Provinciale Staten
Gedeputeerde belast met behandeling:
Onderwerp:
Heukelom, G.R.J. van
Provinciale stimuleringsregeling preventie aanpassen eengezinswoningen.
Vergadering PS: Nr: Agenda nr: Vergadering GS: Nr:
17-03-2006 WEB-265 31-01-2006 WEB0600499/2
VOORSTEL
Aan de Provinciale Staten van Zeeland
statenstukken
Samenvatting::-- We willen bereiken dat ouderen langer in hun eengezinswoning kunnen blijven wonen. Voorstel is om gemeenten te stimuleren een verordening op te stellen die het aanpassen van eengezinswoningen bevorderd. Hiertoe worden uw Staten verzocht in te stemmen met de Aanvullende bepalingen voor het programma Zeeland Woonzorgland van de Beleidsprogrammering Sociale Zorg en te bepalen dat de artikelen 7 en 30 van de ASV buiten toepassing blijven.
Wat willen we bereiken? We willen bereiken dat ouderen langer in hun eengezinswoning in hun eigen vertrouwende omgeving kunnen blijven wonen en dat verhuizen naar een zorgwoning wordt voorkomen of uitgesteld. We willen dit bereiken door gemeenten te stimuleren een verordening vast te stellen voor het preventief aanpassen van eengezinswoningen en hierbij de woningcorporaties bij te betrekken. Achtergrond Met het toenemend aantal ouderen is het belangrijk om voldoende voor ouderen geschikte woningen en zorgwoningen te realiseren. Regelmatig wordt geconstateerd dat de nieuwbouw van geschikte woningen en zorgwoningen vertraging oploopt. Een andere mogelijkheid is het aanpassen van bestaande woningvoorraad. Tot nu toe is hierbij weinig aandacht besteed aan het aanpassen van eengezinswoningen, terwijl dit 78 procent van de Zeeuwse woningvoorraad vormt. Daarnaast is het de wens van veel ouderen om zo lang mogelijk in de eigen woning en vertrouwende woonomgeving te kunnen blijven wonen. Met het doen van preventieve woningaanpassingen wordt bereikt dat ouderen langer in hun woning kunnen blijven wonen. Aanleiding Op dit moment heeft alleen de gemeente Veere een verordening vastgesteld die aan ouderen een (kleine) stimuleringssubsidie verleent voor het doen van preventieve aanpassingen in de woning. Vrijwilligers en de Stichting welzijn ouderen geven voorlichting en zorgen voor de begeleiding van aanvragen. Op de werkconferentie Langer thuis in eengezinswoningen op 16 november jl. is o.a. geconstateerd dat het voorbeeld van de gemeente Veere navolging verdiend. Er is tevens geconstateerd dat er een behoefte is aan een provinciale stimuleringsregeling om gemeenten (en woningcorporaties) hierin te stimuleren. Het stimuleren van gemeenten t.b.v. preventief aanpassen van eengezinswoningen past goed in het provinciaal beleid zoals vastgelegd in de Beleidsprogrammering sociale zorg. In het bijzonder past het bij de doelstelling van het programma Zeeland woonzorgland namelijk bevorderen dat mensen met een zorgvraag zolang mogelijk in de eigen omgeving kunnen blijven wonen.
Onderwerp:
Provinciale stimuleringsregeling preventie aanpassen eengezinswoningen.
Waaraan kunnen we zien of alles bereikt is? We bereiken dit als minimaal 5 gemeenten een verordening hebben vastgesteld en budget hebben vrijgemaakt voor het preventief aanpassen van eengezinswoningen. Wat doen we daarvoor? Om het mogelijk te maken om als provincie gemeenten hierin te stimuleren willen wij aan minimaal vijf gemeenten een lumpsumsubsidie verlenen. Hiertoe hebben wij Aanvullende bepalingen als onderdeel van het programma Zeeland woonzorgland van Beleidsprogrammering sociale zorg opgesteld. Deze vindt u bijgevoegd. Op twee punten wijken de aanvullende bepalingen af van de Algemene Subsidieverordening Zeeland 2002. Te weten: - Artikel 7 “Uit de door de provincie aan instellingen verleende subsidies mogen geen subsidies aan derden worden verleend”. Dit is in deze bepalingen wel het geval: de gemeente verleent immers op haar beurt subsidies aan ouderen voor het aanpassen van eengezinswoningen. Gezien het doel dat we bereiken, namelijk het aanpassen van eengezinswoningen, is dit echter niet te vermijden. - Artikel 30 “Gedeputeerde Staten kunnen incidentele subsidies tot een maximum van € 10.000,– lumpsum vaststellen”. Met de provinciale bijdrage van maximaal € 25.000,- per gemeente wordt beoogd een maatschappelijk effect te bereiken, namelijk het langer thuis kunnen blijven wonen van ouderen. Dit is te controleren door een inhoudelijk verslag, waarin het maatschappelijk effect wordt verantwoord, als subsidie eis te stellen. Daarnaast is het uit praktische overwegingen onwenselijk om een gedetailleerde financiële verantwoording van gemeenten te verwachten. Uit het voorbeeld van de gemeente Veere blijkt dat de gemeente een controle achteraf achterwege laat omdat het om relatief kleine bedragen gaat en omdat iedere aanvraag persoonlijk wordt begeleid. Voorstel is dan ook deze provinciale bijdrage toe te kennen als een lumpsumsubsidie. Om de Aanvullende bepalingen te kunnen uitvoeren worden uw staten verzocht in te stemmen met de Aanvullende bepalingen en te bepalen dat artikelen 7 en 30 buiten toepassing blijven. Wat mag het kosten? De kosten zijn: minimaal 5 lumpsum subsidies van maximaal € 25.000,- voor minimaal 5 gemeenten. Het budgetplafond is € 125.000,-. De helft van de dekking komt uit RMW middelen (budget/prioriteit woonmigratie), de andere helft uit het reguliere budget Beleidsprogrammering Sociale Zorg. Wij stellen u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-besluit. gedeputeerde staten, Drs. W.T. van Gelder, voorzitter,
Mr. Drs. L.J.M. Verdult, secretaris.
Ontwerp-besluit De staten der provincie Zeeland, gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van 31-01-2006, nr. WEB0600499/2; besluiten: 1. In te stemmen met de door GS vastgestelde Aanvullende bepalingen programma Zeeland woonzorgland van de Beleidsprogrammering Sociale Zorg. 2. Te bepalen dat de artikelen 7 en 30 van de ASV voor de uitvoering door GS onder 1 genoemde Aanvullende bepalingen buiten toepassing blijven.
2 W0010602.doc
Aanvullende bepalingen programma Zeeland Woonzorgland Artikel 1 De aanvullende bepalingen in dit hoofdstuk betreffen de subsidiemogelijkheden voor het opzetten van een gemeentelijke stimuleringsregeling c.q. verordening voor het preventief aanpassen van eengezinswoningen waardoor ouderen langer in de betreffende woning kunnen blijven wonen. Artikel 2 Er is subsidie mogelijk voor gemeenten. De lumpsumsubsidie per gemeente bedraagt maximaal € 25.000,-. Het budgetplafond is € 125.000,Artikel 3 Subsidiabel zijn de door de gemeente gemaakte kosten voor uitvoering van de gemeentelijke stimuleringsregeling. Artikel 4 Maximaal drie maanden na het verlenen van de subsidie dient de stimuleringsregeling door de gemeenteraad van de betreffende gemeente vastgesteld te zijn. De subsidie kan worden ingetrokken indien er geen vaststelling plaatsvindt. Artikel 5 Gemeenten stellen voor de uitvoering van de stimuleringsregeling een verordening op waarin ten minste is opgenomen dat de stimuleringsregeling bedoeld is voor preventieve woningaanpassingen waardoor ouderen langer in de betreffende woning kunnen blijven wonen. Artikel 6 Gemeenten dienen te beschikken over een voorlichtingstraject voor ouderen (communicatieplan). Artikel 7 Aan toekenning van de subsidie is de aantoonbare inspanningsverplichting verbonden om met woningcorporaties afspraken te maken over het preventief aanpassen van eengezinswoningen waardoor ouderen langer in de betreffende woning kunnen blijven wonen. Voorts wordt gewezen op de volgende artikelen uit de algemene criteria Beleidsprogrammering Sociale Zorg. Artikel 8 De maximale looptijd van een project of activiteit bedraagt 3 jaar. Artikel 9 Het evaluatieverslag moet binnen 3 maanden worden ingediend na de bij de provincie schriftelijk bekend gemaakte einddatum van de uitvoering. Artikel 18 Projecten worden voor maximaal 50% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd, tenzij aannemelijk gemaakt kan worden dat de aangevraagde activiteit niet mede gefinancierd kan worden door andere overheden, zorgverzekeraars, instellingen of fondsen. W0010602A.doc
Toelichting Aanleiding Uit het onderzoek “Wie de woning houdt, passe haar aan”, uitgevoerd door het Kenniscentrum Aedes-Arcares, blijkt dat met kleine, preventieve aanpassingen ouderen langer in hun eengezinswoning kunnen blijven wonen. Het onderzoek vond plaats onder onder thuiszorgmedewerkers en inwoners van de gemeente Veere. Reden om het onderzoek in Veere te doen, was het grote aandeel eengezinswoningen en het feit dat de gemeente Veere een verordening voor eigenaarbewoners heeft vastgesteld. De uitkomsten van dit onderzoek en de verordening van de gemeente Veere zijn door middel van een werkconferentie op 16 november 2005 op het provinciehuis onder de aandacht van een breed publiek gebracht. Tijdens deze werkconferentie is tevens vastgesteld dat het wenselijk is dat andere Zeeuwse gemeenten een vergelijkbare stimuleringsregeling in het leven roepen. De provincie wil dit ondersteunen. Subsidiemogelijkheden voor gemeentelijke stimuleringsregeling Als aanvullende bepaling in het programma Zeeland woonzorgland van de Beleidsprogrammering sociale zorg is opgenomen dat gemeenten een subsidie kunnen ontvangen voor het opzetten van een gemeentelijke stimuleringsregeling voor het preventief aanpassen van eengezinswoningen. Voor het opzetten van een gemeentelijke stimuleringsregeling is, gelet ook op de ervaringen in Veere, is een voorlichtingstraject (communicatieplan) van groot belang. Instrumenten hierbij kunnen zijn: het houden van voorlichtingsbijeenkomsten, het vertonen van een voorlichtingsfilmpje, verspreiden van folders, advertenties in huis-aan-huisbladen, persoonlijke voorlichting bij mensen thuis door vrijwilligers enzovoorts. Het hebben van een communicatieplan of kunnen aangeven hoe het voorlichtingtraject eruit ziet is dan ook een van de voorwaarden om provinciale subsidie te kunnen krijgen. Een andere voorwaarde is de inspanningsverplichting voor de gemeente om samen met woningcorporaties afspraken te maken over het preventief aanpassen van eengezinswoningen. Immers een groot aantal eengezinswoningen is in eigendom van woningcorporaties en ook hier wonen ouderen die vaak nog lang in hun vertrouwde woning willen blijven wonen. Gemeenten en woningcorporaties kunnen bijvoorbeeld afspraken maken over een gezamenlijk voorlichtingstraject. Of dat de woningcorporaties ook een gedeelte van de financiering voor hun rekening nemen en bijvoorbeeld de vergoedingen van de huurders betalen. De provincie heeft € 125.000,- uitgetrokken voor gemeenten die een stimuleringsregeling willen opzetten. Gemeenten kunnen maximaal € 25.000,- aanvragen en moeten zelf minimaal hetzelfde bedrag als cofinanciering bijleggen. Rekenvoorbeeld 1 Stel gemeente Y denkt € 20.000 voor 3 jaar nodig te hebben voor een regeling voor alleen huiseigenaren. Gemeente Y vraagt € 10.000 bij de provincie aan en legt zelf ook €10.000 bij. Rekeningvoorbeeld 2 Stel gemeente X heeft € 20.000,- per jaar nodig voor de uitvoering van de gemeentelijk regeling voor zowel huiseigenaren als huurders. Gemeente X wil een looptijd van 3 jaar en de totale kosten bedragen dus € 60.000,-. Gemeente X vraagt het maximale bedrag van € 25.000,- aan bij de provincie en legt er zelf € 35.000,- bij. Verder maakt de gemeente de afspraak met de plaatselijke woningcorporatie dat de woningcorporatie de subsidies voor de huurders voor haar rekening neemt. Dit wordt met de gemeente achteraf verrekend. Na 3
jaar, wordt afhankelijk van het succes, besloten worden of gemeente en woningcorporatie de regeling willen voortzetten.