Schoolgids 2013-2015
Inhoudsopgave
Voorwoord
5
1. De School 1.1 1.2 1.3 1.4 1.4.1 1.4.2 1.4.3 1.4.4
NAW gegevens Situatieschets Schoolgrootte en de Groepssamenstelling Schoolorganisatie Team Schoolleiding Interne Begeleiding (IB) Ziektevervanging
6 7 7 8 8 11 11 12
2. De Visie van de School - waar de school voor staat 2.1 Kleurrijk in Kansen 2.1.1 Schoolprofiel 2.2 Basisschool Willibrord als Katholieke School
13 15 15
3. Ons Onderwijs - hoe ziet de praktijk er uit 3.1 3.2 3.3 3.3.1 3.4 3.4.1 3.4.2 3.5 3.5.1 3.6 3.6.1 3.6.2 3.7 3.8 3.9 3.10 3.10.1 3.10.2 3.10.3 3.11
Aanmelding en Inschrijving Kleutergroepen (1/2) Wereldoriëntatie / Projectwerk Techniekonderwijs Leesonderwijs Leeshuis Tutorlezen Rekenonderwijs Rekenhuis Taalonderwijs Taalhuis Schakelklas Bewegingsonderwijs (BO) Kunstzinnige Oriëntatie Verkeersonderwijs ICT-onderwijs (ICT = Informatie, Communicatie en Technologie) Programma’s Digiborden en LCD-schermen ICT-coördinator (ICT-er) Excursies, Schoolreisjes en Kampen
-1-
17 18 19 20 20 20 20 21 21 22 22 23 24 24 25 25 25 26 26 26
Schoolgids 2013-2015
4. De Ondersteuning voor de Kinderen - van aanmelding tot afscheid 4.1 4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.1.4 4.1.5 4.1.6 4.1.7 4.2 4.3 4.3.1 4.4 4.4.1 4.4.2 4.4.3 4.4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.8.1 4.8.2 4.8.3 4.8.4 4.8.5 4.8.6 4.8.7 4.9
Zorg voor de Kinderen Leerling- en Onderwijs Volg Systeem (LOVS) Groeps- en Handelingsplannen Groot zorgteam (GZT) Klein zorgteam (KZT) Kleuterverlenging en Doubleren Verwijzing naar Speciaal Basisonderwijs (SBO/SBaO) Plaatsing Leerling met Speciale Behoefte in het Primair Onderwijs Medische Situaties op School Speciale Zorg Schema van de Zorgstructuur Externe Ondersteuningspartners Schoolbegeleidingsdienst Jeugdgezondheidszorg Overige Hulpverlenings Instellingen Matchpoint Protocol Kindermishandeling Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) Registratie en Rapportage, Voortgangsgesprekken Overstap naar het Voortgezet Onderwijs (VO) Toetsen Informatie-avond, Voorlopig Advies en Eindadvies Open Dagen VO Inschrijven voor het VO Rapportage in Groep 8 Oneens met Advies Overdracht Leerlinggegevens Resultaten van de Uitstroom
27 27 28 28 29 29 30 30 31 32 32 33 33 33 34 34 35 35 35 36 36 36 37 37 37 37 38 38
5. Ouders en de School - betrokkenheid, hulp en verantwoordelijkheid 5.1 5.1.1 5.1.2 5.2 5.2.1 5.2.2 5.2.3 5.2.4 5.2.5 5.3 5.4
Informatievoorziening aan ouders over het Onderwijs en de School Nieuwsbrief, Halfjaarkalender en de Website Oudercontacten Ouderactiviteiten Evenementenwerkgroep Ouderpanel Ouderraad (OR) Medezeggenschapsraad (MR) Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) Ouderbijdrage Klachtenregeling
-2-
39 39 40 41 41 41 42 42 42 42 43
Schoolgids 2013-2015
6. Regeling rond Schooltijden, Vakanties en Verlof - vrije (studie)dagen, roosters en ziektevervanging 6.1 6.1.1 6.1.2 6.1.3 6.1.4 6.2 6.3 6.3.1 6.4 6.5
Schooltijden Schoolbel (aanvang lessen) Afwijkende Schooltijden Afwezigheidsmelding Verlenging Schooldag en Nablijven Vakantierooster Studie(mid)dagen Langere Woensdagen en Vrijdagen Langdurig zieke Kinderen Verlofregeling
45 45 45 46 46 46 46 47 47 47
7. Gedrag, Regels en Protocollen - hoe gaan we met elkaar om 7.1 7.2 7.2.1 7.2.2 7.3 7.3.1 7.4 7.4.1 7.4.2 7.5 7.5.1 7.5.2 7.6 7.7 7.8 7.9 7.10 7.11 7.11.1 7.12 7.13
De vijf ‘Gouden Regels’ Gebouwenregels en Klassenafspraken Gebouwenregels Klassenafspraken Veiligheidsprotocol Schorsing en Verwijdering Werken aan Gedrag op School Kanjertraining ‘ZIEN’ Regels bij Bewegingsonderwijs (BO) Groepen 1/2 Vanaf groep 3 Hoofdluisprotocol Snoepen Niet Roken Mobiele Telefoons Toiletgebruik Eten en Drinken tijdens de Ochtendpauze en de Gruitdag Gruitdag Fietsenstalling Fietsen op de Schoolpleinen
48 48 48 49 49 49 50 50 50 50 50 50 51 51 51 51 52 52 52 52 52
8. Contacten met instellingen - samenwerking met externe partners 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7
Peuterspeelzaal Plus Buiten Schoolse Opvang Hogescholen Fluxus (Centrum voor de Kunsten Zaanstad) Stichting NME en de Schooltuinen Bibliotheek (De Bieb) Brede School Rosmolenwijk (BSR)
-3-
53 53 54 54 54 55 55
Schoolgids 2013-2015
9. Tot slot en voor de Goede Orde - een aantal praktische zaken 9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.5.1 9.5.2 9.5.3 9.6 9.7 9.7.1 9.7.2 9.7.3 9.7.4 9.7.5 9.8
Kapstok Tussen Schoolse Opvang (TSO) Vieren en Trakteren bij verjaardag van Kind en Leerkracht Inzamelen Oud papier Jeugdbladen, Kinderboeken en Educatieve Software Jeugdbladen Boektoppers Ambrasoft Schoolplein bij het Hoofdgebouw Buitenschoolse Sportactiviteiten Schoolvoetbal Schoolkorfbal Schoolhandbal Mini Dam tot Damloop Sportkleding Arbeidsomstandigheden (ARBO) en Bedrijfshulpverlening (BHV)
56 56 57 57 57 57 58 58 58 58 58 59 59 59 59 59
10. Het Bestuur - bevoegd gezag 10.1
De Agora Schoolgids
60
-4-
Schoolgids 2013-2015
Voorwoord Augustus, 2013 Beste ouder(s)/verzorger(s) en andere betrokkenen, Voor u ligt het schoolkatern (de schoolgids) van Basisschool Willibrord te Zaandam. Dit schoolkatern is onderdeel van de schoolgids. Op onze website kunt u de overige informatie (Stichting Agora) terugvinden. Met dit katern willen wij u wegwijs maken in de organisatie, en inzicht geven in de visie en werkwijze van onze school. Doordat scholen verschillen in hun werkwijze, in wat ze kinderen leren, maar ook in de omgang met ouders, is het volgens ons belangrijk dat u goed zicht krijgt op de manier hoe wij hiermee omgaan en hoe daar invulling aan wordt gegeven. Wij hopen dat u, mede door dit katern, te weten komt waar de Willibrord voor staat en wat wij belangrijk vinden in de ontwikkeling van de kinderen. Dit schoolkatern is twee jaar geldig en wordt door de medezeggenschapsraad (MR) beoordeeld. Aan de start van het tussenliggende schooljaar wordt er een inlegvel, met aanpassingen op het huidige katern gemaakt, en verspreid onder de ouders. Het jaar daarop wordt het schoolkatern dan weer opnieuw uitgegeven. Naast het schoolkatern wordt jaarlijks, vlak voor de zomervakantie, het ‘Informatieboekje’ uitgereikt, waarin alle praktische informatie is opgenomen voor het nieuw schooljaar. De Willibrord is constant in beweging en ontwikkeling. Wij proberen ons onderwijs zoveel mogelijk af te stemmen op de behoeftes van kinderen en de maatschappij. De komende twee schooljaren liggen onze speerpunten op het verder verbeteren van de communicatie met ouders, het verbeteren van de leesvaardigheden van de kinderen m.b.t. begrijpend lezen en het verder invoeren van Passend Onderwijs (onderwijs op maat voor alle kinderen). Daarnaast hebben wij de Willibrord Leer Gemeenschappen (WLG) ingevoerd. Binnen deze leergemeenschappen (op het gebied van Rekenen, Taal, Wereldoriëntatie en Kunst/ Cultuur) is al het onderwijzend personeel vertegenwoordigd. Het doel van deze leergemeenschappen is om gezamenlijk te komen tot het verbeteren van het totale onderwijs op school (kwaliteitsverbetering). Dit doen wij door veel te praten over mogelijke verbeteringen, het gezamenlijk delen van de expertise en te innoveren. Zoals u zult begrijpen is bovenstaande informatie erg summier, maar wij hopen dat u door het lezen van dit schoolkatern een duidelijk beeld van onze school zult krijgen. Mocht u echter toch nog vragen hebben of meer willen weten, dan kunt u gerust contact opnemen met één van de leerkrachten, bouwcoördinatoren, IB of de directie. Tenslotte laten wij u weten dat wij het in dit schoolkatern steeds hebben over ‘ouders’; hiermee richten wij ons ook tot de alleenstaande ouder of de verzorger(s) van het kind. Met vriendelijke groeten, Namens het team van RKBS Willibrord, Petra Glandorff & Marcel Kars Directie -5-
Schoolgids 2013-2015
1. De School 1.1 NAW gegevens
Hoofdgebouw: Symon Claeszstraat 9 1502 VD Zaandam T : 075 6163212 F : 075 6121619 E :
[email protected] W: www.bs-willibrord.nl
Dependance: L.T. Roggeplein 1 1502 VL Zaandam T: 075 6163997
Resorterend onder: AGORA; Stichting voor Bijzonder Primair Onderwijs in de Zaanstreek De Weer 10a 1504 AG Zaandam T : 075-6168630 E :
[email protected] W: www.agora.nu
-6-
Schoolgids 2013-2015
1.2 Situatieschets De Willibrord is een katholieke school in het centrum van Zaandam. De school staat op een snijpunt van een aantal wijken: Rosmolenbuurt, Kleurenbuurt, Burgemeestersbuurt en het gebied ten westen van de Zaan. De samenstelling van de school is een afspiegeling van deze buurten. Huisvesting Onze school is verspreid over twee gebouwen die als volgt gesitueerd zijn: -
-
Het hoofdgebouw aan de Symon Claeszstraat, gebouwd midden jaren ’80, waarin 9 lokalen, een speellokaal, een peuterspeelzaal en diverse nevenruimten zijn gevestigd; De dependance aan het L.T. Roggeplein, een groot gebouw uit de jaren ‘50 met verdieping, waarin 8 lokalen en diverse nevenruimten zijn te vinden.
Beide gebouwen liggen op loopafstand van elkaar (ongeveer 150 meter). Er zijn regelmatig activiteiten waardoor kinderen van de verschillende gebouwen elkaar ontmoeten of samenwerken. In het hoofdgebouw bevinden zich de groepen 1 t/m 4. In dit gebouw vindt u vier kleutergroepen (1/2), een schakelklas, twee groepen 3, twee groepen 4 en de peuterspeelzaal (Peutersaen). Tevens is in dit gebouw de werkplek van de directeur, de administratie en de IB van de onderbouw (1 t/m 4) ondergebracht. In de dependance aan het L.T. Roggeplein, bevinden zich de groepen 5 t/m 8. Hier vindt u een groep 5, een groep 5/6, een groep 6, een groep 7, een groep 7/8 en een groep 8. Tevens zijn op deze locatie de werkplek van de adjunct-directeur, het Leeshuis (zie paragraaf 3.3.1), het Rekenhuis (zie paragraaf 3.4.1), het Taalhuis (zie paragraaf 3.5.2), de administratie van de TSO en de IB van de bovenbouw (5 t/m 8) te vinden. Bouwen Op onze school werken we met twee onderwijskundige ‘bouwen’, die worden geleid door een bouwcoördinator: • Onderbouw: • Bovenbouw:
groepen 1 t/m 3 groepen 4 t/m 8
1.3 Schoolgrootte en de groepssamenstelling Voor de komende jaren verwachten wij een leerlingenaantal van 325 kinderen. Deze kinderen worden verdeeld over 14 groepen. We hebben te maken met homogeen (één leerjaar per groep) en heterogeen (meerdere leerjaren per groep) samengestelde groepen. Ons uitgangspunt is om vanaf groep 3 in homogene groepen te werken. Helaas is dat getalsmatig niet altijd mogelijk dit te realiseren. Bij de samenstelling van een heterogene groep is het uitgangspunt altijd de ‘groepsbehoefte’, m.a.w. de kinderen!
-7-
Schoolgids 2013-2015
Groepsverdeling Bij de verdeling in groepen worden de volgende criteria gehanteerd: - een evenwichtige verdeling van leerlingen die meer zorg nodig hebben; - de sociale contacten en wensen van kinderen m.b.t. vriendschappen worden zoveel mogelijk gehonoreerd (hierin worden kinderen gekend d.m.v. een vragenlijstje of een kort gesprekje); - een samenstelling van de groep die zoveel mogelijk in evenwicht is betreffende de verdeling jongens en meisjes; - de zelfstandigheid van de leerlingen. De ouders van de kinderen die het betreffen om naar een heterogene groep te gaan, worden op tijd op de hoogte gebracht. Er is altijd ruimte om vragen te stellen en om verwachtingen uit te spreken. Bij grote twijfel zal er gezocht worden naar een compromis tussen ouders en school. De school bepaalt echter welke kinderen in aanmerking komen voor een zgn. combinatiegroep en zal uiteindelijk een definitieve keuze maken. De vier kleutergroepen zijn bewust heterogeen samengesteld (groep 1 en 2 kinderen bij elkaar). Bij de ontwikkeling van deze jonge kinderen zien wij nl. grote voordelen als kinderen van verschillende leeftijden in deze groepen bij elkaar zitten. We streven bij deze groepen naar een (gemiddelde) maximale groepsgrootte van 25 leerlingen. 1.4 Schoolorganisatie 1.4.1 Team Het team van Basisschool Willibrord bestaat uit 35 personen. Naast het geven van de lessen door de groepsleerkrachten, kennen wij binnen de school nog vele andere taken en functies. In het onderstaande foto-overzicht worden alle personeelsleden met hun taken en functies aan u voorgesteld. Petra Glandorff Directeur Lid MT
Marcel Kars Adjunct-directeur Groepsleerkracht 8 Adviseur OR Lid MT
Margo Roozendaal Groepsleerkracht 1/2 Bouwcoördinator OB Coördinator VVE
Marlies Oehler Groepsleerkracht 7/8 Bouwcoördinator BB Voorzitter MR Lid GMR
Lid MT
Lid MT Foka Brinkman IB groepen 1 t/m 4 Gedragsspecialist
Tiny Eijben IB groepen 5 t/m 8 Intern Contactpersoon Rekencoördinator Coördinator ‘Leeshuis’
-8-
Schoolgids 2013-2015
Marijke van Tunen-Blank Leeshuisbegeleiding Rugzakbegeleiding Remedial Teacher
Annette Nugter-Palmboom Rugzakbegeleiding TSO-coördinator
Erica Janssen Onderwijs assistente 3 t/m 8 Rugzakbegeleiding Assistente Taalhuis
Gülsen Öztürk-Demirci Onderwijs assistente
Filiz Ilhan Onderwijs assistente 1/2
Melahat Gültekin Onderwijs assistente 1/2
Paula Kroon Leerkracht Schakelklas Coördinator Mediatheek
Tineke Rep-Bunders Management assistente
Ekrem Say Conciërge
Ton van Nooij Conciërge
Willie Pullens Groepsleerkracht 1/2
Daphne Salsano-Bego Groepsleerkracht 1/2
Shelley Basarat Groepsleerkracht 1/2
Laila Fortgens Groepsleerkracht 1/2
Nancy Wouda Groepsleerkracht 1/2
Mariëtte Oppatja Groepsleerkracht 1/2 Leerkracht Taalhuis
-9-
Schoolgids 2013-2015
Mieke Mandjes Groepsleerkracht 3
Caroline Kersemakers Groepsleerkracht 3
Mieke van Heusden Groepsleerkracht 4
Janneke Rep-deJonge Groepsleerkracht 4
Jitske Wijngaards Groepsleerkracht 4 Coördinator Kunst & Cultuur
Marijke Mol Lous Groepsleerkracht 5
Ellen van Urk Groepsleerkracht 5/6 Coördinator ICT
Stephanie Benner Groepsleerkracht 6
Marian Sporkslede Groepsleerkracht 7 Coördinator Techniek
Elly Kat Groepsleerkracht Coördinator Stages
Leo Huis Groepsleerkracht 8 Rekenspecialist Leerkracht Rekenhuis
Eef van Duuren Leerkracht ondersteuner
Pim Versteeg Vakleerkracht Bewegings Onderwijs Coördinator Sport
Het merendeel van de taken binnen de school wordt dus door de groepsleerkachten gecombineerd met een lesgevende taak. Die leerkrachten hebben zich door het volgen van opleidingen en cursussen gespecialiseerd op een bepaald vakgebied.
- 10 -
Schoolgids 2013-2015
1.4.2 Schoolleiding Directie De school wordt geleid door een directeur en een adjunct-directeur. Zij zijn verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de school. De directeur is 4 dagen ambulant (vrij van lesgevende taken) en de adjunct-directeur 2 dagen. Bouwcoördinatoren De directie wordt ondersteund door 2 bouwcoördinatoren. De bouwcoördinatoren geven leiding aan de twee bouwen (zie paragraaf 1.2) op het terrein van organisatie en onderwijsinhoud. Zij zijn, na de leerkrachten, het eerste aanspreekpunt voor ouders. Managementteam (MT) Samen met de directie vormen de bouwcoördinatoren het managementteam van de school. 1.4.3 Interne Begeleiding (IB) Binnen ons team hebben we twee Interne Begeleiders, vaak afgekort als IB-ers. Eén is verantwoordelijk voor de ondersteuning in de groepen 1 t/m 4 en de ander voor de ondersteuning in de groepen 5 t/m 8. De IB-ers coördineren de complete ondersteuning binnen de school. Zij begeleiden leerkrachten bij vragen over ondersteuning, extra intern onderzoek en externe hulpvragen. Wanneer kinderen zich zodanig ontwikkelen, dat het gewone onderwijsaanbod niet meer voldoet, zal de leerkracht samen met de IB-er bekijken welke stappen er moeten worden genomen. Dit kan op leergebied zijn, maar ook op het gebied van gedrag of werkhouding. Ouders worden altijd op de hoogte gesteld van het ondersteuningstraject. De IB-ers worden hierin ondersteund door een Remedial Teacher en verschillende Onderwijs Assistenten (w.o. rugzakbegeleiders). Zij werken met kleine groepjes of individuele leerlingen die extra ondersteuning behoeven. Tenslotte zijn de IB-ers verantwoordelijk voor de volledige toetskalender en de daarmee samenhangende verwerking en evaluatie van alle toetsgegevens. Groot Zorgteam (GZT) De beide IB-ers maken samen met de directeur deel uit van het Groot Zorgteam (zie verder paragraaf 4.1.3), waarin zes keer per schooljaar de leerlingen die op wat voor manier dan ook ondersteuning behoeven bij hun ontwikkeling binnen de basisschool worden besproken. Klein Zorgteam (KZT) De directeur en de beide IB-ers vormen samen het interne Klein Zorgteam (zie paragraaf 4.1.4). Binnen dit KZT worden iedere week de lopende ondersteuningstrajecten binnen de school besproken. Zij zorgen tevens voor input in het GZT.
- 11 -
Schoolgids 2013-2015
1.4.4 Ziektevervanging Als een groepsleerkracht op de Willibrord zich onverhoopt ziek meldt, wordt er volgens een bepaalde procedure bekeken hoe de vervanging kan worden geregeld. Kortdurende afwezigheid (1 à 2 dagen) Stap 1 We proberen altijd eerst te kijken of er iemand van de parttime collega's beschikbaar is, die de groep (kortdurend = 1 à 2 dagen) kan opvangen; Stap 2 Vervolgens wordt bij de Stichting Agora gekeken of er een beroep op iemand van de zgn. vervangingspoule kan worden gedaan; Stap 3 De groep van de zieke leerkracht wordt opgedeeld over de andere groepen. Dit is meestal de optie voor de eerste dag van ziekte van een leerkracht; Stap 4 Als vervolgens blijkt dat er geen goede vervangingsoplossing mogelijk is via stap 1, stap 2 of stap 3, wordt besloten een groep kinderen een dag niet naar school te laten komen. Hierover wordt altijd schriftelijk gecommuniceerd met ouders, en mochten ouders geen opvang voor hun kind kunnen regelen, dan kan het kind gewoon naar school komen en wordt het opgevangen in één van de andere groepen. Langdurende afwezigheid Stap 1 Indien een groepsleerkracht langer afwezig is wordt bij de Stichting Agora gekeken of er een beroep op iemand van de zgn. vervangingspoule kan worden gedaan; Stap 2 Lukt het niet om externe vervanging te regelen, dan wordt gekeken of we het intern binnen de schoolorganisatie kunnen oplossen. Stap 3 Wanneer noch extern, noch intern een oplossing worden gevonden dan zal worden overgegaan op het wisselend naar huis sturen van groepen kinderen. Wij realiseren ons dat bovenstaande verre van ideaal is, maar in extreme gevallen zijn wij genoodzaakt bovenstaande procedure in werking te stellen. Het is nu eenmaal zo dat het (basis-)onderwijs heeft te kampen met een tekort aan vervangende leerkrachten, waardoor het vaak moeilijk is om op korte termijn een vervangende leerkracht te vinden. Gelukkig hebben wij de afgelopen jaren het naar huis sturen van groepen tot een minimum weten te beperken. - 12 -
Schoolgids 2013-2015
2. De Visie van de School - waar de school voor staat 2.1 Kleurrijk in Kansen Onze slogan is “Kleurrijk in Kansen”. Dit geeft aan dat wij willen uitstralen een school te zijn die kansen biedt aan elk uniek kind. Dit willen wij vorm geven door bij alles wat wij aanbieden uit te gaan van vier kernkwaliteiten namelijk: Talentontwikkeling van het unieke kind Kinderen komen naar school om te leren. Het leren van kennis en vaardigheden en ook het leren samenwerken, het leren ondernemen en het leren ontdekken. Leerkrachten streven ernaar voor alle leerlingen zoveel mogelijk actieve en zinvolle leersituaties te organiseren. Verschillen tussen kinderen worden niet opgevat als een ‘hinderlijke afwijking’ van het gemiddelde, maar als een uitgangspunt voor ons onderwijs. We worden als school uitgedaagd om aan die verschillen tegemoet te komen, door alle kinderen onderwijs te geven, dat wat betreft vorm, inhoud en timing het best bij hun ontwikkeling past. Daarnaast besteden wij aandacht aan het ‘leren’ leren, het reflecteren op hoe je hebt geleerd (terug kijken op jezelf), op het zien van samenhang en het verwoorden van het eigen denkproces. Betekenisvolle leef- en leeromgeving Binnen een betekenisvolle en gevarieerde leeromgeving worden succeservaringen opgedaan. In de school wordt de leerstof mede ontleend aan de leef- en belevingswereld van het kind, waarin het initiatief van het kind een belangrijke rol kan spelen. Het onderwijs moet tevens gericht zijn op het behalen van resultaten, kinderen moeten er competenter van worden. We leren kinderen keuzes maken binnen een uitdagende situatie waarin zelfstandig spelen en leren wordt afgewisseld met, en aangevuld door, gestuurd en begeleid leren. Op doordachte wijze vindt afwisseling plaats tussen sturing en ruimte geven. We streven naar een evenwicht tussen gestructureerde en meer open situaties en tussen enerzijds beleid en doelmatig plannen en anderzijds gevoeligheid voor onverwachte wendingen in processen en gebeurtenissen. Respectvolle, kleurrijke ontmoetingsplek De Willibrord is een multiculturele school. Wij respecteren verschillende culturele en/of levensbeschouwelijke achtergronden en verwachten dat respect ook van ouders en kinderen. Een goede samenwerking tussen schoolleiding, leerkrachten, kinderen en ouders, Ouderraad, Medezeggenschapsraad en Bestuur vormt de basis voor een goed schoolklimaat. De school staat middenin de maatschappij en heeft daarom ook een maatschappelijke functie. We stimuleren activiteiten die de Brede Schoolontwikkeling ondersteunen en participeren in de Brede School Coalitie Rosmolenwijk. - 13 -
Schoolgids 2013-2015
Samenwerken vanuit vertrouwen en veiligheid Binnen ons pedagogisch klimaat gaan we uit van de drie basisbehoeften: Relatie, Competentie en Autonomie.We creëren een veilige leeromgeving waarin het kind zich welkom voelt. Vanuit een veilig klimaat zijn accenten op samenwerken en samen leren mogelijk.Samenwerkend leren bevordert een positieve relatie tussen kinderen met verschillende ontwikkelingsniveaus.We willen uitgaan van de talenten van kinderen. Zij moeten succeservaringen kunnen opdoen, zich competent voelen. We zien het als een opdracht om diverse talenten een kans te geven zich te ontplooien. Dit kan op cognitief gebied zijn, maar ook op het gebied van muziek, creativiteit, beweging en sociale vaardigheden. Door gebruik te maken van talenten (sterke competenties) kunnen minder sterke competenties zich ontwikkelen. Aan het bevorderen van zelfstandigheid werken wij bewust binnen ons onderwijsprogramma. Voorbeelden hiervan zijn het omgaan met uitgestelde aandacht en het takensysteem. Ook vinden we dat kinderen de kans moeten krijgen om zelf beslissingen te nemen en van de gevolgen te leren. Zij moeten de mogelijkheid hebben om verantwoordelijkheid te dragen voor hun leren. De samenwerking met ouders hebben wij hoog in het vaandel staan. Wij hebben de overtuiging dat een goede samenwerking tussen ouders en school optimale kansen voor kinderen creërt. De visie op ouderbetrokkenheid is gebaseerd op Educatief Partnerschap. Dit is een manier om betekenisvolle samenwerkingsrelaties tussen ouders, school en gemeenschap vorm te geven. Hierbij gaan we uit van vier uitgangspunten:
1. Gezamenlijk belang Ouders en school hebben als doel om de ontwikkeling van kinderen optimaal te stimuleren. Ouders en school zijn bondgenoten in opvoeding en ontwikkeling en werken daardoor nauw samen met elkaar. 2. Wederzijdse betrokkenheid Tijdige, duidelijke en voldoende informatie verstrekking van beide partners d.m.v. een open, eerlijke en regelmatige communicatie 3. Gelijkwaardigheid Het educatief partnerschap is gebaseerd op respect, vertrouwen van en in elkaar en het meedenken over de ontwikkeling van kinderen. 4. Aandacht voor diversiteit De Willibrord is een respectvolle, kleurrijke ontmoetingsplek. Dit wordt gedragen door ouders, kinderen en leerkrachten.
- 14 -
Schoolgids 2013-2015
2.1.1 Schoolprofiel Wij besteden een groot deel van onze onderwijstijd aan de kerndoelen van het basisonderwijs. Daarnaast kunnen we een deel van de tijd invullen met iets “extra’s” voor de kinderen. Daarmee profileert onze school zich in de omgeving. Als “extra” hebben wij, zes jaar geleden, gekozen voor Kunst en Cultuur. Het Kunst- en Cultuurprofiel is beschreven rondom een zestal aspecten: -
-
-
wat wij met kinderen in acht jaar willen bereiken; de inrichting van de school en de lokalen; de werkcultuur op school; de hoogtepunten van ons onderwijsprogramma de kwaliteiten van de leerkrachten de buitenschoolse partners
Het Kunst- en Cultuur(beleids)plan zal geactualiseerd en verder uitgewerkt worden. 2.2 Basisschool Willibrord als Katholieke School Onze school is een bijzondere school, een katholieke school. Onze geschiedenis gaat terug naar het jaar 1869. In dat jaar werd de “Vereeniging van Weldadigheid onder de bescherming van den Heiligen Joseph” opgericht. Het bestuur probeerde een begin te maken met het Katholiek Onderwijs in de Zaanstreek. Dit lukte in 1872 na bemiddeling van de bisschop van Haarlem. Er kwamen toen zusters van de (onderwijs)congregatie J.M.J. uit Engele (bij Den Bosch) beschikbaar. Zij begonnen o.a. een Rooms Katholieke Bewaarschool en hieruit voort kwam even later de Rooms Katholieke Meisjesschool, de Willibrordus. Hier liggen dus onze wortels. De maatschappij is in de jaren veranderd, het denken over kerk en samenleving ook. Wij vinden het belangrijk om naar onze kinderen uit te dragen dat we ons als Christenen willen gedragen. Dat betekent concreet dat we de Christelijke feestdagen m.n. Kerst en Pasen in de hele school duidelijk vieren. De boodschap die we hierin willen meegeven is, dat er 2000 jaar geleden een mens is geboren, die mensen kon inspireren hoe zij (wij dus) hier op aarde op een goede manier zouden kunnen omgaan met elkaar. Deze manier van samenleven is gebaseerd op wederzijds respect, verdraagzaamheid en zorg voor de medemens. Bijbelverhalen worden behalve rondom Kerst en Pasen ook op andere momenten verteld als een thema zich hiervoor leent. Het kan dan bijvoorbeeld gaan over de Toren van Babel, het verhaal van Noach, het Scheppingsverhaal, Abraham en Izaak enzovoorts. Naast deze verhalen worden er verhalen verteld met een “boodschap”, verhalen die je aan het denken zetten over je eigen leven. Er is aandacht voor kinderen die in het gezin of familie een doop vieren, of die hun eerste communie doen. Wij onderhouden geen actieve, kerkelijke band met de katholieke kerk naast de school, de Bonifatiuskerk. Hoewel we wel elk jaar met Kerst de kerk met de kinderen bezoeken. - 15 -
Schoolgids 2013-2015
Naast aandacht voor onze ‘identitieit’ zoals hierboven omschreven, gebruiken we op school ook de methode ‘Kleur’. Deze wordt ingezet om aandacht te schenken aan onze ‘kleurrijke’ schoolbevolking en alle andere vormen van ‘identiteit’ die we onder ons dak hebben. ‘Kleur’ benoemt de multiculturele samenstelling van onze schoolomgeving (maatschappij) en gaat daar vanuit de verschillende culturen op in. Het respecteren van elkaars culturen en identiteiten speelt daarbij de boventoon. Behalve ouders en kinderen met een christelijke achtergrond, hebben wij ook te maken met ouders en kinderen met een andere levensbeschouwelijke achtergrond. Mede daarom besteden we ook aandacht aan de belangrijke gelovige feesten van de grote wereldgodsdiensten. Zo willen wij een R.K. school zijn en dat betekent, zoals een oud-directeur dit 25 jaar geleden al omschreef: Ruim Katholiek.
- 16 -
Schoolgids 2013-2015
3. Ons Onderwijs - hoe ziet de praktijk er uit -
3.1 Aanmelding en Inschrijving Aanmelding Leerlingen kunnen aangemeld worden vanaf het tweede levensjaar. Er vindt een gesprek plaats tussen de directeur en de ouders waarin zij informatie krijgen over de Willibrord. Tevens wordt van beide kanten informatie verstrekt en verwachtingen uitgesproken die van belang kunnen zijn voor de uiteindelijke schoolkeuze. Tijdens dit gesprek kunnen de ouders de school bekijken. Om een goede schoolkeuze te kunnen maken adviseren wij ouders altijd de sfeer te komen proeven en te bekijken of de school aansluit bij de verwachtingen die ze hebben. Inschrijving Voor plaatsing/inschrijving vindt de afweging plaats of de school tegemoet kan komen aan de pedagogische en didactische hulpvraag van de leerling. De inschrijving zal dan ook in eerste instantie voorlopig zijn, zodat de school de tijd heeft om zich te verdiepen in de onderwijsbehoeftes van het kind en zich eventueel van verdere informatie kan voorzien. Minimaal drie maanden voordat het kind 4 jaar wordt is er een gesprek tussen de bouwcoördinator van de onderbouw en ouders. Hierin wordt nog e.e.a. besproken om zoveel mogelijk zicht te krijgen op de ontwikkeling van het kind. Ouders krijgen daar (of al eerder) te horen of het kind definitief geplaatst is. Inschrijving zij-instromers Inschrijving van kinderen die al op een andere school hebben gezeten vindt op een andere manier plaats. Kiezen de ouders inderdaad voor de Willibrord, dan vindt er ook in deze gevallen een kennismakingsgesprek plaats. Daarnaast neemt onze school contact op met de school waar het kind heeft gezeten. Er wordt dan informatie ingewonnen over de onderwijsbehoeftes van hem of haar. Mocht dan blijken dat wij niet aan deze behoeftes van het kind kunnen voldoen (bijvoorbeeld een speciaal onderwijs indicatie of buitensporig gedrag), dan wordt het kind niet aangenomen. Overplaatsing Gaat het om ‘overplaatsing’ van een kind zonder dat er sprake is van verhuizing, dan vindt inschrijving pas plaats ná intensief overleg met de school die het kind eerder bezocht heeft. In principe worden er binnen Zaanstad geen kinderen overgeplaatst van de ene naar een andere basisschool gedurende een lopend schooljaar, met uitzondering van een verhuizing of in geval van een bijzondere situatie waarin beide scholen overeenstemming hebben met elkaar.
- 17 -
Schoolgids 2013-2015
3.2 Kleutergroepen (1/2) In de kleutergroepen werken we vanuit de visie van het Ontwikkelingsgericht Onderwijs (OGO). Hieronder vindt u in hoofdlijnen wat OGO inhoudt en wat de uitgangspunten zijn: - Kinderen zijn ontwikkelbaar. Hun ontwikkeling hangt af van de volwassenen om hen heen: ouders/familie/leerkrachten. Deze volwassenen dienen zich voor de ontwikkeling en het welzijn van de kinderen in te zetten. Belangrijk is dat zij hoge verwachtingen van de kinderen hebben; - Kinderen willen deelnemen aan de wereld om hen heen en aan de volwassenen is het om de kinderen in deze wereld wegwijs te maken; - Kinderen moeten initiatieven kunnen ontplooien en betrokken zijn bij de activiteiten die wij als volwassenen hen bieden. Alleen dán is ontwikkeling mogelijk; - Waar kinderen dingen nog niet kunnen, bieden wij hen onze hulp en steun, zodat ze daarna weer zelf verder kunnen (dit is de zone van de naaste ontwikkeling). Door middel van observeren ontdekken we waar en wanneer het kind onze hulp nodig heeft; - Vanaf 2 à 3 jaar ontwikkelt een kind zich via spel; voor jonge kinderen zijn daarom spelactiviteiten de belangrijkste basis voor verdere ontwikkeling. Vanaf 7 à 8 jaar gaan de spelactiviteiten langzaam over in bewuste leeractiviteiten. Voor zover mogelijk zal dit een ononderbroken ontwikkelingslijn moeten zijn, die niet te delen is door grenzen in leeftijd of kalendertijd; - Lichamelijke en verstandelijke ontwikkeling gaan samen, beïnvloeden elkaar. Door veel met bijvoorbeeld spel bezig te zijn, ontwikkelt het kind zijn spraak en tegelijkertijd ook zijn denkvermogen; - Kinderen zijn verschillend in hun ontwikkeling en op die verschillen moeten wij ons instellen om verdere ontwikkeling te laten ontstaan. Waaraan is nu te zien dat wij als Basisschool Willibrord deze uitgangspunten van Ontwikkelingsgericht Werken (OGW) inbouwen in ons onderwijsprogramma? In de groepen 1 t/m 4 wordt er veelvuldig gewerkt in kleine kringen. In zo'n groepje van 4 tot 8 kinderen, wordt er beter op het niveau van een kind gewerkt en zijn de kinderen intensiever betrokken bij deze kringactiviteit. Naast het werken in deze kleine kringen wordt er ook regelmatig zelfstandig gewerkt in kleine groepjes of in de hoeken, of onder begeleiding van de leerkracht en/of onderwijsassistent. Daarnaast ligt het accent van dit onderwijs op het spel van het jonge kind.
- 18 -
Schoolgids 2013-2015
D.m.v. spel komen kinderen in actie en dus in ontwikkeling. De inrichting van een spelhoek is daardoor dan ook anders. Het is niet zomaar een poppenhoek, maar het is een huishoek, waarin op aangeven van de leerkracht het spel, en daarmee het gebruik van taal, op een steeds hoger niveau komt. Er wordt, daarnaast ook veel gewerkt met thematische hoeken, die dan steeds een relatie hebben met de vaste lees- en schrijfhoek. In de groepen 1/2 wordt dus ook thematisch gewerkt. Dit houdt in dat er in de groep, gedurende een aantal weken, een thema centraal staat. Alle activiteiten en hoeken zijn gekoppeld aan het thema. Binnen dit thematisch werken krijgen kinderen ruimte om ook inhoud te geven aan het thema (o.a. kijktafel inrichten). Door thematisch te werken en te kiezen voor thema’s die in de belevingswereld van kinderen liggen, wordt het aanbod voor kinderen betekenisvol en zullen zij meer gemotiveerd raken om tot leren te komen. Bij het voorbereiden van de thema’s willen we het aanbod graag zo breed mogelijk maken. We maken daarom gebruik van allerlei (digitale) bronnen, maar werken ook al een aantal jaren met de methode ‘Kleuterplein’. ‘Kleuterplein’ werkt met bronnenboeken die veel liedjes, bewegingslessen en allerlei taal- en rekenactiviteiten gekoppeld aan thema’s, aanbieden. Ook zijn er voor het digibord reken- en taalopdrachten voorhanden die we klassikaal, in groepjes of individueel kunnen aanbieden. Zit uw kind al op school en bent u nieuwsgierig geworden hoe dat in de praktijk gaat dan bent u van harte welkom tijdens de inloopweek, die we ieder jaar in één van de eerste weken van het schooljaar houden in de groepen 1/2. 3.3 Wereldoriëntatie (WO) / Projectwerk Groepen 1 t/m 4 In de groepen 1 t/m 4 wordt er gewerkt in thema’s welke worden voorbereid en uitgewerkt met behulp van bronnenboeken en voorlopers van moderne methoden. Zo sluiten wij aan bij de leef- en belevings wereld van de kinderen en zorgen we ervoor dat we beantwoorden aan de kerndoelen voor dit vakgebied Groepen 5 t/m 8 In de groepen 5 t/m 8 werken we met WO-methode “De Grote Reis”. Het is een geïntegreerde methode, wat wil zeggen dat de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuuronderwijs in verschillende thema’s binnen deze methode worden aangeboden. In het schooljaar 2012-2013 zijn we echter al begonnen met een oriëntatie op een nieuwe WO methode, omdat we toe zijn modernisering op dit vakgebied. Naast het gebruik van methodes, geven we verder invulling aan WO met o.a. gesprekken, School-tv en extern aanbod. Met bovenstaand aanbod wordt voldaan aan de kerndoelen van het basisonderwijs. Met de kerndoelen wordt aangegeven wat we minimaal moeten aanbieden. Belangrijker is volgens ons echter hoe een en ander wordt geleerd. Zoals gezegd: zoveel mogelijk ontdekkend en onderzoekend bezig zijn, zelf waarnemen, experimenteren, vragen stellen en luisteren. - 19 -
Schoolgids 2013-2015
3.3.1 Techniekonderwijs Techniekonderwijs is voor een deel uitgezet in het schoolthema. Ieder jaar, bij de invulling van het thema worden de doelstellingen m.b.t. techniekonderwijs daarin meegenomen. Wij bemerken dat de kinderen op de Willibrord een grote affiniteit hebben met techniek. Vooral het ontdekkend leren en het zelf experimenteren, zorgt voor een grote betrokkenheid. Naast het schoolthema werken we met de methode “Krachtpatsers/Wonderzoekers” in de groepen 1/2. Voor de andere groepen hebben wij “NatuNiek” aangeschaft. Binnen onze school hebben wij een proactieve techniekcoördinator die ook zorgt voor een aanbod techniek welke niet in het reguliere programma is opgenomen (o.a. bezoek aan de Techniek bus, les van de Techniekcoach, input op al lopende thema’s voor techniek). 3.4 Leesonderwijs In de groepen 3 wordt het aanvankelijk taal/lezen aangeboden met de methode “Veilig Leren Lezen”. Op een zeer gestructureerde manier wordt het lezen de leerlingen aangeleerd. Het aanvankelijk lezen gaat over in Technisch lezen. Vanaf groep 4 krijgen de kinderen naast het Technisch Lezen ook Begrijpend Lezen. Daarbij wordt voornamelijk gewerkt met “Nieuwsbegrip”. Dit is een eigentijdse Begrijpend Leesmethode die werkt aan de hand van teksten voor kinderen in de groepen 4 t/m 8, die handelen rondom actuele gebeurtenissen. Bij het Technisch Lezen wordt in de groepen 4 t/m 8 uitgegaan van het AVI-systeem. Hierbij lezen kinderen meestal in een groepje boekjes op hun eigen leesniveau. Een aantal keer per jaar wordt bij kinderen een toets (DMT) afgenomen om het AVI-niveau te bepalen. Wanneer het Technisch Lezen op voldoende niveau is, verschuift het accent naar Begrijpend - en Belangstellend Lezen. 3.4.1 Leeshuis In het schooljaar 2008-2009 werd een start gemaakt met de opzet van een begeleidingstraject voor kinderen met ernstige lees en/of spellingsproblemen (dyslexie). Volgens een vast protocol wordt aan een aantal kinderen individuele en specialistische begeleiding gegeven. Er zijn criteria opgesteld om in aanmerking te komen voor het ‘Leeshuis’. De hulp wordt buiten schooltijd georganiseerd. De begeleiding wordt gegeven door de IB-er van de bovenbouw en een RT-er. Aanmeldingen voor deze begeleiding verlopen via de leerkracht en de IB. 3.4.2 Tutorlezen Twee keer in de week vindt er tutorlezen plaats. Oudere kinderen, die het technisch lezen al goed onder de knie hebben, begeleiden de jongere kinderen bij dit technisch lezen. De tutoren (de goede lezers) krijgen instructie vooraf en begeleiding tijdens het tutorlezen. Deze één-opéén begeleiding wordt door zowel de tutoren als de tutees als heel positief ervaren. Het leesplezier neemt toe, daardoor ook de motivatie en uiteindelijk de leesresultaten. - 20 -
Schoolgids 2013-2015
3.5 Rekenonderwijs Het rekenen op de Willibrord gebeurt aan de hand van de reken- en wiskunde methode, “Wereld in Getallen” (WIG-4). Deze methode gaat uit van veel gesprek en overleg tussen kinderen onderling en tussen kinderen en de groepsleerkracht (interactie). In groepsgesprekken wordt samen gezocht naar een goede oplossingsmethode voor een bepaald rekenkundig of wiskundig probleem. Zolang als de oplossing gevonden wordt, is elke methode goed. Echter: samen wordt er vervolgens ook gekeken naar welke manier om iets op te lossen het meest efficiënt en/of het meest handig is. Belangrijkste bij deze werkwijze is dat kinderen inzicht krijgen in reken- en wiskunde begrippen en dat zij probleemoplossend leren werken. WIG start vanaf groep 3. Elke maand wordt er een toets afgenomen over de voorafgaande leerstof. In de week daarna krijgen de kinderen òf zogenoemde verrijkings- of verdiepings stof, òf ze krijgen een taak waarin een aantal onderdelen nog eens herhaald worden. In de kleutergroepen vinden er voorbereidende reken- en ‘hoeveelheidsactiviteiten’ plaats. Vanuit het ministerie is er een accent gelegd op de basisvaardigheden Rekenen en Taal. Na een aantal jaren te hebben gewerkt met een rekenverbeterplan om daarmee het rekenonderwijs nog beter inhoud te geven, hebben we de resultaten van de kinderen aanzienlijk omhoog gekregen. Vanuit dit plan en de daarbij behorende financiering vanuit het ministerie, hebben wij een teamlid als rekenspecialist opgeleid. Hij houdt samen met de WLG Rekenen het team op de hoogte van de laatste ontwikkelingen, organiseert activiteiten gerelateerd aan het rekenonderwijs (o.a. de Grote Rekendag, Canadees vermenigvuldigen toernooi, de Kangoeroewedstrijd) en zij bekijken de nieuwe rekenmaterialen. De rekencoördinator (IB-er van de groepen 5 t/m 8) maakt i.s.m. de rekenspecialist en de WLG Rekenen het rekenbeleid op onze school. 3.5.1 Rekenhuis Vanaf schooljaar 2011-2012 zijn wij naast het reeds bestaande ‘Leeshuis’, gestart met een ‘Rekenhuis’. In dit ‘Rekenhuis’ krijgen kinderen, die wel de potentie hebben om goed te kunnen rekenen, maar dit niet laten zien in hun toetsresultaten, extra instructie in kleine groepjes. De basisvaardigheden worden gestructureerd aangeboden met als doel de rekenresultaten te verhogen. De kinderen worden uitgekozen door de school om deel te nemen aan het ‘Rekenhuis’. De rekencoördinator heeft samen met de directie en de rekenspecialist, criteria vastgesteld voor deelname. In een ‘Rekenhuis’-groep zitten gemiddeld 12 kinderen en er wordt gewekt met drie groepen. Het onderwijs in het ‘Rekenhuis’ wordt aangeboden door onze rekenspecialist. De kinderen, en ook ouders, ondertekenen een contract waarin wordt afgesproken dat ze er alles aan zullen doen om de resultaten te verhogen. De kinderen krijgen één keer per week les in het ‘Rekenhuis’. Er is regelmatig overleg tussen de rekenspecialist en de vaste leerkracht van het kind.
- 21 -
Schoolgids 2013-2015
3.6 Taalonderwijs Taal is één van de belangrijkste onderdelen op een basisschool. Taal moet niet alleen geleerd worden, maar is ook de spil van het onderwijs. De hele dag door wordt taal ingezet. Of anders: we leren niet alleen hoe de taal in elkaar zit, door te werken aan spelling en grammatica, maar we gebruiken dezelfde taal om te leren. Er wordt onderscheid gemaakt tussen mondelinge en schriftelijke taal. Elke groep heeft hierin zijn eigen accenten. NT2 De school heeft te maken met een gemengde schoolbevolking, waarbij sprake is van een groep niet-Nederlandstalige kinderen. Voor hen, die het Nederlands niet aangeleerd hebben gekregen, creëren wij extra onderwijstijd waarbij wij het accent leggen op verwerving van het Nederlands als tweede taal (NT2). Vooral in de lagere groepen wordt het accent gelegd op het NT2 onderwijs. .Het Ontwikkelingsgericht Onderwijs, welke ingezet wordt in de groepen 1/2 leent zich prima voor het aanbieden van taalonderwijs op verschillende niveaus. Door te werken vanuit spel wordt de betrokkenheid verhoogd en zijn kinderen gemotiveerd om te leren. Zij nemen zo sneller de Nederlandse taal op. Thema’s Er wordt in de groepen 1 t/m 4 zoveel mogelijk thematisch gewerkt. Dit vergroot de betrokkenheid van leerlingen op het onderwijs. Per thema worden er steeds een aantal woorden gekozen door de leerkracht. Deze woorden worden gedurende een bepaalde periode steeds opnieuw gebruikt/herhaald, zodat de woordenschat vergroot wordt. De kinderen die de Nederlandse taal al machtig zijn, vergroten ook hun woordenschat, maar aansluitend op hun eigen niveau. Taal- en Spellingmethode Taal wordt vanaf groep 4 aangeboden met behulp van de methode “Taal in Beeld” (TiB) en spelling via de daaraan gekoppelde methode “Spelling in Beeld” (SiB). Deze methodes zijn vorig jaar aangeschaft en zijn een verrijking voor het taalonderwijs op onze school. Zij sluiten aan bij het aanvankelijk taal/lezen dat de kinderen in groep 3 hebben gehad. In deze methoden is veel ruimte voor differentiatie, wat betekent dat kinderen op verschillende niveaus binnen deze methode kunnen werken. Engels Dit schooljaar zullen de groepen 7 en 8 gaan werken met de nieuwe Engelse methode “Take it Easy”. De methode, die voor een groot deel digitaal wordt aangeboden, neemt het oudere basisschool kind op een speelse en actuele manier mee in hun ontwikkeling van de Engelse taal. Het voordeel van deze methode is dat zij ook voorziet in een aanbod voor de kinderen in de groepen 5 en 6. Er zal echter eerst minimaal één schooljaar met deze methode worden gewerkt voordat er wordt gekeken naar uitbreiding richting de groepen 5 en 6. 3.6.1 Taalhuis Na het aangetoonde succes van het ‘Leeshuis‘ en het ‘Rekenhuis’ zijn we in het schooljaar 2012-2013 ook begonnen met het ‘Taalhuis’. Ook het ‘Taalhuis’ is, naast het ‘Leeshuis’, een naschools ‘huis’. De gemeente Zaanstad heeft een subsidie beschikbaar gesteld voor een 2e schakelklas (voor de 1e schakelklas zie paragraaf 3.6.2). Op de Willibrord hebben we voor deze 2e schakelklas als naam gekozen het ‘Taalhuis’. - 22 -
Schoolgids 2013-2015
Leerlingen vanaf groep 5, die in hun ontwikkeling belemmerd worden door een lage woordenschat kunnen op vrijdagmiddag van 13.30 tot 16.30 uur, gebruik maken van extra woordenschatonderwijs. Dit ‘Taalhuis’ heeft tot doel de woordenschat en daarmee de taalvaardigheid van deze leerlingen te vergroten. Voor het ‘Taalhuis’ worden de kinderen (net zoals voor het ‘Rekenhuis) door de school geselecteerd om mee te doen. Vervolgens wordt er in overleg met hun ouders besloten tot deelname. Hiervoor tekenen ouders èn kinderen een contract waarin afspraken worden gemaakt om samen te zorgen voor het verbeteren van de resultaten. Door het kind mede te laten tekenen zal het ‘eigenaarschap’ en de motivatie van het kind m.b.t. zijn eigen taalontwikkeling worden vergroot. In het ‘Taalhuis’ staat dus de brede woordenschatontwikkeling centraal. Dit realiseren wij door thematisch te werken; binnen de thema’s komen de cognitieve, creatieve en sociale aspecten aan bod. Het ‘Taalhuis’ wordt ‘bewoond’ door maximaal 18 leerlingen, 1 leerkracht en een onderwijsassistent. Deelname aan dit ‘huis’ betekent dat een aantal kinderen van onze school 3 uur extra taalonderwijs per week (35 weken per jaar) buiten de reguliere schooltijden gaan volgen. Op jaarbasis is dat 105 uur, exclusief nog 4 uur voor excursies. Wij zien het ‘Taalhuis’ samen met ouders, als een extra onderwijskans voor de kinderen. Via een portfolio, dat de kinderen wekelijks mee naar huis krijgen, en de drie jaarlijkse gesprekken met ouders, zorgen we ervoor dat we regelmatig contact over de voortgang en de ontwikkeling houden. 3.6.2 Schakelklas Schakelklassen zijn aparte groepen voor basisschoolleerlingen met een grote achterstand in de beheersing van de Nederlandse taal. In de schakelklas krijgen deze leerlingen een jaar lang intensief onderwijs, gericht op het wegwerken van de taalachterstand. Het is de bedoeling dat zij na dat jaar voldoende vooruitgang hebben geboekt om zoveel mogelijk op hun eigen niveau te kunnen deelnemen aan het reguliere onderwijs. De overheid stimuleert de totstandkoming van deze klassen via subsidies aan gemeenten. In het schooljaar 2008-2009 zijn we gestart met zo’n schakelklas. Een geselecteerde groep kinderen uit de twee groepen 3, krijgen dus een schooljaar lang dit intensieve onderwijs, gericht op taal. De kinderen zitten gewoon in hun eigen groep 3 en gaan ruim 8 uur per week naar de schakelklas, verdeeld over 3 ochtenden en 1 middag. In de schakelklas komen gemiddeld 12 kinderen. Door de kleine hoeveelheid kinderen is het mogelijk om heel gericht het taalonderwijs aan te passen aan de kinderen en ervoor te zorgen dat zij zich optimaal ontwikkelen. De resultaten van de afgelopen vijf jaar hebben uitgewezen dat er veel winst is behaald bij de kinderen die hebben deelgenomen aan deze schakelklas. Een gespecialiseerde leerkracht van onze school geeft les in de schakelklas. De ouders moeten hun schriftelijk akkoord geven voor plaatsing van hun kind in deze klas. Dit is noodzakelijk omdat een samenwerking tussen school en thuis belangrijk is. Naast het werken in de groep, krijgen kinderen ook “huiswerk’’-opdrachten mee die ze thuis moeten uitvoeren. - 23 -
Schoolgids 2013-2015
3.7 Bewegingsonderwijs (BO) De kinderen uit de groepen 1/2 hebben veel beweging nodig. Hiervoor heeft de school de beschikking over een ruime, eigen speelzaal met veel materiaal. De kinderen spelen minimaal 2 x in de week in de speelzaal, waarbij we uitgaan van de methode ‘Bewegingsonderwijs in het Speellokaal’. Als het weer het toelaat, spelen de kinderen uit de groepen, volgens rooster, buiten met de fietsen, karren, ander buitenspeelmateriaal en ze maken gebruik van het speel-/klimtoestel. De kinderen uit de groepen 3 en 4 gymmen in de gymzaal aan de Tjotterlaan (naast SBO ‘Het Dok’ en achter Hikari). De kinderen uit de groepen 5 t/m 8 krijgen gym in Sporthal ‘De Vang’ (naast zwembad ‘De Slag’). Dit is een bewuste keuze omdat de locatie aan de Tjotterlaan kleiner is van opzet en materialen heeft die beter inzetbaar zijn voor jongere kinderen (touwen en ringen). De kinderen van de groepen 3 t/m 8 hebben één keer per week BO. De lessen worden gegeven door een vakleerkracht, waardoor er sprake is van een kwalitatief goede afwisseling en opbouw van de lessen BO, die in de loop van de jaren op onze school worden gegeven. We zouden graag meer lessen BO per week aan de kinderen willen aanbieden maar de loopafstand van en naar de gymlocaties zorgen er voor dat dit qua tijd niet mogelijk is. In het ‘Informatieboekje’ van onze school kunt u het gymrooster van het geldende schooljaar terugvinden en dit staat ook op de website onder het kopje ‘roosters’. 3.8 Kunstzinnige Oriëntatie Naast de expressie in de eigen groep werken we met Talentenweken. Deze weken komen 2 x per schooljaar voor. Tijdens deze Talentenweken wordt er gewerkt rondom het vormingsgebied Podiumkunsten of Beeldende Vorming. De kinderen krijgen de vrijheid om hierbinnen hun eigen keuzes te maken en daarin hun talenten te benutten. De leerkrachten begeleiden en stimuleren daarbij deze talentontwikkeling. Aan het eind van de Talentenweken vindt er een afsluiting plaats. Dit kan zijn een tentoonstelling, of voorstelling of een optreden. Daarnaast geven we regelmatig les in de verschillende domeinen: drama, beeldende vorming, muziek en dans. Binnen de school zijn hier interne specialisten voor opgeleid. We maken hierbij onder andere gebruik van de methode: “Moet je doen!”. Naast de reguliere lessen krijgen kinderen ook een kunstblok (periode van een aantal weken waarin een bepaalde discipline wordt aangeboden). In de groepen 1/2 ligt het accent op Dans, in de groepen 3/4 op Muziek, in de groepen 5/6 op Beeldende Vorming en in de groepen 7/8 op Drama. Binnen deze disciplines worden interne of externe specialisten ingezet. De kunstblokken worden tevens afgesloten met een tentoonstelling of voorstelling. - 24 -
Schoolgids 2013-2015
3.9 Verkeersonderwijs Verkeersmateriaal Het verkeersonderwijs moet naar onze mening, zo praktisch mogelijk zijn. Vanaf de groepen 5 wordt er gewerkt met materiaal van Veilig Verkeer Nederland (VVN). ‘Op voeten en Fietsen’; groepen 5 en 6 en ‘De Jeugd Verkeerskrant’; groepen 7 en 8, zijn verkeerskranten/werkboekjes waaruit de kinderen de verkeerstheorie gedurende vier jaar krijgen aangeboden. Examens De kinderen uit groep 8 doen mee aan het Landelijk Verkeersexamen. Dit is het Schriftelijke Verkeersexamen (theorie) en sinds 2010 organiseren wij ook het Praktisch Verkeersexamen (praktijk). Dit bevalt zeer goed en wij streven ernaar dit ieder schooljaar weer te organiseren. Tijdens dit Praktische Verkeersexamen, leren kinderen de theorie om te zetten naar de praktijk. Vanaf groep 6 wordt er bij o.a. excursies steeds vaker gebruik gemaakt van de fiets. De kinderen leren hierdoor in grote groepen te fietsen en de verkeersregels te hanteren. Als school hebben wij een verkeersprotocol opgesteld om zo de veiligheid van kinderen zo optimaal mogelijk te waarborgen. Het hebben van een ‘verkeersouder’ op school is o.a. daarvoor wenselijk maar helaas hebben we daar de afgelopen twee jaar geen ouder voor kunnen vinden. 3.10 ICT-onderwijs (ICT = Informatie, Communicatie en Technologie) In onze huidige maatschappij is het computergebruik niet meer weg te denken. Ook binnen het onderwijs kunnen we niet meer om de digitalisering heen waarbij m.n. de invoering van de digiborden een grote verandering in het lesgeven met zich mee heeft gebracht. Onze school kent inmiddels ook een uitgebreid computer netwerk. In elk lokaal staan minimaal twee à drie computers, die zijn aangesloten op dit netwerk, met de daarbij behorende software, internet en e-mail mogelijkheden. 3.10.1 Programma’s Tegenwoordig werken we in alle groepen met vele software (o.a. ambrasoft) en webbased programma’s voor vele vakgebieden als rekenen (‘Rekentuin’), taal (‘Taalzee’), spelling, begrijpend lezen, topografie, Engels en aanvankelijk lezen. Bij de programma’s ‘Rekentuin’ en ‘Taalzee’ kunnen de kinderen op hun eigen niveau, en zelfstandig hun digitale ‘tuin’en ‘zee’ onderhouden door allerlei reken- en taalopdrachten te maken. De kinderen werken hiermee op zowel school als thuis, waarvoor ze hun eigen inlogcodes hebben. Het tekstverwerkingsprogramma ‘Word’ van Microsoft Office wordt uiteraard heel vaak gebruikt evenals het programma ‘Powerpoint’. Kinderen maken gebruik van dit programma bij hun spreekbeurten of andere digitale presentaties. - 25 -
Schoolgids 2013-2015
3.10.2 Digiborden en LCD schermen Van de vier groepen 1/2 zijn nu twee groepen voorzien van een digitaal schoolbord en twee groepen hebben een groot LCD ‘Touch screen’, welke t.o.v. het digitale schoolbord, als nog gebruiksvriendelijker voor kleuters wordt beschouwd, omdat de kinderen hier zelf op en mee kunnen werken. Verder zijn alle andere groepen voorzien van digiborden. De digitale borden geven veel mogelijkheden om ICT te integreren binnen ons onderwijs voor zowel de leerkrachten als de kinderen. De lesstof kan interactiever worden ingezet en sluit meer aan bij de onderwijsbehoeftes van de kinderen van deze tijd. In ons onderwijs wordt dagelijks meermalen gebruik gemaakt van de software van de methodes. 3.10.3 ICT-coördinator (ICT-er) Onze ICT-er zorgt ervoor dat het personeel en de leerlingen begeleid worden en advies krijgen met betrekking tot het ICT-onderwijs. De doelstelling is om de leerlingen de mogelijkheden aan te bieden om de leerstof te oefenen, te herhalen en te verdiepen. Daarnaast worden er programma’s ingezet voor extra ondersteuning. De kinderen en de leerkrachten kunnen, via de ‘beveiligde’ aansluiting op kennisnet, de computers gebruiken als hulpmiddel om informatie in te winnen. Vaardigheden, zoals het werken met een tekstverwerkingsprogramma, het versturen en ontvangen van e-mail en het maken van een eigen webpagina behoren ook tot het ICT-pakket. Verder heeft de ICT-er zitting in het ICT-netwerk van de stichting Agora, waarin alle technologische ontwikkelingen op onderwijs gebied en de toepassing daarvan binnen het onderwijs een voortdurend onderwerp van gesprek zijn. 3.11 Excursies, Schoolreisjes en Kampen Binnen in de school kunnen kinderen veel leren, maar in onze beleving valt er buiten de school ook veel te leren. We organiseren naast de activiteiten die we met de kinderen op school doen in het kader van een thema of een project, ook excursies en uitstapjes. Een excursie in de buurt naar bijvoorbeeld de bakker of brandweer is een belangrijke leervorm. Naast de excursies, gaan de groepen 1 t/m 5 één dag, met de bus, op schoolreisje. De kinderen van de groepen 6 en 7 gaan twee dagen, ook met de bus, op kamp en blijven dus één nachtje slapen. De kinderen van de groepen 8 gaan aan het einde van hun basisschool carrière, drie dagen met de fiets op kamp en hebben twee overnachtingen.
- 26 -
Schoolgids 2013-2015
4. De Ondersteuning voor de Kinderen - van aanmelding tot afscheid -
Ieder kind heeft recht op ondersteuning en hulp om zich verder te kunnen ontwikkelen. In de meeste gevallen is de ondersteuning van de leerkracht hierbij voldoende. In een aantal gevallen is het noodzakelijk dat er extra ondersteuning komt voor een kind. Binnen onze school hebben wij deze ondersteuning goed georganiseerd, van signalering tot extra begeleiding en/of een ondersteuningsplan. Hieronder kunt u lezen hoe wij de ondersteuning van de kinderen op de Willibrord georganiseerd hebben. 4.1 Zorg voor de Kinderen Gedurende de acht jaar dat een kind onze school bezoekt, hebben wij de zorg voor dit kind, als het gaat om zijn totale ontwikkeling. In deze paragraaf geven wij aan hoe de Willibrord omgaat met deze zorg. Dit doen wij aan de hand van onderstaande paragrafen. -
Leerling- en Onderwijs Volg Systeem (LOVS) Groeps- en Handelingsplannen Groot Zorg Team (GZT) Klein Zorg Team (KZT) Bouwverlenging / Doubleren Verwijzing naar een School voor Speciaal Basisonderwijs (SBO/SBaO) 4.1.1 Leerling- en Onderwijs Volg Systeem (LOVS)
Het LOVS is bedoeld om de ontwikkeling van elke leerling te kunnen volgen en om te controleren of het onderwijs het gewenste resultaat heeft. Zoals al eerder is gesteld, kijken wij naar het unieke kind. In die zin proberen wij dus elk kind afzonderlijk te volgen als het gaat om zijn/haar eigen individuele ontwikkeling. Van ieder kind wordt na aanmelding een leerlingdossier samengesteld. Het dossier bevat gegevens over het functioneren van het kind zoals bijv. toetsen en verslagen van leerlingbesprekingen en oudergesprekken. Het LOVS bestaat op dit moment uit de volgende onderdelen: -
Taal voor Kleuters (Cito groep 1 /2); Rekentoets Kleuren/Lichaamsdelen (Cito groep 1 /2); Rekentoets voor Kleuters (Cito groep 1 /2); Toets voor Tweetaligheid (Cito groep 1 /2); AVI & DMT toets voor Technisch Lezen (groep 3 t/m 6); Begrijpend Leestoets (Cito groep 3 t/m 8); Spellingsvaardigheid (Cito groep 3 t/m 8); Reken- en Wiskundetoets (Cito groep 3 t/m 8); Leestechniek en Leestempo toets (Cito groep 3 t/m 8); Woordenschattoets (Cito groep 5 t/m 8).
- 27 -
Schoolgids 2013-2015
Genoemde toetsen zijn niet methode gebonden en landelijk genormeerd. De ontwikkelingslijn van uw kind, ten opzichte van de gemiddelde leerling in Nederland, kan mede op deze wijze goed gevolgd worden. Naast toetsing worden de kinderen nog op andere wijzen gevolgd en besproken: -
Intakegesprek (groep 1); Volgmodel sociaal-emotionele ontwikkeling (‘ZIEN’; zie paragraaf 7.4.2); Groeps- en leerling besprekingen ( 2x per jaar met de Intern Begeleider). 4.1.2 Groeps- en Handelingsplannen
Wordt in het ondersteuningstraject opgemerkt dat een kind, ondanks de hulp van de eigen groepsleerkracht, extra aandacht nodig blijft houden, dan wordt de hulp ingeroepen van de IB-er. Als duidelijk wordt hoe het komt dat een kind om een specifieker aanbod vraagt, of op welk moment er hiaten zijn ontstaan in de ontwikkeling op een bepaald terrein (wellicht is extra toetsing nodig), dan wordt er in overleg met de IB-er, zonodig, een pedagogisch/didactisch profiel opgesteld door de groepsleerkracht. Met dit profiel wordt in de eigen groep planmatig gewerkt. Vanuit de aanpak via Handelings Gericht Werken (HGW) waarmee wij op school werken, wordt het profiel (wat we vroeger handelingsplan noemde) opgenomen in het groepsplan van de klas. Wanneer we nu nog spreken over (individuele) handelingsplannen (IHP) is dit alleen voor kinderen die een LGF (‘rugzak’) hebben. In een enkel geval kan er ook worden besloten tot extra begeleiding (aparte lessen) door een Remedial Teacher (RT; een leerkracht die individueel of in kleine groepjes kinderen extra hulp geeft). 4.1.3 Groot Zorgteam (GZT) *) Elke basisschool van de Stichting AGORA heeft een eigen Groot Zorgteam. Dit team is er sinds het schooljaar 1998-1999 voor verantwoordelijk dat kinderen zo lang mogelijk binnen de ‘gewone’ basisschool kunnen functioneren. Zij houden de ontwikkeling van kinderen die extra zorg nodig hebben, nauwkeurig in de gaten en kunnen, binnen hun expertise, ook ondersteuning bieden aan leerkrachten en IB. Gezamenlijk zullen zij alles in het werk stellen om de ontwikkeling van deze kinderen te stimuleren en te begeleiden. Als de ontwikkeling blijft stagneren en het niet meer mogelijk is om het kind te begeleiden, neemt dit Zorgteam het besluit tot plaatsing op een school voor Speciaal Basisonderwijs (zie paragraaf 4.1.6 en 4.3.1). Het GZT van Basisschool Willibrord bestaat uit: -
Directeur van de school; Intern Begeleiders; Psycholoog van de Schoolbegeleidingsdienst Zaanstreek/Waterland; Onderwijsconsulent Agora; De groepsleerkracht; School Maatschappelijk Werkster; Verpleegkundige van de GGD;
De ouders van een kind worden altijd in kennis gesteld van bespreking van hun kind in het GZT en geven hiertoe toestemming. Na deze bespreking worden de ouders in een gesprek met de leerkracht op de hoogte gesteld van de bevindingen en de verdere gang van zaken. Soms zijn de leerproblemen en/of gedragsproblemen van een kind zodanig, dat dit kind na overleg met ouders wordt aangemeld voor een psychologisch onderzoek bij de schoolbegeleidingsdienst (zie paragraaf 4.4.1). - 28 -
Schoolgids 2013-2015
Zo’n onderzoek kan niet eerder worden gedaan dan dat de ouders hiervoor hun toestemming hebben gegeven. De uitslag van dit onderzoek wordt, in eerste instantie, besproken door de schoolpsycholoog met ouders. Vervolgens zal, na toestemming van de ouders, de uitslag van de toets gedeeld worden met de leerkracht en de IB. Wij attenderen ouders er wel op, vroegtijdig aan ons door te geven of zij de toetsgegevens willen delen. Voor de onderwijsontwikkeling van het kind is dit wel van groot belang, omdat het ook de leerkracht inzicht geeft in wat een kind kan en welke onderwijsbehoeftes hij/zij heeft. Het GZT is er uiteindelijk ook voor verantwoordelijk te besluiten of een kind geplaatst moet worden op een Speciale School voor Basisonderwijs. In deze besluitvorming worden altijd de ouders/verzorgers betrokken. In het geval van een verwijzing naar een school voor Speciaal Basisonderwijs brengt het Groot Zorgteam een pré-advies uit, wat moet worden bevestigd door de PCL (Permanente Commissie Leerlingenzorg). *) Wij wijzen erop dat door de invoering van de Wet Passend Onderwijs per 01-08-2014, bovenstaande zal moeten worden herzien. 4.1.4 Klein Zorgteam (KZT) Het KZT bestaat uit de directeur en intern begeleiders, en heeft wekelijks overleg over de kinderen die op dat moment hiaten vertonen in hun ontwikkeling. Dit kan zijn op educatief gebied, maar ook kan de thuissituatie soms uit balans zijn, waardoor dit effect heeft op de ontwikkeling van het kind. Een kind wordt ter bespreking in het KZT, aangemeld door de leerkracht, via IB of directie. In het KZT worden er afspraken gemaakt wie welke acties gaat uitvoeren m.b.t. de ondersteuning. Dit wordt gecommuniceerd met de leerkracht, en/of ouders. In bepaalde gevallen is de inzet in het KZT niet voldoende en zal het kind besproken worden in het GZT (zie paragraaf 4.1.3). 4.1.5 Kleuterverlenging en Doubleren De Wet op Primair Onderwijs (WPO) schrijft voor dat ieder kind recht heeft op een ‘ononderbroken’ ontwikkeling. In die zin kan ‘zittenblijven’ (doubleren) eigenlijk niet meer. Dit neemt niet weg dat een kind mogelijk langer tijd nodig heeft voor de basisschool dan de ‘normale’ acht jaar. Aan het eind van elke jaar wordt gekeken of het kind inderdaad toe is aan de volgende groep. Er wordt dan gekeken naar zowel de cognitieve (verstandelijke) ontwikkeling, alsook naar de sociaal-emotionele ontwikkeling en de taak- en werkhouding. In sommige gevallen wordt besloten een kind een jaar langer in een bepaalde groep te houden. Geprobeerd wordt om dan zoveel mogelijk aan te sluiten op datgene wat het kind wèl al kan en zodoende, zo min mogelijk dingen hoeft te herhalen. Kleuterverlenging Wat de overgang van groep 2 naar groep 3 betreft wordt in het algemeen de zesde verjaardag van het kind als uitgangspunt genomen. De kinderen, die in de maanden oktober, november en december jarig zijn worden extra gevolgd in hun ontwikkeling. Deze kinderen moeten in principe ook, aan het einde van het schooljaar, naar groep 3 kunnen doorstromen, terwijl ze nog geen zes jaar zijn. De totale ontwikkeling van het kind wordt bij een dergelijke beslissing betrokken. Onze ervaring is dat deze betreffende leerlingen, echt op een grensgebied zijn of ze het aankunnen of niet. - 29 -
Schoolgids 2013-2015
Er wordt gekeken naar de cognitieve, de sociaal-emotionele en de motorische ontwikkeling van het kind. Ook andere specifieke kenmerken kunnen meegenomen worden. De toetsgegevens van CITO (LOVS) zijn niet bepalend voor een kleuterbouwverlenging maar worden wel ingezet als onderbouwing bij de mening van de school. Doubleren Bij twijfels over voortgang naar een andere groep worden ouders in een gesprek, gepland in januari/ februari op de hoogte gebracht. Vervolgens zal de ontwikkeling nauwlettend in de gaten worden gehouden en in april/mei zal een definitieve beslissing genomen worden. Dit gaat altijd in overleg met de ouders. De school neemt een beslissing over kleuterbouwverlenging, omdat zij de expert is op het gebied van onderwijs. Mochten ouders en school geen overeenstemming bereiken over verlenging, dan zal in een gesprek met de ouders, leerkrachten en directie, aparte afspraken worden gemaakt over de voortgang en de begeleiding van het kind. 4.1.6 Verwijzing naar Speciaal Basisonderwijs (SBO/SBaO) Hiervoor verwijzen wij u naar het schema van de zorgstructuur in paragraaf 4.3.1. 4.1.7 Plaatsing Leerling met Speciale Behoefte in het Primair Onderwijs Per 1 augustus 2003 is het door de Wet op de Expertise Centra mogelijk geworden om uw kind, dat is aangewezen op extra voorzieningen (LGF =Leerling Gebonden Financiering of ‘rugzak’), onder voorwaarden te plaatsen binnen het primair onderwijs in de buurt. Procedure ‘rugzak’ toewijzing Stap 1 Na het indienen van een aanvraag, kan de Commissie voor Indicatiestelling (CvI) een positieve beschikking afgeven, waarmee uw kind toelaatbaar is voor het speciaal onderwijs of het primair onderwijs met een ‘rugzak’. Stap 2 Als u met deze beschikking uw kind bij ons op school aanmeldt, dan zullen wij zorgvuldig nagaan of de zorg van uw kind valt onder de zorgbreedte van onze school. Wij willen immers een goed beeld hebben of wij uw kind met deze specifieke hulpvraag dat kunnen bieden, waar het recht op heeft: goed onderwijs in een veilig klimaat! Stap 3 In ons zorgteam zullen wij de gevraagde zorg van uw kind toetsen aan de hand van het Stappenplan Leerlinggebonden Financiering in het Primair Onderwijs. De uitspraak die na deze toetsing volgt, zal bepalen of wij het verantwoord vinden om uw kind op onze school te plaatsen. Stap 4 Als onze school instemt met plaatsing, dan wordt er in nauw overleg met u als ouders en de school voor speciaal onderwijs een Begeleidings- en Handelingsplan opgesteld. - 30 -
Schoolgids 2013-2015
4.2 Medische Situaties op School De belangrijkste verantwoordelijkheid van de school is het geven van onderwijs. Er worden echter in toenemende mate verzoeken gedaan om ook (medische) zorg te verlenen. In principe regelen de ouders deze zorg zelf, door de juiste voorzieningen te treffen. De Willibrord kan, ondanks dit uitgangspunt, toch besluiten om zelf verantwoordelijk te zijn voor het verlenen van de juiste medische zorg. In dat geval hebben wij te maken met een aantal medische situaties en kunnen daarin eigen keuzes maken. De Willibrord zal in de onderstaande situaties als volgt handelen: Stap 1; Uw kind wordt ziek op school In voorkomende gevallen wordt er contact met u opgenomen. Aan u wordt toestemming gevraagd om een bepaald (huis)middel toe te dienen of een arts te raadplegen. Als samen met u besloten wordt om uw kind naar huis te laten gaan, zullen wij zorgen voor de juiste begeleiding; Stap 2; Het verstrekken van medicijnen Op de Willibrord hebben wij besloten wel medicijnen aan leerlingen te verstrekken. Hiermee aanvaarden wij ook de verantwoordelijkheid. Wij volgen echter wel een vastgesteld protocol. De richtlijnen hierbij zijn o.a. - Alleen medicijnen in originele verpakking worden toegediend; - Aftekenlijst, waarop per keer wordt aangetekend wanneer het medicijn is verstrekt; - Een ondertekend formulier van u als ouders waarin u toestemming geeft aan de leerkracht om het medicijn toe te dien. . Stap 3; Het verrichten van medische handelingen Hier hebben wij als school de keus om deze handelingen, zoals het geven van sondevoeding, het meten van de bloedsuikerspiegel etc. uit te voeren of niet. Daarnaast heeft iedere leerkracht individueel het recht wel of niet medewerking te verlenen aan het verrichten van deze handelingen. Besluiten de school en de leerkracht om medewerking te verlenen, dan moet de betreffende leerkracht wel beschikken over een medische bevoegdheid. Dit overstijgt veelal de verantwoordelijkheid van de school en zal dus doorgaans niet worden uitgevoerd. In bovengenoemde gevallen moet het protocol ‘Handelen in medische situaties’ strikt worden uitgevoerd in verband met de bescherming van de school en/of de leerkracht tegen aansprakelijkheid. Uiteraard is bovenstaande niet van toepassing op een levensbedreigende situatie. In dat geval is elke burger verplicht om handelend op te treden
- 31 -
Schoolgids 2013-2015
4.3 Speciale Zorg Als blijkt dat de ontwikkeling van een kind op één of meerdere gebieden afwijkend verloopt of stagneert, treedt onderstaand stappenplan in werking; 4.3.1 Schema van de Zorgstructuur *) Leerkracht signaleert probleem
Leerkracht lost probleem op
Probleem blijft bestaan
Leerkracht en I.B. bespreken het probleem met behulp van pedagogisch/didactische gegevens
Indien nodig worden ouders geïnformeerd
Probleem wordt opgelost door suggesties / plan van aanpak
Probleem blijft bestaan
Ideeën over de aanpak worden uitgewisseld, afspraken worden gemaakt
Leerling wordt besproken in de leerlingbespreking
Probleem blijft bestaan
Leerling wordt besproken in klein zorgteam
ouders worden geïnformeerd
Conform het Handelings Gericht Werken (HGW) worden te nemen acties m.b.t. het individuele kind, opgenomen in het Groepsplan van de klas
Probleem blijft bestaan
Leerling wordt besproken in groot zorgteam na toestemming ouders
aan ouders wordt toestemming gevraagd
Nieuw handelingsplan Externe hulp wordt ingeroepen Onderzoek (PSO)
*) In het kader van de invoering van de Wet Passend Onderwijs per 01-08-2014 zal ook dit schema t.z.t. herzien worden. - 32 -
Schoolgids 2013-2015
4.4 Externe Ondersteuningspartners 4.4.1 Schoolbegeleidingsdienst Basisschool Willibrord maakt gebruik van de diensten van de Schoolbegeleidingsdienst Zaanstreek/Waterland (SBZW) in Purmerend. Voornamelijk wordt gebruik gemaakt van de deskundigheid als het gaat om psychologisch onderzoek bij kinderen, die grote moeite ondervinden bij het volgen van het reguliere basisonderwijs. Daarnaast heeft de SBZW een groot aanbod aan cursussen. Een medewerker van de SBZW maakt deel uit van het Groot Zorgteam van onze school. 4.4.2 Jeugdgezondheidszorg De Jeugdgezondheidszorg richt zich op schoolgaande kinderen in de leeftijd van 4 tot en met 18 jaar, en ondersteuning van ouders bij de ontwikkeling van hun kind. Zij helpt de scholen bij het creëren van een gezonde en veilige schoolomgeving. Preventief gezondheidsonderzoek Op de basisschool wordt tweemaal een preventief gezondheidsonderzoek uitgevoerd bij alle vijfjarige kinderen en bij de kinderen in groep 7. De onderzoeken hebben tot doel het in een vroeg stadium opsporen van lichamelijke/psychische afwijkingen of ontwikkelingsstoornissen. Onderzoek op verzoek Ouders/verzorgers kunnen bij vragen over de ontwikkeling of het gedrag van hun kind, een onderzoek bij de jeugdgezondheidszorg aanvragen. Leerkrachten/Intern Begeleiders, kunnen de jeugdarts of jeugdverpleegkundige ook inschakelen. Dit gebeurt in overleg met de ouders. De resultaten van het onderzoek worden na toestemming van ouders/verzorgers met de leerkracht , eventueel samen met de Intern Begeleider, besproken. Preventieve logopedie Alle kleuters worden gescreend in het schooljaar dat ze vijf worden. Spraak-, taal- en stemstoornissen kunnen de ontwikkeling van een kind belemmeren. De logopedist probeert door screening en onderzoek stoornissen vroegtijdig op te sporen. Alle leerlingen in het basisonderwijs met problemen op gebied van logopedie kunnen worden aangemeld door de ouder, de schoolarts of de leerkracht. Hulp bij de opvoeding Ouders en professionals kunnen voor vragen en advies bij de opvoeding bij de GGD terecht. Er zijn verschillende mogelijkheden voor ondersteuning; van individueel advies tot cursussen voor ouders en kinderen. Kosten Screening en onderzoek zijn gratis. Informatie: GGD 0900 - 2 54 54 54 (€ 0,05 cent p/m.) www.ggdzw.nl www.opvoedwegwijzer.nl, www.centrumjong.nl en www.positiefopvoeden.nl
- 33 -
Schoolgids 2013-2015
4.4.3 Overige Hulpverleningsinstellingen Onze school werkt nauw samen met diverse hulpverleningsinstellingen, waaronder: -
Bureau Jeugdzorg (regio Amsterdam) T: 075 - 6 555 222 (nevenlocatie Zaandam) E:
[email protected] W: www.bjaa.nl
-
KRAM T: 075 612 4656 E:
[email protected] W: www.stichtingkram.nl
-
GGD (zie paragraaf 4.4.2)
-
Centrum Jong T: 075-651 8340 (of: www.opvoedspreekuur.nl voor een afspraak) E:
[email protected] W: www.centrumjong.nl
-
Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) T: 020-3141714 E:
[email protected] W: www.amk-amsterdam.nl
-
Spirit (v/h Boddaertcentrum) T: 020 - 540 05 00 E:
[email protected] W: www.spirit.nl
-
Lucertis T: 088 3581340 W: www.lucertis.nl
-
Raad van de Kinderbescherming
4.4.4 Matchpoint Vanaf 1 augustus 2011 zijn alle scholen van de Stichting Agora aangesloten zijn bij Matchpoint: de regionale verwijsindex. Het doel van de verwijsindex is dat alle betrokken professionals bij kinderen elkaar sneller kunnen vinden en aanspreken. Zij kunnen regie en afstemming ten aanzien van hulpverlening efficiënter en effectiever laten plaatsvinden. Scholen kunnen alleen kinderen en/of gezinnen melden. Vervolgens zien zij welke deelnemende organisaties betrokken zijn bij de hulpverlening aan het kind en/of gezin. Een externe, onafhankelijke coördinator zal indien nodig betrokkenen bij elkaar brengen. Onze school stelt ouders vooraf op de hoogte wanneer zij een melding op Matchpoint doen.
- 34 -
Schoolgids 2013-2015
4.5 Protocol Kindermishandeling Vanaf het schooljaar 2011-2012 hanteren alle scholen een bij wet verplicht gestelde meld code/protocol, wanneer er sprake is van (een vermoeden ) van kindermishandeling. Het protocol kent een aantal verplicht gestelde onderdelen waaronder het gesprek met het kind, en de ouder/verzorger. De verplichte meld code kent geen meldplicht bij externe instanties. De school beslist zelf, naar aard en ernst, of zij melding doet bij het Advies - en Meldpunt Kindermishandeling of bij het Steunpunt Huiselijk geweld. Wanneer er sprake is van een (mogelijk) zedenmisdrijf dan heeft de school meldplicht. Indien dit een medewerker betreft, moet de Willibrord onmiddellijk het schoolbestuur (Agora) inlichten die op haar beurt aangifteplicht bij de politie heeft . 4.6 Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) Bij de bestrijding van onderwijsachterstanden wordt de voor- en vroegschoolse periode als belangrijke fase gezien. VVE is gericht op het verbeteren van de startpositie van kinderen, onder meer op het gebied van taalverwerving. Vanaf januari 2002 wordt er ook door de Willibrord actief ingezet op VVE. Dit kenmerkt zich door: - een doorlopend programma dat geschikt is voor 2-6 jarigen en dat voldoet aan de landelijke VVE-richtlijnen; - scholing van leerkrachten en leidsters van de peuterspeelzaal; - extra inzet van formatie voor ondersteuning en coördinatie (ook bovenschools) - een ouderbeleid. In de praktijk ziet u een sterke samenwerking tussen de inpandige ‘peuterspeelzaal – plus’ met de kleuterbouw. De peuters gaan 4 dagdelen naar de ‘peuterplus’ waar gewerkt wordt met het programma ‘Startblokken’. Dit programma sluit aan bij het ontwikkelingsgericht werken van onze kleutergroepen. Het doel van het programma is het voorkomen en bestrijden van ontwikkelingsachterstanden, vooral gericht op taalondersteuning en -stimulering. Ook aan de rol van ouders wordt veel aandacht geschonken binnen dit project. De ‘peuterplusgroep’ staat open voor allochtone en autochtone kinderen. De leidsters van de ‘peuterplusgroep’ hebben samen met de leerkrachten van onze kleutergroepen een Startblokkentraining gevolgd. 4.7 Registratie en Rapportage, Voortgangsgesprekken Het zal duidelijk zijn dat de ontwikkeling van een kind niet alleen wordt ‘gevolgd’, maar dat hiervan tevens een goede administratie wordt bijgehouden. Hierbij valt te denken aan het bijhouden van een Ontwikkelings Volg Model (OVM) en het Leerlingen Onderwijs Volg Systeem (LOVS). Dit alles komt uiteindelijk samen in het leerlingdossier en wordt gedurende de jaren op de basisschool opgebouwd. Het leerlingdossier wordt gebruikt bij de overdracht van gegevens van de ene leerkracht naar de andere, bij het opstellen van een onderwijskundig rapport in geval van verhuizing en bij het opstellen van een onderwijskundig rapport bij aanmelding van een kind bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). Eén en ander wordt vertaald naar het kind en de ouders in een verslagboekje, een rapport dat aan de kinderen vanaf groep 3 tweemaal per jaar wordt meegegeven.
- 35 -
Schoolgids 2013-2015
In voortgangsgesprekken (10 minuten), die driemaal per jaar worden gehouden worden de ouders op de hoogte gesteld van de ontwikkelingen van hun kind(eren) op de Willibrord. Een eerste gesprek vindt plaats in oktober. Een schriftelijke rapportage is dan nog niet aanwezig. Een tweede gesprek vindt plaats in februari van een schooljaar. Dit gesprek vindt wel plaats op basis van een schriftelijke rapportage (m.u.v. de groepen 1/2). Voor de zomervakantie volgt dan het laatste gesprek, weer met schriftelijke rapportage (m.u.v. de groepen 1/2). In april/mei kunnen ouders uitgenodigd worden door de leerkracht als het gaat om uitsluitsel over verlenging of hiaten in de ontwikkeling van het kind (zie paragraaf 4.1.5). In principe vindt er zoveel mogelijk overleg plaats met de ouders als het gaat om de ontwikkeling van hun kind(eren). Zie hiervoor ook al het voorgaande in dit hoofdstuk. Mochten ouders toch zelf aanleiding zien om een gesprek aan te gaan met de groepsleerkracht van hun kind, dan is dit natuurlijk altijd mogelijk. Wij houden ons uiteraard aan de wettelijke informatieplicht aan ouders die niet bij hun kinderen in huis wonen. Wij verwachten van deze ouders dat zij contact met ons opnemen om afspraken te maken over de wijze van informatieoverdracht. 4.8 Overstap naar het Voortgezet Onderwijs (VO) Het traject van de overstap naar het VO, is binnen de Zaanstreek uitgebreid geregeld in een protocol en wordt bewaakt door de werkgroep POVO. De overgang van groep 8 kinderen naar het VO is tenslotte een belangrijke stap. De beslissing naar welke vorm van VO het kind het best kan gaan, wordt niet zomaar genomen. Voor informatie kunt u ook kijken op de website van POVO: www.povo-zaanstreek.nl 4.8.1 Toetsen In januari wordt de Nederlandse Intelligentietest voor Onderwijsniveau (NIO) afgenomen. Dit capaciteiten onderzoek wordt gevolgd door de SAQI. De School Attitude Questionnaire Internet is een vragenlijst die informatie geeft over hoe een leerling de school ervaart. De SAQI meet de motivatie voor school, de tevredenheid over school en het zelfvertrouwen van de leerling. Bij de SAQI gebeurt alles via het internet: het voorbereiden van de afname, de afname en de rapportages. Tenslotte worden in december en januari de CITO-toetsen voor Technisch - en Begrijpend Lezen, Spelling en Inzichtelijk Rekenen nog afgenomen. De resultaten dienen als basis voor het definitieve schooladvies voor het VO, waarbij het advies van de basisschool zwaarwegend is! 4.8.2 Informatie-avond, Voorlopig Advies en Eindadvies Binnen de gesprekscyclus rondom het definitieve VO-advies van uw kin(eren) in het leerjaar van groep 8, wordt u geacht om minstens drie keer op school te verschijnen. Informatie-avond In september is er eerst een informatie-avond, waarin u wordt geïnformeerd over het verloop van het schooljaar met het oog op het POVO-traject. Voorlopig advies (pré-advies) Daarnaast wordt u medio oktober uitgenodigd voor een pré-advies, een gesprek met de groepsleerkracht en iemand van de directie of IB. Op basis van de dan voor handen zijnde gegevens van de leerling, wordt een eerste voorlopig advies gegeven. - 36 -
Schoolgids 2013-2015
Eindadvies Na het afnemen van de toetsen (december en januari) zoals hierboven genoemd, wordt u, samen met uw kind uitgenodigd voor een gesprek over het eindadvies, waarin het definitieve VO-advies bekend wordt gemaakt. Het gegeven advies van de basisschool is bindend voor de plaatsing van het kind op de school voor het VO. 4.8.3 Open dagen VO Om de kinderen wat vertrouwd te maken met de verschillende vormen van Voortgezet Onderwijs, zijn er informatie-avonden voor de ouders in december en open les(mid)dagen voor de kinderen, georganiseerd door alle scholen voor het VO in de Zaanstreek. De kinderen hebben dan de gelegenheid om de diverse scholen samen met hun ouders te bekijken. 4.8.4 Inschrijven voor het VO Tijdens het eindadviesgesprek ontvangt u tevens het inschrijfformulier voor het VO op een school in de Zaansteek, die voor 9 maart weer moet worden ingeleverd op school. Wij zorgen er als school verder voor dat het inschrijfformulier voor 15 maart naar de verschillende VO-scholen is verstuurd (conform POVO afspraak). Wanneer er gekozen wordt voor een school buiten de Zaanstreek, zal school zorgen voor het inschrijfformulier van de betreffende school (o.a. Clusiuscollege, IVKO). 4.8.5 Rapportage in groep 8 De drie contactmomenten zorgen ervoor dat er uitgebreid mondeling contact tussen ouders en de groepsleerkracht is over de voortgang van het kind. Hierdoor zal het niet nodig zijn om in februari een regulier schoolrapport aan de leerlingen mee te geven. Na de advisering, die dus in maart wordt afgesloten, krijgen de leerlingen hun laatste ‘gewone’ rapport mee in de week voorafgaand aan de meivakantie. Aan het einde van het schooljaar krijgen de leerlingen tenslotte hun portfolio mee, met daarin de eindbeoordeling door de groepsleerkracht, het overdrachtsformulier VO in kleur (bij het eindadviesgesprek krijgt u reeds een kopie mee) en verschillende werkstukjes die tijdens de schoolloopbaan van het kind zijn verzameld. 4.8.6 Oneens met Advies Ondanks de zorgvuldige procedure en de onderbouwing van het advies, kan het voorkomen dat de ouders het niet met het advies eens zijn. Dit kan worden aangegeven op het aanmeldingsformulier. In dat geval vindt er altijd eerst overleg plaats tussen de school voor het VO en de Willibrord. De uitkomst daarvan wordt vervolgens weer besproken met ouders. Desgewenst kunnen ouders om een ‘second opinion’ vragen, m.b.t. het capaciteiten onderzoek (NIO) van hun kind. De kosten voor dit onderzoek zijn voor de rekening van de aanvrager. Wanneer er vervolgens nog geen overeenstemming is over het advies kunnen ouders zich vervoegen bij het bestuur van de school (Agora) en eventueel daarna ook nog een klachtenprocedure starten. Voor een uitgebreide beschrijving hiervan verwijzen wij u naar de website van POVO; www.povo-zaanstreek.nl
- 37 -
Schoolgids 2013-2015
4.8.7 Overdracht Leerlinggegevens De gegevens van de toetsen worden door de school geleverd aan de school voor het VO, nadat de ouders daar toestemming voor gegeven hebben (tijdens het eindadviesgesprek). Een leerling kan niet worden geplaatst als er geen gegevens aanwezig zijn. 4.9 Resultaten van de Uitstroom Uiteindelijk zitten de kinderen op school om veel te leren. We houden ook door middel van het LOVS het niveau van de kinderen in de gaten. Behalve de leerresultaten vinden wij het ook belangrijk om te kijken hoe een kind zich sociaalemotioneel ontwikkelt. Aan het eind van schooljaar 2012-2013 verlieten 45 kinderen onze school. Zij kregen de volgende adviezen: -
Havo/VWO/Gymnasium VMBO Theoretisch VMBO Kader VMBO Basis Praktijk Onderwijs
: 6 leerlingen : 9 leerlingen : 13 leerlingen : 13 leerlingen : 4 leerlingen
- 38 -
Schoolgids 2013-2015
5. Ouders en de School - betrokkenheid, hulp en verantwoordelijkheid Van ouders én leerkrachten wordt verwacht dat zij handelen in het belang van het kind. Wij voelen ons dan ook samen met u verantwoordelijk voor het onderwijs aan en de opvoeding van uw kinderen. Daarom vinden wij een goede samenwerking erg belangrijk. In onze visie (zie hoofdstuk 2), hebben wij opgenomen hoe wij de omgang tussen ouders en school zien, samengevat als educatief partnerschap. Om te zorgen voor optimale samenwerking, maken we de school voor u zo toegankelijk mogelijk en doen we ons best u goed te informeren. Voor een goede communicatie tussen u en ons is het van belang dat we elkaar vertrouwen en begrip en respect voor elkaar hebben. 5.1 Informatievoorziening aan Ouders over het Onderwijs en de School Het goed en helder informeren en communiceren over ons onderwijs en de organisatie, naar u als ouders van onze school, is voor u en ons erg belangrijk. Vandaar ook dat dit de komende jaren als speerpunt op onze agenda zal blijven staan, zoals al genoemd in het voorwoord. Wij houden u op verschillende manieren over van alles en nog wat op de hoogte. Hieronder vindt u, een overzicht: 5.1.1 Nieuwsbrief, Halfjaarkalender en de Website Williweetjes Eén keer in de twee weken, via het oudste kind uit een gezin, ‘krijgt u een nieuwsbrief mee naar huis. In deze nieuwsbrief, ‘De Williweetjes’, staat de belangrijkste informatie voor de komende weken. Tevens worden hierin de data van vakanties en vrije (mid)dagen ter herinnering opgenomen. Met deze nieuwsbrief wordt zoveel mogelijk voorkomen dat er allerlei verschillende briefjes worden meegegeven per groep of per bouw. Helemaal te voorkomen is dat echter niet. Bij grotere activiteiten zoals o.a. bij Kerst en Pasen en bij schoolreisjes en kampen, ontvangt u wel een aparte en uitgebreide informatiebrief. Ook hiernaar wordt weer in de Williweetjes’ verwezen. Al snel in het schooljaar 2013-2014 zal er begonnen worden met het versturen van de ‘Williweetjes’ via e-mail. Halfjaarkalender Twee keer per jaar (in september en januari) ontvangt u van ons een halfjaarkalender. Hierop zijn per halfjaar alle, voor kinderen en ouders, belangrijke activiteiten opgenomen. Wanneer u de nieuwsbrief of de halfjaarkalender niet heeft ontvangen, kunt u dit door geven aan de leerkracht van uw kind of bij de administratie op het hoofdgebouw. Website De ‘Williweetjes’ en alle andere voor u bestemde informatie vindt u ook terug op onze website: www.bs-willibrord.nl Op de website heeft elke groep een klassenpagina. Hier gaat steeds meer mee gewerkt worden waardoor de activiteiten en gebeurtenissen van de kinderen (o.a. via foto’s) steeds meer en beter gevolgd kunnen worden. - 39 -
Schoolgids 2013-2015
DigiDUIF Ten tijde van het uitkomen van dit schoolkatern zijn wij druk bezig met het digitaliseren van onze communicatie. Zoals het er naar uitziet zullen wij in schooljaar 2013-2014 gebruik gaan maken van DigiDUIF. Dit is een programma waarmee digitaal gecommuniceerd wordt tussen ouders en school. De doelstelling voor het gebruik hiervan is vooral bedoeld om de communcatie soepel en helder te laten verlopen. Wij gaan ervan uit dat communiceren via papier (Williweetjes, extra brieven) met het gebruik van DigiDUIF niet meer noodzakelijk zal zijn. 5.1.2 Oudercontacten Wij hebben de overtuiging dat een goede samenwerking tussen ouders en school de ontwikkeling van het kind ten goede komt. Dit hebben wij ook opgenomen in onze visie van de school. Binnen onze manier van werken zijn wij ons telkens bewust van deze samenwerking. Zoals u wellicht dan ook zult merken of heeft gemerkt, is de school zeer laagdrempelig voor ouders. Er wordt veel tijd gemaakt voor contacten tussen school en ouders. Dit betekent dat wij altijd bereid zijn op zeer korte termijn een afspraak te maken met ouders, maar ook zelf regelmatig contact zoeken om onze bevindingen te delen. Wij spreken echt van samenwerking, omdat we het belangrijk vinden dat er één lijn ligt m.b.t. de ontwikkeling van het kind en daarin beide kanten moet worden meegenomen. Binnen de samenwerking met ouders (educatief partnerschap) hebben we als school een aantal formele gesprekken vastgelegd. Wij hechten er groot belang aan dat alle ouders aanwezig zijn bij deze formele gesprekken Hieronder een overzicht: -
Inloopweek in de groepen 1/2; Informatieavond voor de groepen 3 t/m 7; Kennismakings-/voortgangsgesprek (zonder rapport); Rapportengesprek (n.a.v. het rapport); Thema-avond van het Ouderpanel (zie paragraaf 5.2.2.)
Naast deze gesprekken waar we alle ouders verwachten, hebben we ook formele gesprekken met ouders op uitnodiging. Hier onderscheiden we: -
Groot Zorgteam bespreking; Extra voortgangsgesprek in april in geval van doublure of bij speciale onderwijsbehoeftes van de leerling; Preadvies- en Eindadviesgesprek in groep 8.
Naast de formele gesprekken zijn er ook veel informele contacten tussen ouders en school. Juist deze informele gesprekken zorgen ervoor dat er een goede relatie wordt opgebouwd tussen de leerkracht en de ouders. Deze relatie is belangrijk om zo goed mogelijk te kunnen samenwerken. Er is dan sprake van vertrouwen en openheid. Dit is belangrijk om tot goede afspraken te komen met elkaar met als doel om de leerling een stap verder te brengen in zijn/haar ontwikkeling.
- 40 -
Schoolgids 2013-2015
5.2 Ouderactiviteiten Op een ander vlak is er natuurlijk een heel grote behoefte aan ouderparticipatie als het gaat om directe hulp bij allerlei verschillende activiteiten in de school. Wij gaan ervan uit dat alle ouders wel eens iets willen doen voor de school. Daarnaast is het voor de kinderen belangrijk te merken dat u betrokken bent bij de school. De werving van ouders doen wij d.m.v. de nieuwsbrief of via een rechtstreekse benadering. Hieronder volgt een lijst van activiteiten waarbij ouderhulp zeer welkom is: -
begeleiden van een groepje kinderen bij een excursie; helpen bij (groeps-)lezen; begeleiden van een groepje kinderen bij het bibliotheekbezoek; het meewerken aan de uitleen van boeken uit de schoolmediatheek; het onderhouden van de schoolbibliotheek en de mediatheek; begeleiding (dag en nacht) bij het kamp 6/7 en 8; bagage rijden voor de kampen; het verzorgen van de Tussen Schoolse Opvang (zie verder paragraaf 9.2); het verzorgen van een aantal huishoudelijke zaken in de school; het helpen bij de jaarlijkse schoonmaakbeurt van lokaal en materialen; het verlenen van hand- en spandiensten bij eenmalige klussen; meelopen naar gym of meefietsen naar de schooltuinen; meehelpen of begeleiden van een cultuurclub; assistentie bij sportactiviteiten; het helpen bij de renovatie van de schoolpleinen; 5.2.1 Evenementenwerkgroep
De school heeft een evenementenwerkgroep bestaande uit een groot aantal ouders en enkele leerkrachten. Deze groep is zeer actief als het gaat om het verzorgen van evenementen en festiviteiten op onze school, zoals: -
aankleding/versiering van de gemeenschappelijke ruimten met Sinterklaas, Kerst en Pasen; organisatie van en hulp bij de kerstmaaltijd en het paasontbijt; hulp bij de aankoop van cadeaus voor Sinterklaas; medewerking bij feestavonden zoals o.a. het afscheid van de 8ste-jaars; eventueel hulp en ondersteuning bij sportactiviteiten; enzovoorts, enzovoorts ……….
We zijn als school heel blij met deze groep enthousiaste vrijwilligers, die vele extra zaken in de school mogelijk maken. Ook hierin is samenwerking en betrokkenheid tussen school en ouders van grote waarde. 5.2.2 Ouderpanel Naast de officiële organen in de school werken wij ook met een Ouderpanel. Dit panel is een afvaardiging van ouders van onze school die zich bezig houdt met of praten over, allerlei zaken die betrekking hebben op de school. Eén keer in de 6 à 8 weken komen de panelleden bij elkaar. De samenstelling bestaat uit ouders, teamleden en een directielid. Bij de vergadering van dit ouderpanel zijn ook leden van de Ouderraad aanwezig. Informatie van het Ouderpanel wordt gedeeld in de Ouderraad om eenduidigheid te creëren. - 41 -
Schoolgids 2013-2015
Het Ouderpanel streeft er naar om 1 à 2 keer per jaar een thema-avond voor ouders en leerkrachten te organiseren. De onderwerpen van deze thema-avonden zijn afgeleid van de gesprekken die plaatsvinden binnen het ouderpanel. Doordat de gehele organisatie van deze thema-avonden in handen is van het ouderpanel, is de opkomst met meer dan 100% gestegen (t.o.v. eerder georganiseerde themaavonden door de school zelf). 5.2.3 Ouderraad (OR) De OR bestaat uit maximaal negen ouders en één directielid (adviserend), houdt zich onder meer bezig met het financiële beheer van de ouderbijdrage, excursiegelden en eventuele subsidies. Verder tracht de OR de ouders te motiveren en te stimuleren om deel te nemen aan het gebeuren in en om de school: de ouderparticipatie. Tevens ziet de OR het als zijn taak om niet-persoonsgebonden klachten en wensen van ouders richting school op te pakken en i.s.m. de oudergeleding van de MR (zie paragraaf 5.5.4) te delen met de directie en het personeel. Terugkerende onderwerpen waarmee de OR elk jaar weer met vol energie mee aan de slag gaat zijn o.a. de schoolreisjes en kampen, excursies, TSO (zie paragraaf 9.2) en de communicatie tussen school en ouders. De organisatie van diverse schoolactiviteiten gebeurt in samenwerking met het team. 5.2.4 Medezeggenschapsraad (MR) Eén van de belangrijkste organen in de school, als het gaat om ouderparticipatie is de Medezeggenschapsraad (MR). In deze raad hebben de ouders (overigens ook het personeel) direct invloed op de besluitvorming op bestuursniveau van de Stichting Agora. De MR bestaat uit een personeelsgeleding en een oudergeleding. Het ‘Reglement voor de Medezeggenschapsraad’ geeft precies aan op welke terreinen de gehele MR instemmings- of adviesbevoegdheid heeft en op welke terreinen één van de geledingen een bepaalde instemmings- of adviesbevoegdheid heeft. Op al deze terreinen moet het bestuur van de Stichting Agora altijd de MR in kennis stellen van een ‘voorgenomen besluit’. Pas na het horen van de MR (instemming of advies) kan het bestuur een definitief besluit nemen. Mocht de MR bezwaar aantekenen tegen dit definitieve besluit, dan kan de MR de geschillencommissie inschakelen. De vergaderingen van de MR zijn openbaar en worden ongeveer 8 x per jaar gehouden. Op de website van onze school kunt u in de agenda de vergaderdata terugvinden. 5.2.5 Gemeenschapelijke Medezeggenschapsraad (GMR) Eén lid van de hierboven genoemde MR van de Willibrord heeft zitting in de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) van de Stichting Agora. In deze raad worden de schooloverstijgende en stichtingbrede zaken behandeld en van een advies of instemming voorzien. 5.3 Ouderbijdrage De Willibrordschool vraagt jaarlijks een ouderbijdrage aan de ouders. Van deze ouderbijdrage worden de kosten betaald die te maken hebben met bijvoorbeeld de komst van Sinterklaas en het Kerst- en Paasfeest. Tevens wordt de ouders gevraagd om excursiegeld te betalen, waarvan de verschillende excursies, schoolreisjes en kampen betaald worden. - 42 -
Schoolgids 2013-2015
De hoogte van deze ouderbijdrage/excursiegeld wordt jaarlijks vastgesteld in de Ouderraad na overleg met de directie en via schriftelijke berichtgeving aan de ouders meegedeeld, waarop ouders bij bezwaar kunnen reageren. Op dit moment zijn de volgende bedragen vastgesteld: -
kinderen uit de groepen 1 t/m 4: ouderbijdrage en excursiegeld: € 55,kinderen uit de groepen 5 en 6 : ouderbijdrage en excursiegeld: € 60,kinderen uit de groepen 7 en 8 : ouderbijdrage en excursiegeld: € 65,-
Machtiging De ouders tekenen tijdens bij het aanmeldingsgesprek een machtigingsformulier, waarmee zij de school machtigen om dit bedrag één keer per schooljaar (medio oktober) van hun rekening af te schrijven. Dit wordt ook gedaan om de kosten laag te houden. Gespreide betaling hiervan is ook mogelijk. Financiële verantwoording Een kascommissie van de Ouderraad, controleert jaarlijks de boekhouding van de penningmeester van deze ouderbijdragen en excursiegelden. De financiële verantwoording voor de uitgaven van de ontvangen ouderbijdrage en het excursiegeld van het voorgaande schooljaar, wordt jaarlijks afgelegd via het jaarverslag dat de school verplicht in moet leveren bij de Stichting Agora. Hoewel het vragen van een ouderbijdrage geen wettelijke basis heeft en ouders dus kunnen weigeren te betalen, gaat de school er van uit dat na de ondertekening van de officiële inschrijving van het kind op de Willibrord, de ouders ermee akkoord gaan dat zij deze bijdragen zullen betalen. In het kennismakings gesprek, dus vóór de officiële inschrijving, worden de ouders hiervan in kennis gesteld. 5.4 Klachtenregeling Elk schoolbestuur is verplicht een klachtenregeling te hebben. Hierbij hoort ook het aansluiten bij een klachtencommissie. Het bevoegde gezag van de Stichting Agora heeft dus ook een klachtenregeling vastgesteld. Interne contactpersoon In elke organisatie kan het niet anders, dan dat er wel eens sprake is van een klacht over een bepaalde situatie. Ook op een school als de Willibrord zullen er klachten voorkomen, die om een goede afhandeling vragen. We gaan er van uit dat als u een klacht heeft, u in eerste instantie hiermee naar de betreffende persoon gaat. De praktijk leert dat in de meeste gevallen de klacht dan kan worden opgelost. Lukt dit niet en bent u niet tevreden over de afhandeling van uw klacht dan kunt u terecht bij de bouwcoördinator of vervolgens bij de directie. Wilt u dit niet of lukt dit niet, dan kunt u terecht bij de interne contactpersoon van onze school. Een contactpersoon ondersteunt de klager, maar houdt zich niet met de inhoud van de klacht bezig. De klager kan de klacht in vertrouwen bespreken met de contactpersoon en samen kijken ze hoe de klacht het beste behandeld kan worden, wat de beste weg is. Dat kan een doorverwijzing zijn naar de externe vertrouwenspersoon, naar de directie of naar de landelijke klachtencommissie.
- 43 -
Schoolgids 2013-2015
Interne contactpersoon Basisschool Willibrord Mevrouw Tiny Eijben T: (school) 075-6163212 E: (school)
[email protected] Externe contactpersoon Wanneer u er met de school niet uitkomt, of voor klachten over aantasting van de persoonlijke integriteit (agressie, geweld, discriminatie en seksuele intimidatie) kunt u ook rechtstreeks contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon. Externe vertrouwenspersoon Agora Mevrouw H. de Jong p/a Agora t.a.v. vertrouwenspersoon Postbus 88 1500 EB Zaandam E:
[email protected] Landelijke klachtencommissie Klachtencommissie van het Katholiek Onderwijs Postbus 82324 2508 EH ’s Gravenhage 070 392 55 08 E:
[email protected] W: www.geschillencies-klachtencies.nl Voor de volledige klachtenregeling verwijzen wij naar de schoolgids van Agora die u kunt vinden op hun website: www.agora.nu
- 44 -
Schoolgids 2013-2015
6. Regeling rond Schooltijden, Vakanties en Verlof - vrije (studie)dagen, roosters, ziekmelden en verlof 6.1 Schooltijden Voor alle groepen gelden op alle dagen dezelfde schooltijden. Op maandag, dinsdag en donderdag zijn dat: -
ochtend middag
8.30 uur – 12.00 uur 13.30 uur – 15.30 uur
Op woensdag en vrijdag zijn dat: -
ochtend
8.30 uur – 12.30 uur
6.1.1 Schoolbel (aanvang lessen) Om 8.20 uur en 13.20 uur gaat de 1e bel en gaan de deuren open. Met andere woorden: 10 minuten vóór aanvang van de lessen kunnen de kinderen naar binnen. Daarmee vindt spreiding plaats (niet allemaal in één keer door de deur) en is het mogelijk op tijd met de lessen te beginnen. Wij vragen de ouders/verzorgers hiermee rekening te houden bij het brengen of sturen van hun kind(eren) naar school. Tevens vragen wij de ouders/verzorgers die hun kind brengen (vaak gebeurt dit met de jongere kinderen) op tijd het lokaal te verlaten. Om 8.30 en om 13.30 gaat de 2e bel en willen we met de lessen beginnen. Wilt u iets bespreken met de leerkracht, maakt u hiervoor dan een aparte afspraak bij het uitgaan van de klassen, om 12.00, 12.30 of 15.30 uur. 6.1.2 Afwijkende Schooltijden Op school kennen wij een aantal dagen in het jaar met afwijkende schooltijden. Sinterklaas Op 5 december hebben alle kinderen school van 08.30 tot 13.00 uur. ’s Middags zijn ze vrij. Het Kerstprogramma De donderdag vóór de kerstvakantie zijn alle kinderen om 12.00 vrij. De kinderen worden dan weer om 17.30 uur op school verwacht voor de kerstmaaltijd, verzorgd door een zeer groot aantal ouders, en de kerstsamenzang (18.45 uur). Om 19.00 uur is het programma dan afgelopen. De Paasviering Voor het paasontbijt op Witte Donderdag, worden alle kinderen en leerkrachten om 8.00 uur, in pyjama, op school verwacht voor het paasontbijt. De kinderen hebben dan een doorlopend programma tot 13.00 uur en hebben dan aansluitend het vrije paasweekend (inclusief Goede Vrijdag en 2e Paasdag).
- 45 -
Schoolgids 2013-2015
Mocht er op een andere dag sprake zijn van een afwijkende schooltijd, bijv. bij een excursie, dan kunt u dit teruglezen op de halfjaarkalender (zie paragraaf 5.1.1). Mocht er onverwachts een aparte schooltijd moeten worden ingeroosterd, dan wordt u hiervan nu nog op de hoogte gesteld via de Williweetjes’, door de uitgave van een aparte brief of via een melding op de website. 6.1.3 Afwezigheidsmelding Kan uw kind niet naar school komen in verband met ziekte of bijvoorbeeld een bezoek aan de dokter, tandarts of orthodontist, meldt u dit dan zo snel mogelijk bij de betreffende leerkracht of bij de administratie. Dit moet voor 8.45 uur gebeuren!! Is een kind afwezig zonder afmelding en/of opgave van reden, dan wordt dit schriftelijk vastgelegd en valt dit onder ‘ongeoorloofd schoolverzuim’. Bij het herhaaldelijk voorkomen van ‘ongeoorloofd schoolverzuim’ wordt u als ouder eerst voor een gesprek uitgenodigd door de directie van de school en in het uiterste geval door de ambtenaar van Bureau Leerplicht, om u als ouders te verantwoorden. Dit kan leiden tot een boete van de kantonrechter. Wij hebben geen inspraak in de verzuimregeling van de leerplicht ambtenaar en hebben daardoor ook geen invloed op de uitnodigingen van de leerplichtambtenaar. 6.1.4 Verlenging Schooldag en Nablijven Het kan voorkomen dat de leerkracht met een kind afspreekt dat het wat langer op school moet blijven. Dit kan een strafmaatregel zijn, maar het kan ook gaan om bijvoorbeeld het afmaken van bepaald werk of het meehelpen met de klassendienst. Mocht het zo zijn dat dit langer zal duren dan 15 minuten, dan zal de leerkracht contact opnemen met de ouders om dit door te geven, zodat er geen onrust ontstaat. 6.2 Vakantierooster De planning van de zomervakantie wordt voor een aantal jaren vastgesteld door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OC&W) en is daarmee wettelijk geregeld. Voor wat betreft de andere vakanties volgt de Willibrord het vakantierooster zoals dat wordt opgesteld in het overleg tussen alle besturen (openbaar en bijzonder) voor primair - en voortgezet onderwijs in Zaanstad. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de richtlijnen en/of adviezen die het Ministerie hierin aangeeft. In het ‘Informatieboekje’ van school kunt u het vakantierooster van het geldende schooljaar terugvinden en dit staat ook op de website (‘roosters’) 6.3 Studie(mid)dagen Het is mogelijk dat de kinderen een extra vrije dag of vrij dagdeel krijgen in verband met bijvoorbeeld het volgen van een studiedag of het verrichten van andere werkzaamheden in de school, door de leerkrachten. Deze dagen zijn opgenomen in het ‘Informatieboekje’ en in de halfjaarkalender. Voor de start van het nieuwe schooljaar worden de studiedagen en het vakantierooster van het nieuwe schooljaar aan ouders gecommuniceerd. Minimaal twee weken van tevoren wordt een studie(mid)dag ook aangekondigd in de ‘Williweetjes’. Over het hele schooljaar gerekend krijgen alle kinderen, minimaal het wettelijk voorgeschreven aantal van 940 lesuren. - 46 -
Schoolgids 2013-2015
6.3.1 Langere Woensdagen en Vrijdagen In schooljaar 2012-2013 zijn de schooltijden op woensdag en vrijdag aangepast. De kinderen hebben op beide dagen een kwartier langer les dan wettelijk zou moeten, namelijk tot 12.30 uur i.p.v. 12.15 uur. Hiermee krijgen de kinderen een half uur langer les per week en ontstaat er meer ruimte (40 weken een half uur, is 20 uur op jaarbasis) voor o.a. nascholing van de leerkrachten. Verder kunnen we met deze uren vakantie- en/of vrije dagen op elkaar aan laten sluiten, zoals dat als wens van de ouders destijds uit de enquête over de schooltijden naar voren is gekomen. 6.4 Langdurig zieke Kinderen De school is verantwoordelijk voor (langdurig) zieke kinderen. Er zijn gespecialiseerde consulenten die de leerkracht en de leerling kunnen begeleiden in het veranderde leerproces. Aanmelding voor begeleiding gaat via de leerkracht. Speciale aanmeldingsformulieren hiervoor zijn op school aanwezig. 6.5 Verlofregeling Wanneer u uw vakantie gaat regelen dient u met de vastgestelde vakanties rekening te houden. Mocht het echter beslist onmogelijk zijn binnen deze periode uw vakantie te regelen, dan dient u zich te wenden tot de directeur. Er kan alleen verlof gegeven worden als er sprake is van ‘gewichtige omstandigheden’. Deze ‘gewichtige omstandigheden’ zijn omschreven in een folder uitgegeven door de gemeente Zaanstad. De directeur mag bij deze ‘gewichtige omstandigheden’ voor ten hoogste 10 dagen verlof verlenen. Wanneer de grens van 10 dagen in een schooljaar wordt overschreden, moet het verlof rechtstreeks aangevraagd worden bij de ambtenaar van de afdeling Leerplicht van de gemeente Zaanstad. Wanneer de verlofaanvraag niet voldoet aan de criteria die de leerplicht heeft opgesteld, kan het verlof niet worden verleend, ook niet wanneer het gaat om 1 dag. Onder deze ‘gewichtige omstandigheden’ vallen dus niet een tweede vakantie, bezoek aan familie, een dag eerder met vakantie om files te ontlopen, een vooraf aangeschaft vliegticket omdat deze goedkoper was enzovoorts. Ongeoorloofde afwezigheid wordt altijd gemeld bij de leerplichtambtenaar. We doen een dringend beroep op u, om activiteiten te plannen in de vakanties of andere vrije dagen. Daarnaast is verlof niet mogelijk in de eerste twee weken van een schooljaar. Zo wil de wet voorkomen dat kinderen de start van een schooljaar en daarmee de aansluiting bij de rest van de groep missen. Voor alle kinderen, en zeker voor de groep 8 kinderen is het heel vervelend als er verlof wordt aangevaagd in de laatste week voor de zomervakantie. Zo neemt bijvoorbeeld groep 8 dan afscheid van hun hele basisschoolperiode en wij vinden het heel belangrijk dat de kinderen dat samen beleven en vieren. Verlofformulieren zijn verkrijgbaar bij de administratie. U dient het verlof (spoedgevallen uitgezonderd) zes weken van tevoren aan te vragen! Via uw kind komt het formulier weer retour en kunt u zien of het verlof is toegekend. Voor vragen kunt u tevens terecht bij de afdeling Leerplicht van de Gemeente Zaanstad via telefoonnummer 14075 of www.zaanstad.nl (zoekterm; ‘Leerplicht’). - 47 -
Schoolgids 2013-2015
7. Gedrag, regels en protocollen - hoe gaan we met elkaar om Op onze school hechten we grote waarde aan het samen op een ‘normale’ manier, in woord en gedrag, met elkaar om gaan. Normen en waarden kennen we allemaal, maar toch is het goed om de zgn. ‘normale’ gedragskaders (grenzen) te omschrijven, waarbinnen iedereen op de Willibrord hoort te blijven en wat het betekent als iemand die grenzen overschrijdt. Op onze school werken we op deze manier ‘liefdevol maar gestructureerd’ om veiligheid voor iedereen te kunnen waarborgen. 7.1 De vijf ‘Gouden Regels’ Een aantal jaren geleden hebben we de vijf ‘Gouden Regels’ opgesteld, welke als ‘kapstok’ dienen om hieraan de regels rondom gewenst en ongewenst gedrag (zoals omschreven in het ‘Veiligheidsprotocol; zie paragraaf 4.1) op te hangen;
4.6 Gedrag
We LUISTEREN naar elkaar (en gebruiken normale normale taal !!)
We komen AFSPRAKEN na !!
We HELPEN
elkaar !!
?
OPLOSSINGEN zoeken doen we met WOORDEN !!
IEDEREEN hoort ERBIJ !!
7.2 Gebouwenregels en Klassenafspraken 7.2.1 Gebouwenregels Elke school kent vele kleinere regels en afspraken om op een goede manier te kunnen functioneren. Naast de overkoepelende ‘Gouden Regels’ hebben wij op school ook een document waarin de regels binnen en rondom onze beide locaties zijn opgenomen. Deze worden aan het begin van het nieuwe schooljaar besproken en aangepast in samenspraak met het personeel. Daarna worden deze gebouwenregels door de groepsleerkrachten onder de aandacht van de kinderen gebracht. - 48 -
Schoolgids 2013-2015
7.2.2 Klassenafspraken Daaruit volgen dan de klassenafspraken die de leerkracht per groep met de kinderen maakt aan het begin van het nieuwe schooljaar. Wij vinden het belangrijk dat regels en afspraken goed worden nageleefd, omdat dit voor duidelijkheid en structuur zorgt bij de kinderen. De leerkrachten hebben hierin een voorbeeldfunctie en ook van ouders verwachten wij dat zij zich aan deze regels en afspraken houden. De gebouwregels kunt u vinden op de website en op de klassenpagina’s van de website kunt u de klassenafspraken terug vinden. 7.3 Veiligheidsprotocol Wij werken op school met een ‘Veiligheidsprotocol’, wat terug te vinden is op onze website www.bs-willibrord.nl . Hierin staat o.a. beschreven wat wij op Basisschool Willibrord als ongewenst en onacceptabel gedrag betitelen.Ook worden hierin procedures (protocollen) beschreven die in werking treden bij onacceptabel gedrag. Op welk moment een collega, bouwcoördinator of IB, een directielid en ouders bij het probleem worden betrokken, is daarin nauwkeurig aangegeven. Speciale aandacht is er voor het pesten door en van kinderen. Het pestprotocol is daarom een onderdeel van het ‘Veiligheidsprotocol’. 7.3.1 Schorsing en Verwijdering Het gebeurt gelukkig niet zo vaak, maar helaas is het af en toe noodzakelijk dat een kind voor één of een paar dagen geschorst wordt. Het zal duidelijk zijn dat het hier gaat om niet te accepteren gedrag van een kind of de ouders. Concreet gaat het om: - bedreiging van andere kinderen en gebruik van geweld; - brutaliteit naar personeel en het uiten van bedreigingen; - structureel verstoren van de lessen. Schorsing Een schorsing vindt niet zomaar plaats. Weliswaar wordt een kind geschorst naar aanleiding van een specifiek voorval, maar hieraan is een reeks van gebeurtenissen met waarschuwingen en gesprekken (óók met de ouders) voorafgegaan. Formeel wordt een kind geschorst voor maximaal vijf dagen na een besluit hierover door de directie. Een kind kan vervolgens voor drie keer worden geschorst. Schorsingen worden gemeld bij het bevoegd gezag, het bestuur en de inspectie. Als blijkt dat schorsing niet helpt bij het veranderen en/of verbeteren van het gedrag van een bepaald kind, dan zal worden besloten tot een ‘procedure van verwijdering’. Verwijdering Een besluit tot verwijdering wordt formeel genomen door het bestuur van Agora en wordt schriftelijk kenbaar gemaakt aan de ouders van het kind. De ouders hebben het recht hiertegen bezwaar te maken en moeten worden ‘gehoord’. Bij het overgaan tot verwijdering heeft de school de verplichting om gedurende acht weken te zoeken naar een andere school. Heeft de school aantoonbaar voldaan aan deze verplichting (ook als het niet gelukt is een andere school te vinden), dan wordt overgegaan tot uitschrijving van het kind. Dit wordt gemeld bij de ambtenaar van Bureau Leerplicht. De ouders zijn vervolgens verantwoordelijk voor het inschrijven van het kind op een andere school. Het document ‘Toelating, schorsen en verwijderen’, maakt deel uit van ons ‘Veiligheidsprotocol’. - 49 -
Schoolgids 2013-2015
7.4 Werken aan Gedrag op School 7.4.1 Kanjertraining De meeste leerkrachten hebben een scholing gevolgd bij het Instituut voor Kanjertraining. De Kanjerlessen zijn erop gericht om kinderen sociaal-emotioneel sterker te maken. Wilt u meer informatie over de kanjertraining, dan kunt u de volgende website bezoeken: www.kanjertraining.nl We hanteren binnen iedere groep de volgende Kanjerregels, die hangen onder de paraplu van de eerder genoemde vijf ‘Gouden Regels’: -
We vertrouwen elkaar; We helpen elkaar; Niemand speelt de baas; Niemand lacht uit; Niemand doet zielig. 7.4.2 ‘ZIEN’
Vanaf schooljaar 2011-2012 werken we op de Willibrord ook met een sociaalemotioneel programma genaamd ‘ZIEN’. Dit is een programma waarbij leerkrachten d.m.v. observaties het gedrag van kinderen kunnen scoren. Hierdoor krijgen zij duidelijk zicht op wat een kind doet, maar vooral wat er veranderd moet worden aan bepaald gedrag (leerpunten). Ook krijgen leerkrachten zicht op de sociale omgang in de groep en kunnen zij d.m.v. aanpassing in hun eigen gedrag het gedrag van de groep beïnvloeden. 7.5 Regels bij Bewegingsonderwijs (BO) 7.5.1 Groepen 1/2 De kinderen van de groepen 1/2 volgen het bewegingsonderwijs in de speelzaal van het hoofdgebouw. Daarbij gebruiken ze hun eigen gymschoenen (die de ouders zelf dienen aan te schaffen) die bewaard worden in hun eigen gymtas aan de kapstok. De kinderen van de groepen 1/2 krijgen deze gymtas van school (voorzien van een naamsticker). Wij vragen u vriendelijk uw kind geen veterschoenen te geven. Het kost de leerkracht teveel tijd om kinderen hierbij te begeleiden. Ook als leerlingen het zelf wel kunnen, vragen wij u toch gymschoenen zonder veters aan te schaffen, dit i.v.m. de veiligheid. De leerlingen van de groepen 1/2 gymmen in hun ondergoed. 7.5.2 Vanaf groep 3 Schoenen De kinderen vanaf de groepen 3 hebben BO in sportkleding. Dit betekent een korte broek en T-shirt/gympakje èn sportschoenen. Deze schoenen mogen niet buiten gebruikt zijn! Kleding Is een kind zijn gymkleding vergeten, dan gymt het mee in onderkleding, tenzij dit door omstandigheden niet kan. In dat geval maakt de vakleerkracht BO een aparte afspraak met het kind. Niet gymmen Als een kind, bijv. door medische problemen, niet mee kan gymmen, dan blijft het op school en wordt opgevangen in één van de andere groepen in de eigen bouw. - 50 -
Schoolgids 2013-2015
Douchen Helaas is het niet mogelijk dat de kinderen na de gymles douchen. De tijd laat dit niet toe i.v.m. de ligging van de gymlocaties. Uiteraard is het wel mogelijk dat de kinderen hun gezicht, handen en voeten wassen. Hiervoor moeten ze zelf een handdoek meenemen. 7.6 Hoofdluisprotocol Helaas worden we regelmatig geconfronteerd met kinderen die last hebben van hoofdluis. In de meeste gevallen krijgt de school een melding van de ouders. Soms signaleert de groepsleerkracht de hoofdluis, die dit vervolgens aan de ouders doorgeeft. D.m.v. een brief aan alle ouders/kinderen in de betreffende groep wordt vermeld dat er hoofdluis is geconstateerd. Aan de ouders wordt gevraagd hun eigen kind(eren) hierop te controleren. Aangegeven wordt hoe de hoofdluis te bestrijden is. Bij de bestrijding is het heel belangrijk dat het haar regelmatig gekamd wordt met een stofkam. Het gebruik van een stofkam wordt door de school aanbevolen als preventieve maatregel. In de betreffende groep krijgen de kinderen allemaal een luizentas voor een bepaalde periode. De kinderen worden op school na elke vakantie gecontroleerd door de ‘luizen-pluismoeders’. Mocht er sprake zijn van een plaag, dan zal school ook andere maatregelen toepassen in overleg met de GGD. 7.7 Snoepen Het is heel simpel! Snoepen op de Willibrord is niet toegestaan!! Tijdens verjaardagen of andere feestdagen zijn we soepeler, maar tijdens de normale schooldagen, willen we niet dat er door kinderen wordt gesnoept. Deze regel geldt natuurlijk ook voor de leerkrachten en de ouders/verzorgers. Wanneer een kind toch met snoep naar school komt (m.u.v. een traktatie of een snoepje tijdens de TSO) dient het kind (bijv. kauwgom) in de prullenbak bij de deur van de school weg te gooien. Snoep dat binnen de school wordt gevonden wordt afgenomen en niet meer teruggegeven. 7.8 Niet Roken Voor onze school geldt, net zoals op alle andere scholen in Nederland, een algeheel rookverbod. Hiermee voldoet de school aan de wettelijke regelgeving. Dit rookverbod geldt niet alleen voor het personeel maar ook voor ouders en andere bezoekers. Ook op de pleinen is roken niet toegestaan. 7.9 Mobiele Telefoons Mobiele telefonie is niet meer weg te denken uit onze maatschappij. Toch moeten wij als school afspraken maken over gebruik van de mobiele telefoon. Binnen de school wordt vanaf 8.20 en vanaf 13.20 uur, niet gebeld met een mobiele telefoon door kinderen en ouders. Voor kinderen en leerkrachten, geldt dit ook op het plein onder schooltijd. Wanneer u uw kind wegbrengt, en uw telefoon gaat af, probeert u dan later terug te bellen of even naar buiten te gaan. Mocht het onverhoopt noodzakelijk zijn dat uw kind gebruik maakt van een mobiele telefoon, dan willen wij dat u dit bespreekt met de leerkracht. Hierover kunnen dan aparte afspraken gemaakt worden. Mobiele telefoons die meegenomen worden door kinderen moeten bij aanvang van de lessen uitgezet worden en bij de leerkracht worden ingeleverd. - 51 -
Schoolgids 2013-2015
Wanneer kinderen toch hun telefoon gebruiken zal, deze worden ingenomen en in overleg met ouders worden besproken wanneer de telefoon weer wordt terug gegeven. Naast het bellen met de mobiele telefoons kan er ook op andere manieren worden gecommuniceerd via de telefoon (ping’en, app’en, sms’en enz.) en dient de telefoon (smartphone met internet abonnement) ook als informatiebron, met ongekende toegankelijkheids mogelijkheden. We zullen binnen de grenzen van de zgn. ‘Mediawijsheid’ (wat is goed en wat is niet goed voor kinderen) de komende jaren gaan bekijken of we de functionaliteit van de telefoons kunnen gaan inzetten binnen ons onderwijs. 7.10 Toiletgebruik In principe maken de kinderen geen gebruik van het toilet gedurende een half uur na aanvang van de lessen (tussen 08.30 tot 09.00 uur en tussen 13.30 en 14.00 uur). Ook tijdens een kringgesprek of lesinstructie mogen kinderen niet naar het toilet. In voorkomende gevallen, na overleg met kind en ouders, worden natuurlijk uitzonderingen gemaakt. 7.11 Eten en Drinken tijdens de Ochtendpauze en de Gruitdag Tijdens het ochtendprogramma vindt er altijd een korte pauze plaats waarin de kinderen wat kunnen eten en/of drinken.De voorkeur gaat uit naar een melkproduct of gewoon water. In ieder geval géén koolzuurhoudende en sterk gezoete dranken. Kinderen kunnen ook iets te eten meenemen. Graag een stuk fruit of anders een boterham, een gezonde cracker of een liga, LET OP; géén chocolade!! 7.11.1 Gruitdag Op woensdag hebben wij ‘Gruitdag’ (Groente- en Fruitdag). Op deze dag eten de kinderen alleen groenten of fruit tijdens de ochtendpauze. We zijn er streng op dat er op woensdag geen andere tussendoortjes worden gegeten. Mocht u onverhoopt de ‘Gruitdag’ zijn vergeten dan wordt er gezorgd voor een stuk ‘gruit’ of wordt er gedeeld met de andere kinderen. 7.12 Fietsenstalling De Willibrord heeft maar beperkte ruimte voor het stallen van fietsen. Op het hoofdgebouw is dat bij de plein-ingang aan de Bloemgracht en bij de dependance aan het Roggeplein, is dat in de rekken op het schoolplein. We verzoeken de ouders en de kinderen die dicht bij school wonen, niet met de fiets naar school te komen. De grenzen van waarbuiten de kinderen wel met de fiets mogen komen, staan opgenomen in het ‘Informatieboekje’ (zie de website). 7.13 Fietsen op de Schoolpleinen Het is te allen tijde verboden om op de schoolpleinen te fietsen en/of te brommen. Wij vragen de ouders om, ook als de kinderen allemaal al binnen zijn, niet te fietsen over de pleinen. Lopen naast de fiets is dan het goede voorbeeld voor de kinderen en draagt bij aan de veiligheid voor iedereen die gebruik maakt van de pleinen. - 52 -
Schoolgids 2013-2015
8. Contacten met instellingen - samenwerking met externe partners 8.1 Peuterspeelzaal Plus In de school is een ‘peuterspeelzaal- plus’ gevestigd genaamd Peutersaen. Hiervan kunnen kinderen van 2 tot 4 jaar, met een taalachterstand, gebruik maken. De inschrijving voor de peuterspeelzaal gebeurt via Peutersaen. Bij de administratie of bij de peuterspeelzaal kunt u een informatiepakket opvragen. Er is een nauwe samenwerking tussen de peuterspeelzaal en de school. De kinderen die op de Peuterspeelzaal zitten, stromen bij 4 jaar door naar de school. Het programma van de peuterspeelzaal en de school is op elkaar afgestemd, zodat een soepele overgang voor de kinderen bewerkstelligd wordt (zie ook paragraaf 4.3). 8.2 Buiten Schoolse Opvang (BSO) In de wet is geregeld dat als ouders dit wensen, hun kinderen van 7.30 tot 18.30 uur voor en na school opgevangen worden en ook tijdens de vakanties of studiedagen van het onderwijs gevend personeel. Kortom, elke dag behalve de weekenden en de feestdagen. Onze stichting Agora, heeft dit uitbesteed aan de organisatie TintelTuin. TintelTuin heeft de voorzieningen en het personeel vanuit de kinderopvang, dat nodig is om de kinderen op te vangen. TintelTuin is al ruim dertig jaar de grootste aanbieder van kinderopvang in de Zaanstreek en helpt ouders de zorg voor hun kinderen en werk beter te combineren. Bij de administratie zijn brochures van Tinteltuin m.b.t. BSO aanwezig. De Willibrord werkt nauw samen met BSO ‘Flindr’ van TintelTuin. Wat betreft deze buitenschoolse opvang hebben zij het volgende aanbod: -
Voor-schoolse opvang (geopend vanaf, in ieder geval, 7.00 uur tot de aanvangstijd van de school); Na-schoolse opvang (de openingstijden sluiten aan op de schooltijden, de eindtijd is op elke locatie tot 18.30); Vakantie-opvang (opvang in alle schoolvakanties); Opvang op margedagen / studiedagen van school; Gastouderopvang.
Wanneer u gebruik wilt maken van opvang via Tinteltuin dan is het belangrijk dat u zich hiervoor zo spoedig mogelijk aanmeldt. Aanmelden kunt u het beste doen via het internet. Hier vindt u alle informatie en kunt u zich online inschrijven of u kunt telefonisch contact opnemen via 0800-4422345. Hoofdkantoor TintelTuin TT. Vasumweg 44 1033 SC Amsterdam Tel.: 0800-4422345
[email protected] www.tinteltuin.nl
- 53 -
Schoolgids 2013-2015
8.3 Hogescholen De Willibrord heeft goede contacten met de ‘Ipabo’ en ‘Inholland’. Niet alleen lopen studenten van deze hogescholen stage op de Willibrord, ook maakt de school af en toe gebruik van het nascholingsaanbod van deze instituten.
8.4 Fluxus (Centrum voor de Kunsten Zaanstad) Ook Fluxus heeft een groot aanbod voor de basisscholen. Dit geldt zowel voor het directe werk op de basisschool (bijv. een schoolconcert of het geven van dramalessen), alsook voor de begeleiding van de groepsleerkrachten (bijv. een cursus taaldrukken). De Willibrord maakt geregeld gebruik van dit aanbod. Daarnaast doet onze school vanaf het schooljaar 1998/1999 mee aan het zogenoemde Kunstenplan. Dit Kunstenplan, gedeeltelijk gesubsidieerd door de Gemeente Zaanstad, voorziet in een groot aanbod aan activiteiten en voorstellingen op het gebied van de Kunstzinnige Vorming, wat natuurlijk naadloos aansluit bij ons profiel ‘Kunst en Cultuur’. Ieder kind krijgt gedurende vier jaar te maken met de disciplines Muziek, Dans, Literatuur, Toneel/Drama, Film en Beeldende Kunst. De verschillende activiteiten en voorstellingen worden steeds kenbaar gemaakt in de ‘Williweetjes’, waarin de kinderen ook de gelegenheid krijgen om een kort verslagje te plaatsen. 8.5 Stichting NME en de Schooltuinen Vanuit de Stichting Natuur- en Milieu Educatie (NME) wordt de school jaarlijks in de gelegenheid gesteld deel te nemen aan het Schooltuinenproject. De eerste periode is de zaai- en plantperiode en loopt van april tot de zomervakantie en is voor de leerlingen van groep 7. De tweede periode is van de zomervakantie tot de herfstvakantie. Inmiddels zijn de betrokken leerlingen, leerlingen uit groep 8 geworden. In deze periode wordt er geoogst. De kinderen hebben wekelijks 1,5 uur les op het tuinencomplex. Sinds een paar jaar is dit geen verplichting meer voor alle kinderen, maar wij stimuleren wel de deelname. De gereduceerde kosten (ongeveer 80% wordt gesubsidieerd door de gemeente Zaanstad) voor dit schooltuinenbezoek zijn € 27,50. De kinderen die niet meedoen aan dit schooltuinenbezoek krijgen op de school vanzelfsprekend vervangend onderwijs, maar vanwege het plezier en het enthousiasme van de kinderen komt dit zelden voor. - 54 -
Schoolgids 2013-2015
8.6 Bibliotheek (De Bieb) Onze school heeft tevens een samenwerking met de Openbare Bibliotheek (De Bieb) die gevestigd is in de ‘Koekfabriek’ aan de Westzijde te Zaandam. De groepen 3 brengen jaarlijks een bezoek aan de bibliotheek om de kinderen bekend te maken met ‘De Bieb’ en met de mogelijkheden. De groepen 7 gaan ook jaarlijks naar de bibliotheek. Het doel daarvan is om instructie te krijgen in hoe je zo snel mogelijk een boek kan vinden met behulp van de computer. De school is ook in de gelegenheid een aantal boeken te lenen voor een bepaald project. Er zijn groepen die de beschikking hebben over een zgn. ‘Onderwijsleners- kaart’, waardoor de leerkracht en de groep onder gunstige voorwaarden een groot aantal boeken gedurende een bepaalde tijd kunnen lenen. Het (gratis) lidmaatschap voor kinderen van ‘De Bieb’ en het eigen bibliotheekbezoek worden door de school gestimuleerd. 8.7 Brede School Rosmolenwijk (BSR) Sinds het schooljaar 2012-2013 is er via ‘Brede School’ subsidie vanuit de gemeente Zaanstad, een structureel aanbod van naschoolse activiteiten voor de basisschool leerlingen in de Rosmolenwijk. Hieraan ten grondslag ligt de nauwe en goede samenwerking tussen vier ketenpartners in de wijk te weten; cbs ‘De Saenparel’, obs ‘In ’t Veld’, BSO ‘Flindr’(TintelTuin) en onze school, rkbs ‘Willibrord’, die samen de Brede School Rosmolenwijk vormen. Judo-, dans-, drama-, rap- en kooklessen, gezamenlijke sportdagen, Musical- en Pop-rock battles, een sportcarroussel en bezoeken aan filmhuis ‘De Fabriek’, een heel ‘breed’ en leuk aanbod voor een kleine bijdrage (meestal € 1,- per les). De BSR werkt in blokken (minimaal drie) waaraan voorafgaand via de scholen steeds een activiteitenboekje wordt verspreid, waaruit de kinderen hun activiteit(en) kunnen kiezen en zich met het inschrijfformulier kunnen aanmelden. Naast de door de gemeente geselecteerde grote ‘producenten’ (Fluxus, Welsaen en Sport Service Zaanstad) heeft de BSR een flink netwerk aan kleinere producenten aan wie ze de activiteiten via de subsidiegelden uitbesteden.
- 55 -
Schoolgids 2013-2015
9. Tot slot en voor de Goede Orde - een aantal praktische zaken 9.1 Kapstokken In verband met de veiligheid en de netheid worden de jassen en tassen van de kinderen op beide locaties opgehangen op de kapstokken. Ieder kind in de onderbouw (groepen 1 t/m 4) heeft een eigen kapstok voorzien van een naamsticker van het kind. De leerlingen vanaf groep 5 (bovenbouw) hebben uiteraard ook ruimte om hun jas en tas op te hangen. Deze plekken zijn echter ‘vrij’ en niet gelabeld per leerling. 9.2 Tussen Schoolse Opvang (TSO) De TSO op de Willibrord is verspreid over onze twee locaties. Op het Roggeplein vindt de TSO plaats in ‘de kelder’. Dit is een mooie grote ruimte, voorzien van daglicht, met veel gelegenheid voor kinderen om te spelen, te zitten, te lezen èn natuurlijk om te eten op een geordende rustige wijze. De TSO voor de leerlingen van de groepen 1 t/m 4 vindt plaats in lokalen op het hoofdgebouw. Dit is verre van ideaal, maar d.m.v. het maken van aparte afspraken over buitenspelen, gebruik van ruimtes e.d., verloopt de TSO toch naar wens. De opvang staat onder algehele leiding van de coördinator Tussen Schoolse Opvang (leerkracht van de school). Zij stuurt op iedere locatie de TSO-medewerkers aan. Al onze TSO-medewerkers hebben een training gevolgd om te mogen werken tijdens de TSO. Ook is iedere startende TSO-medewerker verplicht een bewijs van goed gedrag te overleggen. We werken met het programma ‘Overblijven met Edith’. Via dit digitale programma kunnen ouders zelf hun kinderen opgeven voor de TSO. Dit kan tot 10.00 uur ’s morgens op dezelfde dag. Ook is het mogelijk om zelf aan te geven dat uw kind een keer niet naar de TSO gaat. Iedere drie maanden wordt er, via een automatische incasso, een bedrag van uw rekening geïnd. Zo hebben wij niet meer te maken met geld in de school en is dit administratief beter geregeld. Mocht u vragen hebben over aanmelden op het programma dan kunt u contact opnemen met onze coördinator van de TSO (06-21407587), of ondersteuning vragen bij de administratie.
- 56 -
Schoolgids 2013-2015
9.3 Vieren en Trakteren bij een Verjaardag van een Kind en Leerkracht De verjaardag van een kind is een bijzondere gebeurtenis. Op school besteden we daar daarom ook aandacht aan. In de groepen 1/2 is het mogelijk dat de ouders aanwezig zijn bij het vieren van de verjaardag in de ochtendkring. Kort overleg met de leerkracht voorafgaande aan deze dag is al voldoende. Het jarige kind wil graag uitdelen, dit is echter geen verplichting. Als dit toch de wens is, dan verzoeken wij de kinderen en de ouders zoveel mogelijk te zoeken naar een gezonde traktatie. Heeft u een idee nodig, vraag hiernaar op school. De school bezit een aantal mappen van de GGD-Zaanstreek met zeer leuke en lekkere suggesties. Ook op het internet zijn sites te vinden met ideeën voor gezonde traktaties. Zakjes gevuld met snoep hebben géén voorkeur. De groepsleerkracht en eventuele collega’s uit de bouw delen gewoon mee in de normale traktatie, iets speciaals is echt niet nodig. Gaat het toch om iets aparts, houd het dan zo eenvoudig mogelijk. Nogmaals: een traktatie is geen verplichting. ‘De klassen rond’ Een kind mag langs andere leerkrachten om een felicitatiesticker op te halen en om te trakteren (niet verplicht) bij zijn/haar verjaardag. Dit gebeurt in principe om 12.00 (of 12.30 uur) of om 15.30 uur. De kinderen uit de groepen 1/2 mogen al om 11.45 uur (of 12.15 uur) de klassen rond. Meelopen met de jarige is een gewoonte en wordt gedaan door één of twee andere kinderen. 9.4 Inzamelen Oud Papier Basisschool Willibrord draagt een steentje bij als het gaat om de aandacht voor het milieu door de gelegenheid te geven oud papier in te leveren op school. Elke dag kan er oud papier worden ingeleverd bij de oud papier container in de ‘schuur’ bij het hoofdgebouw en in de schuur op het Roggeplein. Oud papier levert de school een subsidie op per ingezamelde kilo papier en dit is een kleine maar wenselijke bron van inkomsten. 9.5 Jeugdbladen, Kinderboeken en Educatieve Software 9.5.1 Jeugdbladen De basisscholen in Nederland worden regelmatig door verschillende uitgeverijen gevraagd te bemiddelen bij het aangaan van abonnementen voor jeugdbladen voor kinderen. Op zich pleiten wij voor het nemen van een abonnement op een jeugdblad; het kan de ontwikkeling van een kind alleen maar ten goede komen. Het is echter geen verplichting. De Willibrord heeft al jaren een goede ervaring met uitgeverij Malmberg, die o.a. de bladen Okki’, ‘Bobo’, ‘Taptoe’, ‘Hello You’ en ‘National Geographic’ uitgeeft. Begin van een schooljaar worden kinderen en hun ouders in de gelegenheid gesteld zich te abonneren op één of meerdere van deze bladen (en het zomer- en winterboek). Betaling geschiedt vervolgens rechtstreeks aan Malmberg. - 57 -
Schoolgids 2013-2015
9.5.2 Boektoppers Ook heeft de Willibrord er voor gekozen in zee te gaan met uitgeverij Malmberg m.b.t. hun serie ‘Boektoppers’. Voor de volledigheid: omdat school hierin bemiddelt, ontvangt de school ook een zekere ‘provisie’ (in de vorm van boeken). We gebruiken deze ter aanvulling van onze schoolbibliotheek. 9.5.3 Ambrasoft Aan het begin van het schooljaar ontvangt u een demo of brief van ‘Ambrasoft’ waarin gevraagd wordt software aan te schaffen. Deze software sluit aan bij het programma van de school. Het kan dienen als ondersteuning bij het onderwijs. Wij zijn er voorstander van als u het software-programma van ‘Ambrasoft’ aanschaft. 9.6 Schoolplein bij het Hoofdgebouw We zijn al een tijd bezig met de renovatie en verandering van het schoolplein bij het hoofdgebouw aan de Symon Claeszstraat. Bij de inrichting van het schoolplein hebben we onderzocht welk spel bij welke leeftijdscategorie hoort. Wij hebben een keuze gemaakt om het schoolplein vooral “groen” in te richten. Dit betekent dat we het belangrijk vinden om de kinderen te laten spelen in de natuur. Daarnaast zijn de elementen sport en bewegen, rust, zand en water in het plan van aanpak opgenomen. Wij bemerken dat het spelen op het “groene” plein zorgt voor meer fantasiespel en taal in het spel, bij de kinderen. Het gehele veranderingsproces van het plein verloopt door allerlei oorzaken niet volgens de planning zoals we hadden gehoopt. Bij aanvang van het schooljaar 20132014 wordt het geheel geëvalueerd en opnieuw opgezet. Wij bemerken echter wel dat het hebben van een “groene” speelplaats nooit klaar is. Het onderhoud van het groen, maar ook het steeds bekijken van de spelmogelijkheden van kinderen, zorgt ervoor dat dit steeds vraagt om een actieve houding. De renovatie van het schoolplein wordt gedaan in nauwe samenwerking met BSO ‘Flindr’ (Tinteltuin). Plannen voor de renovatie voor het schoolplein bij het Roggeplein zijn nog niet gemaakt. Dit vanwege financiële motieven en de nog niet duidelijke plannen inzake de herinrichting van het Roggeplein. 9.7 Buitenschoolse Sportactiviteiten Uit het grote aanbod voor deelname aan buitenschoolse activiteiten (meestal aangeboden door de plaatselijke sportverenigingen) maakt de school een keuze al naar gelang de praktische haalbaarheid en interesse bij kinderen. De laatste jaren heeft de Willibrord met een of meerdere teams mee gedaan met voetbal, korfbal en handbal. 9.7.1 Schoolvoetbal Aan het voetbaltoernooi doen jongens en meisjes uit de groepen 7 en 8 mee. Een jaarlijks terugkerend toernooi dat op meerdere woensdagen in maart/april wordt gehouden op de velden van ‘V.V. Zaanlandia’.
- 58 -
Schoolgids 2013-2015
9.7.2 Schoolkorfbal Voor het schoolkorfbaltoernooi (ééndaags evenement op een zaterdag) kunnen kinderen vanaf groep 3 t/m 8, meedoen in teamverband en is er een aangepast aanbod voor de kinderen uit de groepen 1/2. 9.7.3 Schoolhandbal Het schoolhandbaltoernooi voor de groepen 7 en 8, staat ook sinds een aantal jaren op de sportkalender. Via ‘Handbalvereniging Zaanstreek’ (HVZ) krijgen de kinderen voorafgaand aan het toernooi een aantal handballessen onder gymtijd, zodat ze beslagen ten ijs komen. 9.7.4 Mini Dam tot Damloop Jaarlijks kunnen kinderen zich via school opgeven voor de Mini Dam tot Damloop. Deelname hieraan valt echter wel onder verantwoordelijkheid van de ouders en niet onder de verantwoordelijkheid van school. 9.7.5 Sportkleding Onze school heeft eigen sportkleding voor deelname aan de verschillende buitenschoolse sportactiviteiten. In schooljaar 2012-2013 zijn we begonnen om i.s.m. de Ouderraad, de huidige sportkleding te vervangen voor nieuwe tenues. We zijn overgestapt van blauw naar oranje/zwart, en vallen daardoor als Willibrord prima op!
9.8 Arbeidsomstandigheden (ARBO) en Bedrijfshulpverlening (BHV) Het basisonderwijs valt ook onder de ARBO-wetgeving. Dit heeft (positieve) gevolgen voor het personeel, maar ook de kinderen hebben hiermee te maken als het gaat om de veiligheid in en om het gebouw. De Willibrord heeft een eigen ploeg BHV-ers, die regelmatig inventariseert waar de knelpunten liggen op het gebied van de arbeidsomstandigheden en veiligheid, en die schoolleiding en bestuur adviseert in de te ondernemen stappen. Onze school heeft enkele personeelsleden die in het bezit zijn van het officiële EHBO-diploma. Er zijn vanuit het personeel tevens bedrijfshulpverleners aangesteld en getraind, die regelmatig een brandoefening organiseren en coördineren. Elk schooljaar worden de BHV-ers nageschoold, op het gebeid van brand (preventie en bestrijding) en EHBO. - 59 -
Schoolgids 2013-2015
10. Het Bestuur - bevoegd gezag In het schoolkatern wat u zojuist hebt gelezen heeft u heel veel praktische informatie kunnen vinden over onze school, Basisschool Willibrord. Als school zijn wij onderdeel van de Stichting Agora, de Stichting voor Bijzonder Primair Onderwijs in de Zaanstreek. Agora staat voor vergader- en ontmoetings plaats. Een plaats voor ontmoeting in het onderwijs aan kinderen tot 14 jaar. Deze ontmoeting vindt plaats op 25 scholen in Zaanstad, Wormerland en Oostzaan. Agora heeft als stichting een ‘Agora-schoolgids’, waarmee zij u informeren over de organisatie van Agora. Hierin vindt u de visie van de stichting maar ook veel praktische informatie over schoolzaken die u als ouders moet weten. 10.1 De Agora Schoolgids Voor het lezen van de ‘Agora-schoolgids’ verwijzen wij u naar de website van de stichting: www.agora.nu
- 60 -