Voor-e proe
L E B B U D ALLES s Survivalgeliindgmama’s we
t voor startende
Denise Hilhorst
Inhoud Dubbel van start
7
Dubbel ervaren
8
Dubbel zwanger
10
Dubbel voorbereiden
19
Dubbel bevallen
25
Dubbel voeden
32
Dubbel zo handig
37
Dubbel druk?
46
Dubbel bekijks
52
Dubbele gevoelens
57
Dubbele rollen
64
Dubbel ‘op’
70
Dubbel opvoeden
74
Dubbel geluk
80
Dankwoord
83
Dubbel voorbereiden
“Hoe past dat in ons huis?”
Als je zwanger bent van een tweeling, krijg je te maken met een aantal praktische keuzes. En die moet je snel maken, want voor je het weet ben je te laat, ondervond Marie. “Ik had een waslijst aan dingen waar ik nog mee aan de slag wilde. Doordat ik met 32 weken al beviel, kwam daar allemaal niets meer van.” Mariella was er juist vroeg bij. “We hebben in een redelijk vroeg stadium alles geregeld: van kamertje tot geboortekaartje. Met 20 weken hebben we gevraagd of het jongens of meisjes waren, zodat we ons daar op konden voorbereiden. Het gaf me rust om zoveel mogelijk duidelijkheid te hebben. Dan hoefde ik me alleen nog maar te concentreren op het voldragen van de zwangerschap en op de bevalling.” Ok, aan de slag dus. Je baby-uitzet, moet alles dubbel? Gerdy: “Ik ben erachter gekomen dat je echt niet alles dubbel hoeft te hebben. Een voorbeeldje: hoeslakens. Normaal is de regel: één in bed, één in de was en één in de kast. Dus ik had er zes aangeschaft. Op die ene keer na dat de jongens allebei flink ziek waren, was dat niet nodig. En dat geldt voor meer dingen. Mocht je het toch nodig hebben, dan heb je het vlug genoeg alsnog aangeschaft.”
19
Dubbel bevallen do’s & don’ts > Denk niet na over een thuisbevalling. Als je zwanger bent van een tweeling is het de bedoeling dat je in het ziekenhuis bevalt. Vraag wel een kraam pakket aan bij je verzekering voor het geval dat. > Heeft het ziekenhuis waar je gaat bevallen de mogelijkheid om vooraf te komen kijken? Doen! > Bespreek de mogelijkheid van pijnbestrijding tijdens de bevalling. Zeker als je moet bevallen van een tweeling kan dit een geruststellende gedachte zijn. > Voorkom (nare) verrassingen, en maak een bevallingsplan. > Spreek de bevalling van tevoren goed door met je partner. > Als je ergens over twijfelt tijdens de bevalling, vraag het. Beter een antwoord dat misschien niet in je voordeel is dan onzekerheid. > Laat iemand foto’s maken en/of filmen, in ieder geval meteen na de geboorte. Zorg dat je partner dit niet hoeft te doen, hij heeft zijn handen vol. > Kind één hoeft niet in een bedje te liggen wachten, laat je partner al uitgebreid knuffelen met hem of haar. > Bereid je erop voor dat je na je bevalling misschien even alleen bent.
31 30
Dubbel druk?
“In het begin wisten we niet waar de dag begon en waar hij eindigde”
Marianne: ”Als ik vertelde dat ik een tweeling verwachtte, vielen de monden vaak open van verbazing. Daarna kwam standaard de opmerking: ‘Dan ga je het druk krijgen’. Op een gegeven moment kon ik het niet meer horen. Ik zei dan ook: ‘Dat zullen we wel zien als ze er zijn, ik maak mij er nu nog niet druk om, dat heeft toch geen zin’. Het loopt altijd anders dan dat je denkt. En nu ze er zijn, vind ik dat het maar net zo druk is als dat ik het zelf maak. Je moet niet alles meer willen en de dag laten komen zoals hij komt.” Hoewel veel tweelingmama’s zich net als Marianne ergeren aan de opmerking: ‘Je zult het wel druk hebben’, ervaren sommigen het wel zo. Mirna: “De dagen dat ik aan het werk ben, zijn mijn rustdagen. Dat moet genoeg zeggen. Ik vind het hard werken met twee. Die ene dag per week dat ik in mijn eentje voor de kinderen zorg, noem ik een marathondag. Ik doe op zo’n moment aan topsport. De ene dag gaat het geweldig en heb ik veel plezier met de jongens. Maar de andere dag huilen ze veel en kunnen ook mijn tranen hoog zitten - kun je nagaan, na één dag al.
47 46
De volgende keer was de ander weer aan de beurt. Ook nu ze wat groter zijn, lukt het niet altijd om ze allebei dezelfde aandacht te geven. Daar voel ik me soms schuldig over. Ik troost mij met de gedachte dat ze over het geheel genomen allebei evenveel aandacht krijgen.” Lara voelde zich in het begin zelfs vaak verscheurd tussen haar twee kinderen. “Ik zie me nog zitten op de afspraak met de vrouwen van zwangerschapsyoga. Alle meiden namen lekker hun baby op schoot, en die van mij lagen allebei in hun kinderwagen. Eén kind op schoot nemen voelde fout tegenover de andere, en allebei op schoot nemen was onmogelijk, omdat iedereen druk was met haar eigen baby en niemand me even kon helpen. Oh, wat was ik jaloers op die meiden die zich volledig op één kind konden concentreren. Als ik in die tijd met één van de twee bezig was, voelde ik me heel rot.” Susan kreeg pas last van schuldgevoelens toen ze na de tweeling nog een zoon kreeg. “Nu ik weet hoe het met één baby is, is er wel duidelijk verschil. Het gaat allemaal gemakkelijker, hoewel ik het nooit als moeilijk heb ervaren bij mijn dochters. Ik voel me nu wel eens schuldig tegenover mijn dochters omdat ik meer tijd heb voor mijn zoon omdat hij ‘alleen’ is. Ik weet wel dat ik de meiden niets tekort heb gedaan, maar met één is het gewoon gemakkelijker om op de bank te gaan zitten en even lekker te knuffelen.” Kiki heeft soms het gevoel dat haar zoons veel tekort komen. “Als ik denk aan hoeveel tijd ik besteedde aan de oudste; met aandacht leren lopen, met geduld de eerste fruithapjes erin en met liefde de spuitluiers verschonen. Nu voelt het alsof alles vlug, vlug, vlug en met veel gezucht en getier gepaard gaat.” Dat komt Marije bekend voor. “Handelingen die ik bij de eerste met volle aandacht uitvoerde, doe ik nu op routine. Ik heb soms geen tijd voor een oekieboekiebabbeltje terwijl ik vind dat ze daar wel recht op hebben.” “De ‘rechten’ eerlijk verdelen is ook lastig,” zegt Karin H. “Bij mijn eerste kind had ik alle tijd en aandacht. Nu moet ik mijn aandacht over drie kinderen verdelen. De tweeling heeft een paar keer op een dag de onverdeelde aandacht nodig tijdens het drinken. Hoe betrek ik de oudste daarbij? Soms ontaardt het in driftbui van de oudste, dan weet ik: zo dus niet. De volgende dag probeer ik het op een andere manier. Elke dag weer een nieuwe kans.” En dan zijn er nog allerlei taboegedachtes die je liever kwijt dan rijk bent. Lara: “Ik ben blij als mijn oudste zoon bij een vriendje gaat spelen, omdat ik dan alleen maar voor de jongste twee hoef te zorgen. Dat scheelt een stuk. Maar leuk vind ik dat niet van mezelf.” Herkenbaar, vindt Marianne. “De aandacht voor mijn oudste
61 60
Dubbel opvoeden
“De ene week nam ik Max mee zwemmen, de volgende week Luc”
Als startende tweelingmama ben je waarschijnlijk nog niet zo bezig met opvoeden. Dat is iets voor straks. Toch komt straks sneller dan je denkt. In dit hoofdstuk bereidt pedagoog Suzanne Lagerweij, die is gespecialiseerd op het gebied van de opvoeding en ontwikkeling van meerlingen, je alvast voor. Suzanne: “Het opvoeden van een tweeling is een vak apart. Onderschat dus niet wat er allemaal bij komt kijken als je een tweeling opvoedt. Sommige mensen zullen jouw situatie vergelijken met de situatie waarin twee kinderen kort na elkaar geboren zijn. Er is echter een belangrijk verschil: tweelingkinderen moeten hun omgeving delen met een kind van dezelfde leeftijd. Tijdens hun eerste levensjaren zijn ze vrijwel altijd samen. Vaak slapen ze samen op een kamer, eten ze samen, spelen ze samen en gaan ze samen naar de peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf. Doordat ze zoveel samen zijn en doordat ze hetzelfde ontwikkelingsniveau hebben, ontstaat er vaak een hechte band. De meeste tweelingen voelen elkaar
75 74