Schoolgids 2015-2016 / 1
Voorwoord
ontwikkelingsgericht basisonderwijs
2
De basisschool is een stukje van je leven. Voor de kinderen en voor u. In de loop van de jaren vertrouwt u uw kind zo’n 8.000 uur toe aan de zorg van de school. Dat is een belangrijk deel van een kinderleven. Een basisschool kies je dan ook zorgvuldig. Scholen verschillen niet alleen qua manier van werken en sfeer, maar ook wat betreft hun visie op hoe kinderen leren. In deze schoolgids willen we u graag een beeld van onze school geven. Wat wij belangrijk vinden en hoe wij werken.
We leggen in deze gids verantwoording af over onze manier van werken en behaalde resultaten. Voor nieuwe en huidige ouders leggen we uit wat zij mogen verwachten als hun kind leerling van onze school wordt/is.
Enkele hoofdpunten: • De principes van ontwikkelingsgericht onderwijs (OGO); • Passend onderwijs; • De resultaten van ons onderwijs; • De verbeterpunten van de school; • Inzet tablets in de groep.
Ook in schooljaar 2015-2016 bruist de Bolster. Het team is ambitieus en dat kunt u zien aan onze ontwikkelplannen waarbij ik denk aan o.a. het invoeren van Engels in de groepen 5 tot en met 8, het invoeren van het continurooster in januari 2016, het uitbreiden van tablets (Snappet) naar groep 5, het invoeren van een muziekmethode en het invoeren van een integraal kwaliteitssysteem.
De schoolgids wordt jaarlijks op de site gepubliceerd. Nieuwe ouders kunnen ook een papieren versie aanvragen. De medezeggenschapsraad heeft ingestemd met de inhoud. Voorts is de schoolgids voorgelegd aan de onderwijsinspectie.
We hopen dat u onze schoolgids met plezier en interesse zult lezen. Uiteraard bent u altijd welkom voor een toelichting of een bezoek aan onze school.
Cor Diepstraten (directeur)
School is leuk... leren is leuk!
Inhoud
ontwikkelingsgericht basisonderwijs
3
Voorwoord ............................................................................................... 2 Het Bolsterlied ......................................................................................... 4 1.1 “De Bolster”...................................................................................... 6 1.2 De richting en identiteit.................................................................... 6 1.3 Het team........................................................................................... 7 1.4 Het schoolbestuur............................................................................. 8 1.5 Schooltijden ..................................................................................... 8 1.6 Marge-uren ....................................................................................... 9 2.1 2.2 2.3 2.4
De 7 stelregels van ons OGO onderwijs op onze school............... 11 De kwaliteit van ons onderwijs.............................................................13 Regels en protocollen..................................................................... 13 De school als leergemeenschap..................................................... 13
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
De groepen..................................................................................... 15 Informatie over de groepen............................................................ 15 Organisatie voor zorgleerlingen met specifieke behoeften................15 Wie werken er in onze school?......................................................... 15 De activiteiten voor de kinderen in de diverse groepen................. 16 Groep 1-2........................................................................................ 16 Groep 3-4........................................................................................ 18 Groep 5 t/m 8................................................................................. 19
4.1 De hulp op school........................................................................... 27 4.2 Externe hulp op school................................................................... 28 4.3 Jeugdzorg in het algemeen............................................................ 32 5.1 Het belang van de betrokkenheid van de ouders........................... 38 5.2 De oudervereniging........................................................................ 39 5.3 De medezeggenschap.................................................................... 40 5.4 De klachtenprocedure..................................................................... 41 5.5 Tevredenheidsonderzoek ............................................................... 43 6. De ontwikkelingen op school.......................................................... 46 7. Onderwijsresultaten........................................................................ 49
Colofon Tekstredaktie: Directie De Bolster Grafische vormgeving: Studio XJ6 Logo-ontwerp De Bolster 2013: Ilona van Oerle
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7
De leerplichtwet.............................................................................. 52 De verlofregeling............................................................................ 52 Leerlingenzorg door externen onder schooltijd.............................. 53 Het afmelden van leerlingen........................................................... 53 De vakantietijden............................................................................ 53 Aanmelding en toelating van leerlingen......................................... 53 Schorsen en/of verwijderen van leerlingen..................................... 53
9.1 Rijksinspectie................................................................................... 62 9.2 Leerplichtambtenaar....................................................................... 62 9.3 Externe Vertrouwenspersoon.......................................................... 62 9.4 Regionale klachtencommissie......................................................... 62 9.5 Kindermishandeling........................................................................ 62 9.6 Stichting Nuwelijn........................................................................... 62 9.7 Kbs De Bolster ............................................................................... 62 9.8 Bestuur van de School Stichting Nuwelijn ..................................... 62 9.9 Raad van Toezicht ........................................................................... 62 10 Namen interne instanties ............................................................... 63
School is leuk... leren is leuk!
Schoollied
ontwikkelingsgericht basisonderwijs
Het Bolsterlied
4
In het centrum van ons dorp Tussen Schakel, bieb en kerk Ligt voor ons ’n tweede thuis ’t is de BOLSTER, warm en sterk. Refrein: Ja, wij willen BOLSTER elke dag Leren met een lach, Gewoon omdat het mag, B.S. Bolster is voor allemaal, Honderdduizend maal, Super ideaal! Onze ouders en het team Zijn voor ons een steun onderweg Naar de toekomst onze droom Samen willen wij..wel naar school. Refrein: Ja, wij willen BOLSTER elke dag Leren met een lach, Gewoon omdat het mag, B.S. Bolster is voor allemaal, Honderdduizend maal, Super ideaal! Wij zijn trots op rood en groen, ’t zijn de kleuren die ‘t ‘m doen ! Niemand kan ons nog verslaan . . . B.S. Bolsters, er tegenaan !!!! Refrein: Ja, wij willen BOLSTER elke dag Leren met een lach, Gewoon omdat het mag, B.S. Bolster is voor allemaal, Honderdduizend maal, Super ideaal! Refrein: Ja, wij willen BOLSTER elke dag Leren met een lach, Gewoon omdat het mag, B.S. Bolster is voor allemaal, Honderdduizend maal, Super ideaal! (melodie: yellow submarine)
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 1 De School
6
ontwikkelingsgericht basisonderwijs
Katholieke basisschool “De Bolster” ligt in het centrum van Gilze - gemeente Gilze en Rijen - tussen de parochiekerk en het activiteiten centrum “De Schakel”. Ook de bibliotheek is daarin gehuisvest. In het hoofdgebouw aan de Kerkstraat zijn 15 groepen gehuisvest. De school is d.m.v. een brug verbonden met De Schakel. Daar beschikt de school nog over enkele werkruimtes. De koppeling vereenvoudigt ook het gebruik van alle faciliteiten die De Schakel biedt. 1.1 “De Bolster” De school beschikt tevens over een aula, door een scheidingswand gekoppeld aan een podium, en een handvaardigheidslokaal. De kleuterlokalen zijn gegroepeerd om een kleuterhal. Een speelzaal completeert het geheel. De naam “De Bolster” is gekozen om zijn symbolische betekenis: zowel de school als de ouders willen de mogelijkheden van het kind ontdekken. Dat gaat niet zomaar, daar moet men zich voor inzetten. Pas als men de bolster afpelt, ontdekt men de mooie, glanzende vrucht. Bovendien beschermt de bolster de vrucht. Wij willen het kind een vertrouwde, veilige omgeving bieden waar het zich in alle rust kan ontwikkelen.
1.2 De richting en identiteit In Nederland kennen we naast het “openbaar” onderwijs het “bijzonder” onderwijs. Bijzonder moet u dan niet zien in de betekenis van uniek, maar de naam heeft alles te maken met de identiteit van de school. De Bolster behoort tot de scholen van bijzonder onderwijs en heeft de katholieke identiteit. De identiteit komt duidelijk naar voren in de levensbeschouwelijke vorming. Met alle scholen van Nuwelijn, de stichting waartoe onze school behoort, is hier het afgelopen jaar veel aandacht aan besteed. Dit heeft geresulteerd in een canon over geloofsopvoeding op school. De canon kan gezien worden als een raamwerk, waarbij elke school verder invulling kan
School is leuk... leren is leuk!
geven aan de verschillende items. Wat dit voor onze school betekent, vindt u in het hoofdstuk: school als ontwikkelingsgericht basisonderwijs katholieke gemeenschap. 1.3 Het team Op onze school zijn 25 leraren werkzaam, een leraarondersteuner, twee Ib-ers, drie vakleerkrachten gym, en een directeur. Het team wordt ondersteund door conciërges en een administratieve kracht. Namen van de teamleden en bereikbaarheid: Managementteam: Directeur: Cor Diepstraten
[email protected] Teamleider onderbouw: Peggy Kerremans-Roelen
[email protected] Teamleider bovenbouw: Carmen de Kuijer
[email protected] Intern begeleider groep 1 t/m 3: Nathalie Daelman
[email protected] Intern begeleider 4 t/m 8: Carmen de Kuijer
[email protected] OGO-coach onderbouw: Luc Bul -
[email protected] OGO-coach bovenbouw: Femke Zeegers
[email protected] Het schoolteam en de groepsindeling: Groep 1-2A Trees Hoogesteger (aanwezig ma-di-wo-do-vr.vm)
[email protected] Anoek Haarbosch-Hendrickx (vervangt BAPO-dagen van Trees op ma of do)
[email protected] Groep 1-2B Luc Bul (aanwezig ma-di-wo-do-vr.vm)
[email protected]
Groep 1-2C Marloes OlieslagersCornelissen (aanwezig: ma-di)
[email protected] Maria Habraken-Kusters (aanwezig wo-do-vr.vm)
[email protected] Groep 1-2D Wendy van Loenen (aanwezig ma-di-wo-do-vr)
[email protected] Groep 3A Suzanne Corstens (aanw. ma-di en wo om de week)
[email protected] Diny Sillekens-van Loon (aanwezig wo om de week, do en vr.vm)
[email protected] Groep 3-4 Nathalie Daelman (aanw. ma-di-wo en do om de week)
[email protected] Anoek Haarbosch-Hendrickx (aanwezig do om de week en vr)
[email protected] Groep 4A Peggy Kerremans-Roelen (aanwezig ma en di)
[email protected] Peter de Graauw (aanw. wo-do en vr)
[email protected] Groep 5A Nicolle de Groot (aanwezig ma-di-wo-do-vr)
[email protected] Groep 5B Ilona Antonissenvan Oerle (aanw. ma-di-wo en do)
[email protected] Marco van der Bruggen (aanw. vr)
[email protected] Groep 6A Marco van der Bruggen (aanwezig ma en di)
[email protected] Femke Zeegers (aanw. wo-do en vr)
[email protected] Groep 6B Mieke Prenger (aanwezig ma-di en wo om de week)
[email protected] Elke Lommers-van de Groes (aanwezig wo om de week, do-vr)
[email protected] Groep 7A Nicole van Gorkom (aanw. ma-di-wo-do en vr om de wk)
[email protected] Wendy van Loenen (aanwezig vr om de week)
7
[email protected] Groep 7B Daniëlle Kloosterziel (aanwezig ma-di-wo-do-vr)
[email protected] Groep 8A Mike van Oosten (aanwezig ma-di-wo-do-vr)
[email protected] Groep 8B Tamara van GervenLodders (aanwezig ma-di)
[email protected] Franca Wouters-Verwegen (aanwezig wo-do-vr)
[email protected] Remedial Teaching: Daniëlle Gerrits-Faes (aanwezig ma.vm-di-wo.vm)
[email protected] Ondersteuning leerlingen en team: Jan van den Broek (aanwezig ma-di-wo-do.vm)
[email protected] Twee vakdocenten lichamelijke opvoeding: Tamara van Gerven-Lodders
[email protected] Emmeline de Bont Conciërge: Henri van den Heuvel (aanwezig ma-di-wo-do)
[email protected] Vrijwilliger: Jos Pijpers (aanwezig vr)
Hulpconciërge vanuit Amarant: Jan van Gorp Administratief medewerkster: Anja de Vet-van Gool (aanwezig alle ochtenden met uitzondering van vrijdag)
[email protected] Vrijwilligers: Elly Ensing op di Lisette Laarhoven op ma en wo
School is leuk... leren is leuk!
1.4 Het schoolbestuur Bevoegd gezag: Onze school hoort bij de Stichting Nuwelijn. Deze ontwikkelingsgericht basisonderwijs stichting beheert 6 katholieke basisscholen in de gemeente Gilze en Rijen. De andere scholen zijn: KBS Sint Jozef, KBS De Drie Musketiers, KBS De Brakken, KBS Burgemeester van Mierlo en KBS St. Anna. Per 01-01-2011 is Stichting Katholiek Onderwijs Nuwelijn gaan werken met het bestuurlijk model Raad van Toezicht - College van Bestuur. Per die datum is er ook een bestuurlijke samenwerking gerealiseerd met het peuterspeelzaalwerk van Stichting Peuterspeelzalen Muzerij. Door deze acties was het wenselijk ook de naam van de stichting aan te passen: vanaf die datum is het daarom “Stichting Nuwelijn”. Bestuurlijk model Stichting Nuwelijn werkt volgens het bestuurlijk model Raad van Toezicht - College van Bestuur. Het College van Bestuur bestaat uit één persoon, de voorzitter. Het College van Bestuur vertegenwoordigt de stichting in- en extern, legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht en voert overleg met de GMR (Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad). Het College van Bestuur wordt daarbij ondersteund door een beleidsmedewerker en een casemanager. Voor de personeels- en salarisadministratie en de financiële administratie wordt gebruik gemaakt van de diensten van een administratiekantoor OSG te Breda. De personele vervangin-
gen worden bij Stichting Nuwelijn geregeld via een centrale Vervangerspool. Voor alle verwerkingen in deze pool is een externe coördinator aangetrokken. Het bestuur en de beleidsmedewerkers werken vanuit het Nuwelijnkantoor. Postadres: Postbus 152, 5120 AD Rijen Bezoekadres: Past. Gillisstraat 145A, 5121 CD Rijen Tel.: 0161-232154 Mobiel: 06-22560520 E-mail:
[email protected] Website: www.nuwelijn.nl Bezetting: Dhr. G. (Gerard) Miltenburg Voorzitter College van Bestuur Mevr. I. (Irma) Grunwald Beleidsmedewerkster Mevr. A. (Annemieke) van Eijk Casemanager Mevr. L. (Linda) van Gerven Coördinator Vervangerspool De Raad van Toezicht van Stichting Nuwelijn bestaat uit zes personen. De dagelijkse verantwoordelijkheid is in handen van het College van Bestuur. De kaders van beleid zijn vastgelegd in het strategisch beleidsplan. De Raad van Toezicht ziet toe op de uitvoering van dit beleid. Voor het functioneren van de Raad van Toezicht is een reglement opgesteld. Postadres: Postbus 152, 5120 AD Rijen. Bezoekadres: Pastoor van Gillisstraat 145A, 5121 CD Rijen. Tel: 0161-232154 E-mail:
[email protected] Website: www.nuwelijn.nl
8
Raad van Toezicht Mevr. N. (Nanette) Raaijmakers (voorzitter) Dhr. J. (Jos) Besselink Mevr. W. (Willemijn) Puyn Dhr. E. (Eugene) Houthooft Mevr. T. (Tineke) van Dommelen
1.5 Schooltijden Het is niet de bedoeling, dat u uw kind te vroeg naar school stuurt. Vanaf een kwartier voor schooltijd is er toezicht op het schoolplein. Vijf minuten voor aanvang van de lestijd gaan de schooldeuren open. Alle kinderen moeten bij aanvang van de lestijd in hun lokaal zijn. Bij slecht weer mogen de kinderen meteen naar het eigen klaslokaal. De groepsleerkracht is dan aanwezig om toezicht te houden. Groepen 1 t/m 4: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: ’s-morgens 08.45-12.00 uur ’s-middags 13.15-15.30 uur woensdag 08.45-12.30 uur De groepen 1-2 en 3 zijn op vrijdagmiddag vrij. De groepen 1-2 zijn hele vrijdagen vrij op: 04-09; 18-09; 02-10; 16-10; 13-11; 27-11 en 11-12 in 2015 en op 15-01; 19-02; 29-02; 04-03; 18-03; 01-04; 15-04; 20-05; 03-06; 17-06; 01-07 en 15-07 in 2016. Groepen 5 t/m 8: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: ’s morgens 08.45-12.00 uur ’s middags 13.15-15.30 uur woensdag 08.45-12.30 uur Na 1 januari 2016: De nieuwe schooltijden worden: Maandag: 08.30-14.45 uur Dinsdag: 08.30-14.45 uur
School is leuk... leren is leuk!
Woensdag: 08.30-12.15 uur alle groepen ontwikkelingsgericht basisonderwijs Donderdag: 08.30-14.45 uur
Vrijdag: 08.30-12.00 uur onderbouw 1-3 (kleuters 19 x hele dag vrij) 08.30-14.45 uur bovenbouw 4-8 1.6 Marge-uren Wettelijk is bepaald dat leerlingen in acht jaar basisschool 7.520 klokuren onderwijs moeten krijgen. Na aftrek van vakanties en studiedagen bedraagt het aantal lesuren in het schooljaar 2015-2016 op onze school: Groepen 1-2: 849,25 uur Groepen 3: 915,45 uur Groepen 4-8: 1.005 uur Totaal wordt in schooljaar 20152016 7639,25 uur les gegeven. Het minimum in 8 jaar onderwijs is 7.520 uur. De gymtijden: In de sporthal: Woensdagochtend (les Tamara) Groep 6b (Femke) 09.00-09.40 Groep 6a (Mieke/Elke) 09.40-10.20 Groep 7a (Nicole) 10.20-11.00 Groep 7b (Daniëlle K.) 11.05-11.45
Woensdagochtend (spel leerkracht) Groep 8a (Mike) 09.00-09.40 Groep 8b (Franca) 09.40-10.20 Groep 5b (Ilona) 10.20-11.00 Groep 5a (Nicolle) 11.05-11.45 Vrijdagmiddag (spel Emmeline) Groep 6b (Femke) 13.25-14.05 Groep 6a (Elke) 14.05-14.45 Groep 7b (Daniëlle K.) 14.45-15.25 Vanaf 1 januari komt er een aangepast gymrooster. Dat wordt nog gepubliceerd. In de gymzaal van De Schakel: Dinsdagmiddag (spel leerkracht): Groep 3a (Suzanne) 13.15-14.00 Groep 3-4 (Nathalie) 14.00-14.45 Groep 4a (Peggy) 14.45-15.30 Woensdagochtend (les Emmeline): Groep 1-2 (zie speelrooster) 09.00-09.45 Groep 3a (Diny/Suzanne) 09.45-10.30 Groep 3-4 (Nathalie) 10.30-11.15 Groep 4a (Peter) 11.15-12.00 Donderdagochtend (spel leerkracht): Groep 1-2a (Trees) 09.00-09.45 Groep 1-2b (Luc) 09.45-10.30 Groep 1-2c (Maria) 10.30-11.15 Groep 1-2d (Wendy) 11.15-12.00
9
Vrijdagochtend (les Emmeline): Groep 8a (Mike) 09.00-09.45 Groep 5a (Nicolle) 09.45-10.30 Groep 5b (Marco) 10.30-11.15 Groep 8b (Franca) 11.15-12.00 Vrijdagmiddag (spel leerkracht): Groep 7a (Nicole) 13.15-14.05 Schoolvakanties: Herfstvakantie: 26-10-2015 t/m 30-10-2015 Kerstvakantie: 21-12-2015 t/m 01-01-2016 Voorjaarsvakantie: 08-02-2016 t/m 12-02-2016 Meivakantie: 25-04-2016 t/m 06-05-2016 Zomervakantie: 25-07-2016 t/m 02-09-2016 Vrije dagen: Goede Vrijdag: 25-03-2016 Tweede Paasdag: 28-03-2016 Hemelvaart en vrijdag erna: 05-05-2016 en 06-05-2016 Tweede Pinksterdag: 16-05-2016 Studiedag Nuwelijn: Maandag 19 oktober 2015
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 2 Waar basisschool De Bolster voor staat ontwikkelingsgericht basisonderwijs
11
Scholen verschillen onderling niet alleen wat betreft indeling van gebouw, manier van werken en sfeer, maar ook wat betreft hun visie op ‘wat en hoe’ kinderen er leren. Wij werken volgens de principes van het Ontwikkelings Gericht Onderwijs, ofwel OGO! Dat wil zeggen, dat we inspelen op de mogelijkheden waarover kinderen al beschikken en deze systematisch uitbreiden. We doen dit aan de hand van thema’s die 6 tot 8 weken duren. 2.1 De 7 stelregels van ons OGO onderwijs op onze school: 1. We zorgen dat de kinderen betrokken zijn door betekenisvol onderwijs; 2. We leren over de wereld die dicht bij de kinderen staat; 3. We leren in een veilige omgeving: • een goede sfeer; • duidelijkheid en structuur; • een open en eerlijke houding; 4. We gaan samen ontdekkend en onderzoekend leren; 5. We stimuleren, coachen en sturen de kinderen, zodat ze de zone van naaste ontwikkeling bereiken (In de Vygotskiaanse theorie - Vygotski was een psycoloog - wordt hiermee een activiteit bedoeld die zich tussen twee niveaus bevindt. Dus tussen het niveau van de actuele ontwikkeling ‘dit is het niveau waarbij het kind een activiteit al zelfstandig, op eigen kracht, kan volbrengen’ en van de naaste of nabije ontwikkeling ligt ‘dit is het niveau waarbij het kind bij de activiteit ondersteuning krijgt’. Het gebied daartussen is een zone van naaste ontwikkeling, een activiteit die uitdagingen en kansen biedt om een kind verder te brengen); 6. We leren doelgericht en gestructureerd; 7. Ieder kind mag zijn eigenheid laten zien en krijgt de ruimte om deze te ontwikkelen.
Dat betekent dat het onderwijs zinvol is voor het kind en voor de leerkracht. Kinderen zijn daardoor nieuwsgierig, blijven vragen stellen en kunnen niet stoppen met werken. Het gekozen thema wordt hun eigendom. Samen met de kinderen scheppen we een rijke, uitdagende leeromgeving, gekoppeld aan hun belevingswereld. Kinderen kunnen zich in vrijheid bewegen binnen duidelijke grenzen. Ze voelen zichzelf geaccepteerd en hebben respect voor elkaar. Wat jezelf ontdekt, vergeet je nooit meer! Saamhorigheid door elkaar te helpen, te bevragen en te motiveren. Daarom: • goed observeren; • open naar het kind kijken; • minder dirigeren en meer begeleiden; • het kind op zijn/haar eigen niveau uitdagen. De leerkracht bepaalt de doelen; de weg er naar toe is eigen aan het kind. Ieder kind heeft een eigen ontwikkelingsperspectief. Een goede structuur in het leerstofaanbod. Een thema is niet alleen leuk; je moet (vooral) iets leren. Ieder kind heeft op zijn eigen
School is leuk... leren is leuk!
niveau inbreng in de groep. Ieder kind ontdekt de grenzen van zijn kennen en kunnen. Ontwikkeling ontwikkelingsgericht in de breedste basisonderwijs zin: intellectueel, sociaal en creatief. Hierbij ligt in de kleuterperiode het accent nog op spelen en bewegen. (zie H 3.5) Vanaf groep 3 zal geleidelijk de instructie een grotere rol gaan spelen. Een korte instructie, waarna kinderen zelf – in eigen tempo en naar eigen vermogen – aan de slag gaan. Leerlingen voor wie deze instructie onvoldoende is, krijgen in kleine groepjes extra uitleg. Leerlingen die de leerstof gemakkelijk verwerken, krijgen extra stof. Voor ieder geldt, dat het werk voldoende uitdaging moet bieden waardoor kinderen gemotiveerd blijven.
Methodes spelen hierbij vanaf groep 3 een ondersteunende rol. Methodes met differentiatie in tempo en niveau. Methodes op het gebied van lezen, taal, rekenen etc. die: Kennis bijbrengen gebaseerd op: • inzicht; • het zelf bedenken van oplossingen; • het creatief omgaan met werkwijzen. Vaardigheden ontwikkelen, zoals: • zelfstandig werken; • samenwerken / communiceren; • informatie verwerken en overdragen. Naarmate we meer met thema’s werken, zullen de methodes vnl. als bronnenboek gebruikt worden,
12
d.w.z. we ontlenen daaraan de doelen, de structuur en de lesideeën, maar passen vorm en inhoud aan aan de thema’s. Dat geldt nu voor de methodes wereldoriëntatie en taal, uitgezonderd spelling en begrijpend lezen.
Op deze manier ontwikkelen we vaardigheden, die in onze snel ontwikkelende maatschappij even belangrijk zijn als het bijbrengen van kennis. In de afstemming van het onderwijs op het kind is een goed contact tussen ouders en school heel belangrijk. Wij informeren u over alle belangrijke gebeurtenissen op school, over algemene zaken, maar ook over het wel en wee van uw kind. Wij stellen het op prijs als u ons op de hoogte houdt van belangrijke ervaringen met uw kind thuis.
School is leuk... leren is leuk!
2.2 De kwaliteit van ons onderwijs Werkend vanuit onze OGO visie willen we ervoor zorgen dat De ontwikkelingsgericht basisonderwijsgoede Bolster een kwalitatief school is. Op velerlei gebieden zijn we bezig om ervoor te zorgen dat de kwaliteit van ons onderwijs op een hoog peil komt en blijft. Op schoolniveau worden er minimale doelen gesteld voor de basisvaardigheden. Verder wordt er bekeken wat de speerpunten voor een jaargroep zijn. Op basis van deze gegevens wordt het groepsbeeld en groepsplan opgesteld. Ouders worden op de hoogte gebracht van de individuele handelingsplannen en veelal zijn de handelingsplannen samen met de ouders gemaakt. Tweemaal per jaar analyseren we met het hele team de resultaten van de school en bekijken we waar we het accent op moeten leggen, schoolbreed. Op dit moment ligt het accent op taal, spelling en woordenschat. Deze thema’s komen daarom in werkgroepen en in studiemomenten terug. De kwaliteit wordt ook in de groep in de gaten gehouden. Leerkrachten evalueren hun lessen, al dan niet met de kinderen. Maar ook de doelstellingen van de groep worden tussentijds onder de loep genomen en besproken als daar aanleiding toe is. De aandacht voor de leerlingen wordt geëvalueerd met de intern begeleider (IB-er). Per jaar zijn er een aantal momenten dat de IB-er in de groep komt en daarna met de leerkracht alle leerlingen die aandacht of zorg behoeven doorneemt. Voor de kinderen waar een handelingsplan voor geschreven is, is er elke 6 tot 8 weken een
evaluatie van de doelstellingen. De deskundigheidsbevordering van medewerkers krijgt vorm binnen de gesprekkencyclus. Er zijn minimaal twee maal per jaar gesprekken met de directie (of de teamleider/coach) over de persoonlijke ontwikkeling en het functioneren van medewerkers. 2.3 Regels en protocollen De school werkt constant aan het opstellen van regels en richtlijnen om de omgang met elkaar zo goed mogelijk te laten verlopen. De school kent schoolregels, procedures en protocollen. Er zijn o.a. procedures vastgelegd over de zorg aan leerlingen en het overgaan of blijven zitten. Er is een protocol voor het luizenprobleem en een pestprotocol. Al deze protocollen zijn op school op te vragen (het pestprotocol is ook te vinden op de site van de school). 2.4 De school als leergemeenschap. Onze school gaat uit van de doelstellingen van het onderwijs volgens de Wet op het Primair Onderwijs. Daarnaast zijn ook de doelstellingen van het onderwijs uit het schoolplan uitgangspunt bij het aanleren van basisvaardigheden en het onderwijzen van wereldoriënterende vakken en expressievakken. Uiteraard worden alle ontwikkelingen in het onderwijs nauwlettend gevolgd. De wettelijk verplichte opdrachten, de zgn. kerndoelen realiseren we door moderne methoden en bronnen te gebruiken die aan deze kerndoelen voldoen. Onze school werkt met een jaarklassensysteem. Hierbinnen wordt rekening gehouden met onderlinge verschillen in aanleg en tempo van de
13
kinderen. We spreken hier over het aanbieden van de leerstof per jaargroep. Hoewel we zittenblijven proberen te voorkomen, kan het toch gebeuren dat bepaalde kinderen een aangepast programma krijgen aangeboden of aansluiten bij een andere jaargroep. We spreken dan het liefst van verlengde school/ leertijd. Dit komt vooral voor in de onder- en middenbouw. Uiteraard gebeurt zoiets altijd in samenspraak met de ouders. Naast de aandacht voor de cognitieve ontwikkeling (het overdragen van kennis en zelfstandig kritisch en creatief denken bevorderen) staat ook de sociaal emotionele ontwikkeling, creativiteitsontwikkeling, sociale redzaamheid en het ontwikkelen van normen en waarden van onze kinderen hoog in het vaandel. We denken daarbij aan: • sociaal emotionele ontwikkeling; • creativiteitsontwikkeling; • sociale redzaamheid; • ontwikkelen van normen en waarden. We proberen zoveel mogelijk individuele aandacht aan de kinderen te geven.
De school als katholieke gemeenschap. Bij de opvoeding van kinderen krijgt men vroeg of laat te maken met zaken rond geloof en kerk, want dit terrein is ook een onderdeel van ons leven en onze samenleving. Als ouders voor een katholieke school kiezen, mogen zij verwachten dat de school uitgaat van de christelijke normen en waarden. Bij het katholiek onderwijs gaat het om leven in de geest
School is leuk... leren is leuk!
van het evangelie. Omdat dit in deze tijd niet altijd even gemakkelijk is om over te dragen aan kinontwikkelingsgericht basisonderwijs deren, hebben we met alle scholen van de stichting hier een aantal studiemomenten aan gewijd. Deze hebben geresulteerd in een canon, een soort raamwerk waarbinnen de school aangeeft hoe zij met het katholieke geloof om gaan en dit uit zullen dragen. In de canon staat voor onze school: • Leerkrachten onderschrijven de uitgangspunten van de canon en handelen hiernaar; • In alle groepen worden er Bijbelverhalen verteld aan de kinderen. Dit is voor ons een uiting van de katholieke identiteit en
een vorm van cultuur- en kennisoverdracht; • Wij staan open voor momenten van bezinning aan de hand van een overweging; • Kinderen komen regelmatig in aanraking met vieringen. Zeker Kerst en Pasen zijn voor ons aanleiding om uitgebreid stil te staan bij het leven van Jezus en hier in een viering met de hele school aandacht aan te schenken; • We besteden aandacht aan het vak godsdienst. We laten kinderen kennis maken met thema’s uit de methode Trefwoord en volgen daarmee de kalender van Christelijke feesten. We staan open voor andere religies
14
en besteden aandacht aan de wereldgodsdiensten. Kinderen ontmoeten immers dagelijks mensen die “anders zijn”. Misschien voor de kinderen van onze school minder vanzelfsprekend, maar daarom is het van groot belang hen te leren dat elk mens recht heeft om trouw te zijn aan zijn of haar eigen traditie. Kinderen moeten leren omgaan met deze andere culturen omdat we er van overtuigd zijn dat verdraagzaamheid de voorwaarde is tot vrede; • We hebben een open houding naar de kerk en de parochie. We blijven met elkaar in gesprek en ondersteunen elkaar waar het kan.
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 3 De organisatie van het onderwijs ontwikkelingsgericht basisonderwijs
3.1. De groepen De leerlingen op onze school zijn verdeeld over: De kleutergroepen: de groepen 1 en 2. Hierin zitten de kinderen van 4, 5 en 6 jaar oud bij elkaar (ook wel jongste, middelste en oudste kleuters genoemd). Deze groepen zijn gecombineerd om de sociale ontwikkeling te bevorderen. De jaargroepen 3 t/m 8. Kinderen vanaf 6 à 7 jaar t/m 12 jaar. De kinderen zitten met leeftijdgenoten in de groep en werken volgens het leerstof-jaarklassensysteem. Bij uitzondering krijgen kinderen leerstof uit andere leerjaren aangeboden, als hun ontwikkeling daarom vraagt. 3.2 Informatie over de groepen Aan het begin van ieder schooljaar, dit jaar op maandag 14 september, organiseren we een informatieavond voor de ouders van de leerlingen in de verschillende groepen. Op deze avond ontvangt u informatie die voor dat jaar van wezenlijk belang is: werkvormen, materialen, afspraken. De leerlingen zullen tijdens deze avond de ouders op een OGO manier rondleiden. Uiteraard is de leraar aanwezig om vragen te beantwoorden. Ook is over de inhoud van de jaargroep schriftelijke informatie beschikbaar.
15
(dit kunnen ook meerbegaafde leerlingen zijn). Hoe deze extra leerlingenzorg is georganiseerd, kunt u lezen in hoofdstuk 4.
3.4 Wie werken er in onze school? a. Het team en het ondersteunend personeel. Het team bestaat uit een managementteam, (een directeur, twee teamleiders, waarvan de teamleider van de bovenbouw tevens IBer is), de vaste groepsleerkrachten, de remedial teacher, de gymleerkrachten en een leraarondersteuner. Daarnaast zijn er: • 2 personen voor het conciërgewerk; • een hulpconciërge vanuit de Stichting Amarant, die de conciërges assisteert; • een administratief medewerkster. Duobanen? We proberen de groepsindeling zo samen te stellen, dat de kinderen te maken krijgen met maximaal 2
3.3 Organisatie voor zorgleerlingen met specifiekebehoeften. De leerlingenzorg neemt op onze school een belangrijke plaats in. Een Interne Begeleider (IB-er) houdt zicht op de ontwikkeling van kinderen, die extra begeleiding nodig hebben. Daarnaast is er een Remedial Teacher (RT-er), die de extra lessen verzorgt aan kinderen buiten de groep. Ook de leraarondersteuner ondersteunt leerlingen die extra zorg nodig hebben
School is leuk... leren is leuk!
16
vaste groepsleerkrachten. Als er twee vaste leerkrachten voor een groep staan, is er sprake van een ontwikkelingsgericht duobaan. Samenbasisonderwijs zijn zij verantwoordelijk voor de groep. Daarvoor wordt een goede taakverdeling opgesteld. Jaarlijks ontvangt u een overzicht van onze teamleden en eventueel de groep die zij begeleiden. Vervanging? Ook onze school heeft te maken met vervanging i.v.m. bijzondere omstandigheden zoals verlof, ziekte etc. In dat geval doen we zoveel mogelijk een beroep op vaste vervangers/vervangsters, en in tweede instantie op een kracht van buitenaf. De eerste dag wordt nooit een groep naar huis gestuurd. Mocht voor de daarop volgende dagen geen aanvaardbare oplossing worden gevonden, dan zal de betreffende groep een briefje mee naar huis krijgen, waarin wordt aangegeven dat deze kinderen de volgende dag geen les kunnen krijgen en dus ook niet op school worden verwacht. Als dit meerdere dagen achter elkaar nodig is, zal er periodiek een andere groep thuis moeten blijven. Tot heden is het nog nooit voorgekomen dat een groep thuis moest blijven!!! Het protocol “vervanging bij ziekte” kunt u op school inzien. Scholing van leerkrachten. Jaarlijks wordt er een plan opgesteld voor na- en bijscholing. Hierin staat vermeld of teamleden individueel en/of als groep extra scholing krijgen en met welk doel. Dit na- en bijscholingsplan ligt ter inzage bij de directie aan het begin van ieder schooljaar.
Stagiaires. Onze school biedt leerlingen/ studenten van diverse opleidingen de mogelijkheid tot het lopen van stage. Meestal betreft het studenten,die later zelf leerkracht, onderwijs – of klassenassistent willen worden. De (eind)verantwoording ligt altijd bij de vaste groepsleerkracht.
We gaan uit van een aantal doelgerichte activiteiten lettend op de ontwikkelings-perspectieven van de kinderen • spelactiviteiten; • gespreksactiviteiten; • lees/schrijfactiviteiten; • reken/wiskunde activiteiten; • constructieve activiteiten; • expressieactiviteiten.
3.5 De activiteiten voor de kinderen in de diverse groepen.
We werken daarvoor in themahoeken. In deze hoeken is de spelactiviteit de leidende activiteit. De kleuters worden uitgedaagd hun spel te ontwikkelen aan de hand van een onderwerp dat gedurende enkele weken wordt uitgediept. De leerkrachten zijn hierin begeleidend en sturend bezig en lokken behoeften en vaardigheden uit.
Groep 1-2 3.6a Groep 1-2 Groep 1 t/m 2 werkt vanuit de visie van het ontwikkelings-gerichtonderwijs. Dit betekent dat we inspelen op de mogelijkheden waarover de kinderen al beschikken en deze systematisch uitbreiden. We werken in thema’s van ongeveer zes weken. Deze thema’s moeten betekenisvol zijn en de betrokkenheid van de kinderen stimuleren. Binnen het thema zorgen we voor een uitdagende leeromgeving.
Kinderen met specifieke onderwijsbehoeften worden in een kleine kringactiviteit begeleid. Meestal beginnen we de dag met taal- of rekenactiviteiten in de kring, zoals: • voorlezen • kring/leergesprek • vertellen • taalspelletjes • versjes • rekenspelletjes • drama • prentenboek
School is leuk... leren is leuk!
17
Tijdens de speel/werktijd komen de kernactiviteiten aan bod. Hierbij hanteren de leerkracht en de ontwikkelingsgericht basisonderwijs kinderen het planbord. Het planbord maakt voor leerkracht en kinderen zichtbaar dat: 1. er begeleide activiteiten zijn: het kind is bezig met een zelfgekozen activiteit en de leerkracht begeleidt, helpt of stimuleert het kind. 2. er geleide activiteiten zijn: de leerkracht bepaalt wat het kind gaat doen en geeft daarbij uitleg. 3. er vrije activiteiten zijn. De rol van de leerkracht is vierledig: 1. Observeren: De leerkracht schept d.m.v. observaties een ontwikkelingsbeeld van ieder kind. Door het volgen van dit beeld, kunnen we de “zone van naaste ontwikkeling” aanspreken, ofwel: we kunnen een geschikte vervolgactiviteit plannen. Alle observaties worden vastgelegd in een logboek. 2. Begeleiden: Meestal wordt de begeleiding vooraf gepland in het logboek. Bij het begeleiden zijn de volgende doelen van belang: • een veilige omgeving scheppen voor de kinderen waarin ze emotioneel vrij zijn en hun zelfvertrouwen toeneemt; • initiatieven vanuit kinderen stimuleren; • kinderen motiveren; • kinderen nieuwe impulsen geven door ze in te voeren in de zone van naaste ontwikkeling. Dit doen we door mee te spelen, mee te denken, te evalueren en reflecteren met de kinderen.
3. Registreren: We registreren alle belangrijke ontwikkelingen van een kind in het groepsbeeld. De registratie komt voort uit observaties en het logboek.
2. In de speelzaal en gymzaal van De Schakel komen aan bod: • vrij spel met klautermateriaal; • de spelles; • spelen met klein gymmateriaal, zoals: ballen, hoepels e.d.
4. Brede persoonsontwikkeling: We investeren veel in het emotioneel vrij zijn van kinderen, het verkrijgen van zelfvertrouwen en het nieuwsgierig zijn. Deze factoren zijn essentieel voor een goede verdere ontwikkeling van een kind. Daarom creëren we een veilige, rijke leeromgeving. Natuurlijk besteden we ook aandacht aan de lichamelijke ontwikkeling.
De hele week door vinden er ook allerlei expressieactiviteiten plaats: • dramatische expressie; • dans - poppenkast; • muziekexpressie.
1. Buiten op de speelplaats: buitenspel is meestal vrij spel, zoals spelen met karren, banden, touwen en ander buitenmateriaal. Bij mooi weer spelen we ook in de zandbak.
Overgang naar groep 3: In groep 2 wordt met de ouders besproken of hun kind toe is aan groep 3. Soms zien we een kind liever een jaar langer in groep 2, dan dat het jarenlang de school ‘op de tenen’ moet doorlopen. Incidenteel stromen kinderen uit groep 1 door naar groep 3.
School is leuk... leren is leuk!
Groep 3-4 ontwikkelingsgericht basisonderwijs
3.7 Groep 3-4 In groep 3 en 4 ontwikkelt uw kind zich van een spelend kind naar een lerend kind. Er wordt nu meer aandacht besteed aan het leren van lezen, rekenen, schrijven en taal. Dat vraagt steeds meer luistervaardigheid, concentratie en taakgerichtheid. De ideeën van het ontwikkelingsgericht onderwijs zetten we voort. We spelen in op de leergierigheid van de kinderen door het aanbieden van uitdagende activiteiten en werkvormen, die de betrokkenheid vergroten. Groep 3 In groep 3 wordt het hele schooljaar door voortdurend gewerkt vanuit een thema. Hieraan worden
vooral de taal-, spelling- en leeslessen gekoppeld. In de middag wordt er gewerkt met een planbord. Hierbij komen allerlei activiteiten aan bod, die betrekking hebben op het thema en waaruit de kinderen eigen keuzes kunnen maken o.a. op het gebied van taal, rekenen, spelling, schrijven en creativiteit. Taal Bij taal werken we ontwikkelingsgericht. Wat betekent dat? De structureerwoorden (basiswoorden) worden aangeboden vanuit een thema d.m.v. in de klas zichtbaar gemaakte voorbeelden. (soep? soep maken!) De kinderen vertellen over hun eigen ervaringen en delen hun kennis. Samen wordt op een flapover een verhaal gemaakt, waarna ze hun eigen verhaal gaan maken op eigen niveau. Deze worden gepresenteerd en opgehangen,
18
of er wordt een klassenboek van gemaakt. Na enige tijd komen enkele werken in een trotsmap. Als de structureerwoorden aangeboden zijn, wordt er in de tweede helft van het schooljaar op dezelfde manier gewerkt aan de doelen van geschreven taal (b.v. een boodschappenlijstje of de opzet van een brief) zinsbouw, uitbreiding van de woordenschat en begrijpend lezen.
Lezen Iedere ochtend starten de kinderen met lezen. Ieder kind kan op zijn eigen niveau en tempo aan de slag. Er kan gelezen worden uit leesboeken, strips, prentenboeken, de krant, zelfgemaakte leesboeken en informatieve boeken. De leerkracht heeft dan de handen vrij om kinderen extra te begeleiden.
School is leuk... leren is leuk!
Drie maal per week start de ochtend met een leescircuit. Dan wordt er een half uur tijd besteed ontwikkelingsgericht basisonderwijs aan leesspelletjes, leeswerkjes op de computer en werken in werkboekjes. Dit gebeurt in kleine groepjes in een rouleersysteem, waarbij hulp van ouders wordt ingeschakeld. Ook is er dan tijd voor extra begeleiding. In de loop van het schooljaar wordt steeds meer ingespeeld op het technisch lezen.
boeken kiezen op eigen niveau ... en vervolgens zelfstandig lezen ...
Groep 4
Schrijven De methode Novoscript integreert motoriek en schrijven, waarbij naar een goede balans gezocht wordt tussen de psycho-motorische ontwikkeling en de ontwikkeling van een persoonlijk handschrift. De afstemming tussen kind, leerkracht en taak is optimaal, met veel aandacht voor individuele verschillen en mogelijkheden om te differentiëren. In groep 3 wordt aandacht besteed aan het aanleren van beweging, richting en vorm van letters en cijfers. In groep 4 worden de verbindingen van de letters aangeleerd.
Taal Aansluitend op groep 3 worden de doelen van taal in groep 4 ook aangeboden vanuit een thema. “Denken-delen-uitwisselen” komen regelmatig aan bod, waarbij de kinderen vertellen over hun eigen ervaringen en hun kennis delen met elkaar. Na een korte introductie gaan de kinderen zelfstandig, in tweetallen of in groepjes aan de slag. Ze maken o.a. zinnen, schrijven verhalen en brieven en overleggen daarbij. De zinnen en verhalen worden voorgelezen, opgehangen of gebundeld tot een klassenboek. Technisch lezen In groep 4 wordt iedere dag een half uur gelezen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van AVI-boeken, bibliotheekboeken, strips, zelfgemaakte boeken en informatieve boeken. De kinderen lezen zelfstandig, terwijl de leerkracht aandacht besteedt aan technisch zwakkere lezers. Kinderen die in aanmerking komen voor extra begeleidingkrijgen intensief 3 keer per week een half uur Estafettelezen. Dan worden teksten gelezen, leesproblemen behandeld en opdrachten gemaakt, ook op de computer. Iedere dag een half uur lezen …
Groep 3 en 4 Spelling In groep 3 richten we ons vooral op het spellen van ‘klankzuivere’ woorden. In groep 4 gebruiken we de methode Spelling op maat, waarbij verschillende spellings-categorieën aan bod komen.
Rekenen We werken met de vernieuwde methode Pluspunt, waarbij sprake is van een interactief rekenproces. De kinderen krijgen de gelegenheid om op eigen wijze met de rekenproblematiek om te gaan.Een belangrijk uitgangspunt is de bespreking van rekenactiviteiten in een grote of kleine groep kinderen. Hierbij heeft elk kind zijn inbreng. Het is zeer waardevol om via gezamenlijke inzet de wegen tot een oplossing te vinden. In groep 3 krijgen de kinderen de bewerkingen t/m 20 (erbij, eraf en splitsen) en de getallen t/m 100. Getalbegrip is belangrijk. In groep 4 krijgen de kinderen
19
de bewerkingen t/m 100 (erbij en eraf), de tafels van 2, 5 en 10 en klokkijken: hele en halve uren en kwartieren.
Snappet Vorig schooljaar hadden de leerlingen uit de groepen 4 de primeur om te gaan werken met Snappet (tablets) voor rekenen en spelling. Daar alle gebruikers positief zijn over het gebruik en van de voordelen voor de leerlingen is besloten om dit jaar ook groep 5 met Snappet te laten werken.
Wereldoriëntatie We werken met thema’s, die dicht bij de leefwereld van het kind staan met als doel: • betrokkenheid vergroten; • leren betekenisvol maken; • zelfstandigheid vergroten; • sociale ontwikkeling bevorderen; • eigen keuzes leren maken; • eigen tempo en ontwikkeling. Het sluit aan bij de manier van werken in de groepen 1-2. Uitzendingen van schooltelevisie bieden hierbij een sterke visuele ondersteuning.
Groep 5-8 3.8 Groep 5 t/m 8 Ook in deze groepen wordt gewerkt volgens de principes van het ontwikkelingsgericht onderwijs. Alle groepen werken in blokken van 6 tot 8 weken aan thema’s, waarbij de leerdoelen van taal en wereld-
School is leuk... leren is leuk!
oriëntatie het uitgangspunt zijn. De nadruk ligt niet op weetjes en van vaardigheden om informatie te verwerven, te bewerken en te presenteren. Het zelf uitvoeren van onderzoeken neemt een steedsgrotere plaats in.
ontwikkelingsgericht basisonderwijs trucjes, maar op het inoefenen
Dit jaar wordt een begin gemaakt met het gebruik van trotsmappen: werkresultaten van kinderen worden opgeslagen en geëvalueerd met de kinderen.
Lezen. 1. Technisch lezen In groep 5,6,7 en 8 werken kinderen, die in aanmerking komen voor extra begeleiding, met Estafettelezen. Dan worden teksten gelezen, leesproblemen behandeld en opdrachten gemaakt, ook op de computer. De overige kinderen lezen zelfstandig in leesplezier bevorderende lectuur op eigen niveau. Ook hanteren wij hierbij het tutorlezen.
vaardigheden, studietechnieken, die kunnen worden toegepast bij andere vakken, bijv. het maken van een werkstuk of de voorbereiding van een spreekbeurt. Bij leesbeleving staat het genieten van teksten, die je zelf hebt gekozen, centraal. Het is de ervaring van belevend (emotioneel) opgaan in een tekst. Voor je plezier lezen! Een aantal activiteiten sluiten hierbij aan: voordrachtslezen, boekbespreking, bibliotheekbezoek en de kinderboekenweek. Taal Wij gebruiken de methode Taalleesland als bronnenboek bij het ontwikkelingsgericht onderwijs. Dat betekent dat de leerdoelen van de methode, gekoppeld aan landelijke referentieniveaus, uitgangspunt zijn bij het opzetten van de thema’s. Met ingang van schooljaar 2014-2015 werken we tevens vanuit de kerndoelen op-
20
gesteld door SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling). Per taalaspect is een verdeling gemaakt voor de diverse jaargroepen. Een aantal doelen wordt per leerjaar gespecificeerd op kaarten waarop de criteria staan waaraan het werk moet voldoen.
Aan de volgende taalaspecten wordt systematisch aandacht geschonken: • Luisteren en spreken: luisteren naar instructie, informatie, betoog of verhalen. In spreekstijl en samenhang afstemmen op de luisteraar / doelgroep. • Leesbegrip en leesstrategieën: teksten kunnen lezen, begrijpen, samenvatten, interpreteren en evalueren. • Schrijven: als ‘schrijver’ wil je een doelgroep, een ‘lezer’, bereiken. Kinderen leren een schrijfplan te ontwikkelen, correct te formuleren en tekst aan te passen. • Taalbeschouwing: aandacht
2. Leesbegrip en leesbeleving Beiden vormen een onderdeel van zowel Taalleesland (zie Taal) als Nieuwsbegrip XL. Leesbegrip is het begrijpen van de informatie die een tekst je geeft. • Om wat voor soort tekst gaat het en met welk doel wordt die gelezen? • Hoe is de tekst opgebouwd? • Wat is de bedoeling van de schrijver? • Hoe onderscheid je hoofd- van bijzaken? • Hoe maak je een samenvatting? • Kun je doen wat er staat uitgelegd? Zo verwerft het kind zich een aantal
School is leuk... leren is leuk!
21
voor: woordvorming, zinsbouw, interpunctie, woordenschat, woordsoorten e.d. ontwikkelingsgericht basisonderwijs • Spelling: het toepassen van spellingsstrategieën. Engels: Vanaf dit schooljaar starten we met Engels in groep 5 en 6 met de methode Take it Easy. Take it Easy is een digibordmethode Engels voor de groepen 5 en 6 van het basisonderwijs. Het is speciaal ontwikkeld voor het digibord en daarmee gegarandeerd interactief, actueel én effectief. De stof biedt volop variatie, differentiatie en verdieping. Kortom: een uitstekende voorbereiding op Engels in het voortgezet onderwijs. Zelfstandig werken “Zelf aan de slag na een korte instructie” is het streven bij alle vakken. Daarnaast geeft het hanteren van een takenkaart kinderen de gelegenheid zelf keuzes te maken. Daarom zijn er zowel verplichte opdrachten als keuze-opdrachten. Schrijven In groep 5 worden de hoofdletters geïntroduceerd en ligt de nadruk op een vlotte, soepele schrijfbeweging. In groep 6 t/m 8 staat het verfijnen van de schrijfbewegingen en het ontwikkelen van een functioneel persoonlijk handschrift voorop. Rekenen We gebruiken evenals in groep 3-4 de vernieuwde rekenmethode Pluspunt. Organisatie We onderscheiden 2 soorten lessen: • in de ‘leerkrachtgebonden’ les is sprake van een interactief re-
kenproces: kinderen activeren door te vragen naar verschillende oplossingen, door ideeën uit te wisselen, door opdrachten te bedenken. • in de les ‘zelfstandig werken’ zijn kinderen zonder directe begeleiding van de leerkracht aan het werk. Differentiatie Om tegemoet te komen aan de verschillen tussen de leerlingen hanteren we de volgende differentiatievormen: • naar tempo: extra werk of alleen de basisstof; • naar inhoud: op basis van toetsresultaten krijgen kinderen herhalingsstof of verdiepingsstof (verrijkingsstof); • methodisch: kinderen kiezen, afhankelijk van hun niveau, verschillende oplossingswijzen. Zo werken ze met of zonder concreet materiaal, modellen en/of schema’s. De instructie is hierop aangepast: individueel, in kleine groepjes b.v aan de instructietafel of d.m.v. korte klassikale instructie.
Toetsing Op verschillende manieren wordt nagegaan of kinderen de aangeboden stof beheersen. Hierbij gaat het niet alleen om het ‘goede antwoord’, maar ook om de gekozen oplossingsstrategie. Dit gebeurt door middel van toetsen en observaties. • een diagnostische toets controleert of de basisstof beheerst wordt. Afhankelijk daarvan wordt herhaling of verdieping aangeboden; • een beoordelingstoets gaat na of de leerstof ook op langere termijn wordt beheerst. Wereldoriëntatie De vakken aardrijkskunde, geschiedenis en biologie worden geïntegreerd in de thema’s. Vanaf groep 5 worden de ervaringen uit de directe leefwereld van de kinderen uitgebreid met meer algemene begrippen. Kinderen komen achtereenvolgens in aanraking met plaatselijke, regionale, landelijke en mondiale ontwikkelingen en verschijnselen. Daarbij groeit hun inzicht in alle as-
School is leuk... leren is leuk!
De lijnen door de school t.a.v. enkele vakgebieden
ontwikkelingsgericht basisonderwijs
pecten van het menselijk bestaan: economisch, politiek, sociaal en cultureel. Door het leren hanteren van moderne communicatiemiddelen (krant, televisie, internet) verbreden de kinderen hun ervaringen en leren ze omgaan met actualiteiten. Engels (in de groepen 7 en 8) Vanaf dit schooljaar starten we Engels met de methode Groove.me in de groepen 7 en 8. Groove.me is een revolutionaire digibord lesmethode Engels voor onze groepen 7 en 8. Het is de eerste complete lesmethode Engels waarbij muziek de basis is van alle lessen. In de lessen wordt het thema van het liedje gebruikt om leerlingen Engels te leren, daarbij komen alle vaardigheden aan bod. De lessen beperken zich niet tot alleen de woorden uit het liedje, maar worden uitgebreid met woorden passend bij het thema. De expressievakken Onder expressievakken verstaan we op onze school de vakken tekenen, muziek, dramatische vorming, handvaardigheid en textiele werkvormen. Voor elk van deze vakgebieden werken we op onze school volgens methoden met een aantal vastliggende onderwerpen en technieken. Natuurlijk proberen we in de loop van het jaar aan te sluiten bij de seizoenen, feesten en actuele thema’s. De organisatie van de expressievakken in groep 3 t/m 8: • Incidenteel wordt een extra leerkracht ingezet naast de groepsleerkracht, zodat de leer-
22
lingen twee keer een uur per week in kleinere groepen kunnen worden ingedeeld voor het onderwijs in tekenen, handvaardigheid en dramatische vorming. Door een roulatiesysteem komen alle vakken voor alle leerlingen evenveel aan bod; • Per week krijgen de groepen 3 t/m 8 een half uur muziekles van een groepsleerkracht. Lichamelijke opvoeding; groep 3 t/m 8 De gymlessen worden wat betreft de spellessen gegeven door de eigen groepsleerkracht. Een groepsleerkracht met speciale vakbekwaamheid lichamelijke opvoeding verzorgt voor enkele collega’s de meer gymtechnische lessen. Daarnaast heeft de Gemeente Gilze en Rijen in het kader van Sport en Bewegen een combinatieleerkracht benoemd d.w.z. dat zij naast het geven van gymlessen op school ook sportverenigingen begeleidt en introduceert tijdens de lessen. Elke week zijn er twee lessen lichamelijke opvoeding, afwisselend een spelles of een oefenles (technische les). De lessen worden gegeven in de sporthal; enkele groepen maken gebruik van de gymzaal bij de school. De kinderen lopen o.l.v. de leerkracht naar de sporthal. • De gymtijden kunt u lezen op pagina 9. Als kinderen niet aan de gymlessen kunnen deelnemen, melden ouders dit bij de leerkracht; • Voor het deelnemen aan de gymlessen is aangepaste kleding vereist: een gympakje of
School is leuk... leren is leuk!
23 ontwikkelingsgericht basisonderwijs
een korte broek en een shirtje. Gymschoenen zijn verplicht. Deze mogen geen zwarte zolen hebben; • Het lopen naar de sporthal en terug gebeurt onder schooltijd. Om 12.00 uur en 15.30 uur gaan de leerlingen vanaf de sporthal rechtstreeks naar huis. Vanaf 1 januari 2016 gaan de leerlingen i.v.m. het continurooster om 14.45 vanaf de sporthal rechtstreeks naar huis. De katechese Naast de levensbeschouwelijke vorming, die ieder moment van de dag kan plaatsvinden, zijn er in ons lesprogramma ook katecheselessen. Aan de hand van de methode “Trefwoord” wordt jaarlijks gewerkt met enkele projecten. Twee daarvan zijn gekoppeld aan Kerstmis en Pasen. In groep 3 t/m 8
wordt middels kalenderprojecten meerdere malen per week een aandachtsmoment gecreeerd. Persoonlijke ervaringen worden verbreed met die van anderen en gemeten aan de woorden van het evangelie. Aan de orde komen o.a.: • levenservaringen van het kind; • verwondering over de schepping; • Jezus van Nazareth; • bijbelverhalen gerelateerd aan het heden; • de verhouding arm en rijk; • vrede; • toekomst; leven na de dood. Aanvullende activiteiten: 1. Onze school kent dagopeningen in de vorm van een gebed, lied, gedicht of bijbeltekst. 2. Jaarlijks zijn er kerst- en paasvieringen.
3. In groep 4 werkt de school met een project over de Eucharistieviering. Een aantal kinderen bereidt zich hiermee voor op de Eerste Heilige Communie in samenwerking met ouders en parochie. 4.In groep 8 wordt door school, gastouders en parochie gewerkt aan een project rond het sacrament van het Vormsel. Slechts de toekomstige Vormelingen volgen deze lessen. Verkeer Wij willen de kinderen leren om op de juiste manier deel te nemen aan het verkeer, waarbij ook aandacht wordt gegeven aan een goede verkeersmentaliteit. De methode “Wijzer door het Verkeer” combineert theoretische en praktische verkeerslessen. In groep 7 wordt deelgenomen aan het landelijk ver-
School is leuk... leren is leuk!
keersexamen. Dit examen bestaat uit een theoretisch en een praktisch deel. Voordat de leerlingen ontwikkelingsgericht basisonderwijs aan het praktisch gedeelte mee kunnen doen, worden hun fietsen gecontroleerd i.s.m. de politie. In samenwerking met andere scholen in de Gemeente Gilze en Rijen en de provincie is de afgelopen jaren hard gewerkt aan het behalen van het Brabants Verkeersveiligheids Label. Hiermee verplicht de school zich een zo veilig mogelijk ‘verkeersklimaat’ te ontwikkelen, waarbij verkeersonderwijs en verkeersopvoeding hand in hand gaan. Ook onze school bezit het BVL. Burgerschapsvorming In de afgelopen decennia is onze samenleving pluriformer geworden. De overheid heeft de scholen vanaf 1 februari 2006 verplicht in hun onderwijs actief burgerschap en sociale integratie te bevorderen. Het gaat daarbij om de volgende basiswaarden: • vrijheid van meningsuiting; • verdraagzaamheid; • afwijzen van discriminatie; • democratische houding. Specifieke doelen: • L eerlingen hebben kennis van verschillende achtergronden en culturen van leeftijdsgenoten; • L eerlingen dragen zorg voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en anderen; • L eerlingen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument; • L eerlingen kennen de hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de
rol van de burger; • Leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaardbare waarden en normen; • Leerlingen leren de hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse samenleving een rol spelen; • Leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu. Stichtingsbeleid: Bij de scholen van Stichting Nuwelijn is ieder kind welkom en wordt als zodanig gerespecteerd. Vanuit de katholieke traditie op basis van christelijke waarden en normen dragen wij dit over op onze leerlingen. Kinderen met verschillende achtergronden en mogelijkheden ontmoeten, leren van en met elkaar. Burgerschapsvorming is op onze scholen dan ook geen apart vak, maar een vanzelfsprekend onderdeel van verschillende vak- en vormingsgebieden, zoals: Nederlandse taal, wereldoriëntatie (biologie, aardrijkskunde, geschiedenis, staatsinriching, verkeer) lichamelijke, muzikale en sociale vorming. Verder werken we aan burgerschapsvorming door leerlingen te leren samenwerken, om te gaan met vrijheid (in gebondenheid) en het nemen en dragen van verantwoordelijkheid. Ook in de lessen Godsdienst/ Levensbeschouwing wordt aandacht geschonken aan burgerschap. Op onze school is een notitie burgerschapsvorming aanwezig.
24
Leerarrangement Plusklas:
De Plusklas is een verrijkingsklas en is bestemd voor leerlingen van groep 4 t/m groep 8 die meer uitdaging nodig hebben (plusleerlingen, meer- en hoogbegaafde leerlingen). Leerlingen van groep 3 kunnen deelnemen aan de Plusklas wanneer het lees- en schrijfniveau dat toelaat. In de Plusklas komen de volgende doelen aan bod: Leren leren: • Werkhouding; • Werken volgens plan; • Manier van leren. Leren denken: • Analytisch denken; • Creatief denken; • Praktisch/kritisch denken. Leren (voor het) leven: • Inzicht in jezelf; • Omgaan met anderen. Rooster Plusklas: Maandag van 14.00 uur - 15.30 uur, locatie aula. Plusklas begeleiders: Carmen de Kuijer (intern begeleider) en Jan van den Broek (leerkracht ondersteuner).
Aanbod Plusklas per schooljaar: 1. Pittige Plus Torens (PPT): In de Plusklas wordt projectmatig gewerkt. Dit wordt onder andere gedaan aan de hand van de projecten uit de Pittige Plus Torens (PPT). De projecten van de PPT zijn
School is leuk... leren is leuk!
geschikt voor meer- en hoogbegaafde leerlingen. ontwikkelingsgericht basisonderwijs De methode bevat veel open
opdrachten waarmee het bijzondere creatieve denkvermogen van de leerlingen wordt aangesproken. Het doet een beroep op onder andere het analytische, creatieve en praktische denken (Stenberg, 2003). Via het TASC model van Wallace doorlopen de kinderen de volgende fasen: de onderzoeksfase, de keuze- en ontwerpfase, de planningsfase, de uitwerkings- en testfase, de presentatiefase en de evaluatiefase. Zo leren de leerlingen zich te verdiepen in de materie, te ontwerpen en plannen te maken, door te zetten, te testen en bij te stellen, te presenteren en te evalueren. De projecten hebben een top-down benadering. • De gele peperopdrachten zijn de hulpmapjes en de materialenkisten waarmee de leerlingen hun projecten kunnen uitwerken, vormgeven en presenteren zoals: maquette maken, een website bouwen, een film bewerken, etc. • De rode peperopdrachten zijn complexe opdrachten met een zeer open karakter zoals: bedenk een goed plan voor jouw dorp of stad, ontwerp een logo, etc. • De groene peperopdrachten zijn complexe opdrachten met een iets meer gesloten karakter zoals: - bouw met het materiaal, aan de hand van de opdracht, verschillende voertuigen met verschillende soorten aandrijvingen, maak een brug van spaghetti, etc.
aanpak, procesverloop (waar liepen ze tegen aan, hoe hebben ze het opgelost, hoe verliep de samenwerking), wat ze hebben geleerd en het eindresultaat. De presentatie wordt zowel in de Plusklas gegeven als in de eigen klas. 2. Denksport: dammen of schaken: Gedurende het schooljaar worden denksporten aangeboden, zoals damlessen of schaaklessen. Damlessen en schaaklessen stimuleren o.a. het strategische, analytische, creatieve en oplossingsgerichte denkvermogen van de leerlingen. 3. Vreemde talen: Engels en Spaans: Tijdens de Plusklas komen de talen Engels en Spaans aan bod. Aan de leerlingen van groep 4 t/m 6 wordt Engels aangeboden als voorbereiding op het Engels in groep 7 en 8. Aan de leerlingen van groep 7 en 8 wordt Spaans aangeboden. Voor Engels maken we gebruik van de methode Sterrenwerk en voor Spaans hanteren we de methode Topklassers. 4. Filosoferen: Filosoferen stimuleert tot zelf denken en het bevordert de emotionele en sociale vaardigheden.
25
Voor het filosoferen wordt gebruik gemaakt van het boek ‘Filosoferen met kinderen’. De verhalen in dit boek behandelen universele thema’s zoals geluk, liefde, vriendschap, vrede, vrijheid, respect, rechtvaardigheid en gelijkheid. In alle verhalen zitten aanknopingspunten om met kinderen te praten over zichzelf en de wereld om hen heen. Elk verhaal is voorzien van een praatpapier en open vragen waarin de kerngedachte, de kernwaarden en de onderliggende thema’s zijn uitgewerkt. De open vragen bevorderen de kinderen tot zelf denken, eigen vragen te stellen en het vinden van eigen antwoorden.
5. Takenkaart Plusklas: De leerlingen van de Plusklas krijgen een takenkaart waar ze in de klas aan kunnen werken. De takenkaart bestaat uit verrijkingsopdrachten uit de Plusbox. De Plusbox bestaat o.a. uit de volgende methodes: Rekentijger, Taaltrein, Reis om de wereld, Topklassers, Denkwerk, diverse denkspelletjes. 6. Plusklasrapport De leerlingen van de Plusklas ontvangen 3x per jaar een Plusklasrapport. De rapporten worden uitgedeeld in de reguliere rapportperiodes.
Na elk project maken en geven de leerlingen een presentatie met behulp van Powerpoint of Prezi. De leerlingen presenteren o.a. hun
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 4 De zorgverbreding
ontwikkelingsgericht basisonderwijs
27
Onder zorgverbreding verstaan we het begeleiden van leerlingen die extra hulp nodig hebben op leergebied en/of sociaal-emotioneel gebied. Zowel kinderen met een ontwikkelingsachterstand als met een ontwikkelingsvoorsprong kunnen extra hulp nodig hebben. 4.1 De hulp op school Centraal staat het tijdig signaleren en het aanpakken van de problemen. Door middel van zorgverbreding proberen we kinderen met leeren gedragsproblemen zo goed mogelijk te begeleiden en zo min mogelijk te verwijzen naar het speciaal (basis) onderwijs. Soms kan een kind met wat extra hulp door de leerkracht in de groep of met individuele hulp buiten de groep in korte tijd weer op het niveau zijn, dat van hem of haar wordt verwacht. Soms zal de extra begeleiding langere tijd in beslag nemen. Stap voor stap worden de problemen dan behandeld. Het kan ook voorkomen, dat we besluiten om een kind (ook in de eigen groep) op eigen niveau te laten werken. Tijdens lessen zelfstandig werken krijgen de leerlingen - die de basisstof beheersen - verrijkingsstof, zodat ook zij zich op eigen niveau kunnen ontwikkelen. Signaleren van problemen bij leerlingen Achterstand of voorsprong in de ontwikkeling van kinderen en problemen op sociaal en emotioneel gebied moeten vroegtijdig worden ontdekt. Door het kind te observeren, ontdekken we hoe het speelt, werkt, omgaat met klasgenootjes en de leerkracht. Leerproblemen worden ook middels klassikale en individuele toetsen
(al dan niet methodegebonden) vastgesteld. Het leerlingvolgsysteem Dit betekent: het systematisch volgen van de ontwikkeling van leerlingen om: • kinderen met problemen tijdig te signaleren; • het onderwijs op groeps- en individueel niveau te bewaken. Hiervoor gebruiken we naast methodegebonden toetsen ook landelijke toetsen, de zogenaamde Citotoetsen. Vanaf groep 2 t/m groep 8 worden de scores genoteerd in het leerlingvolgsysteem. Naast deze toetsen voor de diverse leergebieden worden observatielijsten ingevuld m.b.t. sociale en emotionele ontwikkeling. Tijdens de groepsbespreking en de daarop volgende leerlingenbespreking worden de toetsuitslagen en observaties in combinatie met rapporten besproken door groepsleerkrachten en IB-er (Intern Begeleider). Dit gebeurt minimaal twee maal per jaar. Individuele hulp Aan de hand van de afgenomen toetsen kunnen we nagaan welke kinderen in aanmerking komen voor eventueel verder onderzoek om de achterstand te bepalen. Via deze diagnose ontdekken we de omvang en de inhoud van het leerprobleem en/of extra hulp nodig is. De extra hulp wordt in eerste in-
School is leuk... leren is leuk!
stantie door de groepsleerkracht zelf aangeboden. De betreffende leerling wordt in het groepsplan ontwikkelingsgericht basisonderwijs opgenomen als cluster 1 of cluster 2 leerling. Een cluster 1 leerling is een instructieafhankelijke leerling en een cluster 2 leerling is een instructie-behoeftige leerling. Indien ondanks de extra begeleiding in de klas de vorderingen achter blijven wordt bekeken in hoeverre de leerling in aanmerking kan komen voor extra begeleiding buiten de klas. De RT-er stelt dan een individuele handelingsplan op. Zowel in het groepsplan als in het individueel handelingsplan staat o.a. vermeldt: • onderwijsbehoeftes van de leerling; • de aard van de problemen; • het doel van de hulp; • te gebruiken materialen. Na een vastgestelde tijd wordt er nagegaan of de gestelde doelen zijn bereikt of bijgesteld dienen te worden. Bij extra begeleiding buiten de klas wordt de leerling op afgesproken tijden begeleid door de RT-er (remedial teacher). De begeleiding buiten de klas geldt met name voor leerlingen met een ondersteuningsarrangement ‘lichte en zware ondersteuning’. SoVa- en Faalangsttraingen Binnen de gemeente Gilze-Rijen werden er SOVA- en Faalangsttrainingen aangeboden. De gemeente en het WSNS Regio Land van Nassau (www.regiolandvan nassau.nl) subsidiëren deze trainingen niet meer. Deze trainingen gaat De Bolster in eigen beheer onder schooltijd of na schooltijd aanbieden. In overleg met de ouders, leerkracht en intern begeleider wordt bepaald of een kind aangemeld wordt voor een van de
trainingen”. Aan deze trainingen zijn voor de ouders geen kosten verbonden. De trainingen omvatten (afhankelijk van de soort training) 10 tot 12 bijeenkomsten en duren 1 uur per bijeenkomst. We maken onderscheid in drie trainingen: • Sova-training jongere kind (groep 3 en 4); • Sova-training oudere kind (groep 5 t/m 8); • Faalangsttraining voor leerlingen uit groep 6, 7 en 8. Als een kind voor de training wordt geplaatst verloopt de communicatie met ouders via de trainers. De trainers informeren ouders over hun kind. Informatie voor de school gaat altijd via – of in overleg met – de ouders. Voor welke kinderen is de SOVAtrainingen? • We willen kinderen helpen die zich slecht op hun gemak voelen bij anderen, vaak alleen staan; • We willen kinderen helpen die vaak het mikpunt van plagerijen zijn; verlegen, schuwe kinderen; • Ook willen we kinderen helpen die luidruchtig zijn, die anderen hinderen en voortdurend betrokken zijn bij ruzies en vechtpartijen. Kortom: We willen proberen om kinderen die regelmatig in moeilijke situaties komen handvatten te geven om daar zelf iets aan te veranderen. We willen ze meer zelfvertrouwen geven om een goed contact te kunnen maken en te onderhouden. Voor welke kinderen is de Faalangsttraining? Faalangst is een conflict tussen voelen, denken en doen. • We willen kinderen vaardigheden
28
aanleren om ze in sociale en/of leer situaties beter tot hun recht te laten komen. Kortom, meer succes te laten voelen; • Wie zich faalangstig voelt, raakt geblokkeerd en verliest flexibiliteit in denken en handelen. Daarom bestaat de training uit drie onderdelen: Anders voelen, Anders doen, Anders denken.
Contact met de ouders De ouders van leerlingen die individuele hulp krijgen, worden hiervan op de hoogte gebracht en hen wordt gevraagd om thuis aanmoediging en hulp te geven. Naast de vastgestelde oudergesprekken met de leerkrachten is er soms intensiever contact nodig om samen naar oplossingen te zoeken. Een goede samenwerking tussen ouders en school is belangrijk voor het welzijn van de kinderen. 4.2 Externe hulp op school Speciale hulp Een collega uit het speciaal basisonderwijs wordt ingeschakeld vanwege de ervaring en deskundigheid op het gebied van hulp aan leerlingen met speciale problemen (collegiale consultatie). Deze biedt de leerkrachten hulp bij observaties, toetsing en begeleiding van kinderen. Verder onderzoek Als na een bepaalde tijd blijkt dat ondanks alle hulp in de groep, thuis en door de remedial teacher het kind niet voldoende vooruit gaat kan een deskundige van buitenaf worden ingezet: een zogenaamd orthopedagoog. Een orthopedagoog is een opvoedkundige die zich bezig houdt met het begeleiden van kinderen in probleemsituaties en
School is leuk... leren is leuk!
met het geven van didactisch en/ of opvoedkundig advies aan ouders en leerkrachten. Een orthoontwikkelingsgericht basisonderwijs pedagoog is bevoegd om een (psychodiagnostisch) onderzoek uit te voeren om de oorzaak van de problemen, zoals leerproblemen of gedragsproblemen, op wetenschappelijk verantwoorde wijze in kaart te brengen. Op basis van de observatiegegevens en/of onderzoeksresultaten verzorgt de orthopedagoog interne begeleidingsadviezen welke de situatie van het kind kunnen verbeteren of wordt een advies uitgebracht voor externe begeleiding. Hierin worden zowel het kind, de ouders als de leerkracht betrokken. Door middel van deze adviezen probeert de orthopedagoog ervoor te zorgen dat het kind de begeleiding en/of opvoeding krijgt die bij de problematiek en/of het karakter van het kind past. Binnen onze stichting kunnen we vanaf 1 augustus 2014 een beroep doen op: Marjolein Verheesvan Cronenburg, orthopedagoog (NVO 15368) bij stichting Nuwelijn. Regeling voor de diagnose en behandeling van dyslexie. De gemeenten zijn vanaf 1 januari 2015 verantwoordelijk voor de financiering en organisatie van de diagnostiek en de behandeling van leerlingen met Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED). In 2015 hanteren de gemeenten voor vergoeding van diagnostiek en behandeling van EED dezelfde criteria als de zorgverzekeraar in 2014. Dit betekent dat alleen
29
aanspraak gemaakt kan worden op vergoeding indien: Formeel: • het kind primair onderwijs volgt; • het kind 7 jaar of ouder is; • en de behandeling is gestart voor de 13de verjaardag. Inhoudelijk: • er een leerlingendossier is opgebouwd, waaruit blijkt dat er in het onderwijs een passend traject is geweest van extra ondersteuning bij het leren lezen en spellen; • wanneer de leerling op drie opeenvolgende meetmomenten na extra ondersteuning E-scores haalt op de leestoetsen of een lage D-score op leestoetsen en E-scores op spellingtoetsen; • de school het vermoeden heeft dat er sprake is van EED. De inhoudelijke toetsing op de voorwaarden wordt uitgevoerd door de Commissie Toelaatbaarheidsverklaring (CTLV) van het samenwerkingsverband RSV aan de hand van het formulier ‘Leerlingendossier dyslexie van Masterplan Dyslexie’ dat door de school ingevuld dient te worden. Het CJG / wijkteam van de woongemeente
van de leerling geeft daarop een beschikking af voor diagnostisch onderzoek EED. Voor uitgebreidere informatie verwijzen wij u naar www.rvsbreda.nl Zorgadviesteam (ZAT) Zorgadviesteam (ZAT) is nu Externe Ondersteuningsteam (EOT) en Interne Ondersteuningsteam (IOT). Door de Transitie Jeugdzorg beschikt de Bolster ook nu over een schoolmaatschappelijk werker en een jeugdverpleegkundige die voor de school beschikbaar zijn. Zij kunnen ons advies geven t.a.v. de begeleiding van een kind op gebieden die indirect met de school te maken hebben. Samen met de Intern Begeleiders van de school, de Orthopedagoog van Nuwelijn, de collegiale consultant vanuit het speciaal basisonderwijs en de directeur vormen zij het externe ondersteuningsteam (EOT). Het interne ondersteuningsteam (IOT) bestaat uit de Interne Begeleiders en directeur. Ook andere deskundigen kunnen op uitnodiging in dit team plaatsnemen. Het EOT komt enkele malen per jaar bijeen om
School is leuk... leren is leuk!
leerlingen te bespreken. Ouders worden hierover vooraf geïnformeerd! ontwikkelingsgericht basisonderwijs
Passend onderwijs vanaf 1 augustus 2014 Inleiding. Met ingang van 1 augustus 2014 gaat Passend Onderwijs van start en houden de huidige samenwerkingsverbanden Weer Samen Naar School op te bestaan. Dit houdt in dat ons schoolbestuur deel gaat uitmaken van een nieuw samenwerkingsverband Passend Onderwijs met de naam regionaal samenwerkingsverband Breda e.o.: optimale onderwijskans. In dit nieuwe samenwerkingsverband participeren 27 schoolbesturen voor primair onderwijs. Niet alle schoolbesturen voor speciaal onderwijs zijn wettelijk deel van het nieuwe samenwerkingsverband. Alleen scholen voor langdurig zieke leerlingen, zeer moeilijk lerende leerlingen, leerlingen met een lichamelijke beperking en leerlingen met gedragsproblemen en/of psychiatrische stoornissen doen in het samenwerkingsverband mee. Met de schoolbesturen speciaal onderwijs voor blinde en slechtziende en dove en slechthorende en spraak/taalgebrekkige leerlingen zijn samenwerkingsafspraken gemaakt. Passend onderwijs is er voor alle leerlingen. In de praktijk gaat het vooral om leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Deze ondersteuning kan nodig zijn vanwege een verstandelijke beperking, een chronische ziekte of bijvoorbeeld gedrags- of leerproblemen. Maar ook hoogbegaafdheid kan aanleiding zijn om extra ondersteuning te organiseren.
De nieuwe Wet Passend Onderwijs schrijft enerzijds een aantal zaken voor die het nieuwe samenwerkingsverband moet regelen, anderzijds geeft de wet vrijheden om op lokaal niveau zelf beleid te maken. Dit beleid wordt gemaakt door het bestuur van het samenwerkingsverband dat bestaat uit een vertegenwoordiging van alle deelnemende schoolbesturen. De schoolbesturen die in het samenwerkingsverband samenwerken krijgen van het ministerie van OC&W geld om het onderwijs te regelen voor leerlingen die deze extra ondersteuning nodig hebben. Hiertoe maken de schoolbesturen gezamenlijk een ondersteuningsplan dat moet garanderen dat iedere leerling een passend onderwijsaanbod krijgt. Voor de meeste leerlingen zal er door de invoering van passend onderwijs in de dagelijkse praktijk weinig veranderen. Wel verandert mogelijk de organisatie van de ondersteuning op school en worden er op termijn minder kinderen doorverwezen naar het speciaal onderwijs, omdat het samenwerkingsverband de ambitie heeft om voor zoveel mogelijk leerlingen thuis nabij het passend onderwijsaanbod te realiseren. Wat er op korte termijn verandert wordt in het navolgende uitgelegd. Regionale Samenwerkingsverband (RSV) Breda e.o., OOK Ridderstraat 34 4902 AB Oosterhout (NB)
[email protected] Zorgplicht. Schoolbesturen hebben vanaf 1 augustus 2014 zorgplicht. Dit betekent dat de scholen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling, die
30
bij de school staat ingeschreven of is aangemeld en die extra ondersteuning nodig heeft, een passend onderwijsaanbod krijgt. Dit houdt in dat na aanmelding de school eerst zorgvuldig gaat onderzoeken wat uw kind nodig heeft en of de school die ondersteuning zelf kan realiseren, eventueel met ondersteuning vanuit het samenwerkingsverband. Als de school de ondersteuning niet zelf kan bieden en aangeeft dat uw kind het beste naar een andere school kan gaan, moet de school, na overleg met u, zorgen dat er een andere school gevonden wordt die wel een passend aanbod kan doen en uw kind kan toelaten. Dit kan een andere basisschool zijn, maar ook een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. Goed overleg met de ouders is in deze situatie uiteraard belangrijk. Nieuwe visie op ondersteuning. Tot nu toe zijn we in Nederland gewend aan een proces van verwijzing en toewijzing dat is gebaseerd op de vraag wat er met het kind aan de hand is. Op basis van handelingsverlegenheid van de school en kindkenmerken zijn tot nu toe besluiten genomen over verwijzingen naar het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs of de toekenning van een rugzakbekostiging als de leerling ondanks indicatie op de basisschool blijft. Na 1 augustus 2014 kijken we niet meer naar wat er met het kind aan de hand is, maar proberen we de vraag te beantwoorden welke extra onderwijsbehoefte de leerling heeft en welke extra ondersteuning dan geregeld moet worden. De handelingsverlegenheid van de school is dan niet langer een criterium voor indicatie, maar meer een signaal dat de leerling een beter
School is leuk... leren is leuk!
31
passend onderwijsaanbod nodig heeft. Dit kan zijn in de vorm van de basisondersteuning (dit is de ontwikkelingsgericht basiskwaliteit vanbasisonderwijs ons onderwijs), lichte ondersteuning (zoals het begeleiden bij een eigen leerlijn, dyslexie, sociale vaardigheden of faalangst) of zware ondersteuning (bijvoorbeeld indicatiestelling voor REC3 of REC4). Positie van de ouders. De invoering van de Wet Passend Onderwijs leidt tot een andere positionering van de ouders in trajecten van toeleiding, verwijzing en extra ondersteuning. Indien uw kind meer ondersteuning nodig heeft dan de basisondersteuning van de school moet de school op basis van de zorgplicht in actie komen. Dit betekent dat de school de verantwoordelijkheid heeft te onderzoeken welke onderwijsbehoeften de leerling heeft en op welke manier daarop een passend antwoord kan worden gegeven. Uiteraard betrekt school van meet af aan de ouders in dit traject. School is in dit traject leidend en zorgt er voor dat onderzoek plaatsvindt. Het onderzoek kan leiden tot verschillende uitkomsten, te weten: 1. De leerling blijft op school met extra ondersteuning, een arrangement ‘lichte ondersteuning of zware ondersteuning; 2. De leerling gaat naar een andere basisschool; 3. De leerling wordt aangemeld bij de commissie voor toelaatbaarheidsverklaringen voor plaatsing op school voor speciaal basisonderwijs (SBO) aan de hand van het groeidocument (leerlingdossier); 4. De leerling wordt aangemeld bij de commissie voor toelaatbaarheidsverklaringen voor
plaatsing op een school voor speciaal onderwijs (SO REC3 of REC4) aan de hand van het groeidocument (leerlingdossier), dan wel voor een arrangement voor de leerling op de basisschool; 5. De leerling wordt aangemeld bij de commissie voor onderzoek voor toelaatbaarheid tot speciaal onderwijs voor blinde en slechtziende en dove en slechthorende en spraak/taalgebrekkige leerlingen, dan wel voor een arrangement voor de leerling in de basisschool. Voor de eerste vier trajecten zijn wettelijk afspraken gemaakt over de positionering van ouders en kunnen ouders zich beroepen op een mogelijk geschil. Het traject met betrekking tot de aanmeldingen voor toelaatbaarheid tot speciaal onderwijs voor blinde en slechtziende en dove en slechthorende en spraak/taalgebrekkige leerlingen, dan wel voor een arrangement voor de leerling in de basisschool valt buiten de wettelijke bevoegdheden van het samenwerkingsverband passend onderwijs.
Met betrekking tot de eerste vier trajecten kunnen ouders na 1 augustus 2014 verschillende commissies benaderen. • Geschillencommissie Passend Onderwijs. Deze commissie beslecht geschillen in po, vo en (v)so, over toelating van leerlingen, die extra ondersteuning behoeven, de verwijdering van leerlingen en het ontwikkelingsperspectief; • Bezwaaradviescommissie toelaatbaarheidsverklaring. Het samenwerkingsverband heeft een eigen bezwaaradviescommissie ingericht, waar ouders zich tot kunnen richten bij een bezwaar tegen een besluit over een toelaatbaarheidsverklaring. Bij deze bezwarencommissie kunnen ouders en/of scholen terecht alvorens een stap te zetten naar de genoemde Geschillencommissie Passend Onderwijs. Ouders behouden daarnaast de mogelijkheid om hun klacht voor te leggen aan het College voor Mensenrechten en Gelijke Behandeling en om een beroep aan te tekenen bij de rechter.
School is leuk... leren is leuk!
Schoolondersteuningsprofiel. (SOP) Iedere school stelt binnen pasontwikkelingsgericht send onderwijs basisonderwijs een ondersteuningsprofiel op, waarin de school beschrijft welke ondersteuning zij kan bieden en hoe deze ondersteuning is georganiseerd. De medezeggenschapsraad heeft adviesrecht met betrekking tot de vaststelling van het schoolondersteuningsprofiel. Aan de hand van dit SOP maakt de school ook duidelijk of de school zich wil specialiseren in een bepaald type ondersteuning of in principe een school wil zijn voor alle leerlingen als het passend onderwijsaanbod kan worden gerealiseerd. Het schoolondersteuningsprofiel speelt een rol in het toelatingsbeleid van de school en is voor ouders een informatiebron die geraadpleegd kan worden als zij op zoek zijn naar een school voor hun kind. Het schoolondersteuningsprofiel is opvraagbaar bij de intern begeleider van de school. Indien de schoolgids u onvoldoende informatie verschaft over een mogelijk passend onderwijsaanbod voor uw kind kunt u de volgende acties ondernemen: • Vraag het schoolondersteuningsprofiel op en ga na of het profiel past bij wat voor uw kind belangrijk is; • Plan een afspraak met school en leg uw vragen die u heeft voor. Graag informeert school u over de aanwezige kennis met betrekking tot de onderwijsvraag van uw kind, de beschikbare voorzieningen, de leerlingenpopulatie en alle andere zaken die voor u belangrijk zijn; • Raadpleeg de website van de inspectie voor het primair onder-
wijs voor rapportage van de school op basis van het toetsingskader van de inspectie. Verwijzingscommissies. Na 1 augustus 2014 bestaan de Permanente Commissie Leerlingenzorg (voor verwijzing naar het speciaal basisonderwijs) en de Commissies voor Indicatiestelling (voor verwijzing naar speciaal onderwijs) niet meer. Binnen het nieuwe Samenwerkingsverband (RSV Breda e.o.) worden deze commissies samengevoegd tot één Commissie voor Toelaatbaarheidsverklaringen (CTLV). Indien uw kind in aanmerking komt voor plaatsing in het speciaal (basis)onderwijs raadpleeg de intern begeleider van de school omtrent protocol en procedure. Meer informatie nodig? De transitie naar de nieuwe Wet Passend Onderwijs is niet met ingang van het schooljaar 2014-2015 afgerond. De regering zal ook komend schooljaar nog vele aanpassingen en aanvullingen op de huidige wet bekend maken en de schoolbesturen moeten ten aanzien van verschillende thema’s nog verder beleid ontwikkelen. Al deze ontwikkelingen worden op termijn opgenomen in de schoolgids. Echter beleidsontwikkeling zal sneller gaan dan bijstelling schoolgids, vandaar dat school u graag wijst op belangrijke informatiebronnen, te weten: • Passend Onderwijs Informatiegids voor ouders ( uitgave Steunpunt Passend Onderwijs); • www.steunpuntpassendonder wijs.nl; • www.passendonderwijs.nl; • www.medezeggenschap-passend onderwijs.nl; • www.mensenrechten.nl;
32
• www.onderwijsconsulenten.nl; • www.onderwijsgeschillen.nl; • www.rsvbreda.nl (website van het eigen samenwerkingsverband). 4.3 Jeugdzorg in het algemeen
Sociaal team Samen met professionals, maatschappelijke organisaties en vrijwilligers organiseert gemeente Gilze en Rijen vanaf 2015 de begeleiding en ondersteuning voor onze inwoners in de vorm van het Sociaal Team. Dit team bestaat dus uit een aantal professionals van verschillende organisaties. Het is de bedoeling dat deze organisaties binnen onze gemeente samenwerken. De werkzaamheden zijn gericht op het versterken van de eigen kracht en het vergroten van de zelfredzaamheid van de inwoner en hun sociaal netwerk. Indien nodig leiden ze de inwoners snel toe naar effectieve en efficiënte ondersteuning dat gericht is op het activeren in plaats van compenseren. Voor vragen over het Sociaal Team, kunt u contact opnemen met de coördinator Yvonne Zonnenberg,
[email protected] Jeugdhulpnetwerk 12 min Op 1 januari 2005 is de Wet op de Jeugdzorg in werking getreden. Deze wet regelt de aanspraak op, de toegang tot en de bekostiging van de jeugdzorg. Daarnaast schept zij een wettelijk kader waarin een samenhangend aanbod van jeugdzorg is gerealiseerd. Hiertoe is in de gemeente Gilze en Rijen een jeugdhulpnetwerk opgericht met o.a. vertegenwoordigers van de basisscholen, peu-
School is leuk... leren is leuk!
33
terspeelzalen, huisartsen, GGD, politie en gemeente. Dit netwerk komt maandelijks bijeen en beontwikkelingsgericht basisonderwijs spreekt problemen met kinderen die ingebracht kunnen worden door elke vertegenwoordiger vanuit het veld. Het netwerk lost zelf geen problemen op, maar reikt oplossingsmogelijkheden aan, aan ouders of inbrenger. Het is regel dat een probleem van of met een kind met toestemming van de ouders/verzorgers wordt ingebracht. Soms gebeurt dat echter niet; de inbrenger vraagt dan alleen om suggesties om daarmee zelf verder te kunnen. Huiselijk geweld en kindermishandeling Wanneer wij het vermoeden hebben dat er sprake is van huiselijk geweld en kindermishandeling in de thuissituatie zal onze school melding doen bij ‘VEILIG THUIS’ – de nieuwe naam van het AMK (Algemeen Meldpunt Kindermishandeling). De volgende weg wordt dan gevolgd: 1. De leerkracht signaleert dat een kind minder goed functioneert; 2. De leerkracht deelt de zorgen die hij heeft over een kind met de IB-er en spreekt het vermoeden van kindermishandeling uit; 3. Indien nodig, worden andere medewerkers binnen de school of partners in de (externe) zorgstructuur betrokken om de situatie beter in kaart te krijgen; 4. Er wordt een verslag gemaakt over de gemaakte afspraken en de uitvoering ervan; 5. De directie wordt op de hoogte gebracht van de stand van zaken. In overleg met de leerkracht en de IB-er wordt het besluit om te melden genomen;
6. De melding wordt gedaan. IBer ofwel directie stelt ouders op de hoogte van de melding bij ‘VEILIG THUIS’. Wanneer zal er gemeld worden? 1. Bij lichamelijke mishandeling: het kind wordt geslagen, geschopt, geknepen, gebrand en dergelijke; 2. Psychische mishandeling: het kind wordt afgewezen, geterroriseerd, aangezet tot afwijkend en/of antisociaal gedrag, gepest, getreiterd, gekleineerd; aan het kind worden extreem hoge eisen gesteld; een juiste vorm van onderwijs wordt onthouden; 3. Seksuele mishandeling: het kind wordt gedwongen seksuele handelingen te ondergaan, seksuele handelingen uit te voeren, getuige te zijn van seksuele handelingen van anderen of wordt gedwongen te kijken naar pornografisch materiaal; 4. Lichamelijke verwaarlozing: het
kind wordt (medische) verzorging en/of veiligheid onthouden, het kind krijgt onvoldoende voedsel en kleding; 5. Psychische verwaarlozing: het kind wordt geestelijk verwaarloosd, geïsoleerd, genegeerd; koestering wordt onthouden en er is nooit aandacht of tijd voor het kind. Vaak komen verschillende vormen van mishandeling tegelijkertijd voor. Onderwijsachterstandenbeleid Scholen worden geconfronteerd met leerlingen die bij de entree in het basisonderwijs te maken hebben met een grote achterstand. Dit kan verstrekkende negatieve gevolgen hebben voor de verdere schoolloopbaan en de latere maatschappelijke carrière van deze kinderen. De uitgangspunten van het landelijke onderwijsachterstandenbeleid zijn gericht op het zo vroeg en effectief mogelijk aanpakken van achterstanden:
School is leuk... leren is leuk!
1. De taken en verantwoordelijkheden worden zo efficiënt en effectief mogelijk weggelegd bij ontwikkelingsgericht basisonderwijs schoolbesturen; 2. Bij de toedeling van middelen wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de feitelijke achterstand van leerlingen; 3. Er is meer aandacht voor de bestrijding van onderwijsachterstanden bij autochtone achterstandsleerlingen; 4. Bij scholen dient het accent te liggen op het vroegtijdig opsporen en aanpakken van achterstanden. Om dit te bewerkstelligen ligt de nadruk op de voor- en vroegschoolse educatie en de totstandkoming van schakelklassen. De regering heeft twee doelstellingen gesteld: gemeenten en scholen zijn hierbij de uitvoerders. De doelstellingen van de gemeente Gilze en Rijen zijn hiervan afgeleid: 1. Professionalisering van het peuterspeelzaalwerk (gerelateerd aan VVE = Voor- en Vroegschoolse Educatie) en deskundigheidsbevordering; 2. Vroegtijdig lokaliseren van de peuters en gezinnen uit de doelgroep met een significante taalen ontwikkelingsachterstand; 3. Verhoging van het percentage kinderen uit de doelgroep dat naar de peuterspeelzaal gaat; 4. Invulling geven aan de formele eisen van VVE (Piramide en Taallijn VVE); 5. Gericht aanpakken van taal- en ontwikkelingsachterstand voor leerlingen van de basisschool door het opzetten van een schakelklas; 6. Vormgeven van de doorgaande ontwikkelingslijn van de peuter-
speelzaal naar de basisschool en verdiepen van de samenwerking; 7. Signaleren van risicokinderen; 8. Aanpak van risicokinderen door afstemmen van in- en externe zorgstructuur; 9. Inrichten van een zorgstructuur op de peuterspeelzalen. Voor- en Vroegschoolse Educatie In de vroege kinderjaren vindt de snelste ontwikkeling plaats (motorisch, cognitief, sociaal-emotioneel) en blijken in de praktijk ook aanzienlijke verschillen in de ontwikkeling van de kinderen te ontstaan. De kwaliteit van de opvoedingsomgeving en de communicatie met kinderen is van grote invloed op de individuele ontwikkeling. De VVE speelt hierbij een belangrijke rol. Doel van VVE is om de taal- en ontwikkelingsachterstand bij de doelgroep van het onderwijsachterstandenbeleid te voorkomen, dan wel zo snel mogelijk aan te pakken. Daarom is een belangrijk element van VVE dat de aanpak al start voordat kinderen in
34
het basisonderwijs beginnen.
Vervolgens ontstaat een doorlopende leerlijn van voorschools naar vroegschools. Voorschoolse educatie is bestemd voor doelgroepkinderen van 2 en 3 jaar en wordt verzorgd op een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf. Hiervoor is de gemeente verantwoordelijk. Vroegschoolse educatie is bestemd voor doelgroepkinderen van 4 en 5 jaar en wordt verzorgd in gr. 1 en 2 van een basisschool. Hiervoor zijn de scholen verantwoordelijk. Scholen krijgen een eigen budget voor het realiseren van de vroegschoolse educatie. Onze school krijgt hier geen middelen voor, omdat wij te weinig leerlingen hebben met een leerlinggewicht dat wijst op grote taal- en ontwikkelingsachterstand. Gezien de beperkte middelen is er voor gekozen dat de VVE-middelen worden ingezet voor programma’s, die door doel-
School is leuk... leren is leuk!
35
groepkinderen worden gevolgd in een voorschoolse instelling (peuterspeelzaal en kinderdagopvang) ontwikkelingsgericht basisonderwijs onder leiding van professionele leidsters. Doelgroep Tot de doelgroep behoren in de eerste twee groepen van het basisonderwijs kinderen met een leerlinggewicht, als bedoeld in de wet. De gemeente Gilze en Rijen heeft ervoor gekozen om naast het criterium leerlinggewicht voor de voorschoolse periode ook het criterium risicoleerling te definiëren. Daarmee sluiten wij aan op de indicatie van achterstanden die de instellingen uit de Jeugdgezondheidszorg hanteren. Zo kunnen wij het beste een doorlopende leerlijn realiseren. Jeugdgezondheidszorg GGD Hart voor Brabant Vanaf de basisschool ligt de zorg voor uw kind niet meer bij het consultatiebureau, maar bij de GGD Hart voor Brabant, afdeling jeugdgezondheidszorg (JGZ). Aan iedere basisschool is een team van de GGD verbonden bestaande uit: • de jeugdarts; • de jeugdverpleegkundige; • een assistente; • de logopediste. Zij hebben als doel de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling bij kinderen van vier tot negentien jaar te bevorderen. Wat doet de GGD op school? De afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Hart voor Brabant zet zich in voor de bescherming en bevordering van de gezondheid van de jeugd van 0 tot 19 jaar. Jeugdartsen, jeugdver-
pleegkundigen, teamassistenten en logopedisten sporen gezondheidsproblemen bij jeugdigen op. Zij geven adviezen over de gezondheid en ontwikkeling van uw kind. De GGD volgt op vaste momenten de groei en de ontwikkeling van uw kind. U ontvangt thuis een uitnodiging voor het gezondheidsonderzoek van uw kind. Dit onderzoek vindt voortaan plaats op het consultatiebureau bij u in de wijk. Hoe gaat het gezondheidsonderzoek in zijn werk? • Als uw kind 5/6 jaar is: De teamassistente meet de lengte en het gewicht en test ook de oren en de ogen. Daarna bespreekt de jeugdarts met u de gezondheid en de ontwikkeling van uw kind. • Als uw kind 9/10 jaar is: De teamassistente meet de lengte en het gewicht. Daarna bespreekt de jeugdverpleegkundige met u de groei en de ontwikkeling van uw kind. De jeugdverpleegkundige
geeft ook de DTP en BMR-vaccinaties. Op www.ggdhvb.nl/mijnkind leest u meer informatie over deze vaccinaties. Uiteraard kunt u tijdens deze gezondheidsonderzoeken al uw vragen stellen! Contact met school De jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen onderhouden regelmatig contact met school. Als voorbereiding op het gezondheidsonderzoek informeren zij bijvoorbeeld bij de leerkracht of interne begeleider hoe het met uw kind gaat. Ze nemen ook deel aan de Externe Ondersteuningsteams op school. De GGD doet meer! Heeft u vragen over opvoeden, opgroeien of gezondheid van uw kind dan kunt u ook terecht bij het consultatiebureau in uw buurt. Daarnaast voert de GGD in overleg met school ook projecten uit rondom een gezonde leefstijl. Denk hierbij aan projecten over
School is leuk... leren is leuk!
‘gezonde voeding’ en ‘bewegen’. De GGD biedt leerkrachten en interne begeleiders ook advies ontwikkelingsgericht basisonderwijs en ondersteuning bij ingrijpende gebeurtenissen en veiligheid op school. Voor vragen is er een wekelijks spreekuur op maandagmiddag van 13.00-14.00 uur op het consultatiebureau Gilze, Bisschop de Vetplein 9. De logopediste van de GGD Aan de school van uw kind is een logopedist van de GGD verbonden. De logopedist zorgt ervoor dat problemen op het gebied van spraak/taal zo vroeg mogelijk worden gesignaleerd en gecontroleerd. Daarnaast geeft de logopediste voorlichting en advies. In verband met bezuiniging is de logopediste tot 1 januari 2016 verbonden aan onze school. Ná 1 januari kunt u bij het consultatiebureau terecht voor advies. Meer informatie: Heeft u vragen? Wilt u tips of adviezen over de opvoeding van uw kind? Of heeft u twijfels over de gezondheid van uw kind? Maak dan een afspraak met de GGD Jeugdgezondheidszorg via tel. 0900 – 46 36 443. Bereikbaar elke werkdag van 08.00 tot 17.00 uur. Kijk ook eens op onze website: www.ggdhvb.nl/mijnkind
Welke JGZ-medewerkers werken op onze school? Regine van Riemsdijk Jeugdarts r.van.riemsdijk@ ggdhvb.nl
36
Ria Appels, Jeugdverpleegkundige
[email protected]
Hanneke Formannoy Logopediste
[email protected]
Floortje Lagendijk Medewerker Gezondheidsvoorlichting
[email protected] Joyce Crul Schoolmaatschappelijk werker
[email protected]
Ziek zijn en onderwijs Iedere school krijgt te maken met leerlingen die tijdelijk niet naar school kunnen omdat ze ziek zijn. Het protocol onderwijsondersteuning zieke leerlingen BAO ligt op school ter inzage.
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 5 De ouders en ouderbetrokkenheid ontwikkelingsgericht basisonderwijs
5.1 Het belang van de betrokkenheid van de ouders Algemeen School en ouders dragen gezamenlijk de zorg en verantwoording voor de kinderen. Goed onderwijs is daarom gebaat bij goed contact tussen school en ouders, gesteund door heldere afspraken. Contacten van ouders naar school De groepsleerkracht van uw kind is altijd uw eerste aanspreekpunt. Voor kort overleg kunt u rustig na schooltijd binnenlopen. Wanneer u wat meer tijd nodig hebt, kunt u beter een afspraak maken. De leerkracht kan dan meer tijd voor u vrij maken. Rapporten: Met ingang van vorig schooljaar hebben we de rapportage naar u enigszins gewijzigd. Tijdens de eerste ouderavond op 26 november, ontvangt u rapport 1. Wij willen tijdens de eerste ouderavonden op 26 en 30 november graag met u praten over de brede ontwikkeling van uw kind, liefst los van een rapport. Wij zullen u dan ook vooraf aangeven waarover wij willen praten. Ook u kunt uw bespreekpunten inleveren. Het eerste rapport krijgt u, na het gesprek, mee naar huis. Op 23 maart ontvangt u dan het tweede rapport. Dit bespreken we op 31 maart en 4 april. Het derde rapport ontvangt u op 6 juli. Er is een mogelijkheid om dit in de week van 11 juli (additioneel) te bespreken. Uiteraard bent u altijd welkom om te praten over uw kind. Ook het zes-weken gesprek kan een mooie gelegenheid zijn. Bij de kleuters is het iets anders. De kleuters ontvangen aan het eind van groep 1 een rapport en
38
medio groep 2 (maart) en eind groep 2. De leerkracht kan u hierover verder informeren. Met dit rapportbeleid sluiten we beter aan bij de visie van onze school. Via ons administratieprogramma zullen wij u uitnodigen voor de ouderavonden. Wij verzoeken u dan ook om beide avonden beschikbaar te zijn. Mocht u lopende dit schooljaar opmerkingen/suggesties hebben voor dit gewijzigde beleid dan kunt u altijd contact opnemen met de leerkracht van uw kind.
Wij informeren u en houden contact met u via ouderavonden: • Op maandag 14 september zijn de jaarlijkse groeps-informatieavonden; • Als uw kind ± 6 weken in groep 1 zit, nodigt de leerkracht de ouders uit voor een eerste gesprek; • Twee keer per jaar is er een oudergespreksavond voor groep 1-2. Op 26 en 30 november en op 31 maart en 4 april en eventueel op 11 juli (additioneel); • In groep 3 t/m 8 nodigen leerkrachten na een zestal weken de ouders uit, als hun kind zich niet ontwikkelt zoals verwacht; • Twee keer per jaar kunt u na het rapport van groep 3 t/m 8 het welbevinden en de leerresultaten van uw kind bespreken tijdens oudergespreksavonden. Op 11 en 15 december en op 26 en 30 maart en eventueel op 6 juli; • Door het jaar heen zijn er themaavonden of speciale ouderavonden, afhankelijk van de groep waarin uw kind zit; • Voor de herfstvakantie, in de week van 19 oktober zijn er kijkmiddagen voor de ouders van leerlingen uit groep 1; • Op maandag 22 en dinsdag 23 februari 2016 vinden de advies-
School is leuk... leren is leuk!
gesprekken voor het voortgezet onderwijs plaats. Ouders en leerlingen uit groep 8 zijn hierbij ontwikkelingsgericht basisonderwijsop 31 welkom. (de gesprekken maart en/of 4 april komen voor groep 8 te vervallen). Tevens ontvangt u vanuit de school regelmatig schriftelijke informatie: • De informatiekalender is te downloaden via de site (hij verschijnt niet meer op papier); • De rapporten: drie keer per jaar, vanaf groep 3, zonodig aangevuld met rapportage vanuit de remedial teaching, die mondeling wordt toegelicht door de groepsleerkracht. Kleuters ontvangen twee keer per jaar een rapport (oudsten) en jongste kleuters één keer; • Bij ieder rapport de uitslagen van toetsen uit het LVS = leerlingvolgsysteem; • De uitslagen van landelijke toetsen: Cito Entree (groep 7) en Cito Eind (groep 8) en het onderwijskundig rapport bij de overgang naar het voortgezet onderwijs; • Het “Bolster Bericht”: een infoblad dat u iedere woensdag informeert over actuele zaken die voor ouders en kinderen van belang zijn; • De schoolgids (via de website).
Zie ook onze website: www.debolstergilze.nl Informatie aan gescheiden ouders Er zijn kinderen bij ons op school, waarvan de ouders niet bij elkaar leven. Wij vinden het belangrijk om beide ouders goed te informeren over de ontwikkeling van hun kind(eren). Zij hebben daar ook recht op! Voorwaarde is natuurlijk wel dat beide ouders hun verschil-
lende adressen doorgeven aan de directie. Van de volgende documenten worden kopieën verstrekt aan de op dat moment verantwoordelijke ouder. Deze geeft ze door aan de ex-partner: • de schoolgids; • het rapport (een origineel + een kopie); • de uitnodiging voor de ouderavonden; beide ouders worden uitgenodigd voor een gezamenlijk gesprek. Alleen in bijzondere gevallen kan hiervan worden afgeweken. Als één van de ouders dit anders wil, kan hij of zij contact opnemen met de directeur. Alle overige informatie wordt aan het kind in enkelvoud meegegeven. Op verzoek wordt de overige informatie ook aan de ouder verstrekt waarbij het kind op dat moment niet woont. Een verzoek om gegevens over het kind te verstrekken aan derden wordt altijd aan beide ouders gedaan. Activiteiten waaraan ouders deelnemen Ouders ontvangen in de loop van het schooljaar oproepen voor ouderhulp. Hiermee kunt u zich opgeven voor activiteiten waarbij u wilt/kunt helpen, zoals: • niveaulezen • handvaardigheid • thema’s • spelletjes • vieringen • musical • excursies • e.d. Ouderhulp, ter ondersteuning van het onderwijs, vindt plaats met inachtneming van een aantal afspraken: • de verantwoordelijkheid ligt altijd bij de leerkracht;
39
• de leerkracht draagt zorg voor het didactisch concept en de te maken keuzes; • de leerkracht maakt met de ouders afspraken over de wijze van invulling van de ouderhulp.
Financiën • Vrijwillige ouderbijdrage wordt vastgesteld op jaarvergadering (2014-2015 was e 15,-); • Vrijwillige overblijfbijdrage e 10,(vanaf januari 2016); • Schoolreis: e 20,-; • Kampgeld groep 8: e 55,-. 5.2 De oudervereniging De oudervereniging zet zich in om: 1. de ontwikkeling van de kinderen tijdens de basisschoolperiode te stimuleren. Allerlei activiteiten worden daarom samen met het team georganiseerd; 2. de open relatie tussen ouders/ verzorgers en de school te bevorderen. De ouderraad Het “dagelijks bestuur” van de vereniging wordt gevormd door de ouderraad, een vertegenwoordiging gekozen door en uit de leden. De ouderraad bestaat uit 9 à 11 ouders die, bijgestaan door 2 teamleden, zo’n acht maal per jaar vergaderen. Jaarlijks treden tijdens de jaarvergadering enkele ouderraadsleden af volgens een vooraf vastgesteld rooster. Ieder lid van de vereniging kan zich dan kandidaat stellen, en ieder lid heeft stemrecht inzake de te (her-) kiezen leden. De namen en adressen van de ouderraadsleden staan vermeld op de informatiekalender. Lidmaatschap Het lidmaatschap van de vereniging staat open voor alle ouders/ verzorgers van kinderen, die op
School is leuk... leren is leuk!
“De Bolster” onderwijs volgen. Het lidmaatschap is vrijwillig.
• groep 8: schoolkamp 20 t/m 22 juni 2016. Op donderdag 23 juni is groep 8 vrij.
ontwikkelingsgericht Hoewel tijdens basisonderwijs de jaarvergade-
ring een bijdrage per kind per jaar wordt vastgesteld, blijft het een vrijwillige bijdrage, welke jaarlijks via het Bolster Bericht bekend wordt gemaakt. Met deze bijdragen, worden de kosten van de activiteiten gedekt. Alle nieuwe ouders ontvangen een aanmeldingsformulier. Als lid ontvangt u elk jaar een uitnodiging voor de jaarvergadering. Het lidmaatschap eindigt automatisch als uw kind naar een andere school gaat. De activiteiten Naast het organiseren van een jaarvergadering - soms themaavond - en het deelnemen aan informatiedagen van de school is de ouderraad (mede-)organisator van een groot aantal activiteiten voor de kinderen. Al deze activiteiten staan vermeld op de informatiekalender. Kalendergebonden activiteiten Aan het einde van het schooljaar: • Schoolreis op dinsdag 14 juni 2015. Voor deze schoolreis wordt door de school een eigen bijdrage gevraagd van € 20,00 per leerling. Er zijn vier spaardata (en een reservedatum) opgenomen vanaf januari om u zo de gelegenheid te geven om het bedrag in delen te betalen. Hierover ontvangt u in januari een aparte schoolreisbrief. • Ook zijn er activiteiten rond Sinterklaas, Kerst, Carnaval en Pasen: vieringen/maaltijden/ musical/voetbaltoernooien. Groepsgebonden activiteiten • groep 7-8: Paasvoetbaltoernooi; • groep 1 t/m 8: schoolreis; • groep 5-8: gemeentelijke sportdag op donderdag 26 mei 2016;
Overige activiteiten En er zijn een aantal zaken die het hele jaar door lopen: • de raamversieringen; • medewerking aan de fondswerving. Hulpouders Voor de uitvoering van al deze activiteiten kunnen we gelukkig een beroep doen op een grote groep hulpouders. Jaarlijks kan iedere ouder die dat wil zich op geven als hulpouder voor één of meer activiteiten. Het is een leuke ervaring om eens op een andere manier met de kinderen en de leerkrachten om te gaan!! 5.3 De medezeggenschap De medezeggenschapsraad (MR) Op basisschool De Bolster is een medezeggenschapsraad van 8 leden actief. De raad is te vergelijken met een ondernemingsraad in het bedrijfsleven. Doelstelling De medezeggenschapsraad is een wettelijk voorgeschreven instelling, die de inspraak van ouders en personeelsleden op school regelt en garandeert. De raad is bevoegd om over alle zaken op school te spreken. Reglement De medezeggenschapsraad werkt volgens een met het bestuur overeengekomen reglement. Daarin zijn de verkiezing van de leden, de werkwijze van de raad en de bevoegdheden vastgelegd. In het reglement staat voor welke besluiten het schoolbestuur aan de raad
40
tijdig advies moet vragen en voor welke besluiten aan de raad instemming moet worden gevraagd. De raad kan overigens ook zelf aan het bestuur voorstellen doen of ongevraagd advies uitbrengen. Het reglement bepaalt verder dat de raad tijdig moet worden geïnformeerd en noemt de termijnen, waarbinnen een antwoord op vragen gegeven moet worden. In de wet op de medezeggenschap is exact geregeld wie wanneer bevoegd is.
De samenstelling De MR bestaat voor de helft uit ouders en voor de helft uit personeelsleden. Deze pariteit, evenveel ouders als personeelsleden, wordt door de wet voorgeschreven. Uit en door de ouders worden vier leden gekozen, terwijl ook de personeelsleden vier leden in de raad afvaardigen. De zittingsperiode is vastgesteld op drie jaar. Elk jaar treedt de helft van de leden af. De leden zijn overigens weer direct herkiesbaar. De directeur is adviseur van de MR. Verslagen De MR vergadert één keer in de twee maanden. De agenda wordt vooraf bekend gemaakt. De bijeenkomsten van de raad zijn in de regel openbaar. Het verslag van de vergaderingen wordt op een voor ieder toegankelijke plaats op school opgehangen, of op verzoek door de secretaris gemaild. Verslagen worden ook op de website geplaatst. De raad kent ook een jaarverslag van september tot september. Overleg De raad vergadert vaak over voorgenomen besluiten, die door het bestuur of de directie zijn
School is leuk... leren is leuk!
41 ontwikkelingsgericht basisonderwijs
voorgesteld. Hierbij is zonodig een van de directieleden aanwezig om toelichting te geven. Informatie De raad ontvangt veel post over allerlei ontwikkelingen in het basisonderwijs. Het verzamelen van informatie is voor de raad van groot belang, omdat de regels in het onderwijs steeds in beweging zijn. Wet- en regelgeving in het onderwijs worden door de raad nauwlettend gevolgd i.s.m. GMR en de Stichting Nuwelijn. Wet medezeggenschap op scholen, artikel 7, lid 1 De raad bevordert naar vermogen openheid, openbaarheid en onderling overleg in de school. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) Onder het schoolbestuur Nuwelijn vallen zes basisscholen. Daarom heeft het bestuur een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad in het leven geroepen.
Doelstelling Het bestuur legt aan de GMR in principe alle besluiten en plannen voor die van belang zijn voor alle zes de basisscholen. De medezeggenschap volgt hier het niveau van besluitvorming. Wat gezamenlijk moet, komt in de GMR. Wat afzonderlijk kan, komt in de MR. Reglement Het bestuur en de GMR werken volgens een reglement, waarin is afgesproken welke besluiten ter advies en welke ter instemming aan de GMR moeten worden voorgelegd. Daartoe hebben de afzonderlijke MR-en een aantal bevoegdheden overgedragen aan de GMR. Samenstelling Elke medezeggenschapsraad van een school onder het schoolbestuur stuurt een afvaardiging naar de GMR. Er hebben evenveel ouders als personeelsleden zitting in de GMR. Op de informatiekalender staan de namen van de leden
van MR en GMR. Bijeenkomsten en verslagen De bijeenkomsten van de GMR zijn alleen toegankelijk voor de leden van de afzonderlijke MR-en. De secretaris van de GMR maakt een verslag van de bijeenkomsten. De verslagen zijn openbaar. De voorzitter van het college van bestuur vertegenwoordigt de stichting Nuwelijn. 5.4 De klachtenprocedure Op onze school wordt vanzelfsprekend veel aandacht besteed aan goed onderwijs. Daarnaast proberen leerkrachten samen met ouders en kinderen een veilige omgeving te scheppen. Het voorkomen van ongewenste intimiteiten, pesten, agressie of discriminatie is een voortdurend punt van aandacht in teambesprekingen en klassengesprekken. Mocht u toch klachten hebben over personen en/of situaties op
School is leuk... leren is leuk!
De Bolster, dan is het natuurlijk prettig als u eerst probeert deze te bespreken en op te lossen met ontwikkelingsgericht basisonderwijs de direct betrokkenen. Soms is dat niet zo gemakkelijk, omdat er juist problemen zijn met deze personen. Er zijn dan voor u verschillende mogelijkheden: 1. De directie en de leden van het schoolbestuur kunnen een bemiddelende rol spelen bij de afwikkeling van ernstige klachten; 2. U kunt contact opnemen met de interne vertrouwenspersonen op school: juffrouw Carmen en juffrouw Elke. Zonodig kunnen zij u verwijzen naar onze externe vertrouwenspersonen; 3. Een externe vertrouwenspersoon. De externe vertrouwenspersoon zal met u over de klacht praten en kijken welke volgende stappen wenselijk zijn:
42
• een vorm van hulpverlening; • het indienen van een klacht; • en/of het doen van aangifte bij de politie.
gebeld hebt. Bij eventuele vervolgvragen over dezelfde casus blijft de eerst betrokken externe vertrouwenspersoon aanspreekpunt.
U beslist welke stappen u wilt zetten, de vertrouwenspersoon ondersteunt u daarbij. Hij/zij kan u ook helpen de klacht in te dienen bij de regionale klachtencommissie.
De vertrouwenspersonen zijn verplicht tot vertrouwelijke behandeling en geheimhouding. Zij kunnen u informeren over de klachtenregeling die de school heeft overeenkomstig wettelijke verplichtingen. Zij kunnen ook adviseren over gespecialiseerde instanties.
Er wordt gewerkt met een pool van externe vertrouwenspersonen waarin 6 personen vertegenwoordigd zijn. Dit om een continue bereikbaarheid van de PMM telefoon: 073-6404090 onder schooltijden te kunnen waarborgen. En een goede spreiding van de kennis en expertise onder alle externe vertrouwenspersonen. PMM = Preventie Machts Misbruik Noteer goed de naam van de externe vertrouwenspersoon als je
De Bolster is aangesloten bij de onafhankelijke klachtencommissie machtsmisbruik in het onderwijs: Stichting KOMM, Mevr. A. de Koning-Meeùs, postbus 75, 4850 AB Ulvenhout. Telefoon: 06-10585367 E-mail:
[email protected] Website: www.komm.nl De regionale klachtencommissie adviseert het bestuur over de gegrondheid van de klacht en over de behandeling daarvan. Even-
School is leuk... leren is leuk!
tueel houdt zij een hoorzitting met de klager en de beklaagde. Het schoolbestuur en de medezegontwikkelingsgericht genschapsraad basisonderwijs zijn overeengekomen zich bij een conflict neer te leggen bij het oordeel van een dergelijke commissie. De inspectie van het onderwijs beschikt ook over een centraal meldpunt vertrouwensinspecteurs voor klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, ernstig fysiek- of geestelijk geweld, te bereiken onder tel. nr. 0900 111 3 111. Informeren van de leerlingen De eigen leerkracht zal de kinderen informeren over de taak van de interne vertrouwenspersoon. 5.5 Tevredenheidsonderzoek Uiteraard spreken we veel ouders op school. We nodigen ouders ook altijd uit om langs te komen als er iets is. Gelukkig maken de meeste ouders hier gebruik van en is de school laagdrempelig. Toch is dat voor ons niet voldoende. Eens in de 4 jaar houden we een enquête onder alle ouders om hen te vragen hun mening over het reilen en zeilen bij ons op school aan te geven. Er wordt dan een bureau ingeschakeld, die dit voor ons regelt. Ouders, leerkrachten en ook de kinderen vanaf groep 5 worden gevraagd om de tevredenheidpeiling in te vullen. Ouders krijgen natuurlijk de uitslag van de peiling. Wij gebruiken de uitslag om de plannen voor de toekomst te schrijven. In maart 2014 hebben we deze peiling gehouden. De uitslagen en de verbeterpunten treft u op deze pagina aan.
TOP 10 TEVREDENHEID LEERLINGEN 2014 Onze school pluspunten 11. Waardering uitstapjes met de klas 12. Mate van bang zijn op het schoolplein 13. Waardering tekenen 14. Waardering gymnastiekles 15. Waardering samenwerken 16. Veel schoolvriendjes/vriendinnen 17. Waardering handvaardigheid 18. Duidelijkheid regels 19. Oudertevredenheid 10. Wil niet naar andere school
43 KBS De Bolster 90% 89% 85% 85% 83% 83% 82% 82% 82% 81%
TOP 10 ONTEVREDENHEID LEERLINGEN 2014 Onze school pluspunten KBS De Bolster 11. Waardering rekenen 42% 12. Waardering geschiedenis 34% 13. Waardering levensbeschouw.vmg en godsdienst 34% 14. Waardering taal 33% 15. Vindt overblijven leuk 31% 16. Extra opdrachten 29% 17. Vindt schoolgaan leuk 29% 18. Vindt het rustig in de klas 27% 19. Vertelt leerkracht over pesten 26% 10. Waardering zelfstandig werken 26% TOP 10 TEVREDENHEID OUDERS 2014 Onze school pluspunten 11. Uiterlijk van het gebouw 12. Sfeer en inrichting schoolgebouw 13. Sfeer in de klas 14. Aandacht voor gymnastiek 15. Mate waarin leerkracht naar ouders luistert 16. Omgang leerkracht met de leerlingen 17. Vakbekwaamheid leerkracht 18. Inzet en motivatie leerkracht 19. Duidelijkheid van de schoolregels 10. Aandacht voor normen en waarden
KBS De Bolster 99% 99% 96% 95% 94% 94% 93% 93% 92% 91%
TOP 10 ONTEVREDENHEID OUDERS 2014 Onze school pluspunten 11. Veiligheid op weg naar school 12. Huidige schooltijden 13. Website 14. Aandacht voor pestgedrag 15. Hygiëne en netheid binnen de school 16. Begeleiding leerlingen met problemen 17. Informatievoorziening over het kind 18. Extra mogelijkheden goede leerlingen 19. Aandacht voor uitstapjes en excursies 10. Omgang van de kinderen onderling
KBS De Bolster 19% 17% 15% 15% 15% 13% 13% 12% 12% 11%
School is leuk... leren is leuk!
Terugblik 2014-2015: De verbeterplannen uit het schooljaar 2014-2015 zijn over het algeontwikkelingsgericht basisonderwijs meen uitgevoerd. Te denken valt aan: • Oriëntatie op een methode voor sociaal emotionele ontwikkeling; • Besluit schooltijden; • Ontwikkelen nieuwe website; • Aanschaf materialen “goede” leerlingen; • Invoeren nieuw rapport; • Invoeren nieuwe methode voor spelling; • Schrijven schoolplan 2015-2019.
44
De oriëntatie op een nieuwe methode voor sociaal emotionele ontwikkeling wordt voortgezet in schooljaar 2015-2016.
• Invoeren methode muziek; • Verfijnen OGO onderwijs; • Invoeren integraal kwaliteitssysteem.
Verbeterplannen 2015-2016: Ook in 2015-2016 zal De Bolster een bruisende school zijn. We gaan o.a. werken aan: • Invoering Engels in de groepen 5 tot en met 8; • Invoeren continurooster vanaf januari 2016; • Voortzetten Snappet (tablets) in groep 5;
De medezeggenschapsraad (MR) zal op de hoogte gehouden worden over de voortgang van de verbeterplannen.
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 6 De Ontwikkelingen op school ontwikkelingsgericht basisonderwijs
De school staat in een snel veranderende maatschappij. Daarom zullen wij steeds bezig zijn met vernieuwingen en verbeteringen van het onderwijs. Wij willen immers, net als u, het beste voor uw kind. Zelfstandig werken Zelfstandig werken wordt bevorderd door te werken binnen het ontwikkelingsgericht onderwijs, soms ondersteund door moderne methodes. Hierbij is de werkwijze van de leerkracht in samenspel met de kinderen van groot belang. Doel !!! • kinderen leren zo snel mogelijk zelfstandig aan het werk te gaan; • kinderen zelfvertrouwen bijbrengen; • de eigen verantwoordelijkheid vergroten; • de leerkracht in de gelegenheid stellen om leerlingen individueel of in groepjes te begeleiden. Team en kinderen bekwamen zich hierin steeds verder, begeleid door in- en externe coaches. Door het
46
toevoegen van extra stof of juist het aanpassen van werk voor zwakkere leerlingen gaat ieder kind zich competent voelen om taken zelfstandig uit te voeren. Computers integreren in het onderwijs Er is op onze school een netwerk geïnstalleerd. In ieder lokaal staan 2 à 3 computers voor het werken met al dan niet methodische software. Deze computers zijn aangesloten op het netwerk. Iedere groep beschikt over zijn eigen software. De leerkrachten hebben controle op het werk van de kinderen met deze software. Alle kinderen en leerkrachten beschikken over een persoonlijke “map” voor het opslaan van hun documenten/werkstukken. In de groepen 1 t/m 8 zijn digitale schoolborden of touchscreens aanwezig.
Vanaf schooljaar 2014-2015 zijn we gestart op school met het werken
School is leuk... leren is leuk!
met tablets in de vorm van Snappet. Opdrachten voor spelling en rekenen zullen door de leerlingen ontwikkelingsgericht basisonderwijs uit groep 4 op de tablet worden verwerkt (zie ook www.snappet.org) Een extra werkplek van 20 computers is beschikbaar voor groepsinstructie, waarbij beamerpresentaties de instructie vergemakkelijken. Een werkgroep heeft een aantal basisvaardigheden per jaargroep geformuleerd. Hiermee willen we bereiken dat kinderen op het einde van de basisschool o.a. kunnen omgaan met tekstverwerken en internet. Praktisch betekent dit dat kinderen kunnen werken met: Word, Power Point en het gebruik van internet. Er zijn ICT-coördinatoren. Zij bereiden technische en onderwijskundige zaken voor t.a.v. het netwerkbeheer en voeren deze vervolgens uit. Een werkgroep ICT ondersteunt haar daarbij.
Ontwikkelingsgericht onderwijs Zie hiervoor ook hoofdstuk 2 en hoofdstuk 3.6a en 3.6b en 3.6c. De school richt zich geheel op het ontwikkelingsgericht onderwijs. We willen hiermee het onderwijs nog meer afstemmen op de mogelijkheden waarover kinderen beschikken en deze systematisch uitbreiden. Alle groepen werken onder deskundige begeleiding verder aan het uitdiepen van hiermee samenhangende ideeën: Groep 1 t/m 4 werken o.a. aan thematisch onderwijs / registratie middels kinderdagboek / hoekenwerk / taal in thema’s / portfolio’s. Groep 5 t/m 8 werken aan thema’s gericht op wereldoriëntatie met als basis de integratie van taal / portfolio’s / onderzoeken. (Hoog)begaafdheid / Plusklas De Bolster werkt met een Plusklas voor de begaafde leerlingen. De Plusklas is 1x per week op de maandagmiddag. In de Plusklas wordt o.a. gewerkt met de pittige plustoren en het digitale program-
47
ma Acadin. De werkgroep zorgverbreding heeft de uitgangspunten voor signalering en begeleiding van (hoog)begaafden opgesteld (zie ook hoofdstuk 3). Sociaal emotionele ontwikkeling In de groepen werken we structureel met lessen uit de methodes: • “Kinderen en omgaan met conflicten”; • “Kinderen en omgaan met waarden en normen”.
We hanteren een leerlingvolgsysteem waarmee sociaalemotionele vaardigheden worden gevolgd. Er zijn trainingen sociale vaardigheden en weerbaarheidstrainingen mogelijk voor kinderen. De nadruk ligt op de afstemming van handelingswijzen op kinderen en leren van elkaars oplossingsmethoden. Enkele collega’s hebben daarvoor een cursus ‘gedragsspecialist’ gevolgd.
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 7 Onderwijsresultaten
49
ontwikkelingsgericht basisonderwijs
Om de individuele ontwikkeling van kinderen in kaart te brengen, maken wij op het gebied van lezen, spellen en rekenen gebruik van ons leerlingvolgsysteem. Dit is echter een beperkt terrein met betrekking tot de ontwikkeling van kinderen. Daarom wordt het kind ook gevolgd in: • zijn sociaal-emotionele ontwikkeling; • zijn ontwikkeling m.b.t. de kennis van de zaakvakken; • de ontwikkeling van zijn creatieve mogelijkheden. Hiervan wordt d.m.v. rapportage verslag gedaan aan de ouders. Waar nodig wordt extra zorg besteed aan de kinderen om hun eigen ontwikkeling te bevorderen. Voor ons is het belangrijk om na acht jaar onderwijs de leerling te kunnen plaatsen op die vorm van voortgezet onderwijs, die het beste bij het kind past. Op het einde van dit hoofdstuk ziet u een overzicht van de uitstroom van
onze leerlingen naar het voortgezet onderwijs. Het percentage van verwijzingen van leerlingen, die naar het speciaal basisonderwijs en het speciaal onderwijs gaan is gelijk aan het regiogemiddelde. In de toekomst willen wij blijven zoeken naar goede methodes om het effect van ons onderwijs te meten t.a.v. een maatschappij die voortdurend in beweging en ontwikkeling is. Eindtoets Vanaf het schooljaar 2014-2015 moeten alle schoolverlaters in het reguliere basisonderwijs een eindtoets maken die hun taal- en rekenvaardigheid meet. In een toetswijzer is vastgelegd welke taal- en rekeninhouden moeten worden getoetst. Daarnaast kan de toets facultatief ook andere kennis en vaardigheden in kaart brengen, bijvoorbeeld op het gebied van wereldoriëntatie.
School is leuk... leren is leuk!
Met het oog op het belang van een doorgaande leerlijn, staan vanaf schooljaar 2015-2016 de ontwikkelingsgericht referentieniveausbasisonderwijs taal en rekenen centraal in de eindtoets. De eindtoets meet in hoeverre leerlingen de referentieniveaus beheersen, in ieder geval op het gebied van de leesvaardigheid, taalverzorging en de algemene rekenvaardigheid (eventueel onderscheiden naar de domeinen getallen, verhoudingen, meten en meetkunde en verbanden). De eindtoets kan ook andere domeinen van het referentieniveau taal toetsen, bijvoorbeeld de schrijfvaardigheid.
geert bij de toelating als onafhankelijk tweede gegeven. De toelating tot het voortgezet onderwijs is dus niet afhankelijk van het resultaat op de eindtoets. Bovendien mogen vo-scholen bij de toelating, naast de eindtoets, geen andere gegevens als tweede gegeven gebruiken of eisen (IQ-test, resultaat Entreetoets of andere onderzoeksgegevens). Ze kunnen wel andere gegevens opvragen, maar deze zijn niet bepalend voor de toelating. In de regio kunnen afspraken worden gemaakt over de gegevens die bij het schooladvies worden betrokken.
Alle schoolverlaters in het reguliere basisonderwijs maken een eindtoets, ook leerlingen met speciale ondersteuningsbehoeften. Voor deze leerlingen kan de school de omstandigheden aanpassen (rustige plek, korte onderbrekingen, extra tijd). Bovendien stellen de toetsaanbieders aangepaste versies ter beschikking, zoals een gesproken versie voor leerlingen met dyslexie en een versie in grote letters of in braille voor leerlingen met een visuele beperking.
Het schooladvies omvat niet meer dan twee leerwegen of schoolsoorten. Basisscholen mogen dus alleen nog een enkel (bijvoorbeeld havo) of dubbel (bijvoorbeeld vmbotl/havo) advies geven. Bredere adviezen (vmbo/havo/vwo) zijn niet meer toegestaan. Dit geldt ook voor het toetsadvies (dat is gebaseerd op de score op de eindtoets).
Scholen bepalen zelf welke eindtoets zij gebruiken, mits de toets is toegelaten door de minister. De school kiest voor één toetsaanbieder, zodat alle leerlingen (op alle locaties van de school) dezelfde toets maken. Scholen die onder hetzelfde bestuur vallen, hoeven niet allemaal voor dezelfde toets te kiezen. Vanaf het schooljaar 2014-2015 krijgt het schooladvies van de basisschool meer gewicht; het is leidend voor de toelating in het voortgezet onderwijs. De score op de eindtoets is aanvullend en fun-
Valt het toetsadvies hoger uit dan het schooladvies, dan heroverweegt de basisschool het schooladvies altijd. In overleg met de leerling en zijn ouders kan de school het advies dan naar boven bijstellen, maar dat is niet verplicht. Het is wenselijk dat de vo-school (waar de leerling is aangemeld) bij de heroverweging wordt betrokken. Ligt het toetsadvies onder het niveau van het geadviseerde schooltype, dan wordt het schooladvies niet aangepast. Deze leerlingen krijgen in het voortgezet onderwijs de kans om te laten zien dat ze het geadviseerde onderwijstype aankunnen. Meer weten? http://www.nieuweregelgevingover gangpo-vo.nl/
50
Uitstroom naar Voortgezet Onderwijs 2012 Schoolsoort Aantal SVO 10 VMBO – basis 12 VMBO – kader 14 VMBO – gemengd 12 VMBO – theoretisch 16 HAVO 13 VWO 12 Totaal 47
In % 110 114,3 118,5 110 134 127,7 125,5 100
Uitstroom naar Voortgezet Onderwijs 2013 Schoolsoort Aantal SVO 10 VMBO – basis 14 VMBO – kader 18 VMBO – gemengd 10 VMBO – theoretisch 15 HAVO 11 VWO 13 Totaal 41
In % 110 119,8 119,5 110 136,6 126,8 117,3 100
Uitstroom naar Voortgezet Onderwijs 2014 Schoolsoort Aantal SVO 10 VMBO – basis 11 VMBO – kader 14 VMBO – gemengd 12 VMBO – theoretisch 18 HAVO 18 VWO 11 Totaal 54
In % 110 112 126 114 114 132 122 100
Uitstroom naar Voortgezet Onderwijs 2015 Schoolsoort Aantal SVO 11 VMBO – basis 13 VMBO – kader 14 VMBO – gemengd 11 VMBO – theoretisch 18 HAVO 17 VWO 10 Totaal 44
In % 112,2 116,8 119 112,2 118,2 138,9 122,7 100
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 8 De leerplicht en overige zaken ontwikkelingsgericht basisonderwijs
8.1 De leerplichtwet Alle kinderen in Nederland mogen overeenkomstig de leerplichtwet in Nederland naar school. Uw kind mag vanaf zijn/haar vierde verjaardag naar school, maar het is nog niet verplicht. Op De Bolster komen de leerlingen naar school op of meteen na de vierde verjaardag. Vooraf kunnen de kinderen, vanaf de leeftijd van 3 jaar en 10 maanden, al 5 dagdelen in de klas komen kennismaken. Vanwege het drukke programma vinden de leerkrachten de maand december niet zo geschikt om uw kind voor het eerst naar school te laten komen, maar het mag natuurlijk wel. De school adviseert ouders om vanaf 1 juni van een schooljaar hun kind niet meer te laten wennen. Over het algemeen zitten de groepen aan het einde van het schooljaar redelijk vol en de groep wijzigt enorm door het vertrek van de oudste kleuters naar groep 3. Het wennen gaat uiteraard in overleg met de ouders. Uw kind is wel leerplichtig vanaf de eerste schooldag van de maand, volgend op de maand waarin uw kind vijf jaar wordt. 8.2 De verlofregeling De leerplichtwet beperkt de mogelijkheden om aan de kinderen extra verlof te geven. Voor een kort verlof voor bijvoorbeeld een bruiloft, een begrafenis of een jubileumviering in de familie kunt u bij de directeur van de school vooraf verlof aanvragen. De groepsleerkracht van uw kind kan dit verlof niet geven. Voor een langer (vakantie) verlof tot en met 10 dagen kan per
52
schooljaar slechts in zeer bijzondere gevallen verlof worden verleend door de directeur. Enkele kanttekeningen: • Dit verlof kan nooit gegeven worden voor de eerste twee weken van het schooljaar; • Er wordt geen extra verlof gegeven om eerder op vakantie te gaan b.v. om files te ontwijken; • U dient extra verlof tijdig en schriftelijk bij de directeur aan te vragen; • De directeur is verplicht om ongeoorloofd schoolverzuim te melden bij de leerplichtambtenaar van de gemeente. Verlofaanvraag getalenteerde leerlingen? Ieder kind beschikt over talenten. Sommige kinderen beschikken over talenten, die men wil tonen aan een groter publiek, bijv. bij uitvoeringen of sportfestijnen. Of men wil het kind speciale lessen of cursussen laten volgen. Dit valt vaak samen met de reguliere (vaste) schooltijden. Natuurlijk leren kinderen van deze activiteiten, want leren doe je niet alleen op school. De Nederlandse wet kent geen speciale regelingen of verlofvormen voor dit soort activiteiten. Daarom hebben de gemeente en de gezamenlijke schoolbesturen afgesproken dat een aanvraag voor deelname aan uitvoeringen of sportactiviteiten onder schooltijd niet zal worden gehonoreerd. Dit is conform de leerplichtwet. Verzuim wordt gemeld bij de leerplichtambtenaar. Kinderen die spijbelen? Overeenkomstig de leerplichtwet is uw kind verplicht alle lessen te volgen. Dit geldt nog niet voor
School is leuk... leren is leuk!
vierjarigen! Bij herhaald ongeoorloofd verzuim zal de directeur contact opnemen met de ouders. ontwikkelingsgericht basisonderwijs In onderling overleg zal men de reden(en) van verzuim trachten te achterhalen. Hierna worden afspraken gemaakt hoe men (ouders, directeur en groepsleerkracht gezamenlijk) verzuim in de toekomst kan voorkomen. De afspraken worden schriftelijk vastgelegd. 8.3 Leerlingenzorg door externen onder schooltijd. Basisscholen krijgen steeds meer te maken met ouders/verzorgers die op eigen initiatief en voor eigen rekening externe hulp inschakelen om extra zorg voor hun kind(eren) te organiseren. Daar is niets mis mee !! Goed overleg tussen school, ouders en externe begeleiders dient het belang van het kind. In principe wordt externe hulp buiten schooltijd gegeven! In uitzonderlijke gevallen wordt daarvan wel eens afgeweken. Er is dan een verklaring van vrijwaring nodig, waarmee de verantwoordelijkheid van de school wordt overgedragen aan een externe instantie of persoon. Hierover kunnen IB-er en directeur meer informatie geven. Het protocol ‘leerlingenzorg door externen onder schooltijd’ is op school in te zien. Als de school het verzoek doet aan een externe om bij een gesprek aanwezig te zijn, zijn de kosten voor de school. Als de externe aanwezig is op verzoek van de ouders, dan zijn de kosten voor de ouders. 8.4 Het afmelden van leerlingen Wanneer uw kind vanwege ziekte of een andere dringende reden
niet (op tijd) op school kan zijn, is het voor de leerkracht prettig dat op tijd te weten. U kunt de school bellen of zo mogelijk vooraf een briefje meegeven aan uw kind. 8.5 De vakantietijden Voor vakantietijden verwijzen wij u naar Hoofdstuk 1. 8.6 Aanmelding en toelating van leerlingen Als ouders kunt u uw kind gedurende het hele schooljaar aanmelden, vanaf het moment dat uw kind drie jaar wordt. Inschrijfformulieren kunnen tijdens schooluren worden opgehaald. Deze moeten door beide wettelijke ouders/ verzorgers/partners ondertekend worden. Aanmeldingen die voor 1 april binnen zijn worden in principe gehonoreerd, tenzij plaatsing om organisatorische en/of onderwijskundige redenen niet mogelijk is. Ook tussentijdse verhuizingen worden in principe gehonoreerd. Voorafgaand aan de aanmelding kunt u zich op de school oriënteren door: a. De Open Ochtend op woensdag 20 januari 2016. U kunt de school op de open ochtend in bedrijf zien en informatie inwinnen over het onderwijs op onze school. Aankondiging zoals bij b; b. De informatieavond op maandag 25 januari 2016. Deze is speciaal bestemd voor ouders die nog geen kinderen op school hebben. Aankondiging vindt plaats middels een advertentie in het Gilze-Rijens Weekblad en een poster bij de peuterspeelzaal; c. De Open Avond op donderdag 9 juni 2016. U kunt dan
53
resultaten en werkwijzen van kinderen bekijken gekoppeld aan een bepaald thema. Aankondiging zoals bij a; d. Een gesprek aan te vragen bij directeur; e. Onze website te raadplegen. www.debolstergilze.nl. Een informatiepakket is ook opvraagbaar bij de directie van de school. 8.7 Schorsen en/of verwijderen van leerlingen Schorsing van een leerling = het aan een leerling tijdelijk ontzeggen van de toegang tot de school als disciplinaire maatregel. De schorsing moet van beperkte duur zijn. De school is gehouden aan een inspanningsverplichting jegens de leerling. Verwijderen van een leerling = het vanaf een aangegeven datum aan een leerling definitief ontzeggen van de toegang tot de school. Meestal kan dit alleen na eerdere schorsing(en) vanwege herhaling van problemen. Er kan ook sprake zijn van het samengaan van meerdere factoren, die het handhaven van een leerling niet meer rechtvaardigt, ondanks alle aanwezige zorgmomenten.
Redenen om kinderen te schorsen en/of te verwijderen: a. Voortdurend storend en/of agressief gedrag van de leerling waardoor de voortgang van het onderwijs wordt verstoord. Voorwaarden: • soortgelijk gedrag is bij herhaling met de ouders besproken; • zorgmomenten om gedrag te wijzigen zijn schriftelijk vastgelegd;
School is leuk... leren is leuk!
• gesprekken met ouders en gemaakte afspraken zijn vastgelegd. ontwikkelingsgericht basisonderwijs b. De leerling vergt door zijn gedrag een onevenredig groot deel van de schoolorganisatie, waarbij niet of nauwelijks doelen worden bereikt. Voorwaarden identiek aan a; Bij a en b spreekt men van handelingsverlegenheid d.w.z. dat de school ondanks gedane inspanningen haar doelen niet meer kan bereiken en een positieve ontwikkeling van het kind wordt verhinderd. c. Bedreigend en/of agressief gedrag van de ouders van een leerling, waarbij herhaling niet is uitgesloten en waardoor gegronde vrees is ontstaan voor de veiligheid van het personeel en/of de leerlingen, of voor de ongestoorde voortgang van het onderwijs. Procedure: 1. Voordat besloten wordt tot schorsing en/of verwijdering wordt dit besproken in de teamvergadering. Is raadpleging van het team niet mogelijk, dan dient er minimaal overleg plaats te vinden tussen de directeur, de betrokken leerkracht en de IB-er; 2. De uiteindelijke beslissing om kinderen te schorsen of te verwijderen berust bij het bevoegd gezag. Daarom hoort het bevoegd gezag de directeur. Directeur moet alle ondernomen stappen kunnen aangeven m.b.t. de begeleiding van de leerling tot dan toe. Hiertoe behoren ook de verslagen van de gesprekken met ouders en
eerder gemaakte afspraken. Bij de argumentatie mag alleen hiervan worden uitgegaan; 3. De ouders/verzorgers worden schriftelijk op de hoogte gesteld van een eventuele schorsing en/ of verwijdering met vermelding van de argumentatie; 4. Hierbij wordt tevens aangegeven, dat de ouders de mogelijkheid hebben om binnen een termijn van 6 weken in beroep te gaan tegen de verwijdering of schorsing bij het bestuur. Het bevoegd gezag dient binnen 6 weken na ontvangst van het bezwaarschrift te beslissen. Ouders/verzorgers, betrokken leerkracht, directeur en IB-er kunnen daarbij worden gehoord; 5. Voordat tot defifinitieve verwijdering van een leerling kan worden overgegaan, dient de directeur – gedurende 8 weken – te zoeken naar een andere school voor basis- of speciaal onderwijs. Het bevoegd gezag moet kunnen aantonen, welke pogingen in deze periode zijn ondernomen om een andere school te vinden voor de betreffende leerling. De ouders/ verzorgers worden over deze pogingen geïnformeerd; 6. Bij schorsing krijgt de leerling altijd een “huiswerktaak” mee. Deze taak bestaat voornamelijk uit werk dat de leerling normaal op school zou moeten maken.
54
Aansprakelijkheid Door de Stichting Nuwelijn is een collectieve verzekering afgesloten bestaande uit een aansprakelijkheids- en een ongevallenverzekering. De polisvoorwaarden liggen ter inzage bij de directie.
Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten verzekerd (leerlingen, personeel, vrijwilligers). De verzekering geeft hen recht op een (beperkte) uitkering als een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd voor zover de eigen verzekering van de betrokkene geen dekking biedt bijvoorbeeld door eigen risico. Materiële schade - zoals kapotte bril, fiets etc. - valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als degenen die op school actief zijn dekking tegen schadeclaims als gevolg van onrechtmatig handelen. Twee aspecten zijn daarbij vaak aanleiding tot misverstand: 1. De school of het schoolbestuur is niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. De school is alleen aansprakelijk en daarmee schadevergoedingsplichtig, als er sprake is van “een verwijtbare fout”. De school, of zij die voor de school optreden, moeten dus tekort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is dus mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid van de kant van de school. (bijv. schade aan een bril tijdens de gymnastiekles);
School is leuk... leren is leuk!
2. De school is niet aansprakelijk voor schade door onrechtmatig gedrag van leerlingen. De ouontwikkelingsgericht basisonderwijs ders van leerlingen jonger dan 14 jaar zijn zelf verantwoordelijk voor het doen en laten van hun kinderen. Het blijft daarom van belang dat ouders zelf een W.A.-verzekering hebben afgesloten. Indien ouders op verzoek van school kinderen vervoeren in verband met excursies, dienen zij zich aan de wettelijke voorschriften te houden. Om misverstanden te voorkomen: in geen enkel voorkomend geval van verlies en/of diefstal is het schoolbestuur of de school aansprakelijk. De veilige school We proberen onze school tot een plek te maken die veilig is voor iedereen. Een plek waar de kinderen zich thuis voelen en als het nodig is, worden beschermd: • Op school hanteren we een aantal regels en afspraken, zodat het voor de kinderen duidelijk is wat wel en niet is toegestaan. Ieder jaar bekijken we of deze regels aangepast moeten worden. Deze regels worden regelmatig met de kinderen besproken. Zonodig wordt in het Bolster Bericht op bepaalde regels gewezen, zodat ook de ouders goed op de hoogte blijven; • Er wordt veel aandacht besteed aan het voorkomen en het oplossen van conflicten. Pesten wordt niet getolereerd. Voor pestgedrag is een protocol opgesteld; • Zaken die niet in orde zijn, worden gemeld bij en behandeld door de directeur of de interne vertrouwenspersoon; • We proberen de school er van binnen en buiten netjes en overzichtelijk te laten uitzien. Een
goede ordening en indeling van het groepslokaal, de overige ruimtes en het speelterrein zijn van belang voor de veiligheid. Een arbo-coördinator draagt zorg voor de fysieke veiligheid. Hij/zij houdt onder meer toezicht op: • De veiligheidsrisico’s in en rond het schoolgebouw en op het speelterrein. Via een checklist worden de veiligheidsvoorzieningen jaarlijks gecontroleerd; • Voor de controle van de speeltoestellen wordt een professioneel bedrijf ingeschakeld; • De BHV = Bedrijfshulpverlening: De school heeft een aantal BHVers in huis die snel kunnen optreden bij ongelukken en calamiteiten. Elk jaar wordt er geoefend om het schoolgebouw, indien nodig, snel en efficiënt te kunnen ontruimen. Bibliotheek De groepen 4 t/m 8 gaan driewekelijks leesboeken lenen in de bibliotheek. Daarmee willen we het lezen van boeken en het gaan
55
naar de bibliotheek stimuleren. Toch is het niet voldoende om het lezen alleen op school te stimuleren. Daarom willen wij u uitdrukkelijk verzoeken samen met uw kind naar de bibliotheek te gaan vanaf groep 1-2.
De bibliotheek is gevestigd in: Activiteitencentrum De Schakel, Kerkstraat 106, Gilze. Telefoon 085- 7441052. Kunst en Cultuur Cultuurcoördinatoren vormen als vertegenwoordigers van alle basisscholen uit onze gemeente een werkgroep, die ieder jaar een cultureel programma opstelt voor de leerlingen. Zij zorgen er voor, dat alle leerlingen twee maal per schooljaar in contact komen met uitvoeringen / projecten / tentoonstellingen gekozen uit: dans, film en fotografie, literatuur, muziek, drama en beeldende vorming. Daarnaast organiseren zij activiteiten voor de Brede School Gilze en Rijen.
School is leuk... leren is leuk!
Fruitbeleid In schooljaar 2013-2014 hebben de leerlingen succesvol deelgenomen ontwikkelingsgericht basisonderwijs aan een EU schoolfruitprogramma. Na het programma van 20 weken is besloten om het fruitbeleid door te voeren. Dit betekent dat de kinderen in de ochtendpauze alleen fruit en drinken mee naar school mogen nemen. Zo draagt ook de school een stukje bij aan een gezonde opvoeding. Abonnementen De kinderen kunnen zich via de school opgeven voor een aantal jeugdbladen. In het begin van het schooljaar krijgt u hier informatie over. Goede doel Ieder jaar stimuleren wij de kinderen zich in te zetten voor een goed doel. Het goede doel wordt jaarlijks door het team vastgesteld. De kinderen dragen bij door geld in te zamelen middels een actie. Zo’n actie vindt plaats op basis van vrijwilligheid. Groep 8 neemt jaarlijks deel aan de Kinderzegelactie. Foto- en video opnames In het onderwijs is het gebruik van diverse moderne hulpmiddelen niet meer weg te denken. Zo kan het voorkomen, dat er in de groep van uw kind foto’s en/of video-opnames worden gemaakt. Deze opnames kunnen worden gebruikt voor informatie- avonden en schoolpromotie via onze website of het weekblad. Als u daar bezwaar tegen hebt, kunt u dit schriftelijk bij de directie kenbaar maken. Huiswerk Enkele afspraken t.a.v. het huiswerk zijn: • in de groepen 3 t/m 8 is individueel huiswerk mogelijk, maar
56
dan i.o.m. de ouders en zeker in groep 3 t/m 5 uiterst beperkt; • groep 5: tafeltjes klokken worden thuis geoefend; • groep 6: 1x per 6 weken een thematoets, 3 a 4x per jaar Topo; • groep 7: -1x per week Aardrijkskunde (o.a Topo en opzoeken) - 1x per week Taal/Spelling (o.a ontleden) - Toets op het einde van een thema (soms wel/niet thuis leren) - Toetsen Engels en Verkeer. • groep 8: -1x per 2 weken werkwoordspelling - 1x per 2 weken zinsontleding - 1x per week rekenen - Topografie - Toets Engels - Thematoetsen.
lijn draagt hiervoor de verantwoordelijkheid. Goed opgeleide overblijfkrachten zorgen voor de begeleiding van de kinderen.
In de groepen 6 en 7 zijn er spreekbeurten en boekenbeurten. In de groepen 5 en 8 alleen boekenbeurten.
In januari 2016 komt de TSO te vervallen en gaat de school over op een continurooster.
Op de fiets naar school • Gelet op de beperkte plaats voor het het stallen van de fietsen vragen wij u vriendelijk om slechts bij echte noodzaak uw kind op de fiets naar school te sturen. De Activiteit (aanbieder OGO scholing) De Activiteit biedt het team ondersteuning aan bij het realiseren van goed en verantwoord OGO onderwijs. Dit schooljaar zal het schoolteam met name geschoold worden op onderdelen van taaldidactiek en registreren. De Activiteit is gehuisvest in Den Bosch. Overblijven of TSO = Tussenschoolse Opvang Op school bestaat de mogelijkheid om over te blijven. Het bestuur van de Stichting Nuwe-
De kinderen blijven over in twee groepen: • kinderen uit groep 1 t/m 3 in de aula; • kinderen uit de groepen 4 t/m 8 in lokalen van de school. De kosten van het overblijven staan vermeld op het inschrijfformulier dat aan het einde van het schooljaar met het Bolster Bericht wordt meegegeven. Tussentijds kunt u het bij de ingang van de school meenemen. Nieuwe ouders krijgen het tegelijk met andere informatie.
Voor- en naschoolse opvang Buitenschoolse opvang (BSO) is vrije tijd. Voor en na school, op vrije dagen en in de vakanties. Verschillende organisaties in Gilze en Rijen en directe omgeving kunnen hierbij iets voor u betekenen. Zie hiervoor de gemeentegids. Stichting Nuwelijn heeft een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met Kinderopvang Humanitas om uw kind(eren) een passend en sluitend dagarrangement aan te bieden van 7.30 - 18.30 uur. Hierdoor is een aanbod van BSO voor u altijd bereikbaar. De BSO Humanitas is gevestigd in: SKW De Schakel, Kerkstraat 104, Gilze, gelegen naast, en verbonden met de school. Heeft u interesse, neem dan gerust contact op met één van hun
School is leuk... leren is leuk!
medewerkers. Bij de hoofdingang van onze school kunt u brochures over de BSO vinden. Op onze ontwikkelingsgericht basisonderwijs website is een link naar de BSO.
Contactadres Humanitas: Bij de medewerkers van het regiokantoor kunt u een informatiepakket aanvragen. Tel. 013-5 33 99 33 (08.00-18.30 uur) Of via de website: www.kinderopvanghumanitas.nl
Ook werkt de school nauw samen met SPETTERS. Spetters is een modern, particulier kinderdagverblijf voor kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 12 jaar. Voor kinderen in de leeftijd van 0 t/m 4 jaar zijn er twee verticale groepen: de BRAKKIES en de BENGELS. Voor de BINKIES, kinderen van 4 t/m 7 jaar, en de BIKKELS, kinderen in de 8+ leeftijd, is er voorschoolse, naschoolse en vakantieopvang. Het pand is centraal maar rustig gelegen, heeft een fantastische buitenruimte en ligt op loopafstand van De Bolster. De kinderen worden op school opgehaald. De BIKKELS verblijven in een gezellig ingerichte ruimte bij basisschool “de Wildschut”. Daar kunnen zij onder meer gebruik maken
van een goed uitgerust handvaardigheidlokaal en het grote schoolplein. De openingstijden zijn: maandag tot en met vrijdag: 07.30-18.30 uur (met uitzondering van zon- en feestdagen). Contactadres: Kinderdagverblijf Spetters Kim Peijs van Raak Lange Wagenstraat 9c 5126 BA Gilze Tel. (0161) 456 505 Fax (0161) 456 506 E-mail:
[email protected] Verjaardagen De verjaardag is een speciale dag voor ieder kind. Daarom mogen de ouders van de kinderen in groep 1-2 het feest op school tot 9.30 uur komen meevieren. Het jarige kind blijft door zijn feestmuts en versierde stoel de gehele dag het middelpunt. Ook in groep 3 mogen de ouders ’s morgens even aanwezig zijn. In groep 4 t/m 8 schenkt iedere leerkracht op zijn/haar manier aandacht aan de jarige. In alle groepen mogen de kinderen op die dag hun klasgenoten trakteren. De leerkrachten delen hierin mee. Maakt u dus voor hen geen speciale kosten. Fondswerving De Stichting Nuwelijn heeft een beleid ontwikkeld dat voorziet in besluitvorming t.a.v. sponsoring en donaties. In overleg met de MR is op De Bolster dit fondswervingsbeleid vastgesteld. Het ligt op school ter inzage. Een fondswervingscommissie draagt zorg voor de praktische uitvoering van dit beleid. In de commissie zitten leerkrachten en ouders.
57 Wat is de visie van Brede School gemeente Gilze en Rijen? Een bijdrage leveren aan het optimaliseren van de randvoorwaarden waarbinnen kinderen van 0-12 jaar hun sociaal-emotionele-, motorische-, cultureleen cognitieve vaardigheden ontwikkelen en ontplooien, door samenwerking te bevorderen tussen organisaties op het gebied van onderwijs, welzijn, kinderopvang, cultuur, sport en zorg. Belangrijk is dat het kind vooral baat moet hebben bij de brede school. Het werken aan het vergroten van ontwikkelingskansen van kinderen betekent dat de brede school werkt aan deze visie: • het welbevinden van kinderen • het brede leren van kinderen • de verbondenheid van kinderen met elkaar en met de omgeving Welbevinden Onder welbevinden verstaan we dat kinderen zich ‘goed voelen’. Dit hangt samen met een sterk zelfbewustzijn, een gevoel van veiligheid en een zorgzame omgeving. Ouderbetrokkenheid is een belangrijke voorwaarde voor het welbevinden van kinderen. Activiteiten die bijdragen aan dit doel, bevorderen: • de autonomie van het kind; • het gevoel van gezien worden; • de basale rust en veiligheid; • zorg voor lichaam en geest, zoals
School is leuk... leren is leuk!
gezonde voeding en voldoende slaap en het gevoel van emotioneel vrij zijn. ontwikkelingsgericht basisonderwijs
Op donderdag 15 oktober is er een brede schooldag in Gilze. Thema is Natuur, Techniek en Wetenschap. Brede leren Onder het brede leren verstaan we dat kinderen zich kunnen ontplooien, gekoppeld aan het binnen-schoolse aanbod. Juist voor kinderen, die geen gebruik (kunnen) maken van de reguliere vrijetijdsbesteding, is het belangrijk dat zij de mogelijkheden krijgen om hun talenten te kunnen ontwikkelen bijvoorbeeld op het gebied van sport, cultuur en techniek. De activiteiten vanuit het brede leren dragen bij aan: • het ontdekken van nieuwe talenten; • betere leeropbrengsten; • een vergroot zelfbewustzijn; • het versterken van sociale competenties; • een vergrote blik op mogelijkheden; • het aanboren van meerdere intelligenties.
58
• gaan makkelijk contacten aan in hun omgeving (straat, buurt); • hebben vriendjes en vriendinnetjes; • hebben zorg voor hun buurt.
Natuur, techniek en wetenschap. Voor verdere vragen: Beppie Smit Brede School coördinator Gemeente Gilze Rijen
[email protected]
Wat betekent dit voor onze school? Iedere school in gemeente Gilze en Rijen krijgt de mogelijkheid om zich te ontplooien als brede school. Dit uit zich vooral in een activiteitenaanbod na schooltijd, samenwerking tussen kinderopvang en peuterspeelzaal, verenigingen, zorg en welzijn.
Verkeersbrigadiers Een vereniging van verkeersbrigadiers zorgt ervoor, dat de kinderen zo veilig mogelijk naar school en terug kunnen gaan. Zij werkt nauw samen met de werkgroep verkeer van de beide basisscholen in Gilze in het kader van het BVL (Brabants Verkeersveiligheidslabel). Zie ook blz. 23. Van de ouders wordt verwacht, dat zij er bij hun kinderen op aandringen, dat zij zich aan de regels houden die door de brigadiers gesteld worden. De veiligheid wordt bovendien verhoogd door de kinderen zo min mogelijk met de auto te brengen. Lopen en fietsen is voor de kinderen over het algemeen heel goed mogelijk.
Scholen hebben een brede school profiel gekozen dat bij hen past en daaronder verschillende pijlers die de aandacht hebben. Zo kan het zijn dat een school het profiel Verrijking heeft en dit terug komt in naschoolse activiteiten gericht op sport, cultuur en kunst. Een ander voorbeeld is het profiel Wijk en Buurt, dan wordt de nadruk gelegd op de verbinding met de wijk of buurt waarin de school staat. In oktober 2015 zal onze school meewerken aan een groot Brede school project met als thema
Als ouders zelf brigadieren, kunnen zij hun kinderen voor en na schooltijd op school laten. Contactadressen zijn vermeld op onze website. Informatie over activiteiten wordt regelmatig in het Bolster Bericht gegeven.
Verbondenheid Verbondenheid met elkaar en met de omgeving betekent dat kinderen relaties met anderen, leeftijdgenoten en volwassenen kunnen aangaan. Een kind dat zich verbonden voelt, voelt zich onderdeel van de maatschappij. Hij/zij voelt zich thuis (veilig) in de omgeving waar hij opgroeit. Integratie tussen verschillende culturen en groepen zijn essentieel voor het zich onderdeel voelen van de maatschappij. Kinderen die zich verbonden voelen: • gaan graag naar school;
School is leuk... leren is leuk!
Leerlingenraad: Sinds schooljaar 2014-2015 heeft De Bolster een leerlingenraad. ontwikkelingsgericht Acht leerlingen basisonderwijs uit de groepen 5 t/m 8 hebben, na een verkiezing, plaatsgenomen in de raad. De leden van de raad voor 20142015 waren: Stef van Gils, Karlijn van Engelen, Bart van Leijsen, Teun Bogaerts, Mell van Eijndhoven, Kader Kuipers, Sterre Pulles en Auke de Vet. Tijdens de eerste vergadering werd Sterre gekozen tot voorzitter en Auke tot secretaris. In september 2015 kunnen twee
leerlingen uit groep 5 toetreden tot de raad. Door het invoeren van een leerlingenraad hebben ook de leerlingen een eigen stem binnen de schoolorganisatie en maken ze spelenderwijs kennis met onze democratische beginselen. Tevens bevordert het het actief burgerschap.
59
Dat de leerlingen hun taak serieus nemen kwam tot uiting in hun komst naar de eerste vergadering. Gewapend met pen en papier schoven ze aan aan de vergadertafel.
De leerlingenraad kan vergaderen over allerlei voorkomende zaken binnen de school. Te denken valt aan de inrichting van de speelplaats, het invulling geven aan de themavieringen, de rol van de leerling bij de open ochtend etc.
School is leuk... leren is leuk!
60
8.8 Klokurentabel Er kunnen in de groepsroosters marginale verschillen optreden. ontwikkelingsgericht basisonderwijs
Vak Groep 1 Groep 2 Groep 3 Groep 4 Groep 5 Groep 6 G roep 7 Groep 8 Taalontwikkelingsactiviteiten Voorbereidend taal/lezen*(1) 3:00 3:00 Technisch lezen, Taal & Wereldoriëntatie*(2) 8:00 Taal & Wereldoriëntatie*(3) 5:00 4:45 5:00 5:15 5:30 Technisch lezen*(4) 3:00 2:00 2:30 1:30 1:30 Begrijpend lezen 1:00 1:30 1:30 1:30 1:30 Spelling 2:00 2:00 2:00 2:00 2:00 Engels 0:30 0:30 1:00 1:00 Schrijven 1:15 1:15 1:00 0:45 0:30 0:30 Rekenen en wiskunde • Voorbereidend rekenen*(1) 1:30 1:30 • Aanvankelijk rekenen 6:00 • Voortgezet rekenen 6:00 6:00 6:00 6:00 6:00 Kennisgebieden: • Verkeer 0:30 0:45 0:45 0:45 0:45 0:30 • Katechese / SEO 0:30 0:30 1:00 1:00 1:00 1:00 1:00 1:00 • Oriëntatie in ruimte en tijd*(1) 5:30 5:30 Expressie Muziek 0:30 0:30 0:45 0:45 0:45 0:45 Creatieve vakken*(1) 3:45 3:45 2:00 2:00 2:00 2:00 2:00 2:00 • tekenen • handvaardigheid • drama Zintuigelijke en lichamelijke oefening*(5) 8:00 8:00 2:00 2:00 2:15 2:15 2:15 2:15 Pauze*(6) Totaal aantal uren
1:15 1:15 1:15 1:15 1:15 1:15 1:15 1:15 23:30 23:30 23:30 25:45 25:45 25:45 25:45 25:45
Aandachtspunten: *(1) Gerelateerd aan thema! *(2) .Taal, wereldoriëntatie en lezen worden geïntegreerd in het thematisch werken. *(3) Taal en wereldoriëntatie worden geïntegreerd in het thematisch werken. *(4) .Schoolbreed wordt er op twee vaste momenten gelezen en wel op dinsdag en donderdag van 08:45-09:15 uur. Daarnaast wordt ook op andere momenten technisch lezen ingeroosterd. *(5) Bij gym is de looptijd meegenomen. *(6) .De middagpauzes van groep 4: tot herfstvakantie elke middag, tot kerstvakantie twee maal per week, na kerstvakantie geen middagpauze meer.
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 9 Namen externe instanties ontwikkelingsgericht basisonderwijs
62
9.4 Regionale klachtencommissie Stichting KOMM Mevr. A. de Koning-Meeùs Postbus 75, 4850 AB Ulvenhout Telefoon: 06-10585367 E-mail:
[email protected] Website: www.komm.nl
9.7 Advies en meldpunt kindermishandeling Telefoon: 0900-1231230
9.5 Kindermishandeling Tel. 0900-1231230
• VEILIG THUIS: advies en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling: www.vooreenveiligthuis.nl
9.6 Stichting Nuwelijn Postbus 152, 5120 AD Rijen Bezoekadres: Past. Gillisstraat 145A, 5121 CD Rijen Tel. 0161-232154 Mobiel 06-22560520 E-mail:
[email protected] Website: www.nuwelijn.nl 9.7 Kbs De Bolster Kerkstraat 112, 5126 GD Gilze Tel. 0161-451541 E-mail:
[email protected] Website: www.debolstergilze.nl
Het AMK is per 1 januari 2015 opgegaan in een nieuwe organisatie: ‘Veilig Thuis’
• BEL GRATIS: 0800-2000 (dag en nacht, ook in het weekend). 9.8 Bestuur van de School Stichting Nuwelijn Voorzitter raad van toezicht: Dhr. G. Miltenburg Postbus 152, 5120 AD Rijen E-mail:
[email protected] Website: www.nuwelijn.nl 9.9 Raad van Toezicht Postbus 152, 5120 AD Rijen
9.1 Rijksinspectie: Inspectie van het onderwijs E-mail:
[email protected] Website: www.onderwijsinspectie.nl Vertrouwensinspecteur: 0900-1113111 Bezoekadres: Inspectie van het Onderwijs Locatie Utrecht Park Voorn 4 3544 AC Utrecht 9.2 Leerplichtambtenaar: Leerplichtambtenaar afdeling Leerplicht van de gemeente Tilburg: 013-5429576 9.3 Externe Vertrouwenspersoon Telefoon: 013-4643928
School is leuk... leren is leuk!
Hoofdstuk 10 Namen interne instanties ontwikkelingsgericht basisonderwijs
63
Het managementteam: Cor Diepstraten, directeur Peggy Kerremans-Roelen Carmen de Kuijer
[email protected] [email protected] [email protected]
Nathalie Daelman Luc Bul Femke Zeegers
[email protected] [email protected] [email protected]
Het schoolteam: Trees Hoogesteger
[email protected] Luc Bul
[email protected] Marloes Olieslagers-Cornelissen
[email protected] Maria Habraken-Kusters
[email protected] Nathalie Daelman
[email protected] Suzanne Corstens
[email protected] Diny Sillekens-van Loon
[email protected] Peggy Kerremans-Roelen
[email protected] Wendy van Loenen
[email protected] Nicolle de Groot
[email protected] Ilona Antonissen-van Oerle
[email protected] Peter de Graauw
[email protected] Mieke Prenger
[email protected] Elke Lommers-van de Groes
[email protected] Daniëlle Kloosterziel
[email protected] Anoek Haarbosch-Hendrickx
[email protected] Femke Zeegers
[email protected] Nicole van Gorkom
[email protected] Mike van Oosten
[email protected] Tamara van Gerven-Lodders
[email protected] Franca Wouters-Verwegen
[email protected] Marco van der Bruggen
[email protected] Remedial Teaching: Daniëlle Gerrits-Faes
[email protected] Ondersteuning leerlingen en team: Jan van den Broek
[email protected] Vakdocenten lichamelijke opvoeding: Tamara van Gerven-Lodders
[email protected] Emmeline de Bont Conciërge: Henri van den Heuvel
[email protected] Vrijwilliger: Jos Pijpers Hulpconciërge vanuit Amarant: Jan van Gorp Administratief medewerkster: Anja de Vet-van Gool
[email protected] Vrijwilligers: Elly Ensing op dinsdag Lisette Laarhoven op maandag en woensdag
School is leuk... leren is leuk!
Kerkstraat 112, 5126 GD Gilze Telefoon 0161-45 15 41 • E-mail:
[email protected] • www.debolstergilze.nl