Dordrecht
Ontwerp besluit
Raadsgriffie Spuiboulevard 238 3311 GR Dordrecht
De RAAD van de gemeente Dordrecht; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 30 september 2008, Nr. SBC/2008/934; gelet op artikel 44, tweede lid van de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden;
besluit:
1.
Het bijgevoegde wijzigingsbesluit van de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden vast te stellen en te ondertekenen.
Aldus besloten in de openbare vergadering van De griffier,
Pagina 1/1
2008. De voorzitter,
De raden, respectievelijk de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de gemeenten − − − − − −
Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
Elk voor zover het zijn bevoegdheden betreft, Overwegende, • dat op 8 maart 2006 de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden (GRD) in werking is getreden; • dat met ingang van 1 januari 2007, 1 januari 2008 en 1 juli 2008 de deelnemende gemeenten een aantal van hun taken hebben op- en overgedragen aan de GRD; • dat de gemeente Binnenmaas heeft besloten om per 1 januari 2009 uit te treden als deelnemer in de gemeenschappelijke regeling; • het gewenst is om enkele verbeteringen en verduidelijkingen door te voeren in de tekst van de gemeenschappelijke regeling; Gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Gemeentewet, de Kieswet en de Algemene wet bestuursrecht; B E S L U I T E N: De gemeenschappelijke regeling Drechtsteden, versie 3.0 als volgt te wijzigen: Artikel I In de aanhef vervalt Binnenmaas. Artikel II A. In artikel 1, eerste lid onder f vervalt Binnenmaas. B Aan artikel 4, tweede lid wordt een onderdeel g toegevoegd, luidende: De uitvoering van de belastingheffing en –invordering. C Artikel 5, eerste lid komt te luiden: 1. Drechtsteden vervult ten behoeve van de in artikel 4 genoemde doelstelling de taken: a. welke in deze regeling in artikel 6, eerste lid als autonome taken zijn aangeduid; b. welke bij afzonderlijk eensluidend besluit van het (de) bevoegde bestuursorga(a)n(en) van alle gemeenten aan Drechtsteden zijn gedelegeerd en door de Drechtraad zijn aanvaard. c. welke bij afzonderlijk eensluidend besluit van het (de) bevoegde bestuursorga(a)n(en) van alle gemeenten aan Drechtsteden zijn gemandateerd dan wel waarvoor volmacht of machtiging is verleend en door de Drechtraad zijn aanvaard. d. welke, voor zover betrekking hebbend op het grondgebied van één of enkele van de gemeenten, bij afzonderlijk eensluidend besluit van het (de) bevoegde bestuursorga(a)n(en) van deze gemeente(n) zijn gemandateerd dan wel waarvoor volmacht of machtiging is verleend en door de Drechtraad zijn aanvaard. e. welke worden uitgevoerd ten behoeve van tenminste twee gemeenten en bij afzonderlijk eensluidend besluit van de bevoegde bestuursorganen van deze gemeenten zijn gemandateerd dan wel waarvoor volmacht of machtiging is verleend en door de Drechtraad zijn aanvaard. f. welke worden uitgevoerd ten behoeve van de gemeenten en door deze gemeenten zijn opgedragen aan Drechtsteden in artikel 7, eerste lid, van deze regeling en door de Drechtraad zijn aanvaard. D Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd: 1. in het tweede lid wordt in de eerste regel a gewijzigd in b; 2. in het tweede lid onder b wordt achter de woorden Wet Werk en Bijstand (WWB) toegevoegd: , inclusief bijzondere bijstand, waaronder individuele verstrekkingen, regelingen bijzondere bijstand op basis van art. 35 WWB en langdurigheidstoeslag op basis van art. 36 WWB en het Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen.; 3. in het tweede lid onder f worden achter de woorden De Wet kinderopvang toegevoegd: , voor zover betrekking hebbend op de tegemoetkoming van de gemeente in de kosten van kinderopvang (hoofdstuk 2) alsmede de vergoeding van kinderopvang op basis van sociaal-medische indicatie.; 4. in het tweede lid wordt onder vernummering van de onderdelen h tot en met j tot i tot en met k, een nieuw onderdeel h toegevoegd, luidende: Schuldbemiddeling en budgetadvies.; 5. het derde en het vierde lid vervallen.
E Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd: 1. in het eerste lid worden in de eerste regel b en e gewijzigd in c en f; 2. het tweede lid komt te luiden: Drechtsteden voert de volgende taken uit als bedoeld in artikel 5, eerste lid onder d: Sociaal De wet op de lijkbezorging, artikelen 21 en 22.; 3. het derde lid komt te luiden: Drechtsteden voert de volgende taken uit als bedoeld in artikel 5, eerste lid onder c: a. Het heffen en invorderen van belastingen b. De waardebepaling en waardevaststelling van onroerende zaken, gegevensbeheer en gegevensverstrekking en taken aangaande bezwaar en beroep, in het kader van de WOZ c. Het informeren van de gemeenten over de uitvoering van de onder a en b bedoelde taken d. Het gevraagd en ongevraagd adviseren van de gemeenten over aangelegenheden die haar taken en de uitvoering daarvan betreffen. 4. na het derde lid wordt een nieuw vierde lid toegevoegd, luidende: De gemeente Alblasserdam wordt tot en met 31 december 2009 vrijstelling verleend van de in het derde lid genoemde taken. Aan de deelname kunnen door de Drechtraad voorwaarden worden verbonden. F In artikel 8, tweede lid wordt achter gemeenteraad toegevoegd: , met dien verstande dat zij niet kan treden in de autonomie van de gemeenten. G In artikel 14, zesde lid wordt na Ingenieursbureau Drechtsteden toegevoegd: , het Onderzoekcentrum Drechtsteden. H Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd: 1. in het derde lid vervallen de woorden: en artikel 7, tweede lid; 2. in het vierde lid wordt artikel 4, derde lid gewijzigd in artikel 4, eerste lid onder b en c. I Artikel 18 wordt als volgt gewijzigd: 1. Aan het derde lid wordt na de eerste zin een zin toegevoegd, luidende: Het Drechtstedenbestuur beslist bij meerderheid van stemmen.; 2. Onder vernummering van het vierde lid tot het vijfde lid wordt een nieuw lid 4 toegevoegd, luidende: In afwijking van het derde lid geldt ten aanzien van besluiten over het Ingenieursbureau Drechtsteden, het Onderzoekcentrum Drechtsteden en het Service Centrum Drechtsteden, dat slechts bij unanimiteit wordt beslist. J 1. 2.
Het kopje De griffie boven artikel 25 wordt gewijzigd in De Drechtstedensecretaris. artikel 25 komt te luiden: 1. Er is een Drechtstedensecretaris. De Drechtstedensecretaris wordt benoemd door het Drechtstedenbestuur. 2. De Drechtstedensecretaris staat de Drechtraad, de voorzitter en de door de Drechtraad ingestelde commissies bij de uitoefening van hun taak terzijde.
K Na artikel 25 wordt een nieuw artikel 25a toegevoegd, luidende: De Griffie Artikel 25a 1. De Drechtraad wordt mede ondersteund door een regiogriffie, die bestaat uit de griffiers van de gemeenteraden van de gemeenten en, eventueel, uit medewerkers. 2. De Drechtraad wijst op voorstel van de voorzitter van de Drechtraad een coördinerend griffier aan. 3. De Drechtraad regelt in overleg met de Drechtstedensecretaris de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de uitoefening van de in het eerste lid bedoelde taak. L Artikel 34, derde lid komt te luiden: De deelnemende gemeenten betalen de in het eerste lid bedoelde totale bijdrage bij wijze van voorschot. Het Drechtstedenbestuur stelt de frequentie van betaling vast, waarbij geldt dat de totale bijdrage in ten minste 2 halfjaarlijkse termijnen wordt betaald. M In artikel 44 vervallen de woorden: de Drechtraad, op voorstel van.
Artikel III Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2009. Artikel IV Dit besluit kan worden aangehaald als gemeenschappelijke regeling Drechtsteden, derde wijziging. Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Dordrecht van 30 september 2008, De secretaris, de burgemeester,
Aldus besloten door de Burgemeester van Dordrecht op 30 september 2008, De burgemeester,
Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Dordrecht van 2008, De griffier, de voorzitter,
Toelichting bij het wijzigingsbesluit van de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden (derde wijziging) Algemeen Op 8 maart 2006 is de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden in werking getreden. Met ingang van 1 januari 2009 treedt de gemeente Binnenmaas uit als deelnemer in de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden. De uittreding leidt uiteraard tot een wijziging van de tekst van de gemeenschappelijke regeling. Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt om enkele verbeteringen en verduidelijkingen in de tekst van de gemeenschappelijke regeling door te voeren. Hieronder wordt, voor zover nodig, het besluit artikelsgewijs toegelicht. Artikelgewijze toelichting Artikel I Als gevolg van de uittreding wordt de gemeente Binnenmaas uit de aanhef verwijderd. Artikel II A Zie artikel I Artikel II B Op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen moet de regelingen de belangen noemen die zij behartigt. Het belang van de uitvoering van de belastingheffing en –invordering is daarom aan artikel 4 toegevoegd. Artikel II C In artikel 5, eerste lid wordt geregeld welke soorten taken de regeling kan uitvoeren. Daarin kwam onvoldoende tot uiting dat de regeling een aantal autonome taken heeft. Dat zijn niet wettelijke taken, die dus ook niet als zodanig door de gemeenten zijn gedelegeerd of gemandateerd. Daarnaast zijn er ook taken aan de gemeenschappelijke regeling gedelegeerd. Een en ander is nu opgenomen in artikel 5, eerste lid onder a en b. Artikel II D In artikel 6 staan de autonome en de aan de gemeenschappelijke regeling gedelegeerde taken opgesomd. De in het wijzigingsbesluit opgenomen wijzigingen zijn vooral redactioneel van aard. Inhoudelijk gezien zijn de belastingtaken die in versie 3.0 van de gemeenschappelijke regeling in het derde lid van artikel 6 waren opgenomen overgeheveld naar artikel 7. De reden daarvoor is dat dan in artikel 7 alle uitvoeringstaken (gemandateerd) bij elkaar staan. Artikel II E In het tweede lid wordt aangegeven dat de gemeenschappelijke regeling is belast met de uitvoering van de artikelen 21 en 22 van de Wet op de lijkbezorging. Dat was tot nu toe abusievelijk niet in de regeling vermeld. Verder worden de belastingtaken en de vrijstelling daarvan voor Alblasserdam nu in het derde respectievelijk vierde lid van artikel 7 opgenomen. Artikel II F Er is uit de praktijk gebleken dat niet voldoende duidelijk was waar de afbakening van de bevoegdheden van de Drechtraad ten opzichte van de bevoegdheden van de gemeenteraad ligt, als het gaat om de in artikel 6 genoemde autonome taken. Dat leidde ertoe dat er vragen rezen omtrent de bevoegdheid tot het vaststellen van beleidsnota’s, als bedoeld in artikel 6, eerste lid van de GR. Om aan die onduidelijkheid een einde te maken is aan artikel 8, tweede lid toegevoegd dat de Drechtraad niet kan treden in de autonomie van de gemeenten. Daarmee wordt bedoeld dat het vaststellen van een beleidsnota door de Drechtraad geen juridisch bindende verplichting voor de gemeenteraad inhoudt om bijvoorbeeld een bestemmingsplan zodanig aan te passen dat daardoor de plannen die in de beleidsnota staan verwezenlijkt kunnen worden. Immers, het vaststellen van bestemmingsplannen is een uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad. Vanzelfsprekend zal er wel sprake zijn van een zekere mate van een morele verplichting nu alle fracties in de Drechtraad zijn vertegenwoordigd. Dat doet echter niets af aan de juridische autonomie van de gemeenteraad. Artikel II G Ook het Onderzoekcentrum Drechtsteden heeft te maken met de inbestedingsproblematiek. Om die reden moet de besluitvorming omtrent het onderzoekcentrum bij unanimiteit plaatsvinden. Dat wordt in het zesde lid van artikel 8 vastgelegd. Artikel II H Juridisch-technische wijzigingen
Versie 4.0
-1-
Artikel II I In de tekst van de GR was abusievelijk niets geregeld over de wijze van besluitvorming binnen het Drechtstedenbestuur. Dat wordt nu gecorrigeerd. In het vierde lid wordt de unanimiteit van besluitvorming in het Drechtstedenbestuur voor een aantal organsiatieonderdelen vastgelegd. Zie verder de toelichting bij artikel II G. Artikel II J en artikel II K In deze artikelen wordt een aantal zaken betreffende de rol, positie en taken van de Drechtstedensecretaris en de griffie beter van elkaar onderscheiden dan in de huidige regeling het geval is. Artikel II L In de huidige regeling zijn concrete betalingsdata genoemd, waarvan in de praktijk blijkt dat daar niet de hand aan gehouden wordt of kan worden. Om die reden is dit artikellid redactioneel aangepast en flexibeler gemaakt. Artikel II M Tot nu toe is de Drechtraad, naast de bestuursorganen van de deelnemende gemeenten, bevoegd om wijzigingsvoorstellen voor de tekst van de Gr te initiëren. In de praktijk blijkt dat niet te werken, met name door de vergaderdata van de Drechtraad. Om die reden neemt tot nu toe Dordrecht steeds het initiatief tot een wijzigingsvoorstel. Het is echter goed voorstelbaar dat het meer in de rede zou liggen dat een dergelijk voorstel vanuit de GR wordt geïnitieerd. Daarom wordt artikel 34 zodanig gewijzigd dat ook het Drechtstedenbestuur het initiatief tot een wijzigingsvoorstel kan nemen. Artikel III Spreekt voor zich Artikel IV Spreekt voor zich
Versie 4.0
-2-