Jaarstukken 2015
1
2
Inhoudsopgave Aanbieding
5
Inleiding
7
Leeswijzer
14
JAARVERSLAG 2015
17
Programmaverantwoording Programma 1: Wonen + leven Programma 2: Werk + economie Programma 3: Recreatie + toerisme Programma 4: Zorg (inmiddels Sociaal Domein) Programma 5: Bestuur + algemene dekkingsmiddelen
19 20 29 35 39 56
Paragrafen Paragraaf Bedrijfsvoering Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing Paragraaf Verbonden partijen Paragraaf Financiering Paragraaf Lokale heffingen Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen Paragraaf Grondbeleid Paragraaf Subsidies
65 66 71 78 88 92 98 105 112
Majeure projecten Ontwikkeling wegenstructuur Centrumplan Budel Gebiedsvisie ‘Kansen over grenzen’ Beleidsprogramma dienstverlening Bestemmingsplan DIC Baronie van Cranendonck
115 117 121 125 128 130 133
JAARREKENING 2015
137
Staat van baten en lasten Staat van baten en lasten inclusief toelichting
138 138
Balans Balans inclusief toelichting
142 142
Bijlagen 1: Staat van reserves en voorzieningen 2: Overzicht investeringen 3: Overzicht incidentele baten en lasten 4: SISA-verantwoordingsinformatie 5: Overzicht over te hevelen budgetten 6: Statusoverzicht bezuinigingstaakstelling 7: Overzicht cijfers Sociaal domein 8: Overzicht kerngegevens 9: Lijst met afkortingen
167 168 181 183 184 186 188 189 193 196
3
4
Aanbieding Voor u ligt de programmarekening 2015 van de gemeente Cranendonck. In deze programmarekening leest u de analyse en verantwoording van het college over het afgelopen jaar. Financiële positie Het jaarresultaat is nagenoeg nihil en de financiële positie is gezond. Ook is het toekomstperspectief gunstig. De herverdeling van het gemeentefonds pakt gunstig uit voor onze gemeente. Daarnaast hebben onze bezuinigingen van de afgelopen jaren een substantiële bijdrage aan de verbetering van de financiële positie opgeleverd. Realisatie doelstellingen In deze programmarekening kunt u een groot scala van activiteiten lezen die zijn gerealiseerd en ons als gemeente weer vooruit hebben geholpen in het bereiken van de beoogde maatschappelijke effecten. Veel doelstellingen zijn gehaald, niet alles zoals in deze programmarekening is toegelicht. Door de inzet van burgerparticipatie is de doorlooptijd bij een aantal processen iets langer geworden. Die tijd zal bij de verdere uitvoering worden terug gewonnen is de verwachting. De hoge ambities afgezet tegen de beschikbare formatie en de mogelijkheden van de organisatie hebben veel gevraagd van onze medewerkers. Het project “visie op de organisatie” waarmee ambitie en capaciteit beter op elkaar afgestemd kunnen worden, is dan ook gestart om de organisatie door te ontwikkelen naar wat de samenleving van ons vraagt. Accountantscontrole Deze jaarrekening is gecontroleerd door onze accountant EY. De betreffende rapporten zullen u worden toegezonden. Ten tijde van het opstellen van deze jaarrekening is een goedkeurend oordeel voor zowel getrouwheid als rechtmatigheid voor boekjaar 2015 nog geen vanzelfsprekendheid. Wij hebben u over de problematiek binnen het sociaal domein, zoals deze ook bij vele andere gemeenten in Nederland speelt, met de raadsinformatiebrief van 22 maart jl. geïnformeerd. Desondanks verwachten wij u met deze programmarekening een goed inzicht te geven in de resultaten over het jaar 2015 en zien uw debat daarover met belangstelling tegemoet. Tot slot Wij hadden deze resultaten in 2015 nooit kunnen leveren zonder de toegewijde inzet van onze burgers, bedrijven, maatschappelijke partners in Cranendonck en de medewerkers van de gemeente. Daarvoor dank.
Budel, 24 mei 2016 BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN CRANENDONCK, De secretaris, De burgemeester,
ir. J.A.G.M. van Aaken
mr. M.M.D. Vermue-Vermue
5
6
Inleiding Belangrijke voornemens uit het raadsprogramma ‘Samen Vooruit’ zijn opgepakt en beginnen steeds meer hun vrucht af te werpen. Een resultaat dat wij niet alleen samen met uw raad bereiken, maar zeker ook samen met onze inwoners, bedrijven en maatschappelijke partners. Terugkijkend op het jaar 2015 stellen wij vast dat er veel werk is verzet en volop is ingezet op uitvoering van de plannen. Naast de reguliere uitvoering van allerlei taken zijn vele plannen uitgevoerd. Enkele in het oog springende onderwerpen uit 2015 lichten we hieronder nader toe. We zijn sinds 1 januari 2015 verantwoordelijk voor jeugdzorg, werk en inkomen en zorg aan langdurig zieken en ouderen. Een groot deel van deze taken hebben we met ingang van 2015 overgenomen van de Rijksoverheid. De omvang van onze exploitatie is aan de lastenkant hierdoor met zo’n 25% toegenomen ten opzichte van 2014. Wij bevinden ons als gemeente het dichtst bij de inwoners en hebben deze zorg effectiever, met minder bureaucratie en goedkoper kunnen leveren. De doelstelling was dat niemand buiten de boot zou vallen bij de decentralisaties. Wij constateren dat dit is gelukt. We hebben hiervoor een sociaal team in het leven geroepen en door de inzet van vele initiatieven van de vrijwilligers maken we flinke stappen. De reserve Sociaal Deelfonds bedroeg op 1 januari 2015 € 1,2 miljoen. Op basis van genomen raadsbesluiten werd € 0,4 miljoen aan de reserve onttrokken. De budgetten Participatiewet en Jeugd sluiten met beperkte afwijkingen. Wel is het forse overschot van € 1,1 miljoen door lagere kosten maatwerkvoorziening 'begeleiding' bij Maatschappelijke Ondersteuning toegevoegd aan de reserve. Deze mutaties brengen de reserve op 31 december 2015 op een bedrag van € 1,9 miljoen. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) heeft ook in 2015 veel plaatsen nodig gehad voor de opvang van mensen die in Nederland asiel aanvragen. De gemeente Cranendonck speelde hierbij een belangrijke rol door de beschikbaarheid van de Nassau-Dietzkazerne te Budel en de Kantine te Budel-Dorplein. In enkele gemeenten, waaronder de gemeente Cranendonck, startte in 2015 in samenwerking met het Centraal Orgaan opvang asielzoekers en de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) in november een aanmeldstraat voor de basisregistratie van personen (BRP-straat). Hierdoor wordt de uitstroom van vergunninghouders naar een reguliere woning naar de diverse gemeenten in ons land versneld. De gebiedsontwikkeling Cranendonck-Weert, Kempen-Broek is een mooi voorbeeld van grensoverschrijdende samenwerking. In 2015 hebben 12 organisaties een intentieverklaring ondertekend. Waarbij is afgesproken om de samenwerking op het gebied van economie, natuur, water en recreatie in het gebied te versterken. De komen jaren zal via een gezamenlijk uitvoeringsprogramma diverse projecten worden uitgevoerd. Na vaststelling van de bestuursopdracht is er in 2015 gewerkt aan de doorontwikkeling van burgerparticipatie. In september 2015 heeft uw raad de nota ‘doorontwikkeling burgerparticipatie’ vastgesteld, waarin een aantal aanbevelingen stonden die in 2015 en 2016 worden uitgevoerd. Uw raad heeft in 2015 gelegenheid geboden om een achterstand in beleidstukken met betrekking tot de openbare ruimte in te lopen. Wij willen hier noemen het IBOR (Integraal Beheer Openbare Ruimte), het vGRP (verbreed gemeentelijk rioleringsplan, de nota Grondbeleid en het bomenbeleid. In 2015 hebben de raden van Cranendonck, Heeze-Leende en Valkenswaard het besluit genomen om vanaf 2017 alle bedrijfsvoeringstaken samen in de Gemeenschappelijke Regeling A2 te gaan uitvoeren. Vooruitlopend daarop zijn de taken op het gebied van Personeel & Organisatie in 2015 al samengevoegd. In 2015 zijn diverse arbeidsvoorwaarden van de 4 organisaties geharmoniseerd. In 2015 hebben we ook aandacht besteed aan de afwikkeling van de vordering van zo’n € 0,8 miljoen welke op basis van een overeenkomst nog door Hof van Cranendonck voldaan moet worden. We hebben verdergaande juridische invorderingsmaatregelen getroffen en zekerheden gesteld. Op basis hiervan verwachten we de vordering nagenoeg geheel te ontvangen.
7
De reservepositie is in 2015 per saldo met € 2,0 miljoen afgenomen. Naast het jaarrekeningsaldo van 2014 van € 0,2 miljoen nadelig hebben we in 2015 onttrekkingen gedaan voor investeringen in diverse wegen voor zo’n € 1,0 miljoen, is voor het programma dienstverlening € 0,4 miljoen onttrokken, is de reserve overheveling met € 0,4 miljoen afgenomen en zijn er conform de nieuwe activeringsnota oude boekwaarden van investeringen voor € 0,4 miljoen afgeboekt. Hiertegenover staat dat het overschot van € 0,7 miljoen binnen het sociaal domein aan de reserves is toegevoegd. De forse incidentele onttrekkingen uit de reserves van de afgelopen jaren voor in investeringen in wegen behoren overigens met de nieuwe activeringsnota tot het verleden en vangen we in het vervolg op in de structurele exploitatie. Tot slot liep in 2015 ons majeur project dienstverlening af, waarmee we samen met onze inwoners stappen willen maken om te komen tot een optimale dienstverlening. Voor het behalen van de resultaten van Beleidsprogramma Dienstverlening zijn de meeste projecten nu gerealiseerd. Met het starten van een nieuwe fase in de vorm van de “visie op de organisatie” verwachten wij de organisatie verder door te ontwikkelen op de in de afgelopen periode gerealiseerde basis. Al deze ontwikkelingen hadden impact op onze begroting. Hieronder ziet u de verdeling van inkomsten en uitgaven in 2015.
8
Hoe kwam de gemeente aan haar geld ? 548 762 1.093
1.197
1.055
4.981
24.204 8.744
Bijdrage gemeentefonds
Belastingen en heffingen
Specifieke rijksuitkeringen
Leges en retributies
Verkopen grondexploitaties
Bijdragen derden ed
Rente en dividenden
Huren en pachten
Hoe heeft de gemeente haar geld besteed ? 1.215 1.337 1.410
587 411 854
355
1.841
232
10.495
1.833 1.930 2.714
7.344
3.748 3.766
5.823 5.488
Algemene dekking
Werk + inkomen
Openbare Ruimte
Maatschappelijke ondersteuning
Verkeer & Vervoer
Jeugd
Sport
Onderwijs
Wonen
Openbare orde en veiligheid
Bedrijfsvoering
Ondernemen
Openbare Voorzieningen
Algemeen bestuur
Dagelijks bestuur
Economie
Cultuur
Toerisme & Evenementen
Financieel resultaat
9
Het saldo over 2015 bedraagt € 6.000,- nadelig. Na de 2e Burap was een saldo begroot van € 5.000,- voordelig. Het saldo van de jaarrekening is hiermee nadeliger dan begroot tot een bedrag van € 11.000,-. Per programma is het volgende beeld van de afwijkingen te zien: Totale programmakosten
Rekening 2014
( be dra ge n x € 1.0 0 0 )
Vastgestelde begroting 2015
Begrotings wijzigingen 2015
Totaal begroot 2015
Rekening Afwijking 2015
Lasten Wonen en Leven Werk en Economie Recreatie en Toerisme Zorg Bestuur en Algemene dekkingsmiddelen
-11.782
-13.044
-451
-13.495
-12.637
857
-3.452
-5.770
212
-5.558
-1.822
3.737
-3.239
-3.393
-8
-3.401
-3.302
99
-15.146
-19.116
-738
-19.854
-18.510
1.344
-7.822
-11.036
-3.502
-14.539
-15.115
-576
-41.441
-52.359
-4.487
-56.847
-51.386
5.461
Wonen en Leven
4.367
5.542
-611
4.931
4.905
-26
Werk en Economie
2.991
5.187
-190
4.997
1.136
-3.861
967
1.002
-26
976
953
-24
7.712
7.108
-1.931
5.177
5.012
-164
Totaal Lasten
Baten
Recreatie en Toerisme Zorg Bestuur en Algemene dekkingsmiddelen Totaal Baten Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten
22.978
31.465
5.773
37.238
37.587
349
39.017
50.304
3.015
53.319
49.593
-3.726
-2.424
-2.055
-1.472
-3.528
-1.793
1.735
Bestemmingen Toevoegingen reserves
-1.317
-601
-4.446
-5.047
-6.316
-1.269
Onttrekkingen reserves
3.530
2.697
5.883
8.580
8.103
-477
-211
41
-35
6
-6
-11
Bestemmingen per saldo Gerealiseerd resultaat
Gecomprimeerd per programma geeft dit het volgende beeld: Afwijkingen per programma (bedragen x € 1.000) Wonen en Leven Werk en Economie Recreatie en Toerisme Zorg Bestuur en Algemene dekkingsmiddelen Totaal
Afwijking
Afwijking
Afwijking
Saldo
lasten
baten
reserves
Afwijkingen
857
-26
-605
226
3.737
-3.861
31
-93
99
-24
13
88
1.344
-164
-1.081
99
-576
349
-105
-333
5.461
-3.726
-1.747
-11
Het financiële verloop van het jaar In de programmabegroting 2015 werd een overschot voorzien van € 41.000,-. Door vaststelling van de 1e en 2e burap en overige raadsvoorstellen werd uiteindelijk gekoerst op een positief resultaat van € 5.000,-. De programmarekening laat nu een definitief nadelig resultaat zien van € 6.000,-. Deze mutatie lichten we als volgt toe:
10
Primitieve programmabegroting 2015 Mutaties 1e burap 2015: Leges Hof van Cranendonck Vrijval voorziening onderhoud schoolgebeouwen Vrijval schoolvoorzieningen voor asielzoekers Reserve Sociaal Domein Verkoop boerderij Rakerstraat Vrijval reguliere COA-middelen Algemene uitkering Bijstelling beleid burgerinitiatieven Overige afwijkingen (kleiner dan € 50.000) Mutatie uitkering gemeentefonds Bijstellen kapitaallasten Vrijval schoolvoorzieningen voor asielzoekers Totaal mutaties 1e Burap 2015 Mutaties 2e Burap 2015: Verkoop boerderij Rakerstraat Bijzondere bijstand en minima Schuldhulpverlening WMO oud Jeugd Buig Inzet COA-middelen COA Reclamebelasting ICT-investeringen Algemene uitkering A2-samenwerking Bestemmings- en structuurplannen Nog te betalen kosten belastingdienst Overige afwijkingen beneden € 50.000 Totaal mutaties 2e Burap 2015 Overige wijzigingen beneden € 50.000 Bijgestelde begroting 2015
41.000 -950.000 -517.000 400.000 243.000 200.000 100.000 85.000 70.000 -123.000 -241.000 70.000 200.000 -463.000 -200.000 60.000 50.000 140.000 -79.000 -65.000 200.000 50.000 -63.000 58.000 177.000 -61.000 50.000 130.000 -53.000 394.000 33.000 5.000
Financiële analyse op hoofdlijnen jaarrekening 2015 Het resultaat is ten opzichte van de begroting € 11.000,- nadeliger. De afwijkingen ten opzichte van de begroting, welke boven € 40.000,- zijn én invloed hebben op het resultaat, vermelden we in de tabel hieronder. Omschrijving voordeel (+) en nadeel (-)
I/S
Leges omgevingsvergunningen De legesopbrengst is lager dan de gewijzigde begroting door nog minder aanvragen omgevingsvergunningen dan de neerwaartse bijstelling bij de tweede burap.
I
Bedrag x € 1.000 -54
Gemeenschapshuizen De uitloop van investeringen met betrekking tot de Sint Josephschool en De Schakel leiden tot een voordeel op de kapitaallasten.
I
+57
Verkoop reststroken Het project is gestart in mei 2015 en de opgave voor 2015 is behaald. Overeenkomsten zijn getekend. Conform de verslagleggingsvoorschriften dienen echter pas bij het passeren van de akten in 2016 de opbrengsten te worden verantwoord. Dit levert voor 2015 een nadeel ten opzichte van de begroting op dat in 2016 gecompenseerd zal worden door eenzelfde voordeel.
I
- 64
11
Milieuonderzoek en afkoopsom huurwoning De extra kosten van een milieuonderzoek voor de Rakerstraat en de afkoopsom voor de beeindiging van het huurcontract woning v. Hornelaan leveren een nadeel op ten opzichte van de begroting.
I
-61
Binnensportaccommodaties Lagere stookkosten door het relatief warme weer, lagere energielasten vanwege de werking van het nieuwe luchtbehandelingssysteem, een aanbestedingsvoordeel bij het vervangen van de verlichting en diverse kleinere afwijkingen leiden tot een voordeel bij de binnensportaccommodaties.
I
+76
Buitensport De overstap naar een andere gasleverancier, de aanschaf van een pomp voor onderhoud van het veld, het vervangen een elektriciteitskast, meer groenonderhoud voor de sportvelden en diverse kleinere afwijkingen leiden tot een nadeel bij de buitensport.
I
-60
Uitvoeringskosten BUIG De besparing op de uitvoeringskosten is mede door de toename van het aantal uitkeringen op A2-niveau en de hogere taakstelling voor de opvang van statushouders in 2015 niet gerealiseerd.
I
-50
Inkomen BUIG Door stringente handhaving zijn er in 2015 veel meer uitkeringen teruggevorderd dan begroot.
I
+79
COA De personele inzet rond de opvang van vluchtelingen (bestuur, beleid, communicatie en buitendienst) is gedekt uit de reguliere P-budgetten. Hiernaast is de bijdrage op basis van het Faciliteitenbesluit lager uitgevallen dan begroot. Per saldo leidt dit tot een voordeel.
I
+67
OHBA Het nadeel bij de lasten is ontstaan door kosten van onderwijshuisvesting voor asielzoekers, waaronder inrichting, onderwijsleerpakketten en aanleg van computernetwerk. Hiernaast zijn de OHBA-middelen uiteindelijk hoger uitgevallen dan begroot. Per saldo leidt dit tot een nadeel.
I
-66
Individuele maatwerkvoorzieningen Voor woonvoorzieningen en rolstoelen werden minder uitgaven gedaan. Tevens is voor folderen communicatiemateriaal minder uitgegeven dan begroot.
I
+57
Pensioenverplichtingen wethouders Zowel de commissie BBV als het ministerie van BZK hebben een sterke voorkeur uitgesproken om volledig in de dekking te voorzien van de per balansdatum reeds bestaande pensioenverplichtingen voor (oud) wethouders. Dit in plaats van de lasten op te vangen op de toekomstige pensioendatum. Om het pensioengat te dichten en dus het beleggingstegoed volledig aan te laten sluiten op de pensioenaanspraken van de wethouders, hebben we bij de pensioenverzekeraar een eenmalige extra koopsom van € 465.000,- gestort.
I
-465
Burgerdiensten / secretarieleges Met name de legesopbrengsten van reis- en rijdocumenten zijn hoger uitgevallen dan begroot. In afwachting van de uitkomsten van het onderzoek naar de kostendekkendheid van de leges wordt dit voordeel vooralsnog als incidenteel beschouwd.
I
+50
Algemene uitkering De decembercirculaire heeft ten opzichte van de septembercirculaire een voordeel opgeleverd van € 107.000,- door aanpassing van aantallen rond de uitkeringsmaatstaven. Hiernaast hebben er verrekeningen over voorgaande jaren plaatsgevonden tot een bedrag van € 41.000,- voordelig.
I
+148
Treasury / Algemene baten en lasten / rente Deze voordelige afwijking bestaat met name uit het verschil tussen de verzamelde rentekosten en de doorbelasting daarvan naar de producten tegen een hoger voorcalculatorisch rentepercentage. Vanwege de dalende rentekosten van de afgelopen jaren is het voorcalculatorisch rentepercentage inmiddels vanaf 2016 van 4 naar 3 % naar beneden bijgesteld.
I
+231
Algemene baten en lasten / claim belastingdienst Periodiek komt de belastingdienst voor een controle langs. In 2015 is een controle gestart en deze was begin 2016 net afgerond. Voorzichtigheidshalve nemen we op basis van de
I
-318
12
bevindingen van de belastingdienst over de gecontroleerde periode 2011 tm 2013 een bedrag op als naheffing. Algemene baten en lasten / dienstverlening structureel Dit voordeel is veroorzaakt doordat de investering van de applicatie voor het beheer van de Grootschalige Basiskaart Topografie is vertraagd.
I
+92
Algemene baten en lasten / A2-samenwerking De kosten van de GR A2-samenwerking zijn ook hoger dan begroot door een afwijking rond de softwarekosten. Bij onze tweede burap is aangegeven dat er een voordeel op de post software was van € 80.000,-. De GRS heeft aangegeven dat dit te positief is ingeschat en daarom moet deze post deels worden teruggedraaid.
I
-47
Algemene heffingen De totale belastingopbrengsten zijn hoger vooral door meer OZB-inkomsten dan begroot.
I
+56
Overheveling budgetten Voorgesteld wordt om een vijftal incidentele (restant)budgetten over te hevelen naar 2016 via de bestemming van het jaarresultaat. Deze overhevelingen hebben met name betrekking op vertragingen rond de toeristische poort in Budel-Dorplein, het opstellen van het woonwagenbeleid en het onderzoek naar de privatisering van het Zuiderpoortbad (zie bijlage 5 voor toelichting).
I
+154
Overige afwijkingen < € 40.000,-
I S
+137 -30 -11
TOTAAL
Voor de een nadere toelichting op bovenstaande afwijkingen en een toelichting op alle overige afwijkingen boven € 20.000,- verwijzen we naar de verantwoording per programma. Behandeling programmarekening Data: 5 april 2016
Eerste behandeling in college Burgemeester en Wethouders
12 april 2016
Tweede behandeling in college Burgemeester en Wethouders
24 mei 2016
Definitieve vaststelling jaarrekening college Burgemeester en Wethouders
25 mei 2016
Jaarstukken digitaal verzenden aan de gemeenteraad
27 mei 2016
Per fractie 2 analoge documenten jaarstukken beschikbaar
Voorstel: 3 juni 2016
Aanleveren 12 uur technische vragen
6 juni 2016
Beantwoording technische vragen
6 juni 2016
Behandeling jaarstukken in de adviescommissie
21 juni 2016
Behandeling jaarstukken in raadsvergadering
13
Leeswijzer Deze leeswijzer geeft u inzicht in de opbouw van de jaarstukken 2015 van de gemeente Cranendonck. De jaarstukken zijn opgebouwd uit drie hoofdcomponenten, namelijk het jaarverslag, de jaarrekening en de bijlagen. Hieronder wordt per component de inhoud kort toegelicht. Jaarverslag Het jaarverslag bestaat uit 3 onderdelen, namelijk de programmaverantwoording, de paragrafen en de majeure projecten. Programmaverantwoording In dit onderdeel van de jaarstukken verantwoorden we het uitgevoerde beleid. Het begint met een overzicht van de totale programmakosten. Vervolgens zijn de programma’s conform de programmabegroting 2015 opgenomen, namelijk:
1. Wonen + leven 2. Werk + economie 3. Recreatie + toerisme 4. Zorg (inmiddels Sociaal Domein) 5. Bestuur + algemene dekkingsmiddelen
We hebben per programma vervolgens de volgende informatie opgenomen:
De missie van het programma Hierin refereren we aan wat we willen bereiken per programma. Deze missies zijn overgenomen zoals vastgelegd in de programmabegroting 2015.
Wat hebben we bereikt? Hier laten we zien waar het gevoerde beleid zich in 2015 met name op gericht heeft en wat we daadwerkelijk bereikt hebben.
De producten Dit zijn de producten zoals vastgelegd in de Programmabegroting 2015. Per product is het doel en de uitvoeringsmaatregel opgenomen. Daarnaast is de kolom opgenomen met een kleur die aangeeft wat de stand van zaken was bij de 2e Burap. De tweede kolom geeft de kleur aan van de stand van zaken bij de jaarrekening. De betekenis van de kleuren is als volgt:
Groen Oranje Rood
Loopt volgens planning, of is reeds volledig gerealiseerd. Loopt achter op planning, maar wordt wel binnen de voorgenomen kaders gerealiseerd. Niet gerealiseerd. Er wordt aangegeven welke maatregelen genomen moeten worden of toegelicht waarom het niet gerealiseerd kan worden Effect- en prestatie-indicatoren De effect- en prestatie-indicatoren zijn geactualiseerd naar de huidige inzichten. Overzicht baten en lasten Per programma is een totaaloverzicht van de kosten toegevoegd.
Verantwoording afwijkingen Per product volgt tot slot een analyse van de financiële afwijkingen. Aangezien de cijfers afgerond worden op duizendtallen, kan het voorkomen dat er kleine afwijkingen voorkomen tussen de tabellen en de analyse hierop.
14
Paragrafen Conform de verslagleggingsregels voor het opstellen van de jaarstukken is een aantal paragrafen opgenomen: Paragraaf Bedrijfsvoering Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing Paragraaf Verbonden partijen Paragraaf Financiering Paragraaf Lokale heffingen Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen Paragraaf Grondbeleid Paragraaf Subsidies De paragraaf Subsidies is nieuw ten opzichte van voorgaande jaren (en niet verplicht). Majeure projecten Bij de kadernota 2012 zijn de majeure projecten geïntroduceerd om inzicht te krijgen in ontwikkelingen die substantiële consequenties hebben. In de programmarekening wordt verantwoording gegeven per majeur project. De volgende projecten hebben per 31 december 2015 de status ‘majeur project’:
Ontwikkeling wegenstructuur Centrumplan Budel Gebiedsvisie ‘Kansen over grenzen’ Beleidsprogramma dienstverlening Bestemmingsplan DIC Baronie van Cranendonck
Per majeur project wordt de status en de voortgang aangegeven. Jaarrekening Het tweede hoofdcomponent, de jaarrekening, bestaat uit 2 onderdelen, namelijk de staat van baten en lasten en de balans. Beide onderdelen zijn voorzien van een toelichting. Bijlagen In het derde en laatste hoofdcomponent is een aantal bijlagen ter toelichting opgenomen. Te weten: Staat van reserves en voorzieningen Overzicht investeringen Overzicht incidentele baten en lasten SISA-verantwoordingsinformatie Overzicht over te hevelen budgetten Statusoverzicht bezuinigingstaakstelling Overzicht cijfers Sociaal domein Overzicht kerngegevens Lijst met afkortingen
15
16
Jaarverslag 2015
17
18
Programmaverantwoording
19
Programma 1: Wonen + leven Missie van het programma: De gemeente Cranendonck focust zich vooral op het behouden en versterken van de groene en rustieke, fijne leef- en woonomgeving. Het ‘eigene’ van elke kern behouden of versterken we. Budel heeft een centrumfunctie en voorzieningen in de verschillende kernen blijven behouden voor zover deze zichzelf bedruipen. Producten: 1. Wonen 2. Verkeer & vervoer 3. Openbare voorzieningen 4. Openbare ruimte
Relatie met majeur project 1. Centrumplan Budel 2. Centrumvisie Maarheeze (afgerond) 3. Ontwikkeling wegenstructuur 4. De Borgh (niet meer majeur)
Wat hebben we bereikt? Product Wonen De nieuwe Woningwet is per 1 juli 2015 in werking getreden. Deze wet vraagt om een trekkende rol vanuit de gemeente op het gebied van volkshuisvesting. Deze rol is in 2015 opgepakt: 1) Als voorbereiding op de in te stellen kernwerkgebieden van corporaties hebben wij een scan uitgevoerd naar de solvabiliteit en investeringsmogelijkheden van corporaties in de regio. 2) Tevens zijn prestatieafspraken 2016 vanuit de gemeente opgesteld en samen met woCom vastgesteld. Dit alles als basis voor meer stuurkracht vanaf 2016. De woningmarkt is in 2015 weer in beweging gekomen met als gevolg dat ook bouwinitiatieven weer voorzichtig van de grond komen. Als gevolg van gewijzigde regelgeving: nieuwe Woningwet, Ladder van duurzame verstedelijking, aangetrokken regelgeving op het gebied van leningen voor starters en anderen is de woonvraag drastisch gewijzigd. Dit vraagt om een actualisatie van het woningbouwprogramma. Ter voorbereiding hierop heeft in 2015 een inventarisatie plaatsgevonden van actuele bouwlocaties, -titels, met een quick-scan naar de haalbaarheid/wenselijkheid van de in de scan genoemde bouwlocaties. Tevens is samen met stakeholders de actuele vraag naar welk type woningen we in Cranendonck moeten bouwen geïnventariseerd. Deze input is de basis voor nieuw op te stellen kaders en het woningbouwprogramma welke in 2016 wordt uitgewerkt waardoor woningbouwvraagstukken integraal (zoals het zorgaspect), kwalitatief en kwantitatief afgewogen kunnen worden in relatie met de ombouw van leegstaande panden naar woningen (transformatieopgave). De starterslening is geheel benut. In totaal zijn aan 27 jonge starters (met partner en gezin) leningen verstrekt, wat past binnen de doelstelling om jonge mensen naar Cranendonck te trekken. De structuurvisie “Landelijke Klasse – 2024 gemeente Cranendonck” is vastgesteld. Product Verkeer & vervoer Een goede en veilige bereikbaarheid van onze kernen en gebieden en een goede verbinding met de essentiële voorzieningen, zoals (medische) zorg en winkels, is noodzakelijk. Ook draagt een goede bereikbaarheid bij aan de versterking van de ruimtelijk-economische structuur. Onderhoud en verbetering van het bestaande wegennet zijn van belang, waarbij de verkeersveiligheid bijzondere aandacht vraagt. Een bijdrage aan bovenstaande punten vormen de werkzaamheden aan de tijdelijke randweg zuid die in 2015 zijn uitgevoerd en afgerond. Daarnaast is voor het project Samen mee naar de A2 een volgende stap gezet. Er is een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd dat in februari 2016 ter besluitvorming is aangeboden.
20
Het lobbytraject voor verbreding van de A2 heeft een volgende mijlpaal gehaald. De minister heeft besloten om een Meerjaren Infrastructuur Ruimte en Transport (MIRT) onderzoek te starten dat medio 2017 afgerond moet zijn. Het opstellen van GVVP is niet in 2015 maar zal in 2016 worden afgerond. In februari 2016 is de bestuursopdracht met bijbehorende planning door de raad vastgesteld. Product Openbare voorzieningen Gemeenschapshuizen faciliteren en stimuleren om de sociale cohesie binnen het dorp verder te versterken. In mei 2015 is het besluit genomen voor herontwikkeling van gemeenschapshuis de Borgh en deze wordt uitgevoerd binnen de gestelde kaders. Daarnaast is de verbouwing van de St. Jozefschool in Maarheeze in volle gang en is het eerste onderzoek voor het verbouwen van de Schakel in BudelDorplein uitgevoerd. Een sterke kern met body en uitstraling heeft al snel een natuurlijke centrumfunctie. Samen met de klankbordgroep is voor Maarheeze de centrumvisie vastgesteld. In Budel hebben we ons gefocust op de inventarisatie en analyse over de locatie van de Jumbo. Overige ontwikkelingen in het centrum staan hiermee in verband. Product Openbare ruimte De kwaliteit van de openbare ruimte bepaalt voor een groot deel hoe bewoners, bezoekers en ondernemers Cranendonck ervaren en gebruiken. Voor een aantrekkelijke en dynamische woon- en leefomgeving is een duurzaam en hoogwaardig ingerichte openbare ruimte met een optimale gebruikswaarde van het grootste belang. We hebben hier hard aan gewerkt. Met input van burgers is de nieuwe IBOR-normering en het Verbreed Gemeentelijk rioleringsplan vastgesteld, is het areaal in beeld gebracht, heeft Budel-Schoot nu een natuurlijke speelplek en zijn de eerste stappen gezet voor een handboek Algemene Regels Cranendonckse Openbare Ruimte. Zoals in ieder programma gaat ook in dit programma een groot deel van onze capaciteit en budgetten naar onze reguliere werkzaamheden. Uiteraard hebben we bij deze werkzaamheden ook resultaten geboekt, al staan deze soms minder op ieders netvlies. Zo is in 2015 de monumentensubsidieverordening en het bestemmingsplan Kom Budel vastgesteld, zijn er vele vergunningen verleend en hebben we hard gewerkt om de bestaande openbare ruimte kwalitatief op peil te houden. Bijna alle geplande uitvoeringsmaatregelen voor 2015 staan op groen. Hieruit kunnen we concluderen dat het programma Wonen + Leven in 2015 succesvol is geweest.
Product
Doel Wat wil de raad bereiken?
1. Wonen 1.1 De gemeente wil – in nauwe samenwerking met hun burgers - de kwaliteit van leven behouden of versterken. Dat doen we door enerzijds het voorzieningenniveau te handhaven en waar mogelijk te versterken en anderzijds het waarborgen van een goede, gezonde en duurzame woonomgeving. Ook willen we het
Uitvoeringsmaatregel Wat doen we ervoor als college? 1.1.1 Centrumplan Budel
1.1.2 Centrumvisie Maarheeze 1.1.3 Vergunningen 1.1.4 Monumentenzorg actualiseren monumentensubsisieveror dening 1.1.5 Bestemmings- en structuurplannen- en structuur
Kleur uit 2e burap
Kleur eind 2015
Resultaat Wat hebben we in 2015 gedaan?
Besluit over locatie Jumbo is niet genomen in 2015, maar wordt medio 2016. Overige ontwikkelingen staan hiermee in verband. Visie is in Raad van september vastgesteld Uitvoering conform wet- en regelgeving. De subsidieverordening is conform planning in Q4 vastgesteld. Kom Budel is vastgesteld in december 2015.
21
woningaanbod afstemmen op de huidige en toekomstige behoefte per kern. Diversiteit en kwaliteit gaan boven kwantiteit. Het accent ligt op jonge mensen die in Cranendonck wonen en werken en op het aantrekken van kenniswerkers die in de regio werken.
-
actualiseren bestemmingsplannen bestuursopdracht Verordening Ruimte begeleiden partiele herzieningen en onderzoek kostendekkendheid leges.
1.1.6 Woningbouw continueren startersleningen gedeeltelijke uitvoering Woonvisie kostendekkendheid leges (zie 1.1.5)
1.1.7 Woonwagencentra opstellen woonwagenbeleid
1.1.8 Vaststellen structuurvisie
2. Verkeer & vervoer 2.1 Om een goede en veilige leef- en woonomgeving te waarborgen en te verbeteren bevordert de gemeente de verkeersveiligheid, stimuleert het
2.1.1 Wegen ontwikkeling wegenstructuur onderhoud wegen voorbereiden herinrichten Deken van Baarsstraat/Capucijnerplein
Bestuursopdracht verordening ruimte (zogenaamde menukaart voor het bestemmingsplan buitengebied) wordt in de 1e helft 2016 aangeboden aan de raad.
Partiele herzieningen worden zoveel mogelijk meegenomen in komplannen, maar deze blijven ook apart lopen. Onderzoek kostendekkendheid leges heeft meegelopen in het onderzoek van financiën over de algemene kostendekkendheid van de leges. In 2016 vindt een vervolgonderzoek plaats. 1. In 2015 zijn opnieuw Startersleningen uitgegeven. Totaal zijn 27 leningen verstrekt. 2. Diverse punten uit de Woonvisie zijn vastgesteld, cq uitgevoerd zoals prestatieafspraken 2016 met woCom, Duurzaamheidsnota, Structuurvisie, overleg met stakeholders opgestart, woonvisie en structuurvisie in bestemmingsplannen verwerkt, beginspraak voor inspraak. 3. 13 woningen zijn gerealiseerd Intern onderzoek naar voorhanden zijnde gegevens mbt woonwagens en locaties is afgerond. Overleg gevoerd met WOCOM over uitgangspunten en input meegenomen in intern onderzoek. Nader onderzoek is ingesteld in samenspraak met WOCOM naar de technische stand van zaken van de woonwagenlocaties. Deze onderzoeken hebben een langere doorlooptijd dan verwacht waardoor de planning in 2015 niet gehaald is. De structuurvisie en de uitvoeringsparagraaf zijn in juli 2015 vastgesteld. -
Ontwikkeling wegenstructuur zie majeure project Onderhoud conform planning Voorbereiding herinrichting Deken van Baarsstraat/ Capucijnerplein conform planning 2e Burap.
22
openbaar vervoer en beperkt de verkeersoverlast. Een goede en veilige infrastructuur is bovendien noodzakelijk voor een goed functionerende lokale economie en aantrekkelijk voor toerist en recreant.
2.1.2 Straatverlichting uitvoeren kwaliteitsplan en vervangingsplan 2.1.3 Gladheidsbestrijding
Conform planning
2.1.4 Verkeersmaatregelen/veiligheid gedeeltelijke uitvoering Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer
Er is extra tijd besteed aan de projecten Rijksweg A2, fiets en busverbinding Were Di en vrachtverkeer Maarheeze. Nieuwe planning is dmv 2e burap vastgesteld. Geen nieuwe ontwikkelingen.
2.1.5 Openbaar vervoer
3. Openbare voorzieningen 3.1 Behouden en waar mogelijk vergroten van de leefbaarheid van de kernen van Cranendonck. Basisvoorzieningen (zoals het gemeenschapshuis en de bibliotheek) en de directe betrokkenheid van de inwoners zijn daarvoor belangrijke voorwaarden.
Conform planning
2.1.6 Opstellen GVVP
Opstellen van GVVP zal niet in 2015 maar in 2016 worden afgerond. In het najaar is de bestuursopdracht met bijbehorende planning door de raad vastgesteld.
3.1.1 Openbare bibliotheek subsidiering bibliotheekwerk 3.1.2 Gemeenschapshuizen: - besluitvorming “Herontwikkeling de Borgh
Conform subsidieverordening en nadere regels
- uitvoeren besluit “St. Josephschool” - Besluitvorming “de Schakel”
- regulier onderhoud gemeenschapshuizen - uitwerken beleidsvisie gemeenschapshuizen
3.1.3 Lokaal sociaal beleid
Besluit is in mei 2015 genomen en wordt uitgevoerd binnen de gestelde kaders. Naar verwachting oplevering 2017. In de 2e Burap is aangekondigd dat oplevering naar verwachting 2e kwartaal 2016 plaatsvindt. In 2015 is de Wmo huiskamer gerealiseerd. In oktober 2015 is reeds het 1e deel van het vervolg onderzoek vastgesteld door de raad. De resultaten van het 2e deel (scenario onderzoek) wordt uiterlijk in mei 2016 ter besluitvorming voorgelegd aan de Raad. Conform planning Wijziging in de visievorming: taken en functies van een gemeenschapshuis moeten binnen de eigenheid van de kern worden uitgewerkt. Zo zijn de mogelijkheden om de Schaapskooi in Gastel beter aan te laten sluiten bij de behoeften onderzocht. Samen met verantwoordelijk bestuurder ingezet op integratie buurtbeheer in burgerparticipatie.
23
4. Openbare ruimte 4.1 Onze burgers wonen in een omgeving waarbij ze tevreden zijn over het beheer van de openbare ruimte.
4.1.1 Herijken IBOR-normering
4.1.2 start opstellen beleid per vakdiscipline en overkoepelend integraal beleid voor de openbare ruimte
4.1.3 Waterlossingen en (berm)sloten
4.1.4 Groenvoorziening opstellen bomenbeleid
4.1.5 Speelvoorzieningen verminderen aantal speelplekken opleveren twee natuurlijke speelplekken 4.1.6 Afval actiepunten inzameling afval 4.1.7 Riolering uitvoeren jaarschijf vGRP 2011 – 2015
-
opstellen vGRP 2016 – 2020
De gemeente heeft de kwaliteitseisen van de openbare ruimte in de raadsvergadering van 29 september opnieuw vastgelegd Het overkoepelend beleid en ARCOR worden gecombineerd in één rapportage. Deze zal bestaan uit meerdere delen. De eerste delen zijn in 2015 opgeleverd. De gehele rapportage is eind 2016 gereed. Dit is conform planning. De sloten zijn geïnventariseerd en er is bepaald welke ingepast moeten worden in een maairegime. Op basis hiervan is een aanbesteding afgerond. Het bomenbeleid is op 15 december 2015 geamendeerd vastgesteld. De lijst met waardevolle particulieren en monumentale bomen moet nog worden toegevoegd. Dit gebeurd in 2016. Als gevolg van bodemverontreiniging is realisatie van natuurlijke speelplek Dorplein niet gerealiseerd in 2015. Hierdoor blijft € 22.000,budget gereserveerd. Conform planning
De voorziene projecten zijn aanbesteed en de uitvoering is nagenoeg afgerond. In 2016 volgt nog de definitieve afronding en de financiële afrekening. Het vGRP 2016-2020 is in de gemeenteraad van 17 oktober vastgesteld.
4.1.8 Milieu opstellen bodembeleid duurzaamheidsnota 4.1.9 Algemene begraafplaatsen opstellen en vaststellen integraal begraafbeleid
Zowel het bodembeleid als de duurzaamheidsnota zijn vastgesteld door de raad. Het begraafbeleid is niet conform planning in het laatste kwartaal van 2015 behandeld in de raad. De nieuwe planning gaat uit van eerste helft 2016
4.1.10 Sponsoring objecten in de openbare ruimte
Het zoeken naar sponsoring van objecten in de openbare ruimte geeft onvoldoende invulling aan de bezuiningingsopdracht. Nu worden andere concepten onderzocht om de bezuiniging alsnog te realiseren.
24
Effectindicatoren Nr.
Omschrijving
1.1
% aantal woningen gereed / totaal regionaal woningbouwprogramma 2012-2022 Migratiesaldo jongeren 25-35 jaar in % per 31-12 Tevredenheid burger over verkeersveiligheid Tevredenheid burger openbaar vervoer in gemeente Tevredenheid burger over welzijnsvoorzieningen Tevredenheid burger over openbare ruimte
2.1 3.1 4.1
Realisatie (voorgaande jaren)
Bron
Streefwaarde 2015
Gerealiseerde waarde 2015
BAG / SRE
20%
34%
GBA
0%
+1%
WSJG WSJG WSJG WSJG
-
* * * *
6,4 6,1 5,9 6,4
*Voor 2015 stond het onderzoek Waar Staat Je Gemeente niet gepland, waardoor er geen uitspraken gedaan kunnen worden over de gerealiseerde waarde.
Prestatie-indicatoren Nr.
Omschrijving
1.1.2
Vaststellen majeur project centrumvisie Maarheeze Actualiseren monumentenverordening Doorlopend actualiseren van bestemmingsplannen Bestuursopdracht Verordening Ruimte
1.1.4 1.1.5 1.1.5 1.1.5
4.1.5
Begeleiden partiële herzieningen en onderzoek kostendekkendheid Gedeeltelijk uitvoeren woonvisie Continueren startersleningen Woonwagenbeleid Vaststellen Structuurvisie Herinrichten Deken van Baarsstraat/Capucijnerplein Uitvoeren tijdelijke maatregelen Randweg Zuid Uitvoeren kwaliteitsplan en vervangingsplan lichtmasten Gedeeltelijke uitvoering jaarschijf Uitvoeringsprogramma verkeer en vervoer Opstellen GVVP Besluitvorming ‘Herontwikkeling De Borgh’ Aanpassing gemeenschapshuis de Schakel Realisatie dorpssteunpunt Maarheeze (St. Josephschool Herijken IBOR-normering Opstellen integraal beleid openbare ruimte /ARCOR Oplevering twee natuurlijke speeltuinen
4.1.7 4.1.7 4.1.8 4.1.9 4.1.10
Uitvoeren jaarschijf vGRP Opstellen nieuw vGRP 2016-2020 Opstellen bodembeleid Opstellen begraafbeleid Opstellen bomenbeleid
1.1.6 1.1.6 1.1.7 1.1.8 2.1.1 2.1.1 2.1.2 2.1.4 2.1.6 3.1.2 3.1.2 3.1.2 4.1.1 4.1.2
Bron
Streefwaarde begroting 2015 Gereed
Streefwaarde 2e burap 2015 Gereed
Werkelijke waarde 2015 Gereed
Gereed Gereed
Gereed Gereed
Gereed Gereed
Gereed
Gereed
Onderzoek / uitvoering Gereed Gereed Gereed Gereed Voorbereiden
Gereed Gereed Gereed Ander besluit Gereed Ander besluit
Andere opzet RIB Onderzoek/uitv oering Gereed Gereed Ander besluit Gereed Ander besluit
Gereed
Gereed
Gereed
Gereed
Gereed
Gereed
Gereed
Gereed
Gereed Voorbereiden Voorbereiden Uitvoeren
Voorbereiding Gereed Voorbereiding Voorbereiding/ uitvoering Gereed Voorbereiden
Planning aangepast Voorbereiding Conform besluit Conform besluit Voorbereiding/u itvoering Gereed Voorbereiden
Gereed Voorbereiden Gereed Gereed Gereed Gereed Gereed Gereed
Voorbereiding (locatie) Gereed Gereed Gereed Gereed Gereed
Voorbereiding Deels gereed Gereed Gereed Niet gereed Gereed
25
Overzicht baten en lasten PROGRAMMA 1 - Wonen + Leven (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting 2015
Rekening 2014
Begrotings wijzigingen 2015
Totaal begroot 2015
Rekening 2015 Afwijking
Lasten 1.1 Openbare Ruimte
-5.541
-5.894
-301
-6.195
-5.823
1.2 Openbare Voorzieningen
-1.266
-1.192
-84
-1.276
-1.215
61
1.3 Verkeer & Vervoer
-2.907
-3.870
-249
-4.119
-3.766
353
1.4 Wonen Totaal Lasten
372
-2.068
-2.088
183
-1.905
-1.833
72
-11.782
-13.044
-451
-13.495
-12.637
857
3.821
3.910
372
4.282
4.190
-92
65
92
-17
75
63
-13
4
35
0
35
25
-10
477
1.505
-966
539
627
88
4.367
5.542
-611
4.931
4.905
-26
-7.415
-7.502
-1.062
-8.564
-7.732
831
Baten 1.1 Openbare Ruimte 1.2 Openbare Voorzieningen 1.3 Verkeer & Vervoer 1.4 Wonen Totaal Baten Saldo vóór resultaatbestemming Bestemmingen Toevoegingen reserves
-123
-217
-1.010
-1.227
-1.246
-19
Onttrekkingen reserves
699
1.826
1.486
3.312
2.726
-586
Bestemmingen per saldo Saldo ná bestemming
575
1.609
476
2.085
1.480
-605
-6.839
-5.893
-585
-6.479
-6.252
226
Reserves
Saldo -54
Verantwoording afwijkingen Verantwoording afwijking product: Wonen Bouwvergunningen De leges zijn voor 2015 afgeraamd naar € 344.000,- De totale inkomsten aan leges bedraagt echter € 290.000,-. Het aantal aanvragen om omgevingsvergunning en daarmee ook het investeringsniveau is in 2015 achtergebleven op de al bijgestelde raming. De incidentele aframing in de 2e Burap is onvoldoende geweest. Bestemmings- en structuurplannen De toeristische poort in Budel-Dorplein is nog niet gerealiseerd ivm samenhang met Project Gemeenschapshuis de Schakel. Het bedrag dat hiervoor gereserveerd staat wordt overgeheveld (zie raadsbesluit 8 maart 2016). Via de anterieure overeenkomsten ontvangen we bijdragen voor de Reserve Bovenwijkse Voorzieningen. Deze bedragen worden gestort in de reserve Bovenwijkse Voorzieningen. De juridische advieskosten inzake de afwikkeling van Hof van Cranendonck zijn op dit product verantwoord omdat de grex HvC per 31-12-2014 afgesloten is. Woonwagencentra Het budget voor het opstellen van woonwagenbeleid wordt overgeheveld naar 2016. Planning is aangepast. Er is in 2015 een start gemaakt en de afwikkeling volgt in 2016. Diverse kleine afwijkingen Totaal product Verantwoording afwijking product: Verkeer en Vervoer Boogert/Hummelhonk De investering met betrekking tot de infrastructuur bij de nieuwbouw De Boogurt/Hummelhonk is met een voordeel afgesloten. Dit geeft een lagere onttrekking uit de algemene reserve.
S/I I
I
Lasten
Baten -54
+40
I
+40
+133
-133
0
I
-20
-20
I
+40
+40
I I S/I I
+12 +72 Lasten +78
+9 +88 Baten
0 -133 Reserves -78
+21 +27 Saldo 0
26
Straatverlichting De elektriciteitskosten zijn jaarlijks wisselend als gevolg van fluctuerende energietarieven. Voor 2015 heeft dit geleid tot een incidenteel voordeel. Schouw Oud Schoot Uit de schouw in Oud Schoot in aanwezigheid van betrokkenen is gebleken dat het (extra) gereserveerde bedrag van € 150.000 niet nodig is. De onttrekking uit de reserve behoeft daarom eveneens niet plaats te vinden. Kapitaallasten infrastructuur Rond investeringen in de infrastructuur welke direct uit algemene reserve gedekt worden zijn er enkele afwijkingen te zien (met name bij vrachtverkeer Maarheeze, Centrumplan Budel en Randweg Zuid). De afwijkingen leiden ook tot lagere onttrekkingen uit de algemene reserve. Diverse kleine afwijkingen
I
+26
+26
I
+150
-150
0
I
+77
-77
0
I
+22
-10
+ 12
+24
I
+353
-10
-293
+50
Verantwoording afwijking product: Openbare voorzieningen Gemeenschapshuizen De uitloop van investeringen met betrekking tot de Sint Josephschool en De Schakel leiden tot een voordeel op de kapitaallasten. Diverse kleine afwijkingen Totaal product
S/I
Lasten +57
Baten
Reserves
Saldo +57
+4 +61
-13 -13
-9 -9
-18 +39
Verantwoording afwijking product: Openbare Ruimte Speelvoorzieningen Als gevolg van bodemverontreiniging is de natuurlijke speelplek in Dorplein niet opgeleverd. Wij verzoeken het restantbedrag van het reeds overgehevelde budget ad. € 22.000,- over te hevelen naar 2016. Door achterblijvende besluitvorming is alleen het hoogst noodzakelijke onderhoud uitgevoerd wat een voordeel van € 13.000,- geeft. Tevens is er een voordeel van € 13.000,- doordat het geplande nieuwe beleid van ‘weghalen toestellen en opnieuw inrichten van achterblijvende grond’ niet is uitgevoerd. Groenvoorziening Deze geoormerkte Bio-gelden zijn vanuit de reserve Buitengebied in Ontwikkeling voor 2015 ter beschikking gesteld. De projecten zijn nogmaals getoetst op relevantie en inpasbaarheid in onder andere projecten, zoals de Baronie van Cranendonck. Dit heeft vertraging opgeleverd. Inmiddels is de voorbereiding in volle gang. De projecten worden in 2016 uitgevoerd. Het volledige bedrag zal in 2016 worden besteed. Wij verzoeken het budget over te hevelen. Afval Een hogere vergoedingsprijs van plastic en drankkartons heeft geleid tot een voordeel op de baten van € 156.000,-. Echter daar staan ook hogere kosten voor sorteer- en vermarktkosten tegenover van € 118.000,-. Er is € 30.000,- afvalstoffenheffing minder binnen gekomen dan begroot. Op een totale opbrengst van € 1.559.000,- is dit een beperkte afwijking. Lagere inzamel en verwerkingskosten voor restafval en gft hebben geresulteerd in een voordeel van € 45.000,-. Vanwege fluctuerende markttarieven is de afwijking als incidenteel opgenomen. Op diverse afvalstromen zijn minder kosten gemaakt als gevolg van fluctuaties in aangeboden tonnages alsmede door fluctuerende marktprijzen voor verschillende afvalsoorten. Dit geldt onder andere voor zwerfvuil, recyclingkosten en afvalstromen via de milieustraat. Voor de dekking van de kosten voor afval geldt een gesloten financiering via de afvalstoffenheffing. Er was begroot dat de
S/I
Lasten
Baten
Reserves
Saldo
Totaal product
I
I I
I
+22
+22
I
+26
+26
I
+222
I
-118
I
I
I
I
- 222
+156
+38
-30
-30
+45 +65
0
+45 +4
+69
-113
-113
27
onttrekking uit de voorziening inclusief BTW € 140.000,- zouden bedragen, echter het werkelijke exploitatietekort bedraagt € 27.000,- (verschil € 113.000,-). Riolering / water Er is vertraging opgelopen in de uitvoering van de jaarschijf 2013 en 2014. Dit heeft geleid tot een voordeel op de kapitaallasten van € 43.000,De incidentele begrotingswijziging in 2014 voor het leveren van elektriciteit is structureel doorgevoerd en heeft parallel gelopen aan de begroting 2016 waardoor het benodigde aanvullende budget dubbel opgevoerd is. Er zijn minder kosten voor advies gemaakt, onder andere doordat de verdiepingsslag van de voorziene waterkanskaart is uitgebleven en de externe inzet van het waterportaal beperkt is gebleven. Deze opbrengst van de rioolheffing was in 2015 hoger dan geraamd. Het tarief van de rioolheffing is in 2015 verhoogd op basis van het VGRP 2010-2015. Die tariefstijging heeft geleid tot een toename van de inkomsten in 2015. De kosten van riolering worden gedekt uit de rioolheffing, dit is een gesloten financiering. De meer- of minderopbrengst wordt geëgaliseerd via de voorziening riolering. Zoals hiervoor is toegelicht zijn er minder kosten gemaakt, en was er een voordeel op de rioolheffing. Dit heeft, samen met de wettelijk toegestane btwtoerekening, geleid tot een onttrekking van € 99.000,- uit de voorziening, terwijl een onttrekking van € 325.000,- begroot was. Milieu; geluidwerende maatregelen woningen Bij de overhevelingen is abusievelijk een bedrag van € 30.000,vermeld voor geluidwerende maatregelen. Dit bedrag is echter reeds via een ontvangen subsidie van het Ministerie voor volgend jaar al op een balansrekening gereserveerd. Hierdoor is een storting via de reserve overheveling overbodig. Begraven Het aantal begrafenissen op de algemene begraafplaats en verlengingen van grafrechten loopt terug. De oorzaak is de keuze om graven te laten ruimen, meer te cremeren en het gebruikmaken van alternatieve begraafplaatsen zoals bij de kerken. Dit leidt ook tot lagere kosten voor grafdelvingen en bijzettingen. De plannen om in 2015 een integraal begraafbeleid op te stellen zijn een jaar uitgesteld. Na afronding van de opstelling van dit integrale begraafbeleid zal er bekeken worden of de opgenomen ramingen eventueel structureel een bijstelling behoeven. Diverse kleine afwijkingen Totaal product Totaal structureel Totaal incidenteel Totaal programma
I
+43
+43
I
+21
+21
I
+24
+24
I
I
+109
+109
-226
-226
I
+30
I
+7
-27
I I S I
+15 +372 0 +858 +858
+35 -92 0 -27 -27
+30
-20
+22 -170 0 -605 -605
+72 +110 0 +226 +226
28
Programma 2: Werk + economie Missie van het programma: De gemeente Cranendonck profileert zich als gemeente waar ondernemers zich graag vestigen en gevestigd blijven. Hierbij neemt de gemeente een duidelijke positie binnen Brainport en de regio in. -
Producten: 1. Economie 2. Ondernemen
Relatie met majeur project: 1. Gebiedsvisie ‘Kansen over Grenzen’ 2. Bestemmingsplan D.I.C. 3. Baronie van Cranendonck
Wat hebben we bereikt? Product Ondernemen Met een positief gevoel blikken we terug op 2015. Een jaar waarin duidelijk naar voren kwam dat wij als gemeente vooral dingen gezamenlijk met ondernemers en instellingen moeten oppakken. Elkaar opzoeken, vinden en verder helpen zorgt voor gezamenlijke successen. Een goed voorbeeld hiervan is de toetreding tot het samenwerkingsverband Keyport2020. Op lokaal niveau heeft samenwerking met en facilitering door de gemeente ervoor gezorgd dat er een succesvolle editie van de Ondernemer van het Jaar is neergezet. Tevens hebben we samen met het BRAVO!-college en OCC een mooie koppeling kunnen leggen tussen onderwijs en bedrijfsleven met de organisatie van de eerste stage- en bedrijvenmarkt van Cranendonck. Voor de aanleg van glasvezel op bedrijventerreinen was het ook het OCC die er samen met gemeente, de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) en een private Cranendonckse investeerder voor heeft gezorgd dat de aanleg van glasvezel in Cranendonck gerealiseerd gaat worden. Om ondernemers continu te blijven betrekken bij dat wat er binnen Cranendonck speelt, is er dit jaar twee keer een nieuwsflits uitgegaan, is de promotie rondom de verkoop van Airpark nieuw leven ingeblazen en zijn ondernemers gevraagd mee te doen aan de benchmark ‘MKB-vriendelijkste gemeente’. Daarnaast hebben bedrijfsbezoeken met het college plaatsgevonden en vindt er structureel overleg plaats met Centrummanagement en het OCC. Product Economie Dat de gemeente daarnaast ook nog een beleidstaak heeft, mag hierbij niet worden vergeten. We hebben een belangrijke taak in het op de kaart zetten van Cranendonck. Hierop is stevig ingezet vanuit de gebiedsvisie Kansen over Grenzen en de komst van het Duurzaam Industriepark Cranendonck (DIC) binnen de Metropoolregio Eindhoven, Brainport en de provincie. Ook lokale ondernemers kunnen direct geholpen zijn door kaderstellend beleid. Vanuit die visie is het detailhandelsbeleid dit jaar via een interactief proces tot stand gekomen, waaruit zorg wordt gedragen om de leegstand in het centrum naar de toekomst tegen te gaan. Samen met Centrummanagement zijn detaillisten vanuit bedrijventerreinen overtuigd om zich in het centrum te vestigen. De eerste praktijkvoorbeelden van dit beleid zijn dus direct zichtbaar. Als gemeente faciliteren we graag bepaalde (particuliere) initiatieven die voor onze maatschappij kansen kunnen opleveren. De gebiedsvisie ‘Kansen over Grenzen’ is hier een uitstekend voorbeeld van. Vanuit het initiatief van Nyrstar om te komen tot een DIC is onderzocht welke spin-off deze ontwikkeling teweeg kan brengen, sociaal-economisch maar ook op het gebied van natuur, water en recreatie. De kansen liggen dus op een verscheidenheid van vlakken. Nu de bestemmingsplanprocedure voor het DIC verder gevorderd is, worden met de andere stakeholders nadere afspraken gemaakt over de verdere uitwerking. Via het vormgeven van de gebiedsontwikkeling Cranendonck-Weert-Kempen~Broek is al wel een start gemaakt met grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van economie, natuur, water en recreatie. Dit heeft geleid tot een intentieverklaring voor samenwerking die is getekend door twaalf organisaties. Met deze partijen wordt geïnventariseerd welke projectinitiatieven onderdeel uitmaken van een gezamenlijk uitvoeringsprogramma, waarbij uiteindelijk gezocht wordt naar de surplus voor ons vestigingsklimaat. Het streven is om eind 2016 een samenwerkingsovereenkomst te tekenen.
29
Ook in Cranendonck komt de woningmarkt langzaam in beweging. De verkoop van kavels in Budel Noord is nieuw leven ingeblazen. De markt wordt actief benaderd door advertenties en hoewel dat nog geen concrete verkopen heeft opgeleverd zijn er tal belangstellenden geweest die informatie over de kavels wensten. Er is ook samenwerking gezocht met alle lokale makelaars. De verkoop van reststroken is begonnen. De pilot kan als succesvol worden beschouwd. Wat betreft de pachtgronden was het in 2015 “op de winkel passen”. Daarnaast is in 2015 de grondnota vastgesteld. Terugkijkend naar 2015 kunnen we de uitvoering van het programma Werk + Economie 2015 als succesvol beschouwen. Veel uitvoeringsmaatregelen staan op groen. Product
Doel Wat wil de raad bereiken? 1. Economie 1.1 Het ontwikkelen en uitvoeren van beleid tot stimulering en activering van de economische bedrijvigheid in de gemeente en de regio. Zorgdragen voor een goede economische structuur en een positief ondernemersklimaat, waarbij Cranendonck een duidelijke positie inneemt in Brainport.
Uitvoeringsmaatregel Wat doen we ervoor als college?
Kleur uit 2e burap
Kleur eind 2015
Resultaat Wat hebben we in 2015 gedaan?
1.1.1 Transitie SRE – MRE.
In 2015 heeft de transitie SREMRE verder vorm gekregen.
1.1.2 Versterken Samenwerking over grenzen.
In Q1 2015 is de gemeente toegetreden tot Keyport 2020. Ondanks de korte tijd dat we als Cranendonck in Keyport2020 participeren zijn de positieve resultaten al zichtbaar. Het belang vanuit ondernemers komt duidelijk naar voren in het besluit van het OCC om ‘Keyport 2020’ als speerpunt aan te wijzen voor 2016. De eerste fase van het project Notitie Economische Kaders is afgerond. Gestart is met de ronde met externe stakeholders (OCC, Schepenhuis, ZLTO, Oké, Centrummanagement etc.).
1.1.3 Effectueren uitwerkingsplan ‘Kansen over grenzen’.
Daarnaast is er gestart met de inventariserende ronde om te komen tot een regionaal gebiedsoverleg multimodale bereikbaarheid. De voorbereidingen om te komen tot uitvoeringsorganisatie voor de Gebiedsontwikkeling Cranendonck-WeertKempen~Broek zijn gestart. De realisatie van de eerste fase van de multimodale haven is in uitvoering. Voor Groote Heide is een aanvraag voor financiering vanuit het LIFE+ programma ingediend. Kempen~Broek stelt een aanvraag op om in aanmerking te komen voor de erkenning als UNESCO Biosphere Reserve.
30
1.1.4 Verbeteren ondernemersklimaat en ondernemersvriendelijkheid van de gemeente.
1.1.5 Participatie in Centrummanagement.
1.1.6 Ontwikkeling parkmanagement.
1.1.7 Breedbandproject Glasvezel (op bedrijventerreinen)
Er is in 2015 een benchmark uitgevoerd ‘MKB-vriendelijkste gemeente’ met als doel meer inzicht en betere sturing op de behoefte uit de markt. Er wordt ingezet op verbeterde bereikbaarheid van de gemeente. Doordat invulling van de extra 0,5 Fte moeilijk blijkt, moet nadere uitwerking nog plaatsvinden. Deelname vanuit de gemeente aan de diverse werkgroepen loopt. Binnen deze werkgroepen worden diverse trajecten gezamenlijk uitgezet, waarbij de participatie van de gemeente gelijk is met andere participerende ondernemingen. De gemeente heeft € 10.000,extra ingezet voor verhoging van de aantrekkingskracht van het centrum, als uitvoering van het centrumplan. De ondernemers uit het centrum hebben ervoor gekozen deze gelden in te zetten om de wandelroute door het centrum, die door het VVV en de Heemkundekring is opgezet, aantrekkelijker te maken Doordat invulling van de extra 0,5 Fte moeilijk blijkt, heeft opstart van parkmanagement in 2015 niet plaatsgevonden. Er zijn wel gesprekken geweest en er is kennis opgedaan over de mogelijke aanpak om parkmanagement op te tuigen. Het glasvezelinitiatief voor het zakelijke glasvezel is in versnelling geraakt in 2015. De oprichting van de coöperatie en het gezamenlijk met gemeente, BOM en lokale private investeerder gevonden financieringsmodel heeft er samen met een positieve businesscase voor gezorgd dat alle voorbereidingen voor aanleg in 2015 zijn getroffen zodat in Q1 2016 het glasvezel ook daadwerkelijk aangelegd kan worden op bedrijventerrein ’t Rondven, Den Engelsman, Airpark en Fabriekstraat. Bewonderenswaardig is de inzet van de ondernemers die op nagenoeg vrijwillige basis vele uren hebben gemaakt om dit proces te doen slagen. In Q3 heeft de gemeenteraad besloten om voor particulier
31
glasvezel verder te kijken dan alleen Reggefiber. Dit levert kansrijke initiatieven op. De uitrol van de verkoop van Airpark verloopt volgens planning. Er is extra ingezet op pr. De uitwerking van de toekomst Nassau Dietzkazerne is mede afhankelijk van de besluitvorming over de toekomst van het COA. De voorbereidende werkzaamheden zijn gestart, oa overleg met de omwonenden.
1.1.8 Verder uitrollen Airpark fase 2. 1.1.9 Toekomst Nassau Dietzkazerne
2. Ondernemen 2.1 De gemeente Cranendonck schept voorwaarden om ruimtelijke ontwikkeling mogelijk te maken.
Nvt
2.1.1 Nota Grondbeleid opstellen.
Vastgesteld conform planning in 2015.
2.1.2 Verkoop van reststroken.
Start verkoop reststroken in mei 2015. De pilot is succesvol.
2.1.3. Bezuiniging: verhogen huurprijzen reststroken.
In de programmabegroting 2014 is een taakstelling opgenomen van € 10.000,- in 2015 ivm het verhogen van de huurprijzen reststroken. In 2015 is de pilot verkoop reststroken opgepakt. Huidige huurders worden eerst benaderd om te kopen. Parallel hieraan loopt het traject van de verhoging van de huurprijzen van de reststroken.
Effectindicatoren Nr.
Omschrijving
2.1
Tevredenheid burger over voorzieningen in directe woonomgeving
Realisatie (voorgaande jaren) 7,3
Bron
WSJG
Streefwaarde 2015
Gerealiseerde waarde 2015
-
*
*Voor 2015 stond het onderzoek Waar Staat Je Gemeente niet gepland, waardoor er geen uitspraken gedaan kunnen worden over de gerealiseerde waarde.
In 2015 heeft voor de eerste keer de benchmark ‘MKB-vriendelijkste gemeente’ plaatsgevonden. De resultaten zullen vanaf 2016 worden opgenomen als effectindicator.
Prestatie-indicatoren Nr.
Omschrijving
1.1.1 1.1.2 1.1.3
Transitie SRE – MRE Versterken Samenwerking over de grenzen Uitvoeren projecten uit Uitwerkingsplan gebiedsvisie ‘Kansen over Grenzen’ Verbeteren ondernemersklimaat en ondernemersvriendelijkheid van de gemeente Actieve deelname aan Centrummanagement organisatie
1.1.4 1.1.5
Bron
Streefwaarde begroting 2015 Uitvoeren Deelname Uitvoeren
Streefwaarde 2e Werkelijke burap 2015 waarde 2015 Uitvoeren Afgerond Deelname Deelname Uitvoeren Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Opgestart
Deelname
Deelname
Deelname
32
1.1.6
Opstarten
Opstarten
Niet opgestart
1.1.7 1.1.8
Actieve deelname aan Parkmanagement organisatie Breedbandproject Glasvezel Verder uitrollen Airpark fase 2
Deelname Voorbereiden
Ondersteunend Deelname
1.1.9 2.1.1 2.1.2
Toekomst Nassau Dietz Kazerne Nota grondbeleid Verkoop reststroken
Onderzoek Vaststellen uitvoeren
Deelname Voorbereiden – Deelname Onderzoek Vaststellen Uitvoeren
Onderzoek Vastgesteld Uitvoeren
Overzicht baten en lasten PROGRAMMA 2 - Werk + Economie (bedragen x € 1.000)
Rekening 2014
Vastgestelde begroting 2015
Begrotings wijzigingen 2015
Totaal begroot 2015
Rekening 2015 Afwijking
Lasten 2.1 Economie
-347
-403
-108
-511
-411
100
2.2 Ondernemen
-3.104
-5.367
320
-5.047
-1.410
3.637
Totaal Lasten
-3.452
-5.770
212
-5.558
-1.822
3.737
Baten 2.1 Economie 2.2 Ondernemen Totaal Baten Saldo vóór resultaatbestemming
27
137
-75
62
23
-39
2.964
5.050
-115
4.935
1.114
-3.822
2.991
5.187
-190
4.997
1.136
-3.861
-460
-583
22
-561
-685
-124 -59
Bestemmingen Toevoegingen reserves
-535
-60
32
-28
-87
Onttrekkingen reserves
132
140
47
187
277
90
-403
80
79
159
190
31
-864
-503
101
-402
-495
-92
Bestemmingen per saldo Saldo ná bestemming
Verantwoording afwijkingen Verantwoording afwijking product: Economie Glasvezel Er zijn minder inkomsten gegenereerd dan verwacht voor het afgeven van aanlegvergunningen voor glasvezel. De verwachting is nog gestoeld op voorgaande beleidslijn (100% verglazing voor 2017) die afgelopen jaar is gewijzigd. Eveneens zijn minder kosten gemaakt. Dit vanwege vroegtijdige afbouw van de glasvezeladviseur bij bedrijventerreinen en omdat de gemeente en Reggefiber niet tot concrete afspraken hebben kunnen komen. Hierna heeft de raad besloten andere initiatieven ook te ondersteunen en te blijven streven naar 100% verglazing. MP Kansen over de grenzen Samenwerken met externe partijen kent vele voordelen, maar heeft soms als onbedoeld effect dat het vertragend kan werken. Hierdoor is het beschikbare budget voor uitvoering van de notities Regionale Bereikbaarheid en Economische kaders nog niet volledig uitgegeven en vindt conform het raadsbesluit van december 2015 overheveling van het restantbudget naar 2016 plaats. Diverse kleine afwijkingen (baten en lasten) Totaal product
S/I I
Lasten +55
I
+21
I I
+24 +100
Baten -39
-39
Reserves -16
Saldo 0
-21
0
-6 -43
+18 +18
33
Verantwoording afwijking product: Ondernemen Verkoop reststroken Het project is gestart in mei 2015 en de opgave voor 2015 is behaald. Overeenkomsten zijn getekend. Conform de verslagleggingsvoorschriften dienen echter pas bij het passeren van de akten in 2016 de opbrengsten te worden verantwoord. Dit levert voor 2015 een nadeel ten opzichte van de begroting op dat in 2016 gecompenseerd zal worden door eenzelfde voordeel.
S/I I
Lasten -54
Baten -10
I
-61
I
-59
+25
I
+3.844
-3.844
Reserves
Saldo -64
-61
Milieuonderzoek en afkoopsom huurwoning De extra kosten van een milieuonderzoek voor de Rakerstraat en de afkoopsom voor de beeindiging van het huurcontract woning van Hornelaan leveren een nadeel op ten opzichte van de begroting. Baanverlegging/baanverlening Het in de 2e Burap 2014 beschikbaar gestelde bedrag van € 25.000,- (de bijdrage van de gemeente Cranendonck in dit project) is abusievelijk niet overgeheveld naar 2015 waardoor het in 2015 als een last (zonder budget) in de jaarrekening tot uiting komt. De werkelijke uitgaven waren € 59.000,- de toegezegde bijdrage van de Provincie is € 25.000,- . Grondexploitaties Voor een uitgebreide toelichting wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid. De afwijkingen op de baten en de lasten zijn mutaties op de grondexploitaties. In de grondexploitatieprojecten zijn bijdragen ontvangen voor de reserve bovenwijkse voorzieningen van € 33.000,- en de reserve BIO van € 26.000,De mutaties hebben betrekking op het afsluiten van enkele plannen en het aanvullen van de voorziening nadelige plannen. Voor een nadere toelichting verwijzen wij naar de paragraaf grondbeleid. Hiertegenover staat een nadeel van € 127.000,- bij programma 5 vanwege de mutatie in de reserve grondexploitatie (‘gesloten financiering grondexploitatie’). Diverse kleine afwijkingen (baten en lasten) Totaal product Totaal structureel Totaal incidenteel Totaal programma
-34
I
-59
-59
I
+127
+127
+6 +74 0 +31 +31
-20 -111 0 -93 -93
I I S I
-33 +3.637 0 +3.737 +3.737
+7 -3.822 0 -3.861 -3.861
34
Programma 3: Recreatie + toerisme Missie van het programma: De gemeente Cranendonck wil voor haar inwoners en derden een gemeente zijn waar het prettig recreëren en verblijven is. Producten: 1. Sport 2. Cultuur 3. Toerisme en evenementen
Relatie met majeur project 1. Baronie van Cranendonck
Wat hebben we bereikt? Product Sport Als we kijken naar de missie, is de uitvoering van programma 3 in 2015 positief verlopen. De combinatiefunctionarissen (3,9 fte) hebben een bijdrage geleverd aan landelijke doelstellingen brede impuls combinatiefuncties (zijn tevens de Cranendonkse doelstellingen), waaronder:
Het versterken van de sportverenigingen met oog op hun maatschappelijke functie en de inzet van sportverenigingen voor het onderwijs, de naschoolse opvang en de wijk. Het stimuleren van een dagelijks sport- en beweegaanbod op en rond scholen voor alle leerlingen. Het meewerken aan het vergroten van het bereik en beschikbaarheid van het lokale sport- en beweegaanbod. Het bevorderen dat de jeugd tot 18 jaar vertrouwd raakt met één of meer kunst- en cultuurvormen en het onder jongeren stimuleren van actieve kunstbeoefening.
Besloten is dat er een efficiencyslag gemaakt moet worden om sport betaalbaar te houden. In dat kader zal onderzoek worden verricht naar de mogelijkheden om het Zuiderpoortcomplex te privatiseren. De beoogde privatisering moet een jaarlijkse besparing opleveren van € 115.000,- per 2017. De bestuursopdracht voor dit onderzoek naar de privatisering Zuiderpoortbad is vastgesteld in 2015. Product Toerisme en evenementen In 2015 is aan de hand van de evaluatie een nieuw subsidiebeleid (met verordening en nadere regels) vastgesteld. Het nieuwe beleid is via bijeenkomsten aan verenigingen gepresenteerd. Product Cultuur Er is gestart met het oprichten van een cultuurplatform (burgerinitiatief) om aanbieders en afnemers rondom cultuur met elkaar in contact te brengen. Het platform brengt initiatieven en personen die elkaar kunnen versterken bij elkaar.
Product
Doel Wat wil de raad bereiken? 1. Sport 1.1 De gemeente Cranendonck biedt haar inwoners, met speciale aandacht voor jeugd, ouderen en mensen met een beperking, de mogelijkheid om
Uitvoeringsmaatregel Wat doen we ervoor als college?
Kleur uit 2e burap
Kleur eind 2015
Resultaat Wat hebben we in 2015 gedaan?
1.1.1 Onderhouden accommodaties
Volgens planning
1.1.2 Geven zweminstructie
Volgens planning
1.1.3 Uitvoering subsidiebeleid
Conform de subsidieverordening en nadere regels Volgens planning
1.1.4 Uitvoering VCC voor ondersteuning vrijwilligers
35
kennis te maken 1.1.5 Inzet met en deel te combinatiefunctionarissen nemen aan een gevarieerd aanbod van sport- en beweegactiviteiten. 2. Cultuur 2.1 Inwoners van 2.1.1 Uitvoering subsidiebeleid Cranendonck de mogelijkheid 2.1.2 Uitvoering VCC voor bieden kennis te ondersteuning vrijwilligers maken met en deel 2.1.3 Inzet te nemen aan combinatiefunctionaris (lokale) kunst en culturele activiteiten. Onderdeel hiervan is het behoud van de eigen identiteit van Cranendonck. 3. Toerisme en evenementen 3.1 De gemeente 3.1.1. Uitvoering stappenplan Cranendonck VVV om te komen tot een faciliteert het transitie van taken van gemeente recreatiefnaar VVV, waarbij de VVV een toeristisch product, kartrekkersrol gaat vervullen waardoor de gemeente een aantrekkelijke recreatieve en toeristische bestemming is en blijft. Het uitgangspunt hierbij is dat die facilitering dient aan te sluiten bij het versterken van het rustieke en groene karakter van onze gemeente.
Volgens planning Ondersteuning scholen en verenigingen op het vlak van sport en bewegen Organisatie sport- en beweegactiviteiten Conform de subsidieverordening en nadere regels Volgens planning Volgens planning: Ondersteuning scholen op cultureel vlak Verbinden onderwijs en cultuuraanbieders Ontwikkelen cultuuractiviteiten, educatieve projecten
Er is succesvol toegewerkt naar een zelfstandige VVV die per 1 januari 2016 van start gaat.
Effectindicatoren Nr.
1.1 2.1 3.1
Omschrijving
Tevredenheid burgers over sportvoorzieningen Tevredenheid burgers over cultuur % stijging aantal overnachtingen ten opzichte van voorgaand jaar
Realisatie (voorgaande jaren) 7,6
Bron
Streefwaarde 2015
Gerealiseerde waarde 2015
WSJG
-
*
6,2
WSJG * Kohier +1% 0,19% toeristenbelasting *Voor 2015 stond het onderzoek Waar Staat Je Gemeente niet gepland, waardoor er geen uitspraken gedaan kunnen worden over de gerealiseerde waarde.
36
Prestatie-indicatoren Nr.
Omschrijving
Bron
1.1.3 / 2.1.1 3.1.1
Omzetten subsidiebeleid Transitie taken gemeente naar VVV
Streefwaarde begroting 2015 Uitvoering
Streefwaarde 2e burap 2015 Uitvoering
Uitvoering
Uitvoering
Werkelijke waarde 2015 Gereed Gereed
Overzicht baten en lasten PROGRAMMA 3 - Recreatie + Toerisme (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting 2015
Rekening 2014
Begrotings wijzigingen 2015
Totaal begroot 2015
Rekening 2015 Afwijking
Lasten 3.1 Cultuur
-367
-375
-8
-383
-355
28
3.2 Toerisme en evenementen
-244
-248
0
-248
-232
15
-2.628
-2.770
0
-2.770
-2.714
56
-3.239
-3.393
-8
-3.401
-3.302
99
0
0
0
0
0
0
55
64
0
64
57
-7
3.3 Sport Totaal Lasten
Baten 3.1 Cultuur 3.2 Toerisme en evenementen 3.3 Sport
912
938
-26
912
895
-17
Totaal Baten
967
1.002
-26
976
953
-24
-2.272
-2.391
-34
-2.425
-2.349
75 11
Saldo vóór resultaatbestemming Bestemmingen Toevoegingen reserves
-11
0
-11
0
Onttrekkingen reserves
7
15
0
15
17
2
Bestemmingen per saldo
7
4
0
4
17
13
-2.264
-2.387
-34
-2.421
-2.332
88
Saldo ná bestemming
Verantwoording afwijkingen Verantwoording afwijking product: Sport Binnensportaccommodaties Vanwege het relatief warme weer zijn er minder stookkosten geweest dan oorspronkelijk begroot. Ook zijn de energielasten bij het zwembad lager vanwege de werking van het nieuwe luchtbehandelingssysteem. Dit leidt tot een voordeel van totaal € 43.000,-. Hiernaast is er een aanbestedingsvoordeel geweest bij het vervangen van de verlichting. Per saldo levert dit een incidenteel voordeel op van € 30.000,-. Verder zijn er overige kleine afwijkingen (lasten € 24.000,- positief en baten € 21.000,negatief).
S/I I
Zuiderpoortbad Voor het zwembad vindt er een onderzoek plaats waarbij onder andere gekeken wordt naar de lasten en baten. Nog niet alle werkzaamheden voor het onderzoek naar de privatisering van het Zuiderpoortbad zijn afgerond. Inspraak van de klankbordgroep is uitgebreider geweest dan oorspronkelijk gepland en heeft daardoor meer tijd in beslag genomen. Doordat het onderzoek nog niet is afgerond, zijn er nog minder kosten gemaakt voor het onderzoek dan begroot. Wij verzoeken het bedrag van € 42.000,- over te hevelen naar 2016.
I
Lasten +97
+42
Baten -21
Reserves
Saldo + 76
+42
37
Buitensport De overstap naar een andere gasleverancier levert een incidenteel nadeel op. De aanschaf van een pomp voor onderhoud van het veld en het vervangen een elektriciteitskast zorgt voor een incidenteel nadeel. Er is meer uitgegeven aan het groenonderhoud om te zorgen dat dat de sportvelden op ‘redelijk’ niveau konden blijven. Daarnaast zijn er enkele kleine afwijkingen. Diverse kleine afwijkingen Totaal product Verantwoording afwijking product: Cultuur Muziekonderwijs Voor RICK is een besparingsopdracht opgelegd die stapsgewijs bereikt dient te worden in 2017. Als onderdeel van deze besparingsopdracht is de dienstverlening aangepast. Hiervoor is de subsidie in 2014 lager vastgesteld dan oorspronkelijk berekend. Daarnaast is er in 2015 een lagere voorlopige subsidie berekend vanwege deze besparingsopdracht. Het verschil tussen de begroting en vaststelling 2014 is teruggevorderd en zorgt samen met de lagere voorlopige subsidie 2015 voor een incidenteel overschot in 2015. Diverse kleine afwijkingen Totaal product Verantwoording afwijking product: Toerisme en evenementen Diverse kleine afwijkingen Totaal product Totaal structureel Totaal incidenteel Totaal programma
I
-64
+4
S I
-19
+11 -11 -17 Baten
S/I I
S S/I S I S I
+56 Lasten +36
-8 +28 Lasten +15 +15 -27 +126 +99
0 Baten -7 -7 +4 -28 -24
-60
+13 +13 Reserves
0 Reserves
+13 +13
-8 +2 +52 Saldo +36
-8 +28 Saldo -7 +15 +8 -23 +111 +88
38
Programma 4: Zorg
(inmiddels Sociaal Domein)
Missie van het programma: De gemeente Cranendonck stimuleert de zelfredzaamheid en de onderlinge ondersteuning van haar inwoners en zorgt voor een vangent voor die mensen bij wie de zelfredzaamheid in het gedrang komt. De gemeente Cranendonck heeft basisonderwijs in elke kern en voortgezet onderwijs in Budel. Kinderen uit Cranendonck kunnen zich optimaal ontwikkelen op basis van de talenten die ze hebben. Producten: 1. Werk & inkomen 2. Maatschappelijke ondersteuning 3. Jeugdzaken 4. Onderwijs
Relatie met majeur project 1. Beleidsprogramma Dienstverlening 2. Decentralisaties Sociaal domein (afgesloten) 3. De Borgh (niet meer majeur)
Wat hebben we bereikt? De belangrijkste resultaten die we behaalden in 2015: 1. Realisatie majeur project 3 Decentralisaties 2. Opvang vluchtelingen 3. Uitbouw collectieve voorzieningen (waaronder Burgerinitiatieven) Decentralisaties De gemeente Cranendonck is sinds 2015 verantwoordelijk voor jeugdzorg, werk en inkomen (Participatiewet) en zorg aan langdurig zieken en ouderen (WMO). Een groot deel van deze taken hebben we met ingang van 2015 overgenomen van de Rijksoverheid. Met de nieuwe Jeugdwet zijn gemeenten verantwoordelijk geworden voor alle ondersteuning en zorg voor kinderen en jongeren. Begeleiding, dagbesteding en kortdurend verblijf die mensen voorheen kregen vanuit de Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz), zijn opgenomen in de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015). Ook beschermd wonen is nu een taak van de gemeente. Met de al bestaande Wmo-taken is de gemeente Cranendonck hiermee verantwoordelijk voor bijna alle ondersteuning van mensen die nog thuis kunnen wonen. De nieuwe Participatiewet is bedoeld om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te ondersteunen richting werk. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het begeleiden van deze mensen. De nieuwe wet vervangt de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jong gehandicapten (Wajong). Sociaal Team WMO/Centrum voor Jeugd en Gezin (ST/CJG) Wij bevinden ons als gemeente het dichtst bij de inwoners en hebben deze zorg effectiever, met minder bureaucratie en goedkoper kunnen leveren. De doelstelling was dat niemand buiten de boot zou vallen bij de decentralisaties. Wij constateren dat dit is gelukt. Wij hebben onze verantwoordelijkheid opgepakt bij decentralisatie van overheidstaken. Het merendeel van deze taken voeren we op lokaal niveau uit in samenwerking met vertegenwoordigers van welzijns-, zorgorganisaties en politie, de leden van de teams (ST en CJG). Ons doel is de dienstverlening aan te bieden volgens de behoefte en logica van onze inwoners. Onze dienstverlening is proactief en vraaggericht ingericht met een focus op het herstellen, behouden of vergroten van de zelfstandigheid van onze inwoners. Het veranderproces 3D zal op basis van de “Visie op Sociaal Domein gemeente Cranendonck” (d.d. 4 november ’14 vastgesteld door College B&W Cranendonck) de komende jaren verder vorm en inhoud krijgen. De Transitiefase heeft geleerd dat het werken vanuit een integrale visie op het sociaal domein, met een integrale aanpak (beleid, uitvoering en bedrijfsvoering) en integrale coördinatie en samenwerking tussen bestuur, management en operationeel nivo tot het gewenste resultaat leidt. Met de vorming van het Sociaal Team Wmo, CJG Lokaal Ondersteunings Team en Back Office (jeugd en Wmo) is in 2015 een eerste stap gezet om invulling te geven aan de missie. Middels de pilot W&I willen we hier in 2016 vervolgstappen in zetten. Onze, in 2014 gestarte aanpak, om het sociaal domein te ontwikkelen
39
door middel van een organisch ontwikkeltraject (trial and error) zal worden gecontinueerd waarbij op basis van ervaringen de dienstverlening verder geoptimaliseerd zal worden. Wij waarderen het zeer dat wij hierbij worden geholpen door de feedback die wij ontvangen uit de Cranendonckse gemeenschap. Dit alles passend binnen het unieke innovatieve sociaal veranderproces van het sociaal domein dat niet van "vandaag op morgen" gerealiseerd zal zijn, maar stap voor stap ontwikkeld en geïmplementeerd wordt de komende jaren. Administratie In 2015 heeft het de organisatie veel inspanning gekost om administratief zaken op orde te brengen. De overdracht van zaken verliep moeizaam vanwege de kwaliteit van de data en het niet tijdig beschikbaar zijn van geautomatiseerde gegevensuitwisseling. Aanbieders van zorg kregen in 2015 te maken met 393 gemeenten/opdrachtgevers met hun specifieke eisen. Ook dit leidde natuurlijk tot problemen in de afstemming en verantwoording. Alle partijen, gemeenten, accountant, zorgaanbieders, SVB zijn zoekende naar de juiste balans tussen wat kan en wat moet. Ook het verantwoordingstraject tussen zorgaanbieders en gemeenten is voor beide partijen een enorme administratieve last, waarbij het accent vooral ligt op de administratieve juistheid en veel minder op de kwaliteit van de geleverde zorg. In de toekomst moet dat anders. Samen met anderen gemeenten (en ook landelijk) wordt nagedacht over een andere werkwijze, waar de meting van de kwaliteit ingepast wordt in de werkprocessen. Door het proces zo in te richten dat de gemeenten op basis van de beschikking de facturen kunnen controleren (in Cranendonck werken wij al zo) en een manier te ontwikkelen dat de gemeente kan vaststellen dat de zorg daadwerkelijk geleverd met het gewenste kwaliteitsniveau, kan de administratieve last van de aparte verantwoording sterk worden teruggedrongen. Samen met de ketenpartners en andere gemeenten wordt het optimaliseren van werkwijzen opgepakt. Financiën In financiële zin zijn de taken binnen het sociale domein binnen de marges uitgevoerd. Zoals in Motie 100 van 3 november 2015 verwoord, zal het overschot binnen het sociaal domein vooral besteed worden aan innovatie en op preventie gerichte activiteiten binnen het sociale domein. Het afgelopen jaar hebben wij ervaren op welke vlakken dit tot winst kan leiden. Bijvoorbeeld door extra inzet op:
begeleiden van jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt en slechte startkwalificaties, naar een betaalde baan; verstevigen van jongerenwerk, mantelzorgondersteuning en bemoeizorg.
Op basis van de raadsbrede discussie van 15 maart 2016 vindt u separaat een uitgewerkt stuk. De reserve sociaal domein bedraagt eind 2015 € 1.883.000,-. Dit is voor de besteding van de resultaatbestemming op basis van motie 100. Er moet overigens wel een voorbehoud gemaakt worden: 1. We weten nog niet wat het onderhanden werk in totaliteit gaat bedragen, omdat we nog niet alles van de zorgaanbieders hebben ontvangen en er op dit moment ook nog afspraken gemaakt worden met een 2-tal zorgaanbieders in verband met de aangeleverde facturen. Ook heeft de Sociale Verzekeringsbank nog niets aangeleverd en zijn we hierbij uitgegaan van aannames op basis van historische ontwikkeling. 2. Er ligt een claim op de reserve van € 43.000,- zijn de het overschot van de HHT-regeling In het kader van de Algemene Uitkering met betrekking tot het sociale domein zien we komende jaren een afname. Hiermee is in de begroting rekening gehouden, maar dit zal leiden tot minder grote overschotten in de toekomst. 1. De toelage van € 433.000,- huishoudelijke hulp vervalt met ingang van 2017. 2. Bij de inkomsten met betrekking tot de Jeugd zien we een afname van € 280.000,- in 2016 en een afname van € 65.000,- in 2017. 3. Bij de middelen ten behoeve van de Participatie zien we een afname van € 156.000,- in 2016, een afname van € 187.000,- in 2017 en een afname van € 167.000,- in 2018. 4. De BUIG-gelden ontwikkelen zich wel ten positieve in financiële zin vanwege de beperkte uitstroom de laatste jaren (uitkering is gebaseerd op cliëntenbestand van twee jaar geleden).
40
Opvang vluchtelingen Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) heeft ook in 2015 plaatsen nodig gehad voor de opvang van mensen die in Nederland asiel aanvragen. De gemeente Cranendonck speelde hierbij een belangrijke rol door de beschikbaarheid van de Nassau-Dietzkazerne te Budel en de Kantine te Budel-Dorplein. Enkele gemeenten, waaronder ook onze gemeente, startten samen met het COA en de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) in november 2015 een aanmeldstraat voor de basisregistratie van personen (BRPstraat). Hierdoor wordt de uitstroom van vergunninghouders naar een reguliere woning binnen diverse andere gemeenten in Nederland versneld. De gemeente informeert de inwoners van Cranendonck actief, onder andere door middel van informatiebijeenkomsten over de zaken die spelen rondom de azc’s. Wij zijn positief over de wijze waarop de opvang van vluchtelingen plaatsvindt en de ontvangst van deze mensen door onze inwoners. Van het COA krijgt de gemeente voor alle activiteiten die nodig zijn voor de opvang gelden. In 2015 zijn de volgende gelden verkregen: a) De reguliere COA-uitkering, ook wel ‘koppengeld’ genoemd: € 473.000,b) De onderwijs huisvestiging basisonderwijs gelden (OHBA) voor de huisvestigingskosten van asielzoekerskinderen in het basisonderwijs: € 648.000,c) Gelden voor het realiseren van de BRP straat: € 28.000,Ad a. Een groot deel van de COA middelen is in 2015 afgeraamd. Uit de COA middelen tot een bedrag van € 257.000,- zijn de inhuur externen, de verkeersmaatregelen en diverse voorzieningen – zoals bijvoorbeeld het plaatsen van prullenbakken – betaald. De personele inzet vanuit de organisatie is in 2015 uit het P-budget betaald. Het gaat hier om de inzet van het bestuur, de beleidsmedewerkers, communicatie maar ook de inzet van de buitendienst medewerkers. Om geen extra bureaucratie te organiseren en omdat dit voor de afrekening naar het COA ook niet nodig is, zijn er in 2015 geen uren doorberekend. Dit betekent dat de werkzaamheden van onze medewerkers in 2015 niet rechtstreeks zijn betaald uit de COA- middelen. De inschatting is gemaakt dat deze kosten in 2015 ongeveer € 200.000,- bedragen. Ad b. De OHBA middelen zijn in de eerste Burap afgeraamd (€ 600.000,-). Deze middelen waren bedoeld om de huisvestigingskosten voor het basisonderwijs te financieren. Omdat de faciliteiten bijna allemaal nog voldoende aanwezig waren is het budget al begin 2015 afgeraamd. Later zijn nog kosten gemaakt voor in 2015 uitgevoerde werkzaamheden in het kader van onderwijshuisvesting, waaronder voor inrichting, onderwijsleerpakketten en aanleg van computernetwerk. Hierdoor is een nadeel ontstaan op de post OHBAmiddelen. Het COA heeft overigens toegezegd dat, in het geval zij langer blijven, de huisvestingskosten voor het basisonderwijs onderdeel van de nieuwe bestuursovereenkomst worden. Ad c. De extra kosten die de gemeente maakt voor de BRP-straat, deze betreffen vooral de inhuur van externe medewerkers en computerfaciliteiten, worden geheel vergoed door het COA. We kunnen concluderen dat we de taken die voor de opvang moeten worden uitgevoerd ruim door het COA worden vergoed. Proces jaarrekening Bij het proces van de jaarrekening is er een grote afhankelijkheid van derden, de zorgaanbieders, de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en het Centraal Administratiekantoor (CAK). De afhankelijkheid komt vooral tot uitdrukking bij het leveren van een zgn. prestatieverklaring door middel van een bestuursverklaring of accountantsverklaring door de zorgaanbieder. Deze verklaring is voor de gemeentelijke verantwoording van belang, omdat de gemeente zelf onvoldoende zicht heeft over
41
de prestaties die de zorgleverancier rechtstreeks aan de cliënt levert. Op dit punt bestaat een afhankelijkheid, omdat het oordeel hierover afhankelijk is van de kwaliteit van de administratie van de betreffende zorgorganisatie. Op het moment dat zou blijken dat de administratie van een zorgleverancier onvoldoende is en er daardoor geen zekerheid is over de prestatie van de diensten betekent dat dat deze onzekerheid wordt door vertaald in de verantwoording van de gemeenten. Bij een materiële onzekerheid of fout bij een zorgleverancier houdt dat in dat geen goedkeurende accountantsverklaring bij de verantwoording van de gemeente wordt verstrekt. Product Werk & Inkomen Participatiewet De Participatiewet is op 1 januari 2015 ingevoerd. Dit leidde tot wijzigingen op het gebied van inkomen, zoals een strenger maatregelenregime bij misdragingen, de tegenprestatie naar vermogen en de kostendelersnorm. Vanaf diezelfde datum stopte de instroom in de Wsw en vielen jongeren met een arbeidsbeperking en (enige) arbeidsmogelijkheid onder verantwoordelijkheid van de gemeenten. Jongeren met arbeidsbeperking zonder arbeidsmogelijkheid (duurzaam arbeidsongeschikt) vallen onder de Wajong. Die wordt uitgevoerd door het UWV. Gemeenten hadden tot 1 juli 2015 om binnen de arbeidsmarktregio eenduidig invulling te geven aan een structuur voor de aanpak Banenafspraak (voorheen Garantiebanen) en werkgeversdienstverlening. Dit is beschreven in de Contourennota Participatiewet. Het Regionaal Werkbedrijf Zuidoost-Brabant is hierin leidend. Dit samenwerkingsverband van 14 gemeenten, Sw-bedrijven, UWV, werkgevers-, werknemersen onderwijsorganisaties is in 2015 opgericht en operationeel geworden. Onze gemeente participeert hierin zowel bestuurlijk als ambtelijk. In het algemeen kunnen we stellen dat de focus te leggen op het niveau van de arbeidsmarkt voordelen biedt. Zo benaderen we werkgevers eenduidig en voorkomen we onderlinge concurrentie tussen gemeenten. Tegelijkertijd vraagt het veel inspanning om met zoveel partijen, verschillende inzichten en soms tegengestelde belangen ontwikkelstappen te zetten. Toch is dat noodzakelijk om aan onze verplichtingen te voldoen en om onze werkgevers en inwoners goed te ondersteunen. Vanwege onze positie als grensgemeente hebben we in 2015 een eerste analyse gemaakt van de passendheid van de arbeidsmarktregio’s Zuidoost-Brabant en Midden-Limburg. In 2016 wordt dit proces afgerond, mogelijk in de vorm van een Pilot met De Risse. De instroomstop in de Wsw geldt ook voor De Risse. Om ervoor te zorgen dat De Risse een vitaal bedrijf blijft, is in 2015 de weg naar fusie met Westrom ingeslagen. In het najaar is begonnen met de voorbereidingen op de fusie. In 2016 valt het besluit of de fusie doorgang kan vinden. Tegelijkertijd heeft de Risse de opdracht om zich om te vormen tot een mensontwikkelbedrijf dat meerdere doelgroepen binnen het sociaal domein ‘traploos’ bedient. Het gaat dan om vormen van arbeidsmatige dagbesteding, beschut werken, re-integratie en mogelijk ook vrijwilligerswerk. Analyse situatie arbeidsmarkt De belangrijke indicator voor de situatie op de lokale arbeidsmarkt is de hoogte en de ontwikkeling van de NWW (aantal werkzoekenden). Op 31 december 2015 stond 11,3% van de Nederlandse beroepsbevolking officieel geregistreerd als werkzoekende. In Cranendonck was de NWW lager dan het landelijk gemiddelde (10,0%). Dit lijkt positief maar als gekeken wordt naar de ontwikkeling in de afgelopen jaren dan is het aantal werkzoekende in Cranendonck in de afgelopen jaren sterker toegenomen dan landelijk. Ontwikkeling NWW
Cranendonck
Landelijk
gemiddeld 2012
478
489.832
gemiddeld 2013
671
672.805
gemiddeld 2014
837
803.198
gemiddeld 2015
955
915.620
% toename 2015 t.o.v. 2013 42% (bron maandelijkse arbeidsmarktmonitor UWV)
36%
42
Een andere belangrijke indicator voor de situatie op de arbeidsmarkt is de ontwikkeling van de WW. Op 31 december 2015 genoten 560 inwoners een WW-uitkering (5,1% beroepsbevolking). De werkloosheid is daarmee iets hoger dan het landelijke gemiddelde (5,0%). Ten opzichte van de landelijke ontwikkeling is de omvang van de werkloosheid in Cranendonck in het afgelopen jaar sterk toegenomen (landelijk +1%, Cranendonck +5.7%). Ook dit duidt op een verslechterende arbeidsmarkt. Een relatief groot deel van de werklozen (58%) is ouder dan 50 jaar. De verslechterende arbeidsmarktsituatie heeft er toe geleid dat het aantal inwoners wat beroep doet op een bijstandsuitkering in 2015 hoog blijft. Met name de instroom vanuit WW blijft hoog (14 personen). Het betreft veelal personen ouder dan 50 jaar die langdurig WW ontvangen hebben. BUIG Het aantal klanten dat voor zijn inkomen afhankelijk is van een bijstandsuitkering is in 2015 stabiel gebleven (-1). Landelijk is het aantal bijstandsuitkeringen met 4,3% toegenomen. Ontwikkeling aantal uitkeringen BUIG
2014
2015
Aantal 1-1
216
234
Instroom
99
85
Uitstroom
85
86
Aantal 31-12
234
233
Ondanks dat de instroom lager was dan 2014 heeft ook in 2015 een fors aantal personen beroep op een uitkering (instroom) of heeft geen uitkering meer nodig (uitstroom). De belangrijkste redenen om beroep te doen op een uitkering waren in 2015 einde WW (14), vestiging in gemeente (12), opvang statushouder (9) en einde werk (7). Verwerven van werk of starten zelfstandig bedrijf (31), verhuizen naar andere gemeente (10) en bereiken pensioengerechtigde leeftijd (9) zijn de belangrijkste redenen waarom een uitkering beëindigd wordt. In totaal is het aantal mensen met een bijstandsuitkering gedaald van 234 per 1 januari naar 233 op 31 december. De gemeentelijke Buig-lasten zijn hoger dan de Buig-inkomsten. Daarom zullen wij een aanvraag indienen op grond van de Vangnetregeling BUIG. Wij verwachten daarop later in 2016 een besluit. Bezuinigingen Er zijn vier verschillende besparingssopdrachten opgelegd. De eerste besparingsopdracht (meer bijstandsgerechtigden plaatsen naar betaald werk) is gerealiseerd. De besparing op de uitvoeringskosten, geen jaarlijkse storting in voorziening dubieuze debiteuren en een persoon met een bijstandsuitkering in dienst nemen bij de gemeente Cranendonck zijn niet gerealiseerd. Product Maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Voor de nieuwe taken (begeleiding) was 2015 een overgangsjaar. Met alle nieuwe cliënten is een gesprek gevoerd en een nieuw aanbod gedaan. Daarnaast is het sociaal team gestart. De nadruk van dit team ligt sterk op het versterken van het eigen netwerk. Indien nodig werd ook op het terrein van wonen en mobiliteit de nodige ondersteuning geboden via de inzet van maatwerk-voorzieningen. Het administratieve proces (MO en Jeugd) bleek in 2015 meer te vragen dan voorgaande jaren mede doordat er met veel meer externe partijen afgestemd moet worden en de technische ondersteuning in het administratieve proces nog niet optimaal was. Alles wordt in het werk gesteld om dat proces in 2016 verder te optimaliseren. Nieuwe beleidsvoornemens Inwoners van Cranendonck zijn in de gelegenheid gesteld in 2015 subsidie aan te vragen voor het opstarten en uitvoeren van algemene voorzieningen. Op kernniveau zijn door betrokken vrijwilligers initiatieven uitgewerkt uiteenlopend van het inrichten van een huiskamer tot het organiseren van wekelijkse activiteiten. Vernieuwend is dat samen met inwoners de randvoorwaarden zijn opgesteld waarbinnen de subsidie wordt verleend.
43
Door inzet van vrijwilligers heeft Cranendonck in vijf kernen een huiskamer; een ontmoetingsplek voor jong en oud. Op basis van behoefte worden dóór en vóór inwoners activiteiten georganiseerd. Maarheeze opent in 2016 een huiskamer. Product Jeugdzaken Bij alle nieuwe zaken maar ook de uitgevoerde herbeoordelingen werd gehandeld conform het principe van één regisseur, één gezin en één gezinsplan. Alle uit te voeren herbeoordelingen werden in 2015 afgewerkt en beschikt. Niet alleen samenwerking met de instellingen en jeugdhulporganisaties werd geïntensiveerd maar ook met het Sociaal Team en Werk & Inkomen werd op casusniveau nadrukkelijk de samenwerking gezocht. Dit alles vanuit het belang van de jeugdige. Kijkend naar de ontvangen zorgvragen komt zo’n 60% binnen via ouders. Omdat de gemeente nog niet beschikt over ervaringscijfers van voorgaande jaren kan eerst na afloop van 2016 worden aangegeven of er sprake is van trends zoals een verschuiving van professionele vorm van zorg naar een preventieve vorm. De geformuleerde uitgangspunten in de jeugdzorg zijn in 2015 steeds toegepast. Zo kunnen artsen zonder afstemming met het CJG doorverwijzen naar zorg. In 2015 werden met deze beroepsgroep afspraken gemaakt om zoveel mogelijk in te zetten zorg af te stemmen met het CJG. Ook gerechtelijke uitspraken op het gebied van Jeugdzorg dienen onverkort uitgevoerd te worden en de invloed van de gemeente daarop is er niet tot nauwelijks. Rondom jeugdhulp wordt intensief samengewerkt met Valkenswaard en Heeze-Leende betreffende afstemming en werkwijze CJG, lokale zorgaanbieders. Er is een gezamenlijk A2-team jeugdhulp, intervisie en scholing teams, regionaal werkprogramma en anderen. De bestaande subsidierelatie met Zuidzorg, de GGD en Bestaand aanbod voor jeugd en jongerenactiviteiten werd in 2015 gecontinueerd. Zo was met name de jongerenwerker veelvuldig initiator en betrokken bij problematiek van jeugdigen bij b.v. het bieden van toekomstperspectief op het gebied van wonen, werk en of andere zinvolle activiteiten. Per 1 januari 2015 is ‘Veilig Thuis’ het meldpunt voor de meest uiteenlopende problemen waarbij jeugdigen betrokken zijn. Via dit meldpunt komen er ook bij het CJG vele meldingen binnen waarop een nadere actie nodig dan wel wenselijk is. De integrale frontoffice van Veilig Thuis Zuidoost-Brabant is gevestigd op de locatie van Bureau Jeugdzorg. Veilig Thuis wordt bemand door experts op het gebied van kindermishandeling en huiselijk geweld en is 24 uur per dag telefonisch bereikbaar. In 2015 is ook voldaan aan de wettelijke verplichting van een crisisdienst voor jeugdigen (Spoed4Jeugd). Vervolg zal zijn dat toegewerkt wordt naar een crisisdienst voor zowel jeugdigen als volwassenen om daarmee de integraliteit nog beter vorm te geven vanuit het principe 1 gezin en 1 gezinsplan. Per 1 september 2015 is gestart met de pilot 18-23 jarigen om deze kwetsbare groep bij een crisis adequate zorg te kunnen bieden en op deze manier toe te werken naar een mogelijke integrale crisisdienst voor alle leeftijden. In 2015 sloot de gemeente Cranendonck een samenwerkingsprotocol af met de Raad voor de Kinderbescherming. Het betreft een leidraad voor gemeenten, medewerkers van de Raad voor de Kinderbescherming, maar ook voor medewerkers uit het lokale veld, Veilig Thuis en de gecertificeerde instellingen. Product Onderwijs Per 1 januari 2015 is de verantwoordelijkheid voor het onderhoud van schoolgebouwen van de gemeente overgegaan naar de schoolbesturen. 2015 stond in het teken van afwikkeling van lopende zaken. De voorziening is vervolgens per 31 december 2015 volledig afgesloten. Er zijn in het kader van de overgang van de verantwoordelijkheid voor het onderhoud naar de schoolbesturen geen extra huisvestingsaanvragen binnengekomen. Op grond daarvan constateren we dat er geen sprake is van achterstallig onderhoud.
44
In regionaal verband wordt samen met andere gemeenten en diverse schoolbesturen het passend onderwijs vormgegeven. Jaarlijks wordt de ontwikkelagenda vastgesteld. Daarin worden de activiteiten benoemd die voortvloeien uit het ondersteuningsplan 2014-2018. Deze ontwikkelagenda is gebaseerd op:
het wettelijk kader passend onderwijs; de ontwikkelambitie van het samenwerkingsverband mede gebaseerd op de schoolondersteuningsprofielen; en het dekkend netwerk; de overeenstemming met de gemeenten in de afstemming van beleid.
Opnieuw is gebleken dat het toezicht op en de handhaving van de kwaliteit van de kinderopvang en de peuterspeelzalen in Cranendonck op een hoog peil staat. Het jaarlijkse verslag hiervan wordt opgenomen op de website www.waarstaatjegemeente.nl. Met de directie van het BRAVO! College, voorheen het Juniorcollege, zijn afspraken gemaakt over de besteding van het in 2016 terugkerende structureel budget. In 2016 wordt daaraan uitvoering gegeven. Bezuinigingen Naast de taakstellende bezuiniging van 10.000,-- modelverordening leerlingenvervoer is naar aanleiding van de eind 2014 vastgestelde nieuwe verordening het budget voor leerlingenvervoer met nog eens € 10.000,verlaagd. Ook is het budget met € 9.000,-- verlaagd als gevolg van het bevriezen van de inflatiecorrectie. In 2015 is het beschikbare budget toereikend gebleken. Daarbij is het wel zaak te bedenken dat het budget altijd afhankelijk is van het aantal te vervoeren leerlingen en hiermee samenhangend de te rijden routes. De voorgenomen bezuiniging op gymvervoer is teruggedraaid. Met ingang van 2017 is het budget weer geheel in de begroting opgenomen. Zoals bekend is per 2015 de verantwoordelijkheid voor het onderhoud van schoolgebouwen volledig bij de schoolbesturen komen te liggen. Het jaar 2015 is vervolgens gebruikt om lopende zaken af te wikkelen en aanspraken van schoolbesturen op middelen af te handelen. Per 31 december 2015 is de voorziening volledig afgesloten. Het restantbedrag is conform afspraak vrijgevallen en aan de algemene middelen toegevoegd. Het gaat hier om een bedrag van € 28.000,-. Terugkijkend naar 2015 kunnen we de uitvoering van het programma Sociaal Domein in dit jaar als succesvol beschouwen. Nagenoeg alle uitvoeringsmaatregelen staan op groen. Product
Doel Wat wil de raad bereiken? 1. Werk & Inkomen 1.1 De gemeente Cranendonck bevordert de (arbeids-) participatie, bestaanszekerheid en (financiële) zelfstandigheid van haar inwoners en voorziet in (tijdelijke) inkomensondersteunen de voorzieningen en bijbehorende dienstverlening.
Uitvoeringsmaatregel Wat doen we ervoor als college?
Kleur uit 2e burap
Kleur eind 2015
Resultaat Wat hebben we in 2015 gedaan?
1.1.1 Verstrekken inkomensvoorzieningen en minimaregelingen alsmede uitvoeren van de schuldhulpverlening.
De uitvoering loopt op schema.
1.1.2 Huisvesting statushouders en uitvoering van de regelingen op het terrein van inburgering. Toepassen taaleis.
Huisvestingstaakstelling is voor meer dan 100% gerealiseerd. Inwerkingtreding Wet Taaleis is uitgesteld naar 1 januari 2016.
45
1.1.3. Uitvoering geven aan Participatiewet, zoals re-integratie activiteiten. Inclusief uniformeren arbeidsverplichtingen voor alle doelgroepen 1.1.4. Uitvoering reintegratie/inkomensvoorziening mensen met een arbeidshandicap. 1.1.5. Toepassing aan kostendelersnorm, handhaving bij zeer ernstige misdragingen en intensivering armoedebeleid.
1.1.6. Invulling geven aan het leveren van een tegenprestatie naar vermogen.
1.1.7. Invulling geven aan transformatie / veranderagenda 1.1.8. Verbeteren / behouden werk in een beschermde omgeving, o.a. door het volgen van de ontwikkelingen rondom de Risse-Westrom. 2. Maatschappelijke Ondersteuning 2.1 De gemeente 2.1.1 Stimuleren/ Cranendonck stimuleert faciliteren/(door) ontwikkelen de zelfredzaamheid, de van algemene/collectieve gezondheid en de voorzieningen in de onderlinge gemeentelijke kernen uitgaande ondersteuning van van behoefte en noodzaak in inwoners. afstemming met bedrijfsleven en burgerinitiatieven 2.1.2. Doorontwikkeling nota lokaal gezondheidsbeleid (LGB) 2013-2016
2.1.3. Transformatie / veranderagenda uit Beleidsplan decentralisatie AWBZ-Wmo A2 gemeenten 2015-2018
De uitvoering loopt op schema.
Met name jongeren met een arbeidshandicap (VSO-jongeren) krijgen prioriteit krijgen Verder geven we invulling aan de Banenafspraak (Garantiebanen). Afgerond. Intensivering armoedebeleid heeft plaatsgevonden via de Nota Herijking Minimabeleid. Zeer ernstige misdragingen hebben zich niet voorgedaan. De raad heeft vastgesteld dat het inzetten van de tegenprestatie naar vermogen de laatste stap is om mensen te activeren. We hebben met het Clean Team een project in huis dat voor dit doel ingezet kan worden. De uitvoering loopt op schema. De uitvoering loopt op schema.
De uitvoering loopt op schema.
In het kader van LGB zijn in 2015 (conform planning) twee zaken opgepakt: - er is één bijeenkomst rondom gezondheidsvaardigheden georganiseerd. Doel senioren te ondersteunen regie te blijven houden op hun leven en gezondheid. - twee signaleringscursussen zijn georganiseerd om vrijwilligers en mantelzorgers te informeren en handvaten te geven over: - mogelijke signalen; - hoe te signaleren; - wat te doen bij bepaalde signalen en - waar kan men terecht voor ondersteuning/hulp. De implementatie van de primaire processen heeft meer tijd gevraagd dan verwacht. In de loop van 2015 zijn verschillende onderwerpen uit de
46
2.1.4. Ontwikkeling beleid voor stimuleren burgerinitiatieven 2.1.5. Verstrekken maatwerkvoorzieningen Maatschappelijke Ondersteuning (MO) met oog voor eigen verantwoordelijkheid, zelfredzaamheid en de inzet van informele zorg en algemene voorzieningen. 2.1.6. Verstrekken subsidie aan welzijnsinstellingen inclusief een heroverweging van de bestaande subsidierelaties met deze instellingen.
3. Jeugd 3.1 De gemeente Cranendonck bevordert dat jeugdigen zoveel mogelijk zonder problemen opgroeien en dat ouders de opvoeding goed kunnen doen. Waar nodig wordt er gerichte ondersteuning geboden.
4. Onderwijs 4.1 De gemeente Cranendonck ondersteunt en faciliteert onderwijsinstellingen om hun taak adequaat uit te kunnen voeren.
veranderagenda opgepakt (inkoop, alg. voorzieningen). Vanaf 2016 wordt hier zwaarder op ingezet. De uitvoering loopt op schema.
De uitvoering loopt op schema.
De subsidierelatie is zakelijker ingezet. De prestatieafspraken zijn SMART beschreven en zijn meer gericht op resultaat. De doelstellingen zijn meer afgestemd op de ontwikkelingen in het sociale domein net als de doelstellingen binnen het nieuwe subsidiebeleid.
3.1.1 Stimuleren/faciliteren om hulp/ondersteuning zo dicht mogelijk bij de jeugdige te organiseren, versterken lokale preventieve inzet en dat specialistische hulp wordt teruggedrongen door o.a. eerder te signaleren, door te pakken waardoor zware zorg wordt voorkomen zo mogelijk. Uitgangspunt is 1 gezin, 1 gezinsplan en 1 regisseur. 3.1.2 Optimalisatie uitvoering Jeugdzorg vanuit lokaal Ondersteuningsteam + A2 Generalistenteam (CJG+). CJG+ biedt hulp en coördineert zorg. 3.1.3 Voortzetten subsidiering: Zuidzorg ten aanzien van consultatiebureau; GGD t.a.v. jeugdgezondheidszorg; Bestaand aanbod aan jeugd en jongerenactiviteiten. 3.1.4 Invulling geven aan transformatie / veranderagenda
De uitvoering loopt op schema.
4.1.1 Aanpassing Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs / afwikkeling voorziening groot onderhoud schoolgebouwen 4.1.2 Verzorging gymvervoer
Uitvoering verordening loopten voorziening groot onderhoud schoolgebouwen is gestopt.
De uitvoering loopt op schema.
De uitvoering loopt op schema.
De uitvoering loopt op schema.
loopt
47
4.1.3 Facilitering consequenties passend onderwijs
4.2
De gemeente Cranendonck draagt bij aan de ontwikkeling van kinderen, onder andere via de scholen en de voor- en naschoolse educatie
4.2.1 Uitvoering beleid Vooren Vroegschoolse Educatie
4.2.2 Uitvoering beleid peuterspeelzaalwerk
4.2.3 Toezicht en handhaving kinderopvang en Peuterspeelzaalwerk
4.2.4 Toezicht en handhaving leerplicht
4.2.5 Facilitering leerlingenvervoer
4.2.6 Vormgeving en bekostiging lokaal Onderwijsbeleid
4.3
Passend onderwijs
4.3.1 Afstemmen met samenwerkingsverbanden passend onderwijs over decentralisaties
4.3.2. Invulling geven aan transformatie-/veranderagenda
COA
Samen met het BRAVO-college worden voorbereidingen getroffen om Cranendonckse kinderen voortgezet onderwijs te laten volgen in de gemeente. In regionaal verband worden de ontwikkelingen over passend onderwijs nauwlettend gevolgd. De voor- en vroegschoolse educatie wordt volgens vastgesteld beleid uitgevoerd. Met vertegenwoordigers uit het onderwijsveld en van peuterspeelzaalorganisaties vindt overleg plaats over het VVEbeleid. Het peuterspeelzaalwerk wordt uitgevoerd overeenkomstig het vastgesteld beleid. In 2016 wordt een nieuw beleidsplan aan de raad ter vaststelling voorgelegd. De toezicht en handhaving kinderopvang en peuterspeelzaalwerk wordt als zeer goed beoordeeld. De resultaten zijn terug te vinden op de website www.waarstaatjegemeente.nl De leerplichtambtenaar is een constante factor in het toezicht op en de handhaving van de leerplicht en is partner binnen het CJG en Sociaal Team. Er wordt gewerkt binnen het regionaal opgestelde en lokaal vastgestelde beleid. Het leerlingenvervoer wordt gefaciliteerd overeenkomstig de verordening. De huidige verordening is eind 2014 vastgesteld. Met het directeurenberaad wordt bekeken in hoeverre de vormgeving van het lokaal onderwijsbeleid kan worden aangepast. Insteek is om het Lokaal Onderwijsbeleid meer te koppelen aan het Passend onderwijs / Jeugdzorg. Zowel vanuit de gemeente als vanuit de samenwerkingsverbanden is er continue aandacht voor de koppeling en afstemming over de zorgcomponent van de decentralisaties. Hier wordt doorlopend aandacht aan besteed. Wij kunnen dit als gemeente echter niet alleen, wij zijn daarbij zeker ook afhankelijk van onze samenwerkingspartners. Geconstateerd is op het reguliere COA-budget een voordeel van € 67.000,- ontstaat dat het nadeel van € 66.000,- op de OHBA-
48
middelen geheel compenseert. De middelen die wij van het COA krijgen voor de opvang van asielzoekers bestaat uit middelen obv. het faciliteitenbesluit en dekken de kosten van de extra taken die wij voor de opvang moeten uitvoeren.
Effectindicatoren Nr.
Omschrijving
Bron
1.1 1.2
Verhouding aantal uitstroom / aantal WWB Poortwachtersquote (= ingetrokken en afgewezen aanvragen WWB cs tov totaal aanvragen WWB cs (* betreft alleen volledig ingetrokken cq afgewezen aanvragen) (correctie i.v.m. statushouders is 38,4%) Terugvorderingsquote (bedrag aan terugvorderingen ten opzichte van totaal uitkeringsbedrag) Gemiddelde uitkeringsduur per klant (in maanden) Uitstroom totaal aantal klanten Volledige uitstroom naar werk is 31% van de totale uitstroom klanten Partiële uitstroom (naar vermogen) gerealiseerd bij 33% van het klantenbestand levensonderhoud De huisvestingstaakstelling is voor 100% gerealiseerd Minimaal 30% van de deelnemers aan inburgeringscursussen voldoet aan de wettelijke norm. Doel is het verzorgen van inkomensondersteuning aan mensen met een inkomen tot max. 110% WML opdat zij minimaal een volwaardig bestaan kunnen leiden. Minimaal 70% van het totaal aanvragen bijzondere bijstand wordt toegekend Minimaal 80% van de aanvragers is geholpen met de aanpak van schulden met een adviesgesprek, schuldregeling en/of budgetbeheer Minimaal 90% van de aangemelde klanten is geholpen met de aanpak van budgetbegeleiding en kan verantwoord met zijn budget omgaan Minimaal 90% van de aanvragen WWB cs is tijdig afgehandeld Het totaalbedrag aan debiteuren bedraagt maximaal 11% van het totaal bedrag aan verstrekkingen WWB cs De gemiddelde leeftijd saldo debiteuren bedraagt 1.168 dagen (=38.9 maanden) Maximaal 20% van de ingediende bezwaar- en beroepsschriften is (gedeeltelijk) gegrond
SWI
1.3
1.4
1.5
1.6
2.1
2.2
Streefwaarde 2015 17% 40%
Wekelijke waarde 2015 35% 47,3%
0.6%
4,55%
61 74 31%
56 86 36%
33%
29,5%
100% 30%
100% n.v.t.
70%
79%
80%
53%
90%
100%
90%
91,4%
11%
4,6%
38.9
31,8
20%
16,7%
De zelfredzaamheid van inwoners met een n.v.t. ondersteuningsvraag is toegenomen (met behulp van de zelfredzaamheidsmeter ZRM). Toelichting: Zelfstandigheid waarbij zelfredzaamheid een belangrijk aspect vormt is een speerpunt binnen het beleid en uitvoering van het Sociaal Domein. In de uitvoering wordt getoetst op de aandachtsgebieden binnen de ZRM. Echter een gedegen registratie is lastig gebleken vandaar dat gaandeweg 2015 is gefocust op de 3D Monitor waarin effecten van het ingezette beleid zoveel mogelijk inzichtelijk worden gemaakt. Gebruik geïndiceerde zorg is afgenomen. n.v.t. Toelichting: Kijkend naar het aantal zorgvragen (meldingen) zie je een stijging van 75%. Van deze meldingen leidt 60% tot een aanvraag voor een maatwerkvoorziening. Dat is een ten opzichte van 2014 een lichte stijging.
49
3.1
Oorzaak zal vooral gezocht moeten worden in de nieuwe zorgtaken die thans bij de gemeente zijn belegd. Uitstaande maatwerkvoorzieningen exclusief begeleiding zijn ten opzichte van 2014 nagenoeg gestabiliseerd wat betekent dat er in 2015 geen toename is geweest. Bij begeleiding is sprake van een lichte afname ten opzichte van de begeleidingsvoorzieningen die vanuit de AWBZ overkwamen. Ranglijst 25% best presterende gemeenten jeugdbeleid (100% Monitor is best presterende gemeente) Kinderen in tel
Prestatie-indicatoren Nr.
1.1.7. / 2.1.3./ 3.1.4./ 4.3.2. 2.1.1
Omschrijving Realisatie definitieve vorm uitvoeringsorganisatie Transformatie / veranderagenda uit Beleidsplan decentralisatie AWBZ-Wmo A2 gemeenten 2015-2018 Stimuleren/faciliteren/(door) ontwikkelen van algemene/collectieve voorzieningen in de gemeentelijke kernen uitgaande van behoefte en noodzaak in afstemming met bedrijfsleven en burgerinitiatieven
Bron
Streefwaarde begroting 2015 Besluitvorming
Streefwaarde 2e burap 2015 Gereed
Werkelijke waarde 2015 Gereed
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Ontwikkelen
Ontwikkelen
Ontwikkelen
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
2.1.2
Doorontwikkeling nota lokaal gezondheidsbeleid 2013-2016
2.1.4
Ontwikkeling beleid voor stimuleren burgerinitiatieven
Gereed
2.1.6
Verstrekken subsidie aan welzijnsinstellingen inclusief een heroverweging van de bestaande subsidierelaties met deze instellingen
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
3.1.1.
Stimuleren/faciliteren om hulp/ondersteuning zo dicht mogelijk bij de jeugdige te organiseren, versterken lokale preventieve inzet en dat specialistische hulp wordt teruggedrongen door o.a. eerder te signaleren, door te pakken waardoor zware zorg wordt voorkomen zo mogelijk. Uitgangspunt is 1 gezin, 1 gezinsplan en 1 regisseur.
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
3.1.2.
Optimalisatie uitvoering Jeugdzorg vanuit lokaal Ondersteuningsteam + A2 Generalistenteam (CJG+). CJG+ biedt hulp en coördineert zorg. Voortzetten subsidiering: Zuidzorg t.a.v. consultatiebureau; GGD t.a.v. jeugdgezondheidszorg; Bestaand aanbod aan jeugd en jongerenactiviteiten Aanpassing Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs / overgang voorziening groot onderhoud schoolgebouwen
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Besluitvorming
Uitvoeren
Uitvoeren
3.1.3.
4.1.1
Gereed
Gereed
50
4.1.2
Verzorging gymvervoer
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
4.1.3
Facilitering consequenties passend onderwijs
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
4.2.1
Uitvoering beleid Voor- en Vroegschoolse Educatie Uitvoering beleid peuterspeelzaalwerk
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
4.2.4
Toezicht en handhaving kinderopvang en Peuterspeelzaalwerk Toezicht en handhaving leerplicht
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
4.2.5
Facilitering leerlingenvervoer
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
4.2.6
Vormgeving en bekostiging lokaal Onderwijsbeleid Afstemmen met samenwerkingsverbanden passend onderwijs over decentralisaties
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
Uitvoeren
4.2.2 4.2.3
4.3.1
Overzicht baten en lasten PROGRAMMA 4 - Zorg (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting 2015
Rekening 2014
Begrotings wijzigingen 2015
Totaal begroot 2015
Rekening 2015 Afwijking
Lasten 4.1 Werk en inkomen
-7.637
-7.437
262
-7.175
-7.344
-169
4.2 Maatschappelijke ondersteuning
-4.736
-6.497
-514
-7.011
-5.488
1.523 -16
4.3 Jeugd
-478
-3.732
0
-3.732
-3.748
-2.295
-1.450
-485
-1.935
-1.930
6
-15.146
-19.116
-738
-19.854
-18.510
1.344
6.010
6.549
-3.119
3.430
3.457
26
952
400
1.188
1.588
1.383
-205
0
5
0
5
3
-2
751
154
0
154
170
16
4.4 Onderwijs Totaal Lasten
Baten 4.1 Werk en inkomen 4.2 Maatschappelijke ondersteuning 4.3 Jeugd 4.4 Onderwijs Totaal Baten
7.712
7.108
-1.931
5.177
5.012
-164
-7.434
-12.008
-2.669
-14.677
-13.498
1.180
Toevoegingen reserves
-658
-313
230
-83
-1.136
-1.053
Onttrekkingen reserves
351
175
135
310
282
-28
-307
-138
365
227
-854
-1.081
-7.741
-12.146
-2.304
-14.450
-14.351
99
Reserves
Saldo +25
Saldo vóór resultaatbestemming Bestemmingen
Bestemmingen per saldo Saldo ná bestemming
Verantwoording afwijkingen Verantwoording afwijking product: Werk en inkomen Inkomen BUIG: Het aantal uitkeringen BUIG is na een stabilisatie in het tweede en derde kwartaal in het vierde kwartaal met 8 afgenomen tot 233. Dit is in tegenstelling tot de landelijke ontwikkeling. Hiernaast levert de definitieve vaststelling van de loonheffing en ZVW-premies, die na afloop van het boekjaar plaatsvindt, een voordeel op. Inkomen BUIG Er zijn vier verschillende besparingssopdrachten opgelegd. De eerste besparingsopdracht (meer bijstandsgerechtigden plaatsen naar betaald werk (€ 65.000,-) is gerealiseerd (en leidt dus niet tot een afwijking). Door extra re-integratie activiteiten is de uitstroom naar werk in
S/I
I
Lasten +25
I
-85
Baten
-85
51
2015 ondanks verslechterde arbeidsmarktomstandigheden hoog (31 personen). De besparing van € 50.000,- op de uitvoeringskosten is mede door de toename van het aantal uitkeringen op A2-niveau en de hogere taakstelling voor de opvang van statushouders in 2015 niet gerealiseerd. In 2016 worden voorstellen uitgewerkt om in de toekomst aan deze besparingsopdracht te kunnen voldoen. De besparing op de jaarlijkse storting in voorziening dubieuze debiteuren (€ 20.000,-) is niet gerealiseerd. In 2015 is een groot bedrag aan uitkeringen teruggevorderd. Een deel ervan wordt waarschijnlijk niet terugbetaald waardoor een toevoeging aan de voorziening dubieuze debiteuren noodzakelijk is. De laatste bezuinigingsopdracht (een persoon met een bijstandsuitkering in dienst nemen bij de gemeente Cranendonck (€ 15.000,-)) is eind december 2015 gerealiseerd waardoor deze taakstelling per 2016 gerealiseerd wordt. Inkomen BUIG: Door stringente handhaving zijn er in 2015 veel meer uitkeringen teruggevorderd dan begroot. Hierdoor ontstaat een voordeel van € 79.000,-. Inkomen BUIG: Bij het opstellen van de begroting is rekening gehouden met een aanvullende uitkering BUIG (IAU) van € 200.000,-. De uiteindelijk toegekende IAU bedroeg € 278.000,-. In november 2015 is het definitieve budget BUIG over 2015 bekendgemaakt. Dit budget is € 114.000,- lager dan begroot. Inkomen Bbz Doordat de lasten voor de Bbz nagenoeg volledig vergoed worden door het rijk loopt de gemeente nauwelijks risico bij de uitvoering van deze regeling. Er zijn in 2015 minder aanvragen geweest voor bedrijfskredieten en uitkeringen levenshoud aan zelfstandigen dan begroot. Hierdoor zijn de advieskosten en verstrekte leningen/uitkeringen lager (voordeel € 32.000,-). Hier staat tegenover dat ook de rijksvergoeding lager is (nadeel € 32.000,-). Voor de baten (aflossingen op openstaande leningen) zijn de normbaten van belang. Het verschil tussen de normbaten en werkelijke aflossingen op leningen is voor rekening van de gemeente. Omdat de aflossingen in 2015 lager zijn dan de normbaten ontstaat er een nadeel van € 23.000,-. Participatie/Sociale werkvoorziening In 2015 is door het ministerie van SZW een prestatiebonus aan de Risse toegekend over 2013. Deze bonus is doorbetaald aan de Risse. Participatie/Re-integratie In 2015 is er fors ingezet op re-integratie. Dit heeft er mede toe geleid dat 31 bijstandsuitkeringen beëindigd zijn omdat betrokkenen werk gevonden hebben en het aantal bijstandsuitkeringen niet verder toegenomen is. Deze inzet heeft wel geleid tot extra lasten. De lasten voor re-integratiekosten zijn € 28.000,- hoger dan begroot en worden gedekt uit de reserve Sociaal Domein.
I
+79
+79
I
+78
+78
-114
-114
-32
0
-23
-23
+26
0
I
I
+32
I
I
-26
I
-28
Gemeentelijke minimabeleid Door de sterke toename van het aantal leningen voor inrichtingskosten aan statushouders is het openstaande vorderingssaldo bijzondere bijstand in de laatste jaren sterk toegenomen. Een lening voor inrichtingskosten moet naar vermogen in 36 maanden worden afgelost. Het restant wordt vervolgens kwijtgescholden. Eind 2015 is de inbaarheid van de openstaande vordering opnieuw beoordeeld en is een voorziening voor toekomstige oninbaarheid opgenomen van € 32.000,-.
I
-32
Tevens is op dit beleidsveld sprake van een aantal kleinere over- en onderschrijdingen die samen een nadeel/voordeel opleveren:
I
-55
+12
+6
-37
Totaal
I
-169
+26
+34
-109
+28
0
-32
52
Verantwoording afwijking product: Maatschappelijke ondersteuning COA De personele inzet rond de opvang van vluchtelingen (bestuur, beleid, communicatie en buitendienst) is om praktische redenen niet via urentoerekening aan het product toegerekend maar gedekt uit de reguliere P-budgetten. Met name hierdoor is een voordeel ontstaan bij de lasten wat compenseert met het nadeel op het P-budget. Hiernaast is de bijdrage voor het ‘koppengeld’ op basis van het Faciliteitenbesluit lager uitgevallen dan begroot. Per saldo leidt dit tot een voordeel bij dit product van € 67.000,-
S/I
I
Lasten +192
Baten -125
OHBA Het nadeel bij de lasten is ontstaan door kosten van onderwijshuisvesting voor asielzoekers, waaronder inrichting, onderwijsleerpakketten en aanleg van computernetwerk. Dit nadeel compenseert overigens met het voordeel van de vrijval van de begrote OHBA-middelen van € 600.000,- bij de 1e burap. Hiernaast zijn de OHBA-middelen uiteindelijk hoger uitgevallen dan begroot zodat bij de baten een voordeel is te zien. Per saldo leidt dit tot een nadeel bij dit product van € 66.000,-
I
-115
+49
-66
Individuele maatwerkvoorzieningen rolstoelen en woonvoorzieningen Voor folder en communicatiemateriaal werd minder uitgegeven dan begroot wat een deel van het positief resultaat verklaard. Daarnaast werden minder kosten gemaakt voor woonvoorzieningen. Ook voor rolstoelen werden minder uitgaven gedaan. Oorzaak is enerzijds een korting op de huurprijzen over 2015. Daarnaast werd in 2015 geen PGB voor een rolstoel verstrekt.
I
+53
+4
+57
I
+75
-75
0
+15
-15
0
+72
-72
0
I
+35
-35
0
I
+43
-43
0
I
+47
-47
0
+133
0
OUDE Wmo Algemene (collectieve) voorzieningen Vanaf het tweede kwartaal 2015 is de professionele coördinatie van de huiskamer in Budel beëindigd. Vrijwilligers hebben dit overgenomen. Dit heeft een ruime kostenbesparing met zich meegebracht. De gemeente heeft in april 2015 een start gemaakt met subsidie voor burgerinitiatieven. Er zijn een aantal subsidies vertrekt. Hiervoor zijn minder financiële middelen noodzakelijk geweest dan aanvankelijk verwacht. In 2015 lag de focus op samen met de inwoners (nieuwe) algemene voorzieningen creëren. Individuele maatwerkvoorzieningen hulp bij het huishouden Het aantal klanten wat in aanmerking komt voor hulp bij het huishouden krachtens de Wmo is nagenoeg stabiel gebleven. Bij het opstellen van de begroting 2015 werd uitgegaan van een substantiële stijging. Achteraf blijkt dat niet het geval te zijn. Financiële regeling hulp bij het huishouden inclusief Hulp bij het huishouden Toelage Het aantal mensen wat gebruik maakt van de financiële regeling is achteraf zo’n 5% lager uitgevallen dan begroot. Een reden is dat een aantal klanten niet voor de regeling in aanmerking kwam. Daarnaast blijft het aantal klanten vrij stabiel. Er komen nieuwe klanten bij maar de afname gaat gelijk op. Van de huishoudelijke hulp toelage van €433.500,- is het grootste gedeelte uitgegeven. Het restant ad € 43.000,- is gestort in de reserve en wordt in 2016 ingezet in lijn met de hiervoor geldende uitgangspunten, conform de brief van het Ministerie van VWS van 23 oktober 2015. Uitvoeringskosten Doordat er minder inhuur (uitvoering binnen de Wmo) nodig bleek dan aanvankelijk werd begroot is dit bedrag over en kan terugvloeien naar reserve Sociaal Domein Eigen bijdrageregeling Doordat de inkomsten vanuit de eigen bijdrageregeling aanzienlijk zijn afgenomen ten opzichte van de begrote inkomsten is hier een tekort ontstaan. De reden is dat de ‘oude’ Hulp bij het Huishouden 1
I
I
-133
Reserves
Saldo +67
53
is komen te vervallen en vervangen is door de financiële regeling hulp bij het huishouden waarover, gezien het karakter van deze regeling, geen eigen bijdrage verschuldigd is. Het tekort wordt onttrokken aan de reserve Sociaal Domein. Nieuwe Wmo Individuele maatwerkvoorzieningen begeleiding In de raadsinformatiebrief van 19 oktober 2015 is de raad geïnformeerd over een te verwachten overschot op het product maatwerkvoorziening 'begeleiding'. Op basis van de toenmalige informatie en een doorrekening naar 31 december 2015 werd € 890.000,- als overschot verwacht. Na de definitieve afrekening los van nog te betalen facturen en onderhandswerk staat er per 31 december 2015 een positief saldo op dit product van € 857.000,-
I
+857
-857
0
Extra mantelzorg ondersteuning Deze middelen zijn begroot voor het uitvoeren van extra taken in het kader van de nota mantelzorg. Deze nota is tot stand gekomen met de inbreng van de Wmo Adviesraad Cranendonck en reactie van mantelzorgers. Deze voorbereiding heeft de nodige tijd gekost. Op 2411-2015 is de nota door het college vastgesteld en op 15-12-2015 is de raad geïnformeerd middels een raadsinformatiebrief. Vanaf dat moment konden de extra middelen pas worden ingezet. In 2016 en volgende jaren kan de nota tot uitvoering worden gebracht en vloeien de voor 2015 begrote middelen terug in de reserve Sociaal Domein. De reeds bestaande voorzieningen mbt. mantelzorgondersteuning zijn doorgelopen ten laste van het WMO-budget.
I
+66
-66
0
Eerstelijnsloket (nieuwe) Wmo / Sociaal Team Voor de opstart en doorontwikkeling van het Sociaal team werd voor 2015 een bedrag begroot van € 560.000,-. Clientondersteuning en de Ggz inloop werden gerealiseerd. Bijvoorbeeld een integrale ICT oplossing werd weliswaar in gang gezet maar leidde nog niet tot een concrete oplevering. Ook de inzet van externe expertise bleek nauwelijks nodig. Gevolg 30% van het begrote budget bleef onbenut. In 2016 zullen een aantal zaken zoals doorontwikkeling sociaal team concreet worden opgepakt, denk aan opleiding en ICT. Tevens is op dit beleidsveld sprake van een aantal over- en onderschrijdingen die samen een voordeel opleveren.
I
+173
-173
0
I
+10
+81
+91
Totaal
I
+1523
-1169
+149
Het product 'maatwerkvoorziening begeleiding' bestaat uit een viertal sub producten en wel individuele begeleiding, begeleiding groep (dagbesteding), vervoer in relatie tot begeleiding groep, en Kortdurend Verblijf (vorm van mantelzorgondersteuning). Het bedrag van € 857.000,- is als volgt samengesteld: 1. 2. 3. 4.
Individuele Begeleiding € 343.000,Begeleiding Groep € 5.000,Vervoer ivm Begeleiding Groep € 278.000,Kortdurend Verblijf € 231.000,-
De kosten voor individuele begeleiding bedragen 67% van het begrote budget. De kosten voor Begeleiding Groep lopen nagenoeg in de pas met het daarvoor begrote budget. De kosten voor vervoer voor begeleiding groep bedragen 15% van het begrote budget. Voor Kortdurend Verblijf zijn geen uitgaven gedaan ofwel het restant is gelijk aan het begrote budget. Het begrote totaalbudget begeleiding laat een aanzienlijk overschot zien. Procentueel is 42% van het begrote budget niet uitgegeven. De onzekerheid over de te verwachten lasten bij het vaststellen van de begroting 2015 zijn als voornaamste oorzaak aan te wijzen.
-205
54
Verantwoording afwijking product: Jeugdzaken De integrale budgetten Jeugd (onderdeel van 3D)laten een negatief sado over 2015 zien. Wel zal er middels de 2e Burap 2016 nog op zorgproduct niveau een herschikking gaan plaatsvinden. Hierdoor zal er over 2016 een realistischer beeld ontstaan per zorgproduct en afwijkingen daarin. De begroting 2015 werd gebaseerd op historische ervaringscijfers vanuit de Jeugdzorg en die blijken per zorgproduct af te wijken. Tevens is op dit beleidsveld sprake van een aantal over- en onderschrijdingen die samen een nadeel/voordeel opleveren van: Totaal Verantwoording afwijking product: Onderwijs Vrijval voorziening groot onderhoud onderwijs De verantwoordelijkheid voor onderhoud van schoolgebouwen is per 1 januari 2015 geheel bij de schoolbesturen gelegd. Het afgelopen jaar is gebruikt om de laatste aanspraken op de voorziening af te handelen. De voorziening vervalt geheel per 31 december 2015. Lokaal onderwijsbeleid Bij de besteding lokaal budget is gebleken dat Skozok teveel geld heeft ontvangen. Dit wordt verrekend met de toekenning middelen voor het komende schooljaar, 2016/2017. Tevens is op dit beleidsveld sprake van een aantal over- en onderschrijdingen die samen een nadeel opleveren. Totaal product Totaal structureel Totaal incidenteel Totaal programma
S/I I
I III S/I I
Lasten - 47
Baten -2
Reserves +49
+31 -16 Lasten
Saldo 0
+31 -2 Baten + 28
+49 Reserves
+31 Saldo +28
I
+26
+26
I
-20
-12
+6
-26
+6 0 +1344 +1344
+16 0 -164 -164
+6 0 -1081 -1081
+28 0 +99 +99
55
Programma 5: Bestuur + algemene dekkingsmiddelen Missie van het programma: De gemeente Cranendonck is een open, transparante en betrouwbare publiekrechtelijke organisatie. Op basis van een verantwoorde inzet van de beschikbare middelen draagt zij zorg voor handhaving en naleving van de geldende wet- en regelgeving. De gemeente staat ten dienste voor alle burgers en overige partijen. Producten: 1. Algemeen bestuur 2. Dagelijks bestuur 3. Openbare orde 4. Gegevensvoorziening 5. Algemene dekking 6. Bedrijfsvoering
Relatie met majeur project 1. Beleidsprogramma dienstverlening 2. Renovatie gemeentehuis (afgesloten)
Wat hebben we bereikt? Product Bedrijfsvoering In het jaar 2015 zijn er vele (door)ontwikkelingen geweest binnen de organisatie om de veranderende wereld om ons heen bij te houden. De implementatie van de nieuwe taken van het Sociaal Domein zijn voortvarend opgepakt en er is voorgesorteerd op de overgang van een deel van de organisatie naar de A2. Medio 2015 heeft de nieuwe gemeentesecretaris haar intrede gemaakt, waarmee een periode van interne waarneming werd afgesloten. Daarnaast is er verder vorm gegeven aan het resultaatgericht werken in het kader van de organisatieontwikkeling en de Cranendonckse manier van werken. Verder is de aftrap gegeven om de Visie op de organisatie te gaan ontwikkelen waarbij ambitie en capaciteit van onze organsatie beter op elkaar worden afgestemd. En waarbij de ontwikkelingen in de wereld om ons heen en binnen onze eigen organisatie ook adequaat kunnen worden meegenomen. Er is in 2015 een start gemaakt met het vormgeven van risicomanagement. Met ondersteuning van het Nederlands Adviesbureau Risicomanagement (NAR), hebben de diverse teams de risico’s voor onze organisatie in kaart gebracht. Het NAR heeft vervolgens een analyse gedaan, op basis waarvan een nieuwe paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing is geschreven voor de begroting 2016. In september 2015 stelde de gemeenteraad de nota ‘doorontwikkeling burgerparticipatie’ vast. In deze nota stonden een aantal aanbevelingen die worden uitgevoerd in 2015 en 2016. Ook werd de motie ‘burgerparticipatie/inzet middelen’ aangenomen. In deze motie wordt eenmalig € 50.000,- beschikbaar gesteld voor, primair, het ontwikkelen van een database die het mogelijk maakt om burgers en bedrijven gerichter te benaderen. Hier wordt op dit moment aan gewerkt. Afgelopen jaar hebben we gewerkt aan een vernieuwing van de gemeentelijke website, een project dat valt onder het majeure project beleidsprogramma dienstverlening. In december 2015 leverden we de nieuwe website op, die volledig ingericht is naar de wensen en behoeften van onze inwoners en bezoekers van de website. Zie ook de voortgangsrapportage van het beleidsprogramma dienstverlening. Verder zijn er tal van werkzaamheden uitgevoerd in de aanloop naar de overgang van de afdeling Ondersteuning naar de GRSA2. Nadat de raad van de gemeente Valkenswaard een amendement had aangenomen is fors geinvesteerd om de verwachtingen over de samewerking met de drie gemeenten gelijk te schakelen. De tekst van de Gemeenschappelijke Regeling is vastgesteld, het implementatieplan is vastgesteld, P&O is samengevoegd en als voorloper alvast opgestart. Een groot deel van de arbeidsvoorwaarden van de 4 organisaties zijn geharmoniseerd. Het gezamenlijk HR21 traject is verder vormgegeven. Hiermee wordt de weg naar de formele overgang op 1 januari 2017 steeds meer vrijgemaakt.
56
Product Openbare orde (en veiligheid) Voor het product integrale veiligheid zijn er in 2015 extra uren beschikbaar gesteld. Naast de voorkomende ad hoc werkzaamheden zijn er ook een aantal beleidsmatige zaken opgepakt. Voortkomend uit de kadernota Integrale Veiligheid is eind 2015 het uitvoeringsprogramma Integrale Veiligheid vastgesteld en is gestart met de uitvoering van de maatregelen genoemd in het uitvoeringsprogramma. Bezuinigingen Daarnaast zijn er het afgelopen jaar ook de nodige bezuinigingen gerealiseerd, zij het dat niet alle voorgenomen bezuinigingen gehaald zijn. Zo is gebleken dat de beoogde opbrengsten van het uitbreiden van onze dienstverlening inzake reisdocumenten aan Nederbelgen onhaalbaar zijn. Het ministerie heeft hier geen toestemming voor gegeven, en komt daar ook niet op terug. In het project Digitalisering is vertraging opgelopen (als gevolg van de vertraging bij de Europese aanbesteding van de aanschaf van Mid-Office in A2-verband), waardoor er slechts een beperkte efficiencyslag als gevolg van het digitaal werken gemaakt kan worden. Hierdoor kan deze voorgenomen bezuiniging nog niet gehaald worden. De bezuiniging ten aanzien van het volledig werken op afspraak is wel gehaald. De formatie van de balie is hierop aangepast. Verder heeft de gemeente invulling gegeven aan de vijf werkplekken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Zes deelnemers uit Cranendonck maken deel uit van het Cleamteam. In 2015 hebben we ook de voorbereidingen getroffen, o.a. in de vorm van werkervaringsplekken, zodat uiteindelijk drie personen geselecteerd zijn en per 1 januari 2016 geplaatst konden worden op een reguliere (tijdelijke) functie en één persoon op een tijdelijke functie in het kader van de pilot werk & inkomen. Terugkijkend naar 2015 kunnen we de uitvoering van programma 5 Bestuur en Algemene Dekkingsmiddelen als succesvol beschouwen. Nagenoeg alle uitvoeringsmaatregelen zijn behaald waardoor de nodige vooruitgang is geboekt. Product
Doel Wat wil de raad bereiken? 1. Algemeen Bestuur 1.1 Realiseren van de strategische visie.
2. Dagelijks bestuur 2.1 Slagvaardig en proactief bestuur teneinde de doelstellingen uit de strategische visie te realiseren.
Uitvoeringsmaatregel Wat doen we ervoor als College?
Kleur uit 2e burap
Kleur eind 2015
Resultaat Wat hebben we in 2015 gedaan?
1.1.1. Faciliteren van raadsleden zodat zij hun kaderstellende en controlerende rol goed kunnen vervullen
De raad wordt jaarlijks P&Cproducten/beleidsnotities (kadernota, verordening doelmatigheid en doeltreffend-heid, controleverordening, programmabegroting, jaarstukken, 2 Buraps) ter besluitvorming aangeboden en beschikt over een actuele digitale langetermijnagenda. Over de jaarstukken is t/m 2014 een goedkeurende controleverklaring afgegeven en is bovendien sprake van instemming door de toezichthouder Provincie NoordBrabant.
2.1.1. Uitvoeren van het collegeprogramma
Het collegeprogramma is begin 2015 vastgesteld. Door middel van Buraps en jaarrekening wordt de raad op de hoogte gesteld van de stand van zaken.Daarnaast is de
57
LangeTermijn Agenda (LTA) geïntroduceerd. 3. Openbare orde & veiligheid 3.1 In de gemeente 3.1.1. Zorgen voor een goede en Cranendonck leven openbare hygiëne de mensen samen in 3.1.2. Uitvoering van toezicht en een veilige en handhaving leefbare woonomgeving. De gemeente heeft de 3.1.3. Het in stand houden van regierol met een goedwerkende betrekking tot de rampenbestrijdingsorganisatie integrale veiligheid. 3.1.4. Uitvoering van het VRBZOjaarplan 2014 3.1.5. Het bevorderen en in stand houden van de openbare orde en veiligheid. 4. Gegevensvoorziening 4.1 De gemeente 4.1.1. Voldoen aan de wettelijke informeert burgers, verplichtingen rondom bedrijven en basisregistraties (overheids-) instanties op een 4.1.2. Het beschikbaar stellen van gebruiksvriendelijke, procesgerelateerde informatie voor correcte, tijdige en alle dienstverleningskanalen volledige wijze waarbij gebruik 4.1.3. Majeur project beleidsgemaakt wordt van programma dienstverlening de wettelijke (basis-) registraties. 5. Algemene dekking 5.1 De gemeente heeft 5.1.1. Het opstellen van dan wel een gezonde het nemen van besluiten op financiële voorstellen die passen binnen de huishouding door: gestelde kaders en daarbij a. acceptabele lokale behorende ambitieniveau heffingen; 5.1.2. Het heffen van belastingen b. beheersbare en leges op basis van bestaande risico’s; wetgeving en binnen de daarin c. een structureel gestelde kaders. sluitende 5.1.3. Het optimaal inzetten van programmabegroting; de eigen middelen d. het opleggen van kostendekkende heffingen; 5.1.4. Elk voorstel toetsen op e. het hebben op een aanwezige (financiële) risico’s zodanig peil van de 5.1.5. Onderzoeken laten reserves en uitvoeren naar kostendekkendheid voorzieningen op van tarieven grond waarvan het weerstandsvermogen toereikend is. f. acceptabele woonlasten voor haar inwoners.
5.1.6. Invoering vennootschapsbelasting
Uitvoering volgens beleid Voor toezicht en handhaving is zoals gebruikelijk een jaarverslag naar de raad gestuurd (RIB februari 2016). De organisatie is opgeleid en beoefend. VRBZO komt met eigen jaarrekening. Uitvoering volgens beleid
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de voortgangsrapportage van het Beleidsprogramma Dienstverlening. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de voortgangsrapportage van het Beleidsprogramma Dienstverlening. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de voortgangsrapportage van het Beleidsprogramma Dienstverlening. Uitvoering vindt plaats conform beleid.
Uitvoering vindt plaats conform beleid. Zie ook de paragraaf Lokale heffingen voor nadere informatie. Continue wordt een afweging gemaakt van doeltreffende en doelmatige inzet van eigen middelen. Uitvoering vindt plaats conform beleid. Het onderzoek is in augustus afgerond en de conclusies en aanbevelingen zijn aanleiding nog een vervolgonderzoek te laten uitvoeren. De resultaten van dit vervolgonderzoek kunnen meegenomen worden in de kadernota 2017 en –afhankelijk van besluitvorming - eventueel de begroting 2017. Het vervolgonderzoek is begin 2016 opgestart. Het implementatietraject wordt onder begeleiding van PWC en voor bepaalde onderdelen - in gezamenlijkheid met de A2gemeenten uitgevoerd. Het traject
58
loopt met een lichte achterstand op de oorspronkelijke planning door in 2016. Ondanks de kleine achterstand is het de verwachting dat de invoering tijdig is afgerond voor de eerste belastingaangifte in 2017. 6. Bedrijfsvoering 6.1 Een dienstverlenende instelling van het bestuur en de ambtelijke organisatie waarbij de kwaliteit en professionaliteit geborgd zijn. Ook wordt gestreefd naar een optimale bedrijfsvoering teneinde de doelstellingen zoals verwoord in de strategische visie te behalen.
6.1.1. Het verbeteren van de leiding & sturing
De projecten uit het Bedrijfsvoeringsplan lopen niet allemaal volgens planning. Het project “visie op de organisatie” waarmee ambitie en capaciteit beter op elkaar afgestemd kunnen worden, is gestart. Echter ook weer enigszins vertraagd door de wisseling van gemeentesecretaris. Ook resultaatgericht werken loopt. Het werken aan de 7 punten loopt via de bestaande projecten natuurlijk door. Zie 6.1.1.
6.1.2. Het verbeteren van het elkaar aanspreken op gewenst en ongewenst gedrag 6.1.3. Het verbeteren van de communicatie 6.1.4. Het verbeteren van de klantgerichtheid 6.1.5. Het verlagen van de eilandjescultuur 6.1.6. Het verbeteren van de resultaatgerichtheid 6.1.7. Het verbeteren van de externe gerichtheid 6.1.8. Majeur project beleidsprogramma dienstverlening
Zie 6.1.1. Zie 6.1.1. Zie 6.1.1. Zie 6.1.1. Zie 6.1.1. Zie hiervoor de voortgangsrapportage van het majeure project. In 2015 werd de nota ‘doorontwikkeling burgerparticipatie’ aangenomen door de raad. Uitvoering aan de aanbevelingen en de moties worden gegeven in 2015 en 2016.
6.1.9 Invoering burgerparticipatie
Effectindicatoren Nr .
Omschrijving
1.1
De gemeente betrekt haar burgers in voldoende mate bij het tot stand komen en de uitvoering van beleid De informatie die de gemeente verstrekt is voldoende en begrijpelijk Oordeel van de burger over veiligheid en handhaving Elektronische dienstverlening: conform landelijke richtlijnen** Voldoen aan wettelijke eisen basisregistraties Structureel sluitende programmabegroting
1.2 3.1 4.1 4.2 5.1
Realisatie (voorgaande jaren) 5,5
Bron
Streefwaarde 2015
Gerealiseerde waarde 2015
WSJG
6,0
*
6,9
WSJG
7,0
*
6,0
WSJG
6,1
*
Landelijke wetgeving Beheersaudits
Ja
ja
Ja
ja
Programmabegroting
Ja
Ja
ja Ja Ja
59
*Voor 2015 stond het onderzoek Waar Staat Je Gemeente niet gepland, waardoor er geen uitspraken gedaan kunnen worden over de gerealiseerde waarde. ** Er is nieuwe wetgeving die aanvankelijk vanaf 2015 verplicht zou zijn, maar uitgesteld is naar 2016. In 2015 is hard gewerkt aan een nieuwe website die eind 2015 live is gegaan.
Prestatie-indicatoren Nr.
Omschrijving
2.1.1
Realisering van het collegeprogramma
meting
Streefwaarde begroting 2015 -
3.1.1
Percentage meldingen over de openbare orde die wordt afgehandeld binnen de wettelijke termijn Percentage hercontroles Percentage medewerkers rampenbestrijding dat een certificaat van een relevante opleiding heeft ontvangen Het slagingspercentage voor de audits basisregistraties Percentage zaken dat procesgerelateerde informatie bevat Uitvoering bedrijfsvoeringsplan
meting
3.1.2 3.1.3
4.1.1 4.1.2 6.
Bron
95%
Streefwaarde 2e burap 2015 n.t.b. (nog geen meetinstrument ingericht) 95%
Werkelijke waarde 2015 n.t.b. (nog geen meetinstrument ingericht) 100%
meting Insite
<30% 100%
30% 100%
20% 100%
meting
95%
95%
95%
Midoffice meting
95%
50%
50%
-
n.t.b. (nog geen meetinstrument ingericht)
n.t.b. (nog geen meetinstrument ingericht)
Overzicht baten en lasten PROGRAMMA 5- Bestuur + Algemene Dekkingsmiddelen (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting 2015
Rekening 2014
Begrotings wijzigingen 2015
Totaal begroot 2015
Rekening 2015 Afwijking
Lasten 5.1 Algemeen bestuur
-973
-785
-65
-850
-854
-4
5.2 Algemene dekking
-2.399
-5.894
-4.043
-9.937
-10.031
-94
5.3 Bedrijfsvoering
-1.702
-1.589
253
-1.336
-1.337
-1
-596
-572
16
-556
-1.051
-495
5.4 Dagelijks bestuur 5.5 Gegevensvoorziening 5.6 Openbare orde en veiligheid Totaal Lasten
-356
-336
336
0
-1.795
-1.861
2
-1.859
-1.841
18
-7.822
-11.037
-3.502
-14.539
-15.115
-576
Baten 5.1 Algemeen bestuur
0
0
0
0
0
0
5.2 Algemene dekking
22.880
31.405
5.733
37.138
37.460
322
5.3 Bedrijfsvoering
83
0
0
0
0
0
5.4 Dagelijks bestuur
1
0
0
0
0
0
5.5 Gegevensvoorziening
0
5.6 Openbare orde en veiligheid
0
14
60
40
100
127
27
22.978
31.465
5.773
37.238
37.587
349
15.156
20.429
2.271
22.699
22.472
-228
-3.698
-3.698
-3.847
-149
Onttrekkingen reserves
2.341
541
4.215
4.756
4.801
44
Bestemmingen per saldo
2.341
541
517
1.059
953
-105
17.498
20.970
2.788
23.758
23.425
-333
Totaal Baten Saldo vóór resultaatbestemming Bestemmingen Toevoegingen reserves
Saldo ná bestemming
60
Verantwoording afwijkingen Verantwoording afwijking product: Algemeen bestuur Diverse kleine afwijkingen leveren samen een nadeel op. Totaal Verantwoording afwijking product: Dagelijks Bestuur Pensioenverplichtingen wethouders De afgelopen jaren hebben we bij onze externe pensioenverzekeraar nog niet alle stortingen gedaan ter dekking van de APPA-pensioenverplichtingen ten opzichte van de huidige en drie voormalige wethouders. Zowel de commissie BBV als het ministerie van BZK hebben inmiddels een sterke voorkeur uitgesproken om dit wel te doen in plaats van de lasten op te vangen op de toekomstige pensioendatum. Dit onder meer vanwege het risico dat zich bij waardeoverdracht of overlijden van wethouders anders incidentele niet begrote lasten kunnen voordoen. We hebben dit advies opgevolgd. Om het pensioengat te dichten en dus het beleggingstegoed volledig aan te laten sluiten op de pensioenaanspraken, hebben we bij de pensioenverzekeraar een eenmalige extra koopsom van € 465.000,- gestort. Overigens blijven er hiernaast voor alle huidige en voormalige wethouders de lasten van de jaarlijkse pensioenopbouw bestaan. Diverse kleine afwijkingen leveren samen een nadeel op. Totaal Verantwoording afwijking product: Openbare orde Extra opbrengsten handhaving Op het gebied van handhaving was sprake van extra opbrengsten door verhaal van kosten bestuursdwang, inning van boetes en verbeurde dwangsommen van totaal € 25.000,-. Deze extra opbrengsten beschouwen we vooralsnog als incidentele voordelen. Diverse kleine onderschrijdingen leveren verder samen nog een voordeel op. Totaal Verantwoording afwijking product: Gegevensvoorziening Er is op dit product alleen sprake van een aantal kleinere over- en onderschrijdingen die tezamen een voordeel opleveren. Totaal Verantwoording afwijking product: Algemene dekking Burgerdiensten / Inhuur BRP-straat De overschrijding komt door niet begrote kosten voor inhuur van € 26.000,- voor de BRP-straat bij het AZC. Deze kosten zijn bij het COA gedeclareerd. Burgerdiensten / secretarieleges Bij de secretarieleges zijn er hogere lasten van € 15.000,geweest voor de inkoop/afdracht van vooral de reis- en rijdocumenten. Hiertegenover staat dat de legesopbrengsten van deze documenten ook hoger zijn uitgevallen tot een bedrag van € 65.000. In afwachting van het onderzoek naar de kostendekkendheid van de leges worden deze bedragen vooralsnog als incidenteel beschouwd. Algemene uitkering De decembercirculaire heeft ten opzichte van de septembercirculaire een voordeel opgeleverd van € 107.000,-. Dit voordeel is met name veroorzaakt aanpassing van aantallen rond de uitkeringsmaatstaven aan de hand van recente informatie. Hiernaast hebben er verrekeningen over voorgaande jaren plaatsgevonden tot een bedrag van € 41.000,- voordelig om diverse redenen. Totaal levert dit een voordeel op van € 148.000,-. Overigens laat de decembercirculaire geen afwijkingen ten opzichte van de septembercirculaire zien rond de bijdragen voor het sociaal domein.
S/I I I S/I I
Lasten -4 -4 Lasten -465
I I S/I I
-31 -496 Lasten
I
Baten
Reserves 0
0 Reserves
0
0 Reserves
Baten
Baten +25
Saldo -4 -4 Saldo -465
-31 -496 Saldo +25
+18
+2
I S/I I
+18 Lasten +17
+27 Baten
0 Reserves
+45 Saldo +17
I S/I I
+17 Lasten -26
0 Baten +26
0 Reserves
+17 Saldo 0
-15
+65
+50
+148
+148
I
I
+20
61
Treasury / rentebaten Bij het opmaken van de begroting is er vanuit gegaan dat overtollige liquide middelen uitgeleend zouden worden en dat dit een renteopbrengst zou geven van € 50.000,-. In werkelijkheid was er echter sprake van een liquiditeitstekort, waardoor kort geld aangetrokken moest worden waarvoor nagenoeg geen rente is betaald. Treasury / bespaarde rente Doordat de werkelijke saldi van de reserves en voorzieningen aan het begin van het jaar hoger zijn dan de raming in de programmabegroting levert dit een hogere opbrengst van € 32.000,- aan bespaarde rente op. Algemene baten en lasten / rente Deze voordelige afwijking bestaat met name uit het verschil tussen de verzamelde rentekosten en de doorbelasting daarvan naar de producten tegen een hoger voorcalculatorisch rentepercentage. Vanwege de dalende rentekosten van de afgelopen jaren is het voorcalculatorisch rentepercentage inmiddels vanaf 2016 van 4 naar 3 % naar beneden bijgesteld. Algemene baten en lasten / onvoorzien Voor onvoorziene uitgaven was € 60.000,- geraamd. Hiervan is een deel van € 21.000,- aangewend voor noodzakelijke acute vervanging van stroomkasten. Het restantbudget van € 39.000,levert een voordeel op. Algemene baten en lasten / burgerparticipatie De keuze voor andere communicatiemiddelen door het college leidde tot een aangepaste aanpak van het externe traject. Dit levert een voordeel van € 22.000,- op ten opzichte van de begrote kosten. Door inzet van interne medewerkers is dit voordeel behaald. Algemene baten en lasten / claim belastingdienst Periodiek (meestal eens in de 5 jaar) komt de belastingdienst voor een controle langs. In 2015 is een controle gestart en deze was begin 2016 net afgerond. Op basis van de bevindingen van de belastingdienst verwachten we inmiddels een naheffing over de gecontroleerde periode 2011-2013. Ten tijde van het opmaken van de jaarstukken was het bedrag van de claim nog niet bekend. Voorzichtigheidshalve nemen we op basis van de bevindingen van de belastingdienst een bedrag op van € 318.000,- als naheffing (systematiek belastingdienst: geconstateerde 2 fouten x controleperiode 3 jaar x normbedrag € 53.000). Deze inschatting zou uiteindelijk enigszins mee kunnen vallen. Tevens bestaat echter het risico op een hogere uiteindelijke naheffing. Dit risico is dan ook vermeld in de toelichting op de balans. Algemene baten en lasten / grondexploitatie Deze mutatie heeft betrekking op de grondexploitatie. Voor een uitgebreide toelichting verwijzen wij naar de paragraaf grondbeleid. De lasten hebben betrekking op het afsluiten van plannen en aanvullen van de voorziening nadelige plannen. Alle resultaten van de grondexploitatie worden overigens verantwoord via de reserve Grondexploitatie waardoor deze niet tot beïnvloeding van het saldo van de gemeenterekening leiden. Op programma 2 vindt u dan ook een voordeel rond de grondexploitatie voor hetzelfde bedrag € 127.000,-. Algemene baten en lasten / eigen risico organisatie De financiële gevolgen van gedwongen beëindiging van dienstverbanden worden, omdat de gemeente zelf risicodrager is, gedekt uit de voorziening wachtgelden. Als er nieuwe verplichtingen ontstaan, vindt bijstorting in de voorziening vanuit de reserve Eigen risico organisatie/WW-rechten plaats. Bij de primitieve begroting is daarvoor een schatting gemaakt. Doordat oud-medewerkers werk hebben gevonden, was er minder storting
I
-50
-50
I
+32
+32
I
+249
+249
I
+ 39
+39
I
+22
+22
I
-318
-318
I
-127
-127
I
+124
-124
0
62
vanuit de reserve nodig om de voorziening op peil te houden voor de lopende verplichtingen tot een bedrag van € 124.000,-. Algemene baten en lasten / tractiemiddelen Er zijn hoge onvoorziene kosten van € 34.000,- door inzet van een oudere veegmachine die aan slijtage onderhevig is. Afgelopen jaar zijn onderhandelingen geweest over verkoop van de veegmachine maar de verkoop is niet doorgegaan. Het college zal in 2016 een analyse uitvoeren naar deze kosten en hoe hier mee om te gaan. Algemene baten en lasten / facilitair Op deze kostenplaats zijn cateringkosten begroot, die uiteindelijk vanwege de nieuwe WKR-regeling geboekt zijn binnen het Pbudget (€ 34.000,- voordeel). Dit voordeel compenseert daardoor met het nadeel van het P-budget (zie paragraaf bedrijfsvoering). Algemene baten en lasten / gemeentehuis Er is sprake van structureel hogere OZB-kosten voor het gemeentehuis welke veroorzaakt zijn door de sterk gestegen WOZ-waarde van het gerenoveerde gebouw. Uiteraard worden deze hogere kosten gecompenseerd door hogere OZB-inkomsten voor hetzelfde bedrag. Deze hogere opbrengsten zijn reeds begrepen in de meerjarenbegroting waardoor dit niet leidt tot eenzelfde structureel voordeel. Algemene baten en lasten / dienstverlening structureel Het budget dienstverlening laat een overschot zien van € 92.000,. Bij de oplevering van het programma dienstverlening in het eerste half jaar van 2016 zullen wij u nader informeren over de structurele opbouw van het budget en een eventueel budgettair effect laten verwerken. Algemene baten en lasten / digitalisering In de raad van december is op basis van een schatting van de kosten in 2015 besloten tot overheveling van het restantbudget van het budget voor digitalisering naar 2016 tot een bedrag van € 99.000,- De werkelijke kosten lagen eind 2015 echter nog € 23.000,- lager dan de bijgestelde raming wat leidt tot een hogere overheveling via de reserve Overheveling naar 2016. Algemene baten en lasten / A2-samenwerking De kosten van de GR A2-samenwerking zijn hoger dan begroot mede door de kosten van de afwikkeling van het geschil rondom de huur van het pand Hofnar 2 in Valkenswaard (ons aandeel in de schikking € 37.000,- nadeel). Algemene baten en lasten / A2-samenwerking De kosten van de GR A2-samenwerking zijn ook hoger dan begroot door een afwijking rond de softwarekosten. Bij onze tweede burap is aangegeven dat er een voordeel op de post software was van € 80.000,-. De GRS heeft aangegeven dat dit te positief is ingeschat en daarom moet deze post deels worden teruggedraaid (€ 47.000,- nadeel). Algemene heffingen De totale belastingopbrengsten zijn € 56.000,- hoger uitgevallen dan begroot. De belangrijkste oorzaken zijn de OZB-inkomsten die gunstiger zijn uitgevallen dan begroot (€ 36.000,- voordeel). Hiernaast zijn diverse recreatieve bedrijven voor het eerst en mede over de afgelopen jaren aangeslagen voor de toeristenbelasting (€ 14.000,- voordeel). IZA-gelden In 2014 is door het college besloten een bedrag van € 100.000,van de ontvangen IZA-gelden toe te voegen aan het project de Cranendonckse Manier van Werken. Vanwege de openstaande ICT zaken rond het nieuwe gemeentehuis is dit voorstel niet in 2014 uitgevoerd en zijn de gelden in de reserve overheveling opgenomen. Nadat de grootste problemen begin 2015 zijn verholpen, is gestart met de uitvoering van dit project. Hiervoor is in 2015 een bedrag van € 90.000,- uitgeven en tevens is de
I
-34
-34
I
+34
+34
S
-30
-30
I
+92
+92
I
+23
I
-37
-37
I
-47
-47
I
I
-23
+56
-90
0
+56
+100
+10
63
reservering van € 100.000,- uit de reserve overheveling vrijgevallen. Voorgesteld wordt om het restant van het vrijgevallen bedrag over te hevelen naar 2016 voor de afronding van het project. ICT-problematiek De kosten voor het oplossen van de ICT-problemen rond het Sociaal domein zijn € 29.000,- lager dan begroot. Hierdoor is de onttrekking uit de reserve Sociaal domein ook € 29.000,- lager. Tevens is er op dit product sprake van een aantal kleinere overen onderschrijdingen die samen een nadeel opleveren. Totaal Verantwoording afwijking product: Bedrijfsvoering Er is op dit product alleen sprake van een aantal kleinere over- en onderschrijdingen. Totaal Totaal structureel Totaal incidenteel Totaal programma
I
+29
-29
0
I
+1
+45
-29
+17
I S S/I I
-81 -30 Lasten -1
+322 0 Baten
-105 0 Reserves
+136 -30 Saldo -1
I S
-1 -30 -547 -577
0 0 +349 +349
0 0 -105 -105
-1 -30 -303 -333
64
Paragrafen
65
Paragraaf bedrijfsvoering In de strategische visie 2009 – 2024 zijn de gemeentelijke doelstellingen bepaald. Het uitgangspunt voor de bedrijfsvoering is het optimaal inzetten van personeel en ondersteunende bedrijfsmiddelen om onze doelstellingen zoals verwoord in de visie te behalen. Zeven verbeterpunten uit het bedrijfsvoeringsplan In de programmabegroting van 2015 zijn voor de derde keer de speerpunten benoemd waar de organisatie met de bedrijfsvoering aan werkt. Voor de volledigheid zetten we deze punten nog eens op een rij: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Het verbeteren van de leiding en sturing. Het verbeteren van het elkaar aanspreken op gewenst en ongewenst gedrag. Het verbeteren van de communicatie. Het verbeteren van de klantgerichtheid. Het verlagen van de eilandjescultuur. Het verbeteren van de resultaatgerichtheid van de organisatie als geheel. Het verbeteren van de externe gerichtheid.
In de programmabegroting 2015 zijn diverse onderwerpen benoemd die een bijdrage leveren aan het verbeteren van deze punten. In deze paragraaf worden de belangrijkste projecten die in 2015 zijn gestart of uitgevoerd uit het bedrijfsvoeringplan besproken en wordt uitgebreid inzicht gegeven in de realisatie van het P-budget en de inhuur. Opstellen nieuwe visie op de organisatie Voor 2015 stond het opstellen en implementeren van een nieuwe visie op de organisatie op de agenda. Omdat de huidige besturingsfilosofie dateert uit 2006 en er zowel in de wereld om ons heen als ook bij de gemeentelijke organisatie in Cranendonck, veel veranderd is, is het opstellen van een nieuwe visie een logische vervolgstap. Het vertrek van de vorige gemeentesecretaris en de komst van de nieuwe hebben er echter toe geleid dat dit project vertraging heeft opgelopen. In het vierde kwartaal van 2015 is er presentatie gehouden voor de raad, waarin de voorlopige projectopdracht is voorgelegd. De raad heeft daarbij aangegeven dat de visie op de organisatie vooral iets is van de organisatie en niet zozeer een onderwerp waarbij de raad betrokken wil worden. Na deze bijeenkomst is in het vierde kwartaal van 2015 de projectopdracht vastgesteld en is er een start gemaakt met het opstellen van de visie. In 2016 wordt de visie opgeleverd en bepalen we aan de hand van de doorvertaling van deze visie hoe we de implementatie gaan vormgeven. In de kadernota 2017 wordt hier verder op ingegaan. Verbijzonderde interne controle (VBIC) De VBIC helpt ons om verbeteringen aan te brengen in de organisatie en draagt bij aan de borging van die verbeteringen. In 2015 is een intern controleplan opgesteld en hebben we verbeteringen doorgevoerd in onze VBIC. We zijn nog niet op het gewenste niveau, maar hebben het afgelopen jaar zeker stappen gezet. Ook de accountant heeft deze verbeteringen opgemerkt. Onze gemeente heeft, mede vanwege onze omvang, niet de capaciteit en mogelijkheden in huis om de VBIC structureel in onze organisatie te borgen. Er is daarom gekozen voor de inhuur van externen, die objectief en deskundig zijn en voor ons de VBIC uitvoeren. Om de borging van de VBIC structureler te maken en de VBIC te verbeteren, is er gekozen om dit voor de toekomst in A2-verband op te pakken. Aandachtspunten hierbij zijn objectiviteit, deskundigheid en een systematische en gedisciplineerde aanpak. Bij de aanpak in A2-verband wordt de controlefunctie ingericht, een planning gemaakt en een gedetailleerd controleplan, zodat we weer extra stappen kunnen zetten in de VBIC.
66
Risicomanagement In de begroting 2015 is aan de raad de belofte gedaan om een vernieuwde paragraaf weerstandsvermogen op te leveren, deels ingegeven door de opmerkingen in het accountantsverslag over 2013. In 2015 hebben we een start gemaakt met het vormgeven van risicomanagement. Met ondersteuning van het Nederlands Adviesbureau Risicomanagement (NAR), hebben de diverse teams de risico’s voor onze organisatie in kaart gebracht. Vervolgens is een analyse gedaan, op basis waarvan een nieuwe paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing is geschreven voor de begroting 2016. In 2016 wordt het risicomanagement verder uitgerold en geborgd in de organisatie en de P&C-cyclus. A2-samenwerking Koersdocument A2 / Implementatieplan In februari 2015 is het implementatieplan ‘Nog krachtiger en dichterbij’ vastgesteld in Cranendonck en Heeze-Leende en geamendeerd vastgesteld in Valkenswaard. Dit amendement heeft ertoe geleid dat het opnieuw in het vierde kwartaal van 2015 voor besluitvorming aan de gemeenteraden is voorgelegd. In oktober 2015 is vastgesteld om de gemeenschappelijke regeling (GR) per 1 januari 2017 te wijzigen. Dit is een jaar later dan aanvankelijk gepland. De voorgestelde wijziging van de GR en daarmee de doorontwikkeling van de samenwerking in A2-verband, vindt plaats onder de voorwaarden zoals vastgelegd in het koersdocument en het implementatieplan. P&O samen Per 1 januari 2015 valt de aansturing van de teams P&O van de drie gemeenten niet meer onder de individuele gemeentesecretarissen, maar onder het directieteam van de GRSA2, die bestaat uit de drie gemeentesecretarissen. De medewerkers P&O zijn nog niet officieel onderdeel van de A2-samenwerking, maar zijn vanuit hun oorspronkelijke gemeente gedetacheerd naar de A2. P&O-samen heeft het eerste jaar doorlopen, waarbij een grote workload voortvarend is opgepakt. Een aantal onderwerpen dat in 2015 opgepakt is, lichten we kort toe. HR21 In 2015 is een gezamenlijk traject gestart voor de invoering van het nieuwe functieboek HR21, het daarbij horende competentiewoordenboek en gesprekscyclus. 2015 stond hiermee vooral in het teken van de voorbereiding op de invoering van HR21 per 1 januari 2016. Het functieboek is vastgesteld door het college, medewerkers zijn geïnformeerd over hun nieuwe functie en de mogelijkheid om hierop een zienswijze in te dienen. In 2016 vindt de definitieve vaststelling plaats van de functies. Vervolgens wordt de gesprekscyclus verder uitgevoerd. Harmonisatie arbeidsvoorwaarden Er is binnen de A2-samenwerking uitgesproken om een harmonisatie na te streven op de arbeidsvoorwaarden. Het doel hiervan is voor de werknemers bij de vier A2-organisaties niet alleen rechtszekerheid en rechtsgelijkheid te creëren, maar ook flexibiliteit en mobiliteit binnen A2-verband te verkrijgen c.q. te bevorderen. In 2015 zijn diverse zaken op het gebied van arbeidsvoorwaarden geharmoniseerd, zoals een Sociaal Statuut, een nieuwe gezamenlijke arbo dienstverlening, een nieuw personeels- en salarissysteem Afas en een nieuw beloningshoofdstuk 3 in de CAR-UWO. Het merendeel van de arbeidsvoorwaarden is inmiddels geharmoniseerd. Werkkostenregeling Sinds 1 januari 2015 is de werkkostenregeling ingevoerd. De werkkostenregeling is een nieuwe regeling van vergoedingen en verstrekkingen aan de medewerkers en bestuurders. In het kort komt de nieuwe regeling erop neer dat de gemeente Cranendonck per jaar maximaal 1,2% van de totale loonsom aan vergoedingen en verstrekkingen mag besteden aan haar medewerkers en bestuurders. Dit wordt de forfaitaire of vrije ruimte genoemd. Wanneer er meer vergoedingen en verstrekkingen aan de medewerkers en bestuurders wordt besteed dan de vrije ruimte, wordt daarover 80% eindheffing betaald.
Overschrijding van de vrije ruimte: de beschikbare vrije ruimte bedraagt 1,2% van de loonsom. Voor 2015 is de beschikbare vrije ruimte € 63.000,- en is € 118.000,- ten laste gebracht van de vrije ruimte. Dit betekent dat de vrije ruimte met € 55.000,- wordt overschreden. Over deze
67
€ 55.000,- moeten we een eindheffing van 80% betalen. Hiermee bedraagt de verwachte eindheffing € 43.000,-. In de begroting 2015 is een eenmalig bedrag van € 40.000,- opgenomen voor de invoering van de WKR. Dit implementatiebudget is in zijn geheel besteed.
Burgerparticipatie Na vaststelling van de bestuursopdracht is er in 2015 gewerkt aan de doorontwikkeling van burgerparticipatie. In september 2015 heeft uw raad de nota ‘doorontwikkeling burgerparticipatie’ vastgesteld, waarin een aantal aanbevelingen stonden die in 2015 en 2016 worden uitgevoerd. Voor een verdere toelichting, verwijzen we u naar programma 5: Bestuur en algemene dekkingsmiddelen. P-budget In de jaarrekening 2014 is een start gemaakt met het geven van meer inzicht in het P-budget. In de jaarrekening 2015 trekken we deze lijn door. Het P-budget is meer dan alleen salariskosten Het P-budget van de gemeente Cranendonck bestaat uit verschillende onderdelen en is dus meer dan alleen salariskosten voor medewerkers. Het gaat om de onderstaande categorieën:
Niet-beïnvloedbare kosten: Het gaat hier om kosten waarop het ambtelijk management niet kan sturen. Hieronder vallen onder andere de salariskosten voor het college en de vergoedingen voor de leden van de raad. Salariskosten medewerkers. Hierbij gaat het om salariskosten voor vaste formatie en om kosten voor inhuur ten behoeve van vacatures, vervanging wegens ziekte en andere prioriteiten. Organisatieontwikkeling: Het gaat hier om kosten voor organisatieontwikkeling en opleidingskosten voor onze medewerkers. Administratieve kosten. Dit zijn bijkomende kosten voor zaken die een organisatie nodig heeft, zoals een personeels- en salarisadministratie, verzekeringen, et cetera. Secundaire arbeidsvoorwaarden waaronder onkostenvergoedingen.
Voor bovenstaande categorieën wordt de realisatie gepresenteerd en wordt een korte toelichting gegeven. Vergelijking met P-budget 2014 Het uitgangspunt bij het P-budget is dat ten opzichte van 2014 een nullijn wordt gehanteerd en het beschikbare budget niet wordt overschreden. Het beschikbare P-budget in 2014 was € 8,7 miljoen terwijl het P-budget voor 2015 € 9,5 miljoen is. Dit verschil kan als volgt worden verklaard: Totaal P-budget conform jaarrekening 2014
8.680.000
Eenmalig budget CAO-ontwikkelingen
168.000
Nieuw beleid conform primitieve begroting 2015
235.000
Nieuwe budget Sociaal Domein
403.000
Diverse mutaties
34.000
Totaal P-budget 2015
9.520.000
Slechts een zeer kleine overschrijding van het P-budget in 2015 Het P-budget voor 2015 was begroot op € 9,52 miljoen. De werkelijke kosten voor 2015 waren € 9,53 miljoen. We kunnen hiermee concluderen dat op het totale P-budget er nagenoeg geen afwijking is. In onderstaande tabel staat het P-budget verder uitgesplitst en worden de verschillende onderdelen verder toegelicht. De toelichting op de salariskosten volgt als laatste. Vanwege de geringe afwijking op de administratieve kosten, wordt deze verder niet toegelicht.
68
P -budg e t Begroting Realis atie Vers chil % afwijking Niet-beïnvloedba re kos ten
820.000
S a la ris kos ten(incl. inhuur)
945.000 -125.000
-13,23%
8.190.000 8.008.000 182.000
2,27%
Orga nis a tieontwikkeling
157.000
108.000
49.000
Adminis tra tieve kos ten
192.000
199.000
-7.000
-3,52%
S ecunda ire a rbeids voorwa a rden
160.000
271.000 -111.000
-40,96%
Totaal P-budget
9.519.000 9.531.000
-12.000
45,37%
-0,13%
Niet-beïnvloedbare kosten De niet-beïnvloedbare kosten waren in 2015 € 125.000,- hoger dan begroot. Voor een groot deel wordt dit veroorzaakt door pensioenkosten voor oud-wethouders en voormalig bestuur die in 2015 hoger uitvielen dan begroot was. Als werkgever bouwen we voor onze wethouders en oud-bestuurders pensioen op. Hiervoor is extern een bepaald bedrag gereserveerd, wat in de afgelopen jaren en in de huidige situatie niet toereikend is. Vanwege veranderende regelgeving hebben we bij het opmaken van de jaarstukken een extra koopsom van € 465.000,- bij onze externe pensioenverzekeraar gestort om het beleggingstegoed volledig aan te laten sluiten bij de pensioenaanspraken. Deze ‘inhaal’-storting is overigens niet begrepen in bovenstaande overzicht van het P-budget 2015. Organisatieontwikkeling Voor 2015 stond het opstellen en implementeren van de visie op de organisatie op de planning. Door het vertrek van de vorige gemeentesecretaris en de komst van de nieuwe gemeentesecretaris, heeft dit project vertraging opgelopen. Hieruit volgt een onderschrijding van het budget op organisatieontwikkeling. De geplande verdere ontwikkeling van de organisatie als gevolg van de uitkomsten van de visie hebben immers vertraging opgelopen. In 2016 wordt dit verder vormgegeven. Secundaire arbeidsvoorwaarden De kosten voor secundaire arbeidsvoorwaarden zijn € 111.000,- hoger uitgevallen dan begroot. Dit is veroorzaakt door het toepassen van een fiscale regeling, waardoor de eindejaarsuitkering door medewerkers kan worden omgezet naar een reiskostenvergoeding voor woning-werk verkeer. De “tegenhanger” hiervan is dat de salariskosten even zo veel afnemen. Dit is echter niet zichtbaar in bovenstaande tabel omdat het onderdeel salariskosten (incl inhuur) veelomvattend is. Om de transparantie te bevorderen, wordt gekeken hoe dit in 2016 beter inzichtelijk kan worden gemaakt. Salariskosten (inclusief inhuur) Het totaal aan salariskosten (incl inhuur) laat procentueel een kleine onderschrijding zien van 2,27%. Zoals in eerdere presentaties is aangegeven, is het P-budget echter niet de enige bron waaruit onze medewerkers en/of inhuur betaald worden. Naast het P-budget zijn er ook nog andere dekkingsbronnen:
Majeure projecten Overige projecten Grondexploitatie
De volgende tabel geeft de onderverdeling aan: Totaal
Realisatie
P-budget
9.531.000
GREX
186.000
Majeure projecten
577.000
Overige projecten
664.000
Totaal
10.958.000
69
Inhuur Cranendonck kent een krappe formatie. Hier is eerder al inzicht in gegeven. Er wordt daarom relatief veel ingehuurd. Voor 2015 is er uit het P-budget € 2,1 miljoen uitgegeven aan inhuur. De inhuurruimte die in het begrote P-budget voor 2015 aanwezig is bedraagt € 1,2 miljoen en is bedoeld voor inhuur bij ziekte en onder formatie (€ 0,5 miljoen), extra inhuur sociaal domein (€ 0,4 miljoen) en organisatieontwikkelingen (€ 0,3 miljoen). Hiernaast is ook voor € 0,9 miljoen aan externe inzet ingehuurd waartegenover ook lagere salariskosten voor vaste formatie staat door vacatureruimte (€ 1,0 miljoen). Voor 2015 zien we ter onderbouwing van dit laatste bedrag twee belangrijke oorzaken:
Het niet invullen van de vacatureruimte op de afdeling Ondersteuning. Vanwege het feit dat in de A2-samenwerking de afdelingen worden samengevoegd, is de voorkeur uitgesproken om vacatureruimte niet vast in te vullen, zodat de A2 straks speelruimte heeft. Op de afdeling ondersteuning is daarom relatief veel inhuur gepleegd. De opbouw van de organisatie rondom de 3D’s. Om de organisatie rondom de 3D’s zo goed mogelijk in te kunnen vullen is besloten om voor 2015 zoveel als mogelijk flexibel te zijn en inhuur te verkiezen boven vaste medewerkers. Deze inhuur is niet volledig gedekt uit het project maar voor een deel ook uit het P-budget.
Onderstaand een overzicht van de totale inhuur in 2015. In 2016 is conform opdracht gestart met het terug dringen van de inhuur. Kosten van inhuur
Realisatie
Binnen P-budget
2.100.000
GREX
186.000
Majeure projecten Ontwikkeling wegenstructuur
20.000
Gebiedsvisie 'Kansen over grenzen’
100.000
Beleidsprogramma dienstverlening
159.000
Bestemmingsplan DIC
78.000
Baronie van Cranendonck
60.000
Herontwikkeling De Borgh
69.000
Renovatie gemeentehuis
91.000
Subtotaal majeure projecten
577.000
Overige projecten Invoering 3D's
323.000
COA
148.000
Overige
193.000
Subtotaal overige projecten
664.000
Totaal kosten inhuur
3.527.000
70
Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing Het doel van de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing is inzicht te geven in de robuustheid van de gemeentelijke begroting. Met andere woorden betekent dit dat we beschrijven hoe sterk de gemeente is om onvoorziene, financiële tegenvallers op te vangen zonder dat het beleid daarvoor veranderd hoeft te worden. Om dit te kunnen beoordelen, moeten we inzicht hebben in de omvang en achtergronden van de beschikbare financiële middelen en de risico’s die voor onze gemeente relevant zijn. De confrontatie tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de benodigde weerstandscapaciteit bepaalt vervolgens het weerstandsvermogen. Schematisch ziet dit er als volgt uit:
In deze paragraaf, welke de nieuwe opzet uit de begroting 2016 volgt, gaan we achtereenvolgens in op de volgende onderwerpen:
Beschikbare weerstandscapaciteit Benodigde weerstandscapaciteit Conclusie: voldoende weerstandsvermogen Financiële kengetallen
Beschikbare weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit is het geheel van middelen en mogelijkheden die de gemeente heeft om niet begrote kosten, die onverwacht en substantieel zijn, op te vangen. Hierbij kan een onderscheid worden gemaakt tussen incidentele en structurele weerstandscapaciteit. Incidentele weerstandscapaciteit is het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen, zonder dat dit invloed heeft op de uitvoering van taken op het huidige niveau. Structurele weerstandscapaciteit zijn de middelen die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van de programma’s. Hoe groot de totaal beschikbare weerstandscapaciteit moet zijn, is afhankelijk van de risico’s die de gemeente loopt. De beschikbare incidentele weerstandscapaciteit is opgebouwd uit de volgende onderdelen:
De algemene reserve voor enerzijds het opvangen van risico’s waarvoor geen voorziening is getroffen zonder dat de uitvoering van het reguliere beleid van de gemeente wordt verstoord (= ondergrens) en anderzijds een vrij aanwendbaar deel. De algemene reserve grondexploitatie is het onderdeel van de weerstandscapaciteit dat gereserveerd is voor het opvangen van risico’s met betrekking tot de grondexploitatie. Voor een verdere toelichting verwijzen we naar de paragraaf grondbeleid. Vanuit het BBV is de gemeente verplicht om een post ‘onvoorziene uitgaven’ op te nemen in de begroting. Deze post is bedoeld voor het opvangen van onvoorzienbare, niet uitstelbare en onontkoombare uitgaven. De vrij aanwendbare bestemmingsreserves zijn reserves waaraan de gemeente een bepaalde bestemming heeft gegeven. We nemen deze vrij aanwendbare bestemmingsreserves niet mee bij
71
de bepaling van de beschikbare weerstandscapaciteit. Aanwending van deze reserves kan namelijk negatieve gevolgen hebben voor bestaande voorzieningen. Stille reserves bestaan uit de verkoopresultaat (verkoopopbrengst minus lagere boekwaarde) van bijvoorbeeld groenstroken, gronden, gebouwen en aandelen, voor zover de verkoop binnen één jaar te realiseren is, de verkoop niet leidt tot een gat in de begroting en de verkoop de taakuitoefening van de gemeente niet aantast. Bij het bepalen van de beschikbare weerstandscapaciteit laten we deze stille reserves voorzichtigheidshalve buiten beschouwing. De geprognosticeerde (voordelige) resultaten van de grondexploitaties zijn voorzichtigheidshalve eveneens buiten beschouwing gelaten.
Naast de incidentele weerstandscapaciteit heeft de gemeente nog de mogelijkheid om de structurele weerstandscapaciteit te verhogen. Er is namelijk een deel onbenutte belastingcapaciteit: bij het heffen van de OZB zitten we op dit moment nog niet aan de maximaal te heffen belasting. Hier zit nog ruimte voor de gemeente, waardoor het deel uit maakt van de beschikbare weerstandscapaciteit. Indien het nodig is, kan de OZB verhoogd worden, zodat risico’s opgevangen kunnen worden. In de onderstaande tabel staat aangegeven op welke manier de beschikbare weerstandscapaciteit is opgebouwd. Beschikbare weerstandscapaciteit * € 1.000 Algemene Reserve Algemene Reserve Grondexploitatie Onvoorziene uitgaven Stille reserves/winstprognose grondexploitaties Totaal incidentele weerstandscapaciteit Eigenaar woning Eigenaar niet-woning Gebruiker niet-woning Totaal structurele weerstandscapaciteit
31-12-2015 € 13.826 € 1.073 € 60 PM €14.959 € 976 0 0 € 976
Totaal weerstandsvermogen
€15.935
Benodigde weerstandscapaciteit Om de benodigde weerstandscapaciteit te bepalen, zijn de risico’s die onze gemeente loopt in 2015 voor het eerst interactief en organisatiebreed in kaart gebracht. Hiermee is een eerste verbeterslag gemaakt ten aanzien van deze paragraaf en het risicobewustzijn in de organisatie. Ook is hiermee een start gemaakt met de invoering van risicomanagement in de organisatie. In 2016 wordt dit verder uitgerold en geborgd. Bij elk risico dat is genoemd in de inventarisatie, is aangegeven wat de kans is dat dit risico zich voordoet en wat de maximale financiële gevolgen daarvan zijn (de impact). Op basis van deze analyse is de benodigde weerstandscapaciteit bepaald. Onze top 10 aan risico’s In de onderstaande tabel presenteren we de top 10 van de risico’s. In totaal zijn er 97 risico’s in beeld gebracht. In deze top 10 bevinden zich risico’s die enerzijds een grote kans hebben om voor te komen en als ze voorkomen, substantiële financiële gevolgen hebben. Voor 2016 zien we dat vooral risico’s rondom de 3D’s hoog scoren. Dit is begrijpelijk gezien de vele onduidelijkheden die er zijn rondom verschillende aspecten van de 3D’s. Daarnaast zien we een risico rondom de grondexploitatie. Dit wordt inhoudelijk verder toegelicht in de paragraaf grondbeleid.
1
Risico
Gevolgen
De kosten als gevolg van de decentralisaties binnen het Sociaal Domein vallen hoger uit dan begroot.
Het financieel risico ligt volledig bij de gemeente, terwijl de invloed van de gemeente op financieel vlak maar zeer beperkt is.
Kans x impact / financiële gevolgen € 500.000,-
72
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Risico
Gevolgen
Het budget voor hulp bij het huishouden (WMO) wordt gekort vanuit de Rijksoverheid, waardoor er bij de gemeente een tekort ontstaat. De vraag voor specialistische jeugdzorg is groter dan het beschikbare budget. Door externe omstandigheden, stagneert de verkoop van (gemeentelijke) gronden ed. Zie toelichting paragraaf Grondbeleid. De competenties van het personeel blijven achter en we kunnen onvoldoende gekwalificeerd personeel werven, terwijl de omgeving blijft veranderen.
Vanaf 2017 levert dit een tekort op van ruim € 400.000,-.
Door bestaande bodemverontreiniging, onduidelijkheid over de gevolgen hiervan voor de gezondheid van personeel en derden en onvoldoende kennis van regelgeving, volgen er mogelijk aansprakelijkheids-claims voor de gemeente. De gemeente Cranendonck, burgers en andere (overheids)instanties maken gebruik van onjuiste (basis)gegevens voor topografie, kadaster, adressen, gebouwen, bestemmingsplannen, bodem, personen en rechtspersonen. De gebruiker van de informatie is zich hier niet van bewust. Plannen of bezuinigingen van hogere overheden leiden tot extra verplichte, maar niet begrote kosten voor de gemeente. Na bodemonderzoek blijkt er bodemverontreiniging aanwezig te zijn, waardoor de gemeente verplicht is tot sanering. De gemeente staat garant voor de gelden die de coöperatie Cranendonck NET u.a. inlegt bij de aanleg van glasvezel op de bedrijventerreinen binnen de gemeente.
Kans x impact / financiële gevolgen € 350.000,-
Overschrijding van het beschikbare budget.
€ 350.000,-
Er ontstaan tekorten op de grondexploitatie.
€ 1.015.000,-
Het leidt tot tijdsverlies en overvraging van personeel, met als gevolg dat men fouten maakt en er personeel uitvalt.
€ 270.000,-
Er is onvoldoende budget beschikbaar hiervoor
€ 250.000,-
Mogelijke gevolgen zijn schade als gevolg van onjuist registeren in het kader van de WKPB, foutieve inschrijving in de BRP, foutieve belastingaanslag, mislopen legesinkomsten bij vergunningverlening, onjuiste overdracht bij grondtransacties, etc.
€ 225.000,-
Door extra verplichte uitgaven of minder inkomsten door verlaging van uitkeringen of subsidies, wordt het budget dat de gemeente zelf kan beïnvloeden en inzetten lager. Hiervoor zijn onvoldoende financiële middelen beschikbaar
€ 225.000,-
Wanneer de coöperatie haar verplichtingen richting de financiële adviseur niet kan voldoen, dient de gemeente deze verplichting over te nemen.
€ 150.000,-
€ 175.000,-
Bij de presentatie van de bovenstaande top 10 van risico’s maken we de kanttekening, dat er dit jaar een start is gemaakt met de bewustwording rondom risicomanagement. Er is een eerste verbeterslag gemaakt om de paragraaf weerstandsvermogen te verbeteren. In de aankomende jaren vindt een verdere kwaliteitsverbetering plaats ten aanzien van de beoordeling en inschatting van de risico’s. Onze beheersmaatregelen Op het moment dat de risico’s in beeld zijn, ontstaat natuurlijk de vraag hoe we die risico’s beheersen. Maatregelen om het risico te verminderen kunnen oorzaakgericht of gevolggericht zijn. De eerste zorgen
73
ervoor dat de kans dat de gebeurtenis optreedt, kleiner wordt. De gevolggerichte maatregelen zorgen dat ervoor dat de schade minimaal is wanneer de gebeurtenis toch plaatsvindt. Dit is een vervolgstap die de organisatie nog moet zetten. Belangrijk om in het achterhoofd te hebben, is dat niet elk risico af te dekken valt met een beheersmaatregel. Een beheersmaatregel kan zo complex en/of duur van aard zijn, dat deze niet opweegt tegen het risico dat gelopen wordt. Een goede risicospreiding Cranendonck kent een goede risicospreiding over de verschillende categorieën. De geïnventariseerde risico’s zijn geplaatst in een risicokaart. Onderstaande risicokaart geeft inzicht in de spreiding van de risico’s naar kans en impact. De nummers in de risicokaart komen overeen met het aantal risico’s dat in dat gebied van de risicokaart zit. Een risico dat in het groene gebied zit vormt geen direct gevaar voor de continuïteit van de organisatie. Een risico dat in het oranje gebied zit, vraagt om aandacht, terwijl een risico in het rode gebied directe aandacht vereist om te voorkomen dat de continuïteit van de organisatie wordt bedreigd. In onderstaande risicokaart is inzichtelijk gemaakt hoe de spreiding van de risico’s voor de gemeente Cranendonck is.
Naast een spreiding van de risico’s over de risicokaart, is in de analyse ook een duidelijke spreiding te zien van de risico’s over de diverse afdelingen, risicogebieden en risicocategorieën. Deze spreiding geeft aan dat de risico-inventarisatie breed van opzet is en dat dit heeft geleid tot een integraal beeld van de risico’s die voor onze organisatie van belang zijn. Dit moet wel in de eerder geschetste context geplaatst worden dat dit het eerste jaar is dat gewerkt wordt met de nieuwe systematiek. Vanaf volgende jaren wordt dit verder doorontwikkeld zodat risico’s nog scherper in beeld komen. Conclusie: voldoende weerstandsvermogen De beschikbare weerstandscapaciteit is € 15.935.000,-. Hier staat een benodigde weerstandscapaciteit tegenover van € 4.484.000,-. Dit is de optelsom van alle risico’s die zijn geïnventariseerd (en dus niet alleen de eerder gepresenteerde top 10). Met een verschil van € 11,5 miljoen tussen de beschikbare en de benodigde weerstandscapaciteit, kan de indruk ontstaan dat er veel ruimte is en de beschikbare weerstandscapaciteit aan de hoge kant is. De goede financiële positie van onze gemeente komt dan ook bij iedere jaarrekening weer tot uiting. Echter, in bepaalde negatieve omstandigheden komen bepaalde risico’s tegelijk voor. Fors negatieve economische omstandigheden leiden bijvoorbeeld tegelijk tot verliezen op de grondexploitatie, hogere bijstandsuitkeringen, lagere algemene uitkeringen, afwaarderingen activa niet meer in gebruik etc. Dan ziet de rekensom er opeens anders uit omdat de kans dan 100 % wordt. Zoals eerder vermeld is voor het eerst gestart met een organisatie brede risico-inventarisatie. In de aankomende jaren vindt een verdere kwaliteitsverbetering plaats ten aanzien van de beoordeling en inschatting van de risico’s en wordt ook bepaald hoe Cranendonck om moet gaan met de situatie waarin
74
verschillende risico’s tegelijk voordoen. Wat betreft de betekenis hiervan voor de ondergrens van de Algemene reserve zal bij een eerstvolgende ontwikkeling van deze paragraaf een voorstel worden gedaan. Financiële kengetallen Het BBV stelt ten aanzien van deze paragraaf dit jaar andere eisen dan voorheen. Conform deze eis presenteren wij onderstaande kengetallen. Het opnemen van deze kengetallen past in het streven naar meer transparantie. Daarnaast stelt het de raad in staat om op een eenvoudigere manier inzicht te krijgen in de financiële positie en de baten en lasten van de gemeente. Deze kengetallen drukken namelijk de verhouding uit tussen bepaalde onderdelen van de begroting en jaarrekening. Daarnaast maken de getallen inzichtelijk over hoeveel (financiële) ruimte de gemeente beschikt om structurele en incidentele lasten te kunnen dekken of opvangen. Hiermee geven ze inzicht in de financiële weerbaarheid en wendbaarheid van de gemeentelijke begroting. Hieronder volgen de vijf kengetallen (x € 1.000): Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte geldleningen Rek.
Begr.
Rek.
Per 31 december van het jaar:
2014
2015 *
2015
A
Vaste schulden (cf. art. 46 BBV)
9.896
Nvt.
17.673
B
Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV)
11.109
Nvt.
9.374
C
Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV)
1.672
Nvt.
426
D
Financiële activa (cf. art. 36 lid b, c, d, e en f)
8.200
Nvt.
7.859
E
Uitzettingen < 1 jaar (cf art. 39 BBV)
7.170
Nvt.
6.748
F
Liquide middelen (cf. art 40 BBV)
54
Nvt.
135
G
Overlopende activa (cf. art. 40a BBV)
141
Nvt.
1.019
H
Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV (dus exc. Mutaties reserves)
39.017
Nvt.
49.593
Netto schuldquote gecorr. ed. (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100%
18,2
Nvt.
23,6
* Deze cijfers zijn niet allemaal in de begroting opgenomen. De netto schuldquote geeft het niveau van de schuldenlast van de gemeente weer ten opzichte van de eigen middelen. Ook geeft het een indicatie van de druk op de rentelasten en de aflossingen op de exploitaties. De netto schuldquote is weliswaar gestegen ten opzichte van 31 december 2014 maar is landelijk gezien wel als relatief laag te kwalificeren. Solvabiliteitsratio
Per 31 december van het jaar:
Rek.
Begr.
Rek.
2014
2015 *
2015
A
Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV)
25.516
Nvt.
23.732
B
Balanstotaal
52.301
Nvt.
55.091
48,8
Nvt.
43,1
Solvabiliteit (A/B) x 100%
* Deze cijfers zijn niet allemaal in de begroting opgenomen. De solvabiliteitsratio geeft inzicht in hoeverre de gemeente in staat is om aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Dit kengetal drukt het eigen vermogen uit als percentage van het totale vermogen en geeft daarmee inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid van de gemeente. De solvabiliteitsratio is weliswaar lager ten opzichte van 31 december 2014 met name door onttrekkingen uit de reserves maar is landelijk gezien wel als relatief hoog te kwalificeren.
75
Grondexploitatie Rek.
Begr.
Rek.
Per 31 december van het jaar:
2014
2015 *
2015
A
Niet in expl. genomen bouwgronden (cf. art. 38 lid a punt 1 BBV)
2.356
Nvt.
4.165
B
Bouwgronden in exploitatie (cf. art. 38 lid b BBV)
3.172
Nvt.
3.008
C
Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV (dus excl. Mutaties reserves)
39.017
Nvt.
49.593
14,2
Nvt.
14,5
Grondexploitaties (A+B)/C x 100%
* Deze cijfers zijn niet allemaal in de begroting opgenomen. De grondexploitatie kan een grote impact hebben op de financiële positie van de gemeente. Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie van de gemeente is ten opzichte van de totale (geraamde) baten. Als de grond die de gemeente in het bezit heeft tegen een te hoge waarde op de balans staat, moet die worden afgewaardeerd. Dit leidt tot een lager eigen vermogen en daarmee een lagere solvabiliteitsratio. Structurele exploitatieruimte Rek.
Begr.
Rek.
Jaar:
2014
2015
2015
A
Totale structurele lasten
40.354
56.120
50.130
B
Totale structurele baten
37.479
52.041
48.772
C
Totale structurele toevoegingen aan de reserves
0
0
0
D
Totale structurele onttrekkingen aan de reserves
110
159
106
E
Totale baten Structurele exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/(E) x 100%
39.017
53.554
49.593
-7,1
-7,3
-2,5
Wanneer we de financiële positie van de gemeente beoordelen, is het ook van belang te kijken naar de structurele baten en structurele lasten. Hiervoor gebruiken we het kengetal structurele exploitatieruimte. Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is, doordat er wordt gekeken naar de structurele baten en lasten ten opzichte van de totale baten. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten te dekken. Over 2014 en 2015 blijken achteraf de structurele lasten niet geheel gedekt door structurele baten. Wel zijn volgens de begroting 2016 – 2019 in meerjarig perspectief de structurele baten voldoende om de structurele lasten te dekken. Belastingcapaciteit: Woonlasten meerpersoonshuishouden Rek.
Begr.
Rek.
Jaar:
2014
2015
2015
OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde
295
299
300
Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde
170
183
183
Afvalstoffenheffing voor een gezin
208
203
201
Eventuele heffingskorting
0
0
0
Totale woonlasten gezin bij gemiddelde WOZ-waarde
673
685
684
Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin
704
716
717
Woonlasten procentueel tov. landelijke gemiddelde
95,6
95,7
95,4
De belastingcapaciteit geeft inzicht in de mate waarin een financiële tegenvaller in het volgende begrotingsjaar opgevangen kan worden of dat er ruimte is voor nieuw beleid. Om deze ruimte te kunnen weergeven is een ijkpunt nodig. Er is gekozen om de belastingcapaciteit te relateren aan landelijk
76
gemiddelde tarieven, ook omdat er behoefte is om inzicht te hebben in de lokale tarieven van omliggende gemeenten. De belastingcapaciteit wordt gerelateerd aan de hoogte van de gemiddelde woonlasten (OZB, rioolheffing en reinigingsheffing). De woonlasten in onze gemeente zijn over 2015 ruim 95 % van het landelijk gemiddelde. Conclusie financiële kengetallen Een afzonderlijk kengetal zegt nog weinig over hoe de financiële positie moet worden beoordeeld. Op basis van één kengetal kan er geen oordeel worden gegeven over de financiële positie van de gemeente. De kengetallen moeten altijd in samenhang worden bezien: enkel gezamenlijk en in hun onderlinge verhouding geven ze een goed beeld van de financiële positie van de gemeente. De komende jaren kan de betekenis van deze kengetallen nader worden geduid door vergelijking met gangbare normen en vergelijking met de kengetallen van andere gemeenten toe te voegen en de uitkomsten daarvan van een analyse te voorzien.
77
Paragraaf Verbonden partijen In deze paragraaf lichten we allereerst toe wat we onder verbonden partijen verstaan. Vervolgens gaan we in op de publiekrechtelijke partijen en de privaatrechtelijke partijen. Verbonden partijen Wat is een verbonden partij? In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is vastgelegd wat een verbonden partij is. Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publieksrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Van een bestuurlijk belang is sprake als de gemeente een zetel heeft in het bestuur of stemrecht heeft. Van een financieel belang is sprake als de gemeente middelen ter beschikking stelt die ze kwijt is bij een faillissement van de partij en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. Waarom zijn verbonden partijen interessant voor de raad? Een verbonden partij voert beleid uit, dat de gemeente in principe ook zelf kan doen. Vaak zijn dit taken die efficiënter regionaal geregeld kunnen worden (bijvoorbeeld de GGD-taken in het kader van de Wet publieke gezondheidszorg). Participatie in verbonden partijen levert gemeenten niet alleen voordelen op, maar ook financiële en bestuurlijke risico’s. Om voordelen optimaal te benutten en risico’s te beheersen is aandacht voor de sturingsrelatie met - en risicobeheersing bij verbonden partijen belangrijk. De werkzaamheden die de verbonden partijen doen, vallen dan ook onder de programma’s uit de begroting. In de paragraaf Verbonden partijen wordt aanvullend hierop per partij weergegeven wat de belangrijkste ontwikkelingen in 2015 zijn geweest. Bijdrage aan verbonden partij De verbonden partijen sturen hun jaarrekening aan de gemeenten. Hierin staat voor het totaal van de bijdragen van alle deelnemers of er afwijkingen zijn en waar die vandaan zijn gekomen. De jaarrekeningen worden met een raadsinformatiebrief aan de raad gestuurd. Hiermee wordt de leesbaarheid van deze paragraaf verbonden partijen vergroot. Uiteraard worden de belangrijkste (bestuurlijke) ontwikkelingen per partij wel opgenomen. Gemeenschappelijke regelingen De belangrijkste verbonden partijen voor de gemeente Cranendonck zijn de gemeenschappelijke regelingen:
Veiligheidsregio Brabant Zuidoost (VRBZO) Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE) /Metropoolregio Eindhoven (MRE) Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Brabant Zuidoost (GGD) Werkvoorzieningschap Weert en omstreken ‘De Risse Gemeenschappelijke Regeling Samenwerking A2-gemeenten (GRSA2) Omgevingsdienst Zuidoost Brabant (ODZOB)
De bijdragen per partij worden opgenomen bij de financiële informatie. Er zijn geen verstrekte leningen. Controle op verbonden partijen In regionaal verband is er voor de vier verbonden partijen waar alle 21 gemeenten aan deelnemen afstemming (VRBZO, MRE, GGD en ODZOB). Er ligt een bestuursopdracht die zich richt op afstemming over planning en controlcyclus (instrumenten, indeling en tijdstippen in relatie tot gemeentelijke planning) en afstemming van uitgangspunten; loon- en prijsindexering, reserve en voorzieningen beleid, berekening weerstandsvermogen en opstellen risicoparagraaf. Bij de uitwerking zijn ook de concerncontrollers en de directiesecretarissen van de verbonden partijen betrokken. Daarmee worden (naar de toekomst toe) regionaal afspraken gemaakt over de tijdige aanlevering van de cijfers.
78
Publiekrechtelijke partijen Veiligheidsregio Brabant Zuidoost (VRBZO) Rechtsvorm: Vestigingsplaats:
Gemeenschappelijke regeling Eindhoven
Doelstelling en openbaar belang: De veiligheidsregio Brabant Zuidoost staat voor het behartigen van de belangen van de deelnemende gemeenten op de terreinen van: a. b. c. d. e.
Brandweerzorg Ambulancezorg Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen Rampenbestrijding en crisisbeheersing Gemeenschappelijke meldkamer.
Deelname aan de veiligheidsregio is verplicht op basis van de Wet Veiligheidsregio’s. De veiligheidsregio’s in Nederland nemen beslissingen te aanzien van de voorbereiding op en de bestrijding van zware ongevallen, branden, rampen en crises. Relatie met programma: Programma 5: bestuur en algemene dekkingsmiddelen; beleidsveld 3: Openbare orde Deelnemende partijen: Het is een regionaal samenwerkingsverband met de gemeenten Asten, Bergeijk, Best, Bladel, Cranendonck, Deurne, Eersel, Eindhoven, Geldrop – Mierlo, Gemert – Bakel, Heeze – Leende, Helmond, Laarbeek, Nuenen c.a., Oirschot, Reusel de Mierden, Someren, Son en Breugel, Valkenswaard, Veldhoven en Waalre Bestuurlijk belang: Burgemeester Vermue-Vermue zit in het Algemeen bestuur. Belang op basis van stemverhouding: Bij het vaststellen van de jaarrekening, begroting en begrotingswijzigingen brengen de leden die een gemeente vertegenwoordigen tot 20.000 inwoners één stem uit, de leden die een gemeente vertegenwoordigen met 20.000 of meer inwoners brengen twee stemmen uit, vermeerderd met een stem per volledig veelvoud van 15.000 inwoners, waarmee het aantal van 20.000 inwoners door die gemeente wordt overschreden. In dit geval heeft de gemeente Cranendonck twee stemmen. Bij de overige besluitvorming door het algemeen bestuur vindt stemming plaats op basis van de gewone stemwaardering (één stem per gemeente). Risico’s: Deze regeling kan worden gewijzigd door het Algemeen Bestuur of door de colleges van tenminste vijf van de deelnemende gemeenten. Deelname aan de Veiligheidsregio is wettelijk bepaald waardoor uittreden niet mogelijk is. Bestuurlijke ontwikkelingen: Het Algemeen Bestuur heeft medio 2013 een bestuurlijke werkgroep Toekomstvisie Brandweerzorg ingesteld. Centrale vraag voor deze bestuurlijke werkgroep was hoe de brandweerzorg er in de toekomst uit zou moeten zien, met als perspectief 2018. Mede door onze vraag om meer efficiency in de bedrijfsvoering is door het Algemeen Bestuur aangegeven dat ze in 2018 en ook in de aanloop daar naartoe een betekenisvolle bezuiniging verwacht. Op 26 maart 2015 heeft het algemeen bestuur de Toekomstvisie Brandweerzorg vastgesteld. Verder is in 2015 het regionaal risicoprofiel vastgesteld. Dit profiel geeft de risico’s in onze regio weer, geanalyseerd op basis van impact en waarschijnlijkheid. Het is de basis voor het beleidsplan Veiligheidsregio BrabantZuidoost 2015-2019 wat ook in 2015 is vastgesteld. Onze bijdrage voor 2015 was € 905.000,-.
79
Financiële informatie: (x € 1.000) Eind 2012 Resultaat 1.351 Eigen vermogen 4.030 Vreemd vermogen 14.028 Gemeentelijke bijdrage 2015: € 905
Eind 2013 1.921 5.486 28.649
Eind 2014 3.357 7.348 26.620
Eind 2015 4.579 6.879 28.629
Metropool Regio Eindhoven (MRE) / Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE) Rechtsvorm: Vestigingsplaats:
Gemeenschappelijke regeling Eindhoven
Doelstelling en openbaar belang: Het doel van de Metropoolregio is het organiseren van een adequate vorm van samenwerking tussen gemeenten onderling en tussen overheid en maatschappelijke partners. Dit ter behartiging van de gezamenlijke belangen op de thema’s economie, mobiliteit en ruimte, zoals nader uitgewerkt in een regionale agenda. Ook het inzetten op een versterking van de economische regio en de missie om te gaan behoren tot de top van de economische regio’s in de wereld zijn van groot belang bij het inkleuren van deze samenwerking. Relatie met programma: De SRE/MRE wordt uitgevoerd in programma 2: Werk en economie. Door de verscheidenheid aan werklocaties (zie bestuurlijke ontwikkelingen) is er naast de primaire relatie met werk en economie ook een relatie met andere programma’s zoals programma 1: wonen +leven, programma 4: sociaal domeinzorg. Deelnemende partijen: Het is een regionaal samenwerkingsverband met de gemeenten Asten, Bergeijk, Best, Bladel, Cranendonck, Deurne, Eersel, Eindhoven, Geldrop – Mierlo, Gemert – Bakel, Heeze – Leende, Helmond, Laarbeek, Nuenen c.a., Oirschot, Reusel de Mierden, Someren, Son en Breugel, Valkenswaard, Veldhoven en Waalre. Bestuurlijk belang: Burgemeester Vermue-Vermue is lid van de regioraad van de SRE. Wethouder Van Tulden is plaatsvervangend lid. De leden van de regioraad MRE zijn in 2015 benoemd. Financieel belang: De kosten van de SRE worden gedragen door de 21 deelnemende partijen. Onze bijdrage voor 2015 was € 287.000,-. In de begroting was een gemeentelijke bijdrage van €292.000,- opgenomen. De bijdrage SRE valt dus lager uit dan geraamd. Dit komt door de transformatie die het SRE op dit moment doorloopt om te komen tot de nieuwe organisatievorm MRE. Deze lagere bijdrage was al voorzien in de aangepaste begroting van de SRE/MRE. Risico’s: Als de gemeenschappelijke regeling (zowel SRE als MRE) wordt opgeheven, stelt de regioraad, na het horen van de deelnemende gemeenten, een liquidatieplan vast. Dit liquidatieplan bevat in ieder geval de regeling wat betreft de financiële gevolgen van de opheffing. Daarnaast bevat het een regeling ten aanzien van het personeel. Ook als de gemeente uittreedt, gelden financiële verplichtingen voor de gemeente. Bestuurlijke ontwikkelingen: In 2015 is de transitie van de oude SRE organisatie naar MRE bekrachtigd door het aannemen van de nieuwe samenwerkingsregeling. In de Gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Eindhoven is vastgelegd op welke manier we samen werken. In de Regionale Agenda 2015-2018 is vastgelegd
80
dat de focus op drie thema’s is: economie, mobiliteit en ruimte. Diverse werkgroepen zijn voortvarend van start gegaan en de eerste beleidsregels zijn al in samenwerking met ondernmers en onderwijs (triple helix) opgesteld en vastgelegd. De betrokkenheid van raadsleden bij de MRE is geborgd in de Raadstafel 21, waar raadslid Ton Dijkmans voorzitter van is. Financiële informatie: (x € 1.000) Eind 2012 Resultaat 2.792 Eigen vermogen 15.023 Vreemd vermogen 213.749 Gemeentelijke bijdrage 2015: € 287
Eind 2013 2.987 7.277 190.529
Eind 2014 532 1.885 183.873
Eind 2015 750 810 28.900
Gemeenschappelijke GezondheidsDienst Brabant Zuidoost (GGD) Rechtsvorm: Vestigingsplaats:
Gemeenschappelijke regeling Helmond
Doelstelling en openbaar belang: Doel van deze regeling is de behartiging van belangen van de deelnemende gemeenten op het gebied van de Wet publieke gezondheid Relatie met programma: Er is een relatie met programma 4: sociaal domein en programma 5: bestuur en algemene dekkingsmiddelen; beleidsveld 3: Openbare orde Deelnemende partijen: De GGD Brabant Zuidoost is een regionaal samenwerkingsverband met de gemeenten Asten, Bergeijk, Best, Bladel, Cranendonck, Deurne, Eersel, Eindhoven, Geldrop-Mierlo, Gemert-Bakel, Heeze-Leende, Helmond, Laarbeek, Nuenen c.a., Oirschot, Reusel de Mierden, Someren, Son en Breugel, Valkenswaard, Veldhoven en Waalre Bestuurlijk belang: Wethouder Van Tulden is lid van het Algemeen bestuur. Wethouder Meuwissen is plaatsvervangend lid. Financieel belang: De bijdrage aan de GGD in 2015 was conform bijgestelde begroting € 309.000,-. Risico’s: Bij opheffing van de GGD verdeelt men de voor- en nadelige saldi van de GGD tussen de deelnemende gemeenten. Dit gaat volgende de normen die gelden voor de gemeentelijke bijdragen in de taken van de GGD. Bestuurlijke ontwikkelingen: In maart 2015 heeft het algemeen bestuur van de GGD zeven pijlers in het licht van de toekomstige samenleving vastgesteld. De taken die zij voor ons uitvoert, zijn binnen deze pijlers onderverdeeld en zijn gelijk aan andere jaren. Naast deze taken is de GGD betrokken geweest bij de crisisopvang van vluchtelingen. In de aanmeldlocatie Budel zorgt de GGD voor de TBC-screening. Financiële informatie: (x € 1.000) Eind 2012 Resultaat -175 Eigen vermogen 1.395 Vreemd vermogen 14.686 Gemeentelijke bijdrage 2015: €309
Eind 2013 65 2.076 13.669
Eind 2014 138 2.282 12.593
Eind 2015 52 2.352 14.096
81
Werkvoorzieningschap Weert en omstreken “De Risse” Rechtsvorm: Vestigingsplaats:
Gemeenschappelijke regeling Weert
Doelstelling en openbaar belang: Werkvoorzieningschap de Risse zorgt voor de uitvoering van de Wet sociale Werkvoorziening voor de gemeenten Nederweert, Weert en Cranendonck. De Risse richt zich primair op het bieden van aangepast werk aan mensen met een Sw-indicatie. Relatie met programma: Deze regeling valt onder programma 4: sociaal domein. De uitvoering ligt bij de afdeling W&I van de A2 samenwerking. Deelnemende partijen: Deze regeling is van de gemeenten Nederweert, Weert en Cranendonck. Bestuurlijk belang: Wethouder Van Tulden is lid van zowel het algemeen bestuur als het dagelijks bestuur. Wethouder Kuppens zit in het algemeen bestuur. Financieel belang: De bijdrage aan de Risse in 2015 was gelijk aan de ontvangen rijksbijdrage van € 2.609.000,-. Risico’s: In de begroting van de Risse is geen sprake van een eigen bijdrage van de gemeenten. De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen de gemeentelijke bijdrage rijksbudget. De meerjarenraming laat zien dat dit in de toekomst kan veranderen. Voor de jaren na 2015 is wel een gemeentelijke bijdrage opgenomen. Gezien de ontwikkeling rondom de verdere invulling van de Participatiewet, de uitvoering van beschut werken en de mogelijke fusie is dit risico nog niet op te nemen. Bestuurlijke ontwikkelingen: In de raadsvergadering van 14 juni 2015 heeft de raad besloten in te stemmen met een fusie tussen de Risse en Westrom onder voorwaarden. Het definitieve fusiebesluit wordt eind 2016 verwacht en aan de gemeenteraden voorgelegd. Op weg naar een definitief fusiebesluit krijgt de raad ieder kwartaal een voortgangsrapportage over de fusie. Hierin staat hoe beide organisaties zich inzetten om aan de fusievoorwaarden te voldoen. Voor het college is de integrale organisatie van dagbesteding, arbeidsmatige dagbesteding en beschut werk van belang. Ook dit is onderdeel van het fusietraject. Financiële informatie: Ondanks een begroot resultaat van ruim € 335.000,- negatief, heeft De Risse het jaar afgesloten met een positief resultaat van € 145.000,- positief. Voornaamste redenen voor dit resultaat zijn: de bedrijfskosten die lager zijn dan begroot, de hogere subsidie-inkomsten per medewerker en de lagere overbezetting. Begin 2015 telde Risse Groep nog 750 SW-medewerkers, eind 2015 waren dit er 706. (x € 1.000) Resultaat Eigen vermogen Vreemd vermogen Gemeentelijke bijdrage rijksbudget Gemeentelijke bijdrage
Eind 2013 - 51 593 4.982 0
Eind 2014 -5 587 4.895 2.573 0
Eind 2015 145 787 4.778 2.609 0
82
Gemeenschappelijke regeling Samenwerking A2-gemeenten Rechtsvorm: Vestigingsplaats:
Gemeenschappelijke regeling Heeze-Leende
Doelstelling en openbaar belang: De Gemeenschappelijke regeling A2 samenwerking is de samenwerking tussen Cranendonck, Heeze-Leende en Valkenswaard. De doelstelling van de samenwerking zijn beschreven in de Position paper uit 2010:
verminderen van de kwetsbaarheid; behoud en versterken van de kwaliteit; versterken van de dienstverlening; verbeteren van de efficiency (gericht op processen); verbeteren van de effectiviteit (gericht op mensen); op termijn meer bezuinigingsmogelijkheden.
Relatie met programma: De A2 samenwerking heeft een relatie met programma 4: sociaal domein (voor zover het de uitvoering van de W&I-taken betreft) en met de paragraaf bedrijfsvoering. Deelnemende partijen: De gemeenten Cranendonck, Heeze-Leende en Valkenswaard. Bestuurlijk belang: Burgemeester Vermue en de wethouders Kuppens, Meuwissen en Van Tulden zijn lid van het algemeen bestuur. Burgemeester Vermue en wethouder Kuppens zijn ook lid van het dagelijks bestuur. Financieel belang: De bijdrage aan de A2 samenwerking in 2015 was € 2.277.000,-. Begroot was € 2.197.000,- (na eerste wijziging). De bijdrage aan de A2 samenwerking is in de tweede burap naar boven toe bijgesteld. Risico’s: De A2 samenwerking heeft geen weerstandsvermogen. De drie deelnemende gemeenten moeten eventuele tekorten aanvullen. Bestuurlijke ontwikkelingen: In februari 2015 is het implementatieplan ‘Nog krachtiger en dichterbij’ vastgesteld in Cranendonck en Heeze-Leende en geamendeerd vastgesteld in Valkenswaard. Dit amendement heeft ertoe geleid dat het opnieuw in het vierde kwartaal van 2015 voor besluitvorming aan de gemeenteraden is voorgelegd. In 2015 is een start gemaakt met de applicatieharmonisatie. Als randvoorwaarde voor deze harmonisatie is veel tijd gestoken in het gelijk maken van de netwerken in de gemeenten. De gemeente Cranendonck is half juli overgegaan op de gelijke netwerkomgeving van de A2 samenwerking. Hierdoor is het mogelijk om in de drie gemeentehuizen te werken. Financiële informatie: (x € 1.000) Eind 2012 Resultaat n.v.t. Eigen vermogen n.v.t. Vreemd vermogen n.v.t. Gemeentelijke bijdrage 2015: € 2.277
Eind 2013 132 132 1.795
Eind 2014 - 207 - 141 1.877
Eind 2015 452 310 3.246
83
Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuidoost Brabant Rechtsvorm: Vestigingsplaats:
Gemeenschappelijke regeling Eindhoven
Doelstelling en openbaar belang: De Omgevingsdienst Zuidoost Brabant (ODZOB) is de uitvoeringsorganisatie van een gemeenschappelijke regeling. De ODZOB voert taken uit op gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving Relatie met programma: De omgevingsdienst voert taken uit op gebied van vergunningverlening en heeft daarom een relatie met programma 1: wonen en leven. Deelnemende partijen: De deelnemende partijen aan de ODZOB zijn de provincie Noord-Brabant en de gemeenten Asten, Bergeijk, Best, Bladel, Cranendonck, Deurne, Eersel, Eindhoven, Geldrop-Mierlo, Gemert-Bakel, Heeze-Leende, Helmond, Laarbeek, Nuenen c.a., Oirschot, Reusel de Mierden, Someren, Son en Breugel, Valkenswaard, Veldhoven en Waalre. Bestuurlijk belang: Wethouder Meuwissen is lid van het algemeen bestuur, wethouder Kuppens is plaatsvervangend lid. Financieel belang: De bijdrage aan de omgevingsdienst was in 2015 € 340.000,De ODZOB voert volgens afspraak met de deelnemers taken uit volgens vier programmadelen: basistaken, verzoektaken, collectieve taken en intensiveringsbudget. Deze taken zijn uitgewerkt in de begroting. Van de bijdrage aan de ODZOB is € 165.000,- volgens de begroting voor deze taken. De overige kosten zijn taken die we vanwege onze omvang, activiteiten en ambities bij de ODZOB neerleggen. Risico’s: Eventueel negatief resultaat wordt ten laste gebracht aan de deelnemers. Iedere deelnemer moet naar proportie van zijn omzet bij de ODZOB bijdragen. De gemeente Cranendonck heeft een relatief lage bijdrage aan de ODZOB (€165), waardoor ook de proportie lager is. Bestuurlijke ontwikkelingen: In 2015 heeft de gemeente Cranendonck diverse taken op gebied van vergunningverlening en handhaving afgenomen bij de ODZOB. Dit zijn zowel de collectieve taken als een aantal afgesproken basistaken. De taken worden conform de begroting en de planning uitgevoerd. De gemeente Cranendonck laat meer werk door de ODZOB uitvoeren dan de verplichte taken. Dit wordt gedekt uit onder meer de verschillende budgetten voor Vergunningen, toezicht en handhaving en uit diverse projectbudgetten. Financiële informatie: (x € 1.000) Eind 2012 Resultaat n.v.t. Eigen vermogen n.v.t. Vreemd vermogen n.v.t. Gemeentelijke bijdrage 2015: € 340
Eind 2013 402 402 7.373
Eind 2014 631 1.033 6.754
Eind 2015 543 1.577 6.265
84
Overige publiekrechtelijke partijen Portefeuillehouder
Naam
Doelstelling / ontwikkeling
J. van Tulden
Regionaal Bestuur Openbaar Basisonder wijs De Kempen
Het in stand houden van het openbaar basisonderwijs via een gemeenschappelijke regeling. De gemeente heeft pas verantwoordelijkheid wanneer het schoolbestuur failliet zou gaan. Tot die tijd liggen verantwoordelijkheden en bevoegdheden bij het schoolbestuur.
Financiële bijdrage *€ 1.000 N.v.t.
Het bestuur voert een zodanig financieel beleid dat mogelijke financiële risico’s tot een minimum worden beperkt.
Privaatrechtelijke partijen N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) Gevestigd: Bestuurlijk verantwoordelijk: Kaderstelling en controle: Aantal aandelen Cranendonck: Belang in % : Financiële informatie: (x € 1.000.000) Resultaat Dividend per aandeel (in €) Eigen vermogen Vreemd vermogen Gemeentelijke bijdrage 2015: € 0 Dividend 2015: € 0
Eind 2013
Eind 2014
283 1,27 3.430 127.753
Eind 2015
126 0,57 3.582 149.923
226 1,02 4.163 145.348
N.V. Brabant Water Gevestigd: Bestuurlijk verantwoordelijk: Kaderstelling en controle: Aantal aandelen Cranendonck: Belang in % : Financiële informatie: (x € 1.000) Resultaat Dividend per aandeel (in €) Eigen vermogen Vreemd vermogen Gemeentelijke bijdrage 2015: € 0 Verwacht dividend 2015: € 0
Boxtel Burgemeester Vermue – Vermue Stemrecht op basis van het aandelenbezit 19.976 0,7 %
Eind 2012 39.387 0 437.682 392.639
Eind 2013 38.585 0 476.267 384.487
Eind 2014 30.071 0 483.813 415.793
Eind 2015 Nnb Nnb Nnb Nnb
85
Stichting Bureau Inkoop en Aanbesteding Zuidoost Brabant (BIZOB) Gevestigd: Bestuurlijk verantwoordelijk: Kaderstelling en controle: Aantal aandelen: Belang in %: Financiële informatie: (x € 1.000) Resultaat Dividend per aandeel (in €) Eigen vermogen Vreemd vermogen Gemeentelijke bijdrage 2015: € 68
Oirschot Wethouder Kuppens Via vertegenwoordiging in het algemeen bestuur Niet van toepassing 5,6%
Eind 2012 177 n.v.t 571 313
Eind 2013 468 n.v.t. 959 246
Eind 2014 592 n.v.t. 1.315 324
Eind 2015 483 n.v.t. 1.167 388
Overige privaatrechtelijke partijen Portefeuillehouder
Naam
Doelstelling / ontwikkeling
Wethouder Kuppens
Actief bodembe heer De Kempen
In 2014 is voor het laatste jaar onder regie vanuit het Meerjaren-programma ABdK 2010-2014 op diverse locaties in de gemeente Cranendonck de zinkassenverontreiniging aangepakt.
Financiële bijdrage * € 1.000 € 90
Door de ABdK is hierbij gezorgd voor het ondersteunen en faciliteren van partijen en derden bij de feitelijke aanpak van de zinkassenverontreiniging.
Wethouder Meuwissen
College
Stichting Waarbor gfonds Sociale Woningb ouw (WSW) Stichting Waarbor gfonds Eigen Woningb ouw (WEW) Attero (was Essent Milieu)
Het saneerproject is in principe klaar. Het loopt in 2015 nog een half jaar door om de laatste eindjes af te hechten. WSW heeft als doel het afgeven van garanties aan financiers die woningcorporaties leningen verstrekt en voor sociale woningbouwprojecten en maatschappelijk vastgoed. Dankzij deze garanties kunnen corporaties geld lenen tegen gunstige voorwaarden. Het WSW kan deze garanties afgeven dankzij de zekerheden die het rijk en de gemeenten geven aan het WSW (achtervang). Doelstelling is middels het bieden van garanties de drempel te verlagen voor het verstrekken van hypotheken voor particuliere woningen ter bevordering van het eigen woningbezit. Via een achtervangconstructie is eenmalig een bedrag gestort. Wel kan de gemeente afhankelijk van het aantal gedwongen verkopen aanspraak maken op de achtervang-constructie. Attero zorgt voor de verwerking van (grof) huishoudelijk afval middels een langlopend contract (20 jaar) met de Vereniging van Afval-contractanten. In 2015 heeft een arbitragezaak gelopen met de Brabantse gemeenten over het betalen van een naheffing vanwege het niet voldoen aan de contractuele hoeveelheid afval door het steeds beter scheiden. Inmiddels is begin 2016 de uitspraak van de arbitragecommissie in het voordeel van de gemeenten uitgevallen.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
86
Burgemeester Vermue – Vermue
Burgemeester Vermue – Vermue
Regionaa l Informati e- en Expertise centrum ZuidoostBrabant (RIEC) Veilighei dshuis Brabant Zuidoost
De RIEC’s zijn door het kabinet aangewezen als informatie en expertise knooppunt in het bestrijden van de georganiseerde criminaliteit. Hierin wordt in nauwe samenwerking met de regiogemeenten, politie, justitie en belastingdienst de georganiseerde criminaliteit aangepakt. Er is ook in 2015 met het RIEC samengewerkt.
€ 10
Het veiligheidshuis Brabant Zuidoost is het samenwerkingsverband tussen gemeenten, (justitiële) overheidsinstellingen en maatschappelijke organisaties. Het doel is verbetering van veiligheid en leefbaarheid in de 21 gemeenten in Brabant Zuidoost. De werkzaamheden zijn volgens planning uitgevoerd.
€5
87
Paragraaf financiering De centrale doelstelling van het treasurybeleid is het beheren van de financiële geldstromen en het beperken van de financiële risico’s. Het doel van deze paragraaf is om het kader van het treasurybeleid de financieringspositie en treasuryfunctie inzichtelijk te maken en daarover verantwoording af te leggen. Deze paragraaf gaat achtereenvolgens in op de volgende onderwerpen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Kaderstelling Financieringspositie Leningenportefeuille Kasgeldlimiet Renterisiconorm Schuldquote Overige onderwerpen Conclusie
Kaderstelling Ten aanzien van het treasurybeleid zijn de volgende kaders van belang: a. b. c. d.
Wet Financiering decentrale overheden (Fido) Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo) Treasurystatuut gemeente Cranendonck Wet Houdbare overheidsfinancien (Hof)
De uitvoering van treasury wordt wettelijk met name geregeld in de Wet Fido. Deze wet regelt onder andere dat de uitvoering van de treasuryfunctie binnen de gemeente uitsluitend de publieke taak dient en geschiedt binnen de financiële kaders van de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. Ook het schatkistbankieren is geregeld in deze wet wat inhoudt dat eventuele tegoeden aangehouden dienen te worden in de Nederlandse schatkist. De Ruddo geeft onder andere voorschriften over beleggingen (minimale ratings) en derivatenconstructies. In het treasurystatuut is de “beleidsmatige infrastructuur” van de treasuryfunctie van onze gemeente vastgelegd in de vorm van uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen, limieten en rollen. De Wet Hof dient ervoor te zorgen dat het Nederlandse begrotingstekort beperkt blijft tot maximaal 3% van het Bruto Binnenlands Product (BBP). Momenteel heeft deze wet nog geen invloed op het beleid van onze gemeente. Financieringspositie De meerjarige financieringspositie zoals gepresenteerd in de programmabegroting 2016 geeft inzicht in de ontwikkeling van de financieringsbehoefte waarbij rekening is gehouden met de investeringen en beschikbare interne en externe financieringsmiddelen. Het meerjarige beeld van de financieringspositie is op basis van de huidige meerjarenbegroting als volgt: Financiering meerjarig (x € 1.000): (Im)materiële vaste activa
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
1-1-2019
31.559
32.970
40.160
40.779
Financiële vaste activa
7.782
7.464
7.149
6.847
Voorraad grond
5.007
4.313
3.509
2.126
Reserves en voorzieningen
-26.184
-26.023
-26.014
-25.996
Langlopende schulden
-14.875
-13.852
-12.865
-11.878
3.289
4.872
11.939
11.879
Financieringstekort
88
Hieruit blijkt dat bij het opmaken van de programmabegroting 2016 de verwachting was dat de komende jaren met name door de investeringen rond de Borgh het financieringstekort op zou lopen tot ruim boven de kasgeldlimiet (= de wettelijke maximaal toegestane kortlopende financiering van 8,5 % van het begrotingstotaal). Inmiddels is eind 2015 een nieuwe langlopende geldlening aangetrokken van € 4 miljoen wat leidt tot de volgende financieringspositie per 31 december 2015: Financiering (x € 1.000):
31-12-2015
(Im)materiële vaste activa
32.157
Financiële vaste activa
7.859
Voorraad grond
7.173
Reserves en voorzieningen
-27.624
Langlopende schulden
-18.875
Financieringstekort
690
Door de in 2015 aangetrokken langlopende geldleningen was er eind 2015 slechts een beperkt financieringstekort dat ruim onder de wettelijke kasgeldlimiet ligt van per eind 2015 € 4,8 miljoen. Leningenportefeuille Het verloop van de leningenportefeuille over 2015 kan als volg worden weergegeven: Leningenportefeuille (x € 1.000) Stand per 1-1 Nieuwe leningen Aflossingen Stand per 31-12
2015 10.413 9.000 - 538 18.875
In 2015 is (versneld) een tweetal leningen aangetrokken van respectievelijk € 5 miljoen en € 4 miljoen tegen een gemiddeld rentepercentage van 1,2 %. In de begroting 2015 was uitgegaan van een lening van € 5 miljoen in 2015 en € 3,5 miljoen in 2016. Het gewogen gemiddelde rentepercentage van de totale leningenportefeuille bedraagt over 2015 2,8%. Door de in 2015 aangetrokken geldleningen daalt het gewogen gemiddelde rentepercentage in 2016 overigens verder naar 2,1 %. Kasgeldlimiet Het doel van de kasgeldlimiet is conform de wet Fido het beperken van de renterisico’s rond de kortlopende schulden. Dit betekent dat de kortlopende schulden maximaal 8,5% van het begrotingstotaal mogen bedragen zodat het risico van het op enig moment om moeten zetten naar langlopende financiering wordt beperkt. Conform de wet Fido mag de kasgeldlimiet gedurende maximaal drie achtereenvolgende kwartalen worden overschreden. Voor 2015 is het beeld van de kasgeldlimiet als volgt: Kasgeldlimiet 2015 (x € 1.000): Totaal programmabegroting (lasten) Percentage norm kasgeldlimiet Kasgeldlimiet Gemiddelde netto vlottende schuld (-/-) / Gemiddeld overschot vlottende middelen Ruimte (+) / overschrijding (-/-)
1e kw. 56.847 8,5% 4.832 7.882
2e kw. 56.847 8,5% 4.832 10.475
3e kw. 56.847 8,5% 4.832 4.044
4e kw. 56.847 8,5% 4.832 2.988
-3.050
-5.643
788
1.844
In 2015 voldoen we op basis van bovenstaande cijfers niet geheel aan de kasgeldlimiet. Uit wettelijk oogpunt hebben we te lang genoten van de kortlopende kasgeldleningen waarover we (nagenoeg) geen rente verschuldigd waren. In 2016 zullen we het voldoen aan de kasgeldlimiet monitoren zodat we de wettelijke bepalingen ook op dit punt volgen.
89
Renterisiconorm Het doel van de renterisiconorm is conform de wet Fido het beheersen van de renterisico’s op langlopende schulden. Dit gebeurt door het aanbrengen van spreiding in de looptijden van de leningen. De jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen mogen niet meer bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Hiermee wordt voorkomen dat op eenzelfde moment herfinanciering van leningen plaats dient te vinden tegen op een dat moment ongunstige rente waardoor de rentelasten snel zouden oplopen. Voor 2015 is het beeld van de renterisiconorm als volgt: Renterisiconorm (x € 1.000): 1. Renteherzieningen 2. Aflossingen 3. Renterisico (1 + 2) 4a. Begrotingstotaal (lasten) 4b. Percentage regeling 4. Renterisiconorm (4a x 4b) 5. Ruimte (+) / overschrijding (-/-)
2015 0 538 538 56.847 20 % 11.369 10.831
Dit betekent dat we over 2015 zeer ruim voldoen aan de renterisiconorm. Schuldquote Voor de beheersing van de renterisico’s gelden twee wettelijke normen; de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. De schuldquote vormt een extra aangrijpingspunt om het renterisico te duiden. Met de schuldquote wordt de schuldpositie uitgedrukt in een percentage van het begrotingstotaal. Indien de schuldquote hoger is dan 100%, dan geven de rentelasten en het risico van rentestijgingen er aanleiding toe dat de gemeente het afbouwen van schulden in overweging gaat nemen. Indien de schuldquote ligt tussen de 80% en 100%, dan is voorzichtigheid geboden. Het meerjarige beeld zoals gepresenteerd in de programmabegroting 2016 is als volgt: Schuldquote (x € 1.000): Langlopende schulden
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
1-1-2019
14.875
13.852
12.865
11.878
3.289
4.872
11.939
11.879
Totaal schuldpositie
18.164
18.724
24.804
23.757
/ Begrotingstotaal (lasten)
47.901
43.519
42.835
42.766
38 %
43 %
58 %
56 %
Financieringstekort (oa kasgeldleningen)
Schuldquote
Dit betekent dat het renterisico weliswaar de komende jaren door investeringen zoals De Borgh, waarvoor financiering noodzakelijk is, toeneemt maar nog steeds relatief gering is. De schuldquote per 31 december 2015 kan als volgt worden weergegeven: Schuldquote (x € 1.000): Langlopende schulden Financieringstekort
31-12-2015 18.875 690
Totaal schuldpositie
19.565
/ Begrotingstotaal (lasten)
56.847
Schuldquote
34 %
Overige onderwerpen In het kader van deze financieringsparagraaf zijn onderstaande onderwerpen relevant.
90
Koersrisico Koersrisicobeheer is het beheersen van de risico’s die voortvloeien uit de mogelijkheid dat de financiële activa van de gemeente in waarde verminderen door negatieve maatschappelijke ontwikkelingen. Deze ontwikkelingen kunnen zich voordoen bij aandelen- en obligatieportefeuilles en vastgoedbeleggingen. Op basis van de huidige Wet Fido is het aan een gemeente alleen toegestaan een dergelijke portefeuille aan te houden indien dit gebeurt uit hoofde van haar publieke taak. De gemeente Cranendonck heeft reeds meerdere jaren haar koersrisico’s op uitzettingen beperkt door uitsluitend gebruik te maken van de hierna vermelde producten, te weten: rekening-courant, spaarrekening, daggeld en deposito’s. Kredietrisico Kredietrisicobeheer (ook wel risicobeheer debiteuren) is het beheersen van de risico’s die voortvloeien uit maatschappelijke dan wel persoonlijke situaties van partijen waardoor de verplichtingen van die partijen als gevolg van insolventie of deficit jegens de gemeente niet meer nagekomen worden. Eind 2015 bedraagt de voorziening dubieuze debiteuren onder invloed van de economische crisis € 541.000,-. Tevens is in 2015 voor een bedrag van € 39.000,- aan vorderingen afgeboekt. Liquiditeitsrisico Dit betreft het beheersen van de risico’s van mogelijke wijzigingen in de planning van de liquiditeiten (= geldstromen tot één jaar). Als gevolg van onvoorziene wijzigingen kunnen de financieringskosten hoger uitvallen. Om de liquiditeitspositie tot één jaar inzichtelijk te krijgen en te houden kan gebruik worden gemaakt van een liquiditeitsbegroting. Met een dergelijke planning is de treasurer beter in staat een inschatting te maken van de belangrijkste te ontvangen en te betalen bedragen. De vervaardiging van deze planning stond gepland voor 2015 maar is verschoven naar 2016. Deze lagere prioritering houdt mede verband met het verplicht aanhouden van liquiditeitsoverschotten in de schatkist en de zeer lage financieringsrente bij een liquiditeitstekort. Hierdoor is het liquiditeitsrisico beperkt. Relatiebeheer Relatiebeheer omvat het onderhouden van de relaties met financiële instellingen. De treasurer houdt regelmatig contact met de verschillende banken en intermediairs waarmee de gemeente een relatie heeft. De doelstelling van deze contacten is het realiseren van marktconforme condities op producten en diensten geleverd door de financiële instellingen en het zorg dragen voor een permanente beschikbaarheid van bancaire en financiële diensten tegen vooraf overeengekomen kwaliteit en prijs. Conclusie Op het voldoen aan de kasgeldlimiet na hebben we over 2015 voldaan aan de geldende wettelijke bepalingen zoals de wet Hof en de wet Fido én intern gestelde regelgeving zoals het treasurystatuut. Wel is de vervaardiging van de liquiditeitsplanning uitgesteld naar 2016.
91
Paragraaf Lokale heffingen De lokale heffingen hebben tot doel dat de gemeente door het verwerven van eigen middelen dekking vindt voor haar uitgaven in het kader van de uitvoering van de gemeentelijke taken. Bovendien vindt door de lokale heffingen sturing plaats op bepaalde doelstellingen, zoals het scheiden van afval. De gemeente bepaalt zelf de hoogte van de gemeentelijke heffingen. Het bedrag van een gemeentelijke heffing mag niet afhankelijk worden gesteld van inkomen, winst of vermogen. Dit wil zeggen dat het voor gemeenten niet is toegestaan om door middel van belastingverordeningen inkomenspolitiek uit te voeren. In de Gemeentewet en in enkele bijzondere wetten is geregeld welke heffingen de gemeente aan haar inwoners en bedrijven mag opleggen. In de gemeente Cranendonck zijn de volgende verordeningen van toepassing, verordeningen op de heffing en invordering van:
Afvalstoffenheffing Baatbelasting Midbuul 1997 Leges Lijkbezorgingrechten Marktgelden Onroerende Zaakbelastingen Reclamebelasting Rechten en precariobelastingen Rechten voor het innemen van standplaatsen Rioolheffing Toeristenbelasting
De gemeente Cranendonck heft geen hondenbelasting, forensenbelasting en parkeerbelasting. Bij de redactie van de belastingverordeningen gelden zoveel als mogelijk de modelverordeningen van de VNG als leidraad. Algemeen In deze paragraaf zijn de bestaande beleidsuitgangspunten en –voornemens betreffende belastingen opgenomen, toegelicht en vervolgens op hun uitkomsten geanalyseerd. Hierbij zijn o.a. voor de woonlasten de tarieven vermeld. Voor de hoogte van de belastingen, rechten en tarieven gelden de volgende uitgangspunten:
Binnen de wettelijke kaders de leges berekenen met toepassing van het profijtbeginsel en streven naar kostendekkendheid van tarieven. Het profijtbeginsel houdt in dat hoe meer iemand profijt heeft van de door de overheid geleverde prestaties, hoe meer belasting daarvoor betaald dient te worden. Daar waar mogelijk binnen de wettelijke kaders specificeren van de producten en diensten in de legesverordening. De overige belastingen en tarieven mogen niet meer stijgen dan de aanpassing voor de inflatiecorrectie. Uitgangspunt hierbij is dat voor 2015 uitgegaan is van een inflatiepercentage van 1,5%.
92
Belastingopbrengsten In onderstaande grafiek zijn de werkelijke opbrengsten van het jaar 2015 opgenomen. Ter vergelijking zijn de geraamde opbrengsten 2015 en de werkelijke opbrengsten 2014 vermeld. (x € 1000)
Werkelijke opbrengst 2014 4.379
Geraamde opbrengst 2015 4.492
Werkelijke opbrengst 2015 4.528
Verschil 2015
Afvalstoffenheffing
1.601
1.588
1.559
- 29
Rioolheffing (vGRP) / rioolrecht
1.492
1.603
1.712
+ 109
80
91
105
+14
Onroerende zaakbelastingen
Toeristenbelasting Baatbelasting
+36
1
1
1
0
74
114
87
-27
274
344
290
-54
Marktgelden
16
17
16
-1
Reclamebelasting
28
27
25
-2
Precariobelasting/leges bijz.wetten
28
30
33
+3
Leges bestemmingsplannen
45
64
62
-2
Lijkbezorgingrechten Bouwleges
Leges secretarie Totaal
345
275
343
+68
8.363
8.646
8.761
+115
Lastendruk Ontwikkeling lastendruk gemeente Cranendonck 2013-2015 meerpersoonshuishouden: OZB Afvalstoffenheffing Rioolheffing Totaal
2013 289 188 161 638
2014 295 209 170 674
2015 300 202 183 685
De berekening van de lastendruk is gebaseerd op de gemiddelde lastendruk per meerpersoonshuishouden. Bij de afvalstoffenheffing wordt uitgegaan van 12 ledigingen van de groene container (240 liter), waarvan 5 ledigingen in de maanden oktober tot en met december hebben plaatsgevonden en gratis zijn. De grijze container van 240 liter is 6 maal geledigd in het gehele jaar. (Let op: bovenstaande aantallen wijken af van de gehanteerde aantallen door Coelo. De afwijking van de lastendruk zoals berekend door Coelo wordt veroorzaakt door de afvalstoffenheffing.)
Toelichting per belastingsoort Onroerende zaakbelastingen (OZB) Onder de naam “onroerende zaakbelastingen” worden van onroerende zaken die binnen de gemeentegrenzen liggen de volgende belastingen geheven:
Een gebruikersbelasting van degenen die bij het begin van het kalenderjaar onroerende zaken gebruiken. Dit geldt alleen voor niet-woningen. Een eigenarenbelasting van degenen die bij het begin van het kalenderjaar eigenaar zijn van onroerende zaken. Dit geldt voor woningen en niet-woningen.
93
Ontwikkeling tarieven OZB gemeente Cranendonck:
2013 2014 2015
Woningen eigenaren 0,1129 % 0,1236 % 0,1297 %
Niet-woningen eigenaren 0,1990 % 0,2177 % 0,2285 %
Niet-woningen gebruikers 0,1592 % 0,1722 % 0,1815 %
De opbrengsten voor 2015 zijn gebaseerd op de opbrengsten 2014 aangepast met 1,5% inflatiecorrectie en 0,75% areaaluitbreiding. De heffingsgrondslag voor 2015 is de waarde van de onroerende zaak naar peildatum 1 januari 2014. Hierbij is rekening gehouden met de aanpassing tussen de vorige waardepeildatum 1 januari 2013 en de geldende waardepeildatum 1 januari 2014. Opbrengst OZB 2015 Eigenaren woningen en niet-woningen Gebruikers niet-woningen Totaal
raming 3.730.114 761.785 4.491.899
werkelijk 3.744.292 783.591 4.527.883
De inkomsten uit de OZB zijn € 36.000,- hoger uitgevallen dan begroot. Afvalstoffenheffing Afvalstoffenheffing wordt geheven bij degenen die in de gemeente gebruik maken van een perceel waarvoor een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijk afval geldt. De afvalstoffenheffing bestaat uit een vast en een variabel gedeelte. Elk huishouden is het vaste gedeelte verschuldigd. Het variabele gedeelte bestaat uit het aantal ledigingen, waarbij de bestemming (grijze of groene container) en de grootte van de container van invloed zijn op het tarief. Ontwikkeling tarieven afvalstoffenheffing gemeente Cranendonck: vastrecht per jaar 2013 2014 2015
€ 102,72 € 102,72 € 102,72
ledigingen groene cont. 140 liter € 0,85* € 1,20* € 1,20*
ledigingen groene cont. 240 liter € 1,25* € 1,75* € 1,75*
ledigingen grijze cont. 140 liter € 8,50 € 11,00 € 10,50
ledigingen grijze cont. 240 liter € 12,50 € 15,50 € 14,30
* Vanaf medio oktober tot eind december gratis Afvalstoffenheffing 2015 Kosten van afvalverwijdering en verwerking inclusief BTW Opbrengsten afvalstoffenheffing Overige opbrengsten Het exploitatietekort 2015 bedraagt
raming € 2.216.091 € 1.587.670 € 488.491 € - 139.930
werkelijk € 2.230.169 € 1.558.622 € 644.198 € - 27.349
Conform de notitie van de commissie BBV van november 2014 is de egalisatiereserve afvalstoffenheffing omgezet naar een voorziening ex art. 44 lid 2 BBV. Het tekort van € 27.000,- is onttrokken aan de voorziening afvalstoffenheffing. De raming gaf een onttrekking van € 140.000. Het verschil van ongeveer € 113.000,- wordt met name veroorzaakt door:
Per saldo hogere opbrengsten inzameling plastic; Per saldo lagere variabele inzamelings- en verwerkingskosten restafval en gft;
De tarieven voor plastic, metaal en drankkartons worden bepaald door vraag- en aanbod en zijn daardoor fluctuerend. De afwijkingen zijn daardoor niet als structureel aan te merken. Ditzelfde geldt voor de inzamel- en verwerkingskosten voor restafval en gft.
94
Rioolheffing De rioolheffing wordt geheven bij de gebruiker van een perceel van waaruit water direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. Op grond van het vGRP stijgt het tarief in 2015 naar € 183,12. Ontwikkeling tarief rioolheffing: Tarief per jaar Gebruiker
2013 € 160,68
2014 € 170,28
2015 € 183,12
Rioolheffing 2015 Kosten inclusief BTW die vallen binnen de egalisatie riolering Opbrengsten in egalisatie riolering Het exploitatietekort 2015 bedraagt
raming € 1.928.161 € 1.602.979 € -325.182
werkelijk € 1.810.821 € 1.711.627 € - 99.194
Conform de notitie van de commissie BBV van november 2014 is de reserve riolering omgevormd tot een voorziening ex art. 44 lid 2 BBV. Het tekort van € 99.000,- is onttrokken aan de voorziening riolering. De raming gaf een onttrekking van € 325.000,-. Het verschil van ongeveer € 226.000,- wordt met name veroorzaakt door:
Lager uitgevallen kapitaallasten omdat investeringen in de jaarschijven 2013 en 2014 vertraging hebben opgelopen. Lagere kosten voor advieswerkzaamheden. De kosten voor het leveren van elektriciteit zijn niet goed in de begroting verwerkt waardoor het budget te hoog is geweest. Hogere opbrengsten rioolheffing dan geraamd. Het tarief van de rioolheffing is in 2015 verhoogd op basis van het VGRP 2010-2015. Die tariefstijging heeft geleid tot een toename van de inkomsten in 2015.
Toeristenbelasting Onder de naam toeristenbelasting wordt een directe belasting geheven, bedoeld voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook. Dit geldt voor personen die niet als ingezetene zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente. De raad heeft bij de Kadernota 2011 als uitgangspunt bepaald dat het tarief van de toeristenbelasting in de komende jaren tot 2015 in lijn gebracht dient te worden met het tarief van de regiogemeenten. Naast de jaarlijkse verhoging door inflatie is het tarief in de periode 2011 tot en met 2014 jaarlijks met € 0,05 per overnachting extra verhoogd. Voor 2015 is door uw raad bepaald dat het tarief alleen geïndexeerd mocht worden. Ontwikkeling tarief toeristenbelasting: Tarief per overnachting Bedrag
Toeristenbelasting 2015
2013 € 0,94 raming € 91.459
2014 € 1,00
2015 € 1,01
werkelijk € 105.148
Het voordeel is veroorzaakt doordat diverse recreatieve bedrijven voor het eerst en mede over de afgelopen jaren aangeslagen voor de toeristenbelasting.
95
Lijkbezorgingrechten Onder de naam lijkbezorgingrechten worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats. De laatste jaren is een tendens waarneembaar dat er minder personen begraven worden. Deze tendens is ook waarneembaar in de opbrengst van de lijkbezorgingrechten. Daarentegen blijven de lasten voor het onderhoud van de begraafplaats en het delven van de graven zich op gestage wijze ontwikkelen. De tarieven zijn gebaseerd op de tarieven 2014 aangepast met de inflatiecorrectie van 1,5 %. Hierbij is rekening gehouden met een afronding van de tarieven op 5 eurocent. Lijkbezorgingrechten 2015
raming € 113.986
werkelijk € 87.437
Het aantal begrafenissen op de algemene begraafplaats en verlengingen van grafrechten loopt terug. De oorzaak is de keuze om graven te laten ruimen, meer te cremeren en het gebruikmaken van alternatieve begraafplaatsen zoals bij de kerken. De plannen om in 2015 een integraal begraafbeleid op te stellen zijn een jaar uitgesteld. Na afronding van de opstelling van dit integrale begraafbeleid zal er bekeken worden of de opgenomen ramingen eventueel structureel een bijstelling behoeven. Leges Onder naam “leges” wordt een aantal verschillende rechten geheven voor verstrekte diensten. De tarieventabel kent dan ook een diversiteit aan tarieven. De tarieven voor 2015 zijn gebaseerd op de tarieven 2014 aangepast met de inflatiecorrectie van 1,5%. Hierbij is rekening gehouden met een afronding van tarieven op 5 eurocent. Leges omgevingsvergunningen Precariobelasting/leges bijz.wetten Leges bestemmingsplannen Leges secretarie Totaal
raming € 344.267 € 29.788 € 63.687 € 275.374 € 713.116
werkelijk € 290.056 € 32.589 € 62.102 € 342.881 € 727.628
De leges omgevingsvergunningen zijn in de 2e Burap afgeraamd naar € 344.000,-. De totale inkomsten aan leges bedraagt echter € 290.000,-. Het aantal aanvragen is in 2015 achtergebleven ten opzichte van de al bijgestelde raming. De legesopbrengsten van vooral de reis- en rijdocumenten zijn hoger uitgevallen tot een bedrag van € 65.000,-. Marktgelden Onder de naam marktgeld wordt een recht geheven voor het innemen van een standplaats op markten, daaronder begrepen de diensten welke in verband met een en ander, door of vanwege de gemeente worden verleend. De tarieven voor 2015 zijn gebaseerd op de tarieven 2014 aangepast met de inflatiecorrectie van 1,5%. Hierbij is rekening gehouden met een afronding van tarieven op 5 eurocent. Marktgelden 2015
raming € 16.567
werkelijk € 15.500
Reclamebelasting Per 1 januari 2014 wordt in het centrum van Budel onder de naam reclamebelasting een belasting geheven voor een openbare aankondiging die zichtbaar is vanaf de openbare weg.
96
De opbrengst van de heffing, na aftrek van de heffingskosten, komt ten goede aan het algemene ondernemersklimaat van het centrum van Budel. De verordening reclamebelasting is vastgesteld in de raadsvergadering van 3 november 2015. Het tarief is in 2015 om moverende redenen en in overleg met de ondernemersvereniging niet geïndexeerd. Reclamebelasting 2015
raming € 27.000
werkelijk € 25.442
Kwijtscheldingsbeleid De minima komen in aanmerking voor bijzondere bijstand, woonkostentoeslag, zorgtoeslag, huurtoeslag, minimaregelingen enzovoorts. De gemeentelijke kwijtscheldingen komen daar nog bovenop. Mede ingegeven door de beperkter wordende middelen en het vorenstaande is door de raad via een amendement bij de begrotingsbehandeling 2014 besloten om alleen voor de rioolheffing en het vastrecht van de afvalstoffenheffing voor de sociale minima kwijtschelding te verlenen. Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2015
raming € 34.542
werkelijk € 30.228
Onderzoek kostendekkendheid van legestarieven In 2015 is door ANG (Adviesgroep Nederlandse Gemeenten) een onderzoek uitgevoerd met als vraagstelling: “In welke mate zijn de producten en diensten zoals vermeld in de tarieventabel 2015 kostendekkend?” Dit onderzoek waarvoor in de begroting 2015 budget beschikbaar is gesteld door de raad, is een reactie van het college op het rapport van de Rekenkamercommissie “Bewust belast” uit 2013. Uit het onderzoek komt naar voren dat er sprake is van een gemiddeld kostendekkendheidspercentage van 90%. Dit moet als indicatief worden aangemerkt, vanwege de prestatiegegevens die (deels) geprognotiseerd zijn. De conclusie van het onderzoek is, dat over de gehele linie voor sommige producten/diensten de legestarieven verhoogd kunnen worden, maar eventuele verlagingen soms ook mogelijk zijn. Eén en ander hangt ook samen met het wettelijk kader dat van toepassing is. De conclusie en aanbevelingen van het eerste onderzoek zijn aanleiding om door ANG nog een vervolgonderzoek uit te laten voeren in 2016. De resultaten hiervan moeten duidelijk maken of vanaf 2017 (gefaseerde) realisatie van extra legesopbrengsten haalbaar is, met als uitgangspunt maximale kostendekkendheid te bereiken. Er wordt hierbij een vergelijking gemaakt met legestarieven bij andere gemeenten. Tevens worden de uurtarieven berekend en onderbouwd, zodat in de toekomst op een juiste wijze de kostenonderbouwing kan worden vastgesteld.
97
Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen Deze paragraaf geeft via een dwarsdoorsnede van de begroting, inzicht in de mate van onderhoud van de kapitaalgoederen en de financiële lasten daarvan. Met onderhoud van kapitaalgoederen is een substantieel deel van de begroting gemoeid. De kapitaalgoederen zijn te verdelen in: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Openbare ruimte: groen Openbare ruimte: riolering en water Openbare ruimte: wegen Gemeentelijke gebouwen en kunstwerken Speelvoorzieningen Elektrische installaties: openbare verlichting Onderhoud en vervanging tractie
Een kapitaalgoed kan op verschillende manieren worden beheerd. Hoe fraai moet het eruit blijven zien, hoe veilig moet het zijn, welke functionaliteiteisen moet het behouden en wat mag het kosten? Het is de raad die deze keuzes maakt. Verschillende keuzes resulteren in verschillende kosten voor beheer. Een gemeente zal voorafgaand aan het werkelijke beheer van de kapitaalgoederen eerst het beleid moeten vaststellen. De raad kan zelf kiezen uit de verschillende kwaliteitsniveaus. Voor de openbare ruimte heeft de raad in op 29 september 2015 de kwaliteitseisen vastgelegd in IBOR (Integraal Beheer Openbare Ruimte). Niveau C is vastgesteld als een garantieniveau. Het streefniveau ligt hier echter boven en is genuanceerd, dus aangepast per deelgebied (centrum een hogere kwaliteit dan het buitengebied). De bijbehorende budgetten zijn beschikbaar gesteld en in de begroting 2016 vastgelegd. Het verbetertraject zoals aangegeven in de begroting 2015 is hiermee succesvol afgerond. Openbare ruimte: groen De gemeente heeft als eigenaar de plicht om zorgvuldig te handelen ten aanzien van beschermende plant- en diersoorten (flora- en fauna wet). Er is hiervoor internationaal, nationaal en provinciaal natuurbeleid. Financiële resultaten 2015 Omschrijving Exploitatielasten*
Bedrag Restant 594
Bedrag Begroot 621.213
Bedrag Werkelijk 620.619
* bedragen exclusief BTW
In 2015 zijn de volgende resultaten behaald:
Eind 2015 is het bomenbeleid opgesteld, dat door de raad is vastgesteld. Voordat het geïmplementeerd kan worden, moet een lijst met waardevolle particulieren en/of monumentale bomen worden opgesteld. De kwaliteit van het groenonderhoud (de IBOR-norm) en het budget is in evenwicht gebracht. Met ingang van 2016 komt structureel extra geld beschikbaar om te voldoen aan de vastgesteld IBORnorm. De uitvoering van het project Bio is aanbesteed. De start van de uitvoering was in 2015, de werkzaamheden worden in 2016 uitgevoerd. Door de projecten integraal te benaderen met project Baronie van Cranendonck en externe projecten zoals beekherstel Buulder Aa heeft de voorbereiding meer tijd gevraagd dan gepland. De inventarisatie van het groenareaal is afgerond.
98
In het kader van wettelijke richtlijnen was het in 2015 niet meer mogelijk om onkruid te bestrijden met chemicaliën, daarom is er overgestapt naar chemisch vrije onkruidbestrijding. Met hete lucht wordt het onkruid behandeld op de grijze gedeeltes.
Openbare ruimte: riolering & water De gemeente heeft de wettelijke zorgtaken rondom afval-, hemel- en grondwater omschreven in het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2016-2020 (vGRP). Dit vGRP is een beleidsplan op lange termijn en stelde de raad vast op 27 oktober 2015. In het plan is een berekening van de kostendekkendheid uitgevoerd om de ontwikkeling van de rioolheffing inzichtelijk te maken. De rioolheffing is een bestemmingsbelasting. Dit is een belasting waarvan de opbrengsten bestemd zijn voor een bepaald doel, in dit geval de gemeentelijke watertaken. De lasten bestaan enerzijds uit de exploitatielasten (jaarlijks terugkerende lasten) en anderzijds uit investeringen welke over een lange termijn afgeschreven worden. Om de rioolheffing niet onnodig te laten fluctueren, maakt de gemeente gebruik van een voorziening waarin overschotten of tekorten verwerkt worden. Het beleid van het vGRP wordt jaarlijks vertaald naar operationele plannen. Ook eventuele verschuivingen in het uitvoeringsprogramma worden hierin onderbouwd. Financiële resultaten 2015 Omschrijving 1.1
Exploitatielasten*
1.2 1.3
Bedrag Restant
Bedrag Begroot
Bedrag Werkelijk
81.171
1.680.651
1.599.480
Opbrengst rioolheffing
108.648
-1.602.979
-1.711.627
Investeringen*
616.732
2.609.627
1.992.895
* bedragen exclusief BTW
Riolering / Explotatielasten Het begrote bedrag voor de exploitatiekosten is niet geheel aangewend. Op hoofdlijnen gelden hiervoor de volgende verklaringen: de kapitaallasten zijn lager uitgevallen. Investeringen opgenomen in de jaarschijven 2013 en 2014 hebben vertraging opgelopen doordat enerzijds benodigde grondaankoop stagnatie oplevert en anderzijds vindt financiële afhandeling van projecten uitgevoerd in het 4de kwartaal plaats in het nieuwe jaar. advieswerkzaamheden zijn bijgesteld zoals het niet uitvoeren van de verdiepingsslag op de waterkansenkaart of voordeliger uitgevallen zoals het foutaansluitingonderzoek. Daarnaast is ook subsidie ontvangen voor het onderzoeksproject Kallisto en is externe inhuur in het samenwerkingsverband Waterportaal Zuid-Oost Brabant beperkt gebleven. de incidentele begrotingswijziging in 2014 voor het leveren van elektriciteit is structureel doorgevoerd en heeft parallel gelopen aan de begroting 2016 waardoor het benodigde aanvullende budget dubbel opgevoerd is. Riolering / Opbrengst rioolheffing De baten van de rioolheffing zijn circa € 109.000,- hoger dan begroot. Het tarief van de rioolheffing is in 2015 verhoogd op basis van het VGRP 2010-2015. Die tariefstijging heeft geleid tot een toename van de inkomsten in 2015. Riolering / Investeringen vGRP jaarschijf 2013 De voornemens uit de jaarschijf 2013 zijn gerealiseerd op de restantwerkzaamheden van ’t Routje na. De benodigde grondtransacties hebben geleid tot een forse stagnatie maar zijn inmiddels afgerond. Hierdoor worden de restant werkzaamheden begin 2016 uitgevoerd.
99
vGRP jaarschijf 2014 De jaarschijf 2014 is gerealiseerd. Belangrijkste projecten hierin waren de projecten Puttendijk, de omzetting van de communicatie van de gemalen en de uitvoering van de levensduur verlengende maatregelen. vGRP jaarschijf 2015 Vanuit de jaarschijf 2015 was een totaal investeringsbedrag begroot van € 1.510.000,-. Door het wijzigen van de prioritering van werkzaamheden waarbij het project Stationsstraat Maarheeze voorkeur kreeg boven de Kruisstraat Soerendonk is het totale beschikbare krediet niet aangewend. Naast de verbeteringsmaatregelen aan de Stationsstraat in Maarheeze ter hoogte van restaurant De Ark was het krediet voornamelijk bestemd voor de rioolvervanging Adam van Moorselstraat/Van Seggelenstraat in Schoot in combinatie met de aanleg van een regenwaterriool. Preventief levensduur verlengende maatregelen voortvloeiend uit de inspectie 2014 zijn beperkt gebleven waardoor het voorziene krediet slechts deels benut is. Qua mechanische riolering is geïnvesteerd om na een grootschalige elektrische inspectie de installaties veilig te stellen. De restwerkzaamheden, namelijk het uitdiepen van de spoorsloot in Maarheeze en het afkoppelen van de woningen in Budel Schoot, worden zo snel mogelijk na de winterperiode opgenomen. Naast het uitvoeren van de restwerkzaamheden is er nog krediet nodig voor de financiële afwikkeling van de bovengenoemde projecten en de voorbereiding van de projecten 2016. Voor afronding van de geplande werkzaamheden binnen jaarschijf 2015 is nog € 131.500.- nodig. Het krediet kan daarom met € 340.000.- worden verlaagd. Financiële resultaten 2015 Omschrijving
Bedrag restant
Bedrag begroot
Bedrag werkelijk
Investering jaarschijf 2013*
126.776
393.473
266.697
Investering jaarschijf 2014*
18.133
706.154
688.021
Investering jaarschijf 2015*
471.822
1.510.000
1.038.178
* bedragen exclusief BTW
Voorziening riolering Met de jaarrekening 2014 is de reserve omgezet naar een voorziening. Op basis van een gesloten financiering wordt de rioolheffing geheven. Dat betekent dat alle lasten op basis van het Verbreed Gemeentelijk Riool Plan op de lange termijn door de rioolheffing bekostigd worden. Overschotten of tekorten worden daarom geëgaliseerd via de voorziening riolering. De egalisatievoorziening neemt minder af dan verwacht. Oorzaak hiervan is onder de diverse jaarschijven van het vGRP aangegeven. In 2015 is een bedrag van € 99.000,- aan de voorziening onttrokken terwijl er een onttrekking van € 325.000,- was begroot (voordeel € 226.000,-). Rioolheffing
werkelijk 2015
Kosten van rioolheffing incl BTW*
1.810.821
Opbrengsten
1.711.627
Het exploitatietekort 2015 bedraagt
-99.194
* Het is wettelijk toegestaan om in de egalisatieberekening over de kosten ook BTW te berekenen. Openbare ruimte: wegen De gemeente heeft in 2015 onderhoud aan de wegen laten uitvoeren op basis van het uitvoeringsplan 2014 – 2015. In het uitvoeringsplan worden naast de verharde wegen ook de onverharde wegen, bermen, wegmarkeringen en kunstwerken meegenomen. Na de winterperiode wordt het onderhoudsplan bijgesteld op de verouderingen van de verhardingen, de winterse invloeden, zware transporten en kabel-
100
en leidingenwerk. De bijstelling van het onderhoudsplan gebeurd aan de hand van periodieke weginspecties en schouwgegevens. Het uitvoeringsplan wegen 2014 – 2015 was afgestemd op reële kosten vanuit de praktijk en de kwaliteitsambities bestaande van de Beleidsvisie IBOR gemeente Cranendonck, vastgesteld in 2010. In deze visie is per onderhoudsgebied het kwaliteitsniveau voor het onderhoud bepaald. De storting in de onderhoudsvoorziening wegen was voor het behalen van het vastgestelde kwaliteitsniveau onvoldoende. Met het aanvullende werkkrediet voor 2015 zijn de onderhoudsachterstanden met de uitvoering van grootschalige onderhoudsprojecten / rehabilitaties van de verhardingen gedeeltelijk ingelopen. Met de nieuwe weginspecties van begin 2016 wordt gekeken wat de kwaliteit van de verhardingen zijn. Afgestemd op de gegevens uit de weginspectie en de in september 2015 vastgestelde herijkte kwaliteitsambities voor de IBOR wordt het uitvoeringsplan 2016 bepaald. Met IBOR is het budget voor 2016 in lijn gebracht met het vastgestelde kwaliteitsniveau. Omschrijving Exploitatiebudget excl kapitaallasten en uren Diverse wegenprojecten jaarschijf 2014 Diverse wegenprojecten jaarschijf 2015a Diverse wegenprojecten jaarschijf 2015b Rehabilitaties wegen 2015
Bedrag restant 14.428 -808 -1.428 -343 12.635
Bedrag begroot 102.080 233.876 500.000 200.000 283.500
Bedrag werkelijk 87.652 234.684 501.428 200.343 270.865
Bovenstaande middelen zijn besteed aan de uitvoering van de navolgende werkzaamheden:
Er zijn - naast het reguliere onderhoud aan de wegen - enkele grotere projecten uitgevoerd. Dit waren het groot onderhoud en vervangingen van de rijbanen van de Randweg – Oost (gedeelte vanaf de kazerne tot aan de autosnelweg A2), Randweg – Oost toegangsweg kazerne, Bruine Akkers, Kerkstraat Maarheeze (gedeelte Kleine Bruggen tot bebouwde komgrens), Strijperdijk toegangsweg camping, Er is groot onderhoud verricht aan de asfaltwegen Aldenborglaan, Voortstraat, Cranendoncklaan en Paalstraat en de elementenverhardingen van de Burg. van Poppelstraat, Van Schaiklaan en De Rutjens. Ook is er groot onderhoud geweest aan de recreatieve fietspaden Strijperdijk / Vloeten, Koenraadtweg (gedeelte El Pinar tot de De Hommelberg), fietspad langs de Molenheide (gedeelte komgrens Soerendonk tot Kluttershoek), recreatief fietspad Keunenhoek (gedeelte KeunenhoekBroekkant) en recreatief fietspad Bergbosweg (gedeelte Berg tot nabij de landsgrens met België). Gelijktijdig met het project ‘tijdelijke’ Randweg zuid Budel is integraal groot onderhoud verricht aan de Mulkstraat en de Heikantstraat (gedeelte Meemortel – Mulkstraat). Projectbureau Actief Bodembeheer de Kempen (ABdK) heeft in samenwerking met de gemeente de laatste saneringsprojecten uitgevoerd aan de open zinkassenwegen. De wegen welke in 2015 geheel en of gedeeltelijk zijn gesaneerd, waren de Laarstraat, ’t Straatje, zijweg Toom, zijweg Broekkant, Grote Hoefstraat, Veestraat, Vinnenstraat, zijweg Heuvel, Paulusstraat, zijweg Heikant, ’t Routje, Rummeling, Rakerstraat, Bospad, zijstraat Eikenschoor, Raadbroekweg, Tussenweg Bergbosweg, verbindingspad Dahliastraat – De Brink en ’t Schutje. Het saneringsprogramma van het ABdK voor de open zinkassenwegen is in 2015 definitief afgerond.
Daarnaast zijn er mutaties op de voorziening wegen: Omschrijving Voorziening onderhoud wegen
Saldo 1-1-2015 18.407
Toename 719.356
Afname 703.015
Saldo 31-12-2015 34.749
101
Gemeentelijke gebouwen en kunstwerken Gebouwen moeten voldoen aan de wettelijke eisen zoals vermeld in het bouwbesluit. Daarnaast is de gemeente verplicht om onderhoudscontracten af te sluiten voor de installaties in kader van de Arbo-wet, de (brand-)verzekering en dergelijke. Het onderhoud van de meeste gemeentelijke gebouwen en de kunstobjecten wordt planmatig uitgevoerd met behulp van een meerjarige onderhoudsplanning, die jaarlijks wordt aangepast voor een periode van 10 jaar. De actualisatie wordt jaarlijks uitgevoerd door een extern bouwkundig adviesbureau, waarbij elke drie jaar een grote onderhoudsinspectie (=nulmeting) plaatsvindt van de gebouwen. Deze inspectie vond in 2014 voor het laatst plaats. Van de meerjarige onderhoudsplanning wordt in principe elke jaar het uitvoeringsplan afgeleid, die gebruikt wordt voor het uitvoeren van de onderhoudstaken voor dat jaar. De middelen in de onderhoudsvoorziening zijn echter niet toereikend voor het uitvoeren van alle werkzaamheden op de lange termijn als de gebouwen in redelijke staat moeten worden onderhouden. In dat kader wordt momenteel nagegaan welke strategische keuzes mogelijk zijn, gericht op het eventueel afstoten van objecten (o.a. privatiseren zwembad). Ter ondersteuning voor het uitvoeren van het gebouwbeheer wordt gebruikt gemaakt van de bouwkundige expertise van Ingenieursbureau Advin. Er is in 2015 een start gemaakt voor het opzetten van een gemeentelijk beleid voor het gemeentelijk vastgoed. Daartoe is een inventarisatie gemaakt van alle vastgoed die eigendom is van de gemeente. Aan de hand van deze inventarisatie moet nog bepaald worden welke gebouwen nodig zijn voor de bedrijfsvoering en welke afgestoten kunnen worden. Dit traject is reeds in gang gezet. Financiële resultaten 2015 In 2015 is de begroting voor onderhoud gebouwen als volgt uitgevoerd: 791050 791051 791049
Voorziening gemeentelijk gebouwen Voorziening VTBC (incl BTW) Voorziening VTBC (excl BTW) Totaal
Beginsaldo 843.981
Stortingen 322.049
Kosten 2015 237.316
Eindsaldo 928.714
-7.274
24.327
12.470
4.583
315.029
197.982
294.341
218.670
1.151.736
544.358
544.127
1.151.967
Het positieve saldo van het onderhoudsfonds gemeentelijke gebouwen is groter dan gepland. Dit wordt onder andere veroorzaakt door:
Het gunstig aanbestedingsresultaat van het vervangen van het dak van de Smeltkroes. Dit bedrag valt vooralsnog niet vrij omdat werk nog niet is afgerond. Het tijdelijk stopzetten van het vervangen van het dak van de Smeltkroes in 2015, waardoor een deel van het budget nog niet is uitgeven. Begin mei 2016 worden de werkzaamheden hervat. Het aanbestedingstraject van de elektrotechnische-installaties is pas eind 2015 afgerond. Hierdoor is een deel van het budget niet besteed aan onderhoud van de elektrische installaties in 2015. Onderhanden werk en uitstel van onderhoudswerkzaamheden.
In 2015 zijn de volgende resultaten behaald:
Begin september is gestart met de het vervangen van het dak van de Smeltkroes. Door de slechte weersomstandigheden, die vele lekkages hebben veroorzaakt, zijn de werkzaamheden tijdelijk uitgesteld tot mei 2016. Aan diverse gemeentelijke gebouwen onderhoudswerkzaamheden verricht aan daken, het metselwerk, het zinkwerk en het schilderwerk. Ook zijn diverse W-installaties vervangen dan wel (onderdelen) onderhouden. Het traject voor de keuring en onderhoud van de elektrotechnische installaties van de gemeentelijke gebouwen en de vaste stroomkasten is ingezet.
102
De kunstobjecten zoals beeldjes, monumentjes, grenspalen e.d. zijn in een goede staat van onderhoud gebracht. Bij de sporthallen van de Smeltkroes en het Zuiderpoortbad is groot onderhoud uitgevoerd. Zowel de verlichting van het zwembad en de ophangconstructies zijn vervangen en voldoen hierdoor aan de EN norm 1.345-1. De volgende projecten zijn opgestart voor herontwikkeling, waarbij gekeken wordt naar renovatie van deze gebouwen: St. Jozefschool (voormalige schoolgebouw, Stationsstraat 52 in Maarheeze). De voormalige directeurswoning, Stationsstraat 50 Maarheeze valt buiten het project. De Borgh in Budel Er is een start gemaakt met het opzetten van een gebouwenpaspoort, waarbij vaste gegevens omtrent de desbetreffende gebouwen worden verzameld. Tenslotte is een start gemaakt om de energielasten voor de gebouwen in beeld te brengen.
Er zijn in 2015 ook onderhoudswerkzaamheden uitgesteld of er is sprake van achterstanden:
Vanwege het onderzoek naar mogelijke privatisering van Zuiderpoort is het geplande onderhoud aan de binnenkant van het zwembad (renoveren van de kleedruimten van het zwembad) uitgesteld. Dit leidt tot positieve reservering van ca. € 180.000,-. Door ontwikkelingen van een aantal gemeenschapshuizen en voormalige schoolgebouwen is het onderhoudsbudget niet helemaal besteed, maar gereserveerd enkel voor calamiteitenonderhoud. Van de volgende gebouwen is vanwege mogelijke herbestemming het onderhoud uitgesteld wat mogelijk leidt tot achterstallig onderhoud: Voormalige gemeentehuis in Soerendonk (vervangen platte daken) Houten woning van Hornelaan in Soerendonk Gebouwencomplex aan De Hoge Weg in Maarheeze Babbelz/jongerenwerk in Budel Twee leegstaande leslokalen van het Bravo College in Budel Voormalige proefboerderij in Soerendonk Pand Rakerstraat 4 in Maarheeze
Speelvoorzieningen Er zijn wettelijke eisen op het gebied van veiligheid voor groen en speelvoorzieningen vastgelegd in het Warenwetbesluit Attractie en Speeltoestellen (WAS). De beheerder moet ervoor zorgen dat het toestel veilig te gebruiken is, wat wil zeggen dat het veilig geïnstalleerd en goed onderhouden moet zijn. Dit geldt ook voor het bodemmateriaal. De onderhoudswerkzaamheden zijn niet gebaseerd op meerjarenplanningen, maar worden per jaar geïnventariseerd. Financiële resultaten 2015 Omschrijving Algemeen onderhoud
Bedrag restant 12.731
Bedrag begroot 49.366
Bedrag werkelijk 36.635
Inspectie toestellen Overgeheveld budget Nieuw beleid Totaal
-1 22.053 13.000 47.783
4.674 40.000 13.000 107.040
4.675 17.947 0 59.257
Door uitstel van werkzaamheden vanwege de opdracht om het aantal speelvoorzieningen te reduceren, is er op de post algemeen onderhoud een overschot. De volgende resultaten zijn behaald c.q. ontwikkelingen hebben plaatsgevonden:
Met name in Maarheeze zijn een aantal speelvoorzieningen geheel vernieuwd, terwijl in BudelSchoot het zeskampterrein opnieuw is ingericht. Verder is de ondergrond van diverse speellocaties verbeterd.
103
Er is een besluit genomen dat 44 speelplekken gaan verdwijnen, wat betekent dat uiteindelijk 15 speelplekken overblijven. Deze 15 speelplekken worden in het onderhoud meegenomen. Op basis van het advies van ABOS, wordt binnenkort jaarlijks een lijst samengesteld van de speellocaties die dat jaar komen te vervallen. De verschillende dorpsplatforms worden hiervan op de hoogte gebracht en de inwoners worden geïnformeerd middels een artikel in de Grenskoerier en via de gemeentelijke website. Speellocaties die komen te vervallen worden ingericht als speelgrasveld. De realisatie van een natuurlijke speelplek in Budel-Dorplein is nog niet uitgevoerd vanwege aangetroffen vervuiling in de grond. De kosten voor dit onderzoek zijn ten laste gebracht van de post algemeen onderhoud.
Elektrische installaties: openbare verlichting De uitgangspunten voor de openbare verlichting zijn vastgelegd in de notitie “verlichten waar moet en donker waar kan”. Financiële resultaten 2015 Omschrijving
Bedrag restant
Bedrag begroot
Bedrag werkelijk
Regulier budget straatverlichting Elektriciteit Onderhoud verlichting Vervangen straatverlichting Vervanging straatverlichting duurzame masten 2015 Vervanging straatverlichting armaturen 2015
26.508 1.081
115.830 149.971
89.322 148.890
0 10.953
75.000 75.000
75.000 64.047
Het concept beheerplan verlichting is gereed en de onderhoudsachterstanden van het uitvoeringsjaar 2015 zijn bijgewerkt. Er zijn voor circa € 135.000,- slechte lichtmasten vervangen en traditionele straatverlichting met LED armaturen omgebouwd. Het betreft 180 armaturen die vervangen zijn door LED verlichting en 44 lichtmasten die vervangen zijn in verband met de slechte staat. Er zijn 565 lichtmasten geschilderd in Budel- Noord. De elektriciteitskosten zijn jaarlijks wisselend als gevolg van fluctuerende energietarieven. Voor 2015 heeft dit geleid tot een incidenteel voordeel. Als gevolg van ons nieuwe vervangingsbeleid om LED verlichting toe te passen zien we ook een daling in het energieverbruik. Onderhoud & vervanging tractie De tractie wordt gebruikt om onderhoud te plegen aan het openbaar groen, sport, riool, openbare gebouwen, evenementen et cetera en dient onderhouden en vervangen te worden. De reserve Tractie is komen te vervallen in het kader van het nieuw vastgestelde beleid rondom reserves en voorzieningen. Tractiemiddelen dienen betrouwbaar in de bedrijfsvoering en veilig te zijn, waarvoor ze onderhouden moeten worden. In dit onderhoud zijn geen achterstanden. De kosten voor onderhoud voor 2015 waren € 90.000,-. De middelen moeten daarnaast voldoen aan ARBO-voorschriften en worden hiervoor jaarlijks gekeurd. Vervanging van tractie vindt plaats volgens een vervangingsschema. In het nieuwe beleid van 2015 is vastgesteld dat bij aanschaf van nieuwe tractie gekeken moet worden naar lease of koop met als uitgangspunt lease. Jaarlijks wordt bekeken of het vervangingsschema aangepast moet worden en wat de daaruit voortvloeiende financiële consequenties zijn. Voor 2015 was € 109.000,- gereserveerd ter vervanging van de grondverzetmachine. Door verschuivingen in de planning is deze vervanging niet tijdig gerealiseerd en nu gepland voor het 1ste kwartaal van 2016. Het krediet kan hierdoor niet worden afgesloten, het blijft ook in 2016 beschikbaar.
104
Paragraaf Grondbeleid In deze paragraaf wordt sinds de jaarrekening 2013 op een nieuwe wijze inhoud gegeven aan de informatievoorziening over het onderdeel Grondbeleid. De aanleiding voor een nieuw opgezette paragraaf Grondbeleid vormt de wens om de kwaliteit van de (financiële) informatievoorziening te verbeteren. De rapportages rond de grondexploitaties zijn geïntegreerd in de gemeentebrede P&C cyclus en –documenten. In de paragraaf grondbeleid wordt een beknopte weergave gegeven van het door de gemeente gevoerde grondbeleid, dat is vastgelegd in de Nota Grondbeleid. Conform het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) bevat deze paragraaf grondbeleid tenminste:
visie op grondbeleid in relatie tot de realisatie van de doelstellingen; een aanduiding van de wijze waarop het grondbeleid wordt uitgevoerd; een actuele prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie; een onderbouwing als er sprake is van een winstneming; de beleidsuitgangspunten omtrent de reserves voor grondzaken in relatie tot de risico’s.
Grondbeleid en grondexploitaties Nota Grondbeleid De raad heeft in september 2015 de “Nota Grondbeleid Gemeente Cranendonck 2015-2019” vastgesteld. In de Nota Grondbeleid worden de beleidskaders en -principes verwoord voor het beheer en de ontwikkeling van onroerend goed, gericht op het uiteindelijk realiseren van beleidsdoelstellingen op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling, volkshuisvesting, economie, etc. In de Nota Grondbeleid is het grondbeleid van de gemeente volgt gedefinieerd: De Gemeente Cranendonck wil zoveel als mogelijk sturing geven aan het grondbeleid. Deze sturing wil zij steeds minder bereiken door middel van het zelf in bezit nemen of houden van gronden en steeds vaker via de planologische weg. De voorkeur van de gemeente Cranendonck gaat er naar uit om een faciliterend grondbeleid te voeren en daarbij zoveel als mogelijk eigendom van grond bij de burger zelf te laten. Meerjaren Prognose Grondexploitaties Jaarlijks wordt met de Meerjaren Prognose Grondexploitaties (MPG) inzicht geboden in het verwacht financieel resultaat van de gezamenlijke grondexploitaties. De MPG geeft daarbij inzicht in de financiële resultaten van het grondbeleid, reden waarom deze MPG niet los gezien kan worden van de Nota Grondbeleid. De uitgangspunten voor de grondexploitaties zijn vastgelegd in de door de raad vastgestelde Nota Grondbeleid en de MPG-2013. Waar de jaarrekening inzicht geeft in de feitelijke resultaten van het afgelopen jaar geeft de MPG, rekening houdend met deze feitelijke resultaten, inzicht in de prognose van de resultaten bij volledige realisatie van de projecten op langere termijn. De door de raad in juni 2013 vastgestelde MPG-2013 is in de gemeentelijke planning en controlcyclus geïncorporeerd. Complexen De complexen c.q. projecten zijn gerubriceerd in administratieve eenheden. De grondexploitaties zijn onderverdeeld in:
In exploitatie genomen (bouw)gronden, er is sprake van een vastgestelde grondexploitatie. Toekomstige grondexploitaties niet in exploitatie genomen (bouw)gronden, er is nog geen grondexploitatie vastgesteld.
Winst- en verliesneming Met het vaststellen van de MPG-2009 zijn de beleidsregels voor winst- en verliesneming vastgelegd. Volgens de richtlijnen van de BBV moet in een aantal gevallen een (verlies)voorziening getroffen worden, door daartoe een balanspost nadelige grondexploitaties te vormen:
105
Voor grondexploitaties die een voorgecalculeerd tekort laten zien (balanspost ter hoogte van het voorgecalculeerde tekort op startwaarde). Op basis van de jaarlijkse actualisatie van de grondexploitatie wordt de hoogte van de balanspost herijkt. De boekwaarde van het gemeentelijk bezit de marktwaarde overstijgt. De boekwaarde van het strategisch gemeentelijk bezit (in geval van een toekomstige grondexploitatie) de rendabele inbrengwaarde overstijgt. De voorbereidingskredieten niet afgedekt worden uit een toekomstige (rendabele) grondexploitatie dan wel exploitatiebijdrage van derden.
Bijstellingen van de hoogte van de noodzakelijke voorzieningen geschiedt middels verrekening met de reserve grondexploitaties. Realisatie en doelstellingen Marktsituatie Er is inmiddels een nieuwe realiteit in de vastgoedmarkt ontstaan. De economische crisis heeft hierin zijn schaduw afgeworpen op de vastgoed- en woningmarkt. Risico’s in projecten zijn groter, de looptijd van plannen is langer. De prognoses van grondverkoop, woningafzet en afzet van bedrijventerreinen zijn reeds eerder al bijgesteld. Grondexploitaties In 2015 zijn de grondexploitaties ten behoeve van de programmabegroting 2016 voor het laatst herzien aan de actuele stand en recente inzichten. Voor de jaarrekening 2015 is besloten niet alle grondexploitaties opnieuw in detail door te rekenen; dit zal voor de programmabegroting 2017 wel weer worden gedaan. Met name de complexen Duurzaam Industriepark Cranendonck, De Baronie van Cranendonck en Airpark Brabant zijn onder andere in het kader van het bepalen van de voorzieningen per eind 2015 in detail beoordeeld. Voor de overige complexen zijn de grondexploitaties weer van een globale update voorzien. Voor de programmabegroting 2017 worden alle actieve complexen de grondexploitaties integraal herijkt en aan de raad aangeboden. Op 31-12-2015 zijn diverse (kleine) complexen gesloten. Het saldo (boekwaarde per 31-12-2015) van deze gesloten complexen (De Roos, Cranendoncklaan en Goorstraat nabij 11) is negatief € 30.000,-, welk bedrag ten laste is gebracht van de “reserve grondexploitaties”. Zie tabel “Reserve grondexploitaties”. Door het bepalen van de te nemen voorzieningen, is het saldo van alle grondexploitaties bij volledige realisatie op langere termijn bijgesteld. Bij de jaarrekening 2014 was een verwacht voorgecalculeerd exploitatieresultaat van de gronden en complexen berekend van € 2.247.000,- exclusief BTW (winst per 1-1-2015). Indien rekening wordt gehouden met bovenstaande c.q. de actualisatie van de actieve grondexploitaties is het verwacht positief integraal voorgecalculeerd exploitatieresultaat (winst per 1-1-2016) van de gronden en complexen: € 3.894.000,- exclusief BTW. De toename is met name te verklaren in de verbeterde resultaatsprognose bij Airpark Brabant fase II en het minder te verwachten verlies bij Budel-Noord 2007. Daarentegen wordt er weer meer verlies geprognotiseerd bij Duurzaam Industriepark Cranendonck.
106
Totaaltelling grondexploitaties:
Het becijferde resultaat van de gezamenlijke complexen en gronden is gebaseerd op voorcalculatorische en dus nog niet geheel gerealiseerde (exploitatie)resultaten die, gaande de exploitatieperiode nog aan verandering onderhevig kunnen zijn. Daarnaast is het behalen van dit resultaat afhankelijk van de algemene (economische) verwachtingen in combinaties met de risico’s. Woningbouw In november 2012 heeft de raad, op basis van de Woonvisie 2012-2022 “Kiezen voor kwaliteit”, ingestemd met het woningbouwprogramma tot 2022. Deze visie is in lijn met de huidige realiteit van structureel minder nieuwe woningen en bedrijventerreinen. Onderdeel van het woningbouwprogramma is het uitvoeringsprogramma. Bedrijventerrein De gemeente heeft twee in ontwikkeling zijnde bedrijventerrein: Airpark Brabant fase II en het Duurzaam Industriepark Cranendonck. Airpark Brabant fase II betreft een in exploitatie genomen gemeentelijk complex. De uitgifteprognose van de kavels op het industriepark Airpark is in het kader van de jaarrekening in positieve zin bijgesteld. Het Duurzaam Industriepark Cranendonck (DIC) wordt door een marktpartij ontwikkeld en de verwachting is dat in 2017 de eerste gronduitgifte door deze marktpartij kan plaats vinden. Apparaatskosten De grondexploitaties worden budgettair neutraal opgenomen. Dit betekent dat uren die naar de grondexploitatie worden toegerekend geen last vormen voor de gemeentelijke programmabegroting. Dit geschiedt door de begrote kosten vanuit de programmabegroting (€ 292.000,- exclusief BTW voor het jaar 2015), samen met de kosten van externe inhuur, op basis van de feitelijke uurbesteding per project door
107
te belasten naar de afzonderlijke grondexploitaties en projecten die nog in voorbereiding zijn. In 2016 wordt verder vervolg gegeven aan het onderzoek om de toerekening apparaatskosten aan te gaan aanpassen. Boekwaarden De boekwaarde is het saldo van de gerealiseerde investeringen en inkomsten in 2015 over alle (inclusief de te sluiten complexen per 31-12-2015) grondexploitaties gemeten. De boekwaarde per 31 december van de actieve grondexploitaties bedraagt € 8.503.000,- en € 30.000,- van te sluiten grondexploitaties. Voor een specificatie verwijzen wij naar de toelichting op de balans. Winst- en verliesnemingen Op basis van huidige inzichten is de verwachting dat de volgende actieve complexen een geprognosticeerd exploitatietekort laten zien: Budel Noord 2007, Boschakkers 2007, Duurzaam Industriepark Cranendonck, Zandblauwtje en Woningbouw Gastel. Voor dit totaalbedrag (€ 1.330.000,-) is de bestaande balanspost nadelige grondexploitaties aangevuld. Zie tabel “Balanspost nadelige grondexploitaties”. Op basis van de door de gemeenteraad vastgestelde richtlijnen voor (tussentijdse) winst name, is er voor het jaar 2015 geen complex wat hiervoor in aanmerking komt. Financiële positie Naast de uiteindelijke resultaten uit de grondexploitaties is, voor het bepalen van de vermogenspositie, tevens de stand en de ontwikkeling van de reserve grondexploitaties en de omvang van de balanspost nadelige grondexploitaties van belang. De derde component die voor het bepalen van de vermogenspositie van belang is, zijn de risico’s die worden gelopen in de diverse projecten. Risico’s grondexploitaties Met het exploiteren van (bouw)grond gaan niet alleen grote bedragen om, maar zijn ook risico’s verbonden. Zeker gelet op de vaak lange looptijden, de relatief hoge voorinvesteringen (boekwaarde), geprognosticeerde omzetten en omvangrijke nog te ontvangen (grond)opbrengsten bij gemeentelijke grondexploitaties, moet rekening gehouden worden met een reëel bedrijfsrisico. Voor de kwantificering van de risico´s is aansluiting gezocht bij de administratieve onderverdeling van de complexen. Er is een onderscheid gemaakt in risico’s voor toekomstige grondexploitaties (reeds gestarte initiatieven en nieuwe initiatieven) en risico’s voor in exploitatie genomen gronden. Hierbij is stil gestaan bij de algemene (exploitatie)risico´s en bij plan specifieke risico´s. Een gegeven is dat de gemeente weinig tot geen strategisch grondbezit heeft wat kan leiden tot een financieel risico. De risico´s bestaan op dit moment uit:
Stagnerende verkoop van gronden in geval van een gemeentelijke grondexploitatie en daardoor minder opbrengsten, meer (verkoop)inspanningen en extra (ambtelijke) inzet. Dit betreft de projecten (uitbreiding) Airpark Brabant fase II, Budel Noord 2007 en Mariaschool Maarheeze. Stagnerende verkoop bij bouwplannen van particuliere grondexploitaties en daardoor extra ambtelijke inzet waar niet altijd vanuit de exploitatiebijdrage een (extra) vergoeding tegen over staat. Indien deze initiatieven geen (volledige) doorgang vinden kunnen de door de gemeente gemaakte kosten niet volledig verhaald worden. Dit betreft de projecten Dorpsakkers 2006, Woningbouw Gastel en Striboschhof. Bij een particuliere grondexploitatie het sluiten van de exploitatieovereenkomst met daaraan gekoppeld de exploitatiebijdrage en het moment waarop deze bijdrage aan de gemeente wordt betaald. Dit betreft bijvoorbeeld het complex Duurzaam Industriepark Cranendonck.
Voor de complexen Budel Noord 2007 en Duurzaam Industriepark Cranendonck is gerekend met een risico inschatting bij een “slecht weer scenario” (dit wil zeggen een verslechtering van het voorgecalculeerde resultaat of het niet (geheel) kunnen verhalen van de door de gemeente Cranendonck gemaakte kosten) van afgerond € 665.000,- (€ 135.000,- respectievelijk € 530.000,-).
108
In de MPG-2013 is rekening gehouden met een risicobedrag van € 200.000,- voor reeds gestarte initiatieven (het niet geheel kunnen verhalen of afdekken van de door de gemeente gemaakte kosten) en € 150.000,- (algemeen voorbereidingsbudget) voor nieuwe initiateven welke uiteindelijk niet doorgaan; totaal een risicobedrag van € 350.000,-. Reserve grondexploitaties De reserve grondexploitaties is ingesteld om de resultaten van de afgesloten complexen en de ongedekte voorbereidingskredieten op te vangen. Tevens fungeert deze reserve als “achtervang” voor de balanspost nadelige grondexploitaties. Elk jaar wordt op basis van de stand van de noodzakelijke reservepositie bepaald hoe hoog het bedrag is dat overgeheveld kan/moet worden naar/van de gemeentelijke algemene reserve. De minimum hoogte van de reserve grondexploitaties, oftewel het gewenste weerstandvermogen, wordt jaarlijks herijkt. Uitgangspunt hierbij is dat er voldoende financiële buffer aanwezig moet blijven voor een verantwoorde continuering van de bedrijfsvoering. Als leidraad voor het bepalen van de hoogte van de reservering binnen deze reserve geldt dat er voldoende middelen aanwezig moeten zijn voor de eventuele aanvulling van de balanspost nadelige grondexploitaties. In april 2015 is met het vaststellen van de Nota Reserves en Voorzieningen 2015-2018 besloten dat de omvang van de reserve grondexploitaties, totdat er een onder- en bovengrens is bepaald, blijft zoals deze is. De maximale omvang van de reserve grondexploitaties is in het kader van de jaarrekening is bepaald op € 1.522.000,-. Deze bovengrens is namelijk conform de nota Reserves en Voorzieningen anderhalf maal de omvang van de noodzakelijke ondergrens, bestaande uit de hiervoor genoemde bestaande risico’s ad. € 665.000,- bij ‘slecht weer’ (en verlies) verhoogd met de nieuwe initiatieven ad. € 150.000,en de reeds gestarte initiatieven ad. € 200.000,-. De huidige omvang van de reserve is voldoende volgens de berekening van de buffer om de bestaande risico’s af te dekken. Reserve grondexploitaties:
Balans nadelige grondexploitaties De balanspost nadelige grondexploitaties is bedoeld om de verwachte negatieve exploitatieresultaten van grondexploitaties te kunnen opvangen. Er moet sprake zijn van een onafwendbare situatie. Volgens de richtlijnen van de BBV moet in een aantal gevallen een voorziening getroffen worden. In ieder geval moet er een balanspost worden gevormd: - Voor grondexploitaties die een voorgecalculeerd tekort laten zien. Op basis van de jaarlijkse actualisatie van de grondexploitatie wordt de hoogte van de balanspost herijkt; - De voorbereidingskredieten niet afgedekt worden uit een toekomstige grondexploitatie dan wel exploitatiebijdrage van derden. Bijstellingen van de hoogte van de noodzakelijke voorzieningen geschiedt middels verrekening met de reserve grondexploitatie.
109
Overzicht balanspost nadelige grondexploitaties:
Reserve Bovenwijkse voorzieningen De raad heeft op 1 juli 2008 de Nota Fonds Bovenwijkse Voorzieningen (Nota Bovo) vastgesteld, en daarna verschillende keren (laatste keer 26 juni 2012) ingestemd met de actualisatie van deze Nota. De raad heeft in april 2015, bij het vaststellen van de Nota Reserve en voorzieningen 2015‐2018, besloten om de relevante informatie van het Fonds Bovenwijkse Voorzieningen te laten landen in de paragraaf grondbeleid. Deze reserve bovenwijkse voorzieningen (reserve Bovo) is bestemd voor het realiseren en mede bekostigen van zogenaamde bovenwijkse voorzieningen (voorzieningen die buiten het plangebied c.q. bestemmingsplan van het betreffende plan liggen en dienstbaar zijn aan meerdere plannen/wijken). De laatste actualisatie van het uitvoeringsprogramma bovenwijkse voorzieningen is in 2013 uitgevoerd. In 2016 wordt een nieuwe actualisatie uitgevoerd. Overzicht reserve Bovenwijkse voorzieningen:
Vermogenspositie Voor het bepalen van de vermogenspositie zijn drie zaken van belang: 1. De uiteindelijke resultaten van de complexen; 2. De risico’s van/rondom grondexploitaties; 3. De stand en ontwikkeling van de reserve(s) en balanspositie nadelige grondexploitaties. De totale vermogenspositie van de gezamenlijke grondexploitaties heeft een positief resultaat van € 4.257.000,-. Dit bedrag is als volgt opgebouwd:
110
Tabel: Vermogenspositie:
Weerstandsvermogen Op grond van het BBV bestaat het weerstandvermogen uit “de relatie tussen de weerstandcapaciteit, zijnde de mogelijkheid waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken en alle risico’s waarvoor geen of onvoldoende voorzieningen zijn gevormd of die niet tot afwaardering van activa hebben geleid en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot het balanstotaal of de financiële positie”. Of anders gezegd de mate waarin middelen vrij gemaakt kunnen worden om naast het afdekken van tekorten ook substantiële tegenvallers en risico’s op te vangen (zonder aanpassing van beleid). Er kan worden geconcludeerd dat de huidige reserve grondexploitatie en geprognosticeerde positieve resultaten van de grondexploitaties ruimschoots de tekorten (“Balanspost nadelige grondexploitaties”) en de geprognosticeerde risico’s afdekken. Herziening BBV-verslaggevingsregels rondom grondexploitaties De commissie BBV heeft een aantal voorstellen uitgewerkt die hebben geleid tot wijzigingen in het BBV. De wijzigingen leiden tot meer transparantie, eenduidigheid en een vermindering van de administratieve lasten. Het betreffen wijzigingen die, met terug werkende kracht, vanaf 1 januari 2016 gelden. De wijzigingen betreffen onder meer:
Bij de kostentoerekening aan Bouwgrond in exploitatie binnen het BBV wordt het verplicht aan te sluiten op de kostenverhaalsmogelijkheden zoals benoemd in de Wet ruimtelijke ordening (Wro)/ het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). De rente die wordt toegerekend aan grondexploitaties moet worden gebaseerd op de werkelijke rente over het vreemd vermogen met een verlaging voor het aandeel interne financiering. Afschaffing van de categorie Niet in exploitatie genomen gronden en deze kwalificeren als ‘strategische gronden’ onder de materiële vaste activa. Toerekenen van rente en andere kosten is dan niet langer toegestaan.
De maatregelen hebben gevolgen voor toekomstige begrotingen en de jaarrekeningen. Er gelden overgangsbepalingen.
111
Paragraaf subsidies De gemeente levert een financiële bijdrage aan diverse instellingen en verenigingen in de vorm van subsidies. De subsidies zijn verwerkt in de programma’s. In totaal gaat het om een bedrag van circa € 2.834.000,-. In deze nieuwe paragraaf subsidies is het totaalbeeld van de subsidies opgenomen. Soorten subsidies Subsidie is ‘de aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen en diensten’ (artikel 4:21 van de Awb). De Awb eist dat gemeenten de grondslag voor het verstrekken van subsidie vastleggen in een algemeen verbindend voorschrift (= subsidieverordening), dat door de raad is vastgesteld. Hierop zijn vier uitzonderingen mogelijk: 1. Subsidies die worden verleend in afwachting van de totstandkoming van een wettelijk voorschrift. Het wettelijk voorschrift moet dan binnen een jaar tot stand zijn gekomen; 2. Subsidieregelingen die door de Europese Unie zijn vastgesteld; 3. Indien de begroting de subsidieontvanger met name vermeldt en het bedrag aangeeft waarop de subsidie ten hoogste kan worden vastgesteld (subsidieverstrekking op basis van een begrotingspost); 4. Eenmalige subsidies, mits deze voor ten hoogste vier jaren wordt verstrekt. Bij bovenstaande uitzonderingen blijft gelden dat de procedure voor subsidieverstrekking moet voldoen aan de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht. Ook is het uitgangspunt dat de subsidie moet worden verstrekt voor een doel dat bijdraagt aan de realisatie van gemeentelijke beleidsdoelstellingen. Er zijn diverse soorten subsidies, elk met eigen kaders en richtlijnen: 1. Stimuleringssubsidies: een eenmalige subsidie voor een activiteit/activiteiten met een eenmalig of experimenteel karakter; of een eenmalige subsidie voor activiteiten waarvan het college heeft aangegeven dat ze die wil stimuleren 2. Budgetsubsidies: een subsidie voor activiteiten die bij voortduring dan wel periodiek (één jaar of langer) plaatsvinden en die op grondslag van meetbare activiteiten wordt verleend aan (professionele) organisaties, waarbij een uitvoeringsovereenkomst met de organisatie kan worden gesloten. 3. Basissubsidies: een subsidie voor activiteiten die bij voortduring dan wel periodiek (één jaar of langer) plaatsvinden waarmee de gemeente aangeeft het aanbod van bepaalde activiteiten door een organisatie van belang te vinden, zonder deze activiteiten overwegend naar aard of inhoud te beïnvloeden. Naast deze subsidies zijn er nog enkele andere regelingen, zoals de buurtinitiatieven. Beleid Het beleid met betrekking tot subsidies is vastgelegd in het subsidiebeleid, de subsidieverordening van de gemeente Cranendonck en bijbehorende nadere regels. Op 12 mei 2015 heeft de raad de algemene subsidieverordening Cranendonck 2015 vastgesteld. Ook is de Raad op 12 mei 2015 akkoord gegaan met de nadere subsidieregels Cranendonck 2015 die op 14 april 2015 door het college zijn vastgesteld. Het subsidiebeleid geeft weer welke uitgangspunten de gemeente hanteert bij de toepassing van het instrument subsidie. Deze uitgangspunten vormen het kader voor de uitwerking van de subsidieverordening en de subsidieregels. In de subsidieverordening staat de procedure van aanvraag, verlening, verantwoording en vaststelling van subsidies inclusief hieraan gekoppelde voorwaarden. Ook zijn er de administratieve verplichtingen (termijnen, te overleggen bewijsstukken, etc.) in opgenomen. Basis voor de verordening zijn de bepalingen zoals opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht. In de nadere regels wordt aangegeven hoe de hoogte van de subsidie wordt berekend en aan welke eisen en verplichtingen een aanvrager moet voldoen.
112
De gemeente streeft voor de diverse beleidsterreinen specifieke doelstellingen na. Subsidie wordt ingezet als middel om bepaalde maatschappelijke doelstellingen te behalen, bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen te stimuleren. De doelstellingen zijn uitgewerkt en vastgelegd in diverse beleidsplannen. Daarnaast wordt aangesloten op de strategische visie. De volgende algemene doelstellingen kunnen worden genoemd: Wonen en leven De gemeente biedt de mogelijkheid om burgers in elke kern samen te laten komen. Hierdoor versterken we de sociale cohesie. Onze burgers wonen in een omgeving waarbij ze tevreden zijn over het beheer van de openbare ruimte. Kunst en cultuur De gemeente biedt haar inwoners de mogelijkheid kennis te maken met en deel te nemen aan (lokale) kunst- en culturele activiteiten. Onderdeel hiervan is het behoud van de eigen identiteit van Cranendonck. Sport De gemeente biedt haar inwoners, met speciale aandacht voor jeugd en mensen met een beperking, de mogelijkheid kennis te maken met en deel te nemen aan een gevarieerd aanbod aan sport- en beweegactiviteiten Zorg De gemeente stimuleert dat inwoners, van jong tot oud, zich kunnen ontplooien en verantwoordelijkheid nemen. Inwoners doen mee in de samenleving. Subsidieplafond De gemeente werkt in de begroting met het zogenaamde subsidieplafond. Het subsidieplafond is het bedrag dat gedurende een subsidiejaar ten hoogste beschikbaar is voor verstrekking van subsidies. Bij een subsidieplafond worden er alleen subsidies verstrekt zolang er middelen beschikbaar zijn. Als het budget op is, wordt een subsidieverzoek in principe afgewezen. Voor de manier waarop de middelen worden verdeeld, worden nadere regels gesteld. In Cranendonck worden aanvragen behandeld op volgorde van binnenkomst. Financieel overzicht subsidies Onderstaande tabel geeft een overzicht van de subsidiebedragen:
Basissubsidie
Stimuleringssubsidies
Sport en muziek Zorg en wonen Wijzigingen Totaal
Carnaval – jeugd Restant subsidieplafond
2015 € 283.820 € 108.188 € 9.646 € 12.459
€ € €
5.688 419.801 8.818
Opmerkingen
30 aanvragen: 1x niet in behandeling genomen; 9x afwijzingen 20 x toekenningen waarvan 8 maximale bijdrage
Structureel budget; mag niet worden overgeheveld, vervalt dus naar algemene middelen
113
Totaal basissubsidie en stimuleringssubsidies (subsidieplafond)
Budgetsubsidies
Totaal subsidies
Subsidie obv historische grondslag Subsidies obv overeenkomsten Andere regelingen Totaal
€
428.619
€
32.398
€
731.821
€ 1.641.134 € 2.405.353 € 2.833.972
Het subsidieplafond bedroeg voor 2015 € 429.000, hiervan is maximaal € 15.000,- beschikbaar voor stimuleringssubsidies. Uit het overzicht blijkt dat € 12.000,- aan stimuleringssubsidies is verleend in 2015. De (toegekende) basissubsidies 2015 zijn, samen met de stimuleringssubsidies, binnen het subsidieplafond gebleven. Hierbij moet opgemerkt worden dat de basissubsidies 2015 nog niet zijn afgerekend. De afrekeningen 2015 moeten uiterlijk 1 mei 2016 ontvangen zijn, op basis van de oude subsidieverordening. Budgetsubsidies vallen alleen onder de werking van het subsidiebeleid voor zover het gaat om de toepassing van aanvraag- en afhandeltermijnen. Inhoudelijk echter wordt per budgetgesubsidieerde instelling de subsidie bepaald. Er zijn geen algemeen geldende criteria voor deze instellingen (bijvoorbeeld voor het berekenen van de subsidie), zodat ook geen sprake is van een algemeen geldend subsidieplafond voor budgetsubsidies. Voor de budgetsubsidies geldt dat de begrote bedragen 2015 veelal zijn uitbetaald. Ook voor de budgetsubsidies geldt dat 2015 nog afgerekend moet worden. De budgetsubsidies zijn onderverdeeld in subsidieverlening op basis van historische grondslag, subsidies met overeenkomsten en andere regelingen. Deze andere regelingen zijn geen officiële subsidieverleningen, hoewel deze organisaties wel aan een aantal voorwaarden moeten voldoen.
114
Majeure projecten
115
Majeure projecten Hieronder vindt u een samenvatting van de voortgangsrapportages van de lopende majeure projecten. In één oogopslag ziet u bij welke projecten sprake is van afwijkingen ten opzichte de doelstellingen of de planning. De voortgangsrapportages zelf bevatten een toelichting op de gerapporteerde afwijkingen. Tevens zijn daarin voor u de voorstellen opgenomen tot eventuele bijsturing van de doelstelling en/of planning. 2e Burap 2015 Nr. 1
Ontwikkeling wegenstructuur
2
Centrumplan Budel
3
Gebiedsvisie Kansen over grenzen
4
Beleidsprogramma dienstverlening
5
Bestemmingsplan DIC
6
Baronie van Cranendonck (nieuw)
Jaarstukken 2015
Kwaliteit
Tijd
Geld
Nvt
Nvt
Nvt
Kwaliteit
Tijd
Geld
Toelichting: 1.
Conform planning: doelstelling en planning zijn of lijken te worden gehaald.
2.
Dreigende afwijking: doelstelling en/of planning dreigt niet te worden gehaald; aandachtspunt.
3.
Afwijking opdracht/tolerantiegrenzen: doelstelling en/of planning is niet gehaald.
116
Ontwikkeling wegenstructuur
VOORTGANGSRAPPORTAGE GEMEENTERAAD Ontwikkeling wegenstructuur bestemd voor:
Gemeenteraad
PERIODE:
Augustus t/m december 2015
Status:
Openbaar
DATUM:
25 januari 2016
1.
organisatie
A) bestuurlijk Carola Meuwissen opdrachtgever: B) Ambtelijk Erik Peeters opdrachtgever: C) Projectleider: D) Externe partners: E)
Totaal
projectbudget: F) looptijd project
2. Projectresultaat:
Jozef van Asten Buurtbeheren Budel, Maarheeze en Sterksel, gemeenten Heeze-Leende, Hamont-Achel en Weert, Rijkswaterstaat, provincies Noord-Brabant en Limburg, Reiling B.V. en Collectief Randweg Zuid. - € 855.000,- voor maatregelen “tijdelijke” Randweg zuid. - € 75.000,- voor project vrachtverkeer Maarheeze. - Het project verbeteren “tijdelijke” Randweg Zuid moet in het derde kwartaal van 2015 gereed zijn. - Het project ‘Samen mee naar de A2’ is in 2012 opgestart. In het vierde kwartaal van 2015 moet een definitief voorstel voor een variant aan de raden van Cranendonck en Heeze-Leende worden voorgelegd. Deze variant moet in de jaren hierna uitgevoerd worden. Een veilige wegenstructuur in Cranendonck. Met name moeten er oplossingen gevonden worden voor het vrachtverkeer in Maarheeze en de verkeersstructuur in Budel zuid. Bij de projecten vrachtverkeer Maarheeze en verkeersstructuur Budel zuid maken we onderscheid in een lange en korte termijn oplossing.
3. Stand van zaken A)
voorafgaand: “Tijdelijke” Randweg Zuid
- 14 juni 2011: MER Randweg Zuid wordt vastgesteld maar niet verder in procedure gebracht. Raad geeft college de opdracht voor onderzoek naar verbetermogelijkheden op de “tijdelijke” Randweg Zuid. - 7 mei2013: de gemeenteraad heeft het onderzoeksrapport vastgesteld en heeft een krediet van € 725.000 beschikbaar gesteld om de maatregelen uit het onderzoeksrapport uit te voeren. - 26 augustus 2014: het Definitief Ontwerp (DO) voor de maatregelen op de “tijdelijke” Randweg Zuidvastgesteld door het college en aanbesteding opgestart. - 1 december 2014: de opdracht voor de werkzaamheden op de “tijdelijke” Randweg Zuid zijn gegund en de voorbereidingen voor de werkzaamheden opgestart - Februari/maart 2015: de eerste twee fases van de werkzaamheden aan de “tijdelijke” zijn uitgevoerd. Het betreft de wegen Grensweg, Dammerstraat en Midbuulweg. Tevens zijn de werkzaamheden aan de laatste twee fases verder voorbereid.
117
Vrachtverkeer Maarheeze - 11 januari2011:de gemeenteraad neemt stelling tegen een lange termijn oplossing voor het vrachtverkeer in Maarheeze over Cranendoncks grondgebied. - 26 juni2012: een motie is door de gemeenteraad aangenomen om met alle partijen in gesprek te treden en om spoedig een raadsvoorstel aan te bieden waarin een eerder genomen raadsbesluit, dat een oplossing voor het vrachtverkeer niet over Cranendoncks grondgebied mag lopen, ter discussie stelt. - 2 oktober2012: de gemeenteraad is middels een raadsinformatiebrief (RIB) geïnformeerd over een gezamenlijk project ‘Samen mee naar de A2’ waarin tot doel is gesteld om met de gezamenlijke partners te komen tot een voorstel voor een lange termijn oplossing. - 17 december2013: de gemeenteraad heeft de keuze gemaakt voor een zuidelijke oplossingsrichting en hiervoor een krediet van € 14.375,- beschikbaar gesteld voor het verder uitwerken van de oplossingsrichting. - 1 juli2014: het college heeft besloten een strategische notitie op te laten stellen samen met de gemeente Heeze-Leende om te kijken hoe alle verkeersprojecten die spelen rondom de A2 aan elkaar gekoppeld kunnen worden en hoe de gemeenten zelf de problematiek op kunnen vangen die ontstaat doordat de A2 vol staat. Het college heeft hiervoor een bedrag van € 7.000,- beschikbaar gesteld uit het krediet ontwikkeling wegenstructuur. - Op 25 november2014 heeft de gemeenteraad van Cranendonck het besluit genomen drie varianten verder uit te werken en om de varianten via het gebied Chijnsgoed af te laten vallen. Tevens heeft de raad de opdracht gegeven om een onderzoek uit te voeren naar aanvullende maatregelen die in de kernen Maarheeze en Sterksel genomen moeten worden om de nieuwe vrachtverkeerroute optimaal te laten functioneren. - 4 mei 2015 zijn de werkzaamheden voor het haalbaarheidsonderzoek gegund aan Arcadis en is gestart met het onderzoek B)
Heden:
“Tijdelijke” Randweg Zuid - November 2015: de werkzaamheden aan de “tijdelijke” randweg zuid zijn afgerond. Vrachtverkeer Maarheeze - September 2015: haalbaarheidsonderzoek afgerond.
C)
Doorkijk:
“Tijdelijke” Randweg Zuid - Korte termijn: de eindafrekening en de subsidieverantwoording worden opgesteld. Zodra dit gereed is zal een verzoek tot definitieve vaststelling van de subsidie worden ingediend bij de provincie. In maart/april zal gestart worden met een evaluatie van de uitgevoerde maatregelen. De aanwonenden zullen hierbij actief betrokken worden. - Lange termijn: vooralsnog ligt de langetermijnoplossing stil. In het raadsprogramma is opgenomen dat de gemeenteraad deze raadsperiode duidelijkheid wil over de verkeersoplossing Budel zuid. In de begroting 2016 is opgenomen dat er in 2016 een bestuursopdracht aangeboden moet worden over het vervolg van het project Randweg Zuid. Vrachtverkeer Maarheeze - 2 februari 2016: de variantkeuze zal ter besluitvorming aan de gemeenteraden van Cranendonck en Heeze-Leende worden aangeboden. Er zal voorgesteld worden om in het tweede kwartaal van 2016 met een financieringsvoorstel te komen.
4. kwaliteit vastgestelde kwaliteitseisen d.d. xxxxxx
“Tijdelijke” Randweg Zuid Het Collectief Randweg Zuid (CRZ) is actief betrokken geweest bij het opstellen van het maatregelenpakket op de “tijdelijke” Randweg Zuid en bij het opstellen van het DO. Het CRZ is akkoord gegaan met het pakket aan maatregelen en met het DO. Bij de uitvoering van de werkzaamheden is het CRZ ook betrokken evenals alle aanwonenden die per fase geïnformeerd zijn over de voortgang. Vrachtverkeer Maarheeze De gemeenteraad is akkoord gegaan met onderzoek naar oplossingsrichtingen voor het vrachtverkeer Maarheeze en de gemeenteraad heeft eveneens extra varianten toegevoegd “via Chijnsgoed”. Deze zijn onderzocht door de projectgroep ‘Samen mee naar de A2’ en de gemeenteraad heeft tijdens de raadsvergadering van 25 november2014 het besluit genomen dat de Chijnsgoed varianten voldoende onderzocht zijn en dat er vervolgens nog drie varianten (T, A2 en G) resteren die verder uitgewerkt dienen te worden.
118
5. Tijd vastgestelde planning d.d. xxxxxx vastgestelde capaciteitsraming d.d. xxxxxx
“Tijdelijke” Randweg Zuid Conform de subsidievoorwaarden zijn de aanpassingen aan de “tijdelijke” Randweg Zuid in 2015 afgerond. Vrachtverkeer Maarheeze Het project ‘Samen mee naar de A2’ is opgestart omdat er geen voortgang zat in het zoeken naar een oplossing voor de vrachtverkeerproblematiek. De planning van het project is gewijzigd omdat er een tussenstap in het proces gemaakt is. Dit is in overeenstemming met de project- en stuurgroep besloten tijdens de stuurgroepvergadering van september 2013. Besloten is om eerst een oplossingsrichting voor te stellen aan de gemeenteraad en vervolgens pas te komen tot een definitieve variant. Hierdoor is de definitieve keuze voor een variant opgeschoven naar de tweede helft van 2014. Dit is gecommuniceerd naar de gemeenteraad in het raadsvoorstel van 17 december 2013. In de raadsvergadering van 25-11-2014 heeft de gemeenteraad de keuze gemaakt om niet een maar drie varianten verder uit te werken. Aangegeven werd dat dit in het vierde kwartaal van 2015 moest leiden tot een definitieve variantkeuze. Door de stuurgroep Samen mee naar de A2 is echter besloten om een definitieve variantkeuze in het eerste kwartaal van 2016 voor te leggen aan de gemeenteraden.
6. Geld vastgesteld krediet/budget d.d. xxxxxx
Uitgegeven
Nog uit te geven
Verschil
50% ARVA 2015 50% Subsidie SRE
855.000
0
0
35% ARVA 65% Subsidie Provincie
68.500
6.500
0
Project
Begroot
Dekking
Maatregelen tijdelijke randweg zuid
855.000
Vrachtverkeer Maarheeze
75.000
Jaar uitvoering
2016
“Tijdelijke” Randweg Zuid Voor het uitvoering van het maatregelenpakket is in 2013 € 725.000,- beschikbaar gesteld. Na definitieve planvoorbereiding is gebleken dat de kosten voor het verleggen van kabels en leidingen hoger uitvallen dan eerder voorzien werd. Daarnaast zijn de plannen op detailniveau voor de laatste fase van de werkzaamheden aangepast omdat er geen overeenstemming is bereikt met grondeigenaren over het verwerven van een tweetal gronden. De meerkosten van het project bedragen € 130.000,-. In de gemeenteraad van december 2015 is een aanvullend krediet van € 130.000,- beschikbaar gesteld. Vrachtverkeer Maarheeze In totaal was voor het project vrachtverkeer Maarheeze € 50.000,- gereserveerd in de begroting. Er is reeds € 17.500,- uitgegeven aan het project. In de raadsvergadering van 25 november 2014 heeft de gemeenteraad het resterende budget voor vrachtverkeer Maarheeze (€ 32.500,-) beschikbaar gesteld voor het verder uitwerken van drie varianten. De gemeente Heeze-Leende heeft eveneens € 32.500,- beschikbaar gesteld voor het vervolgonderzoek. De aanbesteding van het vervolgonderzoek is afgerond en de winnende partij heeft een aanbieding gedaan die binnen het budget past. De kosten van het vervolgonderzoek zijn volledig gedekt uit een subsidie die door de provincie beschikbaar is gesteld voor het project. In december 2015 is een aanvullend krediet van € 25.000,- beschikbaar gesteld In mei 2014 heeft de provincie Noord-Brabant € 800.000,- beschikbaar gesteld voor de ontsluiting van LOG en bedrijventerrein Chijnsgoed. Onder deze subsidie kunnen onderzoekskosten maar ook uitvoeringskosten geschaard worden. Voorwaarde van de subsidie is wel dat maatregelen uiterlijk 1 januari 2016 gerealiseerd zijn. Het zal echter niet haalbaar zijn om deze termijn te halen als er ruimtelijke procedures doorlopen moeten worden en/of als er gronden aangekocht moeten worden. Momenteel zijn de gemeenten Cranendonck en Heeze-Leende met de provincie in gesprek om de mogelijkheden voor het oprekken van de subsidie voorwaarden te bespreken. De
119
gemeenten hebben voorgesteld dat ze voor 1 januari 2017 een definitief besluit willen nemen over een gekozen variant. Er wordt nog gewacht op een reactie van de provincie. 7. Risicoparagraaf:
“Tijdelijke” Randweg Zuid - een eerste risico is dat de herinrichting niet functioneert waardoor aanrijtijden van brandweer, politie en ambulances ernstig verslechteren. Om dit te voorkomen is vooraf gesproken met de hulpdiensten en zal als de herinrichting afgerond is, regelmatig gekeken worden of de nieuwe situatie voldoet. - een financieel risico betreft de ontvangen subsidie van het SRE (€ 362.500,-). De accountant zal in 2016 de toets doen of het project is uitgevoerd conform de subsidievoorwaarden. Vrachtverkeer Maarheeze - binnen het project Samen naar de A2 is afgesproken gebruik te maken van reeds aanwezige gegevens. Mocht blijken dat een aantal zaken toch nog verder uitgezocht dient te worden dan is mogelijk extra geld en tijd noodzakelijk om de gestelde kwaliteit te halen. Onder kwaliteit verstaan we een voorstel aan de gemeenteraden wat breed gedragen is. - een ander risico betreft het verkrijgen van de subsidie. De provincie heeft als voorwaarde gesteld dat de uitvoering voor 1 januari 2017 plaats moet vinden. Dit is voor het project niet realistisch. Om de subsidie toch te behouden is in overleg getreden met de provincie. Er is een voorstel bij de provincie neergelegd dat de gemeenten Heeze-Leende en Cranendonck voorstellen dat er voor 1 januari 2017 een besluit genomen wordt over het definitieve tracé en ondersteunende maatregelen. Hoewel hier nog niet formeel op geantwoord is, is ambtelijk al wel aangegeven zich hierin te kunnen vinden.
8. Besluit:
Vaststellen van deze voortgangsrapportage
volgende voortgangsrapportage
1e Burap 2016
120
Centrumplan Budel
VOORTGANGSRAPPORTAGE GEMEENTERAAD Centrumplan Budel bestemd voor:
Gemeenteraad
PERIODE:
Status:
Openbaar
DATUM:
1 augustus 2015 tot 1 januari 2016 21 januari 2016
1. organisatie A. bestuurlijk opdrachtgever:
Frans Kuppens
B. Ambtelijk opdrachtgever:
Erik Peeters
C. Projectleider: D. Externe partners: E. Totaal projectbudget (programmabegroting) F. Looptijd project 2. Projectresultaat:
Robert Hellings – Joris Kantelberg Budelse Ondernemersvereniging, Koninklijke Horeca Nederland afd.Cranendonck, buurtplatform en diverse particulieren, verenigingen en instellingen In de exploitatie is voor 2015 € 10.000,- gereserveerd voor centrummanagement en € 10.000,- voor externe advisering en ondersteuning. Voor 2016 t/m 2018 is alleen nog € 10.000,- gereserveerd voor centrummanagement. Er zijn nog geen kredieten beschikbaar gesteld. Tot en met 2018. Het minimaal behouden en waar mogelijk versterken van het voorzieningenniveau in het centrum van Budel.
3. Stand van zaken a. voorafgaand:
1. De gemeenteraad besloot op 8 maart 2005 het Ontwikkelingsplan voor het centrum van Budel vast te stellen. 2. Op 23 oktober 2012 is de Nota publiekrechtelijke kaders ten behoeve van de haalbaarheidsanalyse voor de verplaatsing van de C1000 en de herontwikkeling van de huidige locatie van de C1000 door het college van Burgemeester en Wethouders vastgesteld. 3. Op 5 februari 2013 is door de gemeenteraad de centrumvisie voor het centrum van Budel vastgesteld. Daarbij zijn enkele amendementen en één motie aangenomen en is de begrenzing van het centrumgebied gewijzigd. Bij de vaststelling is kennisgenomen van de
121
inspraaknota. De conclusies van het parkeeronderzoek zijn verwerkt in de centrumvisie, waarmee het parkeeronderzoek ook impliciet is vastgesteld. 4. De gemeenteraad besloot op 25 juni 2013 een bestemmingsplan en een beeldkwaliteitplan vast te stellen. 5. Op 12 maart 2013 heeft het college van Burgemeester en Wethouders een brief aan Ahold Vastgoed BV verzonden. Hierin werd het besluit medegedeeld om de eerder opgestelde startnotitie voor de verplaatsing van de supermarkt en de ten behoeve van de haalbaarheidsanalyse hiervan opgestelde intentieovereenkomst in te trekken. 6. Op 22 oktober 2013 heeft het college van Burgemeester en Wethouders ter uitvoering van het beeldkwaliteitplan besloten de zitbanken en afvalbakken in het centrum te vervangen en de aanschaf van sfeerverlichting te ondersteunen. Met particulieren is overleg geweest over het aanbrengen van groen, maar dit heeft niet tot resultaat geleid. 7. Op 17 december 2013 heeft de gemeenteraad besloten reclamebelasting in te voeren. 8. Op basis van het geamendeerde raadsbesluit en de door het college van Burgemeester en Wethouders vastgestelde Nota publiekrechtelijke kaders wordt door een ontwikkelaar een haalbaarheidsanalyse ten behoeve van een mogelijke verplaatsing van de C1000 en een herontwikkeling van de huidige locatie van deze supermarkt gehouden. Op 28 januari 2014 is besloten in te stemmen met een concept-intentieovereenkomst. 9. De concept-intentieovereenkomst is op 10 februari 2014 door de gemeente ter ondertekening aan C1000/Van Schijndel Vastgoed aangeboden en op 23 april 2014 ondertekend. 10. Er zijn tijdelijke parkeerplaatsen aangelegd op de locatie van het v.m. politiebureau. 11. De bestuursopdracht,de Nota publiekrechtelijke kaders en het daarbij behorende raadsvoorstel en-besluit ten behoeve van de herinrichting van de Deken van Baarsstraat/Capucijnerplein werden voorbereid. 12. De resultaten van de haalbaarheidsanalyse voor de verplaatsing/herinvulling van de C1000 werden binnen afzienbare tijd verwacht. Deze werden beoordeeld in het licht van het door de gemeenteraad vastgestelde beleid en de door het college van Burgemeester en Wethouders opgestelde Nota publiekrechtelijke kaders. 13. De leegstaande panden aan de Deken van Baarsstraat zijn in handen van een nieuwe eigenaar gekomen. Deze gaan – binnen de kaders van het geldende bestemmingsplan – tot een nieuwe invulling hiervan over. 14. Op 7 juli 2015 heeft de gemeenteraad de structuurvisie vastgesteld. b. Heden:
c. Doorkijk:
15. Op 29 september heeft de gemeenteraad de detailhandelsvisie A2-gemeenten alsmede de regionale detailhandelsvisie vastgesteld. 16. Op 15 december 2015 heeft het college de haalbaarheidsstudie van punt 9 verlengd. 17. Op dit moment wordt de diverse randvoorwaarden om tot een haalbaar plan te komen verder uitgewerkt. 18. Vervolgens wordt de communicatie richting gemeenteraad en bevolking opgestart. 1. Samen met de Budelse Ondernemersvereniging en Koninklijke Horeca Naderland, afd. Cranendonck wordt het centrummanagement verder uitgewerkt. 2. Na de verbouwing van het gemeentehuis worden het Capucijnerplein en de Deken van Baarsstraat heringericht. Het project wordt in 2016 en 2017 voorbereid en in 2018 uitgevoerd. De uitvoering is iets doorgeschoven vanwege het verlengen van de haalbaarheidsstudie zoals gemoemd onder A9. Naast deze herinrichting worden ook rioleringswerkzaamheden uitgevoerd (blauwe ader). Tevens wordt onderzocht of een parkeerplaats op het terrein van Juniorcollege mogelijk is en zal zorgen voor afname van de parkeerdruk in de directe omgeving van het gemeentehuis en Capucijnerplein. Vervolgens kunnen dan de tijdelijk op het terrein van het v.m. politiebureau aangelegde parkeerplaatsen worden verwijderd. De kosten van laatstgenoemde werkzaamheden zijn nog niet verdisconteerd in de in de begroting opgenomen ramingen. 3. Het terrassenbeleid is niet verder doorgezet. Bij het opstellen van het beeldkwaliteitsplan is besloten om een convenant met de Budelse Ondernemersverenigingen de Koninklijke Horeca Nederland, afd. Cranendonck over de terrassen op te stellen. Dit convenant wordt in 2015 opgesteld, mogelijk in kader van het centrummanagement. 4. Ahold heeft besloten de mogelijkheden voor verplaatsing niet verder te onderzoeken. Eerder onderzochte mogelijkheden zijn financieel niet haalbaar. Wel bekijkt men de mogelijkheden op de huidige locatie. Dit onderzoek bevindt zich nog in een oriënterend stadium.
4. kwaliteit vastgestelde kwaliteitseisen
1. Voor een eventuele verplaatsing/herontwikkeling van de C1000/Jumbo zijn kwaliteitseisen geformuleerd in de centrumvisie en de Nota publiekrechtelijke kaders. De
122
uitkomsten van de door de ontwikkelaar samen met de Jumbo te houden haalbaarheidsanalyse worden hier aan getoetst. Voor de overige werkzaamheden zijn (nog) geen kwaliteitseisen vastgesteld. 2. Voor de herinrichting van de Deken van Baarsstraat en het Capucijnerplein zijn kwaliteitseisen geformuleerd in de centrumvisie en het beeldkwaliteitsplan. De stedenbouwkundige en landschappelijke kaders worden verder vormgegeven. 5. Tijd vastgestelde planning Bij de vaststelling van de centrumvisie is door de gemeenteraad op 5 februari 2013 een globale prioritering vastgesteld. De nummers 1 hebben de hoogste prioriteit. De huidige d.d. stand van zaken is als volgt: 5 februari 2013
Project opzetten en uitvoeren 1 centrummanagement bestemmingsplan/beeldkwaliteitsplan centrum 1 Budel ontwikkeling gemeenschapshuis/bibliothe 1 ek
Resultaat Stand van zaken haalbaarheidsfase centrum-management afronden/uitvoeren ingevoerd. vaststellen 26 juni 2013
vastgesteld
visie/locatieonderz locatie is gekozen oek/locatiekeuze haalbaarheidsfase nog niet afgerond, haalbaarheidsfase locatiekeuze al wel gemaakt.
1 verplaatsen Jumbo
vastgestelde capaciteitsraming
Herontwikkelen huidige 2 locatie Albert Heijn Herontwikkelen 3 Capucijnerplein 24 t/m 34 aanleg parkeerplaatsen/aanleg tijdelijke 3 parkeerplaatsen herontwikkelen panden 2 Deken van Baarsstraat verbouwing gemeentehuis 1 1 Rabobanklocatie 2 Hotel Budel herinrichten openbaar gebied Deken van 2 Baarsstraat/Capucijnerplein
haalbaarheidsfase
haalbaarheidsfase nog niet opgestart
haalbaarheidsfase
nog geen initiatieven
nog geen ontwikkelingen/tijdelijke parkeerplaatsen gerealiseerd haalbaarheidsfase herontwikkeling binnen kaders centrumvisie voorbereiden/reali- Afgerond satie Studiefase Opstarten Haalbaarheidsfase Werkzaamheden tijdelijk stilgelegd.
6. Geld vastgesteld krediet
De gemeente verhaalt de kosten die door haar voor de ontwikkeling van projecten door derden worden gemaakt op de initiatiefnemers. Dat gebeurt door het afsluiten van anterieure overeenkomsten. Niet alle kosten kunnen direct verhaald worden bij de initiatiefnemers, afrekening geschiet gedeeltelijk na afronding fase of realisatie van het project. Voor de door de gemeente uit te voeren projecten zijn nog geen kredieten beschikbaar gesteld. Wel zijn in de meerjarenbegroting de volgende ramingen opgenomen: Project
Begroot
Dekking
Jaar van Uitgeuitgeven voering
Nog uit Verschil te geven
Centrummanagement
10.000
exploitatie
2015
10.000
Externe advisering
10.000
exploitatie
2015
10.000
Centrummanagement
10.000
exploitatie
2016
0
10.000
0
Centrummanagement
10.000
exploitatie
2017
0
10.000
0
200.000
activeren
2017
0 200.000
0
Parkeervoorzieningen in en nabij centrum
0
123
Herinrichten Capucijnerplein/Deken v.Baarsstraat
800.000
activeren
2017
0 800.000
0 0
145.000
100% vGRP
145.000
Riolering (blauwe ader)
2017
0
10.000
exploitatie
2018
0
10.000
0
Centrummanagement 7. Risicoparagraaf:
8. besluit: volgende voortgangsrapportage:
Er zijn nog geen bestuurs- of projectopdrachten geformuleerd. De risico’s zijn dus ook nog niet in deze opdrachten inzichtelijk gemaakt. Risico’s die in projecten van derden aanwezig zijn worden bij de ontwikkelende partij neergelegd. Vanwege de verlengde termijn van de haalbaarheidsfase is de doorbelasting van deze kosten doorgeschoven. In een later stadium zal het kostenverhaal worden meegenomen in de anterieure overeenkomst. Vaststellen van de voortgangsrapportage. 1e Burap 2016
124
Gebiedsvisie Kansen over grenzen VOORTGANGSRAPPORTAGE GEMEENTERAAD UITWERKING GEBIEDSVISIE KANSEN OVER GRENZEN BESTEMD
Gemeenteraad
PERIODE:
1 augustus – 31 december 2015
Openbaar
DATUM:
22 januari 2016
VOOR: STATUS: 7.
ORGANISATIE A)
BESTUURLIJK
Marga Vermue
OPDRACHTGEVER: B)
AMBTELIJK
Erik Peeters
OPDRACHTGEVER: C)
PROJECTLEIDER:
D)
EXTERNE PARTNERS:
E)
F)
Roland Roijackers
Provincie Noord-Brabant, Provincie Limburg, Belgisch Limburg, Brainport, Kempen~Broek, Groote Heide, Nyrstar, gemeente Weert, TU Eindhoven, TELOS, Natuurmonumenten, Waterschap De Dommel, Stichting ARK.
PROJECTBUDGET:
Budget 2015 t/m 2017 jaarlijks € 100.000. Overheveling restbudget ter grootte van € 41.000,- naar 2016.
LOOPTIJD
Meerjarig: 2014-2017
TOTAAL
PROJECT: 8.
PROJECTRESULTAAT:
In het Uitwerkingsplan Gebiedsvisie wordt de rol van gemeente Cranendonck als volgt beschreven: voor de gemeente is een belangrijke rol weggelegd om er voor te zorgen dat de kansen uit de gebiedsvisie Kansen over Grenzen daadwerkelijk worden gerealiseerd. Haar taak is het aanjagen, sturing geven aan en bewaken van het uitwerkings- en uitvoeringsproces voor de gebiedsvisie in nauwe afstemming met de overige betrokken externe stakeholders. Binnen de gemeente is daarvoor een organisatie opgezet die proactief aan de slag gaat met de uitvoering van de gebiedsvisie, het verzilveren van de daarin genoemde kansen en het uitvoeren van de projecten en zorgt voor de overall aansturing en coördinatie. Naast de concrete resultaten van de projecten die vallen binnen de scope van de gebiedsvisie, wordt in 2016 de notitie “Economische Kaders” afgerond. Ook wordt er een regionaal gebiedsoverleg ”Bereikbaarheid” opgezet. Doorlopend wordt bekeken welke concrete kansen voor cofinanciering er zijn binnen bestaande (Europese) fondsen en subsidieprogramma’s.
9.
STAND VAN ZAKEN A.
VOORAFGAAND:
Op 29 mei 2012 is door de raad opdracht verstrekt tot het verder uitwerken van de Gebiedsvisie scenario 3: “vernieuwen”. Op 27 november 2012 is door de raad de bestuursopdracht vastgesteld met als opdracht het opstellen van een uitvoeringsplan dat in het 3e kwartaal van 2013 ter vaststelling wordt voorgelegd. Op 4 februari 2014 heeft uw raad ingestemd met het uitwerkingsplan Gebiedsvisie “Kansen over Grenzen”. Op 1 juli 2014 heeft ons college besloten over de invulling van het door uw raad beschikbaar gestelde budget. De uit te voeren werkzaamheden en de beschikbare middelen zijn met elkaar in overeenstemming gebracht. Uw raad heeft hierover een raadsinformatiebrief ontvangen. Januari - december 2015: De projectopdracht Notitie Economische kaders is vastgesteld door het college van B&W. Gestart is met de uitvoering. De projectopdracht Notitie Regionale Bereikbaarheid is vastgesteld door het college van B&W. Gestart is met de uitvoering.
125
-
-
-
-
B.
HEDEN:
-
C.
DOORKIJK:
-
-
De Interreg subsidieaanvraag 2BConnect is toegekend. Gestart is met de uitvoering. In het kader van de gebiedsontwikkeling Cranendonck-Weert is op 23 oktober 2015 door 12 partijen de intentieverklaring ondertekend voor het bekrachtigen van de samenwerking tussen rondom de gebiedsopgaven (economie, natuur, recreatie). Gestart is met de uitwerking en de voorbereiding om te komen tot een uitvoeringsorganisatie en samenwerkingsovereenkomst. In overleg met de betrokken externe partijen (provincie Noord-Brabant, provincie Limburg, Natuurmonumenten, Waterschap, Nyrstar, gemeente Weert, waterschappen, Kempen~Broek) worden nadere afspraken gemaakt over de natuurontwikkeling in het gebied. De gemeente Cranendonck participeert in de verkenning voor de wijze van aansturing/organisatie van het nieuw gebiedsprogramma Groote Heide. Daarnaast participeert de gemeente Cranendonck in de LIFE+ aanvraag voor Groote Heide. Het college en de gemeenteraad zijn op 17 maart 2015 geïnformeerd over de stand van zaken met betrekking tot de uitwerking van de Gebiedsvisie Kansen over Grenzen en de (implementatie van de) corporate story/het verhaal van Cranendonck. De eerste fase van de realisatie van de multimodale haven Cranendonck-Weert is in december 2015 gestart. De capaciteitsaanvraag voor 2016 bij de provincie Noord-Brabant voor de gebiedsontwikkeling Cranendonck-Weert en de aanvraag voor het Groen Ontwikkelfonds Brabant is ingediend. Ine van Gompel van de provincie Noord-Brabant heeft in 2016 800 uur ter beschikking voor de gebiedsontwikkeling CranendonckWeert-Kempen~Broek. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland heeft toegezegd inzet te leveren voor advisering op het gebied van subsidies. Een realisatie van een onthaalpunt Kempen~Broek in De Schakel is in onderzoek. De gemeente Cranendonck neemt deel in het project kwaliteitsverbetering recreatief fietsnetwerk. Er zijn diverse bilaterale contacten geweest met partijen die betrokken zijn c.q. kunnen gaan worden bij (onderdelen van) de uitwerking van de gebiedsvisie, zoals de provincie Noord-Brabant, Natuurmonumenten, Stichting ARK, Telos, TU/e, Nyrstar e.d. Fase 1 van het project Notitie Economische Kaders is uitgevoerd. Gestart wordt met de ronde met externe stakeholders (OCC, Schepenhuis, ZLTO, Oké, Centrummanagement etc.) Gestart wordt met de inventariserende ronde om te komen tot een regionaal gebiedsoverleg multimodale bereikbaarheid. Er is een kernteam samengesteld om te komen tot een programma, concrete projecten en een uitvoeringsorganisatie voor de Gebiedsontwikkeling Cranendonck-WeertKempen~Broek. Er worden contacten gelegd met de Belgische buurgemeenten Hamont-Achel en Bocholt met de uitnodiging om te participeren in de gebiedsontwikkeling. Er wordt een publicatie in ROM-Magazine voorbereid over de gebiedsontwikkeling Cranendonck-Weert-Kempen~Broek. De projectorganisatie voor de uitvoering van het interregproject 2BConnect wordt opgezet. De realisatie van de eerste fase van de multimodale haven is in uitvoering. Op 29 januari vindt er een bestuurlijk werkbezoek plaats van de provincie NoordBrabant aan Nyrstar/DIC. Kempen~Broek stelt een aanvraag op om in aanmerking te komen voor de erkenning als UNESCO Biosphere Reserve. Er wordt een raadsinformatieavond (1 maart 2016) voorbereid op het gebied van natuurontwikkeling, gezamenlijk met de externe partijen. Er wordt gezorgd voor regelmatige interne en externe afstemming op ambtelijk en bestuurlijk niveau. Er wordt naar gestreefd om in het najaar van 2016 een samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen als volgende stap in de gebiedsontwikkeling Cranendonck-WeertKempen~Broek. Er vindt verdere afstemming en overleg plaats met de externe stakeholders ter voorbereiding over de aanpak van de ontwikkeling van het DIC. Dit betreft de inhoudelijke en programmatische invulling en de organisatie van het proces. In voorjaar 2016 wordt het onthaalpunt Kempen-Broek gerealiseerd.
126
10. KWALITEIT
VASTGESTELDE KWALITEITSEISEN
Deze zijn opgenomen in het uitwerkingsplan dat is vastgesteld op 4 februari 2014.
D.D.4 FEBRUARI 2014 11. TIJD
VASTGESTELDE PLANNING
VASTGESTELDE CAPACITEITSRAMING
Voor de bewaking van de planning en capaciteit wordt periodiek overleg gevoerd tussen de projectleider, de opdrachtgever en de teamcoördinator. Ook is er periodiek ambtelijk afstemmingsoverleg met de betrokken projectleiders en (beleids)medewerkers. Vierwekelijks is er een overleg tussen de projectleider en de poho.
12. GELD
VASTGESTELD KREDIET
13. RISICOPARAGRAAF:
Het beschikbare totaalbudget voor het uitwerkingsplan in 2015 bedraagt €100.000,-. Er is een bedrag ter grootte van € 39.000,- overgeheveld van 2014 naar 2015. Van 2015 naar 2016 wordt een bedrag overgeheveld van € 41.000,-.
Project
Begroot
Dekking
Kansen over Grenzen
100.000
AR
Kansen over Grenzen Overgeh. van 2014
100.000 39.000
AR
Kansen over Grenzen Overgeh. naar 2016
100.000 40.627
Kansen over Grenzen
100.000
Jaar van uitvoering
Nog uit te Uitgegeven geven Verschil
2014
61.000
39.000
0
2015
59.373 39.000
40.627 0
0 0
AR
2016 2016
0 0
100.000 40.627
0 0
Exploitatie
2017
0
100.000
0
1. Besluitvorming/voortgang DIC: Het DIC is een belangrijk vliegwiel voor de realisatie van de kansen van het Uitwerkingsplan Gebiedsvisie en uiteindelijk de Strategische Visie Cranendonck 20092014. 2. Capaciteit: Het is van belang om tijdig inzicht te hebben in de benodigde c.q. beschikbare capaciteit en de daaraan te koppelen prioriteiten. Van belang is om hierover overleg te voeren met de andere stakeholders en in het bijzonder de provincie als zich knelpunten kunnen gaan voordoen. 3. Tijdige en voortdurende afstemming met externe stakeholders: Dit is nodig om op bestuurlijk- en ambtelijk niveau te kunnen oriënteren en reageren op externe ontwikkelingen en vragen en is nodig voor het verde opbouwen en onderhouden van contacten met externe stakeholders.
14. BESLUIT:
Vaststellen van deze voortgangsrapportage.
VOLGENDE
1e Burap 2016.
VOORTGANGSRAPPORTAGE :
127
Beleidsprogramma Dienstverlening
VOORTGANGSRAPPORTAGE GEMEENTERAAD BELEIDSPROGRAMMA DIENSTVERLENING BESTEMD VOOR: STATUS:
Gemeenteraad Openbaar
PERIODE: DATUM:
1 aug – 31 dec 2015 19-02-2016
1. Organisatie A bestuurlijk opdrachtgever: B Ambtelijk opdrachtgever: C Projectleider: D Externe partners: E. Totaal projectbudget
F looptijd project 2.Projectresultaat:
Marga Vermue-Vermue Jean-Paul Ruyters Diverse projectleiders, o.a. Joep Lafarre, Rob Smans, Yvette Jonkeren A2-samenwerking Totaal projectbudget 2012 t/m 2015: € 1.639.000,Incidenteel 2015: € 494.000,Structureel 2015 e.v: € 213.000,Einddatum: 31 december 2016 Het projectresultaat bestaat uit diverse onderdelen: A. Een optimalisatie van de dienstverlening aan burgers en bedrijven door o.a. het inrichten en sturen op meerdere kanalen, het verbeteren van de toegankelijkheid van informatie, het verminderen van administratieve lastendruk en het beperken van de regelgeving. B. Een herinrichting van de dienstverlening met een centrale ingang/sturing en afhandeling via een frontoffice (klaar-terwijl-u-wacht en advisering). C. Het bijdragen aan de verdere professionele ontwikkeling van de organisatie. D. Medewerkers die geëquipeerd en taakvolwassen zijn voor het uitvoeren van hun taken (voldaan aan kernwaarden en functieprofielen). E. De realisatie van e-overheidsvoorzieningen (de bouwstenen). F. Een verbetering van de bedrijfsvoering, onder meer door het doorvoeren van programmamatig werken en het inrichten van een gestructureerde beheerorganisatie. G. Efficiencywinst door het stroomlijnen van de informatievoorziening, het verbeteren van de kwaliteit van gegevens en het op elkaar afstemmen van werkprocessen. H. Een betere samenwerking in de keten van overheden en regionale samenwerkingsverbanden.
128
3 Stand van zaken A voorafgaand:
-
Vaststelling beleidsprogramma dienstverlening door de gemeenteraad (15 november 2011). Besluit gemeenteraad korting 15% 2013/2014 Vaststelling projectopdrachten en voortgangsrapportages door College van burgemeester en wethouders en gemeenteraad.
B Heden:
Voor het behalen van de resultaten zijn 20 projecten binnen het beleidsprogramma dienstverlening gedefinieerd. Met uitzondering van de onder c doorkijk genoemde projecten, zijn alle overige projecten gerealiseerd danwel geborgd via de bedrijfsvoering in de organisatie.
C Doorkijk
Realisatie in 2016 van: Midoffice. Dit project wordt in A2-verband uitgevoerd. Het beoogde midoffice van de A2-gemeenten is een systeem dat de ‘voorkant’ (frontoffice) en de ‘achterkant’ (backoffice) van de A2 gemeenten elektronisch met elkaar verbindt. Naast de voor-en achterkant verbindt het midoffice de applicaties onderling. In A2 verband zijn afspraken gemaakt en het midoffice is voorlopig gegund aan een leverancier. Na een verkenningsfase van 4 maanden weten we pas wanneer de implementatie kan plaatsvinden. Grootschalige topografie Doel is verwerking BGT+-levering in het Beheersysteem Openbare Ruimte (BOR) door opname van BGT-identificatie en –geometrie. Deze systemen zijn optimaal afgestemd en geometrisch geïntegreerd en beide registraties maken gebruik van elkaar. Modernisering GBA (tegenwoordig BRP) Het programma voor modernisering van de Basis Registratie Personen draagt bij aan een verbetering van de kwaliteit van de gegevenshuishouding en betere dienstverlening aan burgers en bedrijven. Het is een landelijk programma dat door de rijksoverheid is uitgesteld en waaraan wij deel moeten nemen.
3.
kwaliteit
vastgestelde kwaliteitseisen 3.
Het beleidsprogramma verloopt binnen de in het beleidsprogramma gestelde kwaliteitseisen.
tijd
vastgestelde planning d.d. 15 november 2011
De uitvoering van het programma vindt plaats binnen de kaders. De ICT-projecten hebben vertraging opgelopen en planning is bij de tweede Burap aangepast (zie hiervoor C doorkijk).
5. Geld vastgesteld krediet/budget d.d. 15 november 2011
6. Risicoparagraaf:
besluit: volgende voortgangsrapportage:
Doordat de ICT-investeringen van het programma dienstverlening achterbleven zoals gemeld in de begroting en laatste Buraps zijn er ook minder incidentele lasten geweest in 2015 en vielen deze voor € 58.000,- (I) in 2015 vrij (2e Burap). In de begroting Cranendonck blijft vanaf 2016 dekking nodig voor de hiervoor genoemde projecten, welke niet zijn gepleegd in 2015. Hiervoor is reeds in 2015 € 135.000,overgeheveld. Realisatie van ICT (waaronder midoffice) is achter gebleven ten opzichte van de oorspronkelijke planning. Belangrijke reden is de afstemming in de A2. Dit project is randvoorwaardelijk voor de reeds ingeboekte bezuiniging van € 156.000,- op de bedrijfsvoering. 1. Vaststellen van deze voortgangsrapportage In de eerste helft van 2016 wordt de gemeenteraad gevraagd, via een protocol van oplevering in te stemmen met de afmelding van het programma dienstverlening als majeur project en de nog openstaande projecten (zie doorkijk) in de gebruikelijke P&C instrumenten te verantwoorden.
129
Bestemmingsplan DIC VOORTGANGSRAPPORTAGE GEMEENTERAAD DIC bestemd voor: Gemeenteraad
Periode:
1 augustus 2015 – 31 december 2015
Status:
Openbaar
Datum:
21 januari 2016
1. Organisatie bestuurlijk opdrachtgever: Wethouder Frans Kuppens Ambtelijk opdrachtgever: Erik Peeters Projectleider:
Peter Hardy / Joris Kantelberg
Externe partners:
Nyrstar Er is geen specifiek projectbudget aangezien de plankosten welke de gemeente maakt in het kader van het DIC middels de anterieure overeenkomst met Nyrstar op Nyrstar verhaald worden. Deze kosten waren geraamd op € 550.000,-. Met Nyrstar is op basis daarvan afgesproken dat Nyrstar maximaal € 550.000,- ( fixed price), te vermeerden met rente, aan plankosten aan de gemeente zal vergoeden.
totaal projectbudget:
looptijd project: 2. Projectresultaat:
Tm. 2016 Het beoogde projectresultaat is een vastgesteld bestemmingsplan voor het DIC.
3. Stand van zaken voorafgaand:
In de afgelopen periode is met Luchthaven Kempen en Nyrstar overleg gevoerd over verschillende discussiepunten in het ontwerp bestemmingsplan. Het betreft voor deze partijen met name de obstakelvrije zone ten behoeve van de MLA’s. Insteek van de gesprekken met beide stakeholders was om op basis van een pragmatische benadering een voor beide partijen werkbare oplossing te vinden. In dat kader heeft op 30 oktober 2014 met Nyrstar, Kempen Airport, Vliegclub De Kempen en de gemeente een overleg plaatsgevonden waarin tussen partijen mondeling overeenstemming is bereikt over het vrij houden van voldoende ruimte op het DIC ten behoeve van de MLA’s. Vervolgens is door Hekkelman advocaten een concept 3-partijenovereenkomst opgesteld waarin de gemaakte afspraken zijn vastgelegd. Kempen Airport heeft de overeenkomst nog niet getekend. Gedurende de tweede helft van 2014 alsmede de eerste helft van 2015 is overleg gevoerd en onderzoek gedaan inzake de obstakelvrije zones ten behoeve van de MILA’s. Uiteindelijk heeft dit geleid tot een raadsbesluit op 7 juli 2015 wat inhield dat deze obstakelvrije zones niet langer opgenomen diende te worden op de concept plankaart (functiekaart). Tevens heeft de gemeente een zienswijze ingediend tegen de Verordening Ruimte met als doel het DIC mogelijk te maken binnen de provinciale Verordening. Daarnaast zijn diverse deelonderzoeken (opnieuw) opgestart.
Heden:
In het najaar van 2015 is met name gewerkt aan het verder afronden en doorstarten van de verschillende deelonderzoeken. Onder meer archeologie, ladder van duurzame verstedelijking en water zijn afgerond. Ook het inrichtingsplan voor de groenzone is afgerond. Het onderzoek ten aanzien van de ladder voor duurzame verstedelijking heeft gevolgen voor de concept plankaart. Begin oktober zijn gemeente en Nyrstar geconfronteerd met de zogenaamde PAS (programmatische aanpak stikstof). Hierover is de gemeenteraad middels een RIB op de hoogte gesteld. De PAS heeft vergaande consequenties voor de zekerheden ten aanzien van het DIC. Vanaf oktober zijn Nyrstar, provincie en gemeente in costructief overleg om tot een oplossing te komen. Verwacht wordt dat hier in het eerste kwartaal van 2016 een akkoord over is. De afspraken in het kader van het PAS hangen samen met de afspraken is hangen samen met de afpsraken in het kader van natuurinvestering. De gemeente zal het fonds natuurinvestering gaan beheren. Mogelijk dat dit fonds wordt ingezet ten behoeve van de gebiedsvisie kansen over grenzen.
130
Parallel aan de voorbereidingen voor het ontwerp bestemmingsplan DIC loopt de haalbaarheidsstudie baanverlegging/-verlenging. Royal Haskoning heeft een verkennend onderzoek uitgevoerd naar de verkeerstechnische aspecten van de “kruising startbaan en Geuzendijk” indien de startbaan circa500 meter in noordoostelijke richting wordt opgeschoven. Naco is momenteel bezig in kaart te brengen welke baanconfiguraties mogelijk zijn waarbij zowel de geluidsbelasting op Dorplein wordt verminderd, de problematiek van de MLA’s definitief wordt opgelost en waarbij de luchthaven over een start- en landingsbaan die toekomstbestendig is zowel met het oog op overlast maar ook met het oog op Europese regelgeving op het gebied van vliegveiligheid. Doorkijk:
In het eerste kwartaal zullen het ontwerp bestemmingsplan, de anterieure overeenkomst en het “natuurinvesteringsplan “ verder worden uitgewerkt. Doel is om het ontwerp bestemmingsplan medio 2016 ter visie te leggen.
4. Kwaliteit vastgestelde kwaliteitseisen
Het ontwerp bestemmingsplan dat ter visie wordt gelegd voldoet aan de daaraan te stellen kwaliteitseisen alsmede aan de door de raad vastgestelde randvoorwaarden.
5. Tijd In de tweede burap werd aangegeven het bestemmingsplan in het vierde kwartaal ter inzage te kunnen leggen. Door de PAS is er vertraging opgetreden in de onderhandelingen om te komen tot een anterieure overeenkomst alsmede het natuurinvesteringsplan. Beide documenten zijn onlosmakelijk aan het bestemmingsplan verbonden. Door de PAS is er vastgestelde capaciteitsra- vertraging opgetreden in het bestemmingsplan. Vandaar dat het bestemmingsplan bij een snel akkoord inzake de PAS nog in het eerste kwartaal van 2016 ter inzage zal worden ming gelegd. vastgestelde planning
Op ambtelijk niveau is door een aantal betrokken ambtenaren een capaciteitsraming gemaakt voor de interne begeleiding van het voorbereiden en doorlopen van de planprocedure. In eerdere kostenramingen was daarmee op beperkte schaal rekening gehouden er van uitgaande dat het ontwerp bestemmingsplan al min of meer gereed was. Na de afstemming met de provincie betreffende de verordening ruimte, werd duidelijk dat de toelichting van het bestemmingsplan geheel opnieuw geschreven moet worden en daarvoor de nodige “input” geleverd moet worden aan het adviesbureau. Tevens heeft de omgevingsdienst Zuidoost Brabant aangegeven dat een aantal van de eerder uitgevoerde vooronderzoeken geactualiseerd moeten worden. Ook daarvoor is extra begeleiding noodzakelijk. Tevens zijn er externe adviseurs ingehuurd voor de begeleiding van het natuurinvesteringsplan en de actualisatie van de benodigde onderzoeken. Denk hierbij onder andere aan het doorlopen van de Ladder van duurzame verstedelijking en verkeer. 6. Geld vastgesteld krediet
De tot en met 2015 gemaakte kosten kunnen als volgt worden gespecificeerd: Totale kosten t/m 2014
728.000
Kosten advisering
128.000
Kosten bodemonderzoek Rentekosten Administratie en beheerskosten
4000 29.000 153.000
Promotionele kosten
12.000
Ladder duurzame verstedelijking
11.000
Totale kosten t/m 2015
1.065.000
Met Nyrstar is een afspraak gemaakt dat Nyrstar €550.000,- te vermeerderen met 4% rente per jaar vanaf 2011, bijdraagt aan de plankosten.
131
Met de zwaardere inzet van het ambtelijk apparaat dan eerder was voorzien en de kosten voor het actualiseren van vooronderzoeken en de langduriger inzet van de projectleiding, zal de overschrijding verder stijgen. In de grex is rekening gehouden met een forse overschrijding van € 530.000,-. Dit bedrag wordt afgedekt door de voorziening nadelige plannen in de begroting 2016. 7. Risicoparagraaf:
Zolang de anterieure overeenkomst met Nyrstar niet is getekend, loopt de gemeente formeel het risico niets van de tot op heden gemaakte plankosten vergoed te krijgen. In de concept overeenkomst, die enkele jaren geleden is opgesteld, wordt de financiële bijdrage van Nyrstar beperkt tot € 550.000,- te vermeerderen met rente. Dit bedrag dekt de gemaakte en nog te maken kosten niet. Met Nyrstar zullen de onderhandelingen moeten worden aangegaan voor een verdere bijdrage. Naast het hiervoor genoemde financiële risico bestaat ook het afbreukrisico dat op het hoofdkantoor in Zürich besloten wordt niet verder te gaan met het DIC. Reden daarvoor kan zijn dat er inmiddels te veel tijd met het besluitvormingsproces inzake het DIC is verloren en dat er in de tussenliggende tijd op het hoofdkantoor andere afwegingen zijn gemaakt. In die gevallen zal er van een (volledige) financiële dekking van de gemaakte kosten geen sprake zijn.
8. Besluit: volgende voortgangsrapportage:
Ter verkleining van genoemd risico is het zaak nu op kortst mogelijke termijn het bestemmingsplan in procedure te brengen. Vaststellen van deze voortgangsrapportage 1e burap 2016, de raad zal alvorens de terinzagelegging geïnformeerd worden over de ruimtelijke consequenties van het voorliggende bestemmingsplan.
132
Baronie van Cranendonck VOORTGANGSRAPPORTAGE BARONIE VAN CRANENDONCK BESTEMD VOOR: STATUS:
Intern Openbaar
PERIODE: DATUM:
April 2015 – januari 2016 9 maart 2016
15. ORGANISATIE F)
BESTUURLIJK OPDRACHTGEVER:
G)
AMBTELIJK OPDRACHTGE VER:
H)
PROJECTLEIDER:
I)
EXTERNE PARTNERS:
J)
TOTAAL PROJECTBUDGET:
K)
LOOPTIJD PROJECT:
16. PROJECTRESULTAAT:
C. Meuwissen E. Peeters F. van Eijndhoven Intermediair Vastgoed, Planeconoom, Makelaar verhuur. In de programmabegroting 2016 zijn voor de gebiedsontwikkeling Baronie van Cranendonck kostenindicaties voor 2016 opgenomen. Dit betreft € 150.000,-projectkosten en € 95.000,- voor specialismen. Vanaf eind april 2015 tot nog te bepalen Doelstelling: Het op organische wijze en vanuit een samenwerking met stakeholders en omwonenden tot stand laten komen van een duurzame gebiedsontwikkeling van de Baronie van Cranendonck met een meerwaarde op toeristisch-recreatief gebied en vanuit werkgelegenheidsperspectief binnen de doelstellingen zoals verwoord in de Strategische Visie van de gemeente en de gebiedsvisie Baronie van Cranendonck en passend bij de insteek van de Stad/Land-aanduiding in de provinciale verordening.
17. STAND VAN ZAKEN D)
VOORAFGAAND:
E)
HEDEN:
De gemeenteraad heeft in een motie op 10 maart 2015 opdracht gegeven tot een plan van aanpak waarin duidelijkheid wordt gegeven over de ontwikkeling van de Baronie van Cranendonck, binnen welke kaders deze ontwikkelingen plaats dienen te vinden en op welke wijze de inwoners van Cranendonck en relevante organisaties daarbij betrokken zullen worden. De gebiedsontwikkeling Baronie van Cranendonck is gestart met een bijeenkomst van stakeholders en omwonenden, de Omgevingsgroep, op 20 mei 2015. Deze eerste bijeenkomst leidde tot vertrouwen in de nieuwe start met een aanpak met veel kenmerken van Gebiedsontwikkeling Nieuwe Stijl. Op verzoek van het presidium is een procesvoorstel gemaakt over de aanpak van het vervolg van mogelijke ontwikkelingen in de Baronie, zonder detail over mogelijke scenario’s. De gemeenteraad van Cranendonck heeft op 7 juli deze aanpak unaniem vastgesteld. In de tweede en derde bijeenkomst van de Omgevingsgroep, op 24 juni en 27 augustus 2015, zijn de kaders voor de gebiedsontwikkeling en een gebiedsidentiteit ontwikkeld. De kaders en de gebiedsidentiteit zijn op 27 oktober 2015 door het College van B&W en vervolgens door de gemeenteraad op 24 november 2015 vastgesteld in de Bestuursopdracht Baronie van Cranendonck. Hierin is tevens verder inhoudelijke uitwerking gegeven aan het proces van de gebiedsontwikkeling. Op 27 oktober 2015 is door het College van B&W besloten om de mogelijke scenario's in verkoop en verhuur verder uit te werken in combinatie met gebiedsmarketing en om intussen reeds uitwerking te geven aan tijdelijke verhuur om zo inkomsten te genereren en het beheer te organiseren. Met de uitkomsten van deze analyse gaan we scenario's formuleren, waartussen het college een keuze maakt. Op 24 november 2015 is de Omgevingsgroep op de hoogte gesteld over de groene ontwikkelingen zoals natuur- en landschapsontwikkeling en ontwikkeling van bruggen en paden en over de ontwikkelingen met betrekking tot mogelijke initiatiefnemers. In deze bijeenkomst is door de Omgevingsgroep nogmaals be-
133
vestigd dat het des gemeente is om een goede afweging te maken tussen de initiatieven en een uiteindelijke keuze te maken over welke initiatieven zich mogen vestigen in de Baronie. De omgevingsgroep wil graag op de hoogte gehouden worden van dit proces. In de Omgevingsgroep is een overzicht besproken waarin we de initiatieven beoordelen aan de hand van wegingsfactoren, die ons helpen om een afweging te maken tussen de initiatieven. De wegingsfactoren zijn door de Omgevingsgroep besproken en aangevuld. F)
DOORKIJK:
Op 14 januari 2016 is aan Camelot opdracht verleend tot het tijdelijk (antikraak) verhuren van Cranendonck 3-4 en 10-11. Op 27 januari zijn door de interne en externe adviseurs de mogelijke initiatieven en scenario’s beoordeeld in het opgestelde overzicht aan de hand van de in de Omgevingsgroep besproken wegingsfactoren. Het advies hierover is behandeld in het college in februari. Deze zijn in februari met de Omgevingsgroep en op 8 maart met de gemeenteraad gedeeld. In maart en april wordt de besluitvorming in de raad voorbereid.
18. KWALITEIT
VASTGESTELDE KWALITEITSEISEN
De kwaliteitseisen betreffen de door de gemeenteraad op 24 november 2015 vastgestelde kaders en gebiedsidentiteit, die een combinatie vormen van bestaande beleidskaders als de Gebiedsvisie Baronie van Cranendonck en de Structuurvisie en nieuwe elementen die zijn toegevoegd door de Omgevingsgroep. De kwaliteitseisen zijn in detail opgenomen in de Bestuursopdracht. De momenteel voorliggende initiatieven voldoen ieder in ieder geval in hoofdlijnen aan de kaders en gebiedsidentiteit, in enkele gevallen mogelijk met beperkte aanpassing of randvoorwaarden. Bij een initiatief dat voorziet in een herontwikkeling zullen de volgende kwaliteitsborgingen worden toegepast om te zorgen dat het plan goed landschappelijk wordt ingepast, passend is binnen gemeentelijk beleid en in stedenbouwkundig opzicht en vanuit cultuurhistorisch perspectief passend is bij de omgeving. Concreet zal het volgende worden vereist: Een nieuw stedenbouwkundig kader Nota Publiekrechtelijke Kaders, zodat een overzicht ontstaat van het vigerende beleid Een cultuurhistorische en landschappelijke onderlegger of een plan met de uitwerking van de benodigde natuurcompensatie en indien van toepassing hoe dit in verhouding staat tot de toevoeging van rode functies in het plangebied Mogelijk een nieuw beeldkwaliteitsplan Zodra duidelijkheid is over de initiatieven die ingepast kunnen worden, zullen hiervoor dus nadere stedenbouwkundige randvoorwaarden ontwikkeld worden, vanzelfsprekend aansluitend bij bestaande kaders als de Gebiedsvisie en voor zover mogelijk gebruikmakend van de door alle betrokkenen als waardevol aangeduide input van het Team Ruimtelijke Kwaliteit (TRK). Uit de planvorming zal dus ook duidelijk moeten worden welke kwaliteitsimpuls, zowel wat betreft de rode functies maar zeker ook in de compensatie door groene functies, wordt gerealiseerd.
19. TIJD
PLANNING
CAPACITEITSRAMING
Bij de gebiedsontwikkeling Baronie van Cranendonck is er geen sprake van een vooraf vastgestelde planning. Het nieuwe pad wat we met elkaar zijn gaan bewandelen is geen uitgestippelde route, maar kent zijpaden die we samen onderzoeken.
134
Er is sprake van een organisch proces van gebiedsontwikkeling waarbij we werken aan de hand van een vooraf door de raad vastgestelde procesvoorstel waarin stappen zijn beschreven, waarbij de volgorde hiervan voor een groot gedeelte afhankelijk is van soort en grootte van de initiatiefnemers die zich aandienen. Een grootschalige ontwikkeling en een uitgewerkt concept waarbij de wens is om in één keer te ontwikkelen doorloopt een ander proces dan wanneer er meerdere kleinschalige initiatieven naast elkaar ontstaan. De wijze van verhuur en mogelijke verkoop speelt hierin ook een rol. Wij als gemeente sturen samen met de Omgevingsgroep op het proces en op het houden van de snelheid in dit proces aan de hand het stappenplan. Zodra na medio februari 2016 bekend is met welke initiatiefnemers we verder gaan en wat de aard is van deze initiatieven (herontwikkeling / verhuur / verkoop), zal een concrete planning gemaakt worden en worden vastgesteld door het college. 20. GELD
VASTGESTELD KREDIET/BUDGET
In de programmabegroting 2016 zijn voor de gebiedsontwikkeling Baronie van Cranendonck kostenindicaties opgenomen. Dit betreft € 150.000,-- projectkosten en € 95.000,- voor specialismen. In de programmabegroting 2016 is voor de gebiedsontwikkeling Baronie van Cranendonck de boekwaarde opgenomen, die betreft € 2.552.000,-- per 1 januari 2015. De gerealiseerde kosten per jaar zullen worden opgeboekt met aftrek van de opbrengsten vanuit verhuur en met name de verpachting van gronden. Uitgangspunt is te komen tot een zo snel mogelijk sluitende exploitatie jaar op jaar van de inzichtelijk gemaakte daadwerkelijke kosten en opbrengsten. De verwachting is dat dit binnen afzienbare termijn mogelijk moet zijn. Boekwaarde 1-1-2015 Kosten intern/extern personeel Kosten beheer pacht Kosten beheer en onderhoud Kosten diversen Rentekosten Totale kosten 2015 Opbrengsten verpachting en verhuur Boekwaarde 31-12-2015
€ 2.552.000,-+€ 120.000,-+€ 3.000,-+€ 79.000,-+€ 1.000,-+€ 102.000,-+€ 305.000,-- € 59.000,-2.798.000,--
Met het opboeken van het te behalen resultaat van kosten en opbrengsten over 2015 en 2016 is de prognose dat de boekwaarde aanzienlijk lager zal blijven aan het einde van 2016 dan de in taxaties naar voren gekomen marktwaarde van de gronden en opstallen die bij de gemeente Cranendonck in bezit zijn in de Baronie. Het is daarom reëel te veronderstellen dat de waarde die gerealiseerd wordt bij herontwikkeling, danwel verhuur of verkoop de uiteindelijke boekwaarde ten minste zal evenaren.
21. RISICOPARAGRAAF:
Overigens zal nog nader worden bezien wat de effecten voor dit plan zijn van de wijzigingen in het BBV per 1 januari 2016. Indien dit plan na een raadsbesluit wordt ingedeeld als ‘Bouwgrond in exploitatie’ kunnen de kosten en opbrengsten met de boekwaarde blijven worden verrekend. Indien dit niet gebeurd is opname onder de ‘Materiele vaste activa’ verplicht en zullen de kosten en opbrengsten in het vervolg in de (reguliere) exploitatie verantwoord dienen te worden. De risico’s met betrekking tot de gebiedsontwikkeling Baronie van Cranendonck bestaan in de komende periode uit: Op het moment dat we verder inzetten op initiatieven die zich aandienen en hiermee onderhandelingen aangaan, zullen we voor een beperkte periode gebonden raken aan deze partij(en). Dit risico wordt be-
135
22. BESLUIT: VOLGENDE VOORTGANGSRAPPORTAGE:
heerst doordat we bij de beoordeling van de wenselijkheid van de initiatieven criteria hanteren waarin we ook de haalbaarheid en afbreukrisico’s beoordelen. Als de voorbereiding of besluitvorming over de keuze voor initiatieven te lang duurt, bestaat de kans dat initiatieven afhaken en functies en investeringen elders een plek vinden. Het draagvlak van de Omgevingsgroep en omwonenden is momenteel groot. Na een periode van afweging van initiateven is het een risico of we de Omgevingsgroep en omwonenden meegenomen krijgen in onze afwegingen. Dit risico wordt beheerst door nieuwe bijeenkomsten en door het feit dat de Omgevingsgroep mede de afwegingscriteria heeft opgesteld. De te behalen verkoop of verhuuropbrengst is sterk afhankelijk ven de draagkracht van het uiteindelijke gebruik, denk aan functie en uitstraling, en de mate van eisen die wij opleggen op het gebied van stedenbouw, landschappelijke inpassing en natuurcompensatie. Door het grote aantal initiatieven lijkt het dat we hierin als gemeente keuzes kunnen maken Kennisnemen van deze voortgangsrapportage 1e Burap 2016
136
Jaarrekening 2015
137
Staat van baten en lasten inclusief toelichting Financieel resultaat Het saldo over 2015 bedraagt € 6.000,- nadelig. Na de 2e Burap was een saldo begroot van € 5.000,voordelig. Het saldo van de jaarrekening is hiermee nadeliger dan begroot tot een bedrag van € 11.000,-. Per programma is het volgende beeld van de afwijkingen te zien: Totale programmakosten
Rekening 2014
( be dra ge n x € 1.0 0 0 )
Vastgestelde begroting 2015
Begrotings wijzigingen 2015
Totaal begroot 2015
Rekening Afwijking 2015
Lasten Wonen en Leven Werk en Economie Recreatie en Toerisme Zorg Bestuur en Algemene dekkingsmiddelen
-11.782
-13.044
-451
-13.495
-12.637
857
-3.452
-5.770
212
-5.558
-1.822
3.737
-3.239
-3.393
-8
-3.401
-3.302
99
-15.146
-19.116
-738
-19.854
-18.510
1.344
-7.822
-11.036
-3.502
-14.539
-15.115
-576
-41.441
-52.359
-4.487
-56.847
-51.386
5.461
Wonen en Leven
4.367
5.542
-611
4.931
4.905
-26
Werk en Economie
2.991
5.187
-190
4.997
1.136
-3.861
967
1.002
-26
976
953
-24
7.712
7.108
-1.931
5.177
5.012
-164
Totaal Lasten
Baten
Recreatie en Toerisme Zorg Bestuur en Algemene dekkingsmiddelen Totaal Baten Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten
22.978
31.465
5.773
37.238
37.587
349
39.017
50.304
3.015
53.319
49.593
-3.726
-2.424
-2.055
-1.472
-3.528
-1.793
1.735
Bestemmingen Toevoegingen reserves
-1.317
-601
-4.446
-5.047
-6.316
-1.269
Onttrekkingen reserves
3.530
2.697
5.883
8.580
8.103
-477
-211
41
-35
6
-6
-11
Bestemmingen per saldo Gerealiseerd resultaat
Gecomprimeerd per programma geeft dit het volgende beeld: Afwijkingen per programma (bedragen x € 1.000) Wonen en Leven Werk en Economie Recreatie en Toerisme Zorg Bestuur en Algemene dekkingsmiddelen Totaal
Afwijking
Afwijking
Afwijking
Saldo
lasten
baten
reserves
Afwijkingen
857
-26
-605
226
3.737
-3.861
31
-93
99
-24
13
88
1.344
-164
-1.081
99
-576
349
-105
-333
5.461
-3.726
-1.747
-11
Het financiële verloop van het jaar In de programmabegroting 2015 werd een overschot voorzien van € 41.000,-. Door vaststelling van de 1e en 2e burap en overige raadsvoorstellen werd uiteindelijk gekoerst op een positief resultaat van € 5.000,-. De programmarekening laat nu een definitief nadelig resultaat zien van € 6.000,-. Deze mutatie lichten we als volgt toe:
138
Primitieve programmabegroting 2015 Mutaties 1e burap 2015: Leges Hof van Cranendonck Vrijval voorziening onderhoud schoolgebeouwen Vrijval schoolvoorzieningen voor asielzoekers Reserve Sociaal Domein Verkoop boerderij Rakerstraat Vrijval reguliere COA-middelen Algemene uitkering Bijstelling beleid burgerinitiatieven Overige afwijkingen (kleiner dan € 50.000) Mutatie uitkering gemeentefonds Bijstellen kapitaallasten Vrijval schoolvoorzieningen voor asielzoekers Totaal mutaties 1e Burap 2015 Mutaties 2e Burap 2015: Verkoop boerderij Rakerstraat Bijzondere bijstand en minima Schuldhulpverlening WMO oud Jeugd Buig Inzet COA-middelen COA Reclamebelasting ICT-investeringen Algemene uitkering A2-samenwerking Bestemmings- en structuurplannen Nog te betalen kosten belastingdienst Overige afwijkingen beneden € 50.000 Totaal mutaties 2e Burap 2015 Overige wijzigingen beneden € 50.000 Bijgestelde begroting 2015
41.000 -950.000 -517.000 400.000 243.000 200.000 100.000 85.000 70.000 -123.000 -241.000 70.000 200.000 -463.000 -200.000 60.000 50.000 140.000 -79.000 -65.000 200.000 50.000 -63.000 58.000 177.000 -61.000 50.000 130.000 -53.000 394.000 33.000 5.000
Financiële analyse op hoofdlijnen jaarrekening 2015 Het resultaat is ten opzichte van de begroting € 11.000,- nadeliger. De afwijkingen ten opzichte van de begroting, welke boven € 40.000,- zijn én invloed hebben op het resultaat, vermelden we in de tabel hieronder. Omschrijving voordeel (+) en nadeel (-)
I/S
Leges omgevingsvergunningen De legesopbrengst is lager dan de gewijzigde begroting door nog minder aanvragen omgevingsvergunningen dan de neerwaartse bijstelling bij de tweede burap.
I
Bedrag x € 1.000 -54
Gemeenschapshuizen De uitloop van investeringen met betrekking tot de Sint Josephschool en De Schakel leiden tot een voordeel op de kapitaallasten.
I
+57
Verkoop reststroken Het project is gestart in mei 2015 en de opgave voor 2015 is behaald. Overeenkomsten zijn getekend. Conform de verslagleggingsvoorschriften dienen echter pas bij het passeren van de akten in 2016 de opbrengsten te worden verantwoord. Dit levert voor 2015 een nadeel ten opzichte van de begroting op dat in 2016 gecompenseerd zal worden door eenzelfde voordeel.
I
- 64
139
Milieuonderzoek en afkoopsom huurwoning De extra kosten van een milieuonderzoek voor de Rakerstraat en de afkoopsom voor de beeindiging van het huurcontract woning v. Hornelaan leveren een nadeel op ten opzichte van de begroting.
I
-61
Binnensportaccommodaties Lagere stookkosten door het relatief warme weer, lagere energielasten vanwege de werking van het nieuwe luchtbehandelingssysteem, een aanbestedingsvoordeel bij het vervangen van de verlichting en diverse kleinere afwijkingen leiden tot een voordeel bij de binnensportaccommodaties.
I
+76
Buitensport De overstap naar een andere gasleverancier, de aanschaf van een pomp voor onderhoud van het veld, het vervangen een elektriciteitskast, meer groenonderhoud voor de sportvelden en diverse kleinere afwijkingen leiden tot een nadeel bij de buitensport.
I
-60
Uitvoeringskosten BUIG De besparing op de uitvoeringskosten is mede door de toename van het aantal uitkeringen op A2-niveau en de hogere taakstelling voor de opvang van statushouders in 2015 niet gerealiseerd.
I
-50
Inkomen BUIG Door stringente handhaving zijn er in 2015 veel meer uitkeringen teruggevorderd dan begroot.
I
+79
COA De personele inzet rond de opvang van vluchtelingen (bestuur, beleid, communicatie en buitendienst) is gedekt uit de reguliere P-budgetten. Hiernaast is de bijdrage op basis van het Faciliteitenbesluit lager uitgevallen dan begroot. Per saldo leidt dit tot een voordeel.
I
+67
OHBA Het nadeel bij de lasten is ontstaan door kosten van onderwijshuisvesting voor asielzoekers, waaronder inrichting, onderwijsleerpakketten en aanleg van computernetwerk. Hiernaast zijn de OHBA-middelen uiteindelijk hoger uitgevallen dan begroot. Per saldo leidt dit tot een nadeel.
I
-66
Individuele maatwerkvoorzieningen Voor woonvoorzieningen en rolstoelen werden minder uitgaven gedaan. Tevens is voor folderen communicatiemateriaal minder uitgegeven dan begroot.
I
+57
Pensioenverplichtingen wethouders Zowel de commissie BBV als het ministerie van BZK hebben een sterke voorkeur uitgesproken om volledig in de dekking te voorzien van de per balansdatum reeds bestaande pensioenverplichtingen voor (oud) wethouders. Dit in plaats van de lasten op te vangen op de toekomstige pensioendatum. Om het pensioengat te dichten en dus het beleggingstegoed volledig aan te laten sluiten op de pensioenaanspraken van de wethouders, hebben we bij de pensioenverzekeraar een eenmalige extra koopsom van € 465.000,- gestort.
I
-465
Burgerdiensten / secretarieleges Met name de legesopbrengsten van reis- en rijdocumenten zijn hoger uitgevallen dan begroot. In afwachting van de uitkomsten van het onderzoek naar de kostendekkendheid van de leges wordt dit voordeel vooralsnog als incidenteel beschouwd.
I
+50
Algemene uitkering De decembercirculaire heeft ten opzichte van de septembercirculaire een voordeel opgeleverd van € 107.000,- door aanpassing van aantallen rond de uitkeringsmaatstaven. Hiernaast hebben er verrekeningen over voorgaande jaren plaatsgevonden tot een bedrag van € 41.000,- voordelig.
I
+148
Treasury / Algemene baten en lasten / rente Deze voordelige afwijking bestaat met name uit het verschil tussen de verzamelde rentekosten en de doorbelasting daarvan naar de producten tegen een hoger voorcalculatorisch rentepercentage. Vanwege de dalende rentekosten van de afgelopen jaren is het voorcalculatorisch rentepercentage inmiddels vanaf 2016 van 4 naar 3 % naar beneden bijgesteld.
I
+231
Algemene baten en lasten / claim belastingdienst Periodiek komt de belastingdienst voor een controle langs. In 2015 is een controle gestart en deze was begin 2016 net afgerond. Voorzichtigheidshalve nemen we op basis van de
I
-318
140
bevindingen van de belastingdienst over de gecontroleerde periode 2011 tm 2013 een bedrag op als naheffing. Algemene baten en lasten / dienstverlening structureel Dit voordeel is veroorzaakt doordat de investering van de applicatie t.b.v. het beheer van de Grootschalige Basiskaart Topografie is vertraagd.
I
+92
Algemene baten en lasten / A2-samenwerking: De kosten van de GR A2-samenwerking zijn ook hoger dan begroot door een afwijking rond de softwarekosten. Bij onze tweede burap is aangegeven dat er een voordeel op de post software was van € 80.000,-. De GRS heeft aangegeven dat dit te positief is ingeschat en daarom moet deze post deels worden teruggedraaid.
I
-47
Algemene heffingen De totale belastingopbrengsten zijn hoger vooral door meer OZB-inkomsten dan begroot.
I
+56
Overheveling budgetten Voorgesteld wordt om een vijftal incidentele (restant)budgetten over te hevelen naar 2016 via de bestemming van het jaarresultaat. Deze overhevelingen hebben met name betrekking op vertragingen rond de toeristische poort in Budel-Dorplein, het opstellen van het woonwagenbeleid en het onderzoek naar de privatisering van het Zuiderpoortbad (zie bijlage 5 voor toelichting).
I
+154
Overige afwijkingen < € 40.000,-
I S
+137 -30 -11
TOTAAL
Voor de een nadere toelichting op bovenstaande afwijkingen en een toelichting op alle overige afwijkingen boven € 20.000,- verwijzen we naar de verantwoording per programma. Begrotingsrechtmatigheid Hieronder een overzicht van de lasten per programma over 2015 in het kader van de begrotingsrechtmatigheid: Totale programmakosten (bedragen x € 1.000)
Begroot 2015
Rekening 2015
Afwijking
Lasten Wonen en Leven Werk en Economie Recreatie en Toerisme Zorg Bestuur en Algemene dekkingsmiddelen Totaal Lasten
-13.495
-12.637
857
-5.558
-1.822
3.737
-3.401
-3.302
99
-19.854
-18.510
1.344
-14.539
-15.115
-576
-56.847
-51.386
5.461
De programma’s 1 tm 4 laten een onderschrijding van de lasten zien. Deze verantwoorde lasten passen binnen het kader van de begrotingsrechtmatigheid. Bij programma 5 Bestuur en algemene dekkingsmiddelen zijn de gerealiseerde lasten € 577.000,- hoger dan geraamd. Deze hogere lasten zijn voornamelijk veroorzaakt enerzijds door de extra storting van € 465.000,voor de pensioenverplichtingen wethouders conform de voorkeursvariant van de verslaggevingsvoorschriften en anderzijds door de verantwoording van de verwachte naheffing van € 318.000,- van de belastingdienst over voorgaande jaren. Beide incidentele lasten passen in het kader van de begrotingsrechtmatigheid binnen het 'bestaand beleid'. De overschrijding van de lasten op programma 5 kan dan ook als rechtmatig worden beschouwd.
141
Balans inclusief toelichting
142
Activa
31-12-2014 31-12-2015
Vaste activa Immateriële vaste activa
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief Totaal immateriële vaste activa
0 13 13
0 29 29
15.683
14.443
11.345 4.167 31.195
13.101 4.584 32.128
39
39
91
90
674 7.396 8.200 39.408
609 7.121 7.859 40.016
2.356 4.394 -1.222 5.528
4.165 4.338 -1.330 7.173
3.890 3.280 7.170
4.001 2.747 6.748
7 47 54
1 134 135
6 135
321 698
141
1.019
12.893 52.301
15.075 55.091
Materiële vaste activa
Investeringen met een economisch nut Investeringe met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut Totaal materiële vaste activa Financiële vaste activa Kapitaalverstrekkingen aan: Deelnemingen Leningen aan: Overige verbonden partijen Overige langlopende geldleningen Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer Bijdrage aan activa in eigendom van derden Totaal financiële vaste activa
Totaal vaste activa Vlottende activa Voorraden Grond- en hulpstoffen, gespecificeerd naar: Niet in exploitatie genomen bouwgronden Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie Voorziening nadelige grondexploitaties Totaal voorraden Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar Vorderingen op openbare lichamen Overige uitzettingen Totaal uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar Liquide middelen Kassaldi Banksaldi Totaal liquide middelen Overlopende activa De van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel Overige nog te ontvangen bedragen en de vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen Totaal overlopende activa
Totaal vlottende activa Totaal activa
143
Passiva
31-12-2014 31-12-2015
Vaste passiva Eigen Vermogen
Reserves: Algemene reserve Bestemmingsreserves Het gerealiseerde resultaat volgend uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening Totaal Eigen Vermogen
12.775 12.952
13.826 9.912
-211 25.516
-6 23.732
4.108
3.886
9.875 21 9.896
17.652 21 17.673
39.520
45.291
4.500 1.845 4.764 11.109
907 8.467 9.374
1.253
40
196 223 1.672
375 11 426
Totaal passiva
12.781 52.301
9.800 55.091
Totaalbedrag waartoe aan natuurlijke en rechtspersonen borgstellingen of garantstellingen zijn verstrekt
37.521
37.238
Voorzieningen Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer
Binnenlandse banken en overige financiële instellingen Waarborgsommen Totaal vaste schulden
Totaal vaste passiva Vlottende passiva Netto-vlottende schulden, met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen als bedoeld in artikel 1, onderdeel a van de Wet financiering decentrale overheden Overige kasgeldleningen Banksaldi Overige schulden Totaal netto-vlottende schulden Overlopende passiva
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen, met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van gelijkbaar volume De van EU, Rijk en provincies ontvangen voorschotbedragen voor specifieke uitkeringen die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen Totaal overlopende passiva Totaal vlottende passiva
144
Toelichting op de balans Algemene grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Stelselwijziging In 2015 is de Nota Activering, waardering en afschrijving 2015-2018 door de gemeenteraad vastgesteld. Dit geeft wijzigingen in het beleidskader ten opzichte van de “Nota gemeentelijk afschrijvingsbeleid 2010”. De belangrijkste wijzigingen in de waarderingsgrondslagen betreffen: -
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut activeren; Bij afschrijving op investeringen geen rekening houden met restwaarden tenzij ook sprake is van investering in grond. De restwaarde bedraagt in die gevallen het bedrag van de waarde van de grond ten tijde van de investering; Investeringen met een levensduur van twee jaar of minder en/of een aanschafwaarde lager dan € 25.000,- niet activeren maar ineens ten laste van de exploitatie te brengen. Investeringen in gronden en terreinen worden altijd geactiveerd;
De vastgestelde uitgangspunten in de Nota Activering, waardering en afschrijving 2015-2018 gelden niet met terugwerkende kracht. Dit betekent dat reeds genomen besluiten met werking tot 1 januari 2015 niet worden teruggedraaid in het geval het financieel beleid met de Nota is aangepast. Wel is de begroting 2015-2018 aangepast in voorkomende gevallen.
Algemeen Hieronder is bij de diverse onderdelen van de balans een toelichting gegeven. Alle bedragen in de tabellen van deze p gedeeld door € 1.000,-. De mutaties in de balansposten boven € 50.000,- zijn gespecificeerd. Vaste activa Activa die bedoeld zijn om de uitoefening van de werkzaamheid van de gemeente duurzaam te dienen. Immateriële vaste activa Het BBV kent de volgende twee soorten immateriële vaste activa: De kosten die zijn verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio. De kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief. De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs ( de inkoopprijs) en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen van derden, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Indien een vast actief buiten gebruik is gesteld, heeft op het moment van buitengebruikstelling een afwaardering van de boekwaarde plaatsgevonden naar de lagere restwaarde. De kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief zijn onder de volgende voorwaarden geactiveerd: - Het voornemen bestaat het actief te gebruiken of te verkopen; De technische uitvoerbaarheid om het actief te voltooien staat vast; Het actief in de toekomst economisch of maatschappelijk nut genereert; De uitgaven die aan het actief toe te rekenen zijn betrouwbaar zijn vast te stellen.
145
De post immateriële vaste activa wordt onderscheiden in: Boekwaarde 31-12-2014 Kosten afsluiten geldleningen Kosten onderzoek en ontwikkeling Totaal
Boekwaarde 31-12-2015
13
29
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de immateriële vaste activa gedurende 2015:
Kosten onderzoek en ontwikkeling
1-1-2015 Inv. 13
Desinv. 104
Afschrijving -4
92
31-12-2015 29
Materiële vaste activa Soorten materiële vaste activa Materiële vaste activa zijn fysiek aanwezige activa. Het BBV kent de volgende soorten materiële vaste activa: - Investeringen met een economisch nut; - Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven; - Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Investeringen hebben een economisch nut indien ze verhandelbaar zijn en/of indien ze kunnen bijdragen aan het genereren van middelen. Alle investeringen met een economisch nut worden geactiveerd. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut kunnen worden geactiveerd. De Gemeente Cranendonck heeft besloten om deze investeringen zonder terugwerkende kracht met ingang van 1 januari 2015 te activeren. Waardering Alle materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen die direct gerelateerd zijn aan het actief, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Afschrijving De gehanteerde afschrijvingstermijnen zijn opgenomen in de Nota Activering, Waardering en Afschrijving 2015-2018, zoals vastgesteld door de gemeenteraad in haar vergadering d.d. 14 april 2015. De afschrijvingen worden berekend volgens de lineaire afschrijvingsmethode met uitzondering van activa waar (gelijkblijvende) opbrengsten mee worden gerealiseerd. Voor deze activa geldt de annuïtaire afschrijvingsmethode. Afschrijvingen geschieden daarnaast onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Op gronden wordt niet afgeschreven, tenzij de grond deel uitmaakt van een investering in de openbare ruimte met maatschappelijk nut. Eventuele boekwinsten bij inruil of afstoting van een kapitaalgoed zijn als incidentele bate in de jaarrekening verwerkt. Duurzame waardevermindering van vaste activa Afwaardering van bedrijfseconomisch vastgoed vindt plaats indien de directe opbrengstwaarde lager is dan de boekwaarde. Lagere taxatiewaarden dan de boekwaarden van onroerende zaken zijn hierbij als duurzame waardedaling in aanmerking genomen. Afwaardering van maatschappelijk vastgoed vindt plaats indien de
146
directe opbrengstwaarde lager is dan de boekwaarde en er ten opzichte van de huidige functie geen (bestuurlijke) intentie is voor duurzame exploitatie. Buiten gebruik gestelde vaste activa Indien een vast actief buiten gebruik is gesteld, heeft op het moment van buitengebruikstelling een afwaardering van de boekwaarde plaatsgevonden naar de lagere restwaarde. Afschrijvingen
147
De post materiële vaste activa wordt onderscheiden in: Boekwaarde Boekwaarde 31-dec-14 31-dec-15 15.683 14.443 11.345 13.101 4.168 4.584 31.196 32.128
Investeringen met economisch nut Investeringen met ec. nut, waarvoor een heffing kan worden geheven Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut Totaal
1-1-2015 Investeringen met een economisch nut Gronden en terreinen Woonruimten Bedrijfsgebouwen Vervoermiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa Subtotaal
1.276 284 12.769 212 953 189 15.683
Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven Bedrijfsgebouwen Grond, weg- en waterbouwkundige werken Subtotaal
108 11.237 11.345
Investeringen met een maatschappelijk nut Grond, weg- en waterbouwkundige werken Machines, apparaten en installaties Subtotaal Totaal
4.168 4.168 31.196
Inv.
Desinv.
Extra Afschr.
Reguliere Afschr.
31-12-2015
1.101
16
568
1.101
16
64 40 399 55 118 17 693
2.154 2.154
35 35
120 120
6 237 243
102 12.999 13.101
2.429 2 2.431 5.153
602
1.184
602 1.738
1.184 1.320
227 2 229 1.165
4.584 0 4.584 32.128
7 398 163
1.212 251 11.651 158 999 173 14.443
148
Er zijn voor Materiële vaste activa 2015 de volgende investeringen gedaan: Diverse investeringen gemeentehuis Herontwikkeling De Borgh Realisering dorpssteunpunt St. Josephschool Diverse wegenprojecten 2014 t.l.v. ARVA Diverse investeringen GVVP Diverse wegenprojecten 2015 Infrastr. Maatr. Tijdelijke randweg Zuid Verbetering binnenklimaat Boogurt/Hummelhonk Vervanging straatverlichting en armaturen 2015 Rehabilitaties 2015 Fietspad Ruilverkavelingsweg v-GRP, diverse jaarschijven Overige investeringen Totaal investeringen Materiële vaste activa Er zijn voor Materiële vaste activa 2015 de volgende desinvesteringen geweest: Cranendonck 3-4¹ Randweg Zuid, subsidie GVVP2013 Fietspad Driebos/Engelsman, subsidie Renovatie gemeentehuis, vergoeding schade v-GRP jaarschijf 2015, afrekening watergang K10 Maarheeze
297 73 81 235 251 702 771 100 139 271 195 1.993 46 5.153 1.100 377 225 1 35 1.738
¹ Betreft boekwaarde die is overgegaan naar Baronie van Cranendonck (Niet in exploitatie genomen bouwgronden)
Financiële vaste activa Het BBV kent de volgende soorten financiële vaste activa: Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen, gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen; Leningen aan openbare lichamen, woningbouwcorporaties, deelnemingen en overige verbonden partijen; Overige langlopende geldleningen; Uiteenzettingen in ’s Rijks schatkist met rentetypische looptijd van één jaar of langer: Uiteenzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier met een rentetypische looptijd van één jaar of langer; Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer; Bijdragen aan activa in eigendom van derden. De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten), de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Zonodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid op de boekwaarde in mindering gebracht. Participatie in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aan-delen. Indien de marktwaarde van de aandelen daalt tot onder de verkrijgingsprijs, vindt afwaardering naar deze lagere marktwaarde plaats. Bijdrage aan activa in eigendom van derden worden geactiveerd indien aan de volgende vereisten is voldaan: Er is sprake van een investering door een derde; De investering draagt bij aan de publieke taak; De derde heeft zich verplicht tot het daadwerkelijk investeren op een wijze zoals is overeengekomen; De bijdrage kan door de gemeente worden teruggevorderd, indien de derde in gebreke blijft of de gemeente anders recht kan doen gelden op de activa die samenhangen met de investering.
149
-
Op de geactiveerde bijdragen aan activa in eigendom van derden wordt afgeschreven als was het actief waarvoor de bijdrage wordt verstrekt in bezit van de gemeente.
De post financiële vaste activa wordt onderscheiden in: Boekwaarde Boekwaarde 31-dec-14 31-dec-15 Kapitaalverstrekkingen aan: Deelnemingen Totaal kapitaalverstrekkingen Leningen aan: Overige verbonden partijen Totaal leningen u/g Overige langlopende leningen Bijdragen aan activa in eigendom van derden Totaal financiële vaste activa
39 39
39 39
765 765
699 699
7.396 7.396
7.121 7.121
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de financi ële vaste activa gedurende het jaar 2015:
Aandelen Brabant Water N.V. Aandelen BNG Overige verstrekte geldleningen Verdeling termijnen verkoopsom HNG Bijdragen aan activa van derden Verstrekte geldlening Stimuleringsfonds Totaal financiële vaste activa
1-1-2015 Vermeerdering Vermindering 31-12-2015 1 1 38 38 91 2 89 384 65 319 7.396 274 7.121 290 290 8.200 0 341 7.858
Vlottende activa Grond-en hulpstoffen Grond- en hulpstoffen worden gewaardeerd tegen de verkrijgings-of vervaardigingsprijs. Indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs worden de grond- en hulpstoffen tegen deze lagere marktwaarde gewaardeerd.
Niet in exploitatie genomen bouwgronden Niet in exploitatie genomen bouwgronden worden alleen als dusdanig gerubriceerd als er een reëel en stellig voornemen bestaat dat deze in de toekomst zal worden bebouwd. Deze verwachting is gebaseerd op uw raadsbesluit. In dit besluit is inhoud gegeven aan ambitie en planperiode. Het activeren van vervaardigingskosten op niet in exploitatie genomen bouwgronden is aanvaardbaar, maar dient beperkt te blijven. De boekwaarde van de grond is dan ook niet hoger dan de marktwaarde. Wanneer na een raadsbesluit meer duidelijkheid bestaat over de nadere invulling van de toekomstige bouwlocatie en de daartoe nog te maken kosten, is de verwachte marktwaarde in de toekomstige bestemming als toets ge-bruikt.
Voorraden Onderhanden werk, gronden in exploitatie De onderhanden werken grondexploitatie zijn opgenomen tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, ver-minderd met de opbrengst wegens verkopen. Indien de boekwaarde de marktwaarde van de grond over-schrijdt, wordt een afwaardering naar de lagere marktwaarde verantwoord/wordt een voorziening voor het verwachte negatieve resultaat getroffen.
150
Boekwaarde Boekwaarde 31-dec-14 31-dec-15 Grond- en hulpstoffen gespecificeerd naar: Niet in exploitatie genomen bouwgronden Overige grond- en hulpstoffen Subtotaal Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie Gereed product en handelsgoederen Voorziening nadelige grondexploitaties Subtotaal Totaal Voorraden
2.356
4.165
2.356
4.165
4.394
4.338
-1.222 3.172 5.528
-1.330 3.008 7.173
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de voorraden gedurende het jaar 2015: Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie Boekwaarde Vermeer- Vermin- Boekwaarde 1-1-2015 deringen deringen 31-12-2015 Gemeentelijk in exploitatie genomen Complexnr. 9018 Budel Noord 2007 9203 Airpark Brabant uitbreiding fase 2 9419 Mariaschool Maarheeze Totaal gemeentelijk in exploitatie genomen
1.542 3.263 -183 4.622
101 254 36 391
-240 -199 -7 -446
1.403 3.318 -154 4.567
Particulier in exploitatie genomen Complexnr. 9011 Dorpsakkers 2006 9012 Striboschhof 9406 Woningbouw Gastel (Venneweg) 9458 Nieuwstraat 55 9454 Meidoornstraat-Hanendijk 9459 Herontwikkeling De Pompers Totaal particulier in exploitatie genomen Totaal in exploitatie genomen
-324 27 69 6 8 3 -211 4.411
3 10 7 9 16 3 48 439
-13
-68 -514
-334 37 37 15 8 6 -231 4.336
Grond-en hulpstoffen; niet in exploitatie genomen bouwgronden Toekomstige grondexploitatie gemeentelijk Complexnr. 9008 Politiebureau 9480 Baronie van Cranendonck Totaal toekomstige grondexploitatie gemeentelijk
116 1.452 1.568
5 1.404 1.409
-59 -59
121 2.797 2.918
33 729 -5
-11 0 0 0 -11 -31 -101
49 1.064 57 74 5 1.249 0 4.167
-615
8.503
Toekomstige grondexploitatie particulier Complexnr. 9019 Boschakkers 2007 9206 DIC Duurzaam Industrieterrein Cranendonck 9447 Jumbo Budel 9415 Zandblauwtje Maarheeze 9099 Overige complexen/particuliere initiatieven Totaal toekomstige grondexploitatie particulier Afgesloten plannen Totaal toekomstige grondexploitaties
4 761 10 2.339
16 346 62 74 1 499 21 1.929
Totaal
6.750
2.368
-39 -16
151
Specificatie van de nadelige Grondexploitaties: Voorziening nadelige grondexploitaties per 1-1-2015 Storting in 2015 Onttrekkingen 2015 Subtotaal Benodigde voorziening per 31-12-2015 Budel-Noord 2007 DIC Zandblauwtje Woningbouw Gastel Boschakkers 2007 Subtotaal Aanvulling t.l.v. reserve grondexploitaties (bijstorten) Balanspost nadelige grondexploitaties per 31-12-2015
1.222 0 0 1.222 465 670 100 40 55 1.330 108 1.330
In 2015 zijn de grondexploitaties ten behoeve van de programmabegroting 2016 voor het laatst herzien aan de actuele stand en recente inzichten. Voor de jaarrekening 2015 is besloten niet alle grondexploitaties opnieuw in detail door te rekenen. Dit zal voor de programmabegroting 2017 wel weer worden gedaan. Met name de complexen Duurzaam Industriepark Cranendonck, De Baronie van Cranendonck en Airpark Brabant zijn onder andere in het kader van het bepalen van de voorzieningen per eind 2015 in detail beoordeeld. Voor de overige complexen zijn de grondexploitaties weer van een globale update voorzien. Voor de programmabegroting 2017 worden alle actieve complexen de grondexploitaties integraal herijkt en aan de raad aangeboden. De risico’s zijn nader toegelicht in de paragraaf Grondbeleid en de paragraaf Weerstandsvermogen in het jaarverslag. De grootste risico’s ten aanzien van de huidige schattingen en de mogelijke uitkomst daarvan zijn gelegen in de complexen Budel Noord 2007 en Duurzaam Industrieterrein Cranendonck.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar De uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Deze voorziening wordt bepaald aan de hand van individuele beoordelingen van de openstaande posten. De post uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar wordt onderscheiden in:
Vorderingen op openbare lichamen Overige vorderingen Overige uitzettingen
Boekwaarde 31-12-2014 3.890 3.280 7.170
Stand Voorziening Boekwaarde 31-12-2015 oninbaarheid 31-12-2015 4.001 4.001 3.288 541 2.747 7.289
541
6.748
152
Een specificatie van de grootste openstaande bedragen:
Omschrijving Provincie Noord-Brabant, subsidie externe veiligheid Stichting De Kempen, gebruik sporthal Bijdrage Fonds Bovenwijkse voorzieningen Bijdrage Fonds Bovenwijkse voorzieningen Bijdrage Fonds Bovenwijkse voorzieningen Divers gebruik sporthal/gymzaal Gebruik sportvelden Verkoop grond OPK december 2015 Doorbel. Ladder rapportage stECgroep Kosten uitvoering intentie-overeenkomst Stationsstraat Gebruik gymzaal en sporthal Huur sportvelden Verrekening gas, water, elektriciteit Cranendonck Diverse kosten Omgevingsvergunning Gebruik sportvelden en sportaccommodatie 2015 Omgevingsvergunning Gebruik turnhal 2015 Bouwvergunning Waterschap De Dommel, afrekening watergang K10 Maarheeze Bestemmingsplan Hanendijk/Meidoornstraat, fonds Bovenwijks Gebruik sportvelden Verrekening verpakkingsmateriaal Ontwikkelingsovereenkomst Meemortel-expl.bijdragen SRE Samenwerkingsverband, Jaarlijkse bijdragen en subs. fietspad Belastingdienst, suppletie 2014, suppletie BCF en OB 4e kw. 2015 Ministerie van Financiën, incidentele aanvullende uitkering 2014 Brabantwater, betaalspecificaties november en december 2015 Hof van Cranendonck Belastingdienst, suppletieaangifte 2015 Belastingdienst, BCF 2015 Overige debiteuren Totaal openstaande debiteuren
Bedrag 10 10 10 11 11 11 11 12 12 12 13 20 21 22 31 32 33 41 42 42 53 56 97 111 228 251 278 647 759 14 3.142 705 6.748
Vordering Hof van Cranendonck Een bedrag van € 804.000,- moet op basis van een overeenkomst nog door Hof van Cranendonck voldaan worden. Zij hebben de betaling eenzijdig opgeschort. Er worden verdergaande juridische invorderingsmaatregelen getroffen. Voorzichtigheidshalve is een bedrag van € 45.000,- gereserveerd voor het deel van de vordering waarover discussie bestaat.Het resterend deel van de vordering verwachten wij minimaal te ontvangen. Schatkistbankieren Drempelbedrag In principe dienen alle overtollige middelen in de schatkist te worden aangehouden. Er is echter een aantal uitzonderingen. Eén daarvan is het drempelbedrag. Dat is een minimumbedrag (afhankelijk van de omvang van de decentrale overheid) dat gemiddeld per kwartaal buiten de schatkist mag worden gehouden. Voor de gemeente Cranendonck is dat voor 2015 € 392.000,-. Het drempelbedrag is bedoeld om het dagelijkse kasbeheer te vereenvoudigen: niet elke laatste euro hoeft in de schatkist te worden aangehouden. In principe hoeven dus alleen de liquide middelen die boven het
153
drempelbedrag uitgaan in de schatkist te worden aangehouden. In 2015 hebben geen overschrijdingen plaats gevonden van het drempelbedrag. In onderstaande tabel is te zien wat de benutting van het drempelbedrag Schatkistbankieren gedurende de vier kwartalen van 2015 is geweest:
Liquide middelen De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De post liquide middelen wordt onderscheiden in:
Kassaldo Banksaldi Totaal
Boekwaarde Boekwaarde 31-dec-14 31-dec-15 7 1 47 134 54 135
154
Overlopende activa De overlopende activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De post overlopende activa wordt onderscheiden in: Boekwa a rde
Boekwa a rde
31-dec-14
31-dec-15
6
321
10
512
ja ren komen
125
186
Totaa l
141
1.019
De va n Europes e en Nederl a nds e overhei ds l i cha men nog te ontva ngen voors chotbedra gen di e onts taa n door voorfi na nci eri ng op ui tkeri ngen met een s peci fi ek bes tedi ngs doel Overi ge nog te ontva ngen bedra gen Voorui tbetaa l de bedra gen di e ten l a s te va n vol gende begrotings -
De i n de ba l a ns opgenomen va n Europes e en Nederl a nds e overhei ds l i cha men nog te ontva ngen voors chotbedra gen di e onts taa n door voorfi na nci eri ng op ui tkeri ngen met een s peci fi ek bes tedi ngs doel , kunnen a l s vol gt ges peci fi ceerd worden: Opva ng a s i el zoekers
41
Provi nci e, ba a nverl engi ng
25
SVB, a frekeni ng vers trekte en ontva ngen voors chotten
255
Totaa l
321
Speci fi ca tie Nog te ontvangen bedragen SRE, s ubs i di e
378
Afva l s toffenheffi ng 2011 t/m 2015, na heffi ngen
8
Ri ool heffi ng oude ja ren
4
Vergoedi ng PMD, 4e kwa rtaa l 2015 Di vers te nog te ontva ngen bedra gen
90 32 512
Vooruitbetaalde bedragen VNG, contri butie
35
GGD Bra ba nt Zui d-Oos t, gemeentel i jke bi jdra ge 2016
82
Di vers e kl ei ne voors chotten
3
Di vers e voorui tbetaa l de bedra gen
17
Scha derekeni ng
49 186
155
Vaste passiva Algemeen Hieronder is bij de diverse onderdelen van de vaste passiva een toelichting gegeven. De vaste passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij bij het betreffende balanshoofd anders staat vermeld. Alle bedragen in de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000,-. Eigen Vermogen De post eigen vermogen wordt onderscheiden in: Reserves In het BBV worden reserves omschreven als vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken en die vanuit bedrijfseconomisch oogpunt vrij te besteden zijn. De vaststelling van de noodzakelijke omvang van reserves is een zaak van de gemeenteraad. Daarom worden reserves ook wel onderverdeeld in algemene en bestemmingsreserves. Zodra de raad aan een reserve een bepaalde bestemming heeft gegeven, is er sprake van een bestemmingsreserve. Om die reden kunnen bestemmingsreserves naar de situatie per ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen. Heeft een reserve geen bestemming dan wordt het een algemene reserve genoemd. Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de reserves gedurende het jaar 2015: Boekwaarde
Boekwaarde
31-dec-14
31-dec-15
- Algemene reserve
12.775
13.826
- Bestemmingsreserves
12.952
9.912
-211
-6
25.516
23.732
Reserves:
Resultaat na bestemming
Saldo 1-1-2015
Resultaatbestemming 2014
Toename 2015
Afname 2015
4.766
1.559
13.826
1.800
0
6
-6
Saldo 31-12-2015
Naam Reserve Algemene Reserves Algemene Reserve Algemene Reserve buffer
10.975
-357
1.800
Resultaat 2015 Totaal Algemene Reserves
12.775
-357
4.766
3.365
13.820
Bestemmingsreserves
12.952
155
1.484
4.679
9.912
156
In 2015 zijn de uitkomsten verwerkt van de nieuwe nota Reserves en Voorzieningen 2015-2018. Er zijn een aantal reserves opgeheven. Deze reserves zijn ten gunste van de algemene reserve gebracht. De toevoegingen aan de reserves hebben betrekking op: Opheffing van reserves ten gunste van de algemene reserve
3.328
Onttrekking aan reserve dekking kapitaallasten ten gunste van de algemene reserve
1.439
Reserve overgehevelde budgetten
163
Reserve Sociaal Deelfonds (was wmo)
1.129
Reserve Buitengebied in Ontwikkeling
26
Reserve Bovenwijkse Voorzieningen Totaal aan toevoegingen
166 6.251
Voorzieningen Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen (schulden) van de gemeente. Om die reden kunnen voorzieningen naar de situatie per ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen. Voorzieningen worden gewaardeerd op de contante waarde/het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. Voorzieningen worden gevormd indien er sprake is van: Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten. Op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten. Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren.
157
-
Bijdragen (spaarcomponent) aan toekomstige vervangingsinvesteringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing wordt geheven. Middelen verkregen van derden, die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen verkregen van Europese en Nederlandse overheidslichamen met een specifiek bestedingsdoel, die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren.
De vorming van een voorziening dan wel een dotatie aan een reeds bestaande voorziening, is als een last in het betreffende boekjaar verantwoord. Alle aanwendingen aan voorzieningen zijn rechtstreeks ten laste van de voorzieningen gebracht en in het verslagjaar niet ten laste van de exploitatie verantwoord. Aan voorzieningen ter egalisatie van (onderhouds)lasten van kapitaalgoederen over meerdere begrotingsjaren ligt een actueel (beheer)plan ten grondslag. Uitgevoerd achterstallig onderhoud is daarbij ten laste van de exploitatie verantwoord. Deze lasten zijn niet ten laste van de gevormde voorziening gebracht. Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. Voor het bepalen van het “jaarlijks vergelijkbaar volume” is een tijdsperiode van vier jaar gehanteerd. Rentetoevoegingen aan voorzieningen zijn niet toegestaan. De post voorzieningen wordt onderscheiden in: Boekwaarde 31-dec-14 Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Voorzieningen ter egalisering van kosten
Boekwaarde 31-dec-15
254
279
1.307
1.187
2.547
2.420
4.108
3.886
Voorzieningen voor bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen waarvoor een heffing wordt geheven Voorzieningen voor middelen van derden waarvan de bestemming gebonden is
158
Het volgende overzicht geeft het verloop weer van de voorzieningen gedurende het jaar 2015: Naam Voorziening Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Voorzieningen ter egalisering van kosten Voorzieningen voor bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen waarvoor een heffing wordt geheven Totaal Algemene Reserves
1-1-2015 Jaarrek. 2014 Toename Afname 31-12-2015 254 98 73 279 1.307 1.264 1.384 1.187 0 2.546 126 2.420 4.107 0 1.362 1.583 3.886
De toevoeging die betrekking heeft op Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Voorziening voormalig bestuur en personeel De toevoegingen die betrekking hebben op Voorzieningen ter egalisering van kosten: Voorziening groot onderhoud gemeentelijke gebouwen Voorziening groot onderhoud gemeentelijke gebouwen (VTBC) Voorziening onderhoud wegen Voorziening groot onderhoud gemeentelijke gebouwen VTBC (incl. BTW) Totaal toevoegingen Voorzieningen ter egalisering van kosten Totaal toevoegingen aan Voorzieningen
98
322 198 719 24 1.264 1.362
De onttrekkingen die betrekking hebben op Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's: Voorziening voormalig bestuur en personeel De onttrekkingen die betrekking hebben op Voorzieningen ter egalisering van kosten: Voorziening groot onderhoud schoolgebouwen Voorziening groot onderhoud gemeentelijke gebouwen Voorziening groot onderhoud gemeentelijke gebouwen VTBC (excl. BTW) Voorziening onderhoud wegen Voorziening groot onderhoud gemeentelijke gebouwen VTBC (incl. BTW) Totaal onttrekkingen aan Voorzieningen ter egalisering van kosten
73
137 237 294 703 12 1.384
De onttrekkingen die betrekking hebben op Voorzieningen voor investeringen waarvoor een heffing wordt geheven: Voorziening riolering 99 Voorziening afvalstoffenheffing 27 Totaal onttrekkingen aan Voorzieningen waarvoor een heffing wordt geheven 126 Totaal onttrekkingen aan Voorzieningen 1.583
Vaste schulden, met een rentetypische looptijd langer dan één jaar De vaste schulden zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde (hoofdsom) verminderd met het totaal van de gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer. De onderverdeling van de in de balans opgenomen vaste schulden is als volgt: Boekwaarde Boekwaarde 31-dec-14 31-dec-15 Obligatieleningen Onderhandse leningen van: - Binnenlandse banken en overige financiële instellingen Waarborgsommen Totaal vaste schulden
9.875 21 9.896
17.652 21 17.673
159
In onderstaand overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden over het jaar 2015: Vermeerderingen
Saldo 1-1-2015 Geldleningen
10.413
Waarvan aflossing volgend jaar onder vlottend (Betaalde) waarborgsommen Totaal vaste schulden
Verminde-ringen
9.000
Saldo 31-122015
538
18.875
-538
-1.223
21
21
9.896
9.000
538
17.673
Rentelast 2015 343
343
In 2015 zijn bij de Bank Nederlandse Gemeenten twee vaste geldleningen afgesloten met een totale som van € 9.000.000,-.
Vlottende passiva Algemeen De vlottende passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar De post netto-vlottende schuld wordt onderscheiden in: Boekwaarde Boekwaarde 31-dec-14 31-dec-15 Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de wet financiering decentrale overheden Overige kasgeldleningen Banksaldi Overige schulden
0 4.500 1.845 4.764 11.109
0 0 907 8.467 9.374
160
Een specificatie van de overige schulden: Omschrijving
Bedrag
Crediteuren Maatschappelijke Zorg
16
Crediteuren WMO
753
Nog te betalen bedragen: Voorschot Jeugdzorg 2015
138
Afrekening subsidiebeschikking A2
140
Jeugdwet St. MET GGZ
143
Rente vaste geldleningen
148
Vervangingsinvesteringen vrijverval
277
Belastingdienst, claim 5- jaarlijkse controle 2011-2013 Aflossing vaste geldleningen 2016
318 1.223
Extra storting koopsom pensioenen wethouders
465
Afrekeningen diverse zorgaanbieders
224
Overige nog te betalen bedragen
899
Totaal nog te betalen bedragen
3.975
Crediteuren: Omgevingsdienst ZO-Brabant, diversen
126
Risse-Westrom, div. afrekeningen
128
Heijmans Wegen, diversen
130
ABP Pensioenen, OP/NP
131
Strabag, div. kosten investeringen
320
Belastingdienst, loonheffingen
496
Samenwerking A2 Gemeenten,
202
Overige Crediteuren
2.191
Totaal Crediteuren
3.724
Totaal overige schulden
8.467
161
Overlopende passiva De post overlopende passiva wordt onderscheiden in: Boekwaarde Boekwaarde 31-dec-14 31-dec-15 Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen, m.u.v. jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume waarvoor een heffing wordt geheven De van EU, Rijk en provincies ontvangen voorschotbedragen voor specifieke uitkeringen die dienen ter dekking van volgende begrotingsjaren Voorzieningen voor middelen van derden waarvan de bestemming gebonden is
1.253
40
196
375
223 1.672
11 426
Specificatie van EU, Rijk en provincies ontvangen voorschotbedragen specifieke uitkeringen: COA, diversen 182 Ministerie van Sociale Zaken, Bbz 193 375
Niet in de balans opgenomen verplichtingen Aan natuurlijke en rechtspersonen verstrekte borgstellingen of garantstellingen Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. De borgstellingen kunnen als volgt worden gespecificeerd: Borgstellingen Borgstellingen 31-dec-14 31-dec-15 Verleende borgstellingen aan woningbouworganisaties: BNG, verlening aan Wocom Nederlandse Waterschapsbank, verlening aan Stichting Wonen Limburg Totaal verleende borgstellingen aan woningbouworganisaties
31.300 3.000 34.300
31.300 3.000 34.300
Verleende garantstellingen aan particulieren: Aegon Nationale Nederlanden ASR Syntus Florius Starter Ned. B.V. Obvion ABN AMRO Direktbank ING BLG Wonen Westland Utrecht Bank Rabobank Weerterland en Cranendonck Rabobank De Kempen Totaal verleende garantstellingen aan particulieren Totaal garantstellingen
2 96 47 90 547 314 328 279 11 829 67 42 545 24 3.221 37.521
0 78 47 90 504 228 328 279 11 800 59 38 455 21 2.938 37.238
162
Niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de gemeente voor toekomstige jaren is verbonden Overeenkomsten Op grond van artikel 53 BBV worden in de toelichting bij de balans opgenomen de niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de gemeente voor toekomstige jaren is gebonden. Hieronder is een overzicht opgenomen met de contractuele verplichtingen en looptijden van de verplichtingen: Jaar 2016 2017 2018 2019 2020 Totaal
Aantal contracten 176 149 130 124 8 587
Waarde 1.790 864 196 141 91 3.082
Hieronder een overzicht van de grootste contracten: Publicatiepagina Grenskoerier
45
Inzameling en recycling verpakkingsafval van particulieren
45
Inzameling huishoudelijk papier/karton
52
Rioolreininging- en inspectie
60
Facilitaire dienstverlening Diftar
90
Preventief en correctief onderhoud mechanische riolering
100
Preventief klein onderhoud vrijvalriolering
100
Beheer Milieustraat
111
Verwerking GFT-afval
140
Inzameling huishoudelijk/restafval
188
Aanleveren en verwerken van brandbaar afval
257
Inhuur facilitaire dienstverlening
335
Pensioenverplichtingen wethouders Loyalis APPA-plan
PM
Overige contracten
1.559 3.082
Arbeidskostengerelateerde verplichtingen Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op een andere wijze een verplichting opgenomen. Deze personele lasten worden verantwoord in het jaar waarin de uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden gedacht aan overlopende vakantiegeld- en (spaar)verlofaanspraken. Eigen bijdrage op grond van de WMO Een aanvrager van een voorziening, hulp in de huishouding of een financiële tegemoetkoming (persoonsgebonden budget) is op grond van de WMO een bijdrage verschuldigd. De wetgever heeft bepaald dat de berekening, oplegging en incasso van deze eigen bijdrage wordt uitgevoerd door het CAK. De informatie van het CAK (om privacyredenen beperkt) is ontoereikend om als gemeente de juistheid op persoonsniveau en volledigheid van de eigen bijdragen als geheel te kunnen vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen op grond
163
van de WMO geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dit betekent dat door de gemeenten geen zekerheden omtrent omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen. Risico’s balanspositie Vordering Hof van Cranendonck Een bedrag van € 804.000,- moet op basis van een overeenkomst nog door Hof van Cranendonck voldaan worden. Zij hebben de betaling eenzijdig opgeschort. Er worden verdergaande juridische invorderingsmaatregelen getroffen. Voorzichtigheidshalve is een bedrag van € 45.000,- gereserveerd voor het deel van de vordering waarover discussie bestaat.Het resterend deel van de vordering verwachten wij minimaal te ontvangen. Controle Belastingdienst Periodiek (meestal eens in de vijf jaar) voert de Belastingdienst een controle uit. In 2015 is een controle gestart die begin 2016 is afgerond. Op basis van de bevindingen van de Belastingdienst wordt een naheffing over de jaren 2011 t/m 2013 verwacht. Ten tijde van het opmaken van de jaarstukken was het bedrag van de mogelijke claim nog niet bekend. Voorzichtigheidshalve is op basis van de voorlopige bevindingen van de Belastingdienst een bedrag van € 318.000,- als naheffing verantwoord. Het risico van een definitieve hogere naheffing bestaat Gerechtelijke procedures De gemeente is betrokken bij een aantal lopende gerechtelijke procedures. Hieronder wordt op een aantal zaken ingegaan die mogelijk financiële consequenties kunnen hebben voor de gemeente. Project ’t Zandblauwtje Betreft een geschil over de vraag of de gemeente aansprakelijk kan worden gehouden voor het afbreken van onderhandelingen en of de gemeente gerechtigd is om gronden op een bepaalde manier te bestemmen, waarbij door de wederpartij een schadevergoeding wordt geclaimd. Chalet Renovatie Betreft een geschil over de bouw van een woonwagen, waarbij de aannemer is vertrokken zonder dat het werk was afgerond. De afronding van de werkzaamheden heeft uiteindelijk plaatsgevonden door een andere aannemer. De gemeente heeft een vordering ingesteld van € 25.000,-. De vraag is of betreffende vordering kan worden geïncasseerd. Duurzaam Industriepark Cranendonck Met Nyrstar is een afspraak gemaakt dat Nyrstar € 550.000,- te vermeerderen met 4% rente per jaar vanaf 2011, bijdraagt aan de plankosten. Met de zwaardere inzet van het ambtelijk apparaat dan eerder was voorzien en de kosten voor het actualiseren van vooronderzoeken en de langduriger inzet van de projectleiding, zal de overschrijding verder stijgen. In de grex is rekening gehouden met een forse overschrijding van € 530.000,-. Dit bedrag wordt afgedekt door de voorziening nadelige plannen in de begroting 2016. Zolang de anterieure overeenkomst met Nyrstar niet is getekend, loopt de gemeente formeel het risico niets van de tot op heden gemaakte plankosten vergoed te krijgen. In de concept overeenkomst, die enkele jaren geleden is opgesteld, wordt de financiële bijdrage van Nyrstar beperkt tot € 550.000,- te vermeerderen met rente. Dit bedrag dekt de gemaakte en nog te maken kosten niet. Met Nyrstar zullen de onderhandelingen moeten worden aangegaan voor een verdere bijdrage. Naast het hiervoor genoemde financiële risico bestaat ook het afbreukrisico dat op het hoofdkantoor in Zürich besloten wordt niet verder te gaan met het DIC. Reden daarvoor kan zijn dat er inmiddels te veel tijd met het besluitvormingsproces inzake het DIC is verloren en dat er in de tussenliggende tijd op het hoofd-kantoor andere afwegingen zijn gemaakt. In die gevallen zal er van een (volledige) financiële dekking van de gemaakte kosten geen sprake zijn. Leverplicht aan Attero huishoudelijk restafval Tussen de Brabantse gemeenten en Attero Zuid B.V. bestond een geschil over het aanleveren en verwerken van brandbaar afval. Over dit geschil is een arbitrale procedure gevoerd. Op 8 januari 2016 zijn in dit vonnis
164
alle vorderingen van Attero Zuid B.V. afgewezen. Er stond geen hoger beroep open voor Attero. Wel bestaat de mogelijkheid tot het indienen van een vordering tot vernietiging van het arbitraal vonnis. Van deze mogelijkheid heeft Attero gebruik gemaakt door op 7 april jl. een vernietigingsdagvaarding te laten betekenen. Deze procedure heeft betrekking op de gronden die er zijn om tot vernietiging van het arbitraal vonnis over te gaan. Het inhoudelijk geschil over de naheffing zal niet door het gerechtshof worden beslecht. Indien het arbitraal vonnis d.d. 8 januari 2016 (gedeeltelijk) zou worden vernietigd, dient opnieuw een arbitrage te worden gestart. De Vereniging van Contractanten (VvC) zal namens gewesten en gemeenten verweer voeren inzake de Vernietigingsprocedure. De doelstelling is vanzelfsprekend om het arbitraal vonnis d.d. 8 januari 2016 in stand te houden.
Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen Publieke en Semipublieke Sector (WNT) De WNT is per 1 januari 2013 in werking getreden. Beloningen van bestuurders en overige topfunctionarissen in de (semi)publieke sector dienen wettelijk genormeerd, respectievelijk gemaximeerd te worden. Dit heeft geresulteerd in de wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Hiermee wordt WOPT ingetrokken. De WNT voorziet in een democratisch gelegitimeerd instrument waarmee normen en verplichtingen kunnen worden opgelegd voor de bezoldiging van bestuurders en andere topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector. De gemeente is verplicht om jaarlijks in het financieel jaarverslag de bezoldiging van iedere topfunctionaris en gewezen topfunctionaris op persoonsnaam op te nemen, ongeacht een eventuele overschrijding van het bezoldigingsmaximum. Het algemene bezoldigingsmaximum is in 2015 verlaagt naar 100 % van het brutosalaris van een minister inclusief belaste onkostenvergoedingen en werkgeversbijdrage. Voor 2015 is dit gemaximeerd op € 178.000,. De WNT geeft aan dat de gemeente verplicht is om jaarlijks in het financieel jaarverslag de bezoldiging van iedere topfunctionaris en gewezen topfunctionaris op persoonsnaam op te nemen, ongeacht een eventuele overschrijding van het bezoldigingsmaximum. Ten aanzien van de gemeente zijn topfunctionarissen in de zin van de WNT: Gemeentesecretaris Griffier In 2015 betreft dit de volgende personen: Naam orgaan of instelling waar functie wordt bekleed Functie(s) Naam Duur dienstverband in 2015 Omvang dienstverband (in fte)
Gemeente Cranendonck
Gemeente Cranendonck
Gemeente Cranendonck
Gemeentesecretaris
Gemeentesecretaris
Griffier
M. van Vliet
Ir. J.A.G.M. van Aaken
P. Bemelmans
1/1 - 9-3
1/7 - 31/12
1/1 - 31/12
1
1
1
21.252
44.619
70.544
160
26
32
Bezoldiging Beloning Belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn
2.517
6.904
3.025
Totaal bezoldiging
23.929
51.549
73.601
Toepasselijk WNT-maximum
33.649
88.268
178.000
Nvt
Nvt
Nvt
Motivering indien overschrijving norm:
165
166
Bijlagen
167
Bijlage 1: Staat reserves en voorzieningen SOORT RESERVE/ VOORZIENING
ALGEMENE RESERVES 791001 Algemene reserve (was ARVA) 791002 Algemene reserve buffer (ARB) Resultaat
Saldo 1-1-2015
Inflatie Vaststelling correctie jaarrek. 2014
Toename
Afname
Saldo 31-12-2015
10.975.176 1.800.000
0 0
-356.727 0
4.766.440 0
12.775.176
-
356.727-
4.766.440
1.558.777 13.826.112 1.800.000 0 0 3.358.777 13.826.112
134.959 1.705.677 3.267.829 542.693 145.068 117.955 9.211 31.522 383.942 388.219 1.163.153 832.932 532.114 557.553 257.503 1.200.000 1.673.633 7.682
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 155.000 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 163.028 1.128.208 0 26.284 0 0 0 166.268 0
134.959 0 1.887.466 98.069 145.068 52.298 9.211 31.522 383.942 543.219 408.340 0 35.000 557.553 257.503 126.741 0 7.682
0 1.705.677 1.380.363 444.624 0 65.657 0 0 0 163.028 1.883.021 832.932 523.398 0 0 1.073.259 1.839.901 0
12.951.645
0
155.000
1.483.788
4.678.574
9.911.860 0
25.726.821
0
-201.727
6.250.228
8.037.350 23.737.972
BESTEMMINGSRESERVES 791004 791012 791024 791032 791033 791034 791052 791053 791059 791064 791066 791069 791070 791071 791072 791090 791091 791096
Reserve gemeentelijke samenwerking Reserve Randweg Reserve dekking kapitaallasten Reserve eigen risico organisatie/ww rechten Reserve volkshuisvesting woonvisie Reserve aanleg glasvezel Reserve projectsubsidies Reserve monumenten Reserve HNG Reserve overgehevelde budgetten Reserve Sociaal Deelfonds (was wmo) Reserve natuurcomp.DIC Reserve Buitengebied In Ontwikkeling (BIO) Reserve leefbaarheid Reserve vervanging tractie buitendienst Reserve grondexploitaties Reserve bovenwijkse voorzieningen Reserve vervanging sportattributen turnhal
TOTAAL RESERVES VOORZIENINGEN 791080 Voorziening Riolering 791085 Voorziening Afvalstoffenheffing 791010 Voorziening groot onderhoud schoolgebouwen 791011 Voorziening onderhoud asielzoekersschool 791015 Voorziening voormalig bestuur en personeel 791050 Voorziening groot onderhoud gem. gebouwen 791051 Voorziening groot onderhoud gem. gebouwen VTBC (incl. BTW) 791049 Voorziening groot onderhoud gem. gebouwen VTBC (excl. BTW) 791054 Voorziening onderhoud wegen TOTAAL VOORZIENINGEN TOTAAL RESERVES EN VOORZIENINGEN
2.312.343 233.835 137.333 0 254.070 843.981 -7.274
0 0 0 0 98.069 322.049
99.194 27.349 137.333 0 73.044 237.316
2.213.149 206.486 0 0 279.095 928.714
24.327
12.470
4.583
197.982 719.356
294.341 703.015
218.670 34.749
1.361.783
1.584.061
3.885.447
7.612.011
9.621.411 27.623.418
315.029 18.407 4.107.724 29.834.545
0
-201.727
168
Er is een nieuwe nota Reserves en Voorzieningen 2015 -2018 vastgesteld in de raad van 14 april 2015. Hierbij is besloten een aantal reserves op te heffen en de saldi op te heffen. Deze reserves zijn (inclusief de nog resterende claims) ten gunste van de Algemene Reserve gebracht. Dit is gebeurd voor de volgende reserves:
Algemene reserve buffer (ARB) Reserve gemeentelijke samenwerking Reserve volkshuisvesting woonvisie Reserve projectsubsidies Reserve monumenten Reserve HNG Reserve leefbaarheid Reserve vervanging tractie buitendienst Reserve vervanging sportattributen turnhal
Van de overige reserves is onderstaand een overzicht per reserve opgenomen inclusief de mutaties over 2015. Algemene reserve Algemeen Is een eigen vermogensbestanddeel waaraan geen bijzondere bestemming is gegeven en behoort tot de financiële weerstandscapaciteit van de gemeente. De raad kan vrij beschikken over deze middelen voor het doen van uitgaven. Doel Als onderdeel van de weerstandscapaciteit dient de algemene reserve voor het opvangen van jaarrekeningtekorten en het afdekken van risico’s in algemene zin waarvoor geen bestemmingsreserves of voorzieningen zijn gevormd. Looptijd Doorlopend. De hoogte van de reserve De hoogte van de algemene reserve is niet gekoppeld aan een bovengrens en vooralsnog ook niet aan een ondergrens. Mede in afwachting van een beter inzicht in het weerstandsvermogen vanuit een (meer) volwassen risicomanagement is de ondergrens op nihil gesteld gesteld totdat deugdelijk onderbouwd een ondergrens kan worden bepaald. Voeding van de reserve De voeding van deze reserve geschiedt door positieve programmarekening saldi aan deze reserve toe te voegen.
169
Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Mutaties
Toename
Afname
Saldo per 1-1-2015
Saldo
Jaarrekening 2015 Toename
Afname
10.975.176
Jaarrekening saldo 2014: restant saldo
356.727,34
9.211
0
25.000 150.000
Primitieve begroting: uitvoeringsprogramma gebiedsvisie Primitieve begroting: Kansen over grenzen BW 19: gebiedsvisie KOG BW 15: storting JR15 - gebiedsvisie BW 9: jaarrek 2014 Gebiedsvisie kansen over grenzen
130.000 -60.000 30.000 -20.000 38.941
59.373,38
Primitieve begroting: programma DV ( incidenteel - project secr) Primitieve begroting: programma DV ( incidenteel ) BW 2: Project Dienstverlening BW 15: storting JR15 - Project dienstverlening
215.000 25.000 240.252 -135.000
215.000,00 130.252,00
25.000 150.000 20.627 gesaldeerd met bovenstaand bedrag gesaldeerd met bovenstaand bedrag gesaldeerd met bovenstaand bedrag 38.941,00 0
1.100.000
BW 2: cranendonckse manier van werken
0 0 gesaldeerd met bovenstaand bedrag gesaldeerd met bovenstaand bedrag
1.100.000,00 51.000
BW 6: nota RV reserve ARB BW 6: nota RV reserve Tractie BW 6: nota RV reserve Sportattributen BW 6: nota RV reserve Gem samenwerking BW 6: nota RV reserve Volkshuisvesting woonv BW 6: nota RV reserve Monumenten BW 6: nota RV reserve HNG BW 21: corr BW 6 nota RV res HNG leegboeking reserve leefbaarheid
9.273
9.211,00
Primitieve begroting: Centrumplan Budel BW : Centrumplan Budel schouw : adm wijz nu via ARVA was Leefbaarheid
van reserve dekking kapitaallasten
Verschil
10.975.176,00
366.000
Primitieve begroting: saldo reserve projectsubsidie
Saldo
0 51.000,00
1.800.000 174.000 11.000 135.000 145.000 44.000 320.000 64.000 557.553
1.800.000,00 257.503,00 7.682,00 134.959,00 145.068,00 31.522,00 383.942,00
0 0 83.503 -3.318 -41 68 -12.478 58 gesaldeerd met bovenstaand bedrag 0,00
557.553,00
BW 10: 1e burap 2015 dekking kap lasten wegen - Randweg zuid aanvullend krediet (BW 15 aanvulling - uit ARVA)
279.000 130.000
385.575,61
23.424 gesaldeerd met bovenstaand bedrag
BW 10 : 1e burap 2015 dekking kap lasten wegen: Heikantstraat en Mulkstraat BW 10 : 1e burap 2015 dekking kap lasten wegen: vrachtverkeer Maarheeze Vrachtverkeer Maarheeze
234.000 33.000 25.000
234.683,79 28.815,40
-684 4.185 25.000
BW24: van res geact Kapitaallasten naar ARVA - krediet St. Josephschool
339.000
339.000,00
Herinrichting Grootschoterweg BW 25 : Kredieten Boogurt/Hummelhonk 721060 t/m 721063 uit ARVA
203.433
BW25 : Krediet Fietspad Ruilverkavelingsweg uit ARVA BW : verhoging krediet Fietspad Ruilverkavelingsweg uit ARVA
0,00 3.598,20 125.858,60
-3.598 77.574
152.251 42.000
195.034,85
-784 gesaldeerd met bovenstaand bedrag
BW25 : Centrumvisie Maarheeze (was uit reserve leefbaarheid)
21.767
9.292,03
12.475
BW 25 : adm wijz bw13 2e burap 15 de Schakel nu via ARVA was leefbaarheid BW 25 : (Restant) voorbereidingskrediet de Schakel nu via ARVA was leefbaarheid
19.000 10.963
29.983,05
-20 gesaldeerd met bovenstaand bedrag
BW 25 : adm wijz BW11 - onderzoekskosten de Schakel - was leefbaarheid BW 25 : adm wijz BW 14 - fase 2 de Schakel - was leefbaarheid BW 25 : adm wijz BW 15 - storting JR15 - fase 2 Schakel - was leefbaarheid
20.000 15.000 -13.000
22.542,64
-543 gesaldeerd met bovenstaand bedrag gesaldeerd met bovenstaand bedrag
BW 25 : adm wijz bw 13 2e burap 2015 St Josephschool
12.000
28.826,05
-16.826
Totaal Saldo per 31-12-2015
4.698.764
2.240.607
4.766.440,00 13.433.333
1.915.503,94
392.895 13.826.112
170
RESERVE RANDWEG A. Algemeen Is een bestemmingsreserve ingesteld voor het opvangen van kosten in het kader van de realisatie van een randweg in de gemeente Cranendonck. B. Doel Deze reserve heeft tot doel het opvangen van grote fluctuaties in de reguliere bedrijfsvoering als gevolg van uitgaven in het kader van de voorbereiding / ontwikkeling van een eventuele randweg. C. Looptijd Bepaald in die zin dat jaarlijks bij het begrotingsproces aangegeven wordt of het aanhouden van deze reserve gecontinueerd dient te worden. Conform het raadsprogramma 2014 – 2018 dient er een oplossing te komen voor verkeersafwikkeling zuidkant Budel. D. De hoogte van de reserve De hoogte van de reserve randweg is voor alsnog niet gekoppeld aan een boven- dan wel ondergrens. Wel dient jaarlijks bij het begrotingsproces de hoogte van deze reserve bezien te worden. E. Voeding van de reserve De voeding van deze reserve geschiedt door resultaatbepaling bij eventuele positieve jaarresultaten.
Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Inflatie correctie Toename Afname Saldo
Mutaties Saldo per 1-1-2015
Jaarrekening 2015 Inflatie correctie
Toename
Afname
Saldo
1.705.677
Totaal Saldo per 31-12-2015
0
0
0
1.705.677
0 1.705.677
Verschil
0
0
0 1.705.677
Reserve dekking kapitaallasten Algemeen Is een bestemmingsreserve ingesteld op grond van de voorschriften om het op deze wijze mogelijk te maken die investeringen met economisch nut, die gedekt worden uit een beschikking over een reserve, te kunnen verantwoorden. Doel Deze reserve heeft tot doel het overeenkomstig de voorschriften uit het BBV de beschikkingen over reserves te verantwoorden. Looptijd Bepaald in die zin dat de looptijd afhankelijk is gesteld aan de looptijd van de investeringen. De hoogte van de reserve De hoogte van de reserve geactiveerde reserves is niet gekoppeld aan een bovengrens dan wel ondergrens aangezien de hoogte afhankelijk is aan het totaal van de investeringen die op deze wijze gedekt worden. Voeding van de reserve De voeding van deze reserve geschiedt door de eventuele stortingen van de onttrekkingen uit reserves die voor de dekking van kapitaallasten van diverse investeringen ter beschikking gesteld zijn.
171
Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Mutaties
Toename
Afname
Saldo
Saldo per 1-1-2015
Jaarrekening 2015 Toename
Afname
3.267.829
naar ARVA
Saldo
Verschil
3.267.829,00
1.100.000
1.100.000,00
0
Primitieve begroting: kapitaallasten terugdraaien kap lasten hof van Cranendonck
158.610
164.531,44 -58.505,76
-5.921 58.506
BW24: naar ARVA - krediet St. Josephschool
339.000
339.000,00
0
AWA : extra afschrijving 7211004 realisatie 30/60 km AWA : extra afschrijving 8210052 rotonde Nieuwstr/v Houtstr AWA : extra afschrijving 8210050 Pastoor Lemmensstraat AWA : extra afschrijving 8211002 Verveerksveiligheid Meemortel
174.071 141.160 22.877 4.333
174.070,80 141.159,64 22.876,92 4.333,16
0 0 0 0
Totaal
0 1.940.051
0,00 1.887.466,20
Saldo per 31-12-2015
1.327.778
52.584 1.380.362,80
De afname van deze reserve door ‘extra afschrijving’ betreft vrijval ten gunste van de exploitatie als compensatie voor de afboeking van de boekwaarden ten laste van de exploitatie van een viertal investeringen met maatschappelijk nut. Deze bleken abusievelijk in deze reserve dekking kapitaallasten, die alleen was bedoeld voor investeringen met economisch nut, te zijn opgenomen. Deze afwaardering en vrijval is overigens gedaan conform de nota Reserves en voorzieningen.
Reserve eigen risico organisatie/ww-rechten Algemeen Is een bestemmingsreserve ingesteld om het hoofd te kunnen bieden aan onverwachte financiële gevolgen van formatieve aangelegenheden binnen de gemeentelijke organisatie. Het college van burgemeester en wethouders is gemachtigd tot het doen van onttrekkingen uit deze reserve. Van deze onttrekkingen dient via de P&-cyclus verantwoording afgelegd te worden. Doel Aangezien de gemeente zelf risicodrager is bij gedwongen beëindiging van dienstverbanden heeft deze reserve tot doel om de financiële gevolgen van de afwikkeling van die trajecten zoveel mogelijk te beperken en op te vangen. Het college dient in deze trajecten slagvaardig te kunnen handelen. Looptijd De looptijd van deze reserve is onbepaald. De hoogte van de reserve De hoogte van deze bestemmingsreserve is niet gekoppeld aan een bovengrens. De hoogte is afhankelijk van de middelen die ten gunste van deze reserve worden gebracht op basis van ontwikkelingen in de organisatie. Ook geldt geen specifieke ondergrens. Voeding van de reserve De voeding van deze reserve vindt plaats door storting op basis van het bestemmen van een deel van het eventuele positieve jaarresultaat. Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Mutaties
Toename
Afname
Saldo per 1-1-2015
Toename
Afname
542.693
Primitieve begroting
Saldo
Totaal
149.647
72.000 0
Verschil
542.693
149.647
BW 13: 2e burap 2015 - nr VZ vm bestuur en personeel
Saldo per 31-12-2015
Saldo
Jaarrekening 2015
98.068,95
221.647
0,00 321.046
-26.069
98.068,95
123.578 444.624
172
Reserve aanleg glasvezel Algemeen Is een bestemmingsreserve voor het doen van uitgaven voor het faciliteren in processen om te komen tot de aanleg van glasvezel, het voorfinancieren van opstartkosten bij het tot stand komen van coöperaties, kennisondersteuning richting de initiatiefnemers en voor degeneratiekosten. de aanleg van glasvezel in gebieden in de gemeente Cranendonck die als onrendabel zijn aangemerkt door de glasvezel exploitant. Doel Deze reserve is ingesteld met het doel om tot een honderd procent verglazing van de gemeente te komen waarbij deze reserve het mogelijk maakt om kosten en opbrengsten met elkaar in verhouding te laten blijven. Looptijd De looptijd van de reserve aanleg glasvezel is onbepaald. De hoogte van de reserve De hoogte van deze bestemmingsreserve is niet gekoppeld aan een bovengrens of een specifieke ondergrens. Voeding van de reserve De voeding van deze reserve heeft plaatsgevonden enerzijds door de vergoeding van de glasvezel exploitant en anderzijds de vergoeding in de degeneratiekosten in de reserve te storten. Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Mutaties
Toename
Afname
Saldo per 1-1-2015 BW BW BW BW
Saldo
Jaarrekening 2015 Toename
Afname
117.955
3: glasvezel 15: storting JR15 - glasvezel 23:corr prim begroting - van res leefbaarheid 9: jaarrek 2014 - glasvezel Totaal
Saldo per 31-12-2015
Verschil
117.955,00
79.000 -79.000 10.000 58.000 0
Saldo
79.000 -79.000 52.298,06
68.000
0,00 49.955
15.702
52.298,06
15.702 65.656,94
Reserve overgehevelde budgetten Algemeen Is een bestemmingsreserve ingesteld om te kunnen voldoen aan de voorschriften van het BBV met betrekking tot het doorschuiven van niet bestede middelen van doorlopende projecten naar een volgend jaar. Doel Deze reserve is om praktische en administratieve redenen ingesteld met het doel te voorkomen dat middelen van lopende projecten opnieuw vrijgemaakt dienen te worden. Looptijd De looptijd van de reserve overgehevelde budgetten is onbepaald aangezien er in de praktijk altijd projecten zijn die waarvan de duur het lopende jaar overschrijdt. De hoogte van de reserve De hoogte van deze bestemmingsreserve is niet gekoppeld aan een bovengrens of een specifieke ondergrens. Voeding van de reserve De voeding van deze reserve vindt plaats door storting van die middelen die via de bestuursrapportages of via de resultaatbepaling bij de programmarekening aangegeven zijn. Criteria voor de overheveling van
173
budgetten zijn onder meer een incidenteel karakter van het budget en besteding van het budget binnen maximaal één jaar. Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Mutaties
Toename
Afname
Saldo per 1-1-2015
2: 2: 2: 9: 9: 9: 9:
BW BW BW BW BW
15: 15: 15: 15: 15:
Toename
Afname
388.219
JR 2014: storting BW BW BW BW BW BW BW
Saldo
Jaarrekening 2015
155.000
renovatie de Schakel speelplekken Project Digitalisering Jaarrek - subsidie beleid Jaarrek - handh woonwagenloc Jaarrek - bestemming + structuurplannen Jaarrek - COA
155.000,00
0 40.000,00 40.000,00 183.454,00 10.000,00 20.000,00 25.000,00 100.000,00
30.000 13.000 20.000 8.000 99.000
0 0 0 0 0 0 0
0,00 12.750,00 20.000,00 8.000,00 122.278,00
Besteding IZA gelden - nog uit saldo per 1-1-2014 Uitvoeringsprogramma verkeer en verkeer - overheveling JR 2013 Uitvoeringsprogramma verkeer en verkeer - overheveling JR 2013 Peuterspeelzaal - overheveling JR 2013 Totaal
Verschil
388.219,00
40.000 40.000 183.454 10.000 20.000 25.000 100.000
storting JR15 - geluidwerende maatregelen storting JR15 - onderzoek ko dekkendheid leges storting JR15 - stimulering econom klimaat storting JR15 - ondernemersklimaat storting JR15 - Project digitalisering
Saldo
-30.000 -250 0 0 23.278 100.000,00 12.750,00 6.375,00 5.640,00
325.000
Saldo per 31-12-2015
418.454
318.028,00 294.765
543.219,00
-100.000 -12.750 -6.375 -5.640 0,00 163.028,00
-131.737
Specificatie reserve overgehevelde budgetten per 31-12-2015: storting JR15 - onderzoek ko dekkendheid leges storting JR15 - stimulering econom klimaat storting JR15 - ondernemersklimaat storting JR15 - Project digitalisering
12.750,00 20.000,00 8.000,00 122.278,00 163.028,00
Reserve Sociaal deelfonds Algemeen Is een bestemmingsreserve voor het doen van onttrekkingen/stortingen die de geraamde totaalbudgetten in enig jaar over- c.q. onderschrijden. Doel Deze reserve is ingesteld met het doel om fluctuaties op te vangen in de verstrekkingen uit de jaarlijkse beschikbare decentralisatie budgetten voor Jeugdzorg, Wmo en Participatie. Looptijd De looptijd van deze reserve is minimaal 3 jaar omdat conform bestuurlijke afspraken tussen de rijksoverheid en de VNG de uitgaven van gemeenten aan het sociaal domein als onderdeel van de monitor sociaal domein apart zichtbaar dienen te zijn. De hoogte van de reserve De hoogte van deze bestemmingsreserve is niet gekoppeld aan een bovengrens of een specifieke ondergrens. Voeding van de reserve De voeding van of onttrekking uit deze reserve vindt plaats door het verschil van de baten en lasten rond de decentralisatiebudgetten ten gunste dan wel ten laste van deze reserve te brengen.
174
Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Mutaties
Toename
Afname
Saldo per 1-1-2015
Saldo
Jaarrekening 2015 Toename
Afname
Saldo
1.163.153
Primitieve begroting
Verschil
1.163.153
69.998
1.128.208
1.058.210 -34.449 75.421
Primitieve begroting: participatiebudget
175.000
34.449 99.579
BW 2: decentralisatie wmo BW 2: decentralisatie wmo BW 9: Jaarrek 2014 - dorpssteunpunten
76.000 92.500 35.000
76.000 92.500 35.000
0 0 0
100.000
70.813
16.187 gesaldeerd met bovenstaand bedrag
BW 13: 2e burap 2015 - soc domein BW 13: 2e burap 2015 - soc domein
13.000
Totaal
82.998
478.500
Saldo per 31-12-2015
1.128.208
408.340
1.115.370
767.651
1.883.021
RESERVE NATUURCOMPENSATIE DUURZAAM INDUSTRIETERREIN CRANENDONCK (DIC) A. Algemeen Is een bestemmingsreserve ingesteld om beleid te bekostigen waarvoor reeds verplichtingen aangegaan zijn. B. Doel Deze reserve is ingesteld met het doel om te voorzien in de natuurcompensatie voor het Duurzaam Industrieterrein Cranendonck (DIC). C. Looptijd De looptijd van de reserve Natuurcompensatie DIC is gekoppeld aan de looptijd van de realisatie van het DIC. Voor de realisatie van het DIC is nog geen einddatum bekend. D. De hoogte van de reserve De hoogte van deze bestemmingsreserve is een vast bedrag en niet gekoppeld aan een bovengrens. Ook is er geen specifieke ondergrens. E. Voeding van de reserve De voeding van deze reserve heeft plaatsgevonden door storting van een deel van die middelen die via verkoop van het Maarheezerbos/Hoenderbos zijn verkregen.
Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Inflatie correctie Toename Afname Saldo
Mutaties Saldo per 1-1-2015
Jaarrekening 2015 Inflatie correctie
Toename
Afname
Saldo
832.932
Totaal
0
0
Saldo per 31-12-2015
0
832.932
0 832.932
Verschil
0
0
0 832.932
Reserve Buitengebied In Ontwikkeling (BIO) Algemeen Is een bestemmingsreserve ingesteld om beleid te bekostigen waarvoor reeds verplichtingen aangegaan zijn. Bij oprichting van de reserve BIO was de Provinciale nota Buitengebied in Ontwikkeling nog van kracht. Inmiddels is dit provinciale beleid alweer herzien en is de BIO-regeling omgezet in nieuw beleid. Echter, de mogelijkheid blijft nog steeds om in het kader van provinciale regelgeving, geld van derden te investeren in landschappelijke herinrichting. Voorgesteld wordt daarom om de naam van de reserve aan te passen naar ‘Reserve Landschapsversterking’. Deze benaming dekt beter de doelstelling van de gestorte middelen.
175
Doel Deze reserve is ingesteld om te voldoen aan Provinciale Verordeningen Ruimte die herinvestering van gelden vereisen. Dit ter compensatie en/of verbetering van het landschappelijk beeld in het buitengebied. Looptijd De looptijd van de reserve BIO is bepaald en loopt van 2010 tot en met 2015. Voor de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied is reeds een projectenplan door de gemeenteraad vastgesteld in december 2010. Nog niet alle middelen die bij het instellen van de reserve gestort zijn, zijn besteed aan de toen vastgestelde projecten. Daarnaast zijn er in de loop der tijd nog extra gelden in de reserve gestort. Voorgesteld wordt daarom de bepaalde looptijd tot 2015 te wijzigen tot een onbepaalde looptijd. De hoogte van de reserve De hoogte van deze bestemmingsreserve is niet gekoppeld aan een bovengrens of een specifieke ondergrens. Voeding van de reserve Door de Provinciale Verordening Ruimte is het verplicht gemaakt dat initiatiefnemers die in het buitengebied ontwikkelingen willen realiseren extra investeren in de kwaliteit van het buitengebied. Deze investeringen zijn door initiatiefnemers afgedragen aan de gemeente en in de reserve BIO gestort. De gemeente is verplicht de gelden in te zetten voor kwaliteitsverbetering in het buitengebied. De voeding van deze reserve heeft onder andere plaatsgevonden door storting van een deel van de middelen die via verkoop van het Maarheezerbos/Hoenderbos zijn verkregen. Dit jaar is er een bedrag van € 26.000,- gestort met betrekking tot het plan Woningbouw Vennenweg. Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Inflatie correctie Toename Afname Saldo
Mutaties Saldo per 1-1-2015
Jaarrekening 2015 Inflatie correctie
Toename
Afname
532.114
BW 2: groenvoorziening BIO projecten
Saldo 532.114,00
257.000
0 222.000
35.000,00
Bijdrage plan Woningbouw Vennenweg
26.283,75
Totaal
0
0
257.000
Saldo per 31-12-2015
0,00 275.114
Verschil
26.283,75
26.284
35.000,00
248.284 523.397,75
Reserve grondexploitaties Algemeen Is een bestemmingsreserve ingesteld om de resultaten van de afgesloten complexen en de ongedekte voorbereidingskredieten op te vangen. Fungeert daarnaast als een buffer voor het opvangen van risico`s en nadelige saldi van (toekomstige) grondexploitaties. Doel Deze reserve is ingesteld met het doel om onvoorziene risico’s in de gemeentelijke grondexploitaties te kunnen opvangen met betrekking tot het kunnen voldoen van aanvullende kosten buiten de gevoteerde middelen om. Looptijd De looptijd van de reserve grondexploitatie is onbepaald. De hoogte van de reserve De ondergrens/buffer bedraagt per eind 2015 € 1.015.000,- en is toegelicht in de paragraaf Grondbeleid. De maximale omvang van de reserve grondexploitaties is anderhalf maal deze ondergrens en daarmee per eind 2015 € 1.522.000,-. Voeding van de reserve
176
De voeding van deze reserve vindt plaats door gerealiseerde winsten op bouwgrondexploitaties of indien noodzakelijk aanvulling vanuit de algemene reserve. Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Mutaties
Toename
Afname
Saldo
Saldo per 1-1-2015
Jaarrekening 2015 Toename
Afname
Saldo
1.200.000
Verschil
1.200.000,00
Terug openen Zandblauwtje afsluiten plannen per 31-12-2015 aanvullen vz negatieve plannen
-11.377,00 30.150,00 107.968,00 Totaal
0
0
Saldo per 31-12-2015
11.377 -30.150 -107.968
0,00 126.741,00 1.200.000
-126.741 1.073.259,00
Reserve bovenwijkse voorzieningen Algemeen Is een bestemmingsreserve voor het realiseren en mede bekostigen van voorzieningen die buiten een bestemmingsplan liggen en dienstbaar zijn aan meerdere plannen/wijken. Doel Deze reserve is ingesteld met het doel om uitgaven af te dekken die niet in het betreffende plan vallen maar die wel ten gunste van het plan komen. Looptijd De looptijd van de reserve bovenwijkse voorzieningen is onbepaald. De hoogte van de reserve De hoogte van deze bestemmingsreserve is niet gekoppeld aan een bovengrens of een specifieke ondergrens. De ondergrens wordt bepaald door de geplande investeringen rekening houdend met de nog verwachte stortingen. Voeding van de reserve De voeding van deze reserve vindt plaats door toevoeging van delen van gerealiseerde verkopen van grond en de daaraan gekoppelde tarieven overeenkomstig de paragraaf Grondbeleid. Wel dient deze reserve aan de volgende uitgangspunten te voldoen: A) de geplande inkomsten en uitgaven dienen concreet benoemd en begroot te worden; B) de inkomsten worden gevormd door bijdragen vanuit de verschillende grondexploitaties en (indien nodig) de algemene middelen; A) de uitgaven worden gevormd door de reële kosten voor de benoemde bovenwijkse voorzieningen; B) aangezien het moment van de feitelijke ontvangsten (uit de bijdragen) dan wel de uitgaven (de kapitaallasten van de gedane investeringen in de bovenwijkse voorzieningen) onzeker zijn, dient deze reserve telkens te worden bijgesteld op basis van de geactualiseerde paragraaf Grondbeleid.
Begroting 2015 (incl. begrotingswijzigingen) Inflatie correctie Toename Afname Saldo
Mutaties Saldo per 1-1-2015
Jaarrekening 2015 Inflatie correctie
Afname
1.673.633
Saldo
133.465,06 32.803,42 Totaal
0
0
0
0,00 1.673.633
Verschil
1.673.633,00
Bijdragen anterieure overeenkomsten Bijdrage verkochte percelen grond
Saldo per 31-12-2015
Toename
166.268,48
133.465 32.803 0,00
166.268 1.839.901,48
177
Voorziening voormalig bestuur en personeel Algemeen Is een voorziening voor het doen van uitgaven in het kader van in het verleden aangegane verplichtingen ten behoeve van wachtgelders en non-activisten. Op basis van toenmalige inzichten is een afwikkel/dekkingsplan opgesteld. Doel Deze voorziening is ingesteld met het doel om de toekomstige verplichtingen te dekken van voormalig bestuur en personeel. Looptijd De looptijd van de voorziening is tot het jaar 2022. De hoogte van de voorziening De hoogte van deze voorziening is naar de aard ervan niet gekoppeld aan een bovengrens of specifieke ondergrens. Voeding van de voorziening De voeding van deze voorziening heeft plaatsgevonden door vanaf 2005 tot en met 2008 jaarlijks € 280.000,- in de voorziening te storten. Belangrijkste mutaties in 2015 Vanuit de exploitatie is een storting gedaan van € 98.000,-. Er zijn verder uitgaven geweest voor een totaalbedrag van € 73.000,- (waaronder € 40.000,- voor een vaststellingsovereenkomst en kosten voor nonactivisten) Voorzieningen onderhoud gemeentelijke gebouwen Algemeen Is een voorziening voor het doen van uitgaven in het kader van groot onderhoud van gemeentelijke gebouwen. Op basis van een actueel onderhoudsplan worden jaarlijks de stortingen in en de onttrekkingen aan deze voorziening bepaald. Doel Deze voorziening is ingesteld met het doel om fluctuaties op te vangen in de uitgaven van het jaarlijkse beschikbare onderhoudsbudget. Looptijd De looptijd van de voorziening Groot Onderhoud Gemeentelijke Gebouwen is onbepaald. De hoogte van de voorziening De hoogte van deze voorziening is naar de aard ervan niet gekoppeld aan een bovengrens of specifieke ondergrens. Voeding van de voorziening De voeding van deze voorziening vindt plaats op basis van de in het meerjarige onderhoudsplan aangegeven benodigde bedragen. Belangrijkste mutaties in 2015 Aan stortingen vanuit de exploitatie is ruim € 544.000,- toegevoegd. Aan onttrekkingen ten behoeve van diverse gemeentelijke gebouwen is ruim € 544.000,- uitgegeven.
178
Voorziening onderhoud wegen Algemeen Is een voorziening voor het doen van uitgaven in het kader van regulier en groot onderhoud aan het gemeentelijk wegennet. Op basis van een actueel onderhoudsplan worden jaarlijks de stortingen in en de onttrekkingen aan deze voorziening bepaald. Doel Deze voorziening is ingesteld met het doel om fluctuaties op te vangen in de uitgaven van het jaarlijkse beschikbare onderhoudsbudget voor het wegennet. Looptijd De looptijd van de voorziening Onderhoud Wegen is onbepaald. De hoogte van de voorziening De hoogte van deze voorziening is naar de aard ervan niet gekoppeld aan een bovengrens of specifieke ondergrens. Voeding van de voorziening De voeding van deze voorziening vindt plaats op basis van de in het meerjarige onderhoudsplan aangegeven benodigde bedragen. Belangrijkste mutaties in 2015 Aan stortingen vanuit de exploitatie is ruim € 719.000,- toegevoegd. Aan onttrekkingen is € 703.000,uitgegeven. De belangrijkste onttrekkingen hebben betrekking op:
Elementenonderhoud Regulier asfaltonderhoud Onderhoud markeringen Overig onderhoud
€ 250.000,€ 317.000,€ 37.000,€ 99.000,-
Voorziening riolering Algemeen Is een voorziening die conform de BBV-voorschriften verplicht is ingesteld voor gelden verkregen via heffingen van burgers. Doel Deze voorziening heeft naast het alloceren van gelden verkregen via heffingen van burgers tot doel om fluctuaties in de tariefstelling van de rioolheffing tot een minimum te beperken. Looptijd De looptijd van de voorziening is onbepaald. De hoogte van de voorziening De hoogte van deze voorziening is naar de aard ervan niet gekoppeld aan een bovengrens of specifieke ondergrens. Voeding van de voorziening De voeding van deze voorziening geschiedt door de stortingen of onttrekkingen op basis van eventuele positieve of negatieve jaarresultaten bij het product riolering. Belangrijkste mutaties in 2015 Het tekort van € 99.000 binnen het product riolering is ter egalisatie onttrokken uit de voorziening.
179
Voorziening afvalstoffenheffing Algemeen Is een voorziening die conform de BBV-voorschriften verplicht is ingesteld voor gelden verkregen via heffingen van burgers. Doel Deze voorziening heeft naast het alloceren van gelden verkregen via heffingen van burgers tot doel om fluctuaties in de tariefstelling van de afvalstoffenheffing tot een minimum te beperken. Looptijd De looptijd van de voorziening is onbepaald. De hoogte van de voorziening De hoogte van deze voorziening is naar de aard ervan niet gekoppeld aan een bovengrens of specifieke ondergrens. Voeding van de voorziening De voeding van deze voorziening geschiedt door de stortingen of onttrekkingen op basis van eventuele positieve of negatieve jaarresultaten bij het product afval. Belangrijkste mutaties in 2015 Het tekort van € 27.000,- binnen het product afvalstoffenheffing is ter egalisatie onttrokken uit de voorziening.
180
Bijlage 2: Overzicht investeringen Grootboeknummer 700150 Omschrijving Renovatie gemeentehuis Diversen Renovatie ed. gemeentehuis 700424 Vervanging tractie 2015
Krediet (na eventuele bijstelling)
BeschikBedrag Bedrag Krediet Uitgegeven baar 2015 Werkelijk Restant afsluiten Toelichting bij overschrijding of indien t/m 2014 ev 2015 eind 2015 Ja/Nee afsluiten = Nee 3.428.216 225.118 255.027 -29.909 Ja
6.754.000 108.950
6.414.860 0
339.140 108.950
296.798 0
42.342 108.950
Nee Nee
Zie evaluatie project gemeentehuis In 2015 is een krediet beschikbaar gesteld voor vervanging van de JCB graaflaadcombinatie. De procedure heeft vertraging opgelopen tijdens het aanbestedingstraject en zal in 2016 alsnog uitgevoerd gaan worden.
721043 GVVP 2012
227.095
0
227.095
81.058
146.037
nee
In december 2015 is door het college besloten om de bedragen die resteren uit het Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer 2012-2015 door te schuiven naar 2016 omdat een aantal projecten nog niet zijn uitgevoerd.
721045 MP Budel-Schoot Herinr. Grootschoterweg
840.000
921.759
-81.759
3.598
-85.357
Ja
De overschrijding is vooral veroorzaakt door niet begrote kosten van bodemverontreiniging en het in twee fasen asfalteren vanwege de bereikbaarheid van bedrijven en omwonenden.
721047 Diverse wegenprojecten 2014
500.000
266.124
233.876
234.684
-808
721050 GVVP 2013
108.020
0
108.020
0
108.020
nee
In december 2015 is door het college besloten om de bedragen die resteren uit het Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer 2012-2015 door te schuiven naar 2016 omdat een aantal projecten nog niet zijn uitgevoerd.
721051 GVVP 2014
78.030
13.076
64.954
33.117
31.837
nee
In december 2015 is door het college besloten om de bedragen die resteren uit het Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer 2012-2015 door te schuiven naar 2016 omdat een aantal projecten nog niet zijn uitgevoerd.
721052 GVVP 2015
79.590
0
79.590
11.345
68.245
nee
In december 2015 is door het college besloten om de bedragen die resteren uit het Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer 2012-2015 door te schuiven naar 2016 omdat een aantal projecten nog niet zijn uitgevoerd.
721053 GVVP 2013 verkeer over grenzen
25.000
0
25.000
0
25.000
nee
721054 GVVP 2013 Fietspad Driebos / Engelsman
485.000
343.864
141.136
126.430
14.706
nee
Krediet is beschikbaar gesteld omdat verwacht werd dat een aantal grensoverschrijdende projecten opgestart zouden worden. De verwachting is dat dit in 2016 wel zal gaan gebeuren. Het krediet kan pas in 2016 worden afgesloten nadat ook het subisidietraject met SRE volledig is afgerond.
721058 Diverse wegenprojecten 2015
500.000
0
500.000
501.428
-1.428
Ja
Diverse wegenprojecten 2015 721059 (afschrijvingen)
200.000
0
200.000
200.343
-343
Ja
721060 Infrastr. maatr. Boogurt/Hummelhonk
Ja
201.105
159.472
41.633
0
41.633
Ja
Infrastr maatr Boogurt/Hummel 721061 Verpl.transform.H.
70.000
65.133
4.867
0
4.867
Ja
Infrastr. maatr. Boogurt/Hummel plaats 721062 waterinfil.
45.000
49.551
-4.551
0
-4.551
Ja
100.000
64.366
35.634
0
35.634
ja
Infrastr. maatr. Boogurt/Hummel sanering 721063 grond
181
721065 MP Maatreg. tijdelijke randweg zuid (subsidie SRE)
MP ontwikk.wegenstr. vrachtverkeer 721066 Maarheeze Vervanging straatverlichting duurzame 721067 masten 2015 Vervanging straatverlichting armaturen 721068 2015 721069 Rehabilitaties 2015
721111 Fietspad Ruilverkavelingsweg 742304 Nieuwbouw de Boogurt/Hummelhonk Verbetering binnenklimaat 742305 Boogurt/Hummelhonk
855.000
83.849
771.151
771.151
0
Nee
75.000
17.156
57.844
51.315
6.529
Nee
75.000
0
75.000
75.000
0
75.000
0
75.000
64.047
10.953
nee
283.500
0
283.500
270.865
12.635
Nee
Ja
220.176
25.924
194.251
195.035
-784
Ja
2.773.695
2.751.955
21.740
0
21.740
ja
100.000
100.000
0
ja
100.000
0
Inspraak archeologie/verdieping 754101 cultuurhistorie
15.000
5.629
9.371
1.709
7.663
nee
755002 Landschappelijk herinrichten Blake Beemd
96.000
0
96.000
0
96.000
Nee
73.151 5.542.089
Nee
763005 Herontwikkeling de Borgh Realisering dorpssteunpunt St. 763006 Josephschool MHZ 763007 Ambt. onderst. dorpssteunpunt St. Josephschool MHZ
5.889.657
274.418 5.615.239
507.000 62.000
3.807 70.244
503.193 -8.244
52.284 28.826
450.909 -37.070
Nee Nee
69.000 1.567.180
39.036 1.173.707
29.964 393.473
29.983 266.697
-19 126.776
Ja Nee
772214 V-GRP jaarschijf 2014
815.000
108.846
706.154
688.021
18.133
Ja
772215 V-GRP jaarschijf 2015
1.510.000
0 1.510.000 1.038.178
471.822
Nee
Voorbereidingskrediet verbouw De 763008 Schakel Dorplein 772213 V-GRP jaarschijf 2013
772301 Sanering zinkassen
135.687
133.595
2.092
2.092
0
Maatregelen tijdelijke randweg zuid is in 2015 uitgevoerd. Project wordt in 2016 financieel inclusief de verrekening van bijdrage subsidie SRE afgerond.
Afronding werkzaamheden 2016 binnen de ruimte van het restant krediet.
Het krediet Landschappelijke herinrichten Blake Beemd is ter beschikking gesteld voor het opwaarderen van de natuur(beleving) rondom de Blake Beemd. De uitvoering wordt gekoppeld aan de uitvoering van het project Baronie van Cranendonck. De verwachting is dat herinrichting in 2016 wordt uitgevoerd.
In 2015 hebben wij extra werkzaamheden/inzet moeten uitvoeren op de volgende onderdelen: - aanpassen + opnieuw laten vaststellen financieel dekkingsvoorstel - de uitwerking van aanbestedingsstrategie en de uitvoering van de aanbesteding - overeenkomst voor tijdelijk gebruik - aanpassen parkeeroplossing + afkoppelinghemelwater - overall projectmanagement door uitloop in planning - het was niet mogelijk vormvrij de aanbesteding door te leggen waardoor meer tijd is besteed dan begroot (deze ervaring is wel weer een investering voor de toekomst).
De voornemens uit de jaarschijf 2013 zijn gerealiseerd op de restantwerkzaamheden van ’t Routje na. De benodigde grondtransacties hebben geleid tot een forse stagnatie. Bij het wijzigen van prioritering van werkzaamheden heeft het project Stationsstraat Maarheeze de voorkeur verkregen boven de Kruisstraat. Er is nog € 131.500 nodig om de voorziene werkzaamheden van 2015 te kunnen afronden. Een bedrag van € 340.322 kan worden afgeraamd.
ja
781001 Bestuursopdracht Centrumvisie Maarheeze
60.000
38.233
21.767
9.292
12.475
ja
782208 Verbouwing woonwagen Fabriekstraat 7F
60.000
51.844
8.156
6.949
1.207
ja
In de vorm van meerwerk is een bondig uitvoeringsprogramma opgesteld en aan de visie toegevoegd. Een uitgewerkt uitvoeringsprogramma is dan niet meer noodzakelijk wat een besparing heeft opgeleverd.
182
Bijlage 3: Overzicht incidentele baten en lasten Incidentele baten en lasten (begroot of werkelijk > € 40.000,-) met invloed op het rekeningsaldo (exclusief baten en lasten ten laste en/of ten gunste van reserves) X € 1.000 Baten: Programma Omschrijving Werk en economie Verkoop reststroken Zorg Vrijval schoolvoorziening asielzoekers Bestuur en algemene dekkingsmiddelen Vrijval reservering belastingdienst (2e burap) Lasten: Programma Wonen en leven
Omschrijving Opstellen woonwagenbeleid Burgerparticipatie Werk en economie Milieuonderzoek en afkoopsom huurwoning Recreatie en toerisme Onderzoekskosten privatisering Zuiderpoort Zuiderpoortbad (verlichting/plafonds/douches/etc) Bestuur en algemene dekkingsmiddelen Project digitalisering Claim belastingdienst Pensioenverplichtingen wethouders Totaal
Begroot 75 600 130
Werkelijk 65 625 131
-42 -107 0 -50 -50 -334 0 0
Werkelijk -1 -85 -61 -9 -24 -307 -318 -465
222
-449
Begroot
183
Bijlage 4: SISA verantwoordingsinformatie In 2006 is de SISA (Single Information Single Audit) geïntroduceerd. Kort samengevat komt het erop neer dat voor een aantal regelingen ingaande het verantwoordingsjaar 2006 niet meer middels een afzonderlijk document met accountantsverklaring verantwoording wordt afgelegd aan het Ministerie maar dat dit als onderdeel van de programmarekening gaat gebeuren. In een bijlage bij de programmarekening dient de gemeente de verantwoordingsinformatie op te nemen over de diverse ontvangen specifieke uitkeringen. De doelstelling van SISA is de verantwoordings- en controlelasten voor de gemeente te verminderen. Onderstaand is een toelichting per uitkering opgenomen. Het bestedingsbegrip is voor alle uitkering vanaf 2011 op baten en lasten stelsel.
184
OCW
D9
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2015 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa - d.d. 11 januari 2016 DEFINITIEF Onderwijsachterstanden Besteding (jaar T) aan Besteding (jaar T) aan overige Besteding (jaar T) aan Opgebouwde reserve ultimo beleid 2011-2015 (OAB) voorzieningen voor activiteiten (naast VVE) voor afspraken over voor- en (jaar T-1) voorschoolse educatie die leerlingen met een grote vroegschoolse educatie met Besluit specifieke voldoen aan de wettelijke achterstand in de Nederlandse bevoegde gezagsorganen van Deze indicator is bedoeld voor uitkeringen kwaliteitseisen (conform artikel taal (conform artikel 165 WPO) scholen, houders van de tussentijdse afstemming gemeentelijk 166, eerste lid WPO) kindcentra en van de juistheid en volledigheid onderwijsachterstanden peuterspeelzalen (conform van de beleid 2011-2014 artikel 167 WPO) verantwoordingsinformatie Gemeenten Aard controle R Indicatornummer: D9 / 01
SZW
G1A
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_totaal 2014 Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
€ 135.456 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Alle gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel gemeente uit (jaar T-1)
SZW
G2
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 02
€ 41.799 Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 03
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 04
€0 € 114.564 Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1A / 01
Aard controle R Indicatornummer: G1A / 02
Aard controle R Indicatornummer: G1A / 03
1 2 3 4 5 6 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 100 Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 Participatiewet_gemeen tedeel 2015
61706 Cranendonck
102,99
7,11
Besteding (jaar T) algemene bijstand
Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T) IOAW
Baten (jaar T) IOAW (exclusief Besteding (jaar T) IOAZ Rijk)
Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk)
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
I.1 Participatiewet (PW)
I.1 Participatiewet (PW)
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 01
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 02
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 03
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 04
€ 2.974.245 Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
€ 63.131 Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
€ 280.609 Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk)
€ 857 Besteding (jaar T) Loonkostensubsidie o.g.v. art. 10d Participatiewet
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
I.7 Participatiewet (PW)
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 05
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 06
€ 78.980 € 2.985 Baten (jaar T) Volledig zelfstandige Loonkostensubsidie o.g.v. uitvoering Ja/Nee art. 10d Participatiewet (excl. Rijk) Gemeente
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 07
SZW
G3
€ 12.458 Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob)
Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (exclusief Aard controle R levensonderhoud Indicatornummer: G3 / 01 beginnende zelfstandigen)_gemeent € 5.372 edeel 2015 Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk) Besluit bijstandverlening Aard controle R
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 08
€ 2.884 Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) Aard controle R Indicatornummer: G3 / 02
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 03
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 10
€0 Baten (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Aard controle R Indicatornummer: G3 / 04
€0 € 1.544 € 8.997 Besteding (jaar T) aan Volledig zelfstandige uitvoering uitvoeringskosten Bob als Ja/Nee bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 Aard controle R Indicatornummer: G3 / 08
Indicatornummer: G3 / 07
€0
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 09
€0 Baten (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
I.7 Participatiewet (PW)
€0
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 11
€0 Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 12
Ja Besteding (jaar T) Bob
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 05
€ 2.561
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 06
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3 / 09
Ja
185
Bijlage 5: Overzicht over te hevelen budgetten Bestemming van een deel van het rekeningsaldo door overheveling van budgetten naar 2016 Ingevolge de BBV is het mogelijk om budgetten van projecten die gestart zijn in 2015 over te hevelen naar 2016. Vanuit de organisatie zijn verzoeken tot overheveling ingediend. Dit is bestemming van het rekeningsaldo en is een bevoegdheid van de raad. Hiertoe dient de raad expliciet te besluiten. Verzoeken tot overheveling van budgetten van 2015 naar 2016: Omschrijving:
Oorspronkelijk budget:
Maximaal overhevelen:
Bestemmings- en structuurplannen: De toeristische poort in Budel-Dorplein is nog niet gerealiseerd in samenhang met Project Gemeenschapshuis de Schakel. Het bedrag dat hiervoor gereserveerd staat, wordt overgeheveld conform raadsbesluit van 8 maart 2016.
40.000
40.000
Woonwagencentra: Het budget voor het opstellen van het woonwagenbeleid wordt overgeheveld naar 2016 als gevolg van de aanpassing van de planning. Er is in 2015 een start gemaakt en de afwikkeling volgt in 2016.
42.000
40.000
Zuiderpoortbad: Voor het zwembad vindt een onderzoek plaats waarbij onder andere gekeken wordt naar de lasten en baten. Nog niet alle werkzaamheden voor het onderzoek naar de privatisering van het Zuiderpoortbad zijn afgerond. Inspraak van de klankbordgroep is uitgebreider geweest dan oorspronkelijk gepland en heeft daardoor meer tijd in beslag genomen. Doordat het onderzoek nog niet is afgerond, zijn er minder kosten gemaakt voor het onderzoek dan begroot. Wij verzoeken het bedrag van € 42.000,- over te hevelen naar 2016.
50.000
42.000
Speelvoorzieningen: Als gevolg van bodemverontreiniging is de natuurlijke speelplek in Dorplein niet opgeleverd. Wij verzoeken het restantbedrag van het reeds overgeheveld budget ad € 22.000,- over te hevelen naar 2016.
40.000
22.000
IZA-gelden: In 2014 is door het college besloten een bedrag van € 100.000,- van de ontvangen IZA-gelden toe te voegen aan het project de Cranendonckse Manier van Werken. Vanwege de openstaande ICT zaken rond het nieuwe gemeentehuis is dit voorstel niet in 2014 uitgevoerd en zijn de gelden in de reserve overheveling opgenomen. Nadat de grootste problemen begin 2015 zijn verholpen, is gestart met de uitvoering van dit project. Hiervoor is in 2015 een bedrag van € 90.000,- uitgegeven en tevens is de reservering van € 100.000,- uit de reserve overheveling vrijgevallen. Voorgesteld wordt om het restant van het vrijgevallen bedrag over te hevelen naar 2016 voor de afronding van het project.
100.000
10.000
Totaal overheveling ten laste van resultaat Groenvoorziening: Deze geoormerkte Bio-gelden zijn vanuit de reserve Buitengebied in Ontwikkeling voor 2015 ter beschikking gesteld. De projecten zijn nogmaals getoetst op relevantie en inpasbaarheid in andere projecten, zoals
154.000 257.000
222.000
186
de Baronie van Cranendonck. Dit heeft vertraging opgeleverd. Inmiddels is de voorbereiding in volle gang. De projecten worden in 2016 uitgevoerd. Het volledige bedrag zal in 2016 worden besteed. Wij verzoeken het budget over te hevelen. 222.000 Totaal overheveling ten laste van reserves: Totaal overheveling 2015:
376.000
187
Bijlage 6: Statusoverzicht bezuinigingstaakstelling In onderstaand overzicht vindt u de bezuinigingen die reeds zijn gerealiseerd en de bezuinigingen die momenteel nog lopen. Indien het bedrag groen gearceerd is, is de bezuiniging gerealiseerd. Oranje betekent dat de organisatie bezig is om de bezuiniging te realiseren en rood betekent dat de bezuiniging niet is gerealiseerd. bedragen x € 1.000 2015
Baten 2016
35 0 13 0 3 37 88
Programma Werk en Economie Verhogen huurprijzen reststroken (Programmabegroting 2014) Verkoop reststroken (Programmabegroting 2014) Totaal programma Werk en Economie Programma Recreatie en Toerisme Besparingsopdracht RICK (Programmabegroting 2014) Subsidieplafond (Programmabegroting 2014) Privatisering Zuiderpoortbad (Programmabegroting 2015) Totaal programma Recreatie en Toerisme
Omschrijving Programma Wonen en Leven Sponsoring speeltuinen (Programmabegroting 2015) Begraafplaats (Programmabegroting 2015) Bestemmingsplannen (Programmabegroting 2014) Burgerbudgetten (Programmabegroting 2015) Dekking regeling budget verlichting Buurtbeheer (besparingsopdracht 9 nov 2010) Totaal programma Wonen en Leven
en
Lasten 2017
2018
2019
35 27 13 50 10 35 170
35 27 13 50 10 34 169
35 27 13 50 0 34 159
35 27 13 50 0 34 159
10 50 60
20 50 70
30 50 80
30 50 80
30 50 80
18 9 0 27
29 17 0 46
50 26 115 191
0 26 115 141
0 26 115 141
Programma Zorg Financieringsstructuur trapliften (Programmabegroting 2014) Oude "Wmo" (Programmabegroting 2016) Modelverordening leerlingenvervoer (Programmabegroting 2015) Leerlingenvervoer Sociale activering (Programmabegroting 2014) Toerek. app. kosten kostendekk. activiteiten (Progr. begroting 2015) Taakstelling uitkeringstrekkers (Programmabegroting 2015) Totaal programma Zorg
10 0 10 10 15 50 65 160
10 290 10 10 15 50 65 450
10 290 10 10 15 50 65 450
10 290 10 10 15 50 65 450
10 290 10 10 15 50 65 450
Programma Bestuur en Algemene Dekkingsmiddelen Integratie WMO-loket (Kpl Publiek) Digitalisering (Programmabegroting 2014) Nullijn P-Budget (Programmabegroting 2014) CAO-ontwikkeling P-budget personeel(Programmabegroting 2015) Beperking faciliteiten (Programmabegroting 2014) Werken op afspraak (Programmabegroting 2015) BTW optimalisatie (besparingsopdracht 9 nov 2010) Besparing energieverbruik nieuw gemeentehuis Huisvesting gemeentehuis Invaliden Parkeerkaart Totaal programma Bestuur en Algemene Dekkingsmiddelen
0 0 150 0 13 10 10 18 45 5 251
0 0 300 127 13 15 10 18 45 5 533
0 156 450 127 13 20 10 18 45 5 844
42 156 450 127 13 25 10 18 45 5 891
42 156 450 127 13 25 10 18 45 5 891
TOTAAL
586
1.269
1.734
1.721
1.721
466 0 120
285 984 0
319 1.415 0
264 1.457 0
264 1.457 0
Bezuiniging gerealiseerd Bezuiniging nog niet gerealiseerd (wel haalbaar) Bezuiniging niet gerealiseerd (niet haalbaar)
188
Bijlage 7: Overzicht cijfers Sociaal Domein Werk & Inkomen 1. Inkomen Poortwachtersquote (= ingetrokken en afgewezen uitkeringsaanvragen cs ten opzichte van totaal uitkeringsaanvragen cs: 47,3% (* betreft alleen volledig ingetrokken/afgewezen aanvragen). Hierbij is een correctie gepleegd om de instroom van statushouders. Als we hierop geen correctie toepassen komt de quote uit op 38,4%. Terugvorderingsquote (bedrag aan terugvorderingen ten opzichte van totaal uitkeringsbedrag) 4,55% Gemiddelde uitkeringsduur per klant: 56 maanden. 2. Participatie Re-integratie Uitstroom totaal aantal klanten: 86 (83 in 2014) Volledige uitstroom naar werk is 36% (32.5% in 2014) van de totale uitstroom klanten Partiële uitstroom (naar vermogen) gerealiseerd bij 29,5% (31,5% in 2014) van het klantenbestand levensonderhoud Inburgering De huisvestingstaakstelling is voor meer dan 100% gerealiseerd Minimaal 30% van de deelnemers aan inburgeringscursussen voldoet aan de wettelijke norm Deze norm is niet meer adequaat. Alle inburgeraars van na 1-1-2013 verzorgen zelf hun inburgeringstraject. Dat is niet in beeld bij de gemeente. Dit gegeven is wel in beeld bij de inburgeraars van voor 1-1-2013. Dat is inmiddels een beperkte groep geworden. Wij bezinnen ons op een nieuwe, betere indicator. 3
Minimaregelingen 79% van het totaal aanvragen bijzondere bijstand is toegekend
4
Schuldhulpverlening 53% 2015 van de aanvragers is geholpen met de aanpak van schulden met een adviesgesprek, schuldregeling en/of budgetbeheer 100% 2015 van de aangemelde klanten is geholpen met de aanpak van budgetbegeleiding en kan verantwoord met zijn budget omgaan
5
Bedrijfsvoering 91.4% van de aanvragen WWB cs is tijdig afgehandeld Het totaalbedrag aan debiteuren bedraagt 4,6% van het totaal bedrag aan verstrekkingen WWB De gemiddelde leeftijd saldo debiteuren bedraagt 953 dagen 16,7% van de ingediende bezwaar- en beroepsschriften is (gedeeltelijk) gegrond
6
Kengetallen Aantal klanten per ultimo 2015 per regeling: WWB cs Wsw Bbz Schuldhulpverlening Huisvesting nieuwkomers Aantal re-integratietrajecten Aantal inburgeringstrajecten Aantal afgehandelde werkprocessen (aanvragen) Aantal toekenningen schuldhulpverlening* Totaal aantal debiteuren Totaalbedrag debiteuren (saldo vorderingen) Totaal aantal besluiten (werkprocessen)
241 103 0 96 28 179 nvt 327 43 128 € 424.240 1.858
(139 incl. Bbz) (€ 650.932 incl. Bbz)
189
190
191
192
Bijlage 8: Overzicht kerngegevens A: Sociale structuur
Gegevens per 31-12-2014
Gegevens per 31-12-2015
Aantal inwoners
20.540
20668
waarvan: inwoners 0 - 19 jaar inwoners 20 - 64 jaar inwoners 65 - 74 jaar inwoners 75 - 84 jaar 85 jaar en ouder
4.330 11.883 2.662 1.255 410
4280 11884 2737 1325 442
Aantal mannen Aantal vrouwen
10.339 10.201
10425 10243
1510 254
1617 309
203
213
4
1
De Inkomensvoorziening voor Ouderen en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werkloze werknemers (IOAW)
22
15
De Inkomensvoorziening voor Ouderen en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Zelfstandigen (IOAZ)
4
4
96/311 42 51 107
89/320 28 23 56
Aantal leerlingen basisonderwijs scholen Cranendonck Aantal leerlingen voortgezet onderwijs (dependance Budel)
Participatiewet Besluit Bijstandsverlening zelfstandigen (BBZ)
WMO voorzieningen: vervoer aanvragen / CVV* WMO voorzieningen: rolstoel aanvragen WMO voorzieningen: woonvoorziening aanvragen Aantal aanvragen huishoudelijke hulp
193
B: Fysieke structuur
Oppervlakte gemeente in ha
7.814
7.814
totaal woonruimten waarvan: aantal woningen aantal bijzondere wooneenheden aantal woonwagens
9.260
9.282
8.796 435 30
8.817 435 30
107 124 89
127 124 73
599.000 308
599.000 308
Lengte van wegen: wegen buiten de bebouwde kom in km wegen binnen de bebouwde kom in km semi- en onverharde wegen, fiets- en voetpaden in km
Aantal m² openbaar groen: Oppervlakte bossen en natuur in hectare
C:
Gegevens per 31-12-2015
Gegevens per 31-12-2014
Financiële structuur
Gegevens 2014
Gegevens 2015
41.441.000
51.386.000
2.018
2.486
39.017.000
49.593.000
1.900
2.400
8.363.000
8.761.000
Gewone uitgaven - absoluut - per inwoner Gewone inkomsten - absoluut - per inwoner Opbrengst belastingen en rechten - absoluut - per inwoner
407
424
14.817.000
14.411.000
721
697
Algemene uitkering Gemeentefonds - absoluut - per inwoner Algemene uitkering deelfonds sociaal domein - absoluut
n.b.
10.381.000
- per inwoner
n.b.
502
Boekwaarde geactiveerde kapitaaluitgaven - absoluut - per inwoner
39.408.000
40.016.000
1.919
1.936
194
Eigen financieringsmiddelen - absoluut - per inwoner
29.835.000
27.624.000
1.452
1.337
10.434.000
18.875.000
508
913
Vaste schuld - absoluut - per inwoner
195
Bijlage 9: Lijst met afkortingen 3 D's
3 decentralisaties van overheidstaken
ABdK
Actief Bodembeheer de Kempen
ABOS
Algemeen Belang Onderhoud Speeltoestellen
ABP
Algemeen Burgerlijk pensioenfonds
ANG
Adviesgroep Nederlandse Gemeenten
ARB
Algemene Reserve Buffer
ARCOR
Algemene Randvoorwaarden Cranendonckse Openbare Ruimte
ARVA
Algemene Reserve Vrij Aanwendbaar
AWB
Algemene wet bestuursrecht
AWBZ
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
AZC
AsielZoekersCentrum
BBV
Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten
BBZ
Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen 2004
BCF
BTW Compensatie Fonds
BGT
Basisregistratie Grootschalige Topografie
BIO
Buitengebied In Ontwikkeling
BIZOB
Bureau Inkoop en Aanbestedingen Zuidoost Brabant
BNG
Bank Nederlandse Gemeenten
BOM
Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij
BOR
Beheersysteem Openbare Ruimte
BOVO
Bovenwijkse Voorzieningen
BRP
Basisregistratie personen
BUIG
Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorziening aan Gemeenten
Burap
Bestuurs rapportage
CAK
Centraal Administratie Kantoor
CAR/UWO
Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/Uitwerkingsovereenkomst
CJG
Centrum Jeugd en Gezin
COA
Centraal Orgaan opvang Asielzoekers
CRZ
Collectief Randweg Zuid
DIC
Duurzaam Industrieterrein Cranendonck
DO
Definitief Ontwerp
F
FIDO
Wet Financiering Decentrale Overheden
G
GGD
Gemeenschappelijke Gezondheid Dienst
GPK
Gehandicapten parkeer kaart
GR
gemeenschappelijke regeling
GRA2
Gemeenschappelijke Regeling A2-gemeenten
GREX
Grondexploitatie
GVVP
Gemeentelijk Verkeer- en Vervoer Plan
HbH
Hulp bij het Huishouden
HHT
Huishoudelijke Hulp Toelage
HNG
Hypotheekfonds Nederlandse Gemeenten
HO
Heronderzoek
A
B
C
D
H
196
HOF
Wet Houdbare Overheidsfinanciën
HvC
Hof van Cranendonck
IAU
Incidentele Aanvullende Uitkering
IBOR
Integraal Beheerkwaliteitsplan Openbare Ruimte
IND
Immigratie- en Naturalisatiedienst
IZA
Instituut Zorgverzekering ambtenaren
K
KOG
Kansen Over Grenzen
L
LED
Light Emitting Diode
LIFE
Financial Instrument for the Environment
LTA
Lange Termijn Agenda
MIRT
Meerjaren Infrastructuur Ruimte en Transport
MKB
Midden- en KleinBedrijf
MLA
Multi Light Aircraft
MO
Maatschappelijke Ondersteuning
MP
majeur project
MRE
MetropoolRegio Eindhoven
NAR
Nederlands Adviesbureau risicomanagement
NWW'er
Niet Werkende Werkzoekende
OB
Omzet Belasting
OCC
Ondernemersvereniging Cranendonck
ODZOB
Omgevingsdienst Zuidoost Brabant
OHBA
Regeling onderwijshuisvestingsbudgetten asielzoekers
OP/NP
Ouderdomspensioen / Nabestaande pensioen
OPK
Oud papier en Karton
OZB
Onroerende Zaak Belastingen
P&C
Planning & Control
P&O
Personeel en Organisatie
PAS
Programmatische aanpak stikstof
P-budget
Personeelsbudget
PGB
Persoonsgebonden Budget
PMD
Plastic materiaal en Drankkarton
PR
Public Relations
RIB
Raads Informatie Brief
RICK
Regionaal Instituut Cultuur- en Kunsteducatie
RIEC
Regionaal informatie- en expertisecentrum
Ruddo
Regeling Uitzettingen en derivaten decentrale overheden
SISA
Single information, Single audit
Skozok
Samen Koersen op zichtbare onderwijskwaliteit
SMART
Specifiek, Meetbaar, Acceptabel , Realistisch en tijdsgebonden
SRE
Samenwerkingsverband Regio Eindhoven
SVB
Sociale Verzekerings Bank
SW
Sociale Werkplaats
TBC
Tuberculose
TRK
Team Ruimtelijke Kwaliteit
I
M
N O
P
R
S
T
197
U V
W
Z
UNESCO
De United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization
UWV
Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen
VBIC
Verbijzonderde Interne Controle
VCC
VrijwilligersCentrale Cranendonck
v-GRP
Verbreed Gemeentelijk Riool Plan
VNG
Vereniging Nederlandse Gemeenten
VRBZO
Veiligheidsregio Brabant Zuid Oost
VSO
Voortgezet speciaal onderwijs
VVE
Voor- en vroegschoolse educatie
VVV
Vereniging voor VreemdelingenVerkeer
VWS
Volksgezondheid, welzijn en sport
W&I
Werk & Inkomen
Wajong
Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten
WAS
Warenwetbesluit Attractie en Speelstoestellen
w-installaties
Werktuigbouwkundige installaties
WKPB
Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken
WML
Wet minimumloon en minimum vakantiebijslag
Wmo
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
WNT
Wet Normering Topfunctionarissen
WOZ
Wet Onroerende Zaakbelastingen
WSJG
Waar Staat Je Gemeente
WSW
Wet Sociale Werkvoorziening
WW
Werkeloosheids Wet
WWB
Wet Werk en Bijstand
ZLTO
Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie
ZRM
Zelfredzaamheidsmeter
Zvw
Zorgverzekeringswet
198