1
VRAGENLIJST – ACCOUNTANT BEKWAAMHEIDSEXAMEN 2014/2 WETGEVING INZAKE DE JAARREKENING
15 PUNTEN
Vraag 1 Een onderneming XYZ verkoopt producten waarderingsregels gebruikt zij de FIFO methode.
… / 3 punten voor
klein
meubilair.
Volgens
haar
Zij heeft volgende aankopen en verkopen op één bepaald voorraadartikel verricht tijdens 2013:
aankoop op 15 januari 2013 van 1.000 stuks aan 350,00 EUR aankoop op 31 maart 2013 van 500 stuks aan 300,00 EUR verkoop op 31 mei 2013 van 100 stuks aan 480,00 EUR.
Er is weinig interesse op de markt voor dit product. Dit artikel heeft op de afsluitingsdatum per 31 december 2013 nog een marktwaarde van 280,00 EUR per artikel. Per 30 april 2014 is de marktwaarde 300,00 EUR. De algemene vergadering van de vennootschap had plaats op 5 mei 2014. a) Voor welke waarde neemt zij dit artikel op in haar voorraad per 31 december 2013? Kruis het juiste antwoord aan.
Antwoord
465.000 EUR 470.000 EUR 392.000 EUR 420.000 EUR 452.000 EUR b) Welke waarde gaat zij weerhouden op 30 april 2014 indien er geen verdere aan- en verkopen zijn geweest en de marktwaarde dan 455 EUR is? Kruis het juiste antwoord aan.
Antwoord
465.000 EUR 470.000 EUR 392.000 EUR 420.000 EUR 637.000 EUR
Vraag 2
… / 2 punten
Een werknemer, de heer Janssens van de vennootschap XYZ, heeft zijn ontslag gekregen door de vennootschap op 5 december 2013, zodat hij op 1 maart 2014 van het stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag (oude brugpensioenstelsel) kan genieten. Vanaf 1 maart 2014 betaalt de vennootschap 2.000 EUR bruto per maand. Hoe wordt dit stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag verwerkt in de boekhouding? Kruis het juiste antwoord aan.
Antwoord
De vennootschap neemt de maandelijkse kosten op in de resultatenrekening op het moment dat zij zich voordoen.
Op
05/12/2013 berekent de vennootschap een voorziening voor de toekomstige kosten, rekening houdend met het geslacht en de leeftijd van de werknemer. De kosten van het stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag komen vanaf maart 2014 in de resultatenrekening. Een gedeelte van de voorziening wordt jaarlijks teruggenomen.
Op
01/03/2014 berekent de vennootschap een voorziening voor de toekomstige kosten, rekening houdend met het geslacht en de leeftijd van de werknemer.
Op
05/12/2013 berekent de vennootschap een voorziening voor de toekomstige kosten, rekening houdend met het geslacht en de leeftijd van de werknemer. De kosten van het stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag worden vanaf maart 2014 in mindering gebracht van de voorziening.
Op
01/03/2014 berekent de vennootschap een voorziening voor de toekomstige kosten, rekening houdend met het geslacht en de leeftijd van de werknemer. Op het moment van het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd van de werknemer wordt de voorziening teruggenomen.
Vraag 3
… / 2 punten
Een vennootschap XYZ heeft een machine verkocht aan een klant voor een bedrag van 121.000,00 EUR inclusief 21% BTW op 1 juli 2012. De betaling hiervan diende slechts na drie jaar te gebeuren. Er werd hiervoor een rente gevraagd van 8%, zesmaandelijks te betalen. In de boekhouding werd de openstaande vordering verwerkt op de rekening 290000 Handelsdebiteuren op meer dan één jaar. Op 15/07/2013 verneemt vennootschap XYZ echter dat de inning van het resterende gedeelte van haar vordering onzeker wordt, na een probleem met de inning van de verschuldigde rente. De klant heeft serieuze financiële moeilijkheden en heeft het faillissement aangevraagd.
Wat zal de onderneming met de vordering op meer dan één jaar in haar boekhouding doen? Kruis het juiste antwoord aan.
Antwoord
De vennootschap boekt een waardevermindering op de vordering. De vennootschap berekent de nog verschuldigde rente tot het einde van de drie jaar. Zij boekt tevens een waardevermindering voor de vordering.
De vennootschap berekent de nog verschuldigde rente tot het einde van de drie jaar. Zij boekt tevens een waardevermindering voor de vordering en de rente.
De vordering dient overgeboekt te worden naar vorderingen op korte termijn. Zij zal ook de nog verschuldigde rente die nog niet tot uiting was gebracht dienen uit te drukken. Zij boekt een waardevermindering voor de vordering en de rente.
De vennootschap berekent de nog verschuldigde rente tot het einde van de drie jaar. Zij boekt tevens een waardevermindering voor de vordering en de rente. Zij vermeldt in haar jaarrekening dat de inning onzeker is.
Vraag 4
… / 2 punten
In de boekhouding van de vennootschap van uw cliënt werd onder de rubriek “499 – wachtrekening” een bedrag van 125.000,00 EUR opgenomen, met de vermelding “intercalaire interesten per 31/08/2014 op het investeringskrediet 15-237584-22”. Welke van onderstaande instructies moet u aan de boekhouder geven om dit bedrag correct op te nemen? Kruis het juiste antwoord aan.
Antwoord
De intercalaire interesten mogen enkel onder de rubriek 65 worden opgenomen. De intercalaire interesten moeten op het actief van de balans worden geboekt. De intercalaire interesten mogen onvoorwaardelijk op het actief van de balans worden geboekt.
De intercalaire interesten mogen, onder bepaalde voorwaarden, op het actief van de balans worden geboekt.
Vraag 5
… / 2 punten
Om tegemoet te komen aan de vraag van haar cliënteel, heeft een garagebedrijf een studie uitgevoerd aangaande de verbouwing en aanpassing van bepaalde bedrijfsvoertuigen. De door de vennootschap gemaakte kosten van onderzoek en ontwikkeling worden geschat op 3 miljoen EUR. Men gaat ervan uit dat deze studie, gelet op de evolutie van de technieken, slechts geldig zal zijn voor een periode van 3 jaar en dat de gebruiks- en rendementswaarde van de studie niet meer bedraagt dan 2,4 miljoen EUR. Welke waarde vermeldt u op het actief? Kruis het juiste antwoord aan.
Antwoord
3.000.000 2.400.000
Naar keuze: 3.000.000 of 2.400.000 Vraag 6
… / 2 punten
De vennootschap “Koffie van het Noorden” heeft beslist om haar afdeling “Fabricatie van Koffiemolens” te herstructureren. De gemaakte kosten zijn de volgende:
Ontmanteling van de bestaande productielijn: 150.000 EUR Elektronische automatisatie van de nieuwe productielijn: 300.000 EUR Kosten i.v.m. technische werkloosheid van het fabriekspersoneel: 250.000 EUR
Aan de hand van welke tegenboeking kunnen deze uitgaven naar het actief van de balans worden overgeboekt? Kruis het juiste antwoord aan.
Antwoord
De activering kan tot uiting worden gebracht door het crediteren van de rekeningen 61-62, die werden gebruikt voor de in resultaatneming van de uitgaven.
De activering moet tot uiting worden gebracht door het crediteren van de rekeningen 61-62, die werden gebruikt om de uitgaven in kosten te nemen.
De activering moet tot uiting worden gebracht door het crediteren van de rekening 649 of 669.
De activering kan tot uiting worden gebracht door het crediteren van de rekening 649 of 669; De activering kan, naar keuze, tot uiting worden gebracht door het crediteren van de rekeningen 61-62, die werden gebruikt voor de in resultaatneming van de uitgaven, of door het crediteren van de rekening 649 of 669.
Vraag 7
… / 2 punten
De vennootschap "Financia Zuid” heeft beslist om een obligatielening van 1.000.000 EUR uit te schrijven. De looptijd van de lening werd vastgesteld op 7 jaar. De hoofdsom en de interesten zullen terugbetaald worden bij het verstrijken van het 7de jaar. De kosten bij uitgifte bedragen 150.000 EUR. Het bestuursorgaan beslist om deze kosten op te nemen in de rubriek 20 van het actief en ze af te schrijven over 7 jaar.
Duid de juiste uitspraak aan:
De afschrijvingstermijn mag niet langer zijn dan 5 jaar. Het bestuursorgaan kan de afschrijvingstermijn naar eigen goeddunken vaststellen. De afschrijvingstermijn moet 7 jaar zijn. De afschrijvingstermijn mag 7 jaar zijn. Deze kosten mogen niet worden afgeschreven.
ANALYSE EN KRITISCHE BEOORDELING VAN DE JAARREKENING - CONSOLIDATIE
Vraag 1
25 PUNTEN
… / 8 punten
In bijlage vindt U de balans na winstverdeling en de resultatenrekening van een cliënt. Kruis het juiste antwoord aan voor de ratio’s van het BOEKJAAR. Uit de toelichting tot de jaarrekening blijkt o.a. dat : 1.
Er tijdens het boekjaar investeringen in materiële vaste activa werden gedaan voor 452 835 EUR;
2. Er exploitatiesubsidies werden aangerekend op de resultatenrekening voor 1 288 EUR; 3. Er intrestsubsidies werden aangerekend op de resultatenrekening voor een bedrag van 14 214 EUR; 4. Er geen disconto ten laste van de onderneming bij de verhandeling van vorderingen geboekt werd; 5. Er gemiddeld 38,20 werknemers (voltijds equivalent) tewerkgesteld waren; 6. Er een voorziening voor pensioenen werd teruggenomen voor een bedrag van 1 665 EUR; 7. De te bestemmen winst van het boekjaar integraal gereserveerd werd.
a) Brutoverkoopmarge
Antwoord
(1 479 283 + 425 554 + 804) x 100 / (8 034 747 + 344 153) = 22,74 (1 417 747 + 425 554 + 804) x 100 / (8 365 788 - 1 600 244) = 27,26 (1 479 283 + 425 554 + 804 – 1 665) x 100 / (8 034 747 + 344 153 – 1 288) = 22,73 (968 829 + 425 554 + 804 – 1 665) x 100 / (8 365 788 – 1 288) = 16,66 b) Personeelskosten ten opzichte van toegevoegde waarde
Antwoord
(1 600 244 – 1 665) X 100 / (8 365 788 - 1 288 – 3 457 309 – 1 398 278) = 45,56 1 600 244 x 100 / (8 365 788 – 3 457 309 – 1 398 278) = 45,59 1 600 244 x 100 / 1 479 283 = 108,18 (1 600 244 – 1 665) x 100 / (8 034 747 – 13 112 - 3 457 309 – 1 398 278 – 1 288) = 50,51 c) Nettorentabiliteit van het eigen vermogen na belastingen
Antwoord
968 829 x 100 / 10 274 463 = 9,43 968 829 x 100 / 8 177 941 = 11,85 1 417 747 x 100 / 10 274 463 = 13,80 1 479 283 x 100 / 8 177 941 = 18,09 d) Rotatie van de voorraad handelsgoederen, grond- en hulpstoffen
Antwoord
3 444 161 / 530 373 = 6,49 3 457 309 / 530 373 = 6,52 3 457 309 / 1 344 750 = 2,57 3 444 161 / 1 344 750 = 2,56 Vraag 2
… / 5 punten
De intrestdekkingsratio geeft de accountant een idee in welke mate een onderneming met haar huidige winsten haar huidige intrestbetalingen kan dekken. a) Welke factoren beïnvloeden de intrestdekking ?
Antwoord b) Uit de analyse blijkt dat de intrestdekkingsratio al twee jaar lager is dan één. De bedrijfsleider deelt u mede dat de winst van de onderneming de volgende twee jaar zeker niet gaat stijgen door de crisis. Geef vier mogelijke actiepunten zodat de bedrijfsleider zijn verplichtingen inzake intrestbetaling kan nakomen.
Antwoord
Vraag 3
… / 6 punten
Welke van de onderstaande elementen neemt U op in de berekening “behoefte aan werkkapitaal (of bedrijfskapitaal)”? Duid bij elke code “ja of nee” aan. Bij elk foutief antwoord of ontbrekend antwoord, wordt er één punt afgetrokken.
Antwoord
Materiële vaste activa Financiële vaste activa Vorderingen op meer dan één jaar Voorraden Bestellingen in uitvoering
Code 22/27 28 29 30/36 37
Ja
Neen
Handelsvorderingen Overige vorderingen Geldbeleggingen Liquide middelen Overlopende rekeningen van het actief Eigen vermogen Voorzieningen en uitgestelde belastingen Schulden op meer dan één jaar Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen Financiële schulden Handelsschulden Ontvangen vooruitbetalingen Schulden m.b.t. belastingen, bezoldigingen en sociale lasten Overige schulden Overlopende rekeningen van het passief
40 41 50/53 54/58 490/1 10/15 16 17 42 43 44 46 45 47/48 492/3
Vraag 4
… / 6 punten
Bereken het controlepercentage en het belangenpercentage. Geef ook aan welke consolidatiemethode er dient toegepast te worden. M 80 %
40 %
60 % A
20 % B
C
Antwoord M IN A
CONTROLEPERCENTAGE BELANGENPERCENTAGE CONSOLIDATIEMETHODE
M IN B M IN C
INTERNE CONTROLE
Vraag 1
25 PUNTEN
… / 12 punten
De controleactiviteiten kunnen op verschillende wijzen worden ingedeeld. Verklaar de volgende begrippen en geef van iedere controleactiviteit een voorbeeld.
a) Accountingcontrole en administratieve controle
Antwoord b) Preventieve en repressieve controle.
Antwoord Vraag 2
… / 8 punten
Geef de vier algemene fasen in het auditproces.
Antwoord Vraag 3
… / 5 punten
In onderstaand schema worden een aantal doelstellingen weergegeven die bij de operationele audit van de verkoopcyclus van belang zijn. Duid bij elke doelstelling aan of het gaat om een financieel, operationeel of conformiteitsaspect .
Antwoord Doelstelling Opstellen van een marketingstrategie
Financieel
Operationeel Conformiteit
Behoud mogelijkheid tot tijdige levering tegen de laagst mogelijke distributiekost Opvolging van marktbehoeften, introductie nieuwe producten en stopzetting van bestaande producten Enkel toegestane verkooporders worden verwerkt Alle verzonden goederen worden in de juiste periode correct gefactureerd
ACCOUNTANTSONDERZOEK
25 PUNTEN
Vraag 1
… / 2 punten
Tijdens een controleopdracht stelt de externe accountant een aantal verbeteringen (adjustments) voor. Wat zou het probleem kunnen zijn, wanneer deze adjustments talrijk en substantieel zijn in bedrag?
Antwoord Vraag 2
… / 4 punten
Een eerste stap bij het auditwerk is de procedure van acceptatie. Geef twee voorbeelden van situaties bij de procedure van acceptatie, waarbij we het dossier mogelijks niet kunnen aanvatten.
Antwoord Vraag 3
… / 6 punten
Tijdens een eerste nazicht van de financiële staten afgesloten per 30/06/2014 van een bedrijf dat een groothandel exploiteert in landbouwmachines, stelt de externe accountant tijdens zijn controle ter plaatse op 31/08/2014 vast dat de winstmarge is gestegen van 30% op de aankopen naar 45% op de aankopen. Geef twee controletechnieken om deze situatie te controleren en licht ze toe. Geef bij elk van de controletechnieken duidelijk weer welke lijsten, documenten of stukken je opvraagt of hanteert tijdens uw onderzoek.
Antwoord Vraag 4
… / 8 punten
Het is 23 januari 2014 en de onderneming heeft haar boekhouding afgesloten op 30 september 2013 conform haar statuten. Op 1 oktober 2013 heeft u als controlerende accountant de voorraadtelling gevolgd en u ermee akkoord verklaard. Het betreft hier een Belgisch bedrijf dat in handen is van een Franse groep. Het bedrijf is gespecialiseerd in hoogtechnologische gasleidingen. We berekenen een materialiteit van 100.000 EUR op de resultatenrekening en 70.000 EUR op de balansposten. Het risicoprofiel is laag gezien er een goede interne controle is voor wat de aankopen, financieel en verkopen betreft.
a) De telling van de voorraad (30/09/2013) hebben we fysiek kunnen meemaken en deze hoeveelheidstelling was in orde. Welke controle gaan we nu (23/01/2014) nog doen op de voorraad ? Geef twee controledoelstellingen met telkens een voorbeeld van de techniek die je gaat toepassen.
Antwoord b) Bij nazicht van de handelsvorderingen (onder toepassing van 21% BTW) wordt een confirmatie bekomen van een klant voor 121.000,00 EUR, daar waar de vordering in de boekhouding op 217.800,00 EUR staat. Bij de confirmatie zit een ontvangstbon afgetekend op 29/09/2013 door de klant en de chauffeur die de levering heeft gedaan. Op deze ontvangstbon staat de vermelding dat er voor 80.000,00 EUR (excl btw) aan fout geleverde goederen terug zijn meegenomen. Welke actie onderneem je als controlerende accountant? Kies één van de drie mogelijkheden. 1.of je stelt een correctieboeking voor (geef dan de boeking) 2. of je maakt een voorbehoud (motiveer) 3. of vraag je de correctie te boeken in de heropening van volgend boekjaar (geef dan de boeking)?
Antwoord
Vraag 5
… / 5 punten
Geef de werkwijze tijdens een externe controle om tot de confirmatie van een representatief aantal leverancierssaldi te komen. a) Wat is representatief?
Antwoord b) Hoe doe je de steekproef?
Antwoord c) Hoe gebeurt de verzending van de confirmatiebrieven?
Antwoord d) Wie ontvangt de antwoorden?
Antwoord e) Wat bij niet ontvangst van antwoorden?
Antwoord
VENNOOTSCHAPSRECHT
Vraag 1
20 PUNTEN
… / 4 punten
De heer DUPONT heeft in 2012 samen met de heer DURANT, een tijdelijke handelsvennootschap opgericht. De heer DUPONT stelt vast dat zijn vennoot, de heer DURANT, tegen de belangen van de tijdelijke handelsvennootschap en de werf in uitvoering handelt. Door deze handelingen is er betalingsachterstand ontstaan. Wat kan hiervan het gevolg zijn?
Antwoord
Dat de tijdelijke vennootschap voor de rechtbank van koophandel zal worden gedaagd wegens de handelingen van de heer DURANT.
Dat alleen de heer DURANT verantwoording moet afleggen voor de handelingen waarvoor hij aansprakelijk is.
Dat de heer DUPONT, samen met de heer DURANT, rechtstreeks en persoonlijk kunnen gedagvaard worden voor de rechtbank van koophandel, aangezien zij hoofdelijk gehouden zijn jegens de derden.
Vermits de duur van de tijdelijke handelsvennootschap weldra zal verstrijken, zal de heer DUPONT geen gevaar lopen.
Afspraak te maken met een notaris om de eerder opgestelde statuten te wijzigen met het doel de verplichtingen van de vennoten vast te leggen.
Vraag 2
… / 4 punten
U hebt de balans opgemaakt voor uw cliënt waarbij het eigen vermogen van de bvba als volgt is samengesteld: Geplaatst Kapitaal: 18.550,00 EUR Wettelijke reserve: 1.855,00 EUR Overgedragen winst: 15.000,00 EUR De zaakvoerder van de bvba wenst de vennootschap om te zetten in een nv. Hij meldt u dat hij over een rekening-courant met een creditstand van 50.000,00 EUR beschikt, die in de boekhouding onder post 48 “andere schulden” werd opgenomen. Dit bedrag werd gestort in 2010 wegens tijdelijke liquiditeitsproblemen van de vennootschap. U deelt bijgevolg aan uw cliënt mee dat de omzetting, in de huidige stand van zaken, niet mogelijk is. Uw cliënt heeft zich ook elders geïnformeerd en meent dat het toch mogelijk moet zijn om de omzetting door te voeren. Kruis in onderstaande lijst het juiste advies aan.
Antwoord
Een kapitaalverhoging doorvoeren in geld bij een notariële akte waarbij ook de rechtsvorm wordt gewijzigd.
Een deel van de rekening-courant als kapitaalverhoging opnemen mits een verslag van de accountant.
De accountant kan de gehele opdracht op zich nemen om deze omzetting mogelijk te maken en door te voeren.
Met het oog op de akte tot verhoging van het kapitaal heeft de notaris enkel een boekhoudkundige staat die maximum drie maanden oud is en een controleverslag nodig; er zijn geen andere stukken noch formaliteiten vereist.
Bij de omzetting van bvba naar nv bedraagt het minimum geplaatst kapitaal wel degelijk 61.500 EUR, maar het mag volgestort worden tot beloop van slechts 1/3.
Vraag 3
… / 4 punten
Met het oog op de voorbereiding van de Algemene Vergadering van 15 mei biedt de zaakvoerder van de bvba De Toekomst (die tevens 55% van de aandelen bezit) zich op 25 januari 2014 in uw kantoor aan en overhandigt u de financiële staten van de bvba per 31/12/2013. Bij nazicht van de gegevens kan het eigen vermogen per 31/12/2013 als volgt worden samengevat:
Geplaatst kapitaal: 18.600,00 EUR
Wettelijke reserve: 1.860,00 EUR
Beschikbare reserve: 100.000,00 EUR
Overgedragen verlies: -128.830,00 EUR
De zaakvoerder van de bvba vraagt u wat zijn verplichtingen zijn ten aanzien van deze toestand. Kruis de juiste actie aan:
Antwoord
Een buitengewone algemene vergadering bijeenroepen binnen de maand. Niets doen. De volgende algemene vergadering afwachten en de invereffeningstelling van de bvba voorstellen.
Een bijzondere algemene vergadering bijeenroepen voor 25 maart om te beraadslagen en te besluiten over de ontbinding van de vennootschap en andere te nemen maatregelen.
De vennoten verplichten om het kapitaal van de vennootschap te verhogen door inbrengen in geld
Vraag 4
… / 4 punten
Het bestuursorgaan moet jaarlijks de jaarrekening opstellen. De raad van bestuur van uw cliënt, de nv “Option for the Future”, die haar rekeningen afsluit op 31/12 van elk jaar, roept de gewone algemene vergadering te laat bijeen en stelt de datum vast op 20/07/2014. De redenen die de raad van bestuur daarvoor inroept, zijn van velerlei aard en begrijpelijk. De gedelegeerd bestuurder vraagt u, in de uitoefening van uw opdracht van extern accountant, of de laattijdigheid gevolgen teweegbrengt voor hem en/of voor de algemene vergadering van de aandeelhouders. Kruis de juiste uitspraak aan.
Antwoord
Geen probleem, aangezien de rekeningen toch door de gewone algemene vergadering zullen worden goedgekeurd.
De jaarrekening moet binnen zes maanden na afsluiting van het boekjaar ter goedkeuring aan de algemene vergadering worden voorgelegd, zo niet zal de door derden geleden schade, behoudens tegenbewijs, geacht worden voort te vloeien uit dit verzuim.
Aangezien de jaarrekening niet afgewerkt was, was het niet mogelijk om de algemene vergadering bijeen te roepen en stelt dit dus geen enkel probleem.
De Nationale Bank van België zal een boete opleggen wegens de laattijdige bijeenroeping van de gewone algemene vergadering.
Vraag 5
… / 4 punten
U bent de accountant van de heer Piot, vennoot en zaakvoerder van een bvba waarin hij 62% van de aandelen bezit. Hij legt u uit dat hij al verscheidene maanden in onenigheid leeft met zijn medevennoot (en eveneens zaakvoerder) over de strategische acties van de vennootschap en over het financiële beheer ervan. Hij vraagt uw advies om uit deze situatie te geraken. Hierna volgen mogelijke antwoorden. Duid aan welk antwoord juist is.
Antwoord
Het betreft een bvba en in dergelijke vennootschap kan er niets ondernomen worden, gezien haar hoedanigheid van personenvennootschap.
De heer Piot moet een buitengewone algemene vergadering bijeenroepen en aangezien hij 62% van de aandelen bezit, bezit hij alle rechten, onder meer het recht om zijn medevennoot te dwingen zijn aandelen te verkopen.
De heer Piot kan een gerechtelijk bemiddelaar in de arm nemen die het conflict tussen de twee vennoten zal trachten te regelen.
De heer Piot heeft het recht om een rechtsgeding in te stellen, om de rechtbank het geschil te laten beslechten en hem, eventueel, in het gelijk te stellen, zodat hij zijn medevennoot kan dwingen hem zijn aandelen te verkopen.
VENNOOTSCHAPSRECHT (BIJZONDERE MANDATEN)
Vraag 1
30 PUNTEN
… / 3 punten
Onder meer in de norm inzake de controle van fusie- en splitsingsverrichtingen van vennootschappen zoals goedgekeurd door de raad van het IAB staat beschreven welk de drie elementen van de controleopdracht zijn van de beroepsbeoefenaar. Geef de drie elementen van de opdracht die uit de werkdocumenten moeten blijken.
Antwoord Vraag 2
…/ 18 punten
In de norm inzake de controle bij het voorstel tot ontbinding van vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid zoals goedgekeurd door de raad van het IAB staan een aantal uit te voeren werkzaamheden. Geef in de onderstaande gevallen weer wat de norm voorziet in volgende gevallen:
a) Hoe wordt in de staat van activa en passiva het resultaat van de lopende, nog niet afgesloten periode vermeld?
Antwoord b) Het bestuursorgaan stelt de staat van activa en passiva enkel op in discontinuïteit. Wat moet de beroepsbeoefenaar in overweging nemen?
Antwoord c) Wat dient er te gebeuren met latente schulden (bv. vergoeding wegens contractbreuk) die niet in de staat van activa en passiva zijn opgenomen?
Antwoord d) Wat gebeurt er met de termijn van drie maand indien een bijeenroeping van een tweede algemene vergadering nodig is wegens het niet bereiken van het aanwezigheidsquorum?
Antwoord e) Het voorstel tot ontbinding is het gevolg van de toepassing van de alarmbelprocedure. Heeft dit enig gevolg voor de termijnen?
Antwoord f) De beroepsbeoefenaar stelt in de loop van zijn controlewerkzaamheden een inbreuk vast op de boekhoudreglementering in verband met de opstelling van de boekhoudkundige staat. Wat dient de beroepsbeoefenaar te doen, moet er voorbehoud gemaakt worden of een onthouding?
Antwoord Vraag 3
… / 9 punten
De ontbinding en vereffening in één akte : De wet van 25 april 2014 houdende diverse bepalingen betreffende Justitie heeft artikel 184, § 5 van het Wetboek van Vennootschappen gewijzigd. De controlewerkzaamheden van de commissaris, bedrijfsrevisor of extern accountant voor de vennootschappen die onder toepassing vallen van artikel 181 W.Venn. moeten daardoor aangepast worden. Op welke wijze dienen de controlewerkzaamheden met betrekking tot de “nieuwe schulden” aangepast te worden. Met nieuwe schulden worden bedoeld schulden die opduiken of ontstaan na de datum van actief en passief. Kruis het juiste antwoord aan
a) Het bestuursorgaan zal een bewijs dienen te leveren dat deze schulden werden terugbetaald of geconsigneerd.
Antwoord
Juist Fout
b) De beroepsbeoefenaar dient in zijn verslag de evolutie van de schulden weer te geven sinds het opmaken van de staat van actief en passief.
Antwoord
Juist Fout
c) De beroepsbeoefenaar vraagt aan het bestuursorgaan een geactualiseerde lijst van de schulden sinds het opmaken van de staat van actief en passief maar moet hierop geen controlewerkzaamheden uit te voeren.
Antwoord
Juist Fout
PERSONENBELASTING
20 PUNTEN
De vragen hebben betrekking op het aanslagjaar 2014 – inkomsten 2013.
Vraag 1
… / 4 punten
Een echtpaar heeft een meerwaarde verwezenlijkt op een gebouwd onroerend goed. Welke van onderstaande uitspraken is "ONJUIST" met betrekking tot de mogelijke belasting van de meerwaarde als diverse inkomsten?
Antwoord
De verwezenlijkte meerwaarde zal steeds vrijgesteld worden, indien ze betrekking heeft op het woonhuis van de belastingplichtige.
Voor de berekening van de meerwaarde moet de waarde van de grond en de waarde van het gebouw niet afzonderlijk worden genomen. Evenwel indien de waarde van het gebouw niet meer bedraagt dan 30% van de totale verkoopprijs, moet worden aangenomen dat de gehele verrichting betrekking heeft op een ongebouwd onroerend goed.
Wanneer de belastingplichtige, in één van de vijf vorige aanslagjaren, een verlies geleden heeft bij de overdracht van een gebouwd onroerend goed, zal hij dit verlies in rekening kunnen brengen van de voor dit aanslagjaar verwezenlijkte meerwaarde.
Voor de berekening van de meerwaarde wordt de verkrijgingsprijs verhoogd met de werken, die door de eigenaar zijn gedragen om de staat van het gebouw te verbeteren, op voorwaarde dat die werken werden uitgevoerd door een geregistreerd aannemer.
Wanneer de meerwaarde wordt verwezenlijkt bij de inbreng in een vennootschap, blijft ze belastbaar als diverse inkomsten, en niet als beroepsinkomsten.
Vraag 2
… / 4 punten
Een belastingplichtige is eigenaar van een in het buitenland gelegen onroerend goed. (NB: het betreft geen onroerend goed dat kan beschouwd worden als de enige eigen woning van de belastingplichtige en er bestaat in desbetreffend land geen theoretische huurwaarde). Welke van onderstaande uitspraken is “JUIST”?
Antwoord
Het bedrag dat in de aangifte moet worden vermeld, wordt berekend volgens de volgende formule: de huurwaarde, verminderd met de buitenlandse belastingen die werkelijk de inkomsten van het goed in kwestie hebben bezwaard. Het aldus bekomen bedrag mag nog verminderd worden met een forfait van 40% dat geacht wordt de verschillende kosten, zoals verzekeringen, herstellingen enz., te dekken.
Indien het onroerend goed niet wordt verhuurd, komt de huurwaarde in principe overeen met de gemiddelde jaarlijkse huuropbrengst die het onroerend goed tijdens het vorige jaar had kunnen opbrengen, wanneer het verhuurd zou geweest zijn. Deze huurwaarde omvat zowel de eigenlijke huur als de huurvoordelen.
Indien het onroerend goed verhuurd is voor beroepsdoeleinden, is het aan te geven bedrag het hoogste van: ofwel de brutohuur, vermeerderd met de huurvoordelen en verminderd met de buitenlandse belastingen die deze goederen hebben bezwaard, ofwel de brutohuur x 2/3 x de revalorisatiecoëfficiënt (4,19 voor het aanslagjaar 2014).
Indien het in het buitenland gelegen goed niet door de belastingplichtige werd betrokken, noch door de belastingplichtige werd verhuurd, moet er dus niets vermeld worden in de belastingaangifte.
De inkomsten van onroerende goederen gelegen in een land waarmee België geen dubbelbelastingverdrag heeft gesloten, zijn in België belastbaar, maar slechts tot beloop van 50% van het bedrag ervan.
Vraag 3
… / 4 punten
Geef aan welke uitspraak ‘ONJUIST’ is, met betrekking tot de aftrekbare bestedingen en de uitgaven die recht geven op een belastingvermindering :
Antwoord
De kosten voor kinderoppas zijn sinds het aanslagjaar 2013 geen aftrekbare bestedingen meer. Die kosten geven sinds het aanslagjaar 2013 daarentegen recht op een belastingvermindering. Indien die belastingvermindering meer bedraagt dan het bedrag van de verschuldigd blijvende belasting, wordt het bedrag meer omgezet in een terugbetaalbaar belastingkrediet.
Wanneer een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd, worden de onderhoudsuitkeringen die door één echtgenoot persoonlijk verschuldigd zijn, bij voorrang
aangerekend op het totale netto-inkomen van die echtgenoot en het eventuele saldo wordt op het totale netto-inkomen van de andere echtgenoot aangerekend.
De door iedere echtgenoot werkelijk gedane giften worden opgeteld en het totaalbedrag ervan geeft recht op een belastingvermindering van 45 %. De belastingvermindering wordt evenredig omgedeeld in functie van het belastbare inkomen van elk der echtgenoten ten opzichte van de som van het belastbare inkomen van de beide echtgenoten.
Een belastingplichtige kan voor hetzelfde tijdperk de vermindering voor pensioensparen niet samen verkrijgen met de vermindering voor verwerving van werkgeversaandelen.
Iedere echtgenoot moet het bedrag van zijn betalingen voor de aankoop van dienstencheques vermelden. In geval van een gemeenschappelijke aanslag wordt de belastingvermindering voor dienstencheques evenredig omgedeeld in functie van het belastbaar inkomen van elk der echtgenoten ten opzichte van de som van de belastbare inkomsten van de beide echtgenoten.
Vraag 4
… / 4 punten
Geef aan welke uitspraak “JUIST” is met betrekking tot de bezoldigingen van bedrijfsleiders:
Antwoord
De belastingplichtige die, als zelfstandige, een opdracht als bedrijfsleider in een vzw uitoefent, zal niet als bedrijfsleider worden belast, wanneer die vzw aan de vennootschapsbelasting is onderworpen, en niet aan de rechtspersonenbelasting.
De belastingplichtige die een leidende functie uitoefent in het dagelijks bestuur, zal enkel als bedrijfsleider worden belast als hij niet verbonden is door een arbeidsovereenkomst.
De bedrijfsleider die verbonden is door een arbeidsovereenkomst, kan, zoals een werknemer, een "loonbonus" verkrijgen, met dit verschil dat dit voordeel steeds volledig belastbaar zal zijn.
De terugbetaling van (tijdens een vorig tijdperk afgetrokken) sociale bijdragen moet afgetrokken worden van het bedrag van de tijdens het beschouwde jaar betaalde sociale bijdragen. Indien de terugbetaling hoger is dan de bijdragen van het jaar, is het verschil in meer niet belastbaar.
De bedrijfsleider die geen werkelijke kosten aftrekt, heeft recht op forfaitaire beroepskosten. Die zijn gelijk aan 50% van de forfaitaire kosten die voor een werknemer zouden worden berekend.
Vraag 5
… / 4 punten
Geef aan welke van onderstaande uitspraken "ONJUIST" is, met betrekking tot de belasting van de roerende inkomsten:
Antwoord
Bij een niet-gereglementeerde spaarrekening moet op de volledige interestopbrengst een roerende voorheffing van 25% worden betaald.
De eerste schijf (tot 56.450 euro) van de inkomsten als auteursrechten, en die kunnen beschouwd worden als roerende inkomsten, is onderworpen aan het tarief van 25%.
De aangegeven roerende inkomsten worden, naargelang het geval, ofwel afzonderlijk belast tegen een aanslagvoet die overeenstemt met het tarief van de roerende voorheffing, ofwel met de andere inkomsten samengevoegd, indien dit voor de belastingplichtige voordeliger uitkomt.
De ingehouden roerende voorheffing wordt verrekend noch teruggegeven indien de belastingplichtige beroepsinkomsten verkrijgt die bij overeenkomst zijn vrijgesteld en niet in aanmerking komen voor de berekening van de belasting op zijn andere inkomsten.
Het aan te geven bedrag is het werkelijk geïnd bedrag, vóór aftrek van de innings- en bewaringskosten, maar na inhouding van de roerende voorheffing en, in voorkomend geval, vóór inhouding van de woonstaatheffing.
VENNOOTSCHAPSBELASTING
20 PUNTEN
Vraag 1
… / 8 punten
De vennootschap ABC heeft een beleggingsportefeuille. Deze portefeuille was per 31 december 2013 als volgt samengesteld: Benaming Aandelen ING Obligaties X Aandelen BNP Paribas
Datum Aanschaffings- Kosten Datum Verkoop Kosten aanschaf waarde aankoop verkoop -prijs verkoop 15/02/2011 10.000 200 30/06/2013 13.000 250 31/01/2013
100.000
1.000
15/05/2013
120.000
1.200
31/01/2013
10.000
200
30/06/2013
12.000
200
120.000
1.400
145.000
1.650
Het resultaat van het boekjaar 22.150 EUR is samengesteld uit de verkoop van de beleggingen, de kosten van de aan- en de verkoop: Verkoop beleggingen 25.000, aankoop kosten 1.200, kosten verkoop 1.650. We gaan ervan uit dat er geen andere kosten en opbrengsten zijn. De vennootschap voldoet aan de criteria van artikel 15 van het Wetboek van vennootschappen. Zij heeft nog een fiscaal overgedragen verlies van 10.000 EUR van het aanslagjaar 2013.
Gevraagd: a) Bepaal het belastbare resultaat voor aanslagjaar 2014. De vennootschap heeft geen recht op notionele intrestaftrek.
Antwoord b) Geef op welke tarieven van toepassing zijn EN op welk bedrag van het belastbare resultaat. Kies voor de meest voordelige verdeling. De vennootschap voldoet niet aan de voorwaarden voor verlaagd tarief.
Antwoord
Tarief
Bereken
Vraag 2
Belastbaar bedrag
… / 6 punten
De vennootschap ABC heeft de volgende verrichtingen: -
Uitkering van een dividend door dochterbedrijf van 100.000 EUR Intresten op een lening van de bedrijfsleider van 10.000 euro waarvan, 4.000 geherkwalificeerd werd als dividend.
Gevraagd: a) Geef aan welke verrichtingen onderworpen kunnen worden aan de fairness tax indien de vennootschap een kleine vennootschap is.
Antwoord b) Geef aan welke verrichtingen onderworpen kunnen worden aan de fairness tax indien de vennootschap een grote vennootschap is.
Antwoord c) Is deze heffing aftrekbaar?
Antwoord d) Wat is het tarief hiervan?
Antwoord Vraag 3
… / 6 punten
Kan BVBA ‘ABC’ aan de hand van onderstaande gegevens met betrekking tot de bedrijfsleider aanspraak maken op het verminderd basistarief, in de veronderstelling dat alle andere voorwaarden zijn voldaan en het belastbaar resultaat meer bedraagt dan 36 000,00 EUR ?
Doe de nodige berekeningen en geef enige commentaar.
De enige bedrijfsleider van deze vennootschap geniet een periodieke bezoldiging die in 2013 24 000,00 EUR bedroeg. Op de algemene vergadering van 13/04/2014 wordt een tantième toegekend van 10 000,00 EUR. In 2013 stonden de bedrijfsleider en zijn partner aan de vennootschap een lening toe van 100 000,00 EUR. De rentevoet van deze lening bedraagt 4% en deze rentevoet moet beschouwd worden als in overeenstemming met de marktrente van dergelijk type van lening. Voor boekjaar 2013 (= kalenderjaar) werd een bedrag van 4 000,00 EUR intrest betaald en geboekt in klasse 65 van de resultatenrekening. Daarnaast verhuurt deze zaakvoerder zijn privé villa (KI = 2 500,00) aan de BVBA voor 2 000,00 EUR per maand. Het gebouw is in onverdeeldheid (50/50). Het voordeel van alle aard uit het privégebruik van een personenwagen wordt forfaitair vastgesteld op 2 852,40 EUR (volgens forfaitaire berekeningsformule) voor inkomstenjaar 2013. De vennootschap heeft echter het bedrag van het voordeel aangerekend aan de bedrijfsleider door dat voordeel te boeken op de rekening-courant van de bedrijfsleider :
416 @
R/C Bedrijfsleider 743 Diverse bedrijfsopbrengst 451 Verschuldigde btw
2 852,40 2 357,36 495,04
Antwoord
BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE
Vraag 1
15 PUNTEN
… / 4 punten
Uw cliënt is eigenaar van een woning gelegen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Uw cliënt wenst het appartement te verkopen en vraagt u om hem daarin te adviseren en de meest voordelige formule voor hem aan te raden. Uw cliënt heeft in 2005 de grond aangekocht voor 200.000 EUR (alle kosten inbegrepen). In 2010 is hij gestart met het bouwen van een woning, totale kostprijs 363.000 EUR (300.000 + 63.000 btw). Hij heeft de woning voor het eerst in gebruik genomen op 1 juni 2012. Er is een koper voor de woning (+ grond) die 650.000 EUR wil betalen maar dit bedrag is voor de koper alle kosten (belastingen) inbegrepen. U mag de notariskosten en andere kosten buiten beschouwing houden. Wat is voor uw cliënt de meest voordelige mogelijkheid?
Antwoord
De verkoper kan opteren als toevallige btw-belastingplichtige, zodanig dat hij de woning+grond onder het btw-stelsel kan verkopen en de btw op de oprichting in aftrek kan brengen. De winst op deze verkoop voor de cliënt zal het hoogst zijn.
Alhoewel de verkoper kan opteren als toevallige btw-belastingplichtige, is het beter om dit niet te doen en om de verkoop (grond+gebouw) onder Registratierecht te laten doorgaan. De winst op de verkoop onder Registratierecht zal voor de cliënt het hoogst zijn.
Alhoewel de verkoper kan opteren als toevallige btw-belastingplichtige, is het beter om dit niet te doen en om de verkoop (grond+gebouw) onder Registratierecht te laten doorgaan. De winst op de verkoop onder Registratierecht zal voor de cliënt het hoogst zijn omdat hij ook nog een deel van de vroeger betaalde Registratierechten kan verrekenen.
Er is geen mogelijkheid meer om de verkoop onder btw te laten plaats vinden gezien de termijn voor het uitoefenen van de optie voor toevallige btw-belastingplichtige verstreken is.
De voordeligste situatie is de verkoop van de grond onder Registratierecht te laten plaatsvinden en de verkoop van de woning onder btw mits het uitoefenen van een optie als toevallige btw-belastingplichtige
Vraag 2
… / 2 punten
Een Belgisch advocaat heeft op vraag van een Amerikaans staatsburger een Belgische erfeniskwestie van een verre tante geregeld. De advocaat moet zijn Amerikaanse cliënt zijn ereloon aanrekenen. Wat is het juiste antwoord?
Antwoord
Er is vrijstelling van btw van toepassing op de diensten verricht door advocaten in de uitoefening van hun activiteit (artikel 44 WBTW)
De advocaat zal factureren met Belgische btw, de plaats van de dienst is waar de dienstverrichter de zetel van zijn economische activiteit heeft gevestigd (B2C).
De advocaat zal Amerikaanse btw (sales tax) moeten verrekenen aan zijn Amerikaanse cliënt. Hiervoor zal hij zich in de US moeten registreren.
De advocaat zal zijn Amerikaanse cliënt factureren met verlegging van de heffing
(B2B), btw
te voldoen door de medecontractant.
De advocaat zal geen btw aanrekenen op zijn factuur, de plaats van de dienst is waar de ontvanger van de dienst is gevestigd
Vraag 3
… / 3 punten
De uitbater van een lokale supermarkt heeft in de rekken regelmatig etenswaren die nog moeilijk verkoopbaar zijn omdat bijvoorbeeld de verpakking licht beschadigd is, of omdat de vervaldatum dichtbij is. In plaats van de producten te verkopen met afslag of te vernietigen gaat hij vanaf nu de producten zelf verbruiken. Moet de winkelier de btw regelen?
Antwoord
Neen, eigen verbruik van vervallen producten is toegelaten. Ja, hij moet een stuk opmaken aan zichzelf en de btw voldoen op de verkoopprijs van de producten die hij onttrekt uit zijn voorraad.
Ja, hij moet een stuk opmaken aan zichzelf en de btw voldoen op een verminderde waarde, namelijk de aankoopprijs van de goederen op het moment van de onttrekking en rekening houdend met de staat waarin ze zich bevinden.
Ja, hij moet de btw die hij oorspronkelijk op de aankoop van de producten heeft afgetrokken terugstorten via een herziening.
Neen, dit is geen handeling onder bezwarende titel, want hij betaalt niet voor het onttrekken van de producten.
Vraag 4
… / 3 punten
De interne accountant van een Belgische onderneming rijdt met zijn bedrijfswagen elke maand 2 dagen naar hun filiaal in Parijs om daar de boekhouding van de Franse onderneming af te sluiten en de Franse btw-aangifte te doen. De accountant beschikt over een laptop, een gsm en een leasewagen van zijn Belgische werkgever (met Belgische nummerplaat). Zijn er bepaalde btw-verplichtingen te vervullen door de Belgische onderneming i.v.m. de maandelijkse trip naar Parijs? Duid het juiste antwoord aan.
Antwoord
Ja, het gaat om een overbrenging van goederen van de onderneming naar een andere lidstaat van de EU. De Belgische onderneming moet voor de overbrenging van de wagen, de laptop en de gsm een factuur opmaken aan het Franse filiaal.
Ja, het gaat om een overbrenging van eigen goederen van de onderneming naar een andere lidstaat van de EU. De Belgische onderneming moet voor deze overbrenging een “overbrengingsstuk” aan zichzelf opmaken.
Ja, het gaat echter om een “niet-overbrenging” van eigen goederen en hiervoor moet geen stuk worden opgemaakt maar wel telkens bij vertrek uit België een inschrijving in het register der niet-overbrengingen. De goederen moeten worden uitgeschreven uit dit register bij de terugkeer ervan naar België.
Neen, het gaat wel om een “niet-overbrenging” van eigen goederen en er moet dus geen overbrengingsstuk worden gemaakt en bovendien staat de Administratie toe dat geen inschrijving in het register der niet-overbrengingen moet worden gedaan voor auto’s, computers en gsm’s.
Vraag 5
… / 3 punten
Een Belgische onderneming fabrikant van badkameraccessoires verkoopt goederen aan een Nederlandse groothandel (met geldig NL btw-nummer) met leveringsvoorwaarden franco Duitsland. De Nederlandse groothandel heeft de goederen doorverkocht aan een Duitse groothandel (met geldig DE btw-nummer) en vraagt dus aan haar Belgische leverancier om de goederen rechtstreeks naar Duitsland te transporteren naar het magazijn van haar Duitse klant. Wat vermeldt de Belgische onderneming op haar verkoopfactuur ? In welk vak van de btwaangifte neemt ze deze handeling op (kopie van het btw-aangifteformulier vindt u in bijlage)? Zijn er nog andere verplichtingen te vervullen? Duid het juiste antwoord aan.
Antwoord
Het gaat om een intracommunautaire levering, vrijgesteld van btw. De Belgische onderneming vermeldt op de verkoopfactuur ‘Vrijgestelde intracommunautaire levering artikel 39bis WBTW (of artikel 146 btw Richtlijn 2006/112/EU).’De handeling wordt alleen opgenomen in vak 46 van haar btw-aangifte.
Het gaat om een intracommunautaire levering, vrijgesteld van btw. De Belgische onderneming vermeldt op de verkoopfactuur ‘Vrijgestelde intracommunautaire levering artikel 39bis WBTW (of artikel 146 btw Richtlijn 2006/112/EU).’ De handeling wordt opgenomen in vak 46 van haar btw-aangifte en in haar intracommunautaire opgave met het NL btw-nummer van de Nederlandse afnemer en de code L (= levering).
Het gaat om een intracommunautaire levering, vrijgesteld van btw. De Belgische onderneming vermeldt op de verkoopfactuur ‘Vrijgestelde intracommunautaire levering artikel 39bis WBTW.’ De handeling wordt opgenomen in vak 46 van haar btw-aangifte en in haar intracommunautaire opgave met het DE btw-nummer van de uiteindelijke Duitse afnemer en de code L (=levering).
Het gaat om vereenvoudigd driehoeksverkeer, vrijgesteld van btw. De Belgische onderneming vermeldt op de verkoopfactuur ‘Driehoeksverkeer, artikel 25 quinquies WBTW, medecontractant aangeduid als schuldenaar, btw verlegd.” De handeling wordt opgenomen in vak 46 van haar btw-aangifte en in haar intracommunautaire opgave met het DE btwnummer van de uiteindelijke Duitse afnemer en met vermelding dat het om driehoeksverkeer gaat (code T = triangulaire).
Het gaat om een intracommunautaire levering, vrijgesteld van btw. De Belgische onderneming vermeldt op de verkoopfactuur ‘Btw verlegd’. De handeling wordt opgenomen in vak 46 van haar btw-aangifte en in haar intracommunautaire opgave met het NL btwnummer van de Nederlandse afnemer (geen specifieke code).
FISCALE PROCEDURE
Vraag 1
15 PUNTEN
… / 3 punten
In een aanslagjaar in de personenbelasting, 5 jaar vóór het huidige aanslagjaar wenst de administratie onderzoekshandelingen te stellen bij uw cliënt. U analyseert :
Antwoord
dat kan de administratie zonder beperking dat kan de administratie sowieso niet meer dat kan de administratie mits voorafgaande kennisgeving van de indiciën van fraude aan uw cliënt
dat kan de administratie uitsluitend met het oog op een taxatie tekenen en indiciën
Vraag 2
… / 3 punten
Uw cliënt ontvangt een kennisgeving van bericht van wijziging met als poststempel en verzendingsdatum : vrijdag 8 november 2013.
NOVEMBER 2013 M
D
W
DECEMBER 2013 D
V
Z
Z
1
2
3
M
D
W
D
V
Z
Z 1
4
5
6
7
8
9
10
2
3
4
5
6
7
8
11
12
13
14
15
16
17
9
10
11
12
13
14
15
18
19
20
21
22
23
24
16
17
18
19
20
21
22
25
26
27
28
29
30
23
24
25
26
27
28
29
30
31
Welke is de laatste dag van de antwoordtermijn :
Antwoord
zaterdag 7 december 2013 maandag 9 december 2013 woensdag 11 december 2013 vrijdag 13 december 2013 Vraag 3
… / 3 punten
De administratie vraagt inzage in de bestelbonnen van uw cliënt die een onderneming voert onder vennootschapsvorm. U analyseert :
Antwoord
de administratie kan deze niet opvragen omdat de bewaringsplicht van de boeken en bescheiden enkel beperkt is tot de wettelijk verplichte boeken en bescheiden, en de bestelbons daar geen deel van uitmaken. Zij moeten dus niet worden voorgelegd
deze maken geen deel uit van de boekhouding en moeten niet worden voorgelegd enkel wanneer zij elektronisch zijn opgesteld, moeten zij worden voorgelegd deze maken deel uit van de boekhouding en moeten worden voorgelegd
Vraag 4
… / 3 punten
De tenuitvoerlegging van een dwangbevel kan slechts worden gestuit door :
Antwoord
een bezwaarschrift bij de gewestelijke directie een verzoekschrift, verzet voor de rechtbank van eerste aanleg, fiscale kamer een beroep bij de bevoegde controledienst een voorziening bij de Raad van Staat
Vraag 5
… / 3 punten
Als algemene regel geldt dat inzake BTW boeken en stukken moeten worden bewaard gedurende een periode van : Antwoord
3 jaar 7 jaar, tenzij de boeken en stukken betrekking hebben op bedrijfsmiddelen waarvan de aftrek kan worden herzien op 15 jaar bedraagt want dan bedraagt de bewaringstermijn uiteraard ook 15 jaar
7 jaar 15 jaar BEGINSELEN VAN REGISTRATIE- EN SUCCESSIERECHTEN
Vraag 1
10 PUNTEN
… / 3 punten
Een echtpaar koopt in september 2014 een huis in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tegen de prijs van 255.000 EUR. Duid in onderstaande lijst aan welke uitspraak de kopers geen recht geeft op een vermindering van de registratierechten:
Antwoord
Het echtpaar verkrijgt de blote (naakte) eigendom van het goed en het vruchtgebruik zal aangekocht worden door de vennootschap waarvan de echtgenoot bedrijfsleider is. Het echtpaar zal het goed bewonen en zal belast worden op een voordeel van alle aard wegens de kosteloze beschikking over een woning.
Ten gevolge van een schenking door een oom is de echtgenote reeds eigenaar, in onverdeeldheid met haar broer en haar zus, van een in het Vlaams Gewest gelegen huis.
De echtgenote wil haar medische praktijk op het gelijkvloers van het gebouw inrichten (zij zal er haar beroepsactiviteit uitoefenen) en het gezin zal de twee hogere verdiepingen betrekken.
Aangezien het gebouw waarop de koop betrekking heeft momenteel verhuurd wordt tegen een uiterst lonende huurprijs (hoger dan de kost van de hypothecaire lening), beslist het echtpaar om de huurder zijn huurcontract tot einddatum te laten uitdoen, met name tot 31 december 2015.
Om de duur van de volledige renovatie van hun eigen woning te overbruggen, zullen de ouders van de echtgenote zich ook in deze woning vestigen en wordt deze woning voor tenminste 3 jaar hun domicilie.
Vraag 2
… / 3 punten
Mevrouw Martin is overleden op 20 februari 2014. Op de datum van haar overlijden was ze weduwe en haar enige erfgenamen zijn haar 3 kinderen. Mevrouw Martin is overleden in het Waals Gewest, maar haar woonplaats heeft ze steeds in het Vlaams Gewest gehad. In december 2013 had mevrouw Martin een verplichting tot aankoop van 1.000 aandelen van een Belgische vennootschap tegen de prijs van 17.000 EUR ondertekend. Deze transactie was onderworpen aan een opschortende voorwaarde die op de datum van haar overlijden nog niet was vervuld. Na de tussenkomst van een accountant, die zijn opdracht uitvoerde op vraag van de kinderen, werd de opschortende voorwaarde op 9 juli 2014 eindelijk vervuld. Het aan de accountant betaalde ereloon bedraagt 2.420 EUR en de kinderen hebben de aandelen verkocht tegen 22.500 EUR.
a) Op welke datum moe(s)t de aangifte van nalatenschap worden ingediend?
Antwoord
Dinsdag 22 juli 2014 Vrijdag 20 juni 2014 Woensdag 20 augustus 2014 b) Vermeld het actief en het passief van de nalatenschap – effecten aan te geven in de aangifte van nalatenschap ingediend binnen de sub a) gestelde termijn:
Antwoord
actief = 17.000 EUR – geen passief actief = 22.500 EUR - geen passief actief = 22.500 EUR – passief = 2.420 EUR actief = 0 EUR - geen passief c) Welke is de uiterste datum voor de betaling van de successierechten?
Antwoord
Dinsdag 22 juli 2014 Woensdag 20 augustus 2014 Maandag 22 september 2014
Vraag 3
… / 4 punten
Een echtpaar wil de blote (naakte) eigendom van een onroerend goed aankopen waarvan het vruchtgebruik door de verkoper wordt voorbehouden. De blote eigendom wordt verkregen tegen een prijs van 186.000 EUR. De vruchtgebruiker is 63 jaar oud. De blote eigenaar is 31 jaar oud. De verkoopwaarde van het goed werd geschat op 300.000 EUR. a) Welke waarde zal in aanmerking moeten worden genomen voor de berekening van de registratierechten?
Antwoord
186.000 EUR 16% van 300.000 EUR Geen belastbare grondslag, er zal enkel een vast recht verschuldigd zijn 4 x 16% van 300.000 EUR 300.000 EUR Enige jaren later staat de vruchtgebruiker zijn vruchtgebruik af aan de blote eigenaar waardoor laatstgenoemde dus de volle eigenaar wordt. Het vruchtgebruik wordt afgestaan tegen de prijs van 250.000 EUR. Op dat tijdstip is de vruchtgebruiker 74 jaar en de blote eigenaar 42 jaar oud. De verkoopwaarde van het goed bedraagt nog steeds 300.000 EUR. b) Welke waarde moet in aanmerking worden genomen voor de berekening van de registratierechten?
Antwoord
300.000 EUR 250.000 EUR 436.000 EUR (hetzij 250.000 EUR + de oorspronkelijk betaalde waarde van de blote eigendom)
Geen belastbare grondslag, er zal enkel een vast recht verschuldigd zijn 300.000 EUR, maar er zal een vermindering van de rechten worden toegepast, tot beloop van de bij de verkrijging van de blote eigendom betaalde rechten
BEGINSELEN VAN EUROPEES EN INTERNATIONAAL FISCAAL RECHT
Vraag 1
10 PUNTEN
… / 6 punten
Beantwoord de vragen met “waar” of “niet waar” op basis van de beginselen ingeschreven in de “door de OESO ontwikkelde modelovereenkomst naar het inkomen en naar het vermogen”. a) Een natuurlijke persoon die geen dubbele nationaliteit bezit en die door beide overeenkomstsluitende staten bij een overeenkomst tot vermijding van dubbele belasting als inwoner wordt beschouwd, zal in de staat, waarvan hij de nationaliteit heeft steeds op zijn wereldinkomen worden belast zonder andere criteria in aanmerking te nemen. Deze persoon bezit de nationaliteit van één van beide hiervoor beoogde overeenkomstsluitende staten.
Antwoord
Waar Niet waar b) Een pensioen dat door België aan een natuurlijk persoon van Belgische nationaliteit wordt betaald ter zake van een vroegere dienstbetrekking als ambtenaar van een Federale Overheidsdienst zal niet meer in België belastbaar zijn, indien deze natuurlijke persoon inwoner wordt van een land waarmee België een overeenkomst tot voorkoming van dubbele belasting heeft gesloten.
Antwoord
Waar Niet waar
c) Een steengroeve is slechts een vaste inrichting, indien de uitbatingsduur ervan 6 maanden overschrijdt.
Antwoord
Waar Niet waar
d) De overeenkomsten tot voorkoming van dubbele belasting, die volgens de hierboven bedoelde modelovereenkomst afgesloten zijn, gelden voor de successierechten.
Antwoord
Waar Niet waar
e) Voor een natuurlijke persoon die inwoner is van één van de overeenkomstsluitende staten, zijn de onroerende inkomsten verkregen in de andere staat, uitsluitend belastbaar in die andere staat (met name de bronstaat).
Antwoord
Waar Niet waar
f) Als een vaste inrichting van een onderneming, die inwoner is van een andere overeenkomstsluitende staat, een supplement in de inkomstenbelasting wordt opgelegd naar aanleiding van een controle op de verrekenprijzen toegepast op de goederen- of dienstenstromen tussen die vaste inrichting en haar hoofdzetel in de andere overeenkomstsluitende staat, zal er sprake zijn van juridisch dubbele belasting en is dit onvermijdbaar.
Antwoord
Waar Niet waar
Vraag 2
… / 4 punten
De financieel verantwoordelijke van een internationale vereniging zonder winstoogmerk (ivzw) met maatschappelijke zetel in België raadpleegt u, omdat deze ivzw haar activiteiten wil uitbreiden tot andere landen van de Europese Unie. In het kader van deze expansie wil de ivzw naar Belgisch recht een caritatieve vereniging zonder winstoogmerk, die al lang in Spanje gevestigd is en er zeer waardevolle landeigendommen bezit, overnemen. Na de afwikkeling van deze operatie zal de ivzw naar Belgisch recht dus, naast haar hoofdzetel in België, ook over een uitbatingszetel van verrichtingen in Spanje beschikken. Volgens de informatie waarover uw cliënt beschikt met betrekking tot de fiscale gevolgen van deze verrichting in Spanje, zou deze overname aldaar aanleiding geven tot belastingheffing over de meerwaarde op de onroerende goederen in Spanje en wel voor een aanzienlijk bedrag. De financieel verantwoordelijke vraagt u of deze transactie, met toepassing van richtlijn 2009/133/EG van de Raad van 19 oktober 2009 betreffende de gemeenschappelijke fiscale regeling voor fusies, splitsingen, gedeeltelijke splitsingen, inbreng van activa, enz., kan uitgevoerd worden met vrijstelling van belasting. a) Wat antwoordt u hem:
Antwoord Ja Neen
b) Gelieve uw antwoord te motiveren door de uitleg die u aan uw cliënt zult verstrekken weer te geven.
Antwoord
JURIDISCHE EN BEROEPSNORMEN MET BETREKKING TOT DE ACCOUNTANCY, DE BELASTINGCONSULTANCY EN DE ANDERE WETTELIJKE OPDRACHTEN VAN DE ACCOUNTANT EN VAN DE BELASTINGCONSULENT
Vraag 1
20 PUNTEN
…. / 3 punten
De accountant en/of belastingconsulent is onderworpen aan de discretieplicht en het beroepsgeheim. Geef hieronder aan of de stellingen juist of fout zijn. a) In tegenstelling tot het beroepsgeheim is de discretieplicht ook van toepassing op de interne accountants en/of belastingconsulenten.
Antwoord Juist Fout
b) Schending van het beroepsgeheim kan enkel tuchtrechtelijke maatregelen tot gevolg hebben.
Antwoord Juist Fout c) De accountant en/of de belastingconsulent pleegt een inbreuk tegen de discretieplicht wanneer hij de Raad van het Instituut in kennis zou stellen van vertrouwelijke gegevens van zijn werkgever als alle andere middelen zijn uitgeput.
Antwoord Juist Fout
Vraag 2
…. / 3 punten
In de artikelen 27 tot en met 29 van het KB van 1 maart 1998 worden de erelonen van de accountant en/of belastingconsulent behandeld. Geef aan of volgende stellingen juist of fout zijn:
a) De accountant en/of belastingconsulent dient met een vast uurloon te werken en mag zijn ereloon dus niet afhankelijk stellen van de aard, het belang, de complexiteit, omvang en reikwijdte van de opdracht.
Antwoord Juist Fout b) Mits goedkeuring van de raad mag een accountant en/of belastingconsulent commissies ontvangen voor tussenkomst en transacties van andere partijen met een cliënt
Antwoord Juist Fout c) Indien voorzien in de opdrachtbrief kan er een opzegvergoeding voorzien worden indien de cliënt de overeenkomst beëindigd.
Antwoord Juist Fout
Vraag 3
…. / 3 punten
a) In 2012 werd er een commissie kwaliteitstoetsing in het leven geroepen en deze is belast met de organisatie, de eindbeoordeling en de verslaggeving van de kwaliteitstoetsing. Bij de uitoefening van hun taak moeten de toetsers zich aan drie principes houden. Geef deze drie principes:
Antwoord b) In dit kader zijn er vier soorten toetsing. Geef 2 soorten toetsing die mogelijk zijn en licht kort toe wat deze toetsing omvat.
Antwoord
Vraag 4
…. / 3 punten
De heer FIXIT is reeds jaren de externe accountant van de NV TRIAL. De gedelegeerde bestuurder van die vennootschap wenst de vennootschap NV TRIAL te vereffenen en geeft de heer FIXIT de opdracht dit te doen. Geef in onderstaande situaties weer of de stelling of situatie juist of fout is.
a) De heer FIXIT kan dit begeleiden maar mag de controleopdracht op de staat van activa en passiva niet uitvoeren wegens een verbod gebaseerd op de onafhankelijkheid.
Antwoord
Juist Fout
b) Deze controleopdracht kan zowel door een externe accountant, bedrijfsrevisor als door een erkend boekhouder uitgevoerd worden.
Antwoord Juist Fout
c) De externe accountant die dergelijke controleopdracht zal uitvoeren moet ook aan de verplichtingen gesteld door de witwaswetgeving voldoen en zorgen voor de identificatie van de bestuurder(s) en de vennootschap.
Antwoord Juist Fout
Vraag 5
…. / 3 punten
De heer FIXIT is extern accountant met zijn BVBA TAX en zijn zoon BOB is verzekeringsmakelaar met zijn BVBA ASSUBEL. Geef in onderstaande situaties weer of de stelling of situatie juist of fout is.
a) De heer FIXIT heeft samen met zijn zoon BOB een kantoorgebouw gekocht en gebruiken elk een verdieping voor hun beroepsactiviteiten. Is dit toegelaten?
Antwoord Juist Fout
b) De zoon BOB heeft een ongeval en kan gedurende enkele maanden slechts beperkt beroepsmatig actief zijn. De heer FIXIT kan in dergelijk geval toestemming vragen bij het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten om tijdelijk het bestuur waar te nemen.
Antwoord Juist Fout
c) De heer FIXIT is extern accountant en zijn zoon BOB wenst zijn vennootschap om te zetten in een CVBA. De zoon laat het controleverslag door zijn vader opstellen omdat die de zaak het best kent. Is dit toegelaten?
Antwoord Juist Fout
Vraag 6
…. / 5 punten
In de norm inzake de controle van fusie- en splitsingsverrichtingen van vennootschappen zoals goedgekeurd door de raad van het IAB zijn er drie verplichtingen voor de beroepsbeoefenaar wanneer de door de wet vereiste verslagen in de bij de fusie of splitsing betrokken vennootschappen door verschillende beroepsbeoefenaars moeten opgesteld worden. Geef twee van de drie verplichtingen
Antwoord