Verschijnt maandelijks, uitgez. juli en aug.
Tijdschrift - toelating gesloten verpakking
Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X
2099 Antwerpen X n° BC 6379
erkenning: p303221
2 3 s e p t e mbe r 2 0 0 9 | nr 1 | 2 1s t e j a a r g a ng | w w w. k ul e u v e n . be / c k /
t i jdschrif t va n de k .u.l eu v en
“Je moet je hersenen laten knetteren” le ven na leuven: Germanist en journalist greet op de beeck [14]
Parasieten op de Beagle-driemaster e volutiebiologe tine huyse neemt deel a an darwin-project [3]
Beste studenten, beste niet-studenten ‘Meester van de passie’ (© Rob Stevens)
Rector Mark Waer leidt de stoet der togati in de Pieter de Somer-aula voor de academische zitting. Zowel in zijn toespraak als in die van minister-president Kris Peeters en die van de studentenvertegenwoordiger werd vaak verwezen naar de ingrijpende bewegingen in het hoger onderwijs.
Academiejaar 2009-2010 feestelijk geopend 21 september. Mooi weer. Veel volk, soms zelfs schoon. Hier werd een academiejaar geopend. Rector Waer boeide zijn publiek moeiteloos met zijn maiden-speech. Ludo Meyvis De moderne universiteit verandert nog voortdurend, stelde de rector. Hij typeerde haar als netwerkuniversiteit. Alleen een triple helix volstaat nog enigszins als metafoor om haar complexiteit te omschrijven. Kenmerkend voor een netwerkuniversiteit zijn onder meer haar openheid en de gelijkwaardigheid van de betrokken partners. Wie netwerk zegt, heeft het ook over de integratie van geacademiseerde hogeschoolopleidingen in de universiteit. De rector sprak zich uit voor een scherpe, goed gefinancierde en bestuurde profilering van de betrokken opleidingen. Studenten, universiteit en sa-
menleving zijn evidente partners in een andere manifestatie van het triple helix model. De studenten verwerven aan een moderne universiteit een reeks competenties en attitudes, in een klimaat van vrijheid, dat onder meer aanspoort tot de ontwikkeling van hun denken in een breed denkkader. Zij maken gradueel kennis met onderzoek, zij participeren actief en kritisch in de universitaire kennisopbouw, en dragen bij tot de creativiteit die een universiteit kenmerkt. Interactie bestaat ook tussen bedrijfsleven, overheid en universiteiten in de vorm van innovatienetwerken. De eigenheid van de universiteit mag daarbij niet in gevaar komen. De rector
rondde zijn betoog af met enkele citaten uit openingstoespraken van rector De Somer, die merkwaardig goed spoorden met de huidige vragen rond het universitaire bestuursmodel, dat deze veelzijdige complexiteit moet beheren.
Verantwoorde integratie Vlaams minister-president Kris Peeters gaf aan dat de Vlaamse overheid haar engagement ter ondersteuning van het wetenschappelijk onderzoek blijft handhaven. Wel dienen de diverse initiatieven beter bekendgemaakt en op elkaar afgestemd te worden. pagina 2
opent museum M e xpo rogier van der we yden [5]
Discriminatie erger dan ziekte zelf studiedag over stigma rond psychische a andoeningen [7]
Nieuwe gezichten in de bestuursploeg vicerectoren tine baelmans, bart de moor en jan beirl ant [8-9]
“Je kunt je tijd maar één keer gebruiken” duitse gepensioneerde haalt vijfde doctorstitel in leuven [13]
“Ik zit altijd tussen twee stoelen”
Wereldreis? Origami? Lancering?
16-jarige start eerste bachelor [20] Verschijningsdata Campuskrant 2009-2010
nr. 2 – 21 okt 2009
nr. 3 – 18 nov 2009
nr. 4 – 16 dec 2009
nr. 5 – 27 jan 2010
nr. 6 – 24 feb 2010
2 Nieuws colofon
campuskrant
pagina 1
Oude Markt 13 - bus 5005 3000 Leuven 016 32 40 18,
[email protected]
Het rapport-Soete wijst de weg voor de optimalisering en reorganisatie in het hoger onderwijs, onder meer via de integratie van hogeschoolopleidingen in de universiteit. Die integratie is sterk gekant tegen versnippering, en dient onderbouwd te worden door een efficiënt debat, om zo het noodzakelijke brede draagvlak voor de hele operatie te garanderen. De kwaliteit van onderzoek en onderwijs en de institutionele integriteit dienen bij deze operatie bewaard te blijven.
Adreswijzigingen
Attitudewijziging
Alumni Lovanienses Naamsestraat 63 - bus 5601 3000 Leuven
[email protected]
Voka-voorzitter Luc De Bruyckere wees op de ook in bedrijfskringen gegroeide erkenning van de universitaire eigenheid, die juist in tijden van economische stormen zo essentieel is. Onze toekomst hangt af van onze innovatiekracht, en dat is gebaseerd op goed onderwijs
Campuskrant Maandelijks tijdschrift van de K.U.Leuven
Redactie Ine Van Houdenhove (hoofdredacteur), Ludo Meyvis, Reiner Van Hove, Wouter Verbeylen, Annelies Vandenplas (stagiair)
Redactieadres
Losse medewerkers Tine Bergen, Jelle De Mey, Barbara De Munnynck, Ann Fransen, Lien Lammar, Ines Minten, Jaak Poot, Rob Stevens, Katrien Steyaert, Matt Tips, Wim Troch, Jozefien Van Beek
Grafisch ontwerp Catapult, Antwerpen
Lay-out en zetwerk Wouter Verbeylen
Fotografie
en onderzoek. De vruchten van ons onderzoek ontglippen ons echter te vaak. Het ontbreekt ons ook te vaak aan assertiviteit, en aan een voldoende aantrekkelijk kader om buitenlands talent bij ons tot rijpheid te laten komen. Nochtans is die confrontatie met de internationale gemeenschap essentieel voor onze eigen groei.
Passie en zorgen Professor Joris Geldhof wees namens het academisch personeel op de gevaren van een te positivistisch paradigma van wetenschappelijkheid, waarbij alleen wat telbaar en neutraal is, van belang geacht wordt. Dat staat natuurlijk haaks op het begrip ‘passie’, dat wars is van telbaarheid, ‘vereconomisering’ enzovoort, maar dat wel dé persoonlijke basis is waarop zovele onderzoekers hun loopbaan grondvesten. Hij belichtte daarna enkele componenten van het Leuvense onderzoeksbeleid die
ruimte voor verbetering vertonen. Joris Boonen, voorzitter van Loko, drukte tot slot namens de studenten zijn bezorgdheid uit over mogelijke gevolgen van het academiseringsproces op de kwaliteit van het onderwijs. Verschraling moet opgevangen worden door een duidelijker profilering van iedere opleiding, en flexibilisering mag niet leiden tot normverlaging. Dat laatste wordt voorkomen door duidelijke kwaliteitseisen, misschien zelfs universitaire eindtermen! Een meer intensieve implementatie van kwaliteitszorg en kwaliteitscontrole zal uiteraard een zekere kost veroorzaken, maar een investering in hoger onderwijs dat zijn kwaliteit niet kan garanderen, is een slechte investering, aldus de spreker. Voor een uitgebreid fotoverslag en de volledige toespraken kunt u terecht op http://www.kuleuven.be/ openingacademiejaar/0910/
Metaforum roept academici op tot maatschappelijk debat Tijdens de academische zitting bij de opening van het academiejaar deed professor Erik Schokkaert een oproep om deel te nemen aan het Metaforum K.U.Leuven, waarvan hij voorzitter is. Hij stelde vast dat universitaire onderzoekers, hoewel ze de opiniebladzijden vaak vullen en duidelijk aanwezig zijn
in tal van beleidsomkaderende instanties, er toch van beticht worden afwezig te blijven in het maatschappelijk debat. Wellicht is de universiteit er wel, maar weet zij haar eigenheid — bijvoorbeeld: multidisciplinariteit, onafhankelijkheid, internationale oriëntatie ... — te weinig te profileren.
Om daaraan tegemoet te komen, werd het Metaforum opgericht. Via multidisciplinaire denkgroepen wordt daarin gewerkt aan visieteksten rond maatschappelijk relevante onderwerpen, die dan naar buiten gebracht worden, onder meer via de website http:// www.kuleuven.be/metaforum. (lm)
Ronny Vandenbroele Oude Markt 13 - bus 5005 3000 Leuven
Lezersbrief
Copyright artikels
Campuskrant 24.6.2009
een blinde jurist, alumnus van de K.U.Leuven, die al jaren zijn eigen kantoor leidt. Hij werd voor het schrijven van zijn reactie naar het Laatste Nieuws gesteund door verschillende medewerkers van de K.U.Leuven, visueel gehandicapten en anderen. Het Laatste Nieuws heeft dan ook op dinsdag 23 juni een uitgebreid verslag gebracht over de eedaflegging van rechter Hagen en in het tweede deel ervan duidelijk aangegeven hoe deze rechter perfect zijn werk kan doen. Ook de argumenten van Rudi Bollen werden hierbij opgenomen. Het is wel degelijk mogelijk (en Rudi Bollen spreekt uit ervaring: verschillende keren per week neemt hij als advocaat aan rechtszaken deel) om als blinde het beroep van rechter correct uit te voeren. Ter informatie: eerder dit jaar werd in Nederland de eerste blinde rechter gepensioneerd. België moet dus nog iets bijbenen. Bij mijn eigen onderzoek rond hulpmiddelen voor mensen met beperkingen, heb ik sinds meer dan 35 jaar kennis kunnen maken en samenwerken met tientallen visueel gehandicapte en gedreven mensen, zowel bij ons als uit het buitenland. Zij hebben dikwijls met grote inspanningen de beper-
king van hun handicap overwonnen en oplossingen gevonden voor praktische problemen. Ik vind het dan ook zeer jammer dat Campuskrant het eerste, ondoordachte, stukje van Het Laatste Nieuws overnam. Ik stel voor dat er in een volgend nummer gerefereerd wordt naar het tweede, meer evenwichtige artikel in dezelfde krant van 23 juni. Jan Engelen, hoogleraar aan het Departement Elektrotechniek
Rob Stevens, Lemmert.be, Patrick Vertommen
Cartoons Joris Snaet
Reclameregie Wouter Verbeylen T 016 32 41 46 Wouter.Verbeylen@dcom. kuleuven.be
Oplage 32.000 ex.
Drukwerk Eco Print Center, Lokeren
Verantwoordelijke uitgever
Artikels kunnen overgenomen worden mits toestemming. Het volgende nummer verschijnt op 21 oktober. Suggesties voor artikels zijn welkom op het redactieadres. Campuskrant op Internet: www.kuleuven.be/ck/
Blinde justitie? Toen ik het laatste nummer van Campuskrant doornam (24 juni 2009), viel mijn oog op een stukje met als titel ‘Blinde Justitie’, een citaat uit het Laatste Nieuws van 17 juni 2009. Ik neem aan dat het gepubliceerd werd omdat prof. em. Vandenplas erin geciteerd werd. Er zijn echter heel wat bedenkingen te maken bij de inhoud van het stuk. Zo is de mening van deze hoogleraar over de mogelijkheden van blinde personen in het algemeen en van juristen in het bijzonder al lang achterhaald, zowel in ons land als in het buitenland. Bovendien gaat zijn opvatting lijnrecht in tegen belangrijke doelstellingen en waarden van onze universiteit: respect en aandacht voor diversiteit, zorg op maat voor elke persoon en het creëren en aanwenden van aangepaste oplossingen voor elke persoon met beperkingen. Op het artikel in het Laatste Nieuws werd terecht boos gereageerd door de heer Rudi Bollen,
Zie het interview met de blinde advocaat Rudi Bollen op pagina 15
Dorst- en evolutielessen met gist Op het eind van haar expeditie wil de bemanning van de Darwin-driemaster zichzelf kunnen trakteren op een bijzonder bier. Professor Kevin Verstrepen, VIB-onderzoeker verbonden aan het Centrum voor Microbiële en Plantengenetica, gaf de crew materiaal mee waarmee die giststalen kan verzamelen en invriezen. Verstrepen: “Gisten zijn echte modelorganismen — ze hebben eenzelfde soort genoom als mensen, zij het veel eenvoudiger. Ons centrum doet onderzoek naar de moleculaire processen die aan de basis liggen van evolutie bij gisten. Het Darwin-project is een uitgelezen kans om gistcellen van over de hele wereld te verzamelen en te kijken naar de diversiteit in hun — parallelle maar gescheiden — evolutie. Mogelijk kunnen we op basis daarvan ook bepaalde aanpassingen ontdekken. Bij bakkersgisten vinden we bijvoorbeeld geregeld dezelfde mutaties terug, die te maken heb met hun specifieke ‘levensstijl’: met de aanpassingen maakt de gist zichzelf beter geschikt voor de bakkerij.” “Om gisten uit de natuur te isoleren, zullen de bemanningsleden onder andere stalen van rottend fruit nemen. Maar op verschillende aanlegplaatsen zullen ze ook gewoon gist halen bij lokale bakkers en brouwers. Het is de bedoeling dat we daarmee — in samenwerking met het Laboratorium voor Brouwerij en Mouterij van professor Delvaux — Darwin-bier gaan maken. Waarschijnlijk zullen we verschillende bieren maken met de verschillende gisten, zodat we bijvoorbeeld een Zuid-Afrikaanse gist kunnen vergelijken met een Australische gist. Maar we zullen zeker ook een bier brouwen met álle gisten — een ultiem wereldbier, zeg maar — en nagaan hoe dat zich verhoudt tot enkelvoudige gisten.” (rvh)
‘Schoolschip Beagle’ Naar aanleiding van de tv-reeks bouwen de Directie ICTS (Dienst Faciliteiten voor Onderwijs) en het Academisch Vormingscentrum voor Leraren — in samenwerking met Canvas en VVKSO — een project uit eloV, de online leeromgeving van het VVKSO die door het TOLEDO-team wordt gehost. ‘Schoolschip Beagle’ richt zich tot leerlingen en leraren uit het secundair onderwijs, en docenten en studenten uit de lerarenopleidingen van de Associatie K.U.Leuven. Naast beeld- en geluidsmateriaal van de tv-reeks biedt de leeromgeving lespakketten, extra multimedia uit het VRT-archief en leerpaden over capita selecta uit de tv-reeks. Zo willen de initiatiefnemers een didactische dynamiek genereren rond de wetenschappelijke thema’s van de tv-reeks. Op aanvraag kunnen alle gebruikers van TOLEDO toegang krijgen tot eloV om aan te monsteren op het ‘Schoolschip Beagle’. http://elov.vvkso.be (inloggen via knop ‘Info’)
23 september 2009
Nieuws 3
Een parasiet aan boord van de Beagle-driemaster Evolutiebiologe Tine Huyse stapt begin oktober in Brazilië aan boord van de Clipper Stad Amsterdam, de driemaster die onder Canvas- en VPRO-vlag Darwin achterna zeilt. Huyse zal er illustreren hoe een Afrikaanse parasiet van de slavenhandel profiteerde om ook in Zuid-Amerika toe te slaan. Reiner Van Hove Het programma Beagle, in het kielzog van Darwin reconstrueert in 35 afleveringen de legendarische onderzoeksreis die aan de basis lag van de evolutietheorie. Dirk Draulans en biologe Sarah Darwin, achterachterkleindochter van Charles, zijn de gezichten van het project. In de loop van de expeditie krijgen zij het gezelschap van een hele reeks kunstenaars, filosofen en wetenschappers, waaronder Tine Huyse. Zij is FWO-bursaal op het Laboratorium voor Diversiteit en Systematiek van Dieren, en daarnaast deeltijds verbonden aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde. Samen met Bruno Gryseels, directeur van het instituut, diende ze een project in dat hen een gegeerd plekje op de driemaster opleverde. Huyse doet onderzoek naar de Schistosoma-worm, een parasiet die via een ‘tussengastheerslak’ in het menselijk lichaam terecht kan komen en de lever, darmen, blaas en nieren kan beschadigen. Wereldwijd zijn 200 miljoen mensen besmet met de parasiet. De opkomst van de slavenhandel tussen Afrika en Zuid-Amerika in de zestiende eeuw betekende een belangrijke stap in de veroveringstocht van de worm. Huyse: “Samen met de slaven reisden parasieten mee, waaronder Schistosoma mansoni, één van de twee belangrijkste humane soorten die in Afrika voorkomen. De worm wist zich aan te passen aan een nieuwe, lokale gastheerslak, en binnen de kortste keren brak er een epidemie uit. Net als in Afrika zorgden de grote suikerrietplantages in Zuid-Amerika voor een verdere verspreiding van de ziekte — irrigatiekanalen zijn een ideale habitat voor de slakken.”
Mexicaanse griep Huyse, die eerder al veldwerk deed in Afrika, krijgt dankzij het Darwin-project een unieke kans om de Zuid-Amerikaanse variant verder te onderzoeken: “In het Braziliaanse Salvador de Bahia gaan we honderd schoolkinderen om urine- en stoelgangstalen vragen, die we vervolgens testen op aanwezigheid van de parasiet. Vervolgens gaan we de verwantschap tussen de Afrikaanse parasiet en de Zuid-Amerikaanse variant verder ontrafelen met behulp van de nieuwste genetische merkers. Dat zal heel wat informatie opleveren over de evolutie van de parasiet en tot wat ze in staat is. En die kennis komt dan weer van pas bij het optimaliseren van bestrijdingsprogramma’s.” In een bijkomend experiment gaat Huyse na in hoeverre de re-
latie tussen parasiet en slak past in een concept dat Darwin introduceerde: co-evolutie. Huyse: “Dat begrip doelt op een nauwe interactie tussen twee of meerdere organismen, zoals een plant en een insect die zich door wederzijdse selectie voortdurend aan elkaar aanpassen. In ons geval zou co-evolutie impliceren dat de Zuid-Amerikaanse variant van de parasiet zich specifiek aangepast heeft aan de lokale gastheerslak. Om dat te testen gaan we slakken uit Senegal en DR Congo infecteren met de Zuid-Amerikaanse parasiet. Onze werkhypothese is dat de parasiet niet meer in staat zal zijn om de Afrikaanse slak te infecteren.” Maar door genetische diversificatie kan de parasiet soms verrassend uit de hoek komen, zo stelde Huyse onlangs zelf nog vast: “We hebben ontdekt dat er in Senegal een kruising is ontstaan tussen een Schistosoma-soort die mensen kan infecteren en een verwante soort die normaal alleen runderen besmet. Door de combinatie van genetische eigenschappen kan de nieuwe hybride vorm zich via twee slakkensoorten verspreiden. Iets gelijkaardigs zie je bij de Mexicaanse griep, een kruising tussen drie virussen die normaal alleen vogels, varkens of mensen besmetten.”
Zeeziek
Tralies en tronies Het Laatste Nieuws, 6.8.2009
“Een boef, dat is iemand met zware wenkbrauwen, een snijdende blik, een verbeten trek rond de mond, een vierkant hoofd en vooral een litteken in het aangezicht. Dat is het stereotiepe beeld van een boeventronie.” Dat zegt Guido Peeters, professor emeritus experimentele en sociale psychologie. “Erg belangrijk voor een boeventronie is een litteken in het aangezicht. Daarrond is in de VS onderzoek gevoerd. Men had daar een groep gevangenen met littekens in het gezicht eerst onderworpen aan plastische chirurgie voor ze vrijgelaten werden. Een controlegroep werd vrijgelaten zonder die ingreep. Wel, de groep die ‘mooier’ gemaakt was, kreeg van de buitenwereld meer kansen en herviel niet zo gauw in de criminaliteit als de andere groep. Dat heet ‘self-fulfilling prophecy’. Als je omgeving naar je kijkt alsóf je een gangster bent, wordt het risico groter dat je een boef wordt.”
Leeuw of luipaard Het Nieuwsblad, 27.8.2009
Evolutiebiologe Tine Huyse
De plaats waar Huyse de stalen zal afnemen heeft symbolische je zelf weleens te verliezen als je waarde: Darwin kwam er voor constant in het labo of achter de het eerst in contact met slaver- computer zit.” nij. Huyse: “In zijn reisverslag Huyse kijkt er dan ook naar uit
“Een project als dit haalt je even uit je ivoren toren.” beschrijft hij hoe hij ineenkromp toen hij het gekerm van de slaven hoorde. Zijn grootvader Josiah Wegdwood, die een keramiekbedrijf had, was een bekende tegenstander van de slavernij. Hij ontwierp zelfs een medaillon met een iconisch embleem van een geketende slaaf. We zijn op het internet aan het zoeken of we dergelijk Wedgwood-servies op de kop kunnen tikken — het zou een leuk extra cachet geven als we dat mee aan boord kunnen nemen om in onze experimenten te gebruiken.” Hoe ver gaat Huyses affiniteit met Darwin zelf? “Toen ik zijn reisdagboek las, kwam ik onder de indruk van zijn oog voor detail, en genoot ik ervan hoe hij vol ontzag en opwinding de overweldigende natuur probeerde te omschrijven. Dat vond ik inspirerend: die verwondering durf
Geciteerd
om het labo tijdelijk in te ruilen voor de driemaster: “Tijdens de persvoorstelling ben ik al even aan boord van het schip geweest en het is echt prachtig — alleen al die masten zijn enorm indrukwekkend. Het schip is wel onstabiel vergeleken met de onderzoeksschepen waarop ik al geweest ben, dus het wordt niet evident om te experimenteren aan boord. Ik ben nogal snel zeeziek, en heb al aan apothekers en oceanografen gevraagd hoe ik me er het best tegen kan wapenen.” “Een project als dit haalt je even uit je ivoren toren: je komt in contact met andere wetenschappers, maar ook kunstenaars en filosofen. Zelfs John Malkovich komt aan boord — helaas niet op het moment dat ik er ben. Maar ik kijk er enorm naar uit: mensen met een passie ontmoeten werkt zeer motiverend. Als wetenschap-
(© Rob Stevens)
per moet je je ook een beetje oefenen in het naar buiten brengen van je onderzoek, ook daarvoor is deze gelegenheid ideaal.” ‘Beagle, in het kielzog van Darwin’, elke woensdag rond 20u40 op Canvas. De aflevering met Tine Huyse is gepland voor 28 oktober. Tine Huyse zal voor de Dagkrant een blog bijhouden over haar ervaringen op de driemaster. Volg het allemaal op http://dagkrant. kuleuven.be. Programma van Darwin-jaar en -lezingen: http://bio.kuleuven.be/darwin.html pagina 2 hiernaast: Darwin-bier en ‘Schoolschip Beagle’
Bart De Wever heeft een historische discussie van jewelste doen losbarsten. Volgens de N-VA-voorzitter en licentiaat geschiedenis was de ‘Fiere Vlaamse Leeuw’ oorspronkelijk een ‘Fier Vlaams Luipaard’. (…) “De uitleg van De Wever klopt niet”, zegt Paul Trio, hoogleraar middeleeuwse geschiedenis. “Maak u geen zorgen, het is zeker niet zo dat de Vlamingen al 700 jaar met de foute Vlaamse vlag zouden zwaaien. Geschiedenis is misschien geen geheel van zekerheden, maar naar die Vlaamse Leeuw is al zoveel onderzoek verricht dat we wel met zekerheid kunnen zeggen dat het een leeuw en géén luipaard is.” “De eerste afbeelding die we van de Vlaamse Leeuw hebben teruggevonden, op een zegel van de Graaf van Vlaanderen, dateert al van 1162. Oké, het was nog geen zwarte maar een gouden leeuw. En het beest had ook nog geen klauwen en geen rode tong. Maar het was wel een leeuw. In die tijd werd inderdaad het woord Liebaart gebruikt, wat in het Middelnederlands zowel luipaard als leeuw kan betekenen. Maar in het algemeen gaan we toch uit van dat laatste.”
Jeltsin-syndroom Het Nieuwsblad, 29.8.2009
De bedrijfsleider staat onder druk. Het zwarte beest van de crisis knauwt niet alleen aan de job van zijn werknemers, maar ook aan die van hem. Gevolg: de depressie loert om de hoek. (…) Zien ze het niet aankomen? Psycholoog Dirk De Wachter: “Waarom zouden ze? Ze worden overal opgehemeld en verdienen veel geld. (…) Ze zijn zeer pienter. Maar ze hebben een gebrek aan levenswijsheid.” Hoe uit zich dat? “Door woede-uitbarstingen, drank en drugs. Escapisme. Ik noem geen namen, maar er zijn veel bedrijfsleiders en topmanagers die belangrijke beslissingen nemen onder invloed van drank of drugs. Het zogenaamde Jeltsin-syndroom. Ik hoor wel vaker mensen die zeggen: ik heb ‘s avonds een jointje gerookt om te relaxen na een dag vol stresserende beslissingen. Of ze snuiven zelfs een lijntje cocaïne vlak voor ze een belangrijke beslissing moeten nemen.”
4 Nieuws Longtransplantaties Op maandag 14 september vond in UZ Leuven de vijfhonderdste (hart-)longtransplantatie plaats. Daarmee krijgt het longtransplantcentrum een plaats in de wereldtop.
Relationele agressie Sofie Kuppens (onderzoekseenheid Pedagogische Wetenschappen) stelde in een onderzoek bij 600 kinderen vast dat er een verband is tussen het gebruik van relationele agressie in de klas – een subtiele vorm van agressie die gericht is op sociale relaties — en ouderlijke psychologische controle — daarbij laten ouders duidelijk merken dat hun liefde afhankelijk is van het gedrag van hun kind. De resultaten zijn gepubliceerd in diverse internationale wetenschappelijke tijdschriften en in het British Journal of Developmental Psychology.
Minibedrijfjes Vorig academiejaar bood de Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen voor het eerst een minoropleiding Management en Leidinggeven aan. Binnen deze opleiding volgden de studenten het vak Small Business Projects, dat georganiseerd werd in samenwerking met Vlaamse Jonge Ondernemingen (Vlajo). De studenten ontwikkelden minibedrijfjes die veiliger autoruiten produceren, een apparaatje waarmee je je eigen koffiepads perst en een zelftest voor het vitamine B12-gehalte in het bloed.
campuskrant
Nieuwe leerstoel brengt China onder de aandacht Vanaf dit academiejaar kunnen studenten vier nieuwe vakken over China volgen, in het kader van de InBev-Baillet Latour EU-China Leerstoel die op 9 oktober wordt ingehuldigd. Jelle De Mey Het valt moeilijk te ontkennen: het Land van het Midden, zoals China in het Mandarijn heet, is op alle vlakken een wereldmacht geworden. “Het is tekenend dat Hillary Clinton haar eerste belangrijke bezoek als minister van buitenlandse zaken niet bracht aan de Europese Unie of aan Rusland, maar aan de partners in het Verre Oosten. Bovendien kent China al geruime tijd een onvoorstelbare economische groei. Cultureel waren er de Olympische Spelen in Peking vorig jaar, start binnenkort Europalia-China in Brussel en vindt volgend jaar de wereldtentoonstelling plaats in Shanghai”, verklaart professor Jan Wouters, directeur van het Leuven Centre for Global Governance Studies. De InBev-Baillet Latour EU-Chi-
na Leerstoel is gericht op de relaties tussen de Europese Unie en China, volgens Wouters twee van de belangrijkste spelers op het huidige wereldtoneel. “Samen met de VS, Japan en de overige BRIC-landen — Brazilië, Rusland en India— vervullen zowel de EU als China een essentiële rol in het oplossen van uitdagingen als de wereldwijde economische crisis en klimaatverandering.”
Mensenrechten De leerstoel is een initiatief van het InBev-Baillet Latour Fonds, dat eerder al een leerstoel in het leven riep voor de relaties tussen de EU en Rusland. Zowel de K.U.Leuven als de UCL kregen een China-leerstoel toegewezen. De K.U.Leuven bracht die onder in het Leuven Centre for Global Governance Studies, een interdisciplinair onderzoekscentrum van de Groep
UZ
Professor Guy Mannaerts werd benoemd tot voorzitter van het Bestuurscomité UZ Leuven. Hij volgt daarmee professor Mark Waer op. Professor Johan Kips, werd aangesteld tot gedelegeerd bestuurder van de UZ Leuven.
academiejaar van start gaan. In de Engelstalige Master of Laws (LL.M)-opleiding worden deze vakken in een ‘China-cluster’ aangeboden. Het gaat om China and Global Politics — aan de Faculteit Sociale Wetenschappen, Chinese Law from a European Perspective — Faculteit Rechtsgeleerdheid, The Economics of China — Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen — en East-West Perspectives on Philosophy — Hoger Instituut voor Wijsbegeerte. De leerstoel organiseert een inaugurale conferentie op 9 oktober, ‘China and the EU in Global Multilateral Governance’. Die handelt over het belang van de Chinese en Europese deelname aan multilaterale instellingen en processen. Gerenommeerde experts, beleidsmakers en academici zoals historicus Jonathan Spence (University of Yale), David O’Sullivan (directeur-generaal voor Handel, Europese Commissie) en ambassadeur Song Zhe (Chinese missie aan de EU) komen spreken. http://www.globalgovernancestudies.eu
Muurdicht Met een mix van muziek, poëzie en comedy geeft de Faculteit Sociale Wetenschappen op 25 september de kick-off van haar vernieuwde campus. De oubollige lokalen hebben plaats gemaakt voor moderne aula’s die de namen Max Weber en Jean Monnet kregen. Naast de bouw van de nieuwe residentie Servotte ondergingen de voormalige blokken B, C en D een esthetische facelift en werd een binnentuin aangelegd naar ontwerp van Erik Dhondt. Gerenommeerde architecten als Bob van Reeth, Mauro Poponcini en Hans Verplancke tekenden voor de ontwerpen, en een sculptuur van de Nederlandse kunstenaar Henk Visch siert het plein. Op de voorgevel van het nieuwe inkomgebouw komt het gedicht ‘Alpejagerslied’ van Paul Van Ostaijen, via metalen platen waaruit de letters van het gedicht werden weggesneden (foto). http://soc.kuleuven.be/kick-off
Fietshelm
K.U.Leuven-onderzoekers hebben een nieuw helmconcept ontwikkeld dat fietsers beter moet beschermen. De helm is gemaakt uit een nieuw soort schuim dat de schokversnelling van het hoofd bij een valpartij beter opvangt. Het concept werd uitgewerkt tijdens het doctoraatsonderzoek van biomechanicus Peter Verschueren. Zowel de faculteiten Ingenieurswetenschappen als Geneeskunde en Bio-ingenieurswetenschappen werkten mee aan het project dat gefinancierd wordt door het FWO en Levenslijn.
Humane Wetenschappen. “Dat biedt het grote voordeel dat we gecoördineerd met China bezig kunnen zijn, wat de visibiliteit van de China-expertise aan de universiteit verhoogt. Het is ook interessant om de onderzoeksthema’s van het Centrum — met name handel en duurzame ontwikkeling, vrede en veiligheid, mensenrechten, democratie en rechtsstaat — door het spectrum van de EU-Chinaverhouding te analyseren”, aldus nog Wouters. De InBev-Baillet Latour EU-China Leerstoel stimuleert interdisciplinair onderzoek en onderwijs over de relaties tussen China en de EU. De leerstoel verenigt een ruim aantal professoren en onderzoekers uit de verschillende faculteiten en departementen binnen de groep Humane Wetenschappen die actief zijn in dit onderzoeksdomein. Naast academisch onderzoek organiseert de leerstoel op regelmatige basis conferenties, lezingen en workshops. Verder coördineert de leerstoel ook de organisatie van vier nieuwe vakken op masterniveau die dit
(© Rob Stevens)
“Filosofiestudenten hoeven verschil tussen kwarts en veldspaat niet te kennen” De Faculteit Wetenschappen biedt vanaf dit academiejaar twee nieuwe opleidingsonderdelen aan, die deel uitmaken van een drieluik voor niet-wetenschappenstudenten. Wim Troch Vanaf dit academiejaar kunnen studenten zich inschrijven voor de opleidingsonderdelen ‘Wetenschap van de kosmos’, ‘Wetenschap van de aarde’ en ‘Wetenschap van het leven’. Het eerste bestaat al een aantal jaar, de laatste twee zijn nagelnieuw. Bijzonder aan deze vakken is dat ze niet enkel bedoeld zijn voor studenten van de Faculteit Wetenschap-
pen. Professor Manuel Sintubin van het Departement Aard- en Omgevingswetenschappen: “De vakken zijn op een zodanige manier opgevat dat ze door een ruim publiek van geïnteresseerden te volgen zijn.” “Op het eind van vorig academiejaar hebben alle faculteiten de vraag gekregen om universiteitsbrede vakken aan te bieden (zie artikel pagina hiernaast). Onze faculteit heeft snel die stap gezet. Vanaf nu bieden we drie vakken aan die door alle bachelorstudenten kunnen worden gevolgd, voor zover ze binnen hun studieprogramma een aantal studiepunten vrij mogen kiezen. Dat betekent dus dat ook geschiedenisstudenten of filosofiestudenten deze vakken kunnen volgen.” Allemaal goed en wel, maar waarom zou een geschiedenisstudent bijvoorbeeld ‘Wetenschap van
de kosmos’ willen volgen? “Wanneer studenten uit verschillende studierichtingen bijeengebracht worden, biedt dat een ideale situatie om interactie en discussie op gang te brengen”, legt professor Sintubin uit. “Economen en sociologen bijvoorbeeld stoten vaak op maatschappelijke problemen met een natuurwetenschappelijke component — denk bijvoorbeeld maar aan de klimaatopwarming. Onze lessen kunnen bijdragen tot een goede, objectieve kadering van de problematiek. Het is de bedoeling dat de big picture duidelijk wordt. Filosofen hoeven van mij niet het onderscheid tussen kwarts en veldspaat te kennen. Belangrijker is de brede vraagstelling hoe kosmos, aarde of het leven in elkaar zitten en waar de mens staat, in dit alles. Maar alles blijft heel toegankelijk; de zuivere chemie, wiskunde of fysica staan
zeker niet centraal.” Hoewel de drie vakken een drieluik vormen, is het niet verplicht om ze alledrie te volgen, of om ze in een bepaalde volgorde op te nemen. “Er is duidelijk een link en interactie tussen de vakken, maar ze kunnen ook los van elkaar staan. We zullen wel zien hoe het loopt, maar de interesse bij de studenten is er wel. We zullen het momenteel vooral van mond-tot-mondreclame moeten hebben, omdat de vakken nog niet in de studieprogramma’s van de andere faculteiten staan.” Wetenschap van de kosmos (G0M00A) wordt in het tweede semester gedoceerd door professor C. Waelkens, Wetenschap van de aarde (G0U33A) in het eerste semester door professor M. Sintubin en Wetenschap van het leven (G0U34A) in het tweede semester door dr. P. Roels en dr. B. De Groef.
23 september 2009
Nieuws 5
Rogier van der Weyden opent Museum M Op 20 september opende Museum M zijn deuren en daarmee ook twee tentoonstellingen. Oud en nieuw worden samengebracht met werk van enerzijds de vijftiende-eeuwse schilder Rogier van der Weyden en anderzijds Jan Vercruysse, een kunstenaar van vandaag. Professor Jan Van der Stock van de Onderzoekseenheid Kunstwetenschappen was nauw betrokken bij de eerste tentoonstelling. Tine Bergen “Er is een lange traditie van samenwerking tussen het museum van de stad Leuven en het Departement Kunstwetenschappen,” begint professor Van der Stock. “Bij tentoonstellingen in Leuven die over middeleeuwse kunst gaan, wordt er sinds jaar en dag intensief samengewerkt.” “Deze tentoonstelling, De Passie van de Meester, wil het publiek confronteren met een kunstenaar die vandaag nog altijd iets te vertellen heeft. En dan gaat het niet alleen over het rationele, maar vooral ook over het emotionele aspect. Kenmerkend voor Rogier van der Weyden is de uitbeelding van emotie. Zijn werk is heel toegankelijk, mensen kunnen zich er makkelijk mee identificeren. Zijn Piëta toont niet alleen het religieuze gegeven van Maria met de gestorven Christus op schoot, maar ook het menselijke gegeven van een moeder die afscheid neemt van haar zoon. Van der Weyden maakte kunst die vandaag nog altijd naar de keel grijpt.” “Wij hebben gekozen voor de aanpak van dialoog. We brengen zijn werk samen met dat van beeldhouwers en andere schilders uit zijn tijd die op dezelfde golflengte zitten. Er worden werken herenigd die al eeuwen gescheiden waren, zoals de portretten van Filips de Goede en zijn vrouw. Er zijn stukken die al eeuwen niet meer in België zijn geweest, bijvoorbeeld het grote wandtapijt uit Bern. Bovendien zijn er ook nogal wat werken volledig gerestaureerd voor de tentoonstelling, het wereldberoemde Sacramentsaltaar is er daar een van.”
Passie en ratio “Daarnaast zit er aan de hele tentoonstelling een wetenschappelijke component. Bart Fransen is bijvoorbeeld ondertussen bij mij gedoctoreerd op de relatie tussen Van der Weyden en de beeldhouwkunst. Er komt ook een colloquium waar onder andere de werken die speciaal voor de tentoonstelling zijn gerestaureerd, zullen worden besproken. Elk
Met zichtbaar plezier knippen prinsessen Mathilde en Maxima het lintje door.
jaar is er bovendien een studentencolloquium, in samenwerking met de universiteiten van Londen en Lille. Dit jaar zal dat uiteraard in Leuven plaatsvinden.” Zeven jaar duurde de voorbereiding van de tentoonstelling en daar kruipt heel wat organisatie in. Professor Van der Stock onderhandelt sinds 2002 over de bruiklenen uit meer dan vijftig musea in de wereld en zorgde voor de financiering van het geheel. Collega Lorne Campbell van de National Gallery in Londen is voorzitter van het wetenschappelijk comité. De coördinatie van het hele project ligt in handen van Lien De Keukelaere van Artes Leuven: “We noemen onszelf wel eens de machinekamer. Wij zorgen voor de communicatie, de publiekswerking, de opbouw van de tentoonstelling,
het transport, de verzekeringen … De wetenschappelijke inbreng die de universiteit levert, vertalen wij naar het grote publiek. En aan de voorverkoop van tickets voelen we dat de mensen goed reageren. Het is een droom voor een coördinator om zo te kunnen werken.”
Museum M Decor van dit alles is dus het gloednieuwe Museum M. “Tien jaar geleden besloot de stad het stedelijk museum Vander KelenMertens volledig te laten restaureren en onderdeel te laten worden van een groot, nieuw museumcomplex: museum M, ontworpen door architect Stéphane Beel,” vertelt conservator Veronique Vandekerchove. “Hij heeft gezorgd voor een geheel tussen bestaande en nieuwe architec-
(© Rob Stevens)
tuur en dat is ook de filosofie van het museum. We willen oude en hedendaagse kunst in dialoog brengen en daarbij creativiteit naar voren schuiven.” “Bij de opening zullen we dat dus doen door het werk van Rogier van der Weyden te tonen samen met dat van de hedendaagse kunstenaar Jan Vercruysse. Die tentoonstelling zal bestaan uit jeugdwerk, aangevuld met nieuwe creaties die speciaal voor het museum zijn gemaakt. Beide tentoonstellingen zijn ruimtelijk uiteraard volledig gescheiden van elkaar. Daarnaast heeft het museum nu ruimte voor een permanente opstelling, die draait rond twee belangrijke periodes voor Leuven: de vijftiende en zestiende eeuw met een uitgebreide collectie passiebeelden en de negen-
Meer aandacht voor interdisciplinariteit in het onderwijs Met de keuzevakken ‘Wetenschap van de kosmos’, ‘Wetenschap van de aarde’ en ‘Wetenschap van het leven’ (zie artikel pagina hiernaast) staat de Faculteit Wetenschappen niet alleen in haar inspanningen om meer interdisciplinariteit te brengen in de curricula. Zo maken al geruime tijd ‘Wijsbegeerte’ en ‘Religie, zingeving en levensbeschouwing’ deel uit van de opleiding van alle studenten.
Interdisciplinariteit kreeg in de loop der jaren ook een bredere invulling. Via keuzevakken als ‘Lessen voor de 21ste eeuw’, ‘Initiatie tot ondernemen’, ‘Gender studies’, ‘Interdisciplinair college duurzame ontwikkeling’ en ‘Interdisciplinary Perspectives on Development and Cultures’ werd het aanbod geleidelijk aan verruimd. Een specifiek aanbod vanuit de disciplines Wetenschap &
Technologie en Biomedische Wetenschap ontbrak tot op heden. Daar komt nu verandering in met het initiatief van de Faculteit Wetenschappen, maar ook met het keuzevak ‘Fysieke activiteit, fysieke fitheid, voeding en gezondheid’ van de Faculteit Bewegingswetenschappen en Kinesitherapie. Ook andere faculteiten overwegen nieuwe initiatieven. De ontwikkelingen krijgen de
volle steun van de Onderwijsraad. Naast de aanbeveling om de bestaande interdisciplinaire colleges en nieuwe opleidingsonderdelen in de programma’s op te nemen als verbredende keuze, heeft de Onderwijsraad de faculteiten gevraagd om na te gaan welke initiatieven nog kunnen worden genomen om het universiteitsbrede aanbod naar andere disciplines te verruimen.
tiende eeuw met werk van onder andere Constantin Meunier.” “Het wetenschappelijk onderzoek is ook een belangrijke component. Er komt bijvoorbeeld een seminarielokaal bij het depot, waardoor er daar ook gewerkt kan worden met objecten die niet in opstelling staan. Een ander voorbeeld is het project Parallellepipeda in 2010, waarvoor we kunstenaars samen met wetenschappers in laboratoria zetten en het resultaat daarvan tentoon stellen. De samenwerking met de K.U.Leuven is een troef die geen enkel ander museum heeft, dus die willen we sterk uitspelen.” http://www.rogiervanderweyden. be http://www.leuven.be/vrije-tijd/ museum/
6 Nieuws
campuskrant
Leven met Mexicaanse griep Professor Marc Van Ranst is voor even niet alleen viroloog maar ook crisismanager. Een gesprek over leven met de Mexicaanse griep. Tine Bergen “Het begon op een zaterdag in april, toen we berichten kregen over een griep in de omgeving van Mexico. Nu passeren er elke week wel zulke berichten en het overgrote deel daarvan blijkt achteraf niets te zijn. Maar dit keer had ik het gevoel dat er meer aan de hand was. Dus ben ik lokale kranten gaan lezen. Wat je daarin leest is niet wetenschappelijk, maar die berichten zijn wel handig om de teneur van een zaak op te pakken. Ik vond die teneur verontrustend, dus heb ik direct contact opgenomen met het kernteam van het Interministerieel Commissariaat Influenza en gezegd: ‘Morgen komen we samen, ook al is het zondag’. Dat is achteraf een goede beslissing gebleken: we hebben een snelle start kunnen nemen in ons land.” “Die ‘slapende cel’ die normaal een keer in de week bijeenkomt, heeft toen op korte termijn drastische proporties aangenomen: er kwamen een heleboel logistieke medewerkers bij, persverantwoordelijken/woordvoerders, een callcenter, catering, een chauffeur … Je ziet het geheel wakker worden
en dat is heel plezant omdat je op dat moment ook de teneur kan zetten. De kernboodschap dat we waakzaam zijn, maar dat er geen reden is tot paniek hebben we van in het begin sterk beklemtoond. Ook al is het niet evident om de mensen van de juiste informatie te voorzien zonder angst te zaaien in volle komkommertijd.”
Onsexy approach “In het begin was de griep een probleem dat op afstand werd gehouden door de oceaan. Toen de eerste vliegtuigen uit Mexico landden, zijn we foldertjes gaan uitdelen op de luchthaven. We wilden het virus immers zo lang mogelijk uit het land houden door de mensen goed te informeren over de symptomen en een doorverwijstraject via de huisarts op te zetten. We hebben alle contacten van de laatste dagen van de enkelingen met griep ook zelf opgespoord, iets wat nog nooit eerder gedaan was. Met de wagen gingen we die contacten dan antivirale middelen brengen.” “Ik heb zelf ook met dat wagentje meegereden naar die eerste patiënten. Je moet je handen uit de mouwen durven steken, tonen dat
je zelf niet bang bent van iemand die besmet is. België heeft dus nooit zijn grenzen gesloten, heeft ook nooit temperatuurscanners geïnstalleerd op de luchthaven of meer van dat soort maatregelen die je op lange termijn toch niet volhoudt. Die onsexy approach bleek ook efficiënt te zijn. Tot vijftien juli hebben we het virus sterk kunnen indijken, en daar plukken we nu nog de vruchten van.” “Toen was Rock Werchter voorbij en de eerste mensen kwamen terug uit vakantie. We konden er niet meer omheen dat het virus in het land circuleerde, dus hebben we het roer radicaal omgegooid. Van heel agressief iedereen gaan behandelen die mogelijk besmet was, zijn we toen alleen die mensen nog gaan behandelen die het echt nodig hadden, die tot de risicogroep behoorden. Anders werd de groep mensen die we zouden moeten behandelen te groot en antivirale middelen zijn geen snoepgoed.” “Natuurlijk is het niet makkelijk om een beslissing te nemen als je maar twintig procent van de informatie hebt die je nodig hebt. Maar het enige foute dat je kan doen, is daarom geen beslissing nemen of
Marc Van Ranst
koppig vasthouden aan een vooropgezet plan. We zijn vertrokken van een basisplan, maar dat wordt continu veranderd in functie van de situatie, ook al zien de politici mij niet graag van mening veranderen. Je krijgt hoe dan ook heel wat negatieve commentaar over je heen, want je kan nooit iedereen tevreden stellen. Maar ik gebruik als toetsteen: doe ik mijn best? Als ik dat doe, kan ik ’s avonds ook gerust slapen. Als ik thuis met mijn zoontje speel of ik ga klimmen in de Alpen, dan denk ik niet aan de Mexicaanse griep. Je moet de dingen in de juiste compartimentjes laten in je hoofd.”
Lange dagen “Het zal hoogstwaarschijnlijk nog erger worden voor het beter wordt. Er staat een winter aan te komen. Ik vermoed dat het in februari rustiger zal worden, ook omdat daartegen alles op poten zal staan dat we nodig hebben. Het duurt dus nog een tijd voor mijn dagen korter worden. Ik begin nu ’s morgens vroeger dan normaal omdat ik om 8 uur al een stafvergadering in Brussel heb. Vaak heb ik ’s avonds ook nog een lezing voor artsen. En mijn kerntaken blijven natuurlijk bestaan. Mijn collega’s vangen wel een deel op, maar lessen en examens blijven. Ik slaap dus minder, maar dat heeft evenveel te maken met mijn zoon, die nu eindelijk leert doorslapen.”
(© Patrick Vertommen)
“Soms lijkt het alsof het nog maar drie dagen geleden is dat het april was, de lente en de zomer zijn op een bepaalde manier gewoon aan mij voorbij gegaan. Dat ik nu denk: hé, de dagen zijn alweer aan het korten. Er is ondertussen zoveel gebeurd en ja, er knikken op straat meer mensen naar mij dan vroeger. Maar een pandemie komt uiteindelijk maar een keer in de dertig jaar voor. In maart 2010 kruip ik terug onder de steen waar ik in april 2009 onderuit ben gekomen en dan zijn de mensen mij ook gelijk weer vergeten. En voor zolang het duurt, doe ik het graag. Ik denk dat ik veel zenuwachtiger zou zijn als ik het allemaal aan iemand anders moest overlaten.” http://www.kuleuven.be/ mexicaanse griep http://admin.kuleuven.be/ intranet/beleidsinformatie/mg
Kinderuniversiteit K.U.Leuven 24 oktober 2009 in Kortrijk 7 en 14 november 2009 in Leuven Ontdek het programma en schrijf je in! www.kuleuven.be/kinderuniversiteit
23 september 2009
Nieuws 7
Bellen doet leven Meer dan tienduizend. Zoveel telefoontjes krijgt de Zelfmoordlijn per jaar. Nu ze niet alleen in Jette maar ook in Leuven een locatie heeft, hoopt de crisislijn nieuwe vrijwilligers te vinden onder de Leuvense studenten. Lien Lammar Dertig jaar geleden startte het Centrum ter Preventie van Zelfdoding (CPZ) met de Zelfmoordlijn. Een vijftigtal vrijwilligers uit alle leeftijdsgroepen staat dag en nacht klaar om telefonische en online noodoproepen te beantwoorden. Dat team mag gerust wat groter worden, vindt het CPZ, en daarom lanceert het een campagne om nieuwe vrijwilligers aan te trekken. Hun oproep gaat niet alleen uit naar bijvoorbeeld gepensioneerden, maar ook naar studenten. Sinds april van dit jaar heeft de Zelfmoordlijn naast de locatie in Jette immers een tweede locatie in hartje Leuven. Met een
speciaal ‘studentenengagement’ hoopt het CPZ Leuvense studenten warm te maken voor vrijwilligerswerk bij de Zelfmoordlijn. “Normaal gezien bestaat een opleiding uit twaalf sessies van drie uur, gespreid over drie maanden”, vertelt Leen Willems, stafmedewerker van het vrijwilligersbeleid bij het CPZ. “Voor studenten worden die samengebald in één maand. Als vrijwilliger engageer je je voor minimum zestien uren permanentie per maand, met om de twee maanden een nacht- en weekendpermanentie. Bij studenten houden we rekening met blok-, examens- en vakantieperiodes. In ruil verwachten we van hen
een inzet van vierentwintig uur per maand, waarvan twee nachten per maand, maar dit enkel tijdens de maanden november, december, februari, maart, april en mei.”
Het verschil maken Anne (23) begon twee en een half jaar geleden tijdens haar studie als vrijwilliger bij de Zelfmoordlijn. “Toen ik tijdens een gastcollege van Grieke Forceville, de directrice van het Centrum ter Preventie van Zelfdoding, van de Zelfmoordlijn hoorde, dacht ik meteen: daar wil ik mijn steentje aan bijdragen. De opleiding is heel intens, maar dat is nodig. Je krijgt vorming over crisisin-
terventie, leert technieken die je daarbij helpen en krijgt inzicht in het proces dat suïcidale mensen doormaken. Je wordt persoonlijk begeleid en een peter of meter die al ervaring heeft als vrijwilliger ondersteunt je bij je eerste gesprekken en geeft je feedback.” “Je hoeft geen supermens te zijn om een goeie vrijwilliger te zijn. Het belangrijkste is dat je er bent voor die persoon aan de andere kant. Soms zit iemand zo in de put dat zijn of haar situatie uitzichtloos lijkt. Een luisterend oor bieden kan op dat moment genoeg zijn om die persoon te kalmeren en de crisissituatie te overbruggen. Eén gesprek kan geen heel leven veranderen — daar moet je realistisch in blijven — maar je kan wél het verschil maken. We luisteren niet alleen, maar proberen ook naar een uitweg te zoeken door die persoon bijvoorbeeld door te verwijzen naar de juiste hulpverlening.” “De gesprekken zijn soms zwaar, ja, maar gelukkig kan je altijd bij de mensen van het CPZ of andere vrijwilligers terecht als je je gevoelens over een moeilijk
gesprek wil ventileren. Dat doet deugd. Ook na je opleiding zijn er veel momenten van intervisie en vorming die heel leerzaam en inspirerend zijn. Ook al ben je met een zwaar thema bezig, binnen het CPZ en onder de vrijwilligers heerst een hele toffe sfeer. Ik kan het studenten echt aanraden om een opleiding tot vrijwilliger te overwegen. Het is niet altijd gemakkelijk, maar enorm verrijkend. Je ziet hoe broos en kwetsbaar mensen kunnen zijn en dat leert je je eigen dagdagelijkse problemen relativeren.” Op 30 september organiseert het CPZ een infoavond voor kandidaat-vrijwilligers (min. 20 jaar) in Leuven, van 19u tot 21.30u in de kleine aula van het Maria Theresiacollege, Hogeschoolplein. Inschrijven kan tot 29 september 17u via
[email protected]. Meer informatie op http://www.zelfmoordlijn.be De Zelfmoordlijn is een hulplijn voor iedereen die met zelfdoding in aanraking komt. Een gesprek gebeurt volledig anoniem via (t) 02 649 95 55 (gratis) of de chatknop op http://www.zelfmoordlijn.be
Stigma erger dan psychische aandoening op zich Psychisch zieken ondervinden meer problemen door de discriminatie die ze ervaren dan door hun ziekte zelf, stelt professor Graham Thornicroft van het Londense King’s College. Hij pleitte op de studiedag van Lucas, Centrum voor Zorgonderzoek en Consultancy, voor een vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidzorg. Tine Bergen “Stel dat je solliciteert voor een job en tijdens de selectieprocedure wordt gevraagd of je in het verleden psychische problemen hebt gehad,” steekt professor Thornicroft van wal. “Schrijf je op dat je vijf jaar geleden depressief bent geweest? Mensen die dat doen, worden haast automatisch minder snel geselecteerd. Maar stel dat je het niet opschrijft en je wordt aangenomen. Dan is er een stuk van je leven dat je voortdurend verborgen moet houden en in je achterhoofd zit de gedachte: als ze erachter komen, ontslaan ze me misschien nog. Je zit dus in een situatie waarin je niet kan winnen, gelijk wat je kiest.” “Ik heb samen met collega’s in zesentwintig landen onderzoek gedaan naar discriminatie van mensen met schizofrenie. 95 procent van de zevenhonderd mensen die we hebben ondervraagd ervoer discriminatie door de ziekte. Aanvullend bij dit onderzoek hebben we in Engeland ook telefonische interviews afgenomen bij mensen met onder andere depressie of bipolaire stoornissen. Zij ervoeren ongeveer dezelfde graad van discriminatie. Je kan dus stellen dat psychisch zieken in Europa overal ongeveer even sterk gediscrimineerd worden en volgens gelijkaardige patronen: mensen ondervinden het meeste
last op het werk en in persoon- we beseffen: het is oké om erover te praten. Net zoals we nu wel kunlijke relaties.” nen spreken over kanker en aids. Drie polen Daarom lopen er in Engeland on“Kort gesteld zijn er eigenlijk drie dertussen al vier jaar campagnes problemen. Ten eerste is er het waarin atleten, politici, acteurs … gebrek aan kennis. Mensen we- vertellen over hun ziekte. Waarbij ten veel te weinig over psychische ze de boodschap geven: ik had een ziektes en wat ze weten is vaak probleem, maar ik ben beter nu.” ook nog fout. Er heerst bijvoor- “Ons voornaamste doel is menbeeld het idee dat iemand die sen ervan bewust maken dat psypsychisch ziek is ook bijna altijd chische ziektes heel gewoon zijn gewelddadig is, terwijl dat heel en dat ze ook behandelbaar zijn. zelden voorkomt.” Dat deze patiënten daarbovenop “Daarnaast is het een probleem ook nog eens gediscrimineerd van attitude. Het past niet om worden, is een extra barrière die te praten over de afkeer die we het nog moeilijker maakt dan het soms misschien voelen of de — al is. Heel frappant is dat patiënonbewuste — vooroordelen die ten het op den duur ook opgeven we hebben. Een laatste pijler is nog te proberen een job of een ons gedrag: werkgevers die bij- nieuwe partner te vinden, uit een voorbeeld niet kiezen voor de soort zelfbescherming. Ze gaan er kandidaat die depressief is ge- bij voorbaat al van uit dat ze toch weest. Die gedragscomponent opnieuw gediscrimineerd zullen is uiteraard de makkelijkste om worden, ook al is dat niet noodzate sturen. Je kan werkgevers met kelijk het geval.” een antidiscriminatiewet bijvoor- “We hebben daarom ook probeeld verplichten zo iemand toch gramma’s voor schoolkinderen, aan te werven en van daaruit ver- politieagenten, studenten geder werken naar de twee andere neeskunde … waarbij iemand die polen. Op dit moment weten we ziek is of geweest is komt spreken nog niet welke combinatie van de over wat het voor hem betekent drie de efficiëntste aanpak is.” om bijvoorbeeld depressief te “De helft van de mensen heeft op zijn, hoe hij de behandeling heeft een bepaald moment in zijn leven ervaren en hoe de maatschappij last van psychische problemen. met hem als zieke is omgegaan. We kennen allemaal een tante, Het is belangrijk dat we beseffen vriend, partner … die depressief dat de ziekte maar een deel van is of geweest is. Maar we praten er die persoon is. En dan nog niet niet over. Het wordt hoog tijd dat per se het belangrijkste deel.”
Graham Thornicroft
En in België? “In België is de situatie vergelijkbaar,” vertelt professor Chantal Van Audenhove, directeur van Lucas, Centrum voor Zorgonderzoek en Consultancy. “Stigma wordt het meest ervaren in persoonlijke en intieme relaties; er is ook heel wat zelfstigma, maar er is relatief weinig directe discriminatie in het openbare leven of in contacten met de — geestelijke — gezondheidszorg.” “Bij ons lopen op dit moment niet zulke grootschalige en brede projecten om het bewustzijn van de stigmatisering te verhogen en de discriminatie te verminderen als in Engeland, maar we zijn er zeker wel mee bezig in kleinere projecten die nu stilaan gegroepeerd worden in ‘Anders Gewoon’ en die hopelijk op termijn ook hun basis vinden in één globaal, wetenschappelijk gefundeerd kader.” “Het stigma dat uitgaat van hulp vragen in de geestelijke gezondheidszorg of in de psychiatrie draagt er toe bij dat mensen vaak heel lang wachten om de stap naar gespecialiseerde hulpverlening te stellen. En dat zou wel eens een belangrijke factor kunnen zijn in het feit dat we
(© Rob Stevens)
zo’n hoog suïcidecijfer hebben in ons land. Het is dan ook van belang dat we gaan denken over een betere organisatie van de geestelijke gezondheidszorg: meer zorg in de samenleving, korte verblijven in psychiatrische ziekenhuizen voor wie dat nodig heeft, zorg dicht bij de gewone leefomgeving van de mensen zelf, zodat ze ondersteund worden in hun samen leven met anderen en in hun functioneren in werken, wonen, studies en vrije tijd. Maar ook meer tolerantie ten aanzien van mensen met psychische problemen in deze omgevingen en ondersteuning van mantelzorgers.” (tb)
8 Beleid
campuskrant
De start van het nieuwe academiejaar betekent deze keer ook de start van een nieuwe bestuursploeg. In dit nummer maakt u kennis met drie nieuwe gezichten in het College van Bestuur: Tine Baelmans, Jan Beirlant en Bart De Moor.
Vicerector Tine Baelmans
Zorg als eenheidsprincipe Professor Tine Baelmans is burgerlijk ingenieur en specialiseerde zich in energietechnologie. Na onderzoeksmandaten in Duitsland en bij de Europese Unie keerde ze terug naar de universiteit. Ze engageerde zich in de sfeer van het onderwijsbeleid, en was als programmadirecteur betrokken bij de invoering van de semesterexamens en de bamaoperatie. Ze was voorzitter van de Onderwijsraad, en zetelde ongeveer zeven jaar in de Raad voor Studentenvoorzieningen. Toen rector Waer haar uitnodigde om vicerector Studentenbeleid te worden, was dat domein haar dus zeker niet onbekend. Tine Baelmans
Ludo Meyvis “Mijn nieuwe functie betekent dat ik mijn onderzoek en onderwijs wat zal moeten terugschroeven, maar de echte kern van mijn specialisatie hou ik nog wel. Ik geef ook nu nog drie vakken en begeleid het onderzoek van vijf doctorandi. Maar ik besef dat het werk van een vicerector veel van je tijd opslorpt, zeker als het gaat om iets met zoveel aspecten als studentenbeleid. Je zou je zelfs kunnen afvragen of er wel voldoende eenheid in die portefeuille zit. Ik meen van wel.” “Het belangrijkste unificerend principe van mijn bevoegdheid is dat je zorg draagt voor meer dan 30.000 studenten. Dat gaat dan bijvoorbeeld van voeding en woongelegenheid tot psychisch welzijn, studiefinanciering en examenadministratie, een hele boterham, maar dat zijn dus zeker geen bevoegdheidseilandjes. Ik vind het ook erg belangrijk om voeling te houden met mijn collega’s. Studentenbeleid heeft bij-
voorbeeld heel veel raakvlakken met onderwijs. Misschien moet je dan soms je onderlinge bevoegdheden wat afbakenen, maar dat is geen probleem als je zorgt voor geregeld overleg en als je werkt vanuit een degelijke ploeggeest.” “Ik wil ook expliciete aandacht geven aan de algemene ontwikkeling van onze studenten. Dat betekent dat ook extra-curriculaire activiteiten beleidsmatige aandacht verdienen. En dat zou dan weer kunnen leiden tot vormen van symbiose of interactie tussen wat de universiteit doet en wat de stad doet. Op die manier kan je er vanuit Studentenbeleid toe bijdragen dat we studenten krijgen met een ruime, kritische blik.” “We moeten het nodige doen of blijven doen voor goede, betaalbare woongelegenheid. Eigen investeringen in huisvestingsprojecten kunnen een milderende invloed hebben op de prijsevolutie van het vastgoed in Leuven. Wat dat betreft, zit de universiteit op schema. Maar het gaat natuurlijk niet alleen om onderdak. Een
student heeft ook behoefte aan Mijn bevoegdheidsdomein wordt gemeenschappelijke ruimtes in daardoor natuurlijk erg veelzijdig de stad, bijvoorbeeld via het con- — wat ik boeiend vind.” “Voor mij is het essentieel dat cept van de leercentra.” de aanpak van de diversiteitsDiversiteit problematiek gevoed wordt door “Verder heb ik ook het hele pakket onderzoeksresultaten. Emoties rond diversiteitsbeleid onder mijn zijn natuurlijk niet verkeerd, hoede. Op dat vlak heb ik mis- maar als basis van een discussie schien wat minder beleidserva- binnen de universiteit vormen ring, al was het thema ook binnen ze een te smalle basis. Je moet de Onderwijsraad wel erg aanwe- er eerlijk en rationeel over kunzig. Daar hebben we ons bijvoor- nen praten, en daarom is goede beeld geregeld beziggehouden input uit de onderzoekswereld met de vertaling van grote diversi- van evident belang. Verder vind teitsprincipes naar de aanpassing ik het ook belangrijk dat het van het examenreglement aan de draagvlak voor de problematiek concrete noden van studenten verbreedt. Het mag niet beperkt met functiebeperkingen.” blijven tot het privé-domein van “Net als Studentenbeleid is ook werk- en actiegroepen. Dat betediversiteit erg ruim. Met gender- kent dat we moeten streven naar thema’s kom je automatisch bij een beter inzicht bij ruimere personeelsbeleid, en studentenre- geledingen van personeel en bij krutering heeft dan onder meer te de studenten. Dat zou er ook toe maken met aandacht voor onder- bijdragen dat er meer doorleefd vertegenwoordiging van bepaalde begrip komt voor de specificiteit studentengroepen, zoals studen- van de problematiek. Want daar ten met een sociaal zwakkere ach- komt het vaak op neer: men betergrond, studenten met een func- grijpt vaagweg wel dat er iets aan tiebeperking, werkstudenten, ... de hand is, maar men is niet al-
(© Rob Stevens)
tijd voldoende bereid om de consequenties daarvan door te trekken naar de eigen situatie.” “De eerstvolgende maanden wil ik me, wat studentenbeleid betreft, bezighouden met de opvolging van de kwaliteitszorg en met de detectie van een aantal pijnpunten. Ik wil ook de contacten met de Vlaamse regering uitbouwen, omdat de financiering van de studentenvoorzieningen op korte termijn belangrijke wijzigingen zal ondergaan door ontwikkelingen in de overheidsfinanciering.” “Wat het diversiteitsbeleid betreft, wil ik me concentreren op de stroomlijning van de interne structuren, en op het optimaliseren van de links tussen centrale en facultaire initiatieven. Dat groepeert de krachten en de ideeën.” “En vergeet bij dat alles ook de Associatie niet! Mijn bevoegdheidsdomeinen hebben immers van zeer nabij te maken met wat er op het vlak van de Associatie gebeurt.”
Vicerector Bart De Moor
“Vlaanderen heeft een enorm groot buitenland” Professor Bart De Moor is hoogleraar in de Faculteit Ingenieurswetenschappen, maar leidde geruime tijd een dubbelleven. Na zijn postdoc in Stanford bouwde hij eerst een onderzoeksloopbaan uit in de systeemtheorie en de regeltechniek, en later in de bio-informatica, maar combineerde dat vanaf het begin van de jaren ’90 tot recent met een carrière in het wetenschapsbeleid van België en Vlaanderen. Momenteel leidt hij een onderzoeksgroep met een 30-tal doctorandi. Hij is ook voorzitter van het Leuvense Industrieel Onderzoeksfonds en van de Vlaamse Herculesstichting en lid van de Vlaamse Academie van Technische Wetenschappen. Ludo Meyvis “Ik heb vele jaren gewerkt op de kabinetten van Wivina Demeester en Luc Van den Brande, als adviseur en kabinetschef, specifiek rond wetenschaps- en innovatiebleidbeleid. Onder minister-president Van den Brande is de financiering van wetenschap en innovatie zeer sterk toegenomen, quasi verdubbeld op vijf jaar tijd. Dat beschouw ik als een
van onze grote verdiensten toen. We hebben onder meer ook het VIB opgericht, en Technopolis. Het is natuurlijk prachtig werken als je gedurende vijf jaar per jaar twee miljard frank extra nuttig kan besteden. In 1999 maakte de dioxinecrisis een einde aan de toenmalige politieke constellatie, en ik ben toen voltijds teruggekomen naar de universiteit, waar ik dan het nieuwe onderzoeksdomein van de bioinformatica heb
aangesneden.” “In 2005 vroeg Yves Leterme me om zijn kabinetschef voor sociaal-economisch beleid te worden. Een van onze belangrijkste realisaties was het initiatief ‘Vlaanderen in actie’— ViA —, dat we zagen als een opvolger van Flanders Technology, met andere accenten. ViA is naderhand ook een belangrijk ingrediënt geworden voor het huidige Vlaamse regeerakkoord. Internationalise-
ring is trouwens ook een van de belangrijke pijlers van ViA. De kabinetswereld leert je omgaan met adrenalinestoten, en je ondervindt er aan den lijve wat echt hectisch werken betekent. Maar ook tijdens mijn kabinetswerk is de universiteit voor mij altijd de finaliteit gebleven, mijn echte habitat. Ik heb nooit een doorstoot in de politiek of de grote bedrijfswereld geambieerd, en heb mijn professioneel leven altijd gezien
23 september 2009
Beleid 9
Vicerector Jan Beirlant
“Kortrijk is geen eilandje” Jan Beirlant werd in 1956 geboren in Brugge. Hij studeerde wiskunde in Gent, maar behaalde zijn doctoraat aan de K.U.Leuven, waar hij ook zijn verdere loopbaan uitbouwde. Hij werd hoogleraar in de Faculteit Wetenschappen en specialiseerde zich in de wiskundige statistiek, onder meer met toepassingen in de verzekeringswiskunde. In 2003 werd hij decaan, en op 1 augustus trad hij aan als vicerector, bevoegd voor de Kortrijkse campus. Jan Beirlant
Ludo Meyvis “Ik heb niet in Leuven of Kortrijk gestudeerd, ik beken het meteen. Dat lag wellicht aan kleine dingen: ik kende gasten van mijn middelbare school die al in Gent studeerden, en het transport van Brugge naar Gent was veel eenvoudiger dan van Brugge naar Kortrijk. Je moet er dus geen zware, levensbeschouwelijke of andere motieven achter zoeken. En ook al was mijn liefde voor Leuven van latere datum, ze is er niet minder om.” “Toen rector Waer me vroeg om mee aan boord te stappen en vicerector voor Kortrijk te worden, heb ik daar natuurlijk even met mijn gezin over gepraat, maar hij heeft niet veel moeite moeten doen om me te overtuigen. Ik zag het meteen helemaal zitten. Ik realiseerde me wel dat het een vicerectoraat is dat je op een totale manier in beslag neemt. In Kortrijk word je meteen deel van een netwerk, en dat wordt ook van je verwacht. Je bent meer betrokken bij het politieke, sociale en economische leven van de regio. Dat palmt je misschien meer in, maar het schept tegelijk ook heel
in functie van de universiteit. Nu kan ik mij daar als vicerector internationalisering weer full-time op toeleggen. Ik twijfel er niet aan dat ik daar veel werk mee zal hebben, maar ik kan toch terugvallen op een bestaande structuur, en dat geeft wat meer rust.” “Internationalisering was vroeger een toegevoegde bevoegdheid, en krijgt nu een eigen vicerectoraat. Dat geeft aan hoe belangrijk het is voor de universiteit van de nabije toekomst. Het is natuurlijk geen nieuw concept, en er wordt al heel wat werk rond verricht. Het International Office, bijvoorbeeld, speelt een sleutelrol. De drie afdelingen, gecoördineerd door Bart Hendrickx, doen al jaren schitterend werk. Er bestaan ook al veel facultaire, departementale of individuele initiatieven die onder de noemer ‘internationalisering’ ressorteren. Maar op strategisch vlak is er nog wel groeiruimte. In deze fase zie ik mijn eigen taak vooral op dat niveau.” “Ik wil gevoeligheid creëren voor de waarom-vraag: dàt we meer studenten uit land X kunnen aantrekken, wil ik graag geloven, maar er moet een waaróm achter zitten. We moeten ook duidelijk win-win situaties onderkennen.
eigen mogelijkheden. Je moet wel in Kortrijk wonen, anders kan je de functie niet naar behoren invullen. Je staat er als vicerector ook middenin je bevoegdheidsdomein, letterlijk zelfs. Mijn kantoor ligt op drie stappen van de centrale hall, waar iedereen wel eens passeert. En mijn deur staat altijd open.” “Mijn bevoegdheid ligt in Kortrijk, maar ik voel me eerst en vooral vicerector van de K.U.Leuven. Voor mij is de Kortrijkse campus een component van de K.U.Leuven, natuurlijk wel met een heel eigen profiel, maar zeker geen onafhankelijk eilandje ergens ver weg van Leuven. Wat in Leuven gebeurt, heeft invloed in Kortrijk, en omgekeerd.”
Specifieke vrijheid “Ik ben nu volop bezig met gesprekken met alle residerende professoren, die me zonder uitzondering wijzen op de vele kansen van de campus. Studenten wijzen me bij herhaling op het unieke van de Kortrijkse situatie. Dat is natuurlijk een troefkaart die we moeten blijven uitspelen. Kortrijk is relatief
Zo bijvoorbeeld moeten we ontwikkelingssamenwerking ook meer zien als ‘research for development’. Dat zou ook een betere aanpak van prioritisering mogelijk maken: als je weet waarom je iets doet, kan je makkelijker bepalen wat het belangrijkst is.”
Best kept secret “Internationalisering heeft heel wat invalshoeken en raakpunten. Er is bijvoorbeeld de globalisering, die opportuniteiten creëert, maar ons ook tot bepaalde keuzes dwingt en ons aanmaant na te denken over onze positionering in de grote wereld. Ik ben er ook van overtuigd dat meer internationale contacten de creativiteit en verdraagzaamheid bevorderen, en dus een grote vormende waarde hebben. Je kunt het thema ook opentrekken en het economisch belang van internationalisering beklemtonen. Vlaanderen heeft een enorm groot buitenland. Je moet daar enerzijds in kunnen doorstoten, maar anderzijds ook je identiteit behouden. Internationalisering is ook relevant voor de interne kwaliteit: wie in zijn vakgebied wat wil betekenen, moet internationale normen halen, zowel voor onderzoek, onderwijs als dienstverlening. En laten we ook
(© Rob Stevens)
klein, wat in de hedendaagse wetenschappelijke wereld niet meteen als een voordeel geldt, maar als je het benadert als een goede voedingsbodem voor vlotte en sterke cohesie, voor laagdrempeligheid en voor een sterk wij-gevoel, dan maak je van dat mogelijke nadeel meteen een voordeel.” “Ik denk dat Kortrijk het meeste gebaat is bij de specifieke vrijheid die het nu heeft, die tegelijk immers ook een duidelijke band met Leuven blijft inhouden. Kortrijk moet of mag niet hetzelfde worden als Leuven, maar het mag er ook niet volledig los van staan. De band met Leuven is essentieel, en ik wil die dan ook blijvend aanhalen. De Kortrijkse eigenheid impliceert dat het nooit de bedoeling kan zijn een tweede Gent of een tweede Leuven te worden, maar wel een eerste Kortrijk. Door Kortrijk verzekert Leuven er zich van dat het nooit ‘alleen maar Hagelands’ zal zijn. Kortrijk is voor Leuven een mooie rekruteringsbasis, een stapsteen naar internationalisering, en natuurlijk ook een bruggenhoofd in de Associatie.”
“De schaal van Kortrijk betekent wel dat het meestal aan ons is om ‘het uit te leggen’, om initiatieven te nemen. Piet Vanden Abeele, mijn voorganger, heeft me op dat vlak duidelijk getoond hoe het moest. Ik kan terugvallen op het enorme netwerk dat hij heeft uitgebouwd. Dat zal ik zeker ook doen.” “Ik droom ervan om van Kortrijk een echte bachelor-campus te maken. Uiteraard zou dat moeten aansluiten bij de Leuvense toekomstvisie, maar ik wil er toch voor ijveren om Kortrijk op dat vlak verder uit te bouwen. De kritische massa zou vergroten, we zouden onze basis voor internationalisering gevoelig uitbreiden, en het zou ook een mooie opstap naar het eerste niveau van wetenschappelijk onderzoek vormen. Uiteraard moeten de mogelijkheden en studietrajecten die er nu zijn behouden blijven. Ik besef dat dit enige kosten met zich mee zou brengen, die ik zeker niet op Leuven wil afwentelen, maar ik voel wel dat ik niet alleen sta met deze wens.” “Verder wil ik hoe dan ook de al enkele jaren geleden ingezette groei verderzetten. Een status-
quo is geen optie.” “Kortrijk moet vooral zichzelf blijven, een plaats waar hoge kwaliteit in onderzoek en onderwijs gekoppeld wordt aan een leuke, boeiende, warme en eigenlijk unieke omgeving. Dat mag ook wel eens wat luider gezegd worden, vind ik, bijvoorbeeld door onze alumni. Kortrijk mag dan klein zijn, het is niet gering.”
niet vergeten dat onze internationale contacten, bijvoorbeeld bezoekende studenten of onderzoekers, onze beste ambassadeurs zijn — als ze in Leuven een goede ervaring opdoen, uiteraard.” “Die goede ervaring is er ongetwijfeld, al zijn er altijd mogelijkheden voor verbetering. Zo denk ik dat het onthaal van onze buitenlandse studenten al goed is, maar misschien moeten we hen ook nà die eerste weken wat beter opvolgen. Anders creëer je wel een multiculturele omgeving, maar kom je nooit tot iets echt intercultureels. En dat internationalisering in de lift zit, blijkt uit de cijfers: het aantal buitenlandse studenten is dit jaar gestegen met 20 procent. Momenteel is één op de tien studenten in Leuven van het buitenland afkomstig.” “Ik denk ook dat er groeiruimte is voor de omkadering van veel facultaire initiatieven. Het opzetten van een internationale master vergt heel wat voorbereidend werk, en het zou mooi zijn om de best practices daaromtrent wat te groeperen, of om de incentives om dergelijke projecten uit te bouwen, naar de initiatiefnemers toe, te verbeteren.” “Bij internationalisering gaat het er niet alleen om meer bui-
tenlandse studenten en docenten naar Leuven te halen. Het moet ook in omgekeerde richting. Op dit ogenblik gaat bijvoorbeeld maar ongeveer vijf procent van onze studenten via het Erasmusprogramma naar het buitenland. Dat percentage moet flink hoger kunnen, niet alleen via Erasmus, maar ook via andere kanalen.” “Misschien maken we nog wat te weinig gebruik van onze troeven. Denk aan K.U.Leuven Research & Development: dat stààt er echt, ook in vergelijking met de allerbeste buitenlandse universiteiten. Dergelijke speerpunten zijn essentieel om het ‘merk’ K.U.Leuven uit te dragen. Dat doen we wellicht nog te weinig. Leuven is nog teveel ‘Europe’s best kept secret’. Ook onze ontwikkelingssamenwerking kan je benaderen als een aspect van de internationalisering. Een bundeling van de krachten tot een grotere kritische massa zal op dat vlak zeker zinvol zijn, net als de positionering van ons internationaal beleid in dat van Vlaanderen, België en Europa.” “Internationalisering is iets transversaals, doorheen de hele organisatie. Het heeft zijn weerslag op ons onderzoek, ons onderwijs, onze dienstverlening,
op alle aspecten en geledingen van wat we zijn. Dat maakt het tot een complex maar natuurlijk ook mooi en uitdagend domein, waarvan ik graag zou zien dat het door zoveel mogelijk leden van de universiteit gedragen wordt. Bottom up input met top down begeleiding gaan het beste hand in hand, om zo de beste resultaten te garanderen. Daar wil ik toe bijdragen.”
Bart De Moor
(© Rob Stevens)
10 Personeel
campuskrant
“Dankzij noodnummer 2222 winnen we cruciale minuten” Bij brand, een ongeval, een inbraak of andere noodgevallen in een gebouw van de K.U.Leuven bel je beter niet op eigen houtje naar de hulpdiensten. Voor elke noodoproep kan je terecht op het intern nummer 2222. Jozefien Van Beek “Veel mensen vragen zich af waarom ze bij een crisissituatie niet rechtstreeks naar de algemene noodnummers mogen bellen”, zegt Yves Dejaegher, noodplancoördinator van de Dienst Veiligheid, Gezondheid en Milieu van de K.U.Leuven. “Normaal bel je bij brand gewoon naar de brandweer en bij een ongeval naar de 100. Toch kan je dat beter niet doen bij een noodsituatie in een gebouw van de K.U.Leuven.” De universiteit heeft namelijk een intern noodplan dat steeds geactiveerd kan worden als iemand het noodnummer 2222 verwittigt. “Bij een noodoproep waarschuwen de telefonisten van de Centrale Dispatch zo nodig ook de brandweer, ambulance of andere hulpdiensten. Bovendien kunnen zij er dankzij ons intern noodplan voor zorgen dat onder andere de slagbomen worden geopend als de hulpdiensten ter plekke arriveren. De telefonisten geven de hulpdiensten ook zo veel mogelijk informatie. Ze leggen hen bijvoorbeeld uit hoe ze precies moeten rijden. Het is immers niet evident om het juiste gebouw te vinden op een campus. Als de externe hulpdiensten dan moeten beginnen zoeken, verliezen ze cruciale minuten.” Het noodnummer kan gebeld worden bij algemene veiligheids-, gezondheids- en milieuproblemen. “Het kan onder meer gaan om brand of chemische incidenten”, aldus Dejaegher. “Ook bij ongevallen op het domein van de K.U.Leuven moet het intern noodnummer gebeld worden. Er kan bijvoorbeeld een zwaar labo-ongeval plaatsvinden met een explosie. Maar ook
bij criminele zaken, zoals een vechtpartij, een bommelding of een verdacht persoon, moet het noodnummer gebeld worden. Wij waarschuwen dan de politie.” Als er dringende technische interventies nodig zijn kan er ook beroep worden gedaan op het noodnummer. “Maar alleen als er iets is gebeurd dat schade kan berokkenen aan een gebouw of personen. Bij een groot wa-
“Voor het vervangen van een lamp is het nummer niet bedoeld.” terlek bijvoorbeeld, of een omgevallen boom of loshangende elektriciteitsdraden. Voor kleine dingen zoals het vervangen van een lamp is het noodnummer natuurlijk niet bedoeld.”
Brandje Hoe vaak het noodnummer precies gebeld wordt, kan Dejaegher niet exact zeggen. “We houden niet alle oproepen bij. Wel kan ik zeggen dat er gemiddeld één brandje per maand gesignaleerd wordt, al varieert het aantal interventies wel per jaar. Juli en augustus zijn tamelijk rustige maanden. In het begin van het academiejaar wordt het wat drukker en tijdens de feestperiode is er een piek van noodoproepen. Op drukke momenten zetten we
meer mensen in bij de centrale dispatch, waar er 24 uur op 24 permanentie is. In het weekend zitten er één à twee personen, op een weekdag drie tot vijf. Als er een groot incident is, komt er nog versterking.” Sinds kort promoot de K.U.Leuven slechts één noodnummer, namelijk 2222. Ook mensen in Campus Kortrijk kunnen nu datzelfde nummer gebruiken. Wie een noodoproep doet
moet zijn naam en functie doorgeven alsook de naam van het gebouw en eventueel het lokaal. Uiteraard wordt er ook gesproken over de reden van de oproep. Nadien moet de beller ter plaatse ter beschikking blijven om de hulpdiensten de nodige informatie te verschaffen. Noodnummer: 2222, voor gsm: (t) 016 32 2222 http://www.kuleuven.be/ noodnummer
Ontdek eenvoud, begin bij uw administratie www.kuleuven.be/kufka
23 september 2009
Personeel 11
De passie Een sterrenkundige die handtekeningen van sterren verzamelt? Een poetsvrouw die aan modderworstelen doet? Een waterbouwkundige die familiefeestjes opluistert met een vuurspuwersact? Een godgeleerde die drumt bij een satanische rockband? In deze rubriek plukken wij de passievruchten van personeelsleden en laten u ervan proeven.
“ Altruïsme is echt typerend voor de Nepalezen” Annelies Vandenplas An Moerenhout (25) is verbonden aan de Cel Onderwijscommunicatie. Enkele jaren geleden was ze één van de oprichters van het Sankarproject dat straatarme Nepalese kinderen de kans geeft onderwijs te volgen. “Drie jaar geleden reisde ik, samen met mijn tante, voor de eerste keer naar Nepal. In plaats van rond te trekken, zoals de meeste toeristen doen, bleven we ongeveer een maand in Bhaktapur. Daar leerden we Ram kennen, een van de vele straatkinderen. Hij had nooit school gelopen en was naar de stad gekomen om geld te verdienen voor zijn ouders en drie jongere broertjes. Maar zoals zovelen belandde hij op straat. Je kan het straatbeeld daar wat vergelijken met dat uit de film Slumdog Millionaire. De armoede en werkloosheid zijn groot. Een leerkracht verdient zo’n 20 euro per maand. Maar dat betekent ook
dat je met heel weinig middelen twintig kinderen. Het is de bedoeling dat zij later op hun beurt les van hier heel veel kan doen.” kunnen geven in hun dorpjes.” Tekeningen “Als meter of peter van zo’n kind “Toen we de broertjes van Ram word je op de hoogte gehouden ontmoetten wilde ik echt iets van zijn of haar studieresultaten. doen. Zij waren nog jong genoeg Je krijgt ook regelmatig tekeninom naar school te gaan. Voor am- gen en brieven toegestuurd. Vorige per 70 euro per jaar kan je een zomer is het koppel dat Surya — kind in Nepal onderwijs en de het middelste broertje van Ram — kans op een nieuw leven geven. sponsort meegereisd naar Nepal. Zo werd ik meter van Rajendra. Zij hebben hem daar ontmoet en Dat was meteen de start van het zijn een dagje op uitstap geweest, project. Sankar is de naam van wat hoogst ongewoon is voor een het jongste broertje van Ram. kind daar. Sindsdien is er echt een In het Hindoe betekent Sankar band tussen hen ontstaan.” ‘de gelukkige’ of ‘Hij die geluk maakt’, wat we een toepasselijke Altruisme Wanneer ik haar vraag wat haar naam vonden voor ons project.” “We werken samen met twee het meeste bijblijft van de reizen schooltjes in Bhaktapur. Met het naar Nepal, antwoordt ze resoSankarproject willen we ener- luut: “De mensen. Ze hebben, in zijds de kwaliteit van de school en vergelijking met ons, materieel de leerkrachten garanderen en gezien niks maar hun innerlijke anderzijds kinderen steunen die is zo rijk. Het is ongelooflijk hoe anders niet de middelen zouden opgewekt en hoopvol ze blijven. hebben om naar school te gaan. Ze doen ook alles voor iemand Ondertussen sponsoren we al anders; dat altruisme is echt ty-
An Moerenhout
perend voor de mensen daar. Als je hen een cadeautje geeft, geven ze er twee terug en dan lachen ze er zelf ook ’n beetje mee: ‘zo gaan we natuurlijk nooit rijk worden hé’.” (lacht) “En de kinderen zijn zo leergierig en grijpen de kansen die ze krijgen met beide handen aan. Zo werd een meisje dat als vrijwillig-
(© Rob Stevens)
ster les gaf in een van de schooltjes, elke ochtend om zes uur wakker gemaakt door haar leerlingen met de vraag ‘kunnen we onze woordjes herhalen?’. Ze zijn supergedreven omdat ze beseffen hoe belangrijk onderwijs is. Het betekent voor hun toekomst een verschil van dag en nacht.” http://www.sankarproject.org
Noodgeval? Emergency? 016 32 22 22 www.kuleuven.be/noodnummer www.kuleuven.be/emergency
Advertentie
Capella Academica zoekt stemmen Personeelskoor Capella Academica start, in samenwerking met het Elewijts Bachkoor en het strijkensemble Ultraviolet, met de repetities voor een uniek kerstconcert, onder de deskundige leiding van Inge Feyen. De uitvoeringen vinden plaats op 10 en 12 december. De Capella Academica repeteert elke dinsdag van 20 tot 22u in het Kartuizerklooster, Bankstraat 75, Leuven. Notenkennis is nuttig, maar geen absolute vereiste.
Groot Park
Wonen in een oase van groen en rust
http://www.capellac.be of
[email protected]
Ruime villa-flats Lovenjoel Salve Mater (5 km van Leuven)
Slechts 6% btw op volledige bedrag Zuid - terrassen Vanaf € 209.000 GvͲWgͲGdvͲGvkrͲGvv
Gezamenlijke ontwikkeling van ViRiX en K.U.Leuven
www.grootpark.be 03/443.06.35
12 Internationaal
campuskrant
Een vleugje India in Leuven Dankzij uitwisselingsprogramma Erasmus Mundus krijgen studenten en academisch personeel van over de hele wereld de kans om aan een Europese universiteit te studeren en te werken. Na Rusland werkt de K.U.Leuven nu ook samen met India. Lien Lammar Twee van de tientallen studenten die Erasmus Mundus een ticketje India-Leuven bezorgde, zijn Vinay Jayaram (26) en Roshan Oinam (24). Vinay doctoreert aan de Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen en kwam enkele maanden geleden aan in Leuven. “België is wereldwijd bekend om zijn onderzoek op het gebied van wetenschap en technologie”, vertelt Vinay. “Tijdens mijn onderzoek in India kwam ik vaak op publicaties terecht van professoren van de K.U.Leuven. Toen ik de kans kreeg om naar Europa te komen, hoefde ik niet lang te twijfelen om voor Leuven te kiezen.” “Vanaf dag één ben ik fantastisch opgevangen door mijn promotor, professor Christophe Courtin, mijn co-promotor Jan Delcour en mijn collega’s in het departement. Ze doen alles om de aanpassing aan het werken en leven hier zo gemakkelijk mogelijk te maken. Ik voel mij al goed thuis. Natuurlijk mis ik mijn familie, maar gelukkig is er internet om bijna dagelijks contact te houden. Binnenkort ga ik Nederlandse les volgen. Als ik hier over vier jaar weg ga, wil ik toch wel wat Nederlands kunnen.” Roshan, die een Master of Advanced Business Studies gaat volgen aan de Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen, landde pas eind augustus in ons land. Op de luchthaven van Zaventem ging het even mis: “Ik was helemaal in de war. Moest ik een taxi tot Leuven nemen of de trein? En welke trein? Gelukkig kwam ik een aantal andere Indiase studenten tegen die me op weg hielpen. Die eerste dagen voelde ik me erg alleen en wilde ik eigenlijk liever meteen op het vliegtuig terug naar huis springen. (lacht) Nu gaat het gelukkig al beter, al mis ik mijn ouders en
Roshan Oinam (grond) en Vinay Jayaram (lucht) .
mijn vriendin enorm.”
Minder stress Vinay heeft zich de voorbije maanden al meermaals verbaasd over het leven van de Leuvense studenten. “In India ligt de focus aan de universiteiten meer op je studies en is er bijna geen tijd over voor sport of cultuur. Hier heb je veel meer evenwicht tussen studeren en ontspanning en dus veel minder stress.” Die vrije tijd gebruikt Vinay maar al te graag om zijn nieuwe tijdelijke thuisland beter te leren kennen. “Iemand zei me dat achter elke vierkante meter in België een verhaal zit. Jullie ge-
Aangesproken wild Achter de infobalie van de studenteninschrijvingen duikt al wekenlang het vrolijk blonde hoofd van Marijke Herremans op. Hoe komt ze daar terecht? “Ik zag een vacature op de website van de Jobdienst. Dit is mijn laatste week, daarna moet ik het echte leven in. Maar het is hier heel aangenaam, zowel de andere jobstudenten als de vaste mensen zijn echt fijn om mee te werken.” “De job zelf is ook tof. Je kunt de hele tijd mensen helpen — als ze vragen hebben komen ze bij ons aan de infobalie terecht en meestal kunnen wij hun probleem oplossen. Maar soms werkt het ook omgekeerd: mensen moeten als eerste stap van de inschrijving bij ons langskomen, wij checken dan of ze de juiste documenten bijhebben. Soms is dat niet het geval en moeten we ze terug naar huis
sturen, en dat is niet altijd bij de deur. Zeer vervelend natuurlijk, en we krijgen dan wel eens een flink venijnige reactie. Mensen begrijpen blijkbaar niet altijd dat wij maar de boodschappers zijn. Een job met verantwoordelijkheid en variatie dus.” “En een extra spaarcent is ook zeker welkom. Zo kom ik het jaar wat vlotter door én kan ik op vakantie. Hoewel, dit jaar zal ik er vooral op moeten teren tot ik werk heb gevonden. Ik heb pedagogische wetenschappen gestudeerd, maar zou graag de sociaal-culturele richting opgaan, zoals het begeleiden van asielzoekers. We zullen zien. Nu moet ik weer gaan helpen, anders wordt de wachtrij te lang (lacht).” (Tekst en foto Rob Stevens)
(© Rob Stevens)
schiedenis is ongelooflijk.” Ook Roshan merkte bij het krijgen van zijn lesrooster al meteen het verschil. “In India zit je van negen tot vijf in de les, aanwezigheid verplicht. Ook op zaterdag. Als je dan om zes uur ’s avonds thuis komt, heb je geen energie meer om iets anders te doen. In Leuven hebben studenten veel meer tijd om te sporten en te studeren. Ik heb mijn eerste badmintonles al achter de rug.” “Verder heb ik al bijna elke dag zelf gekookt. Op restaurant begrijp ik toch niets van de menukaart. In de supermarkt heb ik wel al alle soorten bier gekocht die ik kon
vinden. (lacht) In vergelijking met India is dat hier heel goedkoop.” Of België ook vreemde kanten heeft? Vinay: “Het weer is zo onvoorspelbaar. Op één dag maak je hier alle klimaten uit India mee.” Roshan: “Weet je wat ik niet zo leuk vind? Dat ik met mijn vuile was over straat moet lopen als ik mijn kleren wil gaan wassen. Heel vreemd. (lacht) Wat ik dan wél weer geweldig vind, is dat de auto’s en bussen stoppen als je de straat wil oversteken. In India heeft iedereen altijd haast en moet je echt uit je doppen kijken. Hier voel ik mij een pak veiliger op straat!”
http://www.kuleuven.be/internationaal/onderwijsprogramma/ erasmus_mundus.html
Onze fotograaf begeeft zich in de jungle van het studentenleven en spreekt een wildvreemde aan.
23 september 2009
Doctoraat 13
Quatre-mains Geamuseerd en geconcentreerd proberen rector Mark Waer en ererector Marc Vervenne de nieuwe beiaard van het Groot Begijnhof uit, tijdens de feestelijke voorstelling op 9 september. Met iets ervarener hand speelde de Antwerpse stadsbeiaardier Geert D’hollander een inhuldigingsconcert voor het 150-koppige publiek. Het nieuwe instrument hangt in de Sint-Jan-de-Doperkerk en is een uitbreiding van het automatisch klokkenspel van 16 klokjes dat daar in 1998 geplaatst werd. De 45 klokken van de nieuwe beiaard worden bespeeld door middel van een stokkenklavier. “Dit instrument voegt spiritualiteit — in de juiste betekenis van het woord — toe aan het Groot Begijnhof”, zei ererector Vervenne bij de inhuldiging. http://www.kuleuven.be/cultuur/beiaard/
(© Rob Stevens)
Duitse gepensioneerde haalt vijfde doctorstitel in Leuven Eén dag na zijn vijfde (!) doctoraatsverdediging oogt de Duitser Karl Heinrich Theisen opmerkelijk fris. “Er waren een paar pittige vragen, maar ik zat nooit om een antwoord verlegen. Ik ben jaren advocaat en burgemeester geweest en ben niet bang van een stevige discussie.” Het moeilijkst vond Theisen het lange rechtstaan in de promotiezaal in de Naamsestraat. Hij kreeg last van zware benen — geen schande, als je vijfenzeventig bent. Barbara De Munnynck Sinds hij tien jaar geleden op pensioen ging, promoveerde Karl Theisen al vier keer. Voor de academische doctorstitel hoefde hij dat niet te doen, want die voert hij al sinds 1982. De jurist wou gewoon iets doen met de informatie die hij in de loop der jaren verzamelde. “Eind jaren ’60 werd ik burgemeester van Prüm, een stadje in de westelijke Eifel. De geschiedenis van de lokale Benedictijnenabdij en Lievevrouwenstichting boeide me, en ik dook in archieven en vertaalde protocollen. Veel kon ik daar niet mee. Ik was net dertig toen ik burgemeester werd, half zo oud als de meeste leden van mijn stadsraad. Ik had andere katten te geselen!” Ook in zijn verdere carrière – als hogeschooldocent, diaken en godsdienstleraar – had Theisen het druk. Des te meer omdat hij voortdurend bij studeerde: filosofie, theologie en kerkrecht. Pas na zijn pensioen vond hij de tijd om zijn kennis over de Prümse Lievevrouwenstichting te bundelen, aan te vullen en op te schrijven. Doctoraten in München (in 2000) en Bamberg (in 2003) waren het resultaat. In 2006 volgde een biografie van Nicolaus von Prüm. “Bij mij leidt de ene verhandeling vaak spontaan tot de volgende. Ik schrijf studies met drieduizend voetnoten! Wie pakt een doctoraat tegenwoordig nog zo grondig aan? Nicolaus was lid van de Lievevrouwenstichting in Prüm, en werd één van de grondleggers van de Leuvense universiteit. Hij was nog maar zeventien toen men de paus van zijn kwaliteiten op de hoogte bracht. Het leven van die man moest ik uitspitten!”
Vijfvoudig doctor Karl Heinrich Theisen
over Nicolaus onder Leuvense begeleiding geschreven: “Dat leek me evident. Nicolaus was de eerste professor kerkelijk recht aan de K.U.Leuven en hield in 1426 de openingsrede!” Uiteindelijk werd Theisen in 2006 doctor in het kerkelijk recht aan de La Sapienza universiteit in Rome. Pas op 29 juni van dit jaar verdedigde hij een proefschrift in Leuven. Promotor was dit keer professor Jean Goossens, onderwerp Johannes van Groesbeek, de eerste professor privaatrecht aan de K.U.Leuven. Daarmee dook Theisen voor de Mein Nicolaus tweede keer in de ontstaansgeLiefst van al had Theisen zijn werk schiedenis van onze universiteit.
“Een periode met buitengewoon boeiende problemen. Hoe lagen de relaties met de stad, de bisschop, de hertog? Waar vond men lokalen? Welke mensen wou men erbij betrekken en welke juist niet?” Theisen maakt er geen punt van dat hij zich als Duitser in de opstartfase van een Belgische instelling verdiept. “Ach wat, van die landen was er toen nog geen sprake. We waren één Heilige Roomse Rijk.” Uit zijn woorden blijkt wel een duidelijke voorkeur voor de ene grondlegger boven de andere. Hij heeft het consequent over ‘mein Nicolaus’ en ‘der Groesbeek’. “Ik bewonder Nicolaus omdat hij een
(© Rob Stevens)
wonderkind was, dat met twaalf al universitaire studies begon. Groesbeek was van adel en had het gemakkelijker.” Uit documenten blijkt dat Groesbeek voor grofweg hetzelfde werk dubbel zoveel betaald werd als Nicolaus. “We zullen nooit weten wat dat betekende voor hun relatie. Historische bronnen bewaren de feiten, niet de gevoelens.” Komt er nog een derde biografie over een Leuvense coryfee? Theisen schudt het hoofd. “Ik heb voldoende bronnenmateriaal in mijn pc en zelfs nog zin om eraan te beginnen, maar ik vrees dat mijn vrouw dan gaat protesteren. Je kunt je tijd maar één keer ge-
bruiken. Ik breng nu al tien jaar in archieven en mijn werkkamer door. Het wordt tijd om samen een paar reisjes te maken.”
14 Leven na Leuven
campuskrant
Germanist en journalist
Greet Op De Beeck Stel het u voor: Greet Op De Beeck met grijze haren en een leesbrilletje. Zo ziet de VRT-journaliste en partner van Patrick Dewael er wellicht uit ten tijde van haar pensioen, wanneer ze wil terugkeren naar de universiteit. “Ik zal zo’n oudje zijn dat talloze colleges bijwoont. Je moet je hersenen laten knetteren, ongeacht je leeftijd!” Een gesprek met een bijwijlen vlijmscherpe geest.
“Ik wil niet zo snel iets” Katrien Steyaert
Germaanse was heel doordacht maar ik had ook verpleegster, dokDe titel van deze interviewreeks ter, classicus of economist kunkon voor Greet Op De Beeck (37) nen worden. Je kunt nooit breed niet beter gekozen zijn; haar ech- genoeg opgeleid zijn!” te leven begon na Leuven. “Toen pas had ik een vrij gevoel en be- Het Woestijnvisgen gon ik lol te krijgen in het leven”, Op De Beeck laat zich in het gebekent de germaniste. “Post hoc sprek niet makkelijk kennen maar ben ik wel jaloers op zij die alles over haar leergierige inborst valt uit hun studententijd halen. Als niet te twijfelen. “Als kind pikte ik het echt aanvoelt als de mooiste graag nieuwe woorden op van voltijd van je leven, kan het dat ook wassenen en zocht ze dan op. Suzijn. Maar een pak mensen zitten pertrots was ik toen we in de lagere op dat moment nog niet goed in school voor het eerst een woorhun vel. Ik behoor tot die laatste denboek mochten gebruiken! Nu google ik nog constant feiten en categorie”, zegt ze berustend. Na haar kandidaturen in Ant- mensen. ‘Wat hebben we vandaag werpen verhuist ze naar Leuven. op school geleerd?’ is echt mijn “Ik zat niet graag op kot maar dat norm. Ik moet heel erg uitkijken ligt vooral aan de aard van het dat ik kinderen, maar ook volwasbeestje.” Toch schort er ook wat senen, in mijn buurt niet begin te aan de locatie. “Leuven is een bio- onderwijzen”, bloost ze. toop, geen stad. Ik kom hier niet Gelukkig stilt haar journalistiegraag terug. Ik heb elke keer een ke job haast dagelijks haar honger parkeer- of snelheidsboete, ver- naar kennis. “Aan de radio mag schrikkelijk! Bovendien beriepen nog altijd niemand raken! Dankheel wat proffen zich in mijn tijd zij mensen als Betty Melaerts op de traditie van de K.U.Leuven, wist ik al heel vroeg dat ik bij de en gaven meer blijk van pretentie VRT-radio wilde terechtkomen. dan inhoud. Veel van mijn licen- Tijdens mijn studies werd ik er tievakken leken in het ijle te zwe- promotiemeisje en doorkruiste ven. Iets als poëziekritiek is niet ik met een Espace het hele land, helemaal onnozel maar ik betwij- geweldig! Mijn thesis, over literafel of je er zolang mee bezig moet tuur op de radio, was het perfecte zijn.” Gelukkig was het was niet alibi om met producers als Jeanal kommer en kwel. “Ik hield van Pierre Rondas en Dree Peremans de academische manier van les- te gaan praten.” geven, ex cathedra. En mijn beste Ik noteer ‘strategisch’ en ‘amvriend leerde ik pas goed kennen bitieus’, maar ze nuanceert. “Ik ben niet ambitieus in de zin dat in Leuven.” “Het ligt ook aan mij, hoor”, be- ik dingen wil om te willen, incluseft ze. “Sommige docenten waren sief de lelijke neveneffecten die ik wellicht gepassioneerder dan ik ze soms te zien krijg. Als ik iets wil, inschatte. Ik heb er spijt van dat ga ik er 100 procent voor maar ik ik het dogma hanteerde dat je of wil niet zo snel iets”, glimlacht een taalmens of een wetenschaps- ze. Radio dus wel. “Mijn beginpemens bent. Van die laatste catego- riode bij Radio 2 Antwerpen was rie geloofde ik dat ze weinig hu- heel fris. Ik heb er ongelooflijk mor hadden, maar had ik me iets veel gelachen. Maar daar zat ik meer opengesteld dan had ik mis- dan eindelijk, en ik dacht ‘Wat schien zelf een wetenschappelijke moet ik nu vertellen? Ik heb nog richting gekozen. Mijn keuze voor niet geleefd’. Ik was beschermd
(© Rob Stevens)
opgevoed, had een rechte lijn van school naar radio gemaakt en woonde nog thuis, dat wilde ik ook. Mijn eerste reportage draaide ik over archeologie in mijn eigenste Kontich. Het ging over een pot en een deksel”, grinnikt ze. Haastig voegt ze eraan toe: “Ik wil niet spottend doen want alles is interessant.” Zo ook de talloze onderwerpen die ze aansnijdt als Radio 1-reporter voor De Zuidkant en later
ter Wereld is daar wellicht niet vreemd aan. Maar dan barst de storm los. Het nieuws over haar relatie met Patrick Dewael dwingt haar tot een overstap naar de cultuurcel van het televisiejournaal. Onder de voorzichtigheid waarmee ze erover vertelt, schemeren littekens. “Op zo’n turbulentie kan je niet voorbereid zijn”, zucht ze. “Gelukkig kon ik — en de opinie met mij — me aanpassen. Maar
“Je moet er maximaal van profiteren dat je als student niets anders moet doen dan babbelen en nadenken.” Voor de dag. “Het Woestijnvis-gen ontbreekt me. Ik ben niet speels genoeg om die tongue-in-cheektoon aan te slaan, maar ik ben tevreden dat ik zachtjes aan richting informatieve berichtgeving ben geëvolueerd.” Tussen 2000 en 2005 werkt ze voor de radionieuwsdienst. In dat laatste jaar wordt ze Radiopersoonlijkheid van het Jaar; haar fel gesmaakte deelname aan De Slimste Mens
ik had ruim twee jaar nodig om aan het medium te wennen. Ik had het er echt niet voor! Uit mezelf zou ik de overstap nooit gemaakt hebben”, benadrukt ze. “In de cultuurcel kreeg ik soms een Germaans gevoel. Ik vind cultuur zeer boeiend, een absolute noodzaak! Maar er bestaat ook veel ‘zever in pakjes’. Bovendien leverde ik bijna dagelijks een gevecht met de eindredactie die
vond dat culturele evenementen niet pasten in het journaal. En heel eerlijk? Ik kon hen soms volgen. Daardoor toonde ik me niet altijd even strijdlustig.”
Ze speelde accordeon Alle minpunten ten spijt heeft Op De Beeck in haar dertien jaar als journalist nog geen betere job kunnen ontdekken. “Ik ben geen dossiervreter maar geniet er intens van als ik mezelf vergeet in een onderwerp, als is dat de Mexicaanse griep.” Sinds maart 2008 maakt ze deel uit van de buitenlandredactie van het journal, waar ze 4/5e werkt. “In oktober trok ik naar Indonesië, in het spoor van enkele ngo’s. Daar rijpte de droom om een langere documentaire te maken, maar de plannen zijn nog vaag. Ook reizen doe ik om te leren. Ik pagina 15
23 september 2009
pagina 14 bezoek veel liever lelijke plekken dan trekpleisters als Java en Bali. Op mijn persoonlijke verlanglijstje staan nog OostEuropa, heel Afrika en het doorkruisen van de Verenigde Staten!” Als we dan toch in haar glazen bol gluren, vraag ik haar of ze een kinderwens heeft. “Vroeger zag ik mezelf zeker met drie kinderen maar ondertussen kan ik met zekerheid zeggen dat dat nooit zal gebeuren”, glimlacht ze. “Voor kinderen moet je een kader hebben; ik heb andere keuzes gemaakt.” Intrekken bij Patrick Dewael bijvoorbeeld. “Tongeren ligt in een prachtige streek, heel groen, bijna exotisch! Ik fiets er graag rond. Nee, niet met Patrick”, lacht ze. “Hij heeft altijd gekoerst en ik hou er niet van constant boven mijn krachten te rijden. Ik stippel mijn eigen routes uit, dat deed ik al in mijn jeugd. Het liefst fiets ik ze in de schemer. Een romantische ziel? Reken maar van yes!” Haar keuze voor de schone melancholie van de accordeon moet dus niet verwonderen. “Ik volg sinds twee maanden privélessen”, zegt ze enthousiast. “Ik neem ook zangles en speel piano. Net als accordeon kan die alle stijlen aan, van tango en jazz tot klezmer.” Ook haar geest scherpt ze aan. “Ik probeer veel te lezen. Ik hou enorm van de eenvoudig mooie boekjes van Eric-Emmanuel Schmitt. Op dit moment probeer ik Alleen maar nette mensen van Robert Vuijsje uit te krijgen. Als zo’n gimmick al de Gouden Uil krijgt …”, fronst ze bedenkelijk. Kritisch blijven is de boodschap, zelfs als het over haar geliefde medium gaat. “Als ik dan toch rijper en ouder moet worden, zie ik mezelf eerder bij Klara dan bij Radio 1 werken. Die zender gaat echt achteruit. Het is doodjammer dat radio zo ontmenselijkt wordt. Het superbelangrijke beroep van muzieksamensteller wordt bijna helemaal vervangen door computers. En die programmeren bijna alleen de best verkochte platen. Het Mattheüseffect speelt sterk in de media, maar je kunt alleen maar wachten tot het overgaat. Ook daarin ben ik misschien te gelaten.” Intellectueel geeft ze wel blijk van initiatief. “Ik zal zo’n oudje zijn dat colleges aan de universiteit bijwoont. De oninteressante vakken en onuitstaanbare proffen zou ik er niet meer bijnemen, maar voor het student-zijn teken ik meteen. Dan knetteren je hersenen het hardst. Dat moet ook zo. Je moet er maximaal van profiteren dat je als student niets anders moet doen dan babbelen en nadenken. Dat heb ik alleszins gedaan! Ik ben ervan overtuigd dat je je hersenen even hard moet trainen als de rest van je lichaam. Sommige 88-jarigen zijn daardoor frisser dan sommige 25jarigen”, zucht ze. “Het is je menselijke plicht om alert te blijven!”
Alumni 15
“Een blinde leest lichaamstaal anders, maar daarom niet minder goed” “Het kan kloppen dat iemand die ziet veel informatie haalt uit wat hij met zijn ogen vaststelt. Dat betekent nog niet dat blinde of slechtziende mensen diezelfde dingen niet opmerken. En ik heb al vaker meegemaakt dat ik dingen vaststel die anderen met hun ogen missen.” Advocaat en alumnus Rudi Bollen laat zijn visuele handicap zijn werk niet in de weg staan. Ines Minten In juni citeerde Campuskrant oud-rechter en professor emeritus Armand Vandenplas in een artikel uit Het Laatste Nieuws. Die bleek bedenkingen te hebben bij de aanstelling van Bart Hagen, de eerste blinde rechter in ons land. Hij haalde vooral de non-verbale communicatie van beklaagden en getuigen aan als mogelijke hindernis voor een blinde in de rechtszaal. Rudi Bollen was het niet eens met de uitspraken van Vandenplas. “Veel mensen verlaten zich uitsluitend op hun ogen als ze iemands houding willen inschatten. Daardoor lopen ze een even grote kans om cruciale informatie te missen. Als ik iemand de hand geef, voel ik of die persoon onzeker overkomt. Ik ruik of hij alcohol gedronken heeft. Ik hoor of hij aarzelend spreekt of tegenstrijdige dingen zegt. Ook als een gesprekspartner je niet aankijkt terwijl hij spreekt, kun je dat horen.” “Je mag er dus niet zomaar vanuit gaan dat ziende mensen alles correct interpreteren en blinden niet. Je ontmoet hier en daar wel eens rechters en advocaten met gebrekkige sociale vaardigheden. Daar valt niemand over, terwijl een gebrek aan empathisch vermogen me net wél een ernstige handicap lijkt binnen justitie.” Verbitterd klinken is het allerlaatste wat Rudi Bollen wil. “Maar het doet geen deugd om zulke dingen te horen, terwijl ik zelf al twintig jaar in het vak zit. Mis-
schien zijn er potentiële cliënten die mij niet als advocaat kiezen omdat ik blind ben; dat weet ik natuurlijk niet. Maar er is er nog geen enkele geweest die om die reden bij me weggelopen is. Ik krijg net zeer veel respect van mijn cliënten”, zegt hij. “Ik twijfel dus ook geen seconde aan de competenties van rechter Hagen. Je moet ook niet vergeten dat die man in de loop van de jaren al grondig is doorgelicht, eerst door een heleboel proffen aan de universiteit, daarna door heel wat magistraten. Hij heeft zijn strepen dus al ruimschoots verdiend.”
Doenbaar “Natuurlijk heeft een blinde beperkingen, maar er zijn tegenwoordig heel veel hulpmiddelen om die te omzeilen. We leven in het digitale tijdperk en dat schept enorme mogelijkheden. Bij justitie verloopt de digitalisering echter bijzonder moeizaam. Het zou blinde advocaten en rechters bijvoorbeeld enorm helpen als gerechtelijke dossiers per definitie elektronisch beschikbaar zouden zijn. Daardoor zouden we veel minder in de weer moeten zijn met scanners en dergelijke. Het zou prettig zijn als iemand zoals Armand Vandenplas zijn invloed zou aanwenden om bijvoorbeeld de toegankelijkheid van de dossiers te bevorderen. Technisch is het allemaal perfect mogelijk. Het moet alleen gebeuren.” Rudi Bollen studeerde af in 1989. “Ik heb rechten gekozen omdat ik me interesseerde voor recht, poli-
Advocaat Rudi Bollen
tiek en de samenleving. Ik wou het graag voor mensen opnemen. Nu kun je bijna alle teksten scannen en via tekstherkenning laten omzetten in spraak. Toen ik begon te studeren, had je zulke technieken niet of nauwelijks. Ik was dus veel
(© Rob Stevens)
meer aangewezen op studiegenoten die bijvoorbeeld een cursus voor me wilden inlezen of me wilden helpen met opzoekwerk. Dankzij de technologie wordt alles almaar beter doenbaar.” Zie ook de lezersbrief op pagina 2.
College duurzame Nieuwe portaalontwikkeling site vanaf half oktober online Sinds een vijftal jaar biedt de K.U. Leuven een Interdisciplinair College voor Duurzame Ontwikkeling aan (ICDO). Doelgroep zijn hoofdzakelijk – maar niet uitsluitend – studenten ingenieurswetenschappen. Het intiatief voor de lessenreeks werd genomen door Joost Duflou verbonden aan het Departement Werktuigkunde, en geaffilieerd onderzoeker Wim Dewulf, verbonden aan Groep T. Duflou: “Voor het begrip ‘duurzame ontwikkeling’ verwijzen we graag naar het Brundtland-rapport uit 1987. Daarin wordt duurzame ontwikkeling omschreven als ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder de mogelijkheden van toekomstige generaties om in hun behoeften te voorzien in gevaar te brengen. Vandaag is deze definitie nog steeds bruikbaar. Wat we nu doen, moeten we ook op lange termijn kunnen blijven doen. Zoniet moeten we ons ge-
drag bijsturen.” In elke les van het ICDO komt een andere wetenschappelijke discipline aan bod. Daardoor leren de studenten ook buiten hun studiedomein en vanuit een breder perspectief naar duurzaamheid te kijken. Master biologie Lieselot De Cleyn werkt op de Dienst Leefmilieu provincie Vlaams-Brabant. Zij volgde de lessenreeks in 2008. De opleiding heeft haar naar eigen zeggen veel bijgebracht: “Een tijdje geleden heb ik een tentoonstelling opgebouwd rond duurzaamheid. Daarbij liet ik niet enkel leefmilieu aan bod komen maar ook de sociale, economische en ethische aspecten. Ik bekijk het thema nu vanuit een veel breder perspectief.” (af) http://www.kuleuven.be/londo/ icdo.html. Op basis van de lessenreeks verscheen ‘Duurzame ontwikkeling. Een multidisciplinaire visie’ (2009).
Wie lid is van Alumni Lovanienses heeft toegang tot de alumnidatabank, waarin je oud-jaargenoten en hun huidige contactgegevens kunt opsporen. Die databank is in een nieuw kleedje gestoken. De nieuwe toepassing heeft tot doel de contacten tussen de alumni onderling en de universiteit te versterken en beter te onderhouden. Vanaf half oktober is ze gebruiksklaar. De nieuwe alumnidatabank biedt leden de mogelijkheid om zelf aan te geven welke van hun gegevens zichtbaar mogen zijn voor wie. Zo kan je bijvoorbeeld aangeven dat alle leden van Alumni Lovanienses je adresgegevens mogen zien, maar enkel je oud-jaargenoten ook je telefoonnummer. Bij het openen van de database zie je in één
oogopslag welke activiteiten er op stapel staan. Ook voor de alumnikringen biedt de nieuwe database een aantal extra toepassingen, zoals de mogelijkheid om bepaalde groepen alumni selecteren, bijvoorbeeld uit één regio of met hetzelfde diploma of promotiejaar.
16 Alumni Reizen met Alumni India Van 1 maart tot 16 maart 2010 organiseert Alumni Lovanienses een cultuurhistorische reis naar Centraal- en Zuid-India. De route bevat maar liefst acht door de UNESCO beschermde sites. We bezoeken de prachtig gedecoreerde rotstempels van Elephanta, Ellora en Ajanta, de eclectische, koloniale architectuur van Mumbai, de imposante stupa’s van Sanchi en de wonderlijke tempelruïnes van Pattadakal, Aihole en Hampi. We maken kennis met de IndoPortugese kerken en kloosters van Oud-Goa en de geraffineerde Hoysal-sculpturen van Belur en Halebid. Verder staan de prachtige landschappen van Madhya Pradesh, Maharashtra en Karnataka, de idyllische palmstranden van de westkust en het bedevaartsoord Sravana Belagola op het programma. De paleizenstad Mysore verleent ons toegang tot de vergane glorie van de Maharadja’s, de trendy IT-metropool Bangalore tot het India van morgen. India is ook het harde, moeilijke werkterrein van Zuster Jeanne Devos (eredoctor K.U.Leuven) en de medewerkers van haar National Domestic Workers Movement. We maken kennis met haar projecten in Mumbai en Bangalore. • De richtprijs bedraagt 3.520 euro per persoon (min. 20 personen — supplement éénpersoonskamer: 820 euro) • http://alum.kuleuven.be/reizen/ India.html Berlijn Van woensdag 7 april tot zondag 11 april 2010 plant Alumni Lovanienses een prachtige city-trip naar de Duitse hoofdstad Berlijn. Naast een bezoek aan het historische centrum, Nikolaiviertel, de Alexanderplatz, de historische straat ‘Unter den Linden’, de Gendarmenmarkt, het internationale congrescentrum, de beursterreinen, de Kurfürstendamm, Potzdamer Platz, Schloss, Park Charlottenburg, het museum Temporäre Kunsthalle en het nieuwe Joodse monument omvat de reis ook een bezoek aan het hart van de Duitse democratie, de Reichstaggebouwen en de vernieuwde koepel. We wonen ook een opera bij. Daarnaast is er ook een excursie naar Potzdam voorzien. We overnachten in een viersterrenhotel. Alumnibegeleider en gids zijn Erik Gobin en lokale gids (spreekt Engels). • De richtprijs bedraagt 1.656 euro per persoon (min. 25 personen — supplement éénpersoonskamer: 145 euro — aantal beperkt) • http://alum.kuleuven.be/reizen/ Berlijnreis.htm Inschrijven voor beide reizen kan via Avatours nv, (t) 056 21 50 00,
[email protected]
campuskrant
Archeologen gaan rond met de hoed voor Sagalassos De crisis spaart ook het archeologisch onderzoek op de wereldbefaamde site van Sagalassos niet. Sponsorcontracten worden niet hernieuwd, terwijl het werk in het zuidwesten van Turkije jaarlijks alleen maar duurder wordt. Op zoek naar vers geld klopt het team van de K.U.Leuven aan bij de alumni. Jelle De Mey Deze zomer brachten oud-studenten onder leiding van alumnivoorzitter Frans Baron van Daele een bezoek aan Sagalassos, een verloren stad die al eeuwenlang onder puin en zand ligt. Al twintig jaar doet de K.U.Leuven hier opgravingen, onder leiding van professor Marc Waelkens. Het reisgezelschap was diep onder de indruk, en hun voorzitter stelde voor om fondsen te werven onder de andere alumni. Sagalassos is een grote onderneming waaraan in totaal bijna 200 mensen meewerken, waarvan tientallen aan de K.U.Leuven verbonden. “Het project kan daarvoor rekenen op de steun van verschillende projectgelden: Methusalem van de Vlaamse overheid, IUAP van Belspo van de federale overheid, G.O.A. 07/2 en Excellentiefinanciering — voor de oprichting van het ‘Centre for Archaeological Sciences’, waarvan de middelen volledig naar de exacte en biomedische wetenschappen gaan — en tot dusver
ook het FWO. Al die fondsen zijn hoofdzakelijk bedoeld voor de betaling van wetenschappelijk personeel, voor werkingsmiddelen blijft er weinig over”, legt Waelkens uit. Het werk op de site is nochtans niet gering. “We moeten alle vondsten conserveren, van kleine glasscherf tot badhuis. Sommige gebouwen richten we opnieuw op met hun oorspronkelijke materiaal. Daarnaast onderhouden we de site, laten we paden aanleggen, zorgen we voor onthaal en informatieborden. We hebben de verantwoordelijkheid Sagalassos voor een breder publiek open te stellen”, aldus professor Jeroen Poblome.
Tholos “Vroeger kregen we veel steun van bedrijven om het werk in Turkije te betalen. Daar zaten grote banken en verzekeringsmaatschappijen bij. Met het uitbreken van de financiële crisis zien we die fondsen terugvallen. Aan de andere kant stijgen de kosten in Turkije ieder jaar fors”, verklaart
Alumnireis naar Sagalassos. Links een deel van het macellum, rechts de tholos.
Waelkens. “Door lezingen te geven in het hele land, hebben we een duizendtal ‘Vrienden van Sagalassos’ bijeengebracht. Via de alumni hopen we deze groep te versterken.” Waarom neemt de Turkse overheid het beheer van de site niet voor haar rekening? “Professor Waelkens nam indertijd zelf het initiatief om in Sagalassos te graven”, benadrukt Poblome. “Vergeet niet dat er bijna 300 archeologische projecten lopen in Turkije, waarvan een veertigtal buitenlandse. De Turkse autoriteiten kunnen niet overal financieel bijspringen. Al helpen ze ons waar ze kunnen.” Deze fondsenwervingscampagne spitst zich specifiek toe op de restauratie van de voedselmarkt of macellum, uit de tweede eeuw
na Christus. Daar werden vooral voedsel en luxueuze gebruiksvoorwerpen verhandeld, duurdere producten die het gewone volk zich niet kon veroorloven. Centraal op het binnenplein stond een tholos, een ronde zuilenconstructie met daarin een waterbekken waarin vermoedelijk ook vissen voor verkoop rondzwommen. Het geheel is een uniek voorbeeld van de ‘Italo-Romeinse’ macella uit Klein-Azië. De tholos kan gedeeltelijk heropgebouwd worden. Voor giften vanaf 30 euro krijgt u een fiscaal attest. U kunt storten op rek. 734-0194177-89, t.a.v. K.U.Leuven, Krakenstraat 3, 3000 Leuven, met de mededeling: FXS-PROZI1-O2010 http://www.sagalassos.be
Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen lanceert wereldwijd alumninetwerk
Agenda Alumni
Eén van de doelstellingen van ‘Vlaanderen in Actie’ (ViA), waarmee de Vlaamse Regering Vlaanderen tegen 2020 naar de top vijf in Europa wil leiden, is om Vlaanderen een belangrijke rol te laten spelen in kennis- en innovatienetwerken. In een recente forumdiscussie van ViA met Vlamingen wereldwijd werd daarbij een belangrijke rol weggelegd voor de Vlaamse universiteiten. Dezelfde discussie maakte ook duidelijk dat veel uitgeweken Vlamingen bereid zijn actie te on-
Farmaleuven Postacademische vorming voor apothekers: immunologische aandoeningen (6 sessies) • Vanaf 8 oktober, 20u30, UZ Gasthuisberg, Onderwijs en Navorsing 2, Auditorium BMW 1 • Info: Farmaleuven@pharm. kuleuven.be, (t) 016 32 34 56 • http://alum.kuleuven.be/farmaleuven/
dernemen in netwerken. De Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen wil hierop inspelen en nodigt haar alumni wereldwijd uit om deel uit te maken van haar Network of Resident Representatives (NoRR). Dit NoRR maakt deel uit van de alumniwerking van de faculteit en wordt aangestuurd door de Dienst Externe Relaties. Als pilootproject werd gekozen voor Latijns-Amerika. In Lima, Peru en in Sao Paulo, Brazilië werden workshops gehouden voor ge-
Leest u Campuskrant liever online? neem een digitaal abonnement op http://www.kuleuven.be/ck/digitaalal.html
ïnteresseerde alumni. Tijdens deze workshops kregen de deelnemers informatie over de opleidingen en het onderzoek aan de faculteit en over de rol die ze zouden kunnen spelen inzake de communicatie tussen de faculteit en de alumni wereldwijd, de uitwisseling van informatie tussen de faculteit en lokale partnerinstellingen en het optreden als ambassadeur van de faculteit. (mt) http://www.biw.kuleuven.be/ verenigingen/NoRR/
Nos iungit Academia Geleid bezoek aan Retrospectieve Rogier Van Der Weyden (25 plaatsen) • 22 oktober, 18u, Museum M, L. Vanderkelenstraat 28, 3000 Leuven, • Inschrijven via (t) 016 25 42 80 Info: anne-marie.wollants@ telenet.be, (t) 016 22 61 32 • http://www.niaclub.be Leuvens Alumni Orkest Het Grote Winterprobleem, reeks van 6 concerten voor kinderen. M.m.v. wrapster van Ketnet • 7 november, 14u30, Aula Pieter De Somer, De Beriotstraat 24, Leuven • Info:
[email protected], (t) 016 32 03 40 • http://www.lao.be
23 september 2009
Universiteitsfonds 17
Unifos geeft om Congo Op 10 juli werd het Universitair Fonds Ontwikkelingssamenwerking of Unifos in het leven geroepen. Samen met professor Mart Buekers, toenmalig vicerector studentenbeleid en internationalisering, en Martine Dekoninck, hoofd van de Development Cooperation Unit, had professor Marc Vervenne stevig aan de kar getrokken om het fonds op te richten voor het beëindigen van zijn mandaat van rector, als bekroning van het opgebouwde ontwikkelingsbeleid. Ludo Meyvis “Unifos is gericht op de capaciteitsopbouw van universiteiten in ontwikkelingslanden, onder meer met de toekenning van beurzen aan studenten en wetenschappers uit die landen, en de ondersteuning van Leuvense docenten en studenten die daar actief willen zijn met het oog op ontwikkelingssamenwerking.” “In de opstart is Unifos gericht op Congo, maar het fonds is natuurlijk breder opgezet. Congo heeft sinds lang een belangrijke plaats in het ontwikkelingsengagement van de K.U.Leuven, vanaf de stichting van de universiteit Lovanium in 1954 tot op vandaag. De nood aan universitaire en wetenschappelijke vooruitgang is er ook enorm groot.” “Er zijn allicht landen waar een grotere ‘return’ gerealiseerd zou kunnen worden voor elke ingezette euro. De vraag naar het rendement van onze inzet mag zeker niet overgeslagen worden, maar ze is niet het enige criterium. Ontwikkelingssamenwerking, en zéker wanneer die te maken heeft met Congo, is gebaseerd op een morele verplichting om mee te werken aan een hoger niveau van juistheid in de wereld. Je zou dan zelfs kunnen zeggen dat precies die landen waar die samenwerking het moeilijkst is, en waar resultaten niet gegarandeerd zijn, zeker niet op korte termijn, het méést in aanmerking komen als partner. Daar is immers de nood het grootst en is het meeste werk te verrichten!” “Partner is inderdaad het juiste woord. Ontwikkelingssamenwerking is geen eenrichtingsverkeer, geen paternalisme. In een hedendaagse context wordt wederzijds engagement, en dus een wederzijdse band, verondersteld. Die is
trouwens ook heel wat ruimer dan alleen tussen donor en ontvanger, want moderne ontwikkelingssamenwerking wordt ingepast in een veel groter netwerk. De tijd van een individuele weldoener ligt achter ons. Daardoor is het geheel van de samenwerking wellicht complexer geworden, maar je kunt anderzijds ook terugvallen op een veel grotere expertise, op meer ervaring. Concreet betekent dit dat ook de K.U.Leuven samenwerkt met VLIR-UOS, NGO’s, met de overheid, met internationale instanties. Je moet concerteren om ruimere mogelijkheden en betere resultaten te verkrijgen. Niet onbelangrijk is dat je door die netwerking ook een grotere sensibilisering verwekt, en dat blijft uiteindelijk toch een sleutelfactor in elke vorm van ontwikkelingssamenwerking: wie geeft, voélt en weet dat dit nodig is. Dus moet je dat gevoel en dat inzicht Ererector Marc Vervenne (l.) en professor Mart Buekers zetten samen hun schouders onder het Unifos. (© Rob Stevens) ook in stand houden.” ciering van Leuvense master- en over een startkapitaal van 150.000 ming van een sterke plaatselijke Verjonging doctoraatsstudenten die een euro, afkomstig uit ons Fonds intellectuele toplaag is daarvoor “Unifos is er in de eerste jaren spe- korte periode in Congo verblijven voor Ontwikkelingssamenwer- zeer wezenlijk. En dààr wil Unifos cifiek op gericht om Congolese in het kader van hun eindwerk of king en uit een eerste schenking. precies het zijne toe bijdragen.” doctoraatsstudenten — later kan proefschrift.” Het fonds moet nu verder groeien Meer informatie: martine. het aantal partnerlanden uitge- “Je kunt veel zeggen over Con- en middelen halen uit eigen op-
[email protected]. breid worden — naar Leuven te la- go. Het land zit met een totaal brengst, maar vooral uit mece- Stortingen mogen gebeuren op ten overkomen om hun doctoraat verkommerde infrastructuur, de naat en legaten. Elke bijdrage is rekeningnummer 734-0194177voor te bereiden. Het is daarbij ex- politieke wereld is angstwekkend welkom, of ze nu groot of klein is. 89 met vermelding krediet 1HXpliciet de bedoeling dat ze na vol- chaotisch, de economie ligt op We rekenen op de inbreng van le- UNIFOS-P3610. tooiing van hun doctoraatsonder- apegapen. Maar daar staat ook den van de universitaire gemeenzoek terugkeren naar hun land. zoveel goeds tegenover: de bevol- schap en zeer zeker ook op die van Dat kan contractueel vastgelegd king is zeer vindingrijk en creatief onze alumni, van wie velen zelf worden, maar we willen dit aspect om te overleven temidden van alle concrete voeling met ontwikkeook duidelijk verwoorden als een ellende, er gaat een aanstekelijk lingswerk hebben. Zij en anderen moreel engagement.” optimisme van de mensen uit. zullen ongetwijfeld de Leuvense “Die jonge onderzoekers moe- Dat zijn facetten waar we met het Alma Mater mee willen steunen ten de essentiële basis vormen opgerichte fonds eveneens aan om vanuit haar wetenschappelijvoor de verjonging van het acade- willen meewerken. We zijn ervan ke en maatschappelijke opdracht misch kader aan de universitei- overtuigd dat in onze Leuvense daadwerkelijk in ontwikkelingsten in Congo. Daar is immers een universitaire gemeenschap, en werk te participeren en wat Conacute nood aan de versterking ook in Vlaanderen, het verlangen go betreft mee te werken aan de van de kritische massa.” leeft om daarop in te zetten. We heropbouw van het maatschap“Een ander doel van Unifos is vergeten Congo niet.” pelijke en economische weefsel een bijdrage leveren tot de finan- “Unifos beschikt op dit moment in dat land. De universitaire vor-
Golf van gulheid Het domein van de Winge Golf & Country Club was op zondag 23 augustus het zonnige decor voor een benefietgolftornooi (foto) ten voordele van het wetenschappelijk onderzoek naar de behandeling van prostaatkanker. Het tornooi was het grootste van het jaar in Winge, en met 137 enthousiaste golfers helemaal volzet. Daarnaast volgde een twintigtal neofieten een golfinitiatie. Professor Hendrik Van Poppel, afdelingshoofd Urologie in het UZ Gasthuisberg, ontving een cheque ter waarde van 33.000 euro uit handen van de initiatiefnemer. (© lemmert.be)
Nieuwe leerstoelen Aan de Faculteit Geneeskunde werden de Roche Chair in Hematology ingehuldigd (titularis: professor Gregor Verhoef) en de Schering-Plough Chair in IBD (titularis: professor Paul Rutgeerts). Aan de Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen werd de Leerstoel Ontwikkelen en beheren van Business Services als Shared Assets ingehuldigd (titularis: professor Monique Snoeck, co-titularis: professor Guido Dedene, schenker: KBC Global Services NV).
18 Onderwijs
campuskrant
AVNet: onderwijs met beeld en geluid Na een doorlichting herstructureert AVNet zijn werking rond twee pijlers: Multimedia en Multicampus. Hoofddoel blijft docenten ertoe aanzetten om in hun onderwijs beeld en geluid functioneel in te zetten voor kwaliteitsverbetering. Jaak Poot “Onze interesse voor audiovisuele en nieuwe educatieve technieken is niet zozeer technologisch. Wij zoeken vooral uit hoe ze de kwaliteit van het onderwijs helpen verbeteren”, vertelt directeur Wim Van Petegem. “Als wij in Gasthuisberg filmen, is het niet om aangrijpende beelden te schieten zoals voor een docu-serie op tv. Wij registreren hoe een consultatie of operatie precies verloopt, als lesmateriaal voor de artsenopleiding. Dat is een heel eigen focus met specifieke expertise.” In het kader van het project ‘Organisatie & Functie Design’, in samenwerking met de Personeelsdienst kreeg AVNet het advies om meer structuur aan te brengen in zijn vlakke organisatie. De veertig personeelsleden — de helft betaald door de universiteit, de andere uit eigen middelen — zijn nu ondergebracht in twee grote afdelingen: Multimedia en Multicampus, ondersteund door een team Interne Organisatie. “Wil een docent zijn cursus ondersteunen met beeld of klank? Dan doet hij een beroep op onze afdeling Multimedia. Daar kan
hij gratis gebruik maken van onze apparatuur en infrastructuur om zelf materiaal uit te werken. We begeleiden hem bij elke stap van het ontwikkelingsproces. Je kan ook bij ons aankloppen met een idee. Dan onderzoeken we samen of dat realistisch is, we leggen een budget vast en zorgen voor een kwalitatief product. Zo maken we elk jaar een honderdtal — al dan niet interactieve — producten.” Multimedia omvat ook de installatie van performante geluid- en
beeldsystemen in de auditoria. Het recentste voorbeeld? De verbouwing van Aula Pieter De Somer in samenwerking met de Technische Diensten.
Multicampus “Onze tweede pijler is multicampusonderwijs”, zegt Wim Van Petegem. “Wat je in één auditorium doet, kun je ook organiseren op meerdere plekken. Een sprekend voorbeeld is het Pentalfa-project voor postgraduaatsopleidingen
geneeskunde. Via videoconferencing kunnen artsen de les in Leuven volgen in vijf regionaal gespreide ziekenhuizen. Videoen webconferencing zit hoe dan ook in de lift: in de eerste helft van 2009 overschreden we al het totaal van 2008. Per dag heeft er minstens één conferentie plaats. We werken nu aan decentralisatie binnen de universiteit, met lokalen voor video- en webconferenties op diverse locaties.” “Onze Multicampusactiviteiten spelen een belangrijke rol in de Associatie K.U.Leuven met zijn netwerk van hogescholen over heel Vlaanderen. Wij stellen materiaal ter beschikking, maar ook onze expertise; we geven bijvoorbeeld advies voor lokaalinrichting. En we geven training aan docenten. Als expertisecentrum werken wij eraan om altijd een stap voor te blijven. Daarvoor nemen we onder meer deel aan internationale projecten gefinancierd door de Europese Commissie. Dit jaar gaan zeven nieuwe projecten van start.” “Vicerector Ludo Melis besliste eind vorig jaar om de dienst Permanente Vorming bij AVNet onder te brengen. Dat past in de
agenda voor levenslang leren van de Vlaamse Overheid en de Europese Commissie. En het sluit aan bij het afstandonderwijs waarvoor wij al langer een studiecentrum hebben in samenwerking met Open Universiteit Nederland.” “Die nieuwe structuur en aanpak is ook de leidraad voor onze vernieuwde website”, vult PR-verantwoordelijke Anne-Leen Maes aan. “We brengen er onze dienstverlening en expertise in kaart. Docenten kunnen er voorbeelden van ons werk bekijken en zo ideeën opdoen. En we kijken uit naar hun reacties.” Ontdek de nieuwe website: http://www.avnet.kuleuven.be/
K.U.Leuven lanceert nieuwe mediacampagne Je kan er in deze krant moeilijk naast kijken: de felgekleurde vierkantjes met — op het eerste gezicht — alledaagse voorwerpen. Ze maken deel uit van de nieuwe mediacampagne van de K.U.Leuven. De vorige campagne — met de gebogen wereldbol — was alweer vijf jaar oud, dus het was hoog tijd voor een frisse wind. De baseline blijft dezelfde: ‘Ontdek jezelf. Begin bij de wereld.’ Wouter Verbeylen In de eerste plaats moet de campagne nieuwe studenten aanspreken. De K.U.Leuven wil niet zomaar ‘zoveel mogelijk’ jongeren overtuigen om naar Leuven — of haar campus Kortrijk — af te zakken. Jongeren moeten vooral om de juiste redenen voor de K.U.Leuven kiezen. De Cel Marketingadvies ging anderhalf jaar geleden aan de slag met communicatiebureau Darwin-BBDO, en nu komt ze naar buiten met een mediacampagne die verrassend anders is.
Studeren is ... Studeren aan de K.U.Leuven is onderzoeken, (jezelf) ontdekken, experimenteren. Onze universiteit biedt onderwijs dat geïnspireerd is op onderzoek. Zij appelleert aan de academische ‘verwondering’ en aan de nieuwsgierigheid van de studenten. Zelfstudie en eigen verantwoordelijkheid worden dan ook sterk aangemoedigd. Ook de persoonlijke ontplooiing komt aan bod. Als K.U.Leuvenstudent krijg je de mogelijkheid om jezelf te verrijken met allerhande invloeden van buitenaf: een nieuwe vriendenkring, het leven op kot … De inmiddels bekende baseline ‘Ontdek jezelf. Begin bij de wereld.’ vat al deze (komende) erva-
ringen en mogelijkheden mooi samen. Logisch dan ook dat hij in de nieuwe mediacampagne behouden blijft – de campagnebeelden mogen dan wel verrassend anders zijn dan de vorige, de boodschap blijft dezelfde.
Alzheimer
Verder kan je bijvoorbeeld de ‘skin’ – het achtergrondsjabloon – van de Netlog-pagina overnemen, of de campagnebeelden instellen als screensaver of bureaublad.
Vindingrijk
Naast een aantal algemene beelDe nieuwe campagne toont alle- den, is er voor elke faculteit een daagse voorwerpen: een vergiet, eigen voorwerp, waarmee ze zelf een blik sardienen, pantoffels … aan de slag kunnen. De Faculteit Elk object roept telkens drie associaties op, en dat hoeven niet per se de meest evidente te zijn. Voor het vergiet is dat bijvoorbeeld: metaalkunde, voedingsleer en … Alzheimer. Afhankelijk van hoe je het bekijkt, kan een op het eerste gezicht eerder banaal voorwerp dus een totaal nieuwe betekenis krijgen. Ook hier geldt dus de aansporing om op zoek te gaan naar boeiende en onverwachte invalshoeken.
Geneeskunde bijvoorbeeld be- nieuw zijn: u hebt vijf jaar om erstelde al ettelijke exemplaren van aan te wennen. het EHBO-kistje dat ze als sym- Met vragen over de nieuwe mebool heeft gekozen, om in haar diacampagne kan je terecht bij communicatie in te zetten. de Cel Marketingadvies op (t) 016 Inmiddels is onder meer het 32 43 05 of 0497 71 52 51, of mail K.U.Leuven-wagenpark in de je naar Isabelle.Vangeet@dcom. nieuwe campagnestijl gestoken, kuleuven.be zijn er placemats met de beelden Alle info over de mediacampagne voor Alma, en later op het jaar zul- en verschillende downloads vind len de nieuwe radiospotjes te ho- je op http://www.kuleuven.be/ontren zijn. Mocht het allemaal nog dekjezelf/mediacampagne.html
Kot kot kadoo Via de Boomerang-kaartstandjes in winkels en horeca-zaken, worden postkaarten verspreid. Die nodigen de studenten uit om naar de K.U.Leuven- Netlogpagina te gaan. Daar kan je met de Kot Kadoo-wedstrijd allerlei voorwerpen winnen door zelf op zoek te gaan naar associaties bij de voorwerpen, en vervolgens je medestudenten ertoe aan te zetten op jouw ‘geniale inval’ te stemmen. Projectie van de nieuwe campagne op de gevel van de Universiteitshal.
(© Rob Stevens)
23 september 2009
Doctoraten Godgeleerdheid 28 mei - Kristien Justaert Voorbij de onderbreking: ruimte voor de ‘laatste God’? Theologiseren na Heideggers ontologische differentie 28 mei - Merline Areeparampil A Relevant Theology of Women Empowerment in the Contemporary Catholic Church and Society in India, with Special Reference to Mulieris Dignitatem 29 mei - Sydney Palmer Mother and Woman on the Third Day: How John Teaches His Readers How to Read 2 juni - Corneille Ntamwenge L’éthique des affaires dans la lutte contre la corruption: Pour sauver la dignité de la personne humaine: l’Afrique centrale interpellée
Hoger Instituut voor Wijsbegeerte 25 mei - Filip Mattens Space, Experience, and the Senses. Reflections on Spatial Perception in Phenomenology and the Philosophy of Mind 27 mei - Jacob Longshore A Peircean Account of the Nature of Relations 28 mei - Carlo Ierna The Origin and Unity of Edmund Husserl’s “Logical Investigations”
Rechtsgeleerdheid 27 mei - Dave De ruysscher Handel en recht in de Antwerpse rechtbank (1585 - 1713)
Economie en Bedrijfswetenschappen 26 mei - Sofie Coene Routing problems with profits and periodicity
Letteren 26 mei - Reinhart Ceulemans Kritische editie van de Hexaplarische fragmenten van het boek Hooglied met
Ad Valvas 19 nadruk op hun Nachleben in de Griekse christelijke exegese 29 mei - Simon Van Damme Een procesgerichte benadering van renaissancepolyfonie: Temporaliteit en klankervaring als organisatieprincipes in de ricercars van Adriaan Willaert 29 mei - Robert Belemans De invloed van de nationale taalpolitiek en van internationaal erfgoedbeleid op de perceptie van en de overheidszorg voor endogene taalvariatie in Vlaanderen. Van (Limburgse) dialecten naar Europees erkende streektaal en/of immaterieel cultureel erfgoed 29 mei - Tineke Van Osselaer The pious sex. Catholic constructions of masculinity and femininity in Belgium (1800-1940) 3 juni - Dries De Crom ‘De Septuagint-tekst van Hooglied’
Psychologie en Pedagogische Wetenschappen 20 mei - Ilse Van Damme A cognitive neuropsychological approach to false memory: Korsakoff patients and the DRM paradigm 29 mei - Bart Neyrinck Cognitive-affective correlates of autonomous and controlled motivation: An exploration in the religious realm and beyond
Wetenschappen 25 mei - Nele Steens Chemical studies on the biological activity of polyoxovanadates with NMR spectroscopy: phosphoesterase activity and protein binding studies 25 mei - Bert Breugelmans De studie van pacifastine-verwante peptiden in functie van mogelijke toepassingen bij insectenbestrijding 26 mei - Clio Gielen Dust grain processing in circumbinary discs around evolved stars 29 mei - Wendy Van Doorslaer Micro-evolutionary responses to increased temperature in zooplankton 29 mei - Inge Groeninckx Integrated study of the herbaceous
In Memoriam De universitaire gemeenschap neemt afscheid van: Professor Jozef Van Haver Emeritus buitengewoon hoogleraar in de Faculteit Rechtsgeleerdheid geboren op 28 maart 1926 en overleden op 20 juni 2009 De heer Sigurd Vandebuerie Wetenschappelijk medewerker van het ICRI, Faculteit Rechtsgeleerdheid geboren op 10 juni 1982 en overleden op 25 juni 2009 Michaël Vancayzeele Student derde bachelor in de fysica geboren op 29 mei 1987 en overleden op 19 juli 2009 Dietrich Hectors Doctorandus ingenieurswetenschappen en vrijwillig wetenschappelijk medewerker aan het Departement Elektrotechniek geboren op 10 november 1979 en overleden op 17 juli 2009 Baron Lode Campo Erebestuurder K.U.Leuven (1984-2000) geboren op 25 december 1926 en overleden op 29 juli 2009
Kanunnik Paul Bockstaele Ere-gewoon hoogleraar in de Faculteit Wetenschappen geboren op 7 februari 1920 en overleden op 3 augustus 2009 Professor Lode Van Outrive Emeritus gewoon hoogleraar in de Faculteit Rechtsgeleerdheid geboren op 18 januari 1932 en overleden op 22 augustus 2009 Tine Laleman Studente derde bachelor in de godgeleerdheid en de godsdienstwetenschappen geboren op 12 juni 1987 en overleden op 27 augustus 2009 Mevrouw Marie-Hélène Deroulez Medewerkster campusbibliotheek K.U.Leuven Campus Kortrijk geboren op 16 november 1950 en overleden op 3 september 2009
Spermacoceae (Rubiaceae) 29 mei - Bart Sarens Full-field optical methods for imaging ultrasonic waves and the detection of defects 29 mei - Maarten Gysemans Atomic force microscopy of selfassembled biomolecular structures and their interaction with metallic nanoparticles 2 juni - Laura Nyns Atoom laag depositie: Nucleatie- en groeigedrag van HfO2 dielectrica op halfgeleider oppervlakken
Ingenieurswetenschappen 20 mei - Wolfgang Zillig Moisture Transport in Wood using a Multiscale Approach 20 mei - Carlos Andres Alzate Perez Support Vector Methods for Unsupervised Learning 25 mei - Jaime Asdrubal Bojorque Ineguez Static and Dynamic Finite Element Analysis of Slope Stability 26 mei - Jan Smans Specification and Verification of Frame Properties for Java-like Programs 26 mei - Stefan Cosemans Variability-Aware Design of Low Power SRAM Memories 27 mei - Jesus Portilla Buoy Data Assimilation in Nearshore Wave Modelling 29 mei - Albrecht Zimmermann Mining Sets of Patterns 2 juni - Andy Lambrechts Energy-Aware Datapath Optimizations at the Architecture-Compiler Interface 3 juni - Stijn Stevens High Speed Electrical Machines with High Power Density 5 juni - Sarah Schols Reiner Van Hove Device Architecture and Materials for Organic Light Emitting Devices: Target- “Ontsnapte gevangene valt op ing High Current Densities and Control straat in slaap en wordt opgeof the Triplet Concentration pakt.” Af en toe hebben wij een
RECHTgezet Tellen de uren slaap voor middernacht dubbel?
Bio-ingenieurswetenschappen 5 juni - Joni Rossi Soil Organic Carbon in the Soil Scapes of Southeastern Tanzania
Geneeskunde 26 mei - Jane Alaerts Objectieve audiometrie na neonatale gehoorscreening 28 mei - Sven Vilain Development of Novel Tools to Study Atonal in Neurogenesis 1 juni - Derya Ayaz Axonal growth and regeneration in the Drosophila brain 2 juni - Bart Van der Schueren New Targets in Migraine Therapy
Farmaceutische Wetenschappen 25 mei - Stijn Deborggraeve Towards simplified and standardised molecular diagnosis of human African trypanosomiasis, leishmaniasis and Chagas disease 26 mei - Mi Yeon Jang Synthesis and biological evaluation of bicyclic heterocycles
krantenkop als deze nodig om ons aan het belang van een goede nachtrust te herinneren. Wellicht had de bajesklant een gouden regel aan zijn laars gelapt: de uren slaap voor twaalf uur tellen dubbel. Maar is dat een massief gouden regel of is het karton met een laagje bladgoud overheen geschilderd? Volgens professor Bertien Buyse van het Centrum voor Slaapmonitoring van de UZ Leuven kwam het advies alleszins van een hooggeplaatste bron: “Het was de Amerikaanse president Benjamin Franklin die destijds met die stelling op de proppen kwam. Early to bed and early to rise makes a man healthy, wealthy, and wise, dat was zijn motto.” Maar helemaal wise blijken Franklins woorden van raad toch niet te zijn. Buyse: “Het zijn niet de uren voor middernacht, maar de eerste uren van je slaap die belangrijk zijn — wanneer je die neemt, maakt op zich niet zo veel uit. Tijdens de eerste helft van onze nachtrust hebben we de meeste en langste periodes van diepe slaap. We weten dat we tijdens die core sleep het meest recupereren — al is het lang nog niet helemaal duidelijk hoe dat precies gebeurt. In de loop van de nacht moet de diepe slaap wijken voor steeds langere fases van droomslaap.”
Er zijn twee mechanismen die ons slaapritme regelen, vertelt Buyse: “Het eerste noemen we de homeostatische drive: hoe langer je wakker bent, hoe groter de drang om te slapen. Die drive interageert met het tweede mechanisme: onze circadiane pacemaker of inwendige klok. Die stuurt verschillende processen, waaronder onze lichaamstemperatuur en — daarmee verbonden — ons slaapritme. Tijdens de dag stijgt je lichaamstemperatuur en pas als die ’s avonds weer begint te dalen, kan je slapen. Terwijl je slaapt, bereikt je lichaamstemperatuur dan zijn dieptepunt en — je kan er je horloge bijna op gelijk zetten — twee uur later word je wakker. Op welk moment dat nadir ligt, kan wel verschillen van mens tot mens — dat verklaart het onderscheid tussen ochtenden avondmensen.” Er zijn een aantal factoren die de wijzers van de interne klok kunnen verzetten. Buyse: “Daglicht is daarvan de belangrijkste. Bij blinde mensen met een defect aan specifieke lichtreceptoren vindt die bijsturing niet plaats, en dan blijkt dat de omlooptijd van onze interne klok niet exact 24 uur bedraagt, maar een halfuurtje meer. De slaap schuift bij die mensen namelijk op: ze gaan elke dag wat later slapen en staan wat later op. Uiteraard moet de slaap dan op een andere manier bijgesteld worden, zodat hun maatschappelijk functioneren niet in het gedrang komt.”
[conclusie] Turf je uren slaap niet met dubbel krijt.
20 Buitenkant
campuskrant
(© Rob Stevens)
Rozen zonder doornen
Tijdens een feestelijk weekend voor Leuven – met de opening van Museum M en het stadscircusfestival – zorgden duizend klaprozen in het stadspark voor extra luister. Het rozenveld is meteen ook een hommage aan de vorig jaar overleden keramiste Anita Huybens, de bedenker en bezielster van het project. In 2004 waren haar ‘klaprozen voor vrede’ een eerste keer te zien in het Arenbergpark, tijdens de Sport- en Speldag van de UZ Leuven. Sindsdien kochten verschillende faculteiten en bibliotheken een roosinstallatie aan. Met de verkoop wordt de vzw APOPO gesteund, die zich inzet voor het opsporen en onschadelijk maken van landmijnen in voormalige oorlogsgebieden. http://www.klaprozen.be, http://www.apopo.org
“ Hoogbegaafdheid heeft ook moeilijke kanten” Joke Horsten is zestien en student eerste bach wiskunde. Tine Bergen “Ik had me net voorgenomen meer open te staan voor uitdagingen toen ik de vraag kreeg voor dit interview. Dus toen moest ik wel ja zeggen. Ik heb het vierde en het zesde leerjaar overgeslagen. Toen ik in het vijfde leerjaar zat, werd vastgesteld dat ik hoogbegaafd ben.” “Aan de ene kant was dat een opluchting: als je weet wat er aan de hand is, kan je er ook beter mee omgaan. Aan de andere kant: ik heb heel lang gewenst dat ik gewoon ‘normaal’ was. Mensen zeggen vaak dat ik trots moet zijn, maar dit is iets waar ik mee geboren ben, ik heb er niets voor gedaan. En ze vergeten vaak dat hoogbegaafdheid ook moeilijke kanten heeft.” “Op bepaalde vlakken ben ik inderdaad slimmer dan mijn leeftijdsgenoten, maar echt niet op allemaal. Dat heeft als gevolg dat mijn leeftijdsgenoten mij vaak te ‘oud’ vinden, anderen vinden me dan weer te jong. Eigenlijk zit ik dus altijd tussen twee stoelen.”
“Ik heb lang getwijfeld wat ik zou gaan studeren. Geschiedenis interesseert me bijvoorbeeld heel erg. Het feit dat je verbanden kan leggen, verder kan denken. Maar uiteindelijk heb ik me gerealiseerd dat wiskunde het enige vak is waarvan ik me nu kan voorstellen dat het me na jaren nog altijd even fel boeit. Het mooiste aan wiskunde is twee bladzijden lang bezig zijn iets te bewijzen en dan de voldoening als je bewijs ook effectief klopt. Ik hou van wiskunde omdat het abstract is; zodra dingen te praktisch worden, haak ik af. Fysica heb ik bijvoorbeeld nooit graag gedaan.” “De meeste van mijn vrienden zijn jongens tussen de achttien en de twintig. Van hen heb ik al een idee gekregen van wat ik van de universiteit kan verwachten. Ik ben ook naar de open lesweek gegaan. Ik kijk er vooral naar uit dat ik vanaf nu met één vak bezig kan zijn, in plaats van met van alles en nog wat, zoals in het middelbaar. En dat ik mensen ga leren kennen die allemaal in datzelfde vak geïnteresseerd zijn. Ik
ga makkelijker om met jongens dan meisjes, maar ik hoop dat ik nu eindelijk ook eens een vriendin ga tegenkomen. Met een jongen kan je moeilijk babbelen over jongens hé.” “Met vijf broers en zussen en een mama die onthaalmoeder is, hoef ik thuis geen rust te verwachten om te studeren. Ik ga dus op kot, ook al woon ik vlakbij Leuven. Het zal fijn zijn om geen uur meer te krijgen waarop ik thuis moet zijn, geen toestemming te moeten vragen om met iemand af te spreken, gewoon bij iemand anders op kot te kunnen langsgaan. Aan de andere kant ben ik ook bang voor die vrijheid en vraag ik me af ik het allemaal wel aan zal kunnen. Hier thuis is er altijd wel iemand. Op kot is het misschien best wel eenzaam soms.” “Ik heb nu nog vakantie, terwijl alle anderen thuis al weer helemaal in het ritme van school en werk zitten. Ik zal dus blij zijn als het voor mij ook begint. De achttiende krijg ik de sleutel van mijn kot en dan is het bijna zover.”
Joke Horsten
(© Rob Stevens)