Modulebeschrijving
Acceptatie en verwerking voor ouders en jeugdigen die (tijdelijk) geen contact met elkaar hebben Ambulante Gezinsinterventies
INDEX
Samenvatting
3
A. Modulebeschrijving: probleem, doelgroep, doel, aanpak, materialen en uitvoering
4
1. 2. 3. 4. 5.
4 5 5 6 8
Risico- of probleemomschrijving Doel van de module Doelgroep van de module Aanpak van de module Materialen en links
B. Onderbouwing van de module 6. 7. 8. 9.
Verantwoording: doelgroep, doelen en aanpak Samenvatting onderbouwing Randvoorwaarden voor uitvoering en kwaliteitsbewaking Onderzoek naar de uitvoering van de module
9 9 9 9 10
C. Effectiviteit
11
10. 11.
11 11
Nederlandse effectstudies Buitenlandse effectstudies
D. Overige informatie
12
12. 13. 14.
12 12 12
Toelichting op de naam van de module Uitvoering (uitvoerende en/of ondersteunende organisaties en partners) Overeenkomsten met andere modules
Bijlage CAP-J classificatie-overzicht (assen en rubrieken)
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 2/16
SAMENVATTING
Doel Ouder en/of jeugdige die (tijdelijk) geen (face-to-face) contact met elkaar kunnen hebben, onderzoeken de gevoelens die deze afstand met zich mee brengt. Ze kunnen deze uiten en vinden andere voor hen bevredigende manieren om het gemis een plek in hun leven te geven en het contact op een andere manier vorm te geven. Door deze ruimte kan de ouder op afstand ouder zijn en blijven en het kind een band onderhouden met deze ouder. Dit helpt de jeugdige bij een gezonde ontwikkeling.
Doelgroep De ouder en/of jeugdige die om welke reden dan ook (tijdelijk) geen (face to face) contact met elkaar kunnen hebben. Het gaat om jeugdigen van 4 tot 18 jaar. Zowel een ouder met zijn/haar zoon of dochter kan zich aanmelden maar ook een individuele ouder of een individuele jeugdige kan zich aanmelden.
Aanpak In gemiddeld 5 gesprekken van een uur wordt met de ouder gekeken op welke manier het gemis van het kind een plek kan krijgen. Ook is er aandacht voor hoe de ouder zijn rol op afstand kan vervullen en op welke manier de ouder een band kan onderhouden met het kind. In gemiddeld 5 gesprekken van een uur met het kind kan deze op een creatieve manier de ruimte krijgen om de ouder een plek te geven in zijn/haar leven. Bij de start en afsluiting zal ook de verzorgende ouder betrokken worden, zodat deze ouder het kind kan ondersteunen in de thuissituatie. De module heeft een looptijd van 5 maanden.
Materiaal Er is geen specifiek materiaal voorhanden dat gebruikt wordt bij deze module.
Onderzoek Er zijn geen studies voorhanden.
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 3/16
A. MODULEBESCHRIJVING: PROBLEEM, DOELGROEP, DOEL, AANPAK, MATERIALEN EN UITVOERING
1. Risico- of probleemomschrijving Vanuit de Rechtbank is de vraag aan de hulpverlening gesteld om een aanbod te ontwikkelen gericht op acceptatie en verwerking voor ouders en kinderen die (tijdelijk) geen contact meer met elkaar hebben. Het komt regelmatig voor binnen de Rechtbank en ook hulpverlening, dat het contact tussen een ouder en kind niet tot stand komt. Dit kan verschillende redenen hebben. Op dit moment kunnen deze kinderen en ouders nergens terecht en wordt er geen professionele begeleiding geboden hoe zij om kunnen gaan met dit verlies en/of gemis. Kinderen krijgen door het ontwikkelen van deze module, de ruimte om een plekje te creëren voor hun ouder waar op dat moment geen contact mee is. Ouders krijgen de ruimte om over hun verdriet te praten en hun ouderrol op afstand vorm te geven, hoe moeilijk en lastig dit soms ook is. Een scheiding is hoe dan ook ingrijpend voor kinderen en kan negatieve gevolgen hebben voor de ontwikkeling. Kinderen van gescheiden ouders hebben gemiddeld twee keer zoveel problemen als kinderen waarvan de ouders niet gescheiden zijn. De belangrijkste gevolgen voor kinderen zijn (Spruijt, 2010): Op de korte termijn: Meer externaliserende problemen (agressie, vernieling, blowen, drinken en delinquent gedrag) Meer internaliserende problemen (depressie, angst, minder zelfvertrouwen) Relationele problemen Een zwakkere band met de ouders, veelal met de vader Schoolproblemen (verzuim, lagere cijfers, concentratieproblemen, gedragsproblemen) Op de lange termijn: Een lager eindniveau wat betreft studie Een lager inkomen Hoger risico op depressiviteit Doen een groter beroep op de hulpverlening Een zwakkere band met ouders Een groter risico om zelf te scheiden Behalve mogelijke schade, ervaren alle kinderen van gescheiden ouders een gevoel van verlies en verdriet. Dit verlies en verdriet kan groter worden naarmate er helemaal geen contact meer is met één van beide ouders. Scheiding en hechting: Kinderen hebben hun ouders nodig om de genetische aanleg tot hechten op een gezonde manier tot stand te kunnen brengen. Kernbegrippen voor het handelen van de opvoeder zijn sensitiviteit en responsiviteit. Dit betekent dat de ouder het gedrag van het kind moet willen en kunnen begrijpen. Vervolgens moeten ouders daar responsief mee omgaan (Groenhuijsen, 2014). In de praktijk zien we dat het veelal de vaders zijn die geen contact meer hebben met hun kind. In enkele gevallen kan dit ook de moeder zijn, maar dit is meer een uitzondering. Uit onderzoek (Lamb, 1997) komt naar voren hoe vaders lijden onder het verliezen van de relatie met hun kind. Een vader die zijn kinderen niet meer mee opvoedt, wordt door de buitenwereld en door zichzelf al snel gezien als een loser, als iemand die er niet genoeg voor gedaan heeft, iemand met een persoonlijk onvermogen. Daardoor voelt de man zich, naast verdrietig over het verlies, en woedend op de andere ouder, ook nog eens vernederd. Kinderen (0-12) opgroeiend in vaderloze gezinnen lopen meer risico om in armoede te leven, lopen meer risico op fysiek, emotioneel en seksueel misbruik, lopen eerder van huis weg, lopen meer risico Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 4/16
op gezondheidsklachten en hebben meer problemen op school en in de omgang met anderen (O’Neill, 2002). Tieners opgroeiend in vaderloze gezinnen lopen meer kans op tienerzwangerschap, in de criminaliteit de belanden, te roken, alcohol en drugs te gebruiken, te spijbelen, geschorst te worden, op jonge leeftijd school te verlaten en aanpassingsproblemen te hebben (O’Neill, 2002). Jong volwassenen opgroeiend in vaderloze gezinnen hebben meer moeite opleidingen af te maken, werk te vinden, hebben vaker een laag inkomen en een uitkering, lopen meer risico dag- en thuisloos te raken, lopen meer risico in de criminaliteit te belanden, hebben eerder chronisch emotionele en psychische problemen, ontwikkelen vaker gezondheidsklachten, gaan sneller relaties aan waar ze ook sneller mee gaan samenwonen, en gaan eerder scheiden en hebben vaker buitenechtelijke kinderen (O’Neill, 2002).
2. Doel van de module Het doel van de module is om ouders en kinderen te ondersteunen wanneer er geen sprake is van contact. Met ouders zal gekeken worden hoe zij het verdriet en gemis een plekje kunnen geven. In veel gevallen speelt woede hierin ook een rol. Hoe gaan ouders om met deze emoties en wie uit het netwerk kan hen ondersteunen bij de verwerking ervan. Daarnaast zal er met de ouder ook gekeken worden hoe hij een ‘ouder op afstand’ kan zijn. Op welke manier kan de ouder in contact blijven met het kind of het kind laten weten dat hij aan hem denkt? Het doel van de gesprekken met kinderen is om de ouder, op wat voor manier dan ook, een plek te geven in het leven. Op het moment dat het kind slecht denkt over zijn ouder heeft dit negatieve gevolgen voor de ontwikkeling van de eigen identiteit van het kind. Het is daarom van groot belang dat het kind mag blijven praten of vragen stellen over de andere ouder. Op een creatieve manier, passend bij het kind, zal hier vorm aan gegeven worden.
3. Doelgroep van de module 3.1 Voor wie is de module bedoeld? De module Acceptatie en verwerking richt zich op ouders waarbij, om welke reden dan ook, er (tijdelijk) geen contact kan zijn met het kind. De module richt zich tevens op kinderen waarbij er (tijdelijk) geen contact is met één van beide ouders. 3.2 Indicatie en contra-indicatiecriteria Jeugdhulp Friesland biedt specialistische jeugdzorg op het gebied van opgroei- en opvoedingsproblemen, in de leeftijdscategorie 0 t/m 18 (met een uitloop tot 23) jaar. Kinderen, jongeren en hun ouders/opvoeders kunnen een beroep doen op Jeugdhulp Friesland. Dit doen zij als de normale ontwikkeling van het kind wordt belemmerd. Mogelijk is er sprake van psychosociale problemen, psychiatrische problemen, gezinsgerelateerde problemen, psychische problemen, gedragsproblemen of een combinatie daarvan. Kinderen en jeugdigen met een psychiatrische, zintuiglijke, lichamelijke en/of verstandelijke beperking die redelijk sociaal redzaam zijn, worden ook behandeld en/of opgevangen, als dit past binnen de behandelprogramma’s en mogelijkheden van Jeugdhulp Friesland. We nemen ook jeugdigen op met een civielrechtelijke maatregel. In specifieke situaties worden kinderen met een strafrechtelijke maatregel behandeld (Gedragsbeïnvloedende maatregel). Jeugdhulp Friesland heeft als standpunt het verblijf van in het gezin en gezinsvormen te bevorderen en het verblijf in een residentie te voorkomen of in duur zo kort mogelijk te houden. Ondersteun het kind, de ouders, het netwerk in de opvoeding van de jeugdige in de eigen omgeving ofwel in een vervangende omgeving waarin het kind opgroeit en zich kan wortelen. Het uitgangspunt ‘vijf keer gezin’ betreft in volgorde van voorkeur: 1. het eigen gezin;
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 5/16
2. een netwerkgezin; 3. een pleeggezin; 4. een pleeggezin extra; 5. een gezinshuis. De module Acceptatie en verwerking die zich richt op punt 1 is bij uitstek een module die gericht is op het realiseren van het vijf keer gezin beleid. De door Jeugdhulp Friesland gehanteerde indicatiecriteria en contra-indicaties zijn uitgebreid beschreven in De Betekenis onder het hoofdstuk Doelgroepenbeleid op pagina 15. Deze folder is te downloaden op www.jeugdhulpfriesland.nl onder het tabblad ‘Jeugdhulp Friesland’. Voor de module rouw en acceptatie gelden naast de algemene indicatiecriteria en contra-indicaties geen andere indicatie en contra- indicatie criteria. 3.3 Toepassing bij migranten Het programma heeft geen speciale faciliteiten (zoals vertaalde schriftelijke instructies of tolken) om migrantengroepen in het bijzonder te kunnen bedienen.
4. Aanpak van de module De module Acceptatie en verwerking zal uitgevoerd worden door de ouderschapsmediators en omgangscoaches. Hierbij zullen de ouderschapsmediators de gesprekken met ouders voeren en de omgangscoaches met de kinderen. Het betreft hier een module waarbij zorg op maat belangrijk is. De fase van rouw waarin het kind of de ouder zit is hierbij bepalend. De medewerkers stemmen de in te zetten vorm van zorg af met de gedragswetenschapper. Mocht blijken dat de inzet van de module op dit moment niet toereikend is of indien er intensievere behandeling nodig wordt geacht dan kunnen ouders en kind worden doorverwezen, bijvoorbeeld speltherapie voor kinderen. Verwacht wordt dat in de meeste gevallen de ouderschapsmediator en/of de omgangscoach de module uit kunnen voeren en dat dit effectief is. Het voordeel is dat de medewerkers van het Kenniscentrum Kind en Echtscheiding beschikking over kennis en expertise met betrekking tot scheiding en omgang. Hierdoor kunnen zij aansluiten bij de ouders en kind en een inschatting maken van wat er op dat moment nodig is. 4.1 Structuur en opbouw Hieronder een globale opzet van de module Acceptatie en verwerking. Deze is gebaseerd op de nieuwste visie over omgaan met rouw en verlies. Algemeen Acceptatie en verwerking voor ouders De module kent een structuur en opbouw maar blijft daarnaast maatwerk. Het gaat vooral om de beleving van de ouder, over de impact, de coping, kunnen ontladen, psycho-educatie en het betekenis kunnen geven. Door middel van het aanbrengen van structuur en kaders is er wel een begin en eind aan deze vorm van begeleiding. Om goed aan te kunnen sluiten bij de ouder wordt gestart met daar waar zij vragen over hebben. De verliesdriehoek uitvragen is een eenvoudige manier om structuur te bieden, de ouder aan het woord te laten en geeft inzicht in het gebeuren, waar mensen zitten qua gedrag en gevoelens en hoe de onderlinge contacten hierover zijn (zie eerste gesprek ). Naast het verbale in de module behoeft het non verbale ook aandacht. Alert zijn op lichaamssignalen, momenten aanbieden om te kunnen ontspannen en te kunnen ontladen door middel van bijvoorbeeld oefeningen zijn belangrijke hulpmiddelen. Eerste gesprek: het inventarisatie gesprek In dit gesprek wordt het kader en het doel van de gesprekken besproken. Ook wordt besproken dat de gesprekken vertrouwelijk zijn tenzij ingrijpen gewenst is omwille van stabiliteit, continuïteit en veiligheid. In deze bijeenkomst wordt de verliesdriehoek getekend en uitgelegd. Deze verliesdriehoek vormt het kader waaraan ouders hun verhaal gaan vertellen. Hiermee komen de
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 6/16
volgende gespreksonderwerpen aan de orde: de feiten rondom het stoppen of verbreken van het contact, de beleving hierbij en het omgaan met (coping) van de ouder en de mate waarin de ouder steun ervaart (support). Dit laatste kan gaan om steun van familie en steun uit eigen netwerk. Er kan een opdracht worden meegegeven voor de komende weken gericht op stabilisatie, ontladen en/of ontspanning. In de gesprekken die volgen wordt aangesloten bij wat de ouder tijdens het eerste gesprek heeft aangegeven en waar de behoefte van de ouder ligt. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de verwerkingskromme. Op het moment dat de ouder nog met name in de strijd en reactieve fase zit is het niet wenselijk dat gekeken wordt naar oplossingen, hiermee zal je de ouder kunnen verliezen in het gesprek. De verwerkingskromme kan ouders inzicht geven in welke fase van verwerking ze zitten en wat ervoor nodig is om hieruit te komen.
Gesprek 4 en 5 In deze gesprekken wordt gekeken met de ouder wat de module Acceptatie en verwerking tot nu toe heeft opgeleverd voor de ouder en waar de behoefte nog ligt. Waar mogelijk worden afspraken gemaakt over de manier waarop de ouder contact kan houden met zijn kind. Hierbij kan gedacht worden aan informatie vanuit de andere ouder, het sturen van kaartjes, contact via de email, informatie vanuit school en bijvoorbeeld van mensen vanuit het netwerk. Er wordt besproken met de ouder of vervolghulp ingezet dient te worden of dat de ouder op dit moment zelfstandig verder kan, hoe moeilijk en lastig dit ook zal zijn. Acceptatie en verwerking voor kinderen De module kent een structuur en opbouw maar blijft daarnaast maatwerk. Het gaat vooral om de beleving van het kind, over de impact, de coping, kunnen ontladen, psycho-educatie en het betekenis kunnen geven. Door middel van het aanbrengen van structuur en kaders is er wel een begin en eind aan deze vorm van begeleiding. Om goed aan te kunnen sluiten bij het kind wordt de verzorgende ouder bij de start en einde betrokken. Voor een kind is het belangrijk dat deze emotionele toestemming krijgt van de verzorgende ouder om over de andere ouder in gesprek te gaan met de omgangscoach. Naast het verbale in de module behoeft het non verbale ook aandacht. Alert zijn op lichaamssignalen, momenten aanbieden om te kunnen ontspannen en te kunnen ontladen door middel van bijvoorbeeld oefeningen zijn belangrijke hulpmiddelen.
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 7/16
Eerste gesprek Tijdens het eerste gesprek staat vooral het contact maken met het kind en aansluiting vinden centraal. Door middel van een IK boek worden de gesprekken vorm gegeven. Afhankelijk van de leeftijd wordt dit boek aangepast. In dit boek kunnen kinderen hun verhaal vertellen, bijvoorbeeld op wie ze lijken, welke karaktereigenschappen ze van welke ouder hebben en hoe hun leven er op dit moment uitziet. Op het moment dat er een stiefouder in het leven van het kind is zal hier ook aandacht voor zijn. Kinderen krijgen psycho- educatie. Uiteindelijk zal ook tijdens deze gesprekken toegewerkt worden naar afspraken over het contact met de ouder. Welke afspraken kunnen vastgelegd worden? Er zal bijvoorbeeld besproken worden met het kind of de ouder kaartjes mag sturen of e-mails om te vragen hoe het gaat. De verzorgende ouder zal bij het opstellen van deze afspraken opnieuw betrokken worden, zodat het kind ook de toestemming voelt. Het uitvoeren van de module blijft zorg op maat omdat ieder kind andere behoeftes en vragen heeft. 4.2 Duur De duur van de module is 5 maanden. 4.3/4.4 Frequentie en intensiteit De module Acceptatie en verwerking wordt in gemiddeld vijf gesprekken aangeboden voor ouder en vijf gesprekken voor het kind en duren gemiddeld 60 minuten per keer. Het voeren van een aantal gesprekken verdeeld over de tijd is wenselijk gezien het natuurlijk verloop, de eigen veerkracht van de mens in het omgaan met verlies. Het is wenselijk om 3 a 4 weken tussen de gesprekken te plannen. 4.5 Setting Op een regiokantoor van Jeugdhulp Friesland of wanneer wenselijk bij de ouder of kind in de thuissituatie.
5. Materialen en links Er is theoretische informatie beschikbaar met betrekking tot rouw en verwerking. Daarnaast zijn er meerdere IK- boeken aanwezig zodat aangesloten kan worden bij het niveau van het kind en de fase van rouw waarin het kind zit.
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 8/16
B. ONDERBOUWING VAN DE MODULE
6. Verantwoording: doelgroep, doelen en aanpak Vanuit de Rechtbank is de vraag aan de hulpverlening gesteld om een aanbod te ontwikkelen gericht op Acceptatie en verwerking voor ouders en kinderen die (tijdelijk) geen contact meer met elkaar hebben. Het komt regelmatig voor binnen de Rechtbank en ook hulpverlening, dat het contact tussen een ouder en kind niet tot stand komt. Dit kan verschillende redenen hebben. Op dit moment kunnen deze kinderen en ouders nergens terecht en wordt er geen professionele begeleiding geboden hoe zij om kunnen gaan met dit verlies en/of gemis. Kinderen krijgen door het ontwikkelen van deze module, de ruimte om een plekje te creëren voor hun ouder waar op dat moment geen contact mee is. Ouders krijgen de ruimte om over hun verdriet te praten en hun ouderrol op afstand vorm te geven, hoe moeilijk en lastig dit soms ook is.
7. Samenvatting onderbouwing Ouders en kinderen krijgen middels de inzet van de module Acceptatie en verwerking de ruimte om over hun gevoelens te praten en te werken aan een vorm en afspraken die leefbaar is voor alle partijen. Uiteindelijk lukt het de ouder beter om zijn (tijdelijke) rol op afstand vorm te geven en voelt het kind de ruimte om over de ouder te praten en vragen te stellen zonder zich schuldig te voelen en zonder fysiek contact.
8. Randvoorwaarden voor uitvoering en kwaliteitsbewaking 8.1 Eisen ten aanzien van opleiding Er zijn geen specifieke eisen voor de uitvoering en begeleiding van de uitvoerend werkers. 8.2 Eisen ten aanzien van overdracht en implementatie Er is geen handleiding of protocol voor overdracht of implementatie. 8.3 Eisen ten aanzien van kwaliteitsbewaking De kwaliteit van de module wordt bewaakt aan de hand van de resultaten uit de prestatie-indicatoren: doelrealisatie, cliënttevredenheid, reden beëindiging hulp en afname ernst problematiek. Jeugdhulp Friesland voldoet aan de kwaliteitsnormen HKZ, hetgeen betekent dat de cliënt centraal staat en er continu gewerkt wordt aan het verbeteren van de hulpverlening. 8.4 kosten van de module Betrokken professionals Gedragswetenschapper Ambulant hulpverlener Methodiekcoach * wijziging normenbank 2015
-
Verblijf: nee Verzorgingskosten: nee Pleeggeld: nee Licentie: nee Training / opleiding: ja, zie 8.1 Specifiek materiaal: app, iPad Overige kosten: reiskosten personeel
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 9/16
9. Onderzoek naar de uitvoering van de module Er is geen onderzoek gedaan naar de uitvoering van de module.
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 10/16
C. EFFECTIVITEIT
10. Nederlandse effectstudies 10.1 Studies naar de effectiviteit van de module in Nederland Deze alinea wordt nog nader beschreven. 10.2 Samenvatting Nederlandse effectstudies Deze alinea wordt nog nader beschreven.
11. Buitenlandse effectstudies Dit hoofdstuk wordt nog nader beschreven.
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 11/16
D. OVERIGE INFORMATIE
12. Toelichting op de naam van de module Dit hoofdstuk wordt nog nader beschreven.
13. Uitvoering (uitvoerende en/of ondersteunende organisaties en partners) Dit hoofdstuk wordt nog nader beschreven.
14. Overeenkomsten met andere modules Dit hoofdstuk wordt nog nader beschreven.
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 12/16
Aangehaalde literatuur
Pleck, J.H., Paternal Involvement: levels, sources and consequences, in: Lamb, Wiley, New York, 1997 Groenhuijsen, E.A: Theoretisch fundament bij de aanpak van complexe scheidingen: O’Neill, R: Metastudie naar de gevolgen voor kinderen wanneer zij vaderloos opgroeien: Experiments in Living: The Fatherless Family, A Meta- analytic study, september 2002
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 13/16
Bijlage CAP-J CAP-J classificatieoverzicht (assen en rubrieken): Naam van de module:
Onderdeel van het zorgprogramma:
Acceptatie en verwerking Ambulante Gezinsinterventies
Legenda: X (probleem waar de module aan werkt), X! (probleem waar de module aan werkt, niet genoemd in de modulebeschrijving), C (contra indicaties of belemmerende factoren genoemd in de beschrijving), 0 (kenmerken van de doelgroep, genoemd in de moduleomschrijving maar de module is hier niet op gericht) ? (niet duidelijk, discussiepunt) Richt zich op CAP-J Groep As A: Psychosociaal functioneren jeugdige A100 Emotionele problemen A101 Introvert gedrag A102 Angstproblemen A103 Stemmingsproblemen A200 Gedragsproblemen A201 Druk en impulsief gedrag A202 Opstandig gedrag en/of antisociaal gedrag A300 Problemen in de persoonlijkheid(sontwikkeling en identiteit(sontwikkeling) A301 Problemen met de competentiebeleving A302 Problemen in de gewetensvorming/morele ontwikkeling A303 Identiteitsproblemen A400 Gebruik van middelen/verslaving A900 Overige psychosociale problemen jeugdige A901 Problemen bij de verwerking van ingrijpende gebeurtenissen A902 Overmatige stress A903 Automutilatie A904 Andere problemen psychosociaal functioneren jeugdige CAP-J groep As B: Lichamelijke gezondheid, aan lichaam gebonden functioneren jeugdige B100 Lichamelijke ziekte, aandoening of handicap B101 Gehooraandoeningen B102 Oogaandoeningen B103 Spraakaandoening B104 Motorische handicap B105 (Chronische) lichamelijke ziekte B200 Gebrekkige zelfverzorging, zelfhygiëne, ongezonde levenswijze B201 Problemen met zelfverzorging en zelfhygiëne B202 Ongezonde levenswijze B203 Overgewicht B300 Aan lichamelijke functies gerelateerde klachten B301 Lichamelijke klachten B302 Voedings-/eetproblemen B303 Zindelijkheidsproblemen B304 Slaapproblemen
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
0 0
0 0
0
0 0 0
Pagina 14/16
B305 Groeiproblemen B306 Onverklaarbare lichamelijke klachten B900 Overige problemen lichamelijke gezondheid B901 Andere problemen lichamelijke gezondheid, aan lichaam gebonden functioneren jeugdige CAP-J Groep As C: Vaardigheden en cognitieve ontwikkeling jeugdige C100 Problemen in de cognitieve ontwikkeling C101 Problemen met schoolprestaties/leerproblemen C102 Aandachtsproblemen C103 Problemen verbandhoudend met hoogbegaafdheid C104 Problemen met het sociaal aanpassingsvermogen C200 Problemen met vaardigheden C201 Sociale vaardigheidsproblemen C900 Overige problemen vaardigheden en cognitieve ontwikkeling C901 Andere problemen cognitieve ontwikkeling jeugdige C902 Andere problemen vaardigheden jeugdige CAP-J groep AS D: Gezin en opvoeding D100 Ontoereikende kwaliteiten van de opvoeding D101 Ontoereikende opvoedingsvaardigheden D102 Problemen met ondersteuning, verzorging en bescherming kinderen D103 Pedagogische onwil D104 Onenigheid tussen ouders over opvoedingsaanpak D105 Problematische gezinscommunicatie D200 Problemen in de ouder-kindrelatie D201 Gebrek aan warmte in ouder-kindrelatie D202 Symbiotische relatie tussen ouder en jeugdige D203 Jeugdige in de rol van ouder (parentificatie) D204 Vijandigheid tegen of zondebok maken van jeugdige door de ouder D205 Problemen in de loyaliteit van jeugdige naar ouder D206 Problemen in de hechting van jeugdige aan ouder D207 Generatieconflict D208 Problemen door religieuze en/of culturele verschillen tussen ouder en jeugdige D209 Mishandeling ouder door jeugdige D210 Jeugdige weggelopen van huis D211 Jeugdige weggestuurd door ouders D300 Verwaarlozing, lichamelijke/psychische mishandeling, incest, seksueel misbruik van de jeugdige in het gezin D301 Jeugdige slachtoffer verwaarlozing D302 Jeugdige slachtoffer mishandeling D303 Jeugdige slachtoffer seksueel misbruik D400 Instabiele opvoedingssituatie D401 Problemen bij scheiding ouders D402 Problemen met omgangsregeling D403 Problemen met gezagsrelaties D404 Problemen die gepaard gaan met het samengaan van twee gezinnen/samengestelde gezinnen D405 Problematische relatie tussen ouders D406 Problematische relatie jeugdige met partner opvoeder D407 Problematische relatie (stief)broers/zussen D500 Problemen van ouder D501 Negatieve jeugdervaring/traumatische ervaring ouder
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 15/16
D502 Problemen met werkloosheid ouder D503 Problemen bij zwangerschap of bevalling D504 Moeilijke start ouderschap D505 Gezondheidsproblemen of handicap/invaliditeit ouder D506 Antisociaal gedrag ouder D507 Gebruik van middelen/verslaving ouder D508 Pleger seksueel misbruik D509 Overmatige stress ouder D510 Psychische/psychiatrische problematiek ouder D600 Problemen van ander gezinslid D601 Gezondheidsproblemen of handicap/invaliditeit ander gezinslid D602 Antisociaal gedrag ander gezinslid D603 Gebruik van middelen/verslaving ander gezinslid D604 Psychische/psychiatrische problematiek ander gezinslid D700 Problemen in het sociaal netwerk gezin D701 Problemen in de familierelaties (niet het gezin) D702 Gebrekkig sociaal netwerk gezin D800 Problemen in omstandigheden gezin D801 Problemen met huisvesting D802 Financiële problemen D803 Problemen met hulpverleners of (vertegenwoordigers van ) instanties D804 Problematische maatschappelijke positie gezin als gevolg van migratie D900 Overige problemen gezin en opvoeding D901 Andere problemen gezin en opvoeding CAP-J Groep As E: Jeugdige en omgeving E100 Problemen op speelzaal, school of werk E101 Problematische relatie met leerkracht, werkgever of leidinggevende/problemen met hiërarchische relatie E102 Problematische relatie met medeleerlingen, collega’s of groepsleden E103 Motivatieproblemen op school of werk (onder andere spijbelen) E104 Van school gestuurd E105 Problemen met school-, studie- of beroepskeuze of vakkenpakket E106 Problemen met werkloosheid jeugdige E107 Problemen met speelzaal, schoolorganisatie of onderwijsstijl, arbeidsorganisatie E200 Problemen met relaties, vrienden, sociaal netwerk en vrije tijd E201 Problemen met vrijetijdsbesteding E202 Problemen met verliefdheid/liefde en relaties E203 Problematische relatie met leeftijdgenoten (onder andere gepest worden buiten school/werk) E204 Gebrekkig sociaal netwerk jeugdige E205 Risicovolle vriendenkring (antisociaal gedrag, gebruik middelen) E300 Problemen in omstandigheden jeugdige E301 Problemen met zelfstandige huisvesting jeugdige E302 Financiële problemen jeugdige E303 Problemen van jeugdige met hulpverleners of (vertegenwoordigers van) instanties E304 Problematische maatschappelijke positie jeugdige (onder meer als gevolg van migratie) E305 Problemen jeugdige met justitiële instanties E900 Overige problemen omgeving jeugdige E901 Andere problemen jeugdige en omgeving
Module Acceptatie en verwerking – Ambulante Gezinsinterventies
Pagina 16/16