Voorstel aan de raad Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 8 mei 2007 Nummer voorstel: 2007/49 Voor raadsvergadering d.d.:
22-05-2007
Agendapunt:
16
Onderwerp: Proef weren zwaar verkeer Hoofdstraat Ossenzijl Aan de raad van de gemeente Steenwijkerland wordt voorgesteld te besluiten: Conceptbesluit: Samenvatting: Op 19 september 2006 heeft de raad ingestemd met het onderzoeken van de denkrichting het vrachtverkeer uit de Hoofdstraat van Ossenzijl te weren en het nemen van snelheidsremmende maatregelen. Het onderzoek naar het weren van vrachtverkeer zou gericht zijn op het helder in beeld krijgen van de (on)mogelijkheden van de maatregel vrachtverkeer (m.u.v. bestemmings/bezorgend verkeer) te weren uit de Hoofdstraat. Tijdens de raadsvergadering is de mogelijkheid voor het gebruik van ontheffingen genoemd. Hiertoe zou in samenwerking met vertegenwoordigers van Ossenzijl, Oldemarkt en ondernemersvereniging Oldemarkt een enquête worden opgesteld en verspreid onder ondernemers in het gebied. Daarnaast zou Veilig Verkeer Nederland (VVN) metingen verrichten naar de hoeveelheid vrachtverkeer dat gebruik maakt van de Hoofdstraat. Op basis van deze resultaten zouden uitgangspunten voor een proef met het weren van vrachtverkeer worden geformuleerd, waarna de proef zou kunnen starten. Na het raadsbesluit van september vorig jaar en gaandeweg het traject om te komen tot de enquête, zijn er verschillende verontruste signalen vanuit met name de ondernemershoek in en rondom Oldemarkt gekomen. Daarnaast is bij de bespreking van de concepttoekomstvisie Oldemarkt op 31 januari 2007 lang stilgestaan bij de mogelijke consequenties van een dergelijke maatregel voor de bedrijvigheid, de werkgelegenheid en het voorzieningenniveau in Oldemarkt. De wethouder heeft hierop toegezegd de resultaten van de enquête en de metingen eerst te willen terugkoppelen aan de raad en afhankelijk hiervan al dan niet door te willen gaan met een proef. De resultaten van de vragenlijst en de verkeersmetingen zijn inmiddels bekend en besproken met de vertegenwoordigers van Ossenzijl en Oldemarkt.
Conclusies enquête en verkeersmetingen:
1
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Veilig Verkeer Nederland heeft geconstateerd dat er relatief weinig vrachtverkeer de Hoofdstraat van Ossenzijl passeert, gemiddeld 5,3 per uur. Er is nauwelijks een stijging of daling van het vrachtverkeer over de Hoofdstraat Ossenzijl waar te nemen, noch in uren per dag, noch in dagen per werkweek. Het gebruik van de Hoofdstraat laat een constant beeld zien, zowel in totale vervoersbewegingen als bewegingen van vrachtverkeer. Op basis van de gemeten vrachtverkeersintensiteit op de andere meetpunten rond Ossenzijl en Oldemarkt maakt het vrachtverkeer maar een zeer klein deel uit van alle vervoersbewegingen. Daarbij is deze zeer gelijkmatig verdeeld over alle tijdsblokken. Hierdoor is er geen enkel moment te benoemen waarin het vrachtverkeer als dominante factor naar voren komt. Opvallend is dat het eigen gebruik van de Hoofdstraat door vrachtverkeer (> 3500 kg) dat uit de vragenlijsten naar voren komt (min. 27 ritten per dag enkele reis, bij retour 54 ritten), overeenkomt met het gemeten gemiddeld aantal vrachtauto’s (>3500 kg) dat over de Hoofdstraat rijdt door VVN (bij afleiden gegevens gemeten uren naar gebruik tussen 6.00 en 19.00 uur betreft dit 52 ritten). Dit zou betekenen dat het vrachtverkeer dat Ossenzijl passeert, te herleiden is naar bedrijven uit het gebied rondom Ossenzijl (kernen waar vragenlijst is uitgezet). Het percentage doorgaand verkeer, in de zin van verkeer dat buiten het directe gebied (bv. Steenwijk) gebruik maakt van de Hoofdstraat, lijkt dus laag te zijn. Het weren van vrachtverkeer zou uitgaande van deze aanname dus alleen effect hebben wanneer al het vrachtverkeer (m.u.v. bestemmings/bezorgend verkeer Ossenzijl) zou worden geweerd, dus ook het vrachtverkeer van en naar Oldemarkt, Blesdijke, Paasloo, Kuinre e.d.: werken met ontheffingen voor ondernemers uit deze gebieden zou geen of nauwelijks effect hebben op de vrachtverkeerintensiteit op de Hoofdstraat in Ossenzijl. Uit de geretourneerde vragenlijsten blijkt dat het weren van vrachtverkeer financiële gevolgen heeft voor ondernemers in het gebied. Door het moeten omrijden moeten vervoerders meer kilometers maken en zijn ze hieraan mogelijk meer manuren kwijt. Andere ondernemers kunnen worden geconfronteerd met de kosten van omgereden kilometers en extra manuren door declaraties van hun leveranciers. Enkele ondernemers hebben aangegeven de financiële gevolgen te willen declareren bij de gemeente. Precieze claims zijn niet te geven, omdat er geen volledig onderbouwde gegevens zijn binnengekomen en de hoogte van geval tot geval kan verschillen. De gegrondheid van eventuele claims verschilt per geval. Het nemen van een verkeersbesluit moet echter als een normale maatschappelijke ontwikkeling worden beschouwd volgens de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Een ieder kan hiermee geconfronteerd worden en de nadelige gevolgen dienen in rekening van de betrokkenen te blijven. In dit geval zal dit vooral betrekking hebben op bedrijven die in het betrokken gebied zijn gevestigd. Bovenstaande neemt echter niet weg dat zich feiten en omstandigheden kunnen voordoen waardoor een individueel belang ten gevolge van een dergelijke maatregel zodanig zwaar wordt getroffen dat het uit die maatregel voorvloeiende nadeel redelijkerwijs niet ten laste van de betrokkene dient te blijven. Dit zal per individueel geval moeten worden beoordeeld. Het is echter niet uit te sluiten dat hieruit kosten voor de gemeente voort zullen vloeien. Het Plaatselijk Belang Oldemarkt en de ondernemers in Oldemarkt voorzien naast de financiële consequenties van de maatregel, ook grote negatieve gevolgen ervan voor de invulling van het industrieterrein, de werkgelegenheid en het voorzieningenniveau en daarmee de leefbaarheid in het dorp. Uit de ingezonden vragenlijsten en uit gesprekken met diverse vertegenwoordigers blijkt er wederzijds begrip te zijn voor het willen aanpakken van de problematiek in Ossenzijl, maar ook voor de reacties die de voorgestelde maatregel oproept. In de enquête is gevraagd of men andere mogelijke oplossingen zag voor de situatie in Ossenzijl en is ruimte gelaten voor overige opmerkingen en suggesties. Over het algemeen zag men geen andere oplossingen dan een rondweg om Ossenzijl, een rechtstreekse
2
aansluiting op de Pieter Stuyvesantweg of een verbreding van de Hoofdstraat door sloop woningen.
Hoe nu verder? Duidelijk is dat de problematiek in Ossenzijl complex is en dat er verschillende belangen een rol spelen bij het zoeken naar oplossingen. Bij de mogelijke oplossing ‘rondweg’ komen die belangen bij elkaar; bij het alternatief ‘weren van vrachtverkeer’ lopen deze ver uiteen. Alle tussenliggende en vaak ook besproken alternatieven als alternerend eenrichtingsverkeer, verplaatsing bruglichten, aanleggen wegversmallingen e.d., pakken niet alle probleemaspecten aan en bieden daarom niet voldoening aan de diverse belanghebbenden. Het uitgangspunt moet zijn te zoeken naar verbetering van de situatie in Ossenzijl. Het weren van vrachtverkeer zou wellicht de overlast die aanwonenden van de Hoofdstraat ervaren, doen afnemen. Van wègnemen van die overlastsituatie door deze maatregel is geen sprake, aangezien er altijd een gering aantal vrachtauto’s door Ossenzijl blijft rijden en er daarnaast natuurlijk het overige gemotoriseerd vervoer blijft passeren. In het gesprek dat is gevoerd n.a.v. verkeersmetingen is ook aangegeven dat de impact van een passerende vrachtauto (geluid en met name trillingen) groot is. In dit kader heeft dus juist de impact van een passerende vrachtauto invloed op de beleving van aanwonenden en wellicht in mindere mate het aantal. Mede op basis van de resultaten van de metingen, de vragenlijsten, de signalen vanuit met name Oldemarkt en de verschillende besprekingen met vertegenwoordigers vanuit Ossenzijl en Oldemarkt, kan worden voorzien dat een wellicht beperkte afname van de overlastsituatie voor aanwonenden van de Hoofdstraat in Ossenzijl, mogelijk zal leiden tot grotere gevolgen voor ondernemers in het gebied en het dorp Oldemarkt in het bijzonder. Gezien de conclusies en de belangen die bij de mogelijke maatregel het vrachtverkeer te weren, een rol spelen, kan overwogen worden: De proef door te laten gaan, waarbij omwille van enig effect, er niet met ontheffingen gewerkt zal worden. Dit houdt in dat alleen vrachtverkeer met de bestemming Ossenzijl de Hoofdstraat mag passeren. Deze tijdelijke verkeersmaatregel zal gepubliceerd worden in de Steenwijkerland Express, waarop de reguliere bezwarentermijn van toepassing is. Na deze termijn kan gestart worden met de proef, waarna na inventarisatie van de resultaten, besloten wordt de maatregel al dan niet definitief in te stellen. Af te zien van de proef en de denkrichting het weren van vrachtverkeer uit de Hoofdstraat als oplossing voor de problematiek te zien en de pijlen vervolgens te richten op: o andere aanpassingen/maatregelen ten behoeve van een vermindering van de overlastsituatie, zoals bv. eerder besproken alternatieven als verplaatsing verkeerslichten en alternerend eenrichtingsverkeer; o en/of noodzaak/wenselijkheid rondweg integraal in beeld te brengen binnen de ontwikkelingen die in of rondom Ossenzijl spelen of gaan spelen in het kader van recreatie en toerisme, natuur, bedrijvigheid en woningbouw. De inventarisatie van deze ontwikkelingen mee te nemen in een breder perspectief rondom verschillende verkeersknelpunten in onze gemeente (koersnota Mobiliteit).
Advies:
3
Vanwege: De te verwachten zeer beperkte afname van de overlastsituatie ten opzichte van de omvang van directe belanghebbenden (met name aanwonenden van de Hoofdstaat) door het weren van vrachtverkeer; de hierdoor te verwachten grotere gevolgen voor ondernemers in het gebied en het dorp Oldemarkt in het bijzonder ; mogelijke, gegronde, claims van ondernemers; de verwachting dat het weren van vrachtverkeer als definitieve oplossing geen stand zal houden, vanwege een groter draagvlak voor een rondweg; er voor de rondweg geen financieel draagvlak is binnen diverse provinciale meerjarenplannen, wordt geadviseerd: Af te zien van de proef en de denkrichting het weren van vrachtverkeer uit de Hoofdstraat als oplossing voor de problematiek. Geen noodzaak te zien in het integraal in beeld brengen van de wenselijkheid van een rondweg binnen de ontwikkelingen die in of rondom Ossenzijl spelen of gaan spelen in het kader van recreatie en toerisme, natuur, bedrijvigheid en woningbouw. Een herinrichtingsvoorstel voor de Hoofdstraat op te stellen met als uitgangspunt beperking van de overlast en de hiermee gepaard gaande kosten te dekken uit het reeds door de raad beschikbaar gestelde krediet van € 100.000,- , waarvan nog € 90.000,- resteert. Dit herinrichtingsvoorstel ter besluitvorming voor te leggen aan de raad.
Bijlagen bij het voorstel
Vragenlijst en begeleidende brief. Overige info, zie map leeskamer.
Ondertekening De secretaris
De burgemeester
Drs. T.J. Leuftink
drs. H.H. Apotheker
Betrokken partijen afdeling
OPWE
adviseur
Ella Schipper, tel.: 210, email:
[email protected]
behandeld in commissie
Commissie II van 9 mei 2007 nee
4
Raadsbesluit Steenwijk,
22 mei 2007
Nummer:
2007/49
De raad van de gemeente Steenwijkerland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 mei 2007, nummer 2007/49; besluit: Af te zien van de proef en de denkrichting het weren van vrachtverkeer uit de Hoofdstraat als oplossing voor de problematiek. Geen noodzaak te zien in het integraal in beeld brengen van de wenselijkheid van een rondweg binnen de ontwikkelingen die in of rondom Ossenzijl spelen of gaan spelen in het kader van recreatie en toerisme, natuur, bedrijvigheid en woningbouw. Een herinrichtingsvoorstel voor de Hoofdstraat op te stellen met als uitgangspunt beperking van de overlast en de hiermee gepaard gaande kosten te dekken het restant van het reeds door de raad beschikbaar gestelde krediet à € 90.000,-. Dit herinrichtingsvoorstel ter besluitvorming voor te leggen aan de raad.
De raad voornoemd, de griffier,
de voorzitter,
R.G.H.P. Moonen
drs. H.H. Apotheker
1
