2012 CO2 prestatieladder niv. 3 Struyk Verwo Aqua
[3.B.2_2 – Energie management actieplan] CO2-prestatieladder Niv. 3
3.B.2_2
1.
Energie management actieplan
ALGEMENE EISEN ................................................................................................................................. 3 1.1 ENERGIEMANAGEMENTSYSTEEM .................................................................................................................3 1.2 TOEPASSINGSGEBIED.................................................................................................................................3 1.2.1 Organisational boundary ................................................................................................................3 1.2.2 Operational boundary.....................................................................................................................3 1.3 CONTINUE VERBETERING ...........................................................................................................................3
2.
MANAGEMENTVERANTWOORDELIJKHEID ........................................................................................... 4 2.1 2.2
3.
DIRECTIE ................................................................................................................................................4 DIRECTIEVERTEGENWOORDIGER ..................................................................................................................4
ENERGIEPLANNING............................................................................................................................... 4 3.1 ALGEMEEN .............................................................................................................................................4 3.2 WETTELIJKE EN ANDERE EISEN.....................................................................................................................4 3.3 ENERGIEBEOORDELING ..............................................................................................................................4 3.3.1 Directe CO2-emissies (scope 1) ........................................................................................................5 3.3.2 Indirecte CO2 -emissies (scope 2): ...................................................................................................5 3.4 REFERENTIE VOOR ENERGIEVERBRUIK ...........................................................................................................5 3.5 ENERGIEPRESTATIE INDICATOREN ................................................................................................................5 3.6 DOELSTELLINGEN, TAAKSTELLINGEN EN PROGRAMMA’S M.B.T. ENERGIE..............................................................6
4.
IMPLEMENTATIE EN UITVOERING ........................................................................................................ 6 4.1 ALGEMEEN .............................................................................................................................................6 4.2 BEKWAAMHEID, TRAINING EN BEWUSTZIJN.................................................................................................... 6 4.2.1 Bekwaamheid .................................................................................................................................6 4.2.2 Trainingen .......................................................................................................................................7 4.2.3 Bewustzijn .......................................................................................................................................7 4.3 COMMUNICATIE.......................................................................................................................................7 4.3.1 Interne communicatie .....................................................................................................................7 4.3.2 Externe communicatie ....................................................................................................................7 4.4 DOCUMENTATIE.......................................................................................................................................7 4.4.1 Documentatie-eisen ........................................................................................................................7 4.4.2 Beheersing van de documenten ......................................................................................................7 4.5 BEHEERSING VAN DE WERKZAAMHEDEN........................................................................................................8 4.6 ONTWERP...............................................................................................................................................8 4.7 INKOOP ENERGIEDIENSTEN, PRODUCTEN, APPARATEN EN ENERGIE .....................................................................8
5.
CONTROLE ............................................................................................................................................ 9 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
6.
MONITORING EN METING ..........................................................................................................................9 BEOORDELING VAN DE NALEVING WETTELIJKE EN ANDERE EISEN ........................................................................9 INTERNE AUDIT VAN HET ENERGIEMANAGEMENTSYSTEEM ................................................................................9 AFWIJKINGEN, CORRIGERENDE EN PREVENTIEVE MAATREGELEN .........................................................................9 BEHEERSING VAN REGISTRATIES...................................................................................................................9
DIRECTIEBEOORDELING VAN HET ENERGIEMANAGEMENTSYSTEEM .................................................. 10 6.1 6.2 6.3
ALGEMEEN ...........................................................................................................................................10 INPUT VOOR DE DIRECTIEBEOORDELING ......................................................................................................10 OUTPUT VAN DIRECTIEBEOORDELING .........................................................................................................10
20130611 – Definitief
STRUYK VERWO AQUA
2
Energie management actieplan
3.B.2_2
1.
Algemene eisen
1.1
ENERGIEMANAGEMENTSYSTEEM Struyk Verwo Aqua B.V. (hierna SVA genoemd) heeft een CO2 reductiesysteem ingericht, gedocumenteerd en geïmplementeerd en onderhoudt deze overeenkomstig de eisen van de NENISO 50001-norm. Het vormt een onderdeel van de algehele bedrijfsvoering, van de managementsystemen en is gericht op de energieaspecten en verbetering in energie-efficiency.
1.2 1.2.1
TOEPASSINGSGEBIED Organisational boundary SVA (KvK 13003803) heeft één vestiging aan de Kanaaldijk 10, 6031 MZ te Nederweert. SVA is onderdeel van CRH Products Belgium Civil welke deel uit maakt van de internationale groep CRH (Cement Roadstone Holding). CRH is marktleider op vlak van grondstoffen, bouwmaterialen en producten voor infrastructuur en waterbehandeling. Met hoofdzetel in Ierland is CRH met 80.000 medewerkers actief in 35 landen. CRH Products Belgium Civil heeft een uitgebreid aanbod van basisproducten en ontwikkelt samen met klanten en opdrachtgevers prefab betonoplossingen op maat. De organizational boundary is vastgesteld volgens de controle benadering, de financiële controle. SVA is verantwoordelijk voor 100% van de GHG emissies die vrijkomen bij de bedrijfsvoering.
3
1.2.2
Operational boundary Om de operational boundary af te bakenen is gebruik gemaakt van de scope indeling volgens het CO2 -Prestatieladder-protocol van de Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden & Ondernemen (SKAO).
1.3
CONTINUE VERBETERING Het energiebeleid is gericht op continue verbetering van alle bedrijfsprocessen ten aanzien van het energiegebruik en -verbruik. Hierin spelen alle medewerkers en de diverse afdelingen een zeer belangrijke rol.
STRUYK VERWO AQUA
20130611 – Definitief
3.B.2_2
Energie management actieplan
2.
Managementverantwoordelijkheid
2.1
DIRECTIE De directie heeft een energiebeleid opgesteld waarin zij haar verbintenis tot ondersteuning en continue verbetering van de effectiviteit van het energiemanagementsysteem aan toont. Daarbij stelt de directie voldoende middelen (tijd, financiële middelen, personeel) ter beschikking die nodig zijn om de geformuleerde energiereductiemaatregelen en (milieu-) doelstellingen uit te voeren rekening houdend met het correct functioneren van het bedrijf inclusief de managementsystemen. De eisen die de directie stelt aan deze middelen zijn dezelfde eisen die een overheids- of keuringsinstantie stelt. Er worden geen standaardbudget of eisen vastgesteld voor de benodigde middelen, hetgeen de flexibiliteit vergroot.
2.2
DIRECTIEVERTEGENWOORDIGER Quality Assurance is verantwoordelijk voor alles met betrekking tot het managementsysteem en de CO2-Prestatieladder. De Quality Administrator is verantwoordelijk voor het onderhouden van het managementsysteem en voor het opstellen, het verzamelen van data ten behoeve van de emissieinventarisatie en het rapporteren conform ISO 14064-1 en de CO2-Prestatieladder.
3.
Energieplanning
3.1
ALGEMEEN Om te voldoen aan de eisen van ISO 50001 en de CO2-Prestatieladder stelt SVA jaarlijks haar CO2 footprint op aan de hand van de Milieubarometer van Stichting Stimular. Door middel van het invoeren van data in de Milieubarometer worden de CO2 -emissies gekwantificeerd en berekend in tonnen. De emissieaspecten van scope 1 en scope 2 worden volgens het CO2- prestatieladderprotocol van SKAO weergegeven.
3.2
WETTELIJKE EN ANDERE EISEN SVA conformeert zich aan de van toepassing zijnde wettelijke en andere eisen, welke tweemaal per jaar worden beoordeeld, met betrekking tot de energieaspecten. Wettelijke eisen; deze komen voort uit: • Nationale en internationale eisen; • Landelijke, provinciale of gemeentelijke eisen; • Eisen opgenomen in de vergunning. Andere eisen; deze komen voort uit: • Eigen beleid; • Overeenkomsten/afspraken met overheidsinstanties; • Overeenkomsten/afspraken met klanten; • Niet-wettelijke richtlijnen; • Vrijwillige gedragscodes of praktijkrichtlijnen; • Vrijwillige milieukeur of verbintenissen tot productzorg; • Eisen van brancheverenigingen; • Overeenkomsten met buurtgroepen of niet-gouvernementele organisaties (NGO’s); • Openbare verplichtingen van de organisatie.
3.3
ENERGIEBEOORDELING Het energiegebruik en -verbruik wordt geanalyseerd, geëvalueerd en significant energiegebruik geïdentificeerd. De volgende energieaspecten en -stromen zijn per scope geïnventariseerd en vastgelegd:
20130611 – Definitief
STRUYK VERWO AQUA
4
Energie management actieplan
3.3.1
3.B.2_2
Directe CO2-emissies (scope 1) Brandstoffen Diesel voor verwarming in liters Propaan voor verwarming in liters Diesel voor mobiele transportmiddelen in liters Emissies Koudemiddel – R22 in kg Koudemiddel - R407 in kg Koudemiddel - R410a in kg Zakelijk verkeer (leasewagenpark) Personenwagen in liters benzine Personenwagen in liters diesel Personenwagen in km hybride
• • • • • • • • •
3.3.2
Indirecte CO2 -emissies (scope 2): Elektriciteit Ingekochte groene elektriciteit in kWh Privéauto voor zakelijk verkeer Personenwagen in km Zakelijke vliegreizen Vliegtuig regionaal (<700 km) Vliegtuig Europa (700 - 2500 km) Vliegtuig mondiaal (>2500 km)
• • • • •
3.4
REFERENTIE VOOR ENERGIEVERBRUIK SVA heeft 2012 vastgesteld als referentiejaar. Zij wil een reductie nastreven van minimaal 2 % op de totale jaarlijkse CO2-emissie ten opzichte van 2012. Tegen 2015 is het streven om 4 % te reduceren tov 2012 en tegen 2020 5 %.
3.5
ENERGIEPRESTATIE INDICATOREN In de onderstaande tabel worden de energieaspecten weergegeven die periodiek gemonitord, gemeten en beoordeeld worden. De prestaties worden vergeleken met het voorgaande jaar. Energiefactor Brandstoffen
Emissies
Zakelijk verkeer
Electriciteit
Prive auto voor zakelijk verkeer Zakelijke vliegreizen
5
STRUYK VERWO AQUA
Energiestroom Diesel tbv verwarming en heftrucks [in l] Propaan [in l] KoudemiddelR22 [in kg] KoudemiddelR407 [in kg] KoudemiddelR410a [in kg] Personenwagen benzine [in l] Personenwagen diesel [in l] Personenwagen hybride [in km] Ingekochte elektriciteit [in kWh] Personenwagen [in km] Vliegtuig [in km]
Meetmoment Maandelijks
Wie Hoofd TD
Periodiek Jaarlijks
Hoofd TD Hoofd TD
Gegevens via inkoop Koelmachine logboeken
Jaarlijks
Hoofd TD
Koelmachine logboeken
Jaarlijks
Hoofd TD
Koelmachine logboeken
Halfjaarlijks
Quality Administrator Quality Administrator Quality Administrator Hoofd TD
Gegevens via leasewagenmaatschappij Gegevens via leasewagenmaatschappij Gegevens via leasewagenmaatschappij Meterstand aflezen
Quality Administrator Quality Administrator
Kilometerregistratie via boekhouding Gegevens via boekhouding
Halfjaarlijks Halfjaarlijks Maandelijks
Halfjaarlijks Halfjaarlijks
Hoe/Waar Facturen leverancier • Tankregistraties •
20130611 – Definitief
3.B.2_2
3.6
Energie management actieplan
DOELSTELLINGEN, TAAKSTELLINGEN EN PROGRAMMA’S M.B.T. ENERGIE Het CO2 reductiesysteem maakt onderdeel uit van het managementsysteem volgens ISO 14001 en is opgesteld volgens de plan-do-check-act cyclus. Deze manier dwingt SVA tot continue verbeteringen.
De directie stelt tijdens de directiebeoordeling verbeterdoelstellingen op ten behoeve van het kwaliteit-, milieu- en energie beleid. De geformuleerde (milieu-)doelstellingen en energiereductiemaatregelen worden tijdens de jaarlijkse directiebeoordeling geëvalueerd en geactualiseerd. Tevens worden in de directiebeoordeling nieuwe doelstellingen en energiereductiemaatregelen opgesteld mede naar aanleiding van de CO2 -footprint. De opgestelde (milieu-)doelstellingen en energiereductiemaatregelen zijn SMART opgesteld en opgenomen in het 3.B.2_1 Energiereductieprogramma (2012). Periodiek worden de (milieu-) doelstellingen en energiereductiemaatregelen intern en extern gecommuniceerd (zie 3.C.2_1 Communicatieplan CO2 reductiesysteem).
4.
Implementatie en uitvoering
4.1
ALGEMEEN SVA geeft de zorg voor het milieu hoge prioriteit bij haar bedrijfsvoering. Daarom stelt zij (milieu-) doelstellingen en energiereductiemaatregelen op om haar CO2-uitstoot en haar energieverbruik te verminderen.
4.2 4.2.1
BEKWAAMHEID, TRAINING EN BEWUSTZIJN Bekwaamheid Directie De directie bepaalt het te voeren beleid, doet investeringen en stelt financiële middelen beschikbaar voor de uitvoering van het energiebeleid. De directie bepaalt het energiebeleid. Zij communiceert zowel intern als extern over het beleid. Managementteam Het managementteam bespreekt tijdens het MT overleg zaken aangaande het energiebeleid. De betrokkenheid van de directie en het managementteam beperkt zich hierdoor niet allen tot de directiebeoordeling. Indien wenselijk zullen resultaten van dit overleg intern en / of extern gecommuniceerd worden. Directievertegenwoordiger De directievertegenwoordiger is de Quality Assurance. De directievertegenwoordiger is verantwoordelijk voor het energiebeleid. Hierover voert de directievertegenwoordiger regelmatig overleg met de Quality Administrator. De directievertegenwoordiger bespreekt zaken aangaande het energiebeleid in het managementoverleg. Quality Administrator De Quality Administrator is verantwoordelijk voor de uitvoering van het energiebeleid en documentatie en voert daarover overleg met de directievertegenwoordiger. Ook zal de Quality Administrator (na goedkeuring door de directie) het vastgestelde beleid in nauw overleg met betrokkenen (directie, MT, leidinggevenden en medewerkers) bespreken en uitvoeren. De Quality Administrator controleert tweemaal per jaar of de wettelijke en andere eisen die van toepassing zijn op de milieu- en energieaspecten nog actueel zijn.
20130611 – Definitief
STRUYK VERWO AQUA
6
Energie management actieplan
3.B.2_2
Managers De managers zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van het door de directie goedgekeurde energiebeleid. Zij worden geacht om mee te denken en voorstellen te doen ten aanzien van verbeteringen op het gebied van energie-efficiency. Medewerkers Alle medewerkers zullen de werkzaamheden uitvoeren volgens het opgestelde beleid en de op dat moment geldende procedures. Ook zij worden geacht om mee te denken en voorstellen te doen ten aanzien van verbeteringen op het gebied van energie-efficiency.
7
4.2.2
Trainingen HR, de Sales Director en de Plant Manager zijn verantwoordelijk voor een optimaal personeelsbeleid waarbij de nodige aandacht aan opleiding, training en/of instructies van het uitvoerend personeel wordt besteed. Opleidingen en trainingen (intern of extern) maken onderdeel uit van het kwaliteit-, milieu-, en energiebeleid. Door te voldoen aan het vastgestelde profiel voor de verschillende functies wordt direct de kwaliteit van de medewerkers geborgd.
4.2.3
Bewustzijn Alle medewerkers zijn bekend met en zich bewust van hun taken en verantwoordelijkheden ten opzichte van Kwaliteit, Arbo, Milieu en Energie.
4.3 4.3.1
COMMUNICATIE Interne communicatie De interne communicatie is gericht op het informeren van alle medewerkers over het energiebeleid en de energiereductiedoelstellingen. Mede dankzij hun inbreng, kennis en medewerking kan invulling gegeven worden aan het energiebeleid, het behalen van de geformuleerde doelstellingen en de energiereductie.
4.3.2
Externe communicatie De externe communicatie is gericht op het informeren van klanten, prospects, leveranciers, bevoegd gezag en andere belanghebbenden over het energiebeleid en de energiereductiedoelstellingen en het breed uitdragen van het milieubeleid van SVA om op deze manier anderen aan te sporen eveneens hun CO2-uitstoot te verminderen en de zorg voor het milieu meer of een nog betere invulling te geven.
4.4 4.4.1
DOCUMENTATIE Documentatie-eisen SVA heeft diverse procedures en documenten opgesteld die betrekking hebben op de diverse managementsystemen.
4.4.2
Beheersing van de documenten De Quality Administrator beheert de interne en externe documenten die betrekking hebben op de diverse managementsystemen. De directievertegenwoordiger geeft zijn goedkeuring voor (aanpassingen in) een document. Deze goedkeuring is tevens de vrijgave van het document. Uiteraard kan dit gaan in overleg met betrokken medewerkers, managers, management en directie. De managers zijn algemeen verantwoordelijk voor het uitvoeren en het toepassen van iedere wijziging. De Quality Administrator beheert één exemplaar van alle vervallen interne documenten met bijbehorende informatie. De externe documenten worden naar behoefte bewaard en overige documenten worden vernietigd. De gearchiveerde documenten worden gearchiveerd voor tenminste vijf jaar en zijn in te zien bij de Quality Administrator.
STRUYK VERWO AQUA
20130611 – Definitief
3.B.2_2
Energie management actieplan
4.5
BEHEERSING VAN DE WERKZAAMHEDEN SVA beoordeelt de werkzaamheden die samenhangen met de milieu- en energieaspecten. Om de werkzaamheden te beheersen zijn en / of worden (milieu-) doelstellingen en energiereductiemaatregelen opgesteld met de afweging of de doelstelling of maatregel relevant en haalbaar is.
4.6
ONTWERP Bij de inkoop of het opnemen van een nieuw product en/of nieuwe dienst wordt uitgezocht welke invloeden het product heeft op alle aspecten (ontwerp, energie, milieu, productie, verkoop, gebruiker) van het proces. Belangrijk hierbij is dat het product en/of de dienst voldoet aan de wettelijke eisen met goede commerciële uitgangsposities.
4.7
INKOOP ENERGIEDIENSTEN, PRODUCTEN, APPARATEN EN ENERGIE Groepsbreed (anderzijds door SVA) zijn er procedures en richtlijnen (eigen eisen) opgesteld voor: • Leasewagenpark; • Inkoop groene stroom uit windenergie; • Inkoop van machines en apparatuur (BBT’s en energiezuinigheid); • Kwaliteit en milieu.
20130611 – Definitief
STRUYK VERWO AQUA
8
Energie management actieplan
9
3.B.2_2
5.
Controle
5.1
MONITORING EN METING SVA zal per kwartaal intern en extern haar energieverbruik en haar CO2-emissie rapporteren. De Quality Administrator is verantwoordelijk voor het inventariseren en analyseren van de benodigde gegevens.
5.2
BEOORDELING VAN DE NALEVING WETTELIJKE EN ANDERE EISEN De jaarlijkse controle, de directiebeoordeling en de interne audits vormen een optimale beoordeling op: • Het energiebeleid; • Het energiemanagementsysteem; • De voortgang van de (milieu-)doelstellingen en de energiereductiemaatregelen; • De wettelijke en andere eisen; • De documentatie en registraties.
5.3
INTERNE AUDIT VAN HET ENERGIEMANAGEMENTSYSTEEM SVA hanteert een intern auditsysteem waarin zowel ISO 9001, 14001 als ook de CO2 prestatieladder in zijn verwerkt. In het geval van de CO2-prestatieladder Op die manier wordt het effect van de managementsystemen getest. De aangestelde interne auditors hebben geen directe verantwoordelijkheid over de activiteiten die zij controleren. Door onpartijdigheid wordt het effect geoptimaliseerd. Jaarlijks vindt de energie-audit plaats. Deze energie audit betreft een inventarisatie van alle energiestromen en de mogelijkheden tot reductie hierin.
5.4
AFWIJKINGEN, CORRIGERENDE EN PREVENTIEVE MAATREGELEN De energiereductiemaatregelen worden jaarlijks beoordeeld. Indien zij niet het beoogde resultaat opleveren kunnen de doelstellingen en de maatregelen bijgestuurd worden of desgewenst kunnen er corrigerende of preventieve maatregelen getroffen worden.
5.5
BEHEERSING VAN REGISTRATIES Registraties ten behoeve van het energieverbruik en de CO2-emissie worden door de Quality Administrator verzameld en gearchiveerd. De registraties worden minimaal 5 jaar bewaard.
STRUYK VERWO AQUA
20130611 – Definitief
3.B.2_2
Energie management actieplan
6.
Directiebeoordeling van het energiemanagementsysteem
6.1
ALGEMEEN Met een frequentie van minimaal één maal per jaar (tenzij vaker wenselijk is) zal de directie en management in het bijzijn van de Quality Administrator en de directievertegenwoordiger het kwaliteits- en milieumanagementsysteem en het geïntegreerde CO2 reductiesysteem beoordelen op functioneren en op geschiktheid. Bij deze beoordeling wordt uitgegaan van de normeisen van ISO 9001, ISO 14001, ISO 50001 en de ISO 14064. Ter voorbereiding op het management review draagt de Quality Administrator onderwerpen aan van de door de directie en management van SVA te beoordelen input.
6.2
INPUT VOOR DE DIRECTIEBEOORDELING De punten van input zijn : Communicatie • Interne communicatie • Externe communicatie Audits • Actiepunten interne audits • Resultaten interne audits • Actiepunten externe audits Beoordeling van naleving van de wettelijke en andere eisen Prestaties en conformiteit • Procesprestaties • Milieu- en energieprestaties • Milieuklachten • Productconformiteit Veranderende omstandigheden • Bedrijfsontwikkeling • Ontwikkeling met betrekking tot wettelijke en andere eisen • Ontwikkeling met betrekking tot milieu- en energieaspecten Status van corrigerende en preventieve maatregelen en verbeterpunten • Corrigerende en preventieve maatregelen • Verbeterpunten • Verbetervoorstellen • Actiepunten Realisatie doel- en taakstellingen Leveranciersbeoordeling
6.3
OUTPUT VAN DIRECTIEBEOORDELING De punten van de output zijn: Verbeteringen • Verbeteringen ten aanzien van de managementsystemen • Verbeteringen ten aanzien van producten • Voorziening in de benodigde middelen Voortgang en tevredenheid • Voortgang • Tevredenheid • Actiepunten, doelstellingen en verbeterpunten De resultaten (output) worden besproken met de betrokken medewerkers.
20130611 – Definitief
STRUYK VERWO AQUA
10
Energie management actieplan
3.B.2_2
Colofon Auteur(s) : Datum : Versie : Status :
11
Dennis Renders 11-06-2013 1.0 Definitief
STRUYK VERWO AQUA
20130611 – Definitief