VR 2016 0403 DOC.0198/39
SECTORCONVENANT 2016-2017 AFGESLOTEN TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN DE SOCIALE PARTNERS VAN DE SECTOR VAN DE PRIVATE AUTOBUS- EN AUTOCARBEDRIJVEN (PC 140.01)
Tussen de Vlaamse Regering, hierbij vertegenwoordigd door: Mevrouw Hilde Crevits, Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Onderwijs; De heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport
en de sociale partners autocarbedrijven,
van
de
sector
van
de
private
autobus-
en
met als vertegenwoordigers voor de werkgevers: De heer Marc D’Eigens, Gemeenschapsvoorzitter VRA; De heer Patrick Westelinck, Afgevaardigd bestuurder FBAA
met als vertegenwoordigers voor de werknemers: De heer Jan Coolbrandt, Nationaal secretaris ACV-Openbare diensten; De heer Frank Moreels, Federaal secretaris BTB; De heer Jan Sannen, Afgevaardigde ACV-Transcom
1
Wordt overeengekomen wat volgt
Verbintenissen van de Vlaamse Regering
Artikel 1. De Vlaamse Regering verbindt er zich toe in het kader van voorliggende overeenkomst tijdens de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2017 een maximale toelage van 196.000,00 EUR uit te betalen aan het Sociaal Fonds voor de Werklieden van de Ondernemingen der Openbare en Speciale Autobusdiensten en Autocardiensten, Metrologielaan 8 te 1130 Brussel (ondernemingsnummer: 0427.483.651 - bankrekeningnummer: BE10 4389 2151 8104) ter financiering van 2 VTE sectorconsulenten.
Artikel 2. De Vlaamse Regering voorliggende overeenkomst, door:
stimuleert
en
ondersteunt
de uitvoering
van
1. het organiseren van ad hoc- overleg met de sociale partners, op vraag van de sectoren; 2. het organiseren van klankbordvergaderingen waarbij knelpunten worden besproken en desgevallend beleidsaanbevelingen kunnen worden geformuleerd, op vraag van de sectoren; 3. het organiseren van intervisiemomenten met vertegenwoordigers van de sector, die fungeren als doorgeefluik van informatie.
Verbintenissen van de sector
Artikel 3. De sector van de private autobus- en autocarbedrijven verbindt zich ertoe om, op basis van het door de VESOC-partners goedgekeurde, inhoudelijk kader voor de sectorconvenants 2016-2017, een sectorale visie te ontwikkelen en vanuit deze visie prioriteiten te bepalen en er doelgerichte acties aan te koppelen. De sectorspecifieke maatregelen geformuleerd in dit convenant zijn verbintenissen die betrekking hebben op het ondersteunen en uitvoeren van: -
de afstemming tussen onderwijs en de arbeidsmarkt; een competentiebeleid, waaronder leven lang leren; het beleid van evenredige arbeidsdeelname en diversiteit, vermeld in het decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt.
Artikel 4. De sector verbindt er zich toe de werkingssubsidie uitsluitend aan te wenden ter uitvoering van deze sectorspecifieke maatregelen. Hiertoe worden effectief 2 VTEsectorconsulenten ingezet. Zij zijn tewerkgesteld in een paritair beheerde organisatie en werken onder paritair toezicht. Ze zijn belast met het geheel van coördinerende, rapporterende en ondersteunende taken ter uitvoering van het sectorconvenant.
2
De loon- en werkingskosten van deze sectorconsulenten komen in aanmerking als subsidiabele kosten voor zover zij betrekking hebben op de uitvoering van deze sectorspecifieke maatregelen en voor zover ze uitgevoerd worden binnen de looptijd van het sectorconvenant. Periodes van tijdskrediet of loopbaanonderbreking komen niet in aanmerking voor financiering tenzij wordt aangetoond dat de functie van de sectorconsulent(e) tijdelijk tijdens zijn of haar afwezigheid door een vervang(st)er afdoende wordt uitgeoefend. De maximale werkingssubsidie wordt toegekend voor de inzet van 2 VTE op jaarbasis. Indien de sectorconsulent tijdens zijn of haar afwezigheid niet afdoende vervangen wordt voor het continueren van de inspanningen in het kader van het sectorconvenant, vermindert de maximale werkingssubsidie. De werkingssubsidie wordt dan berekend per consulent per dag van de looptijd. Dit bedrag wordt vermenigvuldigd met het aantal dagen waarop geen/te weinig consulenten tewerk gesteld waren en in mindering gebracht.
De sector zal de naam van de sectorconsulenten aan het departement Werk en Sociale Economie bezorgen en wijzigingen melden.
Artikel 5. Ter verantwoording en ter evaluatie van deze overeenkomst bezorgt de sector ten laatste op 31 januari 2017 een voortgangsrapport en ten laatste op 31 januari 2018 een eindrapport aan het departement Werk en Sociale Economie. Het voortgangsen eindrapport omvatten: -
de rapportering over de verschillende initiatieven ter realisering van het actieplan; de toetsing van de realisaties aan de resultaatsindicatoren en de doelstellingen vermeld in het sectorconvenant; de verantwoording van de aanwending van de ontvangen subsidiebedragen (enkel voor het eindrapport).
Het departement Werk en Sociale Economie bezorgt tijdig aan de sector het modelformulier inzake de rapportering.
De sector van de private autobus- en autocarbedrijven werkt vanuit volgende sectorale visie aan de uitvoering van de prioriteiten en acties van dit sectorconvenant:
3
1. OMSCHRIJVING VAN DE SECTOR De sector van de private autobus- en autocarbedrijven omvat de bedrijven die actief zijn in één of meerdere van de volgende subsectoren: 1. Het geregeld personenvervoer. Deze subsector omvat, zoals bepaald door het decreet betreffende de organisatie van het personenvervoer van 20/4/2001, het stads- of streekvervoer van personen met een bepaalde regelmaat en op een bepaald traject, waarbij op vooraf vastgestelde halteplaatsen reizigers mogen worden opgenomen of mogen worden afgezet en dit ongeacht de tractiewijze van de aangewende vervoermiddelen. Dit vervoer is voor iedereen toegankelijk, ongeacht in voorkomend geval, de verplichting om de reis te boeken. Een aanpassing van de exploitatievoorwaarden voor het vervoer doet geen afbreuk aan het geregelde karakter van het vervoer. In de praktijk zijn het de bedrijven die werken in onderaanneming van de Vlaamse Vervoermaatschappij 2. Het bijzonder geregeld personenvervoer. Het Decreet van 20/4/2001 bepaalt deze subsector als het geregeld vervoer van bepaalde categorieën reizigers met uitsluiting van andere reizigers, met een bepaalde regelmaat en op een bepaald traject, waarbij op vooraf vastgestelde halteplaatsen reizigers mogen worden opgenomen of mogen worden afgezet. De bijzondere vormen van geregeld vervoer omvatten onder meer: a) vervoer van werknemers van en naar het werk; b) vervoer van scholieren onderwijsinstellingen;
en
studenten
van
en
naar
hun
c) vervoer van militairen en hun gezinnen van en naar hun plaats van legering. Aan het geregelde karakter van de bijzondere vorm van geregeld vervoer wordt geen afbreuk gedaan door het feit dat bij de organisatie van het vervoer rekening wordt gehouden met de wisselende behoeften van de gebruiker. 3. Het ongeregeld personenvervoer. In tegenstelling tot de vorige 2 subsectoren behoren de activiteiten onder deze subsector nog tot de Federale bevoegdheid. Het ongeregeld vervoer omvat het personenvervoer per autocar, d.i. de eendaagse en meerdaagse reizen (in ruime betekenis), zowel nationaal als internationaal, en waarvan de opstapplaatsen kunnen wijzigen.
De arbeidsvoorwaarden voor de arbeiders in de sector worden bepaald onder het PC 140.01. Het Sociaal Fonds voor de Werklieden van de Ondernemingen der Openbare en Speciale Autobusdiensten en Autocardiensten is het bestaansfonds van de sector en werd door de sectorale sociale partners aangeduid om het sectorconvenant tussen de Vlaamse Regering en de sector uit te voeren.
4
2. SECTORFOTO De sectorale tewerkstelling in Vlaanderen van de arbeiders in de sector bestaat uit 4 categorieën waarvan er drie overeenkomen met de bovenvernoemde subsectoren met name: a) Autobuschauffeur in het openbaar geregeld vervoer b) Autobuschauffeur in het bijzonder geregeld vervoer c) Autocarchauffeur Een vierde categorie werknemers zijn de mecaniciens. Meestal zijn de chauffeurs actief in één van deze categorieën, behalve voor de categorieën speciaal of bijzonder geregeld vervoer en autocarvervoer, waar de chauffeurs vaak op beide activiteiten ingezet worden.
1. Omvang van de tewerkstelling Vooral in de periode 2000-2008 kende de sector een aanzienlijke groei in de tewerkstelling die in hoofdzaak verklaard wordt door de stijging in de activiteiten van de sector van de openbare geregelde diensten. Vanaf 2008 kende deze sector evenwel geen uitbreiding meer. Door de besparingen in de sector van het openbaar busvervoer werd er zelfs een kleine afname van de tewerkstelling genoteerd.
Onderstaande tabel toont de evolutie van de sectorale tewerkstelling in Vlaanderen:
aantal evolutie in %
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
6.928
7.266
7.340
7.416
7.423
7.376
7.330
7.315
4,88
1,02
1,04
0,09
-0,01
-0,62%
-0,20%
Een verdeling van deze tewerkstelling tussen de verschillende categorieën is onmogelijk, aangezien de gegevens vanuit de Kruispuntenbank van de Sociale Zekerheid geen onderscheid maakt tussen de bovenvernoemde categorieën.
2. Structuur bedrijven Het aantal ondernemingen actief in de sector in Vlaanderen daalt langzaam en situeert zich rond een aantal van 320. In de sector zijn 2 grote groepen van ondernemingen actief, met name Keolis (een internationaal vervoerbedrijf van Franse oorsprong) en Hansea (voorheen deel uitmakend van Veolia Transport, recent in handen van Belgische en Luxemburgse investeerders). De laatste decennia vond er o.a. door de uitbreiding van de activiteiten van deze groepen een schaalvergroting plaats in de sector. Niettemin behoudt de sector in Vlaanderen een uitgesproken KMO-structuur. Meer dan de helft van de ondernemingen stellen minder dan 20 werknemers tewerk. Het aandeel van de ondernemingen met minder dan 10 arbeiders bedraagt zelfs ruim 40%.
5
Aantal werknemers
Procentueel aandeel
meer dan 50
17,5 %
40 - 50
6,1 %
30 – 40
7,1 %
20 – 30
12,5 %
10 – 20
16,1 %
minder dan 10
40,7 %
3. Karakteristieken van de tewerkstelling Leeftijd De vergrijzing manifesteert zich de laatste jaren meer en meer in de sector. De gemiddelde leeftijd nam in de periode 2007-2014 toe van 48 jaar tot 51 jaar. De leeftijdspiramide en de vergelijkende grafiek van de verdeling per leeftijdsgroep op de volgende pagina tonen duidelijk het fenomeen van de vergrijzing in onze sector aan. Meer dan 25% van de sectorale tewerkstelling in Vlaanderen is zelfs ouder dan 57 jaar.
6
Het ESF-VLAMT project uitgevoerd door het Sociaal Fonds maakte ook een schatting van de evolutie van de uitstroom ten gevolge van de vergrijzing. De bruto-uitstroom van 50-plussers zal naar schatting stijgen met 28% in de periode 2013-2018 ten opzichte van de periode 2008-2012.
Jongeren Het aandeel van jongeren in de sector blijft zeer beperkt. Slechts een 5 % van de tewerkgestelde arbeiders is jonger dan 30. Hiervoor zijn verschillende redenen. Vooreerst bestaat er geen schoolse opleiding in het dagonderwijs voor het beroep van autobus- of autocarchauffeur waardoor de beroepsbekendheid bij jongeren eerder beperkt is. Immers niet alle activiteiten kunnen door de wettelijke bepalingen rond het rijbewijs door jongeren van minder dan 21 jaar uitgevoerd worden. Het beroep spreekt jongeren ook weinig aan, vooral omdat de werkuren vaak buiten de normale werkuren vallen. Tenslotte zoeken werkgevers ook mature en stabiele werknemers die ze niet altijd menen te vinden onder de jongeren.
Leeftijd nieuwe chauffeurs De vergrijzing wordt ook nog verder bevorderd door het feit dat de gemiddelde leeftijd van de nieuwe chauffeurs ook toenam in de periode 2007-2014. De gemiddelde leeftijd van de nieuwe chauffeurs bedroeg 46 jaar in 2014. 25% van de nieuwe chauffeurs was in 2014 ouder dan 55 jaar.
2007
2014
1e kwartiel
34
35
Mediaan
43
46
3e kwartiel
51
55
7
Geslacht De deelname van vrouwen aan de sectorale arbeidsmarkt blijft beperkt. Hun aandeel bleef in de periode 2007-2014 ook nagenoeg stabiel rond 13,8%.
Instroom Aangezien er geen schoolse opleiding in het dagonderwijs voor autobus- en autocarchauffeur bestaat, worden de nieuwe chauffeurs hoofdzakelijk via 2 kanalen opgeleid. Het eerste kanaal is het kanaal van de werkzoekenden waar via een samenwerking tussen VDAB en het Sociaal Fonds werkzoekenden die gemotiveerd en (op het vlak van attitude) geschikt lijken voor dergelijke job, opgeleid worden tot autobus- en/of autocarchauffeur. Het tweede kanaal is het kanaal van een erkende autorijschool. De relatief hoge kostprijs van deze opleiding (€ 2500 - € 3000) schrikt evenwel vele geïnteresseerden af. Sinds 2013 is ook een opleiding via het volwassenonderwijs mogelijk. Slechts weinige bedrijven leiden zelf hun nieuwe chauffeurs op. Niet elk bedrijf heeft de nodige middelen en/of kennis om deze opleiding intern te organiseren. Daarenboven kan een eigen interne opleider per jaar slechts 1 kandidaat chauffeur opleiden , zolang deze niet in de onderneming is tewerkgesteld.
Uitstroom In 2014 voerde het Sociaal Fonds een grote enquête waarin de chauffeurs uit de sector bevraagd werden naar de verschillende elementen die de werkbaarheid van de job beïnvloeden. Uit de vele antwoorden bleken vooral de fysieke belasting, de beperkte steun van collega’s en leidinggevenden , de lange en onregelmatige werktijden en de negatieve ervaringen met collega’s, leidinggevenden en klanten de grootste bron van ontevredenheid.
3. COMPETENTIES 1. Algemeen De competenties waarover een autobus- (openbaar en bijzonder geregeld vervoer) en een autocarchauffeur dienen te beschikken staan gepreciseerd in de Beroepskwalificatiedossiers van respectievelijk autobus- en autocarchauffeur uit de Vlaamse Kwalificatiestructuur. Over het algemeen kan het takenpakket met de daarbij horende competenties opgedeeld worden in 3 soorten taken: voorbereidende, uitvoerende en ondersteunende taken. Naast de competenties vereist voor deze taken, dient een chauffeur voor de uitoefening van zijn/haar beroep ook beschikken over een aantal prioritaire sleutelvaardigheden.
In het kader van het VLAMT project werd o.a. via bedrijfsenquêtes en via workshops nagegaan welke van deze competenties het meest essentieel zijn en ook waar deze
8
competenties kunnen aangeleerd te worden (bv. in basisopleiding of op de werkvloer). Ook het belang van de prioritaire sleutelvaardigheden werd ingeschaald.
2. Vakbekwaamheid Sinds 10/09/2008 is de Europese richtlijn m.b.t. de vakbekwaamheid van professionele chauffeurs met rijbewijs D van kracht. De personen die vanaf 10/09/2008 het beroep van autobus- en/of autocarchauffeur willen uitoefenen dienen naast het traditioneel examen van het Rijbewijs D nu ook te slagen in het examen voor de vakbekwaamheid (code 95 op het rijbewijs). Nadien dienen zij 35 uren erkende nascholing te volgen over een periode van 5 jaar en in blokken van minstens 7u per les. De chauffeurs die hun rijbewijs D al hadden vóór 10/09/2008 verwierven automatisch de vakbekwaamheid. Zij kregen voor de eerste cyclus uitzonderlijk 7 jaar de tijd om de 35u nascholing te volgen. Voor deze chauffeurs is de uiterste datum(09/09/2015)van de geldigheid dus reeds afgelopen. Vanaf de tweede cyclus ( en de chauffeurs die hun rijbewijs behaalden vanaf 01/02/2013 zelfs vanaf hun eerste cyclus) zijn er bijkomende bepalingen omtrent de nascholing. Deze omvatten o.a. 3 u verplichte rijtijd (van de 35u) en de verplichting om binnen de 35 uren ook elk van de drie thema’s uit de voorgeschreven lijst van onderwerpen aan te doen. Deze richtlijn heeft als doel de veiligheid te verhogen alsook de aandacht voor de bijdrage van de sector tot de verbetering van hun ecologische voetafdruk. De sector van de privé autobus- en autocarondernemingen heeft in de schoot van het Sociaal Fonds het opleidingsorgaan FCBO (Formation Bus & Car Opleiding) opgericht. Het doel van dit opleidingsorgaan is ervoor te zorgen een kwalitatief opleidingsaanbod aan te bieden dat voldoet aan de noden van de chauffeurs. Op deze manier wil de sector voorkomen dat chauffeurs uit het beroep verdwijnen omdat ze onvoldoende nascholing gevolgd hebben. De invoering van de vakbekwaamheid heeft wel de instapdrempel tot het beroep verhoogd. Vooreerst is het inhoudelijk zwaarder om te slagen in de verschillende testen en ten tweede is de opleiding uitgebreider en dus ook duurder geworden. De kost van de nascholing bleef beperkt aangezien FCBO geen commerciële prijzen toepast. Niettemin zullen de nieuwe bijkomende bepalingen (zie hierboven) m.b.t. de nascholing een duidelijke kostenprijsstijging met zich meebrengen. In de sector wordt de nascholing meestal via het bedrijf georganiseerd. Hoewel de bedoeling van de nascholing positief is, veroorzaakt de nascholing mogelijk wat perverse effecten. De sector doet op momenten ook beroep op chauffeurs die bij gelegenheid werken. Dit kunnen oudere gepensioneerde chauffeurs zijn of chauffeurs die deze opdracht buiten hun normale job en op vrije momenten uitvoeren. Ook al wordt de kost van de nascholing meestal door hun ‘gelegenheids’werkgever gedragen, toch bestaat het risico dat deze chauffeurs geen tijdsinvestering meer willen doen om hun verplichting in de nascholing na te komen.
3. Het Vlamt onderzoek Het Vlamt-onderzoek sloot af met de volgende 7 aanbevelingen (resultaat van het onderzoek, enquêtes en workshops waaraan de verschillende stakeholders uit de sector deelnamen).
9
1. Verhoog de instroom van chauffeurs in de sector 2. Verhoog het aandeel van de kansengroepen in de sector 3. Verhoog het imago van de sector in het algemeen en van het beroep van autobus- en autocarchauffeur in het bijzonder 4. Heroriënteer de opleiding van de autobus- en de autocarchauffeurs 5. Ondersteun de sector bij het werkplekleren 6. Ondersteun de sector bij het uitwerken en toepassen van een onthaalbeleid van nieuwe werknemers 7. Analyseer de uitstroom van de chauffeurs
4. ECONOMISCHE TENDENSEN Aangezien de activiteiten in de 3 subsectoren verschillen, dient ook voor de economische vooruitzichten of tendensen een onderscheid gemaakt worden.
1. De openbare geregelde diensten Deze sector kende samen met de uitbreiding van het openbaar busvervoer in Vlaanderen een enorme groei van de activiteiten in het eerste decennium van deze eeuw, aangezien in de Beheersovereenkomst tussen de VVM en de Vlaamse regering voor de exploitatie 50% toevertrouwd wordt aan de privé-ondernemingen. Vanaf 2010 werden er evenwel budgettaire besparingen opgelegd die ook een impact hebben op het volume van de activiteiten. Ook voor de volgende jaren worden er opnieuw besparingen toegepast. De impact op de tewerkstelling is nog niet immens, maar er wordt toch een lichte daling in het aantal chauffeurs voorzien tijdens de volgende jaren. Hierbij dient evenwel opgemerkt dat in het kader van de volgende Beheersovereenkomst tussen de VVM en de Vlaamse regering er op dit moment binnen de Vlaamse regering nagedacht wordt over een alternatieve organisatie van het openbaar vervoer in Vlaanderen. In dat verband heeft de Vlaamse regering in het kader van de Europese reglementering m.b.t. de liberalisering van de openbare diensten, in tegenstelling tot Wallonië en Brussel, nog geen interne operator voor het openbaar busvervoer aangeduid. Het is dan ook niet duidelijk welke rol de privé-sector wordt toebedeeld in de nieuwe Beheersovereenkomst.
2. De bijzonder geregelde diensten De activiteit in deze subsector bleef vrij stabiel de voorbije jaren en deze stabiliteit wordt ook verder verwacht voor de volgende jaren. 3. De ongeregelde diensten De sector van het ongeregeld vervoer ( of autocarsector) kent de laatste 30 jaren een langzame achteruitgang van de activiteiten. De voornaamste oorzaak hiervan is de toenemende concurrentie in eerste instantie van de low-cost vliegtuigmaatschappijen, die een groot deel van de markt van de autocarsector heeft afgenomen. Daarnaast daalde ook de activiteit in het intercontinentaal receptief toerisme. Het toeristisch cliënteel uit Azië hecht minder belang aan kwaliteit maar is
10
daarentegen zeer prijsgevoelig. Het merendeel van deze opdrachten wordt dan ook uitgevoerd door Oost-Europese bedrijven die met een lagere loonkost werken. Tenslotte kampt de autocarsector ook met een minder positief imago. De laatste jaren wordt evenwel gezocht naar alternatieve (modernere) producten en marketingstrategieën die ertoe moeten leiden dat de autocarsector zicht herpositioneert op de toeristische markt.
5. SWOT-ANALYSE 1. Sterktes
Er zijn maar een beperkt aantal ondernemingen en dit laat toe om een zeer nauw contact te hebben met de sector Er zijn beroepskwalificatiedossiers opgesteld voor autobusen autocarchauffeur alsook voor mecanicien De sterke samenwerking tussen het Sociaal Fonds en de VDAB Doorgedreven communicatie naar de bedrijven aangaande de nascholing
2. Zwaktes
Het beroep kent een eerder negatief imago; de voordelen van het beroep zijn te weinig gekend. Wanneer het beroep in het nieuws komt is het meestal omwille van een negatieve gebeurtenis De KMO-structuur is overheersend en hierdoor wordt er nog steeds in vele bedrijven weinig op structurele wijze gewerkt aan een personeelsbeleid Buiten de link met het volwassenenonderwijs is er totaal geen aansluiting tussen onderwijs en de sectorale arbeidsmarkt Binnen de ondernemingen zelf worden zeer weinig nieuwe chauffeurs opgeleid De instroom in de sector gebeurt vaak via deeltijds werk of instapjobs
3. Opportuniteiten
De reglementering m.b.t. de vakbekwaamheid heeft een structureel kader van levenslang leren gecreëerd in de sector De vakbekwaamheid en de noodzaak aan bijkomende lesgevers bieden de mogelijkheid om interne opleiders te vormen Sommige kansengroepen zijn nog te weinig vertegenwoordigd
4. Bedreigingen
De vergrijzing manifesteert zich enorm. De uitstroom ten gevolge van het ouder wordend personeel zal de volgende jaren alleen maar toenemen Jobmobiliteit speelt in het nadeel van de sector, hieraan is vooral gelinkt dat de investering voor de opleiding van een nieuwe chauffeur vrij hoog is Er zijn weinig doorgroeimogelijkheden in het beroep Er is een structureel tekort aan mecaniciens De nieuwe bijkomende reglementeringen voor de nascholing legt een bijkomende kost op voor de ondernemingen
11
De vakbekwaamheid en de verplichte nascholing kunnen oudere en/of occasionele chauffeurs afschrikken
Vanuit de geschetste sectorale visie en vanuit de sectorspecifieke uitdagingen waar de sector op korte en langere termijn voor staat, maakt de sector werk van het aanpakken van de volgende prioriteiten (zie prioriteitenfiches): Prioriteit Prioriteit Prioriteit Prioriteit
1: 2: 3: 4:
Beroepsbekendheid en instroom Instroomkanalen versterken Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit Werkbaarheid en retentie
Transversale kanttekening: Samenwerking en synergie Er werd een clusteroverleg opgestart binnen het PC 140 met de collega’s van de subsectoren “Taxiondernemingen en de diensten voor de verhuur van voertuigen met bestuurder” (PC 140.02), “wegvervoer en logistiek voor rekening van derden” (PC 140.03) en “Verhuisondernemingen, meubelbewaringen aanverwante activiteiten” (PC 140.05). Deze subsectoren vertonen een groot aantal gelijkenissen, maar ook een aantal verschillen. Met het oog op de eigenheid van elke subsector vindt er op een structurele manier een uitwisseling plaats van eventuele problematieken die zich voordoen, ervaringen en good practices met de bedoeling van inspiratie op te doen en elkaar te helpen. Er vindt uiteraard ook een uitwisseling plaats binnen de cluster van de acties die opgenomen werden in de convenant. Voor de acties die interessant kunnen zijn voor de andere subsectoren zal een samenwerking voorgesteld worden.
Bedrijfsbezoeken: De rode draad Zoals in de omgevingsanalyse reeds aangehaald werd, zijn de KMO’s, naast enkele grote bedrijvengroepen, alom vertegenwoordigd in de sector. Sommige van deze KMO’s hebben reeds een zeer uitgebreid netwerk waardoor op een snelle manier correcte en volledige informatie kan vergaard worden omtrent hun werking, noden en behoeften. Er zijn daarenboven nog een belangrijk aandeel kleine en micro-ondernemingen die de weg naar informatie niet gemakkelijk vinden omdat het netwerk onvoldoende groot is of omdat de tijd hen ontbreekt om op zoek te gaan naar het juiste informatiekanaal. Bedrijfsbezoeken spelen enerzijds een belangrijk rol in het verstrekken van informatie en het geven van advies omtrent HR-beleid. Anderzijds leiden ze tot een actueel beeld van de sector en kunnen knelpunten snel aangekaart worden. Het Sociaal Fonds streeft naar 300 bedrijfscontacten over een periode van 2 jaar. Om een efficiënte feedback van de bedrijfsbezoeken te verkrijgen zal hiervoor een checklist opgesteld worden. Hierin worden de te bespreken onderwerpen, waaronder verschillende acties van deze convenant opgenomen en wordt een goede opvolging nagestreefd.
12
Prioriteit 1: Vergroten van de beroepsbekendheid en het imago, en bijgevolg de instroom, om de vergrijzing op te vangen. Motivatie Eén van de aanbevelingen van het Vlamt-onderzoek was het leveren van bijkomende inspanningen om het imago van de sector en het beroep te vergroten. Aangezien er voor het beroep van autobus- en autocarchauffeur zo goed als geen aansluiting is met onderwijs (omdat er geen schoolse opleiding is) worden de huidige inspanning voornamelijk geleverd naar diegenen die de weg naar de sector reeds gevonden hebben. Er vonden wel ad hoc initiatieven plaats die vooral plaatselijk worden georganiseerd door onze partners. We zijn immers een kleine sector met instroom op latere leeftijd bij een carrièrewissel. Door specifiek aandacht te besteden aan het creëren van beroepsbekendheid en het imago van de autobus- en autocarchauffeurs wensen we een structureel communicatieplan te ontwikkelen waarbij de verschillende doelgroepen aangesproken worden. Op die manier kunnen de huidige inspanningen uitgebreid worden naar andere publieken die misschien pas op latere leeftijd zullen kennismaken met het beroep. De resultaten van het ESF-Vlamt project hebben inzichten verschaft over de huidige en toekomstige competenties en sleutelvaardigheden van de beroepschauffeur. Door de resultaten van het Werkbaarheidsproject hieraan te koppelen, kan een vollediger en recenter beeld geschetst worden van het profiel van een beroepschauffeur, rekening houdende met de subsectoren. De bundeling van deze informatie laat ons beter toe specifiek te communiceren naar de verschillende doelgroepen. De uiteindelijke bedoeling is de weg naar de sector en het beroep te verkorten en/of te vergemakkelijken.
Resultaatsindicator Het organiseren van 5 evenementen (1 per provincie) gericht naar het netwerk van partners die toeleiden naar de sector ter promotie van de beroepen en de sectoren. Er zal een draaiboek opgemaakt worden waardoor het regelmatig organiseren van het evenement of de deelname aan een gelijkaardig evenement zal vergemakkelijkt worden.
Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten:
Actie 1: Onwikkelen van een draaiboek voor een evenement en het organiseren zelf van een intersectoraal evenement (beurs) ter promotie van de sector en het beroep van autobus- en autocarchauffeur (zie indicator). Omschrijving Een draaiboek ontwikkelen voor een evenement waar bestaande (opleidings)partners, toekomstige partners, werkgevers, leerlingen en werkzoekenden op uitgenodigd worden en met elkaar in contact kunnen gebracht worden. Vervolgens ook een evenement
13
organiseren waarop verschillende activiteiten aan bod komen, waar de genodigden aan kunnen deelnemen, rekening houdende met het doel van hun komst (bvb jobdating, rit met een opleidingsvoertuig, workshops, etc.). Beoogde doelstelling Het netwerk van partners die zorgen voor toeleiding naar de sector is uitgebreid. Omdat een goede kennis van een beroep en een sector leidt tot een meer efficiënte toeleiding zal ingezet worden op het structureel organiseren van de beroeps- en sectorinformatie. Aangezien we streven naar een intersectorale organisatie kunnen de verschillende betrokken partners een globaal beeld verwerven van het PC 140. Betrokken partners VDAB,outplacementkantoren,GTB, CLB’s, Volwassenenonderwijs, RTC, sociale partners, werkzoekenden, schoolverlaters, andere sociale fondsen uit PC 140. Timing 2016-2017
Actie 2: ontwikkelen en verspreiden infofiches Omschrijving Infofiches opmaken over de verschillende types vervoer en de mecanicien, de vereiste profielen en hun taken. Bij de opmaak van de infofiches zal rekening gehouden worden met de verschillende doelgroepen en zal diversiteit nagestreefd worden. Beoogde doelstelling Laagdrempelig informeren over de sector en het beroep. Betrokken partners VDAB, vzw Kiem, onderwijs Timing 2016
Actie 3: ontwikkelen instructiefilmpjes Omschrijving Ontwikkelen filmpjes die de sector en het beroep tonen. Ook hier zal rekening gehouden worden met de verschillende doelgroepen en zal diversiteit nagestreefd worden. Beoogde doelstelling Op een laagdrempelig manier informatie verstrekken over de sector en het beroep. De filmpjes kunnen eveneens gebruikt worden binnen de opleiding of op een evenement ter promotie van de sector en het beroep. Betrokken partners FCBO, sociale partners
14
Timing 2016
Actie 4: promoten en/of ontwikkelen van een app om jongeren te laten kennismaken met het beroep Omschrijving VDAB heeft reeds enkele apps ontwikkeld en stelt deze ter beschikking van zowel werkzoekenden als werknemers. In de taalapps, reeds ontwikkeld door VDAB, wordt ingezoomd op vervoer, transport en logistiek. Onderzoeken of een aanvulling van deze apps met het beroep van autobus- en autocarchauffeur mogelijk is. Daarnaast wordt onderzocht of een bijkomende app nodig is. Beoogde doelstelling Jongeren laten kennismaken met het beroep op een ludieke en voor hen aantrekkelijke manier en promoten via het werkzoekendenkanaal. Het sociaal Fonds zal eveneens promotie maken voor de app. Betrokken partners VDAB, andere sociale fondsen uit PC 140 Timing 2017
Actie 5: Week van de veiligheid: evacuatie van een voertuig Omschrijving Evenement organiseren waarbij de evacuatie van een voertuig in geval van nood centraal staat en waarbij de rol van de chauffeur in de kijker wordt gezet. Beoogde doelstelling Het beroep en imago van de chauffeur promoten door het belang van veiligheid te onderstrepen. Betrokken partners FCBO, FBAA, De Lijn, onderwijs, andere sociale fondsen uit het PC 140 Timing 2016
15
Actie 6: Project NoCell Omschrijving Het ontwikkelen en promoten van een app voor smartphone die de chauffeurs sensibiliseert voor het niet gebruiken van de gsm tijdens het rijden. Op deze manier willen we een positief en professioneel imago creëren voor de beroepschauffeur. De app zal het scherm van de telefoon immobiliseren wanneer de chauffeur achter het stuur zit en het voertuig in beweging is. Het promoten van de ontwikkelde app is een volgende stap. Beoogde doelstelling Het creëren van een positief imago voor chauffeurs en/of bedrijven die hiervan gebruik willen maken en zich derhalve als professionele chauffeur willen profileren naar de buitenwereld toe. Betrokken partners FBAA, syndicale organisaties, andere sociale fondsen uit PC 140 Timing 2016
Actie 7: Binnen de PC 140-cluster synergie ontwikkelen rond imagobevordering en promotie van beroepen en opleidingen Omschrijving Samen met de collega-sectoren van de PC 140-cluster richten we een werkgroep ‘Imago en promotie’ op om effectieve samenwerking en krachtenbundeling op dit terrein te realiseren Beoogde doelstelling Vergroten en versterken van het effect en het bereik van de sectorale inspanningen op het vlak van imagobevordering en promotie van beroepen en opleidingen. Betrokken partners De collega-consulenten van PC 140.01, PC 140.02 en PC 140.05. Timing 2016-2017.
16
Prioriteit 2: De instroom vergroten door de bestaande kanalen te versterken en alternatieve kanalen uit te breiden om de vergrijzing op te vangen. Motivatie Om de instroom te vergroten is er enerzijds behoefte aan een goede monitoring van de sectorale arbeidsmarkt. Een periodieke analyse geeft immers duidelijke inzichten in de meest actuele knelpunten. Hierdoor kunnen proactief acties opgezet worden om specifieke knelpunten op te vangen en kunnen indien nodig acties bijgestuurd worden of bijkomende acties opgezet worden. Anderzijds is het ook van groot belang de bestaande partnerschappen te continueren en te versterken, zoals het partnerschap met VDAB en de Centra voor Volwassenenonderwijs, en nieuwe partnerschappen aan te gaan om zo kwaliteitsvolle opleidingen te blijven aanbieden en werkplekken verder te kunnen uitbreiden.
Resultaatsindicator Het opstellen en afnemen van een bevraging bij werkgevers over de afstemming van de inhoud van de opleidingen (zowel de basisopleiding bij VDAB, werkplekleren als de opleiding in het volwassenenonderwijs) op de noden van de sector bij alle bedrijven (320) in de sector. Rapportering van bevindingen en eventuele aanbevelingen naar betrokken partners.
Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten:
Actie 1: Een arbeidsmarkt
kwantitatieve
en
kwalitatieve
analyse
van
de
sectorale
Omschrijving Een regelmatige (2-jaarlijkse) analyse van zowel de kwantitatieve als kwalitatieve aspecten van de sectorale tewerkstelling. Beoogde doelstelling Dergelijke analyse ligt aan de basis van het sectoraal arbeidsmarktbeleid. Op basis van actuele gegevens kan de sector (o.a. via het Sociaal Fonds) acties opzetten om beter in te spelen op de instroombehoefte en die gericht zijn naar verschillende groepen werknemers. Betrokken partners ICB Timing 2016
17
Actie 2: Begeleidingscomité VDAB Omschrijving Een structureel overleg organiseren met de verschillende competentiecentra van VDAB Beoogde doelstelling Continue uitwisseling van informatie betreffende de basisopleiding, de tewerkstellingsgegevens van de cursisten, eventuele knelpunten, resultaten van de tevredenheidsenquête, enz. om de opleiding verder te optimaliseren. Betrokken partners VDAB, sociale partners Timing 2016 – 2017
Actie 3: Een semestriële vacature-enquête Omschrijving Omdat de bedrijven hun vacatures nog te vaak vergeten te melden bij VDAB, zal het Sociaal Fonds tweemaal per jaar een bevraging doen bij de ondernemingen om te peilen naar de openstaande vacatures in hun bedrijf. Om de bedrijven bekend te maken met de werkwijze, de gebruikte terminologie en hen te stimuleren in de melding van vacatures bij VDAB, zullen 4 voorbeeldvacatures (1 per subsector) uitgewerkt worden en via de bedrijfsbezoeken gepromoot worden. Beoogde doelstelling Een continu zicht hebben op de openstaande arbeidsplaatsen in de sector, ten einde de opleidingsinspanningen gericht te kunnen organiseren (dwz opleiden op die plaatsen en voor die specifieke functies). De resultaten zullen dan ook aan onze opleidingspartners gecommuniceerd worden. Daarnaast de bedrijven te sensibiliseren in het belang van het plaatsen van vacatures en hen daarbij te ondersteunen. Betrokken partners VDAB Timing 2016 – 2017
Actie 4: Mobiele basisopleiding Omschrijving Organiseren van een basisopleiding op plaatsen waar de aanwervingsbehoefte groot is door mobiele instructeurs in te zetten. Deze opleidingen kunnen doorgaan in een competentiecentrum waar de baisopleiding reeds plaatsvindt om de bestaande opleidingscapaciteit te versterken. Anderzijds kan de mobiele opleiding ook georganiseerd worden op plaatsen waar zich geen competentiecentrum bevindt, maar waar een instroombehoefte heerst.
18
Beoogde doelstelling verhogen van de opleidingscapaciteit op basis van de (regionale)instroombehoefte. Betrokken partners VDAB Timing 2016 – 2017
Actie 5: Bevraging bij cursisten betreffende de aansluiting tussen opleiding en arbeidsmarkt. Omschrijving In samenwerking met VDAB en Volwassenonderwijs de aansluiting van de opleiding in het kader van een eerste werkervaring met de jobvereisten in de sector nagaan door middel van een bevraging. Nieuwe werknemers die 6 maanden actief zijn in de sector en die een beroepsopleiding gevolgd hebben, zullen een bevraging ontvangen. De resultaten van de bevraging zullen gecommuniceerd worden aan de betrokken opleidingskanalen. Nota: De organisatie van de opleiding, de instructeurs en alle andere facetten van een opleiding zullen niet bevraagd worden aangezien deze al bevraagd worden door de opleidingspartner(s) zelf. Beoogde doelstelling Nagaan of het beeld dat de cursist had over het beroep overeenkomt met de realiteit en in welke mate de opleiding aansluit aan de jobvereisten. Op basis van de resultaten kunnen aanpassingen doorgevoerd worden (bv in de communicatie over het beroep). Betrokken partners VDAB, CVO, private rijscholen Timing 2016 - 2017
Actie 6: Mogelijkheid onderzoeken voor de uitbreiding van de opleiding autobus- en autocarchauffeur in het volwassenonderwijs en het organiseren van een structureel overleg. Omschrijving Op dit moment ontvingen 3 centra (3 provincies) de onderwijsbevoegdheid voor de opleiding autobus- en autocarchauffeur. We willen ook in de overige Vlaamse provincies een partnerschap met een CVO aangaan. Om op een structurele manier informatie betreffende de opleiding te verstrekken zal op regelmatige tijdstippen een overleg plaatsvinden. Beoogde doelstelling Uitbreiding van de opleiding autobus- en autocarchauffeur naar andere CVO’s teneinde in alle provincies aanwezig te zijn en een periodiek overleg opzetten.
19
Betrokken partners CVO, VDAB Timing 2016 - 2017
Actie 7: Bevraging bij de werkgevers (zie indicator) Omschrijving Het opstellen van een bevraging naar bedrijven toe en een eerste meting bij werkgevers omtrent de afstemming van de inhoud van de opleidingen (zowel de basisopleiding bij VDAB, werkplekleren als de opleiding in het volwassenenonderwijs) op de noden van de sector. Dit wordt gekoppeld aan een verslag aan de betrokken partners met de bevindingen en eventuele aanbevelingen. De enquête zal 1 maal uitgevoerd worden gedurende de looptijd van de sectorconvenant en gericht worden aan alle bedrijven (320). Het doel van de enquête is om per opleidingskanaal na te gaan in welke mate de opleiding nog voldoende is afgestemd op de noden van de sector. De beoordeling en eventuele verbeterpunten en aanpassingen zullen met de betrokken opleidingskanalen besproken worden. Beoogde doelstelling Nagaan of de inhoud van de opleiding nog in overeenstemming is met de noden in de sector en verbeterpunten en/of aanpassingen voor de verschillenden opleidingskanalen voorstellen. Betrokken partners FBAA Timing 2016 – 2017
Actie 8: Promoten IBO Omschrijving Een sectoraal opleidingsplan finaliseren door middel van de evaluatie van een proefproject en de werkgevers aanzetten tot het gebruik van dit opleidingsprogramma voor het uittekenen van IBO’s. Beoogde doelstelling Bijkomende instroom nastreven door de sector een kader aan te bieden voor werkplekleren. Betrokken partners VDAB, sociale partners Timing 2016
20
Actie 9: Aanbieden werkzoekenden
kwaliteitsvolle
werkplekken
voor
de
kandidaat-
Omschrijving Het netwerk van bedrijven, die kwaliteitsvolle stageplaatsen of leerwerkplekken aanbieden, verder uitbouwen en de cursisten van de basisopleiding begeleiden in hun zoektocht naar een stageplaats. Tijdens de bedrijfsbezoeken zal gepeild worden naar de noden van het bedrijf en zullen de werkgevers geïnformeerd worden over de verschillende mogelijkheden. In dat kader ondersteunt de sector de promotie van de databank voor leerwerkplekken (WeLP) die door VDAB wordt opgezet. De sector pleegt overleg met VDAB om afspraken te maken over de timing van deze communicatie en de gehanteerde kanalen. Beoogde doelstelling Vergroten van de instroom door een brug te vormen tussen kandidaat chauffeur en de sector. Betrokken partners VDAB, CVO, FBAA Timing 2016 - 2017
Actie 10: Uitbouwen en promoten “jobinfo” Omschrijving Jobinfo (rubriek op de website van het Sociaal Fonds) laat toe aan (vrije) werkzoekenden die in het bezit van een rijbewijs D een beknopt CV achter te laten dat kan geconsulteerd worden door werkgevers bij hun zoektocht naar nieuwe werknemers. Beoogde doelstelling Vergroten van de tewerkstellingskansen en de instroom in de sector. Betrokken partners VDAB, FBAA Timing 2016 – 2017
Actie 11: Welcome Pack voor nieuwe werknemers in de sector Omschrijving De nieuwe werknemers van de sector krijgen een welkompakket. De vorm van dit welkompakket dient evenwel volledig herdacht te worden. Hierbij zal gestreefd worden om een moderner en meer aantrekkelijk welkompakket te ontwikkelen. Tegelijk zal ook nagedacht worden om het pakket sneller (en efficiënter) aan de werknemers uit de sector te bezorgen.
21
Beoogde doelstelling De nieuwe werknemers informatie verschaffen over de sector op de meest efficiënte manier. Betrokken partners FCBO, sociale partners Timing 2016
Prioriteit 3: Nastreven van arbeidsdeelname en diversiteit.
een
meer
evenredige
Motivatie Door het grote aandeel KMO’s in de sector is het belangrijk een structureel HR-beleid te blijven aanmoedigen en dus te blijven inzetten op evenredige arbeidsdeelname en diversiteit. Uit analyse blijkt immers dat bepaalde bevolkingsgroepen nog te weinig vertegenwoordigd zijn in de sector. Er zal dan ook voornamelijk getracht worden de ondervertegenwoordigde doelgroepen te bereiken en de sector toegankelijker te maken door taalondersteuning te vergroten.
Resultaatsindicator De sector zal een woordenboek ontwikkelen met het jargon van een beroepschauffeur met als doel bijkomende taalondersteuning te bieden en een grotere zelfstandigheid van de werknemers na te streven. Dit in samenwerking met onze partners en met de andere sociale fondsen uit het PC 140 of desnoods alleen. Het woordenboek zal in de sector verspreid worden bij de werknemers en werkgevers (via bedrijfsbezoeken) en bij de cursisten van de verschillende opleidingskanalen.
Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten:
22
Actie 1: Proefproject: Vrouwen aantrekken tot het beroep Omschrijving Een proefproject opstarten in samenwerking met VDAB waarbij werkzoekende vrouwen gescreend worden op basis van reeds aanwezige competenties en interesse en ze informeren over de sector teneinde ze toe te leiden naar de opleiding. Beoogde doelstelling Verhoging van het aandeel vrouwen in de sector. Betrokken partners VDAB Timing 2016 – 2017
Actie 2: Bedrijfsbezoeken voor jongeren Omschrijving De zoektocht naar mekanieker is niet altijd eenvoudig. Omdat er geen specifieke opleiding voor autobus- of autocar-mekanieker bestaat, worden de meeste vaardigheden op de werkvloer aangeleerd. Niet alleen de vergrijzing van de chauffeurs is een feit, maar ook de vergrijzing van de mekaniekers waardoor veel kennis dreigt verloren te gaan. Daarom is het belangrijk een netwerk van bedrijven uit te bouwen waar scholen op bedrijfsbezoek kunnen gaan. Op die manier kunnen ze kennis maken met de sector, de gebruikte technologieën en zo het beroep van mekanieker promoten. Beoogde doelstelling De sector en het beroep van mekanieker bekender maken bij schoolgaande jongeren (3de graad TSO en BSO) . Betrokken partners onderwijs, FBAA Timing 2016 – 2017
Actie 3: Proefproject: Arbeidshandicap en het beroep van bus-of carchauffeur Omschrijving Aangezien de sector opgedeeld is in deelsectoren met hun specifiek eigenschappen en diverse werkregimes, kan dit mogelijkheden bieden voor werkzoekenden met een arbeidshandicap. In samenwerking met GTB infosessie organiseren over de sector en het beroep van autobus- en autocarchauffeur. Beoogde doelstelling Het aandeel werknemers met een arbeidshandicap vergroten.
23
Betrokken partners VDAB, GTB Timing 2016 – 2017
Actie 4: Proefproject: vluchtelingen en erkende asielzoekers Omschrijving Contacten leggen met organisaties die vluchtelingen en asielzoekers ondersteunen bij hun integratie en zoektocht naar werk en de mogelijkheden analyseren. Beoogde doelstelling Nagaan of er mensen zijn die reeds in het bezit zijn van een rijbewijs D en ze toeleiden naar de sector. Indien er interesse is, maar nog niet beschikken over een rijbewijs D, ze toeleiden naar een opleiding. Betrokken partners VDAB, vluchtelingenwerking Timing 2016
Actie 5: Infosessies outplacement Omschrijving contacten leggen met outplacementbureau’s en de sector en het beroep bij hen bekendmaken. Beoogde doelstelling Instroom van oudere werknemers die met een carrièrewissel te maken krijgen. Betrokken partners outplacementkantoren Timing 2017
Actie 6: NODW voor chauffeurs geregeld vervoer Omschrijving Uitwerken voor een module nederlands op de werkvloer voor autobuschauffeurs actief in het geregeld vervoer en die te promoten naar de sector toe. Beoogde doelstelling Bijkomende ondersteuning voor anderstaligen
24
Betrokken partners VDAB, FBAA Timing 2017
Actie 7: NODW voor chauffeurs ongeregeld vervoer Omschrijving Uitwerken voor een module nederlands op de werkvloer voor autocarchauffeurs (ongeregeld vervoer) en die te promoten naar de sector toe. Beoogde doelstelling Bijkomende ondersteuning voor anderstaligen Betrokken partners VDAB, FBAA Timing 2017
Actie 8: Mogelijkheid tot ontwikkelen IBOT onderzoeken ism VDAB en bij positief resultaat promoten IBOT Omschrijving De mogelijkheid bekijken om in samenwerking met VDAB een IBOT uit te werken, al dan niet in combinatie met de sectorale IBO. Beoogde doelstelling De sector toegankelijker maken voor anderstaligen. Betrokken partners VDAB Timing 2016 – 2017
Actie 9: Zakwoordenboek voor de chauffeurs (zie indicator) Omschrijving Het ontwikkelen van een woordenboek met het jargon van een beroepschauffeur en het verspreiden bij de cursisten, werknemers en de bedrijven (via de bedrijfsbezoeken). Het woordenboek zal in de sector gepromoot worden bij de werkgevers, de cursisten van de verschillende opleidingskanalen en tenslotte bij de werknemers.
25
Beoogde doelstelling De werknemer bijkomende taalondersteuning bieden en een grotere zelfstandigheid geven bij het uitoefenen van zijn job. Betrokken partners VDAB, Kiem, sociale partners Timing 2016 – 2017
Actie 10: Actualisatie Welcome Pack Omschrijving De inhoud van het Welcome Pack evalueren op volledigheid, duidelijkheid en taalgebruik, en aanpassen waar nodig Beoogde doelstelling Het Welcome Pack bevat zeer nuttige informatie voor de nieuwe werknemers in de sector. We wensen dan ook te kunnen verzekeren dat de informatie toegankelijk is voor alle groepen van de bevolking. (zie ook actie 13 van prioriteit 2) Betrokken partners VDAB, Kiem Timing 2016
Actie 11: Werking rond geletterdheid Omschrijving Enerzijds informatieverstrekking naar de werkgevers toe rond laaggeletterdheid en hoe hiermee om te gaan als werkgever, en anderzijds verspreiden van de brochure van CBE of affiches. Beoogde doelstelling De sector sensibiliseren rond laaggeletterdheid en de middelen aanreiken om hierrond te werken. Betrokken partners CBE Timing 2016-2017
26
Prioriteit 4: Werkbaarheid vergroten in de sector en inzetten op retentie Motivatie Het is niet alleen belangrijk om nieuwe werknemers aan te trekken tot de sector of de sector te diversifiëren, het behouden van de werknemers vraagt eveneens specifieke aandacht. In deze prioriteit zal dan ook verder werk gemaakt worden van de werkbaarheid van de job en zullen de resultaten van het werkbaarheidsonderzoek, uitgevoerd in het kader van het ESF-project, als basis dienen om meer informatie te verkrijgen rond de verschillende thema’s waarin ze gegroepeerd werden. Via workshops en gedragen door alle betrokken partijen zal getracht worden verdere acties naar de sector toe te formuleren. De sector zal eveneens bijgestaan worden in het opmaken van opleidingsplannen. De eerste deadline van de verplichte nascholing in het kader van de vakbekwaamheid is achter de rug en een nieuwe cyclus is gestart voor vele chauffeurs. Waar in de eerste cyclus de geldigheid van de vakbekwaamheid voor een groot deel van de chauffeurs gelijk liep, zal dit nu vermoedelijk anders zijn. De bedrijven zullen dan ook meer aandacht moeten besteden aan de volgende deadline van hun chauffeurs en zullen dus ook meer moeten werken met persoonlijke ontwikkelingsplannen. De bedrijven zullen bij de opmaak van de plannen ook rekening moeten houden met de thema’s van de opleidingsmodules en de verplichte rijtijd. Dit brengt ongetwijfeld een verhoogde druk met zich mee en de sector zal hierin bijgestaan worden. Er wordt hierbij ook specifiek aandacht geschonken aan de KMO’s.
Resultaatsindicator Het digitaal platform, ProPass, ontwikkelen en promoten bij zowel de werknemers als de werkgevers met als doel dat 10% van de werknemers (die moeilijk digitaal te bereiken zijn) zich registreert en hun gegevens actualiseert. De werknemers zullen hierover geïnformeerd worden via het Welcome Pack en gerichte communicatie. Anderzijds zullen de werkgevers hierover geïnformeerd worden via gerichte communicatie en via de bedrijfsbezoeken.
Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten:
27
Actie 1: ProPass Omschrijving De reglementering inzake de 35 u nascholing voor het behouden van de vakbekwaamheid is voor de 2e cyclus ingewikkelder geworden. Voor de chauffeurs wordt het nog moeilijker om bij te houden of zij een volledige opleiding van 35 u conform aan de voorschriften hebben gevolgd. Daarom zal het Sociaal Fonds een digitaal platform ontwikkelen waar de werknemers hun eigen individuele professionele carrière kunnen raadplegen met o.a.het aantal uren opleidingen die ze reeds volgden, de belangrijkste vervaldata van hun rijbewijs, werkervaring. Daarenboven kan de ingeschreven chauffeur op basis van de gegevens een professioneel CV afdrukken. Op basis van dit systeem zal de chauffeur ook via email een waarschuwing krijgen wanneer bepaalde data op zijn rijbewijs komen te vervallen. Na de ontwikkeling zal het Sociaal Fonds acties ondernemen om zoveel mogelijk chauffeurs aan te zetten zich te registeren op de online applicatie en zo dus te beschikken over hun eigen professionele paspoort. Beoogde doelstelling De betrokkenheid van de werknemer vergroten en een uitstroom van werknemers omwille van het niet voldoen aan de voorwaarden voor het behouden van het rijbewijs vermijden (cfr. permanente vorming) Betrokken partners FCBO Timing 2016
Actie 2: Jobinfo en propass Omschrijving Onderzoeken of er een mogelijkheid is om binnen propass aan te geven dat een werknemer op zoek is naar een andere job binnen de sector waardoor een beknopt CV op jobinfo terechtkomt. Beoogde doelstelling werknemers in de sector actief houden Betrokken partners Timing 2016
28
Actie 3: Nieuwsbrief werknemers Omschrijving Op geregelde tijdstippen of wanneer er belangrijke informatie ter beschikking is een nieuwsbrief versturen aan de werknemers die actief zijn in de sector. Beoogde doelstelling de betrokkenheid van de werknemer vergroten Betrokken partners sociale partners Timing 2017
Actie 4: exit-enquete werknemers Omschrijving Opstellen en uitvoeren van een bevraging naar werknemers die de sector hebben verlaten om te peilen naar hun beweegredenen om de sector te verlaten. De exitenquête zal verstuurd worden aan de werknemers die de sector hebben verlaten, en de enquête zal eveneens via propass beschikbaar gesteld worden en aan de sociale partners bezorgd worden om een zo groot mogelijk respons na te streven. Beoogde doelstelling De redenen van uitstroom uit de sector onderzoeken. Betrokken partners sociale partners Timing 2016-2017
Actie 5: Werkgeversenquête permanente vorming Omschrijving Een bevraging opstellen gericht aan de werkgevers waarin gepeild wordt naar de opleidingsnoden van de werknemers. Het opleidingsaanbod van de andere sociale fondsen uit het PC 140 zal hier nagaan worden en de mogelijkheden voor een samenwerking zal geanalyseerd worden. Beoogde doelstelling Het opleidingsaanbod verder afstemmen op de noden in de sector door bestaande opleidingen aan te passen en/of te ontwikkelen. Betrokken partners FCBO
29
Timing 2016
Actie 6: peter-meterschapsopleiding Omschrijving Peilen naar de behoefte van een peter-meterschapsopleiding en de opleiding organiseren bij voldoende vraag. Beoogde doelstelling Competentieversterking van de werknemers en retentie ervan in de sector te vergroten. Betrokken partners FCBO Timing 2016
Actie 7: interne opleiders Omschrijving Bedrijven bijstaan in de selectie en vorming van interne opleiders in het kader van de permanente vorming en werkplekleren. Beoogde doelstelling Competentieversterking om zo de expertise in de sector te houden. Tevens biedt dit bepaalde chauffeurs de mogelijkheid om een wending te geven aan de dagdagelijkse chauffeurstaak, door de mogelijkheid te bieden om ook aan collega’s opleidingen te geven. Betrokken partners FCBO Timing 2016-2017
Actie 8: bedrijven bijstaan in de opmaak van opleidingsplannen Omschrijving De eerste cyclus van de permanente vorming is voor de meeste chauffeurs achter de rug. Enerzijds door wijzigingen in de wetgeving rond de te volgen opleidingen en anderzijds de verscheidenheid aan vervaldata van de vakbekwaamheid zullen bedrijven meer en meer moeten overstappen op duidelijk gestructureerde opleidingsplannen voor hun werknemers.
30
Beoogde doelstelling De sector bijstaan in een retentiebeleid om er zo mee voor te zorgen dat er geen uitstroom is ten gevolge van het niet voldoen aan de voorwaarden voor het behoud van het rijbewijs. Betrokken partners FCBO Timing 2016-2017
Actie 9: Workshops organiseren rond werkbaar werk. Omschrijving Uit het werkbaarheidsproject kwamen een aantal prioriteiten naar voren die gebundelde werden in clusters. Rond die clusters zullen workshops (5) georganiseerd worden om te komen tot tools en acties ter bevordering van de werkbaarheid. De clusters die aan bod zullen komen zijn: 1. Interactie met reizigers bij spanningen: klachten, omgaan met boze klanten, intimidaties en pesterijen en fysiek geweld. 2. Interne communicatie stimuleert verstandhouding: uitwisseling van interne informatie, ondersteuning van collega’s en leidinggevenden en terugkoppelen over het functioneren. 3. Fysiek in balans: ergonomie (bvb. stuurpost)en gezonde levenshouding. 4. Omgaan met tijdsdefecten: verkeer, files, technische defecten onderweg en alles dat zich kan voordoen onderweg (“Murphy”). 5. Beheer van planning (werkroosters) in dialoog: pro-actief inplannen, inwisselbaarheid van werknemers, methodieken die gebruikt kunnen worden Beoogde doelstelling Tools promoten en acties uitwerken en organiseren die de werkbaarheid in de sector vergroten. De resultaten van het werkbaarheidsonderzoek worden gedeeld met de andere sociale fondsen uit het PC 140 en samenwerking wordt besproken. Betrokken partners FCBO, sociale partners, experten Timing 2016-2017
31
Algemene bepalingen inzake financiering, beëindiging, wijziging, evaluatie, controle en toezicht van de overeenkomst
Financiering Tien procent van het in artikel 1 vermelde bedrag wordt uitbetaald in zoverre de resultaatsindicator per prioriteit is behaald. Als een indicator niet wordt behaald, wordt de tien procent a rato van het aantal behaalde prioriteiten uitbetaald.
Beëindiging - Het sectorconvenant wordt afgesloten voor een sectorconvenant kan niet stilzwijgend worden verlengd.
periode
van
2
jaar.
Het
- Het sectorconvenant eindigt hetzij bij het verstrijken van de looptijd, hetzij bij onderlinge overeenkomst tussen de partijen, hetzij door opzegging. De partijen kunnen op elk moment het sectorconvenant opzeggen, mits ze een opzegtermijn van 6 maanden in acht nemen. De kennisgeving van de opzegging gebeurt per aangetekende brief. De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de eerste werkdag na de kennisgeving. Het sectorconvenant kan door de Vlaamse Regering worden beëindigd zonder inachtname van een opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding als het algemeen belang dat in buitengewone omstandigheden vereist. Als bij de evaluatie door het departement Werk en Sociale Economie wordt vastgesteld dat de representatieve werkgeversen werknemersorganisaties op ernstige wijze tekortschieten in de verwezenlijking van de beoogde doelstellingen, kan de Vlaamse Regering het sectorconvenant eenzijdig beëindigen zonder opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding.
Wijzigbaarheid - De Vlaamse Regering bepaalt na voorafgaand overleg tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners in het Vlaams Economisch Sociaal Overlegcomité, de wijze waarop bijsturingen of wijzigingen van het actieplan of van de verbintenissen in het sectorconvenant tijdens de looptijd worden doorgevoerd.
Evaluatie - Het departement Werk en Sociale Economie voorziet een sjabloon voor de inhoudelijke en financiële rapportage. Bij de opvolgingsmomenten en evaluaties wordt nagegaan of de aangegane verbintenissen ook effectief zijn bereikt.
Controle en toezicht - De sociaalrechtelijke inspecteurs van de administratie zijn belast met het toezicht op de naleving van de bepalingen van het decreet op de sectorconvenants en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan in het geval van een vastgestelde inbreuk het sectorconvenant opschorten.
32
Opgemaakt in drie originele exemplaren te Brussel op………………………………………, waarvan elke partij een exemplaar ontvangt.
Namens de Vlaamse Regering,
Mevrouw Hilde CREVITS, Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Onderwijs;
De heer Philippe MUYTERS, Vlaams minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport
Namens de sociale partners van de sector van de private autobus- en autocarbedrijven,
33
met als vertegenwoordigers voor de werkgevers:
De heer Mark D’Eigens, Gemeenschapsvoorzitter VRA;
De heer Patrick Westelinck, Afgevaardigd bestuurder FBAA
34
met als vertegenwoordigers voor de werknemers:
De heer Jan COOLBRANDT, Nationaal secretaris ACV-Openbare Diensten;
De heer Frank MOREELS, Federaal secretaris BTB;
De heer Jan SANNEN, Afgevaardigde ACV-Transcom
35