Afvalbeleidsplan 2012 – 2020
juli 2012
Inhoudsopgave 1. Visie gemeente Meppel ................................................................................... 3 2. Inleiding ......................................................................................................... 4 3. Ambitie afvalscheiding – reductie van het restafval ....................................... 5 4. De inwoner van Meppel als succesfactor ........................................................ 6 5. Maatregelen per grondstof ............................................................................. 8 6. Samenvattend overzicht van maatregelen .....................................................12 7. Financiën .......................................................................................................13 8. Producentenverantwoordelijkheid .................................................................13 9. Implementatie ...............................................................................................16 9. Implementatie ...............................................................................................16 10. Monitoring ...................................................................................................17 11. Risico’s ........................................................................................................18 Conclusie ...........................................................................................................19
2
1. Visie gemeente Meppel De komende decennia zullen veel grondstoffen schaarser worden, waardoor grondstofprijzen verder zullen stijgen. Afval kan grotendeels opnieuw gebruikt worden, het is een grondstof voor een nieuw product of materiaal. Verschillende afvalstromen brengen geld op. Afvalpreventie en toenemend hergebruik zullen om die redenen steeds belangrijker en ook vanzelfsprekender worden. Meppel en daarmee haar inwoners staan voor de uitdaging om de hoeveelheid huishoudelijk afval terug te dringen. Daarmee worden ook de kosten voor de inwoners teruggedrongen. Meppel moet haar inwoners stimuleren om hun afval te scheiden in grondstoffen en restafval. Hierdoor draagt Meppel bij aan een duurzame samenleving. In een duurzame samenleving nemen de fabrikanten van verpakkingsmaterialen hun verantwoordelijkheid en betalen de kosten voor inzamelen, hergebruiken en zo nodig verwijderen van verpakkingsmaterialen. Doelstellingen: o o o o o
Inwoners scheiden afval in grondstoffen en restafval Inwoners zijn geïnformeerd over afvalscheiding Inwoners zijn gestimuleerd om restafval te voorkomen De kosten voor restafval zijn zo laag mogelijk De positieve resultaten uit het afvalbeleid komen ten goede aan de inwoners van Meppel
3
2. Inleiding Binnen de gemeente Meppel worden veel afvalstoffen gescheiden. Inwoners kunnen onder andere glas, papier, GFT, textiel en kunststoffen gescheiden aanbieden. Deze afvalstromen kunnen opnieuw gebruikt worden. Door afval goed te scheiden hoeven we minder restafval af te voeren. De kosten van verwerking van restafval zijn hoger dan die van het gescheiden afval. Langzamerhand ontstaat in heel Nederland het besef dat de apart gehouden afvalstromen geen afvalstoffen zijn, maar dat het om waardevolle grondstoffen gaat. In veel gevallen leveren zij zelfs geld op. Ieder jaar voert de gemeente sorteerproeven uit. Hieruit blijkt dat er nog behoorlijk wat grondstoffen in het afval zitten. De sorteeranalyse van 2011 gaf aan dat 58% van het totale gewicht van het restafval bestaat uit waardevolle grondstoffen. Het zijn allemaal afvalstoffen die in de bestaande inzamelstructuur kunnen worden aangeboden. Om verdere afvalscheiding te realiseren is het van belang om het over een andere boeg te gooien. Op dit moment is het gemakkelijk om van je restafval af te komen. Gooi de grijze container maar vol. Elke twee weken wordt deze leeggehaald. Voor waardevolle grondstoffen als glas en textiel moet meer moeite worden gedaan. Deze moeten weggebracht worden. Textiel en papier liggen her en der in de schuur verspreid. Wat is gemakkelijker dan het in de minicontainer te gooien? In dit afvalbeleidsplan is het uitgangspunt ‘omgekeerd inzamelen’. Dat betekent dat de inzamelstructuur voor waardevolle grondstoffen wordt verbeterd. De service gaat waar dat mogelijk is omhoog. Aan de andere kant wordt het moeilijker om van het restafval af te komen. De inzamelfrequentie gaat omlaag en waar mogelijk wordt dit ondergronds gebracht. Vooralsnog wordt ervan uitgegaan dat het omgekeerd inzamelen zal leiden tot betere afvalscheiding. Mocht dit in de toekomst nog te weinig resultaat opleveren dan kan in een later stadium overwogen worden over te gaan op het betalen per aanbieding (diftar).
4
3. Ambitie afvalscheiding – reductie van het restafval Bij afvalscheiding ligt een uitdaging om tot substantiële vermindering van het restafval te komen. Uit de sorteeranalyse van 2011 blijkt namelijk dat gemiddeld 58% van het totale gewicht aan huishoudelijk restafval in de gemeente Meppel bestaat uit waardevolle grondstoffen (23 % Groente-, Fruit-, en Tuinafval (GFT), 12 % oud papier, 14% kunststofverpakkingsmaterialen, 4% textiel, 5% glas). Er zijn snelle winsten te halen door in eerste instantie de focus te leggen op gft-afval, oud papier en kunststof(verpakkingen).
De opgave is om een trendbreuk in het denken en handelen van de burger tot stand te brengen, ofwel: hoe behouden we zoveel mogelijk waardevolle grondstoffen en veroorzaken we zo weinig mogelijk restafval? Aangezien een belangrijk deel van ons afval, vanuit het perspectief van de retoureconomie, moet worden gelabeld als grondstof, dienen de inspanningen gericht te zijn op het “delven” hiervan. De burger moet meer weet krijgen (door communicatie) van zijn “grondstofmijn in huis”. Het gemeentelijk beleid moet meer gericht zijn op het uitdagen van de burger om de herbruikbare grondstoffen apart aan te bieden. Service en gemak zijn hierin belangrijke voorwaarden. Het waardeloze restafval, moet dus ook in de inzameling als zodanig worden behandeld. Deze benadering vormt de kern van het principe wat in Nederland inmiddels een begrip aan het worden is, namelijk “omgekeerd inzamelen”. Een ambitieuze doelstelling past in het politieke streven naar een schone en duurzame samenleving. Daarom is een scherpe ambitie opgesteld maar deze kan op basis van recente ervaringen met inzamelproeven in andere gemeenten in Nederland wel als realistisch worden bestempeld. Het realiseren van het doel vraagt wel om een “omdenken van het systeem” en serieuze maatregelen. Uiteindelijk willen we naar een afvalloze samenleving, we accepteren (voorlopig) een resultaat van 30 kg per inwoner per jaar in 2020. Jaar 2011 2015 2020
Aantal kg restafval per aansluiting per jaar 566 400 75
Aantal kg restafval per inwoner per jaar 238 170 30
5
4. De inwoner van Meppel als succesfactor Met de boodschap dat we afval zien als een waardevolle grondstof, gekoppeld aan een hoog service niveau, verwachten we dat er bij de inwoners een andere houding ontstaat ten opzicht van afval. Het door Price Waterhouse Coopers1 gepubliceerde onderzoek laat zien dat dit vertrouwen in de betrokkenheid van de burger terecht is. Bij de uitvoering van de maatregelen zijn de betrokkenheid, een meewerkende houding en gewenst gedrag van inwoners bepalend voor het slagen van de inzameling. Om de burger actief betrokken en gemotiveerd te krijgen, is het inspelen op het persoonlijke belang en vertrouwen van de inwoners in een consequente scheiding en verwerking essentieel. Vooral bij het scheiden en hergebruik van afval speelt vertrouwen bij de burger een grote rol. Ondanks alle voorlichting over afvalscheiding blijft de inwoners in twijfel. Meer dan eens wordt de opmerking gehoord “maar uiteindelijk belandt alles toch op één hoop”. Informeren en de mogelijkheid hebben om mee te beslissen zijn belangrijke ingrediënten om de burger te ontwikkelen tot een bondgenoot. Informeren Door het actief informeren van de inwoners, wordt betrokkenheid vergroot. Daarbij is het essentieel het belang van de persoonlijk geleverde inspanningen inzichtelijk te maken. Om dit te bereiken kunnen de volgende instrumenten worden ingezet:
de inwoners van Meppel regelmatig informeren over de ingezamelde hoeveelheden en bijvoorbeeld laten zien hoe zich dit verhoudt tot de gemiddelden in de eigen wijk of gemeente (bijvoorbeeld via digitale nieuwsbrief, sms, twitter);
tips geven over hoe specifieke stromen te scheiden en hoe rekening te houden bij het aankopen van producten;
thema gerichte communicatiecampagnes (bijvoorbeeld in het voor/najaar over grof tuinafval).
Vertrouwen kan gewonnen worden door de inwoners van Meppel te betrekken bij de besluitvorming en inzichtelijk te maken wat er met de ingezamelde deelstromen gebeurt. Wanneer het optimaal scheiden van grondstoffen voor de inwoners persoonlijk van belang wordt, kan dit stimulerend werken. Dit persoonlijke belang kan tot uiting komen in geboden comfort (waardevolle grondstoffen huis-aan-huis inzamelen en restafval 24 uur per dag in een publieke voorziening kunnen wegbrengen) in combinatie met financiële stimuleringsmaatregelen en hierop aansluitende communicatie. Bij de te nemen maatregelen voor omgekeerd inzamelen is een nader onderzoek naar de wijze waarop burgers kunnen bijdragen van belang. We willen toe werken naar ondergrondse systemen voor het restafval. Met de inwoners zullen we spreken over de “loopelasticiteit” (hoeveel meter is de inwoner bereid met zijn restafval te lopen?). De ontwikkeling hierin is van groot belang voor de dichtheid van de ondergrondse infrastructuur. Op grond van ervaring is duidelijk dat die ondergrondse infrastructuur op “logische plekken” moet worden geplaatst. Die logische plek wordt in belangrijke mate bepaald door de gekozen looproute van de inwoner bij: vertrek uit de wijk, het doen van boodschappen, et cetera. Zicht krijgen op, en aansluiten bij deze gedragsroutines, zal in belangrijke mate de aanleg van de ondergrondse infrastructuur gaan bepalen. Hierover gaan we met de inwoners in gesprek.
1
Een schoner milieu mag wat kosten. Hoe kijkt de consument tegen de afvalmarkt aan? PWC 2011
6
Meebeslissen Naast de gebruikelijke communicatie over de wijzigingen in de inzamelstructuur willen we ervaring opdoen met het geven van een terugkoppeling op het gedrag en experimenteren met het laten meebeslissen. Hiervoor willen we gebruik maken van bestaande structuren waarin de inwoners zijn georganiseerd (wijkplatforms, buurtverenigingen). Mogelijke onderwerpen zijn: •
de plek voor de voorzieningen voor de inzameling van grondstoffen;
•
kosten gerelateerd aan een hoger serviceniveau;
•
anders inzamelen van grondstoffen;
•
serviceniveau van afvalbrengstation;
7
5. Maatregelen per grondstof Uitgangspunt van de voorgestelde maatregelen is het principe van “omgekeerd inzamelen”: de hoogste service voor de burger op de waardevolle grondstoffen (oud papier, GFT en kunststof) en de service op restafval veranderen. Uit het eerder vermelde onderzoek door PWC blijkt dat burgers bereid zijn bij te dragen aan een beter milieu en daarvoor afvalstoffen gescheiden willen aanbieden. Burgers zijn bereid verantwoordelijkheid te nemen, maar zullen – meer en intensiever dan nu – moeten worden betrokken bij de inrichting en uitvoering van het afvalbeleid. Goede communicatie die hier op inspeelt in de vorm van informatie en terugkoppeling zijn belangrijke elementen in de ontwikkeling van gewenst gedrag. Als de burger in staat wordt gesteld om afval te scheiden, en hij ook kennis krijgt over de eigen effecten van handelen, kan hij een meer duurzaam gedrag ontwikkelen en is hij daartoe ook bereid. Soms is maatwerk nodig om de aanpak van omgekeerde inzameling aan te kunnen bieden. Inzet van maatwerk zal met name gewenst zijn voor de binnenstad en gestapelde bouw/hoogbouw en het buitengebied. Bij de keuze van maatwerk is de uitdaging zo dicht mogelijk bij de uitgangspunten van het afvalbeleidsplan te blijven. De basisprincipes voor het opstellen van de maatregelen zijn: • het zoveel mogelijk aan de bron scheiden van de hoofdstromen van waardevolle grondstoffen in combinatie met nascheiding; in Nederland is geëxperimenteerd met nascheiding van kunststof verpakkingen uit het huishoudelijk restafval aan de poort van de afvalverbrander. Nadeel van nascheiding is de vervuiling van de deelstromen. Anderzijds gaat hiervan een verkeerd signaal uit naar de burger (alles is afval i.p.v. waardevolle grondstof); • een hoge service voor waardevolle grondstoffen, zoals kunststofverpakkingen, oud papier, glas, kleding en GFT; • minder frequent ophalen (eenmaal per 4 weken in 2014) van het restafval. Daar waar ondergronds inzamelen een oplossing biedt zal het restafval ondergronds worden ingezameld Onderstaand is per grondstof de ambitie aangegeven in kilogrammen per inwoner per jaar en is een toelichting bij deze ambitie opgenomen. Verder is de kern van de logistieke consequenties om die ambitie te bereiken beschreven. GFT Realisatie 2011 Nog 56 kg in restafval Toelichting
Ambitie 2015 Nog 30 kg in restafval
Ambitie 2020 Nog 5 kg in restafval
Uit de cijfers van 2011 blijkt dat de hoeveelheid GFT in het restafval aanzienlijk is. Dit betreft met name keukenafval en grof tuinafval. GFT vergisting kan bijdragen aan verdere energiebesparing. Voorgestelde maatregelen De frequentie van het inzamelen van het restafval terug te brengen van eenmaal per twee weken naar eenmaal per vier weken met ingang van 2014. De communicatie m.b.t. het scheiden van GFT intensiveren. Logistieke consequenties Het terugbrengen van de inzamelfrequentie van het restafval via de grijze minicontainer kan leiden tot een toename van het aantal GFT-aanbiedingen. 8
Papier Realisatie 2011 Nog 27 kg in restafval Toelichting
Ambitie 2015 Nog 20 kg in restafval
Ambitie 2020 Nog 10 kg in restafval
Uit de eerste resultaten van de pilot in Berggierslanden en de ervaring elders waar huisaan-huis oud papier met behulp van een minicontainer wordt ingezameld, weten we dat huis-aan-huis inzamelen leidt tot een daling van de hoeveelheid oud papier in het restafval. De algemene verwachting is dat in de toekomst de hoeveelheid oud papier afneemt vanwege de digitale mogelijkheden. Voor wat betreft de opbrengstprijzen moet rekening worden gehouden met de onvoorspelbaarheid van de papierprijs in de markt. Deze vertoont een grillig verloop. Voorgestelde maatregelen Huis-aan-huis inzamelen met container van 240 liter (uiterlijk met ingang van 1 januari 2013) Logistieke consequenties Invoeren inzamelroutes voor oud papier Kunststof Realisatie 2011 Nog 28 kg in restafval Toelichting
Ambitie 2015 Nog 15 kg in restafval
Ambitie 2020 Nog 5 kg in restafval
Er zijn veel onduidelijkheden over de toekomst van het inzamelen van kunststof. Zo is het nog niet duidelijk of de verwijderingsbijdrage in haar huidige vorm blijft bestaan. Daarnaast verdwijnt het statiegeld op PET-flessen. We ontvangen signalen uit de Meppeler samenleving dat de inzamelfrequentie te laag is. Met name in de hoogbouw ontbreekt het aan ruimte om het kunststof een maand lang te bewaren. Voorgestelde maatregelen De frequentie van het inzamelen van kunststof te verhogen van eenmaal per maand naar eenmaal per twee weken met ingang van 1 januari 2013. Het twee maal per jaar huis-aan-huis verstrekken van plastic zakken voor het inzamelen van kunststof. Logistieke consequenties Vanaf 2013 is er een extra inzet van materieel en mensen. Vanaf 2014 wordt dit gecompenseerd door het minder frequent inzamelen van het restafval.
9
Glas Realisatie 2011 Nog 10 kg in het restafval Toelichting
Ambitie 2015 Nog 4 kg in het restafval
Ambitie 2020 Nog 2 kg in het restafval
In het restafval zit gemiddeld nog 6 kg. glas. De huidige inzamelstructuur van inzamelpunten is breed gebruikt en geaccepteerd. Met name het onderhoud van de glascontainers en de bereikbaarheid (dichtheid) van glascontainers zijn mogelijke verbeterpunten Voorgestelde maatregelen Onderzoeken welke verbeterpunten doorgevoerd kunnen worden. Logistieke consequenties Nog niet bekend Textiel Realisatie 2011 Nog 8 kg in het restafval Toelichting
Ambitie 2015 Nog 4 kg in het restafval
Ambitie 2020 Nog 2 kg in het restafval
Voor veel inwoners is het onduidelijk wat onder de noemer textiel valt. Ze denken bijvoorbeeld dat het alleen gaat om bruikbare kledingstukken. Voorlichting kan hier verbetering in brengen. De economische situatie is van invloed op de hoeveelheid textiel die er vrijkomt. Huis-aan-huis inzameling door charitatieve instellingen is niet dekkend. Voorgestelde maatregelen Het beter communiceren over de textielinzameling (uitleggen wat is textiel) is een verbeterpunten. Onderzoeken of huis-aan-huis inzamelen tot de mogelijkheden behoort. Logistieke consequenties Nog niet bekend. KCA Realisatie 2011 Nog minder dan 1 kg in het restafval Toelichting
Ambitie 2015 Nog minder dan 1 kg in het restafval
Ambitie 2020 Nog minder dan 1 kg in het restafval
De hoeveelheid KCA in het restafval is klein. Voorgestelde maatregelen Stoppen met het inzamelen op afroep. De brengvoorzieningen voor batterijen en het KCA-depot op het overlaadstation handhaven. Logistieke consequenties Inhuur KCA-kar vervalt
10
Restafval Realisatie 2011 238 kg per inwoner Toelichting
Ambitie 2015 170 kg per inwoner
Ambitie 2020 30 kg per inwoner
Uitgangspunt van de voorgestelde maatregelen is het principe van “omgekeerd inzamelen”: de hoogste service voor de inwoners op de waardevolle grondstoffen (oud papier, GFT en kunststof) en de service op restafval verminderen (in combinatie met meer nadruk op preventie). Gekoppeld aan het huis-aan-huis inzamelen van kunststof en oud papier kan de inzamel- frequentie van restafval met ingang van 2014 omlaag. Hiermee stimuleren we het verder scheiden van afval. Uit de eerste resultaten van de pilot in Zwolle blijkt dat een hogere service op de hergebruikstromen overwegend als positief wordt ervaren, terwijl het wegbrengen van restafval naar een ondergronds verzamelsysteem niet als een grote last wordt gezien. Er is nadere verkenning nodig om tot een optimale structuur van ondergrondse inzamelpunten te komen. Maatregel Lagere inzamelfrequentie (1 maal per 4 weken) met ingang van 2014. Restafval wegbrengen naar ondergrondse containers. Logistieke consequenties Er vervalt een inzamelweek ten gunste van de inzameling van kunststof.
11
6. Samenvattend overzicht van maatregelen In 2011 is er gemiddeld 238 kg restafval per inwoner afgevoerd. In onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de samenstelling van het restafval in 2011 en de verwachte samenstelling in 2020
Maatregel
Hoeveelheid restafval in 2011
Ambitie samenstelling restafval 2020 Kg/inw
samenstelling restafval 2011 kg./inw 238
GFT (terugbrengen inzamelfrequentie grijze container)
56
5
Oud papier (huis aan huis ophalen met containers)
27
10
Kunststofverpakkingen (huis aan huis ophalen eenmaal per 2 weken)
28
5
Drankenkartons (afhankelijk van landelijke afspraken)
11
2
9
4
Glas (brengpunten optimaliseren)
10
2
Overige fracties zoals grofvuil, metalen elektrische apparaten, bouw- en sloopafval, frituurvet (terugbrengen inzamelfrequentie grijze container, betere toegankelijkheid scheidingsperron, meer hergebruik via kringloopwinkel, invoeren retourettes bij winkelcentra, toename producentenverantwoordelijkheid, etc).
97
2
Textiel (intensiveren huis aan huis inzameling)
Hoeveelheid restafval in 2020
30
12
7. Financiën Een hogere service heeft gevolgen voor de kosten (hogere ledigingfrequentie, uitbreiding containers, stimulering GFT). Daarnaast is sprake van zowel publieke (GFT en restafval) als private financiële regimes (vanuit de producentenverantwoordelijkheid), waarbij er voor de langere termijn onzekerheid is over de prijsontwikkeling van de inzameling. Het uitgangspunt is dat de verschillende maatregelen ten behoeve van de financiering niet los van elkaar kunnen worden gezien. Ten opzichte van gemeenten met diftar vallen investeringen en besparingen rechtsreeks bij de gemeente. Tevens is er op dit moment geen verschil in GFT-inzameling in binnen- en buitengebied. In de volgende tabel wordt de financieringssystematiek weergegeven. Kosten
Dekking
Maatregelen: Kunststofinzameling 1 maal per twee weken GFT wekelijks in zomerperiode Restafval naar 1 maal per 4 weken
1 ronde restafvalinzameling vervalt voor 1 ronde kunststofinzameling Extra ronde GFT-inzameling wordt gedekt uit extra opbrengst kunststof
Oud papier 1 maal per 4 weken
Financieren uit meeropbrengst papier
Binnenstedelijk ondergronds (1 systeem per 100 aansluitingen) Buitengebied middels minicontainer in laag volume en lage frequentie.
Financieren vanuit besparing restafval (elke 100 kg restafvalreductie levert € 5 tot € 12 per aansluiting op)
Het uitgangspunt voor de dekking van deze maatregelen is het omwisselen van een hoge frequentie voor het inzamelen van restafval voor een lagere frequentie en het daaruit voortvloeiende financieel voordeel in te zetten voor het aanpassen van de infrastructuur (ondergrondse containers). Meer dan in gemeenten met een diftarsysteem zal de prikkel voor de burger gevonden moeten worden in infrastructuur en service. Uitgangspunten bij de dekking van de kosten zijn:
Voor de uitgangspunten wordt rekening gehouden met het aanpassen van de bestaande inzamelstructuren (inzamelfrequentie en plaatsen ondergrondse containers) en met de bestaande gegevens. Naast de verwachte opbrengsten voor de door via bronscheiding verkregen grondstoffen wordt voor restafval rekening gehouden met een lager aanbod en lagere verwerkingskosten. Op basis van voorgaande streven we naar een halvering van de huidige afvalstoffenheffing in 2020.
8. Producentenverantwoordelijkheid Producentenverantwoordelijkheid betekent dat producenten verantwoordelijk zijn voor de organisatie en financiering van preventie en het afvalbeheer van de door hen op de markt gebrachte producten. De gemeente Meppel staat achter producentenverantwoordelijkheid, maar vindt de wijze waarop dit momenteel wordt ingevuld te onduidelijk en vrijblijvend. Verbetering van 13
de wettelijke basis is nodig. Producentenverantwoordelijkheid kan pas optimaal functioneren als de wettelijke basis hiervoor, in relatie tot de gemeentelijke zorgplicht, duidelijk en ondubbelzinnig is vastgelegd in de Wet Milieubeheer:
Producenten zijn 100% verantwoordelijk voor hergebruik en financiering van de daarvoor benodigde inzamel- en verwerkingsactiviteiten; Gemeenten werken mee aan het bereiken van de inzameldoelstellingen en worden kostendekkend vergoed voor de activiteiten die zij hiervoor in hun gemeente verrichten; Gemeenten bepalen na advies van de producenten binnen de kaders van lokaal beleid en democratie op basis van de gemeentelijke afvalinzamelstructuur hoe zij de inzameling voor hun verzorgingsgebied invulling geven.
Producentenverantwoordelijkheid geldt voor een aantal afvalstromen in Nederland. Voor het gemeentelijke afvalbeleid zijn met name de verpakkingen en afgedankte elektrische en elektronische apparatuur van belang. De invulling van de producentenverantwoordelijkheid is momenteel per materiaalstroom verschillend. Op het gebied van verantwoordelijkheden, financiering en de betrokkenheid van gemeenten verschillen de arrangementen onnodig. De huidige magere wettelijke basis heeft geleid tot jarenlange slepende procedures over afgedankte electrische en electronische apparaten en over verpakkingen. Dit is onwenselijk en contraproductief. Daarom is een strakke regelgeving met een ondubbelzinnige verdeling van verantwoordelijkheden en financieringsplicht voor producenten noodzakelijk. De gemeente Meppel is van mening dat deze verantwoordelijkheid een goede wettelijke basis moet hebben waarin de verantwoordelijkheidsverdeling ondubbelzinnig wordt vastgelegd. De rol van de gemeente Meppel kan dan mogelijk worden beperkt tot die van dienstverlener waarbij op het moment dat gebruik wordt gemaakt van de gemeentelijke infrastructuur, de gemeente hiervoor een kostendekkende vergoeding krijgt. Het is niet uit te leggen dat het huidige verpakkingenbesluit producenten wel verantwoordelijk maakt voor alle verpakkingen die ze op de markt brengen, maar dat producenten maar gedeeltelijk door de Staatssecretaris op deze verantwoordelijkheid worden aangesproken. Hierdoor blijven verpakkingen als drankenkartons, aluminium en blik buiten schot, terwijl ook die prima ingezameld en gerecycled kunnen worden. Producentenverantwoordelijkheid behoort te betekenen dat producenten volledig verantwoordelijk zijn voor het afvalbeheer van hun producten, inclusief de organisatie en financiering van de inzameling. Alleen dan kan het principe van “de vervuiler betaalt” worden ingevuld, en hebben producenten de grootste prikkel om bij het ontwerp en de productie rekening te houden met de afdankfase. Het kan niet zo zijn dat producenten “een beetje” verantwoordelijk zijn, zo is producentenverantwoordelijk ook niet gedefinieerd in de Europese regelgeving. De verschillen tussen de materiaalketens die onder producentenverantwoordelijkheid vallen, zoals verpakkingen en AEEA en eventuele toekomstige materiaalketens blijven in de huidige situatie, intact. Hierdoor blijft de onduidelijkheid over de verantwoordelijkheidsverdeling voortbestaan en kunnen de inspanningen om te recyclen nog niet die resultaten boeken die mogelijk zijn. Omdat de Staatssecretaris faciliteren als de belangrijkste rol van de Rijksoverheid ziet, is heldere regelgeving met eenduidige verantwoordelijkheden de beste vorm van facilitering. Het belang van kaderstellende regelgeving is des te groter wanneer het Rijk meer wil terugtreden en de implementatie wil overlaten aan de markt. 14
Verantwoordelijkheidsverdeling De Evaluatie van het Besluit Verpakkingen geeft klip en klaar aan dat er geen onduidelijkheid moet zijn in de verantwoordelijkheden met twee kapiteins op één schip. Daarom zou bij de beschrijving van de verantwoordelijkheidverdeling in de regelgeving moeten worden uitgegaan van het volgende kader:
Gemeenten hebben en houden de zorgplicht voor het beheer van de openbare ruimte en het afvalbeheer voor het huishoudelijk afval. Producentenverantwoordelijkheid raakt materiaalstromen uit het huishoudelijk afval en de daaraan gerelateerde zorgplicht. Producenten zijn verantwoordelijk voor de inzameling, sortering en noodzakelijke bewerking van al hun producten/materialen (dus ook blik en drankenkartons en verpakkingen boven de doelstelling). De verantwoordelijkheid strekt tot het daadwerkelijke hergebruik en voor de volledige financiering van deze keten. Aan deze producentenverantwoordelijkheid moet, rekening houdend met specifieke situaties en specifieke kenmerken van afvalstromen, zoveel mogelijk op collectieve wijze invulling worden gegeven. Door de impact van afvalinzameling op de buitenruimte en haar burgers, haar expertise op het gebied van afvalinzameling en de lokale situatie blijft de gemeente vanuit haar rol als beheerder van de openbare ruimte te allen tijde betrokken bij de wijze waarop de producentenverantwoordelijkheid wordt ingevuld in de gemeente. Onvermijdelijk blijft de gemeente lokaal kaderstellend. Aangezien producenten gebruik maken van de gemeentelijke infrastructuur (voor inzameling van verpakkingen etc.) of diensten (denk aan voorlichting burgers) zullen gemeenten hiervoor de volledige kostprijs vergoed moeten krijgen. Dit is niet alleen voor de huidige materiaalstromen onder producentenverantwoordelijkheid van belang, maar ook voor eventuele toekomstige prioriteiten in het materiaalketenbeleid.
15
9. Implementatie Keuze maatregelen De voorgestelde maatregelen beïnvloeden elkaar, zowel qua bijdrage aan de doelstelling als in de logistieke en financiële consequenties. Het gaat om de mix aan maatregelen. Kijkend naar bijdrage aan de doelstelling en onderlinge relaties, is een pakket aan kernmaatregelen samen te stellen die leidt tot een hoge service voor de burger met de mogelijkheid goed gedrag te belonen binnen de afvalstoffenheffing. Soms is maatwerk nodig en zal een variatie op de voorgestelde maatregelen wenselijk zijn. Het invoeren van de maatregelen voor kunststof verpakkingen en het wegbrengen van restafval naar ondergrondse afvalsystemen is afhankelijk van de uitkomsten van de evaluatie naar de gescheiden inzameling van kunststof. In onderstaande tabel is het pakket met de kernmaatregelen weergegeven met daarbij de keuze mogelijkheden.
Maatregelen vanaf 2013 Huis aan huis inzamelen oud papier met minicontainer Lagere ophaalfrequentie restafval Maatregelen vanaf 2015 Restafval wegbrengen ondergronds in stedelijk gebied, in buitengebied behoud van minicontainer (en verlaagde service door “knijpen” op frequentie) Aanpassen afvalstoffenheffing nadat de infrastructuur is aangepast. (betalen voor restafval en korting op afvalstoffenheffing voor aangeleverde grondstoffen?) Grijze container inzetten voor kunststof verpakkingen en drankenkartons Gratis brengmogelijkheid grof huishoudelijk afval Het verhogen van de ophaalfrequentie voor GFT (in de zomer wekelijks en in de winter 1 maal per twee weken) Introductie inzamelrondes en/of brengvoorzieningen op diverse lokaties voor grof tuinafval en snoeihout
16
10. Monitoring Jaarlijks wordt het beleid op afvalhoeveelheden gemonitord. In onderstaande tabel is aangegeven welke stromen gemonitord worden. Tevens is voor 2020 de ambitie weergegeven. Voor de volledigheid zijn ook de LAP doelstellingen vermeld.
2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 aantal inwoners
32511
Totaal gehaald (ton) Restafval (ton)
7729
GFT (ton)
3891
Grof vuil (ton)
159
Papier (ton)
2164
Kleding (ton)
118
Glas (ton)
640
Kunststof (ton)
116
KG per inwoner Restafval (kg)
238
GFT (LAP doelstelling 105 kg)
120
Grof vuil (kg) Papier (LAP doelstelling 85 kg) Kleding (LAP doelstelling 5 kg) Glas (LAP doelstelling 23 kg) Kunststof (kg)
30
5 67 4 20 4
Nog in restafval (KG per inwoner) GFT (kg)
56
5
Oud papier (kg)
27
10
Kunststofverpakkingen (kg)
28
5
Drankenkartons (kg)
11
2
Textiel (kg)
9
4
Glas (kg)
10
2
Overig (kg)
97
2
17
11. Risico’s In het proces van omschakelen naar een andere manier van afvalbeheer zijn een aantal risico’s te benoemen. In onderstaande opsomming zijn de belangrijkste risico’s benoemd en is aangegeven op welke manier we de risico’s beperken.
Inwoner van Meppel bepaalt succes
Om de ambitie te realiseren is de deelname van de inwoners bepalend voor het slagen. Om dit te bereiken zijn maatregelen gericht op een verhoogde service met een kostenverlaging voor de burger, is voorlichting en burgerparticipatie een essentieel onderdeel van het uit te werken pakket aan maatregelen.
Producentenverantwoordelijkheid
In 2012 wordt de gescheiden inzameling van kunststofverpakkingen landelijk geëvalueerd. De uitkomst van de evaluatie is voor de gemeenten een belangrijk onderdeel in de afweging om te investeren in nieuwe inzamelvoorzieningen. Een uitkomst zou kunnen zijn een verlaging van de vergoeding of de keuze van de producenten voor een andere inzamelstructuur. De inschatting is dat voor de inzameling het gebruik van de publieke infrastructuur gehandhaafd blijft, maar dat mogelijk een wijziging in tarieven volgt.
Prijsontwikkeling
De afvalstoffenmarkt is sterk in beweging. Met name op het terrein van de afvalver/bewerking is sprake van sterk dalende kosten per aan geleverde kilo. In dit plan wordt uitgegaan van de nu bekende ontwikkelingen van afval naar grondstof. Dit brengt mee dat er naar verwachting uiteindelijk geen afvalverwerking meer bestaat maar slechts een bewerking van het afvalproduct naar een nieuw te gebruiken product. We gaan er vanuit dat de dalende kostprijs zich voortzet maar of dat in de praktijk echt zal plaatsvinden zoals de aannames en ambities in dit beleidsplan aangeven is sterk afhankelijk van de marktwerking.
18
Conclusie Er is een gedeeld besef dat we toe moeten naar een andere manier van afvalbeheer. In 2020 leven we in een afvalloze en duurzame samenleving. Afval bestaat niet, we zamelen alleen nog maar waardevolle grondstoffen in. Om deze ambitie te realiseren is betrokkenheid, een meewerkende houding en gewenst gedrag van de inwoners van Meppel bepalend voor het slagen. Uitgaande van het feit dat het de inwoner van Meppel is die het succes bepaalt, zien we twee sporen waarlangs we de afvalloze en duurzame samenleving kunnen realiseren. 1. Aanpassen van de inzamelstructuur met als uitgangspunt een hoge service aan de inwoner, duurzamer en goedkoper: Huis-aan-huis inzamelen van waardevolle grondstoffen (oud papier, GFT en kunststof) en het behoud van een publieke infrastructuur voor restafval. 2. Voorlichting en burgerparticipatie: De inwoners voldoende kennis bieden, waar het kan laten meebeslissen en het geven van feedback op eigen gedrag. Meppel, juli 2012
19
Bronvermelding
Afvalbeleidsplan “Omgekeerd inzamelen” ROVA, juli 2011 Toekomstvisie MARN afvalbeheer, 16 december 2010 “Mijn afval maakt winst” gemeente Almere, januari 2010 Bevindingenrapport en evaluatie werking Besluit beheer verpakkingen en papier en karton, Twijnstra & Gudde in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Evaluatie van de werking van het instrument producentenverantwoordelijkheid in het afvalbeleid. Oorzaken en analyse van conflictvorming, Rijksadvies. Inzameling van drankenkartons. Milieu- en kostenanalyse van recyclingopties, CE Delft, augustus 2010.
20