G1/13 Procedure voor de opleiding, kwalificatie en herkeuring van de PE Lassers voor de bouw van gasdistributienetten Versie van maart 2016
1/15
G1/13 – maart 2016
INHOUD 1. DOEL ........................................................................................................................................... 3 2. REFERENTIES ............................................................................................................................... 3 3. OPLEIDING .................................................................................................................................. 3 4. EERSTE KWALIFICATIE ................................................................................................................. 4 5. VERLENGING ............................................................................................................................... 6 5.1. Procedure met lasmonster en opvolgingsformulier .............................................................. 6 6. HERKEURING ............................................................................................................................... 6 6.1. Procedure herkeuring........................................................................................................... 7 6.1.1. Eerste poging praktijktest .............................................................................................. 7 6.1.2. Tweede poging praktijktest............................................................................................ 8 7. PROEFASSEMBLAGE .................................................................................................................... 8 7.1. Elektrolas van een zadel ....................................................................................................... 8 7.2. Elektrolas van een mof ......................................................................................................... 9 7.3. Stuiklas................................................................................................................................. 9 8. DATABASE PE-LASSERS ...............................................................................................................10 9. OVERLEGORGAAN ......................................................................................................................10 10. PROCEDURE TOEZICHT .............................................................................................................10 11. CONTROLE VAN DE LASSEN ......................................................................................................11 11.1. Opvolging van het lasonderzoek ........................................................................................12 11.1.1. Mogelijke fouten bij elektrolassen ..............................................................................12 11.1.2. Mogelijke fouten bij stuiklassen ..................................................................................12 12. Bijlagen ....................................................................................................................................13 12.1. Blokdiagram voor een herkeuring: .....................................................................................13 12.2. Blokdiagram voor een verlenging: .....................................................................................14
2/15
1. DOEL Deze procedure geeft de richtlijnen voor de opleiding, de kwalificatie en de herkeuring van lassers voor het verbinden van buizen en hulpstukken in polyethyleen door middel van stuik- en elektrolassen voor de bouw van PE leidingsystemen voor de gasdistributiesector. Deze procedure stelt de richtlijnen vast voor het samenstellen van het opvolgingsdossier alsook de regels voor het toezicht op de werf.
2. REFERENTIES • • • • • • • • • • •
NBN T 42-010 Buizen en hulpstukken van polyethyleen - Richtlijnen voor het uitvoeren en beproeven van lasverbindingen NBN T 42-011 Polyethyleen leidingsystemen - Richtlijnen voor de opleiding, kwalificatie en herkeuring van lassers voor stuik, mof- en elektrolassen G5/02 "Bijzonder lastenboek: Uitvoeren van werken - Plaatsen van Polyethyleen leidingen" - hoofdstuk 6: Laswerken, gelaste verbindingen. G1/07 Lijst van erkende PE lastoestellen G1/09 Lijst van erkende rondschrapers voor PE buizen G1/11 Toestellen voor het lassen van PE-systemen voor aardgasdistributie Elektrolastoestellen G1/12 Toestellen voor het lassen van PE-systemen voor aardgasdistributie Stuiklastoestellen G1/13-1 Opvolgingsdossier PE Lassen G1/13-A Lijst opleidingscentra PE Lassen G1/14 Lastenboek voor controle organismen erkend voor de certificatie van PE lassers G1/14-A Lijst van controle organismen erkend voor de certificatie van PE lassers
3. OPLEIDING De cursus voor de opleiding van PE lassers wordt gegeven door een opleidingsinstituut dat erkend is door Synergrid (zie lijst G1/13-A) en in staat is om de opleidingen te verzekeren onder de voorwaarden beschreven in deze procedure (zie auditformulier G1/13-1). De veiligheidscursus en de lascursus dienen door Synergrid goedgekeurd te worden. De cursus veiligheid wordt gegeven onder de verantwoordelijkheid van een preventie adviseur die minimaal een veiligheidsopleiding niveau 2 heeft gehaald. De mogelijke opleidingen zijn:
3/15
• • •
Elektrolas Elektrolas + stuiklas Stuiklas (enkel voor lassers met geldig elektrolaspaspoort, kortste geldigheidstermijn wordt in rekening gebracht)
Het opleidingscentrum zal over eigen lasapparatuur beschikken om de kandidaat lassers die niet over een eigen toestel beschikken te kunnen opleiden. Deze erkende lastoestellen (zie lijst G1/07) moeten jaarlijks conform de voorschriften G1/11 of G1/12 door de fabrikant van het toestel of zijn afgevaardigde gecontroleerd en onderhouden worden. Indien de lasser een eigen lastoestel wenst te gebruiken voor de opleiding dient het opleidingscentrum op voorhand de geldigheid van het lastoestel te controleren. Het opleidingsinstituut levert alle verbruiksmaterialen, toebehoren en gereedschappen die voor het lespakket vereist zijn: buizen, hulpstukken, schrapers, klemmen, reinigingsproducten, enz. Men gebruikt tijdens de opleiding PE 100 materialen volgens NBN EN 1555 met SDR 17 en/of SDR 11 voor diameter ≥ 110 en SDR 11 voor kleinere diameters. Tijdens de opleiding elektrolassen dient de kandidaat een 3D opstelling te lassen met minimum inbegrip van volgende hulpstukken: bocht, reductiestuk, zadel en mof. Deze opstelling bevat een drietal verschillende diameters en een hoogteverschil. De 3D opstelling is opgesteld in een gesimuleerde sleuf met maximale afmetingen lengte 1,5m, afstand tussen leidingwand t.o.v. de bodem van de sleuf 0,4m en de wand van de sleuf 0,5m. Nadat de 3D opstelling gelast is, wordt deze op dichtheid getest door middel van afzepen 1 bij een proefdruk van 150 mbar. In de opleiding wordt voldoende aandacht besteed aan o.a. het onderhoud van schrapers, het gebruik van PE buizen op rol en het belang van orde en netheid zowel op de werf als in de dienstvoertuigen. Het doorboren van het zadel wordt door het opleidingsinstituut niet aangeleerd: dit laatste zit vervat in de cursus “dienstleidingen gas” gegeven in de opleidingscentra van de gasdistributienetbeheerders.
4. EERSTE KWALIFICATIE De kwalificatie verloopt conform de norm NBN T 42-011. Na het volgen van de volledige cursus mogen de cursisten zich aanbieden voor het examen, bestaande uit twee theoretische en één praktische proef. De theoretische proef veiligheid wordt afgenomen door de lesgever “veiligheid”. Kandidaten die slagen voor de proef veiligheid ontvangen een certificaat veiligheid. De theoretische proef over PE bestaat uit minimaal 20 meerkeuzevragen. 1
4/15
Conform Synergrid aanbeveling G5/02 § 7.1.5
Slagen in de twee theoretische proeven, elk met een score van minimum 80%, is een essentiële voorwaarde om toegelaten te worden tot de praktische proef elektrolassen en/of stuiklassen. De praktijkproef wordt afgenomen onder de verantwoordelijkheid van een keuringsorganisme erkend door Synergrid. De resultaten van de praktijktest worden door het opleidingscentrum verzonden naar de opdrachtgever van de opleiding. Indien de lasser niet slaagt voor een theoretische proef kan hij deze onmiddellijk éénmalig opnieuw afleggen. Bij herhaling van dit negatief resultaat dient hij opnieuw de volledige opleiding te volgen. Kandidaten die slagen in zowel de theoretische proeven als de praktische proef ontvangen een laspaspoort voorzien van het logo van het erkend controle organisme dat de lasser gekwalificeerd heeft. Dit laspaspoort zal binnen de 10 werkdagen na het afleggen van de proeven ter beschikking worden gesteld. Dit laspaspoort bestaat uit een kaart met barcode opgesteld in de taal van de opleiding.(NL of FR) waarop expliciet de vermelding staat “geldig tot” alsook “Gekeurd voor PE druksystemen2” en specifieert geen geldigheidsgebied van diameters. Het laspaspoort is niet machine gebonden. Er wordt dus in principe aangenomen dat een stuiklasser respectievelijk elektrolasser in staat is om op alle door Synergrid goedgekeurde lastoestellen binnen zijn kwalificatie te werken. Het laspaspoort wordt uitgegeven ten persoonlijke titel. Samen met het laspaspoort ontvangt elke lasser gratis één blad zelfklevers (50 klevers) om zijn lassen te signeren. De klevers dienen onschadelijk te zijn bij gebruik op PE buizen en zijn voorzien van het persoonlijk nummer van de lasser en het logo van het erkend controle organisme. Extra klevers kunnen altijd gekocht worden bij het laatst bezocht opleidingscentrum. Het laspaspoort is geldig voor een periode van 12 maanden + 3 maanden . Bij het verstrijken van deze periode kan de lasser kiezen voor een verlenging van zijn kwalificaties of een herkeuring uitvoeren. Het opleidingsinstituut stuurt een uitnodiging aan de werkgever van de lasser drie maanden voor de vervaldatum van het laspaspoort. Indien de lasser beschikt over een niet-verlengd laspaspoort kan hij kiezen tussen:
5/15
• •
de procedure proefassemblage en opvolgingsformulier of de procedure herkeuring.
2
Dit als alternatief voor “PE drukloze leidingen” (glasvezel kabel).
5. VERLENGING Een verlenging mag enkel worden toegekend, mits het huidige geldige paspoort nog niet is verlengd en onder voorbehoud van het verkrijgen van een goedkeuring van het opvolgingsdossier in overeenstemming met de hieronder vermelde regels. Indien het laspaspoort al verlengd is, kan er geen verlenging meer worden toegestaan door middel van de vereenvoudigde procedure via een monster en opvolgingsformulier. De lasser moet dus de procedure van de herkeuring volgen. Een overzicht van deze verlengingen wordt bijgehouden in de database vermeld in § 8.
5.1. Procedure met lasmonster en opvolgingsformulier Drie maanden voor het vervallen van de geldigheidsdatum van het laspaspoort wordt door het erkend opleidingscentrum een uitnodiging gestuurd voor herkeuring. De lasser heeft de mogelijkheid om een proefassemblage op te sturen naar een opleidingscentrum vergezeld van een opvolgingsformulier (Opvolgingsdossier PE lassen G1/13-2). Het opvolgingsformulier dient eveneens door de werkgever ondertekend te worden. Het opleidingsinstituut beoordeelt het bijgevoegde opvolgingsformulier en behandelt de proefassemblage op dezelfde wijze als de proefassemblages van opleidingen of herkeuringen (conform NBN T42-011). Bij positief resultaat wordt een nieuw laspaspoort uitgereikt. De geldigheid van het nieuw laspaspoort is de vervaldatum van het oude laspaspoort + 1 jaar. Op het nieuw laspaspoort is een opschrift aangebracht om duidelijk te maken dat het een verlengd laspaspoort betreft. In praktijk wordt de melding “geldig tot” vervangen door de melding “verlengd tot”. Bij negatief resultaat wordt de lasser opnieuw uitgenodigd voor herkeuring. In dit geval kan de lasser geen gebruik meer maken van een opvolgingsdossier. Deze herkeuring is al een tweede poging voor de verlenging van het laspaspoort.
6. HERKEURING Een herkeuring wordt uitgevoerd op de site van een opleidingscentrum. De bekomen geldigheid kan korter uitvallen dan één jaar. Het opleidingscentrum staat in om de kandidaat in te lichten over het verschil in geldigheidsduur tussen een herkeuring (mogelijk korter dan één jaar) en een volledige opleiding (volledig jaar).
6/15
Een herkeuring mag enkel worden toegekend, mits het huidige paspoort niet meer dan één jaar verlopen is en onder voorbehoud van het slagen in de testen voor herkeuring. De herkeuring duurt maximaal een halve dag. Een overzicht van deze herkeuringen wordt bijgehouden in de database vermeld in § 8.
6.1. Procedure herkeuring 6.1.1. Eerste poging praktijktest Wanneer de lasser zich voor de eerste keer aanbiedt voor de herkeuring in een erkend opleidingsinstituut, wordt een eerste knip in zijn laspaspoort gemaakt. Deze herkeuring bestaat uit twee delen: • •
een eerste deel “de theorietest” en het tweede deel “de praktijktest”.
De lasser dient eerst de theoretische proef af te leggen; indien hij slaagt voor deze proef, kan hij aansluitend de praktische proef afleggen. De theoretische proef bestaat minimaal uit 10 meerkeuzevragen. Slagen in de theoretische proef, met een minimum score van 80%, is een essentiële voorwaarde om toegelaten te worden tot de praktische proef elektrolassen en/of stuiklassen. Bij negatief resultaat op de theorietest zal het opleidingcentrum een korte toelichting geven aan de lasser over de gemaakte fouten. Vervolgens kan de lasser kiezen om onmiddellijk een herkansing op de theorietest af te leggen of om een nieuwe datum af te spreken. Indien de lasser kiest voor een onmiddellijke herkansing op de theorietest wordt een tweede knip in zijn laspaspoort gemaakt. Indien hij slaagt voor deze proef, kan hij aansluitend de praktische proef afleggen. Indien de lasser kiest voor een nieuwe datum dan zal pas een tweede knip in zijn laspaspoort worden gemaakt wanneer hij zich voor de tweede maal aanbiedt voor een herkeuring in het opleidingsinstituut. Bij het niet slagen bij de tweede poging van de theorietoets moet de lasser de opleiding “eerste kwalificatie” volgen in een erkend opleidingsinstituut. De praktijkproef wordt afgenomen onder de verantwoordelijkheid van een keuringsorganisme erkend door Synergrid. De resultaten van de praktijktest worden door het opleidingscentrum verzonden naar de opdrachtgever van de opleiding.
7/15
Bij positief resultaat voor het praktijkgedeelte wordt een nieuw laspaspoort uitgereikt. De geldigheid van het nieuwe laspaspoort is de vervaldatum van het oude laspaspoort + 1 jaar. Bij negatief resultaat van het praktijkgedeelte zal het negatief resultaat gestaafd worden met bevindingen en eventueel foto’s in het proefverslag van het beproevingslaboratorium en gecommuniceerd aan de opdrachtgever van de opleiding. Indien de lasser geen gebruik heeft gemaakt van de procedure opvolgingsformulier dan zal hij een uitnodiging ontvangen voor een tweede poging voor de praktijktest. Indien de lasser wel gebruik heeft gemaakt van de procedure opvolgingsdossier dan moet de lasser de opleiding “eerste kwalificatie” volgen in een erkend opleidingsinstituut.
6.1.2. Tweede poging praktijktest Wanneer de lasser zich voor de tweede keer aanbiedt in het erkend opleidingsinstituut voor een herkeuring worden drie knippen in zijn laspaspoort gemaakt. Bij deze tweede poging zal hij enkel een praktische proef moeten afleggen. Bij positief resultaat wordt een nieuw laspaspoort uitgereikt. De geldigheid van het nieuwe laspaspoort is de vervaldatum van het oude laspaspoort + 1 jaar. Bij negatief resultaat op de praktijktest zal het negatief resultaat gestaafd worden met bevindingen en eventueel foto’s in het proefverslag van het beproevingslaboratorium en gecommuniceerd aan de opdrachtgever van de opleiding. Voor een herkansing dient een opleiding “eerste kwalificatie” gevolgd te worden in een erkend opleidingsinstituut.
7. PROEFASSEMBLAGE 7.1. Elektrolas van een zadel Om de drie jaar (met 2016 als startjaar) gebeurt de kwalificatie voor elektrolassen op basis van een elektrolas van een zadel. Een zadellas wordt gelast op een buisstuk3 DN110 SDR17 met een erkend elektrolastoestel. De proefassemblage heeft afmetingen zoals vermeld in §7.2. De oxidatielaag wordt verwijderd d.m.v. een erkende rondschraper.
8/15
7.2. Elektrolas van een mof In de tussenliggende jaren aan § 7.1, gebeurt de kwalificatie voor elektrolassen op basis van een elektrolas van een mof. Twee buisstukken 3 DN 110 SDR17 worden met een erkend elektrolastoestel gelast met een elektrolasmof volgens onderstaande figuur. Bij het ene uiteinde wordt de oxidatielaag verwijderd m.b.v. een handschraper, bij het andere uiteinde m.b.v. een erkende mechanische rondschraper.
Min. 125 mm
Min. 125 mm
250-260 mm
250-260 mm 500-520 mm
Figuur 1 Afmetingen proefassemblage elektrolas
7.3. Stuiklas Twee buisstukken3 DN 110 SDR17 worden gelast met een erkende stuiklasmachine. De proefassemblage heeft de afmetingen conform de onderstaande figuur.
250-260 mm
250-260 mm 500-520 mm
Figuur 2 Afmetingen proefassemblage stuiklas
3
9/15
Gasbuizen volgens EN 1555-2 ; proefstukken zijn recht afgezaagd.
8. DATABASE PE-LASSERS Elke lasser ontvangt een uniek persoonlijk identificatienummer. Hiertoe zal Synergrid een database bijhouden die o.a. de volgende informatie kan bevatten: • • • • • • • • • • •
de naam en voornaam van de lasser, het identificatienummer van het laspaspoort een foto de geboorteplaats en –datum nr. van de identiteitskaart en/of nr. van het rijksregister of paspoortnummer taal het toestel gebruikt bij de opleiding de toegepaste lastechniek de keuringsdatum of herkeuringsdatum de vervaldatum van het laspaspoort de referenties van de werkgever (naam, adres, telefoon, email, contactpersoon)
De gegevens in de database blijven bewaard, zelfs indien de betrokken lasser niet meer actief is.
9. OVERLEGORGAAN Een overlegorgaan is samengesteld dat op regelmatige tijdstippen vergadert. Dit orgaan bestaat uit afgevaardigden van de erkende controle organismes, de geaccrediteerde labo’s, de erkende opleidingscentra en de gasdistributienetbeheerders. Men zal er verbeteringspunten in verband met opleiding en kwalificatie van de opgeleide personen bespreken. Aanpassingen aan de opleidingsprocedure zullen hier ook besproken worden. Men zal er informatie uitwisselen over technieken, normen en specificaties, de evolutie van componenten en de materialen en de lijst van goedgekeurde lastoestellen opvolgen.
10. PROCEDURE TOEZICHT De lasser kan aan een werftoezicht worden onderworpen. Dit werftoezicht wordt uitgevoerd door een aangestelde van de opdrachtgever op wiens werven de lasser actief is. De aangestelde van de opdrachtgever heeft de taak om:
10/15
•
•
•
•
de PE-lassen te controleren en eventuele fouten op te sporen en te rapporteren aan de opdrachtgever. Een niet limitatieve lijst met mogelijke fouten is opgenomen in § 11.1.1 en § 11.1.2. de types van lastoestellen en rondschrapers op de werf af te toetsen met de betreffende lijst voor erkend materiaal en eventueel niet erkend materiaal te laten verwijderen van de werf. de gebruikte lastoestellen en randapparatuur (schrapers, schaven, lasspiegels) te controleren op goede werking en op de geldigheidsdatum voor het onderhoud en indien van toepassing te laten verwijderen van de werf. de PE-lassers te controleren (geldigheid van het laspaspoort, het toepassen van de lasprocedures…) en indien van toepassing te laten verwijderen van de werf.
Indien er bij een aangestelde van de opdrachtgever bij werftoezicht twijfel ontstaat over de kwaliteit van de lassen kan een veiligheidsdossier opgesteld worden. Het veiligheidsdossier wordt voorgelegd aan het erkend controleorganisme dat het laspaspoort heeft uitgereikt, dat na de betrokkene gehoord te hebben de beslissing kan nemen om het laspaspoort van de lasser in te trekken. De termijn tussen het ontvangen van het veiligheidsdossier en het eventueel intrekken van het laspaspoort mag maximaal 10 werkdagen bedragen. Dit veiligheidsdossier kan onder meer bevatten: • • •
negatieve verslagen van toezicht op de werf; negatieve resultaten van beproefde lassen; negatieve rapporten van een geaccrediteerd laboratorium.
In geval van het intrekken van een laspaspoort is de lasser genoodzaakt een volledig nieuwe opleiding te volgen met positief resultaat vooraleer een nieuw laspaspoort bekomen wordt.
11. CONTROLE VAN DE LASSEN De controle van de lassen wordt uitgevoerd volgens de voorschriften van NBN T42-010, en NBN T42-011. De proeven worden uitgevoerd in een erkend beproevingslaboratorium geaccrediteerd door Belac volgens NBN ISO/IEC 17025 voor het testen van kunststofleidingen en toebehoren, meer bepaald de normen ISO 13953, ISO 13954 en ISO 13956. De evaluatie van de praktijktest gebeurt aan de hand van één proefassemblage per lasmethode (zie § 7). Het aantal proefstukken (getest volgens ISO 13953 of ISO 13954 ) mag beperkt worden tot 4 in plaats van 8, hetzij 2 proefstukken per kant voor een verbinding met een diameter groter of gelijk aan 90 mm.
11/15
11.1. Opvolging van het lasonderzoek Naar aanleiding van de werftoezichten, uitgevoerd door aangestelde van de opdrachtgever, kunnen verschillende fouten worden vastgesteld. Hieronder is een niet limitatieve lijst terug te vinden van mogelijke fouten:
12/15
11.1.1. • • • • • • • • • • •
Mogelijke fouten bij elektrolassen Niet schrapen Niet ontvetten na schrapen Geen gebruik maken van positionering en/of ronddrukklemmen Verkeerde positionering van de buisuiteinden binnen de mof Gebruik van ongeldige lastoestellen en/of schrapers Gebruik van verkeerde lasparameters Niet respecteren van de vereiste koeltijden Schuin of onvoldoende afsnijden van de in de mof in te brengen buisuiteinden Het gebruik van niet geschikte ontvettingsmiddelen en/of reinigingsdoeken Het niet aanbrengen van de lasser-identificatieklever …
11.1.2. • • • • • • • • • • • •
Mogelijke fouten bij stuiklassen Niet schaven Niet ontvetten na schaven Gebruik van ongeldige lastoestellen, schaven en/of lasspiegels Slechte uitlijning en/of wandverzet Gebruik van verkeerde lasparameters Niet respecteren van de vereiste koeltijden Schuin of onvoldoende afsnijden van de te lassen buisuiteinden Het gebruik van niet geschikte ontvettingsmiddelen en/of reinigingsdoeken Gebruik van slecht functionerende lastoestellen, schaven en/of lasspiegels Het niet aanbrengen van de lasser-identificatieklever Het niet afstoppen van de vrije buisuiteinden …
12. Bijlagen 12.1. Blokdiagram voor een herkeuring: Herkeuring 1ste poging:
Herkeuring 2de poging praktijk test: OPC checkt of 2de poging praktijk mag
theorietest 3 knippen in pas
1ste knip in pas
praktijktest
OK ?
Herinschrijven voor theorie en praktijk Nee
Nee
OK ?
Theorietest (zelfde dag of nieuwe datum)
Ja
Ja
2de knip in pas
Herinschrijven voor theorie en praktijk Nee
OK ?
Ja
praktijktest
OK ?
Nee
OPC verstuurt resultaten
13/15
Ja
Laspas + na 1 jaar herkeuring of verlenging
Laspas + na 1 jaar herkeuring of verlenging
12.2. Blokdiagram voor een verlenging: Verlenging tijdens een jaar met moflassen: Werflas met mof
Opvolginsdossier PE Lassen
OPC Inschrijven stuk in logboek + aftekenen
OPC Klasseren opvolgingsdocumenten
Labo beproeft
OK ?
Herkeuring theorie en praktijk met mof
Nee
Ja Laspas max. 1 jaar verlengen + na 1 jaar herkeuring
1
Voor aannemers is een verlenging van het laspaspoort toegestaan met een mof.
14
Verlenging tijdens een jaar met zadellassen: Werflas met mof1
Opvolgingsdossier PE Lassen
OPC Inschrijven stuk in logboek + aftekenen
OPC Klasseren opvolgingsdocumenten
Herkeuring theorie en praktijk met zadel
Labo beproeft
OK ?
Nee
Ja
Laspas max. 1 jaar verlengen (Er dient geen zadel te worden gelast) + na 1 jaar herkeuring
1
Voor aannemers is een verlenging van het laspaspoort toegestaan met een mof.
15