Anti-pestbeleid Het Spoor September 2013
Vertrouwen op je zelf en op de ander
Inleiding: Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen. Door elkaar te steunen en wederzijds respect te tonen, stellen we alle kinderen in de gelegenheid om met veel plezier naar school te gaan! Door regels en afspraken te maken, kunnen kinderen en volwassenen in iedere situatie elkaar aanspreken op deze regels en afspraken. Veelvuldig bespreekt de groepsleerkracht de afspraken en regels. Wij, dat wil zeggen leerkrachten, leerlingen, ouders en de medezeggenschapsraad onderschrijven gezamenlijk dit anti-pestprotocol.
Voorwaarden: Wij willen dat pesten als een probleem gezien wordt door alle direct betrokken partijen: leerlingen (gepeste kinderen, pesters en de zwijgende groep), leerkrachten en de ouders/ verzorgers. Sociale cohesie voorkomt pestproblemen. Wij doen er alles aan om pestproblemen te voorkomen. In iedere groep wordt dagelijks aandacht besteed aan de omgang met elkaar. Regelmatig zorgen de leerkrachten ervoor dat er duidelijke afspraken gemaakt worden over sociale omgangssituaties. Zij laten zich daarbij leiden door situaties die zich in de groep voordoen of, bij de oudere kinderen, door situaties die in de media opgeld doen. Los van het feit of pesten wel of niet aan de orde is, moet het onderwerp pesten met de kinderen bespreekbaar worden gemaakt, waarna met hen regels worden vastgesteld. Als pesten optreedt, zullen leerkrachten (in samenwerking met de ouders) dat moeten signaleren en daarin duidelijk stelling nemen.
Plagen, pesten en ruzie : wat is het ? Plagen
Pesten
is onschuldig en gaat vaak samen met humor. is tijdelijk.
speelt zich af tussen gelijken. is te verdragen.
bewust iemand kwetsen en kleineren. gebeurt herhaaldelijk, stopt niet meteen. ‘de pestkop ligt altijd boven’ gebeurt met het doel te kwetsen.
We doen allemaal wel eens iets (al dan niet bewust) wat een ander niet bevalt. Echter, wanneer de ander aangeeft dat dit moet stoppen en je gaat toch door, dan spreken we van pesten. Pesten is berekend iemand pijn willen doen, iets vernielen of iemand laten merken dat hij waardeloos is. En dat gebeurt telkens opnieuw! De pestkoppen zijn meestal dezelfden, de slachtoffers ook. Ruzie maken mag … hoe raar dit ook klinkt. Het helpt kinderen om sociale vaardigheden te ontwikkelen. Hoe ga je om met agressie, hoe onderhandel je, wanneer ga je te ver? Terwijl kinderen ruzie maken, zoeken ze immers hun positie in de samenleving. Kinderen worden sterker als ze zelf een goede oplossing kunnen vinden. Het “nieuwe” pesten: Cyberpesten is pesten via gsm of internet: iemand beledigende of bedreigende mails of sms’jes sturen, roddels verspreiden, inbreken in een computer, iemand uitsluiten in chatgroepen (msn). Cyberpesten is harder dan het klassieke pesten. Het stopt niet, het gaat verder buiten de schoolmuren. Kinderen voelen zich nergens meer veilig, ook thuis niet. Cyberpesten is voor veel kinderen ook makkelijker dan ‘gewoon pesten’. Iets schrijven in een snel sms’je, tweet of mail is immers makkelijker dan iets hardop zeggen. De drempel is daarvoor lager. In de groepen 5, 6, 7 en 8, wordt aandacht besteed aan mediawijsheid. Cyberpesten is bij deze groepen op onze school onderwerp van aandacht en zorg en ingebed in ons curriculum. De nadruk ligt ook hierbij op het vooraf bespreken en op het bespreekbaar maken en houden en het stellingnemen met de hele groep (samen de regels onderschrijven) . Er is op Het Spoor ook een protocol voor Mediagebruik. Deze lijst met afspraken wordt vanaf groep drie door de groep ondertekend. Regels /preventieve aanpak voor cyberpesten (mediawijsheid) Geef nooit persoonlijke informatie door op het internet zoals je achternaam, adres, telefoonnummer of gegevens van onze school zonder toestemming van meester of juf. Chatten is niet toegestaan op school. Als je berichten ontvangt waarbij je je niet prettig voelt, vertel je dit onmiddellijk aan de meester of juf.
Algemene aanpak: Ter voorkoming van pesten, zorgen we op Het Spoor dat er een sociaal veilig klimaat heerst. De leerkrachten doen hun best om iedere leerling bij naam te kennen. Zij spreken ieder kind aan op het eigen niveau. Onderwerpen als veiligheid, omgaan met elkaar, emoties, omgaan met sociale media, aanpak van ruzies etc. kunnen aan de orde komen. Ook werken onze coöperatieve werkvormen mee aan een socialer klassenklimaat. Andere werkvormen zijn ook denkbaar, zoals; spreekbeurten, rollenspelen, regels met elkaar afspreken over omgaan met elkaar en groepsopdrachten. De basishouding van onze Jenaplanschool dat we allemaal anders zijn en dat je mag zijn wie je bent (ieder mens is uniek) speelt in ons hele curriculum en onze toon een rol. Het voorbeeld van de leerkrachten (en thuis de ouders) is immers van groot belang. De verwachting is dat er minder gepest zal worden in een klimaat waar duidelijkheid heerst over de omgang met elkaar, waar verschillen worden aanvaard en waar ruzies niet met geweld worden opgelost maar uitgesproken. Een klimaat waarbij we leren geen kwaad te spreken over de ander (roddelen) maar de ander op zijn gedrag aan te spreken (feedback-cultuur). Agressief gedrag van leerkrachten, ouders en de leerlingen wordt nooit geaccepteerd. Ouders en leerkrachten zullen alert moeten zijn op signalen die wijzen op bovenstaand onacceptabel gedrag. Met name in de vrijere situaties zoals bv. bij het buitenspelen, is ingrijpen regelmatig nodig. Kinderen kunnen angstig zijn, klagen over buikpijn, vertonen schoolvermijdend gedrag en komen soms thuis met kapot gescheurde kleding. Leerkrachten en ouders horen duidelijk stelling te nemen tegen dergelijke gedragingen. Een effectieve methode om pesten te voorkomen of binnen de perken te houden, is het samen met leerlingen regels afspreken. Bij voorvallen kan de leerkracht ook gebruik maken van de SOEMO-map om bv. een gesprek of rollenspel over een bepaalde situatie geanonimiseerd op gang te brengen en er vervolgens afspraken, evaluatie en reflectie aan te koppelen. De indeling van de SOEMO-map gaat over respect voor elkaar en elkaars spullen, afpakken, buitensluiten en de gevoelens die dat oproept. Verder hebben wij afspraken gemaakt over de school binnenkomen, afspraken over kringgedrag, afspraken over zelfstandig werken, over samen spelen op het schoolplein, over hoe wij elkaar aanspreken op school en over computergebruik, etc.
Aanpak in onze school Mocht pesten ondanks preventieve aanpak toch de kop opsteken dan werken we als volgt:
Niveau 1: Vanaf groep 1t/m groep 8, maken we dezelfde afspraken over het oplossen van ruzies. Afspraken bij kleine ruzies Wanneer leerlingen ruzie maken over kleinigheden moeten zij aan elkaar kunnen duidelijk maken dat er een einde aan moet komen. Wij willen dat de leerlingen van meet af aan in dialoog komen met elkaar 1. Waarom doe je dat? (waarom sla je mij, waarom laat je me struikelen? Etc.) Ik vind dit niet leuk. 2. Heb je me niet gehoord? Stop, hou daarmee op. 3. Het kind gaat naar de leerkracht (of pleinwacht) als de ander geen antwoord geeft of doorgaat. (dit is geen klikken; wel opkomen voor jezelf) 4. De kinderen moeten beiden komen zodat alsnog de dialoog plaatsvindt en vervolgens moeten de ruzie tot een goed einde worden gebracht: opgelost. 5. Bij pijn zorgt de “dader” ervoor dat ie bij het getroffen kind blijft en vraagt wat ie voor diegene kan doen.
Al bij de kleuters oefenen we veelvuldig met het oplossen van ruzietjes op een standaardmanier: Sorry, ik zal het niet meer doen. Zullen we weer vriendjes zijn? En vervolgens geven de twee elkaar een hand. Jong geleerd is oud gedaan! De leerkracht luistert en bevraagt de situatie. Zij gaat na of de vorige stappen bij kleine ruzies al genomen zijn en of de ruzie écht is opgelost (en niet als een riedeltje wordt afgedaan).
Niveau 2: Afspraken bij kleine aanhoudende ruzies
Wanneer deze kleine ruzies herhaaldelijk voorvallen, wordt dit aan een leerkracht gemeld. De leerkracht zal gedurende een bepaalde periode de situatie observeren. De leerkracht stelt voor een mogelijke manier te vinden om de ruzie op te lossen, namelijk door de twee betrokken partijen gedurende een nader af te spreken tijdsduur met elkaar te laten zoeken naar een oplossing voor hun probleem. De twee betrokken partijen proberen hun oplossing toe te passen.
Na een afgesproken periode volgt er een nagesprek. Ieder signaal wordt serieus door de leerkracht aangepakt en samen met de betreffende leerlingen opgelost. De onderbouw leerkracht vervult hierin een aanmoedigende rol om kinderen te leren zelfstandig hun conflictjes uit te praten. Lost het gedrag niet op, wordt de hele groep als middel betrokken bij de oplossing. Indien plagerijen aanhoudend zijn, zullen volgende stappen gezet worden. De leerkracht neemt de verantwoordelijkheid om in communicatie te gaan met de partijen, om een oplossing te helpen vinden voor de situatie. Er wordt contact opgenomen met de ouders. Bij contact met ouders wordt er aan de ouders verteld wat er van hen verwacht wordt. Dit kan variëren van een advies en de mededeling of er al dan niet een vervolggesprek nodig is. Is er een vervolggesprek nodig, dan maakt de leerkracht meteen een afspraak om na twee weken te kijken of pester/gepeste zich anders gedraagt. Indien nodig, wordt de IB-er betrokken bij het proces en het team op de hoogte gesteld van het probleem.
Het stappenplan Bovenstaand beleid bij aanhoudend pesten laat zich vertalen in een stappenplan dat in de diverse pestprogramma’s wordt gehanteerd. Stap 1: gesprek met het slachtoffer In dit gesprek wordt het slachtoffer door de leerkracht aangemoedigd om te vertellen hoe hij/zij zich voelt. De leerkracht geeft erkenning aan dit gevoel. De leerkracht legt het stappenplan uit en benadrukt dat niemand straf krijgt. Dat de leerling dus niet bang hoeft te zijn dat het nog erger gaat worden. De leerkracht vraagt welke informatie verteld mag worden aan de groep, en welke niet. Hij vraagt ook of het kind zelf in de groep wil vertellen wat er is gebeurd of gebeurt. Het is heel belangrijk om te checken welke details, die niet gaan over feitelijke gebeurtenissen, het kind liever privé wil houden. Vertel dit bij het begin van het gesprek. Ook vraagt de leerkracht aan het kind om namen te noemen van de betrokkenen, een paar meelopers of toeschouwers en een paar vrienden, die allemaal deel zullen uitmaken van de ondersteuningsgroep. Geef ook aan dat hij/zij op elk moment mag komen praten met de leerkracht als het niet goed loopt.
Stap 2: Een bijeenkomst met de betrokken leerlingen organiseren De leerkracht laat haar eigen oordeel ook meespelen en zorgt ervoor dat behulpzame en betrouwbare kinderen naast de kinderen die de ellende hebben veroorzaakt ook deel van de groep uitmaken. Bij kinderen die geïsoleerd worden (pesters) is het belangrijk kinderen in de groep te kiezen die goed passen bij het slachtoffer en niet noodzakelijk de kinderen die het slachtoffer als ‘ideale vrienden’ ziet. Doel is: de kracht van de groepsleden gebruiken om het best mogelijke resultaat te krijgen. Stap 3: Het probleem wordt uitgelegd. De leerkracht begint de groep te vertellen dat hij/zij een probleem heeft. Hij/zij is bezorgd om “X” die het erg moeilijk heeft op het moment. Hij/zij vertelt het verhaal van het slachtoffer en gebruikt de tekst of tekening om te benadrukken hoe het kind zich voelt. Hij/zij praat op geen enkel moment over details van gebeurtenissen en beschuldigt niemand. De leerkracht vraagt ook niet naar het waarom van het gedrag. Tien tegen één weten kinderen daar geen antwoord op. Stap 4: De verantwoordelijkheid wordt gedeeld. Als het verhaal verteld is, kan het zijn dat de kinderen die ernaar luisteren onzeker/bang zijn over wat er gaat komen. De leerkracht vertelt dat: Niemand in de problemen zal komen, of zal worden gestraft We met zijn allen verantwoordelijk zijn om X te helpen zich weer gelukkig en veilig te gaan voelen De kinderen bij elkaar geroepen zijn om het probleem te helpen oplossen
Stap 5: Elk groepslid wordt gevraagd naar ideeën Elk lid van de groep wordt aangemoedigd om een manier te bedenken waarop X kan worden geholpen om zich gelukkiger te gaan voelen. Laat de kinderen dit in “ik-taal” zeggen. Bv. “ik zal hem uitnodigen om iets met hem te doen in de pauze”. De ideeën komen van de kinderen, niet van de leerkracht. Deze reageert positief maar dwingt geen beloftes af. Stap 6: Het proces wordt aan de groep overgelaten. De leerkracht beëindigt de bijeenkomst en legt de verantwoordelijkheid om het probleem op te lossen bij de groep. Hij/zij spreekt zijn/haar vertrouwen uit in een positieve afloop. Er wordt geen schriftelijk verslag gemaakt of een contract opgesteld. Het is een kwestie van vertrouwen in het oplossend vermogen van de groep. Wel spreekt de leerkracht af dat hij/zij elk lid van de groep afzonderlijk zal spreken om te horen hoe alles loopt.
Stap 7: De betrokkenen worden ieder afzonderlijk opnieuw gesproken en gevraagd naar zijn/haar bijdrage aan het welbevinden van het slachtoffer en de groep. Ongeveer een week later spreekt de leerkracht met elk groepslid en het slachtoffer over de stand van zaken. Op die manier blijft iedereen betrokken bij het proces. De gesprekken zijn afzonderlijk om ieder een kans te geven te vertellen over zijn/haar bijdrage, zonder een competitieve sfeer te creëren.
Stap 8: Feedback Om het slachtoffer en zichzelf gerust te stellen, moet er regelmatig feedback zijn, zodat de leerkracht weet of het beter gaat. Vaak werkt het goed om een onopvallend teken af te spreken met het kind, zodat als de leerkracht hem/haar in de gang tegenkomt b.v. je wenkbrauw even op kan trekken, of een duim-omhoog signaal kan geven. Het zal dan duidelijk zijn wanneer er een nieuw gesprek nodig is. De leerkracht blijft het proces volgen en zal na enige tijd evalueren met de betrokken partijen. Zo zullen er gesprekken volgen met betreffende ouders en kinderen en zal de leerkracht verslag uitbrengen aan collega’s. Bij contact met ouders wordt er aan de ouders verteld wat er van hen verwacht wordt. Dit kan variëren van een advies en de mededeling of er al dan niet een vervolggesprek nodig is. Is er een vervolggesprek nodig, dan maakt de leerkracht meteen een afspraak om na twee weken te kijken of pester/gepeste zich anders gedraagt.