2013pagina Namen en adressen, schooltijden en vakantierooster pagina 3

Schoolgids Islamitische basisschool El Wahda

2012/2013pagina

- 1–

INHOUD 1.

Namen en adressen, schooltijden en vakantierooster

pagina 3

2.

De identiteit

pagina 8

3.

Aanmeldingsprocedure algemeen (Toelatingsbeleid)

pagina 12

4.

Schorsing en verwijdering van een leerling

pagina 14

5.

Verlof (Vrijstelling van schoolbezoek)

pagina 15

6.

De zorg voor kinderen

pagina 19

7.

De kwaliteit van het onderwijs

pagina 24

8.

Wie werken er op school?

pagina 25

9.

Het schoolwerkplan

pagina 26

10.

De resultaten van het onderwijs

pagina 33

11.

Naar het Voortgezet Onderwijs

pagina 37

12.

De beleidsplannen voor 2012/2013

pagina 43

13.

Bouwen aan een Adaptieve School

pagina 43

14.

Overblijven, ziekmelding en verlof

pagina 46

15.

Organisatiestructuur van de school

pagina 46

16.

Buitenschoolse activiteiten

pagina 48

17.

Kunst en Cultuur

pagina 49

18.

De leraren

pagina 50

19.

De ouders

pagina 50

20.

Veiligheid in en om de school

pagina 53

21.

Contacten met derden

pagina 54

22.

Jeugdgezondheidszorg

pagina 56

23.

School Maatschappelijk Werk

pagina 57

24.

Bureau Jeugdzorg

pagina 57

25.

Zorg- en adviesteam (ZAT)

pagina 59

26.

Samenwerkingsverband Heerlen-Voerendaal-Nuth

pagina 59

27.

Het leerlingenreglement

pagina 61

IBS El Wahda Gecertificeerde BAS+ school


2012/2013pagina

- 2–

Voorwoord In deze schoolgids treft u informatie aan omtrent het totale schoolgebeuren. Wat voor u als ouder belangrijk is om te weten, kunt u in deze schoolgids lezen. Aan de hand hiervan kunt u bepalen of de schoolkeuze naar uw zin is. Een school wordt gemaakt door de mensen die er werken.Het schoolbestuur is het bevoegd gezag van basisschool El Wahda in Heerlen. Wanneer u vragen heeft aan het bestuur, dan kunt u deze stellen via het onderstaande adres. Ook bij de directie van de school kunt u altijd nadere informatie verkrijgen. We wensen u en in het bijzonder uw kind(eren) een succesvol en plezierig schooljaar toe! Stichting Islamitische Basisschool Parkstad Limburg Postbus 95 6400 AB Heerlen Telefoon 045-5716152 Waarom een schoolgids voor ouders? Er zijn veel verschillende basisscholen. Iedere school heeft zijn eigen sfeer en karakter. Deze gids is geschreven om u te helpen bij het kiezen van een school. Het is belangrijk dat de school past bij wat u als ouders belangrijk vindt. Daarom leggen wij in deze gids uit wat de islamitische basisschool El Wahda voor school is. - Deze schoolgids laat zien wat u als ouders van El Wahda kunt verwachten. - Deze schoolgids laat zien wat El Wahda voor uw kind kan betekenen. - Deze schoolgids stelt ouders in staat om na te gaan of El Wahda de juiste school is voor hun kind. Als u opmerkingen ter verbetering van deze gids heeft, houden wij ons aanbevolen.

Namens directie, team, oudervereniging en bestuur, Mevr. B.Vrijman, directeur Mevr. J. van der Voort, interim directeur

Internetadressen E-mail adres directie: WWW-adres school:

[email protected] www.elwahda.nl

Centraal telefoonnummer vertrouwensinspecteur van de inspectie: 0900-1113111 Inspectie van het onderwijs: [email protected] en www.onderwijsinspectie.nl Vragen over het onderwijs: 0800-8051 (gratis) Nieuw: 0800-5010: De informatie- en advieslijn voor ouders over onderwijs.



2012/2013pagina

- 3–

1. Namen en adressen, schooltijden en vakantierooster Groepsleerkracht 1

Hassania Ammi

[email protected]

Groepsleerkracht 1/2Claire Vranken

[email protected]

Groepsleerkracht 3

José van Bilsen-Willems

[email protected]

Groepsleerkracht 4

Wendie Beckers

[email protected]

Groepsleerkracht 5/6

ElmaPrévôt-van Leeuwen

[email protected]

Groepsleerkracht 6/7

Paul Kusters

[email protected]

Groepsleerkracht 8

Christian Pieters

[email protected]

Godsdienstleerkracht

Mohamed Aitalla

[email protected]

Interne begeleider

Malika El Kebir

[email protected]

Interim Directeur

Jeanne van der Voort

[email protected]

Birgit Vrijman

[email protected]

Directeur

Indien u contact wilt opnemen met medewerkers van de school kan dat met bovenstaande emailadressen. De leerkrachten zijn ook telefonisch bereikbaarvia het volgende telefoonnummer: 045-5716152, en wel tussen 10.30 en 10.45 uur, tussen 12.30 en 13.00 uur en tussen 15.15 en 16.30 uur. U komt in een keuzemenu terecht, kies 1 voor directie, 2 voor de intern begeleider en 3 om ziek te melden. Bij de laatste optie kunt u de ziekmelding inspreken met vermelding van de naam en groep van uw kind(eren). De directie is op dat nummer de gehele dag bereikbaar.



2012/2013pagina

Directie van de school Directeur

Mevr. B. Vrijman

Interim directeur

Mevr. J. van der Voort

Onderwijs Ondersteunend Personeel Mohamed Chamlali, SaïdAkkouh, AbdeslamLdrissi, KenanDurmaz en MahveshParwanehSayar. Oudervereniging Voorzitter Secretaris Penningmeester

Nadine Habets Zina Najdi Jamaa El Ajjouri

Overige bestuursleden

Maya Debbali, AichaAaouad, ErminaJakupovic, AlmiraKounichanin, NazihaBouyajrhal.

Alle lokalen op onze school zijn uitgerust met zogenaamde Smart Boarden: electronischemulti-mediaschoolborden.


- 4–


2012/2013pagina

Bestuur van de school Stichting Islamitische Basisschool Parkstad Limburg, Postbus 95, 6400 AB Heerlen Voorzitter

Dhr. A. Tamroucht

[email protected]

Secretaris

Dhr. B. Fardo

[email protected]

Penningmeester

Dhr. A. Aitalla

[email protected]

Bestuurslid

Dhr. M. Bouta

[email protected]

Medezeggeschapsraad (MR) Voorzitter

JamalChamlali

ouder

Wendie Beckers

personeel

Vice-voorzitter Penningmeester Secretaris

Vacature personeels- en oudergeleding

Akkoordverklaring MR De MR heeft ingestemd met de inhoud van deze schoolgids in juni 2012. Akkoordverklaring Bestuur Het bestuur heeft ingestemd met de inhoud van deze schoolgids in juni 2012.


- 5–


2012/2013pagina

- 6–

De schooltijden Maandag t/m donderdag vrijdag

8.30 tot 15.00 uur 8.30 tot 12.00 uur

Ochtendpauze Groep 1 t/m 8:

10.30 – 10.45 uur

Middagpauze Groep 1t/m 8:

12.15 - 13.00 uur

Gymnastiek Groep 1 en 2 maken gebruik van de speelzaal in onze school. De overige groepen gaan naar de gymzaal van de Broederschool (Kerkraderweg 7)op loopafstand van de school. Bij goed weer wordt regelmatig ook op de speelplaats of op het grasveld aan de Voskuilenweg gesport. Vanaf groep 3 is er één gymles per week. De jongens en de meisjes krijgen apart gymles op woensdag.

Godsdienstles In groep 1 en 2 krijgen de leerlinge één keer per week godsdienstles. Vanaf groep 3 krijgen alle groepen twee of drie godsdienstlessen per week: Groep 2 Groep 3 Groep 4 Groep 5 Groep 6 Groep 7 Groep 8

2 lessen 2 lessen 2 lessen 3 lessen 3 lessen 3 lessen 2 lessen

Afname CITO-Eindtoets groep 8 De Cito-Eindtoets wordt dit schooljaar afgenomen op 5, 6 en 7 februari 2013.



2012/2013pagina

- 7–

Vakanties en vrije dagen 2012/2013

eerste dag Aanvang school 13augustus Eid al-Fitr (Suikerfeest) 15augustus Eid al-Adha (Offerfeest) 22 oktober FatihMuharram (Islamitische jaarwisseling)/studiedag 15 november Ashura/studiedag 23november Wintervakantie 24 december Geboortedag profeet Mohamed(vrede zij met hem)/studiedag 24 januari Voorjaarsvakantie 11 februari Vrije maandag 1 april Meivakantie 29 april Vrije maandag 20mei Zomervakantie 29 juni

laatste dag 21augustus 26oktober 15 november 23 november 4januari 24 januari 15 februari 1 april 10 mei 20mei 11 augustus

Het Einde-Ramadanfeest wordt gevierd met een toneelstuk door kinderen uit alle groepen. Het publiek kijkt toe!



2012/2013pagina

- 8–

2. De identiteit El Wahda, daar voelt iedere Moslim zich thuis. De naam ‘El Wahda' komt van het arabische woord ‘Wahdaniya’, dat ‘Een geheel’ betekent. We willen graag eenheid onder de moslimgemeenschap, ongeacht nationaliteit, afkomst, huidskleur, levensopvatting, politieke kleur enz. Een basis waarin iedere moslim zich kan herkennen en waarop hij kan terugvallen. Tevens willen we een eenheid vormen met de ons omringende Multi-culturele democratische samenleving, waarin behoud van eigen identiteit, begrip voor andere culturen en acceptatie van elkaar gewaardeerd wordt. El Wahda wordt bezocht door kinderen uit Heerlen, Hoensbroek, Brunssum, Landgraaf, Kerkrade, Simpelveld, Sittard-Geleen, Geilenkirchen (D), Aken (D) en Raeren (B). Het is een echte streekschool, wat betekent dat veel kinderen met een taxi-busje naar school komen.

Veel kinderen komen en gaan naar El Wahda met aangepast vervoer. Ze stappen in en uit op onze eigen parkeerplaats.

De school streeft er naar de kinderen op te voeden tot goede burgers, volgens de Koran en de Soenna.De Islamitische opvoeding gebeurt door: -

hetdagelijksmiddaggebed(vanaf groep 3); de godsdienstlessen; het vieren van de islamitische feesten; vakanties met islamitische feesten en belangrijke dagen; het naleven van kleding- en leefregels; meisjes een hoofddoek te laten dragen vanaf groep 3; kledingvoorschriften voor het personeel; aandacht aan de Ramadan; de dagelijkse omgang met elkaar.



2012/2013pagina

- 9–

Omgang met elkaar Hoe wil je dat de mensen jou zelf behandelen? Behandel de ander zoals je zelf behandeld wilt worden. Dit is het uitgangspunt dat we bij de omgang met elkaar en de kinderen proberen aan te aanhouden. Basis voor de omgang met elkaar is respect voor de ander, ongeacht uiterlijke kenmerken. Beleefdheid, geduld, eerlijkheid, openheid, en correct gedrag zijn eigenschappen die we bij de kinderen proberen te stimuleren. In iedere groep wordt de dag geopend met Fatiha. Regels binnen de school Om bovengenoemde eigenschappen een kans te geven, gelden er regels op school. In de dagelijkse omgang is de wijze waarop wij elkaar benaderen het belangrijkst. Elkaar in openheid en eerlijkheid dingen kunnen zeggen. Verder vinden wij het ook belangrijk dat er rust en regelmaat heerst in de school. Algemene schoolregels “Ga met een ander om, zoals je ook wil dat die met jou omgaat” (mens/mensrelatie) “Als je netjes met de spullen omgaat, mag je alles gebruiken” (mens/materiaalrelatie) “Als je je rustig gedraagt op school, dan stoor je niemand” (mens/ruimterelatie) “Samen houden we onze school netjes” (mens/materiaal/ruimterelatie)

Het dagelijks gebed (voor alle kinderen van groep 3 t/m 8) is één van onze bijzondere kenmerken.



2012/2013pagina

- 10–

Identiteit van de islamitische scholen De doelstellingen en uitgangspunten van de islamitische scholen worden bepaald door hun islamitische identiteit. Dit betekent dat deze scholen zich baseren op hun religieuze achtergrond, waarbij Koran en Soenna uitgangspunten zijn. De doelstelling van het islamitische onderwijs dat op de islamitische scholen wordt gegeven, kan opgevat worden als volgt: Het onderwijs dient de kinderen voor te bereiden op en in staat te stellen tot volwaardig functioneren en participeren in de Nederlandse samenleving, met de nadruk zulks te doen vanuit de eigen levensbeschouwelijke en culturele achtergrond. De pedagogische filosofie van de islamitische scholen is gebaseerd op de idee dat er een positief verband bestaat tussen het vergroten van onderwijskansen van de moslimkinderen en het positief benaderen van hun eigen identiteit. Er wordt gestreefd naar een sociaalcultureel en pedagogisch sfeer op school waarin de kloof tussen school en leefomgeving wordt verkleind. In dit kader vormt intensieve participatie van de ouders een essentieel onderdeel van het hele onderwijsgebeuren. Om hun doelstelling te kunnen bereiken nemen de islamitische basisscholen de volgende principes als pedagogische uitgangspunten: 1. Ieder kind is in wezen goed. Volgens de islam is een pasgeboren kind een onbeschreven blad (fitra) en wordt gevormd door zijn omgeving in brede zin. 2. Dit positieve mensbeeld heeft natuurlijk gevolgen voor de manier waarop een moslim in de samenleving staat. De organisaties die met de opvoeding bezig zijn, zijn in staat om het goede in het kind te ontwikkelen en het kwaad te neutraliseren. 3. De opvoeders (ouders en leerkrachten) dienen een positief ingestelde procesbegeleider te zijn. Dat brengt de voorbeeldfunctie met zich mee. Ze moeten het goede voorbeeld zijn voor de kinderen. 4. Het ontwikkelen van taqwa (Godsbewustzijn) bij de kinderen zodat ze zich kunnen gedragen vanuit een religieus normbesef. 5. Een evenwichtige ontwikkeling van het kind is pas mogelijk als hij/zij zich in een veilige en stimulerende sfeer ontwikkelt. Een evenwichtige ontwikkeling betekent niet alleen dat verschillende aspecten van de ontwikkeling hand in hand gaan, maar er is ook een ontwikkelingsproces waarneembaar in de richting van zelfstandigheid. 6. Ieder kind is uniek en heeft zijn eigen aanleg. Alle verschillen die er tussen kinderen bestaan worden bekeken vanuit het uitgangspunt dat ze allemaal naar Godsbeeld zijn geschapen. Dat vereist een gevarieerde aanpak waarbij men met deze verschillen en gelijkwaardigheid rekening houdt. 7. De school heeft, naast zijn grondslag en kennisoverdracht, de taak om vaardigheden te ontwikkelen in het perspectief van de Nederlandse samenleving. Het onderwijs gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een multi-culturele samenleving. Dat geeft de mogelijkheid om de eigen identiteit vrij te ontwikkelen enerzijds en vraagt om respect en tolerantie voor andersdenkenden anderzijds. 8. De waarden van de Islam zoals hulpvaardigheid, rechtvaardigheid, tolerantie, vredelievendheid, schaamtegevoel, broeder- en zusterschap, staan centraal in het onderwijs. Eveneens stelt de school zich als taak het kind te leren alle mensen als gelijkwaardig te accepteren ongeacht hun nationaliteit, ras, geloof, leeftijd, geslacht of politieke overtuiging.



2012/2013pagina

- 11–

Maatschappijvisie van de islamitische scholen De toekomstige Nederlandse samenleving is een multi-etnische en multi-culturele samenleving. In zo’n maatschappij gaan gelijkheid en gelijke kansen samen met respect voor culturele, etnische en religieuze pluriformiteit. Het spreekt vanzelf dat dit model van multi-culturele samenleving enige mate van zelforganisatie en eigen instituties vereist. Vandaar dat de islamitische scholen beschouwd moeten worden als hoekstenen van de multi-culturele samenleving.Onze visie over de positie van de moslim-migranten en kinderen in de Nederlandse samenleving is gebaseerd op twee uitgangspunten: 1. De islam is een integrale leefwijze voor de moslims. En bovendien is de islam universeel, dat wil zeggen, genoeg flexibel om zich aan elke situatie aan te passen. 2. De moslimkinderen kunnen gemakkelijk participeren als het onderwijs bij de leefwereld van de kinderen aansluit. De moslims zijn in staat volledig te participeren in de Nederlandse samenleving. Het islamitische onderwijs levert hieraan een wezenlijke bijdrage. Want de islamitische basisscholen zijn niet op het land van herkomst, maar op de Nederlandse samenleving georiënteerd. Het onderwijs in islamitische scholen is precies hetzelfde als op de andere Nederlandse scholen. De voertaal is Nederlands. Het enige en belangrijke verschil zit in hun identiteit: islamitisch zijn. Dat betekent concreet: 1. Het onderwijs wordt gegeven in overeenstemming met Koran en Soenna. 2. Islamitisch godsdienstonderwijs wordt als een verplicht onderdeel van het lespakket vermeld. 3. De islamitische feesten worden op school gevierd, en islamitische voorschriften en gebruiken worden nagekomen. 4. De scholen worden door moslims bestuurd. De niet-moslim directeuren en leerkrachten zijn niet verplicht de islam als religie te belijden. Eisen die we stellen: De regels die met de kinderen besproken zijn, worden ook nageleefd. Bij het dagelijkse werk stellen wij eisen aan de kinderen. Orde, netheid en discipline vormen hierbij de basis.

Mooi versierde handen met henna tijdens het Einde-Ramadanfeest.



2012/2013pagina

- 12–

3. Aanmeldingsprocedure algemeen (Toelatingsbeleid) De school is niet verplicht om leerlingen aan de basisschool in te schrijven en vervolgens toe te laten. Het officiële orgaan dat, volgens artikel 40 van de Wet op het primair onderwijs (WPO), deze beslissing neemt is het bevoegd gezag: het schoolbestuur. De directeur handelt bij inschrijving en toelating dan ook namens dit orgaan. De directeur heeft een aannamecommissie benoemd die namens hem de intake verricht en hem adviseert bij de aanname van de leerlingen. De aannamecommissie bestaat uit de adjunct-directeur en de interne begeleider (IB’er). Indien het bevoegd gezag echter besluit een kind niet in te schrijven als leerling op hun school, dan dient dit goed te zijn gemotiveerd: er mag geen sprake zijn van willekeur. In overleg met ouders, aannamecommissie en het samenwerkingsverband zal gezocht worden naar een passende plek. Wij gaan ervan uit dat ouders een bewuste keuze maken voor onze school. Dat betekent dat ze toestemming geven dat de de leerlingen gevormd worden naar de islamitische identiteit van de school en deelnemen aan alle lessen en activiteiten. De officiële volgorde van stappen van aanmelding zijn: 1. Oriënterend gesprek tussen ouders en de aannamecommissie. We verzoeken de ouders een kopie van het leerlingdossier van de basisschool van herkomst te overhandigen tijdens dit gesprek aan de aannamecommissie. Het intakeformulier wordt door de aannamecommissie samen met de ouders ingevuld. De ouders ondertekenen dit formulier. 2. De interne begeleider neemt contact op met de school van herkomst voor aanvullende informatie m.b.t het functioneren van de leerling. Eventuele bijzonderheden uit het onderwijskundig rapport of betrokkenheid bij externe instanties worden in de aanname meegenomen. In overleg met de ouders wordt bepaald binnen welke termijn het onderzoek afgerond moet zijn en wanneer er weer contact wordt gemaakt. 3. De aannamecommissie gaat in overleg om te bepalen of er wordt overgegaan tot inschrijving. De aannamecommissie bekijkt of het onderwijsaanbod aansluit bij de mogelijkheden en de behoefte van de leerling, zowel pedagogisch als didactisch. Daarbij is van belang dat ouders achter de visie en identiteit van de school staan. 4. Na overleg wordt aan de ouders medegedeeld of de aannamecommissie overgaat tot inschrijving. Er wordt een nieuwe afspraak gemaakt voor de officiële inschrijving. 5. Het officiële inschrijfformulier wordt door de directeur samen met de ouders ingevuld. De directeur gebruikt hierbij het inschrijfformulier van ESIS. Na ondertekening van het inschrijfformulier is de leerling toegelaten tot de school. Indien bij stap 4 niet tot inschrijving wordt overgegaan, is er sprake van een of meer weigeringsgronden. De school is niet in staat het onderwijs te bieden, dat past bij de behoefte en mogelijkheden van de leerling. Voor bijzondere scholen kan verder een weigeringsgrond gelegen zijn in godsdienstige gezindheid of levensbeschouwing van de ouders.



2012/2013pagina

- 13–

Er kan sprake zijn van directe weigering indien: -de leerling beschikt over een verwijzing naar het SBO; -de school niet in staat is om die specifieke zorg te bieden die het kind nodig heeft. De school denkt hierbij vooral aan de zgn. rugzak-kinderen of aan moeilijk opvoedbare leerlingen die dermate moeilijk leerbaar zijn en/of steun nodig hebben die de school niet kan bieden. Dit sluit aan bij het zorgprofiel van onze school.Ons zorgprofiel geeft aan welke zorgleerlingen wij op dit moment de hulp en begeleiding kunnen bieden die ze nodig hebben. Het gaat om zorgleerlingen op het gebied van leesproblemen, somatische problemen, dyslexie en concentratieproblemen. Hierbij houden we rekening met onze grenzen: a. te zware problematiek voor wat betreft intensiteit en complexiteit b. psychiatrische problematiek c. de veiligheid en het welbevinden van het kind, de andere kinderen en het personeel mag niet in gevaar komen d. het kind heeft 1 op 1 begeleiding nodig e. het onderwijsleerproces wordt door het gedrag van het kind voortdurend verstoord f. het kind is niet leerbaar, ontwikkelbaar g. lopende zorgtrajecten bij een leerling zoals onderzoeken of aanvragen PCL, CvI Zorgleerlingen op de volgende gebieden zullen we in ieder geval verwijzen naar een andere basisschool, SBO of SO: blind, non-verbale leerstoornis, verstandelijke handicap, Down-syndroom, hoogbegaafdheid (met gedragsproblemen), reactieve hechtingsstoornis en angststoornissen. Onze ambitie gaat in de richting van zorgleerlingen op het gebied van spraaktaalproblemen (slechthorendheid), lees- en taalproblemen en ADHD.

Als de ouders het niet met de beslissing rondom de inschrijving eens zijn, kunnen zij bezwaar aantekenen bij het bevoegd gezag op grond van artikel 63 WPO. Hierna kunnen de ouders naar de rechter stappen. Artikel 42 (WPO) ONDERWIJSKUNDIG RAPPORT Over iedere leerling die de school verlaat, stelt de directeur, na overleg met het onderwijzend personeel, ten behoeve van de ontvangende school een onderwijskundig rapport op. De ouders hebben recht op een afschrift van dit rapport. Privacy: Op de school worden verschillende gegevens zoals schoolgegevens en persoonlijke gegevens in het leerlingdossier verwerkt. Hierbij wordt er gewerkt volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens en het daarop gebaseerde privacyreglement van onze school. Op de school ligt een privacyreglement ter inzage. Leerlingdossier: De gegevens in het leerlingdossier zijn niet vrij toegankelijk. Op de school zijn ze alleen toegankelijk voor degene die hier van de Interne Begeleider of directie toestemming voor heeft gekregen. De gegevens uit het leerlingdossier worden alleen aan anderen verstrekt wanneer dat wettelijk verplicht is of wanneer de ouders/wettelijke vertegenwoordigers van de leerling hiervoor schriftelijk toestemming hebben gegeven.



2012/2013pagina

- 14–

Inzagerecht: Ouders/wettelijke vertegenwoordigers kunnen de gegevens inzien door een afspraak te maken met de IB’er of directie van de school. Wanneer ouders/wettelijke vertegenwoordigers onjuistheden in de gegevens constateren, kunnen ze de IB’er of directie vragen de gegevens te verbeteren. 4. Schorsing en verwijdering van een leerling Soms is het bestuur genoodzaakt een leerling te schorsen of te verwijderen. Schorsing is aan de orde wanneer het schoolbestuur of de directie bij wangedrag van leerling en/of ouder(s) onmiddellijk moet optreden en er tijd nodig is voor het zoeken naar een oplossing. Een schorsing kan voor een beperkte periode worden opgelegd. Het besluit wordt aan de ouders meegedeeld. Vermeld wordt de reden van schorsing, het begin ervan, de tijdsduur en eventuele andere genomen maatregelen. De school moet de schorsing melden bij de leerplichtambtenaar en de inspectie van het onderwijs. De school moet proberen te voorkomen dat de leerling achterstand oploopt. Verwijdering is een ordemaatregel die een bestuur alleen in het uiterste geval en dan nog uiterst zorgvuldig moet nemen. Het bestuur kan overgaan tot het in gang zetten van de verwijderingprocedure als er sprake is van: - Een voortdurend agressief gedrag van de leerling, waarbij de voortgang van het onderwijs verstoord wordt; - De leerling vraagt een onevenredig deel van de schoolorganisatie, waarbij niet of nauwelijks gestelde doelen worden bereikt; - Bedreigend of agressief gedrag van ouders waarbij herhaling niet uitgesloten is, waardoor er sprake is van gegronde redenen voor angst bij leerkrachten of andere ouders en/of er geen sprake meer is van een ongestoorde voortgang van het onderwijs. Vanaf het moment dat de verwijderingprocedure in gang is gezet, heeft de school de verplichting een andere school voor de leerling te zoeken. Hiervoor heeft de school 8 weken de tijd. Tijdens deze procedure heeft de leerling het recht de school te blijven bezoeken. Wel kan nog een keer tot schorsing worden overgegaan. De procedure voor verwijdering is vastgelegd in de Wet op het Primair Onderwijs.



2012/2013pagina

- 15–

5. Verlof (vrijstelling van schoolbezoek) Inhoud: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.

Leerplicht en verlof. Extra verlof in verband met religieuze verplichtingen. Op vakantie onder schooltijd. Verlof in geval van ‘Andere gewichtige omstandigheden’. Hoe dient u een aanvraag in? Niet eens met het besluit? Ongeoorloofd verzuim Vragen? Vakantieroosters

1. Leerplicht en verlof: In de Leerplichtwet staat dat uw kind de school moet bezoeken als er onderwijs wordt gegeven. Leerlingen mogen dus nooit zomaar van school wegblijven. In een aantal gevallen is echter een uitzondering op deze regel mogelijk. Als er een bijzondere reden is waarom u vindt dat uw kind niet naar school kan, moet u zich aan de regels voor zo’n uitzondering houden. 2. Extra verlof in verband met religieuze verplichtingen: Wanneer uw kind plichten moet vervullen die voortvloeien uit godsdienst of levensovertuiging, bestaat er recht op verlof. Als richtlijn geldt dat hiervoor een dag per verplichting vrij wordt gegeven. 3. Op vakantie onder schooltijd: Voor vakantie onder schooltijd kan alleen een uitzondering op de hoofdregel gemaakt worden als uw kind tijdens de schoolvakanties niet op vakantie kan gaan door de specifieke aard van het beroep van (een van) de ouders. In dat geval mag de directeur eenmaal per schooljaar uw kind vrij geven, zodat er toch een gezinsvakantie kan plaatshebben. Het betreft de enige gezinsvakantie in dat schooljaar. Bij uw aanvraag moet een werkgeversverklaring worden gevoegd waaruit de specifieke aard van het beroep en de verlofperiode van de betrokken ouder blijken. Verder dient u met de volgende voorwaarden rekening te houden: - In verband met een eventuele bezwaarprocedure (zie punt 6) moet de aanvraag ten minste 8weken van tevoren bij de directeur worden ingediend, tenzij u kunt aangeven waarom dat niet mogelijk was. - De verlofperiode mag maximaal 10 schooldagen beslaan; - De verlofperiode mag niet in de eerste twee weken van het schooljaar vallen. Helaas komt het wel eens voor dat een leerling of een gezinslid tijdens de vakantie ziek wordt, waardoor de leerling pas later op school kan terugkomen. Het is van groot belang om dan een doktersverklaring uit het vakantieland mee te nemen, waaruit de duur, de aard en de ernst van de ziekte blijken. Opdie manier voorkomt u mogelijke misverstanden. 4. Verlof in geval van ‘Andere gewichtige omstandigheden’ Onder ‘andere gewichtige omstandigheden’ vallen situaties die buiten de wil van de ouders en/of de leerling liggen. Voor bepaalde omstandigheden kan vrij worden gevraagd.



2012/2013pagina

- 16–

Hierbij moet gedacht worden aan: - een verhuizing van het gezin; - het bijwonen van een huwelijk van bloed- of aanverwanten; - ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten (het aantal verlofdagen wordt bepaald in overleg met de directeur en/of leerplichtambtenaar); - overlijden van bloed- of aanverwanten; - viering van een 25-, 40- of 50 jarig ambtsjubileum en het 12,5- 25-, 40-, 50- of 60jarig (huwelijks)jubileum van bloed- of aanverwanten. De volgende situaties zijn geen ‘andere gewichtige omstandigheden’: - familiebezoek in het buitenland; - vakantie in een goedkope periode of in verband met een speciale aanbieding; - vakantie onder schooltijd bij gebrek aan andere boekingsmogelijkheden; - een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de normale schoolvakantie op vakantie te gaan; - eerder vertrek of latere terugkeer in verband met (verkeers)drukte; - verlof voor een kind, omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn. Verlofaanvragen worden altijd individueel beoordeeld. Een aanvraag voor verlof wegens ‘andere gewichtige omstandigheden’ dient zo spoedig mogelijk bij de directeur te worden ingediend (bij voorkeur minimaal acht weken van tevoren). 5. Hoe dient u een aanvraag in? Aanvraagformulieren voor verlof buiten de schoolvakanties zijn verkrijgbaar bij de directeur van de school. U levert de volledig ingevulde aanvraag, inclusief relevante verklaringen, in bij de directeur van de school. De directeur neemt zelf een besluit over een verlofaanvraag voor een periode van maximaal 10 schooldagen. Als een aanvraag voor verlof vanwege ‘andere gewichtige omstandigheden’ meer dan 10 schooldagen beslaat, wordt de aanvraag doorgestuurd naar de leerplichtambtenaar van de woongemeente. De leerplichtambtenaar neemt vervolgens een besluit, na de mening van de directeur te hebben gehoord. 6. Niet eens met het besluit? Wanneer uw verzoek om extra verlof wordt afgewezen en u bent het niet eens met dat besluit, kunt u schriftelijk bezwaar maken. U dient een bezwaarschrift in bij de persoon die het besluit heeft genomen. Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn en tenminste de volgende gegevens bevatten: - naam en adres van belanghebbende; - de dagtekening (datum); - een omschrijving van het besluit dat is genomen; - argumenten die duidelijk maken waarom u niet akkoord gaat met het besluit; - wanneer het bezwaar niet door u maar namens u wordt ingediend, moet u een volmacht ondertekenen en bij het bezwaarschrift voegen.



2012/2013pagina

- 17–

U krijgt de gelegenheid om uw bezwaar mondeling toe te lichten. Daarna krijgt u schriftelijk bericht van het besluit dat over uw bezwaarschrift is genomen. Bent u het dan nog niet eens met het besluit dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) binnen zes weken schriftelijk beroep aantekenen bij de Arrondissementsrechtbank, sector Bestuursrecht. Het indienen van een beroepschrift heeft geen schorsende werking. Wel kan de indiener van een beroepschrift zich wenden tot de President van de bevoegde rechtbank met het verzoek een voorlopige voorziening te treffen. Aan zo’n juridische procedure zijn kosten verbonden: voordat u een beroepschrift indient is het raadzaam juridisch advies in te winnen, bijvoorbeeld bij een bureau voor Rechtshulp. 7. Ongeoorloofd verzuim: Verlof dat wordt opgenomen zonder toestemming van de directeur of de leerplichtambtenaar wordt gezien al ongeoorloofd verzuim. De directeur is verplicht dit aan de leerplichtambtenaar te melden. De leerplichtambtenaar beslist of er proces-verbaal wordt opgemaakt. 8. Vragen? Heeft u na het lezen van deze uitleg nog vragen? Wendt u zich dan tot de directeur van de school of tot de leerplichtambtenaar van uw woongemeente. Voor de gemeente Heerlen is dit mevrouw J. Douven. Voor Heerlen en omstreken: Tel. 045 - 4001133 Adres: Gemeente Heerlen Bureau Voortijdig Schoolverlaten CBS-weg 2 6401 DB Heerlen 9. Vakantierooster: Staat in deze gids op pagina 7.



2012/2013pagina

- 18–

AANVRAAG FORMULIER EXTRA-VERLOF AANVRAAG VERLOF BUITEN SCHOOLVAKANTIES

2010/2011

NAAM: ADRES: TEL.NR: Vraagt voor zijn / haar kind(eren) verlof buiten de schoolvakanties van t/m KINDEREN Naam:

geboortedatum

groep:

REDEN VERLOF:

IN TE VULLEN DOOR SCHOOLLEIDING: Verzoek binnengekomen d.d. Verzoek goedgekeurd / afgewezen d.d. Leerkracht(en) in kennis gesteld / advies gevraagd Opmerkingen:

Handtekening directeur:



2012/2013pagina

- 19–

6. De zorg voor kinderen 6.1 De opvang van nieuwe kinderen op school Als uw kind bijna 4 jaar is, mag het naar de basisschool. Als uw kind 3 jaar en 10 maanden is, mag het 5 dagen op school komen meedoen. Vanaf het moment dat uw kind 4 jaar is mag uw kind elke dag komen. Natuurlijk krijgt u uitgebreid de kans om eerst met uw kind naar school te komen kijken en praten. Hiervoor kunt u het beste op tijd een afspraak maken met de directeur of de intern begeleider en de juffrouw van groep 1. 6.1.1 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school In de kleutergroepen worden de ontwikkelingen van de kinderen gevolgd door middel van observatielijsten. Ook worden er toetsen afgenomen om te kijken of de kinderen de aangeleerde woorden ook beheersen. In alle hogere groepen worden taal- en rekentoetsen afgenomen om de ontwikkelingen van de kinderen te volgen. Dit zijn toetsen die behoren tot de lesmethode die we op school gebruiken. Daarnaast worden van groep 1 t/m 8 Citotoetsen afgenomen om de ontwikkeling goed te volgen. Dit leerlingvolgsysteem van Cito richt zich op de volgende leergebieden: taal (woordenschat), lezen, spelling, rekenen en de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. 6.1.2 De zorg voor het jonge kind De basis van de schoolloopbaan van een kind wordt gelegd in de onderbouw. Vooral in de groepen 1 en 2 moet veel zorg besteed worden aan een professionele begeleiding van het kind. Om dit te realiseren krijgt de school extra middelen van de overheid. Wij willen de kinderen, waarvan de ontwikkeling niet goed verloopt, graag zo goed mogelijk begeleiden. Daarom besteden wij de extra middelen vooral aan individuele hulp in de vorm van remedial teaching (ondersteuning bij leerproblemen) aan de hand van het tutorprogramma van Piramide. Ter bevordering van de leeskwaliteit van de kinderen wordt in groep 3 gewerkt met “Overstap”. Dit is een project dat nauw aansluit op het leesaanbod in de klas. De ouders werken thuis met de kinderen aan dezelfde letters en woorden m.b.v. aantrekkelijk materiaal. Het is ontzettend belangrijk dat de ouders thuis met de kinderen werken aan Overstap om hen te stimuleren in hun lees- en taalontwikkeling! De leerkracht organiseert hiervoor een ouderavond. 6.1.3 De verslaggeving van gegevens door de groepsleraar Van iedere leerling worden gegevens bijgehouden over het gezin, de leerlingbesprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen, toetsen rapportgegevens van de verschillende jaren. De actuele gegevens zitten in de klapper leerlinggegevens, die daarna in het dossier van de leerling bewaard worden. 6.1.4 Het bespreken van de vorderingen van de leerlingen Drie keer per jaar bespreekt iedere leerkracht de ontwikkeling van zijn groep met de IB’er. Deze besprekingen heten leerlingbesprekingen en vinden plaats in november, maart en in mei/juni.



6.1.5

2012/2013pagina

- 20–

Overgang

Over het algemeen duurt de basisschoolperiode voor een leerling, met een gemiddelde intelligentie, 8 jaar. Met betrekking tot de overgang naar de volgende groep hanteren we de richtlijnen zoals ze zijn vastgelegd in het protocol ‘Overgang op Islamitische basisschool El Wahda’. Dit protocol kunt u inzien bij de intern begeleiders. Het begrip zittenblijven is binnen het onderwijs vaak een beladen begrip. Niemand blijft graag zitten en zeker kinderen niet. Echter, helemaal uitgesloten is het niet. In uitzonderlijke gevallen kan het de voorkeur hebben boven andere maatregelen. Hierbij kijken we naar de persoonlijke ontwikkeling van elk kind met zijn specifieke capaciteiten. We bekijken het kind in zijn geheel. Als we een kind laten zitten, dan verwachten we daar een positief effect van. Het moet een meerwaarde hebben voor het kind en zijn ontwikkeling. Op incidentele basis kan een kind ook “versneld” door naar een volgende groep, of een groep ‘overslaan’. Daar vinden dezelfde zorgvuldige afwegingen plaats en is er uitgebreid overleg met de ouders. De uiteindelijke beslissing ligt echter bij de school. 6.1.6 Oudergesprekken Als het nodig is, neemt de leerkracht contact op met de ouders. Als ouders behoefte hebben aan een gesprek, dan zijn ze altijd welkom. Maak hiervoor telefonisch een afspraak. Het is niet mogelijk leerkrachten te spreken tijdens de lestijden. De kinderen krijgen 3 keer per jaar een rapport mee naar huis. Voor het eerste en derde rapport worden alle ouders uitgenodigd. Voor het tweede rapport worden de ouders uitgenodigd van leerlingen waarvan ouders en/of leerkrachten behoefte hebben aan een gesprek. Indien de tien minuten, die voor dit gesprek zijn ingeroosterd, te kort zijn om de ontwikkeling van de leerling goed te bespreken wordt een vervolgafspraak gemaakt. Hiervoor kunnen leerkrachten en ouders het initiatief nemen. Indien er onduidelijkheden zijn over de ontwikkeling van uw kind vraag dan altijd om een vervolgafspraak. Als het nodig is kan de intern begeleider ook bij het gesprek aansluiten om de zorg voor de leerling te verhelderen. 6.1.7 Onderwijskundig rapport Kinderen die de school (tussentijds) verlaten krijgen een onderwijskundig rapport mee naar de volgende school. Daarin staat volgens welke methoden (boeken) er is gewerkt en wat het kind al kan. Het onderwijskundig rapport wordt opgestuurd naar de volgende school. De ouder(s)/verzorger(s) krijgen een kopie van het onderwijskundig rapport. De groepsleerkracht van de nieuwe school kan dan, indien nodig, een plan van aanpak voor de nieuwe leerling maken. Van de leerlingen van groep 8 zorgt de school voor rechtstreekse overdracht van het onderwijskundig rapport naar de ontvangende school. 6.2 Het systeem van leerlingenzorg Wij proberen alle kinderen de zorg te geven die zij nodig hebben. Wanneer de ontwikkeling van een leerling niet goed verloopt, willen wij dat kind graag helpen. Hiervoor hebben wij binnen de school een systeem van leerlingenzorg ontwikkeld. Dit systeem is opgezet volgens de richtlijnen van het samenwerkingsverband (alle scholen van Heerlen) waartoe onze school behoort. De leerlingenzorg is bij ons op school te verdelen in 5 fasen:



2012/2013pagina

- 21–

1) Signaleren; dit is het moment waarop er een oponthoud in de ontwikkeling van een kind (of groep kinderen) gezien wordt. 2) Analyseren; in deze fase wordt gekeken waar de oorzaak van het oponthoud vandaan komt en wat precies het probleem is. 3) Plannen; in deze fase wordt er een plan van aanpak opgesteld waarin staat hoe en wanneer wij het kind gaan proberen te helpen. Dit wordt ook wel een handelingsplan genoemd. 4) Uitvoeren; dit is de tijd waarin het handelingsplan uitgevoerd wordt en er dus met het kind gewerkt wordt. 5) Evalueren; dit gebeurt nadat het handelingsplan uitgevoerd is. Hierin wordt gekeken of het handelingsplan het gewenste resultaat heeft opgeleverd en wat er verder aan gedaan dient te worden. Om de zorg goed te laten aansluiten op de behoefte van de leerlingen hanteren we de 5 niveaus van zorg: 1. 2. 3. 4. 5.

Algemene zorg in de groep Speciale zorg in de groep Speciale zorg na intern onderzoek Speciale zorg na extern onderzoek Zeer speciale zorg; bijvoorbeeld in het S(B)O

Bovenstaande is uiteraard een kort overzicht van de leerlingenzorg. Indien u vragen heeft over ons zorgsysteem kunt u terecht bij de intern begeleiders. Zij kunnen u informeren overwat er precies bij komt kijken en hoe alles in zijn werk gaat. Voor alle interne en externe hulp en onderzoeken overlegt de school met de ouders. In noodzakelijke gevallen wordt de uiteindelijke beslissing hieromtrent door de school genomen. 6.3 Plaatsing en verwijzing van leerlingen met specifieke behoeften Ondanks alle zorg zijn er ook kinderen waarvan wij vinden dat zij op een Specialeschool voor Basisonderwijs (SBO) of in het Speciaal Onderwijs (SO) beter geholpen kunnen worden. Wij proberen te bereiken dat het aantal kinderen dat wij doorverwijzen naar een andere school zo klein mogelijk wordt gehouden. Het kan echter altijd voorkomen dat er bijzondere behoeften bij een kind zijn die wij niet kunnen voorzien. In die gevallen melden wij het kind aan bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) of Comissie van Indicatiestelling (CvI). Wij verwijzen kinderen alleen als er nauwelijks vooruitgang zichtbaar is en we van mening zijn dat het kind zich op onze school niet optimaal kan ontwikkelen. Je zou kunnen zeggen dat het systeem van leerlingenzorg herhaaldelijk geen succes heeft opgeleverd voor het kind. De school kan dit kind niet meer helpen. 6.4 Permanente Commissie Leerlingenzorg SWV Heerlen-Nuth-Voerendaal Waarom een PCL: Per 1 augustus 1998 is er een nieuwe wet van kracht geworden: de Wet op het Primair Onderwijs. Belangrijke zaken die in deze wet geregeld worden, zijn: - Alle basisscholen zijn verplicht zich aan te sluiten bij een samenwerkingsverband van basisscholen en speciale basisscholen. - Binnen zo’n samenwerkingsverband wordt een Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) ingesteld.



2012/2013pagina

- 22–

Wat doet de PCL : De PCL beoordeelt de vraag van ouders om hun kind te plaatsen op de SBO van het Samenwerkingsverband.Dit betekent dat ouders en in de meeste gevallen ook de school denken dat hun kind op de huidige school niet verder geholpen kan worden. Er is vaak al extra hulp geweest, maar deze blijkt niet (meer) voldoende te zijn. Als uw kind nog niet naar school gaat, zal de instantie waar uw kind verblijft (bijvoorbeeld het Medisch Kleuter Dagverblijf) uw aanvraag voor plaatsing op de SBO ondersteunen. Dit kan alleen als ervan uitgegaan wordt, dat de basisschool van uw keuze niet de noodzakelijke hulp kan bieden. De PCL gaat na of de basisschool inderdaad niet (voldoende) in staat is om het vereiste onderwijsaanbod te verzorgen. Tenslotte stelt de PCL vast of dit onderwijsaanbod wel op de SBO van het Samenwerkingsverband verzorgd kan worden. Zo kunt u te maken krijgen met de PCL: Het kost uw kind erg veel moeite om het programma van de basisschool te volgen. Dit kan verschillende oorzaken hebben, bijvoorbeeld: • • • • •

Hij/zij heeft ernstige leerproblemen; Hij/zij heeft ernstige werkhoudingproblemen; Hij/zij heeft ernstige gedragsproblemen; Hij/zij heeft ernstige problemen op het gebied van de sociaal-emotionele ontwikkeling; Er is sprake van een combinatie van deze factoren.

De basisschool geeft aan dat ze niet (meer) in staat is het onderwijsaanbod aan uw kind zodanig aan te passen, dat mij/zij “gewoon” verder kan op deze school. Als uw kind nog niet op school zit, is de verwachting dat de basisschool van uw keuze niet in staat is om uw kind voldoende te helpen. Zorgbreedte van de basisschool: De laatste jaren wordt er in de basisscholen hard gewerkt om zoveel mogelijk kinderen verantwoord binnen de eigen school te houden. Dit betekent dat leerkrachten en scholen steeds beter kunnen omgaan met situaties waarin kinderen problemen hebben met het onderwijsaanbod. U zult ervaren dat in de klas steeds meer wordt ingespeeld op de verschillen in aanleg en tempo. Als het in de klas niet lukt, is er vaak hulp buiten de klas mogelijk. Daarnaast worden de leerkrachten ondersteund door een Intern Begeleider, meestal een ervaren en speciaal opgeleide leerkracht. De zorgbreedt van onze school is uitgewerkt in ons zorgprofiel, zie pagina 13. Als de zorgbreedte onvoldoende is voor uw kind met zijn/haar specifieke hulpvraag, kan worden aangemeld bij de PCL.



2012/2013pagina

- 23–

Aanmelding bij de PCL: Aanmelding bij de PCL dient altijd schriftelijk te gebeuren. Op de basisschool is het aanmeldingsformulier PCL verkrijgbaar. U kunt het ook bij de PCL opvragen. Met het ondertekende aanmeldingsformulier vraagt u de PCL een uitspraak te doen over toelaatbaarheid tot een Speciale school voor Basisonderwijs. De aanmelding dient bij voorkeur samen met de basisschool of de instantie waar uw kind verblijft, te gebeuren. De basisschool is verplicht een onderwijskundig rapport bij te voegen. Over de inhoud hiervan zijn in het Samenwerkingsverband afspraken gemaakt. De school zal u op de hoogte stellen van de inhoud van deze rapportage. U ontvangt een kopie van het onderwijskundig rapport. Misschien wilt u informatie of een advies van een extern deskundige alsnog toevoegen. U moet dat wel binnen twee weken na de aanmelding doen! U ontvangt een ontvangstbevestiging, waarin staat welke informatie de PCL ontvangen heeft en of de PCL de informatie voldoende vindt. In deze brief geeft de PCL ook aan wanneer uw aanvraag behandeld zal worden. Meestal binnen acht weken. De school krijgt een afschrift van de brief. De PCL ziet de aanvraag het liefst vergezeld gaan van een recent psychologisch rapport. De werkwijze van de PCL: De PCL baseert haar oordeel op de informatie die zij ontvangt van de aanvragen en de school. De PCL doet zelf geen onderzoek. Sterker nog: de PCL krijgt uw kind niet eens te zien!. U zult begrijpen dat de PCL veel belang hecht aan de volledigheid en de kwaliteit van het dossier. Als het dossier te “mager” is, zal de PCL nadere informatie willen inwinnen en dat kost uiteraard tijd. Als het dossier tegenstrijdige informatie bevat, of als de school/instantie en de ouders het niet eens zijn over de aanvraag, zal de PCL een of beide partijen willen horen. Betrokkenen kunnen tijdens de hoorzitting hun standpunt mondeling toelichten. De PCL besluit volkomen onafhankelijk een toelaatbaarheidverklaring, de beschikking, af te geven. Het belangrijkste wat de PCL zich afvraagt is: Is deze school in staat om aan de zorgvraag van dit kind met deze problematiek op dit moment te voldoen? De PCL bestaat uit drie leden die allen hun eigen deskundigheid hebben. De drie leden formuleren onafhankelijk van elkaar het advies. In een officiële, besloten vergadering worden de adviezen besproken en volgt het besluit van de PCL. De beschikking: De PCL zal zo spoedig mogelijk na de uitspraak de beschikking versturen. Deze beschikking is een wettelijk document, volgens de Wet Algemeen Bestuursrecht. U kunt er binnen zes weken bezwaar tegen aantekenen. In de beschikking worden de bezwaarmogelijkheden vermeld. Als de beschikking positief is, kunt u uw kind na afloop van de bezwaartermijn aanmelden bij de SBO van het Samenwerkingsverband. U kunt ook afzien van de mogelijkheid tot bezwaar en uw kind meteen aanmelden.



2012/2013pagina

- 24–

De vertrouwenspersoon: De ouders kunnen klachten indienen tegen de gedragingen of het nalaten daarvan van de PCL. De vertrouwenspersoon is te bereiken onder telefoonnummer: 06-53848399. Er kunnen overigens geen klachten ingediend worden tegen beslissingen van de PCL over de toelaatbaarheid tot SBO. Bereikbaarheid: De PCL is bereikbaar op onderstaand adres: Postbus 6111, 6401 SE Heerlen. Tel. 045-541 61 42 Fax. 045 – 566 18 51 6.5 Verwijsindex Parkstad Limburg Sinds vorig schooljaar is onze school aangesloten bij de Verwijsindex Parkstad Limburg (VIP). Dit is een systeem waarin leerkrachten, hulpverleners en begeleiders die met jongeren werken, signaleren wanneer zij zich zorgen maken over een jongere. Dat kunnen problemen zijn op school, met de gezondheid of met de persoonlijke ontwikkeling van een kind. De school is verplicht een melding te doen als uw zoon of dochter voldoet aan de meldcriteria. Dit houdt in dat de naam, het adres en de geboortedatum van uw kind in de VIP worden opgenomen. De reden van signalering wordt niet vermeld. De meldcriteria zijn in te zien via de intern begeleiders van onze school. Als er twee of meer signalen van verschillende organisaties worden afgeven, onstaat een zogenaamde match. Deze organisaties kunnen dan contact zoeken met elkaar. Dit gebeurt alleen met toestemming van de ouder(s)/verzorger(s). 7. De kwaliteit van het onderwijs Op een aantal manieren werkt El Wahda aan verdere kwaliteitsverbetering: werken met goede methoden, bekwaam personeel, het consequent volgen van de resultaten van de leerlingen en het verder ontwikkelen van het onderwijs met behulp van het schooljaarplan. De afspraken binnen het samenwerkingsverband houdt de school als leidraad aan bij het te bepalen beleid. De toetskalender van Cito vloeit o.a. voort uit het beleid van het samenwerkingsverband. Kwaliteitsverbetering door goede methoden: In onze school geven we les met behulp van moderne lesmethoden. Bij het kiezen van lesboeken en ander materiaal stellen we ons de vraag: Kunnen kinderen goed leren met behulp van deze methoden?Ziet het materiaal er aantrekkelijk uit? Past het bij de identiteit van de school? Past het bij ons onderwijs (BAS+) en onze visie? Er zijn kinderen die extra moeilijk werk aan kunnen en kinderen die veel extra oefenstof nodig hebben. We letten er bij de aanschaf van methoden op of er voor beide groepen voldoende leerstof in de methode zit. Ook kijken we of de methoden voldoen aan de kerndoelen die de overheid ons stelt.



2012/2013pagina

- 25–

Kwaliteitsverbetering dankzij goed personeel: Nog belangrijker dan de methoden die een school gebruikt, zijn de mensen die er werken. Aan hen heeft u uw kind toevertrouwd. Zij zorgen ervoor dat de materialen en de lesboeken zinvol gebruikt worden.De leerkrachten van El Wahda werken niet op eigen houtje, maar besteden veel tijd aan samenwerking en overleg.De maatschappij verandert voortdurend en dus ook het onderwijs. Nieuwe ontwikkelingen volgen we op de voet. Daarom zijn er elk schooljaar studiedagen, elke week vergaderingen voor de leerkrachten en volgen leerkrachten nascholingscursussen om hun taak beter te kunnen verrichten. Kwaliteitsverbetering dankzij goed Leerlingvolgsysteem: In de groepen registreren de leerkrachten gegevens van de leerlingen o.a. aan de hand van hun eigen observaties. Zij worden hierbij gesteund door diverse door onszelf ontworpen overzichtslijsten. Dit zijn lijsten om de ontwikkeling van de leerlingen op te vermelden. Wij maken op El Wahda onderscheidt tussen methodegebonden overzichtslijsten en nietmethodegebonden overzichtslijsten. Deze laatste noemen we Cito-toetsen. Met behulp van deze toetsen kunnen we de ontwikkeling van de leerling volgen en vergelijken met de prestaties van de leerlingen in de regio en zelfs met de leerlingen in het gehele land. Naast deze toetsen vinden wij het belangrijk dat wij de menselijke kant niet uit het oog mogen verliezen. Wij blijven de leerling volgen vanuit de gedachte dat een mens zijn kennis, vaardigheden en zijn attituden moet ontwikkelen. Over deze drie deelvaardigheden probeert de school zich een duidelijk beeld te vormen van de leerling, en zal hierop haar uitspraken baseren. Sponsoring: Om de kwaliteit te verhogen zou gebruik kunnen worden gemaakt van de gelden van sponsoren. Momenteel heeft de school op dit gebied geen actie ondernomen. 8. Wie werken er op school? - De directeur De taak van de directeur is het leiding geven aan het team, zodat het onderwijs aan de kinderen zo optimaal mogelijk verloopt. Zij heeft toezicht op alles wat hiervoor geregeld moet worden. -De interne begeleider De IB’er zorgt dat in de school alle toetsen afgenomen worden, geregistreerd en geanalyseerd. Daarnaast helpt zij leerkrachten een plan te maken voor leerlingen die specifieke zorg nodig hebben. - De ‘informatie en communicatie’-coördinator De ICT’er heeft de zorg over de computers. Hij zorgt dat de apparaten goed werken, dat er goede programma’s op komen en helpt de leerkrachten met het werken met de computer in de klas. - De groepsleerkracht Heeft de zorg over een groep leerlingen. De belangrijkste taak is het lesgeven.



2012/2013pagina

- 26–

- De godsdienstleraar Hij verzorgt de godsdienstlessen voor de leerlingen van groep 3 tot en met 8. Hij houdt toezicht bij het dagelijkse middaggebed en begeleidt de niet-moslimcollega’s en de directie t.a.v. de identiteit. Daarnaast is hij aanspreekpunt voor ouders en externe instanties betreffende de identiteit. - De logopediste Zij voorkomt en behandelt stoornissen of achterstanden op het gebied van spraak, taal, stem en gehoor. Vanwege haar leesspecialisatie behandelt ze ook leerlingen op het gebied van lezen. - De ergotherapeute Zij screent en behandelt kinderen op het gebied van concentratie, de fijne en grove motoriek. - De orthopedagoog: Zij ondersteunt de interne begeleider en leerkrachten bij het opstellen van handelingsplannen, onderwijskundige rapporten, enz. Ze verzorgt 5 keer per jaar een spreekuur op school m.b.t. zorgleerlingen. Ze geeft advies en observeert, indien nodig de leerlingen in de klas. - De schoonmaker: Hij zorgt ervoor dat het schoolgebouw altijd netjes wordt schoongehouden. - Het onderwijsondersteunend personeel: Ondersteunen de leerkrachten en directie met allerlei zaken zoals kopieëren, onderhoud aan het gebouw. Daarnaast ondersteunen ze de schoonmaker door huishoudelijk werk te verrichten. - De stagiaire: De stagiaire krijgt de mogelijkheid geboden om aan zijn of haar eigen ontwikkeling te werken. De stagiaires komen van de PABO, Arcus-college of het Herlecollege. - De vrijwilliger: Werkt op school aan een bepaalde activiteit. Op dit moment hebben we een vrijwilligster op administratief gebied. Zij ondersteunt de directie in de administratieve taken zoals het bijhouden van de absentielijsten in de computer. Daarnaast zijn er vrijwilligers actief door met leerlingen te lezen of rekenen. 9. Het schoolwerkplan Wat leert mijn kind op El Wahda? Op El Wahda proberen we een goed evenwicht te vinden in het aanleren van kennis, het stimuleren van de persoonlijke ontwikkeling, het aanleren van praktische vaardigheden en het opbouwen van attituden. De vakken rekenen, taal en lezen vormen de kern van ons onderwijs. Rekenen, taal en lezen krijgen op El Wahda veel nadruk. Ze vormen de basis voor elke andere ontwikkeling.



2012/2013pagina

- 27–

Wij besteden veel tijd en energie aan het leren van de Nederlandse taal aan alle kinderen. Hiervoor gebruiken wij veel speciale materialen en methoden, zoals de viertakt van Verhallen. Dat is een stapgewijze aanpak (4 stappen) om de woordenschat van kinderen te verbeteren. Ook de organisatie van ons onderwijs sluit hierop aan. Onderwijskundige uitgangspunten: Wij streven naar een onderwijsleersituatie waarbij de kinderen een continue ontwikkelingsproces op alle aspecten van de kinderlijke ontwikkeling doorlopen. Deze aspecten betreffen de verstandelijke, sociale, emotionele, motorische en creatieve ontwikkeling. We houden rekening met de eigen geaardheid van de kinderen, hun verschillen in ontwikkeling, hun begaafdheid, belangstelling en motivatie. Kinderen met speciale onderwijsbehoeften hebben onze bijzondere aandacht. Voor hen hebben we speciale voorzieningen. Hiermee streven we na dat zij zo optimaal mogelijk van het onderwijs kunnen profiteren. Het onderwijs is zodanig ingericht dat de kinderen in beginsel binnen een tijdvak van acht aaneensluitende jaren de school doorlopen. Ons onderwijs legt mede de grondslag voor het volgen van aansluitend voortgezet onderwijs. De keuzen t.a.v. de leerstof, werkwijzen, methoden en ontwikkelingsmaterialen om het onderwijs vorm te geven, dienen bovengenoemd proces te waarborgen en in overeenstemming te zijn met de wettelijke plicht om te voldoen aan de kerndoelen. Er zijn twee typen kerndoelen voor het basisonderwijs: 1) Leergebiedoverstijgende kerndoelen: Dit zijn kerndoelen die gericht zijn op het ontwikkelen en bevorderen van algemene vaardigheden en daarom niet worden ondergebracht bij een specifiek leergebied. Deze doelen hebben betrekking op het gehele onderwijsaanbod van de basisschool. Ze zijn gegroepeerd rond de volgende thema’s: • Werkhouding: o De leerlingen hebben belangstelling voor de wereld om hen heen en ze zijn gemotiveerd deze te onderzoeken. • Werken volgens plan: o De leerlingen kunnen een plan opstellen en ernaar handelen. • Gebruik van uiteenlopende leerstrategieen: o De leerlingen kunnen bij leeractiviteiten uiteenlopende strategieen en vaardigheden gebruiken. • Zelfbeeld: o De leerlingen leren met hun eigen mogelijkheden grenzen om te gaan. • Sociaal gedrag: o De leerlingen leveren een positieve bijdrage in een groep. • Nieuwe media: o De leerlingen maken verantwoord en doelbewust gebruik van communicatiemiddelen waaronder nieuwe media. 2) Leergebied specifieke kerndoelen: Dit zijn de kerndoelen die betrekking hebben op de volgende leergebieden: • Nederlandse taal • Engelse taal



• • • •

2012/2013pagina

- 28–

Rekenen/wiskunde Orientatie op mens en wereld Lichamelijke opvoeding Kunstzinnige orientatie.

Bij de uitwerking van de verschillende vaken vormingsgebieden vermelden we onze methodes. Groep 1 en 2 Bij de jongste kleuters ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. De kinderen leren al spelend. Dit gaat bij de oudste kleuters door, maar hier hebben de leerkrachten een meer sturende rol. De oudste kleuters bieden we allerlei speelse activiteiten aan die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3. We werken in de kleutergroepen vanuit de kring. In de kring begint de schooldag en hier keren de kinderen ook steeds weer terug. Daarnaast wordt gespeeld en gewerkt aan tafels, in de hoeken, in de speelzaal en op het schoolplein. In de kleutergroepen werken we aan de hand van thema’s van de methode Piramide (school, vakantie, herfst, lente). Op een speelse manier leren de kinderen hoe hun wereld in elkaar zit. Er is veel aandacht voor taalvorming, omdat dit de basis is voor veel ander leren. We vinden het belangrijk dat een kind lang genoeg in een kleutergroep zit. Succesvol groep 3 doorlopen lukt pas als een kind daaraan toe is. We zien een kind liever een jaar langer in groep 1/2, dan jarenlang op de tenen de school doorlopen. Indien dit voor uw kind geldt, is er geregeld overleg, want uw medewerking is beslissend voor het welslagen van een jaar langer onderwijs in de kleutergroep. Groep 3 t/m 8 Godsdienstige vorming El Wahda is een islamitische school. Op onze school wordt islamitisch godsdienstonderwijs gegeven.Deze lessen bevatten de basisinformatie over het geloof. Ook andere geloven worden tijdens deze lessen behandeld (levensbeschouwing). Rekenen en wiskunde El Wahda gebruikt de methode Pluspunt, nieuwe versieaanpassen. In de rekenles leren we de kinderen praktische problemen uit het dagelijkse leven op te lossen. De manier waarop kinderen tot een oplossing komen mag verschillen. De kinderen leren tabellen en grafieken zelf te lezen en te maken. We proberen kinderen een aantal rekensommen op een handige manier uit het hoofd te leren maken. Voor ingewikkelde bewerkingen gebruiken we de rekenmachine. Als u met uw kind over rekenen praat, houd er dan rekening mee dat het rekenen tegenwoordig anders aangeleerd wordt dan u van vroeger gewend bent.



2012/2013pagina

- 29–

Nederlandse taal El Wahda werkt met de methode Taal Actief. Taal is bij uitstek het instrument om met elkaar in contact te komen en een boodschap aan elkaar door te geven of van een ander te ontvangen. Natuurlijk leren we de kinderen zo goed mogelijk spellen (foutloos schrijven), maar we besteden ook veel aandacht aan leren praten, luisteren naar wat anderen zeggen en daarop antwoorden. We leren kinderen om hun eigen mening onder woorden te brengen. Schrijven Kinderen leren op El Wahda in de groepen 3 t/m 8 schrijven met de methode Schrijven in de basisschool. Een voorbeeld van de letterkaart is op school verkrijgbaar. Schrijfonderwijs draagt er toe bij dat leerlingen een duidelijk leesbaar, verzorgd en vlot handschrift krijgen, als middel om met elkaar te communiceren. Lezen In groep 3 beginnen de kinderen officieel met het leren lezen. Er wordt gewerkt met de methode Veilig Leren Lezen, nieuwe versie. In groep 3 is het leren lezen erg belangrijk. Vanaf januari wordt gestart met tutorlezen: dat wil zeggen in kleine groepjes lezen de kinderen dan hardop onder begeleiding van een tutor van groep 8. We besteden veel aandacht aan het leren begrijpen van de tekst. De betekenis van de moeilijke woorden wordt uitgelegd en het kind vertelt het verhaaltje na. Groep 4 leest ook één keer per week met een tutor van groep 7. In de hogere groepen gaat het lezen door. Midden groep 8 zouden alle kinderen het hoogste AVI-niveau (Avi plus) moeten hebben bereikt. Dit lukt bijna altijd. Wanneer het niet lukt, wordt extra hulp geboden.

Jasmin Mohamed van groep 7 bereikt landelijke finale Voorleeswedtrijd 2009.

In de hogere groepen komt de nadruk steeds meer op het begrijpend en studerend lezen te liggen. Hiervoor wordt vanaf groep 4 de methode Lezen in beeldgebruikt. Daarnaast werken we, vanaf groep 5 ook met Leesstudio actueel. Dit is een methode voor begrijpend lezen die aansluit bij de actualiteit, waardoor de motivatie van de leerlingen vergroot wordt. Deze methode sluit aan bij de werkwijze volgens BAS+.



2012/2013pagina

- 30–

Op El Wahda leren de kinderen niet alleen technisch en begrijpend lezen, we proberen ze ook liefde voor boeken bij te brengen. We besteden op school uitgebreid aandacht aan de kinderboekenweek en de voorleeswedstijd. Op school kunnen leerlingen veel aantrekkelijke boeken lezen uit de schoolbibliotheek. De kinderen kunnen vanaf groep 5 boeken lenen via boek 1 boek. In 1999/2000 zijn we gestart met het projekt OVERSTAP voor groep 3. In 2000/2001 zijn we gestart met het projekt STAP DOOR voor groep 4 en 7. Beide projecten zijn bedoeld om ervoor te zorgen dat de kinderen met meer plezier en succes gaan lezen. Wereldoriëntatie en verkeer In groep 3 en 4 wordt gewerkt met ‘Huisje, boompje, beestje’. Groep 5 t/m 8 gebruiken de methode ‘Natuurlijk’ voor natuuronderwijs. Voor aardrijkskunde wordt in groep 5 t/m 8 gewerkt met ‘Wereld van verschil’, en voor geschiedenis met ‘Bij de tijd’. In groep 7 en 8 worden verder nog extra werkboekjes voor informatieverwerking gebruikt. Voor verkeer werkt groep 3 t/m 8 met de methode ‘Klaar…over!’, en bereidt groep 7 de leerlingen voor op het fietsexamen met ‘Proefexamens’. Expressievakken Ook bij de expressievakken ‘tekenen en handvaardigheid’ streven we op El Wahda kwaliteit na. Het eindproduct is hier minder belangrijk dan het proces; zeker als het om jongere kinderen gaat. Lichamelijke oefening In de kleutergroepen staat bewegingsonderwijs bijna dagelijks op het rooster. We spelen op het schoolplein en in het speellokaal. Vanaf groep 3 krijgen de kinderen gymles in het gymlokaal van Broederschool, de school in de buurt. Woensdag is onze vast gymdag. Engels In groep 7 en 8 wordt vanaf dit schooljaar Engels gegeven met de methodeTake it Easy. Een moderne methode met uitgebreide mogelijkheden op het smartboard. De taal wordt in een zinvolle, thematische context aangeboden, zowel visueel als auditief. Huiswerk In groep 1 t/m 3 krijgen de kinderen ‘huiswerk’ op een speelse manier. Het gaat dan voor groep 1 en 2 om ondersteuning in de taal- en rekenontwikkeling en voor groep 3 vooral om de leesontwikkeling. Kinderen die extra oefening nodig hebben kunnen vanaf groep 3 huiswerk mee naar huis krijgen. Dit gebeurt in overleg met de ouders.



2012/2013pagina

- 31–

Vanaf groep 4 krijgen alle kinderen huiswerk mee naar huis. Dit is een serieuze voorbereiding op het voortgezet onderwijs. Vaardigheden die met het huiswerk aangeleerd moeten worden zijn: 1. Er aan wennen om schoolwerk mee naar huis te nemen en op tijd weer mee naar school te nemen. 2. Het leren begrijpen van opdrachten, deze noteren en zelfstandig maken. 3. Het netjes houden van boeken en schriften. 4. Het leren studeren. 5. Zelfstandigheid bevorderen. Computeronderwijs De leerlingen van alle groepen komen in aanraking met de computer. Het begint spelenderwijs in de groepen 1 en 2 en naarmate ze ouder worden, krijgen de computerprogramma’s ook een educatief tintje. Vanaf groep 6 krijgen de leerlingen daadwerkelijk computerles. Tijdens deze les leren we de kinderen hoe ze een bestand kunnen maken, hoe ze met een tekstverwerker moeten omgaan tot hoe ze uiteindelijk gebruik kunnen maken van het internet. Voor alle kinderen is de computer een welkome afwisseling en een persoonlijke verrijking voor hun verdere leven.

Leerlingen van groep 8 brengen aangeleerde computervaardigheden in praktijk tijdens een Powerpointpresentatie.



De effectieve kant

2012/2013pagina

- 32–

De nutteloze kant

Huiswerk, last of lust Met hulp van:

Zonder hulp van:

-meester of juffrouw -ouder of verzorger -broer of zus of andere familieleden -mentor of tutor -buurman of buurvrouw Kan bij problemen terecht bij:

-meester of juffrouw -ouder of verzorger -broer of zus of andere familieleden -mentor of tutor -buurman of buurvrouw Kan bij problemen bij niemand terecht!

-meester of juffrouw -ouder of verzorger -broer of zus of andere familieleden -mentor of tutor -buurman of buurvrouw Stimuleert

(Alleen bij zichzelf!)

de ontwikkeling van het kind Voorwaarde:

de ontwikkeling van het kind Voorwaarde:

Beperk de hoeveelheid nieuwe leerstof.

Geef veel reeds bekende leerstof.

Leerprocessen bij kinderen verlopen uiterst traag. Gevolg:

Er is geen sprake van leerprocessen.

De motivatie om te ontwikkeleren neemt toe.

De motivatie om te leren neemt af.

Huiswerk is leuk, dus leren is leuk! Essentie:

Huiswerk is niet leuk, dus leren is niet leuk! Dus:

Kinderen hebben een lage frustatiedrempel. Het kind heeft METEEN hulp nodig. Is deze aanwezig dan raakt een kind NIET in PANIEK.

Het geven van huiswerk heeft alleen effect als je zeker weet dat er effectieve hulp aanwezig is.

Er ontstaat een doorgaande lijn in de ontwikkeling van het kind. Conclusie:

Zonder hulp is er slechts sprake van “huiswerk als bezigheidstherapie”

Demotiveert

Gevolg:

Huiswerk maken doe je samen en niet alleen!



2012/2013pagina

- 33–

10. De resultaten van het onderwijs Conclusie IST rapport Inspectie basisonderwijs, september 2011: Aangezien El Wahda valt onder scholen met voldoende tot goede kwaliteit heeft de inspecteur op 29 september 2011 een beknopt onderzoek uitgevoerd in het kader van basistoezicht. Hierbij worden de volgende indicatoren bekeken: resultaten en de ontwikkeling van leerlingen, zorg en begeleiding en kwaliteitszorg. De wisselende prestaties van de leerlingen gedurende de schoolperiode en het stellen van een diagnose naar de hulpvraag van leerlingen zijn aspecten die versterking en verbetering behoeven. Ten aanzien van de kwaliteitszorg zijn de evaluatie van de toetsresultaten en de planmatigheid waarmee verbeteractiviteiten worden aangepakt het meest urgent. Het eindoordeel van de inspectie is voldoende, waarbij een aantal adviezen ter verbetering duidelijk zijn aangegeven. Deze nemen leerkrachten, directie en bestuur ter harte. Gemaakte afspraken voor komende schooljaren: • De school herkent zich in de bevindingen van de inspectie en heeft toegezegd de geconstateerde verbeterpunten te zullen opnemen in haar beleidsvoornemens. Deze punten zullen mede onderwerp van toezicht zijn bij een volgend inspectiebezoek. • De school blijft opgenomen in de reguliere bezoekplanning van de inspectie, waarbij nauwlettend de resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode gevolgd zullen worden. Eindresultaten Onderstaande tabel geeft een beeld van de schoolscore (gemiddelde van de leerlingen van groep 8) op de Eintoets van Cito. We kijken naar de schoolscore, die gecorrigeerd wordt naar leerlingengewicht. Dit leerlingengewicht is gekoppeld aan de opleiding van de ouders en de te verwachten extra begeleiding die ze waarschijnlijk nodig zullen hebben. De schoolscore ligt steeds tussen de onder- en bovengrens. In 2012 lag de schoolscore 536,8 (zonder correctie), boven het landelijk gemiddelde van 535,1!!! Jaar

Schoolscore (LG)

Ondergrens

Bovengrens

2012

537,3

534,2

540,4

2011

534,3

531,1

537,5

2010

538,3

535,1

541,6

2009

535,3

532,4

538,1



2012/2013pagina

- 34–

Tussenresultaten Ook de tussenresultaten n.a.v. de Cito-toetsen (afname medio; midden schooljaar) brengen we in kaart. Dit heeft geleid tot een uitgebreide diepteanalyse. In de volgende tabel ziet u de resultaten voor rekenen, technisch en begrijpend lezen in relatie tot de inspectienorm. Hierin worden alleen die groepen en vakken weergegeven die de inspectie meeneemt in de beoordeling. Hierbij wordt voor 75% van de tussenresultaten de inspectienorm gehaald. Begrijpend lezen en rekenen worden opgenomen in de verbeterplannen voor schooljaar 2012-2013. Vakgebied

Groep

Boven de inspectienorm

Technisch lezen

3

Ja

4

Ja

5

Ja

5

Ja

6

Nee

4

Nee

5

Ja

6

Ja

Begrijpend lezen

Rekenen

Sociale Cohesie: Op 13 juni 2002 heeft de inspectie islamitische basisschool El Wahda te Heerlen bezocht. De achtergronden vormen de gebeurtenissen rondom 11 september 2001 en de ontwikkelingen rondom de gebeurtenissen rondom godsdienstonderwijs. De inspectie komt tot het standpunt dat de rol die islamitische basisschool El Wahda vervult bij het bevorderen van de condities waaronder sociale cohesie tot stand kan komen in veel opzichten een positieve is.



2012/2013pagina

- 35–

De inspectie leidt dit onder meer uit het volgende af: •

•

•

•

•

• •

•

De door de school naar voren gebrachte visie op de kerntaak van een islamitische school in de Nederlandse samenleving sluit in het algemeen goed aan op de positie die onze doelgroep thuis in de samenleving inneemt; De activiteiten die op de school worden ontplooid ter waarborging van de religieuze identiteit van de leerlingen staan voor het merendeel in goede verhouding tot de overige onderwijsactiviteiten van de school; De activiteiten die op de school worden ontplooid ter waarborging van de etnische en culturele identiteit van de leerlingen staan voor het merendeel in goede verhouding tot de reguliere onderwijsactiviteiten van de school; Op schoolniveau wordt op belangrijke onderdelen aandacht besteed aan het pedagogisch klimaat, aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen en aan de overdracht van waarden en normen die bevorderlijk zijn voor participatie in de multiculturele Nederlandse samenleving; Het bestuur biedt, met inachtneming van de noodzakelijke distantie, aan de directie voldoende ruimte en ondersteuning voor het geven van onderwijskundige, organisatorische en huishoudelijke leiding aan de school; Het team werkt in goede collegialiteit samen aan het bereiken van de doelstellingen van de school en toont voldoende bereidheid zich te professionaliseren; De school zoekt samenwerking met andere scholen, met scholen in het samenwerkingsverband, met de bestaande voorzieningen op wijkniveau en waar nodig, met de leerplicht en de voorzieningen voor jeugdhulpverlening; De ouders worden in voldoende mate bij de school betrokken.

Op onderdelen kan de bijdrage die de school biedt aan de sociale cohesie nog worden versterkt. De inspectie denkt hierbij aan: • Het geven van meer inzicht in het systematische leerstofaanbod voor godsdienstonderwijs en de leerstofplanning/-registratie daarvan; • Het expliciteren en waar nodig beschrijven van de nu veelal impliciete normatieve verwachtingen van de school ten opzichte van (nieuwe) ouders; • Het inzichtelijk maken van taken van bestuurs- en directieleden en het voorkomen van ongewenste overlappende verantwoordelijkheden tussen bevoegd gezag en onderwijs en/of ondersteunend personeel. Zelfvertrouwen Een van de belangrijkste resultaten die wij van ons onderwijs zien, dat kinderen "zich prettig voelen". Dat wil zeggen: dat kinderen graag naar school gaan. Dat kinderen, als ze onze school verlaten, zelfverzekerd zijn, weten wie ze zijn en wat ze willen. Toetsresultaten Daarnaast is het erg belangrijk dat de schoolverlaters zich goed kunnen uitdrukken in zowel het Nederlands als in hun eigen taal. Ook het begrijpen van gesproken en geschreven taal is zeer van belang.



2012/2013pagina

- 36–

Verwachting Wij verwachten dat de resultaten van ons onderwijs in de komende jaren steeds beter zullen worden. Deze verbetering zal van 2 factoren afhangen, namelijk: verbetering van het onderwijs binnen de school en een verbetering van de begeleiding van de kinderen thuis. U, als ouder, kunt ook goed meehelpen om de resultaten van uw kind te verbeteren. In deze schoolgids kunt u ook lezen hoe dit kan (zie 'ouderbetrokkenheid') Leerlingvolgsysteem Om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken en verder te verhogen volgen we vanaf 1999/2000 de ontwikkeling van de kinderen aan de hand van de toetsen van CITO. Het systeem levert waardevolle aanvullende informatie op over een leerling. Het laat zien hoeveel een kind in een bepaalde periode heeft bijgeleerd. Op het rapport kunt u dat niet zien. Een zeven in november en een zeven in maart zeggen niets over de feitelijke vooruitgang. De toetsen die wij gebruiken, worden afgenomen bij een grote groep leerlingen verspreid over het land. Daardoor is het mogelijk de vorderingen van uw kind te vergelijken met leeftijdsgenoten in ons land. De vakken rekenen, lezen en taal worden op verschillende onderdelen getoetst. De resultaten van de toetsen worden besproken met directie, leerkrachten en interne begeleider. U kunt aan de groepsleerkracht vragen wat de resultaten van uw kind zijn. Als het resultaat van de toetsen niet zo is als wij verwachten, betekent dat misschien wel dat we consequenties moeten trekken uit onze manier van lesgeven of dat we onderdelen van het onderwijsprogramma moeten verbeteren. Het leerlingvolgsysteem biedt ons een overzicht van leerlingen die extra hulp nodig hebben. Niet alleen op leergebied, maar ook in hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Werkwijze Het LOVS werkt, zowel voor de leerling als voor de school, volgens het principe signaleren, analyseren en handelen. De leerlingresultaten verwerken we tot groepsoverzichten en individuele schoolrapporten.



2012/2013pagina

- 37–

Signaleren: we starten met het afnemen en nakijken van de toetsen. De resultaten daarvan verwerken we tot leerlingrapporten Analyseren: met speciale analyseformulieren, diagnostische procedures of aanvullende toetsen kunnen we vaststellen op welk vlak eventuele problemen liggen Handelen: als we weten waar het probleem bij een leerling precies ligt, dan kunnen we bepalen welke gerichte hulp we moeten bieden 11. Naar het Voortgezet Onderwijs Naar welke vorm van Voortgezet Onderwijs uw kind gaat, hangt niet alleen af van de kwaliteit van de basisschool, maar ook van de interesse, motivatie en aanleg van het kind. Met onderwijs op maat proberen we op El Wahda het maximale uit ieder kind te halen en er zo voor te zorgen dat uw kind in de meest geschikte vorm van voortgezet onderwijs terechtkomt en op die school goed mee kan komen. De specifieke voorbereiding op het voortgezet onderwijs gebeurt in groep 8. De leerlingen krijgen van hun leerkracht informatie over de verschillende mogelijkheden die er zijn en ze kunnen naar wens een aantal scholen bezoeken. In oktober wordt er door de leerkracht een eerste indicatie gegeven met betrekking tot de mogelijkheden van uw kind. Voor ouders en kinderen is er in januari een algemene informatiebijeenkomst met als onderwerpen ‘de Citotoets, het Voortgezet Onderwijs en de schoolkeuze’. In februari wordt het definitieve advies van de school opgesteld en aan u meegedeeld. Aan het begin van elk jaar hebben bijna alle scholen van Voortgezet Onderwijs open avonden en open dagen die u samen met uw kind kunt gaan bezoeken. In maart moet u uw kind bij een school aanmelden. Belangrijke punten bij de schoolkeuze De schoolkeuze voortgezet onderwijs is onder andere afhankelijk van de volgende elementen: het advies van de school, de uitslagen van de Cito-toets, behaalde resultaten van Cito-toetsen (LOVS) en eventueel een psychologische test. Advies van de school Het advies van de groepsleerkracht is belangrijk bij een schoolkeuze. Samen met de intern begeleider heeft de groepsleerkrachtgoed zicht op de mogelijkheden waarover een kind beschikt. Daarbij zijn niet alleen de leerprestaties belangrijk, maar ook gegevens over de belangstelling van het kind, de zin in studeren, de wil om zich ergens voor in te zetten en de behoefte aan hobby’s en vrije tijd. Dit advies wordt vorm gegeven in een inlichtingenformulier voor het Voortgezet Onderwijs. Dit formulier krijgt u ter informatie en ondertekening. Dit volgens afspraak van het samenwerkingsverband.



2012/2013pagina

- 38–

Cito Eindtoets basisonderwijs Met de Cito Eindtoets basisonderwijs, kortweg Cito-toets wordt de kennis en het inzicht van de leerlingen onderzocht op het gebied van taal, rekenen, informatieverwerking en wereldoriëntatie. De bedoeling ervan is onder andere om meer duidelijkheid en zekerheid te krijgen over de vorm van voortgezet onderwijs die het meest geschikt is voor uw kind. In combinatie met het schooladvies geeft de Cito-toets een aanwijzing over de te maken schoolkeuze. De uitslag van de toets delen we u schriftelijk mede.

Groep 8 aan het werk tijdens de Cito Eindtoets basisonderwijs.

Het voortgezet onderwijs In het gehele voortgezet onderwijs is er veel veranderd. Het doel van deze aanpassingen is om het onderwijs beter te laten aansluiten op de vervolgopleidingen en op de arbeidsmarkt. Een leerling die met succes een opleiding binnen het voortgezet onderwijs heeft afgerond, moet in het aansluitende onderwijs goed mee kunnen komen en natuurlijk ook op de arbeidsmarkt. Daarom worden leerlingen tegenwoordig breder opgeleid. Niet meer alleen voor een specifiek beroep. Want beroepen veranderen en werknemers wisselen steeds vaker van baan. In de maatschappij wordt flexibiliteit steeds belangrijker en blijven veel medewerkers continu bijleren. Een brede basis is daarvoor noodzakelijk. Het is bovendien de bedoeling dat leerlingen actiever en zelfstandiger gaan leren. Het onderwijs wordt minder klassikaal, leerlingen zullen vaker zelfstandig of in een groep opdrachten uitvoeren, net als in vervolgopleidingen en in het werkende leven.Niet elke school heeft, wat leerwegen en profielen betreft hetzelfde aanbod. Om de mogelijkheden voor uw kind open te houden, is het belangrijk om te weten wat de scholen in uw omgeving te bieden hebben. De leerkracht van groep 8 informeert u hierover in de aanloop naar de Cito Eindtoets basisonderwijs. VWO (Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs: Atheneum en Gymnasium) HAVO (Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs) VMBO (Voorbereidend Middelbaar BeroepsOnderwijs)



2012/2013pagina

- 39–

De naam zegt het al: het is een voorbereiding op het middelbaar beroepsonderwijs, het MBO. Dus aan welke opleiding binnen het VMBO uw kind ook begint, het kan daarna altijd doorstromen naar een MBO-opleiding. Het MBO wordt tegenwoordig steeds meer secundair beroepsonderwijs genoemd. Leerwegen: De komst van het VMBO betekent dat de leerwegen worden ingevoerd. Een leerweg, dat is de route die een leerling volgt van de basisvorming naar het onderwijs dat daarop aansluit. De leerwegen zijn ingevoerd om de overgang naar dit vervolgonderwijs zo vloeiend mogelijk te laten verlopen. Er zijn er 4 Leerwegen, die allemaal leiden naar het middelbaar beroepsonderwijs: a. De theoretische leerweg b. De gemengde leerweg c. De kaderberoepsgerichte leerweg d. De basisberoepsgerichte leerweg a. De theoretische leerweg: De theoretische leerweg is nog niet gericht op een bepaald beroep en is bestemd voor leerlingen die niet veel moeite hebben met studeren en daarmee voorlopig nog willen doorgaan. Met deze leerweg is doorstroming naar de vaken middenkaderopleidingen in het MBO, maar ook naar HAVO mogelijk. Het niveau van de theoretische leerweg is vergelijkbaar met het hoogste niveau van de MAVO. Deze leerweg wordt gegeven op scholen die in de oude situatie MAVO aanboden. b. De gemengde leerweg: Dit is een mengvorm, bedoeld voor leerlingen die op zich weinig moeite hebben met studeren, maar zich ook al gericht willen voorbereiden op bepaalde beroepen. De gemengde leerweg heeft naast de algemene vakken een beroepsgericht programma. Deze gemengde leerweg bereidt voor op de vaken middenkaderopleidingen in het MBO. Deze leerweg wordt gegeven op scholen die in de oude situatie zowel MAVO als VBO aanboden. c. De kaderberoepsgerichte leerweg: Deze leerweg, die wordt gegeven op de vroegere VBO’s bereidt voor op de vaken middenkaderopleidingen in het MBO. Leerlingen die het best kennis opdoen door praktisch bezig te zijn, kiezen hiervoor. Met deze eerste drie leerwegen kunnen leerlingen dus naar de vaken middenkaderopleidingen in het MBO. d. De basisberoepsgerichte leerweg: Deze leerweg bereidt voor op de basisberoepsopleidingen in het MBO en is bedoeld voor meer praktisch ingestelde leerlingen. De basisberoepsgerichte leerweg wordt gegeven op scholen die voorheen VBO aanboden.



2012/2013pagina

- 40–

Welke leerweg? Alle leerwegen zijn routes naar het MBO. Een keuze voor een leerweg is een keuze voor een manier van leren. Heeft een leerlingen weinig moeite met studeren, dan ligt een keuze voor de theoretische leerweg voor de hand. Als uw kind liever al doende leert, kan het een van de beroepsgerichte leerwegen volgen. Een kind dat houdt van praktisch bezig zijn en ook wel graag studeert, zal voor de gemengde leerweg kiezen. Hoewel alle leerwegen naar het MBO leiden, moet een leerling rekening houden met het volgende: iemand die de weg naar het HAVO open wil houden, zal kiezen voor de theoretische leerweg. Deze leerweg geeft als enige de mogelijkheid om door te stromen naar HAVO. Leerlingen moeten dan wel wiskunde en Frans of Duits in hun pakket hebben. Profielen: In het verleden was het nogal eens zo dat een leerlingen koos voor een vakkenpakket dat niet aansloot op de vervolgopleiding waaraan hij of zijn later wilde beginnen. Dat is nu niet meer mogelijk. Leerlingen kiezen voor profielen met vaste vakkenpakketten. Met een profiel maakt de leerlingen een eerste, nog zeer brede keuze voor een werkterrein. Op zijn vroegst aan het eind van het tweede leerjaar, en op een school voor VWO/HAVO/VMBO-T vaak op het einde van klas 3, kiest de leerling voor een profiel. Elk profiel geeft het kind een zinvolle combinatie van vakken mee, waarmee deze goed kan doorstromen naar het Middelbaar BeroepsOnderwijs. (MBO). Er zijn 5 profielen op het VMBO: a. Zorg en Welzijn: -Uiterlijke verzorging -Verzorging b. Techniek -Bouwtechniek -Elektrotechniek -Grafische techniek -Installatietechniek -Transport en logistiek -Voertuigtechniek c. Economie -Administratie -Handel en verkoop -Consumptief -Mode en commercie d. Consumptief Economie -Administratie -Handel en verkoop -Consumptief -Mode en commercie e. Landbouw -Landbouw en natuurlijke omgeving -Levensmiddelentechnologie



2012/2013pagina

- 41–

Leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) Sommige kinderen kunnen het niveau van het VMBO wel aan, maar hebben op school extra ondersteuning nodig. Dit kan betekenen: extra hulp bij lezen, onderwijs in kleinere groepen of zelfs tijdelijke opvang bij problemen thuis of op school. Voor deze leerlingen is er het leerwegondersteunend onderwijs. Met deze extra ondersteuning kunnen leerlingen toch hun diploma halen. Scholen geven op een eigen manier vorm aan het leerwegondersteunend onderwijs. Leerwegondersteunend onderwijs wordt specifiek gegeven door scholen die voorheen IVBO hadden, dan wel SVO-LOM-scholen. Praktijkonderwijs Er is een kleine groep leerlingen voor wie alle leerwegen te hoog gegrepen zijn. Zelfs als ze op school extra ondersteuning krijgen, zullen ze hoogstwaarschijnlijk geen diploma halen. Daardoor kunnen ze niet doorstromen naar het MBO. Voor hen is er het praktijkonderwijs. Dit leidt niet op voor een diploma, maar rechtstreeks voor een plaats op de arbeidsmarkt. Wie leerwegondersteunend onderwijs of praktijkonderwijs wil volgen, heeft een toelaatbaarheidsverklaring nodig van een regionale verwijzingscommissie. De school dient de aanvraag hiervoor in bij de regionale verwijzingscommissie. Deze commissie beoordeelt aan de hand van landelijke criteria het dossier van de leerling en bepaalt daarna of de leerling in aanmerking komt voor leerwegondersteunend of praktijkonderwijs. Aan de hand van het advies van de commissie neemt de ontvangende school de uiteindelijke beslissing of zij de leerling toelaat.



2012/2013pagina

- 42–

Let bij het kiezen van een school in het bijzonder op de volgende zaken: A. Ga na welke leerwegen, profielen, vakken en afdelingen de scholen in uw omgeving aanbieden. Niet elke school heeft alle mogelijkheden in huis. Is uw kind specifiek geïnteresseerd in bepaalde vakken of afdelingen? Elke school heeft hierin zijn eigen specialismen. Zorg dus dat u die te weten komt! B. Is uw kind geïnteresseerd in de gemengde leerweg? Deze wordt alleen aangeboden door scholen die in de oude situatie zowel VBO als MAVO aanboden. Aan een scholengemeenschap voor VMBO-T/HAVO/VWO kan alleen de theoretische leerweg worden gevolgd. C. Heeft uw kind plannen om later door te stromen naar HAVO? Dan moet het de theoretische leerweg kiezen. D. Met de invoering van de leerwegen verschuift ook de zwaarte van de opleidingen. De leerwegen VMBO zijn qua moeilijkheid niet gelijk aan de VBO- of MAVO opleidingen van vroeger. Informeer daarom bij de scholen of de nieuwe opleiding goed is afgestemd op de capaciteiten van uw kind. E. Verwacht u dat uw kind extra hulp nodig heeft, of zijn de leerwegen te moeilijk voor uw kind? Dan zijn er het leerwegondersteunend en het praktijkonderwijs. Psychologische test De leerlingen kunnen zich laten testen door het Adviesbureau voor Opleiding en Beroep. Deze test bestaat uit een schriftelijk en mondeling gedeelte. Het advies wordt met de ouders en na toestemming van de ouders, met de school besproken. Deze test is vrijwillig. Als het advies van de basisschool en de uitslag van de CITO-toets beide positief zijn, wordt het kind zeker toegelaten. In alle overige gevallen zal de toelatingscommissie de beschikbare gegevens zorgvuldig tegen elkaar afwegen om tot een beslissing te komen. Er kan daarbij overleg gepleegd worden met de basisschool. Uitstroomgegevens El Wahda In het school jaar 2000/2001 heeft de eerste groep leerlingen onze school verlaten. Het percentage leerlingen dat naar de verschillende vormen van voortgezet onderwijs gaat, zal van jaar tot jaar wisselen. Het is afhankelijk van de samenstelling van groep 8. De groepsgrootte is ook van invloed op het beeld. Een kleine groep 8, zal een grotere schommeling laten zien. Hieronder de utistroomgegevens van de laatste vijf jaar: 2008

2009

2010

2011

2012

Gem. 08-12

VWO/HAVO

10%

18,75%

60%

5,5%

70%

33%

VMBO (T en G)

60%

25%

30%

17%

20%

31%

VMBO (K en B)

30%

37,5%

10%

44%

10%

26%



2012/2013pagina

- 43–

LWOO

0%

18,75%

0%

28%

0%

9%

PRO

0%

0%

0%

5,5%

0%

1%

100%

100%

100%

100%

100%

100%

10

16

10

18

10

64

Totaal Leerlingen

Met de scholen van het voortgezet onderwijs bestaat een goed contact. Ze houden de basisscholen gedurende de brugklasperiode op de hoogte van de resultaten van de schoolverlaters. Wij verzoeken de scholen in het voortgezet onderwijs rekening te houden met de identiteit van onze school. Wij verwachten dat de scholen respect tonen voor onze normen en waarden, en indien mogelijk deze voor onze leerlingen ook praktisch uitvoerbaar maken. 12. De beleidsplannen voor 2012/2013 De beleidsplannen voor 2012/2013 komen neer op de vogende onderdelen: - Versterken van de identiteit door voortzetting van het identiteitsplan. - Invoeren van nieuwe rekenmethode, voor groep 1 t/m 8. - Invoeren van nieuwe begrijpend leesmethode, voor groep 4 t/m 8. - Verbeteren van de instructie - Werken met groepsplannen - Werken met kwaliteitskaarten - Verbeteren van het begrijpend leesonderwijs Meer informatie hierover is te lezen in het schoolplan 2011-2015. Dit kunt u bij de directie inzien. 13. Bouwen aan een adaptieve school. BAS+ Integrale leerlingenzorg: Door het realiseren van adaptief onderwijs houden leerkrachten rekening met verschillen tussen leerlingen en stemmen het onderwijs op deze verschillen af. Adaptief onderwijs heeft dus te maken met competenties van leerkrachten en niet zozeer met speciale voorzieningen zoals RT of speciale klassen. Algemeen: Adaptief onderwijs is bedoeld om leren meer effectief te maken door de instructie af te stemmen op de behoeften van de leerlingen, zoals die uit peilingen van de leerlingresultaten naar voren komt.



2012/2013pagina

- 44–

De onderliggende gedachte van de adaptieve instructiebenadering is dat alle leerlingen op verschillende manieren (leerstijlen) en in verschillend tempo leren. Deze verschillen vereisen dat er in het onderwijs gezorgd wordt voor een variëteit in instructie en aanbod. Tevens moet er gezorgd worden voor de toebedeling van de juiste hoeveelheid tijd die elke leerling nodig heeft om te leren. Uitgangspunt is, dat de leerling zelf actief betrokken is bij de verwerking van informatie en de constructie van kennis.

Op 23 juni 2009 bezocht drs. R. Damstra, regio-coördinator van het BAS-project van het Seminarium voor Orthopedagogiek te Utrecht, als auditor onze school. De auditor heeft gesprekken gevoerd met de directie en de IB’ers en tevens klassenbezoeken afgelegd. Naar aanleiding van deze bezoeken is er ook gesproken met leerkrachten en met diverse leerlingen. Tevens was er een beschouwend gesprek met het volledige team. Hieronder de algemene indruk van de ontvangen informatie en het bezoek aan de school: De school heeft in alle opzichten werk gemaakt van deze certificering. De ontvangst was hartelijk en collegiaal. De benodigde protocollen zijn conform de binnen het BAS-project gestelde criteria uitgewerkt. Speciale vermelding in zeer positieve zin verdient het feit dat de protocollen zowel qua lay-out, als taalgebruik, als mate van concretisering er bijzonder verzorgd uitzien. Deze protocollen geven voldoende houvast om het BAS-project bij voortduring te blijven implementeren en verder uit te bouwen. In termen van voortdurende kwaliteitsbewaking heeft de school een goed systeem opgezet m.b.t. de evaluatie van geborgde cellen. Er wordt nagedacht hoe invulling te geven aan het werken met ‘lijn-werkgroepen’. De geobserveerde lessen in het kader van de certificering verliepen in termen van door de leerkrachten te realiseren succes-indicatoren geheel volgens wens. De certificering betreft alle onderstaande cellen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14.

Inrichting, aankleding school, klas en plein Voorspelbaarheid in leerkrachtgedrag Weekplanning Masterplanning Basiscommunicatie en schriftelijke correctie Responsiviteit Attributie leerkracht en leerling Zelfbeoordeling In gesprek met het kind De sfeer in de groep Groepsgesprekken Gesprekken met ouders Afspraken en routines Tijdsbewustzijn en taakplanning


Schoolgids Islamitische basisschool El Wahda 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. 31. 32.

2012/2013pagina

Begeleid zelfstandig leren Zelfstandig leren in open structuren Effectieve leertijd Effectieve instructie en methoden Kerndoelen en differentiatie Instructiemodellen (zelfinstructie) Groepsvorming Tandemleren Coöperatief leren in tafelgroepen Kinderen begeleiden kinderen Teamvorming Vormen van samenwerking Probleemoplossend vermogen schoolteam Kennismanagement Leerlingadministratie Leerlingvolgsysteem Intercollegiale toetsing Jaarverslag en strategisch plan

Voor meer informatie kunt u terecht bij de leerkrachten, IB’ers en directie van de school.

Leerlingen werken aan een schilderij o.l.v. Saida Franken, begeleidster cultuureducatie, 2011-2012.


- 45–


2012/2013pagina

- 46–

14. Overblijven, ziekmelding en verlof Overblijven De kinderen blijven tussen de middag over en nuttigen dan hun meegenomen boterhammen, drinken en fruit. Maatregelen tegen ongeoorloofd schoolverzuim Als uw kind ziek is of naar de dokter moet, verwachten wij van de ouders hierover een bericht. Ziekmelding graag voor 9.00 uur op het telefoonnummer van de school 0455716152, keuze 3.Als wij geen bericht krijgen, registreren wij afwezigheid als "ongeoorloofd verzuim". Als een kind per maand meer dan één dag "ongeoorloofd afwezig" is, stuurt de directeur een brief naar de ouders met het verzoek contact met ons op te nemen hierover. Als dit contact uit blijft of onbevredigend verloopt, stuurt de directeur een brief naar de gemeente met melding van het verzuim. De ouders worden dan door de gemeente opgeroepen voor een gesprek. Eventueel wordt er door de gemeente een geldboete gegeven. 15. Organisatiestructuur van de school Bestuur El Wahda staat onder het bestuur van een stichting. Deze stichting heet sinds 19 maart 2012: Stichting Islamitische BasisschoolParkstad Limburg (IBPL), voorheen SIS Heerlen e.o. Het bestuur heeft de eindverantwoording over het beheer van het gebouw, de financiën en het personeel. Het bestuur houdt zich vooral bezig met beleid. Dat wil zeggen: het houdt zich bezig met de vraag hoe alles (wettelijk) geregeld kan of moet worden, binnen de mogelijkheden van de beschikbare middelen. Daarbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de mensen: leerkrachten, ouders en kinderen. De praktische uitvoering wordt gedaan door de directie en het team. Het bestuur is lid van de landelijke Islamitische Besturen Organisatie (ISBO). Voor meer informatie bekijke de website: www.deisbo.nl. Het bestuur kan bij de ISBO terecht voor advies, begeleiding en ondersteuning. Recent is in samenwerking met de ISBO, door het bestuur aan de code ‘goed bestuur, goed onderwijs’ vormgegeven. Hierdoor is het bestuur opgesplitst in een dagelijks bestuur en een algemeen (toezichthoudend) bestuur. De Medezeggenschaps Raad (MR) De MR bestaat uit 4 leden die door de ouders/het personeel worden gekozen en vergadert 8 keer per jaar. Ouders en leerkrachten mogen het openbare gedeelte van de vergaderingen bijwonen. Data en tijdstippen worden via het maandelijks overzicht aan u doorgegeven.Van de vergaderingen worden notulen gemaakt en die liggen ter inzage in de koffiekamer. Ouders kunnen hun meningen kenbaar maken bij de leden van de OMR, dit is de oudergeleding binnen de MR. Leerkrachten kunnen terecht bij de leden van de PMR, dit is de personeelgeleding van de MR. Aan het eind van het schooljaar wordt door de MR een jaarverslag gemaakt en verspreidt aan alle ouders en personeelsleden.



2012/2013pagina

- 47–

Verzekeringen Alle kinderen, leerkrachten en hulpouders zijn tijdens de schooluren verzekerd. Deze verzekering dekt schade die ontstaat door of met de kinderen onder schooltijd, waarbij er sprake is van voldoende toezicht. Tijdens de reis naar- of van school zijn de kinderen niet via deze verzekering verzekerd. Hiervoor gelden uw eigen WA-verzekeringen voor kinderen die lopend of met de fiets komen. Inzittendenverzekeringen gelden voor alle kinderen die met het schoolvervoer naar school komen. De Oudervereniging De oudervereniging organiseert jaarlijks diverse activiteiten in en om de school, waarbij hulp van ouders gevraagd wordt. Al deze activiteiten kosten veel tijd en voorbereiding. Om dit alles nog beter georganiseerd te krijgen, zijn er steeds weer nieuwe leden nodig om de vele taken beter te kunnen verdelen. Heeft u interesse om deel te nemen aan deze activiteiten, dan bent u altijd van harte welkom en kunt u dit kenbaar maken bij de leerkracht van uw kind. De oudervereniging vergadert meerdere malen per jaar. De feesten, zoals: Eind Ramadan, het Offerfeest en een schoolreisje aan het eind van het schooljaar worden door ouders, in samenwerking met de leerkrachten georganiseerd. Om deze activiteiten te kunnen betalen, is er een vrijwilligeouderbijdrage noodzakelijk. Indien de ouderbijdrage niet betaalt wordt kunnen de kinderen niet deelnemen aan het schoolreisje. Ze zullen echter niet uitgesloten worden van deelname aan de feesten op school. Samen Islamitische feesten vieren vinden wij belangrijk! Hopelijk begrijpt u dat dit alles niet zonder kosten gerealiseerd kan worden. Deze bijdrage is voor het Eerste kind Tweede kind € 35,Volgende kind(eren) € 20,Heeft u één kind op school dan betaalt u: Heeft u twee kinderen op school dan betaalt u: Heeft u drie kinderen op school dan betaalt u: Heeft u vier kinderen op school dan betaalt u: Heeft u vijfkinderen op school dan betaalt u:

€ 35,-

€ 35,€ 70,€ 90,€ 110,€ 130,-

Vanaf dit schooljaar kunt u alléén per bank betalen!!! De ouderbijdrage kunt U overmaken voor 1 oktober 2012op de bankrekening van de oudervereniging: ING-banknummer: 657844926 T.n.v. de oudervereniging Vermeld op het afschrift uw naam en de naam van uw kind(eren), zodat de oudervereniging weet van wie het geld afkomstig is. Het wordt zeer op prijs gesteld indien u de vrijwillige ouderbijdrage voor 1 oktober van het nieuwe schooljaar betaalt!Zodat de ouderraad aan het begin van het schooljaar over het geld beschikt om de feesten de organiseren! U kunt via het volgende mailadres contact opnemen met de ouderraad: [email protected]



2012/2013pagina

- 48–

Klachten Het kan voorkomen dat een ouder een klacht heeft die betrekking heeft op de school. Hier volgen een aantal stappen die men dan kan ondernemen. 1. Overleg met degene die het meest met de klacht te maken heeft. Misschien is de klacht met een goed gesprek op te lossen. Ter ondersteuning kunt u er een andere persoon bij vragen. 2. Indien een gesprek niets oplevert, kunt u terecht bij de directie. Voor zaken rondom de leerlingenzorg kunt u terecht bij de IB’er. Mogelijk wordt de zaak dan wel opgelost. 3. De klacht kan voorgelegd worden aan het dagelijks bestuur van stichting IBPL, dhr. A. Aitalla of dhr. B. Fardo. Het dagelijks bestuur zal de klacht in behandeling nemen. Daarnaast is stichting IBPL aangesloten bij een landelijke klachtencommissie, zie gegevens hieronder. Indien gesprekken met de betrokken persoon, de directie en/of IB'er en de klachtenbehandeling door het bestuur niet tot tevreden leiden bij de klager kan de klacht bij de landelijke klachtencommissie. 4. De klachtencommissie stelt een onderzoek in en bepaalt of de klacht gegrond is. Landelijke klachtencommissie Islamitisch Onderwijs Postbus 85191 3508 AD Utrecht Telefoon: 030-2809590 Fax: 030-2809591 16. Buitenschoolse activiteiten Voetbaltoernooi / Atletiektoernooi Mits we voldoende leerlingen hebben om een team in te schrijven, doen we jaarlijks mee met het gemeentelijk schoolvoetbal- en atletiektoernooi. Er wordt dan gespeeld tegen andere basisscholen uit de gemeente Heerlen. Sport- en speldag Aan het eind van het schooljaar wordt de sport- en speldag gehouden. Er worden leuke gezamenlijke activiteiten georganiseerd in het kader van sport en spel, bijvoorbeeld de “El Wahda Olympiade”. Schoolreisje De Ouderraad organiseert in samenwerking met het team jaarlijks een schoolreis voor alle kinderen. De jongste kinderen hebben meestal een ander reisdoel dan de oudere. Kinderboerderij Af en toe bezoeken de groepen de kinderboerderij in Heerlen. Zij krijgen daar lessen over verschillende thema’s zoals het maken van kaas, verzorgen van dieren, etc. Speeltuinbezoek Enkele keren per jaar bezoeken de kleuters en de andere groepen de speeltuin. Theater/Schouwburg



2012/2013pagina

- 49–

Regelmatig brengt een groep kinderen een bezoek aan het theater of de schouwburg. Via educatieve voorstellingen verbreden we de kijk van de leerlingen op de samenleving. Nederlandse film Regelmatig brengt een groep kinderen een bezoek aan de bioscoop. Via educatieve filmvoorstellingen verbreden we de kijk van de leerlingen op de samenleving. Voorleeswedstrijd Jaarlijks nemen we deel aan de Nationale voorleeswedstrijd. De eerste voorronde vindt op school plaats, de finale in Utrecht. We nodigen ook wel eens bekende Nederlandse schrijvers uit op onze school om voor te lezen en van gedachten te wisselen over het schrijven van boeken. Techniek Ook worden activiteiten ondernomen om de interesse van kinderen voor techniek in het algemeen en technische beroepen in het bijzonder te stimuleren. Zo is er voor groep 6 t/m 8 jaarlijks een gastles op school, en bezoekt groep 7 de tecnniekmanifestatie. Museumbezoek Een bezoek aan het museum behoort ook tot een der activiteiten van onze leerlingen. Regelmatig brengt een groep kinderen een bezoek aan het museum. Hier krijgen ze informatie over de verhouding tussen het heden en verleden. Boswandeling Ook een bezoek aan het bos behoort tot een van onze activiteiten. Regelmatig brengen we een bezoek aan het bos voor een ouderwetse boswandeling. Bibliotheek Regelmatig brengt een groep kinderen een bezoek aan de bibliotheek. Ook krijgen we informatie over nieuw uitgekomen boeken.Sinds 01 augustus 2004bestellen de kinderen van groep 5 tot en met 8, via schoolboeken via het internet.Dit heet: Boek één Boek. De boeken worden online besteld en door medewerkers van de bibliotheek op onze school afgeleverd en op een aangegeven tijdstip ook weer opgehaald. De subsidie is vervallen maar vanwege het belang van lezen en het positieve effect op de woordenschatontwikkeling van kinderen, zal dit door de school bekostigd worden. We willen ouders verzoeken zorgvuldig met de boeken om te gaan en het lezen thuis te stimuleren. 17. Kunst en Cultuur Kunst en cultuur nemen een belangrijke plaats in op El Wahda. Vanuit de Koran en de Soennah geven wij vorm aan het cultuur-educatiebeleid. In het lesaanbod, projecten en buitenlesactiviteiten wordt veel tijd besteed aan allerlei kunstuitingen op het gebied van musea, lezen, toneel, beeldende kunst en film. Wij vinden het belangrijk dat leerlingen niet alleen cognitieve kennis en vaardigheden opdoen, maar ook hun creatieve kanten kunnen ontwikkelen. Bovendien komen leerlingen op deze wijze in aanraking met aspecten van de samenleving, die ze niet altijd vanzelfsprekend op hun pad vinden.



2012/2013pagina

- 50–

Om een goed beeld te krijgen van de jaarlijkse activiteiten, verwijzen we naar de website van de school: www.elwahda.nl. Ga naar fotoboek om alle foto’s te bekijken. Zo kunt u een indruk krijgen van alle activiteiten die wij jaarlijks met de kinderen ondernemen. 18. De leraren CAO-PO 2009: De arbeidsvoorwaarden voor het onderwijzend personeel staan omschreven in de raamovereenkomst. De huidige CAO-PO heet: CAO-PO 2009. In de CAO-PO 2009 staat omschreven dat de school een duidelijk personeelsbeleid dient te voeren. Hieruit lichten wij de normjaartaak, de functioneringsgesprekken en het taakbeleid. Normjaartaak: De leraartaak kan globaal onderverdeeld worden in : 1. De lestaken 2. De niet-lesgebonden taken

3. De professionalisering.

De normjaartaak wordt uitgedrukt in het totaal aantal uren op jaarbasis. Een leerkracht dient minimaal 1659 uur op jaarbasis te werken. Vanaf schooljaar 2008/2009 maken we gebruik van Compensatieverlof. Taakbeleid: Op El Wahda hebben alle leerkrachten naast hun lesgebonden taken ook niet-lesgebonden taken. Een verdeling van de taken is noodzakelijk omdat de omvang van de taken zo divers is, dat zij niet meer door een persoon uitgevoerd kunnen worden. Scholing: Om op de hoogte te blijven van de nieuwste ontwikkelingen in het onderwijs, volgen de leerkrachten zo nu en dan een cursus. Hiervoor worden ook studiedagen gepland. Vervanging: Als een leerkracht ziek is, dan maken wij gebruik van P-centrum om vervanging te regelen. Dit is een vervangerspool waardoor we veel vervangers kunnen bereiken. We hopen dat we geen kinderen thuis hoeven te laten, door gebrek aan vervangende leerkrachten. Bapo: Voor leerkrachten bestaat de mogelijkheid om gebruik te maken van de regeling “Bevordering arbeidsparticipatie onderwijs”. Enkele leerkrachten maken inmiddels gebruik van deze regeling. 19. De ouders Vervoer De ouders zijn verantwoordelijk voor de wijze waarop de kinderen naar en van school komen. Ouderbetrokkenheid Wij proberen op onze school de ouders zoveel mogelijk bij het onderwijs te betrekken. Dit doen we door ouderavonden te organiseren, waarop we uitleggen wat we met ons onderwijs willen bereiken. Ook proberen we open te staan voor vragen en wensen vanuit de ouders.Dit



2012/2013pagina

- 51–

schooljaar zullen we specifiek bijeenkomsten in het kader van de identiteit organiseren. We hopen op een grote opkomst en enthousiaste ouders!

Schoolgids De ouders ontvangen bij inschrijving een schoolgids. Voor ouders van wie de kinderen reeds bij ons op school zitten wordt jaarlijks per gezin een schoolgids uitgereikt. De schoolgids dient goed bewaard te worden omdat zij relevante informatie over de school bevat. Opvoeding Zowel de ouders als de school dragen een stukje verantwoordelijkheid voor de opvoeding. Thuis, in het gezin wordt de basis gelegd. Op school wordt hierop doorgegaan. Wij vinden het belangrijk dat de opvoeding thuis en op school op elkaar aansluiten. Om de kinderen gezond en fit op school te krijgen, geven wij hieronder een aantal adviezen. Eten In de ochtendpauze’shebben de kinderen de gelegenheid om iets te eten. Wilt u hen voor deze pauze zoveel mogelijk "gezonde" dingen meegeven zoals: een stuk fruit, een koek of een beker melk? Tussen de middag blijven alle kinderen over. Ook dan is ‘gezonde voeding’ natuurlijk belangrijk: (bruine) boterhammen met niet alleen zoet beleg. Bij gezonde voeding hoort geen frisdrank, snoep of chips. Onder schooltijd mag helemaal niet gesnoept worden, behalve na speciale toestemming van de leerkracht. Slaaptijd Het is erg belangrijk, dat uw kind op tijd naar bed gaat. Op school kan het zich dan beter concentreren, is uitgerust en kan beter presteren. Hieronder geven we wat richttijden voor het naar bed gaan van kinderen: Leeftijd 4/5 jaar 6/7 jaar 8/9 jaar 10/12 jaar

Bedtijd 19.00 uur 19.30 uur 20.00 uur 20.30 uur

Als u merkt dat uw kind toch hangerig is of bijvoorbeeld 's middags ook een slaapje houdt, dan is vroeger naar bed gaan mogelijk een oplossing. TV kijken Er zijn erg veel programma's op TV te volgen. Toch zijn lang niet alle programma's geschikt, en zeker niet voor kinderen. Kinderen zijn vaak erg gevoelig voor de dingen die ze in zich opnemen. Wat er op TV gebeurt heeft op hen veel invloed. In hun spel en in hun gedrag nemen ze dingen over, die volwassenen (o.a. op TV) hen voordoen. Ook het onderscheid tussen wat goed en niet goed is kunnen ze vaak nog niet goed inschatten. Daarom is het erg belangrijk dat de kinderen goede voorbeelden krijgen. Een programma dat erg leuk is voor jonge kinderen is "Sesamstraat"; dit komt vrijwel iedere avond op de TV. Dit is bovendien goed voor het leren van belangrijke begrippen in de Nederlanse taal. Voor de oudere kinderen zijn de programma's "Klokhuis" en



2012/2013pagina

- 52–

"Jeugdjournaal" leuk en leerzaam. Als een geschikt programma afgelopen is, is het verleidelijk om de t.v. aan te laten staan, maar dit kan b.v. journaalbeelden opleveren die absoluut niet voor (jongere) kinderen bestemd zijn. Informatie naar de ouders Deze schoolgids is één van de middelen om ouders over de school te informeren. Dit gebeurt ook op algemene ouderavonden en op informatieavonden. Op deze bijeenkomsten krijgen de ouders informatie van de groepsleerkracht over de gang van zaken binnen de klas. Regelmatig verschijnt er een themakrant voor de kinderen en hun ouders. Daarnaast zijn er de oudergesprekken, 3 keer per jaar. De leerkrachten kunnen ieder jaar bij een aantal kinderen op huisbezoek gaan indien er aanleiding toe is.

Grote Rekendag 2010: Kunnen we met zijn allen een aaneengesloten kring om de school maken?



2012/2013pagina

- 53–

20. Veiligheid in en om school EHBO Twee van onze leerkrachten hebben de EHBO cursus gevolgd. Gebeurt er op school een ongeluk(je) dan handelen wij als volgt: - Is het niet ernstig, dan behandelt de leerkracht het kind. - Is het ernstiger, dan helpt de EHBO’er en informeren wij ondertussen de ouders. U gaat dan zelf met uw kind naar de arts of eerste hulp. -Is het ernstig, dan gaan wij direct naar de huisarts of het ziekenhuis en wordt met u contact opgenomen. BHV Drie van onze leerkrachten hebben een BHV-diploma (Bedrijfs Hulp Verlening). Bij voorkomende gevallen weten zij hoe te handelen en nemen zij de leiding. Er is in overleg met de plaatselijke brandweer een ontruimingsplan opgesteld. Minimaal één keer per jaar wordt een ontruimingsoefening gehouden, zodat iedereen weet hoe dat werkt. Deze oefeningen worden geëvalueerd en eventueel positief bijgesteld. In elke klassenmap zit een ontruimingsplan. U kunt dit eventueel ter inzage vragen bij de directie. Verzekeringen De school gaat er van uit, dat ouders zelf een WA-verzekering hebben afgesloten voor hun kind. Als een kind onder schooltijd schade toebrengt aan andermans eigendommen, is de school daarvoor niet aansprakelijk. Ook bij verlies is het risico voor de ouders. De school is wel verzekerd voor uitstapjes zoals de schoolreis. Verkeersbrigadiers Sinds schooljaar 2009/2010 heeft onze school eigen verkeersbrigadiers. Dit zijn allen leerlingen van groep 7 (en 8), die speciaal hiervoor aan het eind van groep 6 zijn opgeleid. Het oversteken aan de voorkant van onze school werkt als volgt: - De brigadiers kijken uit; - Eén brigadier fluit op; - De brigadiers gaan de weg op en houden eventueel verkeer tegen; - Kinderen en ouders blijven nog staan; - Dezelfde brigadier fluit voor de tweede keer; - Iedereen mag oversteken; - De andere brigadier fluit af; - De brigadiers verlaten de weg. Oversteken bij de brigadiers is verplicht voor alle kinderen van onze school uit de wijk Molenberg. Ook fietsers die aan de overkant van de school aankomen, dienen daar af te stappen en bij de brigadiers over te steken. Overtredingen hiertegen worden altijd gemeld bij de directie.Ouders wordt vriendelijk verzocht het goede voorbeeld te geven, en eveneens bij de brigadiers over te steken.



2012/2013pagina

- 54–

21. Contacten met derden In het verleden werd met grote regelmaat samen gewerkt met Consent, de onderwijsbegeleidingsdienst. Deze dienst bestaat niet meer. Vergelijkbare externe hulp wordt nu particulier aanbesteed. Hier moet worden gedacht aan deskundige hulp bij bespreking en onderzoek van kinderen en begeleiding van leerkrachten. Logopedie Dit schooljaar wordt de school regelmatig bezocht door een logopediste,Suzanne Cremers. Haar taak is het opsporen, voorkomen en behandelen van stoornissen of achterstand op het gebied van spraak, taal, stem en gehoor. Het vroegtijdig opsporen gebeurt door middel van een screening bij alle kleuters van hetzelfde geboortejaar/schooljaar, nadat ze 5 jaar zijn geworden. Verder worden leerlingen uit andere groepen bekeken, indien deze door de leerkracht, ouders of schoolarts worden aangemeld. Indien intensieve behandeling noodzakelijk is, worden de kinderen verwezen naar een vrij gevestigd logopedist. De logopediste: Voor de logopediste is op de basisschool een belangrijke taak weggelegd. Er wordt nadruk gelegd op het voorkomen en behandelen van stoornissen in de communicatieve en/of auditieve vaardigheden. Het doel daarvan is voorkomen van onderwijsbelemmeringen. De volgende activiteiten worden op de basisschool uitgevoerd: Screening: Alle leerlingen worden in de maand van hun vijfde verjaardag door de logopediste bekeken. Dit noemen we de screening. Hierbij wordt gelet op bovengenoemde aspecten. Over de screening worden de ouders vooraf geinformeerd. Het is per school verschillend of de ouders aanwezig zijn tijdens de screening. Na de screening worden de ouders geïnformeerd over de uitslag van de screening. Onderzoek: Indien ouders, leerkrachten of anderen twijfelen over de taal of spraak van het kind dan kunnen zij de logopediste vragen om het kind te onderzoeken. Dit geldt voor alle kinderen van de basisschool, van groep 1 tot en met 8. U hoeft dus niet te wachten tot uw kind 5 jaar wordt. Begeleiding: Als uit de screening of het onderzoek blijkt dat er iets aan de hand is, vindt er overleg plaats met ouders en leerkrachten. Gezamenlijk wordt besloten wat er verder gaat gebeuren. De mogelijkheden zijn: • Controle op korte termijn • Adviezen voor ouders en leerkrachten • (Kortdurende) begeleiding door de logopediste op school • Verwijzing naar een vrijgevestigd logopedist • Maar ook eventueel verwijzing naar een andere discipline



2012/2013pagina

- 55–

Voorlichting: De logopediste geeft voorlichting aan ouders, leerkrachten en andere betrokkenen. Dit kan gebeuren op bijeenkomsten, website of nieuwsbrieven. Ook wisselt de logopediste informatie uit met andere betrokkenen bijvoorbeeld schoolbegeleider, jeugdarts en vrijgevestigde logopedist. Projecten: De logopediste werkt niet alleen individueel met kinderen maar ook in de groep. Er zijn voorbeelden van klassikale projecten zoals: gebruik je mond goed (o.a. het verbeteren van mondgedrag, afleren van zuiggewoonten), gebruik je oren goed (o.a. het verbeteren van luisterhouding). Controle: Controles worden uitgevoerd op aanvraag van de leerkracht of ouders. Indien er vragen of twijfels zijn over de spraak en taal van uw kind kunt u contact opnemen met de leerkracht of logopediste. Wanneer naar de logopediste? Als u vragen hebt, kunt u contact opnemen met de logopediste op uw school. Waarbij helpt de logopediste? Bij spraak, taal, adem en stemgeluid, luisteren en mondgedrag. Daarnaast helpt onze logopediste in geval van leesproblemen n.a.v. een specialisatie. Ergotherapie Als volgens de groepsleerkracht een kind in aanmerking komt voor screening door de ergotherapeute, kan deze na toestemming van de ouders op school plaats vinden. Deze screening houdt in dat het kind deelneemt aan een test waarbij vaardigheden op het gebied van de fijne en grove motoriek in kaart gebracht worden. Verder wordt er ook gekeken naar hoe goed het kind zich kan concentreren. De gegevens zijn van algemene aard en dienen om het ontwikkelingsproces van het kind in kaart te brengen en zo mogelijk positief te beïnvloeden. De school heeft een belangrijke taak in het begeleiden en ondersteunen van kinderen en biedt mogelijkheid tot screening en eventuele behandeling op school onder schooltijd. Na de screening bekijkt de ergotherapeute of een kind voor behandeling in aanmerking komt. Hierbij worden algemeen geldende richtlijnen gebruikt. Het traject verloopt zoals u dat ook van de logopediste gewend bent: screening op school, eventuele brief voor de huisarts waarvan u een verwijsbrief krijgt en tenslotte de behandeling op school, waarna uw zorgverzekering de behandelingen betaalt. De ergotherapeute die sinds afgelopen schooljaar aan onze school is verbonden is Nathalie Raaijmakers. Contact met haar is mogelijk via een afspraak op school.



2012/2013pagina

- 56–

22. Jeugdgezondheidszorg De afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD-Oostelijk Zuid-Limburg verzorgt de Jeugdgezondheidszorg voor alle schoolgaande kinderen. Taak: Elk kind in de leeftijd van 4-19 jaar dat op school zit in een van de gemeente van regio Oostelijk Zuid-Limburg heeft recht op een basispakket preventieve zorg uitgevoerd door de afdeling jeugdgezondheidszorg van de GGD. Dit basispakket is vastgesteld door alle gemeenten in deze regio die de GGD in stand houden en omvat o.a. een aantal preventieve gezondheidsonderzoeken, vaccinaties en advisering/voorlichting gericht op het beschermen en bevorderen van de gezondheid van kinderen. Onderzoeksprogramma preventieve gezondheidsonderzoeken in schooljaar 2012/2013 In de basisschoolperiode vinden twee gezondheidsonderzoeken plaats. Uw kind komt in aanmerking voor een gezondheidsonderzoek in schooljaar 2012/2013 als: - kind is geboren in 2007 - kind is geboren in 2002 De volgende inentingen zullen plaats vinden: DTP = vaccinatie Difterie, Tetanus en Polio BMR = vaccinatie Bof, Mazelen en Rodehond U wordt tijdig geïnformeerd wanneer uw kind in aanmerking komt voor een gezondheidsonderzoek of een vaccinatie. Indien u buiten de regulier vastgestelde onderzoeken om een afspraak met de jeugdarts wenst te maken, bijvoorbeeld omdat u vragen hebt over de ontwikkeling van uw kind of extra informatie wilt, dan kunt u contact opnemen met de jeugdarts. Wilt U nog extra informatie, dan kunt U contact opnemen met de jeugdarts M. van der Voort of de jeugdverpleegkundige/arts-assistente. Voor vragen aan de jeugdarts kunt u bellen op maandag tot en met vrijdag van 08.15-12.00 uur en 13.00-17.00 uur: tel. 045-8506233. Voor het wijzigen van een gemaakte afspraak dient u contact op te nemen met de administratie van de jeugdgezondheidszorg die hiervoor bereikbaar is van maandag tot en met vrijdag van 08.30 uur tot 12.00 uur onder tel. 045-8506230.



2012/2013pagina

- 57–

23. School Maatschappelijk Werk Wat is School Maatschappelijk Werk: Schoolmaatschappelijk werk, verzorgd door Alcander, is er voor kinderen met problemen op school, of in de thuissituatie. Bij het analyseren van de problemen kijkt de schoolmaatschappelijk werker zowel naar het kind zelf, naar de ouders en de school en hoe die elkaar beïnvloeden. Hij of zij gaat met alle drie het gesprek aan en zoekt samen met hen naar oplossingen. Soms schakelt de schoolmaatschappelijk werker daarbij de hulp van anderen in. Welk doel heeft het: Schoolmaatschappelijk werk wil in een zo vroeg mogelijk stadium signaleren en problemen onderkennen bij kinderen of gezinnen om zodoende erger te voorkomen. Daarnaast wil zij onderwijsachterstanden bestrijden en leervoorwaarden optimaliseren. Het maatschappelijk werk is bedoeld ter ondersteuning van ouders en/of kinderen rondom hun welzijn. Het maatschappelijk werk kan ook ondersteuning bieden in de thuissituatie. Zij zijn op de hoogte van regelgeving en kennen de mogelijkheden die de gemeente Heerlen biedt. Ouders kunnen terecht voor adviesvragen maar ook als er problemen zijn in de thuissituatie. Om de privacy zoveel mogelijk te waarborgen kan de maatschappelijk werker op huisbezoek komen. Het kan immers zijn dat er problemen zijn waarvan u vindt dat deze los staan van de school. Te denken valt aan financiële problemen, rouwverwerking, conflictsituaties of als het in uw leven gewoon even tegen zit. Maar u kunt ook een beroep doen op het maatschappelijk werk als u gewoon even een gesprek wil. Ook op El Wahda werken wij samen met een maatschappelijk werker. Voor onze school is de heer J. Verberne contactpersoon.Als u in contact wil komen met het maatschappelijk werk kunt u dat aangeven aan de leerkracht of de intern begeleider van de school. De maatschappelijk werker zal vervolgens contact met u opnemen om een afspraak te maken. De school is wettelijk verplicht om vanaf 01-08-2008 in het aanmeldingsformulier een verklaring van ouders/opgenomen waarbij de ouders/verzorgers verklaren ‘geen bezwaar’ te hebben tegen het overleggen door de school van herkomst aan de VO-school en omgekeerd van de benodigde gegevens in het kader van de begeleiding van de leerling. 24. Bureau Jeugdzorg Wie kan terecht bij Bureau Jeugdzorg? Met de meeste kinderen en jeugdigen gaat het goed, zij kunnen zich in een veilige omgeving ontplooien.Maar er zijn ook kinderen en jeugdigen die in hun ontwikkeling bedreigd worden.Kinderen en jeugdigen van 0-18 jaar en hun ouders/ opvoeders kunnen bij Bureau Jeugdzorg terecht met (ernstige) problemen bij opvoeden en opgroeien. Bureau Jeugdzorg treedt dan op als de belangenbehartiger van kinderen en jongeren en zorgt ervoor dat zij de noodzakelijke begeleiding krijgen. Wanneer kunt u terecht bij Bureau Jeugdzorg? Elk kind heeft recht om gezond en evenwichtig op te groeien. Als ouder/ opvoeder heeft u de eerste verantwoordelijkheid voor de opvoeding. School of de huisarts kunnen u helpen wanneer het opvoeden problemen geeft. Soms is dat niet genoeg.



2012/2013pagina

- 58–

U maakt zich bijvoorbeeld zorgen omdat uw kind zich niet aan uw regels houdt, zich thuis agressief gedraagt of niet kan meekomen op school. Daarbij kunnen een echtscheiding, een alleenstaand ouderschap of andere gezinsomstandigheden de opvoeding nog bemoeilijken. Als er dus meer nodig is om problemen op te lossen dan kunt u terecht bij Bureau Jeugdzorg. U meldt zich zelf aan met uw kind bij Bureau Jeugdzorg om hulp te vragen. Hoe neemt u contact op met Bureau Jeugdzorg? Als u hulp nodig heeft voor uw kind dan kunt u Bureau jeugdzorg bellen, e-mailen of schrijven.U kunt ook gewoon langskomen voor een gesprek. Ook anderen kunnen contact opnemen met Bureau Jeugdzorg. Dat kan iedereen zijn die zorgen heeft rondom een kind of jeugdige. Bureau Jeugdzorg geeft degene die contact opneemt advies over hoe hij of het kind of de jeugdige het beste kan helpen. Vanuit Bureau Jeugdzorg is een contactpersoon aan onze school verbonden. Dat is mevrouw E. Ubags. U kunt ook via de school een gesprek met haar aanvragen. Als hulp plaatsvindt op verzoek van en in overleg met de jeugdige en zijn ouders dan is er sprake van vrijwillige hulpverlening. In sommige situaties blijven er zorgen over de situatie waarin een kind of jeugdige verkeert, bijvoorbeeld als ouders of jeugdigen gegeven adviezen niet willen opvolgen. Bureau Jeugdzorg kan dan aan de Raadvoor de Kinderbescherming vragen om een onderzoek in te stellen. Indien nodig kan de hulpverlening dan verplicht opgelegd worden. Waar kunt u Bureau Jeugdzorg vinden? Bureau Jeugdzorg Parkstad, locatie Heerlen Kloosterweg 26 6412 CN Heerlen Tel: 088-0072900 e-mailadres: [email protected] Bureau Jeugdzorg Parkstad, locatie Kerkrade Kosterbeemden 45 Postbus 104, 6461 EA Kerkrade Te. 088-0072900 e-mailadres: [email protected] Bureau Jeugdzorg regio Westelijke Mijnstreek Locatie Sittard Rijksweg 100 6135 KD Sittard Tel. 088-0072940 e-mailadres: [email protected] Op werkdagen kunt u van 8.30-12.30 uur zonder afspraak langskomen voor een gesprek.



2012/2013pagina

- 59–

25. ZAT Vorig schooljaar zijn we gestart met een zorgen adviesteam. Het ZAT is samengesteld uit de volgende personen: IB’er, orthopedagoge, schoolarts, maatschappelijk werker en bureau Jeugdzorg. Het ZAT komt 5 keer per schooljaar bij elkaar. De bijeenkomsten duren ongeveer een uur en zullen geleid worden door de voorzitter. De voorzitter van het ZAT bepaalt de agenda, wijst verantwoordelijkheden toe en zorgt voor een goede samenwerking tussen alle deskundigen. Het doel is optimale afstemming van de zorg op de behoefte van de leerling en de ouders. In eerste instantie wordt er gewerkt aan informatieverstrekking zodat de school beter op de hoogte is van het zorgaanbod van maatschappelijk werk en Bureau Jeugdzorg. De bedoeling is dat er laagdrempelig zorg verleent wordt aan leerlingen en hun ouders waarbij dat wenselijk is. Hierbij kunt u denken aan opvoedingsondersteuning en spelbegeleiding (die 1 keer in de week in een buurthuis gegeven wordt). Er worden alleen leerlingen ingebracht waarvan de ouders hun toestemming hebben gegeven aan de leerkracht of intern begeleider van de school. Het kan ook voorkomen dat leerlingen al hulp krijgen van een instantie en dat deze instantie de leerlingen, met toestemming van de ouders, inbrengt. 26. Samenwerkingsverband HEERLEN-VOERENDAAL-NUTH Ouders en school: samen in overleg als er problemen zijn rondom leren of gedrag. Stel u eens voor dat uw kind: - minder goed meekan in de groep waarin het zit; - vaak niet goed oplet; - zich lastig gedraagt; - erg negatief thuiskomt over wat de leerkracht doet; - steeds klaagt over andere kinderen en de sfeer in de groep; - thuis helemaal niets meer zegt over school; - enz. Dat kan toch gebeuren! Het kan gebeuren dat het moeilijk gaat met uw zoon of dochter op school. Wellicht dat uw kind extra begeleiding nodig heeft. Gewoon om te kunnen leren wat het kan, of om het leerplezier te verhogen en te voorkomen dat uw kind nog meer in de problemen raakt. Elke school moet kinderen bij leer- of gedragsproblemen passende zorg schenken. Die zorg kan geboden worden in de groep, in de school of zelfs buiten de school van uw kind. Extra zorg in de groep: Bij moeilijkheden kan de leerkracht bij wie uw kind in de groep zit uw kind meer aandacht geven door ermee te praten en ernaar te luisteren. Hij of zij kan speciale leerstof en taken uitzoeken en aanbieden. Misschien krijgt uw zoon of dochter apart huiswerk mee. Soms schakelt de leerkracht hulp in van andere leraren. Dat alles om uw kind met plezier en goed te laten functioneren. De groepsleerkracht kan altijd te rade gaan bij de Intern Begeleider (IB'er) van de school. Deze leerkracht is gespecialiseerd in het opstellen van een hulpprogramma. Onze IB' er bewaakt het traject van zorgverlening die de school in ons samenwerkingsverband Heerlen-Centrum hanteert.



2012/2013pagina

- 60–

Als de groepsleerkracht, de IB’er en de collega-leerkrachten op school het raadzaam achten deskundig advies in te winnen bij een externe deskundige dan wordt uw kind op een spreekuur ingebracht. Dat gebeurt altijd in samenspraak met u. Als ouder hebt u er recht op te weten wat er speelt als uw kind extra aandacht krijgt of vraagt. U kunt de leerkracht bellen wanneer u wilt weten hoe het zit. Desgewenst kunt u een afspraak maken om eens over uw kind te praten. De leerkracht van uw kind kan u informeren, want misschien weet u nog van niets. Maar omgekeerd kunt u ook aan de leerkracht dingen van thuis vertellen die hij of zij zou moeten weten. Aarzel niet om dat te doen. Zeker is dat goed overleg tussen de leraar en u in het belang is van uw kind. Samen kunt u meer doen dan alleen. Als u bij problemen met uw kind niets hoort van school is dat niet goed. Maar als de leraar niets merkt van u dan geeft dat ook te denken. Dat geldt trouwens ook als er geen echte problemen zijn! Aandacht voor het leren en de opvoeding van uw kind komt immers van twee kanten: ouders en groepsleerkracht. Van die wederzijdse aandacht profiteert uw kind. Extra zorg in de school: Het kan nodig zijn dat het schoolteam over een kind, dat niet als vanzelfsprekend in de pas meeloopt, praat in een leerlingbespreking. Men kan het voorstel doen dat uw kind extra intensieve begeleiding krijgt. Bijvoorbeeld van een aparte leerkracht of een specialist. Dit wordt, in overleg met u, in het spreekuur afgewogen. Soms wil de school een psycholoog of een orthopedagoog inschakelen voor verder onderzoek, of men vindt het wenselijk om een zogenaamd handelingsplan op te stellen. Daarin staan alle extra activiteiten en de gemaakte afspraken over een kind vermeld. U behoort altijd over de uitslag van zo'n leerlingbespreking te worden geïnformeerd. Gebeurt dat niet, dan kunt u vragen wat de bespreking van uw kind heeft opgeleverd. Bij testen of bij onderzoek van uw kind moet de school van u weten of u daarmee instemt. U hebt er recht op precies te horen wat de uitslag is. Bij het opstellen van een handelingsplan of een begeleidingsplan (speciaal opgesteld voor uw kind) dient u als ouder betrokken te zijn. Dan heeft u namelijk invloed op wat er met uw kind gebeurt. Ook kunnen er afspraken gemaakt worden over activiteiten die u thuis kunt ondernemen met uw kind. Elke leerling heeft recht op goed onderwijs: de slimme, de langzame en de gemiddelde. Iedere school zorgt zo mogelijk voor “onderwijsopmaat” voor alle kinderen. Extra zorg buiten de eigen school: Enkele kinderen hebben leer- of gedragsproblemen die vrij ernstig zijn. Niet elke school kan zo'n kind goed aangepast onderwijs geven. Men zoekt dan, samen met de ouders, de beste 'bovenschoolse' begeleiding. Het gaat er dan om een beter toegeruste opvang te vinden. Als uw kind hiervoor in aanmerking komt, meldt u het aan bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) van het samenwerkingsverband Heerlen-Centrum. U stuurt dan een ingevuld aanmeldingsformulier naar de PCL. Dit aanmeldingsformulier is op onze school verkrijgbaar. De PCL stelt vast wat de beste oplossing is. Bijvoorbeeld: met de nodige begeleiding toch op de basisschool blijven. Ook kan het zijn dat er tijdelijk of langdurig opvang in de speciale basisschool gewenst is. Natuurlijk heeft u als ouder ook hier inspraak. Alle gegevens die de PCL van school of van anderen krijgt, mag u inzien. Als u dat nodig vindt, kunt u bezwaar aantekenen tegen het besluit dat de PCL geeft over het gewenste onderwijs voor uw kind. Hoe dat moet, krijgt u natuurlijk te horen. Bij problemen kunt u ook altijd advies vragen bij een ouderorganisatie.



2012/2013pagina

- 61–

Minder snel naar de Speciale basisschool: Kinderen worden minder snel dan vroeger verwezen naar een speciale school voor basisonderwijs. Elke basisschool probeert ervoor te zorgen dat het onderwijs past bij de behoefte van elk afzonderlijk kind. Dit is ook in de Wet Primair Onderwijs opgenomen. Deze wet is 1 augustus 1998 in werking getreden. De basisschool en de speciale basisschool werken veel meer samen. Zolang het enigszins kan, gaan alle kinderen samen naar de basisschool. Vraag als ouders aan uw school om dat doel ook waar te maken. Dat begint voor uzelf bij de schoolcontacten over uw eigen kind. Ga als ouder tijdig naar school! 27. Leerlingenreglement Van onze leerlingen verwachten we dat zij zich aan de hieronder genoemde afspraken houden. Wilt u deze afspraken met uw kind(eren) doornemen? De volgende algemene regels en afspraken gelden binnen de school: 1. Alleen speelgoed van thuis meenemen als de meester of juf dit goed vindt. Het is verboden om skeelers, pokemon kaarten, steps en gouden armbanden mee naar school te nemen. 2. Kinderen die zelfstandig van ver komen mogen, na overleg tussen de ouders en de leerkracht, een gsm meenemen naar school. Zij leveren die voor de les in bij de leerkracht. 3. Indien het niet nodig is geen geld mee naar school nemen. 4. Als een kind ziek is moet de ouder voor 09.00 uur naar school bellen of een briefje aan de chauffeur geven. 5. Schoolspullen die met opzet kwijt- of stukgemaakt worden moeten door ouders vergoed worden. 6. Kinderen mogen niet in het magazijn en in de ruimte onder de trap komen om spullen te pakken. 7. Kinderen mogen niet kopiëren en geen koffie halen voor de leerkracht. 8. Schoolspullen en overblijfspullen zitten in de schooltas. 9. We beginnen de dag met de begroeting ´Assalamoealeikoem´. De kinderen antwoorden met ´Waaleikoemassalaam´. Vervolgens zeggen ze samen de Soera El Fatiha op. 10. Niet zonder toestemming eten of drinken in de klas. 11. Petjes mogen niet in de klas en moeten dus op de gang blijven. 12. In de klas mag niet gesnoept worden. Afspraken binnen de hogere groepen 1. Tijdens de lessen storen de kinderen elkaar onderling niet, ze mogen elkaar wel helpen. Ook de leerkracht mag tijdens het lesgeven niet gestoord worden voor niet-dringende zaken. 2. Kinderen moeten eerst vragen als ze door de klas willen lopen. 3. Geen tassen in de klas, behalve tijdens het eten. 4. Als een kind ziek is geweest, vraagt het aan de meester of juf of er aantekeningen zijn gemaakt en schrijft deze over van een klasgenootje. 5. Eerst de lege vulling inleveren voordat men een nieuwe krijgt. Voor het verkrijgen van een nieuwe balpen, kladblok, potlood moet de leerling eerst de oude inleveren. 6. Als iemand iets wil vertellen eerst altijd de vinger opsteken.



2012/2013pagina

- 62–

Afspraken rond de identiteit 1. 2.

Alle leerlingen nemen deel aan de godsdienstlessen. Kinderen nemen vanaf groep 3 deel aan het gebed. In groep ½ worden zij hierop voorbereid. 3. Vanaf groep 3 worden jongens en meisjes gescheiden tijdens gymlessen. 4. De leerlingen dienen respect te hebben voor de leerkrachten en hulpouders. 5. De leerlingen dienen naar de leerkrachten en de hulpouders te luisteren. 6. Verjaardagen worden op school niet gevierd. Dat houdt in dat ter gelegenheid van verjaardagen niet getracteerd mag worden. 7. Heeft u of uw kind iets anders te vieren dan een verjaardag en wilt u (laten) trakteren, let dan op de ingrediënten van de producten die u koopt voor de traktatie. Als u twijfelt of een product halal is, vraag het dan na op school. Geef liever fruit mee i.p.v. snoepgoed. 8. Feesten die niet overeenkomen met de identiteit van de school mogen niet gevierd worden. 9. Posters, folders, tijdschriften en andere materialen die in strijd zijn met de identiteit van de school zijn niet toegestaan (bv. posters van popsterren of schaars geklede personen). Dit met uitzondering van noodzakelijke leermiddelen. Onzedelijke afbeeldingen dienen te worden afgeplakt. 10. Het eten van varkensvlees is niet toegestaan. 11. Meisjes vanaf groep 3 moeten een hoofddoek dragen. 12. Meisjes mogen geen make-up en nagellak gebruiken. 13. Meisjes mogen geen korte rokjes of singlet topjes dragen naar school. 14. Jongens mogen geen broeken korter dan tot zeker over de knieën en tankshirts dragen. 15. Schminken van het gezicht is niet toegestaan. 16. Gokspelletjes zijn verboden. 17. Wij gaan op een leuke manier met elkaar om. 18. Geen enkele vorm van pesten is toegestaan. Wij hebben respect voor elkaar. Afspraken rond straffen 1. Met het kind wordt besproken wat het verkeerd heeft gedaan en waarom. Het 2. kind krijgt de kans het gedrag te verklaren. Er wordt niet altijd meteen straf gegeven. Bij lichte gevallen is een berisping genoeg. Overtreedt een kind een duidelijke en bekende regel dan wordt meteen een straf gegeven welke past bij de ernst van de overtreding. 3. Volgorde van straffen die gebruikt kunnen worden oplopend van licht naar zwaar: 4. strafwerk maken in de groep / apart zetten van de leerling / 5 min. time out. 5. niet naar buiten tijdens de pauze 6. plaatsing in een andere groep (bij voorkeur een lagere) 7. uitsluiten van deelname aan gymles 8. gesprek met de directeur 9. gesprek met de ouders 10. Blijft een probleem voortduren ondanks alle inspanningen van leerkracht en ouders, dan wordt schorsing van de leerling van school niet uitgesloten. 11. Bieden de punten 1 t/m 3 geen oplossing dan volgt verwijdering van de leerling van school.



2012/2013pagina

- 63–

Afspraken rond het maken van huiswerk 1. De leerlingen van alle groepen krijgen regelmatig huiswerk mee naar huis. Dit wordt langzaam opgevoerd naarmate de groep hoger wordt. 2. Het huiswerk moet altijd op tijd en netjes ingeleverd worden. 3. Is het huiswerk drie keer onvoldoende gemaakt of te laat ingeleverd, dan volgt een gesprek met de leerling. Blijft het huiswerk na dat gesprek onbevredigend dan kan er een gesprek met de ouders volgen. Afspraken na schooltijd 1. De kinderen lopen naar de voor hen aangegeven plaats op de speelplaats, waar de begeleiders op hen wachten. De begeleiders brengen hun vervolgens naar hun bus. 2. De kinderen die even moeten wachten op de 'tweede' rit, wachten bij goed weer indien er toezicht is buiten op de speelplaats (niet buiten het hek), bij slecht weer wachten de kinderen altijd in de klas of in de gang. 3. De kinderen luisteren goed naar de chauffeur en gedragen zich correct in de bus! Afspraken rond het gebed 1. Wassen op de daartoe bestemde tijden en plaatsen. 2. Bij voorkeur geen straf tijdens de gebedstijd, alleen bij misdragingen die waargenomen worden door degene die bij het gebed aanwezig is. 3. Leerlingen die het gezamenlijk gebed om een of andere reden missen, moeten dit thuis inhalen. Afspraken op en rond de speelplaats 1. De kinderen mogen niet bij de deur van de school rondhangen, maar gaan meteen naar de speelplaats. 2. Bij het belsignaal komen de kinderen rustig naar binnen. 3. Op de speelplaats mogen de kinderen hun jas niet uitdoen als de meester, juf of toezichthouder daar geen toestemming voor heeft gegeven. 4. Bij slecht weer komen de kinderen rustig naar binnen en gaan op de aangewezen plaats een boek lezen of een tekening maken, de kleuters mogen ook een kleine puzzel maken, of spelen onder toezicht van de juf in de speelzaal. Bij slecht weer blijven de kinderen in de klas. 5. Als er problemen zijn op de speelplaats gaan de leerlingen naar de leerkracht die toezicht heeft. Men mag tijdens de pauze niet naar binnen, tenzij degene die toezicht houdt daar toestemming voor geeft. 6. De kinderen mogen in de pauze niet in de school rondhangen, men gaat meteen naar buiten. De groepsleerkracht draagt daar zorg voor. 7. De leerlingen spelen samen op de speelplaats, er wordt geen ruzie gemaakt. 8. Leerlingen mogen niet in de klas van andere leerkrachten komen of voor de deur staan kijken en roepen. 9. Tijdens de kleine en grote pauze gaan alle kinderen op tijd naar buiten en naar binnen. 10. Tijdens de kleine en grote pauze mogen er geen ouders op het schoolplein aanwezig zijn. Het plein is alleen bedoeld voor spelende kinderen.



2012/2013pagina

- 64–

Afspraken rond toiletgebruik 1. Niet meer dan één leerling tegelijk naar de wc, tenzij de leerkracht een uitzondering maakt. 2. De leerling neemt het toiletpapier mee en zet het na gebruik terug in de klas. 3. Alle kinderen zitten op het toilet, ook de jongens (dit is een aanwijzing van de Profeet Mohammed (vrede zij met hem) die de hygiëne bevordert, zowel van het individu als van de omgeving) 4. Kinderen gebruiken w.c.-papier na de grote of kleine boodschap en spoelen hun onderkantje vervolgens met water (istindjaa) na door gebruik te maken van de gieters op het toilet. 5. De kinderen spoelen het toilet door na hun bezoek. 6. Laat de wc na gebruik schoon en netjes achter. 7. Meld bij de juf of meester als de wc niet schoon is. 8. Na gebruik van de wc altijd de handen wassen. Afspraken rond de gymlessen 1. Als het kind niet mee mag doen tijdens de gymles, moet het een briefje van zijn ouders meebrengen. 2. Verplichte gymkleding: broekje of legging, T-shirt, gymsokken en gymschoenen. Afspraken rond het eten 1. Voor het eten handen wassen. 2. Voor het eten zeggen we “Bismillah” (voor doe`a’s zie hoofdstuk 2.2.4) 3. Bij voorkeur iets gezonds te drinken, boterhammen en fruit meenemen. 4. Voor het eten het gebed uitspreken, kleuters zingen het liedje 'Zeg maar Bismillah'. 5. Op het schoolplein geen boterhammen eten of drinken. Alleen fruit en ontbijtkoek is buiten toegestaan. 6. Eerst worden de boterhammen gegeten en dan pas yoghurt of fruit. 7. Tijdens het eten blijven de kinderen op hun plaats zitten. 8. Liefst drinken in een beker meenemen. 9. Eten tijdens Ramadan De Ramadan is een maand waarin volwassenen en kinderen vanaf een jaar of 10 overdag niet mogen eten en drinken. Jongere kinderen hoeven daar niet aan mee te doen, hoewel ze dat wel mogen. In de tijd van de Profeet (v.z.m.h.) oefenden kinderen het vasten al op heel jonge leeftijd. Op onze school hebben we de volgende afspraken gemaakt: -De leerlingen van groep 1 tot en met 5 nemen nog niet deel aan het vasten. Ze mogen als oefening de eerste dag van de Ramadan vasten, maar tijdens de schooldagen moeten ze gewoon boterhammen en drank mee naar school nemen, zoals ze dat de rest van het jaar ook doen. -De leerlingen van groep 6 tot en met 8 mogen zelf bepalen of ze vasten en of ze het vasten de hele periode willen volhouden. -De leerlingen die vasten, mogen tijdens de eetpauze naar het schoolplein gaan.


2013pagina Namen en adressen, schooltijden en vakantierooster pagina 3

Recommend Documents