1. BVVO ERKENDE ANTIDIEFSTALSYSTEMEN (VVI, VC, VV2 EN VV3) ■ ■ ■ ■
VV1 belet het starten VC1, een variant voor zware voertuigen VV2: startonderbreker met sirene VV3 belet dubbele installatie
2. DOOR BVVO ERKENDE NADIEFSTALSYSTEMEN (CJ0, CJ1 EN CJ2) ■ CJ0 detecteert ■ CJ1 „vertraagt” dief ■ CJ2 lokaliseert en brengt voertuig tot stilstand
DER VERZEKERINGSONDERNEMINGEN
ANTI- EN NADIEFSTALSYSTEMEN VOOR VOERTUIGEN
A S S U R I N F O • W E E K B L A D VA N D E B E R O E P S V E R E N I G I N G
MEI 2003
BVVO
ANTI- EN NADIEFSTALSYSTEMEN VOOR VOERTUIGEN
Bij de acceptatie van de waarborg diefstal in een auto-
stal is praktisch onverzekerbaar geworden zonder derge-
verzekeringsovereenkomst kan de verzekeraar bepaalde
lijke ingreep. De markt biedt alle mogelijke beveiligings-
eisen stellen met betrekking tot de diefstalbeveiliging van
systemen aan om autodiefstal te ontmoedigen.
de wagen. Het is dan ook belangrijk bij de verzekeringsonderneming te informeren of na te lezen in de bijzon-
Om de consument in het ruim marktaanbod zijn weg te
dere voorwaarden van het contract welke deze vereisten
helpen vinden heeft de BVVO sinds jaren een erkenning-
zijn. Het niet naleven van deze eisen kan de nietigheid
procedure uitgewerkt. Die erkenning verloopt op basis van
van de dekking tot gevolg hebben. Dat betekent dat bij
een lastenboek dat ervoor moet zorgen dat de wagen uit-
diefstal de wagen niet verzekerd is en de eigenaar niet
gerust is met een betrouwbaar systeem. Dat lastenboek
vergoed word, zelfs indien hij de premie betaald heeft.
houdt uiteraard rekening met de technologische evolutie. Zo zijn er gaandeweg verschillende erkende systemen tot
Vandaar het belang om bij het onderschrijven van een
stand gekomen, met hun eigen kenmerken en doelstel-
dergelijk contract voor dit aspect aandachtig te zijn.
lingen. De BVVO erkende beveiligingssystemen omvatten verschillende types, die tot twee hoofdgroepen behoren: antidiefstalsystemen en nadiefstalsystemen.
WAT KAN DE VERZEKERAAR EISEN? Antidiefstalsystemen zijn er op gericht autodiefstal te Iedere verzekeringsonderneming bepaalt vrij haar accep-
beletten of althans te ontmoedigen. Nadiefstalsystemen
tatiepolitiek. Dit betekent dat de eventuele eisen zullen
dienen om het gebruik van een gestolen wagen te
verschillen naargelang de verzekeraar. Deze eisen kunnen
bemoeilijken of om dit voertuig te lokaliseren. Beide soor-
ook afhangen van bepaalde situaties (waarde van het te
ten vullen elkaar aan, zeker in het geval een dief al dan
verzekeren voertuig, merk of type van het voertuig, aan-
niet met geweld de sleutels in handen krijgt.
wezigheid van een garage, woonplaats, …). De lijsten van de door de BVVO erkende producten en De belangrijkste van die eisen is het plaatsen door een
van de lastenboeken zijn raadpleegbaar op de website
erkend installateur van een beveiligingssysteem. Autodief-
van de BVVO (www.bvvo.be).
POINT
TO THE
1. BVVO erkende antidiefstalsystemen (VV1, VC1, VV2 en VV3) Indien een verzekeraar die een diefstalrisico moet dekken
komt aan de eis. Men moet nagaan of het systeem een
een beveiligingsinstallatie eist met één van de volgende
VV1 erkenningsnummer heeft.
„namen”, VV1, VC1, VV2 of VV3, dan betekent dit dat hij de plaatsing van een systeem oplegt om te proberen
Meer technische uitleg over het systeem vindt men terug
te verhinderen dat een dief met de wagen kan wegrijden
in het lastenboek.
(vandaar anti diefstal). Met VV1, VC1, VV2 en VV3 bedoelen de verzekeraars dat
VC1, EEN VARIANT VOOR ZWARE VOERTUIGEN
niet zomaar eender welk antidiefstalsysteem kan geplaatst worden. VV1, VC1, VV2 en VV3 verwijst naar systemen
Een „VC1” is hetzelfde als een VV1 maar speciaal ontwor-
die de verzekeraars hebben erkend op basis van criteria
pen om geplaatst te worden op voertuigen voorzien van
die terug te vinden zijn in lastenboeken met de gelijkna-
24 Volt (vrachtwagens, werkvoertuigen, …). VC1 wordt
mige benamingen VV1, VV2 en VV3. Deze lastenboeken
enkel gebruikt om een onderscheid te maken in de lijst
zijn eveneens raadpleegbaar op de website van de BVVO.
van de erkende producten maar maakt deel uit van hetzelfde lastenboek voor VV1-systemen.
VV1 BELET HET STARTEN VV2: STARTONDERBREKERS MET SIRENE Een „VV1” is een systeem dat het starten van de wagen belet. Deze immobilisatie treedt automatisch in werking
Een „VV2” is zoals een VV1 een systeem dat het starten
nadat de wagen stilgezet wordt ten laatste bij de opening
van het voertuig belet. Deze immobilisatie treedt auto-
van het portier van de bestuurder of bij gebrek tussen de
matisch in werking nadat de wagen stilgezet wordt ten
10 en de 60 seconden na het stilzetten van het voertuig.
laatste bij de opening van het portier van de bestuurder
Twee verschillende startonderbrekers (neutralisering van
of bij gebrek tussen de 10 en de 60 seconden na de stil-
de starter, onderbreking van de ontsteking, onderbreking
zetting van het voertuig. Twee verschillende startonder-
van de brandstoftoevoer, …) zorgen daarvoor.
brekers (neutralisering van de starter, onderbreking van de ontsteking, onderbreking van de brandstoftoevoer, …).
Sinds 1998 moeten alle nieuwe voertuigen die in een Europese lidstaat verkocht worden, voorzien zijn van een
Eigen aan een VV2 is het feit dat naast deze startonder-
origineel in de fabriek gemonteerde immobilisatiesys-
brekers een sirene is gevoegd. Hiermee gaat een akoestisch
teem. Een dergelijk systeem is daarom nog geen VV1: het
signaal af bij detectie van een inbraak. Deze detectie
moet op de lijsten van de door de verzekeraars erkende
gebeurt via de beveiliging van alle deuropeningen, koffer
producten vermeld staan. Met andere woorden: de eisen
of motorkap (dit wordt de perimetrische detectie genoemd)
van de verzekeraars liggen nog hoger dan die van de
en bij waarneming van een volumeverandering binnen in
Europese overheid. Het gaat hem immers om verzeker-
het voertuig (volumetrische detectie).
baarheidseisen, afhankelijk van het type voertuig. Indien een verzekeraar een VV1 eist mag men er dus niet van
Meer technische uitleg over het systeem vindt men terug
uit gaan dat een origineel gemonteerd systeem tegemoet
in het lastenboek.
MEI 2003
III
TO THE POINT VV3 BELET DUBBELE INSTALLATIE Een „VV3” belet het starten van de motor niet en is dus
Meer technische uitleg over het systeem vindt men in het
geen echt antidiefstalsysteem. Een VV3 bezit enkel een
lastenboek.
sirene zoals beschreven in de VV2 en dient om reeds bestaande startonderbrekers (origineel gemonteerde of VV1) op te krikken naar een VV2 functie.
MEI 2003
IV
TO THE POINT
2. Door BVVO erkende nadiefstalsystemen (CJ0, CJ1 en CJ2) Er zijn twee soorten systemen:
V
hij een systeem dat erop gericht is te verhinderen dat een gestolen voertuig verdwijnt. Dit geldt als de dief het voer-
• Een „stand alone” systeem: hiermee wordt het sys-
tuig heeft kunnen stelen, ondanks de eventuele aanwe-
teem automatisch ingeschakeld indien het voertuig
zigheid van een antidiefstalsysteem, door het gebruik
wordt verplaatst met uitgeschakelde motor (bijvoor-
van de autosleutels. Naargelang de manier waarop de dief
beeld door een wegsleepdetectie of via positiebepa-
in het bezit is geraakt van die sleutels spreekt men van
ling) of door de meldkamer nadat de eigenaar alarm
carjacking (geweld op de autobestuurder), homejacking
heeft geslagen.
(geweld op de eigenaar bij hem thuis) en modus operandi garage (diefstal van de sleutels in het huis van de eigenaar zonder gebruik van geweld).
• Een geïntegreerd systeem wordt eveneens automatisch ingeschakeld wanneer het voertuig start zonder dat de juiste uitschakelprocedure is gevolgd of wanneer
Met CJ0, CJ1 en CJ2 wordt bedoeld dat men niet een-
een bestaand beveiligingssysteem een alarmsignaal
der welk nadiefstalsysteem kan plaatsen. CJ0, CJ1 en CJ2
afgeeft (inbraakdetectie, VV1, VV2, hellingdetectie, …).
verwijst naar door de verzekeraars erkende systemen op basis van criteria die terug te vinden zijn in lastenboeken met de gelijknamige benamingen CJ0, CJ1 en CJ2. Deze
CJ1 „VERTRAAGT” DIEF
lastenboeken zijn raadpleegbaar op de BVVO-website. Een CJ1 moet beletten dat de dief verder met het voertuig gaat rijden. Om dit te bekomen wordt de snelheid
CJ0 DETECTEERT
beperkt tot 10 à 30 km/uur en gaan externe signalisaties (akoestische en optische signalen) in werking treden
Een „CJ0” is een systeem dat voorzien is van de nodige
om zo de niet toegelaten bestuurder te ontmoedigen
communicatiemiddelen om een gestolen voertuig te detec-
om verder te rijden. Op geen enkel ogenblik wordt het
teren. Meestal wordt hiervoor gebruik gemaakt van satel-
voertuig met draaiende motor stilgelegd teneinde de vei-
lieten (GPS) om de plaats te bepalen en van GSM om de
ligheid van de weggebruikers niet in het gedrang te bren-
informatie door te sturen. De communicatiecentrale, die
gen. Pas wanneer de motor 60 seconden is stilgelegd
een wettelijke erkenning moet bezitten (wet van 10 april
wordt het voertuig volledig geïmmobiliseerd.
1990 op de bewakingsondernemingen), volgt dit op.
MEI 2003
Indien een verzekeraar een CJ0, CJ1 of CJ2 eist dan bedoelt
TO THE POINT CJ2 LOKALISEERT EN BRENGT VOERTUIG TOT STILSTAND Een „CJ2” is in grote lijnen een combinatie van de func-
Keuze van het product
ties van een CJ0 en van een CJ1 met name het lokalise-
MEI 2003
VI
ren van een gestolen voertuig en het immobiliseren van
Op basis van de lijst van de erkende producten en naar-
dat voertuig na stilstand van de motor. Hier is wel geen
gelang het gevraagde product (VV1, VC1, VV2, VV3, CJ0,
sprake van vermindering van de snelheid maar wordt het
CJ1 of CJ2) kan men het merk kiezen dat men wenst te
voertuig enkel tot stilstand gehouden wanneer de motor
plaatsen. Of het gekozen product nog een geldige erken-
reeds eerder werd afgezet.
ning bezit moet men nagaan in de laatste kolom.
Meer technische uitleg over het systeem vindt men terug in het lastenboek dat eveneens raadpleegbaar is op de
Keuze van de installateur
BVVO-website. Om een erkende installateur te vinden kan de consument De erkende centrales moeten de wettelijke bepalingen
op twee manieren te werk gaan. Ofwel gaat hij de lijst
volgen met betrekking tot het gebruik van CJ0 en CJ2
raadplegen op de website van ANPI (www.anpi.be: klik-
systemen. Zo mag bijvoorbeeld geen plaatsbepaling van
ken op „diensten”, daarna op „Inspecties” en tenslotte
een gestolen voertuig worden doorgespeeld aan de eige-
op „Diefstal”). Ofwel gaat hij op basis van de gemaakte
naar van dat voertuig. Enkel de politiediensten mogen
keuze over een bepaald merk van systeem contact opne-
deze informatie ontvangen met het oog op een tussen-
men met de verdeler van dat merk (zie lijst met adressen
komst. Een tussenkomst van de meldkamer om in te grij-
en telefoonnummers van de distributeurs gevoegd bij de
pen op het motorregime van het voertuig mag ook enkel
lijst van de erkende producten). Deze verdeler kan een
gebeuren op politiebevel.
erkende installateur aanwijzen die zich het dichtst bij de woonplaats van de eigenaar van het voertuig bevindt.
WAT TE DOEN WANNEER EEN VERZEKERAAR EEN ERKEND SYSTEEM EIST?
Aan deze installateur moet duidelijk worden gemeld welke eisen de verzekeraar heeft gesteld in de acceptatievoorwaarden (VV1, VC1, VV2, VV3, CJ0, CJ1 of CJ2).
Wanneer een verzekeraar een erkend anti- of nadiefstal-
Zo is men zeker dat hij een erkend systeem, volgens de
systeem eist dan verwacht hij ook de effectieve plaat-
lijsten, zal plaatsen. Er moet eveneens duidelijk worden
sing ervan op het betreffende voertuig. Dit betekent dat
vermeld of de verzekeraar een autonoom (stand alone)
de eigenaar de vraag krijgt om het bewijs daarvan te
of geïntegreerd CJ0 of CJ2 eist.
leveren. Deze vraag kan de verzekeraar zowel stellen bij de afsluiting van de verzekeringsovereenkomst als bij de
Een erkende installatie moet dus beantwoorden aan twee
diefstal. Om dit vlot te laten verlopen hebben de verzeke-
criteria: er moet gebruik gemaakt worden van erkende
raars een erkenningsprocedure vastgelegd voor de produc-
producten en het systeem moet geplaatst worden door
ten maar ook voor de betrokken installateurs.
erkende installateurs. Enkel die installateurs zijn gemach-
TO THE POINT tigd om na installatie van een erkend product een attest af te leveren. Dit attest is noodzakelijk om aan de ver-
WAT STAAT ALLEMAAL OP DE LIJST VAN DE ERKENDE PRODUCTEN?
zekeraar te kunnen aantonen dat het gevraagde geplaatst geweest is (bij afsluiting van het contract of bij voorval
De erkende producten zelf
van een diefstal). Het is dus uitermate belangrijk dat men in het bezit is van dit attest (VV1, VC1, VV2, VV3, CJ0,
Ieder erkend product krijgt een éénduidig nummer dat het
CJ1 of CJ2 genaamd naargelang het geplaatste product)
systeem erkenbaar maakt door het gebruik van de bena-
om zekerheid te hebben over de geldigheid van de dek-
mingen van de verschillende systemen (VV1, VV2, …).
VII
Bij VV1 voorziet het nummer eveneens een aanduiding Om dekking te verlenen zal de verzekeraar dit attest
van het aantal startonderbrekers. Zo staat E2 voor twee
vergelijken met de lijst van de erkende producten om na
onderbrekers, E3 voor drie onderbrekers. EE betreft ori-
te gaan of aan het gevraagde is voldaan.
gineel gemonteerde systemen waarbij de onderbreking softwarematig gebeurt.
Controle van de installatie
De lijst vermeldt verder de commerciële benaming van het product, de houder van de erkenning met verwijzing
Een testlaboratorium (ANPI) staat in voor de goedkeuring
naar de verdeler in België indien deze niet dezelfde is als
van de producten op basis van de verschillende lasten-
de houder.
boeken alsook voor de controles van de uitgevoerde installaties. Dit laatste gebeurt steekproefsgewijs op basis
Bij CJ0 en CJ2 systemen wordt er tevens aangeduid of het
van de door de installateurs afgeleverde attesten. Dit
om een stand alone of geïntegreerd systeem gaat.
betekent dat de eigenaar van een voertuig waarop een installatie is uitgevoerd kan worden uitgenodigd om een
Tot slot staat op de lijst de aanvangsdatum en de even-
afspraak te maken om een gratis controle uit te voeren
tuele einddatum van de erkenning met of zonder ster-
van de installatie. Hierdoor wordt de kwaliteit van het werk
retje. Zonder sterretje betekent dit dat de erkenning werd
van de installateur getoetst en krijgt de eigenaar van dat
ingetrokken omdat tijdens een controle is gebleken dat
voertuig zekerheid dat het geplaatste systeem behoorlijk
het product niet meer conform is met het lastenboek. Met
werkt.
sterretje betekent dat de erkenning is geëindigd omdat de houder van de erkenning geen verlenging heeft aangevraagd. Iedere erkenning wordt gegeven voor een periode van drie jaar. Daarna is de houder vrij om al dan niet een verlenging van de erkenning aan te vragen. Het onderscheid in de manier waarop de erkenning is beëindigd is belangrijk om te weten of een niet conform systeem op de markt verkocht wordt.
MEI 2003
king van de verzekeraar.
TO THE POINT De Belgische verdelers van erkende producten
Bij producten die volledig afgewerkt zijn bij het verlaten van de fabriek gaat men er van uit dat het systeem con-
HUIS DER VERZEKERING • DE MEEÛSPLANTSOEN 29 • 1000 BRUSSEL
BEROEPSVERENIGING DER VERZEKERINGSONDERNEMINGEN
VIII
Na de lijst van de erkende producten vindt men ook een
form de erkenning is geplaatst op de fabrieksband. Dit
lijst van de Belgische verdelers van deze producten. Men
betekent dat er geen controles meer dienen te worden
kan zich tot die verdelers wenden om de informatie te
uitgevoerd op de installaties. Er moeten bijgevolg geen
bekomen over een erkende installateur (met het oog op
attesten worden afgeleverd. De vermelding van het erken-
een plaatsing) of indien men problemen ondervindt met
ningsnummer op de aankoopfactuur van de wagen vol-
een geplaatst systeem (dienst na verkoop).
staat doorgaans voor de acceptatie door de verzekeraar. De producten die nog verder dienen afgesteld na invoer
De origineel gemonteerde systemen
in België moeten wel nog worden gecontroleerd. Hiervoor dient wel degelijk een attest door de verkoper van het
Verder vindt men de lijst van de origineel gemonteerde
voertuig te worden afgeleverd.
systemen. Dit zijn systemen die oorspronkelijk door de constructeur van het voertuig in de fabriek worden geplaatst. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen systemen die
De communicatiecentrales
volledig af zijn in de fabriek en deze die nog een manipulatie moeten ondergaan wanneer het voertuig in België
Een laatste lijst betreft de gegevens over de centrales die
is ingevoerd.
bij de erkenning horen van CJ0 en CJ2 systemen.
Design: Tertio, Brussel • Druk: Peeters, B-3020 Herent
BVVO