Docentenhandleiding
Inleiding Beste leerkracht, Hieronder vindt u aanvullende informatie over de Canon van Coevorden. Eerst wat algemene informatie en vervolgens per venster de antwoorden die horen bij het werkboek. We wensen u veel plezier met de canon. Bij vragen of opmerkingen kunt u altijd contact opnemen. K&C, april 2013
Algemene informatie Gebruik van de canon De canon is te vinden via www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden. Op deze website vindt u 19 vensters over de geschiedenis van de hele gemeente. De vensters zijn verspreid over de tijd, vanaf de prehistorie tot nu. Daarnaast sluiten de vensters zoveel mogelijk aan bij vensters uit de landelijke canon en passen ze binnen de 10 tijdvakken. Elk venster bevat een aantal onderdelen: - Tekst voor leerlingen - Tekst voor leerkrachten - Anekdotes - Er op uit tips - Tips rondom de Drentse taal - Bronnen De informatie op de site geeft algemene informatie, geschikt voor leerlingen uit de hele gemeente Coevorden. Ter verwerking van deze informatie kunnen de leerlingen het werkboek gebruiken. Hierin staan opdrachten die aansluiten bij de tekst op de website. Vaak kijken de leerlingen voor het antwoord in hun eigen omgeving. Zo maken ze op speelse wijze kennis met de geschiedenis en verhalen van hun eigen omgeving. Leerlingen krijgen het werkboek in groep 6 en werken het helemaal door tot groep 8. Daarna mogen ze het werkboek mee naar huis nemen. De opdrachten zijn per venster afgestemd op de doelgroep. Elk niveau is daarom aangegeven met een andere kleur in het werkboek. Per leerjaar behandelt u dus een aantal vensters. Google maps Bij een aantal opdrachten wordt voor leerlingen verwezen naar google maps. Ze moeten dan bijvoorbeeld hun eigen dorp opzoeken. Opdrachten waar leerlingen op locatie kunnen gaan kijken, kunnen eventueel ook via google maps en/of streetview worden uitgevoerd. In plaats van een foto maken de leerlingen dan een printscreen om in hun werkboek te plakken. Drentse taal Wanneer u extra aandacht wilt besteden aan de Drentse taal, kunt u contact opnemen met het Huus van de Taol. Zij hebben verschillende mogelijkheden voor het onderwijs, zoals projecten of lessen in de klas. Neem voor meer informatie contact op via: Huus van de Taol Wattweg 2a 9511 PX Beilen 0593-371010
Links Hieronder vindt u per venster de linkjes naar filmpjes etc. Deze pagina kunt u ook digitaal aan leerlingen geven, zo hoeven ze de links niet meer zelf in te typen, maar kunnen ze de url’s aanklikken. 1. Sporen uit de prehistorie - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/prehistorie - http://www.entoen.nu/hunebedden/beeld-en-geluid/kaart-hunebedden-indrenthe#beeld - http://www.dehondsruginbeeld.nl/video/16Sleenerzand/3Hunebed%20D49%20.vid - http://www.dehondsruginbeeld.nl/video/16Sleenerzand/6Galgenberg.vid - http://www.entoen.nu/hunebedden/beeld-en-geluid/schooltv-beeldbankclip-de-bouwvan-een-hunebed#beeld 2. Coevorden als vestingstad - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/coevorden - http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20040615_vesting01 - http://www.coevorden.nl/over-de-gemeente/coevorden-in-beeld.html
3. Naar school - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/school - http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20110420_schoolvantoen01 - http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20110420_schoolvantoen02 4. Handel en feest - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/handel 5. Onderweg - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/onderweg 6. De prinses van Zweeloo - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/prinses-van-zweeloo - http://www.zweeloodigitaal.nl/index.php?option=com_content&view=article&id=1<emid=5 7. Het esdorp - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/esdorpen 8. Praten in het Drents - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/drents 9. Johan Picardt - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/picardt - http://www.willemwever.nl/vraag_antwoord/geschiedenis/wat-er-waar-van-ellert-enbrammert 10. Opvang voor armen, wezen en zieken - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/armenzorg
11. Leven in het veen - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/veen - http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20030328_hoogveen03 - http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20030328_hoogveen04 12. De toeristen komen - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/toeristen 13. Geloven in de kerk - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/kerken 14. De boermarke - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/boermarke 15. Motte de Klinkenberg - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/klinkenberg - http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20031127_riddersenkastelen01 16. Havezate De Klencke - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/klencke 17. De drie podagristen - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/voettocht 18. Van oude naar nieuwe industrie - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/industrie - http://www.hartvannederland.nl/nederland/drenthe/2011/inwoners-willen-stoomfluitterug/ 19. De Tweede Wereldoorlog - http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/tweede-wereldoorlog - http://www.joodsewerkkampen.nl/
Antwoordmodel 1. Sporen uit de prehistorie Opdracht 1 Welk hunebed staat het dichtst in de buurt van jouw school? Afhankelijk van de locatie van de school: bij Schoonoord of bij Noord-Sleen. Alle hunebedden hebben een nummer gekregen. Welk nummer heeft dit hunebed? Afhankelijk van de locatie van de school: D49, D50 of D51. Dit hunebed wordt zo genoemd omdat: er vroeger (in de 16e eeuw) geheime kerkdiensten werden gehouden. De predikant preekte vanaf het hunebed. Waarom heet de grafheuvel de galgenberg? Op de grafheuvel stond vroeger een galg om misdadigers te straffen. Voor wie was de galgenberg een waarschuwing? Voor mensen uit de omgeving en reizigers, ze schrokken ervan en pleegden daarom (hopelijk) zelf geen misdaden. Opdracht 2 Eerst werden zwerfkeien met behulp van ossen en boomstammen naar de juiste plek gebracht. Daarna werd er een heuvel zand gemaakt om de stenen tegenaan te zetten. Vervolgens werd er een helling van zand tegen de steen aan gemaakt, daar kon een steen overheen getrokken worden. Dit werd het dak. Tot slot werd alle zand tussen de stenen weggehaald, en werd het hele hunebed overdekt met zand. Opdracht 3 Tip: laat de schoolplaat op het digibord zien, zodat hij voor de leerlingen wat beter te zien is.
2
4 2
6 5 1
3
Er op uit Eigen antwoord leerlingen. 2. Coevorden als vestingstad Opdracht 1 1148 – Coevorden voor het eerst genoemd 1407 – Coevorden krijgt stadsrechten 12e eeuw – Het kasteel van Coevorden wordt gebouwd 1592 – Belegering door de Spanjaarden 1609 – Vestingwerken en stad opnieuw opgebouwd 1672 – Bisschop verovert Coevorden 19e eeuw – Vesting Coevorden opgeheven Opdracht 2 Wat is een vestingstad? Een vestingstad is een stad die zich beschermd met muren, uitkijktorens en poorten rondom de hele stad. Eerst waren de muren van steen, maar later werden dit wallen van aarde, daar konden de kogels niet doorheen. Om de wal heen kwam en muur om de aarde tegen te houden. Aan de buitenkant kwam een gracht rondom de wallen. Welke gebouwen herken je in de animatie, die nu nog in Coevorden staan? - De vestingmuur - De poort - De kerk - Huizen - Het kasteel Wat voor dingen kloppen er volgens jou niet in de animatie, als je denkt aan het dagelijks leven rond 1650? Wat weet je bijvoorbeeld over het wonen in de stad? - Alles is heel schoon, bijvoorbeeld de straten. In deze tijd waren de straten juist heel vies, omdat iedereen alle afval op straat gooide. - Er zijn geen mensen op straat, vroeger waren er juist altijd veel mensen op straat. - Omdat er geen riolering was, gooide mensen hun ontlasting op straat of in de gracht. Daarom waren de straten vaak nat. Dat is in de animatie niet te zien. Opdracht 3 Schrijf 2 dingen op die in 1910 en 2011 hetzelfde zijn: 1. Een stuk van de gracht heeft de vorm van een ster. 2. Het centrum ligt binnen de grachten. En welke 2 dingen zijn anders? 1. In 1910 was de hele stad omringd door water, in 2011 nog maar een klein stukje. 2. De gracht had in 1910 de vorm van een ster, in 2011 heeft nog meer een klein stukje deze vorm. 3. In 1910 was er om de hele stad een dubbele gracht. 4. In 1910 was de stad veel kleiner dan in 2011.
Er op uit Eigen antwoord leerlingen. 3. Naar school Opdracht 1 Wat Hoeveel leerlingen zitten er in een lokaal?
1900 Soms wel 70
Welke vakken worden er gegeven?
Lezen, rekenen, schrijven
Hoe ziet het klaslokaal eruit?
Leerlingen zitten in houten bankjes, de leerkracht zit met zijn lessenaar op een verhoging. In de klas is een krijtbord en hangen schoolplaten. Er zat vaak maar 1 kachel in het lokaal en soms was er geen raam. Maximaal tot je 12e, maar als er geld verdiend moest worden, moest je soms al eerder stoppen met school. Leerlingen werden in de hoek gezet, kregen een bordje met ezel om of moesten strafregels schrijven. Soms werden leerlingen geslagen met een rietje of liniaal. Met een leesplankje leer je lezen, met lei en griffel leer je schrijven.
Tot welke leeftijd ga je naar school?
Wat voor straf wordt er gegeven?
Hoe leer je lezen en schrijven?
Welke dagen ga je naar school?
Maandag t/m zaterdag. 5
2013 25-30 (eigen antwoord leerlingen op basis van eigen situatie ) Rekenen, taal, natuur, tekenen, handvaardigheid, verkeer, aardrijkskunde, geschiedenis, gymnastiek, muziek (eigen antwoord leerlingen op basis van eigen situatie) Leerlingen zitten aan tafels, de leerkracht zit net zo hoog als de leerlingen. In de klas is een digibord en er hangen poster en tekeningen. In de lokalen zijn veel ramen en er is centrale verwarming. Sowieso tot je 16e, tot die leeftijd ben je verplicht naar school te gaan. Leerlingen moeten apart in de klas of op de gang gaan zitten. Soms moeten leerlingen strafregels schrijven (eigen antwoord leerlingen op basis van eigen situatie) Lezen leer je uit een boek. Schrijven leer je met een (vul)pen in een (schrijf)schrift. Maandag t/m vrijdag. 3
Opdracht 2 Tip: laat de foto op het digibord zien, zodat hij voor de leerlingen wat beter te zien is
4 6 1
5 3
2
7
Er op uit Eigen antwoord leerlingen. 4. Handel en feest Opdracht 1 1. De jaarmarkt was voor veel mensen het hoogtepunt van het jaar, waar ze lange tijd naar uitkeken – juist 2. Rond 1900 werden er in Coevorden 6 markten per jaar gehouden – onjuist 3. De ganzenmarkt was de best bezochte markt van Coevorden – juist 4. Op de ganzenmarkt van Coevorden worden nog steeds ganzen verkocht – onjuist 5. De markt van Sleen was groter dan de markt van Oosterhesselen – onjuist 6. De Zuidenveldtentoonstelling is ontstaan als tentoonstelling voor het keuren van vee – juist Opdracht 2 Jaarmarkt vroeger Kleine kermis Vooral verkoop van vee Kleine warenmarkt 1 dag
Jaarmarkt nu Grote kermis Weinig of geen verkoop van vee Grote warenmarkt Meerdere dagen
5. Onderweg Opdracht 1 Eigen antwoord leerlingen op kaartje. Opdracht 2 Tip: via http://www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden/onderweg/foto's/onderweg1 zijn meer toltarieven te vinden. - Hondenkar: 5 cent - Schaapherder: 1½ cent per schaap - Paard en wagen: 10 cent Opdracht 3 Wat ging de tram vervoeren? Goederen en personen Waarom zou de tram gekomen zijn? Denk hierbij aan de lange reistijd van te voet of met paard en wagen reizen. Mensen konden met de tram veel sneller en makkelijker naar een andere plek reizen. Denk je dat de komst van de tram belangrijk was voor mensen? Leg je antwoord uit. Ja, ze konden nu veel sneller reizen, daardoor konden ze bijvoorbeeld makkelijker op bezoek bij familie. 6. De prinses van Zweeloo Opdracht 1 Hoe komt het volgens jou dat de begraafplaats uit de Middeleeuwen nooit eerder gevonden is? Er lag allemaal zand over de begraafplaats heen. Omdat er nog niet eerder in de grond gegraven was, was de begraafplaats niet eerder ontdekt. Hoe wist archeoloog Van Giffen dat hij een mevrouw van adel had gevonden? Doordat er in het graf heel veel spulletjes werden gevonden. Hoe meer spulletjes er in een graf gevonden werden, hoe rijker iemand was. Welke voorwerpen werden allemaal in het graf gevonden? - Sieraden - Sleutels - Resten van aardewerken potten - Zilveren toiletspullen - Kleding Vind je de naam ‘Prinses van Zweeloo’ een goede naam? Waarom wel/niet? Eigen antwoord leerlingen. Opdracht 2 Eigen invulling leerlingen. Er op uit Eigen antwoord leerlingen.
7. Het esdorp Opdracht 1
Opdracht 2 Eigen antwoord leerlingen, in het antwoord moeten wel elementen terugkomen waaruit blijkt of hun dorp een es- of veendorp is. Bijvoorbeeld het woord brink, es of boerderij bij een esdorp, en de woorden kanaal of veen bij veendorp. Opdracht 3 Eigen antwoord leerlingen. 8. Praten in het Drents Opdracht 1 Hoe heet jouw woonplaats in het Drents? Eigen antwoord leerlingen. Hieronder zie je een aantal woorden in het Drents. Vertaal deze woorden naar het Nederlands. Schaop = schaap Tied = tijd Schrieven = schrijven Hoes, Huus = huis Darp = dorp Knien = konijn Peerd = paard Jonkien = jongetje Wichtien = meisje Schoel = school Buusdoek = zakdoek Zwien = varken Scheuvels = schaatsen
Opdracht 2 Wat is Nedersaksisch? Nedersaksisch is een verzamelnaam voor een aantal talen samen. In welke provincies komt het Nedersaksisch allemaal voor? Groningen, Drenthe, Friesland, Overijssel en Gelderland. Waarom zou de Nederlandse standaardtaal zijn samengesteld uit allemaal streektalen? Om mensen uit heel Nederland tevreden te houden, zo kreeg iedereen een beetje van zijn eigen taal in de standaardtaal. Leg uit waarom er niet zoveel Drentse woorden in de standaardtaal voorkomen. In Drenthe woonde niet zoveel mensen, en het gebied van Drenthe was veel minder belangrijk dan het gebied van Holland. Daarom zijn er niet zoveel woorden uit het Drents in de standaardtaal gekomen. Opdracht 3 'k trap de fietse deur 't buulzand hen op 'n zandpad tussen Slien en Erm en as ik dalijk eben in Diphoorn ben dan fiets ik deur langs Ermerzand goa'k op Veenoord an Neij Amsterdam en dan langs 't Dommerskanaal en as ik dan de kassen zie dan fiets ik deur want ik wul aal wieder ik wul alles zien de leste mooie dag van 't joar misschien alhoewel 't met de winterdag ok donders mooi kan wezen ik wul aal wieder deur noar Weiteveen want achter op 't veld daor ma 'k graag wezen a'k hier zo fietse en 't weijt nie slim dan giet 't haost vanzölf wie döt mij wat, wie döt mij wat wie döt mij wat vandage 'k heb de banden vol met wind nee ik heb ja niks te klagen wie döt mij wat, wie döt mij wat wie döt mij wat vandage 'k zol haost zeggen, jao het mag wel zo trap de fietse deur 't buulzand hen op 'n zandpad langs de Duutse grens ik denk da'k dalijk even kieken gao in't
buutenland de gruppe over, op naor Schönings dorf ik stao eben te kieken bij'n iemenkörf en ik stao hier even te denken wat za'k nou doen links of recht deur want ik wul aal wieder nog naor Hebelmeer Opdracht 4 Eigen antwoorden leerlingen. 9. Johan Picardt Opdracht 1 Door wie waren de hunebedden volgens Johan Picardt gebouwd? Door reuzen. Hoe kun je dit zien op de tekening? De mensen op de tekening zijn heel groot en ze kunnen de zware stenen van het hunebed makkelijk optillen. Leg uit waarom we hier nu anders over denken. We weten nu dat reuzen niet bestaan, Johan Picardt dacht van wel. Ook weten we de trucjes die de hunebedbouwers gebruikten voor het bouwen van een hunebed. Opdracht 2 Tip: laat de leerlingen de tekst eerst lezen en de belangrijke woorden onderstrepen. Nadat ze die woorden vertaald hebben, kunnen ze makkelijker opschrijven waar de tekst over gaat. Schrijf in je eigen woorden op wat Johan Picardt heeft opgeschreven. De mensen dachten dat er vroeger 2 moordenaars hebben geleefd, vader en zoon Ellert en Brammert. Ze woonden op het veld tussen Scharlo en Sweel. Ze hebben wagens en karren geplunderd, passagiers vermoord, brandbrieven geschreven en heel veel kwaad gedaan. Ze zouden ook een dochter geroofd hebben. Zij zou de strot van de vader hebben afgesneden, toen zijn zoon er niet was. Ze kon toen ontsnappen en vertellen wat er gebeurd was. Opdracht 3 Schrijf op wat volgens jou echt waar is uit de sage over Ellert en Brammert. Leg steeds uit waarom je dat denkt. Eigen antwoord van leerlingen, elementen die genoemd kunnen worden zijn bijvoorbeeld: - Dat er 2 misdadigers op de heide hebben gewoond tussen Scharlo en Sweel - Dat er een meisje ontvoerd is geweest - Dat de rechter niet zo goed zijn werk deed, dus dat misdaden niet werden opgelost 10. Opvang voor armen, wezen en zieken Opdracht 1 Foto 1 – werken op het land Foto 2 – manden maken Foto 3 – spinnen
Opdracht 2 Eigen brief leerlingen 11. Leven in het veen Opdracht 1 Foto 1 – Vervoeren van turf via kanalen Foto 2 – Turf steken Foto 3 – Turf kruien van zetveld naar boot Foto 4 – Turf stapelen Opdracht 2 Om het afgegraven veen, de turf, te vervoeren.
Er op uit
Er op uit Tip: Mocht u niet in de gelegenheid zijn om met uw leerlingen op bezoek te gaan in Openluchtmuseum Ellert en Brammert, dan kunt u via http://www.youtube.com/watch?v=g76PYTPWgR4 (op 0.40 min. is een plaggenhut te zien) met de leerlingen bekijken hoe een plaggenhut eruit ziet. Op basis van het filmpje kunnen ze dan de vragen beantwoorden. Schrijf 4 verschillen op tussen de plaggenhut en het huis waar jij in woont. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld antwoorden: 1. De plaggenhut heeft muren van hout, mijn huis van steen. 2. De plaggenhut heeft een dak van plaggen / gras / aarde, mijn huis van dakpannen. 3. In de plaggenhut zitten maar weinig ramen, in mijn huis veel meer. 4. De plaggenhut is heel laag, er is geen bovenverdieping, op mijn huis zit dat wel. Wat zou je ervan vinden om in een plaggenhut te wonen? Leg je antwoord uit. Eigen antwoord leerlingen.
12. De toeristen komen Opdracht 1
Verblijfsplaats
Vroeger Nederland Tram, trein, fiets, paard en wagen Huisje, camping
Hoe vaak per jaar
Maximaal 1 keer per jaar
Bestemming Vervoersmiddel
Nu Buitenland Auto, trein, vliegtuig Huisje, camping, hotel, bungalowpark Meerdere keren per jaar
Er op uit Eigen antwoord leerlingen. 13. Geloven in de kerk Opdracht 1 Hoe kun je zien dat de persoon op de steen een monnik is? Hij heeft een wit gewaad aan en een staf in zijn hand. Bovenop zijn hoofd is hij kaal. Dit zijn belangrijke uiterlijke kenmerken van monniken. Wat kun je vertellen over het eigen geloof van de mensen die naar Willehad luisteren? Deze mensen geloofden niet in de christelijke god, maar in hun eigen goden zoals Wodan, Tyr, Donar en Freya. Al deze goden hadden iets met de natuur te maken. Ze werden vereerd op speciale plekken in het bos. Hoe zouden deze mensen over de monnik Willehad en het nieuwe geloof denken? Gebruik voor je antwoord de tekening en de informatie van de website. Op de tekening is te zien dat de mensen aandachtig luisteren naar Willehad. Ze luisterden wel naar de monniken, maar deden met het geloof wat ze zelf wilden. Lange tijd hielden ze hun eigen geloof, en daarna gingen ze hun eigen geloof combineren met het christelijk geloof. Opdracht 2 Dorp Naam Soort kerk
Sleen N.H. Kerk Protestants
Er op uit: opdracht 3,4 en 5 Eigen antwoord leerlingen.
Oosterhesselen N.H. Kerk Protestants
Zweeloo N.H. Kerk Protestants
14. De boermarke Opdracht 1 Leerlingen zoeken hun eigen woonplaats op via google maps en kleuren dan in in welke boermarke zij gewoond zouden hebben. Daarna kleuren ze boermaken die vallen binnen de huidige gemeente Coevorden. Dit zijn: - Noord-Sleen - Zweeloo - Wezup - Aalden - Meppen - Benneveld - Zuid-Sleen - Oosterhesselen - Gees - Wachtum - Zwinderen - Dalen - Coevorden Opdracht 2 Welke 7 boermarken kwamen hier samen? Schoonloo, Westdorp, Ees, Odoorn, NoordSleen, Zweeloo, Wezup, Orvelte. Schrijf in je eigen woorden op waarvoor dit voorwerp werd gebruikt binnen de boermarken. Schrijf ook op wat er niet klopt aan deze steen. De steen werd gebruikt om aan te geven waar de grens van de boermarke liep. Deze steen ligt op het punt waar 7 marken bij elkaar komen, alleen er staan niet de juiste boermarken op. De boermarken die erop staan zijn Zweeloo, Westerbork, Rolde, Westdorp, Ees, Odoorn en Sleen, dit moeten zijn Schoonloo, Westdorp, Ees, Odoorn, Noord-Sleen, Zweeloo, Wezup, Orvelte. Waar zou deze steen liggen? Leg je antwoord uit. De steen ligt op het punt waar vroeger de 7 marken samen kwamen, dit is bij De Kiel. Maak in 4 plaatjes een stripverhaaltje over deze twee eigenwijze broers. Hieronder de anekdote op basis waarvan de leerlingen hun stripje maken: De heide tussen Zweeloo en Wezup was zo groot, dat niemand precies wist waar de marke van Zweeloo eindigde en die van Wezup begon. De boeren van Zweeloo wilden de stenen verplaatsen, maar de boeren uit Wezup waren daar fel op tegen. Het leek uit te lopen op een flinke knokpartij, totdat twee oude en inhalige boeren uit Zweeloo, Waander en Peter, beweerden dat ze nog wisten wanneer de grensstenen geplaatst waren. Alle boeren trokken naar de heide, waar Waander en Peter de juiste grens zouden aanwijzen. 'Hier volk, hier is de scheiding', spraken beide broers, terwijl ze een plek tientallen meters in het Wezuper gebied aanwezen. 'Is het waar?' vroegen de boeren? 'Als wij de waarheid niet spreken, moge God ons straffen', zwoer Waander. Alle boeren waren blij, en de strijd was gestreden. Maar drie dagen later werden Peter en Waander wakker in een stille wereld. Ze waren beide doof geworden. Zo werden zij voor hun valse eed gestraft. Vol spijt trokken ze weg naar een plek waar niemand iets van de vloek wist, die beide broers met zich meedroegen.
De grensstenen werden vernoemd naar beide broers: Dove Waander en Dove Peter. De stenen liggen nu bij de ingang van Aalden, eigenlijke op de verkeerde plek, ze horen ergens tussen Wezup en Zweeloo te liggen. 15. Motte de Klinkenberg Opdracht 1 Wat is een motte? En wat is een kasteelmotte? Een motte is een heuvel. Een mottekasteel is dus een kasteel op een heuvel. Welke onderdelen van het kasteel horen ook bij een kasteelmotte? - Toren - Wal - Gracht - Ophaalbrug Opdracht 2 Schrijf bij elke tekening wat er gebeurt. 1. Er wordt een heuvel gemaakt met een gracht er omheen. 2. Op de heuvel komt een muur te staan. 3. Binnen de muren komen gebouwen. 4. De gebouwen op de heuvel worden uitgebreid met gebouwen buiten de oorspronkelijke muur. 5. De heuvel binnen de grachten wordt vierkant en er komen meer gebouwen in. 6. De heuvel en gracht worden stervormig met allerlei gebouwen erin, het is geen echt kasteel meer. Opdracht 3 - Slagenweg - Schansweg - De Veldkamp - De Korte Slagenweg Er op uit Eigen antwoord leerlingen.
16. Havezate De Klencke Opdracht 1
Opdracht 2 De leerlingen kunnen bijvoorbeeld antwoorden: Schrijf 2 dingen op die veranderd zijn: 1. Het bijgebouw (rechts op de tekening) is verdwenen. 2. Er is nu een toegangshek. 3. Er staat een standbeeld voor het huis. De leerlingen kunnen bijvoorbeeld antwoorden: Schrijf 2 dingen op die hetzelfde gebleven zijn: 1. Het bouwhuis staat er nog 2. Het huis zelf ziet er nog hetzelfde uit 3. De gracht ligt er nog. 4. Je moet over een brug om bij het huis te komen 17. De drie podagristen Opdracht 1 Leg uit waar de naam van de drie schrijvers vandaan komt. Podagrist betekent lijder aan voetjicht. Er werd gezegd dat de drie schrijvers hieraan leden, daarom maakten ze een voettocht naar Bad Bentheim. Welk doel hadden de 3 podagristen met het schrijven van hun boek? De drie mannen maakten het boek om de mensen in Nederland een ander beeld van Drenthe te laten zien. Ze wilden laten zien dat Drenthe een plek was met een eigen geschiedenis, gewoonten en taal. Ook wilden ze vertellen dat Drenthe mooi was, en niet alleen maar arm en ellendig.
Zegt dit ook iets over de kwaliteit van het boek? Misschien zijn ze niet helemaal eerlijk geweest met hun beschrijvingen, omdat ze graag wilden dat mensen goed over Drenthe dachten. Wat vind je ervan dat ze om deze reden het boek hebben geschreven? Eigen mening leerlingen. Opdracht 2 Over welke stad zou dit fragment gaan? Leg uit waarom je dit denkt. Over Coevorden, want het gaat over een vesting, en Coevorden is de enige vestingstad in Drenthe. Het kunstwerk dat je ziet staat in de stad waarover de podagristen schrijven. Waarom is dit, gezien de tekst in het boek, een beetje vreemd? De tekst van de schrijvers is een beetje negatief, ze vonden het niet zo leuk in Coevorden. Ze konden slecht slapen door het tromgeroffel, de dronken soldaten, het lawaai van de schildwacht, het geknars van de zware en hoge poortdeuren, het geratel van de wagenwielen op de keien en het lawaai van muizen, katten en koeien. Wat zou een reden geweest kunnen zijn om het kunstwerk juist wel in deze stad neer te zetten? Twee van de drie schrijvers zijn geboren in de stad Coevorden. Maak alle woroden die te maken hebben met natuur groen. Alle woorden die te maken hebben met mensen maak je geel. Groene woorden (natuur): - Eenzame heide - Lijnregten weg - Enkel nederig heidebloempje - Afgedwaalden raaf - Getjilp eener graschmusch - Ontelbaar aantal kieviten Gele woorden (mensen): - Schepping is hier uitgestorven - Voor den voet des wandelaars - Eenmaal in ’t jaar slechts vertoonen zich hier sporen van menschelijk leven - Weg bezaaid met wagens, ruiters en voetgangers Wat voor idee krijg jij over Drenthe uit de tekst van de podagristen? Dat het heel eenzaam is, dat je maar weinig mensen tegen komt. Alleen als er kermis is, is het druk. 18. Van oude naar nieuwe industrie Opdracht 1 1. klompenmaker 2. rietdekker 3. houtzagen 4. zuivelfabriek 5. lijm 6. elektriciteit 7. kuiper 8. aardappels
9. de hoop Opdracht 2 Eigen antwoorden leerlingen. 19. De Tweede Wereldoorlog Opdracht 1 Vanaf wanneer werd Joseph Pronkhorst in het kamp te werk gesteld? Vanaf begin april 1942, hij schrijft namelijk op 20 mei dat hij er al bijna 7 weken is. Hoe kwam Joseph aan eten, toen er geen aardappels meer waren? Hij kreeg eten van boeren uit de omgeving. Wat moesten de Joodse dwangarbeiders voor werkzaamheden doen? Ze werden onder andere ingezet voor ontginnings- en landbouwwerkzaamheden en de aanleg van een betonnen beschoeiing in een waterlossing naast het kanaal Coevorden-Zwinderen. Wat gebeurde er tijdens de oorlog met het kamp, toen de Joodse mensen naar Kamp Westerbork waren gedeporteerd? Het kamp heeft gediend als opvangplek voor evacues, als onderkomen voor arbeiders van de Arbeidsdienst en voor een groep van de Hitlerjugend. Zij kregen in Geesbrug hun opleiding tot soldaat. En wat gebeurde er na de oorlog? Eerst werd het kamp gebruikt als opvang voor een groep militairen, zij hielpen met oogstwerkzaamheden. Daarna was het een vakantiekolonie en een onderkomen voor dienstweigeraars. Als laatste woonde er Molukkers. Toen het kamp leeg kwam te staan werd het te koop aangeboden. De vergane barakken zijn later door een varkenshouder gesloopt. Op die plaats kwam een nieuwe schuur voor zijn varkens. Welke sporen kun je nu nog vinden van het kamp? Er is nu een monument, dat staat bij de ingang van het voormalige kamp. Verder zijn er geen resten meer van het kamp. Schrijf op wat voor beeld je krijgt uit de brieven. Hadden ze het moeilijk? Moesten ze hard werken? Hadden ze genoeg te eten? Over het algemeen hadden ze het redelijk goed. Wanneer er weinig eten was, kregen ze eten van de boeren. Ze moesten wel hard werken. Opdracht 2, 3 en 4 Eigen antwoord leerlingen.
Colofon De Canon van Coevorden is in opdracht van de Gemeente Coevorden ontwikkeld door K&C, expertisecentrum en projectorganisatie kunst en cultuur. Het project is gefinancierd door de Gemeente Coevorden. Onderstaande verenigingen en instellingen hebben een bijdrage geleverd aan de samenstelling van het lesmateriaal: Historische Vereniging Stadt en Heerlickheydt Covorden Leveren van informatie en foto’s Stichting Aold Daol’n Leveren van informatie en foto’s Historische Vereniging Klenckerheugte Leveren van informatie en foto’s Stichting Streekeigen Sleen Leveren van informatie en foto’s Gemeentearchief Coevorden Leveren van informatie en foto’s Openluchtmuseum Ellert en Brammert, Schoonoord Leveren van informatie en foto’s Huus van de Taol, Beilen Leveren van informatie en foto’s Drents Archief, Assen Leveren van informatie en foto’s Drents Landschap, Assen Leveren van informatie en foto’s bij het venster De prinses van Zweeloo
Staatsbosbeheer, Drenthe Leveren van informatie en foto’s bij het venster Motte de Klinkenberg Nederlandse Kastelen Stichting Leveren van foto’s bij het venster Havezate de Klencke Educatieve inhoud www.regiocanons.nl/drenthe/coevorden en werkboek: K&C: Marieke van Ginkel en Kirsten Bos Eindredactie K&C Aranka Oosting en Truus Dolfing Webredactie Biblionet Drenthe: Kees van Kuik Vormgeving werkboek Staal&Duiker Ontwerpers, Haren Opmaak en druk Grafische Industrie De Marne, Leens We willen alle betrokken partijen hartelijk bedanken voor hun bijdrage.