Alumnirapportage masteropleiding Criminologie Bij ons leer je de wereld kennen

Loon naar werken? Alumnirapportage masteropleiding Criminologie

Bij ons leer je de wereld kennen

Criminologen op de arbeidsmarkt: De eerste alumni-enquête Criminologie Universiteit Leiden

Enquête onder afgestudeerden van de masteropleiding Criminologie, afgestudeerd in de periode september 2005 - september 2011 aan de Universiteit Leiden.

Avalon Leupen en Joanne van der Leun Universiteit Leiden Faculteit der Rechtsgeleerdheid Instituut voor Strafrecht & Criminologie, afdeling Criminologie Steenschuur 25 2311 ES Leiden Telefoon: 071 527 7462 [email protected]

4

Voorwoord “Criminoloog gezocht.” Dat deze zin in een personeelsadvertentie staat, is van de laatste jaren. Sinds 2002 worden aan verschillende universiteiten, waaronder die van Leiden, criminologen opgeleid. De opleiding is mede opgericht vanwege een behoefte aan academisch geschoolden met kennis van zaken op het gebied van veiligheid en criminaliteit, die zou bestaan op de arbeidsmarkt. Nu enkele lichtingen afgestudeerde masters de arbeidsmarkt ook daadwerkelijk hebben betreden is te achterhalen, hoe het hen vergaat. De huidige rapportage gaat over masters die hun diploma ontvingen in Leiden. De Leidse bachelor- en masteropleiding hebben in de relatief korte tijd van hun bestaan een uitstekende naam verworven. In alle externe evaluaties komt Leiden er bijzonder goed uit, dat geldt voor de WO Monitor, de Elsevier Enquête, de Nationale Studenten Enquête en de Keuzegids Hoger Onderwijs1. Leiden staat steeds landelijk op de eerste plaats. Interne evaluaties onder de eigen studenten bevestigen dit positieve beeld. Naast al deze positieve oordelen valt wel op dat studenten relatief kritisch zijn over de voorbereiding op de arbeidsmarkt. Deels is dat misschien inherent aan een jonge 1

opleiding, maar het vergt ook serieuze aandacht. Dat is nog belangrijker nu de opleiding de masters heeft vernieuwd te vernieuwen in het huidige studiejaar. Tot op heden kon de opleiding de vraag hoe het nu precies gaat met de afgestudeerden op de arbeidsmarkt niet systematisch beantwoorden. Er kwam veel feedback van studenten met mooie banen, maar die spontane reacties zijn natuurlijk nogal selectief. De mensen met wie het voor de wind gaat, laten waarschijnlijk het snelste wat horen. Vanaf de start van de masteropleiding in 2004 is de aansluiting op de arbeidsmarkt een belangrijk punt van aandacht. Studenten toonden zich hier vooral in het begin weifelend over, ook omdat de opleiding in het veld aanvankelijk nog niet bekend was. Daarna volgde een periode waarin alumni mede door de gunstige arbeidsmarkt en de evident bestaande vraag naar mensen met verstand van het veld van veiligheid en criminaliteit snel aan de slag kwamen, soms al voordat ze de opleiding hadden afgerond. Nu de opleiding langer bestaat en de arbeidsmarkt door de economische crisis en overheidsbezuiniging minder makkelijk is, komen de vragen weer meer naar de voorgrond.

Zie www.elsevier.nl, www.keuzegids.org, www.nse.nl, www.vsnu.nl.

De opleiding tracht op verschillende manieren studenten adequaat voor te bereiden op de arbeidsmarkt en wil daar de komende periode extra aandacht aan besteden. Een belang-rijk beginpunt daarbij is te weten hoe het er nu eigenlijk voorstaat. Daartoe is in 2011 een grote enquête gehouden onder alle alumni van de master Criminologie in Leiden, waarvan de rapportage voor u ligt. Aanvullend zijn begin 2013 enkele alumni geïnterviewd om een meer concreet en persoonlijk beeld te krijgen van ervaringen op de arbeidsmarkt. Graag willen we alle respondenten bedanken die de tijd hebben genomen deze enquête in te vullen. En dat niet alleen, vaak stuurden ze ook nog allerlei enthousiaste mails erachteraan om te laten weten dat ze zelf in de toekomst ook wat willen betekenen voor de criminologiestudenten na hen. De sterke betrokkenheid waarderen we zeer. Ook bedanken we Rolf van Wegberg en Johan van Wilsem voor hun tussentijdse kritische blik. Meer in het bijzonder danken wij de studievereniging Corpus Delicti (CoDe) en daarbij in het bijzonder Marijke van der Wiel voor hun inzet en medewerking, met name voor het werven van de respondenten.

5

Inhoud 1. Achtergrond 2. Benadering van respondenten 3. Respons en respondenten 3.1 Afstudeerjaar 3.2 Propedeuse en overige studies 3.3 Mastervariant 3.4 Voltijd/ deeltijd en overige studies 4. Relatie tot de arbeidsmarkt 4.1 Studerend 4.2 Werkzoekend 4.3 Werkend 5. Aansluiting op de arbeidsmarkt 5.1 Kanttekeningen bij de aansluiting op de arbeidsmarkt 5.2 Studieonderdelen uit de opleiding en aansluiting arbeidsmarkt 6. Algemene waardering van de master en de loopbaan 7. Alumni activiteit 8. Studievereniging Corpus Delicti 9. Samenvatting en conclusie

6 7 8 9 9 10 10 11 12 13 13 17 18 19 21 22 22 23

Bijlage I: Lijst van functies afgestudeerde criminologen Bijlage II: Vragenlijst enquête

24 28

6

1. Achtergrond In september 2004 is aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Leiden de master Criminologie gestart2. Studenten hebben binnen deze master de keuze uit twee afstudeerrichtingen; de master Veiligheidsbeleid en Rechtshandhaving en de master Forensische Criminologie. Zeven jaar later zijn, aan het einde van het collegejaar 2010-2011, in totaal 288 studenten aan een van deze twee masterrichtingen afgestudeerd. Om

een goed beeld te krijgen over hoe deze groep afgestudeerden de master heeft ervaren en hoe het hen na het afstuderen op de arbeidsmarkt is vergaan, en ten einde lering te trekken voor de opzet van de masters in de toekomst, is door het Instituut voor Strafrecht en Criminologie besloten in september 2011 een enquête onder deze groep af te nemen. Een ander en verwant doel was meer houvast te hebben bij het voorbereiden van studenten op de arbeidsmarkt, omdat ze aangaven daar behoefte aan te hebben.

2 Tegelijk startten ook de Erasmus Universiteit Rotterdam en de Vrije Universiteit Amsterdam met een master Criminologie. Deze universiteiten hebben ook een bachelor Criminologie. In Utrecht kunnen studenten een master Criminologie volgen, maar geen bachelor.

Nieuwe master volgt internationale criminaliteitsbestrijding De vakgroep Criminologie biedt sinds dit studiejaar een aansprekende nieuwe master aan: Criminal Justice. Coördinator Maartje van der Woude: “Met deze studie wordt internationaal solliciteren straks makkelijker.” Wat onderscheidt deze master van de andere twee Leidse criminologiemasters? “Om te beginnen is deze master volledig Engelstalig en zal een groot deel van de studenten uit het buitenland komen. Ook inhoudelijk is de opleiding internationaal gericht. Je kijkt over de grenzen heen naar verschillende systemen van rechtshandhaving en criminaliteit(sbestrijding) en leert die met elkaar te vergelijken. We trekken

daarvoor ook buitenlandse gastsprekers aan. Net als bij de andere twee masters kijken we met een interdisciplinaire blik naar criminaliteitsvraagstukken, dus zowel vanuit juridisch als sociaalwetenschappelijk perspectief.” Wie kan de master Criminal Justice volgen? “De master staat open voor studenten uit binnen- of buitenland met uiteenlopende bachelors, variërend van Criminologie of Rechten tot Politicologie of Sociologie. Een toelatingscommissie beoordeelt of de student genoeg criminologische voorkennis heeft en het Engels voldoende beheerst. Per jaar worden maximaal veertig studenten toegelaten.”

Allereerst zal hierna uiteen worden gezet hoe de afgestudeerde criminologen zijn benaderd om deel te nemen aan de enquête en de hoe de respons is geweest. Vervolgens zullen de uitkomsten worden besproken, waarbij we aandacht be-steden aan de huidige arbeidssituatie van de afgestudeerden en de aansluiting van de master op de arbeidsmarkt. Daarnaast komt kort aan de orde welke wens alumni hebben op het gebied van eventuele activiteiten vanuit de afdeling Criminologie en studievereniging CoDe. Op enkele punten zullen we de vergelijking maken met landelijke enquêtes om de bevindingen in een kader te plaatsen. Wat zijn de arbeidsmarktmogelijkheden met een master Criminal Justice? “Met deze master kun je een beleidsadviserende functie vervullen op het gebied van veiligheidsvraagstukken. In Nederland kun je bijvoorbeeld terechtkomen bij de politie, het ministerie van Veiligheid en Justitie of het Openbaar Ministerie. Maar je hebt ook een interessant profiel voor de internationale arbeidsmarkt, denk aan organisaties als Europol, Amnesty International of verschillende organen van de EU. In Angelsaksische landen worden veel masters Criminal Justice aangeboden, die bekendheid met de studie maakt internationaal solliciteren makkelijker. Verder bereidt deze master voor op uiteenlopende onderzoeksfuncties.” Meer informatie en aanmelden: http://en.mastersinleiden.nl/programmes/ criminal-justice/en/introduction

7

2. Benadering van respondenten De alumni-enquête is digitaal opgesteld en alumni zijn dan ook vooral via internet benaderd om de enquête in te vullen. De afgestudeerden zijn middels een e-mail vanuit de afdeling uitgenodigd om deel te nemen aan het onderzoek. Iedere student is bij de overhandiging van de masterbul gevraagd om een ‘blijvend’ e-mailadres. Van deze vrijwel complete lijst is gebruik gemaakt. Daarnaast is via de afdeling Marketing en Communicatie van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid een lijst met e-mailadressen van leden

van het Leids Universitair Fonds opgevraagd, die eveneens is benut. Uiteindelijk kregen we ongeveer 20 foutmeldingen terug toen de e-mail met de link naar de enquête op 2 september 2011 naar alle e-mailadressen was gestuurd. We kunnen ervan uitgaan dat we een zeer groot deel van de alumni hebben bereikt met de uitnodiging. Naast de benadering per e-mail is de alumni-enquête ook via netwerksites zoals Linkedin.com en Facebook.com verspreid. Zo is er niet alleen gebruik gemaakt van het netwerk van stafleden

van de afdeling Criminologie, maar ook bijvoorbeeld een aankondiging geplaatst op Linkedin.com in de ‘group’ voor alumni van de studievereniging CoDe. Al snel was enige activiteit omtrent de enquête te zien op deze sites en ook werden er door alumni berichten via twitter.com verspreid. Om oud-studenten aan te moedigen de enquête in te vullen is tevens aandacht gegeven aan de verloting van een tiental recent verschenen boeken. Op donderdag 22 september is een reminder aan de betrokkenen gestuurd.

“Af en toe belde ik of ze een geschikte functie hadden” Naam: Esther Rougoor Functie: criminoloog bij de stichting Verzekeringsbureau Voertuigcriminaliteit (VbV) Afstudeerjaar: 2010 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving Zelf initiatief nemen, contacten leggen en onderhouden. Zo kreeg Esther een werkervaringsplaats en uiteindelijk een contract bij de stichting Verzekeringsbureau Voertuigcriminaliteit. “Deze baan sluit perfect aan bij mijn studie. De juridische kennis en de onderzoeks- en schrijfvaardigheden die ik bij de studie Cri-

minologie heb opgedaan, komen nog dagelijks van pas.” Analyses “Een groot deel van mijn werk bestaat uit het maken van analyses waarbij ik in kaart breng wat de trends in voertuigcriminaliteit zijn. Ik gebruik daarvoor het VbV-Vermiste Auto Register en informatie van de Nederlandse schadeverzekeraars, die samen het VbV hebben opgericht om voertuig-, vaartuig-, werkmaterieel-, en transportcriminaliteit tegen te gaan. Twee dagen per week werk ik als buitengewoon opsporingsambtenaar. Dan ondersteun ik de politie met informatie van de verzekeraars of bemiddel tussen politie en verzekeraars als er een grote partij gestolen goederen gevonden wordt.”

Werkervaringsplaats “Ik solliciteerde bij het VbV op een mbofunctie en werd afgewezen omdat ik te hoog was opgeleid. Ik bleef echter af en toe bellen met de vraag of ze een geschikte functie hadden. Na vier maanden was er een nieuwe directeur die graag wilde kennismaken. Hij bood me een werkervaringsplaats aan en daarna werd speciaal voor mij de functie van criminoloog gecreëerd. Zo’n vrijwillige stage is even investeren, maar je krijgt de kans om te laten zien wat je kan. Ook doe je weer veel nieuwe contacten op. Contacten leggen en onderhouden en iedereen laten weten dat je een baan zoekt, dat heeft voor mij gewerkt.”

8

3. Respons en achtergrond van de respondenten De digitale enquête is online beschikbaar geweest van vrijdag 2 september tot en met zondag 25 september 2011. Uiteindelijk hebben 162 (56.3%) van de 288 afgestudeerden gereageerd op de uitnodiging de enquête in te vullen. Deze respons is hoog te noemen, ook als een vergelijking wordt gemaakt met de respons van andere (landelijke) enquêtes onder afgestudeerden. Van de respondenten hebben 141 personen de vragenlijst volledig ingevuld. Hieronder zal een overzicht worden gegeven van

Figuur 1 Respondenten per afstudeerjaar (N=151) Afstudeerjaar

Afgestudeerden*

2005

11

Respondenten 3 (27.3%)

Aandeel in resultaat 1.9%

2006

34

20 (58.8%)

13.2%

2007

43

19 (44.2%)

12.6%

2008

52

25 (48.1%)

16.6%

2009

55

27 (49.1%)

17.9%

2010

55

30 (54.5%)

19.9%

2011**

38

27 (71.1%)

17.9%

*Cijfers afkomstig van het Onderwijs Informatie Centrum, Universiteit Leiden 2011. ** Tot en met augustus 2011.

“Soms speel ik het slachtoffer” Naam: Nick Koeman Functie: expert Bewaken en Beveiligen bij het Kennis- en Expertisecentrum van de dienst Bewaken en Beveiligen van de Landelijke Eenheid van de Nationale Politie Afstudeerjaar: 2006 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving Nick bedenkt fictieve aanslagen en wordt daarvoor nog betaald ook. Hij ontwikkelt kennis om de beveiliging van VIP’s te verbeteren. “De dienst Bewaken en Beveiligen van de Nationale Politie zorgt voor de veiligheid van bijvoorbeeld politici, diplomaten of

leden van het Koninklijk Huis. Mijn aandachtsgebied is kennisontwikkeling en innovatie op het gebied van het voorkomen van aanslagen.” Literatuur over aanslagen “Ik bestudeer wetenschappelijke literatuur over gepleegde of verijdelde aanslagen en vertaal die kennis naar nieuwe beveiligingsconcepten. Het leuke van mijn werk is dat ik niet alleen adviseer, maar tevens zie hoe datgene wat ik bedenk, wordt geïmplementeerd. Een belangrijk onderdeel van mijn baan is het geven van trainingen en het organiseren van oefeningen. Ik maak de scenario’s voor de oefeningen en doe soms ook mee, bijvoorbeeld als slachtoffer. Door mee te doen, krijg ik een ander perspectief op de situatie en kan ik beter

nieuwe oplossingen bedenken. Ik zoek ook naar nieuwe manieren van oefenen; samen met de TU Delft heb ik bijvoorbeeld een ‘serious game’ ontwikkeld als alternatieve trainingsmethodiek.” Veel koffiedrinken “Ik vond deze baan op de ouderwetse manier: door te solliciteren op een advertentie. Ergens binnenkomen is het moeilijkst, als je eenmaal binnen bent, zijn er meer kansen. Bij een organisatie als de politie is het belangrijk dat je niet meteen hoog van de toren blaast, je moet jezelf bewijzen en geaccepteerd worden. Veel koffiedrinken dus. Het informele circuit is erg belangrijk om te weten wat er leeft.”

9

de achtergrond van deze groep respondenten, waarbij een en ander uiteen zal worden gezet omtrent het jaar van afstuderen, de gevolgde propedeuse en de afstudeervariant.

3.1 Afstudeerjaar Van de 162 respondenten hebben 151 een antwoord gegeven op de vraag in welk jaar zij zijn afgestudeerd (zie figuur 1). Met uitzondering van het afstudeerjaar 2005 en 2011 ligt het responspercentage rond de 50 procent. Over het geheel genomen is de verdeling over de jaren realistisch met een lichte

bias naar recent afgestudeerden. Dat meer recent afgestudeerden de enquête hebben ingevuld zou te maken kunnen hebben met het lage aantal nietwerkzame opgegeven e-mailadressen en de recente binding met de opleiding. Overigens fluctueert de instroom ook met de jaren. Zo begonnen in 2010 43 mensen aan de master en in 2011 69. De komende jaren streeft de opleiding naar een groei, mede door de vernieuwingen in de master waarbij de afstudeerrichtingen eigenstandige masters worden en waarbij een van de masters ook een Engelstalige richting krijgt.

3.2 Propedeuse en overige studies Bijna twee derde (63.6%) van de respondenten geeft aan vóór de opleiding Criminologie een andere universitaire studie te hebben gevolgd. Dit relatief hoge percentage hangt deels samen met het feit dat de bachelor Criminologie voor 2005 nog geen eigen propedeuse had. Studenten die in het bezit waren van een propedeuse Rechtsgeleerdheid, Psychologie of Sociologie konden in het tweede jaar van de opleiding Criminologie instromen. Het kan niet worden uitgesloten dat de respondenten die hebben geantwoord Nederlands recht (14x) of

“Ze hadden wel een tijdelijk project in Londen” Naam: Sander Voormeulen Functie: adviseur bij Ernst & Young in Londen Afstudeerjaar: 2010 Master: Forensische criminologie Sander wilde graag fraude bestrijden, maar dan wel in het buitenland. Via zijn stage in Amsterdam vond hij een baan in The City. “Door het vak Forensische accountancy raakte ik geïnteresseerd in fraudebestrijding. Via een kennis van de vader van mijn vriendin (tip: gebruik alle contacten die je hebt!) vond ik een stage op dit gebied bij Ernst & Young in Amsterdam. Na mijn stage

wilde ik graag blijven maar in Amsterdam hadden ze op dat moment geen plek. Ze hadden wel een tijdelijk project in Londen. Perfect, want ik wilde heel graag in het buitenland werken.” Doorspitten “Na dat project kreeg ik begin 2011 een vast contract bij het team dat zich richt op financiële misdaad, denk aan witwassen, fraude en handel met voorkennis. Meestal lichten we op verzoek van overheidsinstanties financiële bedrijven door. Door het minutieus doorspitten van de boekhouding en de klantgegevens van een bedrijf, proberen we illegale praktijken boven water te krijgen. Regelmatig kom ik de resultaten van mijn onderzoek in de krant tegen.”

Keuzevakken “Mijn studie gaf mij een goede basis, maar ik heb ook veel bijgeleerd in de praktijk. Bij Criminologie leerde ik bijvoorbeeld dat er drie verschillende fasen zijn tijdens het witwassen van geld. In de praktijk blijkt dat toch wat ingewikkelder. Tijdens mijn studie heb ik veel keuzevakken gedaan bij andere faculteiten en in andere steden. Ik kan dat aanraden: het staat goed op je cv en het geeft je een beter beeld van wat je later kan en wil doen.”

10

Psychologie (11x) te hebben gestudeerd voor de studie Criminologie, hebben bedoeld dat zij alleen de propedeuse van deze studie hebben gevolgd en toen zijn ingestroomd in de studie Criminologie. Andere studies die werden genoemd zijn Pedagogische wetenschappen (zes respondenten), Bestuurskunde (zeven respondenten), Geschiedenis, Bouwkunde en Talen en culturen van Latijns-America (steeds één respondent).

3.3 Mastervariant Gegevens van het Onderwijs Informatie Centrum van de faculteit laten zien dat

van de in totaal 288 afgestudeerde studenten, 190 studenten in de forensische variant zijn afgestudeerd, 92 hebben de master Veiligheidsbeleid afgerond en zes studenten zijn in beide richtingen afgestudeerd. Van de afgestudeerden die de forensische master hebben voltooid heeft 47.4% deelgenomen aan de enquête. Bij de groep afstudeerders van de variant veiligheidsbeleid en rechtshandhaving ligt dit percentage beduiend hoger, namelijk op 62%. Van de zes studenten die beide masters hebben afgerond hebben er vier deelgenomen aan de enquête (zie figuur 2).

3.4 Voltijd/deeltijd en overige studies Veruit de meeste studenten volgen de voltijdopleiding. Leiden kent wel een deeltijdopleiding, maar biedt vooral dagonderwijs aan, waar deeltijders met aanpassingen aan mee kunnen doen. Dit is ook te zien in de enquête. Van de deelnemende afgestudeerden geeft 98% aan de master Criminologie in voltijd te hebben gevolgd. Twee respondenten hebben de studie in deeltijd gevolgd en één student heeft aangegeven een gedeelte van de studie in voltijd en een gedeelte in deeltijd te hebben gevolgd.

“Elke dag achter de pc is niks voor mij” Naam: Chris Pellemans Functie: geographical profiler in dienst van het Nederlands Forensisch instituut (NFI) en de politie Afstudeerjaar: 2012 Afstudeerrichting: Forensische criminologie Chris graaft de ene dag in archieven en gaat de volgende dag mee met politiecollega’s die zoeken naar begraven moordslachtoffers. Forensisch onderzoek is nooit saai. “Ik onderzoek als ‘geographical profiler’ moordzaken waarbij het slachtoffer is begraven. In oude, opgeloste zaken probeer ik verbanden te vinden tussen eigenschap-

pen van het slachtoffer en de dader en de begraving van het slachtoffer. Mijn onderzoek heeft als doel om begraven slachtoffers in de toekomst makkelijker te kunnen lokaliseren.” Zoekacties “Elke dag achter de pc is niks voor mij, maar bij forensisch onderzoek is dat gelukkig niet het geval. Ik ga vaak mee met zoekacties van collega’s van de politie of het NFI om te kijken hoe zij werken. Voor het zoeken naar begraven lichamen bestaat nog geen uniforme aanpak, het zoekproces verbeteren hoort ook bij mijn opdracht.” Vrijwillig “Ik ben voor dit onderzoek gevraagd toen ik tijdens mijn studie een project deed bij

de politie. Het was een vrijwillig extra onderzoeksproject, mijn afstudeerstage deed ik aan de universiteit. Ze vroegen mij omdat ik makkelijk contact leg en ervaring had met statistisch onderzoek. Ik zie hier bij sollicitaties dat bestuurswerk wordt gewaardeerd, maar zelf heb ik dat niet gedaan. Door mijn onderzoeksproject wisten ze natuurlijk wel al wat voor vlees ze in de kuip hadden. Dit onderzoek naar begraven moordslachtoffers was in eerste instantie een stage. Nu is het omgezet in een baan en in de toekomst wordt het hopelijk een promotieproject.”

11 Figuur 2 Masterprofielen (N=151) Afgestudeerden* Forensische Criminologie Veiligheidsbeleid en Rechtshandhaving Beide masters

Respondenten

190

90 (47.7%)

92

57 (62.0%)

6

4 (66.7%)

* Cijfers afkomstig van het Onderwijs Informatie Centrum Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Universiteit Leiden

Van de groep respondenten geven 46 personen (30.5%) aan ten tijde van de studie Criminologie nog een andere bachelor en/of masteropleiding te hebben gevolgd. De studie wordt vaak gecombineerd met de studie Nederlands recht aan dezelfde faculteit (17 keer

genoemd).

4. Relatie tot de arbeidsmarkt Een van de voornaamste doelen van het houden van de enquête was inzicht te krijgen in de relatie tussen opleiding

en de arbeidsmarkt van recent afgestudeerde studenten. Om die reden is respondenten gevraagd welke situatie men het meest van toepassing vond op zijn of haar situatie. Respondenten konden hierbij kiezen uit Studerende, Werkzaam (betaald werk), Werkzoekende of Anders. De resultaten hiervan zijn weergegeven in figuur 3. Het is verheugend om te zien dat thans de overgrote meerderheid (78.7%) een baan heeft. Op het moment van de enquête is acht procent werkzoekend, zes procent stude1rend en zeven procent heeft andere bezigheden zoals verblijf in het buitenland, soms met partner, of zor-

“Ik heb mijn scriptie bij de burgemeester gepresenteerd” Naam: Ivar Habieb Functie: veiligheidsanalist bij de Nationale Politie, eenheid Den Haag Afstudeerjaar: 2008 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving Ivar ging met zijn afstudeerscriptie de boer op en verwierf een baan bij de politie. Zijn tip: ‘Laat je zien!’ “Je staat midden in de maatschappij en draagt je steentje bij, dat is wat mij aantrok in het werken bij de politie. Ik vond een stageplaats bij de politie Leiden. Mijn scriptie over de beeldvorming van radicalisering heb ik bij zoveel mogelijk mensen

onder de aandacht gebracht. Ik heb zelfs bij de burgemeester gepresenteerd! Leun niet achterover, maar laat jezelf zien, dat is de tip die ik criminologiestudenten wil meegeven.” Opleiding “Mijn opdrachtgever bracht me na mijn stage in contact met de chef Analyse, die de tijdelijke functie van junior analist voor me creëerde. Mijn studie Criminologie komt zeker van pas, veel van wat ik geleerd heb, zie ik nu in de praktijk. Maar je moet blijven leren. Om verder te kunnen bij de politie moest ik de Master of Criminal Investigation afronden, dat was een voorwaarde. Nadat ik dat had gedaan, kreeg ik een vaste baan.”

Bewijs “Uit de systemen waarin de collega’s op straat hun bevindingen invoeren, analyseer ik de informatie. Als er bijvoorbeeld bij een bepaald incident een rode jas was gezien, kijk ik of die eerder is gesignaleerd. Ik ga ook met collega’s in gesprek om een completer beeld te krijgen van wat er op straat gebeurt. Verder draai ik mee in rechercheonderzoeken; ik adviseer bijvoorbeeld over welke informatie nog nodig is om het bewijs rond te krijgen.”

12 Figuur 3 Huidige situatie (N=150) Afstudeerjaar

Studerend

Werk-zoekend

Werkzaam (betaald werk)

Anders

dige arbeidsmarktsituatie niet slecht te noemen. Hierna gaan we nog in op de verschillende groepen.

2005

-

-

3

-

2006

-

1

19

-

4.1 Studerend

2007

-

2

15

1

Van de negen studerende respondenten, hebben acht aangegeven welke studie zij volgden op het moment dat zij de enquête hebben ingevuld. Alle acht respondenten studeren aan de Universiteit Leiden en van die acht volgen vijf respondenten de studie rechtsgeleerdheid. De overige drie respondenten zijn bezig met een studie Technische Bestuurskunde, Mathematics (statistiek) of een ICLON-cursus tot verkrijging van de les-

2008

-

1

24

1

2009

1

2

23

1

2010

4

2

19

5

2011

4

4

15

3

9 (6.0%)

12 (8.0%)

118 (78.7%)

11 (7.3%)

Totaal:

gen voor een gezin. Een respondent verdient haar geld als professioneel sporter. De overige respondenten zijn zelfstandig ondernemer, voor zover bekend niet in

het criminologische werkveld. De acht procent werkzoekenden is verdeeld over degenen die korter en langer zijn afgestudeerd, maar is zeker gezien de hui-

“Mijn eerste baan vond ik via Twitter” Naam: Evelien van Zuidam Functie: consultant bij Capgemini Consulting, Public security Afstudeerjaar: 2011 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving Evelien specialiseerde zich in cyber security. Een goede zet, want dat is op dit moment een ‘hot’ onderwerp. Haar eerste baan vond ze ook in cyber space: via Twitter. “Als afstudeerstage deed ik bij Binnenlandse Zaken een onderzoek naar agressie en geweld tegen overheidspersoneel. Aan mijn onderzoeksverslag, dat het ministerie

publiceerde op zijn website, heb ik veel digitale ruchtbaarheid gegeven. Ik was tijdens mijn studie al geïnteresseerd in de mogelijkheden van internet en actief op sociale media. Het bureau Maxxecure, dat trainingen geeft in het omgaan met agressie, reageerde op mijn tweets, nodigde me uit voor een gesprek en bood me uiteindelijk een baan aan.” Bloggen “Tijdens mijn werk bij Maxxecure ben ik me blijven verdiepen in digitale ontwikkelingen in relatie tot veiligheid. Ik las veel, blogde en gaf workshops. Uiteindelijk greep ik de kans om te solliciteren op een baan bij Capgemini Consulting die beter aansloot bij mij digitale interesse. Het heeft bij mijn sollicitatie zeker gehol-

pen dat ik kon laten zien dat ik niet alleen veel wist over het digitale domein, maar er ook mijn eigen ideeën over had.” Specialisatie “Bij Capgemini Consulting doe ik projecten op het raakvlak tussen veiligheid en het digitale domein. We hebben veel opdrachten op dit gebied, het is een ‘hot’ onderwerp. Op dit moment bekijk ik hoe de processen moeten lopen in geval van een digitale crisis: als een aantal systemen ineens plat ligt, door een storing of door cyber crime, wat dan?”

13

bevoegdheid Maatschappijleer. Van de negen studerende respondenten hebben vijf mensen geen werk gezocht na de master Criminologie, vier zijn wel werkzoekend geweest. Twee van de studerende respondenten spreken hun verwachting uit dat het volgen van een andere studie na of naast hun master Criminologie hun positie op de arbeidsmarkt positief zal beïnvloeden.

23 dagen op zoek naar werk. Acht van hen, veelal degenen die langer zijn afgestudeerd, geven aan dat zij na de masteropleiding Criminologie een andere opleiding hebben gevolgd of werkzaam zijn geweest.

4.3 Werkzaam De overgrote meerderheid van de re-

spondenten is op dit moment werkzaam. Maar liefst 78.8% van de respondenten geeft aan op het moment van de enquête betaald werk te verrichten. Van deze groep van 118 respondenten heeft ruim de helft (53.8%) een vaste baan en bijna een kwart (24.8%) heeft een tijdelijke baan met uitzicht op een vaste baan.

Figuur 4 Soort aanstelling (N=117)

4.2 Werkzoekend

Vaste baan

63 (53.8%)

Uit de resultaten blijkt dat twaalf mensen momenteel ‘werkzoekend’ zijn. Op het moment van invullen van de enquête waren zij gemiddeld zeven maanden en

Tijdelijk met uitzicht op een vaste baan

29 (24.8%)

Tijdelijk zonder uitzicht op een vaste baan

24 (20.5%)

Anders

1 (0.9%)

“Al snel kreeg ik een baan aangeboden” Naam: Denise van Eeden Functie: projectleider bij het Expertisecentrum Forensische Psychiatrie Afstudeerjaar: 2009 Master: Forensische criminologie Denise kwam naar Leiden voor de master Forensische criminologie. Ze raakte geïnteresseerd in forensische psychiatrie, vond een passende stageplek en kon meteen blijven. “Ik kwam naar Leiden voor de master Forensische Criminologie, mijn bachelor Criminologie deed ik in Amsterdam. Leiden bleek een goede keuze; niet alleen omdat

de master interessant was. De sfeer en de begeleiding bleken ook beter.” Daar wil ik werken “Ik volgde een keuzevak forensische psychiatrie en daarna wilde ik graag een stage in deze richting. Via de stagecoördinator van de studie kwam ik terecht bij het Expertisecentrum Forensische Psychiatrie (EFP) dat alle forensisch psychiatrische instellingen in Nederland ondersteunt met onderzoek en methodiekontwikkeling. Tijdens mijn stage kreeg ik al snel een baan aangeboden. Mijn tip: denk goed na over waar je stage gaat lopen. Neem niet de eerste de beste plek die zich aandient, maar zoek naar een organisatie die je aanspreekt en waarvan je denkt: ‘Dáár wil ik wel werken.”

Databank opzetten “Ik ben nu projectleider, dat betekent dat ik onderzoeken coördineer die door mensen uit het veld worden uitgevoerd. Op dit moment ben ik bijvoorbeeld bezig met het opzetten van een databank met risicotaxatieen recidivegegevens van alle tbs-patiënten. Toen ik al werkte, heb ik nog de master Strafrecht gedaan. Die studie heb ik nu niet echt nodig voor mijn werk, maar het leek me toch handig om één aspect van criminologie verder uit te diepen. Dat kan helpen als ik op zoek ga naar een andere baan.”

14

Soort dienstverband Van de hele groep respondenten geven 102 personen aan in loondienst te zijn. Negen respondenten zijn werkzaam als uitzend- of oproepkracht en vijf personen zijn bezig met een promotietraject aan een binnenlandse of buitenlandse universiteit. Ten slotte werken twee respondenten als zelfstandig ondernemer of freelancer. Inkomen Bijna 55% van de alumni heeft een bruto-inkomen tussen de 2000 en 3000

euro. Ongeveer 30% verdient tussen de 3000 en 5000 euro. Niemand verdient meer dan 5000 euro. Dit komt min of meer overeen met de gegevens gepubliceerd door Elsevier in de resultaten van de Elsevier enquête oktober 2011. Hierin wordt vermeld dat het bruto maandsalaris van een criminoloog na anderhalf jaar 2.350 euro bedraagt. Vereist opleidingsniveau Van de functies die de alumni momenteel uitoefenen is in bijna 60 procent van de gevallen een wetenschappelijk

3 Ministerie van OCW: Monitor Trends in Beeld 2011, zie: http://www.trendsinbeeld.minocw.nl/ TrendsInBeeld_2011.pdf

opleidingsniveau vereist (WO). Voor 30 procent van de functies volstaat HBOopleidingsniveau en voor de overige 10 procent geldt dat het opleidingsniveau lager zou kunnen zijn of onbekend is omdat het een nieuwe functie betreft. Voor wat betreft het vereiste functieniveau komt de masteropleiding Criminologie daarmee uit rond het landelijk gemiddelde voor opleidingen in het Hoger Onderwijs in de richting Gedrag en Maatschappij.3 Aard werkveld Uiteraard is het zeker voor een relatief nieuwe opleiding belangrijk om te bezien

“Die LinkedIn-groep bleek een gouden greep” Naam: Margot Kuipers Functie: raadsonderzoeker bij de Raad voor de Kinderbescherming Afstudeerjaar: 2012 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving

Raad voor de Kinderbescherming. Ik heb twee jaar als vrijwilliger bij de Kindertelefoon gewerkt en ik geef hockeytraining aan verstandelijk gehandicapte kinderen. Zo had ik al ervaring opgedaan met het communiceren met kinderen en liet ik zien dat ik maatschappelijk betrokken ben.”

Margot zag op de LinkedIn-groep voor Leidse alumni een baan bij de Kinderbescherming. Met haar ervaring als vrijwilliger bij de Kindertelefoon was ze de perfecte kandidaat.

Strafadvies “Als een kind een strafbaar feit heeft gepleegd, of daarvan wordt verdacht, komt zijn dossier bij de Raad voor de Kinderbescherming. Een raadsonderzoeker leest het dossier en praat met het kind, de ouders en andere instanties zoals de school of jeugdzorg. Die gesprekken vind ik het leukste onderdeel van mijn werk. Ook het strafrechtelijke aspect vind ik interessant. In een rapport voor de rechter of de Officier van

“Doe zoveel mogelijk naast je studie, dat is wat ik studenten Criminologie zou adviseren. Bij mij was het mijn vrijwilligerswerk dat de doorslag gaf bij mijn sollicitatie naar de functie van raadsonderzoeker bij de

Justitie formuleren we een strafadvies en beschrijven we eventuele overige zorgen over het kind.” LinkedIn “Net afgestudeerd werd ik lid van een LinkedIn-groep voor Leidse alumni. Dat bleek een gouden greep want na minder dan een week kwam daar deze baan voorbij. De vacature was alleen uitgezet bij universiteiten en had ik dus op een normale vacaturesite nooit gevonden. Nu had ik binnen een maand na mijn afstuderen een baan.”

15

of haar alumni ook in een werkveld terecht komen dat aansluit bij de opleiding. De opleiding bereidt studenten voor op functies in het veld van criminaliteit en veiligheid. Het gaat zowel om onderzoeks- als beleidsfuncties. Voor een deel betreft het waarschijnlijk functies die eerder door afgestudeerden van andere richtingen werden vervuld, voor een deel zal het gaan om nieuwe functies. Zeker gezien het feit dat er pas sinds 2005 mensen met een masterdiploma in de Criminologie de arbeidsmarkt be-

treden is het positief dat voor de Leidse opleiding Criminologie geldt dat van haar alumni iets meer dan 60% zijn of haar werkveld typeert als ‘criminologisch’. Voorbeelden van genoemde functies zijn: forensisch onderzoeker bij het Nederlands Forensisch Instituut, strategisch criminaliteits-analist bij de Koninklijke Marechaussee Schiphol en beleidsmedewerker bij het Openbaar Ministerie. De Elsevier enquête 2011 biedt op dit punt ook informatie. Volgens die peiling zijn afgestudeerde criminologen werkzaam in de volgende func-

ties: onderzoeker, adviseur of beleidsmedewerker bij onder meer politie, rijksoverheid of reclassering. Deze functies zijn ook terug te zien in de uitkomst van de alumni-enquête (zie voor een gedetailleerde lijst van functies van de respondenten bijlage I, pagina 24). Samenvattend laat figuur 5 zien hoe deze functies kunnen worden ondergebracht in categorieën. Hierbij dient te worden opgemerkt dat deze indeling niet volledig dekkend is aangezien sommige functies in meerdere categorieën zouden kunnen worden geplaatst.

“Ik kon aantonen dat ik gemotiveerd ben om onderzoek te doen” Naam: Nina Holvast Functie: promovenda aan de UvA Afstudeerjaar: 2009 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving Nina werd tijdens haar stage gegrepen door de wetenschap en wist een promotieplaats te verwerven. Het was een pre dat ze extra onderzoekservaring had opgedaan. “Tijdens mijn onderzoeksstage bij de Dienst Nationale Recherche ontdekte ik dat ik wetenschappelijk onderzoek heel leuk vind. Na mijn afstuderen vond ik een baan als junior onderzoeker en docent Criminolo-

gie aan de Erasmus Universiteit. Een leuke baan maar ik wilde graag promoveren. Die kans kreeg ik aan de Universiteit van Amsterdam.” Onderzoeken “Welke invloed heeft de juridische ondersteuning, dus de griffier, op het rechterlijk besluitvormingsproces? Dat is de centrale vraag van mijn promotieonderzoek. Het is een rechts-sociologisch onderzoek, wat goed aansluit bij Criminologie dat ook sociale wetenschappen en juridische kennis combineert. Naast Criminologie heb ik trouwens ook de studie Rechtsgeleerdheid afgerond. De zelfstandigheid en de vrijheid van een promotieonderzoek vind ik erg fijn, maar

ik sta er gelukkig niet alleen voor. Van mijn collega’s kan ik veel leren, bijvoorbeeld over het uitvoeren van empirisch onderzoek.” Ervaring “De promotieplaatsen liggen niet voor het oprapen en de belangstelling is meestal groot. In mijn geval was het een pre dat ik al extra onderzoekservaring had opgedaan. Zo kon ik aantonen dat ik gemotiveerd ben om onderzoek te doen en de vaardigheden daarvoor in huis heb. Tijdens mijn studie deed ik onderwijservaring op als studentassistent en juridische ervaring als buitengriffier bij de rechtbank Den Haag.”

16 Figuur 5 Werkveld afgestudeerde criminologen (N=116) Beleid en advies

35 (30.2%)

Hulpverlening

5 (4.3%)

Onderwijs

7 (6.0%)

Handhaving en strafrechtsketen

27 (23.3%)

Trainee/ in opleiding

5 (4.3%)

Wetenschappelijk onderzoek en beleidsonderzoek

22 (19.0%)

Zelfstandige en overig

15 (12.9%)

Het vinden van de huidige functie Van de groep alumni die nu een baan heeft, geeft precies de helft aan niet werkzoekend geweest te zijn na het behalen van de master Criminologie. De groep mensen die wel werkzoekend zijn

geweest na het afronden van hun studie hebben gemiddeld zes maanden gezocht naar een baan met een uitschieter tot 24 maanden. In de enquête is gevraagd hoe de respondenten hun huidige functie hebben

gevonden. De meerderheid geeft aan dat zij hun huidige baan hebben gevonden door een open sollicitatie of sollicitatie op een vacature. Opvallend is het aantal van twintig alumni dat is doorgestroomd vanuit zijn of haar stage. Dit laat zien dat de nadruk die bij de Leidse masteropleiding ligt op het combineren van stage en scriptie gunstig is voor de loopbaankansen van alumni. Hetzelfde aantal alumni is naar de huidige functie doorgestroomd vanuit de vorige functie, die soms ook weer via een stage was bemachtigd. Iets minder respondenten hebben hun

“Het is erg handig dat ik zo breed ben opgeleid” Naam: Wilbert Kelkensberg Functie: analist bij het Landelijk Informatie en Expertise Centrum voor de bestrijding van georganiseerde criminaliteit Afstudeerjaar: 2011 Master: Forensische criminologie Wilbert werpt barrières op voor georganiseerde criminelen door scherpe analyses en een multidisciplinaire aanpak. De kans op dit werk deed zich voor tijdens een lunch. “Ik werk bij het Landelijk Informatie en Expertise Centrum, een overheidsorganisatie voor de geïntegreerde aanpak van geor-

ganiseerde criminaliteit. Er zijn tien regionale centra die de georganiseerde misdaad analyseren en in kaart brengen en zorgen dat gemeente, politie, belastingdienst, FIOD en andere partners samenwerken bij de bestrijding ervan. Ik ben analist bij het overkoepelende landelijke centrum. Mijn collega’s en ik proberen de regionale bevindingen te integreren en samen met partners te vertalen naar effectief beleid.” Lunch “Bij een van de regionale centra liep ik mijn afstudeerstage, nadat tijdens een studieperiode in Gent mijn belangstelling voor de georganiseerde criminaliteit was gewekt. Het landelijke centrum was net in oprichting. Op een dag sprak ik de kwartiermaker aan de lunch, zij vroeg of ik eens wilde

langskomen en bood me uiteindelijk een baan aan. Een echte sollicitatieprocedure kost veel tijd en geld, daarom worden vacatures vaak via-via ingevuld. Contacten zijn dus cruciaal om aan een baan te komen.” Aansluiting “Deze baan sluit naadloos aan bij mijn studie. Het is erg handig dat ik zo breed ben opgeleid met vakken als economie, sociologie, rechten en psychologie. Dat helpt bij de multidisciplinaire aanpak van criminaliteit. Kritisch denken, onderzoek doen, goed opgebouwde stukken schrijven: ik heb het allemaal bij Criminologie geleerd.”

17

huidige functie gevonden via familie, vrienden, studie of contacten opgedaan tijdens eerder werk. Ruim 60 procent van de respondenten geeft aan na het afstuderen ook een andere functie uitgeoefend te hebben dan de huidige functie. In de toelichting hierbij is terug te zien dat deze banen sterk uiteen liepen van het tijdelijk fulltime uitoefenen van de functie die men tijdens de studie had als bijbaan tot tijdelijke projecten als bijvoorbeeld onderzoeker binnen universiteiten, hogescholen en overheden.

5. Aansluiting op de arbeidsmarkt In de enquête is gevraagd hoe alumni de aansluiting tussen de masteropleiding en de eerste functie hebben ervaren. De resultaten zijn weergegeven in figuur 6. Van de 124 respondenten die deze vraag hebben beantwoord geven 81 respondenten (65.3%) aan dat zij de aansluiting als “voldoende” (30.6%) of “goed” (34.7%) waarderen. Slechts zeven personen (5.6%) zijn niet tevreden en waar-

deren de aansluiting als “slecht”. Als we dit vergelijken met andere sociaalwetenschappelijke afstudeerrichtingen aan de Universiteit Leiden komt Criminologie er zeer vergelijkbaar uit. In de Nationale Studenten Enquête (NSE) 20114 geven criminologiestudenten een 2,8 op een schaal van 1 tot en met 5 voor de voorbereiding op de beroepsloopbaan, tegenover bijvoorbeeld psychologen een 3,1, politicologen een 2,5 en bestuurskundigen een 2,3. De master Rechtsgeleerdheid scoort hier een 3,1.

4

Zie: www.nse.nl

“Mijn ervaring als vrijwilliger was een pluspunt” Naam: Lara Homburg Functie: projectcoördinator bij Humanitas Afstudeerjaar: 2012 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving Lara wilde analytisch leren denken maar ook met haar voeten in de klei. Humanitas waardeerde die instelling en beloonde haar vrijwillige inzet met een betaalde baan. “Na mijn bachelor wilde ik weten hoe het er in de echte wereld aan toe gaat: niet alleen maar theorie maar met de voeten in de klei. Ik ging als vrijwilliger aan de slag bij een project van Humanitas dat ex-gedeti-

neerden helpt om weer een bestaan op te bouwen. Pluspunt “Toen ik klaar was met mijn master, heb ik gesolliciteerd naar de functie van coördinator bij hetzelfde project en ben ik aangenomen. Ik geef nu leiding aan een groep van 40 tot 50 vrijwilligers en stagiaires en ik onderhoud de contacten met onder andere de gemeente en de reclassering. Natuurlijk was het een pluspunt dat ik zelf ervaring had als vrijwilliger, maar dat was niet genoeg. Ze zochten iemand die kan netwerken, leidinggeven en een product verkopen. Met mijn bijbanen als leidinggevende in de horeca en studievoorlichter voor de universiteit kon ik aantonen dat ik

deze vaardigheden ook in huis heb.” Frustrerend “Het is in deze baan heel handig dat ik het juridische jargon ken. Mijn minor Psychologie komt ook van pas, daar heb ik geleerd hoe je mensen een bepaalde eigenschap aan- of af kunt leren. Bij het coachen van cliënten heb ik dat vaak gebruikt. Soms is het frustrerend dat het veel ex-gedetineerden niet lukt hun leven op de rails te krijgen, maar gelukkig zijn er ook genoeg cliënten die we echt vooruit kunnen helpen. Die succesverhalen houden me gemotiveerd.”

18

Figuur 6 Aansluiting master Criminologie en eerste functie (N=124)

5.1 Kanttekeningen bij de aansluiting op de arbeidsmarkt Op de vraag “Welke eventuele aansluitingsproblemen heeft u ondervonden?” hebben 68 alumni een inhoudelijk antwoord gegeven. De respondenten schrijven veelal over “de aansluiting van theorie op de praktijk”. Hoewel het vaak bij deze uitleg blijft, hebben enkele respondenten meer uitleg gegeven over wat zij precies hiermee hebben bedoeld, vaak gaat het over vaardigheden benodigd bij de uitoefening van hun functie. Voorbeelden hiervan zijn: het schrijven van nota’s, het schrijven van beleidsvoorstellen en -adviezen, het gebruik van com-

“De theorie gaat nu echt voor me leven” Naam: Widya de Bakker Functie: onderzoeker en docent aan de Hogeschool Leiden, opleiding Toegepaste Psychologie Afstudeerjaar: 2010 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving Widya vond een interessante onderzoeksstage bij een onverwachte organisatie. Het onderzoeken beviel haar zo goed dat ze er haar baan van maakte. “Aan het begin van mijn master ging ik naar een stagedag van de Rijksoverheid. Bij de ministeries van Justitie en Binnenlandse Zaken was het druk, maar de beleidsmedewerker van Landbouw zat alleen achter zijn

tafeltje. Daarom ging ik maar een praatje maken, al lag een stage daar niet voor de hand. Hij was echter enthousiast over mijn criminologische achtergrond, omdat hij probleemjongeren wilde betrekken bij zijn project om jongeren bewust te maken van een gezonde voedingsstijl.” Interviews “Met mijn docent Andrea Donker bedacht ik een onderzoeksvoorstel over de prevalentie van voedselonzekerheid bij jongeren. Hiervoor interviewde ik onder andere jongeren in een justitiële inrichting. Ondertussen werd Andrea lector bij de Hogeschool Leiden. Zij vroeg me om daar te komen werken als onderzoeker en docent bij Toegepaste Psychologie. Ik heb onderzoek gedaan naar de PIJ-maatregel (jeugd-TBS)

en ben bezig met een onderzoek naar de werkrelatie tussen reclasseringswerkers en cliënten. Verder heb ik een statistiekvak gegeven en begeleid ik afstudeerders.” Relevant “Tijdens mijn afstuderen bleek (tot mijn verrassing) dat onderzoek doen me heel erg aansprak. Het leukst vind ik om in gesprek te gaan met de mensen over wie ik leerde in de criminologieboeken, de theorie gaat dan echt voor je leven. Daarnaast vind ik fijn aan praktijkgericht onderzoek, dat het werkveld écht met de antwoorden aan de slag kan.”

19

puterprogramma’s zoals Microsoft Excel en het beheersen van bepaalde gesprekstechnieken. Daarnaast constateren enkele alumni dat in het werkveld van hen wordt verwacht dat zij na hun studie Criminologie kennis hebben over bepaalde onderwerpen, die volgens hen niet of niet uitgebreid genoeg binnen de studie aan bod zijn gekomen. Enkele voorbeelden van deze onderwerpen zijn: sociale fraude, jeugdcriminaliteit en politieke besluitvorming. Voorts wordt door een deel van de respondenten de moeilijkheid van het vinden van een baan genoemd. Veel alumni spreken de zorg uit over het feit

dat werknemers niet altijd op de hoogte zijn van wat een criminoloog voor hen kan betekenen. Deze gedachte lijkt onder recent afgestudeerden minder aanwezig te zijn. Enkele respondenten denken dat zij om deze reden afgewezen zijn bij sollicitaties. Anderen zeggen dat zij geluk hebben gehad en de werkgever in overleg met de werknemer een nieuwe functie heeft gecreëerd voor een criminoloog. Eén respondent zegt dat hij of zij verwacht dat deze aansluitingsproblemen tijdelijk van aard zullen zijn. De moeilijkheid van het vinden van een baan hangt ook samen met het feit dat er volgens de alumni niet veel vacatures

zijn waar expliciet naar een afgestudeerde (startende) criminoloog wordt gevraagd. Enkele alumni benadrukken hierbij de moeilijkheid van het vinden van een baan als starter: als een dergelijke vacature verschijnt, wordt vaak in groten getale gereageerd en zijn er vaak anderen met meer ervaring.

5.2 Studieonderdelen uit de opleiding en aansluiting arbeidsmarkt Hierboven is al iets gezegd over specifieke vaardigheden en de uitoefening van de eerste functie. In de enquête is tevens gevraagd welke vakken van de opleiding

“De krant lezen wierp vruchten af” Naam: Lennert Branderhorst Functie: beleidsadviseur bij het ministerie van Veiligheid en Justitie, afdeling Cybercrime Afstudeerjaar: 2008 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving Lennert kreeg zijn droombaan door zijn werkervaring als stagiair en rijkstrainee, én door goed de krant te lezen. “Ik heb een geweldige baan. Cybercrime is heel actueel, er zijn constant nieuwe ontwikkelingen. We moeten elke week wel een paar keer vragen van de Tweede Kamer

beantwoorden. Aan de andere kant richten we ons ook op de lange termijn, we zitten nu bijvoorbeeld in een wetgevingstraject om de politie meer bevoegdheden te geven op het gebied van cybercrime.” Trainee “In 2010 begon ik met het rijkstraineeship. Een rijkstrainee werkt twee jaar lang op drie verschillende plekken binnen het Rijk en krijgt daarnaast een opleiding. Er zijn elk jaar een paar duizend sollicitanten waarvan er honderd worden aangenomen. Bij het solliciteren is het volgens mij belangrijk dat je jezelf kleur geeft ten opzichte van de grijze massa. Iedereen die op gesprek komt voldoet aan de eisen, wat heb jij voor bijzonders te bieden?”

Krant “Na mijn traineeship kon ik aan de slag bij de afdeling Cybercrime. Het werkte in mijn voordeel dat computers mijn hobby zijn en dat ik zowel tijdens mijn stage als tijdens mijn traineeship al ervaring met internetcriminaliteit had opgedaan. Een studie is nuttig, maar wel erg theoretisch, praktijkervaring is cruciaal om werk te vinden. Verder moet je voor een baan bij de overheid laten zien dat je maatschappelijk betrokken bent en goed op de hoogte van wat er speelt. Ik lees de krant altijd grondig, dat heeft tijdens het solliciteren absoluut vruchten afgeworpen.”

20

het meest van pas zijn gekomen in de beroepspraktijk. Op deze vraag hebben 94 respondenten inhoudelijk gereageerd. Vaak worden niet specifieke vakken maar vaardigheden beschreven, meer in algemene zin zoals “vakken waarin academische vaardigheden aan bod kwamen” of meer specifiek: “het schrijven van papers en scripties” of “het geven van presentaties”. Bovendien werd het onderdeel “lopen van een stage” door 12 respondenten genoemd. Uit de bachelor Criminologie worden vooral strafrechtelijke vakken (16x) en methodologische vakken (17x) genoemd. Daarnaast wordt Theoretische Criminolo-

gie zes keer genoemd en beide practica (Practicum Beschrijvende Criminologie en Practicum Verklarende Criminologie) vijf keer genoemd. Verder wordt vooral het belang van de vakken uit de master benadrukt omdat, zo blijkt uit de toelichting bij deze vraag, deze vakken meer aansluiten bij de praktijk. Uit het masterprofiel Veiligheidsbeleid en Rechtshandhaving worden vooral de vakken Veiligheidsbeleid (9x) en Integrale Rechtshandhaving (9x) genoemd. Uit de forensische master liggen de meningen meer verspreid; zo worden Forensische Psychiatrie en Misdaadanalyse beide vijf maal genoemd en Forensische Accountancy drie maal.

In de enquête werd voorts de vraag gesteld of er volgens de respondent specifieke onderdelen zijn die in de master-opleiding Criminologie ontbraken of te weinig waren vertegenwoordigd, 68 alumni hebben inhoudelijk op deze vraag gereageerd. Wederom wordt duidelijk dat men verlangt naar een duidelijke koppeling tussen theorie en praktijk (12x genoemd), enkele respondenten beschrijven hierbij dat zij begrijpen dat het een universitaire studie betreft en dit niet altijd even goed mogelijk zal zijn. Voorts hebben negen respondenten het belang van het lopen van een stage benadrukt.

“Ik wilde bij een organisatie werken die echt over veiligheid gaat” Naam: Marlies Koppers Functie: beleidsadviseur bij de Nationale Politie, eenheid Den Haag Afstudeerjaar: 2007 Master: Veiligheidsbeleid en rechtshandhaving Marlies deed twee studies: Bestuurskunde en Criminologie. Met haar brede kennis van de overheid en inhoudelijke kennis op het gebied van veiligheid, wilden ze haar bij de politie graag hebben. “Tijdens het derde jaar van Bestuurskunde ben ik er Criminologie bij gaan doen, omdat ik geïnteresseerd was in veiligheid en behoefte had aan inhoudelijke verdieping. Mijn eerste baan was bij de provincie Zuid-

Holland, maar de provincie heeft niet veel bevoegdheden op het gebied van sociale veiligheid. Ik wilde bij een organisatie werken die echt over veiligheid gaat, dus solliciteerde ik bij de politie. Daar werd ik aangenomen. De combinatie van mijn twee studies heeft hen zeker aangesproken, maar ik moest ook gewoon een assessment doen.” Interessant “Ik houd me vooral bezig met de besluitvormingsstructuren in onze eenheid. Het is een interessante tijd, omdat we bouwen aan een nieuwe organisatie: de Nationale Politie. Ik schrijf veel beleidsstukken, gelukkig ben ik daar tijdens mijn beide studies grondig in getraind. Bij Criminologie heb ik vooral geleerd om kritisch naar cijfers te

kijken; soms vertellen ze een ander verhaal dan op het eerste gezicht lijkt.” Studievereniging “Ik deed altijd mee aan de activiteiten van de studievereniging. Vaak kregen we een kijkje in de keuken bij een organisatie in ons vakgebied, heel nuttig om een beter beeld te krijgen van wat je met je studie kan doen. Ook denk ik dat het goed is om focus aan te brengen in je studie, bijvoorbeeld door al je keuzevakken op hetzelfde terrein te kiezen.”

21

Een aantal van hen heeft verschillende ideeën over het lopen van stages uiteengezet. Zo zeggen sommigen dat het een goed idee is om een stage een verplicht onderdeel van de studie te maken. Op dit moment is dat niet het geval, maar loopt wel de overgrote meerderheid stage. Anderen zeggen door het lopen van stage een voorsprong te hebben gehad bij het solliciteren. Eén respondent heeft als suggestie dat de opleiding een soort intervisie bijeenkomst(en) zou kunnen organiseren, vooral van toepassing als studenten beleidsstages lopen, zodat studenten hun ervaringen van de stage kunnen delen. Over het bijbrengen van vaardigheden in de master verschillen de meningen. Een groep zou juist meer vaardigheden van de criminoloog uitgediept willen zien. Hierbij wordt veelvuldig als aandachtspunt genoemd “het schrijven” binnen de studie. Zo zouden alumni ook graag anders dan ‘wetenschappelijk’ willen leren schrijven. Enkele alumni geven aan dat zij bijvoorbeeld geïnteresseerd waren geweest in het schrijven van beleidsstukken en journalistieke artikelen. Een kleinere groep afgestudeerden zegt juist dat er te veel nadruk wordt gelegd op vaardigheden die zij minder nodig blijken te hebben in 5

Zie Elsevier, 1 oktober 2011, p. 93.

hun dagelijkse praktijk. Zij zouden willen zien dat meer inhoudelijke kennis van de praktijk en theorie uiteen werden gezet in plaats van dat er aandacht wordt besteed aan vaardigheden als het verzorgen van een posterpresentatie of het schrijven van een beleidsplan. Tot slot is van belang hier te beschrijven dat twee keer wordt aangegeven dat de masterprofielen te weinig onderscheidend van elkaar zijn. Twee andere respondenten spreken de wens uit voor een tweejarige criminologische onderzoeksmaster aan de Universiteit Leiden.

6. Algemene waardering van de master en de loopbaan De respondenten waarderen de gevolgde master(s) met een ruime voldoende. Het gemiddelde cijfer dat wordt toegekend aan de opleiding is een 7.3. In landelijke enquêtes geven studenten ook een goed oordeel over de opleiding algemeen. De landelijke totaalscore zoals gepubliceerd door Elsevier en gebaseerd op de NSE is 7.0 en de score van de opleiding Criminologie aan de Universiteit Leiden is 7.25. De meerderheid van de respondenten zou de door hem of haar gevolgde master achteraf weer kiezen (71.3%). De 41 respondenten die aangeven dat

zij achteraf de master niet meer zouden volgen hebben toelichting gegeven bij deze vraag. Door 21 alumni wordt verwezen naar de huidige arbeidsmarkt, “weinig uitzicht op een baangarantie” is een veel gegeven antwoord. Dit wordt volgens sommigen veroorzaakt doordat een koppeling tussen theorie en praktijk te weinig in de masteropleiding aanwezig is. Daarnaast wordt vaak genoemd dat de afgestudeerde criminoloog breed wordt opgeleid. Zeven alumni benoemen dat de inhoud van de master(s) in hun ogen te weinig onderscheidend is. Anderzijds geven verschillende alumni aan achteraf liever voor het (bredere) masterprofiel Veiligheidsbeleid dan het nu gevolgde Forensische profiel te hebben gekozen. Verder geven tien alumni aan dat zij voor een andere studie hadden gekozen omdat hun interesses, achteraf gezien, ergens anders zouden liggen, het merendeel van hen benadrukt dat dit niets te maken heeft gehad met de kwaliteit of inhoud van de master. In relatie tot het bovenstaande is het interessant te bezien hoe tevreden alumni zijn over de ontwikkeling van hun loopbaan tot nu toe. In totaal hebben 143 alumni deze vraag beantwoord en uit figuur 7 kan worden geconcludeerd dat 70% tevreden of zeer tevreden is met de ontwikkeling van zijn of haar loopbaan tot nu toe.

22 Figuur 7 Tevredenheid over ontwikkeling loopbaan tot nu toe (N=143) Zeer tevreden

39 (27.3%)

Tevreden

61 (42.7%)

Noch tevreden/ noch ontevreden

23 (16.1%)

Ontevreden

12 (8.4%)

Zeer ontevreden

7. Alumni activiteit Vanzelfsprekend is de opleiding Criminologie evenzeer geïnteresseerd in de vraag of alumni behoefte hebben aan activiteiten die georganiseerd zouden kunnen worden door de afdeling. Iets meer dan de helft van de respondenten (53.9%) geeft aan geïnteresseerd te zijn in dergelijke activiteiten, bij voorkeur op een avond of in het weekend. In de toelichting is terug te zien dat de interesse vooral uitgaat naar netwerken (38x), lezingen (38x), verspreiding van vacatures (34x), borrels (wordt vaak genoemd in combinatie met netwerken) (31x), workshops (24x) en een nieuwsbrief (17x). Tevens wordt gevraagd naar voorlichting of adviezen voor een loop-

8 (5.6%)

baan en stages (6x). Tot slot wordt een suggestie gedaan voor het oprichten van een alumnivereniging. Daarnaast hebben alumni interesse getoond in de volgende activiteiten: het optreden als gastspreker (42 alumni), het aanbieden van een stageplaats (30 alumni), het verzorgen van een rondleiding voor studenten binnen hun bedrijf of instelling (27 alumni), het meewerken aan een activiteit van de studievereniging voor criminologiestudenten (36 alumni). De e-mailadressen van de alumni die hebben aangegeven dat zij geïnteresseerd zouden zijn in het meewerken aan een activiteit van de studievereniging zijn inmiddels overgedragen aan het bestuur van de vereniging.

8. Studievereniging Corpus Delicti Voorafgaand aan de enquête is overleg geweest met studievereniging Corpus Delicti (CoDe). De afdeling heeft het bestuur van 2010-2011 de gelegenheid gegeven om een aantal korte vragen toe te voegen aan de enquête. De studie-vereniging heeft bovendien een eigen alumnivereniging met 43 leden eind 2011. Zowel de afdeling als de studievereniging waren benieuwd of men op de hoogte is van het bestaan van de alumnivereniging van CoDe. Van de 141 respondenten die de vraag hebben beantwoord zeggen 102 respondenten (72.3%) hiervan op de hoogte te zijn. Hieruit volgt dat 39 alumni (27.7%) niet op de hoogte waren van het bestaan van deze vereniging. Verder blijkt dat alle leden van de alumnivereniging deel hebben genomen aan de enquête. Van de respondenten zegt een kwart wel eens op de website van CoDe te kijken en 51 alumni willen graag meer informatie ontvangen van CoDe. Dit laatste beslaat niet alleen informatie over de vereniging maar ook nieuws over bijvoorbeeld vacatures. De precieze vraag naar informatie is tevens doorgegeven aan het huidige bestuur van de studievereniging.

23

9. Samenvatting en conclusie In september 2011 is via e-mail en internet aan alle alumni van de masteropleiding Criminologie van de afgelopen zeven collegejaren een digitale enquête verspreid teneinde inzicht te krijgen in de relatie tussen opleiding en de arbeidsmarkt van recent afgestudeerde studenten. In totaal hebben 162 alumni gereageerd (56.3%) en hebben 141 van hen de vragenlijst volledig ingevuld. Deze goede respons maakt de resultaten betrouwbaar. In de enquête is een drieluik gemaakt om inzicht te krijgen in de situatie die ten tijde van de enquête het meest op de alumni van toepassing was. Hierbij kon gekozen worden uit studerend, werkzoekend en werkzaam. Een kleine groep alumni (6%) is momenteel studerende. Daarnaast geeft een kleine groep van de respondenten (8%) aan dat zij op het moment dat zij de enquête

heeft ingevuld werkzoekende is. Verreweg het grootste deel van de respondenten heeft inmiddels een baan gevonden. In de meerderheid van de gevallen betreft het een vast dienstverband. Belangrijk is om te constateren dat meer dan de helft (60%) van de werkende respondenten werkzaam is op criminologisch werkterrein. Dit is gezien het relatief jonge karakter van de opleiding zeer positief te noemen, voor een deel moet een opleiding zich namelijk door de tijd heen bewijzen voor het beroepenveld. De meerderheid (70%) van de oudstudenten geeft aan tevreden of zeer tevreden te zijn over de ontwikkeling van de loopbaan tot nu toe. De aansluiting tussen de masteropleiding en de eerste functie is door 81 respondenten als voldoende of goed ervaren. Specifieke aansluitingsmoeilijkheden die worden genoemd is de koppeling tussen theorie en praktijk en de moeilijkheid om een baan te vinden. In

de enquête is ook gevraagd welke vakken en studieonderdelen het meest van pas zijn gekomen in de beroepspraktijk. Uit de master worden vooral vakken die een link leggen tussen theorie en praktijk genoemd. In het verlengde hiervan wordt veelal het belang van het lopen van een stage benadrukt. Meer algemeen wordt gezegd dat men veel heeft gehad aan de methodologische vakken. De respondenten zijn over het algemeen positief over de gevolgde master. Zij waarderen de opleiding dan ook met een ruime voldoende, namelijk een 7,3.

BIJLAGE I: Lijst van functies respondenten BIJLAGE II: Vragenlijst enquête

24

Bijlage I: Lijst van functies afgestudeerde respondenten Beleid en advies Risico Analist Achmea Zorg & Gezondheid Senior Consultant Public Security Capgemini Consulting Senior Consultant Veiligheid en Rechtsketen Capgemini Consulting Senior Consultant Veiligheid en Rechtsketen Capgemini Consulting Associate (staff) Financial Crime Team Ernst & Young Projectcoördinator Expertisecentrum Forensische Psychiatrie Relatiebeheerder Verwijsindex Haaglanden Gemeente Den Haag Beleidsmedewerker Veiligheid Gemeente Venlo Directiesecretaris Gevangenenzorg Nederland Beleidsadviseur Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), dienst IPOL Senior Risk Consultant KPMG Security Consultant Maxxecure Functionaris integriteit bescherming Ministerie van Defensie, Centrale Organisatie Integriteit Defensie (COID) Adviseur Veiligheid Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Rijkswaterstaat Beleidsmedewerker Ministerie van Veiligheid en Justitie Beleidsmedewerker Ministerie van Veiligheid en Justitie Beleidsmedewerker Ministerie van Veiligheid en Justitie, Dienst Justitiële Inlichtingen (DJI) Financieel Accountbeheerder Ministerie van Veiligheid en Justitie, Dienst Justitiële Inlichtingen (DJI) Hoofd communicatie Ministerie van Veiligheid en Justitie, Nederlands Forensisch Instituut (NFI) Beleidsmedewerker Openbaar Ministerie Beleidsadviseur Politie Rotterdam-Rijnmond Beleidsadviseur Politie Hollands Midden Consultant Forensic Services Price Waterhouse Coopers (PwC) Consultant Forensic Services Price Waterhouse Coopers (PwC) Casusregisseur Strafzaken Raad voor de Kinderbescherming Beleidsmedewerker Raad voor de Kinderbescherming Senior Juridisch medewerker Rechtbank ‘s-Gravenhage Onderzoeker Schadefonds Geweldsmisdrijven Branch manager Securitas

25

Criminoloog Voegingsmedewerker Voegingsadviseur Communicatie adviseur Adviseur Beleidsmedewerker

Stichting Verzekeringsbureau Voertuigcriminaliteit Slachtofferhulp Nederland Slachtofferhulp Nederland Van Luyken Communicatie Adviseurs Van Oosten Groep Voorziening tot samenwerking Politie Nederland (vtsPN)

Hulpverlening Reclasseringswerker (advies) Trajectbegeleider Psycholoog Orthopedagoog Behandelmedewerker

Bouman GGZ Bureau Jeugdzorg Delta Psychiatrische Centrum IWAL Instituten voor dyslexie Parnassia Bavogroep, zorgbedrijf Palier

Onderwijs Docent Docent Maatschappijwetenschappen Young professional Docent criminologie Docent en onderzoeker criminologie Universitair Docent Docent en onderzoeker

Hogeschool Van Hall Larenstein Luzac College Politieacademie Universiteit Leiden Universiteit Leiden Universiteit Leiden Vrije Universiteit Amsterdam

Handhaving en strafrechtsketen F-functionaris Strategisch criminaliteitsanalist Analist Expert Professional informatievoorziening Junior specialist analyse Medior onderzoeker Specialist Analyse Coördinator Bestuurlijk analist Content analist Strategisch onderzoeker

Belastingdienst, Douane Nederland Koninklijke Marechaussee Schiphol Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), dienst IPOL Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), dienst IPOL Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), dienst IPOL Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), dienst IPOL, FIU Nederland Landelijk Informatie en Expertise Centrum (RIEC) Meldpunt Kinderporno Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Sociale

26

Criminoloog Criminoloog Analist Onderzoeker Recherchekundig analist Recherchekundige Informatie-analist Strategisch veiligheidsanalist Recherchekundige, senior rechercheur Analist veiligheidsinformatie Forensisch adviseur Service medewerker politie

Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) Ministerie van Veiligheid en Justitie, Nederlands Forensisch Instituut (NFI) Openbaar Ministerie (OM) Openbaar Ministerie (OM) Politie Amsterdam-Amstelland Politie Amsterdam-Amstelland Politie Amsterdam-Amstelland Politie Amsterdam-Amstelland Politie Gelderland-Midden Politie Gelderland-Zuid Politie Haaglanden Politie Hollands Midden Politie Kennemerland Politie Kennemerland

Trainee / in opleiding Officiersopleiding Koninklijke Marechaussee Rijkstrainee - Beleidsmedewerker Recherchekundige in opleiding Rechterlijk Ambtenaar in Opleiding (RAIO) Advocaat-stagiair

Ministerie van Defensie Ministerie van Veiligheid en Justitie Politie Amsterdam-Amstelland Rechterlijke Macht Spong advocaten

Strategisch onderzoeker Strategisch onderzoeker Forensisch onderzoeker

Wetenschappelijk- en beleidsonderzoek Junior onderzoeker Onderzoeker Intern onderzoeker Onderzoeker Wetenschappelijk onderzoeker/ promovendus Junior onderzoeker

Erasmus Universiteit Rotterdam Hogeschool Leiden Ministerie van Defensie Ministerie van Veiligheid en Justitie, Bureau Nationaal Rapporteur Mensenhandel (BNRM) Ministerie van Veiligheid en Justitie, Nederlands Instituut voor Forensische psychiatrie en psychologie (NIFP) Ministerie van Veiligheid en Justitie, Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC)

27

Junior onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Criminoloog OIO/ PhD student Strategisch onderzoeker Onderzoeksmedewerker Media-analist Beleidsonderzoeker Promovendus PhD-fellow Promovendus Studentassistent Regiocoordinator Prison Project Promovendus Onderzoeksassistent

Ministerie van Veiligheid en Justitie, Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) Ministerie van Veiligheid en Justitie, Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) Nationale ombudsman Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) Onderzoeksraad voor Veiligheid Parnassia Bavogroep, zorgbedrijf Palier Publistat Mediaonderzoek Regioplan Beleidsonderzoek Universiteit Gent Universiteit Leiden Universiteit Leiden Universiteit Leiden Universiteit Leiden Universiteit Leiden en Universiteit Utrecht Vrije Universiteit

Zelfstandige en overig Klachtencoordinator Aegon Assistant supermarktmanager Albert Heijn, AHOLD Verzuim medewerker Arboned/365 Administratief medewerker Belastingdienst Toeslagen Directeur Sofware bedrijf Bread & Pepper Management assistant Facilicom Services Group Jurist Fox-IT bv Logistiek medewerker Inter IKEA Systems Submission specialist Janssen Biologics Coördinator Verzuim ROC ID College Commercieel medewerker Seneca Bedrijfsleider audiciensbedrijf Schoonenberg Hoorcomfort Coördinator vraagwijzer Stichting Maatschappelijke Dienstverlening Delfshaven Incassomedewerker Ultimoo Incasso Eigenaar webontwikkelingsbedrijf Zeauw

28

Bijlage II Vragenlijst enquête 1. Naam 2. Geslacht 3. Persoonlijke gegevens (woonplaats, e-mailadres en telefoonnummer) 4. Wanneer bent u begonnen met de studie criminologie? 5. Was dit uw eerste universitaire studie? 6. Welke propedeuse (of eerste jaar) heeft u behaald? 7. Welke master criminologie heeft u in Leiden gevolgd? 8. Wanneer bent u begonnen met deze masteropleiding(en)? 9. Wanneer bent u afgestudeerd? 10. Welke opleidingsvariant heeft u gevolgd? 11. Heeft u ten tijde van uw studie criminologie (een) andere bachelor en/of masteropleiding(en) gevolgd? 12. Bent u op dit moment (studerende, werkzaam, werkzoekende, anders) 13. Indien studerende: naam van de opleiding(en), specialisatie, naam onderwijsinstelling, te verwachten afstudeerdatum 14. Indien studerende: Heeft u na uw masteropleiding Criminologie werk gezocht? 15. Indien studerende: Heeft u na uw master Criminologie gewerkt? 16. Indien werkzaam: functie, naam bedrijf/organisatie, plaats, naam afdeling. 17. Indien werkzaam: Zou u uw werkveld typeren als ‘criminologisch’? 18. Indien werkzaam: Soort dienstverband? 19. Indien werkzaam: Soort aanstelling? 20. Indien werkzaam: Welk opleidingsniveau werd door uw werkgever voor deze functie minimaal vereist? 21. Indien werkzaam: Geeft u leiding aan andere medewerkers? 22. Indien werkzaam: Werkt u 32 uren per week of meer? 23. Indien werkzaam: Indicatie van uw bruto-inkomen. 24. Indien werkzaam: Hoe bent u aan uw huidige functie gekomen? 25. Indien werkzaam: Wanneer bent u in deze functie begonnen? 26. Indien werkzaam: Bent u werkzoekend geweest na het behalen van uw master criminologie? 27. Indien werkzaam: Heeft u na uw studie andere functies uitgeoefend dan uw huidige functie? 28. Indien werkzoekend: Hoeveel maanden bent u op dit moment werkzoekend? 29. Indien werkzoekend: Heeft u na uw masteropleiding Criminologie nog een andere opleiding gevolgd of gewerkt? 30. Hoe was de aansluiting tussen de gevolgde universitaire opleiding Criminologie en uw eerste functie? 31. Welke eventuele aansluitingsproblemen heeft u ondervonden? 32. Aan welke vakken uit de opleiding heeft u het meeste gehad in uw beroepspraktijk?

29

33. Kunt u uitleggen waarom? 34. Zijn er specifieke studieonderdelen waarvan u vond dat ze in uw masteropleiding Criminologie ontbraken of te weinig vertegenwoordigd waren? 35. Kunt u uitleggen hoe u die onderdelen in uw huidige functie nodig hebt? 36. Welk rapportcijfer zou u in het algemeen toekennen aan de master(s) criminologie? 37. Zou u, achteraf gezien, de master(s) criminologie die u heeft gevolgd weer opnieuw kiezen? 38. Bent u, terugziend op de periode na uw afstuderen, tevreden over de ontwikkeling van uw loopbaan tot nu toe? 39. Zou u behoefte hebben aan activiteiten die worden georganiseerd door de opleiding? 40. Heeft u eventuele opmerkingen over (de organisatie van) alumni activiteiten? 41. Zou u geïnteresseerd zijn in de volgende activiteiten: (gastspreker zijn, het aanbieden van een stageplaats, rondleiding verzorgen voor studenten binnen uw bedrijf/instelling, meewerken aan een activiteiten van studievereniging CoDe). 42. Bent u op de hoogte van het bestaan van de alumnivereniging van de studievereniging CoDe? 43. Bent u hier lid van? 44. Kijkt u wel eens op de website van CoDe? 45. Mocht u geïnteresseerd zijn in deze website, welke informatie bekijkt u of zou u graag willen bekijken? 46. Zou u informatie willen ontvangen van CoDe? 47. Welke opmerkingen zou u eventueel nog kwijt willen? 48. Zou u een korte samenvatting van de resultaten van dit onderzoek per e-mail willen ontvangen?

30