1

1

VRAGENLIJST – BELASTINGCONSULENT BEKWAAMHEIDSEXAMEN 2012/1

WETGEVING INZAKE DE JAARREKENING

Vraag 1

15 PUNTEN

… / 6 punten

Een onderneming ABC verkoopt producten voor binnenhuisdecoratie. In haar waarderingsregels staat dat zij de FIFO methode gebruikt. Zij heeft ondermeer volgende aankopen en verkopen op één bepaald voorraadartikel verricht tijdens 2011: - aankoop op 5 januari 2011 van 1.000 stuks aan 50,00 euro - verkoop op 31 januari 2011 van 300 stuks aan 65,00 euro - verkoop op 31 mei 2011 van 100 stuks aan 67,00 euro. Voor dit bepaald voorraadartikel zijn er geen verdere aan- of verkopen geweest tijdens 2011. Er is weinig interesse op de markt voor dit product. Dit artikel heeft op de afsluitingsdatum nog een marktwaarde van 45,00 euro per artikel. a) Voor welke waarde zal de vennootschap dit artikel onder haar voorraad opnemen op het einde van het boekjaar en waarom. Geef ook de berekening van deze waarde.

Antwoord

… / 2 punten

b) Wat indien in 2012 de marktwaarde ondertussen 47,00 euro is en er geen verdere aan- of verkopen geweest zijn?

Antwoord

… / 2 punten

c) Wat zou zij moeten doen indien de marktwaarde in 2012 niet 47,00 euro is, maar 51,00 euro?

Antwoord

… / 2 punten Vraag 2

… / 4 punten

Gelieve voor de onderstaande gevallen aan te duiden of de beweringen juist of fout zijn. Zijn de volgende beweringen juist of fout. Kruis het juiste antwoord aan. a) Een vennootschap werd in vereffening gesteld op 31 mei 2011. De afsluitingsdatum van haar boekjaar is in principe op 31 december. De vereffening kan echter worden afgesloten op 30 november 2011. De jaarrekening die wordt opgemaakt per 30 november dient te worden neergelegd bij de Nationale Bank. Juist Fout

b) Een onderneming koopt goederen bestemd voor verkoop aan buiten de Europese Unie in vreemde valuta. Zij dient op het einde van het boekjaar voor haar niet verkochte voorraad de valuta om te rekenen naar de koers op het einde van het boekjaar. Juist Fout c) Een Belgische vennootschap A neemt een andere Belgische vennootschap B over door fusie door overneming. Vennootschap A had een deelneming in B van 20%. Aangezien er geen aandelen worden uitgereikt voor de aandelen die A al in B bezat, namelijk 20%, wordt ook het eigen vermogen van B maar overgenomen voor 80%. Juist Fout d) Op de algemene vergadering van een onderneming wordt er besloten een dividend uit te keren aan haar aandeelhouders. De aandeelhouders zijn allemaal natuurlijke personen. De onderneming neemt dit op onder haar resultaatverwerking als vergoeding van kapitaal. Voor de balansrekening gebruikt zij de rekeningen te betalen roerende voorheffing en te betalen dividenden. Juist Fout

Vraag 3

… / 5 punten

Onderneming XYZ besluit haar magazijn voor de opslag van goederen grondig te vernieuwen. Na een analyse besluit zij deze werken zelf door haar arbeiders te laten verrichten. Voor de vernieuwing van het magazijn vinden we volgende kosten terug in de resultatenrekening: 61 aankopen materialen 62 personeelskosten

25.000,00 euro 40.000,00 euro

De onderneming heeft voor de werkzaamheden die zelf zijn verricht geen andere boekingen meer opgenomen in haar jaarrekening. a) Welk advies zal u geven aan deze onderneming op het vlak van op te stellen en te boeken documenten?

Antwoord

… / 2,5 punten

b) Welke verrichting zal deze onderneming nog dienen te boeken? Rubrieknummers tot op twee cijfers opgeven. BTW mag u buiten beschouwing laten.

Antwoord

… / 2,5 punten

VENNOOTSCHAPSRECHT

20 PUNTEN

Vraag 1

… / 6 punten

a) De heer Puissant is de vennoot van de bvba Vivant, die 18 maanden geleden opgericht werd met een kapitaal van EUR 18.600,00. Na de overdracht van zijn activiteit aan de vennootschap en de intrekking van zijn ondernemingsnummer, verkoopt hij het exploitatiemateriaal, dat hij 5 jaar als natuurlijke persoon in bezit heeft gehad, aan die vennootschap tegen de prijs van EUR 50.000,00. Hij stelt een factuur op zonder enige andere procedure. Mag hij dit doen? Verklaar uw antwoord.

Antwoord

… / 4 punten

Ja Neen

b) De bvba “Marius” moet worden omgezet in een nv. Het aanwezigheidsquorum is de helft van de vertegenwoordigde stemmen.

Antwoord

vennoten

en

¾

van

de

… / 1 punt

Ja Neen

c) Wanneer een bvba haar kapitaal vermindert, mag aan de vennoten geen terugbetaling worden gedaan zolang een termijn van een maand, gerekend vanaf de bekendmaking van het besluit tot kapitaalvermindering in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad, niet is verstreken.

Antwoord

… / 1 punt

Waar Niet waar

Vraag 2

… / 5 punten

a) Noem alle vennootschapsvormen waar een financieel plan vereist is voor hun oprichting?

Antwoord

… / 2 punten

VENNOOTSCHAPSRECHT

(VERVOLG 2)

20 PUNTEN

b) Wat is, voor een oprichter, de bewijskracht van een financieel plan in geval van faillissement uitgesproken binnen 3 jaar na de oprichting van de vennootschap?

Antwoord

… / 2 punten

c) Wat is de aansprakelijkheid van het bestuursorgaan van een bvba bij faillissement?

Antwoord

… / 1 punt

Vraag 3

… / 3 punten

Verbeter de 6 fouten in onderstaande tabel:

Minimumkapitaal Minimumaantal Zaakvoerders of Bestuurders Minimum gestort kapitaal Mogelijkheid om toegestane kapitaal te voorzien Mogelijkheid om winstbewijzen te creëren Aanwezigheidsquorum voor wijziging maatschappelijk doel

NV 61.500,00 1

EBVBA 6.200,00 1

CVBA 18.550,00 1

61.500,00

12.400,00

18.550,00

JA

JA

NEEN

NEEN

JA

NEEN

½ kapitaal 3/4

½ kapitaal 4/5

½ kapitaal 4/5

Vraag 4

… / 6 punten

Hierna volgen drie situaties i.v.m. het ontslag of de afzetting van de bestuurders van een nv en de zaakvoerders van een bvba: De statutaire zaakvoerder van een bvba De niet-statutaire zaakvoerder van een bvba De bestuurders van de nv Y Hoe kunnen deze personen worden ontslagen of afgezet?

a) De statutaire zaakvoerder van een bvba

Antwoord

… / 2 punten

b) De niet-statutaire zaakvoerder van een bvba

Antwoord

… / 2 punten

c) De bestuurders van de nv Y

Antwoord

… / 2 punten

PERSONENBELASTING

20 PUNTEN

Aangifte personenbelasting aanslagjaar 2011 toegevoegd Vraag 1

… / 15 punten

De heer Pascal Tanghe is bedrijfsleider. Hij is zaakvoerder van de bvba Alfa en genoot in 2010 een brutobezoldiging van € 46.250 (hetzij, na inhouding van € 13.250 bedrijfsvoorheffing, een nettobezoldiging van € 33.000). Noot: Het betreft enkel de periodieke bezoldiging, zonder enig voordeel van alle aard. Op de rekening-courant van Pascal in de bvba Alfa werden in de loop van 2010 de volgende bewegingen ingeschreven (saldo per 01/01 is € 0): - 01/10/2010: opneming van € 16.500 - 17/10/2010: terugbetaling van € 5.000 - 10/12/2010: opneming van € 1.500 Pascal heeft in 2010 sociale bijdragen betaald voor een totaalbedrag van € 4.099,60. De sociale kas heeft hem in hetzelfde jaar € 1.199,60 terugbetaald. Met betrekking tot zijn werkzaamheid als bedrijfsleider, geeft Pascal werkelijk beroepskosten aan: - om de inschrijving op 100 aandelen bij de oprichting van de bvba Alfa te financieren, heeft hij een lening aangegaan van € 50.000. De inschrijvingsprijs van de aandelen bedroeg € 500 per aandeel. Het totaalbedrag van de in 2010 betaalde interest daarop bedraagt € 2.500. - Pascal bezit een personenauto Audi (diesel – 204 gram CO2) Detail van de kosten betreffende het gebruik van de auto:  afschrijvingen: € 7.000 - verzekering: € 2.750 - verkeersbelasting: € 650 - onderhoud: € 550 - brandstof: € 1.900 - boete overdreven snelheid: € 300 De personenwagen wordt ten belope van 70% als beroepsmatig en 30% als privé beschouwd. Aangezien de zetel van de vennootschap op de woonplaats van Pascal gevestigd is, zijn er geen verplaatsingen woonplaats / plaats van tewerkstelling. Vul, rekening gehouden met voormelde gegevens, het vak “bezoldigingen bedrijfsleiders” in (aanslagjaar 2011 – inkomsten 2010) en zet uw berekeningen uiteen.

Vraag 2

… / 5 punten

Zet een kruisje bij het juiste antwoord. a) Wat de voordelen in verband met de voorafbetalingen betreft, worden vermeerderingen enkel toegepast op de belasting op de inkomsten van zelfstandigen en worden de bonificaties toegepast op alle inkomsten. Waar Niet waar

b) Niet-recurrente resultaatsgebonden voordelen moeten in de belastingaangifte slechts worden vermeld als ze het vrijgesteld maximumbedrag overschrijden. Waar Niet waar

c) Alvorens de forfaitaire beroepskosten te berekenen, worden de brutobezoldigingen eerst verminderd met de door de werknemer gedragen persoonlijke sociale bijdragen die door de werkgever niet werden ingehouden. Waar Niet waar

d) Als een belastingplichtige buitenlandse interesten aangeeft waarop geen roerende voorheffing werd ingehouden (omdat ze in het buitenland werden geïnd), is het in de aangifte te vermelden bedrag het werkelijk geïnd bedrag, dus na aftrek van de (Europese) inhouding voor de woonstaat. Waar Niet waar

e) Een bedrijfsleider die de verliezen van een vennootschap ten laste neemt door inschrijving ervan op het debet van zijn rekening-courant kan het bedrag van die verliezen fiscaal aftrekken in zijn werkelijke beroepskosten. Waar Niet waar

VENNOOTSCHAPSBELASTING

20 PUNTEN

Vraag 1

… / 4 punten

Tijdens een belastingcontrole van de onderneming XYZ wordt er vastgesteld dat de Nederlandse onderneming ABC, moederonderneming van XYZ, aan haar goederen heeft geleverd tegen kostprijs. De controleur wil dit taxeren als abnormaal en goedgunstig voordeel. De onderneming XYZ heeft nog fiscale verliezen van het verleden. De onderneming is de mening toegedaan dat zij deze fiscale verliezen in mindering kan brengen van dit abnormale en goedgunstig voordeel. Heeft de onderneming het bij het rechte eind? Motiveer kort uw antwoord.

Antwoord Vraag 2

… / 8 punten

Aangifte vennootschapsbelasting aanslagjaar 2011 toegevoegd. Een vennootschap heeft in het jaar 2009 een grote machine verkocht voor een bedrag van 40.000,00 euro. De meerwaarde hierop was 15.000,00 euro:   

Aanschaffingwaarde Afschrijvingen tot en met 2008 Boekwaarde

100.000,00 euro - 75.000,00 euro 25.000,00 euro

De meerwaarde werd geboekt als een meerwaarde gespreide taxatie. Zij had in hetzelfde jaar al een aantal investeringen gedaan die zij heeft aangeduid als wederbelegging, namelijk:   

Machine voor een bedrag van 8.000,00 euro met een afschrijvingspercentage van 10% lineair. Installatie voor een bedrag van 12.000,00 euro met een afschrijvingspercentage van 10% lineair. Meubilair voor een bedrag van 20.000,00 euro met een afschrijvingspercentage van 20% lineair.

De machine die als wederbelegging werd aangeduid is echter in 2010 verkocht. Gevraagd: a) Welke gevolgen heeft deze verkoop voor de vennootschap?

Antwoord

… / 2 punten

b) Maak hieronder de berekeningen voor het invullen van de juiste codes van de aangifte, zowel voor 2009 als voor 2010.

Antwoord

… / 4 punten

c) Vervolledig in onderstaande tabel het vak “Reserves”. U dient rekening te houden met een belastingtarief van 33,99 %.

Antwoord

… / 2 punten

Codes

Begin belastbare tijdperk

Einde belastbare tijdperk

Vraag 3

… / 8 punten

Gegeven : Een Belgische vennootschap ‘XYZ’ heeft een belastbaar resultaat van € 20 000,00 (AJ 2012). De vennootschap heeft een bezoldiging aan haar bedrijfsleiders toegekend van: Bedrijfsleider A Bedrijfsleider NV ‘BCD’

€ 24 000,00 € 45 000,00

De vennootschap werd opgericht in het jaar 1985 met een bedrag van € 100 000,00 door middel van storting in speciën. In het jaar 1999 werd het kapitaal verhoogd met een bedrag van € 20 000,00 door middel van incorporatie van reserves. De aandelen van de vennootschap zijn in handen van natuurlijke personen. De vennootschap heeft geen deelneming in andere ondernemingen. De vennootschap heeft een boekhoudkundige winst van € 25 000,00 waarvan € 15 000,00 uitgekeerd werd als dividend aan de aandeelhouders, de rest van het resultaat werd toegevoegd aan de beschikbare reserves. Gevraagd : a) De bedrijfsleider A gaat er van uit dat zijn vennootschap geen aanspraak kan maken op de verlaagde tarieven, omdat hij slechts € 24 000,00 bezoldiging heeft gekregen. Heeft hij gelijk of niet ? Motiveer bondig.

Antwoord

… / 4 punten

b) Om zeker te zijn leg je deze vraag ook voor aan je stagemeester. Deze laatste beweert dat de vennootschap geen recht heeft op het verminderd basistarief omwille van een (nog) andere reden en vraagt je dit zelf na te gaan. Heeft hij gelijk of niet ? Motiveer bondig.

Antwoord

… / 4 punten

BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE

Vraag 1

15 PUNTEN

… / 8 punten

Een groot Belgisch advocatenkantoor gevestigd in Brussel heeft in 2010 voor een totaalbedrag van € 10 000,00 gekocht bij een Luxemburgse informaticaleverancier, die de verkoopdrempel in België niet overschreden heeft. In 2011 plaatst dit advocatenkantoor een nieuwe bestelling van computers bij deze Luxemburgse leverancier voor een totaalbedrag van € 20 000,00. (N.B. Beide ondernemingen hebben niet geopteerd voor belastbaarheid in het land van bestemming.) Daarnaast heeft dit advocatenkantoor fiscaal advies verstrekt in 2011 aan Luxemburgse particulieren voor een totaalbedrag van € 25 000,00 en aan Luxemburgse bedrijven – gewone belastingplichtigen voor een totaalbedrag van 360 000,00.

Beantwoord volgende vragen in verband met dit Belgisch advocatenkantoor op basis van bovenstaande gegevens : a) Moet voor deze handelingen een BE-nummer aangevraagd worden? Motiveer bondig (verwijs naar jaartal en aard van de handeling). 

Aankoop computers :

Antwoord

…/ 2 punten

In 2010 Ja Neen Motivatie:

In 2011 Ja Neen

Motivatie: 

Fiscaal advies :

Antwoord

…/ 2 punten

b) Moeten deze handelingen in een Belgische btw-aangifte en/of intracommunautaire listing opgenomen worden? Motiveer bondig. 

Aankoop computers :

Antwoord



…/ 2 punten

Fiscaal advies :

Antwoord

…/ 2 punten Vraag 2

… / 7 punten

BTW – model in bijlage toegevoegd. Gegeven : Bij overname van een cliënt in een accountantskantoor wordt je medewerking gevraagd in verband met het btw-dossier. Op basis van de ingediende btw-aangifte van het 4de kwartaal 2011 heb je volgende informatie : (btw-modelaangifte toegevoegd) Rooster Rooster Rooster Rooster

54 : 55 : 59 : 71 :

4 400,00 2 400,00 3 500,00 3 300,00

Je hebt de boekhouding bijgewerkt voor het 1ste kwartaal 2012 en komt tot volgende gegevens : Rooster Rooster Rooster Rooster

54 : 55 : 59 : 72 :

3 600,00 2 100,00 5 900,00 200,00

Uit het btw-rekeninguittreksel van de btw-administratie gedateerd op 31.01.2012 blijkt dat met betrekking tot de handelingen van 2011 nog steeds een verschuldigd bedrag openstaat van € 3 450,00, zijnde het saldo van het 4de kwartaal 2011 inclusief € 150,00 intresten voor laattijdige betalingen. Op het moment van het afsluiten van de BTW-aangifte van het eerste kwartaal 2012 is dit bedrag nog niet betaald. Gevraagd : a) Welke bedragen moeten in de loop van 2012 maandelijks betaald en/of ontvangen worden op basis van bovenstaande informatie ? Verwijs ook naar de data en geef een korte verantwoording (berekening).

Antwoord

…/ 5 punten

b) Kan deze belastingplichtige om teruggave verzoeken ?

Antwoord

…/ 2 punten

BEGINSELEN VAN REGISTRATIE- EN SUCCESSIERECHTEN

Vraag 1

10 PUNTEN

… / 5 punten

Geef aan of volgende uitspraken waar of niet waar zijn (indien de uitspraak waar is, moet u uw antwoord niet verklaren; gelieve de uitspraak echter te verbeteren, als ze niet waar is): a) Wanneer een akte moet onderworpen worden aan de formaliteit van de registratie tegen het evenredig recht, zijn de registratierechten automatisch verschuldigd, zonder dat de ontvanger zich moet bekommeren om de oorzaken van absolute of relatieve nietigheid waardoor de akte zou kunnen aangetast zijn. Waar Niet waar

b) Het huurcontract betreffende een onroerend goed dat uitsluitend bestemd is voor privébewoning moet binnen de 4 maanden worden geregistreerd. Waar Niet waar

c) Een akte tot vaststelling van een overeenkomst tot overdracht van eigendom die onderworpen is aan een opschortende voorwaarde, geeft alleen aanleiding tot heffing van het algemeen vast recht zolang de voorwaarde niet vervuld is, zelfs indien dit een termijn van 4 maanden overschrijdt. Waar Niet waar

d) Bij de berekening van de belastbare grondslag in de registratierechten bij de verkoop van een voor bewoning bestemd onroerend goed, mag de belastbare grondslag geenszins lager zijn dan de verkoopwaarde, te verhogen met de aan de verkoper verleende voordelen. Waar Niet waar

e) In geval van het overlijden van een niet-rijksinwoner die in België een onroerend goed nalaat zal de aangifte met betrekking tot de vaststelling van de rechten van overgang bij overlijden moeten worden ingediend bij het centraal taxatiekantoor van de niet-inwoners in Brussel. Waar Niet waar

Vraag 2

… / 5 punten

Mevrouw Roza is op 15 juli 2010 overleden. Zij was weduwe en haar erfenis is naar haar twee kinderen gegaan. Op 5 juni 2010 ging mevr. Roza over tot de verwerving, onder opschortende voorwaarde, van 5.000 aandelen van een bvba (NB: Belgische vennootschap) tegen een bedrag van € 100.000. Toen mevr. Roza overleed, was de opschortende voorwaarde in verband met de verwerving nog niet vervuld. De kinderen, rechtverkrijgenden namen dan een advocaat onder de arm en op 27 februari 2011 ging de opschortende voorwaarde in vervulling. Op deze datum bedroeg de verkoopwaarde van de aandelen € 132.000. De rechtverkrijgenden betaalden de ereloonnota van de advocaat ten bedrage van € 6.500.

a) Moeten de effecten worden opgenomen in het actief van de successieaangifte van mevr. Roza, die tegen 15 december 2010 moet worden ingeleverd? Zo ja, tegen welke waarde? Verklaar uw bevestigend of ontkennend antwoord.

Antwoord

…/ 2 punten

b) Moeten de rechtverkrijgenden, bij de vervulling van de opschortende voorwaarde dankzij de tussenkomst van de advocaat, bijzondere maatregelen nemen in het kader van de nalatenschap van mevr. Roza? Zo ja, welke? Zo niet, waarom niet? Zet de eventuele financiële gevolgen uiteen.

Antwoord

…/ 3 punten

BEGINSELEN VAN EUROPEES EN INTERNATIONAAL FISCAAL RECHT

Vraag 1

10 PUNTEN

… / 5 punten

Een cliënt zet u volgende situatie uiteen: in 2012, zijn Belgische vennootschap, die niet in aanmerking komt voor het verlaagd tarief van de vennootschapsbelasting en waarvan het boekjaar loopt van 1 januari tot 31 december, zal een bijkantoor openen in Peru. Hij heeft namelijk kennis gemaakt met een inwoner van Peru die de producten die zijn vennootschap in België fabriceert aldaar, in naam en voor rekening van de Belgische vennootschap, zal verkopen. Deze persoon zal in Peru de aansprakelijke vertegenwoordiger zijn van het bijkantoor van de Belgische vennootschap. Het bijkantoor van de Belgische vennootschap zal in Peru aan de inkomstenbelasting worden onderworpen. Uw cliënt heeft vernomen dat België in 2013 of 2014 met Peru onderhandelingen zou aanknopen met het oog op het sluiten van een overeenkomst tot voorkoming van dubbele belasting, geïnspireerd op de door de OESO ontwikkelde modelovereenkomst. Met betrekking tot deze vraag gaan we ervan uit dat het dubbelbelastingbedrag pas na 31 december 2012 in werking zal treden. Uw cliënt vraagt u, op basis van de thans in België geldende wetgeving: a) of de winst die zijn Belgische vennootschap in 2012 in haar Peruaans bijkantoor zal verwezenlijken: i. ii.

belastbaar zal zijn in België en, in voorkomend geval, tegen welk tarief;

Antwoord

…/ 2 punten

b) of de verliezen die in 2012 eventueel in het bijkantoor zullen worden geleden, aftrekbaar zullen zijn van de belastbare grondslag van de Belgische vennootschap in België;

Antwoord

…/ 1 punt

c) of de inwerkingtreding van een overeenkomst tot voorkoming van dubbele belasting tussen België en Peru een weerslag kan hebben op de toestand van zijn vennootschap betreffende de latere belastbare tijdperken, waarbij twee gevallen worden onderscheiden, namelijk: i. ii.

indien het Peruaans bijkantoor winst verwezenlijkt, indien het Peruaans bijkantoor verliezen lijdt.

Wat antwoordt u hem, waarbij u zich uitsluitend baseert op de bovenstaande gegevens?

Antwoord

…/ 2 punten

Vraag 2

… / 5 punten

De vertegenwoordiger van een internationale vereniging zonder winstoogmerk (ivzw), opgericht naar het Belgisch recht en beschouwd als een fiscaal inwoner van België, consulteert u i.v.m. het volgende probleem. De ivzw ontvangt interesten van obligaties van Franse herkomst. Die interesten worden in Frankrijk onderworpen aan een bronheffing die ten laste is van de ivzw. Hij heeft iets vernomen over een Europese richtlijn die strekt tot afschaffing van de bronheffingen op de interesten en vraagt u het nodige te doen om toepassing te bekomen van deze richtlijn op de beschreven situatie, zodat de ivzw die inhouding aan de bron in Frankrijk niet meer moet ondergaan. Hij vraagt u: a) of de ivzw kan genieten van de zogenaamde “Interest- en royaltyrichtlijn”;

Antwoord

…/ 2,5 punten

b) of er, in voorkomend geval, een ander rechtsinstrument van internationaal fiscaal recht bestaat op grond waarvan de ivzw eventueel kan vrijgesteld worden van de inhouding aan de bron in Frankrijk.

Antwoord

…/ 2,5 punten

FISCALE PROCEDURE

Vraag 1

15 PUNTEN

… / 3 punten

Meester Clystère is advocaat. In de loop van het jaar 2009 wordt zijn fiscale toestand gecontroleerd. De Inspecteur, die een grondig onderzoek wil instellen, laat zich door de secretaresse van Mr. Clystère kopieën van de cliëntenfiches overhandigen, om de gegevens van deze fiches te toetsen aan de uittreksels van de professionele bankrekening van Mr. Clystère. De Inspecteur neemt deze stukken mee naar zijn kantoor. Een paar dagen later consulteert Mr. Clystère u met de vraag of deze situatie gevolgen kan teweegbrengen met betrekking tot zijn eigen fiscaal dossier. a) Mag de Inspecteur gebruik maken van cliëntenfiches? Antwoord

…/ 1 punt Ja Neen

b) Verklaar uw antwoord voor wat betreft de advocaat-belastingplichtige. Antwoord

…/ 2 punten

Vraag 2

… / 7 punten

Mevrouw Dupont, fiscaal inwoner van België, is rentenierster. Zij bezit een aanzienlijk spaartegoed, waarvan een deel sinds vele jaren belegd buiten België. Mevrouw Dupont heeft, op advies van haar buitenlandse beheerder, de inkomsten van dat spaargeld nooit aangegeven. Evenmin heeft zij in haar belastingaangifte in de PB ooit het bestaan vermeld van een bankrekening in het buitenland. Zij maakt zich evenwel ernstige zorgen, daar zij geregeld geld heeft overgeschreven van haar buitenlandse bankrekening naar haar Belgische bankrekening. Mevrouw Dupont toont u, in maart 2012, het formulier “vraag om inlichtingen betreffende de inkomsten 2009”, dat zij daags voordien van haar belastinginspecteur heeft ontvangen. In dit bericht meldt de Inspecteur dat hij, drie weken voordien, in het bezit werd gesteld van inlichtingen betreffende deze buitenlandse bankrekening, afkomstig van een buitenlandse fiscale administratie. De Inspecteur eist de overlegging van de volledige briefwisseling tussen mevrouw Dupont en de buitenlandse bank, alsook de desbetreffende rekeninguittreksels. Hij roept, op grond van de bovenvermelde inlichtingen, het bestaan van aanwijzingen van belastingontduiking in en wil gebruik maken van de buitengewone onderzoekstermijn wegens bedrieglijke feiten. a) Is de door de Inspecteur gevolgde procedure geldig? Zal u antwoord verschillend zijn met betrekking tot de inkomsten 2008? Verklaar de beweegreden van uw antwoord voor de inkomsten 2009 en 2008. Antwoord

…/ 5 punten

b) Mevrouw Dupont vraagt u of het mogelijk is om een aanvraag tot regularisatie bij de Dienst Voorafgaande Beslissingen in te dienen. Wat antwoordt u? Antwoord

…/ 2 punten

Vraag 3

… / 5 punten

a) Leg het verschil uit tussen de twee volgende begrippen:  

De aftrek van de btw De teruggaaf van de btw

Antwoord

…/ 2 punten

b) Hoe wordt de aftrek uitgeoefend? Antwoord

…/ 1 punt

c) Een Belgische belastingplichtige beschikt over een representatiekantoor in Polen, dat in Polen geïdentificeerd is voor btw-doeleinden maar zonder dat er daar een plaatselijke vaste inrichting in de zin van de btw bestaat. Dit representatiekantoor koopt bij een plaatselijke leverancier, die de Poolse btw aanrekent, kantoorbenodigdheden die ter plaatse worden gebruikt. Hoe kan de Poolse btw worden gerecupereerd? Leg de procedure uit. Antwoord

…/ 2 punten

15 PUNTEN

JURIDISCHE EN BEROEPSNORMEN MET BETREKKING TOT DE ACCOUNTANCY, DE BELASTINGCONSULTANCY EN DE ANDERE WETTELIJKE OPDRACHTEN VAN DE ACCOUNTANT EN VAN DE BELASTINGCONSULENT

Vraag 1

…. / 3 punten

In de uitoefening van zijn beroep kan de externe accountant en/of externe belastingconsulent geconfronteerd worden met de vaststelling van een situatie waardoor hij, in het kader van de preventieve witwaswet een melding moet doen aan de CFI. In het kader van deze verplichtingen van de externe accountant en/of de externe belastingconsulent er sprake van “Tipping off verbod”. a) Zet kort uiteen wat hiermee juist bedoeld wordt. Antwoord

…/ 2 punten

b) Kan, wanneer de externe accountant en/of externe belastingconsulent zulk een melding heeft gedaan, een cliënt waarvan informatie verstrekt werd aan de CFI enige vordering instellen tegen de externe accountant en/of externe belastingconsulent? Antwoord

…/ 1 punt

Vraag 2

…. / 6 punten

Ingevolge de nieuwe norm permanente beroepsopleiding van 2/2/2009, die van toepassing is geworden sinds 1/9/2009, zijn er nieuwe regels ingevolge de permanente beroepsopleiding. Hierbij dient, binnen een bepaalde periode, een bepaald aantal uren aan beroepsopleiding te worden gevolgd. Geef voor de onderstaande volledige periodes aan of de gevolgde permanente beroepsopleiding voldoet aan de nieuwe norm. Jaar 1 10

Situatie

Jaar 2 60

Jaar 3 50

Jaar 4 30

Jaar 5 30

Geef voor onderstaande periodes aan of de gevolgde beroepsopleiding voldoet of niet voldoet en verduidelijk kort waarom ze niet voldoet. a) Periode 1-2-3: Antwoord

…/ 2 punten

Voldoet Voldoet niet

b) Periode 2-3-4: Antwoord

…/ 2 punten

Voldoet Voldoet niet

c) Periode 3-4-5: Antwoord

…/ 2 punten

Voldoet Voldoet niet

Vraag 3

…. / 6 punten

Wanneer een accountant en/of belastingconsulent in de uitvoering van zijn opdracht zich niet houdt aan de beroepstucht, kan een tuchtprocedure worden opgestart. a) Welke organen binnen het IAB zijn bevoegd om een tuchtprocedure te behandelen en in welke volgorde? Antwoord

…/ 2 punten

b) Is er buiten het IAB nog een orgaan dat kan aangesproken worden tijdens de tuchtprocedure en zo ja welk en wat is dan haar bevoegdheid? Antwoord

…/ 2 punten

c) Zijn de zittingen van deze organen openbaar of niet openbaar? Antwoord

…/ 2 punten