1.1.4 Werfinrichting De bouwheer brengt de nodige inrichting, materialen en materieel ter plaatse om de bouwwerken aan te vangen

DEE L 1 . BETO N- EN MET SE LWER KEN

1.1 Voorb erei d en de werke n 1.1.1 Bouwrijpheid van het terrein Het terrein wordt door de bouwheer bouwrijp gemaakt, dit wil zeggen vlak en vrij van hindernissen, bereikbaar en berijdbaar voor vrachtwagens en kranen. Tevens wordt de werf afgesloten en de nodige waarborgen worden betaald aan overheden. 1.1.2 Inplanting Voor de aanvang van de werken wordt het gebouw ingeplant: De bouwheer: stelt voor de periode van de uitvoering der werken water en elektriciteit ter beschikking; zorgt ervoor dat de afpaling door een erkend landmeter van zijn bouwperceel controleerbaar is; zorgt voor alle nuttige informatie in verband met de aansluitingen op het openbaar net, inzake riolering, water, elektriciteit, gas, telefoon en kabel - tv; stelt een veiligheidscoördinator aan, heeft voorafgaand aan de inplanting, een grondsondering laten uitvoeren, advies gevraagd aan een stabiliteitingenieur, alle informatie in verband met voorlopige en definitieve aansluitingen op het openbaar net van riolering, water, elektriciteit, gas, telefoon en kabel-tv opgevraagd, nagegaan of er en zo ja, welke maatregelen er moeten genomen worden ter voorkoming of beperking van schade aan het openbaar domein of naburige eigendommen; heeft de bevoegde gemeentedienst uitgenodigd tot het aanduiden van de bouwlijn; plant het gebouw in conform de bouwvergunning en waakt er in het algemeen over dat de bouwvergunning strikt wordt nageleefd; 1.1.3 Voorlopige aansluitingen voor water en elektriciteit De bouwheer zorgt ervoor dat een voorlopige aansluiting voor water en elektriciteit voor bouwkraan en –machines beschikbaar is. 1.1.4 Werfinrichting De bouwheer brengt de nodige inrichting, materialen en materieel ter plaatse om de bouwwerken aan te vangen. 1.2 Fun deri ngen en o nd erbo uw 1.2.1 Algemeen De stabiliteitsingenieur bepaalt welke funderingen moeten worden voorzien. Deze is aan te stellen door de bouwheer, evenals het bureau dat de grondsonderingen uitvoert, de bouwheer zal hier strikt op toezien. 1.2.2 Bronbemaling De waterstand op het terrein kan van die aard zijn dat het waterpeil kunstmatig en tijdelijk moet worden verlaagd. Dit gebeurt door middel van een bronbemaling. 1.2.3 Grondwerken Deze post omhelst alle graafwerken, met name, het wegnemen van graszoden en losse teelaarde, het uitgraven van de funderingsleuven of van de bouwput (zoals voor een kelder). De aardingselectrode wordt aangebracht in de sleuven en naar boven gebracht ter hoogte van de teller. 1.2.4 Onderbouw 1.2.4.1 Ter plaatse gestorte kelder: Na het uitgraven van de bouwput en het stapelen van de uitgegraven grond op het terrein, wordt een zuiverheidsbeton gestort, zodat de wapening voor de gewapende vloerplaat van de kelder op een degelijke manier kan worden uitgevoerd. Er worden passende maatregelen genomen voor een waterdichte aanzet van de ter plaatse gewapende en gestorte wanden, waarin de nodige uitsparingen voor verluchtingen en doorgangen worden aangebracht. Na het storten van beton wordt er ontkist, worden de binnenmuren in de kelder in betonblokken gemetst en aan beide zijden achter de hand gevoegd. Daarna wordt de kelder rondom aangevuld. Vele wisselende omstandigheden kunnen hierbij optreden: zo kan een bronbemaling nodig zijn, of kunnen aanvullingen gebeuren met zand, te verdichten, of met gestabiliseerd zand, eveneens te verdichten, of kan het nodig zijn speciale voorzieningen te treffen, zoals het uitvoeren van balken, kolommen of het plaatsen van liggers.

Villlappartementen “MA’zone Prestige” realisatie en verkoop ; bvba QuinHouse

1

1.2.5 Fundering op staal en betonnen ondervloer op volle grond 1.2.5.1 Funderingszolen Voor de fundering der buitenmuren en dragende binnenmuren zijn de funderingssleuven gegraven (zie post 1.2.3) tot de diepte van de draagkrachtige grond; er wordt verondersteld dat deze zich bevindt op 1 m onder de gekozen vloerpas. De breedte van de funderingssleuven is 0,50 m. Hierna worden de sleuven volgestort met ongewapend beton (CEM II/B – M32 – 250 kg/m³ en grove granulaten) op een hoogte van 40 cm en een breedte gelijk aan de breedte van de uitgegraven sleuf. Voor de puntlasten wordt steeds een aparte studie gemaakt en een aangepaste fundering voorzien. 1.2.5.2 Metselwerk betonsteen Alle funderingsmetselwerk is voorzien in holle betonsteen, op een totale hoogte van 40 cm. De dragende buitenmuren worden thermisch onderbroken door een spouw met isolatie (geëxtrudeerde polystyreen, 4 cm breed en 30 cm hoog) te voorzien ter hoogte van de bovenste laag metselwerk. Het berapen en koolteren van funderingsmetselwerk in betonsteen is overbodig en ook niet voorzien. 1.2.5.3 Vloerplaat Tussen de opgemetste funderingsmuren wordt een verdichte zandaanvulling aangebracht van circa 20 cm. Hierop komt een PVC-folie (dikte 0,2 mm) met voldoende overlappingen om waterindringing te vermijden. De gewapende vloerplaat (beton CEM II – M 250 kg/m³) is circa 10 cm dik, bevat wapeningsnetten 150/150/5/5 en fungeert als betonnen ondervloer. 1.2.6 Fundering op gewapende sleuven en vloerplaat op volle grond Deze uitvoering is identiek als voorgaande beschreven onder 1.2.5, met uitzondering van het feit dat de funderingszolen gevormd worden door gewapend beton. De dimensionering, de wapening en de betonsamenstelling worden bepaald door de stabiliteitingenieur. 1.2.7 Kruipruimte In deze uitvoering worden de funderingszolen uitgevoerd zoals beschreven onder 1.2.5 of 1.2.6, maar wordt er tussen de funderingsmuren geen verdichte zandaanvulling aangebracht: door middel van holle welfsels wordt er overspannen van muur tot muur, zodat een kruipruimte ontstaat. De architect zal er over waken dat er voldoende verluchting voor de kruipruimte wordt voorzien. De klant kan ervoor opteren bijkomend een zuiverheidsbeton te laten aanbrengen op de bodem van de kruipruimte, die dan uitdrukkelijk moet zijn vermeld in de prijsofferte. 1.2.8 Alge men e fun derings pl aat m et vorstr an d De ze uit voering v ersch ilt vol le dig v an voorga an de en zal ste ed s in pl an g ebr ac ht z ijn en bes chr ev en worden in bor der elle n u itga an de v an d e sta bilit eiting e nieur . 1.2.9 Fundering op putten of palen Deze uitvoering verschilt eveneens volledig van voorgaande en zal steeds in plan gebracht zijn en beschreven worden in borderellen uitgaande van de stabiliteitingenieur. 1.3 Riolering en 1.3.1 Algemeen De bouwheer zal er over waken dat het gebouw voldoende hoog is ingeplant, zodat de huisriolering en de eventuele drainages voldoende diep kunnen geplaatst worden en tegelijkertijd over voldoende afschot beschikken naar de openbare riolering. Het volledige rioleringsstelsel, bestaande uit buizen, moffen, bochten, T-stukken, Y-stukken, onderzoekputjes, verzamelput met reukafsluiter, enz, is een geassembleerd stelsel van bij elkaar horende kunststofelementen (PVC) Benor-gekeurd. De rubberen ringen in de aansluitstukken waarborgen uitstekende dichtingen. De leidingen zijn voorzien tot aan de verzamelput met een aanzet (buis Ø 160, 1 m lang) voor de latere aansluiting op het openbaar net. 1.3.2 Onderzoekputjes De diameter van deze onderzoekputjes bedraagt 400 mm; ze zijn afgedekt met een bijpassend pvc-deksel dat ondergronds blijft. 1.3.3 Verzamelput met reukafsluiter De diameter van deze putten bedraagt 400 mm. 1.3.4 Septische put Deze betonnen put is geprefabriceerd en bevat twee kamers. In de bovenwand is een mangat uitgespaard dat wordt afgedekt met een betonnen deksel. De put zal ingegraven worden zodat het deksel onder het toekomstig maaiveld ligt. Voor de ingebruikname zal de bouwheer ervoor zorgen dat deze put met water gevuld wordt. De put zal opgemetst worden en voorzien worden van een passend deksel. Villlappartementen “MA’zone Prestige” realisatie en verkoop ; bvba QuinHouse

2

1.3.5 Regenwaterput Deze betonnen put heeft een inhoud zoals vermeld op de plannen. In geval van plaatsing omvatten de voorzieningen steeds: in functie van de regenwaterput wordt een gescheiden rioleringsstelsel voorzien (zie post 1.3.1); de overloop naar het rioleringsstelsel; het mangat wordt opgemetst en voorzien van een aluminium deksel 60 cm x 60 cm, niet voorzien voor wegverkeer en oprit; de wachtbuis voor latere doorvoer, maximaal 5 m lang; de eventuele aanzuigleiding, pomp en filter kan voorzien worden in post 4.4. 1.3.6 Andere voorzieningen Als wachtleidingen voor nutsvoorzieningen wordt een vijfvoudige energiebocht voorzien tot juist buiten het gebouw, zodat de doorvoer voor water, elektriciteit, gas, telefoon en kabeltv kan verlopen zoals voorgeschreven. De aansluitingen zelf zijn niet opgenomen in de prijs. Klokroosters kunnen alleen geplaatst worden na de vloerwerken. Een drainage bestaat uit een geperforeerde buis met kokos bekleding, omgeven door grind 4/32 en Bedimdoek, omgeplooid en dichtgeknoopt. De heraanvulling boven de drainage gebeurt door middel van scherp zand. 1.4 Bov en bouw 1.4.1 Binnenmetselwerk Het binnenmetselwerk (voor het binnenspouwblad van de buitenmuren, de dragende en de niet-dragende binnenmuren) wordt uitgevoerd in snelbouwsteen, uitsparingen, lintelen, balken en kolommen in gewapend beton en/of staal, muurblokken, spouwhaken, betonsloffen, en alle andere nuttige of nodige bouwelementen. Het metselwerk wordt in halfsteens verband uitgevoerd, de stenen worden vol in de mortel vermetst. De meervoudige isolatie tegen opstijgend vocht wordt zorgvuldig geplaatst onder en in het buiten- en binnenmetselwerk. Baksteen is een ideaal bouwmateriaal. Het heeft eigenlijk geen negatieve eigenschappen: het roest niet, verspreidt geen geur, trekt niet, wordt niet door insecten aangevreten, heeft geen bescherming nodig, brandt niet, enz… Anderzijds zijn er een aantal opvallende voordelen: duurzaamheid : baksteen is een scheikundig zeer inert product, zodat een agressieve atmosfeer er weinig of geen vat op heeft; onderhoudsvrij; vochtregelend : dankzij zijn porositeit kan baksteen zeer snel vocht opnemen en terug vrij geven en bijgevolg een regelende invloed hebben op de vochthuishouding van een gebouw; geluidsisolerend; warmteregelend : het is een goed isolerend materiaal met een hoge inertie zodat het zorgt voor een behaaglijk, gelijkmatig binnenklimaat bij wisselende temperaturen in de buitenatmosfeer. De slagen aan de ramen, deuren en zijkanten van de poorten worden voorzien in functie van het voorziene buitenschrijnwerk. Houten muurplaten (waarop de houten dakconstructie of dergelijke gemonteerd wordt) worden verankerd door middel van verankeringsijzers. Voornoemde verankeringsijzers zijn ingebetonneerd in de ringbalken, betonnen verdiepingsvloeren, druklagen, al naargelang het concrete geval. Zij kunnen ook aan ondersteunende metalen liggers gelast of gebout worden. 1.4.2 Betonwerken De betonwerken worden uitgevoerd overeenkomstig de regels der kunst en de voorschriften van de stabiliteitingenieur. In functie daarvan, worden de nodige bekistingen aangebracht, de wapening aangemaakt en geplaatst, beton van voorgeschreven kwaliteit gestort, en na voldoende wachttijd ontkist. In geval van conflict, hebben de instructies van de stabiliteitingenieur voorrang op de architectuurplannen. 1.4.3 Stalen profielen De profielen zijn aangeduid op de architectuurplannen en worden gedimensioneerd door de stabiliteitingenieur. De architect zal erover waken dat de voorziene plaatsing uitvoerbaar is en rekening houden met de latere werking van verschillende materialen. In geval van conflict, hebben de instructies van de stabiliteitingenieur voorrang op de architectuurplannen. 1.4.4 Verdiepingsvloer De verdiepingsvloer zal worden uitgevoerd door middel van geprefabriceerde betonnen grootformaatplaten. Zij hebben in principe een eigen dikte van 5 cm, en bevatten de door de stabiliteitingenieur berekende onderwapening en wachtwapening, zodat, na montage op de werf, de nodige bijleg- of bovenwapening wordt aangebracht en de voorgeschreven druklaag wordt gestort. Deze voorziening resulteert in een zeer hoogwaardige monolithische verdiepingsvloer, waardoor een maximum aan scheurvorming voorkomen wordt. Villlappartementen “MA’zone Prestige” realisatie en verkoop ; bvba QuinHouse

3

1.4.5 Spouwmuurisolatie In de spouw van de buitenmuren wordt minimaal 5 cm thermische isolatie met grote zorg geplaatst, aansluitend tegen het binnenspouwblad. Een luchtspouw van ongeveer 2 cm wordt behouden tussen de isolatie en de gevelsteen. Onderaan worden stootvoegen opengelaten voor evacuatie van spouwvocht en ventilatie van de spouw. PUR is bijzonder geschikt als spouwmuurisolatie omwille van de hoge isolatiewaarde (norm 1-waarde = 0,035 W/m²K), de vormvastheid, de stevigheid en druksterkte, het niet opnemen van water (bezit een gesloten celstructuur). 1.4.6 Gevelwerk 1.4.6.1 Gevelmetselwerk Het gevelwerk wordt uitgevoerd in halfsteens of wildverband. Desgevallend wordt er onderaan plintsteenmetselwerk voorzien, al dan niet in achteruitsprong. Het gevelmetselwerk en het dragend binnenspouwblad in snelbouwsteen wordt verbonden door gegalvaniseerde spouwhaken met druipprofilering die door de isolatieplaten worden geprikt. De stoot- en lintvoegen worden volledig met mortel gevuld. Aan de buitenkant worden de voegen over een diepte van circa 2 cm uitgekrabd zodat de voegwerken degelijk kunnen uitgevoerd worden. 1.4.6.2 Voegwerken Het paramentwerk wordt achteraf opgevoegd met een voeg in een kleur passend bij de gevelsteen (gebroken wit) in volplatte uitvoering. Boven de vochtisolatie van de fundering (de Z-plooi) worden stootvoegen opengelaten om het spouwvocht te evacueren. In de garage en/of niet gepleisterde ruimten wordt het snelbouwmetselwerk opgevoegd achter de hand. 1.4.6.4 Sierelementen in metselwerk Sierelementen zijn aangeduid op de plannen / gevelaanzichten en worden vermeld in de prijsofferte. De architect zal de nodige detailtekeningen tijdig ter beschikking stellen aan de bouwheer. 1.4.6.5 Lintelen Deze worden boven uitsparingen in het gevelwerk geplaatst ter ondersteuning van het bovenliggende gevelmetselwerk. Zo worden boven rechthoekige uitsparingen gemetalliseerde hoekprofielen geplaatst (L-ijzers 80/80/8 met voldoende opleg op het naastliggende metselwerk en, in geval van overspanningen van meer dan 2 m, met gelaste doken aan de achterliggende constructie bevestigd); dit geldt ook in geval van strek- of koplagen. Het grote voordeel van deze L-ijzers is dat er geen koudebruggen gevormd worden tussen gevelmetselwerk en binnenwerk. Op de architectuurplannen kan voorzien zijn, boven de openingen voor ramen en deuren aangebetonneerde centers uit te voeren, zodat er geen metalen bouwelementen zichtbaar zijn. In dit geval wordt er thermische isolatie voorzien aan de binnenzijde van de buitenmuren. 1.4.6.6 Dorpels De raamdorpels en dorpels aan buitendeuren, schuiframen, vensterdeuren en poorten zijn in blauwe hardsteen, 5 cm dik. Waar aangewezen, wordt een druiplijst voorzien (bijvoorbeeld raamdorpels), waar nodig wordt een opgelijmde waterkerende opstand van 1 cm voorzien (bijvoorbeeld voordeur, achterdeur). Voor-, boven- en zijkanten zijn gezoet. De dorpels worden zoveel mogelijk uit één stuk gemaakt; indien de lengte te groot is, wordt de dorpel onderverdeeld in een aantal stukken en is onder de voeg(en) vochtisolatie voorzien. Dorpels worden steeds onder helling geplaatst. 1.4.7 Schouwen 1.4.7.1 Voor de centrale verwarming Het schouwlijf voor de centrale verwarming wordt uitgevoerd als volgt: onderdaks, in snelbouwsteen, luchtspouw en CLV-systeem. bovendaks, loketlood, leien, timmerwerk, verluchte spouw, snelbouwsteen, spouw en CLV-systeem, met bovenaan een kraal in zink ter afsluiting. Zowel bovendaks als onderdaks zijn meervoudige vochtisolaties met de grootste zorg geplaatst. 1.4.8 Verluchtingen en kanalen De bouwheer zal de nodige verluchtingen voorzien, zodat tijdens de ruwbouwwerken de overeenstemmende doorvoeren op een verzorgde wijze kunnen worden aangebracht. Dit gebeurt doorgaans door middel van pvc-buizen die in het snelbouwwerk worden ingemetst en uitsparingen in het gevelwerk, of metselwerk met open voegen. Behoudens uitdrukkelijke bepaling, zijn de verluchtingen niet voorzien van een mechanische afzuiging. Ook doorvoeren, zoals voor huishoudtoestellen (dampkamp, droogkast, …) kunnen een dergelijke keurige uitvoering hebben, zoals op de plannen aangeduid.


4

DEE L 2 . DAK

2.1 Daktim mer 2.1.1 Constructie 2.1.1.1 Gebruikte houtsoorten Voor de dakconstructie wordt oregon gebruikt. 2.1.1.2 Spanten en gordingen De daktimmer voor de hellende daken wordt opgebouwd door middel van genagelde spanten, met een sectie van 3 à 3,5 cm breed – circa 18 cm hoog en geplaatst maximaal om de 45 cm (hart op hart gemeten). Tevens worden de nodige nokgordingen, kilkepers, gordingen en windverbanden voorzien, elk met aangepaste sectie. De voet van de spanten en hun ondersteuningen worden geplaatst op doorlopende muurplaten die door middel van in het beton van de verdiepingsvloer of ringbalken ingegoten draadstangen worden verankerd. Aan de voet van de spanten wordt, ter bevestiging van de goothaken, een spievormige boeiplank genageld. Wanneer het plan langse oversteken (breedte af te lezen op het plan) voorziet, bestaat de kroonlijst uit een spondenplank in massieve meranti, hoogte circa 16,5 cm, en een bekleding van de onderzijde met massieve merantiplanchetten in de dwarse richting gegroefd (haaks op de gevel) en aangesloten tegen het gevelmetselwerk door toedoen van een geprofileerde sluitlat in massieve meranti. Wanneer op het plan dwarse oversteken (met vermelde breedte) zijn getekend, dan worden deze als volgt uitgevoerd : constructie met hondekens van 6,5 cm hoog x 5,5 cm breed, bevestigd aan de twee laatste spanten; spondenplank (ook stormplank genoemd) in massieve meranti circa 14,5 cm hoog en bekleding van de onderzijde van de oversteek met massieve merantiplanchetten en aansluitend tegen het gevelmetselwerk door middel van een geprofileerde sluitlat in massieve meranti. Indien de oversteken te groot worden, dient op het plan een passende constructie voorzien te zijn om de nodige stabiliteit te waarborgen. Kilgoten zijn binnengoten bij L-vormige dakconstructies en aan dakkapellen. Die goten worden ondersteund door op de spanten een kilbebording (bebordingsplanken van 1,8 cm x 10 cm) aan te brengen. 2.1.1.3 Roostering Het plan kan de constructie voorzien van een houten roostering om dienst te doen als verdiepingsvloer (duplexappartementen). De sectie van de houten elementen zullen voorzien zijn voor de gevraagde overspanningen, de afwerkingen, isolaties en bekledingen worden beschreven in de prijsofferte. In bepaalde gevallen maakt deze roostering deel uit van de daktimmer. De ruimte op een dergelijke roostering kan slechts voor een lichte belasting benut worden. 2.1.1.4 Plat dak Voor zover een constructie voorzien wordt in hout, bestaan deze uit : een dragende roostering, geplaatst maximaal om de 45 cm, met houtsectie 3 à 3,5 cm breed en 18 cm hoog en voorzien van spieën zodat een lichte helling van circa 1,5 cm/m bekomen wordt ; een watervaste OSB-plaat van 18 mm dikte ; 2.1.1.6 Houten dakkapellen Deze worden uitgevoerd zoals door de architect voorzien op het plan. Volgende onderdelen komen evenwel steeds terug : keperwerk voor zijvlakken en dakvlakken (sectie kepers in principe 7 cm breed x 9 cm hoog) ; isolatie van de zijvlakken door middel van 6 cm rotswol of 4 cm geëxtrudeerde polystyreen ; afwerking van oversteken met spondenplanken in massieve meranti en onderzijdebekledingen in effen WBP-multiplex met merantifineer ; afwerking van vlakken (zoals fronten en zijvlakken) met effen WBP-multiplex (tenzij anders vermeld, zoals bijvoorbeeld gemetste frontzijde). 2.1.1.7 Houten lucarnes Deze worden uitgevoerd zoals door de architect voorzien op het plan. Alle elementen beschreven onder vorige alinea (dakkapellen) zijn hier evenzeer van toepassing. De frontvlakken worden uitgevoerd in vertikaal gegroefde WBP-multiplex met merantifineer, op keperwerk, met isolatie (tenzij anders vermeld, zoals bijvoorbeeld een frontzijde in metselwerk, cederplanken, sidings, ...).


5

2.1.2 Dakvlakramen Dakvlakramen (voor dakhellingen van 15° tot 85°) worden geplaatst overeenkomstig de maatvoering op het plan, voor zover de architect een beschikbare maat van dergelijke ramen heeft voorzien. Het betreft hier wentelende vensters met dubbele isolerende beglazing en ventilatieklep, van het merk Velux, typegroep GGL(tenzij ander vermeld). Deze dakvlakramen zijn in massief Noors hout, kleurloos behandeld tegen schimmel en houtinsecten en beschermd door een buitenbekleding in ambergrijs gelakt aluminium; dubbele beglazing; winddichtingen in neopreen; gootstukken aangepast aan gegolfde of vlakke dakbedekkingsmaterialen. Het venster bestaat uit een vast kozijn en een beweegbare kader voor verluchten, wentelen, reinigen. Mits uitdrukkelijke vermelding in de prijsofferte kunnen deze dakvlakramen uitgerust worden met een andere beglazing, zonnescherm, rolgordijn, verduisteringsgordijn, geplisseerd vouwgordijn, muggenraam of rolluik, manuele of elektrische bediening. 2.1.4 Gevelbekledingen Deze bestaan uit keperwerk, met daartussen isolatie (6 cm rotswol of 4 cm geëxtrudeerde polystyreen) en bekleed met de in de prijsofferte voorziene bekledingsmaterialen. De nodige zorg wordt besteed om begin en einde van de bekledingen verzorgd af te werken. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een zinken of koperen kraal, eindprofielen in hout of andere materialen die harmoniëren met de bekleding. 2.2 Zink- e n ko perw erken 2.2.1 Hanggoten Er zijn geprofileerde hanggoten voorzien, met opgaande slab met haak, en ronde tapbuizen waarop de regenafvoeren worden aangesloten ; de goothaken hebben rechte klemmen. In de prijsofferte wordt het gebruik van zink of koper voorgeschreven. 2.2.2 Uitbekledingen van bak- en kilgoten : De kilgootbebording wordt uitbekleed met zink of koper met haakkant, de bakgootbebording wordt uitbekleed met opgaande slab, haak en kraal over de spondenplank. 2.2.3 Dakbekledingen Op ronde dakkapellen en dergelijke onderdelen van een dak kan de prijsofferte een bekleding voorzien in zink of koper. 2.2.4 Tapbuizen Op platte daken worden aan de regenafvoer loden tapbuizen voorzien voor de aanzet van de regenafvoer zelf. 2.2.5 Regenwaterafvoeren De regenwaterafvoeren hebben een vierkante sectie 8 cm x 8 cm, bevestigd met gegalvaniseerde of zwarte beugels in het gevelmetselwerk. De aansluiting onderaan met de rioleringsafvoer gebeurt door middel van een overgangsstuk in PVC. 2.2.6 Dichtingen Alle andere aansluitingen en dichtingen van metselwerk, dakwerk, dakdoorgangen voor schoorstenen, dakkapellen, lucarnes en dergelijke worden afgedicht met in het metselwerk ingewerkte slabben in lood. In het algemeen zijn varianten op de gebruikte materialen en vormen mogelijk, bijvoorbeeld koper, polyester, PVC, halfronde goten, ronde regenwaterafvoeren, geen rechte klemmen maar leliehaken, gietijzeren onderstukken voor de regenafvoeren, enz…


6

2.3 Dakb e dekking 2.3.1 Op hellende daken De dakbedekking van hellende daken bestaat uit pannen met onderdak in D-fol spf, samen met de bijhorende stoflatjes en panlatten. De nokken worden bedekt met halfronde vorsten met begin- en eindvorst, niet aangestreken maar geplaatst op hulpstukken (ondernok) in polyethyleen met verluchtende functie. Hellende zijranden van het dak worden afgewerkt met niet aangestreken gevelpannen die de bovenkant van het aansluitend metselwerk overdekken. 2.3.2 Op platte daken De dakbedekking van platte daken (in geval van betonnen plafondvloer) bestaat uit : beton met helling circa 1,5 cm/m ; 6 cm geëxpandeerde polystyreen voorzien van een bitumencoating 1 zijde ; dakdichting bestaande uit 2 lagen (bitumenglasvlies 3 mm en bitumenpolyester 4 mm met leislag); dakrandprofielen in donkerbruin (of andere kleur, mits verrekening) aluminium met aanzichthoogte van circa 5 cm. 2.3.3 Op gevelvlakken Dakbedekkingsmaterialen op gevelvlakken worden aangebracht op een onderliggende houten kaderwerk, met tussenplaatsing van thermische isolatie en in voorkomende gevallen aangepaste vochtdichting.


7

DEE L 3 . B UITE N SC HRIJ NWER K

3.1 Ra men e n buit en de uren 3.1.1 PVC of ALU PVC – buitenschrijnwerk wordt gemaakt door samenvoeging van meerkamer-profielen in Polivinylchloride, en biedt op lange termijn een behoorlijke kleurstabiliteit. Deze materiaalsoort maakt een uitstekende prijs – kwaliteit verhouding mogelijk en is nagenoeg onderhoudsvrij. ALU – buitenschrijnwerk wordt gemaakt door samenvoeging van meerkamer-profielen in Aluminium, en biedt op lange termijn een behoorlijke kleurstabiliteit. Deze materiaalsoort maakt een uitstekende prijs – kwaliteit verhouding mogelijk en is nagenoeg onderhoudsvrij. 3.1.2 Andere algemene aspecten Telkens wordt de grootste zorg besteed aan de vele andere betrokken elementen, zoals : het hang- en sluitwerk : de architect duidt op zijn plannen duidelijk aan welke bewegingen mogelijk moeten zijn : zo kunnen vleugels draaiend (D) zijn, draaikip (DK), kippend (K), tuimelend (T), openschuivend (S), hefdraaiend (HD), hefschuivend (HS), wentelend (W) en/of voorzien zijn van afsluitbare verluchtingsstrips boven- of onderaan die dan duidelijk af te lezen zijn van de gevelaanzichten op de plannen. De bouwheer voorziet alle deuren (niet de garagepoort) met gelijksluitende cilinders en met diefstalwerende cylinderafdekplaatjes. De voor- en achterdeur zijn voorzien van een meerpuntsluiting. In variante kunnen andere sluitingen, krukken, veiligheidscilinders, sleutelhiërarchieën, elektrische automatisatie, afstandsbedieningen, enz… voorzien worden ; de voegen tussen het raamprofiel en het glas : zij worden met siliconen opgespoten ; de klant kan een bepaalde kleur of overschilderbare siliconen vragen ; De dichtingen en de afwateringen, die in principe eigen zijn aan de fabricatie en de profilering ; De plaatsing : zie verder ; - De thermische isolatie tussen het buitenschrijnwerk en het metselwerk ; - Het opspuiten van het buitenschrijnwerk aan de buitenzijde van het gebouw ;. De afwerking aan de binnenkant, tussen het buitenschrijnwerk en de binnenmuur. 3.1.3 Beglazing De bouwheer voorziet dubbel superisolerende beglazing K-waarde = 1.1 W/m²K (uitgezonderd voor de dakvlakramen). Uitzondering zijn de in het dak ingewerkte glaspartijen (dit geldt niet voor de gewone dakvlakramen) welke voorzien zijn van dubbel gelaagd glas (4 mm floatglas, 12 mm luchtspouw, 2*3 mm floatglas met 1 laag polyvinylbutyral). 3.1.4 Voordeur Wordt uitgevoerd volgens het model dat op het plan aangeduid is. De ophanging van het deurblad geschiedt door middel van 4 paumelles. De duwer aan de buitenzijde en de kruk aan de binnenzijde zijn voorzien. 3.1.5 Modellen Maten en uitzicht van het buitenschrijnwerk worden afgelezen van de plannen en gevelaanzichten. Kleinhouten worden aan buiten- en binnenzijde opgekleefd. Ramen met rondingen aan de buitenzijde worden aan de binnenzijde rechthoekig uitgewerkt. De op plan vermelde afmetingen staan voor de dagmaten (uitsparingen in het gevelwerk). Tevens wordt de zin der bewegingen van het buitenschrijnwerk aangeduid; bij gebreke van deze vermelding zijn de ramen vast en uitgevoerd met enkele kader. 3.1.6 Plaatsing Alle buitenschrijnwerk wordt achter slag geplaatst. Voor de plaatsing wordt een dichtingstrip (elastische kit) aangebracht op de dorpels. Na plaatsing worden ramen en deuren aan de buitenzijde, tussen het vaste kader en het gevelwerk, 3-zijdig opgespoten met siliconen (overschilderbaar op uitdrukkelijke vraag). De voegen tussen buitenschrijnwerk en gevelmetselwerk worden 3-zijdig met siliconen opgespoten. 3.1.8 Afwerking metalen kolommen Deze worden uitbekleed met effen WBP indien voor het gebouw houten buitenschrijnwerk is voorzien; in geval van pvc of alu buitenschrijnwerk worden kolommen uitbekleed met alu voorgelakte bekledingstukken.


8

3.2 Garag e poort Aan toegang tot de gemeenschappelijke garage voorziet de bouwheer voorziet een sectionaalpoort, bestaande uit horizontaal geprofileerd stalen panelen, dubbelwandig, volgeschuimd met CFK-vrij polyurethaan als thermische isolator en rondom afgedicht. Een poort wordt gemonteerd achter de dagopening, zodat de volledige doorrijruimte vrij blijft. Zij wordt geleid aan beide zijden in verticale geleiders tot tegen het plafond van de garage om dan tegen het plafond horizontaal verder naar binnen te bewegen. De poort loopt licht en laat zich gemakkelijk automatiseren. De kleur van de buitenzijde is in dezelfde van het buitenschrijnwerk. 3.3 Bal ustra d es De aanduidingen op het plan geven een voldoende gedetailleerde beschrijving van balustrades. De balustratde is uitgevoerd in een gelakte en vooraf gemetaliseerde staalstruktuur


9

DEE L 4 . T EC HN IEK EN

4.1 Elek tricit eit De bouwheer organiseert de nodige besprekingen met de installateur(s). Tijdens die besprekingen komen alle elementen aan bod, gaande van een eenvoudige elektrische basisinstallatie, met aanduiding van de precieze plaats waar de dispositieven en eventuele transformatoren zullen worden voorzien, eventueel mits toevoeging van stopcontacten, lichtpunten, schakelaars, stroomkringen, ... De installatie zal volledig conform zijn aan de geldende reglementeringen. De door ons voorziene installatie omvat: de equipotentiaal (aardingslus: zie ook deel 1 waar de plaatsing van de aardingslus dient te gebeuren na het uitgraven van de funderingssleuven en voor het storten van de sleuvenbeton), waarop de ganse installatie via de hoofdaardingsklem wordt aangesloten; een lege wachtbuis van onder het verdeelbord (de plaats wordt aangeduid op de plannen) tot buiten het gebouw opdat de elektriciteitsmaatschappij de aansluiting op het openbare net zou kunnen realiseren; het verdeelbord in een aangepaste gesloten kast, met automatische zekeringen, verliesstroomschakelaars (een algemene schakelaar en één per badkamer en/of douchecel) en een informatiefiche over de stroomkringen en zekeringen; vanuit het verdeelbord is 1 m kabel voorzien voor de aansluiting aan de teller, die door de elektriciteitsmaatschappij dient geplaatst naar aanleiding van de aansluiting op het openbaar net: De leidingen geplaatst in buizen en/of kabels en ingewerkt in vloeren en gepleisterde muren of geplaatst in opbouw op niet-gepleisterde muren en plafonds; De inbouwdozen (respectievelijk opbouwdozen) voor stopcontacten en schakelaars; De schakelaars en stopcontacten, merk Niko, ivoorkleur; De videofoon met belfunctie met toon. Voor de indienststelling vraagt de installateur de officiële keuring van de installatie aan; de kosten voor de keuring door een door de Belgische overheid erkend keuringsorganisme zijn inbegrepen. Het aantal stroomkringen is individueel per appartement te bepalen, doch steeds worden één of meerdere aparte kringen voorzien voor: verlichting; stopcontacten; wasmachine; vaatwasmachine; elektrisch fornuis; centrale verwarming. Volgende dispositieven zijn voorzien: Living (of eet- en zithoek): 1 lichtpunt op 1 enkelpolige schakelaar; 1 lichtpunt op 2 schakelaars met dubbele directie; 5 stopcontacten met aarding Keuken : 1 lichtpunt op 1 enkelpolige schakelaar; 1 lichtpunt op 2 schakelaars met dubbele directie; 4 stopcontacten met aarding; 1 stopcontact voor de dampkap; 1 stopcontact voor de vaatwasmachine; 1 stopcontact voor de koelkast; 1 vaste aansluiting voor het elektrisch fornuis; 1 stopcontact voor de oven; 1 stopcontact voor de microgolfoven; Berging 1 lichtpunt op 1 enkelpolige schakelaar; 1 stopcontact met aarding voor wasmachine; 1 stopcontact met aarding voor droogkast; 1 stopcontact met aarding voor diepvries; 1 stopcontact met aarding Daghal 1 lichtpunt op 2 schakelaars met dubbele directie; 1 stopcontact met aarding Nachthal (indien voorzien) 1 lichtpunt op 3 schakelaars met dubbele directie WC 1 lichtpunt op 1 enkelpolige schakelaar


10

Bureau (indien voorzien) 1 lichtpunt op 1 enkelpolige schakelaar 2 stopcontacten met aarding Eenpersoonskamer 1 lichtpunt op 2 schakelaars met dubbele directie; 2 stopcontacten met aarding Tweepersoonskamer 1 lichtpunt op 2 schakelaars met dubbele directie; 3 stopcontacten met aarding Badkamer : 1 lichtpunt centraal op 1 dubbelpolige schakelaar; 1 lichtpunt aan de spiegel op 1 enkelpolige schakelaar; 1 stopcontact met aarding Kleine badkamer of douchekamer: 1 lichtpunt op 1 dubbelpolige schakelaar; 1 stopcontact met aarding Enkele garage (optie met overeenkomstige verrekening) 1 tussenteller; 1 lichtpunt op 2 schakelaars met dubbele directie; 2 stopcontacten met aarding Kelder (per lokaal) 1 lichtpunt op 1 enkelpolige schakelaar Verder zijn voorzien: videofoon met transformator en verlichte display aan de voordeur; 3 aansluitingen radio en TV in de living (1x living + 2x slaapkamer); aansluiting kamerthermostaat van de centrale verwarming; 3 aansluitingen voor telefoon (1x living + 2x slaapkamer);. In de installatie is niet vervat: het openen van de teller en de aansluiting op het openbaar net; gaten boren voor inbouwspots; lichtarmaturen.


11

4.4 Sanit air De installatie bestaat uit: de waterteller die op last en verzoek van de bouwheer door de lokale maatschappij wordt geplaatst, samen met de aansluiting van het privaat net op het openbaar net en dit in overeenstemming met de geldende reglementering (speciale voorschriften kunnen aanleiding geven tot verrekening); collectoren voor de toevoerleidingen, zodat de toevoer voor elk punt individueel is en lasnaden vermeden worden; de koperen of kunststoftoevoerleidingen voor KW en WW (koud water en warm water) met aangepaste diameter en geplaatst in kunststofgaine; deze leidingen worden aangebracht voor pleisteren vloerwerken, zodat alles ingebouwd is (alleen opbouw op niet-gepleisterde muren); de afvoerleidingen in kunststof en aangesloten op het rioleringsstelsel; de sanitaire toestellen, aangesloten op toevoer- en afvoerleidingen; de toevoer KW en afvoer voor wasmachine, vaatwas en gootsteen; een dubbele dienstkraan als afsluitbaar waterpunt na de teller. De prijsofferte voorziet een budget voor de sanitaire toestellen en badkamerinrichting. Zij maken steeds voorwerp uit van een aparte gedetailleerde plan en beschrijving. Deze worden opgemaakt door de leverancier van de sanitaire toestellen, met detailopgave van alle voorziene toestellen, kasten, kraanwerk, … Onafgezien de mogelijkheid voor de klant om andere sanitaire toestellen en badkamerinrichting te kiezen, dewelke dan zullen verrekend worden. Het individuele plan en beschrijving per appartement ligt ter inzage bij de leverancier. De bouwheer voorziet enkel in de plaatsing van de voorziene sanitaire toestellen en badkamerinrichting, gewijzigde plaatsingskosten ten gevolge van keuzewijziging dienen verrekend te worden. FIRM A STE RCK X

voorzie ne b udg et sa nitair e toes tell en en ba dkam erinri chting : enkele voorbeelden : appartement met wc en badkamer : appartement met wc, badkamer en douchekamer :


2245,03 € excl. btw 4113,53 € excl. btw

12

4.5 Verw arming 4.5.1 Algemeen Het appartement zal verwarmd worden door middel van een centrale warmtebron op basis van gas. De toestellen zullen muurelementen zijn. Overeenkomstig de geldende comfortnormen, wordt het totale warmteverlies, alsook het warmteverlies per verwarmd lokaal berekend met inachtname van de isolatiewaarde van het dak, de muren, het buitenschrijnwerk en de vloeren, en dit bij een buitentemperatuur van –10° C. Het geïnstalleerde vermogen kan in ieder geval onderstaande temperaturen waarborgen: living : 22° C (= leefruimtes zoals eet- en zithoek, TV-hoek, relaxhoek, salon) keuken : 22° C (koken – ontbijt) hal : 16° C (inkom) slaapkamer : 18° C (dressing) bureel : 20° C (bureau) badkamer : 25° C (douchecel) De installateur bepaald het aantal voorziene verwarmingstoestellen, met muuraansluiting. De koper kan uiteraard een technische bespreking met de installateur hebben en opteren voor meer en/of andere verwarmingstoestellen en overeenkomstige verrekening. In dat verband zal de architect erover waken dat, indien verwarmingstoestellen zijn voorzien tegen lage borstweringen, er toch voldoende hoogte beschikbaar is om het te installeren vermogen te kunnen realiseren. “Verwarming” bevat ook de productie van warm sanitair water. 4.5.3 Centrale verwarming op gas De basisinstallatie bevat een hoogrendementsketel in plaatstaal. Verder omvat de installatie een ingebouwde atmosferische gasbrander en een expansievat van 18 liter. Wat betreft het “tweepijpsysteem” (de collectoren en de “Wicu”-buizen), de verwarmingstoestellen, de nodige elektrische voorzieningen en de thermostaat geldt dezelfde beschrijving als 4.2 hierboven. De gasleiding van de teller tot aan de ketel wordt ofwel in opbouw op de muren geplaatst en aangeduid met gele kleur ofwel volgens plan ingewerkt in de vloer. Algemene opmerking voor de verwarming Alle hogervernoemde toestellen kunnen vervangen worden door gelijkwaardige toestellen of andere, mits verrekening. 4.5.4 Verluchtingsroosters en –buizen Volgens de aanduidingen op het plan worden verluchtingsroosters en –buizen geplaatst. Deze roosters zijn in PVC en manueel afsluitbaar. De buizen bestaan uit PVC. Mechanische afzuigingen, afvoerbuizen en buitenroosters voor dampkappen, droogkasten en dergelijke zijn hier niet begrepen, maar dienen bij de installatie van voornoemde toestellen voorzien te worden.


13

DEE L 5 . BI NN EN AFW ERK ING

5.1 Dakisol atie Het dak wordt geïsoleerd met 12 cm rotswol type spijkerflens (1-zijdig A1-folie, 1-zijdig kraftpapier). De afstand tussen de spanten komt overeen met de breedte van de dakisolatie, terwijl het Alupapier aan beide zijden spijkerflenzen heeft zodat voornoemde flenzen met nieten aan de houten spanten degelijk kunnen bevestigd worden. Het kraftpapier wordt aan de zijde van de dakbedekking geplaatst. De rotswol volgt het gabariet van de verwarmde lokalen onder het dak en wordt achter de verticale steunen ook op de verdiepingsvloer geplaatst tot boven de buitenmuur met spouwisolatie. 5.2 Pl eist erwerk en 5.2.1 Plafonds en wanden in gipsplaat of stucanet Op de onderzijde van de spanten worden tegenlatten geplaatst met als doel en tot gevolg dat: deze als bijkomende kettingen voor de daktimmer functioneren en dus de stevigheid van het dak in hoge mate doen toenemen; de verluchting van de daktimmer en –isolatie mogelijk maken ook aan de onderzijde van de spanten; de te pleisteren wanden uitgevlakt worden en op die manier kleine ongelijkheden van de spanten opgevangen worden; de krimpscheurtjes naar aanleiding van het drogen van de daktimmer grotendeels vermeden worden. Tegen de onderzijde van voornoemde tegenlatten worden dan gyplatplaten of stucanet door middel van nagels of nieten aan de spanten bevestigd. Op deze platen wordt pleisterwerk aangebracht. De aansluiting van de gyplatplaten of stucanet met het verticale pleisterwerk op de snelbouwstenen wordt ingesneden. 5.2.2 Bepleistering Alle muren en plafonds worden vakkundig gepleisterd. De basislaag wordt gespoten, waarbij na de nodige harding, bramen en oneffenheden verwijderd worden en de eindafwerking wordt verzorgd. Op alle buitenhoeken worden beschermingsprofielen ingepleisterd op volle hoogte. Er worden geen pleisterwerken voorzien in kelders, garages en zolders; daar worden de muren achter de hand opgevoegd; de gladde onderzijde van de betonnen verdiepingsvloer blijft zichtbaar. 5.2.3 Uitbepleisterde raam- en buitendeurslagen De prijsofferte bepaalt of de slagen van het buitenschrijnwerk uitgeplakt zijn, of door de schrijnwerker worden uitgewerkt met kassement en chambrant. Indien ze worden uitgeplakt, wordt een bepleisterbare thermische isolatie van 2 cm aangebracht op de slagen en bepleisterd. De hoeken worden voorzien van beschermingsprofielen, waar het pleisterwerk eindigt, wordt een stopprofiel geplaatst. 5.2.4 Uitbekleding van metalen liggers In de gepleisterde lokalen worden de metalen liggers eveneens uitgewerkt met vulmateriaal en pleisterwerk. In variante zijn uitbekledingen met hout of kunststoffen mogelijk.


14

5.3 Vloer en 5.3.1 Vloerisolatie Er is een akoestische vloerisolatie voorzien tussen de woningscheidende vloeren. 5.3.2 Chape De chape is samengesteld uit rijnzand, cement en aanmaakwater en doet dienst als harde uitvulling zodat men over een effen bekledingsoppervlak beschikt. Steeds worden randstroken in samendrukbaar materiaal geplaatst, zodat uitzetting en werking van de chape mogelijk is en te grote spanningen vermeden met barstvorming in de bovengeplaatste vloerbekleding tot gevolg. Desgevallend zijn speciale voorzieningen nodig, zoals bijzondere uitvullingen, uitzettingsvoegen, wapening, … 5.3.3 Vloer- en muurtegels Hieronder wordt zowel algemene productinformatie als een beschrijving van onze voorzieningen gegeven. Naast onze overtuiging dat de vloerbekledingen een zeer grote invloed hebben op de esthetiek en afwerkingwaarde van een gebouw, willen wij ook de aandacht vestigen op producteigenschappen. Het is een absolute noodzaak daarmee rekening te houden om op lange termijn voldoening te hebben van de gemaakte keuze. Hierna worden budgetten en eventueel beschrijvingen gegeven voor de voorziene vloerafwerkingen. Daar wordt steeds een eenheidsprijs per m2 voor leveren en plaatsen van de aangeduide werken en materialen vermeld. Deze eenheidsprijzen houden rekening met een totale vloerdikte op het gelijkvloers van 8 cm, op de verdieping van 7 cm. Het kan, ingevolge de hoeveelheid technische leidingen of de vloerafwerking, een noodzaak zijn de vloerdiktes te verhogen. Onder vloerwerken worden alle materialen en werken gecatalogeerd ivm uitvullingen, vloerisolaties, tegelvloeren, houten vloeren enz… Voor de plinten geldt de in de prijsofferte opgenomen eenheidsprijs per lm, eveneens geleverd en geplaatst. De materialenkeuze bepaalt of er bijhorende plinten worden voorzien, of tot plinten verzaagde tegels. Dit stelt ons en de klant een correcte verrekeningsbasis met de concrete keuzen ter beschikking. Naast de esthetische kwaliteiten worden vloeren muurtegels beoordeeld aan de hand van volgende criteria: 1. de slijtvastheid, eventueel de druksterkte; 2. de porositeit (vochtindringingsvermogen aan de oppervlakte); 3. maatvastheid en vlakheid; 4. de kleureigenschappen Vloer- en muurtegels kunnen algemeen in drie soortgro ep en worden ingedeeld: 1. Vergla as de t egels De slijtvastheid of oppervlakteweerstand wordt uitgedrukt in een klassering in 5 klassen: klasse 1: voor muurtegels, klasse 2: voor badkamers en dergelijke, klasse 3: voor hal, living, en dergelijke, klasse 4: voor andere toepassingen met normaal gebruik zoals bijvoorbeeld keuken. klasse 5: voor druk beloop (kantoren en dergelijke) Het vochtindringingsvermogen aan de oppervlakte is in principe nihil. De druksterkte is een weinig gehanteerd criterium en geeft informatie over de breukweerstand van het materiaal bij belasting. De maatvastheid en vlakheid beïnvloedt rechtstreeks de plaatsingskwaliteit van de vloeren muurtegels. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1 keuze: de wettelijke toleranties laten zeer geringe verschillen toe; handelskeuze : waarbij doorgaans alleen kleine maatafwijkingen voorkomen, maar met behoud van kleureigenschappen; 2 keuze: waarbij maatafwijkingen, kleurfouten en kleine beschadigingen voorkomen; 3 keuze e

e

e

2. Tegels in k eram ie k en gr es Deze tegels zijn in principe zeer slijtvast (ze zijn massief). Het vochtindringingsvermogen aan de oppervlakte daarentegen is zeer variabel (het wordt uitgedrukt in %). Voor de maatvastheid en vlakheid geldt dezelfde indeling als voor de verglaasde tegels.


15

3. Tegels in na tuurst e en De eigenschappen van deze soortgroep zijn niet zo homogeen als voorgaande soortgroepen (verglaasde en keramiek/gres tegels). Men zal veeleer de soorten natuursteen groeperen voor het aanduiden van de groepseigenschappen, bijvoorbeeld de “Bourgondische vloerdallen” waaronder de Franse witte natuursteen uit de Bourgognestreek en de natuurstenen met gelijkaardig chemische karakteristieken en prestaties inzake hardheid, porositeit, enz… vallen. Natuurstenen vloeren kunnen, naar aanleiding van de plaatsing, kleine verkleuringen vertonen door toedoen van scheikundige reacties in de tegels (inherent aan de tegels zelf en/of ingevolge elementen uit de bedding, al dan niet in samenloop met aanwezige vochtigheid in het gebouw). Bij de pla atsing van chape en/of uitvoering van vloerwerken wordt steeds een samendrukbare randstrook voorzien tussen de muren en chape/vloeren, alsook uitzetvoegen in deuropeningen, zodat de mogelijkheden van uitzetting en krimping voorhanden zijn en eventuele schade aan de chape/vloeren voorkomen wordt. De plaatsing van de vloertegels kan verschillen: ofwel op vooraf geplaatste harde chape, waarbij de tegels gelijmd worden; ofwel op de door de vloerder zelf getrokken natte chape en mits het gebruik van cementpap; ofwel in mortelbed, eventueel witte zandbedding. De tegels worden vlak geplaatst, met regelmatige voegen, of in verband zoals in samenspraak met de klant bepaald. De kleur van de voeg is in principe lichtgrijs. In bijzondere gevallen kunnen zich verrekeningen voordoen bij de vloertegels en dit door de vele schuine muren, het diagonaal plaatsen van deze tegels, bijzondere afmetingen van de te plaatsen tegels, enz. Klokroosters moeten voorkomen op het architectuurplan, zodat de rioleringen daarop voorzien zijn. De klokrooster zelf wordt ingewerkt in de tegelvloer. Trap bekl edi ngen : de gemeenschappelijke verdiepingstrap worden uitgevoerd in beton, die dan wordt bekleed met betegeling en bijhorende plinten. Een dergelijke trap moet meer en voldoende aantrede hebben om comfortabel te zijn. 5.3.4 Laminaatparket In de slaapkamers is er een laminaatparket voorzien van het kwaliteitsmerk B ALT ERIO. Deze vloeren hebben een densiteit van 895 kg/m3. Er is gekozen voor het type Ambassador, deze bevat de EPLF klasse AC 31, is waterbestendig en heeft een residentiele waarborg van 20 jaar. De vloerdelen hebben een slijtvaste Durashield toplaag op een topkwaliteit HDF Humidax met een vochtwerende balancering Hydroseal. Binnen h et t yp e Am bas sodor kan er gekozen worden tussen verschillende kleuren en decors met bijhorende origi nal plinten 240x50x14 mm. 5.3.5 Tussendeurdorpels Tussendeurdorpels worden geplaatst waar voorzien in de materialenkeuze, onder de binnendeuren. Het verdient voorkeur zoveel mogelijk tussendeurdorpels te voorzien, omdat dikwijls in de deuropeningen spanningen optreden met scheuren in de tegelvloer tot gevolg. Zij worden geplaatst met een klein niveauverschil tegenover de naastliggende vloerbekledingen. 5.3.6 Raamtabletten Aan de binnenzijde worden de ramen met borstwering voorzien van tabletten in natuursteen. De benaderende afmetingen van de tabletten zijn: dikte 2 cm; breedte 20 cm; iets langer dan de breedte van het raam. In geval van grotere lengtes worden de tabletten in meerdere delen gemaakt.

De prijsofferte voorziet een budget voor de vloeren, tegels en laminaatvloeren. Zij maken steeds voorwerp uit van een aparte gedetailleerde plan en beschrijving. Deze worden opgemaakt door de leverancier van de vloeren, met detailopgave van alle tegels, kleuren, afwerkingen, … Onafgezien de mogelijkheid voor de klant om andere vloeren te kiezen, dewelke dan zullen verrekend worden. Het individuele plan en beschrijving per appartement ligt ter inzage bij de leverancier van de vloeren. De bouwheer voorziet enkel in de plaatsing van de voorziene vloeren en tegels, gewijzigde plaatsingskosten ten gevolge van keuzewijziging dienen verrekend te worden.


16

FIRM A VAN DE NEE CK HOUT

voorzie ne b udg et vlo eren e n t eg els : vloeren 40x40 : 31,00 € excl. btw plinten 9x40 : 9,00 € excl. btw faience 25x38 : 18,50 € excl. btw

FIRM A CORK-s tyling bv ba

voorzie ne b udg et la mina at park et en pl int en : laminaatparket : 16,30 € excl. btw plinten : 2,40 € excl. btw


17

5.5 Binn ens chrijnw erk 5.5.1 Binnendeuren Er is een pakketdeur voorzien te kiezen in een wit gelakte uivoering of in laminaat beuk afwerking. Het deurblad bestaat uit een hardboardbekleding, bevestigd op een stijve spaanvulling. Het hang- en sluitwerk bestaat uit: drie kleine argenta paumellen 80 x 80 rond inox-look, kruk L-shape inox, ingewerkt slot met baardsleutel. Het deurblad wordt afgehangen in een kassement dat afgewerkt wordt met geprofileerde chambranten 6 cm trapezium in de zelfde uitvoering van de deur. De inkomdeur is in dezelfde uitvoering, doch altijd wit gelakt, Rf ½ uur, driepuntssluiting, bol buitenkant. De kelderdeuren en keldertoegangsdeuren zijn verfdeuren, celroostervulling, zonodig Rf ½ uur, omlijsting MDF De prijsofferte voorziet een budget voor de deuren. Zij maken steeds voorwerp uit van een aparte gedetailleerde beschrijving. Deze worden opgemaakt door de leverancier van de deuren, met detailopgave van omlijstingen, kleur, slot, scharnieren, … Onafgezien de mogelijkheid voor de klant om andere vloeren te kiezen, dewelke dan zullen verrekend worden. De individuele beschrijving per appartement ligt ter inzage bij de leverancier van de deuren. De bouwheer voorziet enkel in de plaatsing van de voorziene binnendeuren, gewijzigde plaatsingskosten ten gevolge van keuzewijziging dienen verrekend te worden. FIRM A DUBO

voorzie ne b udg et d eure n : pakketdeur :

275,00 € excl. btw

5.5.3 Trappen 5.5.3.1 Duplextrappen De massieve trap wordt volgens de regels der kunst vervaardigd uit beuk 6/4” type “open trap” (zonder tegentreden), zonder afwerkingslagen. De overmeten breedte is zoals voorzien op de plannen. De trap wordt volledig opgemeten ter plaatse en op maat individueel uitgetekend en vervaardigd. Bij de opmeting wordt het aantal treden bepaald alsook de helling en alle andere maten. 5.6 Va ste bem eu be ling 5.6.1 Keuken : inrichting en toestellen De prijsofferte voorziet een budget voor keukeninrichting en de elektrische toestellen. Zij maken steeds voorwerp uit van een aparte gedetailleerde plan en beschrijving. Deze worden opgemaakt door de leverancier van de keuken, met detailopgave van alle voorziene kasten, werkblad, toestellen, … Onafgezien de mogelijkheid voor de klant om andere sanitaire toestellen te kiezen, dewelke dan zullen verrekend worden. Het individuele plan en beschrijving per appartement ligt ter inzage bij de leverancier. De bouwheer voorziet enkel in de plaatsing van de voorziene keukens, gewijzigde plaatsingskosten ten gevolge van keuzewijziging dienen verrekend te worden. FIRM A STE RCK X

voorzie ne b udg et sa nitair e toes tell en en ba dkam erinri chting : enkele voorbeelden : appartement kleine keuken (duplex) : 6618,41 € excl. btw appartement grote keuken (1ste verdieping) : 7095,07 € excl. btw


18

DEE L 6 O MGEV ING SWER KE N

6.1 Verwij d eren v an groot bouwaf val Het verwijderen van groot en klein bouwafval is inbegrepen. 6.2 Definiti ev e a anslui tinge n o p de n utsvoor zie ninge n De koper zal de nodige inlichtingen inwinnen, overeenkomsten ondertekenen, en betalingen verrichten om tijdig de tellers te openen en nodige aansluitingen op het openbaar net van de verschillende nutsvoorzieningen te bekomen. De verschillende aansluitingen worden hieronder opgesomd : 6.2.3 Elektriciteit 6.2.4 Water 6.2.5 Gas 6.2.6 Telefoon 6.2.7 Kabeltelevisie 6.3 Opritt en e n t erras sen De vorstvrije verhardingen (klinkers, tegels, natuursteen, …) worden geplaatst op een bed van aangedamd gestabiliseerd zand (150 kg P30 cement per m³) uitgevoerd met een minimum dikte van 20 cm, met boordsteen, waarbij de bovenzijde van de verharding zich situeert onder de vochtband in het gevelmetselwerk, in lichte helling weg van de woning. Alle toezichtputten en aanverwante worden opgetrokken tot op het niveau van de verhardingen en worden voorzien van deksels. 6.4 Tuin afsluiting en Er zijn geen tuinafsluitingen voorzien. 6.5 Tuin aanl eg De tuin zal genivelleerd en aangelegd worden met vast beplanting.


19

DEE L 7 ALG EME NE BE PALI NGEN

Volgende zaken worden voorzien voor de gemeenschappelijke delen : - het pleisterwerk in de gemeenschappelijke inkomhal wordt geschilderd na volledige bewoning. - de trappen en de traphall zullen afgewerkt worden in hoogwaardige keramische tegels of blauwe hardsteen. - de trapleuning is een gelakte en vooraf gemetaliseerde staalstruktuur. - de videofooninstallatie wordt in de inkom voorzien. - de brievenbussen worden voorzien en geplaatst zoals aangeduid op de plannen en de voorschriften van de post. - de voorziene lift is een hydraulische geluidsarme lift met telescopische deuren. Capaciteit 4 personen of 320 kg en voorzien van een mobiele verlichting, een noodverlichting en een noodtelefoonlijn naar de centrale dispatch. De plannen en het bestek kunnen door de bouwheer ten alle tijde worden gewijzigd om één van volgende redenen : - om tegemoet te komen aan de eisen gesteld door de diensten van stedenbouw en openbare of privatieve besturen of van distributiemaatschappijen van de nutsvoorzieningen. - om de bouwwerken uit te voeren in overeenstemming met de noodwendigheden van de bouwkunst. - om het gebruik van de gemeenschappelijke delen te verbeteren. - om de wijziging van de binnenindeling van privatieve kavels te kunnen realiseren De bouwheer heeft het recht voorziene materialen te vervangen door andere, waarvan de kwaliteit minstens evenwaardig is en waarvan de prijs niet lager mag zijn dan die van de oorspronkelijk voorziene materialen en mist rechtvaardiging van deze wijziging. Minprijzen zullen niet worden toegestaan. Deze wijzigingen moeten worden uitgevoerd onder toezicht van de architekt van het gebouw in samenspraak met de stabiliteitsingenieur.

CODE APPARTEMENT : …………… De koper

De verkoper

handtekening voorafgegaan door gelezen en goedgekeurd

handtekening voorafgegaan door gelezen en goedgekeurd

………………………………………

………………………………………

plaats datum

………………………… …………………………


20

1.1.4 Werfinrichting De bouwheer brengt de nodige inrichting, materialen en materieel ter plaatse om de bouwwerken aan te vangen

Recommend Documents