R 21 september 2009/1
Notulen van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Heerhugowaard, gehouden op 21 september 2009 om 20.06 uur in het gemeentehuis Aanwezig:
de heer drs. H.M.W. ter Heegde, voorzitter de heer J.M. Hoogland, raadsgriffier de heer R.K. Appers, HOP de heer B. Arkeveld, Burgerbelang de heer G. Boellaard, VVD de heer A.J. Botman, CDA de heer S. Brau, PvdA mevrouw P.M. Bunte, PvdA de heer P.C.J. Carnas, Burgerbelang de heer M. Dijkstra, Burgerbelang mevrouw E.M. de Goede - van der Crabben, fractie E.M. de Goede mevrouw J.G. Güse, CDA (vanaf 20.22 uur) mevrouw M.P.M. Harlaar - Bot, CDA de heer A. Harren, VVD mevrouw T. Huijboom - Brouwer, ChristenUnie mevrouw M. Jongejan, Burgerbelang de heer A.G.W. Jongenelen, Burgerbelang de heer M. Kadioglu, PvdA de heer T.L. Mars, VVD de heer C.C. Mertens, HOP mevrouw D.C.G. Lo Pizzo, GroenLinks mevrouw C.P.M. van ’t Schip - Nieuwboer, HOP de heer J.M. Schipper, Burgerbelang de heer R. Schoemaker, GroenLinks mevrouw V.C.M. Stam - de Nijs, VVD mevrouw A.M. Valent - Groot, PvdA de heer R. Visser, PvdA de heer W. Witte, VVD de heer F.J.J. Zuurbier, CDA de heer C. Zijlmans, Burgerbelang
Wethouders
mevrouw M.F. Baijards - van der Laan, VVD de heer J.W. de Boer, PvdA de heer C. Kwint, GroenLinks de heer R.J. Piet, CDA
Afwezig:
de heer J.D. Koppelaar, PvdA, raadslid
Notuliste:
mevrouw E.M.J. Middelbeek
De voorzitter opent de raadsvergadering, heet iedereen welkom, laat weten dat de heer Koppelaar de raadsvergadering vanavond niet bijwoont en dat mevrouw Güse wat later komt. De voorzitter geeft mevrouw De Goede het woord, die heeft gevraagd een verklaring te mogen afleggen. Mevrouw De Goede wil een korte verklaring afleggen. Haar raadscollega’s hebben vorige week al een persoonlijke reactie van haar ontvangen. Dat zij uit de PvdA-fractie is gezet is inmiddels bekend. Dat dit op een hoogst verbazingwekkende manier gebeurt, namelijk niet vanwege politieke inhoud maar in opdracht van informatie die wethouder De Boer mevrouw Valent had aangereikt, namelijk de beschuldiging van zelfverrijking via een functie die spreekster enige tijd geleden had, is ook genoegzaam bekend. Dit behoeft verder geen toelichting. Het is echter jammer. Niet iedereen weet dat de hele actie van wethouder De Boer en de PvdA-fractie een hoop commotie, tijd, extra werk en de benodigde procedures met zich meebrengt.
R 21 september 2009/2
Jammer temeer daar spreekster al lang (al wel zo’n anderhalf jaar geleden) te kennen had gegeven dat zij in maart 2010 zou stoppen met haar politieke werk. Verbazingwekkend ook omdat de gehele PvdAfractie enkele weken geleden besprak om mogelijk nog voor de verkiezingen het vertrouwen in wethouder De Boer op te zeggen. Dit werd op een locatie buiten het gemeentehuis besproken. Dit naar aanleiding van het feit dat ook zij vonden dat er veel bleef liggen. Er zijn twee nieuwe kandidaten voor het wethouderschap volgend jaar. Spreekster en velen met haar begrijpen er niets van. Het dient tot niets, nutteloos. Daarom volgt als alles op zijn plaats valt er in de komende dagen via de pers nog een verklaring naar de inwoners van Heerhugowaard. Spreekster vindt dit nodig, omdat heel veel mensen binnen Heerhugowaard binnen en buiten de raad, maar vooral in heel Heerhugowaard en zelfs enkelen vanuit de regio, haar per mail, post, telefoon en zelfs bezoeken niet alleen hun steun hebben betuigd, maar ook vooral vroegen hoe dit mogelijk kon zijn. Er zit geen logica in. Allereerst naar spreekster toe, maar ook voor de PvdA zelf gaande naar de verkiezingen. Elfeneenhalf jaar heeft de PvdA-fractie zonder grote conflicten gefunctioneerd, wel met net als in andere fracties soms pittige discussies, maar spreekster was niet het enige assertieve lid van de fractie, gelukkig maar. In de reacties die spreekster mocht ontvangen, stond stevige en vaak woedende kritiek op wethouder De Boer en op mevrouw Valent, maar in het bijzonder op wethouder De Boer. Men vroeg spreekster de stevige opmerkingen aan hun adres en wederom vooral aan wethouder De Boer vooral openbaar te maken. Spreekster wil echter niet afdalen tot het niveau van modder gooien. Dat is niet goed voor het aanzien van het raadswerk. Zij gaat daarom niet in op de inhoud die haar is aangereikt. Wel wil zij in positieve zin melden dat zij zich met dezelfde passie en inzet die zij als voorzitter van de PvdA jaren geleden en nu bijna 12 jaar voor de PvdA heeft gehad en in goede samenwerking met haar collega’s zich zal blijven inzetten voor de inwoners van Heerhugowaard. Nu erg prettig voor spreekster, zonder druk van wethouder De Boer. Spreekster zal als fractie De Goede verder gaan. Tot slot wil zij voor de ontroerende woorden die spreekster mocht ontvangen, zoals “ga vooral door mevrouw De Goede”, “blijf de eerlijke, open politica die u altijd was”, “prima werk geleverd, dank voor uw inzet voor Heerhugowaard” iedereen bedanken. De voorzitter constateert na navraag dat de PvdA-fractie geen behoefte heeft aan een reactie. De voorzitter stelt hierna aan de orde agendapunt 1. 1
Spreekrecht burgers.
Er hebben zich geen burgers gemeld voor het spreekrecht over de onderwerpen op de raadsagenda. 2
Vaststellen raadsagenda.
De voorzitter geeft aan dat nagezonden zijn de agendapunten 12, 13 en 14. De eerste twee voorstellen hebben te maken met het feit dat mevrouw De Goede nu een eigen fractie formeert. Agendapunt 14 houdt in de continuering van de geheimhouding. De voorzitter heeft voorts begrepen dat de agendapunten 5, 6, 7, 8 en 10 vanavond als akkoordstukken kunnen worden behandeld. Mevrouw Van t Schip wil namens de HOP graag bij agendapunt 8 een korte stemverklaring afleggen. De voorzitter geeft aan dat dit mogelijk is. Agendapunt 10 zal als akkoordstuk 8a worden behandeld. Zonder verdere discussie en hoofdelijke stemming is besloten de raadsagenda gewijzigd vast te stellen, waarbij de agendapunten 5, 6, 7, 8 als akkoordstukken zullen worden behandeld en agendapunt 10 als akkoordstuk 8a. Tevens zijn aan de agenda toegevoegd de agendapunten 12, 13 en 14. 3. Vaststellen notulen raadsvergadering d.d. 25 juni 2009 en 25 augustus 2009 en vaststellen notulen vragenhalfuurtje d.d. 25 augustus 2009. De heer Mertens geeft aan dat de notulen van de raadsvergadering van 25 juni 2009 pas vrijdag zijn ontvangen. Hierdoor was er geen gelegenheid deze in de fractie te bespreken en geheel te lezen. Spreker verzoekt de behandeling ervan te verschuiven naar de volgende vergadering.
R 21 september 2009/3
De voorzitter kan dit begrijpen. Hij constateert dat iedereen met het verzoek instemt. De notulen van deze vergadering van 25 juni 2009 zullen voor de volgende raadsvergadering worden geagendeerd. Zonder verdere discussie en hoofdelijke stemming is besloten de notulen van de raadsvergadering van 25 augustus 2009 en de notulen van het vragenhalfuurtje van 25 augustus 2009 ongewijzigd vast te stellen alsmede de behandeling van de notulen van de raadsvergadering van 25 juni 2009 te verschuiven naar de raadsvergadering van 21 september 2009. 4
Voorstel voorzitter met betrekking tot afdoening ingekomen stukken, waaronder mededelingen van het college aan de raad.
Rubriek A 1. Brief Inspectie Openbare Orde en Veiligheid d.d. 22 juni 2009 betreffende aanbieding rapport Kwaliteit in particuliere veiligheid; 2. Brief Sociale Verzekeringsbank (SVB) d.d. 4 september 2009 met als kenmerk Wmo/039804092009 betreffende de brochure de Wegwijzer 2010 SVB Servicecentrum PGB; en toegevoegd aan de agenda middels latere toezending 3. Brief mevrouw E.M. de Goede-van der Crabben d.d. 13 september 2009 aangaande het einde van haar PvdA-fractielidmaatschap en de vorming van de fractie E.M. de Goede. Zonder discussie en hoofdelijke stemming is besloten de ingekomen stukken 1 tot en met 3 van rubriek A voor kennisgeving aan te nemen. Rubriek B 1. Brief RCO De Hoofdzaak d.d. 31 juli 2009 betreffende het rapport dat is gemaakt naar aanleiding van bezoekjes van een mystery guest aan het Wmo-loket; Er zijn geen vragen en/of opmerkingen over ingekomen stuk 1. 2. Brief De Nationale Ombudsman d.d. 12 augustus 2009 met als onderwerp “het rapport dat is opgesteld op grond van het onderzoek dat is opgesteld na een klacht over de gedraging van het college van burgemeester en wethouders van Heerhugowaard” en de reactie van B&W hierop. De voorzitter verifieert bij de voorzitter van de commissie Middelen dat dit ingekomen stuk op voorstel van het raadsconvent in de commissievergadering van 5 oktober 2009 zal worden besproken. Mevrouw Stam beaamt dat dit correct is. Zonder verdere discussie en hoofdelijke stemming is besloten de ingekomen stukken 1 en 2 van rubriek B in handen te stellen van het college ter voorbereiding van behandeling in de betreffende commissies. Rubriek C 1. Brief Agri Team Noord-Holland d.d. 24 augustus 2009 betreffende de zienswijze over het ontwerp bestemmingsplan 1e Partiële herziening De Draai; Er zijn geen vragen en/of opmerkingen over ingekomen stuk 1. 2. Brief gemeente Zijpe d.d. 27 augustus 2009 met als onderwerp bouw Pallas reactor in Petten; Mevrouw Valent vraagt een afschrift van de reactie hierop die door het college wordt voorbereid. De voorzitter geeft aan dat hiervoor zal worden gezorgd. Toezending van reacties of beantwoording aan de raadsleden vindt bij deze rubriek overigens altijd plaats. 3. Brief ir. J.G.J. Seeboldt d.d. 1 september 2009 betreffende zijn zienswijze met betrekking tot de 1e Partiële herziening De Draai. Zonder verdere discussie en hoofdelijke stemming is besloten in te stemmen met de be- en/of afhandeling van de ingekomen stukken 1 tot en met 3 van rubriek C. Rubriek D Er zijn geen mededelingen van het college.
R 21 september 2009/4
5
Jaarrekening 2008 en concept begroting 2010 Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Noord-Holland Noord (SOVON).
Zonder discussie en hoofdelijke stemming is besloten de jaarrekening 2008 en de conceptbegroting 2010 van de Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Noord-Holland Noord (SOVON) goed te keuren en tevens kennis te nemen van de meerjarenbegroting 2010-2013 van deze stichting. 6
Aanpassingen re-integratie en afstemmingsverordening Wet werk en bijstand.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming is besloten: - de Re-integratieverordening Wet werk en bijstand vast te stellen en de verordening van 2008 in te trekken; - de Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand vast te stellen en de verordening van 2008 in te trekken. 7
Vaststellen verordening tijdelijke regels Wet investeren in jongeren (WIJ).
Zonder discussie en hoofdelijke stemming is besloten vast te stellen de Verordening tijdelijke regels Wet investeren in jongeren. 8
Programmabegroting 2008, herzien programmabegroting 2009, begroting 2010 en meerjarenraming 2009-1013 van de GGD Hollands Noorden.
Mevrouw Van ’t Schip legt een stemverklaring af. De HOP wil haar zorgen uitspreken naar de GGD ten aanzien van de begroting 2010, vooral omdat is gebleken dat er nog geen lange termijnvisie ligt. De fractie roept de GGD op deze zo snel mogelijk op te stellen, waarbij de HOP voorstander is van een advisering door een onafhankelijke niet-politiek gekleurde financiële adviescommissie. De fractie is dus niet zo gelukkig met het inschakelen van een financiële commissie die ook wethouders bevat. Zonder verdere discussie en hoofdelijke stemming is besloten: - in te stemmen met de programmaverantwoording 2008 van de GGD Hollands Noorden; - in te stemmen met de herziene programmabegroting 2009 en daarmee met de aanvullende gemeentelijke bijdrage van € 63.491 voor 2009; - de aanvullende gemeentelijke bijdrage van € 63.491 voor 2009 als tegenvaller te accepteren en deze te betrekken bij het opmaken van de jaarrekening 2009; - nog niet in te stemmen met de begroting 2010, maar de ontwikkelingen (advies financiële commissie en discussie over aanvullende taken) af te wachten; de gevolgen voor 2010 en later daarna in te vullen; - kennis te nemen van de meerjarenraming 2009-2013 van de GGD Hollands Noorden. 8a Invoering Elektronisch Kinddossier (EKD) bij de jeugdgezondheidszorg (voormalig agendapunt 10) Zonder verdere discussie en na stemming is besloten: 1. in te stemmen met de begroting invoering EKD 2009 en daarvoor benodigde middelen beschikbaar te stellen; 2. voor de kosten EKD voor 2010 nadere voorstellen af te wachten. 9
Regionaal integraal programma “Naar een Nuchter Noord-Kennemerland”.
Mevrouw Van ’t Schip neemt als waarnemend voorzitter van de raad de voorzittershamer over van de heer Ter Heegde. Zij leest de tekst van het voorstel voor en geeft het woord aan mevrouw De Goede.
R 21 september 2009/5
Mevrouw De Goede heeft de commissievergadering niet bijgewoond, maar het stuk op eigen titel bekeken. Vervolgens heeft zij flink rondgevraagd bij jong en oud. Dat vindt zij de beste methode om enig idee te krijgen. De meerderheid van de ondervraagden vindt de voorgestelde verschuiving van de binnenkomst naar 24.00 uur in de horeca niet acceptabel. Zij en spreekster ook vinden dat het grote probleem ligt in het feit dat er door zeer jonge mensen vaak wordt voorgedronken en uren van tevoren allerlei alcoholische dranken tot zich nemen. Het is dan ook de taak zoals ook met enkele andere jeugdproblemen, van de ouders om dit in te perken en beter in de gaten te houden. Daar wordt flink op ingezet en dat moet het hoogste accent hebben. Ook vinden anderen en spreekster dat het toch niet kan bestaan dat men na theater, bioscoop of andere uitgaansmomenten wordt beperkt in de bewegingsvrijheid en men na een voorstelling niet meer rustig een glaasje kan gaan drinken. Verder nog een punt met betrekking tot de Waerdse Tempel, waarvan iedereen zo bleek onlangs, fan is en wat ook een horecagelegenheid is die flink wordt gesteund en waarvan men wil dat deze blijft slagen en doorgaan. De Waerdse Tempel zal echter door de voorgenomen maatregel toch flink verlies gaan leiden en een stuk aantrekkingskracht verliezen. Mevrouw Huijboom zegt dat mevrouw De Goede sprak over de Waerdse Tempel en iedereen. Spreekster wil erop wijzen dat de ChristenUnie in de betreffende raadsvergadering zich duidelijk uitgesproken tegen de subsidieverstrekking aan deze voorziening. Voorligt een voorstel betreffende de sluitingstijden in de horeca. In Noord-Holland heeft men te maken met een alcoholgebruik onder jongeren dat zeer veel risico’s met zich meebrengt. De cijfers bekijkend van het peilstationonderzoek dat het Trimbos Instituut in 2007 heeft uitgevoerd, zijn daar onder andere de volgende conclusies getrokken. Er is geen daling van alcoholgebruik onder de 15- en 16-jarige jongeren. In Noord-Kennemerland ligt het percentage jongeren wat dronken is geweest in de laatste maand van het onderzoek 33 procent hoger dan het landelijk gemiddelde van 21 procent. In NoordKennemerland is 21 procent van de jongeren een zware drinker. Een op de vijf jongeren; dat is nogal wat. Dit staat gelijk aan een gebruik van zes of meer glazen per dag en bijna zes procent drinkt nog meer. Alcohol wordt ook vaak gebruikt in combinatie met stimulerende middelen. Er wordt meer coke en speed gebruikt. Vanaf 2007 is de situatie alleen maar zorgelijker geworden. Bij het inzetten van de mystery guests is gekeken of jongeren onder de 16 jaar gemakkelijk aan alcohol konden komen. Het antwoord was schokkend, namelijk heel gemakkelijk. De ChristenUnie heeft een avond gehouden in het Kompleks, waarbij de film Comazuipen is vertoond. Er waren beelden te zien van jongeren in coma. Er is nu een tweede kliniek hiervoor geopend en dat is niet omdat het beter gaat met de jongeren. De fractie is blij met het programmaplan Alcoholmatiging jeugd Noord-Kennemerland. Er wordt uitstekend werk verricht door de inspanning van de GGD, de gemeenten en de Brijder verslavingszorg om jongeren en ouders bewust te maken van de risico’s van alcoholgebruik zeker op jonge leeftijd. Spreekster wil ook even noemen dat teveel alcoholgebruik onder ouderen een groter probleem is dan het drugsgebruik. Iedereen kent de slogan “drank maakt meer kapot dan je lief is”. Het is de moeite waard om alles te doen wat binnen de mogelijkheden van de gemeente ligt om het drankgebruik te matigen. Voorligt een voorstel om na 24.00 uur geen bezoekers meer toe te laten in de horecagelegenheden. Voor de ChristenUnie was heel belangrijk dat is gebleken dat 85 procent van de bezoekers geen problemen heeft met een vervroegde toegangsstop. Als iedereen meedoet, kan de cultuur van steeds later uitgaan ombuigen naar eerder uitgaan. Ook de jongerenraad vindt het een prima plan en dat zegt ook heel veel. De fractie begrijpt dat de horeca geen voorstander van voorliggend voorstel is. Toch is de horeca tegemoet gekomen in de kenbaar gemaakte wens om de sluitingstijden door de week te verruimen van 01.00 naar 02.00 uur. De horeca is voorstander van een algeheel verbod van het nuttigen van alcoholische dranken op de openbare weg. De alcohol wordt door een dergelijke maatregel hopelijk meer binnen de muren van de horeca genuttigd dan op straat. Zeker is dat er minder overlast voor inwoners wordt verwacht. In de gemeente Heerhugowaard is kort geleden de APV aangepast op dit gebied. De verordening voorziet niet in het verbod als er geen overlast in het spel is. In de krant was te lezen dat in de buurgemeente Graft De Rijp het verbod er wel schijnt te komen. Spreekster vraagt of de burgemeester informatie heeft of het wettelijk mogelijk is en er iets in de wetgeving is veranderd. Tot slot is het zo dat het gaat om de gezondheid van de jongeren. De ChristenUnie geeft haar steun aan het voorstel voor een toelatingsstop van 24.00 uur. Per mail is nog ontvangen het stuk “vroeg op stap”. Hier springt uit de actie van de moeders die ervoor pleiten het uitgaan te vervroegen, want het wordt steeds later. Spreekster wil er een paar dingen uithalen. Het gezinsleven staat onder druk, omdat het dag- en nachtritme wordt omgekeerd.
R 21 september 2009/6
Overmatig alcoholgebruik geeft gevolgen op korte termijn, waaronder geluidsoverlast, vechtpartijen en vernielingen en op langere termijn leerproblemen en geheugenverlies. De ChristenUnie wil graag toch doen wat kan worden gedaan (hoewel er geen garantie is dat het dan beter wordt) om het overmatig alcoholgebruik een halt toe te roepen. Mevrouw Lo Pizzo zegt dat in de commissievergadering uitvoerig over het plan “naar een nuchter Noord-Kennemerland” is gesproken. Op zich is GroenLinks met het voorstel akkoord. Zij wil dat jongeren minder gaan drinken, dat er minder overlast is, etc. De fractie kan zich voorstellen dat iedereen dit eigenlijk wel wil. Over een punt valt zij echter en dat is de toegangsstop om 24.00 uur. Als eerste twee kanttekeningen. Jongeren onder 16 jaar zouden geen alcohol mogen krijgen in een kroeg. Dat is uiteraard de verantwoordelijkheid van de mensen, maar het barpersoneel moet dat in de gaten houden. Dit geldt ook voor oudere mensen. Het barpersoneel hoort de mensen in de gaten te houden (althans dat is spreekster geleerd toen zij in de horeca werkte) en aan te geven als iemand genoeg heeft gehad en te adviseren lekker naar te huis te gaan. Ten tweede zit de fractie met de vraag welk doel met het voorstel moet worden bereikt. Gaat het om het voorkomen van drankmisbruik onder jongeren? Prima, maar het gaat ook om de openbare orde. Alkmaar, Schagen, Castricum, Bergen en Langedijk gaat niet met het voorstel mee. De meeste gemeenten hanteren een sluitingsstop op een ander tijdstip .GL wil graag weten of aangetoond is dat er extreem veel overlast is tussen 24.00 uur en sluitingstijd en of is aangetoond dat bij andere gemeenten is aangetoond dat de overlast vermindert op het moment dat er een toelating- of sluitingsstop is. De toegangsstop zou jongeren moeten activeren om eerder de kroeg in te gaan. De jeugd gaat tegenwoordig vrij laat uit. Een toegangsstop zou ook moeten bevorderen dat indrinken wordt beperkt. GroenLinks wil weten in hoeverre bij andere gemeenten is bewezen dat bij een toegangsstop jongeren minder drinken en eerder uitgaan. Jongeren zouden in principe volgens het voorstel dan ook eerder naar huis moeten gaan. In spreeksters beleving gebeurt dat nog steeds niet. Zij ziet nog steeds jongeren om 04.00 of 05.00 uur als de kroegen al lang dicht zijn op straat rondlopen. Spreekster denkt niet dat dit zal veranderen op het moment dat om 24.00 uur de deuren dicht gaan. De jongeren gaan nu immers ook niet eerder naar huis. Een tweede punt is dat de jongeren ook niet de mogelijkheid hebben om ergens anders naar toe gaan, een sigaretje te roken, even frisse lucht te scheppen, omdat degenen die na 24.00 uur naar buiten, niet meer binnen mogen komen. Dit betekent in Heerhugowaard waar over het algemeen (uitgezonderd de Waerdse Tempel) de kroegen om 02.00 uur dicht gaan, twee uur lang de tijd hebben om zich zoals dit in uitgaanstermen heet, helemaal klem te zuipen. Ze hebben namelijk niets anders te doen en kunnen geen kant op. Om 02.00 uur gaan de bezoekers massaal naar buiten. Spreekster denkt dat dan de grootste problemen ontstaan. De vraag is ook hoe men bijvoorbeeld grote groepen wil aanpakken. Nu is het vaak zo dat als er irritatie onderling ontstaat, de barkeeper of iemand uit de groep voorstelt om even naar buiten te gaan of om ergens anders een biertje te gaan drinken, maar dat kan niet meer. Zij moeten dan naar huis en dat willen zij over het algemeen niet. Wat voor de fractie ook een heikel punt is, is dat een ander deel van het publiek wordt benadeeld. Het gaat hierbij om voornamelijk de oudere kroeggangers. Na een heerlijk etentje, een bioscoopbezoek (zeker na de tweede voorstelling) en dergelijke kan men nergens terecht om een drankje te nuttigen of men moet ontzettend vroeg uit eten of naar de eerste voorstelling in de bioscoop. Verder wil spreekster nog aangeven dat in het stuk duidelijk staat aangegeven dat onderzoek niet heeft aangetoond dat het vervroegen van de toegang- of sluitingstijden voor de openbare veiligheid positieve effecten oplevert. Het is de verwachting dat de genoemde vervroeging wel effecten zal hebben op de gezondheid, wat GroenLinks prima vindt, maar zij vindt 24.00 uur toch echt te vroeg. De heer Mertens zegt dat het college de raad vraagt in te stemmen met het programmaplan “naar een nuchter Noord-Kennemerland” en tevens akkoord te gaan met de toegang- en sluitingstijden van de horeca. De afgelopen jaren zijn vele verontrustende cijfers verschenen over het alcoholgebruik door de Nederlandse jongeren. Nederlandse jongeren zijn koploper in Europa. Uit een onderzoek van de GGD Hollands Noorden blijkt dat het schadelijk alcoholgebruik onder de jongeren ook in de regio NoordKennemerland een groot probleem is. Steeds duidelijker wordt dat het drinken van alcohol op jonge leeftijd en de consequenties daarvan op latere leeftijd zeer ernstig zijn als het gaat om de ontwikkeling van de hersenen. Het wordt dan naar het idee van de HOP ook de hoogste tijd om actie ondernemen. De doelstelling is dan ook dat het alcoholgebruik van jongeren moet verminderen. In het integraal programma “naar een nuchter Noord-Kennemerland” staat een aantal maatregelen en activiteiten die deze doelstelling ondersteunen. Zo wordt er voorlichting gegeven aan jongeren op school, wordt er effectiever gestraft met inschakeling van bureau Halt, regelmatig overleg tussen gemeente en partners over de
R 21 september 2009/7
aanpak van jongerenoverlast, onderzoek naleving leeftijdgrenzen voor alcoholverkoop etc. Er zijn dus vele aspecten die in integrale programma’s actief worden aangepakt. Toch lijkt de discussie vooraf te gaan over de toelating- en sluitingstijden van de horeca. Vooral de horeca zelf ageert tegen een toelatingstijd van 24.00 uur. Het welzijn echter van de jongeren heeft voor de HOP de hoogste prioriteit. Het welzijn van de jongeren is waar de discussie over zou moeten gaan. De fractie vindt het van groot belang dat het alcoholgebruik van de jongeren wordt verminderd, zodat zij zich lichamelijk goed kunnen ontwikkelen en geen negatieve gevolgen ondervinden zoals slechte school- studie- en werkprestaties, agressie, black-outs en kans op alcoholverslaving. De HOP is er een voorstander van om de activiteiten die in het voorliggende programma zijn beschreven, uit te voeren. Hoewel landelijk nog niet is aangetoond dat het vervroegen van de toelating- en sluitingstijden een positief effect oplevert voor de openbare orde en veiligheid, is wel de verwachting dat er vanuit gezondheidsoogpunt winst te behalen valt met maatregelen zoals in voornoemd programma zijn opgenomen. Ook is er een vraag vanuit de opvoeders, zorginstellingen en onderwijs, maar ook vanuit het bedrijfsleven om het uitgaansleven te vervroegen. De HOP vindt dat deze oproep serieus moet worden genomen en zeker een kans moet krijgen. Tijdens de commissievergadering MO heeft een vertegenwoordiging van Horeca Nederland de fractie niet kunnen motiveren wat de horeca nu precies tegen een toelatingstijd van 24.00 uur heeft. Het uitgaan blijkt zich in de tijd ook steeds meer te verschuiven naar een later tijdstip. De vraag is waar het eindigt? ’s Morgens vroeg? Het lijkt op een gewoonte die spontaan is ontstaan. Een integrale aanpak geeft volgens de fractie een win-winsituatie. Als de jeugd vroeger uitgaat, is de noodzaak om voor te drinken minder aanwezig. Dit kan voor de horeca aantrekkelijk zijn. Door de jeugd de kans te geven vroeger uit te gaan, geeft de gemeente de ouders ook de mogelijkheid om afspraken met hun kinderen te maken op welk tijdstip zij thuis worden verwacht. Al deze maatregelen zullen uiteindelijk moeten leiden dat de jeugd het avondje uit vroeger beëindigt, minder alcohol zal nuttigen en vroeger het bed zal opzoeken om de volgende dag betere prestaties te kunnen leveren. Met de fractie zijn meerder ouders verbaasd dat de jeugd zit te wachten, omdat zij pas om 24.00 uur uit kunnen gaan. Vroeger weggaan heef namelijk geen zin, omdat er niemand is. Misschien is het interessant te onderzoeken waardoor het tijdstip van uitgaan zich nog steeds verplaatst naar een steeds later tijdstip. Dat mist de HOP bij voorliggend programma. Vooralsnog vindt de fractie dat het invoeren van een toelatingstijd van 24.00 uur in elk geval een kans moet worden gegeven. De HOP is voor invoering. In de toelichting onder punt 6 is een evaluatie genoemd, maar wanneer deze plaats gaat vinden is niet duidelijk. De HOP dient een amendement in om deze evaluatie duidelijk vast te leggen, zodat er over twee jaar duidelijkheid is over de uitwerking van de invoering van toelatingstijden. De tekst van amendement B ingediend door de HOP luidt als volgt: De raad van de gemeente Heerhugowaard in vergadering bijeen op 21 september 2009, ondergetekenden stellen voor: - de toelatingsstop van de horeca voor maximaal twee (geschrapt) een (toegevoegd) jaar vast te stellen op 24.00 uur Toelichting Met het instellen van een toelatingsstop op 24.00 uur voor de gehele horeca wordt één van de maatregelen uit het Regionaal integraal programma “Naar een Nuchter Noord-Kennemerland” uitgevoerd met als doelstelling het alcoholgebruik van jongeren te verminderen in het kader van de volksgezondheid. De toelatingsstop van 24.00 uur is voor de horeca een moeilijk te verteren maatregel, maar toch vinden wij dat alles in het werk gesteld dient te worden om de integrale doelstelling “het alcoholgebruik onder de jongeren te verminderen” te realiseren. Dus ook deze maatregelen moet een prikkel zijn om de horeca te bewegen naar andere uitgaanstijden voor de jeugd. Tevens wil de HOP dat in deze periode van twee (geschrapt) een (toegevoegd) jaar er een evaluatie moet plaatsvinden, waarin kan worden aangetoond dat deze toelatingsstop de gestelde doelstellingen worden behaald. Ondertekende door de 3 fractieleden van de HOP De heer Schoemaker heeft een vraag. De HOP vraagt om een evaluatie over twee jaar om te bezien of de gestelde doelstellingen zijn behaald, maar van waaruit wordt er vertrokken? Is er in kaart gebracht hoeveel jeugd de horeca bezoekt in bepaalde kennelijke staat vanwege het voordrinken? Hoe gaat er worden gemeten of na twee jaar de jeugd minder heeft voorgedronken vanwege de toelatingsstop? Wat zijn de doelstellingen? Spreker heeft deze nergens in de stukken (ook niet in alle bijlagen en de bijlagen hier weer bij) kunnen terugvinden.
R 21 september 2009/8
Het is een heel interessant amendement, maar er staat net zoveel in als in de bijlagen van de bijlagen; dus niets. De heer Mertens denkt dat de heer Schoemaker dan toch niet goed heeft geluisterd. De HOP wil graag bereiken dat de horeca eerder voor de jeugd opengaat, zodat de horeca eerder de gelegenheid heeft om vroeger in de avond activiteiten te organiseren. De heer Schoemaker geeft aan dat de horeca toch echt open is, maar de jeugd komt op dit moment niet op het tijdstip waarop de horeca open is. De heer Mertens wijst erop dat er in de horeca voor 22.00 uur geen activiteiten plaatsvinden. Daarom gaat de jeugd pas om 23.00-24.00 uur uit. Er is dan dus niets te doen. De HOP wil nu trachten en dat is ook een van de doelstellingen die in het programma staat, door de toegangstijd van 24.00 uur het uitgaansleven te vervroegen. De heer Schoemaker kan dan zeggen dat het gaat om een beperkte doelstelling, maar het is wel een grote, omdat het uiteindelijk gaat om de gezondheid van de jeugd en spreker neemt aan dat hij het daarmee eens is. De heer Schoemaker is het daar absoluut mee eens, maar hij wil alleen weten hoe meetbaar de HOP dit wil maken. De heer Mertens zegt dat iedereen vanmorgen in de krant en op internet heeft kunnen lezen dat de kinderarts Nico van de Lelij meldt dat dit jaar al 34 jongeren in de polikliniek in Delft zijn binnengebracht met een alcoholvergiftiging. Het gaat hierbij om hetzelfde aantal als in heel 2008. De raadsleden hebben ook een mail gekregen van de actie “Vroeg op stap”. Bij deze actie hebben in Heerhugowaard al 426 mensen de petitie ondertekend om eerder op stap te gaan en niet later. Het zijn allemaal duidelijke signalen dat de kans die er nu ligt, moet worden gepakt om te zien wat er gebeurt als de toegangstijd wordt teruggebracht naar 24.00 uur. Is de horeca bereid daaraan mee te werken en te kijken hoe de jeugd vroeger op stap kan gaan? De heer Botman zegt dat voorligt het programma “naar een nuchter Noord-Kennemerland”. Op 6 mei 2008 heeft het college een positief besluit genomen over het uitvoeringsprogramma voor alcoholmatiging onder de jeugd in Heerhugowaard. Daarin wordt voorgesteld om het alcoholgebruik en -misbruik integraal aan te pakken. Dit programma heeft voor de regio Noord-Kennemerland als voorbeeld gediend. Met de voortrekkersrol van Heerhugowaard is er een provinciale subsidie aangevraagd en inmiddels toegekend. Daarnaast heeft het college een beleidsadviseur openbare orde en veiligheid en een communicatiemedewerker aan de stuurgroep toegevoegd. Het CDA wil voor het voortvarend aanpakken van de problematiek het college een compliment maken. Het past goed in zijn verantwoordelijkheid en de uitvoering van beleidsontwikkeling. Het college vraagt nu de raad om naast de in Heerhugowaard al in uitvoering zijnde maatregelen nog enkele nieuwe besluiten toe te voegen aan het regioprogramma. De schokkende onderzoeksresultaten van de universiteit van Twente, de speciaal opgeleide 15-jarigen waren met de 181 aankooppogingen om alcohol te verkrijgen in 160 gevallen succesvol. Hieruit blijkt dat de overheid met een sterkere beleidsverantwoordelijkheid moet ingrijpen. Het regionale integrale plan van aanpak is op 2 april 2009 op de door de GGD georganiseerde werkconferentie in Cool gepresenteerd. Het kreeg daar veel bijval van de aanwezige bestuurders uit de gehele regio. De afgelopen jaren zijn er verontrustende cijfers verschenen. Nederlandse jongeren zijn koploper in West-Europa; 15 en 16-jarigen drinken vaker dan 10 keer per maand, een sterke toename. Meisjes zijn vaker dronken in Noord-Kennemerland blijkt vanuit de GGD. Het schadelijk misbruik is in NoordKennemerland 33 tegen een landelijk percentage van 21 procent. Wetenschappelijke studies tonen aan dat een integrale aanpak een cruciaal onderdeel is van een effectief alcoholbeleid. GGD, scholen, de ouders en de jeugd moeten daarbij worden betrokken. De fractie biedt de jongeren graag goede mogelijkheden om vrienden te ontmoeten en sociale contacten te leggen. Het mag echter niet leiden tot met name voor de jeugd lage schoolprestaties, ongevallen, agressie, verslaving en ander onverstandig gedrag, ook met drugs. Vanuit de gemeente Hoorn komen berichten dat daar waar de politie assistentie moet verlenen in 90 procent van de gevallen er alcohol in het spel is. Het college stelt in het voorliggende plan laagdrempelige activiteiten voor in het plan laagdrempelige randvoorwaarden. Er zijn wenselijke activiteiten, maar deze zijn nog niet allemaal in genoemde randvoorwaarden aanwezig. Hoog-
R 21 september 2009/9
drempelige activiteiten om daarmee en daarvoor draagvlak te krijgen, moeten nog worden aangepakt en vastgesteld. De probleemstelling is groot en de uitwerking naar de jeugd is ernstig negatief. Het doel is het uitstellen van de start van alcoholgebruik door jongeren van 10 tot 16 jaar. De norm is eigenlijk geen alcohol onder de 16 jaar. Er is een stuurgroep aangesteld, waaronder drie deelprogramma’s zullen functioneren met onder andere educatie en preventie met scholen, ouderparticipatie, frisfeesten en instructie bij verantwoord alcohol schenken, regelgeving en handhaving, overleg met partners (zoals de GGD, de Brijderstichting, politie en het onderwijs) en heel speciaal handhaving leeftijdsgrenzen alcoholverkoop, een onderzoek naar alcoholreclame in de openbare ruimte, een onderzoek naar het terugdringen van hokken en keten, discussies met de horeca en de paracommerciële horeca en een convenant met de detailhandel over verkoop onder de 16 jaar, een communicatieplan met een heldere boodschap ook over verkoop onder de 16 jaar. Het CDA is van mening dat in sportkantines de lagere verkoopprijzen van alcohol in strijd zijn met de doelstelling om alcohol terug te dringen. Ook het gesprek met de horeca over het terugdringen van alcohol wordt daardoor bemoeilijkt. De overlegpositie van de overheid wordt daarmee ondermijnd. Ten aanzien van de drugs in het regioprogramma geeft het college aan dat deze problematiek behoorlijk verschilt en op dit moment minder dan 10 procent van de jongeren beslaat én het illegaal is. Waarom wordt dit in een deelprogramma belicht. De fractie is van mening dat het beter is te overwegen om dit punt heel sterk integraal mee te nemen. De schade die drugs met zich meebrengt in genoemd percentage is ernstig storend in de samenleving en wordt geleid door criminelen. Vandaag was op de radio te horen en in de krant te lezen dat de verslavingszorg een sterke toename kent door hash. De genoemde kinderarts uit Delft heeft 34 jeugdigen met een alcoholvergiftiging in de polikliniek gezien. Al met al is het tijd dat de overheid zich daar sterker voor maakt. Het vaststellen van de opening- en sluitingstijden voor de horeca is een burgemeestersbevoegdheid. In bijgevoegd memo stelt de burgemeester voor om in Heerhugowaard als voortrekkersgemeente in de regio aan te sluiten bij de plannen in West-Friesland. Het CDA is voornemens daar positief mee in te stemmen, gezien de brede steun die daarvoor binnen de samenleving aanwezig is en steeds groter wordt. Vandaag hebben de raadsleden weer een mail gehad van Vroeg op stap, waar met name moeders zich bezorgd maken over de ontwikkeling van het laat op stap gaan. Het vraagt een brede steun en deze moet ook worden verwacht van de ouderen die voor zichzelf beslissingen kunnen nemen. Zij zullen toch op een bepaalde manier hun invloed moeten uitoefenen op de jeugd. De fractie is van mening dat dit hoogst noodzakelijk is. Vanuit de horeca zijn suggesties gedaan en bezwaren naar voren gekomen. De horeca stelt dat met name het drankgebruik aldaar in algemene zin van het totaal maar 15 procent is. Dat is gering. Dat komt voor een gedeelte ook omdat de overheid een aantal zaken niet doet en dat er kijkend naar voorliggend plan, betere mogelijkheden zijn om genoemd percentage wat te verhogen, met name door vroeger op stapte gaan en eerdere toegangstoptijden aan te houden. Vroeg op stap heeft ook aangegeven dat de jeugd oververmoeid is met allerlei negatieve effecten op de kortere maar ook langere termijn. De samenleving gaat zo de verkeerde kant op. Mevrouw Stam zegt dat voorligt het integraal programma “naar een nuchter Noord-Kennemerland”. Spreekster denkt dat iedereen het erover eens is. Uit eigen ervaring en door cijfers ondersteund constateert men dat het alcoholmisbruik met name onder de jeugd, schrikbarend toeneemt met alle gevolgen van dien. De gemeente moet haar verantwoordelijkheid oppakken om dit met diverse partners samen te bestrijden. Het programma met als doel het uitstellen van de start van alcoholgebruik door jongeren van 10 tot 16 jaar is een goed integraal programma. Om met deze groep te beginnen is een goede keuze. Het programma is grotendeels op preventie gestoeld en bij genoemde groep is hiermee de grootste winst te behalen. Het is wel een programma van de lange adem. Net als bij roken dient er een omslag plaats te vinden. Drinken onder de 16 jaar moet un cool worden; “dat doe je gewoon niet”. Er wordt ernstige schade aan de hersenen toegebracht en ouders moeten hun kinderen daartegen beschermen. Daarom is het betrekken van de ouders erbij een voorwaarde om deze omslag te laten slagen; een lange adem dus. Daarom is het jammer dat het project op de basisscholen maar een keer wordt gesubsidieerd. Het gaat dan met name over de ouderavonden, waarbij een medewerker van de Brijder verslavingszorg de ouders toespreekt. Het project Elektronische leerweg voor het middelbaar onderwijs wordt door de provincie gesubsidieerd. De VVD vraagt het college te kijken naar mogelijkheden om de scholen hierin te subsidiëren is. Het zijn niet de kosten. Het gaat om € 250 per ouderavond, terwijl de school die snel als een te hoge drempel zal zien om te organiseren. Wellicht kan de provincie ook een steentje bijdragen. Dan de instructie verantwoord alcohol schenken. Het is belangrijk dat ook in buurthuizen, sportclubs en andere verenigingen verantwoord alcohol wordt geschonken. In de commissievergadering heeft spreekster ook al gewezen op de mogelijkheid om dit gegeven bij de subsidiever-
R 21 september 2009/10
strekking in Heerhugowaard mee te nemen. Subsidie voor verenigingen die kinderen onder de 16 jaar alcohol schenken is eigenlijk het onderuithalen van voorliggend integrale beleid. Graag een reactie. Alles staat of valt natuurlijk bij handhaving. Met name het onderzoek naar leeftijdsgrenzen voor alcoholverkoop was veelzeggend. Naleving gebeurt in 12 procent van de gevallen; dramatisch dus. Het blijkt dat ook hier handhaving nodig is om het percentage omhoog te brengen. Er moet wel vier keer per jaar worden gecontroleerd. Vanaf 2010 worden toezichtstaken naar de gemeente overgeheveld en er dient een regionaal handhavingsplan te worden opgesteld samen met de voedsel- en warenautoriteit en de politie. In het programma staat duidelijk dat er geen handhavingscapaciteit is. Op spreeksters vraag in de commissievergadering hierover is geantwoord dat er prioriteit zou worden gegeven aan deze handhavingstaken. De VVD vraagt zich dan af ten koste van welke andere handhavingstaken dit dan gaat. Voor wat betreft de discussie over het drankgebruik in de paracommercie is de vraag of hierin ook het prijsbeleid van alcohol wordt meegenomen. Er worden diverse zaken benoemd, maar dit lijkt spreekster ook een onderdeel van de integrale aanpak. Dan tot slot de maatregelen omtrent de toelating- en sluitingstijden. Hoewel deze maatregelen geen invloed hebben op het doel het uitstellen van drinken van de groep van 10 tot 16 jaar is deze maatregel door de burgemeester toegevoegd om in zijn algemeenheid de volksgezondheid en openbare orde en veiligheid te bevorderen. Een belangrijk onderdeel is het samen optrekken met de regio en dat ondersteunt de fractie. Daarin zit echter natuurlijk ook een probleem. Alkmaar doet nog niet mee en hoewel West-Friesland grenst aan Heerhugowaard, grenst Heerhugowaard weer aan Alkmaar en met die gemeente heeft Heerhugowaard weer te maken. Graag hoort de VVD van de burgemeester hoe het er nu in de omliggende gemeenten als Schagen en Hoorn voorstaat én of deze voorgestelde maatregelen daarbij aansluiten, ook qua ingangsdatum. Op zich is de VVD ook overtuigd van het feit dat er iets moet gebeuren. Zij wil de verantwoordelijkheid hiervoor niet afschuiven, maar de slagingskans van voorliggende maatregelen moet wel zo hoog mogelijk worden ingezet door onderlinge afstemming met de regio. Ook hier is handhaving nodig. Is hier rekening mee gehouden? Naar aanleiding van het betoog van de heer Mertens had spreekster nog een vraag en deze gaat met name over het amendement. Het is de bedoeling dat kinderen vroeger uitgaan. De termijn waarna er een evaluatie zal plaatsvinden is twee jaar. Het feit of kinderen dan eerder uitgaan is toch al veel eerder te meten? Waarom heeft de fractie een termijn van twee jaar gekozen? De heer Mertens antwoordt dat er voor deze termijn is gekozen, omdat het gaat om een proces wat een lange adem nodig heeft. De langere termijn geeft de horeca in elk geval anderhalf jaar de tijd om mee te werken aan een vervroeging van het op stap gaan, waarna kan worden gekeken of de doelstellingen zijn gehaald. Mevrouw Stam zegt dat de doelstelling is het op een eerder tijdstip uitgaan door jongeren, maar dat is toch veel eerder te constateren. Spreekster begrijpt de termijn nog steeds niet. De heer Mertens antwoordt dat de horeca de gelegenheid moet krijgen om daar adequaat mee om te gaan door groepen en bandjes eerder te laten optreden. Dit kan niet van de ene op de andere dag worden gerealiseerd. Mevrouw Bunte wil even terugkomen op de discussie die zojuist tussen mevrouw Stam en de heer Mertens werd gevoerd. Het is natuurlijk een kwestie van het hebben van een lange adem. Het is een gedragsverandering die moet worden bewerkstelligd en dat kost altijd ontzettend veel tijd. Dat kostte het ook bij het ombuigen van het roken. Het is cool om niet te roken, maar voordat men zover is met alcohol, zal nog een hele tijd duren. Men moet naar een nuchter Noord-Kennemerland, maar in deze tijd van kermissen is men niet zo nuchter in deze omgeving op dit moment niet en zeker niet op de maandag met het eerste deunen. De cijfers van het alcoholgebruik onder de jongeren is zeer verontrustend. Bij spreekster op school is de GGD enquête gehouden. Alcohol stond met stip op een, waarbij het ging om kinderen van 11 en 12 jaar. Het alcoholgebruik vraagt om een integrale aanpak en deze ligt nu voor. Het is een goed educatief programma met handhaving, communicatie, speciale activiteit 12 en een toelatingsstop in het weekend om 24.00 uur. Er is door de vorige sprekers al heel wat gezegd, waarbij spreekster zich voor het overgrote deel kan aansluiten. Zij wil niet in herhaling vallen. De PvdA is van mening dat er wat aan het alcoholgebruik moet worden gedaan. De gezondheid van de jeugd gaat haar zeer ter harte. De fractie is van mening dat de toelatingsstop in elk geval moet worden geprobeerd. Het is bekend; alle gehouden onderzoeken en pilots geven een wisselend beeld over de ef-
R 21 september 2009/11
fecten, de horeca is het niet eens met de maatregel en wil liever een toelatingsstop om 01.00 uur, de buurgemeenten doen niet mee, het is nog niet bekend hoe het in West-Friesland gaat lopen, omdat er pas op 1 januari 2010 wordt gestart. Mevrouw Huijboom heeft ook al gezegd dat de jeugdraad met de toelatingsstop om 24.00 uur kan leven. Hoe men het ook wendt of keert. De gemeente moet wat ondernemen en nogmaals gezegd de fractie is voor een toelatingsstop om 24.00 uur. Spreekster is zeer geschrokken van de resultaten van het onderzoek door de mystery guests en zeker over het lage percentage in de sportkantines en horeca. Om de horeca wat te ondersteunen om hun maatschappelijke taak te kunnen uitvoeren, is het zo dat als om 24.00 uur de deur dicht gaat er gedurende twee uur een groep in de zaak is die niet meer verandert. Er zitten in die tijd dezelfde mensen aan de bar. Barmedewerkers kunnen zich daarop instellen. Zij weten wat voor vlees zij in de kuip hebben en hoeveel de mensen al achter de kiezen hebben, althans een goede barmedewerker weet en ziet dat. De horeca kan hieruit voordeel trekken om te zorgen dat het alcoholgebruik op een verantwoorde manier gaat plaatsvinden in deze laatste uren. Al met al moet men natuurlijk blijven overleggen en men moet blijven handhaven. Daar staat en valt alles mee. Zeker de handhaving zal prioriteit moeten krijgen. Spreekster is ook benieuwd op welke andere punten handhaving dan zal wegvallen. Daarnaast wil spreekster nog ingaan op het educatieve programma. Anderhalve week geleden stond in de Volkskrant een heel groot artikel hierover. Iemand had een promotieonderzoek hiernaar gedaan en vooral naar wat het meeste succes had; reclame over niet te drinken, informatie door ouders, informatie in het onderwijs, informatie in de sportkantine. Het meest effect wordt behaald als ouders en de school gelijk optrekken en steeds maar hetzelfde verhaal vertellen. In dat licht is het ook erg jammer dat er tot nu toe maar een eenmalige subsidie is verstrekt voor de educatieve programma’s. Spreekster wil het college graag in overweging om geven daar iets aan te doen, omdat deze programma’s bijdragen tot het succes. Al met al gaat de PvdA akkoord met het voorliggende integrale programma en met activiteit 12. Spreekster is tot slot eerst benieuwd wat de burgemeester over de ingediende amendementen zegt en daarna zal zij er in de tweede termijn op ingaan. De heer Arkeveld wil allereerst reageren op het betoog van mevrouw Bunte. Zij sprak over jongeren van 12 en 13 jaar. Spreker neemt aan dat zij niet ’s avonds in de horeca komen, thuis zitten en daar alcohol krijgen. Elke horecaondernemer zal ’s avonds in elk geval jeugdigen van genoemde leeftijd niet binnenlaten. Mevrouw Bunte hoopt dat zij niet worden binnengelaten, maar als daar geen programma’s tegenover worden gezet, zijn zij er al heel snel aan gewend heel veel alcohol te drinken. De heer Arkeveld vindt de voorbeelden hier in elk geval niet van toepassing. Mevrouw Bunte wijst erop dat het gaan om een programma van 10 tot 16-jarigen en dan zijn de 11 en 12-jarigen ook van toepassing. De heer Arkeveld ziet hen niet in de horeca, waar hij ook wel eens komt. Burgerbelang juicht het ontmoedigingsbeleid van overmatig alcoholgebruik en in het bijzonder onder jongeren van harte toe, zeker het verminderen van drankgebruik onder de jongeren. Afgezien van het feit dat ouders verantwoordelijk zijn voor hun minderjarige kinderen, is de fractie de mening toegedaan dat het invoeren van een tijdstip waarop men de horecagelegenheid kan betreden, niet afhankelijk mag van zijn van de jeugd. Hierdoor zijn niet alleen de oudere bezoekers de dupe van deze maatregel, maar ook de horecaondernemers. Ook zij keuren de gang van zaken af. Spreker heeft inmiddels met vele horecaondernemers gesproken en hij weet dat zij het afkeuren om ’s avonds zoveel mogelijk jongeren uit hun gelegenheid te weren. Het lijkt wel of er geen vertrouwen is in de ondernemers die er juist naar streven om jeugdigen geen alcohol te schenken. Dat is ook hun beleid. Ook Horeca Nederland vindt het sluiting- en toelatingsbeleid in feite ongepast voor haar doelgroep. De fractie vindt dat iedereen een grote verantwoordelijkheid heeft ten aanzien van de jongeren. De ondernemers zelf zijn zich bewust dat jongeren zeker onder de 16 jaar, geen alcohol mogen nuttigen. Ze begrijpen ook wel dat het cafébezoek (uit onderzoek is gebleken dat het gaat om 15 procent van de bezoekers) geen belemmering mag zijn voor de overige 85 procent. Juist doordat vele bezoekers tegenwoordig op zaterdag of in het weekend langer (tot in de avonduren) werken, zoals in de levensmiddelenzaken die later en langer open blijven, gaan zij op een later tijdstip stappen. Daarom moet de toegangstijd juist naar een later tijdstip worden opgeschoven dan 24.00 uur. Dan de concurrentiepositie van de horecaondernemers ten aanzien van omliggende
R 21 september 2009/12
gemeenten zoals Alkmaar, Schagen, enz. die geen sluitingstoepassingen hanteren. Dit geeft aanleiding te gaan stappen in deze omliggende gemeenten. Hierdoor zal het dranktoerisme in de nachtelijke uren toenemen, wat een groter probleem oproept met alle gevolgen van dien. Burgerbelang hecht er grote waarde aan om juist binnen de regio dit zodanig te waarborgen dat het dranktoerisme niet wordt bevorderd. Dan nog een ander voorbeeld. Als de spelers van de landelijk hooggewaardeerde voetbalclub van Marlène die overal in het land spelen, na een avondje voetbal zo rond 24.00 - 00.30 uur in Heerhugowaard terug zijn en naar hun clubgebouw willen, mogen zij er niet meer in. Dat geldt ook voor dartsverenigingen die elders spelen en ’s avonds met hun wedstrijdformulieren een afzakkertje willen halen bij bijvoorbeeld De Swan, dan mogen zij er niet meer in, omdat de tent om 24.00 uur dicht is. Het is belachelijk; 24.00 uur is veel te vroeg. Spreker vindt het heel normaal dat de ouderen van onze regio de gelegenheid hebben hun borreltje te drinken waar zij dit willen. Het mag toch niet zo zijn dat artiesten die na 24.00 uur optreden, er niet meer in mogen. De burgemeester kan dan wel zeggen dat zij door een zijingang naar binnen kunnen komen, maar dat is niet de bedoeling. Er wordt gehanteerd en gehandhaafd en dan mogen ook de artiesten er niet meer in. Jan Smit bijvoorbeeld komt vaak om 00.30 of 00.45 uur, maar hij mag er niet meer in. De heer Botman zegt dat de heer Arkeveld stelt dat volgens de burgemeester mensen door de zijingang naar binnen zouden mogen, maar heeft hij deze zekerheid. De heer Arkeveld heeft het zelfs zwart op wit staan. Een horeca-eigenaar heeft op een gegeven moment aangegeven dat zijn voetbalclub landelijk speelt en komt met de bus met 50 personen terug na uitwedstrijden na 24.00 uur en deze mensen willen dan nog wat drinken. Hij heeft dit al persoonlijk met de burgemeester besproken. Deze heeft hem verteld dat zij dan wel via de zijingang binnen konden komen. Deze eigenaar kan het eventueel bevestigen, omdat hij op de publieke tribune aanwezig is. De heer Botman zegt dat het akkoord is dat de heer Arkeveld dit zo stelt, maar het gaat toch niet zo simpel zodat zojuist tegen de burgemeester wordt gezegd, die dan de zijdeur laat opentrekken, zodat men erin kan. Het zal toch eventueel wel wat formeler en met wat meer geformaliseerde afspraken moeten worden geregeld. De heer Arkeveld zegt dat er wel of niet moet worden gehandhaafd. Als er allerlei prioriteiten moeten worden gesteld wie iets wel en wie iets niet mag, dan kan net zo goed alles zo worden gelaten zoals het nu is. Burgerbelang wil in elk geval in het kader van de concurrentie dolgraag dat in de regio wordt gewaarborgd dat de maatregel wordt verplaatst naar 01.00 uur, zodat de sluitingstijd conform omliggende gemeenten wordt gehanteerd. Het dranktoerisme wordt hiermee ook tegengehouden en er is eenheid in de regio. De fractie heeft hierover inmiddels een amendement ingediend, waarvan spreker de tekst voorleest. De heer Mertens heeft een paar vragen voor de heer Arkeveld. In zijn betoog ging hij er vanuit dat de horeca haar beleid goed uitvoert en geen alcohol schenkt aan jeugd onder de 16 jaar. Hoe kan het dan zijn dat de horeca bij het onderzoek door de mystery guests hieromtrent acht procent scoort? De heer Arkeveld vraagt of het bij dit percentage puur gaat om de ondernemers in Heerhugowaard of gaat het ook om de sportverenigingen? De heer Mertens zegt dat het gaat om de horeca, waar maar acht procent handhaaft op de leeftijd. De heer Arkeveld denkt dat bij de sportverenigingen vaak drank aan jongeren onder de 16 jaar wordt geschonken, maar zeker niet bij de horecaondernemers. Spreker heeft het althans nog nooit gezien. De heer Mertens wijst op de stukken. De heer Arkeveld heeft nog nooit gezien dat dit gebeurde en hij komt toch regelmatig ergens. Mevrouw Bunte wijst er ook op dat het percentage toch duidelijk in de stukken wordt genoemd. Zowel bij de horeca als bij de sportkantines is de handhaving gewoon echt niet goed. De heer Arkeveld kan het dan wel nooit hebben gezien, maar uit het onderzoek blijkt het toch duidelijk.
R 21 september 2009/13
De heer Arkeveld zegt dat de jeugd natuurlijk van alcohol moet afblijven. Alcoholgebruik met alle gevolgen dien. Spreker is het met iedereen daarover eens, maar hij vindt het toch wel tragische en dat blijft hij zeggen, dat in Heerhugowaard de hele horeca wordt opgezadeld met een sluitingstijd en 85 procent van de bevolking die wel eens een avondje in het weekend willen gaan stappen, dit onmogelijk wordt gemaakt. Spreker heeft liever dat met Schagen een structureel eensluidende sluitingstijd van 01.00 uur wordt gehanteerd en dit experiment een of twee jaar te laten lopen. De heer Botman wil graag ingaan op hetgeen de heer Arkeveld naar voren heeft gebracht. Hij heeft op een gegeven moment gezegd dat het belachelijk is om naar een toegangsstop om 24.00 uur te gaan. Het is zo dat de grootste problematiek in het nabije verleden vanuit West-Friesland kwam. Nu blijkt dat in Noord-Kennemerland de zaken niet beter zijn en misschien nog wel slechter. Nu hebben een aantal gemeenten in West-Friesland een 24-uursregime aanvaard en komen bij de raadsleden mails binnen, waaruit blijkt dat 400 à 500 mensen de gemeente in deze voorgenomen maatregel ondersteunen. Zij zijn dan kennelijk allemaal belachelijk. De heer Arkeveld zegt dat het allemaal prima is dat deze mails binnenkomen, maar er zijn ook een heleboel gemeenten, zoals Alkmaar, Schagen en grotere gemeenten zoals Haarlem, die het sluitingsbeleid niet hanteren. De heer Botman spreekt dan over kleinere gemeenten, waar misschien wel die grote problemen zijn, maar in Heerhugowaard valt het volgens spreker allemaal nog wel mee. Verder is het zo dat als de maatregel wordt ingevoerd, er handhavingsbeleid moet komen. Spreker vindt dat het mooiste wat er is. Als er bij spreker wordt ingebroken, moet hij drie weken wachten om aangifte te doen, omdat er politie is, terwijl genoemde maatregel dan in het weekeinde moet worden gehandhaafd als er maar een… De voorzitter onderbreekt het betoog, vraagt de heer Arkeveld over te gaan tot het volgende punt, maar geeft hiervoor mevrouw Huijboom nog het woord. Mevrouw Huijboom had dezelfde vraag aan de heer Arkeveld als mevrouw Bunte en de heer Mertens. Er zijn zo’n 160 punten onderzocht. Spreekster denkt niet dat de heer Arkeveld al deze punten heeft onderzocht. Uit het onderzoek blijkt dat acht procent in de horeca de wet op dit gebied niet naleeft en bij de cafetaria bedraagt dit percentage negen procent. De heer Arkeveld heeft eigenlijk een vurig pleidooi voor de horeca gevoerd. Vanavond wordt er gesproken over het integrale beleid om het drankmisbruik als het ware te dempen. Spreekster begrijpt dat in de horeca ook een inkomen moet worden verdiend. Daarom hoopt zij ook dat de burgemeester de vraag kan beantwoorden of er toch een verbod kan komen dat er op de openbare weg alcohol wordt gedronken. Komt de heer Arkeveld meer op voor de horecaondernemer of komt hij meer op voor de jongeren, waarbij de jongerenraad achter de voorgenomen voorgestelde maatregel staat. De heer Arkeveld komt op voor de jongeren. Spreker en zijn fractie zijn het met het te voeren beleid eens. Daarnaast heeft spreker ook een functie om op te komen voor de horecaondernemers, maar ook om op te komen voor de 85 procent van de bezoekers die er eigenlijk helemaal buiten staat. Deze mensen willen ’s avonds een keertje stappen, maar met hen is niets aan de hand en zij veroorzaken ook geen problemen. De jeugd vertegenwoordigt een percentage van 15 procent en de verantwoordelijkheid ligt bij de ouders. Bij spreker in de buurt loopt om 02.00 of 03.00 uur nog schreeuwende en gillende hangjeugd van 12-13 jaar, waarbij hij zich afvraagt waar de ouders zijn. Deze zijn onzichtbaar. De heer Mertens heeft nog een vraag aan de heer Arkeveld. Deze gaat in op de betutteling en handhaving, waarbij hij zich afvraagt of er om 24.00 uur door de politie kan worden gehandhaafd. Spreker vraagt waar de handhaving dan om 01.00 uur is. De heer Arkeveld is het daarmee eens, maar er moet een verordening komen voor een tijdstip van 24.00 uur. Als er om 01.00 uur niet handhavend kan worden opgetreden, kan dit om 24.00 uur ook niet. De tekst van amendement A ingediend door Burgerbelang luidt als volgt: De ondergetekenden leden van de raad van de gemeente Heerhugowaard,
R 21 september 2009/14
gelezen het Regionaal integraal programma “Naar een Nuchter Noord-Kennemerland” en het daarbij behorende voorstel van het college om de toelatingstijd voor de horeca in Heerhugowaard te stellen op 24.00 uur; overwegende - dat een ontmoedigingsbeleid dat als doel heeft om overmatig alcoholgebruik in het bijzonder onder de jongeren tegen te gaan door ons van harte wordt toegejuicht; - dat een toelatingsstop om 24.00 uur als doeltreffend middel om dat alcoholgebruik terug te brengen, moeilijk te bewijzen valt en daardoor kenmerken heeft van symboolpolitiek;’ - dat uit een onderzoek onder horecabezoekers in West-Friesland blijkt dat door een toelatingsstop het alcoholgebruik niet zal dalen; - dat onder andere uitgangscentra als Alkmaar en Schagen een dergelijke toegangsstop niet kennen; - dat de horecaondernemers van Heerhugowaard en in het bijzonder de Waerdse Tempel, daardoor regionaal in een ongunstige concurrentiepositie komen te verkeren; - dat ten aanzien van die bevoorrechting van de horeca in Alkmaar en Schagen uit het voorstel van het college niet blijkt dat het drankgebruik daardoor vermindert; - dat wel aannemelijk kan worden beschouwd, dat binnen de regio het dranktoerisme daardoor zal worden bevorderd en de verkeersveiligheid in de nachtelijke uren als gevolg daarvan nadelig zal worden beïnvloed; - dat het later uitgaan van de jeugd mede een gevolg is van het feit dat in de huidige tijd velen van hen op zaterdag werken en daardoor pas in de avonduren thuiskomen; - dat wanneer in een horecagelegenheid twee groepen elkaar moeilijk verdragen, zij elkaar na 24.00 uur moeilijk meer kunnen ontwijken, want zij kunnen in Heerhugowaard elders nergens meer terecht; - dat een toelatingsstop om 24.00 uur ook het oudere uitgaanspubliek treft en zeker voor hen als betuttelend moet worden aangemerkt; hetzelfde geldt ten aanzien van hen die geen alcohol gebruiken; - dat een toelatingsstop om 24.00 uur het voor vele bezoekers van een schouwburg, theater of bioscoop onmogelijk zal maken na afloop van de voorstelling nog een horecagelegenheid te bezoeken; - dat de horecaondernemers in Heerhugowaard met redenen omkleed bezwaar tegen een toegangsstop om 24.00 uur hebben aangetekend; - dat er gelet op alle onzekerheden die aan een toelatingsstop kleven als middel om het alcoholgebruik te ontmoedigen, het niet redelijk is de horecaondernemers in Heerhugowaard het nadeel van de twijfel toe te schuiven, temeer daar zij het economisch toch al moeilijk hebben, onder andere door het rookverbod; - dat de horecaondernemers in Heerhugowaard, zij het met enige tegenzin, bereid zijn in te stemmen met een toegangsstop om 01.00 uur stellen voor: - die door de horecaondernemers gedane handreiking te aanvaarden en derhalve het voorstel van het college tot een toegangsstop om 24.00 uur te wijzigen in 01.00 uur. Gedaan in de openbare raadsvergadering van 21 september 2009. Getekend door de 7 fractieleden van Burgerbelang De voorzitter sluit de eerste termijn van de raad af en geeft de burgemeester de gelegenheid op de eerste termijn te reageren. De heer Ter Heegde denkt dat het college en de raad het eens zijn voor wat betreft de doelstellingen. De belangrijkste doelstelling is dat het credo moet zijn “onder de 16 jaar niet drinken”. De burgemeester denkt dat de meeste ouders niet eens weten dat dit het advies vanuit de medische wereld is. Velen denken dat het goed is hun kinderen thuis voorzichtig alcohol te laten proberen en als zij dan later buiten komen enigszins gewend zijn aan alcohol. Dat is echter niet zo. De medische wetenschap zegt onder de 16 jaar absoluut niet drinken. De tweede hoofddoelstelling is de gezondheid van de jongeren. Er zijn vanavond diverse getallen genoemd, waaronder het aantal jongeren met een alcoholvergiftiging behandeld in de polikliniek bij de kinderarts van de Lelij welk aantal dit jaar al twee keer zoveel was al het jaar daarvoor. Dat is een enorm acres. Vaststaat dat de hersenen zich ontwikkelen tot 23 jaar. Iedereen wil dat de jongeren worden beschermd. Daarover is men het eens. De heer Arkeveld heeft een vurig pleidooi gehouden over de openbare orde en veiligheid. Er vinden terecht meldingen plaats, maar dit betekent dat er sprake is van problematiek bij de jongeren. Vaak zit er alcohol bij en manifesteert de
R 21 september 2009/15
problematiek zich op de openbare weg, zeker na langdurig voordrinken voordat zij naar de kroeg, de discotheek, enz. rond de klok van 01.30 uur gaan. Er is niet duidelijke aangetoond dat de maatregel van 24.00 uur de veiligheid vergroot. De burgemeester verwijst naar de deskundige bij uitstek, de corpschef regio Noord-Holland Noord, die in haar brief aangeeft dat 90 procent van het geweld en 80 procent van het vandalisme worden veroorzaakt door alcohol en zij juist om de voorgenomen maatregel vraagt, wie zijn college en raad dan om te zeggen om aan te geven dat het niet is aangetoond. Causaliteit aantonen in de sociale wetenschap en dat weet iedereen, is bijzonder moeilijk, maar als er niets gebeurt, verandert er ook niets. De burgemeester wijst dan nog maar eens op de toenemende door dokter Van der Lelij geconstateerde aantallen en vraagt zich af waar deze zullen eindigen. Als de burgemeester persoonlijk zijn antenne goed houdt, dan denkt hij dat er een grote, zwijgende meerderheid smeekt om de voorgenomen maatregel van vervroeging van de toelatingstijd naar 24.00 uur. Het gaat hierbij om ouders, maar ook om onderwijsgevenden. De heer Arkeveld heeft zich straks afgevraagd waar de ouders zijn. Dit betekent dat het appelleren aan de ouders heel weinig zin heeft; zij redden het niet. Juist de ouders (denk aan de moeders van Vroeg op stap) dringen aan op invoering van de voorgenomen maatregel. Zij kunnen daaraan dan ook meedoen, omdat het zo niet langer gaat. Zij hebben er geen grip op. Ze zitten tot 24.00 uur thuis en gaan dan pas naar de kroeg, omdat er dan pas wat te doen is. Zij bidden en smeken om voornoemde maatregel en dat geldt ook voor de onderwijsgevenden. De heer Arkeveld vindt het betoog van de burgemeester prachtig en deze heeft in grote lijnen gelijk, maar daar zitten niet die kinderen die ’s avonds buiten lopen en vandalisme plegen. Dat zijn geen kinderen die in het weekend uit de horeca komen. Dat zijn kinderen die samen met 14, 15 en 16-jarigen hangen, ergens in een winkel alcohol kopen of door een oudere van 17 jaar laten kopen. Dat is de doelgroep en daar moet de burgemeester wat aan doen. De heer Mertens zegt dat de heer Arkeveld 180 graden omgaat. Een paar maanden geleden is er in de raadsvergadering gesproken over de IJsbeer waar Burgerbelang wees op wat er allemaal gebeurt na het uitgaan van de horeca en welke vernielingen er plaatsvinden door het alcoholgebruik, terwijl hij nu aangeeft dat deze bezoekers er niet bijhoren en dat het gaat om anderen. De heer Ter Heegde beaamt dat de slooproutes waarvoor al jaren aandacht wordt gevraagd, heel nadrukkelijk uitwassen vanuit de horeca zijn. Het is standaard na sluitingstijd van de horecagelegenheden. Men zou moeten weten welk politieapparaat daarop zit. Het HIT team maakt enorme rondes om overal waar de horeca uitgaat, orde te houden en iedereen rustig naar huis te laten gaan. De burgemeester zegt dat men het over de hoofddoelstellingen eens is. Het probleem is welke middelen hieraan worden gekoppeld. Het voorstel luidt kort en krachtig. De sluitingstijden en de schenkuren blijven dezelfde. Sterker nog de openingstijden worden vergroot. Deze worden door de week op dringend verzoek van de horeca verruimd van 01.00 naar 02.00 uur. Daarbij wordt voorgesteld dat de duren om 00.00 uur dicht gaan. Dit vindt natuurlijk niet zomaar plaats, maar in een totaal integraal pakket. Ieder neemt zijn deel in de 14 voorgestelde maatregelen. Het gaat ook om de GGD, de Brijderstichting en de gemeente. Er wordt dan gezegd dat de deuren al om 00.00 uur dicht gaan. De burgemeester denkt soms wel eens dat wordt gedacht dat de horecagelegenheid om dat tijdstip moet sluiten. Dat is echter niet het geval. De sluitingstijd blijft onverminderd van kracht. Het is alleen zo dat men om 24.00 uur binnen moet zijn. Er zijn belangrijke opmerkingen gemaakt, bijvoorbeeld over de handhaving. Terecht. Het huidige jaarprogramma ziet hier niet op toe. Dat klopt. De capaciteit handhaving zit hierin niet verwerkt. Dat is ook niet verwonderlijk, want tot op heden voerde de Warenautoriteit dit uit. Per 1 januari 2010 gaat deze taak over naar de gemeenten. Het college heeft hier al rekening mee gehouden. Het betekent eigenlijk dat in het volgende jaarprogramma als er vanavond een positief besluit over het voorstel wordt genomen, extra capaciteit moet worden ingerekend voor handhavingacties. Met de horeca kan altijd goed afspraken worden gemaakt en zij houden zich heel vaak aan de gestelde regels. Vorige week dinsdag is er in het college een besluit genomen. De controles die normaal gesproken worden gehouden in de horeca, kunnen aanzienlijk worden beperkt als er vragenlijsten worden ingevuld. Naar aanleiding hiervan zal steekproefsgewijs worden bekeken of deze naar waarheid zijn ingevuld. De hierdoor vrijkomende capaciteit kan worden ingezet voor voornoemde handhaving.
R 21 september 2009/16
De heer Schoemaker heeft een vraag. De horeca houdt zich volgens de burgemeester over het algemeen goed aan de wet. Spreker vindt het fijn om dat te horen. Volgens spreker staat in de wet dat de eigenaar van een inrichting (in juridische zin) geen bezoekers mag binnenlaten in kennelijke staat of bijna kennelijk staat. Als de wet zo goed wordt nageleefd door de horecaondernemers is het fenomeen voordrinken blijkbaar niet zo groot dat de toegangstijden moeten worden vervroegd naar 24.00 uur. De heer Ter Heegde wil een precisering aanbrengen. Het gaat om formulieren over de plaatsing van de brandblussers, de breedte van de uitgangen, enz. Kortom de inrichtingsaspecten. De formulieren zijn dus niet zozeer gericht op de sluitingstijden, de bezoekers, enz. Daarin is nog wel een missie weggelegd voor de gemeente. Het onderzoek van de mystery guests heeft uitgewezen dat er wat dat betreft nog wel eens wat aan schort. De heer Schoemaker zegt dat in het geval van het toelaten van mensen in kennelijke staat de gemeente geen zicht heeft dat de wet hieromtrent wordt nageleefd. De heer Ter Heegde heeft daar op dit moment geen zicht op. Hij weet alleen de resultaten van het onderzoek door de mystery guests. Deze zagen er niet goed uit en zelfs heel slecht uit. Het gemiddelde percentage in Noord-Kennemerland lag op 12 procent en in Heerhugowaard ging het om een percentage van 19 procent. De heer Schoemaker geeft aan dat zijns inziens de mystery guests 15-jarigen waren die in 81 procent van de gevallen toch alcohol konden krijgen. Het gaat hierbij om de leeftijdsgrens, maar deze heeft toch niets te maken met de toegangstoptijd van 24.00 uur? De heer Ter Heegde zegt dat het ging om de vraag over de capaciteit handhaving. De handhaving staat dit jaar niet in het handhavingsprogramma. Gevraagd werd waar het college de middelen vandaan wil halen. Deze middelen worden ten eerste gehaald uit herprioritering in het jaarprogramma en ten tweede door het verminderen van de genoemde reguliere controles. Mevrouw De Goede vraagt of het zo is dat door het verminderen van zaken als controle op veiligheid, er meer ruimte komt voor controle op punten als wie is er te jong en wie is er aanwezig en dat moet lukken moet deze verschuiving. De heer Ter Heegde beaamt dit. Bij het zeggen van A moet ook B worden gezegd. Het is een terechte regel dat als iets niet kan worden gehandhaafd, de maatregel niet moet worden doorgevoerd. De heer Arkeveld zegt dat de toegangstoptijd dan toch ook 01.00 uur kan zijn. De heer Ter Heegde geeft aan dat de controle hetzelfde is, maar in theorie zou het kunnen. Deze maatregel zet naar het college inschat, minder zoden aan de dijk. Dat is echter een kwestie van interpretatie. De burgemeester wil dan toch ook nog graag even ingaan op het percentage van 85 procent van de bevolking. Te horen is en dit is overigens ook uit het onderzoek in West-Friesland nadrukkelijk naar voren gekomen, dat het grootste deel van de jongeren (de burgemeester meent een percentage van 84 procent) bereid is eerder uit te gaan als het dan op dat moment maar gezellig is. Als het echter niet gezellig is en er vanaf 01.00 uur een programma wordt gedraaid, dan gaan de jongeren er ook niet eerder naar toe. Het argument is “als iedereen eerder gaat, dan gaan wij ook”. De heer Arkeveld begrijpt dit allemaal wel, maar wat maakt een toelatingsstop van 24.00 uur of 01.00 uur nu uit. Het opschuiven van een uur is goed voor de regio en de mensen die in het weekend overdag en ’s avonds nog werken en of wat later terugkomen van hun sportactiviteiten, hebben wat meer keuze. Zo wordt een heleboel problematiek voorkomen. De heer Ter Heegde zegt dat het dan gaat om de kern van het amendement van Burgerbelang. De voordrinkproblematiek is erg groot. De horeca geeft zelf ook aan dat als mensen thuis heel veel drinken, dit inhoudt dat zij in de horecagelegenheid minder te besteden hebben. De burgemeester zou dan
R 21 september 2009/17
denken dat niets beter is dan het programma eerder te starten, zodat er thuis niet meer wordt voorgedronken, maar het drinken in de horecagelegenheid plaatsvindt. De heer Schoemaker denkt dat hiermee de alcoholproblematiek niet wordt opgelost. De heer Ter Heegde geeft aan dat de heer Schoemaker de discussie in de commissievergadering heeft gemist. Daar is besproken dat de mensen die op een gegeven moment naar de kroeg gaan, daar dan wel willen blijven. De burgemeester noemt een persoonlijke ervaring. Zijn kinderen zaten tot 23.30 uur op de bank. Op de vraag wanneer zij zoals aangekondigd uit zouden gaan, kwam het antwoord dat dit niet voor 01.00 uur zou zijn, omdat er voor die tijd geen bal aan was. Als de toelatingstoptijd op 24.00 uur wordt gezet, betekent dit dat ook ouders een thuistijd van bijvoorbeeld 03.00 uur kunnen stellen en daar zou de burgemeester wel wakker op kunnen liggen, wat niet lukt bij een tijd van 05.00-05.30 uur. Als aan controle van ouders wordt geappelleerd, kan deze controle beter worden uitgeoefend bij een eerdere starttijd van het uitgaan. Tot slot denkt de burgemeester dat sommigen de jongeren onderschatten en dat vindt hij jammer. Jongeren werken. Dat is waar, maar zij komen thuis, douchen, zitten even voor de tv, eten wat en zijn weer zo vief als een hoentje. Zij hebben een ander energetisch niveau. De burgemeester staat versteld van de power van de jongeren en vertrouwt hen. De jongeren willen vroeger uit als het dan maar gezellig is. De horecabazen zijn blij, want de laatste uren moeten zij voor de beveiliging veel meer betalen en er is een hoger risico dat het misloopt. Zij kunnen dat wel onderons, maar niet hardop zeggen vanwege het samenwerkingsverband met Horeca Nederland. De burgemeester gaat vervolgens in op de vraag van mevrouw Huijboom naar een algeheel (en niet alleen bij overlast) wettelijk verbod op het nuttigen van alcohol op straat. Hij geeft aan dat dit zijns inziens mogelijk is en dat er ook gemeenten zijn die een dergelijk verbod kennen. In Heerhugowaard heeft men de omgekeerde weg gevolgd. Het nuttigen van alcohol op straat mag, tenzij, waarbij ook is gekeken naar straatbarbecues en de lastige handhaving. Het advies alcohol mag, maar er mogen geen excessen ontstaan, heeft de raad destijds van de politie overgenomen. Dit is het beleid in Heerhugowaard, maar het omgekeerd mag en kan ook. Mevrouw Huijboom dankt voor het heldere antwoord. Zij heeft de vraag gesteld, omdat de horeca hierom heeft gevraagd en de gemeente hen daarin tegemoet zou kunnen komen. De heer Ter Heegde vond het even spannend hoe mevrouw De Goede in deze zaak zou zitten. Hij herinnerde zich daarbij dat zij op een avond met een aantal raadsleden naar de kermis zijn geweest om te zien wat er gebeurt qua openbare orde en veiligheid, waarbij zij onaangekondigd ook een bezoekje aan de coffeeshop hebben gebracht. De burgemeester herinnerde zich dat mevrouw De Goede toen heeft aangegeven persoonlijk moeite ermee te hebben om daar binnen te treden vanwege de verslavingsproblematiek, wat hij heel goed begreep. Hij heeft haar toch overgehaald mee te gaan. Mevrouw De Goede heeft toen verteld over een familielid die deskundigheid op dit terrein bezit, en vanuit die redenatie meende de burgemeester haar standpunt in deze te kennen. Zij zal met het voorstel kunnen instemmen, want de redenatie van toen over drugs, had de burgemeester in analogie in deze. De burgemeester heeft het afgelopen jaar ook heel erg met deze dingen gezeten en dat geldt ook voor het college. Het ging om vragen als is het effectief, is het bewezen, enz. De ultieme afweging ook in het college, was dat men nog jaren vragen kan stellen, problemen en casuïstiek kan ophoesten, maar een maatregel (naast 13 andere maatregelen) bij een groot probleem moet worden opgepakt. Wat dat betreft is het amendement van de HOP correct. De burgemeester kan niet met 100 procent zekerheid zeggen dat de maatregelen effectief zullen zijn, zoals de heer Arkeveld dat ook niet kan. Een evaluatie is een goed voorstel. De burgemeester gaat daar mede namens het college mee akkoord. Voornoemde lastige afweging heeft overigens ook in West-Friesland plaatsgevonden. Negen gemeenten zijn uiteindelijk na heel intense discussies met de voorstellen akkoord gegaan. De burgemeester had soms het gevoel dat dit voortkwam uit het idee dat er gezien de percentages iets moest worden gedaan. De heer Botman heeft terecht gesproken over een totaalpakket, waarbij alle partijen iets doen. Mevrouw Stam heeft gevraagd naar de situatie in Schagen. De gemeente deed mee met West-Friesland. Alle raden in West-Friesland hebben uiteindelijk met het voorstel ingestemd, maar de raad van Schagen niet, waarna de tijd op 01.00 uur is gesteld. Hierbij is een clausule dat dit tijdstip over een jaar wordt teruggebracht naar 24.00 uur. Een dergelijke afweging heeft binnen het college in Heerhugowaard ook plaatsgevonden. Het is echter zo dat de inspanning van de controles toch moet plaatsvinden. Het effect is dat de jeugd toch tot 00.30 thuis blijven zitten, waarbij aan de ouders moet worden
R 21 september 2009/18
gedacht. De burgemeester vindt 24.00 uur overzienbaar, maar 00.30 vindt hij persoonlijk al heel erg laat. De jeugd moet de volgende dag ook nog studeren en de dag daarna weer onderwijs volgen, waar zij zitten te slapen, zo geeft het onderwijspersoneel aan. De heer Dijkstra vraagt of zo de jeugd niet naar Amsterdam of Alkmaar wordt gejaagd, waarbij zij nog veel later thuis zijn, zo heeft hij van zijn kleinkinderen begrepen. Hij denkt niet dat dit de oplossing is. De heer Ter Heegde geeft aan dat Alkmaar geen vergelijkbaar aanbod heeft als de Waerdse Tempel of Marlène in Heerhugowaard. Het gaat om de gezelligheid en de programmering. De burgemeester is dan ook niet zo bang voor het genoemde alcoholtoerisme. Af en toe zal er jeugd een avond naar Amsterdam gaan. Dat is nu ook zo. De jeugd hier gaat met de vrienden(club) uit. Als zij allemaal ergens om 24.00 uur naar toe gaan, dan zit de hele groep daar en is het net zo gezellig of nog gezelliger dan het nu al is zonder de bestaande excessen. Tot slot Marlène. De heer Molenaar is bij de burgemeester geweest en heeft gevraagd hoe de situatie met de voetbalclub bij een toegangstop zou moeten worden opgelost als zij met de bus bijvoorbeeld terugkomen uit Winterswijk. Dat is een terechte vraag en een heel ingewikkeld punt. Eigenlijk gaat het om medewerkers van Marlène in het kader van sponsoring, waarbij het probleem zou zijn opgelost. De burgemeester heeft hem toen gezegd dat er naar een oplossing moet worden gekeken. De heer Molenaar kan Jan Smit om 22.30 uur in plaats van 00.30 uur contracteren. Dat is simpel, maar FC Marlène is een ander verhaal en aan die situatie moet een mouw kunnen worden gepast zonder diep de casuïstiek in te gaan. De raad maakt de kaders en het college voert uit. De burgemeester kan de raad aangeven dat zij er op een redelijke manier zonder precedentwerking uit zullen komen. De waarnemend voorzitter zit nog even naar de vragen te kijken. Misschien kan de burgemeester nog aangeven hoe het in de overige omliggende gemeenten zoals Langedijk wordt of is geregeld. De heer Ter Heegde heeft ongeveer driekwart jaar geprobeerd om Noord-Kennemerland á la WestFriesland op een lijn te krijgen. Dat zou het sterkste zijn. Het probleem was dat Alkmaar de specifieke situatie van het Waagplein kent. In Alkmaar is men heel erg bezig met de prostitutieproblematiek en de burgemeester heeft aangegeven dat er niet meer bij kan. In Langedijk is men bezig met een horecabeleid. Er wordt daar met belangstelling gekeken hoe het in Heerhugowaard gaat, maar de effecten van alcoholtoerisme zullen heel erg beperkt zijn. De Roode Leeuw is voor het Langedijker publiek. Er gaan behalve als er iets speciaals is, bijna geen Heerhugowaarders naar toe. De Waerdse Tempel heeft een regionale functie en daar blijft men wel naar toe komen. Naar Alkmaar gaan is ook heel beperkt, omdat er daar heel andere horecagelegenheden zijn dan in Heerhugowaard. De waarnemend voorzitter geeft aan dat er nog twee vragen van GroenLinks liggen. De ene vraag is of de toelatingstijden ertoe leiden dat er minder overlast is op straat en de andere vraag is of deze tijden ertoe leiden dat jongeren eerder naar huis gaan en of dit al is aangetoond. De heer Ter Heegde heeft deze vragen eigenlijk indirect al beantwoord. In de brief van de corpschef wordt gevraagd om deze maatregel ter beperking van het vandalisme. Tachtig procent van het vandalisme en negentig procent van het geweld wordt veroorzaakt door alcohol. Causaliteit in de sociale wetenschap is buitengewoon lastig, maar als er geen maatregelen worden getroffen, gebeurt er niets. Voor wat betreft de tweede vraag is het zo dat de ouders meer moeten doen. Zij doen nu te weinig. Daar is men het over eens. Als de bezoekers om 24.00 uur binnen moeten zijn kan het om 03.00 uur klaar zijn, kan de jeugd om 03.15 thuis zijn, waar ouders op wakker kunnen liggen en kunnen deze ingrijpen als de kinderen niet op tijd zijn. Bij een tijdstip van 05.00/05.30 uur is dat een ander verhaal. De waarnemend voorzitter zegt dat er nu alleen nog een vraag ligt van de VVD of er rekening is gehouden bij de subsidieverordening als er door sportverenigingen niet goed wordt omgegaan met de leeftijdsgrens van 16 jaar. Mevrouw Stam had nog twee andere vragen, namelijk over een subsidieverlening voor ouderavonden gegeven door de Brijder verslavingszorg. Verder had zij gevraagd of het prijsbeleid in de paracommercie voor het drankgebruik ook wordt meegenomen in de integrale aanpak.
R 21 september 2009/19
Mevrouw Baijards geeft aan dat de consequentie van een strenge handhaving op het alcoholbeleid in de sportkantines zou kunnen zijn dat er minder inkomsten zijn en de gemeente via de subsidieverordening een bijdrage moet gaan leveren. Het gaat dan om de afweging of het de gezondheid van de kinderen wel of niet waard is. Op dit moment krijgen met name de voetbalverenigingen geen subsidie, omdat zij voldoende inkomsten hebben. Als het voorstel wordt aangenomen, zal er zeker en ook naar aanleiding van de resultaten van het onderzoek door de mystery guests met de besturen van de sportverenigingen worden gesproken. De wethouder weet dat er nu al verenigingen zijn waar in de kantine als de jeugd speelt, geen alcohol wordt geschonken. Zij verwacht geen grote problemen voor wat betreft de financiën, maar er zal scherp op naleving van de regels worden toegezien. Het college zal wat strakkere regels met de verenigingen gaan afspreken. Mevrouw Stam zegt dat de vraag was of de voorwaarden voor verantwoord alcoholschenken in de subsidieverordening wordt meegenomen en of deze consequenties voor de subsidie hebben als blijkt dat de verenigingen kinderen onder de 16 jaar alcohol schenken. Mevrouw Baijards zegt dat als de raad het voorliggende voorstel aanneemt, dan kan het college maatregelen nemen bij die verenigingen waar in de kantines waar alcohol aan kinderen onder de 16 jaar wordt geschonken. Een van de activiteiten uit voorliggend programma is dat de gemeente in overleg gaat met de verenigingen. De heer Botman geeft aan dat het zo is dat in de sportkantines lagere verkoopprijzen worden gehanteerd. De vraag van spreker zijn fractie was of dit niet in strijd is met de doelstelling om het gebruik van alcohol terug te dringen en of het prijsbeleid de contacten van de gemeente met de horeca niet moeilijker maakt. Tot slot heeft de fractie naar aanleiding van de drugs (wat mogelijk op termijn in een deelprogramma aan de orden komt), gevraagd of het niet beter is om gezien de ernst van de problematiek drugs integraal mee te nemen als activiteit. Mevrouw Baijards geeft aan dat de prijzen in de sportkantines beleid is van de verenigingen zelf, maar wanneer de gemeente wat meer regels gaat stellen voor wat betreft het schenken van alcohol de kans bestaat dat de verenigingen de prijzen wat moeten verhogen. De wethouder zal dit in de gesprekken die de gemeente gaat voeren, zeker naar voren brengen om de alcoholmatiging in te laten gaan. Verder is het zo dat de wethouder vorig jaar in het kader van voorliggend project op bezoek is geweest bij de middelbare scholen. Zij heeft toen gevraagd of de scholen een bijdrage willen leveren aan het project. Dit is ingecalculeerd. Het gaat dan met name om de ouderavonden, waar de Brijder verslavingszorg voorlichting kan geven. De heer Ter Heegde geeft voor wat betreft de problematiek van de drugs aan dat deze toch wat apart staat van de alcohol, maar de burgemeester wil er nog wel een keer naar kijken. Als er tegelijk drugs en alcohol worden genomen, is er sprake van een heel groot probleem, maar de burgemeester heeft de indruk dat het overwegend gaat om verschillende populaties. Er moet zijns inziens op de drugs een ander actieplan worden gezet, wat ook gebeurt. Er wordt ook voorlichting gegeven. De burgemeester vindt het wat moeilijk om de drugsproblematiek te interfereren in voorliggend programma. De heer Botman begreep uit de gepresenteerde stukken dat er eigenlijk wat weinig aandacht voor is, terwijl te zien is en vanavond op de radio ook weer te horen was dat de verslaving sterk toeneemt. Spreker begrijpt uit het antwoord van de burgemeester dat het beter is met een deelprogramma verder te gaan. Toen er over ouders en scholen werd gesproken, dacht hij aan een combinatie van beide problematieken. De waarnemend voorzitter denkt dat onderkend wordt dat drugs ook een problematiek is, maar dat het vanavond gaat om het programma alcoholbestrijding en drugs daar niet bij hoort. De heer Botman wil dit niet tegenspreken. Hij wilde echter toch graag de problematiek kenbaar maken. De heer Ter Heegde heeft aangegeven dat de problematiek met preventie en voorlichtingsprogramma’s aandacht krijgt, maar er kan meer worden gedaan. De cijfers waren inderdaad schrikbarend, maar dan
R 21 september 2009/20
toch maar step by step. Het alcoholprogramma is al een zware bevalling. Afhankelijk van de besluitvorming vanavond kan dit het college moed geven. De waarnemend voorzitter schorst voor 12 minuten de vergadering en heropent deze weer om 22.12 uur. Zij stelt aan de orde de tweede termijn voor de raad, vraagt de fracties kort en bondig te zijn in verband met de tijd en het feit dat er een heel uitgebreide eerste termijn is geweest. Ook vraagt zij de fracties in te gaan op de ingediende amendementen. Zij heeft begrepen dat het amendement van de HOP iets is aangepast en vraagt de heer Mertens dit toe te lichten. De heer Mertens heeft begrepen dat de horeca het liefst na een half jaar zou evalueren, maar dat is wel een heel korte termijn. De HOP wil de termijn van de sluitingstijd en de termijn van evaluatie graag wijzigen naar maximaal een jaar, waarbij er dan kan worden bekeken of de mensen eerder de horecagelegenheden bezoeken als er eerder activiteiten plaatsvinden. De waarnemend voorzitter leest de nieuwe teksten van amendement B voor. De heer Dijkstra heeft een procedurele vraag. Hij neemt aan dat de waarnemend voorzitter straks eerst amendement A van Burgerbelang in stemming zal brengen, omdat dit het verste gaat en Burgerbelang daarna haar standpunt kan bepalen over amendement B van de HOP. De waarnemend voorzitter beaamt dit en geeft hierna mevrouw De Goede het woord. Mevrouw De Goede vindt dat de heer Ter Heegde een topbetoog heeft gehouden, waar zij het helemaal mee eens is. Dat geld ook voor het hele programma met alle punten. Het credo is onder de 16 jaar absoluut niet drinken. Hierin is de raad unaniem. Dat behoeft geen enkele toelichting. Spreekster wil nogmaals wijzen op de ouders. Mevrouw Bunte heeft ook al gezegd dat er veel meer voorlichting moet komen op scholen en aan ouders. Daar moet het accent veel zwaarder op komen te liggen. Men redt het niet met een uur. De aanpak moet bij de bron aanvangen. Het enige punt waarmee spreekster niet kan instemmen in de vervroegde entreetijd. Dit betekent ook dat zij amendement A steunt, maar amendement B niet. Mevrouw Huijboom staat nog steeds achter het betoog wat zij in de eerste termijn heeft gehouden. Spreekster vraagt hoe de burgemeester nu denkt over het aangepaste amendement B, omdat daarmee eigenlijk wordt gezegd dat de vervroegde toegangstijden nu voor een jaar gelden, terwijl daaraan in het plan geen maximale termijn aan is gegeven. De ChristenUnie kan amendement A van Burgerbelang niet steunen. De heer Schoemaker geeft aan dat GroenLinks content is met het hele plan met uitzondering van punt 12, de toegangstijden horeca. Het gaat de hele tijd over de jeugd (15 procent), Marlène en de Waerdse Tempel. Het gaat niet over Millers, De Swan, De Berk, Het Waardje, biercafé De Geuzen of over de horeca op het toekomstige Horecaplein. Eigenlijk gaat het over twee horecagelegenheden. Spreker vraagt of het mogelijk is om de eigenaren ervan afspraken te laten maken over het vervroegen van activiteiten. Moet men nu de hele huidige en toekomstige horeca die niets van doen hebben met de achterliggende gedachten van de toegangsbeperking, daarmee “straffen”. De burgemeester heeft gezegd dat als er niets wordt gedaan, men niets heeft. spreker zou zo elk voorstel kunnen onderbouwen. Spreker vindt het erg kort door de bocht. Verder is hij benieuwd en natuurlijk is het de verantwoordelijkheid van de betreffende horecaondernemer zelf, maar hoe gaan de kleinere cafés om met het sluiten om 24.00 uur voor nieuwe bezoekers. Moeten cafés als De Berk of biercafé De Geuzen iemand inhuren om bij de deur te staan of gaat de deur op slot? Dit lijkt hem brandtechnisch niet wenselijk, maar hoe moet het worden opgelost? Allemaal zaken die spreker nergens terughoort. Iedereen wil graag dat er minder alcohol wordt gedronken door de jeugd. Dus jaagt men hen vroeger de kroeg in. Spreker ziet in bijlage 3 van de burgemeester van 18 mei 2009 als eerste aandachtsstreepje vermindert dit het voordrinken (aanname), zodat het nuttigen van consumpties in de horeca toeneemt. Grosso modo wordt er dus hetzelfde gedronken en wie zegt dat de jeugd dan wel om 03.00 uur thuis is? Dat de burgemeester dat voor elkaar krijgt, is knap, maar hij heeft enig overwicht, hopelijk ook op zijn kinderen, maar zo te horen wel. Met andere woorden GroenLinks kan niet instemmen met het punt van het voorstel. Als compromis wil de fractie amendement A van Burgerbelang steunen, maar amendement B van HOP niet. Dit omdat
R 21 september 2009/21
volgens de fractie volkomen onduidelijk is wat de gezondheidsdoelstellingen te maken hebben met een evaluatie, waarbij de doelstelling wordt bepaald op het aantal mensen wat voor 24.00 uur binnenkomt. Dit zal toenemen, aangezien zij daarna niet meer binnen kunnen komen. Dat lijkt spreker een logische conclusie, waarvoor hij geen evaluatie nodig heeft. Er worden geen doelstellingen (smart) geformuleerd over hoe erg het nu is met het voordrinken en hoe deze situatie te verbetert. Dat leest spreker niet terug. De heer Mertens zegt dat iedereen het alcoholgebruik door jongeren wil verminderen. Hiervoor is een gedragsverandering van iedereen nodig. Men moet met elkaar proberen het steeds later naar de kroeg gaan en het steeds later uitgaan, wat kwalijke gevolgen heeft voor de veiligheid, te veranderen. Deze gedragsverandering zal tijd kosten en maatregelen vereisen die niet altijd leuk zijn. Iedereen is het met elkaar eens. Men wil maatregelen nemen, maar iedereen kijkt naar elkaar en geeft aan wat men niet wil en dat men bang is voor de horeca, enz. Spreker denkt dat men daarvoor helemaal niet bang hoeft te zijn. De stap moet gewoon worden gezet. Als er naar de jeugd wordt gekeken, moet er worden geconstateerd dat men (waarbij spreker ook naar zichzelf kijkt) het niet goed heeft gedaan, waarbij hij oproept de voorgestelde stappen te nemen. Er kunnen dan argumenten worden genoemd van bioscoopbezoek met de vraag waar zij na afloop heen moeten voor een drankje, maar spreker zou wel eens willen weten hoeveel bioscoopbezoeken na 23.30 uur zijn afgelopen. Verder heeft de bioscoop zijn eigen horeca. Iedereen kan allerlei dingen verzinnen en daarin is de heer Schoemaker heel goed. Men wil iets bereiken, maar er kan zoveel worden verzonnen waaraan consequenties kunnen worden verbonden. De heer Schoemaker verzint niets. Hij denkt gewoon logisch na. De heer Mertens wijst erop dat de heer Schoemaker wel zegt dat de jeugd vroeger de kroeg wordt ingejaagd, maar hij zegt niet dat de jeugd nu eerder gaat voordrinken, omdat zij voor 24.00 uur gewoon niet naar de kroeg toe gaan, omdat er niks te doen is. Er kunnen zoveel dingen worden bedacht, waarom stappen niet moeten worden gezet. Het is spreker veel waard als de raadsleden gezamenlijk de voorgestelde stappen zetten, waarbij er na een jaar een evaluatie plaatsvindt met de horeca, wat er is gedaan in het vervroegen van de activiteiten, of dit inderdaad wat oplevert en hoe de horeca erin staat. De heer Arkeveld heeft een vraag. De heer Mertens heeft gezegd dat het gedragspatroon moet worden veranderd. Dat kan allemaal wel waar zijn, maar het is tegenwoordig wel zo dat sluitingstijden van winkels veranderen en het winkelpersoneel in het weekend steeds langer moet werken. Deze mensen gaan sowieso later op stap. Zij willen als zij van hun werk thuiskomen, even douchen, wat eten en gaan later weg. De heer Mertens reageert met de woorden “ik zie hordes jeugd op zondagavond naar de winkel gaan” De heer Dijkstra wijst erop dat zij daar toevallig werken. De heer Mertens weerlegt dat zij niet op zondagavond werken. De heer Botman zegt dat in de stukken te lezen is geweest dat 80 procent van de jongeren het helemaal eens is met een vervroeging van de toegangstijd. Een probleem daarbij lijkt helemaal niet aan de orde te zijn. Het CDA is content over de wijze waarop de burgemeester de zaken heeft toegelicht. De fractie vindt ook dat de ouders maar ook de ouderen in algemene zin, een grote verantwoordelijkheid hebben. Spreker denkt dat er goede tijden aanbreken voor de horeca als de toegangstijd eerder wordt gesteld. De bezoekers komen dan eerder. Als er een goed programma is en dat kan men in Heerhugowaard, dan is dat best een goed alternatief. De toelichting van de burgemeester is voor het CDA steunt aanleiding het voorstel van het college te steunen. De fractie heeft waardering voor amendement A, maar het is allemaal wat symbolisch en nevelig en zij steunt dit niet. De fractie neigt ernaar amendement B van de HOP te steunen, maar spreker wil eerst nog van de burgemeester horen hoe hij aankijkt tegen de voorgestelde kortere termijn voor evaluatie. Mevrouw Stam zegt dat al is gezegd dat er heel veel aannames zijn gedaan. Toch is het een wat onzekere stap. Dat is ook wat de VVD wat tegenhoudt. Uiteindelijk neemt de fracties de aannames aan, hoewel deze onduidelijk zijn. Er zijn dan twee mogelijkheden; de stappen wel of de stappen niet zetten.
R 21 september 2009/22
Bij het laatste is zeker dat er niets gebeurd. Het eerste kan ook worden geprobeerd. De VVD heeft voor het laatste gekozen. Zij neemt haar verantwoordelijkheid. De fractie stemt in met een toegangstijd van 24.00 uur. Er ligt een heel grote uitdaging voor de horeca. De VVD beseft dit. Spreekster roept de horeca op om de toegangsstop te gebruiken als een teken van maatschappelijk ondernemen en betrokkenheid bij de gezondheid van de jongeren. Als de horeca deze verantwoordelijkheid neemt, is dat gewoon een pluim op de hoed. Misschien is de gemeente Heerhugowaard dan wel de steen in de vijver. Iemand moet de stap zetten. De VVD heeft met de HOP gesproken over amendement B. Daar het gaat om een onzekere toekomst vond de fractie een termijn van twee jaar wel erg lang. Zij heeft ingestemd met het voorstel om de termijn van evaluatie te verkorten naar een jaar. Mevrouw Bunte geeft aan dat er linksom of rechtsom iets moet worden gedaan. Het alcoholgebruik moet gewoon omlaag. De PvdA blijft bij het standpunt dat om 24.00 uur een toegangsstop moet ingaan. Dit moet gewoon geprobeerd worden. Spreekster zou bijna zeggen “niet geschoten is altijd mis”. Het is een van de maatregelen om te trachten het alcoholgebruik naar beneden te brengen. Het logische gevolg is dat de fractie amendement A niet steunt. Voor wat betreft amendement B wacht spreekster met haar fractie nog even op de reactie van de burgemeester op de voorgestelde aanpassing. De heer Arkeveld betreurt het dat amendement A het niet haalt. Hij vindt het jammer voor de horecaondernemers in de agglomeratie Heerhugowaard. Daarnaast vraagt spreker zich af hoe straks het nieuwe Horecaplein vol komt met ondernemers. Zij zullen zich toch nog wel een keer achter de oren krabben, voordat zij hierin stappen. Het is jammer dat er een besluit wordt genomen voor 85 procent van de bevolking, waarvoor de gemeente nu vastlegt dat zij tot maximaal 24.00 uur naar binnen mogen en daarna niet meer, waarbij hij dan nog niets eens spreekt over leuke evenementen zoals het jazzgebeuren met een x-aantal items op een avond. Er zullen heel wat ontheffingen moeten worden aangevraagd. Wat spreker ook heel belangrijk vindt is handhaving. Een punt waar gezamenlijk naar moet worden gekeken; hoe wordt er gehandhaafd. Spreker vindt het jammer dat de HOP de termijn van evaluatie niet terugbrengt naar een termijn van een half jaar. Met een beetje logisch nadenken kunnen de effecten ook binnen zo’n termijn worden bekeken. Mevrouw Stam wil graag even reageren op het betoog van de heer Arkeveld aangaande de handhaving. De VVD is heel tevreden met het antwoord van de burgemeester hoe dit probleem zal worden opgelost. De heer Arkeveld zegt dat in het verleden wel vaker is besproken hoe er moet worden gehandhaafd en hier wordt regelmatig op gehamerd, maar het wordt niet gedaan. Mevrouw Stam wijst op de uitleg van de burgemeester hoe de handhaving in deze zal plaatsvinden. De heer Arkeveld reageert met de woorden “je weet toch hoe het werkt”. De heer Botman is vergeten te reageren op het betoog van de heer Schoemaker die twee horecabedrijven wil aanwijzen, maar de voorliggende maatregelen gelden toch voor de hele horeca? De heer Schoemaker vindt dat juist het vervelende. Het is blijkbaar zo dat de overige horecabedrijven die geen jongeren aantrekken, wel onder genoemd regime zullen vallen. De waarnemend voorzitter geeft aan dat het klopt. Het voorliggende voorstel geldt voor de hele horeca. Mevrouw Huijboom heeft nog een vraag over amendement B. De heer Mertens heeft in eerste instantie betoogd dat de termijn echt twee jaar zou moeten zijn, maar heeft het standpunt aangepast. Het zou moeten gaan om een termijn van een jaar. Wat zijn de argumenten hiervoor geweest? De heer Mertens heeft tijdens de schorsing even overleg gehad met een van de horecaondernemers. Deze geeft aan zelf binnen een half jaar te kunnen aangeven wat de gevolgen voor de horeca zijn en of de activiteiten op een eerder tijdstip kunnen worden georganiseerd. Deze termijn lijkt de HOP stug. Daarom heeft zij gekozen voor een termijn van een jaar en dit om de horeca tegemoet te komen.
R 21 september 2009/23
De heer Ter Heegde gaat prealabel in op de handhaving genoemd door de heer Arkeveld. Hij zei tussen neus en lippen door dat handhaving altijd het probleem is en dat dit de gemeente niet goed lukt. Elk jaar wordt er een jaarplan handhaving opgesteld en vastgesteld. Elk jaar wordt er een rapportage opgesteld over de handhavingsacties en dat geldt ook voor het afgelopen jaar. Hieruit bleek dat van de productgroepen daarin, er een is waar sprake is van wat achterstand, namelijk ruimtelijke ordening met oude gevallen die vanuit het verleden heel veel juridische capaciteit vragen, maar dat voor het overige over de hele linie de gemeente vrij aardig bij is. Als het dan gaat om de medewerkers die heel hard aan de handhaving werken onder niet gemakkelijke omstandigheden, waarvan in Nederland en ook in Heerhugowaard sprake is dat er handhavend moet worden opgetreden, maar niet in de eigen illegale situatie, dan is het niet correct als er zo’n algemene uitspraak over wordt gedaan. De burgemeester vindt dat de handhaving in Heerhugowaard voor 85 procent om het percentage te gebruiken waar de heer Arkeveld het steeds over heeft, op orde is. Er is een stappenplan om dat verder omhoog te brengen. De burgemeester heeft nog een ander percentage van 85 procent. Uit recent onderzoek van de Koninklijke Horeca in West-Friesland blijkt dat het vervroegen van de sluitingstijden voor genoemd percentage van de horecabezoekers (dus ongeacht leeftijd) geen probleem is, mits er een goed programma wordt geboden. Mevrouw De Goede heeft gesproken over de ouders en de burgemeester is het daarmee eens, maar het gebeurt niet. De situatie wordt steeds erger. Met de ouders alleen redt de gemeente het niet. Daarom zijn maatregelen als hetgeen voorligt, nodig. Mevrouw Huijboom en ook andere sprekers hebben gevraagd om een reactie op de aanpassing van amendement B van de HOP. Vanaf het moment van invoering van de toelatingsstop is er natuurlijk sprake van vastgelegde programmering, wat een lastig punt is. Dan kan een termijn van een jaar een probleem zijn. De termijn zou op zich kunnen, maar er moet wel met de programmering rekening worden gehouden. De heer Mertens begrijpt dit, maar gehoord hebbende de argumenten van de horeca (de Waerdse Tempel en Marlène) die aangeven de zaak binnen een jaar te kunnen regelen. De heer Ter Heegde geeft aan dat als de regeling 1 januari 2010 ingaat, dan kan de programmering tot bijvoorbeeld de maand juni al zijn geregeld en komt Jan Smit misschien wel om 01.00 uur. Het is dan moeilijk de juiste effecten van de regeling te bepalen. De heer Mertens denkt dat het aan de horeca is om dat nu te gaan regelen. De heer Ter Heegde wil niet teveel op de casuïstiek in gaan, maar hij wilde wel wijzen op bepaalde zaken. De burgemeester kan zich met genoemde kanttekening vinden in een termijn van een jaar voor evaluatie. De vraag van GroenLinks over het maken van afspraken met een aantal specifieke horecaondernemers met activiteiten is een terechte. De burgemeester heeft daarover een brief geschreven. Deze is bij de stukken (bijlage 2) gevoegd. Hij heeft Horeca Nederland naar aanleiding van de initiatieven in Schagen voor activiteiten om 22.00 uur (wat daar goed loopt) gevraagd om dit in Heerhugowaard ook zo te organiseren. Het antwoord van twee kantjes was nee. Het argument was hoe moet worden geregeld dat de deur dicht gaat, maar dat moet om 01.00 uur ook worden geregeld. Dit moet immers altijd worden geregeld. De heer Arkeveld zegt dat bekend is dat de mensen er dan alleen uit, maar niet meer in mogen. De kroeg gaat om 01.00 uur dicht. In de nieuwe situatie is het zo dat om 24.00 uur er niemand meer uit of in mag. Ook de rokers niet, omdat zij niet meer terug mogen. De heer Ter Heegde wijst erop dat dit om 01.00 uur ook zo. De regeling over het sluiten van de deur is op zich dus hetzelfde. De burgemeester begrijpt de argumentatie van de VVD aangaande een korte en krachtige evaluatie na een jaar en daarin voorziet amendement B van de HOP. Burgerbelang hamert er altijd terecht op dat er achter jongerenproblemen en -overlast, alcoholproblemen op straat, slooproutes, meer politie op straat, aangiftes enz. moet worden aangegaan. De fractie jaagt de burgemeester op en dwingt hem (en dat is goed) om de openbare orde en veiligheid en ook de gezondheid van de jongeren te garanderen. Ten einde raad komt het college met voorliggend pakket op het gebied van alcohol en dan gaat Burgerbelang aarzelen. Waar zit nou de partner en helpt Burgerbelang hem in deze nu niet? Dat begrijpt de burgemeester niet en dan voelt hij zich in de steek gelaten.
R 21 september 2009/24
De heer Dijkstra geeft aan dat Burgerbelang adequate middelen wil en een toegangsstop is dat niet. De heer Ter Heegde vindt dat niets doen ook geen oplossing is. De heer Dijkstra zegt dat het gaat om symboolpolitiek. De heer Ter Heegde vindt een toelatingsstop om 01.00 uur juist symboolpolitiek. De heer Dijkstra zegt dat uit niets blijkt dat er bij een stop om 24.00 uur minder drank wordt gedronken. De waarnemend voorzitter sluit de beraadslagingen af. Zij stelt aan de orde amendement A, omdat dit het meest vergaande is, zoals de heer Dijkstra al had aangegeven. De waarnemend voorzitter begrijpt dat er geen stemverklaringen zijn, brengt amendement A in stemming en constateert dat dit met 10 stemmen voor en 18 stemmen tegen is verworpen. Voor stemden Burgerbelang, GroenLinks en fractie E.M. de Goede. Tegen stemden PvdA, VVD, CDA, HOP en ChristenUnie. De waarnemend voorzitter stelt aan de orde het gewijzigde amendement B en vraagt naar stemverklaringen. De heer Arkeveld legt een stemverklaring af. Burgerbelang is het niet eens met dit amendement, maar kiest voor het meest haalbare en dat is dan toch dit amendement te volgen. De waarnemend voorzitter brengt het aangepaste amendement B in stemming en constateert dat dit met 25 stemmen voor en 3 stemmen tegen is aangenomen. Voor stemden Burgerbelang, PvdA, VVD, CDA, HOP en ChristenUnie. Tegen stemden GroenLinks en fractie E.M. de Goede. De waarnemend voorzitter stelt aan de orde het voorstel van het college. Zij geeft aan dat amendement B in meerderheid is aangenomen, hetgeen betekent dat er het niet nodig is om over bullet 2 van het voorstel een besluit te nemen, omdat de inhoud van amendement B de tekst van deze bullet vervangt. Zij begrijpt dat er geen stemverklaringen zijn, brengt bullet 1 van het voorstel in stemming en constateert dat dit unaniem door de raad is aangenomen. Zonder verdere discussie en na stemming is besloten: - in te stemmen met het programmaplan “Naar een nuchter Noord-Kennemerland” met inachtneming van de opmerkingen uit de toelichting; - akkoord te gaan met het voorstel van de burgemeester over de invulling van activiteit 12 uit het programmaplan ten aanzien van de toelatings- en sluitingstijden van de horeca (geschrapt) - de toelatingsstop van de horeca voor maximaal een jaar vast te stellen op 24.00 uur (toegevoegd). Mevrouw Van ’t Schip geeft als waarnemend voorzitter van de raad de voorzittershamer weer terug aan de heer Ter Heegde. Deze stelt aan de orde agendapunt 11. 11 Kaderstelling rioolheffing 2010 en verder. Mevrouw Huijboom zegt dat vooral omdat er heel uitdrukkelijk in het voorstel staat dat het rioolrecht volledig kostendekkend zal zijn en het gaat om een wijziging naar één rioolheffing, is het allemaal vrij duidelijk voor de ChristenUnie. De fractie stemt met het voorstel in. Mevrouw Lo Pizzo laat weten dat GroenLinks akkoord gaat met het voorliggende voorstel. De heer Mertens zegt dat voorliggende uitgangspunten voor de Verordening rioolheffing 2010. Het college vraagt de raad de kaders van deze rioolheffing 2010 vast te stellen. De kaders zijn het gevolg van de nieuwe wet die vanaf 1 januari 2008 van kracht is. De heffing is een bestemmingsheffing ter bekostiging van het afvalwater, hemelwater en grondwater. Naar de mening van de HOP kiest het college
R 21 september 2009/25
voor de wel heel gemakkelijke weg door invoering van één rioolheffing model A. Dit wil zeggen “alles op een hoop gooien en een heffing”. Waarom gaat het college niet voor de heffing via model B? Bij dit model wordt de burger duidelijk gemaakt waarvoor zij betaalt. De heffing wordt dan meer inzichtelijk, omdat de kostendragers waaruit de rioolheffing bestaat, worden opgenomen. Een tarief voor het tarief van het afvalwater en een tarief voor het hemel- en grondwater. Deze tarieven maken gezamenlijk de rioolheffing inzichtelijk. Even terug naar het gegeven waarom het rioolrecht wordt omgebouwd naar een rioolheffing. In de afgelopen jaren is er door specialisten geconstateerd dat de gemeenten meer en meer rekening moeten gaan houden met een toename van neerslag van het hemelwater in mm per m2. Daarnaast wordt geconstateerd dat er steeds meer vooral in een heel korte periode, millimeters hemelwater per m2 vallen. Ook mag niet vergeten worden de verstedelijking met daarbij de verharding van de tuintjes. Deze drie componenten hebben ertoe geleid dat de overheid zich zorgen ging maken over de kostendekkendheid van deze effecten in de toekomst. Voorlopig kan worden gesteld dat de kosten kunnen worden gedekt uit de rioolheffing, maar dat zal in de toekomst anders zijn. Door de gevolgen van meer en extreme neerslag zullen extra maatregelen moeten worden genomen om het hemelwater en grondwater te beheersen. De HOP is van mening dat model B beter bij de toekomst van Heerhugowaard past en is volgens haar ook duurzamer. De gemeente zal de meerkosten vooral als gevolg van de toenemende neerslag van hemelwater immers straks moeten presenteren aan de belastingbetaler. Het is dan goed om inzichtelijk te hebben waar deze verhoging om gaat. Het motto van de HOP blijft “meten is weten”. Alles op een hoop gooien is een korte termijnvisie. Als argument voor de keuze voor model A geeft het college aan dat veel administratieve handelingen achterwege kunnen blijven. De HOP kiest echter voor een heldere en transparante verantwoording, kosten en baten en voor een duurzame ontwikkeling van de rioolheffing die is gebaseerd op feiten. Spreker wacht de reactie af. Indien nodig dient de fractie in de tweede termijn een amendement hierover in. De heer Zuurbier geeft aan dat de nieuwe rioolheffing in werking is getreden. Het CDA heeft in de commissievergadering en schriftelijk hierover een aantal vragen. Deze zijn beantwoord. Blijven hangen is de vraag hoe het zit in het buitengebied. In het verleden is daar behoorlijk geïnvesteerd in septic tanks en IBA systemen. Zoals het nu in de stukken staat, is er nu alleen nog sprake van een eigenarendeel voor het lozen van het afvalwater op het oppervlaktewater. Iedereen betaalt verontreinigingsheffing. Spreker vraagt of de voornoemde eigenaren zullen worden gecompenseerd of blijft de heffing van kracht. Voor de rest kan het CDA met het voorstel instemmen. De heer Boellaard vindt het stuk glashelder. Het voorstel is in de commissievergadering besproken en alle vragen zijn tot in detail beantwoord. De VVD gaat akkoord met het voorstel. De heer Kadioglu zegt dat zoals in de commissievergadering is besproken, de PvdA kan instemmen met de beslispunten 1 tot en met 8 zoals deze in het voorstel zijn geformuleerd. Dit omdat deze punten het beste aansluiten bij de huidige werkwijze, de meest praktische zijn en de lasten voor de burgers stabiel blijven. De fractie gaat akkoord met het voorstel. De heer Carnas zegt dat zijn fractie duidelijkheid wil hebben wat de voorliggende kaderstelling voor de burgers gaat betekenen. Uit het voorstel van het college komt dit onvoldoende bij haar over. De fractie wil bovendien niet vooruitlopen op de verordening die voor deze rioolheffing door de raad nog moet worden vastgesteld. Burgerbelang gaat niet akkoord met het voorstel en wacht op een voorstel van het college waar de verordening bij zit. Zij wil niet eerst de kaders vaststellen en daarna de verordening. Mevrouw De Goede heeft uiteraard de commissievergadering niet bijgewoond. Zij kan daarover niets zinnigs zeggen. Spreekster had bij de eerste lezing van het voorstel de neiging te kiezen voor model B, omdat dit duurzamer en eerlijker op maat is. Dan rijst echter onmiddellijk de vraag wat dit voor de portemonnee van de inwoners betekent. Op blz. 2 (model A) wordt geschetst dat dit model beter past bij hetgeen de gemeente nu al doet. Kan spreekster dan concluderen dat met de nieuwe kaders in vervolg op het huidige systeem er geen sprake is van extra kosten en hoe ligt dit dan bij model B? De heer Kwint begrijpt dat er nog een aantal vragen liggen. In de commissievergadering is er uitvoerig over het voorstel gesproken en naar de wethouder zijn mening misschien wel iets te uitvoerig, waardoor het voorstel misschien meer onduidelijkheden dan duidelijkheden kende. Hij heeft getracht samen te vatten dat de essentie van het voorstel is, dat het college zo dicht mogelijk is gebleven bij het huidige
R 21 september 2009/26
systeem van rioolrecht. Het nieuwe systeem wijkt op twee punten af; de grootte van de volle eenheid m3 wordt op 1 in plaats van 10 m3 vastgesteld én het totaal te belasten bedrag wordt niet meer afgerond. De voorgelegde kaderstelling zal worden gebruikt voor het opstellen van de verordening, waarna de raad de tarieven kan vaststellen. Op de vraag waarom niet voor model B is gekozen, antwoordt hij dat hiervoor niet is gekozen, omdat dit model extra administratieve lasten met zich meebrengt. Verder is het zo dat er twee modellen moeten worden uitgewerkt die apart moeten worden geregistreerd. Het college heeft ervoor gekozen zo dicht mogelijk bij het huidige systeem te blijven om met kosten efficiënt om te gaan. De wethouder snapt het pleidooi van de heer Mertens, maar tegelijkertijd vindt het college dat de raad een kader heeft gesteld ten aanzien van het rioolrecht. Het college wil zo dicht mogelijk bij dit kader blijven. De raad is echter te allen tijde vrij om op het voorstel een wijziging in te dienen. De heer Mertens beaamt dat de raad de kaders voor het rioolrecht heeft vastgesteld, maar er is nu een nieuwe wet brede rioolheffing. Dit komt omdat het afvalwater meer moet worden beheerst wat meer kosten met zich zal meebrengen. Men is daarvan bewust. Toch is spreker het voor wat betreft de kaderstelling niet helemaal met de wethouder eens. Bij de afvalstoffenheffing is er sprake van een heffing, maar die bestaat uit componenten, zoals papier, verbrandingskosten, inzamelkosten, enz. Deze worden netjes inzichtelijk gemaakt. Als de wethouder kan toezeggen dat het mogelijk is om in de administratie te zien wat de kosten van het rioolrecht, de kosten van het hemelwater en het afvalwater zijn, dan mag er wat hem betreft sprake zijn van een heffing. Het gaat er dus om dat inzichtelijk is waar de kosten vandaan komen, zodat spreker straks tegen de burger kan zeggen dat de rioolheffing hoger worden vanwege een bepaalde kostencomponent. De heer Kwint begrijpt de vraag. Deze had de heer Mertens overigens in de commissievergadering moeten stellen, omdat hij dan een technisch antwoord had kunnen krijgen. Tegelijkertijd is het zo dat het college nu kiest voor model A om voornoemde redenen. Als de heffingen afzonderlijk moeten worden berekend, betekent dit extra lasten. Het is overigens zo dat de raad de keuze heeft op alle acht onderwerpen. Het college heeft een voorstel gemaakt wat zo dicht mogelijk blijft bij het huidige systeem. Het staat de raad vrij dit helemaal onderste boven te gooien en er alles mee te doen wat de zij enst. De heer Mertens denkt dat er sprake is van een spraakverwarring. Spreker heeft het voorbeeld van de afvalstoffenheffing en de opbouw hiervan genoemd die inzichtelijk zijn voor de raad om de tarieven te kunnen vaststellen. Spreker gaat ook uit van een rioolheffing als inzichtelijk is uit welke componenten de kosten bestaan. De heer Kwint snapt de vraag wel, maar kan er geen antwoord op geven. Daarom kan hij ook geen toezegging doen. Daarom zei hij zojuist ook dat het beter was geweest als de heer Mertens deze vraag in de commissievergadering had gesteld, waar de expert deze had kunnen antwoorden. De wethouder kan geen toezegging doen die hij later misschien niet waar kan maken. De heer Mertens denkt dat de wethouder wel kan toezeggen dat hij dit zal nakijken. De heer Kwint wil dat zeker doen. Hij zal nazoeken of het een en ander achteraf inzichtelijk kan worden gemaakt. Mevrouw De Goede begrijpt de uitleg van de wethouder. Spreekster had al begrepen dat model B hetzelfde of minder kost, maar zij vroeg of het zo is dat als voor model A zou worden gekozen er geen sprake van extra kosten zou zijn behalve in hoeveelheden extra hemel- en ander water. Is dit dan de enige variant die in het blijvende systeem komt. Is het zo dat bij model A er geen wijziging plaatsvindt in de kostenberekening? De heer Kwint beaamt dat dit verandert. Bij model A is sprake van een heffing. Bij model B is er sprake van twee heffingen voor het hemelwater en het rioolafvalwater. De wethouder legt nogmaals de keuze van het college uit. Hij gaat verder met de vraag van de heer Zuurbier en meent dat deze in de commissievergadering al is beantwoord. De wethouder zegt toe er nogmaals even naar te zullen kijken. Als de heer Zuurbier de vraag schriftelijk indient, dan zorgt de wethouder voor schriftelijke beantwoording.
R 21 september 2009/27
De heer Zuurbier heeft begrepen dat de vraag in de commissievergadering niet is beantwoord. Spreker zal de vraag echter nog een keer schriftelijk stellen. De heer Kwint geeft aan dat Burgerbelang stelt dat de raad eerst de verordening zou moeten vaststellen en dan pas het kader. De wethouder heeft de neiging terug te gaan naar 1748, maar dat is een wat lange reis. Het is toch gebruikelijk om eerst het kader vast te stellen en daarna pas de verordening? De heer Carnas zegt dat met de vaststelling van de verordening tevens de kaders worden vastgesteld. Waarom is de VNG verordening niet bij de stukken gevoegd en waarom wordt deze niet overgenomen? De heer Kwint zegt dat de raad eerst de uitgangspunten vaststelt op basis waarvan de verordening zal worden opgesteld. De raad stelt dan de verordening vast als kadergevend document. Vandaag is aan de orde de kaders voor de verordening. De VNG verordening wordt niet overgenomen, omdat deze twee opties biedt. De VNG laat de gemeente de keuze tussen modelverordening A en modelverordening B. De raad wordt vanavond gevraagd een keuze te maken zodat er een verordening kan worden opgesteld. Dit lijkt de wethouder een heel simpele vraag. De heer Carnas zegt dat als de VNG verordening wordt gevolgd het niet nodig is zelf een verordening te maken. De heer Kwint legt het nog een keer uit. De VNG verordening kent twee modellen (A en B) en laat de gemeente de keuze of zij voor model A of voor model B gaat. De raad wordt nu gevraagd om een keuze te maken, zodat de verordening kan worden opgesteld. De heer Mertens geeft in de tweede termijn met alle respect voor de beantwoording aan dat hij het wat lastig vindt als steeds het antwoord wordt gegeven dat vragen in de commissievergadering hadden moeten worden gesteld. Het is zo dat spreker af en toe met stukken bij deskundigen informeert hoe iets precies in elkaar zit en dan kunnen er vragen naar boven komen. Spreker vindt dat hij dergelijke vragen in de raadsvergadering mag stellen. Als de wethouder de antwoorden hierop niet paraat heeft, heeft spreker daar alle begrip voor, maar de voornoemde beantwoording is eigenlijk niet van toepassing en hoort ook niet bij de beantwoording door wethouder Kwint. Deze heeft toegezegd te zullen nakijken hoe het een en ander in de administratie wordt verwerkt. Spreker zal het aangekondigde amendement boven de markt houden. De raad stelt nu de kaders vast. Bij de verordening zal spreker erop terugkomen als de kosten niet zo in de administratie worden verwerkt als de fractie dit zou willen. Mevrouw De Goede geeft aan dat omdat model A in de situatie van Heerhugowaard minder kosten voor de burger met zich meebrengt, het zinnig is om met dit model in te stemmen. Spreekster gaat ook akkoord met de rest van het voorstel. De voorzitter geeft aan dat er geen aanvullende vragen zijn gesteld. De voorzitter sluit de beraadslagingen af, begrijpt dat er geen stemverklaringen zijn, brengt het voorstel van het college in stemming en constateert dat het voorstel met 21 stemmen voor en 7 stemmen tegen is aangenomen. Voor stemden PvdA, VVD, CDA, HOP, GroenLinks, ChristenUnie en fractie E.M. de Goede. Tegen stemde Burgerbelang. Zonder verdere discussie en na stemming is besloten: 1. invoeren van één rioolheffing (model A); 2. de belastingplicht baseren op de eigendom en het gebruik; 3. een heffingsmaatstaf hanteren voor: - de eigenaar – een vast bedrag per persoon; - de gebruiker – het gebruikersaandeel vaststellen aan de hand van de hoeveelheid water dat in de laatste verbruiksperiode voorafgaand aan het belastingjaar naar het perceel is toegevoerd of opgepompt; 4. de grootte van de volle eenheid kubieke meters water waarop het belastingtarief van het gebruikersdeel wordt toegepast op één te stellen 5. het gebruikersdeel van de rioolheffing afvalwater heffen voor zover dit uitgaat boven de 250 kubieke meters water;
R 21 september 2009/28
6. het totaal belastingbedrag niet afronden; 7. vrijstelling toepassen voor de gedeelten die als één deel van gezamenlijke gedeelten kunnen worden beschouwd en deze als één perceel aan te merken; 8. de percelen waarvoor de provincie Noord-Holland de gemeente Heerhugowaard ontheffing van de zorgplicht riolering heeft verleend vrijstelling van het eigenarendeel van de rioolheffing te verlenen. 12 Verzoek tot wijziging van de samenstelling van de vertegenwoordiging van de fractie van de PvdA in de raadscommissie Stadsontwikkeling m.i.v. 1 oktober 2009. De voorzitter begrijpt dat er geen beraadslaging nodig is. Hij brengt het voorstel in stemming en constateert dat de raad dit unaniem heeft aanvaard. Zonder verdere discussie en na stemming is besloten de samenstelling van de vertegenwoordiging van de PvdA-fractie in de raadscommissie Stadsontwikkeling als volgt te wijzigen: - de heer R. Visser, lid in plaats van mevrouw E.M. de Goede - van der Crabben; - mevrouw M. Troostwijk, 1e plv. lid in plaats van 2e plv .lid; - de heer S. Brau, 2e plv. lid. 13. Wijziging samenstelling van de vier raadscommissies m.i.v. 1 oktober 2009. De voorzitter begrijpt dat er geen beraadslaging nodig is. Hij brengt het voorstel in stemming en constateert dat de raad dit unaniem heeft aanvaard. Zonder verdere discussie en na stemming is besloten de eenmensfractie “E.M. de Goede” toe te voegen aan de vier raadscommissies en mevrouw E.M. de Goede - van der Crabben aan te wijzen als lid, namens voornoemde fractie, in alle vier raadscommissies. 14. Bekrachtigen besluit tot het opleggen van geheimhouding door de raadscommissie Maatschappelijke Ontwikkeling. De heer Dijkstra legt een stemverklaring af. Burgerbelang weet niet waarover het gaat. Daarom kan de fractie niet voorstemmen. De voorzitter brengt het voorstel in stemming en constateert dat dit met 20 stemmen voor en 8 stemmen tegen is aangenomen. Voor stemden PvdA, VVD, CDA, HOP, GroenLinks, ChristenUnie. Tegen stemden Burgerbelang en fractie E.M. de Goede. Zonder verdere discussie en na stemming is besloten het besluit van de raadscommissie MO d.d. 9 september 2009 (besloten vergadering) met de volgende strekking “de raadscommissie besluit op grond van artikel 30 van de Verordening op de raadscommissie van de gemeente Heerhugowaard en overeenkomstig artikel 86, eerste lid van de Gemeentewet omtrent de inhoud van de mededelingen van het college en het verhandelde in deze vergadering geheimhouding op te leggen. De geheimhouding blijft van kracht totdat de raadscommissie Maatschappelijke Ontwikkeling dan wel de raad de geheimhouding opheft” te bekrachtigen. Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter om 23.00 uur de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Heerhugowaard d.d. 27 oktober 2009.
de raadsgriffier,
de voorzitter