A1300, versie 1.01

Versienotities voor de klant Canon imagePRESS Server A3300/A2300/ A1300, versie 1.01 Dit document bevat belangrijke informatie over deze versie. Zorg dat deze informatie bij alle gebruikers bekend is voordat u doorgaat met de installatie. O PMERKING : De term imagePRESS Server verwijst in dit document naar de Canon imagePRESS Server A3300/A2300/A1300. De term kopieermachine verwijst in dit document naar de Canon imagePRESS C7010VP/C7000VP, Canon imagePRESS C6010VP/C6000VP en Canon imagePRESS C6010/C6000.

Systeemvereisten

Ondersteuning van Fiery-toepassingen voor Mac OS X v10.8 Hoewel in de gebruikershandleidingen wordt beschreven dat Mac OS X v10.8 (Mac OScomputer met Intel-processor) wordt ondersteund voor de gebruikerssoftware van de imagePRESS Server, wordt dit alleen ondersteund voor printerstuurprogramma’s.

Instelling

VGA-poort Ondersteuning voor de VGA-poortinterface kan door Canon niet worden gegarandeerd voor de imagePRESS Server.

Systeem opnieuw starten vereist bij wijzigingen in netwerkinstellingen Als u de instellingen voor Windows-netwerkverbindingen in Eigenschappen van LAN-verbinding wijzigt via een aangesloten monitor, toetsenbord of muis, of Netwerkadapters uitschakelt in Apparaatbeheer op het tabblad Hardware in de Windows-systeemeigenschappen, moet u Afsluiten kiezen in het menu Start. Als u de imagePRESS Server niet opnieuw start, wordt de netwerkservice mogelijk niet ingeschakeld.

Afdrukken naar virtuele printer vanaf USB-mediaserver Als u meer dan 50 gepubliceerde virtuele printers hebt, kunt u niet vanaf een USB-apparaat afdrukken naar een virtuele printer.

Verwijzing naar adresboek bij verzenden van gescande taak Wanneer u een scan start en een e-mailadres of Internet-fax als bestemming selecteert, kunt u de scan mogelijk niet verzenden omdat het adres in het adresboek niet juist wordt herkend.

© 2013 Electronics For Imaging 13 maart 2013

45116906

*45116906*

2

Tekens voor Mac OS-computers Bepaalde speciale Mac OS-tekens zijn niet beschikbaar in Tekenset gebruiken. Nadat een taak is afgedrukt, wordt de taaknaam of gebruikersnaam niet juist weergegeven in Command WorkStation en op het aanraakscherm van de kopieermachine.

Optie Tekenset gebruiken instellen voor Macintosh Bepaalde tekens worden mogelijk niet juist weergegeven als Macintosh wordt geselecteerd in Serverinstellingen > Tekenset gebruiken vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine. U kunt dit probleem vermijden door tekens van één byte in te voeren voor de taak- en gebruikersnamen.

Nee bij Verkeerde comb. van acties inschakelen Als u Verkeerde comb. van acties inschakelen instelt op Nee en een taak niet kan worden afgedrukt vanwege ontbrekende bronnen, worden de taak en alle volgende taken onderbroken.

Verkeerde comb. van acties inschakelen met ontbrekende bronnen Als de vereiste papierformaten of mediatypen voor een taak niet in de laden van de kopieermachine zijn geplaatst, wordt geen enkele actie uitgevoerd door de imagePRESS Server, ook niet als u Verkeerde comb. van acties inschakelen instelt op Ja in Serverinstellingen.

Alle verwerken en Afdrukken naar Directe verbinding Gebruik de optie Alle verwerken en Afdrukken niet met de Directe verbinding. Als u Alle verwerken en Afdrukken inschakelt, kunnen taken die naar de Directe verbinding zijn verzonden, worden geannuleerd.

Statusweergave in FieryBar Wanneer u een groot aantal afdruktaken voltooit, keert de statusweergave in FieryBar mogelijk niet terug naar Niet actief, ook niet als de taken correct zijn voltooid.

Windows Firewall uitgeschakeld met aangesloten monitor, toetsenbord en muis Wanneer monitor, toetsenbord en muis zijn aangesloten op de imagePRESS Server, wordt de functie Windows Firewall uitgeschakeld. Wanneer deze functie wordt ingeschakeld, kan dit onverwachte gevolgen hebben voor de imagePRESS Server.

Tonerniveauweergave in FieryBar Wanneer Toner is op wordt weergegeven in FieryBar, controleert u het niveau van beschikbare toner op het aanraakscherm van de kopieermachine.

3

EPS-taken afdrukken vanaf USB-mediaserver Mogelijk wordt uw EPS-taak niet juist afgedrukt vanaf een USB-mediaserver. U kunt dit probleem vermijden door de EPS-taak te importeren vanuit Command WorkStation.

Configuratie

Onjuiste weergave van adres van primaire DNS-server Het standaard-IP-adres voor de primaire DNS-server is [0.0.0.0]. Het standaardadres wordt op de configuratiepagina echter ten onrechte weergegeven als “Unknown state” (Onbekende status).

Poort 123 kan niet worden opgegeven U kunt poort 123 niet opgeven bij Overige poorten, aangezien dit een gereserveerde poort is.

Beperking Vooraf gedeelde sleutel Bij Vooraf gedeelde sleutel kunt u maximaal 128 tekens invoeren vanuit WebTool Configure, onder Netwerk > Protocol > TCP/IP > IPSec, en maximaal 78 tekens vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine, onder Instellingen uitvoeren > Netwerkinstellingen > Protocolinstellingen > IPv4-instellingen > Beveiligingsinstellingen > IPSec-instelling > Vooraf gedeelde sleutel.

Bonjour-instellingen Geef geen Bonjour-instellingen op als u Nee hebt opgegeven bij LPD inschakelen, IPP inschakelen en Poort 9100 inschakelen.

Protocol instellen op DHCP zonder DHCP-server Als u Protocol selecteren instelt op DHCP in Netwerkinstellingen > Protocolinstellingen > IPv4-instellingen > Ethernet-instelling wanneer zich geen DHCP-server op het netwerk bevindt, werkt de imagePRESS Server alsof er wel een DHCP-server bestaat.

Protocolgedrag met IPv6 Wanneer u Ja opgeeft bij IPv6 voor ethernet inschakelen, is het gedrag van de protocollen SMTP, POP en SLP niet gegarandeerd.

FTP-serverinstelling bij verzenden van gescande taak Zorg bij het verzenden van een gescande taak naar de Filtered FTP-server dat de imagePRESS Server niet is ingesteld om de FTP-server te weigeren.

Poortnummer met Scannen naar FTP Wanneer u een Filtered FTP-server gebruikt om een gescande taak af te drukken, stelt u het poortnummer in op 21 om de verwachte resultaten te verkrijgen.

4

Tekens van twee bytes met MIB-objecten Geef tekens van één byte op voor MIB-objecten. Als u tekens van twee bytes opgeeft voor MIB-objecten kan dit fouten veroorzaken.

LDAP-functies uitgeschakeld Als uw computernetwerk gebruikmaakt van een andere directoryservice dan Active Directory, worden bepaalde functies van de LDAP-server mogelijk niet ingeschakeld.

Opties

Inbindrichting met Combinatiestijl Als 2-zijdig afdrukken is opgegeven in Fiery Impose-Compose, wordt de opgegeven inbindrichting ongeldig. De volgende inbindrichting wordt toegepast: • Taak met staande afdrukstand: Binden aan lange rand • Taak met liggende afdrukstand: Binden aan korte rand

Blanco pagina invoegen aan voorzijde van liggend document Wanneer u een blanco pagina invoegt voor de voorpagina van een liggend document, is de afdrukstand van de pagina mogelijk onjuist. U kunt dit vermijden door een blanco pagina op te geven via Vooromslagmodus op het tabblad Media.

Aangepast formaat voor door de rug geniet afdrukken Wanneer u een door de rug geniet boekje afdrukt en de kleinste hoogte van 210,0 mm wilt instellen, moet u 211,0 mm opgeven in het printerstuurprogramma of het venster Eigenschappen van Command WorkStation. U kunt ook een Y-waarde van 210,0 mm opgeven bij de optie Registering Irregular Size (Niet-standaardformaat registreren) op het aanraakscherm van de kopieermachine.

Taak met 1 per vel op de rug gebonden en aangepast omslagmedium Wanneer u een taak met 1 per vel op de rug gebonden afdrukt met een aangepast omslagmediumformaat, wordt de taak mogelijk geannuleerd op de kopieermachine. Voer in dat geval een geschikt omslagformaat in en probeer het opnieuw.

Blanco pagina invoegen voor taak met 1 per vel op de rug gebonden en Rechts binden Als u een taak met 1 per vel op de rug gebonden en Rechts binden afdrukt en probeert een blanco pagina met Gemengde media in te voegen, wordt de pagina mogelijk niet ingevoegd in de juiste positie.

5

Afbeeldingsobjecten met Grijswaarden alleen met zwart afdrukken In bepaalde toepassingen kan een afbeeldingsobject dat met zwart of grijs is gevuld, worden herkend als een grafisch object.

Taakpagina’s overschrijden limiet voor Op de rug binden Als het aantal pagina’s in een taak de limiet voor Op de rug binden overschrijdt, wordt het afdrukken niet gegarandeerd.

Lengte van watermerktekst U kunt in Windows watermerktekst van maximaal 50 bytes invoeren en in Mac OS X watermerktekst van maximaal 255 bytes.

Afdelings-ID en -wachtwoord niet opgeslagen in voorkeuzen (Mac OS X) Als u in het printerstuurprogramma voor Mac OS X waarden invoert voor Afdelings-ID en Afdelingswachtwoord en de instellingen opslaat als voorkeuze, worden de waarden niet opgeslagen. Als u de taak opnieuw afdrukt, moet u de afdelings-ID en het afdelingswachtwoord opnieuw invoeren.

Afdrukstijl van op de rug gebonden omslag Als u een op de rug gebonden taak afdrukt vanaf een Mac OS X-computer, moet u Voor- en achteromslag afzonderlijk of Voorgedrukt selecteren bij de optie Invoer van inhoud bij Omslag.

Incompatibele afdrukopties Bepaalde combinaties van de opties Papierformaat, Papierbron, Mediatype, Gemengde media, Transparant + tussenblad, Papieruitvoer, Modus voor nietmachine, Sorteermodus, 2-zijdig afdrukken en Boekje zijn incompatibel. Daarnaast kunnen de opties Perforatielocatie en Aantal gaten op de imagePRESS Server strijdig zijn met andere afdrukopties. U kunt enkele van deze combinaties echter toch selecteren.

Knop Aangepast bij Tabbladen invoegen De knop Aangepast wordt weergegeven wanneer u Tabbladen invoegen opgeeft via Gemengde media op het tabblad Media in Taakeigenschappen, maar het opgeven van een aangepast papierformaat wordt niet ondersteund.

Pagina’s per vel en FreeForm Selecteer niet de optie Pagina’s per vel en de afdrukoptie FreeForm. Hoewel u beide opties kunt selecteren, zijn deze incompatibel.

6

Instructies of Opmerkingen Wanneer u < of = invoert als eerste teken in het veld Instructies of Opmerkingen, worden de tekens mogelijk niet afgedrukt in het takenlogboek of wordt de gebruikte toepassing mogelijk afgesloten.

Maximaal afdrukbereik Het maximale afdrukbereik voor bepaalde papierformaten is als volgt: • Met 13 × 19: 330,20 × 482,60 mm (13,00 × 19,00 inch) Marge: 3,60 × 2,50 mm (0,14 × 0,10 inch) Gegarandeerd bereik: 323,00 × 477,60 mm (12,72 × 18,80 inch) • Met aangepast papierformaat: 330,20 × 660,40 mm (13,00 × 26,00 inch) Marge: 3,60 × 2,50 mm (0,14 × 0,10 inch) Gegarandeerd bereik: 323,00 × 655,40 mm (12,72 × 25,80 inch) • Definieer bij gebruik van een aangepast paginaformaat als volgt een aangepaste pagina: 148 tot 330,20 mm (5,83 tot 13,00 inch) voor Breedte; 182 tot 660,40 mm (7,17 tot 26,00 inch) voor Hoogte O PMERKING : Als u waarden buiten het bereik gebruikt, wordt de taak niet juist afgedrukt.

Hoewel bepaalde toepassingen een functie voor aangepaste paginaformaten bieden, moet u een aangepast paginaformaat instellen vanuit het printerstuurprogramma of zoals in de voorgaande procedure aangegeven. Gebruik niet het aangepaste paginaformaat dat is opgegeven vanuit de toepassing waarmee u werkt. Hierdoor wordt in de imagePRESS Server mogelijk een standaardpaginaformaat opgegeven nadat een taak is afgedrukt. Ook kunnen de maximale of minimale waarden van de breedte en hoogte die in het printerstuurprogramma worden weergegeven, verschillen van de waarden die werkelijk worden gebruikt voor het afdrukken van een taak met een aangepast paginaformaat. Voer in plaats hiervan grotere waarden in dan de minimale waarden die in het printerstuurprogramma worden weergegeven en voer kleinere waarden in dan de weergegeven maximale waarden.

Aangepast papier De aanvaardbare bereikwaarden voor de breedte van aangepast papierformaten die worden vermeld in het printerstuurprogramma, Taakeigenschappen of Hot Folders zijn onjuist. De juiste bereikwaarden voor de breedte zijn: • Inch: 3,90–12,60 • Millimeter: 99,00–320,00 • Punten: 280,63–907,09

7

Ingeslagen taak met door de rug nieten Wanneer u een ingeslagen taak afdrukt met door de rug nieten, moet u zorgen dat het aantal pagina’s even is.

Aangepast papierformaat met dezelfde breedte en hoogte Wanneer u een aangepast papierformaat met dezelfde breedte en hoogte afdrukt, heeft de uitvoer mogelijk een andere afdrukstand dan de overige papierformaten. Als u wilt dat de uitvoer dezelfde afdrukstand heeft als de overige papierformaten, past u in de afdrukoptie Papierformaat van het venster Eigenschappen van Command WorkStation de hoogte enigszins aan, bijvoorbeeld met 0,1 inch, en drukt u vervolgens de taak af.

Taken met verschillende afdrukstanden Als een taak verschillende afdrukstanden bevat en u geeft 2-zijdig afdrukken op, wordt de taak enkelzijdig afgedrukt.

Verschillend omslag- en binnenformaat met Paper Catalog-instelling vanuit Booklet Maker Wanneer u vanuit Booklet Maker verschillende formaten selecteert voor de omslag- en binnenpagina’s, wordt de taak uitgevoerd in de verschillende formaten. Wanneer u de afdrukoptie Omslagmedia instelt op Selecteren uit Paper Catalog voor Booklet Maker, wordt de afdrukoptie Boekjesomslagbron automatisch ingesteld op Automatische ladekeuze.

Omslagmedia in Paper Catalog met boekje Wanneer u een document in boekjesopmaak afdrukt met de afdrukoptie Invoer van inhoud ingesteld op Voorgedrukt, moet u niet de afdrukoptie Omslagmedia selecteren met de optie Selecteren uit Paper Catalog. Als u dit wel doet, wordt het document mogelijk niet juist afgedrukt.

Fout bij Rugmarge verhogen met Wanneer u Rugmarge verhogen met opgeeft in de afdrukoptie Boekje, treedt mogelijk een onnauwkeurigheid van 0,3 mm op.

Omslagmedia met Invoer van inhoud Wanneer u een document in boekjesopmaak afdrukt met de afdrukoptie Invoer van inhoud ingesteld op Voorgedrukt, en bij Bron voor omslag opgeeft dat de lade die het omslagmedium bevat wordt geselecteerd, wordt de instelling voor de optie Omslagmedia ongeldig.

8

Steunkleuraanpassing Wanneer Steunkleuraanpassing is ingesteld op Aan, kan dit leiden tot gradatiebanden (zichtbare stappen tussen de kleurnuances in een kleurgradiënt) of geheel ontbrekende kleurbanden in de afgedrukte afbeelding. Als u scheidingen afdrukt, kunnen pagina’s bovendien in kleur worden afgedrukt in plaats van zwart-wit. Deze ongewenste effecten zijn afhankelijk van de toepassing. U kunt dit probleem vermijden door Steunkleuraanpassing in te stellen op Uit.

Afdrukoptie Resolutie Wanneer patroonelementen uit Adobe Illustrator worden toegepast op een groot gebied van een object in de taak, wordt een gedeelte van het object mogelijk niet juist afgedrukt wanneer Resolutie is ingesteld op 1200 dpi. Stel Resolutie in dat geval in op 600 dpi.

Rastersimulatie inschakelen Als u de afdrukoptie Rastersimulatie inschakelt, kunnen overbodige patronen of moirépatronen optreden. Klik in dat geval op Kleurinstellingen in Command WorkStation > Apparaatcentrum, klik op Rastersimulatie en wijzig de instellingen voor Hoek, Frequentie (LPI) en Vorm van rasterpunt. Het probleem kan mogelijk ook afnemen door de afdrukoptie Resolutie te wijzigen vanuit het pictogram Afbeelding in het printerstuurprogramma.

Optie Aantal exemplaren voor verschuiving met Groeperen Als u Sorteermodus instelt op Groeperen of Groeperen zonder verschuiving in het printerstuurprogramma voor Windows XP of Mac OS, heeft het selecteren van Aantal exemplaren voor verschuiving geen effect.

Sorteermodus met nietmachine Als u de afdrukoptie Modus voor nietmachine selecteert en Sorteermodus instelt op Collationeren zonder verschuiving of Groeperen zonder verschuiving, worden de afbeeldingen mogelijk verschoven wanneer u de taak afdrukt.

Meerdere exemplaren van taak met variabele gegevens Wanneer u meerdere exemplaren afdrukt van een taak met variabele gegevens met minder dan 60 dubbelzijdige pagina’s of 30 enkelzijdige pagina’s (pagina’s per record x aantal records), kan het enige tijd duren voordat de eerste pagina van de taak wordt afgedrukt.

FreeForm-master maken met Afdrukken als afbeelding vanuit PDF Wanneer u een masterdocument maakt met een liggende PDF, wordt de taak niet afgedrukt. U kunt dit probleem vermijden door de functie Afdrukken als afbeelding in Adobe Acrobat te gebruiken om een FreeForm-master te maken. Selecteer de liggende afdrukstand in de toepassing of in het printerstuurprogramma voor Windows op het tabblad Documentinstellingen.

9

Genest door de rug geniet boekje met Nummering kopieset Als u de optie Nummering kopieset selecteert en een genest door de rug geniet boekje afdrukt, krijgt elke subset een volgnummer.

Afdrukstand Nummering kopieset Als u de optie Nummering kopieset instelt op Aan en een liggende boekjes- of combinatietaak afdrukt, wordt de nummering kopieset afgedrukt in liggende afdrukstand.

Nummering kopieset met Boekje Wanneer u een document in boekjesopmaak afdrukt, geeft u de afdrukoptie Nummering kopieset op om ervoor te zorgen dat het kopienummer in de juiste richting wordt afgedrukt.

Positie van watermerktekst U kunt de positie van watermerktekst instellen door de optie Positie ten opzichte van midden te selecteren. Klik op het tabblad Stempel in het printerstuurprogramma en doe het volgende: • Geef voor de X-as een waarde op tussen -16,51 en 16,51. • Geef voor de Y-as een waarde op tussen -24,38 en 24,38.

Aangepaste paginaformaten opslaan als voorkeuze in Windows XP/Server 2003 Het opslaan van een aangepast paginaformaat als voorkeuzesjabloon vanuit de optie voor aangepaste instelling van het papierformaat in het tabblad Media van het printerstuurprogramma heeft geen effect.

Watermerk Wanneer u de afdrukoptie Watermerk instelt in een printerstuurprogramma voor Windows, moet u niet de volgende lettertypen selecteren: • AdobeSansMM • AdobeSerifMM

Weergave aangepaste pagina In Mac OS X worden taken met een aangepast paginaformaat weergegeven in inches, ook als u een andere eenheid opgeeft.

Papierformaat bevat niet Tabpapier (Letter) in Mac OS X Wanneer u Archief > Paginakenmerken kiest bij Instellingen > Pagina-instelling, wordt Tabpapier (Letter) niet weergegeven als optie van Papierformaat. Als u de taak wilt afdrukken op Tabpapier (Letter), selecteert u de optie 9 x 11 Envelop.

10

Witte PPT-achtergrond wissen in Mac OS De afdrukopties Witte PPT-achtergrond wissen en Master gebruiken hebben geen effect in afdruktaken die zijn gemaakt met Microsoft PowerPoint wanneer u Nee selecteert bij Witte PPT-achtergrond wissen. Vervangende instellingen voor Witte PPT-achtergrond wissen vanuit Command WorkStation hebben ook geen effect. Als u een taak met een FreeForm-master wilt afdrukken, selecteert u Ja bij Witte PPTachtergrond wissen in het printerstuurprogramma voor Mac OS X.

Taak met verschillende paginaformaten afdrukken Wanneer u een taak afdrukt die verschillende paginaformaten bevat, gebruikt u de afdrukoptie Gemengde media om deze formaten op te geven of stelt u de optie Papierformaat in op Gelijk aan documentformaat.

PostScriptprinterstuurprogramma (Windows en Mac OS X)

IPP-via-SSL-verbinding Voor het gebruik van een IPP-via-SSL-verbinding zijn certificaten vereist op Windows 7 en 8 en Windows Server 2008 R2 en Server 2012. U kunt certificaten beheren vanuit WebTool Configure. Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie over het beheren van certificaten. Raadpleeg de volgende procedure voor meer informatie over het maken van een nieuw certificaat: 1 Maak een nieuw zelfondertekend certificaat.

– De algemene naam moet het IP-adres van de imagePRESS Server zijn. – De sleutelgrootte moet 1024 of groter zijn. 2 Importeer het zelfondertekende certificaat in Certificate Manager (certmgr.msc) op de clientcomputer. 3 Maak een nieuw IPP-stuurprogramma op de clientcomputer.

O PMERKING : IPP-via-SSL-verbinding wordt op Windows XP en Windows Server 2003

ondersteund zonder certificaten.

Optie Uitvoermethode voor externe afwerkeenheid Bezorgingsopties voor een externe afwerkeenheid zijn configureerbaar vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine door te drukken op Extra functies en vervolgens op Satndaardinstellingen. De optie Face Up/Face Down Output with Extrnl. Fin. (Uitvoer bedrukte zijde omhoog/omlaag met externe afw.eenh.) die wordt geconfigureerd vanaf de kopieermachine is echter ongeldig.

11

Als u Face Up/Face Down Output with Extrnl. Fin. (Uitvoer bedrukte zijde omhoog/omlaag met externe afw.eenh.) wilt opgeven, geeft u de selectie op bij Uitvoermethode op het tabblad Afwerking in de eigenschappen van het printerstuurprogramma of Taakeigenschappen in Command WorkStation.

Paginaopties opgeven in Gemengde media vanuit printerstuurprogramma’s voor Mac OS X v10.7 of v10.8 Afhankelijk van de toepassing kunt u Medium definiëren voor pagina(’s) in het dialoogvenster Pagina/Paginabereik media of Paginanummer in Blanco invoegen mogelijk niet opgeven vanuit printerstuurprogramma’s op computers met Mac OS X v10.7 of v10.8. U kunt dit probleem oplossen door het dialoogvenster te sluiten en vervolgens opnieuw te openen.

Gedeeltelijke inhoud weergegeven in dialoogvenster Conflict Op een Mac OS X-computer die is ingesteld op de Franse omgeving wordt de inhoud van een waarschuwingsvenster voor een conflict in selecties mogelijk niet volledig weergegeven wanneer u een incompatibele combinatie voor aantal gaten selecteert. Pas in dat geval de grootte van het dialoogvenster aan zodat de volledige inhoud wordt weergegeven.

Incompatibele afdrukopties met afwerkingsaccessoires Als er afwerkingsaccessoires zijn aangesloten op de kopieermachine, wordt een waarschuwingsbericht voor een conflict in de selectie van afdrukopties mogelijk niet weergegeven, ook niet wanneer de optie Tweerichtingscommunicatie is geselecteerd. Configureer de installeerbare opties handmatig of selecteer de optie Fiery Driver bijwerken bij openen wanneer Tweerichtingscommunicatie is ingeschakeld. Wanneer u de installeerbare opties handmatig configureert, moet u de opties Tweerichtingscommunicatie en Fiery Driver bijwerken bij openen uitschakelen.

Afdrukken via standaard-TCP/IP in Windows Wanneer een taak wordt afgedrukt via de directe standaard-TCP/IP-poort (9101), kunt u de taak niet annuleren via de opdracht Verwerking annuleren vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine, vanuit de ACI of vanuit Command WorkStation bij uitvoeren op een externe Windows-computer. Bovendien kan het voorkomen dat een taak met een groot aantal pagina’s halverwege het afdrukken automatisch wordt geannuleerd, afhankelijk van de bestandsgrootte. Dergelijke taken worden niet automatisch geannuleerd en het afdrukken verloopt niet normaal. U kunt deze taken echter niet annuleren vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine, vanuit de ACI of vanuit Command WorkStation bij uitvoeren op een externe Windows-computer. U kunt dit probleem vermijden door te dubbelklikken op het printerpictogram van de imagePRESS Server in het venster Printers of Printers en faxapparaten en vervolgens de taak te annuleren in het venster Printerstatus van de imagePRESS Server.

12

Venster Snelle toegang aanpassen In het printerstuurprogramma voor Mac OS X kunt u de volgende opties toevoegen aan de lijst Huidige snelkoppelingen in het venster Snelle toegang, maar deze zijn niet geldig: • Ruginhoud • Boekje schalen • Snijden • Alleen voorsnede

Uitvoerprofiel onjuist weergegeven vanuit printerstuurprogramma voor Mac OS X Als u het standaarduitvoerprofiel opgeeft vanuit ColorWise Pro Tools wanneer Tweerichtingscommunicatie is ingeschakeld, wordt in het printerstuurprogramma voor Mac OS X het uitvoerprofiel mogelijk onjuist weergegeven. Taken worden echter juist afgedrukt met het uitvoerprofiel dat is opgegeven vanuit ColorWise Pro Tools.

Installeerbare opties Als u incompatibele afdrukinstellingen opgeeft bij het afdrukken van een document, wordt het dialoogvenster Conflict weergegeven met instructies voor het oplossen van het conflict; mogelijk is de aanbevolen combinatie van opties echter onjuist. Controleer de installeerbare opties opnieuw en stel de juiste combinatie in. Wanneer de optie Tweerichtingscommunicatie wordt geselecteerd, wordt de installeerbare optie automatisch geconfigureerd.

Afdrukoptie Kleurvervanging De optie Kleurvervanging wordt weergegeven als u de optie Tweerichtingscommunicatie selecteert.

Optie Vouwen/Modus voor nietmachine Mogelijk kunt u de opties Vouwen/Modus voor nietmachine niet opslaan in het printerstuurprogramma voor de imagePRESS Server vanaf een Windows-computer. Gebruik in dat geval de volgende procedure om de instellingen te wijzigen. OPTIES VOUWEN/MODUS VOOR NIETMACHINE WIJZIGEN IN WINDOWS 7 1 Klik op Start en klik op Apparaten en printers. 2 Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de imagePRESS Server en selecteer Eigenschappen van printer. 3 Klik op het tabblad Installeerbare opties.

13 4 Kies een van de volgende mogelijkheden:

• Selecteer Fiery Driver bijwerken bij openen en klik op Bijwerken. • Schakel de optie Tweerichtingscommunicatie uit en klik op Standaardinstellingen. Selecteer vervolgens de optie Tweerichtingscommunicatie en klik op Toepassen. 5 Klik op OK.

Onjuiste weergave in Paper Catalog vanuit printerstuurprogramma Wanneer u klikt op het tabblad Media in het printerstuurprogramma en vervolgens klikt op Selecteren in de lijst van Paper Catalog, worden aangepaste paginaformaten onjuist weergegeven in de lijst. Ook kunnen de eenheden van papierformaten in de lijst onjuist zijn.

Standaardformaat en -eenheid van document zijn mogelijk onjuist Als u de taal wijzigt van Engels-VS in Engels-Internationaal of Nederlands via Configure > Server > Landinstellingen, wordt mogelijk Letter ingesteld als standaarddocumentformaat en inch als standaardeenheid voor papierformaten. U kunt dit vermijden door de volgende stappen uit te voeren. HET STANDAARDDOCUMENTFORMAAT WIJZIGEN 1 Klik in het printerstuurprogramma op het tabblad Documentinstellingen. 2 Geef A4 op voor de afdrukoptie Documentformaat. 3 Klik op OK.

DE EENHEID VOOR PAPIERFORMATEN WIJZIGEN 1 Selecteer Landinstellingen in het Configuratiescherm van Windows. 2 Klik op Aanpassen in het tabblad Landinstellingen. 3 Geef Metrisch op bij Maatstelsel.

Miniatuurafbeelding van printer met tweerichtingscommunicatie Wanneer u het printerstuurprogramma voor Windows installeert en Tweerichtingscommunicatie inschakelt op het tabblad Installeerbare opties van Eigenschappen, wordt een miniatuurafbeelding van de printer en de geïnstalleerde opties mogelijk niet juist weergegeven op het tabblad Printer van Afdrukvoorkeuren. Klik in dat geval op Bijwerken en Toepassen op het tabblad Installeerbare opties van het printerstuurprogramma.

Scheidingspagina in Windows De functie Scheidingspagina wordt niet ondersteund voor afdrukken vanaf een Windowscomputer. Als u deze functie gebruikt, wordt de taak mogelijk niet juist afgedrukt.

14

Niveau van stapelhandinvoer op tabblad Printer in Windows Het niveau van de stapelhandinvoer op het tabblad Printer van het printerstuurprogramma voor Windows wordt mogelijk niet nauwkeurig weergegeven.

Tabblad Algemeen in Eigenschappen In het printerstuurprogramma voor Windows wordt Functie op het tabblad Algemeen in het dialoogvenster Eigenschappen niet juist weergegeven.

Printer Delete Utility, versie 2.0 U kunt Printer Delete Utility versie 2.0 alleen gebruiken wanneer u het PostScriptprinterstuurprogramma verwijdert.

Taken met gemengde papierformaten Een taak die gemengde papierformaten bevat, wordt niet juist afgedrukt vanuit Mac OS.

Optie Papierinvoer Als u in het dialoogvenster Afdrukken in Mac OS X de optie Papierinvoer selecteert, wordt de instelling mogelijk niet toegepast. Selecteer in plaats hiervan de optie Papierbron in Fieryfuncties.

LDAP-authenticatie in Mac OS De functie LDAP-authenticatie wordt niet ondersteund in het printerstuurprogramma voor Mac OS. Als Gebruikersnaam en Wachtwoord zijn opgegeven in het gebied Gebruikersauthenticatie, wordt de taak niet juist afgedrukt.

Taken met een aangepast paginaformaat met standaardpapierformaat In Mac OS X kunt u een taak met een aangepast paginaformaat niet afdrukken op papier van een standaardformaat door de afdrukoptie Papierformaat op te geven.

Ingebouwde printerlettertypen in Mac OS X Ingebouwde printerlettertypen kunt u alleen gebruiken vanuit toepassingen zoals QuarkXPress, Adobe Illustrator, Adobe InDesign of Adobe Acrobat.

Onjuiste weergave van takenlogboek via Directe verbinding Voor taken die naar de Directe verbinding zijn afgedrukt, worden de gebruikersgegevens mogelijk als Onbekend weergegeven op de omslagpagina. In het venster Takenlogboek worden de gegevens juist weergegeven.

15

Onjuiste weergave van taaknaam en gebruikersnaam verzonden vanuit Mac OS X Afdruktaken die naar de imagePRESS Server zijn verzonden, kunt u met Command WorkStation controleren, bewerken en beheren. Taaknamen en gebruikersnamen worden mogelijk echter onjuist weergegeven, weergegeven als Onbekend of helemaal niet weergegeven.

Taakweergave in printerstuurprogramma voor Mac OS X Wanneer u afdrukopties instelt vanuit het printerstuurprogramma voor Mac OS X, worden de instellingen niet juist weergegeven in Taakweergave.

Instellingen van printerstuurprogramma wijzigen Wanneer u de waarde in het printerstuurprogramma wijzigt, moet u drukken op OK om het deelvenster te sluiten en de wijzigingen op te slaan. Als u op Enter op het toetsenbord drukt, wordt het deelvenster van het printerstuurprogramma niet gesloten.

Afdrukken op aangepast papierformaat in liggende afdrukstand Als u een aangepast papierformaat opgeeft voor een liggende taak in het printerstuurprogramma via Media > Gemengde media > Nieuw paginabereik, wordt het opgegeven paginabereik afgedrukt in staande afdrukstand.

Beperkingen van printerstuurprogramma voor Mac OS X v10.7

Volledige eigenschappen openen in printerstuurprogramma voor Mac OS X 10.7

Command WorkStation

Instelling RGB-bronprofiel van Device Link-profielen

Wanneer u een printer toevoegt met een Bonjour-verbinding voor het printerstuurprogramma voor Mac OS X 10.7, kunt u Volledige eigenschappen niet openen in het printerstuurprogramma. Schakel in dat geval de optie Tweerichtingscommunicatie uit of voeg een printer toe met de LPD-verbinding.

Als u het RGB-bronprofiel instelt op Apple Standaard voor een Device Link-profiel dat is geïmporteerd als RGB-profiel, wordt de instelling niet opgeslagen wanneer deze wordt geëxporteerd.

Maximumlengte van profielnaam Wanneer u het kleurprofiel opgeeft vanuit het Windows-stuurprogramma, mag de profielnaam maximaal 64 tekens lang zijn.

16

Onjuiste paginatelling in Takenlogboek Wanneer u een scheidingspagina en een aantal exemplaren opgeeft voor een afdruktaak, worden pagina’s onjuist geteld in het venster Takenlogboek van Command WorkStation. De teller op de kopieermachine telt afgedrukte pagina’s wel juist.

Optie Bereik wordt ongeldig in ImageViewer De optie Bereik in het dialoogvenster Afdrukken wordt mogelijk ongeldig nadat de taak is afgedrukt vanuit ImageViewer. Als u een afdrukbereik wilt opgeven, stelt u afdrukopties in vanuit Taakeigenschappen in plaats van ImageViewer.

Taakstatus in Omslagpagina van ingeslagen VDP-taak De taakstatus wordt mogelijk niet volledig afgedrukt op de omslagpagina van een ingeslagen VDP-taak. Voor onderdelen die niet op de omslagpagina worden afgedrukt, raadpleegt u het takenlogboek.

Niet-ondersteunde opdrachten in menu’s In menu’s van Command WorkStation worden niet-ondersteunde opdrachten (bijvoorbeeld Afdrukken onderbreken en Afdrukken hervatten) grijs weergegeven.

Samengevoegde VDP-taak in ImageViewer Wanneer u een VDP-taak samenvoegt in ImageViewer, wordt de samengevoegde taak mogelijk niet juist afgedrukt.

Standaardinstelling van CMYK-bronprofiel De standaardinstelling van CMYK-bronprofiel is mogelijk niet geschikt wanneer u de systeemsoftware van de imagePRESS Server voor het eerst installeert. Ga als volgt te werk om de geschikte instellingen te kiezen. 1 Open Command WorkStation en klik op Apparaatcentrum. 2 Ga naar Kleurbeheer via Kleurinstellingen. 3 Klik op de knop Fabrieksinstellingen en klik vervolgens op Toepassen.

Optie Normaal opgeven voor ingeslagen taak Als u de optie 180 roteren wilt toepassen op een ingeslagen taak, selecteert u Normaal in Taakeigenschappen > Opmaak en selecteert u vervolgens 180 roteren. Selecteer vervolgens opnieuw de modus Impose, selecteer een sjabloon in de vervolgkeuzelijst Sjabloon of druk op de knop Impose-sjabloon bewerken om het venster Bewerken te openen en sluit dit.

17

Toegang tot functies van Command WorkStation voor meerdere gebruikers Meerdere gebruikers kunnen niet tegelijkertijd toegang krijgen tot de optie Kalibreren vanaf de volgende locaties: • Apparaatcentrum > tabblad Algemeen > Gereedschappen • Apparaatcentrum > tabblad Hulpbronnen > Steunkleuren Als de functie Kalibreren in gebruik is en u probeert er verbinding mee te maken, geeft een bericht aan dat de functie in gebruik is.

Aangepaste instellingen voor Beeldverbetering toepassen Wanneer u Beeldverbetering toepassen en een instelling voor Scherpte selecteert vanuit het venster Eigenschappen, kunnen afbeeldingen vervormd raken. Schakel in dat geval de instelling voor Scherpte uit of pas deze aan.

Simulaties of doelen bewerken Tijdens het bewerken in de modus Volledig in Apparaatcentrum > tabblad Hulpbronnen > Profielen kunt u simulaties of doelen die op een ouder systeem zijn opgeslagen niet importeren.

Profiel Japan Color met optie Tweerichtingscommunicatie uitgeschakeld Wanneer u Tweerichtingscommunicatie uitschakelt, kunt u niet afdrukken met het CMYKsimulatieprofiel Japan Color 2001 Coated. Het profiel wordt niet weergegeven in Aangepaste kleuren-instellingen van het printerstuurprogramma. U kunt dit probleem vermijden door Japan Color 2001 Coated te selecteren in Apparaatcentrum > tabblad Hulpbronnen > Profielen. Klik op Instellingen. Selecteer het simulatieprofiel onder Label in het stuurprogramma. Vervolgens kunt u het CMYK-simulatieprofiel Japan Color 2001 Coated toepassen vanuit het printerstuurprogramma.

Profielbeheer in Mac OS X In Mac OS X kunt u een instelling voor een uitvoerprofiel niet meer bewerken nadat deze is opgeslagen.

Profielen downloaden vanuit Steunkleuren Als u in Apparaatcentrum > tabblad Hulpbronnen een profiel downloadt vanuit Steunkleuren, moet u alleen hoofdletters (A-Z), kleine letters (a-z), cijfers of spaties gebruiken voor de bestands- of mapnaam van het profiel. Als de profielnaam andere tekens bevat, kan het profiel mogelijk niet worden gevonden of juist worden gedownload.

18

Maximum aantal tekens voor profielnamen Voor profielnamen kunt u maximaal 100 tekens van één byte invoeren.

Onjuiste weergave van takenlogboek Wanneer u meerdere exemplaren afdrukt van een VDP-taak, kan het aantal omslagpagina’s dat wordt weergegeven in Logboeken in Taakcentrum van Command WorkStation verschillen van het werkelijke aantal.

Blanco pagina’s in Takenlogboek In het venster Takenlogboek van Command WorkStation worden blanco pagina’s geteld als zwart-witpagina’s.

Waarde voor Verzadiging terugzetten Wanneer u de waarde voor Verzadiging wijzigt in het deelvenster Aanpassingen van Image Enhance Visual Editor, keert de gewijzigde verzadigingswaarde niet terug naar de standaardinstelling (nul), ook niet als u drukt op de knop Auto voor Kleurbalans. Kies in plaats hiervan Automatisch in de keuzelijst Voorkeuze om de waarde terug te zetten. In dat geval worden andere waarden ook teruggezet op de standaardinstellingen.

Onverwacht afsluiten van Image Enhance Visual Editor (IEVE) Image Enhance Visual Editor kan onverwacht worden afgesloten wanneer u probeert wijzigingen op te slaan voor bepaalde PDF-bestanden.

Rode-ogencorrectie in Beeldverbetering Wanneer u de instellingen voor Rode-ogencorrectie wijzigt via Command WorkStation > Apparaatcentrum > Beeldverbetering > Bewerken, wordt de instelling mogelijk niet juist weergegeven.

Knop Auto voor Niveaus Wanneer u de knop Auto voor Niveaus inschakelt in het deelvenster Aanpassingen van Image Enhance Visual Editor, worden mogelijk kleine wijzigingen in de kleur van de afbeelding weergegeven in het voorbeeldvenster, maar het afgedrukte resultaat wordt beïnvloed. Daarnaast blijft de kleur van de knop Auto blauw, ook als u de waarden van Helderheid en Contrast wijzigt terwijl de knop Auto is ingeschakeld. Druk in dat geval tweemaal op de knop Auto om de standaardwaarden te herstellen.

19

Instellingen voor Meetmethode en Vlakopmaak wijzigen Als u zowel de meetmethode als de vlakopmaak wijzigt in Command WorkStation > Apparaatcentrum > Gereedschappen > Kalibreren > Voorkeuren, blijven alleen de laatste instellingen behouden die zijn opgegeven voordat u op Opslaan hebt gedrukt.

Naam van kalibratie-instelling Als u een nieuwe kalibratie-instelling maakt via Command WorkStation > Apparaatcentrum > Gereedschappen > knop Beheren in Kalibreren, moet u een korte naam kiezen. Als u een lange naam voor een kalibratie-instelling opgeeft, wordt de tekst in het bevestigingsvenster mogelijk niet volledig weergegeven op Windows-computers.

Serverconfiguratie weergeven Als u Algemene info of Serverconfiguratie weergeeft via Apparaatcentrum > Algemeen, kan dit enkele seconden duren.

Niet-opgeslagen instellingen in Voorkeuzen De volgende instellingen voor afdrukopties kunt u niet opslaan in Voorkeuzen: • Opmaak > Impose • Opmaak > Boekje > Rugmarge verhogen met millimeters

Afbeeldingen met optie Adobe PDF Print Engine Wanneer u de afdrukoptie Voorkeur voor Adobe PDF Print Engine selecteert en vervolgens Samengestelde overdruk instelt op Aan, is de afbeelding mogelijk onjuist. Schakel in dat geval de afdrukoptie Voorkeur voor Adobe PDF Print Engine uit.

Een bedieningsbalk maken Mogelijk wordt de verbinding met Command WorkStation verbroken wanneer u via een aangesloten monitor, toetsenbord en muis een bedieningsbalk maakt en u een bestand dat groter is dan 10 MB opgeeft als aangepast EPS-bestand voor kleurbalk.

Verkeerde combinatie van kleurmodi Als bij FreeForm-taken met variabele gegevens (VDP) de kleurmodus voor Master maken gelijk is aan CMYK en de kleurmodus voor Master gebruiken niet hiermee overeenkomt (bijvoorbeeld Grijswaarden), wordt de taak bij het afdrukken niet automatisch geannuleerd en wordt geen foutbericht weergegeven. De taak wordt afgedrukt, maar deze kan onverwachte resultaten opleveren.

20

Impose/Compose

Inslagsjablonen opslaan Instellingen in het dialoogvenster Media die worden weergegeven door te drukken op de knop Bewerken in de optie Vel worden mogelijk niet juist opgeslagen in de inslagsjablonen.

Boekjesopmaak gebruiken in Fiery Impose In dit document wordt beschreven hoe u kunt werken met rotaties van uitvoerafbeeldingen met de boekjesopmaak in Fiery Impose. Wanneer u Genest door de rug geniet opgeeft vanuit de boekjesopmaakoptie in Fiery Impose, wordt de uitvoerafbeelding 180 graden geroteerd. Hierdoor is de uitvoervolgorde van subsets in een taak onjuist. U kunt dit probleem oplossen of vermijden via de volgende procedures. • Sorteer de uitvoervolgorde van subsets in een taak handmatig. • Gebruik de optie Boekje Maker om taken met een boekjesopmaak af te drukken. U opent Boekje Maker vanuit het printerstuurprogramma wanneer u een taak afdrukt, of vanuit Command WorkStation > Taakeigenschappen.

Onjuiste versie-informatie gedetecteerd tijdens installatieprocedure Als u probeert Acrobat te installeren op een Windows-computer vanaf de cd PDF Support Application (Toepassing voor PDF-ondersteuning) terwijl al een andere versie van Acrobat is geïnstalleerd, wordt een waarschuwingsbericht weergegeven tijdens de installatie en is de weergegeven versie onjuist.

Tekst blanco pagina en boekje Voor Impose kunt u de optie Tekst blanco pagina alleen toepassen op boekjestaken. U kunt de optie niet toepassen op combinatietaken.

Afdrukstand wijzigen in Impose Wanneer u de afdrukstand wijzigt in Impose, worden de afdrukopties voor Nieten mogelijk niet juist weergegeven. U kunt dit vermijden door Verwerken en blokkeren te selecteren voor de geselecteerde taak en een voorbeeld van de afdrukstand van de afbeelding weer te geven. Pas de afdrukoptie Nieten toe op dit voorbeeld van de afdrukstand.

Modus Z-vouw (alleen grote formaten) De optie Z-vouw wordt alleen toegepast op de formaten 11x17 en A3.

21

Pagina-instellingen van geconverteerd tabblad Wanneer u een pagina converteert naar een tabblad met de optie Converteren naar tabblad en het geconverteerde tabblad kopieert, kunnen de gekopieerde pagina-instellingen verschillen van de oorspronkelijke instellingen.

Instellingsopties van Formaat voor ingeslagen taken In het menu Formaat zijn verschillende opties beschikbaar om de afmetingen van het vel op te geven. U kunt alleen opties verwijderen of handmatig een nieuwe waarde invoeren als u een aangepast formaat kiest. De instelling Formaat in het gedeelte Vel wordt niet gewijzigd wanneer u een sjabloon toepast. Daarom kunt u de instelling Formaat niet opslaan wanneer u een aangepaste sjabloon maakt. Als u het papierformaat wijzigt in het pop-upmenu Formaat, worden afbeeldingen mogelijk afgekapt aan beide randen van de afgedrukte pagina, afhankelijk van de sjabloonkeuze. U kunt dit probleem vermijden door een kleiner schalingspercentage op te geven in het gedeelte Schalen. Daarnaast kan door het wijzigen van het papierformaat in het pop-upmenu Formaat de middenruimte tussen de pagina’s op een vel aanzienlijk smaller worden, afhankelijk van de sjabloonkeuze en het papierformaat van de oorspronkelijke vooraf ingeslagen taak.

Taak opnieuw inslaan U kunt reeds ingeslagen taken opnieuw inslaan. Wijzig echter niet de instelling voor dubbelzijdig afdrukken wanneer u een taak opnieuw inslaat.

Drukkerstekens De locatie van drukkerstekens op een afgedrukte taak kan verschillen van de locatie die wordt weergegeven in het inslagvenster, afhankelijk van de instelling voor Afdrukstand die is opgegeven in het gedeelte Vel.

Drukkerstekens op opnieuw verwerkte ingeslagen taak De datum en tijd van een taaklabel worden bijgewerkt wanneer een taak opnieuw wordt verwerkt.

Documenten van A4-formaat met een sjabloon Als u in Impose een document van A4-formaat afdrukt en een sjabloon toepast, ontbreekt mogelijk een deel van het taaklabel. U kunt dit probleem vermijden door opnieuw het A4-formaat te selecteren nadat u de sjabloon hebt toegepast.

22

Taken met liggende afdrukstand Afhankelijk van de toepassing kunt u taken met liggende afdrukstand inslaan die zowel staande als liggende pagina’s bevatten.

Overige vereisten, beperkingen en informatie voor gebruik van Impose De volgende instellingen voor afdrukopties die zijn opgegeven voor het oorspronkelijke vooraf ingeslagen PostScript- of PDF-bestand blijven van kracht voor het afdrukken, ook nadat de taak wordt opgeslagen als een ingeslagen taak: • Kleurmodus • Aantal • Papierbron

Ingeslagen taken met opmaak 2 per vel U kunt een ingeslagen taak met de opmaak 2 per vel niet juist afdrukken als de afdrukoptie Boekje is opgegeven.

Taak samenvoegen in venster Voorbeeld Het samenvoegen van afgedrukte en geblokkeerde taken met verschillende resoluties (600 en 1200 dpi) in het voorbeeldvenster wordt niet ondersteund. Als u taken met verschillende resoluties wilt samenvoegen, moet u eerst de resolutie van de ene taak wijzigen zodat deze gelijk wordt aan die van de andere taak.

PitStop-gereedschappen mogelijk niet beschikbaar met Impose Wanneer u het venster Inslag opent, met de rechtermuisknop op een vel klikt en vervolgens Pagina bewerken kiest in het menu, zijn PitStop-gereedschappen mogelijk niet beschikbaar. Start in dat geval eerst Adobe Acrobat en open het venster Inslag vervolgens opnieuw.

Optie Schaal in Compose Als u in Compose de optie Schaal wilt opgeven, voert u een geheel getal van 25 tot 400 in.

Omslagpagina’s in Compose Wanneer u in Compose omslagpagina’s toepast op enkelzijdig afdrukken voor de binnenpagina’s, is de paginavolgorde mogelijk onjuist. U kunt dit probleem vermijden door omslagpagina’s op te geven vanuit Gemengde media.

23

Schuifbalk in sjabloonbrowser in Impose In Impose op een Mac OS-computer werkt de schuifpijl onder in de schuifbalk van de sjabloonbrowser niet. Verplaats in plaats hiervan de schuifbalk om omlaag te schuiven.

Instellingen niet toegepast bij gebruik van APPE Als APPE is ingeschakeld en u geeft instellingen voor gemengde media op en slaat de taak vervolgens op in Compose, worden de instellingen voor gemengde media mogelijk niet toegepast. U wordt aangeraden eerst Compose te gebruiken en vervolgens instellingen voor gemengde media op te geven om dit probleem te vermijden.

Scan

Scanbestand naar e-mailadres verzenden vanuit Mac OS v10.6 Wanneer u Remote Scan op een Mac OS v10.6-computer gebruikt, een scan start en de scantaak naar een e-mailadres verzendt, wordt het gescande bestand juist verzonden, maar wordt het onderwerp of de inhoud van het e-mailbericht mogelijk niet juist verzonden.

Bestandsnamen invoeren bij herhaaldelijk scannen Wanneer u Remote Scan op een Mac OS-computer gebruikt en in het venster Verzenden de naam van een gescand bestand opgeeft om dit naar een specifieke bestemming te verzenden en herhaaldelijk scans uitvoert, kunt u de naam van het gescande bestand mogelijk niet invoeren. U kunt dit probleem vermijden door het scannen te annuleren en het opnieuw te proberen.

Taak scannen onder bepaalde voorwaarden Als u een scantaak start terwijl een taak wordt verwerkt (RIP) of afgedrukt, begint het scannen nadat het verwerken of afdrukken is voltooid. Tijdens het verwerken of scannen van de taak treedt geen time-out van de kopieermachine op.

Onjuist gescande afbeelding met TWAIN-invoegtoepassing voor Remote Scan Wanneer u vanuit Adobe Acrobat een scan uitvoert met de TWAIN-invoegtoepassing voor Remote Scan, worden de afbeeldingen mogelijk onjuist gescand. Start en gebruik in dat geval Remote Scan of start Adobe Acrobat, kies Bestand > PDF maken > Van scanner en geef vervolgens de volgende opties op: Adobe Acrobat 8.0: Gedeelte Invoer

• Scanner: Fiery Remote Scan 5 • Zijden: Voorkanten • Klik op de knop Scanneropties • Selecteer Eigen interface van scanner weergeven bij de optie Gebruikersinterface

24 Gedeelte Document

• Sleep de schuifregelaar Optimalisatie naar Hoge kwaliteit • Klik op Opties en selecteer Aangepaste instellingen bij Afbeeldingsinstellingen. Stel Kleur/ grijswaarden in het gedeelte Compressie in op JPEG en stel alle opties in het gedeelte Filteren in op Uit • Schakel alle opties voor tekstherkenning en metagegevens uit Klik op Scannen om de afbeelding te scannen met de scanner met de opgegeven opties voor Bron, Afdrukstand, Resolutie, Kleurmodus en Afbeelding. Adobe Acrobat 7.x:

• Scanner: Fiery Remote Scan 5 • Zijden: Voorkanten • Schakel de optie Tekst herkennen met OCR uit • Klik op Afbeeldingsinstellingen Gedeelte Compressie

• Kleur/grijswaarden: JPEG • Optimalisatie: sleep de schuifbalk naar Hoge kwaliteit Gedeelte Filteren

• Alle opties moeten zijn uitgeschakeld

TWAIN-invoegtoepassing voor Remote Scan met Acrobat 7.0 Wanneer u vanuit Acrobat 7.0 in Mac OS een dubbelzijdige scan uitvoert met de TWAINinvoegtoepassing voor Remote Scan, wordt deze mogelijk niet juist uitgevoerd. Start en gebruik in dat geval Remote Scan.

Geroteerde scanafbeelding met Remote Scan Wanneer u een document scant met Remote Scan en de optie Afdrukstand instelt op Staand180 roteren of Liggend-180 roteren, wordt de afbeelding mogelijk in een onjuiste afdrukstand weergegeven.

Gescande JPG-bestandsnamen verzonden via e-mail Gescande bestandsnamen worden mogelijk gewijzigd als deze via e-mail als URL worden verzonden wanneer JPG is geselecteerd.

25

Als TIFF opgeslagen scanbestanden ophalen Afhankelijk van de toepassing die u gebruikt, worden taken die zijn opgeslagen als TIFFbestanden mogelijk niet juist geopend vanwege de JPEG-compressiemethode. Als u de als TIFF-bestand opgeslagen scantaak wilt weergeven, opent u het bestand in OmniPage Pro for Windows versie 9.0/11.0 of in XnView, een gratis softwareprogramma. U kunt XnView downloaden via http://www.xnview.com.

Scantaak naar een FTP-server of via e-mail verzenden in Windows XP met Service Pack 2 Wanneer u een scantaak naar een FTP-server of via een e-mailtoepassing verzendt, moet u de beveiligingsinstellingen voor LAN-verbindingen van Windows Firewall op de Windows XP-computer wijzigen om een FTP- of e-mailverbinding in te stellen, zoals wordt beschreven in de volgende procedure. EEN FTP- OF E-MAILVERBINDING CONFIGUREREN Ga als volgt te werk als u een Internet Information Server gebruikt: 1 Klik op Start en kies Configuratiescherm. 2 Klik op Netwerk- en Internet-verbindingen en klik vervolgens op Netwerkverbindingen. 3 Klik met de rechtermuisknop op LAN-verbinding en klik op Eigenschappen. 4 Klik op Instellingen in het tabblad Geavanceerd. 5 Klik op Programma toevoegen op het tabblad Uitzonderingen. 6 Klik op Bladeren, blader naar WINDOWS\system32\intersrv\inetinfo.exe en klik vervolgens op OK. 7 Controleer of het bestand inetinfo is toegevoegd voor Programma’s en services en schakel het selectievakje voor inetinfo in.

Wanneer u niet een Internet Information Server gebruikt, wordt het dialoogvenster Windowsbeveilingswaarschuwing weergegeven wanneer u de FTP-serversoftware of e-mailtoepassing start. Klik op Blokkering opheffen om door te gaan.

Afdelings-ID van kopieermachine invoeren om taak te scannen Als een afdelings-ID/-wachtwoord is ingesteld voor de kopieermachine, moet u het wachtwoord invoeren vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine om de taak te scannen. Raadpleeg de documentatie van de kopieermachine voor meer informatie.

26

WebTools

Gescande afbeeldingen opslaan in WebTool Documenten U kunt een gescande afbeelding ophalen die in het postvak is opgeslagen en de opgeslagen locatie wijzigen vanaf een willekeurige computer vanuit WebTool Documenten met Internet Explorer. Als de computer echter compatibel is met Windows XP, Service Pack 2, gebruikt u de volgende procedure om de beveiligingsinstellingen van Internet Explorer te wijzigen. 1 Selecteer Internet-opties in het menu Extra van Internet Explorer. 2 Klik op het tabblad Beveiliging en klik op Aangepast niveau. 3 Schakel Automatisch vragen bij downloads van bestanden in bij Downloads.

WebTools openen via monitor, toetsenbord en muis Installeer de hulpprogramma’s om er zeker van te zijn dat Java Runtime Environment (JRE) op de computer is geïnstalleerd voordat u WebTools opent via een monitor, toetsenbord en muis.

Voorbeeldafbeelding in tabblad Afgedrukte documenten De voorbeeldafbeelding in het tabblad Afgedrukte documenten van WebTool Documenten is mogelijk niet duidelijk.

Taak verzenden met SMB-optie vanuit WebTool Documenten Het verzenden van een taak met de SMB-optie vanuit Mijn Documenten, zoals wordt beschreven in de Help van WebTool Documenten, wordt niet ondersteund.

Fiery-adresboek gebruiken vanuit WebTools Wanneer u een gescand document verzendt vanaf het tabblad Mijn Documenten van WebTools, kunt u de bestemming selecteren vanuit het Fiery-adresboek voor adressen die zijn geregistreerd via Gebruikers en groepen in WebTool Configure. Als u deze functie wilt gebruiken, moet u de bestemming vooraf registreren vanuit Gebruikers en groepen. U kunt het adres ook registreren door een e-mail te verzenden. Wanneer u een gescand document verzendt naar het adres dat via e-mail is geregistreerd, kunt u het adres niet selecteren wanneer u het document verzendt vanuit WebTools. Typ het adres in dat geval rechtstreeks in het bestemmingsgedeelte. U kunt een gescand document ook verzenden via het Fiery-adresboek vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine (Scanopties > Bestemming > Verzenden naar e-mail) of Remote Scan.

Beveiliging beheerderswachtwoord Om te voorkomen dat iemand het beheerderswachtwoord raadt, moet u een wachtwoord kiezen dat langer is dan 15 tekens en moet u dit regelmatig wijzigen. Het wordt ook aanbevolen dat het wachtwoord enkele symbolen bevat, in plaats van alleen alfanumerieke tekens.

27

Map voor reservekopiebestanden Wanneer u een reservekopie maakt van bestanden en een mapnaam opgeeft in Configure > Server > Reservekopie maken/Terugzetten in Windows Vista, kunt u de bestanden in de map mogelijk niet zien. Probeer de bestanden in dat geval op te slaan met een pad zoals het volgende: C:\Gebruikers\gebruikersnaam\AppData\LocalLow. U kunt in Windows Vista ook een reservekopie van bestanden maken via Command WorkStation.

Ongeldige waarde in SNMP Community-naam Wanneer u een nulwaarde opgeeft voor de SNMP Community-naam vanuit Configure > Netwerk > Services > SNMP, wordt de eerder opgegeven waarde hersteld.

Maximumgrootte bijlage instellen Open Configure en ga naar Netwerk > Services > Scannen om de maximumgrootte voor bijlagen in te stellen.

Master afdrukken Als u Ja opgeeft voor de optie Master afdrukken in Configure > PDL > PS, wordt de wijziging mogelijk niet doorgevoerd wanneer u klikt op Toepassen. Stel in plaats daarvan de optie Master afdrukken in PS-instellingen in vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine.

Recordlengte FreeForm 1 in Configure Als u Recordlengte FreeForm 1 instelt op FreeForm-master, wordt de taak behandeld als variabele taak. U kunt dit probleem vermijden door in records een afdrukbereik op te geven in plaats van pagina’s.

Fiery Graphic Arts Package

Kleurafstelling in ImageViewer De instelling Kleurafstelling in ImageViewer wordt mogelijk niet juist weergegeven in een afdruktaak in het venster Voorbeeld. De taak wordt echter afgedrukt in kleuren die zijn aangepast door de instelling Kleurafstelling.

28

Hot Folders

Servernaam wijzigen Nadat u de naam van de imagePRESS Server hebt gewijzigd, treedt er mogelijk een vertraging op voordat u verbinding kunt maken met de imagePRESS Server via Hot Folders.

Taal wijzigen in Hot Folders op een Mac OS-computer Op een Mac OS-computer blijft een gedeelte van de weergave mogelijk in de oude taalinstelling, ook nadat u de taal hebt gewijzigd in Voorkeuren van het menu Hot Folders.

Bestandsnaamconventie met 1-bits TIFF Volg de naamgevingsconventie voor bestanden die u hebt opgegeven, ook als u het 1-bits TIFF-filter gebruikt en de optie “Kleurinformatie ophalen uit bestandsheader indien niet aanwezig in bestandsnaam” selecteert.

1-bits TIFF-bestand in Mac OS Als u een 1-bits TIFF-bestand afdrukt met Hot Folders, wordt mogelijk een korrelige afbeelding geproduceerd.

Instelling voor omslagmedia in sjabloon Wanneer u met Hot Folders en Impose meer dan twee sjablonen maakt die de instelling voor omslagmedia bevatten, blijft de instelling niet behouden. U moet de sjabloon voor omslagmedia opnieuw instellen wanneer u deze gebruikt.

Vervolgkeuzelijsten in Instellingen voor overdrachtmappen De vervolgkeuzelijsten van Taakactie en Taakeigenschappen in Instellingen voor overdrachtmappen worden mogelijk niet juist weergegeven.

Paper Catalog

Paper Catalog-ingang selecteren voor een taak Als een Paper Catalog-ingang is geselecteerd voor een taak in de lijst Geblokkeerd of Afgedrukt, kunt u de ingang mogelijk wijzigen, maar kunt u deze niet opslaan.

Paper Catalog-instelling op virtuele printers Wanneer u een virtuele printer maakt door de Paper Catalog-instelling op te geven, is de instelling mogelijk niet geldig.

29

Afdrukopties voor Gemengde media en geregistreerde media in Paper Catalog Als u, nadat u een nieuwe mediumingang hebt geconfigureerd, een taak afdrukt met het nieuwe medium voor de binnenpagina’s en Blanco pagina’s invoegen opgeeft met een ander medium (vanuit de afdrukoptie Gemengde media), wordt door de imagePRESS Server mogelijk vereist dat u voor de blanco pagina’s hetzelfde medium gebruikt als voor de binnenpagina’s.

Wijzigingen in Paper Catalog vanaf aanraakscherm van de kopieermachine Wanneer u een nieuw papiertype registreert of een kenmerk van de Paper Catalog-database wijzigt vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine, moet u minimaal een minuut wachten voordat de wijziging is doorgevoerd.

Paper Catalog-weergaven aanpassen Wanneer u aanpassingen aanbrengt in de weergave van Paper Catalog, kunnen de kolommen Kleurprofiel media, Kleurprofiel voorzijde media en Kleurprofiel achterzijde media niet worden verwijderd.

Aantal tekens voor nieuwe media In het venster Nieuwe media in Paper Catalog kunt u maximaal 100 tekens invoeren in de velden Naam en Beschrijving.

Rechtstreeks mobiel afdrukken

PNG-taak afdrukken

JDF

Ondersteunde toepassingen

U kunt een taak in PNG-indeling niet afdrukken met rechtstreeks mobiel afdrukken.

De JDF-functie ondersteunt alleen Adobe Acrobat 8, 9 en 10 Professional.

Adobe Acrobat 8 met Mac OS Wanneer u op een Mac OS-computer een taak verzendt vanuit Adobe Acrobat 8, wordt de MIME-/JMF-informatie niet juist gemaakt, waardoor een fout optreedt. Dit probleem treedt niet op met Adobe Acrobat 9 of 10.

Standaard JDF-instelling en -actie Als u Taakactie opgeeft en JDF-taak vervangen inschakelt met bovenstaande instellingen en vervolgens Taakinstellingen gebruiken opgeeft via Virtuele printer vanuit Configure > Server > JDF, worden de opgegeven instellingen voor de virtuele printer geldig en wordt de instelling voor Taakactie genegeerd.

30

NetSpot

Foutberichten Wanneer u gebruikmaakt van NetSpot Console, NetSpot Device Installer of eMaintenanceservice, worden foutberichten mogelijk niet juist weergegeven.

Apparaatnamen wijzigen Mogelijk kunt u de apparaatnamen niet wijzigen wanneer u gebruikmaakt van Canonhulpprogramma’s zoals NetSpot Console of NetSpot Device Installer.

IPP-kenmerken De IPP-kenmerken printer-state en printer-state-reasons geven mogelijk niet juist de status weer van de kopieermachine of de imagePRESS Server.

Toepassingen

Adobe Acrobat 9 op Mac OS X v10.7 en v10.8 Met Adobe Acrobat 9 op Mac OS X v10.7 en v10.8 is PDF niet beschikbaar als conversiemethode bij Type uitvoerbestand in Hot Folders. Voer in dat geval een upgrade uit van Adobe Acrobat 9 naar Adobe Acrobat X.

Documentformaat vanuit Adobe Acrobat 8 Als u Documentformaat instelt op een standaardformaat dat overeenkomt met het PDFpaginaformaat, en Papierformaat instelt op Gelijk aan documentformaat, wordt bij het afdrukken vanuit Adobe Acrobat 8 op een Windows-computer mogelijk een foutbericht op het aanraakscherm van de kopieermachine weergegeven waarin u wordt gevraagd papier met een aangepast formaat te plaatsen. Selecteer in dat geval het papierformaat dat overeenkomt met het documentformaat van de taak.

Sorteermodus vanuit Adobe Acrobat 8.0 op Mac OS-computer met Intel-processor Wanneer u op een Mac OS-computer met Intel-processor de optie Sorteermodus opgeeft vanuit Adobe Acrobat 8.0, wordt de taak niet juist gesorteerd. Als u meerdere exemplaren van een taak afdrukt met Modus voor nietmachine, worden alle exemplaren aan elkaar geniet.

Afdrukopties van tabblad Opmaak vanuit Adobe Acrobat 8.0 op Mac OS-computer met Intel-processor Wanneer u de afdrukopties op het tabblad Opmaak opgeeft vanuit Adobe Acrobat 8.0 of Afdrukstand op Pagina-instelling instelt op Staand, wordt de taak niet juist afgedrukt, aangezien dit geen afdrukopties van imagePRESS Server zijn op een Mac OS-computer met een Intel-processor.

31

Documentformaat vanuit Adobe Acrobat 8.x Als u afdrukt vanuit Adobe Acrobat 8.x, Documentformaat instelt op Tabpapier (Letter) of Tabpapier (A4) en Papierformaat op Gelijk aan documentformaat, wordt u mogelijk gevraagd papier met een aangepast formaat te plaatsen. Schakel in dat geval de optie Papierbron selecteren op basis van paginaformaat PDF-bestand in Adobe Acrobat 8.x uit.

Pagina’s per vel opgeven vanuit Adobe Acrobat op Mac OS-computer Wanneer u op een Mac OS-computer de optie Pagina’s per vel opgeeft op het tabblad Opmaak in Adobe Acrobat, wordt de taak niet juist afgedrukt. U kunt dit probleem vermijden door naar Aantal en pagina’s, Geavanceerd, PostScript-optie, Beleid voor fonts en bronnen te gaan en Verzenden voor elke pagina te selecteren.

Tekenkleur bij afdrukken vanuit Adobe Acrobat Wanneer u afdrukt vanuit Adobe Acrobat, is de kleur van bepaalde tekens mogelijk afwijkend. U kunt dit probleem verhelpen door de afdrukoptie Geavanceerde verfijning in te stellen op Uit.

PDF-taak met transparanten Wanneer u een PDF-taak met transparanten afdrukt, wordt mogelijk een zwart vierkant weergegeven in de kleurenafbeelding. U kunt dit probleem vermijden door de afdrukoptie Grijswaarden alleen met zwart afdrukken in te stellen op Uit en de optie Tekst/lijntekeningen zwart op Normaal, en de taak vervolgens opnieuw af te drukken.

Ingesloten lettertypen in PDF-bestanden De volgende CJK-lettertypen moeten worden ingesloten in PDF-bestanden. Anders worden deze niet juist afgedrukt of kan een afdrukfout worden veroorzaakt. • Vereenvoudigd Chinees • Traditioneel Chinees • Japans • Koreaans

PDF-bestanden afdrukken naar Directe verbinding Opmerkingen en stempels die aan PDF-bestanden zijn toegevoegd, worden niet afgedrukt wanneer de PDF-bestanden worden afgedrukt naar de Directe verbinding. Voor het afdrukken van opmerkingen, stempels en kaderlijnen die aan een PDF-bestand zijn toegevoegd, drukt u het bestand af vanuit Adobe Reader, Adobe Acrobat of andere Adobetoepassingen.

32

Afdrukken vanuit Adobe PageMaker of Adobe Illustrator Bij het afdrukken vanuit paginaopmaakprogramma’s, zoals Adobe PageMaker, of tekenprogramma’s, zoals Adobe Illustrator, kunnen witte gaten optreden tussen de tekst op de voorgrond en de afbeelding op de achtergrond. Selecteer Aan voor de afdrukoptie Automatisch overvullen om de gaten te verwijderen.

Registratietekens in QuarkXPress of Adobe PageMaker Wanneer u drukkerstekens of registratietekens opgeeft in QuarkXPress of Adobe PageMaker, worden de tekens mogelijk gedeeltelijk afgekapt op de uitvoerafbeelding, zelfs als u de volgende opties selecteert: • Reduce image to match paper (Afbeelding passend op papier verkleinen) in QuarkXPress • Reduce to fit (Passend verkleinen) in PageMaker Als dit probleem zich voordoet, moet u de verkleiningsverhouding aanpassen.

Taken met aangepast paginaformaat afdrukken vanuit QuarkXPress of Adobe PageMaker Wanneer u een taak met een aangepast paginaformaat afdrukt vanuit QuarkXPress of Adobe PageMaker, moet u het aangepast paginaformaat opgeven in de toepassing. Houd rekening met het volgende: • Selecteer Dwars wanneer de taak een liggende afdrukstand heeft ten opzichte van de papierinvoerrichting. • Als de taak een staande afdrukstand heeft ten opzichte van de papierinvoerrichting, kunt u de stapelhandinvoer niet gebruiken. • Mogelijk wordt door de imagePRESS Server een standaardpaginaformaat opgegeven nadat een taak is afgedrukt. Voer grotere waarden in dan de minimale waarden die in het printerstuurprogramma worden weergegeven en voer kleinere waarden in dan de weergegeven maximale waarden.

Printerresolutie in optie Uitvoer in Adobe Illustrator In de optie Uitvoer in Adobe Illustrator wordt als standaardinstelling van Printerresolutie mogelijk [600 dpi] of een onjuiste waarde weergegeven. Dit stelt de ingestelde kleurscheiding voor en niet de RIP-resolutie. U kunt de optie Printerresolutie in Illustrator alleen inschakelen als u de afdrukoptie Rastersimulatie instelt op Door toepassing gedefinieerd op het tabblad Afbeelding in het printerstuurprogramma van de imagePRESS Server. Voer de waarden in voor Frequentie en Hoek in Illustrator.

33

Modus voor nietmachine instellen voor Adobe InDesign-taak Voor taken die met Adobe InDesign zijn gemaakt, wordt de instelling “Basis: Modus voor nietmachine” mogelijk niet toegepast en is de nietpositie mogelijk onjuist.

Dubbelzijdige taak in QuarkXPress voor Windows Wanneer u een dubbelzijdige taak afdrukt met de functie Lade-uitlijning, worden de uitlijnwaarden die zijn opgegeven voor Zijde 2 toegepast op zowel Zijde 1 als Zijde 2.

Nieten voor QuarkXPress-bestanden in Windows De nietpositie wordt mogelijk niet juist weergegeven in een QuarkXPress-afdruktaak. U kunt dit probleem vermijden door 180 roteren in te stellen op Aan in het printerstuurprogramma.

Automatische conversie naar oorspronkelijk document met Microsoft Office De functie voor automatische conversie naar oorspronkelijk document van Microsoft Office wordt niet ondersteund voor de imagePRESS Server.

Sorteermodus voor Microsoft Office-bestanden in Windows XP Wanneer u een Microsoft Office-taak afdrukt vanuit Windows XP, wordt de afdrukoptie Sorteermodus mogelijk niet juist weergegeven wanneer deze is ingesteld op Sorteren of Groeperen. U kunt dit probleem vermijden via de volgende procedure. AFDRUKKEN VANUIT MICROSOFT OFFICE IN WINDOWS XP MET SORTEERMODUS INGESTELD OP SORTEREN OF GROEPEREN 1 Meld u aan met beheerdersrechten. 2 Klik in het venster Printers en faxapparaten met de rechtermuisknop op het pictogram van de imagePRESS Server en kies Eigenschappen. 3 Klik op het tabblad Geavanceerd en schakel de optie Geavanceerde afdrukfuncties uit.

Watermerken afdrukken vanuit Microsoft Office Als u een taak afdrukt vanuit een Microsoft Office-toepassing op een Windows XP-computer waarop geen Service Pack is geïnstalleerd, kunt u geen watermerken afdrukken, ook niet als u de afdrukoptie Watermerk van het printerstuurprogramma instelt.

Microsoft Office op een Windows-computer Wanneer u een Microsoft Office-document afdrukt op een Windows-computer, wordt een overbodige lijn weergegeven in het doorschijnende gebied.

34

Aangepast paginaformaat opgeven vanuit Microsoft Word Wanneer u een taak met een aangepast paginaformaat afdrukt vanuit Microsoft Word, wordt door de gebruiker gedefinieerd papier met een aangepast formaat mogelijk niet weergegeven in de afgedrukte taak. AANGEPASTE PAPIERFORMATEN INSTELLEN MET MICROSOFT WORD 1 Selecteer Apparaten en printers via de knop Start. 2 Kies de imagePRESS Server waarvoor u het aangepaste papierformaat wilt registreren en klik vervolgens op Eigenschappen. 3 Kies het tabblad Form (Formulier) en selecteer Create a new form (Nieuw formulier maken). 4 Typ de gegevens en klik op Save Form (Formulier opslaan).

Voorbeeld van 220 x 330 mm: • Formuliernaam: 22 x 33 cm • Breedte: 22 cm • Hoogte: 33 cm O PMERKING : De breedte moet kleiner zijn dan de hoogte, ongeacht de papierrichting (SEF/LEF). 5 Pagina-instelling in toepassing

Voorbeeld van Staand: • Afdrukstand: Staand • Papierformaat: 22 cm x 33 cm (breedte < hoogte) 6 Instelling in Fiery-stuurprogramma

• Documentformaat: Aangepast formaat PS (breedte < hoogte) • Papierformaat: – Voor LEF-papier: breedte > hoogte – Voor SEF-papier: breedte < hoogte 7 Klik op OK. 8 Selecteer Afdrukken in de toepassing en kies de imagePRESS Server bij Printernaam. Klik op Eigenschappen voor de imagePRESS Server. 9 Klik op het tabblad Media in Fiery-afdrukken. 10 Kies het aangepaste papierformaat dat u hebt geregistreerd in stap 4.

35

Meerdere pagina’s afdrukken op een enkel vel papier vanuit Microsoft Word Als u meerdere pagina’s wilt afdrukken op een enkel vel papier vanuit Microsoft Word 2002 op een Windows XP-computer, moet u Pagina’s per vel selecteren in het dialoogvenster Afdrukken. Gebruik niet de optie Opmaak (functie N per vel) in het tabblad Fiery-afdrukken van het printerstuurprogramma vanuit een toepassing.

Watermerk instellen in Microsoft Word Als u Achtergrond en Afgedrukt watermerk kiest in het menu Opmaak en een taak afdrukt waarin het watermerk is opgegeven vanuit Microsoft Word, wordt elk teken mogelijk afgedrukt in een verschillende kleur. Als dit probleem zich voordoet, stelt u de optie Grijswaarden alleen met zwart afdrukken (RGB) in op Tekst/lijntekeningen of stelt u de optie Printerraster in op Foutdiffusie.

Papierformaat vanuit Word 2002/2003 Als u vanuit Microsoft Word 2002/2003 een taak op A4-formaat maakt en afdrukt met Papierformaat ingesteld op Letter, wordt de taak afgedrukt op papier van Letter-formaat. U kunt dit probleem vermijden door het selectievakje Formaat zonodig wijzigen in A4/Letter in het dialoogvenster Afdrukken uit te schakelen.

Taak die is gemaakt met Excel 2007 afdrukken in Windows Vista Als u de achtergrondkleur van alle cellen op een pagina wijzigt en WordArt toevoegt met Excel 2007, worden de afbeeldingen mogelijk niet juist afgedrukt vanaf een Windows Vista-computer.

Afdrukinstellingen in Microsoft Excel voor Windows XP/Server 2003 Als u Afdrukkwaliteit wilt opgeven, kunt u alleen 600 dpi selecteren voor Afdrukkwaliteit op het tabblad Pagina van het dialoogvenster Pagina-instelling. De volgende afdrukinstellingen worden mogelijk niet juist weergegeven: • Aantal • Sorteermodus (indien ingesteld op Collationeren of Groeperen) U kunt dit probleem vermijden via de volgende procedure: 1 Klik in het venster Printers of Printers en faxapparaten met de rechtermuisknop op het pictogram van de imagePRESS Server en kies Eigenschappen. 2 Klik op het tabblad Geavanceerd en schakel de optie Geavanceerde afdrukfuncties inschakelen uit.

36

Meerdere exemplaren afdrukken in Microsoft Excel voor Mac OS X Als u meerdere exemplaren wilt afdrukken, kiest u Druk af in het menu Archief en geeft u de instelling Aantal op in het dialoogvenster Afdrukken.

Microsoft PowerPoint-document met A4-formaat Wanneer u een Microsoft PowerPoint-document met A4-formaat afdrukt, wordt een overbodige witte lijn weergegeven op de afbeelding.

PDF-bestanden afdrukken die zijn gemaakt in Microsoft PowerPoint Wanneer u een Microsoft PowerPoint-bestand converteert naar PDF of een willekeurig bijgesneden PDF-bestand vanuit Adobe Acrobat en dit rechtstreeks afdrukt naar de imagePRESS Server, is mogelijk een onjuist papierformaat vereist. Wijzig in dat geval het papierformaat vanuit het venster Eigenschappen van Command WorkStation voordat u gaat afdrukken.

Afdrukken in Microsoft PowerPoint 2003/2004 Wanneer u een Microsoft PowerPoint-document afdrukt, wordt een overbodige lijn weergegeven. U kunt dit probleem vermijden door Kleur te selecteren bij Kleur/grijswaarden in het dialoogvenster Afdrukken en vervolgens af te drukken.

Op de rug gebonden taak met Microsoft Word 2007 Wanneer u een taak afdrukt als op de rug gebonden boekje met een aangepast omslagformaat en hoofdtekst die is gemaakt met Microsoft Word 2007, wordt de positie van de hoofdtekst mogelijk enigszins verschoven.

Niet-ondersteunde afdrukopties in Macromedia FreeHand De volgende afdrukopties kunt u niet selecteren als instellingen voor Printerspecifieke opties met Macromedia FreeHand 7.0/8.0 voor Mac OS: • 180 roteren • Use Creep Correction (Correctie voor opkruipen gebruiken) • Mediatype • Lade-uitlijning • Vooromslagmodus • Bron vooromslag • Achteromslagmodus • Bron achteromslag

37

• Transparant + tussenblad • Bedieningsbalk • Postflight • Progressieve proef • Beeldcompressie • Fijnafstemming dichtheid • Geavanceerde verfijning • Raster • Modus voor nietmachine • Perforeren

Online-Help

Help-bestanden weergeven in Mac OS X Mogelijk kunt u de inhoud van Help-bestanden voor Fiery-hulpprogramma’s niet weergeven vanaf een Mac OS X-computer. Als dit probleem zich voordoet, sluit u Safari eenmaal af of sluit u het venster van het Help-bestand, kiest u Verwijder cachebestanden in het menu Safari en opent u het Help-bestand vervolgens opnieuw.

Kopieermachine

Weergave voor foutberichten Wanneer een fout optreedt, wordt een foutbericht op het aanraakscherm van de kopieermachine mogelijk niet weergegeven zoals verwacht. Als u het bericht wilt weergeven, gaat u naar Info door te drukken op de functietoets Printer. Het foutbericht wordt juist weergegeven in de statusbalk onder in het aanraakscherm van de kopieermachine en in de statusbalk van Command WorkStation.

Boekje met omslag verzenden naar postvak Wanneer u Postvak selecteert bij de afdrukoptie Bestemming, het document in boekjesopmaak verzendt met de afdrukoptie Invoer van inhoud voor het omslag ingesteld op Geen (tussenvel gebruiken) en vervolgens Invoegeenheid selecteert als Bron vooromslag, wordt de taak mogelijk niet juist afgedrukt. Als u een boekje met een omslag wilt afdrukken naar het postvak van de kopieermachine, verzendt u de taak eerst zonder omslaginstellingen en geeft u de instellingen vervolgens op via het aanraakscherm van de kopieermachine.

38

Gebruik de volgende procedures. EEN BOEKJE MET OMSLAG VERZENDEN VANUIT HET PRINTERSTUURPROGRAMMA 1 Selecteer Omslag wordt niet voorbereid voor de afdrukoptie Boekje. 2 Selecteer Postvak bij de afdrukoptie Bestemming en geef het postvaknummer op in het veld Postvak selecteren. 3 Selecteer Afdrukken om het document te verzenden naar de kopieermachine en gebruik de volgende procedure.

EEN BOEKJE MET OMSLAG AFDRUKKEN VANAF HET AANRAAKSCHERM VAN DE KOPIEERMACHINE 1 Druk op de functietoets Postvak. 2 Selecteer het postvaknummer dat u hebt opgegeven als taakbestemming in stap 2 van de bovenstaande procedure.

Het documentselectiescherm van het gebruikerspostvak wordt weergegeven. 3 Selecteer de taak die u wilt afdrukken en druk op Afdrukken.

Het afdrukscherm wordt weergegeven. 4 Druk op Change Pr. Settings (Afdrukinstellingen wijzigen).

Het scherm Change Print Settings (Afdrukinstellingen wijzigen) wordt weergegeven. 5 Druk op 2-zijdig afdrukken, selecteer Calendar Type (Kalendertype) en druk vervolgens op OK.

Als u Door rug geniet (boven) hebt geselecteerd als boekjestype in het printerstuurprogramma, slaat u deze stap over. 6 Druk op Afwerking.

Het scherm “Finishing: Selecting the Type” (Afwerking: type selecteren) wordt weergegeven. 7 Selecteer Staple (Nieten) en druk op Volgende.

Het scherm “Finishing: Setting the Staple Position” (Afwerking: nietpositie instellen) wordt weergegeven. 8 Druk op Door de rug geniet en druk op Volgende.

Het scherm “Finishing: Paper Select for the Main Document” (Afwerking: papier selecteren voor hoofddocument) wordt weergegeven. 9 Selecteer het papierformaat voor het hoofddocument, selecteer Add Cover (Omslag toevoegen) en druk op Volgende.

Het scherm “Finishing: Cover Settings” (Afwerking: omslaginstellingen) wordt weergegeven. 10 Selecteer Nee om af te drukken op het omslag en druk op Volgende.

Het scherm “Finishing: Paper Select for Cover” (Afwerking: papier selecteren voor omslag) wordt weergegeven.

39 11 Selecteer een papierformaat voor het omslag druk op OK. 12 Druk op Start Print (Afdrukken starten).

Takenlogboek Als u Groeperen zonder verschuiving, Kruiselings groeperen of Groeperen selecteert in de optie Sorteermodus op het tabblad Afwerking in het printerstuurprogramma, wordt het aantal pagina’s in elke kopieset (Vel) en het aantal sets (Aantal) verwisseld weergegeven in het logboek van de kopieermachine. Het aantal dat wordt weergegeven als het aantal pagina’s in elke kopieset is het aantal sets en vice versa.

Geen papier meer bij afdrukken van aangepaste paginaformaten Wanneer u een taak met aangepaste paginaformaten afdrukt en het papier raakt op, wordt het afdrukken niet automatisch hervat nadat u papier hebt bijgevuld. Als u het afdrukken wilt hervatten, stelt u de papierlade opnieuw in vanaf het aanraakscherm van de kopieermachine.

Moirépatronen verminderen Als u in afgedrukte taken moirépatronen (ongewenste patronen in de afgedrukte afbeelding) ziet, kunt u deze mogelijk verminderen door bepaalde instellingen te wijzigen. Elk van beide onderstaande opties wordt aanbevolen. MOIRÉPATRONEN VERMINDEREN 1 Stel in het printerstuurprogramma of in Command WorkStation > Taakeigenschappen > tabblad Afbeelding de volgende afdrukopties in:

• Beeldcompressie op Prioriteit afbeelding • Beeldverfijning op Aan Probeer daarnaast de volgende optie te wijzigen, indien nodig. Stel in het printerstuurprogramma of in Command WorkStation > Taakeigenschappen > tabblad Afbeelding de optie Scherpte in op Minder scherp. 2 Wijzig in het printerstuurprogramma of in Command WorkStation > Taakeigenschappen > tabblad Afbeelding de optie Printerraster in Resolutie of Foutdiffusie.

U kunt ook de volgende instelling van de kopieermachine wijzigen: • Druk op > Systeeminstellingen > Apparaatbeheerinstellingen > Dithering patrooninstellingen. • Stel Gradatie (voor printer) in op Kleurtinten. 3 Moirépatronen kunnen ook afnemen door het wijzigen van de afdrukstand. Als het papierformaat bijvoorbeeld A4/LTR is, moet u de instelling wijzigen in A4R/LTRR.