2.1.
Vijf praktijkgevallen nader bekeken
Uw werkkapitaal wordt beïnvloed door grote en kleine beslissingen, die u dagelijks neemt. In deze paragraaf laten we u vijf praktijkgevallen zien die over alledaagse
2
2.1.1. Een bestelbusje kopen of huren? Kopen of huren? Groothandel Rooskens heeft het druk en veel van de nieuwe klanten willen de via internet bestelde artikelen bezorgd krijgen. Het bezorgtarief van € 20,- per levering lijkt voor de klanten geen bezwaar, waardoor deze service kostendekkend verleend kan worden. Het bestelbusje vergt een investering van € 30.000,-, in een keer te betalen. Het alternatief is om voor € 600,- per maand een busje te huren. Wat is het verschil tussen beide mogelijkheden en wat moet de directeur weten om een keuze te kunnen maken? Waar hangt de beslissing van af? Het verschil zit hem in de omvang van de betalingen op verschillende momenten en in het renteverlies. Een investering is een grote eenmalige uitgave, waarbij ook een rentederving gedurende de gebruiksduur geleden wordt (want het banksaldo van Groothandel Rooskens vermindert en men krijgt dus minder rente). De geleden rentederving vermindert naargelang er op de investering afgeschreven wordt (want het geïnvesteerde bedrag vermindert met de maandelijkse afschrijving). Als er niet geïnvesteerd, maar gehuurd wordt, wordt er maandelijks betaald en mist Rooskens dus geen rente. De directeur, de heer Rooskens, moet zich daarom twee dingen afvragen: 1. Met welk rentepercentage moet ik de rentederving berekenen? Met de vergoede rente op de betaalrekening (vaak 0 tot 1%), met de rente op de spaarrekening (vaak 2%) of met de te betalen rente op het rekening-courant krediet (vaak 7 tot 8%)? 2. Wat is onze resterende ruimte in het werkkapitaal? Kunnen we de grote uitgave van € 30.000,- doen uit ons banktegoed (indien positief saldo) of met het uit het krediet?
De berekening 1. Bij de kosten-batenanalyse over de vraag ‘kopen of huren?’, blijkt dat de rentederving met een rente van 8% berekend moet worden, omdat Rooskens rood staat op het rekening-courantkrediet. De gemiddelde investering in het bestelbusje is € 30.000,- : 2 = € 15.000,-. Het bestelbusje wordt in 60 maanden afgeschreven.
© Schep meer financiële ruimte om te ondernemen en zorg voor grip op uw werkkapitaal,
13
Vijf praktijkgevallen die tot de verbeelding spreken
beslissingen gaan. Ze blijken steeds gevolgen voor het werkkapitaal te hebben.
Kopen kost:
2
Afschrijving (€ 30.000,- : 60 maanden)
= € 500,- per maand
Rentederving (€ 15.000,- x 8%) = € 1.200,- : 12 maanden = € 100,- per maand + Totaal kost kopen
€ 600,- per maand
Huren blijkt vervolgens ook € 600,- per maand te kosten. Kopen of huren
Vijf praktijkgevallen die tot de verbeelding spreken
maakt dus geen verschil; het is even duur. 2. Maar dan blijkt - bij het onderzoeken van de resterende ruimte in het werk kapitaal - uit de liquiditeitsbegroting dat een uitgave van € 30.000,- dit jaar niet meer verantwoord is. Dus wordt besloten te huren. Conclusie. Kosten-batenanalyses zijn goede manieren om beslissingen te nemen, maar betrek bij de afweging ook de gevolgen voor uw werkkapitaal.
2.1.2. Krediet aanvragen voor voorraadfinanciering? Investeren in voorraad. Bouwbedrijf Zuiderzee verwacht ook de komende winter weer een grote vraag naar reparatie en vernieuwing van verwarmingssystemen. Het wil een grote voorraad verwarmingsmaterialen kopen om op alles voorbereid te zijn. De totale aankoopwaarde is € 50.000,-, maar het beschikbare eigen vermogen is slechts € 15.000,-. Het ziet ernaar uit dat er € 35.000,- bij de bank geleend moet worden om ‘winterklaar’ te zijn. Welke denkfouten maakt Zuiderzee? Zuiderzee heeft geld nodig om de voorraad te kunnen financieren, maar ziet enkele zaken over het hoofd. 1. Men vergeet de mogelijkheid van een leverancierskrediet, waardoor minder bij de bank geleend hoeft te worden. 2. Naarmate de winter vordert, kunnen de materialen aan klanten doorberekend worden. Het werkkapitaal (de voorraad) en daardoor de kredietbehoefte dalen evenredig. Er hoeft daarom geleidelijk minder gefinancierd te worden. 3. De komende winterklanten zullen Zuiderzee niet meteen (contant) betalen. Hierdoor zal het benodigde werkkapitaal (in de vorm van vorderingen op klanten) stijgen. En hierdoor stijgt ook de kredietbehoefte van Zuiderzee. 4. Zuiderzee kan de voorraad ook in porties kopen, al naar gelang de vraag van klanten. Dit vermindert het werkkapitaal dat in voorraden vastligt. Uit onderstaand grafiekje blijkt dat als de voorraad maandelijks met € 5000,afneemt, het een groot verschil voor de gemiddelde voorraad maakt of je start met een hoge beginvoorraad (€ 50.000,-) of met een lagere en deze regelmatig aanvult.
14
© Schep meer financiële ruimte om te ondernemen en zorg voor grip op uw werkkapitaal,
2
€ 60.000,€ 50.000,€ 40.000,€ 30.000,€ 20.000,€ 10.000,€ 0,1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
maanden
De bank wil niet lenen, wat nu? Na een kort gesprek bij de bank blijkt dat deze niet wil lenen, want de kredietruimte zal - ook zonder de aankoop van € 50.000,aan verwarmingssystemen - volgens de ingeleverde liquiditeitsbegroting in de winter opgebruikt zijn. Daarom gaat Zuiderzee met enkele grote leveranciers in gesprek en dat loopt een stuk positiever. Ze blijken tot een limiet van € 10.000,krediet te willen geven. Dus wat doet Zuiderzee? Zuiderzee gebruikt leverancierskrediet om tot € 10.000,voorraad op te bouwen en daarna steeds in kleine porties bijbestellen als de voorraad slinkt. Het eigen vermogen van € 15.000,- gebruikt men om de open staande vorderingen te financieren. Conclusie. U kunt de behoefte aan werkkapitaal (zoals in dit geval voorraden) vaak verlagen. Daarnaast is het ook mogelijk om andere financieringsbronnen (zoals in dit geval leveranciers) aan te boren.
2.1.3.
Welke betalingsafspraken maken we voor een groot project?
Grote opdracht met grote zorgen. Voor de aanneemsom van € 2.450.000,- mag bouwbedrijf Zuiderzee het scholencomplex ‘De Toonladder’ bouwen. Hoewel er blijdschap is over de gewonnen aanbestedingsprocedure, is er ook ongerustheid vanwege de geringe winstverwachting. De voorcalculatie van de kosten komt op € 2.400.000,-. Zuiderzee heeft een solvabiliteit van 15% (wat erg laag is) en heeft een rekening-courantkrediet bij de bank van € 1.500.000,-, waarvan al € 1.200.000,- gebruikt is. Wat te doen? De aannemer kan het beste als volgt te werk gaan. 1. De gevolgen voor de omvang van het werkkapitaal bepalen. Zuiderzee moet eerst allerlei uitgaven voor personeel en materialen doen, die bij hun inzet worden geboekt op onderhanden werk. Zodra het onderhanden werk
© Schep meer financiële ruimte om te ondernemen en zorg voor grip op uw werkkapitaal,
15
Vijf praktijkgevallen die tot de verbeelding spreken
voorraadwaarde in €
Hoge startvoorraad versus voorraad steeds aanvullen
gefactureerd mag worden (bijv. omdat een projectfase is afgerond), wordt het een vordering op debiteuren. Bestudering van de fasering van het project
2
leert dat de fasen gemiddeld € 200.000,- werkkapitaal vergen. Theoretisch blijft Zuiderzee zo binnen de kredietlimiet van de bank. Want € 1.200.000,- + € 200.000,- is minder dan € 1.500.000,-. Maar als er tegenvallers zijn of
Vijf praktijkgevallen die tot de verbeelding spreken
uitschieters in de uitgaven kan de limiet toch overschreden worden. 2. Betalingsafspraken maken. Zuiderzee kan met de leveranciers én de opdrachtgever betalingsafspraken maken waardoor het bedrijf binnen de krediet-limiet kan blijven. Bijvoorbeeld: •
De materialen pas 1 week voor ze nodig zijn laten komen en leveranciers een betalingstermijn van 30 dagen vragen.
•
Met de opdrachtgever afspreken dat gefactureerd mag en zal worden op de dag dat een projectfase gereed is. De betalingstermijn is 7 kalenderdagen.
•
De opdrachtgever krijgt een projectplanning (die steeds geactualiseerd wordt) zodat deze voor voldoende liquiditeit kan zorgen.
Conclusie. Ook als een kosten-batenanalyse net positief is, is het verstandig om via allerlei afspraken het werkkapitaal te beperken om geldtekort te voorkomen.
2.1.4.
Moeten we een grote bestelling voor de nieuwe collectie plaatsen?
De voorraad voor het nieuwe seizoen; dat is schrikken! Groothandel Rooskens bereidt zich op het nieuwe schoenenseizoen voor. Via een webshop levert de groothandel rechtstreeks vanuit het centrale magazijn aan particulieren. De schoenen worden geproduceerd in Italië en de producent heeft een levertijd van twee weken. Rooskens heeft 30 modellen herenschoenen geselecteerd, waarbij van elk model vijf maten in twee kleuren (bruin en zwart) op voorraad genomen worden. De inkoopprijs per paar is gemiddeld € 10,-. Het plan is om per model 30 paren als startvoorraad te nemen. De geschatte investering in de startvoorraad is daarom € 90.000,- (30 modellen x 5 maten x 2 kleuren x 30 paren x € 10,-). Van deze enorme uitgave in een keer schrikt de directie. De vraag is nu wat ze kunnen doen om het werkkapitaal, in dit geval de voorraad, te beperken? Hoe het werkkapitaal te beperken? Dit zijn enkele goede mogelijkheden: •
klanten bij hun bestelling al laten betalen, dus niet met een acceptgiro bij aflevering;
•
pas bijbestellen als er nog maar 5 paren van een model op voorraad zijn (vanwege de levertijd van twee weken);
16
© Schep meer financiële ruimte om te ondernemen en zorg voor grip op uw werkkapitaal,
•
voor de startvoorraad 30 paren per model bestellen, maar bijbestellen in lagere aantallen. Bijvoorbeeld 10 paren van schoenen met een hoge omloopsnelheid en 5 paren van schoenen met een lagere;
•
het assortiment uitdunnen. Varianten die langzaam of niet lopen, niet meer
2
nabestellen.
raad. Dit kan o.a. door laat na te bestellen, minder na te bestellen en door selectief na te bestellen. Zorg dat u dit soort mogelijkheden met uw leverancier afspreekt.
2.1.5.
Ook meer werkkapitaal nodig bij een investering?
Groothandel Rooskens wil een filiaal openen in Rotterdam. De benodigde inves tering in een eigen gebouw, bestaande uit bouwkosten en advieskosten, wordt geschat op € 2.400.000,-. Vergeet Rooskens hier iets? Ja, Rooskens vergeet dat een investering bijna altijd ook een behoefte aan werkkapitaal met zich meebrengt. Als men een nieuw filiaal opent, zal er extra werkkapitaal voor voorraden en debiteuren nodig zijn. Aan de hand van ervaringsgegevens van bestaande filialen kunnen deze waarden worden geschat. Rooskens kent namelijk van de huidige filialen de omzet en de gemiddelde hoogte van voorraden en debiteuren. Daarmee kan men het werkkapitaal als percentage van de omzet berekenen. Door de omzet van het nieuwe filiaal in te schatten, kan Rooskens ook de behoefte aan werkkapitaal inschatten. Conclusie. Investeringen brengen een behoefte aan werkkapitaal met zich mee.
© Schep meer financiële ruimte om te ondernemen en zorg voor grip op uw werkkapitaal,
17
Vijf praktijkgevallen die tot de verbeelding spreken
Conclusie. Door uw nabestellingen aan te passen, daalt de gemiddelde voor