diverse overleggen plaatsvinden waarbij de resultaten van evaluaties worden besproken en dat er sprake is van een kwaliteitsdocumentatiesysteem volgens de PDCA-cyclus van Deming. De commissie heeft er gelet op het voorgaande vertrouwen in er dat er op afzienbare termijn een uitgekristalliseerd plan van interne kwaliteitszorg ligt. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F18: Maatregelen tot verbetering De uitkomsten van deze evaluatie vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan realisatie van de streefdoelen.
Beschrijving Alhoewel er nog geen volledig intern kwaliteitszorgplan is met vastgelegde procedures, voert NIVRANyenrode aantoonbare en soms zelfs ingrijpende verbetermaatregelen uit. In de zelfstudie zijn vele voorbeelden te vinden. Verder heeft NIVRA-Nyenrode ten tijde van het visitatieproces een aantal verbeteringen doorgevoerd, waaronder het invoeren van een bachelorscriptie. Uit de zelfstudie blijkt dat NIVRA-Nyenrode in 2003, toen uit een onderzoek bleek dat de leerstijlen van de studenten overwegend toepassingsgericht waren, het didactisch concept veranderd naar een meer ‘betekenisgerichte’ leerstijl. Zie hiervoor facet 10. In de bacheloropleiding zijn verbeteringen aangebracht in de inhoud en organisatie van een zevental hoofdvakken; niet alleen vanwege recente ontwikkelingen in het vakgebied, maar ook vanwege meer praktische redenen als het aantal colleges. Bij beide opleidingen Accountancy worden de keuzemodulen tegelijk aangeboden, zodat er meer keuzemomenten ontstaan en een frequenter aanbod. Andere verbetervoorbeelden zijn het centraliseren van het onderwijs, de gerichte studiebegeleiding op de combinatie werken-leren en de profielkeuze en het invoeren van de bachelorscriptie. In de masteropleiding Controlling zijn niet alleen verbeteringen aangebracht ten aanzien van de scriptie, maar is ook meer aandacht gekomen voor academische vaardigheden en is er meer samenhang en afstemming in het curriculum gekomen. Voor alle opleidingen geldt dat er condities geschapen worden voor een verdere versterking van het onderzoek van NIVRA-Nyenrode. In het kader van de verdere integratie van NIVRA-Nyenrode
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
46
binnen de Nyenrode Business Universiteit zijn afspraken gemaakt over financiële bijdragen van Nyenrode die geoormerkt zijn voor onderzoek. Oordeel De commissie constateert dat er op het moment van visiteren nog geen volledig uitgewerkt kwaliteitszorgplan ligt, met daarin niet alleen procedures, maar ook de streefdoelen. Naar verwachting van de commissie zullen deze worden opgenomen in het nog verder te ontwikkelen interne kwaliteitszorgplan. Daarbij wordt, gelet op de wegvallen van het Examenbureau, ook nieuw beleid ontwikkeld dat betrekking zal hebben op het functioneren van de examen- en curriculumcommissies. De visitatiecommissie constateert dat NIVRA-Nyenrode de aanbevelingen van de visitatiecommissie voor de postmasteropleiding Controlling in 2005 ten aanzien van de interne kwaliteitszorg adequaat heeft opgepakt en heeft geïnvesteerd in het aantrekken van een kwaliteitszorgmedewerker die een plan van interne kwaliteitszorg moest opstellen. Het plan is in 2006 opgesteld en wordt, zoals gezegd, met het oog op de gewijzigde verantwoordelijkheden verder uitgewerkt. De visitatiecommissie constateert dat NIVRA-Nyenrode eventuele kritiek adequaat oppakt en concrete maatregelen neemt. De commissie heeft er vertrouwen in dat NIVRA-Nyenrode deze lijn zal doorzetten en dat het kwaliteitszorgplan dat thans ontwikkeld wordt, zal bijdragen aan een gestructureerd en continu verbeterproces. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F19: Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld van de opleiding actief betrokken.
Beschrijving De wijze waarop medewerkers, studenten, alumni en het afnemend veld bij de opleidingen wordt betrokken is voor alle drie de opleidingen gelijk. Docenten De docenten zijn bij de interne kwaliteitszorg betrokken door bespreking van de resultaten van de evaluaties met de academisch eindverantwoordelijke docent. Dat leidt enerzijds tot nuanceringen ten aanzien van de door de studenten gemaakte opmerkingen. Anderzijds leidt dat ook tot afspraken voor de volgende keer dat het vak wordt verzorgd. Dit gesprek wordt gevoerd door de docent met de programmadirecteur/manager en de programmacoördinator. De uitkomsten van deze gesprekken worden vastgelegd en meegenomen in ontwerp en organisatie van het programma. In de loop der jaren is, op initiatief van het programmamanagement, een aantal keer gewisseld van academisch eindverantwoordelijke docenten. Verder maken vakgroepvoorzitters onderdeel uit van de curriculumcommissie en examencommissie. Studenten In het algemeen geldt dat de inbreng van de studenten meer gewicht in de schaal legt dan wellicht normaal het geval is, dankzij het feit dat de opleiding niet wordt bekostigd en de studenten betalende klanten zijn. Zij voelen zich zeer verantwoordelijk voor de kwaliteit van de opleiding. De studenten zijn bij de interne kwaliteitszorg betrokken door het invullen van de onderwijsevaluaties, door de gesprekken na afloop van een collegecyclus en door deelname aan de vakgroepen en de curriculumcommissie. Ook worden studenten gehoord tijdens het regelmatige contact met de programma-assistent, die daarmee een signalerende functie heeft. Verder zijn de leden van het programmamanagement benaderbaar en zichtbaar voor zowel studenten als docenten. Alumni De afgestudeerden worden bij de interne kwaliteitszorg betrokken door de in oprichting zijnde alumnivereniging voor de opleidingen Controlling en Accountancy. De voorzitter van deze vereniging
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
47
is tevens afgevaardigde van de alumni in het Curatorium. De opleiding wil dit contact benutten om meer zicht te krijgen op de waardering van de opleiding en de opleidingswensen, vanuit de beroepspraktijk. Om de alumni aan de opleiding te binden zullen er inhoudelijke seminars georganiseerd worden over actuele onderwerpen, die hen in staat zullen stellen hun kennis up-to-date te houden. Elke vijf jaar wordt een enquête onder afgestudeerden gehouden. De laatste keer was in april 2006. Op het moment van visiteren was het systeem van interne kwaliteitszorg van NIVRA-Nyenrode nog niet geheel uitgewerkt. NIVRA-Nyenrode heeft aangegeven dat alumni voortaan nadrukkelijk zullen worden betrokken bij de inhoud van de curricula. Daarvoor zullen er elke drie jaar onderzoeken worden uitgevoerd, waarbij alumni worden gevraagd naar hun ervaringen en suggesties. De onderzoeken zullen structureel onderdeel uit gaan maken van het kwaliteitszorgsysteem volgens de cirkel van Deming. Beroepenveld Afstemming met het beroepenveld vindt plaats door regelmatig overleg met werkgevers en de inbreng van deskundigen uit de diverse relevante beroepsgroepen als lid van het docentencorps en de vak- en kerngroepen. Oordeel Op het moment van visiteren was het Examenbureau Accountancy net afgeschaft en was er sprake van een overgangssituatie waarin de rollen van de Curriculum- en Examencommissie aan het veranderen zijn. NIVRA-Nyenrode is thans bezig om op basis van de nieuwe situatie een beleidsplan op te stellen waarin de functie en werkwijze van de curriculum- en examencommissie, met daarin zowel docenten als studenten, opnieuw worden bezien. De commissie heeft uit de gesprekken met docenten waargenomen dat het onderwerp nog niet echt onder hen leeft en heeft NIVRA-Nyenrode gevraagd hieraan aandacht te besteden. Het contact met alumni in de zin dat zij een structurele rol spelen bij de kwaliteit van de opleiding, is nog niet echt ontwikkeld. Dat is vooral gericht op contacten met al dan niet wetenschappelijke beroepsgenoten op onderdelen van de opleidingen. De visitatiecommissie verwacht, gelet op het wegvallen van het Examenbureau, ook hier een structurele inbedding in de interne kwaliteitszorg. De commissie constateert evenwel dat ondanks het feit dat er nog geen nieuw beleid is voor enerzijds de kwaliteitszorg en anderzijds de curriculum- en examencommissie, NIVRA-Nyenrode wel goed op de hoogte is van de bevindingen van de betrokken medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld en ook open staat voor eventueel gedane suggesties. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. Oordeel over het onderwerp ‘Interne kwaliteitszorg’ Op basis van de beoordelingen per facet komt de commissie tot een samenvattend oordeel over het onderwerp ‘Interne kwaliteitszorg’. Voor de bacheloropleiding Accountancy luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Auditing luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Controlling luidt het voldoende.
1.2.6. Resultaten F20: Gerealiseerd niveau De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen.
Beschrijving Uit het overleg met de beroepsorganisatie en met werkgevers van de studenten van NIVRA-Nyenrode komt een overwegend positief beeld naar voren over de kwaliteit van zowel de studenten als de
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
48
afgestudeerden in de beroepsuitoefening. Werkloosheid komt onder studenten niet voor. Studenten zijn tijdens de opleiding werkzaam in de accountancy, bedrijfsleven of overheid. De meesten (circa 70%) bij een groot of middelgroot kantoor. Er zijn ook studenten werkzaam bij de overheid of andere ondernemingen. Ook studenten die de opleiding niet voltooien komen veelal in financiële functies in het bedrijfsleven of bij de overheid terecht. De studenten voldoen ook in wetenschappelijk opzicht aan de eisen, blijkt uit de criteria die worden gehanteerd ter beoordeling van de analysen van wetenschappelijke artikelen voor diverse vakken. Aan scripties en referaten wordt een aantal eisen gesteld: er moet sprake zijn van een hypothese, van een helder, kritisch en logisch opgebouwd betoog, van correct taalgebruik, van duidelijke literatuurverwijzingen en van een goede onderbouwing van de conclusies. Een belangrijk doel van de scriptie is het bevorderen van de wetenschappelijke vorming. Studenten die een goede scriptie hebben geschreven, worden dan ook gestimuleerd om een (wetenschappelijk) artikel te schrijven of te solliciteren naar een promotietraject. Jaarlijks wordt een aantal afgestudeerden gevraagd om op basis van hun scriptie een essay te schrijven. Deze essays worden gebundeld in een boekje. Elk jaar wijst een onafhankelijke jury een drietal winnaars aan van de NIVRA-Nyenrode Essayprijs. Oordeel De commissie heeft geconstateerd dat de afgestudeerden goed worden toegerust voor de beroepsuitoefening in de richtingen van zowel Accountancy als Controlling. De commissie vindt de kwaliteit van de masterscripties voldoende, zij het met de aantekening dat in de scripties de wetenschappelijke oriëntatie over het algemeen aan de magere kant was. Zoals eerder is genoemd, heeft NIVRA-Nyenrode in haar verbeterplannen een versterking van de opbouw van academische vaardigheden in de bachelorfase en verdere uitbouw in de masteropleidingen opgenomen. Verder is de begeleiding en/of examinering van scriptanten vanaf najaar 2007 vrijwel uitsluitend in handen van wetenschappelijk gevormd personeel. NIVRA-Nyenrode zal maandelijks toetsen of het voldoet aan het door haarzelf gestelde percentage van 90% en zonodig bijsturen. NIVRA-Nyenrode zal er op toezien dat zij-instromers vanuit het hbo voldoende uitgerust zijn om de scriptie te kunnen schrijven. Alhoewel de commissie vindt dat afgestudeerden goed worden toegerust voor de beroepsuitoefening, twijfelt de commissie er wel aan of afgestudeerden van de bacheloropleiding Accountancy wel alle eindkwalificaties goed beheersen om ook zelfstandig een beroep in de accountancy te kunnen uitoefenen. De commissie acht dit, gelet op het feit dat er sprake is van een opleidingscontinuüm, niet doorslaggevend. Studenten kunnen weliswaar na de bachelorfase stoppen, maar zullen dat doorgaans in de praktijk niet doen en eventuele tekortkomingen in de bachelorfase worden in een vervolgtraject gecompenseerd. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. F21: Onderwijsrendement Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante andere opleidingen. Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers.
Beschrijving De studenten van NIVRA-Nyenrode volgen onderwijs terwijl ze tegelijkertijd betaald werk doen en zich het beroep eigen maken op bijvoorbeeld een accountantskantoor. Dat laatste is geen toelatingseis. Het gaat om deeltijdopleidingen, die los staan van de feitelijke beroepspraktijk. Een eventuele profilering binnen de opleiding hoeft dan ook niet aan te sluiten bij een profilering op de werkplek. Vanwege de combinatie van studeren en werken moeten de rendementen van de Accountancyopleidingen van NIVRA-Nyenrode worden afgezet tegen de rendementen van duale opleidingen. Uit rendementcijfers is gebleken dat het rendement van duale opleidingen tot dusverre veel lager is dan dat van deeltijd- of voltijdopleidingen. De rendementen van NIVRA-Nyenrode blijken vergelijkbaar te zijn met die van de duale opleidingen. Voor de laatste startjaren 1999 en 2000
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
49
liggen ze nog wat hoger en blijken ze zelfs zo’n 10% hoger te liggen en de slagingspercentages voor de voltijdopleidingen te evenaren. Voor de masteropleiding zijn er echter noch cijfers beschikbaar van duale opleidingen op wo-niveau, noch op hbo-niveau. Voor NIVRA-Nyenrode staan niveau en kwaliteit van het onderwijs centraal. Het beleid inzake het rendement is er daarom op gericht om zonder concessies aan het niveau, het onderwijsproces zodanig in te richten dat er een maximale kans van slagen bestaat. Zo is door een betere spreiding van de stof over meer tentamens het rendement in de bacheloropleiding verhoogd en wordt met maatregelen ten aanzien van het scriptietraject voor de masteropleiding hetzelfde beoogd. Als richtlijn wordt er vanuit gegaan dat een slagingspercentage van minder dan 50% voor een module een reden is voor nadere aandacht van het management. Oordeel De commissie constateert dat de rendementen van de opleidingen NIVRA-Nyenrode lastig te vergelijken zijn met andere relevante opleidingen, omdat de opleidingen formeel in deeltijd, maar de facto duaal worden aangeboden en er geen vergelijkbare opleidingen zijn. NIVRA-Nyenrode hanteert een slagingspercentage van 50% voor een module, maar heeft geen streefcijfers op opleidingsniveau. De commissie is van mening dat de rendementen gegeven de context acceptabel zijn, maar vraagt NIVRA-Nyenrode toch scherp te blijven en streefcijfers te ontwikkelen. Studievertraging blijft immers, gegeven de combinatie van werken en leren, op de loer liggen. NIVRA-Nyenrode houdt weliswaar bij de roostering zo veel mogelijk rekening met de piekbelasting op de kantoren, maar kan haar studenten maar in beperkte mate tegemoet komen. Een groot deel van de belasting valt immers buiten de verantwoordelijkheid van de opleiding. Met name de tijd die de werkgevers aan de studenten beschikbaar stellen voor bijvoorbeeld de scriptie, is van wezenlijk belang. De commissie juicht het dan ook toe dat NIVRA-Nyenrode afspraken wil maken met het beroepenveld, met name de grote kantoren, over het faciliteren van studenten bij hun studie. Bacheloropleiding Accountancy: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Auditing: het oordeel van de commissie is voldoende. Masteropleiding Accountancy en Controlling: het oordeel van de commissie is voldoende. Oordeel over het onderwerp ‘Resultaten’ Op basis van de beoordelingen per facet komt de commissie tot een samenvattend oordeel over het onderwerp ‘Resultaten’. Voor de bacheloropleiding Accountancy luidt dat oordeel voldoende, voor de masteropleiding Accountancy en Auditing luidt dat oordeel voldoende en voor de masteropleiding Accountancy en Controlling luidt het voldoende.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
50
Samenvatting van de oordelen van de commissie Bacheloropleiding Accountancy: Onderwerp 1. Doelstellingen van de opleiding
Oordeel Voldoende
2. Programma
Voldoende
3. Inzet van personeel
Voldoende
4. Voorzieningen
Voldoende
5. Interne kwaliteitszorg
Voldoende
6. Resultaten
Voldoende
Facet 1. Domeinspecifieke eisen 2. Niveau 3. Oriëntatie 4. Eisen wo 5. Relatie doelstellingen en programma 6. Samenhang programma 7. Studielast 8. Instroom 9. Duur 10. Afstemming vormgeving en inhoud 11. Beoordeling en toetsing 12. Eisen wo 13. Kwantiteit personeel 14. Kwaliteit personeel 15. Materiële voorzieningen 16. Studiebegeleiding 17. Evaluatie resultaten 18. Maatregelen tot verbetering 19. Betrokkenheid van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld
Oordeel Goed Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende
20. Gerealiseerd niveau 21. Onderwijsrendement
Voldoende Voldoende
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
51
Masteropleiding Accountancy en Auditing: Onderwerp 1. Doelstellingen van de opleiding
Oordeel Voldoende
2. Programma
Voldoende
3. Inzet van personeel
Voldoende
4. Voorzieningen
Voldoende
5. Interne kwaliteitszorg
Voldoende
6. Resultaten
Voldoende
Facet 1. Domeinspecifieke eisen 2. Niveau 3. Oriëntatie 4. Eisen wo 5. Relatie doelstellingen en programma 6. Samenhang programma 7. Studielast 8. Instroom 9. Duur 10. Afstemming vormgeving en inhoud 11. Beoordeling en toetsing 12. Eisen wo 13. Kwantiteit personeel 14. Kwaliteit personeel 15. Materiële voorzieningen 16. Studiebegeleiding 17. Evaluatie resultaten 18. Maatregelen tot verbetering 19. Betrokkenheid van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld
Oordeel Goed Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende
20. Gerealiseerd niveau 21. Onderwijsrendement
Voldoende Voldoende
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
52
Masteropleiding Accountancy en Controlling: Onderwerp 1. Doelstellingen van de opleiding
Oordeel Voldoende
2. Programma
Voldoende
3. Inzet van personeel
Voldoende
4. Voorzieningen
Voldoende
5. Interne kwaliteitszorg
Voldoende
6. Resultaten
Voldoende
Facet 1. Domeinspecifieke eisen 2. Niveau 3. Oriëntatie 4. Eisen wo 5. Relatie doelstellingen en programma 6. Samenhang programma 7. Studielast 8. Instroom 9. Duur 10. Afstemming vormgeving en inhoud 11. Beoordeling en toetsing 12. Eisen wo 13. Kwantiteit personeel 14. Kwaliteit personeel 15. Materiële voorzieningen 16. Studiebegeleiding 17. Evaluatie resultaten 18. Maatregelen tot verbetering 19. Betrokkenheid van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld
Oordeel Goed Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende Goed Voldoende Voldoende Voldoende Voldoende
20. Gerealiseerd niveau 21. Onderwijsrendement
Voldoende Voldoende
Eindoordeel van de commissie over de bacheloropleiding Accountancy masteropleidingen Accountancy en Auditing en Accountancy en Controlling
en
de
De commissie komt, op grond van haar oordelen voor de onderwerpen en facetten uit het accreditatiekader, tot het volgende eindoordeel: De bacheloropleiding Accountancy voldoet aan de eisen voor basiskwaliteit die een voorwaarde zijn voor accreditatie. De masteropleiding Accountancy en Auditing voldoet aan de eisen voor basiskwaliteit die een voorwaarde zijn voor accreditatie. De masteropleiding Accountancy en Controlling voldoet aan de eisen voor basiskwaliteit die een voorwaarde zijn voor accreditatie.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
53
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
54
BIJLAGEN
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
55
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
56
Bijlage A: Curricula vitae van de leden van de visitatiecommissie Prof.dr. A.J. (André) Bindenga (1941), voorzitter, studeerde Bedrijfseconomie en Accountancy aan de Nederlandse Economische Hogeschool (thans Erasmusuniversiteit), behaalde zijn doctoraal in 1965, zijn accountantsexamen 1967 en promoveerde in 1973. Hij was van 1965 tot 2004 werkzaam bij Ernst & Young, werd partner, vervolgens lid van de Raad van Bestuur in 1989 en ten slotte in 1993 voorzitter van de Raad van Bestuur. Van 1981-2003 was hij hoogleraar Accountancy, eerst aan de Universiteit van Amsterdam, daarna aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij was lid van het bestuur van het Koninklijk NIVRA gedurende acht jaar, waarvan van 1998-1999 als voorzitter. Hij is auteur van diverse boeken, artikelen en redacteur van handboeken. Na zijn pensionering in 2003 werd hij lid van de Raad van Toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en bestuurslid van het Bureau Financieel Toezicht. Drs. J.H. (Hanne) ten Berge (1966) studeerde Sociale Geografie in Utrecht, met specialisatierichting geografie voor educatie. Na auteurswerk voor diverse aardrijkskundemethoden ontwikkelde zij met een redactieteam een nieuwe aardrijkskundemethode voor havo en vwo. Tussen 1998 en 2000 werkte zij als intern adviseur bij de opleiding Milieuwetenschappen van de Universiteit Utrecht aan de verdere vormgeving van interdisciplinair onderwijs. Van 2000-2001 werkte zij bij het Onderwijsadviesbureau van de Vrije Universiteit aan een handleiding voor docenten over het ontwerpen van opdrachten en als docententrainer. Van 2002 tot heden is zij als onderwijskundig adviseur hoger onderwijs werkzaam bij het IVLOS (Interfacultair Instituut voor Lerarenopleiding, Onderwijsontwikkeling en Studievaardigheden) van de Universiteit Utrecht. Zij houdt zich vooral bezig met cursus- en curriculumontwikkeling en is gespecialiseerd in de ontwikkeling van werkvormen en taken. Prof.dr. J.J.A. (Hans) Leenaars (1952) studeerde Bedrijfseconomie aan de Hogere Economische School te Rotterdam en Accountancy via het NIVRA en promoveerde in 1993. Hij heeft een groot aantal publicaties op zijn naam staan en heeft vele lezingen in binnen- en buitenland verzorgd. Van 1988 tot 2000 was hij lid van de Raad van Bestuur van de Robeco Groep. Na een tweejarig intermezzo als bestuursvoorzitter van SNS Reaal Groep werd hij in 2002 benoemd tot lid van de Raad van Bestuur van nv Bank Nederlandse Gemeenten (BNG), binnen welk gremium hij primair verantwoordelijk is voor treasury en capital markets. Leenaars is tevens voorzitter van BNG’s kredietcommissie. In 1993 en 1994 was Leenaars vicevoorzitter van het Koninklijk NIVRA. Hij houdt zowel een aantal aan zijn primaire functie accessoire als een aantal externe commissariaten. Sinds 1994 is hij als hoogleraar Bestuurlijke Informatieverzorging verbonden aan de Universiteit van Amsterdam. Prof.dr. J.A. (Hans) van Manen (1950) is partner van PricewaterhouseCoopers Accountants NV. Hij is betrokken bij een aantal nationale en multinationale instellingen en bedrijven en is verantwoordelijk voor onderzoek en advisering op het gebied van corporate governance bij beursfondsen en andere ondernemingen. Sinds 1989 is hij hoogleraar Accountantscontrole aan de Rijksuniversiteit Groningen. Bij PricewaterhouseCoopers bekleedde hij diverse functies, zoals voorzitter van de beroepsgroep accountants in Nederland en lid van het bestuurscollege in Nederland. Hij bekleed(t)de diverse nevenfuncties, zoals bestuurslid van het Koninklijk NIVRA, bestuurslid van de Stichting Maatschappij, Veiligheid en Politie, lid van de Monitoring Commissie Corporate Governance Code, voorzitter van het Audit Committee van de Algemene Rekenkamer en lid van de Raad van Toezicht van Museum Boijmans van Beuningen. Hij is auteur van het boek Monitor in het belang van de vennootschap, een analyse van de functie van commissarissen en medeauteur van het boek Auditcommissies, toezicht op basis van feiten. Prof.dr. H. (Henri) Olivier (1947), studeerde Rechten aan de Universiteit van Luik en promoveerde aldaar. Hij behaalde diverse graden aan het Centre Universitaire de Luxembourg en het British Institute of International and Comparative Law, Londen. Sinds 1979 is hij in diverse functies betrokken bij het onderwijs van verschillende instellingen, zoals het ‘Institut supérieure de commerce L. Cooremans’ te Brussel, de Université de Liège en de Universiteit Gent, Faculteit Economie en Bedrijfskunde. Verder was hij in diverse hoedanigheden werkzaam bij het United Nations
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
57
Development Program, de Universiteit van Luik, het Instituut der Bedrijfsrevisoren, de European Federation of Accountants en de EFRAG (European Financial Reporting Advisory Group). Hij is erelid van de Belgische Commissie voor Boekhoudkundige Normen, was van 1998-2000 IAG-fellow bij de Universiteit Louvain-la-Neuve en was van 2001-2002 fellow van het Hogenheuvelcollege van de Katholiek Universiteit Leuven. Drs. L. (Liesbeth) Smulders (1969) heeft naast het werken als psychiatrisch verpleegkundige Andragogiek gestudeerd aan de Universiteit Leiden met als afstudeerspecialisatie ‘opleiden in (arbeids) organisaties’. Daarna heeft zij de opleiding Transactionele Analyse gedaan en volgt op dit moment de opleiding tot organisatieadviseur bij het SIOO. In de loop der jaren heeft zij bij verschillende onderwijsinstellingen (mbo, hbo, universiteit, commercieel onderwijskundig bureau) gewerkt als onderwijskundig adviseur en beleidsmedewerker kwaliteitszorg. Haar werkzaamheden betreffen vaak op projectbasis werken aan het opzetten of verbeteren van een kwaliteitszorgsysteem bij opdrachtgevers en het inhoudelijk en procesmatig begeleiden van curriculumverandering, het formuleren van competenties en projectleiderschap. Thans is zij als onderwijskundig adviseur werkzaam bij het ICLON ( Interfacultair Centrum voor Lerarenopleiding, Onderwijsontwikkeling en Nascholing) aan de Universiteit Leiden. Zij houdt zich bezig met het adviseren of uitvoeren van projecten op kwaliteitszorggebied, onderwijsverandering en verdieping in Research Intensief Onderwijs. Christiaan J. Sneep (1984) behaalde na zijn pre-university education aan het G.S.R. Rotterdam, zijn bachelordiploma Economics and Business aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Hij is daar thans bezig met de masteropleiding Accounting & Control. Hij bekleedde diverse studentassistentschappen bij de Vrije Universiteit (International Office van de faculteit Economics and Business Administration en Christian Social Philosophy at the Faculty of Economics) en werkte een aantal jaren bij de ‘Horticultural industry M.W. van Dolder V.O.F’. Prof.dr. D.M. (Dirk) Swagerman (1949) studeerde Bestuurskunde aan de Universiteit van Amsterdam, deed een MBA in Michigan en vervolgde zijn opleiding aan Stanford University, Carnegie Mellon University en Northwestern University. Hij verkreeg een mastergraad in de Telecommunicatie te Delft en promoveerde in 2000 bij de faculteit Technologie en Management aan de Universiteit Twente. Hij is hoogleraar in deeltijd aan de Rijksuniversiteit Groningen. Bij de Economische faculteit voor het vak controlling en bij de faculteit Bedrijfskunde als hoogleraar-directeur van de postdoctorale controllersopleiding. Tevens is hij verbonden aan Deloitte te Amsterdam. Naast de academische werkzaamheden is hij actief als zelfstandig organisatieadviseur. Zijn interesse gaat onder meer uit naar de wijze waarop organisaties het beste in control kunnen zijn en wat de betekenis daarvan voor corporate governance is. Drs. M.J.C. (Marie-Jet) Fennema (1961) studeerde Biologie aan de Universiteit Utrecht en de Vrije Universiteit Amsterdam. Van 1989 tot 2000 werkte zij als beleidsmedewerker in diverse functies bij het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen op het gebied van het hoger onderwijs. Vanaf 2000 werkt zij als adviseur onderwijs bij het bureau van de Universiteit Utrecht, onder andere als coördinator externe kwaliteitszorg. In verband met onderhavige visitatie is zij tijdelijk gedetacheerd bij QANU.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
58
Bijlage B: Het programma van het visitatiebezoek Bezoek bachelor- en masteropleidingen NIVRA-Nyenrode op 28-30 november 2006 Dag 1
Aankomst op de Nyenrode Business Universiteit, Straatweg 25, 3621 BG Breukelen
16.00 – 20.00
Voorbereidende bijeenkomst van de visitatiecommissie in zaal DR 04 (begane grond van het De Rooij-gebouw) 1. Opening en mededelingen 2. Programma bezoek. 3. Domeinspecifiek referentiekader/toetsingskader 4. Beoordeling documentatie en inzage documenten (documententafel) * . Met geïntegreerd hapje/drankje om 18.00 uur 5. Bespreking afstudeeropdrachten/scripties/stageverslagen met beoordelingen (i&vzv v.t.) 6. Vragenformats adhv zelfstudie. 7. Voorlopige bevindingen (I); voorlopige beoordelingen; notities mondelinge rapportage. * Commissie zal in deze vergadering kennisnemen van documenten die ter inzage liggen waarvan de standaardlijst is toegestuurd aan instelling (Bijlage 6 vernieuwd model). Inzage geschiedt ook verder tijdens bezoek. * De visitatiecommissie wil het collegemateriaal inzien. Dit materiaal wordt doorgaans via een Digitale Leeromgeving aan studenten beschikbaar gesteld. Tijdens het bezoek zorgt de universiteit voor een inzagetafel waar ook een laptop staat, zodat de commissie via deze laptop die informatie kan raadplegen. Het verdient aanbeveling dat de commissie al vooraf dit materiaal kan inzien met een tijdelijk password.
20.15 –
Diner van commissie en secretaris met leden faculteitsbestuur, opleidingsdirectie, visitatiecoördinator Locatie: Buitenplaats Slangevegt, Straatweg 40, 3621 BN Breukelen (gezamenlijk vertrek van alle aanwezigen vanaf Nyenrode om 20.15 uur) Commissieleden en secretaris Prof.dr.mr. M. (Marcel) Pheijffer RA (voorzitter directie NIVRA-Nyenrode) Prof.dr.ir. J.M. (Jan) Bots (lid directie NIVRA-Nyenrode) Prof. W.P. Moleveld RA (hoogleraar Auditing & Assurance) C.G. (Constant) Rams (programmamanager Accountancy) Drs. M.C. (Maren) Smulders (programmamanager Controlling) Overnachting in hotelkamers op Nyenrode voor wie daarvan gebruik wil maken (volgende ochtend tussen 7.45-8.30 ontbijtbuffet in de Mensa)
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
59
Dag 2
Locatie: Zaal 3 (begane grond Albert Heijn-gebouw, naast Executive Lounge)
08.30 – 09.00
Vervolg voorbereidende bijeenkomst/inzage documenten
09.00 – 10.00
12:20 – 13:15
Gesprek met (equivalent) faculteitsbestuur/opleidingsdirecteuren: Prof.dr.mr. M. (Marcel) Pheijffer RA (voorzitter directie NIVRA-Nyenrode) Prof.dr.ir. J.M. (Jan) Bots (lid directie NIVRA-Nyenrode) C.G. (Constant) Rams (programmamanager Accountancy) Drs. M.C. (Maren) Smulders (programmamanager Controlling) Drs. A.C.M. (Adèle) Meijer (opsteller zelfevaluatierapport) Bachelorstudenten A.M. (Maarten) van Duijn D.J.F. (Dick) de Nijs C.W. (Willem) van Gent D. (Dineke) Pons E.C. (Evert) Jenezon E. (Esther) van Reenen M.A. (Minke) de Jong L. (Lianne) Stevens G.G. (Gijs) van Leeuwen J.C. (Jaap) Swijnenburg Masterstudenten Accountancy-Auditing W.G.M. (Wendy) Assen D. (Denise) Marinus R.J. (Raymond) Doves R.A. (Ralph) Oosthoek Masterstudenten AccountancyJ.J. (Jan) Stadegaard Controlling E.N.J. (Erik) Blokker M. (Margriet) van Dijk Lunch in de Executive Lounge
13.15 – 14.15
Bezoek aan de voorzieningen (rondleiding en demonstratie studenteNNet)
14.15 – 15.00
Docenten I (Accountancy) Drs. G.A. (Gijs) Hiltermann (Beginselen Accountancy) Mr. T.A. (Trees) Karssen (Beginselen Recht) Prof. W.P. (Wim) Moleveld RA (Auditing) Dr. D.H. (Dick) van Offeren (comptabele vakken, EV) R.G.J. (Ronnie) Thiele RA (comptabele vakken) G.P. (Geert Pieter) Vermeulen RA (Introductiecasus, BIV-MIS) Docenten II (Controlling) Drs. J.P. (Joost) van Buuren RA (Audit for Control) Drs. R.M.J. (Rob) Christiaanse RA (BIV-Interne Beheersing) Drs. R. (Ruud) de Lange (Management & Organisatie) Prof.dr. H.S.J. (Henry) Robben (Marketing) Drs. J.A. (Hans) ten Rouwelaar (Management Accounting en Control) Drs. A.J.C. (Hans) de Ruiter (Finance Advanced) Pauze Studentleden vakgroepen/curriculumcies W.J. (Willy) Berkhout (Controlling) M.A.J. (Michelle) Calkhoven (Accountancy) J. (Jeroen) van der Tol (Controlling) D.J. (Daan) Klomp (Accountancy) R.C. (Ron) Weel (Controlling) J.C. (Carel) van Oldenbeek (Accountancy) Docenten curriculumcommissies Prof.dr.ir. J.M. (Jan) Bots (Controlling) Prof.dr. W.F. (Fred) de Koning RA RE (Accountancy & Controlling) Prof.dr. H.P.A.J. (Henk) Langendijk (Accountancy & Controlling) Prof.dr. G.C.M. (Barbara) Majoor RA (Accountancy) Prof.mr. B.T.M. (Bas) Steins Bisschop (Accountancy)
10.00 – 11.00
11.00 – 11.35 11.40 – 12.20
15.00 – 15.45
15.45 – 16.05 16.05 – 16.55
16.55 – 17.45
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
60
17.45 – 18.00 18.00 – 19.30
Werkoverleg commissie; voorbereiding dag 2 Spreekuur
19.30 −
Gezamenlijk commissiediner in: De Lakei (apart restaurant in het Mensa-gebouw op Nyenrode) Overnachting in hotelkamers op Nyenrode voor wie daarvan gebruik willen maken (volgende ochtend tussen 7.45-8.30 ontbijtbuffet in de Mensa)
Dag 3 08.30 – 09.00
09.00 – 10.00
10.00 – 10.40
10.40 – 11.20
11.20 – 11.45 11.45 – 12.30
12.30 – 13.30
Locatie: Zaal 3 (begane grond Albert Heijn-gebouw, naast Executive Lounge) Eerste afsluitende gesprek met faculteitsbestuur en opleidingsdirectie Prof.dr.mr. M. (Marcel) Pheijffer RA (voorzitter directie NIVRA-Nyenrode) Prof.dr.ir. J.M. (Jan) Bots (lid directie NIVRA-Nyenrode) C.G. (Constant) Rams (programmamanager Accountancy) Drs. M.C. (Maren) Smulders (programmamanager Controlling) Drs. A.C.M. (Adèle) Meijer (opsteller zelfevaluatierapport) Alumni Accountancy & Alumni Controlling Drs. G. (Gijs) Borghouts Drs. E.A. (Eddo) Berg Drs. J.P. (Joost) van Buuren RA Drs. A.M.S. (Ton) van Eijl Drs. M.E. (Marlies) de Vries RA Drs. C.J.M. (Carool) Korsten Drs. E.R. (Edwin) van der Wösten Drs. R.A.S.B. (Rob) Kupper Examencommissie Accountancy en studieadviseur(s) Prof.dr. W.F. (Fred) de Koning RA RE (Bestuurlijke Informatieverzorging) Prof.dr. H.P.A.J. (Henk) Langendijk (Financial Accounting & Reporting) Prof.dr. G.C.M. (Barbara) Majoor RA (Auditing & Assurance) Mr. W. (Willy) Bruijns (scriptiecoördinator) G. (Gert) Roosma (coördinator Studiebegeleiding) Examencommissie Controlling en studieadviseur(s) Prof.dr.ir. J.M. (Jan) Bots (voorzitter Examencommissie) Prof.dr. A.B. (André) Dorsman (Finance Advanced) Prof.dr. R.F. (Roland) Speklé (Management Accounting & Control) Drs. M. (Maren) Smulders (programmamanager) Werkoverleg commissie Tweede afsluitende gesprek met faculteitsbestuur en opleidingsdirectie Mr. H.J. Bruggink (president Nyenrode, lid Raad van Toezicht NIVRA-Nyenrode) Prof.dr.ir. J.M. (Jan) Bots (lid directie NIVRA-Nyenrode) C.G. (Constant) Rams (programmamanager Accountancy) Drs. M.C. (Maren) Smulders (programmamanager Controlling) Drs. A.C.M. (Adèle) Meijer (opsteller zelfevaluatierapport) Lunch in de Executive Lounge
13.30 – 17.00
Opstellen voorlopige bevindingen; opstelling mondelinge rapportage voorzitter
17.00 – 17.30
Mondelinge rapportage en voorlopig oordeel door de voorzitter en afsluiting bezoek
17.30 – 18.00
Informele afsluiting in de Executive Lounge
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
61
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
62
Bijlage C: Domeinspecifieke eisen Domeinspecifieke eisen bacheloropleiding Accountancy De afgestudeerde bachelor Accountancy heeft het vermogen: 1. zelf een wetenschappelijk onderzoek te verrichten of specifieke vraagstukken uit de beroepspraktijk op te lossen vanuit een theoretisch conceptueel kader; Propedeuse a. heeft de basiskennis van de kwantitatieve methoden van een wetenschappelijke aanpak van problemen; Hoofdfase a. heeft kennis van en inzicht in de principes en de uitgangspunten van de wetenschapsfilosofie en de methoden van toegepast onderzoek; b. kan een betogende tekst schrijven; 2. de wetenschappelijke literatuur (zowel nationaal als internationaal) en de resultaten van onderzoek en theorievorming op het terrein van de Accountancy te volgen en het belang en de toepasbaarheid daarvan naar waarde te schatten; Propedeuse a. kan zich bedienen van de vaktermen waarin problemen van juridische aard door vakmensen besproken plegen te worden; Hoofdfase a. heeft inzicht in de wetenschappelijke issues die zich voordoen bij inrichtingsconcepten voor bestuurlijke informatie; b. heeft inzicht in de wetenschappelijke vragen die zich voordoen bij de controle, de objecten en de technieken bij verschillende soorten assurancewerkzaamheden (het wetenschappelijk debat); c. kan de meest belangrijke theorieën op het terrein van financial accounting met inbegrip van de grondslagen van standard setting begrijpen; d. kan toepassingen van wetenschappelijk onderzoek op het terrein van financial accounting in de vorm van artikelen doorgronden; e. kan in groepsverband een wetenschappelijk artikel analyseren; 3. van een kritische houding ten opzichte van in de wetenschappelijke literatuur gepresenteerde theoretische concepten en het vermogen de bruikbaarheid van deze concepten in specifieke situaties naar waarde in te schatten; 4. nieuwe ontwikkelingen en het eigen vakgebied overschrijdende vraagstukken te onderkennen en als probleemstelling te kunnen analyseren en een aanpak daarvan te kunnen formuleren; 5. te participeren in een onderzoeksproject op het gebied van de accountancy en hierover te kunnen rapporteren; 6. tot inzicht in de eigen begrenzingen – zowel ten aanzien van het wetenschappelijke denken als het praktisch functioneren – en het vermogen om in specifieke situaties te kunnen reflecteren op eigen en andermans denken en handelen; Propedeuse a. heeft een globaal beeld van de opleiding en de latere beroepspraktijk; Hoofdfase a. heeft inzicht in de mogelijkheden en beperkingen voor wat betreft de aard van het (assurance)vraagstuk en de beschikbare controlemiddelen; b. kan herkennen wanneer hij moet doorverwijzen naar een belastingadviseur; 7. van inzicht in de governance van organisaties en de rol die informatie daarbij speelt; Propedeuse a . heeft een goede basiskennis op het gebied van Bestuurlijke Informatieverzorging; b . heeft kennis van de minimale grondslagen van de Administratieve Organisatie en Interne Controle;
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
63
c.
heeft kennis van de betekenis van functionele processen voor de organisatie en de informatieverzorging ten behoeve van deze processen; d . kan probleem-/attentiepunten voor een eenvoudige organisatie onderkennen; e. heeft basiskennis van de rol die financiële informatie speelt bij de sturing en beheersing van organisaties; f. heeft kennis van de rol die comptabele systemen spelen in de sturing van organisaties; Hoofdfase a. heeft inzicht in de effectiviteit van management accounting instrumenten vanuit een ruimer managerial perspectief; b. kan bestaande verdelingen in taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden doorgronden en mogelijke gebreken daarin opmerken; c. heeft inzicht in de rol van bestuurlijke informatieverzorging in een organisatie, voor zowel de financiële als niet-financiële informatie; 8. van inzicht in de relatie tussen de organisatie en de economische, juridische, sociale en internationale omgeving en het vermogen om de betekenis van deze relatie voor het doorlichten van de organisatie, in het bijzonder de informatieverzorging, te kunnen beoordelen; Hoofdfase a. heeft kennis van en inzicht in de meso- en macro-economie, afzonderlijk en in hun samenhang; b. heeft kennis van en inzicht in de internationale dimensie van economische vraagstukken, met name in relatie tot het geldwezen; c. kan strategische doelstellingen plaatsen binnen een sturingsinstrument; 9. (financieel) management en de rol en betekenis van ICT hierin te doorgronden, in het bijzonder voor zover relevant voor de controle van (geconsolideerde) jaarrekeningen; Propedeuse a. heeft basiskennis op het gebied van de functie van ICT ten behoeve van financiële bestuurlijke informatie; b. kan eenvoudige problemen op het gebied van ICT ten behoeve van financiële bestuurlijke informatie analyseren en daarvoor oplossingen aangeven; Hoofdfase a. heeft inzicht in de typologie van de inrichtingsconcepten volgens Accounting Information Systems inclusief de impact van IT-trends; 10. controles van (geconsolideerde) jaarrekeningen te plannen, uit te voeren en hierover te rapporteren in overeenstemming met de relevante wet- en regelgeving, standaarden en beroepsethische codes; Propedeuse a. kan systematisch financiële informatie verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken ten behoeve van het besluitvormingsproces binnen en buiten de organisatie; b. heeft inzicht in de beginselen van financiële accounting; c. kan tot gemotiveerde beslissingen komen; d. kan systematisch financiële informatie verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken ten behoeve van de verantwoording die over de financiële aspecten van de bedrijfsvoering wordt afgelegd; e. kan elementaire verslaggevingsproblemen in voldoende mate onderkennen en daarvoor ook een comptabele oplossing aangeven; f. kan de relatie leggen tussen de waarde van een in de loop van de tijd vervallend bedrag, de tijdsperiode en de interestvoet(en) en het daadwerkelijk kunnen berekenen van die waarde; g. kan een eenvoudige administratie met financiële middelen voeren; h. kan een eenvoudige financiële en risicoanalyse uitvoeren; i. heeft een elementair inzicht in de werkzaamheden binnen een controlesegment; j. kan controlewerkzaamheden binnen een segment verrichten; k. kan over controlewerkzaamheden binnen een segment rapporteren; Hoofdfase a. beheerst de kwantitatieve methoden die nodig zijn om een audit te kunnen uitvoeren;
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
64
b. heeft kennis van en inzicht in complexe onderwerpen van de comptabele techniek (deelnemingen, consolidatie en verwerking van belastingen naar de winst); c. kan complexe verslaggevingsproblemen in voldoende mate onderkennen en daarvoor een comptabele oplossing aangeven; d. heeft inzicht in de financiële informatie die door organisaties aan belanghebbenden moet worden verstrekt, met name in de doelmatige specificatie ervan; e. heeft inzicht in de bedrijfseconomische uitgangspunten, met name in de mogelijke grondslagen van vermogens- en winstbepaling; f. heeft inzicht in de belangrijkste vraagstukken en theorieën op het terrein van externe verslaggeving; g. heeft inzicht in de technische werking van verslaggevingssystemen; h. kan een jaarrekening opstellen van een kleine en (middel)grote onderneming; i. kan globaal de pensioenlast en -verplichtingen beoordelen in de jaarrekeningen; j. heeft inzicht in de betekenis van de controle, de objecten en de technieken bij verschillende soorten assurancewerkzaamheden; 11. te toetsen of transacties en gebeurtenissen in (geconsolideerde) jaarrekeningen in overeenstemming met de vigerende wet- en regelgeving, standaarden en beroepsethische codes, zijn verwerkt; Propedeuse a. heeft inzicht in Nederland geldende objectieve recht met bijzondere aandacht voor het economisch privaatrecht, boven-nationale recht, publiekrecht, en privaatrecht; b. heeft inzicht in de loon- en omzetbelasting; c. kan zelfstandig oplossingen vinden voor praktijkproblemen met de loon- en omzetbelasting; Hoofdfase a. kan de voor de beroepspraktijk relevante regels van het vermogensrecht en het ondernemingsrecht zelfstandig toepassen; b. kan de omvang van belastingsschulden bepalen; 12. processen, systemen en beheersingsmaatregelen van de bedrijfsactiviteiten te doorgronden met de voor het kunnen identificeren van bedrijfs- en controlerisico’s noodzakelijke diepgang; Propedeuse a. heeft inzicht in de algemene beginselen van accountancy en bedrijfseconomie: methodologie, wetenschappelijk denken, bedrijfseconomisch denken, planning, risicoanalyse; b. heeft kennis en inzicht in de basisprincipes van financiering, met name van het kasstroomdenken en risicoanalyse; c. beheerst de kwantitatieve methoden en technieken die nodig zijn om economische gegevens te verzamelen, weer te geven, te analyseren en te interpreteren; veronderstellingen te toetsen en voorspellingen te doen; d. heeft basiskennis van eenvoudige instrumenten en kan deze toepassen; e. heeft inzicht in de wijze waarop gegevens verzameld worden en systematisch verwerkt en vastgelegd in comptabele systemen; Hoofdfase a. heeft kennis van geavanceerde management accounting instrumenten en kan deze instrumenten toepassen; b. kan de effectiviteit van gecombineerde instrumenten in een gegeven situatie beoordelen; c. kan bij de opzet van een controleplan relevante bedrijfsonderdelen onderscheiden en verbindingen daartussen en de afgrenzing met partijen daarbuiten; d. heeft kennis en inzicht in risicobepaling, risicobeheersing, theoretische modellen van prijsvorming en waardebepaling van ondernemingen; e. heeft inzicht in het gedrag, ontwerp, gebruik en implementatie van de bestuurlijke informatieverzorging; f. kan een deskundig oordeel geven over het functioneren van bestaande managementcontrolsystemen; 13. gevolgen van veranderende regelgeving in het accountantsberoep te begrijpen en deze veranderende regelgeving, mede vanuit de reeds verworven kennis en vaardigheden eigen te maken en te kunnen toepassen;
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
65
14. zowel zelfstandig te werken als in teams te kunnen samenwerken in de beroepspraktijk; Propedeuse a. kan een opdracht individueel uitwerken; b. kan in teamverband opdrachten uitwerken; c. kan zich zelfstandig theorie eigen maken; d. kan in groepen opdrachten uitwerken volgens een standaardwerkwijze en onder begeleiding van de docent; Hoofdfase a. kan zelfstandig en in groepsverband een casus uitwerken; b. kan in groepsverband theorie bespreken; c. kan in groepsverband een wetenschappelijk artikel analyseren en presenteren; 15. de verworven kennis en inzichten op het vakgebied en relationele vaardigheden te gebruiken in de beroepsuitoefening en zowel in woord als in geschrift op adequate wijze te communiceren met beroepsgenoten en niet-deskundigen; Propedeuse a. kan een actieve bijdrage leveren aan de bespreking van de stof; kan de resultaten van een opdracht presenteren; b. kan een oplossingsrichting geven ter verbetering; c. kan functioneren als een gesprekpartner in de dagelijkse controlepraktijk; Hoofdfase a. kan als volwaardige gesprekspartner fungeren in fiscale discussies; b. kan een uitgewerkte casus presenteren en bespreken; c. kan advies uitbrengen voor het verbeteren van het management-controlsysteem; d. kan zijn oordeel over het functioneren van management-controlsystemen met senior accountants en senior managers bespreken; 16. in de (toekomstige) beroepsuitoefening op een integere wijze te functioneren, zich te kunnen verantwoorden en in situaties, waarin sprake kan zijn van tegenstrijdige belangen en inzichten, te komen tot een eigen afweging, oordeelsvorming en professioneel handelen; Hoofdfase a. kan problemen in de organisatie herkennen die vanuit de verantwoordelijkheid van de accountant gezien vragen om signalering en advisering, zoals mogelijke fraudegevoelige relaties; b. kan een zogenoemd management letter opstellen, in aanvulling op de accountantsverklaring, waarin de directie op specifieke misstanden dan wel verbeterpunten kan worden gewezen; c. heeft inzicht in de ethische aspecten van assurance.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
66
Domeinspecifieke eisen masteropleiding Accountancy en Auditing De afgestudeerde master Accountancy heeft het vermogen: 1. zelf een wetenschappelijk onderzoek te verrichten of specifieke vraagstukken uit de beroepspraktijk op te lossen vanuit een theoretisch conceptueel kader; a. kan een binnen de grenzen van een onderwerp en een vast stramien, op basis van vakliteratuur, een probleemstelling formuleren, het materiaal analyseren en tot een conclusie komen; b. kan een werkstuk maken dat voldoet aan de wetenschappelijke eisen: een goede probleemstelling, een helder en logisch opgebouwd betoog, goed taalgebruik, duidelijke literatuurverwijzingen, een goede onderbouwing van de getrokken conclusies en een kritische benadering van de problematiek; c. kan een literatuurstudie doen aan de hand van een eigen probleemstelling en onderzoeksvragen; d. kan een wetenschappelijk verantwoord onderzoek opzetten op probleemoplossend niveau; e. kan op wetenschappelijke wijze een probleemsituatie op het gebied van de theorievorming of de beroepspraktijk belichten en typeren en daar een oplossing voor formuleren; 2. de wetenschappelijke literatuur (zowel nationaal als internationaal) en de resultaten van onderzoek en theorievorming op het terrein van de accountancy te volgen en het belang en de toepasbaarheid daarvan naar waarde te schatten; a. kan op wetenschappelijke wijze de samenhang tussen theorie en praktijk verduidelijken; b. kan een eigen oordeel vormen ten aanzien van de literatuur en de onderzoeksresultaten van anderen; 3. van een kritische houding ten opzichte van in de wetenschappelijke literatuur gepresenteerde theoretische concepten en het vermogen de bruikbaarheid van deze concepten in specifieke situaties naar waarde in te schatten; a. kan binnen een gegeven onderwerp en literatuur de theoretische concepten vergelijken met de beheersingsmaatregelen in een praktijksituatie en – indien nodig – voorstellen doen voor aanpassing van de concepten; b. kan onderkennen dat er vaak alternatieve oplossingen mogelijk zijn voor a; 4. nieuwe ontwikkelingen en het eigen vakgebied overschrijdende vraagstukken te onderkennen en als probleemstelling te kunnen analyseren en een aanpak daarvan te kunnen formuleren; a. kan corporate governance en de ontwikkelingen op dat terrein bij de cliënten vanuit verschillende invalshoeken belichten en nader uitwerken (juridische, economische, organisatorische, ethische); 5. te participeren in een onderzoeksproject op het gebied van de Accountancy en hierover te kunnen rapporteren; a. kan een wetenschappelijke bijdrage leveren aan een researchproject; 6. tot inzicht in de eigen begrenzingen – zowel ten aanzien van het wetenschappelijke denken als het praktisch functioneren – en het vermogen om in specifieke situaties te kunnen reflecteren op eigen en andermans denken en handelen; a. kan reflecteren op de wijze waarop het eigen onderzoek tot stand is gekomen; 7. van inzicht in de governance van organisaties en de rol die informatie daarbij speelt; a. heeft inzicht in de grondslagen van de interne beheersing in traditionele omgevingen; b. kent de nieuwste ontwikkelingen op het terrein van corporate governance; 8. van inzicht in de relatie tussen de organisatie en de economische, juridische, sociale en internationale omgeving en het vermogen om de betekenis van deze relatie voor het doorlichten van de organisatie, in het bijzonder de informatieverzorging, te kunnen beoordelen; 9. (financieel) management en de rol en betekenis van ICT hierin te doorgronden, in het bijzonder voor zover relevant voor de controle van (geconsolideerde) jaarrekeningen; a. heeft kennis van de invloed van geautomatiseerde systemen op de controle; 10. controles van (geconsolideerde) jaarrekeningen te plannen, uit te voeren en hierover te rapporteren in overeenstemming met de relevante wet- en regelgeving, standaarden en beroepsethische codes;
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
67
11.
12.
13.
14. 15.
16.
a. heeft diepgaand inzicht in vraagstukken op het terrein van externe verslaggeving; b. heeft diepgaand inzicht in de effecten van diverse methoden om vermogen en winst te bepalen en informatie te verschaffen op vermogen en resultaat; c. kent de eisen die verschillende typen organisaties stellen aan de externe verslaggeving: financiële instellingen, non-profitorganisaties en overheidsinstellingen; d. heeft kennis van en inzicht in auditmethoden, -middelen en -technieken, aard, omvang en tijdstip van te vergaren bewijsmateriaal; e. kan in hoofdlijnen een doelmatige en efficiënte aanpak van een controle ontwerpen; te toetsen of transacties en gebeurtenissen in (geconsolideerde) jaarrekeningen in overeenstemming met de vigerende wet- en regelgeving, standaarden en beroepsethische codes, zijn verwerkt; a. kan beoordelen of de externe verslaggeving voldoet aan de maatschappelijke normen; b. heeft beperkte kennis van de regelgeving van het IASB en de Amerikaanse externe verslaggeving; processen, systemen en beheersingsmaatregelen van de bedrijfsactiviteiten te doorgronden met de voor het kunnen identificeren van bedrijfs- en controlerisico’s noodzakelijke diepgang; a. kan verschillende theoretische concepten en modellen ten aanzien van interne beheersing doorgronden; b. kan een afweging van maken van de kosten en effectiviteit van een bepaalde oplossing; c. heeft diepgaand begrip van en inzicht in de verschillende aspecten die het controlerisico bepalen; d. heeft inzicht in de eisen waaraan een systeem van interne beheersing moet voldoen in het kader van de risicoanalyse en de evaluatie van interne beheersing; gevolgen van veranderende regelgeving in het accountantsberoep te begrijpen en deze veranderende regelgeving mede vanuit de reeds verworven kennis en vaardigheden eigen te maken en te kunnen toepassen; a. heeft kennis van de effecten voor accountants van nieuwe regelgeving op het gebied van de ethiek; zowel zelfstandig als in teams te kunnen samenwerken in de beroepspraktijk; a. kan een verslag schrijven van een groepsdiscussie; b. kan in groepsverband de relatie tussen theorie en praktijk bespreken; de verworven kennis en inzichten op het vakgebied en relationele vaardigheden te gebruiken in de beroepsuitoefening en zowel in woord als in geschrift op adequate wijze te communiceren met beroepsgenoten en niet-deskundigen; a. kan als interne of externe gesprekspartner van de leiding van organisaties fungeren over vraagstukken op het gebied van de externe verslaggeving; b. kan een wetenschappelijk onderzoek rapporteren, presenteren en verdedigen; c. kan de gekozen oplossingen op een professionele wijze presenteren; d. kan de aanpak van een specifiek controlevraagstuk op overtuigende wijze presenteren; in de (toekomstige) beroepsuitoefening op een integere wijze te functioneren, zich te kunnen verantwoorden en in situaties, waarin sprake kan zijn van tegenstrijdige belangen en inzichten, te komen tot een eigen afweging, oordeelsvorming en professioneel handelen; a. heeft inzicht in de verschillende belangen en inzichten met betrekking tot specifieke maatschappelijke verantwoording (bijvoorbeeld sustainabiltity); b. heeft diepgaand begrip van en inzicht in het proces van oordeelsvorming en de basisbeginselen van beroepsethiek voor accountants; c. heeft kennis van en inzicht rapportering van bevindingen: management letters;
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
68
Domeinspecifieke eisen masteropleiding Accountancy en Controlling De afgestudeerde master Controlling heeft het vermogen: 1. zelf een wetenschappelijk onderzoek te verrichten of specifieke vraagstukken uit de beroepspraktijk op te lossen vanuit een theoretisch conceptueel kader; Master a. kan beheersingsvraagstukken onderzoeken, analyseren en oplossen; b. kan theorie toepassen in de praktijk; c. kan een empirisch onderzoek uitvoeren waarin proposities/hypothesen worden geconfronteerd met de praktijk en is in staat tot een kritische reflectie op de uitkomsten van die confrontatie en de gevolgen daarvan voor de theorie; d. kan een empirisch onderzoek opzetten, uitvoeren en rapporteren; e. kan statistiek benutten voor het doen van een empirisch onderzoek; f. kan een wetenschappelijk verantwoord onderzoeksvoorstel formuleren; g. kan op wetenschappelijke wijze een probleemsituatie op het gebied van de theorievorming of de beroepspraktijk of belichten en typeren en daar een oplossing voor formuleren; 2. de wetenschappelijke literatuur (zowel nationaal als internationaal) en de resultaten van onderzoek en theorievorming op het terrein van controlling te volgen en het belang en de toepasbaarheid daarvan naar waarde te schatten; Master a. kan een verantwoorde probleemstelling formuleren en een theoretisch paper schrijven waarin hij vanuit een brede literatuurstudie komt tot onderbouwde proposities/hypothesen; b. of kan op wetenschappelijke wijze de samenhang tussen theorie en praktijk verduidelijken; c. kan een eigen oordeel vormen ten aanzien van de literatuur en de onderzoeksresultaten van anderen; 3. van een kritische houding ten opzichte van in de wetenschappelijke literatuur gepresenteerde theoretische concepten en de bruikbaarheid van deze concepten in specifieke situaties naar waarde te schatten; Master a. kan in de literatuur gepresenteerde de theoretische concepten vergelijken met de beheersmaatregelen in een praktijksituatie en op basis daarvan voorstellen doen voor aanpassing van de praktijk dan wel van de concepten; b. is op de hoogte van (ontwikkelingen in) de wetenschappelijke literatuur en is in staat deze literatuur kritisch te benaderen; c. kan de praktische implicaties van theoretische concepten en onderzoeksresultaten herkennen en beoordelen; 4. nieuwe ontwikkelingen en het eigen vakgebied overschrijdende vraagstukken te onderkennen, deze als probleemstelling te analyseren en een aanpak daarvoor te formuleren; 5. te participeren in een onderzoeksproject op het gebied van controlling en hierover te rapporteren; Master a. kan in groepsverband een literatuuronderzoek doen; b. kan in groepsverband een empirisch onderzoek doen; b. kan een statistisch onderzoek groepsgewijs uitvoeren; c. of kan op wetenschappelijke wijze een bijdrage leveren aan een researchproject; 6. tot inzicht in de eigen begrenzingen – zowel ten aanzien van het wetenschappelijke denken als het praktisch functioneren – en tot het in specifieke situaties reflecteren op eigen en andermans denken en handelen; Bachelor profieldeel Controlling a. kan reflecteren op de eigen, huidige en toekomstige rol als controller; Master a. kan een reflectieverslag schrijven; b. kan reflecteren op de wijze waarop het eigen onderzoek tot stand is gekomen;
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
69
7. managementcontrolsystemen zodanig te analyseren en te ontwerpen dat deze passen in de strategie, de organisatie en de wijze van bedrijfsvoering en hierover te adviseren; Master a. kan gefundeerde beslissingen nemen omtrent de verandering of vervanging van bestaande Management Accounting systemen; b. kan een managementcontrolsysteem analyseren en ontwerpen binnen de bedrijfsstrategie; 8. de informatietechnische en administratief-organisatorische informatievoorziening zodanig te analyseren en te ontwerpen dat deze passen in de strategie, de organisatie en de wijze van bedrijfsvoering, en hierover te adviseren; Master a. kan de informatievoorziening van een concreet bedrijf analyseren en ontwerpen; 9. risico’s van de bedrijfsvoering in te schatten en beleid te ontwerpen om de risico’s te beperken; Bachelor profieldeel Controlling a. kan de financiële risico’s van logistieke processen inschatten; Master a. kan risicoposities en het waarderen van (embedded) opties in diverse vermogenstitels analyseren; b. kan een bedrijfsstrategie ontwerpen; 10. een financieel-economische rapportagestructuur op te zetten; 11. verantwoordelijkheid te dragen voor de economische rationaliteit van de besluitvorming; Bachelor profieldeel Controlling a. kan de marktwaarde van een organisatie vaststellen; Master a. kan risicoposities bepalen op basis van gegevens in jaarverslagen; 12. op basis van inzicht in specialistisch-ondersteunende vakgebieden, gesprekspartner te zijn van enerzijds specialisten en anderzijds collega-managers en andere collega’s; Bachelor profieldeel Controlling a. heeft inzicht in de basisbeginselen van interne logistieke processen; b. heeft een algemeen inzicht in het auditing proces; c. heeft inzicht in de invloed van het auditing proces op de dagelijkse praktijk van de controller; d. kan een marketingprobleem in de eigen beroepspraktijk herkennen, analyseren en er oplossingen voor aandragen; e. heeft inzicht in zijn toekomstige taak als controller; Master a. heeft inzicht in de logistiek van het ketenverband; b. heeft inzicht in de rol van de controller in de logistiek van een ketenverband; c. kan theoretische Human Resource-concepten en -invalshoeken toepassen op de inrichting van een organisatie; d. kan auditing processen analyseren op het daadwerkelijk en toereikend functioneren; e. kan oplossingen formuleren voor ontoereikende auditing processen; 13. zowel zelfstandig als in teams te werken in de praktijk; Bachelor profieldeel Controlling a. kan een artikel samenvatten; b. kan in groepsverband een casus uitwerken; Master a. kan in groepsverband vaktechnische vraagstukken bespreken en analyseren, mede in relatie tot praktijksituaties; b. kan in groepsverband een praktijkopdracht uitvoeren; c. kan een uitvoerige casus in groepsverband uitwerken; d. kan in groepsverband een praktijkopdracht uitvoeren;
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
70
14. verworven kennis en inzichten op het vakgebied te gebruiken in de beroepsuitoefening en zowel in woord als in geschrift op adequate wijze te communiceren met beroepsgenoten en nietdeskundigen; Bachelor profieldeel Controlling a. kan een samenvatting presenteren; b. kan een groepsdiscussie voeren; c. kan een uitgewerkte casus presenteren; d. kan een (fictief) marketingplan schrijven; e. kan een casus bediscussiëren; f. beheerst verschillende presentatietechnieken; Master a. kan de gekozen oplossingen op een professionele wijze presenteren; b. kan de resultaten van een praktijkonderzoek presenteren, zowel mondeling als schriftelijk; c. kan de resultaten van een wetenschappelijk onderzoek samenvatten tot een hand-out; d. kan de resultaten van een statistisch onderzoek presenteren; e. kan de uitwerking van een casus presenteren; f. kan een wetenschappelijk onderzoek rapporteren, presenteren en verdedigen; g. kan de analyse en de oplossingen van een onderzoek in de praktijk presenteren; 15. in de (toekomstige) beroepsuitoefening op een integere wijze te functioneren, zich te verantwoorden en in situaties, waarin sprake kan zijn van tegenstrijdige belangen en inzichten, te komen tot een eigen afweging, oordeelsvorming en professioneel handelen; Bachelor profieldeel Controlling a. is zich bewust van de ethische dilemma’s van de controller; Master a. kent de belangrijkste methoden en technieken van de belangrijkste HRM-deelterreinen (werven, selecteren, beoordelen, belonen, ontwikkelen) en is in staat oplossingsrichtingen te formuleren voor vraagstukken op deze terreinen.
QANU / Accountancy, NIVRA-Nyenrode, Nyenrode Business Universiteit
71