deWijzer
Nieuwe Filosofische Kring Jaargang 14/15 - Nº 1 - november 2014
Maatpak
599,95 € Sweater
want met de
GODEN
49,95 €
Jeans
79,95 €
gaat alles goed Schoenen
119,95 €
///COLOFON Kringblad van de Nieuwe Filosofische kring Jaargang 14/15, editie nº 1 Hoofdredacteurs Katleen Pasgang Simon J. Tak Eindredactie Erik De Cock Katleen Pasgang Christiaan Schoonenberg Simon J. Tak Fotografie Annalise Debouille Journalisten Tim Christiaens Laurens Convalle Nelis Jespers Katleen Pasgang Mick van Plateringen Marieke Schraepen Massimiliano Simons Simon J. Tak
INHOUD\\\
///SMAAKMAKER
03 Smaakmaker
St. Kleine Timpson
04
Onbekende Filosoof
Maurizio Lazzarato
06 Doorgelicht
armoede aan het HIW
08 Column
intellectuele armoede
10 Interview
Antoon Vandevelde
14 TegenWijzer
Bijdrages Ellen De Doncker Hans De Mey Lalina Goddard Wouter de Hoog Pjotr Hubin Stef Frijters Nelis Jespers Felix Kumps Giuseppe Minervini Emma Moorman Ana Van Liedekerke Lay-out Christiaan Schoonenberg Contact
[email protected] www.nfk.be facebook.com/nfkleuven twitter.com/nfkwetter
Breaking!
18 Betwist
Laurens vs. Els
20
Open Brief
BAG
22 Interview
Kathleen Cools
28 Hansje
De Vraag
30 Q
trip langs de nacht
Beste lezer, ondertussen lijkt het definitief. Het inschrijvingsgeld wordt opgetrokken naar 890 euro, een vermeerdering van maar liefst 43 procent ten opzichte van de vorige 620 euro. Tegenstanders werpen op dat, ofschoon de Vlaamse regering belooft de voordelen voor beursstudenten te behouden, studenten uit kansarmere gezinnen de dupe zullen worden van dit beleid. Het leidt geen twijfel dat de optrekking van de studiegelden niet bijdraagt aan de democratisering van het onderwijs. DeWijzer grijpt dit klimaat aan om een editie te wijden aan het thema armoede. Op een onbewaakt moment betrapt een filosoof zich er wel eens op een woordje te spreken over de dingen des werelds.
DeWijzer zou deWijzer niet zijn als hij eclecticisme niet in de praktijk brengt. Het is niet al deprivatie en behoefte die deze editie kenmerken. Rijkelijk verspreid doorheen de armoede is er plaats voor poëzie en andere kunsten. Tien gedichten, waarvan één verborgen. Is dat niet wat veel, vraag je. Van kwaliteitsvolle taalparels kan men nooit te veel hebben, zeggen wij. Een gesprek met ex-filosofiestudente Kathleen Cools bleek dan weer een erg leuke zondagnamiddag te zijn. Deze bekende dame zet niet alleen graag koffie voor haar gasten, maar heeft ook veel boeiends te vertellen.
Studeren mag dan minder betaalbaar worden, wij bieden je nog altijd gratis meer dan je ooit wou verwachten. Het is een nieuwe deWijzer in je handen, dat is waar. Hij ziet er anders uit, hij ruikt anders, hij ritselt anders. Je doorbladert hem onwennig, alsof je nieuwe schoenen past. Je glijdt met je vingers over het papier en snijdt je pink aan een rand. Maar ergens middenin, terwijl je een pagina omslaat, wordt hij net als de oude. Vertrouwd, ontspannend en verdomd ootmoedig. Hij wil de wereld toch niet veranderen? Liefs, St. Kleine Timpson
32 Wegwijzer
wijst je weg
Drukwerk De Raaf
02
deWijzer /// november 2014
deWijzer /// november 2014
03
///POEZIE Open dozen Kloppen op de deur want de bel doet het niet maar er is geen deur. Kom langs achter want er is geen deur maar achteraan is het dicht. Kruip naar beneden want achteraan is het dicht maar er is geen plek. Klim hogerop want er is geen plek levend maar in een open doos. Kijk uit het regent binnen want in een open doos moet je zwemmen. Rune Othila
“De wereld is als een vagina. In wezen smerig, maar er vallen leuke dingen in te beleven.” Poëtische Edda
04
deWijzer /// november 2014
ONBEKENDE FILOSOOF\\\
“We moeten onze onschuld herwinnen door alle schulden en vooral de schuldmoraal af te zweren.”
Maurizio Lazzarato
O
p babyborrels en plechtige communies kan je nog wel eens uitpakken met een welgemeende ‘Gott is tot’, of een scherpzinnige ‘Le silence de ces éspaces infinis m’effraie’, maar binnen de muren van het HIW kijkt niemand nog op als je Nietzsche, of Pascal citeert. Zodat onze lezer toch nog zijn meestudenten kan overbluffen in kennis, brengt deWijzer u daarom elke keer een verhaal van een onbekende filosoof. Deze editie: Maurizio Lazzarato. Tim Christiaens
Het gebeurt al eens dat je op familiefeesten met een verre tante of nonkel in gesprek geraakt over een heikel thema. Zo was ik eens iemand aan het aanhoren over immigranten: “Die komen naar hier om te profiteren. Ze zouden zich moeten integreren, dan vinden zij wel werk. Zij eisen altijd hun rechten, maar wat met hun plichten?” Na mijn verweer kreeg ik enkel nog een: “Over tien jaar spreken we nog eens. Dan zal je er wel anders over denken.” Deze repliek is natuurlijk de argumentatieve variant van Arnold Schwarzeneggers “I’ll be back”: nu geef je me geen gelijk, maar ooit wel, dus heb ik gelijk. Deprimerend als zulke gesprekken zijn, kunnen ze ook leerzaam zijn. De platitude dat bij rechten ook plichten horen is immers ronduit fout. De enige verplichting die volgt uit mijn recht op een uitkering is dat ik ditzelfde recht bij anderen respecteer. Dat was echter niet wat mijn gesprekspartner bedoelde. Rechten zijn niet iets dat je hebt, maar iets dat je moet verdienen. Je krijgt enkel een uitkering als je inzet toont om werk te vinden. Deze gedachte vormt de kern van Maurizio Lazzarato’s onderzoek.
Maurizio Lazzarato is een hedendaags, Italiaans filosoof en socioloog. Hij werkt al jaren in Parijs nadat hij Italië moest ontvluchten toen de leiders van Autonomia Operaia, onder wie ook Antonio Negri, werden aangeklaagd voor het terrorisme van de Rode Brigaden. In zijn boek La fabrique de l’homme endetté beschrijft Lazzarato het hedendaagse kapitalisme als een schuldeconomie. Sinds de jaren ’70 hebben neoliberale economen en beleidsmakers de welvaartsstaat ontmanteld en zo collectieve vormen van solidariteit vervangen door individuele kredietcontracten. De staat voorziet bijvoorbeeld niet meer in algemeen onderwijs, maar je kan een studentenlening aangaan om je kennis te financieren. Zulke investeringen zijn echter riskant voor ondernemingen. Wat als de student zich elke avond zat zuipt op de Oude Markt? Wat een geldverspilling! De investeerder krijgt zo, als schuldeiser, macht over de activiteit van zijn schuldenaren. Hij kan eisen van de studenten om zich goed te gedragen in ruil voor zijn krediet. Lazzarato neemt Nietzsches gedachte over dat het morele
subject het product is van ongelijke machtsverhoudingen. Schuld stelt een ongelijkheid in die haar apotheose vindt in de schuld tegenover God. Het schuldige geweten van de student die zijn laatste centen heeft uitgegeven, is geworteld in economische schulden. Zijn afbetalingsplan bepaalt hoe hij moet leven en elke afwijking daarvan, heeft gewetensbezwaren tot gevolg. Het resultaat is dat mensen hun gedrag laten sturen door oneindige schulden. Je studielening kan je misschien ooit afbetalen, maar wat met je kredietkaart, de staatsschulden of de bankencrisis (die met belastinggeld is afgewend)? De hedendaagse economie draait grotendeels op zulke beloftes van toekomstige terugbetalingen. “Aux Etats-Unis, les dépenses les plus importantes d’une famille (achat d’une maison, achat et entretien de la voiture et déenses pour les études) se font à crédit. Mais la consommation fonctionne à la dette même pour l’achat de biens courants payés, la plupart du temps, avec une carte de crédit. Aux États-Unis et au Royaume-Uni, le taux d’endettement des ménages par rapport à leur revenu disponible est respectivement de 120 % et 140 %.” (La fabrique de l’homme endetté, pp. 19-20) Dat vereist instellingen die ons kunnen vormen (en, zo
nodig, dwingen) om onze beloftes na te komen. Karl Marx dacht dat enkel onze arbeidskracht wordt uitgebuit in het kapitalisme. Die theorie blijkt vandaag te optimistisch. Ons hele leven wordt uitgebuit. Elke existentiële keuze wordt vastgelegd door schulden tegenover private investeerders, de staat, de financiële markten, etc. Wie kiest om filosofie te studeren, moet zich neerleggen bij het risico werkloos te worden. De uitkering die men dan krijgt, is geen recht. Men moet dat verdienen door inzet te tonen, kortom, zichzelf te verkopen op de arbeidsmarkt. Een recht heb je onafhankelijk van wie je bent. Je uitkering krijg je echter enkel omwille van wie je bent. Wie we zijn, hangt af van onze vermarktbaarheid. De schuldeconomie is op die manier enkel in staat om zichzelf te vereeuwigen. De machtsverhoudingen op het moment dat de schuld wordt aangegaan, blijven bewaard doorheen de afbetaling. Aangezien er steeds nieuwe schulden bijkomen, blijven de debiteurs in de ondergeschikte positie. Het kapitaal buit onze keuzes en dus onze mogelijkheden en onze toekomst uit. Je leven staat in het teken van je potentie om schulden af te betalen en elke
keuze moet je toekomstige solvabiliteit garanderen. Het goede leven is contractueel vast-gelegd. De crisis van de laatste jaren en de besparingspolitiek achteraf zijn in dat opzicht geen oplossing, maar deel van het probleem. De noodmaatregelen van de crisis en het dwingend karakter van de besparingen tonen enkel wie het werkelijk voor het zeggen heeft. Het volk mag wel spreken, maar niet tegenspreken. Als machtsverhoudingen de vorm aannemen van schuldrelaties, wat moeten wij dan doen? Lazzarato pleit voor een tweede onschuld. We moeten onze onschuld herwinnen door alle schulden en vooral de schuldmoraal af te zweren. Het goede leven hangt af van een vertrouwen dat meer is dan enkel een afbetalingsgarantie. Vertrouwen in het leven is een voeling voor de vele mogelijkheden ervan, niet enkel voor de winstgevende. De revolutie is dan ook vooral een ethische revolutie. Zoals Brits dichter William Alger schreef: “In the nine heavens are eight Paradises; Where is the ninth one? In the human breast. Only the blessed dwell in th’ Paradises, But blessedness dwells in the human breast.”
deWijzer /// november 2014
05
///DOORGELICHT
POEZIE\\\
Dossier: Armoede aan het HIW
I
n lang vervlogen tijden kwam een filosoof uit een gegoede familie. Hij dacht na over de grote vragen zonder zich financiële zorgen te moeten maken. Schuilt er nog iets van deze glorie in het filosofenleven of moet hij aan het einde van de maand heel de dag leven op gratis Almafrieten? Katleen Pasgang Het blijkt dat we de financiële situatie van onze medestudenten wat poverder inschatten dan ze in werkelijkheid is. Hoe schat u de financiële situatie van een gemiddelde student aan het HIW in?
Hoe zou je de financiële situatie thuis omschrijven?
te komen. Dat lijkt een algemene tendens te zijn in het hoger onderwijs. Met behulp van diversiteitsbeleid probeert men ervoor te zorgen dat ook minder gegoeden een hogere opleiding behalen. Over het doorgeven van sociale ongelijkheid in het onderwijs werd al heel wat literatuur gepubliceerd. (Voor de geïnteresseerden die het niet zo op hebben met zoekmachines : zie de QR-code naar het artikel ‘De school van de ongelijkheid’ beneden aan de pagina.) Het meeste studiegeld wordt door ouders of familie betaald. Slechts zeven procent moet het inschrijvingsgeld helemaal zelf betalen, slechts negen procent moet zijn kot met eigen centen betalen. Bij het studiemateriaal ligt dat aantal hoger. Een vijfde van de studenten betaalt zijn boeken volledig zelf. Daarnaast moet er ook gegeten, gedronken en geleefd worden in Leuven. Een vijfde van de filosofiestudenten blijkt meer geld uit te geven aan uitgaan en alcohol dan aan voeding. Deze eerstgenoemde zijn dan ook het voedzaamst voor een filosofenbrein. Tabak blijkt soms ook onmisbaar. “Ik geef het meeste geld uit aan mijn sigaretten om de zware sleur en stress van de financieel moeilijke situatie en de loodzware verplichting te slagen of mijn toekomst in de goot te zien belanden, te kunnen doorstaan.” Je medestudenten spenderen gemiddeld 105,37 euro per week in Leuven. Ze ontvangen voor die alledaagse kosten gemiddeld 295,10 euro per maand van hun ouders. Een kleine rekensom laat het dan ook niet verwonderlijk zijn dat bijna de helft (45%) bijverdient als jobstudent.
Van de ondervraagden ontvangt 35% een studietoelage. Het gaat dan zowel om beurs als bijna-beursstudenten. De meeste studenten blijken niet uit moeilijke financiële situaties
06
deWijzer /// november 2014
Door deze QR-code met je GSM te scannen word je naar het artikel ‘De school van de ongelijkheid’ op www.dewereldmorgen.be gebracht.
Filosofiestudenten zijn redelijk eensgezind tegen een verhoging van de studiegelden. Rico Sneller
Je kan niemand beter aan het woord laten dan de filosofiestudent zelf om deze grafiek van een gepaste argumentatie te voorzien.
Sneller dan Rico word je niet, hij raast je voorbij je maakt geen kans, hij is onvatbaar Hij houdt geen rust en neemt geen slaap Zijn geest draait op hogere toeren het is vast iets genetisch Een hart dat sneller slaat of bloed met meer ijzer in Rico’s geest geraakt niet uitgeput Je houdt hem niet bij Maar jij bent gezond
“Een lichte verhoging van studiegelden kan, gegeven de goede opvang voor minder bedeelde studenten, de financiële situatie van scholen en de staat terug in de juiste richting sturen. Het recht op kwaliteitsonderwijs wordt in de gemakzucht resulterend uit onze welvaartsstaat al te vaak verward met het laten betalen van dat onderwijs.” “Hoewel ikzelf in een gemakkelijke situatie zit, besef ik dat anderen het financieel moeilijk hebben. Een gezin met een paar kinderen die allemaal willen studeren, kan al snel de kosten niet betalen. Hoewel het studiegeld op zich misschien niet veel is, wordt het toch een lastige kost bovenop de andere kosten.” “Op dit moment betalen we weinig inschrijvingsgeld, en krijgen veel kwaliteit in de plaats. Een lichte verhoging lijkt me niet problematisch. Anderzijds lijkt de verhoging van het inschrijvingsgeld een ideologische keuze, niet uit noodzaak (men kan op andere posten efficiënter besparen. Het grote geld zit niet in het inschrijvingsgeld). Bovendien kan ik vanuit mijn comfortabele positie niet inschatten wat de verhoging betekent voor mensen die net buiten de sociale correcties vallen.” “Onderwijs is de belangrijkste taak van de welvaartsstaat, zelfs in hun eigen neoliberale terminologie. Het is de beste garantie dat het individu later adequaat werk zal vinden.”
R.S.
Kapel Was ik het die je meenam naar het huis van God niet om het Vlees en Bloed was ik het die pootjebaden zei, maar zwom was ik het, zo voorbedacht of een wildeman? Je hebt me je gezicht getoond. De blik is een zonde, die niet slijt de lijn van je lippen en mond meer dan mezelf, heb ik je overdacht, doorgrond. Mijn handen fluisterden je lenden toe de tast de voertaal, een blinde geboren onder een maan die wist van tevoren. Jij was de schone en ik een man. De Muiderkring
deWijzer /// november 2014
07
///COLUMN
OPINIESTUK\\\
De intellectuele armoede van
Etienne Vermeersch
E
igenlijk hebben wij niets tegen Etienne Vermeersch. Zijn standpunten zijn nog wel amusant, op café, toch na een pint of tien. Het probleem is niet dat het toogfilosofie is, maar dat er geen toog is. Hij pretendeert immers serieuze filosofie te verkondigen.
Elke cafédiscussie is wel eens ontaard in de vraag naar het bestaan van God. Hoe kan alles nu in zes dagen geschapen zijn? Hoe kan water in wijn veranderen? Waarom is God zo wraakzuchtig? U hoort het al, Vermeersch gaat op zoek naar de feiten. Het is geen kwestie van perspectief, maar Hij heeft het monopolie over het boek van de Natuur. Enkele van Zijn tien geboden zijn: Beoordeel alles naar de universele (Westerse) mensenrechten, aanschouw de wereld vanuit Goddelijk perspectief en stel vast dat er geen God is, accepteer er geen en wees onbuigzaam voor intolerante Koranfundamentalisten. Wee zij die het boek van de Natuur niet kunnen lezen. Gelukkig komt de verlichte Mozes de berg afwandelen om ons de Waarheid te brengen. Het Gouden Kalf neemt wraak. De profeet gunt de priesterklasse niets. Het probleem is immers dat mensen hem verstaan. De helderheid van zijn teksten is hemeltergend. De klaarheid van zijn betoog is niet iets wat hem onderscheidt, maar net doet opgaan in de massa. Hij vertolkt enkel common sense standpunten verpakt in een wildgroei aan feiten en leuke anekdotes over jezuïeten. Van Socratische ironie blijft niet veel meer over. De onwetendheid van de massa kan Hem alleen maar deren als hij de mensen mag verlichten. Het model van zijn denken is veeleer dat van de sofist, die verschijnt in interviews en dagbladen tegen betaling. De banale mens is De Standaard van alle dingen. Wat brengt De Morgen? Van enige kritische houding tegenover wat Jan met de pet beweert, valt weinig te bespeuren.
08
deWijzer /// november 2014
Zoals Plato reeds zei, begint de filosofie waar de doxa eindigt. Vermeersch begint waar de doxa begint. Maar kan men niet zeggen dat Vermeersch slechts een slachtoffer is van de ijzeren wetten van het interview? Misschien heeft hij wel meer te zeggen dan wat in twee radiominuten past, hoewel daaraan getwijfeld kan worden. Vermeersch is niets anders dan een vat vol feiten dat naar believen kan worden leeggegoten in elk format waar er nog lege gaatjes zijn. Zijn filosofie is louter en alleen het kind van zulke interviews. De moeder is dus van verdachte reputatie. De radio, iedereen heeft er al op gezeten. De vader is de luisteraar die deze intellectuele telefoonseks wilt aanhoren. Beste lezer, Etienne Vermeersch is uw hoerenkind. Mocht de panda zijn eigen herkomst kennen, zou hij zijn ogen vrijwillig uitsteken. Hij heeft zijn vader intellectueel vermoord en kan van zijn moeder niet afblijven. Maar eigenlijk hebben wij niets tegen Vermeersch. U had dat wel: abortus (waar Vermeersch zelf ook innig voor pleit). En ondertussen speelt het kind vrolijk verder in de zandbak met zijn vriendjes. Als Vermeersch de panda is, dan zijn Maarten Boudry en Johan Braeckman de teddyberen. Ik zag twee beren broodjes smeren, o dat was een wonder en het is gheen wonder. Wij wisten niet dat ze dat konden. Hun teksten zijn een zelfkastijding aan de tombe van de Meester, hun requiem aeternam ‘Deo’. Ondanks al onze waarschuwingen, hebben sommigen het toch gewaagd dit mausoleum te benaderen. Zij hebben zich verdiept in de boeken van deze sekte. De ongelovige Thomas heeft een punthoofd gekregen van die pelgrimstochten. De positivisten uit Gent, de SKEPPtische put van de ‘filosofie’. Hein De Derman & Barry Urms
Leven van één euro per dag Armoede is niet alleen geen geld hebben. Het is verlamd zijn door de socio-economische positie waar je niet uit geraakt. Er zijn verschillende redenen om in deze positie terecht te komen. Dit kan komen door het maken van de verkeerde keuzes, of door domme pech. Ik ben vrijwillig in een positie van armoede terecht gekomen. Ik had mezelf een paar jaar geleden de uitdaging gesteld om te leven aan een euro per dag voor twee maanden lang. Deels gemotiveerd door te weinig geld, deels gemotiveerd door verveling. Dit opiniestuk is mijn ervaring met armoede. Mick van Plateringen Met één euro op zak trok ik langs de supermarkten op zoek naar de kleinste prijsjes. 1 Brood: 55 cent, 1 pot choco: 70 cent of 1 pak rijst: 1,20 euro. De eerste weken was het leuk om te zien wat ik allemaal kon doen met die ene euro. Ik had nog wat voorraad, ik kon soms wat van huis meekrijgen en mijn kotgenoten gaven mij de restjes van hun eten. Ik had al snel een ritme te pakken, het was duidelijk, arm zijn is niet zo moeilijk. Uiteindelijk ging het niet allemaal om voedsel. Na een aantal weken al merkte ik dat ik in een sociaal isolement begon te raken. De eerste weken trakteerden vrienden mij nog wel op een biertje, maar dat was snel gedaan. Ik kon niet meer mee naar de kroeg. Ik bleef alleen achter. Dat aspect van armoede zag ik niet aankomen. Ik voelde de sterke beperking op mijn bewegingsvrijheid. Nooit had ik stilgestaan bij het feit dat ik voor zo veel activiteiten geld nodig heb. Alles kost geld! Dat geld had ik niet. Dus ik kon niets meer doen. Dit was een pijnlijke realisatie van hoe sterk geld ons leven bepaalt. Ik ben uiteindelijk een maand eerder gestopt met de uitdaging. Het gebeurde toen ik met vrienden in de kroeg zat en ik mij schuldig voelde over het zoveelste rondje dat ze voor mij betaalden. Ironisch genoeg was het juist een biertje dat de euro per dag deed overschrijden. Door te leven van een euro per dag, dus door te leven in armoede werd me meer ontzegd dan een luxe maaltijd. Het gevoel van schaamte dat ik niet voor mezelf kon zorgen en nergens naartoe kunnen zonder geld begonnen steeds sterker te overheersen. Deze gevoelens zijn voor mij het moeilijkst geweest in armoede. Een gevoel dat ik niemand gun en bovenal een gevoel dat niemand lijkt te begrijpen.
Als een filosoof sterft kan hij er enkel van dromen dat de huizen waarin hij verbleven heeft worden omgebouwd tot pelgrimsoorden. Soms draait de werkelijkheid op wat anders uit. Het huis in Den Haag waar Spinoza verbleef kende na diens dood een ietwat onaangenaam pad: het werd voor lange tijd immers gebruikt als een bordeel. Dit leidde in de jaren ’70 zelfs tot een kleine controverse toen het huis geschonken werd aan het Spinozahuis Rijnsburg. De voorzitter van deze vereniging weigerde deze gift te ondertekenen vanwege de oneerbare geschiedenis van het huis. Hij nam uiteindelijk ontslag.
deWijzer /// november 2014
09
///INTERVIEW
G
ekweld door studiegeldenverhoging, berichten over afnemende solidariteit en dreigende inperking van de welvaartstaat zochten we een betrouwbaar kompas. Wie beter dan onze eigen filosoof-econoom Antoon Vandevelde om onze meest dringende vragen te beantwoorden? Hij schreef talloze artikelen over solidariteit en welvaart, en doceert het vak ethiek en maatschappij. Wij zochten hem op en kwamen een en ander te weten over armoede, onderwijs en economie. Katleen Pasgang & Marieke Schraepen Onderzoek wijst uit dat armoede een structureel probleem is. Goed onderwijs blijkt van cruciaal belang om de vicieuze cirkel te doorbreken. Absoluut, maar men verwacht eigenlijk heel veel van de school en het schoolsysteem. Zo twijfelt Bea Cantillon van de Antwerpse universiteit of het schoolsysteem wel in staat is aan die verwachtingen van sociale promotie te voldoen.
10
“Lage inschrijvingsgelden zijn een subsidie voor de middenklasse.”
Er is een tijd geweest waarin dat beter lukte. Leerkrachten kwamen thuis vragen of slimme kinderen toch niet mochten verder studeren. Het was soms moeilijk om de arbeiders daarvan het nut te laten inzien. Tegenwoordig is de homogeniteit in de maatschappij sterk afgenomen. Niet iedereen spreekt nog dezelfde taal, we hangen andere religies aan. Groepsidentificatie verdwijnt, de emancipatiegevoelens van vroeger zijn afgenomen. Je hoort niemand meer spreken over de Vlaamse bevrijding.
deel van de kansarme jongeren van allochtone afkomst. Daar speelt de taalbarrière nog sterker.
Het zijn niet zozeer de financiële barrières die voorkomen dat kinderen doorstromen naar het hoger onderwijs. In vergelijking met andere landen is dat in België zeer goedkoop en toch van uitstekende kwaliteit. De barrières liggen eerder op cultureel vlak. De achterstand begint al in de kleuterklas. Uit onderzoek blijkt dat wie geboren is in een gezin met weinig culturele bagage, al van bij de start over een beperktere woordenschat beschikt. En taal is nog zo belangrijk om te slagen in het hoger onderwijs. Bovendien is een belangrijk
Kansarmoedebestrijding bij jongeren begint bij de gezinnen waarin ze opgroeien. Als in heel het gezin geen perspectief is, kunnen de jongeren ook niet ontsnappen. De broodnodige culturele bagage krijgen ze niet van hun ouders. Vandaar ook het belang van de kwaliteit van onderwijzers. Zij moeten voor hun leerlingen het model spelen dat hun ouders vaak niet kunnen zijn. In de generatie van mijn vader werden de beste studenten leraar. Nu is dat niet meer het geval. Als ik dan het proces zie van die drugsfamilie (de familie Aqui-
deWijzer /// november 2014
De algemene factoren van ongelijkheid in de maatschappij zijn zo groot dat onderwijs alleen die niet kan rechttrekken. Ze zijn structureel zowel als generatiegebonden. Dan mag je universiteit nog gratis maken, kansarme jongeren komen er niet terecht. Wat is dan wel een oplossing?
no, nvdr.), waar allemaal schitterende advocaten hun beste vernuft inzetten om die boeven te laten vrijspreken, denk ik: wat een jammerlijke verspilling van talent voor de maatschappij. Die mensen zouden beter werken als leraar dan als advocaat. De decaan van de faculteit rechten zal wel kwaad worden om zulk een uitspraak, maar ik ben daar van overtuigd. We zouden een betere selectie van mensen moeten krijgen in het onderwijs. Er zijn leerkrachten die nog nooit een krant hebben opengedaan, dat is toch ongehoord. Zo kan je je kinderen niet stimuleren. Ik kijk soms ook naar hoe men dat elders doet, de voorbije jaren ben ik bijvoorbeeld een paar keer naar India geweest. Daar worden problemen radicaler opgelost. In de Don Boscoscholen probeert men de kinderen zo jong mogelijk op de schoolbanken te krijgen: door een maaltijd aan te bieden. Zo organiseren sommige universiteiten ook ‘affirmative action programmes’. Getalenteerde studenten mogen binnen, hoe arm ze ook zijn, maar de achter-
gestelde leerlingen krijgen drie weken lang bijscholing voor het jaar begint. Die studenten zijn zeer gemotiveerd, want ze hebben de keuze tussen dit en zwaar werk. Ik ben aristotelicus op dat vlak. Een goed leven is een leven waarin de mens zijn capaciteiten ten volle kan ontwikkelen. Vegeteren in de marge van de samenleving maakt hem niet gelukkig. Het is in de capaciteiten van mensen dat een maatschappij moet investeren. Ze moet zeggen aan de jongeren: we hebben jullie intellect nodig. Maar niet alleen dat, er is ook dringend nood aan een opwaardering van technisch en beroepsonderwijs. Ministers van onderwijs zeggen dat al jaren. Iedereen probeert, misschien uit een zorg om sociale promotie, om op een bureau te mogen werken. Met je handen werken wordt beschouwd als een straf. Dat stigma is absurd. Zal de verhoging van het inschrijvingsgeld de stap om te gaan studeren niet nog problematischer maken ? De allerarmsten worden gespaard: hun studiebeurs blijft onaangeraakt. Maar de inkomensgrenzen om een beurs te krijgen of om als bijna-beursstudent te worden erkend liggen wel heel laag. Ik denk dat het voor mensen met drie kinderen aan de universiteit wel een heel grote lastenverhoging wordt. Misschien moet men voor de toegang tot universiteit en hogescholen hetzelfde doen als bij vele sportclubs: korting geven voor een tweede of derde kind dat zich inschrijft. Lage inschrijvingsgelden aan de universiteit zijn in feite een subsidie voor de middenklasse. Is dit te verantwoorden? Die middenklasse betalen ook het meeste belastingen. In een land met lage belastingen zoals Groot-Brittannië is het niet te verwonderen dat men hoge inschrijvingsgelden moet betalen. In ons land met een hoge belasting-
druk mogen die niet de pan uitswingen, zou ik zo denken. De verhoging die nu beslist werd komt er na een lange periode van niet-indexering. De middenklasse zal meer moeten investeren in onderwijs en opleiding. Als je het puur economisch bekijkt, is het de beste investering die je kan doen. Ze betaalt zichzelf terug, de perspectieven op je verdienkracht verruimen, de kans dat je werk vindt is veel groter, zelfs als filosoof. (lacht) En als je het geld op een spaarboekje zet, krijg je er nauwelijks iets voor terug. Ook het Harvardmodel is verdedigbaar: studenten louter en alleen selecteren op competentie. En diegenen die het niet kunnen betalen krijgen een beurs. Dat is echter wel een heel meritocratisch systeem: enkel de top geraakt binnen. Studeren in Groot-Brittannië en de VS is over het algemeen wel heel duur, een van de redenen waarom wij met het internationaal programma zoveel succes hebben. Het is spotgoedkoop in vergelijking met hun universiteiten. Zodanig zelfs dat sommige studenten denken dat ze naar een universiteit met mindere kwaliteit gaan. Eenmaal hier ontdekken ze dat de opleiding wel goed is en blijven ze vaak om te doctoreren. De nieuwe Belgische regering Michel-I wil een sociale zekerheid waar mensen enkel recht op hebben in geval van wederkerigheid, zo zal er gesnoeid worden in de jongerenwerkloosheidsuitkering. Is wederkerigheid het beste criterium? Sommige zaken benader ik filosofisch, andere empirisch. Het is interessant te kijken hoe het elders gebeurt. Dan zie je dat onze studieduur over het algemeen lager is dan in omringende landen. Dat heeft ermee te maken dat studiebeurzen en kindergeld worden uitgekeerd aan de ouders. Studenten vertrekken op vrijdagavond van hun kot en brengen het weekend thuis door. Hun ouders volgen hun studie veel meer op dan in andere landen, waar
deWijzer /// november 2014
11
///INTERVIEW
“De algemene factoren van ongelijkheid in de maatschappij zijn zo groot dat onderwijs alleen die niet kan rechttrekken.” kinderen al zelfstandig zijn vanaf hun 18 en meestal werken om hun studie te betalen. Bij ons wordt de wederkerigheid dus door de ouders bewaakt, en dat blijkt beter te werken dan wanneer deze taak bij de overheid ligt. Ik ben er dus niet voor om aan dat systeem te raken. Het wordt een ander verhaal wanneer je afgestudeerd bent. Met een universitair diploma heb je statistisch gezien veel meer kans op werk (momenteel is dat voor sommigen iets meer problematisch, maar over een paar jaar wanneer jullie afstuderen zal de economie waarschijnlijk wel weer aantrekken). Als de maatschappij zoveel investeert in universitairen moeten ze daarna niet meteen een wachtuitkering krijgen. Laat je mij kiezen tussen een verhoging van het inschrijvingsgeld of de afschaffing van de wachtuitkering voor hooggeschoolden, dan ga ik voor het tweede. Op dat niveau moet de wederkerigheid liggen, niet op het andere. Ik sta dus niet per se negatief ten opzichte van het idee van wederkerigheid. De maatschappij moet investeren in de capaciteiten van mensen, opvoeding, onderwijs, crèches (zodanig dat vrouwen niet thuis moeten blijven)… Maar tegelijk moeten mensen zelf de inspanning doen om het beste van zichzelf te maken. Daarin ligt mijn aristotelisme. We mogen niet een soort regime installeren waarin sociale fraude getolereerd wordt, of waarin niet van mensen verwacht wordt dat ze inspanning doen om werk te zoeken. Ik ben
12
voorstander van meer solidariteit in de maatschappij, maar je moet wel zelf je steentje bijdragen. U hebt al meermaals over solidariteit geschreven. Hoe ziet u solidariteit in de 21ste eeuw? Ik ben geen doemdenker, solidariteit gaat niet noodzakelijk achteruit. Toen ik 40 jaar geleden student was, zei men ook al dat ‘onze solidariteit teloor gaat’. We zijn nu al die jaren verder en de sociale zekerheid is er zeker niet slechter aan toe dan destijds. Als er ergens bespaard wordt, schiet men meteen in paniek, ‘de solidariteit gaat verdwijnen’. Dat is echter niet wat we zien. Bovendien zullen we in de toekomst meer solidariteit nodig hebben. We kunnen de komende tien jaren een economische groei verwachten van niet veel meer dan 1 procent, hetzelfde als de voorbije 10 jaar. Dat wordt door de meeste mensen echter niet meer als vooruitgang gepercipieerd. De vraag is nu: Waarvoor gaan we die economische groei gebruiken? We leven in een rijke maatschappij, mensen zullen minder gaan spenderen aan voedsel en dagelijkse benodigdheden, ten voordele van gezondheidszorg. Deze wordt ook steeds duurder, door de toenemende rol van technologie. Daar bovenop zal tegen 2030 ongeveer 10 procent van het BNP moeten verschuivenvan de actieve naar de gepensioneerde bevolking. Dat is nodig om hun gezondheidszorg en pensioen betaalbaar te houden. Ook in de jon-
deWijzer /// november 2014
geren moeten we meer investeren: de helft van diegenen die in grootsteden leven, is van allochtone afkomst. We zullen moeten investeren om bijvoorbeeld de taalachterstand in te halen. Die conclusie durven politici niet luidop zeggen, maar ze spreken me ook niet tegen: de economische groei die we de komende tien jaar kunnen verwachten zal niet naar de actieve bevolking gaan, maar naar het niet-actieve deel van de bevolking. Dat is een bittere pil om te slikken voor het actieve deel, want voor hen zit er eigenlijk geen reële loonsverhoging meer in. Als je deze maatregelen weigert krijg je te kampen met armoede bij gepensioneerden en verergerde kansarmoede bij jongeren. Ik denk niet dat mensen dat willen. Dit betekent dat we meer behoefte zullen hebben aan solidariteit dan tevoren, en deze zal diep ingrijpen in heel onze manier van leven. Als ethicus zeg ik dat we het zo moeten doen. Het is echter mogelijk dat enkele categorieën van bevolkingsgroepen niet willen meedoen en opslag afdwingen, maar dan zal de prijs betaald worden door ouderen, jongeren en zieken. En dat zal een ethische prijs zijn. De grootste bedreiging voor solidariteit zie ik nog op een ander vlak. Ooit is ons systeem voor sociale zekerheid opgebouwd in een relatief homogene maatschappij, waar men de onderklasse beschouwde als deel van de samenleving. Nu deze onderklasse grotendeels gevormd wordt door migranten, riskeer je dezelfde dynamiek te krijgen als in de
VS: die onderste laag van de maatschappij is er simpelweg geen deel van. Zij worden beschouwd als ‘de ander’. Deze ontwikkeling dreigt momenteel ook in Europa. Hoe ziet u het resultaat van de verkiezingen in het licht van sociale zekerheid?
Dat Franse intellectuelen en Amerikaanse geheime diensten geen vriendjes zijn mag blijken uit het volgende: op de lijst van talloze verdachten van het communisme stond ook de naam van Jean-Paul Sartre, wiens existentialisme ervan verdacht werd een gecodeerde versie van het communisme te zijn. Het hoofd van de FBI droeg ook al snel op om het werk van Albert Camus te onderzoeken, vaak verkeerdelijk gespeld als ‘Canus’ of ‘Corus’. Er werden zelfs persoonlijke notitie- en dagboeken van de filosofen ontvreemd. De agent die deze zaken gestolen had klaagde wel over het feit dat deze teksten geheel in het Frans waren geschreven.
Het schandaal voor rechts is dat iemand een uitkering krijgt die hij niet verdient, terwijl het schandaal voor links is dat iemand recht heeft op een uitkering maar die niet krijgt door bureaucratische rompslomp. Ik betwijfel echter dat onze centrumrechtse regering de sociale zekerheid gaat opdoeken. Op het einde van de rit zullen we zien of er meer ongelijkheid zal zijn. In het verleden maakte het voor de eindrekening niet zo veel uit of de regering centrumrechts of centrumlinks was. Paul De Grauwe heeft ooit uitgerekend dat er in lange periodes zelfs meer bespaard werd door centrumlinks dan door centrumrechts. Democratie betekent ook dat niet altijd dezelfden aan de macht zijn. Centrumlinks wordt al eens door rechts afgelost, en omgekeerd. Dat is het normale democratische spel. Als de regering al te hardvochtig is, wordt dat wel gecorrigeerd in de volgende verkiezingen. In een systeem zoals het onze moeten we geen grote revoluties verwachten zoals bijvoorbeeld in Groot-Brittannië, maar natuurlijk weet je het nooit. Het kan altijd een onverwachte allure aannemen.
deWijzer /// november 2014
13
TegenWijzer! PRIMEUR!
D U O W E PRAESES
HEEFT DE VERKIEZING VOOR KNAPSTE PRAESES GEWONNEN!
Na de controversiële campagne van P-Magazine om de kring van de knapste studente te belonen met een cantus, organiseerde Ferry Menly Magazine, het alternatieve gay magazine van Nederland en Vlaanderen een wedstrijd waarbij het de knapste praeses van alle studentenkringen in het Vlaamse en Nederlandse gebied zou belonen met een pikante fotoshoot en een geldsom van maar liefst €4500. Gisterennacht kreeg TegenWijzer, van een anonieme bron, een week voor de officiële resultaten bekendgemaakt zouden worden, het nieuws dat Praeses Ewoud de wedstrijd ‘met kilometers voorsprong’ heeft gewonnen. “Ik weet zelf ook niet hoe het komt”, reageerde de anonieme bron, “ik heb in ieder geval niet op hem gestemd. Als ik heel eerlijk ben, begrijp ik zelfs niet hoe hij door de voorselecties is geraakt.” Het is natuurlijk bekend dat Praeses Ewoud een meester is in het netwerken. Dat weet ook Sam De Hertogh, fotograaf bij P-Magazine: “Wij hebben bij P-Magazine zelf lang getwijfeld om een ‘knapste-praesesverkiezing’ te organiseren, maar uiteindelijk zijn we van dat idee afgestapt, omdat het duidelijk was dat Ewoud zonder moeite die verkiezing zou winnen. Er is geen enkele wedstrijd die hij niet wil winnen. Hij is zo competitief dat hij meteen alle mensen die hij kent benadert en bedreigt zodat ze op hem zullen stemmen. Tenminste, anders snap ik niet waarom hij hier als winnaar uit de bus komt.” Ook bij de mama van Ewoud is de verbazing groot. “Ewoud is natuurlijk een lieve jongen. En hij heeft misschien wel iets. Maar ik hoop dat ze bij Ferry Menly Magazine niet te veel met de handen in het haar zitten omdat ze hem nu op de cover moeten plaatsen”, bekent ze. Ferry Menly Magazine wil de uitgelekte resultaten vooralsnog niet bevestigen, al wordt gefluisterd dat ze ‘er alles aan zullen doen om uit te vissen waar dit merkwaardige resultaat vandaan komt’. Praeses Ewoud wenst voorlopig geen officiële verklaring af te legen, maar zegt ‘positief uit te kijken naar de bekendmaking van de resultaten’. (SJT)
GEWOON NEELTJE Mijn naam is Neeltje. Niet Niels, niet Jasper of Jesper, niet Nelis. Gewoon Neeltje. Op de bus naar huis ontmoette ik een aantal leuke mensen op Tinder. Hier een overzicht van de beschrijvingen; Johanna,22. 1,3,5,7,11,13,17,19,23,29,31. Ik denk niet in priemgetallen! Stans, 21. Ik like nooit iemand die Stan heet, hoe oppervlakkig. Cindy, 44. Zoekt seksdates, laatste hiv-test: 16 oktober 2014 Anna, 19. Black metal is mijn leven kweet kvlt op zoek naar leuke fedora dragende brony voor leuk msn contact oh gr wilma henk en de kids Tika, 19 In een relatie Saartje, 18 Uiterlijk straalt, innerlijk bepaald Anaïs, 16 Jeune maman, Liège Flore, 19 « Forgiveness is the fragrance that the violet gives to the heel that crushes it » - Dalai Lama Lisa, 22 Proud Dutchie. Be what you expect of yourself, not what others expect of you. Theresa, 55 verzorgde dame op zoek naar jongeman om samen een liefdesnestje te bouwen. Virginie, 25 What money can’t buy is love. I, on the other hand, have a lot of money. Tuurtje, 23 Ik heb misschien gene goeien openingszin, maar ik heb een opening en gij hebt zin.
ARMOEDE. WELKE ZWERVER BEN JIJ?
Armoede is een thema dat ver van ons lijkt af te staan. Of nee, wacht, welke opleiding volgde u ook alweer? Juist ja. We herbeginnen. Armoede is een thema waar we in de nabije toekomst mee geconfronteerd zullen worden. Als filosofiestudent is het latere zwerversbestaan een zekerheid (hip hoi; toch één in het leven). Maar: niet getreurd, want wij (en wij , dat is hét TesTTeam, dat jullie vanaf heden elke TegenWijzer voorziet van een levensadvies-persoonlijkheidstest) hebben voor jullie deze prachtige praktische test klaar. Zo weet je meteen welke zwerver jij wordt en kun je je vandaag nog beginnen voorbereiden op jouw glansrijke toekomst! Het TesTTeam
1. Wat is je droomberoep? a) Leeuwentemmer bij Cirque du Solei b) Kapper/kapster c) Een beroep waarbij ik een MEGA-bonus krijg d) Maffiabaas e) Winnaar van de Koningin Elisabethwedstrijd f) Nobelprijswinnaar fysica 2. Hoe ziet je droomhuis eruit? a) Mijn droomhuis deel ik met mensen, cohousing is waar ik van droom b) Een knus appartement boven een sfeercafé c) Een villa in Hollywood d) Een berghut e) Een hangmat onder de sterren, meer heb ik niet nodig f) Een oude, gerenoveerde boerderij 3. Hoe klinkt jouw levensmotto? a) Geld maakt WEL gelukkig b) Music is my life, the lyrics are my story c) Red de aarde, begin bij jezelf d) Hoe meer zielen, hoe meer vreugd e) Cogito ergo sum f) #YOLO#SWAG#WAFA 4. Voor dit eten ben ik altijd te vinden: a) Space cake b) Appelmoes met worst en aardappelen c) Kaviaar met kreeft d) Vegetarische wrap e) Aperitiefhapjes f) Extra-large pizza mét cheesy crust 5. Wat is je ergste nachtmerrie? a) Dat de wereld vergaat b) In een tijdschrift verschijnen bij de ‘stijlbreuken’ c) Mijn kleine zus die voor het eerst viool speelt, of zeg maar krast… d) Alleen op de wereld zijn e) De treinkaartjesknipper f) Dat de databanken crashen en dat er enorm veel kennis verloren gaat 6. Deze site bezoek ik het vaakst: a) Instagram b) Greenpeace.org c) Facebook d) Youtube e) Wikipedia f) eBay 7. Wat is je favoriete kledingstuk? a) De NFK-trui! b) Mijn wollen trui met van die berenoortjes aan de kap c) Mijn gesigneerde T-shirt van Bastille d) Top secret: mijn Spongebob-onderbroek e) De nieuwste Abercrombie-trui f) Kledingstuk? Welke kleren?? 8. Op welke politieke partij stem jij? a) Open Vld b) Groen c) sp.a d) blanco; leve de anarchie! e) Vlaams Belang f) CD&V g) N-VA h) PvdA i) Lijst Dedecker 9. Wat krijg jij het liefst voor je verjaardag? a) CD van mijn favoriete groep b) Goudvis
DOE DE TEST!
EXCLUSIEF!
c) Ik haat verjaardagen d) Knuffels en kusjes e) Alles is goed, zo lang het maar een merk draagt f) Wodka 10. Op welke plek voel jij je het meest thuis? a) Zo lang er muziek is, voel ik me overal thuis b) In de armen van mijn geliefde c) Dierenasiel d) Hollister-winkel e) In mijn hallucinaties f) Bibliotheek 11. Wat is jouw favoriete reisbestemming? a) Ik haat reizen b) Tomorrowland c) Dierentuin d) Zo lang ik dicht bij mijn geliefde ben, wil ik overal heen e) Tunnels of grotten f) 5-sterren-all-in-resort in Turkije 12. Wat is je favoriete tijdschrift? a) Dag Allemaal b) Vogue c) Know How d) National geographic e) Metro f) RifRaf (online muziekmagazine) 13. Wat doe je het liefst in je vrije tijd? a) Vogelhuisjes bouwen b) Mezelf bewonderen in de spiegel c) Naar een concert gaan d) Zo veel mogelijk likes op Facebook halen e) Mijn drugshandel onderhouden f) Me verdiepen in Kants ‘Kritik der reinen vernunft‘ 14. Wie is jouw idool a) Einstein b) Bob Marley c) The Beatles d) Samson e) Mijn vriend/vriendin f) Ikzelf 15. Hoe zou jij jezelf met één woord beschrijven? a) Klassevol b) Teruggetrokken c) Eco d) Stoned e) Muzikaal f) Sociaal
Fashion Blog
Tel snel (of niet) de punten per vraag op (raadpleeg eventueel: www.onlinerekenmachine.com) en ontdek welk type zwerver jij bent! Vind de bijhorende zwerver op de volgende pagina!
Lalina Je staat in de winkel, voor een rek vol kleurtjes en je voelt je verloren? Geen nood, met deze tips koop jij voortaan altijd de juiste oogschaduw voor jouw oogkleur. Top, toch?
Groene ogen
Groen is dit najaar mystiek. Voor jouw mystieke ogen gebruik je best een diep aubergine, waarbij je de oogschaduw aanbrengt in je arcadeboog en een feller paars gebruikt op het midden van je ooglid. Zo trek je alle aandacht naar die mooie ogen van jou!
Blauwe ogen
Jij zegt blauw? Ik zeg koel. Blauwe ogen moeten gecompenseerd worden met warme kleuren. Denk bijvoorbeeld aan champagne en rosé gouden tinten, of een grijzig bruin voor de meiden die houden van een casual, iets nonchalantere look.
Bruine ogen
No limits, dames! Bruin is een neutrale kleur, en kan haast met alles gecombineerd worden. Wil je toch een geheime tip? Blauwgroen en shimmerend bruin brengen het beste in bruine kijkers naar boven.
Grijze ogen
Grijze ogen? Blijf dan weg van bruintinten. Kleuren als blauw en turquoize doen zoveel meer voor jouw ogen! Ook belangrijk: niets is set in stone. Make-up is fun, dus experimenteer er vooral op los tot jij jouw signature look volledig te pakken hebt.
Xoxo fashion girl
TegenWijzer! 0-12 punten: SPEELPLAATSZWERVER
Waarom zou je mensen nodig hebben als je evengoed op je eentje leuke dingen kan beleven? Het ontdekken van nieuwe leerstof is toch zoooo veel spannender dan op reis gaan of met mensen omgaan. Als speelplaatszwerver ben je dan ook (letterlijk) onzichtbaar. Niemand ziet je immers wanneer je in een hoek van de speelplaats boeken leest, omdat je verborgen bent achter zo’n grote stapel boeken. Helaas ziet je toekomst er niet zo rooskleurig uit. Wanneer de grote vakantie begint, vergeten de leerkrachten dat jij je nog op de speelplaats bevindt en zo sterf je een langzame (maar wel boeiende!) dood achter je boeken door verhongering. Maar ach, waarom zou het erg zijn om zo te sterven? 13-25 punten: METROZWERVER Jouw toekomst ziet er paars-groen-geelkleurig (alle kleuren die in je hallucinaties voorkomen) uit. Met als enige stoorzender de kaartjesknipper is de metro je favoriete plek om in je meest extatische toestand te vertoeven. Je vooropleiding als filosoof versterkt dit gedrag alleen maar. Zei Plato immers niet dat je moet loskomen van je lichamelijkheid? In die zin ben je als stonede metrozwerver een prima filosoof! 26-38 punten: STRAATMUZIKANTZWERVER Jij bent een echte straatmuzikantzwerver. Jij voelt je pas op je gemak wanneer muziek de wereld rond jou vult. We raden je aan, nu je nog op de kosten van je ouders leeft (of toch nog net niet vervallen bent in het zwerversbestaan), te investeren in een blokfluit of mondharmonica zodat je later als volhardend zwerver net genoeg geld kunt vergaren om je muzikale honger (Cd’s of nieuw-futuristische geluidsinstallaties) te stillen. Bedenk wel dat er nog andere dingen bestaan als muziek. Geloof het of niet, maar hoewel jouw oren overontwikkeld zijn, is ditzelfde bij bepaalde andere mensen het geval bij de neus en het reukorgaan. Het is aangewezen soms van onderbroek te veranderen en de vlooien uit je haar te wassen. Als je dat in het achterhoofd houdt, ga je een gouden toekomst tegemoet. 39-51 punten: ECOZWERVER Als ecozwerver ben jij erg bekommerd om de natuur, de biodiversiteit en het ecosysteem. Je trouwe hond is dan ook een onmisbaar deel in je zwerversbestaan. Samen bedelen jullie een toekomst bijeen die er tot op zekere hoogte positief uitziet. Door je zwerversbestaan zal jij immers de natuur niet overbelasten. Verder kan je het misbruik van de mens t.o.v. de natuur nu uit volle borst uitroepen, als zwerver is dat allemaal toegelaten. 52-64 punten: HANDTASTELIJKE ZWERVER Als handtastelijke zwerver is jouw levensdoel het in stand houden van sociale relaties en dit liefst door zo veel mogelijk fysiek contact. Jij hebt een groot hart en iedereen weet wie je bent. We raden je toch aan je natuurlijke impulsen soms te onderdrukken en niet té dicht te komen, want anders zou je wel eens alleen op de wereld kunnen komen te staan. Je knuffelgehalte is misschien te wijden aan een aandachtstekort- of teveel in je jeugd, dus realiseer je dat niet alle mensen zijn als jij. Wat jij ervaart als een warme knuffel, kan je knuffelpartner ervaren als een agressieve houdgreep. 65 punten of meer: LUXEZWERVER Jij bent hét typevoorbeeld van de luxezwerver. Als liefhebber van merkkleren en veel te chique hotels zit jij bij filosofie duidelijk niet op je plaats. We raden je aan onmiddellijk van richting te veranderen. Je oppervlakkigheid en snobisme horen niet thuis in een wacco-filosofie-opleiding. Je geest is te beperkt om filosofische abstracties te vatten. De doelen die je beoogt zullen nooit bereikt worden. Schakel eventueel over naar rechten of economie. Daar vind je vast lotgenoten. En moest je het daar niet halen (en geloof ons: dat doe je niet), dan is er nog altijd de heerlijke vriendjespolitiek die jij als stijl-king/-queen onbegrensd kunt gebruiken voor je eigen belangen.
Van het hart
Gisterenavond was ik op het kot van je ex. De muziek stond luid en de lichten waren gedimd. In de woonkamer was het druk. Een groepje mensen zat rond de salontafel op hun knieën, ze gaven een spiegeltje rond en snoven. In de fauteuil zat een jongen met een meisje op zijn schoot te zoenen, hij duwde zijn hand in haar broek. Ze probeerde hem tegen te houden maar liet hem toen toch maar begaan. De grote keukentafel stond vol met bierflesjes, op de grond lagen peuken, assen, lege flesjes en blikjes. Tegen de muur zat een meisje zacht te huilen maar niemand keek naar haar. In de zetels zat ook een groepje mensen. De rest stond in trance wiegend, roezend op de luide muziek. Hij nam twee flesjes bier van tafel, ging naast het wenende meisje zitten, gaf haar er eentje en vroeg wat er aan de hand was. Ze knikte, nam het flesje aan, dronk het meer dan half leeg en vroeg toen of hij met haar naar bed wou. Zonder zijn antwoord af te wachten, pakte ze zijn hand vast, trok hem ruw recht en leidde hem mee naar wat de slaapkamer moest zijn. Hij wou iets zeggen, iets vragen maar ze hield haar vinger voor zijn mond, kuste hem, opende zijn broek en begon hem te pijpen. Eerst was hij verrast, gegeneerd, wist niet of hij haar nu moest tegenhouden of niet. Toen dacht hij aan niets meer en genoot. Ze kokhalsde even toen hij kwam. Een tel later slenterde ze weg, opnieuw huilend, de woonkamer in. Hij stond daar even, enkele minuten misschien, trok toen zijn broek terug dicht, liep ook naar de woonkamer, nam een nieuw pintje van de keukentafel en begon mee te deinen op de muziek. Zokan Hetook
KATHLEEN COOLS: “POLITIEK IS POKKENSAAI!”
Lezersbrief Beste St. Kleine Timpson, Verscheidene zaken die de grenzen van het voorstelbare met de voeten treden zijn me ter ore gekomen. Uit weliswaar betwijfelbare bronnen werd me ingefluisterd dat Ewoud de Saedeleer en Rosalie elkaar orale seks hebben gegeven en dat Simon foto’s heeft genomen van hun kaka. Ik hoop dat jullie de schade aan Laura Steynen haar kut humeur zullen vergoeden en de stront uit Rosalie haar poes willen halen. Verder wil ik er helemaal geen woorden meer aan vuil maken. Zit u na het lezen van dit blad met een zwaar ei? Leg het in het nest van de
[email protected]. Gewoon even hallo zeggen mag ook, u zal niet gecensureerd worden. Hooguit het zwijgen worden opgelegd.
Also
GANCK! E M sprach...
-Ge moet Nazi’s geen varkens noemen, want een varken kunt ge niet moreel beoordelen. (E. Meganck) -Er is geen enkele idioot die in een rokje van bananenbladeren op 5 december op een dak kruipt. (E. Meganck) -Sinterklaas en Zwarte piet, die relatie is dezelfde als die van Batman en Robin; maar misschien was Robin wel gay! (E. Meganck) -Gasten, ge moet geen vijftig plus zijn om een vraag te stellen hé! (E. Meganck)
VERBIND DE RUSTPUNTEN EN RECONSTRUEER PJOTR’S BEDEVAART!
///BETWIST top van de wereld, dan zien we dat veel van die luxe ten koste gaat van zij die helemaal onderaan de klassenpiramide staan. Denk dan aan sloppenwijken die worden neergehaald voor glanzend witte villa’s of decadente bedrijfsfeestjes, terwijl er in het personeelsbestand gesnoeid wordt.
“LUXE, VANAF ZEKERE HOOGTE, WORDT CRIMINEEL.” De universiteit is een terugtrekkingsoord voor intellectueel geïnverteerden, en zeker voor filosofen is dat zo. In de ivoren toren van het verstand is het fijn vertoeven en bovendien is het zicht op de wereld van daaruit ook veel mooier. Maar af en toe, gewoon voor de lol, heeft ook de filosoof over simpele zaken als politiek een mening. deWijzer onderwerpt telkens twee heethoofden aan een al te aardse stelling.
Laurens Convalle
Els Prinsesje
Oslo, 10 oktober dit jaar: de Pakistaanse Malala Yousafzai won de Nobelprijs voor de vrede voor haar mondig optreden tegen het beleid omtrent het onderwijs voor vrouwen. In haar thuisland is de taliban nog steeds zeer actief, waardoor het voor meisjes verboden is onderwijs te volgen. Eén van de meest opmerkelijke passages was de volgende: “Children don’t want an iPhone, an Xbox or chocolates. They just want a book and a pen.” Toch tokkelt half West-Europa op een smartphone, is €60 voor een videogame “zijn prijs waard” en kijken we niet meer op van obesitas. Een jammerlijke “De wereld is toch oneerlijk hè…” ontsnapt onze mond rond zeven uur ’s avonds wanneer er een Nigeriaans jongetje met vliegen rond zijn ogen op onze flatscreens verschijnt en meestal strekt de solidariteit tot daar. We moeten geen boterham minder eten om enkele honderden levens te redden, maar toch kiezen we voor die lederen handtas in de etalage. Dat brengt ons bij de hamvraag: wordt luxe, vanaf zekere hoogte, crimineel?
Wanneer ik over politiek spreek, tracht ik bovenal een pragmatische en nuancerende houding aan te nemen. Politiek is altijd gericht op beleid en de politieke wereld is ingewikkelder dan ooit. Dergelijke houding is bijgevolg noodzakelijk. Vanuit die houding kan ik omwille van twee redenen onmogelijk akkoord gaan met deze stelling.
In mijn visie is dit zeker het geval, maar die “zekere hoogte” is een belangrijk twistpunt. Als we kijken naar de ultrarijke
18
deWijzer /// november 2014
Wanneer je akkoord gaat met deze stelling, volg je een bepaalde gedachtegang die leidt tot een soort van herverdelingsdwang. Herverdeling is nodig, maar op zekere hoogte wordt het nefast voor de economie, voor de jobs en dus ook voor de mensen die je ermee wilt beschermen. Wanneer je rijken specifiek gaat overbelasten, wat men suggereert in deze stelling, zit je met een groot probleem. Zij zijn de mensen die investeren en ervoor zorgen dat er überhaupt nog werk te vinden is. Dat investeren moet echter opbrengen en wanneer dat het omwille van hoge belastingen meer doet in het buitenland, zit je met een groot probleem. Met herverdeling is het echt oppassen. Het is koorddansen tussen twee uitersten. Enerzijds een degelijk investeringsklimaat behouden, anderzijds een zekere levensstandaard
We zijn geneigd om gezamenlijk onze vingers naar dat kleine procentje te richten, maar hoe zit het met de gegoede middenklasse? Een IPhone die in schandalige werkomstandigheden is gemonteerd, een gebleekt H&M-jeans waar kinderen voor in de chemicaliën hebben zitten ploeteren, een boekenrek van Amazonehout, zelfs de nieuwe Ford Fiesta… is dat dan wél moreel aanvaardbaar? Waar halen wij het recht vandaan al deze goederen te gebruiken ten koste van het milieu en de kansarmen? Omdat we superieur zijn? Omdat we er harder voor werken? Omdat we geluk hebben? Omdat het nu eenmaal zo is? We kunnen allemaal wel iets missen, we kunnen allemaal veel meer geven dan een luttele euro aan een oud vrouwtje in de straat.
behouden voor de minderbedeelden. Wanneer je akkoord gaat met deze stelling en je hierop het beleid gaat baseren, geef je een duw aan meneer de koorddanser. Ten tweede kan je onmogelijk zeggen dat luxe crimineel is. Luxe is iets goeds, iets wat ons leven makkelijker maakt. De manier waarop je aan die luxe komt daarentegen, die kan crimineel zijn. Je kan onmogelijk mensen die meer geld hebben dan anderen op een consequente, legitieme manier ‘criminelen’ gaan noemen. Op die manier zoek je een zondebok voor de ongelijkheid in de wereld. Ik denk niet dat iets dergelijks de oplossing voor het probleem is. Je zal me nooit horen zeggen dat de wereld perfect is, dat er geen verschrikkelijke ongelijkheid is of er geen onmenselijke dingen gebeuren. Ik zal dat zeker niet ontkennen. Ik ontken wel dat dit allemaal de schuld is van de rijken. Dat is in mijn ogen een ongenuanceerde en zeer oppervlakkige blik die zeer moeilijk te verdedigen is. Bijgevolg stel je op deze manier de oplossing veel makkelijker voor dan ze is.
Men kan dan zeggen dat “de wereld nu een maal zo in mekaar zit” en “het niet onze fout is dat andere mensen in armoede leven”, maar als het er op aankomt willen we gewoon niet méér geven. Blijkbaar kan het ons niet schelen hoe onze achterneven en -nichten in Pakistan er aan toe zijn. We leven in onze microsamenleving waarin de ego het allerbelangrijkste blijkt te zijn. Wordt de bovenste helft van de piramide gecorrumpeerd door al deze luxe of is deze luxe een gevolg van onze egoïstische aard? Toch moeten we niet iedereen over dezelfde kam scheren. Ik heb hier net een heel pessimistisch beeld van een consumptiemaatschappij geschetst, maar de praktijk toont aan dat het ook anders kan. Een progressieve duurzame levensstijl begint zich te wortelen in de samenleving. Fair trade wordt populairder, speciaalzaken met enkel lokale producten winnen terrein, duurzaamheid en comfort blijken dan toch goed samen te gaan. Vooral de jeugd wordt zich bewust van hoe fragiel onze gemeenschap eigenlijk is. Het is dan ook aan diezelfde jeugd om de sociale weegschaal terug in balans te brengen.
deWijzer /// november 2014
19
///OPEN BRIEF
///POEZIE Roaring twenties Hoe de blijvende geheimen zich verliezen in de waas van rijkelijk vloeiende glazen stromingen, hoe met elke bekommernis achteloos als avondlijke aspiraties wordt gespeeld, hoe
Lief meisje met het opdruk BAG op je tas,
een lach verdampt in een nacht in een gezamenlijk gedeelde eindige euforie, die zich even tastbaar laat aanvoelen als blazende najaarsbriesjes, hoe verlegde grenzen achteloos in de wind worden geslagen Door de heersers van onbestaande paradijzen
Siegfried gaat niet akkoord met... De trappen van het HIW, de lift is leuker. Zijn brooddoos. Ik ben ze al 2 jaar kwijt. Er zaten nog boterhammen in. De marketingcampagne van IS.
Hoe kleine muizen onder het mom van onbestaandheid rusteloos knagen Ik ken je sinds woensdag 1 oktober klokslag 11 uur, toen kwam je met je blonde wapperende haren het lokaal binnen gelopen. Je was gekleed in een frivool zomerjurkje met kleurrijke afbeeldingen van vlinders. Jij bent een onbekende voor mij en vice versa, maar toch heb jij iets dat mij trof en sindsdien niet meer heeft losgelaten. Dezelfde vlinders die op jouw jurkje stonden, fladderen in mijn buik. Hoewel ik niet zeker ben of dat de exacte beschrijving is van mijn huidige toestand, weet ik wel hoe het is om jou te zijn, daarom zet ik deze woorden op papier. Ik hoop dat we eens kunnen afspreken. Ik dacht dat ik jou voor het eerst zag bij het vak Metafysica, maar sinds je aanblik ben ik alleen maar in gedachten verzonken geweest en bijna alles vergeten. Hoewel ik mijn verwarring niet kan beschrijven, doordat ik gebonden ben aan de talige structuren, is mijn verwarring van zulke aard dat ik deze tekst schrijf. Het mooie aan woorden is dat men de niet benoemde details zelf in kan vullen. Met die gedachte heb ik altijd genoegen genomen, maar sinds jouw binnenkomst is dat veranderd. Het was niet je jurk, je lange sluike haar, maar je tas die mijn aandacht trok. Het klinkt raar, ik weet het, maar het was zo. Nog niet eens de vormgeving van je tas, die niet af leek te wijken van de gemiddelde tasjes die worden verspreid onder de bezoekers van de huishoudbeurs om gratis rollen toiletpapier in te deponeren. Zo’n soort katoenen tas droeg jij in je klamme handjes. Je zweetdruppels vielen op de opdruk van je potsierlijke tas, op dat moment wist ik dat jij de zin van mijn leven was. Toen ik jouw tas met de belettering BAG zag, wist ik dat we voorbestemd zijn om samen te leven. Ik weet hoe moeilijk het is om het gros van de objecten te onderscheiden, mijn huisbaas heeft deze zomer KITCHEN
20
deWijzer /// november 2014
geschilderd in mijn keuken en TOILET op de deur van het toilet. Inmiddels gaat het aardig, al had ik laatst nog een pak melk in de oven gezet, maar gelukkig heeft de huisbaas beide objecten voorzien van de letters OVEN en FRIDGE zodat ik niet nogmaals zo’n fout maak. Sindsdien gaat het wonderbaarlijk goed. Toen ik jouw tas met de opdruk BAG zag, wist ik het, wij zijn voor elkaar gemaakt. Ik hoop dat wij elkaar kunnen helpen, ik denk dat ik veel van je kan leren. Hoe jij je stoel vond zonder dat er ergens CHAIR op stond, was geweldig. Ik kom altijd een halfuur van te voren naar de les om een stoel te vinden. Sinds de schoonmakers in de vakantie mijn viltstiftopschrift CHAIR en TABLE hebben weggehaald, zit ik regelmatig in de wasbak. Omdat wij hetzelfde probleem hebben, begrijpen we elkaar beter. Ik weet dat we met oefening in staat zijn om een tas te vinden zonder het opdruk BAG, mij lukt het inmiddels al regelmatig. Ik denk dat jij dat ook kan, met jouw intelligentie is dat mogelijk. Ik weet dat je intelligent bent, want ik heb je nauwgezet gevolgd en gezien dat je schoenen aan je voeten droeg, zonder dat er SHOE op één van je schoenen stond. Zelf schrijf ik nog steeds in kleine lettertjes woorden op mijn kleding, zodat ik mijn sokken niet gebruik als oorwarmers. Hopelijk wil jij, meisje met het opdruk BAG op je tas met mij in contact komen, dan kunnen we gezamenlijk een keer eten bij mij thuis. Wees gerust alle objecten in de keuken heb ik laten voorzien van stickers waar precies op staat wat het is. Neem contact op met de medewerkers van deWijzer, zij weten wie ik ben. Je geheime aanbidder
aan het tedere vlees van de schijnbaar machtige muren van de massa
Gevoelens, daar valt niet mee te onderhandelen.
Klimakus Proost Coca Cola, ik deel mijn cola niet. Zeker niet met mijn mama. Bij een goede filosoof hoort altijd een goede imitatie. Indien je hem of haar niet kan nadoen, twijfel dan maar gerust aan zijn filosofische kwaliteiten. Een nog grotere filosoof bezit echter ook de kunst van het imiteren zelf. Deze grote gave is bijvoorbeeld weggelegd voor Canadese marxist Jerry Cohen, van wie youtube uitpuilt van de filmpjes waarin hij onder meer Gilbert Ryle of Alfred Tarski nabootst. Verder zijn er ook interviews met Marx en Stalin, alsook een legendarische
Weerhaken aan een condoom. De casting van De Buurtpolitie. Privacy, daar moet meer controle op.
bokswedstrijd tussen Jürgen Habermas en John Roemer. De redactie van deWijzer, wat een arrogante klootzakken zijn dat! Roltrappen. Als ze kapot zijn, dan zijn ze nog bruikbaar. Mozart, Bach. Genitaliën, niet alles is Mussolini’s schuld. Kathleen Cools. Bruno Tobback is wél iemand om koffie mee te drinken. ‘Yolo’. Het is ‘Carpe Diem’, motherfuckers.
deWijzer /// november 2014
21
///INTERVIEW
E
r was een tijd waarin Kathleen Cools, ‘la brune picquante’, gevreesd werd omwille van haar snedige vragen en genadeloze aanpak. Inmiddels, al lang niet meer ‘het kreng van Terzake’, heeft ze zichzelf heruitgevonden in Reyers Laat, waar ze meer dan ooit de warme gastvrouw kan zijn die ze ook in werkelijkheid is. Zo wandelde deWijzer binnen in het huis van een journaliste en TV-presentatrice op het hoogtepunt van haar kunnen. “Ik heb het gevoel dat ik nu ergens sta waarbij ik trots kan zijn op mezelf.” Nelis Jespers & Simon J. Tak
De milde contentheid van een grande dame
Het is ondertussen al een flinke tijd geleden sinds ze de poorten en de kasseien van het HIW verliet. Na haar kandidatuur in Antwerpen, verhuisde ze naar Leuven om haar licentiaat af te maken. Ze was een goede studente, “een strever”, zou haar zoon zeggen, volgens haar. Niemand die gedacht had dat er toen een roemrijke carrière bij de openbare omroep zou volgen. In 1996 begon ze bij de nieuwsdienst van de toenmalige BRTN, sinds 2004 werkt ze voor televisie. We wachten op haar in de eetruimte; ze is nog wat aan het kletsen met de buren. Toen, in aangename zenuwachtigheid, hadden we niet kunnen hopen dat ze ons met een gastvrijheid zou overvallen die je van zo’n grande dame niet durft te verwachten, en in de loop van het interview zal ze bij de zachtste hoest in haar zorgzame moederrol kruipen. Zodra ze binnenwandelt, met die aanstekelijke glimlach van haar, biedt ze een kop koffie aan en haalt ze herinneringen op aan haar studentenleven. “Ik herinner me Moyaert. Toen ik er de eerste keer les van had – dat was een gastcollege – was hij net gestopt met roken en had hij een grote doos koeken bij zich. Hij probeerde af te kicken en nam tussendoor koeken, wanneer hij het moeilijk had.” JOURNALISTIEKE TEGENDRAADSHEID Wat was het verschil tussen de kandidatuur in Antwerpen en het licentiaat in Leuven?
Er was vooral een verschil in atmosfeer. Ik had het gevoel dat Antwerpen kleinschaliger was, van sfeer die er heerste. Toen ik in Leuven toekwam, leek het alsof het echte werk begon. De grootste eyeopener was toen ik de bibliotheek van het HIW zag. Zodra je binnenwandelde zag je, in mijn herinnering, een hele hoop verdiepingen met boeken. In Antwerpen was dat een kleiner en braver aanbod. De gietijzeren poort en de kasseien ademen een eigen sfeer. Ik kom er ook nog af en toe. U hebt ooit in een interview gezegd dat je na de studie filosofie twee keuzes heb: ofwel blijf je aan de universiteit, ofwel ga je iets helemaal anders doen? Waarom wilde u niet aan de universiteit blijven? Ik weet dat ik, zoals veel filosofiestudenten, misschien wilde verdergaan in een academische carrière. Ik ben toen gaan solliciteren voor een academisch comité. Maar ik voelde, en hier werp ik geen steen naar de mensen die daar zaten, wanneer ik moest komen vertellen wat ik verder wilde doen, dat ik heel onbevangen was. ‘Misschien zijn er wel mogelijkheden, en we zullen wel zien.’ Maar ik had niet zo’n groots filosofisch project in mijn hoofd. In die zin was dat gesprek louterend. Er waren andere kandidaten die duidelijk veel meer in aanmerking kwamen dan ik. Ik ben dan ook filosofie beginnen studeren, een beetje als een vaag project, met het idee ‘ik zou wel iets in de media willen doen’. Maar dan naar mijn gevoel
iets in de geschreven pers. In welke zin dacht u dat de richting filosofie u zou helpen in de media? Omdat je daar heel erg focust op nadenken, teksten schrijven. Toen ik aan filosofie begon, schreef ik veel te gewrochte teksten. ‘Ik kom in filosofie, nu moet ik enorme onderbouwde en ingewikkelde teksten maken.’ Ik weet nog dat Herman de Dijn, toen hij mijn eerste tekst verbeterde, tegen me zei: “Herschrijf dat! Ik kan dat niet lezen. Dit doen we niet.” Dat was een echt shock du réel. Dat moest heel down to earth worden. Nochtans was er in Antwerpen niemand die mij daar indringend op had gewezen. (Gniffelt.) Heeft de studie u achteraf gezien geholpen? Ja, daar ben ik echt wel van overtuigd. Misschien zou ik dat met een diploma Germaanse, of geschiedenis even overtuigd hebben gezegd. Maar ik heb voor mezelf het gevoel – en ik weet het, dat zijn grootse woorden – dat ik dankzij filosofie op een andere manier naar sommige dingen kijk dan veel mensen. Een soort gevoeligheid over wat er nu gebeurt: wat zegt dat over hoe een samenleving er nu aan toe is, en over onze samenleving? Eerder een soort alertheid. Wat we zien en horen en lezen, lijkt soms zo voor de hand liggend. Maar is dat wel zo? Ik zal dat verduidelijken met een voorbeeld. Heel dikwijls lees je in de pers enorm veel gelijkaardige artikels. Over euthanasie bijvoorbeeld. We leven nu allemaal in een samenleving waarbij iedereen op een soevereine manier over leven en dood kan beslissen en dat is allemaal heel positief. Maar er is ook een andere kant die je eigenlijk niet hoort in de media en die de pers beschouwt als collateral damage. Zoals een moeder die afscheid
deWijzer /// september 2014
23
///INTERVIEW
“Als ik naar een boekenprogramma kijk, wil ik wel geen grappig liflafje met allerlei stunts voor mensen die geen boeken lezen.” neemt zonder dat de kinderen daar zelfs iets van wisten. Filosofie heeft me geleerd; aan elk verhaal is een andere kant. In de media klinkt soms te dikwijls die ene en zelfde kant van het verhaal, omdat het goed klinkt, omdat de persoon die het verdedigt een goede babbelaar is, omdat er geen tijd is voor debat, of omdat het niet interessant genoeg lijkt. Daar wil ik als journalist tegen blijven opboksen. GEEN LIFLAFJE De andere kant van het verhaal, is daar plaats voor bij het nieuwe Canvas? Ik hoop het. Maar over het nieuwe Canvas kan ik niet veel zeggen, omdat we als journalisten van de nieuwdienst op dit moment zelf niet weten wat het precies zal worden. Wat je leest in de krant is het ook wel. ‘Ze’ zijn bezig met ‘dingen’. Maar als ik voor mezelf spreek, weet ik wél dat er zeker plaats moet blijven voor het goede gesprek. Een debat over maatschappelijk relevante thema’s levert misschien geen gigantische kijkcijfers op, het is wel iets wat mensen terecht willen. De mix die we bij Reyers Laat hebben bijvoorbeeld. Harde actualiteit met tijd om iets te zeggen.
Canvas. Ik kijk ook wel positief vooruit naar die vernieuwing, waarbij we hopelijk allemaal ergens onze inbreng kunnen hebben. Misschien zit de flair en de filosofie van Reyers Laat ook in de nieuwe programma’s. Het is nooit prettig dat er iets verdwijnt, maar ik ben nu al vijfentwintig jaar bij de VRT en er zijn al zoveel dingen veranderd. Het is ook maar wat het is. De openbare omroep moet natuurlijk wel de twee opzoeken: diepgang en snelheid. De VRT moet nog meer inzetten op het digitale. Als ik ‘s morgens opsta, check ik meteen Twitter. Dat is een enorm snelle bron om te zien wat er in de wereld gebeurt, als je de juiste dingen volgt. Daar verschijnt alles het eerst. Daarnaast moet de openbare omroep ook absoluut een mix kunnen blijven van prettige programma’s. Kijk naar het succes van Thuis. Waarom niet? Als je mensen kan vasthouden vanaf Blokken, over Het Journaal, tot en met Thuis, die dan toch nog een stuk van Het Journaal hebben gezien. Dat is ook vintage TV. Dat is een moment na een lange dag – je staat in de file, je eet laat… – om even tot rust te komen en samen TV te kijken. Dat is een onderdeel van kijkgedrag. Dat weet de VRT ook heel goed.
U noemt het nu zelf, het lijkt alsof u het enorme zonde vindt dat Reyers Laat verdwijnt.
Moet de openbare omroep niet net investeren in programma’s met minder commercieel potentieel, zoals Vrije Geluiden, of Boeken op de Nederlandse Publieke Omroep?
Ja… Enorme zonde? (Denkt na.) Iedereen is ervan overtuigd dat het tijd is voor een belangrijke make-over van
Ja, een boekenprogramma! Voor mijn part wel. Maar dan wel een programma over échte boeken. Als ik naar
24
deWijzer /// november 2014
een boekenprogramma kijk, wil ik wel geen grappig liflafje met allerlei stunts voor mensen die geen boeken lezen. Maak dan iets voor echt geletterde mensen. Ik zeg niet dat het elke week potten gaat breken. Maar er zijn genoeg schrijvers. Vraag een Stefan Hertmans, of doe iets met de hype rond Stoner. Ik ben direct kandidaat! (Lacht.) Ik zou nog heel graag dingen doen waar er genoeg tijd is om een fijn gesprek te voeren. Dat kan gaan over boeken, dat kan over alles. Eventueel weg uit de sfeer van de politiek. Maar nu ben ik luidop aan het fantaseren. Er zijn een hoop andere mensen die aan de knoppen zitten en verondersteld worden daarover te kunnen beslissen. (Lacht.) Voor mij is het zo dat ik me blijf amuseren tot de laatste week van Reyers Laat. Wij hebben net het gevoel dat we samen in een bootje zitten. U focust er heel erg op dat het zo fijn is om Reyers Laat te maken; je zou ook kunnen zeggen: ‘Slechte carrièrezet.’ Nee, absoluut niet. Ik kan nu tonen dat ik meer ben dan Terzake. Ik vind Reyers Laat nog altijd een ongelooflijke cadeau en we lopen nog tenminste tot de paasvakantie. Ik heb al zoveel doorzwommen en op een bepaald moment kijk je wel weer vooruit. KOFFIE MET BRUNO TOBBACK Wat is een goed interview? Voor mij is dat een interview waarin er echt iets gebeurt, op welke manier dan ook. Ikzelf ben enorm geëvolueerd.
Het is eigenlijk vrij makkelijk om een zeer kritisch interview te doen waarbij je de tegenpartij echt het vuur aan de schenen legt. Heel scherp en kort op de bal. Nog altijd is dat nodig. Wanneer er ergens een politiek schandaal uitbreekt en er komt iemand in de studio, kan je niet voor een gezapig interview gaan. Als er enorm veel gebeurt rond Arco, en het is duidelijk dat NVA daar een belangrijke rol in speelt, met perslekken en een hidden agenda, dan moet je die partij wel voorleggen: “waar zijn jullie precies mee bezig, en wat betekent dit voor de gewone spaarder?” Maar in de loop der jaren heb ik ook geleerd dat er in een interview veel kan naar boven komen, als je de ander ruimte geeft. Veel meer soms dan wanneer je je gesprekspartner voortdurend op de huid zit. Er komt een soort vertrouwen zodat de persoon meer zegt dan oorspronkelijk de bedoeling was. Wat is uw grootste talent als interviewster? Kan u dat omschrijven? Laat ik mezelf maar kort door de bocht omschrijven: ik denk wel dat ik nogal goed ben in interviewen. Ik heb intussen veel routine opgebouwd, zodat ik stilaan weet wanneer ik best welke vragen stel, en wanneer ik echt niet mag loslaten. Bij veel jonge journalisten – dat was ook zo bij mezelf in het begin – merk je dat ze soms te veel gefocust zijn op hun lijstje vragen, dat ze niet genoeg luisteren naar de antwoorden. Dat kan ik stilaan wel goed, denk ik. En ergens iets naar boven halen, wat niet zo evident is, dat koteren. En bij uitbreiding wat ik nu bij Reyers Laat doe, dat is een nieuwe rol voor mij. Daarvoor moest ik altijd kort op de bal spelen en ter verantwoording roepen, maar bij Reyers Laat draait het erom de gast te laten schitteren. Ik moet zeggen dat ik wel behoorlijk zenuwachtig was om te zien of ik die andere rol zou aankunnen.
Het had gekund,dat ik gemakkelijk in mijn andere zelf was vervallen. Maar dat is eigenlijk rimpelloos gegaan. Wat was uw moeilijkste interview? Van mijn eigen baas: Luc Rademakers. (In een live-interview op Terzake voelde ze haar toenmalige baas ernstig aan de tand, nadat deze twee journalisten had terechtgewezen na het publiceren van hun boek De Keizer van Oostende over Johan Vande Lanotte, nvdr.) Ook uw meest glorieuze. Het had enorm veel weerklank, omwille van het feit dat dat kon. Dat had trouwens een heel toevallige aanleiding. Een jonge collega van Terzake merkte op: “Nu zijn we altijd kritisch, waarom dan niet voor onze eigen baas?” Wij dachten dat hij dat nooit zou doen. We hebben hem gevraagd. Hij zei onmiddellijk ja. Wij hebben niets vooraf besproken en hij heeft me dat nooit kwalijk genomen. Hij zei wel dat hij de vraag niet verwachtte of hij wel op de juiste stoel zat. Het is onder meer ook na een gesprek met Luc Rademakers, dat ik ook ben overgestapt naar Reyers Laat. Hij vroeg me of ik niet eens een andere kant van mezelf wou laten zien.
“Misschien kan ik nog hele toffe dingen doen op Canvas, of misschien is het tijd om buiten de VRT iets heel anders te proberen.”
Nee, dat is nooit kwalijk geëvolueerd. We hebben daar de dag nadien nog over gesproken, maar er is nooit een kwaad woord gevallen. Hij krijgt echt al mijn respect daarvoor. Heeft iemand u ooit iets kwalijk genomen? Eigenlijk nooit. Ik heb dat echt nog nooit meegemaakt. Politici vinden het in de meeste gevallen prettiger om meer weerstand te krijgen. Dat zeggen ze me ook. Na een interview zie ik hen meteen, als ze ontevreden zijn, zullen ze dat wel zeggen. Ik vind het bijna ongeloofwaardig hoe redelijk uw gasten zijn. Wat wel is gebeurd, om nu een voorbeeld te geven van zo’n moment van onvrede te geven, is dat Bruno Tobback echt boos was. Dat is al gebeurd, na het interview in de foyer. Dat ik iets in mijn vraagstelling had geponeerd dat absoluut niet klopte. Dan kan je wel de wind van voor krijgen. Tijdens de recente verkiezingsuitzendingen hebben mijn collega’s van Terzake dat trouwens ook live, tijdens de uitzending, meegemaakt. What you see is - bij Bruno - what you get. Ik doe gewoon mijn job en als hij dat persoonlijk neemt, is dat heel jammer. Er zijn natuurlijk wel mensen die denken: ‘Verdomme, dat was nu toch wel ambetant, hier ben ik niet content mee.’ Maar die nemen het dan maar zoals het komt. Men spreekt vaak over ‘de socialistische VRT’, maar kijk naar het parcours dat velen hebben afgelegd: Ivo Belet, Siegfried, Jan Becaus. Wie had dat gedacht? Met Jan hebben wij nooit in die termen over politiek gesproken. Hij deed naar mijn gevoel eerder zo van ‘Hoho, die heren politici, wie wilt daar nu tussen?’ Lees verder op pagina 25.
deWijzer /// november 2014
25
///IN BEELD
///INTERVIEW
Afgelopen zomer wandelde Pjotr Hubin van Saint-Jean-Pied-de-Port 800 km naar Santiago de Compostella. De tekeningen die u in deWijzer tegenkwam zijn fragmenten uit het dagboek dat hij tijdens deze tocht bijhield.
Vervolg pagina 23. POLITIEK TALENT U hebt onder Siegfried Bracke gewerkt toen hij baas was van de duidingsprogramma’s. Kunnen jullie, journalisten onder elkaar, mekaars politieke kleur inschatten? Praten jullie daarover? Vroeger was dat taboe op de VRT. Dat is enorm veranderd. De laatste keer is daar op de redactie van Reyers Laat wel over gesproken. Dat was de eerste keer dat ik dat zo voelde. Dat ligt ook aan een nieuwe generatie, denk ik. Ik zou al niet meer weten wie op wie gestemd heeft. Moet de VRT echt vasthouden aan zijn neutraliteit? Ja, toch wel. Natuurlijk hebben journalisten ook hun eigen politieke overtuiging, maar ze mogen die niet uitdragen op de VRT. Als je nu de verhalen hoort over Valère De Scherp, het pseudoniem waaronder Siegfried stukjes schreef voor SP.a... dat is ondenkbaar nu. Mocht mij zoiets nu overkomen, ik zou meteen mogen vertrekken, denk ik. Soms hoor je ook: dankzij Terzake is Bart de Wever groot geworden? Dankzij Het Journaal is ook Steve Stevaert groot geworden, Kris Peeters... Het zijn nu eenmaal politici, ze weten handig van de media gebruik te maken. En ook, er is een enorme slingerbeweging, waarbij we met z’n allen achter een nieuwe figuur lopen, wiens houdbaarheid zeer beperkt is. De glans van Bart de Wever is verdwijnt ook stilaan, en hij weet dat zelf ook. Hij trekt zich nu in Antwerpen terug en is spaarzaam met z’n optreden in de media. Naar mijn gevoel is hij zeker één van de meest getalenteerde politici van de
26
deWijzer /// november 2014
afgelopen twintig jaar. Ik ken hem ook al lang. Indertijd heb ik hem voor Villa Politica gevolgd, toen hij nog een kleine, onbetekenende voorzitter was en zelf elke avond met zijn klein autootje van van Berchem naar Diksmuide en naar weet ik waar reed. Werkelijk voor zaaltjes van twaalf mensen soms, om te spreken over NV-A. Hij is heel intelligent. Hij heeft, dat is zijn grote kracht geweest, op een moment dat niemand er erg in had, de tijdsgeest weten te vatten en doorgekregen dat er een enorm ongenoegen leefde bij een groot stuk in Vlaanderen, rechts, centrumrechts, mensen die het gevoel hadden dat zij helemaal niet aan bod kwamen, ook in de media. Laten we het de politiek correcte periode van de media noemen, waarbij heel dikwijls bepaalde partijen aan het woord kwamen. Een beetje de Humocultuur, noemde hij dat toen. Dat het leek alsof alle mensen heel overtuigde linkiewinkies waren. Wie hebt u nog ontmoet van dat niveau? Uiteindelijk was ook Steve Stevaert een groot politiek talent van zijn tijd. Hij heeft aan de andere andere kant de voorloper van het verhaal kunnen vatten. ‘Mensen willen eigenlijk niet teveel gezeur en we gaan op een positieve manier aan politiek doen.’ Dat is wel zijn grote verdienste geweest. Bent u ooit zelf gevraagd in de politiek te gaan? Nee. Echt nooit. Het is dus echt uit eigen initiatief dat een Siegfried Bracke of een Jan Becaus in de politiek zijn gegaan. Ja.
Waren dat schokken op de redactie? Ja en nee. ‘Ja’ in de zin dat ik er geen idee van had dat hij op dat moment die beslissing zou nemen. ‘Nee’ in de zin dat het ook erg typisch Siegfried is. Hij kan letterlijk zo geënthousiasmeerd worden voor een project en er dan zo van overtuigd zijn... In die zin was het niet zo verwonderlijk en wist ik ook wel dat hij er dan vol voor zou gaan. FILOSOFEN OP CANVAS U hebt ooit in een interview deze zomer in HUMO gezegd: “Ik zou ermee kunnen leven mocht ik morgen sterven.” Maar vanuit een tevredenheid. Het had iets heel moois, het was een soort levenshouding. Wat zit daar precies achter? Misschien komt dat ook wel vanuit mijn filosofieopleiding. Dat was een lang interview over geluk. Dit is ook weer een voorbeeld van hoe filosofie mij helpt om naar de dingen te kijken. Omdat wij in een samenleving leven waarin een sfeer heerst, en met alle gevolgen vandien, dat als iedereen genoeg moeite doet, en benoemt en regelt, iedereen perfect gelukkig kan worden. Als je man lastig is, neem dan gewoon een andere en begin opnieuw. Als je kinderen moeilijk doen, laat ze dan hun eigen boontjes soppen... De maakbaarheid van alles. Ik houd in die zin niet van de boeken-hype rond “geluk” of “liefde”. Zoals het boek van Leo Bormans. Ik heb respect voor wat hij doet en hoe hij het aanpakt. Maar uiteindelijk suggereren die boeken dat er recepten bestaan, en dat het aan jezelf ligt als je er toch niet in slaagt om gelukkig te zijn... Alsof je niet hard genoeg je best hebt gedaan, als je uiteindelijk depressief of onzeker bent.
deWijzer /// november 2014
27
///INTERVIEW
///HANSJE
“Filosofie heeft me geleerd; aan elk verhaal is een andere kant.” Geluk is in die zin misschien ook kunnen zeggen soms: “Ik heb gewoon mijn best gedaan en eigenlijk heb ik met mijn gezin en met iedereen die mij omringt veel geluk gehad.” Heb ik dat zelf kunnen bewerkstelligen? Nee, ik denk het niet. Ik had even goed een afschuwelijk rebelse puber kunnen hebben die aan de drugs kwam en mij van zich afstootte en zei: “Moeder laat mij gerust, want je interesseert me niet.” Ook dat kan gebeuren. En ik grijp dat ook allemaal ongelooflijk vast. En als daar nu een eind aan komt zeg ik: “Amai, het is tot nu toe toch al heel goed geweest.” Ik zou ook kunnen zeggen: “Verdorie als ik in Frankrijk anker was geweest, dan was ik nu miljonair. Dan woonde ik in een superdeluxe huis en had ik twee BMW’s voor de deur staan.” Maar die gedachte is er eigenlijk niet. Ik ben nu vijftig, misschien kan ik nog een aantal jaar werken bij de openbare omroep, misschien ook iets heel anders. Ik weet het echt niet. Het ligt compleet blank open. Misschien kan ik nog hele toffe dingen doen op Canvas, of elders in het huis, of misschien is het tijd om buiten de VRT iets heel anders te proberen. Ik ben ook maar wie ik ben en er komt een eind aan op een bepaald moment. Ik doe nu Reyers Laat en ik kom met mijn gezicht op TV, maar ik zal dat niet blijven doen tot ik op pensioen ga. Is er nog iets dat je echt wil maken voor TV? Weet je wat ik heel graag wil maken? Een reeks met een roterende tafel
28
De Vraag filosofen of zo. Dat zou ik misschien wel eens graag doen. Ik als moderater en dan Moyaert, De Dijn, Vermeersch, Braeckman... Liefst ook wat vrouwen. Niet vanuit de redenering dat er overal per se vrouwen in moeten, want dat lukt ook niet altijd. Ik ben zelf trouwens bij de radio het product geweest van positieve discriminatie. Wij waren hetzelfde gekwalificeerd, maar ik kreeg een zetje meer omdat ik een vrouw was, wat ook niet zo fijn was voor twee van mijn collega’s. Tegelijkertijd heb ik er ook altijd keihard voor gewerkt. Als ik dat niet had gedaan, was ik toch door de mand gevallen. Al vind ik het wel belangrijk dat je tussen dit en een jaar of vijf, of tien – ik wil nog mild zijn – een heel ander profiel moet hebben. Misschien moet ik mijn filosofenprogramma eens voorstellen aan het nieuwe Canvas. Ik weet niet welke kijkcijfers het zou halen, maar dat is toch niet meer zo belangrijk. (Lacht.) We eindigen telkens met een drieluik: wat verwondert u vandaag nog, wat ontroert u en wat biedt u troost? Wat verwondert mij nog, dat is een moeilijke... (Dochter wandelt binnen met gekke pantoffels.) Dat! (Lacht.) Hoe bepaalde systemen in een samenleving draaien, iedereen in zijn modus zit... Die gehechtheid en die gewoonte om vanuit bepaalde patronen te denken en te redeneren. En dat het blijkbaar moeilijk is om dat eens los te laten. Heel veel dingen dichtbij ontroeren mij.
deWijzer /// november 2014
Literatuur, muziek, een mooi gesprek, dat heb ik meer en meer de laatste jaren. Ik word hoe langer hoe sneller ontroerd. Vroeger had ik dat veel minder. Of heel concreet op uitzending,. Als ik het bijvoorbeeld op Terzake moet hebben over dat vreselijke busongeval in Sierre en ik weet dat mijn oudste zoon daar twee scouts had die zijn omgekomen en dat de grootmoeder hier in de straat woont, dan komt dat heel dichtbij. Vooral daar aan tafel bij Reyers Laat zijn er eigenlijk veel mooie momenten. Mensen die gewoon op dat moment beslissen zich bloot te geven omdat het vertrouwen zo groeit tijdens dat gesprek. Ook dat is een kleine vorm van geluk. Als zoiets gebeurt... dat is heel mooi. Dat is wel een nieuw talent dat ik bij mezelf gevonden heb en waar ik graag nog iets mee zou willen doen. Troost... Wat me veel positieve troost biedt, is zo mijn eigen jonge generatie die ik hier in huis heb. Dat je voelt hoe positief en fris jullie naar de dingen kijken. Voor jullie zijn dingen die wij omschrijven als een probleem iets positiefs en een uitdaging, om het foute woord te gebruiken. Dat vind ik iets heel opwekkends, of troostends, als wij misschien de dingen te negatief belichten. Op de jonge generatie. Bedankt voor het interview.
Het gebeurt telkens weer. Wanneer de aspirant-filosoof vanuit een jeugdig enthousiasme zijn liefde voor het idee wereldkundig maakt, botst hij vroeg of laat op De Vraag. Deze Vraag komt in vele vormen. Ze kan goedbedoeld ontspringen aan de mond van een geïnteresseerd familielid, of achteloos gevormd worden door de lippen van een vertrouwde schoolkameraad. Ze kan zorgvuldig gekleed gaan in een mantel van nuance, of rauw en halfnaakt op je afgevuurd worden.
POEZIE\\\
Hier sterf ik De nacht valt over de stad, als een zwart dons over een ronkend kind. De nacht in zijn element hier; het duister, gedonder en gebonk langs Kerstmis in de straten bruinbronzen beelden dorsten niet spreken in dit zomerzeeë weer. In de liefde is de toekomst altijd
Ongeacht de concrete omstandigheden, ooit komt er dan een moment dat iemand je aankijkt en vraagt: “maar wat ben je nu eigenlijk met filosofie?” Want anders dan bijvoorbeeld rechten of geneeskunde, is filosofie een richting die om verantwoording vraagt. Alsof het niet onmiddellijk omzetbaar zijn van een diploma in een goedbetaald beroep een gebrek is van de studierichting in kwestie.
waargebeurd, maar ze duwen me in mijn rug, naar de dood aan het front. Mijn bang vel is naakthondsbleek. Ik word zwart, als mijn moeder aan de haard. Minervini.
Wanneer ik geconfronteerd wordt met deze vraag adem ik eerst eens diep in en uit, plooi vervolgens mijn lippen in wat ik hoop een klein minzaam lachje te zijn, en steek van wal. Ik vertel over de grote maatschappelijke revoluties waar de filosofie een hand in heeft gehad. Met weidse gebaren schets ik een beeld van in toga gehulde denkers die 2000 jaar voor de uitvinding van de eerste microscoop de wereld al zagen als opgebouwd uit atomen. Ik spreek over de afschaffing van slavernij en de opkomst van de mensenrechten. Wanneer ik echter de ogen van mijn gesprekspartner glazig zie worden, besef ik hoe tevergeefs mijn missie is. Vragen naar het nut van filosofie is vragen naar een filosofie van het nut. Is het niet praktisch toepasbaar zijn van dingen als filosofie, poëzie of kunst, wel valabel als kritiek? Staat nutteloos gelijk aan waardeloos? Ik ken dan misschien wel niet Het Antwoord op De Vraag, ik weet wel dat een onderzoek naar de meest fundamentele waarheden en een zoektocht naar betekenis en zin onontbeerlijk is voor mij om als mens te bestaan. En de volgende keer dat een trotse tante me vertelt over haar flinke zoon die rechten studeert zal ik stiekem in mezelf denken: “Rechten, wat ben je daar nu eigenlijk mee?”
Het huwelijk Ik heb met de dood een verstandshuwelijk, een band door mijn vader gedwongen gesmeed. Ik weet dat eens zij zal wachten, mijn geliefde, die ik ooit hebzucht verweet. De Muiderkring
deWijzer /// november 2014
29
///Q
///ONDERWIJS
Thuisstad van een student / trip langs de nacht naar huis. Blurchival. We leven in de wereld. Krankzinnigheid is geen ziekte, het is een hobby. Ik slaap op een hoopje droom. Het centrum van de mensenbouillon wordt overdag tot ruïnestoe omvergewandeld. Tijdens de herfst in opgewarmde regen, tijdens de lente in gestoomde autodampen. Ik wandel het hele jaar door in mijn luchtbel van vooruitzichten. Wanneer ik niet alleen wandel, wandel ik in een andere wereld. Een wereld die geheimen voor me kent. Aldus wandel ik liever alleen. Ik droom te veel. Ik dring niet door tot de dingen. Enkel in levensbedreigende situaties bestaan procedures om je eigen leven te redden. Meestal in cartoons. Ik wil mezelf in een schilderij tekenen en dan overschilderd worden. Als je er in woont, kan je het niet schilderen. Iemand kleurt je altijd in. Daarom vind ik het zo gevaarlijk een mening te hebben. Een mening elimineert vele kandidaten. Zonder mening vindt niemand je interessant. Je mag niet een beetje mening hebben, een beetje niets, een beetje iets zeggen. Ik kan wel fluisteren, maar dan luisteren mensen te goed. Fluisterend groeien mijn woorden aan belang. De gebouwen groeien kaarsrecht uit de grond. In de leemtes tussen de wanden, de gure, smalle straatjes, gruist de zwarte zeewind. In de straten worden dingen verkocht; mensen eigenen het zich toe. Het is verdriet dat hun nooit zal toebehoren. Dit verdriet, dit niets, in al diezelfde schaduwen, is met geen licht te vangen. Ik staar in de schorre kelen van de winkels, want daar verbijten mensen hun dromen, of lopen ze als zangers in zuurstofmaskers achterna. Arm of rijk, ze willen altijd wat een ander koopt. Volwassenen hebben hun dromen reeds opgegeven. Het speelse kind is eruit gerukt. Al wat ervan rest zijn littekens. Dit onverbloemde lot dat me te wachten staat jaagt me angst
30
deWijzer /// november 2014
aan. Mijn mond is hol, daaruit vlucht woord noch zucht. Mijn eenzaamheid wordt het lot van de dag. De wereld is niets meer dan drijfzand waar we in moeten drijven en verzinken. Tot ver in de aarde. Ons lot is buiten ieders wil beslist. De vrijheid is nooit zelf vrij. Hoe meer we tegen het drijfzand vechten, hoe sneller we de bodem bereiken. Ik wandel traag verder de stad uit. Nog vier sigaretten eer de nacht is bereikt. Zonder mensen op de baan lijkt de tijd van een steile helling te vallen. De stad is één dik en ziek en trippend lichaam, geïnjecteerd met een shot heroïne. Ik heb net haar lippen bereikt. Ze voelen niet meer zo zacht, ze zijn afgeveegd door een oude, vervelde duim. Ik herken mijn stad niet meer. Nochtans ben ik hier thuis. Ver boven me, in de lucht, vliegt een zwerm vogels over me, als door de zon opgejaagd stof. Ik ga in kleermakerszit op de stoep zitten en was mijn gezicht in de plas tussen mijn benen. Mijn reflectie likt aan het water, ik zie dat er achter me een doofstom meisje staat, haar ogen klemmen in hun kassen van geluk. In gebarentaal beeld ik een gedicht voor haar uit, maar de wind strijkt over het oppervlak van het water en het doofstomme meisje verdwijnt voor ik het laatste metrum heb uitgebeeld. Ik verlang tot ver in de aarde. Tot de dag stopt. Dan ga ik weer op mijn stapel dromen liggen. Zachtjes in slaap vallen. Dromen. Weer opstaan. De eerste zonnestralen plakken aan mijn raam en ik denk aan een trouwzoen met het doofstomme meisje en de Melkweg barst open. - Q. Ik ben veel punten waard in Scrabble.
Bezuinigingen Er wordt in de media veel gesproken over de verhoging van het inschrijvingsgeld. Dat stijgt namelijk met 43 procent, van 620 naar 890 euro. Dit is echter niet de enige noch de belangrijkste besparing op de universiteit. Er komt namelijk ook een besparing van bijna acht procent op de studentenvoorzieningen van de KU Leuven. Waar dit geld precies gehaald gaat worden is nog onduidelijk, maar er is al gesproken over een verhoging van de huurprijs van KU Leuven residenties. Besparingen op LOKO, de Alma en Veto (waarvan de financiering onder StuVo valt) zouden alle studenten rechtstreeks treffen. Ook de ondersteuning van studenten met een functiebeperking valt onder StuVo. Dit betekent dat waarschijnlijk de zwakste studenten het hardst getroffen zullen worden door de bezuinigingen. Dit is onacceptabel. Daarom gaat de Leuvense studentenvertegenwoordiging zich inzetten om deze maatregelen terug te draaien. Het allerbelangrijkst is echter het verzet van alle studenten. Zonder jullie kan de studentenvertegenwoordiging geen vuist maken. Kom dus allemaal naar de acties tegen deze besparingen en verzin zelf creatieve manieren om duidelijk te maken dat dit niet kan!
Research master We houden ons echter met nog meer bezig. Een belangrijk voorbeeld hiervan is de voorgestelde tweejarige research master. De tweejarige research master is een facultaire aangelegenheid. Het plan is om de MPhil te vervangen door een tweejarige Engelstalige research master. Dit betekent dat studenten na hun (Engels- of Nederlandstalige) bachelor meteen met de research master kunnen beginnen. In het huidige voorstel is het echter ook zo dat studenten na de gewone, eenjarige master nog in het tweede jaar van de research master kunnen instromen. Hoe dan ook zal het nog enkele jaren duren voordat dit wordt ingevoerd. Contact Als je nog vragen hebt over deze thema’s, of over andere zaken zoals bijvoorbeeld de in de stura besproken herindeling van het academiejaar of de ijkingsproef dan kan je altijd mailen naar onderwijs@ nfk.be. Ook voor onze standpunten, of je eigen mening kan je ons daar bereiken.
POEZIE\\\
De Koorddanseres Smal is het koord, de lijn, de zijden draad Waarop, waaraan zij wankelt, neergaat De grens die scheidt wat leeft en sterft Wat ademt, eet en dan bederft Heel precies, meet zij af vanwaar ze staat De stapjes tot waarheen ze gaat Maar de lijn des levens, dooraderd, generfd Zwiept en zwaait, zij valt en sterft. Zij dacht, als een schikgodin, te bepalen Dat zij nooit door een misstap mocht falen Nu ligt zij daar, beneden in de circushal. Eenmaal gebroken, fragiel als porselein, Zal zij nimmer een hemelster meer zijn Helaas, na hoogmoed komt de val. Valerie Widdershoven
Melktanden Wij waren tien winters toen sneeuwkastelen onze wereld niet meer konden omvatten. Op een aangedampte ruit schilderden wij vraagtekens; naïef vertrouwend op toekomstige wijsheid.
Stef Frijters en Emma Moormann Onderwijsverantwoordelijken NFK
Wat waren wij jong toen en wat hebben wij gehuild, later. Fee Ksorza
deWijzer /// november 2014
31
wegWijzer Onze koene filosofenridders ontwaken, hullen zich in beschermend wapentuig en stijgen te paard. Gedurende de hele maandag trekken ze doorheen woud en velden, zich onderweg hoedend voor rabauwen en beurzensnijders. Omdat de weg lang en vol gevaren zit, is er die dag geen ridderspel waarmee ze zich kunnen verblijden. Dapper trekken ze verder. Na weer een lange dag te paard kijken onze koene filosofenridders uit naar een gezellig oord waar ze het stof van hun reis kunnen wegspoelen. Dinsdag stallen ze hun paard en begeven ze zich naar het drinkgelag van de lokale M-café herberg. Wenst u zich bij hen te voegen en elkaar te vermaken met menig sterk verhaal, zien zij u daar vanaf 22:00. Onze koene filosofenridders komen woensdag om 19:00 aan op een oord genaamd Ladeuzeplein, waar de VVS (Vereniging Vlaamse Studenten) een fakkeltocht organiseert tegen de besparingen op het hoger onderwijs. De ridders stappen af, nemen hun fakkel ter hand en lopen broederlijk mee. Hun fakkels glimmen en fonkelen vol kronkelende vlammen en ze zien de vonken van hun overtuiging weerkaatst in het branden van het rebelse vuur. Donderdag bevinden onze koene filosofenridders zich op een heus ridderfestival. Naast het steekspel en de hand-tothand gevechten is er de grootste commotie rond het fifa-schouwspel. Beurtelings bestrijden dappere helden elkaar met een virtueel voetbalelftal in een strijd om de dapperste te zijn. Dus als je zin het, verwachten we je om 20:00 op het elektronisch slagveld in de lounge. Vrijdag om 12:00 komen onze koene filosofenridders aan bij een open plek in het bos. De herfstbladeren kraken onder het hoefgetrappel van hun hengsten en ze schuiven aan bij de broodmaaltijd met soep en andere lekkernijen, uit een gelijkaardig herfstpalet. Ze zijn herenigd met hun medebroeders, vertellen verhalen over hun lange tocht en voelen zich geborgen in de huiselijke gezelligheid van hun gezegende lounge. EXTRA Net als vorig jaar zal prof. Van Riel dit jaar een filosofenkoor begeleiden voor (minstens) de Kerstwake en het Thomasfeest. Wie interesse heeft, stuur een e-mail naar
[email protected] om op de hoogte te blijven van de repetities. Wie twijfelt: niet doen (twijfelen) en gewoon mee komen zingen. NFKALENDAR Our brave philosopher knights awaken, wrap themselves in protective armour and mount their horses. On Monday they travel through forest and fields, guarding the road from thieves and deceivers. Since the road is long and full of danger, there isn’t a knight’s game that day for them to enjoy. Bravely they move on! After an exhausting day of horseback riding, our courageous philosopher knights look for a cosy location where they can rest. On Tuesday they stable their horses and head to the drinking bout of the local M-café inn. Do you wish to join them on this entertaining night, with lots to drink and many stories to share, they’ll expect you from 22:00. On Wednesday our brave philosopher knights arrive at 19:00 at a place called Ladeuzeplein, where the VVS (Flemish Students Association) organizes a torchlight procession against budget cuts for higher education. The knights dismount from their horses, with their torches held high, they fraternally walk forth alongside each other. The knight’s torches shine and sparkle full of twisting flames and they see the sparks of their belief reflected in the flames of the rebellious fire. On Thursday our brave philosopher knights attend a real knight’s festival. Besides the jousting and brawling, there is the biggest commotion around the fifa-spectacle. Our brave heroes fight each other in turns with a virtual football team in a battle of the bravest. So if you fancy it, we expect you at 20:00 on the electronic battlefield in the lounge. Friday at 12:00 our brave philosopher knights come at a clearing in the forest. Autumn leaves crunch under the hoof beats of their stallions. They sit down for a bread meal with soup and other delicacies, which are served in a similar autumn theme. They are reunited with their fellow comrades, telling stories about their adventurous journey and feeling secure in the home cosiness of their blessed lounge. EXTRA Like last year, Professor Van Riel will lead a choir of philosophy students for at least the Christmas vigil and the feast of St. Thomas. Do you have any interest? Please send an e-mail to
[email protected] and get all the necessary information (about repetitions etc.). Don’t hesitate, you’ll regret not participating