Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht
Aan het bestuur van: - Zorgaanbieders Cure en Care
Postbus 3017 3502 GA Utrecht 030 296 81 11 030 296 82 96 E
[email protected] I www.nza.nl T F
Behandeld door
Telefoonnummer
E-mailadres
Kenmerk
MCAC/djon/TSZ
0900-7707070
[email protected]
CI/13/31c
Onderwerp
Datum
Wijzigingen beschikbaarheidbijdrage (medische) vervolgopleidingen 2014
23 augustus 2013
Geachte heer, mevrouw, In september 2013 is het mogelijk voor zorgaanbieders om een beschikbaarheidbijdrage voor de (medische) vervolgopleidingen voor het jaar 2014 aan te vragen bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). In deze brief wil ik u informeren over de wijzigingen in de aanvraagprocedure en geef ik u meer informatie over de ziekenhuisopleidingen die in 2014 ook in aanmerking komen voor bekostiging via de beschikbaarheidbijdrage. Ziekenhuisopleidingen De Minister van VWS heeft in haar brief ‘Verandering Fonds Ziekenhuisopleidingen’ van 27 juni 2013 aangekondigd dat alle opleidingen uit het Fonds Ziekenhuisopleidingen (FZO) vanaf 1 januari 2014 in aanmerking komen voor een beschikbaarheidbijdrage. Het FZO komt daarmee te vervallen. Vanaf 1 januari 2014 is de NZa verantwoordelijk voor het verstrekken van de beschikbaarheidbijdrage voor de opleidingen tot medisch ondersteunend personeel en gespecialiseerd verpleegkundigen (samen ziekenhuisopleidingen genoemd). Om in aanmerking te komen voor de beschikbaarheidbijdrage, moeten zorgaanbieders individueel hiervoor een aanvraag indienen bij de NZa. Voor meer informatie over de aanvraagprocedure verwijs ik u naar de paragraaf ‘aanvraagprocedure’ in deze brief en naar onze website: www.nza.nl. Meer informatie over de beschikbaarheidbijdrage voor de ziekenhuisopleidingen en de wijzigingen die als gevolg van deze verandering voor u ontstaan, kunt u vinden in de bijlage van deze brief.
Aanvraagprocedure
Kenmerk
CI/13/31c
Om in aanmerking te komen voor een beschikbaarheidbijdrage voor het verzorgen van (medische) vervolgopleidingen in 2014 – waaronder de bovengenoemde ziekenhuisopleidingen - moet u vóór 1 oktober 2013 bij ons een aanvraag indienen. Aanvragen die wij op of na 1 oktober ontvangen, worden zonder inhoudelijke beoordeling afgewezen. Het formulier dat u nodig heeft voor deze aanvraag, komt in de eerste week van september beschikbaar op onze website. U krijgt hierover géén apart bericht. Het aanvraagformulier kunt u dan vinden op onze website www.nza.nl door onder de rubriek ‘Zorgonderwerpen’ bij ‘Dossiers’ naar de medische vervolgopleidingen te gaan. U vindt onder het kopje ‘Actueel’ het aanvraagformulier ‘Beschikbaarheidbijdrage (medische) vervolgopleidingen 2014’. Wij nemen uw aanvraag in behandeling wanneer deze op de juiste wijze en volledig ingevuld bij ons is binnengekomen. In de toelichting van het aanvraagformulier leggen wij uit hoe u het formulier in moet vullen. Leest u deze informatie goed voordat u uw aanvraagformulier invult. Met het aanvraagformulier doet u een aanvraag voor de beschikbaarheidbijdrage voor álle opleidingen (inclusief de ziekenhuisopleidingen) die uw instelling in 2014 wil verzorgen. Wij nemen slechts één aanvraagformulier per instelling (per NZa-nummer) in behandeling. De instellingen die in 2013 een beschikbaarheidbijdrage (medische) vervolgopleidingen ontvangen, hebben van ons in het voorjaar een brief ontvangen waarop het instellingsspecifieke NZa-nummer is vermeld. Dit nummer heeft u nodig voor uw aanvraag. Niet alle instellingen die in 2014 een beschikbaarheidbijdrage kunnen aanvragen, hebben deze brief ontvangen. Het aanvraagformulier bevat daarom informatie over het NZa-nummer van uw instelling, zodat ook de zorgaanbieders die geen brief hebben ontvangen, een aanvraag kunnen invullen. Wanneer u een aanvraag wilt indienen voor de beschikbaarheidbijdrage stuurt u een e-mail naar
[email protected]. In deze e-mail vermeldt u het volgende: − Het onderwerp van de e-mail luidt ‘Beschikbaarheidbijdrage opleidingen’ + [uw NZa-nummer]. − In de bijlage voegt u het ingevulde aanvraagformulier in Excel toe onder vermelding van uw NZa-nummer. − In de bijlage voegt u het voorblad - ondertekend door de Raad van Bestuur of bevoegde vertegenwoordiger - in PDF toe, eveneens onder vermelding van uw NZa-nummer. De wijze waarop de bekostiging van alle (medische) vervolgopleidingen in 2014 plaatsvindt, is vastgelegd in de beleidsregel ‘Beschikbaarheidbijdrage (Medische) Vervolgopleidingen 2014’. Deze beleidsregel kunt u vinden op onze website www.nza.nl.
Pagina
2 van 7
De informatie vindt u door onder de rubriek ‘Zorgonderwerpen’ bij ‘Dossiers’ naar de medische vervolgopleidingen te gaan. U vindt onder het kopje ‘Regelgeving’ de nieuwe beleidsregel.
Kenmerk
CI/13/31c Pagina
3 van 7
Hoogte vergoedingsbedragen De Minister van VWS stelt jaarlijks de hoogte van de vergoeding per opleidingsplaats per fte vast. De vergoedingsbedragen 2014 voor de ziekenhuisopleidingen staan op onze website. Wij ontvangen van het Ministerie van VWS in het najaar van 2013 de definitieve vergoedingsbedragen 2014 per opleidingsplaats voor de andere (medische) vervolgopleidingen. De Minister van VWS heeft in de brief1 aan de Eerste en Tweede Kamer al een voorstel gedaan voor de vergoedingsbedragen. Wanneer wij definitieve vergoedingsbedragen ontvangen, publiceren wij deze op onze website. Tot slot Op onze website www.nza.nl houden wij u op de hoogte van de ontwikkelingen en de wijze waarop de beschikbaarheidbijdrage bij de NZa aangevraagd kan worden. De informatie vindt u door onder de rubriek ‘Zorgonderwerpen’ bij ‘Dossiers’ naar de medische vervolgopleidingen te gaan. Mocht u nog vragen hebben dan kunt u terecht bij de Informatielijn van de NZa. De Informatielijn is op werkdagen bereikbaar van 9.00 tot 14.00 uur op telefoonnummer 0900-7707070. U kunt uw vraag ook per e-mail stellen:
[email protected]. Met vriendelijke groet, Nederlandse Zorgautoriteit
drs. C.A.H. ten Damme RA unitmanager Tweedelijns Somatische Zorg
1
Brief ‘Arbeidsmarktbeleid en opleidingen zorgsector’, 5 juli 2013, Kamerstuk 29282, nr. 178.
Bijlage 1
Ziekenhuisopleidingen
Kenmerk
CI/13/31c
De bekostiging van de ziekenhuisopleidingen vindt per 1 januari 2014 via Pagina de beschikbaarheidbijdrage plaats. In deze bijlage lichten wij u hierover 4 van 7 verder in en geven wij aan wat er voor u verandert ten opzichte van eerdere jaren. Tot 2014 worden de ziekenhuisopleidingen bekostigd uit het Fonds Ziekenhuisopleidingen (FZO). Het betreft hier de volgende opleidingen: 1. IC-verpleegkundige, 2. IC-neonatologie verpleegkundige, 3. IC-kinderverpleegkundige, 4. kinderverpleegkundige, 5. dialyseverpleegkundige, 6. oncologieverpleegkundige, 7. SEH-verpleegkundige, 8. obstetrieverpleegkundige, 9. operatieassistent, 10. anesthesiemedewerker, 11. radiodiagnostisch laborant, 12. radiotherapeutisch laborant, 13. klinisch perfusionist, 14. gipsverbandmeester en 15. ziekenhuishygiënist. Met ingang van 2014 vervalt de subsidieregeling van het FZO en zal de bekostiging van bovenstaande opleidingen plaatsvinden via de beschikbaarheidbijdrage. Het Ministerie zal voor het jaar 2014 dus geen subsidie voor ziekenhuisopleidingen meer verstrekken. In plaats daarvan neemt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de bekostiging van de ziekenhuisopleidingen over.
1. Rolverdeling tussen het Ministerie van VWS, de NZa en het College voor Zorgverzekeringen De NZa heeft vanaf 1 januari 2014 de mogelijkheid om de ziekenhuisopleidingen middels een beschikbaarheidbijdrage te bekostigen. Dit betekent dat de bekostiging van de ziekenhuisopleidingen tot en met 31 december 2013 volledig onder de verantwoordelijkheid van het Ministerie van VWS valt. Voor meer informatie hierover gaat u naar www.fondsziekenhuisopleidingen.nl. Doordat de bekostiging van de ziekenhuisopleidingen vanaf 1 januari 2014 door de NZa wordt overgenomen, wijzigt de taak en verantwoordelijkheid van het Ministerie van VWS. Daarnaast krijgt het College voor Zorgverzekeringen een belangrijke rol in de betaling van de beschikbaarheidbijdrage. Hieronder lichten we kort de nieuwe rollen toe:
Het Ministerie van VWS Het Ministerie van VWS blijft verantwoordelijk voor de beleidskaders van de ziekenhuisopleidingen. Zij behoudt daarbij de verantwoordelijkheid voor de volgende zaken: − Bepaling van de opleidingen die in aanmerking komen voor een beschikbaarheidbijdrage. − Vaststelling van de hoogte van de vergoeding per diploma en per instromer. − Aanlevering van gegevens over gerealiseerde opleidingen en instromers aan de NZa. − Bepaling van de spelregels voor de uitgangspunten voor de toekenning van de bekostiging. De Nederlandse Zorgautoriteit Binnen bovengenoemde kaders is de NZa verantwoordelijk voor de uitvoering van de bekostiging. De bekostiging vindt plaats via een beschikbaarheidbijdrage. Om in aanmerking te komen voor een beschikbaarheidbijdrage voor ziekenhuisopleidingen, moet de zorgaanbieder een aanvraag indienen bij de NZa. Hoe dat moet, staat beschreven in de brief en in paragraaf 3 van deze bijlage. Wanneer de NZa een aanvraag heeft ontvangen, beoordeeld en verwerkt, stelt de NZa een beschikking vast met daarin de hoogte van de beschikbaarheidbijdrage. Na afloop van het jaar stelt de NZa de definitieve beschikbaarheidbijdrage vast op basis van realisatiecijfers. College voor Zorgverzekeringen Het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) is beheerder van het Zorgverzekeringsfonds (Zvf) en verricht daarom de feitelijke betaling van de beschikbaarheidbijdrage aan de instelling. Er zijn twee momenten in de cyclus waarop u als zorgaanbieder met het CVZ te maken heeft. 1. Bij de verleningsbeschikking: Voorafgaand aan het jaar stelt de NZa – op aanvraag van de zorgaanbieder – een verleningsbeschikking vast. In deze beschikking stelt de NZa de hoogte van de beschikbaarheidbijdrage vast en de wijze van bevoorschotting. De zorgaanbieder moet met deze beschikking een aanvraag tot betaling van de voorschotten indienen bij het CVZ. 2. Bij de vaststellingsbeschikking: Na afronding van het jaar vraagt de zorgaanbieder vaststelling van de beschikbaarheidbijdrage aan bij de NZa. De NZa zal hierop een nieuwe beschikking opstellen met de hoogte van de vergoeding waar de zorgaanbieder daadwerkelijk recht op heeft. Wanneer de vergoeding hoger is dan de ontvangen voorschotten, kan de zorgaanbieder met de vaststellingsbeschikking bij het CVZ een verzoek indienen voor uitbetaling van het resterende bedrag. Wanneer het bedrag lager is dan de ontvangen voorschotten dient de zorgaanbieder dit bedrag terug te storten in het Zvf.
2. Belangrijkste punten van het beleid In de huidige FZO-regeling kunnen zorgaanbieders de eigen opleidingsbehoefte bepalen. Dit blijft ongewijzigd.
Kenmerk
CI/13/31c Pagina
5 van 7
In de bekostiging van de ziekenhuisopleidingen middels de beschikbaarheidbijdrage blijven het aantal opleidingsplaatsen ongereguleerd. De positie van het CZO blijft in het nieuwe beleid ook ongewijzigd. In onderstaande paragrafen zijn de belangrijkste punten weergegeven van het nieuwe beleid. 2.1 Kalenderjaar De NZa bekostigt de beschikbaarheidbijdrage in kalenderjaren. Dit betekent dat de NZa in het najaar van 2013 beschikkingen af zal geven voor 2014. VWS bekostigt de ziekenhuisopleidingen op dit moment in een cyclus van een studiejaar (augustus jaar t t/m juli jaar t+1). Om uniformiteit en transparantie binnen de verschillende beschikbaarheidbijdagen te waarborgen, zal de NZa deze opleidingen bekostigen in kalenderjaren conform de bestaande bekostiging van de (medische) vervolgopleidingen. De eerste vier maanden (september t/m december 2013) van het studiejaar 2013-2014 vallen nog onder verantwoordelijkheid van VWS evenals de afhandeling van het studiejaar 2012-2013. VWS zal zorgen voor een afronding en eindafrekening van de bestaande subsidierelaties. De betrokken instellingen zijn hierover door VWS geïnformeerd. 2.2 Vaste vergoeding In de bekostiging door een beschikbaarheidbijdrage zal sprake zijn van een vaste vergoeding per instromer en per verleend diploma. VWS zal daarvoor met ingang van 2014 per opleiding de hoogte van de vergoeding bepalen (zowel per diploma als per instromer). In de huidige FZO-subsidieregeling is de hoogte van de vergoeding afhankelijk van het aantal personen dat voor de opleidingsinstellingen gezamenlijk in een jaar is/wordt opgeleid. Met ingang van 2014 is het voor de opleidingsinstellingen vooraf duidelijk wat zij ontvangen voor het verzorgen van een opleiding. 2.3 Bevoorschotting De regeling voor de beschikbaarheidbijdrage voor de (medische) vervolgopleidingen kent een voorschot van 85% van het bedrag in de verleningsbeschikking. De betrokken zorgaanbieders ontvangen maandelijks een voorschot in de maanden januari tot en met oktober. Vanaf 1 januari 2014 kunnen zorgaanbieders voor de ziekenhuisopleidingen ook een voorschot van 85% ontvangen. 3. Nieuwe procedure voor de ziekenhuisopleidingen Het verstrekken van de beschikbaarheidbijdrage vindt plaats volgens het proces van aanvraag, verlening, bevoorschotting, vaststelling en eindafrekening. Vóór 1 oktober 2013 kunnen de erkende opleidingsinstellingen een aanvraag voor een beschikbaarheidbijdrage 2014 indienen bij de NZa. De aanvraagprocedure vindt u in deze brief onder het kopje ‘Aanvraagprocedure’. Wanneer u naast ziekenhuisopleidingen ook een beschikbaarheidbijdrage voor andere (medische) vervolgopleidingen aanvraagt, gebruikt u hiervoor één formulier.
Kenmerk
CI/13/31c Pagina
6 van 7
De NZa toetst de aanvraag voor de ziekenhuisopleidingen aan de gegevens die zij heeft ontvangen van het ministerie van VWS (op basis van informatie van het CZO). De NZa geeft vervolgens een beschikking af aan de zorgaanbieder met daarin een verlening van de beschikbaarheidbijdrage. De NZa baseert de aantallen instroom en diploma’s op historische gegevens uit de administratie van het CZO. De verleningsbeschikking heeft een voorlopig karakter. Met de vaststellingsbeschikking na afloop van het jaar wordt de beschikbaarheidbijdrage definitief vastgesteld. De zorgaanbieder kan met de verleningsbeschikking een verzoek indienen bij het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) tot uitbetaling van een maandelijkse voorschotten. Wanneer naast ziekenhuisopleidingen ook andere (medische) vervolgopleidingen in uw verleningsbeschikking zijn opgenomen, volstaat één aanvraag voor bevoorschotting van het CVZ. Na afloop van 2014 vraagt de zorgaanbieder een aanvraag tot vaststelling van de beschikbaarheidbijdrage aan bij de NZa. Deze aanvraag wordt ingediend middels een daarvoor beschikbaar te stellen formulier. Het indienen van de aanvraag tot vaststelling gaat vergezeld met een accountantsverklaring. De NZa toetst deze aanvraag aan de gerealiseerde aantallen diploma’s en instroomaantallen die zij van het ministerie van VWS heeft ontvangen. De NZa stelt vervolgens de definitieve beschikbaarheidbijdrage vast. De zorgaanbieder ontvangt een beschikking voor vaststelling van de beschikbaarheidbijdrage. Wanneer de vergoeding hoger is dan de ontvangen voorschotten, kan de zorgaanbieder met de vaststellingsbeschikking bij het CVZ een verzoek indienen voor uitbetaling van het resterende bedrag. Wanneer het bedrag lager is dan de ontvangen voorschotten ontstaat een terugbetaalverplichting en dient de zorgaanbieder dit bedrag terug te storten in het Zvf.
Kenmerk
CI/13/31c Pagina
7 van 7