VR 2013 2106 DOC.0620/4
Reguleringsimpactanalyse voor de regelgeving betreffende het aigemeen welzijnswerk
< fiC
Besluit van de Vlaamse Regering (tof uitvoering van het decreet van 8 mei 2009)betreffende algemeen welzijnswerk (decreet gewijzigd bij het decreet van 25 mei 2012)
het
2 Aanleiding en doel 2.1
Aanleiding
Op 8 mei 2009 werd het decreet betreffende het algemeen welzijnswerk bekrachtigd en afgekondigd Dit decreet, dat nog met in werking is getreden, had tot doel een nieuw wettelijk kader te schetsen voor het algemeen welzijnswerk in Vlaanderen Tijdens de besprekingen ter voorbereiding van de uitvoenngsbesluitenvan dit decreet werd duidelijk dat een nieuwe herstructurering van de sector zich opdrong om te komen tot een sterker eerstelijns welzijnswerk in Vlaanderen. Op 25 mei 2012 werd het decreet tot wijziging van artikel 17 en 23 van het decreet van 8 mei 2009 betreffende het algemeen welzijnswerk bekrachtigd door de Vlaamse Regering nadat het op 9 mei door de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement werd goedgekeurd. Opdat de Centra voor Algemeen Welzijnswerk (CAW's) hun opdrachten op een doeltreffende manier zouden kunnen opnemen, is het noodzakelijk dat de sector op een zodanige manier wordt georganiseerd dat efficiëntie en effectiviteit worden gemaximaliseerd, schaalvoordelen worden op administratief en organisatorisch v)ak geoptimaliseerd, rekening houdende met de basisvoorwaarde voor eerstelijnswelzijnswerk, namelijk fysiek aanwezig zijn, ook m minder verstedelijkte gebieden Deze decreetswijziging zorgde voor een decretale verankering van de principes en de schaalvergrotingscriteria die hiertoe zullen leiden Volgende elementen moeten worden gerealiseerd om te komen tot een verhoging van de kwaliteit van hulpen dienstverlening en een maximale afstemming op en samenwerking met andere sectoren en instanties. • een evenwichtig gespreid aanbod in vergelijkbare werkgebieden • waarborgen van een minimaal hulp- en dienstverleningsaanbod per regio • één voorziening per werkgebied In overleg met de sector werden criteria bepaald die moeten leiden tot de nieuw gefuseerde CAW: • Het werkgebied van een centrum voor algemeen welzijnswerk wordt gevormd door ofwel het grondgebied van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad ofwel minimaal uit 3 aaneensluitende kleinstedelijke zorgregio's als bedoeld in de bijlage bij het decreet van 23 mei 2003 betreffende de
^ ^ ^ ^ ^
^ ^ D
^deling 10 zorgreg^s en b e ^ e f ^ ^ enwe^jnsvoerzieningen, Het w e r k g e b i e d ^ m i n i m o m 300.000 i n w o n e n Het werkgebied is m a ^ m a ^ begrensd d o o r d e k zergregie'sbeboren tot eenzelfde provinoie^ Perwerkgebied kan maximomloentrum voor aigemeen weiz^nswerk worden erkende Vo^r de Vi^ams^ gemeensohap kannen m a ^ m u m ^ c e n t r a voor algemeen welzijnswerk w erkend, ^en erkend oentrom voor algemeen welzijnswerk dient over een minimumaantal van 50 erkende besobikken.
te
Oit alles leidt tot een noodzakelijke organisatievergroting en dus tosieoperaties. Oeze fusies en organisatievergroting betekenen dat er nog een elftal grotere CAW zullen zijn Oe som bun afzonderlijke werkgebieden moet gelijk zijn aan bet gebele grondgebied van het Nederlandse taalgebied (Vlaanderen^en bet tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad (^russel^.
2 2
S m e r i n g vao
b^Aige^eeoWe^oswerk
Het aigemeen welzijnswerk helpt mensen om ziob persoonlijk en sooiaal te kunnen ontplooien, bun individuele en sooiale reohten uit te oefenen, zodat ze een menswaardiger leven kunnen leiden. Het algemeen welzijnswerk heett de volgende doelstellingen: D detoegankelijkheidvan de maatsohappe^keinstituties(onderwijs,tewerkstelling, ^bevorderen en hun bereikbaarheid effeotief helpen realiserend ^ problemen inzake sooiale integratie en bevredigend persoonlijk functioneren aotief voorkomen, ^ (de minst ingrljpende^oplossmgen bieden voor de aangemelde problemen. Oit hulpaanbod van het algemeen welzijnswerk is als volgt gepositioneerd: het situeert zioh tussen enerzijds de samenleving met z^n basisinstituties (zoals gezin en arbeidsmarkt en basisvoorzieningen (zoals onderwijs, justitie, huisvesting^ en anderzijds de categoriale zorgsectoren (zoals bijzondere jeugdzorg, (geestelijke^gezondheldszorg en gehandicaptenzorg^. In deze zin is het algemeen welzijnswerk uniek en een spilfiguur^ het zorgaanbod O e C ^ W hebben een belangnjke rol te spelenm het realiseren van een toegankelijk en betaalbaar kwaliteitsvol aanbod aan hulp en zorgverlening en in de bestrijding van kansarmoede. Oe CAW dienen dan ook maximaal af te stemmen en samen te werken met enerzijds verschillende zorgsectoren (CCI^W's, geestelijke gezondheidszorg, jeugdzorg, gehandicaptenzorg, eerstelijnsgezondheidszorg..^en met anderzijds instanties (politie, justitie,, ^diecliènten toeleiden naarde zorg. Ten aanzien van deze basisinstituties en zorgsectoren vervult het algemeen welzijnswerk bijgevolg verschillende functies^ ^ Toeleiding vanuit de brede toegankelijkheid ondersteunt het algemeen welzijnswerk hulpvragers inhet effectueren van hun rechten op maatschappelijke (basisvoorzieningen door hen naar deze organisaties toe te leiden, bovendien signaleert het algemeen welzijnswerk structurele tekorten in het functioneren van deze basisvoorzieningen. D Buffer vormen: het centrum voor algemeen welzijnswerk(CAW^ heeft de opdracht om hulpvragers,die een behoefte hebben aan intensieve zorg, door te verwijzen naar de gepaste zorgvoorzieningen. Ten aanzien van deze zorgsectoren heeft het algemeen welzijnswerk een buffertunctie vanuit het pnncipe van devoorrang vande minst ingrijpende hulp(subsidiante^ Het CAW bezit hier eveneens een belangrijke signaalfunctie indien men structurele tekorten inhet aanbod en de werking van deze zorgvoorzieningen vaststelt ^ Cpvang voor meervoudig gekwetste personen: het CAW biedt ook opvang voor een groep meervoudig gekwetste personen, die als gevolg van een toenemende vermaatschappelijking van de zorg niet meer opgevangen worden in structuren die meer ingrijpende hulp bieden zoals psychiatrische instellingen Het vangnet wordt wel eens de'laatstelijnsfunctie'genoemd Cok deze mensen hebben recht op een zeer
toegankelijke psychosociale hulpverlening, die gericht is op het herstellen van verbroken verbindingen, en waarbij blijvend geappelleerd wordt op de verantwoordelijkheid van zowel de basisvoorzieningen als de zorgsectoren. In de CAW kan iedereen terecht met om het even welke vraag Dit uit zich in een vlot toegankelijk onthaal dat open staat voor de brede bevolking &:
Deze toegankelijkheid wordt uitgedrukt in de zogenaamde SB's. • Bereikbaarheid: in tijd (openingsuren), ruimtelijk nabij en met een lage drempel (vlotte instapmogelijkheid, open deur); • Beschikbaarheid, directe hulp, directe opvang, geen wachttijden; • Bruikbaarheid: aangepaste hulp, vertrekkend van de hulpvraag; • Betaalbaarheid de hulp is principieel gratis, tenzij voor bepaalde modules (bijdrage aangepast aan het inkomen); • Begrijpbaarheid: duidelijke taal, . Het algemeen welzijnswerk draagt er zorg voor dat ook de toegang voor de meest kwetsbaren een feit is. Het begeleidingsaanbod wordt prioritair voor de meest kwetsbaren ingezet. De notie kwetsbaarheid is afhankelijk van het probleemgebied waarvoor hulp wordt geboden. Afhankelijk van de kenmerken van het hulpaanbod zullen andere criteria m b t . kwetsbaarheid moeten worden gehanteerd De opdrachten van de centra voor algemeen welzijnswerk zijn ingedeeld in 3 kerntaken. •
Algemene preventie. o Acties die een verandering beogen met een effect op een grotere groep mensen, die mogelijks potentiële cliënten kunnen zijn van de CAW. Het kan gaan om beleidssignalerende acties of algemeen-preventieve projecten
•
Onthaal o Algemeen onthaal: breed toegankelijk voor iedereen met om het even welke vraag. Er dient wel op zo'n manier te worden gewerkt zodat de meest kwetsbaren worden bereikt en zodat zeker deze doelgroep gebruik maakt van het onthaalaanbod van de CAW Dit wil zeggen dat de CAW zich op een zodanige manier moeten profileren dat de drempel tot de hulp zo laag mogelijk is. Dit betekent ook het gebruik van aangepaste methodieken (b v inloopcentra, straathoekwerk,. .); o Onthaal voor specifieke doelgroepen: breed toegankelijk voor groepen die anders moeten worden bereikt dan via het normale circuit, zoals • jongeren van 12 tot 25 jaar; gedetineerden, • slachtoffers. Met betrekking tot deze groepen worden extra inspanningen geleverd om deze te bereiken Dit vraagt dan ook specifieke vormen van toeleiding/specifieke methodieken. " s
•
Psychosociale begeleiding: begeleiding rond volgende probleemdomemen: o problemen ten gevolge van gebeurtenissen in de persoonlijke levenssfeer (gezin, relaties, verlieservamgen, persoonlijke problemen, ); o problemen ten gevolge van gebeurtenissen in een context van criminaliteit, dader- en slachtofferschap; o problemen van meervoudige kwetsbaarheid ten gevolge van een proces van sociale uitsluiting (b v. thuisloosheid).
Deze principes zijn verankerd in het decreet van 8 mei 2009 betreffende het algemeen welzijnswerk. Dit kaderdecreet omschrijft de krachtlijnen, principes en definities van het algemeen welzijnswerk enstelde volgende eisen voorop voor een goede organisatie van het algemeen welzijnswerk:
•
een vlotte toegankelijkheid voor burgers
^
het is belangrijk dat iedere burger, om het even zijn of haar woonplaats, met om het even welke vraag of probleem, een beroep kan doen op een minimale hulp- en dienstverlening. Dit is eveneens een essentiële voorwaarde om de vlotte toegang tot de meer gespecialiseerde zorg te verzekeren en vormt sis dusdanig de garantie dat iedere burger precies die hulp krijgt die hij/zij nodig heeft;
gC
»
een duidelijke herkenbaa'heid van de dienst
burgers moeten goed weten bij welke diensten ze terecht kunnen Dit vraagt dat de sector zich op een duidelijke en eenduidige manier profileert naar de burgers toe; •
elke cliënt moet op een gelijkwaardige manier kunnen worden begeleid;
•
elke cliënt moet een zorg op maat krijgen.
Daarbij dient aan de CAW de ruimte gelaten worden om flexibel, adequaat en kwaliteitsvol te kunnen inspelen op de steeds veranderende en toenemende welzijnsnoden en omgevingsfactoren. Zowel cliënteel, personeel, de partners in de zorg als de subsidiërende instanties zijn immers voortdurend in beweging: • verwachtingen van cliënten nemen toe: zorg op maat, minst ingrijpende zorg, • casemanagement (continuïteit van de zorg, uitgaan van behoeften en wensen, belangenbehartiging), participatie, regie van de zorg in eigen handen, . • professionele en vrijwillige medewerkers verwachten een sterke, kwaliteitsvolle organisatie (optimalisatie van de communicatie, besluitvorming, werkomgeving, ruimte voor coaching, vorming, training en opleiding, ...), • kwaliteits verwachtingen van de overheid, • optimaal aanwenden van de middelen, • vervagen van de grenzen tussen de zorgvoorzieningen. Hoewel het decreet van 7 december 1997 betreffende het algemeen welzijnswerk in eerste instantie beoogde een meer geïntegreerde zorg te realiseren en daarbij een naadloze overgang tussen de verschillende vormen van hulpaanbod aan een cliënt beoogde, zijn de CAW daar totnogtoe maar beperkt in geslaagd De CAW hebben de afgelopen jaren hun werking verder geprofessionaliseerd en gedifferentieerd, maar onvoldoende geïntegreerd.
2.3
Doelstelling
Voorliggend ontwerp van Besluit van de Vlaamse Regering beoogt uitvoering te geven aan het decreet van 8 mei 2009 betreffende het algemeen welzijnswerk, zoals vermeld gewijzigd bij het decreet van 25 mei 2012. In de titel wordt dit met expliciet vermeld, vermits ook andere decreten deels met dit uitvoeringsbesluit worden geconcretiseerd (zie aanhef) Het voorliggende besluit treedt in werking op 1 januari 2014 (met uitzondering van het artikel dat de erkenningsprocedure voor de hudige CAW's bepaalt). Het Vlaams regeerakkoord 2009-2014 vermeldt hierover: We bouwen het eerstelijns welzijnswerk verder u\t We geven uitvoering aan het decreet Algemeen Welzijnswerk en de daarin opgenomen evenwichtige spreiding van het aanbod via een meuw programmatiemstrument Tegelijk equiperen we het algemeen welzijnswerk beter om tegemoet te komen aan de Vlaamse welzijnsdoelstellingen Het realiseren van een vlot toegankelijk aanbod van directe hulp, dicht bij waar problemen zich voordoen, is immers een belangrijke buffer tegen het ontstaan van complexe problemen met meer ingrijpende (en vaak duurdere) interventies tot gevolg. In de Beleidsbrief Welzijn, Volksgezondheid en Gezin 2011-2012 (een concretisering van de Beleidsnota Welzijn, Volksgezondheid en Gezin 2009-2014) vinden we hierover
4 f£
Vanuit haar unieke positie in het zorglandschap, namelijk in een vroeg stadium van de (mogelijke) probleemontwikke/ing voorzien in toeleiding naar de dienst- en zorgverlening, /s de sector van de CA W een cruciale speler Gelet op het steeds toenemende belang van het snel inzetten van gepaste hulpverlening om erger te voorkomen, zijn de uitdagingen voor het algemeen welzijnswerk vandaag bijzonder groot Hierdoor dringt een reorganisatie van het aanbod zich op. Het verhogen van de kwaliteit, de laagdrempeligheid en een goede spre/dtng van het eerstelijns hulp- en dienstverleningsaanbod staan hierbij centraal. We kiezen voor schaalvergroting ah insirumont om dit te bevserkstelligen De- fusiegesprekkan binnen de reciot van het Algcneen Welzypwe'k zijn volop aan de gang Extra orxUrsleuivnq //o!o'? daarbij voor/Jen Behalve schaalvergroting is ook het verder afstemmen van het aanbod op dat van andere sectoren van cruciaal belang (...). Ook regelgevend zullen we deze beleidsvisie binnen het algemeen welzijnswerk decretaal verankeren De basisopdrachten van de CAW zullen duidelijker geformuleerd worden. Principes als geïntegreerd werken en zorg op maat staan centraal.
2.3.1
UITDAGINGEN
De CAW hebben dus een belangrijke rol te spelen in het realiseren van een toegankelijk en betaalbaar kwaliteitsvol aanbod aan hulp- en zorgverlening en in de bestrijding van kansarmoede De CAW dienen dan ook maximaal af te stemmen en samen te werken met enerzijds verschillende zorgsectoren (OCMW's, geestelijke gezondheidszorg, jeugdzorg, gehandicaptenzorg,. .) en met anderzijds instanties die cliënten toeleiden naar de zorg (politie, justitie, huisartsen De CAW dienen verder te evolueren naar slagkrachtige organisaties met een geïntegreerd aanbod van hulpen dienstverlening, tot sociale ondernemingen met een sterke en geprofileerde werking binnen de zorgsector. Hierbij dient enerzijds de intersectorale samenwerking geoptimaliseerd te worden, maar dient anderzijds ook bekeken te worden hoe het algemeen welzijnswerk structureel kan inspelen op de uitdagingen vanuit andere sectoren door haar eerstelijnswerking ruimer uit te bouwen en te profileren Om deze opdrachten op een doeltreffende manier te kunnen opnemen, is het noodzakelijk dat de sector op een zodanige manier wordt georganiseerd dat efficiëntie en effectiviteit worden gemaximaliseerd schaalvoordelen worden op administratief en organisatorisch vlak geoptimaliseerd, rekening houdende met de basisvoorwaarde voor eerstelijnswelzijnswerk, namelijk fysiek aanwezig zijn, ook in minder verstedelijkte gebieden. Daarbij is het de bedoeling om de kwaliteit van de hulp- en dienstverlening van de sector van de centra voor algemeen welzijnswerk te verhogen, door een meer eenduidig hulpaanbod en een eenduidig methodisch hulpverleningskader te installeren Volgende elementen moeten worden gerealiseerd om te komen tot een verhoging van de kwaliteit van hulpen dienstverlening en een maximale afstemming op en samenwerking met andere sectoren en instanties' • een evenwichtig gespreid aanbod in vergelijkbare werkgebieden * waarborgen van een minimaal hulp- en dienstverleningsaanbod per regio • één voorziening per werkgebied Het decreet van 25 mei 2012 tot wijziging van artikel 17 en 23 van het decreet van 8 mei 2009 betreffende het algemeen welzijnswerk verankerde, zoals reeds gesteld in de inleiding, decretaal de principes en schaalvergrotingscntena die dit alles mogelijk dienen te maken en worden dan ook in dit ontwerp van besluit van de Vlaamse regering geconcretiseerd
2 . 3 . 2 . I N H O U D V A N HET O N T W E R P V A N BESLUIT V A N DE VLAAMSE REGERING Kader
4 ^
V o o r e e r e f f e c t integaan op de inboog geveo vanuit welk kader d ^ o n t w e r p ^ u i t g e w e ^ ^ O e r o u d vao het ootwerp vao oitveeriogsbesloit met deerio ooder meer deomsohrijviogvaode seotorale doe^telliogeowaaraao de holp eodieostverleoiogvaooit de CAW's moet voidoeo, is gekomeooaoitgehreidebesprekiogeoio twee versohiiieode gemengde werkgroepen, samengesteld oit vertegeowoordiger^ vao de admioistratie,vao het 5teuopuotAlgemeeoWelziioswerk, de federatie van d^(aotonome^ent^voo^^gem^enwe^n^v^rk(nuF^O- f e d e r a t i e v ^ n ^ c ^ e O n ^ r n e m ^ c ^ e n vao ^ k e l e oentra vo^r ^gemeen w e ^ ^ s w c ^ k ^ Hierhij is uitgegaao van een sterke respoosahiliseriog vao de CAW's iozake de orgaoisatie vao de h u l ^ en dienstverlening en de uitwerking van een kwaliteitsbeieid ter zake. Enkei de geneneke opdrachten, de seotorale doelstellmgen en de zorgaspeoten die moeten gerealiseerd wordeo op het vlak van het kwaliteitsheleideo die gemeeosohappelijk moeteo z^o voor alle CAW^s zijo 10 het hesiuit vermeld D Het heleidsplao wordt bijgevolg eeo eeomaligdooomeot dat het CAW indient bij haar erkenningsaanvraag en waarin ze haar visie m.h.t de interne organisatie en de organisatie van haar hulp-en dienstverlening expliciteert, evenais de strategieën die ze in samenwerking met de andere CAW's oit de provincie heett omgewerkt m.h t.de organisatie van hun holp-en dienstverlening en de samenwerking hinnen de verscheidene zorgnetwerken Verder wordt, zoals reeds gesteld, gewerkt met sectorale doelstellingen die betrekking hebben op het aanbod aan hulp en dienstverlening en de orgamsatie ervan. Oeze doelstellingen worden gekoppeid aan duideliike resultaatgerichte indicator waarover elk CAW jaarlijks zal rapporteren D Cok op het vlak van subsidiënng en programmatie wordt rekening gehouden met de eigen verantwoordelijkheid van de CAW's. Duidelijke omschrijving van de opdrachten in de regelgeving Oe kerntaken en de probleemgebieden waarrond de CAW werken zijn opgenomen in het decreet v a n 8 m e i 2009 betreffende het algemeen welzijnswerk Oe verdere concretisering hiervan vind je in het ontwerp besiuit van de Vlaamse Regenng. Zo bepaalt de Vlaamse Regering
D
de sectorale doelstellingen waaraan de hulp-en dienstverlening vanuit de CAW's moet voldoen de verscbiiiende vormen van preventie en de voon^vaarden waaraan ze moeten voldoen; de nadere regels met betrekking tot onthaal, de categoneën van gebruikers waaraan aangepast onthaal wordt geboden; waann de psyohosociale begeleiding bestaat Ze bepaalt de voorwaarden, de pnoritaire doelgroepen en de reikwijdte van de psychosociale begeleiding; de cnteria voor de kwetsbaarheid die rekening houden met de kenmerken van de personen ot groepen en van het hulpaanbod
Kwaliteit van de zorg In uitvoering van de bepalingen van het kwaliteitsdecreet (2003) worden ook kwaliteitscritena bepaald waaraan de kwaliteit van de zorg zal worden afgemeten. Oezorgaspecten die moeten gerealiseerd op het vlak van het kwaliteitsbeleid en die gemeenschappelijk moeten zijn voor alle CAW'szijn in het besluit vermeld Verder ligt de verantwoordelijkheid bij het centrum Het centrum toonl door middel van zelfevaluatie aan hoe het een verantwoord aanbod van hulpverlening realiseert Hiertoe wordt in overleg in een gemengde werkgroep, wel de nadere omschrijving van deze zorgaspecten bepaald, zodat duidelijk wordt op welke manier de resultaten van de kwaliteitszorg kunnen worden aangegeven
samenwerking Cok deze bepalingen zijn vnj algemeen geformuleerd, maar dienen ervoor te zorgen dat de CAW's ^
^
onderling overleg plegen op provinciaal niveau over de organisatie van het hulp^ en dienstverleningsaanbod zodat er een evenwichtig gespreid aanbod in vergelijkbare werkgebieden, wordt gerealiseerd evenals een minimaal hulp en dienstverleningsaanbod per regio samenwerkingsafspraken maken met alle relevante actoren binnen en buiten het werkgebied, zowel met zorgactoren als met actoren die cliënten toeleiden naar de zorg
Oe^dsp^oen Bij het bep^en vao de regeleo inzake de b e l e ^ ^ piaoiast die dit meebreng veer de CAW. ^ ^ ^
^eheieid^i^^ngword^ge^ m h t d e interne orgao^atieoiteeo, de wijze waarop h^t centrum het huip^ erganiseer^evenais de strategieën die ze in samenwerking met de andere CAW uit de provincie heeft uitgewerktmh.t.de orgamsatie van hun huip-en dienstvertening en de samenwerking hinnen de verscheidene zorgnetwerken. Oaarnaast wordt gewerkt met seotoraie doeisteüingen die betrekking hebben op het aanbod aan huip en dienstverlening en de orgamsatie ervan (zie hoger), in overieg met de sector worden deze doeisteüingen gekoppeid aan duidelijke resultaatsgenchte indicatoren, waarover eike voorziening jaadijks rapporteert Het bieden van verantwoorde zorg staat hierb^ centraal. Oeze wijziging in aanstunng van de sector houdt een belangnjk vermindering van de administratieve lasten voor de CAW m:het3jaariijkse beleidsplan wordt immers vervangen door een eenmalig beleidsplan, dat aan het be^in van de erkenning wordt ingediend, ^jvige jaarverslagen geven momenteel een zicht op de uitvoenng van het beleidsplan en de daaraan gekoppelde jaarplannen. Oeze worden vervangen door bevattelijke rapporteringen omtrent de output van de CAW. Het is belangnjk om de organisaties de ruimte te laten om voor maatwerk te zorgen. Wat op het terrein telt zijn de outputs en de effecten die je met een bepaaid beleid bereikt Oit is ook waar de aandacht naartoe gaat Hoe de organisaties dit bereiken, maakt deel uit van hun, ai dan met gezamenlijke, verantwoordelijkheid. Programmatie Er zal een programmatie worden ontwikkeld die rekening houdt met het aantal inwoners, factoren inzake maatschappelijke kwetsbaarheid ot psychisch onwelzijn en factoren die de lokale verankering waarborgen Cezien de ^rote diversiteit in opdrachten van de CAW,dienen de programmatie-indicatorenmb.t maatschappelijke kwetsbaarheid of psychisch onwelzijn rekemng te houden met de onderscheiden kerntaken ^n probleemgebieden. Gekoppeld aan de programmatie zal een blauwdruk worden ontwikkeld, waarbij het hulpaanbod wordt gekoppeld en afgestemd op de vraag naar hulp. Oe programmatie en de blauwdruk zullen een^zicht geven op de blinde vlekken en behoeften aan hulpaanbod in bepaalde regio's Zodoende zal dit de basis vormen voor de verdeling van de middelen bij extra investenngen inde sector inde toekomst over de verschillende provincies.Oe inzet van de middelen naar de verschillende opdrachten toe zal door de CAW'sgezamenlijk binnen hun provmcie dienen te worden uitgewerkt Subsidiëring Cok op het vlak van subsidiëring wordt rekemng gehouden met de eigen verantwoordelijkheid van de CAW's de enveloppesubsidiënng wordt gecontinueerd.
3 Opties Optie I : nuloptie:geen besluit van de Vlaamse Regering. Is eigenlijk geen optie: de goedgekeurde decreten dienen uitvoering te krijgen.
<
Optie 2: Voorliggend ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering (tot urtvoering van het decreet V I M 8 mei 20ö9)btreffende het algemeen welzijnswerk, waarbij de overheid naar de toekomst toe minder zal inzetten op het operationeel toezicht op input en de concrete activiteiten van de organisaties. H e t toezicht zal beperkt worden t o t de output en de effecten die m e t het beleid van het C A W bereikt wordt. Dit betekent dat de C A W ' s sterk geresponsabiliseerd worden inzake de organisatie van de hulp- en dienstverlening. Optie 3: Een ander uitvoeringsbesluit (van hét decreet van 8 mei 2009) betreffende het algemeen welzijnswerk, waarbij de overheid sturender optreedt m.b.t. de opdrachten en de concrete activiteiten van de organisaties.
4 Effecten 4.1
D o e l g r o e p e n en b e t r o k k e n partijen
De ganse bevolking met bijzondere aandacht voor personen, gezinnen en groepen met een verhoogd risico op verminderde welzijnskansen. Net zoals dit nu ook het geval is blijven minderjarigen en jongvolwassenen een bijzondere doelgroep waarvoor een aangepast onthaal wordt voorzien.Ongeveer % van de onthaalmeld ingen en begeleidingen binnen het algemeen welzijnswerk zijn minderjarigen/jongvolwassenen (0-25 jaar) De centra voor algemeen welzijnswerk:op dit moment zijn dat er 25, verspreid over heel Vlaanderen. Na de fusies zullen er dat op 1 januari 2014 nog 11 zijn Het departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, meer bepaald de afdeling Welzijn en Samenleving. 4.2
O p t i e I: nuloptie: geen uitvoeringsbesluit
Niet aangewezen/met relevant' De door het Vlaams Parlement goedgekeurde regelgeving (decreet) verkrijgt geen uitvoering indien voor de nuloptie wordt gekozen 4.3
O p t i e 2: V o o r l i g g e n d o n t w e r p van b e s l u i t .
Directe effecten voor de doelgroepen Bevolking meer rechtsgelijke toegang tot de diverse vormen van hulp- en dienstverlening. Er is een evenwichtig gespreid aanbod in vergelijkbare werkgebieden, een minimaal hulp- en dienstverleningsaanbod is gegarandeerd en er is maar één CAW per werkgebied. Het onthaal wordt toegankelijker, bereikbaarder, beschikbaarder De psychosociale begeleiding kan meer op maat worden uitgewerkt en is beschikbaar op bereikbare afstand. Meer hulpverlening op maat Grotere expertise van de hulpverleners Algemeen welzijnswerk wordt slagkrachtiger sector met meer impact op de maatschappelijke instanties en de andere zorgsectoren Naast de betere vervulling van de opdrachten door het algemeen welzijnswerk, kunnen zij door hun positionering de functies van toeleiding, buffer
en preventie beter waarmaken, wat in het voordeel is van alle personen die een beroep doen op het CAW, inclusief de minderjarigen en jongvolwassenen. Centra algemeen welzijnswerk Sterkere sector met meer slagkracht en grotere expertise De CAW kunnen flexibel, adequaat en kwaliteitsvol inspelen op de steeds veranderende en toenemende wal? ij nsnoden en omgevingsfactoren. Zowel tilènteel, personeei, de partners in de zorg als de e'utsidiwende instantie:» zij'n imnters voortdurend in beweging:-de vonwaehtóigen var. cliënten nemen toe (zorg op maat, minst ingrijpende zorg,...) de professionele en vrijwillige medewerkers verwachten een sterke, kwaliteitsvolle organisatie (optimalisatie van de communicatie, besluitvorming, werkomgeving, ruimte voor coaching, vorming, training en opleiding, ..), de hogere kwaliteits verwachtingen van de overheid, het optimaal aanwenden van de middelen, de grenzen tussen de zorgvoorzieningen vervagen, enz .
<
Het samenwerkingspotentieel verhoogt enorm De planlast voor de centra vermindert enorm Door te werken met resultaatsgenchte indicatoren is hun output duidelijker en dit laat de centra toe hun aanbod eventueel te heroriënteren Een sterke responsabilisering van de CAW's inzake de organisatie van de hulp- en dienstverlening en de uitwerking van een kwaliteitsbeleid ter zake. Enkel de generieke opdrachten, de sectorale doelstellingen en de zorgaspecten die moeten gerealiseerd op het vlak van het kwaliteitsbeleid en die gemeenschappelijk moeten zijn voor alle CAW's zijn in het besluit vermeld. Het beleidsplan wordt bijgevolg een eenmalig document dat het CAW indient bij haar erkenningsaanvraag en waarin ze haar visie m.b t. de interne organisatie en de organisatie van haar hulp- en dienstverlening expliciteert, evenals de strategieën die ze in samenwerking met de andere CAW's uit de provincie heeft uitgewerkt m b.t. de organisatie van hun hulp- en dienstverlening en de samenwerking binnen de verscheidene zorgnetwerken. Verder wordt, zoals reeds gesteld, gewerkt met sectorale doelstellingen die betrekking hebben op het aanbod aan hulp- en dienstverlening en de organisatie ervan. Deze doelstellingen worden gekoppeld aan duidelijke resultaatgerichte indicatoren waarover elk CAW jaarlijks zal rapporteren. Departement: eenvoudigere, betere en homogenere opvolging en aansturing, de geformuleerde welzijnsdoelstellingen kunnen beter worden bereikt, de middelen kunnen optimaler worden gespreid. Door het werken met resultaatsgenchte indicatoren is de output, de impact van de werking van de CAW's beter op te volgen en eventueel bij te sturen. -
De middelen worden beter aangewend- op dit moment zien we dat de middelen die naar administratie en secretariaat gaan tussen de 5 en 26% bedragen van de subsidie-enveloppe Dit is een serieus verschil waarbij de trend zeker merkbaar is dat grotere organisaties, verhoudingsgewijs minder middelen inzetten op omkaderende functies en dus meer middelen inzetten in hulpverlenende functies.
Verdelingseffecten Meer rechtsgelijke toegang voor alle burgers, meer zorg op maat op een bereikbare afstand, efficiënter en effectiever gebruik van de beschikbare middelen door verhoudingsgewijs minder middelen in te zetten op omkaderende functies en meer middelen in te zetten in hulpverlenende functies Indirecte effecten
De sector wint aan bekendheid, een duidelijker profiel en een grotere slagkracht Ve rgeli|ki ngs tabel van alle effecten
Doelgroepen en betrokken partijen
Omschrijving
Kosten
Baten
Bevolking, inclusief minderjarigen/ jongvolwassenen
Meer rechtsgelijke toegang t o t de diverse vormen van hulp- en dienstverlening (zie hoger)
Centra algemeen welzijnswerk
Sterkere sector met meer slagkracht en grotere expertise De C A W kunnen flexibel, adequaat en kwaliteitsvol inspelen op de steeds veranderende en toenemende welzij nsnoden en omgevingsfactoren De professionele en vrijwillige medewerkers krijgen een sterke, kwaliteitsvolle organisatie (werkomgeving, ruimte voor coaching, vorming, training en opleiding, De middelen worden optimaal aangewend.Op dit moment zien w e dat de middelen die naar administratie en secretariaat gaan tussen de 5 en 26% bedragen van de subsidie-enveloppe. D i t is een serieus verschil waarbij de trend zeker merkbaar is dat grotere organisaties verhoudingsgewijs minder middelen besteden aan omkaderïngsfuncties en meer middelen besteden aan hulpverleningsfuncties
schatting
Omschrijving
schatting
Een fusteoperade en de reorganisatie van (het aanbod van) de C A W s kost inspanning, tijd en het doorlopen van diepgaande processen De begeleiding hiervan vraagt een (tijdelijke) extra investering Binnen de beschikbare begrotingskredieten zijn er middelen voorzien o m v o o r de fusionerende C A W s gedurende twee jaren externe ondersteuning in te huren v o o r de begeleiding van het fusieproces. (totaat van 840 000 euro)
Er is een hoger potentieel voor samenwerking. De planlast v o o r de centra vermindert enorm. D o o r te werken met resultaatsgenchte indicatoren is hun output duidelijker en dit laat de centra toe hun aanbod eventueel te heroriënteren. Een sterke responsabilisering van de C A W ' s inzake de organisatie van de hulp- en dienstverlening en de uitwerking van een kwaliteitsbeleid ter zake. Enkel de generieke opdrachten, de sectorale doelstellingen en de zorgaspecten die moeten gerealiseerd op het vlak van het kwaliteitsbeleid en die gemeenschappelijk moeten zijn v o o r alle C A W s zijn in het besluit vermeld H e t beleidsplan w o r d t bijgevolg een eenmalig document dat het C A W indient bij haar erkenningsaanvraag en waarin ze haar visie m.b.t. de interne organisatie en de organisatie van haar
10
hulp- en dienstverlening expliciteert, evenals de strategieën die ze in samenwerking met de andere C A W s uit de provincie heeft uitgewerkt m b t. de organisatie van hun hulp- en dienstverlening en de samenwerking binnen de verscheidene yorgnetwerk';;'
<
'£
Departement
Eenvoudigere, betere en meer homogene opvolging en aansturing van de sector mogelijk, de geformuleerde welzijnsdoelstellingen kunnen beter worden bereikt D i t veronderstelt ook d a t , de middelen optimaler kunnen worden aangewend
Door Netwerken met resultaatsgenchte indicatoren is de output, de impact van de werking van de CAW's beter op te volgen en eventueel bij te sturen.
4.4
O p t i e 3: a n d e r u i t v o e r i n g s b e s l u i t m e t m i n d e r r e s p o n s a b i l i s e r i n g v a n d e sector en een m e e r sturende overheid
Directe effecten Bevolking . De toegankelijkheid naar alle mogelijke en diverse vormen van de door het algemeen welzijnswerk aangeboden hulp- en dienstverlening zal minder kunnen worden gerealiseerd.Het aanbod wordt mogelijks te rigide om nog goed te kunnen inspelen op de in het werkgebied aanwezige welzijnsbehoeften. Dit geldt ook voor de hulp- en dienstverlening ten aanzien van kinderen en jongeren Centra voor algemeen welzijnswerk. De planlast verhoogt teneinde de verschillende opgelegde bepalingen te verantwoorden De uitbouw van hel aanbod aan hulp- en dienstverlening wordt voornamelijk door de overheid bepaald en hun deskundigheid en soepelheid om het aanbod aan te passen aan de bestaande welzijnsbehoeften daalt De eigenheid van de sector, een dynamisch beleid voeren rekening houdende met de context waarin ze opereren, wordt beperkt -
Voor het departement een homogene aansturing en opvolging van de sector wordt een helse klus Heel wat meer elementen moeten worden opgevolgd en gecontroleerd Verdelingseffecten
De gelijkwaardige toegang voor de bevolking tot de hulp- en dienstverlening dreigt te worden verhinderd door de sterke sturing van de overheid (deze sturing rs Itnearr en nret aangepast aan de context). Een gelijkaardig aanbod betekent niet altijd een gelijkwaardig aanbod Indirecte effecten
Het imago, het profiel en de slagkracht van het algemeen welzijnswerk wordt negatief beïnvloed.
Vergelijkingstabel van alle effecten
Doelgroepen en betrokken pardjen
Baten Omschrijving
<
Kosten schatting
Omschrijving
Bevolking, inclusief minderjarigen/ jongvofv/asstnen
Een gelijkaardig aanbod
Geen gelijkwaardige toegang t o t betere hulp- en dienstverlening.
Centra v o o r algemeen welzijnswerk
Duidelijkheid m.b.t de van hogerhand opgelegde opdrachten en initiatieven.
De planlast verhoogt ten einde de verschillende opgelegde bepalingen te verantwoorden. De uitbouw van het aanbod aan hulp- en dienstverlening w o r d t voornamelijk door de overheid bepaald en hun deskundigheid en soepelheid om het aanbod aan te passen aan de bestaande welzijnsbehoeften daalt. De eigenheid van de sector, een dynamisch beleid voeren rekening houdende met de context waarin ze opereren, w o r d t beperkt
Departement
Duidelijkheid m b.t de te controleren van de opgelegde opdrachten en initiatieven.
een homogene aansturing en opvolging van de sector w o r d t een helse klus Heel wat meer elementen moeten w o r d e n opgevolgd en gecontroleerd
'£
4.S
Keuze en m o t i v e r i n g van de o p t i e
schatting
Het betreffende uitvoeringsbesluit (tot uitvoering van het decreet van 8 mei 2009) betreffende het algemeen welzijnswerk (optie 2) garandeert het best de herstructurering van de sector en de realisatie van de doelstellingen van deze herstructurering, zowel voor de burger, de voorzieningen en de sector zelf als voor de subsidiërende en toezichthoudende overheid. <
De vooropgestelde '.oorganisatie van de sector zal ertoe luide,] dflt het aantal erkende CAW, dyt thans 25 bedraagt, zai worden teruggebracht naar 11. Die reorganisatie zs'i dus een halvering van het aantal centra met zich brengen. Ze lijkt te impliceren dat in de meeste regio's twee of zelfs dne van de thans erkende centra met elkaar zullen moeten fuseren De argumentatie onder 2.2.3. onderbouwt de keuze volkomen. De beoogde effecten vormen de criteria voor deze keuze.
5 U i t w e r k i n g , uitvoermg en m o n i t o r i n g 5.1
Juridisch-technische u i t w e r k i n g
Er werd een ontwerp van uitvoeringsbesluit (van het decreet 8 mei 2009) betreffende het algemeen welzijnswerk gemaakt Dit uitvoeringsbesluit maakt duidelijk wat van de CAW's wordt venvacht nadat ZIJ na de fusie zijn erkend op 1 januari 2014 5.2
U i t v o e r i n g en a d m i n i s t r a t i e v e lasten
De regelgeving gaat in voege op 1 januari 2014, met uitzondering van de artikelen m.b.t de aanvraag van de erkenning, die in voege treedt op 1 januari 2013 Naast de administratieve lasten die al in het decreet van 8 mei 2009 zijn opgenomen, geeft dit ontwerpdecreet op zich geen aanleiding tot nieuwe administratieve verplichtingen .Aan de centra zal gevraagd worden om een eenmalige erkenningsaanvraag in te dienen. Er zal gewerkt worden met erkenningen van onbepaalde duur. Op dit ogenblik dienen de centra ook driejaarlijkse beleidsplannen op te maken en in te dienen. Deze beleidsplannen dienen door de minister te worden goedgekeurd en dienen als basis voor de verdere erkenning van de centra. In toepassing van de nieuwe regelgeving zullen de centra geen beleidsplannen meer moeten indienen en ook met meer jaarlijks rapporteren over de uitvoering van deze beleidsplannen. De planlast voor de voorzieningen verlaagt (zij moeten maar éénmalig een beleidsplan indienen, met eventueel later de geplande wijzigingen) en de opvolging en eventuele heroriëntering zal gebeuren via resultaatsgenchte indicatoren waarover de centra jaarlijks rapporteren Dit vraagt duidelijk veel minder werk dan de jaarverslagen die zij tot op heden elk jaar dienen op te maken en in te dienen. 5.3
Handhaving
Voorafgaand aan de regelgeving heeft een toelichting van de minister aan de sector plaatsgevonden m.b.t. de herstructurering van de sector. Aanvullend hebben ook veel bilaterale gesprekken plaatsgevonden met de CAW's De tekst van het voorliggende ontwerp van uitvoeringsbesluit, evenals de opgenomen sectorale doelstellingen is in overleg met de sector opgesteld Dit alles zorgt ervoor dat er een breed draagvlak gecreëerd is voor de herstructurering van de sector. De CAW's voeren op dit ogenblik het nodige overleg omzich te organiseren op de herstructurering De huidige erkenningen van de CAW's lopen af op 31/12/2013 CAW's die niet voldoen aan de nieuwe erkennmgsvoorwaarden zullen vanaf 1/01/2014 met kunnen erkend worden
5.4
evaluatie
Oe werking van de CAWs zal worden opgevolgd via de rapportage over r e s ^ indicatoren Zoals hogervermeld rapporteren de C A W s jaarlijks herover aan de administratie ^ ^ ^
Oe resultaten dienen om de centra in staat te stellen over hun eigen werking te reflecteren, op zoek t^ gaan na^mnovatieve methodieken en hun eigen beleid h ^ e sturen
^ ^O^U^tie Oit ontwerp van besluit evenals de daann vervatte sectorale doelstelbngen kwamen tot stand in verschalende bijeenkomsten van twee gemengde werkgroepen. Oeze werkgroepen bestaan uit vertegenwoordigers van de sector^die ook de jongerenadviescentra vertegenwoordigen en aldus de stemvandeminderjangen^ongerenlaten horen), hun federatie, hun ondersteuningsstructuur,de afdelmgWelzijnen^amenlevingenhet^undisch^eamvanhetOepartementWelzijn, Volksgezondheid en Cezin en het kabinet Naast deze formele gemengde werkgroepen is er ook veel overleg geweest met de verschalende CAWs zelf en werden ze voortdurend gemformeerd. Oit heeft ertoe geleid dat een groot draagvlak werd gecreëerd Advies 1^, wetgevingstechnisch en taalkundig advies, begrotingsakkoord evenals het ^ I A - e n ^oKE^-advies zullen worden ingewonnen. Het advies van de strategische Adviesraad Vlaams Welz^ns-,^ezondheids en Cezinsbeleld,het advies van de 5 E ^ V en het advies van de ^aad van ^tate zullen worden ingewonnen na de principiële goedkeuring door de Vlaamse legering
^
^ V e ^ g e
m ^ O r m ^ e
V O O r
^
e
^
^
e
^
e
V
^
n
^m^n^iën Het voorliggend ontwerp van uitvoenngsbesluit brengt op zich geen meeruitgaven met zich mee en geeft op zich geen aanleiding tot bijkomende aanwervingen Oeenveloppesubsidiërlng wordt gecontinueerd.
8 ^menv^ttmg Voortiggeode nota b e t r e e n v o o r s t tot ^ Naamse ^egonng tot uitvoenng van het deoreet van 8 mei 200^ betredende het algemeen wel^nswerk (gewiegd bij het deoreet van 25 mei 2012^ Zowel de inhoud van het ontwerp van uitvoeringsbesluit als de omsohnjvrng van de seotoraie doelste^^^ waaraan de hulp-en dienstverlening vanuit de C A W s moet voldoends tot stand gekomen na uitgebreide besprekingen in twee versohillende gemengde werkgroepen, samengesteld uit vertegenwoordigers van de administratie,van het^teunpuntAlgemeenWelzijnswerk^ de federatie van de(autonome)oentra voor aigemeen weizijnswerk(nu^50^^ederatie van sooiale Cndernemingen^en van enkele oentra voor aigemeen weizijnswerk Hierb^is uitgegaan van een sterke responsabilisenng van de CAWs inzake de orgamsatie van de hulp-en dienstverlening en de u^twerk^ng van een kwaliteitsbeleid ter zake Enkel de generieke opdrachten, de seotorale doelstellingen en de zorgaspecten die moeten gerealiseerd worden op het vlak van het kwaliteitsbeleid en die gemeensohappelijk moeten zijn voor alle C A W s zijn in het besluit vermeld.
^
. ™ g£
Het beleidsplan wordt bijgevolg een eenmalig document dat het CAW indient bij haar erkenningsaanvraag en waarin ze haar visie m.b.t. de interne organisatie en de organisatie van haar hulp- en dienstverlening expliciteert, evenals de strategieën die ze in samenwerking met de andere CAW's uit de provincie heeft uitgewerkt m.b.t. de organisatie van hun hulp- en dienstverlening en de samenwerking binnen de verscheidene zorgnetwerken. Verder wordt, zoals reeds gesteld, gewerkt met sectorale doelstellingen die betrekking hebben op het ganbod aan hulp- en dienstverlening en de organisatie ervan. Deze doelstellingen wordeo gekoppeld aan duidelijke resultaatgerichte indicatoren waarever elk CAW jaarlijks zal rapoorteren Ook op het /ak van subsidiëring en picgramnaü's wordt rekening gehouden met de 'üge;-, verantwoordelijkheid van de CAW's. Het ontwerp van besluit omschrijft duidelijk de opdrachten van de CAW's en bevat verder bepalingen omtrent de kwaliteitszorg, de erkenningsprocedure (met inbegrip van bepalingen m.b.t het beleidsplan), de programmatie en de subsidiëring
[email protected] tel. 02/5533343
15
VR 2013 2106 DOC.0620/2BIS
V l a ^
Regering;
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het algemeen welzijnswerk
DE VLAAMSE REGERING,
Gelet op het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen, artikel 6 en 7, § 1 , Gelet op het decreet van 3 apnl 2009 betreffende het georganiseerd vrijwilligerswerk in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, artikel 5,tweede lid; Gelet op het decreet van 8 mei 2009 betreffende het algemeen welzijnswerk, artikel 5, tweede lid, artikel 7, §2, tweede lid, §3, tweede en derde lid, en §4, derde lid, artikel 10, tweede lid, 4°, en derde lid, artikel 11, 12, tweede lid, artikel 15, tweede lid, artikel16, 17, § 1 , §2, eerste lid, gewijzigd bij hetdecreet van 25 mei 2012, zesde lid, §3, en §4, artikel 18, tweede lid, artikel 19, 20, § 1 , eerste lid, en §2, en artikel 24; Gelet op het decreet van 25 mei 2012 tot wijziging van artikelen 17 en 23 van het decreet van 8 mei 2009 betreffende het algemeen welzijnswerk, artikel 5; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2001 ter uitvoering van het decreet van 19 december 1997 betreffende het algemeen welzijnswerk; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 tot afbakening van het toepassingsgebied van de integrale jeugdhulp en van de regio's integrale jeugdhulp en tot regeling van de beleidsafstemming integrale jeugdhulp; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regenng van 13 januan 2006 betreffende de boekhouding en het financieel verslag voor de voorzieningen in bepaalde sectoren van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 21 maart 2013; Gelet op het advies van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid, gegeven op 25 apnl 2013; Gelet op het advies nr. 17/2013 van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, gegeven op 22 mei 2013;
./.
Ge^t op advies 53120^van de R ^ toepassiog van artikei S ^ ^ e e r s t e i i d ^ van State; Gp voorstel van de Viaamse minister van Weizijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging,
8ESL0I^ l^oofdstukLDefinities A ^ i k e ^ ^ In dit besluitwordt verstaan onder: ^administratie het Departement Welzijn,Volksgezondheid en Gezin of het intern verzelfstandigd agentsohap zorginspectie, ^beleidsplan; een dynamisch en flexibel Instromentwaarin een oentrum zijn visie weergeeft met betrekking tot zijn organisatieontwikkeling en geïntegreerde w e ^ ^ aangeboden hulp en dienstverlening, de samenwerkingsverbanden met andere aotoren en de rol diehet oentrum opneemt inde zorgnetwerken^ ^oentrum: overeenkomstig artikel 2,2^,van het deoreet vanSmei 2009,een oentrum voor algemeen welzijnswerk of een oentrum voor teleonthaal; ^deoreet vanSm8i 2009 het deoreet vanSmei 2009 betreffende het algemeen welzijnswerk; ^minister: de Vlaamse minister,bevoegd voor de bijstand aan personen; ^secretaris generaal het personeelslid dat belast is met de leiding van het Departement welzijn, Volksgezondheid en Gezin, ^werkgebied eengeografischgebiedwaarbinneneencentrumzijnaotiviteiten ontplooit hoofdstuk 2. De erkenning van centra Afdeling^ De erkenningsvoorwaarden Onderafdeling^ Algemene voorwaarden A ^ ^ E e n o e n t r u m d a t , in het kader van het algemeen welzijnswerk,vermeld inartikel 2,1^,van het decreet vanSmei 2009,en dit besluit, aanspraak wil maken op subsidiëring,moet vooraf door de secretans-generaal worden erkend met inaohtneming van de erkenningsvoorwaarden, vermeld in hoofdstuk II en in artikel 17, ^2, van voormeld deoreet, en in deze afdeling Art^Watzljnwerkingenorganisatlebetreft,moeteenc6ntrum ^opgerichtzijnalseenverenigingzonderwmstoogmerk, overeenkomstig dewet van 27 junl1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen; 2^ gevestigd zijn en zijn werking ontplooien inhet werkgebied dat is bepaald blj de erkenning;
/
3° naast de verzekeringen die het centrum wettelijk verplicht is af te sluiten, een verzekering aangaan voor de burgerlijke aansprakelijkheid van het centrum en van de beroepskrachten en vrijwilligers die er werkzaam zijn, 4° aan de administratie de registratiegegevens, vermeld in artikel 18 van het decreet van 8 mei 2009, bezorgen, 5° jaarlijks rapporteren, op basis van resultaatsgerichte indicatoren, over de wijze waarop het centrum uitvoering geeft aan artikel 18 tot 20 en artikel 4, 5 en 16, als het een centrum voor teleonthaal betreft, of aan artikel 6 tot 15 en 17, als het een centrum voor algemeen welzijnswerk betreft De minister bepaalt de resultaatsgerichte indicatoren, vermeld in het eerste lid, 5°. Onderafdeling 2. Voorwaarden voorde centra voor teleonthaal Art. 4. §1. Elk centrum voor teleonthaal heeft de volgende opdrachten: 1° telefonische of online hulp- en dienstverlening organiseren voor de bevolking in het Nederlandse taalgebied en het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad, 2° eerste opvang en ondersteuning bieden in een vroeg stadium van de probleemwording, met bijzondere aandacht voor eventuele risico's op zelfdoding, zodat voorkomen wordt dat probleemsituaties escaleren; 3° personen opvangen die naar aanleiding van bepaalde gebeurtenissen geconfronteerd worden met hun problemen en hen eventueel doorverwijzen naar professionele hulpverlening; 4° tekorten in de samenleving op het vlak van welzijn signaleren aan de overheid, op provinciaal, Vlaams en federaal niveau. Naar aanleiding van bepaalde maatschappelijke gebeurtenissen signaleert het centrum relevante maar anonieme gegevens aan de media. De hulp- en dienstverlening van de centra voor teleonthaal bezit de volgende kenmerken 1° ze is anoniem; 2° ze is 24 uur op 24 toegankelijk via eenzelfde telefoonnummer. De modaliteiten van dit eenvormige telefoonnummer zijn conform de reglementering op de universele dienstverlening inzake telecommunicatie; 3° ze gebeurt online op vooraf bepaalde tijdstippen; 4° ze wordt verstrekt door vrijwilligers, die worden bijgestaan door beroepskrachten; 5° ze is gratis. -
§2. Elk centrum voor teleonthaal rekruteert vrijwilligers in verhouding tot zijn behoeften. Het centrum voor teleonthaal zorgt voor omstandigheden die het engagement van de vrijwilligers haalbaar maken en ondersteunen. Vrijwilligers worden zorgvuldig geselecteerd na een opleiding als vermeld in het tweede lid, die met goed gevolg afgesloten werd Bij die opleiding hoort een inwerkpenode. De selectienormen worden in het beleidsplan geconcretiseerd Voor de vrijwilligers organiseert het centrum een interne opleiding van minimaal 30 uren Die opleiding omvat onder meer 1° doelstellingen en grenzen van de centra voor teleonthaal; 2° kennis van en inzicht in levensmoeilijkheden; ./.
3° training in hulpverlenende vaardigheden; 4° attitudevorming; 5° praktische schikkingen en werkwijzen, 6°de toepassing van de regels betreffende de verwerking en uitwisseling van persoonsgegevens en de geheimhoudingsplicht. Het centrum voor teleonthaal en elke geselecteerde vrijwilliger ondertekenen een afsprakennota als vermeld in artikei 5 van het decreet van 3 april 2009 betreffende het georganiseerde vrijwilligerswerk in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, waarin de vrijwilliger zich ook engageert om gedurende de hele duur van zijn medewerking een voortgezette opleiding te volgen. §3 De vereiste deskundigheid van de beroepskrachten wordt door opleiding of ervaring gewaarborgd. Dit wordt gespecificeerd in het beleidsplan. Art. 5. De hulp- en dienstverlening van het centrum voor teleonthaal beantwoordt aan de volgende voorwaarden: 1° het centrum stelt aan de gebruikers en potentiële gebruikers informatie ter beschikking over alle relevante aspecten van het hulp- en dienstverleningsaanbod en het gehanteerde hulpverleningsconcept, 2° de hulp- en dienstverlening beoogt een zo preventief en duurzaam mogelijk effect; 3° het centrum beschikt over een procedure voor het omgaan met situaties waarbij de integriteit van de gebruiker of van andere personen in gevaar is; 4° het centrum garandeert het klachtenrecht aan de gebruiker door een procedure voor klachtenregistratie en -behandeling, die voldoet aan de verplichtingen die voortvloeien uit de wetgeving betreffende de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens De procedure, vermeld in het eerste lid, 4°, beschrijft op welke wijze de gebruiker zijn klacht kenbaar kan maken, op welke wijze de klacht wordt beoordeeld op ontvankelijkheid, op welke wijze de klacht wordt behandeld en op welke wijze de gebruiker wordt geïnformeerd over het resultaat van zijn klacht. Onderafdeling 3. Voorwaarden voor de centra voor algemeen welzijnswerk Art. ^.Overeenkomstig artikel 7, §1, van het decreet van 8 mei 2009 realiseert elk centrum voor algemeen welzijnswerkeen opdracht van algemene preventie Die opdracht houdt in dat het centrum voor algemeen welzijnswerk een kwalitatief signalehngsbeleid voert ten aanzien van de respectieve overheden en de maatschappelijke voorzieningen met betrekking tot maatschappelijke factoren die in de eigen hulp- en dienstverleningspraktijk als welzijnsbedreigend worden ervaren en dat het algemeen preventieve projecten organiseert die structurele veranderingen beogen, die zich richten tot beleidsinstanties, tot de brede bevolking, tot specifieke doelgroepen en tot intermediaire personen, diensten of instanties. Art. 7. §1. Overeenkomstig artikel 7, §1, van het decreet van 8 mei 2009 realiseert elk centrum voor algemeen welzijnswerk een aanbod van onthaal Het onthaal is laagdrempelig Het is een proces van vraagverheldering, waarbij samen met de gebruiker de hulpvraag wordt ontrafeld, de problemen geïnventariseerd en systematisch in kaart gebracht, om een beter inzicht te krijgen in de aard van de ./.
prob^meneo^oplossiogsa^ eeo antwoord op de hulpvraag Voorere vraag staat het oeotrumiovoor. ^hetheluistereovaodevraag,op hasis waarvao naadloos kao wordeo overgegaan tot vraagverheldering; ^ h e t ter hesohikklng stellen van algemene en oonorete informatie; ^alsnodig^deverwljzingvandegehruikernaarverderehulp-endlenstverlenlng hinnen of huiten het oentrum; ^ a l s nodig,ondersteunende oontaoten Aansluitend hljdevraagverheldering, vermelde hettweede l l d , ^ h e e f t h e t oentrum een aanhod van direote hulp, met hetrekking tot problemen als vermeld In artikel2,1^van het deoreet vanSmel 2009,in de vorm van een of meer motiverende, ondersteunende en oplossingsgerichte oontaoten, die hestaan uit: ^onënterend advies verstrekken de gebruiker informeren en voorlichten,rekening houdend met zijn persoonlijke situatie en aangeven van oplossingsperspectieven, keuzemogelijkheden en gedragsalternatieven, zodat de gebruiker over meer kennis beschikt en daarmee een stevige basis heeft voorzin inzichten; 2^ sociaal-administratieve hulp verstrekken, ^degebruikeraotieftoeleldennaaranderediensten en basisvoorzieningen met h6t oog op aangepaste hulp en het effectueren van basisrechten Wanneer verdere begeleiding overwogen wordt, staat het oentrum in voor: ^psyohosooialediagnostieken,als nodig,het Inwinnen van gespecialiseerde diagnostiek; 2^ Indicatiestelling van de passende hulp, ^toewijzing vanverdere begeleiding binnen hetcentrum door middel van een instapgesprek en een instapprocedure; ^alsnodig,verwijzing naar een andere dienst ^2 Hetaanbod,vermeld in paragraaf^,wordt op een zodanige manier georganiseerd dathetopenstaatvoordebredebevolking Het oentrum voor algemeen welzijnswerk bouwt het aanbod zodanig uit dat het daadwerkelijk gebruikt wordt door ^demeestkwetsbaregroepen, vermeld inartikel 12, 2^jong6renvan12tot6nm6t25jaar; ^slachtoffers en hun direote sooiaie omgeving; ^gedetineerdenen hun directe sociale omgeving A r t . ^ ^ Overeenkomstig artikels,^t,van het deoreet vanSmei 2000 realiseert elkoentrum voor algemeen welzijnswerk een aanbod van psychosociale begeleiding voor problemen als vermeld in artikel 2,1^, van datdeoreet In die begeleiding werken de hulpverlener van het oentrum en de gebruiker samen aan oonorete vooropgestelde doelstellingen op basis van een wederzijds en geëxpliciteerd engagement. Oe begeleiding h^eft tot doel de gebruiker een beter inzicht te geven in de eigen situabe, een terugval te voorkomen, een problematische situatie of toestand draaglijk te maken, te verbeteren of op te beffen en de draagkracht, de autonomie en de zelfstandigheid van de gebruiker te vergroten
/
§2 Het aanbod van psychosociale begeleiding bestaat uit een of meer van de volgende functies: 1° ondersteunen: actief luisteren, erkennen, waarderen, ruimte bieden, begrip opbrengen voor het verhaal van de gebruiker en hiervoor aanspreekbaar blijven; 2° begeleiden: het methodisch en systematisch aanbieden van persoonlijke, relationele en praktische hulp zodat het dagelijks functioneren van de gebruiker wordt verbeterd en de gebruiker vaardiger is in zijn sociale rollen; 3° bemiddelen: gebruikers die betrokken zijn in een conflict, op basis van onafhankelijkheid en vertrouwelijkheid efficiënt helpen onderhandelen zodat het conflict beslecht of hanteerbaar wordt, 4° trainen: het planmatig beïnvloeden van het functioneren van een gebruiker door het aanleren van specifieke vaardigheden op sociaal, administratief, financieel, emotioneel, communicatief, relationeel of pedagogisch vlak; 5° toeleiden: de gebruiker actief voorbereiden op een deelname aan activiteiten van een basisvoorziening of een andere hulpverleningsdienst en hem actief in contact brengen met dit aanbod; 6° toezicht uitoefenen: observerend aanwezig zijn, klaar om begeleidend, verzorgend of bewakend op te treden als daar nood aan is, zodat een veilige situatie is gecreëerd waarin de betrokken gebruikers eigen activiteiten zelfstandig kunnen uitvoeren of waarin zij beschermd worden tegen externe negatieve invloeden of tegen zichzelf; 7° belangenbehartiging- een concrete vraag van een gebruiker in opdracht van de gebruiker en in zijn naam bij een derde instantie ondersteunen en bepleiten; 8° het bieden van een residentiële context in combinatie met andere hulpfuncties als vermeld in punt 1° tot en met 7°. De functie, vermeld in het eerste lid, 6°, wordt steeds in combinatie met de functie, vermeld in het eerste lid, 2°, aangeboden Art 9. Elk centrum voor algemeen welzijnswerk biedt hulp aan personen die zich in een crisissituatie bevinden. Het centrum zet zijn beschikbare aanbod in, conform artikel 7, §3, eerste lid, 2°, van het decreet van 8 mei 2009. Een crisissituatie is een door de gebruiker ervaren noodsituatie. Het centrum voor algemeen welzijnswerk maakt deel uit van een netwerk crisishulpverlening Elk centrum voor algemeen welzijnswerk gaat hiervoor binnen zijn werkgebied samenwerkingsafspraken aan met relevante actoren. Art 10. Het centrum voor algemeen welzijnswerk kan voor specifieke doelgroepen de functie van trajectbegeleiding opnemen Trajectbegeleiding betreft het vertalen van complexe, meervoudige hulpverleningsnoden van een gebruiker naar een samenhangend en voor de gebruiker gepast hulpverleningstraject en het coördineren, opvolgen en evalueren van dat hulpverleningstraject tot de gebruiker geen hulp meer nodig heeft. Art. 11. Elk centrum voor algemeen welzijnswerk realiseert in het kader van het aanbod van de hulp- en dienstverlening, vermeld in artikel 6 tot en met 10, de volgende sectorale doelstellingen1° het centrum zoekt kwetsbare personen en groepen actief op en werkt hiervoor samen met verschillende actoren;
^ h e t ceotrum zet m e t h o d i e k e n ^ proactieve maoier te bereiken S^het centrum leidt kwetsbare personeo toe oaar de huip-en d i e o s t v e r l e o ^ brede zin en signaleert structurele tekorten in de toegankelijkheid ervan; ^ a a n s l u i t e o d op zijo hulpverleoiogspraktijkneemthet centrum opeeodoelbewuste en systematische manier algemeen preventieve acties op of participeert aan deze acties met als doel: a^ maatschappelijke problemen bespreekbaar te maken en bij te dragen tot structurele oplossingen voor maatschappelijke problemen; b^hetbewerkstelligenvaneengedragsen mentaliteitsverandering ineen ruime bevolkingsgroep en met structurele effecten; ^ b e t o e n t r u m o r g a n l s e e r t i n Iedere kleinstedelijke zorgregio vao zijn werkgebied of, alsdatwerkgebiedhettweetaligegebied Brussel-Hoofdstad is, een laagdrempelig en kwaliteitsei onthaalaanbod waar iedere burger met om het even welke vraag, en in hetbijzonderdemeestkwetsbaregroepen,gebruikvan kan maken; ^ h e t c e n t r u m o r g a m s e e r t s a m e n metalle andereerkendecentravooralgemeen welzijnswerkeen gezamenlijk laagdrempelig onthaalaanbodvianieuwemedia; ^ h e t oentrum verzekert in iedere kleinstedelijke zorgregio van zijn werkgebied of in voorkomend geval in hettweetaligegebied Brussel-Hoofdstad een laagdrempelig onthaal voor jongeren van 12tot 25jaar met om het even welke vraag,en dit via proactieve benadering, S^het centrum verzekert een laagdrempelig onthaalaanbod voor alle slachtoffers van geweld, misdrijven, rampen, evenals voor bun na-en naastbestaanden, en dit via een proactieve benadering; O^het centrum verzekert een laagdrempelig onthaalaanbod voor alle betrokkenen bij een verkeersongeval; 10^ het centrum organiseert samen met de andere erkende centra voor algemeen welzijnswerkwaarvan het werkgebied gelegen is in dezelfde provincie of,als het werkgebied van het oentrum het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad is, samen met de andere erkende centra van dat werkgebied, een centraal meldpunt, met telefoonnummer1712, waar iedereen met vragen over misbruik, geweld en kindermishandeling tereohtkan, en dit in samenwerking met het territoriaal bevoegde Vertrouwenscentrum Kindermishandeling; 1 ^ h e t centrum zorgt op een proactieve wijze voor een laagdrempelig onthaalaanbod van elke gedetineerde In de gevangenissen io het Nederlandse taalgebied en het tweetalige gebied Brussel Hoofdstad om deze personen toe te lelden naarde sociale hulp-en dienstverlening met het oog op hun sooiaie reintegratie; 12^ het centrum realiseert een rechtstreeks toegankelijk jeugdhulpaanbod, voor minderjarigen van 12tot 17jaar,voor jongvolwassenen van 18tot 25 jaar,voor ouders of voor opvoedingsverantwoordelijken, op maat van de gebruiker zodat de escalatie van problemen wordt voorkomen, waardoor een snelle uitstroom uit de jeugdhulp of een doorstroom naar gepaste vervolghulp kan worden gerealiseerd; 13^ het centrum staat in voor de psychosociale begeleiding aan slachtoffers van een misdrijf ^n hun na-of naastbestaanden met bet oog op het beperkeo vao de opgelopen schade ten gevolge van het slachtofferschap enhet herstellen van het vertrouwen in de medemens en de samenleving; het centrum realiseert een kwaliteitsvol aanbod van psychosociale begeleiding aan betrokkenen bij een verkeersongeval om deze personen te helpen bij de verwerking vao deze traumatische gebeurtenis en bij hun dagelijks functioneren;
I ^ h e t c e o ^ o m biedt p s y c h o s e i o t ^ m ^ ^ stopten i o d e toekomst wordt voerkemeo, 1 ^ b e t oeotrom begeleidt gedetineerden eo boo oaastbestaaodeo t^deos d metbun b ^ e n d i e n s t v e r l e n i n g s t r a j e o t e n o n d e r s t e u n t b e n i n b u n reoiassenogstrajeot,eo dit met bet oog op buo sooiaie re-iotegratieeo buo terugkeer iodesamenieviog; 17° bet oeotrum begeleidt oaastbestaaodeo vao gedetineerden op bet viak van de gevolgen van de detentie; 1 ^ b e t oentrum biedt psyobosooiale begeleiding aan mensen met persoonlijke en psyobisobe problemen met bet oog op a^ vroegdetectie van psyobisobe en psyobiatrisobe stoornissen; b^betbevorderen van betdagelljkstunotionerenen sooiaie Inclusie; c^ bet voorkomen van escalatie van problemen; l ^ b e t c e n t r u m b i e d t b e g e l e i d i n g aan personen met relationele problemen of in een scbeidingssituatie,omdebedreigingentengevolgevanrelatieproblemenot scbeldiog en opvoedingsproblemen te beperken, de welzijnskansen van bet gezin en/of alle betrokkenen te maximaliseren en een betekenisvolle en betrouwbare relatie tussen ouder en kind te creëren; 20° bet centrum realiseert in samenwerking met welzijns-en buisvesbngsactoren een gedifferentieerd ambulant, residentieel en mobiel bulpverleningsaanbod aan personen met een woonproblematiek om ben in staat te stelleo zelfstandig te wooeo zodat tbuisloosbeid wordt voorkomeo eosoel eeo nieuwe tbuls wordt verworven, 21°bet ceotrum leidt persooeo met eeo woonproblematiek eo die oiet io staat zijo om biooeo afzieobare termijo zeltstaodig te wooeo, toe oaar gespecialiseerde zorg; 22^ bet ceotrum belpt persooeo met eeo effectieve of dreigende scbuldenlast, met eeoiotegraaleoinolusiefaanbodaaoscbuld enbudgetbulpverleningopdatzijvia een duurzaam budgetmanagement greep krijgen op bun financiële situatie, 23° één centrum per provincie, waarbij één centrum voor de provincie Vlaamse Brabant en bet tweetalige gebied Brussel Hoofdstad samen, zorgt samen met andere relevante voorzieningen voor de integrale psyobosooiale begeleiding van minderjarige en meerderjarige plegers van seksueel misbruik, met bet oog op bun persoonlijke ontwikkeling en r e ïntegratie In de samenleving, waarbij er voortdureod aandacbt is voor de context eo bet slacbtofferperspectief, om berbaling vao bet seksueel misbruik te voorkomeo, 24° bet centrum verzekert een aanbod vao psycbosocialebegeleidiog vao meosenio eeo precairverbiijfsstatuut om beo io staat te stelleo om vaouit buo migratietraject en degegeven situatie, nieuwemogelijkbedentebiedenvooreenzinvolle toekomstooëotatie, 25° bet ceotrum biedt eeo iotegrale begeieidiog aan gezioneoio armoede eo ondersteunt benpro^actlef In bet effectueren vao bun grondrecbten,om ben Instaat te stellen om bun rollen in bet gezin, In de directe leefomgeving en in aodere leveosdomeioeoopteoemeo De mioister kan een individueel centrum op een gemotiveerde wijze afwijkingen toestaan van de bepalingen mditartlkel A ^ 1 2 . Het oentrum voor algemeen welzijnswerk banteert voor de bepaling van de kwetsbaarheid van de personen en bevolkingsgroepen en prioritaire doelgroepen,
./
v e r m e ^ ^ a r t ^ 1 2 v a n het decreet evereeokcmst^^el^^^hetveormeldedecreet 1°factoreo die teo gevolge vao geheurteoisseoio de perseoolijke^^ oomhioatie met keomerkeo vao de persooo, zijo direote sooiaie omgeviog e o z ^ maatsohappelijke positie, ieideo tot eeo verhoogd risioo op kwetsbaarheid, zoais gezlos-eorelatlehreukeo,sohokkeodeervaoogeoeoverlleservaoogeo Oeze faotoreo Ieideo hljmioderjarigeoeo persooeo t o s s e o ^ e o 25 j a a r t o t e e o verhoogde kwetsbaarheid; 2^aotoreodieteogevolgevaooomioaliteiteodemaatsohappelljkereaotieserop, Ieideo tot verhoogde kwetsbaarheid of eeo verhoogd risioo op sooiaie oltsloltiog, zoals slaohtoftersohap, daderschap eodeteotie, 3° factoreo die wijzeo op opgelopeo kwetsiogeoio meerdere leveosgebiedeo, die hebbeo g e l e ^ t o t s o c l a l e o l t s l u l t i o g , z o ^ s d a k e o thuisloosheid, bestaaosoozekerheid, psychische problemeo eo het ootbrekeo vao eeo sociaal oetwerk; 4°tactoreo die te makeo hebbeo met etoische afkomst eoverblijtsstatuut; 5° factoreo die makeo dat persooeo teo gevolge vao eeo beperkte fioaocièle draagkracht geeo gebruik kuooeo makeo vao eeo vergelijkbaar bulpaaobod Oe mioister kao eeo Iostrumeot ultwerkeo, waarmee de oeotra voor aigemeeo welzljoswerk op basis vao de coteoa,vermeld iohet eerste lid,de kwetsbaarheid vao de gebruikers, die ze hereikeo, io beeld breogeo A r t ^ l ^ O e hulp-eo dieostverieoiog vao het ceotrum voor aigemeeo welzljoswerk beaotwoordtaaode voigeode voorwaardeo 1°het ceotrum is rechtstreeks eo zooder afspraak bereikbaar op de data eo ureo eo op de wijze die het aao het publiek keobaar maakt, 2° het ceotrum besteedt aaodacht aao de bereikbaarheid eo de toegaokelijkbeid buiteo de kaotoorureo, 3° het ceotrum stelt aao de gebruikers eopoteotiële gebruikers ioformatie ter besohikkiog over alle relevaote aspecteo vao bet hulp-eodieostverleoiogsaaobodeo betgehaoteerdehulpverleologscoocept, 4° de hulp-eo dieostverieoiog kao plaatsviodeo ioeeo ambulante of resideotiële cootext iohet ceotrum of i o d e eigeo leefomgeviog vao de gebruiker; 5° de hulp-eo dieostverieoiog kao tot staod komeo zowel op loitiatief vao de gebruiker als door eeo actieve beoadeoog vaouit het ceotrum die al dao oiet aaokiampeod kao zijo; ^ d e aaowezige kraohteo vao de gebruiker eoz^o leefomgeving wordeo aotief oodersteuod; 7° bij de afweglog tusseo verschilleode mogelijke hulpverleoiogsvormeo wordt gekozeovoordemtostiogojpeodehulpverleoiog, 8° de hulpverleoiog beoogt eeo zo preventief eo duurzaam mogelijk effect; ^ d e v e r w i j z i o g o f t o e l e i d i o g v a o de gebruiker oaar aodere hulp-eo dleostverleoeode orgaoisaties gebeurt steeds met iostemmiog vao de gebruiker eo met eeo afspraak met de gebruiker over de opvolgiog vao de hulp-eo dieostverieoiog, 10° het ceotrum bepaalt op welke maoier eeo gebruikersdossier wordt bljgehoudeo Het gebruikersdossier voldoet aao de verplichbngeo die voortvloeieo uit de wetgeviog betreffeode de beschermiog vao de persoool^ke levenssfeer teo opzichte vao de verwerkiog vao persooosgegeveos,
^
l ^ h e t o e n ^ u m beschik o v e r e e n ^ de i n t e g ^ t van de gebruiker of van aodere persooeo i o g ^ 12° bef oeofrum garandeert bef kiaobfeoreobf aao de gebruiker door eeo prooedure voorkiaobfeoregisfrabeeo-bebaodeiiog,dievoidoefaaodeverpliobfiogeodie voortvloeieo uif de wefgeviog betreffeode de besoberroiog vao de persooo^ke ieveossfeer teo op^obfe vao de verwerkiog vao persooosgegeveos; 13° bef oeofruro bouwt bef bulpaaobod zodao^gulf dat bef ook foegaokelijk is voor meoseo roet eeo beperkiog, 14° de bulp-eo dieostverieoiog vao bet oeotrum aao de gebruiker verloopt iode Nederlaodse taal. Als bulp-eo dieostverieoiog io bet Nederlaods eobter oiet mogelijk is,verloopt, i o d e mate v^o bet mogelijke, de bulp-eo dieostverieoiog i o d e taal vao de gebruiker of ioeeotaal die de gebruiker begojpt Oe prooedure,vermeld iobet eerste lid,12°,besobojft op welke wijze de gebruiker zijo klaobt keobaar kao makeo, op welke wijze de klaobt wordt beoordeeld op ootvaokelijkbeid, op welke wijze de klaobt wordt bebaodeldeo op welke wijze de gebruiker wordt gemformeerd over bet resultaat vao zijoklaobt. A r t . ^ O e aigemeeo preveotleve projeoteo vao de oeotra voor aigemeeo welzijoswerk, vermeld io artikel 6, beaotwoordeo aao de voigeode voorwaardeo: 1°deprojeoteozijogetoetstaaodevolgeodedimeosies a^ de aoties zijo geriobt oaar de ootstaaosgroodeo vao problemeo; b^ bet doel is eeo verruimiog vao de baodeliogsmogelijkbedeo vao persooeo eo groepeo; o^ de aoties zijo oiet uitsluiteodgeriobt op persooeo eo gedragiogeo, maar steeds ookopdeoootextofstruotureo; d^ de beoogde doelgroep wordt op eeo direote of lodireote wijze bij de aoties betrokkeo; e^ de aoties mogeo mioderbeidsgroepeo oiet uitslulteo, 2° er wordt op eeo metbodisobeeodoelgeriobte wijze gewerkt; 3° de projeoteo wordeo,bij voorkeur,eo waar mogelijk io sameowerkiogsverbaodeo eobeleidsoetwerkeo ootwikkeld, 4° de aoties wordeo ook vertaald oaar de eigeo bulpverleoiogspraktijkeoorgaoisatie vaobetoeotrum Met beboud vao de toepassiog vao de voorwaardeo, vermeld io artikel 13, beaotwoordt bet laagdrempelige aaobod vao ootbaal vao eeo oeotrum voor aigemeeo welzljoswerk,vermeld i o a r t i k e l 7 e o 1 1 , e e r s t e lid,5° tot e o m e t 1 1 ° , a a o de voigeode voorwaardeo: 1°bekeod: duidelijk berkeobaareoziobtbaar voor de bele bevoikiog; 2° bereikbaar: fysiek, telefooisobeoelektrooisob bereikbaar; 3°besobikbaar gemakkelijk eooomiddellijkbesobikbaar, 4° bruikbaar: sluit oauw aao blj de beboefteo vao de gebruikers; 5° begrijpbaar: bet bulpaaobod wordt op eeo voor de gebruiker begrijpbare wijze geoommuoioeerd; 6° betrouwbaar: de gebruiker besobouwt bet bulpaaobod als betrouwbaar; 7° bet bulpaaobod is ooafbaokelijk vao de vervolgbegeleldiog; 8° de gebruikerwordtbeoaderd vaouit eeo lotegraleeogeoeralistisobe kijk;
^
9° de oootaoteo worden afgestemd in het oentrom^o de eigeo leefomgeving of ze verlopen t e l e f o ^ media; 10° hef hulpaanbod is genohf op een snelle uit-ofdoorsfroom op maat. Mefhehoud van defoepassingvan de voorwaarden,vermeld in a r t i k e l s beantwoordt hef aanhod van psyohosooiale begeleiding van een oentrum voor algemeen welzijnswerk,vermelden art^el 8,aan de volgende voorwaarden 1°de begeleiding is gerioht op de samenhang tussen problemen in versohiliende levensdomeinen of op een speoifiek deelprobleem; 2° de begeleidingsdoelstellingen worden samen met de gebruiker geformuleerd en regelmatig samen geëvalueerd; 3° de meest gepaste begeleidingsvorm wordt bepaald in dialoog met de gebruiker, ook wanneer deze gevat is door een opgeiegde maatregel, 4° er wordt gewerkt met diverse methodieken en dit naar gelang bet geval zowel in individueel verband als met de partner,met het gezin of in groep. A ^ 1 5 . Het hulpaanbod is albjd gratis voor de gebruiker Het oentrum kan onkosten die het maakt, doorrekenen aan de gebruiker.De verrekeningvan d e o n k o s t e n g e b e u r t o p e e n t r a n s p a r a n t e w i j z e E r i s e e n voorafgaand akkoord van de gebruiker vereist over de aard van die onkosten en die onkosten moeten kunnen worden aangetoond Het oentrum voor algemeen welzijnswerk mag geen hulpverlening weigeren wegens financieel onvermogen van de gebruiker Onderafdeling^.Voorwaarden betreffende bet kwaliteitsbeleid van de oentra De oentra voor teleonthaal voeren een kwaliteitsbeleid overeenkomstig de bepalingenvanhetdeoreetvan17oktober2003betreffendedekwaliteitvande gezondheids-en welzijnsvoorzieningen Oe oentra tonen door middel van zelfevaluatie aan hoe ze een verantwoord aanbod van hulpverlening realiseren Oeze zelfevaluatie heeft minstens betrekking op de volgende zorgaspecten: 1°de bereikbaarheid, beschikbaarheid, bruikbaarheid, bekendheid en begrijpbaarheid van het aanbod; 2° de transparantie en betrouwbaarheid van de hulpverlening; 3° de veiligheid van de gebruiker,rekening houdend met diens kwetsbaarheid; 4° de keuze voor de minst ingrijpende hulpverlening, 5° de actieve participatie van de gebruiker aan het tot stand komen van de hulpverlening, zodat aan de gebruiker hulp op maat kan worden verstrekt; 6° demogelijkheid voor gebruikers om feedback te geven over de gekregen hulp; 7° de doelbewuste inschakeling van vrijwilligers in de hulp en dienstverlening; 8° dedeskundigheid en de methodische differentiatie in de uitvoering van het hulpaanbod; 9° de effectiviteit van de geboden hulp Oe minister kan bepalen aan de hand van welke instrumenten het centrum de zelfevaluatie moet verrichten
/.
12 A ^ ^ ^ k o e ^ m v o o r a ^ ^ overeeokomstig de bepaiiogeo vao het decreet van 17oktober 20 kwaiiteitvaodegezoodheids-eoweizijosvoorzieoiogeo Hetoeotromtoootdoor mlddelvaoze^eva^atieaao h o e b e t e e o veraotwoord aaobod vao h u ^ v e r t e o ^ ^ realiseert. Deze zeifevaioatie beeft miosteos betrekkiog op de voigeode zorgaspeoteo: ^debereikbaarbeid^besobikbaarbeid,bruikbaarheid,bekeodbeideo begrijpbaarheid vao het aaobod; 2° de traosparaobeeo betrouwbaarheid vao de hulpverieoiog; ^ d e v e i i i g h e i d v a o d e g e b r u i k e r , rekeoiog houdeod met dieos kwetsbaarheid; 4°deoootiouïteitbjdeosdeovergaogstaseovaohethuipverieoiogsprooes; 5° de keuze voor de miost iogrijpeodehuipverieoiog, 6° de aotleve participatie vao de gebruiker aao bet tot staod komeo vao de huipverieoiog,zodat aao de gebruikerhuip op maat kao wordeo verstrekt; ^ d e m o g e i i j k h e i d v o o r g e b r u i k e r s o m o p s t r u o t u r e i e w i j z e i o s p r a a k t e hebbeo ioeo te partioipereo aao het huip-eodieostverieoiogsbeleid vao bet oeotrum; 8° de doelbewuste iosohakeiiog vao vrijwilligers io de huip-eo dieostverieoiog; 9° de deskuodigbeid eo de methodisohediffereotiatie iode uitvoeriog vao het bulpaaobod; 10° de effectiviteit vao de gebodeo hulp De mioister kao bepaieo aao de haod vao welke iostrumeoteo het ceotrum de zelfevaluatie moet verriobteo Het kwaliteitsbeleid,vermeld inartikel 1 6 o t 1 7 , w o r d t besobreveo ioeeo kwaliteitshaodboekalsvermeldioartikel 5 , ^ 4 , v a o het decreet vao 17oktober 2003 betreffeode de kwaliteit vao de gezoodheids-eowelzijosvoorzieoiogeo. ^ 2 . D e mioimaleiohoud vao het kwaliteitshaodboek wordt voor de oeotra voor teleoothaalalsvolgtbepaald: 1°eeoioleidiogmetdaaoo a^ de structuur vao het kwaliteitshaodboek; b^devoorstelliog vao het ceotrum met lobegrip vao de takeo eo oompeteotie-eo fuoctieprofieleo vao bestuurders ^algemeoe vergaderingen raad vao bestuurd de verhoudiog tusseo bestuur eomaoagemeot, de overleg eoiospraakorgaoeo met medewerkers eo gebruikers, eo op welke w^ze opvolgiog wordt gegeveo aao eeo professiooeel persooeels-eo fioaocieel beleid, c^ eeo documeot dat toelatlog geeft tot de gemacbtigdeo vao de Vlaamse regeriog om ter plaatse alle activiteiteo te verrlohteo oodig om de uitvoeriog vao de bepaiiogeo vao bet decreet te verifiëreoeo te evaluereo, 2° eeo weergave vao het kwaliteitsbeleid waaoo de voigeode elemeoteo zijo opgeoomeo a^ de opdracht e o d e doeisteiiiogeo; b^de waardeo e o d e visie; c^debeschrijviogvaohethulp-eodieostverleoingsaaobod, 3° eeo weergave vao het kwaliteitssysteem dat de voigeode elemeoteo omvata^ eeo ioleldiog over pooriteit voor eo de afbakeoiog van keroprooesseo; b^dewerkwijzeodiebetrekkiog hebbeo o p d e kerntaken; c^ de sectorale code iozake omgaao met gebruikersioformabe; d^ de werkwijzeo voor dossiervorming;
^
e^de prooedure voor ^aohtenbe^ ^dewerkwijze bij gevaar voor sohade aao de integriteit vao de g^ g^ de werkwijzen voor zeitevaluatie; 4° een weergave van de kwaüteitspianoiog op basis vao zeitevaiuabea^resuitaatvaodezeifevaiuatie; b^gefaseerdstappeopiao; o^ aotueie doeisteiiiogeo vao de kwaliteitszorg ^^Oemioiroaieioboud vao bet kwaiiteitsbaodboek wordt voor de oeotra voor aigemeeo weizijoswerk ais voigt bepaald: ^eeololeidiogmetdaaoo: a^destruotuurvaobetkwaliteitsbaodboek; b^devoorstelliogvaobetoeotruroroetiobegripvaodetakeoeo oompeteotie-eo fuootieprofleleo vao bestuurders ^algemeoe vergaderiogeo raad vao bestuurd de verboudlog tusseo bestuur eomaoagemeot, de overleg-eoiospr^akorgaoeo met medewerkers eo gebruikers, eo op welke wijze opvolgiog wordt gegeveo aao eeo professiooe^l persooeels^ eotloaooieel beleid, o^ eeo dooumeot dat toelatiog geeft tot de gemaobtigdeo vao de Vlaamse regeriog om ter plaatse alle aotivitelteo te verriobteo oodig om de uitvoeoog vao de bepaiiogeo vao bet deoreet te veriflëreoeo te evaluereo; 2° eeo weergave vao bet kwaliteitsbeleid waario de voigeode elemeoteo zijo opgeoomeo. a^ de opdraobt eode doeisteiiiogeo, b^de waardeo eode visie; o^debesobrijviogvaobetbulp-eodieostverleoiogsaaobod, 3° eeo weergave vao bet kwaliteitssysteem dat de voigeode elemeoteo omvat: a^ eeo ioleidiog over pooritelt voor eo de atbakeoiog vao keroprooesseo; b^dewerkwljzeodiebetrekkiog bebbeo op meerdere kerotakeo; o^dewerkwijzeometbetrekkiogtotalgemeoepreveotie, d^ de werkwijzeo met betrekkiog tot ootbaal, e^ de werkwijzeo met betrekkiog tot begeieidiog; ^dewerkwijzeovoorbetverwerveo,gebruikeoeodoorgeveo vao ioformatie met betrekkiog tot de gebruikers, g^ de seotoraie oode iozake omgaao met gebruikersloformatie: b^dewerkwijzeovoordosslervormiog; i^de prooedure voor klaobteobebaodeliogeoklaobteoregistratie; ^ d e werkwijze bij gevaar voor sobade aao de iotegriteit vao de gebruiker of derdeo; k^ de werkwijze voor bet vermijdeo vao eoomgaao met greosoversobojdeod gedrag takgebruikers; 1^ de werkwijzeo voor zelfevaluatie; 4° eeo weergave vao de kwaliteitsplaooiog op basis vao zelfevaluatie: a^ resultaat vao de zelfevaluatie; b^gefaseerdstappeoplao; o^ aotueie doeisteiiiogeo vao de kwaliteitszorg ^ 4 Het oeotrum moet eeo kwaliteitsvol eotraosparaot beleid voereo op bet vlak vao: ^ z i j o doeisteiiiogeo eo beoogde maatsobappelijke meekaarde, 2° de strategieéo om zijodoelstelliogeoeo maatsohappelijke meerwaarde te verwezeolijkeo; 3° zijo structurele eo maatsohappelijke iobeddiogeo positiooeriog;
14 4° zijobestuur en de s a m e n s t e l versoh^endebestuo^erganen, te weten de ^gemene vergadenng bestoor, het d a g e r s bestuur en de directie; 5° de procedure inzake werving en ondersteuning van bestuurders en de pnncipes inzake bun proflei, oornpetenties, engagement, integnteit,onatbankeiijkbeid, vergoeding, onverenigbaarbeden, beiangenoonflicten; 6° de voorbereiding, freguentie,besiuitvorming, opvolging en verslaggeving van vergaderingen van de raad van bestuur en de algemene vergadering en de communicatie daarover; ^deregelmatigeevaluatievandewerkingenrealisatievandedoelstellingen; 8° bet algemeen bebeer en bet bebeer van de flnanoiële^nkomsten/uitgaven^, materiële ^patrimonium^en personele ^protessionele/vrijwi^ middelen, 9° de betrokkenheid van en de verantwoording naar interne en externe belanghebbenden Het centrum moet deze beleidsvoering schriftelijk kunnen aantonen en ze bekend maken aan baarbelanghebbenden,ondermeeraan deband van zljnstatuten, huishoudelijke reglement en verslagen van bestuursorganen. H e t c e n t r u m m o e t m e t b e t o o g o p g o e d e z o r g en hulpverlening,zorgenvoor verstaanbare commumcafle tussen zijnmedewerkers en de gebruikers aan wie het centrumzorg-en hulp verleent Het centrum voert daartoe een taalbeleid waarin verduidelijktwordtwelkeondersteuninggebodenwordtzodatanderstalige medewerkers een actieve kennis van het Nederlands kunnen verwerven. Het centrum moet zijn taalbeleid scbnflelijk kunnen aantonen en het bekend maken aan haar belanghebbenden A r t . l ^ Het centrum voor teleonthaal en het centrum voor algemeen welzijnswerk ontwikkeleneen geschreven referenflekadervoorgrensoverschrijdend gedrag ten aanzienvandegebruikers^ehantereneenprocedurevoordepreventievan grensoversohrijdend gedrag ten aanzien van de gebruikers, alsook voor de detectie van en het gepast reageren op dat grensoverschrijdende gedrag In die procedure is een registratiesysteem opgenomendatgeanonimiseerd gegevens bijhoudt overde gevallen van grensoverschrijdend gedrag ten aanzien van de gebruikers Grensoverschrijdend gedrag van medewerkers van het oentrum ten aanzien van de gebruikers wordt door het centrum gemeld aan de administratie Gnderafdeling5Voorwaardenbetreffendedesamenwerking Art. 20. ^ Minstens eenmaal per jaar plegen de centra voor teleonthaal en de oentravooralgemeenwelzijnswerkwaarvanhetwerkgebiedblnneneenzeltde provincie gelegen is, overleg ^2 Oe oentra voor teleonthaal plegen onderling overleg over het beleid en de afbakening van regio's voor telefonische hulpverlening Oe centra voor teleonthaal participeren hoofdzakelijk aan samenwerkingsverbanden binnen het algemeen
B.
^
we^nswe^degees^jkege^ o^ioehu^ve^oiog Voor het creëren vao eeo toegangspoort inzake soioidepreve^ samenwerking uitgehoofd rnet het oentrorn ter preventie van zeltdo^^ ^3 Oe oentra voor aigemeen welzijnswerk plegen onderling overieg op provinciaal niveau over de organisatie van het hulp en dienstverleningsaanhod en^ndien meerdere centra In de provincie actiet zijn, over hun gezamenlijke strategieënhieromtrent ^ij plegen ook overleg op een supraregionale schaal over taken die hinnen een grotere regio zijn georiënteerd ^ . M e t h e t o o g op de algemene toegankelijkheid van de hulp en dienstverlening en de gerichtheid naar specitieke doelgroepen, maakt het centrum voor algemeen welzijnswerk samenwerkingsafspraken met relevante actoren hinnen en huiten zijn werkgebied,meer hepaald met instituten voor samenlevingsophouw,verenigingen waar armen het woord nemen, zorgactoren en actoren die gebruikers toeleiden naar de zorg Oe centra voor algemeen welzijnswerk organiseren zich zodanig en bieden een platform aan zodat, in samenwerking met andere partners, nieuwe initiatieven ziob kunnen ontwikkelen met het oog op het bieden van gepaste antwoorden op maatschappelijke noden en behoeften ^ . I n het kader van de ontwikkeling van bet lokaal sociaal beleid verleent het oentrumvooralgemeen welzijnswerkzijn medewerking aan hetoverleg e n d e samenwerking met de lokale besturen binnen zijn werkgebied Binnen zijn werkgebied streeft het oentrum voor algemeen welzijnswerker er naar om samenwerkings-en afstemmingsafspraken te maken met de OCMW en draagt bierdoor bij tot een gebiedsdekkend laagdrempelig lokaal hulp en dienstverleningsaanbod en een gezamenlijke aanpak van lokale welzijnsnoden ^6 Oe oentra voor algemeen welzijnswerk werken samen met de relevante actoren in het kader van het opnemen van de opdrachten zoals omschreven in de voor hen relevante samenwerkingsakkoorden tussen de Vlaamse Gemeensohap en de federale overheid Gnderafdeling^Voorwaarden betreffende de uitwisseling van persoonsgegevens Arf. 2 1 . Binnen de voorwaarden,vermeld in artikellOvan het decreet v a n S m e i 2009, hanteert het centrum voor de uitwisseling van persoonsgegevens, de werkwijze, vermeld in het tweede en het derde lid. Het centrum onderzoekt in dialoog met de gebruiker in welke mate bet uitwisselen van persoonsgegevens wenselijk of noodzakelijk Is en ondersteunt de gebruiker om in de mate van het mogelijke deze gegevens zelf te communiceren. Oe uitwisseling van persoonsgegevens beantwoordt aan de bijzondere voonvaarden die zijn opgenomen in hoofdstuk III van het koninklijk besluit van13februari 2001 ter uitvoering van de wet v a n 8 d e c e m b e r 1 0 9 2 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzicht van de verwerking van de persoonsgegevens
1^
O e s o h ^ ^ i ^ u i t w i s s i n g vao persooosgegeveos v e g e n d wordeo, Afdeliog2 Oeerkeooiogsprooedure A r t . ^ E e o e r k e o o i o g vao eeo oeotrum g a a t i o o p l j a o u a r i vao hetjaardatvolgt op dat waaoo deerkeooiog werd aaogevraagd.Eeo erkeooiog geldt voor eeo oobepaaide tijd eo bepaait ooder roeer het werkgebied eo het mioiroum aaotai persooeelsledeo waarvoor deerkeooiog geidt Art^ 23. Eeo oeotrum kao alleeo wordeo erkeod: ^ a l s het daarvoor eeo ootvaokelijke aaovraag heefflogedieod; 2 ° a l s h e t p a s t l o d e p r o g r a m m a t i e , v e r m e l d iohet deoreet v a o S m e i 2009, eo artikel 29 vao dit besluit; 3° als het voldoet aao de erkeooiogsvoorwaardeo, vermeld io hoofdstuk lleo artikel 17,^2 vao het deoreet v a o S m e l 2 0 0 9 , e o a r t l k e l 3 t o t e o m e t 2 1 vao dit besluit,die op het oeotrum vao toepassiog zijo Art. 2 4 . ^ 1 Eeo erkeooiogsaaovraag is ootvaokelijk als het oeotrum ze met eeo aaogetekeode brief bij de admioistratie i o d i e o t t u s s e o l j a o u a r i e o l j u l i e o als ze eeo dossierbevatdatissameogestelduitdeorgaoisatiegeboodeo gegeveos, vermeld io paragraaf2,eo eeo beieidspiao als vermeld ioparagraaf^ ^2. Oeorgaoisatiegeboodeo gegeveos betreffeo ï ° d e formele gegeveos met betrekkiog tot de iorlohteodemaoht, het bestuur e o d e direobe vao het oeotrum, 2° de beoamiog vao het oeotrum Als de gegeveos,vermeld iohet eerste lid,wijzigeo,breogt het oeotrum de admioistratie daarvao oomiddellijk op de hoogte ^ . H e t beieidspiao omvat ï ° d e ioteroe struotuur,hetorgaoogram e o d e visie op de orgaoisatieootwikkellog vao het oeotrum met bet oog op eeo geïotegreerde werkiog; 2° de wijze waarop het oeotrum het hulp-eodieostverleoiogsaaobodorgaoiseert Als meerdere oeotra aotief zijo ioeeozelfdeproviooie,besobojveo die oeotra daardoor gezameolljkestrategieëo; 3° sameowerkiogsverbaodeo vao het oeotrum met aodere aotoreo e o d e rol die het oeotrum opoeemtlozorgoetwerkeo Iobet beieidspiao tooot bet oeotrum aao dat het eeo hulp-eo dleostverleoiogsaaobod realiseert, rekeoiog houdeod met de besohikbare middeieo eoveraotwoord vaouit eeo omgevlogsaoalyse die de welzijosoodeoeo-behoefteo biooeo zijo werkgebied aaotooot Wat de orgaolsabe vao het hulp^eodieostverleoiogsaaobod betreft, vermeldt bet oeotrum iohet beieidspiao ^deaotivitelteo, 2°vooriedereaotiviteitafzooderlljk,devesbgiogsplaatseoeodeopeoiogstijdeo,
17 3° het aantal b e r o e p s ^ a c b t e ^ e v e ^ inschakeling van de vnjwillige^ 4° de wijze waarop de personeelsmiddelen aangewend worden veer h u l p v e r ^ ondersteunende diensten en management In het heleidspian wordt weergegeven ^ o p w e l k e w i j z e h e t o e n t r u m l n v u l l i n g g e g e v e n h e e f f a a n de aotleve betrokkenheid van medewerkers h i j ^ e opmaak van dat plan; ^ o p welke w^ze het oentrum aandacht heeft voor een deugde^k b e d d e n bestuur, meer bepaald op welke wijze vorm gegeven wordt aan een sociaal en professioneel management, aan de pnncipes van ^corporate governanoe', aan de relatie tussen management en bestuur en aan een zorgzaam personeelsbeleid en een transparant financieel beleid, dit ^lles met toepassing van de geldende code voor de socialproflt Oe minister keurt het beleidsplan goed. Oe minister kan het centrum opdragen een bijgestuurd beleidsplan ter goedkeuringen te dienen ^ . A l s h e t c e n t r u m l n g n j p e n d e w l j z l g l n g e n plantin hetbeleidsplan of Indien de minlsterwijzlgingenm het beleidsplan vraagt, vermeld In paragraaf 3, dient het oentrum ter goedkeunng bij de administratie een bijgestuurd beleidsplan In, met vermelding van. t ° e e n schets van de ondernomen stappen om tot bet plan voor de Ingnjpende wijzigingen te komen, 2° een beschrijving v^n de ingnjpende wijziging; 3° een Inschatting van^emogelijke effecten,in voorkomend geval op basis van een overleg met de centra uit de provincie Oe volgende situaties worden beschouwd als een ingrijpende wijziging als vermeld In het eerste lid r d e c a p a c i t e i t v a n het inbet beleidsplan omschreven mobiel of ambulant aanbod aan hulp-en dienstverlening op het vlak van onthaal en begeleiding wordt in een of meerdere kleinstedelijke zorgregio's structureel verminderd met 1/3; 2° de capaciteit van het in bet beleidsplan omschreven residentiële aanbod aan hulp^ en dienstverlening wordt structureel verminderd; 3° methodologische ofgeografischewijzigingen in bet aanbod waardoorde engagementen van de Vlaamse overheid tegenover andere overheden inhet gedrang kunnen komen Oe administratie evalueert jaarlijks de uitvoering van het beleidsplan op basis van het Inhoudelijke jaarverslag,vermeld inartikel 3 6 , ^ 2 Art. Als de erkenningsaanvraag niet conform artikel 2 4 , ^ 1 , is ingediend, wordt de aanvraag v ó ó r l o k t o b e r door de administratie aan het aanvragende centrum teruggezonden met vermelding van de reden van het niet in behandeling nemen van deaanvraag Als de erkenningsaanvraag wel ontvankelijk is, wordt de beslissing van de secretans-generaal om de erkenning te verlenen of het met redenen omklede voornemen van de secretarisgeneraal om de erkenning te w e i g e r e n , v ó ó r l december aan het aanvragende centrum betekend Oe betekening gebeurt door de
admioi5^iemeteeoaangete^^ voorwaardeo wordeo v e r m e i Art. 2^. Op straffe vao oie^ootvaoke^kheid kao het oeotrum o i t e ^ kaleoderdageo tegeo het vooroemeo, vermeld io artikel 25, tweede lid, met eeo aaogetekeode hrief eeo gemotiveerd hezwaarsohriff iodieoeo hij de admioistratie Het kao daario uitdrukkelijk vrageo om te wordeo gehoord. Het hezwaarsohriff wordt hehaodeld volgeos de regels die zijo vastgesteld hij of kraohteos hoofdstuk III vao het deoreet v a o ^ d e o e m h e r 2007 houdeode de opriohtiog vao de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijos-, Oezoodheids eoGezlosheleideo vao eeo Adviesoommissie voor Voorzieoiogeo vao Welzijo,VolksgezoodheldeoOezioeo ^kaodidaat^pleegzorgers Als het oeotrum geeo hezwaarsohrift heeft iogedieod hiooeo de termijo, vermeld iohet eerste lid,wordt oa het verstojkeo vao die termijo het vooroemeo vao de seoretaris geoeraal vao rechtswege geaoht eeo weigeriogsheslissiog vao de seoretaris-geoeraaltezijo Oe admioistratie hreogt het oeotrum daarvao op de hoogte met eeo aaogetekeode hrief hiooeo zestig dageo oa het verstojkeo vao die termijo. Art. 27.Als de erkeoolog door de seoretaris-geoeraal werd geweigerd omdat het ceotrum oietvoldoetaaodeerkeooiogsvoorwaardeo,vermeld io artikel 2 3 , ^ m o e t het oeotrum hij de iodieoiog vao eeo oieuwe gelijksoortige aaovraag aaotooeo dat de redeo voor de weigeoog io hoofde vao het oeotrum oiet laoger hestaat Hoofdstuks programmatie Art.28.Methehoudvaodetoepassiogvaoartikel17,^2,vaohetdeoreetvaoSmei 2000 stelt de mioister eeo programmatie vao de oeotra voor teleoothaaleo vao de oeotra voor aigemeeo welzijoswerk op voor het Nederlaodse taalgebied, alsook voor het tweetalige gehied Brussel^Hoofdstad Voordeoeotravooralgemeeowelzijoswerkwordtoodermeerrekeoiog gehoudeo met regiokeomerkeo, met factoreo iozake de maatschappelijke kwetsbaarheid of het psychisch oowelzijo vao de burgers, met faotoreo die de lokale veraokeriog waarborgeo eo met de vooovaardeo voor het hulp^eo dieostverleoiogsaaobod Voor het tweetalige gebied Brussel Hoofdstad kao rekeoiog wordeo gehoudeo met bijzoodere ooteoa Hoofdstuks Oesubsidiëriog vao de oeotra Afdeliogl
Oesubsidievoorwaardeo
Art. 29. Oesecretaos geoeraalkeot aao de erkeode oeotra subsidie-eoveloppeo toe biooeo de perkeo vao de begrotiogskredieteoeo overeeokomstig de bepaiiogeo vao het decreet v a o S m e i 2009 eo dit besluit. A r t ^ O . Metbeboud vao detoepassiogvaodesubsidievoorwaardeo,vermeld io hoofdstuklll vao h e t d e c r e e t v a o S m e i 2009,moet eeo erkeod ceotrum aao de voigeode aaovulleodesubsldievoorwaardeo voldoeo:
^
sobsidie-eov^oppen besteden ceotrom, met dieo verstande dat het ceotrom teo minste 70% enveloppe aanwendt veer personeelskosten; 2° de werkings-en personeelskosten d a a d w e r k e n uitbetalen Art. 3 1 . Oesubsidie enveloppe wordt aan een erkend oentrum toegekend op voorwaarde dat rhetoentrumvoldoetaandeerkenningsvoorwaarden,vermeldinartikel23,3^ 2° het oentrum aan de administratie de nodige stukken bezorgt, waaruit blijkt dat aan de erkenningsvoorwaarden,vermeld inartikel 23,3°, is voldaan Art. 32. Aan een erkend oentrum voor teleonthaal wordt een jaarlijkse subsidieenveloppe toegekend die is samengesteld uit een forfaitair bedrag van 75.038,93 euro per erkende volbjdseeguivalent Aan een erkend oentrum voor teleonthaal wordt naast de subsidie-enveloppe, vermeld in het eerste iid,en artikel31,jaarlijks een forfaitair bedrag toegekend voor dewerkingskostenvandevnjwillige^^ Aan een erkend oentrum voor algemeen welzijnswerk wordt een jaarlijkse subsidie-enveloppetoegekenddieissamengestelduiteenforfaitairbedragvan 00 890,05 euro per erkende voltijdse equivalent. Art. 3 3 . 0 e forfaitaire bedragen, vermeld in artikel 32, eerste en derde lid, zijn uitgedrukttegen 100% van de spilindex die van toepassing is o p l j a n u a r i 2012.Oat bedragwordt, binnen de besohikbarebegrobngskredieten,geïndexeerd overeenkomsbg de w e t v a n 1 m a a r t 1 9 7 7 houdende inriohting van een stelselwaarbij sommige uitgaven in de overheldsseotor aan het indexoijter van de oonsumptieprijzen worden gekoppeld Oie koppeling aan het indexoijterwordt berekend entoegepastovereenkomstigartikel2vanhetkoninklijk besluit van 24 deoember 1993 tot uitvoenng van de wet v a n ^ j a n u a n 1989 tot vnjwaring van ^s lands oonourrenbevermogen Oe subsidie enveloppen worden aangepast aan de anoiënniteitsevolutie van betalgemeen welzijnswerk, met name de evolutie van degemiddelde geldelijke anciënniteit die de personeelsleden hebben opgebouwd Oe stijging van die anciënniteit kan niet meer dan twaalf maanden per jaar bedragen Oesubsidie-enveloppenwordenaangepastmettoepassmg v a n d e Vlaamse Intersectorale Akkoorden voor de SocialRrofitsector,ook voor de personeelsleden meteengesco-statuutensocialemaribelstatuut. Art. 3 4 . ^ 1 Maximaal 20% van de jaarlijkse subsidie-enveloppe mag als reserve overgedragen worden naar het volgende jaar.Oe in het boekjaar opgebouwde reserves die op bet ogenblik van het afsluiten van het boekjaar meer bedragen dan 20% van de subsidieenveloppe worden ten belope van het bedrag dat 2 0 % v a n het jaarlijkse subsidie-enveloppe overschnjdt, teruggestort aan de Vlaamse Gemeenschap.
B.
20 ^ . O e gebombeerde r e s e ^ ^ o p g e b ^ ^ oietmeerbedragendaodehe^^ Vlaamse Gemeensobap ^3 Oe m e s t e r kao ad beo eeo oitzeoderlog maken o p d e reservebepaliog in basis van een aanwendingsplan waarom b^kt dat bet desbetreffende oentrom deze middelen moet aanbooden in bet kader van een investerlngsprojeot Het voorafgaand advies van de Inspeotie van Einanoiën is bierbij verpliobt ^4 B^betoversobrijdenvandereservebepaling in ^2 en wanneer de voorwaarden v a n ^ n i e t v e ^ B o l d zijn,worden de reserves,opgebouwd n a 1 j a n o a n 1 9 9 8 die op bet ogenblik van bet afsluiten van bet boekjaar meer bedragen dan 5 0 % v a n de jaarlijkse subsidleenveloppe ten belope van bet bedrag dat de 5 0 % v a n de jaarlijkse subsldie enveloppeoversobrijdt, teruggestort aan de Vlaamse Gemeensobap. Afdeling^ Oeultkenng van de subsidies Art. 35. Rer semester wordt aan een erkend oentrum een sobijf uitgekeerd ten bedrage van 50% van de subsidie-enveloppe die inbet vonge kalenderjaar aan bet oentrumwerdtoegekendOeeerstesobijfwordtuitbetaaldvoorbeteindevande maand februari van bet jaar waarop de subsidie betrekking beeff.Oe tweede sobijf wordt uitbetaald voor bet einde van de maand juli van dat jaar. Ingeval van een wijzigingvan betsubsidiabelepersoneelsbestandvan bet oentrum i n d e loop van bet referentiejaar bedragen de subsidiesobijven 50% van de subsidie-enveloppe die toegekend zou zijn als bet gewijzigde subsidiabele personeelsbestand bet bele referentiejaar in dienst geweest zou zijn Ingevalvaneenverbogingvanbetsubsidiabele personeelsbestand inbet lopende kalenderjaar wordt een extra sobljf uitgekeerd ten bedrage van de volledige subsidie die verbonden is aan bet gewijzigde personeelsbestand Art. 3 ^ . ^ . Het oentrum verantwoordt de aanwending van de subsidie enveloppe tijdenseenkalenderjaarlneeninboudelijk en een financieel verslag,die ze v o o r l mei van bet volgende kalenderjaar blj de administratie indient ^2 Hetinboudelijkeverslag, vermeld in paragraaf1,beeffdevorm van een opvolgingsrapport Oaarin wordt besobreven op welke wijze bet bulp en dienstverleningsaanbod zoalsdatinbetbeleidsplanwordtomsobreven,is gerealiseerd of gewijzigd. Oie besobrijvlng gebeurt onder meer aan de band van resultaatsgerlobte indicatoren die betrekking bebben op de wijze waarop uitvoering gegeven w o r d t a a n a r t i k e l 4 t o t e n m e t 2 0 Oe ministerstelteen sjabloon ter besobikking op basis waarvan bet oentrum zijn resultaatsgeriobte indicatoren weergeeft Het inboudelijke jaarverslag bevat eveneens gericbte signalen naar de Vlaamse overbeid voor verdere beleidsvoering en bijsturing Samen met bet inboudelijke verslag dient bet centrum de registratiegegevens In,vermeld in artikel18van bet decreet v a n S m e i 2000 In overleg met de sector van bet algemeen welzijnswerk wordt bepaald welke registratiegegevens worden
/.
21 bezorgd, de vorm waarin dit gebe^^ geoodeerd. ^3 Het finanoieie versiag,vermeid in p a r a g r a a f ^ m o e t aiie dooumenten bevatte^^ vermeid in artikei13van bet besiuit van de Viaamse Regenng van13januari 2006 betreffende de boekboudmg en bet finanoieei versiag voor de voorzieningen in bepaaide seotoren van bet beleidsdomein Weiziin,Voiksgezondbeid en Gezin Art. 37. Een oentrum voor aigemeen welzijnswerk steit een natuurlijke een reobtspersoon, die lid is van bet Insbtuut van de Bedrijfsrevisoren, oommissaris aan. Oie commissaris wordt belast met de oontrole op de toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigbeid ten aanzien van statuten van de in de jaarrekening opgenomen vernobbngen.
persoon of als finanoièle de wet en de
Hoofdstuks Oe subsidiëring van projeoten en van ondersteunende of dienstverlenende organisaties. Art. 3 3 . 0 e minister kan, binnen de perken van de begrotingskredieten, een subsidie verlenen voor vernieuwende en experimentele projeoten die inspelen op een maatsobappelijkebeboefte Art. 3 9 . 0 e minister kan, binnen de perken van de begrotingskredieten, een subsidie verlenen aan een of meer organisaties die ondersteunende of dienstverlenende taken verriobten voor de oentra. Oie taken omvatten onder meer de ondersteuning of dienstverlening, In de ruime betekenis, aan beel de seotorvan bet algemeen welzijnswerk op bet vlak van metbodiekontwikkeling, begeleiding en ooaobing, deskundigbeidstransfer,innovatief optreden,documentaire onderbouw en kenmsopbouw, met uitsluiting van sectorale belangenbebartiging vanuit werkgeversperspeobef Oeze subsidiëring wordt geregeld via een overeenkomst Hoofdstuk 6. Het toeziobt Afdeling^
Hettoezicbtopdeerkenmngsvoorwaarden
Art. 4 0 . 0 e administrabe oefent ter plaatse of op stukken toeziobt uit op de naleving van de erkenningsvoorwaarden,vermeld inartikel 23,3°,door de oentra die erkend zijn of een erkenning bebben aangevraagd Oe centra verlenen bun medewerking aan de uitoefening van bet toeziobt ^ e bezorgen aandeadministratie, opbaareenvoudigverzoek, destukken d i e m e t d e erkenningsaanvraag of de erkenning verband bouden Art. 4 1 . Als een erkend centrum niet langer voldoet aan een of meer erkenningsvoorwaarden of als bet niet meewerkt aan de uitoefening van bet toeziobt, vermeld in artikel 40, kan de administratie bet centrum per aangetekende brief aanmanen om zicb binnen een termijn van maximaal zes maanden aan de erkenningsvoorwaardenteconformeren,ofbinneneentermiinvanmaxlmaaleen maand aan de regels betreffende bet toeziobt
22
Art. 42. Als het oentrom, ondanks de a a ^ ^ van de termijnen,vermeld in a r t i k e l 4 ^ d e e r k ^ meewerktaandeoitoeteningvanhettoe^oht,vermeid in artikel 4 0 , k a n d e seoretaris-generaal zijn gemotiveerd voornemen tot intrekking van de erkenning aan het oentrum betekenen Die betekening gebeurt door de administratie met een aangetekende briet, waarin de mogelijkheid en de voonvaarden om een bezwaarsobritt in te dienen, worden vermeld Art. 43. Op straffe van niet-ontvankelijkheid kan het oentrum tot uiterlijk dertig dagen na ontvangst van bet voornemen tot intrekking van de erkenning hiertegen met een aangetekendebriefeen gemotiveerd bezwaarsohnffindlenen bij deadminlstratle Het oentrum kan daann uitdrukkelijk vragen om te worden gehoord Het bezwaarsobriff wordt behandeld volgens de regels die zijn vastgesteld bij of kraohtens hoofdstuk III van het deoreet van^deoember 2007 boudende de opriobting van de Strategisobe Adviesraad voor het Vlaamse WelzijnsGezondheids-en Gezinsbeleid en van een Adviesoommissie voor Voorzieningen van Welzijn,VolksgezondheidenGezinen^kandldaat^pleegzorgers. Art. 44. Als het oentrum geen bezwaarsohrift heeft ingediend oonform artikel 43, wordt de definitieve beslissing van de seoretaris-generaal omtrent het intrekken van deerkenning uiterlijkzestig dagen na betverstrijken van de termijn,vermeld in a r t ^ 43, eerste lid door de administrabe aan het oentrum betekend met een aangetekende b r i e f A l s d e beslissingvan deseoretaris-generaalmetaanhetoentrumwordt betekend binnen die termijn, blijft het oentrum erkend Afdeling2Hettoeziohtopdesubsidievoorwaarden Art. 4 ^ . Oe administratie oefent ter plaatse of op stukken toezioht uit op de naleving van de subsidievoorwaarden,vermeld in hoofdstuk III van het deoreet v a n 3 m e i 2000, en artikel 30 en 31 van dit besluit, door de erkende oentra Oe erkende oentra verlenen hun medewerking aan de uitoefening van het toezioht. ^ e bezorgen aan de administratie, op haar eenvoudig verzoeke de stukken die met de subsidiering verband houden. Art. 4 ^ . ^ 1 . Als een oentrum niet langervoldoet aan een of meer erkennings-of subsidievoorwaarden, als een oentrum de subsidie-enveloppe niet aanwendt voor de doeleinden waarvoor deze werd verleend, of als een oentrum niet meewerkt aan de uitoefening van het toezioht,vermeld In artikel 45,zal de seoretaris-generaal, overeenkomstig artikel13van de wet van 16mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de oontrole op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeensohappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de oontrole door het Rekenhof, de subsidies stopzetten en terugvorderen Oe beslissing van de seoretaris generaal wordt door de administratie aan het oentrum betekend met een aangetekende brief, waann de mogelijkheid en de voorwaarden om een bezwaarsohrift in te dienen worden vermeld. Oie beslissing kan /.
2^ gepaard gaan met de betekemng v a n e e n ^ erkenning, vermeld in artikel 42 ^2 Op straffe van niet-ontvankelijkbeld kan bet centrum uiterlijk dertig dagen ontvangstvandeaangetekendebrietwaarbijdestepzetting van de s u b s i d i ë r i n g ^ de terugvordering van de subsidie^enveleppe werd betekend, tegen die beslissing met een aangetekende bnef een gemotiveerd bezwaarscbrlff indienen bij de administratie. Het oentrum kan daarin uitdrukkelijk vragen om te worden geboord. Als bet oentrum een ontvankelijk bezwaarsobnft beeff ingediend, zal de seoretans-generaal de beslissing binnen zestig dagen na ontvangst van dat bezwaarsobrift intrekken of bevestigen Alsbetoentrumgeenontvankelijkbezwaarsobnftbeeftlngediendofalsde secretaris generaal de beslissing beeft bevestigd binnen de termijn, vermeld in bet tweede lid,wordtdesubsidiering stopgezet otwordtdesubsldle-enveloppe teruggevorderd Als de seoretarls-generaal de beslissing intrekt ot als blj de beslissing niet bevestigt binnen de gestelde termen, wordt de subsidiëring voortgezet ofwordt de subsidie enyeloppe bebouden Art. 47. Artikel 45 en 46 zijn van overeenkomstige toepassing op projeoten als vermeld in artikel 38, en op organisaties die ondersteunende ot dienstverlenende taken vernobten als vermeld in arbkel 39 Hoofdstuks Wijzigingsbepalingen Art. 48.In artlkel6^an bet besluit van de Vlaamse Regenng v a n ^ j u n i 2004 tot afbakening van bet toepassingsgebied van de integrale jeugdbulp en van de regio's integrale jeugdbulp en tot regeling van de beleidsafstemming integrale jeugdbulp wordt de zinsnede ^bet deoreet van10deoember1007 betreffende bet algemeen w e l z i j n s w e r k " v e ^ n g e n d o o r d e z i n s n e d e " b e t d e o r e e t v a n 8 m e i 2000 betreffende bet algemeen welzijnswerk^ en wordt de zinsnede partikel 16, eerste lid, van dat deoreet" vervangen door de zinsnede ^artikeltO,eerste lid,van bet voormelde deoreet Art. 49.In artlkel2van bet besluit van de Vlaamse Regenng van 13januari 2006 betreffende de boekhouding en bet financieel verslag voor de voorzieningen in bepaalde sectoren van bet beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regenng v a n l O o k t o b e r 2003,24 juli 2009 en 25februari 2011, wordt punt 5° vervangen door wat volgt. ' ^ h e t decreet v a n 8 m e i 2009 betreffende het algemeen welzijnswerk^' Hoofdstuk85lotbepalingen Art. 5 0 . H e t b e s l u i t v a n d e V l a a m s e R e g e r i n g v a n 1 2 o k t o b e r 2001 ter uitvoering van het deoreet v a n 1 9 d e c e m b e r 1 9 9 7 betreffende het algemeen welzijnswerk, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 september 2010, wordt opgeheven
B
24 Art.5^Eeocen^omvoora^em^ erkende ceo^a, k a n t e e n w o r d e o ^ vereffend ^ n d e s o ^ d e n ^ e t g e h e l e n e f f e ^ e f ^ n fusie zijn opgegaan,werdt ingebraohtin het oentrum dat oi^ A r t . ^ . i n afwijking van artikei 24,^1,kunnen de oentra meteen aangetekende hrief eenaanvraagdossiervoorerkennmg indienen h i j d e a d m i n i s t r a t i e t u s s e n l j u l i e n ^ augustuszon. Art. 53. Het kwaiiteitshandhoek,vermeiden artikei 18,van de nieuw erkende oentra moet uitgewerkt z i j n t e g e n l j a n u a r i 2015 Art54^oianghoofdstukiiivanhetdeoreetvan7deoemher2007houdendede oprichting van de Strategisohe Adviesraad voor het Viaamse Weizijns-, Gezondheids en Gezinsheieid en van een Adviesoommissie voor Voorzieningen van Weizijn, Volksgezondheid en Gezin en ^kandidaat^pleegzorgers niet in werking is getreden, worden de hezwaarsohriften, vermeid in artikei 43, hehandeid overeenkomstig hoofdstuk ii, afdeiing 3, en hoofdstuk iii van het hesiuit van de Viaamse Regering van 15septemher1008 betreffende de adviserende heroepsoommissie inzake gezins-en weizijnsaangeiegenheden Art. 55.^1.Het deoreet v a n 8 m e i 2000 betreffende het aigemeen welzijnswerk treedt inwerkingop1januari2014 A r t i k e l l , 1 7 , ^ 1 , e n ^2, en artikei 23 treden in werking o p l j u i i 2013 ^2 Het deoreet van 25 mei 2012tot wijziging van artikelen 17en 23 van het deoreet v a n 8 m e i 2000 betreffende het algemeen welzijnswerk treedtin werking o p l j u l i 2013 Art. 58. Oit besluittreedt in werking o p l j a n u a n 2014. Oeartikelen24 tot en met 27,artikel 52 en artikel 54treden in werking o p l j u l i
2013
./
25
Art. 57. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel,
De minister-president van de Vlaamse Regering,
Kris PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin,
Jo VANDEURZEN