Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten
Aan mevrouw Aan de heer Gouverneur Burgemeester Voorzitter van het OCMW Voorzitter van de Intercommunale Voorzitter van het Politiecollege
Jozef II-straat 47 B-1000 BRUSSEL Tel. (02) 234 32 11
dienst datum ons kenmerk
Sociale Zekerheid 21.2.2005 Mededeling 2005/2
uw kenmerk uw correspondent functie telefoon fax
Geneviève Stratermans Juridisch-assistent (02) 234 34 41 (02) 234 34 34
Mededeling : 2005/21 Nieuwe regeling betreffende de solidariteitsbijdrage op bedrijfsvoertuigen. - Artikel 2 van de Programmawet van 27 december 2004 (B.S., 31 december 2004).
betreft
Solidariteitsbijdrage op bedrijfsvoertuigen wijzigingen met ingang van 1 januari 2005
- nieuwe berekeningswijze van de solidariteitsbijdrage: een forfaitair bedrag per voertuig op basis van CO2-uitstoot (= regeling inzake sociale zekerheid); - wijze van aangifte op de DmfAppl; - fiscale regeling: blijft ongewijzigd mits aanpassing van de waarde van het voordeel per kilometer ingevolge evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen.
Geachte mevrouw Geachte heer
1. De solidariteitsbijdrage op bedrijfsvoertuigen Artikel 38, § 3quater van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers stelt een solidariteitsbijdrage in ten laste van de werkgever die een voertuig, dat ook voor andere doeleinden dan beroepsdoeleinden is bestemd, rechtstreeks of onrechtstreeks ter beschikking stelt aan een werknemer. Het betreft een bedrijfsvoertuig dat voor zowel privé-gebruik als professioneel gebruik bestemd is. Tot en met 31 december 2004 was deze solidariteitsbijdrage vastgesteld op 33% van de fiscale waarde van het voordeel bestaande uit de terbeschikkingstelling van het voertuig. Deze waarde werd 1
Deze mededeling kan geraadpleegd worden op de website van de RSZPPO op volgend adres: www.rszppo.fgov.be .
datum ons kenmerk pagina
21.2.2005 Mededeling 2005/2 2
berekend op basis van de fiscale PK van het voertuig en het - sinds 1 januari 2004 forfaitair vastgesteld - aantal door de werknemer afgelegde kilometers in functie van de afstand tussen woonplaats en werkplaats2. De in rubriek genoemde Programmawet van 27 december 2004 wijzigt met ingang van 1 januari 2005 de berekeningswijze van de solidariteitsbijdrage: in tegenstelling tot vóór 1 januari 2005 wordt de hoogte van de solidariteitsbijdrage voortaan uitsluitend berekend op basis van het CO2uitstootgehalte van het voertuig, zoals vastgesteld in het koninklijk besluit van 26 februari 1981.3 Het bedrag van solidariteitsbijdrage is derhalve onafhankelijk van: - de eventuele bijdrage van de werknemer in de financiering of het gebruik van dit voertuig; - het aantal privé-kilometers dat de werknemer aflegt met het bedrijfsvoertuig.
Voor welke voertuigen? Bij de toepassing van de nieuwe berekeningswijze van de solidariteitsbijdrage voor voertuigen wordt, volgens de voormelde Programmawet, onder ‘voertuig’ verstaan: “de voertuigen die behoren tot de categorieën M1 en N1 zoals bepaald in het koninklijk besluit van 15 maart 19684.“ Voertuigen van de categorie M1 zijn voor het vervoer van passagiers ontworpen en gebouwd en hebben ten hoogste acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend. Concreet gaat het om personenauto’s alsmede om voertuigen voor speciale doeleinden, zoals ambulances en gepantserde voertuigen. De categorie N1 verwijst naar de motorvoertuigen die bestemd zijn voor het goederenverkeer en die een maximale massa van ten hoogste 3,5 ton hebben. De solidariteitsbijdrage is zowel verschuldigd voor voertuigen die rechtstreeks als voor diegene die onrechtstreeks ter beschikking worden gesteld van werknemers. - het voertuig wordt rechtstreeks ter beschikking gesteld van de werknemer indien de bedrijfswagen op naam van de werkgever is gehuurd of gekocht. - het voertuig staat onrechtstreeks ter beschikking van de werknemer indien laatstgenoemde het voertuig weliswaar op zijn/haar eigen naam least, maar de rekeningen direct worden betaald door de werkgever. Eventueel kan de werknemer de kosten van het gehuurde of gekochte voertuig ook achteraf verhalen op de werkgever5.
Berekening van het bedrag van de forfaitaire solidariteitsbijdrage De maandelijkse forfaitaire solidariteitsbijdrage, die overigens niet minder mag bedragen dan 20,83 euro, wordt als volgt vastgesteld: -
2
voor voertuigen die een elektrische aandrijving hebben: het minimumbedrag van 20,83 euro; voor LPG-voertuigen: [(Y × 9 euro) – 990] / 12; voor benzinevoertuigen: [(Y x 9 euro) – 768] / 12; voor dieselvoertuigen: [(Y x 9 euro) – 600] / 12.
Zie Mededeling 2004/9 van de RSZPPO. Koninklijk besluit van 26 februari 1981 houdende de uitvoering van de richtlijnen van de Europese Gemeenschappen betreffende de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan, landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen, hun bestanddelen alsook hun veiligheidsonderdelen. 4 Koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende het algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto’s, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen. 5 Dergelijke kosten worden niet aangemerkt als loon en zijn bijgevolg vrijgesteld van de socialezekerheidsbijdragen indien is voldaan aan de voorwaarden die worden vermeld in art. 19, § 2, 4° van het koninklijk besluit van 28 november 1969. 3
datum ons kenmerk pagina
21.2.2005 Mededeling 2005/2 3
In bovenstaande formules wordt met ‘Y’ telkens het CO2-uitstootgehalte in gram per kilometer bedoeld zoals vermeld in het gelijkvormigheidsattest, in het proces-verbaal van de gelijkvormigheid van het voertuig of in de gegevensbank van de dienst voor de inschrijving van de voertuigen. De voertuigen waarvoor het CO2-uitstootgehalte in voormelde documenten of databank niet teruggevonden kan worden, worden gelijkgesteld met de voertuigen met een CO2-uitstoot van 182 gr/km indien ze aangedreven worden met een benzinemotor of met de voertuigen met een CO2-uitstootgehalte van 165 gr/km indien ze uitgerust zijn met een dieselmotor. Het bedrag van de solidariteitsbijdrage is verder gekoppeld aan het gezondheidsindexcijfer van de maand september 2004 (114,08): op 1 januari van elk jaar wordt het bedrag aangepast doordat het basisbedrag wordt vermenigvuldigd met het gezondheidsindexcijfer van de maand september van het jaar voorafgaand aan het jaar tijdens dewelke het nieuwe bedrag van toepassing zal zijn en gedeeld door het gezondheidsindexcijfer van de maand september 2004.
Gelijkstelling met socialezekerheidsbijdragen De nieuwe solidariteitsbijdrage wordt inzake aangifte, betalingstermijn, toepassing van sancties en verjaringstermijn gelijkgesteld met een socialezekerheidsbijdrage.
2. Aangifte van de solidariteitsbijdrage in de DmfAppl
Aangifte van de solidariteitsbijdrage op werkgeversniveau Met ingang van 1 januari 2005 moet de solidariteitsbijdrage voor bedrijfsvoertuigen niet langer meer per individuele werknemer worden vermeld in de kwartaalaangifte voor sociale zekerheid doch wel globaal voor alle bedrijfsvoertuigen die uw bestuur aan het geheel van zijn werknemers ter beschikking stelt. De solidariteitsbijdrage moet in de DmfAppl aangegeven worden in het blok ‘Bijdragen niet gebonden aan een natuurlijk persoon’. Tot op heden was de functionaliteit van dit blok beperkt tot de aangifte van enkele bijdragen verschuldigd op bepaalde vergoedingen die nog worden uitgekeerd aan werknemers die niet meer in dienst zijn6. Dit blok wordt met name gebruikt voor de aangifte van de bijzondere bijdrage op de stortingen van werkgevers voor de vorming van een buitenwettelijk pensioen (werknemerskengetal bijdrage 851), de bijzondere bijdrage verschuldigd op winstparticipaties (werknemerskengetal bijdrage 861) en de bijzondere bijdrage verschuldigd op het (dubbel) vakantiegeld (werknemerskengetal bijdrage 870). Met ingang van 1 januari 2005 moet het blok ‘Bijdragen niet gebonden aan een natuurlijk persoon’ eveneens worden gehanteerd voor werknemers die nog in dienst zijn teneinde de solidariteitsbijdrage voor bedrijfsvoertuigen aan te geven. In dit blok moet in combinatie met de toepasselijke werkgeverscategorie7 de solidariteitsbijdrage op bedrijfsvoertuigen worden vermeld met het nieuwe werknemerskengetal bijdrage 862. Deze code vervangt vanaf het eerste kwartaal van 2005 de voorheen voorziene code 860 die in het blok ‘Bijdrage verschuldigd voor de werknemerslijn’ kon worden opgegeven voor de solidariteitsbijdrage op het persoonlijk gebruik van een bedrijfsvoertuig.
6
Alsdan dient in dit blok als werkgeverscategorie 959 (= werknemers die niet meer in dienst zijn) te worden vermeld. 7 Voorgesteld wordt dat één van de werkgeverscategorieën wordt opgegeven die uw bestuur gebruikt voor de aangifte van zijn contractueel en/of vastbenoemd personeel (codes 951 tot en met 957).
datum ons kenmerk pagina
21.2.2005 Mededeling 2005/2 4
Het is het totaal bedrag aan solidariteitsbijdragen, die uw bestuur in het betrokken kwartaal verschuldigd is, dat moet worden opgegeven. Eventueel kan de waarde ‘0’ ingegeven worden wanneer het bedrijfsvoertuig(en) gedurende een geheel kwartaal niet wordt gebruikt.
Functioneel blok ‘bedrijfsvoertuig’ Met ingang van 1 januari 2005 wordt in de DmfAppl voor de aangifte van de solidariteitsbijdrage voor bedrijfsvoertuigen tevens een apart functioneel blok ‘Bedrijfsvoertuig’ voorzien dat gekoppeld is aan het blok 90187 ‘RSZPPO werkgeversaangifte’. Voornoemd functioneel blok zal volgende 2 zones bevatten: ‘nummerplaat’ en ‘volgnummer van het bedrijfsvoertuig’. In dit blok dient voor elk bedrijfsvoertuig dat uw bestuur ter beschikking stelt aan een personeelslid de nummerplaat te worden opgegeven waaronder het gekend is bij de Dienst voor Inschrijving van de Voertuigen.
Aangifte van de fiscale waarde van het voordeel bestaande uit de terbeschikkingstelling van een bedrijfsvoertuig op werknemersniveau Niettegenstaande dat de solidariteitsbijdrage voor bedrijfsvoertuigen op werkgeversniveau moet worden opgegeven, moet voor elke individuele werknemer die het genot heeft van het persoonlijk gebruik van een bedrijfsvoertuig de waarde van dit voordeel toch nog steeds afzonderlijk worden vermeld in de kwartaalaangifte voor sociale zekerheid8. Dit voordeel moet worden aangegeven met de looncode 770: het betreft de waarde van het voordeel berekend overeenkomstig de fiscale regels (zie infra punt 3). Met ingang van 25 februari 2005 kunt u op de portaalsite van de sociale zekerheid9 de geactualiseerde instructies met betrekking tot de DmfAppl raadplegen waarin eveneens de nodige toelichting wordt verstrekt omtrent de aangifte van de solidariteitsbijdrage voor bedrijfsvoertuigen.
3. Fiscale regeling: waarde van ter beschikking gesteld bedrijfsvoertuig De hierboven omschreven vernieuwde regeling inzake de solidariteitsbijdrage voor bedrijfsvoertuigen betreft uitsluitend de solidariteitsbijdrage voor de sociale zekerheid en heeft geen weerslag op de fiscale regeling. Aan de berekeningswijze van de fiscale waarde van het voordeel bestaande uit de terbeschikkingstelling van het voertuig wordt bijgevolg niets gewijzigd. Deze waarde wordt berekend op basis van de fiscale PK van het voertuig en het door de werknemer afgelegde aantal kilometers, die forfaitair vastgesteld worden in functie van de afstand tussen zijn woonplaats en werkplaats.
8
De reden hiervoor is dat dit voordeel door bepaalde sectoren van de sociale zekerheid in aanmerking wordt genomen bij de vaststelling van het recht op uitkeringen in hoofde van de werknemer. 9 Zie www.sociale-zekerheid.be .
datum ons kenmerk pagina
21.2.2005 Mededeling 2005/2 5
Met ingang van 1 januari 2005 wordt het voordeel per afgelegde kilometer als volgt vastgesteld: Belastbare kracht in PK 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 en meer
Voordeel in EUR per afgelegde kilometer 0,1585 0,1861 0,2056 0,2274 0,2481 0,2699 0,2987 0,3274 0,3469 0,3687 0,3825 0,3986 0,4101 0,4181 0,4285 0,4365
Het aantal afgelegde kilometers wordt vastgesteld op 5.000 km per jaar (1.250 per kwartaal) indien de afstand van de woonplaats tot de werkplaats van de werknemer kleiner of gelijk is aan 25 kilometer, en op 7.500 km per jaar (1.875 km per kwartaal) indien de afstand van de woonplaats tot de werkplaats meer dan 25 kilometer bedraagt.
Hoogachtend
J. GYSEN.