November 2009 Thema Assen Sensorstad
Assen
Economisch magazine van de gemeente Assen
een goede keus
assen een goede keus I
uw
multitool voor...
Industrieweg 38, 9403 AB Assen | [t] 0592 37 95 55 [e]
[email protected] | [i] www.vangorcum.nl
FSC, ISO9001 en ISO14001 gecertificeerd
Inhoud
Inhoud Voorwoord: Assen groeit!
3
Sensorstad
Colofon ‘Assen een goede keus’ is een uitgave van de gemeente Assen, Economische Zaken, voor ondernemers. Het magazine verschijnt twee keer per jaar.
Hart geavanceerd beveiligingssysteem Trigion komt uit Assen
4
“DySI heeft NedTrain ondersteund in missie”
6
Asser sensorsysteem helpt Canadese Indianen
8
Warenhuis Vanderveen ziet veel mogelijkheden sensortechnologie
10
Groter gevoel van vrijheid en zelfstandigheid voor cliënten NOVO
12
Twence kan nu twee keer zo veel ladingen verwerken
14
Toegang tot fabrieksterrein FrieslandCampina fraudebestendig geautomatiseerd
16
“We staan aan het begin van een nieuw tijdperk”
18
TNO staat volop in Asser netwerk sensortechnologie
20
HIT-studenten kunnen bij ASTRON veel kennis en ervaring opdoen
22
Nawoord: Assen een goede keus
25
Verspreiding: â 2 QGHUQHPHUVHQLQVWHOOLQJHQ in Assen (bedrijventerreinen en centrumgebied) â Y DVWEHVWDQGYDQLQWHUPHGLDLUV HQUHODWLHV â R SDDQYUDDJ 2SODJH Lay-out & druk: .RQLQNOLMNH9DQ*RUFXP%9$VVHQ Fotografie: 5XG\/HXNIHOGW Dacom René Keijzer 'HERUDK5RďHO Foto Twence: Arthur Riet Tekst: 0DDUWHQ%XQW Redactie: gemeente Assen
assen een goede keus 1
Voorwoord
Assen groeit! Al jaren is Assen de snelst groeiende gemeente van Noord-Nederland. Een stad die barst van de dynamiek. Denk aan groei in de culturele sector met de bouw van het Cultureel Kwartier, groei in woningbouw met Kloosterveste als het grootste bouwproject van het Noorden en groei op het gebied van sensortechnologie. In de afgelopen jaren is Assen het centrum van sensortechnologie in Nederland geworden. De kennisinfrastructuur is klaar. Te beginnen met het Hanze Institute of Technology. Daar kan met de inzet van HBO-studenten de praktische aspecten van sensortechnologie worden uitgewerkt. Het hoogwaardig technologisch onderzoeksinstituut INCAS3 vult de kennisinfrastructuur aan met postdocs en promovendi. In samenwerking met het (inter-)nationale bedrijfsleven en met kennisinstituten uit Canada en Duitsland heeft deze wetenschappelijke organisatie definitief positie gekregen in Assen. Nu breekt de volgende fase aan waarin bedrijven met deze kennisinstellingen samen kunnen gaan werken aan concrete toepassingen waarmee economische ontwikkeling ontstaat. Een aantal praktijkvoorbeelden leest u in dit magazine. Assen is trots op deze ontwikkelingen en verwacht daar veel van. En zo groeit Assen door. Ik wens u veel leesplezier! Sicko Heldoorn Burgemeester Assen
assen een goede keus 3
9HUEHWHULQJEHZDNLQJHQEHYHLOLJLQJ
Hart geavanceerd beveiligingssysteem Trigion komt uit Assen Het hart van het awardwinning beveiligingssysteem BeWare, dat in staat is om criminaliteit en calamiteiten te voorspellen en dus te voorkomen, is afkomstig uit Assen. Softwareontwikkelaar DySI schreef er de software voor. Het systeem is ontwikkeld door Trigion, de grootste beveiliger van Nederland, in samenwerking met tal van kennisinstituten en bedrijven. Volgens Ron Knaap, manager productontwikkeling van Trigion, verbetert het innovatieve BeWare de kwaliteit van de bewaking en beveiliging.
“Trigion wil als grootste in zijn vakgebied toonaangevend zijn en vernieuwen,” vertelt Knaap. “Om in die opzet te kunnen slagen hebben we partnerships nodig. Wij weten veel van beveiligen, maar hebben onvoldoende expertise in huis om systemen zoals Beware te ontwikkelen.” “We willen altijd partners die goed kunnen samenwerken. Voor BeWare zijn we breder gaan zoeken dan tussen de bedrijven die we al kenden. Daarvoor hoef je niet helemaal naar het buitenland. Als je goed zoekt, vind je in Nederland ook, soms kleine, organisaties met een hoog kennisniveau. En zo kwamen wij DySI uit Assen tegen. DySI kon goed zijn rol duiden in het project en zijn eigen grenzen aangeven. Net als wij dat ook doen: wij zijn uiteindelijk gewoon beveiligers en hebben geen verstand van fysica, data enrichment of sensoren die niet toegepast worden in het veiligheidsdomein.” Software DySI bouwde het hart van BeWare: een high-performance systeem dat in staat is om in duizelingwekkend tempo de gegevens van meldpanelen, alarmsystemen, hekwerkdetectoren, beveiligingscamera’s, openbare bronnen en zelfs politieregisters te analyseren en te combineren. De software legt patronen bloot en signaleert afwijkingen, onder meer door historische vergelijkingen te maken. Elke
4 assen een goede keus
afwijking resulteert in een onmiddellijke melding, compleet met 3D virtual reality-beelden en risicoanalyse.
list de gebeurtenis kan evalueren en op basis daarvan zijn diensten kan verbeteren.
Geavanceerde technieken BeWare zit vol met geavanceerde technieken, zoals multidimensionale data-analyse, modellering en 3D-virtualisatie. Deze ondersteunen de centralisten in de controlekamer bij het herkennen van afwijkingen en calamiteiten vóórdat ze plaatsvinden. Doordat het systeem een misdaad of calamiteit voorspelt, kunnen centralisten eerder en effectiever reageren. Het systeem is zelflerend en adviseert voortdurend verbeteringen om de beveiligingsmaatregelen te optimaliseren. Dat begint al direct na de installatie: dan gaat het systeem zich voeden met gegevens uit de diverse bronnen en afkomstig van de centralist. Ook daarna beweegt het concept continu mee met veranderende omgevingsfactoren én kan het anticiperen op de reacties van beveiligers en hulpverleners.
Meerdere dimensies “Een systeem als BeWare is alleen mogelijk met veel sensoren en een koppeling van veel informatiebronnen,” merkt Knaap tot slot op. “Vroeger reageerde een beveiliger op een ééndimensionale melding. Nu moet hij handelen op basis van meerdere dimensies. Dat kan een mens niet aan. Daarom is er software nodig die al die gegevens verwerkt en oplossingen aangeeft. DySI is er zeer goed in geslaagd die te ontwikkelen en heeft Trigion geholpen de kwaliteit van de bewaking en beveiliging op een hoger plan te tillen.”
Diensten verbeteren De 3D-omgeving van BeWare kan ook worden gebruikt voor oefeningen en trainingen. Elke calamiteit is op locatie in de computer te simuleren, zonder extra kosten te maken en ook zonder dat het nodig is om productieprocessen of verkeer stil te leggen. Ook kan het systeem de film van een calamiteit afspelen, zodat de centra-
BeWare wint prestigieuze vakprijs Begin september sleepte het beveiligingsconcept BeWare de internationale vakprijs ASIS Accolade 2009 in de wacht. Het deels in Assen ontwikkelde BeWare laat daarmee diverse innovaties uit landen als de VS, Groot-Brittannië en Japan achter zich. De prijs werd uitgereikt op de prestigieuze ASIS International Security Exhibit, de grootste beurs ter wereld op het gebied van beveiliging.
DySI: informatie uit complexe gegevensstromen Softwareontwikkelaar DySI (Dynamic Systems Intelligence) uit Assen is gespecialiseerd in dynamische beheerssystemen: software gekoppeld aan sensoren in complexe processen. Zo’n systeem verschaft continu inzicht in de uitkomst van een proces. Daartoe wordt de gigantische stroom aan gegevens verwerkt in door DySI ontwikkelde computermodellen en analysetools. Het systeem spoort afwijkingen van patronen op, anticipeert op de uitkomst van het proces en kan dat proces indien nodig direct bijsturen, zodat het optimaal verloopt. Ook kan het systeem zelf meeveranderen. Dergelijke dynamische systemen kunnen in talloze omgevingen worden toegepast, onder andere in watermanagement, beveiliging, energiebeheer, mobiliteit en industriële productieprocessen. Netwerk De oprichters van DySI, Eugène de Geus en Kjeld van der Schaaf, stonden enkele jaren geleden mede aan de basis van het netwerk rond de sensortechnologie, bestaande uit bedrijven, onderzoeks- en onderwijsinstellingen, en overheden. “Het is heel belangrijk dat dit netwerk er is,” meent De Geus. “Het is een omgeving waarin veel gebeurt. We stimuleren elkaar. Innovaties ontstaan vaak door onderlinge contacten. Zo werken wij veel samen met INCAS3 en het HIT. We kennen elkaar goed, betrekken elkaar bij verschillende projecten.” “DySI verricht voor diverse klanten projecten op commerciële basis. Ook zijn we betrokken bij gesubsidieerde projecten zoals Watersense en Sensor City Assen.”
Ron Knaap, manager productontwikkeling van Trigion
assen een goede keus 5
6XFFHVYROSURMHFW
“DySI heeft NedTrain ondersteund in missie” In een samenwerkingsproject met DySI uit Assen heeft NedTrain een slepend probleem met de treinstellen van het model ‘hondenkop’ weten inzichtelijk te maken en deels op te lossen. NedTrain, dat onderhoud en revisie van treinstellen verzorgt voor onder andere de NS, is daarmee ondersteund in haar missie, vertelt Frits Neuteboom, reliability engineer van NedTrain.
Met de ‘hondenkop’-treinstellen waren al vanaf 1998 problemen. Het grootste probleem zat in de voortstuwing van het treinstel door de tractieinstallatie, bestaande uit de bovenleiding, de bediening en de motoren. Door vonkvorming en sluiting vielen motoren steeds vaker uit en stonden treinen stil. In de eerste plaats erg vervelend voor de reizigers. Maar ook voor NedTrain, dat het defecte treinstel naar een onderhoudsbedrijf moest slepen en de motor vervangen. Uitval beperken Voor NedTrain diende zich de vraag aan hoe het die vroegtijdige uitval van motoren tot een minimum kon beperken. Neuteboom blikt terug: “We hebben verschillende methodes toegepast om de oplossing te vinden. Zoals de Kepner&Tregoe-analyse. Die gaf aan dat het probleem in de motor of in de verhoogde spanning van de bovenleiding zat. Maar ook andere factoren konden van invloed zijn, zoals de infrastructuur. Dus was de vraag: wat is de meest verstorende factor?” “Met de Failure Mode and Effect Analysis wisten we wel de meest verstorende factoren te duiden, maar konden we niet de vinger leggen op
6 assen een goede keus
de oorzaak van het uitvallen van de motoren. Daarvoor waren er te veel invloedsfactoren. Dus moesten we zoeken naar andere, meer innovatieve methoden.” Trein in omgeving meten “Via onze partner Lloyd’s Register Rail, het ‘technische geweten van NedTrain’, kwamen we in contact met DySI, specialist op het gebied van het verwerken van grote hoeveelheden gegevens. We hebben gezamenlijk een project opgezet om het ontwerp van de installatie verder te onderzoeken en het effect van invloedsfactoren te meten.” “We hebben een treinstel volgepropt met zeventig sensoren en zijn dat in zijn omgeving gaan meten. We wilden weten wat de invloed van de omgeving is, dus van de bovenleiding en van de baan, inclusief overgangen, bruggen en dergelijke. Maar ook van het soort gebruik: wat is de invloed van rijden in stopdienst, in sneldienst of van rangeren? Wat is de invloed van snelheid? En is er sprake van één invloedsfactor of van een combinatie van invloedsfactoren?” “We hebben het treinstel normaal ingezet, door het hele land, met
verschillende machinisten. Na acht maanden meten in deze zeer realistische testsetting hadden we een goed beeld van het gedrag van de trein én inzicht in de oorzaak. Die bleek te liggen in een combinatie van de verhoogde spanning in de bovenleiding, het hoge toerental van de motor en trillingen uit de baan.” “Omdat de NS de hondenkoptreinstellen rond 2014 mogelijk uit de roulatie neemt, is het vervangen van
Frits Neuteboom, reliability engineer van NedTrain
de gehele tractie-installatie een te dure optie. Maar we kunnen wel de motor instellen op die punten waar het grootste risico van vonkvorming optreedt. Het bleek dat we dat niet op de juiste plekken in de motor deden.” Best in class “Het project met DySI heeft NedTrain inzicht in de zwakke plekken van de installatie opgeleverd, hoe we op basis daarvan ons onderhoud kunnen
aanscherpen en hoe we het aantal defecte motoren sterk kunnen terugbrengen. Daarmee heeft DySI ons ondersteund in onze missie, ‘best in class’ als onderhouder van railmaterieel. Deze methode kunnen we ook op andere treinseries toepassen.” Volgens Neuteboom zit de kracht van het project ‘m in de koppeling van technische kennis aan geavanceerde statische methodes: “Er is heel veel kennis bij mensen. Een groot deel
daarvan staat op papier. Die kennis gekoppeld aan de statistische methode van DySI levert inzicht in hoe de trein werkelijk functioneert in zijn omgeving. De crux bij zo’n project is goede samenwerking, goed naar elkaar luisteren. DySI levert niet alleen de statistiek zodat je de meetgegevens kunt interpreteren, maar denkt ook mee over de technischwetenschappelijke achtergronden. Zodat je de kernoorzaak vindt.”
assen een goede keus 7
Samenwerking INCAS met gerenommeerde University of Saskatchewan
Asser sensorsysteem helpt Canadese Indianen Indianen in het grensgebied van de Canadese provincies Northwest Territories en Saskatchewan worden uitgerust met een sensorsysteem, dat voor een belangrijk deel uit Assen afkomstig is. Met dit systeem kunnen zij het milieu van hun leefomgeving monitoren. De basistechnologie voor dit systeem wordt momenteel ontwikkeld door de gerenommeerde University of Saskatchewan in de stad Sasketoon in samenwerking met INCAS3 uit Assen. Dr. Heinrich Wörtche van INCAS3 en professor Chary Rangacharyulu van de University of Saskatchewan leggen uit.
Het sensorsysteem wordt ingezet om de kwaliteit van het milieu te monitoren en te bewaken. De plaatselijke bevolking van het grensgebied van Northwest Territories en Saskatchewan, grotendeels bestaande uit inheemse Indianen, is namelijk bezorgd om de milieukwaliteit van hun leefgebied nu grote internationale concerns en het provinciebestuur plannen ontwikkelen om bodemrijkdommen zoals uranium en olie, te exploiteren. Meting milieu-effecten Om zowel het economische als het milieubelang te dienen wil het provinciebestuur permanent metingen van de milieu-effecten van de winning van de grondstoffen laten verrichten. In principe zouden dergelijke metingen kunnen worden verricht door bodem-, water- en luchtmonsters in een laboratorium te onderzoeken. Sensorsystemen echter bieden het grote voordeel dat zij realtime gegevens kunnen verstrekken: de effecten op het milieu zijn direct waar te nemen. Ontwikkelen met bevolking “Echter, betrouwbare systemen die op afstand gegevens uit het milieu kunnen lezen en dat onder zeer moeilijke omstandigheden, zijn op dit moment niet beschikbaar,”
8 assen een goede keus
vertelt Wörtche. “Die techniek zijn wij nu in een samenwerkingsproject van INCAS3 en de University of Saskatchewan aan het ontwikkelen. Daarbij levert INCAS3 kennis aan.” Eind 2010 wordt een eerste prototype van het systeem in de Canadese natuur geplaatst om gedurende een jaar te worden getest. Wörtche: “Omdat we voor die testen niet steeds naar Canada kunnen reizen, schakelen we de hulp van de bevolking in. De mensen helpen ons dus bij het ontwikkelen van het sensorsysteem. Zij gaan daarvoor een opleidingstraject van lokale partners van de universiteit volgen.” “Wij willen de mensen vooral in staat stellen om metingen te verrichten,” vult Rangacharyulu aan. “We gaan hen leren om met het sensorsysteem om te gaan, metingen te verrichten en de cijfers zo te lezen dat ze betekenis voor hen hebben. Zodat ze weten wat de kwaliteit van hun leefomgeving is. Met die kennis kunnen ze dan verder.” Onderwijs Daarnaast krijgen scholen in het testgebied de beschikking over een vereenvoudigde versie van het sensorsysteem, dat zij kunnen gebruiken voor onderwijsdoeleinden. Op deze manier maken scholieren kennis met de technologie. Eind oktober zijn Heinrich Wörtche
en John van Pol van INCAS3 in Saskatchewan op bezoek geweest om de eerste systemen aan scholen aan te bieden. Op de langere termijn levert met name het educatieve deel van het project een bijdrage aan het doel van de overheid om het opleidingsniveau van de bevolking en de kwaliteit van het onderwijssysteem te verhogen. Het project maakt deel uit van een overheidsprogramma om de leefkwaliteit van de Indianen te verbeteren. Samenwerking Het samenwerkingsproject is niet het eerste waarin Rangcharyulu en Wörtche samenwerken. Zij kennen elkaar al sinds 1989, vertelt Rangacharyulu: “We hebben samengewerkt in verscheidene projecten aan de universiteit van Darmstadt, en later ook op andere plaatsen in de wereld, waaronder Nederland. We kennen elkaar goed. En als we samenwerken, weten we dat het goed zal uitpakken. Ik heb dan ook geen twijfel dat ons project in Northwest Territories en Saskatchewan goed zal slagen.” Het eerste volledig werkende sensorsysteem dat de kwaliteit van het milieu leefgebied van de Indianen permanent monitort, wordt in de loop van 2011 verwacht.
University of Saskatchewan Canada
INCAS3: samenwerkingsverbanden tussen industrie en wetenschap INCAS3 stimuleert wetenschappelijk onderzoek dat gericht is op praktisch toepasbare oplossingen, bij voorkeur op meerdere terreinen. Daartoe smeedt INCAS³ nationale en internationale samenwerkingsverbanden tussen de industrie en vooraanstaande wetenschappers. Zelf neemt INCAS³ een initiërende, coördinerende en faciliterende rol in en brengt daarnaast haar sensorexpertise in. INCAS³ werkt internationaal: om wereldwijd een vooraanstaande rol te spelen op het gebied van sensortechnologie is het van belang samen te werken met partners die voorop lopen. INCAS³ is op dit moment al samenwerkingsverbanden gestart met toonaangevende wetenschappelijke instituten in Canada, Duitsland, Japan en Slovenië en heeft daarnaast enkele zeer innovatieve industriële partners aan zich gebonden. Intensieve contacten INCAS3 werkt niet in opdracht van, maar werkt samen met het bedrijfsleven. Gezamenlijk pakken zij wetenschappelijke vraagstukken op, bijvoorbeeld op het gebied van verbetering van sensoren, computernetwerken, softwarepakketten en datanetwerken. Samenwerkingspartners zijn onder andere DySI uit Assen, Dacom uit Emmen en Medusa uit Groningen. Dergelijke samenwerkingsverbanden leveren voor alle partijen interessante expertise op.
Andere samenwerkingsverbanden brengen meer concrete resultaten. Zoals een op te zetten project met het TT-circuit en internationale wetenschappers. Het circuit zoekt een bruikbare oplossing voor de geluidsoverlast. Voor de wetenschappers een prachtige uitdaging en een interessante testcase. Daarnaast onderhoudt INCAS³ intensieve contacten met HBOopleidingen in Drenthe, met name met het HIT in Assen en Stenden in Emmen. Met deze instellingen bespreekt INCAS³ wetenschappelijke en engineeringsvraagstukken die het voorgelegd krijgt van haar partners. Ook zetten INCAS3 en de opleidingen gezamenlijk onderzoeksprojecten op. Versterking regio INCAS³ heeft de ambitie om in de komende vijf jaar uit te groeien tot een kenniscentrum met zeventig arbeidsplaatsen, een ruime hoeveelheid hoogwaardige werkgelegenheid bij betrokken bedrijven en kennisinstellingen en een aantal nieuwe innovatieve ondernemingen. INCAS³ wordt gesubsidieerd door het SNN, het ministerie van Economische Zaken, de provincie Drenthe en de gemeente Assen, en werkt samen met Sensor Universe, een noordelijk platform voor sensortechnologie met het doel om bedrijfsleven, onderwijs, onderzoek en overheid samen te brengen.
assen een goede keus 9
6OLPPHZDWHUPHWHUYRRUNRPW KHUKDOLQJRYHUVWURPLQJ
Warenhuis Vanderveen ziet veel mogelijkheden sensortechnologie
Nadat in maart van dit jaar warenhuis Vanderveen in het centrum van Assen aan een overstromingsramp was ontkomen, liet het bedrijf de slimme watermeter van Metsens installeren. Om herhaling en vooral erger te voorkomen. Jelle Vanderveen, van het gelijknamige warenhuis, raakte meteen enthousiast en ziet meer mogelijkheden voor slimme meters en andere toepassingen van sensortechnologie. Jelle Vanderveen van warenhuis Vanderveen
10 assen een goede keus
Vanderveen maakte kennis met de sensortechnologie na een paar hectische dagen. In maart stond de afdeling Faunaland op de eerste etage blank nadat een medewerker de waterleiding waarmee zij een aquarium vulde, had vergeten af te sluiten. De kraan stond de hele nacht open, het aquarium stroomde over, met een groot waterballet tot gevolg. Het water sijpelde door de vloer naar de begane grond. Tot de volgende ochtend de eerste medewerkers het warenhuis binnenkwamen, heeft niemand er iets van gemerkt. Voorkomen “Hoewel de gevolgen gelukkig meevielen – slechts vier van de zestig afdelingen hadden lichte schade - , dacht ik als eerste: hoe kon dit gebeuren?”, blikt Vanderveen terug. “Hier was sprake van een menselijke fout. De betrokken medewerker is zich rot geschrokken en zal het nooit meer doen. Maar zo’n overstroming kan ook door een technische fout ontstaan. Dus is de vraag: hoe kun je zo’n ramp voorkomen?” Intelligente meter “Een paar dagen na de overstroming nam Wil van Paridon van de Asser
firma Metsens contact met ons op. Hebben jullie dan geen signalering?, vroeg hij. We raakten geïnteresseerd, het contact werd gelegd en we besloten op twee leidingen de intelligente meter van Metsens te laten installeren. Het systeem bestaat uit een apparaatje verbonden met een server met SMS-software. Bij elke afwijking van normaal gebruik krijgen we een waarschuwing via SMS. We kunnen zelf de toegestane grenzen van het gebruik en de tijdstippen daarvan instellen. Dat het echt werkt, merkte ik een keer op een koopzondag. Ik kreeg een SMS over te hoog watergebruik. Gelukkig was er niks aan de hand. Ik had vergeten het systeem op de koopzondag in te stellen.” “De meter geeft realtime een overzicht van het watergebruik, herkent patronen en ziet wanneer er veel water wordt verbruikt. Met dat inzicht kun je ook kijken of je invloed kunt uitoefenen, met andere woorden: of je besparende maatregelen kunt nemen. Dat is met water misschien wat minder interessant, maar des te meer met gas en elektra. Daarom zijn we samen met Metsens aan het kijken of zo’n slimme meter van gas en elektra voor ons ook nuttig is.”
Meer toepassingen sensortechnologie “Het energieverbruik beperken is natuurlijk ook interessant vanuit het oogpunt van duurzaam ondernemen. We zien op dat gebied veel mogelijkheden voor sensortechnologie. We komen steeds meer te weten over mogelijkheden. De techniek is wellicht toe te passen op meer terreinen, zoals de klimaatbeheersing in het warenhuis. We bereiden momenteel nieuwbouw voor op de plaats van het huidige pand van Eyewish Groeneveld op de hoek van het Koopmansplein en de Kruisstraat. De historische gevel wordt in oorspronkelijke staat hersteld en daar komt een modern glazen dak op. In die ruimte willen we een klimaat creëren waarin mensen zich prettig voelen. Daarbij is sensortechnologie goed toepasbaar.” Publieksruimte “We willen ook graag dat de inwoners van Assen meer te weten komen over sensortechnologie. Onze nieuwbouw biedt een enorm mooie ruimte, die we mogelijkerwijs als publieksruimte voor sensortechnologie kunnen inzetten. In ons warenhuis komen dagelijks veel mensen, die dan kunnen kennismaken met de geweldige mogelijkheden.”
Metsens: intelligent meten van gas, water en elektra Technologisch automatiseringsbedrijf Metsens uit Assen ontwikkelt een systeem voor het intelligent meten van gas, water en elektra. Het systeem is beschikbaar in twee versies: OurSens voor bedrijven en MySens voor particulieren. Het systeem bestaat uit een data home unit (DHU), dat in de meterkast wordt geplaatst en verbonden is met de verschillende slimme meters, en uit software. De DHU leest de verschillende meters op vaste momenten uit en stuurt deze gegevens naar de PC of laptop van de gebruiker. Deze krijgt dus grip op zijn verbruiksgegevens. Het systeem biedt via gebruikersvriendelijke software realtime een gedetailleerd inzicht in het verbruik van gas, water en elektra. Een afwijking van normaal
verbruik, bijvoorbeeld door een lekkage, of een overschrijding van een streefniveau van verbruik kunnen aanleiding zijn om de gebruiker een waarschuwing via SMS te sturen. Doordat de gebruiker heel gedetailleerd zijn verbruik kan volgen, gaat hij begrijpen hoe het verbruik is opgebouwd en kan hij desgewenst ingrijpen. Metsens ziet talloze mogelijkheden voor het intelligente meetsysteem, vooral omdat er voor gebruikers veel financieel voordeel mee valt te behalen. Zo kunnen eindgebruikers met vergelijkbare verbruikspatronen inkoopcombinaties vormen en voordelige contracten met een energieleverancier sluiten. Een andere mogelijkheid is het op afstand via internet en de intelligente meter inschakelen
van apparaten op een moment dat energie voordelig is. In Assen lukt alles Het bedrijf Metsens is eind 2008 opgericht door Wil en Iben van Paridon. Met een nieuw concept van slim meten van gas, water en elektra, waarbij de digitale gebruiksinformatie in eerste instantie bij de gebruiker zelf terecht komt en niet rechtstreeks bij de leverancier, hadden zij de Innovatieprijs van het Innovatief Actieprogramma Drenthe gewonnen en daarmee het startkapitaal voor de onderneming Metsens. De firma sloot een samenwerkingsovereenkomst met het HIT en vestigde zich in het HITgebouw aan de Industrieweg. Wil van Paridon: “Wij werken veel
samen met studenten van de HITopleiding. Maar ook met andere bedrijven en organisaties in het gebouw. Sensor Universe bijvoorbeeld adviseert ons op strategisch gebied. Met Produrion, ook een softwareontwikkelaar in het HITgebouw, en TNO ICT werken we aan een nieuw billingsysteem voor de energierekening. Ook de contacten met de gemeente zijn uitstekend: de afstand is klein, de lijnen kort. Het valt allemaal precies goed. En zakelijk gonst het ook. Ik heb voortdurend het gevoel: in Assen lukt alles!”
assen een goede keus 11
Groter gevoel van vrijheid en Het Instituut voor ICT en het HIT, beide onderdeel van de Hanzehogeschool Groningen, ontwikkelen in nauwe samenwerking met Stichting NOVO en AVICS een systeem dat licht verstandelijk gehandicapten die zelfstandig wonen, 24 uur per dag monitort en indien nodig ingrijpt. Het systeem geeft de gehandicapte een groter gevoel van vrijheid en zelfstandigheid, vertellen Rik Bakker, regiomanager Stad Groningen van NOVO, en Theo Miljoen, projectmanager van het Instituut voor ICT. Rik Bakker, regiomanager Stad Groningen van NOVO
CENSI: innovatieve projecten met sensortechnologie CENSI is het onderzoeksbureau van het Hanze Institute of Technology (HIT). In samenwerking met bedrijven of instellingen voert het bureau innovatieve projecten uit waarbij sensortechnologie wordt toegepast. De projecten begeven zich op vele gebieden, zoals sport en beweging, energie en zorg. CENSI werkt op non-commerciële basis. De projecten hebben namelijk ook een onderwijsdoel. CENSI zet studenten in. De koppeling met het onderwijs maakt de diensten relatief voordelig. Daarnaast levert CENSI veel knowhow, mede dankzij de medewerking van lector Hans Appel (lectoraat Computer Science & Sensor Technology) en lector Hugo Velthuijsen (lectoraat New Business & ICT). Daar kunnen de klanten profijt van hebben, want zij kunnen die gebruiken voor de ontwikkeling van hun producten. CENSI zelf is dus geen commerciële business, maar de diensten kunnen wel een commerciële spin-off hebben.
12 assen een goede keus
,QWHOOLJHQWHPRQLWRULQJOLFKW YHUVWDQGHOLMNJHKDQGLFDSWHQ
zelfstandigheid voor cliënten NOVO “Het samenwerkingsproject is begonnen met een klacht van de ouder van een cliënt,” blikt Bakker terug. “NOVO zou niet creatief en ambitieus genoeg zijn in de begeleiding van de cliënt. De moeder van deze client liet mij zien hoe zij in de thuissituatie gebruik maakte van ICT-toepassingen en bracht me in contact met Karin Kalverboer van het zorginnovatieplatform. Tijdens de afhandeling van de klacht kwam ik erachter hoe weinig NOVO gebruik maakt van intelligente ICT-toepassingen in de woonomgeving. Ook kwam ik in contact met CENSI, het onderzoeksbureau van het HIT, en Hugo Velthuijsen, lector New Business & ICT van de Hanzehogeschool Groningen. Gezamenlijk hebben we een onderzoeksproject opgezet dat de mogelijkheden onderzoekt om met intelligente ICT-toepassingen in de woonsituatie de begeleiding van de licht verstandelijk gehandicapte minder afhankelijk te maken van menselijke ondersteuning.” Monitorings- en begeleidingssysteem Het Instituut voor ICT, CENSI en NOVO ontwierpen een monitoringsen begeleidingssysteem, dat gebruik maakt van een netwerk van tientallen sensoren in de huisvesting van de gehandicapte. Dat zijn onder andere camera’s, temperatuurmeters, een drukmat in het bed, een GPS-tracking device en een hartslagmeter. Al deze sensoren geven informatie door aan het expertsysteem, waarin het individuele profiel van de gehandicapte is opgeslagen. Het expertsysteem beoordeelt de ontvangen gegevens en zet al dan niet een actie in gang, meestal een niet-menselijke ingreep: het raam dat onnodig openstaat, gaat dicht, het
gasfornuis wordt uitgezet, het licht gaat aan of uit… Welke acties in welke situaties het meest wenselijk zijn, is opgeslagen in dat profiel. Vervolgens beoordeelt het expertsysteem of de actie tot het gewenste resultaat heeft geleid. Zo ja, dan hoeft het systeem geen acties meer in gang te zetten. En zo nee, dan grijpt het systeem opnieuw in. Wanneer dit ook niet tot het gewenste resultaat heeft geleid, dan krijgt de begeleider op afstand een waarschuwing, zodat deze ondersteuning kan bieden. Alle metingen en acties worden in de rapportagemodule geregistreerd. Via deze module krijgen de orthopedagogen inzicht in welke acties het juiste effect hebben. Op basis hiervan kunnen zij tot de conclusie komen dat andere acties wenselijk zijn. Zij krijgen dan ook de mogelijkheid om het profiel en de scripts in het expertsysteem te wijzigen, zodat de acties beter worden afgestemd op de situatie van de gehandicapte en meer effect hebben. Het systeem is dus dynamisch en dat maakt het innovatief en uniek, aldus Theo Miljoen. Vrijheid en zelfstandigheid Momenteel wordt de meeste zorg aan licht verstandelijk gehandicapten die zelfstandig wonen, op afstand geboden. Bakker: “De begeleider komt gemiddeld één uur per dag bij de gehandicapte thuis. Als er buiten dit uur iets aan de hand is, komt de begeleider ook langs. Maar dan ís er al iets aan de hand en kan de begeleider alleen maar reageren. Het systeem dat wij ontwikkelen, is proactief, anticipeert, 24 uur per dag. Daardoor kunnen we veel schade voorkomen.” “Doordat er minder ingrepen van begeleiders nodig zijn, krijgen de
gehandicapten een groter gevoel van vrijheid en zelfstandigheid. Veel van hen houden namelijk niet zo van begeleiding. Maar met het systeem kunnen we hen wel goed monitoren. Door het GPS-tracking device bijvoorbeeld weten we altijd precies waar ze zijn en kunnen we indien nodig snel ingrijpen. Het is dus absoluut veilig.” Open source Het Instituut voor ICT, CENSI en NOVO ontwikkelen het systeem in samenwerking met het lectoraat New Business & ICT en het lectoraat Computer Science & Sensor Technology van de Hanzehogeschool Groningen en softwareontwikkelaar AVICS. Daarbij hanteren zij het principe van open source. Miljoen: “Wat we ontwikkelen, is beschikbaar voor iedereen. Andere zorgaanbieders kunnen het systeem gebruiken, doorontwikkelen en er van alles aan koppelen. Het systeem is in vele andere situaties bruikbaar, bijvoorbeeld in de begeleiding van licht dementerende ouderen. Er is al veel belangstelling uit de zorgwereld. Maar ook van zorgverzekeraars, want het systeem kan wellicht aanzienlijke besparingen opleveren.” Het systeem bestaat echter alleen nog op papier. De komende twee jaar gaan het Instituut voor ICT, CENSI en NOVO het samen met AVICS verder ontwikkelen en vervolgens uitvoerig testen in een pilotproject. In 2011 wordt het project afgerond met twee proefopstellingen. Dit project is mede mogelijk gemaakt door financiële ondersteuning van de provincie Groningen en het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling.
assen een goede keus 13
Parkview
Twence kan nu twee keer zo veel
14 assen een goede keus
Parkingware: volop mogelijkheden met kentekenherkenning
ladingen verwerken
Met het pakket Parkview kan afvalenergiebedrijf Twence in Hengelo twee keer zo veel ladingen verwerken. Het pakket van softwareontwikkelaar Parkingware uit Gieterveen zorgt voor een aanzienlijke versnelling van het proces van afvalleveranties op het terrein van Twence. Volgens Herman Slaghuis, hoofd informatisering van Twence, is Parkview een goede investering.
Parkview koppelt kentekens aan de registratie van vrachtwagens op de weegbrug. Wanneer een vrachtwagen met afvallading bij de toegangspoort tot het terrein van Twence aankomt, scant een sensor het kenteken. De gegevens gaan naar het softwarepakket, die ze vergelijkt met een database van bekende vervoerders. Is de vrachtwagen bekend, dan kan hij het terrein op. Daar rijdt hij een weegbrug op, levert het afval af, wordt nogmaals gewogen en verlaat het terrein. Versnelling proces “Dit proces gaat veel sneller dan zonder Parkview,” vertelt Slaghuis. “De chauffeur hoeft de vrachtwagen niet meer uit om zich bij een balie te melden. Het systeem herkent zijn vrachtwagen. Bij het wegen worden de kentekengegevens in het ERPsysteem geladen en gekoppeld aan het gewogen gewicht. Alles wordt in de juiste volgorde binnen één minuut afgewerkt. Dat duurde voorheen meer dan twee minuten. Nu is het meest langdurige proces het printen van de weegbon!”
Investering Dat het proces van afleveren sneller verloopt, levert Twence het voordeel van grote tijdwinst op. Slaghuis: “Nu verwerken we drie- tot vierhonderd vrachtwagens per dag. Op termijn kunnen dat er zeven- tot achthonderd worden. Zonder dat we het aantal weegbruggen hoeven uit te breiden. Dat zou een investering van dertig- tot vijftigduizend euro per brug hebben gekost. Dan is de investering in het systeem Parkview van Parkingware veel kleiner!” Betrouwbaar Twence maakte kennis met Parkview nadat het bedrijf verschillende softwareleveranciers had benaderd. “We hadden een blueprint opgesteld van ons proces en de leveranciers gevraagd hoe zij ons daarin konden ondersteunen. Parkingware had de beste papieren. We werken nu een jaar met Parkview en zijn er heel tevreden over. Het is een heel betrouwbaar systeem.”
Softwarebedrijf Parkingware uit Gieterveen ontwikkelt toepassingen voor geautomatiseerde kentekenherkenning. Deze techniek bestaat weliswaar al zo’n vijftien 15 jaar, maar wordt nog niet algemeen toegepast. Doel van Parkingware is om kentekenherkenning gemeengoed te maken voor toepassingen in de zakelijke markt en op termijn ook voor de particuliere markt. Het bedrijf heeft de ambitie om hierin wereldwijd marktleider te worden. Parkingware ziet volop mogelijkheden om kentekenherkenning toe te passen, zoals het automatiseren van weegbrugprocessen en andere logistieke processen, toegangsbeheer bij afgesloten terreinen zoals fabrieksterreinen en recreatiebedrijven, intelligente beveiliging en verkeersmetingen, reistijdenschattingen en parkeerbeheer. Sensor City Parkingware is dan ook betrokken bij het project Sensor City van de provincie Drenthe en de gemeente Assen. In de stad Assen wordt volgend jaar in samenwerking met partijen zoals CapGemini, KPN en TomTom, een grootschalig stedelijk meetnetwerk gerealiseerd waarmee verschillende praktisch bruikbare toepassingen van complexe sensorsystemen kunnen worden ontwikkeld, waaronder parkeerbeheer. Directeur Gerard Spin van Parkingware: “Ons aandeel bestaat uit het toegangsbeheer tot parkeergarages en parkeerplekherkenning. We plaatsen een netwerk van kleine camera’s in de garage zodat de toewijzing van parkeerplekken kan worden geregeld en mensen hun geparkeerde auto gemakkelijk kunnen terugvinden. Ook komt er een mogelijkheid om online te reserveren.” Wereldcentrum Parkingware speelt graag een rol in de sensorbranche van Assen, vertelt Spin: “We werken samen met bijvoorbeeld het HIT en Rosnes. En het netwerk zal alleen maar groeien. Afgaande op presentaties van Sensor City en Sensor Universe heb ik er alle vertrouwen in. Er gaat heel veel gebeuren en daar willen we graag aan bijdragen. We zijn dan ook zeer geïnteresseerd in het nieuwe bedrijventerrein Assen-Zuid, waarvan een deel voor sensorbedrijven is bestemd. We verwachten veel van de wisselwerking die met andere bedrijven zal ontstaan. Assen wordt het wereldcentrum voor sensortechnologie!”
assen een goede keus 15
Parkview
Toegang tot fabrieksterrein fraudebestendig Zuivelfabrikant FrieslandCampina heeft de toegangscontrole tot het fabrieksterrein van een aantal vestigingen op een fraudebestendige manier geautomatiseerd met het systeem Parkview van Parkingware. Volgens Jan Postmus, besturingstechnicus van FrieslandCampina en verantwoordelijk voor de invoering van Parkview op drie vestigingen, is het systeem zeer eenvoudig in het beheer.
Mede in het kader van terrorismebestrijding moest FrieslandCampina hekken plaatsen rond haar productielocaties. Dat riep tevens de vraag op hoe de toegang tot het terrein moest worden geregeld. Al snel viel de keuze op een systeem met kentekenherkenning. “We zijn toen op zoek gegaan naar bedrijven die dat konden leveren,” vertelt Postmus. “We hebben gekozen voor het systeem Parkview van Parkingware.”
“Voordeel van het systeem is dat het fraudebestendig is,” licht Postmus toe. “Het herkent heel veel kentekens, ook buitenlandse, en doet dat feilloos. Daar valt niet mee te sjoemelen. En voor ons is het beheer heel eenvoudig: we hoeven alleen maar de database goed bij te houden. De rest gaat geheel automatisch. Bovendien houdt Parkview bij welke auto’s er op welk moment op het terrein zijn geweest.”
Fraudebestendig Bij de toegangshekken zijn camera’s opgesteld die het kenteken van de auto die zich daar meldt, scannen. De gegevens gaan naar de software van Parkview, die ze vergelijkt met een database. Staat het kenteken geregistreerd in de database en wordt het dus herkend, dan verschijnt op een display een gepersonifieerde welkomstboodschap, springt het stoplicht op groen en gaat de poort open. Anders dient de chauffeur zich te melden via de intercom.
Doorontwikkelen FrieslandCampina voerde het systeem eerst in op haar kaasproductielocaties in Marum, Gerkesklooster en Dronrijp. Inmiddels is het ook op andere vestigingen geïnstalleerd en is het bedrijf begonnen het door te ontwikkelen. Postmus: “We willen het uitbreiden met de mogelijkheid om bekende melkauto’s die toegang tot het terrein hebben gekregen, ook toestemming te geven om de melk te lossen. Daar zijn we nu hard mee bezig.”
16 assen een goede keus
FrieslandCampina geautomatiseerd
Jan Postmus, besturingstechnicus van FrieslandCampina
assen een goede keus 17
Sensoren op de akker
“We staan aan het begin van Met toepassingen van sensortechnologie staat de akkerbouw aan het begin van een nieuw tijdperk, meent akkerbouwer Erik Emmens uit Zeijen. Geavanceerde systemen die gebruik maken van sensoren op de akker, geven de boer elk moment van de dag informatie en advies over bewerking van zijn land. Onlangs probeerde hij samen met het HIT uit Assen en Dacom uit Emmen een demo van een nieuw systeem uit.
“We hebben onderzocht wat sensoren nog meer kunnen dan de vochtigheid van de bodem meten,” vertelt Emmens. “De huidige systemen meten alleen het vocht. Maar je kunt ze ook gebruiken om te meten wat diverse grondbewerkingen met je land doen. Wat voor effect heeft het als je de akker spit, ploegt of bemest? Als je bijvoorbeeld precies weet hoeveel stikstof er in de bodem zit, hoe kun je de bemesting dan daarop aanpassen?” Managementtool “Alle informatie uit de metingen kan ik thuis op de computer aflezen. Die is altijd actueel. En je krijgt advies: wanneer moet je gaan spitten, ploegen of bemesten? Of moet je soms even wachten? Zo’n systeem is een mooi managementtool. Het kan helpen bij beslissingen over bewerking van het land. De tijd dat een boer op zijn klompen kon aanvoelen wat hij moet doen, is voorbij. Hij moet zijn beslissingen kunnen onderbouwen. Met dit soort systemen kan de boer de kwaliteit van zijn opbrengst verbeteren. Dat is belangrijk, anders kan hij wel inpakken.” Meer pilotprojecten Het project werd uitgevoerd in samenwerking met het HIT. Emmens: “Ik vond het heel interessant om met studenten, die uit de hele wereld afkomstig zijn, contact te hebben. Zij kijken vaak heel anders tegen dingen aan en daar kan ik weer van leren.” Voor de nabije toekomst staan er nog meer pilotprojecten met het HIT en Dacom op het programma. Emmens: “We gaan kijken of je meer kunt zeggen over de toestand van de plant.
18 assen een goede keus
Krijgt ie voldoende voedsel? Heeft ie voldoende mineralen? En hoe kun je dan ingrijpen?” “We kunnen nu meten wat de invloed is van bepaalde bewerkingen op de vochtigheid van de bodem. Sommige bewerkingen zorgen ervoor dat de bodem langer vocht vasthoudt. Maar geldt dat ook voor voedingstoffen? We kunnen de groei van gewassen volgen: op grafieken is af te lezen dat ze ‘s nachts geen vocht opnemen en overdag wel. Maar kunnen we ook verschillende groeiwijzen van verschillende gewassen onderscheiden? Verder wordt er wel gesproken over de ‘elektronische aardappel’. Dat is een sensorapparaatje dat je meepoot met de aardappelen en dat het hele traject meegaat en informatie doorgeeft. En zo zijn er nog veel meer toepassingen van sensortechnologie mogelijk in de akkerbouw. “ Netwerk Dankzij contacten in de wereld van de landbouw en die van de sensortechnologie is Emmens goed op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen. Naast zijn werkzaamheden als landbouwer is hij ook adviseur van DLV-Plant en adviseert hij collega-boeren op het gebied van aardappelgewassen en gewasbescherming. Ook zit hij met de agrarische ondernemersclub regelmatig aan tafel met de provincie. “Dan praten we over innovatieve ontwikkelingen,” licht hij toe. “De provincie attendeerde ons op het HIT. En zo zijn die twee werelden bij elkaar gekomen.” “Met de mensen van Dacom heb ik al langer contact. Ik kom ze vaak tegen bij bijeenkomsten en lezingen. Het bedrijf is goed bekend in de land-
Erik Emmens uit Zeijen
bouw. Hun sterke punt is dat oprichter Jan Hadders zelf boer is geweest. Hij heeft dus een sterke affiniteit met landbouw en weet waar hij het over heeft.” Krachten bundelen Volgens Emmens heeft sensortechnologie een grote toekomst in de landbouw. Hij wil dan ook graag in contact komen met andere boeren die ook met sensortechnologie bezig zijn. “Dan hoeven we niet steeds het wiel opnieuw uit te vinden, maar kunnen we juist kennis bundelen,” licht hij toe. “Daar bereiken we veel meer mee voor de landbouwsector.”
een nieuw tijdperk”
Dacom: meer rendement uit de teelt Dacom uit Emmen ontwikkelt gespecialiseerde hardware, software en online adviesdiensten voor akkerbouwbedrijven. Het systeem dat Dacom op de markt brengt, Agri Yield Management geheten, assisteert en adviseert de akkerbouwer bij onder andere ziektebestrijding, beregening, insectenbestrijding, bemesting en effectiviteit van de gebruikte bestrijdingsmiddelen. Daartoe logt de akkerbouwer in op het systeem van Dacom, waarop hij in één oogopslag de situatie van zijn gewassen kan zien en continu zijn teelt kan volgen. Ook krijgt hij advies over uit te voeren teeltmaatregelen op zijn land en het meest geschikte moment daarvoor. Door het advies op te volgen kan hij meer rendement uit zijn teelt halen. Het advies van Dacom is gebaseerd op gegevens afkomstig van sensoren en weerstations op de akker van de betreffende akkerbouwer, van de actuele weersgesteldheid en -voorspellingen en wetenschappelijke kennis van gewassen. Het Agri Yield Managementsysteem is overal ter wereld toepasbaar en bewijst grote diensten in gebieden waar water schaars is. Zo is
bij akkerbouwbedrijven in Egypte en Saoedi-Arabië door inzet van het systeem het water- en kunstmestverbruik aanzienlijk gedaald en door een goede afstemming van bewatering en bemesting het resultaat verbeterd. Kennis uitwisselen Dacom is weliswaar gevestigd in Emmen, maar maakt volop deel uit van het sensornetwerk van Assen. Zo is Jan Hadders, de oprichter van Dacom, actief bestuurslid van Sensor Universe. “Ook wisselen we veel kennis uit met Assen, met name met wetenschappelijk onderzoeksinstituut INCAS3,” vertelt Janneke Hadders, directeur van Dacom. “Daarmee willen we de ontwikkeling van sensortoepassingen verder helpen. Dat doel streven we ook na in een door de provincie Drenthe gesubsidieerd project in samenwerking met het HIT: bij akkerbouwer Erik Emmens in Zeijen onderzoeken we het effect van grondbewerkingen en waterhuishouding. Verder nemen we deel aan het project Watersense, gefinancierd uit Pieken in de Delta.”
assen een goede keus 19
Innovatie versterken
TNO staat volop in Asser netwerk TNO is volop betrokken bij het Asser netwerk rond de sensortechnologie. Dat past uitstekend in de primaire doelstelling van TNO: wetenschappelijke kennis toepasbaar maken om het innovatief vermogen van bedrijfsleven en overheid te versterken. Voor TNO zijn de belangrijkste activiteiten het HIT, Sensor City en de IJkdijk. Bram van der Waaij, consultant sensor IT bij TNO Informatie- en Communicatietechnologie, legt uit.
“TNO onderschrijft het idee dat sensortechnologie een booming business wordt,” vertelt Van der Waaij. “Daarom vonden wij het ook belangrijk dat er een opleiding op dat gebied kwam en bieden wij ondersteuning. Het Hanze Institute of Technology (HIT) en TNO zijn partners van het eerste uur. In de aanloop naar de opleiding heb ik mij twee dagen per week beziggehouden met het opzetten van de inhoud van de opleiding vanuit mijn expertise op het gebied van sensortechnologie en de toepassingen.” “Het HIT begeeft zich op een nieuw vakgebied. Sensoren zijn op zich niet nieuw, maar wel de toepassingen. Naast technologische kennis is er vooral kennis van andere vakgebieden voor nodig, zeker ook biologie en scheikunde. Ook moeten de nieuwe sensortechnologen vragen uit de markt kunnen beantwoorden en weten wat daarvoor nodig is. Bijvoorbeeld door toepassingen te ontwikkelen voor de zorg, waar het onmogelijk is om meer handen aan het bed te krijgen. Of om snelwegen efficiënter te gebruiken, nu meer asfalt eigenlijk niet meer kan.” “Zo’n toepassing is bijvoorbeeld ook de beveiliging. Wij hebben deelgenomen aan het project BeWare. Als TNO hebben we onder andere bijgedragen aan de ontwikkeling van de architectuur van het sensornetwerk. BeWare is een slim systeem dat het werk van de menselijke beveiliger ondersteunt. Beveiligers kunnen niet overal tegelijk zijn. Het sensorsysteem kan verdacht gedrag herkennen en de beveiliger waarschuwen.” Sensor City Assen “Een ander interessant project waaraan TNO deelneemt, is Sensor City Bram van der Waaij, consultant sensor IT bij TNO Informatie- en Communicatietechnologie
20 assen een goede keus
HIT: onderwijs, onderzoek en ondernemerschap
sensortechnologie
Assen. In de stad Assen wordt een netwerk van ruim tweehonderd sensoren aangelegd die voor van alles kunnen worden gebruikt, zoals het meten van de luchtkwaliteit, filebeheersing, geluidsmetingen, temperatuurmetingen, parkeerbeheer en andere mobiliteitsvraagstukken. Assen is een van de eerste steden ter wereld die zo’n netwerk krijgt. Het is de bedoeling dat samen met het bedrijfsleven toepassingen worden ontwikkeld die gebruik maken van dit sensornetwerk.” “Ook het HIT wil graag afnemer zijn. De opleiding wil studenten toepassingen laten ontwikkelen en waar mogelijk een bedrijf daaromheen laten opzetten. Studenten hebben vaak onverwachte en innovatieve ideeën. Ik ben er erg benieuwd naar.” IJkdijk “Verder is TNO nauw betrokken bij het innovatieve sensorproject IJkdijk. Bij Nieuweschans worden testen gedaan met proefdijken die vol zitten met sensoren. Er is net een nieuwe dijk opgebouwd waarmee het verschijnsel piping wordt onderzocht, het onder de dijk door sijpelen van water waardoor buisvormige doorgangen ontstaan. Het doel van het project is tweeledig: het meten van verschijnselen en onderzoeken hoe een bemonitorde dijk efficiënter kan zijn in het onderhoud.” “Voor TNO zijn dit soort projecten interessant omdat met de gegevens uit de sensoren informatieketens opgezet kunnen worden. Met andere woorden, hoe kun je uit een sensor zo veel mogelijk informatie halen? In het geval van een dijk werkt dat als volgt: gegevens uit de sensoren komen terecht bij de dijkmanager, de beheerder van de dijk. Die wil weten of er
veranderingen in de dijkstabiliteit zijn zodat hij daar eventueel zijn plan op kan trekken om de dijk te versterken. De aangrenzende gemeente wil ook weten wat veranderingen in de dijkstabiliteit betekenen. Moet zij het evacuatieplan voor de inwoners gaan activeren?” “Een ander onderdeel van TNO, Industrie en Techniek, test in de IJkdijk de zogeheten luisterbuis. Dat is een buis van vijftig tot honderd meter lang met sensoren aan de uiteinden. Die kunnen allerlei activiteiten opmerken zoals het sijpelen water, het graven van muskusratten en nog veel meer. De vraag is of de luisterbuis die verschillende geluiden er allemaal uit kan filteren. Dit onderzoek is bijzonder innovatief.” Samenwerking “In de visie van TNO worden sensornetwerken geschikt gemaakt voor meerdere toepassingen,” merkt Van der Waaij tot slot op. “Dat geldt voor de voorbeelden die ik net genoemd heb, maar ook voor vele andere netwerken. Door samen te werken kunnen de partijen die deze netwerken gebruiken, de investeringen en het onderhoud efficiënt delen.”
Het Hanze Institute of Technology (HIT) is een in Assen gevestigde opleiding van de Hanzehogeschool Groningen. In de bacheloropleiding Advanced Sensor Applications worden technische vakken onderwezen maar ook professionele vaardigheden. De studenten leren op een hoog niveau nadenken over sensortechnologie en vooral de toepassingen daarvan. Zij worden opgeleid in een omgeving waarin een mix van de drie O’s onderwijs, onderzoek en ondernemerschap voor veel dynamiek zorgt. Zo wordt het onderwijs mede verzorgd door docenten uit de praktijk. Zij komen uit gerenommeerde bedrijven als de NAM, TNO, SUN Microsystems, Philips en Astron. Recentelijk mocht het HIT een subsidie van Koers Noord ontvangen voor de ontwikkeling van het studieprogramma van het derde en vierde jaar. Tevens onderzoekt het instituut de mogelijkheden om met internationale partners een vervolgopleiding op te zetten. Onderzoek vindt plaats in CENSI, het onderzoekslaboratorium van het HIT. Hier onderzoeken studenten onderwerpen die een sterke relatie hebben met de maatschappij en met andere opleidingen van de Hanzehogeschool Groningen. Dankzij een subsidie van Koers Noord kan het HIT CENSI de komende tijd verder ontwikkelen, met name door relaties te leggen met de Noordelijke thema’s water, zorg en energie. Met het ondernemerschap komen de studenten in het studieprogramma in aanraking, maar ook doordat in het pand van het HIT ondernemers in de sensortechnologie zijn gevestigd. Daarbij is een bijzonder project de incubator Assensor, waarin ondernemers in de beginfase van hun bedrijf worden ondersteund met faciliteiten. Het bedrijf Yeah! heeft daartoe een verdieping in het HIT-pand ingericht. Kenniscentrum Ondernemerschap uit Groningen biedt daarbij ondersteuning in zowel de onderwijssituatie als Assensor. HIT staat midden in het Asser netwerk van de sensorbranche en werkt met vele partners samen, zoals DLV, Metsens, zorginstelling NOVO en in het project IJkdijk. Veel MKB-bedrijven tonen interesse in samenwerking met het HIT, vooral om samen prototypes te ontwikkelen.
assen een goede keus 21
Sensorbranche groeimarkt
HIT-studenten kunnen bij ASTRON en ervaring opdoen Tien jaar geleden legde het radioastronomisch instituut ASTRON uit Dwingeloo met zijn supertelescoop LOFAR de basis voor de huidige sensorbranche van Assen. Het instituut speelt dan ook een actieve rol in het Asser netwerk rond de sensortechnologie. Zo is het nauw betrokken bij het Hanze Institute of Technology (HIT). Studenten kunnen bij ASTRON veel kennis en ervaring opdoen, aldus Marco de Vos, directeur Research & Development van ASTRON .
De wieg van de Asser sensorbranche stond feitelijk in Dwingeloo, waar ASTRON de radiotelescoop LOFAR ontwikkelde. Deze immense telescoop, die zich uitstrekt over NoordNederland, is opgebouwd uit een gigantisch netwerk van sensoren. Na verloop van tijd ontstond het idee dat er met zo’n sensornetwerk meer te doen valt dan alleen de ruimte bestuderen. ASTRON schoof met de provincie Drenthe en de gemeente Assen rond de tafel en voerde constructieve gesprekken over de talloze toepassingen van sensortechnologie. Opleiding “We waren ook van mening dat in Assen een HBO-opleiding op dit gebied moest komen,” blikt De Vos terug. “De Hanzehogeschool Groningen zag er veel in. De ondernemende hogeschool durfde zijn nek uit te steken. ASTRON heeft toen met de Hanzehogeschool, de gemeente Assen, de provincie Drenthe en de NAM een convenant gesloten over het opzetten van de opleiding.” “De Hanzehogeschool heeft daarna de opleiding snel op poten gezet. ASTRON dacht mee over het onderwijsprogramma en levert daar nu ook een onderdeel van: wij verzorgen het vak meaningfull data. Dat gaat over de betekenis van de meetgegevens. Alles is te meten, maar welke betekenis hecht je aan de gegevens? Op basis van goed gemeten gegevens kun je besluiten nemen, keuzes
22 assen een goede keus
maken. Dat kan op allerlei gebieden: in de autotechniek, de energiehuishouding, de zorg… Vervolgens moet gemeten worden of die beslissingen en keuzes het gewenste effect hebben. Feitelijk werken wij volgens dit principe in het LOFAR-project.” “Daarnaast kunnen HIT-studenten veel kennis en ervaring opdoen met de zeer hoogwaardige technieken die wij voor onze LOFAR-antennes hebben ontwikkeld, en kunnen zij praktische ervaring opdoen in onze laboratoria.” Kenniseconomie “Ondertussen hebben we een mooie symbiose met de gemeente Assen bereikt,” gaat De Vos verder. “Ik zie de omslag naar de kenniseconomie zich nu afspelen, met al die bedrijven, het HIT, Sensor Universe… Dat nieuwe klimaat is zeer belangrijk. Want we kunnen internationaal niet meer concurreren op loongebied, maar wel op het gebied van geavanceerde kennis, zoals sensortechnologie. Daar kunnen we bij wijze van spreken hele bevolkingsgroepen bij inzetten.” Technische ontwikkelingen Op technisch gebied ziet De Vos twee grote ontwikkelingen in de sensortechnologie. Om te beginnen bij ASTRON zelf: “Wij gaan een tweede grote LOFAR radiotelescoop bouwen op het Zuidelijk halfrond. De controlroom komt in Noord-Nederland.
Daarvoor hebben we een goede infrastructuur nodig en gaan we de komende periode software ontwikkelen voor de bediening op afstand.” “Daarnaast zal de sensor zelf verder ontwikkeld worden. Hij zal zuiniger en duurzamer worden en van biolo-
veel kennis
Marco de Vos, directeur Research & Development van ASTRON
gisch afbreekbare materialen worden gefabriceerd. Het stroomverbruik van meetsystemen kan daardoor omlaag. Hier liggen nieuwe kansen voor het bedrijfsleven, met name in Assen. Ongetwijfeld komen er ondernemers die daarmee bezig gaan.”
Grote toekomst sensorbranche De Vos ziet een grote toekomst voor de sensorbranche: “De technieken zijn er allemaal. De sensornetwerken functioneren goed. Met name de ontwikkeling van diensten gaat nu verder. Diensten op het gebied van de
zorg, energiehuishouding, veiligheid et cetera. Er is veel ruimte voor groei. De sensorbranche is een echte groeimarkt. Dus is het een kwestie van zoeken naar activiteiten die passen in Drenthe.”
assen een goede keus 23
24 assen een goede keus
Nawoord
Assen een goede keus Geïnspireerd geraakt? Wij verwelkomen u graag in onze gemeente. Al ruim 3.400 bedrijven gingen u voor. Zij kozen voor Assen omdat je er uitstekend vooruit kunt. Niet voor niets is Assen de snelst groeiende stad van het noorden. De stad ligt centraal, is goed bereikbaar en biedt alle ruimte om te werken, te wonen en te leven. Assen heeft het. Groen en rust, onderwijs en zorg, maar ook een gezellige binnenstad (9 miljoen bezoekers per jaar), negen wijken, negen dorpen en een aantrekkelijk cultureel en recreatief klimaat. Naast onze grote inzet op de ontwikkeling van sensortechnologie zijn er dus meer goede redenen om te kiezen voor Assen. Assen geeft kavels uit op de bedrijventerreinen Peelerpark en Messchenveld. Deze terreinen, aan de noordkant van Assen, zijn ruim en groen opgezet en hebben een representatieve uitstraling. Doordat ze grenzen aan de A28 zijn er diverse mogelijkheden voor zichtlocaties. De terreinen hebben een glasvezelaansluiting, clustering van milieucategorieën en uitstekende infrastructuur. Parkmanagement voorziet in de behartiging van de collectieve belangen van de ondernemers en de bewaking van het hoge kwaliteitsniveau. Peelerpark en Messchenveld bieden vestigingsmogelijkheden voor: s HOOGWAARDIGE EN GEMENGDE BEDRIJVEN s KANTOREN s KLEINSCHALIGE BEDRIJVEN s WONENWERKEN Voor meer informatie: Gemeente Assen Tel.: (0592) 366 911 E-mail:
[email protected] www.assen.nl
assen een goede keus 25
Assen is de snelst groeiende stad in Noord-Nederland. Door o.a. de gunstige ligging langs de A28 vestigen zich steeds meer bedrijven op de bedrijventerreinen Peelerpark en Messchenveld. Er is nog ruimte beschikbaar voor woon-werk units, kantoren en meer. De directe ligging aan de A28, een goed ondernemersklimaat en actief parkmanagement maken Assen een uitstekende vestigingslocatie. Ook voor u!
â â â â
Centrale ligging in Noord-Nederland &HQWUDOHOLJJLQJLQ1RRUG1HGHUODQG Goed bereikbaar met auto, trein of bus *RHGEHUHLNEDDUPHWDXWRWUHLQRIEXV Veilig, rust & ruimte, geen files 9HLOLJUXVW UXLPWHJHHQċOHV Gekwalificeerd & gemotiveerd personeel aanwezig *HNZDOLċFHHUG JHPRWLYHHUGSHUVRQHHODDQZH]LJ
26 assen een goede keus